MEMO Bestemd voor:
Directeuren ZAAM
Afkomstig van:
College van Bestuur
Behandeld door:
Gert Jaspers
Betreft:
Samenvatting Stelsel Passend Onderwijs en ZAAM
Kenmerk:
U130083Z/CvB-DOZ.2.
Datum:
21 maart 2013
Bijlagen:
-
1)
Inleiding
Deze korte notitie is een samenvatting van de landelijke ontwikkelingen van Passend Onderwijs binnen het Voortgezet Onderwijs en de implicaties daarvan binnen de 3 regio’s die ZAAM bestrijkt en die elk een eigen samenwerkingsverband hebben. De notitie geeft inzicht in de wetgeving, het tijdpad, de gekozen bestuursvormen, hoe de zeggenschap is of wordt georganiseerd en welke kansen en bedreigingen er wellicht zijn. Tot slot wordt verwezen naar informatievoorziening en bijlagen waaronder een begrippenlijst en een verklarende woordenlijst. Er wordt en is zeer veel gepubliceerd. Deze korte notitie geeft slechts een gecomprimeerde indruk en pretendeert derhalve geen volledigheid. 2)
Wat is Passend Onderwijs?
De volgende formele definitie kan worden gehanteerd: Passend Onderwijs is een organisatorische en/of onderwijskundige setting (lokaal/regionaal) waarbij gezamenlijke schoolbesturen hun onderwijsbeleid zo hebben ingericht dat er voor alle leerlingen in die lokale of regionale situatie een passend onderwijsarrangement is. Daarbij nog de volgende doelstellingen:
Het geven van onderwijs en begeleiding waardoor alle leerlingen zich optimaal ontwikkelen. Dit gebeurt door hen zo snel mogelijk, zo licht mogelijk, zo thuisnabij mogelijk en zo goed mogelijk in hun ontwikkeling te begeleiden, ondersteunen en te stimuleren. Op middelenniveau: Het wegnemen van belemmeringen en het tot stand brengen of bevorderen van structuren en condities, waardoor een optimale ontwikkeling van leerlingen wordt mogelijk gemaakt.
Samenvattend: • Budgettaire beheersbaarheid en transparantie • Geen thuiszitters • Minder bureaucratie • Noodzaak tot labellen van kinderen vervalt • Handelingsbekwame leerkrachten • Afstemming met andere sectoren
1/11
UITKOMST DOEL(EN) CONDITIES
3)
Alle kinderen succesvol op school
Kinderen leven gezond
Alle kinderen volgen het onderwijs dat bij hen past
Kinderen voelen zich veilig
2
1
3
Er is specialistische en toegankelijke ondersteuning voor kinderen die dat nodig hebben
Het onderwijs op de scholen is van goede kwaliteit
Er zijn voldoende fysieke voorzieningen van goede kwaliteit
“referentiekader 2013”
Wat betekent dit voor ouders, leerlingen, scholen, besturen en samenwerkingsverbanden?
“Alle kinderen en jongeren in ons land verdienen een passende onderwijsplek. Dat geldt in het bijzonder voor leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben. Leraren, onderwijsondersteunend personeel, schoolleiders en schoolbesturen staan gezamenlijk voor de taak om dat waar te maken. Het nieuwe stelsel passend onderwijs betekent een aanscherping van deze verantwoordelijkheid.”(Referentiekader passend onderwijs 2013) Ouders: Voor ouders moet het makkelijker worden om hun kind geplaatst te krijgen op de “juiste plek”. De scholen waar de ouders hun kind aanmelden dragen daarvoor de verantwoordelijkheid. Dat wil zeggen dat de school waar wordt aangemeld er zorg voor draagt dat de leerling op de juiste school, locatie, of voorziening wordt geplaatst. De ouders en leerling worden daar dus bij begeleid en behoeven niet alle kennis te bezitten van het onderwijsspectrum of te shoppen langs scholen.( één loket functie) Daarnaast krijgen ouders een beter inzicht in het ondersteuningsprofiel van de school. Zij kunnen kennisnemen van wat verwacht mag worden aan ondersteuning en begeleiding. Ouders zijn vertegenwoordigd in een bestuur, in de medezeggenschapsraad of later in de ondersteuningsplanraad ( zie hoofdstuk 7: Zeggenschap) Leerlingen: Leerlingen moeten een onderwijsaanbod krijgen passend bij hun cognitieve en sociaal- emotionele ontwikkeling, zo thuisnabij mogelijk, maar ook zo optimaal mogelijk ten einde de doelstelling van betreffende onderwijsvorm te behalen. Zij mogen ondersteuning en begeleiding van de school verwachten zoals vastgesteld is in het basisondersteuningsprofiel van de school, locatie of voorziening. Scholen: Van scholen wordt verwacht dat men zich ontwikkelt naar of vanuit het basisondersteuningsprofiel dat in overleg is vastgesteld binnen het Samenwerkingsverband. Voor scholen betekent dit een adequate inrichting van de zorg(ondersteuningen)structuur. Voor docenten betekent het dat men om moet kunnen gaan met ( o.a. cognitieve) verschillen tussen leerlingen. Rekening houdend met leerstijlen en het aanbieden van verschillende didactische werkvormen zijn voorbeelden van het omgaan met verschillen. Scholing van docenten zal daarom een belangrijk onderwerp zijn of worden binnen de scholen. Sommige reguliere scholen hebben zich gespecialiseerd en worden als “tussenvoorzieningen” beschouwd. Zij kunnen als “zorglocatie” voorzien in een behoefte binnen het samenwerkingsverband zonder dat verwezen behoeft te worden naar het Voortgezet Speciaal Onderwijs.(VSO)
2/11
Besturen: Besturen zetten zich in en zijn verantwoordelijk voor de onder haar ressorterende scholen, maar bundelen zich binnen het Samenwerkingsverband van de regio. Het Samenwerkingsverband kent ook een bestuur dat vertegenwoordigd wordt vanuit de aangesloten besturen. Er geldt een zorgplicht voor besturen vanaf 1 november 2014! Het bestuur van het samenwerkingsverband kiest welke vorm van basisondersteuningsprofiel het best past bij een van onderstaande ideaaltypische “onderwijszorgprofielen”;
1
Onderwijszorgprofiel De netwerkschool
2
De begeleidingsschool
3
De dialoogschool
4
De integratieve school
Kenmerken School die interne zorg biedt, maar voor extra zorg externe geïnstitutionaliseerde ondersteuning zoekt. School die interne zorg biedt en gebruik maakt van extra ondersteuning d.m.v. tussenvoorzieningen binnen de school (LWOO of trajectgroepen) School die bijna alle ondersteuning en zorg in de eigen school biedt ( b.v. PRO) School heeft alle onderwijszorg in huis ( vaak VSO)
NB: in de praktijk komen allerlei(sub)varianten voor! Het samenwerkingsverband (SWV) Het samenwerkingsverband wordt per 1 november 2013 een rechtspersoon. De totstandkoming wordt beschreven in hoofdstuk 6: De besturen van het samenwerkingsverband. Het SWV van een regio is verantwoordelijk voor een dekkend netwerk aan ondersteuning en zorg voor elke leerling in die regio. In bijzondere gevallen kan het voorkomen dat een bepaalde voorziening niet aanwezig is of (budgettair) te organiseren valt in de regio waardoor verwezen kan worden buiten de regio. Het SWV is verantwoordelijk voor de toewijzing van de leerling op basis van vooraf vastgestelde criteria binnen dat SWV. Dit moet beschreven staan in het ondersteuningsplan van het SWV. Het SWV is verantwoordelijk voor de haar toevertrouwde middelen. Scholen kunnen een beroep doen op extra gelden vanuit het SWV wanneer ze kunnen aangeven dat de leerling meer behoeft dan de school vanuit de basisondersteuning kan bieden. Het SWV organiseert, begeleidt en ondersteunt scholen waar nodig om de doelstelling van Passend Onderwijs te behalen. Speciaal Onderwijs blijft bestaan voor die leerlingen waarvoor deze voorziening de enige aangewezen voorziening is. Het SWV maakt een ondersteuningsplan voor de regio. Daarin staat niet alleen het basisondersteuningsprofiel van de regio beschreven, maar ook welke tussenvoorzieningen er zijn georganiseerd binnen de reguliere scholen of in een aparte voorziening buiten de school. Ook staat er de manier van toewijzing van leerlingen en de toewijzing van middelen in beschreven. De ondersteuningsplanraad is een belangrijk orgaan samengesteld uit o.a. ouders/leerlingen en docenten( zie hoofdstuk 7: Zeggenschap). Het SWV streeft naar een op overeenstemming gericht overleg met de gemeenten. (OOGO) O.a. op het gebied van jeugdhulpverlening en arbeidstoeleiding. 4)
Wetgeving en tijdpad
In onderstaande schematische voorstelling vindt u de gecomprimeerde informatie die gecommuniceerd is via een kamerbrief van 26 november 2012. Schooljaar Schooljaar 2012-2013
Datum en mijlpaal
Wat gebeurt of moet gebeuren
Inhoudelijke voorbereiding op de invoering van pas-
Samenwerkingsverbanden werken aan het inrichten van een rechtspersoon, het inrich-
3/11
Schooljaar 2013-2014
send onderwijs
ten van de ondersteuningsplanraad en het opstellen van een ondersteuningsplan
1 november 2013
Uiterlijke datum inrichting rechtspersoon door het samenwerkingsverband Uiterlijke datum voor het voorleggen van het concept ondersteuningsplan aan de ondersteuningsplanraad Samenwerkingsverbanden hebben het ondersteuningsplan vastgesteld en naar de inspectie gestuurd
1 februari 2014
1 mei 2014
Schooljaar 2014-2015
1 augustus 2014
De Zorgplicht wordt ingevoerd en daarmee vervalt de landelijke indicatiestelling De Samenwerkingsverbanden worden verantwoordelijk voor de uitvoering van de taken, waaronder de (toewijzing van) ondersteuning De middelen van ambulante begeleiding gaan naar de (V)SO-scholen, tenzij het Samenwerkingsverband afspraken heeft gemaakt over de overname van personeel (door opting out) Middelen voor lichte ondersteuning gaan naar het samenwerkingsverband. Voor Primair Onderwijs zijn dat de middelen vanuit het huidige WSNS. Voor het Voortgezet Onderwijs zijn het de middelen van het Regionaal Ondersteuningsbudget, Rebound en de middelen Herstart en Op de Rails Regulier deel middelen Leerlinggebonden financiering ( LGF) gaat naar het Samenwerkingsverband. Ook de middelen uit de categorie “bureaucratie, projecten en aanvullende bekostiging ”Het (V)SO wordt bekostigd op basis van de teldatum van 1 oktober 2013
Mijlpaal
Mijlpaal
Mijlpaal
Mijlpaal
Schooljaar 2015-2016
Mijlpaal
Mijlpaal
De nieuwe bekostigingssystematiek gaat van start De middelen gaan naar de Samenwerkingsverbanden en er geldt een verplichte herbesteding bij het (V0SO, tenzij gebruik gemaakt wordt van opting out Start verevening
1 augustus 2021
Verevening is afgerond
Mijlpaal
Schooljaar 2020-2021
5)
Bekostiging
In het nieuwe stelsel Passend Onderwijs verdwijnt ( per 01-11-2014) de leerling gebonden financiering ( LGF of “rugzak”) het geld blijft wel beschikbaar, maar gaat voortaan rechtstreeks naar het
4/11
SWV. Voor de invoering van het passend onderwijs is overigens geld beschikbaar gesteld aan de SWV van €10,00 per leerling. (Peildatum 1 oktober 2011) De aangekondigde bezuinigingen Passend Onderwijs zijn inmiddels via het “stabiliteitsakkoord” (april 2012) van de baan. Het SWV krijgt een vast budget, gebaseerd op het aantal leerlingen binnen dat samenwerkingsverband onderwijs volgt. Het samenwerkingsverband krijgt de extra middelen die voorheen aan de besturen van de scholen werden toegekend nu zelf. Binnen het SWV is er sprake van zorgbudget. Er zijn twee soorten bekostiging: a) Zorgbudget “Lichte bekostiging”. Het gaat om de gelden van het huidige regionaal zorgbudget en de reboundgelden. b) Zorgbudget “Zware bekostiging”. Het gaat hier om gelden voor VSO cluster 3 en 4, en de LGF middelen. Ook de middelen voor “op de Rails” en “Herstart “ gaan straks naar het SWV. De bekostiging voor leerwegondersteunend onderwijs ( LWOO) en Praktijkonderwijs( PRO) blijft rechtstreeks naar de V.O besturen gaan, maar worden op termijn gebudgetteerd. Er wordt per samenwerkingsverband uitgerekend wat de kosten zullen zijn binnen de regio en deze wordt afgezet tegen de landelijk vastgestelde budgettering. Uiteindelijk moet er per SWV gekeken worden hoe deze verevening plaats gaat vinden.
6)
De 3 samenwerkingsverbanden van ZAAM:
De Stichting ZAAM onderwijsgroep acteert in 3 verschillende regio’s, zoals deze landelijk zijn ingedeeld. Elke regio kent daarbij zijn eigen samenwerkingsverband. a)
Regio Zaanstreek: coördinator SWV: Mevr. Esther de Boer
Samenwerkingsverband VO 2706 Gemeenten Oostzaan Wormerland Zaanstad
b)
Deelnemende besturen 2706
OVO Zaanstad Onderwijsstichting St Michael Stichting Zaan Primair Stichting Zaam
Ressorterende ZAAM scholen
De Faam (PRO) Pascal College (HAVO-VWO) Pascal Zuid (VMBO)
Regio Waterland; coördinator SWV: Mevr. Marianne van Zanten
Samenwerkingsverband VO 2707 Gemeenten: Beemster Edam- Volendam Landsmeer Purmerend Waterland
Deelnemende besturen 2707 Stichting Katholiek onderwijs Volendam Stichting AOC Clusius College Bestuurscommissie Atlas College Stichting Purmerendse scholengroep Stichting ZAAM
5/11
Ressorterende Zaam scholen
Bernard Nieuwentijt College (VMBO) (Monnickendam)
c)
Regio Amsterdam: coordinator SWV; Dhr. Frits Otto
Samenwerkingsverband VO 2708 Gemeenten: Amsterdam Diemen
7)
Deelnemende besturen 2708
Ressorterende Zaam scholen
Alle schoolbesturen V.O in Amsterdam en Diemen vertegenwoordigd in het OSVO
De “zorglocaties”: De Apollo (VMBO) Iedersland ( VMBO) Hogelant(VMBO) VMBO: College de Meer Bindelmeer College Sweelinck College Zuiderlicht College Over –Y College Calvijn met junior College Huygens College Meridiaan College Rosa beroepscollege Waterlant beroepscollege HAVO – VWO: Cygnus Gymnasium Pieter Nieuwland College Gerrit van der Veen College Comenius College Damstede
Bestuursvorm(en) van het samenwerkingsverband
Algemeen Met de invoering van passend onderwijs gaan schoolbesturen met elkaar samenwerken in geografisch afgebakende samenwerkingsverbanden. Uit de ministeriële regeling met de regio-indeling van de samenwerkingsverbanden passend onderwijs volgt dat voor de scholen van ZAAM in Zaanstad, Waterland en Amsterdam samenwerkingsverbanden worden opgericht. De samenwerkingsverbanden dienen vóór 1 november 2013 te zijn opgericht. Juridische Structuur Het wetsvoorstel geeft aan dat het samenwerkingsverband in stand wordt gehouden door een rechtspersoon zonder winstoogmerk waarin uitsluitend de betrokken bevoegde gezagsorganen deelnemen. Het wetsvoorstel en de toelichting op het wetsvoorstel schrijven niet één rechtsvorm voor en geven ook niet aan dat het samenwerkingsverband een centrale dienst moet zijn. Qua rechtsvorm is dan ook een keuze mogelijk tussen de stichting, de vereniging en de coöperatie (formeel, coöperatieve vereniging). Code goed bestuur De wettelijke bepalingen die gaan over Goed Bestuur, en dan met name over de scheiding van bestuur en intern toezicht, zijn van overeenkomstige toepassing op de samenwerkingsverbanden. Dit betekent dat het onderscheid tussen functies ‘besturen’ en ‘toezicht houden’ is vastgelegd en zichtbaar is in het handelen van bestuurders en toezichthouders.
6/11
8) Rol MR bij oprichten samenwerkingsverbanden Wettelijke voorschriften In het wetsvoorstel passend onderwijs is vastgesteld dat bevoegde gezagsorganen van scholen een samenwerkingsverband passend onderwijs moeten oprichten, met wie zij dat moeten doen, wat het doel en de taken zijn, dat het moet gaan om een rechtspersoon met volledige rechtsbevoegdheid zonder winstoogmerk en binnen welke termijn het samenwerkingsverband moet zijn opgericht. Daarmee is de oprichting van de samenwerkingsverbanden een aangelegenheid die reeds inhoudelijk is geregeld in de wet en is de adviesbevoegdheid conform artikel 18 eerste lid, onder a, WMS niet van toepassing. Uiteraard speelt hierbij een rol dat in het kader van het besluit tot aansluiting - wat zoals gezegd een wettelijke verplichting is – door de betrokken schoolbesturen op meerdere bestuurlijke thema’s keuzes worden gemaakt (bijvoorbeeld bestuurlijke context, onderlinge bestuurlijke verhoudingen governance en mogelijk de positie van het personeel). Voor zover er sprake is van rechtsgevolgen voor betrokken personeel dienen de wettelijke rechten in acht te worden genomen. Eventueel kan er sprake zijn van een instemmingsrecht voor de personeelsgeleding op grond van artikel 12 lid 1 onder b WMS (formatiewijziging als gevolg van de samenwerking). Voor de overige bestuurlijke keuzes verdient het aanbeveling om de eigen medezeggenschap op verschillende momenten hierbij te betrekken, bijvoorbeeld via informatiebijeenkomsten of een verzoek om advies. Voor wat betreft de enkele oprichting van een samenwerkingsverband door de bevoegde gezagen kan in beginsel worden volstaan met een algemene informatievoorziening aan de(G)MR-en en de uitnodiging tot vorming van een Ondersteuningsplanraad Ondersteuningsplanraad (OPR) Elk samenwerkingsverband is verplicht een OPR in te stellen (artikel 4a lid 1 Wms). De leden van de OPR worden afgevaardigd door de leden van de afzonderlijke medezeggenschapsraden van de scholen die deelnemen aan het samenwerkingsverband. De OPR heeft net als alle andere medezeggenschapsraden algemene bevoegdheden als het informatierecht, bespreek en overlegrecht. Daarnaast heeft de OPR instemmingsrechten en adviesrechten. De Wet Passend Onderwijs voorziet hierbij expliciet in medezeggenschap. De OPR heeft een instemmingsrecht met betrekking de vaststelling of wijziging van het door het samenwerkingsverband vast te stellen ondersteuningsplan (artikel 14a Wms). Het schoolondersteuningsprofiel dat per school tot stand komt, is adviesplichtig op het niveau van de MR van de afzonderlijke scholen. De Wet Passend Onderwijs kent geen uitgewerkte regeling met betrekking tot de inrichting van de eerste OPR. Wel is bekend dat het eerste ondersteuningsplan uiterlijk op 1 februari 2014 door het samenwerkingsverband aan de OPR ter instemming wordt voorgelegd.
9) Kansen/voordelen en mogelijke bedreigingen/dilemma’s: Het stelsel Passend onderwijs kent kansen en mogelijke bedreigingen. Uiteraard een subjectieve benadering.
1
Kansen/voordelen Leerlingen eerder op de goede plek door adequate toewijzing
2
Duidelijkheid voor ouders wat verwacht mag van de school
3
Elk kind krijgt onderwijs behorend bij de onderwijsbehoefte en passend bij cognitie en soc.emot.ontwikkeling Omslag in denken: Van “dit kind hoort hier niet” naar: “Help mij om met dit
4
7/11
Mogelijke bedreigingen/dilemma’s Scholen onvoldoende toegerust ( scholing noodzakelijk) Willen en kunnen huidige docenten voldoende meebewegen op deze ontwikkeling Verkeerde beeldvorming: alle kinderen uit speciaal onderwijs komen naar regulier onderwijs Verkeerde beeldvorming: Het is alleen maar een bezuinigingsmaatregel Scholen hebben niet direct meer zeggenschap over toewijzing en middelen
5
6 7 8 9 10
10)
kind om te gaan”. Nadenken over uitbreiden van de ondersteuning- en begeleidingsstructuur in scholen Professionalisering voor iedereen Onderwijs zo thuisnabij mogelijk. Zo mogelijk de regio niet uit Scholen groeien en ontwikkelen zich naar een onderwijszorgprofiel Dekkend netwerk aan zorg voor de hele regio Kansen voor ondernemende scholen
Uitwerking en Personele gevolgen m.b.t Passend Onderwijs? Het SWV heeft grote invloed. Alert blijven Blijken de gelden uiteindelijk voldoende? Voorgenomen budgettering van LWOO en PRO Positie van een evt. OPDC in de regio en de mogelijke financiële consequenties daarvan Ouders kunnen niet altijd vrij meer kiezen voor een school buiten de regio
Informatievoorziening
Enkele websites ter aanvulling of verdieping: www.passendonderwijs.nl www.ECPO.nl www.vo-raad.nl www.rijksoverheid.nl www.steunpuntpassendonderwijs.nl Belangrijk en handig document: Referentiekader passend onderwijs zie onderstaande link: http://www.vo-raad.nl/userfiles/bestanden/Passend%20onderwijs/Referentiekader-PaO-VersieDEF-januari-2013.pdf
8/11
Bijlagen:
Bijlage 1 Begrippenlijst
Arrangement
Extra onderwijsondersteuning op maat, met inzet van (bovenschoolse) voorzieningen, expertise en financiën. Een arrangement kan variëren van licht curatief en tijdelijk van aard tot intensief en langdurend of structureel van aard. Een onderwijs- en zorgarrangement betreffen altijd een samenwerking tussen onderwijs en jeugdzorg.
Basisondersteuning
Het door het samenwerkingsverband afgesproken geheel van preventieve en licht curatieve interventies die binnen de ondersteuningsstructuur van de school – eventueel samen met ketenpartners - planmatig en op een overeengekomen kwaliteitsniveau worden uitgevoerd.
Basiskwaliteit
Inspectienorm: leerprestaties (primair onderwijs) en opbrengsten (voortgezet onderwijs) zijn ten minste voldoende en het Onderwijsleerproces of de Zorg en begeleiding voldoet op de kernindicatoren.
Clusterindeling speciaal onderwijs
Cluster 1: Visueel gehandicapte kinderen. Cluster 2: Auditief en communicatief gehandicapte kinderen, dove kinderen, slechthorende kinderen, kinderen met ernstige spraakproblemen. Cluster 3: Lichamelijk gehandicapte kinderen, verstandelijk en meervoudig gehandicapte kinderen, langdurig zieke kinderen. Cluster 4: Kinderen met ernstige gedragsproblemen.
Extra ondersteuning
Alle vormen van onderwijsondersteuning die de basisondersteuning overstijgen. Binnen ‘extra ondersteuning’ kunnen verschillende typeringen voor het aanbod worden gebruikt, zoals breedte- en diepteondersteuning, lichte en zware ondersteuning of een indeling in zwaartecategorieën.
Ketenpartners
Lokale/regionale instanties die een bijdrage (kunnen) leveren aan een sluitende keten jeugd en onderwijs, zoals bijvoorbeeld: scholen, (bureau) jeugdzorg, peuterspeelzalen/kinderdagverblijven, (school)maatschappelijk werk, politie, justitie, jeugdgezondheidszorg/GGD, Jeugd-ggz, AMK, (sport)verenigingen, leerplicht, RMC-functie, verslavingszorg, buitenschoolse opvang, welzijnswerk en zorgaanbieders in het kader van de AWBZ.
Onderwijsondersteuningsprofiel
De door het samenwerkingsverband vastgestelde omschrijving van de basisondersteuning en de eventuele extra ondersteuning die een individuele school – eventueel in samenwerking met ketenpartners - biedt.
Regionaal onderwijsonder-steuningsplan
Beleidsdocument van het samenwerkingsverband dat laat zien op welke wijze een dekkend aanbod van onderwijsondersteuning in de regio wordt gerealiseerd. In het ondersteuningsplan zijn ten minste de ondersteuningsprofielen van de scholen opgenomen en het door het samenwerkingsverband vastgestelde (ambitie)niveau van basisondersteuning dat voor alle scholen
9/11
geldt. Referentiekader
Het geheel van werkwijzen en afspraken waarnaar schoolbesturen en samenwerkingsverbanden zich richten bij de vormgeving van passend onderwijs.
Zorgplicht
Juridisch begrip dat de verantwoordelijkheid voor het bereiken van een wettelijke omschreven doel tot uitdrukking brengt. In het kader van passend onderwijs ligt de zorgplicht bij het bevoegd gezag van de school en is van toepassing op leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben en die niet zonder meer het onderwijs kunnen doorlopen.
10/11
Bijlage 2
AB AMK AOC AWBZ CGB CJG LEA LGF MBO OCW OOGO PCL PGB PO PrO REC RMC ROC SBAO SO SOSO SWV VO VSO VSV VVE WBP WEB WEC WGBH/CZ WMO WMS WOOS WOR WOT WPO WSNS WVO ZAT ZVW
Afkortingen
Ambulante begeleiding Advies- en meldpunt kindermishandeling Agrarische onderwijscentra Algemene wet bijzondere ziektekosten Commissie Gelijke Behandeling Centrum voor Jeugd en Gezin Lokale educatieve agenda Leerlinggebonden financiering Middelbaar beroepsonderwijs Ministerie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap Op overeenstemming gericht overleg Permanente Commissie Leerlingzorg Persoonsgebonden budget Primair onderwijs Praktijkonderwijs Regionale Expertisecentrum Regionaal Meld- en Coördinatiefunctie Regionaal Opleidingencentrum Speciaal basisonderwijs Speciaal onderwijs Stichting ondersteuning scholen en onderwijs Samenwerkingsverband Voortgezet onderwijs Voortgezet speciaal onderwijs Voortijdig schoolverlaten Voor- en vroegschoolse educatie Wet bescherming persoonsgegevens Wet educatie en beroepsonderwijs Wet op de Expertisecentra Wet gelijke behandeling op grond van handicap of chronische ziekte Wet maatschappelijke ondersteuning Wet medezeggenschap scholen Wet overige OCW-subsidies Wet op de ondernemingsraden Wet op het onderwijstoezicht Wet op het primair onderwijs Weer samen naar school Wet op het voortgezet onderwijs Zorg- en adviesteam Zorgverzekeringswet
11/11