Algemeen Nijmeegs Studentenblad / mei 2011
Een gesprek over het Geen bodymodification is duistere van de mens taboe in deze shop Arnon Grunberg Flesh Factory
Oprichter piratenpartij vecht voor online burgerrechten Rickard Falkvinge
Vooraf Tekst: Redactie P. 02
commentaar DEZE ANS: ZWART bn, bw 1 met de kleur die geen lichtstraal terugkaatst. Misschien is het je al opgevallen; de binnenkant van ANS is net zo zwart als de binnenkant van je ogen. Niet omdat we moesten bezuinigen op de drukkosten of omdat onze puberliefde voor de muziek van Evanescence of Nightwish haar rentree maakte. Waarom dan wel? Omdat het ons inziens eens tijd werd voor het doorbreken van taboes. ZWART bn, bw 2 een ~e dag, bladzijde in de geschiedenis een donkere, rampzalige dag, episode. Het moge duidelijk zijn. Een zwarte bladzijde uit de geschiedenis van Nederland is de houding tegenover Indonesië. Waar Nederlanders het onderwerp liever doodzwijgen, haalt ANS het uit de doofpot. Daarnaast wordt er een nieuwe zwarte bladzijde gecreëerd in de geschiedenis van ANS. Een HBO-scholier op de achterkant. OMG! ZWART bn, bw 3 donker 4 pessimistisch: alles ~ inzien 5 zuur, nors: Een vader die uit wanhoop zijn dochter vermoordt, een econoom met als ‘hobby’ de Holocaust of een zeer ongelukkige hoerenloper. De personages in Arnon Grunbergs boeken kunnen met vlag en wimpel bestempeld worden als pessimistisch. Zet je zwarte bril op voor een donker, pessimistisch, zuur en nors interview. DEZE ANS NIET: ZWART bn, bw 6 verboden, onwettig Taboes bestaan ook niet in de Flesh Factory, waar elke vorm van lichaamsversiering mogelijk is. Wat ze doen is echter niet onwettig, gezien het feit dat ze beuwst geen medische opleiding hebben afgerond. Hadden ze wel een medisch papiertje, dan zou het strafbaar zijn een been af te zetten met een kettingzaag. Nu niet. Echt waar? Echt waar. ZWART bn, bw 7 met zwarte huidskleur; Zwarte Piet knecht van Sinterklaas Een zwarte ANS betekent niet dat je ongegeneerd ‘Zap de Neger’, of in dit geval ‘Blader de Neger’ kunt spelen. We zouden niet durven. Ook Sinterklaashulpjes of andere negroïde mensen blijven uit. De hoofdredactie
12
16
DEZE ANS 04 Het laatste oordeel der studenten Na elke cursus wordt studenten gevraagd een evaluatieenquête in te vullen over het vak en de docent. Toch lijken kwaliteitsarme docenten ieder jaar weer op het podium te verschijnen. Wat gebeurt er eigenlijk met de resultaten van die enquêtes? 08 Arnon Grunberg In iedere roman van deze schrijver wordt de hoofdrol vertolkt door een schlemiel die zich uiteindelijk naar de ondergang lijkt te werken. Bang voor negatieve reacties is hij niet. ‘Anders had ik wel een ander boek geschreven, niet?’ 12 Johannes van Dam Kookjournalist Johannes van Dam heeft een liefde voor de simpele keuken. Geen aardappelspiraaltjes, geen gefröbel en recht voor zijn raap. Precies zoals hij zelf ook is. ‘Ik lieg niet. Daar ben ik te lui voor.‘ 14 Roekeloos rampetampen Een op de zeven mensen die zich in het afgelopen jaar liet testen, heeft een soa onder de leden. Drie studenten doen hun verhaal over chlamydia, syfilis en genitale wratten. Hoe leef je met een soa en hoe wordt het ontvangen? 05 06 18 21 23 25 26 28 30 31 32
18
Samantha’s Garden Het laatste oordeel Meelopers: Flesh Factory De graadmeter Rick Falkvinge - Piraat in het parlement Tegen de muur Het issue: een zwarte bladzijde De bankzitter Colofon Crypto Tot de bodem
21
Tekst: Redactie/ Illustratie: Joost Dekkers ANS-Online.nl P. 03
niet Voor volk en vaderland Wat past er beter in een zwart nummer dan een interview met Constant Kusters, voorman van de extreem-rechtse Nederlandse Volks-Unie? Dat dachten wij ook. Lekker wroeten in de gedachten van een man die ‘Nationalisme’ een verplicht vak op middelbare scholen wil maken en artikel 1 van de Grondwet wil vervangen door: ‘Germaans-christelijke cultuur moet in Nederland dominant blijven.’ Dus waagden we de gok en schreven we de man die liever niet wordt geïnterviewd aan. We hadden ANS nog wel aangekondigd als Actie NationaalSocialisme, maar helaas. Constant had het te druk met het organiseren van demonstraties die om de een of andere reden – wij kennen hem ook niet – altijd uitlopen op een veldslag van Tweede Wereldoorlogse proporties. Spreker te ruil Ach, die arme Indo’s ook. Niet alleen zijn ze eeuwenlang vernederd, gemarteld en vermoord door die hebberige blanken, eenmaal aangekomen in Nederland werden ze glad genegeerd. Kansen moet je pakken, dus als er dan iemand met je wil praten over je pijnlijke geschiedenis dan grijp je die mogelijkheid met beide handen aan. En dus nodigde de heer Pondaag, voorzitter van het Comité Nederlandse Ereschulden, de twee schrijvers van Het Issue bij hem thuis uit om ‘enkele documentaires te kijken’. Iets te veel van het goede vonden zij, waarna hij een waar telefoontjesbombardement begon. Dagelijks belde hij met extra aanvullingen en voorbeelden ten overvloede. Ook wilde hij wel komen spreken op een eventueel semester over het onderwerp. Kunnen wij hem wellicht ruilen tegen een gefrustreerd, klein, joods, ros mannetje? Vrouwen Dan kun je wel je mond vol hebben met termen als het doorbreken van taboes en voor het eerst in de geschiedenis van ANS een vrouwelijke hoofdredactie aanstellen, maar wat heeft dat voor zin als je nauwelijks vrouwen aan het woord laat in
je blad? Is het minieme aantal dames in dit mei-nummer een historisch dieptepunt in het blad dat emancipatie altijd hoog in het vaandel had? Of zijn vrouwen nu eenmaal te laf om allerlei taboes door te prikken? Vinex from hell Het schrijven van het boek Vinexvrouwen leverde haar meerdere doodsbedreigingen op, maar toch weigert Naima el Bezaz zich de mond te laten snoeren. De van origine Marokkaanse schrijver spreekt zich komende maand op ANS-Online uit over hoe het is als allochtone vrouw te leven in een Vinexwijk. Daarnaast zullen de lijsttrekkers van de drie partijen voor de universitaire studentenraad in de verkiezingsweek een column verzorgen. Naar verluid worden de pennen al geslepen alvorens Loeke Salemans, Mart Waterval en Tijke Eijkemans de degens zullen kruisen. Wij zijn benieuwd voor welke broodjesautomaat dit jaar zal worden gepleit. ANS Kijk voor uitgebreidere berichtgeving en meer nieuws op ANS-Online.nl
Het Algemeen Nijmeegs Studentenblad is een onafhankelijk maandblad dat gratis in de binnenstad en op de Radboud Universiteit Nijmegen wordt verspreid. Het verschijnt 10 keer per jaar in de maanden september t/m juni. De uitgave van ANS wordt mede mogelijk gemaakt door:
Wat gebeurt er met de evaluatie-enquêtes? Tekst: Eva-Marijn de Vries en Mart Waterval P. 04
Het laatste oor deel der studen Slechte docenten zijn een van de grootste ergernissen van studenten. Door het invullen van enquêtes kunnen ze hun gal spuien, maar de resultaten blijven veelal buiten zicht. Gebeurt er eigenlijk wel iets met deze evaluaties? Studenten wordt na iedere cursus een evaluatie-enquête voorgelegd. Naast de vakopbouw, collegestof en literatuur wordt ook de kwaliteit van de docenten beoordeeld. Met dit laatste onderdeel lijkt weinig te gebeuren. Jaar na jaar staan kwaliteitsarme docenten gewoon weer voor volle collegezalen en zorgen zij voor frustatie. ANS bevroeg de opleidingscommissies (OLC), onderwijsdirecteuren en decanen van alle faculteiten aan de RU. Wordt er eigenlijk wel naar het oordeel van de student geluisterd? Zelden ontslag OLC’s vormen als afvaardiging van de studentenpopulatie een belangrijke schakel in het evaluatieproces van de docentenkwaliteit. Ze onderzoeken de oorzaak van eventuele problemen en kijken naar mogelijkheden om het onderwijs te verbeteren. Sommige OLC’s organiseren bovendien bijeenkomsten waar studenten hun opvattingen kunnen ventileren. ‘We kunnen met trots vertellen dat er bij de Faculteit der Rechtsgeleerdheid erg serieus wordt omgegaan met de resultaten van de enquêtes’, aldus de OLC. Ook uit reacties van andere OLC’s blijkt dat men tevreden is over zowel de beoordelingsmethode als de uitvoering ervan. De enquêtes worden opgesteld door het adviesbureau voor hoger onderwijs (IOWO). Nadat het IOWO de ingevulde evaluaties heeft verwerkt, krijgt het onderwijsbureau van iedere faculteit de resultaten te zien en stelt het een analyse op. Deze wordt geëvalueerd in de OLC. Zij signaleert mogelijke problemen die blijken uit de enquêteresultaten en bespreekt de reactie van de docent hierop. ‘Elke cursus met een score van minder dan drie op vijf wordt nader besproken,’ aldus de OLC Engels en Amerikanistiek. Daarnaast moet iedere docent ongeacht de score een kritische zelfreflectie schrijven over de cursus. Dit geldt in grote lijnen voor elke opleiding. De vicedecaan Onderwijs van de Faculteit der Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica Hans ter Meulen legt de verdere procedure uit. ‘Bij een onvoldoende score van de docent onderneemt de onderwijsdirecteur actie. Hij zal, al dan niet samen met de voorzitter van de OLC, een gesprek aangaan met de betreffende docent ter verbetering.’ Zowel
OLC’s als opleidingsdirecteuren zijn van mening dat extra evaluatietechnieken onnodig zijn. Het huidige systeem is toereikend en de docenten zouden zichtbaar verbeteren. Een ontslag naar aanleiding van een slechte evaluatie vindt dan ook zelden tot nooit plaats. Slechts een adviserende rol Naar aanleiding van slechte beoordelingen worden vakken vaak verbeterd qua literatuur en inhoud, maar concrete oplossingen voor een kwaliteitsgebrek van de docent lijken meestal achterwege te blijven. Zo zegt OLC Natuurwetenschappen dat er ‘nog nooit directe maatregelen van het opleidingsbestuur richting de docent vanwege zijn slechte presteren’ zijn uitgevaardigd. Ook de OLC Psychologie stelt dat ‘het aan de docent is om in de praktijk iets te doen met de uitkomsten van de enquêtes’. Naast enkele opmerkingen over een begeleidingstraject, was er slechts één OLC die concrete maatregelen kon aandragen: ‘Bij een vak waar jarenlang negatieve evaluaties kwamen over de beheersing van de Engelse taal, heeft de betreffende docent een cursus Engels moeten volgen. Ook heeft een docent geen vast contract gekregen bij gebrek aan een Basiskwalificatie Onderwijs (BKO) in combinatie met een slechte evaluatie’, aldus de OLC Informatica en Informatiekunde. Tegenwoordig geldt universiteitsbreed dat nieuwe docenten een BKO moeten halen, voordat ze een vaste aanstelling krijgen. Uiteindelijk kunnen de OLC’s geen besluiten nemen. ‘Wij hebben slechts een adviserende rol. Ons advies gaat naar het opleidingsbestuur en wordt vervolgens medegedeeld aan de docent,’ aldus de OLC Bachelor Pedagogische Wetenschappen. De opleidingsdirecteur zet de eventuele uitvoering van dit advies op. ‘Er zijn geen slechte docenten’ De onderwijsdirecteuren en decanen zijn net als de OLC’s overwegend positief over het beoordelingsproces. Zij wijzen op het aanpassen van cursussen en de inzet van vakdidactici om de docenten tot betere prestaties te brengen. Een
Samantha’s Garden P. 05
rnten enkeling plaatst wel kritische kanttekeningen bij het proces. ‘De terugkoppeling van de resultaten naar de studenten toe moet wat mij betreft beter,’ aldus Daniël Wigboldus, directeur Onderwijsinstituut Psychologie en Kunstmatige Intelligentie. Zelfs bij jarenlange dramatische beoordelingen door studenten hoeven opleidingsbesturen niet tot ontslag over te gaan. Dit komt doordat er meerdere indicatoren zijn voor de kwaliteit van een universitair docent of hoogleraar, zoals zijn wetenschappelijke bijdragen. Deze indicatoren kunnen in de jaarlijkse gesprekken tussen leidinggevenden en docenten naar voren komen, waarbij het denkbaar is dat serieuze maatregelen genomen worden. ‘Mijn ervaring is echter dat er vrijwel geen echt slechte docenten zijn. De kunst is om de juiste persoon op de juiste plek in het onderwijsprogramma te krijgen,’ aldus Wigboldus. Ondanks de tevredenheid bij zowel OLC’s als opleidingsbesturen klaagt menig student nog steeds over slechte docenten. Jaar na jaar worden enquêtes negatief ingevuld, maar verbetering lijkt uit te blijven. Natuurlijk kunnen studenten niet zeker weten of hun kritiek wordt gedeeld door medestudenten. Hoewel opleidingsbesturen claimen dat docenten door de evaluaties verbeteren, blijft dit voor de studenten vaak onopgemerkt. Door de gebrekkige transparantie hebben zij bovendien het gevoel dat hun mening niet serieus wordt genomen. Daarom is het van essentieel belang dat studenten inzage krijgen in de docentevaluaties, zoals ook Wigboldus bepleit. Daarnaast verloopt het proces van evaluatie misschien te veel op basis van vertrouwen in de verbeteringen die de docent zelf aandraagt. Slechts in extreme gevallen worden bijspijkercursussen verplicht gesteld. Wellicht doen OLC’s er goed aan om te pleiten voor beoordeling van docenten onderling. Wanneer ze bijvoorbeeld zelf in de collegezaal zouden plaatsnemen, worden docenten soms geconfronteerd met zwakke collega’s. Op die manier kunnen onderling tips worden uitgewisseld en kunnen docenten ook kritischer naar hun eigen colleges kijken. Dat kan de kwaliteit slechts ten goede komen. ANS
Samantha’s garden Samantha’s Garden is waar ik woon, het is het huis dat ik met vijf vriendinnen deel. Ik? Ik ben een studente met een hart voor vinyl. Belg bovendien. We besloten die ochtend te gaan wandelen zoals alleen wij dat konden. Wij hebben ons eigen tempo. Met de handen in elkaar geknoopt en de voeten licht, in dezelfde pas. Voor de gelegenheid droegen we identieke broeken. Grijze. Ze waren te warm, maar ze waren identiek. Het liefst waren we gaan lopen aan de zee. Maar omdat we geen auto hadden, en ook geen geld, zouden we naar de linkeroever gaan. Want aan de andere kant van de stroom ligt een strandje. Bevolkt door bejaarden en hun honden. En waar bejaarden zijn is het goed leven, zegt men. En zo gingen we, door het centrum, over de markt, langs de meisjes met de rokjes die maar net hun onderbroekjes bedekken, naar de voetgangerstunnel. Dertig meter steil naar omlaag met de oude houten roltrappen. Aan de muren schreeuwen reclameaffiches je toe met welke producten en huisdieren je jouw eenzaamheid deze maand weer kan bestrijden. Beneden druipt het vocht langs de muren naar beneden, alsof de tunnel op ieder moment in twee kan barsten. Dan stroomt er een vloedgolf door de smalle gang, die alles en iedereen vermorzelt. Ik zie deze scène voor me en stap sneller en sneller. De fietsers rijden waar het niet mag en de Japanse toeristen klappen synchroon in hun handen omdat dan het geluid weerkaatst tegen de muren van de tunnel en daar moeten ze om lachen. Opnieuw en opnieuw en opnieuw. Dertig meter hoger staan we weer in volle zon. We lopen tussen de grote bomen van de laan richting het strandje. Bij het huis van mijn grootmoeder aarzelen we even of we zouden aanbellen. Maar als er één ding is dat je over mijn grootmoeder moet weten, dan is het wel: eens binnen, geraak je nooit meer voor het donker buiten. En wij hebben nog een doel vandaag. (Als zij dit leest, zal ze me gelijk geven. Zo is ze wel.) En plots staan we daar, sneller dan verwacht. Met onze voeten in het zand en onze blik die over alle oudjes en hun honden heen gaat. Het is niet altijd duidelijk wie de hond is, en wie het baasje. We drinken koffie bij de plaatselijke bejaardenradiozender en kijken hoe de zon ondergaat. We komen terug op de rechteroever wanneer alle winkels al dicht zijn. Thuis eten we restjes uit de kast, lees: pasta met ajuin. We kruipen in bed met zand tussen onze tenen en vallen in slaap, de handen in elkaar geknoopt. In onze dromen klapt een groep Japanse toeristen synchroon. Met een glimlach. Zo’n dag.
Het laatste oordeel Tekst: Erik van Rein en Henk Strikkers/ Foto: Henk Strikkers P. 06
het laat ste oor deel
studie: Informatica college: Software Security, vrijdag 1 april, 15.45 - 17.30 uur, Hg 00.068
Duffe opsommingen of ultiem entertainment? Iedere maand verschanst ANS zich in de collegebanken om een genadeloos oordeel te vellen over het onderwijs aan de RU. ‘Ik ken php best wel goed. Php is een object.’ ‘Ik weet niets van objecten, wel van i = i + 1.’ Hoewel het vrijdagmiddag is, lijkt de interesse voor het Engelstalige college niet te zijn verslapt bij het volledig masculiene publiek. Terwijl de docent, een olijke veertiger, bezig is met het leggen van een videoverbinding met studenten in India, discussiëren de fysiek aanwezigen over een opdracht. Wanneer na tien minuten het contact met de Aziaten nog altijd niet optimaal is, start Poll toch maar zijn Powerpointpresentatie, die overigens geheel in quasivrolijk Comic Sans is. Het thema van de dag is Untrusted Code Security, wat neerkomt op het voorkomen van foutmeldingen in gedownloade plugins als Java en .NET. Waar de leek na twee van de zeventig sheets door de bomen het bos al niet meer ziet, lijkt het voor de codekrakers gesneden koek. De bèta’s nemen zelfs niet de moeite om aantekeningen te maken en de enkeling die zijn laptop wel heeft opengeklapt speelt spelletjes. Druk gebarend licht Poll zijn sheets toe, terwijl hij regelmatig vragen stelt aan zijn gehoor. Dat hangt achterover in de stoel en zit niet op interactieve momenten te wachten. Wanneer er twee bewegende smileys in de vorm van een engel en een duivel op de sheets prijken komt er wel snel een lach als reactie. Poll steekt een verhaal af over het verschil tussen betrouwbare en onbetrouwbare codes. Uiteindelijk komt hij tot de conclusie dat safe programming language nodig is voor samenvoegingen van codes met een verschillend veiligheidsniveau. Veertig sheets na aanvang acht Poll het tijd voor een vers bakkie pleur. Eén student ziet het als signaal om zijn gigantische bus oploskoffie uit zijn tas tevoorschijn te toveren en zich naar de warmwaterautomaat te snellen. Wanneer alle bètabikkels, met uitzondering van de Indiase, weer stil zijn, legt Poll aan de hand van Java uit wat access control is. Het draait er daarbij om of een deel van een code toegang heeft tot informatie. De opmerking ‘Objects of the same class can see each other’s privates’ leidt tot puberaal gegniffel in de zaal. Om te controleren of de studenten goed hebben opgelet, eindigt Poll de zitting met een kleine test. Met enkel de volgende code moeten studenten aantonen dat de uitkomst niet altijd i=5 is: class A { private int i;
docent: Dr. ir. E. Poll uitstraling: Charismatische codegek publiek: Crème de la crème van hackend Nederland inhoud: Inbreken in Javacode eindcijfer: 7,5
A () {i=5;} int get i () {return i;} }
Na enig hersenbreken weten de codekrakers meerdere mogelijkheden te vinden. Tijd om de docent na het college nog vragen te stellen nemen de studenten niet, zij downloaden hun weekend met een terabyte per seconde. Het Laatste Oordeel der Studenten Behalve de onbegrijpende schrijvers van dit artikel heeft geen van de aanwezigen zich vanmiddag verveeld. Dat deze cursus de hoofdmoot van de Informaticamaster is, speelt daarbij een rol, maar ook over Poll zijn de studenten tevreden. ‘Hij plaatst er met zijn flauwe grapjes de nodige humor in,’ merken enkele programma-pimps op. Alhoewel de docent zo populair is dat zelfs Indiase studenten zijn colleges willen bijwonen, zijn de Keizerstedelingen daar niet heel blij mee. ‘De Indiase achtergrondgeluiden uit de televisie zijn vervelend.’ ANS
Adverteren? Leef, woon, werk, Kijk op feest... ANS-Online.nl met ANS P.P. 07 7
Alle vier stapten ze ooit na de nodige aarzeling het De regeringsonderhandelingen in België du- in kantoor van ans binnen. alle vier namen ze plaats ren op 1 februari dagen. Niemand weet waar de ANS-redactie om 232 vervolgens hun vleugels uit te of wanneer deze gesprekken eindigen. Jan Jambon, slaan. hun werk ligt lichtjaren uit elkaar, maar fractievoorzitter van de Nieuw-Vlaamse Allianhet mediawereldje verlieten ze geen van allen. tie, en Olivier Deleuze, fractievoorzitter van het Waalse Ecolo, over de toekomst van hun land.
Interview Arnon Grunberg Tekst: Eva-Marijn de Vries/ Foto’s: Eva Pel P. 08
Tasten in het duister De geestesvader van onder andere Fantoompijn en Tirza won vele literaire prijzen met zijn werk. Uit de vaak duister getinte romans van Arnon grunberg spreekt een wrang wereldbeeld: ‘De mens heeft alleen maar donkere kanten’.
ANS-Online.nl P. 09
Arnon Grunberg (40) ontwikkelde zijn schrijftalent al vroeg. Nadat hij tot twee keer toe bleef zitten op het gymnasium, ging hij van school en startte een kleine uitgeverij, Kasimir. Op zijn drieëntwintigste debuteerde hij met de autobiografische roman Blauwe maandagen (1994), waarin alcohol en hoeren een prominente rol spelen. Al snel werd zijn boek vertaald en won hij onder andere de Anton Wachterprijs. Een verhuizing naar New York in 1995 en vele essays, gedichten, toneelstukken en romans volgden. Met verschillende van zijn romans sleepte hij prijzen in de wacht, zoals Fantoompijn (2000), De asielzoeker (2003) en Tirza (2006). Ook speelde hij het klaar onder zijn pseudoniem Marek van der Jagt opnieuw de Anton Wachterprijs voor zijn debuut De geschiedenis van mijn kaalheid (2000) te winnen. Tegenwoordig is Grunberg onder andere ‘Mensendokter’ bij Vrij Nederland, verslaggever van NRC Handelsblad en siert hij iedere dag de voorpagina van de Volkskrant met een ‘Voetnoot’. Wat maakt iemand tot zo’n groot schrijver? Zelf beschouwt hij zijn sociale onhandigheid als de oorzaak van zijn succes. Hij vond het moeilijk met mensen te communiceren, dus schreef hij brieven. Deze werden steeds langer en een schrijver was geboren. Sommigen zijn van mening dat hij gewoonweg een onstuitbare workaholic is die graag absurdistische romans schrijft. Grunberg vertelt over zijn wereldbeeld, zijn confronterende manier van schrijven en de duistere kant van de mens. Via e-mail, want hij houdt niet van interviews. De personages in uw boeken zijn vaak wat wereldvreemde schlemielen en lijken gedoemd te mislukken. Ziet u de mensheid zo? ‘Ik deel de mening niet dat mijn personages “wat wereldvreemd” zijn. Misschien staan zij niet zo in de maatschappij zoals jij meent dat mensen in de maatschappij horen te staan, maar dat zegt vermoedelijk meer iets over jou dan over mijn personages. Als je bedoelt dat ze zich niet helemaal thuis voelen op deze wereld, kan ik alleen zeggen: “wie wel?”’ Ik geloof dat er mensen bestaan die zich wél thuis voelen op deze wereld.Waarom gaat u uit van het tegendeel? ‘Diverse denkers hebben zich uitgelaten over de fundamenteel tragische kanten van het menselijke bestaan, dus die lijken me evident. Daarnaast bevindt de “waarheid” van de roman zich in de roman en niet daarbuiten.’ Waarom laat u graag de donkere kant van mensen zien? ‘Zijn er andere kanten? Mij lijkt het niet zo zinnig onderscheid te maken tussen het duistere en minder duistere. Hooguit kun je onderscheid maken tussen wat wij wel of niet van de maatschappij mogen tonen. Van oudsher stelt de literatuur dat de beschaafde, officiële kant van de mens niet de enige is.’ U bent niet van plan ooit gelukkige kanten van de mens te belichten? ‘Wat jij de duistere kant noemt, lijkt mij de gelukkige kant.
Literatuur hoeft ook niet voor iedereen te zijn, net zomin als ballet, opera of de Franse keuken. Mensen aan wier gelukzaligheid geen einde komt, hebben wellicht minder behoefte aan literatuur.’ Wanneer lezers uw boeken als werkelijkheid beschouwen, zou dit weleens negatieve gevolgen kunnen hebben. Houdt u daar rekening mee tijdens het schrijfproces? ‘Alle belangrijke literatuur kan negatieve gevolgen hebben. Wie schrijft, leest ook. Flaubert beweerde dat hij schreef om de mensheid te schaden, dat is een interessante provocatie. De schadelijke gevolgen van literatuur vallen overigens in het niet bij de schadelijke gevolgen van de “werkelijkheid”. Deze discussie heeft in dat opzicht een curieuze kant. Het onder het tapijt vegen van mogelijke negatieve gevolgen van de literatuur lijkt me niet wijs, het benadrukken ervan absurd.’
‘Als ik bang zou zijn dat mijn lezers boos worden, had ik wel een ander boek geschreven, niet?’ Afgelopen februari won Grunberg de Frans Kellendonkprijs voor zijn oeuvre. Waar hij eerdere prijzen in ontvangst nam via telefoon of e-mail, nam hij dit keer de moeite persoonlijk bij de uitreiking aanwezig te zijn uit respect voor Frans Kellendonk en zijn familie. Toch ziet hij het niet persoonlijk in ontvangst nemen van een prijs niet als een gebrek aan respect. ‘Een schrijver is geen politicus of musicalster. Hij mag het standpunt hebben dat de openbaarheid van zijn teksten in de regel afdoende openbaarheid is.’ U won de prijs omdat u ‘confrontatie en controverse niet schuwt’. Is dat een doel van uw werk? ‘Ik geloof dat het een goed gebruik is dat auteurs het juryrapport niet van commentaar voorzien. Ik wil dit graag in ere houden.’ Maar schrijft u boeken met als doel confrontaties op te zoeken? ‘Elke serieuze roman gaat een confrontatie aan met de lezer. In deze context betekent dat woord weinig.’ Toch zei u in een interview tijdens een tournee langs Italiaanse universiteiten en boekhandels dat u minder vrij bent geworden in het schrijven, omdat u vrienden heeft verloren met uw boeken en mensen boos heeft gemaakt. In uw nieuwste boek Huid en Haar worden vrijelijk onderwerpen aangesneden als overspel, verkrachting, discriminatie en erectieproblemen. Bent u niet bang dat er opnieuw mensen boos worden? ‘Anders had ik wel een ander boek geschreven, niet? Ik heb er geen rekening mee gehouden bij het schrijven. Het is
Leef, woon, werk, feest... met ANS Adverteren? Kijk op ANS-Online.nl P.P.10 10
Het feit dat iedereen vreemdgaat in het boek is dus ook een vorm van materiaal dat gebaseerd is op eigen ervaringen? ‘Relaties staan per definitie op het spel, tenzij de deelnemers aan de relatie dood zijn. Wellicht dan niet meer.’ Speelt uw joodse achtergrond een rol in uw leven en uw werk? ‘Misschien. Ik zou kunnen speculeren hoe ik zou zijn geweest als ik bij katholieke ouders in Veghel was opgegroeid, maar deze speculaties lijken me niet bijzonder interessant.’
‘Ik begrijp niet waarom men zich wel kan verloven met een 24-jarige en niet met een 79-jarige.’ Is het dan puur toeval dat ook in Huid en Haar het personage Lea joods is? ‘In een roman is weinig toevallig. Het lijkt me een zeer vulgaire manier van duiding om het gebrek aan toeval in een roman te herleiden tot autobiografische gegevens van de schrijver.’ Grunberg stond lang bekend als een schrijver die graag stunts uithaalde. Zo schreef hij boeken onder zijn pseudoniem Marek van der Jagt, verloofde hij zich met een 79-jarige vrouw en ging hij per boot met een geit over de Nederlandse wateren om zijn boek De asielzoeker te promoten.
beledigend de intelligentie van mijn vrienden en vriendinnen te onderschatten. Niet minder beledigend is het overigens de intelligentie van de lezer te onderschatten.’ Herman Brusselmans zei in een interview met ANS: ‘Arnon is op de eerste plaats een eikel, op de tweede plaats een klein, gefrustreerd, ros, joods mannetje.’ Vanwaar deze woorden? ‘Dat moet je aan Herman Brusselmans vragen.’ Kunt u begrijpen dat u zo overkomt? ‘Mijn vermogen tot empathie is groot. Ik ben een romanschrijver. Ik kan dus veel begrijpen.’ Een van de hoofdpersonen in Huid en Haar stelt: ‘Ik ben geen romanschrijver die autobiografische details gebruikt om zijn verzinsels smeuïg te maken of van een zekere legitimiteit te voorzien.’ Bedoelt u hier uzelf mee? ‘Nee. Natuurlijk geldt voor iedere schrijver dat zijn eigen ervaringen en leven het materiaal vormen. Of dat materiaal herkenbaar in de roman naar voren komt of niet, is een geheel andere vraag.’
De laatste jaren lijkt u minder stunts uit te halen.Waren het enkel publiciteitsacties en heeft u die nu niet meer nodig? ‘Hoewel het schrijven onder een pseudoniem een lange, literaire traditie is kan men dat inderdaad als publiciteitsstunt afdoen. Daarnaast begrijp ik niet waarom men zich wel kan verloven met een 24-jarige en niet met een 79-jarige. Ze was trouwens iets jonger dan 79. ‘Wat de geit betreft: als een schrijver toch besluit langs boekhandels te gaan, kan hij beter een geit meenemen, dan heeft hij in elk geval aangenaam gezelschap.’ Op 11 mei zal Grunberg een masterclass en een lezing verzorgen op de RU over de vraag of literatuur een rol kan spelen in de verwerking van een collectief trauma als de Tweede Wereldoorlog. Op de vraag of hij alvast een tipje van de sluier op wil lichten antwoordt hij: ‘Nee, wacht gewoon rustig af.’ Waarom moeten de studenten volgens u naar de lezing komen? ‘In 2000 vroeg een interviewer tijdens een openbaar interview in Leiden: “Waarom moeten mensen jouw boek kopen?” Ik antwoordde: “Mensen hoeven mijn boek niet te kopen.” Deze anekdote lijkt mij afdoende antwoord op de vraag.’ ANS
Adverteren? Leef, woon, werk, Kijk op feest... ANS-Online.nl met ANS P.P.11 11
ansjes Een Ansje mag maximaal 35 woorden bevatten en kost 5 euro. De waarde van de aangeboden goederen mag de 900 euro niet te boven gaan. Mail naar
[email protected] Studentpool.net, dé website voor studenten op het gebied van wereldwijde stages, bijbanen, startersbanen, gratis studieboeken en carrièreadvies. Gratis bemiddeling! Wij zijn ook doorlopend op zoek naar studentredacteuren. Interesse? Mail naar:
[email protected]
Ben jij op zoek naar een leuke, afwisselende, goedbetaalde bijbaan? Kom werken voor studentenklusbedrijf Huurstudent. Wij hebben diverse functies. Meld je aan via huurstudent.nl of bel naar 024-3553318.
BELEEF CULTUUR, BOUW MEE Uniek vrijwilligerswerk in het buitenland (o.a. Italië, Marokko, Cuba en Oekraïne) in een internationale groep, 2-4 weken, lage kosten. Een bijzondere manier om je vakantie te besteden. Meer info? www.ibo-nederland.org
Woon je in een SSHN-complex, zou je graag actiever willen meedenken over het te voeren huurbeleid en wil je mede-huurders helpen met het oplossen van huurproblemen? Neem dan contact op met Stichting Platform Huurdersbelangen:
[email protected]
Adverteren in dit blad? - 1 pagina zwart-wit: 445 euro | full-colour: 495 euro - 1/2 pagina zwart-wit: 225,75 euro | full-colour: 265,75 euro - 1/4 pagina zwart-wit: 120,75 euro | full-colour: 150,75 euro - 1/8 pagina zwart-wit: 45 euro | full-colour: 60 euro Mail naar
[email protected]
ANS zoekt schrijvers. Heb jij een scherpe pen en een kritische blik. Twijfel dan niet en mail naar
[email protected] of loop binnen in ons kantoor onder het Gymnasion.
Interview Johannes van Dam Tekst: Henk Strikkers/ Foto: Boy van Dijk P. 12
‘ik ben te lui om te liegen’
Hij is de meeste invloedrijke culinair journalist van Nederland en geboeid door bedrog. Johannes van Dam is zichzelf en niet van plan te veranderen. ‘Het is geestelijk ongezond om dingen op te kroppen. Dat doe ik dus niet.’ Als nestor van de Nederlandse restaurantrecensenten boogt Johannes van Dam (65) op een ongelooflijke hoeveelheid kennis, gebundeld in een bibliotheek waar hij zijn leven lang vrijwel al zijn geld aan uitgaf. Op zijn iPad – ‘ik moet toch met de tijd meegaan’ – laat hij een foto zien waarop hij in een bruin kamertje omringd door boeken zit te glunderen. Naar eigen zeggen studeert hij nog iedere dag op met name de geschiedenis van de gastronomie in zijn zestigduizend boeken. Daarvan doet hij als kookjournalist bijna dagelijks verslag in onder andere Het Parool en Elsevier. ‘Er is veel te weinig gastronomische kennis. De meeste culinair journalisten ouwehoeren maar wat.’ Ondanks uw voorliefde voor het vergaren van kennis vervolmaakte u nooit een studie. Hebt u daar spijt van? ‘Spijt heb ik nooit, dat woord komt niet in mijn woordenboek voor. Ik doe de dingen waarvan ik vind dat ik ze moet doen en dan is het onnodig om spijt te krijgen. Als je op een splitsing in je leven staat kun je met beide richtingen je voordeel doen. Ik spuug niet in de bron waaruit ik heb gedronken.’ Hoe deed u uw voordeel met het afbreken van uw studie? ‘Mijn moeder besliste dat ik Medicijnen moest gaan studeren. Eenmaal in de collegezalen voelde ik me een soort monteur die wat schroefjes moest aandraaien om een mens gezond te houden. Bovendien was ik anders dan de rest. Ik had al vroeg gezichtsbeharing en in een volle collegezaal zei een professor ooit, zijn ogen op mij gericht: “Een arts heeft geen baard. Voor de studenten die hier met een baard zitten: Psychologie is ook een interessante studie.” Dat was het moment waarop tot me doordrong dat ik mijn studie diende te stoppen. Ik hoorde daar niet thuis. Daarna heb ik enkel nog dingen gedaan die volledig mijn eigen keuze waren.’
Houdt u ervan om anders te zijn? ‘Nee, ik houd ervan om mezelf te zijn. Dat is soms ongemakkelijk, maar daar wen je aan. Ik ben altijd anders geweest dan de rest. In mijn jeugd isoleerde ik me al en had ik een beperkte vriendengroep. Na verloop van tijd leer je jezelf socialer op te stellen omdat het in de praktijk lastig is om voortdurend helemaal jezelf te zijn. ‘Rond mijn achttiende levensjaar realiseerde ik me dat het geestelijk heel ongezond is om je in te houden en dingen op te kroppen. Ik leerde mezelf te uiten, maar mijn mond te houden als ik iets niet wist. Dat doe ik tot op de dag van vandaag, alleen ben ik nu in de gelukkige positie dat ik een wandelende encyclopedie ben en dus heel veel weet.’ Van Dam noemt zichzelf een waarheidsmaniak. ‘Als je liegt moet je bij elk woord nadenken of je jezelf tegenspreekt. Ik ben te lui om te liegen.’ Dat hij daarmee meerdere mensen tegen zich in het harnas heeft gejaagd, neemt hij op de koop toe. Met zijn familie heeft hij nauwelijks nog contact en enkele koks kunnen hem niet luchten of zien. Desondanks lijkt de grijsaard geboeid door oplichting en bedrog. Wat is er zo bijzonder aan de leugen? ‘De leugen is niet zo interessant. Mensen liegen uit winstbejag. Het boeiende is dat mensen erin geloven, dat ze in bedrog trappen. Oplichters moeten bijna een psychologische opleiding genoten hebben om als de bliksem te beseffen of iemand een goed slachtoffer is. Ook hoaxes boeien me, zowel in de wetenschap als in de journalistiek. Ik heb daar een enorme boekencollectie over en ken alle trucs. Dat maakt dat ik oplichters altijd door heb.’ Is wantrouwen de enige optie om door leugens heen te prikken? ‘Nee, helemaal niet. Ik ben niet wantrouwig en mijn vertrouwen is vlug gewonnen. Toch heb ik het altijd door als mensen gebakken lucht verkopen. Ik heb hier in Amster-
ANS-Online.nl P. 13
dam ooit een jongen ontmaskerd die zich voordeed als een bekende autocoureur en zo door heel Europa dure wagens los wist te peuteren. Ik was niet onder de indruk van dat kleine ventje en luisterde naar zijn verhaal, waarna ik direct doorhad dat het een oplichter was. Iedereen geloofde hem en ondanks mijn waarschuwingen bleven zijn trucs succesvol. Wellicht heeft het te maken met het feit dat ik geen autoriteit erken en iedereen op zijn argumenten beoordeel.’ Is het niet lastig om geen autoriteit te erkennen als journalist? Het Parool en Elsevier hebben natuurlijk ook een eindredacteur. ‘Er zijn er inderdaad heel wat die ik in de ban heb gedaan. Op een receptie kwam ik laatst de hoofdredacteurs van Het Parool en Elsevier tegen. Ik begroette ze met: “Wat leuk om mijn twee bazen eens bij elkaar te zien.” In koor antwoordden ze: “Wij hebben eerder het idee dat jij onze baas bent.” Dat stemde me tevreden. Niet dat ik het gevoel wil hebben dat ik boven hen sta, maar ik wil dat ze me als gelijke zien.’ Velen zien u wél als een autoriteit op het gebied van eten. Heeft u de behoefte om het volk voor te lichten over voeding? ‘Met mijn gigantische bibliotheek heb ik alles binnen handbereik. Ik heb zojuist een stuk geschreven over het feit dat kookjournalisten nauwelijks nog naar de originele bron gaan. Zo worden allerlei mythes in stand gehouden en daar heb ik een hartgrondige hekel aan. Dat Marco Polo bijvoorbeeld de spaghetti uit China heeft meegenomen en de Italianen spaghetti heeft leren koken. Er is zelfs een verhaal dat een matroos met het spul kwam aanzetten en dat hij Spaghetti heette. Dat is toch te gek voor woorden? Pasta was in Italië allang bekend en spaghetti betekent gewoon
“kleine touwtjes” in het Italiaans.’ Bij tijd en wijlen is het interviewen van Johannes van Dam als het volgen van een hoorcollege. Uit zijn houding blijkt een ongelooflijk enthousiasme voor alles dat hem boeit en een enorme behoefte als schalkse schoolmeester zijn kennis te delen. Toch straalt hij een zekere striktheid uit. Restaurants die hem niet bevallen geeft hij een onverbiddelijke 5, waarmee het etablissement geheid in zwaar weer wordt gestort. Is uw manier van oordelen veranderd, wetende dat u restaurants kunt maken of breken? ‘Ik blijf gewoon mezelf. De meeste etablissementen behandelen me als een gewone gast en zo hoort het ook. Anderen gaan zich uit de naad werken en dat heeft vaak missers tot gevolg. Ik heb eens met een grimeur gekeken of er iets te veranderen was aan mijn gezicht, maar ik leek veel te veel op mezelf.’ Vindt u het vervelend dat mensen zo zwaar aan uw mening tillen? ‘Nee, integendeel. Ik vlei me met de gedachte dat ik heb bijgedragen aan de verbetering van de Nederlandse restaurants. In Amsterdam moet een eigenaar die een restaurant wil openen met een businessplan en menukaart naar de bank om krediet te bekomen. Ik hoorde eens dat de banken zo slim zijn om te kijken of het een kaart is waar ik me positief over uit zou laten. Als dat een menu is met veel gefriemel en gefröbel, dan krijgen ze geen krediet. Wel wanneer het brasserie-achtig is en een goede simpele maaltijd biedt, zonder spiraaltjes en groenten die op allerlei vreemde wijzen zijn bereid. Daarmee ben ik een soort toelatingsbarrière van Amsterdamse restaurants.’ ANS
Praten over seksuele ziektes Tekst: Adrianne Tuk en Jozien Wijkhuijs/ Illustratie: Erik Molkenboer P. 14
roekeloos rampetampen De gevaren van onveilige seks zijn alom bekend. Toch blijkt het gebruik van een condoom in de praktijk niet vanzelfsprekend en komen soa’s nog steeds veel voor. ‘Natuurlijk weet ik dat ik een condoom moet gebruiken. Het komt er gewoon niet altijd van.’ Als seks niet een van de eerste levensbehoeftes is, dan is het toch zeker een belangrijke. Wanneer het iedere keer dat je van bil gaat meer begint te jeuken, kan dat je libido echter zodanig aantasten dat de lust verandert in last. Overheidsinstanties hebben vele pogingen ondernomen om bij Nederlanders de kennis rond de risico’s van het minnespel bij te spijkeren. Desondanks tieren luizen en bultjes nog welig rond menig geslachtsdeel. Eén op de zeven mensen die zich in 2010 liet testen had één of meerdere soa’s. Dit blijkt uit een rapport van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM). In Nijmegen ondergingen 3500 mensen vorig jaar een soa-test, waarvan de helft een leeftijd tussen de 18 en 25 had. Dit is volgens de GGD niet verwonderlijk, omdat deze groep meer wisselende seksuele contacten heeft dan andere. Het studentenleven en seks zijn voor velen onlosmakelijk met elkaar verbonden. De stereotiepe corpsbal acht het aantal groefjes in de bedrand minstens zo belangrijk als de behaalde studiepunten. Hoewel hoogopgeleid, lijken studenten weinig na te denken over de verstrekkende gevolgen van onveilige seks en komen geslachtsziekten in deze groep veel voor. Uit een enquête die ANS in 2007 onder 469 studenten hield, bleek dat 60 procent van de Nijmeegse studentenpopulatie het bij losse seksuele contacten altijd met condoom doet. Een op de vijf liet het rubbertje in zo’n situatie eenmalig achterwege en een even grote groep besloot regelmatig zijn seksuele gezondheid in de handen van het lot te leggen. Bultjes op je lichaam, jeuk en zelfs onvruchtbaarheid, alsmede de sociale gevolgen van soa’s kunnen je leven sterk beïnvloeden. Hoewel het taboe op het onderwerp minder wordt, is een geslachtsziekte niet bepaald gespreksvoer voor aan de bar. Exen opbellen en het op de hoogte stellen van nieuwe sekspartners is voor velen een ware walk of shame. Studenten Carlijn, Daan en Steven ondervonden dit aan den lijve. Onveilige seks leidde bij hen tot maandenlange seksuele droogte, schaamtevolle behandelingen door moeders en schokkende onthullingen over vroegere sekspartners. Hoe voelt het om je complete seksleven bloot te geven aan je sociale kring en
een streng kijkende GGD-ambtenaar? En hoe gaan studenten met een soa vervolgens om met seksualiteit? Parttime-prostituee ‘Ik kreeg mijn soa hoogstwaarschijnlijk van een meisje waar ik een paar keer mee heb gerommeld. Achteraf bleek dat ze bijkluste als prostituee.’ Steven is een van de velen die met chlamydia is besmet. ‘Ik kreeg een nieuwe vriendin die me vertelde hoe dat meisje een extra zakcentje verdiende. Ik schrok me rot en besloot me te laten testen.’ Na een korte screening aan de telefoon, waarbij Stevens seksuele verleden werd besproken, mocht hij langskomen. Hij kreeg een uitgebreid consult waarin gevraagd werd naar eventuele lichamelijke klachten en naar zijn aantal exen. Daarnaast werd er uitleg over condoomgebruik gegeven. Stevens behandeling was mild: ‘Ik hoefde slechts twee antibioticapillen te slikken. Wel werd er streng op toegezien dat ik dat direct deed.’ Het vervelendste gevolg van zijn soa was het op de hoogte stellen van zijn voormalige sekspartners. Zijn relatie was net verbroken toen hij zijn geslachtsziekte ontdekte. Naast zijn ex moest hij nog twee andere meisjes bellen, waarvan één de vermeende bron van de ellende was. Het lukte hem niet om haar te pakken te krijgen. ‘Wie weet hoeveel anderen zij nog besmet heeft.’ Schuld en boete Daan laat zich twee keer per jaar en aan het begin van elke nieuwe relatie testen. Tijdens één van die penisproeven bleek dat hij syfilis onder de leden had. Hij kreeg na de test een sms van de GGD waarin hem werd gevraagd te bellen. ‘De vrouw die ik aan de telefoon had ging een lijstje af en pauzeerde verdacht lang bij hiv. Ik schrok, want die ziekte vreesde ik het meest.’ Na de eerste opluchting bleken de gevolgen van de soa echter groter dan verwacht. Daan kreeg twee spuiten waardoor hij twee dagen amper kon lopen. Daarna was zijn soa verdwenen.
Leef, woon, werk, feest... ANS-Online.nl met ANS P.P.15 15
De vervelendste consequenties waren voor Daan sociaal van aard: ‘Ik voelde me schuldig tegenover mijn toenmalige partner. Het was net aan tussen ons toen ik hem moest vertellen dat ik hem wellicht besmet had.’ Ook mochten ze drie maanden geen seks hebben, zodat ze elkaar niet over en weer konden besmetten. Het bleek te laat. Na die drie maanden liet zijn vriend zich testen en bleek ook hij syfilis te hebben. Hoewel Daan geen symptomen had, liet de soa zich bij zijn partner wel zien, in de vorm van rode bulten over zijn hele lichaam. Turkse toeren Een soa-test mag dan de manier zijn om jezelf te laten onderzoeken, geheel betrouwbaar is het niet. Carlijn liet zich vier jaar geleden in Nederland testen na een dronken avond met een barman in Turkije. Uit de test bleek dat ze geheel gezond was. ‘Een paar maanden later ontdekte ik echter vreemde bultjes op mijn vagina. Toen ik naar de dokter ging, vertelde hij dat ik genitale wratten had.’ De behandeling was erg ingrijpend en vervelend. ‘Ik moest mezelf twee keer per dag met een soort stikstof behandelen om daarmee de wratten weg te branden. Het was ontzettend pijnlijk en vernederend. Zeker toen mijn moeder het moest overnemen omdat het mij niet meer lukte.’ Carlijn besloot uit gêne haar sekspartners niet te bellen. Ze leeft nog altijd met de schaamte van haar soa en heeft het vrijwel niemand verteld. ‘Ik schaam me dood omdat ik het niet heb voorkomen en vind het echt dom van mezelf. Tot op de dag van vandaag durf ik dat niet aan anderen toe te geven.’ Ondanks de beschamende telefoontjes, schuldgevoelens en
lichamelijke ongemakken is het gebruik van voorbehoedsmiddelen voor alle drie nog steeds niet vanzelfsprekend. Ze laten het rubbertje in het heetst van de strijd toch vaak achterwege. Daan meent dat het afschrikeffect van soa’s niet erg ver reikt: ‘In eerste instantie schrok iedereen die ik het vertelde wel, maar de meesten reageerden laconiek: “als dat alles is...”’ ANS Op verzoek van de geïnterviewden zijn de namen gefingeerd en studies niet genoemd. Als er geen klachten zijn, wordt er bij de GGD geen lichamelijk onderzoek verricht. Mannen leveren urine in en vrouwen nemen bij zichzelf een vaginaal monster af. De heren hoeven dus niet bang te zijn voor situaties met een wattenstaafje zoals Najib Amhali die schetst in zijn show The Best of Najib Amhali. Onder jongeren is chlamydia de meest voorkomende soa: bij vier op de vijf gevallen is er sprake van deze geslachtsziekte. De meeste soa’s zijn goed te behandelen. Er zijn echter geslachtsziekten die voor altijd in je lichaam blijven, zoals syfilis, hepatitis B en hiv.
ilona steensma Er is genoeg.Tekst: We hebben genoeg. Genoeg materiaal om mooie verhalen te vertellen. En die door te geven. www.ans-online.nl. De redactie / colofon P. 16 Kijk voor meer informatie over de kunstenaar en haar werk op ANS-Online.nl
Ans deze maand P. 17
Een dag in de Vleesfabriek Tekst: Eline Huisman en Lotte van Rosmalen/ Illustratie: Marieke Meijer P. 18
Meelopers Iedere maand loopt ANS een dag mee in de schaduw van een zonderling. Deze maand: bodymodifications in een gigantisch pakhuis
flesh factory
Van het laten splitsen van je tong tot een brandmerk in elk gewenst figuur, geen enkele lichaamsbewerking is taboe bij Flesh Factory. In de tattoo- en piercingshop wordt extreem geëxperimenteerd. Een navel piercen, implant zetten of vingerkootje verwijderen? Het kan hier allemaal. ‘Hoe extremer het is, hoe leuker ik het vind,’ vertelt Ilya Langbein (34), eigenaar van tattoo- en piercingstudio Flesh Factory. Een ‘menukaart’ bij de ingang van de shop toont een scala aan beschikbare lichaamsversieringen. Naast de meer gebruikelijke oor- en tepelpiercings behoren ook bodymodifications als siliconen implants en het aanbrengen van littekens tot de mogelijkheden. Het oude pakhuis in Alkmaar waar Ilya werkt, lijkt in niets op het stereotiepe beeld van een tattoo shop. Over de kasten zijn bloemen gedrapeerd en de enigszins angstaanjagende naam ‘Flesh Factory’ is in sierlijk gekrulde letters op de muur geschilderd. Het hippe interieur doet bijna vrouwelijk aan. ‘We willen graag het taboe rond dit wereldje doorbreken,’ legt een van de tatoeëerders uit. ‘Uit nieuwsgierigheid lopen zelfs bejaarden en kinderen binnen om te vragen wat hier gebeurt.’ Met de toegankelijke uitstraling van zijn studio en door verschillende voorlichtingen te geven wil Ilya primaire reacties veranderen. ‘Men denkt vaak dat mensen die hun lichaam versieren crimineel en agressief zijn.’ Wandelend kunstwerk Ilya’s bovenlichaam is bedekt met draken, Japanse tekens en andere versieringen. Met zijn gespleten tong en talloze piercings is hij een wandelend kunstwerk en reclamezuil voor zijn eigen werk. ‘Ik wil precies weten wat ik bij mijn klanten doe. Daarom probeer ik nieuwe dingen altijd eerst op mezelf uit. Als het een uurtje rustig is, zet ik bijvoorbeeld een nieuwe implant bij mezelf.’ Dat is een siliconen vormpje dat onder de huid geplaatst wordt. Ilya laat het resultaat van de laatste keer zien. Naast de stervormige zwelling op zijn hand
zit een donkerrode hechting. ‘Als ik een vormpje geplaatst heb, trek ik een uur later mijn handschoenen weer aan om verder te werken. Ik laat wonden niet lang genoeg genezen en ben dan ook een held in het verneuken van littekens.’ De reacties op zijn verschijning zijn niet altijd even positief. Wanneer hij zijn zoontje naar school brengt kijken andere ouders vaak verbaasd op ‘dat dit soort mensen kinderen krijgt’. ‘Bovendien komen mensen heel gemakkelijk in je persoonlijke ruimte,’ vertelt hij. ‘In de kroeg pakte een vrouw ineens mijn hand met de siliconenster vast. Zij had duidelijk ook siliconen, dus greep ik haar tiet.’ Piercen is poetsen Achter de centrale bar waar Ilya plaatsneemt om los te branden over de nieuwste mogelijkheden op het gebied van lichaamsverandering, staan twee massagetafels. Dit is het werkterrein van de tatoeëerders. Naast het zetten van tatoeages ontwerpen ze op verzoek en denken ze mee over details als afmetingen en kleur. Gedurende de dag lopen verschillende klanten binnen om hun wensen voor te leggen, maar het tatoeëren gebeurt op afspraak. ‘Je kunt gemakkelijk schade aanbrengen aan het lichaam, dus de procedure versnellen zou absurd zijn. In de drukke zomermaanden werken we daardoor zo’n veertien uur per dag.’ Een aparte ruimte naast de bar vormt het domein van Ilya die de bodymodifications uitvoert. Het is er zes graden kouder dan in het tatoeëergedeelte. ‘Bij piercen is de spanning kort en heftig. Als het te warm is kan de klant flauwvallen.’ Er loopt een zenuwachtig meisje binnen voor een dermal anchor piercing, een steentje dat met een plaatje onder de huid vastgezet wordt. Na een uitgebreide voorlichting kan
ANS-Online.nl P. 19
ze plaatsnemen op de behandeltafel. Ilya gaat als een ware chirurg te werk: blauwe handschoenen aan, een mondkapje voor en een serie steriel verpakte tangetjes tot zijn beschikking. Hij kneedt een beetje in de huid en nog geen dertig seconden later zit het sieraad netjes boven de borst van het meisje. Informatie verschaffen en hygiëne zijn het grootste onderdeel van het werk. ‘Het piercen is zo gebeurd, maar elke klem die ik gebruik maak ik 2,5 uur schoon. Eigenlijk ben ik voor tachtig procent schoonmaker.’ Leren van eikels Ilya’s fascinatie voor bodymodification is ontstaan door zijn lange medische verleden. Hij heeft vaak in het ziekenhuis gelegen en jarenlang gevochten tegen verschillende soorten kanker. Uit verveling bracht hij veel tijd door in de medische bibliotheek. ‘Ik werd nieuwsgierig naar alles wat met een lichaam mogelijk is en begon te experimenteren. Het eerste wat ik leerde piercen waren tongen en eikels. Als je dat eenmaal kunt is de rest prima te doen.’ Hoewel de meeste medici niets te maken willen hebben met dit soort praktijken, was Ilya’s plastisch chirurg een uitzondering. ‘Voorafgaand aan mijn neusoperatie had hij tien minuten alleen met mij geregeld. In ruil voor mijn behandeling zette ik bij hem een prins Albert, een piercing in zijn eikel. Op de afdeling zijn heel wat verhalen de ronde gegaan over wat er die tien minuten gebeurd is, maar het is altijd ons geheim gebleven.’ Voordat hij zijn eigen shop oprichtte, heeft hij verschillende medische opleidingen gevolgd, maar hij heeft deze bewust nooit afgerond. ‘In Nederland val je als gediplomeerd medicus onder de tuchtwet, daarmee ben je strafbaar buiten
het ziekenhuis. Zonder diploma mag je een zaag pakken en iemands been afzetten.’ Extreme experimenten Samen met zijn crew probeert Ilya altijd vernieuwend te zijn. ‘We doen momenteel proeven met het inbrengen van de chip van een metropas in de hand. Ook experimenteren we met ledverlichting onder de huid.’ Om het effect van ledlicht te illustreren, schijnt Ilya met een zaklampje op zijn implant, die helder door de huid oplicht. Een minder vaak voorkomende bodymodification bij Flesh Factory is het brandmerken. Dit heeft als doel dat er een litteken in een bepaalde vorm blijft staan. Ilya raadt deze behandeling echter niet aan. ‘Het genezingsproces is extreem pijnlijk en bovendien kunnen brandwonden uitlopen. Je kunt eenzelfde resultaat bereiken door met een scalpel het figuur in de huid te snijden. Het eindresultaat is daarbij veel beter te controleren.’ Een andere activiteit is bodysuspension, dat letterlijk ‘lichaam ophangen’ betekent. Gruwelijk dikke haken worden door de huid gespietst, waaraan de waaghals vervolgens met kabels wordt opgehesen. ‘De huid kan ontzettend veel hebben.’ Normale haken zijn drie millimeter dik, maar Ilya is inmiddels zo getraind dat zijn soepele huid de haken kromtrekt en hij vleeshaken van de slager moet gebruiken. Elke maand vindt een sessie plaats na sluitingstijd. De suspension gaat verder dan de verfraaiing die de meeste klanten zoeken. ‘De een zoekt de kick in motorrijden, een ander doet aan bodysuspension. Het draait om het hebben van controle over je eigen lichaam. Pijn en prikkels liggen dicht bij elkaar. I need to feel the pain to feel alive.’ ANS
Universitaire Studentenraad week van het bestuur In de week van 9 tot 13 mei is het voor studenten mogelijk om een dag mee te lopen bij een groot aantal besturen van studentenorganisaties. In de week van het bestuur kun je als student dus ervaren hoe het is om jou studie- of studentenvereniging te besturen. Kijk voor meer informatie op www.ru.nl/studentbestuur.
Windmolentjes-actie van het SNUF en de USR: Hou het Nijmeegse studentenleven draaiende, word bestuurslid! Het windmolentje staat voor de positieve impuls die studentbesturen aan de universitaire gemeenschap geven maar ook de positieve impuls die een bestuursjaar aan je eigen ontwikkeling geeft!
Universitaire verkiezingen In de week van 20 tot en met 26 mei vinden, zoals ieder jaar, weer de universitaire verkiezingen plaats. In die week kunnen alle studenten van de Radboud Universiteit Nijmegen hun stem uitbrengen voor de Universitaire Studentenraad, de Facultaire Studentenraden en de Opleidingscommissies. En jazeker, dit is erg belangrijk! De bovengenoemde drie medezeggenschapsorganen behartigen namelijk jullie belangen tegenover de verschillende lagen van het universiteitsbestuur. De werkzaamheden van de universitaire medezeggenschap variëren van het meepraten en beslissen over het bindend studieadvies en studeren in het buitenland tot het evalueren van cursussen en docenten. De belangrijkste vraag voor jullie is weliswaar: “Waarom moet je nou gaan stemmen?”. Nou, het is eigenlijk heel simpel. Door te stemmen kies je jouw vertegenwoordiger naar keuze. Oftewel iemand waarvan jij denkt dat hij/zij jouw belangen goed vertegenwoordigt tegenover het universiteitsbestuur. Daarnaast betekent jouw stem dat de medezeggenschapsorganen een grotere achterban hebben en dus ook krachtiger jouw mening kunnen vertegenwoordigen. Ook jouw stem is dus enorm belangrijk! Kortom, ga in de week van 20 tot en met 26 mei naar www.ru.nl/verkiezingen om jouw stem uit te brengen. Stem je niet, dan tel je niet mee en dat vindt natuurlijk niemand leuk!
(Advertentie)
RECTOR-ON-TOUR 9 mei om 16:00 gaat de rector in gesprek met studenten van de Faculteit der Medische Wetenschappen. Dit is in het teken van de rector on tour waarbij de rector verschillende faculteiten afgaat om hier de discussie aan te gaan met de studenten. Dus heb jij de rector altijd al in een informele setting een bepaalde vraag willen stellen of met hem in debat willen gaan? Kom dan naar de Rector-on-tour! bestuursmaanden Het College van Bestuur heeft een voorstel gedaan voor een nieuwe bestuursmaanden regeling. De grootste verandering is dat bestuurders die meer dan zes bestuursmaanden ontvangen 1/3 van die maanden voorwaardelijk krijgen. Om het voorwaardelijke deel te ontvangen moeten bestuurders een bepaald aantal studiepunten halen. De USR is (nog) niet tevreden met het voorstel omdat bepaalde groepen studenten extra zwaar getroffen zouden worden door de voorgestelde regeling. De universitaire studentenraad komt op voor de belangen van alle studenten aan de Radboud Universiteit. Mail ons: usr@ student.ru.nl.
Tekst: Pieter Hengst/ Foto’s: Redactie/ Illustraties: Joost Dekkers De graadmeter P. 21
De graadmeter Twintig kebabzaken, talloze bijbaantjes en tien soorten glijmiddel. Om de keuzestress te reduceren treedt ANS elke maand op als keuringsdienst van studentenwaren. Welke optie doet de graadmeter het hoogst uitslaan en wat kun je beter links laten liggen? Deze keer: katerremedies
Wat: Bloody Mary Smaak: koude tomatensoep met pit Substantie: dikke prut Prijs per kater: circa 4 euro Het drinken van een Bloody Mary is een bij drankorgels bekende methode om je knallende kater om te toveren tot een aaibaar poesje. Het drankje bestaat voor driekwart uit tomatensap en een kwart wodka. Al naargelang de zwaarte van de kater kan de verhouding worden aangepast in het voordeel van de wodka. Verder worden worcestersaus en tabasco toegevoegd, alsmede een snufje peper. De katerremedie werpt zijn vruchten af. De proefpersoon is na een paar flinke slokken aardig aangeschoten en aldus wordt de kater verantwoord verdoofd. Met de tabasco moet overigens voorzichtig worden omgesprongen. Bij de eerste slokken spuwt het proefkonijn bijkans vuur. Toch is het bloederige brouwsel geen slechte kater-killer, met de Bloody Mary achter de kiezen is de tester een tevreden mens. Het recept wordt meteen genoteerd voor op de koelkast.
Wat: KG-2 antikaterpillen Smaak: hard plastic Substantie: gigantische capsules Prijs per kater: 12,50 euro voor 20 pillen Voor mensen die van een biertje teveel houden en snel naar de pillen grijpen, is er de anti-katerpil. De verpakking wordt gesierd door dubieuze teksten als ‘Fabrikant X is tegen rijden onder invloed’ en de communistische hamer en sikkel De medicatie bevordert volgens de verpakking de afbraak van alcohol in het bloed. Vier tot zes enorme pillen moeten dan ook voor het slapengaan worden ingenomen. Het heeft bij de proefpersoon een flinke duizeligheid tot gevolg, wat niet ideaal is als de slaap gevat moet worden. De wonderpillen blijken verder echter weinig toe te voegen, de alcoholiste wordt wakker met een gemene kater. De katerpil geeft een extra dimensie aan de dronkenschap, maar bij het voorkomen van een knallende hoofdpijn kan je beter je heil ergens anders zoeken.
Wat: gekookte asperges uit een potje Smaak: lekker sappig Substantie: slappe slikzooi Prijs per kater: 1,50 euro Zachte asperges zijn niet de meest voor de hand liggende keuze als je wakker wordt met een kater van cataclysmische proporties. Hoewel ze geen direct effect sorteren, bleek de langwerpige delicatesse vooral op de middellange termijn bijzonder effectief. De proefpersoon is binnen twee uur volledig katervrij. Minder plezierig is de typische lucht van de urine na consumptie van asperges, maar de reinigende werking op het lichaam lijkt evident. Over het wegwerken van de slappe stengels is de katertester ook louter positief. ‘Normaal krijg ik in de ochtend nooit iets hartigs weg, maar dit slikt gemakkelijk door. De smaak blijft alleen erg lang hangen.’ Het moge duidelijk zijn, de asperges slaan geen flater in het gevecht met de kater. ANS Kijk voor meer katerremedies op www.ans-online.nl
Interview Rickard Falkvinge Tekst: Pieter Hengst en Mart Waterval/ Foto’s: Henk Strikkers P. 22
piraat in het parlement Vijf jaar geleden begon de Zweedse Piratenpartij haar kruistocht om digitale burgerrechten te beschermen. Oprichter Rickard Falkvinge openbaart zijn overtuigingen. ‘We moeten vechten voor de vrijheden waar onze voorvaderen voor gestorven zijn.’
ANS-Online.nl P. 23
‘Ik heb mijn naam veranderd toen ik 32 was. Ik wilde gewoon iets nieuws. Het was een gouden greep: de naam Falkvinge is uniek, dus als iemand deze naam laat vallen weet ik zeker dat het over mij gaat.’ Rickard Falkvinge (39), geboren als Dick Gregor Augustsson, vergaarde bekendheid met het oprichten van de Zweedse Piratenpartij in 2006. Twee jaar later behaalde de partij een zetel in het Europees Parlement en haar ledenaantal groeide explosief. Anderhalve maand geleden sprak Falkvinge op een congres van AEGEE over het belang van digitale burgerrechten, één van zijn speerpunten. ‘De mogelijkheden van de overheid om burgers te volgen zijn nog nooit zo omvangrijk geweest. Het voormalige Oostblok zou hier trots op zijn.’ Wat zijn de belangrijkste doelstellingen van de Piratenpartij? ‘Burgerlijke vrijheden moeten koste wat kost behouden worden. Copyright, het recht van een artiest om te bepalen hoe, waar en wanneer zijn werk openbaar wordt gemaakt, kan alleen worden beschermd door inbreuk te maken op die vrijheden. Om na te gaan of iemand muziekbestanden per e-mail verstuurt, zul je al het mailverkeer moeten monitoren. Als ik moet kiezen tussen copyrightwetgeving en de bescherming van privacy, kies ik voor het laatste.’ Gaat die keuze niet ten koste van de muzikanten? ‘Integendeel, neem bijvoorbeeld de situatie in Bolivia. Daar werd copyright in één klap afgeschaft, maar de cultuursector leed er niet onder. Mensen gingen op grote schaal muziek verspreiden, waardoor de muziekcultuur enorm werd verrijkt. Het probleem met copyright is dat platenbazen en filmstudio’s bepalen wat het grote publiek bereikt. Zij verliezen nu steeds meer macht omdat ze de distributiekanalen niet meer kunnen reguleren. De muzikanten betalen daar nu nog zwaar voor en dat is niet nodig. Het internet speelt in deze ontwikkeling een bepalende rol. Sinds Napster twaalf jaar geleden als eerste downloadprogramma werd gelanceerd, is het gemiddelde inkomen van een artiest met 118 procent toegenomen. Bovendien is het aantal artiesten dat rond kan komen van hun muziek met 28 procent toegenomen. Productiemaatschappijen zijn ontmaskerd als profiteurs die weinig toevoegen aan het culturele product. Om hun positie te beschermen proberen ze nieuwe ontwikkelingen wanhopig tegen te gaan.’ Is het dan niet slechts een kwestie van tijd voordat ze die strijd verliezen? ‘Ja, maar hoeveel schade wil je ze laten aanrichten voordat ze hebben verloren? De industriële revolutie werd met twintig jaar vertraagd omdat iemand een patent op de stoommachine had. Dat dreigt nu opnieuw te gebeuren in de muziekindustrie.’ Privacy is sinds 9/11 vaker opgeofferd ten bate van veiligheidsmaatregelen.Wordt veiligheid belangrijker gevonden dan privacy? ‘De overheid heeft als taak om de veiligheid van de burgers te waarborgen, niet om een vals gevoel hiervan te creëren. Daar zijn deze vormen van toezicht op gericht. Ze vechten tegen
een onbestaande vijand, waarvan je niet kunt winnen. Uiteindelijk perk je alleen vrijheden in en krijg je er niets voor terug.’ Eén van die veiligheidsmaatregelen van de overheid is het opzetten van databases met allerlei persoonlijke informatie. Hoe kijkt u hier tegenaan? ‘Het grote probleem van deze databases is dat ze met een bepaald doel zijn opgezet, maar later voor andere zaken kunnen en zullen worden misbruikt. Dat is bijvoorbeeld gebeurd met de DNA-database in Zweden, die uitsluitend voor medische doeleinden is opgezet. Via een maas in de wet kon een openbaar aanklager gegevens vorderen uit deze database. Toen werd het plotseling de grootste DNA-database voor de politie, want iedereen die na 1975 was geboren is daarin opgenomen. Hieruit blijkt dat je moet rekenen op de ergst mogelijke vorm van misbruik wanneer je een database maakt.’ Heeft de Piratenpartij haar doel bereikt als andere partijen de standpunten met betrekking tot digitale burgerrechten overnemen? ‘Het is belangrijk dat oude structuren verdwijnen die onze burgerlijke vrijheden inperken ten faveure van economisch voordeel en een vals gevoel van veiligheid. Wanneer de huidige politici daarvoor zorgen, prima! Ik heb niet zo’n behoefte aan macht, ik ga liever leuke dingen doen. ‘De beslissingen van de hedendaagse politiek gaan de verkeerde kant op. De politici die de macht hebben zijn vijftigers en zestigers. Toen zij opgroeiden, waren er nog geen mobiele telefoons en internet. Hun sociale leven speelde zich af op straat. Daarom begrijpen ze niet dat de huidige wetgeving op digitaal gebied op een harde manier ingrijpt in het sociale leven online. Ze laten hun e-mails printen door hun secretaresses, for heaven’s sake. Hun beleid is vergelijkbaar met een agent op elke hoek van de straat die alle gesprekken opschrijft. Zo richten ze schade aan bij de generaties die nu opgroeien.’ Lost dit probleem zich niet vanzelf op? Over twintig jaar hebben politici van de nieuwe generatie de macht. ‘Ik schat dat het ongeveer dertig jaar zal duren, maar we kunnen niet zo lang wachten, omdat we tegen die tijd in een Big Brother state of nightmare leven. We moeten de komende jaren overbruggen om te zorgen dat we niet de vrijheden verliezen waar onze voorouders voor gestorven zijn.’ Waarom heeft de Piratenpartij geen standpunt ingenomen over algemene onderwerpen als gezondheidszorg en buitenlandse zaken? ‘Dit is de politiek waar we voor staan. Andere partijen moeten om te regeren noodgedwongen 90 procent van hun standpunten opofferen. Doordat we onze ideeën beperken tot een bepaald gebied, kunnen we het ons veroorloven hierop geen concessies te doen. De partijen die onze eisen het meest inwilligen kunnen op onze stem rekenen bij andere beslissingen. ‘Daarnaast zie je in de loop van de geschiedenis dat iedere politieke beweging vanuit een ideologie is opgebouwd. De
sociaaldemocraten vochten in het begin slechts voor emancipatie van de arbeidersklasse. Na verloop van tijd omvatte hun programma de gehele samenleving. Ik verwacht dat de Piratenpartij dezelfde ontwikkeling zal doormaken.’
‘Argumenten voor copyrightbehoud die lobbyisten aandroegen beperkten zich tot “Dief, dief, dief, dit is ons recht, je steelt van ons!”’ In een interview op internet repte u over de intellectuele armoede van de argumenten voor copyrightbehoud. Waarom is dat zo? ‘De copyrightlobby ziet copyright als religie. Wanneer wordt getornd aan iets wat zij voor waar aannemen, weten ze niet hoe te reageren. In de middeleeuwen zouden deze mensen ons aanduiden als heidenen. Zo voerden we in 2008 een discussie over copyright waar enkele parlementsleden bij waren. Alle argumenten die de lobbyisten aandroegen beperkten zich tot “Dief, dief, dief, dit is ons recht, je steelt van ons!” Onze argumenten behelsden daarentegen public access en optimale distributielengte.’ Na de oprichting van de Piratenpartij in januari 2006 was Rickard Falkvinge vijf jaar partijleider. Begin dit jaar droeg hij het stokje over aan Anna Troberg, die enkele jaren daarvoor al vicepartijleider was geworden. ‘Het is de moeilijkste en meest uitdagende baan die ik ooit heb gehad. Na enkele jaren begonnen de dagen echter op elkaar te lijken: weer naar Londen om met de BBC te spreken, daarna een interview met Al Jazeera.’ Falkvinge was kritisch met het zoeken naar een opvolger: ‘Ik wilde niet dat iemand de positie van partijleider
zou bekleden die er geen plezier in had. Daarvoor had ik te veel hart voor de Piratenpartij.’ Bent u nog wel betrokken bij de partij? ‘Ik ben een politiek evangelist. Dat houdt in dat ik rondreis en met mensen praat, om de ideologie van de Piratenpartij te verspreiden. Ik weet hoe mensen bij de beweging betrokken kunnen worden door mijn ervaringen als partijleider.’ Betekent dat niet dat u alsnog veel met media moet praten? ‘Het praten met de media was niet het probleem. De bureaucratische klusjes die ik dagelijks moest vervullen waren veel vervelender. Ik ben geen bestuurder. Wel houd ik ervan om te reizen en mensen te ontmoeten.’ Wordt de Piratenpartij door deze mensen eigenlijk serieus genomen? ‘Zeker weten. Bij de eerste verkiezingen waar wij aan deelnamen zeiden veel mensen dat een politieke partij met de naam “Piratenpartij” het nooit ver zou schoppen. Nu dat wel is gebeurd, heeft die stelling zijn kracht verloren. Ik vergelijk ons wel eens met de Groene partij. Men zei: “Wie noemt zijn partij nou naar een kleur?” Dat werd ook gelogenstraft: na de verkiezingen van 2010 zijn zij de op twee na grootste partij van Zweden.’ Was u verrast door de snelle groei van de Piratenpartij? ‘Jazeker. Ik had een website opgezet, waar mensen digitaal hun steun konden betuigen aan mijn initiatief. Binnen 18 uur had ik de benodigde handtekeningen om deel te kunnen nemen aan de verkiezingen. In twee dagen kreeg ik maarliefst drie miljoen hits. Ik had niet verwacht dat ik vijf jaar later hier zou zitten, met onze veertig zusterpartijen wereldwijd in het achterhoofd die ook steeds meer steun verwerven. Om fundamentele veranderingen door te voeren heb je echter veel tijd nodig. But, we’re getting there.’ ANS
TEGEN de muur Helaas zijn ze overal. Mensen die het levenslicht niet hadden moeten aanschouwen. Zij die eigenlijk het vuurpeloton verdienen. Elke maand het relaas over een van hen. De tochtige schuur kraakte als een reumatische bejaardenheup, verwarming was er niet en de vloerbedekking was een vlekkerig tweedehandsje. Henk vermoedde bovendien dat de keuken in Oekraïne nog zou worden afgedankt. Er waren dus nog wat zaakjes te regelen met de huisbaas. Toch was Henk blij met zijn nieuwe studentenkamer. Driekwart jaar treinen tussen Toldijk en Nijmegen was hem niet in de koude kleren gaan zitten. Na een dag poetsen slofte hij naar de keuken en pakte een biertje uit de puffende koelkast. Het internet werkte nog niet, maar morgen op de uni zou hij een mailtje sturen naar de huisbaas Hans was altijd al handig geweest met geld. En nu gepensioneerd op zijn vijftigste, hij had het verdomme mooi voor elkaar. Nu overzag hij een woeste vallei vanaf zíjn zonnige heuvel in Andalusië. Hij werkte alleen met lokale vaklui. Ze hadden net een marmeren vloer aangelegd, een binnenhuisarchitecte uit het naburige dorp had het mooi ingericht, en als de waterput eenmaal was geslagen kon hij zijn eerste duik nemen in het zwembad. Hij schonk nog een portje in en klapte zijn laptop open. Even e-mail checken via de nieuwe satellietverbinding. Onderwerp: “brandveiligheid”. Begon dat ventje nu weer te zeuren? Misschien dat hij zijn maatjes van café De Tunnel maar eens moest vragen langs te gaan. Voor een paar biertjes waren ze nooit te beroerd een studentje in zijn broek te laten schijten. Het gezeur moest ophouden. Henk staarde vanaf zijn bed naar het plafond. Hij tobde al een uurtje over wat te doen. Na zijn laatste e-mail waren een aantal sujetten langs geweest om ‘polshoogte te nemen’. Hun agressieve blikken hadden hem doen besluiten dat verdere correspondentie misschien niet zo handig was. Juridisch advies was een optie, of toch maar opgeven? Weifelend viel hij in slaap. Te vermoeid om het smeulende stopcontact achter de koelkast tijdig te ruiken. De brand breidde zich snel uit. 2500 kilometer verderop rinkelde een telefoon. Vermoeid nam Hans op. ‘Ja.’ Hij rook onmiddellijk onraad. ‘Goedemiddag. Jacqueline de Punt. Recherche.’ Hij drukte het gesprek weg. Een ding was duidelijk. Voorlopig bleef hij in Spanje.
Het issue Tekst: Valerie Rutjes en Simone Vermeeren/ Illustratie: Madelon van der Avoort P. 26
het issue In deze rubriek staat iedere maand een ander issue centraal, waarover de meningen sterk zijn verdeeld. Deze maand: Nederlandse ereschuld tegenover Indonesië
Een zwarte bladzijde
Nadat de Nederlandse heerschappij over Indonesië in de Tweede Wereldoorlog werd onderbroken door de Japanse bezetting, hoopte de regering van koningin Wilhelmina haar machtspositie in Nederlands-Indië te herbevestigen. De Indonesische leider Soekarno had andere plannen en verklaarde het land op 17 augustus 1945 onafhankelijk. Vier jaar lang vocht Nederland tegen de onafhankelijkheid van de Gordel van Smaragd met de zogenaamde politionele acties. Pas in 1949 erkende Nederland Indonesië als vrij land. Na de dekolonisatie werd aan het harde optreden van de militairen van het Koninklijk Nederlands Indisch Leger (KNIL) zo min mogelijk aandacht besteed en ook de Indonesische onafhankelijkheidsverklaring bleef onbesproken. Het gevoelige onderwerp werd in de doofpot gestopt. In 2005 stelde oud-minister van Buitenlandse Zaken Ben Bot, zelf geboren in NederlandsIndië, dat Nederland in de periode na de Tweede Wereldoorlog ‘aan de verkeerde kant van de geschiedenis’ heeft gestaan. Hoewel veel politieke partijen vielen over zijn coulante optreden, werd het vooral gezien als een grote stap voorwaarts in het verbeteren van de relatie tussen de twee landen. Niet iedereen neemt echter genoegen met deze verkapte schuldbetuiging.
De stelling van deze maand: Nederland moet het boetekleed aantrekken en verantwoordelijkheid nemen voor haar acties in Indonesië. Nico Schulte Nordholt, professor Politieke Antropologie aan de Universiteit Twente ‘De Indonesische onafhankelijkheidsverklaring van 1945 is nooit officieel erkend door de Nederlandse staat. Minister Bot gaf slechts impliciet de fout van Nederland toe en dat is niet genoeg. Nederland heeft toentertijd de kracht van het Indonesisch nationalisme onderschat en is een oorlog begonnen met desastreuze gevolgen. De Nederlandse staat moet deze fouten openlijk toegeven. De consequenties van een dergelijke erkenning zullen moreel zijn, niet financieel. ‘Tegenover de nabestaanden van de acties in Indonesië is Nederland bijzonder krenterig geweest. In specifieke gevallen van uitmoording, zoals de massamoord in het Javaanse dorp Rawagedeh, is het niet meer dan humaan om nabestaanden tegemoet te komen. En dat moet meer zijn dan een paar waterputten. Het is aan het volk, het Nederlandse parlement dus, om de overheid hiertoe te dwingen. Een aantal oppositiepartijen kaart dit in de Tweede Kamer stelselmatig aan, maar krijgt geen weerklank. Dat is een kwalijke zaak. Je kunt nu eenmaal niet toegeven dat je aan de verkeerde kant stond en vervolgens niets doen.’
Harry van Bommel, Tweede Kamerlid voor de SP ‘Zeker in het licht van de golf van dekolonisatie die over de wereld trok waren de bloederige politionele acties een kansloze missie. Dat is na vier jaar heftige guerrillastrijd tussen de Indonesische republikeinen en de Nederlandse krijgsmacht ook gebleken. Daarbij zijn gruwelijke middelen als massamoord, ontvoering en buitengerechtelijke executies ingezet. ‘Over de keiharde wijze van oorlogvoeren wordt nog steeds krampachtig gedaan door de Nederlandse autoriteiten. Het schijnt blijkbaar nog te veel moeite te kosten om de paar overlevenden fatsoenlijk te compenseren. Nederland heeft zich, tot Bots verklaring in 2005, vooral boos getoond over de gederfde bezittingen die verloren gingen bij de onafhankelijkheid. Indonesische slachtoffers van de politionele acties hebben nooit een compensatie ontvangen. Nederland moet totale openheid geven over haar oorlogswandaden eind jaren veertig en contact opnemen met de overlevenden om in schadeloosstelling te voorzien. ‘De relatie tussen beide landen, die voornamelijk gestoeld is op geweld en uitbuiting, moet worden opgehelderd.’
ANS-Online.nl P. 27
Jeffry Pondaag, voorzitter van het Comité Nederlandse Ereschulden ‘Alles wat de Nederlanders indertijd in Indonesië hebben gedaan was fout. Men moet niet vergeten dat de Nederlanders bezetters waren, net als de Duitsers. Hoewel zij in de Tweede Wereldoorlog aan den lijve hebben ondervonden hoe het is om bezet te zijn, heeft dit geen verandering gebracht in de bejegening van mijn vaderland. De kolonisatoren gingen op dezelfde voet verder. ‘Nederland moet een aantal dingen doen om het onrecht dat zij Indonesië heeft aangedaan recht te zetten. Er moeten excuses komen van koningin Beatrix namens de Nederlandse staat. Daarnaast willen wij terugbetaling van de zes miljard dollar die Indonesië als schadevergoeding aan Nederland heeft moeten betalen. Nederland heeft Indonesië verwoest en na de dekolonisatie is daar nooit compensatie voor gekomen. Dat pikken wij niet. Als iemand achterop je auto botst, neem je toch ook geen genoegen met een spijtbetuiging? De schade blijft en je wilt geld zien. ‘Helaas zwijgt Nederland. Zelfs wanneer ze met de neus op de feiten wordt gedrukt, geeft de staat niet thuis. Het is een zwarte bladzijde uit de Nederlandse geschiedenis waarvoor geen enkele verantwoordelijkheid wordt genomen.’ ANS
Op 27 december 1949 accepteerde Nederland onder druk van Amerika alsnog de Indonesische onafhankelijkheid. Dit was ruim vier jaar na de Indonesische onafhankelijkheidsverklaring door Soekarno. Indonesië betaalde een hoge prijs voor haar soevereiniteit en werd opgezadeld met de totale schuldenlast welke door Nederland werd berekend op 6,5 miljard DOLLAR. In december 2009 spanden de nabestaanden van de slachtoffers van het bloedbad in Rawagedeh een rechtszaak aan tegen de Nederlandse staat. De zaak werd verjaard verklaard. De Nederlandse staat weigert te reageren op deze delicate kwestie.
De bankzitter Tekst: Marjam Bahari en Lucy Vleeshouwers/ Foto’s: Elvira Visser P. 28
de bankzitter Op zoek naar avonturen in de avonduren proeft ANS de sfeer bij markante studentenhuizen. De bankzitter ploft neer, test borrelwijsheden en oordeelt over huis en haard.
Deze maand: Studentmoeders plus koters in de ‘foutjesflat’
Een omgevallen buggy, verjaardagsvlaggetjes en fietsen met kinderzitjes sieren de laagbouw van het SSHNcomplex Galgenveld. De uit twee etages bestaande flat is een toevluchtsoord voor studenten met kinderen en is ingesteld om het grut niet tussen torens bierkratten en harde muziek te hoeven opvoeden. Amy (24), tweedejaars Facility Management aan de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen, woont er anderhalf jaar met haar zoon Ty (4). Hij rijdt vol enthousiasme rond op zijn gloednieuwe loopauto. ‘Die heeft Sour (1) afgelopen weekend van zijn vader gekregen, maar Ty is er niet van af te slaan.’ Ook Sour - ‘absoluut geen foutje‘ - ziet er opgewekt uit. Vanuit een box in de hoek trekt hij de aandacht met vrolijk gebrabbel. Samen met zijn moeder Annelies (28), tweedejaars Rechten, woont hij sinds drie maanden naast Amy en Ty. Via een oproep voor een woonruimte op Marktplaats kwam Annelies in contact met haar huidige buurvrouw. ‘Amy vertelde me over deze flat en later kreeg ik het appartement naast haar. Wij hebben redelijk veel contact, maar op de rest van de gang is dat minder het geval. Er wordt hoogstens af en toe op elkaars kroost gepast met een babyfoon.’ Het verschil in leefstijl tussen de jonge moeders en de ‘gewone’ studenten uit de nabijgelegen flats zorgt vrijwel nooit voor problemen. Amy: ‘Je probeert rekening met elkaar te houden. Als er ’s zomers feestjes wor-
den gegeven op de binnenplaats, maak ik daar geen probleem van.’ Annelies vult aan: ‘De overburen nemen bovendien het gehuil van onze kinderen voor lief, dus het werkt wederzijds.’ Het combineren van studeren en moederschap is niet altijd gemakkelijk, vooral omdat beide moeders hun kind alleen opvoeden. Amy: ‘Ik vind het moeilijk mezelf te motiveren om te studeren, maar Ty stimuleert me juist om de opleiding af te maken en niet te gaan werken. Ik wil een goed voorbeeld voor hem zijn.’ Ook voor Annelies is het soms schipperen. ‘Gelukkig krijg ik veel steun vanuit de universiteit. Vanwege mijn zwangerschap mocht ik langer over mijn propedeuse doen. Ik heb nog geprobeerd hoogzwanger tentamens te maken, maar dat was geen succes.’ De dames hebben niet het gevoel midden in het studentenleven te staan. ‘Nachtenlang doorzakken is er voor ons niet meer bij. Wanneer we uitgaan bezoeken we hooguit een restaurant.’ Ook vinden ze dat er meer aandacht moet komen voor studentmoeders. ‘Misschien kunnen we onze eigen studentenvereniging oprichten.’ Hoewel dit idee nog in de kinderschoenen staat, begint de creativiteit te komen. Bij dezen krijgen de moeders alvast een kans om hun feitenkennis tot zijn recht te laten komen. ANS
ANS-Online.nl P. 29
De inboedelindex • Een gammele rode kinderstoel • Gevaarlijk wildedierenbehang in de kinderkamer • Krimpende ballonnen van Sours eerste verjaardag, uiteraard uitbundig gevierd • Een flitsende felgele loopauto • Versgebakken chocolate chip-cakejes om uit te delen
In welk seizoen groeien kinderen het hardst? Amy: ‘Ik denk in de lente.’ Annelies: ‘Of in de zomer? Ik heb het in ieder geval nog niet gemerkt.’ Amy: ‘Laten we het voorjaar zeggen.’ In de lente groeit inderdaad niet alleen de flora en fauna, ook kinderen schieten dan de lucht in. Hetzelfde geldt voor het aantal breintjes van de jonge moeders. Waarom werden Donald Duck-strips verboden in Finland? Annelies: ‘Zouden ze het discriminerend vinden? O nee, dat was bij Kuifje in Congo.’ Amy: ‘Misschien omdat er nauwelijks vrouwen voorkomen in de Donald Duck. Alleen Katrien is een vast personage.’ Annelies: ‘Wat is nu typisch voor Finland?’ Amy: ‘Iets met eendjes en vinnen?’
De ruimte is zonder twijfel babyproof. Bergen speelgoed ontbreken in de sfeervolle huiskamer en in de hoek staat een box bekleed met knuffels en rammelaars. De afwezigheid van studentikoze attributen maakt echter dat de moeders blijven steken op twee sterren.
Kennisvragen Hoe oud was de oudste vrouw die in Nederland is bevallen? Amy: ‘Oh dat was pas op het journaal!’ Annelies: ‘Ik geloof dat ze 62 was.’ Amy: ‘Nee 63 volgens mij.’
Het gekrakeel over vinnen en Finnen komt geheel niet in de buurt van de werkelijke reden van de censuur. De preutse noorderlingen konden het niet verdragen dat dit bekende stripfiguur geen broek draagt. Geen breintje dus. Wie zijn billen brandt moet immers op de blaren zitten. Waarvoor werd de rammelaar oorspronkelijk gebruikt? Amy: ‘Was het niet gewoon om kinderen bezig te houden?’ Annelies: ‘Misschien om boze geesten te verdrijven.’ Amy: ‘O ja, daar sluit ik me bij aan.’ Hiermee schiet Annelies direct in de roos. Hoewel het dubieus lijkt baby’s met geestenverdrijvers te laten spelen, sleept ze op de valreep het derde breintje binnen.
Amy’s stelligheid zet zoden aan de dijk. Zij verdient het eerste breintje met haar kennis over bejaarde baarmoeders. Waarvoor werd de jojo oorspronkelijk gebruikt? Annelies: ‘Om vliegen te vangen, denk ik.’ Amy: ‘Dat lijkt me echt onmogelijk. Zou het niet met snelheid te maken hebben?’ Het juryrapport:
Het antwoord moet verder weg gezocht worden. Het kinderspeelgoed is niet zo onschuldig als het lijkt: de jojo werd vroeger gebruikt als wapen door krijgers op de Filipijnse archipel.
Ondanks de goede start blijven de bewoners van de ‘foutjesflat’ steken op een score van drie breintjes. Wellicht zitten ze teveel in de luiers en te weinig in de boeken. Hun opvoedkundige kennis laat hopelijk minder te wensen over.
Colofon P. 30
Restaurant
Ankara
Al 30 jaar het adres voor Turkse specialiteiten Vleesgerechten vegetarische gerechten pizza's
Afhalen mogelijk Iedere dag geopend vanaf 17.00 uur
Burg.v.d.Berghstraat 144 Nijmegen 024-3228108
Elke woensdag Taizéviering 11 mei: Crossroads 12/26 mei: Roze Lunch 13-15 mei: Abdijweekend 16 mei: eten met idealen 17/18 mei: meditatiecursussen 23 mei: homoseksualiteit en geloof 27 mei: Stiltewandeling
www.ru.nl/studentenkerk
www.restaurantankara.nl
25e jaargang
Medewerkers
Eindredactie
Crypto
Druk
Oplage 10.000 stuks
Marjam Bahari
Dirk van den Brand
Christine van Asselt
Drukkerij Offsetservice
Joeri Pisart
Tim Ficheroux
Aan deze ANS
Erik van Rein
Stefan Meeuws
Voorpagina
werkten mee:
Lotte van Rosmalen
Joost Nellen
Erik Molkenboer
Ontwerp
Mickey Steijaert
Timo Pisart
Hoofdredactie
Adrianne Tuk
Laura van der Sman
Columnisten
Roel Vaessen
Henk Strikkers
Simone Vermeeren
Dave Willems
Charlien Adriaenssens
Eva-Marijn de Vries
Lucy Vleeshouwers
Ateke Willemse
Rob Ramaker en
Lay-out
Martijn Wehrens
Henk Strikkers
Valkenswaard
Marloes de Laat en
Webredacteur
Illustraties
Foto’s
Mart Waterval
Madelon van der Avoort
Valentijn Brandt
Uitgave,
Eva-Marijn de Vries
Joost Dekkers
Boy van Dijk
abonnementen en
Redactieadres
Redactie
Marieke Meijer
Joeri Pisart
advertentieacquisitie
Heyendaalseweg 141
Pieter Hengst
Erik Molkenboer
Henk Strikkers
Stichting MultiMedia
6525 AJ Nijmegen
Elvira Visser
stichtingmultimedia@
024-3612176
gmail.com
redactie @ ans-online.nl
Eline Huisman Valerie Rutjes Jozien Wijkhuijs
Dagelijks bestuur Tim Ficheroux Tijs Karskens
Ans deze maand Crypto P.P.31 31
CRYPTO
Al die zwartgalligheid en melancholie beu? Laat de donkerste pagina van de ANS je dan ditmaal opfleuren als ware je een narcis, omgeven door hommels en honingbijen.
Horizontaal 4. Door de zin van dit ‘meisje’ is deze periode wisselvallig (4, 4, 3, 2, 3), 10. Gezellig en groen door deze drank lopen (12), 12. Ziekmakende aanval van licht (10), 13. DNA na de tweede noot houdt het niet droog (5), 16. Plaats waar de liefde verdampt (2,2,6), 17. Water als de derde (3), 18. Roggbiv als (ezels)brug (9), 19. Verkoelend (z)wieren (6), 20. De dwaze M.B. biedt verkoeling (7), 21. Geeft een nakomeling in de gevangenis (6), 22. Fit va. les voor het evenement (8). Verticaal 1. Pijnlijk op afstand van het vuur (8), 2. Uitgeput als symbool voor de lente (3), 3. De weersverwachting van E.L.O (6,5), 5. Het klinkt alsof ze deze lekkernijtjes wel heel graag willen (5), 6. Stralend in huis (8), 7. Ze zitten tussen de ijverige werkers in de motregen (8), 8. Catastrofe voor het hemellicht (13), 9. Sensatie van de vrijheid (14), 11. Voorjaarsjeuk (13), 14. Een drankje doen op soort (6), 15. Twee bij twee (5).
OPLOSSING crypto APRIL HORIZONTAAL 4. Een dubbeltje op zijn kant, 9. Afname, 10. Piek, 12. Reserve, 13. Fortuin, 15. Duperen, 18. Eruit halen wat erin zit, 20. Verlies, 23. Fortuna, 24. ING, 25. Merendeel, 26. Voorschieten, 27. Goud. VERTICAAL 1. De kleine lettertjes, 2. Geldgebrek, 3. Kost, 5. Data, 6.
Beurzen, 7. Kredietinstelling, 8. Zakkenvullers, 11. Portemonnee, 14. Rentenier, 16. Geldverlies, 17. Jaarafrekening, 19. Investeerder, 21. Promotie, 22. Prijzenregen.
winnaaR
Winnaar van de vorige crypto is Hilde Hekster. Wil jij ook 15 euro winnen? Stuur je oplossing van de ANS-crypto voor 23 mei onder vermelding van naam, adres en bank-/gironummer naar de redactie of naar
[email protected].
www.ans-online.nl. Tekst: De redactie / colofon P. 32
Tekst: Joeri Pisart en Mickey Steijaert/ Foto: Joeri Pisart
Antàl van Ass (24), vierdejaars Lerarenopleiding Geschiedenis en lid van Karpe Noktem, Twee fluitjes in 9,6 seconden.
Wat is je relatie met de kleur zwart? ‘Zwart en ik, we waren vroeger heel close. De laatste jaren zijn we enigszins uit elkaar gegroeid en heb ik ook een bescheiden band weten op te bouwen met paars en wit. Bovendien hebben streepjes mijn leven nog meer kleur gegeven.
Wat zou je aan jezelf willen veranderen?
Maar er blijft nog voldoende ruimte voor zwart in mijn leven.’
‘Het grootste kwaad is al geschied. Ik had lang haar, een oor vol ringen en een wenkbrauwpiercing. Ook had ik korte tijd een ring door mijn neusschot.
Huil je wel eens?
Toen ik thuiskwam vroeg mijn vriendin geschokt of het echt was: zo lelijk
‘Ik ben niet zo’n type dat veel tranen vergiet. Als Grey’s Anatomy op de buis
was het. Voor mijn opleiding heb ik mezelf recentelijk gefatsoeneerd. Ik
komt, is dat een ander verhaal. Ik keek in eerste instantie alleen mee met mijn
geef bijles aan kinderen die extra aandacht nodig hebben en vond dat mijn
vriendin, maar ben het programma stiekem gaan waarderen. Bij die serie krijg ik
uiterlijk daar niet goed bij aansloot.’
toch wel regelmatig last van verdacht waterige oogjes.’
Wat is je grootste angst?
Wat is je beste practical joke?
‘Doof worden of mijn handen verliezen. Ik zou het verschrikkelijk vinden om
‘Ooit had een vriend van me een eerste date. Ik kreeg het idee om zijn slaapka-
geen muziek meer te kunnen maken of luisteren. Ik bespeel behoorlijk wat
mer om te toveren tot een heus liefdesnest: kaarsjes, rozenblaadjes en natuurlijk
instrumenten. Mijn kamer is gevuld met een mandoline, een Ierse bouzouki,
een gigantisch pak condooms naast het bed. Hoe gênant zou die situatie zijn
verscheidene fluiten en gitaren, een cajòn en nog meer percussie. Oh, en in
geweest: dat meisje vindt het prachtig en hij heeft geen flauw idee wat hij moet
de hoek staat een geleende harp. Het liefste zou ik ieder instrument ter wereld
doen. Overigens was ik te bang voor mogelijke represailles om het plan daad-
perfect bespelen.’
werkelijk uit te voeren. Ik ben gewoon niet zo’n stoute jongen.’ ANS