MINUUT
> RETOURADRES POSTBUS 1992, 6201 BZ MAASTRICHT
BEZOEKADRES
Mosae Forum 10 6211 DW Maastricht
Avenue2 t.a.v. de heer B. Lobbezoo Postbus 4379 6202 VB Maastricht
POSTADRES
Postbus 1992 6201 BZ Maastricht WWW.MAASTRICHT.NL
ONDERWERP
DATUM
BIJLAGEN
Aanwijzing ex 2.1.6.12 APV, bouwen tunnel N2, moot 31 t/m 83.
3 december 2012
5
BEHANDELD DOOR
DOORKIESNUMMER
ONZE REFERENTIE
Jo Segers
043 350 44 23
2012 - 53861
E-MAILADRES
FAXNUMMER
UW REFERENTIE
[email protected]
043 350 44 48
V - 2272 / WBS 2.1.4.21
Beste meneer Lobbezoo,
Ontwerp-beschikking
Aanvraag Op 17 oktober 2012 heeft u een verzoek ten behoeve van het uitvoeren van werkzaamheden aan de ondertunneling van de A2/N2 ingediend, voor ontheffing op grond van artikel 2.1.6.12, lid 2 van de APV en artikel 8.4 en 8.5 van het Bouwbesluit 2012. De werkzaamheden aan de tunnel gaan plaatsvinden vanaf de Geusselt (Toerit Noord) tot aan het Europaplein (Toerit Zuid). Het betreft de werkzaamheden gedurende de periode van 1 januari 2013 tot en met 20 april 2017.ten behoeve van de aanleg van de tunnelmoten 31 t/m 83 (de zgn “tunneltrein”), kadastraal bekend als gemeente Maastricht, Sectie F nummers 2194, 2195, 2196, 2197, 2213, 2214, 2215, 2216, 2217, 2219, 2220, 2378, 3441, 3606, 3641, 3805, 4252, 4253, 4254, 4389, 4450, 497, 5328 en Sectie G, nummers 2623, 4512, 5351, 5347, 5350, 5353, 5510, 5511, 5552, 5563 en 5838. Uit de aanvraag is gebleken dat de werkzaamheden plaatsvinden binnen een gebied en over een langere aaneengesloten periode zullen (moeten) worden uitgevoerd. Ontwerp - besluit Wij zijn voornemens om de ontheffing als bedoeld in artikel 2.1.6.12, lid 2 van de Algemene Plaatselijke Verordening, onder de hierna volgende voorschriften, te verlenen. Motivering Van onze bevoegdheid om ontheffing te verlenen op grond van artikel 8.4 en 8.5 van het Bouwbesluit 2012 maken wij geen gebruik. Naar onze mening biedt artikel 2.1.6.12 van de APV en de daarop gebaseerde ontheffing onder voorschriften voldoende waarborgen om de belangen van omwonenden tegen hinder in verband met de aangevraagde werkzaamheden afdoende te beschermen.
PAGINA
1 van 11
DATUM
30 november 2012 ONZE REFERENTIE
2012 - 53861
e
Ingevolge artikel 2.1.6.12, 1 lid van de APV is het verboden in of aan een bouwwerk of op een open erf of terrein voorwerpen of stoffen te bevestigen of te plaatsen, te werpen of te hebben, handelingen te verrichten of na te laten of werktuigen te gebruiken, waardoor: a. overlast kan worden veroorzaakt voor gebruikers van het bouwwerk, het open erf of terrein; b. op voor de omgeving hinderlijke of schadelijke wijze stank, rook, roet, walm, stof vocht of licht wordt verspreid, of overlast wordt veroorzaakt door geluid of trilling, elektrische trilling daaronder begrepen, door licht, elektrisch licht daaronder begrepen, door het houden van dieren of door ongedierte, ratten en muizen daaronder begrepen, of door verontreiniging van het bouwwerk, het open erf of terrein; c. brand- of ander gevaar wordt veroorzaakt; d. het gebruik van vluchtwegen wordt belemmerd. Het tweede lid van artikel 2.1.6.12 APV bepaalt dat wij, al dan niet onder te stellen voorschriften, terreinen kunnen aanwijzen waar het in het eerste lid onder a, b en d gestelde verbod niet van toepassing is op het in werking hebben van bepaalde categorieën van apparaten, toestellen of machines. Door DGMR Industrie, Verkeer en Milieu B.V. is een akoestisch onderzoek verricht naar de geluidsniveaus vanwege de werkzaamheden die betrekking hebben op de aanleg van de tunnelmoten 31 t/m 83 (Prognose onderzoek N2 Corridor). Aangezien de werkzaamheden behalve in de dagperiode ook in de avond- en nachtperiode plaatsvinden is in de rapportage (rapport I.2012.02722.00.R001, d.d. 17 oktober 2012) van het genoemde onderzoek aangegeven welke werkzaamheden in de avond- en nachtperiode zullen plaatsvinden en welke best beschikbare technieken en maatregelen tijdens de werkzaamheden worden toegepast om geluidshinder voor omwonenden te voorkomen dan wel voor zover dat niet mogelijk is het tot een minimum beperken van deze geluidhinder. In het kader van de hinderbeleving is duidelijke en tijdige communicatie aan omwonenden wat betreft aard en duur van de werkzaamheden en daarbij mogelijk te ondervinden hinder van cruciaal belang. Daarom is in voornoemd rapport een uitgebreide communicatieparagraaf (§ 2.2.2 en bijlage 1) opgenomen, die zijn vertaalslag heeft gekregen naar de voorschriften bij deze beschikking. De hierboven bedoelde rapportage is door ons beoordeeld en akkoord bevonden. Deze rapportage maakt deel uit van deze concept - beschikking. Tevens is door DGMR Industrie, Verkeer en Milieu B.V. een onderzoek verricht naar trillingen, stofhinder en de luchtkwaliteit vanwege de werkzaamheden die betrekking hebben op de aanleg van de tunnelmoten 31 t/m 83 (Kwaliteitsscan voor trillingen, stofhinder en luchtkwaliteit, rapport I.2012.02722.00.R002, d.d. 17 oktober 2012). Deze rapportage is door ons beoordeeld en akkoord bevonden. De rapportage maakt deel uit van deze concept - beschikking. Bij de beoordeling van de aanvraag zijn het aanvraagformulier met bijhorende brief, bijlagen en tekeningen van 17 oktober 2012 betrokken die ook deel uitmaken van deze concept - beschikking. Teneinde de overlast voor omwonenden te voorkomen dan wel tot een minimum te beperken, alle belangen afwegende zijn wij van mening de aanvraag te kunnen honoreren onder de hierna gestelde voorschriften. Voorschriften
PAGINA
2 van 11 Macintosh HD:Users:groepc:Downloads:APV-gebiedsaanwijzing A2 -N2 tunnel ontwerp-besluit 30-11.docx
DATUM
30 november 2012 ONZE REFERENTIE
2012 - 53861
Algemeen 0.1.
Deze concept - beschikking is geldig voor de werkzaamheden aan de tunnel vanaf de Geusselt (Toerit Noord) tot aan het Europaplein (Toerit Zuid). Het betreft de werkzaamheden gedurende de periode van 1 januari 2013 tot en met 20 april 2017.ten behoeve van de aanleg van de tunnelmoten 31 t/m 83 (de zgn “tunneltrein”), kadastraal bekend als gemeente Maastricht, Sectie F nummers 2194, 2195, 2196, 2197, 2213, 2214, 2215, 2216, 2217, 2219, 2220, 2378, 3441, 3606, 3641, 3805, 4252, 4253, 4254, 4389, 4450, 497, 5328 en Sectie G, nummers 2623, 4512, 5351, 5347, 5350, 5353, 5510, 5511, 5552, 5563 en 5838.
0.2.
De houder van deze aanwijzing moet de op het werkterrein werkzame personen een (schriftelijke) instructie verstrekken, die erop is gericht gedragingen hunnerzijds, die tot gevolg kunnen hebben dat een voorwaarde van deze aanwijzing wordt overtreden, uit te sluiten.
0.3.
Er dient altijd ten minste één verantwoordelijk persoon aanwezig zijn, die ter zake kundig is en bekend is met veiligheidsmaatregelen en met deze voorwaarden, om direct, indien vereist, maatregelen te treffen.
0.4.
Het aanvraagformulier voor deze aanwijzing, de daarbij behorende tekening(en) en overige bijlagen maken deel uit van deze aanwijzing.
0.5.
Al diegenen, die woonachtig zijn of een bedrijf voeren binnen de invloedssfeer van de werkzaamheden, waarvan redelijkerwijs aangenomen mag worden dat zij (geluid)hinder zullen ondervinden van deze aanwijzing, dienen uiterlijk 3 dagen vóór aanvang van de daadwerkelijke werkzaamheden aan de tunnelmoten 31 t/m 83 schriftelijk ingelicht te worden over de aard en de duur van de geplande werkzaamheden en de te verwachten hinder.
0.6.
In de onder voorschrift 0.5. bedoelde kennisgeving dient tevens vermeld te worden dat voor eventuele overlast van, c.q. klachten over de in uitvoering zijnde werkzaamheden als vervat in deze ontheffing een met de uitvoering belaste en als zodanig gezagdragend persoon telefonisch bereikbaar is onder vermelding van diens telefoonnummer. Melden wijziging(en)
0.7.
De houder van deze beschikking dient voor aanvang van de uitvoering van de werken / werkzaamheden, waarvoor deze gebiedsaanwijzing is verleend, wijzigingen schriftelijk te melden bij de gemeente Maastricht , team Vergunnen Wabo. Opgave van de reden(en) van de wijziging(en) en de periode waarin de werken / werkzaamheden alsnog zullen worden uitgevoerd dienen in bedoelde melding te worden aangegeven. Personen als bedoeld in voorschrift 0.5. worden onverwijld, maar uiterlijk 3 dagen vóór aanvang van de werken / werkzaamheden schriftelijk ingelicht over de wijziging in aanvang en duur van de geplande werken / werkzaamheden. Ongewoon voorval / calamiteit
0.8.
Indien zich een ongewoon voorval heeft voorgedaan dient dit ongewoon voorval per direct gemeld te worden bij de Gemeente Maastricht (team Handhaven, sector V & L) via het
PAGINA
3 van 11 Macintosh HD:Users:groepc:Downloads:APV-gebiedsaanwijzing A2 -N2 tunnel ontwerp-besluit 30-11.docx
DATUM
30 november 2012 ONZE REFERENTIE
2012 - 53861
-
algemene nummer 14-043 (24 uur per dag bereikbaar). Tevens dient een opgave gedaan te worden van: De oorzaken van het voorval en de omstandigheden waaronder het voorval zich heeft voorgedaan; De aard en omvang van van het voorval en de ten gevolge van het voorval vrijkomende stoffen , alsmede hun eigenschappen; De maatregelen die zijn genomen of worden overwogen om de gevolgen van het voorval te voorkomen, te beperken of ongedaan te maken; De maatregelen die worden overwogen om te voorkomen dat een zodanig voorval zich nogmaals kan voordoen. De bovenstaande gegevens dienen zo spoedig mogelijk via telefax 043-3504448 of via email naar de behandelend ambtenaar te worden doorgestuurd. Incidenteel uitloop
0.9.
Indien zich onvoorzien incidenteel een vertraging in de werkzaamheden voordoet, die aantoonbaar geen uitstel dulden, waardoor er in de avond- en nachtperiode doorgewerkt dient te worden, is het beschikkinghouder toegestaan deze werkzaamheden tot een afronding te brengen onder de navolgende voorwaarden: a. zodra bekend is dat een vertraging leidt tot het noodzakelijkerwijs buiten de dagperiode afronden van de werkzaamheden, maakt beschikkinghouder onder opgave van redenen en verwachte tijdsduur hiervan melding bij het bevoegd gezag/team Vergunnen Wabo; b. zodra bekend is dat er doorgewerkt moet worden in de avond- en nachtperiode worden de personen die woonachtig zijn of een bedrijf voeren binnen de invloedssfeer van de werkzaamheden hieromtrent onverwijld schriftelijk in kennis gesteld, onder opgave van de reden(en) van de vertraging en de duur van de werkzaamheden, alsmede van een contactpersoon met telefoonnummer, bereikbaar voor informatie tijdens de gemelde werkzaamheden ; c. de werkzaamheden worden alsnog met de grootst mogelijke spoed afgerond; d. binnen 3 werkdagen nadat een melding als bedoeld in dit voorschrift is gedaan, rapporteert beschikkinghouder schriftelijk aan het bevoegd gezag/team Vergunnen Wabo over de reden(en) van de vertraging, de duur ervan en eventueel ter zake ingezette beheersmaatregelen.
Geluid 0.10.
Het langtijdgemiddeld beoordelingsniveau (LAr,LT), veroorzaakt door aanwezige toestellen, machines, apparaten, werktuigen en installaties, alsmede door de verrichte werkzaamheden en de plaatsvindende activiteiten, mag ter plaatse van de meest belaste gevels van geluidgevoelige ruimten van derden in de dagperiode (07.00 - 19.00 uur), niet meer bedragen dan 75 dB(A).
0.11.
Het langtijdgemiddeld beoordelingsniveau (LAr,LT), veroorzaakt door aanwezige toestellen, machines, apparaten, werktuigen en installaties, alsmede door de verrichte werkzaamheden en de plaatsvindende activiteiten, mag ter plaatse van de meest belaste gevels van geluidgevoelige ruimten van derden in de avondperiode (19.00 - 23.00 uur) niet meer bedragen dan 60 dB(A) en nachtperiode (23.00 - 07.00 uur) niet meer bedragen dan 55 dB(A).
PAGINA
4 van 11 Macintosh HD:Users:groepc:Downloads:APV-gebiedsaanwijzing A2 -N2 tunnel ontwerp-besluit 30-11.docx
DATUM
30 november 2012 ONZE REFERENTIE
2012 - 53861
Het langtijdgemiddeld beoordelingsniveau (LAr,LT), veroorzaakt van continu aanwezige geluidsbronnen (bv grondwaterpompen, aggregaten etc) mag ter plaatse van de meest belaste gevels van geluidgevoelige ruimten van derden in de nachtperiode (23.00 - 07.00 uur), niet meer bedragen dan 40 dB(A). 0.12.
Indien activiteiten/werkzaamheden uitgevoerd gaan worden waarbij het geluidniveau zoals gesteld in voorschrift 0.10. wordt overschreden, dient de houder van deze beschikking voor aanvang van de uitvoering van die geluidbelastende werkzaamheden,dit schriftelijk per moot te melden bij de gemeente Maastricht, team Vergunnen Wabo. Opgave van de reden(en) van de mogelijke overschrijding van voorschriften 0.10. en het aantal werkdagen waarin deze werkzaamheden zullen worden uitgevoerd dienen in bedoelde melding te worden aangegeven. De melding geldt voor maximaal 5 werkdagen. Al diegenen, die woonachtig zijn of een bedrijf voeren binnen de invloedssfeer van de bedoelde werkzaamheden in dit voorschrift, dienen uiterlijk 7 dagen vóór aanvang van deze werkzaamheden schriftelijk ingelicht te worden over de aard en de duur van de geplande werkzaamheden en de te verwachten hinder.
0.13.
De controle op, of berekening van de in de voorschriften 0.10.en 0.11. vastgelegde geluidsniveaus, moet geschieden overeenkomstig de "Handleiding meten en rekenen industrielawaai", uitgave 1999. Ook de beoordeling van de meetresultaten moet overeenkomstig deze handleiding plaatsvinden.
0.14.
Indien uit (geluid)metingen blijkt dat niet aan de grenswaarden gesteld in de voorschriften 0.10. en 0.11. wordt voldaan, dan moeten de werkzaamheden per direct worden gestopt. Van de overschrijding wordt onverwijld melding gedaan aan het bevoegd gezag, team Vergunnen Wabo van het organisatieonderdeel Veiligheid & Leefbaarheid. Allereerst wordt in dat geval in overleg met het bevoegd gezag beoordeeld welke voorzieningen alsnog kunnen worden getroffen om aan het gestelde in voorschrift 0.10.en 0.11. te kunnen voldoen.
0.15.
Geluidproducerende machines, apparaten en werktuigen worden zo veel mogelijk uitgezet, zodra en zolang deze niet in gebruik zijn en/of in bedrijf hoeven te zijn. Geluidmonitoring
0.16.
Tijdens de aangevraagde werkzaamheden aan de tunnel, dienen er continu geluidmetingen (monitoring) te worden uitgevoerd. De geluidmetingen dienen digitaal te worden geregistreerd gedurende aaneengesloten periodes van 24 uur (per dag). In ieder geval dienen daarbij het LArLT , het LAmax ,de frequentiemetingen, datum, tijdstippen, eventuele bijzonderheden te worden geregistreerd
0.17.
De rapportage van de in voorschrift 0.16. bedoelde meetperiode dient binnen 24 uur na het verstrijken van die periode te worden toegestuurd aan het bevoegd gezag. Bedoelde gegevens moeten tot ten minste 1 jaar na beëindiging van de activiteiten bewaard worden en dienen op verzoek ter beschikking te worden gesteld aan het bevoegd gezag.
0.18.
De wijze van meten, alsmede de opstelplaats, installatie en configuratie van de meetapparatuur vindt plaats overeenkomstig het gestelde in de "Handleiding meten en rekenen industrielawaai", uitgave 1999. In overleg met het bevoegd gezag dienen de meetplaatsen te worden bepaald (bv monitoringsplan). De monitoringsapparatuur moeten zo geïnstalleerd en geconfigureerd worden dat deze niet kan worden gemanipuleerd door
PAGINA
5 van 11 Macintosh HD:Users:groepc:Downloads:APV-gebiedsaanwijzing A2 -N2 tunnel ontwerp-besluit 30-11.docx
DATUM
30 november 2012 ONZE REFERENTIE
2012 - 53861
derden. Enkel daarvoor aangewezen personen mogen de instellingen van deze meetapparatuur kunnen wijzigen. Trillingen 0.19.
Streefwaarden bij trillingshinder voor personen : in alle soorten gebouwen tussen 07.00-19.00 uur (dagperiode). Duur D van de activiteit gedurende korte periode
D ≤ 1 dag
6 dagen < D ≤ 26 dagen
26 dagen < D ≤78 dagen
A1
A2
A3
A1
A2
A3
A1
A2
A3
0,8
6
0,4
0,4
6
0,3
0,3
6
0,2
Tussen 19.00-23.00 uur (avondperiode)
Tussen 23.00-07.00 uur (nachtperiode)
Gebouwfunctie
A1
A2
A3
A1
A2
A3
Wonen
0.1
0.4
0.05
0.1
0.2
0.05
Onderwijs / Kantoor
0.15
0.6
0.07
0.15
0.6
0.07
Kritische werkruimten
0.1
0.1
-
0.1
0.1
-
A1
Streefwaarde voor de trillingssterkte(Vmax).
De streefwaarde mag tussen 1 dag en 6 dagen worden geïnterpoleerd. 1 dag A1 = 0,8. 2 dagen A1 = 0,72. 3 dagen A1 = 0,64. 4 dagen A1 = 0,56. 5 dagen A1 = 0,48 A2
Hoogste streefwaarde voor de trillingssterkte (Vmax).
A3
Streefwaarde van de trillingssterkte over de beoordelingsperiode (Vper).
De streefwaarden A1, A2 en A3 zijn dimensieloos. Er wordt voldaan aan de streefwaarden als: -
de waarde van de maximale trillingssterkte in een ruimte kleiner is dan A1, of als
-
de waarde van de maximale trillingssterkte van een ruimte kleiner is dan A2
waarbij de trillingssterkte over de beoordelingsperiode voor deze ruimte kleiner is dan A3. Trillingsmonitoring
PAGINA
6 van 11 Macintosh HD:Users:groepc:Downloads:APV-gebiedsaanwijzing A2 -N2 tunnel ontwerp-besluit 30-11.docx
DATUM
30 november 2012 ONZE REFERENTIE
2012 - 53861
0.20.
Tijdens de aangevraagde werkzaamheden aan de tunnel, dienen ter controle van het gestelde in voorschrift 0.19. continu trillingsmetingen (trillingsmonitoring) te worden uitgevoerd. De trillingsmetingen dienen digitaal te worden geregistreerd gedurende aaneengesloten periodes van 24 uur (per dag).
0.21.
De rapportage van de in voorschrift 0.20. bedoelde meetperiode dient binnen 24 uur na het verstrijken van die periode te worden toegestuurd aan het bevoegd gezag. De bedoelde gegevens moeten ten minste 1 jaar na beëindiging van de activiteiten bewaard worden en dienen op verzoek ter beschikking te worden gesteld aan het bevoegd gezag.
0.20.
Indien uit de in het vorige voorschrift bedoelde metingen blijkt dat de streefwaarden gesteld in het voorschrift 0.19. worden overschreden, dan moeten de werkzaamheden per direct worden gestopt. Van de overschrijding wordt onverwijld melding gedaan aan het bevoegd gezag, team Vergunnen Wabo van het organisatieonderdeel Veiligheid & Leefbaarheid. Allereerst wordt in dat geval in overleg met het bevoegd gezag beoordeeld welke voorzieningen alsnog kunnen worden getroffen om aan het gestelde in voorschrift 0.19 te kunnen voldoen.
0.21.
De wijze van meten, alsmede de opstelplaats, installatie en configuratie van de meetapparatuur vindt plaats overeenkomstig het gestelde in de SBR-B richtlijn. In overleg met het bevoegd gezag dienen de meetplaatsen te worden bepaald (bv monitoringsplan). De monitoringsapparatuur moet zo geïnstalleerd en geconfigureerd worden dat deze niet kan worden gemanipuleerd door derden en enkel bevoegde personen de instellingen kunnen wijzigen.
Eindrapportage 0.22.
Elke 6 maanden en na beëindiging van de aangevraagde werkzaamheden aan de tunnel dient een totaal rapportage gemaakt te worden waarin de trillingsmonitoring en de geluidmetingen van de gehele periode zijn opgenomen. De 6-maandelijkse rapportage dient uiterlijk binnen 1 maand na het verstrijken van de termijn aan het bevoegd gezag, organisatieonderdeel Veiligheid & Leefbaarheid, team Vergunnen Wabo te worden overgelegd. De eindrapportage dient uiterlijk binnen 1 maand na beëindiging van de werkzaamheden aan de tunnel bij het bevoegd gezag, team Vergunnen Wabo te worden aangeleverd.
Lichthinder 0.23.
De toelaatbare grenswaarde voor de verlichtingssterkte Ev ter plaatse van woningen van derden mag niet meer bedragen dan: - 10 lux tussen 07.00 en 23.00 uur (dag- en avondperiode); 2 lux tussen 23.00 en 07.00 uur (nachtperiode).
0.24.
De lichtsterkte van elk armatuur mag niet meer bedragen dan: - 25 000 cd tussen 07.00 en 23.00 uur (dag- en avondperiode); 2 500 cd tussen 23.00 en 07.00 uur (nachtperiode).
PAGINA
7 van 11 Macintosh HD:Users:groepc:Downloads:APV-gebiedsaanwijzing A2 -N2 tunnel ontwerp-besluit 30-11.docx
DATUM
30 november 2012 ONZE REFERENTIE
2012 - 53861
0.25.
De controle op, of berekening van de in de voorschriften 0.23. en 0.24. vastgelegde grenswaarden, moet geschieden overeenkomstig de "Algemene richtlijn betreffende lichthinder". Ook de beoordeling van de meetresultaten moet overeenkomstig deze richtlijn plaatsvinden.
0.26.
De verlichting dient te zijn uitgeschakeld als er geen gebruik wordt gemaakt van dat gedeelte van het verlichte gedeelte van het aangewezen werkterrein, tenzij uit een oogpunt van veiligheid op of in de onmiddellijke omgeving van het werkterrein verlichting noodzakelijk is. In het laatste geval blijft voorschrift 0.23. onverkort van kracht.
0.27.
De aangebrachte of gebruikte verlichting moet zodanig zijn afgesteld dan wel zijn afgeschermd dat er geen directe lichtstraling bij woningen van derden kan optreden en mag niet op lichtdoorlatende openingen in gevels of daken van woningen van derden invallen. Toelichting: Dit kan o.a. bereikt worden via het bundelen of het afschermen van lichtbronnen via speciale kappen of het gericht aanstralen van het werkterrein etc.
Stof 0.28.
Stofoverlast ten gevolge van werkzaamheden in het aangewezen gebied dient te worden voorkomen.
0.29.
Stofontwikkeling als gevolg van werkzaamheden in het aangewezen gebied dient bestreden te worden met behulp van een of meer sproei-installaties of andere daarvoor bedoelde, adequaat werkende apparatuur.
0.30.
Vervoer van stof veroorzakende materialen van en naar het aangewezen gebied dient met afgesloten vrachtauto’s plaats te vinden.
0.31.
Bij het verlaten van de bouwplaats moeten de voertuigen (bv vrachtwagens) zodanig schoon zijn dat geen voor het verkeer hinderlijke vervuiling van de (transport) /openbare weg en de omgeving plaatsvindt. Vervuilde voertuigen dienen de bouwplaats via een deugdelijke wasplaats te verlaten. Hierbij kan gedacht worden aan een “under body washer” of een wiel wasinstallatie. Ten behoeve van het realiseren van een verwaarloosbaar bodemrisico vindt het wassen plaats boven een vloeistofdichte voorziening.
0.32.
Zo vaak als noodzakelijk dient de openbare weg in de nabijheid van de bouwplaats of in de nabijheid van een depot schoongeveegd te worden. Indien vegen alleen geen effect heeft dient de weg met water schoon te worden gespoten. Het vegen gaat gepaard met sproeien ter voorkoming van hinderlijke stofontwikkeling.
Geur/stank 0.33.
Geuroverlast ten gevolge van werkzaamheden in het aangewezen gebied of vanwege in het aangewezen gebied gebruikte apparaten, toestellen of machines dient te worden voorkomen.
PAGINA
8 van 11 Macintosh HD:Users:groepc:Downloads:APV-gebiedsaanwijzing A2 -N2 tunnel ontwerp-besluit 30-11.docx
DATUM
30 november 2012 ONZE REFERENTIE
2012 - 53861
Water/vocht 0.34.
Water- en vochtoverlast ten gevolge van werkzaamheden in het aangewezen gebied dient te worden voorkomen.
Zienswijze Belanghebbenden kunnen in verband met het ontwerpbesluit binnen 2 weken, dat de stukken ter visie liggen, mondeling dan wel schriftelijk eventuele zienswijzen indienen. U kunt uw schriftelijke zienswijze richten aan het college van Burgemeester en wethouders van Maastricht, Postbus 1992, 6201 BZ Maastricht. Wenst u mondeling te reageren dan kunt u tijdens kantooruren contact opnemen met de heer H. Janssen van het team Beleid & Advies (043-3504433). Burgemeester en wethouders van Maastricht,
de gemeentesecretaris,
Afschrift(en): - dhr. Jo Segers, team Vergunnen Wabo, MF, 4de Noord
PAGINA
9 van 11 Macintosh HD:Users:groepc:Downloads:APV-gebiedsaanwijzing A2 -N2 tunnel ontwerp-besluit 30-11.docx
DATUM
30 november 2012 ONZE REFERENTIE
2012 - 53861
Begrippenlijst APV Algemene Plaatselijke Verordening. BEOORDELINGSPUNT Het punt waar het LAr,LT en het LAmax worden bepaald en getoetst aan de (eventuele) grenswaarden. BODEMBESCHERMENDE VOORZIENING Fysieke voorziening die de kans op emissies of immissies reduceert. CANDELA (cd) De candela is de eenheid van lichtsterkte. De lichtsterkte geeft aan hoeveel licht zich bevindt in ieder stukje van een lichtbundel. De candela is de lichtsterkte in een gegeven richting van een licht bron 12 die monochromatische straling met een frequentie van 540 × 10 Hz uitzendt en waarvan de stralingssterkte in die richting 1/683 watt per steradiaal is. GELUIDSGEVOELIGE BESTEMMINGEN Gebouwen of objecten, aangewezen bij algemene maatregel van bestuur krachtens de artikelen 49 en 68 van de Wet geluidhinder. GELUIDSNIVEAU Het niveau van het ter plaatse optredende geluid, uitgedrukt in dB(A), overeenkomstig de door de Internationale Elektrotechnische Commissie (IEC) terzake opgestelde regels, zoals neergelegd in de IEC-publicatie no. 651, uitgave 1989. LANGTIJDGEMIDDELD BEOORDELINGSNIVEAU (LAr,LT): Het A-gewogen gemiddelde van de afwisselende niveaus van het ter plaatse optredende geluid, bepaald in de loop van een bepaalde periode en vastgesteld en beoordeeld overeenkomstig de 'Handleiding meten en rekenen industrielawaai', uitgave 1999. LUX De eenheid van verlichtingssterkte. 1 lux is de verlichtingssterkte voortgebracht door 1 candela op een oppervlak loodrecht op de lichtstralen op een afstand van 1 meter van de bron.
MAXIMALE GELUIDNIVEAU (LAmax)
PAGINA
10 van 11 Macintosh HD:Users:groepc:Downloads:APV-gebiedsaanwijzing A2 -N2 tunnel ontwerp-besluit 30-11.docx
DATUM
30 november 2012 ONZE REFERENTIE
2012 - 53861
Het hoogste A-gewogen geluidsniveau, afgelezen in de meterstand 'fast', verminderd met de meteocorrectieterm Cm. De meterstand 'fast' komt overeen met een tijdconstante van 125 ms. TRILLINGSTERKTE De effectieve waarde van de gewogen trillingsgrootheid, gemeten en beoordeeld overeenkomstig de meet- en beoordelingsrichtlijn Richtlijn 2 "Hinder voor personen in gebouwen door trillingen" uit 1993 van de Stichting Bouwresearch Rotterdam (SBR).
PAGINA
11 van 11 Macintosh HD:Users:groepc:Downloads:APV-gebiedsaanwijzing A2 -N2 tunnel ontwerp-besluit 30-11.docx