Les 35 De brieven aan de zeven gemeenten
De zeven zendbrieven van Jezus waren gericht aan de gemeenten in de verschillende perioden van de kerkgeschiedenis. Vanaf 31 na Christus tot aan de tweede komst van Jezus.
1
Les 35 De brieven aan de zeven gemeenten
Op welke wijze waakt Jezus over Zijn gemeente? Openbaring 2:1 Schrijf aan de engel van de gemeente in Efeze: Dit zegt Hij Die de zeven sterren in Zijn rechterhand houdt, Die te midden van de zeven gouden kandelaren wandelt: In de boodschap aan de gemeente te Efeze wordt Christus voorgesteld als Eén, die zeven sterren in zijn rechterhand houdt en wandelt tussen de zeven gouden kandelaren. Hij wordt voorgesteld als één die daartussen “wandelt”, waarmee zijn voortdurende ijver ten behoeve van Zijn gemeente wordt aangeduid. Hij die Israël bewaart, slaapt noch sluimert. Hij wordt ook niet onverschillig. Reden voor ons als zijn navolgers om het grote voorrecht niet uit het oog te verliezen dat wij licht ontvangen van de Bron van alle licht, om dat op hun beurt door te geven aan hen voor wie zij werken. Christus wandelt in het midden van Zijn gemeenten over de lengte en breedte der aarde. Hij ziet met intense belangstelling toe of Zijn volk in een zodanige geestelijke staat verkeert dat het Zijn koninkrijk kan bevorderen. Hij is in elke bijeenkomst van de gemeente tegenwoordig. Hij kent degenen, wier harten hij kan vullen met heilige olie, opdat zij die aan anderen kunnen meedelen. Zij, die getrouw het werk van Christus voorwaarts doen gaan doordat zij in woord en daad Gods karakter vertegenwoordigen, vervullen het doel dat God met hen heeft en Christus schept behagen in hen 2
Les 35 De brieven aan de zeven gemeenten
Waar verwijst het getal zeven in dit verband naar? Openbaring 2:1 Schrijf aan de engel van de gemeente in Efeze: Dit zegt Hij Die de zeven sterren in Zijn rechterhand houdt, Die te midden van de zeven gouden kandelaren wandelt: De namen van de zeven gemeenten zijn symbolisch voor de kerk in de verschillende perioden van het christelijk tijdperk. Het getal zeven duidt volmaaktheid aan en wil zeggen dat de boodschappen reiken tot de tijd van het einde, terwijl de gebruikte symbolen de toestand van de kerk aangeven tijdens verschillende perioden in de wereldgeschiedenis. Christus wordt gezien, terwijl Hij wandelt te midden van de gouden kandelaren. Op deze wijze wordt Zijn verhouding tot de gemeente gesymboliseerd. Hij is voortdurend in gemeenschap met Zijn volk. Hij kent hun ware toestand. Hij slaat hun gedrag, hun vroomheid, hun toewijding gade. Hoewel Hij Hogepriester en Middelaar is in het heiligdom hierboven, wordt Hij toch voorgesteld als wandelende te midden van Zijn gemeenten op aarde. 3
Les 35 De brieven aan de zeven gemeenten
Wat is dankzij de blijvende zorg van Jezus een feit? Openbaring 2:1 Schrijf aan de engel van de gemeente in Efeze: Dit zegt Hij Die de zeven sterren in Zijn rechterhand houdt, Die te midden van de zeven gouden kandelaren wandelt: Met onvermoeide waakzaamheid en aanhoudende oplettendheid ziet Hij toe of het licht van Zijn wachters donkerder wordt of uitgaat. Als de kandelaren waren overgelaten aan menselijke zorg, zou de flikkerende vlam kwijnen en uitdoven; maar Hij is de trouwe wachter in 's Heren huis, de ware Huismeester in de tempelhoven. Zijn blijvende zorg en ondersteunende genade zijn de bron van leven en licht. Christus wordt voorgesteld met de zeven sterren in Zijn rechterhand. Dit is voor ons de verzekering dat een gemeente die trouw is aan haar opdracht, geen vrees hoeft te koesteren voor haar ondergang. Want geen enkele ster die beschermd wordt door de Almachtige, kan uit de hand van Christus gerukt worden. 4
Les 35 De brieven aan de zeven gemeenten
Wie schenkt ons hemels licht? Openbaring 2:1 Schrijf aan de engel van de gemeente in Efeze: Dit zegt Hij Die de zeven sterren in Zijn rechterhand houdt, Die te midden van de zeven gouden kandelaren wandelt: Deze woorden werden gesproken tot de leiders, zij die zware verantwoordelijkheden van God te dragen gekregen hebben. De sterren van de hemels staan onder Zijn toezicht. Hij verschaft hun licht. Hij leidt en bestuurt hun wegen. Ware, dit niet het geval, dan zouden het vallende sterren worden. Zijn dienstknechten zijn instrumenten in Zijn handen en al het goede dat zij doen, wordt gedaan door Zijn macht. Door hen doet Hij Zijn licht schijnen. De Heiland moet hun bekwaamheid zijn. Als zij naar Hem opzien zoals Hij opzag naar de vader, zullen zij instaat gesteld worden om Zijn werk te doen. Als zij hun vertrouwen stellen op God, zal Hij door hen Zijn licht weerkaatsen naar de wereld.
5
De gemeente Efeze periode 31-100 na Christus
Hoe was het geestelijke leven in Efeze? Openbaring 2:2,3 Ik ken uw werken, uw inspanning en uw volharding, en weet dat u slechte mensen niet kunt verdragen, en dat u hen op de proef hebt gesteld die van zichzelf zeggen dat zij apostelen zijn, maar het niet zijn, en dat u hebt ontdekt dat zij leugenaars zijn. 3 En u hebt moeilijkheden verdragen, en volharding getoond. Om Mijn Naam hebt u zich ingespannen en u bent niet moe geworden.
In Openbaring 2:1-7 vinden wij de eerste brief, die gericht is tot de gemeente Efeze, een belangrijke haven- en handelsstad aan de westkust van Klein-Azië in de huidige provincie Izmir in Turkije. Hoewel de brief specifiek gericht was aan Efeze, had deze toch ook tot doel dat het zou circuleren onder de andere bestaande gemeenten. In deze brief noemt Jezus door middel van Johannes als kenmerken vele positieve eigenschappen. De eerste ervaring van de gemeente te Efeze leidde tot goede werken. God schiep behagen in het feit, dat Zijn gemeente het licht van de hemel weerkaatste door de geest van Christus te openbaren in tederheid en medeleven. De liefde die in het hart van Christus aanwezig was, de liefde die Hem ertoe bracht Zichzelf te geven als offer voor de mensheid en vol verdraagzaamheid de smaad van de mensen te ondergaan, zover zelfs, dat men Hem een duivel noemde, die liefde, die Hem aanspoorde om machtige werken van genezing te verrichten tijdens Zijn dienstwerk - dit was de liefde, die openbaar moest zijn in het leven van de discipelen. 6
De gemeente Efeze periode 31-100 na Christus
Wat wordt bedoeld met het verlaten van uw 1e liefde? Openbaring 2:4,5 Maar Ik heb tegen u dat u uw eerste liefde hebt verlaten. 5 Bedenk dan van welke hoogte u bent gevallen en bekeer u en doe de eerste werken. Maar zo niet, dan kom Ik spoedig bij u en zal uw kandelaar van zijn plaats wegnemen, als u zich niet bekeert.
Jezus maakt ook gewag van een minpunt: het was op den duur een gemeente geworden zonder hartstocht. Efeze wordt gewaarschuwd voor het verval wat in de dagen van Johannes optrad. De gelovigen in Efeze lieten na om Christus'medeleven en tederheid te koesteren. Het eigen ik, zoals dat naar voren kwam in de overgeërfde karaktertrekken, verdierf de beginselen van de grootse, goede werken, die de leden van de gemeente Efeze kenmerkten als christenen. De liefde waardoor de Heiland gedreven werd om voor ons te sterven, werd niet ten volle in hun leven geopenbaard. Zij waren niet in staat de naam van de Verlosser eer toe te brengen. Naarmate zij hu eerste liefde verloren, nam hun kennis toe van wetenschappelijke theorieën, bedacht door de vader van de leugen (de duivel). De eerste liefde van iemand die zich tot Christus heeft bekeerd, is diep, volkomen en vurig. Het is niet noodzakelijk dat deze liefde afneemt naarmate de kennis groeit en meer licht hem bestraalt. Deze liefde moet vuriger worden naarmate hij zijn Heer beter leert kennen. Het is onze taak om onze speciale tekortkomingen en zonden, die duisternis en geestelijke zwakheid veroorzaken en onze liefde doven, te kennen 7
De gemeente Efeze periode 31-100 na Christus
Wat houdt de foute leer van de Nicolaïten in? Openbaring 2:6,7 Maar dit hebt u vóór, dat u de werken van de Nikolaïeten haat, die ook Ik haat. 7 Wie oren heeft, laat hij horen wat de Geest tegen de gemeenten zegt. Wie overwint, hem zal Ik te eten geven van de Boom des levens, die midden in het paradijs van God staat.
Nu wordt overwegend geleerd dat
het evangelie van Christus de wet van God teniet heeft gedaan; dat wij door “te geloven” bevrijd zijn van de noodzaak om daders des Woords te zijn. Maar dit is de leer der Nicolaïeten, die Christus zo ongenadig veroordeelde
De bladeren van de boom des levens. Moeten wij wachten tot wij opgenomen zijn eer wij van de bladeren van de boom des levens kunnen eten? Wie de woorden van Christus opneemt in zijn hart, weet wat het zeggen wil te eten van de bladeren van de boom des levens (Johannes 6:33-63 aangehaald). Als de gelovige door gemeenschap met de Geest zijn hand op de waarheid zelf kan leggen en deze op prijs kan stellen, eet hij het brood dat uit de hemel neerdaalt. Het leven van Christus wordt het Zijne en hij stelt het grote offer dat voor het zondig mensdom gebracht is, op prijs. De kennis die van God afkomstig is, is het brood des levens. Het zijn de bladeren van de boom des levens, die dienen tot genezing van de volkeren. De stroom van geestelijk leven doortrilt het hart als de woorden van Christus worden geloofd en in praktijk worden gebracht. Op deze wijze worden wij één met Christus. De zwakke ervaring wordt gesterkt. Het eeuwige leven is voor ons als wij het begin van ons vertrouwen tot het einde toe vasthouden. 8
De gemeente Smyrna periode 100-323 na Christus
Wat wordt over Smyrna gezegd? Openbaring 2:8 En schrijf aan de engel van de gemeente in Smyrna: Dit zegt de Eerste en de Laatste, Die dood is geweest en weer levend is geworden: De gemeente die na Efeze komt als een van de 7 gemeenten is Smyrna. Deze stad lag op ca. 55km ten noorden van Efeze. In elke brief aan de zeven gemeenten noemt Jezus positieve en of negatieve dingen op. Bij Smyrna noemt de Here nagenoeg geen negatieve punten op. Het karakter van de Smyrna-gemeente, het tijdperk van de vroegchristelijke kerk, toont aan dat de apostolische kerk de boodschap die Jezus haar zond, verstaan en begrepen heeft. Zij heeft haar goede eigenschappen, haar ijver, haar volharding niet opgegeven maar is teruggekeerd naar de eerste liefde. De gemeente in Smyrna maakte hetzelfde mee als Jezus had meegemaakt toen Hij op aarde was. Ze was rijk, zegt Jezus, maar dat kon als gemeente die onder druk stond van vervolging zeker geen materiële rijkdom zijn. Wat een groot contrast vinden we hier met de laatste van de zeven gemeenten: Laodicéa. Deze gemeente denkt rijk te zijn, maar in werkelijkheid zijn ze in Gods ogen arm, blind en naakt. Met Smyrna is het precies andersom. 9
De gemeente Smyrna periode 100-323 na Christus
Wat wordt bedoeld met de synagoge van Satan? Openbaring 2:9 9 Ik ken uw werken, verdrukking en armoede – u bent echter rijk – en Ik ken de lastering van hen die zeggen dat zij Joden zijn, maar het niet zijn; zij zijn namelijk een synagoge van de satan.
Christus spreekt over de gemeente waarover Satan heerst als de synagoge van Satan. De leden ervan zijn de kinderen der ongehoorzaamheid. Dat zijn degenen, die de zonde kiezen, die werken om Gods heilige wet teniet te doen. Het is Satans werk om kwaad met goed te vermengen en het onderscheid tussen goed en kwaad weg te nemen.
Christus wenst een gemeente die werkt om het kwade van het goede te scheiden, waar de leden niet gewillig het verkeerde zullen dulden, maar het met Golds hulp uit hart en leven zullen verdrijven. 10
De gemeente Smyrna periode 100-323 na Christus
Hoeveel jaar duurde de verdrukking van Smyrna? Openbaring 2:10-11 Wees niet bevreesd voor wat u lijden zult. Zie, de duivel zal sommigen van u in de gevangenis werpen, opdat u verzocht wordt. En u zult een verdrukking hebben van tien dagen. Wees trouw tot in de dood, en Ik zal u de kroon van het leven geven. 11 Wie oren heeft, laat hij horen wat de Geest tegen de gemeenten zegt. Wie overwint, zal zeker geen schade toegebracht worden door de tweede dood.
De gemeente stond onder druk, en zou nog veel meer gaan lijden, hetgeen 10 dagen zou duren. Deze periode doet ons denken aan Daniël 1:12 waar ook een tijd van 10 dagen van beproeving wordt weergegeven. Deze periode van beproeving zou voor de gemeente te Smyrna kort, maar krachtig zijn. Door de vervolging is de gemeente arm. Wat zij heeft wordt haar ontnomen, maar toch is zij rijk, rijk in liefde en goede werken. Zij breidt zich uit en het blijkt dat het bloed van de martelaren het zaad van de kerk is. Hij die Zelf dood geweest is en weer leeft houdt de gemeente in zijn hand. Deze gemeente zal uiteindelijk 10 dagen verdrukt worden. Onder keizer Diocletianus werd de gemeente 10 dagen, dat is volgens het jaar/dag principe 10 jaar, gruwelijk vervolgd. Dat was van 302 t/m 312 n.Chr. De keizer was vastbesloten om de christenen met wortel en al uit te roeien. Maar ook nu werd de gemeente niet overweldigd door de poorten van de hel. 11
Derde brief: aan Pergamus periode 323-538 na Christus
Wat gebeurde er in de overgangstijd van Smyrna naar Pergamum?
Tijdens deze tien dagen vonden er bepaalde ontwikkelingen in het Romeinse rijk plaats die het christendom voor altijd een geheel ander aanzien zouden geven. Diocletianus reorganiseerde zijn rijk en verdeelde het onder vier ‘onderkeizers’ (satrapen). Nadat deze reorganisatie doorgevoerd was deed hij plotseling afstand van de troon en waren er 4 keizers in het Romeinse rijk. In 308 waren het er al zes. Er kwam een grote burgeroorlog. In deze burgeroorlog waren er twee keizers, Constantijn en Licinius, die zich tot het christendom wendden, het christendom in de persoon van de bisschop van Rome. Het christendom werd op een ‘verhevenheid’, (de betekenis van het woord Pergamum), geplaatst en ontving van de keizers godsdienstvrijheid, in die zin dat de staat zich met het christendom verbond.
12
Derde brief: aan Pergamus periode 323-538 na Christus
Wat wordt er aangegeven over Pergamum? Openbaring 2:12, 13 En schrijf aan de engel van de gemeente in Pergamus: Dit zegt Hij Die het tweesnijdende, scherpe zwaard heeft: 13 Ik ken uw werken en weet waar u woont, namelijk waar de troon van de satan is. U houdt vast aan Mijn Naam, en u hebt het geloof in Mij niet verloochend, zelfs niet in de dagen van Antipas, Mijn trouwe getuige, die gedood werd bij u, waar de satan woont.
Pergamum was een koninklijke stad in Klein-Azië, gebouwd op een steile rots, zij werd als oninneembaar aanzien. Daar bevonden zich prachtige tempels. Ondanks de woelige dagen in die tijd stelt Jezus:
U houdt vast aan Mijn Naam, en u hebt het geloof in Mij niet verloochend Ook nu was er gevaar op de loer: Hij die het tweesnijdend scherpe zwaard heeft"... Jezus treedt streng op, zijn taal wordt scherp, zijn machtwoord is als een tweesnijdend zwaard dat zijn gerechtelijke autoriteit openbaart tegenover het menselijk gezag dat het goddelijke verdringt. 13
Derde brief: aan Pergamus periode 323-538 na Christus
Kan een mens twee heren dienen? Openbaring 2:14, 15 Maar Ik heb enkele dingen tegen u, namelijk dat u daar mensen hebt die zich houden aan de leer van Bileam, die Balak leerde voor de Israëlieten een struikelblok neer te leggen, opdat zij afgodenoffers zouden eten en hoererij bedrijven. 15 Zo hebt u er ook die zich houden aan de leer van de Nikolaïeten en dat haat Ik.
De strijd tussen het Rijk Gods en het Rijk dezer wereld - een strijd die alle eeuwen door blijft woeden - had zich ongenadig geopenbaard. Satan had getracht het christendom te verdelgen door gruwelijke vervolging, maar het tegendeel had zich voorgedaan. De dag brak aan dat Konstantijn de Grote het toneel betrad, deze was zich bewust dat het zelden voordelig is martelaren te maken; als erkentelijke bontgenoten zouden de christenen zijn plannen beter dienen. Hij zag in dat het christendom de enige band was die de uit-zijn-voegen-geraakte-structuur van zijn Rijk kon samenhouden, hij was de kerk dan ook vriendelijk gezind en trad op als haar beschermer. De geweldige spanning tussen de twee werelden verdween. Nog jong en onervaren, ging Jezus' bruid op de arm van de keizer leunen. Beschermd door de wetgevende en militaire macht, gesteund door de gelden van de staat, zou zij aldus de triomf van het evangelie kunnen bespoedigen, zo dacht zij. Maar men kan geen twee heren dienen; langzamerhand liet zij de almachtige arm van haar hemelse Bruidegom los, en kwam ten volle terecht in de branding van het wereldleven. 14
Derde brief: aan Pergamus periode 323-538 na Christus
Welke instantie ging de Bijbelvaste gelovige vervolgen? Elk gemeentelid, een priester en elke handeling van een gelovige, een geestelijke handeling, werd in die tijd weggedaan uit de kerk. God kon niet gediend worden door gewone leden in hun dagelijks werk. Het monnikenwezen kwam op, de heiligen begonnen voorbede te doen en diegenen, die een ambt hadden in de kerk behoorden voortaan tot de geestelijke stand. En wat gebeurde er met de mensen die het hier niet mee eens waren? Die werden gedood.
De kerk zelf werd vervolger. In 385 had de eerste terechtstelling plaats van ketters, alleen om hun geloofswil. Dat waren de eerste slachtoffers om hun protesteren tegen de afval. Hier zou het echter niet bij blijven. Vanaf nu zouden de ketters terechtgesteld worden en dat zou alleen maar erger worden. In dit tijdvak groeide de kerkelijke hiërarchie verder uit, totdat uiteindelijk de hele kerk georganiseerd was, natuurlijk onder de paus van Rome. Maar ook de ketters organiseerden zich opnieuw en staan in de geschiedenis bekend als de Katharen, de Waldenzen, de Albigenzen en vele andere namen.
15
Vierde brief: aan Thyatira periode 538-1798 na Christus
Welke instantie overheerste in de Tyatira-periode? Openbaring 2:18-21 18 En schrijf aan de engel van de gemeente in Thyatira: Dit zegt de Zoon van God, Die ogen heeft als een vuurvlam en voeten als blinkend koper: 19 Ik ken uw werken, de liefde, het dienstbetoon, het geloof, uw volharding en uw werken, en ook dat de laatste meer zijn dan de eerste. 20 Maar Ik heb enkele dingen tegen u: dat u de vrouw Izebel, die van zichzelf zegt dat zij een profetes is, ongemoeid haar gang laat gaan om te onderwijzen en Mijn dienstknechten te misleiden, zodat zij hoererij bedrijven en afgodenoffers eten. 21 En Ik heb haar tijd gegeven, opdat zij zich van haar hoererij zou bekeren, maar zij heeft zich niet bekeerd. Dit tijdvak begint in 538 toen de eenheid van kerk belichaamd werd in de paus. Hij werd het hoofd van alle kerken, alle godsdiensten en alles wat daarbuiten was, was in feite vogelvrij. De gemeente van Pergamum was daar waar de troon van satan was, de Tyatira-gemeente bevind zich daar waar Izebel, de profetes is. Wij kunnen ons vandaag de dag de toestand niet meer voorstellen die in de middeleeuwen heerste. De
Roomskatholieke kerk was overal, in elke stad, in elk dorp, hoe klein ook. Zij bezat een soort van ‘alomtegenwoordigheid’.
De ‘Tyatira-periode’ was er tijdens de pauselijke overheersing. 16
Vierde brief: aan Thyatira periode 538-1798 na Christus
Waar is Izebel symbool en type van? Openbaring 2:20 Maar Ik heb enkele dingen tegen u: dat u de vrouw Izebel, die van zichzelf zegt dat zij een profetes is, ongemoeid haar gang laat gaan om te onderwijzen en Mijn dienstknechten te misleiden, zodat zij hoererij bedrijven en afgodenoffers eten. Wij raken hier het centrale punt aan van de boodschap aan Tyatira, die de langste is van de boodschappen aan de zeven gemeenten. De Oudtestamentische Jezabel wordt hier in deze brief van Jezus naar voren gebracht als symbool en type van wat zich zou voordoen gedurende de 1260 jaren van pauselijke heerschappij. Iezabel was een Phenicische prinses, wreed en afgodisch, die door Achab, koning van Israël tot vrouw werd genomen. Zij overheerste de koning en
speelde de grootste rol in het vermengen van de ware godsdienst met de dienst van Baal en Astarte. Zij gaf haar bevelen, bekrachtigd met het zegel van de koning om rechtvaardigen ter dood te brengen. 17
Vierde brief: aan Thyatira periode 538-1798 na Christus
Wat hebben de tijd van Izebel en de Middeleeuwen gemeen? Openbaring 2:21 21 En Ik heb haar tijd gegeven, opdat zij zich van haar hoererij zou bekeren, maar zij heeft zich niet bekeerd.
De altaren van God werden afgebroken, heidense tempels werden opgericht, zij deed de profeten des Heren doden en leidde gans Israël in afgoderij. Het was de periode van het meest tragisch verval van het uitverkoren volk. Datzelfde speelde zich af in het christendom tijdens de donkere Middeleeuwen. Bijna elke evangeliewaarheid werd verdonkerd, de eenvoudige instellingen van Jezus werden verdrongen door heidense weelde en ceremoniën; zowel de vensters naar de hemel als de vensters van de hemel werden gesloten. Geestelijke leiders namen de plaats van Jezus in, men moest de mens meer gehoorzamen.
18
Vierde brief: aan Thyatira periode 538-1798 na Christus
Hoe werd de RK-kerk genoemd in de Tyatira-periode? Openbaring 2:22-25 Zie, Ik werp haar te bed met hen die overspel met haar plegen, in grote verdrukking, als zij zich niet bekeren van hun werken. 23 En haar kinderen zal Ik door de dood ombrengen, en alle gemeenten zullen weten dat Ik het ben Die nieren en harten doorzoek, en Ik zal u geven eenieder naar uw werken. 24 Maar Ik zeg tegen u, en tegen de overigen in Thyatira, voorzover zij deze leer niet hebben en zij, zoals zij dat noemen, de diepten van de satan niet hebben leren kennen: Ik zal u geen andere last opleggen 25 dan deze: Houd vast aan wat u hebt totdat Ik kom.
Die ene kerk heerste en beheerste het gehele godsdienstige leven. Deze kerk werd in het vorige tijdvak ‘een vervolgende kerk’. Iedereen die het niet eens was met deze kerk werd als ketter weggevaagd. Het was een tijd als in de dagen van Achab, Izebel en Elia. De profeten des Heren moesten zich verbergen. 19
Vierde brief: aan Thyatira periode 538-1798 na Christus
Wat was de beloning van de gelovigen in die tijd? Openbaring 2:26-29 26 En wie overwint en wie Mijn werken tot het einde toe in acht neemt, hem zal Ik macht geven over de heidenvolken. 27 En hij zal hen hoeden met een ijzeren staf – zij zullen als kruiken van een pottenbakker verbrijzeld worden – zoals ook Ik die macht van Mijn Vader heb ontvangen.
28 En Ik zal hem de morgenster geven. 29 Wie oren heeft, laat hij horen wat de Geest tegen de gemeenten zegt. Zij leefden teruggetrokken bij een beekje in de bergen waar de raven voedsel brachten. Geen wonder dat Elia dacht; ‘ik alleen ben overgebleven’. Maar de profeet kreeg als antwoord: “Doch Ik zal in Israël zevenduizend overlaten, alle knieën die zich niet gebogen hebben voor Baäl, en elke mond die hem niet gekust heeft.” -1 Koningen 19:18 Gedurende deze tijd was er een gemeente van God, maar zij bevond zich in de woestijn. Verborgen in de bergen op afgelegen plaatsen. Als men de Bijbel wilde lezen dan moest men eerst de deuren sluiten. Als men zendingswerk wilde verrichten moest men de afschriften van de evangeliën verbergen onder de koopwaar. 20
Vijfde brief: aan Sardis periode 1798-1833 na Christus
Wat ontwikkelt zich in de periode van Sardes? Openbaring 3:1-2 En schrijf aan de engel van de gemeente in Sardis: Dit zegt Hij Die de zeven Geesten van God heeft en de zeven sterren: Ik ken uw werken, en weet dat u de naam hebt dat u leeft, maar u bent dood. 2 Wees waakzaam en versterk het overige dat dreigt te sterven, want Ik heb uw werken niet vol bevonden voor God. Daarmee komen wij in een nieuwe periode. Een periode die gekenmerkt wordt door ‘vernieuwing’, de betekenis van het woord Sardes. De kerkhervorming begint. Johannes Hus, John Wyclif, Maarten Luther, Johannes Calvijn, Menno Simons en vele, vele anderen begonnen een nieuw tijdperk, niet alleen in de kerk, maar ook in de wereld. Wel bleef de ‘valse’ profetes Izebel profeteren, maar men keerde zich openlijk tegen haar. Geleidelijk vond men de waarheden terug die verloren waren gegaan. De gemeente krijgt een belangrijke raadgeving. Bedenkt dan hoe gij het gehoord hebt en ontvangen’. Men ging weer terug naar de bron, het Nieuwe Testament en de vroege christelijke kerk. Men begon weer waar het evangelie begint. Onze zonden werden Christus toegerekend, opdat de gerechtigheid van Christus ons toegerekend kan worden. Christus nam deel aan de menselijke natuur opdat wij deel hebben aan de‘ goddelijke natuur. De ‘Sardes-periode’ was de periode van het protestantisme. 21
Vijfde brief: aan Sardis periode 1798-1833 na Christus
Wat was de beloning van de gelovigen in die tijd? Openbaring 3:3, 4 Bedenk dan hoe u het hebt ontvangen en gehoord, en houd het vast en bekeer u. Als u dan niet waakzaam bent, zal Ik bij u komen als een dief en u zult beslist niet weten op welk uur Ik bij u zal komen. 4 Maar u hebt ook in Sardis enkele personen die hun kleren niet bevlekt hebben, en zij zullen met Mij wandelen in witte kleren, omdat zij het waard zijn.
Deze woorden zijn gegeven voor het volk, terwijl zij in verbinding staan met de wereld, onderworpen aan verzoekingen en invloeden die bedriegen en misleiden. Terwijl hun geest gericht is op Hem, die hun zon en schild is, zal de zwartheid en duisternis die hen omringt geen enkele smet op hun karakter achterlaten. Zij zullen met Christus wandelen. Zij zullen bidden, geloven en werken om zielen te redden, die op het punt staan verloren te gaan. Zij proberen de banden te verbreken, waarmee Satan hen heeft gekluisterd en zij zullen niet te schande worden gemaakt als zij in geloof Christus tot hun Metgezel maken. Verzoekingen en verleidingen zullen steeds door de grote bedrieger naar voren worden gebracht om het werk van de menselijke helper teniet te doen, maar als hij op God vertrouwt, als hij ootmoedig, zachtmoedig en nederig van hart is en de weg des Heren bewaart, zal de hemel zich verblijden, want hij. zal de overwinning behalen. God zegt: “Hij zal met Mij in witte klederen wandelen, omdat hij het waardig is”. Toch werden niet alle leerstellingen opnieuw getoetst aan het woord en aan de leer van de vroeg christelijke kerk. De sabbat, de doop, de vrije genade en vele, vele andere zaken zijn niet echt teruggevonden. Het duurde honderden jaren voordat men alles weer teruggevonden had. 22
Vijfde brief: aan Sardis periode 1798-1833 na Christus
Waar zal de overwinnaar over de zonde mee bekleed worden? Openbaring 3:5, 6 Wie overwint, zal bekleed worden met witte kleren en Ik zal zijn naam beslist niet uitwissen uit het boek des levens, maar Ik zal zijn naam belijden voor Mijn Vader en voor Zijn engelen. 6 Wie oren heeft, laat hij horen wat de Geest tegen de gemeenten zegt.
In de boodschap aan de gemeente Sardis worden twee groepen voorgesteld zij, die de naam hebben te leven, maar dood zijn; en zij die ernaar streven te overwinnen Velen bleven halverwege steken. Zij verborgen zich in hun geloofbelijdenis. Zij verborgen zich in een geloofsbelijdenis, hingen een dode orthodoxie aan. ‘Gij hebt de naam dat gij leeft, maar gij zijt dood’. Maar zoals in alle perioden waren er ook nu mensen die luisterden naar de boodschappen die van God bleven komen. Naarmate de tijd vorderde, stichtten zij broedergemeenten waar de partijgeest uitgebannen was. Zij stichtten zendingsgenootschappen, bijbelgenootschappen enz. Toen Izebel op het ziekbed geworpen werd in 1798, toen zij de dodelijke wond ontving, begon men ook de profetieën beter te bestuderen. Dit alles leidde een nieuw tijdperk in. Bij de namen van allen die hun zonden hebben beleden en het verzoenend bloed van Christus hebben aangenomen, staat in de boeken des hemels genoteerd dat ze vergiffenis hebben ontvangen. Daar zij met Christus' gerechtigheid zijn bekleed en hun karakter in harmonie is met Gods wet, zullen hun zonden worden uitgewist en zullen ze »waardig worden gekeurd" om het eeuwig leven te hebben. God heeft bij monde van de profeet Jesaja gezegd: „Ik, Ik ben het, die uw overtredingen uitdelg om Mijnentwil en Ik gedenk uw zonden niet" (Jesaja 43:25). Jezus zei: „Wie overwint, zal aldus bekleed worden met witte klederen, en Ik zal zijn naam geenszins uitwissen uit het boek des levens, maar Ik zal zijn naam belijden voor mijn Vader en voor de engelen".
23
Zesde brief: aan Filadelfia periode 1833-1844 na Christus
Welke schitterende boodschap is te lezen in Openbaring 3:7-8? Openbaring 3:7,8 En schrijf aan de engel van de gemeente in Filadelfia: Dit zegt de Heilige, de Waarachtige, Die de sleutel van David heeft, Die opent en niemand sluit, en Hij sluit en niemand opent: 8 Ik ken uw werken. Zie, Ik heb voor uw ogen een geopende deur gegeven en niemand kan die sluiten, want u hebt weinig kracht en toch hebt u Mijn Woord in acht genomen en Mijn Naam niet verloochend. De studie van de profetieën en de adventbeweging die daarvan het gevolg was, had als middelpunt van al haar hoop de wederkomst van Christus. De profetieën leerden dat de Heer zou komen in 1843 1844. Overal ging de boodschap rond en de mensen begonnen in te zien dat de wederkomst voorbereiding vereist. Eén van de belangrijkste dingen is de onderlinge eenheid. Hoe kan bewezen worden dat ik God liefheb? Alleen door de broeders lief te hebben. Broederliefde is de voornaamste toets van discipelschap. Lees daarvoor de eerste brief van Johannes.
De ‘Filadelfia-periode’ is identiek aan de gemeente der verzegelden. 24
Zesde brief: aan Filadelfia periode 1833-1844 na Christus
Wat is bij verzoeking essentieel en heeft eeuwigheidswaarde? Openbaring 3:9, 10 Zie, Ik geef u enigen uit de synagoge van de satan, van hen die zeggen dat zij Joden zijn en het niet zijn, maar liegen. Zie, Ik zal maken dat zij komen en aan uw voeten aanbidden en erkennen dat Ik u liefheb. 10 Omdat u het woord van Mijn volharding hebt bewaard, zal Ik ook u bewaren voor het uur van de verzoeking, die over heel de wereld komen zal, om hen die op de aarde wonen te verzoeken. Alle onderlinge twisten werden bijgelegd, scheidsmuren opgetrokken of afgebroken door geloofsbelijdenissen. De studie van de profetie en de verwachting van de komende Heer ging door alle kerken en geloofsgemeenschappen. Maar men werd teleurgesteld. In plaats van de komst van Jezus naar de aarde om zijn kinderen op te halen, werd er een deur geopend in de hemel. Hij die de sleutel van David had, kwam niet terug, maar begon een nieuw dienstwerk, een werk van oordeel en verzoening in het heilige der heiligen van de hemelse tempel. 25
Zesde brief: aan Filadelfia periode 1833-1844 na Christus
Wie zal spoedig komen? Openbaring 3:11-13
Zie, Ik kom spoedig. Houd vast wat u hebt, opdat niemand uw kroon zal wegnemen. 12 Wie overwint, hem zal Ik tot een zuil in de tempel van Mijn God maken, en hij zal daaruit niet meer weggaan. En Ik zal de Naam van Mijn God op hem schrijven en de naam van de stad van Mijn God, het nieuwe Jeruzalem, dat neerdaalt uit de hemel, bij Mijn God vandaan, en Mijn nieuwe Naam. 13 Wie oren heeft, laat hij horen wat de Geest tegen de gemeenten zegt. Want hoewel er grondig werk was verricht en de broederliefde hersteld was, was in het licht van Gods oordeel, in het oog van God, de gemeente nog steeds ‘ellendig, arm, jammerlijk, blind en naakt’. Er moest voordat de gemeente bestaan kon een oordeel plaats vinden. In dit oordeel moet de gemeente gerechtvaardigd worden.
26
Zevende brief: aan Laodicea periode 1844-einde der tijden
Wat is in de hemel gaande tijdens de Laodicea-periode? Openbaring 3:14-16 En schrijf aan de engel van de gemeente in Laodicea: Dit zegt de Amen, de getrouwe en waarachtige Getuige, het begin van Gods schepping: 15 Ik ken uw werken, en weet dat u niet koud en niet heet bent. Was u maar koud of heet! 16 Maar omdat u lauw bent en niet koud en ook niet heet, zal Ik u uit Mijn mond spuwen.
De ‘Laodicea-periode’ is de periode van het volk dat leeft tijdens het onderzoekend oordeel. Er kwam een nieuwe boodschap. Een boodschap die gericht is aan een volk in het oordeel. Een gemeente die licht ontvangen heeft over de dienst van Jezus in het hemels heiligdom. In het licht van het oordeel, in het licht van de tweede komst en in het licht van het strenge onderzoek van Gods gerechtigheid, is elke wedergeborene, hoewel een nieuwe schepping, ‘ellendig, jammerlijk, arm, blind en naakt’. Halfslachtige christenen zijn erger dan ongelovigen; want hun bedrieglijke woorden en hun positie die zich tot niets verbinden, leiden velen op een dwaalspoor. De ongelovige laat zien wie hij is. De lauwe christen bedriegt beide partijen. Hij is geen goede wereldling en ook geen goed christen. Satan gebruikt hem om zijn werk te doen, dat niemand anders kan doen. 27
Zevende brief: aan Laodicea periode 1844-einde der tijden
Wat is het werk van Jezus tijdens de Laodicea-periode? Openbaring 3:17-19 Want u zegt: Ik ben rijk en steeds rijker geworden en heb aan niets gebrek, maar u weet niet dat juist u ellendig, beklagenswaardig, arm, blind en naakt bent. 18 Ik raad u aan dat u van Mij goud koopt, gelouterd door het vuur, opdat u rijk wordt, en witte kleren, opdat u bekleed bent en de schande van uw naaktheid niet openbaar wordt. En zalf uw ogen met ogenzalf, opdat u zult kunnen zien. 19 Ieder die Ik liefheb, wijs Ik terecht en bestraf Ik. Wees dan ijverig en bekeer u. De enige hoop ligt bij het betreden van de open deur, door in geloof binnen te gaan daar waar Jezus nu is en deel te hebben aan de weldaden van het verzoeningswerk dat daar verricht wordt:
* het uitdelgen van de zonde * het deelhebben aan de spade regen * het ontvangen van het zegel van de levende God De boodschap aan de gemeente van Laodicea is van toepassing op onze toestand. Hoe duidelijk wordt de positie getekend van hen, die menen dat zij alle waarheid hebben, die prat gaan op hun kennis van het Woord van God, terwijl de heiligende kracht ervan niet gevoeld wordt in hun leven. Het vuur van Gods liefde ontbreekt in hun hart, terwijl het juist dit vuur der liefde is, dat Gods volk tot het licht van de wereld maakt. 28
Zevende brief: aan Laodicea periode 1844-einde der tijden
Wat ontvangt de gelovige, die samen met Jezus overwint? Openbaring 3:20-21
Zie, Ik sta aan de deur en Ik klop. Als iemand Mijn stem hoort en de deur opent, zal Ik bij hem binnenkomen en de maaltijd met hem gebruiken, en hij met Mij. 21 Wie overwint, zal Ik geven met Mij te zitten op Mijn troon, zoals ook Ik overwonnen heb, en Mij met Mijn Vader op Zijn troon gezet heb. De waarachtige Getuige zegt: “Zie, Ik sta aan de deur en Ik klop.” Elke waarschuwing, elke vermaning en smeekbede in Gods Woord of door Zijn boodschappers is een klop op de deur van het hart; het is de stem van Jezus die vraagt toegelaten te worden. Telkens als geen acht wordt geslagen op dit kloppen, wordt uw voornemen om open te doen zwakker en zwakker. Als niet dadelijk gehoor wordt gegeven aan de stem van Jezus, gaat die stem op in tal van andere stemmen, de zorgen en zaken van de wereld nemen de aandacht in beslag en de overtuiging sterft. Het hart wordt minder ontvankelijk en valt terug in een gevaarlijke onbewustheid van het feit, dat de tijd kort is en van de eeuwigheid die wacht. 29
Zevende brief: aan Laodicea periode 1844-einde der tijden
Welke taak hebben de leden van Gods gemeente? Openbaring 3:20-22
22 Wie oren heeft, laat hij horen wat de Geest tegen de gemeenten zegt. Wij hebben geen ontmoedigende boodschap voor de gemeente. Hoewel vermaningen, waarschuwingen en correcties zijn gegeven, heeft de gemeente toch dienst gedaan als Gods werktuig om het licht te verspreiden.
Het gebodenhoudend volk van God heeft een waarschuwing doen horen aan de wereld, aan alle talen en geslachten. Gods gemeente is een levende getuige, een voortdurende getuigenis om mensen te overtuigen als zij het willen aannemen, om hen te veroordelen als zij het weerstaan en verwerpen. 30