Studiereis Zuid Afrika Northern Cape 13 t/m 22 juni 2006 Door: Lizette de Beer - van Rossum. Het begon allemaal met het meedoen aan de online training Zuid Afrika van Etraveltraining… Mijn score en mijn dosis geluk was dusdanig groot dat ik uitverkoren was om mee te mogen naar Zuid Afrika! Mijn droom om terug te mogen keren naar dit fantastische land werd werkelijkheid. Na de bijeenkomst in Breukelen een week voor vertrek, werd al snel duidelijk dat het niet “zomaar” een studiereis was. Het was een “missie”. Wij zouden de ambassadeurs worden voor het land en dan vooral voor de provincie waar we naar toe zouden gaan, namelijk de Northern Cape.
The Northern Cape Province. De grootste provincie van Zuid Afrika en toch maar 800.000 inwoners. Mijn verwachting was dan ook vooral om “puur natuur” te ervaren, uitgestrektheid en woestijn; de Kalahari. Dat laatste was iets waar ik echt enorm naar uitkeek. Ik had veel gehoord over dit gebied en had er hoge verwachtingen van.
13 juni 2006. Vandaag gaat het gebeuren! We vliegen naar Zuid Afrika! Ik ontmoet de rest van de groep bij de incheckbalie. Uitgezwaaid door de familie, vertrekken we vervolgens richting douane. Ik besef dat het echt is en de adrenaline giert door mijn lijf! Ook al hebben we nog een lange weg te gaan, mijn avontuur begint hier. Eenmaal in het vliegtuig voel ik mij zeer bevoorrecht om dit deel van Zuid Afrika te mogen ontdekken. Van te voren heb ik boeken doorgespit en op internet gesurft, maar toch is het moeilijk om deze informatie om te zetten naar verwachtingen, laat staan te visualiseren. Afwachten dus..nog ruim 18 uur…
Op de vlucht van Londen naar Johannesburg begint ”mijn missie” vorm aan te nemen. Ik zit naast een Canadese vrouw die mij vertelt dat ze naar Malawi gaat verhuizen. Ze gaat voorgoed op een missionarispost werken. Ze laat haar familie achter in Canada om een roeping te verwezenlijken. Ik word er stil van. Over een missie gesproken! Ik bewonder deze vrouw om haar moed en besef mij dat ik niet zou willen ruilen. Ik vraag mij af wat wij op onze manier voor Zuid Afrika kunnen doen. Ik denk er over na en besef dat wij wel degelijk iets kunnen betekenen. Neliswa sprak over het ambassadeur worden van haar land. Toerisme is de op 2 na grootste inkomstenbron van het land. Iedere euro die wij naar dit land “boeken” helpt acht kansarme Zuid Afrikanen. Daar ligt dus onze missie!
14 juni 2006 De vlucht naar Johannesburg met SAA was een zeer aangename kennismaking. Het personeel aan boord geeft je het gevoel al een beetje in hun land te zijn. Nu nog 1 keer overstappen naar Kimberley. Tijdens deze vlucht ook weer een interessante en warme ontmoeting met een Zuid Afrikaanse dame. In korte tijd praten we onder andere over onze reis, verschillen in cultuur en de bezorgdheid over het toekomstige Zuid Afrika. Aan het eind zegt ze resoluut: “Geniet ‘t!” Dat zal niet moeilijk zijn! Het landschap onder ons komt dichterbij en al snel sta ik eindelijk met beide voeten in Kimberley; eindpunt van de vlucht, maar beginpunt van de echte reis! Ik vraag mij af wat voor bijzondere ontmoetingen er nog meer zullen volgen…
Als we wachten op onze bagage in de kleine hal van Kimberley Airport, is de slogan van deze provincie meteen heel erg duidelijk: “Follow the sun…not the crowds!” Gezien de afmetingen van de (enige) bagage band, is duidelijk dat dit inderdaad geen “massabestemming” is! Vanzelfsprekend hebben we al snel alle bagage en gaan we naar onze bus, die voor de deur staat geparkeerd. Jaco Powell, onze tour guide, zal ons de komende week rond gaan toeren in zijn Northern Cape.
De bus met aanhanger voor de bagage ziet er prima uit en we gaan snel op weg naar de eerste bezienswaardigheid: The Big Hole. Hier is de diamantindustrie van Zuid Afrika begonnen en heeft Kimberley letterlijk op de kaart gezet. Het begon met 2 broers met de achternaam “de Beer” (verre familie van mij?) die wat steentjes vonden bij hun boerderij Vooruitzicht (toeval?) en deze aan een buurman lieten zien. De man wilde ze wel houden en dat vond de moeder van de jongens wel goed. Later bleek dat de “steentjes” echte diamanten waren!
De diamantkoorts was begonnen en circa 50.000 diamantgravers kwamen hun geluk beproeven. Zo begon men met het afgraven van het gebied in 1871 en eindigde in 1914. Uiteindelijk is hier het grootste met de hand gegraven gat ter wereld ontstaan. Het leverde 2722 kilogram aan diamanten op!
Ondertussen zijn er al meerdere gaten waar gemijnd is. Toch blijft het heel bijzonder om dit immens grote gat te zien van 125 meter diep en een diameter van 1,6 km en te beseffen dat er heel wat leed is geleden om hier de waardevolle grond naar boven te kunnen halen.
In het eromheen gelegen openlucht museum is te zien hoe men hier ca. 100 jaar geleden heeft geleefd.
Op dit moment wordt er hard gewerkt aan een nieuw bezoekers centrum. Een eerste klas attractie, genaamd “De Beers Diamond World”, gericht op De Beers, de Big Hole en Kimberley. Audiovisuele effecten simuleren de ondergrondse ervaring in de mijn, terwijl een platform en interactieve displays de bezoeker een bijzondere ervaring geven. Uiteraard zullen een juwelierswinkel en souvenirshop hier niet ontbreken. De oplevering werd verwacht in april 2006, maar zal nu spoedig volgen (wordt er met een glimlach verteld!).
We overnachten in Kimberley in twee verschillende accommodaties: de Protea Hotel Diamond Lodge en Bishops Lodge Luxury Suites. Het Protea Diamond Lodge ziet er uitstekend uit. Ruime kamers en voorzien van alle gemakken. Het ontbijtbuffet was heerlijk en zeer divers. Het hotel heeft een centrale ligging t.o.v. de vele bezienswaardigheden. Het hotel heeft een luxe uitstraling, mede vanwege de inrichting met veel Afrikaanse kunst.
Bishops Lodge heeft prima appartementen c.q. suites. Basic, maar keurig netjes en schoon. Door het “gebakken eitje” van de buurman, kwamen wij erachter dat ook het brandalarm in Bisshops het prima deed! In beide accommodaties zijn we wederom getuige van de hartelijkheid en behulpzaamheid van het personeel, want ook al staan we vroeg op, toch is er nog even tijd voor een kennismaking en een praatje. Ook de heerlijke attenties op de kamer, waaronder de zeer bekende “biltong” (gedroogd vlees in diverse smaken en van diverse dieren; o.a. buffel, springbok etc.) en de wereldberoemde Zuid Afrikaanse wijn, hebben daar zeker toe bijgedragen!
Als ’s avonds iedereen weer is bijgekomen van de reis en de eerste indrukken, gaan we op weg naar een van de oudste townships van Zuid Afrika; Galeshewe. Vernoemd naar een locale “warrior chief”. In het Ekhaya Guest House, een drie sterren accommodatie in het centrum van de township, wacht ons een heerlijke Zuid Afrikaanse braai met o.a. lamsvlees, boerenworst en milipap (gemaakt van maïs).
“Als jullie er niet waren, had ik nu geen baan!”
Er zijn diverse mensen aanwezig uit de toeristische industrie en zelfs ook van de overheid. In een boeiende presentatie wordt met passie verteld over “hun” Northern Cape. Vol trots wordt er gesproken over wat wij allemaal gaan zien, maar ook vooral wat wij kunnen doen voor hun land en de provincie. Toerisme is zo ontzettend welkom, maar ook hard nodig. Door het toerisme naar de nog tamelijk onontdekte Northern Cape te genereren dragen wij bij aan een beter Zuid Afrika en helpen de economie te verbeteren. Gedurende de avond is dat toch wel het belangrijkste onderwerp.
15 juni 2006
Na een vroeg, maar heerlijk ontbijt, gaan we op weg naar Graspan. Graspan is een onderdeel van de South African National Parks. Het ligt vlakbij het NP Vaalbos. Dit park wordt echter gesloten vanwege toekomstige mijnactiviteiten. De “inwoners” van dit park worden nu overgebracht naar een nieuw te openen park op ca. 200 km afstand (Nu nog genaamd Wintershoek.). Het is een gigantisch project! Vooral bij het verhuizen van de giraffen en de buffels komt heel wat kijken.
Graspan heeft een uniek fokproject voor onder andere de Kaapse Buffel, Sabelantilope en de Kwagga. De dieren worden hier vrij van ziektes gefokt, zodat ten tijde van een epidemie in een van de andere parken, verschillende dieren “ uit voorraad leverbaar” zijn. De Kwagga is een verhaal apart. Deze zebrasoort is eigenlijk uitgestorven, maar men probeert door middel van kruisingen de kenmerkende eigenschappen van deze zebra weer enigszins terug te fokken. De Kwagga of ook wel Vaalzebra, dankt zijn naam aan de vale strepen op zijn billen.
Even later staan we met onze bus midden in een kudde buffels. De buffel behoort tot een van de Big Five. De onberekenbaarheid van dit dier, maakt het erg gevaarlijk. Als een dier (of een mens!) op de horens wordt genomen, zullen ze doorgaan met aanvallen tot de “prooi” niet meer beweegt of dood is. Het is moeilijk voor te stellen als je ze van een veilige afstand bekijkt. Ook de vele kalveren in de kudde zien er aandoenlijk uit.
Het “Afrika gevoel” begint mij nu echt te bekruipen! Het stof, de rode zandwegen inclusief wasborden, de vele nesten van de Sociable Weavers in de telefoonpalen, de bijna oneindige vergezichten, het gevoel van ruimte, de blauwe lucht en de vriendelijke afrikanen…
“Kroonkopsvogel”
Ik wil alles wat ik zie en ruik in mij opzuigen als een spons! Het gevoel om geen moment te willen missen. Ik maak aantekeningen in mijn vogelboek en kruis aan welke ik heb gezien. Gelukkig helpt Jaco bij het “spotten” en we kunnen dan ook al gauw heel wat kruisjes zetten. We zien ook al gauw de Pygmy Falcon, die hoog op mijn “verlanglijstje” stond, de kleinste valkensoort in heel Afrika! Ek geniet ´t! Voor 100%! Toch vind ik het raar dat de huidige regering de meeste namen van de vogels wil wijzigen naar algemene engelse namen. Terwijl juist de typische Zuid Afrikaanse namen zo ontzettend kenmerkend zijn. De reden zou van financiële aard zijn: Nieuwe namen resulteren in nieuwe boeken en dus voor nieuwe inkomsten. Nu heeft dus 1 vogel, soms wel 3 verschillende namen! Hetzelfde geldt voor de plaatsnamen in Zuid Afrika. Deze worden bijna allemaal hernoemd en vele krijgen hun oorspronkelijke benaming terug. Aan de ene kant zou het een logische gedachte zijn, gezien de apartheid in het verleden. Maar dat is nou ook juist wat het land heeft gemaakt en het lijkt alsof de regering hiermee de geschiedenis wil proberen te wissen. Het is een kostbare aangelegenheid en het lijkt mij dat het geld aan zoveel andere en zinvollere zaken zou kunnen worden besteed…
We vervolgen onze weg richting Kimberly en stoppen onderweg voor een bezoek aan het Wildebeest Kuil Rock Art Centre.
In een uitgestrekt gebied met glooiende heuvels bevinden zich ca 400 rotsgravures van de San, ook wel bekend als de “bosjesmannen”. Het land dat toebehoord aan de !Xun en Khwe stammen, is heilig. Een pad van ca. 800 meter kronkelt naar boven waar de rotsgravures te bewonderen zijn. De tekeningen of eigenlijk etsen (steen op steen) zijn naar schatting 1000 tot 2000 jaar oud. Gemaakt door mensen uit het late Stenen Tijdperk, voorvaderen van de San (Bosjesmannen).
Waarschijnlijk in trance werden de afbeeldingen, van voornamelijk dieren, in de stenen gehouwen. Boven op de heuvel heb je een ongelooflijk mooi uitzicht en een soort boardwalk voert je over en langs de rotsen. Het is bijna niet voor te stellen dat mensen hier zo lang geleden deze gravures hebben gemaakt. “Tijd” heeft hier een totaal andere betekenis. Op de route terug verteld een van de lokale gidsen dat hij ook een afstammeling is van de Khwe San. Vol passie praat hij over zijn taal met de “clicks” en over het feit dat de taal langzaam verdwijnt als de jongere generatie (hijzelf dus..) het niet in ere houdt. Steeds meer jongeren spreken Afrikaans en verleren de inheemse taal. Gedreven en vol plezier werkt hij voor het Rock Art Centre.
Dan ineens vraagt hij waar wij vandaan komen. Als hij hoort dat we uit Nederland komen vliegen ineens de namen van bekende Nederlandse voetbalspelers mij om de oren en komt een internationale gedeelde passie tevoorschijn: voetbal! Het gesprek neemt een onverwachte, maar hele leuke wending. Vlak voor we weggaan, wenst hij het Nederlandse elftal de wereldtitel toe!
We rijden terug naar Kimberley, waar we bij het restaurant “ the Lemon Tree” een overheerlijke Boboti krijgen voorgeschoteld, zoals ze die alleen hier kunnen maken..kruidig en zoet! Mmmm!
Tijdens het eten praten we over de verschillende dingen die we hebben gezien, maar ook over het Zuid Afrika dat aan het veranderen is. Er wordt volop gebouwd aan de toekomst, letterlijk en figuurlijk. Voor velen een verbetering, hoewel ze er nog lang niet zijn. De contrasten tussen arm en rijk, blank en zwart zijn nog heel erg herkenbaar.
Als we langs een arm gedeelte van Kimberley rijden en ik bij een golfplaten hutje babykleertjes aan de waslijn zie hangen, schiet ik even vol. Ik besef hoe goed mijn kinderen het hebben in Nederland en dat deze kinderen nog een lange en moeilijke weg hebben te gaan. Het zal waarschijnlijk nog generaties duren voordat de juiste balans gevonden is. Toch merk je aan de jongere generatie een bevlogenheid en enthousiasme die inspirerend is! Ze willen vooruit kijken en niet meer achterom. Een aantal jaren geleden was ik voor het eerst in Zuid Afrika op vakantie (Kwazulu Natal) en toch zie ik in die 5 jaar een verbetering. Alhoewel het natuurlijk wel moeilijk is om een dichtbevolkt gebied als Kwazulu Natal te vergelijken met het dunbevolkte Northern Cape. Ik spreek met Jaco over de vele goed opgeleide Afrikanen die het land verlaten. Mensen en kennis die ze juist zo hard nodig hebben. Ga in je eigen omgeving maar eens na of er bijvoorbeeld een dokter of tandarts uit Zuid Afrika komt en ja, ook ik moet dat beamen. De werkloosheid is verbeterd, maar nog steeds verdwijnen er meer banen dan dat er bij komen. In een land dat zo immens groot is, zal het heel veel tijd en inspanning kosten om dat weer in evenwicht te krijgen. Logisch dus dat men wil investeren in het toerisme, dat veel banen kan opleveren. Ik hoop maar dat de investering in ons, zijn vruchten zal afwerpen in de toekomst! Na de lunch rijden we door naar het park Wintershoek, dat naar verwachting binnen een aantal maanden open zal gaan voor het publiek.
De weg er naar toe is prachtig! Hier en daar een “plaas” (boerderij) met op de achtergrond verschillende “koppies” (heuvels). Ik noemde ze in eerste instantie “bergen”, maar ik wordt gecorrigeerd. Daar zijn ze toch net iets te klein voor! Hoewel de locale bevolking trots zou zijn op deze omschrijving.
Plotseling gaat onze bus vol in de remmen! Een grote schildpad ligt midden op de weg. We verzamelen rondom het indrukwekkende dier en krijgen uitleg van Jaco. Het is een mannetje van circa 40 jaar. Net als bij de ringen in een boom, kun je bij een schildpad ook de leeftijd schatten naar aanleiding van de ringen op zijn schild. Nadat hij van alle kanten gefotografeerd is, wordt hij even geholpen met oversteken en onder het hek door geschoven. Het gebeurt namelijk nogal eens dat deze dieren worden aangereden en dat zou natuurlijk zonde zijn.
Aangekomen door de prachtige natuur van Wintershoek, komen we aan bij de in aanbouw zijnde accommodatie. De ligging is fantastisch! Prachtig uitzicht naar alle windstreken. Met oog voor detail zijn de gemeenschappelijke ruimtes en de kamers/units ingericht. We krijgen te horen hoe de verhuizing van Vaalbos naar Wintershoek verloopt. Sommige dieren worden met helikopters in een kraal gedreven, om vandaar uit weer vervoerd te worden naar Wintershoek. Een zeer kostbaar en indrukwekkend project. Er worden zoveel mogelijk dieren in het park ondergebracht die hier ook echt oorspronkelijk leefden.
Onderweg in de bus leren we van alles over flora en fauna. We ruiken en voelen aan Springbokdrollen, snuffelen aan de Kamferstruik, bewonderen de Kameeldoorn en verbazen ons over de hovenierskwaliteiten van de Warthog…
Mijn zintuigen gaan hier anders werken, alsof ze aangescherpt worden door alles het moois wat er te zien is. Het is zeker geen straf om hier langere tijd in de bus of auto te zitten. Ik kom ogen tekort en maak daarom nog maar weer eens een paar foto´s…
We hebben even de tijd om ons op te frissen en ons klaar te maken voor het diner. Dat nuttigen wij in de Kalahari Lodge, net buiten Kimberley. Een prachtig restaurant, sfeervol ingericht met een enorme muurschildering van het Afrikaanse landschap.
Het `vleis`, de `rooiwijn`, het smaakt alweer fantastisch! Ons gezelschap wordt steeds gezelliger…of ligt dat aan de o zo lekkere Amarula??
16 juni 2006. Vandaag gaat de wekker erg vroeg, want we hebben een hele lange rit voor de boeg. We rijden vandaag van Kimberley via Griekwastad, Groblershoop, Upington, Kanoneiland, Keimoes en Kakamas naar Khamkirri. Het zal circa 6 uur rijden zijn. Hier zullen we 2 nachten verblijven. We beginnen de dag met lichte vorst!! We kleden ons met meerdere lagen, zodat we gedurende de dag steeds weer wat uit kunnen doen. De middag temperatuur ligt namelijk rond de 26 graden! Een groot verschil dus en een aparte ervaring, waar ik dan ook even aan moet wennen.
“geografisch middelpunt Van Zuid Afrika”
Iedereen geniet op zijn eigen manier van de reis…
Onderweg houd ik op de atlas bij waar we zijn en wat we tegenkomen. Het landschap veranderd geleidelijk en wordt ruiger, grilliger, maar ook verlaten en leeg. Ongekende vergezichten strekken zich voor ons uit. We kruisen de Vaal rivier en de Oranje Rivier. De langste rivier van Zuid Afrika. Vernoemd naar Willem van Oranje en dus niet naar de kleur. Deze rivier zal de komende tijd een belangrijke rol in onze reis gaan spelen.
Vanuit het niet verschijnen ineens plaatsen als Campbell en Griekwastad. Ongeveer halverwege rijden we door Groblershoop. Dit gebied langs de Oranje Rivier wordt de Green Kalahari genoemd. Een zeer vruchtbare streek en dus niet verwonderlijk dat hier een van de grootste wijncoöperaties zich hier bevindt: Orange River Wine Cellars. Ze zijn gevestigd in Groblershoop, Keimoes, Grootdrink, Upington en Kakamas. De wijngaarden beslaan een gebied van ca. 300 km in lengte.
We stoppen diverse malen, strekken de benen en genieten van de plaatselijke bevolking, de heerlijke zonneschijn en de uitgestrektheid van de omgeving. Het is toch wel de combinatie van al deze elementen dat dit gebied zo uniek maakt. Het voelt onontdekt en puur…ineens schiet de slogan van de Northern Cape door mijn hoofd: Follow the sun, not the crowds! Ik begin het te snappen. “Tourist Information?”
We naderen Kanoneiland en steken hier over naar de noordzijde van de rivier. Een prachtige Kingfisher zit langs de rivier. Nu zo vredig, maar in 1879 werd het eiland overheerst door Koranna rivier piraten. Gedurende enkele dagen werd het eiland gebombardeerd met een kanon. De piraten bouwden hun eigen kanon uit de holle stam van een Aloë boom, vulden het met kruit, staken het aan en het hele ding ontplofte en doodde 6 Koranna´s! Later dat jaar werd het eiland ontdaan van alle piraten.
We komen in de buurt van onze bestemming, Khamkirri. Hoewel de laatste “weg” horen en zien bijna doet vergaan! De vele “wasborden” in deze onverharde weg, laat de ramen van de bus klapperen in hun voegen. Het lijkt af en toe of de bus uit elkaar rammelt! Ook dit heeft zijn charme en hoort bij het land. De bus houdt de vaart erin, want we gaan raften en dan moeten we wel op tijd aan komen.
Een beetje gammel van de lange reis, zijn we blij dat we er zijn. In de Lapa (centrale ruimte) genieten we van een lekkere lunch en maken we kennis met Zozi, het tamme Stokstaartje. Het brutale diertje kruipt het liefst in onze tassen en zoekt de gezelligheid op. Het is net een klein mensje, verkleed als stokstaartje. Geweldig!
Dan gaat het echte avontuur beginnen! Raften op de Oranje Rivier. Ietwat zenuwachtig varen we eerst naar de overkant van de rivier om vervolgens een behoorlijk stuk stroomopwaarts te rijden per jeep. We rijden langs uitgestrekte wijngaarden en komen door de plaats Augrabies. Op de plaats van bestemming worden de raften uitgeladen en groepjes van 2 gevormd. Een zal sturen achterop en de ander moet in feite roeien en doen wat de stuurman/vrouw zegt. Er wordt gewaarschuwd voor conflicten! Ik denk eigenlijk alleen nog maar aan hoe “wild” deze rivier nu eigenlijk is en mijn hart klopt als een bezetene.. Uitgerust met zwemvest en helm en de instructies vaag in mijn achterhoofd, vertrekken we. Het water is ijskoud en mijn raftpartner en ik besluiten dat we er niet verder in willen dan onze voeten! Helaas is 1 raft minder fortuinlijk en wordt geramd door een ander. Midden in een stroomversnelling komen ze dwars op de stroming te liggen en het is onvermijdelijk…ze slaan om! Gelukkig komen ze snel boven, maar 1 van hen heeft een flinke duik gemaakt. De omschrijving “als in een wasmachine” komt het meest in aanmerking voor deze ervaring.
We kunnen het raft niet meer meenemen, omdat het “vast” zit in de stroomversnelling. De rest van de tocht is onbeschrijflijk mooi! Rustige wateren en soms heftige versnellingen wisselen elkaar af. We krijgen de smaak te pakken en gaan voor de ruigere gedeeltes. Fantastisch!!
De zon begint te zakken en alles kleurt langzaam oranje. De laatste meters dobberen we naar de kant en ik kan mij even geen betere plek bedenken om te genieten van de zonsondergang.
De zon gaat onder en het wordt weer heel erg koud. Rond het vriespunt! Nadat iedereen weer is opgewarmd na ons avontuur op de rivier, verzamelen wij ons rond het heerlijk warme kampvuur. We genieten van alle verhalen die los komen rond het vuur. Zozi, het stokstaartje, voegt zich bij ons en geniet ook zichtbaar van alle aandacht. We spreken met zuid afrikanen die op Khamkirri verblijven voor een teambuilding weekend. Ze werken voor een bouwbedrijf. Ik vind het een heel goed initiatief van de werkgever. Tijdens de activiteiten die op Khamkirri worden georganiseerd (4x4 gamedrives, abseilen, raften, mountainbiken, hiken, paardrijden etc.), moet je wel op elkaar terugvallen en elkaar ondersteunen. Er valt niet te ontkennen dat er binnen hun groep verschillen zijn tussen blank, zwart en “kleurling” zoals zij dat zelf omschrijven, ook al zitten ze “gebroederlijk” rond het kampvuur.
Die avond speelt het Nederlands voetbalelftal tegen de Ivoorkust in de wereldkampioenschappen. Zelfs ver van Nederland vandaan, verschijnen ineens allerlei oranje kledingstukken en niet veel later lopen we met de Nederlandse vlag op onze wangen! De andere gasten kijken een beetje lacherig, maar worden toch aangestoken door ons enthousiasme. Voor we het weten loopt bijna iedereen geschminkt rond, worden er weddenschappen afgesloten en verzameld iedereen zich rond het grote beeldscherm.
Dezelfde avond is er een optreden van locale dansers met live muziek, al lijkt het voor henzelf gewoon een feestje. Ze genieten zichtbaar van hun geïmproviseerde dansen en van elkaar. Geen enkele danspas lijkt uit de toon te vallen Het duurt dus niet lang of we dansen mee, zo goed en zo kwaad als het gaat! Een kleine oude tandloze dame danst met mij en ze vraagt in gebrekkig engels waar we vandaan komen. Ik zeg haar: “From Holland.” En meteen antwoord ze: “Oh, that is far away! Give me your adress!” Ze omhelst me en we dansen verder.
Ondanks de kou is het een hele boeiende en gezellige avond. Er wordt gepraat, gediscussieerd, maar vooral erg veel gelachen! Moe maar voldaan kruipen we onze tenten in, die overigens erg comfortabel zijn en van alle gemakken zijn voorzien. Gewapend tegen de kou met joggingbroek, lange mouwen, warme sokken en mijn neus onder de dikke dekens, val ik heerlijk in slaap. Als achtergrondmuziek het geruis van de Oranje Rivier…kan het nog mooier?
17 juni 2006 De zon komt nog maar net op als we onze tenten uitstappen. De lucht is paars/oranje en het is nog ijzig koud. Vandaag een dag vol met activiteiten; mountainbiken, paardrijden en als hoogtepunt: abseilen!
We fietsen over de rotsachtige heuvels die rond het kamp liggen, langs de rivier en klauteren met fiets en al een steile helling op. Het uitzicht over de omgeving, de rivier en het kamp van Khamkirri is geweldig! We besluiten terug te fietsen en daarna te voet terug te gaan om foto´s te maken nu het ochtendlicht nog zacht is. Wandelen wordt klauteren als we dicht bij de rivier proberen te komen op een hoge rotspunt. Het is de moeite waard en vele foto´s worden genomen.
We komen de meest wonderlijke planten tegen, groot en klein, van Kokerboom (Quiver Tree) tot Aloë en van giftige struiken tot piepkleine paarse bloemetjes. Sommigen gaan nog paardrijden. De mogelijkheden voor outdoor activiteiten zijn hier erg goed. Het is niet iets waar ik in eerste instantie aan zou denken bij deze bestemming. Het maakt het daardoor wel zeer divers. Even later worden we met de hele groep achter in een “bakkie” (pick up) geladen en rijden we naar de plek waar we gaan abseilen. De zenuwen gieren door mijn keel, maar ik ben vastbesloten om het te doen!
We lopen langs de achterkant van de berg omhoog. Het is behoorlijk steil en eenmaal boven besef ik dat we behoorlijk hoog zijn. Vooral als je langs de steile wand naar beneden (durft) te kijken! Mijn hart gaat tekeer en ik krijg mijn twijfels..zal ik het echt wel doen? Nadat een paar anderen mij voor zijn gegaan, wacht ik niet langer en stap naar voren. Met mijn rug naar de afgrond (heel erg eng!!) word ik aangehaakt en krijg ik mijn instructies. Het lijkt wat langs mij heen te gaan, want mijn knieën knikken nogal. Ik moet het doen! Wie weet krijg ik deze kans om in Zuid Afrika te abseilen wel nooit meer. Dan richt ik mij volledig op de instructeur en doe wat hij zegt: “Naar achteren hangen, 45 graden, benen strekken, touw vieren, nog een paar stappen naar beneden, 90 graden…en vieren maar!” Daar ga ik!! Tot mijn verbazing vind ik het ineens niet eng meer, maar spannend. Ik probeer zelfs een beetje te springen. Als ik met beide voeten helaas alweer op de grond sta, begin ik te trillen van de (in)spanning. Het was in 2 woorden: Grensverleggend geweldig!!
Dan nog de weg terug omhoog…zonder touw en aanwijzingen…een pad is het niet te noemen. Ik voel mij eerder een berggeit of zal ik zeggen: Klipspringer? Terug op de top geniet ik van mijn prestatie en van het uitzicht. Het lijkt nu wel nog mooier. Een ervaring om nooit te vergeten!
Dit kan ik iedereen aanraden!
Als iedereen is geweest, dalen we weer af en gaan we terug naar het kamp. Uiteraard veel stoere verhalen onderweg! Na de lunch gaan we op weg naar Augrabies Falls National Park. Ik ben heel erg benieuwd, want deze plek stond hoog op mijn lijstje…
Augrabies betekend: Place of great noise. Dat is het met recht! Het water buldert als het 60 meter naar beneden valt. Onbeschrijflijk mooi!
Thuis las ik dat de naam is gegeven door de oorspronkelijke bewoners van dit gebied: de Khoikhoi of Khoi San; afstammelingen van de Bosjesmannen. Het komt van Ankoeribis, wat later door de Trekboeren is verbasterd naar Augrabies. In het verleden werden deze Khoi ook wel Hottentotten genoemd, dit komt van het woord stotteren. Daarmee doelden de boeren op de “click” geluiden die zo kenmerkend zijn voor de taal van de Khoisan. Tegenwoordig wordt de benaming Hottentot als beledigend ervaren, hoewel er nog steeds planten naar zijn vernoemd, zoals de Hottentot Fig. Je kunt hier wel foto´s blijven maken of gewoon naar al dat water blijven staren. Door de aanleg van houten paden over de rotsen, kan je heel dichtbij komen. Ook mensen in rolstoelen kunnen tot aan de watervallen komen.
“Wees versigtig!”
Bovenop de rotsen liggen resten drijfhout en dat geeft dus aan dat het water zo hoog is geweest dat het hele gebied onder water stond. De diverse stenen hebben ronde gaten uitgeslepen, de zogenaamde “gong-gongs”. Verwijzend naar het geluid dat de stenen maakten als ze door het water werden rondgeslingerd in zo´n gat.
We rijden verder door het park en sommige gedeeltes hebben meer weg van een maanlandschap. In de verte zien we giraffen. Plotseling doemt voor ons op een enorm ravijn. De late zon kleurt het gesteente oranjerood.
Het ravijn is 240 meter diep en 18 kilometer lang. Bijna niet te geloven dat een rivier zich zo´n diepe weg heeft gesleten door het graniet.
Ook hier zien we weer diverse prachtige vogels en vele Klifdassies (Rock Hyrax). De Klifdassie is het meeste verwant aan de…olifant! De ingewanden van het diertje lijken er het meest op, maar aan de buitenkant is geen enkele gelijkenis te zien! Andere dieren die je hier zou kunnen zien zijn: Klipspringer, Steenbok, Gemsbok, Kudu, Eland, Luipaard, Jakhals, Bat Eared Fox en de Afrikaanse wilde kat. Ik was verbaasd over de schoonheid van het park. Het is absoluut een plek waar je nog veel langer rond zou kunnen kijken. Zelfs ´s nachts. Er worden hier namelijk wel eens cursussen sterren kijken gegeven, omdat dit geografisch gezien het daar een heel geschikte plek voor is. Liggend op de “moonrocks” schijnt dit een heel bijzondere ervaring te zijn. Ik kan mij er wel wat bij voorstellen!
We rijden terug en varen het laatste stukje naar de overkant. We zijn weer terug op het kamp en alweer een enorme ervaring rijker. Vanavond een “braai”. Dit woord krijgt wel een andere betekenis als het enorme gevaarte zie staan! Het lijkt meer op een oven die bovenop het kampvuur is gezet. Maar eerlijk is eerlijk…in Zuid Afrika kunnen ze braaien, en hoe!
We laten het ons weer heerlijk smaken en mengen ons weer onder de andere gasten bij het kampvuur, onder de mooiste sterrenhemel die ik ooit heb gezien. Ik leer van een reisgenote over Orion, het Southern Cross (waarmee je het zuiden kan bepalen), the Milkyway, Scorpio en nog veel meer…
Morgen gaan we naar mijn persoonlijke nummer 1: de Kalahari en wel het Kgalagadi Transfrontier Park. Het lijkt een reis van hoogtepunten te worden. Zo veel verschillende landschappen en elk met een eigen ongekende schoonheid. Ik geniet met volle teugen en vraag mij af of het nog mooier kan worden…
18 juni 2006 We vertrekken voor zonsopgang eerst richting Upington. Dit is een goed uurtje rijden vanaf Khamkirri. Onderweg geniet ik van het ochtendgloren. Ik heb er absoluut geen moeite mee om hier vroeg op te staan. Het geeft mij het gevoel dat ik niks zal missen. In Upington aangekomen, stappen wij over in 4x4 wagens. De weg naar Kgalagadi wordt straks een stuk minder goed en in het park kunnen we sowieso niet met onze bus de gamedrives doen. We ontmoeten de nieuwe chauffeurs. Wij rijden mee met Paul. Zijn vrouw Riana rijdt ook in 1 van de auto´s. Zij wonen 50 km buiten Upington en hebben daar een schapenboerderij, zoals de meeste boeren in deze streek. Zijn vrouw zwaait de scepter over hun Guesthouse. We komen langs hun huis en kunnen dus al even snel een kijkje nemen. Het ziet er prachtig uit en zoals overal, met veel oog voor details.
We rijden in colonne door het golvende landschap van de Kalahari. Duinen en pannen wisselen elkaar af. We horen van Paul dat de duinen behoorlijk veel gras hebben, vanwege de regen die een tijd geleden is gevallen. Hier en daar zien we het rode zand er tussen door. Dat komt van de schapen die door het vele lopen naar de waterplaatsen het gras kapot lopen. Zo ontstaan er open plekken. Door de wind kan er dan geen nieuw gras meer groeien.
Ook zien we verschillende zoutpannen, waar het zout wordt gewonnen en verwerkt voor gebruik. Het is ongelooflijk hoe ongerept de omgeving hier is. Het geeft het gevoel alsof we bij de beschaving wegrijden. Aan de rand van het Kgalagadi Transfrontier Park zien we steeds meer en hogere rode duinen. Hier en daar treffen we kleine hutjes van de San. Zij verkopen diverse handgemaakte waar langs de weg.
Het is hier droog, heel droog en het stof op de weg lijkt af en toe wel een mistbank. We wisselen de weg (waarmee ze begonnen zijn om te asfalteren!) af met het ezelpad ernaast. Volgens mij maakt het niet veel uit. Het hobbelt allebei even erg!
Na een lange rit komen we eindelijk aan in het Kgalagadi Transfrontier Park, bij het kamp Twee Rivieren. Het park beslaat 3,8 miljoen hectare! Het is daarmee bijna 2 keer zo groot als Kruger en 1 van de grootste ter wereld. Het park wordt ook wel “Peace Parc” genoemd. De naam Kgalagadi stamt af van de San taal en betekend: Place of thirst. Dat laatste is goed te begrijpen als je er bent. Het is op het eerste gezicht bijna niet voor te stellen dat in deze uitgestrekte vlaktes nog dieren kunnen leven. Maar dat bewijs wordt al snel geleverd!
Na een korte pauze, beginnen we aan de gamedrive in het park. De helft van de groep gaat in de 4x4´s de andere helft in de open truck. Al snel zien we een groepje blau wildebeesten, springbokken en een kleine familie meerkatten (Stokstaartjes). Met de wetenschap dat zich in het park de zwartgemaande leeuw bevindt, tuur ik de eindeloze duinen en vlaktes af. Ongelooflijk, wat een ruimte!!
Al gauw spotten we diverse mooie vogels, zoals de Kroonkiewiet, de Dwergvalk (Pygmy Falcon), de Rooiborsjakkalsvoel (Jackel Buzzard) de Bleeksingvalk (Pale Chanting Goshawk), de zeer zeldzame en schuwe Dubbelbanddrawwertjie (Double Banded Courser) en de grootste vogel: de Struisvogel!
“Kroonkiewiet”
“Dubbelbanddrawwertjie”
De prachtige Gemsbok met de enorme horens staat symbool voor het park. We zien er behoorlijk wat. De gemsbok heeft een unieke manier van overleven bij extreem warme temperaturen. Ze hijgen met hun bek open als hun temperatuur oploopt. In hun tong zitten 2 aderen die daardoor gekoeld worden, waardoor het bloed dat naar de hersenen gaat, net niet wat warmer is dan ca. 38 graden. Zo blijven de vitale functies in stand ook al is de rest van hun lichaam “oververhit”. Niet veel later zien we de Rooijakkals (Black backed jackel) graven naar knaagdieren. Er zijn op dit moment ontzettend veel muizen en overal waar je kijkt zie je gaatjes.
“leeuwensporen” “nesten van Sociable Weavers”
Halverwege de gamedrive stappen we uit en maken we te voet een tocht door het gebied. Onder begeleiding van een gids en 2 gewapende parkwachters, gaan we op pad. De zon staat hoog aan de hemel en in combinatie met het mulle zand, wordt het best warm. We lopen de duinen op en leren hoe de dieren hier kunnen overleven. We proeven van de bittere wortel, die door de dieren enorm op prijs wordt gesteld vanwege het hoge vochtgehalte…maar niet door ons! We bekijken de enorme nesten van de Sociable Weavers van dichtbij. Deze vogels leven met vele soortgenoten in 1 nest, hoewel iedereen zijn eigen “voordeur” heeft. Het ziet er indrukwekkend uit en het getuigt van grootvakmanschap. De nesten zijn soms meer dan 100 kg! Je ziet ze ook heel veel in de telefoonpalen langs de weg. Deze bezwijken nog wel eens door het enorme gewicht. Als ik vraag waarom ze daar dan niet uit voorzorg worden weggehaald, krijg ik als antwoord: “No, that´s nature! We will just repair the pole!” Tsja, stomme vraag… We lopen verder en ineens lopen de parkwachters opgewonden rond…er zijn leeuwensporen gevonden!! We turen om ons heen en ik heb stille hoop dat we ze toch nog gaan zien. Maar helaas, nu nog niet. We rusten even uit in het kleine beetje schaduw die de Kalahari kan bieden. Erg aangenaam, want de zon brandt behoorlijk Zo moeten de dieren zich dus ook voelen. We gaan terug naar de auto´s en rijden weer terug richting het kamp Twee Rivieren. Onderweg zien we nog net de African Wildcat van ons weglopen.
Ik heb genoten van de spanning die de gamedrive met zich meebrengt! De omgeving afspeuren en niet weten wat er achter de volgende heuvel of bocht te zien zal zijn. Alleen dat al is geweldig. Als je dan ook nog wordt “getrakteerd” op zoveel mooie dieren, dat wel de “slagroom op de taart”! Morgen weer een dag in het park en wie weet wat we dan weer allemaal mogen zien!
We verlaten het park en rijden zo´n 60 km terug naar onze accommodatie voor de komende nacht: Molopo Kalahari Lodge. Vanaf Upington is het 195 km rijden hier naar toe. Het is een sfeervolle accommodatie met typisch Afrikaanse inrichting. De kamers zijn ondergebracht in “rondavels”; ronde vrijstaande huisjes, voorzien van alle gemakken. Ook de tuin is prachtig aangelegd. ´s Avonds dineren we buiten in een sfeervolle Lapa, verlicht door kaarsen, fakkels en 2 kampvuren. Ook hier weer een traditionele braai. Wat worden we verwend!
Het is een reis met vele hoogtepunten, die soms schuilen in de kleine dingen, zoals genieten van een glas heerlijke wijn in goed gezelschap, onder de mooiste sterrenhemel aller tijden!
19 juni 2006 Vandaag weer voor dag en dauw op pad, maar we zijn al niet anders meer gewend. Als we opnieuw naar de ingang van Kgalagadi rijden, komt de zon naast ons langzaam op.
De grashalmen langs de weg kleuren goudgeel op. Elke dag weer is het een voorstelling die ik niet wil missen! We stoppen snel om de zonsopkomst boven de Kalahari vast te leggen op de camera. Helaas is het slechts een foto en kan het gevoel er niet bij op. Maar dat gevoel staat in mijn geheugen gegrift en zal nooit meer verdwijnen. Alsof je verliefd wordt op een land… Vandaag zit ik in de truck en het is nog bitterkoud! Mutsen, handschoenen, extra jassen, petten met capuchons er overheen. De dieren lijken ook nog wat verstijft van de kou en wachten op de warmte van de zon. De familie meerkat komt weer nieuwsgierig uit hun holletje en ik vraag mij af wie nu wie bekijkt…
De Pygmy Falcon heeft zijn veren opgezet voor extra warmte. De Geelbekneushornvoel zit op de hoogste tak en lijkt ook op zoek te zijn naar de eerste warme zonnestralen. Plotseling zien we een gemsbok met slechts 1 hoorn en noemen hem “eenhoorn”. Hij steekt de weg over en lijkt te verdwijnen achter het duin. Dan ineens rent er een andere gemsbok het duin af en verschijnt “eenhoorn” boven aan de top. Trots lijkt hij te willen zeggen: “Eenhoorn is koning!”
Helaas zien we ook deze keer geen roofdieren en dus niet de leeuw of luipaard waar ik zo op hoopte. Toch heb ik een voldaan gevoel en mijn verwachtingen van de Kgalagadi zijn meer dan overtroffen! De ruimte, de pure natuur, maar ook vooral de stilte zal mij altijd bijblijven en ik vraag mij af: Hoe kan je NIET van dit land houden?? Wachtend op de andere helft van de groep, zit ik op te warmen in de zon en schrijf ik in mijn dagboek. Wetende dat we spoedig dit gedeelte van the Northern Cape gaan verlaten, geniet ik nog even van alle herinneringen van de afgelopen twee dagen. Ik kan alleen maar hopen dat ik hier ooit naar terug mag keren. Als het gezegde waar is, zal dat zeker zo zijn, want; “Once you get the Kalahari sand in your shoes, you will always return!”
We rijden in de middag via Botswana terug naar Molopo Kalahari Lodge. Er wordt gezegd dat de weg daar een stuk beter is. Ik vind het gewoon geweldig leuk dat we dit land ook nog een stukje meepikken! Er gaan heel wat formaliteiten aan vooraf en we worden er bijna een beetje lacherig van. Al wordt dit niet echt gewaardeerd door de douaniers die dit als een serieuze taak beschouwen. Aan beide grenszijden worden we uitvoerig gecontroleerd. Ook al is het heel dichtbij Zuid Afrika, toch is het land anders. Het lijkt minder geciviliseerd en ook de mensen lijken anders. We hopen nog stilletjes op wat Botswana Wildlife, maar besluiten dan maar voor de alternatieve Small Five te gaan…Het plezier is er niet minder om!
Uiteindelijk raken we weer aan Zuid Afrikaanse zijde en rijden verder naar Upington.
Daar verblijven we in het Protea Hotel. Een prachtig en sfeervol hotel met veel Zuid Afrikaanse elementen. Maar ik geniet vooral van de heerlijk warme kamer! Een luxe die ik bijna was vergeten.
20 juni 2006 Vertrek in het donker vanaf Upington richting Kuruman. Kuruman is een oase in de woestijn, want hier bevindt zich een zoetwaterbron die elke dag 18 tot 20 miljoen liter water produceert, genaamd: The Eye of Kuruman of; Die oog. We passeren het gebied waar ijzer gewonnen wordt. De bomen in het omliggende gebied zijn rood gekleurd van het ijzerhoudende stof dat door de wind er door heen wordt geblazen.
We bezoeken eerst Moffat´s Mission. Robert Moffat, Schotse missionaris, kwam in 1820 naar Kuruman. Hij leerde zichzelf de taal Setswana en vertaalde de bijbel. Daarna drukte hij de bijbel met een handpers en drukte zo de eerste bijbel in Africa. Dr David Livingstone raakte geïnspireerd door Moffat en besloot om in 1840 naar de binnenlanden van Afrika te reizen. In 1845 trouwde hij met Mary, de dochter van Robert Moffat.
Dan het bezoek aan “die oog”, de enorme bron in Kuruman. Deze bron voorziet het omliggende land van water en is daardoor van essentieel belang. De bron zelf is een kleine oase, met een kraakheldere vijver met vele grote vissen.
We rijden vervolgens via Olifantshoek richting Witsand Nature Reserve en slaan weer eens een onverharde weg in. Het hoort bij deze reis en bij deze provincie. Het is ruig en de bus stuitert af en toe behoorlijk heen en weer. Het landschap veranderd om ons heen, alweer! We rijden het unieke gebied van Witsand binnen en zien in de verte de witte duintoppen. We maken kennis met weer een bijzondere activiteit, namelijk: Sandboarden. Het gebied ligt bij Postmasburg in de Langeberg Mountains. We gaan op zoek naar “brulsand”. Door de specifieke vorm van de zandkorrels wordt lucht als het ware ingesloten. Onder bepaalde omstandigheden aan de luwe zijde van de duinen, maakt het zand bij beweging een “brullend” geluid. Helaas zijn de omstandigheden bij ons bezoek niet optimaal en kunnen wij dit jammer genoeg niet ervaren.
Na een forse klim met sandboard en al, geniet ik van het spectaculaire duinlandschap. Als we weer op adem zijn gekomen, lopen we met de boards naar de overkant en zoeken een goede helling. Met blote voeten zitten we vast aan het board en proberen we onze eerste afdaling. Met vallen en opstaan krijg ik uiteindelijk de kunst een beetje onder de knie en ik vind het helemaal geweldig! We hebben de grootste lol en het maakt niet uit hoe we beneden komen, als we maar beneden komen! Dit is het moment voor de groepsfoto. Het heeft de twee belangrijkste elementen van de Northern Cape in zich: Unieke natuur en avontuur!
Het zand zit ondertussen overal! Dus als wij niet ooit terug komen, dan weet ik het niet meer!
Als ik ga slapen besef ik dat het de laatste nacht in de Northern Cape zal zijn. Het maakt mij een beetje verdrietig… Wat hebben we het fantastisch gehad!! Niemand heeft een woord teveel gezegd over hoe mooi het zou zijn. Eerder een woord te weinig. Alle dagen flitsen even aan mij voorbij…Ik weet nu al dat mijn missie is geslaagd. Ik zal een fanatieke ambassadeur worden voor dit gebied. Het land, de warmte van de zon, maar vooral van de mensen die er wonen en werken, de bijna oneindige mogelijkheden, maken de Northern Cape tot wat het is:
Een unieke ervaring! 21 juni 2006 De laatste dag brengen we door in Kimberley. We bezoeken het Mc Gregor museum, een voormalig sanatorium. Die sfeer hangt er nog steeds. Nu een museum over de natuur en geschiedenis van Zuid Afrika. Prachtig ingericht! Daarna nog een bezoek aan de William Humphreys Art Gallery. De enige “grade one” art gallery in Zuid Afrika, wat betekend dat ze elk werk kunnen exposeren en aan specifieke voorwaarden kunnen voldoen, zoals bijvoorbeeld aangepaste luchtvochtigheid etc. Wat ik persoonlijk erg mooi vond was het werk van lokale projecten. Jeugd die wordt gestimuleerd om zich creatief te uiten. Er zitten fantastische werken tussen. Ik zou er nog uren kunnen rond kijken… Maar helaas, het zit erop! Het afscheid valt mij zwaar. Nu al een gevoel van heimwee en ik ben het land nog niet eens uit! We checken in. De koffers zijn zwaar van alle souvenirs die we hebben gekocht en de kado’s die we hebben gekregen. Deze reis is niet in 1 woord te omschrijven. Je moet het zien, ervaren, proeven en ruiken…en dan weet je het zeker: Je bent verslaafd aan een fantastisch land en in dit geval een onbeschrijflijke mooie provincie! Ik denk dat ik het zand uit mijn schoenen maar goed bewaar….