MAG. ICT-outsourcing voorbereid. Maximaal rekening houden met aanbevelingen. Mountainbiken voor het goede doel

MOW

MAG

Nieuws uit het ministerie mow • Verschijnt driemaandelijks • # 23 • 31 oktober 2012

‘Maximaal rekening houden met aanbevelingen’

ICT-outsourcing voorbereid

Mountainbiken voor het goede doel 16 miljoen voor grote infrastructuurprojecten Kortrijk weer stukje veiliger

Beste collega V

eel nieuws achter de schermen in dit nieuwe nummer. De voorbije maanden is op veel fronten gewerkt om de MOW-machine nog beter te laten draaien. De eerste stappen zijn gezet voor een nieuw ICT-outsourcingcontract van de Vlaamse overheid, en met onze 3.000 medewerkers willen we daar zeker iets in de pap te brokken hebben. Bij het departement werd er ook werk gemaakt van een ICT-Beleidsplan. Belangrijk zijn ook de personeelsenquête en daaropvolgend het seminarie voor leden van de directieraad, waar de lijnen voor het MOW van de toekomst zijn uitgezet. Zowel de MOW-visie als het personeelsbeleid zijn daar onder de loep genomen. U leest er verderop alles over.

Natuurlijk besteedt dit nummer ook aandacht aan onze dienstverlening voor de maatschappij. Europa verplicht vanaf nu een label voor alle autobanden, met informatie over rolgeluid en bandenkwaliteit. MOW helpt het label mee bekendmaken. Een actie die levens kan redden, net als het Truckveilig charter dat vrachtwagenbestuurders en -firma’s sensibiliseert voor veiliger rijden. Ook de proeven die AWV uitvoert met verschillende innovatieve wegdeksoorten, kunnen zorgen voor minder geluidsoverlast naast snelwegen en een veiliger verkeer. Sport staat in deze MOWmag op verschillende manieren in de schijnwerpers. Er is uiteraard de jaarlijkse sportdag, maar ook de deelname van collega’s aan de Duchenne Heroes, een veeleisende mountainbiketocht voor het goede doel. Tot slot willen we hier een warme oproep doen om de digitale enquête over MOWmag in te vullen. We hopen dat u ons magazine met plezier leest en dat u het nieuws uit ons beleidsdomein nuttig vindt, maar alles kan beter. Als u uw stem laat horen over dit blad, zijn we al een heel eind op weg om MOWmag een nieuwe boost te geven! Veel leesgenot

de redactie

Colofon

MOWmag  brengt informatie over actuele thema’s en activiteiten van het Vlaams Ministerie van Mobiliteit en Openbare Werken. Ons adres: MOWmag  , Koning Albert II-laan 20 bus 2, 1000 Brussel. Redactiecontacten: Jenny Leemans – Agentschap Wegen en Verkeer – [email protected] – 02 553 75 57 Laura Vanderwegen – Departement Mobiliteit en Openbare Werken – laura.vanderwegen@ mow.vlaanderen.be – 02 553 71 04 Tom Moortgat – Agentschap voor Maritieme Dienstverlening en Kust – [email protected]. be – 02 553 77 12. Ideeën en suggesties kunt u ook mailen naar [email protected]. Coördinatie: Nancy De Ceuleneer – Departement Mobiliteit en Openbare Werken – [email protected] – 02 553 71 53. MOWmag verschijnt driemaandelijks. Redactie en realisatie: Jansen & Janssen, www.jaja.be. Verantwoordelijke uitgever: ir. Fernand Desmyter, secretaris-generaal van het Departement Mobiliteit en Openbare Werken, Koning Albert II-laan 20 bus 2, 1000 Brussel. © 2007 MOWmag 

2

MOW

MAG

In dit nummer 12

20

Op 17 augustus huldigde minister Crevits de nieuwe huisvesting in van het Vlaams Verkeerscentrum en het Vlaams Tunnel- en Controlecentrum. Het nieuwe gebouw is veel ruimer en een stuk moderner dan het vorige.

Vlaanderen is een belangrijke logistieke draaischijf in Europa. De Europese Unie beseft dat ook, en trekt nu 16 miljoen euro subsidies uit voor investeringen in de Vlaamse havens en waterwegen.

Van Craeybeckstunnel naar Kievitplein

14

23

Mountainbiken voor het goede doel

Kortrijk weer stukje veiliger

Op 9 september startte in Wiltz (Groothertogdom Luxemburg) de zevende editie van de monstermountainbiketocht Duchenne Heroes. Aan de zevendaagse namen ook collega’s Fonsy Van Dyck en Piet Wollaert deel.

Simon Stevin gedoopt

09

VVC en VTC in nieuw gebouw

16 miljoen EU-subsidies voor grote infrastructuurprojecten

12

Vlak voor het bouwverlof heeft AWV de laatste hand gelegd aan het volledig heringerichte kruispunt van de President Kennedylaan met de Doorniksesteenweg in Kortrijk. Beide zijn drukke gewest­wegen naar de attractiepolen Kortrijk Xpo en Kinepolis.

Mountainbiken voor het goede doel

14

En verder…

16 miljoen EU-subsidies voor grote infrastructuurprojecten

20

Kortrijk weer stukje veiliger

23

04 Geef uw mening! 06 ICT-outsourcing voorbereid 08 Bandenlabel verplicht 15 Zeereddingsdienst gereorganiseerd 22 Truckveilig charter

3

GEFLITST

Wat vindt Geef 1.000.000 passagiers Op 21 augustus is in Nieuwpoort de miljoenste passagier van de havenveren in de bloemetjes gezet. De gelukkige is Rita Despodt. Ze woont in Leffinge en werkt in Nieuwpoort. De nieuwe veerboten zijn vorig jaar in gebruik genomen. Ze brengen voetgangers en fietsers gratis van de wester- naar de oosteroever van Oostende en Nieuwpoort, en omgekeerd. Van meet af aan bleken ze

een succes. Het beeld van de veren, die samen met kunstenaar Roger Raveel zijn ontworpen, is intussen niet meer weg te denken in de havens. Dat blijkt nu dus ook uit de cijfers: na amper een jaar hebben in Oostende 635.521 mensen van het veer gebruikgemaakt, en in Nieuwpoort 364.479. Samen exact een miljoen. Dat verdient een bloemetje!

Eerste steen radartoren Op 3 juli legde minister Crevits de eerste steen van de nieuwe radartoren in de Oostendse haven, op de top van de Halve Maandijk. De toren, een project van de afdeling Maritieme Toegang, zal 56 meter boven laag water uitsteken en een groter radar­ bereik op zee hebben. Het wordt een opvallend, sierlijk bouwwerk en een nieuw herkenningspunt in de stad. De bouw van de toren kost ruim 1,8 miljoen euro. Als alles naar wens verloopt, zal hij klaar zijn in februari 2013.

4

MOW

MAG

MOWmag bestaat intussen al meer dan vijf jaar. Tijd om een stand van zaken op te maken: welke artikels leest u vaak, welke minder? Wat is goed en wat kan beter? U kunt het van 7/11/12 tot 26/11/12 allemaal kwijt in onze ­lezersenquête. Elk personeelslid zal in zijn mailbox een e-mail ontvangen met een link

Nieuwe

u van MOWMag? uw mening! naar de enquête. U kunt de enquête op elk moment onderbreken en later opnieuw aanvullen. De enquête invullen neemt ongeveer een kwartiertje in beslag. Uw mening wordt volledig anoniem verwerkt. We zijn benieuwd naar de resultaten en zullen er zeker rekening mee houden: MOWmag is er tenslotte in de eer-

ste plaats voor u. Zin om MOWmag beter te maken? Hier is uw kans! Alvast bedankt voor uw medewerking aan dit lezersonderzoek!

U ontvangt de enquête in uw mailbox

fietsverbinding Zeebrugge

ATO organiseert kijkstage voor EVT De Afdeling Expertise Verkeer en Telematica (EVT) staat onder andere in voor de opmaak van de regelschema’s voor de verkeerslichten op de gewestwegen. Onder meer voor die schema’s biedt de cel FotogrammetrieTopografie van de Afdeling Technische Ondersteuning (ATO) de nodige ondersteuning door het gedetailleerd opmeten van de bestaande toestand. Om de ingenieurs en tekenaars van EVT een idee te geven van wat mogelijk en niet mogelijk is, organiseerde ATO op 24 augustus een eerste kijkstage tijdens een detailmeting op de R27 in Tienen. Tijdens de kijkstage lichtte ATO toe wat wordt gemeten, hoe wordt gemeten en welke technieken worden gebruikt. De medewerkers van EVT kregen ruim de gelegenheid om vanuit hun eigen taken vragen te stellen. In de mate van het mogelijke werd het antwoord ook effectief getoond op het terrein. Ook voor ATO was de kijkstage een belangrijk leermoment. Door de vragen die worden gesteld, kan ATO beter inschatten wat de behoeften zijn van EVT en hoe het definitieve opmeetplan er moet uitzien. Op basis van de stage zullen ATO en EVT samen zoeken naar verbeteringen en concrete afspraken maken voor een opmetingsplan dat zo ruim mogelijk inzetbaar is voor de verschillende taken binnen EVT.  Meer info: Nathalie Gosseye (celhoofd   Fotogrammetrie-Topografie), 02 553 02 84,   of Steven Muylaert (projectverantwoordelijke),   02 553 03 64, [email protected]. 

De haven van Zeebrugge had in het verleden niet altijd evenveel aandacht voor de zachte weggebruikers. Daar komt stap voor stap verandering in. Op 10 juli fietste minister Crevits de nieuwe veilige fiets­ verbinding Zeebrugge/Knokke-Heist in. Het nieuwe fietspad, een project van de afdeling Maritieme Toegang, is een onder­deel van het Masterplan Fiets voor de haven van Zeebrugge en omgeving. Dankzij de verbinding kunnen nu meer mensen fietsend naar hun werk in de ­haven van  Zeebrugge.

5

De Vlaamse overheid heeft alles wat met informatica samenhangt, al enkele jaren geoutsourcet naar een privébedrijf. Dat contract wordt regelmatig opnieuw op de markt gebracht. De volgende offertevraag komt eraan, zodat in 2015 de dienstverlening verzekerd is, maar wordt nu al druk voorbereid. Ook door MOW.

ICT-outso voorbereid E

en organisatie als de Vlaamse overheid houdt zich het best bezig met haar kerntaken. Voor taken als informatie- en communicatietechnologie (ICT) is destijds gekozen om ze uit te besteden aan een externe dienstverlener, weliswaar met de garantie dat die bepaalde dienstverlenings­ niveaus behaalt. Outsourcing houdt echter ook in dat de overheid voldoende knowhow in huis houdt om de (privé-)dienstverlener aan te sturen, en duidelijk vastlegt wat de overheid van de dienstverlener verlangt.

Grote klant

‘Met 3000 IT-gebruikers zijn we een grote klant van de ICToutsourcing.’ Joshua De Clercq, projectleider

6

MOW

MAG

Om precies vast te leggen welke dienstverlening we voor het volgende outsourcingcontract willen, heeft de afdeling ATO van het departement MOW meegewerkt aan de bevraging die de Vo-contractbeheerder georganiseerd heeft. Om nog beter te kunnen inschatten welke ICT-diensten het departement vanaf 2015 nodig zal hebben om een goede werking te garanderen, is een onafhankelijk ICT-consultant ingeschakeld. Aan de kant van MOW was Joshua De Clercq de projectleider. Het resultaat van de denkoefening bevat heel wat organisatorische en technische aanbevelingen, zoals het intern opnemen van een aantal cruciale IT-rollen, de manie-

ICT-beleidsplan in opmaak

urcing ren om de kosten transparant te maken en de dienst­verleningsniveaus vast te leggen. In overleg hebben de leidend ambtenaren van de drie entiteiten van het ministerie MOW (departement, AWV en MDK) hun a ­ kkoord gegeven over de aanbevelingen. De aanbevelingen zijn vervolgens voorgelegd aan de ICT-manager van de Vlaamse overheid, de contractbeheerder van het huidige ICToutsourcingcontract en de relatie­beheerder e-government en ICT-beheer (e-IB). ‘Er werd gevraagd om in alle opeenvolgende stadia van de bevragings- en gunningsprocedures, maximaal rekening te houden met de aanbevelingen van het ministerie MOW’, zegt Joshua De Clercq. ‘Tenslotte zijn we als ministerie MOW met een 3000 IT-gebruikers een grote klant van de ICT-outsourcing’.

Bestek

Vanaf eind september 2012 werkt e-IB het bestek uit. E-IB zal de entiteiten van de Vlaamse overheid en de lokale besturen regelmatig vragen om feedback, om zo tot een kwalitatief en gedragen resultaat te ­komen. Eind februari 2013 moet de samen­ werking dan leiden tot een definitieve versie van het bestek, zodat de publicatie tijdig kan plaatsvinden. 

ICT-projecten, zoals de modernisering van toepassingen of de uitbouw van een ­IT-infra­ structuur, zijn vaak een werk van lange adem. Een ICT-beleidsplan met bijbehorend budget is dan een goed instrument om de focus te behouden. De afdeling ATO stelt momenteel zo’n beleidsplan op voor het Departement MOW.

D

e realisatie van het ICT-beleidsplan strekt zich uit over een periode van ongeveer 5 jaar en verloopt in 4 fases. ‘Eerst hebben we de stand van zaken opgemaakt’, zegt MOW-projectleider Koenraad Boel. ’Vervolgens hebben we de IT-doelstellingen bepaald door de behoeften van het departement en de af­ delingen te peilen. Daarvoor hebben we gesproken met de secretaris-generaal, de afdelingshoofden en IT-contactpersonen. Een tweede bron was de ontwerpmanagementovereenkomst met de minister.’

Synthesedocument

Het resultaat vormt een overzichtelijk synthesedocument dat de uiteenlopende IT-behoeften groepeert per thema. Enkele belangrijke thema’s zijn de creatie van een departementaal kader waarbinnen IT zich beweegt, beter gebruik van gemeenschappelijke systemen, en het opzetten van kennisbeheer en projectbeheer. Op 17 april 2012 ging de directie­raad akkoord met het synthesedocument.’Vervolgens hebben we in fase 3 de randvoorwaarden geïdentificeerd: alle mogelijke beperkingen en voorwaarden die belangrijk zijn voor het IT-beleid. Alles samen hebben we 13 randvoorwaarden geïdentificeerd, die te groeperen zijn in 4 thema’s: organisatie, dienstverlening, technologie en technologische ondersteunende processen.’ Fase 3 is onlangs afgerond en gevalideerd in de ­directieraad van 25 september. ‘Volgt nog fase 4: een definitie van de concrete IT-projecten die uit dat hele voortraject voortvloeit, en de volgorde waarin we die zullen aanpakken. Op die manier delen we het beleidsplan op in jaarlijkse informatieplannen. Eind dit jaar moet dat werk achter de rug zijn.’

Rollend plan

Om het ICT-beleidsplan actueel te houden, wordt het opgevat als een rollend meerjarenplan. Het wordt dus ieder jaar geactualiseerd, zodat ook nieuwe evoluties in het plan kunnen worden opgenomen en het zijn ­relevantie nooit verliest. 

7

Bandenlabel ver Nieuwe banden nodig? Vanaf 1 november 2012 helpt een bandenlabel u bij het kiezen van de meest geschikte band. In samenwerking met LNE draagt MOW mee bij aan de bekendmaking van het nieuwe label via affichage langs de autowegen en via www.letophetlabel.be.

stofkosten. Zelfs als A-banden bij aanschaf iets duurder zouden uitvallen dan G-banden, verdient u het verschil ongetwijfeld terug!

Veilig

O

p koelkasten en wasmachines kent u ze al langer: labels die aangeven hoe energiezuinig die apparaten zijn. Ook over het brandstofverbruik van een nieuwe auto vindt u gemakkelijk de nodige informatie. Maar wist u dat niet alleen de wagen zelf, maar ook de banden die eronder zitten bepalen hoe vaak u aan de tank zal moeten passeren? De kwaliteit van die banden beïnvloedt bovendien ook uw veiligheid, vooral bij regenweer, en de hoeveelheid geluid tijdens het rijden. Reden genoeg dus om de juiste keuze te maken bij de aankoop van een nieuwe set banden!

• rolweerstand, die invloed heeft op het brandstofverbruik, • grip op nat wegdek, die belangrijk is voor de veiligheid, • rolgeluid, dat invloed heeft op de geluidsoverlast voor de omgeving. Een Europese verordening verplicht het label op elke band vanaf 1 november. Het label moet zichtbaar zijn op een sticker op de band of op een etiket of affiche dicht bij de banden. Bovendien moet de labelinformatie ook vermeld worden op de factuur of in een informatiefolder bij de factuur.

De juiste keuze?

De weerstand die de banden ondervinden als ze over het wegdek rollen, bepaalt mee het verbruik van de wagen. De meest zuinige banden krijgen op het label een A-score (groen balkje), de minst zuinige een G-score (rood balkje). Het verschil tussen de twee uiterste klassen is groot: wie kiest voor Abanden, kan tot 10 % besparen op zijn brand-

Tot nu toe was het als consument moeilijk om de prestaties van verschillende banden met elkaar te vergelijken. Om consumenten daarbij te helpen is er nu het bandenlabel waarop te zien is hoe goed de banden scoren op drie belangrijke ­eigenschappen:

8

MOW

MAG

Zuinig

Voor de veiligheid van de bestuurder, de passagiers en de andere weggebruikers is het cruciaal dat een band een goede grip heeft op het wegdek. Hoe beter de grip op nat wegdek, hoe korter de remafstand bij regenweer. Ook dit kenmerk wordt op het bandenlabel uitgedrukt in klassen van A tot G, waarbij de banden uit klasse A de beste grip op nat wegdek hebben en die uit klasse G de slechtste. Het verschil tussen deze twee uitersten kan levensbelangrijk zijn: als op een natte weg wordt geremd bij een snelheid van 80 kilometer per uur, staat een wagen op A-banden 18 meter eerder stil dan diezelfde wagen op G-banden.

Stil

Uit onderzoeken blijkt dat bijna 1 op 3 ­Vlamingen gehinderd wordt door geluid, in de eerste plaats door het wegverkeer. Vanaf snelheden boven de 40 à 50 kilometer per uur zijn de banden de belangrijkste geluidsbron van een personenwagen. Het label geeft met drie streepjes aan hoeveel

plicht

VOORSTEL 1: Informatieve affiche. Alle criteria in één beeld. De site www.bandenlabel.be is al in gebruik door goodyear daarom gebruiken wij letophetlabel.be.

Simon Stevin gedoopt

geluid de band buiten de auto maakt. Hoe minder streepjes, hoe stiller: de stilste categorie (één streepje ) is 3 tot 6 dB stiller dan de lawaaierigste groep. Dat lijkt niet veel, maar komt overeen met twee tot vier keer minder lawaai.

Andere criteria

De drie criteria die op het label staan, zijn heel belangrijke kenmerken. Maar een band is natuurlijk nog meer dan dat: ook de levensduur of de grip op droog wegdek verschillen van band tot band. Daarover zegt het label niets. Consumentenorganisaties of automobielverenigingen testen vaak meer kenmerken. Informeer u ook over die resultaten om een nog betere keuze te maken.   Meer info:   Surf naar www.letophetlabel.be. 

Minister Lieten slaagt waar de techniek faalde.

H

et Vlaams Instituut voor de Zee en de DAB Vloot hebben op donderdag 13 september de Simon Stevin in gebruik genomen. De Simon Stevin is meteen het eerste Vlaamse nieuwbouw onderzoeksschip. Minister van Innovatie Ingrid ­Lieten nam de doop voor haar rekening. Toen de champagnefles niet onmiddellijk wou breken, twijfelde ze geen moment en sloeg ze de fles vol overgave eigenhandig kapot tegen de romp. Vervolgens werd ze door gezagvoerder Giovanni Terryn, samen met andere genodig-

den door het schip rondgeleid. Een 240-tal genodigden namen deel aan de plechtigheid. Het schip is vernoemd naar ­Simon Stevin, een Vlaamse intellectuele duizendpoot (°1548, Brugge) met heel wat maritieme en waterbouwkundige verdiensten. De Simon Stevin biedt een veel bredere waaier aan mogelijkheden dan voorganger de Zeeleeuw en is qua onderwatergeluid het stilste schip van Europa. Het heeft 11,5 miljoen euro gekost. Aan de wetenschappelijke uitrusting is 1 miljoen euro besteed. 

9

De sportdag voor ambtenaren van de Vlaamse overheid was opnieuw een succes. Op 20 september namen dit jaar 6.137 ambtenaren deel: 255 meer dan vorig jaar.

Sportdag was succes

Meer dan 6000 deelnemers C

entrum van de activiteiten was net als de voorbije jaren de VUB-campus in Etterbeek. Daar kon iedereen terecht voor de toernooien en bijna veertig sporten, waaronder nieuwigheden als bodypump en katapultschieten. De fitness- en dansfanaten konden nieuwe sporttrends uitproberen zoals Axerobics, NIA en Vinyasa Yoga. Voor de avonturiers werd er een deathride en een hoogteparcours opgebouwd. Watersportfanaten deden mee aan Aqua Fun­ robics of volgden een initiatie duiken. Voor collega’s met een handicap waren er aangepaste faciliteiten en sporten, met onder meer rolstoelbadminton. Wie zijn of haar sport al aardig onder de knie had, kon deelnemen aan recreatieve competities in

10

MOW

MAG

badminton, minivoetbal, petanque of volleybal. De traditionele wandel- en fietstochten, de mountainbiketochten en de jogging maakten het sportaanbod compleet. Het overgrote deel van de ambtenaren bracht de dag al wandelend door. Ze hadden de keuze tussen een korte stadswandeling, een lange stadswandeling en een boswandeling van 18 km – een stevige kuitenbijter door het westelijk deel van het Zoniënwoud, langs het Tournay-Solvaypark en het Ter Kamerenbos. Nieuw was dat de korte en lange stadswandelingen eindigen in het station van Brussel-Centraal. Zo konden de deelnemers de overvolle treinen vanuit Etterbeek vermijden. 

Fietsen wordt alsmaar populairder. 360 collega’s namen deel aan de fietstochten van 35 en 70 kilometer, of aan de begeleide fietstocht met als thema Op zoek naar de patat. 650 mountainbikers fietsten in de grensstreek van het ­ Pajottenland en de Brabantse kouters op de ­ Bloso-mountainbike-omloop in Affligem.

Onderzoek

Wegen

worden stiller Een dunne toplaag, met een veel fijnere structuur.

Er bestaan verschillende mogelijkheden om het verkeerslawaai te verminderen. Eén mogelijkheid is om wegverhardingen te gebruiken die minder rolgeluid produceren. Op de N19 in Kasterlee heeft AWV een aantal proefvakken met stille dunne toplagen gelegd.

H

et standaardbestek 250 voor de wegenbouw beschrijft verschillende ­ ­bitumineuze toplagen: van asfaltbetons over steenmastiekasfalt tot zeer open asfalt. Elk van die types is in meer of mindere mate stil. Er bestaan echter asfaltmengsels die nog beduidend stiller zijn dan de klassieke dichte asfaltmengsels die meestal worden gebruikt. Aangezien dergelijke mengsels meestal gepatenteerd zijn, kunnen ze niet zomaar worden voorgeschreven in een bestek. Maar een bestek kan wel prestatie-eisen stellen. Het legt dan geen samenstelling op, maar wel een aantal kenmerken waaraan het mengsel moet voldoen. Op die manier kan een bestek wel degelijk eisen dat het rol­ geluid niet boven bepaalde niveaus uitkomt.

Onderzoek

Vooraleer we dergelijke eisen opleggen, is wel nog enig onderzoek nodig. In ­Nederland

en Frankrijk worden de stillere asfalt­ mengsels weliswaar al gebruikt, maar dan eerder op licht belaste wegen. De basismaterialen in Vlaanderen wijken ook enigszins af van de materialen uit het buitenland. Om een en ander te onderzoeken, heeft AWV verschillende aannemers een aantal ‘dunne toplagen’ laten aanleggen op één wegvak. Als proefvak is gekozen voor de gewestweg N19 Turnhout-Kasterlee. Het wegvak is 2 kilometer lang en bestaat uit twee rijstroken. Daar zijn tien deelvakken afgebakend van elk 200 meter lang, met telkens een ander asfaltmengsel. De akoestische kenmerken van de proefvakken worden gecontroleerd kort na aanleg en na twee jaar. De proefvakken moeten minstens 2 dB(A) stiller zijn dan de referentieverharding SMA-C. Aangezien ook het oppervlak een belangrijke

De klassieke toplaag, met een grove structuur.

parameter is voor de geluidsproductie, wordt bij de voorlopige en definitieve oplevering de regelmatigheid van de textuur gecontroleerd.

Veelbelovend

Naast deze contractuele kenmerken werd samen met het Opzoekingscentrum voor de Wegenbouw (OCW) een proevenprogramma opgesteld om ook een aantal mechanische kenmerken van de mengsels te onderzoeken. Zo kan AWV nagaan of de mengsels ook geschikt zijn voor op zwaar belaste autosnelwegen. Dat gebeurt met onderzoek naar de weerstand tegen spoorvorming, rafeling of watergevoeligheid. De proefvakken werden aangelegd in mei 2012. De eerste resultaten van de geluids- en textuurmetingen zijn alvast veelbelovend! 

11

Op 17 augustus huldigde minister Crevits de nieuwe huisvesting in van het Vlaams Verkeerscentrum en het Vlaams Tunnelen Controlecentrum. Het gebouw in de Lange Kievitstraat in Antwerpen (naast het Anna Bijnsgebouw bij het Centraal Station) is veel ruimer en een stuk moderner dan het vorige.

Van Craeybecks naar Kievit H

et Verkeerscentrum is het kloppend hart van de verkeersinformatie voor de weggebruikers. Het beschikt over een controlezaal die 24 uur op 24 en 7 dagen op 7 bemand is. De operatoren volgen de verkeersafwikkeling, sturen bij en staan in voor verkeersinformatie naar de weggebruiker. Daarvoor doen ze een beroep op de vele telematica-apparatuur die opgesteld staat langs onze wegen. De laatste jaren worden de camera’s, lussen en dynamische signalisatieborden versneld uitgebouwd in Vlaanderen. Ze zijn immers een onmisbare schakel in de context van modern verkeersmanagement. De camera’s en lussen zijn als het ware de ogen van het verkeerscentrum. Met de dynamische borden kan vanuit de operatorzaal snel en efficiënt gecommuniceerd worden met de weggebruiker. Het Vlaams Tunnel- en Controlecentrum (VTC) is in hoofdzaak een centrale meldkamer voor storingen of defecten aan de

12

MOW

MAG

20.000 installaties langs wegen en waterwegen (verkeerslichten, wegverlichting, praatpalen, bruggen, sluizen, camera’s enzovoort). Op jaarbasis komen er 25.000 defect- of averijmeldingen binnen. Het VTC werkt met zelfontwikkelde afstands­ bewakings- en bedieningssystemen. Op termijn zal het VTC als centrale technische controlekamer ook instaan voor de bewaking van de veiligheid in tunnels, in lijn met de Europese Richtlijnen.

lopen 15 jaar aan tot 72 personeelsleden. Ook de computerinfrastructuur wordt elk jaar omvangrijker. De verhuizing naar een nieuw gebouw drong zich op. Uiteindelijk is de site op het Kievitplein, nabij het Centraal Station in Antwerpen, als meest gunstige locatie geselecteerd. De locatie heeft als voordeel dat het vlak bij het Vlaams Administratief Centrum Anna Bijns ligt.

Verhuis

De inrichting van de nieuwe lokalen was klaar in februari 2012. Rond die periode zijn de administratieve medewerkers van het Verkeerscentrum verhuisd naar hun nieuwe werkplek. In de periode van maart tot en met juni volgde de grote klus om de verschillende computersystemen en softwareapplicaties over te brengen naar het nieuwe datacenter, in de kelder van het nieuwe gebouw. Ook de netwerkverbindingen tussen de twee sites

Tot voor kort waren het Verkeerscentrum en het Vlaams Tunnel- en Controlecentrum gehuisvest in een dienstgebouw boven de Craeybeckxtunnel, ook wel ‘de T70’ genoemd. Dat gebouw was aanvankelijk bedoeld als een technische ruimte voor de Craeybeckxtunnel. Door de sterke groei van het VVC en VTC was het gebouw te klein geworden. Het aantal personeelsleden groeide in de afge-

Computersystemen

Moderne bureaus en alle betrokkenen op één werkvloer: de nieuwe site is een forse verbetering.

tunnel plein moesten verder worden uitgebouwd en de volledige kantoorverdieping werd ingericht met ergonomische operatorzalen. In laatste instantie werd de nieuwe configuratie zeer grondig doorgetest. Begin juli 2012 zijn de nieuwe operatorzalen, dankzij de inspanning van velen, in gebruik ­genomen.

Samenwerking

Het personeel van het VVC beschikt in het nieuwe gebouw voortaan over digitale beelden en een nieuwe database om de weggebruiker op elk moment van de dag nog beter te informeren en het verkeer vlotter te laten doorstromen. Er zijn ook nauwere samenwerkingsverbanden opgezet met externe partners. Een detachement van de federale politie is de klok rond aanwezig in de operatorzaal. Ook de lokale verkeerspolitie Antwerpen heeft haar activiteiten rond verkeersbeheer en –veiligheid in het nieuwe gebouw ondergebracht. 

Enkele reacties Tom van Calster – operator VTC

‘We hebben hier een betere werkplaats en de installaties zijn verbeterd. Doordat het station vlakbij is, kom ik nu met de trein naar het werk. Toen we in Wilrijk zaten, kwam ik met de auto en dat zorgde voor meer stress. Wel spijtig dat er geen frisse buitenlucht is, maar het mooie uitzicht maakt veel goed.’

Rony Mannaert – operator VTC

‘Sinds de verhuis heb ik 45 minuten winst per werkdag. Ik kom, net als vroeger, met het openbaar vervoer en heb nu een vlottere verbinding, dat scheelt heel wat. En we zitten hier echt heel dicht bij het station: als ik uit de trein stap, kan ik bij wijze van spreken mijn bureau zien. We waren het in Wilrijk gewoon om een raam of deur open te zetten en dat gaat hier spijtig genoeg niet meer. Maar alles samen genomen zijn we er sterk op vooruitgegaan: alles is hier nieuw en modern.’

Nathalie Bekaert – verkeersdispatcher VVC

‘Het groen van Wilrijk moeten we missen maar we kregen wel meer ruimte in de plaats. De lucht­kwaliteit is ook beter hier. Naar Wilrijk ging ik met de auto maar nu kom ik met de trein naar het werk. Mijn reistijd is hetzelfde gebleven maar de kostprijs is gedaald: het treinabonnement wordt volledig door de werk­gever betaald. Een ander voordeel van de nieuwe locatie is dat we hier dichter bij de territoriale wegenafdelingen zitten, en gebruik kunnen maken van het restaurant in het Anna Bijns-gebouw.’

Ronny Vermeiren – verkeersoperator VVC

‘De nieuwe locatie is even wennen, het is een kantoorgebouw en dus een heel andere stijl dan het gebouw in Wilrijk. Maar we hebben hier meer ruimte, en minder gezoem en geruis – de apparatuur waar we nu mee werken is stiller. Ik kom net als voor de verhuis met de fiets naar het werk. Nu moet ik 1 km fietsen in plaats van 8 km, dus dat betekent een serieuze tijdswinst. Vooral bij de vroege shift, die om 6 uur start, maakt dat een groot ­verschil!’

13

Op 9 september startte in Wiltz (Groothertogdom Luxemburg) de zevende editie van de monstermountainbiketocht Duchenne Heroes. Aan de zevendaagse wedstrijd ten voordele van het onderzoek naar de ziekte van Duchenne namen ook collega’s Fonsy Van Dyck en Piet Wollaert deel. Beiden hebben in hun naaste familie iemand die aan de ziekte van Duchenne lijdt.

Mountainbiken

voor het goede doel D

e Duchenne Heroes mountainbiketocht wordt sinds zeven jaar georganiseerd door het Duchenne Parent Project (www.duchenne.nl). Dat is een Nederlandse organisatie van en voor ouders van kinderen met de ziekte van Duchenne. Voor de sponsoring wordt er in België samengewerkt met Nema – Vlaamse vereniging voor NeuroMusculaire Aandoeningen (www.nema.be).

de Duchenne jongens, over de finish. De monstertocht bracht 1.110.806 euro op – waaronder 63  000 euro van de ­Vlaamse  deelnemers!   Meer info:   http://duchenneheroes2008.   blogspot.com   www.duchenneheroes.nl 

Sponsoring

Doel van de tocht is het onderzoek te sponsoren om de ziekte van Duchenne te genezen of de negatieve gevolgen ervan in te perken. Elke deelnemer moet 2500 euro sponsorgeld inzamelen waarmee internationaal projecten worden gesteund die wetenschappelijk onderzoek doen naar de ziekte van Duchenne, een tot nu toe ongeneeslijke spierziekte die hoofdzakelijk bij jongens voorkomt. De voorbije jaren bedroeg de opbrengst telkens meer dan 1 miljoen euro. Duchenne Heroes is een Nederlands initiatief met bijna 300 Nederlandse mountainbikers en ook dit jaar 15 Vlamingen. Onder hen checkpointmedewerker Piet Wollaert van het Waterbouwkundig Laboratorium en mountainbiker Fonsy Van Dyck (Afdeling Scheepvaartbegeleiding).

100 kilometer per dag

‘Het is zeker niet de gemakkelijkste tocht’, zegt Fonsy Van Dyck. ‘We hebben elke dag 100 kilometer gefietst. We zijn vertrokken in Wiltz, en zijn dan zo via La Roche, GrandHalleux en Sart-Lez-Spa naar Valkenburg in Nederland gereden.’ Op zaterdagmiddag 15 september zijn de Duchenne Heroes onder luid applaus binnengehaald in Park Brakkenstein in Nijmegen. Veel teams en individuele deelnemers reden samen met hun eigen helden,

14

MOW

MAG

Duchenne spierdystrofie De ziekte van Duchenne is een ziekte (erfelijk bepaald of door een spontane mutatie) die de spieren aantast en verzwakt. De ziekte ontstaat door een foutje in de genen. Duchenne wordt meestal geconstateerd op jonge leeftijd. Doorgaans is een rolstoel onvermijdelijk op ­12-jarige  leeftijd. De ziekte breekt de spieren stelselmatig af. Eén op 3500 jongens wordt ermee geboren. Hoogst uitzonderlijk treft de ziekte ook meisjes. Door verbeterde zorg is de

gemiddelde levensverwachting van mensen met Duchenne de afgelopen jaren met ruim tien jaar gestegen, van 19 (in 1990) naar 25 tot 30 jaar. Een deel van de patiënten wordt ouder dan 30. Mede dankzij de fondsen die de organisaties van ouders hebben ingezameld, is er nu hoop. Onder meer het UZ Gasthuisberg in Leuven voert experimenten uit die veelbelovend zijn om alvast een deel van de kinderen te kunnen helpen. Hoop op genezing is er echter nog niet.

Zeereddings­dienst gere rganiseerd

De meeste mensen associëren de zomermaanden met vakantie en ontspanning, maar voor het Maritiem Reddings- en Coördinatiecentrum (MRCC) in Oostende staan ze gelijk met hard werken. Ook dit jaar zijn er heel wat reddingen gebeurd. De dienst is ook gereorganiseerd.

H

et Belgische gedeelte van de Noordzee behoort tot de drukst bevaren scheepvaartroutes ter wereld. Het MRCC is het eerste meldpunt voor alle incidenten op zee. Als het fout gaat, komt de oproep daar binnen. Qua incidenten is de afgelopen zomer vergelijkbaar met vorige zomers, zegt nautisch verkeersleider Johan Van B ­ ossche. ‘Ondanks het minder zonnige weer zijn er toch veel oproepen geregistreerd. De meeste oproepen komen van jachten met motorpech en verdwaalde personen op het strand, meestal kleine kinderen. Daarnaast zijn er ook oproepen naar aanleiding van zwemmers in nood, man over boord en medische evacuaties.’

Reorganisatie

Sinds 1 juli is de zeereddingsdienst gereorganiseerd. ‘Vanaf nu hebben we permanent elf reddingsboten ter beschikking: van Ship

Support uit Nieuwpoort, de DAB Vloot uit Oostende en VBZR in Blankenberge. De DAB Vloot heeft zijn werking bovendien gecentraliseerd in Oostende. Vroeger had de DAB Vloot ook stations in Zeebrugge en Nieuwpoort die alleen bemand waren bij stormwacht. Omdat Nieuwpoort ook wordt bediend door Ship Support en Blankenberge door VBZR, zijn de middelen van Vloot gecentraliseerd in Oostende. Die dienst is nu niet alleen bij stormwacht beschikbaar, maar de klok rond.’ ‘We merken echt dat de zone Oostende nu versterkt is’, zegt Johan Van Bossche. ‘Op drukke zomerdagen zijn er soms meerdere interventies tezelfdertijd en dan is het goed om weten dat voldoende reddingsboten en manschappen inzetbaar zijn.’ 

15

Weer

wekelijkse sport

Van september tot juni kunnen alle collega’s in B ­ russel weer deelnemen aan allerhande sportactiviteiten. ­Alleen tijdens de schoolvakanties gaan de activiteiten niet door.

Wat staat er op het programma?

• Yoga: elke maandag tussen 12 en 13 uur in het ­Ferrarisgebouw (oude drukkerij). • Kung fu: elke dinsdag en donderdag tussen 12.05 en 13.05 uur in het Ferrarisgebouw (oude drukkerij). • Karate: elke woensdag en vrijdag tussen 12.15 en 13.15 uur in het Ferrarisgebouw (oude drukkerij). • Onderhoudsgym: elke dinsdag tussen 12 en 13 uur in het Boudewijngebouw voorbouw -1. • Aerobic: elke donderdag tussen 12 en 13 uur in het Boudewijngebouw voorbouw -1. • Tai Chi: elke maandag en vrijdag tussen 12 en 13 uur (2 niveaus) in het Auditorium Boudewijngebouw of -1 Ellipsgebouw.

Prijs?

• 20 euro voor onderhoudsgym, aerobic, kung fu en karate (inclusief verzekering en lidgeld vzw Kunst & Vrije Tijd – Minigym van de Vlaamse Gemeenschap. De verzekering van KVT kost eenmalig 5 euro en geldt voor alle sporten die goedgekeurd zijn door KVT). • Voor yoga betaal je 5 euro (verzekering en lidgeld) plus een bijdrage van 3 euro per les, rechtstreeks aan de lesgever. • Voor Tai Chi betaal je 5 euro (verzekering en lidgeld) plus een bijdrage per les, rechtstreeks aan de lesgever. Inschrijven kan ter plaatse bij het begin van de lessen bij de lesgever, of op dinsdag en donderdag bij organisator Luc Van Hamme.  Meer info:   Joëlle Lhoëst, [email protected]   02 553 50 20, 0491 96 86 39 

Resultaten personeelspeiling departement MOW

Tevredenheid hoog

In maart en april werden de per­so­neels­le­den van het Departement MOW uitgenodigd om de per­ so­neels­pei­ling 2012 in te vullen. In totaal nam 61 % van de personeelsle­den deel aan het personeels­ tevredenheids- en betrokken­heids­onder­zoek.

16

MOW

MAG

De resultaten tonen in de eerste plaats een hoge algemene tevredenheid (4,3). Vooral de werkinhoud en de beleving van de waarden in de werkomgeving scoren hoog. Ook de kwaliteit van het leidinggeven wordt over het algemeen gunstig geëvalueerd. Wel worden hier enkele verbeterpunten aangegeven. Vooral op het gebied van visie, communicatie en inspraak liggen de scores lager. Medewerkers voelen zich verbonden met de organisatie: • in eerste instantie door ­ar­beids­in­houd • in tweede instantie door arbeidsvoorwaarden. Vooral de materie Mobiliteit en Openbare Werken en de directe werkom­ geving en collega’s worden bijzonder gewaardeerd. Verloning, waardering en loopbaanmogelijk­heden scoren generiek het minst goed.

Vervolgtraject

De leden van de Directieraad beslisten om de resultaten van de personeelspeiling mee op te nemen in verschillende lopende trajecten binnen het departement. Dat geldt met name voor: • de uitwerking van een nieuw mission statement en visieverklaring voor het departement MOW, met daaruit voortvloeiend een departementale visie op organisatiecultuur. Het actieplan houdt rekening met een maximale betrokkenheid van het personeel, • de visiebepaling en implementatie van een nieuw HR-beleid voor het departement MOW. Complementair aan die acties op middellange termijn besliste de directieraad om de visie van het departement rond enkele thema’s van het sleutelproject Modern HRbeleid te concretiseren met acties op korte termijn. Zo formuleerde de directieraad rond de thematieken mobiliteit, leiderschap en innovatieve arbeidsorganisatie een visie en specifieke acties (zie hiernaast). De directieraad wil de personeelsleden van het Departement MOW danken voor hun inbreng.

Seminarie directieraad Naar goede gewoonte vond ook dit jaar in september een seminarie plaats voor alle leden van de directieraad in het Chateau de la Poste, nabij Maillen in de omgeving van Namen. De leden van de directieraad stonden twee dagen stil bij de huidige en gewenste organisatiecultuur van onze organisatie en bogen zich over een aantal aspecten van het moderne HRM-beleid.

D

e eerste dag stond volledig in het licht van de gemeenschappelijke waarden en normen van het Departement Mobiliteit en Openbare Werken en het daaruit voortvloeiende gedrag. Aan de hand van de resultaten uit de bottom-up evaluatie (2011), de personeelspeiling (2012) en de Organizational Culture Assessment Instrument (2012) werd de huidige organisatiecultuur ingeschat. Vervolgens werden die inzichten en stellingen afgetoetst en besproken in zes focusgesprekken met medewerkers uit de verschillende afdelingen van het departement.

Nederlandse input

Uit de cultuurinschatting kwam een aantal sterke en minder sterke punten naar boven. De leden van de directieraad hebben zich geëngageerd om de sterke punten binnen de organisatie te waarborgen en de minder sterke punten te verbeteren. De huidige missie en visieverklaring van het Departement Mobiliteit en Openbare Werken zal worden herzien, met een maximale betrokkenheid van de medewerkers en een duidelijke voortrekkersrol van secretarisgeneraal F ­ ernand Desmyter. Siebe Riedstra, secretaris-generaal van het Nederlandse Ministerie van Infrastructuur en Milieu uit Nederland, sprak over zijn ervaringen met grote hervormingen en de bijbehorende cultuuromslag. Hij had ook aandacht voor de interne en externe mobiliteit van zijn personeel, waarin onze Nederlandse collega’s duidelijk als eindverantwoordelijke van hun eigen loopbaan naar voren werden geschoven.

Personeelsbeleid

De tweede dag van het seminarie was gewijd aan bedrijfscultuurgerelateerde aspecten van het personeelsbeleid, als eerste aanzet tot de visiebepaling voor het HRbeleid van het departement. Drie thema’s kwamen aan bod: mobiliteit, leiderschap en innovatieve arbeidsorganisatie. Het seminarie resulteerde in een departementale visie op die thema’s. De directieraad besliste om de visie op mobiliteit, leider-

schap en innovatieve arbeidsorganisatie te concretiseren met acties op korte termijn. Stimuleren van (tijdelijke en perma­nente) mobiliteit als belangrijke meerwaarde en win-win voor zowel het individu als de organisatie. Opportuniteiten en wensen inzake mobiliteit zullen aan bod komen tijdens ploeggesprekken. Daarnaast wordt gewerkt aan een communicatiekanaal om systematisch vacatures intern bekend te maken. Aandacht voor leiderschap: om strategische doelstellingen en opdrachten te realiseren, moet elke leidinggevende vier rollen opnemen: een rol als leider, manager, coach en ondernemer. De leden van de directieraad onderschrijven deze nieuwe visie op leiderschap b ­innen de Vlaamse overheid en engageren zich om hierop in te zetten De bottom-up evaluatie zal verankerd worden in de ploegcyclus vanaf 2013 voor midden­kader, lager kader en operationeel leidinggevenden. Er wordt een aanpak uitgewerkt voor de detectie en ontwikkeling van ­(potentieel) leidinggevenden ­binnen onze organisatie. Evolueren naar een innovatieve arbeidsorganisatie. Het Departement Mobiliteit en Openbare ­Werken wil als organisatie evolueren naar een innovatieve arbeidsorganisatie waar resultaat- en oplossingsgerichtheid en het nemen van verantwoordelijkheid b ­ elangrijk zijn. 

17

Kort

Lang leve de

ICT

duurzaamheid

De Dagen van de Duurzaamheid waren in oktober 2012 aan hun vijfde editie toe. Het jaarlijkse initiatief, dat de Vlaamse ambtenaren voor duurzame ontwikkeling sensibiliseert, stond dit jaar in het teken van hergebruik. De titel: Lang Leve... Net als bij vorige edities organiseerden de verschillende Vlaamse beleidsdomeinen activiteiten over duur­zaamheid. Dit jaar keek de Vlaamse overheid ook over haar grenzen en nam ze contact op met de provincies, steden en gemeenten om deel te nemen aan het ­initiatief. Een van de acties was een zoektocht naar het meest hergebruikte of het oudste voorwerp van de Vlaamse overheid. Heel wat medewerkers van MOW namen deel aan de wedstrijd. Patrick Verhoeven van het Agentschap Wegen en Verkeer diende het oudste object in dat nog steeds in gebruik is: een kaart van de gewestweg N6 Brussel Bergen uit 1899.

Het Waterbouwkundig Laboratorium stelde een boek uit 1778 voor: Nieuwe hydraulische experimenten uitgevoerd op kanalen en rivieren om de voornaamste wetten en verschijnselen van stromende wateren te verifiëren. Rik Loyson van Agentschap Wegen en Verkeer vond vergeelde documenten over de aanleg van wegen en duikers. ‘Het oudste plan dat ik teruggevonden heb dateert van het jaar 1877. Het oudste bestek van 1888.’ Johan Verstraeten van de Vlaamse Hydrogafie in Oostende postte een foto van een zeekaart Vlaamse Banken uit 1866. Het origineel wordt bewaard in het loodsgebouw in Antwerpen.  Meer info:   Grasduinen in de oude spullen van de andere   beleidsdomeinen kan op   www.facebook.com/DagenVanDeDuurzaamheid. 

E-tendering voortaan verplicht De Vlaamse Regering vraagt om alle offertes voor overheidsopdrachten voortaan elektronisch in te dienen. Dat geldt zowel voor een openbare aanbesteding als voor een algemene ­offerteaanvraag. Sinds 13 juli 2012 is een nieuwe versie van ­e-tendering beschikbaar die over nieuwe mogelijkheden beschikt en die andere digitale handtekeningen aanvaardt dan de Belgische eID en Certipost. Daardoor wordt het voor buitenlandse ondernemingen eenvoudiger om digitale offertes voor Belgische overheidsopdrachten in te dienen. De principiële verplichting om digitale offertes in te dienen zal voor het Beleidsdomein MOW ingaan voor de overheidsopdrachten die vanaf 1 november 2012 worden gepubliceerd. De Afdeling Algemene Technische Ondersteuning en de Afdeling Juridische Dienstverlening

18

MOW

MAG

van het Departement MOW hebben in september en oktober een opleiding gegeven aan de aankopers van het Beleidsdomein MOW over het gebruik van de vernieuwde federale e-procurement-toepassing, e-notification en e-tendering en over specifieke situaties die kunnen voorkomen tijdens een openingszitting.  Meer info:   • Bart Gheysens, Projectleider   Overheidsopdrachten, Departement MOW,   afdeling Juridische Dienstverlening,   [email protected]   T: 02 553 72 00,   • Luc Van Dijck, e-procurement coördinator.  Departement MOW, ATO,   [email protected]   T: 02 553 85 75. 

wordt

groen Het Agentschap Wegen en Verkeer kreeg van het team Interne Milieuzorg (IMZ) van het departement LNE de vraag mee te werken aan een sensibiliseringscampagne over groene ICT. Op 5 november start een campagne die zich richt op drie doelgroepen: afdelingshoofden, ICT-aankopers en de ICT-gebruikers. Hen zal worden gevraagd om hun dagelijkse ICT-gedrag met eenvoudige ingrepen ‘groener’ te kleuren. Wat dat precies betekent en welke ingrepen ICT-gedrag groener kunnen kleuren, wordt onthuld op 5 november. Alvast een kleine tip: gebruikte inktcartridges horen niet thuis in de vuilnisbak…

Samenwerkingsakkoord OMS en KMI De weersvoorspellingen op zee gebeuren zowel door het Oceanografisch Meteorologisch Station van MDK als door het KMI. Nu is er een samenwerkingsakkoord, wat de voorspellingen nog efficiënter zal maken.

M

DK beschikt over het Meetnet Vlaamse Banken, dat heel wat meetgegevens van wind, getij, stroming en golfwerking verzamelt. MDK exploiteert in Oostende ook het Oceanografisch Meteorologisch Station (OMS). Dat voorspellingscentrum stuurt meteovoorspellingen naar professionele gebruikers en staat ook in voor waarschuwingen bij stormvloed. Het Koninklijk Meteorologische Instituut (KMI) is de meteopartner van zowel de federale als de gewestelijke overheden en levert meteogegevens op zee aan de federale scheepvaartpolitie, de FOD Mobiliteit & Vervoer en ­Douane & Accijnzen. Om de kwaliteit van de meteoberichten te optimalise-

ren, moet het KMI kunnen beschikken over de meetgegevens die het agentschap MDK ­inzamelt. Daarnaast werkt het KMI samen met diverse Vlaamse instanties rond luchtverontreiniging, waterbeheer en veiligheid op de wegen. Het agentschap voor Maritieme Dienstverlening en Kust (MDK) en het Koninklijk Meteorologische Instituut (KMI) hebben nu een nieuwe samenwerkingsovereenkomst gesloten die door de Vlaamse en federale regeringen is goedgekeurd. De overeenkomst regelt de inzet van personeel en materiële middelen, de gezamenlijke doelstellingen en een evenwichtige kostenverdeling. Beide diensten zullen samen de zee- en kustweerberichten opmaken. 

19

Vlaanderen is een belangrijke logistieke draaischijf in Europa. De Europese Unie beseft dat ook, en trekt nu 16 miljoen euro subsidies uit voor investeringen in de Vlaamse havens en waterwegen. De gesubsidieerde infrastructuurwerken maken deel uit van het grensoverschrijdende Europese netwerk TEN-T.

16 miljoen EU-subsidies voor grote infrastructuur D

e Europese Unie besliste in juli om Vlaanderen meer dan 16 miljoen euro aan cofinanciering toe te kennen voor vijf watergebonden projecten binnen het Trans-Europese Transportnetwerk ­(TEN-T). Onder meer de sluisprojecten in de Waaslandhaven en in Terneuzen kunnen rekenen op Europese cofinanciering. Het Trans-Europese Transportnetwerk (TEN-T) bestaat uit een infrastructuur (wegen, waterwegen, spoorwegen, havens, luchthavens) en de diensten die nodig zijn om die infrastructuur te kunnen gebruiken. Alle vijf de projecten die minister Hilde Crevits heeft ingediend, ontvingen een ­Europese subsidie.

Erkenning

Volgens de Europese Commissie geven de Vlaamse projecten invulling aan de ambitie van Europa om tegen 2030 een transnationaal en multimodaal vervoersnetwerk te ontwikkelen. Vlaanderen krijgt 11% van de 146 miljoen euro die werd verdeeld over de 27 lidstaten. Met die beslissing geeft Europa een mooie erkenning voor de Vlaamse beleidskeuze om het aandeel van het vervoer over het water te verhogen. Duurzame transportmodi vormen ook in het toekomstige TEN-T beleid een belangrijke pijler.  

20

MOW

MAG

Zeekanaal Brussel-Schelde De werken in Willebroek passen in een moderniseringsprogramma om het Zeekanaal BrusselSchelde tussen Willebroek en de Schelde beter bevaarbaar te maken voor zeeschepen en binnenvaart tot 10.000 ton. Het pro-

ject omvat onder meer de renovatie van de rechteroever tussen de Boulevardbrug en de oude kanaalarm in Klein-Willebroek, baggerwerken en de renovatie van de kaaimuur in de industriezone Willebroek-Noord.

Zeesluis Gent-Terneuzen Vlaanderen diende samen met Nederland een projectaanvraag in over de planuitwerkingsfase voor de grote zeesluis op het kanaal Gent-Terneuzen. De nieuwe sluis verbetert

de toegang tot de haven van Gent en zorgt voor een vlotte doortocht van binnenvaartschepen tussen Nederland, België en Frankrijk via de Seine-­Schelde verbinding.

projecten Deurganckdoksluis De bouw van een tweede sluis in de Waasland­ haven zal de maritieme toegankelijkheid tot de Antwerpse haven gevoelig verbeteren. ­Momenteel is de Waaslandhaven alleen toegankelijk via de Kallo­­sluis, die al maximaal bezet is. De nieuwe sluis moet het getijde­ gevoelige Deurganckdok met de overige dokken in de Waaslandhaven verbinden. De tweede sluis zal 68 meter breed, 500 meter lang en 17,8 meter diep zijn. Het wordt de grootste sluis ter wereld. De Europese experts loofden de hoge kwaliteit in het projectvoorstel.

Verbeteringswerken Albertkanaal Door de verhoging van de bruggen over het Albertkanaal tot een vrije hoogte van 9,10 meter boven de waterlijn zullen in de toekomst binnenschepen met vier lagen containers veilig en vlot het Albertkanaal kunnen bevaren. Door de verbreding van het Albertkanaal tussen Wijnegem en Antwerpen zal het Albertkanaal over zijn volledige lengte van Antwerpen tot Luik toegankelijk zijn voor klasse ­VI-schepen.

Seine- Scheldenetwerk Het vierde project omvat bijkomende studies om het SeineScheldenetwerk in Vlaanderen te optimaliseren en de studie naar de toekomstmogelijkheden voor het Kanaal R ­ oeselareLeie en voor het Kanaal BossuitKortrijk.

21

Tekenen voor het leven

Truckveilig charter Ongevallen met vrachtwagens gebeuren jammer genoeg nog dagelijks. Om de veiligheid te verhogen en goede praktijken breder bekend te maken, is er nu het Truckveilig charter.

D

De cijfers Dagelijks gebeuren er in ­Vlaanderen gemiddeld vier letselongevallen waar­ bij vrachtwagens betrokken zijn. Op jaarbasis vallen daarbij iets meer dan 60 doden en meer dan 300 zwaargewonden. Vrachtwagenongevallen vertegen­ woordigen daarmee 6,1% van alle let­ sel­ ongevallen, 9,7% van alle zwaargewonden en 14,4% van alle verkeersdoden in Vlaanderen. Daartegenover staat dat vrachtwagens ook een aanzienlijk deel uitmaken van het totale verkeersvolume op Vlaamse wegen: in 2010 legden vrachtwagens 5,3 miljard voertuigkilometers af, of bijna 1 op 10 van alle afgelegde voertuigkilometers in Vlaanderen.

22

MOW

MAG

Veel transportbedrijven en vrachtwagenbestuurders leveren belangrijke inspanningen om de veiligheid in het wegtransport te verbeteren. Om hen te ondersteunen, hebben Vlaams minister van Mobiliteit en Openbare Werken Hilde Crevits en de Vlaamse Stichting Verkeerskunde (VSV) met de steun van Assuralia, de beroepsvereniging van verzekeringsondernemingen, in april dit jaar het Truckveilig charter gelanceerd. Het principe is eenvoudig: transportbedrijven en vrachtwagenbestuurders die het charter op de website www.truckveilig.be ondertekenen, engageren zich voor een veiliger wegtransport en duiden minimaal zeven actiepunten aan die ze concreet willen verwezenlijken. Bestuurders kunnen er bijvoorbeeld over waken dat ze voldoende fit en uitgerust achter het stuur zitten, terwijl werkgevers kunnen zorgen voor haalbare rittenschema’s en een correct onderhoud van het vrachtwagenpark. Meteen geven ze ook het goede voorbeeld aan hun collega’s binnen de sector, en raken goede praktijken beter bekend. Bedrijven en bestuurders die hun engagementen nakomen, krijgen na verloop van tijd het Truckveilig label toegekend.

Veiligheidscultuur

Het Truckveilig charter wil de veiligheidscultuur binnen de sector stimuleren. Ondernemingen die het Truckveilig label behalen, maken hun klanten en sectorgenoten duidelijk dat ze actief meewerken

aan een veiliger verkeer. Het Truckveilig label is op die manier een echte opsteker voor het bedrijfsimago en kan op termijn uitgroeien tot een echt kwaliteitskeurmerk. Dat de formule aanslaat, blijkt uit het ­stijgende aantal ondertekenaars: in oktober stond de teller al op 983, waarvan ongeveer een vierde bedrijven en drie vierden vrachtwagenchauffeurs. Dit najaar krijgen alle chauffeurs en bedrijven die vóór 15 augustus hebben getekend, een evaluatieformulier in de bus waarop ze aanduiden welke engagementen ze al hebben gerealiseerd en welke ze nog moeten uitvoeren. Valt de evaluatie positief uit, dan maken ze kans om volgend voorjaar als eerste bekroond te worden met het Truckveilig label.

Campagne en website

Het Truckveilig label werd de afgelopen maanden gepromoot met een campagne onder het motto Ik teken voor het leven, onder meer via advertenties in de vakpers, een bijlage in het vakblad Truck & ­Business, en levensgrote affiches op trucks. De blik­ vangers zijn respectievelijk een mannelijke en vrouwelijke vrachtwagenbestuurder en een bedrijfsleider, allen met een opvallende Truckveilig tattoo op de arm. De motor achter het hele gebeuren is de website www.truckveilig.be, waar transportbedrijven en vrachtwagenbestuurders het charter online kunnen onder­tekenen en informatie en veiligheidstips vinden.   Meer info: www.truckveilig.be. 

Kortrijk weer stukje veiliger

Vlak voor het bouwverlof heeft AWV de laatste hand gelegd aan het volledig heringerichte kruispunt van de N323b (President Kennedylaan) met de N50 (Doorniksesteenweg) in Kortrijk.

B

eide zijn drukke gewestwegen naar de attractiepolen Kortrijk Xpo en Kinepolis. In de onmiddelijke omgeving liggen ook de hogeschoolcampus KATHO, opleidingscentrum Syntra en een Park & Ride.

Gevaarlijk punt

Het kruispunt stond geboekstaafd als een gevaarlijk punt in Vlaanderen waar in het verleden verschillende ongevallen gebeurden, vaak met fietsers. Nu zijn bijkomende afslagstroken, een vrije busbaan en gescheiden en verhoogde fietspaden aangelegd. Ook de verkeerslichten ­werden ­vernieuwd.

Het wegvak van de President Kennedylaan tussen de Beneluxlaan en de Doorniksesteenweg is ook heringericht. Daarbij ging veel aandacht naar een vlotte doorstroming van het openbaar vervoer en een fietsveilige infrastructuur. Over de volledige lengte van de weg werd een brede, groene middenberm aangelegd en een een vrije busbaan.

Ter hoogte van Kinepolis kwamen nieuwe vrijliggende fietspaden, een extra breed voetpad en een ruime parkeerzone. Op de N50 Doorniksesteenweg zijn op vraag van de handelaars zoveel mogelijk parkeerplaatsen behouden. Ter hoogte van de hogeschool KATHO is een kiss & ride-zone aangelegd.

Veiliger en comfortabeler

Dankzij de herinrichting is er nu een betere verkeersveiligheid, een vlottere doorstroming en een hoger comfort voor fietsers en voetgangers. 

23