BuitenWijs samen sterk in NME BuitenWijs brengt mensen actief met het buiten in aanraking, zodat zij wijs omgaan met hun eigen leefomgeving
Nieuwe methode
Leskist THEMAHANDLEIDING
Alles voor een pannenkoek Groep 1-2
Wilt u deze handleiding s.v.p. na gebruik terug brengen.
Dit is een NME – product van BuitenWijs. BuitenWijs is een samenwerkingverband, waarbij de gemeenten Houten, Lopik, Nieuwegein en IJsselstein samen sterk in NME zijn. BuitenWijs brengt mensen actief met het buiten in aanraking, zodat zij wijs omgaan met hun eigen leefomgeving. BuitenWijs Houten NME Houten Postbus 30 3990 DA Houten
[email protected] BuitenWijs IJsselstein Gemeente IJsselstein Postbus 21 3400 AA IJsselstein
[email protected] BuitenWijs Lopik Gemeente Lopik 3411 CH Lopik
[email protected] BuitenWijs Nieuwegein Gemeente Nieuwegein Postbus 1 3430 AA Nieuwegein
[email protected] Colofon Copyrights Jaar van uitgave Eindredactie Illustraties: Grafische vormgeving Met dank aan:
BuitenWijs 2011 Eduniek: Erna Bod, Tjeerd Mijnster, Nicky Mertens Olivier Rijken Maaike de Laat Eduniek
BuitenWijs – Alles voor een pannenkoek
2
Inhoudsopgave 1
In het kort
4
2
Overzicht van de lessen
5
3
Bijlagen
16
4
Bijlage 1:
17
5
Bijlage 2: plaatje van een graanakker
18
Bijlage 3: werkblad van korrel tot meel
19
Bijlage 4: favoriete pannenkoeken van…
21
Bijlage 5: het pannenkoekenmannetje
22
Bijlage 6: woordkaarten
25
Bijlage 7: Kijkdoos
29
Bijlage : Mix en zoek melkpakken
31
BuitenWijs – Alles voor een pannenkoek
3
1
In het kort Inleiding Tijdens dit thema leren de leerlingen wat er nodig is voor het bakken van pannenkoeken. Ze maken kennis met enkele planten en dieren die voor ons voedsel zorgen
Doelgroep Groep 1-2
Leerdoelen De leerlingen leren welke ingrediënten een pannenkoek heeft en waar deze ingrediënten vandaan komen. Aan het einde van het thema kunnen de leerlingen: minimaal 3 ingrediënten noemen die nodig zijn om pannenkoeken te bakken. weten dat graankorrels gemalen moeten worden om er meel van te maken. weten dat eieren door kippen gelegd worden. weten dat melk van de koe komt. de herkomst van minimaal 3 ingrediënten in hun eigen woorden beschrijven. (kennisdoelen)
Aansluiting kerndoelen 41 De leerlingen leren over de bouw van planten en dieren en over hun vorm en functie van hun onderdelen. 44: De leerlingen leren bij producten relaties te leggen tussen werking, vorm en materiaalgebruik
Structuur Het thema is opgezet volgens een vaste structuur 1. Introductie 2. Voorkennis ophalen 3. Vooruitblik met lesdoelen 4. Onderzoeken en verwerken volgens doe denk doe model 5. Afsluiten/ evalueren Mogelijke excursies -
Pannenkoekenrestaurant
-
(Kinder)boerderij
-
Graanmolen in werking
BuitenWijs – Alles voor een pannenkoek
4
2
Overzicht van de lessen 1. Introductie
Duur: Circa 30 minuten
Doel: kinderen enthousiast maken voor het thema. Er zijn verschillende startactiviteiten te bedenken. Je kunt hier onder een of meerdere activiteiten uitkiezen om mee te starten. Optie 1: Op de eerste dag neem je een kip mee de klas in. Als het kan een echte, als dat niet mogelijk is, een handpop of knuffelkip. In de kring stel je de kip voor. De kip zit op een beetje stro en als de kip besproken is, laat je het ei zien. Optie 2: Je neemt de kinderen mee op excursie naar een kinderboerderij. Optie 3: Richt een hoek in de klas in als pannenkoekenrestaurant. Met details als keukenapparatuur/ maar ook menukaarten, placemats en opschrijfboekjes en een kassa voor het afrekenen. Laat kinderen nog even alleen maar vrij spelen. Optie 4: Je bekijkt de Koekeloere aflevering over pannenkoeken bakken. (Koekeloere- De koek is op Afl.: De koek is op. Thema: Rekenen/geld. Moffel en Piertje gaan pannenkoeken eten in een ècht restaurant, want ze hebben veel geld in hun spaarpot. Bij het restaurant blijkt dat de pannenkoeken wel heel duur zijn en ze gaan teleurgesteld naar huis. Maar dan hebben ze een goed idee.)
2. Voorkennis ophalen
Duur: Circa 30 minuten
Doel: het doel van de voorkennis activeren is dat kinderen betrokken raken bij het onderwerp en voor de leerkracht is het doel dat de aanwezige voorkennis van de kinderen gepeild kan worden Bij optie 1 en 2 moet je de relatie leggen tussen enkele dieren op de kinderboerderij (kip en koe) en het thema pannenkoeken. Bij optie 3 kun je sneller de aandacht laten uitgaan naar het thema pannenkoeken. Maak met de kinderen een mindmap. Omdat kleuters nog niet kunnen schrijven schrijf je zelf de woorden erbij en vraag je kinderen op kleine kaartjes tekeningen te maken bij het woord. In het midden staat het woord pannenkoek. Hoofdtakken van de mindmap kunnen zijn; beleg, restaurant en natuurlijk ingrediënten. Je vraagt aan de kinderen of ze weten hoe pannenkoeken gemaakt worden. Wellicht dat sommige kinderen wel eens thuis hebben geholpen. Vraag ze naar hun recept en beschrijf de ingrediënten.
BuitenWijs – Alles voor een pannenkoek
5
3. Vooruitblik met doelen
Duur: Circa 20 minuten
Vertel de kinderen dat ze de komende weken aan de slag gaan met pannenkoeken en wat ze over pannenkoeken en de ingrediënten gaan leren (zie blz 2) . Laat het blad met de leerdoelen zien en bespreek ze allemaal, zodat de kinderen goed weten wat ze gaan leren. Uiteraard vertel je ze ook dat ze lekker pannenkoeken gaan bakken en opeten.
4. Onderzoeken en verwerken De onderzoeksfase is erop gericht dat de leerlingen de herkomst van de verschillende ingrediënten van een pannenkoek leren; het meel, het ei en de melk. Je kunt de volgorde van onderwerpen zelf indelen naar eigen keuze. Er is bij ieder onderdeel/ingrediënt een onderzoek/ontdekfase en een verwerkingsfase met activiteiten. Aan het einde van het project gaan de kinderen aan de slag met het bakken van de pannenkoeken. Dat kan door een kookatelier in te richten in de gang of in de klas. Je kunt ook met gourmetstellen werken waarbij veel kinderen tegelijkertijd bezig zijn of in kleine groepjes met een grotere koekenpan.
BuitenWijs – Alles voor een pannenkoek
6
Ontdekdag Graan Verzamel ter voorbereiding stro (zit niet in de kist!), tarwehalmen, tarwekorrels, en meel, bloem en broodmix. Maak ook de graanmolen gereed. Zorg voor een aantal (kruiden)vijzels. Voor het zeven heb je een zeef nodig. Interessant is het om grove en fijne zeven te gebruiken zodat de leerlingen het verschil zien. Voor ieder groepje een loep om het meel goed te bekijken. Zwart papier is praktisch zodat de leerlingen het meel goed kunnen onderzoeken. In het kringgesprek start je met het doelenoverzicht. (bijlage 1)
Heb je wel eens gezien dat mamma pannenkoeken ging bakken?Wat ging er allemaal in?Maak samen een lijstje van wat de kinderen al kennen aan ingrediënten. Instructie over meel: Laat meel zien en bespreek de volgende vragen. Is het helemaal wit? Welke kleur zie je nog meer? Hoe smaakt het meel? Gemalen meel maak je wit (bloem), door het te zeven. Doe het meel in de zeef: Welke kleur komt er uit? (Antwoord: kleur wit) Welke kleur blijft in de zeef? (Antwoord: kleur bruin, dit zijn de zemelen: de velletjes van de graankorrels.)
Meel wordt gemaakt van graan. Waar staat graan? (Gebruik de plaat van een graanakker). Geef aan alle leerlingen wat tarwekorrels en laat ze het voelen, zien, ruiken en proeven. Leg uit dat deze zaadjes uitgroeien tot planten. (plant een paar tarwekorrels in een glazen pot met aarde (met een tissue en prop papier tegen de glazen rand drukken, zodat de kinderen de groei kunnen zien) Door de kinderen een tarwekorrel door te laten bijten ontdekken ze dat de korrel van binnen wit is. Dat ‘witte’ kan meel worden. Instructie over Wat doet de boer? Een boer die gaat oogsten gaat natuurlijk niet alle graankorrels pellen, maar die maakt gebruik van een dorsmachine. Via YouTube kun je een filmpje laten zien hoe dat eruit ziet (zoekwoord: graan dorsen). Dan gaan de kinderen aan hun tafel. Daar ligt een hoopje stro en een aantal tarwehalmen. Ze mogen de tarwehalm uit elkaar peuteren… kunnen ze alle graankorrels eruit halen?
Les Graanmolen De tarwekorrels moeten meel worden, want van meel kunnen we een beslag maken om pannenkoeken van te bakken. Stel de vraag: Wie weet hoe we dat kunnen doen?
BuitenWijs – Alles voor een pannenkoek
7
Meel maak je door de tarwekorrels kapot te maken; te malen. In de kring kan de graanmolen bekeken worden. Zet de graanmolen vast aan een tafel. Zet er een schaaltje onder en de leerlingen kunnen tarwekorrels tot meel malen. Keuzeweekwerkje 1: Kinderen mogen met de graanmolen. Om beurten mogen de kinderen met de graanmolen . Bij de werkverdeling kun je daarvoor kiezen Je vertelt de kinderen dat dit ook in speciale grote graanmolens gebeurde (plaatje van een graanmolen). Keuzeweekwerkje 2:Om te ervaren dat je het graan zowel grof als fijn kunt malen, krijgen de kinderen per groepje een handvijzel, waarmee ze zelf kunnen malen, maar ook verschillende soorten bloem, volkorenmeel en broodmix met granen.
Verwerking graan Zie verwerkingsblad 1-graan (bijlage 3). Knip de plaatjes uit en leg ze in de goede volgorde en plak ze vast en stempel de woorden na.
BuitenWijs – Alles voor een pannenkoek
8
Ontdekdag Ei Voorbereiding: Start kringgesprek: wat zit er nog meer in pannenkoekenbeslag? Ei. Waar komen eieren vandaan? (Her)introduceer de kip. In de kist is ook een handpop aanwezig om het kringgesprek te leiden. Steeds wordt in het kringgesprek een onderdeel benoemd, dat vervolgens in kleinere groepen worden uitgewerkt. Je kunt ervoor kiezen om alle onderdelen op één dag te behandelen of het te spreiden over meerdere dagen. Handpop Kip uit de leskist stelt vragen aan de leerlingen. Kippenvoer Handpop Kip vraagt: Wie van jullie weet wat ik eet? (kippenvoer, zaden, graan, maïs) Handpop Kip laat zien en vertelt hoe ze eet. Kip heeft geen tanden en dus ook geen tandenborstel. Ze kauwt niet op haar eten. Ze slikt het kippenvoer zo door! Ze maalt haar voer fijn in haar maag met een heel sterke maagspier. Heel soms eet ze ook wel eens kiezelsteentjes, dat helpt om het voer te malen. Dat is wel heel anders dan bij ons mensen. Activiteit Geef elk groepje leerlingen wat kippenvoer met de opdracht om het te sorteren. Wat zit er in?
Maïs Tarwekorrels Geperste graankorrels
Ei leggen Handpop Kip vraagt: Wat doe ik als ik een ei leg? Kip maakt eerst veel herrie (tok, tok, tok), zodat iedereen hoort dat ze een ei gaat leggen. Dan maakt ze in het stro van het kippenhok een plekje om het ei te leggen. Dat doet ze door met haar achterwerk heen en weer te draaien in het stro. Tot slot legt Kip een ei.
Activiteit Naspeelactiviteit tijdens drama/bewegingsles. De leerlingen verdelen zich over het speellokaal en spelen en bewegen zich alsof ze kippen zijn. Naspelen; een ei leggen, op stok gaan, lopen als kip, kippengeluiden maken
BuitenWijs – Alles voor een pannenkoek
9
Van kip & ei tot supermarkt Handpop Kip vraagt: Het ei is gelegd, maar wat gebeurt er dan? Hoe komt mijn ei bij jullie in de keuken? De boer raapt het ei van Kip op en die van de andere kippen. De eieren gaan in een vrachtwagen naar de fabriek. Daar worden ze in kleine of grote eierdozen gestopt. Die gaan in een vrachtwagen naar de supermarkt. Daar kunnen wij ze kopen als we pannenkoeken willen gaan bakken. Activiteit 1. Hoeveel eieren? Speel een spelletje ‘eieren tellen’ met de leerlingen. Neem een eierdoos waar 6 eieren in kunnen (in de kist aanwezig) en doe er 2 eieren in. Handpop Kip opent de doos heel kort en vraagt de leerlingen: Hoeveel eieren hebben jullie gezien? Herhaal dit een aantal keer met steeds een verschillend aantal eieren. Het ei van binnen Handpop Kip vraagt: Als je pannenkoeken gaat maken, heb je het binnenste van een ei nodig. Wie weet hoe dat eruit ziet? Handpop Kip zegt dat de leerlingen haar ei mogen gebruiken voor de pannenkoeken. De leerkracht mag het ei open breken. Neem een ei en een stenen schaaltje. Breek het ei open door het op de rand van het schaaltje te tikken. Handpop Kip vertelt over wat de leerlingen zien. Het gele heet ‘eigeel’ of ‘dooier’ en het witte is het ‘eiwit’. Activiteit Geef de leerlingen per tweetal een ei. Laat ze het ei van buiten eerst goed bekijken en met elkaar bespreken). Geef per tafelgroep verschillende kleuren eieren. (maiskippenei etc) Daarna mogen de kinderen het op een bordje openbreken en bekijken met een vorkje. Aansluitend worden de eieren in de keuken gebakken tot een omelet dat verdeeld wordt onder de kinderen die willen. De kinderen maken een tekening van hoe het ei er van buiten uitzag en van binnen. (eventueel stempelen ze er woorden bij- schaal- eierdooier, eiwit)
Tip: bij de kip op bezoek Kippen zijn te zien op de kinderboerderij en bij een kippenboer. Het is leuk om een excursie te organiseren waarbij de leerlingen op bezoek gaan bij de kip. Misschien heeft een leerling uit de klas thuis kippen. In dat geval kunt u een bezoek organiseren aan het kippenhok. Of u kunt de ouders van deze leerling vragen foto’s te maken van de kippen, hun hok en de eieren. De foto’s kunt u dan met de leerlingen bekijken.
BuitenWijs – Alles voor een pannenkoek
10
Algemene verwerkingsactiviteiten Consolideren van de begrippen 1. Er zijn steeds twee kaarten met twee begrippen die uitgebeeld zijn in foto’s die met elkaar te maken hebben. (bijvoorbeeld ei, eidooier, kippenvoer en een kip die eet) de kaarten worden verdeeld en de kinderen moeten de partner vinden. 2.
Levend memorie. Twee leerlingen vertrekken uit de klas. Een tweetal kinderen krijgt een begrip en een uitleg van dat begrip (begrip met foto voor de 1e jaars, de uitleg voor de 2e jaars). Alle kinderen verdelen zich in de klas. Dan komende de twee leerlingen weer de klas in. Om de beurt mogen ze kinderen noemen die ofwel een begrip ofwel de uitleg geven. De twee leerlingen moeten de juiste leerlingen bij elkaar vinden.
BuitenWijs – Alles voor een pannenkoek
11
Ontdekdag Melk Voorbereiding: neem minimaal 3 soorten melk mee (bijvoorbeeld magere, halvolle en volle melk), maar ook karnemelk en melk met fruit etc. Neem ook een aantal verschillende pakken melk mee. Terugblik op de andere ingrediënten en op de algemene lesdoelen. Welk ingrediënt is nu nog niet geweest van de drie die in een pannenkoek gaan? Melk. Waar komt melk vandaan? Van de koe. Kringgesprek over wie wanneer melk drinkt. Melk is heel gezond. Laat alle kinderen een beetje melk proeven. Laat ze ook verschillende soorten melk proeven. In de supermarkt kun je ook melk met fruit kopen. Komt dat ook zo uit de koe? Hoezo maakt een koe eigenlijk melk? De koe levert melk natuurlijk voor haar kalf. Je zou een filmpje kunnen laten zien over een kalf dat drinkt bij een koe. (www.youtube.com, zoekwoord: calf drinks milk) Je kunt er hier voor kiezen de begrippen ‘uier’ en ‘spenen’ verder toe te lichten.
Wie is er wel eens op een boerderij geweest met koeien? Wat heb je daar gezien? Wie weet hoe een boer in onze tijd (nu) zijn koeien melkt? Wie weet wat er nog meer van melk wordt gemaakt?
Activiteit pantomime Bespreek met de leerlingen de weg die melk aflegt van de boerderij tot aan de leerling thuis. Laat hierbij het melkpak dat u kocht, aan de leerlingen zien. Vertel dat ze dit in pantomime gaan naspelen. Van boer tot supermarkt De scènes en rollen zijn als volgt: 1) De boer melkt zijn koeien. 2) De vrachtwagenchauffeur brengt de melk naar de melkfabriek. 3) De medewerker van de melkfabriek bedient de knoppen van de machine die de melk in kartonnen pakken doet. 4) Een andere vrachtwagenchauffeur brengt de melkpakken naar de supermarkt. 5) De supermarktmedewerker zet de pakken met melk op de goede plek in de supermarkt (koeling). 6) Een kind koopt een pak melk in de supermarkt en rekent af bij de caissière. Hij/zij vergeet niet ook eieren en bloem te kopen voor het pannenkoekenbeslag!
BuitenWijs – Alles voor een pannenkoek
12
Laat de kinderen (in tweetallen) een kijkdoos maken (zie de pdf met de lessuggestie van zuivelonline.nl) Zoek de juiste melkpakken bij elkaar (zie werkblad mix en zoek-melkpakken) De kinderen krijgen allemaal een kaartje met ofwel een symbool ofwel een getal. De kinderen lopen rond en moeten de juiste set kaarten bij elkaar vinden.
Pannenkoeken bakken Doel en inhoud In deze fase wordt de opgedane kennis kort herhaald, zodat de leerlingen het onthouden. De leerlingen gaan beslag maken en pannenkoeken bakken. Voorbereidingen Leg alle ingrediënten voor het bakken van een pannenkoek op een tafel. Leg al het benodigde keukengereedschap klaar op de tafel met de ingrediënten. Koop aardbeienjam, stroop en suiker voor op de pannenkoeken. Regel extra begeleiding (1 of meerdere hulpouders) voor het bakken van de pannenkoeken met de leerlingen. Print het stappenplan uit en hang het duidelijk zichtbaar op.
Klassikaal; begrijpend luisteren Start met het lezen van het prentenboek. Begin met klassengesprek. Wie herkent er dingen uit die de afgelopen dagen zijn geleerd? Wie heeft gehoord hoe je pannenkoekenbeslag maakt? Lees de bladzijde eventueel nog een keer voor. Hierin staat beschreven hoe Hannes en zijn moeder het beslag maken. Herhaling Wijs om beurten de ingrediënten aan. Laat de leerlingen in hun eigen woorden vertellen wat de herkomst is van het ingrediënt en wat er moet gebeuren om het te verkrijgen. Ze mogen elkaar aanvullen. Pak het stappenplan erbij en betrek kinderen bij het maken van het beslag. Laat alle kinderen roeren, totdat het beslag klontvrij is.
Activiteit: pannenkoeken bakken Optie 1: bakken in de klas In de leskist zit één kookplaatje met een koekenpan. Als u met alle groepjes leerlingen tegelijk wilt bakken in de klas, dient u zelf meerdere kookplaatjes te regelen. (Pas op dat bij meerdere kookplaatjes in de klas de stoppen van de
BuitenWijs – Alles voor een pannenkoek
13
elektriciteit niet doorslaan!) Zorg ervoor dat elk groepje wordt begeleid door een hulpouder.
Optie 2: groepjes om beurten U kunt er ook voor kiezen elk groepje leerlingen om de beurt pannenkoeken te laten bakken. Hiervoor is maar één extra begeleider of hulpouder nodig. Eventueel kan gebruik worden gemaakt van de keuken van de school. Lekker smullen van de pannenkoeken.
BuitenWijs – Alles voor een pannenkoek
14
Verwerking/verdiepingsactiviteiten (Vgl.de doelen van blz 2) 1. Enquête/Onderzoek in de klas Op basis van de opdracht ‘mijn favoriete pannenkoek’ kunnen kinderen een enquête houden in de klas en dat verwerken in een schema/diagram. Hoe kun je snel zien welke pannenkoek het populairst is. Hiervoor is een grafiek/diagram makkelijk. Lat de kinderen een mooie grafiek maken die goed is te lezen voor iedereen. (zie bijlage 4) 2. ordeningswerkjes: a.
welk voedsel komt van graan en welk van een ander product? Knip
productplaatjes uit, plak op en lamineer deze tot stevige kaartjes. Graanproducten: brood, pasta, rijst, koekjes, beschuit. Andere producten uit de serie groenten, fruit, b. wat komt van de koe en wat van het varken? Idem aan a.
Evaluatie De evaluatie heeft als doel te ervaren of de kinderen de lesdoelen hebben gehaald en om te reflecteren op het proces Tekening maken Elke leerling mag een tekening maken. Op de tafels liggen voor elke leerling een kopie van werkblad ‘Wat heb je nodig voor een pannenkoek?’ en viltstiften klaar. De bedoeling is dat de leerlingen een tekening maken van alles wat komt kijken bij het bakken van pannenkoeken. Dankzij de tekeningen (of beschrijvingen) krijg je zicht op wat de leerlingen hebben geleerd van deze lessenserie. Hebben de leerlingen alle ingrediënten getekend/beschreven? (graan/tarwe, eieren, melk, boter, aardbeienjam) Na afloop kun je een korte nabespreking houden met de leerlingen.
Wat weet je nu dat je voor deze les nog niet wist? Wat vond je leuk aan deze les? Ga je thuis ook een keer pannenkoeken bakken?
Je kunt de tekeningen mee naar huis geven. Zo krijgen de ouders een beeld van wat de leerlingen geleerd hebben.
BuitenWijs – Alles voor een pannenkoek
15
3
Bijlagen Bijlage 1 – leerdoelenoverzicht om op te hangen (print uit op A3) Bijlage 2- plaat van een graanakker Bijlage 3 – werkblad van korrel tot meel Bijlage 4 – enquête favoriete pannenkoekenbeleg Bijlage 5- versje het pannenkoekenmannetje Bijlage 6- woordkaarten Bijlage 7- kijkdoos Bijlage 8- mix en zoek melkpakken
BuitenWijs – Alles voor een pannenkoek
16
3.1
Bijlage 1: Leerdoelen
BuitenWijs – Alles voor een pannenkoek
17
3.2
Bijlage 2: plaatje van een graanakker
BuitenWijs – Alles voor een pannenkoek
18
3.3
Bijlage 3: werkblad van korrel tot meel Knip uit en plak in de goede volgorde. * stempel het woord eronder
BuitenWijs – Alles voor een pannenkoek
19
BuitenWijs – Alles voor een pannenkoek
20
3.4
Bijlage 4: favoriete pannenkoeken van…
Ieder kind mag een hokje van zijn voorkeur kleuren.(Of geef ieder kind een stickertje om te plakken). Bespreek klassikaal welke smaak de meeste/minste stemmen geeft gekregen.
BuitenWijs – Alles voor een pannenkoek
21
3.5
Bijlage 5: het pannenkoekenmannetje Het pannenkoekenmannetje
In het hocus-pocus-jodocus-bos staat een huis met zeven ramen wie zou daar wonen? zullen we eens stiekem gaan kijken, samen? zachtjes sluipen we als een muis naar het hocus-pocus-jodocus-huis maar ach wat jammer, we kunnen niks zien de gordijnen zitten dicht bij het eerste raam, het tweede, het derde het vierde, het vijfde, het zesde ook... alleen uit het laatste, het zevende raam daar schijnt een beetje licht zachtjes sluipen we als een muis naar het zevende raam van het grote huis we gluren voorzichtig over de rand o kijk, het is de keuken op tafel staat een pak met melk en een fluitketel vol deuken en als je op je tenen staat zo hoog als je maar kan dan zie je op het aanrecht daar een kleine koekenpan wie zit er in dat pannetje? het pannenkoekenmannetje hij wrijft in zijn ogen, hij kijkt om zich heen hij heeft zeker net geslapen heel even zit-ie lodderig en lui nog wat te gapen dan klautert hij gauw uit zijn koekenpan om eieren te halen en melk natuurlijk en boter en meel en rozijnen en stroop en weet ik veel hij gooit het allemaal in een kom hij roert het met zijn vingers om hij veegt zijn handen schoon aan zijn broek en dan bakt hij een prachtige pannenkoek in zijn eigen kleine pannetje
BuitenWijs – Alles voor een pannenkoek
22
hee, pannenkoekenmannetje, bak je er zo nog een stuk of tien en mogen we binnenkomen misschien
BuitenWijs – Alles voor een pannenkoek
23
BuitenWijs – Alles voor een pannenkoek
24
3.6
Bijlage 6: woordkaarten
BuitenWijs – Alles voor een pannenkoek
25
Bron: jufjanneke.nl
BuitenWijs – Alles voor een pannenkoek
26
BuitenWijs – Alles voor een pannenkoek
27
BuitenWijs – Alles voor een pannenkoek
28
3.7
Bijlage 7: Kijkdoos Bron: http://www.zuivelonline.nl
BuitenWijs – Alles voor een pannenkoek
29
BuitenWijs – Alles voor een pannenkoek
30
3.8
Bijlage : Mix en zoek melkpakken Opdracht: knip de kaartjes uit en geef iedere leerling een kaart. De leerling bekijkt de kaart en zoekt een maatje. Samen bespreken ze hun kaartjes. Hebben ze het passende symbool bij het kaartje mogen ze gaan zitten. Hebben ze geen passend kaartje zoeken ze een nieuw maatje
BuitenWijs – Alles voor een pannenkoek
31
BuitenWijs – Alles voor een pannenkoek
32
BuitenWijs – Alles voor een pannenkoek
33
BuitenWijs – Alles voor een pannenkoek
34
BuitenWijs – Alles voor een pannenkoek
35
BuitenWijs – Alles voor een pannenkoek
36
Leerlingenboekje
:
BuitenWijs –