Mentaal welbevinden
Symposium NKOP Drs. Thijs Tromp 7 oktober 2009
Inleiding Wie ben ik? Schets van het domein mentaal welbevinden Nav 5 artikelen (met Wout Huizing en Gerdienke Ubels)
2
Mentaal welbevinden
1. Kwaliteitskader Verantwoorde Zorg • • • • •
2003 De roep om nieuwe normen 2005 Op weg naar normen voor verantwoorde zorg 2006 Toetsingskader 2007 Kwaliteitskader 2008 De toon gezet LOC, NVVA, V&VN en Sting, ActiZ, IGZ, Zorgverzekeraars Nederland en VWS
3
Mentaal welbevinden
Domeinen van welbevinden Domeinen van welbevinden I Woon- en leefomstandigheden II Participatie III Lichamelijk welbevinden
IV Mentaal welbevinden
4
Mentaal welbevinden
2. Mentaal welbevinden - Psyche en geest - Indicatoren: o zorgverleners hebben respect voor de eigen identiteit en levensinvulling van de cliënt; o zorgverleners bieden ondersteuning aan cliënten bij hun persoonlijke ontwikkeling, levenskeuzen en zingeving; o er is voldoende aandacht voor cliënten die eenzaam zijn of depressief; o er is voor bewoners van verpleeg- en verzorgingshuizen voldoende geestelijke verzorging aanwezig; o veranderingen in het mentaal welbevinden worden tijdig gesignaleerd en doorgegeven.
5
Mentaal welbevinden
2. Mentaal welbevinden - Opmerkelijk: - De aandacht voor persoonlijke ontwikkeling, aan de levensloop gerelateerde levensvragen en zingeving - Expliciete aandacht voor Geestelijke Verzorging
- Achtergrond: - Relatief veel eenzaamheid en depressie bij ouderen in zorginstellingen - Mogelijk hangt dat samen met de druk van ingrijpende veranderingen op identiteit en zingeving - Expliciete aandacht voor identiteit en zingeving zou preventief kunnen werken. 6
Mentaal welbevinden
3. Mentaal welbevinden: sleutel tot verantwoorde zorg - Welbevinden centraal - Objectieve en subjectieve dimensie - Subjectief: het moet aansluiten bij de persoonlijke betekenisgeving - Identiteit en zingeving vormen het hart van de vier domeinen
7
Mentaal welbevinden
8
Mentaal welbevinden
3 Mentaal welbevinden sleutel tot goede zorg Voorwaarden: - Zorgverleners hebben (relevante) kennis van identiteit en zingeving van de cliënt - Vraagt om een zekere mate van vertrouwelijkheid - Dus om stabiele zorgrelaties - Communicatieve competenties (afstemming, dialoog en narratieve communicatie)
9
Mentaal welbevinden
4. Levensverhaal -
Narratieve identiteit De buitenkant en de binnenkant van het verhaal Van de buitenkant naar de binnenkant Buitenkant: reminiscentiebijeenkomsten, sprekende omgeving, persoonlijke foto’s en bezittingen - Binnenkant: het maken van een levensboek, life review, narratieve communicatie - Niet voor iedereen geschikt?
10
Mentaal welbevinden
5 Geestelijke verzorging Geestelijke begeleiding niet het exclusieve domein van geestelijk verzorgers Van ‘pastor’ voor cliënten naar coach van zorgverleners (communiceren en signaleren) Geestelijk verzorger bij ingrijpende levensvragen
11
Mentaal welbevinden
7. Depressiepreventie Depressie: fors probleem Relatie depressie – zingeving: ? Depressiepreventie: -
Goede voorlichting Goede begeleiding bij transities Reminiscentie Zinvolle activiteiten Vroegtijdige signalering Adequate behandeling - Cliënten kennen - Symptomen kennen - Huidig formulier schiet tekort - Goede scholing beschikbaar
12
Mentaal welbevinden
8. Implementatie 1. Kies er bewust voor. Mentaal welbevinden doe je er niet bij. 2. Kies voor een passende zorgvisie. 3. Richt de structuur zo in dat die een persoonlijke zorgrelatie mogelijk maakt. 4. Geef scholing ten aanzien van specifieke communicatieve competenties (afstemming, dialoog) en kennis over depressie 5. Richt een sprekende omgeving in 6. Voeg een biografische paragraaf in in het zorgleefplan. 7. Etc. 13
Mentaal welbevinden