Leerplichtjaarverslag 1 augustus 2009 tot 1 augustus 2010
Gemeenten Bernheze, Boekel, Boxmeer, Cuijk, Grave, Landerd, Lith, Maasdonk, Mill en Sint Hubert, Oss, Sint Anthonis, Sint-Oedenrode, Uden en Veghel
Inhoudsopgave
1 1.1
Jaarverslag 2009-2010................................................................................................ - 3 Regionaal Bureau Leerplicht en voortijdig schoolverlaten Brabant Noordoost ............................................................................................................. - 3 -
1.2
Leerplichtwet ........................................................................................................ - 3 -
1.3
Visie en Missie ..................................................................................................... - 4 -
1.4.
Taken leerplichtambtenaar................................................................................... - 7 -
1.5.
Regionale Meld- en Coördinatiefunctie voortijdig schoolverlaten ...................... - 10 -
1.6.
Rol van de gemeente ......................................................................................... - 11 -
1.7.
Landelijke en Regionale ontwikkelingen ............................................................ - 11 -
1.8.
Samenhang met andere gemeentelijke beleidsterreinen................................... - 12 -
2
Gegevens jaarverslag 2009-2010 ............................................................................ - 13 -
2.1
Algemene gegevens .......................................................................................... - 13 -
2.2
Absoluut verzuim................................................................................................ - 21 -
2.3
Relatief verzuim.................................................................................................. - 21 -
2.4
Luxe verzuim ...................................................................................................... - 22 -
2.5
Vrijstellingen ....................................................................................................... - 22 -
2.6
Zorgleerlingen .................................................................................................... - 23 -
2.7
HALT-straf .......................................................................................................... - 24 -
2.8
Casusbespreking risico-jeugd ............................................................................ - 25 -
2.9
Proces-verbaal ................................................................................................... - 25 -
3
Conclusies en aanbevelingen ................................................................................. - 27 -
3.1
Knelpunten schooljaar 2009-2010 ..................................................................... - 27 -
3.2
Plannen voor schooljaar 2010-2011 .................................................................. - 27 -
Bijlage 1 Checklist landelijke handhaving leerplicht voor gemeenten…………………….. - 29 Bijlage 2 Algemene begrippen………………………………………………………………... - 31 Bijlage 3 Overzicht van gebruikte afkortingen en begrippen………………………………...- 33 -
-2-
1
JAARVERSLAG 2009-2010
1.1
Regionaal Bureau Leerplicht en voortijdig schoolverlaten Brabant Noordoost
Per 1 augustus 2009 is het Regionaal Bureau Leerplicht en voortijdig schoolverlaten Brabant Noordoost (verder te noemen RBL BNO) opgericht. Door dit bureau worden de taken in het kader van de leerplichtwet en de RMC-functie voor de 14 deelnemende gemeenten uit Brabant Noordoost uitgevoerd. De volgende gemeenten nemen deel aan het RBL BNO: Bernheze, Boekel, Boxmeer, Cuijk, Grave, Landerd, Lith, Maasdonk, Mill en Sint Hubert, Oss, Sint Anthonis, Sint-Oedenrode, Uden en Veghel De gemeente Oss heeft de rol van centrumgemeente gekregen. Er wordt gewerkt vanuit 3 sublocaties te weten Oss, Veghel en Cuijk. De start van het RBL BNO is voorafgegaan door een lang proces dat al gestart is in 2005. Bij de definitieve start in augustus 2009 waren er echter nog een heleboel zaken die opgelost moesten worden. Zo was o.a. de rol van coördinator nog niet ingevuld. Deze vacature is tot april 2010 tijdelijk ingevuld door twee elkaar opvolgende interim-managers van BMC. Vanaf april 2010 is de nieuwe coördinator in functie. De coördinator is ook teamleider van de sublocaties Oss en Veghel. De sublocatie Cuijk valt onder een teamleider van de gemeente Cuijk. Een aantal andere functies zoals een beleids- en kwaliteitsmedewerker wordt in schooljaar 2010-2011 ingevuld. Doordat er in de eerste 8 maanden van het RBL BNO slechts een aantal dagen per week interim-managers beschikbaar waren voor de aansturing van het RBL BNO is een aantal structurele zaken blijven liggen. Hierdoor heeft het RBL BNO een moeizame start gemaakt en is het eerste schooljaar van het gemeenschappelijke bureau op het gebied van gezamenlijk beleid en uitvoering grotendeels verloren gegaan. Er is echter de vaste overtuiging dat er voldoende energie vrijgemaakt kan worden om in het tweede jaar (schooljaar 2010-2011) een aantal structurele verbeteringen en voordelen van een gezamenlijk bureau aan te tonen.
Dit is het eerste jaarverslag van het RBL BNO. Dit verslag betreft de periode schooljaar 2009–2010. Een deel van dit verslag gaat over de feitelijke cijfers en trends rondom leerplichtactiviteiten in de regio Brabant Noordoost.
1.2
Leerplichtwet
Leerplicht betekent dat kinderen verplicht zijn om naar school te gaan. De leerplicht is vastgelegd in de Leerplichtwet 1969. Een kind moet naar school op de eerste dag van de nieuwe maand na zijn vijfde verjaardag. Alle leerlingen zijn volledig leerplichtig tot het einde
-3-
van het schooljaar waarin ze zestien jaar worden. Vanaf 1 augustus 2007 geldt dat 16 jarigen nog 2 jaar kwalificatieplichtig zijn. Kwalificatieplichtig betekent dat een jongere minimaal in het bezit moet zijn van een HAVO-, VWO-diploma of een MBO-opleiding niveau 2.
De taken in het kader van leerplicht, inclusief kwalificatieplicht zijn:
Controle op sluitende melding en registratie van ongeoorloofd schoolverzuim;
handhaving;
preventie;
zorg
Bij ongeoorloofd schoolverzuim is een onderscheid te maken tussen absoluut verzuim en relatief verzuim:
Absoluut verzuim: er is sprake van absoluut verzuim als een leerplichtige niet aan de verplichting tot inschrijving voldoet, terwijl er geen vrijstelling van deze verplichting bestaat. De aanmelding en inschrijving op een school is de verantwoordelijkheid van ouders/verzorgers. Als ouders hun kind niet aanmelden of inschrijven overtreden zij artikel 3 en 4b van de leerplichtwet;
Relatief verzuim: er is sprake van relatief verzuim als er niet aan de verplichting is voldaan om te zorgen voor geregeld schoolbezoek, terwijl er geen vrijstelling van deze verplichting bestaat. Concreet betekent dit dat een leerplichtige is ingeschreven bij een onderwijsinstelling maar korte of langer tijd geen onderwijs volgt zonder dat daarvoor op grond van de leerplichtwet toestemming is verleend. Een onderdeel van relatief verzuim is luxe verzuim. Er is sprake van luxe verzuim als ouders hun kinderen buiten de vastgestelde schoolvakanties en vrije dagen meenemen en zo weghouden van school zonder legitieme reden of toestemming van de directeur van de school. Vaak gebeurt dit voor of na een reguliere schoolvakantie.
1.3
Visie en Missie
Uitgangspunten van het Regionaal Bureau Leerplicht en Voortijdig Schoolverlaten Brabant Noordoost (RBL BNO)
Missie Het voorkomen van verzuim en voortijdig schoolverlaten zodat leerlingen een startkwalificatie behalen.
Visie Kinderen en jongeren hebben recht op onderwijs. Door efficiënt en effectief te werken aan het terugdringen en voorkomen van schoolverzuim zorgen we ervoor dat het recht op onderwijs voor iedereen mogelijk wordt. Door deze controle op schoolbezoek zorgen we tevens voor
-4-
een toename van het aantal leerlingen met een startkwalificatie. Want jongeren met een startkwalificatie hebben meer kansen op doorgroei en een (vaste) baan. Onze aanpak is zowel preventief als curatief en zonodig ook repressief. Preventie moet in de komende jaren het belangrijkste onderdeel van onze aanpak zijn.
Doelstellingen Algemene doelstelling van het RBL is het opzetten van een werkwijze en infrastructuur binnen de regio Brabant Noord Oost om zo voortijdig schoolverlaten zonder startkwalificatie te voorkomen en te bestrijden.
Uiteindelijk zal middels het “voorkomen” van uitval het grootste effect bereikt kunnen worden. Daartoe is het van belang dat scholen de aanwezigheid van leerlingen nauwkeurig in beeld houden en bij afwezigheid direct melden zodat leerplicht (en RMC-trajectbegeleiders bij 18+) adequaat kunnen handelen. Het samenwerken met zorgadviesteams en samen met het onderwijs bouwen aan een goed beleid in het kader van voorkomen van voortijdig uitval is hierbij een belangrijk punt. Verder zijn het uitvoeren van “individueel maatwerk” en de mogelijkheid tijdens het lopende schooljaar jongeren te (her)plaatsen voorwaarden tot succes. Het onderwijs in deze taken ondersteunen en aanspreken op hun verantwoordelijkheid is een belangrijke taak van het RBL BNO.
Door de regionalisering en samenvoeging van leerplicht en RMC-trajectbegeleiders is het mogelijk leerlingen beter te volgen in hun opleiding. Ook biedt dit de mogelijkheid om een eenduidig uitvoeringsbeleid te vormen waardoor enerzijds de externe partijen weten wat ze aan het RBL BNO hebben en anderzijds intern beter en effectiever gewerkt kan worden. Zo moet de overgang van leerplicht naar kwalificatieplicht en tussen 18- en 18+ naadloos in elkaar over kunnen lopen. Het RBL BNO is een belangrijke partner in het regionale onderwijs- en jeugdbeleid en wordt betrokken bij vraagstukken die op dit gebied in de regio Brabant Noordoost leven. Het RBL BNO zal dan ook deelnemen aan overlegstructuren zodat onze rol en onze ideeën in de visieen beleidsontwikkeling worden meegenomen. Om een rol te krijgen in deze overlegvormen is het belangrijk om de ketenpartners te overtuigen van de kennis en kwaliteit van (de medewerkers van) het RBL BNO. Het RBL BNO zal dan ook actief de samenwerking zoeken. In eerste instantie met scholen in de regio maar ook met diverse ketenpartners. Ook het draagvlak voor het RBL BNO bij de deelnemende gemeenten vergt voortdurend contact en uitwisseling van informatie met wethouders en beleidsmedewerkers van de 14 gemeenten. Onze communicatie moet plaatsvinden op verschillende manieren, enerzijds naar leerlingen en jongeren om hen de werkwijze van leerplichtambtenaren en de RMC-trajectbegeleiders te wijzen. Anderzijds op ouders en ketenpartners om hen de juiste informatie te geven zodat ze weten wat de taken en mogelijkheden van het RBL BNO zijn.
-5-
Strategie Het is van groot belang om onze ketenpartners op de hoogte te brengen en te houden van onze kennis en kunde op het gebied van voorkomen van verzuim en voortijdig schoolverlaten. Hierdoor worden de medewerkers van het RBL BNO betrokken bij overleggen rond leer- en kwalificatieplichtige kinderen en jongeren. Door samen te werken binnen de 14 deelnemende gemeenten met de direct betrokken beleidsterreinen zoals onderwijs en jeugd zorgen we voor een goede gezamenlijke aanpak waarin alle facetten van de gesignaleerde problematiek worden meegenomen. Om ervoor te zorgen dat het RBL BNO op de kaart staat is het zaak regelmatig contact te onderhouden met onze ketenpartners. Dat kan enerzijds door aan te sluiten bij de bestaande overlegstructuren. Anderzijds door gevraagd en ongevraagd onze mening en advies in zaken rondom verzuim en schoolverlaten in te brengen.
Wat de visie betreft volgt het RBL BNO de landelijke ontwikkelingen op het gebied van voorkoming voortijdig schoolverlaten/bestrijding jeugdwerkloosheid, rekening houdend met de vertaalslag die gemaakt moet worden naar het eigen karakter van de regio 36b. De landelijke ontwikkelingen betreffen vooral:
Aanval op de Uitval maatregelen uit dit beleid die effect (gaan) hebben op de werkwijze van RBL BNO
Zorgadvies Teams (ZAT’s) in het VO en MBO. Dit is het overleg over zorgleerlingen op school waarin leerplichtambtenaren samenwerken met de scholen;
De zorgstructuur MBO. Een structurele versterking voor zorgleerlingen op niveau 1 en 2 van het MBO. Hiermee kunnen zorgleerlingen op het MBO dezelfde intensieve begeleiding krijgen die nu in het VMBO bij het leerwegondersteunend onderwijs wordt geboden. Hierdoor kunnen ze succesvoller doorstromen van VMBO naar MBO om daar een startkwalificatie te halen.
Centrum voor Jeugd en Gezin: in de regio Maasland is dit al een belangrijke partij in de zorg rond de leerplichtigen, de verwachting is dat in de regio Uden / Veghel en Land van Cuijk de werkwijze van het CJG Maasland wordt overgenomen.
Stage- en simulatieplaatsen. Landelijk de werving van 20.000 extra stage- en simulatieplaatsen voor jongeren die moeilijk plaatsbaar zijn op gewone stageplaatsen.
Een volledige leerplicht tot 18 jaar. Verlenging van de volledige leerplicht van 16 naar 18 jaar, kwalificatieplicht en leer/werkplicht. Deze plichten richten zich ook op de deelnemer met een nadrukkelijke rol voor de gemeente/RMC. De gemeente wordt de probleemhouder;
Nazorg van VMBO naar MBO. De ‘warme overdracht’, in onze regio vormgegeven door het programma Stick Together
Het versterken van handhaving en toezicht op de leerplicht en kwalificatieplicht
-6-
Een sluitende registratie als informatiesysteem door het digitale verzuimloket en koppeling aan BRON,
Kwalificeren van Eerder Verworven Competenties (EVC-trajecten) voor werkende jongeren met als doel het behalen van startkwalificatie
1.4.
Taken leerplichtambtenaar
De leerplichtambtenaar heeft als taak het recht op onderwijs dat ieder kind heeft, te bewaken. Vooral de laatste jaren is binnen het gebied van het RBL BNO veel aandacht geschonken aan een goede samenwerking met scholen en instellingen.
De leerplichtambtenaar dient ervoor te zorgen dat alle leerplichtigen op een school staan ingeschreven en dat schoolverzuim beëindigd wordt. Allereerst gebeurt dat via gesprekken met de leerling, de ouders en/of de school. Het doel is uiteraard dat de leerplichtige de opleiding afmaakt en zodoende voldoende gekwalificeerd van start kan gaan op de arbeidsmarkt. Als er voor de jongere geen geschikte opleiding is, kan de leerplichtambtenaar vrijstelling verlenen (dit komt relatief weinig voor). Wanneer er sprake is van (herhaalde) onwil, dan kan de leerplichtambtenaar een proces-verbaal opmaken. In geval van lichte achterliggende problematiek kan de hulp ingeroepen worden van de jeugdhulpverlening (vrij toegankelijk) die bij ernstiger problemen kan kiezen voor geïndiceerde jeugdzorg.
Directeuren van scholen moeten verzuim melden. Deze melding kan ertoe leiden dat jongeren en/of hun ouders in aanraking komen met de leerplichtambtenaar. (Vermoedelijk) ongeoorloofd schoolverzuim wordt tegenwoordig vooral gezien als een signaal, een symptoom van dieper gelegen oorzaken. Een complex van factoren speelt mee bij het (dreigend) schoolverzuim. Bij verzuim, spijbelgedrag of (dreigende) schooluitval, kunnen ouders of jongeren ook zelf de leerplichtambtenaar inschakelen. Een uitzondering hierop is het luxe verzuim: ouders/verzorgers gaan zonder toestemming van de schooldirecteur op vakantie met hun leerplichtige kinderen buiten de reguliere schoolvakanties. Hier wordt een strak beleid op gevoerd binnen de gemeenten die deelnemen aan het RBL BNO.
De leerplichtambtenaar heeft verschillende wettelijke en maatschappelijke zorgtaken: 1
Registratie en controle van het leerlingenbestand.
2
Onderzoek van verzuim en het treffen van maatregelen, zoals een eventuele verwijzing naar hulpverlenende instanties en het opleggen van sancties.
3
(Tijdelijke) vrijstelling en vervanging van de leerplicht.
4
Besluit nemen over aanvragen voor verlof van meer dan 10 schooldagen
5
Informatie en advies verstrekken
-7-
1
Registratie en controle van het leerlingenbestand
De directies van de scholen voldoen aan artikel 18 van de leerplichtwet als zij de mutatiegegevens tijdig doorgeven aan de gemeente.
2
Onderzoek van verzuim en het treffen van maatregelen
Door middel van onderzoek probeert de leerplichtambtenaar na te gaan of de leerplicht goed wordt nageleefd. Dat begint vaak met het onderzoeken van de verzuimmeldingen die van de schoolleiding worden ontvangen. Vervolgens kan er, naast andere mogelijkheden, een gesprek plaatsvinden met ouder(s)/verzorger(s) en leerling. Soms leidt dat ertoe dat zij het advies krijgen zich te wenden tot een hulpverlenende instantie. Het kan ook zijn dat de leerplichtambtenaar besluit tot een waarschuwing, het opleggen van een Halt-straf of het opstellen van een proces-verbaal. Als er sprake is van (vermoedelijk) ongeoorloofd verzuim (een strafbaar feit) kan de leerplichtambtenaar overgaan tot het opmaken van een proces-verbaal. Het proces-verbaal heeft daarbij een preventieve en een straffende functie. Preventief om te voorkomen dat bij andere jongeren verzuim ontstaat en om te voorkomen dat de jongere opnieuw verzuimt. Straffend om de ouder/jongere vanuit de Leerplichtwet een sanctie door de rechter te laten opleggen. Voorbeelden van dergelijke sancties zijn een taakstraf voor jongeren of geldboete aan de ouders. Tevens kan de rechter de maatregel ‘hulp en steun’ opleggen, die door Bureau Jeugdzorg, afdeling jeugdreclassering, wordt uitgevoerd.
3
Vrijstelling en vervanging van de leerplicht
Leerplichtigen kunnen in aanmerking komen voor vervanging of vrijstelling van de leerplicht. Als zij voortijdig het reguliere voortgezet onderwijs dreigen te verlaten, wordt waar mogelijk gezocht naar andere onderwijsvormen die als vervanging voor de leerplicht kunnen dienen voor jongeren vanaf 14 jaar.
4
Besluit nemen over aanvragen voor verlof van meer dan 10 schooldagen
De leerplichtambtenaar beslist verder bij een verzoek tot verlof wegens gewichtige omstandigheden van meer dan 10 schooldagen
5
Informatie en advies verstrekken
Hierboven zijn vooral de wettelijke taken op grond van de Leerplichtwet vermeld. In de praktijk blijkt dat de leerplichtambtenaar daarnaast een maatschappelijke functie vervult in de relaties tussen schoolleiding, ouders en/of verzorgers, leerling en hulpverlenende instanties (zoals Bureau Jeugdzorg, Advies en Meldpunt Kindermishandeling (AMK), politie en justitie). De leerplichtambtenaar spreekt alle betrokkenen aan op hun verantwoordelijkheid, zodat de leerling het onderwijs zoveel mogelijk zonder belemmeringen kan vervolgen. Dat vraagt om
-8-
het opbouwen en in stand houden van een goed netwerk en een passende reactie in uiteenlopende situaties.
Naast de bovengenoemde wettelijke en maatschappelijke zorgtaken heeft de leerplichtambtenaar ook taken, die grotendeels ook onder de Leerplichtwet vallen. Deze taken zijn:
A. Samenwerken met diensten/instellingen De leerplichtambtenaar werkt met de volgende instellingen samen:
Gemeenten intern en extern: collega’s afdelingen welzijn, jeugd en onderwijs, sociale zaken en burgerzaken;
Onderwijs: scholen voor basisonderwijs en voortgezet onderwijs, onderwijsinspectie, ROC’s;
Jeugdhulpverlening: Raad voor de Kinderbescherming, Bureau Jeugdzorg, Jeugdpreventiewerk, Bureau HALT, Advies en Meldpunt Kindermishandeling (AMK), instellingen voor jeugdzorg, Geestelijke Gezondheidszorg (GGZ);
Justitie: Officier van Justitie, politie, parketsecretaris;
Maatschappelijke zorg; Jeugdgezondheidszorg, (school)maatschappelijk werk
Arbeid: arbeidsinspectie, UWV-werkbedrijf, uitzendbureaus;
Bijzondere projecten: Baanvaardig, Centrum voor Ondersteuning en Onderwijs (COO) Nijmegen, Herstart, Op de rails, Flexcollege, Rebound;
B. Samenwerking via netwerkoverleggen: Voor een effectieve uitvoering van de taken nemen de leerplichtambtenaren deel aan overleggen van relevante netwerken. In deze netwerken worden de jongeren vanuit de diverse disciplines besproken. Op deze manier kan een compleet beeld van de jongeren gevormd worden. Netwerken waaraan deelgenomen wordt:
Zorg Advies Team (ZAT) op alle scholen voor (speciaal) voortgezet onderwijs en de praktijkschool;
Arrondissementaal overleg met de officier van Justitie;
Overleg Regionaal Veiligheidshuis, waaronder CRJ overleg (=Casusoverleg Risico Jeugd);
Periodiek overleg directeuren basisscholen;
Periodiek overleg jeugdagenten;
Periodiek overleg maatschappelijk werk;
Periodiek overleg jeugd preventie werk;
Diverse subregionale en gemeentelijke overlegvormen.
-9-
C. Samenwerken met ambtsgenoten De leerplichtambtenaar pleegt zo vaak als noodzakelijk is overleg met leerplichtambtenaren uit andere gemeenten. Door het starten met een regionaal bureau waarin alle leerplichtambtenaren uit de hele regio Brabant Noordoost zijn samengevoegd is gezorgd voor een goede onderlinge afstemming binnen de 14 deelnemende gemeenten. Daarnaast wordt er regelmatig overlegd met leerplichtambtenaren uit aanpalende gemeenten zoals met het RBL St. Michielsgestel, ’s-Hertogenbosch, Nijmegen en Gemert-Bakel.
1.5.
Regionale Meld- en Coördinatiefunctie voortijdig schoolverlaten
Door de oprichting van het RBL BNO met ingang van 1 augustus 2009 is de RMC-functie nu in dezelfde organisatie als de leerplicht-functie ondergebracht. De uitvoering van de wettelijke taken in het kader van RMC betreffen:
Het opzetten en in standhouden van een registratiesysteem voor meldingen van voortijdig schoolverlaters;
Het maken van afspraken met scholen, instellingen en organisaties over doorverwijzing van voortijdig schoolverlaters naar onderwijs, arbeidsmarkt of een combinatie hiervan;
Het opzetten en onderhouden van een regionaal netwerk van ketenpartners.
Deze taken hebben tot doel voortijdige schoolverlaters zonder startkwalificatie via bemiddeling of begeleiding terug te leiden naar een alternatief onderwijs- of opleidingstraject of rechtstreeks toe te leiden naar de arbeidsmarkt. In de afgelopen jaren konden de RMC trajectbegeleiders gebruik maken van maatwerktrajecten die ingekocht werden bij het ROC de Leijgraaf. Het is de vraag in hoeverre er vanaf januari 2011 hiervoor nog middelen ter beschikking zijn.
De samenwerking binnen één bureau tussen leerplicht en RMC levert vele voordelen op:
Er is een veel betere overdracht mogelijk bij de overgang van 18- naar 18+;
De samenwerking met ROC’s en VO-scholen kan nu op een eenduidige manier worden vormgegeven;
De registratie van contacten en acties die met jongeren worden uitgezet worden in hetzelfde systeem geregistreerd. Hierdoor is een veel betere overdracht en beschikbaarheid van informatie gewaarborgd;
Gezamenlijke afspraken over trajecten voor 18+ en 16/17 jarigen zijn gemaakt.
- 10 -
1.6.
Rol van de gemeente
Op grond van artikel 16 van de Leerplichtwet 1969 is het College van Burgemeester en Wethouders verantwoordelijk voor het toezicht op de naleving van de leerplichtwet door ouders/verzorgers en school. De leerplichtfunctie wordt vanuit het RBLBNO voor 14 gemeenten in de regio Brabant Noordoost uitgevoerd. Dit gebeurt vanuit 3 sublocaties in Cuijk, Veghel en Oss. Voor de uitvoering is 9,06 fte voor leerplicht beschikbaar en 4,68 fte voor administratieve en secretariële ondersteuning. Deze ondersteuning wordt overigens ook ingezet om de RMC trajectbegeleiders, die ook deel uit maken van het RBL BNO, te helpen met de uitvoering van hun taken. Jaarlijks moet, op grond van art. 25 van de Leerplichtwet verslag uitgebracht worden aan de gemeenteraden.
1.7.
Landelijke en Regionale ontwikkelingen
Het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen stimuleert een effectieve gemeentelijke uitvoering van leerplicht en RMC-functie. Er wordt daarom ingezet op: 1. Een landelijk digitaal loket voor het melden van verzuim; 2. Een geldstroom voor de leerplicht- en RMC-functie; 3. Een rapportage voor de verantwoording van de besteding van middelen; 4. De verantwoordelijkheid voor de geldstroom en de rapportage ligt bij de contactgemeente; 5. Nauwere contacten tussen de onderwijsinspectie en leerplicht in de controle op de naleving van het melden van verzuim door scholen.
De ontwikkeling van de centra voor jeugd en gezin Uitgangspunt bij de centra voor jeugd en gezin is een frontoffice te ontwikkelen op het gebied van opvoed- en opgroeiondersteuning. Door een bundeling van aanbod en van functies is het CJG toegankelijk en aantrekkelijk voor grote groepen ouders. De samenwerkende partners in het CJG maken samenwerkingsafspraken en vormen netwerken om de samenwerking zo optimaal mogelijk in te richten en eventuele wachtlijsten tot een minimum te beperken. Via het CJG wordt getracht de uitvoering van bestaande activiteiten op elkaar af te stemmen. Het CJG Maasland heeft in onze regio hier een voortrekkersrol, naar verwachting zullen in het Land van Cuijk en de regio Uden / Veghel gelijksoortige ontwikkelingen plaatsvinden.
Wet WIJ WIJ (Wet Investeren in Jongeren). Door de invoering van de wet WIJ worden jongeren tot 27 jaar die een aanvraag doen voor een uitkering gedwongen om een werk en/of leeraanbod te accepteren. Op het gebied van het leeraanbod is er nauw contact met de RMC medewerkers om te voorkomen dat jongeren zich meerdere malen bij verschillende loketten moeten melden. Ook “shopgedrag” van jongeren wordt zo tegen gegaan.
- 11 -
Zorg voor Jeugd Zorg voor Jeugd. Regionaal signaleringssysteem voor kinderen en jongeren van 0 tot 23 jaar. Doel is problemen in een vroegtijdig stadium te signaleren en de coördinatie van de zorg te organiseren. De afdeling leerplicht neemt ook deel aan dit systeem.
Ontwikkelingen binnen DUO. Steeds meer scholen zijn verplicht hun gegevens van in- en uitschrijvingen digitaal aan te leveren aan de Dienst Uitvoering Onderwijs (voorheen de IB-groep). Ons registratie JVS is gekoppeld aan DUO waardoor de gegevens van veel scholen al automatisch in ons systeem komen. In de toekomst moeten HBO, VSO en PO hierop nog aangesloten worden. Ook de start met een digitaal verzuimloket levert voordelen op voor het RBL BNO. Door een koppeling met ons systeem worden deze meldingen automatisch aan een leerplichtambtenaar gekoppeld. Voor het nieuwe schooljaar 2010-2011 is het zaak om scholen te bewegen ook de meldingen die niet verplicht zijn te melden via het digitaal verzuimloket.
Mens Centraal Met Mens Centraal worden burgers snel en effectief geholpen omdat diverse instellingen hun dienstverlening hebben verbonden Met ingang van het nieuwe schooljaar zal vanuit een aantal gemeenten in de regio ook het RMC deel gaan nemen aan Mens Centraal
1.8.
Samenhang met andere gemeentelijke beleidsterreinen
De gemeente is op basis van de Wet op de Jeugdzorg verantwoordelijk voor het preventieve aanbod in het geval van lichte opgroei- en opvoedproblemen. De wettelijke verankering hiervan is gelegd in de Wet maatschappelijke ondersteuning. De gemeente is verantwoordelijk voor de uitvoering van de vijf functies, informatie en advies, signaleren van problemen, lichte pedagogische hulpverlening, toeleiding naar het hulpaanbod en de coördinatie van zorg op lokaal niveau. In samenhang met het jeugdbeleid, jeugdzorg en andere regionale ketenpartners wordt vanuit het RBL BNO gewerkt aan het voorkomen van schoolverzuim en uitval. Daarnaast is er een samenhang tussen de uitvoering van de leerplicht/RMC en de uitvoering van de Wet Investeren in Jongeren (WIJ). De uitvoering van de WIJ ligt bij de gemeenten. De WIJ regelt dat jongeren onder 27 jaar, die zich melden voor een uitkering geen recht meer hebben op een uitkering, maar in plaats daarvan een leer/werk aanbod aangeboden krijgen van de gemeente. Volgens de wet kunnen dit ook jongeren zijn zonder startkwalificatie. Op dit punt is er samenhang met de RMC taken. Met name op het gebied van afstemming tussen de wet WIJ en RMC liggen nog veel mogelijkheden ter verbetering.
- 12 -
2 GEGEVENS JAARVERSLAG 2009-2010 In dit hoofdstuk worden de cijfers gegevens over schooljaar 2009-2010 gepresenteerd. Bij paragraaf 2.2 tot en met 2.4 gaat het om het aantal aan ons gemelde zaken. Algemene gegevens Het aantal inwoners tussen de 0 en 23 jaar op 1-9-2010 ziet u per gemeente in onderstaande tabel.
Aantal inwoners 25000 21009 20000 15000 11065 10452 8548
10000
7842
6662 4935
4215
5000
3541
3420
3326
3012
2994
1969
Li th
rt ub e nt H
Si
Bo ek el en
on k
s
M aa sd
nt ho ni
ve G ra
nt A Si
er d La nd
M ill
Si
C ui nt jk -O ed en ro de
ze Bo xm ee r
nh e
l Be r
Ve gh e
U
de n
0
O ss
2.1
In onderstaande grafieken ziet u het aantal leerlingen (5 tot 23-jarigen) per gemeente die ingeschreven staan op een onderwijsinstelling (PO, VSO, SO, medisch kinderdagverbljf, VO, MBO) verdeeld per onderwijssoort.
- 13 -
Aantal geregistreerde leerlingen; gemeente Bernheze; Totaal 6118
Medisch kinderdagverblijf; 1 MBO; 758 VSO; 18
PO; 3379 VO; 1951
SO; 11
Aantal geregistreerde leerlingen; gemeente Boekel; Totaal 2190
Medisch kinderdagverblijf; 1 MBO; 339
VSO; 10
PO; 1184
VO; 648
SO; 8
- 14 -
Aantal geregistreerde leerlingen; gemeente Boxmeer; Totaal 5664
Medisch kinderdagverblijf; 2 MBO; 817
VSO; 34
PO; 2858
VO; 1905
SO; 48
Aantal geregistreerde leerlingen; gemeente Cuijk; Totaal 4797
Medisch kinderdagverblijf; 2 MBO; 599 VSO; 40
PO; 2548 VO; 1562
SO; 46
- 15 -
Aantal geregistreerde leerlingen; gemeente Grave; Totaal 2440
Medisch kinderdagverblijf; 0 MBO; 319
VSO; 21
PO; 1266
VO; 811
SO; 23
Aantal geregistreerde leerlingen; gemeente Landerd; Totaal 3074
Medisch kinderdagverblijf; 1 MBO; 407
VSO; 14
PO; 1659 VO; 978
SO; 15
- 16 -
Aantal geregistreerde leerlingen; gemeente Maasdonk; Totaal 2439
Medisch kinderdagverblijf; 0 MBO; 358
VSO; 12
PO; 1259
VO; 808
SO; 2
Aantal geregistreerde leerlingen; gemeente Mill en Sint Hubert; Totaal 2160
Medisch kinderdagverblijf; 1 MBO; 320
VSO; 11
PO; 1136
VO; 679
SO; 13
- 17 -
Aantal geregistreerde leerlingen; gemeente Oss; Totaal 14677
Medisch kinderdagverblijf; 6 MBO; 2137
VSO; 101
PO; 7676
VO; 4583
SO; 174
Aantal geregistreerde leerlingen; gemeente Sint Anthonius; Totaal 2523
Medisch kinderdagverblijf; 2 MBO; 385
VSO; 15
PO; 1307
VO; 797
SO; 17
- 18 -
Aantal geregistreerde leerlingen; gemeente Sint Oedenrode; Totaal 3484
Medisch kinderdagverblijf; 0 MBO; 511
VSO; 8
PO; 1880 VO; 1070
SO; 15
Aantal geregistreerde leerlingen; gemeente Uden; Totaal 7877
Medisch kinderdagverblijf; 3 MBO; 1076
VSO; 74
PO; 4275 VO; 2430
SO; 19
- 19 -
Aantal geregistreerde leerlingen; gemeente Veghel; Totaal 7440
Medisch kinderdagverblijf; 3 MBO; 1069
VSO; 128
PO; 3904
VO; 2319
SO; 17
- 20 -
2.2
Absoluut verzuim
Absoluut verzuim: er is niet aan de verplichting tot inschrijving voldaan, terwijl er geen vrijstelling van deze verplichting bestaat. De verplichting tot inschrijving is opgenomen in art. 2 en art.3 van de Lpw (leerplichtige) en art. 4a en 4b van de Lpw (kwalificatieplichtige). De ouders zijn verantwoordelijk voor aanmelding van hun leerplichtige kind bij een school.
Meldingen Absoluut Verzuim 2009-2010 60 50 50 40 30 20 10
6
5
5
1
0
1
11
9
8
7
4
1
l Ve
gh e
Ud en
nt -O Si
Si
M
nt A
nt
ed en
ho ni
ro de
s
s Os
aa sd
La nd
on k
Li th
er d
e Gr
av
Cu i jk
ee r xm
Be
Bo
Bo
rn he
ek e
ze
l
0
2.3
Relatief verzuim
Relatief verzuim: er is niet aan de verplichting voldaan om te zorgen voor geregeld schoolbezoek, terwijl er geen vrijstelling van deze verplichting bestaat. De verplichting tot geregeld schoolbezoek is opgenomen in de art. 2 en art. 4 van de Lpw (leerplichtige) en art. 4a en art. 4c (kwalificatieplichtige).
Meldingen Relatief Verzuim 2009-2010 450
406
400 350 300 250 200
157
150 84
100 50
110
89
82
35
15
26
45
24
18
39
15
M
- 21 -
gh el Ve
en Ud
nr od e ed e
is nt -O
nt
ss
Si
O
An th on Si
i ll
en
Si
M
nt
H
aa s
ub e
do n
rt
k
Li th
d
ve
de r La n
ra G
ijk Cu
xm
ee
r
el ek Bo
Bo
Be
rn h
ez e
0
2.4
Luxe verzuim (dit is een specifiek soort verzuim)
Luxe verzuim houdt in dat ouders/verzorgers zonder toestemming van de schooldirecteur met hun leerplichtige kinderen buiten de reguliere schoolvakanties op vakantie gaan. Hier wordt een strak beleid op gevoerd in de regio. Met name op de vrijdagen voor de schoolvakanties komt het regelmatig voor dat ouders hun kind thuis om hierdoor eerder op vakantie te kunnen gaan.
Meldingen Luxe Verzuim 2009-2010 25 20
23 18
15
12 10
9
10
8
7 4
5
2
2
0
2
1
0
2.5
l Ve gh e
Ud en
nr od e
O ss
nt -O ed e Si
ub er t
M ill
en
Si
nt H
aa sd on k M
Li th
d La nd er
G ra ve
jk Cu i
Bo xm ee r
Bo ek el
Bo ek el
Be rn he ze
0
Vrijstellingen
Ouders van leerplichtige kinderen zijn vrijgesteld van de inschrijvingsverplichting zolang:
De jongere op lichamelijke of psychische gronden niet geschikt is om onderwijs te volgen (art. 5, lid a en art. 7);
Zij tegen de richting van het onderwijs op alle binnen een redelijke afstand van de woning gelegen scholen/instellingen, overwegende bezwaren hebben (art. 5, lid b en art. 8);
De jongere als leerling van een instelling in het buitenland is ingeschreven en deze inrichting geregeld bezoekt (art. 5, lid c en art. 9).
Daarnaast zijn er gronden voor vrijstelling van geregeld schoolbezoek (art. 11) zoals:
Ziekte;
Bezoek aan een dokter of tandarts;
Het vervullen van plichten voortvloeiend uit godsdienst of levensovertuiging;
Andere gewichtige omstandigheden: jongere is verhinderd de school of onderwijsinstelling te bezoeken wegens familie-, sociale- en/of medische omstandigheden.
- 22 -
Aantal vrijstellingen per gemeente 90
85
80 70 60 50 40 30
25
20
14
14
14 10
9
10
13 7 3
1
3
4
5
Boekel
Mill en Sint Hubert
Lith
0 Oss
Uden
Veghel
Bernheze
Boxmeer
Cuijk
SintOedenrode
Landerd
Grave
Sint Anthonis
Maasdonk
Totaal aantal meldingen: 215
2.6
Zorgleerlingen
Scholen melden leerlingen omdat ze zich zorgen maken. Deze meldingen zijn preventief om te voorkomen dat de jongere de school voortijdig verlaat of uitvalt.
Veel voorkomende meldingen zijn:
Een zorgwekkende thuissituatie;
Het sociale gedrag van de leerling in en buiten school;
Grensoverschrijdend gedrag;
Een (waarschijnlijke) gedragsstoornis maar waarvan de diagnose nog niet gesteld is;
In aanraking zijn met politie of justitie;
Zorgwekkend ziekteverzuim.
Aantal zorgmeldingen per gemeente 140
120
118
100
80 63 57
60
40 21
16
20 6
10
12
12 6 1
4
5
4
Boekel
Mill en Sint Hubert
Lith
0 Oss
Uden
Veghel
Bernheze
Boxmeer
Cuijk
SintOedenrode
Landerd
totaal aantal meldingen 356
- 23 -
Grave
Sint Anthonis
Maasdonk
2.7
HALT-straf
Wanneer een leerling regelmatig te laat komt of spijbelt, kan deze doorgestuurd worden naar Bureau HALT. Tijdens een gesprek tussen de jongere en de Halt-medewerker wordt gekeken naar de achtergronden van het verzuimgedrag en worden er afspraken gemaakt over de uitvoering van de taakstraf. Deze straf wordt altijd uitgevoerd in de vrije tijd van de leerling. Wordt de taakstraf niet goed uitgevoerd, dan stuurt Bureau HALT de zaak terug naar de leerplichtambtenaar. Deze legt de zaak vervolgens voor aan de Casusbespreking risicojeugd, het zogenaamde CRJ overleg. Een HALT-afdoening wordt niet opgenomen in het justitiële documentatieregister.
In onderstaande grafiek ziet u een overzicht van de opgelegde HALT straffen per gemeente.
Aantal haltverwijzingen per gemeente 18
17
16 14 12 10 10 8
7
6
5
4
3
3
2 2
2
1
1
1 0
0
0
0 Oss
Uden
Veghel
Bernheze
Boxmeer
Cuijk
SintOedenrode
Landerd
Totaal aantal meldingen 51
- 24 -
Grave
Sint Anthonis
Maasdonk
Boekel
Mill en Sint Hubert
Lith
2.8
Casusbespreking risicojeugd
Indien de leerling blijft verzuimen, of als er sprake is van verzuim met achterliggende problematiek dan wordt dit in het CRJ-overleg besproken. Deelnemers in dit overleg zijn leerplicht, parketsecretaris van het Openbaar Ministerie, Bureau Jeugdzorg, Raad voor de Kinderbescherming, Halt, Jeugdpreventie Werk en de politie. Het CRJ zoekt naar een passende reactie op het schoolverzuim. In de meeste gevallen wordt besloten de leerplichtige te vervolgen. De Raad voor de Kinderbescherming doet in dergelijke gevallen een onderzoek en geven een strafadvies. De opgelegde straf is in vele gevallen een leer- of werkstraf en begeleiding van Jeugdreclassering gedurende een ½ jaar.
Meldingen CRI per gemeente 18 16 16 14 12 10 8 6 6
5 4
4
4
3
3
2
3 1 0
1
1
Boekel
Mill en Sint Hubert
0
0
0 Oss
Uden
Veghel
Bernheze
Boxmeer
Cuijk
SintOedenrode
Landerd
Grave
Sint Anthonis
Maasdonk
Lith
totaal aantal meldingen: 41
2.9
Proces-verbaal
In de Leerplichtwet zijn de verplichtingen vastgelegd van de jongere (vanaf 12 jaar), diens ouders en de directeur van de school/onderwijsinstelling. Bij een overtreding van de leerplichtwet kan de leerplichtambtenaar proces-verbaal (PV) opmaken. De betrokkenen worden in de gelegenheid gesteld een verklaring af te leggen. De leerplichtambtenaar neemt deze verklaring op in het proces-verbaal en stuurt dit naar de Parketsecretaris van het OM in ’s-Hertogenbosch.
- 25 -
Aantal processen verbaal per gemeente 25 23
20 17
17
15
9
10 7 5
5
5 3 1
1 0
0
Sint Anthonis
Maasdonk
0
0
Mill en Sint Hubert
Lith
0 Oss
Uden
Veghel
Bernheze
Boxmeer
Cuijk
SintOedenrode
Landerd
totaal aantal meldingen: 96
- 26 -
Grave
Boekel
3 CONCLUSIES EN AANBEVELINGEN In dit hoofdstuk worden de belangrijkste knelpunten maar ook de kansen benoemd van het afgelopen schooljaar en aanbevelingen gedaan voor het schooljaar 2010-2011.
3.1
Knelpunten schooljaar 2009-2010
Door een betere registratie in JVS en door het koppelen van JVS met de gegevens van DUO is het aantal VSV-ers dat “ontdekt” is toegenomen. De caseload en daarmee de werkdruk van met name de RMC-trajectbegeleiders is hierdoor enorm gestegen. Ook het aantal absoluut verzuimers is beter in beeld in gekomen;
Het digitaal melden van verzuim boven de wettelijke norm via het verzuimloket gebeurt steeds beter. Scholen zijn verplicht verzuim van meer dan 16 uur in 4 weken tijd of verzuim op 3 achtereenvolgende dagen via het digitaal loket te melden. De vraag is echter wat er met de vele meldingen via mails en telefoon moet gebeuren. Voor een adequate registratie heeft het de voorkeur dit ook allemaal via het digitaal verzuimloket te laten lopen;
In onze regio is geen voorziening voor eerste opvang van anderstaligen (voorheen ISK) waardoor wij afhankelijk zijn van de mogelijkheden in omringende steden, zoals Nijmegen, Den Bosch en Eindhoven. Het kost hierdoor veel moeite om leerlingen geplaatst te krijgen.
Ook de afwezigheid van de mogelijkheid tot het volgen van VWO voor autisten is een gemis;
De start van het RBL BNO is moeizaam verlopen. Hierdoor waren een aantal facilitaire zaken niet op orde. Tevens was voor een aantal leerplichtambtenaren het samenwerken met andere leerplichtambtenaren op één werklocatie nieuw.
Verandering regelingen HALT: de afgelopen 12 jaar was in de regio Brabant Noordoost de Procedure Aanpak Ongeoorloofd Schoolverzuim (PAOS) van kracht. Hierin waren heldere afspraken gemaakt tussen leerplicht en HALT over de doorverwijzing aan HALT n.a.v. schoolverzuim. Alle partijen waren tevreden over de aanpak volgens deze procedure. Helaas heeft HALT Nederland en het Openbaar Ministerie zonder overleg met de landelijke organisatie voor leerplichtambtenaren (Ingrado) een nieuwe regeling bedacht. Kritiek hierop vanuit o.a. het RBL BNO is niet meegenomen in de uiteindelijke afspraken.
3.2
Plannen voor schooljaar 2010-2011
Er zal gestart worden met intervisie bijeenkomsten, hierdoor kunnen de leerplichtambtenaren meer gebruik maken van elkaars kennis. Ook kunnen zo cases aan de orde worden gesteld die dan uniformer aangepakt kunnen worden;
- 27 -
Er zal een verzuimprotocol en verlofregeling aan de scholen in de regio worden aangeboden, waardoor de afspraken tussen scholen en leerplicht duidelijk zijn. De leerplichtwijzer zal n.a.v. deze afspraken aangepast worden;
Overleg met scholen zodat zij alleen nog melden via het digitaal verzuimloket van DUO. Met DUO moet overlegd worden hoe we de verzuimmeldingen via het digitaal loket door scholen kunnen verbeteren;
Het RBL BNO gaat nog meer samenwerken met ketenpartners zodat we van elkaars kennis en kunde gebruik kunnen maken.
Verdere verbetering van aansluiting leerplicht en RMC; zodat er bij de overgang van 18- naar 18+ geen informatie verloren gaat, waardoor een goede begeleiding van de jongere is gewaarborgd
Meer samenwerking met de inspectie van het onderwijs, de inspectie kan scholen aanspreken op hun gebrekkige verzuimbeleid. Signalen van de leerplichtambtenaar zijn hierbij een belangrijke indicatie voor de inspectie.
Leerplichtambtenaren worden gekoppeld aan scholen. De koppeling aan gemeenten wordt voor het VO en MBO losgelaten. Hierdoor komen er kortere lijnen tussen leerplicht en de scholen. Daardoor kunnen er makkelijker heldere afspraken gemaakt worden. Ook komt er beter zicht rond de omgang met verzuim per school en heeft de school één aanspreekpunt voor leerplichtzaken. Waarschijnlijk betekent dit voor het leerplichtjaarverslag van 2010-2011 dat hier een hoger aantal meldingen van relatief verzuim te zien zal zijn.
Er wordt onderzocht of spreekuren op scholen een meerwaarde kunnen hebben. Een spreekuur kan er toe dienen dat enerzijds vroegtijdig jongeren worden aangesproken op verzuimgedrag en de mogelijke achterliggende problematiek in kaart wordt gebracht. Hoe eerder de interventie, hoe beter het resultaat. Anderzijds biedt het de mogelijkheid om betere contacten op te bouwen met zorgcoördinatoren en teamleiders en vragen en problemen op het gebied van verzuim en verzuimmeldingen te bespreken en bespreekbaar te maken.
In de regio Maasland wordt een integraal jongerenloket opgezet, het RMC zal hier onderdeel van uitmaken.
Alle werkprocessen worden in het nieuwe schooljaar in beeld gebracht en vastgelegd
De ambtsinstructie voor de medewerkers van het RBL BNO zal aangepast worden
- 28 -
Bijlage 1
Checklist landelijke handhaving leerplicht voor gemeenten
1. Interne organisatie en beleid De gemeente heeft minimaal de beschikking over één leerplichtambtenaar die tevens buitengewoon opsporingsambtenaar is. Het opmaken van proces-verbaal in geval van overtreding van de leerplichtwet is een gemeentelijke taak en wordt niet aan de politie uitbesteed. Het gemeentelijk beleid is zowel gericht op het voorkómen van schoolverzuim (preventieve taak) als op het adequaat optreden tegen schoolverzuim (repressieve taak). Voorkomen wordt dat de aandacht eenzijdig gericht is op de zorgtaak dan wel de handhavingstaak van de leerplichtambtenaar. De gemeente beschikt over een voldoende aantal fte leerplichtambtenaren waarbij het uitgangspunt geldt dat de Ingrado-norm wordt gehanteerd. Iedere gemeente beschikt over een adequaat geautomatiseerd leerplichtregistratiesysteem. Onder adequaat wordt verstaan dat het systeem de mogelijkheid biedt om onderscheid te maken in de verschillende soorten verzuim. (geoorloofd/ongeoorloofd, licht/matig/hardnekkig, absoluut/relatief, luxe) De gemeente beschikt over voldoende administratieve ondersteuning t.b.v. de leerplichtadministratie waarbij geldt dat de Ingrado-norm wordt gehanteerd. Iedere leerplichtambtenaar is formeel beëdigd. De gemeente heeft een ambtsinstructie vastgesteld ten behoeve van de functie van leerplichtambtenaar. Aan de gemeenteraad wordt door B&W jaarlijks verslag gedaan van het gevoerde leerplichtbeleid.
2. Registratie en melding van verzuim De leerplichtambtenaar ziet erop toe dat scholen de in- en uitschrijvingen binnen zeven dagen melden en het ongeoorloofd schoolverzuim onverwijld melden. De leerplichtambtenaar ziet erop toe dat de scholen een betrouwbare verzuimregistratie hebben en controleert dit minimaal eens per jaar. De leerplichtambtenaar ziet erop toe dat de schooldirecteuren op rechtmatige gronden verlof verlenen (tot maximaal 10 dagen) en controleert dit minimaal eens per jaar. In het uiterste geval wordt proces-verbaal opgemaakt tegen het hoofd der school indien een school blijvend niet voldoet aan de verplichtingen die in het kader van de leerplichtwet aan de school worden gesteld ten aanzien van de kwaliteit van de verzuimregistratie en het melden van verzuim aan de leerplichtambtenaar.
3. Optreden tegen geconstateerd verzuim
- 29 -
Matig schoolverzuim wordt zoveel mogelijk gemeld aan het HALT-bureau en afgedaan door middel van de HALT-afdoening. Negatieve HALT-afdoeningen en alle gevallen van hardnekkig schoolverzuim worden gemeld in het CRJ. De zaken worden door de leerplichtambtenaar ingebracht door het invullen van een zgn. CRJmelding. Indien de beslissing is genomen om te dagvaarden, stuurt de leerplichtambtenaar binnen vier weken het proces-verbaal naar het OM toe. Bij verzuim dat ouders verweten kan worden kan proces-verbaal worden opgemaakt tegen de ouders.
- 30 -
Bijlage 2
Algemene begrippen
Geïndiceerde Jeugdzorg Bureau Jeugdzorg geeft informatie en advies én is de voordeur voor de geïndiceerde jeugdzorg voor kinderen en jongeren van 0 tot 18 jaar met ernstige opvoed- en opgroeiproblemen. BJZ voert zelf geen zorg uit.
Jeugdhulpverlening, licht pedagogische hulpverlening Bij jeugdhulpverlening denken wij in eerste instantie aan de vrij toegankelijke hulpverlening. Dit kan op school bij het schoolmaatschappelijk werk of buiten school om bij het jeugdpreventiewerk. Schoolmaatschappelijk werk en Jeugdpreventiewerk zijn beide onderdeel van het Algemeen Maatschappelijk werk. Jeugdpreventiewerk kan ook worden ingeschakeld als ouders of school, leerplichtambtenaar of politie vinden dat de jongere hulp nodig heeft, maar de jongere zelf geen probleem zegt te hebben.
Raad voor de Kinderbescherming Doet onderzoek op verzoek van o.a. Bureau Jeugdzorg en Justitie. Het onderzoek heeft twee doelen. Op de eerste plaats wordt er gekeken wat de oorzaken zijn van het verzuimgedrag en/of er problemen zijn waarbij hulp geboden zou moeten worden. Op de tweede plaats geeft de Raad voor de Kinderbescherming een strafadvies aan de Officier van Justitie. De bevindingen en het advies worden vastgelegd in een rapport en verstuurd naar de Officier van Justitie, de jongere en de ouders. Het advies is altijd bedoeld om de oorzaken van het schoolverzuim aan te pakken. De straf kan bestaan uit een werk- of leerstraf, al dan niet gecombineerd met begeleiding van de Jeugdreclassering. Als de straf niet goed wordt uitgevoerd of als er nog steeds wordt verzuimd, wordt er proces-verbaal opgemaakt en volgt een dagvaarding door de kantonrechter. De opgelegde straf van deze overtreding wordt opgenomen in het justitiële documentatieregister, zoals ook bij andere strafbare feiten gebeurt.
Regionale Meld- en Coördinatiefunctie voor voortijdig schoolverlaters (RMC) RMC is bedoeld voor alle voortijdig schoolverlaters tot 23 jaar. Voortijdige leerplichtige schoolverlaters van 16 tot 18 jaar zijn verplicht gehoor te geven aan een oproep van RMC. Met voortijdige schoolverlaters van 18 tot 23 jaar (niet-leerplichtige) wordt contact opgenomen om te kijken naar mogelijkheden om alsnog een startkwalificatie te behalen. Zij zijn vrij om hier al dan niet op in te gaan. Als voortijdig schoolverlater zijn er weinig kansen op de arbeidsmarkt. Wanneer de jongere een startkwalificatie heeft, kan er misschien wel werk gevonden worden via een
- 31 -
uitzendbureau maar is dit vaak tijdelijk werk dat geen uitzicht op verbetering biedt. RMC biedt de mogelijkheid uit te zoeken wat de wensen en kansen zijn op het gebied van scholing en werk. Dit kan door middel van bijvoorbeeld beroepskeuzeonderzoek, testen, werktrajecten, training van baanvaardigheden, het inschakelen van een van de jobhunters, enzovoorts. Er wordt gezocht naar wat het beste bij de jongere past. RMC zoekt contact en nodigt de jongere uit voor een gesprek. Tijdens dit gesprek wordt er bekeken wat de mogelijkheden voor de jongere zijn. Indien nodig vindt er een vervolggesprek en/of onderzoek of een beroepskeuzetest plaats om te bekijken hoe de kansen op de arbeidsmarkt verbeterd kunnen worden. De jongere krijgt hierover advies en wat er moet gebeuren om verder te gaan op gebied van scholing en/of werk. Is er daarnaast specifieke hulp nodig, dan zorgt RMC voor doorverwijzing.
Startkwalificatie Diploma HAVO, VWO óf tenminste niveau 2 van het middelbaar beroepsonderwijs.
Voortijdig schoolverlater (VSV) Onder een voortijdig schoolverlater wordt verstaan iedere jongere tot 23 jaar die zonder startkwalificatie het onderwijs verlaat of langer dan een maand zonder reden van school wegblijft.
- 32 -
Bijlage 3 Overzicht van gebruikte afkortingen en begrippen AMK
Advies en Meldpunt Kindermishandeling
BaO
Basisonderwijs
BBL
Beroeps Begeleidende Leerweg
BOA
Buitengewoon Opsporingsambtenaar
BOL
Beroeps Opleidende Leerweg
COO
Centrum voor Opvang en Onderwijs
CRJ
Casusbespreking Risico Jongeren
CVI
Commissie voor Indicatiestelling
CWI
Centrum voor Werk en Inkomen
GBA
Gemeentelijke Basis Administratie
GGD
Gemeentelijke Gezondheidsdienst
GGZ
Geestelijke Gezondheidszorg
HALT
Het Alternatief
HAVO
Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs
JGZ
Jeugd Gezondheidszorg
JVS
Jeugd Volg Systeem
Lpa
Leerplichtambtenaar
LPW
Leerplichtwet
LvC
Land van Cuijk
MBO
Middelbaar Beroeps Onderwijs
OM
Openbaar Ministerie
OSV
Opvang- en schakelvoorziening
OvJ
Officier van Justitie
PO
Primair Onderwijs
PCL
Permanente Commissie Leerlingenzorg
PV
Proces-verbaal
RBL BNO
Regionaal Bureau Leerplicht en voortijdig schoolverlaten Brabant Noord-Oost
RMC
Regionale Meld- en Coördinatiepunt
ROC
Regionaal Opleidingscentrum
SBaO
Speciaal Basis Onderwijs
VAVO
Voortgezet Algemeen Volwassenen Onderwijs
VMBO
Voorbereidend Middelbaar Beroeps Onderwijs
VO
Voortgezet Onderwijs
VSO
Voortgezet Speciaal Onderwijs
VSV
Voortijdig Schoolverlater
VWO
Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs
Wmo
Wet maatschappelijke ondersteuning
ZAT
Zorg Advies Team
- 33 -