H E E L K U N D I G E
MENGELSTOFFEN, D O O K .
G E R R I T Ï.ECTOR TE
IN DE
GENEES-
A R N H E M ;
LID
UTRECHTSCHE EN
DE
HEEL-
VAN
EN
HET
GENOOTSCHAP
DEELS
NOOD.IGE
Te
V A N
WEETENSC HAPPEN,
TWEEDEN
MET
JAN
W
VROEDKUNDE, PROVINCIALE
VAN
KUNSTEN
ENZ.
EERSTE
AFBEELDINGEN
A M S T E R D A M ,
STUK.
OPGEHELDERD
by
W. H O L T R O P , 1791,
V O O R W A A R D E
R E D E-
L A N D G E N O O T E N ,
G E A C H T E
LEZERS!
l~Tet was my byzonder aangenaam ce onderbinden, cat u< nen arbeid in het jaar 1 7 8 4 , nier geheel on« v
waardig, integendeel nuttig aangemerkt werd, en als zodanig,
door
beroemde en onpartydige recen-
fenten , zo i n - als buiten landfchen, aangekondigd te zien. Mogte ik andermaal hetzelfde wit getroffen hebben , en foortgelyk genoegen , myner heelkundige ftelling
over het vervolg
waarneemingen,
en zamen-
van dit tweede deel myner
Heelkundige
mengelfioffin , ondervinden ;
dan zoude ik voor
mynen arbeid dubbeld betaald z y n , en mynen, daar« toe befteeden tyd , dien ik met veel moeite heb moeten afzonderen, niet beklaagcn. Schoon in 't onzekere ondertusfchen van het l o t , 't welk dit tweede düel ondergaan zal, zal ik echter,even *
2
als
V
O
O
R
R
E
D
E
.
als in 'c voorgaande deel, de waarheid, zodanig trachten hulde te doen , als vereischt wordt, om aan de maatfchappy der menfchen, en der Heelkunde in 't by_ zonder ,
van dienst te zyn , en de onëcnzydige
oordeelvellingen, op nieuw te gemoet zien. Althans ik vleije my, dat de jonge heelkundigen, welken het meesterfchap waardig geacht, doch verfteeken zyn van de gelegenheid, om aan de eigene ondervinding te toetfèn, in hoe verre hunne verkregene kennis den elendigen
dienstig zyn kan;
deeze proefondervindelyke zamenftelling, van eenig nut zal kunnen weezen, voor zo verre zy buiten de gelegenheid, om daartoe genoegzaame proeven te neemen, zig rnogten bevinden. - — - Ten minsten vleije ik my, dat de leerlingen in de kunst, wier vordering ik
hiermede
bovenal
bedoele,
des-
wegen niet onverfchillig zyn zullen, al ware het maar,
dat zy myne moeite niet geheel nutloos
aanzagen, dewyl myn grootfte oogmerk is, iets tot vordering hunner weetenfehappen, en ten algemee* nen welzyn toetebrengen, en veelmeer, dannaauwkeurig uitgewerkt nieuws, aan de .geleerde wereld
V O
O
R
R
E
D
E
.
medetedeelen; en van dien kant befchouwd, heb ik allen grond, te verwachten, dat de beoordeelingen wegens ingefloopene feilen, in taal- fpel- of ftel-kunst,verfchoonelyk dat
het
geacht zullen worden,ook
weinig nuttige in deeze
mengelftoffen,
eenigzins behaagen zal. Ontvang dan wederom deezen mynen arbeid, met diezelfde oogmerken om dien ten eenigen tyde,ten nutte van uwen noodlydenden evenmensch aantewenden, als waartoe ze aan u gefchonken worden ,
van
h e m , die altoos op foortgelyke, of eenige andere wyzen
welke hem , naar tydsomftandigheden, best
gefchikt zullen toefchynen,) zig beyvercn zal. Daar het ondertusfchen zeker i s , dat deeze mengelftoffen , ook onder het oog van meer verlichte en ervaarene, genees- en heel-kundige tydgenooten verfchynen, getoetst en beoordeeld worden zullen, zo vinde ik my verpligt, tot hunlieden, zo kort mogelyk , het volgende, by wyze van inleiding, vooraf te laaten gaan.
* 3
I N-
I
N
L
E
I
D
I
N
G
.
A ^ e e d s in het eerfte begin , wanneer ik my op de Heelkunde begon toeteleggen, kwam my eene naauwkeurige befchouwing der aart en kentekenen van die ziekte , in welker geneezing de kunst, meestal, o f liever alcyd te kort fchiet, allernoodz::ake]ykst voor; het onderzoek tot meerdere ken nis, .ter betere, veiliger, en zekerder geneestvyze" van die gebreken, fcheen my toe des heelmeesters plfgt te zyn
en
voor my zeiven dacht ik
nooit beter veld, zo tot nut van het algemeen, als tor het bejaagen van eene geoorloofde eerzucht feen vrygeboren memch , in eenige kunst of weetenfehap onderleid, welvoegelykj geopend te hebben, dan „ het onderzoek dier zogenaamde ongeneeze* Jyke gebreken, het voetfpoor van groote mannen te volgen, en van hunne vermogens en kunde, tot nadere ontdekkingen gebruik te maaken. z
o
Onder deeze gebreken was het de kanker voornaamIyk die royne oplettendheid en aandacht, vooreenen tyd geheel tot zig trok verfchnkkelyke woede
z
haaretedereechtgenooten
en kinderen; zo veele on-
o
eene ziekte, wier ' ^
v e e l e
m o e d e r
s
getrouwde dochters, uit de armen van haare nabeilaanden rukt -
die haare vergiftige f
c h i c h t e n
o
het
p
I N L E I D I N G . het manlyke genacht zelfs uitfchiet, zonder dat of genees- of heel-kunst het gif, immers wanneer hec toe zekeren trap gekomen i s , eenige paal of perk Hellen kan: — -
dit deed m y , zelfs eer ik de be-
oefening der kunst aanvaardde , de noodzaaktlykheid zien, zo wel van het raadpleegen der voornaamfte genees- en heel-kundige fchryveren, die dit gebrek, min of meer bepaald, behandeld hebben, als van het kiezen van eene met het meeste gevolg beproefde handtlvvyze, tot het verzachten dier ziekte, en voor atf van een nader onderzoek, tot bepaaling eener veiliger geneeswyze.
E n na dat ik reeds eenigen
tyd met deeze poogingen bezig geweest was, befloot
het
geneeskundig Genootfchap
Servandis
Civibus, eene gouden medaille uittelooven aan dien geenen, welke de vraag, Kunnen wy ons overtuigd houden dat een waare afzetting
kanker immer zonder de
tot geneczing is gebragt ? welke onge-
makken zyn het veelal die zig onder de gedaante van deeze woedende kwaal
vertoonen ,
dien naam of geneezen, of door erger als ongeneezelyk behandeld worden?
en onder dwaaling,
hosveelerleiis
de oorfprong van dusdanige mis/lagen , naar de verfcheidenheid der lydende deelen, naar de onderfcheidene foorten van kankers, hyzonderen aart 'twslk
van
of, naar den
het bedriegehyk ongemak,
men er te onrecht voor aanziet? en kan, * 4
.
ein-
I N L E I D I N G . eindelyk, ook zodanig een ongemak ooit wel tot mezeniyk'ekanker ontaartenï de zou beantwoorden,
genoegzaam voldoen-
D e zucht tot eerlaurieren
zertede mynen arbeid fpooren aan, en het geluk wilde dat ik flaagde, denzelven werd door beroemde mannen niet geheelenal verworpen
neen maar
met den beloofden eereprys bekroond.
De
tydige afzetting van het kankergezwel, was m y , na een naauwkeurig onderzoek, als het beste, hetvoortreffelyklte, het zekerlle middel voorgekomen, toï redding van het leven en de gezondheid dier geenen, die met het kankergift plaatslyk befmet waren. Het oordeel van de genees- en heel-kundigen was myne rotiteen , waarop ik bouwde:
naderhand
hetft myne eigene ondervinding my de voorcrefFe» lykheid van deeze kunstbewerking nog nader doen beichouwen, wanneer ik eene elendige Jyderetfe, door dit kunstmiddel,' den dood ontrukte. Ik was wel is waar overtuigd, dat niet alle genees- en heel-kundigen evengelyk van het nut der wegneemingedes kankergezwels overtuigd waren
—
dan,de kracht der bewyzenen waarneemingen, van het gelukkig gevolg dier kunstbewerking, deeden my tot het voordeel van. het wegneemen des kankergezwels befluiten nooit berouw gehad heb
een befluit, waarvan ik en dat my, voor zo
verre ik nog inzie, nooit berouwen zaL Dan,
• Dan ,
I
N
L
E
I
D
I
N
G
.
daar het wegneemen van het kankerge-
zwel in de minste gevallen kan, o f mag in gebruik gebragt
worden
—-
zo moet
men ook op
middelen bedacht z y n , om die ongelukkige lyders, waarby deeze kunstbewerking niet te ftade komt, het gebrek z e l f , ken.
en het leven draagelyk te maa-
Herhaalde beproevingen daartoe , met
de meest beroemdfte middelen, ftelden myne poogingen te leur
tot dat ik eindelyk in 't jaar
1 7 3 3 / e e n vertoog van M . M A R T I N E T , Holiandsch Erven
vertaald ,
p. M E Y E R ,
in 't
en te Amlterdam by de en
G. W A R N A R S uitgegee-
' v e n , over het gebruik van de Spir. Sa lis ammon, C. C. viva,
in de kanker, in handen kreeg, en
door het verhaal zyner gelukkig gedaagde gevallen genoopt werd, tot de beproeving van hetzelve, in hooplooze gevallen. Deeze proeven waren h e t , welken ik in myn Voorloopend bericht geplaatst in de Algem. Vaderl. Letteroeffen. 7 D . N . 2. in het oog had. Het geneesmiddel, hoe zeer in den eerften opflag hevig werkende ,
had my van zyne kracht, o m
het kankergift te verbeteren , gegeeven. —
reeds veele blyken
Het kanker g i f t ,
de p y n ,
de
bloeding, de liank, alles week, op de behoorelykeap. plicatie van dit middel. — D e kankerzweer werd zuiver,
gelyk eene verfche w o n d , en vlak — * 5
welk
I
N
L
welk een treffend
E
I
D
I
N
G
.
bewys vöor de heilzaame wer«
king van dit middel, op het kankergift 1 Deezen waren dus de redenen die my tot het phatz.-n van dit Voorkopend bericht noopten
s
en
dezelven zetteden my nu aan tot nadere opheldering •van het aldaar gefielde. —
Het gebruik deezes
middels tvoge in de handen van onkundigen en kwakzalvers, gevaarlyk z y n , in die van een' Heelmeester is het een baifem ,
waardoor het leven
der elendige iyders verlangd en draagelyk gemaakt wordt. - — D a n , gelyk alle middelen door een ge. past
gebruik
eerst geneesmiddelen
worden * en
men zeer veel voorzichtigheid in het appliceeren' van
dit middel gebruiken moet,
zo heb ik ook
eerst door den tyd geleerd , welke trap en wyze van toediening de beste ware. Ik
had zeer gaarne een volledig verflag
ge*
daan , wegens de meer dan gewoone voordeelige uitwerking van
ürms
het
middel van M A R T I N E T ,
al-
voor zo verre de palliative kuur der kanker
betreft, vooral door de in achtneeming der voor« gefchreevene Ï'ER,
OE,
regelen en bepaalingen van C A af»
RICHTER,
B A L T H A Z A A R ,
en
SCIIRA*
vereenigd met de eerstgemelden, dan,
hoe
veel voordeels ik cok gezien heb, in de eigenlyke kanker, ter bereugelinge, beftendige voortbrenginge van goede etterftoffe , en zuivering der kankerzweeXQÜ
f
I ren,
N
L
E
I
D
I
N
G
.
zo kan ik als n o g , geene ten einde afgeloo»
pene gevallen ,
ter daatltellinge van het uiterfte
geneezingsvermogen
o f onvermogen , opgeeven;
dewyl fommige proefneemingen nog niet ten einde afgeloopen ,
en anderen
door byzondere
byko-
mende omftandigheden i n hunnen loop ter rypwor• dinge geftremd z y n : dit kan ik er met zekerheid, en by ondervinding reeds van zeggen, en getuigen, dat ik van geen middel, hoegenaamd, immer die
voordeelige uitwerking gezien h e b ,
als van
2 uncen kina, in een afkookfel van 16 uncen water, waar by é é n , tot één en een half, en fomwylen tot 2 uncen, Sp. Sal. amm. cum cake viva parat. gemengd was. D e bekendmaaking door M. M A R T I N E T , van de Sp. Sal. amm. c. c. viva. derhalven ,
heeft den
grondflaggelegd tot myne proefneemingen, de misJukking hiervan, maakte my bedacht op byvoeging van de kina, weleer inzonderheid door den beroem, denLeidfchen H e e l a r t s , B A L T H A Z A A R , e n anderen aang?preêzen; en eindelyk, de vermeerdering der cdcalia,
op
de gronden van S C H R A G E ,
en
anderen, hebben my tot die volkomene overtuiging, wegens het groodle vermogen ter verbeteringe der verbasterde vochten gebragt, ve,
dat ik thans geloo-
dat de beste onderhoudende, verbeterende, zo
niet geneesmiddelen, alcalia volatilia z y n , en dat de
I N L E I D I N G . de geneezing, indien immer mogelyk, lang3 deezen weg,
zal gezocht moeten worden: hiertoe zal ik
niet nalaaten alle beproevingen ten nutte aangewend, wereldkundig te maaken, zo dra ik met gronden van zekerheid overtuigend genoeg, befluiten kan. D e aanwending der Spir. Sal. amm. c. c. v. p. met de k i n a ,
tegen den kanker,
wekte my o p ,
ook dezelfde behandeling tegen kwaadaartige zweeren, die de gewoone behandeling weerftreefden, te beproeven, en de gunstige uitflagen welken ik by ondervinding daarvan befpeurde , fpoorde my inzonderheid aan, tot het in order brengen van het tweede deel myner Heelkundige mengeljlofen, terwyl ik niet min bedacht w a s , om hetzelve, met andere gevallen te doormengen. Eindelyk wat belangt de beoordeeling van den beroemden Heer V A N G E S S C H E R , i zyne Hedendaagfclie byzondere oefenende heelkunde, derde deels, derde ftuk, bladz. 243 en 344. § 3 6 2 a , wegens myne kankergeneezing, door wegneeming, briefsge. wyze door m y , aan den kundigen heelmeester n
G > E E v E , medegedeeld, (zie Algem. vaderl. letteroefen. 6de d. 3de ftuk, en naderhand overgenomen, en geplaatst in myne Heelk. Mengelft. ifte d e e l , ) hieromtrent zal ik den kundigen leezer, alsnog niet ophouden, o f my daaromtrent uitlaaien , immers ik heb tot nog toe geene genoeg-
zaa-
I N L E I D I N G . zaameredenen, ommy ten tweedenmaale intelaaten, om de waarheid van zulk een fysthema, 't welk ik eens door een voorbeeld beweezen h e b , een nieuw kleed aan te doen, voor en slëer ik daartoe gefchikter aanleiding hebben z a l : — althans het fchynt my toe, dat ik my zonder dat, aan befcjiuldiging van voorbaarigheid zoude bloot (tellen; te meer, daar de grootfte en voornaamfre, binnen' en buiten - landfche Heelartfen, wegens de tydige wegneeming der kanker, overeenilemmen, en dezelve als nog , onder zekere bepaalingen , blyven aanpryzen. — Niets zoude derhal ven gemakiyker voor my z y n , dan het gevoelen van den grooten R I C H T E R , ik zwyge van den niet min voortreffelyken Heelkundigen C A M P E R , te volgen, en hunne waarneemingen met honderden anderen, van voornaame mannen zamentelTellen , om de ongegrondheid van andere denkbeelden te bewyzen: althans ik zoude inzonderheid zeer veel voorraad, daartoe, konnen vinden, in het onwaardeerelyk, nuttig, leerzaam, en fraai heelkundig zamenltelzel van voorgemelden Hoogleeraar R I C H T E R , onlangs in onze taal, overr gezet, en in 't licht gebragt. Inhetvoorbygaan, zal ik alleenlyk, tot heit geene ik te vooren gezegd heb, maar aanmerken, dat de ondervinding my tot nu toe beftendig heeft doen zien, dat eene tydige wegneeming van die kanker'
ge-
I N L E I D I N G . gebreken, welken daarvoor vatbaar en gefchiktzvn dergu,de fpreuk van
firtS*
o
v
i
d
w
s
te*
MUM»? 7 W » r , gftto» mala per hngas invaluere Moras! Dat is: 'tBeginfel dient gefluit: Geneeskunst baat tog nier Wen \ kwaad, door langen tyd, te diepe wortels fchier!
UIT-
U I T L E G G I N G V A N
P
L
A
DE
A
T
;
Wegens het nieuw bekend geworden en in deeze MengelftofFen lefchreeven beengebrek , ( Hydrosteon,)
bovenfte gedeelte van het linker dyebeen, 't welk alhier , met betrekking tot het onderfte zieklyk gedeelte, alleen , afgebeeld is , heb ik " niet noodig geacht, hier bytevoegen, om rede» pen vooral, dat hetzelve, noch ten opzichte van het uitwendige maakzel en gedaante, noch, met betrekking tot het inwendige celvvyze weefzel, of holle kanaal, iets van het natuur!ykeafwykende, (na de vergelyking met anderen, en na de doorzaaging,) vertoond heeft. F i g . h A . Het linker , gedroogde dyebeen , even boven deszelfs uitzetting , in *t gezonde afgezaagd , van welks zieklyke gefteldheid, ik inzonderheid op bladz. 75. enz. gewag gemaakt heb, en't welk i k , (ziebladz. 77.) ter nafpooringe van den aart des gebreks, bewaard had j van den Voorkant befchouwd.
s, e,
U I T L E G G I N G a. a. De plaats alwaar de uitzetting o f vergrooting van 't been een' aanvang neemt, en naar beneden a. a. a. a. a. a, gradatim en aanmerkelyfc toeneemt. . . b. De gladde oppervlakte voor de geleding der patella, welke gezond is. c. c.c.c.c. De voorfie, vergrootte doch gladde oppervlakte, waaromtrent niets optemerken i s , dan , dat men even boven de geledingsoppervlakte, van dekniefchyf,d.d d.d. verfcheide meer dan natUurlyk groote gaatjes, (waarfchynelyk door de vanëenwyking der beenplaaten ontftaan.j ontdekt; welke anders minder zichtbaar z y n , tot doorlaating van vaatjes dienende. F i g . I I . B . Het zelfde onderfte linker dyebeens gedeelte, omgekeerd, o f van den achterkant en uitwendige oppervlakte te zien. a.a a. De Linea Aspera, welke naar beneden verbreed uitloopt, en niet van het natuurlyke en gewoon'e afwykt. b b. b. b. De plaats alwaar de uitzetting, san den achterkant begint, en gradatim benedenwaarts voortgaat. c. c. c. c. c. c. c. De omtrek van een byzonder omfchreven, rondachtig beengezwel, aanmerke1$ k boven de knobbels van het dyebeen k, h. h. h, en het hoogere dyebeens gedeelte a. b. uitpuilende, welks oppervlakte d. g l a d , gezond en effen i s , en waarin men alleenlyk cenige byzonderheden ontdekt. 9
e. e. e. Verfcheidene aanmerkelyk vergroote gaten tot
y A N
D E
P L A A T .
fcbt doorgang v a n vaten, onder welken een f , aller'aanmerkelykst i s , en de aandacht verdiend. — B y de ontleding, of fchoonmaaking van dit gedeelte iieens, vondtik hier terplaatze een bloedvat, hetwelk genoegzaam met de helft der ruimte van'i: gat, in opzicht van d i k t e , evenaarte; voor h é t overige was hetzelve ter vullinge van 't gat, met een ontaart, tendineus wezen bekleed. g. E e n pet, o f indrukking als o f z e met de top eener vinger gemaakt was , en waarin kleine gaatjes gevonden worden. ~ D e e z e p e t , isbyna van dezelfde grootte als het gat ƒ • doch of fchooa er reeds dezelfde omfchryving en bepaaling der grootte van het gat ƒ gemaakt is , zo is er evenwel geene doorgaande opening tot in Het holle been , maar in den g r ó n d derzelve is nog eene dunne laag van b e è n v e z e l é n ó v ë r g e b l e e v e n : misfchien zoude er door d e n t y d , door de mee/dere vaneCnvvyking der b é e n p l a a t e n , ook op d è e z e plaats, een g a t , gelyk aan f. gemaakt zyn geworden. li.h. h. h. D e omtrek en gladde* , doch m e e r dan natuurlyk uitgebreide Conduli osfis femoris waaromtrent voor het overige niets tegennatuurlyks waargenomen is. i. D e e z e verdiepte, tusfchenknobbelige oppervlakte , is meer dan n a t ü u r l y k verheven en de b e é n vezelen z y n losfer en meer uit elkander gedrongen. F i g . 111. C . D e achterfte helft Van het in de langte doorgefrieedene dyebeens onderfte gedeelte; F i g . 11. van deszelfs inwendige oppervlakte te zien. a.a. D e plaats alwaar de t e g è n n a t u u r l y k e vergrooting, in den omtrek van het been, begint, en z i g baar beneden 'd, ckd.d. d. d. langzaamerhand uitbreidt * * h. b. 8
U
I
T
L
E
G
G
I
N
G
b. b. Eene door een lyn t. t. u t. t. omfchree. vene afzonderlyke verdieping , of holte , afg fcheiden van het natuurlyke merghol, i. door eeoe byzondere lyn h. door de- inëenfchuiving , of zamendrukking der beenvezelen tegen elkander gemaakt, en insgelyks afgefcheiden van het aane
merkelykfte, h o l ^ . ^ . % . ^ . door eenen rand c.c.c.c.c.c.c.c. gemaakt door de afgeweekene Cancellu Het beenige tegennatuurlyke hol ^ . welk met eene vliezige waterzak is bekleed geweest , is allerwegen glad, en geeft du'delyke kentekenen der laagsgewyze, vast op elkander gepakte beencellen. — Dit byzondere hol , loopt achter de meer oppervlakkige en ongelyke verdieping b f.t. tot aan en achter het mergkanaal h. i. opwaards, tot aan de affchjiding h. e. Het gat f, van Fig. II van deszelfs inwendige" zyde te zien. ƒ • ƒ • ƒ / ƒ • De beenvezelen ryzen alhier eenigzins op , o f voorwaards, waardoor een byzondertus. fcheufcheidzel , dere diepe hol b
tusfehen
het mindere en meer-
e n ^ . ieder door eene byzon-
dere vliezige zak bekleed, gemaakt wordt. g. De Cancelli, welken in den gezonden flaat, alhier, zeer los z y n , of liever de beenvezelen, welke anders ter deezer plaatze zeer los van weefzel z y n , zyn in dit geval zeer zamengepersc en inzonderheid ter plaatze van o. zeer vast i n I ëengedrongen. k. k De Conduli os fis femoris, z v n , buiten de meer dan gewoone grootte, natuurlyk. F i g . IV. D . D e voorde helft, van het in de langte do o r
VAN
DE
P L A A T .
doorgefhedene dyebeens onderfte gedeelte F i c , ï. van deszelfs inwendige oppervlakte te zien.° a. a. De plaats alwaar de tegennatuurlyke vergrooting , in den omtrek van het been begint, zig naar beneden d. d. d. d. langzamerhand uitbreidende. h. b. b. b. b. b. Het waterzuchtige beenhol, het welk zig alhier veel verder opwaards uitltrekt, dan aan den achterkant, n omfchreeven is door de beenige lyn c. cc cc c. c c. c. eindigende op de hoogte van eene a< aere s s. s insgelyks door inëengedrukte Cancelii gemaakt; welke laatfte l y n , dit waterhol', met die van de achterfte helft b. van het natuurlyteen gezonde mergkanaal h. i. F i g . III. en t, v. van deeze F i g . affcheidt. Dit h o l , is aan de boven en voorkant, derhalven , afzonderlyk, door een menigte opgefchovene en zamengedrukte Cancelii, welke anders in den natuurlyken Haat, dit onderfte gedeelte bee^s aanvullen , en maar zeer geringe tusfchenruimten overlasten , als door een byzonder gewelf Fig. III. b.b f.f f-f f.t.t u t. t. én de bovenfte c. c. c. bedekt ueweest. In den grond van dit h o l , (volgends de omgekeerde af beeUing , of anders volgends de gewoone en onverdeelde plaatzing van het dyebeen , tegen de voorde oppervlakte , of beenfchors,) ziet men b. b. b. b. b b eene ontallyke menigte onregelmatige en opeengepakte beencellen, vastaanëengedrukt en aangehecht. e
De Cancelii binnen de uitwendige been» fchors , welke op de meeste plaatzen natuurlyk zyn , d a n , op fommigen in 't midden, zyn dezeiven tegennatuurlyk vast inééngedrongen, gelyk aan de uitwendige been fchors. e. e. De Cancelii Condulorum, welke natuurlyk zyn ***
A L
A L G E M E E N E
I
N V A N
H
O
U
H E T T W E E D E
D D E E L ,
S T U K , D E E Z E S
M E N G E L W E R K EERSTE
S.
WAARNEEMING.
Wegens eene kwaadaartige kankerachtige zweer, inzonderheid in het aangezicht, aan den hals, en aan de borst. Bladz. TWEEDE
\*
WAARNEEMING.
Wegens een byna foortgelyk ongemak, als bet voorgaande. . Briefwisfelende Raadpleegingen , van een jong Heelmeester in Overysfel; wegens een kind van drie jaar en, aan een waterbreuk [tikkelende . . . ' Antwoord, ten ricbtfnoer aan bovengemelden Heelmeester: dato 24 September 178c. Tweede Raadpleeging van bovengemelde» Overyifelfchen en raadplcegenden Heelmeester. . . . . Antwoord op de tweede Raadpleeging
e£rekkelyk tot het laatst voor gepelde geval.
8.
14.
15.
%\,
$3, Laa:-
ï
N
H
O
U
D
.
Laatfte Antwoord , wegens de volkopietie geneezing van de voorgemelde Hydrocele, door de aan legging van een veltcatorium: van den jongen Overysfelfchen Heelmeester. . . Bladz. aS» Byvoegzel, tot de voorgaande Raadpleegingen. . . . . 30* DERDE
WAARNEEMING.
W>.g?ns eene breuk, of uitperfing van het druivenvlies, „ . . Proeven of Waarneemingen, wegens de opgegeevcae geneeswyze eens beengebrek*, bc/chreeven en medegedeeld door den Heer V V A N D E R H A A R , ijl de Vaderlandfche Letteroefeningen, 6de deel No. 7. Mengelftoffen, hladz. 278. . . VIERDE
44.
WAARNEEMING.
W'gens de voorgemelde kniebeensziekte. ZESDE
41,
WAARNEEMING.
Of, befchryving en geneeswys ee'ner waterzucht der kniebeenderen. . . VYFDE
35.
47
WAARNEEMING.
Wegens een foortgelyk ongemak, {als het voorgemelde kniegebrek , aan de armbeenderen, . . . . . jl
ZEVENDE WAARNEEMING, Wegens het voorgemelde kniebeenson gemak, van eenen venerijcben aart: Hydrosteon Venereum. . . .
1*
3
<6. Uit-
I
N
H
O
U
D
,
Uktrekfel der medegedeelde Waarnezming, des Heer en V A N D E R H A A R , " wegens 't bovengemelde kniegebrek , in de Vaderlandfche lerceroefferrn^en 6de deel no Mengelfiofen, bladz. 27H enz. " Bladz. fjO.' , teerhartige B^naammg , en Verklaaring van den aart der ziekte, in gemelde Waarneemingen voorkomende. ' . 74. Bedenkingen en Gevolgtrekkingen, uit de voorgaande Waarneemiiaen geboren, en medegedeeld aan den Heere j. V A N jD R U H A A R
.
.
.
Raadpleéging, wegens eene verouderde plaatslyke boofdpyn Antwoord op deeze Raadpkeging. . Raa ipleeging: wegens de beste wyze van opdrooging der borsten , van zoogende vrouwen: door een Dorp-heelmeester. . Antwoord op deeze Raadpleéging. . Raadpleeging, wegens eene kwaadaar• iige en tot verfterving geneigde Zweer, (Ulcus gangrjenoiu n.) . . Raadgeeving op de laatfte Raadplee'.
^p„
gg. 00.
99. IQI.
J 0
i AGTSTE
--
0 7
.
WAARNEEMING,
Eener zeldzaame en zeer aanmerktlyke Tong-wond. , . . ?.
ug
t
1
HEEL
K U N D 1 G Ê
MENGELSTOFFEN
Wegens eene kwaadaartige kankerachtige zweer j inzonderheid in het aangezicht, aan den hals, en aan de borst. D L . , oud 30 jaaren, geboortig van Amftelda«, kwam den 5den November, 1783,^1 onsziekenhuis, na zeer veel armoede geleeden, en eene flechte leevenswyze gevolgd te hebben, om geneezen te worden van eene ongefteldheid in de vochten, welke haare gezondheid had benomen, en van eene groote zweer op het linker fchouderblad, met ontblooting van de Üpina deezes beens; benevens eene aiïchuwelyke Ulcus phagadenicum vel noma in het aangezicht, weikedegeheele rechterzyde, van vel , vet vlies., en een gedeelte der fineren, tot op het os jugale en partem dextram inferioris maxillaris, (ingevolge haare ongefteldhcid ) ontbloot had. Niettegenftaande de zorgvuldigfte oplettendheid welke dit ongemak vereischte, en wederzyds door den Heer V A N E R I t
A
CHEM
H •% E L
CHEM,
K D„N
D 1 G *
en m y , in het toedienen en aanwendeii
van gepaste hulpmiddelen, (welken geene byzondere befchryving vcreifchen, om reden dat ze naar geené byzondere, maar algemeene en bekende kunstregelen ingericht waren,) waargenomen werd; hadden wy het ongenoegen te ondervinden, dat deeze lyderes, tot aan den ^den Juny, 1784, in dezelfde zieklyke omftandigheid bleef, en dat het ulcm noma, van tyd tot tyd, onder het gebruik van die midde* len, kelken daar toe, uitwendig ten gëbrüike, zo menigvuldig aangepreezen zyn, verergerde, langs den hals en borst aan die zyde voordiiep, en de lyderes' in gevaar van het leven bragt. Om voorgemelde reden der leevenSwyge, welkè wy verdacht hielden, offchoon haar van tyd tot tyd, ooit kwikmiddelen waren toegediend, beflooten wy te beproeven, wat de kwikbereidingen uit- en in-wendig,onder ons opzicht, uitrichten zouden: hiertoe werden de toeneemende uitwendige kwaadaartige zweeren, met wieken bedekt, in het aq. Phagaden. nat gemaakt, fomwylen befmeerd met een mengfel van melk rojdrum en folutione mercurii, van welke wy in andere venerifche zweeren zeer veel voordeels ondervinden; en inwendig gaf men het decoSl. Ssorfonera. C. Solutione mercuriali s w 1 T E N I I , volgends onze ge woone methode, waarmede wy in de moeijelyklle gevallen gelukkigflaagen: dan, niettegenltaande wy hiermede van
den
I Ê fi G E L ' T O F P E N,
4
den Sften Juny tot den loden Oclober» 1784, aanhielden, zo vorderden wy echter niets, maar de wanhoopige omftandigheid der lyderesfe, deed ons eindelyk befluiten, om te beproeven wat de Spin SaL amm. cum calcs viva parat, (waarvan ik in andere hoopelooze gevallen, van welken ik geene melding maaken zal, om reden dat dezelven te menigvuldig zyn, en ik alleenlykdevoornaamfiegevallen ten bewyze van de nuttigheid der S. f. a. c.c.v. wilde mededeelen, alsmede om dat ik van dezelven geene aantekening gehouden heb, zo veel Voordeel gezien had,) in dit geval uitrichten zoude. Gegronde redenen, (zo wy dachten,) deeden ons befluiten om de geneezing langs eenen anderen weg te beproeven, om reden vooral , dat indien niet eene geheele andere Cachexia, dan wy vooronderfteld hadden predomineerde, er althans eene gemengde ziekelyke gefteldheid der vochten, welke zig tot byzondere deelen ter uitberstinge bepaalde, aanweezig konde zyn; en dat het volgends eene goede theorie' meer dan waarfchynelyk was, dat deeze ontaarting der vochten, noodwendig van eenen zuuren aart zyn moest, waarom wy ook overeenfiemden, de geneezing door alcalia, in- en uit wendig aangewend, en wel de Spiritus falis ammomacl, cum cake viva te beproeven. Immers het kon aan het oplettend oog van den A z Hee-
4
H E E L K U N D 1
Heere
V A N IÏRI c H E M
G E
niet ontvluchten, optemer--
k e n , hoe veel voordeels ik verfcheidene maaien in ontaüyke gevallen ondervond ,
en hieruit met my
te befluiten, dat dit geval, voor zo verre het eenigzins overeenkomstig was ,
met andere weluitge-
vallene genezingen, der beproevinge waardig was. Hiertoe
had gemelde
Heer
de ïnfchikkelyk»
heid myne wyze van toediening der Sp. f. a. c. c. viv. tot het inwendig gebruik onder een DecoEt» cort. peruv. optevolgen, en dagelyks de noodige oplettendheid ter verdere befluuringe aantewenden. Den l i Oftober, 1784, werd onzelyderesonder onzen gewoonen Kinadrank, een half unce
Sp.f.a,
v. c. viv. toegediend, welke haar eenige moeijelykheid in het doorzwelgen veroorzaakte; d a n , den isden dito, en voords tot den if>den, werd dit gemaklyker,
waarom w y , op het voetfpoor van
myne voorgaande proefneemirgen, voornamen, haar den ! 6den dito, onder dezelfde hoeveelheid Deco&, cort. peruv., integeeven.
zes dragmen van hetzelfde -middel
M e n zag reeds d e zweeren in voord-
vreeting, omkrulling, verdikking der randen", enz, niet alleemyk bepaald, verbeterd en een fchooner aanzien krygen, maar ook daarenboven, zag men dagelyks betere etter uit dezelven te voorfcbyn komen. In de vooronderftelüng, dat zulk een geneesmiddel,
M E N G E L S T O F F E N .
5
d e l , welk verbetering' in de ?iekte ren wegebrengt, ter volkomene gentezir ge veeltyds niets anders ontbeert, dan dat hetzelve in zodanig eene ruimere hoeveelheid, welke de zieke-ftof geheel te onderbrengen kan, toegediend moet worden, hadikmeerrnaalen zo langen tyd met het gebruik van't gemelde alcaün. opgeklommen, tot dat de lyders, door te groote hitte en gevoeligheid in de keel en rraag, aanduidde de verdere opklimming te moeten ftaa« k e n ; ook had ik beftendig waargenomen, dat men weinig meer dan één en een half unce, ten hoogden twee uncen daags, veilig toedienen kon de: hierop werd ook onze lyderes, den aofien, onder voorgemelden drank, één unce, den zullen tien dragmen, enden 3oflen één en een half unce ingegeeven; en naar. maate de opklimming, befpeurde men beterfchap. Alle de uitwerkingen der geneesmiddelen waren gunstig; alleenlyk ontdekte de lyderes fomwylen, fchemeringen, o f verduisteringen des gezichts, welken echter oogenbliklyk weder verdweenen, en van geen gevolg waren, ten nadeele van 't gezicht: fomwylen verwekten
de
inneemingen
walgingen,
doch
welken van geene braakingen gevolgd weiden, en niet verhinderden dat zy her geneesmiddel konde aanhouden,
zo dat eindelyk de natuur ook hier-
aan gewende, en z y , fchoon met eenigen afkeer , haar geneesmiddel zonder eenige hindernis gebruik te.
A 3
Dan, \
6
H E E L K U N D I G E
D a n , om te beproeven o f eene grootere hoeveek heid des gemelden geneesmiddels, ook meerdere geneezingsuitwerkingen hébben zoude, in gevalle het
gebruik mogelyk w a r e ,
fchreef
de
Heer
V A N E R I C H E M haar, ten gebruike voor één dag, den den November, onder den gemelden drank, 3
veertien dragmen van gezegde Sp. f. a. c. c. v. voor; d o c h , dit verwekte van tyd tot tyd, zoda» danige zamentrekkingen der keel, hitte in de maag, en duizeling, dat men genoodzaakt was, den Sften van dezelfde maand, tot één unce aftedaalen. D e kankerachtige zweeren ondertusfchen,van welken wy te vooren gefproken hebben, en welken deezen naam met recht verdienden, waren nu zodanig veranderd en verbeterd, dat er niets dan velteeling ter volkomene geneezinge vereischt
werd ,
hetwelk
ondertusfchen, om reden der aanmerkelyke uitge» ftrektheid,
een zaak van aanbelang bleef.
Tot hiertoe heb ik alleenlyk fchetswyze van de toediening der inwendige geneesmiddelen, (welke zekerlykin loortgelyke gevallen het voornaamfte i s , ) melding gemaakt, en alleenlyk ter loops van de uitwendige behandeling iets aangeftipt :
het zal ten
deezen opzichte deswegen genoeg z y n , dat ik zegge, dat daarin geen ander verfchil heeft plaats gehad, dan dat ik ook in dit geval, zo wel als in alle anderen, gedacht heb, dat de toediening volgends den Heer
M E N G E L S T O F F E N .
Heer M . M A R T I N E T ,
7
niet genoeg vermogend
was, even zo min ten opzichte der uitwendige, als der inwendige behandelinge; en dat ik hierom, beginnende op ce wyze des Heeren gradatim
M A R T I N E T ,
ben opgeklommen, z o , dat ik eindelyk
gelyke deelen waters en Spir. S. a.c.c.v. heb,
tot
dat
de
zweer
zodanig
aangelegd
zuiver ,
en
de ontaarting der vochten zodanig verbeterd waren, dat ik geene uitwerking ter voltooijing der geneezinge van dat middel alleen verwachten konde, maar de volkomene fluiting door een goed en beftendig velteken, moest verwachten, van de zogenaamde velteelende middelen, inzonderheid betraande uit een mengzel van gelyke deelen Ungt
Epul.
SCHLIG-
T I N G I I , en , Ungt. grys. of iets dergelyks. Hiermede , en met het inwendig gebruik van laatstgemelden drank , tot den ^ f t e n January, 1785, aangehouden hebbende, is onze lyderes volkomen geneezen,
en heeft
ons
ziekenhujs den 25 den
dito, zeer gezond verlaaten ,
daarenboven
heeft
zy zig aan m y , den 5 den April deszelfden jaars, nog in dezelfde gezonde omftandigheid vertoond.
A 4
T W E E -
H E K L K U N P I G E
T W E E D E
W A A R N E E M I N G
Wegens een by na foortgelyk ongemak, ah hes voorgaande. J n zeer veele hardnekkige huidgebreken, by wei, •* ken de Cellulofa door de eene o f andere onbekende , fcbeurbuikige , kropzeerige ,
venerifche,
afzonderlyke, o f zamengemengde, verbastering der vochten, ontaart i s , e n , o f plaatslyk in het aange» zicht, o f te geiyk op meer andere afgelegene dee^ l e n , die alle kunstmiddelen wederlrreevende zweeren vertoonen ,
welken van fommigen kankerachtig,
omvreetend, enz., genoemd worden; e n , in het aangezicht voorvallende, den
veel
betekenenden
naam van Ujcus noma gegeeven wordt; heb i k , met zeer veel vruchts, de Spir.fal. viva, len m
amm. c. calce
toegediend, en de geneezing in veele gevalgelukkiglyk
zien
volgen.
Dewyl
gevallen waorin alle bekende
en
het
nu
beproefde
middelen vooraf vruchtloos bevonden waren, gebleeken i s , gemelde middel van zulk eenen uitfteekenden
dienst te zyn ,
weetgierigen genoeg
zo oordeelen wy aan de
voldaan te
zullen
hebben,
door één dier aanmerkelyke gevallen medetedeelen, zyndeinalle de anderen dezellde geneeswyze gelukkjglyk geflaagd.
.
M E N G E L S T O F F E N »
j... oud,
D had
,
naar gisfing
in zyne jeugd
ruim
9
50 paren
aan Lues venerea
gekwynd; hy was op de gewoone wyze daarvan geneezen, althans z o , dat hy verfcheidene jaaren daarna, gezond gebleeven is: dan, federt veele jmren in ons ziekenhuis, om reden van innocentise zyn verblyf gehouden hebbende, kreeg h y , vóór ruim twaalf jaaren, van tyd tot tyd zeer moeijelyke en langduurige zweeren, op verlchillende plaatzen van het lichaam, welken, met gruote moeite geneezen zynde, telkens van anderen, op naby, o f verafgelegene plaatfen, gevolgd werden, offchoon men hem zo wel in- als uit - wendig gefchikte middelen toegediend had, en offchoon w y , flaandeden t y d , dat dees lyder aan onze zorgen toebetrouwd was,
de k w i k , behoorclyk toegediend, ook niet
verzuimd hadden te beproeven ;
met één w o o r d ,
tegen alle bekende ontaartingen der vochten, waar* uit men kon vooronderftellen dat zyne voordvreetende vuile zweeren zouden kunnen ontftaan, had men, zonder vrucht, corrigentia aangewend. Sedert het begin van 't jaar 1784 ,
befpeurde
men eene kleine zweer in het rechter gedeelte van 't aangezicht, onder het jukbeen, in het midden der wang, welke fpoedig grooter en dieper w e r d , zodanig dat binnen een maand tyds, het geheele rechter gedeelte van 't aangezicht, A
5
het onderfte oog„
ï°
H E E L K U N D I G E
o o g l i d , een gedeelte van den neus, hals, en van het oor aangedaan waren, en eene vuile Hinkende ulcus noma; o f liever kankeiüchtige zweer, een dunne fcherpe ichor ontlastende, zig vertoonde, waardoor eene kleine ontblooting van het jukbeen ontfiond. Alle bekende in- en uit-wendige middelen, b y zonderlyk daarvoor aangepreezen, fwelken ik onnoodig acht alhier opcenoemen, dewyl zy te overvloedig bekend z y n , en ons, zonder nut, te verre zouden doen uitwydenO gepaard met de cort. peruv. werden tot aan den laatften November des \ ' f ien jaaTs, niet alleenlyk zonder eenige vrucht gebruikt, maar het ongemak verergerde, en breidde zig zodanig uit, dat een onvermeidelyke
dood ons toefcheen de'
eindpaal zyner elenden te zullen weezen.1 In deeze omftandigheid nam ik voor, te beproeven wat de veelvermogende Sp.fal. ammon. c. c. r . o i c werken zoude; en ziedaar den weg ter volkomene geneezinge allergelukkigst en onverwachtst gebaand. D e n eerfien December werd hem , onder een pint gewoon
en fterk afkookfel
van de cort.
peruv. Sp. [al. amm. c. cake viva §i. ingegeeven :
uitwendig bedekte en vulde ik de afgry-
zelyke zweer, met plumaceolen, nat gemaakt i n Sp.fal amm. c. c. v. Syi. gemengd met tien uncen gemeen water, en daarover leide ik vier dikke compresfèn , zo veel genoeg ware, om het gehee-
M E N G E L S T O F F E N .
II
heele zydelyke gedeelte des aangezichts en hals, zo verre het ongemak en de ui erfte miskleurige rand van het vel zig uitbreidde, te bedekken; alles voorzien door een maatig aanfluitend, eenhoofdig wisïdzel, gaande over de wang en om het hoofd, met zo veele flagen en omwindingen, als genoegzaam waren , om deplumaceolen en compresfen wel en gelyk te bedekken, en vast te houden; een verband dat zeker eenigzins omflactuig en moeijelyk aanteleggen is, ook eene naauwkeurige oplettendheid in de applicatie vereischt, en 't welk daarom misfehien van
fommigen onnoodig,
zo niet nutloos en te
omflachtig geoordeeld zoude konnen worden, ware het niet, dat ik verzekeren konde, by ondervinding, in dit en andere gevallen, geleerd te hebben, dat de naauwkeurige enmaatige aanfluiting, door een foortgelyk windzel, de geneezing zeer begunstigt, en meer dan dat men, in plaatfe van dit windzel, eenen eenvoudigen band aanlegt. Op gemelde wyze had ik naauwlyks veertien dagen aangehouden, of de pynen waren geheel verdweenen, en het ongemak was bepaald. Van deezen tyd, tot aan den isden Maart, 1785, bleef de behandeling, om reden der vordering, ten opzichte der verbetering van het ongemak, dezelfde ;
het geheele Ulcus was zuiver en plat
geworden niet alleen, maar het grootfte gedeelte
was
ia
H E E L K U N D I G E
was reeds met eene zeer gezonde huid gedekt: dan, een klein gedeelte, ter grootte van eene Holland' fche fchelling, federt eenigen tyd onveranderd gebleeyen zynde, fcheen my toe een ander (velmaakend,) middel, ter geneezinge, te vereifchen, en hiertoe koos ik httüngt.epul S C H L I G T I N G I I , meteene gelyke hoeveelheid Ungt. grys., gemengd als in het voorige geval, op plumaceolen gefineerd, aanteleng e n , en daarover het voorgemelde, doch meer aanfluitend windfel: dit hulpmiddel wilde ondertusfchea voor deeze keer niet flaager, ; de kleine zweer ontlastte weder eene fcherpe iebor, die zig iang de Sp.fal. amm. c. cake viv. gebruikt was, niet vertoond had: hierom was ik genoodzaakt het eerstgemelde middel weder aanteleggen, waardoor de zweer zig weder ter geneezinge fchikte; dezelve gaf eene goede etter, en fcheen geneigd tot fluiting; dan, dewyl de rand der zweer droog was, en de velgroeijing traaglyk voordging, zo beproefde ik, den^ften derzelf. de maand , weder het zelfde mengzel van Unn ^p. S C H L I G T . en ungt grys. en hield daarmede' met een gewenschten uitflag aan, tot de volkomene geneezing, welke den 3o!ren daaraanvolgende voltrokken was, tot welken tyd ook de toediening van de K i n a , met de Spir. fal. amm. c. c. y. inwendig op dezelfde wyze als gemeld i s , voortgeduurd had. z o
a
D e geneezing van deezen Iyderis bovenal gelukkig om
M E N G E L S T O F F E N .
om reden der ontblootinge van het os jugale, data zonder eenige zichtbaare exfdiatie, weder met vel begroeid, en om reden dat hy beftendig gezond gebleven is , aan geene ongemakken waaraan hy voorheen kweinde, weder onderhevig geweest zynd e , tot aan de plaatzing deezer waarneeming, den 2often J u n y , 17S5. Soortgelyke, alle andere geneesmiddelen weder» ftreevende ongemakken in 't aangezicht, heb ik even gelukkig, op dezelfde wyze, o f met eenige geringe verandering kunnen geneezen; en niets zoude voor my gemaklyker zyn , dan dezelven medetedeelen, indien de tyd my dit vergunde: zo zoude ikookaanmerkelyke geneezingen kunnen aanwyzen, van veele venerifche zweeren, inzonderheid eene , welke eenige maanden , alle Genees- en Heel-kundige beproevingen te leur gefield h a d , en eene byna volkomene vernietiging van den neus, en een gedeelte van 't aangezicht dreigde; doch welken terftond, op voorgemelde wyze behandeld wordende , gefluit en geneezen z y n ; dan ik achte voor ditmaal deswegen genoeg gezegd te hebben, terwyl ik de overige Waarnee^ neemingen , (nog veel aanmerkelyker,) tot eene nadere gelegenheid befpaare,
BRIEF.
H E E L K U N D I G E
B R I E F W I S S E L E N D E R A A D P L E E G I N G E N , Van een jong Heelmeester in Ovenwfel • wegens een kind van drie jaaren ?aan eene waterbreuk fukkelende.
Ht
zoomïe
van
JAN
B.......
H E E F T
«yne geboorte, tor op heden, zynde thans drie jaaren oud, anders zeer welvaarende geweest • al leenlyk federt eenige maanden heeft m waarg-enomen, dat zyn Scrotum, (waarin evenwel del'esticult reeds vroeg befpeurd wedden,) meer dan natuurlyk begint optezetten, te i l e n , hard doorfchynend te worden: de roede is niet gezwol l e n , en het fchynt dat de balzak, die O h . lyklyk, niet oneffen, ter grootte £ vuisten is uitgezet, in de diepte als in twee afzon, derlyke beuhngswyze gezwellen verdeeld is, welken ng, van den buik tot aan de ballen uitftrekken e n
Z w e
e
n
Vdör twee maanden kwamen de Ouders het kmd my om raad vraagen en ik h 7 water van Goulard, warm g e b a k t , omdeTbalzak te leggen: eenigen tyd hiermede aangehouden en uw» gevorderd zynde, verwisfelde ik dir huipmidv a n
del
M E N G E L S T O F F E N .
1§
del met eene fmeking van ammoniac zout in water; dan, noch dit, noch' de Campber, die ik er eiadelyk byvoegde , heeft eenige verandering ten wege gebragt, integendeel, de zwelling is meer toegenomen. - "- Wat oordeelt U E d . van den aart des ongemaks? en op welke wyze dunkt U Ed» moet de geneezing nu beproefd worden? Ik ben enz. 16 Sept. 1780. A N T W O O R D , ten richtfnoeraan bovengemelden Heelmeester: dato 24 September 1780. Het ongemak van het kind aan uwe zorgen toebetrouwd , fchynt my toe zamengefield te z y n : voor eerst, dat ongemak, zo bekend zelfs by de bakers en oude vrouwen, het welk by haar humeurbreuk je, en by ons waarlyk met geen beter naam benoemd wordt, (naamlyk die foortvan waterbreuk welke in de cellulofa van het Scrotum plaats heeft, en zig o f m e t , o f zonder eene algemeene waterzucht vertoont,) heeft ongetwyfeld by uw lydertje plaats ; immers de blyken en kentekenen daarvan zyn allerduiJelykst. Het twee He byzondere ongemak dat my allerwaarfchynelykst voorkomt plaats te hebben , en waarom ik gezegd heb, dat het ongemak my zamengefield toefchynt, i s , zeer ontwyfelbaar, eene wa-
Jö
H E E L K U N D I G E
waterzucht van de fchederok der zaadvaten ; (ik vooronderftel dat er geene kentekenen van darmbreuk , welken zig afzonderlyk laaten onderfcheiden, inzonderheid door de mogelyke inbrenging der beuliPgswyze, o f langwerpig ronde zwelling, wdke in de diepte gevoeld wordt, en wat verder daaromtrent meer waarteneemen vereischt w o r d t , U Ed. overbekend, plaats hebben.) immers dit is genoegzaam blykbaar uit de beulingswyze zwelling en uitgeftrektheid derzei ve, van den buik tot aan de ballen zig bepaalende. De balzak is, behalven gemelde afzonderlyke opfpannihg van de fchederok der zaadvaten, gelyklyk* meer dan natuurlyk, gefpannen en uitgezet, zodanig dat dezelve aan twee mansvuisten evenaart; welke zwelling voorzeker om derzei ver doorfchynendheid, door Water, afzonderlyk in de cellulofa opgehouden , veroorzaakt wordt: dewyl uwe juiste bepaaling der voorgemelde zakswyze waterbreuk van zulk &en gering , fchoon tastbaar volumen , duidelyk aanduidt, dat de grootfte omtrek, door eene afzonderlyke vloeiftof voordgebragt i s , en offchoon het waar zy dat meestal in dat foort van waterbreuk welke zig binnen het cel wyze weefzel van den balzak ophoudt, de roede mede zwelt, zoheef : de ondervinding my evenwel geleerd, dat het ( i n zonderheid by kinderen,) meermaaleh gebeurt, dat de balzak, afzonderlyk waterzuchtig kan worden, E
zon-
M E N G E L S T O F F E N .
17
zonder dat de roede daaraan deelachtig zij ,
en
zonder dat er eene algemeene waterzucht in hec lichaam plaats hebbe, in welk laatfte geval de roede ook mede zwelt. . Het fchynt U E d . ook onbekend te zyn (althans dit maak ik o p , om reden dat gy daarvan geene melding maakt,) welke der afzonderiyke vergaderplaatzen , het eerst is kenbaar geworden, en of beide deeze byzondere loprten van tumores ziggelyl tydig vertoond hebben; byzonderheden welken zekerlyk niet weinig verandering ten opzichte van het ziektekundige maaken kunnen; dan, het fchynt alleenlyk uw oogmerk te zyn, (en zeker, dit is het voornaamfte,) om de geneezing van het aan U S d . t o e b e trouwd lydertje, op de beste en zekerde wyze te bezorgen, althans, hiertoe was uwe raadpleeging te mywaards ingericht. D e mislukking uwer regelmaadge handelwyze ter geneezinge beproefd ,
kan niet dan den weg tot
eene ongunstige voorzegging baanen, in zo verre naamlyk het lydertje misfchien langzaam, indien ook volkomen, zonder eenig Heelkundig handwerk, g j neezen z a l ; althans, om het ongeduld der ouderen, niet op te wekken, ('t welk, en met reden, zo dikvvyls plaats vindt, en niet weinig gaande gemaakt wordt door vroedvrouwen,bakers, buurvrouwen,enz., welken allen even veel rechts meenen ce hebben, bevoegd D
mee-
iB
H E E L K U N D I G E
meenen te zyn,en kunde genoegvooronderflellente bezitten, om foortgelyke ongemakken te kennen en te geneezen;) en het vertrouwen te uwaards niet te verliezen, zal het best zyn, in tyds het vooruitzicht ter radicaale geneezinge niet te gemaklyk voorteftellen : hierdoor zult gy den weg tot alle kwakzalveryen affnyden , de behoorelyke tyd ter beproevinge van vermogende hulpmiddelen zal UEd* vergund, ja zelfs eenig handwerk vereiscbt wordende , zal U Ed. om redenen van vroegtydige voorfpelling niet afgeweerd worden; tot welke als noodzaakelyk te bepaalen, en de wyze hoe, ik, na de vruchtlooze beproeving van het volgende zeer genegen zyn zal , indien ik andermaal door U Ed. om raad gevraagd mogt worden. Uwe aangewende, middelen ter herftellinge , zyn, volgends goede Heelkundige grondbeginzelen, wel uitgekoozen; dan, zeer dikwyls heb ik ondervonden, dat foortgelyke hulpmiddelen, als door U Ed. gebruikt zyn, (waarin onder anderen uitmunt de Spir. [al amm. cum cake viva parat, met een gelyke hoeveelheid water verflapt, met compresfen om den balzak gelegen, en geduurig vernieuwd, benevens de aanlegging van eenen behoorelyken fchortband,) van geenen dienst waren: in zulke gevallen zag ik fomwylen zeer veel dienst, en de volkomene geneezingen volgen, door de zamenmeng^g
M E N G E L S T O F F E N .
ging van de vinum fquilliticum, Spir. Junip. aa g i v en aq Samb. gviij. Ondertusfchen is het zeer noodig dat men ltaande de uitwendige behan. delingen, ook inwendig nu en dan eene behoorelyke veelheid draftica toediene, het welk niet weinig de geneezing begunstigt ; althans in fommige gevallen , waarin ik niet fpoedig vorderde, volgde ik altyd deeze wyze van geneezing, welke ik in foortgelyk toeval gevalhg voordeelig bevonden had, by een k i n d , 't w e l k , (bande de behandeling der Hy drocek, (welke reeds voor de helft verminderd zynd e , doch nu federt eenige dagen in den welfden toeHand bleef,) tegen eene hevige Ophthalmïa Humida met gewenscht gavolg, drastica toegediend werd ; immers de waterbreuk verminderde toen meer in agt dagen, dan te vooren in vier weeken, en herftelde in korten tyd volkomen, zo dat hec kind, thans ongeveer twaalf jaaren oud, federt het tweede jaar zyns ouderdoms, aan geene waterbreuk weder onderhevig geweest is. Het gebeurt ondertusfehen dikwyls, dat het vei der fcbaamdeelen door bovengemelde hulpmiddelen al te veel aangedaan wordt; ten minsten in die gevallen waarin men om den traagen voordgang in de geneezinge, verpügt i s , langen tyd aantehouden: de ontvellingen welken dikwyls op deeze gewoonlyk voorvallende huidontdeeking volgen, verhinderen niet weinig, voor e e n ' t y d , de aanlegging van B z foort-
SO
H E E L K U N D I G E
foortgelyke hulpmiddelen, genoegzaam krachtig om aan 'c oogmerk te voldoen; in zulke gevallen is men verpligt, de ontvellingen en ontfteeking eerst weder te geneezen , met het Ungt. nutrit, cum Sacchar.Saturn. o f iets dergelyks, eer men voorgemelde middelen weder durft aanleggen; de watertucht neemt in dien tusfchentyd fomtydi weder zo aanmerkelyk t o e , dat de geneezing verdrietig en zeer langwylig wordt: hierom heb ik tweemaaien in zodanige gevallen de geneezing doorandere, min prikkelende, maar zeer zamentrekkende middelen, beproefd, en ongehinderd volbragt: ik liet om het geheele deel corapreslèn leggen, nat gemaakt in het volgende \.Cort.qutrcin. Granat. aa. man. i . vin. rub. aq. Comm. aa. unc. x v i . Colat. unc. x v i . telkem warm aangelegd, en het bei otum behoorelyk gefchort. Ik ben enz.
TWEE.
M
" N G E L S T O F F E N . -
T W E E D E R A A D P L E E G I N G van bovengemelden Overysfelfchen en Raadpleegenden* Heelmeester. Ik heb uw richtfnoer ter geneezinge van myn lydertje gevolgd, en ben daarmede zee;- gelukkig geflaagd: ik hield met het gebruik des Spir. Sal. amm. c. cake viva, tusfchenbeide inwendig drasticatoedienende, volgends voorfchrift, aan, tot dat'de aanlegging, om reden van ontvelling van den balzak, te pynlyk werd en nagelaaten moest worden; de zwelling ondertusfchen was reeds meer dan de helft verminderd. — Ik koelde de huidontfteking, en genas in korte dagen de ontvellingen met het ungt. nutrit, cum Saccbar. Saturn: de verdere geneezingrn durfde i k om reden der dunheid en gevoeligheid der h u i d , niet weder met het zelfde middel beproeven ; maar ik heb de volkomene geneezing, tot groot genoegen der ouders van 't k i n d , en van m y , met het afkookfel van de Cort. granat. en Cort. quercini, den 3ofl:en Oéto-ber van 't laatstleden jaar volbragt; zynde het kind thans nog zeer welvaarende. Het Scrotum heeft niet meer dan de natuurlyke grootte , is zacht, bied op het aanvoelen geenen wederuand, in één w o o r d , het is gezond. D e gelukkige uitflag van het bovengemelde geval, fpoorde my t a n , om te beproeven,in hoe verre die geneeswyze vermogend zoude z y n , tegen een verli 3
ou-
SS
H
E E L K U N D I G E
ouderde Hydrocele van een' man van 40 jaaren, welken ik reed* vier maaien te vooren, in den tyd van zes jaaren , telkens ongeveer twee pinten vochts, door middel van de troicart afgetapt had. Deeze beproeving ftelde i k , heden agt dagen geleden, e
n agt dagen na de laatfle aftapping, in 't werk, toen het
Scrotum weinig minder omtreks dan ooit te voo* r e n , door water opgevuld, weder aangenomen had —* dan de prikkeling
welke de Spir. Sal. amm. c.
cake viva , verwekte, op gevolgd i s , maakt ,
en de ontdeeking die er
heeft den lyder ongemaklyk ge-
genoodzaakt het bed te houden , en my
doen afzien van den verderen vóórdgang met gemelde hulpmiddel,
offchoon ik befpeurde dat de
toeneeming der zwellmge niet alleenlyk bepaald w e r d , maar dat de omtrek van den balzak, zelfs eenigzins vóór de opkomst der ontfteekinge, verminderde:
het wondje door de troicart gemaakt, is
zeer ontftoken , king.
en pynlyk op de minste aanraa-
Wat moet er in dit geval gedaan worden?
is het mogelyk de volkomene geneezing op eene andere wyze, dan doordegeheele(waarlykwreede,) opfbyding des balzaks, en met vermyding van de wyze des Heeren
EL.SE,
(waar toe de lyder
op myne voortelling daarvan niet beiluiten k o n , ) te bewerken ?
Ik ben enz.
4 Juny 1781. ANT-
M E N G E L S T O F F E N .
A N T W O O R D op de tweede raadpleéging
2
3
van
voorgemelden Heelmeester, alleen betrekkelyk tot bet laatst voorgepelde geval: Jammer is het dat de aanlegging van Spir. Sal. amm. cum calce viva
t
niet kan aangehouden w o r -
den ,* misfchien zoude anders in dit geval, hierdoor de volkomene geneezing kunnen ten wege gebragt worden ,
gelyk my éénmaal in foortgelyk geval
gelukt i s : — dan, daar gy onder zekere bepaalingen mynen raad vraagt; zal ik U E d . , ten richtfnoer, myne ondervindingen kortlyk mededeelen. Zeker aanzienlyk Heer, A . . . . c . . . . omtrent 50 jaaren oud , had, door een' ftoot, eene kleine verharding i n den rechter bal gekregen, tot welker verdwyning de beste en bekende middelen, de Sp. Sal. amm, c. calce viv. niet uitgezonderd, vruchtloos beproefd waren: — drocele ;
hy kreeg, in gevolge hier v a n , Hymen Helde hem de radicaale geneezing
door de geheele openklieving van den bal- en breukzak, en de wyze van E L S E , voor, en ter onderhoudende geneeswyze de priemswyze doorbooring, op de bekende manier,* d a n , het een en ander, verwekte een afgryzen , lyder ,
die ondertusfchen
dat men ,
behalven
en verwerping by den zeer
foortgelyke B 4
begeerig
was,
kunstmiddelen, al-
tl
H E E L K U N D I G *
alles ter zyner herftelIiDge beproeven zoude Hertoe liet ik hem drukdoeken, nat gemaakt in *p Sal. amm. c. calce viva f v i . aq
Comm.§ni<
m. (a) om het gcheele Scrotum leggen, en door een behoorelyk fchortverband bevestigen Wem-ge dagen hiermede aangehouden hebbende, begon de balzak rood te worden; daar kwamen zig kleine zweertjes allerwegen openbaaren, en een, „ den grond van den balzak, de aanmerkelyküezynde fcheen my toe eenige overeenko mst met een kleine fu runculus te hebben , zynde in den grond zeer hard • dit maakte my bedacht, om, ware het mo^elyT de verzweering deezes gezwel*, zo gunstig tehe, bevorderen, en aanmerkelyker dar Z'. woonlyk te maaken, door middel van de flL kmg optewakkeren. Tot dat einde leide ik een verkoelend Ceraium om het geheele Scrotum, ten einde de p ' exconatte van den geheelen balzak eenLins Z verminderen; maar, de plaats van bovengemelde furunculus liet ik door dit rerkoelend dekzel ont bloot, en bedekte hetzelve byzonderlyk met een w
peH
OTt
v n e n
d
krach00 Op aanraaden den H o o I « r , , r s R s c H u i » , toenmaals praccifeerend en b e r n J L ï ^ neesheer te A rt Idam, in eer» byzondeï Z ? ^ *yn Ed. de.weg u „. ° ' « « T
m
a
n
8
r a a
F
e
y
en
g e h 0
d e
2
n
d
e
fiefprek
o
m
M E N G E L S T O F F E N .
krachtig
werkenden
Sp*.anfchevliegpleister.
_
Dit ontlreekir.g vermeerderend middel, liet i k , van 's avonds ten g ,
tot den anderen
morgen ten
p uuren, liggen, oflchoon de lyder den geheelen nacht koortzig was: —
de pynen waren, ftaar,de
de aanlegging, hevig geweest, en het kleine furun* culus was geweldig opgezet, vooruitpuilend en pumig verheven.
Ten einde nu meer dan noodige ont-
fteeking, ter deelneeminge van genoegzaame belendene ctilulofa, tunica, vaginalis testis, en verdere toevallen te weeren, liet ik Cataplasmata EmoL Uentia et refrigerantia aanleggen, en ik had hec genoegen te zien, dat de door kunst vergroote en ingedronge furunculus, na vier dagea, zig opende en eene ontlasting van het water binnen den fchederok des bals, ter hoeveelheid van meer dan een en een half pint, ten gevolge had. D e zweer welke hier op nableef,
etterde be-
hoorelyk, en werd-allereenvoudigst verbonden: de toevallen van koorts hielden aanftonds o p , en de lyder herftelde langzaam , want het duurde byna drie maanden eer eene kleine nageblevene fistuleufe opening ,
welke dagelyks veel waterachtig vocht
ontlastte, wilde toefluiten; dan, eindelyk gebeurde d i t , en hy genas volkomen van zyne waterbreuk niet alleen, maar ook de verharding van den b a l , Welke vdör de verfchyning van Hydrocelc plaats B
5
had
»o
H E E L K U N D I G E
h a d , was niet meer aanweezig; met één w o o r d , myn lyder bevond zig volkomen gezond en herfleld. In een ander geval, en korten tyd na het gemelde, werd ik om raad gevraagd, en tot de aftapping van Hydrocele van denzelfden aart, dooiden Heer D . v . . . verzocht: operatie, en ontlastte,
ik volbragt deeze
naar gisfing, twee pinten
waters, welken de lyder federt drie jaaren verzameld had: dan, wat gebeurde er? hem ten volgenden dage bezoekende, was ik niet weinig verwonderd, de waterbreuk
even aanmerkelyk
groot
en den
lyder zeer mistroostig te v i n d e n h y was door verlegenheid aangefpoord om my tot eene radicaale onderneeming, die de minst gevaarlyke was, te verzoeken.
Ik nam deeze gelegenheid waar, om
te beproeven wat een blaarmaakend middel, 'twelk door
de
krygen ,
gemaakte
wonde
den breukzak ,
gelegenheid
konde
o f de tunica vagina,
lis testis zelve aan te randen, uitwerken konde; en o f ik in dit geval niet even gelukkig als in het voorige flaagen zoude ; en zie daar,
een Spaanfche
vliegpleister, ter grootte van een twee ftuivers ftuk, had naauwlyks zes uuren aangelegen, o f er volgde eene koorts, fchoon minder dan die welke na de aanlegging van het middel van E L S E , verfchynt: ik aam dan na vier-en-twintig uuren deezen Spaanfchevlieg-
M E N G E L S T O F F E N .
37
vliegpliener w e g , bedekte deszelfs plaats met «ene vette zalf,
en daarover een pap van gort : na
verloop van eenige dagen was de verettering volkomen; een gedeelte v e l , vetvlies, en voor zo verre o o k , een gedeelte der tunica vaginalis testes ontlastte zig naar buiten ,
en dagelyks vloeide veel
waterachtig vocht u i t , tot dat eindelyk de zweèr met vleesch aangevuld w e r d , en na verloop van vyf weeken geheel gefloten was, geen de minste hinder nalaacende, en volkomen van de waterbreuk geneezen. Het welke
zal U E d . gemaklyk
zyn optemaaken,
handelwyze ik U E d . , ter herftellinge van
uwen lyder, in dit geval aanraade ,
naamlyk de
aanlegging van eenen kleinenSpaanfchevliegpleister, op 't wondje, aan het onderfte gedeelte van den balzak , alwaar ik vooronderftel,
dat U E d . met
den troicart het Scrotum doorboord hebt; benevens de verdere behoedzaamheid ter beftuuringe der onvermydelyke toevallen, die echter niet zeer te vreezen z y n , en ter geneezinge van de door kunst ger maakte zweer. SJ Juny 1781.
H E E L K U N D I G E s LAATSTE
ANTWOORD,
wegens de
volhomtne
geneezing van de bovengemelde Hydrocele, door de aanlegging
van een veftcatorium:
van den
jongen Overysfelfchén Heelmeester. Aangenaam vroor m y , en gelukkig inderdaad voor mynen lyder, was de beproeving van uwen voorgeftelden regel, immers de volkomene geneezing, niettegen(taande eenige kleine toevallige omftandigheden, die de behandeling verzelden, is het gelukkig gevolg derzelve geweest. Daags na het ontvangen van uw
voorfchrift,
leide ik een' Spaanfchevliegpleister, ter grootte van een'
tweeftuiversftuk aan ,
en bedekte voor het
overige den gebeelen balzak met eenen linnen doek, befmeerd met Ungt, nutrit, cum Sacch. Sat.
De
pyn welke dit blaartrekkend middel veroorzaakte, was in de eerde uuren aanmerkelyk ;
tegen den
avond kreeg de lyder huivering en koorts, die echter niet zeer hevig was, e n , tegen den volgenden morgen verminderende, eindelyk geheel ophield. Ik nam vier-en-twintig uuren na de applicatie der veftcatorium
het aangelegde verband a f ,
vond rondom de w o n d , door de troicart eene aanmerkelyke blaas,
en
gemaakt
met geelachtig vocht
gevuld, welke ik opende, en het vocht ontlastte; maar in het
midden derzelve ,
was eene kleine zwar-
«
E N G E L I T O r F t
N.
2J*J
zwarte ftip, ter plaatfe daar ik te vooren de pun&io gedaan had. Tot eene eenvoudige en zachte behandeling, om de ontvelling te doen etteren, en de pyn te verzachten, verkoos ik het geheele Scrotum met het Ungt. Coeruleum, ken ,
op linnen gefineerd, te bedek-
terwyi ik intusfchen
naar den uitflag ver»
langde. De
p y n , ter plaatze der gemelde zwarte
ftip,
hield nog eenige dagen aan, en ftrekte zig uit in de diepte, tot aan den bal zeiven; doch eindelyk verminderde d i e ;
de etterontlascing werd
ter
dee-
zer plaatze aanmerkelyk; de zwarte ftip raakte l o s , en deeze ontlastte zig na verloop van agt dagen met de etter ,
by het afneemen van het verband. —
Ik vond hierna eene opening welke tot binnen de tunica vaginalis
testis toegang vergunde, en ont-
lasting bezorgde van het water, 't welk weder verzameld was geworden. Van dien tyd af, vloeide e r , by aanhoudendheid, zeer veel dun wankleurig vocht uit, zo dat de lyder verpligt was, zeer dikwyls daags, een nieuw verband, voorzien met een zestien dik compres, aanteleggen.
—
Deeze
veertien dagen aan ,
ontlasting
hield
ongeveer
verminderde trapswyze , en
eindelyk genas de zweer zodanig, dat het lidteken met den bal vereenigd fchynt te zyn.
D e balzak heeft
H E E L K U N D I G E
3^
hseft zyne natuurlyke grootte wederbekomen; ds lyder geniet eene volmaak;e gezondheid, en van den tyd der geneezinge, tot op heden, heeft hy geen binder, pyn, noch eenig ander ongemak van zyn voorgaand gebrek ontdekt, zo dat hy van zyne waterbreuk, volkomen geneezen zynde, my verzocht heeft, ©m zyne dankerkentenis aan UEd. te betuigen, 't welk ik echter tot deezen tyd uitgefteld heb, ten einde met meerder zekerheid tot de radicaale geneezing te kunnen befluiten. — Indien het U E d . behaagde van myne raadpleegingen ten nutte van het algemeen gebruik te maaken, zal het my niet onaangenaam zyn. Ik ben enz. 14 April 1782. B
Y
V
O
E
G
Z
E
L
Tot de voorgaande Raadpleegingen. Het blykt ook uit deeze waarneemingen, zo als uit een menigte anderen, inzonderheid van E L S E , S H A R P , P O T T , enz. dat men alleen door eene genoegzaame ontfleeking en verzweering van de tunica vaginalis testis ten wege te brengen, de volkomene geneezing van de waterbreuk kan verkrygen, en het is buiten tegenfpraak, dat die handel wyze ter bereikinge van dit oogmerk, welke de gemaklykfte, min pynlykfte, en minst gevaarJykfle is, de verkiezelykfte zy, en dus, dat de geheele door-
M E N G E
L S T O F F E N .
doorfnyding van den balzak, wreeder,
$1 pynlyker,
gevaarlyker, en hedendaagsch in de meeste gevallen vervverpelyker i s , dan o o i t , dewyl men thans veel eenvoudiger, gemaklyker, en min gevaarlyker geneeswyze,
proefondervindelyk
verkiesbaar
bevonden
heeft. — O n d e r t u s f c h e n kan men de openfnyding van
den balzak niet in alle gevallen voorkomen,
doch desniettegenstaande blyft evenwel de voorgemelde ha nelwyze, o f die van E L S E den voorrang behouden, dewyl de openfnydingen in die gevallen althans veel minder pynlyk z y n , om reden dat ze nimmer te pas komen, dan in gevallen van aanmerkelyke verzweeringen en etterboezems van eenige uitgeftrektheid ;
want buiten die gevallen, is het
nimmer noodig, in gevalle van noodzaakelykheid, meer dan eene kleine opening tot binnen de vaginaiis ken,
testis,
tunica
met een gewoon lancet te maa-
om aan het oogmerk, de ontlasting en ge-
neezing volkomen te voldoen :
dan,
om reden
van aanmerkelyke verzweeringen en etterboezems, zeide i k , dat men niet altyd de openklieving van den balzak konde voorkomen; hiervan ontmoette ik een voorbeeld in het laatfte van 't jaar 1 7 8 3 , by eenen myner lyderen, in ons buiten.gasthuis: — een robust, gezond en fterk zeeman, ruim 30 jaaren oud, had, na eenen geweldigen flag tegen den balzak , twee jaaren te vooren, zeer veel pynen uitgedaan ;
3«
H
E
E
L
K
U
N
D
I
G
E
ftaan; en na de groore onrfteeking welke er op gevolg 1 was, door een' Heelmeester overwonnen zynde, had hy eene aanmerkelyke verharding in den rechter bal,welke van tyd tot ryd was toegenomen, ontdekt; eindelyk en kort voor dat hy onder myn opzicht geraakte, was zyn Scrotum aan die zyde aanmerkelyk beginnen te zwellen, zo dat hy niet dan- met moeite gaan konde , om reden dat dit ongemak niet gefchort, maar aan zyn eigen zwaarte overgehater> wordende, veel pynen, inzonderheid in de lendenen, ten wege bragt: ik ondekte by bet eerfte onderzoek dat zyn ongemak Hydrofarco. cele was, of liever dat het zel;e belfond, uit een waterbreuk, gevolgd op eene verharding en ontaarting van den bal zei ven. Aan den onderkant van den balzak, ontdekte ik een meer ui-puilend, eenigzins ontdoken gedeelte, op het welke ik befloot een kleinen Spaanfchevlie"-pleister,
ter grootte van een tweeliuiversfr.uk te
leggen: dit verwekte in één etmaal zo veel p y n , koorts en toeneeming van ontfteking op die plaats, dat ik verpligt was de Spaanfchevlieg weg te neemen ,
de
Scrotum,
blyn
zacht Ceratum plasma
te
openen ,
en
het
geheele
na de ontvelling, met een verkoelend en voorzien te hebben, met een
EmolUens
te omdekken.
Cata-
D e ont-
fïeeking ondertusfchen verminderde niet, maar na or-
M E N G E L S T O F F E N .
33
korten tyd openbaarde zig in den grond van het Scrotum,
ter plaatze van gemelde uitpuiling, eene
etterverzameling, welke ik met een lancet opende, en waardoor ik weinig etter, maar zeer veel Hinkend zwartachtig water ontlastte ; ik hield nog eenige dagen met de gemelde Cataplasma aan; ontlastte bij elk verband veel Hinkend en dun vocht, benevens een menigte vliezige vellen, meer dan waarfchijnelijk van de tunica
vaginalis testis ,
en 't
fcheen als of de hydrocele langs deezen weg zoude geneezen , althans ik had reden om my hiermede te vleijen, dewyl de gemelde toevallen, niet alleenlyk bedaarden, maar dat de balzak, zo veel mogelyk, (aangezien den vergroocen, verharden en ontaarden b a l , ) inkromp : maar, op
het alleronverwachtst
hervattede de koorts, p y n , ontfleeking en zwelling, allergeweldigst, en eindigden in een uitpuilend ettergezwel, ter voorgemelde plaatze, 't welk ik opend e , en waaruit een menigte etters ontlast w e r d , langs de gemaakte opening , welke duidelyk een fonde tot in het lichaam van den bal toegang vergunde: ik bedoor, ten einde de behoorelyke mid« delen tot den grond der verzweeringe te kunnen brengen, het geheele h o l , dat is de verzweering van den b a l , van onderen naar boven, op het geleide van een holle fonde, welke tot aan het bovenfte" gedeelte opgevoerd konde worden, openteC
klie.
34
H E E L K U N D I G E
klieven: —
hierna bedaarden
alle toevallen regel-
maatig, en de verdere behandeling, welke allereenvoudigst cn naar de gewooöê regelen der kunst ingericht was,
had eene gelukkige en volkomene
geneezing en
herttejliög der gezondheid ten ge-
volge : de lyder verliet na eenige weeken, volkomen herfteld van zyne hydrocele, met verminderde natuurlyke grootte van den bal, die echter door het lidteken, en op deszelfs plaats,, eenigzins hard was, zeer vergenoegd en herfteli ons hospitaal. Z i e daar één dier gevallen, waar uit blykt dat men de geheele openfhyding van den balzak niet akyd vermyden kan , offchoon het ons oogmerk zy om daardoor de geneezing gemaklyker, en min gevaarlyk te maaken: ondertusfehen zyn foortgelyke gevallen, welken wy ten bewyze aangevoerd hebben , zo zeldzaam , dat men daardoor geenzins tot het onvoordeelige van de opgegeevene handelwyze befluiten k a n ; behalven dat men nog vylig kan vooronderftellen, dat de gehoudene handelwyze gebkeken i s , zeer goed, zo niet de beste geweest te z y n , ter volkomene genezinge van dit zeer za» mengeflelde en moeijelyke geval, blykens de gelukkige en voorfpoedige geneezing ; en derbalven fchynt het ons toe, dat de opgegeevene geneeswyze voor hydrocele, althans boven de pyniyke en wreede doorfnyding van den geheeien balzak en het fchedevlies des bals, verre de voorkeur verdient. DER-
M E N G E L S T O F F E N .
D E R D E
W A A R N E E M
ING,'
Wegens eene breuk, of uitperfng van bet druivenvlies.
V
an een groot aantal Iyders aan de kinderziekte, welken ftaande den tyd dat dezelven in het jaar 1 7 ^ 4 , en in het begin van 1 7 8 5 , zo gewoed heeft, en in ons hospitaal door den Heer V A N E U I C H E M , beharfdeld z y n , is er niet alleen flcchts een zeer gering getal geftorvsn,maarook zeer weinigen hebben eenig hinderend overblyfzel nabehouden; en offchoon by fommigen de oogbollen zelfs coor de zogenoemde m p o k k e n , hevig aangetast werden, hebben zy echter hun gezicht door eene gepaste handelwyze behouden ; en voor zo veel wy ons kunnen herinneren , is er maar één , dien bet gezicht in het linker oog niet ongefchonden gebleeven , maar door eene verzweering venjietigi, en van ftaphyloma gevolgd i s ; welk gebrek zo aanmerkelyk, en de doorfchynende oogrokken, zo ontaart geworden waren, dat geene hulp ter hcrftellinge van 't gezicht in aanmerkinge konde komen: alleenlyk, de verzeilende ontibeking te heriteiien en verdere nadeelige gevolgen, ter vernietiginge van den geheelen oogbol, aftekeeren, vertischte onze aandacht en hulp, en hierin flaagdeu wy allergeC 2. luk* }
3"
H E E L K U N D I G E
lukkigst, zo dat onze lyderes, eindelyk volkomen herffcld van haare ziekte, ons hospitaal dankbaar verlaaten heeft. Het is wel waar, dat deeze lyderes, in gevolge de gemelde wreede ziekte , een onherftelbaar ongemak nabehouden heeft, dan, het is ook waar, dat haar ooggebrek , vóo'r dat zy ons ziekenhuis verliet , zodanig verminderd , en door een vast lidteken begroeid was, dat w y voor den aangroei en uitpuiling van 't o o g , en verdere gevolgen, geene gegronde vreeze overig .hielden , en derhalven oordeelen wy met recht, dat z y , ten aan" zien van de hevigheid der ziekte en der toevallen, ingevolge de zamenvloeijende pokjes, zeer gelukkiglyk herfteld is. Een foortgelyk toeval, en vernietiging van het gezicht in het linker o o g , door de pokftoffe, zoude waarfchynelyk zeker jongeling, genaamd B A R E N D N I E W E N H O F , getroffen hebben, indien wy de beginfelen even laat, o f ontydig ontdekt hadden, (b) Dan, <J>) De voorgemelde lyderes, werd eerst in ons ziekenhuis gezonden, na zy reeds eenige dagen aan efcn allerkwaadaartigst foort van kinderziekte bedlegerig geweest, het hoornvlies reed« verzwooren, door de pok floffe doorvreeten, en de we» door dit gat aanrr.erkelyk doorgeperst, of dcorgefchooten , tn tot verworgens toe be. Idemd was.
M E N G E L S T O F F E N .
37
D a n , de gemelde lyder was, niettegeofhande een alJerflechts foort van pokjes te beurt vallende, in de opkomst zyner ziekte, den 21 January 1785, in ons ziekenhuis ingekomen, en herftelde, tegen alle verwachting , offchoon z i g , in het beloop zyner ziekte, veele doodlyke kentekenen vertoonden, als zsmenvloeijende pokken in zwarte verftorvene plekken, die allen naderhand met huid en vetvlies uitgevallen z y n , en de*rgelyken: dan, in het begin van de maand Maart, na dat hy van het levensgevaar fcheen vry te zyn , kreeg hy op het alleronverwachtst, en per mtthastajis,
een ettergezwel, metaanmerkelyke
pyn en zwelling, in het linker o o g , wa:rtegen te vergeefsch de vereischte middelen ter be\eüiginge van het gezicht; door derivatie, werden aangewend : ik nam voor ,
het oog ,
o f de camera
anterior de?zelven, te openen; dan, de Natuur was my vóór den bepaalden tyd myner wederkomst vóórgekomen, en ik had het ongenoegen te zien, dat het doorfchynend hoornvlies, met een aanmerkelyk gat, door de fcherpte der ftoffe doorvreeten, cn
dat de uvea,
voor het gröotde gedeelte,
den Aroom van het humor aqueus gevolgd hebbende, door die wond naar buiten gedrongen was, en eene breuk van het druivenvlies ten wege geC 3
bragc
3§
H E E L K U N D I G E
bragt h a d ; de pupilla zodanig van zyne ronde gedaante doende veranderen, dat dezelve zig in eene langwerpige overlangfche ftreep vertoonde. D e uitgeperste uvea, welke men in ditgevalmet reden hernia uveae konde noemen, vertoonde zig aanmerkelyk boven de oppervlakte van de cornea uitpuilende, en Waasachtig: — i deeze omftandigheid vooifpelde ik weinig hoops, althans ter herftellinge van 't gezicht; ondertusfchen bewilligde de lyder zeer gaarne i n de onderneeming ter zyner herftellinge, zo niet van 't gezicht, ten minsten ter voorkominge van andere en meer gewigtige onheilen. n
Ik beproefde de terugbrenging van het druivenvlies ' dan, dit gelukte niet, voor en aleer ik de opening in de cornea tramparens, eenigzins, en op eene voorzichtige w y z e , door middel van een daar toe gefchikt fatoury, verwyd had, om ie (ïrangulatie wegteneemen , niet alleen, maar o o k , na dat ik eene zeer verhevene doorfchynende blaas op verscheidene plaatfen ingekorven, e n , ter ontlastinge vaneen waterachtig vocht, om verflapping te maak e n , doorfreeden had; als toen konde ik (de beklemming los gemaakt zynde,) het grootftegedeelte uitgeweeken druivenvlies , met een klein lapidil binnenbrengen, en zodanig i n voorigen ftand herftellen, als meest mogelyk was, en als ik oordeelde g.n^egzaam te z y n , om naderhand tot breeking der
M E N G E L S T O F F E N .
der lichtftraalen in (iaat te weezen, offchoon ik de ronde gedaante des oogappels, niet volkomen konde te recht brengen. D e wedeiuitzakking der breuke van het druivenvlies, werd belet dpor een (leunend verband, doornat, en geduurig bevochtigd , met bet wit water, o f aq. vegzt. min. G O Ü L A R D I , en hierdoor hebben wy het genoegen gehad te zien, dat, de flaphylorna herfteld ï s , niet alleen, maar dat daarenboven de wederkomst belet is geworden, door een vast lidteken in de cornea, tegelyk mee verëcniging der uvea aan het eersrgemelde' vlie- h zodanig echter dat er genoegzaams ruimte in de camera amerior overgelaaten , de vasthechting der uvea niet zodanig i s , dat zy de riooÉge contrarie des oogappels , ter onderfcheidinge van voorwerpen verhindert, en hy in ftaat was om zonder , hinder zig , fchoon alleenlyk op dit oog ter geleide betrou wende , en met een eenigzins verandeide gedaante des oogappels , alle voorwerpen, hoe gering o o k , te konnen onderkennen, en ons hospitaal, in volkomene gezondheid en met een volkomen herfieldenduidelykgezicht, den4denApril,des zelfden jaars, vergenoegd en dankbaar te verlaaten. M e n ziet voornaamlyk uit deeze waarneeming, hoe aanmerkelyk veel het o o g , en wel byzonderlyk het weeke druivenvlies, verdraagen kan, indien men C 4 m
a a r
40
H E E L K U N D I G E
maar kloekmoedigheid, met voorzichtigheid paart; dit heeft my althans de ondervinding dikwyls doen zien, en ik zelf heb eenmaal, de tegennatuuilyke en veranderde gedaante, des oogappels, welke door eene, twee jaaren te vooren, mislukte kunstbewerking en kwetfing van den ro.ontftaanwas, met een klein, plat, zilveren werktuig, weder zodanig te recht gebragt, dat de lyder naderhand, na het wegneemen der verduisterde lens cristalüna, weder zien konde ; daar hy vóór het doen myner kunstbewerking, offchoon de lens cristallina niet aan den rand van den iris vast gegroeid ware, (zekerlyk door de onregelmaatige en tegennatuurlyke gedaante des oogappels,) bet J i c h f van de duisternisfe, niet konde onderfcheiden.
r R o E£
M E N G E L S T O F F E N .
PROEVEN
OF W A A R N S E M I N O E N ,
Wegens dè
opgegeevene geneeswyze eens beengebreks , befchreeven
en
medegedeeld door den Heer
j . V A N D E R H A A R , fa de Vaderlandfche Letceroefeningen, 6de deel N o . 7. M e n gclltoffen Bladz. a / 3 .
D
e voortreffelyke en kundige Heer, j .
VAN
D E R H A A R , gaf ons in het bovengenoem»
de Maandwerk weder blyken zyner menschlievende
poogingen, ter uitbreidinge van het kunstvermogen, tegen die ongemakken, welken tot aan die t y d , niet genoeg gekend, en o f verkeerdlyk behandeld, of als ongeneeslyk befchouwd wier Jen: —
de Heel-
kundigen derhalven zyn weder aan den Heere V A N D E R H A A R , ten deezen opzichte, veel verfchuldigd, en het blykt ook hieruit, dat zyn E d . niet ophoudt, zelfs in zynen gryzen ouderdom, gelyk hy in den bloei zyner jaaren gedaan heeft, dooreenen onophoudelyken , heelkundigen yver, tot welzyn van zyne evenmenfehen, aangefpoord te worden: getuigen hiervan zyn niet alleen de gemelde waarneeming, maar veelvuldige anderen, en afzonderlyke verhandelingen,
welken 'smans gezond oor-
deel, onöpgefmukte redekavelingen, ten einde de C 5
een-
4*
H E E L K U N D I G E
eenvoudigfte, veiligfte en beste geneeswyzen aantepryzen, treffelyk ten toon fpreiden. V a n de goede trouw en kunde desHeeren V A N D E R H A A R ten vollen verzekerd, werd ik by het kezen zyner geneeswyze aanltonds tot navolging en beproeving aangefpoord, door de edelmoedige erkenning ,
wegens te weinige ervaaring , om ten
opzichte zyner Heelkundige aanmerkingen en geneeswyze van eenige
langduurige gezwellen der
gewrichten, metgrootere zekerheid tefpreeken; te meer zyn
daar
byzondere vriendfchap my verpligtte,
vriendlyk
verzoek,
fchoon
betrekkelyk tot
proefneemingen aan andere gebreken, ook op de hier bedoelde gezwellen der gewrichten, om reden van het zo even aangehaalde, toetepasfen, en by voorkomende gelegenheden, ten uitvoer te brengen : immers zyn E d . zegt , bladz. 284.
„ ik
, , fmeck weder myne vaderlandfche Kunstgenootei?, „ om ook hierop , by gelegenheid ,
proeven te*
, , doen: mislukken z y , dan ftaan z e , met duizend „ andere onvolmaakte geneeswyzen,
gelyk : ik
zelf heb er nog geene genoegzaame bevinding „ van. —* Ons leven is kort, de kunst lang, en „ als nog vry duister; dan het is onze pligt omze „ opteluisteren." Het zal niet noodig zyn fommige waarneemingen, wegens het goed gevolg der zachte en trillende fla- -
M E N G E L S T O F F E N .
43
flagen, met een dikken en natten doek, volgends de opgaave des Heeren, V A N D E R H A A R , ginnende hydrops articuli,
inbe-
tegen het boongezwel
der knie,en in fommige beginnende ganglia enz. alhier optegeeven, en met den verdienden l o f aanrepryzen; ik houde het voor genoegzaam, dit aangevoerd te hebben, om hierin met vrucht nagevolgd te worden. Ik
had voorgenomen my voor het tegenwoor-
dige tot
meer
moeijelyke gevallen te bepaalen,
ten einde daaruit te meerder blyken zoude, welken ongemeenen dienst de Heelkundigen, uit waarneemingen., die minder uitgloryzucht, dan wel totwezenlyk nut en getrouw medegedeeld worden, trekken kunnen.
Eene verbreeding, uitzetting en waare zwel-
ling van de uiteinden der dye en fcheenbeenderen , i s , naar myn inzien, en volgends myne geringe ondervindingen , dropsarticuli:
niet zelden het
gevolg eener hy-
fomtyds o o k , is de waterzucht
binnen den beursband van het kniegewricht, een ge« volg der beenige uitzetting •, althans, naauwkeurige waarneemingen, ze:
bepaalen my tot deeze denkwy-
ondertusfehen zy het hiermede zo het w i l l e ,
de handelwyze door den Heer V A N D E R
HAAR,
tegen de uitzettingen, o f zwellingen der bsendndens voorgefchreeven, komt in beide gevallen te pas, en zal ook in beiden, met het zelfde goed gevolg in het werk gefield kunnen worden: immers ik heb reeds ter
44
H E E L K U N D I G E
ter loops aangemerkt, dat deeze geneeswyze, in gevalle van hydrops artkuti, alle aanpryzing verdient, Menigwerf heb ik foortgelyke harde uitzettingen der kniebeenderen, verzeld van geringe, of, ook wel van geene beweeging der kniefchyfaangetroffen, en by verre de meesten, aan den buiten kant van het ligamsntum paielU , eene uitpuilende veerkrachtige verhevenheid, vochtgolvïng, en dus voor het meerdergedeelte, hy drops articuli daarby verg zeld gevonden, het welk deeze en de volgende wuarneeming^n bevestigen.
V I E R D E
W A A R N E E M
ING,
Of, befchyving en geneeswys eener waterzucht der kniebeenderen. Tn 't jaar 17C2. kwam in ons buitengas'huis, eene J - lyderes, ruim 50 jaaren o u d , met eeneaanmerkelyke uitzetting van het onderfte en rechter kniegewrïchrs gedeelte des dyebeens, verzeld van o n draagelyke pynen, en onvermogen om op dat been te kunnen gaan: -
aan den buitenkant van het
ligamemumpatellce, vertoonde zig een klein, veerkrachtig, uitpuilend g e z w e l , ter grootte van een ge-3
M E N G E L S T O F F E N .
4)
gewonnen fluiter, welk gezwel zeer duidelyk eene verzeilende waterzucht van het kniegewricht aanduidde, en 't welk zy verhaalde niet langer dan federt vier weeken befpeurd te hebben ;
terwyl de aan-
groei des dyebeens-omtrek, reeds federt zes maanden, en met p y n , na eene onverwachte teruggeblevene afgaande koorts, begonnen was.
De
bekleedzelen, waren in den omtrek van het kniegewricht, voor zo verre z y , (buiten gemelde uitput» l i n g , ter zyde het ligamenttim patetim ^) onmidde]yk met de beenderen verhonden z y n , niet afzonderlyk opgeheven of gezwollen; integendeel men voelde zeerduidelyk, terftond onder de zachte bekleedzelen, het vaste uitgezette dyebeens uiteinde. Alle aangewende middelen, inzonderheid koude omfhgen ,met een vocht, waarin eene ruime hoeveelheid ammoniac zout ontbonden was; noch herhaalde aanleggingen van fpaanfchevliegen ,
rondom het
kniegewricht, noch pappen 'voor het meerdergedeelte uit faces vin. rubr. beftaande, baarden eenige beterfchap; maar de aanlegging van gonpappen, ryklyk befproeid met de Spir. Sal. amm. c. c
viva,
en den drop van warm water, waarin ammoniac zout ontbonden was, van eene zeer aanraerkelyke hoogte, op de bekende wyze, tweemaden daags, telkens een uur lang aangewend,
herfteldé onze
lydetesfe, in zo verre, dat de uitzetting der k n i e , 20
4<S
H E E L K U N D I G E
2 0 wel de harde beenige, als het vochrgezwel, rerdweenen zynde, alleenlyk eene kromming, o f iïerk tot eenen fcherpen hoek gebogene k n i e , nableef: D i t ongemak van ftyfheid, hoe aanmerkelyk ook,
werd,
tegen verwachting,
overwonnen,
zodanig, dat de lyderes, naderhand ons ziekenhuis verlaatende ,
tot haaren dienstbaaren Haat konde
wederkeeren.
D e ingekorte fpieren aan den ach-
terkant der dye, naamlyk de femimembranofus .femivendinofus en biceps famoris ,
door welken het
onderbeen zo aanmerkelyk achterwaards opgetrokk e n , en het kniegewricht fchynbaar onbeweegelyk e n f l y f , o f geamhilofeerd was, werden langzaamerh a n d , weder tot de voorige lengte uitgerekt, door het been, eenige uuren daags, zo verre mogelyk uitgeftrekt, met de hiel te plaatzen op eenen voor delyderesfe traanden iïoel, terwyl zy zelve, daarv o o r , op een anderen en hogeren gezeten was: men plaatfte vervolgends over en rondsom het kniegewricht, eene van zelfkant gemaakte kniemuts, ( ^ z o danig zamengefteld , dat dezelve beneden hetk'niehol, i n eenen driekanten hoek, waaraan een haak vastte! maakt 00 Soortgelyke knieband , indien men die daartoe vooraf wilde vervaardigen, zoude misfchicn beter van vast leder, aan de inwendigeoppervlakie, daardezelveon. middelyk de knie bedekken moet, met zacht zeemleder bekleed, gemaakt kurken worden.
M E N G E L S T O F F E N .
47
maakt was, eindigde: — - aan gemelden haak hing men eenig gewigt, overeenkomstig het vermogen, om door deszelfs zwaarte de uitrekking der (pieren zonder aanmerkelyke pyn, te kunnen doorftaan: — - deeze uitrekking der (pieren, werd van tyd tot tyd bevorderd, door dagelyks meer en meer gewigts bytevoegen, tot dat zy eindelyk 50 ponden geinaklyk konde verdraagen, waarmede zy tot het einde de genezinge aangehouden heeft, terwyl men niet verzuimde, dedye, inzonderheid aan den achterkant , met lenigmaakende fnieeringen, tweemaalen daags, te vvryven.
V Y F D E
W A A R N E E M I N G ,
Wegens de voorgemelds kniebesnsziekte.
T . . . s.... 46 jaaren oud, was in de maand September 1783, hevige pynea in zyn rcchterkni? ontwaar geworden , na dat hy vooraf aan zeer veele ongemakken-; door een zwaar handwerk, onderhevig geweest was, en na de eindiging van een ftbri* 'rbeumntica, verzeld met plaatslyke pynen, dan hier, dan elders. — De pynen en zwelling van zyn rechter knie, namen van tyd tot tyd toe, tot dat hy eindelyk na veele middelen vruchtloos beproefd te hebben
en
4^
H E E L K U N D I G E
en buitenftaatgeworden zynde van te kunnen gaan,genoodzaakt was, den 8ften November 1 7 8 3 , tot ons hospitaal toevlucht te neemen, klaagende van pyn in zyn linker knie , welke echter alstoen nog niet gezwollen was. H rechter kniegewricht was zeer aanmerkelyk gezwollen, en op het aanvoelen allerwegen beenhard, en men k o n duidelyk onderfcheiden, dat de dye en fcheenbeens uiteinden alleen gelyklyk uitgezet w a r e n , zonder eenige andere verzeilende opzetting der nabuurige deeien, dan alleen een klein vochtgolvend en eenigzins veerkrachtig koud gezwel, ter zyde het uitwendig gedeelte van het ligamentum patellce , zynde eene waterzucht van het kniegewricht, gelyk in het voorgaande geval, ontftaan, ingevolge de beenige uitzetting , of ontwikkeling en gelyklyke afwyking der beenige lamelle, of waterzucht in de celluhfa, welke deeze beenplaaten zamen verbindt. Niet lang na zyne aankomst in ons ziekenhuis, begon ook de pyn in zyne linker kniebeenderen, , d i e van het rechter te evenaaren, en van langzaamerhand te zwellen, echter minder aanmerkelyk: — alle daartegen aangeprezene en bekende middelen, werden eenigen tyd aangelegd, en .de eene na de andere vruchtloos beproefd; zelfs de voorgemelde pappen met Spir. Sal. amm. cum calce viva, welken my in andere foortgelyke gevallen zo uitmuntend voldaan hadden , richtten niets u i t , offchoon ik e t
de-
M E N G E L S T O F F E N .
49
dezelve zeer langen tyd deed aanleggen» ook werd cr de pyn niet door verminderd; integendeel, dezelve, zo wel als de zwelling en kromming der k n i ë n , nam van tyd tot t y d fchoon langzaam, toe; a
zo dat hy eindelyk z i g , niet dan met zeer veel moeite, door middel van
twee helpers , konde verplaats
zen. Den 3den July 1784, na het kezen van voorgemelde heelkundige aanmerkingen, vaii den Heere j . V A N D E R H A A R , werd gemelden lyder volgends die
opgegeevene
geneeswyze
behandeld ;
onder-
tusfchen gevoelde hy hiervan , voor dien dag en eenige volgende ,
brandende pynen , even gelyk
men waarneemt, by Den
Urticati&n.
I4den en isden dito was hy minder pynlyk
by het doen der kloppingen, offchoon menze ook al wat fterker doordrong.
D e beide kniege-
wrichten, welken vóór den 3den J u l y , in omtrek zo aanmerkelyk vermeerderd waren, dat by derzelver meeting het rechter 1 6 , en het linker 14 duimen bevonden werd (d'),
waren nu een duim in dikte
verminderd ; de rechter kriie inzonderheid , ondertusfchen meest pynlyk. — -
bleef
Van den gemelden
(d) Het welk by een mager man, van een tenger beengeitel, zekerlyk eene aanmerkelyke dikte is. D
5°
H E E L K U N D I G E
den tyd tot aan den loden Augustus, herftelde het linker kniegewricht, byna tot de natuurlyke dikte, doch de (Ivf heiden buiging van het onderbeen, achteren dye-waarts, was nog dezelfde: de rechter knie, fchoon ten opzichte der beenige zwelling aanmerkelyk in omtrek geminderd, bleef nog zeer pynlyk, en dekydrops artkuli, het ligamentum
werd aan den buitenkant van
p atelite, van tyd tot tyd aanmer-
kelyker: tegen het laatstgemelde ongemak, 'twelk voor de kloppingen niet wyken wilde, fchootniets, dan de opening van het Ligamentum
Capfulare,
en de ontlasting van het vocht overig, het welk ik den iaden van laatsgemelde maand, door middel van de
Troicart
verrichtte. ——
van A N D R E ,
zeer gemaklyk
Het lidvocht ondertusfchen
was
te Iymig, dan dat het zig aanftonds wilde ontlasten, en het was om deeze reden, dat ik noodig oordeelde , eene weekmaakende en verdunnende p a p , aanteleggen ,
welke ook ten gevolge had ,
dat
het wondje fterk begon te vloeijen, en de zwelling, door
het opgehoopte lidwater veroorzaakt,
den
volgenden dag met de pyn der knie verdweenen was.
Den i4den dito was het wondje weder
toegezogen, en de Hydrops weder kennelyk geworden ,
groeijende van dag tot dag weder aan.
-— Ik ontlastte het lidvocht hierom den i7den met eene ruimere infnyding,
tot binnen het
Ligamentum
M E N G E L S T O F F E N .
tuin capfulare,
51
door middel van eenbistouri;
bond de wond met balfamica geheele kniegewricht,
,
ver-
en bedekte het
met compresfen , nat ge.
maakt in een afkookzel van eiken-bast in rooden w y n , en hield met deeze behandeling tot de geneezing der wond, en die der waterzucht van het kniegewricht, aan. D e volkomene geneezing der Hydrosteon (e) was door voorgemelde handelwyze den 20 October voltrokken , zo wel als de optrekking der beenen en ftyfheid der kniën, door dezelfde behandeling, als w y , ten opzichte dervoorigewaarneeming, gemeld hebben. Dees lyder ondertusfehen ,
bleef,
om reden
van andere zieklyke ongelteldheden en jichtpynen, welken z i g , van het eene na het andere deel verplaatften, en zig eindelyk in de armen en beenen bepaalden, in ons ziekenhuis liggen, en hierdoor, niet tegenftaande alle voorzorgen, fpieren ,
aan
den
kortten de
achterkant
der
buig-
dye,
zig
zo ïterk i n , dat de uitftrekking der beenen, onmogelyk
werd;
desgelyks
ging
het
met zyne
armen: ondertusfehen is het voorgemelde ongemak, Hydrosteon
naamlyk ,
tot heden niet wede ger
keerd.
Z E s-
0) Eene in de heelkunde ;
tot nog toe vreemde be-
naaming, dan welke wy nader verklaaren zullen.
D
a
H E E L K U N D I G E
ZESDE
W A A R N E E M I N G
Wegens een foortgelyk ongemak, (als voorgemelde kniegebrek,')
aan de armbeenderen.
E
ven dezelfde gelukkige gevolgen, had de opgegeevene handelwyze, ook in die foort van beenige uitzetting, welke door venerifche oorzaaken ontftaan was, en welke men den byzonderen naam , van Hydrofteon venerea , zoude kunnen geeven. R. . . T. . . . . oud 30 jaaren, geboren te Koningsbergen , had in de maand September 1783 , na eene onreine byflaap, eene gonorrhoza
virulenta,
en eenigen tyd hier na, bubones venerei bekomen: alle aangewende moeite (waarfchynelyk door onkundigen,) had geene verandering, veel min geneezing ten wege gebragt; integendeel, zyn toeftand van tyd' tot tyd verergerende , ontdekte hy nog bovendien, in de maand December, aanmerkelyke pynen, die trapsgewyze, naarmaate de toe. neemende zwelling van de beenderen des rechter elleboogsgewrichts, heviger werden. —— D e onverdraagelyke pynen, zwelling des onderden gedeelte van het os Humeri, ulna ,
benevens
en bovenile van de Radius en het
volkomen onvermogen
ter
bevveeginge, en pynlyke zwaarte van den arm,, hadden een
M E N G E L S T O F F E N .
53
een anderen heelmeester, by wien hy in deezen toefïand hulp zocht , doen oordeelen , dat gemelde ongemak
aan den arm ,
volkomen onherftelbaar
zoude z y n ; in welken toeftand hy geraaden zig tot
werd,
ons byzonder klein ziekenhuis te begee-
ven, alwaar wy hem den oden April 1 7 8 4 , bezochten :
zyne ongemakken waren, gelyk ik zo even
gemeld heb, nog bubones en gonorrhcea venerea, en de beenige uitzetting flrekte zig twee handen. breed boven den elleboog en benedenwaarts,
langs
den onderarm, tot een handbreed boven de hand uit, zo evenwel, dat de dikte, benedenwaarts, trapsgewyze verminderde ; Hydrosteon venerea ,
waaruit b l y k t ,
dat deeze
zig niet zo naby het ge-
wricht, als andere foortgelyke ongemakken aan de kniebeenderen,
bepaalde: —
de kleur der dek-
kende huid, was zeer natuurlyk, ook was noch de CeUulofa, noch andere pees- en band achtige deelen van'dit gewricht, eenigzins opgezet; integendeel, men ontwaarde terlïond, onder deeze deelen, eene harde beenige uitzetting: — de arm des lyders, konde om redenen van de dikte, zwaarte, en on< verdraagelyke pynen, niet dan door een heiper bewoogen of verplaatst worden. In deezen toeftand werden hem de gewoone inwendige kwikbereidingen, en om den arm oplosfende
ftoovingen
toegediend : D
3
hy herftelde fpoedig
54
H E E L K U N D I G E
dig van zynen vererifchen druiper, en lieschgezwell e n , dan, nietcegenftaande hy zeer lang met de meestvermogende ftoovingen ,
ryklyk
met
Sp.
minder. Spir. Sal. amm. cum calce viva en dergelyken voorzien , .tegen gemelde Hydrosteon, en naderhand met kwikfmeeringen, behandeld w e r d , konde men geene de minste verbeterende verandering ten wege brengen; integendeel, het ongemak werd pynlyker en nam nog in volumen toe. In deeze voor den lyder gevaarlyke , en voor my verdrietige omftandigheid,
befloot ik eindelyk te
beproeven, wat eene warme eenvoudige gort-pap, ryklyk met Spir- Sal. amm. cum calce viva, viermaalen daags vernieuwd, ten wege brengen zoude: — zeer langen tyd hield ik hiermede aan, en bragt daardoor niets anders, dan vermindering van pynen ten wege ,
in zo verre dat onze lyder , niet dan op
de aanraaking van het deel , geweldige fmerten gewaar werd. Ik vond in deezen toeftand
raadzaam dezelfde
behandeling te achtervolgen, tot zo lange dat i k , offchoon er een geruimen tyd toe befteed w e r d , ter oorzaake van de vruchtloos verwachte geneezing, een ander middel ter beproevinge noodzaakelyk achtte, en hiertoe fchoot het aangeprezen hulpmiddel, van den I leere V A N D E R H A A R , alleenlyk over: den 3den
M E N G E L S T O F F E N .
53
3den July maakte ik, volgends de bekende wyze, daarmede een' aanvang. Het is byna ongelooflyk welke fpoedige veranderingen en verbetering, deeze, aan fommige vreemdfehynende geneeswyze, ten wege bragt; de beenharde zwelling werd van dag tot dag zachter, de pynen welken hy by de aanraaking en beweging gevoelde, verminderden, en waren binnen agt dagen geheel geweeken: — hy begon den zieken arm langzaamerhand te be weegen , opteh'gten , en binnen vier weeken was de zwelling meer dan de helft verminderd, zo dat de arm toen iets meer dan de helft dikker was dan de gezonde. Staande deeze behandeling, liet ik den geheelen arm bedekken met een verband , 't welk gefhdig nat gehouden werd, met eene der gemelde verdeelende lloovingen, die ik boven, als te vcoren vruchtloos gebruikt , aangeroerd heb, en welke beftond uit gelyke deelen aq. Comm. en, Sp. Sal. amm. cum calce viva. De trillingen, welken men door het flaan met den natten doek, hoe zacht dezelven ook gedaan werden, veroorzaakte , verwekten in den beginne een fmartlyke gewaarwording, dan , dit duurde niet lang, en veranderde meer en meer, in eene zachte, niet onaangenaame trilling, naarmaate het ongemak de herftelling naderde. • D 4 Oo
5^
H E E L K U N D I G E
O p de helft van laatstgemelde maand, konde de lyder zynen arm eenigzins buigen en uitftrekken, en deeze beweegingen werden gemaklyker in de volgende maand, toen ik hem reeds een aanmerkelyk gewigt (naamlyk eene groote, met water gevulde ton,) met één'zyner makkers, die gezond en fterkwas,. zag draagen : ik hield ondertusfehen met dezelfde behandeling nog eenigen tyd aan , en bereikte de volkomene geneezing, welke den sden September voltrokken was, toen h y , zeer verheugd, ons klein ziekenhuis verliet, en zig weder tot de zeevaart begaf. Z E V E N D E
W A A R N E E M I N G ,
Wegens het voorgemelde kniebeens ongemak, \ van eenen venerifchen aart: Hydrosteon Venera^a. J°" byna 30 jaaren, van Hamburg, kwam den 6ften A p r i l , des bovengemelden jaars, om van verfcheidene zeer verouderde venenfché ongemakken, geneezen te worden insgelyks in het kleine zieken- o f zogenaamde pokhuis D e uvula, tonfilU, het velum pendu • tom, en dat gedeelte van de os/a palatina, welke het aehterife gedeelte van den vloer der neuskuilen, helpt uitmaaken, waren reeds verlooren. Zy A
N
N
A
W
o
u
d
7
2
had verfcheidene
verouderde venerifche zweeren,
al-
M E N G E L S T O F F E N .
sr
allerwegen het lichaam, inzonderheid ééne op den linker fchouder,
met 'ontblooting van de Spina
Scapula en ondraagelyke nachtpynen, in het hoofd en fcheenbeenderen. Haare geneeswyze, was even als by den voorgemelden lyder ingericht, en dezelve werd van eenen even gunstigen uitflag achtervolgd; althans, alle venerifche kentekenen waren in het midden van Juny geweeken, alleenlyk behield zy overig, eene geringe pyn in de linker k n i e , welke ons noodzaakte,
de
reeds
toegediende kwikbereidingen,
inwendig re doen voordgebruiken , oplosfende
ftoovingen
en
en uitwendig
kwikimeeringen aante-
wenden; dan, noch het eene, noch het andere der vermogendfte middelen, was in ftaat, eenig voordeel toetebrengen ;
integendeel ,
de knie werd
tegen het einde deezer maand, allergeweldigst pynl y k ; zettede van tyd tot tyd uit, en vertoonde die aanmerkelyke beenige uitzetting
aan het onderfte
der dye,en bovenfte gedeelte van het fcheen-en kuitbeen , duidelyk
waarvan gewag
de Heer V A N D E R H A A R , ZO gemaakt heeft :
de
beweeging
werd van tyd tot tyd moeijelyker, het been werd krom,
dat i s , de hiel trok achterwaards naar de
d y e , en de beweeging was geheel onmogelyk, zo door de pyn als door de opkorting der buigfpieren. — • Behalven gemelde zwelling der beenderen, die meer D $
dan
58
H E E L K U N D I G E
can de helft grooter waren
dan natuurlyk, ont-
dekte men nu ook duidelyk hydrops articuli, zig verwonende, even als een byzonder gezwel, in 't midden der beenige vergrooting ,
ter zyde het
ligamentum patella uitpuilende, op het gevoel, Vochtgolvend en veerkrachtig weêrftand biedende. In dit geval befloot ik dezelfde wyze, als in bet voorgemelde, (naamlyk die des Heeren V A N D E R H A A R , ) te volgen; doch met uitzondering van eenige operatie, tegen de waterzucht binnen den beursband, aantewenden.
— — Ik hield veertien
dagen met zachte kloppingen aan, maar vorderde niets dan alleenlyk in vermindering van pyn, dewyl de zwelling dezelfde bleef: ik begon de flagen wat fterker doortedringen ;
dit verwekte in den be-
ginne veel pyns, voor zo lange deeze fchokkingen duurden, doch dezelve hield op, zo dra ik naliet met flaan :
hierdoor bragt ik in korten tyd meer
beterfchap ten wege, naarmaate ik deflagenfterker doordrong, zodanig evenwel dat ze geene ontvellingen ,
of onlydbaare pynen veroorzaakten.
De beenige zwelling zo wel, articuli ,
verdween langzaamerhand ;
werden eindelyk onpynlyk; zei ven,
als
,
de hydrops de flagen
ik verminderde de-
ten opzichte van doordringing, maar niet in
getal, en naarmaate de flagen verzacht werden, tot dien graad als ze door den Heer V A N D E R H A A R voor-
52
M E N G E L S T O F F E N .
voorgefchreeven zyn ,
gevoelde de lyderes,
een
aangenaam gevoel. Ik heb met gemelde behandeling tot den 14 October 1784 aangehouden, en het genoegen gehad te zien, dat niet alleen haar kniebeensgebrek, bydrofteon, zo wel als de opkorting en ftyf heid des gewrichts, benevens venera,
de by drops articuli, volkomen geneezen
maar ook de lues waren ;
en om
van de volkomene herftelling te meerder verzekerd te z y n , vonden wy goed, haar zonder gebruik van eenig geneesmiddel, onder ons opzicht te houden, tot den 20iien November deszelfden jaars, tot welken tyd zy volkomen gezond gebleeven zynde, dagelyks de huislyke bezigheden mede waargenomen had, en na welken dag. zy ons kleine ziekenhuis verlaaten heeft. In hoe verre deeze proeven navolging verdienen, en de heelkundige oefenaaren verpligten, tot oprechte dankbaarheid aan den edelmoedigen VAN DER H A A R , zal ik anderen laaten beoordeelen, voor my , het fchynt my toe wel der moeite waardig te zyn, de eigene woorden van deezen in ondervinding grysgewordenen Heel-arts, alhier woordlyk te laaten volgen, teneinde anderen, inzonderheid jonge heelmeesters, o f leerlingen, welken van de mededeeling in het nuttige maandwerk, bovengenoemd, onkundig z y n , in ftaat te n e l l e n , deeze geneeswy.
H E E L K U N D I G E
0
wyze, op gronden van den Heere V A N D E R H A A R zeiven te kunnen beöordeelen en navolgen; zie hier zyne woorden: " ^gemene en bekende Ziekten word „ het uit- en inwendige der Gewrigten, vooral der » K n i e n , dikwyls aangedaan van eene Waterzugt, „ het Uitwas o f Sponsgezwel, (Hydrops & firn„ gus Articuli,-) en eene aanééngroeijing (An„ cbylofts) of verftyving van het G e w r i g t , „ zelden met eene gehele o f gedeeltelyke kromte„ deze onderfcheiden Ziekten zyn , i alle „ hare verfchillende onhandigheden , door onze n uitmuntende Vaderlandfche Heelkundigen , de B u i c e n
d e
n i e t
n
„
Heeren
» * " „ „ „
van G E S S C H E R (*;
E
N
BALTHAZAR
p , zo naauwkeurigbefchreven, dat ik gaarne beken daar by niets byzonders te kunnen voegen ~ dezer gebreken gaan nogthans wel eens met elkander gepaard, terwyl het derde daar van een gevolg word. Want ik heb by een zogenaamde oude Waterzugt, niet o p , D
e
t w e e
e e r f t e
„ maar
»
,,(*) Langduwige Gezwellen , bladz. 158 Heelkunde, Ifte D e e l , Wadz.
T
8*
P N
en
„ ( t ) Heelkundige Ziektekunde, Ifte Deel, bladz. 344 „ en 421, enz. ' ** J
M E N G E L S T O F F E N .
6l
„ maar i n , her Gewrigt der K n i e , door eene rui, , me infnyding aan de binnenzyde der Schyf, eens „ meer dan 20 oneen troubel water, nevens ver„ fcheiden groote en ontaarte Slymklieren , ontlast. „ E n , fchoon ik het deel met droogende midde,, l e n ,
en een welfluitend
verband
behandelde,
„ had ik nogthans werks genoeg, o m , met druk„ k i n g , en met verteerende middelen, het Spons„ aartig vleesch tegen te houden en de wond te „
fluiten.
D e Lyder genas zeer langzaam ,
met
„ eene regte, dog ftyve K n i e ; en ik meen dat de „ drie gemelde gebreken hier hebben gepaard ge„ gaan , of althans elkander gevolgd zyn. ,, M a a r , behalven de Waterzugt, het Sponsge„ zwel
o f zogenaamde witte zwelling der K n i e ,
„ zie ik dikwyls, ja veel meer een ander gezwel „ of Ziekte van dit deel, van de twee voorgaande, „ in allen opzigte, verfchillende; en het verwon* „ dert m y , dat daar van by de Schryvers zo wei„ nig gefproken wordt." ,, lyk,
is
D i t g e z w e l , naam-
eene ware uitzetting ,
niet van de
zagte delen, maar, van de einden o f hoofden van het Dye- en Scheenbeen, merendeels, met „ een min o f meer gebogen K n i e , en eene gerin„ ge of gene beweging der Kniefchyf:
—
dit
gezwel is zeer hard, de twee voorgaande zyn „ zagt; dog behouden te zamen natuurlyke kleur. »
öee.
H E E L K U N D I G E
„ Deeze gezwellen zyn zomwylen een langzaam „ gevolg van uitwendig-geweld, o f eene vermoei„ jende beweging ,
vooral zo 'er by deze Men>
„ fchen eenig bederf in de vogten of zagte deelen „ plaats heeft.
Maar meermalen zynze een haastig
„ gevolg van eene onvolmaakte fcheiding o f raming, „ (Crifis imperfecta,) eener voorgaande Ziekte, „
waar van de ziekmakende ftof zig o p , of liever i n , de hoofden van de beenderen neerlegt, en
„ aldaar, met o f zonder eene verzwering te ma„ k e n , verblyf houd.
Zomtyds is eene in-
„ wendige , langzaam werkende , Scrophuleufe, „ o f eenige andere ziekmakende ftof, daar van de „
oorzaak, althans het gevolg i s , dat de beende-
„ ren van dit Gewrigt, dog vooral het D y e b e e n , „ langzaam, met min o f meer p y n , en zonder uit„ wendige kleurverandering, beginnen te zwellen, „ en zodanig tegen elkander gedrongen worden, „ datze naauwlyks eenige buiging o f het uitftrek„ ken kunnen toelaten.
Behalven de Knie zyn
„ 'er de meeste Gewrigten vatbaar voor. „ De ware zitplaats van dit gebrek, (fchoon ze „ vry duidlyk i s , als men het zieke tegen het ge„ zonde deel betast,) fchynt, zo veel ik als nog „ gezien heb, by eenigen niet zeer bekend, wyl „ zy het veelal als een gebrek der zagte deelen, „ het zy een Waterzugt, Sponsgezwe], of een ver,
n
men-
M E N G E L S T O F F E N .
„ menging van dezelve, aanmerken.
6j
Ik heb hier
„ van in een geval, hec welk ik aanftonds melden „ z a l , met" verfcheiden Genees- en Heelmeesters, „ de proef genomen, en alle betuigden z y , op het uitwendig gezigt, dat dit gezwel, zo niet eene „
Waterzugt, althans een Sponsgezwel o f Glied-
Jcbwamm,
n
naar P U R M A N N
,, eene witte zwelling,
en H E I S T E R , o f
n a a r M O N R o , was. Maar
, , zo las ik hun de knie deed bevoelen, en met de ,, gezonde vergelyken, betuigden zy eenparig, dat „ de z w e l l i n g , waarlyk, en alleen, in het been, ,, plaats had. Zo wel by het Sponsgezwel als de Waterzugt „ der Gewrigten, komt dikwyls eene weekheid, „ zwelling en bederf in de hoofden dier Beende„ ren, dan deze zyn als een gevolg van de eerden „ aan te merken: in het tegendeel, by ons gezwel „ heeft de uitzetting van het Been het eerst plaats; ,, en het is niet vreemd, dat, daar op een Spons„ o f Watergezwel, of wel beide , volgen.
Ja,
,, het heeft my wel eens toegefchenen, dat deze twee „ o f drie onderfcheiden gebreken gepiard gingen, „ zonder dat ik durfde bepalen welke Ziekte 'er „ het eerst had plaats gehad. ,, Iemand van eenig oordeel en ervaring, zal my „ gereedlyk toeftaan , zou
dat ik dit ftuk vry verre
kunnen uitbreiden.
Maar alzo voorbeelden ,
?
meer
<*4 „ „ ,, ,, „ „ „ „ „ „ „ „ „ „ ,, „
H E E L K U N D I G E
meer dan woorden leren, zal i k , uit vele andere, flegts maar één geval opgeven, in vertrouwen, dat men daar uit tevens myne handelwyze, in deze en foortgelyke Gewrigt-gezwellen , zal konnen zien. „ In de ftrenge aanhoudende koude van dit Jaar 1784 , vertoonde my een fterk en gezond M a n , van ruim 30 Jaren, zyne regte kromme K n i e , die , in omtrek , over de Kniefchyf gemeten, ruim eene derde dikker dan de gezonde was. — H y verhaalde m y , dat deze K n i e , na eene voorafgaande kwaadaartige koorts in het voorgaande Jaar, eerst pynlyk, en daar na gezwollen, was: — - dat de gewoone Pappen, Plaasters, Smeringen, enz. door zynen gewonen Heelmeester daartegen aangewend, ja zelf eene fterke Kwikfmeering met Camphora gemengd, daar tegen vrugtloos waren gebruikt geworden.
„ W y l hy deze kromme Knie niet konde buigen „ nog uitflrekken, nog ook de Hiel op den grond „ brengen , was hy verpligt, op eene pynlyke ,, wyze, en op de tenen, te moeten gaan. „ D e Knie zelf was natuurlyk van kleur, zonder „ de minfte weke o f bolle zwelling, maarbeenhard ,, in het betasten: ook flrekte zig dit Beengezwel „ van het Gewrigt, tot byna in het midden van het „ Dyebeen, uit.
D e Kniefchyf, die zeer gefpan-
„ nen ftond, liet zig nauwlyk iet bewegen.
Voer „
het
M I N C E L 3 T 0 F P E N .
65
„ het overige gevoelde de L y d e r , in dit deel, op „ de minfte beweging, zelf in het bed uil liggen? „ de, altoos enige pyn. „ Aldus merkte ik dit gebrek aan als een waar„ achtig Gezwel aan het Hoofd en van het onderfte „ des Dyebeens; waar van i k , in myne „ ling over de Ontfteking, „ ding
en Verfterving ,
pen (*),
Verzwering,
Verbande» Verbar-
van de groote Beenpy
verfcheiden voorbeelden getoond, en
„ tevens , zo ik meen, bewezen heb, dat de Been,, deren dezelfde Ziekten als de zagte delen onder* „ worpen, zyn.
— E n alzo dit Gezwel reeds
„ enige maanden oud was, en misfchien nog dage„ lyks toenam, had ik maar weinig hoop op zyne „ herftelling. „ O m de felle koude van dien tyd, durfde ik ., by hem, voor als n o g , van het (laan of klop„ pen met doeken, in eenig koud vogt genat, geen „ gebruik maken, vrezende datze bevriezen mog„ ten.
Intusfchen deed ik hem van tyd tot tyd
„verfcheiden
groote
[Spaanfchevlieg - plaasters ,
„ d i e , gelyk ook de etterdragten, by weke G e , , wrigts-gezwellen ,
dikwyls
zo
vele dienden j» doen,
„ O) Hoilandfche Maatfchappye „ XVde Dsei, bladz. 1, enz.
E
der
Ifeetenfc/mppen,
66 „ „ „ „
H E E L K U N D I G E
doen, over de gehele Knie leggen, en mee etterlokkende middelen lang openhouden, waarna wel de pyn , maar geenzins de zwelling verminderde.
,, Eindelyk nam ik een twaalf- o f zestiendikken „ hnnenlap, veertien of zestien duimen lang, en „ vier dunnen breed, en deed het eene eind daar „ van nat maken in Aqua Calcis unc: XX1F, en „ Sal. Ammoniac dr. iij. Het drooge eind hier »> de eene hand houdende, gaf by zig met „ het natte afhangende, 'smorgens, 'smiddags en „ 'savonds, telkens byna aoo flagen op en over de „ gehele zieke Knie en het onderfte des Dyebeens. „ D e Hiel van het zieke B e e n , o p , o f tegen een „ bank fteunende , wierden de flagen zo gerigt, „ datze altoos eene zagte, en niet onaangename „ trilling en fchudding door het gehele Been, te , weeg bragten. v
a
n
i n
5
„ „ „ „
„ Onder dit flaan wierd de Knie altoos van eene roode Rozekleur; maar dezelfde linnenlap, i het zelve koude vogt genat, en dag en nagt over de Knie gehouden, deed de roode en witte kleur, driemalen daags, verwisfelen. l het be-
„ „ „ H „
gin had ik de Lyder gelast dit daags, en tot flegts 100 flagen vond z i g daar by zo w e l , en ingenomen, dat hy de beweging, vermeerderde.
n
n
2 0
m
e
d
e
flaan, tweemalen te doen; dan hy zyn geest was 'er flagen, uit eigen » De
M E N G E L S T O F F E N *
6?
^ De Lyder, volmaakt gezond zynde, gebruikte v, gene inwendige geneesmiddelen, die tog, by de M meeste gevallen, nodig' zyn. Alleenlyk deed ik 3> hem eene ftrikte levenswyze, en enen open buik» », houden, zonder eenig vleesch of bederf aanbren„ gende voedzelen. „ Door een aanhoudend gebruik van het voorge,5 melde hulpmiddel, is dit Been- en Kniegezwel , >> den tyd van ruim twee maanden, byna twee j , en een halven duim dunner, de Kniefchyf losfer, „ en het Been genoegzaam regt geworden; waar„ om hy, fchoon tegen mynen zin, het Hospitaal „ verliet, en, als Bakkersknegt, buiten deze Stad, „ ging dienen; dog met oogmerk, om, door een„ aanhoudend flaan, het nog overige ter zyner.her„ ftelling , zo verre het mooglyk was, te be« „ werken. i n
„ „ „ i, „ „ „ „
,, Ik kan vrymoedig zeggen, dat ik veie en ver* fchillende foorten van Gewrigts-gezwellen in de Knie, Enklauw of Eiboog, waarop reeds vele hulpmiddelen vrugdoos gebruikt waren, en die my, om de vermenging der zwelling, vry duister voorkwamen, door de bovengemelde handel» wyze, met of zonder Spaanfchevlieg-plaasteren, geheel, of ten dele, en zelf zomwylen boven myne verwagting, genezen heb.
„ Deze geneeswys fs niet nieuw. — H I P P O » „ C R A T E S heeft reeds, voor ruim 2000 Jaren,
6Z
H E E L K U N D I G E
i» gezegd: De gezwellen en pynen, in, of aan, 5, de gewrigt en, dog zonder verzweringen, gelyk n als het Podagra en de Kramp, worden door „ veelvuldige overgiet ingen van koud water ver„ minderd: want eene matige verdoving fiilt de » Py (*)• — E n fchoon ik deze handelwyze, by „ alle gezwellen en pynen, mt Podagra en Kramp, „ niet algemeen zou durven aanraden, maar daar „ tegen liever een warm dampbad verkiezen, meen ik nogthans vrymoedig te mogen zeggen, datze, „ by gezwellen en pynen van enen anderenen lang. „ zamen aart, gelyk deze, al te weinig gebezigd „ word. E n ik bidde myne Medebroederen, dat„ ze, zonder vooroordeel, daar vaa gelieven proe„ ven te nemen ( f ) . n
A Dan „ ( ) Jphorismi XXV, ::
;', „ „ „ „ „ „
Sectio V.
„ ( t ) Ik heb voor meer dan 20 Jaren , by Been- en Gewrigtsgezwellen, het baden en bedekken met koud W a ter, A z y n , S a l - A m m o n i a c , enz. zeer geprezen Ziet Hullandfche Maatfck. derWeetenfcb. X V d e D e e l , bladr. 9 en 13, maar vooral het VlIIfte D e e l , bladz. 369,' enz. — Jammer is bet, dat dit fchoone W e r k , welks Spreuk : G»d! en het Vaderland! i s , tot zulk enen hoo. gen prys geleverd, en daar door het lezen by velen
, belet wordt. D e beroemde S C H M U C K E R pryst, „ en toont met voorbeelden, i n Ontfteking en Verzwering by zware Hoofdwonden, het baden en ftoven van , dit deel, met koud W a t e r , A z y n , Salpeter, en Sal„ Ammoniac; en hoe veel geruster is dit niet b y d e G e . „ wrigten te doen? t
t
M E N G E L S T O F F E N .
„ 5, „ „ „ „ „ „ „ „
„
, „ „ „ -., ?
?
69
„ Dan deze geneeswys bepaalde zig niet flegts by de meeste diepe pynen, ontfteking en gezwellen der Gewrigten , maar ook by onvolmaakte fcheidingen en neêrlagen (Crifis & Metastafis) van, en naar, voorafgaande Ziekten, die dikwerf het geheele Beenvlies en de groote Beenpypen aantasten, en een exosto/is of liever, Poriostofis, Hyperostofis, en groote Verzwerin. gen met Beenbederf, enz. veroorzaken. — — E n fchoon ik de beginzelen dezer Ziekten , door het tydig flaan met koude natte doeken, en het aanhoudend bedekken met dezelve, niet altoos geheel heb konnen afkeren nog herflellen; heb ik nogthans, zo ik niet dwaal, den gedreigden fterken voortgang daar van enigzins getoomd, en tot eene andere geneeswyze gemaklyk gemaakt. „ Het heeft my zeer gefmert, en het fmert my n o g , dat i k , tot hier toe, niemand heb konnen vinden met groote Klier-verftoppingen (Scrophuli) aan den H a l s , o f met eerstbeginnende Spina Fentofa in de Handen, Voeten , enz. die zig aan deze , enigzins langzame, genees-
wyze, heeft willen onderwerpen. Want ik fta, , (hoewel ik misfchien d w a a l , ) in die gedagten, datze op deze verdrietlyke Ziekten , op ver, harde Klieren, Borsten, Testiculi, enz. gepaard met welgefchikte inwendige middelen zo wel E g „ als 3
7°
„ „ ,, s, „ „
H E E L K U N D I G E
als op andere fponswyze Beengezwellen, gelyk ik meermalen gezien h e b , van enig vermogen zoude konnen zyn. — E n ik fmeek wederom myne Vaderlandfche Kunstgenooten, om ook-hier o p , by gelegenheid, proeven te doen. Mis» lukken zy , dan daan z e , met duizend andere onvolmaakte geneeswyzen, gelyk. Ik zelf heb
'er nog gene genoegzame bevinding van. > Ons leven is kort, de Kon/} lang, en als nog ,, vry duister; dan het is onze pligt om ze op te „ luisteren. „ T o t hier toe heb i k . m y veel al bediend van „ Kalkwater met A m m o n i a c - z o u t , e n , by gebrek „ van het eerde, van 24 oneen zuiver water, met een halflood Ammoniac-zout, en even zo veel „ P o t - a s c h , o f van één lood Geest van Ammoniac» „ zout, met levende Kalk bereid; zonder dat ik zelf weet waarom ik deze dingen voor andere „ gekozen heb. Want ik heb , van verfcheiden „ plaatzen, Menfchen, met Gewrigt.gezwellen „ in Handen, Voeten en Kniën, gehad , welke „ ik raadde, om deze delen dikwyls onder de „ pomp te houden, en 'er eene groote, hooge ,, draal water te doen op affluiten. Andere, die „ het hunne woonplaats toeliet, raadde i k , om s, daaglyks in het midden, o f aan den rand van „ eene sfbopende rivier te gaan , en de droom „ des waters op en over het zieke deel, vooreen j 3
,j half
M E N G E L S T O F F E N .
„ „ „ „ „ } >
7
l
half o f geheel u u r , te doen loopen; en ik heb, door een aanhoudend gebruik daar van, z o w e l by den een als den anderen, en vooral by d i k k e , harde, zugtige Benen, dog by" anders gezonde Menfchen, byna dezelfde uitwerking gezien. Het genadig bedekken met Kalkwaier en
" Ammoniac-zout, meen i k , dat, nogthans, veel „ voordeels heeft. „ D a n , zonder veele woorden te gebruiken, het , fchynt my toe, dat, aan de daadlyke koude, en „ de zagte drillende beweging enfchudding, o p , en d o o r , het'zieke deel, het voorname G'eneesvermogen moet worden toegekend, wyl dezelve „ gefchikt fchynen, om de diepe pyn en ontfteiring te ftillen, de byna werkloze doffe te ont„ binden, in beweging te brengen, en het bovenmate uitgerekte te doen inkrimpen. Dan dit zy " hoe het z y , het is genoeg 'er deze dingen van T» gezien, en my verpligt gevonden te hebben, om ze anderen te moeten aanpryzen. ' Niemand, hoop i k , vermoede, dat ik deze „ geneeswyze tegen alle verouderde uitftortingen " van W a t e r , Sponsgezwellen, en verflyving der Gewrigten, door zwelling der Beenknobbelen, .'• aanpryze. Neen! ze i s , zo veel ik weet, alleen " gefchikt tegen verfche, o f althans niet al te oude, gebreken; en ik heb te weinig ervaring, • om 'er met meer zekerheid van te fpreken. Ik " E 4 » geer
s
7
H E E L K U N D I G !
S
„ geef ze flegts op als eene onvoltooide proef, waar » van , nevens het reeds bekende , kan worden i , gebruik gemaakt. , Voorheen heb ik de moeite gedaan, om een groot K n i e g e z w e l , door overgietiiagen , (douchts) te herliellen, en ftak, ten dien einde, groten tregter door een gat der zolder, die ik met warm kalkwater, byna een half uur lang, een- en tweemalen daags, gevuld hield, en waar uit een ftraal water, van een vinger d i k , 7 of 8 voeten hoog, op de daar onder rustende dikke Knie viel. D i t gefchiedde in naarvolging van Les douches , te Aken , die de natuur aldaar „ geeft en de kunst naarvoigt. Dan men ziet l i g » telyk dat dit vry lastig i s , en niet overal kan 3
s, » » ,, „ „ „ „
e
n
e
n
»> gevolgd worden: in een groot Hospitaal zyn ze goed. Maar ik meen, dat het liaan met natte koude doeken, zo als ik boven getoond „ heb, door eene zagte drillende fchudding en be„ weging in het verdopte deel te maken, van vee' „ meer vermogen i s , en vooral, zo het waar mogt „ z y n , dat, door het flaan, enige fyne luchtdelen, ,, die ruim 800 maal ligter dan water z y n , daar , , door naar binnen konnen gedreven worden. — „ E n in hoe verre de bekende vaste lucht kan drin„ g( n , in vaten daar gene vogten konnen inko„ men , leren de zogenaamde minerale wateren, die voomaamlyk en alleen , door hunne fyne
9 >
», lucht,
M E N G E L S T O F F I H .
„ „ , „ „ „
73
lucht,op verft oppingen, daar de fynftevogtenflil voor flaan, w e r k e n ; — - verkiest egter iemand dit flaan met erig warm vogt te doen , ik heb'er niets tegen; mistchien evenaart het, op eene vry gemakkelyke wyze, de bekende goede uitwerking der douches.
„ T o t hier toe heb i k , zo verre het tot myn „ oogmerk diende, alleen gefproken van de uitj , wendige behandeling der Gewrigts - gezwellen, waar by niet zelden inwendige Geneesmiddelen ,, zeer noodzaaklyk zyn. E n een Heelmeester, die , niet tevens een goed Geneesmeester i s , zal maar „ zelden in de genezing flagen. — Is het onge,, mak versch, en door eene uitwendige oorzaak, „ dan dienen herhaalde Aderlatingen en Purgeer, , middelen. — Is het zelve reeds eenigzins ver„ ouderd en de Lyder gezond, dan zyn de open. „ l y f houdende middelen, nevens eene fobere leef, wys , goed. —< Komen deze ongemakken na „ eene voorafgaande Z i e k t e , o f Scrophuleufë i n „ wendige oorzaak, dan dienen, naar de omftan, digheid, de inwendige middelen gerigt te wor„ den. — Is de Lyder zwak en dun van vogten, „ met een koortzig o f etterachtig zetzel in het „ water, dan komen verlterkende middelen, a l s : „ Cort. Peruvianus met Limatura , Vitriolum „ martis, o f met Flor. Sal. Ammoniaci Martia„ lis gemengd, te pas. — Is zyn geftel met taaije E S „ fly?
74 „ ,, „ „ „ „ ,, n ,, „
H E E L K U N D I G *
flymige vogten bezet, en voorheen aangedaan geweest van Kropgezwellen , Hair- o f Daauworm , enz. dan vordert dit een voorzigtig en aanhoudend gebruik van Pillulx /Ethiopië*, na de fchoone Edenburgfche Apotheek, dog met eene derde minder Kwik, bereid; nevens een flandvastig gebruik van een decoStum zarzaparilla, alleen, o f met Kina, gekookt; dan hier in dient men zig naar de byzondere omfiandigheden te voegen.
EIGENAARTIGE
BENAAMING,
EN
S L A A R I N G van den aart der ziekte,
VER-
in
gemelde Waarneemingen voorkomende. " 0 " e e l l i g t verwondert men zig over myne bepaald
ling in de voorgaande bladen , wegens de waar-
genomene beenziekte, tot nog toe onbenaamd, en vdor de befchryving der geneeswyze van den Heere V A N D E R H A A R , niet, ten minsten niet genoeg, bekend; althans men vindt by geenen Schryver deswegen eenig duidelyk gewag gemaakt Wy
M E N G E L S T O F F E N .
75
W y hebben daarom, aan dezelve den eigenaartigen naam, van Hydrosteon gegeeven, waardoor wy verftaan, eene waterzucht wyze weefzel der inzonderheid en ontaarting
van het inwendige cel-
uiteinden
die der Knie,
van
van het mergachtig
deeze vakjes of cellui*,
de beenderen,
en eene
verdunning, vocht binnen
(uitmaakende het inwendige
beenvlies,) bevat. Veelligt verwondert men z i g , herzegge i k , over deeze nieuwe benaaming en (telling , dan, deeze verwondering zal rasch ophouden, zo dra ik den grond tot deeze gedachten en bepaaling van den oorfprong en zitplaats doezes ongemaks zal medegedeeld hebben. — Immers het fchynt my uit de waarneemingen en ontleedkundige onderzoekingen toe, dat ik eenig recht
heb te (tellen ,
dat de verdunning,
ontaarting, ( o f beiden te g e l y k , ) van het mergachtige fap, binnen het cel wyze weefzel, het welke allerwegen de beenvezelen verzelt, bedekt,
en za«
menbindt, door verfchillende oorzaaken, o f eene ons nog onbekende, de eerfte oorfprong i s , en dat vervolgends alhier eene waterzucht in dat celwyze weefzel ontftaat, even gelyk op alle andere plaatzen van ons lichaam, daar dezelfde cellulofa, waarvan de gemelde niet dan eene continuatie i s , gevonden worde. Vol-
Volgends deeze grondiïelling, dringen, de met water
gevulde
vliezige c e l l e n ,
langzamerhand,
gelyklyk en allerwegen, de beenplaaten van eikanderen ; de vliezige cellen verbreeken hier en daar, tot dat ze eindelyk een gemeenen hollen vliezigen waterzak formeeren, d i e , na dat de fyne beenige cellen gradatim uit hun verband en te r u g , alsvan binnen naar buiten, gedreeven z y n , in (laat i s , ook de geheele uitwendige en vastere beenfchors uittezetten, en in grootte aanmerkelyk te doen toeneemen:
en zie daar de redenen, waarom de bui-
tenfte oppervlakte gelyk i s , en geene andere ontaarte veranderingen in den ftaat der ziekte , waarin w y dezelve befchouwen, ondergaat; haare gedaante behoudc,«IIeenl,k in omtrek van het natuurlykever. fchillende, om redenen,
dat de lamellae der bui-
tenfte beenfchors, zo veel vaster als de inwendige cancelii, van maakzel en ineengedrongen zyn en wel zodanig, dat zy geene vanëenwyking door de ceUulofa, welke er ook min aanmerkelyk i s , toe* laaten, ten zy dan dat dit ongemak, geheel en al van aart verandert, caries, of, dat fchromelyke ongemak, melicera CELSU
,
't welk ook hieruit
zoude kunnen voordkomen, te voorfchyn brengt. D e gronden waarop myn nieuw béfchreven ongemak rust, zyn de volgende. B y het onderzoek eens lyks, aan eene voor my
on-
M E N G E L S T O F F E N .
onbekende ziekte geftorven,
7f,
vond i k , (taande de
behandeling van j . s. ( z i e bladz. 7 . J 4
beide de
knieën, op eene zelfde wyze, zonder zwelling der zagte deelen, geerte
of banden,
om meer
verkrygen,
uitgezet
D e be-
kennis van dit ongemak
fpoorde
te
my aan tot de ontleeding
deezer kniebeenderen; alleenlyk bewaarde ik het linker dyebeen ,
om te laaten droogen ,
en daarna
te onderzoeken, en zie daar, ik was niet weinig verwonderd , na de doorfnyding der hoofden van het eene dye- en fcheen-been , alle de cancelii, zelfs de kleinfte drongen ,
beenplaaten van eikanderen ge-
fchoon aan het celwyze weefzel vast-'
hangende, te vinden, en een menigte geelachtig water te zien uitvloeijen , het welk aanhield, of vermeerderde,
naarmaate ik met myn fcalpel, de
cellui* meer verbryzelde ;
terwyl ondertusfehen
in den geheelen omtrek deezer beenderen , het binnenfte weefzel, met een gezonde, niet vanëengeweekene, nochontaarte beenfchors, overdekt was. Veelvuldige bezigheden deeden my verzuimen en vergeeten, om het linker dyebeen, (het nevensgaande afgebeelde naamlyk,) met de vereischte naauwkeurigheid te onderzoeken: —
het was niet voor
de maand July deezes jaars, toen ik een afgezonderd uur, ter in orde (telling deezer waarneemingen, uit myne aantekeningen, befteedde, dat my in de
gei
^
8
I
^n,
I
E
te beatten;
M
W'2+2 Z\ * f
e
t
a
M
1
L K ( ; N D I G E
E
a n d e r s
i
a
d
" '
d y e b M
»
ft
S
e n
^ ^ M n d i e n n a a m S « « W
ware, vüdr dat eene «
« » ftand had itunnen doen
verenderel-
Ondertusfehen twyfel ik geenzins, dateraweldeafb«ld,ng h
o
zeer vee, Hchts ter ophelderinge v sf
"
verfchafffn kan *
M
E
D
E
D
E
^
—
£
e
•
n
£
autheuren, waarneemingeja l kunnen aantreffen
st
e
zyn; maar, als eene byzondere, eigenaartige *e k
te.
M E N G E L S T O F F E N .
te , door byzondere, eigenfoortige kentekenen, kenbaar, veel min als een geneesbaar beengebrek, (volgends de voorlichting van den Heere V A N D E R H A A R , ) heeft men zo veel ik weet, aesaangaande, tot nog toe, niets aangetekend.
BEDENKINGEN
EN
GEVOLGTREKKINGEN,
uit de voorgaandeWaameemingen geboren, en medegedeeld aan den Heere j . V A N D E R H A A E .
Z
o ontwyfelbaar als beweezen i s , dat het vaste beengeftel aan deszelfs uiteinden, eene vergrooting, (fosntyds met, meermaalen zonder gedaanteverwisfeling,) door inwendige waterzucht, welke door gepaste middelen, weder herfteld kan worden, ondergaat; zo bedenkelyk, en eésigzins waarfchynelyk, fchynt hetmy toe, dat inzonderheid de lange beenderen, in de kindfche, en op bepaalde jaaren, wanneer het beengeftel nog zeerzachc is, en gemaklyk voor een inwendige uitzettende magt , het water naamlyk , binnen de cancelii van het poreufe gedeelte der beenderen bevat, wykt, en die ziekte van het beengeftel ten wege brengt, welke het eerst en op gezach van eenige voornaame geneeskundigen, door G L I S S O N I U S , befchreven, en Rachitis genoemd geworden i s , knobbeL
SÖ
H E E L K U N D I G E
belachtïg uitzetten en geheel vergrooten kunnen, op eene wyze , welke meer o f min aanmerkelyk , en min o f meer fpoedig i s , naar maate de meer of mindere geneigdheid, van het geitel der kinderen, tot deze ziekte. Overweegen wy n u , hoe overeenkomstig de uitzetting dier kinderbeenderen, welken aan de zogenaamde engelfche ziekte onderhevig z y n , met ons te vooren befchreven ongemak hydrosteon, alhoewel niet zo aanmerkelyk, bevonden wordt; —— voegen wy er b y , dat de geneezing zo van onze verhandelde hydrosteon, als van de rachitique zwel. lingen der beenderen, in het wezen der zaake, byna niets verfchilt, dan alleen in de wyze van toediening der gemeesmiddelen; zo zal het waarfchynelyk by veelen eenige overweeging , verdienen en gelegenheid geeven , om ook te beproeven , of dezelfde uitwendige behandeling die tegen de hydrosteon aangepreezen i s , ook niet dezelfde gelukkige gevolgen hebben z a l , tegen rachitis: het koude water immers is door voornaame geneeskundige aangepreezen , en met fucces in 't werk gefteld ? en zoude men hieruit theoretice niet gunstig oordeelen kunnen, wegens de fchokkingen, die by het koude water gevoegd worden 9 Het is waar dat onze hydrosteon, tot nog toe, yownaamlyk aan de knie, en het eUeboogsgewrich'-
'a
M E N G E L S T O F F E N .
8I
is waargenomen ( ƒ ) , en dat de zwelling deezer beenderen aanmerkelyker bevonden w o r d : , dan j n die door engelfche ziekte, dewelke ook veel algemeener op andere plaatzen van het lichaam, dan aan de onderfte uiteinde» der elle- en fpeek-beenderen, fcheen- en kuit-beenderen, enz. voorvalt; ook daarenboven verzeld wordt van eene aanmerkelyke vergrooting van het hoofd ,
en andere ziéklyke
ongefteldheden, inzonderheid wanneer dit beengebrek
tot den hoogden graad geklommen is ,
en
geene gepaste behandeling en geneeswyze ondergaat: ——- dan, het is ook waar, ten opzichte der meer algemeene en min der
beenderen
aanmerkelyke zwelling
in rachitis ,
(door cacochimia,
dat
de verzwakking
o f welke oorzaak o o k , laaten
wy onbepaald,) meer algemeen i s , en de waterzucht der beenderen
daardoor
meer
op
verfchillende
plaatzen verdeeld, of minder tot een enkeld deel be(ƒ)
Ik heb er echtereen, in de maand Mei van ditjaar,
aan het onderfte gedeelte van het linker fcheen- en kuitbeen ontdekt: deeze uitzetting der beenderen was ruimde helfc mier dan natuurlyk .
en ontdaan , na eene lang;,
voorleden, en kwalyk behandelde venusziekte. komene herftelling
en ook
De voU
de geneezing van het Luts
venerea, was door dezelfde behandeling, als in de voorgemelde gevallen, in het laatfte der Xen.
F
maand July voltrok-
8Ü
H E E L K U N D I G E
bepaald wordt, in zwakke en tot deeze ziekte gefehikte kinderen,welken daarenboven deoorzaaken tot voordbrenging daarvan, misfchien overgeërfd hebben. ~
Het is eindelyk niet onwaarfchynelyk, dewyl de
voordbrengende meen
oorzaak deezer ziekte meer alge-
en aangeboren
fchynt,
dat de uitwerking
van de zaaden der ziekte, zig ook minder op een enkeld deel bepaalen, maar langzaam en meer alpemeen zig verfpreiden, en in de meeste gevallen, minder hevige gevolgen hebben, ten minsten voor zo verre de p y n , en grootte van zwelling der beenderen betreft. Het heeft my althans, uit eene en andereomftandigheden, niet onwaarfchynelyk, noch onduidelyk toegefcheenen, dat de zwelling der uiteinden van de beenderen der kwaadftppige, zwakke, en aan rachitis onderhevige kinderen, ontdaat, door eene -algemeene waterzucht,
binnen de cellulce van het
menbrana cel/ulo/a, vel medullaris,welke de cancelii der beeneinden
tusfchen»
zo menigvuldig z y n ;
en dat hierdoor, even als in de voorgemelde hydrosteon , de beenderen ter deezer plaatze aanmerkelyk vergrooten ; of anders, de Caufa Proxima
der
bultige zwelling van de kinderbeenderen aan engelfche
ziekte kwynende ,
fchynt
eene algemeene
hydrosteon, 'of waterzucht der beenderen te z y n , welke den geheelen zamenhang derzelven verweekt, ver-
M E N G E L S T O F F E N .
*3
verflapt , en de beenplaaten ontwikkeld,
minder
of meerder, naarmaate den minderen, of meerderen graad der ziekte, en na dat de beenderen op byzondere plaatzen, meer of min vast van weefzel z y n ; doch zodanig, dat zelfs, (de pka:e beenderen niet uitgezonderd,) het midden derzei ven daardoor vergroot, en zodanig ontwikkeld wordt, dat inzonderheid de beenderen der onderfte extremiteiten
zo
aanmerkelyk verflappen, dat ze niet meer in tïaat zyn, zonder hoepelswys doortebuigen; zonder de natuurJyke gedaante te
verliezen ,
en geheel krom te
worden, de zwaarte van het lichaam te torfehen; 't welk aanmerkelyk door de vergrooting van het hoofd en den buik der kinderen, (zo eigen in deeze ziekte, door dezelfde waterzuchtige oorzaaken uicgezet, en in de meeste gevallen meer o f min van bydrocephaks en buik water vergezeld,)
vermeer-
derd wordt. Het is waar dat de zichtbaarfte zwelling der kinderbeenderen , door deeze ziekte aangedaan, eerst aan de uiteinden der beenderen
beginnen,
juist ten tyde dat dit gedeelte neg kraakbeenjg i s , en dit zoude fchynen te ftryden tegen het denkbeeld , het 'welk i k , in vergelykiog van ons afgebeeld kniegebrek, daarvan gegeeven heb
dan hier
tegen gelieve men aantemerken, dat ik niet alleen de formeering van het h o l , aan de uiteinden der kinderbeenderen, als oorzaaken der vergrootinge F a ,
be'
^4
H E E L K U N D I G E
. bcfchouw ,
maar
ook
eene
geheele uitdeijing,
door meer dan natuurlyke papachtige weekwording, waarfchynelyk zeer geholpen door het perfend vermogen van het water binnen de cellulofa, welke de vezelen van het beenftip zamenbindc; zodanig heb
ik het
denkbeeld bevestigd, ding
van
een
befchouwd ,
althans als
en ben in dit
door het zien eener afbeel-
kinderbeen ,
ziekte onderhevig geweest
't welk aan
was ,
deeze
en in de fraaie
verzamelingen van den Hoogleeraar B O N N ,
be-
waard wordt: dit geheele been is losfer van weef. z e i , dan natuurlyk, en de afwykingen der beenplaaten zyn zo aanmerkelyk , dat er afzondetlyke tegennatuurlyke
h o l l e n , langs de geheele lengte
van 't been, door gemaakt zyn geworden, terwyl de uiteinden merkelyk vergroot zyn. waterzucht w e l k e ,
Deeze
voor zo veel de waarneemin-
gen bewyzen kunnen, in de beenderen, en voor. naamlyk aan die der armen en beenen , een aaavang neemt, toeneemende, van tyd tot tyd verergerende ,
de
geneezingstydperken
vruchtloos
voordduurende, en algemeener en van Hechter aart wordende, is veelal onherftelbaar, en fleept veele kinderen weg ,
na dat er eene uitteerende koorts
by k o m t ,
en
na dat de vochten niet alleen,
maar ook
de
vaste deelen,
zodanig door het
water ontbonden en ontaart z y n , dat er zig bloedvlek-
M E N G E L S T O F F E N .
85
vlekken over de geheele oppervlakte van het lichaam ,
benevens aanmerkelyke neusbloedingen op«
doen. Deeze ziekte der kinderen , ontftaat het meest by zuigende, en by dezulken wier moeders zig aan het menigvuldig warm water drinken, meest te buiten gaan, waardoor hunne vaste en vloeibaare deelen zeer verflappen, en ontbonden worden , het zog zyne behoorelyke voedzaamheid en verwerkende voedzelkracht verliest, en hierdoor aan de kinderen te weinig fterkte aan de vaste deelen, en te veel ontbinding der vloeibaaren verfchaft;
en zie daar, ééne der
waarfchynelyke redenen, waarom die deelen waarheen de meeste toevoer ter groeijing, ontwikkeling en verlenging beftuurd wordt, ook het eerfte meest door de gebreklyke voeding, en te gelyk de
zieklyk
worden,
reden „ waarom die ziekte best
geneezen w o r d t , voor eerst door eene betere en verfterkende leefregel der zoogfters, en ten tweeden, door die dingen, welken in Haat zyn de verloorene veerkracht van de vaste deelen der kinderen zeiven teherftellen ,
de ontbinding der vloeibaare vdórte-
komen, te verhinderen ofte herftellen; dat is, in het algemeen , ontlastende en verfterkende middelen: noch antacida,
abforbentia,
o f eenig ander middel
kan men, volgends de aangenomene waarfehynelyke ftelling, als fpecifica befchouwen; dat i s , met geenig F 3
rechc
„
8
H E E L K U N D I G E
0
recht kan men het een of ander middel, of zamerdM. zel van verfterkende en zuurbreekende middelen,als byzondcren alleen vermogend aanmerken,veel minden naam geeven van Specifica contra rachitidem,
de-
wyl er meer algemeen , op de leevenswyze, zo der kinderen zeiven, als die der zoogfters, de verHerkende en fomtyds zachte ondastende purgeermiddelen, moet gelet worden, zal men deeze ziekte, of in haaren aanvang keeren , in haaren aanwas verhinderen , of, in baaren volkomenen ftaat geneezen. A H ' wat men tot hier toe tegen deeze verflindende ziekte aangewend heeft, komt hoofdzaaklyk hierop uit; dat de darmbuis door ontlastende middelen geledigd, de voedzelen tot drooge en verfterkende bepaald worden, en dat de drooge lucht, beweeging, flaapen, en alles wat de krachten der fpiervezelen, of die van het geheele geftel kunnen opbeuren en verfterken , opgewekt worde; ja zelfs d u men de fpiervermogens door verfterkende wryvingen, met fpeceryachtige dampen «doortrokken? wollendoeken, < pwekke; en uit deeze geneeswyze ,welke zo dikmaalen geflaagd i s , blykt ook niet onduidelyk de
grond tot onze ftelling wegens den aart der
ziekte ,
die zo weinig duidelyk gecharakterifeerd
wordt, met dezelve de engelfche te noemen, maar die veel eigenaartiger den naam infantum,
van hydrosteon
verdient.
N a het zamenftellen deezer befchryving derbeefl,
zwel.
M E N G E L S T O F F E N .
87
zwellingen, of hydrosteon infantum, (welke misfchien aan veel tegenfpraak en gegronde wederlegging onderhevig zoude kunnen z y n , ) werd ik niet weinig verrast ,
in myn gevóelen gefterkt ,
en
ten uir.erfr.en verwonderd, dat de Heer j V A N D E R H A A R
in
(welke my den soften J iïy van dit jaar,
tegenwoordigheid
van fommige kunstvrienden
bezocht,) byna op dezelfde wyze over deeze algemeene ziekte, dacht: immers zyn E d . erkende, op het hooren leezen deezer bedenkingen en gevolgtrekkingen , dat hy, met onderfcheid van de beginfelen van voorönderftelde waterzucht, binnen de beenderen, anders op even dezelfde wyze, deeze ziekte voor langen tyd befchouwd had. ( g )
Ik
(g) De gronden , waar op de Heer V A N D E R H A A R , zyn gevoelen bouwde , waren ons wel geheel vree>nd, echter Biet onvcrfchillig, neen maar zobelangryk toefchynende, dat ik oordeelde verpligt te z y n , zvn Ed. tot de algemeeniraaking te verzoeken; en waarlyk de kunstg.-noeten in 't algemeen hebben er te vee! belang b y , dan dat iets dergelyks van zyn E d . agterwege blyven zoude. Jk zal niets omftandigers aanroeren , wegens onze verfchülende gevoelens van den oorfpronk dier kinderbeenziekte, of hydrosteon infantum , zo wel, om den Heere V A N D E R HAAR niet vooruitteioopen , en des te meer tot eene nadere verklaaring zyner gedachten , wegens deeze beenziekte optewekken , als om reden dat ik niet op my neemen durve, dezelve klaar genoeg te kunnen voordellen , hoe zeer ik ook daartoe door zyn Èd^aaSijefpooid werd.
F 4
8
H E E L K U N D I G E
8
Ik laat het voor het tegenwoordige hier hy berusten, en wil myne bedenkingen niet voor onwederleggelyk, o f volkomen beweezen, aangemerkt hebben: het zal my tot genoegzaam vergenoegen vertrekken ^ * i n d i e n
i k
d
e
n
w
e
g
fpoonng gebaand, en daardoor de aanleiding tot de beste, gemaklykue en vcüigfte geneeswyze gegeeven most hebben. J
&
R A A D P L E E G I N G , Wegens eene verouderde plaatslyke
htofdpyn.
Wekere aanzienlyke Dame, (Weduwe van wylen fi ^ , ^ ' °° °"S<*ondene enfïechte leevenswyze, eenige maanden vóórzynen dood aan ondraagelyke nachtpynen in het hoofd en elders, gefukkeld, en een aanmerkelyk ftuk'van zyn linker tibia, na een langduurige verzweerW verlooren had,) zig thans in Zuidholland, op haar buitenplaats bevindende, veertig jaaren o u d , anders van eene (ierke en gezonde conilitutie, heeft mv voor ruim drie maanden hulp gevraagd, tegen ondraagelyke diepeen fcherpepynen marmen en beenen dewelken doorgaands'snachtsverheften^inzonderheid' 6
N
d i S
d
r
e
e
n
e
we-
M E N G E L S T O F F E N .
wegens eene verouderde
plaatslyke pyn ,
89
op de
hoogte van het bovenfte gedeelte van het achterfte hoofdsbeen. — — Haar voorige en gewoone G e neesheer, in eene nabuurige ftad, had haar reeds eenige maanden te vooren ,
merkelyke verligting
toegebragt, dan zy was niet lang op haar buitenplaats geweest, o f de pynen namen allerverfchrikkelykst toe, en het linker onderfte gewrichtsgedeelte van de tibia , was en bleef aanmerkelyk uitgezet. Ik heb haar Opium met zoete kwik toegediend, en zy is hierdoor, en door andere noodige geneesmiddelen , van die ziekte, welke ik op goede gronden durve voorönderftellen, by haar plaats te heb^ ben, en waartegen ik de geneesmiddelen ingericht heb,
genoegzaam herfteld,
alleenlyk behoudt zy
nog haare plaatslyke hoofdpyn,
welke fomwylen
onverdraagelyk i s ; ook blyft de tibia even zeer, fchoon onpynlyk, uitgezet, niettegenllaande ik op het hoofd, herhaalde reizen,Spaanfchevliegpleisters heb laaten aanleggen ,
en kwikpleisters, ja zelfs
fmeeringen, ryklyk met kwik bedeeld, tegen de uitzetting van het been,
heb laaten gebruiken.
D e Dame verzoekt in deeze omftandigheid uwen raad, wegens het geen er behoort gedaan te worden, en ik verlang inzonderheid, uwe gedachten te mogen weecen, wegens de gelyklyke uitzettingen F 5
ver;
9°
H E E L K U N D I G E
vergrooting van den geheelen omtrek der tibia, welke ik nimmer, in foortgelyke gevallen, op. die wyze, zonder knobbelig, ongelyk, noch bultig, boven de overige oppervlakte verheven te zyn, heb waargenomen. Ik ben enz.
A
N
T
W
O
O
R
D
.
Uwe aanzienlyke Jyderesfe, fchynt my toe, tot nog toe niet volkomen vry te zyn van die ziekte, waarvan de overblyfzels het leven verdrietig en kwynend maaken,aan UEd. zo veel moeite verfchaffen, en die volgends de gewoone wyze behandeld, niet wyken willen. De uitzetting van het fcheenbeen op die plaats, en op foortgelyke wyze, is zeker zeldzaamer, dan aan het bovenfte meer porreufe gedeelte, daar dit been het kniegewricht rrede helpt uitmaaken; doch ik heb foortgelyke uitzettingen van been, ook alöaar meermaalen waargenomen , althans voor zo eel ik meen te moeten opmaaken, dat het onge. mak der Dame, beftaat in eene gelyklyke harde uitzetting van het fcheenbeen, zonder gedaanteverandering, en zonder andere, (ten minsten geene aanmerkelykej uitzetting ofzwdlin derzachte deelen. v
S
De
M E N G E L S T O F F E N . '
91
D e bedoelde beengezwellen, zyn niet knobbelachtig, noch van een vast ineengedrongen weefzel, gelyk in de meeste beengezwellen , (Exfthofes) plaats heeft; ook is in dezulken de buitenfte omtrek van 't gezwollen been, of de beenfchors, meestal gezond, alleenlyk inden omtrek afgeweeken, o f u i r waards gedrukt, door een verzameld vocht, binnen de celluloja, of periofliumintemum, welke de ca»» celli van het porreufe gedeelte van been , aldaar bekleedt. — D i t waterachtig vocht, of deeze waterzucht van het been, ontftaat door dezelfde oor» zaak, als waardoor de andere ongemakken voord* gebragt z y n , en is misfchien niet weinig geholpen, door het langduurig en noodwendig gebruik der k w i k , (die men immers ter geneezinge dier ziekte be« noodigd i s , ) welke de ontbinding der vochten en verzwakking der vaste deelen, altoos begunstigt, en naarmaate dezelve toeneemt , het binnenfte weefzel der beenderen uit elkander dringt, laagsgewyze tegen de buitenfte beenfchors aan, waardoor inwendig een leeg h o l , door water alleen aangev u l d , gemaakt wordt: naarmaate nu deeze beenwaterzucht (hydrosteon) aanwast, vermeerdert de omtrek van het been, ook evenredig, door de terugwyking der uitwendige beenfchors, die op de perfing van het water volgen of wyken moet, terw y l ondertusfehen deeze beenfchors . vaster van weefzel zynde, geene andere verandering van het wa-
£
2
H E E L K U N D I G E
water ondergaat, om dat deeze beenlaagen daartoe te vast ineengedrongen zyn. Met betrekking tot de plaats der hydrosteon, behoeft men zig niet te verwonderen i deeze tot nog toe niet kenbaar befchreevene, veel min met den echten naam beftempelde beenziekte, kan in alle de beenderen van 'smenfehen lichaam plaats m-ypen, en ten bewyze hiervan ftrekt het geval 'door den beroemden en kundigen G R E E V E , in 't jaar i 8 onder den tytel van, Waarneeming, van een zeel hyzonderen nooit bef ebreuen ongemak , aan de onderkaak medegedeeld; ten minden, indien men de omfchryving van het zelve, van bladz. i / t o t a a n h e t einde zyner keurige en fraaije waarneeming, naauwkeung nagaat, en wel overweegt, dan dunkt m y , duidelyk blykbaar te zyn , dat deeze onderkaaksziekte met anders dan eene waare beenwaterzucht, (hydrosteon-, gelyk ikze genoemd h e b , ) geweest . Althans toen vriend G R E E V E , den 14 Augustus deezes jaars, met zyn bezoek vereerde, getuigde zyn E d . , na dat ik hem van myn gevoelen wegens de waterzucht der beenderen onderricht, en door een voorbeeld van een dyebeen' dat door deeze ziekte aangedaan geweest was, o v e ! tuigd had, dat hy van achteren gemaklyk konde opmaaken, en dat het hem ook ontwyfelbaar toescheen , dat de ziekte der kaak, door zyn E d , 7 7
z y
rayn
ray
r
be-
U ï N G E l S T O F f E H .
behandeld en befchreven,
$3
eene waare hydrosteon
geweest zy. In een' brief den sollen Augustus, van Utrecht, door zyn E d . aan my gefchreeven , zegt dees voortreffeiyke heelarts : „ Ik ben verlangend van U E d . te weeten, o f myn befchreven gebrek in „ de onderkaak, (na dat gy het naauwkeurig zult „ overwogen hebben,) geene overeenkomst zal toe„ fchynen te hebben , met het u w e , in het dyebeen „ waargenomen," en hierom heb ik U E d . (dewyl het my toefcheen foortgelyk ongemak te zyn geweest,) tot de naleezing zyner waarneeming, willen opwekken, terwyl U E d . uit de befchryving van het kniegebrek , hier nevensgaande , verder uwe eigene gevolgtrekkingen , ten voordeele, maaken kunt. W a t nu belangt de behandeling welke, naar myn inzien, in het geval van de lydende Dame, thans te pasfe k o m t , zal ik u kortlyk , en zo voldoenend mogelyk, ten einde aan haar verzoek te beantwoorden, opgeeven. Het aanhoudend gebruik dier inwendige middel e n , waaraan z y , voor 't overige, de beterfchap van haaren toeftand te danken heeft, dient nog eenigen tyd wel in acht genomen te worden, dewyl er geen volkomen zeker teken, (althans tot nog toe niet,) der te onderbrenging, van de zaaden der ziekte, aanwezig
94
H E E L K U N D I G E
Ten
opzichte der uitwendige behandeling en met
betrekking der fcheenbeens*welling, zal het allernoodzaakelykst en ook van dienst zyn, het voorfchrifc en den raad des Heeren V A N D E R H A A R ,zie Vaderl. Letteroefen: 6de deel No. 7. Mengelw. bladz. a 8 . 7
tegen de uitzetting der kniebeenderen, te volgen; maar wat belangt de plaatslyke pyn in het hoofd, hiertegen zal geen gefchikter middel zyn, dan de daadlyke branding, volgends c L A U D I U S P 0 u
T
E A U,
in zyne heelkundige mengelwerken, vertaald door p. M. N I E L E N , 1774. te Utrecht, by G. T. VAN P A D D E N B U R G : en dewyl niets meer in ftaat is, dan
voorbeelden van geneezingen aan de hand te'
geeven , om onze lyderen tot de applicatie van zulke geneesmiddelen, welke in de daad, in den eerden opflag,
wreedfchynend zyn , te doen be-
fluiten, zal ik U Ed. eene waarneeming deswegen, van een foortgelyk geval, mededeelen. C A T H A R I N A VAN J A A R L A N D , ruimdertiojaaren oud, kwam in het begin van dit jaar in ons kleine zieken- of pokhuis, kwynende aan het Lues venerea, en klaagende over onverdraagelyke plaatslyke pyn, aan het rechter zydelyke gedeelte vanher hoofd ,
waaraan zy federt langen tyd onderhevig
geweest was, en waartegen zy reeds alles vruchtloos beproefd had. —
Zy werd op de gewoone wyze van
antivenerea voorzien, dan, geene derzelve had eeni£
M E N G E L S T O F F E N .
95
eenig goed gevolg, ten opzichte der bepaalde hoofdp y n , en hierom befloot ik , den üsften January, tot de beproeving van de daadlyke branding, volgends den Heere P O U T E A O , op het midden der plaatze, alwaar de pyn'het hevigfte was, en geen de minste aanraaking
duldde.
Onze
lyderes
verdroeg
deeze branding der katoen-kegel met byna onmerkbaaren- hinder, niettegenftaande
ik dezelve geheel
liet uitbranden, zo dat er niets dan de asch van nableef, het vuur van zelven uitdoofde, en de bekleedzelen tot eene ronde, zwarte, ingedoken korst, verfchroeid waren.
•
In den omtrek der doode huidplek, waren de bekleedzelen wel twee duim opgeheeven, men by het koppen waarneemt.
zo als
D e pyn waar-
tegen dit te onfecht wréedfchynend middel aangewend was, fcheen zig hier na, meer verdeeld over het geheele hoofd te verfpreiden, doch was zeer hevig, tot aan den aóften dito, terwyl onderrasfchen, en langen tyd daarna, de doode korst met zachte digestha enz. verbonden werd, welken niet dan traaglyk losraakte en langzaam fcheidde.
D e pyn
bleef ondertusfehen, doch meer over het geheele hoofd uitgebreid, dan meerder, dan minder, fomtyds zeer gering ,
aanhouden , tot aan den 2 jften Maart,
toen ik tot eene nieuwe branding, op dezelfde wy^e befloot, na dat de plaats der eerlte, welke met ont-
$>°
H
E ï
U
t' N B j S
•
ontblooting van been vergezeld geweest was, zonder eenige de minste zichtbaare Exfoliatis,
den
6den van dezelfde maand reeds geneezen was.
—
Onze
lyderes liet zig tot eene tweede
ving gemaklyk overhaalen , eerfte weinig meer hinder,
dewyl
beproe-
zy van
de
dan de dagelykfche
behandeling ten wege brengt, gehad, en daardoor, ten minsten verligting van haare onlydelyke plaatslyke pyn , welke die, na de branding volgende, verre overtrof, ondervonden had. Ik plaatfte dan voor de tweedemaal een katoenkegel, volgends den Heere P O Ü T E A U , gen affland
van die plaats,
werkt had. ——— Deeze ,
op eeni-
alwaar de eerde geverhaalde zy ,
veel
meer p y n , fchoon verdraagelyk, te verwekken, dan de voorgaande; d o c h , ik twyfel niet o f de heimelyke
vrees voor 't
gewerkt ,
vuur,
heeft
hiertoe mede-
want fchoon ik wel verre ben van te
gelooven, dat de afbranding van zulk eene Conus, pynloos zoude z y n , heb ik evenwel reden om niet te twyfelen dat haare klagten deswegen, meer door de vrees,
dan door de reden veroorzaakt waren,
dewyl zy nu bewust was van 't geen er gebeur* de ,
van het welk ik de eerde reis zorge ge-
draagen had , haar onkundig te houden; te meer daar zy by de eerfte beproeving, wel blyken van ongeduld,
wegens haare onkunde van 't geen er
gebeurde, en van' t welke men haar niet voor de ein-
M E N G E f c S T O F F
EN.
97
eindiging onderrichte, gegeeven had,maar van niets dan van ongemaklyke warmte geklaagd had; althans het zy hier mede hoe het ook weezen moge, zy getuigt tot heden, dat het zeer gemaklyk i s , deeze beproeving door teftaan, ten minsten dat al het ongemak , 'twelk zy hierdoor geleeden heeft, op verre na niet i n vergelyking komt, met een dier oogenblikken, in welke zy door haare plaatslyke hoofdpyn is gefolterd geworden. N a de afbranding der tweede kegel, waren de bekleedfelen in den omtrek, zo als in het voorige geval, aanmerkelyk opgeheven en zeer zacht op het aanvoelen. Ik befloot tot het doen der infnydingen, met een bifloury, op de gewoons wyze van Scarificeeren aller wegens deeze zwelling, en ontlastte een menigte dun waterachtig bloed; ik ver* bond deeze wondjes en verbrande plek voor de eerfte maal eenvoudig, en vervolgends met digestiva* tot aan den 2den A p r i l . wanneer de verbrandi korst gefcheiden en uitgevallen w a s , terwyl ondertus* fchen de pyn van tyd tot tyd aanmerkelyk vermin»derd was, zo dat dezelve, naarmaate de geneezing der zweer, die door de branding ontftaan was, ea zeer veel ichor, ftaande de behandeling ontlast had," naderde, ook verdween, zodanig, dat zy den 25ften dito geheel vry was , van die geweldige fmarten waartegen de eerfte en tweede katoenkegel geappliceerd was; althans zo rasch de zweer, * G (na t
0
o3
H E E L K U N D l
GE
(na de Jaatfte branding ontdaan) den 8iten Mef vclkomen geneezen was, waren ook de pynen geweeken , terwyl zy intusfchen van haare overige venerifche ongemakken, eenigen tyd tevooren, herHéld was geworden. Het komt my voor, dat het geval van onzeraadpleegende D a m e , met betrekking tot de plaatslyke hoofdpyn, van eenen gelyken, en alle geneesbeproevingen weerftreevenden aart zynde , foortgelyke handelwyze vereischt, offchoon het waar z y , dat myne gelukte beproevingen , geenzins den lof, Van daarop zeer fpoedig gevolgde geneezing, verdienen ; dewyl ik voor my overtuigd ben, van de nuttigheid derzelve, en de hertelling niet alleen toefchryve aan de toediening der geneesmiddelen, welken zy ftaande deezen tyd gebruikt heeft, vermits zy reeds langen tyd te vooren, kwikbereidingen en plaatslyke middelen, tegen deeze plaatslyke hoofdp y n , vruchtloos in 't werk gefield had, maar de verdwyning der pyn meest, zo niet geheel, aan de werking der katoenkegel toekenne. Ik ben, enz.
RAAD-
M E N G E L S T O F F E N .
R
A
A
D
P
L
E
E
G
I
N
G
,
Wegens de beste wyze van opdrooging der borsten, van zoogende vrouwen; f
D
Door een Dorp • heelmeester.
e gevallen waarover ik by deezen uwen raad vraag , zyn niet van de allergewigtiglie foort, echter, omredenen der moeijclykheid, zodanig van aanbelang en fomwylen zo verdrietig in de behandeling , dat ik het wel der moeite waardig geacht heb, uwe fedachten deswegen te vraagen. D e tedere kunne, welke waarlyk onze aandacht, wegens haare veelvuldige ongemakken, ingevolge de kinderbaaring, ten hooglten verdient; zyn niet weinig de flachtoffers van onkundige raadslieden, en, om uit veeleneen enkeld voorbeeld tot ftaavinghier., van by te brengen, zo zal ik my bepaden tot, en uwe aandacht verzoeken te vestigen o p , dat tydftip, waarin de vrouwen genoodzaakt z y n , haare zuigelingen tot vaste ipyzen te gewennen, den gewoonen melkllroom naar de borsten te verhinderen, en de menigvuldige onheilen, welken uit zulkeitremmingen der natuurs-affcheidingen ontdaan, aftekeeren. Hierdoor immers ziet men zo dikwyls de raelkverkaazingen, runningen , verhardingen , pynen , G 2 ont-
100
H E E L K U N D I G E
ontfteekingen, zwelling, verzweering enz, welken zo lastig als verdrietig, en fomwylen langduurig in de behandeling zyn, gebeuren; althans het is é é i dier ngemakken, waartegen de kwakzalvery het meeste woedt. < Door eene fchraale leevenswyze , purgeermiddelen , enz. gepaard met de gewoone uitwendige behandeling, welke zo verfchillend door de heelkundigen, als fomwylen dwaas door onkundigen en kwakzwalvers, aangewend wordt, ben ik tot nog toe , in het opdroogen van het zog , gelyk het doorgaands genoemd wordt , zodanig als ik wel wenschte niet gedaagd: offchoon ik het meeste vertrouwen gefield heb op de onthouding van die voedzels welken veel en fpoedig zog verfchaffen, en op de toediening van fchraale, drooge fpyzen, en zo veel mogelyk onthouding van drank : tusfchen beiden , als het vereischt werd , heb ik bdikopenende middelen ingegeeven , en wat de uitwendige behandeling betreft, hieromtrent heb ik my veelmaalen moeten fchikken naar dat de vrouwen gewoon waren in voorige gevallen behandeld te worden, of door de een of ander haarer bekende , of vroedvrouwen, bakers, minnen, enz. vermaand waren : ondertusfehen heb ik my verbeeld , het meeste voordeel te doen , met een maatig , niet knellend , maar fluitend verband, over dikke compresfen , waarmede ik de borsten over
M E N G E L S T O F F E N .
10,1
over de pleisters, (meest uit het Empl. defenfiv. rub. Diapomphol: of dergelyken befhande) bedekte , na dat het zog uit de borsten eerst wel geledigd was. D a n , niettegenftaande alle de behoorelyke voorzorgen , heb ik echter maar al te c'ikwyls met ongenoegen gezien, dat ik den melkftroom niet gemaklyk verhinderen konde, en dat er verhardingen ontltonden, waartegen ik fomwylen Compresfen in Sp. minderen met water behoorlyk verlengd, zelden met voordeel, maar vrachtloos , over de bloote borsten aangelegd heb; althans, in zeer veel gevallen heb ik ue verzweer i n g , welke zo nadeelig als hoogst pynlyk i s , niet kunnen afkeeren , en het is hierom dat ik voorgenomen had, U E d . ten deezen opzichte te raadpleegen, of er misfchien by U E d . ook eenige betere of andere voordeeliger handelwyze bekend ware. Jk ben enz,
A
U
N
T
W
O
O
R
D
,
we wèl ingerichte raadpleeging, duidt my ren klaarden aan, dat gy, betrekkelyk uw opgegee • ven geval, niet onbedacht, maar, op de beste wyze geharadeld hebt, zo wel als het my overtuigt, dat uwé oordeelkundige geneezingsbeftuuringen en applicatien, aan U E d . het recht ter verdediging van G 3 on-
102
H E E L K U N D I G E
onfchuld verfchafFen , tegen dezulken, welken zeer veel, onbezonnen en te onrecht, (immers hier van zyn ontallyke voorbeelden,) op zekere beruchte pleister enz. roemen mogten. D e beste handelwyze, voor zo verre de inwendige zogs-afleidende geneezingsbeduuring betreft, hebt gy in t kort, zo naauwkeurig mogelyk opgegeeven, dat het my niet toefchynt, vereischt te worden, in het algemeen , en ten opzichte van byzondere gevallen, iets daar by te voegen, alleenlyk zal i k , ten opzichte der uitwendige gemaklyke, en my meest voldoende handelwyze , welke my door gevolgtrekkingen , van ontallyke waarneemingen, de beste toefchynt, U E d . ter navolging, het volgende opgeeven en aanpryzen. N a even ongelukkig als U E d . op de gewoone wyze gedaagd te hebben, en genoodzaakt te zyn geweest, Cataplasmata tegen ontdeeking^ri dreigende verzweeringen dikwyls aantewenden, ondervond ik dat het wit water van G O U L A R D ,
het
meeste voordeel deet, en in die gevallen alwaar ik tydig genoeg hiermede begonnen was, verdween de ontdeeking, p y n , hardheid, enz. en ik zag ra veele gevallen, dat de melk eerst vrylyk uit de tepels tegon uittevloeijen, naarmaate de verhardingen of zogsverkaazingen opgelost werden; en eindelyk, na dat ik met dezelfde pappen,
met dit water ryklyk za-
M E N G E L S T O F F E N .
IO3
zamengefteld, aanhield, verdween ook 't zog van z e l f : ik zag geene verdere ongemakken te voorfchyn komen ; dé verhardingen en ontfteekingcn verdweenen, de borsten verminderden in grootte tot die van de natuurlyke, waarin ze behooren, wanneer dezelven geene voorraadfchuuren , ter onderhouding van het leven der kiftderen zyn : eindelyk ik leerde hieruit dat foortgelyke pappen, uit gort, alieen met het water van G O U L A R D , gekookt, en tot eene behoorelyke confidentie beryd , en nog daarenboven, in geval van zogenaamde opdrooging, met hetzelfde water, vóór de aanlegging befproeid, het beste middel ware, en na dien tyd, heb ik my altoos, en in een aantal gevallen , zonder eens naauwkeurig op uwe , (waarlyk oordeelkundige) afleidende geneezingsbeduuring, ter dremming van toevloeijingen van z o g , veel te letten, van dit raiddel bediend, zo dra er eene ontdeeking reeds aanwezig was, of er alleen de opdrooging bedoeld werde, en van dien tyd af, heb i k , zo wel in myn hospitaais praftyk, als in byzondere gevallen, daar ik om byzondere redenen en niet tot andere behandelingen genoodzaakt was, allergelukkigst gedaagd; en ik kan des noods, met genoegzaame voorbeelden aantoonen, dat op deeze wyze, alle gewoone toevallen afgewend, of ten minsten in die gevallen, daar dit middel te laat gebezigd is, zeer verminderd en verzacht z y n , althans op geene van aanbelang G A Py * n
*°4
H E E L K U N D I G E
pyniyke, maar zeer geringe verzweeringen , tea hoogften, uirgeloopen zyn. Ik cwyfel geenzins of de opgegeevene handelwyze, zal aan uwe begeerte van veilig, fpoedig en gelukkig teflaagenvoldoen, alleenlyk oordeeleik het noodig U Ed. myne, op ondervinding gegronde en beste manier van zamenftelling van het wit water van G o u L A R D , medetedeelen. — Hoe nadeelig ik ook een te fterk, van goudgelit zamengefleld water van G O U L A R D , tegen velöntfteekingen, waar in het de meeste diensten doet, fchatte; zo heb ik in deeze gevallen echter gezien, dat hetzelve, zal men er den gewenschten uitflag van zien, ten minHen beftaan moet, uit een deel zogenaamd Extr. Saturni , of fterk af kookzel van azyn op goudgelit, volgends voorfchrift, een deel Spirit: vini, en vier deelen water: althans ik heb het vermaak te zien, (zelfs by die in ons ziekenhuis, om byzondere redenen, altoos hunne kinderen ontnomen en ter opvoedinge by andere minnen bezorgd worden en veelal zeer zogryk zyn) , dat de meeste zeer gemaklyk , zonder verzweeringen , zonder uit. zuigingen , of eenige andere dan gewoone voorzorgen, met foortgelyke pappen, allergemak' lykst, het oogmerk bereiken. — Beproef deeze niet weinig gelukkig gebezigde handelwyze en ik ben verzekerd dat gy er uw wel by bevinden zult} althans dit wenscht van harten hy die is, enz. RAAD-
M E N G E L S T O F F E N .
R
A
A
D
P
L
E
E
G
I
N
G
,
Wegens eene kwaadaartige en tot verderving geneigde zweer, (Ulcus Grangrtsnofum.')
E
ene middenjaarige, en kwaadfappige weduwe, wier man , aan eene kwynende ziekte en uitwendige verzweeringen geilorven i s , vroeg voor eenige maanden, kort na het overlyden van haaren man, myne hulp, ter geneezinge van een foortgelyk ongemak , als waaraan haar man na veele folteringen geftorven was. Ik vond aan haar rechter been, ter plaatze van de aanhechting der Tendo van A C H I L L E S , aan het Os Calcaneum , eene gangraneufe zweer, verzeld van aanmerkelyke allerpynlykfte ontfteeking, langs de musea li gastrocneifiii, tot aan het knie-hol uitgeftrekt. E e n zeer ervaren en kundig Geneesheer, heeft alle moeite aangewend, om haare kwaadfappig? heid, zodanig door verfehillende Corrigentia, i n zonderheid de k w i k , (inwendig toedienende,) te verbeteren , dat men zig met reden durfde vleijen, hierdoor zou de fcheiding der koudvuurige plek bevorderd, de ontfleeking verdwynen, en de geneezing ten wege gebragt worden ; dan, «iets van dit alles hebben wy vernomen, integenG 5 deel,
106
H E E L K U N D I G E
d e e l , de verderving en oncdeeking, is toegenomen , en niettegendaande ik uitwendig de meest vermogende verderving- en rotting-weerende middelen heb aangewend, zo in forra van pappen, als by wyze van doovingen, is dezelve echter zodanig toegenomen , dat thans, niet alleen de tendo van A C H I L L E S afgerot i s , maar dat daarenboven de Musculi Gastrocnemii, voor het grootde gedeelte vernield zyn. -—— Zeer dikwyls heb ik my onder de langduurige behandeling van deeze elendige lyderesfe gevleid, de geneezing te zullen volbrengen, wanneer de geduurig weêrkeerende verdervings» plekken en zwarte randen der zweer affcheidden, en ik eene vlakke zweer, die goede etter opgaf, zag te voorfchyn komen; doch, hoe ydel was deeze hoop! het leed niet lang, o f , zelfs daande dezelfde behandeling, waaraan wy de verbetering der zweer, na by de geneezing, toefchreeven, deed zig rondom dezelve al weder een zwarte rand in den omtrek o p : -»— dit nieuw en ongunstig verfchynfel, kon niet voorgekomen nog verhinderd worden , integendeel de loodkleurige of zwarte rand breidde zig uit; de zweer was na derzelveraffcheiding weder voor zo veel, in grootte toegenomen en onzuiver geworden, zo dat zy thans in deeze troostlooze en gevaarlyke omdandigheid, niet dan den dood te gemoet ziet. P Wat dunkt U E d . van het ongemak deezer beklagenswaardige
M E N G E L S T O F F E N .
IOJ*
iyderesfe? is er hoop tot haare leevensbehouding en volkomene geneezing? en eindelyk, welke zyn de middelen, welke ü E d . buiten de gewoonlyk gebruiklyke, in foortgelyk geval, toefchynen dienflig te z y n , om my ter navolginge aantepryzen?.., R
A
A
D
G
E
E
V
I
N
G
.
H
et fchynt my uit uwe raadpleeging, toe, dat U E d . benevens den Geneesheer van uwe lyderes, eenig verborgen fmet, misfchien van eenen venerifchen aart by dezelve verdacht gehouden hebt, dan, dat gyliecen door de vruchtlooze beproevingen met tegengiften, ter geneezinge, in zo verre twyfelachtig geworden z y t , dat er bedenkin» gen gemaakt worden, o f de gisfingen wel gegrond z y n , dan niet, en of er niet wel eene geheele andere oorzaak, als waartegen, zo men meende op goede gronden , eenig geneesmiddel uittedenken ware, by haar plaats heeft. ——— Althans uit de verfchillende handelwyze, welke .zy met oogmerk ter geneezinge en vruchtloos ondergaan heeft, fchynt het my toe dat ik eenigen grond hebbe tot myne gevolgtrekking. %
De mislukking der geneeswyze van uwe Iyderesfe , dunkt my in geenen deele genoegzaam overtuigend te z y n , dat hierom awe vooronderftelling van den aart des ongemaks ongegrond, e n , veel min
10»
H E E L K U N D I G E
min dat de toegediende inwendige genees- en plaats-middelen , niet in ftaat zouden zyn , eene volkomene geneezing ten wege te brengen, indien dezelve, nu en dan, met foortgelyke anderen, ver* wisield, of in ruimere hoeveelheid toegediend worden. — Het is ondertusfehen niet geheel vreemd, indien het al waar was, dat het ongemak van uwe Iyderesfe van een geheel anderen aart was, als waar tegen uwe geneesmiddelen ingericht waren. — D e ervarende en beroemdfte genees en heel kundigen, zullen gaarne met my bekennen hierin dikwyls misleid te zyn; althans menig] vuldige foortgelyke gevallen, inzonderheid in myne hospitaals praétyk, hebben my in zulke duistere en moeijelykegevallen, zelden ietsbeflisfends, wegens den waaren aart der algemeene voqhtsverbastering, waaruit foortgelyke plaatslyke en vernielende zweeren ontdaan kunnen, geleerd; maar wel dikwyls door beproevingen op allerleie wyze, tot de beste geneeswyze handleiding gegeeven ; en deeze geneeswyze is het, welke ik U E d . , fchoon een. voudig en kort ópgeevende, als de meest vermogendde, ter behoudenisfe en geneezinge uwer Iyderesfe, dutve aanpryzen. Ik z a l , ten einde niet breedvoerig uittewyden, uit de gevallen welke nog versch in myn geheugen liggen, eene korte fchets, ter beantwoordinge van uwe vraagen, ter nederdellen.
In
M E N G E L S T In
O F F E N»
IOQ
veele foortgelyke gevallen als door U E d .
opgegeeven is, en ook in fommigeandere venerifche zweeren, heb ik dikwyls gezien, dat,
niettegen-
ftaande een langduurig uit- en in-wendig gebruik der beste kwikbereidingen, en andere welgeregelde geneeskundige b e t e r i n g e n , welken men op goede gronden dacht dat de oorzaaken der zweeren geheel ten onder gebragt zouden hebben , in 't werk gefield waren, dezelve evenwel kwaadaartig bleeven, of ook fomtyds na eenigen tyd zig ter geneezinge gefchikt te hebben ,
op nieuw ambuleerde ; ge-
heele vernietigingen van een deel, ja fomwylen van het leven, dreigde; terwyl een enkelde, het met den dood bekoopen moest. ondertusfehen ,
en
In verfcheidene gevallen
niettegenfta3nde
alle overige
venerifche tekenen geheellyk geweeken waren, was ik verpligt,
om redenen der dreigende gevaaren,
het zy door kwikfmeeringen of door ruime inwendige giften van dit vochtverdunnend middel, eene volkomene falivatie te beproeven, en hierdoor hebben wy dikwyls de radicaale geneezingen zien volgen.
Ik heb daarenboven zeer dikwyls opge-
merkt,
dat men in alle foortgelyke hardnekkige,
kwaadaartige en gevaarlyke zweeren, wil men de geneezing van
bereiken,
eene geduurige verwisfeling
plaats middelen, allernoodzaakelykst moet aan-
wenden; dan eens, is het noodig, het aa. pha-
HO
H E E L K U N D I G E
gadenica, in plaats van het aq. divini Fernelii te gebruiken, om daarmede de plukzelwieken nac te maaken; dan eens zag ik het meeste voordeel, van 60 tot 100 droppels van Solui, Mercur., met 8 uncen waters gemengd, en meer; dan wanneer men deeze kwikbereiding met roozen - honing vermengde. ( £ ) A f kookzels ,
van Cort. peruv. rad. Scorzon.
of DecoSt. Lignorum örY., zullen, onder de toediening van kwikbereidingen, moeten gegeeven woiden, inzonderheid die van de Cort. peruv.; maar, ten op. zichte der houtdranken, (buiten het af kookzel van de Cort- peruv.) kan ik niet voorby aantcmerken dat ze niet in die veelheid toegediend moeten worden, dat verzwakking der maag en andere ingewanden , die noodzaakelyk tot eene goede fpysverteering z y n , daardoor ten wege gebragt worden. Alle fpyzen welken de kwaadfappigheid voedzel geeven ,
zyn voorzeker nadeelig, en moeten
naauwkeurig gemyd worden; dan, het is niet noodzaakelyk , veel min dienstig , eene te flrenge en verflappende diëet, ver van de gewoone afwykende, voor(£) Gemelde Solut: Mercur. zo als wy dezelve ook fomwylen inwendig, van i tot 35 droppels, onder het aene of andere vehiculum , & gebruik hebben , beffaat 0
uit het volgende: Merc. viv. Spirit, nitri Fum. aa, | / 3 . felve et dilue aq. Comm, 5 x n '
M E N G E L S T O F F E N .
II t
voortefchryven; bierdoor zoude zelfs kwaadfappigheid veroorzaakt kunnen worden, by hen welke anders gezond waren, en derhalven komen over 't algemeen voedzaame fpyzen het meest te pas. Ik kan niet voorby, U Ed. openhartig te belyden, dat niettegenftaande alle gemelde voorzorgen en aandacht in de behandeling, ik echter fomwylen, in gelykfoortige ongemakken, als door U E d . opgegeeven zyn, en in anderen, niet geflaagd ben, en dat ik dikwyls vruchtloos aangehouden heb , middelen te gebruiken, tegen een vooronderftelde fmet in de vochten, de welke niet meer aanwezig, maar door een ander vervangen was. Menigmaalen hebben wy de oorzaaken der verfchynzelen , en de herhaalde, weêrkeerende, en vernielende uitwerkingen, van de ontaartingen der vochten, vruchtloos nagefpoord, tot zo lange, dat wy eindelyk uit veele gevallen en proefneemingen , voor ons ten richtfnoer , opgemaakt hebben, de mogelykheid van de te onderorenging der venerifche fmet/lofe, intusfchen dat er eene andere zi&klyke gelleldheid in de vochten plaats grypt; het zy zulks door het langduurig gebruik der vochtontbin. dende kwik, of door andere nog onbekende oorzaaken voordgebragt worde. Deeze, hieruit voordfpruitends , of reeds voor de venusbefmetting aanwezige cachexia , is , zo wy uit
Iia
H E E L K U N D I G E !
uit gelukkig gedaagde behandelingen, eenig recht hebben ter gevolgtrekkinge , misfchien van eenen zuuren aart: althans wy hebben door geene andere tegengiften, dan door akalia, met annodU na gepaard, immer de geneezing kunnen verkrygen: — - ten minsten foortgelyke geneesregeling met eene daaraan beantwoordende dieet, heeft ons menigvuldige voorbeelden van gelukkige geneezingen opgeleverd. ö
Het is er ondertusfehen zeer verre van daan, dat men, in die foort van zweeren, welken ik alhier bedoel, aan een enkeld middel, al het vermogen ter geneezinge zoude kunnen toekennen ; hiermede gelyk in veele andere gelegen;
het is dikwyls
ziet men na zeer geringe, zelfs beuzelachtige ver-* anderingen, aanmerkelyke verbeteringen, die ter geneezinge fchynen overtehellen, dan die veelal zeer onbedendig
zyn,
gebeuren :
desniettegendaande
heeft de ondervinding evenwel geleerd, dat zulke zweeren, welken, a prior i, uit eene „onbekende fcherpte der vochten ontdaan,
best, door
akalia
en het opium inwendig, en met eene uitwendige, daarmede overeenkomstige behandeling, geneezen. Daar het nu zeer mogelyk i s , dat het ongemak van uwe Iyderesfe, althans voor het tegenwoordige, niet meer behoort
gerangfehikt
te worden onder
de venerifche zweeren, maar onder d i e , welken uit
M E N G E L S T O F F E N .
lig
üit eene onzekere fèherpte, (misfchien van eenen voorgemelden zuuren aart) ontdaan ; zo fchynt het my toe, dat eene bedekking der zweer, met draadplukzel-wieken, compresfen en windfel, nat gemaakt in een mengzel van vier uncen Spirit. SaU ammon. cum cake viva, en twaalf uncen gemeen water, naar eisch der omftandigheden, van tyd tot t y d , met hetzelfde vocht natgehouden , zeer voordeelig zyn kan, en misfchien; de geneezing zal uitwerken: althans ik heb in veele zulke gevallen hiermede geflaagd, inzonderheid in d i e , alwaar wy met de toediening van opium, niet fpaarzaarrt te werk gingen; maar, integendeel,langzaamerhand tot eene aanmerkelyke hoeveelheid opklommen, ja zelfs hebben wy ons wel eens in de noodzaakelykheid bevonden, tot 3,8 grynen daags toe te dienen ; ook hebben wy een geruimen tyd, zonder eenig kwaad toeval, met gewenscht gevolg, 20 grynen daags doen gebruiken. Ten opzichte van het opium, fchynt het, dat i n fommige langduurige, kwaadaartige, ook tot verderving neigende zweeren, het zy dezelven van eenen venerifchen, o f anderen kwSadèn aart vya^ door deszelfs exciteerende en daarna verdoovende kracht, de gevoelige en beledigd wordende zenuwen, opwekt, verderkt, de verzeilende ontdeeking uitdooft, en alzo het vermogen bezit om de verftervingen, van welke oorzaaken ook ontdaan 4 H te
il4
Ö E E L K Ü N I Ï I G E
te fluiten, te doen affcheiden, en de geneezhigen der zweeren te helpen bevorderen, zelfs van die, welken
van de venusziekte
overgebleeven z y n ,
doch in welker lichaamen geen venusfmet meer, maar eene andere zieklyke gefteldheid der vochten, aanweezig i s ; althans zo wy ons niet geweldig bedriegen , dan bewyzen onze waarneemingen zulks ten klaarden. Tot fiot deezer raadgeeving, en in de onzekerheid van den Waaren aart of oorfprong des ongemaks, van uwe iyderesfe ,
oordeel ik het noodig ,
deeze korte befchryving der handelwyzen
by
tegen
zweeren, Van verfchillende oorzaaken afhangelyk, op ondervinding gegrond ,
nog het volgende te
moeten byvoegen, laaiende aan U E d , de keuze dier handelwyze en geneesmiddelen, welken gy zult meenen meest verkiezelyk te z y n , ter geneezingsbeproevinge aantewendeft, over. Z?er dikwyls hebben w y k w i k , met opium gepaard ,
toegediend ,
met gevolg eener radicaale
geneezing der venusziekte: — ben
wy in foortgelyke
zeer dikwyls heb«J
gevallen ,
alwaar eene
kwaadaartige ,- voordvreetende zweer , gangrcenofum ,
nableef,
of ulcuS
de geneezing derzelve
«iet kunnen verkrygen, offchoon wy ryklyk opium toedienden, en uitwendig antifeptica, alcalia, enz. gebruikten: fchoon
wy maakten hieruit op , dai
er geene zichtbaare
kentekenen
van het
M E N G E L S T O F F E N .
!tf
virus vcnereum aanweezig waren, wy evenwel misleid, en er tog iets verborgen konde gebleven zyn, welks zichtbaare uitwerkingen, door het vermogen van het opium, of door andere middelen verhinderd en fchuil gehouden werd; of dat hetzelve door de voorafgebruikte kwikmiddelen, zodanig verzacht en in zo verre te onder gebragt was, dat het te krachtloos geworden was , eenig uitwendig verfcbynzel ten voorfchyn te brengen: — - in diepgevallen, werd de volkomene geneezing der uitwendige zweeren , door eene welbefluurde en eene behoorelyke tyd aangehoudene kwyling, voltrokken; terwyl dezelven > met niets anders dan droog draadplukzel „ gedekt werden; — — de Kwik derhalven, het zy op deeze, of geene wyze, alleen, of met andere middelen, naar verzeilende omftandigheden gemengd, fchynt tot nog toe, het onöntbeerelyke» beste en eenige geneesmiddel, ter geneezinge van }ue venerea , en alle daar uit voordkomende prgemakken, te zyn.
W A A R N E E M I N G , Eener zeldzaam* en zeer aanmerkelykeTongwond.
Z
k zoude geene bedenking wegens de mededeeling deezer waarneeming gemaakt hebben, ware
het niet dat foramige genees- en heel * kundigen, het H a
ge-
ÏIÖ
H E E L K U N D I G S
g e v a l , fchoon een opzichte als tongwond nies zeldzaam, maar ten aanzien der aanmerkelyke uitgebreidheid en byna geheele affnyding en gelukkige geneezing , der aandacht waardig geoordeeld, en my ter mededeelinge aangefpoord hadden, Den i d e n Odober deezes jaars, werd ik geroepen by het zoontje van j . D E P . , oud ruim 7 jaar e n , die onder het vallen van eenige trappen, zyne tong verre buiten den mond gedoken hebbende dezelve z o aanmerkelyk gekwetst, en door de tanden doorfneeden h a d , dat niet alleen eene allerverIchrikkelykfre bloedftorting volgde , maar dat ik daarenboven , ten opzichte der verëeniging deezer aanmerkelyke tongwonde , byna geene mogelykneid voorhanden zag. " 3
Deeze tongwond was achter de tongriem, anderhalf duim van de punt der tong, dus 'zeer ver naar achteren en in het dikde gedeelte, dwars en byna geheel doorfneeden; zodanig, dat het voorde gedeelte alleen aan eenige weinige vleeschvezelen en in den grond derzelve zo weinig aangehecht gebleeven was, dat, indien dit meer naar de punt plaats gehad had, misfchien, de bedenking om het doorge fieedene gedeelte, wegteneemen, met reden zoude opgekomen zyn en hetwelk gemaklyk uitgevoerd had konnen worden. 6
In dit verdrietig e n , voor het kind, zomlyk toev a l ; nam ik het befhir nm u , * oeijjit, om te beproeven, of de o
ï
t a
hech-
M E N G E L S T O F F E N »
U/?
hechtingen gelukken wilden , en hienn werd ik door het ongemeen geduld en de kloekmoedige onderwerping (ha gedaane belangryke beloften,) van myn lydertje, niet weinig begunstigd. D e meeste en beste Heelkundige Schryvers, hebben de wonden der tong oppervlakkig verhandeld, en , met reden , als ligt geneesbaar befchouwd; dan ter geneezinge van aanmerkelyke fcheidingen van dit deel, zyn de hechtingen, en het werktuig van p i B R A C , voorgefchreeven; ondertusfehen zegt H E I S T E R , in zyne fraaije en onverbeterlyke Heelkundige onderwyzingen, dat de hechtingen moeijelyk en fomwylen ondoenlyk z y n , inzonderheid, indien de wonden naby de wortel der tong ?ig bevinden: dit bevestigt de ondervinding mede. '—— Het denkbeeld van moeijelyke uitvoering der hechtingen, o f andere behandelingen, ter zamenvoeginge der vaneenfeheidinge, aan een deel ,'t welk op de minste aanraaking, zo beweegbaar i s , endaar. enboven eene onhandelbaare plaatzing en gladheid, is veelal de reden waarom men aanmerkelyke tongwonden op eene allereenvoudigfte wyze, volgends voor. fchrift van H E I S T E R , en anderen behandelt, zonder eens te beproeven o f de hechting mogelyk zy dan nier. Dikwyls flaagt ook deeze behandeling, dan i n het geval, waarin ons lydertje zig bevond, kon dit geene plaats vinden; want, indien ik de hechtingen H 3 niet
jtl8
H E E L K U N D I G E
piet ondernomen had, dan had ik om de bloeddorring ce deipen, verpligc geweest, het aanmerkelyke en voorde afgefcheurde
ftuk
bloeddelpende
tusfchen de lippen der
middelen
wegteneemen,
of
wonde aanteleggen : in het eerde geval, was het gebruik der tonge voor een aanmerkelyk en voornaamst gedeelte,
vernietigd geworden, en in het
laatde, zoude de aangewende bloeddelpende middelen , ten minsten zo langen tyd hebben moeten aanleggen, dat by derzelver affcheiding, of wegneeming, geene hechting, nog aaneengroeijing weder plaats konde hebben, en derhalven zou in dat geval, her. voorde duk meer gehinderd hebben, dan wanneer hetzelve geheel ware weggenomen geworden. Staande deeze korte overweeging, daande den tyd van de befchouwing der w o n d , bedoot i k , en om de blpeddorting te ftelpen, en om andere voordeel e n , aan eene onverdeelde tong eigen, de hechting met eene fcherpe kromme naald, voorzien van een gewaschten draad, even als men by de onderfchepping der dagaderen bezigt, op drie plaatzen te onderneemen —— hiertoe nam ik in acht, eerst de hoeken
der
wond gelyklyk
aanëentevoegen,
door de naald, (de mond onderwylen door een' helper opengehouden
wordende ,
en terwyl ik het
voorde gedeelte met eene drooge lap linnen voorzichtig tusfchen myne vingeren van de linkerhand
vast
M E N G E L S T O F F E S .
H9
vast hield,) zo verre na achteren, en achter den achterften rand derzelve, in de tong in te Voeren, door den grond derzelve te doen doorgaan, en vóór den voorften rand weder zo verre te doen uitkomen, als de dikte der tong, ( o m uitfcheuring der draaderi Voor te komen) vereischte —— eindelyk ftelde ik eene foortgelyke onderfcheppirig , der tonge in 't werk ;
in het midden
ik voegde de lippen der
Wond naauwkeürig by elkander, en terwyl dezelven aldus gehouden werden, knoopte ik de draaderi op de gewoone wyze , den een na den anderen; liet de wond zachtkens befmeéren met roozen-honig en witten w y t i , onder eikanderen gemengd; beval naauwkeürig opzicht om alle beweegingen der tong te vermyden, het zy door fpreeken,
kaauwen van
harde fpyzen, als anderzins, en hier door was de w o n d , of liever byna geheele affcheuring der tonge, den aoftert van dezelfde maand volmaaktlyk ,
aaneen-
gegroeid, wanneer ook reeds de draaden, van dé hechtingen op de hoeken derzelve, uitgevallen waren.
Den 2aften, toen ons lydertje andermaal
door eenige Kunstgenooten gezien werd, was ook reeds de middenfte hechtingsdraad los gegaan, maar nog voor een gedeelte in de tong blyven zitten: ondertusfehen
bleef de wond naauwkeürig en ge-
lyk vereenigd —— het kind zeer gehoorzaam aan de bevelen ,
tot de meest mogelyke rust voor de ge-
ÜO
H E E L K U N D I G E M E N G E L ST O F F E
geneezing der tonge, tot aan deezen tyd géweest zynde, had zekerlyk myne onderneeming ter herftellinge, niet weinig begunstigd * en ik had het genoegen dezelve zodanig te zien flaagen, dat hy op deezen tyd, reeds verftaanbaarj fchoon nog eenigzins ïiootende, en moeijelyk, fpreeken konde deeze moeijelykheid in 't fpreeken, is .langzamerhand verbeterd, en thans kan men hieromtrent weinig of genoegzaam geen hinder meer befpeuren. Men ziet uit deeze waarneeming, dat eene welberedeneerde en onbefchroomde onderneeming, in de moeijelykde gevallen , dikwyls allergewensc'hte gevolgen hebben kan. D R U K F E I L E N . Bladz.
J
Regel
0
l
25 2? 28
f
10 5
t
a
a
t
y^vinmn uiUi.\ fq
m
testis
testes
zz
tesZ " S
v
, |ZZ " 33 ' 15
f ! ""*-VM» tranfparens
.
8
Hyirmeon
.
J
53
14
;
59
8
idem
I
ü
4
k
g f i m e
,
d a
per methanöfi». . tranfparent Hydrosteon ve.
^ "
e
,
em
lt Z Z 4 Z Z gjg"
1
S
n
«ereum.
venera
— bladen.
J
—
vemrea
a
veficaiormui
52
3
qa
tt"Z7"aginalis
(
teivef,calori„m , „ \
___
Z Z
^vtm, f Ui
ee5
tunica, vallis
n
zz
s ï ï
k
e
n
-
De p i t moet achter dee*e Mengelftoffeu gepletst worden.' aa