Liturgie van de dienst op dankdag 7 november 2012 met de kinderen van de hervormde basisscholen in de Oude Kerk van Barneveld. Voorganger Ouderling van dienst Organist Dirigent Schriftlezing
: ds. P. Molenaar : dhr. P. Hazeleger : dhr. R. van Middendorp : dhr. W. de Graaf : Samuël van Ingen Gerjanne van der Snoek
Fijn dat jij er bent! Er is al iets begonnen wat jij misschien niet weet. In de consistorie, de ruimte onder de kerktoren, komen voor de dienst de ouderlingen en diakenen bij elkaar. De ‘ouderling van dienst’ bidt daar. Als het tijd is, komt de kerkenraad de kerk binnen. De ouderling van dienst gaat met de dominee naar de preekstoel, geeft hem een hand en wenst hem Gods zegen toe. Hij geeft nu de verantwoordelijkheid van de dienst aan de dominee.
Zingen themalied onderbouw (Melodie: Jezus is de goede Herder) Bij het zingen blijven we allemaal zitten. Tijdens het zingen komt de kerkenraad binnen en gaat de dominee de kansel op. Refrein: God de Heere is de Schepper en Hij zorgt voor al wat leeft. Loof de Heere, dank de Schepper, Die ons zoveel zegen geeft! Zie de planten, zie de bloemen, zie de sterren, zon en maan. ‘t Is teveel om op te noemen. Dat heeft God voor ons gedaan! Refrein Dank U Heere, voor de regen, voor het graan en voor het gras. Dank U voor Uw rijke zegen, dat U altijd bij ons was. Refrein Elke dag zorgt God voor eten, bij ons is er overvloed. Geef dat ik nooit zal vergeten dat ik God ook danken moet. Refrein
Stil gebed We vragen God in stilte om een goede dienst voor onszelf en voor elkaar.
Votum (de dominee zegt hardop van Wie wij onze hulp verwachten in deze dienst) Groet (de dominee brengt de groet van God aan ons over)
Zingen Psalm 136: 1, 5,7 en 25 Looft de HEER', want Hij is goed, Looft Hem met een blij gemoed; Want Zijn gunst, alom verspreid, Zal bestaan in eeuwigheid. Looft Gods wijsheid; door Zijn woord Bracht Hij al de heem’len voort; Want Zijn gunst, alom verspreid, Zal bestaan in eeuwigheid. God schiep aan des hemels trans Grote lichten, rijk van glans; Want Zijn gunst, alom verspreid, Zal bestaan in eeuwigheid. Looft Hem, looft Hem, al wat leeft, Die al 't vlees zijn voedsel geeft; Want Zijn gunst, alom verspreid, Zal bestaan in eeuwigheid We belijden het geloof in God de Vader, de Zoon en de Heilige Geest Ik geloof, in God, de Vader, Hij is almachtig. Hij heeft de hemel en de aarde gemaakt met alles wat er in is. Ik geloof in Jezus Christus, de Zoon van God, onze Redder, de Eigenaar van ons leven. Hij werd geboren in Bethlehem, stierf aan het kruis en werd begraven. Maar na drie dagen stond Hij weer op. Hij is opgevaren naar de hemel. Vandaar zal Hij terugkomen om alle mensen te oordelen. Ik geloof in God, de Heilige Geest. Hij leert mij geloven in de Heere Jezus, maakt mijn leven nieuw, troost mij en blijft altijd bij mij! Ik geloof één christelijke kerk: mensen over de hele wereld die bij Jezus horen en daarom ook bij elkaar. Ik geloof dat God al mijn zonden om Jezus’ wil vergeeft. Ik geloof dat ik een nieuw lichaam krijg als de Heere Jezus terugkomt. Ik geloof dat ik na dit leven voor altijd gelukkig zal zijn bij God en nooit meer sterven zal. Amen.
Zingen Psalm 68: 10 Geloofd zij God met diepst ontzag! Hij overlaadt ons, dag aan dag, Met Zijne gunstbewijzen. Die God is onze zaligheid; Wie zou die hoogste Majesteit Dan niet met eerbied prijzen? Die God is ons een God van heil; Hij schenkt, uit goedheid, zonder peil, Ons 't eeuwig, zalig leven; Hij kan, en wil, en zal in nood, Zelfs bij het naadren van den dood, Volkomen uitkomst geven.
Gebed We vragen of God bij ons wil zijn door Zijn Woord en door de Heilige Geest.
We lezen uit de Bijbel: Genesis 1:1 – 2:3
1.In het begin schiep God de hemel en de aarde. 2 De aarde nu was woest en leeg, en duisternis lag over de watervloed; en de Geest van God zweefde boven het water. 3. En God zei: Laat er licht zijn! En er was licht. 4. En God zag het licht dat het goed was; en God maakte scheiding tussen het licht en de duisternis. 5. En God noemde het licht dag en de duisternis noemde Hij nacht. Toen was het avond geweest en het was morgen geweest: de eerste dag. 6. En God zei: Laat er een gewelf zijn in het midden van het water, en laat dat scheiding maken tussen water en water! 7. En God maakte dat gewelf en maakte scheiding tussen het water dat onder het gewelf is en het water dat boven het gewelf is. En het was zo. 8. En God noemde het gewelf hemel. Toen was het avond geweest en het was morgen geweest: de tweede dag. 9. En God zei: laat het water dat onder de hemel is, in één plaats samenvloeien en laat het droge zichtbaar worden! En het was zo!
10. En God noemde het droge aarde en het samengevloeide water noemde Hij zeeën: En God zag dat het goed was. 11. En God zei: laat de aarde groen doen opkomen, zaaddragend gewas, vruchtbomen, die naar hun soort vrucht dragen, waarin hun zaad is op de aarde! En het was zo. 12. En de aarde bracht groen voort, zaaddragend gewas naar zijn soort en bomen die vrucht dragen waarin hun zaad is, naar hun soort. En God zag dat het goed was. 13. Toen was het avond geweest en het was morgen geweest: de derde dag. 14. En God zei: Laten er lichten zijn aan het hemelgewelf om scheiding te maken tussen de dag en de nacht; en laten zij zijn tot aanduiding van vaste tijden en van dagen en jaren! 15. En laten zij tot lichten zijn aan het hemelgewelf om licht te geven op de aarde! En het was zo. 16. En God maakte de twee grote lichten: het grote licht om de dag te beheersen; en ook de sterren. 17. En God plaatste ze aan het hemelgewelf om licht te geven op de aarde, 18. Om de dag en de nacht te beheersen en om scheiding te maken tussen het licht en de duisternis. En God zag dat het goed was. 19. Toen was het avond geweest en het was morgen geweest: de vierde dag. 20. En God zei: Laat het water wemelen van wemelende levende wezens; en laten er vogels boven de aarde vliegen, langs het hemelgewelf! 21. En God schiep de grote zeedieren en alle krioelende levende wezens waarvan het water wemelt, naar hun soort, en alle gevleugelde vogels naar hun soort. En God zag dat het goed was. 22. En God zegende ze en zei: ‘Wees vruchtbaar, word talrijk, en vervul het water en de zeeën, en laat de vogels talrijk worden op de aarde! 23. Toen was het avond geweest en het was morgen geweest: De vijfde dag. 24. En God zei: Laat de aarde levende wezens naar hun soort voortbrengen: vee, kruipende dieren en wilde dieren van de aarde, naar zijn soort! En het was zo. 25. En God maakte de wilde dieren van de aarde naar hun soort, het vee naar hun soort, en alle kruipende dieren van de aardbodem naar hun soort. En God zag dat het goed was. 26. En God zei: Laten Wij mensen maken naar Ons beeld, naar Onze gelijkenis en laten zij heersen over de vissen van de zee, over de vogels in de lucht, over het vee, over heel de aarde en over al de kruipende dieren die over de aarde kruipen! 27. En God schiep de mens naar zijn beeld; naar het beeld van God schiep Hij hem; mannelijk en vrouwelijk schiep Hij hen, 28. En God zegende hen en God zei tegen hen: Wees vruchtbaar, word talrijk, vervul de aarde en onderwerp haar, en heers over de vissen van de zee, over de vogels in de lucht en over al de dieren die over de aarde kruipen!
29. En God zei: Zie Ik geef u al het zaaddragende gewas dat op heel de aarde is, en alle bomen waaraan zaaddragende boomvruchten zijn; dat zal u tot voedsel dienen, 30. Maar aan al de dieren van de aarde, aan alle vogels in de lucht en aan al wat over de aarde kruipt, waarin leven is, heb Ik al het groene gewas tot voedsel gegeven. En het was zo. 31. En God zag al wat Hij gemaakt had, en zie, het was zeer goed. Toen was het avond geweest en het was morgen geweest: de zesde dag. 1. Zo zijn de hemel en de aarde voltooid, en heel hun legermacht. 2. Toen God op de zevende dag Zijn werk, dat Hij gemaakt had, voltooid had, rustte Hij op de zevende dag van al Zijn werk, dat Hij gemaakt had, 3. En God zegende de zevende dag en heiligde die, want daarop rustte Hij van al Zijn werk, dat Hij gemaakt had. Collecte Op school hebben we geld opgehaald voor de kinderoppas.
Zingen OTH 242: 1 U die mij geschapen hebt, U wil ik aanbidden als mijn God. In voor- en tegenspoed, Uw liefde doet mij zingen. U die mij geschapen hebt, U wil 'k danken hoe ik mij ook voel. En U gehoorzaam zijn. Heer U bent mijn doel
Preek: Het thema is “Dank de Schepper” In de preek horen we welke boodschap God in het Bijbelgedeelte voor ons heeft.
Zingen OTH 129 Zie ik sterren aan de hemel staan, aan de donkerblauwe lucht de maan is het of de nacht mij noemt de Naam van een machtig God.
Zie ik 's morgens weer de zon opgaan, in het veld de bloemen opengaan is het of de dag mij noemt de Naam van een machtig God. Deze God die aard en hemel schiep is Dezelfde God die mij eens riep Uit het duister tot Zijn heerlijk licht, zodat ik elke dag Hem Vader noemen mag. Die Zijn liefde aan mij openbaart, mij rechtvaardig in Zijn Zoon verklaart dag en nacht mij in Zijn Hand bewaart, hoe groot is God voor mij!
Gebed We danken de Heere voor deze dienst. We vragen Hem om de komende tijd te zorgen voor alles wat wij nodig hebben. We bidden voor mensen die het moeilijk hebben.
Zingen Ps. 67: 3 De volken zullen, HEER', U loven; O HEER', U loven altemaal, Die d' aarde vruchtbaar maakt van boven Dat z' ons op haar gewas onthaal'. God is ons genegen; Onze God geeft zegen Hij, die alles geeft, Hij zal zijn geprezen, Hem zal alles vrezen, Wat op aarde leeft.
Zegen
We zingen het themalied van de bovenbouw (Melodie: Ere zij aan God de Vader) Als we zingen verlaat de kerkenraad de kerkzaal. Als we klaar zijn met zingen, trekken we onze jassen aan.
God de Heere is almachtig, kijk, wat Hij geschapen heeft. Alles wat Hij maakt, is prachtig en Hij zorgt voor al wat leeft. Dank de Schepper, dank de Schepper, Die dit alles aan ons geeft. Al het voedsel dat wij eten geeft God ons met gulle hand. En Hij geeft ook, niet vergeten, zaad voor elke nieuwe plant. Dank de Schepper, dank de Schepper, Hij houdt alles steeds in stand. God zorgt voor ons, alle dagen. Hij geeft ons zelfs overvloed. Heer, vergeef ons als wij klagen bij de minste tegenspoed. Dank de Schepper, dank de Schepper, Wij getuigen: God is goed! Orgelspel
Fijn dat je er was! Je bent ook op zondag welkom in het huis van God.