Leiden Stad van Ontdekkingen Profiel Leiden 2030
juni 2004, Leiden 1ste herziene druk, 2007
Inhoudsopgave
Voorwoord Toekomstvisie in het kort Hoofdstuk 1 Inleiding 1.1 Gesprek met de stad 1.2 Uitgangspunten 1.3 Leeswijzer Hoofdstuk 2 Kansen en bedreigingen 2.1 Kansen Leiden 2.2 Bedreigingen Leiden Hoofdstuk 3 Profiel: ‘Leiden, stad van ontdekkingen’ 3.1 Kennis maken en kennis delen 3.2 Kennismaking met Leiden 3.3 Voorwaarden en uitwerking voor kennis 3.4 Ruimtelijke Plankaart Hoofdstuk 4 Leiden in analyse en prognose 4.1 Demografische verkenningen 4.2 Vier toekomstbeelden: Bestemming Leiden 2030 4.3 Leiden anno 2004 4.4 De Leidse bevolking anno 2030 4.5 Conclusies Hoofdstuk 5 Implementatietraject Hoofdstuk 6 Terugblik op het proces 6.1 De opdracht 6.2 Raadsconferenties 6.3 De stadsgesprekken
3 4 8 9 10 10 12 13 17 20 21 22 24 30 32 33 33 35 39 43 44 46 47 47 48
Profiel Leiden 2030 |
Voorwoord Hoe moet Leiden eruit gaan zien in 2030? Dat was de centrale vraag waarmee het gemeentebestuur van Leiden in het voorjaar van 2004 naar buiten is getreden. Dit maakte onderdeel uit van het proces om te komen tot een Ontwikkelingsvisie voor Leiden in 2030. Wat betekent nu zo’n Ontwikkelingsvisie? Voor de stad is het erg belangrijk om een integrale visie op de toekomst van de stad te maken. Dat heeft te maken met de hoge ambities, die de stad en het stadsbestuur hebben, tegenover de beperkte ruimte in de stad en de beperkte middelen en capaciteit. Er was behoefte aan een richtinggevend kader om sturing te geven aan alle ambities en daar ook prioriteit in te kunnen aangeven. Dat bleek onder andere uit de Bestuurskracht monitor: de spiegel die de gemeente zichzelf in 2002 heeft voorgehouden. In samenspraak met de gemeenteraad zijn er bijeenkomsten gehouden met burgers, met ambtenaren en met de partners in de stad en de regio. Wat mij daarvan vooral is bijgebleven, is de betrokkenheid en het enthousiasme dat iedereen aan de dag legt als het over de stad gaat. Mensen hebben hart voor de stad en dat maken ze ook kenbaar. Een tweede opmerkelijk feit was de hoge mate van unanimiteit die er was over de richting, waarin de stad zich moet ontwikkelen. Maak gebruik van je eigen kwaliteiten. Benut die optimaal en behoud daarmee ook het karakteristieke van Leiden. Kennis
en kwaliteit bleken daarbij de sleutelbegrippen. Rond deze twee thema’s is het profiel voor de stad verder uitgewerkt. Als motto hebben we gekozen voor Stad van Ontdekkingen. In Leiden zijn en worden veel wetenschappelijke ontdek kingen gedaan. Maar tevens valt er ook veel te ontdekken in Leiden, bijvoorbeeld op cultureel en historisch gebied. Al met al zal dit toekomstbeeld de richting aangeven voor een evenwichtige ontwikkeling van de stad in de toekomst. Dit profiel voor de stad in 2030 is uit het bestaande materiaal en alle bijeenkomsten gedestilleerd. Daarmee is het niet af. Het moet worden uitgewerkt, verdiept en periodiek aangepast aan gewijzigde omstandigheden en/of denkbeelden. Omdat we dit als gemeentebestuur niet alleen kunnen, willen we ook bij de uitwerking de hulp van de stad en de regio inroepen. Dit product markeert het einde van een langdurige poging om een toekomstvisie voor Leiden te maken. Het is tegelij kertijd het begin van bij voorbaat een discussie zonder einde. Namens het gemeentebestuur spreek ik de wens uit, dat u ook bij deze discussie betrokken wilt blijven.
Ron Hillebrand Wethouder Ruimtelijke Ordening, Wijkontwikkeling & Strategisch Beleid
Toekomstvisie in het kort
Profiel Leiden 2030 |
Leiden heeft een lange historie als bolwerk van kennis, en wil zich daarmee in de toekomst sterker gaan profileren. In de kennisstad draait het om onderwijs en onderzoek op alle niveaus. Tegelijkertijd zet Leiden in op kwaliteit: op een aantrekkelijk historisch centrum, een prettige leefomgeving, comfortabele woningen en goede voorzieningen. Kracht van de stad Leiden is een authentieke Hollandse stad met een rijke traditie op het gebied van kennis, wetenschap, cultuur en internationale betrekkingen. De combinatie van de cultuur historie en het potentieel aan mogelijkheden voor de kennis samenleving maken de stad uniek. Leiden heeft: • een prachtige historische binnenstad met veel water en zo’n 3000 monumenten, waaronder de oudste schouwburg van Nederland; • musea van wereldklasse. Bovendien is Leiden de geboorte stad van Rembrandt; • een universiteit die behoort tot de Europese top op het gebied van onderwijs en onderzoek; • bijzondere banden met grote mogendheden. Met de Verenigde Staten door de Pilgrims, met Japan en andere Aziatische landen door Von Siebold; • een strategische ligging in de Randstad, dichtbij water, snelwegen, spoorlijnen en de internationale luchthaven Schiphol;
• een relatief jonge, hoog opgeleide en creatieve bevolking met een opvallend hoog aandeel westerse allochtonen. Bovendien is Leiden onderdeel van een stedelijk gebied dat groter is dan de gemeentegrenzen aangeven. De stad en de regio werken nauw samen. Toch zijn er ook factoren die de ontwikkeling bemoeilijken. Leiden heeft als dichtstbevolkte stad van Nederland een groot gebrek aan ruimte. Vooral gezinnen en mensen met hogere inkomens verlaten de stad, omdat ze geen passende woning kunnen vinden. Ook bedrijven zien zich steeds vaker genood zaakt uit te wijken naar elders. Het ruimtegebrek staat soms noodzakelijke ontwikkelingen in de weg op het gebied van woningbouw, bedrijvigheid, recreatie, openbare ruimte en maatschappelijke voorzieningen. Al met al is het passen en meten om ambities tot uitvoering te brengen. Wellicht dat samen met de regio een oplossing gevonden kan worden voor het ruimtegebrek van de stad Leiden. Kennis en kwaliteit De maatschappij wordt meer en meer een kennissamenle ving, de economie meer en meer een kenniseconomie. Leiden heeft alles in zich om daarbij een toonaangevende speler te zijn: een traditie van kennis en wetenschap, gecombineerd met een jonge, hoog opgeleide en creatieve bevolking.
| Stad van Ontdekkingen Kennis maken in Leiden: • Leiden stimuleert dat iedereen zijn eigen kwaliteiten optimaal benut. Daarvoor zijn een breed aanbod van onderwijs en opleidingen en het tegengaan van schooluit val nodig. • Leiden heeft faciliteiten voor onderzoeksinstituten en kennisintensieve bedrijvigheid. Denk aan bedrijven in de bio- en lifescience, maar ook aan bedrijven in de communicatieve, juridische en culturele sector. • Leiden investeert in kennisnetwerken, waar iedereen gebruik van kan maken. Kennismaken met Leiden: • Toeristen uit binnen- en buitenland ontdekken de monumenten, musea, cultuur, historie en sfeer. • Elk jaar komt er een nieuwe lichting studenten: jonge mensen die soms kort blijven, maar die zich vaak ook langdurig verbinden aan de stad. • In de stad worden ontmoetingsplaatsen gecreëerd. Wanneer kennis hèt uitgangspunt wordt voor stedelijke ontwikkeling, dan zal dit de stad op alle gebieden een kwaliteitsimpuls geven.
• Werkgelegenheid. Gemeente, instellingen en onder nemingen investeren samen in een goed werkklimaat. Ze richten zich vooral op arbeidsplaatsen in de kennis intensieve sector en de dienstensector. • Aantrekkelijke woningen. Leiden investeert in goede levensloopbestendige stadswoningen. • Een prettige leefomgeving met voldoende groen en water. Leiden investeert in de openbare ruimte. • Goede voorzieningen. Leiden investeert in maatschap pelijke voorzieningen op het gebied van onderwijs, zorg, cultuur en sport. • Goede bereikbaarheid. Het spreekt voor zich dat de gemeente de onderlinge balans van deze investeringen in de gaten houdt. De ontwikkeling van de stad zal zich met name voltrekken op de volgende drie plaatsen: • bij het knooppunt Oost (A4, Oostvlietpolder, Lammenschans, Roomburg); • bij het knooppunt West (Leeuwenhoek, Leiden Centraal stads- en zeezijde); • binnenstedelijk (onder andere EWR+, Groenoordhallen, Kooiplein, Meelfabriek, Stad & Milieu enzovoort).
Wonen en werken Leiden zal moeten proberen om mensen aan zich te binden, ook jonge gezinnen en veelverdieners. Daarvoor moet Leiden investeren in de kwaliteit van de stad:
Richting geven Om Leiden te laten uitgroeien tot een kennisstad met kwaliteit, zijn interventies nodig. Deze zijn erop gericht de bestaande krachten van de stad verder te benutten en te
Profiel Leiden 2030 |
van de entree naar de binnenstad, versterking van het cultuuraanbod en het opzetten van een innovatiecentrum voor zorg. Tot slot moet er een goede promotiestrategie komen voor Leiden en omstreken. De boodschap daarvan moet zijn, dat er in en om Leiden veel te ontdekken is. Leiden ontdekt Leiden heeft alles in huis om zich verder te ontwikkelen tot een innovatieve en levendige stad. Een stad die ontdekkingen doet én een stad die het waard is om ontdekt te worden. Kortom: een aantrekkelijke stad waar ieder een graag woont, werkt of op bezoek komt.
versterken. Voor een deel zijn ze al in gang gezet. Zo zijn er plannen voor de RijnGouweLijn, de Leeuwenhoek, de Aalmarkt, de disco en multiplexbioscoop of Kijkplein Leiden. Maar de komende decennia zal er meer moeten gebeuren. Mogelijke voorbeelden hiervan zijn de bouw van een congres centrum, het autovrij maken van de binnenstad in combi natie met nieuw gebouwde parkeervoorzieningen, verbetering
Hoofdstuk 1
Inleiding
Profiel Leiden 2030 |
1.1 Gesprek met de stad Hoe moet Leiden eruit gaan zien in 2030? Dit was de uitdagende kernvraag van het communicatie proces rondom de Ontwikkelingsvisie van Leiden 2030. De website, de kabelkrant, de Stadskrant, een publieksfolder en andere media zijn ingezet om tijdens de stadsgesprekken met verschillende doelgroepen hierover van gedachten te wisselen.1 Uit alle gesprekken die zijn gehouden, is één ding luid en duidelijk naar voren gekomen: de betrokkenheid bij en de liefde voor de stad. Of het nou ging om burgers, maat schappelijke partners, studenten of vertegenwoordigers van de regiogemeenten, iedereen voelde zich betrokken bij de stad en pleitte voor een sterke positie van de stad. Over de richting en de mate waarin de stad zich moet ontwikkelen liepen de meningen meer uiteen. Maar ook hier was een gemeenschappelijke deler waar te nemen en wel, dat de stad er goed aan doet over de toekomst na te denken en dat de stad duidelijke keuzes moet maken. Alleen al het feit dat Leiden qua ruimte nauwelijks uitbreidingsmogelijkheden heeft en al drukbevolkt is, leidt tot dit besef. Het besef was bij iedereen aanwezig, dat niet kiezen geen optie was. Deze gedachte komt overeen met de uitkomsten van de Bestuurskrachtmonitor, die een belangrijke aanleiding voor het proces rond de Ontwikkelingsvisie is geweest: Leiden heeft hoge ambities, maar wordt beperkt in ruimte, tijd, geld en bondgenoten. Hierdoor is het noodzakelijk om een visie
op te stellen. Deze kan alle ambities om de bestuurskracht te vergroten bijeen brengen en kan het leidende beginsel worden voor de stedelijke ontwikkeling.
1 De verslagen van de verschillende bijeenkomsten zijn op te vragen bij de gemeente Leiden (071-516 5651). Tijdens de gesprekken konden deelnemers ook schriftelijk aangeven welk toekomstbeeld ze het meest en welk ze het minst aantrekkelijk vonden. Ze konden daarbij een motivatie geven. De uitwerking hiervan is ook bij de verslagen gevoegd.
10 | Stad van Ontdekkingen
1.2 Uitgangspunten • Leiden kiest scherp ‘Niet kiezen is de slechtste optie’ schrijft de Bestuurskracht monitor. De stad zal in de toekomst net als in het verleden de belangrijkste functies blijven vervullen. Ofwel: het kiezen voor het één betekent niet dat het ander geheel uit de stad zal verdwijnen. Echter kiezen voor alles betekent tegelijkertijd niet kiezen en dat is geen optie. • Leiden profileert zich op (bestaande) kwaliteit Tijdens de gesprekken kwam duidelijk naar voren, dat Leiden zich moet onderscheiden van andere middelgrote gemeenten in Nederland en zich daarbij moet richten op de dingen die haar als stad uniek maken. In goed Nederlands heet dit een ‘unique selling point’. Het vaakst genoemd daarin waren de grote historische binnenstad, de musea en de aanwezigheid van de universiteit en het LUMC. De combinatie van deze drie kenmerken, die alle van hoge kwaliteit zijn, is uniek. • Leiden kiest voor ontwikkeling én voor de belangen van de regio De Leidse regio en de Duin- en Bollenstreek zijn gefuseerd tot Holland-Rijnland. In dit kader zijn belangrijke stappen gezet tot vergaande samenwerking op verschillende terreinen. Uit het gesprek met de partners in de regio kwam duidelijk naar voren, dat de regio gebaat is bij een sterke ontwikkeling van Leiden. Het mes snijdt aan twee kanten:
een sterke prominente stad is ook goed voor de regio. Dat geldt voor bereikbaarheid, economie, kennissamenleving, voorzieningen, recreatie enzovoort. Verder moeten de stad en de regiogemeenten elkaar aanvullen in plaats van pro beren hetzelfde te bieden.
1.3 Leeswijzer Het rapport dat voor u ligt is als volgt opgebouwd: • In hoofdstuk 2 worden de kansen en bedreigingen voor de stad weergegeven; dit levert een beschrijving op van de bestaande karakteristiek van de stad; deels is dit hoofdstuk gebaseerd op de analyses en prognoses uit hoofdstuk 4. • In hoofdstuk 3 is het profiel voor de stad in 2030 weerge geven; dit is de kern van dit rapport en is samengevat aan het begin van het rapport (Toekomstvisie in het kort); de begrippen kennis en kwaliteit staan hierin centraal. • Hoofdstuk 4 is de uitgebreide weerslag van de analyse en de prognoses, zoals die aan het begin van het proces rond de Ontwikkelingsvisie zijn gemaakt. • In hoofdstuk 5 wordt een voorstel voor implementatie van de Ontwikkelingsvisie gedaan. • Hoofdstuk 6 is een korte terugblik op het totale proces. Indien u weinig tijd heeft om dit rapport te lezen, raden wij u aan in ieder geval hoofdstuk 3 te lezen.
Hoofdstuk 2
Kansen en bedreigingen
Leiden heeft volop kwaliteiten en kansen om zich te ontwikkelen. Leiden zit op goud, maar beseft het niet altijd. Tegelijkertijd zijn er echter ook bedreigingen voor de ontwikkeling van de Sleutelstad. Hieronder worden zowel de kansen als de bedreigingen voor Leiden beschreven.
Profiel Leiden 2030 | 13
2.1 Kansen Leiden 2.1.1 Rijke historie en veelzijdige kennis De historie van Leiden gaat terug tot de Romeinen. Zij waren onder leiding van Julius Caesar in hun veroveringstochten tot en voorbij de Rijn gekomen, waar zij ten westen van het huidi ge Leiden een nederzetting, Lugdunum Batavorum, stichtten. De historische achtergrond van Leiden is overal in de stad aanwezig. De historie is nauw verbonden met kennis in de breedste zin van het woord: Leiden heeft veel monumenten (na Amsterdam de grootste historische binnenstad), de oudste universiteit en de oudste schouwburg van Nederland en veel musea. Leiden werd in 1573 door de Spanjaarden bezet, omdat de stad de kant van de protestantse opstandelingen had gekozen. Op 3 oktober 1574 kwam hier een eind aan. Als dank voor deelname in de opstand kreeg de stad in 1575 als eerste in Nederland een universiteit. Leiden werd een toevluchtsoord voor protestantse vluchtelingen, met name uit de Zuidelijke Nederlanden en Frankrijk. Begin 17e eeuw vestigden de uit Engeland gevluchte Pilgrims zich in Leiden vanwege het tolerante klimaat. Vanuit de Pieterskerk trokken zij naar het Nieuwe Land, waarvan zij de Founding Fathers zijn. In de stad en haar gewoonten is de geschiedenis nog steeds merkbaar (kerken, hofjes, universiteitsgemeenschap, viering van 3 oktober, Leiden Stad van Vluchtelingen enzovoort.)
Niet alleen de universiteit zorgt voor kennis in de stad. Leiden heeft een uitermate brede waaier van kennisaanbieders en -ontwikkelaars: Hogeschool Leiden, ROC, het Biosciencepark, TNO, Webster University en de schriftelijke kennisaanbie ders LOI en NTI. Ook in bedrijven en zorginstellingen wordt kennis gemaakt en gedeeld (Fokker Space, LUMC). Met de komst van steeds weer nieuwe studenten blijft de dynamiek en de vernieuwing continu aanwezig. Bovendien biedt Leiden door de historische binnenstad, het culturele aanbod en de levendigheid een stimulerende omgeving voor creativiteit.
14 | Stad van Ontdekkingen
2.1.2 Stedelijk gebied in divers landschap De stad Leiden vormt het centrum van een grotere stedelijke agglomeratie. Met name de buurgemeenten Leiderdorp en Oegstgeest en in mindere mate Voorschoten en Zoeterwoude zijn direct aan Leiden gegroeid. Voor een buitenstaander markeren slechts de ANWB-bordjes de grenzen. Ook voor inwoners van Leiden en regiogemeenten zijn gemeente
grenzen niet meer vanzelfsprekend. Mensen werken in Leiden en wonen in Katwijk, of andersom. Kinderen uit Leiden gaan soms in Oegstgeest naar de basisschool. En de middelbare scholen in Leiden trekken veel scholieren uit de regio. Mensen uit de hele regio maken gebruik van voorzieningen als zieken huizen, musea, winkels, sporthallen, Centraal Station en de schouwburg. Dit geldt in het bijzonder voor inwoners van de gemeenten die direct aan Leiden grenzen. De ligging van de stedelijke agglome ratie in een gebied met een groot en verscheiden aanbod aan natuur en recreatiegebieden (deels beschermd en met hoge landschappelijke waarden) is uniek. Het water van de Oude Rijn, de plassen en de zee, het veenweidegebied, het bollenareaal, de duinen en de landgoederen. Het maakt Leiden en omstreken tot ideale plek met alle voordelen van stad èn land in de directe omgeving. 2.1.3 Regionale samenwerking De opgaven en uitdagingen van Leiden gelden in grote mate ook voor de regiogemeenten. Zo is bijvoorbeeld de bereik
Profiel Leiden 2030 | 15
baarheid bij uitstek iets dat op regionale schaal moet worden bekeken. Het verbeteren van de bestuurskracht is een belang rijke opgave om op lokaal en bovenlokaal niveau te komen tot gezamenlijke belangen en doelstellingen. Ofwel het bevorderen van samenwerking op zoveel mogelijk terreinen is van wezenlijk belang voor de ontwikkeling van Leiden en van de regio. De samenwerking in de regio is aanzienlijk intensiever gewor den. De samenvoeging van de Leidse regio met de Duin- en Bollenstreek tot Holland-Rijnland biedt kansen om gezamen lijk op te trekken bij vraagstukken die de gemeentegrenzen overstijgen. 2.1.4 Strategische ligging Leiden heeft haar naam ‘Sleutelstad’ te danken aan de sleutels die al eeuwen in het wapen van de stad staan. De benaming heeft ook een andere betekenis: Leiden ligt uiterst strategisch en is daardoor aantrekkelijk. Leiden is aangesloten op belangrijke verkeersaders: • De weg: aansluiting op de belangrijkste en drukste verkeers routes van Nederland: Amsterdam en Den Haag via de A4 en A44, Rotterdam via de A4 en A13 en Utrecht via de doorgetrokken N11 en de A12. • Het spoor: druk gebruikt Intercitystation met directe aansluiting op Amsterdam (30 min), Schiphol (20 min), Den Haag (12 min) en Rotterdam (30 min). De verbinding met Utrecht via het spoor is niet optimaal, maar wel de
snelste manier om in het centrum van Utrecht te komen. • De lucht: met Schiphol binnen handbereik (zowel met de auto als de trein) ligt de wereld aan je voeten: een half uur na aankomst op Schiphol kun je in Leiden zijn. • Het water: de ligging aan de Oude Rijn, het Rijn-Schie kanaal (belangrijke aan- en afvoerroute van producten en materieel) en nabij het plassengebied (drukbezocht recreatiegebied voor watertoerisme). Leiden ligt in het hart van de Randstad en heeft een scharnierpositie tussen de noord- en zuidvleugel van de Deltametropool. Volgens de Vereniging Deltametropool is Leiden na Schiphol de best bereikbare plek in de Randstad. In de Nota Ruimte wordt gesproken over de ruimtelijke hoofdstructuur van Nederland. Hierin neemt Leiden ook een prominente positie in. 2.1.5 Opvallende bevolkingssamenstelling Leiden heeft op enkele punten een bijzondere en niet eenzijdige samenstelling van de bevolking: • De Leidse bevolking is relatief jong; met name de leeftijdsgroep tussen 20 en 30 jaar is aanzienlijk groter dan landelijk. • De Leidenaren zijn relatief hoogopgeleid; het aandeel mensen dat een hogere opleiding (HBO en wetenschap pelijk onderwijs) volgt of heeft gevolgd is op Utrecht na het grootste van Nederland.
16 | Stad van Ontdekkingen • De etnische samenstelling van Leiden is opvallend anders dan in vergelijkbare steden, doordat het aandeel westerse allochtonen relatief groot is. • Het aandeel ‘creatieve klasse’ is volgens onderzoek in Leiden op Utrecht na het grootste van Nederland (zie 2.1.6). Meer informatie over de analyse van de bevolking in 2004 en de prognoses voor 2030 vindt u in hoofdstuk 4. 2.1.6 Levendige stad Alle genoemde karakteristieken van Leiden hebben een positieve bijwerking: Leiden leeft! Er is veel te doen en een jonge en creatieve bevolking bepaalt het straatbeeld. Aan de universiteit, de hogeschool en het ROC Leiden stu deren alleen al zo’n kleine 30.000 studenten, voornamelijk jongeren. Uit onderzoek blijkt, dat Leiden na Utrecht de tweede plaats inneemt op de ranglijst van meest creatieve bevolking van Nederland.2 Onder de ‘creatieve klasse’ worden innovatieve mensen verstaan, die niet noodzakelijkerwijs hoog zijn opgeleid: mensen werkzaam in de wetenschap, journalistiek, ict, kunst en mode, enzovoort. Een beetje de bohémiens van de moderne samenleving. Hun aanwezigheid versterkt de lokale economie. Zij vestigen zich op een leuke plek met veel
cultuur, esthetiek en nachtleven. Pas daarna zoeken ze werk. Daar waar de creatieve klasse graag woont, vestigen bedrijven zich vervolgens ook graag. Dit trekt weer nieuwe creatieve mensen aan en zorgt voor een extra impuls, doordat zij meer consumeren in lokale winkels en uitgaansgelegenheden. Daarbij zijn een rijk cultureel aanbod, een historische binnenstad, een breed scholingsaanbod en een goede bereik baarheid belangrijke pluspunten. 2 Atlas voor gemeenten, 2004. Voorheen door NYFER, maar momenteel uitgegeven door de Stichting Atlas voor gemeenten.
Profiel Leiden 2030 | 17
Daarnaast is Leiden strategisch gelegen tussen rustige natuur en levendige stedelijke gebieden. Een stad ook met een zeer druk verenigingsleven voor zowel studenten als burgers. En een stad, die door de aanwezigheid van toeristisch aantrek kelijke punten werkt als magneet voor de stad en de regio: • de historische binnenstad met grachten, hofjes, musea, monumenten, wandelroutes èn een grote verscheidenheid aan winkels, horecagelegenheden, galeries en terrassen; • de meer dan tien musea met toonaangevende collecties en interactieve methoden: Oudheden, Naturalis, Boerhaave, Lakenhal, Volkenkunde, Hortus Botanicus en het Sieboldhuis; • de Bollenstreek met de Keukenhof en de stranden als internationaal vermaarde trekpleisters.
2.2 Bedreigingen Leiden 2.2.1 Demografie en woningmarkt De komende tijd gaan enkele demografische ontwikkelingen onherroepelijk hun stempel drukken op de bevolkingssamen stelling van Nederland en ook op die van Leiden. In hoofdstuk 4 zijn deze prognoses nader toegelicht. Het gaat met name om de vergrijzing van de bevolking en de verkleuring van de bevolking. De vergrijzing slaat dubbel toe. De ouderen nemen in aantal toe en bereiken daarnaast gemiddeld een hogere leeftijd. De verkleuring van de bevolking zal ook in Leiden plaatsvinden, met name onder de jonge bevolking.
Op dit moment hebben Leiden en omstreken nog steeds te maken met een dubbele spanning op de woningmarkt. Allereerst zijn er onvoldoende woningen voor alle woningzoe kenden. Bovendien sluiten de vraag en aanbod op de woning markt (met name in de stad) onvoldoende op elkaar aan. Dit leidt er mede toe, dat gezinnen met jonge kinderen uit de stad vertrekken naar de regio of andere steden. Dit is een bedrei ging voor de nodige balans in de bevolkingssamenstelling. De gemiddelde woningbezetting in Leiden is op dit moment al lager dan gemiddeld in Nederland. Wanneer deze trend zich blijft doorzetten, is dit een bedreiging voor de stad. Er zijn dan immers meer woningen nodig om hetzelfde aantal mensen te huisvesten. Bovendien kan bij een ontspannende woning markt een grote disbalans ontstaan tussen stad en land: de mensen die het zich dan kunnen veroorloven zullen de ruimte in de regio of daarbuiten zoeken. De mensen die het minder breed hebben, zullen de stad als thuishonk krijgen of houden. Dit negatieve scenario kan leiden tot een eenzijdige bevolkingssamenstelling en zal direct gevolgen hebben voor de stad en de bevolking: op het gebied van wonen, werk gelegenheid, het onderhoud van de stad, de financiële positie, maatschappelijke voorzieningen enzovoort. 2.2.2 Ruimte Leiden heeft het predikaat ‘dichtstbevolkte stad van Nederland’. De ruimte voor de verschillende functies van de stad is dus beperkt, in ieder geval binnen de stadsgrenzen.
18 | Stad van Ontdekkingen Het gaat dan om: • Ruimte voor wonen: woningen zijn nodig om een evenwich tige bevolking in de stad te houden. Leiden heeft echter nauwelijks ruimte om in de breedte te groeien. Er zijn geen uitleglocaties meer. Op twee grote woningbouw locaties in de stad, Roomburg en EWR+ (Leiden Noord) worden woningen van hoge kwaliteit gebouwd met name voor gezinnen. Overige locaties voor woningbouw zijn er op plekken waar ruimte een nieuwe functie krijgt. Deze herstructureringsopgave vraagt veel creativiteit en overtuigingskracht, maar biedt de mogelijkheid om in de kwaliteit van woningen en leefmilieu te investeren. • Ruimte voor werk: de stad is al eeuwen een plek waar bedrijvigheid zich concentreert en waar mensen werk vinden. Bedrijven en instellingen hebben ruimte nodig om dit mogelijk te maken. Doordat Leiden al decennia geleden de omslag naar een diensteneconomie heeft gemaakt, gaat het met name om bedrijventerreinen, locaties voor kantoren en instellingen als scholen, ziekenhuizen en researchinstituten. De ruimte voor deze functies is beperkt. Oostvlietpolder en Leeuwenhoek bieden nog wel groeimogelijkheden. • Ruimte voor recreatie: in de stad is niet zoveel water en groen als op basis van landelijke kengetallen voor het huidige inwonertal wenselijk is. Bovendien zijn de groene en watergebieden, die in de stad aanwezig zijn slecht met elkaar verbonden. Wat Leiden wel heeft zijn veel gevarieerde
gebieden met groen en water in de nabije omgeving. Er zou meer ruimte moeten komen om deze te ontsluiten, zodat de recreatieve functie ervan kan toenemen. Bovendien is investeren in het groen van de stad nodig, bijvoorbeeld in het archeologisch monument in Roomburg, uitbreiding van het Noorderpark en groenaanleg op de Lammermarkt. • Ruimte voor bereikbaarheid: investeringen in de bereikbaar heid van de gehele regio zijn niet gelijk opgelopen met de toename van het inwonertal en de economische bedrijvig heid. Met name in het laatste decennium van de vorige eeuw werd dit door de ongekende economische groei dui delijk. Verdere investeringen in wonen en werken moeten dus gepaard gaan met ruimte voor bereikbaarheid: wegen, water, spoor, openbaar vervoer, fiets- en wandelpaden. Al met al heeft Leiden voor groei en ontwikkeling nauwelijks buitenwaartse mogelijkheden. Het groeipotentieel bevindt zich binnen de grenzen van de stad. Dit levert per definitie spanningen op, omdat dit direct kan botsen met belangen van andere functies of gebruikers van de stad. Dit gaat soms gepaard met ingewikkelde en lange discussies en procedures. In sommige gevallen zijn combinaties van functies mogelijk, maar soms moet de ene functie wijken voor de andere. Het ruimtegebrek kan ook leiden tot intensiever ruimtegebruik, waardoor meer in voorzieningen en bereikbaarheid moet wor den geïnvesteerd. Ook is het mogelijk op strategisch gekozen plekken de stad de hoogte in te laten gaan. Dat beïnvloedt direct het beeld van de stad; volgens sommigen bij voorbaat in
Profiel Leiden 2030 | 19
negatieve zin. Een voordeel van het gebrek aan ruimte is dat het dwingt tot investeren in de kwaliteit van de stad, de voor zieningen, de leefomgeving en de samenwerking in de regio. 2.2.3 Kennis is niet vanzelfsprekend De samenleving wordt steeds internationaler van karak ter. Voor de westerse samenleving geldt, dat de traditionele industrie voor het grootste deel al is verplaatst naar lage lonenlanden. Dankzij de mogelijkheden van computers en communicatietechnologie zijn veel van de ICT-activiteiten
naar dergelijke landen verplaatst. Dit zorgt voor een groot banenverlies in de westerse landen. De westerse economieën moeten het in toenemende mate hebben van innovatie en vernieuwing. Daarbij is kennis een absolute voorwaarde. Nederland is traditioneel zwak in het omzetten van kennis in innovatie en nieuwe diensten of producten. Lang niet alle kennis die in Leiden wordt ontwikkeld leidt tot nieuw werk in Leiden. Op individueel niveau is kennis ook een absolute voor waarde. Het hebben van een diploma, het beheersen van een vak en bepaalde vaardigheden worden meer en meer sleutels tot maatschappelijk succes. Het bepaalt of je wel of niet een (goedbetaalde) baan krijgt en daarmee een inkomen om in het bestaan te voorzien. Het zal een extra grote opgave wor den om te zorgen dat niemand buiten de boot valt. De wereld is anno heden een global village, waarin afstanden letterlijk en figuurlijk steeds kleiner zijn geworden, Hierdoor is het niet meer vanzelfsprekend dat bedrijven en instellin gen honkvast zijn. De uittocht van ICT-activiteiten is reeds genoemd. Het genieten van onderwijs kan steeds meer zonder fysiek in de school- of collegebanken te zitten. Maar ook de aanwezigheid van (inter)nationaal gerenommeerde instellingen in Leiden is niet vanzelfsprekend. Vertrek van deze bepalende spelers zou het karakter van de stad direct aantasten.
Hoofdstuk 3 Profiel: ‘Leiden, stad van ontdekkingen’ Leiden heeft de ambitie zich te blijven ontwikkelen met kennis als uitgangspunt, en daarbij tegelijkertijd in de kwaliteit van de stad te investeren. Dat betekent verscheidenheid: qua bevolkingssamenstelling, qua woningvoorraad, qua bedrijvigheid, qua leefmilieus enzovoort. Dit moet op elkaar afgestemd worden en in onderlinge samenhang in balans worden gebracht.
Profiel Leiden 2030 | 21
Leiden kiest er daarom voor de bestaande kwaliteiten op een hoogwaardig niveau te brengen en te houden. Leiden wil kennis daarbij in de volle breedte tot hèt kenmerk van Leiden maken. Dit levert de stad het beste perspectief op om de bestaande kwaliteiten op alle terreinen te benutten en verder uit te bouwen. Dat geldt niet alleen voor beleid op het gebied van scholing en onderwijs, maar ook op het gebied van economie, arbeidsmarkt, bereikbaarheid en mobiliteit, zorg en welzijn en de openbare ruimte.
intensieve bedrijven nodig op bijvoorbeeld juridisch, communicatief en bedrijfseconomisch terrein om deze bedrijvigheid te ondersteunen. In de ‘slipstream’ genereren kennisintensieve bedrijven veel werkgelegenheid op lagere niveaus, die tevens nodig is om de stedelijke samenleving draaiende te houden (toeleveringsbedrijven, servicebedrijven, loodgieters, bouw enzovoort). En door ruimte te bieden in woonbeleid, economisch beleid en kunstbeleid aan de ‘creatieve klasse’ zorg je voor een extra motor als aanjager voor economische ontwikkeling.
3.1 Kennis maken en kennis delen De maatschappij wordt steeds meer een kennissamenleving. Kennis hebben is de voorwaarde voor maatschappelijk succes. Kennis maken is essentieel om innovatie tot stand te brengen, waardoor de economie en daarmee de samenleving aan weer standsvermogen winnen. Het gaat uitdrukkelijk om kennis op zoveel mogelijk terreinen en op alle verschillende niveaus. Leiden heeft al decennia geleden de omslag gemaakt van een traditioneel industriële economie naar een innoverende diensteneconomie. De aanwezigheid van ruimte voor ken nis op het bedrijvenpark De Leeuwenhoek aan de westelijke knoop van Leiden biedt ook voor de toekomst veel kansen. Het inzoomen op hoogwaardige kennis op het gebied van bio- en lifesciences is naar verwachting in de toekomst een belangrijke economische motor. Het is tegelijkertijd niet zaligmakend. Er zijn ook kennis
Het gaat ook om letterlijk kennismaken. De maatschappij wordt meer en meer een netwerksamenleving, waarbij het kennen van mensen, van wegen, processen en culturen doorslaggevend is om te overleven. In de samenleving zijn traditionele verbanden (zoals kerk, familie, buurt en vereni gingen) niet meer vanzelfsprekend actief om mensen op te vangen en te voorkomen dat mensen buiten de boot vallen. Om te zorgen voor elkaar, moeten we kennismaken met elkaar en met elkaars vragen en noden. Dit is extra nodig als de bevolking de komende decennia door demografische ontwikkelingen als vergrijzing meer zorg behoeft en er door de ontgroening minder jonge mensen in de beroepsbevolking aanwezig zijn om die zorg professioneel te kunnen bieden. Door kennis te delen en daarmee te verspreiden krijgt deze een meerwaarde. Het gaat dan om kennis delen in de volle
22 | Stad van Ontdekkingen reedte: voor mensen uit alle bevolkingsklassen, leeftijds b groepen, etnische en religieuze achtergronden. Daarbij heeft Leiden de gelukkige omstandigheid, dat alle onderwijsniveaus aanwezig zijn. Echter ieder mens is anders, heeft andere potenties, talenten en ambities. Het gaat er dan ook om een klimaat te vormen, waarin iedereen zijn eigen kwaliteiten ten volle ontwikkelt en benut. En dat is voor iedereen anders. Een paar voorbeelden: • hoogbegaafde middelbare scholieren kunnen een speciale masterclass aan de universiteit volgen; • spijbelen en voortijdige schooluitval van middelbare scholieren wordt stipt gevolgd en streng gehandhaafd (actief verzuimbeleid); • het beheersen van de Nederlandse taal is voor nieuw- en oudkomers, maar ook voor autochtone analfabeten de eer ste stap voor volwaardige deelname aan de samenleving; • werkende mensen blijven continu leren om mee te kunnen draaien in de steeds sneller veranderende werkomgeving, ofwel ‘een leven lang leren’; • mensen die hun baan verliezen of dreigen te verliezen krijgen de mogelijkheid zich om te scholen. Niemand wordt op dit punt opgegeven. Je bent immers nooit te oud om te leren; • hoogopgeleide vluchtelingen en asielzoekers krijgen in Leiden als Stad van Vluchtelingen de mogelijkheid zich binnen korte termijn aan te passen aan Nederlandse opleidingseisen.
3.2 Kennismaking met Leiden Voor wie Leiden nog niet kent betekent een kennismaking met de stad een openbaring. Leiden en omgeving hebben zoveel te bieden, dat iedereen er op ontdekkingsreis zou moeten gaan. Dat geldt bijvoorbeeld voor de nieuwe groe pen studenten die elk jaar Leiden komen versterken; soms slechts voor een tijdje, soms voor langere tijd of voor altijd. Pieter van Vollenhoven verwoordde in NRC Handelsblad zijn ervaring als volgt: "Alles in Leiden was anders dan thuis. De wereld ging open. Ik deed zoveel vreemde en nieuwe dingen. (…) Mijn leven was in Leiden zo door elkaar geschud en zo anders, dat begrepen (mijn ouders) toch niet. Leiden was voor mij -zo werd ik daar opgevoed- het middelpunt van de wereld. Daarbuiten moest het wiel nog worden uitgevonden." Het geldt ook voor toeristen uit binnen- en buitenland die kennismaken met Leiden en daarbij veel kunnen ontdekken: • De mooie grote historische binnenstad met de hoogste monumentendichtheid van ons land, circa 3.000 geregistreerde monumenten. Hier kan de nieuwsgierige bezoeker veel ontdekken: talloze kerken, hofjes, bruggen en de Burcht als verborgen schat. • De nabijheid van de Keukenhof, die jaarlijks vele binnen landse en buitenlandse toeristen trekt. Een samenwerking met de Hortus Botanicus lijkt voor de hand te liggen. • De stad waar kennis past in een traditie: beroemde weten schappers (Herman Boerhaave, Kamerlingh Onnes, Van
Profiel Leiden 2030 | 23
Musschenbroek, De Sitter, J.R. Thorbecke, Von Siebold) waren in Leiden actief. Er zijn in het verleden in Leiden talloze ontdekkingen gedaan (sterrenkunde, natuurkunde) en ook nu ontdekken Leidse wetenschappers nog steeds nieuwe dingen. Bovendien heeft de universiteit een historische relatie met de koninklijke familie. • De tolerante stad, waar in de 17e eeuw de Pilgrim asiel vonden voordat ze naar de Nieuwe Wereld voeren en waar vluchtelingen nog steeds welkom zijn
• De stad met een grote verscheidenheid aan musea van internationale allure, waar je met allerlei aspecten van de geschiedenis, de natuur, de mensheid, het heelal en de kunsten kunt kennismaken. • De stad als thuisbasis van beroemde schilders (Rembrandt van Rijn, Lucas van Leyden, Jan Steen), schrijvers (Hildebrand, Piet Paaltjens, Jan Wolkers, Maarten ’t Hart), entertainers (Zangeres Zonder Naam) en het decor van beroemde films (Soldaat van Oranje, Kort Amerikaans, Een vlucht regenwulpen). • De levendige stad met de vele (studenten)verenigingen, de grootse 3-oktoberviering en een groot aanbod aan kunst en cultuur. Denk aan de musea, de oudste schouwburg van Nederland, het LAK-theater, de Stadsgehoorzaal, de open lucht evenementen (b.v. op de Burcht en de Leidse Hout), het monumentale filmtheater Trianon. Er is altijd wat te doen. • De stad met een grote verscheidenheid aan tuinen (Hortus, Cronesteyn, Tuin van Noord, Leidse Hout, Merenwijkpark, hofjes en het toekomstige archeologische park in Roomburg) en waterwegen. Wandelend of varend kun je Leiden op een andere manier bekijken. • De stad met op fietsafstand het Groene Hart, de molens, het Hollandse Plassengebied, de landgoederen, de duinen en de kust. Kortom: een kennismaking met Leiden is een ontdekking op zich. Als Leiden de bestaande kwaliteit versterkt en uitbouwt,
24 | Stad van Ontdekkingen kan het zich een prominente plaats toeëigenen op alle niveaus: lokaal, regionaal, landelijk en internationaal.
3.3 Voorwaarden en uitwerking voor kennis Het is niet vanzelfsprekend, dat kennis aanwezig is en blijft in de stad. Om dat te waarborgen moet de stad investeren in voorwaarden om kennis te laten bloeien.
3.3.1 Infrastructuur en bereikbaarheid Er moet letterlijk en figuurlijk ruimte zijn voor kennisaan bieders, kennisverwerkers en kennisverspreiders, ofwel scholen, opleidingsinstituten, universiteit, onderzoeks instellingen, laboratoria en kennisintensieve bedrijvigheid. Zonder bereikbaarheid kan kennis niet floreren. Het gaat dan om werkelijke en virtuele bereikbaarheid en mobiliteit, ofwel goede aansluitingen op internationale verbindingen (Schiphol, Den Haag, Haven Rotterdam), betere ontsluiting regio (verbindingsweg tussen A4 en A44), RijnGouweLijn, hotels, glasvezelnetwerk. Ontmoeten en ontdekken gaan niet vanzelf. Daar moet je moeite voor doen en daarvoor moeten zich gelegenheden voordoen. Het creëren van ontmoetingsplaatsen en gelegen heden is nodig om elkaar te ontmoeten en te leren kennen. Dit gaat zowel om fysieke ruimte scheppen in de vorm van bijvoorbeeld pleinen, parken en centra, maar ook om het multifunctionele gebruik van semi-openbare gebieden en de oprichting van een debatcentrum of een politieke arena. Het gaat ook om het leggen en stimuleren van samen werkingsverbanden om meerwaarde uit de kennis te halen. Samenwerking tussen kennisinstellingen, bijvoorbeeld tussen universiteiten onderling (Leiden-Delft), maar ook tussen universiteit en hogeschool, tussen ROC en middelbare scholen. Samenwerken met afnemers van kennis, bijvoor beeld in de agrarische sector.
Profiel Leiden 2030 | 25
Samenwerking in de regio is van essentieel belang om de bereikbaarheid en verspreiding van kennis te stimuleren en daarmee de kenniseconomie een extra impuls te geven. Ook betrokkenheid van partners en bevolking is nodig, bijvoor beeld om het optimale uit de bevolking te halen. Denk aan scholen, musea, zorg- en culturele instellingen, vrijwilligers werk enzovoort. Ook op het gebied van de recreatieve infrastructuur en het stadsnatuurnet is samenwerking met de regio een must om de grotere groengebieden vanuit de stedelijke agglomeratie te kunnen bereiken en daarmee de mobiliteit van langzaam verkeer te bevorderen. 3.3.2 Bruikbare kennis Kennis is geen doel op zich: het moet leiden tot bruikbaarheid in de maatschappij. Op dit punt is er altijd discussie mogelijk of en wanneer kennis bruikbaar is. Soms duurt het jaren voordat onderzoek of een ontdekking tot bruikbare resultaten leidt. Kennis vraagt ook om een lange adem. En ook kennis uit sectoren die niet technologisch zijn, zoals taalwetenschappen, rechten en bestuurskunde kunnen lei den tot innovatieve producten. Een instituut voor Aziatische taalwetenschappen, Sinologie,3 is in de tijd waarin China opengaat voor bezoek en handel goud waard. Wellicht geldt dit ook voor andere talen die in Leiden worden gedoceerd of voor archeologie.
3.3.3 Sociale kwaliteit Het vergaren en verspreiden van kennis is uiteraard ook van belang voor het sociale gezicht van de stad. Naast vanzelf sprekende investeringen in de kennisinfrastructuur, verster king van de kenniseconomie en kennissamenleving zijn ook extra investeringen in de kwaliteit van de maatschappelijke voorzieningen nodig: in de kennissamenleving met name op het gebied van onderwijs, cultuur, sport en zorg. De nadruk op scholing is goed voor het opleidingsniveau van de bevolking en biedt de meeste garanties voor werkgelegen heid en daarmee voor inkomen. Tegelijk is het noodzakelijk met onderwijs aansluiting te zoeken op werkgelegenheid in de regio om hiermee de mismatch op de arbeidsmarkt zoveel mogelijk tegen te gaan. Op dit moment is de zorgsector al ruim vertegenwoordigd in Leiden en de regio. In de komende decennia zal de vraag vanuit de maatschappij om zorg steeds groter worden. Het is slim op deze zaken voor te sorteren in het regionaal onderwijs- en arbeidsmarktbeleid. Tevens zullen nieuwe innovatieve vormen van zorg moeten worden ontwikkeld om op de toegenomen vraag naar zorg in te kunnen spelen. Moderne technieken kunnen daarbij behulpzaam zijn. Lokaal zorgbeleid zal samenwerking met kennisinstituten zoals het 3 In 2002 waren aan de Universiteit Leiden 142 studenten actief in de studies Talen en Culturen van China.
26 | Stad van Ontdekkingen LUMC en de faculteit Sociale Wetenschappen stimuleren. Bij kwaliteitsversterking van de maatschappelijke voorzie ningen is zoveel mogelijk multifunctioneel gebruik van de ruimte het uitgangspunt (zoals bijvoorbeeld aan de Brede School in Roomburg en Noord, en wonen boven bedrijven). Ook investeringen in inrichting, onderhoud en beheer van de openbare ruimte is nodig om de stad aantrekkelijk (mooi, schoon en heel) te houden. Bij dit laatste is nog een belangrijk aandachtspunt dat het groen en het water in de stad verster king nodig heeft. Dit kan deels gebeuren door uitbreiding bij grote locaties, zoals al gebeurt in Roomburg en EWR+. Het zal echter grotendeels moeten plaatsvinden door kwaliteitsverbe tering en ontsluiting. De gemêleerde bevolkingssamenstelling van Leiden in 2004 is één van de sterke kanten. Het is echter tegelijkertijd ook een bedreiging. Gezinnen met jonge kinderen vertrekken vaak al noodgedwongen naar andere woonplaatsen, omdat ze geen geschikte woning kunnen vinden. Ook de aanwezigheid van (binnen- en buitenlandse) studenten en onderzoekers kan in de toekomst veranderen, als het aantal jongeren afneemt en de concurrentie om de gunst van deze groep nog groter wordt. Leiden moet een aantrekkelijke, levendige stad blijven, ook om de creatieve klasse vast te houden. Die zorgt immers op zijn beurt weer voor een economische impuls voor de stad. Al met al staat Leiden voor de opgave zich te blijven ontwik kelen langs de uitgangspunten kennis en kwaliteit. Om dit
mogelijk te maken, zullen de twee primaire functies van de stad -wonen en werken- in onderlinge balans een prominente rol moeten krijgen. 3.3.4 Wonen en werken De stad kan zich alleen verder ontwikkelen als kennisstad wanneer aan de benodigde randvoorwaarden is voldaan. Kwaliteit is daarbij het sleutelwoord. De inwoners van een kennisstad zullen immers veeleisende inwoners zijn. Hoogopgeleide creatieve mensen stellen eisen aan de voor zieningen in een stad, aan de kwaliteit van de woonomgeving en aan de woning. Dit betekent dat de middelmaat of het grauwe compromis niet volstaat. Het geld moet worden geïnvesteerd in projecten, die de stad op een hoger plan brengen. Daarbij gaat het om investeringen in meer groen, in beter gebruik van dat groen en in de inrichting van straten en pleinen. Schoon, heel en veilig zijn belangrijke kernbegrippen in het huidige beleid. Misschien moet daar de component luxe of allure aan worden toegevoegd. Binnenste Beter is daar al een mooi voorbeeld van. Eenzelfde hoog ambitieniveau is vereist op de beleidsterreinen cultuur en recreatie. Vanzelfsprekend is ook de kwaliteit van de arbeidsomgeving van cruciaal belang voor het welslagen van de toekomstvisie. Gemeente, instellingen en ondernemingen zullen samen moeten investeren in een vooraanstaand en toonaangevend werkklimaat. De beoogde transformatie van de Leeuwenhoek,
Profiel Leiden 2030 | 27
de stads- en zeezijde van het Centraal Station en het gebied achter station Lammenschans kunnen daar een zeer belang rijke bijdrage aan leveren. Tenslotte zal de veeleisende inwoner niet in de laatste plaats eisen stellen aan de woning zelf. Veel mensen die in Leiden in de kennissector werken, zullen in de groenere woongebieden in de regio hun woning vinden. Om de stad in balans te houden is het echter noodzakelijk om ook de kwaliteit van de binnenstedelijke woningvoorraad te verbeteren. Daarmee
kan voorkomen worden dat Leiden in een ont spannende woningmarkt in een negatieve spiraal belandt. In de grote steden is in sommige wijken een situatie ontstaan waarin het merendeel van de bewoners het liefst uit de wijk verhuist. Dat is funest voor het investeringsvermogen, voor het draagvlak voor voorzieningen en uiteindelijk voor de kwaliteit van de leefomgeving. In Leiden is deze situatie gelukkig niet bereikt, maar investe ren in herstructurering en transformatie is vereist om dit doemscenario in de toekomst te vermijden. Een stad die langzaam verloedert, verhoudt zich immers niet tot de ambitie in ons toekomstprofiel. In de wijkontwikkelingsplannen zal de inzet daarom gericht zijn op structuur versterking en woningverbetering in de aandachtswijken Noord en Zuid-West. Bij herstructurering zal het aantal woningen per saldo ongeveer gelijk blijven. Kwaliteit gaat immers boven aantallen. Levensloopbestendigheid en aanpasbaarheid van de woning voorraad en differentiatie van woonmilieus zijn de trefwoor den. Het opofferen van groen in de stad doet afbreuk aan de kwaliteit van de openbare ruimte. Daarom zal gericht geïnvesteerd worden in uitbreiding van het (gebruiks)groen, zoals het Noorderpark, het archeologisch monument in Roomburg en de nieuw aan te leggen hellende zonneweide op het dak van de te bouwen parkeergarage bij Molen de Valk.
28 | Stad van Ontdekkingen Maar ook de groene aankleding van pleinen (zoals het Stationsplein) en straten zal nog meer aandacht krijgen. Daarnaast biedt transformatie van in de stad gelegen, verouderde bedrijfsterreinen zoals de Groenoordhallen en De Waard, de mogelijkheid om meer (hoger opgeleide) gezinnen aan de stad te binden. Er is een grote behoefte in de Randstad aan centrumstedelijke woonkwaliteit en het kan helpen de stad meer in balans te houden. Daarvoor is wel nodig dat in de regio ruimte gevonden wordt voor de opvang van Leidse bedrijven en dat de uitplaatsing van de bedrijven (mede uit de herontwikkeling) wordt gefinancierd. Met deze transformatie kunnen de ambities van het reeds afgesproken bouwscenario naar boven worden bijgesteld. De extra woningen en arbeidsplaatsen brengen een intensi vering van de stad met zich mee. Er zullen meer inwoners komen en meer mensen die in de stad werken. Dit betekent automatisch ook extra investeringen in infrastructuur en mobiliteit. De bereikbaarheid van de stad en haar gebruikers moet gewaarborgd zijn. Daarbij gaat de voorkeur uit naar openbaar vervoer, omdat dit de parkeerdruk in de stad min der belast. De komst van de RijnGouweLijn is daarom een must voor de realisering van de genoemde ambitie. 3.3.5 Interventies Een integrale visie op woon-, economisch en cultuurbeleid is nodig om de ambities van de stad mogelijk te maken. In het beleid kunnen herkenbare interventies op cultureel gebied
helpen de potenties van de stad voor bezoekers (en bewoners) beter te benutten. Voorbeelden die in het verleden al zijn gerealiseerd zijn bijvoorbeeld de komst van Naturalis en de vestiging van de juridische faculteit in het voormalig Kamerlingh Onnesgebouw (dat weer nieuwe kansen biedt voor bijvoor beeld de Hugo de Grootstraat en het Gorlaeus). Andere voorbeelden zijn reeds in ontwikkeling: • Het Aalmarktproject, dat het centrum van de stad een extra impuls (winkels en cultuur) geeft. • De RijnGouweLijn die de mobiliteit verbetert wanneer de woon-, werk- en winkelfuncties toenemen. • De vestiging van een discotheek annex multiplexbioscoop nabij het Centraal Station. • De verbouwing van de Meelfabriek tot locatie voor wonen, cultuur en voorzieningen. • De totstandkoming van een culturele en groene entree van de stad rond de Lammermarkt met een Kijkplein. De vestiging van theatergezelschap De Veenfabriek in het voormalige Scheltemacomplex past hier perfect bij. • De twee nieuwe karakteristieke wijken, die woongelegenheid moeten bieden aan gezinnen met kinderen. Roomburg wordt een duurzame woonwijk, met name gericht op huis houdens met hogere inkomens en opleidingen. Bij EWR+ krijgen inwoners uit Leiden Noord voorrang om in sociaal particulier opdrachtgeverschap huizen te bouwen met ondergrondse parkeervoorzieningen.
Profiel Leiden 2030 | 29
• Het binnenhalen van grootschalige, (inter)nationaal gerenommeerde culturele festivals en evenementen met grote media-aandacht (bijvoorbeeld Kennis festival, een musicaltheater, sportevenement, film festival, een podium voor popconcerten en party’s) of de vorming van een Museum van Ontdekkingen. • De oprichting van een innovatiecentrum voor zorg en welzijn. • De binnenstad deels vrij maken van autoverkeer en het vervolmaken van de singelparkroute, zodat wandelaars alle ruimte krijgen. Dit versterkt het historische karakter van de stad, maakt het aantrek kelijker voor bezoekers en maakt de monumenten van de stad beter zichtbaar, ondermeer vanaf het water. Voorbeelden die in de toekomst mogelijk in gang gezet orden: w • Het tot stand brengen van een groot congrescentrum/ evenementenhal. Dit gecombineerd met hotelfacili teiten, een gevarieerd cultureel aanbod en kwalitatief hoogwaardige winkels. • De vorming van een megabibliotheek, waar je niet alleen boeken en tijdschriften kunt raadplegen, maar ook grote hoeveelheden foto’s, film, tv-beelden, radiofragmenten en internetsites. De Kaasmarkt zou hier een prima plek voor zijn.
Leiden moet zich blijven profileren als aantrekkelijke en levendige stad, waar veel te ontdekken valt. Deels via promo tie, want onbekend maakt onbemind. Deels door ervoor te zorgen, dat Leiden een ruim aanbod heeft van hoge kwaliteit en met een groot onderscheidingsvermogen. Dit kan op allerlei gebieden: kunst, populaire cultuur, culinair aanbod, verenigingsleven, sportactiviteiten, winkels, kerken, terrassen, enzovoort. Daarbij kunnen onderscheidende waarden uit het historische karakter van de stad worden benut. Denk ook aan cultuur in de open lucht. Door dit uit te breiden kunnen nog meer mensen kennismaken met de cultuur van Leiden.
30 | Stad van Ontdekkingen Allereerst zal Leiden samen met maatschappelijke partners en de regio het profiel nader moeten uitwerken. Door dit met meerdere partijen te doen, zal er een krachtiger profiel ont staan. Vervolgens kan er een gezamenlijke promotie komen van de stad en de regio. Een intensieve campagne via zoveel mogelijk media met de duidelijke boodschap: in Leiden en omstreken valt veel te ontdekken. De nadere uitwerking hiervan zal in het implementatieplan volgen.
3.4 Ruimtelijke Plankaart
Tot slot gaat het ook om het benutten van de vele kwaliteiten, die de stad heeft op het gebied van recreatie. Het ontsluiten van zoveel mogelijk waterroutes, bijvoorbeeld ook voor bevoorrading van winkels en horeca. Aantrekkelijke wandel- en fietsroutes in en rondom de stad zijn nodig om het tekort aan groen en water in de stad te compenseren. Het zijn allemaal voorbeelden van interventies en investerin gen in kennis en kwaliteit, die de stad nog beter op de kaart moeten zetten. 3.3.6 Onbekend maakt onbemind In de stad Leiden is veel te ontdekken: nu al, maar in de toe komst nog meer. Het is belangrijk de stad en haar schatten goed te promoten. Daarbij is samenwerking van groot belang.
Om de ontwikkeling van de stad nader te bepalen heeft de stadsbouwmeester van de gemeente Leiden, Donald Lambert, een ruimtelijke plankaart gemaakt. Dit is de ruimtelijke vertaling van de plannen van de gemeente. Uitgaande van de strategische ligging (als scharnier tussen de Noord- en Zuidvleugel van de Deltametropool) en de historische ontwikkeling van de stad, is het de opgave voor de toekomst om Leiden weer vast te klinken aan de regio. De belangrijkste mogelijkheden zijn door twee ontbrekende schakels tussen de binnenstad en de snelwegen A4 en A44 in te vullen en daarnaast de infrastructurele verbinding tussen de regio en de stad te verbeteren en de knooppunten te ontwikkelen. Daarbij is het belangrijk om te benadrukken dat Leiden een unieke plaats inneemt temidden van een groot buitengebied met verschillende landschapstypen en
Profiel Leiden 2030 | 31
grote recreatiemogelijkheden. Ook is het belangrijk dit buitengebied ten volle te ontsluiten. Dit leidt tot de volgende drie grote ontwikkelingszones voor Leiden op de ruimtelijke plankaart: • knooppunt Oost: de entree via de A4 met de ontwikkeling van Oostvlietpolder, Roomburg en het gebied achter station Lammenschans; • knooppunt West: de entree via de A44 met de ontwikkeling van Leeuwenhoek en Rijnfront in Oegstgeest en tevens de zee- en stadszijde van het Centraal Station (dat als scharnier tussen de ‘oude’ en de ‘nieuwe’ stad moet gaan functioneren); • binnenstedelijk: een aantrekkelijke, toegankelijke en auto luwe binnenstad, ontwikkeling Leiden Noord, Zuid-West. Nieuwe mogelijkheden worden geboden bij onder andere industrieterrein De Waard en Groenoordhallen. De ruimtelijke invulling van het toekomstprofiel is heel goed mogelijk binnen de grenzen van Leiden; bepaalde gebieden binnen de stadsgrenzen zullen dan wel een andere functie krijgen; afhankelijk van de keuzes zal dit direct gevolgen voor de ruimte in de regio hebben. Nadere uitwerking van de Ontwikkelingsvisie en de r uimtelijke plankaart van de Stadsbouwmeester zullen plaatsvinden in de actualisering van het Structuurplan van Leiden, ‘Boomgaard van kennis’. Dit zal in het implemen tatieplan nader worden uitgewerkt.
Achterin dit boekje vindt u uitklapbare en duidelijk leesbare plankaarten van de stad en de regio.
Hoofdstuk 4
Leiden in analyse en prognose
Profiel Leiden 2030 | 33
4.1 Demografische verkenningen Voor de Ontwikkelingsvisie heeft de gemeente Leiden demografische prognoses gemaakt. Dit zijn doorkijkjes naar de toekomst op basis van op dit moment bekende gegevens en waar-schijnlijkheden. Hierbij moeten de volgende kanttekeningen worden gemaakt: • prognoses zijn gebaseerd op actuele en historische gegevens en deels op gecalculeerde gokken; • aannames beïnvloeden de prognoses; zoveel mogelijk zijn deze benoemd; • als geen betrouwbare lokale gegevens aanwezig zijn is gebruik gemaakt van gegevens van landelijke instanties, met name het CBS; • zoveel mogelijk zijn landelijke definities gehanteerd.
4.2 Vier toekomstbeelden: Bestemming Leiden 2030 Ten behoeve van de discussies over de toekomst van de stad heeft de projectgroep de volgende vier toekomstbeelden uitgewerkt: • Kennis maken en delen • Wonen en zorgen • Werk aan de Winkel • Kwaliteit koesteren Dit zijn vergezichten, waarbij soms prikkelende voorbeel den zijn gekozen om de beelden scherper onderscheidend
van elkaar te maken en daarmee de discussie te stimuleren. De scenario’s zijn daarnaast op verschillende terreinen (of functies van de stad) uitgewerkt, doorgerekend en op conse quenties uitgeschreven en uitgetekend. Alle scenario’s passen binnen de ruimte, die de stad heeft. Daarbij is uiteraard niet voorbijgegaan aan de consequenties voor de regio, omdat Leiden zich nu eenmaal niet op een eiland bevindt. De prognose voor de bevolkingstoename gaat uit van een gelijkblijvende gemiddelde woningbezetting. In Leiden is dit al lager dan in Nederland. Indien dit gegeven in Leiden daalt, zoals ook voor het landelijk cijfer wordt verwacht, betekent dit een kleinere bevolkingstoename. De onderlegger is vertaald in een tabel met pictogrammen. Deze is ook gebruikt in de communicatie en ziet u op de volgende pagina.
34 | Stad van Ontdekkingen
De consequenties van de vier toekomstbeelden in één oogopslag, gemaakt in 2004 2030
Kennis maken en delen Wonen en zorgen
Werk aan de winkel
Kwaliteit Koesteren
Aantal inwoners (118.745)
îîî
îîîî îî
î
136.000
143.000
131.000
128.000
Aantal extra woningen (± 56.000)
HHH
HHHH
HH
H
7.500
10.000
5.000
3.750
FFF
FF
FFFF
F
15.000
7.000
20.000
5.000
PP
PPP
P
PPPP
ÉÇ
ÉÇ
ÉÇ
ÉÇ
Jeugd & Onderwijs: ++
Jeugd & Onderwijs: +
Jeugd & Onderwijs: 0
Aantal extra banen (54.000) Ruimte voor groen en water Uitbreiding maatschappelijke voorzieningen Belangrijkste vormen van vervoer
Jeugd & Onderwijs: ++
ÆØ≠äâ ÆØ≠äâ ÆØ≠äâ ÆØ≠äâ Sport & Cultuur: ++
Sport & Cultuur: +
Sport & Cultuur: +
Sport & Cultuur: 0
„-
„-
„-
„-
Zorg & Welzijn: -
Zorg & Welzijn: ++
Zorg & Welzijn: 0
Zorg & Welzijn: +
étÒb
bÄté
étÒ
tbÄ
Profiel Leiden 2030 | 35
4.3 Leiden anno 2004
Bevolkingsopbouw (relatief) in Leiden en Nederland 95+ 90-94 85-89 80-84 75-79 70-74 65-69 60-64 55-59 50-54 45-49
4.3.1 De mensen Op 1 januari 2004 telde Leiden 118.745 inwoners, 57.934 mannen en 60.811 vrouwen. Dit waren er ruim duizend meer dan een jaar daarvoor. Toen telde Leiden 117.732 inwo ners. Leiden is van oudsher een studentenstad, een achtste van de bevolking bevindt zich in de studentenleeftijd van 18 t/m 24 jaar. Dit leidt tot een zeer karakteristieke opbouw van de bevolking. In de bevolkingspiramide hiernaast, waarin de lijn de opbouw weergeeft voor de Nederlandse bevolking is dat duidelijk te zien. Samengevat: Relatief minder 20-minners. Relatief meer 20- tot en met 39-jarigen Relatief minder 40- tot en met 64-jarigen Relatief minder 65-plussers
40-44 35-39 30-34 25-29 20-24 15-19 10-14 5 - 9 0 - 4 6
4 % mannen
(21,4% tegenover 24,5% landelijk) (37,2% tegenover 28,5% landelijk). (29,9% tegenover 33,2% landelijk). (11,4% tegenover 13,7% landelijk)
2
0
2
4 % vrouwen
6
36 | Stad van Ontdekkingen
Bevolking Leiden 2004 naar leeftijd en geslacht per etnische achtergrond 4 autochtonen
8
6 4 2 % mannen
niet-westerse allochtonen
0
2
4 6 % vrouwen
8
8
6 4 2 % mannen
Ongeveer een kwart (25,5%) van de Leidse bevolking is allochtoon: 13,8% is afkomstig uit een niet-westers land, 11,6% uit een westers land. In bovenstaande figuren staat aangegeven hoe de Leidse bevolking is uitgesplitst voor autochtonen, niet-westerse en westerse allochtonen. Zoals uit de afbeeldingen blijkt verschillen deze drie bevolkingsgroepen onderling sterk in leeftijdsopbouw.
0
2
4 6 % vrouwen
westerse allochtonen
8
8
6 4 2 % mannen
0
2
4 6 % vrouwen
8
Daardoor is het aandeel allochtonen onder de 20-minners hoger en onder de 65-plussers lager. Dit geldt met name voor niet-westerse allochtonen. 4 De gehanteerde CBS-definitie kijkt naar geboorteland. Als één van iemands ouders in het buitenland is geboren, valt hij/zij onder de noemer allochtoon. Voor westerse allochtonen gaat het om: Europa (zonder Turkije), NoordAmerika, Oceanië, Indonesië en Japan. Voor niet-westerse allochtonen geldt: Afrika, de rest van Azië (incl. Turkije) en Latijns-Amerika (incl. Suriname en de Nederlandse Antillen).
Profiel Leiden 2030 | 37
Bevolking Leiden 2004 naar leeftijd en etnische achtergrond totaal
74, 5%
13,8%
20 -
69,1%
22,3%
20 - 64
73,8%
12,9%
65+
89,4% 0%
autochtonen
totaal 20 - 20 - 64 65+
25%
50%
niet-westerse allochtonen 16.402 5.684 10.285 433
4.3.2 Wonen Leiden heeft in totaal ca. 55.500 woningen. Dit is inclusief wooneenheden, waarvan zo’n 5.000 studenteneenheden.5 De gemiddelde woningbezetting is in Leiden lager dan het landelijk gemiddelde en is de afgelopen 10 jaar gedaald van ca. 2,12 (1993) naar ca. 2,06 (2003). Tegelijkertijd heeft Leiden de twijfelachtige eer, dat het de dichtstbevolkte stad
8,6% 13,3% 3,2% 7,4%
niet-westerse allochtonen
autochtonen 88.515 17.594 58.831 12.090
11,6%
75%
100%
westerse allochtonen
westerse allochtonen 13.828 2.185 10.642 1.001
totaal 118.745 25.463 79.758 13.524
van Nederland is. Volgens het CBS wonen er 51 mensen per hectare in Leiden. Den Haag volgt op de tweede plaats met 47 inwoners per hectare.6 5 Volgens gegevens van de Universiteit Leiden wonen ca. 7.000 van haar studenten in Leiden. Dit is minder dan de helft van het totaal aantal ingeschrevenen aan de UL. 6 Ter vergelijking: in Amsterdam wonen 34 inwoners per hectare.
38 | Stad van Ontdekkingen 4.3.3 Opleiding, Werk en Inkomen Voor gegevens over inkomen is de gemeente afhankelijk van landelijke cijfers van het CBS, het Regionaal Inkomens Onderzoek. Voor gegevens over opleiding is de gemeente afhankelijk van enquêtes en monitors, die onder de bevolking worden gehouden, de Stadsenquête en de Leefbaarheids monitor. Hoewel uiteraard getest op representativiteit zijn dit minder harde cijfers dan die over leeftijd en etniciteit. Bovendien zijn niet alle gegevens even actueel. • Van de Leidse bevolking had in 2001 24% een laag opleidingsniveau, 31% een midden opleidingsniveau en 45% een hoge opleiding. Voor Nederland waren deze cijfers respectievelijk 39, 39 en 22%. Ofwel de gemiddelde opleiding in Leiden is aanzienlijk hoger dan het landelijk gemiddelde. 7 • Leiden is niet alleen drukbevolkt. Leiden en omstreken biedt ook veel werk. Leiden biedt op dit moment 53.000 banen. De Leidse regio heeft een relatief lage werkloosheid. Er is vooral sprake van een mismatch op de arbeidsmarkt, omdat niet iedereen automatisch op iedere baan kan worden geplaatst. Laagopgeleiden en hoogopgeleiden met een minder op de arbeidsmarkt toegesneden opleiding hebben het in laag- én hoogconjunctuur moeilijk om werk te vinden. Vooral in tijden van hoogconjunctuur zijn er in Leiden en regio veel moeilijke vervulbare vacatures. Volgens Elsevier hoort Leiden en de Bollenstreek tot de economi sche ruggengraat van Nederland. 8
• Van de Leidse bevolking had in 2000 41% een laag inkomensniveau, 37% een middeninkomen en 22% een hoog inkomen. Dit is dezelfde verdeling als in 1998. Voor Nederland geldt de norm respectievelijk 40, 40 en 20%. Ofwel het inkomensniveau in Leiden vertoont vrijwel het landelijk beeld.9 Volgens Elsevier hoort Leiden tot de middenmoot als het gaat om het aandeel huishoudens met een besteedbaar inkomen hoger dan 51.400 per jaar, namelijk tussen de 5,0 en 6,3%. Uit het Woningbehoeften onderzoek (WBO), dat in 2002 ook in Leiden is gehouden blijkt, dat de zogeheten aandachtsgroep WBO (=benedenmodaal) in Leiden 35% bedraagt. Dit is hoger dan landelijk (31%) en Leidse regio (26%). Kortom: Leiden is hoogopgeleid, maar behoort qua inkomen niet tot de landelijke kopgroep. 7 B ij opleidingsniveau wordt de hoogst met succes afgeronde opleiding gevraagd. Indien dit HBO of WO is, spreken we over hoogopgeleid. Indien dit MBO of HAVO/VWO is spreken we over een middenopleiding. Als het lager is spreken we over een laag opleidingsniveau. 8 Elsevier 24 april 2004 "De nieuwe atlas van Nederland". Hierbij is gekeken naar alle mensen met een vaste baan of eigen bedrijf, eigen huis en bovengemiddeld inkomen. Leiden en Bollenstreek staat daarmee op de 6e plaats en is daarmee de hoogst geëindigde gemeente met meer dan 100.000 inwoners. Dit blijkt ook uit de kaart met onbenut arbeidspotentieel (aandeel bevolking 15-64 jaar, dat geen baan heeft en wel wil werken). Hiermee hoort de regio Rijnstreek, waaronder de Leidse regio en de Duinen Bollenstreek tot de laagste van het land. 9 De landelijke norm wordt als volgt samengesteld: 40% laagste inkomens bepalen het lage inkomen, 40% middelste inkomens bepalen het midden inkomen en 20% hoge inkomens bepalen de norm voor hoog inkomen.
Profiel Leiden 2030 | 39
De historische gegevens zijn van de jaren 2000 t/m 2004: • stand van de bevolking naar sekse, leeftijd en etnische herkomst; • stand van de woningvoorraad; • geboortecijfers naar sekse, leeftijd en etnische herkomst van de moeder; • sterftecijfers naar sekse, leeftijd en etnische herkomst; • vestigings- en vertrekcijfers binnenlands naar sekse, leeftijd en etnische herkomst; • vestigings- en vertrekcijfers buitenlands naar sekse, leeftijd en etnische herkomst.
4.4 De Leidse bevolking anno 2030 In alle vier de toekomstbeelden wordt uitgegaan van een toe name van het aantal woningen, variërend van 3.750 extra woningen in het scenario ‘Kwaliteit koesteren’ tot 10.000 extra woningen in ‘Wonen en zorgen’. Bij elk toekomstbeeld is een eigen bevolkingsprognose gemaakt op basis van historische cijfers aangaande bevolking en woningvoorraad (voor elk toekomstbeeld gelijk) en op basis van de verschillende woningbouwprogramma’s bij de verschillende toekomstbeelden.
Naast het woningbouwprogramma dat voor de verschillende toekomstbeelden anders is, is ook ingevuld hoeveel het ver wachte jaarlijkse migratiesaldo uit het buitenland is voor de prognoseperiode. Dat saldo is voor de vier toekomstbeelden in de doorreke ningen steeds op +400 gezet, gebaseerd op historische gegevens (het gemiddelde van de afgelopen 15 jaar bedroeg +300), maar naar boven bijgesteld in verband met o.a. uitbreiding EU. Het prognosemodel berekent allereerst op basis van de gemid delde woningbezetting (stand 2003), de woningbouwplan nen en het buitenlands migratiesaldo hoe groot het binnen lands migratiesaldo kan zijn. Vervolgens berekent het model per jaar op basis van de demografische gegevens uit het verle den hoeveel mannen en vrouwen er van elke leeftijd zijn.
40 | Stad van Ontdekkingen Voor het jaar 2030 zijn de prognoses voor de verschillende toekomstbeelden (uitgaande van een stabiliserende gemiddelde woningbezetting):
Bevolkingsprognoses Leiden 2030 naar leeftijd voor de vier toekomstbeelden (absoluut) Toekomstbeeld
leeftijd 20-
20-64
65+
totaal
Leiden 2004 (referentie)
25.463
79.758
13.524
118.745
Kennis maken en delen Wonen en zorgen Werk aan de winkel Kwaliteit koesteren
26.000 28.000 25.000 24.000
88.000 93.000 85.000 83.000
22.000 22.000 21.000 21.000
136.000 143.000 131.000 128.000
Uit de verschillende toekomstbeelden wordt duidelijk dat als er meer huizen worden gebouwd er meer ruimte is voor gezinnen met kinderen; het aandeel 20-minners is dan groter en het aandeel 65-plussers kleiner. De onderstaande grafiek brengt dat visueel in beeld.
Bevolkingsprognoses Leiden 2030 naar leeftijd voor de vier toekomstbeelden (relatief) Leiden 2004
21,4%
13,8%
Kennis maken en delen
19,3%
22,3%
15,8%
Wonen en zorgen
19,4%
12,9%
15,4%
Werk aan de winkel
19,2%
12,9%
16,2%
Kwaliteit koesteren
19,1%
12,9%
16,4%
0%
25%
20 -
20 - 64
50%
65+
11,4%
75%
100%
Profiel Leiden 2030 | 41
Bevolkingsprognoses Leiden 2030 naar etnische achtergrond Leiden 2004
74,5%
Wonen en zorgen
62,8%
Kwaliteit koesteren
65,3% 0%
autochtonen
13,8% 21,1% 20,0%
25%
niet-westerse allochtonen
50%
75%
11,6% 16,1% 14,7% 100%
westerse allochtonen
In de vier toekomstbeelden zien we een toename van de bevolking. Dit houdt rechtstreeks verband met de toename van het aantal woningen. In alle scenario’s neemt dit name lijk toe. In het ene uiterste scenario ‘Wonen en zorgen’ gaat het om totaal 10.000 extra woningen. In het andere uiterste ‘Kwaliteit koesteren’ gaan in ieder geval de bouwprojecten in Roomburg en EWR+ door. Dit betekent een toename van het aantal woningen met ca. 3.750. Bij een stabilisering van de gemiddelde woningbezetting betekent dit nog steeds een toename van de bevolking. Echter indien de daling van de gemiddelde woningbezetting doorzet, kan in dit toekomst beeld de bevolking van de stad ook gelijk blijven of zelfs afnemen. Een daling van 0,2 inwoners per woning betekent een afname van ruim 10.000 inwoners. Voor de twee uiterste toekomstbeelden qua woningaantallen is gekeken naar hoe het aandeel autochtonen en allochtonen
42 | Stad van Ontdekkingen
verandert in de komende 25 jaar. Daaruit blijkt, dat in alle toekomstbeelden het aandeel allochtonen ongeveer evenredig zal toenemen. Dit heeft de volgende redenen: • anno 2004 is het aandeel alloch tonen in de jongere leeftijdsgroepen hoger dan in de totale bevolking.
• in de komende kwart eeuw komt deze groep in de fase van gezinsvorming.
4
• gezinsgrootte van allochtonen is groter dan van autochtonen
4
Profiel Leiden 2030 | 43
De verwachting is, dat het buitenlands migratiesaldo niet meer zo hoog zal zijn als sommige jaren in het recente verleden, maar toch nog steeds aanwezig. In 2030 zal ongeveer twee derde van de bevolking autochtoon zijn, ongeveer een vijfde een niet-westers allochtoon en een zesde à een zevende een westers allochtoon.
4.5 Conclusies Nederland wacht een dubbele vergrijzing: de groep ouderen wordt aanzienlijk groter en de ouderen die er zijn worden ook nog eens ouder. In alle scenario’s neemt het aantal ouderen toe. Dit geldt niet alleen voor de pensioengerechtigde leeftijd anno 2004, maar ook voor de leeftijd boven de 50 jaar. De jonge bevolking (tot 20 jaar) neemt ook in aandeel af. Ofwel het percentage jongeren neemt af. Woningbouw beïnvloedt dit proces enigszins: het scenario met de grootste toename van het aantal woningen levert een lager aandeel ouderen en een groter aandeel jongeren. Leiden is qua etnische achtergrond opvallend divers. De groep westerse allochtonen is relatief in groten getale aanwezig. De verkleuring van de bevolking in de toekomst is een gegeven. Het aandeel autochtonen neemt af en de bevolking met een allochtone afkomst neemt toe, waarbij de groep niet-westerse
allochtonen sneller groeit dan de groep westerse allochtonen. Naarmate de bevolkingsgroep jonger is, wordt de verkleuring groter. Dat geldt in sterkere mate voor niet-westerse alloch tonen dan voor westerse allochtonen. In percentages zijn de uitkomsten voor de verschillende scenario’s niet significant verschillend. Deze ontwikkeling is dus slechts beperkt beïn vloedbaar.
Hoofdstuk 5
Implementatietraject
Met de vaststelling van het profiel voor Leiden in 2030 is na enkele pogingen een toekomstvisie voor de stad tot stand gekomen. Dit betekent echter allerminst, dat het proces daarmee beëindigd is. Het huidige product is een basisdocument, dat in de toekomst nadere uitwerking en verdieping en onderhoud vraagt. Dit kan de gemeente niet alleen, maar zal in nauwe samenwerking met de stad en de regio moeten plaatsvinden.
Profiel Leiden 2030 | 45
Het huidige document is richtinggevend voor vele beleidsterreinen van de gemeente. Er zal na vaststelling een inventarisatie worden gemaakt met maatschappelijke partners in de stad en de regio om te kijken of verschil lende toekomstvisies met elkaar verbonden kunnen worden. Tevens zal er een methode moeten worden ontwikkeld om de Ontwikkelingsvisie in de toekomst in een cyclisch proces te plaat sen. Dit kan bijvoorbeeld door elke vier jaar maatschappelijke verkenningen te maken t.b.v. het opstellen van het nieuwe College programma. Conform het Plan van aanpak zal na vast stelling van het profiel in de gemeenteraad het implementatietraject starten. Het voor stel is om een implementatieplan te maken, waar in ieder geval de volgende zaken een plek krijgen: • nadere uitwerking in deelterreinen, bijvoorbeeld woonvisie, sociaal programma, visie groen en blauw, ontwikkeling maatschappelijke voorzieningen enzovoort; • het organiseren van een vervolgtraject met de maatschap pelijke partners en regio; • aanpassing van formats voor B&W- en raadsvoorstellen, zodat toekomstige voorstellen aan de Ontwikkelingsvisie kunnen worden getoetst;
• doorlichting en eventuele aanpassing van het Taakstellend Meerjarenprogramma; • actualisatie van het Structuurplan ‘Boomgaard van kennis’; • ontwikkeling van een cyclisch proces voor onderhoud van de Ontwikkelingsvisie, bijvoorbeeld door middel van maat schappelijke verkenningen voor de nieuwe Collegeperiode.
Hoofdstuk 6
Terugblik op het proces
De totstandkoming van de Ontwikkelingsvisie was een avontuurlijk en interactief proces. Avontuurlijk omdat van tevoren absoluut niet duidelijk was hoe het proces zich zou voltrekken en welke richting het geheel zou opgaan. Interactief omdat er zoveel mensen en instellingen bij betrokken waren, zowel in de ambtelijke voorbereiding als in de gesprekken met de gemeenteraad en met de externe partners. In dit hoofdstuk vindt u een korte terugblik op het proces.
Profiel Leiden 2030 | 47
6.1 De opdracht
6.2 Raadsconferenties
In het Collegeprogramma 2002-2006 ‘Ambities en even wicht’ staat prominent aangegeven, dat Leiden voor de lange re termijn een Ontwikkelingsvisie gaat opstellen. Aansluiting bij eerdere processen, zoals Leiden XXI en de Opmaat tot Ontwikkelingsvisie, is noodzakelijk. In de Opmaat stond de ruimtelijke invalshoek van de stad centraal, waardoor de sociale invalshoek onderbelicht is gebleven. Hierdoor heeft in het in 2004 gevolgde proces de sociale invalshoek specifieke aandacht gekregen. In het Plan van aanpak10 zijn de volgende uitgangspunten vastgesteld: • aansluiting bij eerdere processen • relatie met GSB-MOP III • samen met anderen • input voor politieke discussie • f lexibel proces Conform deze uitgangspunten is het proces in drie stappen geknipt, waarvan de eerste twee zijn afgerond: 1. Het opstellen van (demografische) scenario’s; 2. Het kiezen van een profiel voor de stad; 3. Het uitwerken van de gevolgen van dit profiel per thema/ gebied. De derde stap kan worden gestart op het moment, dat stap 1 en 2 succesvol zijn afgerond en zal een permanent karakter moeten krijgen. In hoofdstuk 5 is dit nader uitgewerkt.
In het proces heeft de gemeenteraad een sturende rol gehad. Op strategische momenten is pas verder gegaan in het proces, nadat de raad (en/of de commissie Regionale Aangelegen heden) zich daarover heeft kunnen uitspreken. De eerste stap daarbij was de vaststelling van het Plan van aanpak. Hierin zijn de contouren van het proces aangegeven. De demografische verkenningen en prognoses waren input voor de eerste Raadsconferentie op 21 november 2003.11 Hierop heeft de gemeenteraad aangegeven welke aspecten in ieder geval moesten terugkeren in de nader uit te werken sce nario’s. De keuze voor de scenario’s ‘Kennis maken en delen’, ‘Wonen en zorgen’ en ‘Werk aan de winkel’ zijn daar direct op terug te voeren. Het vierde scenario is eraan toegevoegd om te laten zien hoe Leiden zich zou ontwikkelen als niet op uitbreiding van de stad en de bevolking wordt gefocust. Op de gezamenlijke Raadsconferentie van de Ontwikkelings visie en het GSB op 13 februari 2004 heeft de projectleider de totale resultaten van de bevolkingsprognoses aan de raad gepresenteerd. Op de Raadsconferentie van 5 maart 2004 heeft de gemeenteraad goedkeuring verleend aan de 10 Raadsvoorstel 03.0103, vastgesteld in de raadsvergadering van 28 oktober 2003 11 De eerste Raadsconferentie vond plaats in Hotel Ibis in Leiderdorp en werd voorafgegaan door een bezoekje aan het informatiecentrum HSL/W4. De overige twee Raadsconferenties vonden plaats in Het Leidse Volkshuis.
48 | Stad van Ontdekkingen
uitgewerkte scenario’s (met de ambtelijke onderlegger) en de publieksversie. Het laatste scenario heeft op voorstel van de raad de titel ‘Kwaliteit koesteren’ gekregen. Ook zijn afspraken met de gemeenteraad gemaakt over het communicatietraject en de gesprekken in de stad.
6.3 De stadsgesprekken Voor de consultatie met de stad zijn verschillende media ingezet en zijn voor verschillende doelgroepen verschillende
bijeenkomsten gehouden: • 25 maart, lunchlezing voor ambtenaren gemeente Leiden, locatie: de Burcht • 31 maart, bijeenkomst met maat schappelijke partners, locatie: Kenniscentrum Leiden • 6 april, bijeenkomst met raden en colleges uit de regio (SLR en SDB), locatie: Holiday Inn • 27 april, studentendebat, locatie: studentenvereniging Augustinus • 11 mei, stadsgesprek, locatie: Stadsgehoorzaal • 12 mei, stadsgesprek, locatie: Het Leidse Volkshuis Alle mogelijke communicatiemiddelen zijn gebruikt om bewoners en gebruikers van de stad te informeren over de toekomstvisie en hun mening te vragen, zoals publieksfolder, website van de gemeente, kabelkrant, Stadskrant, enquête, prijsvraag, marktstand en persberichten. Tijdens alle bijeenkomsten hebben de aanwezigen hun voor keur voor een van de scenario’s kenbaar kunnen maken. Dit was steeds de inbreng voor de discussie. De uitwerking hiervan verschilde in werkvorm (‘Ja, en’/‘Nee, want’-kaarten, enquête, dukaten). Alle opmerkingen van bezoekers zijn genoteerd en maken deel uit van de verslagen.
50 | Stad van Ontdekkingen
Prijsvraag De gemeente heeft een prijsvraag uitgeschreven over Leiden in 2030. Alle vormen van creativiteit waren hierbij mogelijk. In de categorie volwassenen heeft mevrouw Muller -van der Voort de eerste prijs gewonnen. Zij maakte een collage met Leiden als stad van historie, monumenten en musea en
bovendien als bereikbare stad. In de categorie jeugd hebben Lisa en Rachel van de Vrije School de eerste prijs gewonnen. Zij maakten een t-shirt voor twee kinderen. Dit symboliseert het samen leven. Het t-shirt is bedrukt met bestaande en futuristische beelden van de stad.