Pensioenfonds ING
Kwartaalbericht 2014 Samenvatting Marktwaardedekkingsgraad per 30 september 2014 130,4%, een toename van 0,9%-punt ten opzichte van 30 juni 2014. Over de eerste negen maanden steeg de marktwaardedekkingsgraad van 125,3% naar 130,4%. Meer informatie vindt u op de website.
Beleggingsrendement +6,6% over het derde kwartaal van 2014; waarde van de beleggingen gestegen naar € 23.441 miljoen. Over de eerste negen maanden bedroeg het rendement bijna 22%. Marktwaarde van de pensioenverplichtingen in het derde kwartaal gestegen van € 16.893 miljoen naar € 17.810 miljoen (€ 15.008 miljoen ultimo Q4 2013). Door het gesloten karakter van Pensioenfonds ING is er per 1 januari 2014 een dalende trend in het aantal deelnemers te zien. Het totaal aantal (gewezen) deelnemers en pensioengerechtigden is per 30 september 2014 afgenomen met 147 personen ten opzichte van 30 juni 2014 (-501 ten opzichte van 31 december 2013).
Pensioenfonds ING
Dekkingsgraad De marktwaardedekkingsgraad van Pensioenfonds ING per 30 september 2014 is 130,4%. Dat is 0,9%-punt hoger dan de marktwaardedekkingsgraad per 30 juni 2014. De DNB-dekkingsgraad is in dezelfde periode met 0,2%-punt gedaald naar 138,8%. De marktwaarde van de pensioenverplichtingen is in het derde kwartaal gestegen naar € 17.810 miljoen en de marktwaarde van de beleggingen is gestegen naar € 23.441 miljoen. Q3 2014
Q2 2014
Q1 2014
Q4 2013
Q3 2013
Marktwaarde van de pensioenverplichtingen
17.810
16.893
15.941
15.008
14.911
Reserves (marktwaarde)
5.422
4.985
4.564
3.802
3.439
23.441
22.075
20.689
18.713
18.347
130,4%
129,5%
128,6%
125,3%
122,8%
1,8%
2,1%
2,4%
2,7%
2,6%
138,8%
139,0%
135,8%
128,2%
126,8%
Marktwaarde van de beleggingen Marktwaardedekkingsgraad Marktrente van de verplichtingen DNB-dekkingsgraad
Bedragen in miljoenen euro’s en ultimo kwartaal
Het Fonds berekent de waarde van de pensioenverplichtingen zowel op basis van de in de markt waargenomen rentetermijnstructuur als op basis van de door De Nederlandsche Bank (DNB) gepubliceerde rentetermijnstructuur. DNB past sinds december
2011 correcties toe op de rentetermijnstructuur door uit te gaan van de driemaands gemiddelde rente. Sinds september 2012 heeft DNB de rentetermijnstructuur bovendien aangepast aan de hand van de zogeheten Ultimate Forward Rate (UFR). Deze twee berekeningsmethoden van de pensioenverplichtingen leiden tot verschillende waarden van de dekkingsgraad. Het Fonds verwijst in zijn communicatie naar deze dekkingsgraden als de DNB-dekkingsgraad en de marktwaardedekkingsgraad. De DNBdekkingsgraad is bepalend voor het voldoen aan de wettelijke vereisten. De marktwaardedekkingsgraad geeft naar de mening van het Bestuur een beter beeld van de werkelijke stand en ontwikkeling van de financiële positie van het Fonds en wordt daarom gehanteerd bij het beleggings- en risicobeleid. In het derde kwartaal is de rente per saldo gedaald, met als gevolg daarvan een stijging van de marktwaarde van de pensioenver plichtingen. De rentedaling leidde ook tot een waardestijging van de beleggingen in vastrentende waarden. Aandelen, vastgoed en alternatieve beleggingen lieten eveneens een waardestijging zien. Als gevolg van deze bewegingen steeg de marktwaardedekkingsgraad met 0,9%-punt. In het derde kwartaal daalde het effect van de door DNB toegepaste correcties van 9,5%-punt naar 8,4%-punt, waardoor de DNB-dekkingsgraad met 0,2% daalde naar 138,8%. De vereiste DNB-dekkingsgraad is gelijk aan ongeveer 111%.
Ontwikkeling dekkingsgraden vanaf 2012 150 146 142 138 134 130 126 122 118 114 110
4 3 2 4 3 4 3 3 2 3 2 4 3 4 3 4 3 4 3 3 2 4 3 4 3 01 201 201 201 201 201 201 201 201 201 201 201 201 201 201 201 201 201 201 201 201 201 201 201 201 i i i i r r t t t t v v c c g ept g ept li li b b n n r r n n e e k k p p e e o o u u u u e e a a u u J J J J O O M M A A F F M M D D N N J J A A S S
t2
p Se
DNB-dekkingsgraad
Marktwaardedekkingsgraad
Kwartaalbericht 2014 - Kwartaal 3
2
Pensioenfonds ING
Beleggingen en rendement Het totale beleggingsrendement van het Fonds kwam over het derde kwartaal uit op +6,6% (inclusief rente- en valuta-afdekking). De waarde van de beleggingen bedroeg ultimo derde kwartaal € 23.441 miljoen. Beleggingen Q3 2014
Rendement
Rendement
Q3 2014
2014 (t/m Q3)
In mln €
in %
in %
in %
Vastrentende waarden*
17.558
74,7
7,9
27,5
Aandelen
3.880
16,5
4,6
11,8
Vastgoed
1.120
4,8
7,2
14,9
Alternatieve beleggingen
635
2,7
8,7
15,3
Liquide middelen
312
1,3
n.v.t.
n.v.t.
23.505 100,0
7,2
22,8
Totaal exclusief valuta-derivaten Valuta-afdekking** Beleggingen
-64
-0,6
-1,0
23.441
6,6
21,8
* Vastrentende waarden inclusief renteswaps. ** Het rendement op valuta-afdekking betreft de bijdrage van de valuta-afdekking aan het rendement op de beleggingen.
De economische groei in Duitsland is in de afgelopen maanden gedaald, waarmee het herstel in de eurozone wordt vertraagd. Ook de spanningen in de Oekraïne en het Midden-Oosten dragen daaraan bij. Een andere indicatie voor de lage groei in de eurozone is de dalende inflatie die in totaal op 0,4% uitkwam. Dit niveau is sinds 2009 niet meer zo laag geweest. In Nederland was de inflatie met 0,9% hoger dan het Europees gemiddelde, maar nog altijd relatief laag. Het lage inflatiecijfer heeft de ECB ertoe bewogen deze zomer de rente te verlagen tot bijna 0%. Daarnaast probeert de ECB banken tot lenen aan te zetten door zelf tegen zeer lage rentes geld aan te bieden. Dat beleid is vooralsnog niet erg succesvol. In Amerika trok de groei verder aan, onder meer gesteund door de schaliegas- en olie-hausse en een aantrekkende arbeidsmarkt. De industriële productie ligt inmiddels ruim boven het niveau van voor de crisis. De werkloosheid is gedaald tot ongeveer 6%, een niveau waarbij de FED een verdere normalisering van het monetaire beleid overweegt. Waar de ECB juist weer begint met het vergroten van zijn balans, is de FED gestopt met het aankopen van financiële waardepapieren. De Amerikaanse inflatie blijft rond een comfortabele 1,5% schommelen. De aantrekkende economische groei in Amerika heeft geleid tot een appreciërende dollar. Deze is niet alleen aan het versterken ten opzichte van de euro (+7% in Q3), maar ook ten opzichte van (bijna alle) andere valuta’s (+8% versus de Japanse yen). Omdat tegelijkertijd de olieprijs met -17% sterk is gedaald, is het niet duidelijk wat het netto-effect op de inflatie in de verschillende regio’s zal zijn.
Kwartaalbericht 2014 - Kwartaal 3
De groei in opkomende landen vertoont ook steeds meer verschillen. Terwijl de groei in Brazilië en Rusland sterk daalt, trekt deze in India juist weer aan. Resultaten per assetcategorie Vastrentende waarden (inclusief renteswaps) Met de renteniveaus in Nederland en andere ‘veilige’ landen in de eurozone, zoals Duitsland en Frankrijk, werden nieuw laagterecords geboekt. De oorzaak hiervan moet worden gezocht in de sterk afnemende inflatieverwachtingen. De rentes in Amerika en andere landen zijn ook gedaald, maar niet zo sterk, waardoor de renteverschillen tussen de grote economische ‘blokken’ oplopen, wat ook de valutabewegingen versterkt. Daardoor werd met renteproducten, zoals obligaties en renteswaps, een hoog rendement behaald. Omdat deze rentes tevens als rekenvoet voor de toekomstige pensioen verplichtingen worden gebruikt, zijn deze verplichtingen ook fors in waarde gestegen. Het beleid van het Fonds is erop gericht stijgingen in verplichtingen te volgen met stijgingen in bezittingen. Dat is meer dan gelukt gezien de gestegen dekkingsgraad. Aandelen Wereldwijde aandelenmarkten hebben een volatiele periode achter de rug. Na een stijging van de waarde van aandelen rond de zomer vakantie werd in september een forse daling ingezet. Eind september bleef nog een positief resultaat over van ongeveer 5%. In de Europese markt werd met +1% het laagste resultaat behaald, wat gezien de ontwikkelingen in de economie en de rentemarkten goed te verklaren is. Vastgoed Het rendement op vastgoed was in het derde kwartaal ruim 7,2%. Zowel beursgenoteerde vastgoedaandelen als niet-beursgenoteerd vastgoed droegen daar positief aan bij. Vooral beursgenoteerd vastgoed gaf een goed rendement van bijna 9%, wat ongeveer 0,5% hoger was dan de benchmark. Over de eerste negen maanden werd met deze categorie een rendement van bijna 15% behaald. Dit resultaat komt geheel voort uit de directe vastgoedbeleggingen. Met beursgenoteerd vastgoed werd in de afgelopen maanden per saldo geen rendement behaald. Alternatieve beleggingen Met alternatieve beleggingen werd in het afgelopen kwartaal het hoogste rendement behaald van alle categorieën (+8,7%). De alternatieve beleggingen bestaan uit een kleine positie in hedge-fondsen en voornamelijk private equity.
3
Pensioenfonds ING
Valuta afdekking De Amerikaanse dollar steeg in de afgelopen maanden fors in waarde ten opzichte van de meeste valuta. De relatieve kracht van de Amerikaanse economie is hiervan een belangrijke oorzaak. De koers van de euro daalde van € 1,40 in mei tot onder de € 1,26 per eind september. In het afgelopen kwartaal werd de euro ongeveer 7% minder waard. Dat was de belangrijkste oorzaak van het negatieve resultaat van 0,6% op de valuta-afdekking. Het standaard beleid van het Fonds is om de zes grootste posities in vreemde valuta voor de helft af te dekken. Deze posities ontstaan als gevolg van beleggingen buiten de eurozone, zoals in Amerikaanse aandelen.
Kwartaalbericht 2014 - Kwartaal 3
4
Pensioenfonds ING
Deelnemers en pensioengerechtigden Q3 2014 Verschil
Q2 2014
Q1 2014
Q4 2013
Q3 2013
Deelnemers
22.563
-397
22.960
24.010
24.342
25.389
Gewezen Deelnemers
31.806
184
31.622
30.830
30.780
29.819
Pensioengerechtigden
18.107
66
18.041
17.937
17.855
17.700
72.476
-147
72.623
72.777
72.977
72.908
Totaal
Het aantal deelnemers is in het derde kwartaal van 2014 verder gedaald met 397 personen ten opzichte van het tweede kwartaal van 2014. Door het gesloten karakter van het Fonds is er per 1 januari 2014 een dalende trend in het aantal deelnemers te zien. Het aantal gewezen deelnemers en het aantal pensioengerechtigden is in het derde kwartaal van 2014 gestegen met respectievelijk 184 en 66 personen ten opzichte van het tweede kwartaal van 2014. Het totaal aantal (gewezen) deelnemers en pensioengerechtigden is in het derde kwartaal per saldo gedaald met 147 personen (-501 ten opzichte van 31 december 2013).
Kwartaalbericht 2014 - Kwartaal 3
5
Pensioenfonds ING
Profiel Stichting Pensioenfonds ING is op 1 januari 1995 opgericht en is statutair gevestigd te Amsterdam. De statutaire doelstelling van het Fonds luidt als volgt: “Het Fonds heeft ten doel pensioenen en/of andere uitkeringen te verstrekken ter zake van ouderdom en arbeidsongeschiktheid en ter zake van overlijden van de deelnemers of gewezen deelnemers, overeenkomstig de bepalingen van de pensioenreglementen.” De missie van het Fonds is op een hoogwaardige wijze invulling geven aan de pensioen overeenkomsten die ING Bank en NN Group hebben afgesloten met Pensioenfonds ING ten behoeve van hun werknemers. Gegeven dit doel en deze missie streeft het Fonds naar een voor alle (gewezen) deelnemers en pensioengerechtigden zo waardevast mogelijk pensioen en maximaal pensioenbewustzijn. Het Fonds voert pensioenregelingen uit die gelden voor huidige en voormalige medewerkers van ING. Het Fonds administreert de tot eind 2013* opgebouwde pensioenaanspraken, betaalt pensioenen uit en belegt en beheert het fondsvermogen. *Met ingang van 1 januari 2014 hebben ING-medewerkers een nieuwe pensioenregeling. Vanaf dat moment bouwen zij geen pensioen meer op bij Pensioenfonds ING, maar bij ING CDC Pensioenfonds of NN CDC Pensioenfonds.
Meer informatie Veel informatie over pensioen vindt u op www.pensioenfondsing.nl U kunt ons ook bellen: 045-5763 600 (elke werkdag van 8.30 – 17.00 uur) Of mailen:
[email protected]
Disclaimer Dit kwartaalbericht geeft de (financiële) resultaten van het afgelopen kwartaal op hoofdlijnen weer. Stichting Pensioenfonds ING heeft zich met uiterste zorgvuldigheid ingespannen voor een correcte en actuele weergave van de informatie in dit bericht. Aan deze publicatie kunnen echter geen rechten worden ontleend.
Kwartaalbericht 2014 - Kwartaal 3
6