Liechtenstein-filatelie een kennismaking
Uitgegeven door de Nederlandse Vereniging van Postzegelverzamelaars van het Vorstendom Liechtenstein ter gelegenheid van haar 40-jarig bestaan - 2010
Liechtenstein in één oogopslag Officiële naam
Fürstentum Liechtenstein
Ligging
Midden-Europa, tussen Zwitserland en Oostenrijk
Oppervlakte
160 km2 (ongeveer de oppervlakte van de gemeente Amsterdam)
Landschap
2/3 bergland, 1/3 Rijndal
Bevolking
35.800 (2010)
Taal
Duits (omgangstaal is een Alemaans dialect)
Regeringsvorm
Constitutionele erfelijke monarchie
Hoofdstad
Vaduz
Administratieve indeling
11 gemeenten (Balzers, Eschen, Gamprin, Mauren, Planken, Ruggell, Schaan, Schellenberg, Triesen, Triesenberg, Vaduz)
Soevereiniteit
Stichting op 23 januari 1719; soevereine staat sinds 12 juli 1806
Nationale feestdag
15 augustus
Regering
Staatshoofd: Zijne Doorluchtige Hoogheid vorst Hans-Adam II van Liechtenstein (sinds 13 november 1989; de vorst heeft de uitoefening van zijn rechten en plichten als staatshoofd op 15 augustus 2004 overgedragen aan zijn zoon erfprins Alois) - Parlement, de Landtag: 25 leden (elke vier jaar rechtstreeks door Liechtensteiners van 18 jaar en ouder gekozen), regering met vijf ministers
Economie
Tol– en douaneverdrag met Zwitserland (sinds 1923), lid van de Europese Economische Ruimte (sinds 1995), lid Europese Vrijhandelsassociatie. Belangrijke dienstensector (bankwezen, trustwezen, toerisme), landbouwproducten (o.a. melk en melkproducten, groenten), industrie (voedsel, elektronica, klein metaal, tandheelkundige producten, keramiek, farmaceutische producten, precisie-instrumenten, optische instrumenten)
Munteenheid
Zwitserse frank (= 100 rappen)
Voorwoord Sinds het verschijnen van de eerste Liechtensteinse postzegels in 1912 mag het kleine land in Midden-Europa zich op de belangstelling van filatelisten uit alle delen van de wereld verheugen. Het vorstendom heeft in de bijna 100-jarige traditie een goede reputatie opgebouwd als een degelijk en betrouwbaar postzegelland en het aantal uitgiften per jaar is nog steeds goed te overzien. Binnen het verzamelgebied Liechtenstein bestaan talloze aantrekkelijke mogelijkheden. Wie alleen postfrisse of gestempelde postzegels wil verzamelen, komt met het verzamelgebied Liechtenstein goed aan zijn trekken. Wie meer wil, kan zijn verzameling uitbreiden met echt gelopen poststukken, bijzondere poststempels, aantekenstrookjes, eerste-dag-enveloppen, maximumkaarten, eerste vluchtenveloppen en ga zo maar door. Wie naar andere specialisatiemogelijkheden zoekt, kan er vele vinden. In hoofdstuk XIX wordt een aantal voorbeelden genoemd. Kortom, de Liechtenstein-filatelie biedt voor elk wat wils (ook voor elke portemonnee!) en wat u ook kiest, met de bestudering van uw verzameling vergaart u kennis over land en volk, gebruiken, de geschiedenis, kunst en cultuur, recreatie en uiteraard over het vorstenhuis van Liechtenstein, dat in de Liechtensteinse geschiedenis zo’n cruciale rol heeft gespeeld en speelt. Met deze eerste kennismaking hoopt de Nederlandse Vereniging van Postzegelverzamelaars van het Vorstendom Liechtenstein, die zich sinds 1970 inzet voor de promotie van de Liechtenstein-filatelie in Nederland uw belangstelling te wekken voor de vele mogelijkheden van een Liechtenstein-verzameling. Natuurlijk staat de vereniging u met raad en daad ter zijde als u aan een dergelijke verzameling wilt beginnen. De keuze is aan u! De selectie van de in deze kennismaking afgebeelde postzegels is natuurlijk subjectief. Ook andere keuzes hadden kunnen worden gemaakt. Daarom is een goede catalogus onontbeerlijk om een goed overzicht te krijgen van de veelzijdigheid van de Liechtensteinse postzegelemissies. Wij wensen u veel kijkplezier en inspiratie. Bestuur van de Nederlandse Vereniging van Postzegelverzamelaars van het Vorstendom Liechtenstein Secretariaat NVPVL: Vanenburgerhout 2 NL-3845 EJ Harderwijk Tekst en samenstelling: René de Winter
© NVPVL 2010 2
Oeroude postverbinding Het huidige vorstendom Liechtenstein ligt aan een aloude doorgangsroute tussen Duitsland en Italië. Deze route liep van Lindau, via Fussach, Feldkirch, Nendeln, Schaan, Vaduz, Balzers en Maienfeld via de Luziensteig naar Chur en verder over de Splügenpas naar Milaan. In de loop der tijden verwierf de bodedienst uit Lindau, die al sinds 1473 eigendom van de families Spehler en Weiss was, het recht om tegen betaling brieven, pakketten en geld op de route Lindau-Milaan en terug te vervoeren. Daarmee behoorden zij tot de oudste Lindau regelmatige bodediensten in Europa. In 1770 werd de postdienst in Tirol en Vorarlberg van staatswege georganiseerd en een jaar later kregen de aan de handelsroute gelegen (nu Oostenrijkse) plaatsen Bregenz, Hohenems en Feldkirch postkantoren. Het werd de bodes uit Lindau verboden om op Vorarlbergs gebied richting Milaan post in te zamelen. Op de terugweg van Chur naar Balzers Lindau was hen dat wel toegestaan. Op 1 januari 1774 trad een nieuwe bodedienstverordening van kracht, waarmee het verbod enigszins werd verlicht. De Beierse en Oostenrijkse postdiensten hadden in Chur een eigen postinzamelkantoor ingericht voor post naar hun gebieden die via Feldkirch werd vervoerd. Bodes uit Chur en Feldkirch ontmoetten elkaar tweemaal per week in het Liechtensteinse dorp Balzers en wisselden daar brieven en pakketten uit. Op 18 augustus 1817 werd het postinzamelkantoor van de Beierse en Oostenrijkse post in Chur opgeheven.
Eerste postkantoor in Liechtenstein Op 1 september 1817 openden de Oostenrijkse posterijen een briefinzamelkantoor in Balzers op het grondgebied van het soevereine vorstendom Liechtenstein, met toestemming van de vorst van Liechtenstein. De ligging op de grens met het Zwitserse Graubünden was ideaal voor dat doel. Nadrukkelijk werd verklaard dat met de opening de soevereine rechten van de vorst van Liechtenstein op generlei wijze werden beperkt. De bodedienst uit Lindau werd per 1 november 1817 verboden om post te vervoeren; de firma restte nog slechts het personenvervoer. Tegen het verbod kwam van verschillende kanten protest omdat de kortste verbinding tussen Duitsland en Italië werd verstoord. Het gevolg was dat het verbod in 1819 weer ongedaan werd gemaakt. Daardoor werd de Milaan postinzameling in Balzers overbodig en sloot het kantoor op 31 augustus 1819 al weer zijn deuren. Een staatsverdrag tussen Oostenrijk en Graubünden was de basis voor de reorganisatie van het postverkeer op de bestaande route en de Lindause bodes konden hun dienst weer als vanouds uitvoeren. Het kanton St. Gallen op de andere Rijnoever liet een nieuwe weg aanleggen waardoor het mogelijk werd personen- en postverkeer op de Zwitserse zijde van en naar Chur sneller te laten verlopen. Daardoor werd de route door Liechtenstein onrendabel en waren de bodes uit Lindau in 1826 gedwongen hun diensten te staken. Op 1 juni 1826 kwam een postverdrag tussen Oostenrijk en Graubünden tot stand. De beide landen namen gezamenlijk het postvervoer op de route Lindau-Chur over. Op 1 januari 1827 opende het briefinzamelkantoor in Balzers opnieuw zijn deuren. Ingezamelde post werd door een bode van de Oostenrijkse staatspost naar Feldkirch gebracht en daar bij het postkantoor ter plaatse afgegeven. Om redenen van snelheid werd post uit Liechtenstein soms ook via Zwitserse kantoren verzonden. In 1839 werd het inzamelkantoor Balzers verheven tot postkantoor. Op 1 mei 1845 werd er een tweede postkantoor in het land, in de hoofdplaats Vaduz, geopend. Beide kantoren werden volledig als Oostenrijkse postkantoren beschouwd en functioneerden als zodanig.
Verdrag met Oostenrijk Met de invoering van postzegels in Oostenrijk op 1 juni 1850 werd het duidelijk dat de verzorging van postdiensten op het grondgebied van Liechtenstein tot dan toe was geschied zonder dat daarvoor een wettelijke basis bestond. Om aan de onduidelijke situatie een einde te maken sloten beide landen op 1 juni 1852 een verdrag waarbij ook de exploitatie van de postdienst werd geregeld. Op verzoek van Liechtenstein bleef Oostenrijk de dienstverlening op Liechtensteinse bodem aanbieden. De facto bleef dus alles bij het oude. Door het verdrag kwamen de in Oostenrijk koerserende postzegels en andere postwaardenstukken ook in Liechtenstein aan de loketten. Zij zijn uitsluitend herkenbaar aan het poststempel van een Liechtensteins kantoor.
Nieuw postverdrag met Oostenrijk Op 4 oktober 1911 sloten Liechtenstein en Oostenrijk een nieuw verdrag af inzake het post-, telefoon- en telegraafbedrijf in Liechtenstein. In het verdrag werd o.a. ook de uitgifte van speciaal voor het vorstendom bedoelde postzegels geregeld. Op 1 februari 1912 verschenen de eerste drie postzegels in die categorie aan de loketten. Het gebruik van Oostenrijkse postzegels, parallel aan de Liechtensteinse, bleef gehandhaafd. Op 12 november 1918 werd het keizerrijk Oostenrijk een republiek en kwam er officieel een einde aan het Oostenrijkse beheer van de posterijen in het vorstendom. Op verzoek van Liechtenstein bleef de Oostenrijkse PTT de dienstverlening in Liechtenstein verzorgen, waardoor ook de postzegels van de nieuwe republiek in het kleine land in omloop kwamen. Mede door de hoge inflatie besloot de Liechtensteinse regering zich op het andere buurland, Zwitserland, te gaan richten. Op 29 februari 1920 kwam er definitief een einde aan het postverdrag tussen beide landen en richtte Liechtenstein de Fürstlich Liechtensteinische Post op. Deze dienst functioneerde van 1 maart 1920 tot en met 31 januari 1921 geheel zelfstandig. 3
Postverdrag met Zwitserland Op 10 november 1920 bereikten de Zwitserse Eedgenootschap en het vorstendom Liechtenstein overeenstemming over een postverdrag. Weliswaar bleef de Liechtensteinse post bestaan, maar de Zwitserse PTT werd op alle terreinen belast met de uitvoering van de dienst. Het aanstellen van personeel bleef in handen van de Liechtensteinse regering, evenals de uitgifte van nieuwe postzegels. Het verdrag trad op 1 februari 1921 in werking. Op die dag verscheen de eerste postzegel in Zwitserse franken, een zegel met opdruk. Onder Zwitsers beheer werd een bescheiden uitgiftepolitiek ontwikkeld. Van meet af aan werd veel zorg besteed aan het ontwerpen en drukken en werden vooral lokale kunstenaars ingezet. Vanaf 1930 verschenen luchtpostzegels en vanaf 1933 dienstpostzegels. In 1964 werden in Zwitserland en Liechtenstein postcodes ingevoerd. Liechtenstein maakt sindsdien deel uit van het Zwitserse postcodesysteem. In plaats van de landenafkorting CH voor Zwitserland wordt FL (= Fürstentum Liechtenstein) of LI gebruikt vóór de postcode Bijv. FL-9490 of LI-9490 Vaduz).
Liechtensteinische Post AG Onder invloed van ontwikkelingen in Europa bereidde het vorstendom Liechtenstein verzelfstandiging van de posterijen voor. Op 18 december 1998 besloot de Liechtensteinse regering tot oprichting van een particuliere Liechtensteinische Post AG, die op 19 november 1999 een feit werd. Sinds 1 januari 2000 is de Liechtensteinische Post AG een geheel zelfstandige firma, waarvan de aandelen grotendeels in handen zijn van de staat Liechtenstein. In 2005 verwierf de Zwitserse Post 25% van de aandelen. Al sinds 1928 beschikt Liechtenstein over een eigen filatelistische dienst, een onderdeel van de Liechtensteinse overheid, die in 2006 opging in de verzelfstandigde post onder de nieuwe naam Philatelie Liechtenstein. De uitgifte van nieuwe postzegels geschiedt sindsdien door de Liechtensteinische Post AG, maar voor alle uitgiften is toestemming van de Liechtensteinse regering nodig. In 2007 besloot de Post de afhandeling van in- en uitgaande post te concentreren in een nieuw modern bedrijfscentrum in Schaan, waardoor ook de aanhoudende groei van postpakketverkeer goed kan worden verwerkt. Op dit moment telt Liechtenstein 12 postkantoren. In Vaduz heeft Philatelie Liechtenstein een eigen balie in het toeristenbureau die alle dagen van de week gedurende het hele jaar geopend is.
Postkantoren in Liechtenstein Naam kantoor Balzers Vaduz Nendeln Schaan Triesen Mauren Eschen Triesenberg Ruggell Schellenberg Gamprin-Bendern Schaanwald Planken
Oprichting 1817/1819 en sinds 1827 1845 1864-1912 en sinds 1960 1872 1890 1907 1912 1921 1926 1946 1960 1970 geen kantoor
POSTKANTOREN IN LIECHTENSTEIN Postcode 9496 9490 9485 9494 9495 9493 9492 9497 9491 9488 9487 9486 9498
4
II Voorfilatelie en voorlopers Alle poststukken uit de periode voor 1 juni 1850, de dag waarop de eerste Oostenrijkse postzegels verschenen, rekent men tot de categorie voorfilatelie. Vanaf ca. 1820 gebruikte men in het postkantoor van Feldkirch een stempel "FÜRSTL: LIECHTENSTEIN" dat men soms op poststukken die uit het vorstendom afkomstig waren afdrukte (maar veelal ook niet). Voor 1820 is men aangewezen op de inhoud van de brief of op de aanduiding "von Vadutz" die in handschrift werd aangebracht. Vanaf 1827 gebruikte het postinzamelkantoor in Balzers een eenregelig stempel. Op 1 juni 1850 verschenen de eerste Oostenrijkse postzegels. Aangezien de kantoren in Balzers en Vaduz door de Oostenrijkers werden geëxploiteerd, lag het voor de hand dat de nieuwe postzegels ook in het vorstendom verkrijgbaar werden gesteld. Het duurde echter tot de afsluiting van een staatsverdrag tussen beide landen dat op 5 juni 1852 van kracht werd alvorens de Oostenrijkse zegels in het vorstendom in de verkoop kwamen. Postzegels en postwaardenstukken van Oostenrijk die in Liechtenstein werden gebruikt voordat het land zijn eigen postzegels kreeg op 29 januari 1912 noemt men voorlopers.
Stempel VADUTZ (zonder jaartal)
Stempel VADUZ (“vingerhoedstempel”)
1853 Dienstpost, ongefrankeerd, van Vaduz naar Toggenburg, stempel VADUTZ, 22 februari
Stempel SCHAAN
▲1911 Voorloper, stempel NENDELN, 19 maart 1911
◄1895 Voorloper, stempel BALZERS, 5 december 1895
5
III 1912-1920 Door de totstandkoming van het Postverdrag tussen Liechtenstein en Oostenrijk in 1911 was de weg vrij voor de invoering van eigen postzegels. Op 29 januari 1912 verschenen de eerste drie waarden met de aanduiding "KeizerlijkKoninklijke Oostenrijkse Post in het Vorstendom Liechtenstein". In 1917 verschenen de volgende zes frankeerzegels en in 1918 de eerste herdenkingszegel ter gelegenheid van het 60-jarig regeringsjubileum van vorst Johannes II van Liechtenstein.
1912 De eerste drie postzegels
1917
1918
Liechtenstein zegde het Postverdrag met Oostenrijk op 1 maart 1920 op en richtte op dezelfde dag de “Fürstlich Liechtensteinische Post" op. De eerder verschenen zegels werden van een opdruk voorzien om de verwijzing naar de Oostenrijkse posterijen onleesbaar te maken. Op verzoek van Liechtenstein bleef het beheer van de postdienst tot 31 januari 1921 aan de Oostenrijkse posterijen toevertrouwd. De verkoop van postzegels aan verzamelaars zou voortaan echter door de Staat Liechtenstein zelf geschieden. De Liechtensteinse regering sloot op 31 januari 1920 een overeenkomst met een Consortium dat met de verkoop werd belast vanuit zijn verkoopkantoor in Salzburg. Dit Consortium wist verregaande bevoegdheden te verwerven, hetgeen onder meer betekende dat het naar eigen goeddunken postzegels kon laten drukken en deze mocht verkopen. Dat leidde in de 11 maanden dat het Consortium actief was tot de uitgifte van 32 frankeerzegels en 12 portzegels, met talloze plaat- en drukfouten, getande en ongetande versies. In Liechtenstein zelf waren deze zegels maar mondjesmaat bij de postkantoren te koop. Niet alleen verzamelaars, maar ook de Liechtensteiners zelf spraken schande van de praktijken. Onder druk van de publieke opinie in het vorstendom zelf werd de overeenkomst met het Consortium op 22 september 1921 door de Liechtensteinse regering ontbonden.
1920 Door de verzelfstandiging van de Fürstlich Liechtensteinische Post werd de tekst ―K.K. OESTERR. POST‖ onleesbaar gemaakt. Rechts: kopstaande opdruk
1920 Uitgifte (getand en ongetand) verzorgd door het Consortium
▲1920 Frankeerzegels uit deze periode worden maar sporadisch op echt gelopen brieven aangetroffen 1920 80e verjaardag van Vorst Johannes II van Liechtenstein: Madonna boven Vaduz
6
V
1921-1928
Op 1 februari 1921 trad het Postverdrag met Zwitserland in werking. De postdienst in Liechtenstein werd voortaan onder Zwitsers beheer uitgevoerd. De Zwitserse frank werd als officiële munteenheid ingevoerd. Op 1 februari 1921 verscheen de oude zegel van 10 heller met een opdruk in Zwitserse munt. Omdat de oplage snel was uitgeput, werd op 27 februari een nieuwe oplage, ditmaal met een dunnere opdruk, in omloop gebracht. Beide zegels zijn op echt gelopen brieven zeer zeldzaam. In de loop van het jaar verschenen nieuwe frankeerzegels, die tussen 1924 en 1927 werd afgelost door een nieuwe reeks In 1925 verschenen de eerste weldadigheidszegels ter gelegenheid van de 85e verjaardag van vorst Johannes II, gevolgd door een toeslagserie in 1925 en in 1928 voor de slachtoffers van de overstroming van de Rijn, een jaar eerder. De acht herdenkingszegels voor het 70e regeringsjubileum van de vorst behoort met zijn kleine oplage en hoge waarden tot de duurste zegels van het vorstendom Liechtenstein.
1921 Hulpuitgiften
1925 85e verjaardag Vorst Johannes
1921 Frankeerzegel
1927 87e verjaardag Vorst Johannes
1924-1925 Frankeerzegels
1928 Overstroming van de Rijn
1928 70-jarig regeringsjubileum
IV Meelopers Met de invoering van eigen postzegels in 1912 verdwenen de tot dan toe gebruikte Oostenrijkse zegels en andere poststukken niet; alle uitgiften van het buurland bleven parallel aan de Liechtensteinse tot 1921 geldig. Oostenrijkse postzegels in de periode 1 februari 191231 januari 1921 met een Liechtensteins poststempel worden meelopers genoemd. Bij de overname van de postdienst door de Zwitserse PTT op 1 februari 1921 werden bij gebrek aan Liechtensteinse postzegels Zwitserse zegels (frankeerzegels, portzegels, luchtpostzegels) en poststukken in omloop gebracht. Alle in die tijd in de verkoop zijnde Zwitserse waarden komen met Liechtensteinse poststempels voor. Zwitserse frankeerzegels waren tot en met 30 september 1921 toegelaten. Zwitserse luchtpostzegels, waarvan de eerste op 16 mei 1926 verscheen waren geldig tot 12 augustus 1930 (de dag waarop Liechtenstein eigen luchtpostzegels kreeg) en Zwitserse portzegels waren tot 11 april 1928 geldig. Zwitserse meeloper Zwitserse postzegels en poststukken met een Liechtensteins stempel in genoemde periodes gebruikt worden eveneens meelopers genoemd. ◄▼Oostenrijkse en Zwitserse meelopers
Meelopers
Meeloper
7
VI 1929-1948 Met de troonsbestijging van vorst Franz I in 1929 sloeg Liechtenstein ook een nieuwe weg in bij het uitgeven van postzegels. Fotografie en nieuwe druktechnieken deden hun intrede. Bij de inhuldiging verschenen vier postzegels gebaseerd op foto’s van hoffotograaf Hermann Clemens Kosel, die tevens de nieuwe frankeerserie van 1930 ontwierp. Door het ingewikkelde productieproces van de frankeerserie van 1930 stond men bij uitputting van de voorraad voor de keuze om de serie te laten herdrukken of een geheel nieuwe serie in opdracht te geven. Men koos voor het laatste. In 1934 werd voor de eerste maal een postzegeltentoonstelling gehouden in het vorstendom. Ter gelegenheid daarvan werd een blokje van 5 frank uitgebracht. Vanwege de hoge nominale waarde konden slechts weinig verzamelaars zich de aankoop permitteren. Slechts 7788 stuks van het blokje werden verkocht. Deze uitgifte is de duurste van het vorstendom. Tijdens de Tweede Wereldoorlog bleef Liechtenstein neutraal. Het uitgiftebeleid in die jaren was sober en de stijl traditioneel. Hoogtepunt tijdens die jaren was het huwelijk van vorst Franz Josef II in 1943 met gravin Georgine von Wilczek. De geboorte van een troonopvolger in 1945 verstevigde de positie van de monarchie.
1930 Frankeerserie op basis van foto’s van Hermann C. Kosel
1929 Troonsbestijging Vorst Franz I
1935
1933-1935 Vorstin Elsa en vorst Franz I
1939 Troonsbestijging Vorst Franz Josef II
1937 Werkverschaffing
1941 Landbouw
1943 Huwelijk vorst Franz Josef II en Gravin Georgine von Wilczek
1937
1941 Madonna van 1942 600 jaar Graafschap Vaduz Dux
1944 Gereedkoming van het Binnenkanaal 8
1945 Geboorte kroon- 1945 Liechtensteinse prins Hans-Adam Rode Kruis
VII 1949-1959 In 1949 verscheen een fraaie serie met schilderijen uit de kunstverzameling van vorst Franz Josef II. Gesteund door het verkoopsucces volgden series in 1951, 1952 en 1953. Een nieuwe frankeerserie zag in 1951 het licht: doorkijkjes in het leven van de hoofdzakelijk in die tijd nog in de landbouw werkzame Liechtensteiners. Opmerkelijk zijn de vier sportseries van de hand van de Liechtensteinse kunstenaar Josef Seger, die tussen 1954 en 1958 verschenen. De kunstenaar tekende tevens voor de lage waarden van de frankeerserie die vanaf 1959 aan de loketten kwam en gestileerde Liechtensteinse landschappen toont. De hogere waarden zijn van de hand van kunstenaar Anton Ender en laten scènes uit het dagelijks leven zien. Het tienjarig bestaan van het Liechtensteinse Rode Kruis was aanleiding om de vier kinderen van het vorstenpaar af te beelden. In 1957 verschenen de eerste Kerstzegels, die een traditie inluidde die tot op de dag van vandaag bestaat.
Leonardo da Vinci
Peter Paul Rubens
Giovanni Savoldo
Heinrich Aldegrever
1949 250 jaar Unterland
1949-1954 Schilderijen uit de collectie van de vorst van Liechtenstein
1951 Frankeerzegel Dagelijks leven
1952 Frankeerzegel Slot Vaduz
1955 10 jaar Rode Kruis
Kerk van Bendern
1954 Voetbal
1955 Wintersport
1956 Vorst Franz Josef 1959 Liechtensteinse II 50 jaar bomen
1957 Eerste kerstzegel
Vlaggen op Slot Vaduz
Rijndam
1959-1961 Frankeerzegels—Landschappen
9
1957 Turnen
1957 50 jaar padvinderij (samenhangend)
Slot Vaduz
VIII
1960-1969
Liechtensteins eerste Europazegel, die verscheen op 19 september 1960, mocht zich direct in verzamelaarskringen op grote belangstelling verheugen. De oplage was met 322.000 stuks relatief klein. De tweede Europazegel in 1961 bereikte een recordoplage: 5.299.000 exemplaren. Sinds 1966 houdt Liechtenstein zich aan het gemeenschappelijk ontwerp, respectievelijk thema. Met de serie Minnezangers in 1961 sloeg Liechtenstein een kleurrijke weg in. De vier series waren zeer geliefd bij verzamelaars en zijn een staaltje van perfecte drukkunst. Verschillende stijlen en motieven beheersten deze periode. Liechtensteinse sagen werden afgebeeld op drie series die tussen 1967 en 1969 verschenen. Een weldadigheidszegel gewijd aan ontwikkelingshulp was in 1967 vooralsnog de laatste in het bescheiden aantal toeslagzegels van Liechtenstein. Een nieuwe frankeerserie gewijd aan beschermheiligen van de Liechtensteinse parochies kwam vanaf 1967 in omloop. In 1969 werd het 250 jarig bestaan van het vorstendom herdacht met een serie ontworpen door de beroemde Zwitserse kunstenaar Hans Erni.
1960 Europa
1965 Eeuwfeest Internationale Telecommunicatie Unie
1967 Sagen
Biologie
1961 Minnezangers
1965 Vorstin Gina en prins Wenzel
1963 Minnezangers
1967 Christelijke symbolen
1966 Vorst Franz Josef II 60 jaar
1967-1968 Frankeerzegels—Beschermheiligen
Natuurkunde
Astronomie 1969 200 jaar Vorstendom Liechtenstein
10
1961 Europa
1966 Europa: gemeenschappelijk motief
1967 Ontwikkelingshulp (met toeslag)
Kunst en vorstenpaar
IX 1970-1979 In de jaren ’70 verschenen over een aantal jaren heen verdeelde grote series, gewijd aan o.a. flora en fauna, patronaatsheren van de Liechtensteinse parochies, Olympische Spelen, kunst uit de vorstelijke verzamelingen, symbolen van het Heilige Roomse Rijk en dierenriemtekens. Jubilea, zoals het 50 jarig bestaan van de Grondwet en het 40e regeringsjubileum van vorst Franz Josef II, werden postaal herdacht. Vanaf 1972 verscheen een eigenzinnige nieuwe frankeerserie van de hand van de Liechtensteinse kunstenaar Louis Jäger gewijd aan onbekende hoekjes van het land. Zes jaar later in 1978 vereeuwigde kunstenaar Georg Malin twaalf oude monumenten op nieuwe frankeerzegels. Voor de eerste maal verscheen een zegel van 20 franken (1979).
1970 Bloemen
1970 Kerstmis (houtsnijwerk)
1972 Olympische Spelen München
1971 Heropening Nationaal Museum
1971 50 jaar Grondwet
1973 Frankeerzegel Landschap- 1974 Vorstenpaar pen
1972 Kerstmis Ferdnand Nigg
1975 Monumentenzorg
Zingende Engel Dochter van Kekrops Zonen van de kunstenaar 1976 400e geboortedag van Peter Paul Rubens (schilderijen uit de verzameling van de vorst)
1978 Frankeerzegel Oude monumenten
1977 Klederdrachten
1967 40-jarig regeringsjubileum vorst Franz Josef II
11
1979 Jaar van het Kind
X
1980-1989
Een kleurrijk palet aan ontwerpstijlen en thema’s zag in de jaren ’80 het licht. Vooral inheemse thema’s stonden in het brandpunt van de belangstelling: familiewapens van lokale geslachten, oude landbouwvoorwerpen, flora en fauna, folklore, landschappen, beroemde bezoekers in de loop der eeuwen en uiteraard kunst uit de rijke vorstelijke collecties. In 1984 verscheen een nieuwe langlopende frankeerserie: beelden uit het dagelijks leven in een moderne land, ontworpen door de Liechtensteinse graficus Hans-Peter Gassner. In 1980 verscheen een serie gewijd aan de vier jaargetijden, waarbij de zegel van 80 rappen in 1981 tijdens de WIPA ’81 werd uitgeroepen tot de mooiste postzegel van 1980.
1980 Oude lanbouw voorwerpen
1980 Het bos in de vier seizoenen (herfst)
1983 Paus Johannes Paulus II
1985 Schilderij uit de vorstelijke verzameling
1987 Vissen
1981 Mossen
1984 Olympische Spelen
1986 Frankeerzegel– Slot Vaduz
1988 Culturele samenwerking Costa Rica-Liechtenstein
1982 Kerstmis
1985 Kardinale deugden
1984 Frankeerzegel—Beroepen
1986 Jacht (reebok)
1986 Boomschors
1989 150e geboortedag componist Josef Gabriel Rheinberger 12
1983 Folklore
1988 Europa
1989 Liechtensteinse mineralen (calciet)
XI 1990-1999 Bij de ook in andere landen opgekomen traditie om speciale postzegels uit te geven met goede wensen sloot Liechtenstein zich in 1992 aan. Tussen 1989 en 1993 verscheen de frankeerserie Liechtensteinse bergen, ontworpen door de Liechtensteinse kunstenaar Josef Schädler, in 1996 opgevolgd door de langlopende reeks met doorkijkjes in de verschillende Liechtensteinse dorpen. In 1995 kwam een gemeenschappelijke uitgifte met buurland Zwitserland tot stand. Deze zegel is in de filatelie een unicum: dezelfde zegel was in beide landen geldig! Van 1993 tot 1998 zorgden internationaal vermaarde kunstenaars voor een bijdrage aan het thema “Hommage aan Liechtenstein”. In 1995 verschenen de eerste speciaal voor verkoop via FRAMA-postzegelautomaten bestemde labels met afbeeldingen van de gemeentewapens van alle elf gemeenten. Er konden waarden tussen 0.10 en 99.90 frank worden afgedrukt.
1990 150 jaar Penny Black
1990 500 jaar posterijen in Europa
1992 Olympische Spelen 1992 Varens
1990 Kerstmis
1993 Frankeerzegel — Bergen (Scheienkopf)
1991 Laatste inzet van het Liechtensteinse leger
1994 De vier elementen (vuur)
1995 Gemeenschappelijke uitgifte met Zwitserland
◄1995 Automaatzegel
Friedensr. Hundertwasser
Paul Wunderlich
Enrico Baj
1993-2001 Kunstenaars brengen een hommage aan Liechtenstein
1996 Bronstijd in Europa
1996 Frankeerzegel—Staatswapen
1997 150 jaar spoorwegen in Liechtenstein 13
1998 75 jaar Tol– en douaneunie met Zwitserland
XII 2000-2010 Het eerste decennium van de 20e eeuw was gekenmerkt door een veelheid aan onderwerpen, ontwerpstijlen en productiemethoden, waarbij verschillende innovatieve ontwikkelingen werden verwerkt. Voor het eerst sinds jaren had de Liechtensteinse Europazegel van 2000 - volgens afspraak van de deelnemende Posteurop-landen - weer een gemeenschappelijk motief. In 2004 verscheen de eerste serie (Kerstmis) die met behulp van een speciaal voor Liechtenstein ontworpen stansmatrijs is geproduceerd. Al in 2001 was de post met een andere primeur gekomen: kraszegels. De nieuwe frankeerserie met luchtfoto’s verscheen tussen 2004 en 2007. De Liechtensteinse drukkerij Gutenberg in Schaan lukte het in 2009 hoogwaardige zelfklevende postzegels te drukken waarop inheemse vlinders zijn afgebeeld. Het bijzondere van deze zegels is dat ook het onderpapier waarop de zelfklevende zegels zijn aangebracht is geperforeerd, waardoor de zegels net als niet-zelfklevende zegels van elkaar kunnen worden losgemaakt.
2000 Europa
2001 Kraszegel
2002 Deelname van het Liechten- 2004 Olympische Spelen steins Gymnasium aan het NASA-project STARS
2004 Steg
2004 Monding van het Binnenkanaal in de Rijn
2002 H.D.H. vorstin Marie en Z.D.H. vorst Hans-Adam II
2008 Liechtenstein Museum
2004 Weerfenomenen
2006 Oude gebouwenBendern
2004 Industrieproducten
2005 75 jaar Postmuseum
2006 Mozart 14
2004 Kerstmis
2004 Frankeerzegel: Vlinders
2008 Kerstmis
XIII
Luchtpostzegels en luchtpost
De eerste Liechtensteinse luchtpostzegels verschenen op 12 augustus 1930. Voor die tijd werden meestal Zwitserse luchtpostzegels gebruikt om het vereiste luchtrecht te voldoen. De Liechtensteinse luchtpostzegels werden in Liechtenstein, de Zwitserse vanaf 16 mei 1926 kort voor de start van de vlucht in Zwitserland afgestempeld. Luchtpoststukken met Liechtensteinse postzegels gefrankeerd zijn bekend vanaf oktober 1925. Speciaal voor frankering van post die per Zeppelin moest worden vervoerd, bracht Liechtenstein in 1931 en in 1936 speciale postzegels in omloop. De laatste grote reeks luchtpostzegels verscheen 1948-1950 met afbeeldingen van luchtvaartpioniers. Deze zegels mochten echter ook voor gewone post worden gebruikt. In 1960 werd het feit dat Liechtenstein 30 jaar daarvoor de eerste luchtpostzegels had uitgegeven gevierd met een reeks van vier postzegels, die door de meeste catalogi als luchtpostzegels worden beschouwd. Post op vluchten vanuit Zwitserland kunnen ook met Liechtensteinse postzegels voorkomen.
1930 Luchtpost
1931 Zeppelinvlucht Vaduz-Lausanne
1936 Zeppelinvluchten
1939 Vogels
1935 Vogels
1948 Pioniers van de luchtvaart
1960 Jubileumuitgifte 30 jaar Liechtensteinse luchtpostzegels ◄1935 Eerste luchtpost uit Liechtenstein naar Oostenrijk
▲1931 Eerste Zeppelinpost vanuit Liechtenstein ◄1966 Eerste KLM-vlucht van Zürich naar Amsterdam 17 oktober 1966 15
XIV
Dienstzegels
Dienstpost zijn postzendingen van staatsinstellingen in Liechtenstein (dus niet van gemeentelijke instanties!), die tussen 1932 en 1994 speciale dienstzegels moesten gebruiken. Alleen de postkantoren van Vaduz, Schaan en Eschen waren gerechtigd deze dienstzegels af te stempelen, al komen stempels van andere kantoren ook voor. Met de invoering van dienstzegels beoogde de regering betere greep te houden op de kosten van verzending. De eerste series verschenen met een speciale opdruk op koerserende frankeerzegels. Vanaf 1950 verschenen speciaal voor het doel ontworpen zegels. De laatste serie dateert van 1976 (met een aanvullende waarde van Fr. 5 in 1989). Het gebruiksgemak voor de overheid woog uiteindelijk niet op tegen de kosten van de druk van de zegels. Op 1 januari 1995 werden alle dienstzegels afgeschaft en ongeldig verklaard. Dienstzegels komen hoofdzakelijk voor op post naar het buitenland of in het binnenlands verkeer voor zover het bijzondere diensten betrof (aangetekend, rembours). In het binnenland werd de post afgerekend door middel van frankering bij abonnement.
1932
1937
1947
1950
1968
1976
▲Dienstzegel met afstempling Schaan
16
XV
Portzegels
In 1920 verschenen de eerste Liechtensteinse portzegels in heller en kronen. Tot die tijd had men de Oostenrijkse portzegels gebruikt. Op brief gebruikt zijn ze zeer zeldzaam. Op 31 januari 1921, een half jaar na verschijning werden ze al weer teruggetrokken. Postfris en (los) gestempeld komen ze veelvuldig voor. Pas in 1928 verscheen een serie in Zwitserse munteenheid. In de tussentijd had men zich van Zwitserse portzegels bediend. Op 1 juli 1940 werd de serie opgevolgd door een nieuwe emissie, die tevens de laatste zou zijn. Op 31 december 1958 werden de portzegels afgeschaft. Vanaf dat moment kunnen gewone frankeerzegels ter betaling van het verschuldigde strafport worden gebruikt.
Liechtensteins drie series portzegels, resp. 1920, 1928 en 1940
▲Portzegels 1928 op brief
Strafport betaald met gewone frankeerzegels
XVI
Diversen
Briefkaarten
De eerste Liechtensteinse briefkaart met ingedrukt zegel verscheen op 18 januari 1918. Tot op heden zijn rond de 115 verschillende briefkaarten verschenen. Tot en met 30 juni 1971 waren ook briefkaarten met betaald antwoord in omloop, zowel voor binnenlands als buitenlands gebruik. Sinds 2001 worden de postzegels die op de briefkaarten zijn afgedrukt geperforeerd om vervalsing tegen te gaan. ◄1929
1996 ►
1965 ►
◄2001 17
Eerste dagenveloppen
Eerste dagenveloppen zijn enveloppen waarop een of meer van op een bepaalde dag uitgegeven zegel of zegels zijn aangebracht en die op de dag van de emissie zijn afgestempeld. Zij komen nagenoeg van alle uitgiften van Liechtenstein voor. De enveloppen kunnen bedrukt of onbedrukt zijn. Officiële - in opdracht van de Liechtensteinse overheid vervaardigde - enveloppen bestaan sinds de uitgiften van 1958. Deze enveloppen hebben tot en met de frankeerzegels 1959/61 een vorstelijke kroon met een posthoorn als afbeelding, sindsdien dragen de eerstedagenveloppen een bij de uitgifte passend motief op de linkerzijde van de envelop. Sinds 6 december 1960 wordt voor elke nieuwe emissie een afzonderlijk, speciaal voor dat doel ontworpen, eerste-dag-van-uitgifte-poststempel gebruikt.
Maximumkaarten
Maximumkaarten zijn prentbriefkaarten, waarbij de postzegels op de beeldzijde van de kaart worden bevestigd. Beeld en zegels dienen hetzelfde thema te hebben en te worden afgestempeld met het desbetreffende eerste-dag-poststempel of een ander relevant stempel. In Liechtenstein verschijnen sinds 1 juni 1978 ambtelijke maximumkaarten. Deze zijn te herkennen aan de aanduiding "CARTE MAXIMUM OFFICIELLE".
1978 Eerste van overheidswege uitgegeven maximumkaart
XII Liechtenstein in het buitenland
Verwijzingen naar
Liechtenstein komen ook voor op buitenlandse postzegels en stempels.
18
XVIII Poststempels Voor het postale bedrijf zijn en worden van oudsher diverse soorten stempels gebruikt. De belangrijkste zijn:
dagtekenstempels
Diverse dagtekenstempels met en zonder postcode sinds 1817. Alle kantoren, behalve Schaan en Vaduz, hebben sinds 27 juli 1987 tevens de beschikking over een dagtekenstempel met afbeelding (lokale scènes).
Oostenrijks model
Zwitsers model
Zwitsers model met postcode 29 november 1965-14 april 1980
Liechtensteins model sinds 15 april 1980
Geïllustreerd poststempel sinds 27 juli 1987
bijzondere dagtekenstempels (sinds 1930)
eerste-dag-van-uitgifte-stempels
noodstempels
machine- of vlaggestempels
uitsluitend in Vaduz en Schaan, in de zomermaanden ook in Triesenberg, een enkele keer in Nendeln
19
XIX
Liechtenstein-filatelie
De Liechtenstein-filatelie is zeer veelzijdig. Verzamelingen kunnen allerlei manieren worden aangelegd. Hieronder volgen een paar suggesties: Landenverzamelingen (chronologisch) compleet (al dan niet in een voordrukalbum) bepaalde periode, bijv. 1912-1962 (50 jaar postzegels), 1939-1989 (regeringsperiode vorst Franz-Josef II), vanaf 1989 (regering vorst Hans-Adam II) vanaf uw eigen geboortejaar vanaf een rond jaar, bijv. 2000 (begin zelfstandige Liechtensteinische Post AG) enz. Thematische verzamelingen Binnen de Liechtenstein-filatelie is een bonte schakering aan thematische subverzamelingen mogelijk, die naar eigen smaak zijn uit te breiden, dan wel in te krimpen: algemene motiefverzameling ("Liechtenstein op postzegels": Land en volk, Staatsinrichting, Geschiedenis, Vorstenhuis, Economie, Cultuur, Bezienswaardigheden, Sport enz.) afzonderlijk thema of thema’s (Geschiedenis, Internationale relaties, Natuur, Vorstenhuis enz., enz.) een of meer gemeenten Liechtenstein op buitenlandse postzegels enz. Gespecialiseerde verzamelingen De uitgifte 1920 (getand, ongetand, afwijkingen, op brief enz.) Dienstpost Zeppelingpost Eerste vluchten Poststempels van Liechtensteinse postkantoren Eerste-dag-enveloppen, maximumkaarten enz. Handelaren – postzegels van Liechtenstein zijn over het algemeen goed verkrijgbaar bij de gerenommeerde postzegelhandel in binnen– en buitenland. De laatste jaren worden zegels en poststukken ook via internet (o.a. markplaats.nl en ebay) aangeboden. Maar pas op: de kwaliteit kan erg verschillen. Philatelie Liechtenstein – De officiële filatelistische dienst van het vorstendom Liechtenstein met een hoofdkantoor in Vaduz. Zie: www.philatelie.li. Deze dienst kan via haar winkel Philcoin ook oudere uitgiften leveren. Nieuwtjesdienst van de NVPVL – De Nederlandse Vereniging van Postzegelverzamelaars van het Vorstendom Liechtenstein maakte het haar leden gemakkelijk en verzorgt een nieuwtjesabonnement, zodat u geen enkele uitgifte hoeft te missen en uw aankopen gewoon in Nederland kunt betalen (en zo dure bankkosten kunt uitsparen). Vraag het secretariaat naar de voorwaarden.
XX
Verdere studie
Er is in de loop der jaren veel over de Liechtenstein-filatelie gepubliceerd, van algemene overzichtswerken tot zeer gespecialiseerde studies. De meeste zijn niet meer in de handel of via een van de verzamelaarsverenigingen te verkrijgen, wel vaak via gespecialiseerde bibliotheken. Soms worden zij aangeboden via websites als eBay e.d. De Bondsbibliotheek, die leden van de bij de Koninklijke Nederlandse Bond van Filatelistenverenigingen aangesloten verenigingen kunnen raadplegen (http://www.knbf.nl/bondsbibliotheek.htm) is gevestigd in Baarn (Hoofdstraat 1, 3741 AC) heeft een aantal van de hieronder genoemde werken in bezit:
Adams, Bertrand en Gerhard Dittrich, Liechtenstein im Markenspiegel (2e druk, 1960) Dittrich, Gerhard, Lexikon zur Liechtenstein-Philatelie (1967; supplement 1970) 75 Jahre Liechtenstein-Briefmarken 1912-1987 (1987) Fünfzig Jahre Liechtensteinische Postwertzeichen 1912-1962 (1962) Liechtenstein Handbuch (4 banden, losbladig, 1970-lopend); meest uitgebreide documentatie over alle aspecten van het postwezen in Liechtenstein Marxer, Peter (Red.), Liechtensteiner Briefmarkenkatalog : Handbuch für den Liechtenstein-Sammler (regelmatig; laatste editie uit 2007; nieuwe editie [2012] in voorbereiding) Schlunegger, Ernst, Motivhandbuch Liechtenstein (1984, nieuwe herziene uitgave gepland voor 2012) Schneider, Götz, Die Anfänge der Luftpost aus Liechtenstein (1982) Segmiller, Walter, Kunst und Geschichte der liechtensteinischen Briefmarken (1963) Sieger, Hermann E., Liechtenstein 1912 (2e druk, 1987) Val, Bernard du, Liechtenstein, seine Post und seine Postwertzeichen (1963) Voss, Werner, Die Geschichte des Postwesens des Fürstentums Liechtenstein (2e druk, 1933) 20