Fortis B Fix BEVEK • Fortis Fix Quatro Five • Fortis Fix Quatro Five 2 • Fortis Fix Double Five Plus
Jaarverslag 2010/2011 31 maart 2011 Nederlands
Inhoudsopgave
Bestuursinformatie en andere informatie
3
Profiel
4
Verslag van de Raad van Bestuur
9
Jaarrekening Fortis B Fix BEVEK per 31 maart 2011 Balans per 31 maart 2011 (voor resultaatbestemming) Winst-en-verliesrekening Kasstroomoverzicht Toelichtingen
16 17 21 23 27
Overige gegevens Statutaire regeling winstbestemming Voorstel resultaatbestemming Wet op het financieel toezicht (‘Wft’) Belangen van de Raad van Bestuur Controleverklaring van de onafhankelijke accountant
43 43 43 43 44 45
Bijlage: Fiscale aspecten
47
Fortis B Fix BEVEK
2
Bestuursinformatie en andere informatie Fortis B Fix BEVEK Warandeberg 3 1000 Brussel België Raad van Bestuur De heer Marnix Arickx, voorzitter (vanaf 20-10-2010) Managing Director BNP Paribas Investment Partners Belgium S.A. De heer William de Vijlder Managing Director BNP Paribas Investment Partners Belgium S.A. De heer Dennis Gallet Head of Market Risk, European and American Regions De heer Olivier Lafont (vanaf 22 juli 2011, onder voorbehoud goedkeuring) Managing Director BNP Paribas Investment Partners Belgium S.A. De heer Jan Lodewijk Roebroek CEO BNP Paribas Investment Partners Netherlands N.V. Mevrouw Marion Maagdenberg Head of Fund Development Netherlands and International Projects BNP Paribas Investment Partners Netherlands N.V. BNP Paribas Investment Partners Netherlands N.V. De heer Paul Mestag (tot 22 juli 2011) Head of Fund Structuring Benelux BNP Paribas Investment Partners Belgium S.A.
Vermogensbeheerder Intellectueel beheer van de portefeuille BNP Paribas Investment Partners Belgium S.A. Vooruitgangsstraat 55 1210 Brussel België Administrateur BNP Paribas Investment Partners Belgium S.A. Vooruitgangsstraat 55 1210 Brussel België BNP Paribas Investment Partners Belgium S.A. die de uitvoering van haar taken gedeeltelijk gedelegeerd heeft aan Fastnet Belgium N.V., Brussel Bewaarder Fortis Bank S.A. Warandeberg 3 1000 Brussel Accountant PricewaterhouseCoopers Bedrijfsrevisoren BCVBA Woluwedal 18 1932 Sint-Stevens-Woluwe België Accountant in Nederland PricewaterhouseCoopers Accountants N.V. Fascinatio Boulevard 350 3065 WB Rotterdam Nederland
Voor informatie of prospectus BNP Paribas Investment Partners Burgerweeshuispad 201 Tripolis 200 Postbus 71770, 1008 DG Amsterdam Nederland Telefoon: +31 (0)20 527 51 40 Website: www.bnpparibas-ip.com De waarde van uw beleggingen kan fluctueren. In het verleden behaalde resultaten bieden geen garantie voor de toekomst.
Fortis B Fix BEVEK
3
Profiel Fortis B Fix BEVEK (‘het fonds’) is een beleggingsmaatschappij met veranderlijk kapitaal met meerdere compartimenten naar Belgisch recht, opgericht op 11 oktober 1996 in de vorm van een naamloze vennootschap met onbepaalde duur. Aan Fortis B Fix BEVEK is door de Autoriteit Financiële Markten (‘AFM’) een vergunning verleend op grond van de Wet op het financieel toezicht (‘Wft’). Het fonds is ingeschreven in het register als bedoeld in artikel 1:107 van de Wft, dat voor eenieder ter inzage ligt bij de AFM te Amsterdam. BNP Paribas Investment Partners BE Holding S.A.; BNP Paribas Investment Partners Belgium S.A. en BNP Paribas Investment Partners Netherlands N.V. maken deel uit van de wereldwijd opererende vermogensbeheerorganisatie BNP Paribas Investment Partners S.A., welke organisatie thans opereert onder de handelsnaam ‘BNP Paribas Investment Partners’. De aandelen van BNP Paribas Investment Partners S.A. worden gehouden door BNP Paribas S.A., Fortis Bank S.A. en BGL BNP Paribas S.A. Het organogram van de groep waartoe bovenstaande entiteiten behoren ziet er als volgt uit: Société fédérale de participations et d’investissement Federale Participatie- en Investeringsmaatschappij
BNP Paribas SA
10.788%
1.087%
Luxembourg state
(SFPI/FPIM)
Belgian state 15.96% 25% + 1 share
34% 74.935%
Fortis Bank SA
66.55%
BGL BNP Paribas SA
50% + 1 share
BNP Paribas Investment Partners SA
28.22%
5.11%
100%
BNP Paribas Investment Partners BE Holding SA
100%
BNP Paribas Investment Partners NL Holding NV
100%
BNP Paribas Investment Partners Belgium SA
100%
BNP Paribas Investment Partners Netherlands NV
Op de website www.bnpparibas-ip.nl onder ‘Informatie Wet financieel toezicht’ onder ‘Overige informatie’ worden de bestuurders van de bovengenoemde rechtspersonen vermeld.
Fortis B Fix BEVEK
4
BNP Paribas Investment Partners Funds (Nederland) N.V., Burgerweeshuispad 201 Tripolis 200, 1076 GR Amsterdam, vervult de functie van ‘Representative Office’ van Fortis B Fix BEVEK. Het prospectus, de statuten en de (half)jaarverslagen over de laatste drie jaren zijn kosteloos verkrijgbaar ten kantore van de Representative Office en via de website www.bnpparibas-ip.nl. Verdere voor de aandeelhouders relevante informatie, indien aanwezig, ligt ter inzage ten kantore van de Representative Office. De compartimenten van Fortis B Fix BEVEK worden in Nederland onder een afwijkende naam verkocht. In de onderstaande tabel worden in kolom 1 de in Nederland gehanteerde namen weergegeven. In kolom 2 zijn de juridische namen weergegeven waaronder deze compartimenten zijn opgenomen in het register als bedoeld in artikel 1:107 van de Wft. In Nederland gehanteerde namen
Fortis Fix Quatro Five Fortis Fix Quatro Five 2
Namen zoals weergegeven in het register als bedoeld in artikel 1:107 van de Wft Fortis B Fix Equity 126 Fortis B Fix Equity 143 Fortis B Fix Equity 187
Fortis Fix Double Five Plus Ondanks de afwijkende naam zijn de inhoud van het prospectus en de statuten van Fortis B Fix BEVEK onverminderd op deze compartimenten van toepassing. Het jaarverslag per 31 maart 2011 bevat de compartimenten Fortis Fix Quatro Five, Fortis Fix Quatro Five 2 en Fortis Fix Double Five Plus. Het doel van Fortis Fix Quatro Five is de aandeelhouders de mogelijkheid te bieden te genieten van acht jaarlijkse dividenduitkeringen en om op de eindvervaldatum van de oorspronkelijke beleggingshorizon, per aandeel (voor aftrek van kosten en Belgische belastingen) de oorspronkelijk vastgestelde nettovermogenswaarde van EUR 1.000 te ontvangen. De eerste vier dividenden worden vastgesteld (eveneens voor aftrek van kosten en belastingen) op EUR 50 elk. Uitbetaling van de dividenden van Fortis Fix Quatro Five heeft plaatsgevonden op 8 augustus 2005, 7 augustus 2006, 7 augustus 2007 en 7 augustus 2008. Uitbetaling van de dividenden van Fortis Fix Quatro Five, die volgens het prospectus gepland waren op 7 augustus 2009 en 9 augustus 2010, heeft niet plaatsgevonden gezien de negatieve ontwikkeling in het mandje aandelen over het boekjaren 2008/2009 respectievelijk 2009/2010. Dit is conform de in het prospectus genoemde voorwaarden voor dividenduitkering. Van Fortis Fix Quatro Five worden de laatste twee dividenden respectievelijk betaald op de volgende data: 8 augustus 2011 en 1 augustus 2012. De startwaarde van elk aandeel in het mandje is het rekenkundige gemiddelde van de slotkoersen van 28, 29 en 30 juli 2004. De andere waarden worden berekend op basis van hun slotkoersen op de volgende data: 29 juli 2011 en 20 juli 2012. Onvoorziene omstandigheden voorbehouden, zoals in het prospectus aangegeven, bestaat het mandje van Fortis Fix Quatro Five uit de volgende aandelen: Alcatel (Euronext Paris), Amazon.com (Nasdaq), ASML Holding (Euronext Amsterdam), British American Tobacco (London Stock Exchange), Canon (Tokyo Stock Exchange), Cisco Systems (Nasdaq), E.ON
Fortis B Fix BEVEK
5
(Deutsche Börse (Xetra)), Fortis (Euronext Brussels), France Telecom (Euronext Paris), Heineken (Euronext Amsterdam), Infineon Technologies (Deutsche Börse (Xetra)), Koninklijke KPN (Euronext Amsterdam), Pepsico (New York Stock Exchange), Pfizer (New York Stock Exchange), Pinault-Printemps-Redoute (Euronext Paris), Roche Holding (Virt-x), SAP (Deutsche Börse (Xetra)), Siemens (Deutsche Börse (Xetra)), Société Générale (Euronext Paris) en Toyota Motor (Tokyo Stock Exchange). Het doel van Fortis Fix Quatro Five 2 is de aandeelhouders de mogelijkheid te bieden te genieten van acht jaarlijkse dividenduitkeringen en om op de eindvervaldatum van de oorspronkelijke beleggingshorizon, per aandeel (voor aftrek van kosten en Belgische belastingen) de oorspronkelijk vastgestelde nettovermogenswaarde van EUR 1.000 te ontvangen. De eerste vier dividenden worden vastgesteld (eveneens voor aftrek van kosten en belastingen) op EUR 50 elk. Het bedrag van de laatste vier dividenduitkeringen is bepaald door de ontwikkeling van een mandje van 20 aandelen, alle met gelijke weging. De ontwikkeling van het mandje is bepaald als het rekenkundige gemiddelde van de twintig individuele procentuele stijgingen (met een koerswinstplafond van 8% ten opzichte van de startwaarde) of dalingen per aandeel. Uitbetaling van de dividenden van Fortis Fix Quatro Five 2 heeft plaatsgevonden op 8 december 2005, 8 december 2006, 10 december 2007 en 8 december 2008. Gezien de negatieve ontwikkeling in het mandje aandelen over het boekjaar 2008/2009 en 2009/2010, heeft uitbetaling van de dividenden die volgens het prospectus gepland waren op 8 december 2009 respectievelijk 8 december 2010, van Fortis Fix Quatro Five 2 niet plaatsgevonden. Dit is conform de in het prospectus genoemde voorwaarden voor dividenduitkering. Van Fortis Fix Quatro Five 2 worden de laatste twee dividenden respectievelijk betaald op de volgende data: 8 december 2011 en 3 juni 2013. De startwaarde van elk aandeel in het mandje is het rekenkundig gemiddelde van de slotkoersen van 26, 29 en 30 november 2004. De andere waarden worden berekend op basis van hun slotkoersen op de volgende data: 30 november 2010, 30 november 2011 en 24 mei 2013. Onvoorziene omstandigheden voorbehouden, zoals in het prospectus aangegeven, bestaat het mandje van Fortis Fix Quatro Five 2 uit de volgende aandelen: Altria Group (New York Stock Exchange), Astrazeneca (London Stock Exchange), AXA (Euronext Paris), BNP Paribas (Euronext Paris), Dell (Nasdaq), Deutsche Telekom (Deutsche Börse (Xetra)), E.ON (Deutsche Börse (Xetra)), Telefonaktiebolaget lm Ericsson (Stockholm Stock Exchange), General Electric (New York Stock Exchange), Kyocera (Tokyo Stock Exchange), L’Oréal (Euronext Paris), Nestlé (Virt-x), Nissan Motor (Tokyo Stock Exchange), Pfizer (New York Stock Exchange), Qualcomm (Nasdaq), Roche Holding (Virt-x), Siemens (Deutsche Börse (Xetra)), STMicroelectronics (Euronext Paris), Total (Euronext Paris) en US Bancorp (New York Stock Exchange). Het doel van Fortis Fix Double Five Plus ten slotte is de aandeelhouders de mogelijkheid te bieden te genieten van acht jaarlijkse dividenduitkeringen en om op de eindvervaldatum van de oorspronkelijke beleggingshorizon, per aandeel (voor aftrek van kosten en Belgische belastingen) de oorspronkelijk vastgestelde nettovermogenswaarde van EUR 1.000 te ontvangen. De eerste twee dividenden worden vastgesteld (eveneens voor aftrek van kosten en belastingen) op EUR 50 elk. Het bedrag van de laatste zes dividenduitkeringen wordt bepaald door de ontwikkeling van een mandje van 20 aandelen, alle met gelijke weging. De ontwikkeling van het mandje wordt
Fortis B Fix BEVEK
6
bepaald als het rekenkundig gemiddelde van de twintig individuele procentuele stijgingen of dalingen per aandeel ten opzichte van hun startwaarde, met dien verstande dat de positieve of nulpercentages door 10% worden vervangen. Is de ontwikkeling van het mandje positief, dan is het dividend over de desbetreffende periode gelijk aan deze ontwikkeling. Is de ontwikkeling van het mandje echter negatief of gelijk aan nul, dan wordt over de desbetreffende periode geen dividend uitbetaald. Uitbetaling van de eerste twee dividenden van Fortis Fix Double Five Plus heeft plaatsgevonden op 8 september 2006 en 10 september 2007. Uitbetaling van de dividenden die volgens het prospectus gepland waren op 8 september 2008, 8 september 2009 en 8 september 2010, van Fortis Fix Double Five Plus heeft niet plaatsgevonden gezien de negatieve ontwikkeling in het mandje aandelen over het boekjaar 2007/2008, 2008/2009 respectievelijk 2009/2010. Dit is conform de in het prospectus genoemde voorwaarden voor dividenduitkering. Van Fortis Fix Double Five Plus worden de laatste drie dividenden respectievelijk betaald op de volgende data: 8 september 2011, 10 september 2012 en 3 maart 2014 (is er geen dividend in 2013). De startwaarde van elk aandeel in het mandje is het rekenkundige gemiddelde van de slotkoersen van 7, 8 en 9 september 2005. De andere waarden worden berekend op basis van hun slotkoersen op de volgende data: 31 augustus 2010, 31 augustus 2011, 31 augustus 2012 en 21 februari 2014. Onvoorziene omstandigheden voorbehouden, zoals in het prospectus aangegeven, bestaat het mandje van Fortis Fix Double Five Plus uit de volgende aandelen: Alcoa (New York Stock Exchange), Altria Group (New York Stock Exchange), Astellas Pharma (Tokyo Stock Exchange), Bristol-Myers Squibb (New York Stock Exchange), Daimlerchrysler (Deutsche Börse (Xetra)), Du Pont (e.i.) De Nemours (New York Stock Exchange), E.ON (Deutsche Börse (Xetra)), Enel (Milan Stock Exchange), Eni (Milan Stock Exchange), Ericsson lm-b shs (Stockholm Stock Exchange), Fortis (Euronext Amsterdam), HSBC Holdings (London Stock Exchange), Koninklijke Ahold (Euronext Amsterdam), Merck & Co (New York Stock Exchange), Mitsubishi Tokyo Financial (Tokyo Stock Exchange), Mizuho Financial Group (Tokyo Stock Exchange), Nokia (Helsinki Stock Exchange), Ntt Docomo (Tokyo Stock Exchange), Pfizer (New York Stock Exchange) en Transocean (New York Stock Exchange). De compartimenten van Fortis B Fix BEVEK beleggen niet rechtstreeks maar indirect in de hierboven genoemde (mandjes van) aandelen via een combinatie van beleggingen in opties. Hoewel de verwezenlijking van de doelstelling de hoogste prioriteit heeft, is er geen sprake van een formele juridische garantie, maar van een morele garantie; dit houdt in dat er slechts sprake is van kapitaalbescherming. De aanvangswaarde, EUR 1.000, is aan het einde van de looptijd 100% beschermd. Deze bescherming geldt overigens niet voor een aandeelhouder die zijn aandeel vóór de vervaldatum verkoopt. De compartimenten hebben een open-endstructuur. Aandeelhouders die via een Nederlands distributiekantoor willen toetreden tot een in Nederland geregistreerd compartiment van Fortis B Fix BEVEK kunnen dit uitsluitend gedurende de inschrijvingsperiode doen. Er kunnen door alle compartimenten aandelen worden ingekocht tegen de inventariswaarde (die berekend wordt op de eerste werkdag van elke maand en de tweede werkdag na de 14e van elke maand) verminderd met de kosten die verband houden met de uittreding.
Fortis B Fix BEVEK
7
Voor de in Nederland geregistreerde compartimenten van Fortis B Fix BEVEK is een financiële bijsluiter opgesteld met informatie over het product, de kosten en de risico’s.
Fortis B Fix BEVEK
8
Verslag van de Raad van Bestuur Algemeen Wij bieden u hierbij het jaarverslag aan van Fortis B Fix BEVEK van in Nederland gedistribueerde compartimenten over het boekjaar 2010/2011, te weten: • Fortis Fix Quatro Five. • Fortis Fix Quatro Five 2. • Fortis Fix Double Five Plus. Voor alle compartimenten geldt dat het boekjaar de periode beslaat van 1 april 2010 tot en met 31 maart 2011. Beleggingsresultaat Fortis Fix Quatro Five Per 31 maart 2011 bedroeg de nettovermogenswaarde per aandeel Fortis Fix Quatro Five EUR 994,74. Dit betekent een daling van 0,04% ten opzichte van 1 april 2010. Fortis Fix Quatro Five heeft op 9 augustus 2010 geen dividend uitbetaald. Het totaal aantal uitstaande aandelen Fortis Fix Quatro Five daalde gedurende deze periode van 214.198 naar 140.192. Per 31 maart 2011 bedroeg het totale vermogen van dit compartiment EUR 139.454.534. Fortis Fix Quatro Five 2 Per 31 maart 2011 bedroeg de nettovermogenswaarde per aandeel Fortis Fix Quatro Five 2 EUR 963,76. Dit betekent een stijging van 0,7% ten opzichte van 1 april 2010. Fortis Fix Quatro Five 2 heeft op 8 december 2010 geen dividend uitbetaald. Het totaal aantal uitstaande aandelen Fortis Fix Quatro Five 2 daalde gedurende deze periode van 46.650 naar 34.560. Per 31 maart 2011 bedroeg het totale vermogen van dit compartiment EUR 33.307.566. Fortis Fix Double Five Plus Per 31 maart 2011 bedroeg de nettovermogenswaarde per aandeel Fortis Fix Double Five Plus EUR 956,21. Dit betekent een daling van 0,17% ten opzichte van 1 april 2010. Fortis Fix Double Five Plus heeft op 8 september 2010 geen dividend uitbetaald. Het totaal aantal uitstaande aandelen Fortis Fix Double Five Plus daalde gedurende deze periode van 82.066 naar 55.823. Per 31 maart 2011 bedroeg het totale vermogen van dit compartiment EUR 53.378.629. Inrichting van de bedrijfsvoering Wij beschikken over een beschrijving van de bedrijfsvoering, die voldoet aan de eisen van de Wft en het Besluit gedragstoezicht financiële ondernemingen (‘Bgfo’). Wij hebben gedurende het afgelopen boekjaar verschillende aspecten van de bedrijfsvoering beoordeeld. Bij onze werkzaamheden hebben wij geen constateringen gedaan op grond waarvan wij zouden moeten concluderen dat de beschrijving van de opzet van de bedrijfsvoering als bedoeld in artikel 121 van het Bgfo niet voldoet aan de vereisten zoals opgenomen in de Wet op het financieel toezicht en daaraan gerelateerde regelgeving. Op grond hiervan verklaren wij te beschikken over een beschrijving van de bedrijfsvoering als bedoeld in artikel 121 Bgfo, die voldoet aan de eisen van het Bgfo.
Fortis B Fix BEVEK
9
Ook hebben wij niet geconstateerd dat de bedrijfsvoering niet effectief en niet overeenkomstig de beschrijving functioneert. Derhalve verklaren wij met een redelijke mate van zekerheid dat de bedrijfsvoering gedurende het verslagjaar 2010/2011 effectief en overeenkomstig de beschrijving heeft gefunctioneerd. Voor een beschrijving van de voor Fortis B Fix BEVEK relevante risico’s wordt verwezen naar de jaarrekening (Toelichtingen). Marktontwikkelingen Economisch klimaat Op basis van voorlopig nog onvolledige gegevens raamt het IMF dat de wereldeconomie in 2010 met 4,6% is gegroeid, het sterkste groeicijfer van de voorbije jaren. De groei was echter ongelijk verdeeld. De opkomende economieën, en in het bijzonder de Aziatische groep, groeiden het snelst. De groei in de ontwikkelde industrieën daarentegen was veeleer bescheiden, aangezien de meeste landen nog herstellende waren van de grootste recessie sinds de depressie van de jaren dertig van de vorige eeuw. En zelfs tussen de ontwikkelde economieën waren er grote verschillen. De grondstofexporterende landen profiteerden van de sterke groei in Azië. Australië ontsnapte aan een recessie en de Canadese economie is er weer helemaal bovenop. De Amerikaanse economie steeg in het laatste kwartaal van 2010 boven haar pre-recessiepiek, terwijl de eurozone nog niet helemaal hersteld is. Het nieuws uit de eurozone werd beheerst door de staatsschuldencrisis, maar dat weerhield Duitsland er niet van om met prima groeicijfers uit te pakken. Op de aandelenmarkten waren er grote schommelingen, omdat het sentiment van de beleggers heen en weer geslingerd werd door de problemen van de Europese staatsobligatiemarkten en een mogelijke groeivertraging enerzijds, en gunstige bedrijfswinsten en aansterkende economische indicatoren aan het einde van het jaar anderzijds. Ook enkele stimuleringsmaatregelen, waaronder de beslissing van de Fed om voor USD 600 miljard aan schatkistpapier op te kopen en het compromis over de belastingverlagingen en hogere regeringsuitgaven in de Verenigde Staten, droegen ertoe bij dat de aandelenmarkten het jaar afsloten op of nabij het hoogste niveau van 2010. In de eerste maanden van het jaar moesten de wereldeconomie en de financiële markten diverse grootschalige tegenvallers incasseren, zoals de politieke onrust in Noord-Afrika en het Midden-Oosten (en zelfs een burgeroorlog in Libië), stijgende aardolieprijzen en een zware natuurramp in Japan. Verenigde Staten De Amerikaanse economie groeide sterk in het eerste kwartaal, vertraagde in het tweede en het derde kwartaal, maar trok opnieuw aan in het laatste kwartaal van het jaar. De fundamenten van de groei zijn verbeterd. Terwijl de groei aan het begin van het jaar nog ondersteund werd door de aanvulling van de voorraden, namen de consumptie door gezinnen en de bedrijfsinvesteringen gaandeweg die rol over. De arbeidsmarkt is geleidelijk verbeterd, al blijft de banenschepping achter bij de gebruikelijke niveaus voor deze fase van het herstel. De peilingen naar het ondernemersvertrouwen geven echter wel blijk van sterkere voornemens om te rekruteren. De inkomens van gezinnen werden ondersteund door de bescheiden banengroei, een lichte stijging van de uurlonen en een kleine toename van het aantal gewerkte uren. De inkomsten uit arbeid groeiden met meer dan 4%, waardoor de gezinnen meer konden consumeren en sparen. De Amerikaanse economie moet echter een aantal problemen aanpakken. De woningmarkt, die aan het einde van 2009 en in de lente van 2010 sterk ondersteund werd door de toen geldende belastingvoordelen, zakte nadien ineen. Op jaarbasis vertoonden de bouwactiviteit, de woningverkopen en de
Fortis B Fix BEVEK
10
woningprijzen allemaal een daling in februari 2011. Een ander probleem is het overheidstekort. Eind 2010 werd een compromis gesloten waarbij de belastingverlagingen die de regering Bush tien jaar geleden had doorgevoerd (en die eind 2010 zouden vervallen) voor twee jaar werden verlengd, de werkloosheidsuitkeringen voor meer dan een jaar werden verlengd en de socialezekerheidsbijdragen op lonen tijdelijk werden teruggeschroefd. Dit zal de Verenigde Staten de komende jaren met gigantische begrotingstekorten opzadelen. Republikeinen en Democraten moeten het nog eens raken over een duurzame oplossing om het tekort terug te dringen. Positief is wel dat vrijwel alle voorlopende indicatoren gestegen zijn tot niveaus die wijzen op een sterke groei voor de nabije toekomst. Europa De economie van de eurozone stond onder druk in het eerste kwartaal van 2010 door het zware winterweer, maar herstelde sterk in het tweede kwartaal. In de tweede helft van het jaar zakte de groei terug tot onder het langetermijngemiddelde. Het gemiddelde groeicijfer verbergt aanzienlijke verschillen tussen de landen. Duitsland, waarvan de economie profiteert van de sterke wereldwijde groei, heeft uitstekende cijfers voorgelegd. Vooral de export en de productiesector lagen aan de basis van de Duitse groei. Nu de werkloosheid gedaald is tot het laagste peil sinds de Duitse hereniging, zijn er steeds meer tekenen van een breder wordend herstel. Andere landen die het redelijk goed deden, waren Nederland en België, terwijl de groei in Frankrijk, Italië en Portugal lager lag. De groei is zwak gebleven in Spanje, Ierland schommelde tussen groeien en krimpen, en Griekenland bleef gebukt gaan onder een diepe recessie. De voorlopende indicatoren hebben echter hun bodempeil bereikt in de zwakste landen, terwijl zij steeds sterker ogen in de rest van de eurozone, en dan vooral in Duitsland. Deze goede voorlopende indicatoren zijn des te opvallender gelet op de crisis van de overheidsfinanciën in de regio. In de lente van 2010 moest Griekenland een reddingspakket van EUR 110 miljard aanvragen bij de andere landen van de eurozone en het IMF, omdat de risicospreads van de staatsobligaties tot onhoudbare niveaus waren gestegen. De leiders van de eurozone zetten een reddingsfonds op, waarvan aanvankelijk werd gesteld dat het EUR 750 miljard zou kunnen uitlenen, terwijl later duidelijk werd dat er maximaal EUR 280 miljard aan beschikbare fondsen waren. Dit reddingspakket en de sterk bekritiseerde bankstresstest in juli brachten slechts tijdelijk soelaas. Ierland zag zich eind 2010 genoodzaakt een beroep te doen op het Europese reddingsfonds, omdat het land zwaar getroffen is door het ineenstorten van zijn woningmarkt en een implosie van zijn banksysteem. Hierdoor was ook de daling van de spreads slechts tijdelijk. Obligatiebeleggers bleven rekening houden met wanbetalingen en schuldherstructureringen, vooral nadat de Europese politieke leiders te kennen hadden gegeven die mogelijkheid te overwegen bij het ontwerp van permanente steunfaciliteiten. Aan het einde van de verslagperiode stond ook Portugal op het punt steun te vragen bij het reddingsfonds, terwijl de situatie in Spanje wat bekoeld leek.
Fortis B Fix BEVEK
11
Japan In maart 2011 werd Japan getroffen door een zware aardbeving en tsunami. De zwaarste impact is de enorme menselijke tragedie. Hoe groot de economische impact zal zijn, kan voorlopig nog niet exact berekend worden, maar op dit moment wordt uitgegaan van circa USD 200 miljard. Op deze verslagdatum wordt Japan ook nog geconfronteerd met een dreigende meltdown in een kerncentrale, waaruit radioactief water lekt. De volledige impact van de ramp is dan ook nog niet duidelijk. De economie was bovendien reeds verzwakt vóór de ramp. Na vier kwartalen van stevige groei – toen de economie herstelde van de diepste recessie van de grote economieën – kromp de Japanse economie in het laatste kwartaal van 2010. Dit was te wijten aan het wegvallen van een aantal belastingmaatregelen, die de consumptie tot in het derde kwartaal van 2010 hadden gestimuleerd. De arbeidsmarkt vertoonde echter wel een verbetering. Hoewel het nog niet duidelijk is wat de gevolgen zullen zijn van de natuurramp, ziet het ernaar uit dat de economie gedurende een zekere tijd terug in recessie zal belanden. Monetair beleid De grote centrale banken hielden hun rente ongewijzigd. In de loop van 2010 stelde de Fed zich minder agressief op wat groei en inflatie betreft. In augustus besloot de Fed om de betalingen uit haar enorme portefeuille van door hypotheek gedekte effecten te herbeleggen. Jaarlijks wordt voor circa USD 200 miljard aan schatkistpapier aangekocht. Dit moet voorkomen dat de balans van de Fed krimpt, dat zou immers neerkomen op een verstrakking van het monetaire beleid. In een toespraak op een conferentie van centrale bankiers in augustus stelde Fed-voorzitter Bernanke dat de Fed klaarstond om nog meer staatsobligaties te kopen als de vooruitzichten verder zouden achteruitgaan. Uit de persverklaring van september van het comité voor monetair beleid van de Fed bleek dat de inflatie gevaarlijk laag was, wat steun bood aan de bereidheid van de Fed om nieuwe stimuleringsmaatregelen te nemen. Op 3 november, net na het afsluiten van de verslagperiode, deed de Fed ook wat ze had aangekondigd. Zij zou tegen het einde van het tweede kwartaal van 2011 voor USD 600 miljard aan staatsobligaties kopen. De stijgende aardolieprijzen, de toenemende inflatie en de aansterkende economie hebben de Fed echter van mening doen veranderen. Hoewel er geen duidelijke consensus is binnen de Fed zijn de meeste leden het er blijkbaar over eens dat de hogere aardolieprijzen een grotere bedreiging voor de groei vormen dan de inflatie. De Europese Centrale Bank (‘ECB’) heeft de uitgang voor haar exitstrategie gevonden. Aan het begin van 2010 zette de ECB een verstrakking in van de normen voor leningen aan handelsbanken. De looptijden werden verkort, waarbij de leningen op 6 maanden en 1 jaar geleidelijk vervangen werden door leningen op 3 maanden. De banken konden nog steeds onbeperkte bedragen lenen, maar de rente die de ECB daarvoor aanrekende, ging van vast naar variabel. De ECB moest echter gas terugnemen toen de banksector getroffen werd door de staatsobligatiecrisis. Door de onzekerheid over de blootstelling van de individuele banken aan de schulden van de perifere landen liep de interbancaire markt vast, en de banken moesten bij de ECB aankloppen voor liquiditeit. De interbancaire rente steeg (zij het lang niet zo sterk als tijdens het hoogtepunt van de financiële crisis) en de banken bewaarden recordbedragen in contanten bij de ECB. Bovendien begon de ECB staatsobligaties op te kopen van landen waarvan de obligatiemarkten het lieten afweten. Deze aankopen stegen tot zo'n EUR 70 miljard in mei en juni, toen de ECB ingreep om de schuldenmarkten te stabiliseren. Bij circa 5% van de uitstaande schuld van Portugal, Griekenland, Ierland en Spanje was dit een significante ingreep. Van juni tot oktober vielen de aankopen terug tot bijna nul. Toen de schuldenproblemen echter de Ierse kust bereikten en de staatsobligatiecrisis ook Portugal en Spanje dreigde te besmetten, voerde de ECB
Fortis B Fix BEVEK
12
haar aankoopprogramma op, hoewel niet tot de niveaus van mei en juni. De ECB blijft zich op dit vlak zeer terughoudend opstellen. Zij richt zich op het vlot krijgen van vastgelopen markten, in tegenstelling tot de programma's van de Fed en de BoE, die bedoeld zijn als economische stimulansen via een grootschalige liquiditeitsverstrekking. Ondanks de staatsschuldencrisis kondigde ECB-voorzitter Trichet in maart 2011 nauwelijks verholen aan dat de rente binnenkort zou worden opgetrokken. Hoewel de kerninflatie nog steeds bescheiden is, is de algemene inflatie gestegen tot het streefcijfer van 2% van de ECB. Valutamarkten De euro werd sterker ten opzichte van de US dollar en de Japanse yen, maar verzwakte tegenover het Britse pond. De euro zette de verslagperiode in op 1,34 US dollar voor 1 euro. Aan het einde was dat 1,42 dollar. Het afgelopen jaar is de evolutie van de euro ten opzichte van de dollar grotendeels bepaald door de staatsschuldencrisis in de eurozone en door de verwachtingen inzake het monetaire beleid. Tot begin juni 2010 steeg de dollar toen de staatsschuldencrisis een eerste piek bereikte. Toen het stof wat ging liggen in de zomer en de Amerikaanse economie tekenen van vertraging vertoonde, haalde de euro de bovenhand. De Ierse redding vormde opnieuw een tegenvaller voor de euro, maar door de soepele Fed, die een nieuwe ronde van kwantitatieve versoepeling inzette, en de strakkere ECB won de euro weer aan waarde. Een jaar geleden werd de Japanse yen verhandeld bij 92,8 voor een US dollar. Daarna daalde hij eerst toen de Amerikaanse economie tekenen van verzwakking vertoonde. Het keerpunt kwam op hetzelfde moment als voor de euro, en om dezelfde reden: de soepele Fed. De yen werd alsmaar sterker en tegen medio augustus was hij gestegen tot niveaus die geleden waren van het midden van de jaren negentig. Toen bleek dat de Verenigde Staten en de eurozone hun rente voorlopig niet zouden optrekken, daalden de obligatieopbrengsten en verminderde het renteverschil met Japan. Bovendien repatrieerden risicoaverse beleggers hun kapitaal naar Japan. De autoriteiten besloten dat 82 yen per US dollar nu wel welletjes was, en verkochten in september voor USD 20 miljard aan yens. Dit zorgde slechts voor een tijdelijke verzwakking van de yen. De koers van de Japanse munt ging al snel weer omhoog, om 2010 af te sluiten op net geen 82 yen voor 1 dollar. Na de aardbeving en de tsunami steeg de yen aanvankelijk sterk, vooral door de verwachting van een aanzienlijke repatriëring van kapitaal. Een gecoördineerde interventie van de centrale banken van de grote wereldeconomieën bracht echter soelaas. Obligatiemarkten Tijdens de verslagperiode daalden de obligatieopbrengsten met 41 basispunten naar 3,5% in de Verenigde Staten, maar stegen ze met 24 basispunten naar 3,4% in Duitsland. De opbrengsten lagen aan het begin van de verslagperiode sowieso reeds laag vanuit historisch perspectief. Ook de monetaire autoriteiten hielden hun rentevoeten zo laag mogelijk, wat een stevige verankering vormde om te voorkomen dat de obligatieopbrengsten zouden klimmen. Bovendien bleef ook de inflatie beperkt. Tijdens de eerste maanden van de verslagperiode daalden de opbrengsten in de Verenigde Staten en Duitsland in parallel. Diverse factoren droegen bij tot deze dalingen. De Fed maakte duidelijk dat zij klaarstond om het stimulerende beleid door te trekken. In augustus besloot de Fed om de terugbetalingen uit haar portefeuille van door hypotheek gedekte effecten te herbeleggen, om een inkrimping van de balans te voorkomen. In september stelde de Fed dat de inflatie gevaarlijk laag was, en dat zij klaarstond voor een nieuwe ronde van kwantitatieve versoepeling. Dit leidde tot de verwachting van een langere periode van ongewijzigd monetair beleid en lage obligatieopbrengsten. De Duitse obligatieopbrengsten bereikten eind augustus een dieptepunt van iets meer dan 2%. In de Verenigde Staten werd het diepste punt met 2,4% bereikt in oktober.
Fortis B Fix BEVEK
13
Daarna stegen de opbrengsten aanzienlijk door de betere vooruitzichten, de grote en aanhoudende begrotingstekorten in de Verenigde Staten en de aanzienlijke stijging van de aardolieprijzen en de inflatie. Aandelenmarkten De afgelopen twaalf maanden gingen de ontwikkelde aandelenkoersen er 11,1% op vooruit, hun opkomende tegenhangers zelfs 16,0%. De Amerikaanse economie deed het beter dan de Europese, omdat de eurozone afgeremd werd door de staatsschuldencrisis. Met een daling van 7,4% was Japan duidelijk de hekkensluiter. Tijdens het eerste deel van de verslagperiode, tot midden april 2010, klommen de aandelenmarkten weer op tot hun hoogtepunten van na de recessie, dankzij de solide winstresultaten. De bedrijfswinsten namen toe, zowel in kwaliteit als in kwantiteit, omdat ze meer te danken waren aan een verbeterde verkoop dan aan kostenbesparingen. De markten gingen in de uitverkoop in mei en juni door de bezorgdheid bij de beleggers over de vorm van het wereldwijde herstel, de spanningen op de staatsobligatiemarkten en in de banksector in Europa en de vrees voor een mogelijke vertraging in China. In juli was er een nieuwe opleving dankzij de gunstige bedrijfswinsten, maar deze boost was minder sterk dan die van het voorgaande kwartaal. In augustus gingen de aandelen opnieuw in de uitverkoop toen door de ongunstige indicatoren in de Verenigde Staten de vrees ontstond dat het land op een double-dip recessie afstevende. Het keerpunt kwam er toen de Fed eind augustus de mogelijkheid van een nieuwe ronde monetaire stimulansen ter sprake bracht. De aandelenmarkten boekten dan ook hun sterkste septemberrendement van de afgelopen decennia, en trokken die winst de rest van het jaar door. De vrees voor een aanzienlijke vertraging in de Verenigde Staten ebde weg en dat leidde tot een hogere risicobereidheid onder de beleggers. De Ierse redding in november veroorzaakte uiteindelijk slechts een korte correctie in de solide haussetrend. De rally op de ontwikkelde markten hield aan tot februari 2011. De markten werden toen geconfronteerd met aanzienlijke tegenwind, zoals de politieke onrust in Noord-Afrika en het Midden-Oosten, hogere aardolieprijzen en een mogelijke renteverhoging door de ECB. De natuurramp in Japan maakte het allemaal nog erger. De markten corrigeerden dan ook scherp begin maart. Aan het einde van de verslagperiode hadden de aandelenmarkten een herstel ingezet na deze correctie. Het inflatierisico was een groter risico voor de aandelen van de opkomende markten, die een piek bereikten rond de jaarwisseling en sindsdien zijn achtergebleven bij hun ontwikkelde tegenhangers. Vooruitzichten Economie In de afgelopen maanden heeft de groei van de wereldeconomie wat aan tempo verloren. Al blijft het groeitempo in historisch perspectief nog gunstig. De renteverhogingen in de opkomende landen om de krachtige economische groei af te remmen beginnen effect te krijgen. Daarnaast heeft de westerse wereld te maken gekregen met de negatieve gevolgen van de krachtige aardbeving in Japan in maart. Niet alleen de Japanse economie is zwaar geraakt door de negatieve gevolgen van de aardbeving, maar ook een aantal bedrijfssectoren wereldwijd. In het bijzonder de auto-industrie is hard geraakt door het gebrek aan bepaalde Japanse auto-onderdelen, maar ook de technologiesector heeft hier last van. Boven op deze problemen is de Amerikaanse economie geraakt door slechte weersomstandigheden in de eerste helft van jaar, en heeft de forse stijging van de benzineprijzen negatieve gevolgen gehad voor de consumentenbestedingen. In Europa laat de Duitse economie een krachtige groei zien, maar hebben de zuidelijke landen het nog moeilijk vanwege de schuldencrisis en overheidssaneringen.
Fortis B Fix BEVEK
14
Wij verwachten dat de huidige tegenwind van de Japanse aardbeving, de hoge benzineprijzen en de slechte weersomstandigheden in de tweede helft van het jaar zullen verminderen, en de economische groei in het bijzonder in de Verenigde Staten, zal gaan aantrekken, al zal het groeitempo in de westerse wereld in historisch perspectief gematigd blijven, omdat door de grote begrotingstekorten de bezuinigingsmaatregelen worden voortgezet. Dit geldt in het bijzonder ook voor de zuidelijke Europese landen waar de economische omstandigheden moeilijk zullen blijven. In Japan lijken naar onze mening de negatieve gevolgen van de aardbeving sneller onder controle te zijn dan eerder werd verwacht. Een krachtig herstel van de economie kan de groei van de wereldeconomie in positieve zin beïnvloeden. In de opkomende landen zal het beleid van renteverhogingen in de komende maanden worden voortgezet. Dit zal de economische groei afremmen, maar over het algemeen blijft de economische groei positief. In China verwachten wij slechts een geringe groeivertraging. Als gevolg van de positieve groei van de Duitse en Noord-Europese economie voorzien wij dat de ECB haar monetaire beleid van renteverhogingen in 2011 zal voortzetten, alleen een duidelijke terugval van de economische groei zou dit beeld kunnen veranderen. Al is dit niet onze verwachting. In de Verenigde Staten denken wij dat het ruime monetaire beleid nog lang onveranderd zal blijven, omdat de werkloosheid op een hoog niveau blijft door het trage herstel van de economie. Aandelenmarkten De internationale aandelenmarkten hebben in de afgelopen maanden onder negatieve invloed gestaan van de Griekse schuldenproblematiek en de afzwakking van de economische groei in de wereld, in het bijzonder in de Verenigde Staten. Na de goedkeuring door het Griekse parlement van de nieuwe bezuinigingsmaatregelen voorzien wij dat de vrees voor een mogelijk bankroet van Griekenland voor de komende maanden van tafel is. Daarnaast verwachten wij dat de wereldeconomie in de tweede helft van het jaar een herstel zal laten zien. Dit zal een positieve steun voor de internationale aandelenmarkten geven. Obligatiemarkten Als gevolg van de schuldenproblematiek rond Griekenland en de groeivertraging van de wereldeconomie zijn de obligatierendementen in de afgelopen twee maanden flink gedaald. Door de afgenomen vrees rond de Griekse schuldenproblematiek zijn inmiddels de rentetarieven al weer wat opgelopen. Voor de komende maanden verwachten wij dat de obligatierendementen verder kunnen oplopen. Het herstel van de Amerikaanse economie zal de rente in de Verenigde Staten doen oplopen. Daarnaast zal in Europa de verwachte renteverhogingen van de ECB tot een opwaartse druk van de rente zorgen Valutamarkten Door het oplopen van de kortlopende renteverschillen tussen de Verenigde Staten en Europa is in de afgelopen maanden de euro ten opzichte van de Amerikaanse dollar aanzienlijk in waarde gestegen. Wij verwachten op basis van ons scenario voor de Amerikaanse en Europese centrale bank dat deze kortlopende renteverschillen in de komende tijd verder kunnen gaan oplopen. Hierdoor kan de euro verder in waarde ten opzichte van de dollar stijgen. Aan dit beeld kan een einde komen, wanneer de Amerikaanse centrale bank haar monetaire beleid zou gaan wijzigen, maar dit lijkt meer een 2012 scenario te gaan worden. Amsterdam, 27 juli 2011 De Raad van Bestuur
Fortis B Fix BEVEK
15
Jaarrekening Fortis B Fix BEVEK per 31 maart 2011
Fortis B Fix BEVEK
16
Balans per 31 maart 2011 (voor resultaatbestemming) Ref.
Beleggingen Deposito’s Opties
1 2
Totaal beleggingen Overige activa Immateriële vaste activa Vorderingen Liquide middelen Totaal overige activa Kortlopende schulden Schulden aan gelieerde maatschappijen Schulden uit hoofde van belastingen Nog te betalen kosten Totaal kortlopende schulden
Uitkomst van activa min kortlopende schulden
Fortis B Fix BEVEK
3 4
31-03-2011
31-03-2010
31-03-2011
31-03-2010
Fortis Fix Quatro Five
Fortis Fix Quatro Five
Fortis Fix Quatro Five 2
Fortis Fix Quatro Five 2
EUR’000
EUR’000
EUR’000
EUR’000
107.602 -
172.459 -
26.554 -
37.378 -
107.602
172.459
26.554
37.378
32.407 -
41.398 -
6.769 72
7.584 69
32.407
41.398
6.841
7.653
(538) (16)
(633) (68)
(87)
(104)
(554)
(701)
(87)
(104)
139.455
213.156
33.308
44.927
17
Ref.
Fondsvermogen
Intrinsieke waarde per aandeel Aantal uitstaande aandelen
Fortis B Fix BEVEK
5
31-03-2011
31-03-2010
31-03-2011
31-03-2010
Fortis Fix Quatro Five
Fortis Fix Quatro Five
Fortis Fix Quatro Five 2
Fortis Fix Quatro Five 2
EUR’000
EUR’000
EUR’000
EUR’000
139.455
213.156
33.308
44.927
994,74 140.192
995,13 214.198
963,76 34.560
963,06 46.650
18
Balans per 31 maart 2011 (voor resultaatbestemming) (vervolg) Ref.
Beleggingen Deposito’s Opties
1 2
Totaal beleggingen Overige activa Immateriële vaste activa Vorderingen Liquide middelen Totaal overige activa
3 4
31-03-2011
31-03-2010
Fortis Fix Double Five Plus
Fortis Fix Double Five Plus
EUR’000
EUR’000
45.107 -
68.695 -
45.107
68.695
8.433 55
13 10.155 35
8.488
10.203
Kortlopende schulden Schulden aan gelieerde maatschappijen Schulden uit hoofde van belastingen Nog te betalen kosten
(216) -
(292) -
Totaal kortlopende schulden
(216)
(292)
Uitkomst van activa min kortlopende schulden
Fortis B Fix BEVEK
53.379
78.606
19
Ref.
Ref.
31-03-2011
31-03-2010
Fortis Fix Double Five Plus
Fortis Fix Double Five Plus
EUR’000 31-03-2011
EUR’000 31-03-2010
Fondsvermogen
Intrinsieke waarde per aandeel Aantal uitstaande aandelen
Fortis B Fix BEVEK
5
Fortis Fix Double Five Plus
Fortis Fix Double Five Plus
EUR’000
EUR’000
53.379
78.606
956,21 55.823
957,84 82.066
20
Winst-en-verliesrekening Ref.
Directe opbrengsten uit beleggingen Interestbaten
6
Totaal directe opbrengsten uit beleggingen Indirecte opbrengsten Koersresultaten op deposito’s
Totaal indirecte opbrengsten uit beleggingen
Totaal kosten
Totaal resultaat
Fortis B Fix BEVEK
Van 01-04-2009 t/m 31-03-2010
Van 01-04-2010 t/m 31-03-2011
Van 01-04-2009 t/m 31-03-2010
Fortis Fix Quatro Fortis Fix Quatro Five Five
Fortis Fix Quatro Five 2
Fortis Fix Quatro Five 2
EUR’000
EUR’000
EUR’000
EUR’000
9.533
14.881
1.792
2.491
9.533
14.881
1.792
2.491
(7.027)
(5.155)
(1.348)
-
-
-
7
Koersresultaten op opties en swaps
Kosten Kosten van beheer Overige kosten
Van 01-04-2010 t/m 31-03-2011
8.1 8.2
(1.348)
(497) -
(7.027)
(5.155)
(497)
1.960 262
1.697 384
232 83
217 115
2.222
2.081
315
332
284
7.645
129
1.662
21
Winst-en-verliesrekening (vervolg) Ref.
Directe opbrengsten uit beleggingen Interestbaten
6
Totaal directe opbrengsten uit beleggingen Indirecte opbrengsten uit beleggingen Koersresultaten op deposito’s Koersresultaten op opties en swaps
Van 01-04-2009 t/m 31-03-2010
Fortis Fix Double Five Plus
Fortis Fix Double Five Plus
EUR’000
EUR’000
3.307
4.701
3.307
4.701
(2.200) -
(1.481) -
(2.200)
(1.481)
7
Totaal indirecte opbrengsten uit beleggingen Kosten Kosten van beheer Overige kosten
Van 01-04-2010 t/m 31-03-2011
8.1 8.2
726 136
881 195
Totaal kosten
862
1.076
Totaal resultaat
245
2.144
Fortis B Fix BEVEK
22
Kasstroomoverzicht (in EUR’000) Van 01-04-2010 t/m 31-03-2011
Van 01-04-2009 t/m 31-03-2010
Fortis Fix Quatro Five
Fortis Fix Quatro Five
Van 01-04-2010 Van 01-04-2009 t/m t/m 31-03-2011 31-03-2010
Fortis Fix Quatro Five 2
Fortis Fix Quatro Five 2
Kasstroom uit beleggingsactiviteiten Totaal resultaat Ongerealiseerd resultaat
284 (5.327)
7.645 1.128
129 (494)
1.662 (2.477)
Direct beleggingsresultaat
(5.043)
8.773
(365)
(815)
Aankopen van beleggingen Verkopen van beleggingen
70.184
163.290
11.318
25.907
Saldo van aan- en verkopen
70.184
163.290
11.318
25.907
Mutaties vorderingen en immateriële activa Mutaties kortlopende schulden
8.991 (147)
22.643 (861)
815 (17)
2.317 (55)
Saldo mutatie vorderingen en kortlopende schulden
8.844
21.782
798
2.262
73.985
193.845
11.751
27.354
Kasstroom uit beleggingsactiviteiten
Fortis B Fix BEVEK
23
Van 01-04-2010 t/m 31-03-2011
Van 01-04-2009 t/m 31-03-2010
Fortis Fix Quatro Five
Fortis Fix Quatro Five
Kasstroom uit financieringsactiviteiten Ontvangen bij (her)plaatsing eigen aandelen Betaald bij inkoop eigen aandelen Betaalde dividenden
7 (73.992)
Kasstroom uit financieringsactiviteiten
(73.985)
-
40 (193.885) (193.845)
Van 01-04-2010 Van 01-04-2009 t/m t/m 31-03-2011 31-03-2010
Fortis Fix Quatro Five 2
10 (11.758) (11.748)
Fortis Fix Quatro Five 2
(27.334) (27.334)
Mutatie geldmiddelen Geldmiddelen aan het begin van het boekjaar
-
-
3 69
20 49
Geldmiddelen aan het einde van het boekjaar
-
-
72
69
Fortis B Fix BEVEK
24
Kasstroomoverzicht in EUR’000 (vervolg) Van 01-042010 t/m 31-03-2011
Van 01-042009 t/m 3103-2010
Fortis Fix Double Five Plus
Fortis Fix Double Five Plus
Kasstroom uit beleggingsactiviteiten Totaal resultaat Ongerealiseerd resultaat
245 (1.315)
2.144 3.072
Direct beleggingsresultaat
(1.069)
5.216
Aankopen van beleggingen Verkopen van beleggingen
24.902
42.419
Saldo van aan- en verkopen
24.902
42.419
Mutaties vorderingen en immateriële activa Mutaties kortlopende schulden
1.735 (76)
2.892 (202)
Saldo mutatie vorderingen en kortlopende schulden
1.659
2.690
25.492
50.325
Kasstroom uit beleggingsactiviteiten
Fortis B Fix BEVEK
25
Kasstroom uit financieringsactiviteiten Ontvangen bij (her)plaatsing eigen aandelen Betaald bij inkoop eigen aandelen Betaalde dividenden
2 (25.474) -
(50.290) -
Kasstroom uit financieringsactiviteiten
(25.472)
(50.290)
Mutatie geldmiddelen Geldmiddelen aan het begin van het boekjaar
20 35
35 -
Geldmiddelen aan het einde van het boekjaar
55
35
Fortis B Fix BEVEK
26
Toelichtingen Algemeen Activiteiten en structuur Fortis B Fix BEVEK is een beleggingsmaatschappij met veranderlijk kapitaal, opgericht als naamloze vennootschap met onbepaalde duur op 11 oktober 1996 naar Belgisch recht en gevestigd te Brussel, België. Fortis B Fix BEVEK is ingericht als een zogenaamde parapluvennootschap, hetgeen onder meer inhoudt dat het aandelenkapitaal is verdeeld in series aandelen. Elke serie vormt een compartiment. Deze jaarrekening bevat de compartimenten Fortis B Fix Equity 126, Fortis B Fix Equity 143 en Fortis B Fix Equity 187 die in Nederland verkocht zijn na verkrijging van een vergunning van de AFM op grond van de Wft. Fortis B Fix Equity 126, 143 en 187 worden in Nederland verkocht onder respectievelijk de naam Fortis Fix Quatro Five, Fortis Fix Quatro Five 2 en Fortis Fix Double Five Plus. Deze jaarrekening is opgesteld conform de wettelijke voorschriften en de Richtlijn Beleggingsinstellingen van de Raad voor de Jaarverslaggeving en de Wft. Het kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de indirecte methode. Het boekjaar van de vennootschap loopt van 1 april tot en met 31 maart. De lanceringsdatum van het compartiment Fortis Fix Quatro Five is 2 augustus 2004. De vervaldatum is vastgesteld op 1 augustus 2012. De lanceringsdatum van het compartiment Fortis Fix Quatro Five 2 is 2 december 2004. De vervaldatum is vastgesteld op 3 juni 2013. De lanceringsdatum van het compartiment Fortis Fix Double Five Plus is 6 september 2005. De vervaldatum is vastgesteld op 3 april 2014. In de balans en winst-en-verliesrekening zijn voor alle bovenvermelde compartimenten vergelijkende cijfers opgenomen. In de winst-en-verliesrekening en het kasstroomoverzicht zijn vergelijkende cijfers opgenomen over de vergelijkbare periode in het jaar 2009/2010. Overeenkomsten De Raad van Bestuur heeft BNP Paribas Investment Partners Belgium S.A. te Brussel aangesteld als vermogensbeheerder van Fortis B Fix BEVEK, een wereldwijd opererende vermogensbeheerorganisatie met vestigingen in o.a. Europa, Amerika, Azië, Afrika en CISlanden. BNP Paribas Investment Partners Belgium S.A. beheert, als onderdeel van BNP Paribas Investment Partners, naast beleggingsfondsen ook institutionele vermogens. Fastnet Belgium S.A. te Brussel is door BNP Paribas Investment Partners Belgium S.A. aangesteld als gedelegeerd administrateur van Fortis B Fix BEVEK. Fastnet Belgium S.A. is een onderdeel van een internationaal netwerk van administratiekantoren opererend onder de vlag van Fastnet.
Fortis B Fix BEVEK
27
De Raad van Bestuur heeft Fortis Bank S.A. te Brussel benoemd tot bewaarder van Fortis B Fix BEVEK. Zij is in het kader van deze functie belast met de bewaarneming van de effecten in de beleggingsportefeuille van Fortis B Fix BEVEK. Juridische scheiding van vermogens van compartimenten Op grond van de Belgische wet- en regelgeving strekken de activa van een bepaald compartiment slechts tot waarborg voor de schulden, verbintenissen en verplichtingen die dit compartiment betreffen. De vermogens van de verschillende compartimenten zijn juridisch dan ook strikt gescheiden. Dit betekent dat een eventueel negatief vermogenssaldo of jaarresultaat van een bepaald compartiment geen gevolgen kan hebben voor de andere compartimenten. Fiscale aspecten Een inleidende weergave van de fiscale aspecten is opgenomen als bijlage bij deze jaarrekening.
Fortis B Fix BEVEK
28
Grondslagen voor waardering en bepaling van het resultaat Algemeen Activa en passiva worden gewaardeerd op basis van reële waarde, tenzij anders aangegeven. De bedragen luiden in duizenden euro’s, tenzij anders aangegeven. De gehanteerde grondslagen van waardering en van resultaatbepaling zijn ongewijzigd gebleven ten opzichte van de meest recente jaarrekening. De jaarrekening is opgesteld in overeenstemming met de wettelijke bepalingen van Titel 9 Boek 2 BW en de Richtlijnen voor de Jaarverslaggeving, die zijn uitgegeven door de Raad voor de Jaarverslaggeving. Financiële beleggingen Deposito’s Deposito’s worden gewaardeerd tegen hun kostprijs (looptijd korter of gelijk aan 1 jaar) of op marktwaarde (looptijd langer dan 1 jaar). Opties en andere financiële instrumenten Contracten inzake aandelenopties, aandelenindices en rente-instrumenten alsook de rentetermijnverrichtingen die betrekking hebben op een onderliggend rente-instrument worden tegen hun marktwaarde gewaardeerd. Verwerking van aan- en verkopen Aanschaffingen van effecten en andere financiële instrumenten worden in de boekhouding opgenomen tegen verkrijgingsprijs. De bijkomende kosten worden verwerkt als onderdeel van de verkrijgingsprijs. Vervreemdingen van effecten en van andere financiële instrumenten worden verwerkt tegen hun verkoopprijs. De bijkomende verkoopkosten worden onmiddellijk ten laste van de winst-en-verliesrekening gebracht. Uitbesteding Fortis B Fix BEVEK maakt gebruik van de diensten van BNP Paribas Investment Partners en aan BNP Paribas Investment Partners verbonden partijen, waaronder deposito’s en het in depot houden van effecten. Hiervoor worden de in de markt gebruikelijke tarieven in rekening gebracht. Tevens bestaat er een rekening-courantverhouding met Fortis Bank S.A., waarover een marktconforme rente wordt berekend. Financiële instrumenten Beleid ten aanzien van het gebruik van afgeleide instrumenten Het is Fortis B Fix BEVEK toegestaan swap-, optie-, futures- en andere overeenkomsten te sluiten met kwaliteitsondernemingen. Met het oog op de diversificatie van de risico’s dient Fortis B Fix BEVEK zijn beleggingen te plaatsen bij ten minste drie financiële instellingen die erkend zijn door de Commissie voor het Bank-, Financie- en Assurantiewezen (‘CBFA’), waarbij in principe niet meer dan 60% van het vermogen van Fortis B Fix BEVEK bij eenzelfde instelling mag worden belegd. Is dat wel het geval, dan kan het tegenpartijrisico worden ingedekt door een wederzijds onderpand. Fortis B Fix BEVEK
29
Fortis B Fix BEVEK concentreert zich op beleggingen in euro’s. De aandeelhouder loopt dientengevolge geen valutarisico. Kredietrisico is het risico dat de ene partij van een financieel instrument niet aan haar verplichting zal voldoen, waardoor de andere partij een financieel verlies te verwerken krijgt. Dit risico is voor Fortis B Fix BEVEK beperkt aangezien de financiële verplichtingen van de partijen grotendeels worden afgedekt via collateralisering. Het voornaamste kredietrisico concentreert zich op de bewaarder van de beleggingen van het fonds. Renterisico is het risico dat de waarde van een financieel instrument zal fluctueren als gevolg van veranderingen in de marktrente. Daar een groot deel van de totale investeringen van Fortis B Fix BEVEK geïnvesteerd is in rentedragende instrumenten is een renterisico aanwezig tijdens de looptijd van het fonds. Echter, indien Fortis B Fix BEVEK wordt aangehouden tot op vervaldag, zal er geen risico zijn daar de vervaldag van de onderliggende instrumenten samenvalt met de vervaldag van het fonds. Immateriële vaste activa De kosten van oprichting van een compartiment vallen ten laste van het betrokken compartiment en worden in 5 jaar lineair ten laste van het resultaat afgeschreven. Wanneer de looptijd van een compartiment korter is dan 5 jaar, wordt over deze kortere looptijd afgeschreven. Vorderingen en kortlopende schulden Vorderingen en kortlopende schulden worden gewaardeerd tegen nominale waarde, tenzij anders vermeld. Grondslagen voor de bepaling van het resultaat Het resultaat wordt bepaald door de interest over de verslagperiode en de overige opbrengsten te verminderen met de aan de verslagperiode toe te rekenen lasten. De in de verslagperiode opgetreden gerealiseerde en niet-gerealiseerde koersresultaten worden bepaald door op de verkoopopbrengst dan wel de balanswaarde aan het einde van de verslagperiode, de aankoopwaarde, dan wel de balanswaarde aan het begin van de verslagperiode, in mindering te brengen. Koersresultaten die ontstaan uit beleggingen worden verantwoord als onderdeel van de winst-en-verliesrekening.
Fortis B Fix BEVEK
30
Toelichting op de balans 1
Deposito’s
1.1
Compartiment Fortis Fix Quatro Five
Deposito’s
Fortis Fix Quatro Five EUR’000
Stand per 1 april 2010 Aankopen Verkopen Koersverschillen (ongerealiseerd)
172.459
Totaal per 31 maart 2011
107.602
(70.184) 5.327
Dit betreft deposito’s met een looptijd langer dan 1 jaar, afgesloten bij aan BNP Paribas Investment Partners verbonden partijen. Fortis Bank heeft ter dekking van het risico op termijnbeleggingen boven 60% van het fondsvermogen voor een bedrag van EUR 56 miljoen effecten in bewaring gegeven. 1.2
Compartiment Fortis Fix Quatro Five 2
Deposito’s
Fortis Fix Quatro Five 2 EUR’000
Stand per 1 april 2010 Aankopen Verkopen Koersverschillen (ongerealiseerd) Totaal per 31 maart 2011
37.378 (11.318) 494 26.554
Dit betreft deposito’s met een looptijd langer dan 1 jaar, afgesloten bij aan BNP Paribas Investment Partners verbonden partijen. Fortis Bank heeft ter dekking van het risico op termijnbeleggingen boven 60% van het fondsvermogen voor een bedrag van EUR 14 miljoen effecten in bewaring gegeven.
Fortis B Fix BEVEK
31
1.3
Compartiment Fortis Fix Double Five Plus
Deposito’s
Fortis Fix Double Five Plus EUR’000
Stand per 1 april 2010 Aankopen Verkopen Koersverschillen (ongerealiseerd) Totaal per 31 maart 2011
68.695 (24.902) 1.314 45.107
Dit betreft deposito’s met een looptijd langer dan 1 jaar, afgesloten bij aan BNP Paribas Investment Partners verbonden partijen. Fortis Bank heeft ter dekking van het risico op termijnbeleggingen boven 60% van het fondsvermogen voor een bedrag van EUR 22 miljoen effecten in bewaring gegeven. 2
Opties
2.1
Compartiment Fortis Fix Quatro Five
Opties
Fortis Fix Quatro Five EUR’000
Stand per 1 april 2010 Aankopen Verkopen Koersverschillen (ongerealiseerd)
-
Totaal per 31 maart 2011
-
Optiecontracten Aantal CAPPED COUPONS - CSFB 27.01.12 CALL CAPPED COUPONS - BNP 27.07.12 CALL CAPPED COUPONS-DRESDNER 27.07.12 CALL Totaal per 31 maart 2011
Fortis B Fix BEVEK
421.984.000 130.000.000 39.242.000
EUR 4,22 1,30 0,39 5,91
32
De aangehouden opties betreffen drie callopties voor een totale waarde van EUR 5,91. De tegenpartijen hebben ter dekking van het risico op optiecontracten een onderpand gegeven van EUR 320 duizend. 2.2
Compartiment Fortis Fix Quatro Five 2
Opties
Fortis Fix Quatro Five 2 EUR’000
Stand per 1 april 2010 Aankopen Verkopen Koersverschillen (ongerealiseerd)
-
Totaal per 31 maart 2011
-
Optiecontracten Aantal INDIVID.CAPPED COUPON -DRESDNER 29.05.13 CALL INDIVID.CAPPED COUPON- FORTIS- 29.05.13 CALL INDIVID.CAPPED COUPON- W.BARCLAYS 29.05.13 CALL
27.054.000 42.075.000 17.644.000
Totaal per 31 maart 2011
EUR 0,27 0,42 0,18 0,87
De aangehouden opties betreffen drie callopties voor een totale waarde van EUR 0,87. De tegenpartijen hebben ter dekking van het risico op optiecontracten een onderpand gegeven van EUR 70 duizend. 2.3
Compartiment Fortis Fix Double Five Plus
Opties
Fortis Fix Double Five Plus EUR’000
Stand per 1 april 2010 Aankopen Verkopen Koersverschillen (ongerealiseerd)
-
Totaal per 31 maart 2011
-
Fortis B Fix BEVEK
33
Optiecontracten Aantal DIGITAL UPSIDE COUPONS-GS- 26.02.14 CALL DIGITAL UPSIDE CWFC-BARCLAYS 26.02.14 CALL DIGITAL UPSIDE CWFC-BNP 26.02.14 CALL DIGITAL UPSIDE CWFC-IXIS 26.02.14 CALL DIGITAL UPSIDE CWFC-MS- 26.02.14 CALL
81.703.000 13.370.000 3.961.000 61.210.000 15.000.000
Totaal per 31 maart 2011
EUR 0,82 0,13 0,04 0,61 0,15 1,75
De aangehouden opties betreffen vijf callopties voor een totale waarde van EUR 1,75. De tegenpartijen hebben ter dekking van het risico op optiecontracten een onderpand gegeven van EUR 290 duizend.
3
Immateriële vaste activa
Fortis Fix Double Five Plus EUR’000 Stand per 1 april 2010 Afschrijving Totaal per 31 maart 2011
13 (13) -
Dit betreft geactiveerde oprichtingskosten die over een periode van 5 jaar lineair worden afgeschreven. Wanneer de looptijd van een compartiment korter is dan 5 jaar, wordt over deze kortere looptijd afgeschreven. 4
Vorderingen
Dit betreft te vorderen interest en transitorische posten.
Fortis B Fix BEVEK
34
5
Fondsvermogen
De aandelen zijn gedematerialiseerd, aan toonder of op naam, alle volledig volgestort en zonder aanduiding van nominale waarde. Het bedrag van het fondsvermogen is, op ieder ogenblik, gelijk aan de waarde van de nettoactiva van de vennootschap. Het fonds is opgericht naar Belgisch recht en kent om deze reden geen wettelijke reserve ter hoogte van de geactiveerde oprichtingskosten zoals voorgeschreven in artikel 2:365 lid 2 BW. Fondsvermogen
Fortis Fix Quatro Five Aantal
EUR’000
Fortis Fix Quatro Five 2 Aantal
Stand per 1 april 2010 Plaatsingen Inkopen Nettoresultaat Uitgekeerde dividenden
214.198 7 (74.013)
213.156 7 (73.992) 284 -
46.650 10 (12.100)
Totaal per 31 maart 2011
140.192
139.455
34.560
EUR’000 44.927 10 (11.758) 129 93.
Fondsvermogen
Fortis Fix Double Five Plus Aantal
Stand per 1 april 2010 Plaatsingen Inkopen Nettoresultaat Uitgekeerde dividenden Totaal per 31 maart 2011
Fortis B Fix BEVEK
33.308
EUR’000
82.066 2 (26.245)
78.606 2 (25.474) 245 -
55.823
53.379
35
Toelichting op de winst-en-verliesrekening 6
Directe opbrengsten uit beleggingen
Hieronder zijn verantwoord de interestbaten in het kader van de voor beleggingsactiviteiten aangehouden deposito’s. 7
Indirecte opbrengsten uit beleggingen
De koersresultaten betreffen het gerealiseerde en ongerealiseerde koersresultaat op de in het kader van de beleggingsactiviteiten aangehouden investeringen. 8
Kosten
8.1
Beheer- en overige kosten
Fortis Fix Double Five Plus 01-04-2010 01-04-2010 01-04-2010 t/m 31-03-2011 t/m 31-03-2011 t/m 31-03-2011
Beheerkosten Overige kosten
Fortis Fix Quatro Five
Fortis Fix Quatro Five 2
EUR’000
EUR’000
EUR’000
1.960 262
232 83
726 136
2.222
315
862
De beheervergoeding wordt gedragen door en rechtstreeks ten laste gebracht van Fortis B Fix BEVEK. Deze kosten zijn onder de beheerkosten opgenomen. De overige kosten hebben betrekking op vergoedingen aan toezichthoudende instanties, belastingen, administratie, bewaarloon en dergelijke. Deze kosten komen ten laste van het fonds en zijn opgenomen onder de overige kosten. Transactiekosten, verband houdend met het aan- en verkopen van beleggingen, zijn niet opgenomen onder de kosten in de winst-en-verliesrekening. De kosten verband houdend met het aan- en verkopen van beleggingen zijn opgenomen in de kostprijs van de beleggingen. De plaatsingsprovisie is gemaximeerd op 2% van de nettovermogenswaarde bij toetreding. Bij vervroegde uittreding bedragen de uittredingskosten 1% van de nettovermogenswaarde ten gunste van het fonds.
Fortis B Fix BEVEK
36
De volgende kosten zijn met betrekking tot Fortis B Fix BEVEK niet van toepassing voor de Nederlandse beleggers: − Voor de compartimenten Fortis Fix Quatro Five en Fortis Fix Quatro Five 2 bedragen de kosten van de aankoop van activa bij toetreding 3% (enkel na de oorspronkelijke inschrijvingsperiode). Voor het overige compartiment is toetreding na de eerste inschrijvingsperiode niet mogelijk en derhalve zijn de kosten van aankoop van beleggingen niet van toepassing. − De beursbelasting bedraagt 0,14% bij toetreding en is 0% bij uittreding met een maximumbedrag van EUR 375. − De kosten van materiële levering van effecten bedragen maximaal EUR 10. 8.1.1
Fortis Fix Quatro Five
De kosten van beheer van beleggingen ad EUR 2 miljoen betreffen de beheervergoeding van maximaal EUR 15 per aandeel in omloop met een maximum van 2,45% van de gemiddelde waarde van de netto-activa tijdens de periode. 8.1.2
Fortis Fix Quatro Five 2
De kosten van beheer van beleggingen ad EUR 232 duizend betreffen de beheervergoeding van maximaal EUR 15 per aandeel in omloop met een maximum van 2,45% van de gemiddelde waarde van de netto-activa tijdens de periode. 8.1.3
Fortis Fix Double Five Plus
De kosten van beheer van beleggingen ad EUR 726 duizend betreffen de beheervergoeding van maximaal EUR 15 per aandeel in omloop met een maximum van 2,45% van de gemiddelde waarde van de netto-activa tijdens de periode.. 8.2
Overige kosten
Overige kosten
Fortis Fix Quatro Five
Fortis Fix Quatro Five 2
01-04-2010 01-04-2010 01-04-2009 01-04-2009 t/m 31-03-2011 t/m 31-03-2010 t/m 31-03-2011 t/m 31-03-2010 EUR’000
EUR’000
EUR’000
EUR’000
Bewaarkosten Administratiekosten Oprichtings- en organisatiekosten Professionele diensten Overige kosten
89 15
138 26
20 3
28 5
7 19 132
42 28 150
8 19 33
18 28 36
Totaal overige kosten
262
384
83
115
Fortis B Fix BEVEK
37
Overige kosten
Fortis Fix Double Five Plus 01-04-2010 01-04-2009 t/m 31-03-2011 t/m 31-03-2010 EUR’000
EUR’000
Bewaarkosten Administratiekosten Oprichtings- en organisatiekosten Professionele diensten Overige kosten
34 6
52 9
21 19 56
38 28 68
Totaal overige kosten
136
195
8.3
Expense ratio
De expense ratio (kostenratio) wordt als volgt berekend: totale kosten gedeeld door de gemiddelde nettovermogenswaarde van het compartiment. Onder de totale kosten worden begrepen de kosten die in de verslagperiode ten laste van het resultaat alsmede ten laste van het fondsvermogen worden gebracht. De kosten verband houdend met het toe- en uittreden van deelnemers, voor zover deze gedekt worden uit de ontvangen op- en afslagen, worden buiten beschouwing gelaten. Ten aanzien van de geactiveerde oprichtingskosten zijn de jaarlijkse afschrijvingen in de expense ratio opgenomen. 8.3.1
Compartiment Fortis Fix Quatro Five
Expense ratio De gemiddelde nettovermogenswaarde van de beleggingsinstelling wordt berekend als de som van de nettovermogenswaarden gebaseerd op de cijfers per 31 maart 2010, 30 juni 2010, 30 september 2010, 31 december 2010 en 31 maart 2011 gewogen in de verhouding 0,5:1:1:1:0,5. De expense ratio voor Fortis Fix Quatro Five over de verslagperiode bedraagt 1,29% (2009/2010: 0,77%). In deze kostenratio is de kostenlast over het boekjaar 2010/2011 uitgedrukt in een percentage op jaarbasis. De jaarlijkse beheerkosten bedragen maximaal EUR 15 per aandeel in omloop; de jaarlijkse vergoeding aan de bewaarder bedraagt EUR 0,50 per aandeel in omloop. Deze kosten zijn berekend op basis van het gemiddeld aantal aandelen in omloop tijdens de periode en zijn jaarlijks betaalbaar na de vervallen termijn. De overige kosten worden geschat op 0,15% van de nettovermogenswaarde en komen ten laste van het fonds. Fortis B Fix BEVEK
38
8.3.2
Compartiment Fortis Fix Quatro Five 2
Expense ratio De gemiddelde nettovermogenswaarde van de beleggingsinstelling wordt berekend als de som van de nettovermogenswaarden gebaseerd op de cijfers per 31 maart 2010, 30 juni 2010, 30 september 2010, 31 december 2010 en 31 maart 2011 gewogen in de verhouding 0,5:1:1:1:0,5. De expense ratio voor Fortis Fix Quatro Five 2 over de verslagperiode bedraagt 0,80% (2009/2010: 0,63%). In deze kostenratio is de kostenlast over de eerste helft van het boekjaar 2010/2011 uitgedrukt in een percentage op jaarbasis. De jaarlijkse beheerkosten bedragen maximaal EUR 15 per aandeel in omloop; de jaarlijkse vergoeding aan de bewaarder bedraagt EUR 0,50 per aandeel in omloop. Deze kosten zijn berekend op basis van het gemiddeld aantal aandelen in omloop tijdens de periode en zijn jaarlijks betaalbaar na de vervallen termijn. De administratiekosten bedragen EUR 0,50 per aandeel in omloop. De overige kosten worden geschat op 0,15% van de nettovermogenswaarde en komen ten laste van het fonds. 8.3.3
Compartiment Fortis Fix Double Five Plus
Expense ratio De gemiddelde nettovermogenswaarde van de beleggingsinstelling wordt berekend als de som van de nettovermogenswaarden gebaseerd op de cijfers per 31 maart 2010, 30 juni 2010, 30 september 2010, 31 december 2010 en 31 maart 2011 gewogen in de verhouding 0,5:1:1:1:0,5. De expense ratio voor Fortis Fix Double Five Plus over de verslagperiode bedraagt 1,31% (2009/2010: 1,11%). In deze kostenratio is de kostenlast over de eerste helft van het boekjaar 2010/2011 uitgedrukt in een percentage op jaarbasis. De jaarlijkse beheerkosten bedragen maximaal EUR 15 per aandeel in omloop; de jaarlijkse vergoeding aan de bewaarder bedraagt EUR 0,50 per aandeel in omloop. Deze kosten zijn berekend op basis van het gemiddeld aantal aandelen in omloop tijdens de periode en zijn jaarlijks betaalbaar na de vervallen termijn. De administratiekosten bedragen EUR 0,50 per aandeel in omloop. De overige kosten worden geschat op 0,15% van de nettovermogenswaarde en komen ten laste van het fonds.
Fortis B Fix BEVEK
39
8.4
Vergelijking werkelijke kosten met kosten volgens prospectus (boekjaar 2010/2011)
Kostenrubriek
Werkelijke kosten per Kosten volgens prospectus maximaal aandeel per aandeel EUR
EUR
Fortis Fix Quatro Five Kosten van beheer Bewaarkosten
11,24 0,51
15,00 0,50
Fortis Fix Quatro Five 2 Kosten van beheer Bewaarkosten
5,73 0,50
15,00 0,50
Fortis Fix Double Five Plus Kosten van beheer Bewaarkosten
10,57 0,50
15,00 0,50
Fortis B Fix BEVEK
40
9
Transacties met verbonden partijen
Van het transactievolume over het boekjaar is een gedeelte uitgevoerd met verbonden partijen. Het betreft de onderstaande transactiesoort: Transacties met verbonden partijen Gedeelte van het totale volume in %
01-04-2010 t/m 31-03-2011 Fortis Fix Quatro Five Fortis Fix Quatro Five 2
Transactiesoort Deposito’s Opties Swaps Transacties met verbonden partijen Gedeelte van het totale volume in %
%
%
77 -
80 -
01-04-2010 t/m 31-03-2011 Fortis Fix Double Five Plus %
Transactiesoort Deposito’s Opties Swaps
Fortis B Fix BEVEK
85 -
41
10
Turnover ratio
De turnover ratio wordt uitgedrukt als een percentage van de som van de aan- en verkopen van de beleggingen minus de som van de geplaatste en ingekochte aandelen van het compartiment, gedeeld door de gemiddelde nettovermogenswaarde van het compartiment. 10.1
Compartiment Fortis Fix Quatro Five
De turnover ratio van het compartiment Fortis Fix Quatro Five over de verslagperiode bedraagt -2,22% (2009/2010: -11,35%). 10.2
Compartiment Fortis Fix Quatro Five 2
De turnover ratio van het compartiment Fortis Fix Quatro Five 2 over de verslagperiode bedraagt -1,15% (2009/2010: -2,69%). 10.3
Compartiment Fortis Fix Double Five Plus
De turnover ratio van het compartiment Fortis Fix Double Five Plus over de verslagperiode bedraagt -0,87% (2009/2010: -8,09%).
11
Drie jaren Fortis Fix
Fortis Fix Quatro Five Fondsvermogen Intrinsieke waarde per aandeel Aantal uitstaande aandelen Fortis Fix Quatro Five 2 Fondsvermogen Intrinsieke waarde per aandeel Aantal uitstaande aandelen Fortis Fix Double Five Plus Fondsvermogen Intrinsieke waarde per aandeel Aantal uitstaande aandelen 12
31-3-2011
31-03-2010
31-03-2009
139.455
213.156
399.357
994,74 140.192
995,13 214.198
959,08 416.393
33.308
44.927
70.599
963,76 34.560
963,06 46.650
926,13 76.230
53.379
78.606
126.752
956,21 55.823
957,84 82.066
928,07 136.575
Werknemers
De vennootschap heeft geen werknemers in dienst.
Fortis B Fix BEVEK
42
Overige gegevens Statutaire regeling winstbestemming Artikel 23 van de statuten bepaalt: − De gewone Algemene Vergadering bepaalt elk jaar, op voorstel van de Raad van Bestuur, de bestemming van het jaarlijkse nettoresultaat van elk compartiment, vastgesteld op basis van de rekeningen afgesloten per eenendertig maart van elk jaar, in overeenstemming met de van kracht zijnde wetgeving. − De aandeelhouders van elk compartiment beslissen over de bestemming van het resultaat van het compartiment. − De gewone Algemene Vergadering van de vennootschap kan besluiten om voor de distributieaandelen het overeenkomstige gedeelte van de netto-opbrengsten uit de beleggingen, alsook het saldo van de al dan niet gerealiseerde minder- of meerwaarden op het kapitaal uit te keren. − De Raad van Bestuur kan eveneens beslissen om interim-dividenden toe te kennen aan de uitkeringsaandelen, in cumul voor de kapitalisatieaandelen, dit onder voorbehoud van de wettelijke bepalingen ter zake. − De Raad van Bestuur duidt de instellingen aan die instaan voor de uitkeringen aan de aandeelhouders.
Voorstel resultaatbestemming In de komende Algemene Vergadering van Aandeelhouders zal het bestuur voorstellen dat het resultaat voor het boekjaar 2010/ 2011 per compartiment, zoals opgenomen in onderstaand overzicht aan het fondsvermogen wordt toegevoegd: Fortis Fix Quatro Five (EUR miljoen)
Fortis Fix Quatro Five 2 (EUR miljoen)
Fortis Fix Double Five Plus (EUR miljoen)
0,3
0,1
0,2
Wet op het financieel toezicht (‘Wft’) Fortis B Fix BEVEK is gevestigd in België en heeft daar een vergunning gekregen van de toezichthouder, CBFA. Het fonds is ingeschreven in het register als bedoeld in artikel 1:107 van de Wft, welk register voor eenieder ter inzage ligt bij de AFM te Amsterdam.
Fortis B Fix BEVEK
43
Belangen van de Raad van Bestuur Aan het begin en het einde van de verslagperiode (1 april 2010 tot en met 31 maart 2011) werden door de Raad van Bestuur van Fortis B Fix BEVEK geen belangen gehouden in effecten die ook door Fortis Fix Quatro Five, Fortis Fix Quatro Five 2 of Fortis Fix Double Five Plus werden aangehouden.
Fortis B Fix BEVEK
44
Controleverklaring van de onafhankelijke accountant
Aan: de Algemene Vergadering van Aandeelhouders van Fortis Fix Quatro Five, Fortis Fix Quatro Five 2 en Fortis Fix Double Five Plus
Verklaring betreffende de jaarrekening Wij hebben de in dit verslag opgenomen jaarrekening 2010/2011 van Fortis Fix Quatro Five, Fortis Fix Quatro Five 2 en Fortis Fix Double Five Plus te Brussel gecontroleerd. Deze jaarrekening bestaat uit de balans per 31 maart 2011 en de winst-en-verliesrekening voor het jaar geëindigd op 31 maart 2011 en de toelichting, waarin zijn opgenomen een overzicht van de gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en andere toelichtingen.
Verantwoordelijkheid van de Raad van Bestuur De Raad van Bestuur van de vennootschap is verantwoordelijk voor het opmaken van de jaarrekening die het vermogen en het resultaat getrouw dient weer te geven, alsmede voor het opstellen van het verslag van de Raad van Bestuur, beide in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 van het in Nederland geldende Burgerlijk Wetboek (BW) en de Wet op het financieel toezicht. De Raad van Bestuur is tevens verantwoordelijk voor een zodanige interne beheersing als hij noodzakelijk acht om het opmaken van de jaarrekening mogelijk te maken zonder afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten.
Verantwoordelijkheid van de accountant Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de jaarrekening op basis van onze controle. Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming met Nederlands recht, waaronder de Nederlandse controlestandaarden. Dit vereist dat wij voldoen aan de voor ons geldende ethische voorschriften en dat wij onze controle zodanig plannen en uitvoeren dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat. Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controle-informatie over de bedragen en de toelichtingen in de jaarrekening. De geselecteerde werkzaamheden zijn afhankelijk van de door de accountant toegepaste oordeelsvorming, met inbegrip van het inschatten van de risico’s dat de jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat als gevolg van fraude of fouten. Bij het maken van deze risico-inschattingen neemt de accountant de interne beheersing in aanmerking die relevant is voor het opmaken van de jaarrekening en voor het getrouwe beeld daarvan, gericht op het opzetten van controlewerkzaamheden die passend zijn in de omstandigheden. Deze risico-inschattingen hebben echter niet tot doel een oordeel tot uitdrukking te brengen over de effectiviteit van de interne beheersing van de vennootschap. Een controle omvat tevens het evalueren van de geschiktheid van de gebruikte grondslagen voor financiële verslaggeving en van de redelijkheid van de door de Raad van Bestuur van de vennootschap gemaakte schattingen, alsmede een evaluatie van het algehele beeld van Fortis B Fix BEVEK
45
de jaarrekening. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is om een onderbouwing voor ons oordeel te bieden.
Oordeel Naar ons oordeel geeft de jaarrekening een getrouw beeld van de grootte en de samenstelling van het vermogen van Fortis Fix Quatro Five, Fortis Fix Quatro Five 2 en Fortis Fix Double Five Plus per 31 maart 2011 en van het resultaat voor het jaar geëindigd op 31 maart 2011 in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 van het in Nederland geldende Burgerlijk Wetboek (BW) en de Wet op het financieel toezicht.
Verklaring betreffende overige bij of krachtens de wet gestelde eisen Ingevolge artikel 2:393 lid 5 onder e en f BW vermelden wij dat ons geen tekortkomingen zijn gebleken naar aanleiding van het onderzoek of het verslag van de Raad van Bestuur, voor zover wij dat kunnen beoordelen, overeenkomstig Titel 9 Boek 2 BW is opgesteld, en of de in artikel 2:392 lid 1 onder b tot en met h BW vereiste gegevens zijn toegevoegd. Tevens vermelden wij dat het verslag van de Raad van Bestuur, voor zover wij dat kunnen beoordelen, verenigbaar is met de jaarrekening zoals vereist in artikel 2:391 lid 4 BW. Rotterdam, 27 juli 2011 PricewaterhouseCoopers Accountants N.V.
drs. F.J. van Groenestein RA
Fortis B Fix BEVEK
46
Bijlage: Fiscale aspecten Algemeen Hieronder volgt een beschrijving op hoofdlijnen van de meest relevante fiscale aspecten van het beleggen in Fortis B Fix BEVEK en de daarin opgenomen Fondsen, uitgaande van de huidige (Nederlandse) fiscale wetgeving en jurisprudentie met uitzondering van bepalingen die na de datum van dit jaarverslag met terugwerkende kracht worden ingevoerd. De vennootschap Fortis B Fix BEVEK is een in België gevestigde vennootschap die aldaar is onderworpen aan Belgische belastingen. Dividend en rente ontvangen door Fortis B Fix BEVEK is in het algemeen onderworpen aan niet-terugvorderbare bronbelasting in het land van oorsprong. Fortis B Fix BEVEK dient over de uitgekeerde dividenden in beginsel 15% Belgische bronbelasting in te houden. Het bronbelastingpercentage van 15% kan wellicht worden verlaagd op grond van Belgische nationale wetgeving of het Verdrag tussen België en Nederland ter Voorkoming van Dubbele Belasting. Voor nadere informatie over de Belgische fiscale aspecten wordt verwezen naar het uitgifteprospectus. Fortis B Fix BEVEK drijft geen onderneming door middel van een vaste inrichting of vaste vertegenwoordiger in Nederland en is aldus niet onderworpen aan Nederlandse vennootschapsbelasting. Fortis B Fix BEVEK is niet onderworpen aan Nederlandse dividendbelasting. De aandeelhouders Algemeen Deze paragraaf is niet bedoeld als samenvatting van alle fiscale gevolgen voor iedere aandeelhouder met betrekking tot het verwerven, houden en vervreemden van aandelen Fortis B Fix BEVEK en de daarin opgenomen Fondsen. Deze gevolgen zijn afhankelijk van de persoonlijke situatie van de aandeelhouder en van de wetgeving en jurisprudentie in het land waar de aandeelhouder woonachtig of gevestigd is. Aandeelhouders dienen bij hun eigen fiscaal adviseur advies in te winnen omtrent alle fiscale aspecten met betrekking tot het verwerven, houden en vervreemden van de aandelen Fortis B Fix BEVEK en de daarin opgenomen Fondsen in hun persoonlijke situatie.
In Nederland woonachtige particulieren In de hierna weer te geven Nederlandse fiscale aspecten voor in Nederland woonachtige particuliere aandeelhouders wordt ervan uitgegaan dat de aandelen Fortis B Fix BEVEK en de daarin opgenomen Fondsen niet gerekend (behoeven te) worden tot een ondernemingsvermogen. Tevens wordt ervan uitgegaan dat de aandelen niet kwalificeren als een zogenoemd aanmerkelijk belang en dat de aandeelhouder ter zake van de aandelen geen resultaat uit overige werkzaamheden geniet. Ook wordt ervan uitgegaan dat de aandelen niet worden aangehouden in het kader van een levensloopregeling, een lijfrentebeleggingsrecht of een beleggingsrecht eigen woning. Ten slotte kunnen onderstaande regels wel van toepassing zijn op een in Nederland woonachtige particulier, indien de aandelen zijn ondergebracht in een zogenoemd afgezonderd particulier vermogen dat aan deze particulier wordt toegerekend.
Inkomstenbelasting De inkomsten uit beleggingen (box 3) worden fictief gesteld op 4% van de waarde van het belegd vermogen aan het begin van het kalenderjaar (peildatum), ongeacht het werkelijk behaalde rendement. Het fictieve rendement wordt belast tegen een tarief van 30%. De effectieve belastingdruk over het belegd vermogen bedraagt derhalve 1,2%. Het belegd vermogen wordt berekend als het netto belegd vermogen (bezittingen minus schulden, voor zover deze uitgaan boven een bepaalde drempel en niet in aanmerking dienen te worden genomen in box 1 of 2) op peildatum, verminderd met een heffingvrij vermogen.Het algemene heffingvrije vermogen bedraagt over het belastingjaar 2011 EUR 20.785 per belastingplichtige en EUR 41.570 voor partners gezamenlijk, eventueel te verhogen met toeslagen. Bronbelasting De door Fortis B Fix BEVEK ingehouden Belgische bronbelasting is in beginsel geheel verrekenbaar met de verschuldigde inkomstenbelasting over de inkomsten uit beleggingen (box 3), mits de genieter van het dividend de uiteindelijk gerechtigde is. Eventueel nietverrekenbare Belgische bronbelasting – doordat de Belgische bronbelasting hoger is dan de verschuldigde inkomstenbelasting in box 3 – kan worden verrekend met de verschuldigde inkomstenbelasting over de inkomsten uit beleggingen (box 3) over toekomstige jaren. In Nederland gevestigde belaste lichamen In de hierna weer te geven Nederlandse fiscale aspecten voor in Nederland gevestigde lichamen wordt ervan uitgegaan dat deze lichamen zijn onderworpen aan vennootschapsbelasting, niet de status van fiscale beleggingsinstelling hebben en geen (direct of indirect) aandelenbelang van 25% of meer in Fortis B Fix BEVEK en de daarin opgenomen Fondsen bezitten. Vennootschapsbelasting Behoudens voor zover sprake is van zogenoemd meegekocht dividend (dividend uitgekeerd ten laste van de winstreserves die aanwezig waren op het moment dat de aandelen werden gekocht) zijn ontvangen dividenden belastbaar. In Nederland gevestigde belaste lichamen zijn verplicht de aandelen in Fortis B Fix BEVEK en de daarin opgenomen Fondsen te waarderen op de waarde in het economische verkeer. Op aandelen Fortis B Fix BEVEK en de daarin opgenomen Fondsen kan de zogenoemde deelnemingsvrijstelling niet worden toegepast.
48
Bronbelasting De door Fortis B Fix BEVEK ingehouden Belgische bronbelasting kan in principe worden verrekend met de verschuldigde vennootschapsbelasting, mits de genieter van het dividend de uiteindelijk gerechtigde is. Eventueel niet-verrekenbare Belgische bronbelasting kan in beginsel worden verrekend met de belasting over winsten in toekomstige jaren. In Nederland gevestigde niet-belaste lichamen Bronbelasting Bepaalde institutionele beleggers (onder andere pensioenfondsen, verenigingen en stichtingen) en lichamen met de status van vrijgestelde beleggingsinstelling kunnen op de dividenduitkering door Fortis B Fix BEVEK ingehouden Belgische bronbelasting niet in Nederland verrekenen of terugvragen.
49