De wereld om ons heen is niet meer dezelfde als 10 jaar geleden. Er zijn zoveel communicatiemiddelen dat daardoor de manier en de snelheid van communiceren veranderd is. Burgers willen niet langer alleen geïnformeerd worden maar ook participeren en meedoen. Breda speelt met het project ‘Meedoen’ in op die veranderende behoefte en verwachtingen. Met een nieuwe manier van werken wordt de communicatie beter, opener en vind dichter bij mensen plaats. Iedereen mag meedoen en iedere bijdrage is waardevol. Alles staat of valt met de kwaliteit van de relatie tussen de gemeente, bewoners en bedrijven. Dat is ook waar het om draait bij interactieve communicatie: het aangaan, verbeteren en bouwen van relaties én natuurlijk volop meedoen. In het brievenboek ‘Meedoen in Breda’ worden de ervaringen met burgerparticipatie in Breda gepresenteerd. Artikelen en briefwisselingen tussen ambtenaren, burgers, raadsleden en bestuurders vormen de leidraad van dit boek. Het geeft inzicht in ervaringen met stadsgesprekken, opvattingen, de werkwijze, organisatie, visie en methodiek achter ‘Meedoen’ met waarderend vernieuwen. Het boek is bedoeld voor alle betrokkenen die ‘Meedoen in Breda’ tot een succes hebben gemaakt. Voor belangstellenden van andere gemeenten geeft het een blik in de keuken.
rePublic, Jisca Cohen Stel je voor een wereld voor waarin politici aan burgers vragen wat ze het liefst zouden willen. Het lijkt een utopie. Maar de gemeente Breda bewijst via interactieve communicatie met burgers dat het kan. Dat is assertieve democratie. Burgerparticipatie hoeft niet per sé zo ver te gaan als in Breda. Los daarvan adviseert de Nationale Ombudsman gemeenten van te voren te bepalen wat de rol van de burger is. Jean Eigeman De weg naar burgers, de mensen uit jullie stad, kreeg in kleur en werkvormen een diepgang die je niet vaak ziet als je wat langer meeloopt in de beweging van het interactieve beleid.
Luigi van Leeuwen en Jan Eikema Er is een groeiend aantal voorbeelden dat invulling geeft aan ‘open space’ participatie. Kern in Breda is de omkering van de expertrol en de burgerrol. Roel in ’t Veld Naast het veranderen van de eigen rol is het belangrijk dat Breda ook met instellingen aan de slag gaat. ISBN 978-94-90707-01-9
Meedoen in Breda Een droom van een stad
Ad Baijens · Sandra Kensen · Rob Hundman en anderen
BNdeStem, Nico Schapendonk Het anderhalf jaar geleden gelanceerde communicatiebeleid van de gemeente Breda, dat de naam 'waarderend vernieuwen' heeft gekregen, heeft tot 'waardevolle en aansprekende' resultaten geleid.
Meedoen in Breda Een droom van een stad
‘Meedoen in Breda’
Ad Baijens · Sandra Kensen · Rob Hundman en anderen
Meedoen in Breda Een droom van een stad
Inhoud
1
5
Proloog: een veranderende visie op de politiek
7 7 16
Meedoen met waarderend vernieuwen in de praktijk
21
3
Kijk in de keuken, Karin aan Jenny Geloof jij in magie, Mellisa Kansen pakken bij ontwikkeling CSM, Karin aan Bertwin Ervaringen van deelnemers training waarderend vernieuwen, Sandra Wijkontwikkeling en Tuinzigt als voorbeeld, André aan Willem Tuinieren, zaaien en oogsten in Tuinzigt, Stan Ik ben graag een ambassadeur van dit aansprekend en aanstekelijk initiatief, Roel Bewoners van Heuvel werken aan toekomst van de wijk, André aan Willem Wijkraad Brabantpark in een nieuwe fase, André aan Sander Is besturen op waarderende wijze mogelijk? Rob aan Janus Hulpverlening betrekken bij Meedoen, Rob aan Jan Tweegesprekken: Irène en Maurice, Hein en Titus, Jan en Monique, Arend en Selçuk Diversiteit over een andere boeg, Rob aan Eric Op de zeepkist dromen over diversiteit, Anne De droom van Bakker Nagelkerke over openstelling op zondag, Leopold Ginneken moet vooral een dorp blijven, Jeroen Vernieuwend knip- en plakwerk voor participerend ontwerp, Sanne Zonnig klimaatstraatfeest, Kees Culturele droom van ambtenaar én Bredanaar, Karin aan Liesbet Proeftuin VNG bloeit in Breda, Jean Een Amersfoortse blik op Meedoen in Breda, Ellen Stuve en Joyce de la Croix
21 26 28 32 41 45 47 48 51 56 60 62 71 75 77 80 82 84 85 89 90
Epiloog: Vormgeven aan toekomst
93
Democratie in ontwikkeling, Sandra Naar een programma? Karin aan Nico ‘Een droom van een stad’ bestaat uit verschillende landschappen, Rob aan Ad Een oneindig ingewikkelde opdracht, Arienne Tot besluit
93 98 102 108 110
Colofon
Meedoen in Breda I
113
Meedoen in Breda I
Als je durft. Bestuurlijke rol en uitdaging naar anderen. Ad aan Marja Een oneindig ingewikkelde opdracht, Arienne
2
2
Voorwoord
3
Voorwoord Een boek van bijzondere mensen die meedoen aan het vormgeven van de stad Beste lezer, Voor u ligt een boek vol getuigenissen van mensen die ons laten delen in hun ervaringen met ‘Meedoen in Breda’. Een boek dat voor een groot deel is samengesteld uit persoonlijke brieven. Van mensen die het de moeite waard vinden u en mij deelgenoot te maken van hun verhaal. Dit boek is daarom een product van mensen die meedoen aan het vormgeven aan de stad. De redactie vroeg bewoners, wethouders, raadsleden en medewerkers van organisaties en de gemeente een bijdrage te leveren over hun ervaringen met de nieuwe manier van werken: “waarderend vernieuwen”. Zij vormen slechts een greep uit de nog altijd groeiende groep mensen die daar betrokken bij is en die ‘Meedoen’ tot een succes maken.
Nu is dit boek niet alleen gemaakt door bijzondere Bredanaars, het is ook bedoeld vóór bijzondere Bredanaars, en voor al even bijzondere mensen uit andere gemeenten, die geïnteresseerd zijn in waarderend vernieuwen. Dat alle brieven, dromen, reacties en gesprekken zijn verzameld in dit boek is te danken aan de uitstekende samenwerking tussen de gemeente Breda en Rob Hundman en Sandra Kensen van Sioo. Beiden waren ook nauw betrokken bij de totstandkoming en implementatie van Meedoen en waarderend vernieuwen. Ik ben er trots op dat het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) en deVereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) ‘Meedoen in Breda’ hebben gekozen tot een van de vernieuwende experimenten met burgerparticipatie. Daardoor kon dit boek worden uitgebracht vanuit de proeftuin burgerparticipatie ‘In actie met burgers’. Ik wens u veel leesplezier en ik nodig u uit om te blijven meedoen. Ik zie ernaar uit u bij een van de gelegenheden daartoe te ontmoeten. Met vriendelijke groet, Peter van der Velden Burgemeester Breda
Meedoen in Breda I
Het zijn deze en andere verhalen die mij treffen. De betrokkenheid bij onze prachtige stad en de bereidheid om daar een positieve bijdrage aan te leveren is groot(s). Waarderend vernieuwen nodigt daartoe uit. Ik ontmoet veel enthousiasme en ervaar de energie die het oproept.
5
Een droom van een stad
1. Proloog: een veranderende visie op de politiek Beste lezer, Mocht dit boek uw eerste kennismaking zijn met ‘Meedoen’ en waarderend vernieuwen, dan vraagt u zich waarschijnlijk af wat het begrip precies inhoudt. Bent u al bekend met de term of zelfs al met de werkwijze, dan vraagt u zich misschien wel af hoe waarderend vernieuwen in korte tijd tot in alle zenuwuiteinden van de gemeente Breda lijkt te zijn doorgedrongen.
Als je durft. Bestuurlijke rol en uitdaging naar anderen Beste Marja Ik maak je graag deelgenoot van mijn droom over de assertieve democratie. Breda heeft de eerste voorzichtige stappen in die richting gezet. Jouw wens om meer en andere burgers bij de stad te betrekken en communicatie uit te vinden die daar nuttig voor is, speelt daarin een grote rol. Toen we Breda Alert schreven, was er eigenlijk alleen maar een sterk moreel appèl op de politiek om Breda te transformeren in ‘Breda leeft! Lang leve Breda’. De stad als een talentvol orkest dat alle instrumenten optimaal beheerst en de partituur intens beleeft. Wat we nog wensten, was een orkestleider, een dirigent. Die rol dichtten we de politiek toe. De taal die we kozen was communicatief en uitnodigend. Wel overheerste, als ik er nu bijna drie jaar later naar kijk, de behoefte van de zender - gemeente en politiek - om succes te hebben en zichtbare resultaten te boeken. Wij, samen vooral, realiseerden ons dat het ons daar feitelijk niet om ging. We zochten toen al echt naar mogelijkheden om iets fundamenteels in de samenleving te veranderen. Willen meer en andere mensen volop kunnen meedoen, dan moeten de onderlinge posities veranderen. Posities die we samen moeten innemen.
Meedoen in Breda I
Het begon allemaal met een veranderende visie op de politiek. Een gedeelde droom van enkele mensen over een actieve democratie. Over een andere manier van communiceren met burgers. Hoe, dat leest u in deze proloog, die bestaat uit de eerste twee brieven van dit boek, een artikel en uit een aantal kaders met feitelijkheden en achtergronden over Meedoen en uit een interview met de hoofdredacteuren van dit boek. Deze kunnen u helpen zelf vorm te geven aan de werkwijze van Meedoen. Een blauwdruk krijgt u niet. De weg van Meedoen met waarderend vernieuwen – om over de bestemming nog maar te zwijgen – is namelijk altijd anders. Het is tijd om gewoon te beginnen. Alle bronnen en artikelen vindt u op de website www.breda.nl/meedoen/boek. U bent van harte uitgenodigd daar ook een reactie te plaatsen of ervaringen met ons te delen.
7
Goede bedoelingen We zagen een horizon die de politiek meer zou binden aan het belang van mensen en groepen in de wijken. Met de vraag: ‘wat voor sociale stad wil Breda zijn’ wilden we via stadsgesprekken de stad verbinden. Gedreven door de haalbaarheid van de maatschappelijke visie en dat alles binnen het cyclische politieke proces van college en raad. Goede bedoelingen te over. Maar oh zo weinig praktische aangrijpingspunten. Jij gaf me wel mandaat om het naar eigen hand te zetten. In die vrijheid en het vertrouwen om het gesprek met de andere partijen en de stad aan te gaan is wel de kiem voor Breda Alert gelegd. Natuurlijk hebben wij vanuit de communicatiediscipline de instrumenten gekozen die zijn ingezet. We hebben niet één nieuw instrument bedacht. We hebben alleen alle processen tegelijk en vanuit één leidende gedachte ingevuld. Eenvoudige uitgangspunten die voor iedereen gelden, als je me het eerlijk vraagt. Als we nu in november 2009 naar deze complexe processen kijken, dan is er veel bereikt. Landelijk is er veel aandacht voor de Bredase aanpak en het boek Meedoen dat in februari 2010 uitkomt bevat vele bijdragen die wijzen op energie en prachtige bijdragen van mensen in de stad. Op heel veel terreinen is winst geboekt. Raad en college zijn onverkort enthousiast. Je zou er tevreden van worden.
De infrastructuur *E en persoonlijk gesprek gaat boven alles, je kunt elkaar zien en voelen en meteen iemands diepste wens waarderen. Dat is interesse en persoonlijke aandacht. *E en krant die verhaalt over onze belangrijkste bronnen, successen, vragen en plezier in het leven in Breda; verhalen over de gesprekken waar niet iedereen bij aanwezig was. *B reda-morgen.nl: gebruikers en informatie halen en brengen op het world wide web, een website die ons gelegenheid geeft om dromen te uiten en te delen en zelfs initiatieven te realiseren. *T elevisie als medium om te vertellen en te vieren, algemeen te maken en mensen te waarderen.
*D e set van afspraken waaraan partijen zich zullen houden, heet: De regels van het spel. Ook die regels moeten nog eens samen tegen het licht worden gehouden.
Regels van het spel *G esprekken met wijk- en dorpsraden: welke best denkbare rol zij spelen, willen we samen met de vertegenwoordigers uitzoeken. *D e manier van samenwerken ligt vast in een verordening. Als die manier verandert, moet ook de verordening worden aangepast.
Waarderend vernieuwen *A cademie voor waarderend vernieuwen om te leren hoe te transformeren. *E xperimenten uitvoeren in wijk Tuinzigt, met Diversiteit, enzovoort. *D e Groep; een willekeurige groep Bredanaars die mensen wil helpen hun dromen te realiseren. *V NG proeftuinen, uitdragen van de gedachten achter dit verbeterplan.
Weliswaar excellent communicerend streeft de gemeente maar naar één indicatie van de tevreden burger: doen we alles op tijd en goed? Brieven en telefoontjes op tijd beantwoorden, scoort hoger dan het aangaan van echte stadsgesprekken. Dat de burger vervolgens klaagt, naar de overheid wijst en zegt JIJ DOEN, is niet vreemd. Kortom, de renovatie is in volle gang, maar bereikt nimmer het gewenste resultaat. Met gefrustreerde partijen tot gevolg! Actieve democratie Tegelijk zien we de uitingen van de actieve democratie met bijna dezelfde heftigheid op ons afkomen. Nieuwe methoden krijgen alle kans om de relatie met de burger aan te gaan. Meedoen wordt mogelijk. Maar wel in strakke formats over waar en waarover wel en niet mee te praten. Thema’s en vormgeving gaan hand in hand. Politici roeren zich nadrukkelijk in de dialoog en nemen alle opgehaalde meningen mee naar de beslistafels. Waarderend vernieuwen, open space, spelvormen en alle denkbare methoden worden ingezet om de kloof te dichten. Beleid wordt slechts nog uitgevoerd als er minimaal met iedereen over gesproken is.
“Achter dit verhaal gaat nog een andere politieke werkelijkheid schuil”.
Medewerkers *G ereedschapskist op intranet om meer en andere burgers bij de stad te betrekken. *E en vaste paragraaf in bestuurs- en raadvoorstellen met aandacht voor interactieve communicatie. *A genda van afdelingsoverleg bevat steevast de relatie met de burgers. *F unctioneringsgesprekken gaan ook altijd over relaties met de inwoners van Breda
Meedoen in Breda I
Meedoen in Breda I 8
Een andere politieke werkelijkheid Toch gaat er achter dit verhaal nog een andere politieke werkelijkheid schuil. Daar wil ik met je over praten. Als dit alleen maar verbetering van de interactieve communicatie zou zijn, dan had het plan succes gehad. Dan zou het waarderingscijfer van de Rekenkamer hoger zijn dan toen ze de relatie voor het eerst beoordeelden in het eerste jaar van de coalitie. Maar het gaat om de transformatie naar de assertieve democratie en de stapjes die we daarin zetten. Er zijn nog zoveel uitingen van de afhankelijke democratie zichtbaar. Een terugval die, zeker met de huidige economische omstandigheden, niet ondenkbaar is. De zoektocht naar draagvlak in klankbordgroepen en inspraakprocessen berust vaak meer op hoor- en wederhoor en klagen, dan op dialoog en samen verantwoording zoeken voor de toekomst.
Het instrumentarium van volop Meedoen in Breda:
9
Het systeem van raad en college verandert echter niet. De politieke partijen die zowel coalitie en meerderheid vormen, nemen alle beslissingen. Op buurtbudgetten en andere gemandateerde zorg na natuurlijk, want dat kunnen de burgers zelf nog wel. Dat vinden de burgers dus ook. De burger is wel beter in staat mee te doen, maar het vertrouwen in elkaar en de politiek heeft er niet op gewonnen. Daarmee sluiten ze als het ware de politiek buiten in hun opvattingen over wat beter is. De burger doet het liever zelf. Cross-mediaal, met elkaar in voortdurend en wisselend contact, winnen de initiatieven aan belang. Innovatie is aan de orde van de dag. Maar de fundamentele koerswijziging is niet waar te nemen. Neem je posities in Die koerswijziging vat pas post als de posities veranderen. Als er sprake is van de omgekeerde democratie of gemandateerde democratie in plaats van de parlementaire democratie. De individuele mens plaatst zich achter ideeën en initiatieven die zijn belang raken en dienen. Op zijn beurt kiest hij de thema’s die hij noodzakelijk verzorgd wil zien en hij weet ook door wie. De overheid is een niet op partijen berustende en door strenge staatsrechtelijke regels ontworpen bureaucratie, maar een door de burgers ontworpen werkelijkheid die vele vormen kent. En waarbij deskundigen en initiatiefnemers beleid vormen en uitvoeren. Interactieve beleidsvorming wordt mogelijk en assertieve deelname krijgt volop de kans. Cross-mediale informatie en meningsvorming is een continu proces van dialoog, verkenning, verlangen, vormgeven en vernieuwen.
Assertiviteit brengt de keuze tussen agressiviteit en passiviteit binnen bereik. De mensen die waarderend vernieuwen, nemen alle andere mensen en alle bijdragen serieus en doen dat met eerlijke bedoelingen. In een volwassen presentatie en tegelijk speels creatief. In zo’n wereld kan iedereen volop meedoen. Waren we daar niet op uit? Was dat niet ons ideaal? Mag ik je vragen om de assertieve democratie in Breda nog eens goed aan te kijken en die kleine stapjes in een toekomst voor een sociale stad te waarderen? Mag ik je ook vragen om een antwoord op de vraag of we in Breda een betere verhouding tussen de actieve en afhankelijke democratie en de assertieve democratie bereikt hebben, dan voordat we aan Breda Alert begonnen. Ik ben heel benieuwd naar je antwoord. Met vriendelijke groeten Ad Baijens, Initiator Meedoen, Hoofd Communicatie gemeente Breda
Meedoen in Breda I
Meedoen in Breda I 10
Utopie of ideaal? Is dit nou een utopie of een ideaal? Ik zeg natuurlijk dat deze ontwikkeling het enige antwoord is op de vastgelopen verhoudingen van nu. Ik vind ook dat de assertieve democratie bescherming nodig heeft en niet zomaar door de huidige macht kan en mag worden afgeserveerd. De kleine stappen die Breda onder jouw inspiratie heeft gezet, verdienen aandacht en respect. Daar gaat in mijn ogen de huidige politiek niet over. Daar gaan we zelf over. Natuurlijk moet jij je weg blijven zoeken in het bestaande politieke krachtenveld. Mijn uitdaging is om dat te doen vanuit een waarderend vernieuwende aanpak die de energie van zoveel meer en andere burgers zichtbaar maakt.
11
http://www.sdu.nl/republic/republic42_2009/flash.html
Ruimte om te experimenteren met nieuwe vormen van interactieve communicatie Beste Ad, Met plezier denk ik af en toe terug aan ons gesprek kort na de locale verkiezingen in 2006. We spraken over de mogelijkheid om het echt anders te gaan doen in Breda. Jouw droom over de assertieve democratie en mijn droom om talenten van veel meer Bredanaars in te kunnen zetten, kwamen mooi overeen. Het coalitieakkoord van PvdA, CDA, Groen Links en Breda ’97 bevatte de eerste aanzetten om burgers uit te nodigen zich actief bezig te houden met het reilen en zeilen van Breda. Er kwam een beschrijving van de karaktertrekken van een gemeentebestuur dat zich open en persoonlijk in contact wilde stellen met de inwoner, instelling of bedrijf. Dit werd de inspiratiebron om nieuwe overlegvormen op te zetten en uit te voeren. Ook het inzetten op een Fonds Maatschappelijke Ontwikkeling bood ruimte aan de creativiteit en bereidheid van inwoners en organisaties om zelf verantwoordelijkheid te nemen. Om onderlinge verbanden tussen burgers te versterken en meer mensen te laten deelnemen aan de samenleving.
Bijzonder voor mijzelf was het hele proces rond het tot stand komen van een nieuw diversiteitbeleid. Zelforganisaties van allochtonen waren ontevreden over de conceptnota die begin 2008 was opgesteld. Wij dachten dat we, door te spreken met een aantal geselecteerde mensen, al heel erg interactief bezig waren geweest. Mooi niet dus.
Meedoen in Breda I
“Een verademing vond ik het. Maar ik weet ook dat ik me onzeker voelde over of dit echt ging werken”.
Ruimte om te experimenteren Het duurde nog wel even voordat waarderend vernieuwen een kans kreeg om te worden uitgeprobeerd. Ik zie het nog voor me: jij op bezoek bij het College met een verhaal over BredaAlert. Jij bracht dat op de voor jou zo vertrouwde overtuigende wijze, dat je alleen nog meer mee kon gaan in die richting. Dacht ik toen. Maar er kwamen toch nogal wat kritische kanttekeningen. Ook non-verbale reacties herinner ik me nog. Na dit flitsende optreden in het College volgden meerdere sessies met sleutelfiguren in ons ambtelijk apparaat. Met, gelukkig voor ons, een succesvolle afloop. We kregen de ruimte om te experimenteren met nieuwe vormen van interactieve communicatie. Zelfs interactieve beleidsvorming werd genomen. Eerlijk... gezegd hebben we die ook wel zelf genomen, door er gewoon aan te beginnen. Het was inmiddels 2008. Terugkijkend op wat er in gang is gezet vanaf dat jaar tot nu toe, kan ik alleen maar mijn verbazing uitspreken over wat er al is bereikt.
13
Ik heb toen de ambtenaren voorgesteld een nieuwe start te maken en een volle zaal met mensen aangeboden de conceptnota in de prullenbak te gooien. Nog diezelfde avond zijn we begonnen met ideeën en dromen van mensen zelf te verzamelen. Zonder randvoorwaarden en ambtelijke noties. Een aantal stadsgesprekken verder is er nu een bouwgroep van actieve burgers die zelf hun verantwoordelijkheid wil nemen. Een groep die zelf werkt aan projecten die naar voren zijn gekomen uit inspirerende bijeenkomsten. Broos gebeuren Nog steeds is het een broos gebeuren. Het vraagt de volle inzet van de mensen van de bouwgroep én van ons ambtelijk apparaat. De positieve energie en inzet van mensen die is losgemaakt, kan ook weer snel omslaan in negatieve kritiek in de richting van de overheid. Omdat we zo snel geneigd zijn weer onze “gewone” dingen te gaan doen. De oude vertrouwde manier voelt soms veiliger voor onze ambtenaren. Maar gelukkig zijn er ook onder hen voorlopers die de nieuwe manier niet meer willen loslaten laten.
Stad voor alle mensen Ook na 3 maart 2010 zijn er politici die leiding willen en durven geven om verder te gaan waar we gebleven zijn. Niet alleen om de reden die jij geeft over de vastgelopen verhoudingen. Maar vooral ook omdat Breda een stad wil zijn voor alle mensen. Omdat ik heb mogen proeven hoe het meedoen van iedereen betekent dat mensen de kans krijgen zelf te mogen werken aan hun idealen. En niet alleen omdat meedoen betekent dat mensen of organisaties volop participeren voor een sociale en fysiek Breda of dat mensen langs een participatieladder naar een baan of opleiding gaan. Dat is ook belangrijk, maar mijn opvatting is blijvend veranderd en ondersteunt een veel bredere betekenis van meedoen. Een overheid maakt plaats, biedt ruimte, faciliteert, ondersteunt en bemoedigt, ook als het af en toe mis gaat. En wat is het dan een mooi vak om als bestuurder deel te mogen uitmaken van zo’n overheid. Ook nieuwe bestuurders gaan proeven wat Breda te bieden heeft en Ad, ook zij zullen uiteindelijk mee gaan doen. De politici zullen ook hun procedures en werkwijze aanpassen. Misschien duurt het nog even, maar het gaat ervan komen, daar ben ik van overtuigd. Graag blijf ik erbij om bij te dragen aan het versnellen van wat zeker komen gaat. Met vriendelijke groet, Marja Heerkens, Wethouder Sociale zaken, WMO, Grondbeleid
Crossmedia en de gemeente Breda We spreken bij de gemeente Breda van een integrale benadering om de interactieve communicatie te verbeteren. Het gaat om het in samenhang inzetten van vier communicatieplatforms: persoonlijke communicatie/stadsgesprekken, print/Breda-nu, digitaal/Breda-morgen.nl en TV/StadsTV Breda. Door ze tegelijkertijd in te zetten en ze met elkaar te verbinden, versterken ze elkaar en geven zij de gebruikers de gelegenheid om volop mee te doen. Wanneer de gebruikers de inhoud ervaren en waarderen en verder verspreiden, is er sprake van een crossmediale setting.
“Ik heb toen de ambtenaren voorgesteld een nieuwe start te maken en een volle zaal met mensen aangeboden de conceptnota in de prullenbak te gooien”. Breda droomt met de burger
door Nico Schapendonk. maandag 28 september 2009
BREDA - Het anderhalf jaar geleden gelanceerde communicatiebeleid van de gemeente Breda, dat de naam 'waarderend vernieuwen' heeft gekregen, heeft tot 'waardevolle en aansprekende' resultaten geleid. Zo hebben er sinds mei vorig jaar 3093 Bredanaars meegepraat tijdens 'stadsgesprekken' en andere praatbijeenkomsten. Verder blijkt dat 8600 mensen de moeite hebben genomen om een kijkje te nemen op de internetsite www.breda-morgen.nl die bijna een jaar in de lucht is. In verhouding tot populaire sites als YouTube of Google is dat natuurlijk peanuts, maar burgemeester en wethouders tellen hun zegeningen. "Gezien de unieke aard van de website, van en voor de Bredanaars en zonder enig commercieel, voorlichtend of recreatief doel, is dit een aanzienlijke hoeveelheid bezoekers", vindt het college. Het stadsbestuur benadrukt dat er via de site 41 'dromen' en initiatieven aan de oppervlakte zijn gekomen, die anders nooit bekend zouden zijn geworden. Een in het oog springende 'droom' is die van de Prinsenbeekse bakker Leopold Nagelkerke, die zich een einde aan de zondagssluiting droomde. Op dit moment is dit een heet hangijzer in de politiek. Overigens droomt een grote groep collega-bakkers precies van het tegenovergestelde: die willen juist níet open op zondag.
Meedoen in Breda I
Meedoen in Breda I 14
Zelf heb ik in de praktijk ondervonden hoe spannend en leuk het is om als bestuurder deel te nemen aan de stadsgesprekken die op een waarderend vernieuwende manier gevoerd werden. Al de eerste avond over diversiteit kwamen deelnemers me enthousiast vertellen over hun ideeën en verlangens. Ze vroegen me vooral zo door te gaan. En ze boden aan om ook zelf stadsgesprekken te organiseren. Voorheen eindigden inspraakavonden vaak in kritiek en gemopper. Een verademing vond ik het. Maar ik weet ook dat ik me onzeker voelde over of dit echt ging werken. Terugkijkend denk ik echt dat we stappen in de goede richting gezet hebben. We hebben echt een nieuw verbond gesloten met mensen in onze stad. Maar we zijn er nog lang niet. Volhouden, geduld hebben en vertrouwen in wat allemaal nog kan, is hard nodig.
Crossmediaal denken Het woord crossmedia wordt verschillend gebruikt. Veelal in een commerciële setting (hoe kan ik meer verkopen?) en minder vanuit de non-profit gedachte. De inzet van meerdere (communicatie)kanalen is niet nieuw. Alleen de mate en de intentie waarin ze nu gebruikt worden, zijn anders. Tot voor kort werden andere ‘kanalen’ gebruikt als veredelde richtingaanwijzers. Die deden niet veel meer dan verwijzen naar een bepaalde inhoud (=multimediaal). Pas in de laatste jaren zit er een interactief karakter aan (=crossmediaal denken). Dit is meteen ook het belangrijkste verschil in crossmediaal denken en multimediaal denken. Het crossmediale gedachtegoed gaat uit van een dynamische wereld waar geen vastomlijnde zender- en ontvangercombinaties zijn, maar waar gesproken wordt over gebruikers. Het gaat om sociale netwerken, om ‘user generated content’ en om het behoren tot een groep. We (de gebruikers) willen zelf onze informatiebehoefte bepalen en input leveren wanneer wij dat willen en deze informatie verspreiden op momenten dat het ons uitkomt of relevant lijkt.
15
Een oneindig ingewikkelde opdracht Gemeenten kampen met allerlei vraagstukken die niet zo maar op te lossen zijn. Elk beleidsterrein heeft eigen pijnpunten variërend van jeugdzorg tot luchtkwaliteit, van wijkveiligheid tot schooluitval. Voor deze vraagstukken worden vaak adviseurs ingehuurd. Maar wat dragen die nou bij? In Breda zijn Sandra Kensen en Rob Hundman niet bezig met één specifiek vraagstuk, maar met de stad als geheel. Samen met opdrachtgever Ad Baijens werken zij aan een nieuwe vorm van democratie die burgers leert zelf met ideeën voor vernieuwing te komen. Arienne van Staveren van Sioo zocht ze op en besprak hun aanpak met Roel in ’t Veld. Het gesprek met de professor vindt u aan het slot van dit boek. De adviseurs en opdrachtgever In een zaaltje in Breda tref ik ze aan. Vandaag gaan ze hun ervaringen op papier zetten, zodat ook andere gemeenten kunnen leren van hun aanpak. Want dat hun aanpak werkt, daar geloven ze in. Met passie vertellen Sandra Kensen en Rob Hundman en hun opdrachtgever Ad Baijens hoe zij bestuurders en burgers leren hoe je de stad waarderend kunt vernieuwen. Anders gezegd: zij werken aan een nieuwe vorm van lokale democratie en noemen dat assertieve democratie.
Iedereen kan meedoen Baijens had gehoord van Waarderend vernieuwen. Met die aanpak zag hij een kans om burgers te betrekken. Waar burgers betrokken zijn, gaan ze zich bezighouden met hun directe leefomgeving, voelen ze zich deel van de stad en geef je ze de mogelijkheid om elkaar te leren kennen, was zijn redenering. Hij benaderde Sandra Kensen die met deze aanpak werkt. Van het een kwam het ander. Kensen vroeg Rob Hundman en gedrieën gingen zij aan de slag.
Binnenlandsbestuur week 34 Door Hans Bekkers • 21.08.09 Doordemocratie Hans Bekkersverkeert • 21.08.09 De in crisis. democratie verkeert in sluit crisis.slecht aan bij de slimme samenDe bestuurlijke hiërarchie De bestuurlijke hiërarchie sluit slecht aan bij de slimme samenleving, stelt bestuurskundige Roel in ’t Veld. Zwabberend Nederleving, stelt bestuurskundige Roel in ’tbestuurbaar Veld. Zwabberend Nederland wordt volgens hem alleen weer als burgers land wordt volgens hem alleen weermeebeslissen. bestuurbaar als burgers en professionals structureel kunnen Een warm en professionals structureel kunnen meebeslissen. Een warm pleidooi voor kennisdemocratie. pleidooi voor kennisdemocratie. De afspraak was een gesprek van één uur. Vlak voordat de tijd De afspraak wassecretaresse een gesprekdevan één binnen uur. Vlak tijd om is, komt de kamer envoordat legt eende fietsom is, komt de secretaresse de kamer binnen en legt een fietssleutel voor Roel in ’t Veld neer. ‘Je moet over drie minuten weg’, sleutel voor Roeltoe. in ’tErgens Veld neer. ‘Je moetzijn oververhaal drie minuten weg’, fluistert ze hem halverwege is hij dan. fluistert ze hem later toe. Ergens halverwege zijn verhaal hij dan. Of het gesprek kan worden voortgezet, want hijis moet zijn Of het gesprek later kaneen worden voortgezet, want hij moet zijn punt nog maken. ‘Over half uur ben ik terug’, verzekert punt nog maken. ‘Over een half uurzijn benafspraak ik terug’,elders verzekert In ’t Veld en hij pedaleert weg naar in Den In ’t Veld en hij pedaleert weg naar zijn afspraak elders in Den Haag. Haag. Het woord ‘kennisdemocratie’ is dan nog steeds niet gevallen, Hetrichting woord waar ‘kennisdemocratie’ is danlanden nog steeds niet gevallen, de het in ontwikkelde als Nederland naar de richting waar Wat het in landen als Nederland toe zou moeten. deontwikkelde abstracte term praktisch inhoudt, naar laat toe zou de abstracte term praktisch laat nog evenmoeten. op zichWat wachten. Wel al heeft In ’t Veld inhoudt, een analyse nog even van op zich Wel al heeft In ’t Veld een–analyse gemaakt hoe wachten. het openbaar bestuur functioneert of gemaakt van tot hoezijn hetgrote openbaar functioneert – ofhoeft beter gezegd zorg bestuur niet functioneert. Raar beter gezegd zijn grote zorg niet functioneert. hoeft niemand dat tot overigens te vinden, want het huidigeRaar democratiniemand dat is overigens hetmeerderheid huidige democratische systeem bedachtteinvinden, een tijdwant dat de van de sche systeem is bedacht in de eenkoets tijd dat de meerderheid de bevolking analfabeet was, de snelste vorm van van vervoer bevolking was, koets de snelste vorm vervoer was en de analfabeet telefoon nog nietdewas uitgevonden. Op devan invoering was het en de telefoonkiesrecht nog niet na wasisuitgevonden. Ophet de systeem invoering van algemeen de opbouw van van het algemeen kiesrecht na is de opbouw van het systeem nooit gewijzigd. nooit gewijzigd. Netwerksamenleving Netwerksamenleving ‘Neem een gewoon probleem, bijvoorbeeld van een tienermoeder ‘Neem een gewoon probleem, bijvoorbeeld vanafeentetienermoeder op het ROC’, zo begint In ‘t Veld. ‘Ze dreigt haken, want op heeft het ROC’, zo begint ‘t Veld. ‘Ze dreigt af te want ze schulden. Dat isIn niet het enige: ze heeft eenhaken, seksueel ze heeft schulden. Dat is nietenhet heeft overdraagbare aandoening ze enige: woont ze ook nogeen eensseksueel slecht. overdraagbare aandoening en ze woont ook nog eens slecht.
Wil je haar echt helpen - dat wil zeggen de kans op een succesvol zo maximaal mogelijk makende- kans dan moet er succesworden Wilbestaan je haar echt helpen - dat wil zeggen op een samengewerkt door de woningcorporatie, school, vol bestaan zo maximaal mogelijk maken -dedan moetde er gezondworden heidszorg en dedoor schuldhulpverlening.’ samengewerkt de woningcorporatie, de school, de gezond‘Dan begintenhet want de gelden die aan die instellingen heidszorg deprobleem, schuldhulpverlening.’ worden verstrekt, zijn niet want bedoeld voor integrale samenwerking. ‘Dan begint het probleem, de gelden die aan die instellingen Besteed je als organisatie geld buiten je eigenlijke doel, dan worden verstrekt, zijn niethet bedoeld voor integrale samenwerking. heb je een probleem. Je loopt het grote dat de raden Besteed je als organisatie het geld buitenrisico je eigenlijke doel, van dan toezicht heel moeilijk Je gaan doen de departementen geld heb je een probleem. loopt hetomdat grote risico dat de raden van terugvorderen, want jegaan kreeg het omdat namelijk een bepaaldgeld toezicht heel moeilijk doen devoor departementen doel en samenwerking de taakstelling.’ terugvorderen, want jestond kreegniet hetin namelijk voor een bepaald doel en samenwerking stond niet in de taakstelling.’ In ’t Veld wil met dit voorbeeld aangeven dat we in een zogeheten netwerksamenleving leven,aangeven waarin elke instelling In ’t Veld wil met dit voorbeeld dat we in een een zogestukje doet. ‘Op één geval zijn soms wel meer dan tien actoren heten netwerksamenleving leven, waarin elke instelling een actief. Ze weten bestaan af, ze hebben op stukje doet. ‘Op van één elkaars geval zijn soms wel meer dan invloed tien actoren elkaar en zoeken ookelkaars verhoudingen. In zo’n netwerk is empaactief. Ze weten van bestaan af, ze hebben invloed op 17 thie deen centrale Het draait om houden met. elkaar zoekenwaarde. ook verhoudingen. In rekening zo’n netwerk is empaMaar dan heb je het openbaar waarinhouden dat netwerk thie deja,centrale waarde. Het draaitbestuur om rekening met. is opgehangen. Enjeons gebaseerd op verMaar ja, dan heb hetopenbaar openbaarbestuur bestuuriswaarin dat netwerk antwoordingsrelaties, verticaal en horizontaal’, hij. is opgehangen. En onszowel openbaar bestuur is gebaseerdzegt op verantwoordingsrelaties, zowel verticaal en horizontaal’, zegt hij. Hiërarchie alleen kan de omgang met de complexiteit, die karakteristiek is voor netwerken, niet Hiërarchie alleen kanhet de functioneren omgang met van de complexiteit, die aan. karakteristiek is voor het functioneren van netwerken, niet aan. Geregeerd door angst Observaties dat Nederland wordt geregeerd door Geregeerdleren doorhem angst de angst. ‘Het zijnhem de boekhouders en wordt accountants die aan Observaties leren dat Nederland geregeerd doorde knoppen Iedereen heeft de mond vol over cliëntgericht de angst. zitten. ‘Het zijn de boekhouders en accountants die aan de werken, je het weet je als professional knoppenmaar zitten.voor Iedereen heeft overtreed de mond vol over cliëntgericht daarbij of voor andere regel. Daar pas je wel voor op, want werken,een maar je het weet overtreed je als professional niemand wilofzijn baanregel. verliezen. daarbij een andere DaarDat pasmaakt je wel behoedzaam. voor op, want Het gevolg dat baan voorzieningen opgebouwd weer niemand wilis zijn verliezen.die Datzijn maakt behoedzaam. worden afgebroken. Dat is één van knelpunten Het gevolg is dat voorzieningen die de zijngrote opgebouwd weerin het openbaar bestuur.’ worden afgebroken. Dat is één van de grote knelpunten in het openbaar bestuur.’
Meedoen in Breda I
Meedoen in Breda I 16
De opdracht Baijens is hoofd communicatie van de Gemeente Breda en schreef mede het coalitieakkoord waarmee het zittende college de stad bestuurt. Daar staat letterlijk in: we willen meer en andere burgers betrekken bij het reilen en zeilen in deze stad en samen met hen werken aan de toekomst. Daarbij moet gezocht worden naar andere, nooit eerder toegepaste communicatiemiddelen. Aanleiding is een groeiende onrust over de relatie tussen burgers en bestuur. Zijn die van elkaar vervreemd geraakt? Welke burger voelt zich nog betrokken? Een handjevol burgers dat niet representatief is voor de stad komt naar inspraakavonden. Dat is het wel zo ongeveer. Het model van burgerparticipatie via inspraak is failliet. Het systeem van vertegenwoordiging werkt niet meer. Dat komt, zegt Baijens, omdat bestuurders de stad en de mensen niet meer kennen. Volksvertegenwoordigers worden tegenwoordig in bussen langs projecten in de stad rondgeleid en huren adviseurs in die hen de weg moeten wijzen. Maar dat werkt niet. Er is te veel afstand tot wat er werkelijk speelt in de samenleving. Bestuurders weten niet meer wie zij vertegenwoordigen en de burgers weten niet meer wie hen vertegenwoordigt. Maar volgens Baijens kun je als bestuur niet zonder de betrokkenheid van burgers. Je hebt de kwaliteiten en talenten van burgers nodig om de complexe vraagstukken van deze tijd aan te kunnen. Maar hoe betrek je burgers?
‘Bekwame burger redt democratie’
Kern van hun aanpak is dat iedereen vanuit zijn of haar achtergrond mee kan doen aan de democratie wanneer we leren om naar elkaars verhalen te luisteren. De verhalen van mensen laten zien dat burgers erg van elkaar verschillen. Maar door verhalen te vertellen, ontstaat een gemeenschappelijke band die boven de verschillen uitstijgt. Die gemeenschappelijk band noemen we gemeente. De gemeente is dus geen aparte instelling, maar we zijn met elkaar de gemeente, waarbij niemand kan zeggen welk verhaal goed is en welk niet. Er zijn immers geen morele maatstaven meer die we elkaar kunnen opleggen. We kunnen wel met elkaar in gesprek gaan en vragen wat de ander ervan vindt. We kunnen luisteren naar elkaars verhalen en samenwerken aan onze leefomgeving.
Meedoen in Breda I 18
Waarderend vernieuwen De aanpak waarmee Breda een nieuwe vorm van democratie ontwikkelt, heet waarderend vernieuwen. Een aanpak die onder de Engelse term Appreciative Inquiry steeds vaker door adviseurs wordt gebruikt, omdat deze geen problemen oplost maar zoekt naar mogelijkheden om met vraagstukken om te gaan. In het kort komt deze aanpak erop neer dat je samen met betrokkenen vanuit een thema of vraag een verkenning doet op wat is en vervolgens gaat dromen over wat kan zijn. Uit die dromen volgen acties die mensen zelf oppakken. Die kunnen zowel bestuurlijk als uitvoerend zijn. In Breda stemden burgers de integratienota weg en schreven zelf een nieuwe nota. Of ze kwamen met ideeën voor wijkontwikkeling. Het totaal van acties maakt beweging en vervolgens gaan de deelnemers opnieuw met elkaar verkennen wat er is. Op die manier ontstaat een continue cirkel van vernieuwing. De aanpak zet aan tot het formuleren van een eigen methode voor vernieuwing op een waarderende manier. Kensen en Hundman geven aan dat zij ook hun eigen verhaal hebben gemaakt: zij zijn waarderend vernieuwen gaan politiseren door werkprocessen en samenlevingsprocessen (wat mensen doen en hoe zij leven) als kern te zien van de lokale democratie. Tegelijkertijd introduceert Baijens waarderend vernieuwen ook binnen de eigen ambtelijke organisatie in alle sectoren. Zelfs in het personeelsbeleid vindt waarderend vernieuwen een weg door in functioneringsgesprekken medewerkers die ermee werken, te honoreren. Waarderend vernieuwen is de nieuwe vorm van openbaar bestuur in Breda als het aan het drietal ligt. In die nieuwe vorm komen bestuurders weer op straat en worden zij door burgers gebeld. Bestuurders zijn wakker en fel en betrokken, en zij signaleren en organiseren verbinding tussen burgers onderling en tussen burgers en bestuurders. Hun droom is een stad zonder stadskantoren en met scholen waarin kinderen leren geïnteresseerd te zijn in de ander. Een stad waarin de grenzen vervagen en waarin bestuurders die zich profileren ouderwets is. Bestuurders faciliteren juist. Ze leren zelf burger te zijn, waarin ze andere burgers opzoeken en in gezamenlijkheid werken aan goede ideeën van mensen. De aanpak in Breda Hoe kan zo’n assertieve democratie worden gerealiseerd? Niet door specialisten aan te spreken die vanuit kennis werken aan vraagstukken, maar door het voeren van stadsgesprekken over thema’s als onderwijs, diversiteit of wijkontwikkeling: dat is het instrumentarium waarop je elkaar ontmoet. Later kan dan specialisme worden toegevoegd. Maar aan het voeren van stadsgesprekken ging nog iets vooraf. Het begon met een presentatie aan de raad. Daarin vertelden Kensen en Baijens wat waarderend vernieuwen is en dat ze met de burgers in de stad aan de slag wilden. Er was veel cynisme, maar het coalitieakkoord schreef voor dat er een nieuwe aanpak moest komen.
Kensen en Hundman gaven toen twee trainingen over waarderend vernieuwen aan raadsleden. Die werden zowaar enthousiast. Cruciaal is dat het coalitieakkoord er lag toen zij hiermee begonnen en dat er een opdrachtgever is die er voor gaat. De rol van de opdrachtgever is cruciaal: die moet kwartiermaker durven zijn en ruimte maken voor een nieuwe aanpak. Na de trainingen volgen de stadsgesprekken die op allerlei plekken in de stad werden gevoerd. In die gesprekken werken Hundman en Kensen de cirkel van vernieuwen met geïnteresseerde burgers door. Die burgers zijn via de media en netwerken van organisaties uitgenodigd om mee te doen. De locatie is belangrijk want die, moet inspirerend en anders zijn. Dus geen saai stadskantoor, maar een museum, boot of kerk. Het gaat erom dat iedere bijeenkomst afgesloten wordt met afspraken over acties die burgers zelf gaan ondernemen. Zo ontstaat beweging en vernieuwing. Daarnaast worden alle mogelijke media ingezet om dit proces te ondersteunen, alles wordt gefilmd en uitgezonden. Omdat het een groeiend proces is, zijn er steeds meer mensen nodig die de stadsgesprekken en de acties die er uit voortkomen, kunnen begeleiden. Daartoe is De Groep gemaakt, bestaande uit burgers die in de Academie voor waarderend vernieuwen worden getraind om met deze aanpak aan de slag te gaan. En zo ontstaat er werkendeweg, als een olievlek of virus, een nieuwe democratie waarbij de crux is: niet zelf ondernemen als adviseur of bestuurder, maar opletten en actief zijn door in te spelen op wat er in de stad gebeurt. Op het moment dat ik het drietal spreek, zitten ze er midden in. Het is een spannend avontuur, maar er is al veel gelukt. Er zijn al veel bestuurders die op een andere manier door de stad lopen. Dit artikel is geschreven door Arienne van Staveren, Sioo, voor Management en Consulting, december 2009 zie ook vervolg hoofdstuk 3 pagina 108
Bij waarderend vernieuwen leren bestuurders zelf burger te zijn
Een droom van een stad
2. Meedoen met waarderend vernieuwen in de praktijk Beste lezer, De twee brieven en het artikel uit de proloog nemen u mee naar de start van Meedoen in Breda. Ze schetsen het politieke kader, geven theoretische achtergronden. Maar wie kan u beter vertellen over waarderend vernieuwen dan de mensen uit de stad zelf en de betrokken ambtenaren?
Meedoen in Breda I
Dit boek neemt u mee, aan de hand van (ingezonden) brieven, krantenartikelen, e-mails en opgetekende verhalen en gesprekken, langs een aantal concrete projecten, experimenten en ontwikkelingen. De resultaten van Meedoen met waarderend vernieuwen in de praktijk. Van de gesprekken onder de Toren, waarin burgers hardop droomden, tot visies en afgeronde projecten in Tuinzigt, Haagse Beemden, Ginneken, Heuvel, Brabantpark en de gemeentelijke organisatie zelf. Waar het eindigt? Er is geen einde, alleen steeds een nieuw begin. Zoals ook uit de epiloog blijkt. Daar kunt u overigens ook beginnen met lezen, om daarna terug te gaan naar het begin. Want u kunt dit boek lezen in chronologische volgorde, maar ook – zoals je dat met dromen wel vaker hebt – vrij door de tijd van de afgelopen twee jaren. Wat uw vertrekpunt ook is, we hopen u met dit boek te inspireren. Precies zoals Meedoen ons inspireert.
21
Kijk in de keuken 21 juni 2009 Beste Ad, Met veel plezier kijk ik terug op de mediatraining voor de raadsleden van de gemeente Alphen-Chaam. De brede en innovatieve aanpak sprak mij meteen aan. Wellicht is het een onmogelijke vraag, maar ik zou het geweldig vinden als ik een keer daadwerkelijk “in de keuken” van de gemeente Breda zou mogen kijken en ervaren hoe een en ander in de praktijk wordt gebracht. Zien hoe je vorm geeft aan (burger)raadplegingstrajecten, welke werkvormen en methodieken worden gebruikt. Kortom: leren en proeven! Ik weet dat het best een ongebruikelijke vraag is, maar zou hierover graag met je van gedachten wisselen. Met vriendelijke groet, Jenny Schram Raadslid Alphen-Chaam
Een beetje leren koken 21 juli 2009 Beste Jenny, Je hebt via Ad gevraagd eens in de keuken van waarderend vernieuwen te mogen kijken. We spraken elkaar een paar dagen later en de afspraak om deel te nemen aan het stadsgesprek Feest bij de Toren was snel gemaakt! Ik vond het een spannende dag, zondag 19 juli. De dag van het stadsgesprek bij de toren van de Grote Kerk in Breda. Niet alleen omdat het weer in de ochtend te wensen overliet, maar ook omdat dit het eerste stadsgesprek in deze vorm was. De eerste keer dat Bredanaars vrijuit konden dromen, in een huiskamersetting midden in de stad. Het was prachtig om te zien wat er gebeurde, daar onder die toren.
Meedoen in Breda I 22
Bredanaars die hun droom al kenbaar hadden gemaakt, via Breda-morgen.nl of die een bijdrage kregen uit het Fonds Maatschappelijke Ontwikkeling, zaten aan tafel met mensen die hun initiatief mogelijk een stapje verder konden brengen. Een gespreksleider zag toe op het voeren van een gesprek op waarderend vernieuwende manier. Dat leverde energieke, geanimeerde gesprekken op. Een groep allochtone dames met de wens hun cateringbedrijf een vlucht te geven, kreeg spontaan hulp van een vertegenwoordiger van het Florijn College, die studenten kan inzetten voor administratieve- en marketingklussen. Op een andere plek in de huiskamer, aan de keukentafel, schoven Bredanaars aan die spontaan over hun droom vertelden: de Taptoe weer terug naar Breda, meer culturele evenementen in de binnenstad, een betere ontsluiting voor fietsers naar de wijk Haagse Beemden… Een variëteit aan dromen. En ook daar aan de keukentafel zag ik dat mensen elkaar vonden. Of niet. Maar daarmee is een droom niet weg. Ik ben ervan overtuigd dat wanneer iemand echt voor een droom wil gaan, hij daar zeker op een later moment opvolging aan geeft.
Filosofie achter de methodiek waarderend vernieuwen
Màrshé Breda:
Waarderend vernieuwen is gebaseerd op het gedachtegoed van ‘Appreciative Inquiry’: waarderend onderzoeken. Deze benadering van organisatieanalyse en organisatieleren richt zich op het ontdekken van innovaties, ze begrijpen en bevorderen. Het uitgangspunt is op het eerste gezicht heel eenvoudig: organisaties veranderen in de richting van datgene waar ze telkens vragen over stellen en waarop ze hun aandacht richten. Als een organisatie haar aandacht richt op het onderzoeken van problemen, dan zal ze nog meer problemen vinden. Als een organisatie haar aandacht richt op het beste in zichzelf, dan zal ze steeds meer van het goede ontdekken.
Culinair de wereld delen
Breda vertaalt waarderend vernieuwen als een methode waarbij je op een positieve en onderzoekende manier naar de bestaande dingen om je heen kijkt. En daarbij ideeën, wensen en dromen probeert om te zetten in daadwerkelijke acties om de dromen te verwezenlijken. Een gesprek volgt volgens de waarderend vernieuwende methode, de volgende fasen: * Verkennen: wanneer heeft u Breda op z’n best meegemaakt? Wat gebeurde er toen? *V erlangen: stelt u zich voor dat u dit soort momenten vaker zou kunnen meemaken. Hoe ziet Breda er dan uit? * Vormgeven: wat heeft u nodig om dit toekomstbeeld te verwezenlijken? * Vernieuwen: wat gaan we morgen doen om dat toekomstbeeld dichterbij te brengen?
Ik ontmoette jou tijdens het stadsgesprek onder de toren en stelde me voor dat ik je iets ging vertellen over de opzet van de middag. Dat je de gesprekken in de huiskamer voor een deel zou volgen en zo zou proeven van de sfeer. Maar je schoof gelijk aan de keukentafel aan en raakte in gesprek met een inwoonster van de Haagse Beemden. Je droomde mee. Ik vond dat bijzonder om te zien en zou graag van jou willen weten hoe je jouw gesprek hebt ervaren. En ik ben natuurlijk ook heel benieuwd hoe je verder gaat met je droom.
Geïnspireerd door dit idee richtten Danitzah Jacobs en Sirelda Jackson Màrshé Breda op. Hun droom in een Breda-Morgen is een “Màrshé Breda” waar vrouwen uit de verschillende culturen die Breda rijk is, hun traditionele culturele gerechten aanbieden aan een breed publiek. Màrshé Breda dient dé ontmoetingsplaats te worden voor heel Breda, jong en oud, rijk, arm en uit welke cultuur dan ook. Inmiddels is Màrshé Breda van start gegaan als een proeverij/catering op het Edisonplein bestaande uit een collectief van 30 vrouwen uit verschillende culturen.
Verkennen
Hartelijke groeten, Karin Neijenhuis Coördinatie interactieve communicatie Vernieuwen
“Een variëteit aan dromen. Aan de keukentafel zag ik dat mensen elkaar vonden”.
Op Curaçao, het grootste eiland van de Nederlandse Antillen, in het hart van Punda, is een voormalige oude, overdekte markthal omgetoverd tot een eenvoudig restaurant genaamd Plaza Bieu of Marshe Bieu (Papiamento: het Oude Plein of de Oude Markt). Het is bij uitstek dé ontmoetingplaats waar alle inwoners van Curaçao uit alle lagen van de bevolking elkaar ontmoeten en genieten van wat hen allen bindt: de creoolse keuken.
Màrshé women’s authentic, homemade soul food, creates a place where people eat, great, and meet the world. (It’s like travelling without moving) www.marshebreda.nl Verlangen
Vormgeven
Beste Karin, Je hebt mij uitgenodigd om bij het Torenfeest (vrije stadsgesprek) mee te dromen. Het was heel plezierig zelf te mogen ervaren hoe waarderend vernieuwen burgers in beweging brengt. De entourage en sfeer van de stadsgesprekken op 19 juli waren geweldig. De bijzondere opstelling maakte het stadsgesprek heel laagdrempelig. Voor ik het wist zat ik zelf aan de keukentafel en raakte in gesprek met Anja uit de Haagse Beemden. Onze ‘dromen’ pasten wonderlijk goed bij elkaar. Anja wilde een nieuwe fietsroute die haar wijk dichter bij het centrum van de stad zou brengen en ik droomde ervan het CSM-logo als cultureel erfgoed te behouden. Het leuke van deze ontmoeting is dat wij onze droom intussen op de website Breda-morgen hebben geplaatst. Het was heel plezierig zelf te mogen ervaren hoe waarderend vernieuwen burgers in beweging brengt. Een ware transformatie van passief naar actief en betrokken. Het voelt dan ook als een uitdaging om waarderend vernieuwen op de bestuurlijke agenda van mijn gemeente te krijgen. Ik ga dit met de fractie te bespreken. Ik besef tegelijkertijd dat deze nieuwe manier van communiceren en samenwerken een grote inspanning vraagt van de gemeentelijke organisatie en haar medewerkers. Als fractie kunnen wij echter zelf aan het werk met de tools van het waarderend vernieuwen. Ik heb tenslotte al “een beetje leren koken”. Jenny Schram Raadslid Alphen-Chaam Meedoen in Breda I 24
'O laat onze toren toch altijd bestaan!' BNdeStem,maandag 20 juli 2009
Slagwerkers van Percussao Vier miezerige worstjes waren geofferd aan Sint Clara voor mooi weer. Elk van nog geen euro per stuk. En tja, wie voor een dubbeltje op de eerste rang wil zitten, kan een plensbui verwachten, zo bleek gisteren. Een paar keer hoosde het bij het Torenfeest. Toch streek de Heilige Clara zo nu en dan over het hart en baadde de toren in zonlicht, de natte slingers wapperend in de wind. De toren is jarig. Dinsdag wordt hij precies vijfhonderd jaar. Op die dag is er een kinderfeest. Maar deze zondag is het de rest van Breda die is uitgenodigd. En Breda komt. Met tientallen tegelijk. Een dwarsfluit en diabolo onder de arm. Want, zo was de bedoeling, voor zijn verjaardag trakteert Breda de toren op optredens, op kunst, op muziek en op acts. Over dromen ging het ook tijdens het Torenfeest. Dromen over de stad, over de toekomst van Breda. Over iets dat Breda nog mooier maakt dan het al is. Dromen die de aanwezigen kwijt kunnen aan een grote tafel, op een leren bank. Dromen die ze trouwens eerst kunnen bedenken in een slaaptentje. Daar ligt een koptelefoon met rustgevende vogelgeluiden klaar. "Kan iedereen ontspannen even wegdromen over Breda", legt Meike Kersthorst van het organiserende bureau B_inmotion uit. Aan tafel klinken de wensen hardop. Jeanne Boumeester droomt van een Breda met een taptoe. Waar ze net als vroeger met de hele familie heen kan. Ook fantaseert ze over een Bijenkorf. Een echte, een grote. "Want bij die van ons in de Barones heb je in mum van tijd alle kleren wel gezien." Vader Ger Ernst en zoon Gijs (7) dromen ook. "Ooit", zo hopen ze. "Ooit kunnen we gewoon met ons Feyenoordshirt naar het station lopen zonder bang te zijn voor boegeroep en een vette plak speeksel." Ja, ja: in your dreams, Ger. Jeanne Goderie, geboren en getogen Bredase, droomt intussen van een verstandig gemeentebestuur. "Eentje dat niet zomaar monumenten sloopt, maar ernaar streeft zo veel mogelijk mooie bouwwerken in Breda te behouden." Een mooie droom, onmiddellijk gevolgd door een nachtmerrie, zo blijkt. Schielijk schiet de blik van Goderie naar boven, rust even op de toren. Dan mompelt ze: "Je moet er toch niet aan denken." Nee hoor, dat hoeft niet, de toren blijft staan. Let maar op: over vijfhonderd jaar geeft hij gewoon weer een feestje.
Geloof jij in Magie? Doodeng vind ik het, om zondag bij de grote Kerk van Breda mijn droom te vertellen. Zal ik wel goed overkomen, de juiste zinnen kunnen vinden of - het belangrijkste - mijn hart kunnen laten spiegelen en vol vuur en enthousiasme overkomen? De hele week al loop ik het ene moment op wolken en het andere moment in de modder. Maar aanstaande zondag ga ik er wel voor! Mijn nieuwe ik heeft besloten dat ik geen uitdagingen meer uit de weg ga, maar alle kansen grijp die op mijn pad komen. Voor mij geen ‘dat lukt me toch niet’-verhaal. Ik ga er gewoon voor en kijk wel waar het schip strand. Het schip is in mijn geval mijn droom, die ik mag vertellen aan wie het maar wil horen. Mijn droom is het opzetten van een spiritueel centrum in de Haagse Beemden.
Breda-morgen.nl is een digitale ontmoetingsplaats (sociaal netwerk) waar mensen contacten kunnen leggen, informatie uitwisselen en bijdragen leveren aan elkaars ideeën (dromen) voor een Breda van hun dromen. Dromen kunnen steun krijgen van anderen. Wanneer tien mensen dat doen, krijgt de indiener de steun van de Groep om de droom te realiseren en zo mogelijk ook anderen erbij te betrekken. De Groep is een wisselend gezelschap van enthousiaste Bredanaars; van initiatiefnemers uit de stad, jong en oud tot onderzoekers en experts. Bij honderd steunbetuigingen kan een stadsgesprek georganiseerd worden. Op de site staat dan ook het zelf ‘halen’ en ’brengen’ van informatie centraal. Dit gebeurt op eigen kracht, zonder regie van buitenaf. Dit kan weer leiden tot vorming van virtuele en fysieke platforms rondom een gezamenlijk initiatief. De site speelt hierin een katalyserende rol.
Ik zou mensen graag bewust willen maken van hoe ze in het leven staan. Dat ze de Tovenaar zijn in hun eigen leven. Stimuleren om uitdagingen aan te gaan en vastgeroeste patronen te herkennen en te doorbreken. Dat zou ik willen doen door ruimtes voor yoga en meditatie, een gezellig café en creatieve ruimtes op één locatie samen te brengen. Als een centrum voor de bewoners, waar mensen elkaar kunnen ontmoeten en inspireren. Waar ze elkaar motiveren hun leven in te richten zoals ze diep in hun hart zouden willen.
Achterliggende gedachte De achterliggende gedachte van de website ligt in het principe van waarderend vernieuwen. Dit leidt tot gezamenlijke verantwoordelijkheid: mensen nemen deel aan het besturen van de stad en zijn bereid om verantwoordelijkheid te nemen en een actieve bijdrage te leveren aan de toekomst. Iedere bijdrage is waardevol. Voor meer informatie kijk op de onderstaande link. http://www.breda-morgen.nl
Hoe dat centrum eruit ziet, heb ik al helemaal uitgedroomd. In mijn droom heb ik al lang die miljoenen gewonnen die het waar gaan maken. Maar ook in de grote boze wereld gebeuren wonderen en een ervan is dat ik mijn droom ga vertellen zondag. Heb jij al nagedacht wat jou droom is, wat je nou echt in het leven zou willen, of ben je al zo ver weg van jezelf dat je vergeten bent, wat passie en dromen zijn? Wat wil jij geloven? Dat het leven magisch is en vol wonderen? Of ga je voor de dagelijkse sleur? Een niet zo moeilijke keuze naar mijn mening! Wat zou een wereld zijn zonder magie? Zonder Tovenaars, die geloven in wonderen. Zonder mensen die geloven in zichzelf en elkaar. Grijp je toverstaf. Ontdek je vastgeroeste patronen en pak je kansen. Koester je eigenzinnigheid en talenten. Doe eens niet normaal, maar lekker gek. Maak je leven magisch Melissa Franck, initiatiefnemer spiritueel centrum Haagse Beemden
Meedoen in Breda I
Meedoen in Breda I 26
Breda-morgen.nl
27
Kansen pakken bij ontwikkeling CSM-terrein Via Breda
Waterwijk op CSM-terrein juli 2009
BNdeStem door Nico Schapendonk. dinsdag 14 juli 2009
Beste Bertwin, Vers van de pers viel vanochtend BNdeStem van 14 juli 2009 op de deurmat. Mijn interesse werd direct gewekt door de kop ‘Waterwijk op het CSM-terrein’, in het onderdeel Stad en Streek. Ik las daarin hoe onze raad de afgelopen dagen een studiebezoek bracht aan het Noord-Duitse Hamburg om daar ideeën op te doen voor het projectgebied Via Breda dat de komende jaren rond het station ontwikkeld moet worden. En dan specifiek voor het CSM-terrein, waar nu de restanten van de voormalige suikerfabriek langzaam aan het verdwijnen zijn. Binnenkort zal dat terrein weer maagdelijk leeg zijn, klaar voor een metamorfose die past binnen de contouren van Via Breda.
BREDA - Op het CSM-terrein in Breda moet in de toekomst een weids opgezette, groene woonwijk komen waar het water uitgebreid de ruimte krijgt. In plaats van appartementen zouden er vooral grondgebonden woningen moeten verrijzen op de ongeveer 25 hectare die de voormalige suikerfabriek achterlaat aan de rand van de binnenstad. Dat is verreweg de belangrijkste conclusie die een delegatie van de gemeenteraad trekt na een driedaagse studiereis naar Hamburg. In die Duitse havenstad worden op grote schaal nieuwbouwprojecten uit de grond gestampt. Alle fracties (behalve de SP) zijn een kijkje gaan nemen om te zien welke lessen er in Hamburg kunnen worden geleerd voor de ontwikkeling van de Spoorzone in Breda. In het daarvoor in 2002 opgestelde plan Via Breda wordt het CSM-terrein geschetst als een buurt met een fifty-fifty mix van wonen en bedrijvigheid. Ruwweg zou het er uit zien als de Middellaan-buurt, maar dan wat chiquer en met iets meer winkels en bedrijven.
Een passage viel mij op: “…In het daarvoor in 2002 opgestelde plan Via Breda wordt het CSM-terrein geschetst als een buurt met een fifty-fifty mix van wonen en bedrijvigheid. Ruwweg zou het eruit zien als een Middellaanbuurt, maar dan wat chiquer en met iets meer winkels en bedrijven. Maar de raad is volledig teruggekomen op die gedachte… De massaliteit van de Hamburgse nieuwbouw bezorgde de raad óók het gevoel dat alles in het werk moet worden gesteld om de menselijke maat in Breda als belangrijkste maatstaf overeind te houden.”
In de stad tekent zich steeds meer een actieve rol voor burgers af. In het (recente) verleden kreeg deze rol nog een plek in een klankbordgroep of een inspraakbijeenkomst, waarbij wij als gemeente zender waren van informatie, van ónze plannen, en de burger ontvanger mocht zijn. Als gemeente bewegen we ons nu met de methodiek waarderend vernieuwen naar een rol waarbij alle deelnemers in een gesprek - de burger, gemeente, maatschappelijke instellingen en andere organisaties - allemaal volwaardig gesprekspartner zijn. Waarbij ieder aangeeft wat zijn of haar bijdrage wordt aan ontwikkelingen in de stad. En we zien dat waarderend vernieuwen werkt. Kern van de methodiek is het waarderen van de ander, met elkaar in dialoog zijn vanuit een positieve grondhouding om erachter te komen waarvoor je in actie wilt komen. Daardoor komt er energie vrij in de stad. Positieve energie. We zien dit ontstaan op verschillende gebieden: van (culturele) diversiteit in Breda tot stedelijke ontwikkeling in de wijk Heuvel. De stadsgesprekken die zijn gevoerd, leidden tot actie, waaraan verschillende partijen hun bijdrage leverden.
Onbeschreven blad Ligt hier een uitdaging voor de ontwikkeling van het CSM-terrein? Samen met de stad nadenken over kansen voor water, kansen voor woningbouw, zorg, cultuur. Het CSMterrein is een nog relatief onbeschreven blad. Een potentiële parel voor Breda, aan de rivier de Mark! Laat de menselijke maat hier maatstaf zijn, door met de Bredanaar hierover in gesprek te gaan. Door met elkaar te dromen en te praten over kansen. Zou je die uitdaging aan willen gaan? Hartelijke groeten, Karin Neijenhuis Coördinatie interactieve communicatie
Maar de raad is volledig teruggekomen op die gedachte. In Hamburg hebben de politici gezien hoeveel invloed bijvoorbeeld water op de sfeer in een buurt kan hebben. De massaliteit van de Hamburgse nieuwbouw bezorgde de raad óók het gevoel dat alles in het werk moet worden gesteld om de menselijke maat in Breda als belangrijkste maatstaf overeind te houden. In de wetenschap dat de appartementenmarkt over zijn hoogtepunt heen lijkt te zijn, ligt het bouwen van een wijk waar vooral grondgebonden huizen verrijzen het meest voor de hand. Overigens wordt de bouw van enkele flatblokken niet helemaal uitgesloten. Zolang die maar passen in de mix van de wijk. Het idee om de nieuwe wijk aan te sluiten op het water van de Mark is niet zo ver gezocht. Voordat de suikerfabriek hier werd gevestigd lag er in dit deel van de stad een moeras met een beekje dat afwaterde op de Mark. Die oude situatie kan terugkeren op een moderne manier, met bewoners die zelfs een boot kunnen meren aan een eigen steiger.
De menselijke maat in Breda als maatstaf, is dat niet het ultieme streven van een lokale democratie?
Meedoen in Breda I
Meedoen in Breda I 28
Menselijke maat De menselijke maat in Breda als maatstaf, is dat niet het ultieme streven van een lokale democratie? De menselijke maat als uitgangspunt voor ontwikkelingen in onze gemeente, zowel culturele, sociaal-maatschappelijke als ruimtelijke ontwikkelingen. Volgens mij wordt de mondige burger meer en meer één van de gelijkwaardige gesprekspartners in gemeentelijke planvorming. De burger doet mee in plaats van zich afhankelijk op te stellen van haar volksvertegenwoordiger. En volgens mij kiezen burgers voor de menselijke maat.
29
Met grenzen stellen waardeer je elkaar ook Beste Karin,
Breda-Morgen: interessant platform BNdeStem dinsdag 10 maart 2009
Bedankt voor je brief. Ik ben altijd erg blij als inwoners van Breda willen meedenken over de ontwikkelingen in hun stad en de kansen die dat met zich meebrengt. Ik moet je eerlijk bekennen dat ik zelf nog niet bij een stadsgesprek aanwezig heb kunnen zijn. Wat ik er van zie en over hoor maakt me heel erg enthousiast. Ik heb me al wel verdiept in de methode van het waarderend vernieuwen, via een training op onze eigen ‘Academie voor Waarderend Vernieuwen’. Het is een manier van werken die mij heel erg aanspreekt: vanuit het positieve met elkaar werken aan initiatieven in de stad. Samen kom je immers verder! Als programmamanager van Via Breda probeer ik niet alleen zelf op die manier te werken. Ook de collega’s in mijn team hanteren deze nieuwe en voor ons toch wel spannende manier van werken. In de praktijk betekent dit dat we in onze communicatie met bewoners op allerlei manieren en momenten de kennis en ervaring van mensen proberen binnen te halen: we organiseren bijvoorbeeld inloopdagen en ontwerpateliers en we hebben een groep ‘vrienden’ van Via Breda: betrokken bewoners uit het gebied die met ons meedenken en -praten over de plannen.
Iets over het CSM-terrein dan: je vraagt mij of er een uitdaging ligt voor de ontwikkeling van het CSM-terrein. Ik kan me alles voorstellen bij het opzetten van een interactief proces rond de ontwikkeling van het CSM-terrein. Daar ligt een enorme uitdaging en er spelen natuurlijk een hoop belangen. Waarderend vernieuwen betekent dat er in deze fase met direct betrokkenen naar de mogelijkheden wordt gekeken. Daarmee kunnen we op de lange termijn in interactie met de stad deze kans benutten. Het managen van verwachtingen is hierbij voor mij minstens zo’n uitdaging als het zoeken naar mogelijkheden. Tot mijn genoegen zag ik op www.breda-morgen.nl dat er al Bredanaars dromen over een ontmoetingsplek aan het water en het behoud van het CSM-logo daar. Om een lang verhaal kort te maken: ik ga de uitdaging graag aan! Bertwin van Rooijen Programmamanager Via Breda
Dromen? Wat moet je daar nu mee, was mijn eerste gedachte. Waar gaat de site precies over? Maar als je even verder ‘muist’, lees je dat de droom een persoonlijk idee of wens is om iets te verbeteren of te vernieuwen in Breda. En dat is natuurlijk een nobel streven. Daarom zwaai ik deze digitale ontmoetingsplaats ook alle lof toe, want er staan heel wat interessante dromen, eh ideeën, op. Zo droomt Jo Box uit Ulvenhout van een pastorietuin in zijn woonplaats die tot een dorpspark moet worden omgetoverd. ”Als functie wordt hierbij gedacht aan een ontmoetingsruimte met zitgelegenheden, met aansluiting aan de lunchroom (de Uitdaging, P.V.) in de voormalige pastorie. Ook kunnen in het dorpspark activiteiten en (muziek)uit voeringen plaatsvinden. Een aanstekelijk voorbeeld is hierbij de functie die het stadspark van Breda, het Valkenberg, de afgelopen jaren hierin is gaan vervullen”, eindigt Box. Voor de kijkers: er is ook een YouTube-filmpje te zien waarop hij het idee aan de wereld presenteert. Er zijn meer leuke plannen. Zo wil Corien Schot naar een autovrije binnenstad waar je alleen met elektrische busjes, die zes keer per uur rijden, naar het gezellige centrum kunt. Aan de rand van het centrum moet een enorme parkeerplaats komen waar je gratis kunt parkeren. Een ander idee is om de Taptoe terug naar Breda te halen. Het laatste nieuws is dat de inwoners en verenigingen mee mogen praten over het sportbeleid. Breda- Morgen is een interessante site die een bezoek meer dan waard is. Al was het alleen vanwege de vele dromen.
“Je moet soms grenzen stellen aan wat kan en de gesprekspartners stellen ook hun grenzen, maar dat hoeft niet perse een obstakel te zijn”.
Meedoen in Breda I
Meedoen in Breda I 30
Lastig en waardevol Voor mij persoonlijk is het respect voor elkaars mening en het luisteren naar elkaar een grote stimulans om op deze manier te werken. Waarderend vernieuwen is waardevol en voegt heel veel positieve energie toe aan Via Breda. Tegelijkertijd merk ik dat het soms ook best lastig is om in zo’n groot project als Via Breda - dat zich ook nog eens uitstrekt over twee decennia - met alle partijen gelijkwaardig in gesprek te zijn en te blijven. Daar ontmoet je de nodige hobbels. In zo’n complex en intensief traject is het juist belangrijk aan de relatie te blijven werken. Je moet soms grenzen stellen aan wat kan en je gesprekspartners stellen ook hun grenzen, maar dat hoeft niet perse een obstakel te zijn. Met grenzen stellen waardeer je elkaar ook. Het is van belang op zulke momenten bij jezelf en bij de anderen na te gaan of je met elkaar alle mogelijkheden hebt verkend. Anders stuit je op tegenstand. Het streven naar deze balans is soms wel eens lastig, er zijn zoveel verschillende partijen en belangen. Via Breda grijpt in op de leefomgeving van vele inwoners van onze stad. Het project grijpt ook in op het maatschappelijk leven, en het bedrijfsleven. Des te belangrijker vind ik het om uit te gaan van de menselijke maatstaf. Voor mij is dat de manier om met elkaar in gesprek te blijven.
De website Breda-Morgen is door de gemeente Breda in het le ven geroepen om de relatie met de burgers verder te ontwikkelen. Het is een platform waar de inwoners van onze mooie gemeente hun ideeën kwijt kunnen. Of beter gezegd hun dromen. Dit lees je pas als je wat langer op de site rondstruint, want in eerste instantie komt de informatie wat warrig over.
31
Ervaringen van deelnemers training waarderend vernieuwen Beste deelnemers aan de module waarderend vernieuwen, In de herfst van 2009 werkte ik met jullie - acht ambtenaren - vier middagen aan de module waarderend vernieuwen bij de Academie voor Waarderend Vernieuwen. Dat vind ik bijzonder aan Breda: hier kun je leren ontmoetingen volgens de principes van waarderend vernieuwen zelf te organiseren, naast ze te ervaren. Jullie krijgen de kans te werken aan competenties die belangrijk zijn voor het bewust in de praktijk brengen van waarderend vernieuwen. Zoals empathie en sensitiviteit.
Reflectie De stemming waarin we verkeerden aan het slot van de laatste bijeenkomst was een andere dan toen we die middag begonnen. Ik had een conceptbrief bij me waarin ik schreef dat ons werk samen me aan het denken zette en ik me afvroeg of jullie een goed begrip van waarderend vernieuwen kregen. Er zitten zo veel kanten aan. En in wat jullie naar voren hadden gebracht in de drie voorafgaande middagen zaten zo veel aanknopingspunten voor deze middag. Bovendien vroeg ik me af of waarderend vernieuwen, dat gaat over relaties in het publieke domein, wel passend is voor ambtenaren die het gebruiken voor hun contacten met collega’s. En ook bij jullie riep ons werk reflexieve vragen op. Als start van de middag inventariseerden we waar we nog aan moesten werken, zodat iedereen verder kon met waarderend vernieuwen in de praktijk. Bonnie vroeg zich af waar waarderend vernieuwen ophoudt. Want haar uitnodigingen aan een opdrachtnemer om samen creatief te zijn, werden keer op keer doorkruist door zakelijke kwesties die elke creativiteit smoorden. Wanneer was het genoeg voor Bonnie en moest ze stoppen uitnodigend te zijn? En Erwin wilde weten hoe hij waarderend vernieuwen vanzelfsprekender kon laten worden in het dagelijkse werk. Door de dagelijkse mijlpalen en actiepunten verdwijnt het waarderen naar
“De academie voor waarderend vernieuwen” De overheid is er voor de burgers. Dat staat als een paal boven water. Met die insteek in het achterhoofd, hoeft de waaromvraag van de academie waarderend vernieuwen niet meer beantwoord te worden, maar resteert alleen nog de vraag ‘Waarom niet?’ Om als gemeentelijke overheid onze publieke dienstverlening naar onze burgers toe nog beter vorm en uitvoering te kunnen geven, is Meedoen (verbetering interactieve communicatie) ontstaan. De academie waarderend vernieuwen maakt hier deel van uit. Als medewerker van de gemeente Breda ga je met je tijd mee. Omdat je zelf wilt groeien, omdat ‘de baas’ dat van je vraagt, omdat er maatschappelijke ontwikkelingen zijn of omdat burgers in deze tijd gewoonweg bepaalde competenties (mogen) verwachten van hun locale overheid. In ieder geval gaat de burger niet (meer) zitten wachten op de overheid. Hij wil zelf wat doen, meedenken, meedoen en als het even kan ook meebeslissen. Met andere woorden, we treden met elkaar in dialoog. Het succesvol in contact kunnen treden met die mondige inwoners, vergt goed geoutilleerde ambtenaren, zodat meedoen centraal kan staan en we met elkaar kunnen praten zonder in discussies te belanden. Natuurlijk, discussiëren mag. Graag zelfs. Maar dan wel volgens de methode waarderend vernieuwen waarbij alle inbreng even waardevol is, allen gelijkwaardig zijn, mensen uitgenodigd worden mee te doen en waarbij het draait om drie dingen: relaties, relaties en relaties. Goed geoutilleerde ambtenaren zijn de juiste mensen op de juiste plaats. Maar, het vergt ook een aantal competenties en vaardigheden die ‘op school’ geleerd kunnen worden.
Om een aantal van dit soort vaardigheidstrainingen onder één dak te brengen, zag de academie in oktober 2008 het levenslicht. Het aanbod van de academie heeft één rode draad: in dialoog treden met onze burgers. De training waarderend vernieuwen neemt dan ook een belangrijke plaats in binnen de academie. De academie dankt er zijn naam aan en is tevens op deze innovatieve verandermethode gestoeld. Daarnaast vinden andere verwante opleidingsrichtingen hun weg binnen de academie, zoals Mediationvaardigheden, Media- en bestuurlijke sensitiviteit, Interactieve communicatie en Transactionele analyse. Oktober 2008 startte de academie zijn eerste pilotjaar. Daarmee is de academie zelf ook een leer- en groeiproces. Inmiddels is de academie een schooljaar verder, hebben velen één of meerdere trainingen gevolgd en daarmee geproefd aan het waarderend vernieuwen. Een eerste stap op weg naar het waarderend vernieuwen als way of life.... Na dit eerste jaar wordt het aanbod geëvalueerd, aangescherpt, waar nodig vervangen of waar wenselijk uitgebreid. In een nog later stadium wordt bepaald of de academie uitgroeit tot hét platform voor de gemeente Breda waar voor alle medewerkers (en voor de stad!) alles te vinden is op het gebied van leren en ontwikkelen (al dan niet gekoppeld aan in relatie staan tot de burgers). Met de academie waarderend vernieuwen snijdt het mes aan twee kanten. De burgers in Breda krijgen te maken met gemotiveerde, vakkundige ambtenaren en voor die ambtenaren betekent werken bij de gemeente Breda werken in een dynamische omgeving.
Meedoen in Breda I
Meedoen in Breda I 32
Verspreiden of vertalen? Bij de evaluatie van de module gaf deelnemer Ton als eerste antwoord op mijn vraag in hoeverre jullie een goed begrip hadden gekregen van waarderend vernieuwen. Hij vertelde over een hoogleraar die zag hoe zijn idee van zelfsturende teams in de meest bijzondere omstandigheden werd toegepast. In de woorden van Ton: “Zo gaat dat. Het is beter om veel trouwe bondgenoten te organiseren die je idee veranderen, dan dat mensen je idee negeren. Dan gebeurt er niets, ook geen vernieuwing. Je kunt het als een opdracht zien om met mensen in gesprek te blijven over de betekenis die zij aan waarderend vernieuwen geven en hoe ze deze in de praktijk brengen. Bovendien ervaar ik het als pure winst als je vertelt over de verschillende verschijningsvormen van waarderend vernieuwen. Akkoord, zo wordt het begrip diffuser, maar dat is beter dan een college uit een boek.” Iedereen in het lokaal luisterde aandachtig naar Ton. We hadden hem leren kennen als iemand die weinig spreekt. Maar wanneer hij iets zegt, dan doet het er toe. Zijn opmerking herinnerde me aan het belang van vertalen in plaats van verspreiden. Vanuit het verspreidingsmodel lokt een goed verhaal twee reacties uit: het trekt volgelingen of het roept weerstand op, die vernieuwing blokkeren. Het vertalingsmodel gaat er daarentegen vanuit dat mensen verhalen vertalen naar hun interesses en belangen. Zo verandert het oorspronkelijke idee - het wordt diffuser. Maar het idee krijgt pas effect wanneer veel mensen er iets mee doen.
33
Meedoen in Breda I 34
de achtergrond en komt er van vernieuwen helemaal niets. Alex vroeg zich af hoe hij waarderend vernieuwen kon laten beklijven bij zijn medewerkers. Als hoofd van een afdeling geeft hij leiding aan honderd mensen. In die functie wil Alex de medewerkers meenemen in een leerproces van waarderend vernieuwen, zodat zij betere aansluiting kunnen vinden bij de bestuurders die anders willen werken. Alex’ ervaring was dat een beperkt aantal mensen wel nieuwsgierig was naar waarderend vernieuwen. Zij vroegen zich af: ‘Hé, wat gebeurt hier anders?’ en probeerden waarderende gesprekken te voeren door bij de ander bijvoorbeeld na te gaan waar hij of zij voor warm loopt. Maar het waren nog te weinig mensen die zo reageerden. Vandaar zijn vraag: hoe waarderend vernieuwen te laten beklijven bij mijn medewerkers? Met twee flappen aan de muur, volgeschreven met kwesties, hadden we een drukke middag voor ons. Waar te beginnen? Bij verkennen natuurlijk. We stonden eerst stil bij Alex’s kwestie. De mensen die niet nieuwsgierig waren naar waarderend vernieuwen, hoe reageerden zij? Het ging overwegend om twee reacties: a) “Je past een truc toe”; b) “Ik word een bepaalde richting in geduwd”. Lieve wilde op dit punt wel haar ervaringen delen met Alex. Haar leidinggevende had ook voor haar en haar collega’s gestaan met een verhaal over waarderend vernieuwen. “Het ziet er wel leuk uit, humaner, maar zo’n wending is ook een beetje raar. We kregen het gevoel dat er een experiment op ons werd losgelaten. Het begon te gonzen van onrust.” De verkenning begon bijzonder boeiend te worden. Zo hielp het dat Alex open vertelde over hoe op zijn optreden werd gereageerd en dat Lieve even open was over wat een vergelijkbaar optreden met haar had gedaan. Ook hielp het dat een medewerkster en een leidinggevende in één groep over waarderend vernieuwen leren. Ten slotte begrepen we dat leidinggevenden beter iets anders kunnen doen dan voor een groep medewerkers staan en over waarderend vernieuwen vertellen, wanneer zij graag hun de medewerkers de kans willen geven voor zichzelf na te gaan wat waarderend vernieuwen voor hen kan betekenen in het werk. ‘Open space’ werkt beter Op dit laatste punt had Alex twee antwoorden. Ten eerste: in elk persoonlijk ontwikkelingsgesprek met zijn managementteamleden bracht Alex de mogelijkheid in deel te nemen aan de module waarderend vernieuwen. En, ten tweede, Alex bood alle medewerkers van de afdeling een dag waarderend vernieuwen aan onder leiding van een docent van de Academie voor waarderend vernieuwen. Deze dag had Alex verplicht gesteld, zo voegde hij er ongevraagd aan toe. Ook hiermee had Lieve ervaring: verschillende mensen waren hierdoor alleen als lichaam aanwezig geweest in plaats van als mens. Dat was voor alle aanwezigen jammer, want deze ‘lichamen’ drukten de stemming en ze staken zelf niets op van de bijeenkomst. De principes van ‘open space’ werken dan toch beter dan verplicht stellen. Deze principes zijn: a) zoek die gesprekken uit waar je aan kunt bijdragen of van kunt leren, b) merk je dat dit niet het geval is, ‘move your feet’ en ga iets anders doen. Het gaat er bij ‘open space’ om wie er meedoen en wat zij toevoegen in plaats van hoeveel mensen er aanwezig zijn. Bovendien, zo kan iedereen zelf verantwoording nemen voor wat hij of zij doet. En dat een leidinggevende hier het gesprek over wil voeren, ligt voor de hand. En ja, hoe doet Alex dat, een persoonlijk ontwikkelingsgesprek voeren met een managementteamlid? Om hier achter te komen, deden we een rollenspel, zoals we tijdens alle vier de bijeenkomsten verschillende keren hebben gedaan. Een rollenspel werkt heel verhelderend, zowel om te doen als om naar te kijken.
December 2009 Hallo allemaal, Dank voor het toezenden van de boekbrief. We hebben als afdeling Bouw- en Woningtoezicht (BWT) uitgebreid stilgestaan bij de brief en daarom wil ik jullie graag laten weten hoe het waarderend vernieuwen met mijn afdeling is gelopen. De uitkomst is gisteren op het intranet van de gemeente gezet, zodat iedereen het kan lezen. Maar hierbij voor jullie nogmaals. Tijdens een inspirerende sessie op drie december 2009 maakte de afdeling Bouw- en Woningtoezicht kennis met waarderend vernieuwen. Op basis van zelfingebrachte casuïstiek gingen we aan de slag en verkenden de verschillende rollen van een adviseur. Centraal stond een open sfeer en het zien van de horizon. Ofwel: het denken in kansen. De ochtend resulteerde in een aantal (nieuwe) wijsheden van de afdeling. Deze zijn binnenkort ook (fysiek) op de afdeling te bewonderen. Hier volgt alvast een voorproefje: De 12 wijsheden van BWT (waarbij de eerste 3 de ‘Top 3’ vormen): - Behandel de klant zoals je zelf behandeld wilt worden. - Een luisterend oor doet wonderen. - Denken in mogelijkheden. - Voor het goed fatsoen meer samen doen. - Samen Bouwen voorkomt Handhaven. - Gebruik je creatieve tijd. - Je krijgt terug wat je erin stopt. - Grenzen zijn grenzen. - Door meer tijd in de klant te investeren, gaat deze ons meer waarderen. - Ons initiatief houdt bouwen in de hand. - Lastige klanten maken we zelf. - Bouwen is toezicht. De dag werd afgesloten met een spontaan hartverwarmend applaus van alle medewerkers. Bij de afsluiting riepen medewerkers op vooral ermee door te gaan en het hier niet bij te laten! We gaan als afdeling dus door op de ingeslagen weg van het waarderend vernieuwen. Een aantal medewerkers is zo ‘gepakt’ door de boodschap dat zij zich spontaan hebben aangemeld om een vervolgsessie te organiseren. Graag dank ik jullie voor de prettige gesprekken en sfeer tijdens de bijeenkomsten van de module. Tot ziens allemaal! Met vriendelijke groet, Alex Konings Hoofd afdeling Bouw- en Woningtoezicht
Want wat zeg je en wat doe je in situatie x, y of z? Is de reactie die je krijgt ook de reactie die je wilde? En zo nee, wat kun je dan zeggen of doen om daar verandering in te brengen? Zo voerden we rollenspellen op om te ervaren hoe een waarderend gesprek gaat, hoe je een gesprek waarderend krijgt wanneer een collega of iemand uit de stad in korte bewoordingen uitgesproken negatief is over waarderend vernieuwen, en hoe je een persoonlijk ontwikkelingsgesprek of zelfs een beoordelingsgesprek waarderend kunt voeren. In het rollenspel met Alex kwam mooi naar voren hoe hij de ander hielp om zelfreflexief te zijn op een positieve manier. Alex was er op uit om haar verder te laten komen en een stap te zetten in haar ontwikkeling. Hiervoor zocht Alex naar vaardigheden die soms al blijken, maar nog beter ontwikkeld kunnen worden. Zodat zij ook in de voorbeelden die Alex naar voren bracht, zelf een constructieve rol kon spelen in plaats van het hogerop te moeten zoeken . En zo werkten we samen aan de kwesties en vragen die een ieder naar voren had gebracht. Al werkende ging het zorgelijke ervan af (“hoe moet dat nou?”) en ontmoette ieder van ons inzichten die ons verder hielpen. Jullie hielpen ook elkaar. Zo vroeg Mariëtte aan Alex wat ze kon doen om haar leidinggevende op andere gedachten te brengen over waarderend vernieuwen (“Hij vindt het zo 70-er jaren”). Alex raadde Mariëtte aan om aan één goed voorbeeld te werken. Ze wilde toch een stadsgesprek organiseren? Alex adviseerde haar met de hulp van de afdeling Communicatie verder te werken aan het stadsgesprek dat ze vanaf de eerste bijeenkomst van de module had willen organiseren. Maar dat door bureauwerk en het ontbreken van steun uit de directe werkomgeving was blijven liggen. Met een geslaagd stadsgesprek kon Mariëtte laten zien en laten ervaren wat dat Breda bracht. Ook Ton vond dit een goed idee voor zijn beleidsterrein. Hij had maandag al een afspraak staan met de afdeling Communicatie. Meedoen in Breda I 36
Blijven leren over stadsgesprekken In de vier bijeenkomsten stonden we een aantal keren stil bij het organiseren van een stadsgesprek. Uit ervaring weet ik hoeveel hier bij komt kijken, met name om de sfeer, de toon, de uitkomst, de voorbereiding, de nazorg, de locatie, de opstelling, de vraagstelling, de uitnodiging, de genodigden, de begeleiding goed te krijgen. En nu, door met Mariëtte en Ton te spreken over wat zij graag met een stadsgesprek wilden bereiken, kwam ik tot het initiatief om een extra bijeenkomst te beleggen met de mensen uit de module die een stadsgesprek willen organiseren. Samen met de betrokken mensen van de afdeling Communicatie zoeken we dit binnenkort uit. Dit biedt ook een kans om mijn ervaringen met het organiseren van stadsgesprekken goed te delen. Ik vraag er een goede schrijver bij die een mooi artikel kan maken over stadsgesprekken organiseren. Op die manier hebben later anderen ook nog plezier aan ons werk. Samen leren, zoals wij hebben gedaan, is het resultaat van ieders bijdrage aan de module. Er is interesse in de ander, ook wanneer de ander van een andere vakafdeling is, daar in een andere functie werkt en met een andere leervraag naar de module is gekomen. Er is openheid om lastige vraagstukken in te brengen. Ook vraagstukken die te maken hebben met ons als persoon. We mogen elkaar corrigeren en helpen. En zo zijn we in korte tijd een groep geworden. Een groep waarin we gespreksonderwerpen afmaken in plaats van iemand weer een nieuw punt te laten inbrengen. Een groep ook waarin we expliciet aan iemand vragen of het voor nu goed is.
Alex, wat een inspirerend verhaal, de energie spat ervan af ! Ook ik heb collega’s laten kennismaken met waarderend vernieuwen. Wat ik het meest waardevol vind aan de training, is dat ik mij bewust(er) ben van de manier waarop ik anderen bejegen. Ik blijk bijvoorbeeld voortdurend “Ja, maar…” te zeggen. Ik let er nu op dat ik mensen aanvul, de verbindingen opzoek, in plaats van de tegenstellingen. Ik stel vragen die de ander helpen en moedig anderen aan dat ook te doen. Ik krijg er positieve reacties op (“Ik heb op z’n Barbets gevraagd om toelichting en de hoop en verwachting uitgesproken dat we er wel uitkomen”). Wat mij ook de ogen heeft geopend, zijn gesprekken die ik met collega’s heb gevoerd over stadsgesprekken. Zoals jullie misschien nog weten, overweeg ik één of meer gesprekken ‘met de stad’ te organiseren over duurzaamheid. Ik stoeide met de vraag: wie wil ik aan tafel? Wil ik ook met individuen aan tafel? Het risico is dat mensen het dan over hondenpoep en losse tegels gaan hebben. Eén van mijn collega’s vroeg mij wat het risico is. Als mensen het willen hebben over hondenpoep, dan ga je het daarover hebben, want dan is het blijkbaar iets wat mensen bezighoudt. Oeps. Misschien toch wel waar, ja. Waar ben ik eigenlijk bang voor? Een laatste observatie die ik met jullie wil delen, sluit aan bij die van Ton. Het begrip ‘Waarderend Vernieuwen’ vraagt mijns inziens om herformulering. De één denkt aan stadsgesprekken met burgers, stelt ze open voor iedereen. De ander spreekt met vertegenwoordigers, nodigt gericht uit. Een volgende wijst op de manier van werken: beter ontvangen en minder zenden. Iets wat vanzelfsprekend zou moeten zijn, of het in ieder geval moet worden. Ik vind het dan ook heel vreemd dat in de omslag (format voor het informeren van bestuur) voortaan aangevinkt en gemotiveerd moet worden of volgens waarderend vernieuwen is gewerkt. Als je bij waarderend vernieuwen denkt aan de manier van werken, de 12 wijsheden van Bouw- en Woningtoezicht, dan is het vanzelfsprekend dat iedereen binnen de gemeente Breda volgens waarderend vernieuwen werkt. Wat valt er dan te motiveren? Als je bij waarderend vernieuwen denkt aan stadsgesprekken, is het ene onderwerp geschikter dan het andere en is het raar dat niet ook andere gesprekstechnieken dan waarderend vernieuwen moeten worden aangevinkt. Lang verhaal geworden. Blijkbaar toch behoefte even iets van mij af te schrijven. Ik heb veel gehad aan de training en kijk er met plezier op terug. En ik spreek de wens uit dat we van waarderend vernieuwen niet een geloof maken, een dogma. Met vriendelijke groet, Barbet Hendriks-Punt adviseur Ruimtelijke Ontwikkeling Wonen en Milieu
Meedoen in Breda I 38
Als groep zijn we het volgende te weten gekomen: * Waarderend vernieuwen begint bij jezelf en hoe je anderen benadert. * I nteresse tonen in de ander is iets om te oefenen. Het spel is om het zwaartepunt van de aandacht bij de ander te leggen en te laten liggen in plaats van die aandacht toch naar jezelf te trekken door iets te vinden van wat de ander naar voren brengt. *W aarderend vernieuwen benadert mensen in de stad als initiatiefnemers. Ook andere mensen, waaronder ambtenaren, kunnen een initiatief nemen. Initiatiefnemers wachten niet af, leggen niet bij anderen neer dat dingen niet kunnen, en zoeken wel naar mogelijkheden en partners om verder te komen. *A mbtenaren kunnen initiatieven helpen door de juiste vragen te stellen, in meerdere rondes (doorvragen), door goed te luisteren en in gesprek te gaan door ook iets van zichzelf te laten zien. De juiste vragen zijn kort en open, en richten zich op wanneer iemand op z’n best was, wat iemand toen deed, wie meewerkten. *W aarderend vernieuwen vraagt aandacht voor wat mogelijk is in plaats van wat moeilijk is, voor wat al goed gaat in plaats van wat er nog mis is, voor waar op kan worden voortgebouwd of aangevuld in plaats van een heel ander punt in te brengen. * Waarderend vernieuwen begint bij verkennen en verlangen. Soms is hier durf voor nodig. * Waarderend vernieuwen begint bij persoonlijke ervaringen en werkt van daaruit verder. * Waarderend vernieuwen is een continu proces; het stopt niet. * Waarderend vernieuwen betekent bereidheid tot horizontale communicatie. *W aarderend vernieuwen is een beweging maken van afhankelijkheid naar zelfstandigheid, naar in relatie komen en blijven. Een beweging van mopperen op de ander naar kritisch kijken naar jezelf en actie ondernemen. Waarderend evalueren Er was nog een laatste les die we als groep hadden geleerd. Deze les werd niet vooraf genoemd; we deden het gedurende het laatste uur. Aan de hand van drie vragen evalueerden we de module: a) wat heb je geleerd, b) wat betekent waarderend vernieuwen nu voor je en wat wil je er verder mee doen, en c) wat kun je zeggen over mijn bijdrage en die van jou aan hoe het eraan toeging in de groep. Om beurten nam iedereen enkele minuten het woord. Soms stelde ik een verhelderende vraag. Wanneer iemand was uitgesproken, gaf ik terug wat ik iemand had zien bijdragen aan de groep. Andere groepsleden vulden me aan, indien nodig. Er was een verhaal over wat had plaatsgevonden, wat dit met iemand had gedaan, tot welke inzichten iemand was gekomen en wat met name iemand verder had geholpen. Iedereen hoorde expliciet hoe anderen hem of haar hadden zien optreden in de groep. Er was alleen waardering, geen goed en fout. Evalueren kan dus ook waarderen betekenen in plaats van beoordelen. Naar deze waarderende evaluatie hebben we in vier middagen toegewerkt. Iedereen droeg er aan bij. Door geïnteresseerd aanwezig te zijn, door moeilijke vragen in te brengen, door zo nadrukkelijk in een module waarderend vernieuwen niet waarderend te zijn dat we er met z’n allen hartelijk om konden lachen, door één duidelijk voorbeeld in te brengen en daaraan vast te blijven houden zodat we het nader konden onderzoeken, door af en toe in positieve bewoordingen aan te geven wat er volgens die persoon gebeurde, door op elkaar voort te bouwen.
Van mij mocht iets extra’s worden verwacht. Ik schikte de tafels en stoelen voor een intiemere stemming. Ik bracht koeken, dropjes en chocolaatjes mee. Ik initieerde rollenspellen, bracht variatie in de werkvormen, zette het gesprek stop als er een leermoment was, gaf de kans om te oefenen en uit te proberen, lette erop dat wat werd ingezet, ook werd afgemaakt. De waarderende evaluatie was een warme afsluiting van een interessant en intensief traject. En nu is de module dus ten einde, maar het gesprek over waarderend vernieuwen gaat door. Ons werk samen zette ons aan het denken en ik hoop dat het ook aanzet tot dromen. Met waardering, Sandra Kensen, Strategische leerprocessen, Sioo
Wijkontwikkeling en Tuinzigt als voorbeeld 22 juli 2009 Beste Willem, We zijn beiden dit jaar gestart op een nieuwe werkplek. Jij bij wijkontwikkeling als programmamanager en ik gedetacheerd bij communicatie. Ik ben daar aan de slag gegaan om waarderend vernieuwen binnen de gemeente te implementeren en mensen die geïnteresseerd zijn te stimuleren om mee te doen. Vanuit mijn onderzoekservaring met projecten in Tuinzigt, Heuvel, Spoorbuurt, Belcrum en Driesprong, ben ik in contact gekomen met waarderend vernieuwen als onderzoeksmethodiek. Het bevalt me goed om meer direct een bijdrage te kunnen leveren aan beleid en de inbreng van bewoners en organisaties te kunnen stimuleren. Om nog meer dan bij traditioneler onderzoek de ervaringen, beleving en meningen van burgers om te zetten in acties. Ik ben benieuwd naar jouw ervaringen binnen wijkontwikkeling, en wat jij daar voor waarderend vernieuwen kunt betekenen.
“De belangrijkste winst is dat bewoners en organisaties bijdragen aan de ontwikkeling van activiteiten, initiatieven en uiteindelijk ook beleid”.
Waar ik zelf ook nog in moet groeien Samen met beleidsmedewerkers heeft communicatie het afgelopen jaar voor verschillende projecten bijeenkomsten opgezet op waarderend vernieuwende manier. Bij de bijeenkomsten van Visie wonen of openbare ruimte kregen initiatieven vaak geen vervolg in acties. Uiteraard is de inbreng wel verwerkt in de visie, maar bij waarderend vernieuwen gaat het juist om het stimuleren van initiatieven en bewoners vervolgens te ondersteunen in de uitvoering. Het proces van bewoners te betrekken en een relatie opbouwen is daarin belangrijk. Niet als een extra belasting voor projectleiders, maar als een gewoon onderdeel van hun werk. Dit vereist wel een andere houding en manier van werken. Iets waar ik zelf ook nog in moet groeien. Het direct betrekken van bewoners levert in de loop van het project veel efficiëntie op. De tijd en het geld uit de voorbereiding wegen dan op tegen de resultaten: positieve inzet van bewoners, minder bezwaren en meer werkplezier van medewerkers. Maar de belangrijkste winst is dat bewoners en organisaties bijdragen aan de ontwikkeling van activiteiten, initiatieven en uiteindelijk ook beleid. Een bijdrage die ook kan leiden tot een ‘betere’ samenleving. Per saldo kost deze andere manier van werken dan ook minder tijd en energie: We zijn minder bezig zijn met klachten, bezwaren of het bijstellen van plannen. In Tuinzigt hebben we al goede ervaringen opgedaan. In werksfeer door samen met bewoners en organisaties mogelijkheden te verkennen en dromen naar boven te halen. En in resultaten door het samen vormgeven van activiteiten voor het buurtplan en ondersteunen van initiatieven in de buurt. Naast leden van de wijkraad zijn ook medewerkers van de corporaties enthousiast.
Meedoen in Breda I
De afgelopen jaren zie ik beleidsmedewerkers van projectmanagement met steeds beter resultaat bewoners betrekken bij het gemeentelijk beleid. Niet alleen informeren en reacties vragen, maar ook meer en andere bewoners erbij te betrekken. Maar er is volgens mij nog meer mogelijk. In plaats van eerst de beleidscyclus te doorlopen van onderzoeken, overleggen, probleemstellen en doelen formuleren, meteen bewoners en organisaties erbij te betrekken en te activeren. Hun ervaringen als uitgangspunt nemen. Ik wil je uitdagen waarderend vernieuwen eerder in projecten en bij medewerkers uit te zetten en te faciliteren.
41
Graag daag ik je uit Ik hoop dat we samen met de projectmanagers en projectleiders kunnen bespreken wat nodig is om waarderend vernieuwen duurzaam in te brengen als werkwijze in projecten. Ik hoop je warm te hebben gemaakt voor een andere manier van werken. Laten we niet in discussie gaan over beperkte tijd, geld en opdrachten, maar mogelijkheden creëren om medewerkers de ruimte te geven om te leren en te veranderen. Niet ineens, maar op een organische manier vanuit de mede-werkers zelf. Wil je de kans oppakken en de opdracht uitvoeren die we vanuit het bestuur krijgen: burgers van het begin af aan bij ontwikkelingen en projecten betrekken? Graag daag ik je uit om de mogelijkheden samen te verkennen, vorm te geven en te vernieuwen. Op mijn steun kun je rekenen. Groeten en een prettige zomervakantie! André Peters Coördinatie experimenten waarderend vernieuwen
Ik deel jouw passie
Bedankt voor je mooie brief. Ik vraag me direct af wanneer ik voor het laatst een brief heb ontvangen. Het moet een liefdesbrief zijn geweest. Met ongetwijfeld dezelfde passie als waarmee jij schrijft over waarderend vernieuwen. Ik deel jouw passie. Verlangen, energie, initiatief en geduld zijn kernbegrippen in de wijkontwikkeling. Met waarderend vernieuwen komen deze waarden tot hun recht. Vanavond las ik één van de laatste rapporten van het Ministerie van Wonen, Wijken en Integratie, met de titel Buurtbewoners in balans. Dit rapport breekt een lans om minder nadruk te leggen op sociale stijging. ‘Veel bewoners van krachtwijken zijn niet zozeer bezig met stijgen of verder komen, maar hebben juist ondersteuning nodig om gewoon overeind te blijven. Om niet af te glijden en om met beide voeten op de grond te blijven staan. Dat in balans blijven valt niet mee. De instabiliteit is geen resultaat van een geïsoleerd probleem, maar van op elkaar ingrijpende problemen. Individuele bewoners, maar ook hele buurten, raken uit balans als hun draaglast (geldzorgen, kopzorgen, zorgzorgen en buurzorgen) groter wordt dan hun draagkracht (intelligentie en aanpassingsvermogen, sociale vaardigheden, zelfbeeld, zelfvertrouwen en lichamelijke conditie). Een goede wijkaanpak vermindert de draaglast en vergroot de draagkracht’. Is er een andere weg? Mooie en wijze woorden. Maar wat zou het toch goed zijn als zo’n rapport ook zou wijzen op het belang van werkelijk in gesprek komen met de bewoners. Nog mooier: met waarderend vernieuwen als een bewezen goede aanpak. Een gemiste kans. Ik vraag me af: is er een andere weg…?
Ik hoor je al vragen: kun je in de brief nog ingaan op hoe je, vanuit de buurten wijkaanpak, bewoners vroegtijdig bij plannen en activiteiten kunt betrekken? Wat is daar binnen jouw afdeling voor nodig? Wellicht kan het stimuleren van het plaatsen van dromen via Breda-morgen.nl de buurt en wijkontwikkeling een push geven voor kleine en grote initiatieven. Want wijkontwikkeling is van, voor en door bewoners. Om in te gaan op je vragen: mijn grootste vraag is inderdaad niet óf we het doen, maar hoe we hier iedereen bij kunnen betrekken. Hoe komen we werkelijk in gesprek met bijvoorbeeld jeugd en allochtonen? Alle creativiteit is hiervoor nodig. Inderdaad via bijvoorbeeld het moderne medium Breda-morgen.nl. Dit zou al een stapje kunnen zijn. Maar er moet meer zijn. Zouden we bijvoorbeeld het buurtvaderproject van Marokkaanse vaders - dat zo succesvol is bij het bestrijden van overlast van jongeren - ook hierbij kunnen inzetten? Kun je me helpen? Het gaat je goed, we zullen elkaar nog vaak treffen. Groet, Willem Raaijmakers Programmamanager Wijkontwikkeling
De wijken Heuvel, Hoge Vucht, Doornbos, Linie en Driesprong maken deel uit van het Programma Wijkontwikkeling. Een integrale aanpak op ruimtelijk, sociaal en economisch gebied om problemen die er in aandachtswijken zijn aan te pakken. De inzet van de bewoners en de samenwerking met diverse (woning)corporaties zijn daarbij sleutelbegrippen. Om de huidige stand van zaken weer te geven en te bepalen wat er de komende jaren in welke wijken gaat gebeuren op het gebied van Wijkontwikkeling, heeft het college het wijkontwikkelingsfonds, inclusief spelregels, vastgesteld. Al eerder waren er diverse andere projecten en methodes om burgers bij de ontwikkeling van de wijk te betrekken, bijvoorbeeld ‘Lusten en Lasten’ als vorm van buurt- en wijkbudgetten. Nu is met de stuurgroep ‘Samenwerken aan Leefbaarheid’ afgesproken om voor Breda Noord-Oost te werken met wijktafels. Wijktafels staan symbool voor het gesprek en aandacht voor elkaar.
Tuinieren in Tuinzigt Om de betrokkenheid en inbreng van bewoners uit de buurt Tuinzigt te vergroten, vond op 17 april 2008 een startbijeenkomst plaats van het project ‘Tuinieren, zaaien en oogsten’. Een initiatief van enkele gemeentelijk medewerkers om niet zelf met een gemeentelijk plan te komen, maar op een andere manier samen aan de slag te gaan. Samen met de wijkorganisatie is gekozen op een waarderend vernieuwende manier ‘dromen’ naar boven te halen. Dit was een echte ommekeer, omdat voorheen vooral gesprekken werden gevoerd vanuit problemen en knelpunten. De vertegenwoordigers van de wijkraad trokken er samen met medewerkers van de gemeente, de corporaties, het opbouwwerk en de politie op een avond letterlijk op uit om ideeën van bewoners te ontmoeten. Een droom was een potentieel speelpleintje, dat vol stond met auto’s, verkeersveiliger en speelvriendelijk te maken. Bewoners stelden met medewerking van de gemeente een plan op. Dit plan is nu ingediend voor verdere uitwerking. Uiteraard moeten er nog de nodige middelen worden gezocht en drempels worden geslecht.
Meedoen in Breda I
Meedoen in Breda I 42
Beste André,
Wijkontwikkeling en wijktafels
43
Tuinieren, zaaien en oogsten in Tuinzigt De partijen die betrokken waren bij het wijkveiligheidsplan Oud Tuinzigt hebben afgesproken dat ze de inmiddels bestaande samenwerking willen bestendigen. Het werkgebied hebben ze uitgebreid tot heel Tuinzigt. Het idee was om aan de hand van een gebiedsanalyse te komen tot een sociaal programma. Voor de gebiedsanalyse hebben we een offerte aangevraagd aan de afdeling Onderzoek en Informatie. Zij kwamen met het voorstel op een andere manier bewonersbetrokkenheid te organiseren. Die andere manier heette waarderend vernieuwen. De gemeente had deze methode net omarmd en Tuinzigt werd een pilot om ervaring op te doen.
“Het is de kunst om het enthousiasme en de energie die zijn ontstaan vast te houden”.
De startbijeenkomst leverde vijf ideeën op. Die kregen allemaal een werkbudget van € 500. Die avond werden goede contacten gelegd. Iedereen was enthousiast over deze manier van werken. Het is erg concreet en het enthousiasme geeft veel energie. Vanaf die avond gaat de werkgroep verder onder het motto Tuinieren in Tuinzigt.
Er is veel gebeurd. Het is de kunst om het enthousiasme en de energie die ontstaan vast te houden. Van belang is het initiatief bij bewoners te laten liggen en niet over te nemen. Al doende leert men. En het belangrijkste is toch dat dit een manier van werken is die mensen echt verbindt. Ik kan deze manier van werken iedereen aanraden. Stan Sadée, Gebiedsmanager Zuidwest en Centrum directie Maatschappelijke Ontwikkeling
Initiatief verwendag voor ouderen Gisela Maton, bewoner: Op straat werd ik aangesproken door de heren Rombouts en Sadée met de vraag of ik een idee had voor dit experiment. Ik vertelde dat ik een dagje wilde organiseren voor 60-plussers. Dat mocht ik gaan uitwerken. Ik heb toen een dag georganiseerd waarbij iedereen de gehele dag werd verzorgd. Elk uur was er een ander thema, zoals kaarten, knutselen, bingo, sjoelen, lunchen en een afsluiting met dansen bij muziek van een zanger. Alles verliep goed. Volgende keer wil ik vooraf overleg met de deelnemers over de thema’s. Ondanks de complexiteit is de bijeenkomst geslaagd. Mensen kwamen met elkaar in contact. De meeste vroegen meteen om een vervolg. Maar daarvoor is meer geld nodig.
Meedoen in Breda I
Bloembollen laten bloeien De avond kreeg najaar 2008 een vervolg met de bloembollenactie. In samenwerking met de basisschool kregen alle woningen in Tuinzigt/Westerpark een zakje bloembollen uitgereikt. Met het verzoek de bollen in de voortuin te planten. Ook deze actie leidde tot leuke reacties van bewoners. Binnenkort komt het vervolg hierop: kinderen van dezelfde basisschool gaan gewapend met een fototoestel de wijk in om de bloeiende bollen te fotograferen. Op de straatspeeldag op 10 juni 2009 werd de leukste foto gepresenteerd als ansichtkaart.
45
Ik ben graag een ambassadeur van dit aansprekend en aanstekelijk initiatief Met het spookbeeld op mijn netvlies van in jaren zeventig nevelen gehulde buurthuizen waar de geur van ingekookte oude koffie, wiet en rode wijn, de stemming overheerste van laid back achteroverleunende sociaal werkers, trok ik op een bewuste avond naar een bijeenkomst over waarderend vernieuwen. M’n beeld is tamelijk gechargeerd. Maar ik doe dat om het nogal positieve gevoel waarmee ik na de bijeenkomst huiswaarts keerde, te versterken. De jaren zeventig waren de roerige jaren zeventig. En wij, professionals, zijn niet meer laid back als het gaat over leefbaarheid. We doen wat we kunnen. Meer zelfs. Maar nog beter is het besef dat bewoners zelf in hoge mate verantwoordelijk zijn voor de leefbaarheid in de buurt. Wij openen deuren en beschikken over een netwerk. Daarna is het aan de bewoner om binnen te gaan, er op af te stappen en in contact te treden. Met zijn eigen idee en of initiatief!
Ambassade van het waarderend vernieuwen Doorpakken is van belang. Waarderend vernieuwen inbedden in alle deelnemende organisaties. Het is een punt van aandacht. De eerste stappen zijn nu gezet, maar er zijn signalen dat initiatieven stagneren. Communicatie is essentieel. In de wijken moet duidelijk worden wat de methode inhoudt. We moeten bewoners wijzen op hun eigen verantwoordelijkheid. Als zij dat door krijgen, is alles mogelijk. Dat kan pas als het beklijft in de wijk. Voor ons betekent het structuur geven aan de methode. Kijkend naar mezelf doe ik het erbij, ‘in overwerk’. In mijn functie is alles kerntaak en alles bijzaak. Het liefst stort ik me op waarderend vernieuwen, maar ik wil ook alle onrechtmatige bewoning in Tuinzigt aanpakken en complex 005 er weer geweldig uit laten zien. We moeten allemaal van alles. Een uitwas van de maatschappij anno nu. Ik wil voorkomen dat ik het alleen even aanraak en weer doorga met het volgende. Ik ben geen voorstander van weer een organisatie. Maar de originaliteit van waarderend vernieuwen verdient mensen die er een dagtaak aan hebben. Omdat het werkt. Kortom: sticht een ambassade van het waarderend vernieuwen. Bewoners zien dat het 'meenes' is en niet het zoveelste leuke idee vanuit het buurthuis. Ik ga in ieder geval kijken hoe ik nog meer prioriteit kan geven aan waarderend vernieuwen. Los daarvan ben ik graag een ambassadeur van dit aansprekend en aanstekelijk initiatief. Roel Soffers Woonconsulent bij de woningcorporatie WonenBreburg
Meedoen in Breda I
“Ik ga in ieder geval kijken hoe ik nog meer prioriteit kan geven aan waarderend vernieuwen”.
De bijeenkomst en het experiment Ingekookte oude koffie, wiet en rode wijn maakten plaats voor een heerlijk Indisch buffet met geweldige ‘Saté Sadee’! Het blijft een vreemd fenomeen dat je juist op dit soort momenten goed zaken doet, een goede sfeer creëert en elkaar opzweept naar een hoger niveau. Lekker eten ontspant, een andere setting en sfeer stimuleren. De verrassende aanpak erna bleek helemaal een verademing. Geen praatje pot over de ideale wereld aan een buurthuistafel vol koffievlekken en gemorst melkpoeder. Nee, meteen actie. Ga de wijk in, haal de huurders uit hun huizen, vraag ze wat ze met de buurt willen, neem ze mee en laat ze hun ideeën vanavond nog presenteren. Gevolg: een zaal vol nieuwe initiatieven. Ik vroeg me na die avond af waarom mijn scepsis in één klap omsloeg in enthousiasme. Ik concludeer dat het spookbeeld tegelijkertijd mijn spiegel is. Ik heb altijd gemeend goed te weten wat goed was voor mijn huurders. Da’s behoorlijk belerend en vooringenomen. Op enig moment heb je geen antwoorden meer en slaat twijfel toe. Is wat ik vind nog wel zo? Toen maakte ik in het overleg Sociaal Fysiek Beheer kennis met waarderend vernieuwen. Niet lang daarna liep ik door Tuinzigt op zoek naar initiatief en actie.
47
Bewoners van Heuvel werken aan toekomst van de wijk (artikel uit Breda-nu) De bewoners van de wijk Heuvel zijn erg tevreden over de manier waarop zij betrokken worden bij de ontwikkeling van hun wijk. Daarnaast vinden zij de nieuwe panden in de wijk een succes. Wel zouden zij graag nóg meer informatie over de nieuwe ontwikkelingen krijgen die voor de deur staan. Deze punten kwamen onder meer aan de orde tijdens de wijktafel in De Rooi Pannen op 23 juni, die druk bezocht werd. De resultaten van de avond zijn de basis voor wat de komende zes jaar op stapel staat. In de wijk Heuvel praten de bewoners mee over nieuwe en bestaande plannen voor de wijk. Bij het maken van de visie voor de jaren 2001 tot 2015 hadden ze eerder veel inbreng. Nu, in 2009, is het moment om te kijken hoever de uitvoering is en wat er de komende zes jaren nog moet gebeuren. Dat gebeurde tijdens de wijktafel op 23 juni. Hier konden bewoners en betrokken organisaties hun mening gegeven over de projecten die al uitgevoerd zijn en over wat er de komende tijd gaat gebeuren. De grote opkomst is niet toevallig. Bewoners in Heuvel zijn zeer betrokken bij hun wijk. Dit allemaal onder het motto ‘Kwaliteit maken wij samen’. Wethouder Henk Snier bevestigt dit. “Ik ben onder de indruk van de onderwerpen en discussie en ik stel de actieve inbreng van bewoners erg op prijs. We geven de ontwikkelingen in de wijk met de geslaagde wijktafels echt samen vorm.”
Nieuwe plannen Stichting Wijkbelang Heuvel, gemeente Breda, WonenBreburg en Laurentius werken momenteel aan de nieuwe doelen en activiteiten voor de wijk voor de komende zes jaar. Daarbij speelt de inbreng van de bewoners natuurlijk een belangrijke rol. Op maandag 19 oktober kunnen de wijkbewoners in gemeenschapshuis De Vlieren de bijgestelde doelstellingen bespreken. Ook kunnen ze aangeven welke activiteiten en plannen ze nog wensen en willen uitvoeren in de komende jaren. Snoeren is er zeker bij: “De eerste bijeenkomst was heel positief. Ik ben nu wel benieuwd wat het vervolg is. Ik hoop dat er weer veel wijkbewoners komen, want dan is en blijft het een plan van ons allemaal.”
Aan de werkgroep sociaal en fysiek beheer Tuinieren in Tuinzigt Hierbij willen wij (bewoners van de Abeel-, Kolfbaan- en Magnoliastraat) u (gemeente, corporaties en wijkraad) verzoeken onze ideeën te bekijken om het op en rond het pleintje veiliger te maken. Omdat hier heel veel kleine kinderen wonen die allemaal graag op het pleintje spelen, waarvoor ze moeten oversteken, willen we het graag veiliger zien. Het is namelijk al vaak bijna misgegaan doordat auto’s veel te hard rijden. Ook is het te onoverzichtelijk voor de kinderen! De speeltuin aan de Abeelstraat is geen alternatief voor kleine kinderen die alleen in de buurt van hun eigen huis mogen spelen. Daarom hebben we eind april een bijeenkomst georganiseerd voor de bewoners van de omliggende straten en een paar medewerkers van de gemeente. Ruim twintig bewoners hebben onder begeleiding van André Peters en Henk Boelens besproken hoe zij het pleintje ervaren en hoe ze het graag in de toekomst willen zien. Daaruit kwamen twee ideeën die een klein groepje heeft uitgewerkt. Een bewoner heeft de twee voorstellen getekend. Dit voorstel is opnieuw aan bewoners gestuurd voor opmerkingen en instemming. Daarvan geven wij over twee weken het resultaat door. We hopen dat u de tekeningen wilt inzien en ons laat weten wat u ervan vindt. De eerste voorkeur gaat uit naar een veilig woonerf dat de meeste voordelen heeft, maar misschien duurder is in de uitvoering. We gaan er vanuit dat de wijkraad, vanuit het buurtbudget, en de gemeente geld willen steken in de fysieke verbetering en het veiliger maken van dit buurtdeel. Wellicht zijn er ook mogelijkheden voor zelfwerkzaamheid om het goedkoper te kunnen uitvoeren? Wij zorgen als omwonenden wel voor een goed toezicht op het plein. Met vriendelijke groet, namens de bewoners van omliggende straten, Ramona Knuit
Herstructurering Heuvel In 2001 is samen met bewoners de ontwikkelingsvisie voor Heuvel 2015 opgesteld. Nu we een aantal jaren verder zijn willen we weten of bewoners en organisaties tevreden zijn over wat er tot nu toe is gedaan om deze doelen te bereiken. Op 23 juni gingen bewo49 ners en medewerkers van organisaties samen op zoek naar het toekomstbeeld van Heuvel. Zien zij veranderingen in Heuvel? Zijn dat positieve veranderingen? Zijn er doelen die we al kunnen wegstrepen? We kijken ook naar de toekomst. Wat kan nog beter? Moeten we misschien andere doelen afspreken voor de komende jaren? In het najaar volgt een nieuwe bijeenkomst om de resultaten van alle gesprekken te bespreken en te kijken welke activiteiten en projecten daarvoor nodig zijn.
Meedoen in Breda I
Meedoen in Breda I 48
Waardering en verwachting Grote waardering bleek er te zijn voor de nieuwe woningen in de wijk en het Zakencentrum Heuvel 100. Wel hopen de bewoners dat er meer seniorenwoningen komen. Wijkbewoner de heer Snoeren was ook bij de wijktafel aanwezig: “Ik vind het belangrijk invloed uit te kunnen oefenen door mijn mening te laten horen. Ik vind de vernieuwing een goede zaak. Met de nieuwe woningen, waar wat meer koopwoningen tussen zitten, verandert de samenstelling van de wijk en krijgt deze meer uitstraling. Dat is goed, want zo komen we van het negatieve imago af. Wel vind ik dat sommige ontwikkelingen lang duren en daar zou ik graag meer over terughoren.” Die mening hebben meer bewoners. Ze zijn vooral benieuwd naar de ontwikkelingen van het Mgr. Nolensplein en het Dr. Struyckenplein. Van het Huis van de Heuvel, waarin een brede school, zorgorganisaties en buurtinstellingen onderdak vinden, hebben ze ook hoge verwachtingen.
Voorstel om veiligheid Kolfbaanpleintje te verbeteren
Wijkraad Brabantpark in een nieuwe fase Beste Sander, Ik heb de indruk dat wijkraad Brabantpark prachtige ideeën heeft over het zo veel mogelijk en zo vroeg mogelijk betrekken van de achterban bij zaken die de wijk aangaan. Bovendien is wijkraad Brabantpark, volgens mij, sterk in het maken van afspraken over de positie van de wijkraad in diverse processen. Het resultaat is dat de wijk en de gemeente samen bespreken wat er in een gebied moet gebeuren. Dit zijn mijn vermoedens. Mijn vraag aan jou is in hoeverre mijn beeld klopt met de praktijk. Wat zie jij gebeuren in de communicatie tussen wijkraad en individuele burgers? En tussen wijkraad en de gemeente? Groeten, André Peters, Coördinatie experimenten waarderend vernieuwen
Beste André,
“Tegelijk moet er ook ruimte blijven om de minder goede ervaringen met elkaar te delen. Op het moment dat je die in de toekomst kunt ombuigen naar positieve ervaringen pak je toch de meeste winst”.
Het kunnen volbrengen van deze missie staat of valt grotendeels bij de manier waarop wij communiceren met de bewoners van de wijk Brabantpark. Daarbij zoeken we naar de juiste manier om de dialoog aan te gaan. Het ene onderwerp leent zich prima voor een poll op de website, terwijl een ander onderwerp gewoon beter bij elkaar aan tafel kan worden besproken. Wel zijn we van mening dat er altijd sprake moet zijn van een dialoog. Eénrichtingsverkeer in communicatie past niet bij onze missie. In die zin zou je kunnen stellen dat wij met de wijkbewoners eigenlijk altijd aan interactieve communicatie doen. De openbare vergadering is één manier, maar niet de enige. Ook de themadag rond Geschikt Wonen voor Iedereen (GWI) in de Leystroom was interactief, maar toch weer heel anders ingestoken. Een draaiboek voor interactieve communicatie hebben we niet. Gewoon op je gevoel afgaan blijkt in de praktijk goed te werken. Om zo veel mogelijk mensen te bereiken, proberen we tegenwoordig voor dergelijke momenten wel altijd huis aan huis te flyeren. Koffietafels voor diversiteit Wanneer je spreekt over het zo veel mogelijk betrekken van de individuele burger, dan kan ik daar volledig mee instemmen. Wij pretenderen als wijkraad ook niet namens de wijkbewoners te spreken, maar willen ze juist zo veel mogelijk hun eigen stem laten horen. Dat we hen daarbij ondersteunen wanneer dat nodig is, spreekt voor zich. Door ons uitgebreide netwerk in de wijk kunnen wij de bewoners en de gemeente mogelijk op een laagdrempelige manier met elkaar in contact brengen. Tegelijkertijd zit daar voor onszelf ook nog een stevig ontwikkel-
Meedoen in Breda I
Als wijkraad zijn we steeds op zoek naar manieren om meer bewoners te betrekken bij de zaken die spelen in onze wijk. De letterlijke missie van de wijkraad is: Wijkraad Brabantpark heeft als doelstelling dat zij open wil communiceren met wijkbewoners, gemeente en overige partners over de leefbaarheid in de wijk. Het signaleren van knelpunten, maar ook denken in oplossingen is een taak die de wijkraad serieus neemt. De inbreng en ideeën van wijkbewoners zijn hierbij erg belangrijk.
51
punt. Als we kijken naar de samenstelling van de wijkraad, moeten we helaas concluderen dat we nog geen goede afspiegeling vormen van de wijk. We hebben weliswaar actieve leden uit vrijwel alle leeftijdscategorieën, maar vrijwel uitsluitend van autochtone komaf. Bij de openbare vergaderingen zien we een vergelijkbare trend. Binnen de wijkraad is onlangs een werkgroep diversiteit in het leven geroepen. Die bekijkt ondermeer hoe we ook de andere wijkbewoners kunnen bereiken. Eén van de eerste stappen is het organiseren van zogenaamde ‘koffietafels’ bij de mensen in de straat. Alle straatbewoners worden uitgenodigd voor een kop koffie of thee en een goed gesprek om elkaar eens wat beter te leren kennen. Als de gemeente daar nog andere goede ideeën over heeft, dan zijn die natuurlijk welkom.
Meer rust in plaats van hakken in het zand Het vroegtijdig betrekken van de omwonenden bij nieuwe ontwikkelingen in hun buurt draagt ook bij aan meer rust in de buurt. (Te) vaak zien we dat buurtbewoners via een BredaBericht op de hoogte worden gebracht van ontwikkelingen die op de schaal van Breda relatief klein zijn, maar voor de buurt wel ingrijpend. Het standpunt van het college is dan feitelijk al bepaald. Wat rest is de formele planologische procedure. Bewoners voelen zich daardoor overdonderd. De primaire reactie daarop is dat de hakken in het zand gaan en barricades worden opgeworpen. Achteraf blijkt vaak dat mensen helemaal niet mordicus tegen de ontwikkelingen waren, maar vooral tegen de manier waarop deze aan de man worden gebracht. Veel bewoners hebben sterk de behoefte al vroegtijdig mee te kunnen praten over de invulling van een locatie, in plaats van te worden geconfronteerd met ‘een kant en klaar plan waar ze toch niets meer aan veranderen’. Als je het mij vraagt is daar voor iedereen veel winst te behalen. Vanavond hebben we overigens een mooi voorbeeld aan de orde gehad van het op het juiste moment betrekken van bewoners. In een overleg met jouw collega’s Maarten van Buuren en Linda Emmens over een te bouwen gezondheidscentrum kwam ook de oprichting van een klankbordgroep voor de herontwikkeling van het Heldenpark (Heroterrein) aan de orde. Maarten vertelde ons dat er op dit moment intern bij de gemeente wordt gewerkt aan een programma van eisen, naar aanleiding van een schetsplan van de ontwikkelaars. Er is intern blijkbaar nog wat discussie over de exacte eisen aan de ontwikkeling. De klankbordgroep kan pas worden opgericht als die hobbel is genomen. Volgens Maarten heeft het college zich uitgesproken over het definitieve eisenpakket. Mij lijkt
Dergelijke processen lenen zich volgens mij prima voor inbedding van een aantal vaste communicatiemomenten. Daar consequent uitvoering aan geven, leidt volgens mij tot meer vertrouwen in de gemeente. Vriendelijke groeten, Sander Eland, Wijkraad Brabantpark
Brabantpark laat zijn stem horen BNdeStem door Janine van de Casteel. donderdag 25 juni 2009 In het vergrijsde Brabantpark lijkt de wijkraad zich steeds meer te verjongen. Gisteren debuteerde Marjolein Wagener (29) als voorzitter tijdens een openbare bewonersavond. Wagener woont in de wijk en heeft een kantoorvakhandel op het Brabantplein. Samen met het jongste wijkraadslid Michiel Pijpers (23) presenteerde ze een interactieve bijeenkomst waarbij iedereen zijn zegje kon doen. Een welkome variant op de vaak saaie vergaderingen waarbij alleen bij de rondvraag gelegenheid is om iets in te brengen. Bij binnenkomst in de Poelewei kregen de bewoners een rode en een groene kaart. Pijpers ontpopte zich als talentvol gespreksleider. Toen hij de stelling poneerde dat het onderhoud van de buurt niet alleen een taak is van de gemeente, maar ook van de buurt, gingen er zó veel groene kaarten omhoog dat hij hen als modelburgers bestempelde. Een groot aantal stellingen passeerde vervolgens de revue. Over sommige zaken was men het volmondig met elkaar eens, maar andere punten riepen heftige discussie op. Zoals het veiligheidsgevoel. Weinig mensen staken hun kaart op bij de stelling dat men zich ‘s avonds veilig voelt op het Brabantplein. Om de doodeenvoudige reden dat de meeste mensen ‘s avonds de deur niet uitgaan en al helemaal niet om naar het Brabantplein te gaan. Behalve Marjolein Wagener. “Ik ben in mijn winkel al vier keer overvallen, maar ik ben nog steeds niet bang”, verklaarde ze dapper.
Meedoen in Breda I
Meedoen in Breda I 52
De methodiek van waarderend vernieuwen hebben we als wijkraad nog niet bewust toegepast. Ervaringen daarmee met onze achterban kan ik je dan ook niet geven. Ik neem aan dat we binnenkort, met het opstellen van de wijkvisie voorafgaand aan het nieuwe bestemmingsplan, onze eerste ervaringen met deze methodiek in de wijk opdoen. Andersom hebben we natuurlijk wel enigszins ervaring opgedaan met de methodiek tijdens de recente stadsgesprekken. Helaas was ik daar zelf niet bij aanwezig. Maar ik moet zeggen dat de methodiek van streven naar verbetering vanuit positieve ervaringen me aanspreekt. Van mijn collega-wijkraadleden heb ik daar tot nu toe ook voornamelijk positieve verhalen over gehoord. Tegelijk moet er ook ruimte blijven om de minder goede ervaringen met elkaar te delen. Op het moment dat je die in de toekomst kunt ombuigen naar positieve ervaringen pak je toch de meeste winst. Ik ga er vanuit dat ook dat een onderdeel is van waarderend vernieuwen: positieve ervaringen opgedaan in het ene proces spiegelen op die processen waar de ervaringen minder positief waren.
het in het licht van interactieve communicatie dan juist extra voor de hand liggend om een dergelijke discussie voor te leggen aan een klankbordgroep waarin ook de direct betrokken wijkbewoners zijn vertegenwoordigd. Zij ervaren nu juist dagelijks aan den lijve wat de sterke en zwakke punten van de locatie zijn. Wanneer zij worden betrokken voordat de definitieve eisen worden vastgesteld, kan hun kennis van de situatie ter plaatse hope-lijk de doorslag geven om het beste programma van eisen op te stellen.
53
Ervaringen delen juli 2009 Beste Sander, Fijn dat je nog voor jouw vakantie op mijn brief hebt gereageerd. De begrippen die je gebruikt als ondersteunen, netwerken, laagdrempelig, dialoog, interactieve communicatie en vroegtijdig betrekken, zijn muziek in mijn oren. De wijkraad hoeft daarbij geen afspiegeling te zijn van de wijk. Ik hoop wel dat alle bewoners die betrokken willen worden, ook betrokken kunnen raken bij datgene dat hen aangaat. Op twee punten van jouw brief wil ik dieper ingaan, namelijk waarderend vernieuwen en klankbordgroepen.
Samenspraak Het werken met klankbordgroepen is vooral een manier om elkaar te informeren en te horen. Ik ben het met je eens dat daarmee de inbreng van betrokken bewoners niet tot zijn recht komt. Het is beter om samen op te trekken. De gemeente geeft de randvoorwaarden aan, en binnen de ruimte die dan ontstaat, samen de mogelijkheden verkennen. Als iets nog niet duidelijk is, dat ook helder communiceren. Binnen de gemeente Breda zijn we aan de slag gegaan om deze andere manier van samenspraak te stimuleren. Samen met iedereen vertrouwen opbouwen, samen verantwoordelijkheid nemen voor het hoe het gaat, en zo betere plannen maken en winst ophalen. Dit voor zowel kleine als grotere projecten. Tot slot nog de vraag hoe je de inbedding in een aantal vaste communicatiemomenten ziet. Zou de communicatie met de gemeente via projecten en initiatieven moeten lopen of in een periodiek overleg? Aan dat laatste kleeft het nadeel dat de wijkraad een vertegenwoordiging lijkt van de buurt waarmee de gemeente ‘makkelijk’ kan communiceren. Of moet de energie zich richten op ‘natuurlijke’ ontwikkelingen die vanuit de buurt en gemeente komen? De vraag is ook hoe de wijkraad bij allerlei stedelijk beleid met een latere impact op de buurt, betrokken wil zijn. Kortom: antwoorden en vragen genoeg op jouw brief. Begin september praten we samen met een andere wijk- en dorpsraden verder over jullie rol en positie. Hopelijk kan de inhoud van onze dialoog daarbij van dienst zijn. Groeten, André Peters, Coördinatie experimenten waarderend vernieuwen
door Hélène Schenk
Breda - Bewoners van het Brabantpark in Breda kunnen volgend jaar per bus op expeditie door de eigen wijk. 'Buurtsafari Brabantpark', heet dit project en het maakt onderdeel uit van de visie die de gemeente ontwikkelt op de toekomst van de wijk. De gemeente noemt de gekozen aanpak 'een interactieve aanpak, via de methode waarderend vernieuwen'. Ze wil, anders gezegd, zo veel mogelijk mensen uit Brabantpark betrekken bij de ontwikkelingen die de wijk te wachten staat. En dat zijn er nogal wat. Brabantpark wordt de komende jaren uitgebreid met een flink aantal woningen. Dat heeft bijvoorbeeld gevolgen voor het verkeer en voor de basisscholen, die meer leerlingen mogen verwelkomen. De wijkraad heeft de gemeente gevraagd om 'coördinatie van ruimtelijke en maatschappelijke ontwikkelingen in de wijk'. Omdat beide partijen het belangrijk vinden dat alle bewoners - dus ook de mensen die zich niet zo snel laten horen - meepraten, is deze interactieve aanpak gekozen. Begin volgend jaar gaan de 'safaritochten' van start.
Stadsgesprek wijk- en dorpsraden op StadsTV Breda Op donderdag 21 mei zendt Stads TV Breda een impressie uit van het stadsgesprek van 14 april jongstleden. Een groot aantal vertegenwoordigers van wijk- en dorpsraden heeft toen met elkaar gesproken over de rol van wijk- en dorpsraden. Zowel in contacten met de gemeente als in de contacten met de burgers uit hun wijk of dorp. Dit gesprek past in een reeks stadsgesprekken die de Gemeente Breda organiseert en waarin op een waarderend vernieuwende manier met elkaar wordt gesproken. Dat wil zeggen: vertel je dromen en verlangens, deel die met de anderen en kijk samen hoe je die kunt realiseren. Het was een boeiende avond op 14 april met veel positieve ervaringen en een enthousiaste inzet van de deelnemers. Er zijn veel ideeën aangedragen: Wat beter of anders kan, wat de deelnemers zelf kunnen doen en wat er van anderen gevraagd wordt. Alle ideeën zijn verzameld en in een volgend gesprek moet dat tot concrete acties leiden. De impressie van de avond van 14 april is te zien op Stads TV Breda op donderdag 21 mei om 19.00, 21.00 en 23.00 uur en op vrijdag 22 mei om 01.00, 10.00 en 16.00 uur. Heeft u de uitzending gemist: ook op www.breda-morgen.nl is de film te zien.
Meedoen in Breda I
Meedoen in Breda I 54
Waarderend vernieuwen is een breed begrip, waar ook het verkennen van elkaars ervaringen onder valt. Geen discussie waarbij mensen afhaken, maar dialoog en in gesprek blijven. Ik zou willen dat dit vaker gebeurde. Waarderend vernieuwen is een manier van werken waarbij je de ervaringen van anderen waardeert. Ook negatieve ervaringen kunnen aan de orde komen. Daar zitten vaak ‘zorgen voor morgen’ in. De nadruk op positieve ervaringen is vooral om de energie van mensen naar boven te halen. Waar gaan ze voor? Van daaruit kunnen initiatieven ontstaan waar mensen zich voor willen inzetten. Daar zit ook de sleutel om allochtone bewoners bij het buurtleven in Brabantpark te betrekken. De koffie- of theetafels zijn een goede opstap, want deze vinden plaats bij de bewoners in de buurt. Ik hoop dat via de site Breda-morgen.nl of andere projecten initiatieven ontstaan in Brabantpark die we samen kunnen ondersteunen.
Wie wil kan mee op Buurtsafari Brabantpark
55
Is besturen op waarderende wijze mogelijk? Delft, september 2009 Beste Janus, Het gemeentebestuur van Breda steekt haar nek uit met stadsgesprekken, met wijkgesprekken, en andere vergelijkbare initiatieven om het bestuur dichter bij de burger te brengen. Of liever: de burger dichter bij het bestuur te brengen. Waarom? Omdat deze initiatieven een interessante stap zijn om de burger meer politiek en bestuurlijk actief te maken. Het gemeentebestuur van Breda onderkent dat individuele burgers, zelforganisaties en uiteraard ook professionele organisaties zeer goed in staat zijn politieke afwegingen en bestuurlijke keuzes te maken. Een aantal voorbeelden is Breda inmiddels rijk. Ik denk aan diversiteitsbeleid en ook de speerpunten Wonen die tot stand zijn gekomen met hulp van veel burgers. Wanneer burgers beleid maken, dan betekent dit meestal dat zij dit beleid onmiddellijk uitvoeren. De splitsing beleid en uitvoering is een organisatieverschijnsel om verantwoordelijkheden te verdelen. In de praktijk van burgers is het niet van grote betekenis. Toch is de scheiding van verantwoordelijkheden wel een belangrijk onderwerp. En dit is de reden waarom ik jou als wethouder van Breda deze brief schrijf.
Meedoen in Breda I 56
We hebben er al eerder over gesproken. De burger politiek actiever maken, heeft gevolgen voor het functioneren van de representatieve democratie. In het bijzonder voor het functioneren van de Gemeenteraad en het bestuur van de stad. Initiërende burgers zijn in mijn woorden per definitie politiek actief. Sterker nog: initiëren is politiek bedrijven. Dat ik spreek van ‘nek uitsteken’ is hier een direct gevolg van. De gemeente Breda verlegt de representatieve democratie naar een democratie van actieve of assertieve mensen. Wat kunnen de gevolgen zijn van deze verandering richting een assertieve democratie? Meer specifiek: hoe wordt een lokaal initiatief een initiatief dat anderen in de stad ook aangaat? Hoe worden de middelen die een stad rijk is, aangewend om initiatieven te steunen en tot uitvoering te brengen? Hoe en wie wegen deze keuze af ? Kan het zo zijn dat de eerste die komt ook maalt? Of moet een initiatief wachten op brede consultatie voordat middelen kunnen worden toegekend? Wat als initiatieven strijdig zijn met wat gekozen politici willen? Wie trekt aan het langste eind? Wat kan een bestuurder of raadslid doen, zeggen of toezeggen? Wat is zijn of haar woord waard? Stuk voor stuk vragen die het hart raken van de huidige politieke gang van zaken. Dan heb ik het nog niet gehad over electorale aspecten. Want als meer burgers initiërend worden, hoe kan iemand zich nog onderscheiden als hij of zij een gekozen politicus wil worden? En, om dit scala aan vragen rond te maken, welke rol heeft de pers? Janus, deze vragen behoeven geen antwoord. Ik stel ze ter inspiratie en om een dialoog te starten. Een dialoog die op veel plaatsen in de stad kan worden gevoerd. Voor mij is de crux van een dialoog elkaar vragen te stellen die het denken van de ander verder helpen. Ik wil je vragen mij een aantal kritische vragen te stellen en opmerkingen te maken over de inhoud van deze brief. In het volste vertrouwen, teken ik, Met aller vriendelijkste groet, Rob Hundman, Adviseur organisatieontwikkeling Parrèsia, in opdracht van Sioo
Ombudsman pleit voor versterking burgerparticipatie Artikel Burgerlink 24-09-2009 Participatiewijzer De Nationale ombudsman heeft 10 spelregels opgesteld voor “behoorlijke burgerparticipatie”. Burgerlink juicht dit toe: eigen onderzoek uit 2007 maakt duidelijk dat de overheid kansen laat liggen om burgers te betrekken bij beleid en uitvoering. De ombudsman heeft nu een Participatiewijzer geschreven vanuit het perspectief van de burger. Met de rug naar de burger Gemeenten staan nogal eens met hun rug naar de burger als het gaat om participatie en inspraak. Deze conclusie trekt de Nationale ombudsman, Alex Brenninkmeijer, in het onderzoeksrapport We gooien het de inspraak in. Bij bepaalde beslissingen, bijvoorbeeld over de leefomgeving, kunnen gemeenten ervoor kiezen burgers te vragen om inbreng. Soms zijn ze daartoe zelfs wettelijk verplicht. Ondanks vele initiatieven verloopt burgerparticipatie in de praktijk niet altijd even soepel. Regelmatig ontvangt de Nationale ombudsman klachten hierover. Veel gehoorde knelpunten zijn dat burgers te laat worden betrokken door de gemeente of dat hun inbreng wordt genegeerd. Ook wordt vaak geklaagd over gebrekkige informatievoorziening gedurende het traject. Verder hebben burgers soms het gevoel dat de beslissing eigenlijk al genomen is en de procedure een verplichte oefening is. Onderzoek Burgerlink Dit beeld komt overeen met de onderzoeksresultaten van
[email protected], de voorganger van Burgerlink. Heel veel mensen willen wel meedenken, maar de manier waarop dit nu gebeurt, sluit niet aan bij hun verwachtingen. Burgers weten niet waar ze moeten zijn, worden onvoldoende geïnformeerd en horen vaak niet wat er met hun bijdragen is gedaan. Tweederde wil het liefst participeren via internet. Bij degenen die dit hebben gedaan, neemt de interesse toe. Mits goed toegepast, kan eParticipatie de betrokkenheid van burgers vergroten. Burgerlink vindt het initiatief van de Nationale ombudsman daarom een goede uitvoering van – vooral – de punten 8, 9 en 10 van de BurgerServiceCode . Spelregels De tien spelregels voor burgerparticipatie zijn volgens de Nationale ombudsman goed toepasbaar op de dagelijkse gemeentepraktijk. Het gaat er daarbij om de inbreng van burgers serieus te nemen en bij het nemen van beslissingen te profiteren van hun kennis en creativiteit. Burgers kijken naar de praktijk en hun inbreng kan bijdragen aan een beter bestuur. Belangrijk daarbij is dat gemeenten vooraf heldere keuzes maken over de manier waarop ze burgers bij de besluitvorming willen betrekken en daar ook over communiceren. Bovendien is het goed informeren van de burger gedurende het hele participatieproces cruciaal voor het slagen ervan. Zo kunnen de belangrijkste ergernissen van burgers over inspraak en participatie voorkomen worden.
Rob, ik doe al aan waarderend vernieuwen sinds ik kan lopen
“Kijk nu pakken we de verbetering van de democratie in de stad meer methodisch aan, meer voorzien van theorie. Dat is goed als je het breed in de stad en in de organisatie wil laten landen”.
Ik denk dat door kleinschaligheid, door appreciatie en ruimte geven aan burgers voor hun ideeën en initiatieven, door niet te willen concurreren, door als bestuurder en ambtenaar goed te luisteren, er zowel in de organisatie van de gemeente, als ook in de gehele stad een cultuurverandering plaats kan vinden. En dat gebeurt inmiddels ook. Dat dit nu waarderend vernieuwen wordt genoemd vind ik prachtig. Ik had die term zelf willen uitvinden. Maar dat heb ik helaas niet gedaan. Waar ik heel trots op ben is dat een geleerde man als professor Roel in ’t Veld tijdens een voordracht zegt, dat er een gemeente is, zonder een naam te willen noemen, die het woord waarderen echt in de praktijk brengt door innovatief bezig te zijn met het verbeteren van de communicatie en het samenwerken met burgers. Kijk nu pakken we de verbetering van de democratie in de stad meer methodisch aan, meer voorzien van theorie. Dat is goed als je het breed in de stad en in de organisatie wil laten landen. Maar ik, en ik niet alleen, versta mij goed, doe vergelijkbare zaken al veel langer. Van beide manieren van doen kunnen we veel leren. Want één ding heb ik zeker geleerd. Op een goede manier oplossingen zoeken voor de problemen en vraagstukken in de stad is en blijft altijd een zoektocht. Janus Oomen Wethouder Ruimtelijke Ontwikkeling, Ontwerp en Beheer Buitenruimte
Meedoen in Breda I
Dat heb ik wel eens als grap tegen m’n secretaresse gezegd. Ik wil daarmee aangeven dat je burgers respect moet tonen en hun ideeën moet appreciëren. Misschien heb ik dat misschien wel in mij, van nature, maar ik heb dit ook in de praktijk geleerd. Niet alleen in de 13 jaar dat ik hier in Breda wethouder ben, maar ook daarvoor in Prinsenbeek. Daar heb ik het vak, als je het een vak mag noemen, van wethouder geleerd. Als je apprecieert, respect toont dan krijg je respect terug. En dat is van groot belang als het nodig is burgers een moeilijke boodschap te vertellen, en dat moet nogal eens. Dit gaat natuurlijk niet zomaar. Je kunt heel makkelijk, en zeker als je in grote organisatie zit, zoals de Gemeente Breda, op een veilige afstand van burgers blijven. Maar dat is niet goed. Ik heb vroeger al geleerd, niet uit de boekjes, maar door het te doen, dat je naar de burgers toe moet of spreekuur moet houden. Je moet weten dat burgers als ze iets niet bevalt toch contact blijven zoeken. En dat is goed. Het zou helemaal niet goed zijn, als ze dat niet deden. Ik heb altijd geprobeerd kleinschaligheid op grotere vraagstukken los te laten. Ik bedoel daarmee, naar de mensen toe, het ze uitleggen, laten zien dat ik en de ambtenaren kennis hebben van de problemen, van de situatie, of daar verder onderzoek naar willen doen. Dat moet je niet achteraf doen, maar vooraf. Gelijk als er iets staat te gebeuren. Naar de burgers toe gaan als bestuur en ambtenaren. Met ze praten en luisteren naar wat ze te zeggen hebben, waar ze iets aan gedaan willen hebben, en misschien wel zelf willen doen. Dat geldt vooral als er zaken staan te gebeuren waarvan je van te voren weet dat ze moeilijk te accepteren zullen zijn. Bijvoorbeeld als er ergens nieuw gebouwd moeten worden met ook hoogbouw. Mensen willen vaak geen hoogbouw. Maar het is financieel vaak noodzakelijk dat er hoger gebouwd wordt. Ik zoek dan samen met ambtenaren naar mogelijkheden en ga met mensen daarover praten. Daarom is het van groot belang dat ambtenaren voldoende politiek gevoelig zijn. Het is levensgevaarlijk als dit niet het geval is. Daar kan ik voorbeelden van geven, iets wat ik niet zal doen. Gelukkig zijn er steeds meer ambtenaren die de politieke gevoeligheid hebben om in lastige situaties goed te kunnen optreden.
59
Hulpverlening betrekken bij Meedoen Beste Jan Klerx, Wat zou het spannend zijn als de dagelijkse praktijk van de sociale hulpverlening een praktijk wordt waarin burgers, professionals en gemeente iets van elkaar kunnen leren. Dit is wat mij betreft de crux van het gesprek dat wij woensdag 29 april 2009 hadden, samen met twee collega’s van jou, Ad Baijens en Jan van de Heikant. Het is niet alleen spannend, maar ook maatschappelijk van belang dat burgers, professionele instellingen en gemeente met elkaar de Bredase samenleving veranderen. Een veranderen dat niet apart staat van de dienstverlening van organisaties en gemeente - in het geval Surplus Welzijn de hulpverlening - maar dat daar deel van is. Ik zie de dienst- of hulpverlening als de plaats waar cliënten, professionals en gemeente elkaar ontmoeten. De plaats en het moment waar mensen van elkaar en met elkaar iets kunnen leren. Een moment waar betrokkenen kunnen uitzoeken wat zij van elkaar verwachten, wat zij samen kunnen doen en wat zij samen het goede vinden.
Meedoen in Breda I 60
De eerste stap Daarvoor is het nodig dat mensen elkaar zien als de ‘relevante ander’. Dit betekent heel concreet, dat als ik iets wil veranderen, het niet gaat om mij en om wat ik wil, maar om de ander. IK ben relevant voor zover ik DE ANDER zoek en ontmoet. Dit is een van de belangrijke spelregels van waarderend vernieuwen. De ander niet zien als een lastige veeleisende klant, maar als iemand die zelfstandig is, die veel kan, die mogelijkheden heeft. Hij of zij kan niet alles, dat is in de situatie van hulpverlening wel duidelijk. Maar nagenoeg iedereen kan in beginsel een initiatief nemen. Ook wie hulp nodig heeft. Dat dit niet gebeurt, komt door vele oorzaken. Soms is het nodig deze oorzaken te kennen en zo mogelijk weg te nemen. Vaak is het voldoende mensen te vragen een stap te zetten. Een eerste stap. Is die gezet, dan kunnen anderen hem of haar vaak verder helpen. Niet alleen professionele hulpverleners, maar ook mensen rond de persoon die hulp nodig heeft. Het is waar: de ander wil altijd iets anders dan ik. Daarom is de ander iedere keer weer vreemd voor mij. Het is niet altijd makkelijk met ‘De Ander’ om te gaan. Dit komt wellicht ook doordat de ander zich opstelt en gezien wordt als een vragende en soms ook eisende klant, in plaats van een initiatiefrijk mens en burger van de stad. De idee van ‘klant is koning’ houdt in dat de dienstverlener zich keer op keer moet aanpassen. Het betekent ook dat de dienstverlener die gebruik maakt van maatschappelijke middelen zich moet verantwoorden naar de subsidiegever. Dit zijn geen verkeerde dingen. Maar een bijeffect is dat mensen leren dat zij geen actieve of assertieve burger zijn die zelf initiatieven kan ondernemen. De initiatiefkracht en de mogelijkheden van ieder individu en van groepen kiezen als vertrekpunt voor dienstverlening, en het veranderen van de dienstverlening. Dat is wat waarderend vernieuwen doet. En met waarderend vernieuwen wordt een cliënt een relevante ander. De ander als vat vol mogelijkheden De ander - dat zijn voor jou de mensen in de stad, de gemeente en andere instellingen – biedt je de kans en mogelijkheid resultaten te boeken en effect te hebben. En wie effect heeft, is klantgericht. Dit veronderstelt wel de ander leren kennen, de ander zien als een vat vol mogelijkheden en daar geïnteresseerd in zijn, belang in stellen. Dit is in wezen niets nieuws. Iedere hulpverlener, elke professional doet dit, en heeft daartoe zijn eigen aanpak. Wat kan waarderend vernieuwen naast de bestaande methoden en aanpakken van hulpverlening betekenen? Deze vraag zou op diverse momenten en plaatsen binnen en buiten de dagelijkse
hulpverlening aan bod kunnen komen. Tijdens werkoverleg, tijdens bijeenkomsten met cliënten, in intervisieverband, in trainingen. Dit zijn allemaal mogelijkheden waar de assertiviteit van mensen, en de waarden van het professionele werken in een nieuw jasje gestoken kunnen worden. Wellicht dat ook ontdekt kan worden hoe deze waarden terugkomen in andere wijze van werken. En misschien dat er andere waarden ontstaan. Groot denken en klein beginnen Hoe dit vorm kan krijgen hangt in hoge mate af van de ambitie die men heeft. In het geval van Surplus Welzijn is dat jouw ambitie en die van je collega’s. Groot denken en klein beginnen lijkt mij het ware motto. Begin waar initiatieven zijn. Voorzie deze van de juiste aandacht en middelen. Successen presenteren via diverse media. Niet om iets te moeten, maar om te inspireren en van en met elkaar iets te leren. Ik zou het erg op prijs stellen als je een reactie kan geven op de mogelijkheden van waarderend vernieuwen om in de ontmoeting van hulpverlener en hulpvragende samen iets te leren. Voor nu wens ik je een eerste paar inspirerende initiatieven toe. Met vriendelijke groeten, Rob Hundman, Adviseur organisatieontwikkeling Parrèsia, in opdracht van Sioo De reactie van Jan Klerx is verwerkt in het tweegesprek.
Tweegesprekken
“Elkaar zien als de relevante ander”.
Tweegesprek
Raadsleden Irène Verkuijlen (CDA) en Maurice Spapens (SP) “Nu kun je meteen signalen uit de maatschappij opvangen” SP-raadslid Maurice Spapens nam deel aan de gesprekken over Diversiteit en ziet ook de Cultuurdebatten als een vorm van interactieve Communicatie. Irène Verkuijlen van het CDA was betrokken bij de Maatschappelijke Visie, wijktafel Heuvel en het vrije stadsgesprek in Prinsenbeek (Bakker Nagelkerke). Positieve ervaringen voor beide: de gesprekken zorgen voor draagvlak en stimuleren creatieve ideeën. Maar zien de mensen ook terug wat ze hebben ingebracht? Beiden hebben behoefte aan een duidelijke samenvatting van de resultaten en wat ermee wordt gedaan.
Vorm, inhoud en houding Maurice: “Voor mij had waarderend vernieuwen er al sinds mijn geboorte mogen zijn. We staan nu voor een immense inhaalslag. Maar we mogen er trots op zijn dat we deel uitmaken van deze ontwikkeling. Het is een prima communicatie-instrument. Ik zie nog wel een groot gat met de beleidsvorming.” Irène: “De belangrijkste winst is dat burgers al aan het begin van een proces worden betrokken, en niet achteraan als alles al vast ligt. Het is heel goed het initiatief bij burgers te laten liggen. Je moet wel ondersteunen en mensen verbinden. Bij sommige onderwerpen blijft deskundig inbreng noodzakelijk.” Maurice: “De vorm hoe je bewoners betrekt en draagvlak creëert is belangrijk, net als de inhoud. Er moet veel tijd gestoken worden in de houding van werkers.” Irene: “Daar moeten we hen breed in trainen. Ze moeten kunnen meedenken vanuit het perspectief van de ander.” Rol als raadslid Beide zien als groot voordeel van waarderend vernieuwen dat ze in het begin van een proces een rol kunnen krijgen.
Meedoen in Breda I
Naast alle positieve verhalen wilde de redactie ook wat positief kritische geluiden horen. Daarvoor zijn vier tweegesprekken met raadsleden, vertegenwoordigers van organisaties en wijk- en dorpsraadsleden georganiseerd. De vragen daarbij waren: wat is uw ervaring met de manier van werken, wat zou beter kunnen? En welke rol kunt u spelen bij deze manier van werken?
Meer en andere bewoners Irène: “De gesprekken trekken veel vertegenwoordigers en actieve leden van organisaties. Ik zie ook graag meer burgers die niet georganiseerd zijn.” Maurice: “Je moet ook proberen mensen thuis op andere tijden of op andere aantrekkelijke plekken te ontmoeten, zoals bij ‘Stad vol Jeugd’.” Irène: “Tussen ‘droom en daad’ staan wetten en (praktische) bezwaren. Je moet niet te ver doorslaan met ‘komt u maar met uw ideeën’. Waarderend vernieuwen moet helder en duidelijk zijn wat kan of niet kan. Geen onterechte verwachtingen wekken. Er kunnen financiële politieke of juridische drempels zijn. Bij het gesprek met de Bakker was het al vlug duidelijk dat het juridische heel lastig was. De methodiek moet niet de indruk wekken dat alles kan. Wel kijken naar mogelijkheden op creatieve oplossingen. Je moet helder zijn in wat je gaat doen.” Maurice: “Bij diversiteit zag ik een man die een pleidooi hield om meer allochtonen aan het werk te krijgen bij bedrijven. Iedereen was enthousiast. Ik ben benieuwd hoe dit is verder gegaan. Het proces, de resultaten en rol van de betrokken organisaties moeten beter in beeld komen.”
63
Irène: “Fantastisch! Anders komen we pas achteraan in het proces in beeld. Nu kun je meteen signalen uit de maatschappij opvangen. Het is een middel erbij. Meestal beperken we onze deelname als raadslid tot luisteren. Maar bij het gesprek met de Bakker heb ik wel een actieve rol genomen..” Maurice: “Je kunt als raadslid met waarderend vernieuwen ook nog gewoon burger zijn, je eigen ervaring
inbrengen. Wordt een gesprek goed begeleid, dan is juist de ervaring met het onderwerp belangrijk. Je doet zelf ook allerlei ervaringen op buiten het raadslidmaatschap.” Eensgezind: “We willen meegaan met dit soort innovaties en creativiteit om samen met anderen nieuwe ontwikkelingen te ondersteunen. Maar het moet wel ergens toe leiden. Het is ook een kosten-baten verhaal.
Titus: “We hebben de gemeente in Brabantpark wel via de politiek aan het werk gezet. Dat gaat nu goed. Er is meer vertrouwen in de gemeentelijke organisatie.” Hein: “Alleen weet soms de ene afdeling niet wat de andere doet. De technische afdelingen hebben hun eigen gang van zaken (planning en aanpassing). Soms is het goed om daar eerder bij betrokken te worden. De interne communicatie moet nog beter. Integraal werken is belangrijk.” Titus, beamend: “Veranderingsprocessen zijn niet zomaar even geregeld en vragen een lange adem.”
Tweegesprek
Hein Antonissen en Titus Korving ”Laat burgers zelf spreken”
Beheer openbare ruimte als voorbeeld Hein: “Er is al veel veranderd in de manier van werken. In de houding. Meer open en duidelijk.” Titus, “Het gaat er heel erg om met wie je spreekt.” Hein: “En of hij durft. Of kan communiceren. Stel je een vraag, dan verwacht je dat iemand gewoon antwoordt en niet meteen een juridisch of ambtelijk ingedekt verhaal houdt.” De dagelijkse gang van zaken gaat volgens Hein en Titus prima. Er is sprake van een goede afstemming met de gebiedsbeheerders: korte lijntjes en meteen regelen wanneer dat kan.
Kansen met visie Titus: “Met de ontwikkeling van de visie Brabantpark komt er een overall visie waarmee iedereen z’n voordeel kan doen. Dit is een kans om van incidenten naar een goede, structurele aanpak te komen. Grootschalige ingrepen in de buurt vermijden of goed inpassen. Het wordt een uitdaging om bewoners op een waarderend vernieuwende manier te betrekken. Bewoners bereiken die wel een mening of ideeën hebben, maar niet naar buiten brengen. Samen gaan we die kar trekken, met vijf ambtenaren, drie leden van de wijkraad en acht bewoners.” Hein: “In Teteringen hebben we die discussie over de hoofdlijnen al gehad. We zitten als dorpsraad nu meer op de uitwerking van projecten die bij de diverse werkgroepen is gelegd, met verschillende belangengroepen die ook de initiatieven trekken. IDOP is een goed project. Breda moest in Teteringen huizen en wegen bouwen en had alleen daar oog voor. Nu komt in IDOP meer het sociale aspect aan bod. De initiatieven die daar uit voortkomen, pakken we gezamenlijk op.”
“Je kunt beter in het begin
van het traject de problemen meenemen, dan ze pas aan het eind tegen te komen”.
Meedoen in Breda I
Meedoen in Breda I 64
Hein Antonissen van de Dorpsraad Teteringen kreeg de laatste jaren veel te maken met een andere manier van werken bij de gemeente. Na de perikelen rond de Vinex Teteringen is er veel veranderd. De gemeente staat open voor de inbreng van bewoners. Waarderend vernieuwen ziet hij als een vlaggetje op een goed lopend proces waar de dorpsraad en de gemeente al mee bezig zijn. Het Integraal Dorps Ontwikkelingsplan (IDOP) kwam ook samen met de gemeente tot stand. De wijkraad Brabantpark sloeg met Titus Korving een nieuwe weg in. Met een manier van werken waarbij wijkraadsleden bewoners ondersteunen om hun inbreng te verbeteren. De Visie op Brabantpark moet tot stand komen met optimale inbreng vanuit de buurt. Ondersteund door waarderend vernieuwen.
Rol van wijkraad Hein: “We willen als dorpsraad een coördinerende rol spelen. Daarvoor hebben we veel werkgroepen. We kunnen adviseren in prioritering van zaken. Dat wordt wel eens gefrustreerd door individuele belangen. Soms hebben lobbyisten het idee dat ze voor het zeggen hebben. Dan komen ze in conflict met het algemeen belang. In Teteringen zijn goede ervaringen met klankbordgroepen met vertegenwoordiging van organisaties. Daarbij moet wel duidelijk zijn wat de functie en reikwijdte is. Randvoorwaarden stellen dus! De gemeente vraagt advies en besluit op basis van alle informatie. Maar je kunt beter in het begin van het traject de problemen meenemen dan ze pas aan het eind tegen te komen.”In Brabantpark gaat de voorkeur uit naar begeleidingsgroepen. In een vroeg stadium met bewoners en organisaties praten. Titus: “Het is een voorwaarde dat bewoners bij allerlei plannen en projecten worden betrokken. De wijkraad heeft daarbij een rol, maar we zijn niet gekozen: gewoon een paar vrijwilligers die het geluid uit de wijk laat horen. Laat burgers zelf spreken. Daardoor worden bewoners zelf actief. Wij faciliteren, begeleiden, signaleren, adviseren hen wel. Soms moet je goed kijken hoe het zit, beargumenteren en het algemeen belang zien.” Hein: “Wat we wel nodig hebben is evenwicht. Verkeersdruk, parkeerproblemen en hondenpoep
beleeft iedereen anders. Er moet een afweging zijn van verschillende belangen. In Brabantpark is er nu ook bij rioolvervanging ruimte om kleine wensen in te brengen.
65
Tweegesprek
Jan Klerx en Monique van Winkel De echte ziel van mensen waarderen, zonder beperkingen Jan Klerx van Surplus Welzijn was bij veel bijeenkomsten die werkten met de methodiek van waarderend vernieuwen. Bij een stadsgesprek Diversiteit diende hij zelf het onderwerp ‘Op tijd de goede hulp’ in. De methodiek helpt volgens hem opbouwwerk om bewoners goed te bereiken. Monique van Winkel van Allee Wonen werkte een paar jaar geleden al mee aan het Pleinenproject Breda/Tilburg om bewoners, ondernemers en andere betrokkenen met de methodiek betrokken te krijgen bij verbetering van het Edisonplein. De betrokkenheid van bewoners is een belangrijk onderwerp in het dagelijks werk van de corporatie. Met verschillende nieuwe vormen stimuleert Allee Wonen de participatie van huurders.
Actualiteit verbinden aan waarderend vernieuwen Jan: “Richt je niet alleen op dromen voor de toekomst, maar ook op actuele zaken. Heb ook oog voor (proces) problemen en reageer daar snel op. Zo vormen vergunningen en regels die medewerkers aangeven vaak drempels bij initiatieven. Laat ze kijken naar oplossingen. Hoe kun je actualiteit verbinden aan waarderend vernieuwen? Het heeft misschien te veel het imago gekregen dat het alleen over (toekomst)dromen gaat.” Monique: “Communiceer goed terug wat je hebt afgesproken. Ben helder in wat kan en niet kan. Maak waar wat je afspreekt.”
Er is al veel veranderd Jan: “Er is al veel veranderd in de houding van medewerkers. Zij reageren minder defensief en staan meer open voor ervaringen, zonder te sturen vanuit de eigen kennis.” Monique: “Ook de corporatie heeft steeds meer te maken met vraagsturing en de bewonersvraag. In Geeren-Zuid zijn goede resultaten geboekt. Mensen komen meer met elkaar in contact en zijn actiever. Belangrijk voor beide organisaties is het maatschappelijk actief krijgen en houden van bewoners. Waarderend vernieuwen sluit hier goed bij aan. Dat omarmen wij. Ik merk dat een andere manier van werken binnen de eigen organisatie een omslag betekent op alle niveaus. Je moet flexibel zijn en inspelen op kansen. En vergeet niet ook de back office goed te regelen.”
“Kijk vooraf op welk domein je de inbreng van burgers gaat ophalen en of dat via deze methodiek kan. Geef altijd duidelijk de randvoorwaarden aan, want het is niet altijd een open discussie”.
Meedoen in Breda I
Meedoen in Breda I 66
Schoorvoetende start Jan: “Het is goed om je minder te richten op problemen en meer in te spelen op kansen. Na een schoorvoetende start bij de invoering van waarderend vernieuwen zie je nu een duidelijke lijn. Het werd meteen fors aangezet, maar niet iedereen kon daar mee uit de voeten. In het begin werd nog veel gestuurd, terwijl het een open proces zou moeten zijn voor iedere inbreng. De echte ziel van mensen waarderen, zonder beperkingen. De bewoners waarderen de nieuwe manier van werken, maar verwachten ook een vervolg. Er zijn dit jaar wel heel veel bijeenkomsten geweest, telkens met andere thema’s. Je ziet dan veel dezelfde mensen.” Monique: “Haal ideeën en dromen op, maar heb ook oog voor het uitvoeringsproces. We moeten samen uitwerken wat we hebben gezegd en dat ook terugkoppelen! Wees helder in wat je nu kunt doen en wat je pas later kunt oppakken.”
Waar kan het? Monique: “Niet alle onderwerpen lenen zich even goed voor waarderend vernieuwend. Soms moeten mensen eerst ventileren wat ze dwars zit, zoals bleek bij de bijeenkomst over Veiligheid in Biesdonk en Spoorbuurt.” Jan: “Je kunt maatschappelijke opvang met de stad waarderend bespreken, maar in de buurten krijg je te maken met weerstand: not in my backyard. Dat maakt het moeilijker de inbreng van bewoners goed te waarderen. Kijk vooraf op welk domein je de inbreng van burgers gaat ophalen en of dat via deze methodiek kan. Geef altijd duidelijk de randvoorwaarden aan, want het is niet altijd een open discussie.”
67
Tweegesprek
Arend Hardorff (PvdA) en Selçuk Akinci (Groen Links) “Je kunt waarderend vernieuwen niet overal op los laten” PvdA-raadslid Arend Hardorff was onder andere bij het stadsgesprek over wijkontwikkeling. Ook schreef hij mee aan het coalitieakkoord over een andere vorm van communicatie van participatie met burgers. Selçuk Akinci van Groen Links was bij een van de diversiteitavonden. Beide vinden het tijd de methode fijn te slijpen.
Rol als raadslid Selçuk: “Bij de stadsgesprekken moet iedereen vanuit zijn rol zaken kunnen inbrengen om via netwerken tot creatieve oplossingen te komen. In het huidige bestuurlijke, juridische en politieke proces zeg je nu aan het eind ja of nee. Ik wil graag bij beleidsvorming de invloed van de burger, maar ook de politiek, de kaderstelling aan de voorkant plaatsen. Met als consequentie dat je aan de achterkant minder in te brengen hebt.
Op sommige beleidsterreinen moeten we durven wat uit handen te geven. Niet het eindresultaat beoordelen, maar toetsen of het proces goed is gegaan.” Arend: “Je moet het proces en het resultaat beoordelen. Een opdracht voor onszelf is: hoe verhouden de processen van waarderend vernieuwen zich tot de processen waar we als raadslid zelf verantwoordelijk voor zijn? Duidelijk is dat we in de volgende raadsperiode hiermee moeten doorgaan: hoe hebben we het gedaan, wat zijn de zegeningen en verbeterpunten. We moeten blijven leren.”
“Ik wil graag bij beleidsvorming de invloed van de burger, maar ook de politiek, de kaderstelling aan de voorkant plaatsen”.
Meedoen in Breda I
Meedoen in Breda I 68
Selçuk: “Het is goed dat de nota Diversiteit tot stand kwam vanuit de eigen kracht van mensen. Zo ontstond een eigen proces. Maar naast de initiatieven heb ik nog meer onderwerpen gehoord die het uitwerken waard zijn. Wellicht zijn die opgepakt, maar ik heb ze niet meer in de nota gezien.” Arend: “Het goede aan waarderend vernieuwen is het veranderde perspectief: vanuit de inzichten en energie van mensen starten bij ideeën en plannen. Iedereen kan aansluiten. Het is goed om te investeren in de voorkant van het proces. Draagvlak en betrokkenheid zijn heel belangrijk. Op basis van ideeën en ervaringen kunnen initiatieven ontstaan. Wel moet je het proces van democratische beleidsvorming goed ‘bewaken’. Zelf stel ik me in de gesprekken terughoudend op. Het gaat om het gesprek, uitwisselen van ervaringen en niet om het geven van je politieke mening.” Selçuk: “Wijk- en dorpsraden zijn ook een belangrijke partner. Sommige streven met bijeenkomsten en enquêtes naar draagvlak. Je zou dat eigenlijk moeten kunnen toetsen.”
Speelveld helder aangeven Selçuk: “Ik vind het belangrijk is dat er tussen de belanghebbenden iets ontstaat. Elkaars ervaringen en ideeën aanhoren, leidt tot nieuwe ideeën en afspraken. De gespreksbegeleider heeft daar een belangrijke rol in.” Arend: “Het is ook goed het speelveld beter aan te geven. Wat zijn de randvoorwaarden? Waar wordt het adviseren en wanneer wordt het meebeslissen? En helder zijn in verwachtingen, ook tijdens het proces. Beter bewaken dat het ergens toe leidt, anders wordt het iets vluchtigs. En je kunt waarderend vernieuwen niet overal op los laten.” Selçuk: “Naast waarderend vernieuwen blijven allerlei vormen van communicatie bestaan.” Arend: “De ambtelijke organisatie moet ook een andere houding krijgen, niet alleen op die avonden. Je moet de interactie en het creatieve proces faciliteren. Op verschillende manieren doelgroepen met elkaar laten communiceren. De gemeente heeft dan een dienende rol, minder sturend. Als partner in het proces. Waarderend vernieuwen past hierin, maar moet ook nog verder ontwikkeld worden.” Selçuk: “Ook het format van communiceren verdient aandacht. Naast fysieke ontmoetingen of uitwisseling van dromen via de website, moet er ruimte zijn voor een netwerkmaatschappij zonder geografische grenzen of fysieke ontmoetingen.”
69
Diversiteit over een andere boeg Beste Eric, Ruim anderhalf jaar ben jij als lid van de bouwgroep met vele anderen bezig het diversiteitsbeleid in Breda nieuw leven in te blazen. En met succes. Er ligt een goede nota. Dat zit niet alleen in de inhoud, maar ook in de wijze waarop deze tot stand is gekomen. Het is uniek dat burgers van Breda deze nota hebben opgesteld. De stadsgesprekken waren keer op keer interessant en leverden veel op. De bouwgroep die gaandeweg ontstond, heeft veel en goed werk verricht. Genoeg redenen om blij en gelukkig te zijn. En ik, die als extern adviseur een deel van al deze activiteiten mocht begeleiden, ben dat dan ook. Mag iedereen meedoen? Het is logisch dat mensen van de bouwgroep die veel hebben gedaan de gang erin willen houden. Het is ook logisch dat zij door willen gaan met de mensen die hebben laten zien hard te willen werken. Never change a winning team. Maar succes zal ook anderen aantrekken. Mensen die willen meedoen, een kans zien, hun mogelijkheden willen aanbieden en nieuwe ideeën hebben. Zij hebben niet meegemaakt hoe de successen zijn bereikt en wat de voor- en nadelen van waarderend vernieuwen zijn. Nieuwe mensen brengen nieuwe ideeën in over hoe er kan worden gewerkt. Dit is altijd een precair moment. Laten de eersten de nieuwe leden toe, en onder welke condities? Voorkom te veel aandacht voor procedures Er zijn geen redenen om mensen niet toe te laten in de bouwgroep. Voor zover ik weet, is er ook niemand die dat wil. Wel klonk de vraag om regels. Bijvoorbeeld een reglement en een overzicht van wie er echt lid is van de bouwgroep. Deze roep om ordening is begrijpelijk, maar kan in de praktijk ook problemen opleveren. Te veel aandacht gaat uit naar procedures en naar wie door wie is afgevaardigd: zijn alle organisaties op het terrein van diversiteit wel vertegenwoordigd? Er is niets mis met deze aandacht voor wie wel en niet meedoet. Maar het leidt wel af van wat de bouwgroep tot dan geweest is, en nog steeds is. Namelijk een groep mensen die concreet activiteiten ontplooit en anderen aanzet en helpt activiteiten te ondernemen. En is in zo’n groep niet iedereen welkom die dat ook wil doen? Natuurlijk staat het iedereen vrij een andere werkwijze dan waarderend vernieuwen voor te stellen. Als er veel mensen zijn die dit willen, dan zal de bouwgroep anders gaan werken. Maar zolang dit nog niet is gebeurd, ligt er een schone taak voor de “oudgedienden” om de nieuwe mensen in de bouwgroep in te wijden in de beginselen en spelregels van de huidige werkwijze.
Meedoen in Breda I
“De stadsgesprekken waren keer op keer interessant en leverden veel op. De bouwgroep die gaandeweg ontstond, heeft veel en goed werk verricht”.
71
Uitnodiging voor een nieuwe start Wij hebben elkaar destijds aan het slot van een bouwgroepbijeenkomst aangekeken en kort tegen elkaar gezegd dat we hier iets voor willen doen. Dit briefje is een uitnodiging aan jou dit op samen met mij en wie verder wil meedoen op te pakken. Uiteraard heb ik nagedacht wat we kunnen doen, en ik geef je dit nu ter inspiratie mee. Als in november de bouwgroep weer bijeen komt, stel ik voor deze bijeenkomst te zien als een nieuwe start. Het lijkt me goed deze bijeenkomst in te richten zoals we gewend zijn van de stadsgesprekken. We nodigen niet alleen de bekende mensen uit, maar doen een bredere uitnodiging. We vragen mensen mee te denken over en mee te doen met het verder uitwerken van de bestaande initiatieven. Met het organiseren van activiteiten die kunnen leiden tot nieuwe initiatieven. Kortom, we stellen het bestaan van de bouwgroep ter discussie. We vragen mensen of we met de bouwgroep doorgaan, of zij andere ideeën hebben. En aan het eind van de bijeenkomst weten we in welke vorm we doorgaan, wie er mee doen, welke werkwijze we volgen en welke initiatieven er genomen gaan worden. Dit zijn mijn eerste ideeën.
Meedoen in Breda I 72
Hartelijke groeten, Rob Hundman, Adviseur organisatieontwikkeling Parrèsia, in opdracht van Sioo
Diversiteitsbeleid
Dansen, feesten, eten en discussiëren
Begin 2008 werd de ‘gemeentelijke’ nota ‘Integratie op eigen kracht’ in een bijeenkomst met 100 mensen van allochtone organisaties bekritiseerd. Het resultaat van deze bijzondere bijeenkomst was dat de nota die er lag, van tafel ging. Wethouder Marja Heerkens: ‘De komende maanden nemen we de tijd en ruimte om met elkaar in gesprek te gaan.’ Daarna is het initiatief bij de allochtone organisaties gelegd om op een waarderend vernieuwende manier tot een beleidsplan te komen. Sinds april 2008 werkt de Bouwgroep Diversiteit zelf aan de opzet, vorm en inhoud van het Diversiteitbeleid. Er vond ondersteuning plaats door een paar ervaren waarderend vernieuwende begeleiders.
BNdeStem door Janine van de Casteel. maandag 29 juni 2009 BREDA - "Vandaag maken we geschiedenis, want samen gaan we ideeën verzamelen voor het jeugdbeleid van de gemeente Breda." Met die woorden opende Peter Richelieu (Instituut Win voor Multiculturele Ontwikkeling) gisteren het jongerenfestival bij Prisma Van Cooth aan de Biesdonkweg. Ruim 250 jongeren vanaf twaalf jaar deden mee acht workshops. Onderwerpen als identiteit, jongerenloket en zorg konden maar op een matige belangstelling rekenen, maar bij de workshop sport liep het letterlijk storm. Het festival werd gehouden als voorbereiding op het stadsgesprek met allochtone jongeren, dat de gemeente nog deze zomer gaat voeren. "Jongeren betekenen veel in de Bredase samenleving. Daarom moeten we daadwerkelijk mét de jongeren in debat gaan, in plaats van alleen maar óver hen te praten", is de mening van Richelieu. Intussen kent Breda al veel mondige allochtone jongeren. Neem bijvoorbeeld het Dream Team, een groep van vier meiden, die zijn opgeleid tot sociaal cultureel werker. Mirjam, Laila, Noura en Ekram organiseerden het festival en maakten daar hun afstudeerproject van. Ook zijn er enkele tientallen jongerenambassadeurs actief in de stad. Eén van hen is Mustafa Abdirahman (18). "Samen met jongeren zoek ik naar de oplossing van problemen als discriminatie, veiligheid en leerplicht. Ik heb daar een cursus van twee maanden voor gevolgd bij het IWMO", vertelt hij. Volgens Richelieu zijn er inmiddels vijftig ambassadeurs opgeleid, die een voorbeeldfunctie kunnen vervullen voor anderen en zich ook met hen verbonden voelen. Khadija Ballai van het IWMO zegt dat er veel animo is voor deze opleiding. "Kandidaten geven zich op via stages. Naast de theorielessen bezoeken ze ook een gemeenteraadsvergadering of maken een excursie naar de Tweede Kamer." Het jongerenfestival stond niet uitsluitend in het teken van discussie. De multiculturele Brassband Breda verzorgde een spetterend optreden. Er werden films vertoond over Breda en de cabaretier Salaheddine zorgde voor de nodige humor. Rond etenstijd kon iedereen aanschuiven, want het Dream Team wilde voorkomen dat het publiek 's avonds zou wegblijven. Die vrees was ongegrond, want de hiphop van Sjaak & Darryl en het optreden van K-Liber vormden voor de meeste bezoekers het hoogtepunt.
Met zowel allochtone als autochtone inwoners werden drie stadgesprekken georganiseerd over thema’s die met Diversiteit te maken hebben. Hoe kunnen we alle Bredanaars volop kansen geven in de samenleving? En hoe kunnen alle Bredanaars, allochtoon of autochtoon hier een bijdrage aan leveren? Vertegenwoordigers van migrantenorganisaties, maatschappelijke organisaties, maar ook politici en allochtone en autochtone burgers lieten tijdens de stadsgesprekken hun ideeën horen. Daarnaast werden er concrete stappen gezet en activiteiten uitgevoerd. Een jaar later ligt er dan in hoofdlijnen een nieuwe nota. Een nota die in dialoog tot stand is gekomen. Voor het eerst hebben de allochtone organisaties een beleidsplan opgesteld en niet de gemeente. Samen gaan ze werken aan een stad waarin alle burgers van Breda zich thuis voelen en deelnemen aan alle aspecten van het maatschappelijke en sociale leven.
Op de zeepkist dromen over diversiteit Ik had André Peters enthousiast horen vertellen over waarderend vernieuwen. Het werd me duidelijk dat het zou gaan om het richten op positieve energie en de inbreng en het initiatief van de Bredanaar. De gemeente zou geen sturende, maar een ondersteunende rol hebben. ‘Klinkt goed’ dacht ik toen al. De eerste keer dat ik er zelf als bewoner mee aan de slag ging, was vorig jaar bij de stadsgesprekken over diversiteit. Zes enthousiastelingen verkochten op een zeepkist hun droom. Met een klein groepje, ging de initiatiefnemer rond de tafel zitten om de droom om te zetten in concrete actie. Ik sloot me aan bij de droom over een prettige woonomgeving. Via ‘dromen’ (hoe ziet mijn ideale wijk eruit?) naar het daadwerkelijk realiseren van die droom en het uitvoeren van activiteiten. En dan dus niet uitgaan van wat de gemeente zou moeten doen, maar juist naar jezelf kijken. Je afvragen: wat kan ik zélf doen? Aangespoord door het enthousiasme in de groep, door de positieve insteek van de methode, zag ik het al helemaal voor me: mijn ideale wijk. Waar buren elkaar kennen, op straat een praatje maken en bij behoefte aan hulp niet twijfelen of ze kunnen aanbellen. Dat ideaal begint met het leren kennen van de mensen die in je eigen straat wonen. Ik was in die tijd net verhuisd en wilde mijn nieuwe buren graag beter leren kennen. Omdat ik een drukke baan heb en niet in een buurtcomité wil zitten, kwam ik op het idee om theemiddagen te organiseren. Het idee is tot op heden een idee gebleven. Maar ik wil het nog steeds omzetten in actie. De bedoeling achter waarderend vernieuwen was me intussen wel duidelijk: blijf niet hangen in je dromen en blijf niet wachten tot de gemeente het initiatief neemt. Neem zelf actie. Dat is participatie, actief burgerschap. Oudere witte mannen Tijdens de volgende bijeenkomst, afgelopen april, kwam een ander mooi aspect van waarderend vernieuwen naar voren. Daarbij kreeg ook de onderzoekskant meer ruimte. De gemeente Breda had die avond zelf een droom: het bereiken van een meer divers personeelsbestand. Vooral in de hogere functies, om zo een afspiegeling te vormen van de bewoners in de stad. Want, zo klonk het enigszins beschaamd vanaf de zeepkist: ‘er werken nu toch vooral oudere, witte mannen’. Ongeveer vijftien mannen en vrouwen deelden met de Mirjam Noordegraaf en Marieke Beekers hun goede, positieve ervaringen met het creëren van een divers en gemengd personeelsbestand. De twee flip-over vellen waren snel vol geschreven. Maar, en dat is nu juist het mooie van waarderend vernieuwen, het bleef niet bij ideeën op papier. Degenen die de ideeën hadden ingebracht, kregen de vraag om op een later moment te helpen met het verder ontwikkelen ervan. Zo krijgt de Bredanaar niet alleen de kans om ideeën in te brengen, maar die ook samen met de gemeente uit te voeren. Zo komt waarderend vernieuwen tot zijn recht: nieuwe manieren van werken ontwikkelen door het positieve aan bestaande ervaringen op waarde te schatten en te gebruiken om de eigen droom te realiseren. Aanstekelijke samenwerking Het positieve uitgangspunt van de methode werkt aanstekelijk. Het direct omzetten van de positieve energie in concrete ideeën is in potentie een kracht. Vaak ebt enthousiasme, opgewekt in een groep, weg zodra iedereen weer zijn eigen weg gaat. Daarom is de laatste stap van het waarderend vernieuwen misschien wel de belangrijkste: op het moment dat de droom wordt omgezet in een idee, moet samenwerking ontstaan waarbij de initiatiefnemers afspraken maken en verantwoordelijkheden verdelen. Op die manier blijft het idee leven en kan de droom werkelijkheid worden. Anne Gordijn, Bewoner en freelance onderzoeker/antropologe
Meedoen in Breda I
“Vaak ebt enthousiasme, opgewekt in een groep, weg zodra iedereen weer zijn eigen weg gaat. Daarom is de laatste stap van het waarderend vernieuwen misschien wel de belangrijkste”.
75
De droom van Bakker Nagelkerke over openstelling op zondag Een e-mailwisseling
Bakker Nagelkerke in Prinsenbeek heeft tijdens de werkzaamheden van het HSL-spoor vrijstelling gekregen voor een openstelling op zondag. Na afronding van de werkzaamheden smaakte dat naar meer. Zijn pogingen om een vergunning te krijgen om zondag open te kunnen zijn, stuitten telkens op weerstand en onbegrip bij de gemeente; ‘de regels en wetten laten het niet toe’. Na lange procedures tot aan de Raad van State diende hij een droom in bij de site Breda-morgen.nl. Hij kreeg veel steun, wat aanleiding was voor een stadsgesprek op 23 april. In een voorgesprek met juridische zaken en vergunningen bleken er wel mogelijkheden te zijn, maar zij waren er tot dan toe niet in betrokken. Zij moesten de regels en wetten toepassen. Met het resultaat van het stadsgesprek, waarbij ook een vertegenwoordiger van een gemeente met een zondagsopenstelling aanwezig was, gingen vertegenwoordigers van CDA en PvdA aan de slag.
Maandag 15 juni, Onderwerp: Video-opnamen gezien van stadsgesprek
Hartstikke leuk om te zien, die opnames. Ik vond mezelf er nog wel zenuwachtig uitzien, maar goed, we hebben het toch maar voor elkaar gekregen. Alsnog dank je wel voor alle aandacht en de mogelijkheid dit alles te realiseren. Naar aanleiding van het stadsgesprek heb ik samen met Irène Verkuylen (CDA) en Henk Leenders (PvdA) en met de overige fracties van Breda (behalve Groen Links) een gesprek gehad. Ze waren in principe allemaal voor opening op zondag van mijn bakkerij en van bakkers in het algemeen in Breda. Er is namelijk een mogelijkheid in de winkeltijdenwet om per branche/bedrijfstak het toeristisch regime toe te passen. Dus ook voor de bakker! Met vriendelijke groet, Leopold Nagelkerke
Vrijdag 17 juli 2009, Motie Bakker in raadsvergadering Leopold, Hartstikke gefeliciteerd met dit succes. Ja, van ‘rechtstaat’ naar ‘droom’ en die nu verwezenlijken. Kijken wat de volgende stap gaat brengen. De droom komt steeds dichterbij! Groeten André
Meedoen in Breda I
Beste André en Team Breda-Morgen.
77
Vrijdag 17 juli 2009, RE; Motie Bakker in raadsvergadering André en collega’s, Dank je voor het in gang zetten! Zonder Breda-morgen was dit niet zo makkelijk gegaan. Ik ben gisterenavond naar die raadsvergadering gegaan en gelukkig begonnen ze met ‘onze’ motie. Wist je dat het, zo kreeg ik de indruk, het uniek was dat voor het eerst alle partijen VOOR de motie waren? We kijken alweer uit naar oktober. Met vriendelijke groet, Leopold Nagelkerke
Woensdag 12 oktober, reactie bakker in BNdeStem
Ook al ‘breekt de pleuris uit’, bakker op zondag open
BNde Stem, vrijdag 24 april
BNdeStem door Nico Schapendonk. dinsdag 13 oktober 2009
De dromen van bakker Nagelkerke en Piet Hanegraaf hebben voldoende raakvlakken. Dit bleek tijdens het stadsgesprek over deze dromen op 23 april in Marktzicht in Prinsenbeek. De wens van de bakker om op zondag open te mogen zijn, kan misschien gekoppeld worden aan evenementen in het Park Over-Bos. En dat is weer de droom van Piet Hanegraaf. Tijdens het stadsgesprek bleek dat hiervoor ideeën genoeg bestaan. Een klein comité moet dit nu gaan coördineren.
BREDA - “U slaat willens en wetens een weg in die direct naar de rechter leidt.” Wethouder André Adank wil het maar gezegd hebben: als de Bredase gemeenteraad zijn voorstel doorzet en bakkers de mogelijkheid biedt om op zondag de deur te openen door heel de stad tot ‘toeristisch gebied’ te bepalen, dan ‘breekt de pleuris uit’. Adank zei dat vanavond tijdens een vergadering van de raadscommissie Economie & Onderwijs.Toch liet een grote meerderheid zich door die waarschuwing niet intimideren. De meeste fracties blijven op het standpunt dat elke bakker die dat wil, op zondag zijn winkel moet kunnen openen. De wethouder zei dat een nieuw winkeltijdenregime niet alleen beperkt kan worden tot de bakkers. “U heeft een sympathiek voorstel, maar neem van mij aan: één winkel open, betekent álle winkels open”, schetste Adank zijn doemscenario. Voor VVD en D66 klonk dat niet als een bedreiging, maar als zegening. Liberaal Joep Taks omschreef de tegenstribbelende bakkers als ‘een vrij conservatieve sector, met weinig ambitie voor iets nieuws’.
Bredase broodbakker aan de slag op zondag BNdeStem, Vrijdag 17 juli Voor de VVD-fractie is het een ‘eerste stap naar meer vrijheid voor héél de detailhandel op zondag’, maar de andere fractie in de gemeenteraad van Breda hebben donderdagavond vooral besloten dat alleen de plaatselijke bakkers zo snel mogelijk ook op zondag open mogen zijn. Tijdens de vergadering van de gemeenteraad hield Irène Verkuylen (CDA) een warm pleidooi voor een zondagopenstelling voor bakkers in Breda. Ze kreeg daarbij steun van de voltallige raad. Wethouder Els Aarts van Economische Zaken gaat samen met de ondernemers en andere belanghebbenden bekijken hoe snel de zondagopenstelling een feit kan zijn. Overigens hield de wethouder hierbij wel een slag om de arm, ‘Ik verwacht overal een warm welkom, maar wijs u er vast op dat er tussen droom en daad nog praktische bezwaren kunnen bestaan’ aldus Aarts, herinnerend aan bestaande wetten en regelgeving die het voorstel nog in de weg kunnen staan.
Bart Vos (D66) vroeg zich af of het belang van de consument eigenlijk wel meetelt in het debat. Want er circuleren diverse handtekeningenlijsten van bakkers die voor of tegen het plan zijn, maar de burger wordt volgens hem niets gevraagd. En die zit te wachten op een vers broodje op zondag, denkt Vos. SP-er Frank Vergroesen wees op de gevaren die dreigen voor de werknemers van de bakkerijen. Volgens Selçuk Akinci (GroenLinks) valt dat wel mee, want er werken op zondag ‘vooral studenten die breed glimlachend aan de slag gaan, omdat ze tweehonderd procent van het salaris krijgen’. Adank kreeg tenslotte de opdracht om alsnog uit te zoeken wat de mogelijkheden zijn. “En dan zien we wel waar het schip strandt”, zei CDA-raadslid Irène Verkuylen.
Meedoen in Breda I
Meedoen in Breda I 78
In een interview met de krant BNdeStem op 12 oktober 2010 komt bakker Nagelkerke met het voorstel ‘Bakkers jaar op zondag open’. Er is onvoldoende onderzoek gedaan of de Bredase bakkers nu wel of niet op zondag open willen zijn. Dat betoogt bakker Leopold Nagelkerke uit Prinsenbeek. Hij reageert hiermee op uitlatingen van wethouder Adank (Economische Zaken) die ‘het erg ver vindt gaan om de hele gemeente Breda tot toeristisch gebied’ te verklaren, enkel en alleen om het mogelijk te maken dat bakkers altijd op zondag open mogen.’ Volgens de Prinsenbeekse bakker, die een warm pleitbezorger is van de zondagsopenstelling, komt de in zijn ogen ‘gekleurde brief ’ van bakkers die niet op zondag open willen, niet van het merendeel van de Bredase bakkers. Er staan verschillende bakkers uit andere plaatsen op het lijstje van tegenstanders en veel Bredase bakkers ontbreken, aldus Nagelkerke. Omdat zijn collega’s geen ervaring hebben met de zondagopenstelling kunnen ze hun argumenten niet onderbouwen, vindt hij. Dat de omzet weinig tot niets toeneemt en dat er een negatief effect zou zijn op het midden- en kleinbedrijf, is volgens hem niet waar. “Mijn ervaring bewijst het tegendeel.” Nagelkerke stelt de Bredase raad daarom voor een proefperiode van één jaar in acht te nemen waar de bakkers al dan niet aan mee kunnen doen.” De kwestie komt vandaag aan de orde tijdens de vergadering van de raadscommissie Economie.
Twee dromen gekoppeld
79
‘Bakkers op zondag niet open’ door Hélène Schenk. woensdag 25 november 2009 BREDA - Burgemeester en wethouders van Breda willen geen maatregel nemen die de extra openstelling van warme bakkers op zondagochtend mogelijk maakt. Dat was de ‘droom’ van bakker Nagelkerke uit Prinsenbeek. Hij kreeg de steun van alle fracties in de Bredase gemeenteraad, maar de meeste andere bakkers uit Breda, noch B en W, dromen met Nagelkerke mee. Het college stelt de commissie Onderwijs en Economie op 1 december voor om - hoewel dat mogelijk zou zijn - géén zogenoemd toeristisch regime in te stellen dat de extra zondagopenstelling mogelijk maakt. Reden is dat de bakkers in een brief hebben aangegeven dat ze geen zondagopenstelling wensen. Landelijk is bovendien een wetswijziging in de maak die de regels voor het instellen van een toeristisch regime aanscherpt. Idee is dat niet alleen het economisch belang van winkeliers geldt, maar dat ook meer immateriële aspecten als zondagsrust, leefbaarheid, openbare orde en veiligheid nadrukkelijk worden betrokken in de afweging omtrent de winkelopenstelling op zondagen.
Ginneken moet vooral een dorp blijven BNdeStem door Palko Peeters. dinsdag 03 februari 2009 Het Ginneken moet het dorpse karakter behouden, de Bourgondische en knusse sfeer. Bouw daarom niet hoger dan vier verdiepingen, en bouw vooral ook bereikbare huur- en koopwoningen voor een goede mix in de bevolking. Het zijn een paar conclusies uit het bewonersadvies Ginneken 2020. Het bureau B-in-Motion heeft een enquête gehouden onder 248 Ginnekenaren, 145 bewoners zijn de afgelopen maanden in groepjes de straat opgegaan om hun eigen wijk te beleven.
Meedoen in Breda I 80
Het bewonersadvies wordt samen met het advies van een klankbordgroep verwerkt in een nota van uitgangspunten. In het voorjaar zullen burgemeester en wethouders aanbevelingen verwerken in het bestemmingsplan Ginneken 2020. Het is een nieuwe strategie voor wijkbestemmingsplannen: de gemeente die bewoners eerst een verkenning laat maken. Het Ginneken is daar, na een burgerinitiatief van Stichting Leefbaar Ginneken, het eerste voorbeeld van. Secretaris Jeroen Leemans vindt de bouwhoogte belangrijk, maar roept Ginnekenaren ook op met elkaar, in een straat of buurtcomité, de wijk mooi te maken en te houden. “De gemeente kan het niet alleen, het is ook een zaak van de mensen zelf.” Het Ginneken heeft met de nieuwbouw van Marckhoek, Villa Beukenhof en bouwplannen aan de Vogelenzanglaan en de Viandenlaan hete hangijzers. In de toekomst willen bewoners eerder bij nieuwbouw betrokken worden.
15 april 2009 Jeroen Leemans, welke ervaringen heb jij met de visie Ginneken? Ik was een van de initiatiefnemers achter de visie Ginneken. De verwachtingen zijn uiteindelijk meer dan uitgekomen. Ik heb er een goed gevoel aan overgehouden. Als initiatiefnemer hebben we Ginneken=Ginneken en Ginneken Bewonersbelangen bij de voorbereidingen betrokken. Oud zeer zat hier aanvankelijk een soepele start in de weg. We kregen meer begrip voor de mensen van Ginneken=Ginneken. De vertegenwoordiger van de andere organisatie bleef van tijd tot tijd een storende factor in het geheel. De sfeer bij de bijeenkomsten was open en eerlijk. Er was voldoende ruimte om meningen te ventileren. De opkomst en de inbreng van de bewoners en organisaties worden met deze manier van werken goed gewaardeerd. Het proces, de openheid en het geduld van de mensen van de gemeente is super! De gemeente heeft meer uitgezocht dan binnen het raadsbesluit noodzakelijk was, maar dit past wel in de geest van ons burgerinitiatief. Wat ik zelf heb geleerd, is om goed te luisteren naar de mening van anderen en die nog meer te respecteren. Voor andere betrokkenen was de opbrengt nieuwe mensen leren kennen, contacten en het gevoel dat we met elkaar kregen en delen. Ik verwacht dat we tot een goed sluitend bestemmingsplan en mooie uitvoeringsprogramma’s in het Ginneken komen. Jeroen Leemans, Secretaris Stichting Leefbaar Ginneken
Gesprekgroepjes kunnen zorgen in Ginneken niet wegnemen door Palko Peeters, donderdag 28 augustus 2008
BREDA - Ginneken heeft weer een primeur. Het bureau B-in motion gaat in opdracht van de stad de mening peilen van de bevolking. Er komen gesprekken over het dorpse karakter, verkeer, nieuwbouw en markante plekjes. En dan in groepjes van zes. De meningen worden gebundeld en eind oktober gepresenteerd als bewonersadvies. Het stuk moet de basis vormen voor de toekomstvisie Ginneken 2020. Een staaltje van burgerinspraak waar ze in heel wat wijken van zouden watertanden. Jeroen Leemans is in eerste instantie dan ook best enthousiast over de inspraak. De mensen vragen wat ze er van vinden, alleen maar goed. Leemans stond aan de wieg van Leefbaar Ginneken, de actiegroep die twee jaar geleden nog protesteerde tegen de sloop van de Maycretehuisjes en de strijd aanbond met nieuwbouw (vijf hoog) aan de Vogelenzanglaan. Posters hingen aan de ramen, een tijd ook van telkens weer inspreken. Leefbaar Ginneken bracht het vorig jaar zelfs tot het eerste burgerinitiatief van de stad. De actiegroep wist Ginneken op de politieke agenda te zetten, wist een visie, of beter gezegd, een plan voor een visie los te peuteren. Even was er hoop, maar die hoop dreigt nu snel te verzanden in nieuwe wanhoop. Begin dit jaar, zegt Leemans, is er een klankbordgroep van twaalf mensen opgericht. Als uitvloeisel van het burgerinitiatief. De twaalf mogen meepraten over de toekomstvisie. Maar waar ik vooral een dubbel gevoel bij heb, is dat we slechts over een heel beperkt gebied mogen meepraten.” Anton van Gastel, voorzitter van dorpsvereniging Ginneken = Ginneken, vindt dat er een cultuuromslag moet komen. Net als Leemans vindt hij dat de inspraak te zuinig is. “Het gaat een stuk beter dan vroeger, de ambtenaren zijn goed bereikbaar, luisteren ook. Maar we hebben in het Ginneken al ongelofelijk veel aan inspraak gemist.
Vernieuwend knip- en plakwerk voor participerend ontwerp De bijeenkomst over het Platform Masterplan Noord Oost moest inhoudelijk worden voorbereid. Vijf thema’s uit het toetsingskader vormden het uitgangspunt voor de bijeenkomst: verbindingen en routes in het groen; water; veiligheid, parkeren en toegankelijkheid; recreatie in en om het gebied; en spelen sporten en ontmoeten. Welke vernieuwende aanpak gebruiken we hiervoor? En hoe krijgen we voldoende concrete input? Doordat ik deze vragen kreeg voorgelegd, raakte ik betrokken bij en kreeg een uitnodiging voor de bijeenkomst van het Masterplan Hoge Vucht op maandag 2 februari 2009.
“De inbreng van bewoners geeft een goed beeld van wat er leeft en speelt in de wijk, waardoor ik op maat kan ontwerpen”.
Hoe we de vraag aangepakt hebben? Grote panelen, heel veel referentiebeelden, veel scharen en prittstiften. En de opdracht: zoek vijf beelden uit waarvan u vindt dat ze (terug) moeten komen in Hoge Vucht. Dus het echte knip- en plakwerk! Waarom wilden we graag dat de ze dat deden? Simpel, voor de verbeelding van zijn of haar ideeën en wensen. Het was leuk om te zien in welke getale de mensen aanwezig waren en hoe enthousiast iedereen begon met het verzamelen van zijn of haar beelden. Er werd volop geplakt op de panelen, waarbij de uitgeknipte foto’s, bijgeschreven kreten en zelfs handschetsen het idee versterkten en verduidelijkten. Echt super om het resultaat te zien.
Een (grote) uitdaging, gekeken vanuit mezelf, is om bewoners buiten de kaders te laten denken. Droom, laat zien en geef aan welke ambities je hebt voor de wijk en de toekomst. Wat zou je nu echt willen? Het is soms lastig om mensen te laten dromen, om bestaande problematiek naast zich neer te laten leggen en te kijken wat ze willen. Ongeacht of het realiseerbaar is. Uiteindelijk is het gelukt. Het waarderend vernieuwen geeft mij als ontwerper de kans om op een informele manier in contact te komen met burgers/bewoners. De afstand tussen ontwerper en gebruiker van de openbare ruimte wordt zo minder groot, waardoor ik op maat kan ontwerpen. Sanne Verbeek, Ontwerper Openbare Ruimte
Meedoen in Breda I
Het echte werk door de bewoners Een ander uitgangspunt is dat de aanwezigen zelf aan de slag gaan. Geen powerpointpresentatie waarin derden het een en ander toelichten, maar het echte werk door de bewoners zelf. Enthousiasme, actief en ambitieus zijn de woorden die ik ervaar bij de bewoners die deelnamen aan de bijeenkomsten. Mensen die zich (kei)hard inzetten voor de wijk. Top! Hun inbreng geeft een goed beeld van wat er leeft en speelt in de wijk.
83
Zonnig klimaatstraatfeest
Culturele droom van ambtenaar én Bredanaar
In oktober 2008 zag ik een televisie-uitzending van Piet Paulusma, de weerman van SBS 6, waarin hij aandacht vroeg voor het Klimaatstraatfeest. Via internet kon je je inschrijven om mee te doen. De eerste 2000 - later 3000 - inschrijvers zouden een pakketje met spaarlampen ontvangen. Dit sprak me wel aan, dus ik schreef me in.
Beste Liesbet,
juli 2009
Al snel werd me duidelijk wat het doel van de actie was: probeer met zoveel mogelijk bewoners van de straat acties te nemen om energie te besparen. Goed voor het milieu. Maar ja, hoe benader je de bewoners van de straat? Ik woonde er bijna twee jaar en kende alleen mijn directe buren. Omdat ik iets van doen heb met de buurtsite, benaderde ik alle bewoners van de wijk die op dat moment ingeschreven waren, in de hoop hier reactie op te krijgen. En jawel hoor, vanuit onze straat meldde zich iemand. Ik ben kennis gaan maken en vanaf dat moment ging het balletje rollen. Met een flyer hebben we alle bewoners van de straat benaderd. Uiteindelijk deden 34 van de 36 bewoners mee.
Aan de actie namen uiteindelijk 3287 straten mee, waarvan ruim 400 in Brabant. Doordat we zo actief zijn geweest, eindigden we op de vijfde plaats van Nederland en op de eerste plaats in Noord-Brabant. Van de € 500 die we daarmee verdienden, hebben we op 16 mei heerlijk gebarbecued. Dankzij onze eerste plaats in Noord-Brabant ontvingen we van de Brabantse Milieufederatie de Professor Casimir prijs. Die bestaat uit een houten bank, die een prominente plaats in de straat heeft gekregen. Ik denk dat de hele actie op touw was gezet om mensen te laten nadenken over het milieu in het algemeen en energiebesparing in het bijzonder. Naar mijn idee is dit gelukt. Voor mezelf was er nog een bijkomend voordeel. Ik woonde bijna twee jaar in de straat toen ik me aanmeldde. In een korte periode heb ik al mijn medebewoners leren kennen en ik merk dat er in de straat iets is veranderd. Kees ten Dam, Zonnebekestraat, Breda
Na enige tijd geproefd te hebben van die inspirerende methode, ontstonden er discussies over de consequenties van waarderend vernieuwende gesprekken. Burgers, gemeente, corporaties, maatschappelijke organisaties, wijkraden, ze bespreken de meest fantastische ideeën. Maar wat nu aan het einde van de avond, als we tijdens een glaasje met elkaar terugkijken op volgeschreven flip-overs en lange lijsten met acties. Wat dan? Wie komt in actie? Wat als er aan het einde van de avond blijkt dat er een speeltuintje gerealiseerd moet worden op het wijkpleintje of dat het onderhoud van de groenstroken geïntensiveerd moet worden of dat er een wens ligt voor veiliger straten? Dat betekent toch ook dat een ambtenaar er werk bij krijgt? Lekker makkelijk praten Ik vind dat we niet bang moeten zijn om met de burger in gesprek te gaan, omdat we dan met een to-do lijstje weer naar huis zouden gaan. De gesprekken die we voeren, hebben als uitgangspunt dat iedere gesprekspartner doet wat hij of zij kan. Vanuit mogelijkheden, kansen en natuurlijk een dosis enthousiasme. Dat betekent dat de gemeente toezegt actie te zullen ondernemen, maar een burger gaat net zo goed aan de slag. Misschien denk je nu wel als ik dit schrijf: lekker makkelijk praten. Dit schrijft een ambtenaar. Jazeker, ik ben ambtenaar (inmiddels), maar ik ben ook inwoner van Breda. En een actieve burger, die met hulp van andere actieve Bredanaars een droom heeft weten te realiseren. Zoals je wellicht nog weet, woonde ik enige jaren geleden in wijk De Belcrum, aan de Noordkant van het spoor in Breda. Een wijk die tot voor kort nog wat minder goed te boek stond. De afgelopen jaren is de wijk ‘de lift in gegaan’, vooral toen bekend werd dat er een compleet nieuw station met diverse voorzieningen zou komen. De gemeente Breda, waar ik toen nog niet werkte, wilde de wijk leefbaarder maken voor haar bewoners en riep op tot ideeën hiervoor. Mijn droom was om een cultureel evenement te organiseren dat Belcrum-bewoners en
Meedoen in Breda I
Meedoen in Breda I 84
We nodigden Piet Paulusma uit zijn weerpraatje in onze straat op te nemen. En hij kwam. Het was die avond een hele happening. De pers was er bij en we hebben als straat dan ook regelmatig in de krant gestaan en waren op de regionale zenders te zien. We hebben bereikt dat er nu energiezuinige led-verlichting in de straat staat. Ook is bij de meeste woningen radiatorfolie aangebracht. Verder heeft ieder voor zich maatregelen genomen om zo zuinig mogelijk om te gaan met energie. Minder licht aan doen en energiezuinige lampen gebruiken, levert al flink wat op.
Je zult misschien wel opkijken een brief van mij te ontvangen. We hebben in het verleden met elkaar aan tafel gezeten, jij als ambtenaar van Cultuur en ik als burger van Breda. Toen hielp jouw afdeling mij met het organiseren van een cultureel evenement voor de wijk waar ik toen woonde. Ik ervoer jouw steun en die van je collega's destijds al als waarderend, terwijl de term waarderend vernieuwen toen nog niet in gebruik was in Breda. Nu we deze term wel gebruiken en ik ook ambtenaar bij de gemeente Breda ben, vraag ik me af hoe jij naar waarderend vernieuwen kijkt. Nog niet zo heel lang geleden kwam ik, als kersverse communicatieadviseur bij de gemeente Breda, in aanraking met het gedachtegoed van waarderend vernieuwen. Ik dacht meteen ‘dit is het!’. Dit is de manier om met burgers van de stad in gesprek te zijn. Samen rond de tafel vanuit een positieve grondhouding, iedereen draagt bij en iedere bijdrage telt. Verfrissend, wat mij betreft, ten opzichte van veel gesprekken in het verleden, waar toch vooral vanuit de klaagstand met elkaar werd gepraat.
85
andere Bredanaars dichter bij elkaar, bij de wijk en bij cultuur bracht. Vanuit een persoonlijke interesse voor cultuur, maar ook vanuit de wens om iets te kunnen betekenen voor de stad. En met een zetje in de rug, in de vorm van een kleine gemeentelijke bijdrage, ben ik mijn droom gaan realiseren. Samen met andere inwoners en culturele instellingen in de wijk. Inmiddels vindt het evenement al meerdere jaren achter elkaar plaats. Ieder jaar weer steken vele actieve burgers, maar ook professionele instellingen waaronder de gemeente weer energie in hun bijdrage om het evenement tot een succes te maken. Iedereen doet wat hij kan, van flyers rondbrengen tot het realiseren van een expositie en het organiseren van activiteiten voor kinderen.
“Verfrissend, wat mij betreft, ten opzichte van veel gesprekken in het verleden, waar toch vooral vanuit de klaagstand met elkaar werd gepraat. Mijn droom was om een cultureel evenement te organiseren dat Belcrum-bewoners en andere Bredanaars dichter bij elkaar, bij de wijk en bij cultuur bracht”.
Waarom schrijf ik jou dit alles? Ik ben benieuwd hoe jij dit laatste ziet. Breda groeit, als het gaat om cultuur. Grote stappen zijn genomen met de cultuurdebatten, het Graphic Design Museum en evenementen als Breda Photo. Wie weet worden we nog wel eens Culturele Hoofdstad van Europa in 2018. Ook vele kleine stappen worden genomen, kijk bijvoorbeeld maar naar diverse open-atelierroutes door heel Breda. Zie jij ook kansen die het waarderend vernieuwen biedt om nog meer energie vrij te maken? Ik ben benieuwd naar jouw visie! Een hartelijke groet, Karin Neijenhuis Coördinatie interactieve communicatie
door Bouke Sonnega. maandag 14 september 2009
Kunst in de Belcrum. Dansnest brengt buiten de voorstelling Rijp. foto Ron Magielse/het fotoburo
BREDA - Kunst komt niet altijd van ver. In de Bredase wijk Belcrum vond dit weekend voor de vierde keer het kunstevenement Expeditie Belcrum plaats. Zaterdag en gisteren waren er op verschillende locaties optredens en exposities te zien. Zo maakt de dansgroep Dansnest gisteren naast podium Bloos met de voorstelling Rijp, over hebberigheid en egoïsme, indruk op het publiek. Publiek dat ondanks het druilerige weer toch is toegestroomd. “Vorig jaar hadden we zo’n 2500 bezoekers”, zegt Karin Neijenhuis, voorzitter van Expeditie Belcrum. “Maar dat is moeilijk te meten. We gaan ervan uit dat er dit jaar net zoveel mensen komen.” In de KOP (Kunstenaars Ontmoetings Plaats) aan de Speelhuislaan stellen verschillende jonge kunstenaars hun werk ten toon. Veel interactieve kunst en mediakunst, merkt ook bezoeker Frans Huurman (48) uit Breda. “Bijzonder om te zien. Je wordt hier op andere gedachten gebracht, je ziet hoe mensen anders over dingen denken. En dat allemaal zo dicht in de buurt.”
Meedoen in Breda I
Meedoen in Breda I 86
Er zit al veel energie in de stad Nu weer even terug naar het waarderend vernieuwen. Op het moment dat we met een groep burgers en instellingen aan de slag gingen met het culturele evenement in de Belcrum, kenden we nog helemaal geen ‘waarderend vernieuwende’ gesprekken. We bespraken nog niet met elkaar wat positieve ervaringen uit het verleden zijn en hoe we onze droom samen kunnen realiseren. Althans, niet bewust. Want vanuit het enthousiasme van alle deelnemende partijen werden er allerlei activiteiten opgepakt. De essentie van mijn verhaal is dat er in mijn beleving al heel veel energie in de stad zit. Er zijn veel Bredanaars die iets willen met en voor hun stad. Maar niet altijd is die energie zichtbaar of krijgt de kans om naar voren te komen. We moeten deze energie bijeenbrengen wat mij betreft, door elkaar in de stad te waarderen, door met elkaar te onderzoeken waar kansen liggen en waar ieders bijdrage uit kan bestaan. De stad zal nog meer gaan bruisen dan dat ze al doet.
‘Bijzonder, en dat zo dicht in de buurt’
Daar tegenover, in de watertoren, wordt ondertussen druk gebreid. Iedereen mag daar meedoen aan het kunstproject Interactief Breien. Onder leiding van de kunstenaressen Lenneke te Kiefte en Hanneke Adelaar breien mensen driftig aan wat uiteindelijk een grote, gebreide boom moet worden. Adelaar: “Het project heet Netwerk. Dat is niet voor niets. De boom is een netwerk van draden, maar dat is niet alles. Mensen komen 87 met elkaar in contact tijdens het breien. Ze praten, helpen elkaar en maken zelfs vervolgafspraken. Dat is mooi.” De oude spoorlijn die door de Speelhuislaan loopt, had gisteren het toneel moeten zijn van een pomplorriewedstrijd. Een pomplorrie is een ouderwets treinstel dat met de hand voortbewogen wordt, door een soort pomp. Gesponsord door de gemeente Breda ter promotie van het Via Breda- project. Maar het het antieke vervoermiddel houdt er al voor het eerste ritje mee op, om de rest van de dag stil te blijven staan. De organisatie heeft de blik echter alweer op volgend jaar gericht. Neijenhuis: “Dat wordt ons eerste lustrum. Daar gaan we iets speciaals van maken.”
Proeftuin VNG bloeit in Breda
Beste Karin,
Beste André,
Je vroeg me naar mijn ervaringen met het principe van waarderend vernieuwen, zeker in relatie tot het cultuurdebat dat we in 2007 gedurende bijna het gehele jaar voerden. Ik kan daar kort over zijn. Met elkaar in gesprek gaan vanuit een positieve en coöperatieve grondhouding is altijd goed. Het is fantastisch als de stad - overheid, burgers, bedrijfsleven, onderwijs en instellingen - elkaar als partners zien en niet direct de stellingen van ‘wij en zij’ betrekken. Als dat waarderend vernieuwen is, dan ben ik er een groot voorstander van. In het cultuurdebat heb ik gemerkt dat ondanks al onze goede en oprechte bedoelingen nog vaak het beeld bestaat dat de overheid veel te moeilijk doet. En dat als ze nu maar gewoon geld geeft, het vanzelf wel goed komt. In die variant geloof ik niet zo.
Wij richten ons met deze brief tot jou als contactpersoon van Breda voor de proeftuin VNG ‘Communicatie en burgerparticipatie’.
Verwachtingsmanagement Ik heb het gevoel dat de methodiek van waarderend vernieuwen nog te veel blijft hangen in die benadering waarbij vooral de burgers, bedrijven en instellingen hun wensen en plannen op tafel leggen en de overheid geacht wordt te faciliteren en te financieren. Ik heb bij de cultuurdebatten gemerkt dat een beperkte groep betrokken is, in positieve en in negatieve zin/potentiële partners en criticasters. Dat wil niet zeggen dat wie niet deelneemt aan het debat onverschillig is of geen belang hecht aan ontwikkelingen en ambities. Het lijkt me dat er vooral aandacht moet zijn voor verwachtingsmanagement. In ieder gesprek dat je aangaat, is het goed dat de uitgangspunten en het doel van het gesprek en de positie en verantwoordelijkheden van alle gesprekspartners vooraf duidelijk zijn. Expeditie Belcrum Expeditie Belcrum is een prachtig voorbeeld van hoe ik de kracht van de dialoog zie. Een bescheiden maar inspirerend particulier initiatief, dat met de expertise van verschillende collega’s binnen de gemeente zich heeft ontwikkeld tot een cultureel wijkevenement met uitstraling naar de rest van de stad. Hier ging het niet primair om subsidie, maar allereerst om ambitie, enthousiasme en samenwerking. Misschien heb je gelijk dat we (de gemeente) nog meer moeten verzamelen wat er in de stad leeft. Toch zie ik daarin net zo goed een verantwoordelijkheid en het initiatief bij de stad zelf. En de overheid hoeft niet bij alle initiatieven een partner te zijn. Tegelijkertijd zit er ook veel energie, kennis en ambitie binnen de gemeentelijke organisatie - net als jij en ik vaak Bredase burgers met een grote betrokkenheid bij de stad. Laten we die betrokkenheid en deskundigheid op waarde blijven schatten en onderling verbinden. Als we alleen al dat doen krijgt de dynamiek van Breda, die jij en ik allebei voelen groeien, een extra impuls. Ik zal de dialoog blijven zoeken.
Meedoen in Breda? Graag. Een brievenboek maken om ervaringen te delen. Op de websites kijken om een eerste oordeel op te maken. Internet: ultramodern, snel, kort, flitsend. Een brief: een vorm van communiceren uit een oude beschaving. Het dwingt je tot nadenken. Het is persoonlijk. Het kent zijn beperkingen in vorm en omvang. De weg naar burgers, de mensen uit jullie stad, kreeg in kleur en werkvormen een diepgang die je niet vaak ziet als je wat langer meeloopt in de beweging van het interactieve beleid. In actie met burgers krijgt in Breda op heel uiteenlopende manieren vorm. Een korte verkenning levert op dat die benadering niet op zichzelf staat, maar past in een breed veranderingsproces gericht op betere communicatie met burgers. De prachtige trits - verkennen, verlangen, vormgeven, vernieuwen - is daar uitdrukking van. En wat doet het met mensen! Een bakker meldt zich met een initiatief en brengt de stad in de broodnodige beweging. Uit een recent rapport van de Nationale ombudsman (“We gooien het de inspraak in..”) blijkt dat mensen waarde hechten aan analyse. Denk even na wat u wilt en neem ons daarin mee. Mensen hechten ook aan een houding van interesse en erkenning vanwege bestuurders en hun ambtenaren. Waarderend vernieuwen is een methodiek die gemaakt is om invulling te geven aan die wensen van mensen. Wat kan er beter? De vindbaarheid van de ingezette veranderingen op de website van de gemeente Breda mag beter. Meedoen in Breda is zo de moeite waard, dat de banner er permanent mag staan! Gelukkig gaan jullie werk van maken van de vernieuwing van de website met meer vraaggerichtheid. Maak ook Meedoen nog makkelijker. De binding van de gemeenteraad met de nieuwe manieren van communiceren met de mensen in de stad spat er niet vanaf. Ongetwijfeld laten raadsleden zich zien bij stadsgesprekken. Maar in de presentatie van de raad is geen enkele verwijzing te vinden. Zo maak je het gat tussen politiek en burgers eerder groter dan kleiner. De raad mag trots zijn op het initiatief. Laat dat ook zien.
Tot spoedig, groet Liesbet de Vries, Hoofd afdeling Cultuur
In actie met burgers is van het bestuur en van de organisatie van de gemeente. Het is voor beide een gouden kans. De gemeente Breda toont zich alert met een prachtige aanpak.
“Misschien heb je gelijk dat de gemeente nog meer moet verzamelen wat in de stad leeft, toch zie ik daarin ook een verantwoordelijkheid bij de stad zelf ”.
Namens het team van In actie met burgers!, Jean Eigeman, consulent Actieprogramma Lokaal Bestuur (VNG) Valérie de Ridder, projectleider In actie met burgers! (VNG)
Meedoen in Breda I
Meedoen in Breda I 88
Benut dynamiek in de organisatie en de stad
89
Een Amersfoortse blik op Meedoen in Breda Tijdens de proeftuin In Actie met Burgers, van de VNG, maakten wij kennis met het programma Meedoen in Breda en de methode waarderend vernieuwen. De positieve insteek en het vernieuwende karakter maakten ons al vrij snel enthousiast voor het Bredase verhaal. Tijdens een vervolgbijeenkomst in Amersfoort bleek ook dat veel van onze collega’s dat enthousiasme deelden. Interessant is het idee dat je als gemeente je bestaande aannames in het betrekken van inwoners kunt loslaten. Dat je daarbij uitgaat van dromen van je inwoners en je vaste rol als zender verlaat, is zeer inspirerend. We hebben in Amersfoort natuurlijk ook ervaring met het leggen van invloed en verantwoordelijkheid bij onze inwoners. Bijvoorbeeld in het toepassen van de zogenaamde stakeholdermethode. In deze methode inventariseren we wie de belanghebbenden zijn bij een plan. Vertegenwoordigers van deze belangengroepen maken vervolgens zelf het plan en zijn verantwoordelijk voor de communicatie met de wijk of hun achterban. De gemeente bepaalt de randvoorwaarden en levert een procesbegeleider. Voordeel van deze methode is dat verschillende belangen direct op tafel liggen en niet onderhuids sluimeren bij het met elkaar ontwikkelen van een plan of project.
Ellen Stuve en Joyce de la Croix Communicatie, gemeente Amersfoort
Ruim tachtig Nederlandse gemeenten zijn in november 2008 samen gestart met ‘In actie met burgers’. In lokale proeftuinen burgerparticipatie experimenteren en leren gemeenten van elkaar. Breda is hierbij uitgeroepen tot een van de twaalf gemeenten met een vernieuwende aanpak van burgerparticipatie. De proeftuin sluit aan bij het project ‘Verbetering Interactieve Communicatie’, de ervaringen die we opdoen met de crossmediale inzet van media-instrumenten om burgers te betrekken bij interactieve communicatie, met waarderend vernieuwen en de implementatie ervan in de organisatie. Bovendien zijn we met deze proeftuin in de gelegenheid vanuit diverse inhoudelijke invalshoeken ervaring in te brengen en op te halen. Binnen de proeftuinen staat kennisuitwisseling en leren centraal. Een externe deskundige begeleidt het leerproces in een proeftuin. In actie met burgers! is een initiatief van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG). Het project wordt uitgevoerd wordt door het Actieprogramma Lokaal Bestuur.
Meedoen in Breda I
Meedoen in Breda I 90
Waar liggen de grenzen? We hebben bewondering voor de manier waarop het in Breda is gelukt een organisatiebreed programma te implementeren met draagvlak bij college en gemeenteraad. We vragen ons ook af waar de grenzen van deze manier van werken liggen: op welke momenten moet je als gemeente nog wel zender zijn of het initiatief nemen? Slaag je er bijvoorbeeld in om met deze methode voorzieningen met weinig draagvlak te realiseren in je stad? We volgen de resultaten in Breda met belangstelling en zijn in ieder geval blij met de frisse blik die het ons heeft opgeleverd!
Proeftuin VNG ‘In actie met burgers’
91
Een droom van een stad
3. Epiloog: Vormgeven aan toekomst Beste lezer, Het is inmiddels 2010 en Meedoen met waarderend vernieuwen heeft ons flink bezig gehouden. Sommige dromen zijn gerealiseerd, zoals u heeft kunnen lezen, anderen krijgen voorzichtig vorm. De eerste stappen zijn dus gezet. Maar hoe gaan we verder? Hoe kunnen we ervoor zorgen dat Meedoen op een natuurlijke manier in het dna van de stad verankerd raakt? Wat hebben we geleerd en hoe kan waarderend vernieuwen zich verder ontwikkelen. Daar gaan de brieven in deze epiloog over.
Democratie in ontwikkeling november 2009
Op 18 maart 2009 werd naar mijn mening geschiedenis geschreven in de raadszaal van Breda. Toen stonden vier burgers voor de raadscommissie Mens & Maatschappij. U hoorde als college achter in de zaal toe. Naast u zaten nog meer burgers en bovendien uw ambtenaren. Tijdens deze avond ontvouwde zich een waarachtige ontmoeting tussen de gewone democratie, zoals we deze kennen sinds de invoering van het algemeen stemrecht, en een buitengewone democratische praktijk die zich in de maatschappij naar omstandigheden had gevormd. Het was een bijzondere ontmoeting, omdat elke vorm van democratie zich rekenschap gaf van de ander. Veel gemeentebesturen in Nederland zoeken naar democratische vernieuwing om de afstand met burgers te verkleinen. Ik ken verschillende soorten van experimenten met burgerparticipatie. Maar elk experiment treft op zeker moment de normen van de gewone democratie. Dan komt het toch weer neer op de volgende cyclus. Burgers stemmen. Politici worden gekozen. Ambtenaren voeren uit wat politici besluiten. De raad controleert de uitvoering door het dagelijks bestuur. Burgers controleren de besluiten van de raad. En ambtenaren worden gecontroleerd door administratieve procedures. Dit is de dagelijkse praktijk en zo hoort het. Ook in de aanloop naar de 18e maart toe - en bovendien in het vervolg erop - waren er momenten dat ‘natuurlijk’ de gewone gang van zaken werd gevolgd. Dan was het nodig om nadrukkelijk de vraag te stellen of die gewone democratische weg klopte met wat er gebeurde. Gelukkig ontstond er steeds ruimte voor het verkennen van mogelijkheden en het verzinnen van andere opties die wel recht deden aan wat er gaande was. Bijvoorbeeld ontstond op deze manier het idee om vier mensen uit de stad te laten presenteren aan de raadscommissie Mens & Maatschappij in plaats van de wethouder. In deze presentatie gaan zij uit van de kracht van mensen uit de
Meedoen in Breda I
Geacht college van burgemeester en wethouders,
93
stad. Op basis van die kracht nemen mensen het initiatief om met anderen te werken aan thema’s die voor hen belangrijk zijn, zoals de kansen van jongeren, het verlichten van verborgen armoede en het benutten van de wijsheid van ouderen. Tijdens twee stadsgesprekken in 2008 stonden twaalf mensen op een zeepkist om hun globale idee en droom toe te lichten en de mensen in de zaal uit te nodigen om met hen mee te denken, te dromen en te doen. Op 18 maart 2009, tijdens de presentatie aan de raadscommissie, waren enkele initiatieven al in uitvoering gebracht door divers samengestelde groepjes van mensen uit de stad.
Democraten en postdemocraten Het was 18 maart 2009 en de verkiezingen voor het Europese parlement moesten nog komen. Toen, op 4 juni 2009, werd duidelijk dat er een polarisatie gaande is tussen democraten en postdemocraten. ‘Postdemocraten’ verbinden populisme met oligarchie en is een term van Michaël Zeeman (de Volkskrant, 9 mei 2009, p. 37). Postdemocraten zien graag één goede leider die autoritair de besluiten neemt; verdeeldheid in een partij wordt niet gewaardeerd. Een goede leider is expressief en kan de problemen van zijn volgelingen duidelijk verwoorden. De leider zegt vervolgens: ‘laat mij deze problemen oplossen’. Het uitgangspunt van postdemocraten is eenheid:
Buiten-gewone democratie Op dit punt in de brief aangekomen, lijkt het me goed stil te staan bij wat ik onder een buiten-gewone democratische praktijk versta. In een buiten-gewone democratische praktijk nemen niet-formele politici publieke besluiten. Deze besluiten gaan bijvoorbeeld over de thema’s die aan de orde worden gesteld en waaraan zal worden gewerkt. De weg naar deze publieke besluitvorming toe, is democratisch te noemen wanneer het proces open is. Wie mee wil doen, is welkom. Hier geldt wel een aantal spelregels voor. Wie meedoet, doet dat namens zichzelf en niemand anders. Wie meedoet, geeft zich rekenschap van de anderen die meedoen. Dit betekent onder andere: de één kan bestaan naast de ander. Dus gun mensen hun ideeën en geef ideeën een kans. Wanneer je meedoet, neem je zelf verantwoordelijkheid. Vind je dat er iets moet gebeuren? Doe er iets aan. Bijvoorbeeld: wil je anders worden aangesproken door een ambtenaar? Zeg het. Of vind je het groepje dat meedoet te klein? Nodig anderen uit om ook mee te doen. Wanneer nieuwe mensen zich melden, dan is het aan de mensen die al meededen om hun spelregels uit te leggen en aan de nieuwelingen om zich af te vragen of ze daaraan willen meedoen. Misschien willen ze toch liever hun eigen buiten-gewone democratische praktijk starten? Prima. Aan de andere kant, conflict hoort er bij. Het gaat erom: hoe ga je ermee om? Mensen bij elkaar roepen, een waarderende beginvraag stellen en omstebeurt antwoord geven, is in de praktijk een goede manier gebleken om de stemming te veranderen en weer binding te voelen. Bij culturele diversiteit nam een aantal mensen het initiatief om een thema aan te prijzen op een zeepkist. Dit thema vonden ze zo belangrijk dat ze zich hiervoor wilden inzetten. Iedereen in Breda was welkom om een initiatief te nemen. Je kon ook meedoen aan een initiatief van een ander. Een initiatief verwierf legitimiteit wanneer meerdere mensen eraan wilden meedoen, zich er voor wilden inzetten en mogelijkheden nagingen om hun initiatief om te zetten in acties. Niemand anders dan de mensen die er aan werkten, hoefden er hun goedkeuring aan te geven. Tenzij een beroep werd gedaan op publieke middelen. Ondertussen werken mensen uit de stad zelf, samen met een ambtenaar, aan de criteria waaraan initiatieven moeten voldoen om te worden ondersteund met publieke middelen. Prima. Ik hoop alleen dat dit niemand weerhoudt een initiatief te nemen en, indien nodig, naar andere financiële middelen te zoeken. Barbapapa-democratie Buiten-gewone democratie kan allerlei vormen aannemen, net als Barbapapa. Het gaat steeds om de vraag: wat is in deze specifieke situatie een goede manier om tot een besluit te komen en wie moeten hier allemaal aan meedoen? Per situatie kan de besluitvormingsregel verschillen. En dat is maar goed ook, want zo ontstaan nieuwe kansen
Meedoen in Breda I
Meedoen in Breda I 94
Waarachtige ontmoeting De raadscommissie kreeg een goed voorbereid, goed gestructureerd en goed afgestemd verhaal van twintig minuten. Het verhaal was informatief, constructief en toekomstgericht en er werd verantwoordelijkheid genomen voor het proces, het product en wat er nog komen ging. Na afloop van de presentatie nam de eerst verantwoordelijke wethouder plaats naast de vier presentatoren en richtten de raadscommissieleden zich om beurten tot de vijf mensen voor hen. De commissieleden spraken hun bewondering en waardering uit en hun vertrouwen in de praktijkgerichtheid. Bovendien stelden twee commissieleden serieuze politieke vragen die een interessant gesprek op gang brachten. En zo werd de ontmoeting waarachtig, want we konden het respect van de raadsleden zien aan hun gezicht en horen aan hun toon en woordgebruik. En we zagen vier mensen een presentatie voor een volle zaal houden op een manier die toonde dat hun daden in lijn waren met de uitgesproken intenties. Behalve dat er in democratische zin iets belangrijks gebeurde die avond, was het onderwerp bovendien actueel en urgent. De vier burgers die voor de raadscommissie stonden, presenteerden namens een grotere groep mensen hun visie op een cultureel divers Breda. De eerste vraag van een CDA-commissielid luidde: “Denkt u met de benadering die u zojuist uit de doeken hebt gedaan en die uitgaat van waarderend vernieuwen, de opkomst van anti-islam gevoelens te kunnen keren?” Het antwoord was: “Waarderend vernieuwen is in staat gebleken om mensen bij elkaar te brengen die verschillend zijn. Juist in het persoonlijke contact kunnen abstracte beelden over de ander worden herzien tot realistische proporties. Een passie werd gedeeld, namelijk samen iets voor Breda betekenen. De verschillen, zoals ervaring, kennis en talent, werden daarvoor juist ingezet. Waarderend vernieuwen nodigt uit. Zo voegen mensen zich in een breder perspectief, zonder de eigenheid te verliezen. Je leert om verantwoordelijkheid te nemen”, aldus Eric Heinze en Peter Richelieu. Er zijn veel mensen geweest, waaronder u als college, die dit alles mogelijk hebben gemaakt. Meerdere mensen toonden in dit proces leiderschap door vast te houden aan de koers en door de juiste dingen te doen wanneer dit nodig was. Als college hebt u een scharnierfunctie tussen beide vormen van democratie vervuld en daar ben ik u dankbaar voor.
eenheid in cultuur, geschiedenis en etniciteit. Aan afwijkend gedrag worden duidelijke grenzen gesteld. Bijvoorbeeld: geef voor misdaden de maximale straffen en wie in Nederland woont maar niet de Nederlandse taal wil leren: weg. (Zie NRC weekblad 26 september-2 oktober 2009; En daarom stem ik Wilders.) Democraten, daarentegen, gaan volgens Paul Frissen (de Volkskrant, 7 november 2009, p. 35) uit van strijd: het volk bestaat uit minderheden en democratie is de eeuwig durende strijd daartussen. Politiek gaat bij democraten over het omgaan met verschil. In het parlementaire stelsel zijn hiervoor politieke partijen die burgers vertegenwoordigen. Elke burger heeft één stem bij verkiezingen en geeft een vertegenwoordiger volmacht om voor vier jaar besluiten te nemen. Ook elke vertegenwoordiger heeft vervolgens één stem per besluit. Dit is een eerlijke verdeling van invloed volgens dit systeem. Mogelijk kan het systeem worden verbeterd, bijvoorbeeld door kiezers tussentijds te raadplegen via referenda, maar in essentie biedt dit systeem de juiste manier om met verschil om te gaan.
95
voor mensen om volop mee te doen en hun invloed uit te oefenen. Steeds weer bovengenoemde vraag stellen - wat is hier goed en wie zouden beter meedoen - vergt assertiviteit. Dat wil voor mij zeggen: voor jezelf opkomen met empathie voor de ander en met het oog op het behoud of de voortgang van het samen doen. Regelmatig is het nodig om assertief de gewone gang van zaken ter discussie te stellen, omdat je zelf wilt meedoen of anderen daartoe wilt uitnodigen.
Meedoen in Breda I 96
Een ‘derde’ optie De polarisatie tussen omgaan met verschil (democraten) en streven naar eenheid (postdemocraten) kleurt het debat voorafgaande aan de lokale verkiezingen op 3 maart 2010. Het debat zet democratie hoog op de politieke agenda. Dat bevalt me. Wat ik betreur, is de teneur van het debat. Ik wil van democratie geen wedstrijd maken en kunnen verliezen. Ik geloof in ‘de derde’. De derde staat voor variëteit. Het kan altijd anders. En in Breda is er een derde optie, namelijk buiten-gewone democratie en hiervan is één goed voorbeeld voorhanden waar u zich ook hard voor hebt ingezet. Ik wil u vragen mee te werken aan meer voorbeelden van buiten-gewone democratie. Want één les die de strijd tussen de democraten en de postdemocraten me nog eens duidelijk maakt, is dat de politiek zoals deze wordt gevoerd in een gewone democratie, toe is aan verandering. En ik wil liever dat die verandering ontwikkeling inhoudt in plaats van ontsporing. Voor ontwikkeling is het nodig om te worden geconfronteerd met andere dan de bekende mogelijkheden. Dit is ‘de derde’. Bovendien is het voor ontwikkeling nodig om over die confrontaties expliciet na te denken: wat betekent dit voor mij, voor ons, voor onze routines? Ik heb ervaren dat heel veel Bredanaars willen meedoen aan het besturen van de stad. Voor elk denkbaar onderwerp zijn mensen te vinden. Mensen willen onderdeel zijn van de actie en geen bureaucratische oplossingen. En op dit punt kunt u het verschil maken door uw bestuurlijke opdrachten zo te formuleren dat ambtenaren met mensen in de stad kunnen werken op basis van a) gelijkwaardigheid, want iedereen kan een lokaal leider zijn, en b) verschil, want iedereen kan iets anders inbrengen en bijdragen. U kunt aangeven dat er ruimte is om te zoeken naar vormen van democratische besluitvorming die enerzijds bij de situatie, de mensen en het thema passen, en die anderzijds waarachtige ontmoetingen met de gewone democratie creëren. U kunt ervoor zorgen dat iedereen die erbij is betrokken, mee kan leren - er wordt immers gewerkt aan ontwikkeling en verandering. Dit betekent dat iedereen in de stad mag bijleren om goed mee te kunnen doen aan buitengewone democratische praktijken. En bovendien dat u bij de processen betrokken blijft, juist ook wanneer het moeilijk wordt. Er staat iets groots op het spel: de ontwikkeling van een democratie waarin mensen geloven en waar ze vertrouwen in hebben, precies omdat ze elke dag ervaren dat zij zelf die democratie zijn, er invloed op hebben en mee moeten doen om het levend te houden. Hoogachtend, Sandra Kensen, Strategische leerprocessen, Sioo
Naar een programma? Beste Nico, Ik wil jou, als persoon die ambtelijk als eerste verantwoordelijk is voor het project ‘Verbetering Interactieve Communicatie’ laten weten dat ik erg blij ben deelgenoot te mogen zijn van de beweging die op gang is gekomen met dit project. Alle betrokkenen bij de deelprojecten hebben er samen voor gezorgd dat niet alleen de stad is gaan borrelen, maar ook de gemeentelijke organisatie. Ook landelijk geniet Breda warme belangstelling. In de stad zijn allerlei dromen ontstaan. Nieuwe ideeën en initiatieven blijven tot stand komen. We hoeven alleen maar op Breda-morgen.nl te kijken om hier een gevoel bij te krijgen. Burgers doen mee om hun stad nog mooier, beter en leefbaarder te maken. De gemeentelijke organisatie borrelt tegelijkertijd mee. In grote getale volgen ambtenaren, bestuurders en raadsleden cursussen als waarderend vernieuwen, transactionele analyse en bestuurlijke sensitiviteit. Stadsgesprekken, film en Breda-morgen.nl vormen een onderdeel van het denken over de communicatie met de burger. In collegevoorstellen krijgt dit uitgebreid aandacht. De relatie met de burger staat op de agenda, van het individuele jaargesprek tot het afdelingsoverleg.
98
We hebben in onze organisatie de basis gelegd voor duurzame relaties met meer en andere burgers. Maar dit was niet het enige doel van het project Verbetering Interactieve Communicatie. Het verbeteren en behouden van relaties is eigenlijk een nog belangrijker aandachtspunt. Alleen duurzame relaties tussen bestuurders, burgers en ambtenaren kunnen een actieve of zelfs assertieve democratie tot stand brengen. Voor een Bredase samenleving die een actieve en volwaardige rol speelt in het mede vormgeven van de toekomst van de stad. De basis voor dit gedachtegoed is gelegd in het Coalitieakkoord ‘Kiezen voor elkaar’ van 2006. Die is vertaald naar een opdracht in het Plan van Aanpak Verbetering Interactieve Communicatie. Duurzame relaties Duurzame relaties impliceren dat de gemeentelijke organisatie structureel aandacht geeft aan het contact tussen de stad, de bestuurders en ambtenaren. We hebben dit in onze organisatie voor een groot deel geborgd met de tools die ik hierboven aanstip. Maar tools blijven dode dingen als niemand ze gebruikt. De beweging die in gang is gezet, moeten we op gang houden. Meedoen, interactieve beleidsvorming en een assertieve democratie blijven een utopie als een duurzame relatie met de burger niet overheerst in de mindset van al onze collega’s. De ultieme uitdaging voor onze organisatie is volgens mij dat die duurzame relatie met de burger vanzelfsprekend wordt. Iets waar we niet meer bewust bij stil staan, maar waar we moeiteloos naar handelen.
Ik zie met warme belangstelling uit naar je brief. Hartelijke groeten, Karin Neijenhuis Coördinatie interactieve communicatie
Meedoen in Breda I
Meedoen in Breda I
“Tools blijven dode dingen als niemand ze gebruikt. De beweging die in gang is gezet, moeten we op gang houden”.
In de stuurgroep waarin we de voortgang van het project volgen en bespreken, spraken we al over een programmatische aanpak van interactieve communicatie en beleidsvorming. Dit zorgt voor een nog betere borging van de basis die we hebben gelegd. Een programma-aanpak is volgens mij een stap is in de goede richting, als we het hebben over vanzelfsprekende duurzame relaties met burgers in Breda. Daarmee kunnen we medewerkers en burgers ondersteunen. Met het werken aan een praktijkgemeenschap van experts op het gebied van waarderend vernieuwen en interactieve communicatie, delen we kennis en ontstaat een breed netwerk binnen Breda. Waar deze weg ons naar toe leidt, blijft altijd nog een verrassing. We bewegen ons tenslotte binnen allerlei ontwikkelingen en invloeden, zoals de gemeentelijke verkiezingen. Ik ben benieuwd hoe jij de toekomst ziet. Krijgen we de duurzame relatie met de burger verankerd in de mindset van onze collega’s? Kunnen we de beweging die we hebben ingezet echt vasthouden? En wat hebben we als organisatie nodig om in die flow te blijven zitten?
99
Train de trainers ter ondersteuning van een praktijkgemeenschap In december 2009 zijn meer dan twintig mensen gestart aan het train de trainers programma van de Academie voor Waarderend Vernieuwen. De bedoeling is om de praktijkgemeenschap die zo langzamerhand ontstaat in Breda rond waarderend vernieuwen, te ondersteunen door een groep mensen die net iets meer op waarderend vernieuwen heeft gestudeerd. De groep die aan het programma deelneemt, is divers wat betreft achtergrond, leeftijd, sexe, interesse, ervaring, werkgever, netwerken, kennis en kunde. De groep heeft als gemeenschappelijke factor dat elk lid met wijsheid het gesprek over waarderend vernieuwen wil blijven voeren met iedereen die is geïnteresseerd. Per situatie kijken wat kan, wat werkt en wat daarvoor nodig is. Boeiend om met elkaar na te gaan hoe deze onderzoekende gesprekken en de nieuwe vondsten die eruit zullen voortvloeien, waarderend vernieuwen verder ontwikkelt en verandert.
Verbreden en verdiepen Beste Karin, Hartelijk dank voor je stimulerende brief. Met jou ben ook ik blij dat we met veel enthousiasme interactieve communicatie op de bestuurlijke en ambtelijke agenda hebben gekregen. De stad is van de burgers. Het is voor ons medewerkers van de gemeente belangrijk dat elke dag te beseffen. Iedere ochtend realiseer ik me opnieuw hoe bevoorrecht wij zijn om voor deze stad en samenleving te mogen werken. De publieke zaak te mogen dienen. Ons in te spannen voor veiligheid en leefbaarheid, voor zwakkeren in de samenleving. Economische activiteiten te stimuleren, bij te dragen aan zelfredzaamheid en de ontplooiing van mensen. Communicatie verbindt mensen en organisaties. Communicatie draagt bij aan begrip en respect. Het is geen tovermiddel. Wel een essentiële voorwaarde voor het opbouwen en onderhouden van relaties. In Breda is het motto: iedereen telt, iedereen doet mee. Een motto dat inspireert en motiveert.
Meedoen in Breda I
100
Je vraagt mij of het mogelijk is de ingezette lijn vast te houden. En of we de huidige situatie verder kunnen verbreden en verdiepen. Daarover ben ik ronduit positief. In mijn dagelijkse contacten met medewerkers van de gemeente merk ik hoezeer zij zich betrokken voelen bij de stad. Sterker nog, hoe zij liefde tonen voor de stad. Veel collega’s verrichten vrijwilligerswerk of nemen deel aan het besturen van maatschappelijke organisaties. Zij zijn dan burger onder de burgers. Die ervaring is belangrijk voor het besef dat alles wat wij doen voor de burgers is. Ik merk dat deze verwantschap tussen gemeente en samenleving positief bijdraagt aan het duurzaam opbouwen en onderhouden van maatschappelijke relaties. Voor het vasthouden van de huidige koers is het belangrijk dat we succesvolle en geslaagde activiteiten van interactieve communicatie breed voor het voetlicht brengen. Samen met collega’s successen vieren en resultaten bespreken. Maar ook met elkaar van fouten te leren. Om ons verder te verbeteren. Als algemeen directeur van onze organisatie laat ik mij inspireren door de vele goede initiatieven. Die inspiratie geef ik graag door aan anderen. Enthousiasmeren en stimuleren zijn voor mij ‘wapens’ om anderen aan te zetten tot en aan te moedigen voor interactieve communicatie. Energie genereert energie. Of in jouw woorden: dan blijven we als organisatie in de flow! Onze stedelijke samenleving verdient onze beste capaciteiten. Al onze gaven van hart en hoofd. Opdat het onze mooie stad Breda voor de wind gaat. Dat kan door als burgers, bedrijven, organisaties en gemeente met respect en in verbondenheid met elkaar duurzaam in contact te zijn, te luisteren naar elkaar, te praten met elkaar, zaken te doen en samen te werken. Dan doen we met interactieve communicatie bekwaam en bewust. In het belang van een vitale democratie en samenleving. Nico van Mourik, gemeentesecretaris van Breda.
Nico van Mourik
‘Een droom van een stad’ bestaat uit verschillende landschappen Beste Ad, In april 2008 schreven Sandra en ik jou een offerte voor onze activiteiten. Maar het was vooral een brief. Een brief waarin wij jouw droom en die van ons beschreven. Een droom van een modern Breda, dat bestaat uit een aantal landschappen. Een landschap van actieve en initiatiefrijke burgers en particuliere organisaties. Een landschap van de lokale politiek. Een landschap van kennis en informatie. Deze landschappen staan los van elkaar en beïnvloeden elkaar. Samen vormen ze een Actieve Democratie. Met mensen die opkomen voor hun belangen door initiatieven te ontplooien. Initiatieven die het leven en samenleven in de stad en omstreken verrijken. Een van de landschappen die wij ons droomden was - en is nog steeds - waarderend vernieuwen. Een wijze van communiceren en met elkaar omgaan vanuit de zoektocht naar het waardevolle in de activiteiten van iedereen. Dit begint met het positief benaderen van elkaar en wat iemand zegt en doet. Het stroomt verder naar het belang dat mensen stellen in wat er gebeurt en wat iemand doet. Tot en met het willen meedoen of zelf een initiatief nemen.
Bijzonder wordt gewoon Ik denk dat er nu een tijd aanbreekt voor wat ik zou willen noemen: het bijzondere. Of misschien juist het ‘gewoon’ maken van het uitzonderlijke waarderend vernieuwen en assertieve democratie. Ik zou met je willen nadenken over wat er nodig is om te zorgen dat het zoeken naar het waardevolle in de stad gewoon wordt, bij burgers en in bedrijven, maar ook op het gemeentehuis en in de lokale politiek. Ik wil helemaal niet suggereren dat dit nu niet gebeurt. Gelukkig wel, maar ik verwacht - en daar zijn ook voorbeelden van - dat in moeilijkere situaties en bij pijnlijke afwegingen burgers, organisaties, ambtenaren en politici eerder geneigd zijn rationeel en functioneel en hiërarchisch beslissingen te nemen, dan dat zij met elkaar zoeken naar de waarden. Zeephelling Het lijkt mij vanzelfsprekend dat de initiatieven die ik hiervoor noemde, De Groep, de academie voor waarderend vernieuwen, stadsgesprekken, in de diverse vormen gecontinueerd worden. Ook de idee om meer mensen professioneel op te leiden in de beginselen en de praktijk van het waarderend vernieuwen is belangrijk. Dit alles is naar mijn mening niet voldoende. Het gevaar dat we langs de zeephelling weer terug glijden, is mijn inziens groot.
Meedoen in Breda I
Meedoen in Breda I
102
Via stadsgesprekken, de Groep, de bouwgroep diversiteit, en niet te vergeten de academie waarderend vernieuwen kwamen veel mensen in aanraking met waarderend vernieuwen. Dit zijn initiatieven van jou. Daarmee heb jij een beweging in gang gezet die het mogelijk maakt anders te kijken, andere verantwoordelijkheden op je te nemen, anders met elkaar om te gaan. Kortom, een beweging om iets nieuws te leren.
103
Ik zie het als volgt. De assertieve democratie is een verandering in de plaats en de werking van de macht en de betekenis van wat politiek is en kan zijn. Dat wij via waarderend vernieuwen het Initiatief centraal stellen is een verandering van de werking en plaats van de macht en de politiek. De macht zetelt niet alleen meer hiërarchisch aan de top, waarbij de grondslag een anonieme keuze van kiezers is, maar in de individuele macht die ieder mens rijk is. Het is goed te beredeneren dat deze twee type machten - de hiërarchische macht en de individuele macht goed samen kunnen opgaan. Dit zou een andere politiek kunnen opleveren. Echter, de lange praktijk van de democratie laat zien dat het onvermijdelijk is dat een verandering in de machtsuitoefening tot een reactie leidt van de gevestigde machten. Met als gevolg dat de wijze van politiek bedrijven niet wezenlijk of niet duurzaam verandert. Voorbeelden dat de gevestigde macht reageert in plaats van initiatieven ontplooit en op zoek gaat naar waarden zijn nu al in Breda aan te wijzen. Hier is allemaal niets mis mee, het is te verwachten in een ingrijpend veranderproces. Wanneer ons streven is de assertieve democratie intensiever in de machtsverhoudingen in te leiden, dan is het naar mijn mening nodig en ook onvermijdelijk dat er meer op het spel wordt gezet. En dat kan niet veel anders zijn dan dat de wijze waarop burgers, ambtenaren, bestuur en politiek hun politieke spel anders spelen. Spelend ontdekken In de wetenschap is veel bekend over spelen en anders spelen en wat daar de mogelijkheden van zijn voor werken, samenwerken en innoveren. En over wat dit kan betekenen voor het politieke in organisaties en in de communicatie tussen burgers en gekozen politici. Dit landschap van kennis en informatie dient, helaas zeg ik erbij, vaak als decor. Het is meestal zelfs geen context van de ideeën die mensen hebben over veranderen van ambtelijk werken en politiek bedrijven. Wat ik nu graag zou willen is met jou en anderen verder verkennen hoe in Breda het politieke van de politiek met behulp van spelen (her)ontdekt kan worden. Dit spelend ontdekken, voor een deel is het naar mijn inzicht een herontdekken van oude waarden, kan leiden tot nieuwe opvattingen tot en nieuwe werkwijzen. De interessante en tegelijk moeilijke kant van het spelen dat ik bedoel, houdt wel in dat dit naast waarderend ook, en misschien wel vooral, grensverleggend wordt.
Politiek is niet voor bange mensen
We zouden kunnen beginnen met een serie referaten voor politici en professionele - en zelforganisaties in Breda over deze zaken. Het bij elkaar brengen van dergelijke groepen creëert een speelveld waarin mensen elkaars terrein kunnen bevechten of respecteren, maar waar zij ook hun eigen werkwijze, positie, opvattingen en overtuigingen bespreekbaar kunnen maken tot en met op het spel zetten. De inzet daarbij is het (laten) ontstaan van andere overtuigingen, andere opvattingen, andere werkwijzen en daarvan met elkaar vaststellen wat daar de waarden van zijn.
Specifieke passages Bladzijde 103 In dialoog met burgers (...)Echte publieke leiders zouden net als bedrijven in relatie tot hun klanten graag de dialoog met burgers aangaan. Omdat ze beseffen dat een zorgvuldig participatieproces zowel kwaliteit van plannen vergroot als het draagvlak. Maar dit proces vraagt ook om burgerschap, dat wil zeggen een actieve opstelling van de burger. Bovendien draagt het bij aan meer vertrouwen in de overheid, een structureel betere relatie, over en weer meer incasseringsvermogen! Een beter besef en evenwicht tussen rechten en plichten en ‘meedoen’ is de beste remedie tegen verharding. Kortom, grotere participatie van burgers leidt tot betere publieke dienstverlening. (...)
Over het op ongewone wijze gewoon maken van waarderend communiceren, van assertief zijn van mensen en organisaties wil ik graag met jou in gesprek blijven en initiatieven ontplooien. Ben heel benieuwd naar jouw reactie, met de allerhartelijkste groet, Rob Hundman, Adviseur organisatieontwikkeling Parrèsia, in opdracht van Sioo
Over leiderschap en burgerschap, september 2009: Luigi van Leeuwen en Jan Eikema (2009) Samenvatting van ‘Politiek is niet voor bange mensen’ Ons land kan in allerlei opzichten veel beter. Het vestigingsklimaat staat onder druk. Procedures duren lang. Nederland scoort slecht als het gaat om publieke dienstverlening. Het aanzien van de politiek is zienderogen gedaald. Dit dwingt tot maatregelen. Het moet en kan ook anders. Daarvoor is leiderschap noodzakelijk waarin de burgers zich kunnen herkennen.
Meedoen in Breda I
Meedoen in Breda I
104
“Wanneer ons streven is de assertieve democratie intensiever in de machtsverhoudingen in te leiden, dan is het mijn inziens nodig en ook onvermijdelijk dat er meer op het spel wordt gezet”.
Dit boekje schetst een aanpak tegen publieke verspilling, van geld en van talent. De auteurs vestigen hun hoop op het nieuwe elan dat sinds de laatste verkiezingen in de Verenigde Staten voelbaar is. Maar ook op de kansen die de informatie- en communicatietechnologie 105 biedt om de kennis van burgers te benutten bij de uitdagingen van de nieuwe tijd. Het nieuwe elan moet ook in Nederland worden omarmd, en kansen moet je durven grijpen. Dat vraagt om initiatief - om mensen die beseffen dat politiek er niet is voor bange mensen.
Blz. 109 (...) Er is een groeiend aantal voorbeelden dat invulling geeft aan ‘open space’- participatie (Breda en Groningen). Kern van deze voorbeelden is steeds de omkering van de expertrol en de burgerrol in het proces. (...) Blz. 120 (...) Er worden ‘communities’ gevormd, die via web 2.0 op gemeentelijk niveau, maar ook op wijk- en buurtniveau communiceren over allerlei projecten en ontwikkelingen. Een burger dient een idee of droom in. Via een platform (zie voorbeeld www.bredamorgen.nl) verwerft het steun van anderen en wordt daarmee bij de gemeente aanhangig gemaakt. De gemeente organiseert daarvoor een stadsgesprek. En zo geraakt zo’n idee of droom op de lokale politieke agenda. (...)
De mens wint Beste Rob, Er staat meer op het spel. Hoewel: wil de assertieve democratie geen doel op zich zelf zijn of een ideaal van initiatiefnemers, dan staat er misschien wel niets op het spel. Organische ontwikkeling is tenslotte gebaseerd op de natuurlijke groei van initiatieven en mensen. Actieve deelname aan samen leven en het streven naar geluk, brengt een constante druk teweeg op de selectie van ideeën en initiatieven. Als de tijd er rijp voor is, wordt het initiatief dat het meest bijdraagt aan geluk uitgevoerd. Leren selecteren is een boeiend en uitdagend proces. Assertieve deelnemers aan samen leven kiezen in een voortdurende dynamiek die bijdrage uit die ze verder helpt om te bouwen aan een wereld waaraan ze kunnen meedoen.
Wat bleek: transformeren in veranderde landschappen is niet mogelijk door verbeteringen aan te brengen of te repareren in de bestaande democratische processen. Sterker nog, het is niet mogelijk door de beslissers van nu te vragen om het anders te gaan doen.
Meedoen aan de assertieve democratie is echter een andere dimensie dan meedoen in de afhankelijke of actieve democratie. Het niet selecteren van initiatieven die leiden tot strijd, juridisering, arbitrage of aansprakelijkheid is het begin van de selectie voor waarderend vernieuwen en het verkennen van de positieve herinnering waarop de toekomst gebouwd kan worden. Niet concurrerend, maar coöperatief.
Gelukbrengende initiatieven Als de strijd tegen de macht afneemt en de invloed van gelukbrengende initiatieven toeneemt, dan stijgt ook het aantal mensen dat initiatieven neemt. Initiatieven die zichtbaar bijdragen aan het geluk van velen zijn krachtiger. De initiatiefnemers krijgen aanhang en navolging. Organische groei bepaalt de waarden die het meest bijdragen aan geluk en dus het meest waardevol zijn. Het zijn die waarden waarvoor mensen pal staan en die ze graag verzorgen. De set van meest waardevolle waarden bereikt de status van wetmatig of fundamenteel. Duurzame verzorging en kwalitatieve ontwikkeling ervan behoort tot de voornaamste taken die daartoe gemandateerde deskundigen krijgen. Hier neemt de assertieve democratie een vorm aan waarin waarden, thema’s en waarderend vernieuwende samenlevingsvormen plaats nemen. Hier nemen ook initiatiefnemers plaats in de samenleving om verantwoording te nemen en af te leggen. In voortdurende dialoog speuren we het organische geluk af naar de meest waardevolle bijdragen voor mensen zelf. Elk mens en elke bijdrage telt immers even zwaar.
Eerlijkheid terug in proces De behoefte aan het delen van herinneringen kan de basis vormen voor je initiatief, dat ik hier dan ook van harte onderschrijf. Zoals je weet, is de ontwikkeling waaraan ik mag deelnemen voor mij geen vrijblijvende deelname. Het zoeken naar de waarden waar alle mogelijke vormen van geluk op berusten, is er voor mij bijgekomen en neemt in aandacht toe. In het begin stond de strijd, of noem het overtuiging, voorop om eerlijkheid terug te brengen in het politieke proces. Nu is dat de inzet om mensen het geluk te laten benoemen, waar dromen zij van en verlangen zij naar?
“Als de strijd tegen de macht afneemt en de invloed van geluk-
brengende initiatieven toeneemt, dan stijgt ook het aantal mensen dat initiatieven neemt. Initiatieven die zichtbaar bijdragen aan het geluk van velen zijn krachtiger”.
Ja, als je het zo bekijkt, dan staat er veel, zo niet alles, op het spel. Dan nog echter, is het niet afhankelijk van de instemming van de huidige macht om te kunnen of te mogen veranderen. Transformeren is een keuze van ieder mens voor zichzelf. In het streven naar geluk en het selecteren van de initiatieven die daaraan bijdragen. Het nemen van initiatieven reken ik ook tot het selectieproces ervan.
De samenhang tussen waarderend vernieuwen, assertiviteit (eerlijke bedoelingen, speels creatieve maar volwassen presentatie) en gedeelde ruimte wordt zichtbaar. De landschappen waarin de mens gedijt worden uitbundiger en de wetten nemen af evenredig aan de interesse voor elkaar die toeneemt en in belang wint van oordeel en stelling. Het tempo van samen leven neemt af tot iedereen mee kan doen. Enfin, de mens wint. De kracht wint het van de macht en geluk is de allesomvattende winst. Ik ga graag mee om deze uitdagingen waar te maken en initiatieven te nemen om de landschappen in te kleuren. Niet renoveren, niet innoveren, maar transformeren. Met vriendelijke groeten, Ad Baijens, Initiator Meedoen, Hoofd Communicatie gemeente Breda
Meedoen in Breda I
Meedoen in Breda I
106
Er gaat zoveel rust uit van de concentratie op mijn gedrag om assertief te werken. De strijd tegen politiek gewin of cynisch handelen is erin gesmoord. Die strijd bleek een restant van afhankelijke verhoudingen en partijenstelsels, juridische haarkloverij en economische macht.
107
Een oneindig ingewikkelde opdracht (vervolg van pagina 19) De professor Arienne van Staveren (Sioo) legt in een gesprek met prof. dr. Roel in ’t Veld de casus Breda voor. In ’t Veld is als bestuurskundige geïnteresseerd in wat democratie vermag. Op dit moment schrijft hij een boek over participatie. Hij benadrukt dat hij geen eigen waarnemingen heeft van wat er in Breda gebeurt, maar dat we de casus Breda kunnen gebruiken om in gesprek te gaan over hoe je als gemeente omgaat met wat hij noemt wicked problems, wat daarin de rol is van representatieve democratie, waarom die failliet is en hoe we dan om kunnen gaan met vraagstukken waar we geen antwoorden op hebben. Dat zijn de momenten waarop gemeenten adviseurs gaan inhuren. In het gesprek komt aan de orde waarom participatie een delicaat proces is en wat de rol is van de initiatiefnemer. ‘Interessant dat een hoofd communicatie die rol pakt.’
Alleen de wijk in helpt niet En dan is representatie eigenlijk geen goede bouwsteen meer voor collectieve besluitvorming. Er is geen legitimiteit meer voor deze vorm van bestuur. Maar wat doet de gezaghebber? Die probeert zijn gezag te herstellen, zijn positie te behouden en streeft naar continuïteit van het systeem. Participatie wordt dan als een soort noodgreep gebruikt in een poging van de autoriteiten om binnen de representatieve democratie hun gezag te herstellen. Dat doen ze door de burger te vragen wat ze die er van vindt. Tegelijkertijd speelt er nog iets anders naast het legitimiteitsvraagstuk waardoor representatie in zijn oude vorm niet meer werkt. Dat is de kwaliteit van besluiten. We zijn nog niet goed in staat om kennis toe te passen die er is in de wereld. Burgers en wetenschappers hebben andere kennis waarmee bestuurders hun kennisbasis moeten aanvullen. De inspiratiebronnen voor participatie zijn dus legitimiteitsherstel en het streven naar kwaliteitsverbetering. Punt is dat de onrust die gevoeld wordt, doorgaans niet herleid wordt op deze mechanismen van legitimiteits- en kwaliteitsverlies. Bestuurders voelen dat het niet goed zit en hebben het dan over een kloof. Maar die kloof overbruggen ze niet door telkens de wijk in te gaan en te vragen hoe het met de bewoners gaat en hoe ze over bepaalde zaken denken. Dan moeten ze echt iets anders doen. Het lukt pas wanneer politici en ambtenaren gaan inzien dat ze hun eigen rol ook moeten veranderen en dat ze moeten leren schakelen met de participatieve rol.
Een intelligent proces maken Dus als een gemeente de participatieve kant op gaat, moet die zich een aantal zaken goed afvragen. Zoals: wat wordt nu onze mix van kennis aanboren, preferenties aanboren bij burgers en bij die instellingen en de andere lagen van klassiek bestuur, en hoe bemiddelen we hun dialoog? Vaak is nog niet goed nagedacht over het relatieverhaal. Als daar niet goed over na wordt gedacht, kunnen er nieuwe spanningen ontstaan. Bijvoorbeeld omdat het stadsbestuur en de burgers iets bedenken voor instellingen wat die zelf niet willen, omdat ze niet betrokken zijn geweest bij het proces dat daartoe leidde. Bestuurders moeten die participatie dus steeds heel goed overwegen en niet lukraak aan individuele burgers vragen of ze nog ideeën hebben. Dan is een vorm waarin ook die instellingen wordt gevraagd wat ze al op tafel hadden liggen, verkieslijker. Als zaken door elkaar gaan lopen, bestaat het gevaar dat iedereen teleurgesteld raakt. Bovendien is er het risico dat het individuele genie van de individuele burger wordt geromantiseerd. Oneindig ingewikkeld Er zijn veel ideologische opvattingen over participatie die complicaties in de verhouding tot het klassiek bestuur onderschatten. Wat daarin vaak ontbreekt, is dat bestuurders heel zorgvuldig moeten manoeuvreren om participatie een kans te geven. Als gemeenten er weliswaar met volle overtuiging, maar ook met veel naïviteit in vliegen, is de kans op mislukking groot. Er is een specifieke constellatie nodig van ambtelijke en politieke attitudes van klassieke organen om participatie mogelijk te maken. Een arrogante houding kan veel kapot maken. Van belang is dat die nieuwe attitude echt wortel heeft geschoten in het bestuur. En dat is waar Breda op uit is. Dat is erg interessant, maar oneindig ingewikkeld. Idealisme geeft de verplichting om niet naïef te zijn. Een gemeente moet alle condities waaronder dingen kunnen lukken, goed bewaken en bereid zijn om van zich af te slaan als andere actoren in het klassieke bestuur, zoals het rijk of een departement, zijn aanpak dreigen te frustreren.
Meedoen in Breda I
Meedoen in Breda I
108
De labels zijn leeg Er is, zegt In ’t Veld, onrust over hoe vertegenwoordiging werkt. De burger weet niet meer wie hem vertegenwoordigt en de vertegenwoordiger weet niet meer namens wie hij spreekt. Die onwetendheid is het gevolg van desinteresse voor elkaar en voor de samenleving. Desinteresse ontstaat, zegt hij, omdat we niet meer met elkaar verbonden zijn via een label, zoals sociaal- of christendemocratie. We hebben geen gedeelde waarden meer. We hebben allemaal onze unieke combinatie van waarden. En wie kan ons dan nog representeren? De labels zijn leeg, ze zijn niet meer het bindweefsel tussen waarden in de samenleving. Vroeger kon je vanuit dat bindweefsel een programma maken hoe het met de wereld moest. Dat waagt niemand meer. Partijen maken nog wel programma’s, maar dat zijn marketingprogramma’s.
Waar zijn managers en professionals? Naast het veranderen van de eigen rol is het belangrijk dat ze met instellingen aan de slag gaan; want al die professionals en managers in al die instellingen in Breda: betrek je die óók? Neem bijvoorbeeld een schooldirecteur. Die zit met de inspectie en de cito-toets en dergelijke. Mag die ook meepraten? En in welke rol dan? Op dat moment rijst de interessante vraag hoe een woningcorporatie, die bijvoorbeeld intern volstrekt autoritair georganiseerd is en alleen deskundigenmacht representeert, zich moet gaan verhouden tot burgerinitiatieven die buiten de corporatie ontwikkeld zijn. De vraag is: hoe verhouden individuele burgers of groepjes van burgers zich in de participatieprocessen tot die institutionele actoren die zelf ook belangen hebben? Het is mogelijk om te dromen van verbeteringen op een school, maar uiteindelijk zullen die op die school moeten worden gerealiseerd. Welke rol spelen ouders, professionals, managers? En als die school bereid is om mee te doen, dan ontstaat op mesoniveau de vraag: hoe ga je om met al die netwerken? Elk domein, zoals jeugdzorg of onderwijs of veiligheid, heeft een eigen modus operandi en kent vaak een aanzienlijk spanningsveld ten opzichte van de verticale hiërarchie van het (uit drie lagen bestaande) klassieke openbaar bestuur, dat uit onmacht publieke instellingen op een kwalitatief te laag niveau laat functioneren.
109
Tot besluit Hartelijk dank dat u de moeite hebt genomen dit boek te lezen. Meedoen en waarderend vernieuwen doe je samen, zoveel mag inmiddels duidelijk zijn. Heeft u vragen of ideeën over Meedoen of waarderend vernieuwen in de praktijk? Dan nodigen we u graag uit daar met ons over te praten. Binnen en zeker ook buiten de gemeente Breda. Op de website www.breda.nl/meedoen kunt u een reactie geven of vragen over het boek stellen. Tot ziens!
Meedoen in Breda I
110
Colofon Redactie
Ad Baijens
Ad Baijens, Initiator Meedoen, Hoofd Communicatie gemeente Breda Sandra Kensen, Strategische leerprocessen, Sioo Rob Hundman, Adviseur organisatieontwikkeling Parrèsia, in opdracht van Sioo Karin Neijenhuis, Coördinatie interactieve communicatie André Peters, Coördinatie experimenten waarderend vernieuwen en eindredactie
Uitgever Gemeente Breda en Sioo
Wim Reichardt en Len Knoester
Fotografie Frans Strous (portretfoto’s) Wessel Keizer (beeldmateriaal) Sandra Kensen
Rob Hundman
Tekstbewerking Isabel Timmers
Druk: NPN Drukkers
Met dank aan Proeftuin VNG, In actie met burgers Roel in 't Veld Februari 2010 ISBN 978-94-90707-01-9 Karin Neijenhuis
André Peters
Meedoen in Breda I
Vormgeving
113
De wereld om ons heen is niet meer dezelfde als 10 jaar geleden. Er zijn zoveel communicatiemiddelen dat daardoor de manier en de snelheid van communiceren veranderd is. Burgers willen niet langer alleen geïnformeerd worden maar ook participeren en meedoen. Breda speelt met het project ‘Meedoen’ in op die veranderende behoefte en verwachtingen. Met een nieuwe manier van werken wordt de communicatie beter, opener en vind dichter bij mensen plaats. Iedereen mag meedoen en iedere bijdrage is waardevol. Alles staat of valt met de kwaliteit van de relatie tussen de gemeente, bewoners en bedrijven. Dat is ook waar het om draait bij interactieve communicatie: het aangaan, verbeteren en bouwen van relaties én natuurlijk volop meedoen. In het brievenboek ‘Meedoen in Breda’ worden de ervaringen met burgerparticipatie in Breda gepresenteerd. Artikelen en briefwisselingen tussen ambtenaren, burgers, raadsleden en bestuurders vormen de leidraad van dit boek. Het geeft inzicht in ervaringen met stadsgesprekken, opvattingen, de werkwijze, organisatie, visie en methodiek achter ‘Meedoen’ met waarderend vernieuwen. Het boek is bedoeld voor alle betrokkenen die ‘Meedoen in Breda’ tot een succes hebben gemaakt. Voor belangstellenden van andere gemeenten geeft het een blik in de keuken.
rePublic, Jisca Cohen Stel je voor een wereld voor waarin politici aan burgers vragen wat ze het liefst zouden willen. Het lijkt een utopie. Maar de gemeente Breda bewijst via interactieve communicatie met burgers dat het kan. Dat is assertieve democratie. Burgerparticipatie hoeft niet per sé zo ver te gaan als in Breda. Los daarvan adviseert de Nationale Ombudsman gemeenten van te voren te bepalen wat de rol van de burger is. Jean Eigeman De weg naar burgers, de mensen uit jullie stad, kreeg in kleur en werkvormen een diepgang die je niet vaak ziet als je wat langer meeloopt in de beweging van het interactieve beleid.
Luigi van Leeuwen en Jan Eikema Er is een groeiend aantal voorbeelden dat invulling geeft aan ‘open space’ participatie. Kern in Breda is de omkering van de expertrol en de burgerrol. Roel in ’t Veld Naast het veranderen van de eigen rol is het belangrijk dat Breda ook met instellingen aan de slag gaat. ISBN 978-94-90707-01-9
Meedoen in Breda Een droom van een stad
Ad Baijens · Sandra Kensen · Rob Hundman en anderen
BNdeStem, Nico Schapendonk Het anderhalf jaar geleden gelanceerde communicatiebeleid van de gemeente Breda, dat de naam 'waarderend vernieuwen' heeft gekregen, heeft tot 'waardevolle en aansprekende' resultaten geleid.
Meedoen in Breda Een droom van een stad
‘Meedoen in Breda’
Ad Baijens · Sandra Kensen · Rob Hundman en anderen