LEREN IN DE STAD Een vakoverstijgende geografische kijk- en veldwerkexcursie in het centrum van Alkmaar
Roger Baltus Sandra ten Brink Henri Heuvelmans Stefan Schuur
Inhoudsopgave pagina 2
Inhoudsopgave A. Opdrachten voor of na de excursie: Kaartlezen met de kaart van Alkmaar Tijdbalk van de stad Met de auto naar de stad B. De route naar het centrum Opdrachten C. In het centrum van de stad Locatie gebonden werkopdrachten: Een kaart maken Oriëntatie op de kaart Niet locatie gebonden werkopdrachten: Belangrijke gevelvormen Wegwijzers en afstand Rekenen in de stad Taal in de stad Locatie gebonden kijkopdrachten: Oud en nieuw: Langestraat Oud en nieuw: Vismarkt Romeinse cijfers Bouwwerken: - Grote Kerk - Molen van Piet - Waaggebouw - Huis met de kogel - Brillesteegbrug - Carillons
3 4 5 6 7 8 8 10 11 13 14 15 16 17 18 19 19 20 20 20 20
Bij dit boekje hoort een kaart. Op die kaart staan nummers in het blauw en groen. Niet alle nummers zullen worden gebruikt in dit boekje. De kaart wordt ook in het derde studiejaar gebruikt maar dan gekoppeld aan andersoortige opdrachten.
2
A. Opdrachten voorafgaand of na de excursie uit te voeren ►Kaartlezen
met de kaart van Alkmaar
1. Bas vraagt de weg van de Augustijnsteeg naar de Veerstraat. a. In welke richting moet Bas dan vooral lopen? b. Leg uit hoe Bas moet lopen door aan te geven hoeveelste straat naar links bij de rotonde etc. 2. Hoe lang is de Lange Straat ongeveer? 3. Op de foto zie je de Accijnstoren (kaartvak E4)
Wanneer is deze foto ongeveer gemaakt? O ochtend O middag O namiddag 4. De molen van Piet stond vroeger aan de rand van de stad. Van welke windrichting kreeg de molen van Piet de hardste wind? O noordoosten wind O noordwesten wind O zuidwestenwind O zuidoostenwind 5 De gemeentereiniging heeft in kaart gebracht waar het meeste afval op de grond wordt gevonden. In wat voor delen van de stad ligt het meeste afval op de grond? 6. a. In verband met zijn geopereerde knie parkeert Sieger zijn auto in de Karperton parkeergarage. Welke winkel is het minst ver lopen voor hem? O V&D in de Ridderstraat O De HEMA in de v.d. Bosch straat O De bibliotheek O De Kaaswinkel in de Koorstraat b. Welke volgorde kan zij het beste aanhouden om de vier bezoekpunten te bezoeken, opdat ze zo min mogelijk hoeft te lopen?
3
►Tijdbalk van de stad Maak een tijdbalk van de geschiedenis van Alkmaar met de zaken die je tijdens de tocht bent tegengekomen. Bijvoorbeeld: - 5 verschillende soorten gevels - Bouwwerken: Dempen grachten Grote Kerk Waaggebouw tram in de stad treinstation - Ontstaan - Oorlog en Overwinning op Spanjaarden - Stadsmuren raken in onbruik - Stadsrechten ….en zo zijn er nog een aantal dingen……die je in de tijd moet kunnen plaatsen.
4
►Met
de auto naar de stad
µ Stefan parkeert overdag 3 uur en 30 minuten. Hoeveel moet hij dan betalen? Sandra parkeert in de avonduren 3 uur en 30 minuten. Hoeveel moet zij dan betalen? µ Maak binnen 1-2 minuten een schatting van de hoeveelheid parkeerplaatsen in een van de parkeergarages in de stad. Leg uit hoe je bij je schatting te werk bent gegaan.
µ Bedenk zelf een rekensom en geef aan voor welke groep deze geschikt is. Geef aan bij welk kerndoel van getallen en bewerkingen je aansluit.
Zorg er voor dat je aansluit op de kerndoelen Getallen en bewerkingen Kerndoel 26 De leerlingen leren structuur en samenhang van aantallen, gehele getallen, kommagetallen, breuken, procenten en verhoudingen op hoofdlijnen te doorzien en er in praktische situaties mee te rekenen. Kerndoel 27 De leerlingen leren de basisbewerkingen met gehele getallen in elk geval tot 100 snel uit het hoofd uitvoeren, waarbij optellen en aftrekken tot 20 en de tafels van buiten gekend zijn Kerndoel 28 De leerlingen leren schattend tellen en rekenen. Kerndoel 29 De leerlingen leren handig optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen. Kerndoel 30 De leerlingen leren schriftelijk optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen volgens meer of minder verkorte standaardprocedures. Kerndoel 31 De leerlingen leren de rekenmachine met inzicht te gebruiken.
5
B. De route naar het centrum De meeste vragen kun je ter plekke beantwoorden, bij sommige moet je literatuur of internet raadplegen. Let op! Op aangeven van de slb’er start je met de route zoals hieronder is aangegeven. L21 en L23 volgen aanvangsroute 1 richting centrum (verplichte opdrachten van bladzijde 8: 1, 2, 3 en 4) Vanuit IPABO rechtsaf: Gabriël Metsulaan [opdracht 1] – Bij kruispunt Hobbemalaan rechtdoor: Blanckerhofweg – Aan het einde bij T-kruising linksaf: van Ostadelaan [opdracht 2] – Bij rotonde rechtdoor: Nicolaas Beetskade – Bij kruispunt Bergerweg rechtsaf, de brug over: Bergerweg – Onder het spoorviaduct door: Bergerweg [opdracht 3] – Bij kruispunt Stationsweg rechtdoor: Scharlo – Bij rotonde rechtdoor: Geesterweg – Bij kruispunt Geestersingel, zebrapad oversteken en brug over: Zevenhuizen [opdracht 4] – Bij kruispunt Geest rechtdoor: Gasthuisstraat – Bij kruispunt Canadaplein rechtdoor: Kerkplein. L22, L24 volgen aanvangsroute 2 richting centrum (verplichte opdrachten van bladzijde 8: 1, 2, 5 en 6) Vanuit IPABO rechtsaf: Gabriël Metsulaan [opdracht 1] – Bij kruispunt Hobbemalaan rechtsaf: Hobbemalaan – Gelijk over de brug linksaf: Van de Veldelaan / Judith Lysterstraat – Bij kruispunt van Ostadelaan rechtdoor: Bloemaertlaan [opdracht 2] – Bij kruispunt Jan de Heemstraat linksaf: Jan de Heemstraat – Na ca. 90 meter, rechtsaf: volg het fietspad onder het spoorviaduct [opdracht 5] – Aan het einde van het fietspad links aanhouden: Fritz Conijnlaan – Bij kruispunt Westerweg linksaf: Westerweg – Bij kruispunt Lindenlaan rechtsaf: Lindenlaan – volg Lindenlaan, gaat over in: Varnebroek – Bij het water rechtsaf: Kennemersingel [opdracht 6] – Na ca. 70 meter linksaf richting brug: Kennemerstraatweg – Ga de brug over: Ritsevoort – volg Ritsevoort, gaat na kruispunt Oude Gracht over in: Koorstraat – Bij kruispunt Langestraat linksaf: Kerkplein.
Beide aanvangsroutes leiden je naar het centrum van Alkmaar. In het centrum doe je met je groepje de opdrachten zoals vermeld vanaf bladzijde 9.
6
[1] Gabriël Metsu was een schilder uit de Gouden Eeuw. 1. Hoe heet de stijlperiode waarin Gabriël Metsu werkte? 2. Waarom was Gabriël Metsu bij zijn opdrachtgevers vooral geliefd? 3. Waarom staat Gabriël Metsu als genreschilder vooral bekend? [2] Aan de overkant van de van Ostadelaan zie je de ‘Geestmolen’ staan. 1. In welk jaar is deze molen gebouwd? 2. Welke polder heeft deze molen vroeger bemalen? 3. Is deze molen een zgn. ‘Binnenkruier’ of een ‘Buitenkruier’ en waarom? [3] Onder het spoor door links zie je een markante watertoren staan. 1. Wat was de functie van dergelijke watertorens? 2. Maak een schatting van de inhoud van de watertank in deze toren. 3. Welk soort water werd in deze watertoren opgeslagen? [4] Direct over de brug zie je rechts, op de hoek van Zevenhuizen en Geest, een laag gebouw met een markante en fraaie gevelsteen boven de deur. Maak een foto van de gevelsteen en beantwoord later de volgende vragen: 1. Wat is de naam van dit gebouw? 2. Welke functie had dit gebouw vroeger? 3. Kun je een verband leggen tussen de naam en de voormalige functie van het gebouw? [5] Zoals in vele steden heeft het eeuwenoude stadspark dat aan deze buurt grenst zijn naam aan deze buurt geleend. Dat kun je nog terugzien in sommige straatnamen. 1. Hoe heet deze buurt? 2. In welke straatnamen kun je dat terugzien? [6] 1. Hoe heet dit water? 2. Wat was vroeger de functie van dit water?
7
In het centrum van de stad (zie kaart centrum) A. locatiegebonden werkopdracht ►1.
Een kaart maken
In de methode aardrijkskundemethode De Blauwe Planeet , groep 5, zie je hoe je een kaart kunt maken van een winkelstraat in het kader van kaartlezen.
8
µ Maak nu een kaartje van de Langestraat vanaf de Payglop naar het zuiden. µ Vragen: 1. Wat valt op aan het soort winkels dat je veel aantreft in de Langestraat? 2. Kun je een verklaring geven voor dit verschijnsel? Noem twee redenen vanuit het oogpunt van de winkelier. 3. Kun je deze winkels ook in een ander deel van Alkmaar tegen komen? Leg uit waarom.
9
►2
Oriëntatie op de kaart (nummer 3 op de aparte kaart)
µ Voorbeeld De onderstaande foto’s zijn genomen op en rond het Waagplein. Geef op de kaart aan waar de fotograaf heeft gestaan toen hij deze foto’s nam. Zet daartoe voor elke foto een stip op de juiste plek op de kaart met het nummer van de bijbehorende foto. µ Opdracht: Maak zelf ongeveer 4 foto’s waarmee je deze opdracht kunt aanvullen. Geef op de kaart aan waar je welke foto hebt gemaakt.
Foto 1
Foto 2
10
B. niet-locatie gebonden werkopdrachten
►4. Belangrijke gevelvormen Veel panden in het centrum van Nederlandse steden hebben typische oude gevels. In elke periode werd een bepaald type gevel veel gebouwd. Wanneer je dus een authentieke gevel ziet is het aannemelijk dat deze is gebouwd in de betreffende periode. Je kunt dus voorzichtig iets zeggen over de leeftijd van de panden.. Op de volgende bladzijde kun je de bijbehorende tijd van de verschillende bouwstijlen achterhalen.
Trapgevel
tuitgevel
halsgevel
klokgevel
lijstgevel
µ In het bovenstaande overzicht zie je de meest voorkomende gevels. Zet de bouwperioden er bij. Gebruik daarvoor onderstaande bron. µ Maak in het centrum van de stad van elk hoofdtype gevel minstens een foto., Noteer het adres, en de vermoedelijke bouwperiode (kijk naar bouwstijl, maar ook de plek in de stad, eventuele jaartallen op de gevels). Maak een collage op een vel A4 of verwerk de foto’s in de tijdbalk.
11
Bronnenmateriaal:
12
►6.
Wegwijzers en afstand bepalen in de straat
WEGWIJZERS/ windrichting µ Waar zal deze wegwijzer ongeveer staan? Hoe komt het dat je dat niet goed te weten kunt komen?
µ Suggestie voor een opdracht (hoef je nu niet uit te voeren) Maak in de stad een foto van een wegwijzer. Geef op de kaart aan waar de wegwijzer staat. Zet de juiste afstanden in de richtingaanwijzers. Met behulp van een fotobewerkingsprogramma kun je deze getallen in de bewegwijzering plaatsen. AFSTAND IN DE STRAAT Kijk aan het begin van de Langestraat (bij de Grote Kerk of bij de Mient) naar het pand van de HEMA (dat is goed te zien aan het uithangsbord). µ Hoe ver schat je dat het uithangbord van de HEMA van jou verwijderd is? µ Hoe kun je met behulp van hulpmiddelen in de straat nagaan hoe ver de afstand is in werkelijkheid (zonder dat je het meetlint op de grond legt of de kaart gebruikt )? Bepaal eerst een strategie en probeer daarna de afstand in de straat na te gaan. Welke strategie heb je gebruikt?
µ Hoe lang is volgens jou de afstand die je bepaald hebt met deze strategie? µ Ga met behulp van de kaart na hoe groot de afstand is: µ Hoe groot zijn de afwijkingen die je hebt gevonden? µ Wat zegt dit over de door jou gevolgde strategieën? (Vat samen wat een goede strategie is om de afstand in stad te schatten.) 13
►7.
Rekenen in de stad
uit Pluspunt µVoorbeeld Bas loopt door Alkmaar. Hij ziet dat er flinke korting wordt gegeven bij H&M.
Opgave: - Hoe groot bedroeg de korting van Bas in euro’s? - Hoe groot was het kortingspercentage van de totale aankoop? µ Opdracht: - Breng middels meerdere foto’s getallen in de stad in beeld. - Bedenk twee realistische rekenopgaven (eventueel bestaand uit een a en b deel) die geschikt zijn voor leerlingen. - Leg uit hoe de leerlingen aan het goede antwoord kunnen komen (let op: indien mogelijk meerdere strategieën). - Geef aan voor welke groep deze rekensom in aanmerking komt.
14
►8.
Taal in de stad
In het centrum van de stad proberen winkeliers, bedrijfjes en restauranthouders aandacht te trekken met creatief taalgebruik vaak in combinatie met beeldende logo’s (denk aan de les BEVO waarbij de opdracht luidt om een reclamebord te maken dat past bij het product. Soms sta je niet eens meer bij stil bij de betekenis van een woord. Bij Kruidvat denk je inmiddels wellicht alleen aan een drogist. En bij Peter alleen aan spijkerbroeken.
Creatief taalgebruik
Afkortingen worden een woord
Bij grotere ketens is Engels meestal de taal…… Wanneer kom je andere talen tegen? µ Maak in de stad een aantal foto’s waarbij taal op een creatieve manier gebruikt wordt, waarbij je vooral een andere taal ziet of waarbij op een andere manier gespeeld wordt met letters , spreekwoorden of anderzijds. Spreek van te voren af waar je op gaat letten. Zet de beste foto’s bij elkaar, zodat je deze kunt gebruiken bij een les Nederlands of wellicht bij Beeldende vorming. De leukste/ origineelste foto komt in aanmerking voor een kleine prijs. Mail je beste/leukste/origineelste foto aan
[email protected] (niet groter dan 5 MB). 15
C. locatiegebonden kijkopdracht ►9.
Oud en nieuw - Langestraat (nummer 5 op de aparte kaart)
µ Wanneer zal deze foto zijn gemaakt? Omstreeks: O 1800 O 1850 O 1900 O 1950 µ Geef een verklaring voor je antwoord (waarom kunnen de andere alternatieven niet goed zijn?) µ Op de foto zie je tramrails. Als je naar de foto kijkt kun je achterhalen wat voor soort tram hier zal hebben gelopen. Welke soorten trams ken je uit het verleden? Wat voor soort tram reed hier? µ Noem drie andere verschillen tussen vroeger en nu op de foto. Geef voor elk verschil een verklaring. µAlle personen op de foto staan te kijken naar de fotograaf. Geef hiervoor een verklaring. µHoe laat ongeveer op de dag zal deze foto genomen zijn? Waaraan kun je dat duidelijk zien?
16
►10.
Oud en nieuw - Vismarkt (nummer 6)
µGeef op de foto aan welk pand verdwenen is. µGa na hoe oud de andere panden ongeveer zijn. Maak een schatting en zet de jaartallen op de panden in deze foto. µLinks op de foto zie je een boot waarmee passagiers werden vervoerd. Wat voor boot zal dat zijn geweest?
17
►11. Romeinse cijfers (nummer 7) Op de gevel van het pand aan de Mient nummer ??? staat een jaartal in Romeinse cijfers. µWelk jaartal hoort daarbij? µMaak de onderstaande tabel af: Tabel Romeinse cijfers/ tekens en Arabische cijfers M C D X 10 V 5 I 1 IV
4 3 2
µ Zouden dit de eerst panden zijn die er gebouw zijn aan de Mient? Welke aanwijzing heb je daarvoor aangetroffen tijdens deze excursie? µ Kijk nu naar de het Waaggebouw. Daar staat ook een jaartal op in Romeinse cijfers. Uit welk jaar dateert het Waaggebouw? µ Kijk naar de klok van de Grote Kerk of van het Waaggebouw . Welk cijfer wordt daar niet correct weergegeven? Kun je daarvoor een verklaring geven? µ Zet nu zelf het jaar 1672 om in Romeinse cijfers:
18
Gebouwen in Alkmaar ►12. Grote Kerk (nummer 9) In 1470 werd begonnen met de bouw van de Grote of Sint Laurenskerk. In 1520 werd de bouw van de kerk voltooid. De Grote Kerk is gebouwd op een oude zandrug. Vlakbij, aan het begin van de Langestraat, is in de bestrating het hoogste natuurlijke punt aangegeven met een kleine halve maan van grijze kinderkopjes. Maak een (of meerdere) foto’s van de Grote kerk, zodanig dat de bouwstijl goed te zien is. Welke bouwstijl zie je hier? Welke gelovigen hebben deze kerk laten bouwen? Wanneer is de kerk in handen gekomen van de protestanten? Wat voor soort steen is vooral gebruikt bij de bouw van de kerk? Waar zal deze steen vandaan komen? O uit de omgeving van Alkmaar O uit andere delen van Nederland O uit Duitsland Waar is het dak van de Grote Kerk van gemaakt? (internet) of Sint-Laurenskerk heeft twee wereldberoemde orgels in huis. 1. Wat zijn de namen van deze twee historische orgels? 2. Uit welk jaar dateert het oudste van deze twee? (Het oudst nog werkende orgel van Nederland!) ►13. Molen van Piet (nummer 8) De molen van Piet dankt haar naam vanwege het feit dat deze molen al generaties lang door de familie Piet wordt beheerd. De molen heeft tenminste drie functies vervuld. a. Ten eerste als ijskelder. Waarom had men een ijskelder nodig? Waar haalde men het ijs vandaan? b. Ten tweede als molen. Waarvoor zal deze molen zijn gebruikt? Vroeger stonden er veel molens aan de rand van de stad. Wat was daarvoor een belangrijke reden? c. Ten derde als verdedigingswerk. Waar zie je dat aan? Wie gebruikte de molen van Piet en omgeving als verdedigingswerk?
19
►14 Het huis met de kogel (omgeving van nummer 11) Bij het huis met de kogel zie je een houten huis met een kogel er in. Die is afgeschoten tijdens de tachtig jarige oorlog. Door welke vijand is deze kogel afgeschoten? Hoe oud schat je dat dit houten huis van oorsprong is? Waarom zijn de meeste houten huizen vervangen door stenen huizen? Wat voor soort gevel is hier te zien? Twee kinderen van groep 7 praten over de houten huizen. Sandra: Het zijn de oudste huizen van de stad Stefan: Dit gedeelte van de stad is het oudste gedeelte van Alkmaar Wie heeft er gelijk? O alleen Sandra O alleen Stefan O Stefan en Sandra hebben gelijk O niemand heeft gelijk ►15 Waaggebouw (nummer Hoe oud is het Waaggebouw?
10)
Wat was de functie van het Waaggebouw in de stad? Waarom staat het Waaggebouw juist op deze plek en niet aan de haven (bij het havengebouw?) Van wat voor soort steen is het Waaggebouw voornamelijk gemaakt? ►16 Brillesteeg (nummer 12) Zoek de Brillesteegbrug op (één van de mooiste bruggen van Alkmaar), uiteraard vernoemd naar de Brillesteeg. Ga er midden op staan en kijk uit over de pracht van de Oude Gracht. Veel huizen hebben vanaf de begane grond steeds lagere ramen op de hogere verdiepingen. Neem een foto van zo’n huis, en wel het huis dat je ’t meest interessant vindt. Noem twee mogelijke oorzaken voor de steeds lagere ramen op hogere verdiepingen. Waarom vind je het door jou gefotografeerde huis het meest interessant? ►17
Carillons (niet op de kaart aangegeven)
Alkmaar heeft in het centrum drie historische carillons (klokkenspelen).
In welke drie gebouwen huisvesten zich de historische carillons?
Wie is sinds 1 maart 2009 de nieuwe stadsbeiaardier van Alkmaar?
20
LEREN IN DE STAD Een vakoverstijgende geografische kijk- en veldwerkexcursie in het centrum van Alkmaar
Roger Baltus Sandra ten Brink Henri Heuvelmans Stefan Schuur
Inhoudsopgave pagina 2
Inhoudsopgave A. Opdrachten voor of na de excursie: Kaartlezen met de kaart van Alkmaar Tijdbalk van de stad Met de auto naar de stad B. De route naar het centrum Opdrachten C. In het centrum van de stad Locatie gebonden werkopdrachten: Een kaart maken Oriëntatie op de kaart Niet locatie gebonden werkopdrachten: Belangrijke gevelvormen Wegwijzers en afstand Rekenen in de stad Taal in de stad Locatie gebonden kijkopdrachten: Oud en nieuw: Langestraat Oud en nieuw: Vismarkt Romeinse cijfers Bouwwerken: - Grote Kerk - Molen van Piet - Waaggebouw - Huis met de kogel - Brillesteegbrug - Carillons
3 4 5 6 7 8 8 10 11 13 14 15 16 17 18 19 19 20 20 20 20
Bij dit boekje hoort een kaart. Op die kaart staan nummers in het blauw en groen. Niet alle nummers zullen worden gebruikt in dit boekje. De kaart wordt ook in het derde studiejaar gebruikt maar dan gekoppeld aan andersoortige opdrachten.
2
A. Opdrachten voorafgaand of na de excursie uit te voeren ►Kaartlezen
met de kaart van Alkmaar
1. Bas vraagt de weg van de Augustijnsteeg naar de Veerstraat. a. In welke richting moet Bas dan vooral lopen? b. Leg uit hoe Bas moet lopen door aan te geven hoeveelste straat naar links bij de rotonde etc. 2. Hoe lang is de Lange Straat ongeveer? 3. Op de foto zie je de Accijnstoren (kaartvak E4)
Wanneer is deze foto ongeveer gemaakt? O ochtend O middag O namiddag 4. De molen van Piet stond vroeger aan de rand van de stad. Van welke windrichting kreeg de molen van Piet de hardste wind? O noordoosten wind O noordwesten wind O zuidwestenwind O zuidoostenwind 5 De gemeentereiniging heeft in kaart gebracht waar het meeste afval op de grond wordt gevonden. In wat voor delen van de stad ligt het meeste afval op de grond? 6. a. In verband met zijn geopereerde knie parkeert Sieger zijn auto in de Karperton parkeergarage. Welke winkel is het minst ver lopen voor hem? O V&D in de Ridderstraat O De HEMA in de v.d. Bosch straat O De bibliotheek O De Kaaswinkel in de Koorstraat b. Welke volgorde kan zij het beste aanhouden om de vier bezoekpunten te bezoeken, opdat ze zo min mogelijk hoeft te lopen?
3
►Tijdbalk van de stad Maak een tijdbalk van de geschiedenis van Alkmaar met de zaken die je tijdens de tocht bent tegengekomen. Bijvoorbeeld: - 5 verschillende soorten gevels - Bouwwerken: Dempen grachten Grote Kerk Waaggebouw tram in de stad treinstation - Ontstaan - Oorlog en Overwinning op Spanjaarden - Stadsmuren raken in onbruik - Stadsrechten ….en zo zijn er nog een aantal dingen……die je in de tijd moet kunnen plaatsen.
4
►Met
de auto naar de stad
µ Stefan parkeert overdag 3 uur en 30 minuten. Hoeveel moet hij dan betalen? Sandra parkeert in de avonduren 3 uur en 30 minuten. Hoeveel moet zij dan betalen? µ Maak binnen 1-2 minuten een schatting van de hoeveelheid parkeerplaatsen in een van de parkeergarages in de stad. Leg uit hoe je bij je schatting te werk bent gegaan.
µ Bedenk zelf een rekensom en geef aan voor welke groep deze geschikt is. Geef aan bij welk kerndoel van getallen en bewerkingen je aansluit.
Zorg er voor dat je aansluit op de kerndoelen Getallen en bewerkingen Kerndoel 26 De leerlingen leren structuur en samenhang van aantallen, gehele getallen, kommagetallen, breuken, procenten en verhoudingen op hoofdlijnen te doorzien en er in praktische situaties mee te rekenen. Kerndoel 27 De leerlingen leren de basisbewerkingen met gehele getallen in elk geval tot 100 snel uit het hoofd uitvoeren, waarbij optellen en aftrekken tot 20 en de tafels van buiten gekend zijn Kerndoel 28 De leerlingen leren schattend tellen en rekenen. Kerndoel 29 De leerlingen leren handig optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen. Kerndoel 30 De leerlingen leren schriftelijk optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen volgens meer of minder verkorte standaardprocedures. Kerndoel 31 De leerlingen leren de rekenmachine met inzicht te gebruiken.
5
B. De route naar het centrum De meeste vragen kun je ter plekke beantwoorden, bij sommige moet je literatuur of internet raadplegen. Let op! Op aangeven van de slb’er start je met de route zoals hieronder is aangegeven. L21 en L23 volgen aanvangsroute 1 richting centrum (verplichte opdrachten van bladzijde 8: 1, 2, 3 en 4) Vanuit IPABO rechtsaf: Gabriël Metsulaan [opdracht 1] – Bij kruispunt Hobbemalaan rechtdoor: Blanckerhofweg – Aan het einde bij T-kruising linksaf: van Ostadelaan [opdracht 2] – Bij rotonde rechtdoor: Nicolaas Beetskade – Bij kruispunt Bergerweg rechtsaf, de brug over: Bergerweg – Onder het spoorviaduct door: Bergerweg [opdracht 3] – Bij kruispunt Stationsweg rechtdoor: Scharlo – Bij rotonde rechtdoor: Geesterweg – Bij kruispunt Geestersingel, zebrapad oversteken en brug over: Zevenhuizen [opdracht 4] – Bij kruispunt Geest rechtdoor: Gasthuisstraat – Bij kruispunt Canadaplein rechtdoor: Kerkplein. L22, L24 volgen aanvangsroute 2 richting centrum (verplichte opdrachten van bladzijde 8: 1, 2, 5 en 6) Vanuit IPABO rechtsaf: Gabriël Metsulaan [opdracht 1] – Bij kruispunt Hobbemalaan rechtsaf: Hobbemalaan – Gelijk over de brug linksaf: Van de Veldelaan / Judith Lysterstraat – Bij kruispunt van Ostadelaan rechtdoor: Bloemaertlaan [opdracht 2] – Bij kruispunt Jan de Heemstraat linksaf: Jan de Heemstraat – Na ca. 90 meter, rechtsaf: volg het fietspad onder het spoorviaduct [opdracht 5] – Aan het einde van het fietspad links aanhouden: Fritz Conijnlaan – Bij kruispunt Westerweg linksaf: Westerweg – Bij kruispunt Lindenlaan rechtsaf: Lindenlaan – volg Lindenlaan, gaat over in: Varnebroek – Bij het water rechtsaf: Kennemersingel [opdracht 6] – Na ca. 70 meter linksaf richting brug: Kennemerstraatweg – Ga de brug over: Ritsevoort – volg Ritsevoort, gaat na kruispunt Oude Gracht over in: Koorstraat – Bij kruispunt Langestraat linksaf: Kerkplein.
Beide aanvangsroutes leiden je naar het centrum van Alkmaar. In het centrum doe je met je groepje de opdrachten zoals vermeld vanaf bladzijde 9.
6
[1] Gabriël Metsu was een schilder uit de Gouden Eeuw. 1. Hoe heet de stijlperiode waarin Gabriël Metsu werkte? 2. Waarom was Gabriël Metsu bij zijn opdrachtgevers vooral geliefd? 3. Waarom staat Gabriël Metsu als genreschilder vooral bekend? [2] Aan de overkant van de van Ostadelaan zie je de ‘Geestmolen’ staan. 1. In welk jaar is deze molen gebouwd? 2. Welke polder heeft deze molen vroeger bemalen? 3. Is deze molen een zgn. ‘Binnenkruier’ of een ‘Buitenkruier’ en waarom? [3] Onder het spoor door links zie je een markante watertoren staan. 1. Wat was de functie van dergelijke watertorens? 2. Maak een schatting van de inhoud van de watertank in deze toren. 3. Welk soort water werd in deze watertoren opgeslagen? [4] Direct over de brug zie je rechts, op de hoek van Zevenhuizen en Geest, een laag gebouw met een markante en fraaie gevelsteen boven de deur. Maak een foto van de gevelsteen en beantwoord later de volgende vragen: 1. Wat is de naam van dit gebouw? 2. Welke functie had dit gebouw vroeger? 3. Kun je een verband leggen tussen de naam en de voormalige functie van het gebouw? [5] Zoals in vele steden heeft het eeuwenoude stadspark dat aan deze buurt grenst zijn naam aan deze buurt geleend. Dat kun je nog terugzien in sommige straatnamen. 1. Hoe heet deze buurt? 2. In welke straatnamen kun je dat terugzien? [6] 1. Hoe heet dit water? 2. Wat was vroeger de functie van dit water?
7
In het centrum van de stad (zie kaart centrum) A. locatiegebonden werkopdracht ►1.
Een kaart maken
In de methode aardrijkskundemethode De Blauwe Planeet , groep 5, zie je hoe je een kaart kunt maken van een winkelstraat in het kader van kaartlezen.
8
µ Maak nu een kaartje van de Langestraat vanaf de Payglop naar het zuiden. µ Vragen: 1. Wat valt op aan het soort winkels dat je veel aantreft in de Langestraat? 2. Kun je een verklaring geven voor dit verschijnsel? Noem twee redenen vanuit het oogpunt van de winkelier. 3. Kun je deze winkels ook in een ander deel van Alkmaar tegen komen? Leg uit waarom.
9
►2
Oriëntatie op de kaart (nummer 3 op de aparte kaart)
µ Voorbeeld De onderstaande foto’s zijn genomen op en rond het Waagplein. Geef op de kaart aan waar de fotograaf heeft gestaan toen hij deze foto’s nam. Zet daartoe voor elke foto een stip op de juiste plek op de kaart met het nummer van de bijbehorende foto. µ Opdracht: Maak zelf ongeveer 4 foto’s waarmee je deze opdracht kunt aanvullen. Geef op de kaart aan waar je welke foto hebt gemaakt.
Foto 1
Foto 2
10
B. niet-locatie gebonden werkopdrachten
►4. Belangrijke gevelvormen Veel panden in het centrum van Nederlandse steden hebben typische oude gevels. In elke periode werd een bepaald type gevel veel gebouwd. Wanneer je dus een authentieke gevel ziet is het aannemelijk dat deze is gebouwd in de betreffende periode. Je kunt dus voorzichtig iets zeggen over de leeftijd van de panden.. Op de volgende bladzijde kun je de bijbehorende tijd van de verschillende bouwstijlen achterhalen.
Trapgevel
tuitgevel
halsgevel
klokgevel
lijstgevel
µ In het bovenstaande overzicht zie je de meest voorkomende gevels. Zet de bouwperioden er bij. Gebruik daarvoor onderstaande bron. µ Maak in het centrum van de stad van elk hoofdtype gevel minstens een foto., Noteer het adres, en de vermoedelijke bouwperiode (kijk naar bouwstijl, maar ook de plek in de stad, eventuele jaartallen op de gevels). Maak een collage op een vel A4 of verwerk de foto’s in de tijdbalk.
11
Bronnenmateriaal:
12
►6.
Wegwijzers en afstand bepalen in de straat
WEGWIJZERS/ windrichting µ Waar zal deze wegwijzer ongeveer staan? Hoe komt het dat je dat niet goed te weten kunt komen?
µ Suggestie voor een opdracht (hoef je nu niet uit te voeren) Maak in de stad een foto van een wegwijzer. Geef op de kaart aan waar de wegwijzer staat. Zet de juiste afstanden in de richtingaanwijzers. Met behulp van een fotobewerkingsprogramma kun je deze getallen in de bewegwijzering plaatsen. AFSTAND IN DE STRAAT Kijk aan het begin van de Langestraat (bij de Grote Kerk of bij de Mient) naar het pand van de HEMA (dat is goed te zien aan het uithangsbord). µ Hoe ver schat je dat het uithangbord van de HEMA van jou verwijderd is? µ Hoe kun je met behulp van hulpmiddelen in de straat nagaan hoe ver de afstand is in werkelijkheid (zonder dat je het meetlint op de grond legt of de kaart gebruikt )? Bepaal eerst een strategie en probeer daarna de afstand in de straat na te gaan. Welke strategie heb je gebruikt?
µ Hoe lang is volgens jou de afstand die je bepaald hebt met deze strategie? µ Ga met behulp van de kaart na hoe groot de afstand is: µ Hoe groot zijn de afwijkingen die je hebt gevonden? µ Wat zegt dit over de door jou gevolgde strategieën? (Vat samen wat een goede strategie is om de afstand in stad te schatten.) 13
►7.
Rekenen in de stad
uit Pluspunt µVoorbeeld Bas loopt door Alkmaar. Hij ziet dat er flinke korting wordt gegeven bij H&M.
Opgave: - Hoe groot bedroeg de korting van Bas in euro’s? - Hoe groot was het kortingspercentage van de totale aankoop? µ Opdracht: - Breng middels meerdere foto’s getallen in de stad in beeld. - Bedenk twee realistische rekenopgaven (eventueel bestaand uit een a en b deel) die geschikt zijn voor leerlingen. - Leg uit hoe de leerlingen aan het goede antwoord kunnen komen (let op: indien mogelijk meerdere strategieën). - Geef aan voor welke groep deze rekensom in aanmerking komt.
14
►8.
Taal in de stad
In het centrum van de stad proberen winkeliers, bedrijfjes en restauranthouders aandacht te trekken met creatief taalgebruik vaak in combinatie met beeldende logo’s (denk aan de les BEVO waarbij de opdracht luidt om een reclamebord te maken dat past bij het product. Soms sta je niet eens meer bij stil bij de betekenis van een woord. Bij Kruidvat denk je inmiddels wellicht alleen aan een drogist. En bij Peter alleen aan spijkerbroeken.
Creatief taalgebruik
Afkortingen worden een woord
Bij grotere ketens is Engels meestal de taal…… Wanneer kom je andere talen tegen? µ Maak in de stad een aantal foto’s waarbij taal op een creatieve manier gebruikt wordt, waarbij je vooral een andere taal ziet of waarbij op een andere manier gespeeld wordt met letters , spreekwoorden of anderzijds. Spreek van te voren af waar je op gaat letten. Zet de beste foto’s bij elkaar, zodat je deze kunt gebruiken bij een les Nederlands of wellicht bij Beeldende vorming. De leukste/ origineelste foto komt in aanmerking voor een kleine prijs. Mail je beste/leukste/origineelste foto aan
[email protected] (niet groter dan 5 MB). 15
C. locatiegebonden kijkopdracht ►9.
Oud en nieuw - Langestraat (nummer 5 op de aparte kaart)
µ Wanneer zal deze foto zijn gemaakt? Omstreeks: O 1800 O 1850 O 1900 O 1950 µ Geef een verklaring voor je antwoord (waarom kunnen de andere alternatieven niet goed zijn?) µ Op de foto zie je tramrails. Als je naar de foto kijkt kun je achterhalen wat voor soort tram hier zal hebben gelopen. Welke soorten trams ken je uit het verleden? Wat voor soort tram reed hier? µ Noem drie andere verschillen tussen vroeger en nu op de foto. Geef voor elk verschil een verklaring. µAlle personen op de foto staan te kijken naar de fotograaf. Geef hiervoor een verklaring. µHoe laat ongeveer op de dag zal deze foto genomen zijn? Waaraan kun je dat duidelijk zien?
16
►10.
Oud en nieuw - Vismarkt (nummer 6)
µGeef op de foto aan welk pand verdwenen is. µGa na hoe oud de andere panden ongeveer zijn. Maak een schatting en zet de jaartallen op de panden in deze foto. µLinks op de foto zie je een boot waarmee passagiers werden vervoerd. Wat voor boot zal dat zijn geweest?
17
►11. Romeinse cijfers (nummer 7) Op de gevel van het pand aan de Mient nummer ??? staat een jaartal in Romeinse cijfers. µWelk jaartal hoort daarbij? µMaak de onderstaande tabel af: Tabel Romeinse cijfers/ tekens en Arabische cijfers M C D X 10 V 5 I 1 IV
4 3 2
µ Zouden dit de eerst panden zijn die er gebouw zijn aan de Mient? Welke aanwijzing heb je daarvoor aangetroffen tijdens deze excursie? µ Kijk nu naar de het Waaggebouw. Daar staat ook een jaartal op in Romeinse cijfers. Uit welk jaar dateert het Waaggebouw? µ Kijk naar de klok van de Grote Kerk of van het Waaggebouw . Welk cijfer wordt daar niet correct weergegeven? Kun je daarvoor een verklaring geven? µ Zet nu zelf het jaar 1672 om in Romeinse cijfers:
18
Gebouwen in Alkmaar ►12. Grote Kerk (nummer 9) In 1470 werd begonnen met de bouw van de Grote of Sint Laurenskerk. In 1520 werd de bouw van de kerk voltooid. De Grote Kerk is gebouwd op een oude zandrug. Vlakbij, aan het begin van de Langestraat, is in de bestrating het hoogste natuurlijke punt aangegeven met een kleine halve maan van grijze kinderkopjes. Maak een (of meerdere) foto’s van de Grote kerk, zodanig dat de bouwstijl goed te zien is. Welke bouwstijl zie je hier? Welke gelovigen hebben deze kerk laten bouwen? Wanneer is de kerk in handen gekomen van de protestanten? Wat voor soort steen is vooral gebruikt bij de bouw van de kerk? Waar zal deze steen vandaan komen? O uit de omgeving van Alkmaar O uit andere delen van Nederland O uit Duitsland Waar is het dak van de Grote Kerk van gemaakt? (internet) of Sint-Laurenskerk heeft twee wereldberoemde orgels in huis. 1. Wat zijn de namen van deze twee historische orgels? 2. Uit welk jaar dateert het oudste van deze twee? (Het oudst nog werkende orgel van Nederland!) ►13. Molen van Piet (nummer 8) De molen van Piet dankt haar naam vanwege het feit dat deze molen al generaties lang door de familie Piet wordt beheerd. De molen heeft tenminste drie functies vervuld. a. Ten eerste als ijskelder. Waarom had men een ijskelder nodig? Waar haalde men het ijs vandaan? b. Ten tweede als molen. Waarvoor zal deze molen zijn gebruikt? Vroeger stonden er veel molens aan de rand van de stad. Wat was daarvoor een belangrijke reden? c. Ten derde als verdedigingswerk. Waar zie je dat aan? Wie gebruikte de molen van Piet en omgeving als verdedigingswerk?
19
►14 Het huis met de kogel (omgeving van nummer 11) Bij het huis met de kogel zie je een houten huis met een kogel er in. Die is afgeschoten tijdens de tachtig jarige oorlog. Door welke vijand is deze kogel afgeschoten? Hoe oud schat je dat dit houten huis van oorsprong is? Waarom zijn de meeste houten huizen vervangen door stenen huizen? Wat voor soort gevel is hier te zien? Twee kinderen van groep 7 praten over de houten huizen. Sandra: Het zijn de oudste huizen van de stad Stefan: Dit gedeelte van de stad is het oudste gedeelte van Alkmaar Wie heeft er gelijk? O alleen Sandra O alleen Stefan O Stefan en Sandra hebben gelijk O niemand heeft gelijk ►15 Waaggebouw (nummer Hoe oud is het Waaggebouw?
10)
Wat was de functie van het Waaggebouw in de stad? Waarom staat het Waaggebouw juist op deze plek en niet aan de haven (bij het havengebouw?) Van wat voor soort steen is het Waaggebouw voornamelijk gemaakt? ►16 Brillesteeg (nummer 12) Zoek de Brillesteegbrug op (één van de mooiste bruggen van Alkmaar), uiteraard vernoemd naar de Brillesteeg. Ga er midden op staan en kijk uit over de pracht van de Oude Gracht. Veel huizen hebben vanaf de begane grond steeds lagere ramen op de hogere verdiepingen. Neem een foto van zo’n huis, en wel het huis dat je ’t meest interessant vindt. Noem twee mogelijke oorzaken voor de steeds lagere ramen op hogere verdiepingen. Waarom vind je het door jou gefotografeerde huis het meest interessant? ►17
Carillons (niet op de kaart aangegeven)
Alkmaar heeft in het centrum drie historische carillons (klokkenspelen).
In welke drie gebouwen huisvesten zich de historische carillons?
Wie is sinds 1 maart 2009 de nieuwe stadsbeiaardier van Alkmaar?
20
LEREN IN DE STAD Een vakoverstijgende geografische kijk- en veldwerkexcursie in het centrum van Alkmaar
Roger Baltus Sandra ten Brink Henri Heuvelmans Stefan Schuur
Inhoudsopgave pagina 2
Inhoudsopgave A. Opdrachten voor of na de excursie: Kaartlezen met de kaart van Alkmaar Tijdbalk van de stad Met de auto naar de stad B. De route naar het centrum Opdrachten C. In het centrum van de stad Locatie gebonden werkopdrachten: Een kaart maken Oriëntatie op de kaart Niet locatie gebonden werkopdrachten: Belangrijke gevelvormen Wegwijzers en afstand Rekenen in de stad Taal in de stad Locatie gebonden kijkopdrachten: Oud en nieuw: Langestraat Oud en nieuw: Vismarkt Romeinse cijfers Bouwwerken: - Grote Kerk - Molen van Piet - Waaggebouw - Huis met de kogel - Brillesteegbrug - Carillons
3 4 5 6 7 8 8 10 11 13 14 15 16 17 18 19 19 20 20 20 20
Bij dit boekje hoort een kaart. Op die kaart staan nummers in het blauw en groen. Niet alle nummers zullen worden gebruikt in dit boekje. De kaart wordt ook in het derde studiejaar gebruikt maar dan gekoppeld aan andersoortige opdrachten.
2
A. Opdrachten voorafgaand of na de excursie uit te voeren ►Kaartlezen
met de kaart van Alkmaar
1. Bas vraagt de weg van de Augustijnsteeg naar de Veerstraat. a. In welke richting moet Bas dan vooral lopen? b. Leg uit hoe Bas moet lopen door aan te geven hoeveelste straat naar links bij de rotonde etc. 2. Hoe lang is de Lange Straat ongeveer? 3. Op de foto zie je de Accijnstoren (kaartvak E4)
Wanneer is deze foto ongeveer gemaakt? O ochtend O middag O namiddag 4. De molen van Piet stond vroeger aan de rand van de stad. Van welke windrichting kreeg de molen van Piet de hardste wind? O noordoosten wind O noordwesten wind O zuidwestenwind O zuidoostenwind 5 De gemeentereiniging heeft in kaart gebracht waar het meeste afval op de grond wordt gevonden. In wat voor delen van de stad ligt het meeste afval op de grond? 6. a. In verband met zijn geopereerde knie parkeert Sieger zijn auto in de Karperton parkeergarage. Welke winkel is het minst ver lopen voor hem? O V&D in de Ridderstraat O De HEMA in de v.d. Bosch straat O De bibliotheek O De Kaaswinkel in de Koorstraat b. Welke volgorde kan zij het beste aanhouden om de vier bezoekpunten te bezoeken, opdat ze zo min mogelijk hoeft te lopen?
3
►Tijdbalk van de stad Maak een tijdbalk van de geschiedenis van Alkmaar met de zaken die je tijdens de tocht bent tegengekomen. Bijvoorbeeld: - 5 verschillende soorten gevels - Bouwwerken: Dempen grachten Grote Kerk Waaggebouw tram in de stad treinstation - Ontstaan - Oorlog en Overwinning op Spanjaarden - Stadsmuren raken in onbruik - Stadsrechten ….en zo zijn er nog een aantal dingen……die je in de tijd moet kunnen plaatsen.
4
►Met
de auto naar de stad
µ Stefan parkeert overdag 3 uur en 30 minuten. Hoeveel moet hij dan betalen? Sandra parkeert in de avonduren 3 uur en 30 minuten. Hoeveel moet zij dan betalen? µ Maak binnen 1-2 minuten een schatting van de hoeveelheid parkeerplaatsen in een van de parkeergarages in de stad. Leg uit hoe je bij je schatting te werk bent gegaan.
µ Bedenk zelf een rekensom en geef aan voor welke groep deze geschikt is. Geef aan bij welk kerndoel van getallen en bewerkingen je aansluit.
Zorg er voor dat je aansluit op de kerndoelen Getallen en bewerkingen Kerndoel 26 De leerlingen leren structuur en samenhang van aantallen, gehele getallen, kommagetallen, breuken, procenten en verhoudingen op hoofdlijnen te doorzien en er in praktische situaties mee te rekenen. Kerndoel 27 De leerlingen leren de basisbewerkingen met gehele getallen in elk geval tot 100 snel uit het hoofd uitvoeren, waarbij optellen en aftrekken tot 20 en de tafels van buiten gekend zijn Kerndoel 28 De leerlingen leren schattend tellen en rekenen. Kerndoel 29 De leerlingen leren handig optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen. Kerndoel 30 De leerlingen leren schriftelijk optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen volgens meer of minder verkorte standaardprocedures. Kerndoel 31 De leerlingen leren de rekenmachine met inzicht te gebruiken.
5
B. De route naar het centrum De meeste vragen kun je ter plekke beantwoorden, bij sommige moet je literatuur of internet raadplegen. Let op! Op aangeven van de slb’er start je met de route zoals hieronder is aangegeven. L21 en L23 volgen aanvangsroute 1 richting centrum (verplichte opdrachten van bladzijde 8: 1, 2, 3 en 4) Vanuit IPABO rechtsaf: Gabriël Metsulaan [opdracht 1] – Bij kruispunt Hobbemalaan rechtdoor: Blanckerhofweg – Aan het einde bij T-kruising linksaf: van Ostadelaan [opdracht 2] – Bij rotonde rechtdoor: Nicolaas Beetskade – Bij kruispunt Bergerweg rechtsaf, de brug over: Bergerweg – Onder het spoorviaduct door: Bergerweg [opdracht 3] – Bij kruispunt Stationsweg rechtdoor: Scharlo – Bij rotonde rechtdoor: Geesterweg – Bij kruispunt Geestersingel, zebrapad oversteken en brug over: Zevenhuizen [opdracht 4] – Bij kruispunt Geest rechtdoor: Gasthuisstraat – Bij kruispunt Canadaplein rechtdoor: Kerkplein. L22, L24 volgen aanvangsroute 2 richting centrum (verplichte opdrachten van bladzijde 8: 1, 2, 5 en 6) Vanuit IPABO rechtsaf: Gabriël Metsulaan [opdracht 1] – Bij kruispunt Hobbemalaan rechtsaf: Hobbemalaan – Gelijk over de brug linksaf: Van de Veldelaan / Judith Lysterstraat – Bij kruispunt van Ostadelaan rechtdoor: Bloemaertlaan [opdracht 2] – Bij kruispunt Jan de Heemstraat linksaf: Jan de Heemstraat – Na ca. 90 meter, rechtsaf: volg het fietspad onder het spoorviaduct [opdracht 5] – Aan het einde van het fietspad links aanhouden: Fritz Conijnlaan – Bij kruispunt Westerweg linksaf: Westerweg – Bij kruispunt Lindenlaan rechtsaf: Lindenlaan – volg Lindenlaan, gaat over in: Varnebroek – Bij het water rechtsaf: Kennemersingel [opdracht 6] – Na ca. 70 meter linksaf richting brug: Kennemerstraatweg – Ga de brug over: Ritsevoort – volg Ritsevoort, gaat na kruispunt Oude Gracht over in: Koorstraat – Bij kruispunt Langestraat linksaf: Kerkplein.
Beide aanvangsroutes leiden je naar het centrum van Alkmaar. In het centrum doe je met je groepje de opdrachten zoals vermeld vanaf bladzijde 9.
6
[1] Gabriël Metsu was een schilder uit de Gouden Eeuw. 1. Hoe heet de stijlperiode waarin Gabriël Metsu werkte? 2. Waarom was Gabriël Metsu bij zijn opdrachtgevers vooral geliefd? 3. Waarom staat Gabriël Metsu als genreschilder vooral bekend? [2] Aan de overkant van de van Ostadelaan zie je de ‘Geestmolen’ staan. 1. In welk jaar is deze molen gebouwd? 2. Welke polder heeft deze molen vroeger bemalen? 3. Is deze molen een zgn. ‘Binnenkruier’ of een ‘Buitenkruier’ en waarom? [3] Onder het spoor door links zie je een markante watertoren staan. 1. Wat was de functie van dergelijke watertorens? 2. Maak een schatting van de inhoud van de watertank in deze toren. 3. Welk soort water werd in deze watertoren opgeslagen? [4] Direct over de brug zie je rechts, op de hoek van Zevenhuizen en Geest, een laag gebouw met een markante en fraaie gevelsteen boven de deur. Maak een foto van de gevelsteen en beantwoord later de volgende vragen: 1. Wat is de naam van dit gebouw? 2. Welke functie had dit gebouw vroeger? 3. Kun je een verband leggen tussen de naam en de voormalige functie van het gebouw? [5] Zoals in vele steden heeft het eeuwenoude stadspark dat aan deze buurt grenst zijn naam aan deze buurt geleend. Dat kun je nog terugzien in sommige straatnamen. 1. Hoe heet deze buurt? 2. In welke straatnamen kun je dat terugzien? [6] 1. Hoe heet dit water? 2. Wat was vroeger de functie van dit water?
7
In het centrum van de stad (zie kaart centrum) A. locatiegebonden werkopdracht ►1.
Een kaart maken
In de methode aardrijkskundemethode De Blauwe Planeet , groep 5, zie je hoe je een kaart kunt maken van een winkelstraat in het kader van kaartlezen.
8
µ Maak nu een kaartje van de Langestraat vanaf de Payglop naar het zuiden. µ Vragen: 1. Wat valt op aan het soort winkels dat je veel aantreft in de Langestraat? 2. Kun je een verklaring geven voor dit verschijnsel? Noem twee redenen vanuit het oogpunt van de winkelier. 3. Kun je deze winkels ook in een ander deel van Alkmaar tegen komen? Leg uit waarom.
9
►2
Oriëntatie op de kaart (nummer 3 op de aparte kaart)
µ Voorbeeld De onderstaande foto’s zijn genomen op en rond het Waagplein. Geef op de kaart aan waar de fotograaf heeft gestaan toen hij deze foto’s nam. Zet daartoe voor elke foto een stip op de juiste plek op de kaart met het nummer van de bijbehorende foto. µ Opdracht: Maak zelf ongeveer 4 foto’s waarmee je deze opdracht kunt aanvullen. Geef op de kaart aan waar je welke foto hebt gemaakt.
Foto 1
Foto 2
10
B. niet-locatie gebonden werkopdrachten
►4. Belangrijke gevelvormen Veel panden in het centrum van Nederlandse steden hebben typische oude gevels. In elke periode werd een bepaald type gevel veel gebouwd. Wanneer je dus een authentieke gevel ziet is het aannemelijk dat deze is gebouwd in de betreffende periode. Je kunt dus voorzichtig iets zeggen over de leeftijd van de panden.. Op de volgende bladzijde kun je de bijbehorende tijd van de verschillende bouwstijlen achterhalen.
Trapgevel
tuitgevel
halsgevel
klokgevel
lijstgevel
µ In het bovenstaande overzicht zie je de meest voorkomende gevels. Zet de bouwperioden er bij. Gebruik daarvoor onderstaande bron. µ Maak in het centrum van de stad van elk hoofdtype gevel minstens een foto., Noteer het adres, en de vermoedelijke bouwperiode (kijk naar bouwstijl, maar ook de plek in de stad, eventuele jaartallen op de gevels). Maak een collage op een vel A4 of verwerk de foto’s in de tijdbalk.
11
Bronnenmateriaal:
12
►6.
Wegwijzers en afstand bepalen in de straat
WEGWIJZERS/ windrichting µ Waar zal deze wegwijzer ongeveer staan? Hoe komt het dat je dat niet goed te weten kunt komen?
µ Suggestie voor een opdracht (hoef je nu niet uit te voeren) Maak in de stad een foto van een wegwijzer. Geef op de kaart aan waar de wegwijzer staat. Zet de juiste afstanden in de richtingaanwijzers. Met behulp van een fotobewerkingsprogramma kun je deze getallen in de bewegwijzering plaatsen. AFSTAND IN DE STRAAT Kijk aan het begin van de Langestraat (bij de Grote Kerk of bij de Mient) naar het pand van de HEMA (dat is goed te zien aan het uithangsbord). µ Hoe ver schat je dat het uithangbord van de HEMA van jou verwijderd is? µ Hoe kun je met behulp van hulpmiddelen in de straat nagaan hoe ver de afstand is in werkelijkheid (zonder dat je het meetlint op de grond legt of de kaart gebruikt )? Bepaal eerst een strategie en probeer daarna de afstand in de straat na te gaan. Welke strategie heb je gebruikt?
µ Hoe lang is volgens jou de afstand die je bepaald hebt met deze strategie? µ Ga met behulp van de kaart na hoe groot de afstand is: µ Hoe groot zijn de afwijkingen die je hebt gevonden? µ Wat zegt dit over de door jou gevolgde strategieën? (Vat samen wat een goede strategie is om de afstand in stad te schatten.) 13
►7.
Rekenen in de stad
uit Pluspunt µVoorbeeld Bas loopt door Alkmaar. Hij ziet dat er flinke korting wordt gegeven bij H&M.
Opgave: - Hoe groot bedroeg de korting van Bas in euro’s? - Hoe groot was het kortingspercentage van de totale aankoop? µ Opdracht: - Breng middels meerdere foto’s getallen in de stad in beeld. - Bedenk twee realistische rekenopgaven (eventueel bestaand uit een a en b deel) die geschikt zijn voor leerlingen. - Leg uit hoe de leerlingen aan het goede antwoord kunnen komen (let op: indien mogelijk meerdere strategieën). - Geef aan voor welke groep deze rekensom in aanmerking komt.
14
►8.
Taal in de stad
In het centrum van de stad proberen winkeliers, bedrijfjes en restauranthouders aandacht te trekken met creatief taalgebruik vaak in combinatie met beeldende logo’s (denk aan de les BEVO waarbij de opdracht luidt om een reclamebord te maken dat past bij het product. Soms sta je niet eens meer bij stil bij de betekenis van een woord. Bij Kruidvat denk je inmiddels wellicht alleen aan een drogist. En bij Peter alleen aan spijkerbroeken.
Creatief taalgebruik
Afkortingen worden een woord
Bij grotere ketens is Engels meestal de taal…… Wanneer kom je andere talen tegen? µ Maak in de stad een aantal foto’s waarbij taal op een creatieve manier gebruikt wordt, waarbij je vooral een andere taal ziet of waarbij op een andere manier gespeeld wordt met letters , spreekwoorden of anderzijds. Spreek van te voren af waar je op gaat letten. Zet de beste foto’s bij elkaar, zodat je deze kunt gebruiken bij een les Nederlands of wellicht bij Beeldende vorming. De leukste/ origineelste foto komt in aanmerking voor een kleine prijs. Mail je beste/leukste/origineelste foto aan
[email protected] (niet groter dan 5 MB). 15
C. locatiegebonden kijkopdracht ►9.
Oud en nieuw - Langestraat (nummer 5 op de aparte kaart)
µ Wanneer zal deze foto zijn gemaakt? Omstreeks: O 1800 O 1850 O 1900 O 1950 µ Geef een verklaring voor je antwoord (waarom kunnen de andere alternatieven niet goed zijn?) µ Op de foto zie je tramrails. Als je naar de foto kijkt kun je achterhalen wat voor soort tram hier zal hebben gelopen. Welke soorten trams ken je uit het verleden? Wat voor soort tram reed hier? µ Noem drie andere verschillen tussen vroeger en nu op de foto. Geef voor elk verschil een verklaring. µAlle personen op de foto staan te kijken naar de fotograaf. Geef hiervoor een verklaring. µHoe laat ongeveer op de dag zal deze foto genomen zijn? Waaraan kun je dat duidelijk zien?
16
►10.
Oud en nieuw - Vismarkt (nummer 6)
µGeef op de foto aan welk pand verdwenen is. µGa na hoe oud de andere panden ongeveer zijn. Maak een schatting en zet de jaartallen op de panden in deze foto. µLinks op de foto zie je een boot waarmee passagiers werden vervoerd. Wat voor boot zal dat zijn geweest?
17
►11. Romeinse cijfers (nummer 7) Op de gevel van het pand aan de Mient nummer ??? staat een jaartal in Romeinse cijfers. µWelk jaartal hoort daarbij? µMaak de onderstaande tabel af: Tabel Romeinse cijfers/ tekens en Arabische cijfers M C D X 10 V 5 I 1 IV
4 3 2
µ Zouden dit de eerst panden zijn die er gebouw zijn aan de Mient? Welke aanwijzing heb je daarvoor aangetroffen tijdens deze excursie? µ Kijk nu naar de het Waaggebouw. Daar staat ook een jaartal op in Romeinse cijfers. Uit welk jaar dateert het Waaggebouw? µ Kijk naar de klok van de Grote Kerk of van het Waaggebouw . Welk cijfer wordt daar niet correct weergegeven? Kun je daarvoor een verklaring geven? µ Zet nu zelf het jaar 1672 om in Romeinse cijfers:
18
Gebouwen in Alkmaar ►12. Grote Kerk (nummer 9) In 1470 werd begonnen met de bouw van de Grote of Sint Laurenskerk. In 1520 werd de bouw van de kerk voltooid. De Grote Kerk is gebouwd op een oude zandrug. Vlakbij, aan het begin van de Langestraat, is in de bestrating het hoogste natuurlijke punt aangegeven met een kleine halve maan van grijze kinderkopjes. Maak een (of meerdere) foto’s van de Grote kerk, zodanig dat de bouwstijl goed te zien is. Welke bouwstijl zie je hier? Welke gelovigen hebben deze kerk laten bouwen? Wanneer is de kerk in handen gekomen van de protestanten? Wat voor soort steen is vooral gebruikt bij de bouw van de kerk? Waar zal deze steen vandaan komen? O uit de omgeving van Alkmaar O uit andere delen van Nederland O uit Duitsland Waar is het dak van de Grote Kerk van gemaakt? (internet) of Sint-Laurenskerk heeft twee wereldberoemde orgels in huis. 1. Wat zijn de namen van deze twee historische orgels? 2. Uit welk jaar dateert het oudste van deze twee? (Het oudst nog werkende orgel van Nederland!) ►13. Molen van Piet (nummer 8) De molen van Piet dankt haar naam vanwege het feit dat deze molen al generaties lang door de familie Piet wordt beheerd. De molen heeft tenminste drie functies vervuld. a. Ten eerste als ijskelder. Waarom had men een ijskelder nodig? Waar haalde men het ijs vandaan? b. Ten tweede als molen. Waarvoor zal deze molen zijn gebruikt? Vroeger stonden er veel molens aan de rand van de stad. Wat was daarvoor een belangrijke reden? c. Ten derde als verdedigingswerk. Waar zie je dat aan? Wie gebruikte de molen van Piet en omgeving als verdedigingswerk?
19
►14 Het huis met de kogel (omgeving van nummer 11) Bij het huis met de kogel zie je een houten huis met een kogel er in. Die is afgeschoten tijdens de tachtig jarige oorlog. Door welke vijand is deze kogel afgeschoten? Hoe oud schat je dat dit houten huis van oorsprong is? Waarom zijn de meeste houten huizen vervangen door stenen huizen? Wat voor soort gevel is hier te zien? Twee kinderen van groep 7 praten over de houten huizen. Sandra: Het zijn de oudste huizen van de stad Stefan: Dit gedeelte van de stad is het oudste gedeelte van Alkmaar Wie heeft er gelijk? O alleen Sandra O alleen Stefan O Stefan en Sandra hebben gelijk O niemand heeft gelijk ►15 Waaggebouw (nummer Hoe oud is het Waaggebouw?
10)
Wat was de functie van het Waaggebouw in de stad? Waarom staat het Waaggebouw juist op deze plek en niet aan de haven (bij het havengebouw?) Van wat voor soort steen is het Waaggebouw voornamelijk gemaakt? ►16 Brillesteeg (nummer 12) Zoek de Brillesteegbrug op (één van de mooiste bruggen van Alkmaar), uiteraard vernoemd naar de Brillesteeg. Ga er midden op staan en kijk uit over de pracht van de Oude Gracht. Veel huizen hebben vanaf de begane grond steeds lagere ramen op de hogere verdiepingen. Neem een foto van zo’n huis, en wel het huis dat je ’t meest interessant vindt. Noem twee mogelijke oorzaken voor de steeds lagere ramen op hogere verdiepingen. Waarom vind je het door jou gefotografeerde huis het meest interessant? ►17
Carillons (niet op de kaart aangegeven)
Alkmaar heeft in het centrum drie historische carillons (klokkenspelen).
In welke drie gebouwen huisvesten zich de historische carillons?
Wie is sinds 1 maart 2009 de nieuwe stadsbeiaardier van Alkmaar?
20
LEREN IN DE STAD Een vakoverstijgende geografische kijk- en veldwerkexcursie in het centrum van Alkmaar
Roger Baltus Sandra ten Brink Henri Heuvelmans Stefan Schuur
Inhoudsopgave pagina 2
Inhoudsopgave A. Opdrachten voor of na de excursie: Kaartlezen met de kaart van Alkmaar Tijdbalk van de stad Met de auto naar de stad B. De route naar het centrum Opdrachten C. In het centrum van de stad Locatie gebonden werkopdrachten: Een kaart maken Oriëntatie op de kaart Niet locatie gebonden werkopdrachten: Belangrijke gevelvormen Wegwijzers en afstand Rekenen in de stad Taal in de stad Locatie gebonden kijkopdrachten: Oud en nieuw: Langestraat Oud en nieuw: Vismarkt Romeinse cijfers Bouwwerken: - Grote Kerk - Molen van Piet - Waaggebouw - Huis met de kogel - Brillesteegbrug - Carillons
3 4 5 6 7 8 8 10 11 13 14 15 16 17 18 19 19 20 20 20 20
Bij dit boekje hoort een kaart. Op die kaart staan nummers in het blauw en groen. Niet alle nummers zullen worden gebruikt in dit boekje. De kaart wordt ook in het derde studiejaar gebruikt maar dan gekoppeld aan andersoortige opdrachten.
2
A. Opdrachten voorafgaand of na de excursie uit te voeren ►Kaartlezen
met de kaart van Alkmaar
1. Bas vraagt de weg van de Augustijnsteeg naar de Veerstraat. a. In welke richting moet Bas dan vooral lopen? b. Leg uit hoe Bas moet lopen door aan te geven hoeveelste straat naar links bij de rotonde etc. 2. Hoe lang is de Lange Straat ongeveer? 3. Op de foto zie je de Accijnstoren (kaartvak E4)
Wanneer is deze foto ongeveer gemaakt? O ochtend O middag O namiddag 4. De molen van Piet stond vroeger aan de rand van de stad. Van welke windrichting kreeg de molen van Piet de hardste wind? O noordoosten wind O noordwesten wind O zuidwestenwind O zuidoostenwind 5 De gemeentereiniging heeft in kaart gebracht waar het meeste afval op de grond wordt gevonden. In wat voor delen van de stad ligt het meeste afval op de grond? 6. a. In verband met zijn geopereerde knie parkeert Sieger zijn auto in de Karperton parkeergarage. Welke winkel is het minst ver lopen voor hem? O V&D in de Ridderstraat O De HEMA in de v.d. Bosch straat O De bibliotheek O De Kaaswinkel in de Koorstraat b. Welke volgorde kan zij het beste aanhouden om de vier bezoekpunten te bezoeken, opdat ze zo min mogelijk hoeft te lopen?
3
►Tijdbalk van de stad Maak een tijdbalk van de geschiedenis van Alkmaar met de zaken die je tijdens de tocht bent tegengekomen. Bijvoorbeeld: - 5 verschillende soorten gevels - Bouwwerken: Dempen grachten Grote Kerk Waaggebouw tram in de stad treinstation - Ontstaan - Oorlog en Overwinning op Spanjaarden - Stadsmuren raken in onbruik - Stadsrechten ….en zo zijn er nog een aantal dingen……die je in de tijd moet kunnen plaatsen.
4
►Met
de auto naar de stad
µ Stefan parkeert overdag 3 uur en 30 minuten. Hoeveel moet hij dan betalen? Sandra parkeert in de avonduren 3 uur en 30 minuten. Hoeveel moet zij dan betalen? µ Maak binnen 1-2 minuten een schatting van de hoeveelheid parkeerplaatsen in een van de parkeergarages in de stad. Leg uit hoe je bij je schatting te werk bent gegaan.
µ Bedenk zelf een rekensom en geef aan voor welke groep deze geschikt is. Geef aan bij welk kerndoel van getallen en bewerkingen je aansluit.
Zorg er voor dat je aansluit op de kerndoelen Getallen en bewerkingen Kerndoel 26 De leerlingen leren structuur en samenhang van aantallen, gehele getallen, kommagetallen, breuken, procenten en verhoudingen op hoofdlijnen te doorzien en er in praktische situaties mee te rekenen. Kerndoel 27 De leerlingen leren de basisbewerkingen met gehele getallen in elk geval tot 100 snel uit het hoofd uitvoeren, waarbij optellen en aftrekken tot 20 en de tafels van buiten gekend zijn Kerndoel 28 De leerlingen leren schattend tellen en rekenen. Kerndoel 29 De leerlingen leren handig optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen. Kerndoel 30 De leerlingen leren schriftelijk optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen volgens meer of minder verkorte standaardprocedures. Kerndoel 31 De leerlingen leren de rekenmachine met inzicht te gebruiken.
5
B. De route naar het centrum De meeste vragen kun je ter plekke beantwoorden, bij sommige moet je literatuur of internet raadplegen. Let op! Op aangeven van de slb’er start je met de route zoals hieronder is aangegeven. L21 en L23 volgen aanvangsroute 1 richting centrum (verplichte opdrachten van bladzijde 8: 1, 2, 3 en 4) Vanuit IPABO rechtsaf: Gabriël Metsulaan [opdracht 1] – Bij kruispunt Hobbemalaan rechtdoor: Blanckerhofweg – Aan het einde bij T-kruising linksaf: van Ostadelaan [opdracht 2] – Bij rotonde rechtdoor: Nicolaas Beetskade – Bij kruispunt Bergerweg rechtsaf, de brug over: Bergerweg – Onder het spoorviaduct door: Bergerweg [opdracht 3] – Bij kruispunt Stationsweg rechtdoor: Scharlo – Bij rotonde rechtdoor: Geesterweg – Bij kruispunt Geestersingel, zebrapad oversteken en brug over: Zevenhuizen [opdracht 4] – Bij kruispunt Geest rechtdoor: Gasthuisstraat – Bij kruispunt Canadaplein rechtdoor: Kerkplein. L22, L24 volgen aanvangsroute 2 richting centrum (verplichte opdrachten van bladzijde 8: 1, 2, 5 en 6) Vanuit IPABO rechtsaf: Gabriël Metsulaan [opdracht 1] – Bij kruispunt Hobbemalaan rechtsaf: Hobbemalaan – Gelijk over de brug linksaf: Van de Veldelaan / Judith Lysterstraat – Bij kruispunt van Ostadelaan rechtdoor: Bloemaertlaan [opdracht 2] – Bij kruispunt Jan de Heemstraat linksaf: Jan de Heemstraat – Na ca. 90 meter, rechtsaf: volg het fietspad onder het spoorviaduct [opdracht 5] – Aan het einde van het fietspad links aanhouden: Fritz Conijnlaan – Bij kruispunt Westerweg linksaf: Westerweg – Bij kruispunt Lindenlaan rechtsaf: Lindenlaan – volg Lindenlaan, gaat over in: Varnebroek – Bij het water rechtsaf: Kennemersingel [opdracht 6] – Na ca. 70 meter linksaf richting brug: Kennemerstraatweg – Ga de brug over: Ritsevoort – volg Ritsevoort, gaat na kruispunt Oude Gracht over in: Koorstraat – Bij kruispunt Langestraat linksaf: Kerkplein.
Beide aanvangsroutes leiden je naar het centrum van Alkmaar. In het centrum doe je met je groepje de opdrachten zoals vermeld vanaf bladzijde 9.
6
[1] Gabriël Metsu was een schilder uit de Gouden Eeuw. 1. Hoe heet de stijlperiode waarin Gabriël Metsu werkte? 2. Waarom was Gabriël Metsu bij zijn opdrachtgevers vooral geliefd? 3. Waarom staat Gabriël Metsu als genreschilder vooral bekend? [2] Aan de overkant van de van Ostadelaan zie je de ‘Geestmolen’ staan. 1. In welk jaar is deze molen gebouwd? 2. Welke polder heeft deze molen vroeger bemalen? 3. Is deze molen een zgn. ‘Binnenkruier’ of een ‘Buitenkruier’ en waarom? [3] Onder het spoor door links zie je een markante watertoren staan. 1. Wat was de functie van dergelijke watertorens? 2. Maak een schatting van de inhoud van de watertank in deze toren. 3. Welk soort water werd in deze watertoren opgeslagen? [4] Direct over de brug zie je rechts, op de hoek van Zevenhuizen en Geest, een laag gebouw met een markante en fraaie gevelsteen boven de deur. Maak een foto van de gevelsteen en beantwoord later de volgende vragen: 1. Wat is de naam van dit gebouw? 2. Welke functie had dit gebouw vroeger? 3. Kun je een verband leggen tussen de naam en de voormalige functie van het gebouw? [5] Zoals in vele steden heeft het eeuwenoude stadspark dat aan deze buurt grenst zijn naam aan deze buurt geleend. Dat kun je nog terugzien in sommige straatnamen. 1. Hoe heet deze buurt? 2. In welke straatnamen kun je dat terugzien? [6] 1. Hoe heet dit water? 2. Wat was vroeger de functie van dit water?
7
In het centrum van de stad (zie kaart centrum) A. locatiegebonden werkopdracht ►1.
Een kaart maken
In de methode aardrijkskundemethode De Blauwe Planeet , groep 5, zie je hoe je een kaart kunt maken van een winkelstraat in het kader van kaartlezen.
8
µ Maak nu een kaartje van de Langestraat vanaf de Payglop naar het zuiden. µ Vragen: 1. Wat valt op aan het soort winkels dat je veel aantreft in de Langestraat? 2. Kun je een verklaring geven voor dit verschijnsel? Noem twee redenen vanuit het oogpunt van de winkelier. 3. Kun je deze winkels ook in een ander deel van Alkmaar tegen komen? Leg uit waarom.
9
►2
Oriëntatie op de kaart (nummer 3 op de aparte kaart)
µ Voorbeeld De onderstaande foto’s zijn genomen op en rond het Waagplein. Geef op de kaart aan waar de fotograaf heeft gestaan toen hij deze foto’s nam. Zet daartoe voor elke foto een stip op de juiste plek op de kaart met het nummer van de bijbehorende foto. µ Opdracht: Maak zelf ongeveer 4 foto’s waarmee je deze opdracht kunt aanvullen. Geef op de kaart aan waar je welke foto hebt gemaakt.
Foto 1
Foto 2
10
B. niet-locatie gebonden werkopdrachten
►4. Belangrijke gevelvormen Veel panden in het centrum van Nederlandse steden hebben typische oude gevels. In elke periode werd een bepaald type gevel veel gebouwd. Wanneer je dus een authentieke gevel ziet is het aannemelijk dat deze is gebouwd in de betreffende periode. Je kunt dus voorzichtig iets zeggen over de leeftijd van de panden.. Op de volgende bladzijde kun je de bijbehorende tijd van de verschillende bouwstijlen achterhalen.
Trapgevel
tuitgevel
halsgevel
klokgevel
lijstgevel
µ In het bovenstaande overzicht zie je de meest voorkomende gevels. Zet de bouwperioden er bij. Gebruik daarvoor onderstaande bron. µ Maak in het centrum van de stad van elk hoofdtype gevel minstens een foto., Noteer het adres, en de vermoedelijke bouwperiode (kijk naar bouwstijl, maar ook de plek in de stad, eventuele jaartallen op de gevels). Maak een collage op een vel A4 of verwerk de foto’s in de tijdbalk.
11
Bronnenmateriaal:
12
►6.
Wegwijzers en afstand bepalen in de straat
WEGWIJZERS/ windrichting µ Waar zal deze wegwijzer ongeveer staan? Hoe komt het dat je dat niet goed te weten kunt komen?
µ Suggestie voor een opdracht (hoef je nu niet uit te voeren) Maak in de stad een foto van een wegwijzer. Geef op de kaart aan waar de wegwijzer staat. Zet de juiste afstanden in de richtingaanwijzers. Met behulp van een fotobewerkingsprogramma kun je deze getallen in de bewegwijzering plaatsen. AFSTAND IN DE STRAAT Kijk aan het begin van de Langestraat (bij de Grote Kerk of bij de Mient) naar het pand van de HEMA (dat is goed te zien aan het uithangsbord). µ Hoe ver schat je dat het uithangbord van de HEMA van jou verwijderd is? µ Hoe kun je met behulp van hulpmiddelen in de straat nagaan hoe ver de afstand is in werkelijkheid (zonder dat je het meetlint op de grond legt of de kaart gebruikt )? Bepaal eerst een strategie en probeer daarna de afstand in de straat na te gaan. Welke strategie heb je gebruikt?
µ Hoe lang is volgens jou de afstand die je bepaald hebt met deze strategie? µ Ga met behulp van de kaart na hoe groot de afstand is: µ Hoe groot zijn de afwijkingen die je hebt gevonden? µ Wat zegt dit over de door jou gevolgde strategieën? (Vat samen wat een goede strategie is om de afstand in stad te schatten.) 13
►7.
Rekenen in de stad
uit Pluspunt µVoorbeeld Bas loopt door Alkmaar. Hij ziet dat er flinke korting wordt gegeven bij H&M.
Opgave: - Hoe groot bedroeg de korting van Bas in euro’s? - Hoe groot was het kortingspercentage van de totale aankoop? µ Opdracht: - Breng middels meerdere foto’s getallen in de stad in beeld. - Bedenk twee realistische rekenopgaven (eventueel bestaand uit een a en b deel) die geschikt zijn voor leerlingen. - Leg uit hoe de leerlingen aan het goede antwoord kunnen komen (let op: indien mogelijk meerdere strategieën). - Geef aan voor welke groep deze rekensom in aanmerking komt.
14
►8.
Taal in de stad
In het centrum van de stad proberen winkeliers, bedrijfjes en restauranthouders aandacht te trekken met creatief taalgebruik vaak in combinatie met beeldende logo’s (denk aan de les BEVO waarbij de opdracht luidt om een reclamebord te maken dat past bij het product. Soms sta je niet eens meer bij stil bij de betekenis van een woord. Bij Kruidvat denk je inmiddels wellicht alleen aan een drogist. En bij Peter alleen aan spijkerbroeken.
Creatief taalgebruik
Afkortingen worden een woord
Bij grotere ketens is Engels meestal de taal…… Wanneer kom je andere talen tegen? µ Maak in de stad een aantal foto’s waarbij taal op een creatieve manier gebruikt wordt, waarbij je vooral een andere taal ziet of waarbij op een andere manier gespeeld wordt met letters , spreekwoorden of anderzijds. Spreek van te voren af waar je op gaat letten. Zet de beste foto’s bij elkaar, zodat je deze kunt gebruiken bij een les Nederlands of wellicht bij Beeldende vorming. De leukste/ origineelste foto komt in aanmerking voor een kleine prijs. Mail je beste/leukste/origineelste foto aan
[email protected] (niet groter dan 5 MB). 15
C. locatiegebonden kijkopdracht ►9.
Oud en nieuw - Langestraat (nummer 5 op de aparte kaart)
µ Wanneer zal deze foto zijn gemaakt? Omstreeks: O 1800 O 1850 O 1900 O 1950 µ Geef een verklaring voor je antwoord (waarom kunnen de andere alternatieven niet goed zijn?) µ Op de foto zie je tramrails. Als je naar de foto kijkt kun je achterhalen wat voor soort tram hier zal hebben gelopen. Welke soorten trams ken je uit het verleden? Wat voor soort tram reed hier? µ Noem drie andere verschillen tussen vroeger en nu op de foto. Geef voor elk verschil een verklaring. µAlle personen op de foto staan te kijken naar de fotograaf. Geef hiervoor een verklaring. µHoe laat ongeveer op de dag zal deze foto genomen zijn? Waaraan kun je dat duidelijk zien?
16
►10.
Oud en nieuw - Vismarkt (nummer 6)
µGeef op de foto aan welk pand verdwenen is. µGa na hoe oud de andere panden ongeveer zijn. Maak een schatting en zet de jaartallen op de panden in deze foto. µLinks op de foto zie je een boot waarmee passagiers werden vervoerd. Wat voor boot zal dat zijn geweest?
17
►11. Romeinse cijfers (nummer 7) Op de gevel van het pand aan de Mient nummer ??? staat een jaartal in Romeinse cijfers. µWelk jaartal hoort daarbij? µMaak de onderstaande tabel af: Tabel Romeinse cijfers/ tekens en Arabische cijfers M C D X 10 V 5 I 1 IV
4 3 2
µ Zouden dit de eerst panden zijn die er gebouw zijn aan de Mient? Welke aanwijzing heb je daarvoor aangetroffen tijdens deze excursie? µ Kijk nu naar de het Waaggebouw. Daar staat ook een jaartal op in Romeinse cijfers. Uit welk jaar dateert het Waaggebouw? µ Kijk naar de klok van de Grote Kerk of van het Waaggebouw . Welk cijfer wordt daar niet correct weergegeven? Kun je daarvoor een verklaring geven? µ Zet nu zelf het jaar 1672 om in Romeinse cijfers:
18
Gebouwen in Alkmaar ►12. Grote Kerk (nummer 9) In 1470 werd begonnen met de bouw van de Grote of Sint Laurenskerk. In 1520 werd de bouw van de kerk voltooid. De Grote Kerk is gebouwd op een oude zandrug. Vlakbij, aan het begin van de Langestraat, is in de bestrating het hoogste natuurlijke punt aangegeven met een kleine halve maan van grijze kinderkopjes. Maak een (of meerdere) foto’s van de Grote kerk, zodanig dat de bouwstijl goed te zien is. Welke bouwstijl zie je hier? Welke gelovigen hebben deze kerk laten bouwen? Wanneer is de kerk in handen gekomen van de protestanten? Wat voor soort steen is vooral gebruikt bij de bouw van de kerk? Waar zal deze steen vandaan komen? O uit de omgeving van Alkmaar O uit andere delen van Nederland O uit Duitsland Waar is het dak van de Grote Kerk van gemaakt? (internet) of Sint-Laurenskerk heeft twee wereldberoemde orgels in huis. 1. Wat zijn de namen van deze twee historische orgels? 2. Uit welk jaar dateert het oudste van deze twee? (Het oudst nog werkende orgel van Nederland!) ►13. Molen van Piet (nummer 8) De molen van Piet dankt haar naam vanwege het feit dat deze molen al generaties lang door de familie Piet wordt beheerd. De molen heeft tenminste drie functies vervuld. a. Ten eerste als ijskelder. Waarom had men een ijskelder nodig? Waar haalde men het ijs vandaan? b. Ten tweede als molen. Waarvoor zal deze molen zijn gebruikt? Vroeger stonden er veel molens aan de rand van de stad. Wat was daarvoor een belangrijke reden? c. Ten derde als verdedigingswerk. Waar zie je dat aan? Wie gebruikte de molen van Piet en omgeving als verdedigingswerk?
19
►14 Het huis met de kogel (omgeving van nummer 11) Bij het huis met de kogel zie je een houten huis met een kogel er in. Die is afgeschoten tijdens de tachtig jarige oorlog. Door welke vijand is deze kogel afgeschoten? Hoe oud schat je dat dit houten huis van oorsprong is? Waarom zijn de meeste houten huizen vervangen door stenen huizen? Wat voor soort gevel is hier te zien? Twee kinderen van groep 7 praten over de houten huizen. Sandra: Het zijn de oudste huizen van de stad Stefan: Dit gedeelte van de stad is het oudste gedeelte van Alkmaar Wie heeft er gelijk? O alleen Sandra O alleen Stefan O Stefan en Sandra hebben gelijk O niemand heeft gelijk ►15 Waaggebouw (nummer Hoe oud is het Waaggebouw?
10)
Wat was de functie van het Waaggebouw in de stad? Waarom staat het Waaggebouw juist op deze plek en niet aan de haven (bij het havengebouw?) Van wat voor soort steen is het Waaggebouw voornamelijk gemaakt? ►16 Brillesteeg (nummer 12) Zoek de Brillesteegbrug op (één van de mooiste bruggen van Alkmaar), uiteraard vernoemd naar de Brillesteeg. Ga er midden op staan en kijk uit over de pracht van de Oude Gracht. Veel huizen hebben vanaf de begane grond steeds lagere ramen op de hogere verdiepingen. Neem een foto van zo’n huis, en wel het huis dat je ’t meest interessant vindt. Noem twee mogelijke oorzaken voor de steeds lagere ramen op hogere verdiepingen. Waarom vind je het door jou gefotografeerde huis het meest interessant? ►17
Carillons (niet op de kaart aangegeven)
Alkmaar heeft in het centrum drie historische carillons (klokkenspelen).
In welke drie gebouwen huisvesten zich de historische carillons?
Wie is sinds 1 maart 2009 de nieuwe stadsbeiaardier van Alkmaar?
20
LEREN IN DE STAD Een vakoverstijgende geografische kijk- en veldwerkexcursie in het centrum van Alkmaar
Roger Baltus Sandra ten Brink Henri Heuvelmans Stefan Schuur
Inhoudsopgave pagina 2
Inhoudsopgave A. Opdrachten voor of na de excursie: Kaartlezen met de kaart van Alkmaar Tijdbalk van de stad Met de auto naar de stad B. De route naar het centrum Opdrachten C. In het centrum van de stad Locatie gebonden werkopdrachten: Een kaart maken Oriëntatie op de kaart Niet locatie gebonden werkopdrachten: Belangrijke gevelvormen Wegwijzers en afstand Rekenen in de stad Taal in de stad Locatie gebonden kijkopdrachten: Oud en nieuw: Langestraat Oud en nieuw: Vismarkt Romeinse cijfers Bouwwerken: - Grote Kerk - Molen van Piet - Waaggebouw - Huis met de kogel - Brillesteegbrug - Carillons
3 4 5 6 7 8 8 10 11 13 14 15 16 17 18 19 19 20 20 20 20
Bij dit boekje hoort een kaart. Op die kaart staan nummers in het blauw en groen. Niet alle nummers zullen worden gebruikt in dit boekje. De kaart wordt ook in het derde studiejaar gebruikt maar dan gekoppeld aan andersoortige opdrachten.
2
A. Opdrachten voorafgaand of na de excursie uit te voeren ►Kaartlezen
met de kaart van Alkmaar
1. Bas vraagt de weg van de Augustijnsteeg naar de Veerstraat. a. In welke richting moet Bas dan vooral lopen? b. Leg uit hoe Bas moet lopen door aan te geven hoeveelste straat naar links bij de rotonde etc. 2. Hoe lang is de Lange Straat ongeveer? 3. Op de foto zie je de Accijnstoren (kaartvak E4)
Wanneer is deze foto ongeveer gemaakt? O ochtend O middag O namiddag 4. De molen van Piet stond vroeger aan de rand van de stad. Van welke windrichting kreeg de molen van Piet de hardste wind? O noordoosten wind O noordwesten wind O zuidwestenwind O zuidoostenwind 5 De gemeentereiniging heeft in kaart gebracht waar het meeste afval op de grond wordt gevonden. In wat voor delen van de stad ligt het meeste afval op de grond? 6. a. In verband met zijn geopereerde knie parkeert Sieger zijn auto in de Karperton parkeergarage. Welke winkel is het minst ver lopen voor hem? O V&D in de Ridderstraat O De HEMA in de v.d. Bosch straat O De bibliotheek O De Kaaswinkel in de Koorstraat b. Welke volgorde kan zij het beste aanhouden om de vier bezoekpunten te bezoeken, opdat ze zo min mogelijk hoeft te lopen?
3
►Tijdbalk van de stad Maak een tijdbalk van de geschiedenis van Alkmaar met de zaken die je tijdens de tocht bent tegengekomen. Bijvoorbeeld: - 5 verschillende soorten gevels - Bouwwerken: Dempen grachten Grote Kerk Waaggebouw tram in de stad treinstation - Ontstaan - Oorlog en Overwinning op Spanjaarden - Stadsmuren raken in onbruik - Stadsrechten ….en zo zijn er nog een aantal dingen……die je in de tijd moet kunnen plaatsen.
4
►Met
de auto naar de stad
µ Stefan parkeert overdag 3 uur en 30 minuten. Hoeveel moet hij dan betalen? Sandra parkeert in de avonduren 3 uur en 30 minuten. Hoeveel moet zij dan betalen? µ Maak binnen 1-2 minuten een schatting van de hoeveelheid parkeerplaatsen in een van de parkeergarages in de stad. Leg uit hoe je bij je schatting te werk bent gegaan.
µ Bedenk zelf een rekensom en geef aan voor welke groep deze geschikt is. Geef aan bij welk kerndoel van getallen en bewerkingen je aansluit.
Zorg er voor dat je aansluit op de kerndoelen Getallen en bewerkingen Kerndoel 26 De leerlingen leren structuur en samenhang van aantallen, gehele getallen, kommagetallen, breuken, procenten en verhoudingen op hoofdlijnen te doorzien en er in praktische situaties mee te rekenen. Kerndoel 27 De leerlingen leren de basisbewerkingen met gehele getallen in elk geval tot 100 snel uit het hoofd uitvoeren, waarbij optellen en aftrekken tot 20 en de tafels van buiten gekend zijn Kerndoel 28 De leerlingen leren schattend tellen en rekenen. Kerndoel 29 De leerlingen leren handig optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen. Kerndoel 30 De leerlingen leren schriftelijk optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen volgens meer of minder verkorte standaardprocedures. Kerndoel 31 De leerlingen leren de rekenmachine met inzicht te gebruiken.
5
B. De route naar het centrum De meeste vragen kun je ter plekke beantwoorden, bij sommige moet je literatuur of internet raadplegen. Let op! Op aangeven van de slb’er start je met de route zoals hieronder is aangegeven. L21 en L23 volgen aanvangsroute 1 richting centrum (verplichte opdrachten van bladzijde 8: 1, 2, 3 en 4) Vanuit IPABO rechtsaf: Gabriël Metsulaan [opdracht 1] – Bij kruispunt Hobbemalaan rechtdoor: Blanckerhofweg – Aan het einde bij T-kruising linksaf: van Ostadelaan [opdracht 2] – Bij rotonde rechtdoor: Nicolaas Beetskade – Bij kruispunt Bergerweg rechtsaf, de brug over: Bergerweg – Onder het spoorviaduct door: Bergerweg [opdracht 3] – Bij kruispunt Stationsweg rechtdoor: Scharlo – Bij rotonde rechtdoor: Geesterweg – Bij kruispunt Geestersingel, zebrapad oversteken en brug over: Zevenhuizen [opdracht 4] – Bij kruispunt Geest rechtdoor: Gasthuisstraat – Bij kruispunt Canadaplein rechtdoor: Kerkplein. L22, L24 volgen aanvangsroute 2 richting centrum (verplichte opdrachten van bladzijde 8: 1, 2, 5 en 6) Vanuit IPABO rechtsaf: Gabriël Metsulaan [opdracht 1] – Bij kruispunt Hobbemalaan rechtsaf: Hobbemalaan – Gelijk over de brug linksaf: Van de Veldelaan / Judith Lysterstraat – Bij kruispunt van Ostadelaan rechtdoor: Bloemaertlaan [opdracht 2] – Bij kruispunt Jan de Heemstraat linksaf: Jan de Heemstraat – Na ca. 90 meter, rechtsaf: volg het fietspad onder het spoorviaduct [opdracht 5] – Aan het einde van het fietspad links aanhouden: Fritz Conijnlaan – Bij kruispunt Westerweg linksaf: Westerweg – Bij kruispunt Lindenlaan rechtsaf: Lindenlaan – volg Lindenlaan, gaat over in: Varnebroek – Bij het water rechtsaf: Kennemersingel [opdracht 6] – Na ca. 70 meter linksaf richting brug: Kennemerstraatweg – Ga de brug over: Ritsevoort – volg Ritsevoort, gaat na kruispunt Oude Gracht over in: Koorstraat – Bij kruispunt Langestraat linksaf: Kerkplein.
Beide aanvangsroutes leiden je naar het centrum van Alkmaar. In het centrum doe je met je groepje de opdrachten zoals vermeld vanaf bladzijde 9.
6
[1] Gabriël Metsu was een schilder uit de Gouden Eeuw. 1. Hoe heet de stijlperiode waarin Gabriël Metsu werkte? 2. Waarom was Gabriël Metsu bij zijn opdrachtgevers vooral geliefd? 3. Waarom staat Gabriël Metsu als genreschilder vooral bekend? [2] Aan de overkant van de van Ostadelaan zie je de ‘Geestmolen’ staan. 1. In welk jaar is deze molen gebouwd? 2. Welke polder heeft deze molen vroeger bemalen? 3. Is deze molen een zgn. ‘Binnenkruier’ of een ‘Buitenkruier’ en waarom? [3] Onder het spoor door links zie je een markante watertoren staan. 1. Wat was de functie van dergelijke watertorens? 2. Maak een schatting van de inhoud van de watertank in deze toren. 3. Welk soort water werd in deze watertoren opgeslagen? [4] Direct over de brug zie je rechts, op de hoek van Zevenhuizen en Geest, een laag gebouw met een markante en fraaie gevelsteen boven de deur. Maak een foto van de gevelsteen en beantwoord later de volgende vragen: 1. Wat is de naam van dit gebouw? 2. Welke functie had dit gebouw vroeger? 3. Kun je een verband leggen tussen de naam en de voormalige functie van het gebouw? [5] Zoals in vele steden heeft het eeuwenoude stadspark dat aan deze buurt grenst zijn naam aan deze buurt geleend. Dat kun je nog terugzien in sommige straatnamen. 1. Hoe heet deze buurt? 2. In welke straatnamen kun je dat terugzien? [6] 1. Hoe heet dit water? 2. Wat was vroeger de functie van dit water?
7
In het centrum van de stad (zie kaart centrum) A. locatiegebonden werkopdracht ►1.
Een kaart maken
In de methode aardrijkskundemethode De Blauwe Planeet , groep 5, zie je hoe je een kaart kunt maken van een winkelstraat in het kader van kaartlezen.
8
µ Maak nu een kaartje van de Langestraat vanaf de Payglop naar het zuiden. µ Vragen: 1. Wat valt op aan het soort winkels dat je veel aantreft in de Langestraat? 2. Kun je een verklaring geven voor dit verschijnsel? Noem twee redenen vanuit het oogpunt van de winkelier. 3. Kun je deze winkels ook in een ander deel van Alkmaar tegen komen? Leg uit waarom.
9
►2
Oriëntatie op de kaart (nummer 3 op de aparte kaart)
µ Voorbeeld De onderstaande foto’s zijn genomen op en rond het Waagplein. Geef op de kaart aan waar de fotograaf heeft gestaan toen hij deze foto’s nam. Zet daartoe voor elke foto een stip op de juiste plek op de kaart met het nummer van de bijbehorende foto. µ Opdracht: Maak zelf ongeveer 4 foto’s waarmee je deze opdracht kunt aanvullen. Geef op de kaart aan waar je welke foto hebt gemaakt.
Foto 1
Foto 2
10
B. niet-locatie gebonden werkopdrachten
►4. Belangrijke gevelvormen Veel panden in het centrum van Nederlandse steden hebben typische oude gevels. In elke periode werd een bepaald type gevel veel gebouwd. Wanneer je dus een authentieke gevel ziet is het aannemelijk dat deze is gebouwd in de betreffende periode. Je kunt dus voorzichtig iets zeggen over de leeftijd van de panden.. Op de volgende bladzijde kun je de bijbehorende tijd van de verschillende bouwstijlen achterhalen.
Trapgevel
tuitgevel
halsgevel
klokgevel
lijstgevel
µ In het bovenstaande overzicht zie je de meest voorkomende gevels. Zet de bouwperioden er bij. Gebruik daarvoor onderstaande bron. µ Maak in het centrum van de stad van elk hoofdtype gevel minstens een foto., Noteer het adres, en de vermoedelijke bouwperiode (kijk naar bouwstijl, maar ook de plek in de stad, eventuele jaartallen op de gevels). Maak een collage op een vel A4 of verwerk de foto’s in de tijdbalk.
11
Bronnenmateriaal:
12
►6.
Wegwijzers en afstand bepalen in de straat
WEGWIJZERS/ windrichting µ Waar zal deze wegwijzer ongeveer staan? Hoe komt het dat je dat niet goed te weten kunt komen?
µ Suggestie voor een opdracht (hoef je nu niet uit te voeren) Maak in de stad een foto van een wegwijzer. Geef op de kaart aan waar de wegwijzer staat. Zet de juiste afstanden in de richtingaanwijzers. Met behulp van een fotobewerkingsprogramma kun je deze getallen in de bewegwijzering plaatsen. AFSTAND IN DE STRAAT Kijk aan het begin van de Langestraat (bij de Grote Kerk of bij de Mient) naar het pand van de HEMA (dat is goed te zien aan het uithangsbord). µ Hoe ver schat je dat het uithangbord van de HEMA van jou verwijderd is? µ Hoe kun je met behulp van hulpmiddelen in de straat nagaan hoe ver de afstand is in werkelijkheid (zonder dat je het meetlint op de grond legt of de kaart gebruikt )? Bepaal eerst een strategie en probeer daarna de afstand in de straat na te gaan. Welke strategie heb je gebruikt?
µ Hoe lang is volgens jou de afstand die je bepaald hebt met deze strategie? µ Ga met behulp van de kaart na hoe groot de afstand is: µ Hoe groot zijn de afwijkingen die je hebt gevonden? µ Wat zegt dit over de door jou gevolgde strategieën? (Vat samen wat een goede strategie is om de afstand in stad te schatten.) 13
►7.
Rekenen in de stad
uit Pluspunt µVoorbeeld Bas loopt door Alkmaar. Hij ziet dat er flinke korting wordt gegeven bij H&M.
Opgave: - Hoe groot bedroeg de korting van Bas in euro’s? - Hoe groot was het kortingspercentage van de totale aankoop? µ Opdracht: - Breng middels meerdere foto’s getallen in de stad in beeld. - Bedenk twee realistische rekenopgaven (eventueel bestaand uit een a en b deel) die geschikt zijn voor leerlingen. - Leg uit hoe de leerlingen aan het goede antwoord kunnen komen (let op: indien mogelijk meerdere strategieën). - Geef aan voor welke groep deze rekensom in aanmerking komt.
14
►8.
Taal in de stad
In het centrum van de stad proberen winkeliers, bedrijfjes en restauranthouders aandacht te trekken met creatief taalgebruik vaak in combinatie met beeldende logo’s (denk aan de les BEVO waarbij de opdracht luidt om een reclamebord te maken dat past bij het product. Soms sta je niet eens meer bij stil bij de betekenis van een woord. Bij Kruidvat denk je inmiddels wellicht alleen aan een drogist. En bij Peter alleen aan spijkerbroeken.
Creatief taalgebruik
Afkortingen worden een woord
Bij grotere ketens is Engels meestal de taal…… Wanneer kom je andere talen tegen? µ Maak in de stad een aantal foto’s waarbij taal op een creatieve manier gebruikt wordt, waarbij je vooral een andere taal ziet of waarbij op een andere manier gespeeld wordt met letters , spreekwoorden of anderzijds. Spreek van te voren af waar je op gaat letten. Zet de beste foto’s bij elkaar, zodat je deze kunt gebruiken bij een les Nederlands of wellicht bij Beeldende vorming. De leukste/ origineelste foto komt in aanmerking voor een kleine prijs. Mail je beste/leukste/origineelste foto aan
[email protected] (niet groter dan 5 MB). 15
C. locatiegebonden kijkopdracht ►9.
Oud en nieuw - Langestraat (nummer 5 op de aparte kaart)
µ Wanneer zal deze foto zijn gemaakt? Omstreeks: O 1800 O 1850 O 1900 O 1950 µ Geef een verklaring voor je antwoord (waarom kunnen de andere alternatieven niet goed zijn?) µ Op de foto zie je tramrails. Als je naar de foto kijkt kun je achterhalen wat voor soort tram hier zal hebben gelopen. Welke soorten trams ken je uit het verleden? Wat voor soort tram reed hier? µ Noem drie andere verschillen tussen vroeger en nu op de foto. Geef voor elk verschil een verklaring. µAlle personen op de foto staan te kijken naar de fotograaf. Geef hiervoor een verklaring. µHoe laat ongeveer op de dag zal deze foto genomen zijn? Waaraan kun je dat duidelijk zien?
16
►10.
Oud en nieuw - Vismarkt (nummer 6)
µGeef op de foto aan welk pand verdwenen is. µGa na hoe oud de andere panden ongeveer zijn. Maak een schatting en zet de jaartallen op de panden in deze foto. µLinks op de foto zie je een boot waarmee passagiers werden vervoerd. Wat voor boot zal dat zijn geweest?
17
►11. Romeinse cijfers (nummer 7) Op de gevel van het pand aan de Mient nummer ??? staat een jaartal in Romeinse cijfers. µWelk jaartal hoort daarbij? µMaak de onderstaande tabel af: Tabel Romeinse cijfers/ tekens en Arabische cijfers M C D X 10 V 5 I 1 IV
4 3 2
µ Zouden dit de eerst panden zijn die er gebouw zijn aan de Mient? Welke aanwijzing heb je daarvoor aangetroffen tijdens deze excursie? µ Kijk nu naar de het Waaggebouw. Daar staat ook een jaartal op in Romeinse cijfers. Uit welk jaar dateert het Waaggebouw? µ Kijk naar de klok van de Grote Kerk of van het Waaggebouw . Welk cijfer wordt daar niet correct weergegeven? Kun je daarvoor een verklaring geven? µ Zet nu zelf het jaar 1672 om in Romeinse cijfers:
18
Gebouwen in Alkmaar ►12. Grote Kerk (nummer 9) In 1470 werd begonnen met de bouw van de Grote of Sint Laurenskerk. In 1520 werd de bouw van de kerk voltooid. De Grote Kerk is gebouwd op een oude zandrug. Vlakbij, aan het begin van de Langestraat, is in de bestrating het hoogste natuurlijke punt aangegeven met een kleine halve maan van grijze kinderkopjes. Maak een (of meerdere) foto’s van de Grote kerk, zodanig dat de bouwstijl goed te zien is. Welke bouwstijl zie je hier? Welke gelovigen hebben deze kerk laten bouwen? Wanneer is de kerk in handen gekomen van de protestanten? Wat voor soort steen is vooral gebruikt bij de bouw van de kerk? Waar zal deze steen vandaan komen? O uit de omgeving van Alkmaar O uit andere delen van Nederland O uit Duitsland Waar is het dak van de Grote Kerk van gemaakt? (internet) of Sint-Laurenskerk heeft twee wereldberoemde orgels in huis. 1. Wat zijn de namen van deze twee historische orgels? 2. Uit welk jaar dateert het oudste van deze twee? (Het oudst nog werkende orgel van Nederland!) ►13. Molen van Piet (nummer 8) De molen van Piet dankt haar naam vanwege het feit dat deze molen al generaties lang door de familie Piet wordt beheerd. De molen heeft tenminste drie functies vervuld. a. Ten eerste als ijskelder. Waarom had men een ijskelder nodig? Waar haalde men het ijs vandaan? b. Ten tweede als molen. Waarvoor zal deze molen zijn gebruikt? Vroeger stonden er veel molens aan de rand van de stad. Wat was daarvoor een belangrijke reden? c. Ten derde als verdedigingswerk. Waar zie je dat aan? Wie gebruikte de molen van Piet en omgeving als verdedigingswerk?
19
►14 Het huis met de kogel (omgeving van nummer 11) Bij het huis met de kogel zie je een houten huis met een kogel er in. Die is afgeschoten tijdens de tachtig jarige oorlog. Door welke vijand is deze kogel afgeschoten? Hoe oud schat je dat dit houten huis van oorsprong is? Waarom zijn de meeste houten huizen vervangen door stenen huizen? Wat voor soort gevel is hier te zien? Twee kinderen van groep 7 praten over de houten huizen. Sandra: Het zijn de oudste huizen van de stad Stefan: Dit gedeelte van de stad is het oudste gedeelte van Alkmaar Wie heeft er gelijk? O alleen Sandra O alleen Stefan O Stefan en Sandra hebben gelijk O niemand heeft gelijk ►15 Waaggebouw (nummer Hoe oud is het Waaggebouw?
10)
Wat was de functie van het Waaggebouw in de stad? Waarom staat het Waaggebouw juist op deze plek en niet aan de haven (bij het havengebouw?) Van wat voor soort steen is het Waaggebouw voornamelijk gemaakt? ►16 Brillesteeg (nummer 12) Zoek de Brillesteegbrug op (één van de mooiste bruggen van Alkmaar), uiteraard vernoemd naar de Brillesteeg. Ga er midden op staan en kijk uit over de pracht van de Oude Gracht. Veel huizen hebben vanaf de begane grond steeds lagere ramen op de hogere verdiepingen. Neem een foto van zo’n huis, en wel het huis dat je ’t meest interessant vindt. Noem twee mogelijke oorzaken voor de steeds lagere ramen op hogere verdiepingen. Waarom vind je het door jou gefotografeerde huis het meest interessant? ►17
Carillons (niet op de kaart aangegeven)
Alkmaar heeft in het centrum drie historische carillons (klokkenspelen).
In welke drie gebouwen huisvesten zich de historische carillons?
Wie is sinds 1 maart 2009 de nieuwe stadsbeiaardier van Alkmaar?
20
LEREN IN DE STAD Een vakoverstijgende geografische kijk- en veldwerkexcursie in het centrum van Alkmaar
Roger Baltus Sandra ten Brink Henri Heuvelmans Stefan Schuur
Inhoudsopgave pagina 2
Inhoudsopgave A. Opdrachten voor of na de excursie: Kaartlezen met de kaart van Alkmaar Tijdbalk van de stad Met de auto naar de stad B. De route naar het centrum Opdrachten C. In het centrum van de stad Locatie gebonden werkopdrachten: Een kaart maken Oriëntatie op de kaart Niet locatie gebonden werkopdrachten: Belangrijke gevelvormen Wegwijzers en afstand Rekenen in de stad Taal in de stad Locatie gebonden kijkopdrachten: Oud en nieuw: Langestraat Oud en nieuw: Vismarkt Romeinse cijfers Bouwwerken: - Grote Kerk - Molen van Piet - Waaggebouw - Huis met de kogel - Brillesteegbrug - Carillons
3 4 5 6 7 8 8 10 11 13 14 15 16 17 18 19 19 20 20 20 20
Bij dit boekje hoort een kaart. Op die kaart staan nummers in het blauw en groen. Niet alle nummers zullen worden gebruikt in dit boekje. De kaart wordt ook in het derde studiejaar gebruikt maar dan gekoppeld aan andersoortige opdrachten.
2
A. Opdrachten voorafgaand of na de excursie uit te voeren ►Kaartlezen
met de kaart van Alkmaar
1. Bas vraagt de weg van de Augustijnsteeg naar de Veerstraat. a. In welke richting moet Bas dan vooral lopen? b. Leg uit hoe Bas moet lopen door aan te geven hoeveelste straat naar links bij de rotonde etc. 2. Hoe lang is de Lange Straat ongeveer? 3. Op de foto zie je de Accijnstoren (kaartvak E4)
Wanneer is deze foto ongeveer gemaakt? O ochtend O middag O namiddag 4. De molen van Piet stond vroeger aan de rand van de stad. Van welke windrichting kreeg de molen van Piet de hardste wind? O noordoosten wind O noordwesten wind O zuidwestenwind O zuidoostenwind 5 De gemeentereiniging heeft in kaart gebracht waar het meeste afval op de grond wordt gevonden. In wat voor delen van de stad ligt het meeste afval op de grond? 6. a. In verband met zijn geopereerde knie parkeert Sieger zijn auto in de Karperton parkeergarage. Welke winkel is het minst ver lopen voor hem? O V&D in de Ridderstraat O De HEMA in de v.d. Bosch straat O De bibliotheek O De Kaaswinkel in de Koorstraat b. Welke volgorde kan zij het beste aanhouden om de vier bezoekpunten te bezoeken, opdat ze zo min mogelijk hoeft te lopen?
3
►Tijdbalk van de stad Maak een tijdbalk van de geschiedenis van Alkmaar met de zaken die je tijdens de tocht bent tegengekomen. Bijvoorbeeld: - 5 verschillende soorten gevels - Bouwwerken: Dempen grachten Grote Kerk Waaggebouw tram in de stad treinstation - Ontstaan - Oorlog en Overwinning op Spanjaarden - Stadsmuren raken in onbruik - Stadsrechten ….en zo zijn er nog een aantal dingen……die je in de tijd moet kunnen plaatsen.
4
►Met
de auto naar de stad
µ Stefan parkeert overdag 3 uur en 30 minuten. Hoeveel moet hij dan betalen? Sandra parkeert in de avonduren 3 uur en 30 minuten. Hoeveel moet zij dan betalen? µ Maak binnen 1-2 minuten een schatting van de hoeveelheid parkeerplaatsen in een van de parkeergarages in de stad. Leg uit hoe je bij je schatting te werk bent gegaan.
µ Bedenk zelf een rekensom en geef aan voor welke groep deze geschikt is. Geef aan bij welk kerndoel van getallen en bewerkingen je aansluit.
Zorg er voor dat je aansluit op de kerndoelen Getallen en bewerkingen Kerndoel 26 De leerlingen leren structuur en samenhang van aantallen, gehele getallen, kommagetallen, breuken, procenten en verhoudingen op hoofdlijnen te doorzien en er in praktische situaties mee te rekenen. Kerndoel 27 De leerlingen leren de basisbewerkingen met gehele getallen in elk geval tot 100 snel uit het hoofd uitvoeren, waarbij optellen en aftrekken tot 20 en de tafels van buiten gekend zijn Kerndoel 28 De leerlingen leren schattend tellen en rekenen. Kerndoel 29 De leerlingen leren handig optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen. Kerndoel 30 De leerlingen leren schriftelijk optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen volgens meer of minder verkorte standaardprocedures. Kerndoel 31 De leerlingen leren de rekenmachine met inzicht te gebruiken.
5
B. De route naar het centrum De meeste vragen kun je ter plekke beantwoorden, bij sommige moet je literatuur of internet raadplegen. Let op! Op aangeven van de slb’er start je met de route zoals hieronder is aangegeven. L21 en L23 volgen aanvangsroute 1 richting centrum (verplichte opdrachten van bladzijde 8: 1, 2, 3 en 4) Vanuit IPABO rechtsaf: Gabriël Metsulaan [opdracht 1] – Bij kruispunt Hobbemalaan rechtdoor: Blanckerhofweg – Aan het einde bij T-kruising linksaf: van Ostadelaan [opdracht 2] – Bij rotonde rechtdoor: Nicolaas Beetskade – Bij kruispunt Bergerweg rechtsaf, de brug over: Bergerweg – Onder het spoorviaduct door: Bergerweg [opdracht 3] – Bij kruispunt Stationsweg rechtdoor: Scharlo – Bij rotonde rechtdoor: Geesterweg – Bij kruispunt Geestersingel, zebrapad oversteken en brug over: Zevenhuizen [opdracht 4] – Bij kruispunt Geest rechtdoor: Gasthuisstraat – Bij kruispunt Canadaplein rechtdoor: Kerkplein. L22, L24 volgen aanvangsroute 2 richting centrum (verplichte opdrachten van bladzijde 8: 1, 2, 5 en 6) Vanuit IPABO rechtsaf: Gabriël Metsulaan [opdracht 1] – Bij kruispunt Hobbemalaan rechtsaf: Hobbemalaan – Gelijk over de brug linksaf: Van de Veldelaan / Judith Lysterstraat – Bij kruispunt van Ostadelaan rechtdoor: Bloemaertlaan [opdracht 2] – Bij kruispunt Jan de Heemstraat linksaf: Jan de Heemstraat – Na ca. 90 meter, rechtsaf: volg het fietspad onder het spoorviaduct [opdracht 5] – Aan het einde van het fietspad links aanhouden: Fritz Conijnlaan – Bij kruispunt Westerweg linksaf: Westerweg – Bij kruispunt Lindenlaan rechtsaf: Lindenlaan – volg Lindenlaan, gaat over in: Varnebroek – Bij het water rechtsaf: Kennemersingel [opdracht 6] – Na ca. 70 meter linksaf richting brug: Kennemerstraatweg – Ga de brug over: Ritsevoort – volg Ritsevoort, gaat na kruispunt Oude Gracht over in: Koorstraat – Bij kruispunt Langestraat linksaf: Kerkplein.
Beide aanvangsroutes leiden je naar het centrum van Alkmaar. In het centrum doe je met je groepje de opdrachten zoals vermeld vanaf bladzijde 9.
6
[1] Gabriël Metsu was een schilder uit de Gouden Eeuw. 1. Hoe heet de stijlperiode waarin Gabriël Metsu werkte? 2. Waarom was Gabriël Metsu bij zijn opdrachtgevers vooral geliefd? 3. Waarom staat Gabriël Metsu als genreschilder vooral bekend? [2] Aan de overkant van de van Ostadelaan zie je de ‘Geestmolen’ staan. 1. In welk jaar is deze molen gebouwd? 2. Welke polder heeft deze molen vroeger bemalen? 3. Is deze molen een zgn. ‘Binnenkruier’ of een ‘Buitenkruier’ en waarom? [3] Onder het spoor door links zie je een markante watertoren staan. 1. Wat was de functie van dergelijke watertorens? 2. Maak een schatting van de inhoud van de watertank in deze toren. 3. Welk soort water werd in deze watertoren opgeslagen? [4] Direct over de brug zie je rechts, op de hoek van Zevenhuizen en Geest, een laag gebouw met een markante en fraaie gevelsteen boven de deur. Maak een foto van de gevelsteen en beantwoord later de volgende vragen: 1. Wat is de naam van dit gebouw? 2. Welke functie had dit gebouw vroeger? 3. Kun je een verband leggen tussen de naam en de voormalige functie van het gebouw? [5] Zoals in vele steden heeft het eeuwenoude stadspark dat aan deze buurt grenst zijn naam aan deze buurt geleend. Dat kun je nog terugzien in sommige straatnamen. 1. Hoe heet deze buurt? 2. In welke straatnamen kun je dat terugzien? [6] 1. Hoe heet dit water? 2. Wat was vroeger de functie van dit water?
7
In het centrum van de stad (zie kaart centrum) A. locatiegebonden werkopdracht ►1.
Een kaart maken
In de methode aardrijkskundemethode De Blauwe Planeet , groep 5, zie je hoe je een kaart kunt maken van een winkelstraat in het kader van kaartlezen.
8
µ Maak nu een kaartje van de Langestraat vanaf de Payglop naar het zuiden. µ Vragen: 1. Wat valt op aan het soort winkels dat je veel aantreft in de Langestraat? 2. Kun je een verklaring geven voor dit verschijnsel? Noem twee redenen vanuit het oogpunt van de winkelier. 3. Kun je deze winkels ook in een ander deel van Alkmaar tegen komen? Leg uit waarom.
9
►2
Oriëntatie op de kaart (nummer 3 op de aparte kaart)
µ Voorbeeld De onderstaande foto’s zijn genomen op en rond het Waagplein. Geef op de kaart aan waar de fotograaf heeft gestaan toen hij deze foto’s nam. Zet daartoe voor elke foto een stip op de juiste plek op de kaart met het nummer van de bijbehorende foto. µ Opdracht: Maak zelf ongeveer 4 foto’s waarmee je deze opdracht kunt aanvullen. Geef op de kaart aan waar je welke foto hebt gemaakt.
Foto 1
Foto 2
10
B. niet-locatie gebonden werkopdrachten
►4. Belangrijke gevelvormen Veel panden in het centrum van Nederlandse steden hebben typische oude gevels. In elke periode werd een bepaald type gevel veel gebouwd. Wanneer je dus een authentieke gevel ziet is het aannemelijk dat deze is gebouwd in de betreffende periode. Je kunt dus voorzichtig iets zeggen over de leeftijd van de panden.. Op de volgende bladzijde kun je de bijbehorende tijd van de verschillende bouwstijlen achterhalen.
Trapgevel
tuitgevel
halsgevel
klokgevel
lijstgevel
µ In het bovenstaande overzicht zie je de meest voorkomende gevels. Zet de bouwperioden er bij. Gebruik daarvoor onderstaande bron. µ Maak in het centrum van de stad van elk hoofdtype gevel minstens een foto., Noteer het adres, en de vermoedelijke bouwperiode (kijk naar bouwstijl, maar ook de plek in de stad, eventuele jaartallen op de gevels). Maak een collage op een vel A4 of verwerk de foto’s in de tijdbalk.
11
Bronnenmateriaal:
12
►6.
Wegwijzers en afstand bepalen in de straat
WEGWIJZERS/ windrichting µ Waar zal deze wegwijzer ongeveer staan? Hoe komt het dat je dat niet goed te weten kunt komen?
µ Suggestie voor een opdracht (hoef je nu niet uit te voeren) Maak in de stad een foto van een wegwijzer. Geef op de kaart aan waar de wegwijzer staat. Zet de juiste afstanden in de richtingaanwijzers. Met behulp van een fotobewerkingsprogramma kun je deze getallen in de bewegwijzering plaatsen. AFSTAND IN DE STRAAT Kijk aan het begin van de Langestraat (bij de Grote Kerk of bij de Mient) naar het pand van de HEMA (dat is goed te zien aan het uithangsbord). µ Hoe ver schat je dat het uithangbord van de HEMA van jou verwijderd is? µ Hoe kun je met behulp van hulpmiddelen in de straat nagaan hoe ver de afstand is in werkelijkheid (zonder dat je het meetlint op de grond legt of de kaart gebruikt )? Bepaal eerst een strategie en probeer daarna de afstand in de straat na te gaan. Welke strategie heb je gebruikt?
µ Hoe lang is volgens jou de afstand die je bepaald hebt met deze strategie? µ Ga met behulp van de kaart na hoe groot de afstand is: µ Hoe groot zijn de afwijkingen die je hebt gevonden? µ Wat zegt dit over de door jou gevolgde strategieën? (Vat samen wat een goede strategie is om de afstand in stad te schatten.) 13
►7.
Rekenen in de stad
uit Pluspunt µVoorbeeld Bas loopt door Alkmaar. Hij ziet dat er flinke korting wordt gegeven bij H&M.
Opgave: - Hoe groot bedroeg de korting van Bas in euro’s? - Hoe groot was het kortingspercentage van de totale aankoop? µ Opdracht: - Breng middels meerdere foto’s getallen in de stad in beeld. - Bedenk twee realistische rekenopgaven (eventueel bestaand uit een a en b deel) die geschikt zijn voor leerlingen. - Leg uit hoe de leerlingen aan het goede antwoord kunnen komen (let op: indien mogelijk meerdere strategieën). - Geef aan voor welke groep deze rekensom in aanmerking komt.
14
►8.
Taal in de stad
In het centrum van de stad proberen winkeliers, bedrijfjes en restauranthouders aandacht te trekken met creatief taalgebruik vaak in combinatie met beeldende logo’s (denk aan de les BEVO waarbij de opdracht luidt om een reclamebord te maken dat past bij het product. Soms sta je niet eens meer bij stil bij de betekenis van een woord. Bij Kruidvat denk je inmiddels wellicht alleen aan een drogist. En bij Peter alleen aan spijkerbroeken.
Creatief taalgebruik
Afkortingen worden een woord
Bij grotere ketens is Engels meestal de taal…… Wanneer kom je andere talen tegen? µ Maak in de stad een aantal foto’s waarbij taal op een creatieve manier gebruikt wordt, waarbij je vooral een andere taal ziet of waarbij op een andere manier gespeeld wordt met letters , spreekwoorden of anderzijds. Spreek van te voren af waar je op gaat letten. Zet de beste foto’s bij elkaar, zodat je deze kunt gebruiken bij een les Nederlands of wellicht bij Beeldende vorming. De leukste/ origineelste foto komt in aanmerking voor een kleine prijs. Mail je beste/leukste/origineelste foto aan
[email protected] (niet groter dan 5 MB). 15
C. locatiegebonden kijkopdracht ►9.
Oud en nieuw - Langestraat (nummer 5 op de aparte kaart)
µ Wanneer zal deze foto zijn gemaakt? Omstreeks: O 1800 O 1850 O 1900 O 1950 µ Geef een verklaring voor je antwoord (waarom kunnen de andere alternatieven niet goed zijn?) µ Op de foto zie je tramrails. Als je naar de foto kijkt kun je achterhalen wat voor soort tram hier zal hebben gelopen. Welke soorten trams ken je uit het verleden? Wat voor soort tram reed hier? µ Noem drie andere verschillen tussen vroeger en nu op de foto. Geef voor elk verschil een verklaring. µAlle personen op de foto staan te kijken naar de fotograaf. Geef hiervoor een verklaring. µHoe laat ongeveer op de dag zal deze foto genomen zijn? Waaraan kun je dat duidelijk zien?
16
►10.
Oud en nieuw - Vismarkt (nummer 6)
µGeef op de foto aan welk pand verdwenen is. µGa na hoe oud de andere panden ongeveer zijn. Maak een schatting en zet de jaartallen op de panden in deze foto. µLinks op de foto zie je een boot waarmee passagiers werden vervoerd. Wat voor boot zal dat zijn geweest?
17
►11. Romeinse cijfers (nummer 7) Op de gevel van het pand aan de Mient nummer ??? staat een jaartal in Romeinse cijfers. µWelk jaartal hoort daarbij? µMaak de onderstaande tabel af: Tabel Romeinse cijfers/ tekens en Arabische cijfers M C D X 10 V 5 I 1 IV
4 3 2
µ Zouden dit de eerst panden zijn die er gebouw zijn aan de Mient? Welke aanwijzing heb je daarvoor aangetroffen tijdens deze excursie? µ Kijk nu naar de het Waaggebouw. Daar staat ook een jaartal op in Romeinse cijfers. Uit welk jaar dateert het Waaggebouw? µ Kijk naar de klok van de Grote Kerk of van het Waaggebouw . Welk cijfer wordt daar niet correct weergegeven? Kun je daarvoor een verklaring geven? µ Zet nu zelf het jaar 1672 om in Romeinse cijfers:
18
Gebouwen in Alkmaar ►12. Grote Kerk (nummer 9) In 1470 werd begonnen met de bouw van de Grote of Sint Laurenskerk. In 1520 werd de bouw van de kerk voltooid. De Grote Kerk is gebouwd op een oude zandrug. Vlakbij, aan het begin van de Langestraat, is in de bestrating het hoogste natuurlijke punt aangegeven met een kleine halve maan van grijze kinderkopjes. Maak een (of meerdere) foto’s van de Grote kerk, zodanig dat de bouwstijl goed te zien is. Welke bouwstijl zie je hier? Welke gelovigen hebben deze kerk laten bouwen? Wanneer is de kerk in handen gekomen van de protestanten? Wat voor soort steen is vooral gebruikt bij de bouw van de kerk? Waar zal deze steen vandaan komen? O uit de omgeving van Alkmaar O uit andere delen van Nederland O uit Duitsland Waar is het dak van de Grote Kerk van gemaakt? (internet) of Sint-Laurenskerk heeft twee wereldberoemde orgels in huis. 1. Wat zijn de namen van deze twee historische orgels? 2. Uit welk jaar dateert het oudste van deze twee? (Het oudst nog werkende orgel van Nederland!) ►13. Molen van Piet (nummer 8) De molen van Piet dankt haar naam vanwege het feit dat deze molen al generaties lang door de familie Piet wordt beheerd. De molen heeft tenminste drie functies vervuld. a. Ten eerste als ijskelder. Waarom had men een ijskelder nodig? Waar haalde men het ijs vandaan? b. Ten tweede als molen. Waarvoor zal deze molen zijn gebruikt? Vroeger stonden er veel molens aan de rand van de stad. Wat was daarvoor een belangrijke reden? c. Ten derde als verdedigingswerk. Waar zie je dat aan? Wie gebruikte de molen van Piet en omgeving als verdedigingswerk?
19
►14 Het huis met de kogel (omgeving van nummer 11) Bij het huis met de kogel zie je een houten huis met een kogel er in. Die is afgeschoten tijdens de tachtig jarige oorlog. Door welke vijand is deze kogel afgeschoten? Hoe oud schat je dat dit houten huis van oorsprong is? Waarom zijn de meeste houten huizen vervangen door stenen huizen? Wat voor soort gevel is hier te zien? Twee kinderen van groep 7 praten over de houten huizen. Sandra: Het zijn de oudste huizen van de stad Stefan: Dit gedeelte van de stad is het oudste gedeelte van Alkmaar Wie heeft er gelijk? O alleen Sandra O alleen Stefan O Stefan en Sandra hebben gelijk O niemand heeft gelijk ►15 Waaggebouw (nummer Hoe oud is het Waaggebouw?
10)
Wat was de functie van het Waaggebouw in de stad? Waarom staat het Waaggebouw juist op deze plek en niet aan de haven (bij het havengebouw?) Van wat voor soort steen is het Waaggebouw voornamelijk gemaakt? ►16 Brillesteeg (nummer 12) Zoek de Brillesteegbrug op (één van de mooiste bruggen van Alkmaar), uiteraard vernoemd naar de Brillesteeg. Ga er midden op staan en kijk uit over de pracht van de Oude Gracht. Veel huizen hebben vanaf de begane grond steeds lagere ramen op de hogere verdiepingen. Neem een foto van zo’n huis, en wel het huis dat je ’t meest interessant vindt. Noem twee mogelijke oorzaken voor de steeds lagere ramen op hogere verdiepingen. Waarom vind je het door jou gefotografeerde huis het meest interessant? ►17
Carillons (niet op de kaart aangegeven)
Alkmaar heeft in het centrum drie historische carillons (klokkenspelen).
In welke drie gebouwen huisvesten zich de historische carillons?
Wie is sinds 1 maart 2009 de nieuwe stadsbeiaardier van Alkmaar?
20
LEREN IN DE STAD Een vakoverstijgende geografische kijk- en veldwerkexcursie in het centrum van Alkmaar
Roger Baltus Sandra ten Brink Henri Heuvelmans Stefan Schuur
Inhoudsopgave pagina 2
Inhoudsopgave A. Opdrachten voor of na de excursie: Kaartlezen met de kaart van Alkmaar Tijdbalk van de stad Met de auto naar de stad B. De route naar het centrum Opdrachten C. In het centrum van de stad Locatie gebonden werkopdrachten: Een kaart maken Oriëntatie op de kaart Niet locatie gebonden werkopdrachten: Belangrijke gevelvormen Wegwijzers en afstand Rekenen in de stad Taal in de stad Locatie gebonden kijkopdrachten: Oud en nieuw: Langestraat Oud en nieuw: Vismarkt Romeinse cijfers Bouwwerken: - Grote Kerk - Molen van Piet - Waaggebouw - Huis met de kogel - Brillesteegbrug - Carillons
3 4 5 6 7 8 8 10 11 13 14 15 16 17 18 19 19 20 20 20 20
Bij dit boekje hoort een kaart. Op die kaart staan nummers in het blauw en groen. Niet alle nummers zullen worden gebruikt in dit boekje. De kaart wordt ook in het derde studiejaar gebruikt maar dan gekoppeld aan andersoortige opdrachten.
2
A. Opdrachten voorafgaand of na de excursie uit te voeren ►Kaartlezen
met de kaart van Alkmaar
1. Bas vraagt de weg van de Augustijnsteeg naar de Veerstraat. a. In welke richting moet Bas dan vooral lopen? b. Leg uit hoe Bas moet lopen door aan te geven hoeveelste straat naar links bij de rotonde etc. 2. Hoe lang is de Lange Straat ongeveer? 3. Op de foto zie je de Accijnstoren (kaartvak E4)
Wanneer is deze foto ongeveer gemaakt? O ochtend O middag O namiddag 4. De molen van Piet stond vroeger aan de rand van de stad. Van welke windrichting kreeg de molen van Piet de hardste wind? O noordoosten wind O noordwesten wind O zuidwestenwind O zuidoostenwind 5 De gemeentereiniging heeft in kaart gebracht waar het meeste afval op de grond wordt gevonden. In wat voor delen van de stad ligt het meeste afval op de grond? 6. a. In verband met zijn geopereerde knie parkeert Sieger zijn auto in de Karperton parkeergarage. Welke winkel is het minst ver lopen voor hem? O V&D in de Ridderstraat O De HEMA in de v.d. Bosch straat O De bibliotheek O De Kaaswinkel in de Koorstraat b. Welke volgorde kan zij het beste aanhouden om de vier bezoekpunten te bezoeken, opdat ze zo min mogelijk hoeft te lopen?
3
►Tijdbalk van de stad Maak een tijdbalk van de geschiedenis van Alkmaar met de zaken die je tijdens de tocht bent tegengekomen. Bijvoorbeeld: - 5 verschillende soorten gevels - Bouwwerken: Dempen grachten Grote Kerk Waaggebouw tram in de stad treinstation - Ontstaan - Oorlog en Overwinning op Spanjaarden - Stadsmuren raken in onbruik - Stadsrechten ….en zo zijn er nog een aantal dingen……die je in de tijd moet kunnen plaatsen.
4
►Met
de auto naar de stad
µ Stefan parkeert overdag 3 uur en 30 minuten. Hoeveel moet hij dan betalen? Sandra parkeert in de avonduren 3 uur en 30 minuten. Hoeveel moet zij dan betalen? µ Maak binnen 1-2 minuten een schatting van de hoeveelheid parkeerplaatsen in een van de parkeergarages in de stad. Leg uit hoe je bij je schatting te werk bent gegaan.
µ Bedenk zelf een rekensom en geef aan voor welke groep deze geschikt is. Geef aan bij welk kerndoel van getallen en bewerkingen je aansluit.
Zorg er voor dat je aansluit op de kerndoelen Getallen en bewerkingen Kerndoel 26 De leerlingen leren structuur en samenhang van aantallen, gehele getallen, kommagetallen, breuken, procenten en verhoudingen op hoofdlijnen te doorzien en er in praktische situaties mee te rekenen. Kerndoel 27 De leerlingen leren de basisbewerkingen met gehele getallen in elk geval tot 100 snel uit het hoofd uitvoeren, waarbij optellen en aftrekken tot 20 en de tafels van buiten gekend zijn Kerndoel 28 De leerlingen leren schattend tellen en rekenen. Kerndoel 29 De leerlingen leren handig optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen. Kerndoel 30 De leerlingen leren schriftelijk optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen volgens meer of minder verkorte standaardprocedures. Kerndoel 31 De leerlingen leren de rekenmachine met inzicht te gebruiken.
5
B. De route naar het centrum De meeste vragen kun je ter plekke beantwoorden, bij sommige moet je literatuur of internet raadplegen. Let op! Op aangeven van de slb’er start je met de route zoals hieronder is aangegeven. L21 en L23 volgen aanvangsroute 1 richting centrum (verplichte opdrachten van bladzijde 8: 1, 2, 3 en 4) Vanuit IPABO rechtsaf: Gabriël Metsulaan [opdracht 1] – Bij kruispunt Hobbemalaan rechtdoor: Blanckerhofweg – Aan het einde bij T-kruising linksaf: van Ostadelaan [opdracht 2] – Bij rotonde rechtdoor: Nicolaas Beetskade – Bij kruispunt Bergerweg rechtsaf, de brug over: Bergerweg – Onder het spoorviaduct door: Bergerweg [opdracht 3] – Bij kruispunt Stationsweg rechtdoor: Scharlo – Bij rotonde rechtdoor: Geesterweg – Bij kruispunt Geestersingel, zebrapad oversteken en brug over: Zevenhuizen [opdracht 4] – Bij kruispunt Geest rechtdoor: Gasthuisstraat – Bij kruispunt Canadaplein rechtdoor: Kerkplein. L22, L24 volgen aanvangsroute 2 richting centrum (verplichte opdrachten van bladzijde 8: 1, 2, 5 en 6) Vanuit IPABO rechtsaf: Gabriël Metsulaan [opdracht 1] – Bij kruispunt Hobbemalaan rechtsaf: Hobbemalaan – Gelijk over de brug linksaf: Van de Veldelaan / Judith Lysterstraat – Bij kruispunt van Ostadelaan rechtdoor: Bloemaertlaan [opdracht 2] – Bij kruispunt Jan de Heemstraat linksaf: Jan de Heemstraat – Na ca. 90 meter, rechtsaf: volg het fietspad onder het spoorviaduct [opdracht 5] – Aan het einde van het fietspad links aanhouden: Fritz Conijnlaan – Bij kruispunt Westerweg linksaf: Westerweg – Bij kruispunt Lindenlaan rechtsaf: Lindenlaan – volg Lindenlaan, gaat over in: Varnebroek – Bij het water rechtsaf: Kennemersingel [opdracht 6] – Na ca. 70 meter linksaf richting brug: Kennemerstraatweg – Ga de brug over: Ritsevoort – volg Ritsevoort, gaat na kruispunt Oude Gracht over in: Koorstraat – Bij kruispunt Langestraat linksaf: Kerkplein.
Beide aanvangsroutes leiden je naar het centrum van Alkmaar. In het centrum doe je met je groepje de opdrachten zoals vermeld vanaf bladzijde 9.
6
[1] Gabriël Metsu was een schilder uit de Gouden Eeuw. 1. Hoe heet de stijlperiode waarin Gabriël Metsu werkte? 2. Waarom was Gabriël Metsu bij zijn opdrachtgevers vooral geliefd? 3. Waarom staat Gabriël Metsu als genreschilder vooral bekend? [2] Aan de overkant van de van Ostadelaan zie je de ‘Geestmolen’ staan. 1. In welk jaar is deze molen gebouwd? 2. Welke polder heeft deze molen vroeger bemalen? 3. Is deze molen een zgn. ‘Binnenkruier’ of een ‘Buitenkruier’ en waarom? [3] Onder het spoor door links zie je een markante watertoren staan. 1. Wat was de functie van dergelijke watertorens? 2. Maak een schatting van de inhoud van de watertank in deze toren. 3. Welk soort water werd in deze watertoren opgeslagen? [4] Direct over de brug zie je rechts, op de hoek van Zevenhuizen en Geest, een laag gebouw met een markante en fraaie gevelsteen boven de deur. Maak een foto van de gevelsteen en beantwoord later de volgende vragen: 1. Wat is de naam van dit gebouw? 2. Welke functie had dit gebouw vroeger? 3. Kun je een verband leggen tussen de naam en de voormalige functie van het gebouw? [5] Zoals in vele steden heeft het eeuwenoude stadspark dat aan deze buurt grenst zijn naam aan deze buurt geleend. Dat kun je nog terugzien in sommige straatnamen. 1. Hoe heet deze buurt? 2. In welke straatnamen kun je dat terugzien? [6] 1. Hoe heet dit water? 2. Wat was vroeger de functie van dit water?
7
In het centrum van de stad (zie kaart centrum) A. locatiegebonden werkopdracht ►1.
Een kaart maken
In de methode aardrijkskundemethode De Blauwe Planeet , groep 5, zie je hoe je een kaart kunt maken van een winkelstraat in het kader van kaartlezen.
8
µ Maak nu een kaartje van de Langestraat vanaf de Payglop naar het zuiden. µ Vragen: 1. Wat valt op aan het soort winkels dat je veel aantreft in de Langestraat? 2. Kun je een verklaring geven voor dit verschijnsel? Noem twee redenen vanuit het oogpunt van de winkelier. 3. Kun je deze winkels ook in een ander deel van Alkmaar tegen komen? Leg uit waarom.
9
►2
Oriëntatie op de kaart (nummer 3 op de aparte kaart)
µ Voorbeeld De onderstaande foto’s zijn genomen op en rond het Waagplein. Geef op de kaart aan waar de fotograaf heeft gestaan toen hij deze foto’s nam. Zet daartoe voor elke foto een stip op de juiste plek op de kaart met het nummer van de bijbehorende foto. µ Opdracht: Maak zelf ongeveer 4 foto’s waarmee je deze opdracht kunt aanvullen. Geef op de kaart aan waar je welke foto hebt gemaakt.
Foto 1
Foto 2
10
B. niet-locatie gebonden werkopdrachten
►4. Belangrijke gevelvormen Veel panden in het centrum van Nederlandse steden hebben typische oude gevels. In elke periode werd een bepaald type gevel veel gebouwd. Wanneer je dus een authentieke gevel ziet is het aannemelijk dat deze is gebouwd in de betreffende periode. Je kunt dus voorzichtig iets zeggen over de leeftijd van de panden.. Op de volgende bladzijde kun je de bijbehorende tijd van de verschillende bouwstijlen achterhalen.
Trapgevel
tuitgevel
halsgevel
klokgevel
lijstgevel
µ In het bovenstaande overzicht zie je de meest voorkomende gevels. Zet de bouwperioden er bij. Gebruik daarvoor onderstaande bron. µ Maak in het centrum van de stad van elk hoofdtype gevel minstens een foto., Noteer het adres, en de vermoedelijke bouwperiode (kijk naar bouwstijl, maar ook de plek in de stad, eventuele jaartallen op de gevels). Maak een collage op een vel A4 of verwerk de foto’s in de tijdbalk.
11
Bronnenmateriaal:
12
►6.
Wegwijzers en afstand bepalen in de straat
WEGWIJZERS/ windrichting µ Waar zal deze wegwijzer ongeveer staan? Hoe komt het dat je dat niet goed te weten kunt komen?
µ Suggestie voor een opdracht (hoef je nu niet uit te voeren) Maak in de stad een foto van een wegwijzer. Geef op de kaart aan waar de wegwijzer staat. Zet de juiste afstanden in de richtingaanwijzers. Met behulp van een fotobewerkingsprogramma kun je deze getallen in de bewegwijzering plaatsen. AFSTAND IN DE STRAAT Kijk aan het begin van de Langestraat (bij de Grote Kerk of bij de Mient) naar het pand van de HEMA (dat is goed te zien aan het uithangsbord). µ Hoe ver schat je dat het uithangbord van de HEMA van jou verwijderd is? µ Hoe kun je met behulp van hulpmiddelen in de straat nagaan hoe ver de afstand is in werkelijkheid (zonder dat je het meetlint op de grond legt of de kaart gebruikt )? Bepaal eerst een strategie en probeer daarna de afstand in de straat na te gaan. Welke strategie heb je gebruikt?
µ Hoe lang is volgens jou de afstand die je bepaald hebt met deze strategie? µ Ga met behulp van de kaart na hoe groot de afstand is: µ Hoe groot zijn de afwijkingen die je hebt gevonden? µ Wat zegt dit over de door jou gevolgde strategieën? (Vat samen wat een goede strategie is om de afstand in stad te schatten.) 13
►7.
Rekenen in de stad
uit Pluspunt µVoorbeeld Bas loopt door Alkmaar. Hij ziet dat er flinke korting wordt gegeven bij H&M.
Opgave: - Hoe groot bedroeg de korting van Bas in euro’s? - Hoe groot was het kortingspercentage van de totale aankoop? µ Opdracht: - Breng middels meerdere foto’s getallen in de stad in beeld. - Bedenk twee realistische rekenopgaven (eventueel bestaand uit een a en b deel) die geschikt zijn voor leerlingen. - Leg uit hoe de leerlingen aan het goede antwoord kunnen komen (let op: indien mogelijk meerdere strategieën). - Geef aan voor welke groep deze rekensom in aanmerking komt.
14
►8.
Taal in de stad
In het centrum van de stad proberen winkeliers, bedrijfjes en restauranthouders aandacht te trekken met creatief taalgebruik vaak in combinatie met beeldende logo’s (denk aan de les BEVO waarbij de opdracht luidt om een reclamebord te maken dat past bij het product. Soms sta je niet eens meer bij stil bij de betekenis van een woord. Bij Kruidvat denk je inmiddels wellicht alleen aan een drogist. En bij Peter alleen aan spijkerbroeken.
Creatief taalgebruik
Afkortingen worden een woord
Bij grotere ketens is Engels meestal de taal…… Wanneer kom je andere talen tegen? µ Maak in de stad een aantal foto’s waarbij taal op een creatieve manier gebruikt wordt, waarbij je vooral een andere taal ziet of waarbij op een andere manier gespeeld wordt met letters , spreekwoorden of anderzijds. Spreek van te voren af waar je op gaat letten. Zet de beste foto’s bij elkaar, zodat je deze kunt gebruiken bij een les Nederlands of wellicht bij Beeldende vorming. De leukste/ origineelste foto komt in aanmerking voor een kleine prijs. Mail je beste/leukste/origineelste foto aan
[email protected] (niet groter dan 5 MB). 15
C. locatiegebonden kijkopdracht ►9.
Oud en nieuw - Langestraat (nummer 5 op de aparte kaart)
µ Wanneer zal deze foto zijn gemaakt? Omstreeks: O 1800 O 1850 O 1900 O 1950 µ Geef een verklaring voor je antwoord (waarom kunnen de andere alternatieven niet goed zijn?) µ Op de foto zie je tramrails. Als je naar de foto kijkt kun je achterhalen wat voor soort tram hier zal hebben gelopen. Welke soorten trams ken je uit het verleden? Wat voor soort tram reed hier? µ Noem drie andere verschillen tussen vroeger en nu op de foto. Geef voor elk verschil een verklaring. µAlle personen op de foto staan te kijken naar de fotograaf. Geef hiervoor een verklaring. µHoe laat ongeveer op de dag zal deze foto genomen zijn? Waaraan kun je dat duidelijk zien?
16
►10.
Oud en nieuw - Vismarkt (nummer 6)
µGeef op de foto aan welk pand verdwenen is. µGa na hoe oud de andere panden ongeveer zijn. Maak een schatting en zet de jaartallen op de panden in deze foto. µLinks op de foto zie je een boot waarmee passagiers werden vervoerd. Wat voor boot zal dat zijn geweest?
17
►11. Romeinse cijfers (nummer 7) Op de gevel van het pand aan de Mient nummer ??? staat een jaartal in Romeinse cijfers. µWelk jaartal hoort daarbij? µMaak de onderstaande tabel af: Tabel Romeinse cijfers/ tekens en Arabische cijfers M C D X 10 V 5 I 1 IV
4 3 2
µ Zouden dit de eerst panden zijn die er gebouw zijn aan de Mient? Welke aanwijzing heb je daarvoor aangetroffen tijdens deze excursie? µ Kijk nu naar de het Waaggebouw. Daar staat ook een jaartal op in Romeinse cijfers. Uit welk jaar dateert het Waaggebouw? µ Kijk naar de klok van de Grote Kerk of van het Waaggebouw . Welk cijfer wordt daar niet correct weergegeven? Kun je daarvoor een verklaring geven? µ Zet nu zelf het jaar 1672 om in Romeinse cijfers:
18
Gebouwen in Alkmaar ►12. Grote Kerk (nummer 9) In 1470 werd begonnen met de bouw van de Grote of Sint Laurenskerk. In 1520 werd de bouw van de kerk voltooid. De Grote Kerk is gebouwd op een oude zandrug. Vlakbij, aan het begin van de Langestraat, is in de bestrating het hoogste natuurlijke punt aangegeven met een kleine halve maan van grijze kinderkopjes. Maak een (of meerdere) foto’s van de Grote kerk, zodanig dat de bouwstijl goed te zien is. Welke bouwstijl zie je hier? Welke gelovigen hebben deze kerk laten bouwen? Wanneer is de kerk in handen gekomen van de protestanten? Wat voor soort steen is vooral gebruikt bij de bouw van de kerk? Waar zal deze steen vandaan komen? O uit de omgeving van Alkmaar O uit andere delen van Nederland O uit Duitsland Waar is het dak van de Grote Kerk van gemaakt? (internet) of Sint-Laurenskerk heeft twee wereldberoemde orgels in huis. 1. Wat zijn de namen van deze twee historische orgels? 2. Uit welk jaar dateert het oudste van deze twee? (Het oudst nog werkende orgel van Nederland!) ►13. Molen van Piet (nummer 8) De molen van Piet dankt haar naam vanwege het feit dat deze molen al generaties lang door de familie Piet wordt beheerd. De molen heeft tenminste drie functies vervuld. a. Ten eerste als ijskelder. Waarom had men een ijskelder nodig? Waar haalde men het ijs vandaan? b. Ten tweede als molen. Waarvoor zal deze molen zijn gebruikt? Vroeger stonden er veel molens aan de rand van de stad. Wat was daarvoor een belangrijke reden? c. Ten derde als verdedigingswerk. Waar zie je dat aan? Wie gebruikte de molen van Piet en omgeving als verdedigingswerk?
19
►14 Het huis met de kogel (omgeving van nummer 11) Bij het huis met de kogel zie je een houten huis met een kogel er in. Die is afgeschoten tijdens de tachtig jarige oorlog. Door welke vijand is deze kogel afgeschoten? Hoe oud schat je dat dit houten huis van oorsprong is? Waarom zijn de meeste houten huizen vervangen door stenen huizen? Wat voor soort gevel is hier te zien? Twee kinderen van groep 7 praten over de houten huizen. Sandra: Het zijn de oudste huizen van de stad Stefan: Dit gedeelte van de stad is het oudste gedeelte van Alkmaar Wie heeft er gelijk? O alleen Sandra O alleen Stefan O Stefan en Sandra hebben gelijk O niemand heeft gelijk ►15 Waaggebouw (nummer Hoe oud is het Waaggebouw?
10)
Wat was de functie van het Waaggebouw in de stad? Waarom staat het Waaggebouw juist op deze plek en niet aan de haven (bij het havengebouw?) Van wat voor soort steen is het Waaggebouw voornamelijk gemaakt? ►16 Brillesteeg (nummer 12) Zoek de Brillesteegbrug op (één van de mooiste bruggen van Alkmaar), uiteraard vernoemd naar de Brillesteeg. Ga er midden op staan en kijk uit over de pracht van de Oude Gracht. Veel huizen hebben vanaf de begane grond steeds lagere ramen op de hogere verdiepingen. Neem een foto van zo’n huis, en wel het huis dat je ’t meest interessant vindt. Noem twee mogelijke oorzaken voor de steeds lagere ramen op hogere verdiepingen. Waarom vind je het door jou gefotografeerde huis het meest interessant? ►17
Carillons (niet op de kaart aangegeven)
Alkmaar heeft in het centrum drie historische carillons (klokkenspelen).
In welke drie gebouwen huisvesten zich de historische carillons?
Wie is sinds 1 maart 2009 de nieuwe stadsbeiaardier van Alkmaar?
20
LEREN IN DE STAD Een vakoverstijgende geografische kijk- en veldwerkexcursie in het centrum van Alkmaar
Roger Baltus Sandra ten Brink Henri Heuvelmans Stefan Schuur
Inhoudsopgave pagina 2
Inhoudsopgave A. Opdrachten voor of na de excursie: Kaartlezen met de kaart van Alkmaar Tijdbalk van de stad Met de auto naar de stad B. De route naar het centrum Opdrachten C. In het centrum van de stad Locatie gebonden werkopdrachten: Een kaart maken Oriëntatie op de kaart Niet locatie gebonden werkopdrachten: Belangrijke gevelvormen Wegwijzers en afstand Rekenen in de stad Taal in de stad Locatie gebonden kijkopdrachten: Oud en nieuw: Langestraat Oud en nieuw: Vismarkt Romeinse cijfers Bouwwerken: - Grote Kerk - Molen van Piet - Waaggebouw - Huis met de kogel - Brillesteegbrug - Carillons
3 4 5 6 7 8 8 10 11 13 14 15 16 17 18 19 19 20 20 20 20
Bij dit boekje hoort een kaart. Op die kaart staan nummers in het blauw en groen. Niet alle nummers zullen worden gebruikt in dit boekje. De kaart wordt ook in het derde studiejaar gebruikt maar dan gekoppeld aan andersoortige opdrachten.
2
A. Opdrachten voorafgaand of na de excursie uit te voeren ►Kaartlezen
met de kaart van Alkmaar
1. Bas vraagt de weg van de Augustijnsteeg naar de Veerstraat. a. In welke richting moet Bas dan vooral lopen? b. Leg uit hoe Bas moet lopen door aan te geven hoeveelste straat naar links bij de rotonde etc. 2. Hoe lang is de Lange Straat ongeveer? 3. Op de foto zie je de Accijnstoren (kaartvak E4)
Wanneer is deze foto ongeveer gemaakt? O ochtend O middag O namiddag 4. De molen van Piet stond vroeger aan de rand van de stad. Van welke windrichting kreeg de molen van Piet de hardste wind? O noordoosten wind O noordwesten wind O zuidwestenwind O zuidoostenwind 5 De gemeentereiniging heeft in kaart gebracht waar het meeste afval op de grond wordt gevonden. In wat voor delen van de stad ligt het meeste afval op de grond? 6. a. In verband met zijn geopereerde knie parkeert Sieger zijn auto in de Karperton parkeergarage. Welke winkel is het minst ver lopen voor hem? O V&D in de Ridderstraat O De HEMA in de v.d. Bosch straat O De bibliotheek O De Kaaswinkel in de Koorstraat b. Welke volgorde kan zij het beste aanhouden om de vier bezoekpunten te bezoeken, opdat ze zo min mogelijk hoeft te lopen?
3
►Tijdbalk van de stad Maak een tijdbalk van de geschiedenis van Alkmaar met de zaken die je tijdens de tocht bent tegengekomen. Bijvoorbeeld: - 5 verschillende soorten gevels - Bouwwerken: Dempen grachten Grote Kerk Waaggebouw tram in de stad treinstation - Ontstaan - Oorlog en Overwinning op Spanjaarden - Stadsmuren raken in onbruik - Stadsrechten ….en zo zijn er nog een aantal dingen……die je in de tijd moet kunnen plaatsen.
4
►Met
de auto naar de stad
µ Stefan parkeert overdag 3 uur en 30 minuten. Hoeveel moet hij dan betalen? Sandra parkeert in de avonduren 3 uur en 30 minuten. Hoeveel moet zij dan betalen? µ Maak binnen 1-2 minuten een schatting van de hoeveelheid parkeerplaatsen in een van de parkeergarages in de stad. Leg uit hoe je bij je schatting te werk bent gegaan.
µ Bedenk zelf een rekensom en geef aan voor welke groep deze geschikt is. Geef aan bij welk kerndoel van getallen en bewerkingen je aansluit.
Zorg er voor dat je aansluit op de kerndoelen Getallen en bewerkingen Kerndoel 26 De leerlingen leren structuur en samenhang van aantallen, gehele getallen, kommagetallen, breuken, procenten en verhoudingen op hoofdlijnen te doorzien en er in praktische situaties mee te rekenen. Kerndoel 27 De leerlingen leren de basisbewerkingen met gehele getallen in elk geval tot 100 snel uit het hoofd uitvoeren, waarbij optellen en aftrekken tot 20 en de tafels van buiten gekend zijn Kerndoel 28 De leerlingen leren schattend tellen en rekenen. Kerndoel 29 De leerlingen leren handig optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen. Kerndoel 30 De leerlingen leren schriftelijk optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen volgens meer of minder verkorte standaardprocedures. Kerndoel 31 De leerlingen leren de rekenmachine met inzicht te gebruiken.
5
B. De route naar het centrum De meeste vragen kun je ter plekke beantwoorden, bij sommige moet je literatuur of internet raadplegen. Let op! Op aangeven van de slb’er start je met de route zoals hieronder is aangegeven. L21 en L23 volgen aanvangsroute 1 richting centrum (verplichte opdrachten van bladzijde 8: 1, 2, 3 en 4) Vanuit IPABO rechtsaf: Gabriël Metsulaan [opdracht 1] – Bij kruispunt Hobbemalaan rechtdoor: Blanckerhofweg – Aan het einde bij T-kruising linksaf: van Ostadelaan [opdracht 2] – Bij rotonde rechtdoor: Nicolaas Beetskade – Bij kruispunt Bergerweg rechtsaf, de brug over: Bergerweg – Onder het spoorviaduct door: Bergerweg [opdracht 3] – Bij kruispunt Stationsweg rechtdoor: Scharlo – Bij rotonde rechtdoor: Geesterweg – Bij kruispunt Geestersingel, zebrapad oversteken en brug over: Zevenhuizen [opdracht 4] – Bij kruispunt Geest rechtdoor: Gasthuisstraat – Bij kruispunt Canadaplein rechtdoor: Kerkplein. L22, L24 volgen aanvangsroute 2 richting centrum (verplichte opdrachten van bladzijde 8: 1, 2, 5 en 6) Vanuit IPABO rechtsaf: Gabriël Metsulaan [opdracht 1] – Bij kruispunt Hobbemalaan rechtsaf: Hobbemalaan – Gelijk over de brug linksaf: Van de Veldelaan / Judith Lysterstraat – Bij kruispunt van Ostadelaan rechtdoor: Bloemaertlaan [opdracht 2] – Bij kruispunt Jan de Heemstraat linksaf: Jan de Heemstraat – Na ca. 90 meter, rechtsaf: volg het fietspad onder het spoorviaduct [opdracht 5] – Aan het einde van het fietspad links aanhouden: Fritz Conijnlaan – Bij kruispunt Westerweg linksaf: Westerweg – Bij kruispunt Lindenlaan rechtsaf: Lindenlaan – volg Lindenlaan, gaat over in: Varnebroek – Bij het water rechtsaf: Kennemersingel [opdracht 6] – Na ca. 70 meter linksaf richting brug: Kennemerstraatweg – Ga de brug over: Ritsevoort – volg Ritsevoort, gaat na kruispunt Oude Gracht over in: Koorstraat – Bij kruispunt Langestraat linksaf: Kerkplein.
Beide aanvangsroutes leiden je naar het centrum van Alkmaar. In het centrum doe je met je groepje de opdrachten zoals vermeld vanaf bladzijde 9.
6
[1] Gabriël Metsu was een schilder uit de Gouden Eeuw. 1. Hoe heet de stijlperiode waarin Gabriël Metsu werkte? 2. Waarom was Gabriël Metsu bij zijn opdrachtgevers vooral geliefd? 3. Waarom staat Gabriël Metsu als genreschilder vooral bekend? [2] Aan de overkant van de van Ostadelaan zie je de ‘Geestmolen’ staan. 1. In welk jaar is deze molen gebouwd? 2. Welke polder heeft deze molen vroeger bemalen? 3. Is deze molen een zgn. ‘Binnenkruier’ of een ‘Buitenkruier’ en waarom? [3] Onder het spoor door links zie je een markante watertoren staan. 1. Wat was de functie van dergelijke watertorens? 2. Maak een schatting van de inhoud van de watertank in deze toren. 3. Welk soort water werd in deze watertoren opgeslagen? [4] Direct over de brug zie je rechts, op de hoek van Zevenhuizen en Geest, een laag gebouw met een markante en fraaie gevelsteen boven de deur. Maak een foto van de gevelsteen en beantwoord later de volgende vragen: 1. Wat is de naam van dit gebouw? 2. Welke functie had dit gebouw vroeger? 3. Kun je een verband leggen tussen de naam en de voormalige functie van het gebouw? [5] Zoals in vele steden heeft het eeuwenoude stadspark dat aan deze buurt grenst zijn naam aan deze buurt geleend. Dat kun je nog terugzien in sommige straatnamen. 1. Hoe heet deze buurt? 2. In welke straatnamen kun je dat terugzien? [6] 1. Hoe heet dit water? 2. Wat was vroeger de functie van dit water?
7
In het centrum van de stad (zie kaart centrum) A. locatiegebonden werkopdracht ►1.
Een kaart maken
In de methode aardrijkskundemethode De Blauwe Planeet , groep 5, zie je hoe je een kaart kunt maken van een winkelstraat in het kader van kaartlezen.
8
µ Maak nu een kaartje van de Langestraat vanaf de Payglop naar het zuiden. µ Vragen: 1. Wat valt op aan het soort winkels dat je veel aantreft in de Langestraat? 2. Kun je een verklaring geven voor dit verschijnsel? Noem twee redenen vanuit het oogpunt van de winkelier. 3. Kun je deze winkels ook in een ander deel van Alkmaar tegen komen? Leg uit waarom.
9
►2
Oriëntatie op de kaart (nummer 3 op de aparte kaart)
µ Voorbeeld De onderstaande foto’s zijn genomen op en rond het Waagplein. Geef op de kaart aan waar de fotograaf heeft gestaan toen hij deze foto’s nam. Zet daartoe voor elke foto een stip op de juiste plek op de kaart met het nummer van de bijbehorende foto. µ Opdracht: Maak zelf ongeveer 4 foto’s waarmee je deze opdracht kunt aanvullen. Geef op de kaart aan waar je welke foto hebt gemaakt.
Foto 1
Foto 2
10
B. niet-locatie gebonden werkopdrachten
►4. Belangrijke gevelvormen Veel panden in het centrum van Nederlandse steden hebben typische oude gevels. In elke periode werd een bepaald type gevel veel gebouwd. Wanneer je dus een authentieke gevel ziet is het aannemelijk dat deze is gebouwd in de betreffende periode. Je kunt dus voorzichtig iets zeggen over de leeftijd van de panden.. Op de volgende bladzijde kun je de bijbehorende tijd van de verschillende bouwstijlen achterhalen.
Trapgevel
tuitgevel
halsgevel
klokgevel
lijstgevel
µ In het bovenstaande overzicht zie je de meest voorkomende gevels. Zet de bouwperioden er bij. Gebruik daarvoor onderstaande bron. µ Maak in het centrum van de stad van elk hoofdtype gevel minstens een foto., Noteer het adres, en de vermoedelijke bouwperiode (kijk naar bouwstijl, maar ook de plek in de stad, eventuele jaartallen op de gevels). Maak een collage op een vel A4 of verwerk de foto’s in de tijdbalk.
11
Bronnenmateriaal:
12
►6.
Wegwijzers en afstand bepalen in de straat
WEGWIJZERS/ windrichting µ Waar zal deze wegwijzer ongeveer staan? Hoe komt het dat je dat niet goed te weten kunt komen?
µ Suggestie voor een opdracht (hoef je nu niet uit te voeren) Maak in de stad een foto van een wegwijzer. Geef op de kaart aan waar de wegwijzer staat. Zet de juiste afstanden in de richtingaanwijzers. Met behulp van een fotobewerkingsprogramma kun je deze getallen in de bewegwijzering plaatsen. AFSTAND IN DE STRAAT Kijk aan het begin van de Langestraat (bij de Grote Kerk of bij de Mient) naar het pand van de HEMA (dat is goed te zien aan het uithangsbord). µ Hoe ver schat je dat het uithangbord van de HEMA van jou verwijderd is? µ Hoe kun je met behulp van hulpmiddelen in de straat nagaan hoe ver de afstand is in werkelijkheid (zonder dat je het meetlint op de grond legt of de kaart gebruikt )? Bepaal eerst een strategie en probeer daarna de afstand in de straat na te gaan. Welke strategie heb je gebruikt?
µ Hoe lang is volgens jou de afstand die je bepaald hebt met deze strategie? µ Ga met behulp van de kaart na hoe groot de afstand is: µ Hoe groot zijn de afwijkingen die je hebt gevonden? µ Wat zegt dit over de door jou gevolgde strategieën? (Vat samen wat een goede strategie is om de afstand in stad te schatten.) 13
►7.
Rekenen in de stad
uit Pluspunt µVoorbeeld Bas loopt door Alkmaar. Hij ziet dat er flinke korting wordt gegeven bij H&M.
Opgave: - Hoe groot bedroeg de korting van Bas in euro’s? - Hoe groot was het kortingspercentage van de totale aankoop? µ Opdracht: - Breng middels meerdere foto’s getallen in de stad in beeld. - Bedenk twee realistische rekenopgaven (eventueel bestaand uit een a en b deel) die geschikt zijn voor leerlingen. - Leg uit hoe de leerlingen aan het goede antwoord kunnen komen (let op: indien mogelijk meerdere strategieën). - Geef aan voor welke groep deze rekensom in aanmerking komt.
14
►8.
Taal in de stad
In het centrum van de stad proberen winkeliers, bedrijfjes en restauranthouders aandacht te trekken met creatief taalgebruik vaak in combinatie met beeldende logo’s (denk aan de les BEVO waarbij de opdracht luidt om een reclamebord te maken dat past bij het product. Soms sta je niet eens meer bij stil bij de betekenis van een woord. Bij Kruidvat denk je inmiddels wellicht alleen aan een drogist. En bij Peter alleen aan spijkerbroeken.
Creatief taalgebruik
Afkortingen worden een woord
Bij grotere ketens is Engels meestal de taal…… Wanneer kom je andere talen tegen? µ Maak in de stad een aantal foto’s waarbij taal op een creatieve manier gebruikt wordt, waarbij je vooral een andere taal ziet of waarbij op een andere manier gespeeld wordt met letters , spreekwoorden of anderzijds. Spreek van te voren af waar je op gaat letten. Zet de beste foto’s bij elkaar, zodat je deze kunt gebruiken bij een les Nederlands of wellicht bij Beeldende vorming. De leukste/ origineelste foto komt in aanmerking voor een kleine prijs. Mail je beste/leukste/origineelste foto aan
[email protected] (niet groter dan 5 MB). 15
C. locatiegebonden kijkopdracht ►9.
Oud en nieuw - Langestraat (nummer 5 op de aparte kaart)
µ Wanneer zal deze foto zijn gemaakt? Omstreeks: O 1800 O 1850 O 1900 O 1950 µ Geef een verklaring voor je antwoord (waarom kunnen de andere alternatieven niet goed zijn?) µ Op de foto zie je tramrails. Als je naar de foto kijkt kun je achterhalen wat voor soort tram hier zal hebben gelopen. Welke soorten trams ken je uit het verleden? Wat voor soort tram reed hier? µ Noem drie andere verschillen tussen vroeger en nu op de foto. Geef voor elk verschil een verklaring. µAlle personen op de foto staan te kijken naar de fotograaf. Geef hiervoor een verklaring. µHoe laat ongeveer op de dag zal deze foto genomen zijn? Waaraan kun je dat duidelijk zien?
16
►10.
Oud en nieuw - Vismarkt (nummer 6)
µGeef op de foto aan welk pand verdwenen is. µGa na hoe oud de andere panden ongeveer zijn. Maak een schatting en zet de jaartallen op de panden in deze foto. µLinks op de foto zie je een boot waarmee passagiers werden vervoerd. Wat voor boot zal dat zijn geweest?
17
►11. Romeinse cijfers (nummer 7) Op de gevel van het pand aan de Mient nummer ??? staat een jaartal in Romeinse cijfers. µWelk jaartal hoort daarbij? µMaak de onderstaande tabel af: Tabel Romeinse cijfers/ tekens en Arabische cijfers M C D X 10 V 5 I 1 IV
4 3 2
µ Zouden dit de eerst panden zijn die er gebouw zijn aan de Mient? Welke aanwijzing heb je daarvoor aangetroffen tijdens deze excursie? µ Kijk nu naar de het Waaggebouw. Daar staat ook een jaartal op in Romeinse cijfers. Uit welk jaar dateert het Waaggebouw? µ Kijk naar de klok van de Grote Kerk of van het Waaggebouw . Welk cijfer wordt daar niet correct weergegeven? Kun je daarvoor een verklaring geven? µ Zet nu zelf het jaar 1672 om in Romeinse cijfers:
18
Gebouwen in Alkmaar ►12. Grote Kerk (nummer 9) In 1470 werd begonnen met de bouw van de Grote of Sint Laurenskerk. In 1520 werd de bouw van de kerk voltooid. De Grote Kerk is gebouwd op een oude zandrug. Vlakbij, aan het begin van de Langestraat, is in de bestrating het hoogste natuurlijke punt aangegeven met een kleine halve maan van grijze kinderkopjes. Maak een (of meerdere) foto’s van de Grote kerk, zodanig dat de bouwstijl goed te zien is. Welke bouwstijl zie je hier? Welke gelovigen hebben deze kerk laten bouwen? Wanneer is de kerk in handen gekomen van de protestanten? Wat voor soort steen is vooral gebruikt bij de bouw van de kerk? Waar zal deze steen vandaan komen? O uit de omgeving van Alkmaar O uit andere delen van Nederland O uit Duitsland Waar is het dak van de Grote Kerk van gemaakt? (internet) of Sint-Laurenskerk heeft twee wereldberoemde orgels in huis. 1. Wat zijn de namen van deze twee historische orgels? 2. Uit welk jaar dateert het oudste van deze twee? (Het oudst nog werkende orgel van Nederland!) ►13. Molen van Piet (nummer 8) De molen van Piet dankt haar naam vanwege het feit dat deze molen al generaties lang door de familie Piet wordt beheerd. De molen heeft tenminste drie functies vervuld. a. Ten eerste als ijskelder. Waarom had men een ijskelder nodig? Waar haalde men het ijs vandaan? b. Ten tweede als molen. Waarvoor zal deze molen zijn gebruikt? Vroeger stonden er veel molens aan de rand van de stad. Wat was daarvoor een belangrijke reden? c. Ten derde als verdedigingswerk. Waar zie je dat aan? Wie gebruikte de molen van Piet en omgeving als verdedigingswerk?
19
►14 Het huis met de kogel (omgeving van nummer 11) Bij het huis met de kogel zie je een houten huis met een kogel er in. Die is afgeschoten tijdens de tachtig jarige oorlog. Door welke vijand is deze kogel afgeschoten? Hoe oud schat je dat dit houten huis van oorsprong is? Waarom zijn de meeste houten huizen vervangen door stenen huizen? Wat voor soort gevel is hier te zien? Twee kinderen van groep 7 praten over de houten huizen. Sandra: Het zijn de oudste huizen van de stad Stefan: Dit gedeelte van de stad is het oudste gedeelte van Alkmaar Wie heeft er gelijk? O alleen Sandra O alleen Stefan O Stefan en Sandra hebben gelijk O niemand heeft gelijk ►15 Waaggebouw (nummer Hoe oud is het Waaggebouw?
10)
Wat was de functie van het Waaggebouw in de stad? Waarom staat het Waaggebouw juist op deze plek en niet aan de haven (bij het havengebouw?) Van wat voor soort steen is het Waaggebouw voornamelijk gemaakt? ►16 Brillesteeg (nummer 12) Zoek de Brillesteegbrug op (één van de mooiste bruggen van Alkmaar), uiteraard vernoemd naar de Brillesteeg. Ga er midden op staan en kijk uit over de pracht van de Oude Gracht. Veel huizen hebben vanaf de begane grond steeds lagere ramen op de hogere verdiepingen. Neem een foto van zo’n huis, en wel het huis dat je ’t meest interessant vindt. Noem twee mogelijke oorzaken voor de steeds lagere ramen op hogere verdiepingen. Waarom vind je het door jou gefotografeerde huis het meest interessant? ►17
Carillons (niet op de kaart aangegeven)
Alkmaar heeft in het centrum drie historische carillons (klokkenspelen).
In welke drie gebouwen huisvesten zich de historische carillons?
Wie is sinds 1 maart 2009 de nieuwe stadsbeiaardier van Alkmaar?
20
LEREN IN DE STAD Een vakoverstijgende geografische kijk- en veldwerkexcursie in het centrum van Alkmaar
Roger Baltus Sandra ten Brink Henri Heuvelmans Stefan Schuur
Inhoudsopgave pagina 2
Inhoudsopgave A. Opdrachten voor of na de excursie: Kaartlezen met de kaart van Alkmaar Tijdbalk van de stad Met de auto naar de stad B. De route naar het centrum Opdrachten C. In het centrum van de stad Locatie gebonden werkopdrachten: Een kaart maken Oriëntatie op de kaart Niet locatie gebonden werkopdrachten: Belangrijke gevelvormen Wegwijzers en afstand Rekenen in de stad Taal in de stad Locatie gebonden kijkopdrachten: Oud en nieuw: Langestraat Oud en nieuw: Vismarkt Romeinse cijfers Bouwwerken: - Grote Kerk - Molen van Piet - Waaggebouw - Huis met de kogel - Brillesteegbrug - Carillons
3 4 5 6 7 8 8 10 11 13 14 15 16 17 18 19 19 20 20 20 20
Bij dit boekje hoort een kaart. Op die kaart staan nummers in het blauw en groen. Niet alle nummers zullen worden gebruikt in dit boekje. De kaart wordt ook in het derde studiejaar gebruikt maar dan gekoppeld aan andersoortige opdrachten.
2
A. Opdrachten voorafgaand of na de excursie uit te voeren ►Kaartlezen
met de kaart van Alkmaar
1. Bas vraagt de weg van de Augustijnsteeg naar de Veerstraat. a. In welke richting moet Bas dan vooral lopen? b. Leg uit hoe Bas moet lopen door aan te geven hoeveelste straat naar links bij de rotonde etc. 2. Hoe lang is de Lange Straat ongeveer? 3. Op de foto zie je de Accijnstoren (kaartvak E4)
Wanneer is deze foto ongeveer gemaakt? O ochtend O middag O namiddag 4. De molen van Piet stond vroeger aan de rand van de stad. Van welke windrichting kreeg de molen van Piet de hardste wind? O noordoosten wind O noordwesten wind O zuidwestenwind O zuidoostenwind 5 De gemeentereiniging heeft in kaart gebracht waar het meeste afval op de grond wordt gevonden. In wat voor delen van de stad ligt het meeste afval op de grond? 6. a. In verband met zijn geopereerde knie parkeert Sieger zijn auto in de Karperton parkeergarage. Welke winkel is het minst ver lopen voor hem? O V&D in de Ridderstraat O De HEMA in de v.d. Bosch straat O De bibliotheek O De Kaaswinkel in de Koorstraat b. Welke volgorde kan zij het beste aanhouden om de vier bezoekpunten te bezoeken, opdat ze zo min mogelijk hoeft te lopen?
3
►Tijdbalk van de stad Maak een tijdbalk van de geschiedenis van Alkmaar met de zaken die je tijdens de tocht bent tegengekomen. Bijvoorbeeld: - 5 verschillende soorten gevels - Bouwwerken: Dempen grachten Grote Kerk Waaggebouw tram in de stad treinstation - Ontstaan - Oorlog en Overwinning op Spanjaarden - Stadsmuren raken in onbruik - Stadsrechten ….en zo zijn er nog een aantal dingen……die je in de tijd moet kunnen plaatsen.
4
►Met
de auto naar de stad
µ Stefan parkeert overdag 3 uur en 30 minuten. Hoeveel moet hij dan betalen? Sandra parkeert in de avonduren 3 uur en 30 minuten. Hoeveel moet zij dan betalen? µ Maak binnen 1-2 minuten een schatting van de hoeveelheid parkeerplaatsen in een van de parkeergarages in de stad. Leg uit hoe je bij je schatting te werk bent gegaan.
µ Bedenk zelf een rekensom en geef aan voor welke groep deze geschikt is. Geef aan bij welk kerndoel van getallen en bewerkingen je aansluit.
Zorg er voor dat je aansluit op de kerndoelen Getallen en bewerkingen Kerndoel 26 De leerlingen leren structuur en samenhang van aantallen, gehele getallen, kommagetallen, breuken, procenten en verhoudingen op hoofdlijnen te doorzien en er in praktische situaties mee te rekenen. Kerndoel 27 De leerlingen leren de basisbewerkingen met gehele getallen in elk geval tot 100 snel uit het hoofd uitvoeren, waarbij optellen en aftrekken tot 20 en de tafels van buiten gekend zijn Kerndoel 28 De leerlingen leren schattend tellen en rekenen. Kerndoel 29 De leerlingen leren handig optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen. Kerndoel 30 De leerlingen leren schriftelijk optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen volgens meer of minder verkorte standaardprocedures. Kerndoel 31 De leerlingen leren de rekenmachine met inzicht te gebruiken.
5
B. De route naar het centrum De meeste vragen kun je ter plekke beantwoorden, bij sommige moet je literatuur of internet raadplegen. Let op! Op aangeven van de slb’er start je met de route zoals hieronder is aangegeven. L21 en L23 volgen aanvangsroute 1 richting centrum (verplichte opdrachten van bladzijde 8: 1, 2, 3 en 4) Vanuit IPABO rechtsaf: Gabriël Metsulaan [opdracht 1] – Bij kruispunt Hobbemalaan rechtdoor: Blanckerhofweg – Aan het einde bij T-kruising linksaf: van Ostadelaan [opdracht 2] – Bij rotonde rechtdoor: Nicolaas Beetskade – Bij kruispunt Bergerweg rechtsaf, de brug over: Bergerweg – Onder het spoorviaduct door: Bergerweg [opdracht 3] – Bij kruispunt Stationsweg rechtdoor: Scharlo – Bij rotonde rechtdoor: Geesterweg – Bij kruispunt Geestersingel, zebrapad oversteken en brug over: Zevenhuizen [opdracht 4] – Bij kruispunt Geest rechtdoor: Gasthuisstraat – Bij kruispunt Canadaplein rechtdoor: Kerkplein. L22, L24 volgen aanvangsroute 2 richting centrum (verplichte opdrachten van bladzijde 8: 1, 2, 5 en 6) Vanuit IPABO rechtsaf: Gabriël Metsulaan [opdracht 1] – Bij kruispunt Hobbemalaan rechtsaf: Hobbemalaan – Gelijk over de brug linksaf: Van de Veldelaan / Judith Lysterstraat – Bij kruispunt van Ostadelaan rechtdoor: Bloemaertlaan [opdracht 2] – Bij kruispunt Jan de Heemstraat linksaf: Jan de Heemstraat – Na ca. 90 meter, rechtsaf: volg het fietspad onder het spoorviaduct [opdracht 5] – Aan het einde van het fietspad links aanhouden: Fritz Conijnlaan – Bij kruispunt Westerweg linksaf: Westerweg – Bij kruispunt Lindenlaan rechtsaf: Lindenlaan – volg Lindenlaan, gaat over in: Varnebroek – Bij het water rechtsaf: Kennemersingel [opdracht 6] – Na ca. 70 meter linksaf richting brug: Kennemerstraatweg – Ga de brug over: Ritsevoort – volg Ritsevoort, gaat na kruispunt Oude Gracht over in: Koorstraat – Bij kruispunt Langestraat linksaf: Kerkplein.
Beide aanvangsroutes leiden je naar het centrum van Alkmaar. In het centrum doe je met je groepje de opdrachten zoals vermeld vanaf bladzijde 9.
6
[1] Gabriël Metsu was een schilder uit de Gouden Eeuw. 1. Hoe heet de stijlperiode waarin Gabriël Metsu werkte? 2. Waarom was Gabriël Metsu bij zijn opdrachtgevers vooral geliefd? 3. Waarom staat Gabriël Metsu als genreschilder vooral bekend? [2] Aan de overkant van de van Ostadelaan zie je de ‘Geestmolen’ staan. 1. In welk jaar is deze molen gebouwd? 2. Welke polder heeft deze molen vroeger bemalen? 3. Is deze molen een zgn. ‘Binnenkruier’ of een ‘Buitenkruier’ en waarom? [3] Onder het spoor door links zie je een markante watertoren staan. 1. Wat was de functie van dergelijke watertorens? 2. Maak een schatting van de inhoud van de watertank in deze toren. 3. Welk soort water werd in deze watertoren opgeslagen? [4] Direct over de brug zie je rechts, op de hoek van Zevenhuizen en Geest, een laag gebouw met een markante en fraaie gevelsteen boven de deur. Maak een foto van de gevelsteen en beantwoord later de volgende vragen: 1. Wat is de naam van dit gebouw? 2. Welke functie had dit gebouw vroeger? 3. Kun je een verband leggen tussen de naam en de voormalige functie van het gebouw? [5] Zoals in vele steden heeft het eeuwenoude stadspark dat aan deze buurt grenst zijn naam aan deze buurt geleend. Dat kun je nog terugzien in sommige straatnamen. 1. Hoe heet deze buurt? 2. In welke straatnamen kun je dat terugzien? [6] 1. Hoe heet dit water? 2. Wat was vroeger de functie van dit water?
7
In het centrum van de stad (zie kaart centrum) A. locatiegebonden werkopdracht ►1.
Een kaart maken
In de methode aardrijkskundemethode De Blauwe Planeet , groep 5, zie je hoe je een kaart kunt maken van een winkelstraat in het kader van kaartlezen.
8
µ Maak nu een kaartje van de Langestraat vanaf de Payglop naar het zuiden. µ Vragen: 1. Wat valt op aan het soort winkels dat je veel aantreft in de Langestraat? 2. Kun je een verklaring geven voor dit verschijnsel? Noem twee redenen vanuit het oogpunt van de winkelier. 3. Kun je deze winkels ook in een ander deel van Alkmaar tegen komen? Leg uit waarom.
9
►2
Oriëntatie op de kaart (nummer 3 op de aparte kaart)
µ Voorbeeld De onderstaande foto’s zijn genomen op en rond het Waagplein. Geef op de kaart aan waar de fotograaf heeft gestaan toen hij deze foto’s nam. Zet daartoe voor elke foto een stip op de juiste plek op de kaart met het nummer van de bijbehorende foto. µ Opdracht: Maak zelf ongeveer 4 foto’s waarmee je deze opdracht kunt aanvullen. Geef op de kaart aan waar je welke foto hebt gemaakt.
Foto 1
Foto 2
10
B. niet-locatie gebonden werkopdrachten
►4. Belangrijke gevelvormen Veel panden in het centrum van Nederlandse steden hebben typische oude gevels. In elke periode werd een bepaald type gevel veel gebouwd. Wanneer je dus een authentieke gevel ziet is het aannemelijk dat deze is gebouwd in de betreffende periode. Je kunt dus voorzichtig iets zeggen over de leeftijd van de panden.. Op de volgende bladzijde kun je de bijbehorende tijd van de verschillende bouwstijlen achterhalen.
Trapgevel
tuitgevel
halsgevel
klokgevel
lijstgevel
µ In het bovenstaande overzicht zie je de meest voorkomende gevels. Zet de bouwperioden er bij. Gebruik daarvoor onderstaande bron. µ Maak in het centrum van de stad van elk hoofdtype gevel minstens een foto., Noteer het adres, en de vermoedelijke bouwperiode (kijk naar bouwstijl, maar ook de plek in de stad, eventuele jaartallen op de gevels). Maak een collage op een vel A4 of verwerk de foto’s in de tijdbalk.
11
Bronnenmateriaal:
12
►6.
Wegwijzers en afstand bepalen in de straat
WEGWIJZERS/ windrichting µ Waar zal deze wegwijzer ongeveer staan? Hoe komt het dat je dat niet goed te weten kunt komen?
µ Suggestie voor een opdracht (hoef je nu niet uit te voeren) Maak in de stad een foto van een wegwijzer. Geef op de kaart aan waar de wegwijzer staat. Zet de juiste afstanden in de richtingaanwijzers. Met behulp van een fotobewerkingsprogramma kun je deze getallen in de bewegwijzering plaatsen. AFSTAND IN DE STRAAT Kijk aan het begin van de Langestraat (bij de Grote Kerk of bij de Mient) naar het pand van de HEMA (dat is goed te zien aan het uithangsbord). µ Hoe ver schat je dat het uithangbord van de HEMA van jou verwijderd is? µ Hoe kun je met behulp van hulpmiddelen in de straat nagaan hoe ver de afstand is in werkelijkheid (zonder dat je het meetlint op de grond legt of de kaart gebruikt )? Bepaal eerst een strategie en probeer daarna de afstand in de straat na te gaan. Welke strategie heb je gebruikt?
µ Hoe lang is volgens jou de afstand die je bepaald hebt met deze strategie? µ Ga met behulp van de kaart na hoe groot de afstand is: µ Hoe groot zijn de afwijkingen die je hebt gevonden? µ Wat zegt dit over de door jou gevolgde strategieën? (Vat samen wat een goede strategie is om de afstand in stad te schatten.) 13
►7.
Rekenen in de stad
uit Pluspunt µVoorbeeld Bas loopt door Alkmaar. Hij ziet dat er flinke korting wordt gegeven bij H&M.
Opgave: - Hoe groot bedroeg de korting van Bas in euro’s? - Hoe groot was het kortingspercentage van de totale aankoop? µ Opdracht: - Breng middels meerdere foto’s getallen in de stad in beeld. - Bedenk twee realistische rekenopgaven (eventueel bestaand uit een a en b deel) die geschikt zijn voor leerlingen. - Leg uit hoe de leerlingen aan het goede antwoord kunnen komen (let op: indien mogelijk meerdere strategieën). - Geef aan voor welke groep deze rekensom in aanmerking komt.
14
►8.
Taal in de stad
In het centrum van de stad proberen winkeliers, bedrijfjes en restauranthouders aandacht te trekken met creatief taalgebruik vaak in combinatie met beeldende logo’s (denk aan de les BEVO waarbij de opdracht luidt om een reclamebord te maken dat past bij het product. Soms sta je niet eens meer bij stil bij de betekenis van een woord. Bij Kruidvat denk je inmiddels wellicht alleen aan een drogist. En bij Peter alleen aan spijkerbroeken.
Creatief taalgebruik
Afkortingen worden een woord
Bij grotere ketens is Engels meestal de taal…… Wanneer kom je andere talen tegen? µ Maak in de stad een aantal foto’s waarbij taal op een creatieve manier gebruikt wordt, waarbij je vooral een andere taal ziet of waarbij op een andere manier gespeeld wordt met letters , spreekwoorden of anderzijds. Spreek van te voren af waar je op gaat letten. Zet de beste foto’s bij elkaar, zodat je deze kunt gebruiken bij een les Nederlands of wellicht bij Beeldende vorming. De leukste/ origineelste foto komt in aanmerking voor een kleine prijs. Mail je beste/leukste/origineelste foto aan
[email protected] (niet groter dan 5 MB). 15
C. locatiegebonden kijkopdracht ►9.
Oud en nieuw - Langestraat (nummer 5 op de aparte kaart)
µ Wanneer zal deze foto zijn gemaakt? Omstreeks: O 1800 O 1850 O 1900 O 1950 µ Geef een verklaring voor je antwoord (waarom kunnen de andere alternatieven niet goed zijn?) µ Op de foto zie je tramrails. Als je naar de foto kijkt kun je achterhalen wat voor soort tram hier zal hebben gelopen. Welke soorten trams ken je uit het verleden? Wat voor soort tram reed hier? µ Noem drie andere verschillen tussen vroeger en nu op de foto. Geef voor elk verschil een verklaring. µAlle personen op de foto staan te kijken naar de fotograaf. Geef hiervoor een verklaring. µHoe laat ongeveer op de dag zal deze foto genomen zijn? Waaraan kun je dat duidelijk zien?
16
►10.
Oud en nieuw - Vismarkt (nummer 6)
µGeef op de foto aan welk pand verdwenen is. µGa na hoe oud de andere panden ongeveer zijn. Maak een schatting en zet de jaartallen op de panden in deze foto. µLinks op de foto zie je een boot waarmee passagiers werden vervoerd. Wat voor boot zal dat zijn geweest?
17
►11. Romeinse cijfers (nummer 7) Op de gevel van het pand aan de Mient nummer ??? staat een jaartal in Romeinse cijfers. µWelk jaartal hoort daarbij? µMaak de onderstaande tabel af: Tabel Romeinse cijfers/ tekens en Arabische cijfers M C D X 10 V 5 I 1 IV
4 3 2
µ Zouden dit de eerst panden zijn die er gebouw zijn aan de Mient? Welke aanwijzing heb je daarvoor aangetroffen tijdens deze excursie? µ Kijk nu naar de het Waaggebouw. Daar staat ook een jaartal op in Romeinse cijfers. Uit welk jaar dateert het Waaggebouw? µ Kijk naar de klok van de Grote Kerk of van het Waaggebouw . Welk cijfer wordt daar niet correct weergegeven? Kun je daarvoor een verklaring geven? µ Zet nu zelf het jaar 1672 om in Romeinse cijfers:
18
Gebouwen in Alkmaar ►12. Grote Kerk (nummer 9) In 1470 werd begonnen met de bouw van de Grote of Sint Laurenskerk. In 1520 werd de bouw van de kerk voltooid. De Grote Kerk is gebouwd op een oude zandrug. Vlakbij, aan het begin van de Langestraat, is in de bestrating het hoogste natuurlijke punt aangegeven met een kleine halve maan van grijze kinderkopjes. Maak een (of meerdere) foto’s van de Grote kerk, zodanig dat de bouwstijl goed te zien is. Welke bouwstijl zie je hier? Welke gelovigen hebben deze kerk laten bouwen? Wanneer is de kerk in handen gekomen van de protestanten? Wat voor soort steen is vooral gebruikt bij de bouw van de kerk? Waar zal deze steen vandaan komen? O uit de omgeving van Alkmaar O uit andere delen van Nederland O uit Duitsland Waar is het dak van de Grote Kerk van gemaakt? (internet) of Sint-Laurenskerk heeft twee wereldberoemde orgels in huis. 1. Wat zijn de namen van deze twee historische orgels? 2. Uit welk jaar dateert het oudste van deze twee? (Het oudst nog werkende orgel van Nederland!) ►13. Molen van Piet (nummer 8) De molen van Piet dankt haar naam vanwege het feit dat deze molen al generaties lang door de familie Piet wordt beheerd. De molen heeft tenminste drie functies vervuld. a. Ten eerste als ijskelder. Waarom had men een ijskelder nodig? Waar haalde men het ijs vandaan? b. Ten tweede als molen. Waarvoor zal deze molen zijn gebruikt? Vroeger stonden er veel molens aan de rand van de stad. Wat was daarvoor een belangrijke reden? c. Ten derde als verdedigingswerk. Waar zie je dat aan? Wie gebruikte de molen van Piet en omgeving als verdedigingswerk?
19
►14 Het huis met de kogel (omgeving van nummer 11) Bij het huis met de kogel zie je een houten huis met een kogel er in. Die is afgeschoten tijdens de tachtig jarige oorlog. Door welke vijand is deze kogel afgeschoten? Hoe oud schat je dat dit houten huis van oorsprong is? Waarom zijn de meeste houten huizen vervangen door stenen huizen? Wat voor soort gevel is hier te zien? Twee kinderen van groep 7 praten over de houten huizen. Sandra: Het zijn de oudste huizen van de stad Stefan: Dit gedeelte van de stad is het oudste gedeelte van Alkmaar Wie heeft er gelijk? O alleen Sandra O alleen Stefan O Stefan en Sandra hebben gelijk O niemand heeft gelijk ►15 Waaggebouw (nummer Hoe oud is het Waaggebouw?
10)
Wat was de functie van het Waaggebouw in de stad? Waarom staat het Waaggebouw juist op deze plek en niet aan de haven (bij het havengebouw?) Van wat voor soort steen is het Waaggebouw voornamelijk gemaakt? ►16 Brillesteeg (nummer 12) Zoek de Brillesteegbrug op (één van de mooiste bruggen van Alkmaar), uiteraard vernoemd naar de Brillesteeg. Ga er midden op staan en kijk uit over de pracht van de Oude Gracht. Veel huizen hebben vanaf de begane grond steeds lagere ramen op de hogere verdiepingen. Neem een foto van zo’n huis, en wel het huis dat je ’t meest interessant vindt. Noem twee mogelijke oorzaken voor de steeds lagere ramen op hogere verdiepingen. Waarom vind je het door jou gefotografeerde huis het meest interessant? ►17
Carillons (niet op de kaart aangegeven)
Alkmaar heeft in het centrum drie historische carillons (klokkenspelen).
In welke drie gebouwen huisvesten zich de historische carillons?
Wie is sinds 1 maart 2009 de nieuwe stadsbeiaardier van Alkmaar?
20
LEREN IN DE STAD Een vakoverstijgende geografische kijk- en veldwerkexcursie in het centrum van Alkmaar
Roger Baltus Sandra ten Brink Henri Heuvelmans Stefan Schuur
Inhoudsopgave pagina 2
Inhoudsopgave A. Opdrachten voor of na de excursie: Kaartlezen met de kaart van Alkmaar Tijdbalk van de stad Met de auto naar de stad B. De route naar het centrum Opdrachten C. In het centrum van de stad Locatie gebonden werkopdrachten: Een kaart maken Oriëntatie op de kaart Niet locatie gebonden werkopdrachten: Belangrijke gevelvormen Wegwijzers en afstand Rekenen in de stad Taal in de stad Locatie gebonden kijkopdrachten: Oud en nieuw: Langestraat Oud en nieuw: Vismarkt Romeinse cijfers Bouwwerken: - Grote Kerk - Molen van Piet - Waaggebouw - Huis met de kogel - Brillesteegbrug - Carillons
3 4 5 6 7 8 8 10 11 13 14 15 16 17 18 19 19 20 20 20 20
Bij dit boekje hoort een kaart. Op die kaart staan nummers in het blauw en groen. Niet alle nummers zullen worden gebruikt in dit boekje. De kaart wordt ook in het derde studiejaar gebruikt maar dan gekoppeld aan andersoortige opdrachten.
2
A. Opdrachten voorafgaand of na de excursie uit te voeren ►Kaartlezen
met de kaart van Alkmaar
1. Bas vraagt de weg van de Augustijnsteeg naar de Veerstraat. a. In welke richting moet Bas dan vooral lopen? b. Leg uit hoe Bas moet lopen door aan te geven hoeveelste straat naar links bij de rotonde etc. 2. Hoe lang is de Lange Straat ongeveer? 3. Op de foto zie je de Accijnstoren (kaartvak E4)
Wanneer is deze foto ongeveer gemaakt? O ochtend O middag O namiddag 4. De molen van Piet stond vroeger aan de rand van de stad. Van welke windrichting kreeg de molen van Piet de hardste wind? O noordoosten wind O noordwesten wind O zuidwestenwind O zuidoostenwind 5 De gemeentereiniging heeft in kaart gebracht waar het meeste afval op de grond wordt gevonden. In wat voor delen van de stad ligt het meeste afval op de grond? 6. a. In verband met zijn geopereerde knie parkeert Sieger zijn auto in de Karperton parkeergarage. Welke winkel is het minst ver lopen voor hem? O V&D in de Ridderstraat O De HEMA in de v.d. Bosch straat O De bibliotheek O De Kaaswinkel in de Koorstraat b. Welke volgorde kan zij het beste aanhouden om de vier bezoekpunten te bezoeken, opdat ze zo min mogelijk hoeft te lopen?
3
►Tijdbalk van de stad Maak een tijdbalk van de geschiedenis van Alkmaar met de zaken die je tijdens de tocht bent tegengekomen. Bijvoorbeeld: - 5 verschillende soorten gevels - Bouwwerken: Dempen grachten Grote Kerk Waaggebouw tram in de stad treinstation - Ontstaan - Oorlog en Overwinning op Spanjaarden - Stadsmuren raken in onbruik - Stadsrechten ….en zo zijn er nog een aantal dingen……die je in de tijd moet kunnen plaatsen.
4
►Met
de auto naar de stad
µ Stefan parkeert overdag 3 uur en 30 minuten. Hoeveel moet hij dan betalen? Sandra parkeert in de avonduren 3 uur en 30 minuten. Hoeveel moet zij dan betalen? µ Maak binnen 1-2 minuten een schatting van de hoeveelheid parkeerplaatsen in een van de parkeergarages in de stad. Leg uit hoe je bij je schatting te werk bent gegaan.
µ Bedenk zelf een rekensom en geef aan voor welke groep deze geschikt is. Geef aan bij welk kerndoel van getallen en bewerkingen je aansluit.
Zorg er voor dat je aansluit op de kerndoelen Getallen en bewerkingen Kerndoel 26 De leerlingen leren structuur en samenhang van aantallen, gehele getallen, kommagetallen, breuken, procenten en verhoudingen op hoofdlijnen te doorzien en er in praktische situaties mee te rekenen. Kerndoel 27 De leerlingen leren de basisbewerkingen met gehele getallen in elk geval tot 100 snel uit het hoofd uitvoeren, waarbij optellen en aftrekken tot 20 en de tafels van buiten gekend zijn Kerndoel 28 De leerlingen leren schattend tellen en rekenen. Kerndoel 29 De leerlingen leren handig optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen. Kerndoel 30 De leerlingen leren schriftelijk optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen volgens meer of minder verkorte standaardprocedures. Kerndoel 31 De leerlingen leren de rekenmachine met inzicht te gebruiken.
5
B. De route naar het centrum De meeste vragen kun je ter plekke beantwoorden, bij sommige moet je literatuur of internet raadplegen. Let op! Op aangeven van de slb’er start je met de route zoals hieronder is aangegeven. L21 en L23 volgen aanvangsroute 1 richting centrum (verplichte opdrachten van bladzijde 8: 1, 2, 3 en 4) Vanuit IPABO rechtsaf: Gabriël Metsulaan [opdracht 1] – Bij kruispunt Hobbemalaan rechtdoor: Blanckerhofweg – Aan het einde bij T-kruising linksaf: van Ostadelaan [opdracht 2] – Bij rotonde rechtdoor: Nicolaas Beetskade – Bij kruispunt Bergerweg rechtsaf, de brug over: Bergerweg – Onder het spoorviaduct door: Bergerweg [opdracht 3] – Bij kruispunt Stationsweg rechtdoor: Scharlo – Bij rotonde rechtdoor: Geesterweg – Bij kruispunt Geestersingel, zebrapad oversteken en brug over: Zevenhuizen [opdracht 4] – Bij kruispunt Geest rechtdoor: Gasthuisstraat – Bij kruispunt Canadaplein rechtdoor: Kerkplein. L22, L24 volgen aanvangsroute 2 richting centrum (verplichte opdrachten van bladzijde 8: 1, 2, 5 en 6) Vanuit IPABO rechtsaf: Gabriël Metsulaan [opdracht 1] – Bij kruispunt Hobbemalaan rechtsaf: Hobbemalaan – Gelijk over de brug linksaf: Van de Veldelaan / Judith Lysterstraat – Bij kruispunt van Ostadelaan rechtdoor: Bloemaertlaan [opdracht 2] – Bij kruispunt Jan de Heemstraat linksaf: Jan de Heemstraat – Na ca. 90 meter, rechtsaf: volg het fietspad onder het spoorviaduct [opdracht 5] – Aan het einde van het fietspad links aanhouden: Fritz Conijnlaan – Bij kruispunt Westerweg linksaf: Westerweg – Bij kruispunt Lindenlaan rechtsaf: Lindenlaan – volg Lindenlaan, gaat over in: Varnebroek – Bij het water rechtsaf: Kennemersingel [opdracht 6] – Na ca. 70 meter linksaf richting brug: Kennemerstraatweg – Ga de brug over: Ritsevoort – volg Ritsevoort, gaat na kruispunt Oude Gracht over in: Koorstraat – Bij kruispunt Langestraat linksaf: Kerkplein.
Beide aanvangsroutes leiden je naar het centrum van Alkmaar. In het centrum doe je met je groepje de opdrachten zoals vermeld vanaf bladzijde 9.
6
[1] Gabriël Metsu was een schilder uit de Gouden Eeuw. 1. Hoe heet de stijlperiode waarin Gabriël Metsu werkte? 2. Waarom was Gabriël Metsu bij zijn opdrachtgevers vooral geliefd? 3. Waarom staat Gabriël Metsu als genreschilder vooral bekend? [2] Aan de overkant van de van Ostadelaan zie je de ‘Geestmolen’ staan. 1. In welk jaar is deze molen gebouwd? 2. Welke polder heeft deze molen vroeger bemalen? 3. Is deze molen een zgn. ‘Binnenkruier’ of een ‘Buitenkruier’ en waarom? [3] Onder het spoor door links zie je een markante watertoren staan. 1. Wat was de functie van dergelijke watertorens? 2. Maak een schatting van de inhoud van de watertank in deze toren. 3. Welk soort water werd in deze watertoren opgeslagen? [4] Direct over de brug zie je rechts, op de hoek van Zevenhuizen en Geest, een laag gebouw met een markante en fraaie gevelsteen boven de deur. Maak een foto van de gevelsteen en beantwoord later de volgende vragen: 1. Wat is de naam van dit gebouw? 2. Welke functie had dit gebouw vroeger? 3. Kun je een verband leggen tussen de naam en de voormalige functie van het gebouw? [5] Zoals in vele steden heeft het eeuwenoude stadspark dat aan deze buurt grenst zijn naam aan deze buurt geleend. Dat kun je nog terugzien in sommige straatnamen. 1. Hoe heet deze buurt? 2. In welke straatnamen kun je dat terugzien? [6] 1. Hoe heet dit water? 2. Wat was vroeger de functie van dit water?
7
In het centrum van de stad (zie kaart centrum) A. locatiegebonden werkopdracht ►1.
Een kaart maken
In de methode aardrijkskundemethode De Blauwe Planeet , groep 5, zie je hoe je een kaart kunt maken van een winkelstraat in het kader van kaartlezen.
8
µ Maak nu een kaartje van de Langestraat vanaf de Payglop naar het zuiden. µ Vragen: 1. Wat valt op aan het soort winkels dat je veel aantreft in de Langestraat? 2. Kun je een verklaring geven voor dit verschijnsel? Noem twee redenen vanuit het oogpunt van de winkelier. 3. Kun je deze winkels ook in een ander deel van Alkmaar tegen komen? Leg uit waarom.
9
►2
Oriëntatie op de kaart (nummer 3 op de aparte kaart)
µ Voorbeeld De onderstaande foto’s zijn genomen op en rond het Waagplein. Geef op de kaart aan waar de fotograaf heeft gestaan toen hij deze foto’s nam. Zet daartoe voor elke foto een stip op de juiste plek op de kaart met het nummer van de bijbehorende foto. µ Opdracht: Maak zelf ongeveer 4 foto’s waarmee je deze opdracht kunt aanvullen. Geef op de kaart aan waar je welke foto hebt gemaakt.
Foto 1
Foto 2
10
B. niet-locatie gebonden werkopdrachten
►4. Belangrijke gevelvormen Veel panden in het centrum van Nederlandse steden hebben typische oude gevels. In elke periode werd een bepaald type gevel veel gebouwd. Wanneer je dus een authentieke gevel ziet is het aannemelijk dat deze is gebouwd in de betreffende periode. Je kunt dus voorzichtig iets zeggen over de leeftijd van de panden.. Op de volgende bladzijde kun je de bijbehorende tijd van de verschillende bouwstijlen achterhalen.
Trapgevel
tuitgevel
halsgevel
klokgevel
lijstgevel
µ In het bovenstaande overzicht zie je de meest voorkomende gevels. Zet de bouwperioden er bij. Gebruik daarvoor onderstaande bron. µ Maak in het centrum van de stad van elk hoofdtype gevel minstens een foto., Noteer het adres, en de vermoedelijke bouwperiode (kijk naar bouwstijl, maar ook de plek in de stad, eventuele jaartallen op de gevels). Maak een collage op een vel A4 of verwerk de foto’s in de tijdbalk.
11
Bronnenmateriaal:
12
►6.
Wegwijzers en afstand bepalen in de straat
WEGWIJZERS/ windrichting µ Waar zal deze wegwijzer ongeveer staan? Hoe komt het dat je dat niet goed te weten kunt komen?
µ Suggestie voor een opdracht (hoef je nu niet uit te voeren) Maak in de stad een foto van een wegwijzer. Geef op de kaart aan waar de wegwijzer staat. Zet de juiste afstanden in de richtingaanwijzers. Met behulp van een fotobewerkingsprogramma kun je deze getallen in de bewegwijzering plaatsen. AFSTAND IN DE STRAAT Kijk aan het begin van de Langestraat (bij de Grote Kerk of bij de Mient) naar het pand van de HEMA (dat is goed te zien aan het uithangsbord). µ Hoe ver schat je dat het uithangbord van de HEMA van jou verwijderd is? µ Hoe kun je met behulp van hulpmiddelen in de straat nagaan hoe ver de afstand is in werkelijkheid (zonder dat je het meetlint op de grond legt of de kaart gebruikt )? Bepaal eerst een strategie en probeer daarna de afstand in de straat na te gaan. Welke strategie heb je gebruikt?
µ Hoe lang is volgens jou de afstand die je bepaald hebt met deze strategie? µ Ga met behulp van de kaart na hoe groot de afstand is: µ Hoe groot zijn de afwijkingen die je hebt gevonden? µ Wat zegt dit over de door jou gevolgde strategieën? (Vat samen wat een goede strategie is om de afstand in stad te schatten.) 13
►7.
Rekenen in de stad
uit Pluspunt µVoorbeeld Bas loopt door Alkmaar. Hij ziet dat er flinke korting wordt gegeven bij H&M.
Opgave: - Hoe groot bedroeg de korting van Bas in euro’s? - Hoe groot was het kortingspercentage van de totale aankoop? µ Opdracht: - Breng middels meerdere foto’s getallen in de stad in beeld. - Bedenk twee realistische rekenopgaven (eventueel bestaand uit een a en b deel) die geschikt zijn voor leerlingen. - Leg uit hoe de leerlingen aan het goede antwoord kunnen komen (let op: indien mogelijk meerdere strategieën). - Geef aan voor welke groep deze rekensom in aanmerking komt.
14
►8.
Taal in de stad
In het centrum van de stad proberen winkeliers, bedrijfjes en restauranthouders aandacht te trekken met creatief taalgebruik vaak in combinatie met beeldende logo’s (denk aan de les BEVO waarbij de opdracht luidt om een reclamebord te maken dat past bij het product. Soms sta je niet eens meer bij stil bij de betekenis van een woord. Bij Kruidvat denk je inmiddels wellicht alleen aan een drogist. En bij Peter alleen aan spijkerbroeken.
Creatief taalgebruik
Afkortingen worden een woord
Bij grotere ketens is Engels meestal de taal…… Wanneer kom je andere talen tegen? µ Maak in de stad een aantal foto’s waarbij taal op een creatieve manier gebruikt wordt, waarbij je vooral een andere taal ziet of waarbij op een andere manier gespeeld wordt met letters , spreekwoorden of anderzijds. Spreek van te voren af waar je op gaat letten. Zet de beste foto’s bij elkaar, zodat je deze kunt gebruiken bij een les Nederlands of wellicht bij Beeldende vorming. De leukste/ origineelste foto komt in aanmerking voor een kleine prijs. Mail je beste/leukste/origineelste foto aan
[email protected] (niet groter dan 5 MB). 15
C. locatiegebonden kijkopdracht ►9.
Oud en nieuw - Langestraat (nummer 5 op de aparte kaart)
µ Wanneer zal deze foto zijn gemaakt? Omstreeks: O 1800 O 1850 O 1900 O 1950 µ Geef een verklaring voor je antwoord (waarom kunnen de andere alternatieven niet goed zijn?) µ Op de foto zie je tramrails. Als je naar de foto kijkt kun je achterhalen wat voor soort tram hier zal hebben gelopen. Welke soorten trams ken je uit het verleden? Wat voor soort tram reed hier? µ Noem drie andere verschillen tussen vroeger en nu op de foto. Geef voor elk verschil een verklaring. µAlle personen op de foto staan te kijken naar de fotograaf. Geef hiervoor een verklaring. µHoe laat ongeveer op de dag zal deze foto genomen zijn? Waaraan kun je dat duidelijk zien?
16
►10.
Oud en nieuw - Vismarkt (nummer 6)
µGeef op de foto aan welk pand verdwenen is. µGa na hoe oud de andere panden ongeveer zijn. Maak een schatting en zet de jaartallen op de panden in deze foto. µLinks op de foto zie je een boot waarmee passagiers werden vervoerd. Wat voor boot zal dat zijn geweest?
17
►11. Romeinse cijfers (nummer 7) Op de gevel van het pand aan de Mient nummer ??? staat een jaartal in Romeinse cijfers. µWelk jaartal hoort daarbij? µMaak de onderstaande tabel af: Tabel Romeinse cijfers/ tekens en Arabische cijfers M C D X 10 V 5 I 1 IV
4 3 2
µ Zouden dit de eerst panden zijn die er gebouw zijn aan de Mient? Welke aanwijzing heb je daarvoor aangetroffen tijdens deze excursie? µ Kijk nu naar de het Waaggebouw. Daar staat ook een jaartal op in Romeinse cijfers. Uit welk jaar dateert het Waaggebouw? µ Kijk naar de klok van de Grote Kerk of van het Waaggebouw . Welk cijfer wordt daar niet correct weergegeven? Kun je daarvoor een verklaring geven? µ Zet nu zelf het jaar 1672 om in Romeinse cijfers:
18
Gebouwen in Alkmaar ►12. Grote Kerk (nummer 9) In 1470 werd begonnen met de bouw van de Grote of Sint Laurenskerk. In 1520 werd de bouw van de kerk voltooid. De Grote Kerk is gebouwd op een oude zandrug. Vlakbij, aan het begin van de Langestraat, is in de bestrating het hoogste natuurlijke punt aangegeven met een kleine halve maan van grijze kinderkopjes. Maak een (of meerdere) foto’s van de Grote kerk, zodanig dat de bouwstijl goed te zien is. Welke bouwstijl zie je hier? Welke gelovigen hebben deze kerk laten bouwen? Wanneer is de kerk in handen gekomen van de protestanten? Wat voor soort steen is vooral gebruikt bij de bouw van de kerk? Waar zal deze steen vandaan komen? O uit de omgeving van Alkmaar O uit andere delen van Nederland O uit Duitsland Waar is het dak van de Grote Kerk van gemaakt? (internet) of Sint-Laurenskerk heeft twee wereldberoemde orgels in huis. 1. Wat zijn de namen van deze twee historische orgels? 2. Uit welk jaar dateert het oudste van deze twee? (Het oudst nog werkende orgel van Nederland!) ►13. Molen van Piet (nummer 8) De molen van Piet dankt haar naam vanwege het feit dat deze molen al generaties lang door de familie Piet wordt beheerd. De molen heeft tenminste drie functies vervuld. a. Ten eerste als ijskelder. Waarom had men een ijskelder nodig? Waar haalde men het ijs vandaan? b. Ten tweede als molen. Waarvoor zal deze molen zijn gebruikt? Vroeger stonden er veel molens aan de rand van de stad. Wat was daarvoor een belangrijke reden? c. Ten derde als verdedigingswerk. Waar zie je dat aan? Wie gebruikte de molen van Piet en omgeving als verdedigingswerk?
19
►14 Het huis met de kogel (omgeving van nummer 11) Bij het huis met de kogel zie je een houten huis met een kogel er in. Die is afgeschoten tijdens de tachtig jarige oorlog. Door welke vijand is deze kogel afgeschoten? Hoe oud schat je dat dit houten huis van oorsprong is? Waarom zijn de meeste houten huizen vervangen door stenen huizen? Wat voor soort gevel is hier te zien? Twee kinderen van groep 7 praten over de houten huizen. Sandra: Het zijn de oudste huizen van de stad Stefan: Dit gedeelte van de stad is het oudste gedeelte van Alkmaar Wie heeft er gelijk? O alleen Sandra O alleen Stefan O Stefan en Sandra hebben gelijk O niemand heeft gelijk ►15 Waaggebouw (nummer Hoe oud is het Waaggebouw?
10)
Wat was de functie van het Waaggebouw in de stad? Waarom staat het Waaggebouw juist op deze plek en niet aan de haven (bij het havengebouw?) Van wat voor soort steen is het Waaggebouw voornamelijk gemaakt? ►16 Brillesteeg (nummer 12) Zoek de Brillesteegbrug op (één van de mooiste bruggen van Alkmaar), uiteraard vernoemd naar de Brillesteeg. Ga er midden op staan en kijk uit over de pracht van de Oude Gracht. Veel huizen hebben vanaf de begane grond steeds lagere ramen op de hogere verdiepingen. Neem een foto van zo’n huis, en wel het huis dat je ’t meest interessant vindt. Noem twee mogelijke oorzaken voor de steeds lagere ramen op hogere verdiepingen. Waarom vind je het door jou gefotografeerde huis het meest interessant? ►17
Carillons (niet op de kaart aangegeven)
Alkmaar heeft in het centrum drie historische carillons (klokkenspelen).
In welke drie gebouwen huisvesten zich de historische carillons?
Wie is sinds 1 maart 2009 de nieuwe stadsbeiaardier van Alkmaar?
20