ARR 2010
4635
BWK
tissage, metissage
I
ThiJS Follet (0513678)
Eindhoven / le Co dray, 2010
onder bcgiJ.l l•id u;g
ir. J.J.P.M.
\'a.Ji:
(Sjef) van Hoof
prof.ir . J. (Jan) Westra dr. ir. M. B. M. (Michiel) L'ehaene aan de facultei
:t!onwk:unde
' '!l11
de 1'echr1ische Universi tei t E-indhoven
Voor opa, voor oma, pour mami
I• TIUVHl
pU tJ
(alles vloeit) - Heraclitus (W ikipe dia )
" Nothing is the same. We cannot ever come back because it doesn't exist anymore. " (gez ien op Earth [ tentoo ns te lling ] , hoofdgebouw, 18/03/2010)
L'arbre va tornber / Les branches sali ssaient l es murs Rien ne doit res ter / Le mons i eur veut garer sa voiture Nous, on l'avait griffe /Juste pour mettre des ileches et des camrs Mais l'arbre va tomber /Le monde regarde ailleurs
L'arbre va tomber /Ca f era de la place au carrefour L'homme a decide/ Et l'holmle est l e plus fort, t ouj ours C'est pas compl ique / Ca va pas lui prendre l ongtemps Tout faire degringoler / L' arbre avec les oiseaux dedans
Y'avait pourtant tellement de gens qui s'y abritaient Et tellement qui s 'y abri t ent encore Toujours sur nous penche quand les averses tombaient Une vie d'arbre a coucher dehors
L'arbre va tomber / L'homne veut mesurer sa force Et l'horrme es t dec i de/ La lame est deja sur l 'ecorce
Y' av a it pourtant tellement de gens qui s 'y abri taient Et tellement qui s'y abritent encore Toujours sur nous penche quand les averses tombaient Une vie d'arbre a coucher dehors
L'arbre va tornber / On se le part age deja Y'a rien a regretter / C'etait juste
W'\
morceau de bo is
Un bout de foret / Avance trop pres des maisons Et pendant qu'on parlait / L'arbre est tombe pour de ban
Y'avait pourtant tellement de gens qui s'y abritaient Et toutes ces nuits d'hiver quand les averses tombai.ent T'as du en voir passer des cor teges de patunils, des orages, des meteores Et toutes ces nuits d'hiver quand l es averses tombaient Une vie d 'arbre a coucher dehors A perdre le nord A coucher dehors A couchcr dehors
-Francis Cabrel
Sarnenvattingen
Nederlandse samenvatting De sluipende privatisering van de r uimto kan het beste worden omschreven als een eetstoomis. Door voorldurend ruimte te onttrekken wordt de wereld steeds meer gesloten. 'Tissage, Metissage' is een voorstel voor een radicaal andere grondhouding jegens de ruimte. Een houding waarin niet all een ( ru i mte) genomen kan worden maar waarin ook (ruimte) gegeven wordt. Concreet wi l de opgave vanui t het milieu ruimte organiseren door leven toe te la ten. Daarbij wordt niet het gedemarqueerde punt, maar de gebeurtenis als organiserend principe genomen. Ruirnte krijgt vonn door toe te voegen. Ruimte krijgt vom door te doen.
Resume en Fran9ais La privatisation rampante
de
l 'espace ressemble le plus
a
une
trouble
alimentaire. En consorrrnant sans restriction l'espace, le rnonde se resserre de plus en pl us. Le projet 'Tissage, Metissage' propose un changement radical en ce qui conceme notre attitude envers l'espace. Cessons de prendre, de consrnror (1' espace) et rendons (lui) que1que chose. Concreternent le pro jet veut organiser L 'espace depuis le milieu, en acceptant la vie. Desonnais ce sera l'evenement qui organise l'espace et non plus le point marque. L'espace se fait en donnant, en ajoutant. L' espace se fait par l'action.
English abstract The creeping privatiza tion of space is best compared to an eating disorder. By
consuming more and more space, the world becomes more and more confined.
'Tissage, Metissage' is a concept offering a radical and revolutionary behaviour concenling space. A behaviour that is not only consuming (space), but giving (space) as well . This means the project wants to organise space from the ' rru l i eu' (which in French means both the middle and the environment) by letting l ife itself in. 'The marking point is no l onger considered as the organising principle, but the 'happening' is. Space gets its mean ing by giving. Space gets its meani ng by acting.
Inhoudsopgave
Samenvattingen
ix
Nederlandse samenva tting
ix
Resu'lle en · ran "Ii s
i .t
Engli h ab>; ra<;.
){
Inhoudsopgave
xi
Voorwoord
xv
Een boekje voor er bij (?) Prearnbule
xvi
xix
Herbes t em.110.n e,-i t cansf'orma i e Probl eemsteL.ing en ac 11ali :ei t Doelstelllngen
x b:
xx xx-ii
Werkwijze
xxiii
Handleiding bij het l ezen
xx.iv
Overzicht, het project in het klein Vertrekpunt
1 3
Premiere
essai
De hoedanigheid van pl ekken en ruimte; een ontologische verkenning van rnimtelij kheid
5
He L onlsaan van een di chotomi e l _g :.e
Ro .antisch intet ozzo
6 7
9
De emanci pati e van de pl ek/ van nrimt e :iaa r pl ekken
Het probJ eem van :e1, p
/ ni .teen pu t
10
l3
16
Chora
En weer
eT'J g
10
fa1 i mt<;-lp:..ekken gebeuren
19
Mantes - en- Yvelines
21
Un bout de Seine
23
Vers une attitude plus genereuse
25
Cinquieme liaison entre les rives
27
Le bo i s des Lancis
28
A l' cr.nbre de 1a
28
Colleg ~ al e
Le Br as de Limay
Gateaux de Limay Le se ·.ie r pe rdu
Chambres d ' h6tes
28
30 30 32
Lexicon, het project ontplooien Een encycl opedische benadering AbsGTI .i e en pY-es n ie
35 37 37
Anders zijn (anderen)
37
Act.or
38
Behec i' van ci.e ruimt.o
38
Bina i re oppc;s l Li es
38
Br icol.age
39
Cor.si ste"ti e
39
Constan .i e
39
Context en
c ons tr.]r.t~ e
39
Dj f'.'ernr.Lili re
40
IfJL
/i(;
-·rnct ent.l
40
Fenologi e
41
l"le"lbili tei t.
41
Ga ten
Grada
42 i
es Rn soor Len
42
Grand Pads
42
Haeccei
43
i L (d:t eia)
Iden itei t
4$
Impcessionisme
44
Integ r eren
44
11.et.i sage
44
Mi] L u
45
MuJ.Ui'unctionaliteit en meervoudig
1
>i
egebru Jk
45
On ologi e van heL worden
,,
Ov r - / onbepaaldhcid
45
PointilliSlJ'~
46
Prograrrmat.ische prime.at
46
Res Lr i
,~
,. ~>
e
46
Tacti0k en str ategie
47
Terro ir
47
Ti sser
47
T:·ru:isi'ormatie
47
i
Unbecotmli ig
48
Vex:i n
48
Vl 0eibare rui 1 t e
48 49
Zonering
4-9
Epiloog, een reflectief moment Reflectie op het onderzoek Begripf;do
i Lies
Rellec Lie op de sci·ipU e .'cc ~
bij ilC" t e ,;ay( s)
On .dekkingsreis coor de ll l ra tnlr
51 53 545454
55
Bronvermelding
63
Index
87
Voorwoord
Veer u ligt mijn afstudeerscriptie getiteld :
'Tissage,
Metissage'.
Deze
scriptie maakt onderdeel uit van het resultaat van mijn afs tude erproject aan de facultei t bouwkunde van de Technische Uni vers i tei t Eindhoven (TU/e) . Daarmee is dit afstudeerproject ook het sluits t uk van mijn studie aan de faculteit .
Na het behalen van mijn VWO-diploma aan het Zuide rzee College in 2000 was ik aanvankelijk een studie sociale geografie en planologie begonnen aan de Un i versiteit van Utrecht. In januari 2001 heb ik deze studie echter voorti jdi g gestaakt om in september van datzelfde jaar i n Eindhoven te beginnen.
ln september 2009 ben ik vervolgens begonnen aan de inleiding
tot het
afstudeerLraject i n het ateli er Her- Architectuur ender begeleiding van Sjef van Hoof.
[n
groepsverband hebben we onderzoek gedaan naar reeds bestaande
voorbeelden van archi tectonische transformaties. Zeven maanden ge1eden was het dan zover; het daadwerkelijke afs t uderen ken beginnen. Naar aanlei ding van het inleidende atelier met als thema herbestemmen en mijn persoonlij ke fascinaties veer ru i mtec '.jmeid muntte ik het begrip plekherbestenming als thema tisc he aanlei di ng om het afstudeerproject vorm te geven.
Tegelijkertij d koos afstudeeronderwerp.
ik
een stedelijk gebied
ten
westen
van
Paris als
Aanleiding was een markant gebouw op een in onbruik
geraakte brug. Naarmate ik de omgeving meer gi ng verkennen, de I i.teratuurstudi e vorderde en de opgavedefiniti e vorm kreeg, groeide het ondervierp .
Naast mijn interesse voor de (omgang met de)
rui.mtel ijkhe id heb ik ook
geprobecrd mijn gevoel voor de technische en sensorische eigenschappen van materia·1i Leit in het project te leggen. Daarnaast hebben e en reeks van andere fascinaties ( een groot aantal zal in dit boekj e worden t oegelicht) het project in meer of mi.ndere mate be invloed. Daarmee kent dit project, naast een onderzoek in het kader van een p r obleemstelling ,ook een heel persoonlijk resultaat .
Een boekje voor er bij (?) Deze scriptie staat n i e t op z ich zelf . Het is een belangrijk onderdeel van een groter project dat naast de ze geschreven tekst ook uit verschill ende modellen en tekeningen bestaat. Sommi ge daarvan worden specifiek of en passant in de scriptie behandeld. Anderen z ij n opgenomen als bijlagen aan het einde van dit boekwerk of worden gepresenteerd op posters. Het overgrote mer endeel van het materiaal, echter, kent een onzeker e en welli cht stof'fige toekomst - zo i s de reali tei t van het on twerpproces en is de irrmanen te r ijkdom van de ontwerpende handeling .
Ik heb getr acht zo veel mogelijk aandacht te besteden aan zoweJ het i.nhoudelijke als het opmaaktechnische aspect van de scriptie. Ik hoop dan oak dat u veel plezi er beleeft aan het doorl ezen van het resultaat.
ThiJ S Follet
Juli 2010
xv i
xvii
" You don't deviate fr om the maj o rity unles s t h ere i s a li ttle det ail that start s to s we ll and car ries you off " - De l e u ze and Guattar i ( Pos t struc tur a li st Geog raphi es , p . 1 77 )
xviii
Preambule
"Het leven is constantie en veranderingen" (ref), aldus Sigfried Giedeon . Maar is dat wel zo? Kunnen we niet stell en dat het leven, en daarrr.ee de ruimte (s inds Darwin), niet enkel uit veranderingen bestaat? Veranderingen die zich soms binnen een dusdanige tijdschaal voltrek:ken dat wij mensen ze moe ili jker ervaren? Me t andere woorden: is de eroderende kr acht van de tijd ui teindel ijk niet alles bepalend? Hoe dan ook, transformaties -ifl door de ruimte zij n de modus operand i van onze gel eefde omgeving.
Herbestemmen en transformatie Het herbes temnen van gebouwen is in de West- Europese situatie meer dan ooit een actueel thema. Nooi t eerder is er zo veel aandacht geweest voor het herbestemmen van gebouwen. Niet alloen staanjkomen er steeds meer gebouwen leeg/vrij (van i ndustri.eol. erfgoed tot wederopbouwarchitectuur), er bes t aat ook een almaar stijgende ruimtedruk . Hierdoor dient er zuini ger met de beschikbare ruimlc omgegaan te warden al s gevolg waarvan de ruimte i.ntensiever en/of meerduid ig gebruikt wordt. Bovend i en staan e r aanz i enlijke demografische veranderingen te gebeuren . Ook de op hand en zijnde bevolkingskri mp geeft mogel.ijkheden t ot een aangepaste inricht i ng van de ruimt e.
Evenwel lij kt het er op dat de huid ige bouwwereld zi ch nog niet bezig houdt met deze problematiek en nog steeds vast z it i n een verlopen vooruitgangsdenken dat er voornamel i j k op gericht is de korte termijnbehoeften te bevred i gen . D ustratief is
de door
bouwkundig
ingenieur Rudy Stroink
in het
NRC
xi x
Handel sbl ad van zaterdag 15/11/ 2009 geponeerde stelling dat de "Nederlandse bouw nog steeds in de greep (is] van het naoorlogse optimisme" waarna hij een men tali tei tsverandering in de bouw beplei t waarin ''we [ ] niet nog meer [moeten]
·n en
bouwen - we moeten transformeren." (St ro i nk, De stelling van
Rudy Stroink: Nederlandse bouw is nog steeds in de greep van het naoorlogse optimi.sme, 2009)
Ana1oog aan het herbestemnen van bouwwerken is het
herbeste~on
van pl ekken
ook altijd al aan de orde geweest. Doch de gebruikte rr.othoden en de gehanteerde motieven z ijn daarbij meestel veel minder explic iet geweest. Het l ijkt voor de hand l i ggend aan te nemen dat het meer vanzel fspr e kende karakter van de plekherbestemning daaraan ten grondslag ligt . Plekken worden irr.Ters per deflniti e herbestemd . In tegenstelling tot bouwwerken d ie of hergebruikt of gesloopt kunnen worden lijken plekken een intultieve logica te kennen die s l echts een optie rnogelijk maakt; hergebruik . En dus wordt het i n de regel gezien als een non- issue.
Probleemstelling en a c tuali teit Juist de aangenomen vanzelfsprekendheid van de automatische pl ekherbes tenming maakt de daad van hergebruikjherinrichting po t e ntieel destructief en de er aan overgel everde ru 'mte kwetsbaar. I n de praktijk komt dit vaak tot u iting. He t onderhavige karakter van de automatische plekherbestenming leidt tot hetgeen ik Her zal samenvatten als roimtelijke degradaties . Dit zijn ' ontwikkeJ.ingen ' van de niimt e waarbij aanwezige kwaliteiten verloren gaan .
Een roimtelijke degradati e die de afgelopen decennia heefl plaats genomen
is de voortdurende kolon isatie van de ru imte. Drij vende kracht achter di t proces is e en ongebreidelde pri vatisering van de ruimte . De ru imte ; ~ ~ke cons urnptie neemt plaats, dat wil zeggen onttrekt ruimte, in de context van he t heersende neoliberale wereldbeeld . Daarin worden ' dingen ' gezien als voorhanden bruikbar e zaken - klaar om te exploiteren. In een paradigma dat effici entie als hoogste doel kent, l oont het om dingen (ruimte , grondstoffen, arbeid) t e nemen zonder dat men er zich om bekommert ook te geven .
xx
Dit afsLudecrprojec t
zal
zich expliciet ri chten op de gevoeli gheden die
gepaard gaan met het (her-)bestenrnen van plekken. De problematiek van de
plekherbesterrroing zal aan de hand van een ruimtelijke thematiek eerst globaal en l okaal warden onderzocht, waarbij ook stelling zal worden genomen in hoe
xxi
om te gaan me
het herbesteITT!l€n van plekken . Daarnaast zullen er voor en op
specifieke plekken ontwerpen worden gemaakt.
r!aast de hierboven beschreven problemat·i r.k van ruimtelijke degradaties komen nog twee pe: 8rs aan bod in het project . De eerste zijn de reeds aangehaalde de~:ografische
ontw'.: kkr· '1gen . De Europese situati c van een almaar t oenemende
vers tecic 'jking en een naderendc bevo.l.kingsaf'name biedt mogelijkheden voor een ander
geo''" ' k
van de ruimte. Mijn inziens zijn het deze gebeurtenissen
waardoor grootschalige ' ontwjkkeli.ngen' niet meer gerechtvaardigd zij!'l . Om nieuwe probl emen in de nabije t oekoms t te vennijden is het zaak nu al rekenl ng te houden met een verande rende behoefte.
De tweede peiler wordt gevormd door de ecologische condi i es waarin de wereld verkeert. Ook de tanende soortenrijkdom, de opwanning van de aarde en de waterprobl ematiek orn maar een aantal kwesties t e noemen, nopen tot een andere omgang met onze ruimte.
Doelstellingen Laat mij voorop stelle n dat het project er ni et op gericht is existentiele vragen te stellen . Vragen als: "wat is de Genius Loci?" lijken (zeker in het korte tijdsbestek van het afst
ra
kansen aang r1Jp¢n
xx ii
maar ook bi jzonder onvruchtbaar. Wat- is- vragen hebben mij ns inziens in he t algemeen vooral een restrictief karak t er. Daarentegen is er j u i st beslot en een posi tieve houding aan t e nemen - een di e ook veel productiever l i.jkt waarin n iet gezocht wordt naar een s t ati s che enkelvoudige waarheid , maar naar dynami sche meer voudige mogel i j kheden. De vragen die in de l oop van het onderzoek zij n gestel d zi." n dan ook niet van de wat-·is formule , maar van de
hoe- kan of waar toe- kan forrnule - wat kan er met een bepaal de pl ek wanneer deze ... ?
Het ecrste doel van het projec t
i s het t ot i n de t a il u itwerken van een
ges i t ueerd bouwwerk. Daarb i j wordt in het bi j zonder aandach t besteed aan de l ocale condities van de ingreep. Dit eers t e doel heef t een i n hoofdzaak l ocaal karakter dat vanui t het ondel'Vlerp in wi sselwerking treedt met de opgave .
Het tweede doel
is de contextuel e
drievoud i ge probJ ematiek.
inbedding in de hierboven geschets t e
I n 'Tissage , Metissage' wordt onderzocht hoe de
ru imte kan worden georgani seerd opdat dez e niet s l echts word t genomen, maa r hoe er ook i ets aan terug gegeven kan worden .
Uite.indelijk is he t doel grot er dan een bouwwerk . Doel is het vieren van een open, verleidel ijke en meervoudige ru imtelijkheid die wordt gekerune r k t door een pretti.ge rel ax t e ambi.guHeit.
Werkwijze Het proj ect 'Ti ssage, Metissage' bestaat uit drie samenhangende componenten; een fil osofisch/theoretische ,
een s tedebouwkundi ge en een arch i t ee tonische
component. Deze componen t en hebben een wederker i ge be1nvl oedi.ng zodat er een verri jkj ng ontstaat. De componen t e n hebben dus geen duidelijke of eenduidige hierarch ie . Het is bi jvoorbeel d niet zo dat ze e l kaar procesmati.g opvolgen .
De scriptie ken t ontegenzeggelijk een bel angrijke s ubjecti eve d imcnsie. Het is mijn perspectief op de wereld waar i n wi j l even en mijn concepti e v an het ontwerpvak . Evenwel
kennen de onde rzochte probl emat i ek en de aangesneden
t hema ' s een algemener geldend karakter.
xx i ii
Handleiding bij het lezen
'' The trembling o f space d oes not so much reduce to poi nt s as open them up. " - Marcus Dael ( p.103)
Het corpus van deze scriptie bestaat uit twee delen; het overzicht (I) en het lexicon (11) . Daarna volgt nog een epiloog . De delen zijn op hun beurt weer
verder onderverdeeld in een aantal hoofdstukken en koppen . Die verdeling in delen, hoofdstukken en koppen moet uit drukkelijk niet gelezen worden als een chronologische of procesmatige verslaglegging van het project. Het eers te deel , het overzicht, kent een introducerend karakter. ! IIer in wordt eerst het onderwerp (de locati e) van het proj ect gepresenteerd. Vervolgens zal de probl emaLi ek nogmaals wor den besproken vanuit de context van het onderwerp om daarna de opgave te schetsen . Hierbij zu.Llen ook een aantal belangri jke thematische aspecten aan de orde komen . Uiteindelijk wordl het
daadwerke~ lj ke
ontwerp voorgesteld aan de hand van een aantal verschillende schalen. In het tweede decl van de scriptie, het lexicon , zal het project verder worden opengevouwen . Di t zal gebeu ren aan de hand van l osse l errma ' s die verschillende ingangen tot he t proj ect verschaffcn . De lerrrna's kennen bewust geen thematische of chronologische opbouw of enige andere s tructureri ng waarui t relatieve waarden zouden kunnen worden gedestilleerd . De opbouw kent een voor het project juist volstrekt wiJ.lekeuri ge volgorde : het
xx iv
a . ~abet .
Hoewel het lexicon een encyclopedisch karakter kent, heeft he t in de vers t e verte niet de pretentie u itputtend te zijn. Veeleer is het een rijke (maar onvoll edige) verzameling ingangen waarlangs de rneervoudigheid van het project kan worden geJ.ezen. Door de verscheidenheid van lezingen van het project leent het boekje zich bij u l l stek om doorheen te browsen. Net als het Open dat de ruimte i s, bestaat het project uit een myriade van vectoren. Sommige trekken aan , andere stoten ai'. De l ezer wordt dan ook aangemoedi.gd juist die delen tot zich te nernen die hem of haar in het bijzonder aanspreken.
He t l aa ts t e deel tensl otte, de epiloog, staat buiten de ontwerpopgave en bestaa t uit een reflectie op verschi llende delen van het project.
xxv
I Overzicht, Het project in het klein
"Our actions do not transform the world, they are part and parc el of the world's transforming its e l f ." - Tim Ingold (The Perception of the Environment, p.200)
2
Vertrekpunt
fn di t eerste deel van de scriptie zaJ_ het project nader gei:ntroduceerd worden. Vertrekpunt daarbij is de in het vorige deel aangehaalde drievoudige problematiek waaraan het project zijn context ontleent. De pr oblematiek is echter m2ar een beperkt deel van het project. Het ondeNJerp zelf is zeker. even bel angr.i j k. De situering van de ontwerpopgave is rneer dan een vehikel (casestudy) om een generieke problematiek te a rt iculer en. Juist met het thema plekherbestemming is de manier waarop omgegaan wordt met spec i.Aeke l ocale condities een belangr ijk aspect van de ontwerpopgave. Overigens ben ik van mening (en dit wordt hopclij k duide] jjk in dit project) dat elke on twerpopgave eerst en vooral een articulatie van de ruimtelij ke context wordt.
Voordat het concrete deel van het project aan de or de komt zal hi er. eerst nog een essayi_stische tekst vol gen waarin de conceptie van rnimtel ijkheid wordt
besproken vanuit een historisch/filosofisch perspectief.
is een verkenni ng van accentverschi
Deze
tekst
en die bestaan bij het denken van de
rnimtel i_jkheid. Na di t intermezzo zu] l en achtereenvolgens het onderwerp op versch H l ende schaaJ niveaus, de ontwerphouding en opgave en de daadwerke J-i jke ingreep warden behandeld.
3
Premiere essai
De hoedanigheid van plekken en ruimte; een ontologische verkenning van ruimtelijkheid
"It is something great and very difficult to grasp place for what it is." - Martin Heidegger, Aristoteles herhalend (Malpas, 2006, p. 69)
In het filosofisch denken is
ee
ruimtelijkheidl van de werel d om ons heen een
onderwerp dat een veelheid aan interpretaties hee f t opgeleverd. De moeilljkheid van het denken over ruimteli j kheid bracht Aristoteles er al toe te bemerken dat "de vraag wat plek is veel moeilijkheden oplevert" (Aristotel es, 1930, p. 52). Veel van de moeil ijkheden bij het overdenken van ruimtelijkheid zijn terug te voeren op oen wezen i.jk onderscheid dat gewoonlijk wordt gemaakt tussen de ru imtol ijke concepten 'p : ck• en 'ruimte • .
In di t essay wil ik de ontologie van ruimtelijkheid behandelen door verschill ende noties van ruimtelijkheid te verkennen. Op de vraag hoe ruimtel i.jkheid wordt beoefend, lijkt de geschiedenis van het ruimtelijk denken ons aan te tonen dat de begrippen 'plek' en
':u.'~te'
voortdurend om de eerste plaats hebben
moeten vechten. Het zal dan ook mijn betoog zijn, dat juist deze scheiding
1 Ter voorkoming dat ru imtelijkheid al s een ding wordt gelezen, is er voor gekozen het begrip consequent zonder li dwoo rd te gebruiken. Ik hoop
5
van "-'·; ~telij khe id i n terrnen als 'plek ' en 'ruimte ' hoogs t probl emati sch is. Het is dan ook om die reden dat ik hier bewust de term ruimtelijkheid gebruik, daar ik op die rnanier het moment van confrontatie tussen de twee sl eutelbegrippen 'ruimte ' en 'plek ' nog even uit wil s tellen.
Het ontstaan van een dichotomi e Deze verkenni ng van het rui.mtoli j k denken begint in de Renaissance. Niet zozeer omdat in die periode het den.ken over ruimtelijkheid pas een belangrijk filosofi.sch therna zou zijn geworden, maar omdat het de periode vorrnt waari n zich een duidel i j ke deling in het ruimtelijk denken ontwikkelt. Een del ing die zich in de daarop volgende tijdperken alleen maar zal uitdiepen . Hoewel ook bij de oude Grieken uiteenlopende not i es van ruimte lijkheid bestonden (vgl. Plato
&
Ari stotel es) kende ruimtel i jkhei d tot het e inde van de Middeleeuwen alti jd een ondeel bare mythologische dimens i e (vgl. Lemaire).
Vanaf het einde van de Middeleeuwen echter , heeft er een gestage objectiver i ng van de ruimte plaats . Lemaire heeft het treffend over de 'ontmythologisering ' van de ruimte ( Lemai r e ,
2007 , p.
63) . lllustratief voor de ruimtelijke
ontwikkel ing gedur ende de Renai ssance i s de ontwikkeling van het perspectief2 . Ook door het perspectief wordt in feite de wereld geobjectiveerd en het indi vidu gesubjecti veerd doordat het (perspec tief) ruimtelijkheid reduceert tot een constructi e waar het individu naar kan kijken . !let
is dan ook
niet verwonderlijk dat de Renaissance eveneens het tijdperk is waarin de landschapssch' :.cterkurst aan z ij n oprnars begint .
Wat gedurende de Renaissance inderdaad plaats heeft is het naar bui ten stappen van de mens; ruimtel i jkheid venvordt tot een meetbaar 'iets' dat je door middel van het perspectief of de topografische kaart kurt construeren en/ of representeren en waar je vervol gens dingen in kurt z etten. Gelijktijdig onttrekt de mens z i ch aan diezelfde ruimtelijkheid , waar hij vervolgens van een afstandje naar kan kijken. Als gevol g van deze ontwikkeling ontstaat er een onoverbrugbare kloof tussen de mens en de ' a1gemene rujmtelijkheid' . Deze opkomende verwij deri ng tussen het objec t en subject wordt ingevuld door het 2 Ook a ndere ontwikkelingen , zoa l s die van de cartografie kunnen in dit l ic ht gez ien worden.
6
idee dat de mens weU.swaar los komt te staan in de ruirnte - hij is vrij om te gaan en staan waar hij wil - maar evenwe1 nog altijd in diezelfde ruimte staat. Dit is dus geen zijn 'met' de ruimte maar een staan 'in' de ruimte op een manier waarin mens en ruimte een zekere distanlic behouden, zodat er een wezeniijke tegenstelling blijft bestaan tussen mens on ruimtelijkheid.
Me t het opkomen van de subject/object-tegenstelli ng en het gebruik van het begrip plek naast dat van ruimte is het schisma van ruimteli jkheid een l'ei \,. l!.' norz ijds wordt ruimte extensie; pure objectieve ruimte di e kan warden i ngevul d, anderzijds wordt ru 'ro'..e positie; all es wat is , staat in een plek in de geobjectiveerde ruirnte.
Prioritering van de leegte De tij dens de Renaissance ingezette ont"'IYthologisering van de ruimte zal in een aanz ien:J ijke stroomversnelling geraken tijdens de Verlichting. Het i s gedurende deze periode dat het zich emanciperende subj ect aJmaar meer afstand neemt van de ruimte en de Wereld, waarvan het zich nog maar net heeft l os geweekt. Was het tot dan toe zo, dat het individu ni et kon ontkomen
aan de
gr illen van de Wereld, voorname·; ijk door vorderinge n van de techniek is het individu steeds 'beter' in staat haar eigen wil aan de Wereld op te leggen.
Als we een ruimtelijke denker uit deze periode moeten noemen dan is dat zonder twijfel Descartes. Hij is de verpersoonli jking van het denkende individu dat zich vrij heeft gevochten uit de Wereld. Descartes is bij uitstek de denker die niet meer op zijn eigen zintui gen vertrouwt, maar slechts deductieve redenering gebruikt om tot zekerheden te komen.
Tilustratief voor Descartes' houd i.ng is zijn fameuze was-argument uit zijn tweede Meditation. Nadat hij in zijn eerste Medi tation (Descartes , 1647) al tot de conclusie was gekomen dat de dingen di e we om ons heen • zien ' geen specifieke dingen zi j n , maar louter bestaan 0 ; t een reeks represen t aties over t ui gingen, ideeen, conventies, zintu i gli jke prikkeJ.ingen, e t c . - gaat hij
over tot het over denken van een stukje was (substantie). Di t komt op hem over als een bepaald li chaam me t een bepaal.de kl eur, textuur, geur, etc. Wanneer hij intussen het stukje was bij een kaars houdt, verandert het voorkomen
7
dramatisch,
terwijl het nog steeds hetzelfde stukje was moet betreffen.
Hij komt daannee tot de conclusie dat zijn zintuigen hem bedrogen hebben en derhalve niet te vertrouwen zijn.
« Cependant je ne me saurais trop etonner quand je considere combien mon esprit a de faiblesse , et de pente qui le porte insensiblement dans l'erreur. Car encore que sans parler je cons idere tout cela en moi - meme, les paroles toutefois m'arretent, et je su i s presque trompe par les termes du langage ordinaire; car nous disons que nous voyons la meme cire, si on nous la presente, et non pas que nous jug eons que c' est la meme, de ce qu' e ll e a meme couleur et meme figure: d ' ou je voudrais presque conclure, que l' on connait la cire par la vision des yeux, et non par la seule inspection de l 'esprit, si par hasard je ne regardais d'une fenetre des homme s qui passent dans la rue, a la vue desquels je ne manqu e pas de dire que je vois des hommes, tout de meme que je dis que je vois de la cire; et cependant que vois- je de cette fenetre, sinon des chapeaux et des manteaux, qui peuvent couvrir des spectres ou des hommes feints qui ne se remuent que par ressorts ? Mais je juge que ce sont de vrais hommes, et ainsi je comprends, par la seule puissance de juger qui reside en mon esprit, ce que je croyais voir de mes yeux. » - Rene Descartes (Descartes, 1647) Zintuigl ijke waarnemingen
zijn derhalve
onbetrouwbaar en om
toch
tot
onbe twijfelbare argumenten te komen is dus alleen he t denken als methode bruikbaar. Cogito ergo sum. Door Descartes' rationah satie wordt de reeds geobjectiveerde ruimte verder gehomogeniseerd.
In
zi j n ruimtelijke denken onderscheidt Descartes de
begri.ppen l'espace (ruimte) en le lieu (plek) als respectievelijk het vol ume dat voorhanden is in een houder3 - en di t behoeft geen fysiek afgesloten object te zijn - en de posi t ie waar een dergelijke houder i n de homogene ru i r:itc staat.
De
homogene ruimte van Descartes i s dus een lege ruimte (leemte)
3 De ruimtel ijkheid die Descartes hier ontwikke lt, vindt in Heidegger weerklank wanneer hij het begrip Vorhanden uitwerkt. Voor het grijpen zijn, volgens Heid e gger, objecten die een in-Zijn hebben als een loutere in de ruimte aanwez ig zijn. Dit in tegenstelling tot dingen die een Da.sein hebben waar je mee in rela tie kunt komen.
8
waar een l ichaam in kan, met andere woorden de ruimte wordt een ruimte die 'te gebru i ken' i s. llot. beg rip plek is in deze ruimtelijkheid het deri vaat van een a pr io ri gegeven homogene ruimte.
Het rei:mltaat van Descartes' ruimteh j k denken is een zuivere u itgestrektheid waarin ruimte gereduceerd is tot extensie en posit.ie. De vragen die in een dergel ijke ruimte gesteld kunnen warden zijn positief/descriptief; hoe groat is een l ichaam en waar staat het? De ruimte van Descartes wordt dan oak bepaald door kwantificeerbare eigenschappen en het instrument par excellence om deze nieuwe ru imte lijkheid te begri j pen is het Cartes i aans cotlrdinatenstelsel. Het i s met dit instrument4 - een verdere fonnalise r ing van de Eucl i dische ruimte - dat tijdens de Verlichting de (doo r )meetbaarhe id van de Wereld enorm word t vergroot .
De nieuwe conceptie van de ruimte - ruimte als een 'lege' voorhanden zij nde ruimt e - die tijdens de Verlicht i ng ontstaat, is gelieerd aan een groeiend gevoel van maakbaarheid -
het idee dat de (Westerse ) mens de Wereld kan
onde:rwerpen aan haar eigen wensen . De Cartesiaanse rui mte in comb inatie met de gedachte van maakbaarheid heeft onder meer z ij n weerslag gehad in de kolonisatie van overzeese gebi eden, de exploitati.e van grondstoffen of de groo tscha, i ge heri.nrichting van het landschap (pol ders) .
Romantisch intermezzo De voortdurende ontmythologisering van ru imtelijkhe id die sinds de Renaissance hoort plaats gevonden is niet all een een objectievering en rational i satie van de ruimte volgens fysische spe] regel s , het is oak een proces dat gepaard gaat met de ui tdiepi ng van al "Jerlei bi.nai re opposi ties in de ruimte (en daarbui tcn ) , zoals die tussen s t ad en pl attel and of tussen cultuur en na t u r . Het is des te opmerkeli j k dat het hoofdzakelijk deze dualismes z ijn, die de Moderne mens gebruikt om zijn Wereld te organi seren.
4
Vanzelfsprekend hebben ook andere introducties als het kornpas, de sextant
de meter en de universele Greenv1i ch ti jd om rnaar een paar te noernen, hieraan bijgedragen.
9
Onder invloed van een almaar groeiende verstedelijking en de ongebroidelde industrialisat ie
van
West-Europa ontstaat er
tijdens de Rornantiek
mel ancholisch verlangen om weer terug te keren naar de Natuur
een
(en het
platteland). De Rornantische wardelaar , Jean-Jacques Rousseau voorop , gaat daarvoor op zoek naar mystieke/sublieme ruimten bui t en de stad waar hij bffi ten de hectiek van de Moderne maatschappij kan contempleren (vgl. Lemaire) .
Tijdens
de
Rornantiek
wordt
het
gereduceerde
lardschap
feitelijk
weer
gesublimeerd. Deze hennythologisering van ruimtelijkheid gaat gepaard met een relatieve herwaa·rdering var de notie var plek. Waar tijdens de Verlic hting de plek verworden was tot een loutere posi tie in de homogene ruimte en tevens afgeleid werd var die ruimte, vindt tijdens de Romantiek een omkering pl aats in die zin dat de bijzondere 'contempleerbare ' plek weer het pri.maat boven de ruimte krijgt. Het is in de mystieke of sublieme plek
jn het bijzijn van
een ru1ne, i n de omgeving van een reflexief meertje of bij het aanzicht van een overweldigend panorama - dat de Romanticus zijn/het leven wil overdenken.
De Romantische
golf moet ook begrepen worden
in
een
tijdperk waarin
Nationalistische krachten in Europa snel aan i.nvloed winnen. Het is een periode waarin de Moderne Europese staten vom krijgen, waamee ook in ruimtelijk opzicht de nadruk komt te liggen op (het trekken van) grenzen, (het cultiveren van) het e i gene, etc. De Romantische geest is daamee ontegenzeggelijk ook een pas op de plaa ts in de vaart der volkeren - een Euroscepsisme avant la lettre.
De eman cipat ie van de plek/ van ruimte naar plekken " Zijn is ergens zijn. ' ' -
Aristoteles
Een van de meest invloedrijke denkers var ruimte lijkhei d ui t de vorige eeuw i s zonder twijfel Martin Heidegger. Hoewel hij aanvankelijk op zoek was naar een argumenta tie om ruimte exp] i ciet aJ.s deri vaat van tijd te concipieren getuige ook de ti tel var zijn Magnum opus : Sein und Zeit -wordt hij algemeen gezien als een var de pioniers van een detlnitieve rehabili tatie var de notie var plek binnen het ruimte: ·.jk denken .
10
ll0ideggers dri jfveer om zijn f\ l osofie ook ruimtelijk te ontwikkelen is zijn zoektocht geweest naar het z i jn van de zijndenS . In Heideggers fenomenologisch paradigma staat alles al in de wereld. Dit In-der-Welt-sein is niet een louter los staan in een ru i!l•te (zoals dat zi ch sinds de Renaissance heeft ontwikkeld) maar een gerelateerd en verzamelend gebeuren. Het gebeuren dat zo in Hoidcggers denken ccn'., raal staat is bovendien geen anoniem gebeuren, maar altijd cen concreet en specifiek gebeuren. Deze gedachte van het concrete en specifieke is gebonden aan de no tie van fac tici tei t. Pac ti c i tei t is in zekere zin het tegengestelde van Descartes' r ationaliteitgedachte. Heideggers facticitei t houdt de gedachte in dat de Wereld wel degelijk bestaat ui t dingen die een bepaalde eenheid kennon en niet slech t s uit e en reeks representaties zoals Descartes di t s tclde.
Factici teit i s in die zin een zekere modus
waarin wij de wereld tegemoetkomen. Heidegger concipieert dingen en plekken derhalve als ondeel bare eenheden die niet gereduceerd kunnen worden tot versch i l lende losse representaties zonder he t we zenlijke karakter van hetgeen ze •cons ti tueren ' t e ver-zaken6 . Hoe deze factici tei t gezien nxiet worden, wordt duidelijk i n oPnerstaande citaten .
'' Coming into the le cture -room, I see the le cte rn ~ What do 'I' see? Brown surfaces, at right angles to one another? No, I see something else. A l argis h box, with another smaller one set upon it? No t at all. I see the le ctern at which I am to speak . You see the le ctern , from whic h you are to be addressed, and from which I have spoken t o you previously. In pure experience there is no 'founding' interconnection, as if I first of all see intersecting brown surfaces, which then reveal themselves to me as a box, then as a desk, then as an academic lecturing desk, a lee tern, so that I at ta ch lecternhood to the box like a label. All that is simply bad and misguided interpretat io n, divers io n from a pure seeing into the experience. " - Martin Heidegger (Malpas, 2006, p. 54)
5 Di t den ken van zijn waaraan ee n gerelateerd gebeuren in de Wereld ten grondslag ligt ziet He id egger in z i jn beg inperi ode als de weg naar de betekenis van waarheid. Hij han teert daartoe he t Gr ie kse begrip Aletheia; een notie waarin waarheid een onthull ende gebeu r tenis bet reft - een waar worden (in wezen voorkoroen / gebeurtenis van waarhe i d) .Ov erigens zal Heidegger l ater terug komen op zowel de notie van beteken is als die van waarheid (Ma lpas , 2006, pp. 223 -4 ). 6 Heidegge r maakt in d eze conte xt e e n conseque nt onderscheid tussen objec ten
(zaken) en dingen (vgl. Mal pas).
11
" What is th e r e in the r oom t he re at home i s th e table ( not 'a' table among many o t her tabl e s in o t her r ooms and o ther ho use s ) at whi c h on e s i ts in o rder t o write , h a ve a meal, se w, p lay . Eve ryone se es this righ t away, e.g. , duri ng a v i s it: it i s a writ ing table, a din ing t able, a s ewi ng t abl e -such i s the p rimary way in wh ich it i s b e ing encou nt e red in i tself. This characteristic o f 'in o rd er to do something' i s not merely impo sed on th e tabl e by rel ating and assimil a ti n g it Lo s omet h i n g els e whi ch it i s no t. [ .] That i s the tab le -as such it is t h ere in the tempo rality o f e v eryday n e s s .. . ' - Mar t i n Heid e gger ( Malpas, 2006 , p. 53)
Wa t in bovenstaande citaten ook naar voren komt, i s dat factici tei t altijd i n rel a t ie met het 'ik ' oper eert. Het betreft niet een tafel maar de t afel, de tafel waaraan i k schri j f, eet of naai7 . Het
i s duidel ijk dat binnen deze gr ondhouding die Hei degger voorstaat
ruimteJ i jk.heid van de Wer el d - en de plek in het bi jzonder - vanzelfsprekend een bel angri jke pl aats in het denken i nneemt. Toch begi nt ook Heidegger vanult de gedachte dat de pl ek een ruimt el ijke eenhei d vormt waar een di ng in kan zijn (plek als houder) . Het is een notie van plek die hi j ontwikkel t op Aristoteles' t opos en Descartes' lieu waarin respectievelij k een ding is voor zover het in een pl ek is en de pl ek een simpele pos itie van een di ng in de (globale) r ui mte bet reft. De gedachte van het zij n i n een pl ek l<;rijgt bij Hei degger vorm in het concept van he t In- Sein . Analoog aan de notie van facti.citei t is voor Heidegger het Ort (pl ek)8 een begrip dat vanuit de ver zamel ing een zekere focus, eenhei d en grens kent. Daarmee lijkt Heideggers conceptie van ruimtelijkheid f'undamentee] tmi tair van karakter . Het Ort van Hei degger waar di ngen i n zijn , i s ook waar di ngen Inder- Welt-sein . Dit i s dus een ander zij n dan In- Sei n. Het i s een zi jn waarin 7 De s peci6citeit die hie r t o t uiti ng komt , kr i j g t b i j Ooe l - in r e sona ntie op de pos t s tructura lis ten - e e n extra v erbi jzondering d i e vo rm kri jgt in de beg rippen
va n haecceiteit ( 'dithe i d ' ) en singulari te i t ( ' ongewoonheid' ) . 8 He idegger s t aa t er om be ke nd dat hi j een heel a r s enaal aan begrippen hanteerde om i n z i jn 6losofisc he gesc hrif ten s ubti e l e ve rs c hi llen te benoemen . Wat be treft z ij n ru i mtel i j k de nk e n wa s da t niet ande rs, ook hi e r gebruik te h i j een u i t gebreide termi no logie . Or t is dan oa k s lechts e en v an de v e l e be gr i ppen d i e h i j hanteerde. Cr i ti c i he kelen z i j n e t ymolog i sc he redev oeri ng , adept en bewonde re n het poet is che kara kt e r v an z i jn t aal .
12
de tot dan toe heersende enkelvoudige relatie tussen lichaam en ruimte wordt ontwricht zodat "de ruimte geen tegenover voor de mens is. {..} Er zijn niet de
mensen en bovendien ruimte [...)" (Heidegger, 1986, p. 15). Daarmee lijkt voor het eerst sinds het einde van de Middeleeuwen de subject/object-dichotomie te worden geslecht (vgl. Lemaire). Ruimte is niet meer enkel het lijdend voorwerp, maar maakt deol u it van een wez en1ij ke en ondeol bare relatie die niet berust op een simpele opposi tie. Deze relatie tussen lichaam en ruimteli.jkheid (en tussen subject en object) wordt verder uitgewerkt in Heideggers sleutelbegrip
Dasein. Het zij voldoende hier te stellen dat de manier waarop het Dasein van dingen plaats heeft, in het Ort is. Door het gebeuren van het ding in een plek ontstaat er ruimte. Het is dan ook niet verwonderlijk dat Hei degger uiteindelijk de alle i din g tussen de twee termen 'plek' en 'ruimte' in zeker zin omkeert, wanneer hij stelt dat: "Dientengevolge ontvangen de ruimten hun
wezen uit plaatsen [plekkenj en niet uit 'de' ruimte" (Heidegger, 1986, p. 13). Waarbij 'de' ru imte bij Heidegger hier een abstracte, geobjectiveerde en meetbare ruimte is - een lege Cartesiaanse ruimte.
Het probleem van het punt/niet een punt " Did it start with Bergson or before? Space was treated as the dead, the fixed, the undialectical, the immobile. Time, on the contrary was richness, fecundity, life, dialectic." - Michel Foucault (Doel, 1999, p. 9)
Als gevolg van de omancipatie van de plek gedurende de vorige eeuw lijkt de rui.mteti j ke dichotomie tussen
')1; ek'
en 'ruimte' a i Leen maar verscherpt.
Enerzijds heb je degonon die de p: rk voor de ruimte gingen ste i Len, anderzijds degenen die de ruimte voor de plek bloven stellen. We hebben al gezien dat ruimteli j k meer is dan een objectieve abstracte ruimte als pure extensie. In het volgende dee!
zal duidelijk worden dat de notie van plek evenzeer
problematisch is.
Het geste l de probleem van een ruimte" ijkheid in termen van plekken -
de
gedachte dat all.es in zijn eigen plek is-· is tweevoudig. In de eerste plaats is er de moe i.li j kheid van het eigene waarbij alles in zijn eigen plek is. Deze thematiek leidt al gauw tot het gebruik van concepten als identi tei t,
13
authenticitei t en het van de Romeinen gekaapte Genius Loci. Begrippen die i n de orthodoxe uitleg van Heideggers denken veeJ vuldig worden geproclameerd (vgl. Norber g-Schulz). Het is een ru i mtelijke concepti e met een duidelijke hang naar nostalgie die aanleiding
gee~
t ot st ilstand en daarmee een verlamnend
potenti eel heeft. Dcze dominante interpretatie van Heideggers ruimtel i jk denken breng t Doreen
N~ssey
er bij voo rbeeld toe de volgende kr itiek te uiten:
" There are a number o f distinct ways in which the not i on o f pla ce which is derived from Heidegger is problemati cal. One is the idea that places ha ve single essential identities. Another is the idea that the identity o f place - the sense of place - i s co nstru cted out o f an introverted, inwa rd -looking hi s tor y based on delving into the past f or interna li z ed or igins ( ] Another problem with the co nce ption o f place which derives fr om Heidegger is that it seems t o require the drawing of boundaries [. ] [Another aspect of] the Heideggerian approa ch , an d one which fr om the point of view o f the physical scie nces now looks out of date, is the strict dichotomizati on of time and space [ ] 9 '' - Doreen Massey (Malpas, 2006 , p. 18) In de tweede plaats , en dit is een veel aanz ienlijker argument van kritiek als het gaat om de notie van plek, is er de moe iJJ. jkheid van hetgeen Deel t reff'end pointillisme noemt. Di t i s een ruimtelijke ethiek waarbi j a] ! es in zijn (e igen) pl ek is. Deze houding, waarin het punt het primaire ruimte.Lijke
element is , is in belangrijke mate terug te voeren op Aristoteles' notie van topos (plek) zeals hij dat in zijn Physics (boek IV) behandelt (Aristotel es, 1930).
Het rnimt elijk den.ken van Ari stoteles da t hij in
Ph~ontwikkolt is er een
waarin hij antwoord probeert t e kr ijgen op de vraag: waafl (in)? Daartoe ko~t hi j vanuit de notie van beweging; een ding wordt verplaatst en komt derhalve ergens terecht. Waar? Aristoteles antwoord: in een topos (plek) . Of: op een punt.
9 Zender er over te willen uitwe i den , moe t ik hier opmerken dat i k het zeker niet in zijn gehee l eens bent met de stellingen di e Masse y hier poneert.
14
'' But when we come to a point we cannot make a distinction between it and it s place. Hence if the p l ace of a point is not different from the point, no more wi ll that of any of the others be differen t, and place wi ll not be something different from each of them. " - Aristote l es (Aristote l es, 1930, p. 53)
" There is no necessity [ J that a point shou l d h ave a place. " - Aristoteles (Aris toteles, 1930, p. 6 1 )
Vanuit de vraag 'waar?' richt Aristot eles' notie van topos zich dus op het 'in een plek zijn '. Hij stelt dat een lichaam i.n een plek is voor zover er een ander
~
' chaam is dat het lichaam omhult . Een Jichaam is derhalve
(in een plck) als en alleen als er een plek buiten het lichaam is dat het lichaam vol ledig omhult. Als 'iets ' niet omhult wordt door een lichaarn - en Aris toteles verwerpt de gedachte van leemte - is het derhal ve nergens. De plek is in Ari sto t e] es ' ruimte1 i jk denken ipso facto de onbeweeglijke houder
van een li chaam.
" Again, just as every bod r is in place , so , too, every place has a body in it. ' - Aristoteles (Ar i stote les, 1930, p. 53)
" ( ] the All is not anywhere. For what is somewhere is itself something, and th ere must be alongside it some other thing wherein it is and which contains it. But alongside the Al l or the Whol e there i;i nothing outs i de the All, and for this reason all things ar e in the heaven; for the heaven, we may say, i s the All. " -Aristotel es (Ar ist oteles , 1930, p. 61) Door de pri ori tering van het punt in het concept topos als ruimtelijk element , introduceert Aristotel es het primaat van het punt binnen het Europees ruimtelijk denken. De Westerse ruimtel i jkheid is er een van plekken of punten. Dit heeft e rtoe geleid da t het l osse el ement in de ruimte altijd het relationele geheel heeft gedomineerd. Het ruimteli jk denken heeft altijd een hang gekend dater op gericht was pun ten te identificeren - dit is Eindhoven , daar ligt ... , etc.
15
Ook He ideggers
de nken
over
de
ruimte
lijkt
aanvankelijk
fundarnenteel
pointilli stisch. En zo wordt deze dan ook vaak gei:nterpreteerd . Het Ort wordt door Heidegger uitgelegd door middol van grens, eenhej d en focus. Maar de ondeel bare plek van Heidegger maakt gebruik van een heel andere grens dan di e Massey bekr itiseerd. He t i s een grens waarlangs iets zi ch ontvouwt als hetgeen het is, i n plaat s van een grens waarl angs i ets eindigt: "a concept of' boundary
as origin rather than as termination ." (Malpas, 2006, p . 29)
" E e n ruimte is iets wat i s in geru imd, vr iJ gegeven : namelijk binne n een gren s . In h et grieks rr~~~~ ( peras). De gren s is niet datgen e waarbij i ets ophoudt , maar de grens i s z oals de Grieken het zagen, datge n e van waa raf ie ts zi jn wezen begint . Daarom is het beg rip: ~~~~µ ~~ (o rismos ), d . w. z .: grens. Ruimte is weze nlijk het ingeruimde, in zijn g renzen ingelatene . Het ingeruimde wordt dikwi jls toeges taan en z o ingevoegd, d . w. z . v erzameld d oo r een plaats, d.w.z. d oor een ding v an d e aa rd van de br ug . " ( Heid egge r, 1986 , p . 13) Het probleem van de no tie van plek is dus tweevoudig; alles in zijn eigen plek (onveranderlijke eigenheid) en alles in een plek (ongerelateerde eiland ) . Foucaults opmerki ng dat ruimte statisch en tij d dynamisch zou zijn, moet dan ook gelezen worden i n het licht van di.t tweevoudige probleem dat het gevol g is van een ruimtelij ke notie i n termen van plekken.
Chara Aristoteles ' concept.ie van ruimtelijkheid die ten grondslag ligt aan het primaat van het punt, kan begrepen worden als een direct corrmentaar op de ruimtc' ; ::ke notie van zij n leermeester, Plato. Deze laatste ontwi.kkelt in zijn diaJ.oog Timaeus het begrip Chara als ruimtel tjk drager van zi j n denken . In Timaeus wordt Chara beschreven als een soort van mediator tussen het ideale ( intel ligibel) en het imperfec te (z innige) l O. In di e rol is Chara dus cruci aal
10
Chora ken t vee l bete keni ssen/ ass ociatie s en neemt dee l aan "the very f'ounds t i ons o f the concept of s patiality and placing : it signifies, at it s most literal level, no ti ons of ' place,' ' l ocation,' 'site,' 'region,' 'locale,' ' co untry ': but it also contains an irreducible conne ction with the fun cti on of f emini nity, being associated with a series o f gender- r e lated terms -'mo ther,' ' nurs e ,' 'recepta c le' and 'imprin t -beare r '" - Eli zabeth Grosz (Doel, 1999, pp. 84 - 5)
16
voor Plato's dualistische wereldbeeld en diens theorie van de Vormen. (vgl. Doel, p. 85) Het is immers door het bestaan van Chara dat ideale/ideele vormen van 'de andere kant' in de wereld kunnen materialiseren. Met andere woorden door middel van Chara kunnen dingen werkel ijkheid warden en aldus fungeert
Chara als een soort van doorgeefluik.
Het
is deze
specifieke
notie
van
Chara die door Aristoteles
explici.et
bekritiseerd wordt in zijn Physics (Aristoteles, 1930, p. 54). Hierin stelt hi.j Pl ato's no tie van Chara voor als zui vere extensie -- een ruimteJ.'.:meid
waarin materie en ruimte een zijn. Deze kritiek zal vele eeuwen later door Heidegger warden herhaald wanneer deze stelt dat: "Platonic philosophy [...}
prepared the transfiguration of place (topos) and of chora, the essence of which we have barely grasped, into 'space' as defined by extension." (Malpas, 2006, p. 71) Daamiee lijkt Hei degger Plato's notie van ruimteli j kheid als de geestesvader van Descartes' denken over ruimtelijkheid (en indirect van de Moderne ruimtel ijkheid tout court) te houden. Een ruimtelijkheid die wordt gekenmerkt als een homogeen gegeven waarin verschi l J ende plekken be ze l kunnen warden (posi ties). Deze gedachte wordt ook door MaLpas overgenomen, wanneer deze stelt dat:
"The space or place that is the Chara is indeed a space of pure, featureless extension. For this reason, the Platonic account of space or place in the Timaeus can be seen as an ancestor to modern conception s of space in a way that the Aristotelian notion cannot. " - Jef f Malpas (Malpas, 2006, p. 71)
Mijn eigen interpretatie is op di.t punt in tegenspraak met die van Heidegger en Malpas. In tegenstell i.ng tot hun be ider lezingen zie i k juist een duidel ;j ke J.ijn in achtereenvolgens de noties van Aristoteles, Descartes en Heidegger waarin het pri fl'fl.at van het integrale punt (respec tievelij k in de rei:ncarnati es van de begrippen topos, lieu en Ort) hoogtij viert. Bij al deze denkers wordt ruirnt el <jkheid in meer of mindere mate ( ook) begrepen als houder. Di t in tegens t olli ng tot de noti. e s van Pl ato en Doel waarin juist het gebrek aan een
17
punt/plek/centrum/cijfer of welk totali tair element dan ook ruimtelijkheid bepaald. Hoewel Chara (ook) de mogelijksvoorwaarde li j kt te zij n voor Platonisme en daarmee voor een fundamenteel dualistisch wereldbeeld (een wereldbeeld dat ik met nad ruk af\vijs), kent het begrip een andere essent iele eigenschap waardoor het nadrukkelijk wel verschilt van Descartes' ruimteli jk denken (en dus ook van dat van Aristoteles en Heidegger). Dat verschi1 bestaat niet alleen in ruimtelijke zin maar ook in ternporele zin. Chara is noch een lege houder noch l outer uitgestrektheid, als milieu (het midden) waarin dingen werkelijkheid worden is Chara een ontvangerJ.] (een 'mogelijkmaker') . Om die reden 'is' Chara een worden en niet een zijn. Chara kan alles aanremen en is bijgevolg niets (als niets er plaats heeft) . Het behoort noch tot het een noch tot het ander -
en is zowel het een als het ander (X). Als zodanig is Chara precies
datgene wat ruimte volgens mij i s; het Open waar zich mogelij kheden voordoen. Het i s noch een substantie (als in lucht of iets dergeJi j ks) noch het gebrek daar aan (als in een !ecmte). "Chara participates without belonging, and as such its (im)propriety is twofold: that it possess nothing of its own (anessence), and that it be formless (amorphon)." (Doel, 1999, p. 86) Chara
is dus de 'essentiele' relatie die niet tot de relata toebehoort, maar waartoe de relata behoren --· een moment zijn. Chara is een onophoudelijk anders-worden. Zeals ik Chara denk, is het niet een mediator tussen twee 'denkbeeldige' werelden, maar de 'accorrmodator' van het Open. Het Open is rui.mtelijkheid. Chara veronderstelt ve rander ing en beweging. Chara is de structuur die consistentie mogelijk maakt, zonder dat een bijzondere essentie als authentische waarheid, moet le iden tot constantie.
En weer terug Nu we gezien hebben dat beide noti es -
ruimteli j kheid als specineke,
gedemarqueer de pl ekken en ruimtelijkheid als uni versele, homogene ruimte -
11 Maar Chors i s niet een noodzakelijke ontvanger, zij hoeft niet voor zichzelf te ontvangen. Derrida verwoordt dit door te stellen dat "she must not re ceive, merely let herself be lent the properti es (of that) which she receives'' (Doel, 1999, p. 86)
18
problematisch zijn is het duidel i j k dat niet de prioritering van de ene tenm boven de andere mcei lijkheden met zich mee brengt, maar dat het ju i st de ruimtelijke dichotomie zelf is, die tot mceilijkheden leidt. In navolging van Doe1J2
(Doel, 1999, p. 9) zou ik in die z i n de begrippen nader tot elkaar
wi llen brengen en wi l J en spreken van ruj mteplek om daanmee de problematische dichotomie van ruimtelijkheid op te schorten. Het Open dat ruimtel i j kheid is, is ruimteplekken.
Terugkerend op Massey's kritiek dat
de
tweedeJing
van
tijd
en
ruimte
achterhaald zou zijn, wil ik hier kornen tot de ste1ling dat ook het onderscheid tussen 'plek' en 'ruirnte' (a1s twee verschillende mcdi van ruimtel ijkheid) niet a·: cen problemati.sch is, rr.aar bovendien va1s. Ruimtelijkheid is a1tijd relationeel, ui tspreidend en dynarnisch. Ruimtelijkheid is aJ. t i.jd zowf,] hier a1s daar, maar behoort tegelijkertijd noch tot hier noch tot daar. Het Open bestaat noch uit een objectieve homogene ruimte, noch uit een opte1l ing van afgebakende en bepaalde plekken die vooraf gegeven zijn. Er is geen lege karakterloze ruimte die je met dingen in kunt vullen en er zijn ook geen definitief gesloten plekken die een vaststaand karakter hebben.
Ruimteplekken gebeuren "Er zijn alleen gebeurtenissen die je treffen of niet." - Marcus Doel (Doel, 1999, p. 2)
Tot nu toe heb ik, aan de hand van een historische ontwi kkeling, voorname i i jk de verschillen in de ruimtelijke noties belicht, waarbij de cruc i a1e tegenstelling in de meeste noties kan worden teruggebracht tot de priori tering van of\olel 'plek' of\vel 'ruimte' boven de andere tenm. Nu we deze kwestie (tijde1.ijk) hebben opgeschort door de stel l ·ing dat beide tenmen an sich probcoceatisch zijn, en we daaraan verbonden het samengevoegde begrip ruimteplekken hcbben
12 Hoewel Dael het begrip ruimteplek introduceert lijkt hij hier verder niet op terug te komen. De rest van zijn betoog zal voornarnelijk gaan om de notie van tussen(ruimte) en het spatieren: "Hereinafter, there are only events of spacing." (Dael, 1999, p. 10)
19
gei:ntroduceerd,
is het moment aangebroken de wezenlijke gesteldheid van
ruimte1 ijkheid te verkefll1en.
Wat in bovenstaande tekst ook duideli jk is geworden (naast de valse ruimtelijke dichotornie), is dat ruimtelijkheid als stat i sch gegeven problematisch is. Zowel een objecti eve, homogene ruimte waarin je posi ties kunt bezetten als een ruimtelijkheid bestaande uit gedemarqueerde en bepaalde plekken waar in iets is, doet evenwel een statische ruimtel l j kheid verrnoeden (in eerste instantie tenminste). Echter, volgens mij is ruimtelijkheid alles behalve statisch. Het kent een gesteldheid die in essentie dynamisch van karakter is. Ruimteplekken zijn gebeurtenissen.
Het verzamelende gebeuren van Heidegger's Ort is precies een dergel l jke gebeurtenis. Dit komt voor in de Ereignis en is hecht verbonden aan de notie van Dasein. In de onderhavige tekst is het vol doende aan te stippen hoe ruimt eJ i j kheid in de gebeurtenis altijd al een temporele dirnensie kent.
Ereignis is evenwel n iet een gebeuren i n de tijd, ne t zo goed als 'een plek' niet in de ruimtc is (vgl . Doel).
" The 'temp oral' c h aracter of this happening refers us, not to something that occurs in time, but rather to the constant l y unfolding character of the differentiation in unity and unity in differentiation that is characteristic of the or iginal gathering of the f ourfo ld. " - Jeff Malpas (Malpas , 2006, p. 242)
Heideggers
Ereignis
is
een
bij zonder
complex
en
meervoudig
concept.
Samenvattend komt het er op neer dat het 'in' de Ereignis 'van de plek' is, dat zowel ruimt e als tijd zich (on(t))vouwen. De Ereignis kent volgens Malpas Heidegger volgend - derhalve drie distinctieve betekenissen: "het idee van de
gebeurtenis", "van het verzamelen/eigenen" en "van het onthullen/openbaren". En Mal. pas vervolgt:
"Th rough a ll o f these three elements there is a persistent
20
Mantes-en-Yvelines
Het onderwerp van het project is het stroomgebied van de Seine binnen het stedei ijk gebied van de agglomeratie van Mantes. Di t meerkernige stedc . ':'k veld met ongeveer 100 .000 i nwoners llgt 40 kilometer ten wesLen van de Parijse gemeentegrens. Het 'centrum' bestaat uit de kernen van Mantes-la -Jolie (±42.000 inwoners) en Mantes- l a Vill e ( ±19.000 inwoners) op de zuidzijde en Limay (±16. 000 inwoners) op de noordzi j de. In het midden liggen twee langgerekte eiJ.anden: l'ile l'Awn6ne en J. 'ile de Li may. Beide oevers van de Seine worden aJ. sinds de 12e eeuw door een vaste oeververbindi ng verbonden waardoor de
M&.gnanv i l 1 e
115000
Mt?ri court
105000
Rolle boise
95000
Dror. o urt
• Mou ss eaux- su r-Sei ne
85000
• Fo ll a i nvi 1 le - Dennerno nt
75000 65000
• Guerville -
• Bu che l ay
• Porcheville
55000
I Ros ny-sur-Se ine
45000
• Li may
35000
•Mantes-la- \T i lle I Mante s - la - .Joli e
25000 1968 1975 1982 1990 1999 2006 2030
21
stad Iv'iantes al vroeg een be1angrijk hande1scentnJIJ1 wordt. Vanaf de 20e eeuw ontwikke1t de stad zich voorname1i jk als industriee1 centnJIJl.
Nadat een groat bombardement aan het einde van de Tweede Were1door1og het overgrote deel van het hi s t ori sche centrum wegvaagt, ondergaat de stad in de jaren '60 een volgende transfonnatie wanneer een grate door hoogbouw gedomineerde uitbreiding wordt ontwikke1d: le Va1 Fourre . Vandaag de dag is Mantes eerst en vooral een satelli etstad van Paris waar de forenzenpopulatie dago Ii jks heen pendelt over de Autoroute A1 ;s of midde1s een hoogfrequente tre indienst.
De regi o ltiantes kent twee gezichten; het stede1ijk weefse1 is de u iterste grens van de Parijse agglomeratie en is de vooruitgeschoven post van het sterk verstede1ijkt en gerndustrialiseerd Sei nedal. De p1ateaus aan weersz ijden warden gekenmerkt door een menge1ing van landbouwgronden en bossen , doordesemd door dalen van zijrivieren . Ten zuiden van de agg1omeratie l igt de Mantois, ten noorden de Vexi.n Fran
De Vexin en de Mantois zijn met hun
glooiende omgeving fietsland bij uitstek en oak een flink aantal GR's (Grande Randonnee , gemarkeerde wando1paden over honderden k i1ometers ) doorkruisen het torritorium.
22
Un bout de Seine
" n liilliilliilµliilliilliilliil
@µ000000000, 0n00000.
0iiilliilliilliil
On those step,ping into rivers the same, waters flow. ' - Heraclitus (wiki)
other and other
!le t voornaams te ruimteli j ke element van he t zoekkader is zonder twijfel de Seine. Deze 776 kilometer lange waterloop i s niet alleen een be langrijke ader voor de gehel e r egio Paris, zij is in zeke re z in allesbepalend voor de locale condi ties . Van de geomorfologische s t ruc tuur tot aan de sociale en economische netwerken worden i_n sterke mate bei:nvl oed door de loop van het water. Of het nu het stichtingsmoment van de nederzettingen Limay en Mantes aan het wate r is, he t ui tslijten van zonrl j ke dal hel lingen, de noodzaak tot het bouwen van vaste oeververbindingen, de specifieke Jluviatiele economie die er heeft kunnen Ooreren, het afzetten van vruchtbaar sediment waarop gewassen gedi j en, on tel bare ru i mtescheppende overstrorningen, (of) e en ri j k en gevarieerde biotoop, alles is in beginsel terug te brengen t o t de Se ine .
De twee centraal gelegen ei Landen vo:nnen een uniek ruimt el i j k ensemble, geschapen door de Seine. Ms twee groene longen liggen ze midden in het verstedelijkt veJ.d . Het noordeJ.L jke eiland bes taa t ui t een vogel reservaa t (Nat u ra2000 ) en een terrein voor ope
uchteven~~en ten.
Dit ei l and i s al.Leen
indirect te bereiken. Het zuideH j ke e iland ligt pal tussen de twee centra van Mantes en 1.-imay in . Dit, e iland herbergt een stadspark, een aantal tenni s veJ den en een open-Iuc h heater met de Coliegiale als decor,
maar wordt ve rder
23
voorname] ijk gedomineerd door een lappendeken van volkstuintj es, bosschages en kleinschalige weil anden . Een enkel pad lei dt vanaf' de doorgaande brug tot aan de kop van het eiland.
24
Vers une attitude plus genereuse
" True build ing produces th ings that a l low the Wo rld, and the th ings that make up the World to come forth in their abundance and multiplicity - true build ing produces, as it also works in relati on to, 'things' ; true building makes for, as it also arises in, places. " -Jeff Mal.pas (p . 271)
" De stervelingen wonen voor z ov er ze de aarde redden [ J, redden betekent eigenlijk : iets in zijn wezen vrijla ten . " -Martin Heidegger (p .10 )
Terugkomend op de probl.ematiek van de ruimtelijke degradaties zal hier een ontwerphouding worden voorgesteld die weerstand biedt tegen de consumptie van de ruimte . Eon ontwerphouding, bovendien, die uit gaat van het transformatieve karakter van de vloeibare ruimtelijkheid. De ruimtelijke vraatzucht kan het beste worden getypeerd als wat Doel passend 'unbecoming' noemt. Unbecoming heeft mijn inziens een tweeledige betekenis. Ten eerste geeft het aan dat he t proces onwordend i s, dat wil zeggen dat het proces het transformati eve karakter van de ru imte veronachtzamen . Ten tweede maakt het duidelijk dat het proces ongepast en onbehoor) ijk is. Hiermee doel ik op uitsluitende en ontlrekkende karakter van de r ,1;:::telijke vraatzucht . 'Ti ssage, Metissage ' wil het surplus dat ontstaat door de complexiteit en meervoudigneid van de ruimtel ijkheid ontginnen zonder t ot uitputting t e
25
exploiteren. Daarnaast wil het project prograrmna aanbrengen dat iets toevoegt in plaats van slechts iets consumeert --· dat ruimte schept in plaats van ruimte neemt.
26
Cinquieme liaison entre les rives
" You don't deviate from the majority unless ther e is a. little detail that starts to swell and carries you off " -Deleuz e and Guattari (Poststru c tu ralist Geographies, p.
1 77) Om de ruim e .' jke kwaJ i t e i ten van de Seine te ontsluiten wordt een vijfde
oeververbinding voorgeslel d voor fietsers en wandelaars. De route overbrug t de Seine en verbindt op deze wijze ook de natuurgebieden van de Vexin en de Mantois. Door de verbinding over l ' i l e de Limay t e geleiden wordt en passant het stedel ij ke weefsel grotendeels gemeden.
Op een grotere schaal
wordt
voorzien in de uitrol van een PR-netwerk naast dat van de GR's. Deze tochten van 1
a
2 dagen kunnen Mantes als startpunt hebben en over het territo rium
uitwaaieren .
De route vormt fei t el ijk een parcl snoer waaraan een aantal momenten ontstaan waarop de rivier in de breedste ruimtelijke z in wordt kortgesloten met het stedeHj k weefsel . In plaats van dat s tad en ri vier van elkaar worden afgezonderd, wordt juist voorgesteld de ruimt e van de Seine meervoudig toegankc
i~k
te
ma.ken. Door bovendien programna aan de fluviatiele ruimtelijkheid te injcc t cren wordt het gebrui k hier van ge'1'ntensiveerd. Daarnaast zorgen het
toegankc_c~ ;;:
ma.ke n van de irrmanentc kwa 'teiten van de Seine en het toevoegen van programna door deze te weven er voor dat natuur en cultuur (en stad en platteland) uit hun opposi ti onele s t ellingen getrokken.
27
Le b o i s des Lancis L' i le de Limay is bijna 3 kilometer lang, maar s l echts 150 tot 250 meter breed. Herrcl sbreed zijn het centrum van Mantes en de uitvalswegen dichtbij. Maar de enige ontsl iLing is een onverhard en pokdalig pad. De nabijhei d van de snelle wereld en de re1atieve afstand maken het uitermate geschikt al s toevluchtsoord . Bijna op de kop (de extremiteit gezien vanaf de ontsl u i tingsroute) bev indt zich een netjes ui tgelijnd bosschage. Er wordt voorgesteld om hier een kunstenaarskol onie te sti.mul eren. De Vexin kent een l ange gesch i odenis van kunstenaars . In het bi j zonder de impressionisten werkten veelvuldig en plein air in de streek en vereeuwigden zo grote del en van de Vexin.
De nieuwe brug voor een ongemotori seerde oversteek, ge eft het gebied hier een extra ontsluiting. Op het moment dat de bezoeker het eiland bereikt komt hi j terecht in een mini atuur vrijstaat . De tijdelijke en (mobiele) stopcontacten voor de kunstenaa rs wor den zo opgesteld dat ze een mini male roering van de grond tot gevolg hebben. Door ze bijvoorbeel d (gedeeltelij k) als borronhutten te concipieren wordt ook rekening gehouden met de fluctuerende waterstanden op deze overvl oeibare l ocatie.
A l'ombre de la Gollegiale Als de Be lvedere van Saint-Sauveur het culrninerende moment aan de noordzijde van de Sei ne is, dan is de achterz ijde van de Collegiale dat voor de zuidzijde. Vanaf een arrr.olierig parkeerpl ein ontvouwt zich een weids panorama over de Sei ne en aan de overkant de bogroeide oevers van l ' ile de Limay. Het voorstel is om het parkeren anders op te l ossen en deze bij zondere plek in het nog overgebl even deel van het histori sche centrum van Mantes te benutten als verb] · j .fsp) e·i n. De perfecte orientatie op de zon, de centrale ligging en het fantastische kader tussen Collegiale en panorama, rnaken van deze vergeten s i te een prachtpl ek.
Le Bras de Limay De r i vierarm aan de zijde van Lirnay wordt niet rneer corrrnerc i eel bevaren. De feiteli jk afgestorven arm wordt nieuw l even i ngebl azen door het aanbrengen van voorzieningen ten behoeve van woonboten.
28
Ook wordt
een
extra pontonverbinding
voorgesteld
zodat
eigenaren van
vol.kstuintjes uit Limay warden aangemoedigd vaker de auto te laten staan en de directere route lopend of fietsend te gebruiken . De pontonbrug geeft de gebruiker een totaa1 andere beleving van de Seine orrdat hi j of zij het gevoel heeft over het water te lopen.
29
Coteaux de Limay
Binnen het gehanteerde geografische kader i s ui teindolijk een enkel e site uitgekozen die de verschil]_ende lagen van het projec t kan dragen om verder uit te werken . Op de zuidelijke hellingen van de noordoever is deze gevonden op een goede kilometer van het centrum van Limay. Het gebied kenmerkt zi ch door een suburbaan karakter. 1'£n doorgaande weg in he t dal en een tweetal ontsluitingswegen halverwege de helling worden omzoomd door vrijstaande hui zen op zeer ruime kavel s . Ju i s t op het moment dat de middelste weg dood loopt doordat de helling s t eeds s t e iler wordt, bevinden zich nog een aantal onbebouwde kavels die nog niet ten prooi zijn geval] en aan de ruimtelij e vraatzucht van de suburbane ontwikkelingen . Het is deze kans di e aangegrepen is om cormnentaar te geven op de nog inmer voortdurende 'ontwi kkeJ i ng' van het gebied. Om deze ruimtelij ke consumptie die voortkomt ui t de suburbanisati.e en verdere aantastingjkaalsl ag (van de ruimte) een halt toe te roepen , wordt een voorstel gedaan voor een andere ontwikkeling van het gebied .
Le sentier p e rdu Op het terrei n i.s een oud pad gevonden, sentier de la rigole, dat haaks op de
helling van de benedenweg naar boven voert - of andersom. Het pad , nog geen 1 meter 50 breed maakt halverwege de helling een knik om vervolgens weer te stijgen . Op dat moment wordt een nieuw pad gei:ntroduceerd dat para1J el aan
30
de helling loopt waardoor een extra buur troute ontstaat. Langs dit nieuwe ' ontginni ngspad' kan de ruimte gebruikt worden. Het voorstel is dat de gemeente de kavels opkoopt en samen met een derde partij - de ei genaren van de gastenkamers - een beheerplan ontwikkelt . Door vervolgens zoveel mogeJ ijk actoren aan de ruimte te binden wordt booogt de waarderi ng voor de s i to te vergrot en opdat deze niet het zelfd e l ot ondergaat aJ.s de naaste omgeving(wat je gebruikt kun je ook niet missen) .
31
Chambres d'hotes
Een beseheiden bouwwerk op de zuidelijke helling is een van de voorgestelde ingrepen. Over twee volumes is een woning met chambres d'h6tes (gastenkamers) ontwikkeld . Dit bouwwerk dat als spil op de site werkt, bestaat uit twee afzonderlijke
volumes
van 3 en 4 verdiepingen.
aangrenz end aan het pad gesi tueerd.
He t
Deze zijn parallel
en
weste.J i jke volume herbergt het
woonhuis van de eigenaren , het oos t elijke volume de gastenkamer s. De volwnes z ; ~n respeetieve·1i jk in hoofdzaak opgetrokken ui t de eombinati es sehoon beton/
natuursteen en massi ef houtjhouten geveldel en. De interne l ogiea kenmerkt zieh door een split-level struetuur van kamers met een vloeiba re ontslu" ting.
Het bouwwer k als geheel ligt verzonken in het landsehap zodat een gezamenlij k soute rra i n ontstaat. De twee del en hebben hun r espeeti e veli.j ke voordeuren aan een gezamenlijk erf dat fei telijk een plaatselijke ve rbreding van het pad betreft. Het woonhuis hoorL de eetruimte en de keuken op de entreeverdiep ing. Daaronde r bevinden zieh een s l aapkamer met badkamer en aparte we en een extra rui mte aan een verzonken hof. Op de ver dieping bestaat de leefruimte uit twee door een trap verbonden delen. De vier gas tenkame r s me t elk een eigen natte eel 1 i ggen versprei.d over drie bouwlagen i n he t andere volume. Daar t ussendoor be vinden zieh een viertal gemeensehappelijke ruimten,
elk op een andere
verdieping die door gasten vrij gebruikt kunnen worden.
Door de positionering en articulati e van de bouwdelen op de s ite worden ook een aantal versehillende buitenruimte geor ganiseerd . Aan de noordzij de van
32
het houten vollJllle ontstaat door terrasvorming het al eerder aangehaalde erf dat de publieke ruimte van het pad doortrekt tot i n het private domein. AEil de zuidzijde is een balkon gelegen dat een uitzicht biedt op de Seine. Ook t en oosten van de gastenkamers en ten westen en ten zuiden van de woning bevinden zich terrassen die direct verbonden zijn met het interi.eur .
33
II Lexicon, Het project ontplooien
"Owing to the reality of becoming, one should always seek consistency, and never constancy. For whilst everything that consists is real, the real is never constant. Consistency is what remains when the illusory constancy, is discharged through becoming. ' -Doel (Poststructuralist Geographies, p. 169) "Everything is in a state of becoming. There are only events that affect you or not, with all of the necessary couplings and redistributions of energy, cast adrift in an 'open 'space time' in which there are no more identities but only transformations. '"(Lyotard, 1988b, p. 31).
36
I Een encyclopedische benadering
In dit tweede deel van de scri ptie l'.()rct een reeks tenoon behandeld die een relat ie hebben iret het project. De opzet is dat de diverse teriren een breec en gedifferentieerc beeld geven van (de rijkheid) van het project. Somnige termen geven een inkijk in de ontwerphouding of onDNerpbesl i ssingen. andere geven een ander beeld van het ondel'\Yerp of zijn gerelateerd aan de problematiek.
De lijst van lerrma's "°rdt alfabetisch gepresenteerc. Om de verbanden inzichtelijker te rnaken zijn lemma's in andere lerrma's kruisven.<ezen door een pijltje (-+ )
Absentie en presentie De aanwezigheid van een bepaalde eigenschap. oplossing of keuze is ook altijd een ireervoudig afwezigheid van de andere. Ni et alleen het ontwerpproces i s een aaneenschakel ing van gE.".-Ogen keuzerromenten waarbij een oplossing wordt verkozen boven de andere. ook de dingen zoals we die om ons heen aantreffen zijn aanwijzingen van de niet aarri.ezige moge l i j kheden.
Anders zijn (anderen) " What i s it to become impercepti ble? everybody else.• " - Doel (p. 176 )
'to
be
like
Anders zijn betstaat eigenl ijk niet. Anders zijn is anders "°rden, anderen. In een vloeibare ruimte van (-+ ) haecceiteiten, enkelvoudigheden/bijzonderheden en gebeurtenissen, in een (-+ ) Open van (-+ ) transforrnatie. adaptatie en momenten verkeert alles in een continue
37
flux . Deviatie is slechts een rroment op een e indeloze vector zonder (punt. + ) begin- of
I
eindpunt. Er bestaat geen ultieme laatste instantie waarin alles verlicht w:ird. Anderen is leven .
Actor 'Tissage. Met issage · wil de ruimtel ijkheid van de site open houden en het leven toelaten . Concreet betekent dit het (+ ) milieu voor zoveel mogelijk actoren toeganke l ijk houden. Daarbij v.orden niet alleen menselijke entiteiten (wandelaars, buurtbev.oners . recreanten. eigenaren . gasten. toevallige passanten . etc.) gebonden. maar ook actoren di e geen stem hebben (flora & fauna). Het resultaat is een milieu dat di vers en (+ ) gedifferentieerd v.ordt. De di verse actoren die gebruik maken van de site kennen alle een eigen (+ ) ritmiek die al dan niet geent is op (+ ) fenologische fenomenen. Het resultaat is een ritmische myriade van vectoren die de ruimte doorsnijdt en openvouwt.
Beheer van de ruimte Door de binding van een
(+ )
gedifferentieerde verzameling actoren aan de site
neemt de algemene waardering voor de site toe . Terwijl de publ ieke (+) restruimte orverschil l ig maakt, w:irdt een gemeenschappe li jke ruimte die meervoudig gebruikt w:irdt wel gewaardeerd. Dit maakt het onderhouden of beheren gemakkel ijker door het gevoel van verantv.oordel i jkheid . De voortdurende aarn.vezigheid van a ctoren. in dit geva l de eigenaren van de gastenkamers. verzorgt het feiteli jke beheer van de ruimte.
Binaire opposities De wereld sinds Plato w:irdt gekenmerkt door een ordening volgens binaire oppcsities.
Zeker ook ors eigen tijdperk v.ordt geregeerd door een verdeel(benoem/ plaats)-en -heers strategie . ' Je bent of met ors of tegen ons'. Volgens mij is de were l d in werkelijkheid alles behalve bi pc lair en zijn dualistische raariwerken dus niet geschikt voor het benoemen van dingen. Dingen zijn in mijn concepti e (.+) haecceiteiten . sites enkelvoudigheden/ bi j zonderheden , hande l i ngen gebeurteni ssen . 'Tissage. Metissage ' wil breken met de strikte en verstikkende dichotomieen , zoals die t ussen (+ ) stad en platteland (tegenstel l ing natuur<>cultuur)
Door de s i te (na tuu r)
met programma (cul tuur) te (tissage. -+ ) verv.<even en beiden genoeg ruimte te bieden om zich te ontplooien ontstaat een (-+ )milieu met een aangename all'l:ligu'iteit waarin je niet gemakkelijk kunt zeggen waar je bent . met wie je bent . De momenten aan de route zijn voorbeelden van deze ontwerphouding.
38
Bricolage De ruimte om ons heen bestaat uit een voortdurende stroom aan (+ ) transformatie.
I
Bricolage is het transformatieve proces dat ge1·nitieerd wordt van onderen en dat gebruik maakt van (-+ ) tactische inzichten en adaptief venrogen om kansen aan te grijpen. Niet de blavwdruk van een strategie geeft de ruimte vonn. maar een voortdurende stroom bescheiden lokale transformaties. Bricolage is de modus operandi van de (+ ) vloeibare ruimte waarin geen plaats is voor (-+ ) constantie. Op grotere schalen zijn emergente 'patronen' het gevolg. Maar uiteindelijk is alles chaos en vervallen ook deze patronen tot niet te benoemen processen. [afbeeldingen: volkstuintjes]
Consistentie De vloeibare ruimtelijkheid die samengaat met de (-+ ) ontologie van het worden kent geen
(gradaties en soorten, -+ ) soorten. maar gradaties van consistentie. Soliditeit en (e) constantie zijn speciale condities van consistentie; een dikstroperigheid, zo traag, dat deze stil lijkt te staan. Maar de wereld staat niet stil, de wereld staat nooit stil, hooguit bestaan er gradaties van snelheden. Stil en beweging bestaan niet en consistentie
tout court evenmin: consistentie dient verleend te worden. Door te doen. door toe te voegen. door te l aten l even.
Const an tie " Chaos makes chaotic and undoes every consistency in the infinite." ·-Deleuze & Guattari (Dael, p. 11) Net als ('+ ) identiteit is constantie een fictie, een beeld dat voor waar wordt gehouden, slechts omdat we er in geloven. Omdat het ons de indruk biedt van een vaste voet aan de (vaste) grond in een complex bewegende wereld. Omdat het schijnduidelijk verschaft in het chaotische (-+ ) Open. Omdat we er aan ons kunnen relateren en er aan kunnen refereren. Omdat het ons eigen (korte) moment in het Open draaglijk en inzichtelijk maakt.
Context en constructie Zonder dat het doel een gronden of vastzetten van een (-+ ) haecceiteit in een omgeving is (een contextual isatie als verankering), bestaat er een noodzaak context te verlenen aan een haecceiteit om deze te begrijpen (contextualisatie als inzicht verschavend). Context is in dezen een constructie: een selectie aspecten van (-+ ) het Open waaraan het
39
onderv.oerp gerelateerd wordt om bepaalde aspecten (kwaliteiten. eigenschappen, condities) i nzi chte ·1 i j k te ma ken.
Contextlooshejd is de gedachte dat de tekst. of in de ool!oWlereld het ool!oWlerk, ook
I
begrijpbaar is zonder context: een generieke universaliteit.
Differentieren Differentieren is het (anders zjjn, -+ ) anderen van (-+ ) het Open. In p"laats van het platslaan van de rijkdom van het Open door (-+ ) integratie wil 'Tissage, Metissage' deze juist inzetten om te verleiden.
Duurzaamheid Wat is duurzaarrlleid? Als we vandaag de dag over duurzaamheid spreken dan hebben we het meestal over een mi 1 ieubewuste duurzaamheid. Duurzaamheid betekent dan zoiets als 'milieuontziend'.
Maar duurzaamheid betekent feitelijk bestendigheid.
Een duurzaam
materiaal is minder vatbaar voor temporele degradatie. Een duurzame oplossing is er een die voor een langere periode geldig blijft duurzaamheid
[negeren]
Als we de ecologische connotatie van
dan kent de bestendige duurzaamheid vele gezichten.
Er is
natuurlijk de materiaaltechnische duurzaamheid, maar ook sociale duurzaamheid, politieke duurzaamheid, en waarom niet. ruimtelijke duurzaamheid. In al le gevallen is duurzaarrlleid een functie van erosie: je kunt dan ook stellen dat duurzaamheid een maat is voor hoe lang 'iets' houdbaar is (in welke mate iets degradeerd) - het begrip duurzaamheid herinnert ans eraan dat niets voor eeuwig is en dat alles vergankelijk is.
Efficientie Efficientie is een van de
bela~rijkste
beginselen waarop de huidige wereldorde is
gestoeld. Het oogmerk van deze attitude is het zo snel mogelijk en met zo min mogelijk hu 1pbronnen produceren of ui tvoeren van respecti eve 1i j k een product of hande 1 i ng. Het efficientiebeginsel is dermate hardnekkig dat er een blind geloof bestaat dat efficientie automatisch beter betekent. De algehele manie naar efficientie (controle. voorspelbaarheid) heeft wel destructieve consequenties tot gevolg. Efficientie in zijn puurste vorm is agressief. Het heeft een ongekende
verschali~
van
(-+ ) het Open tot gevolg. De doorgedreven wet van de sterkste (niet-natuurlijke selectie)
vernietigt met een ongekende snelheid alles wat niet het beste, snelste, mooiste, leukste is
40
Hierdoor v.ardt de rijkheid die ontstaat door onvoorziene gebeurtenissen
platgeslagen en is gelijkvonnigheid het resultaat (deze wordt vervolgens verdoezeld door skins, lifestyles of express on covers. 'Tissage, Metissage' verzet zich tegen dit vooruitgangsgeloof en kiest voor het onbekende, het onvoorziene en vooral het (over-/ onbepaaldheid, -+ ) onbepaalde
Fenologie Dit van de biologie geleende begrip is een van de belangrijkste elementen van het ontwerp.
I
De fenologie betreft de leer van de seizoensverschijnselen, zeals de trek van vogels, het bloei en van bl oesem of het uitzwermen van insecten, gerelateerd aan de weerscondities. Fenol ogische fenomenen betreffen dus jaarlijks of dagelijks terugkerende gebeurtenissen. Het zijn ' vaste' ankers in een vloeibare wereld. De (e) repetitie die hier aan de orde is , is evenwe l van een chaotische aard - zij is altijd verschillend, produceert verschil en heeft (-+ ) differentiatie tot gevolg. Hoewel de Moderne mens vaak anders wil geloven, zijn fenolog ische gebeurtenissen een belangrijk aspect van het (-+ ) milieu waar ook hij zelf dee l van uitmaakt . 'Tissage. Metissage ' miskent het belang van de fenologie niet.
Het geconcipieerde
bouv.werk kent een (-+) ritmiek die zowel een dagelijkse als jaarlijkse gang heeft. Het ontvouwt zich met de seizoenen. reflecteert de bezettingsgraad, past zich aan aan de weersomstandigheid en het tijdstip en biedt individuele (-+ ) flexibiliteit. In plaats van tegen de natuurlijke condities te vechten door zware en [versp i llende] installaties zeals gecorditioneerde luchtbehandeling in te zetten. neemt het gebcvw de condities over en maakt het gebruik van passieve oplossingen . Voorbeelden van boLA>Jtechnische en bouwfysische middelen zijn de trage en 2"0re constructie die een grate wannteaccurrulerend verirogen heeft,
de goede isolatievoorzien i ngen,
de gedi fferent i eerde bezonning van
zo.vel de binnen- als buitenruimte en de gearticuleerde gevelopeningen die de gebruiker verschillende irogelijkheden bieden condities te regel en. Dag na dag kan het (tot op zekere hoogte , dat zeker t) de wensen van de gebrui ker inwilligen. Deze kan de koelte opzoeken van een noordelijk gepositioneerd terras of de in het maaiveld verzonken kelderruimte.
Flexibiliteit De flexibiliteit die 'Tissage, Metissage' beoogt, is niet de flexibiliteit die een instrument is van de (-+ ) efficientie, een omgekeerde flexibiliteit waarin de (-+ ) haecceiteit . enkelvoudigheid/bijzonderheid, gebeurtenis (de werknemer, het gebouw) z i ch flexibel meet opstellen ten aanzien van het proces (het productieproces)
De flexibiliteit die hier
41
nagestreefd ;.ordt is een flexibiliteit van aanpasbaarheid v.
Ga ten tt Go slowl,¥ . Leave blank, leave.. space f or transitions, passages. - Strohmayer (Do el, p. 103) De (+ ) overbepaaldheid van de ruimte zorgt er voor dater geen ruimte gegeven ;.ordt voor
I
de ontplooiing van( -+ ) haecceiteiten of gebeurtenissen die niet van te voren gepland zijn . Die niet expliciet bedacht of bedoeld zijn. Dit betekent ontegenzeggelijk een verschal ing van het publieke domein .
()n
tot onvoorziene en verrijkende gebeurten i ssen te komen is
een mate van onbepaaldheid vereist . Daarvoor zijn gaten noodzakelijk: haecceiteiten, enkelvoudigheden/bijzonderheden en gebeurtenissen die niet (+ ) ge'integreerd zijn . 'Tissage, Metissage' biedt die gaten in een bev.uste (+ ) restruimte. zowel binnen als buiten. Doordat de site het publieke domein als basis hanteert en de ruimte niet (+ ) uitverkavelt ontstaan er verschillende onbepaalde plekken . Ook binnen zijn niet alle kamers en de verbreedde ontsluitingsroute programmatisch ingevuld. De( -+ ) flexibiliteit en (+ ) gedifferentieerdheid ver leiden de gebruikers de gaten te gebruiken zoals zij dat wensen.
Gradaties en soorten 'Tissage. Metissage' gaat ui t van gradaties in plaats van soorten. De agressieve daad van het in hokjes stoppen (+ ) (benoemen. identificeren) door het platslaan van nuances heeft een verschaling van het ( + ) Open tot gevolg . De (+ ) vloeibare ruimtelijkheid kent een vloeiende schaal van gradaties
De wereld staat niet sti l of in beweging. er bestaan
slechts (+ ) gedifferentieerde snelheden . De ruimtelijkheid bestaat niet uit ruimten of plekken, enkel uit ruimteplekken.
Grand Paris Dit
is
een
door
president
Sarkozy
ge'initieerd
stedebolMkundig
en
planologisch
ontwikkelingsprograrrma voor de regio Paris. Doel i s het transformeren van de agglomeratie tot een metropool van de 21e eeuw "in symbiose met haar omgeving"
Onderdeel van de
plannen zijn ormer andere de bouw van 70.000 ;.oningen. een sterke uitbreiding van het metro- en regionaal spoorwegnet en het aanleggen van nielMe hogesnelheids l ijnen .
42
Voor het plan werd een gesloten prijsvraag waaraan een tiental internationale bureaus rrochten deelnemen. De inzending van Grumbach haalt Napoleon aan en stelt een grate stad van Paris. via Rauen tot Le Havre voor met de Seine als belangrijkste ader.
Haecceiteit (ditheid) 'Tissage. Metissage' wil verleiden tot het gebruik van ruimte door zich af te wenden van de gangbare praktijk van( -+ ) overbepaaldheiddie leidt tot hokjes en daarmee al het leven verdringt. Door de ruimte in het midden, en (-+ ) gaten open te laten en verschillende (-+ ) actoren te binden aan de site...
I
De gangbare (tactiek en strategie. -+ ) strategie om vrijgekomen sites te (-+ ) integreren in het rrodel door deze te (-+ ) identificeren. v.urdt resoluut van de hand gewezen. lntegendeel. 'Tissage, Metissage' gaat uit van het uni eke karakter van elk ding, site of handeling. Een haecceiteit is een ditheid, een element zo bijzonder dat het niet gecategoriseerd kan v.urden in een (gradaties en soorten. + ) soortenbank. In plaats daarvan kennen elementen verschillende vloeiende gradaties. Er zijn geen harde grenzen. slechts vloeiende verlopen.
Identiteit "De Nederlander bestaat niet." -Prinses Maxima. 24/00/07 (tijdens de presentatie van het \o.il'lR-rapport 'ldentificatie met Nederland'. Den Haag) We weten allemaal hoe gevoelig het onderwerp van de nationale identiteit ligt in een almaar grater v.urdende wereld. In een tijd dat de ruimte steeds grater lijkt te worden grijpt de samenleving terug naar bekende waarden. Toch ben ik van mening dat de Prinses gelijk had. Nationale identiteit is een fictie die in de 18e eei,w zijn intrede heeft gerraakt. Het is een instrument van de macht om op te tellen en af te trekken: een middel tot (+ ) integratie.
" Identity as such is a modern invention. To say that modernity led to the 'disembedding' of identity, or that it rendered the identity 'unencumbered,' is to assert a pleonasm, since at no time did identity 'become' a problem; it was a 'problem' from its birth - was born as a problem [ ] -Bauman (Poststructuralist Geographies, p.
13) ldentiteit bestaat als constructie om de wereld inzichtelijk te maken (vgl
tijd).
Verdeel (benoem/categoriseer) en heers. Dingen in hokjes stoppen (categoriseren volgens
(gradaties en soorten. + ) soorten) is gewelddadig. Door nuances weg te nemen worden dingen platgeslagen tot nietszeggende karikaturen. Juist de rijkheid van het (+) Open
43
maakt het tot een aangenaam (-+ )milieu. Elk ding is een (-+ ) haecceiteit. elke site een enkelvoudigheid/bijzonderheid. elke handeling een gebeurtenis .
Impressionisme Veel van de impressionistische schilders, met Moret als boegbeeld. hebben nagenoeg hun hele leven tussen Paris en de Vexin gependeld. Op het platteland vereeuwigden ze niet alleen het landschap en de dorpsgezichten. maar ook alledaagse gebeurtenissen en licht- en weerscondities. Ze hadden dus in het bijzonder aandacht voor (-+ ) fenologische fenomenen di e ze en ple;n a;r op doek zetten. De naam hebben ze te danken aan een sarcastisch getint stuk over een vroege tentoonstelling . Recensent Leroy schreef:
« Impression ... j'en etais sur. Je me disais aussi, puisque je suis impressionne , il doit y avoir de l>irnpression la-dedans... et quelle liberte, quelle aisance dans la fact u re : Le papier peint a l >etat embryonnaire est encore plus fait que cette marine -la » - Louis Ler oyl (Kalitina, 1999)
Integreren ' Tissage .
Metissage·
wil
tegenwicht
bieden
tegen
de
gebruikelijke
(tactiek
en
strategk .. ) strategie van (+ ) integreren . Door (-+) haecceiteiten, enkelvoudigheden/ bijzonderheden en gebeurtenissen te integreren in een rrodel verschaalt het (-+ ) Open. Het project is ode aan de verscheidenheid en wil derhalve niet integreren. maar (-+ ) different i eren. Het project wil het leven toe laten en zichzelf laten zijn
Metissage De tweede term uit de titel
' Ti ssage, Metissage' refereert naar de Griekse titaan
HeUs. Zij was de verpersoonliJk i ng van de schranderheid. Zo verwijst deze tenm naar de
ontwerphouding die ik voorsta. waarin globale en( -+ ) integrerende (tactjek en strateg;e, -+ ) st ra tegieen plaats maken voor scherpzinnige en locale tactiek. Daarnaast betekent de Franse prefix
me-
mis-. wan-. ver- of on-. kortom een negatie.
Daanmee betekent 'Tissage. Metissage' ook ( tissage. -+) 'weven. ontweven' . Het is een gelijktijdig proces van vouwen en ontvouwen, van (-Jo ) absentie en presentie .
44
Milieu Het mi l i eu i s de leefomgeving van mens, dier en plant. Het i s een gedeelde omgeving die ni emand specifiek toebehoort . Het milieu is ook een omgeving waar een meervoudige en complexe wereld zich aan kan rel ateren . het is een midden (letterlijk) waarin (+ ) haecceiteiten. enkelvoudigheden/ bijzonderheden en gebeurtenissen zi ch kunnen ontvouwen langs verschillende vectoren. Sommige ontplooiingen komen tot bloei. andere blijven sluimerend absent (absenUe en presenUe, + ). Maar de ' waarheid '. voor zover deze bestaat. l igt in het midden.
Multifunctionaliteit en meervoudig ruimtegebruik /llialoog aan de privatisering van de ruimte krijgen gebieden. maar vooral ook gebov..ien steeds vaker een multifunctionele besterrming
Een compound of gated community moet
binnen de grenzen van alle gemakken voorzien zijn en ook een winkelcentrum moet een eigen pretpark of skipiste hebben. Paradoxaal genoeg leidt multifunctionaliteit niet zelden tot monofunctionaliteit . zoals het ontstaan van logge gebowen met een hele verzameling aan sportaccomodaties of een reeks aan horecagelegenheden of het clusteren van culturele ins tell ingen. Hoewel het concept van de zonering steeds openl i jker w:Jrdt gewantroUW'.i.
I
kunnen deze ontwikkelingen verkocht w:Jrden met het idee van kruisbestuiving, maar volgens mij zijn het uitwassen van een (+ ) efficientiedenken . In ieder geval leidt het samenbrengen van verschillende prograrrma's tot een verschaling van het publ ieke domein . Als je niet meer naar buiten hoeft . wat heb je er dan nag te zoeken? Mijn inziens zijn multifunctionele gebouwen geen juiste ontwikkelingen en zou het leven meer op straat moeten plaats vinden . In plaats dat de publ ieke ruimte verw:Jrdt tot een infrastructurele (+ ) restruimte voor steeds grater w:Jrdende complexen zou deze het (+ )milieu moeten zijn waarin meervoudig ruimt egebruik mogelijk w:Jrdt .
Ontologie van het warden De vloeibare ruimtelijkheid brengt een andere ontologie met zich mee: een ontologie van het w:Jrden. In deze 'zijnsleer' is paradoxaal genoeg geen plaats meer voor zijn- en . Wat rest wanneer (e) constantie is ontmaskerd zijn enkel totale (+ ) transformaties.
Over-/onbepaaldheid De hedendaagse ru i mte w:Jrdt mijn inziens gekenmerkt door een overbepaaldheid . De
heer sende (pointillisme. + ) ethiek van het punt. het instrument van de (e) zonering en de sluipende pr i vatisering hebben een eilandvorming tot gevolg waarbij alles een
45
( identiteit. <+ ) naam. een eigenaar en een programma heeft gekregen . Ni ks 1>.0rdt aan het toeval overgelaten. alles gecontroleerd. De overbepaaldheid 1>.0rdt gekenmerkt door een repressief en uisluitend karakter Uitsluiting van (+ ) haecceiteiten (jij mag hier niet komen). uitsluiting van gebeurtenissen (dit mag hier niet gedaan 1>.0rden) en uitsluiten van enkelvoudigheden/ bijzonderheden (di t moot zus of zo bl ijven)
Kort gezegd beperkt de
overbepaaldheid van het(+ ) ()pen de ruimte tot ontplooien. de ruimte tot leven. 'Tissage, Met issage' pleit voor een houding waarin het publieke domein een versterkte positie inneemt en waarin voldoende (+ ) restruimte ontstaat om de overbepaaldheid weerstand te bieden en het 1even toe te laten.
Pointillisme Pointi 11 isme is de door Doel gemunte benaming voor de ethiek van het punt. De degradatie van de ruimte moet ook begrepen 1>.0rden in de context van het huidige overheersende paradigma waarin een ethiek van het punt heerst. Deze ethiek is de hedendaags gangbare ruimtelijke houding 1<.earin het gesloten en bepaa l de ruimtelijke element het primaat heeft . Het is een praktijk die er op gericht is dingen te (+ ) identificeren in termen van
(gradaties en saorten, + ) categorieen en te kwantificeren in doorrekenbare eenheden. Het i s deze ethiek die. vrij letterlijk. geen ruimte biedt voor... ruimte.
Programmatische primaat Het prograrrmatische primaat is een houding die gepaard gaat met een gedachte van (context
en constructie. + ) contextlaosheid van het (+ ) ()pen: de ruimtelijkheid als hom:igene. ongearticuleerde ruimte. De houding gaat er van uit dat het progranvna manifest gewichtiger is dan de site. De ... van dit gedachtegoed is de inmiddels overbekende zinsnede: "fuck the context . " Koolhaas' uitroep begrijp ik als een verlate apotheose van de homogene ruimte . Veel
bo~rken
1>.0rden inmiddels verheven tot site. geheel met plattegronden die op
topogralische kaarten l ijken en binnenruimten die een biotoop veinzen te herbergen
(multifunctionaliteit en meervoudig ruimtegebruik. + ) Sebastien Morot's 'le suburbanisme et l 'art de la menxiire' is een emancipatie van de s ite ten opzichte van het programma en in zekere zin de antidote van Koolhaas' Delerious New York.
Restruimte 'Tissage. Metissage' onderscheidt de bewuste restru i mte en de automatische restruimte . De bewuste restruimte zijn de gaten die lucht brengen en verleiden tot gebruik. Het is de ruimte die voorziet in het onvoorziene. De automatische restruimte is het schrale
46
resultaat van de privatisering
Het is de versnipperde publieke ruirnte die overblijft
wanneer de eilanden begrensd zijn. Niet zelden bestaat zij enkel uit infrastructuur.
Tactiek en strategie Het project wil geen voorbeeld zijn van een blav..druk die op de tekentafel is ontwikkeld om vervolgens over een site uit te rollen ten einde deze terug te (-+ ) integreren. Niet alleen zijn strategieen log en onwendbaar, zij zijn ook weinig aangepast aan locale condities.
Terroir Het Franse begrip terroir laat zich rroeilijk vertalen. Vrij vertaald betekent het zoiets als 'gevoel voor de plek'
Het is een aan de oenologie gelieerd begrip waarin
verschi llende locale kenmerken v.orden gevangen. Het concept bestaat er in dat het speci fieke van een streek of land en wat er van af komt gekenmerkt v.ordt door de daar specifiek heersende condities. Bodem. klimaat. relief, hydrologie, maar ook culturele dimensies vertalen zich in plaatsgebonden oplossingen en producten. Het begrip v.ordt voornamelijk in de gastronomie gehanteerd om aan te geven dat een proouct van een bepaalde streek afkomstig is. 'Tissage, Metissage' geeft een herinterpretatie van het begrip door het te betrekken op de bouwwereld. De gedachte is dat. analoog aan het gebruik van het begrip in de gastronomie, de locale condities van een bouwwerk resoneren met het boui.werk. In plaats van het overnemen van formele elementen warden 'oplossingen' kritisch geevalueerd op bouwtechnische/boLMfysische aspecten. Het residu zijn elementen die resoneren met de locale klimatologische condities (a.a. gebruik van zonwerende louvreluiken en gebruik van zware. passieve constructies), landschappelijke elementen
I
(a.a. omlijsting vergezichten en specifieke aanhechting glooiend maaiveld) en culturele gebruiken (a.a. privacywaarborging door toepassing van gesloten luiken op maaiveldniveau en de specifieke relatie binnen<>buiten)
Tisser Tisser is Frans voor weven. 'Tissage, Metissage' wil ruimte en prograrrrna verweven ten einde een gedifferentieerde en rijke ruirntel ijkheid te verkrijgen
Transf'ormatie De transformatie die in 'Tissage, Metissage' centraal staat is geen verandering tussen twee bepaalde begin- of ei ndpunten (punt. ~ )
Het is geen transformatie die van een
bepaalde (-+) constante conditie naar een andere constante conditie leidt alsof het een
47
tijdelijk en toevallig fenomeen zou betreffen . Het is een voortdurend ondertussen. een (+ )milieu . Een grenzeloos moment waarin eindeloze verschuivingen plaats nemen. Transformatie kan gezien "-".lrden als een bijzondere formule met restrictieve voorwaarden:
Transformatie • adoptie (meeliften/overnemen)
+
additie (toevoegen). Maar de uitkomst
1s geen optelling van het type 1•1=2 en al zeker niet van het type 1•1=3 (synergie?). Hooguit zou je de uitdrukking kunnen vatten als x1•x2=x3 waarbij alle drie de delen
(haecceiteiten , -+ ) onbenoentxlar zijn in termen van (gradaties en soorten, -+ ) soorten. Transformat i es 4fl door de ruimte zijn een verzamelende gebeurtenis waarbij het samenvoegen in de (+ ) rel atie van de relata geen simpel optellen of (-+ ) integreren tot gevolg heeft. lntegendee l . het l!Qmentane · resultaat' is een (+ ) differentieren, een andere haecceiteit. Transformeren is dus (anders zijn. + ) anderen en differentieren. Het is een. om het in Deleuziaanse bewJording te vatten : eindeloos differentierende ('+ ) repetitie.
Unbecomming De ru i mtelijke consumptie ten gevolge van de sluipende privatisering is zONel ongemanierd
als ono,.ordend. Het is ongemanierd omdat het agressief en destructief is jegens het (-+ ) Open en het leven. Het is on...ordend omdat het onvoldoende rekening houdt met de (+ ) vloeibare ruimtelijkheid en de daaraan gelieerde (-+ ) ontologie van het "-".lrden. In plaats van dater ruimte "-".lrdt gegeven voor het leven om zich er te ontplooien, 1-0rdt de rui mte onttrokken en hardhandig versteend tot een zijn, een (-+ ) identiteit. een nunmer. een soort (gradaUes en soorten.
+ ).
een (-+ ) punt. een eiland .
Vex in Le Pare natural regional du Vexin Franc;ais is een regionaal park gelegen in de departementen van de Val-d'Oise en de Yvelines ten westen van Paris . Het in 1995 opgerichte reservaat
I
beslaat ongeveer 657 km2 en 1-0rdt gekenmerkt door een afwissel ing van plateaus die door verscheidene rivierdalen, zeals die van de Seine in het zuiden . de Oise in het oosten en de Epte in het westen 1-0rden doortrokken . Het ruimtegebruik bestaat in hoofdzaak een menge 1i ng van landbouw en bos.
Vloeibare ruimte " n @@@µ@@@@ @@@@@
48
@µ@@@@@@@@@, @n@@@@@.
On those step, p ing into rivers the same, other and other waters flow . ' - Herac litus (wiki) 'Tissage, Metissage ' veronderstelt een wereld van vloeibare ruirnte Daarin is all es altijd in beweging. In de voortdurende flux van het ( + ) Open bestaat er geen (+ ) constantie en is betrekkelijke soliditeit een speci a le conditie van v iscosi teit (dikstroperighe id). In de vloeibare ruirntelijkheid is er geen ruirnte voor (gradaties en soorten. + ) soorten, slechts voor gradaties. Dingen staan niet sti l of be..egen. ze hebben allernaal (+ ) gedifferentieerde snelheden. Dingen zijn ni et vast of vloeibaar . ze hebben allernaal een andere (-+ ) consistentie. Dit betekent dater in het Open van de vloeibare ruirntelijkheid
(binaire op{XJsities. + ) oppositionele stellingen bestaan
Weerstand ' ' Here inafter, resistance is no longer opposed to power, as one solid construct facing-off another . It just unfolds and refolds. Resistance does not come from outside: it is li~e:all r, an ac tion re(s)play -a difference-producing repet1t1on. - Doel ( p.18) De
ingreep die het
project voorstelt op de
s ite
kan
gelezen
"-Orden
als
een
weerstandstrategie. Dael is irnrners het verder tegengaan van de ruirntelijke consumptie door de sluipende privatisering. Weerstand rnoet i n dezen we l begrepen \o.Orden als een eigenschap van (+ ) vloeibaarhe i d en niet van soliditei t. Weestand is een karakteristiek van (+ ) consistentie en ontstaat bij de gratie van (+ ) transforrnatie en adaptatie.
Zone ring Het starre gebruik van het rnodernistische instrument van de zonering is rnijn inziens een hardnekkig probleem wanneer we spreken over de ruirntelijke ordening. Zonering heeft bijna per definitie een (+ ) overbepaaldheid van de ruirnte tot gevolg (dit rnoet hier , dat moet daar). Door (progranmatische primaat. -+ ) programma als hoofdzakelijk ordenend princ i pe te hanteren bestaat er ook het gevaar te vervallen in een inrichting van (context
en constructie, + ) contextloosheid. f'1asterplanning, de wederhelft van zonering, heeft bovendi en tot gevolg dat er onvo ldoende rekening gehouden \ooOrdt met locale condities . Vanaf de tekentafel \ooOrdt een
bla~ruk
opgelegd met (+ ) integratie door (gradaties en
soorten , + ) classificatie en identificatie als doel.
49
III Epiloog, Een reflecief moment
Reflectie op het onderzoek
Zoals ik al reeds in de inlei ding heb aangegeven geloof ik niet i.n absol u t e 'waarheden' en wantrouw ik alles wat daar naar riekt. Ik ben van mening dat de pos Lmodem 0 wereld heeft aangetoond dat aangenomen 'consistenti es ' betrekkeli j k zi j n . (Di. t moet niet g worden naar een hang naar nihl l l sme.) Doze betrekkeli jkhei.d en de stortvloed aan keuzerijkdom die daarmee ontstaat, is niet altijd een zcgcn . Ook in dit project leidde keuzerijkdom niet als vanzelf tot keuzevrijheid. Vaak en Jang heb ik me aan de grond genageld gevoel d in een verlammende vertwijfo"ling niet de enige 'goede' keuze te kunnen maken. Zelfs als je gelooft dat die natunrlijk niet bestaat en dat het een kwestie van durven kiezen is, slaat de vertwijfel .i.ng keer op keer toe.
Het idee dat gewoon goed niet goed genoeg is en de drang naar perfecti.e.
" And where does that leave freedom? In There is no choice, no final decision. "
nowhere
land.
Her e tical reason is a l ways already (over)exp osed to an " uncertainty that terminates our freedom, " to an uncertainty that is paradoxically exa c erbated through its critic al and conceptual perfection: " SOPHISTICATING THE UNDECIDABLE. "
For there is no question that is not accompanied by what
53
Pynchon 1993)
(1975b)
aptly dubs
'doubt paralysis'
(cf.
Doel,
Begripsdefini ti es In mijn mentale beeldvorming hanteerde ik lange tijd de begrippen duurzaamheid, erosie en het proces van stratificati.e om het transformatieve karakter van de ruimte te begrijpen. Ui teindelijk kwam het i.nzicht dat het begrippenpaar consistentie en vloeibaarheid beter zou verwoorden hoe ik de ruimtelijkheid concipieer. Waar de eerste begrippen ui tgaan van een aantasting van een soliditeit (destructief) om vervolgens anders neer te slaan (soorten: vast of opgelost vloeibaar), kent het begrippenpaar van consistentie en vloeibaarheid een door en door veranderende wereld waarin relatieve constantie of solidi tei t gradaties zijn van viscositeit.
Reflectie op de scriptie Op een gegeven moment is gekozen de structuur van de scriptie drastisch om te gooi_en. Aanvankel i jk bestond de opzet als een traditionee1 onderzoeksverslag: procesmatig, onderzoektechnisch en grotendeels chronologisch. De besJ i ssing tot de aanpassing is ingegeven door een onvrede met het starre korset van een dergeJ i jk geschr i ft . Bovendien vond ik het moe iJ i.jk het ontwerpproces te presenteren. Hoewe1 het natuurli j 1< wel mijn ontwerpproces is, van mening dat het niet de enige kloppende oplossing is.
ben ik
In plaats van
ontwerpbeslissingen te presenteren als de enige 1ogische keuze (kijk naar dit ene diagram dat ik getekend heb: natuu r l ij k dat het zo moet als ik nu zeg!), vindt ik het interessanter de achtergronden van ontwerpbeslissingen hier te delen. Het belangrijkste argument voor de huidige struc tuur van de scriptie blijft wel dat ik op deze manier de rijkdom van het project het beste kan presenteren.
Noot bij het essay(s) Aanvankelijk was het essay bedoe1d als eerste deol
in een t r i"l ogie van
geschr i fte n met een fotografisch essay als toegift. Zij waren geconcipieerd en opgezet als een lopend en samen horend geheel. Door tijdgebrek heeft het eerste deel echter geen navolging gekregen. Veel van de onderwerpen die in de overige delen zouden worden behandeld hebben desondanks een onderkomen gevonden in het 1 ex i con.
54
Omwi1le van de tijdsdruk heb ik hier en daar en daar en daar drastisch moeten snijden in mijn ambities. Ik hoop dat de kwaJ cteit van producten daar niet al te vee1 onder te 1eiden heeft gehad. Di t geschreven boekje is daar met name het kind van de rekening van.
Ontdekkingsreis door de literatuur In het eerste deel van het project heb ik vee1 1iteratuur gelezen. Ik vond dit erg stinulerend en het i s voor mij een revelatie dat ik zo veel plezier kon beleven in het l ezen. Het lezen en filosoferen over onderwerpen die mij aangrijpen zie ik als een verrij king van mijn ontwerpproces en is zeker iets dat ik ga bli jven doen.
55
" Crazy talk is not enough. " p. 28)
-Deleuze & Guattari
(Doel,
Bedankt aan iedereen die mij heeft gesteund, die fi.nancieel is bij gesp rnngen, die mij heeft opgejut wanneer dat nodig was, die geduld heeft getoond wanneer dat nodig was, die in mij is blijven geloven. Bedankt allemaal. Speciale dank aan mijn afstudeerconmissie, mijn moppie, mijn vrienden en mijn naaste f amil ie.
59
Bronvermelding
Aristoteles. (1930). Physics, Boek IV pinkmonkey.com/dl/libraryl/aris20.pdf ed.). Gaye, Vert.) Oxford: The Clarendon Press.
(350BC) (http:// (R. Hardie, & R.
Benevolo, L. (1993). De Europese Stad. (J. 1. Goff, Red., & M. Geuzebroek, Vert.) Amsterdam: Uitgeverijmaatschappij Agon BV. BnF'. (z.d.). Gallicia, bilbiotheque numerique de la Bibliotheque de France. Opgeroepen op 2009, van http://gallica.bnf.fr/ Braham, W. W., & Hale, J. A. (2006). Rethinking Technology: A Reader in Architectural Theory. London: Routledge. Corboz, A., & Glaudemans, M. (1998). Le Territoire Comme Palimpseste (Het territoium als palimpsest). In E. d. Jong, Tuinkunst: Jaarboek voor de Geschiedenis van Tuin- en Landschapsarchitectuur (pp. 8-35). Amsterdam: Architectura & Natura. Doel, M. (1999). Poststructuralist Geographies. Edingburgh University Press. F'lickr.
(sd).
Edingburgh:
Opgeroepen op 2009, van http://www.flickr.com/
Google afbeeldingen. images.google.nl/
(sd).
Opgeroepen
Google Book Search Beta. (2009). http://books.google.com/books
op 2009,
Opgeroepen
Heidegger, M. (1986). Bouwen Wonen Denken. Rotterdam: NAi Publishers.
van http:// op
2009,
van
(G. Hovingh, Vert.)
Heynen, H., Loeckx, A., Cauter, L. d., & Herek, K.
v.
(2004).
63
'Dat is architectuur': Sleutelteksten uit de twintigste eeuw. Rotterdam: Uitgeverij 010. Hubert, C. (sd). Writings. Opgeroepen op 2010, van Christian Hubert Studio: http://christianhubert.com/writings/index.htm Ingold, T. (2000). The Perception of the Environment: Essays in livelihood, dwelling and skill. London: Routledge. Ingold, T. (1993). The temporality of the landscape. Archaeology , 25 (2), 152-174.
World
le service des Archives communales de Mantes-la-Jolie. (2005). Mantes-sur-Seine: une histoire d'eau du Moyen Age a nos jours. Mantes-la-Jolie: Mantes-la-Jolie. Lemaire, Ambo. Lynch, K. Press.
T.
(2007).
(1972).
Filosofie
van het landschap.
Amsterdam:
What Time Is This Place? Cambridge: The MIT
Malpas, J. E. (2006). Heidegger's World. Cambridge: The MIT Press.
Topology:
Being,
Place,
Marot, S. (2003). Sub-urbanism and the Art of Memory. London: Architectural Association Publications. McDonough, W., & Braungart, M. (2002). Cradle to Cradle: Remaking the Way We Make Things. New York: North Point Press. Melissinos, A. (2005). Priere d'inserer ... (Slipping in it). Techniques & Architecture: Metamorphoses (475), pp. 26-9. Ministere de l 'Ecologie, de 1 'Energie, du Developpement durable et de la Mer. (2007). Presentation de la station hydrometrique: la seine a Limay [Mantes]. Opgeroepen op januari 02, 2010, van Hydro - Les principaux services proposes: http://www.hydro. eaufrance.fr/stations/H7940020&procedure=fiche-station Ministere de l 'Ecologie, de l 'Energie, du Developpement durable et de la Mer. (2010, januari 02). Service de Prevision des Crues > Seine Moyenne Yonne Loing > Donnees temps reel Mantes [Limayj. Opgeroepen op januari 02, 2010, van Carte de vigilance "crues ": http://www. vigicrues. ecologie. gouv. fr/ niveau3.php?idstation=735&typegraphe=h&AffProfondeur=l68&tr0= 750&AffRef=tous&nbrstations=l&ong=l&Submit=Refaire+le+graphiq ue+-+Valider+la+s%C3%A9lection Murdoch, J. (2006). Post-structuralist geography: a guide to relational space. London: SAGE Publications Ltd. Norberg-Schulz,
64
C.
( 1988).
Archi tee tu re:
Meaning and Place.
New York: Electa/Rizzoli. Norberg-Schulz, C. (1982) . Genius Loci: Lan dschaft, Lebensraum, Baukunst. Stuttgart: Klett-Cotta. Norberg-Schulz , C. (1979). Genius Loci: Towards a Phenomenology of Architecture. New York: Rizzoli International Publications Inc. Osborne, C. (1997). Chapter 3: Heraclitus. In C.C.W.Taylor, & C.C.W.Taylor (Red.), Routledge History of Philosophy, Volume I : From the Beginning to Plato (pp. 80-116). London: Routledge. Panoramio - Photos of the World. http://www.panoramio.com/map/
{sd). Opgeroepen op 2009, van
Plato. (360BC). Timaeus (Dialoog) . (B . Jowett, www.gutenberg.org/etext/ 1572. Provoost, M. (1995). Re -a rch: nieuwe gebouwen. Rotterdam: Uitgeverij 010.
Vert.) http: / /
ontwerpen
voor
oude
Rossi , A., Eisenman, P., & Frampton , K. (1982 ) . The Architec ture of the City. Cambridge: The MIT Press. Stroink, R. (2009, november 15). De stelling van Rudy Stroink: Nederlandse bouw is nag steeds in de greep van het naoorlogse optimisme. NRC Handelsblad , 6-7. Van Dale Uitgevers . (2009). Opgeroepen op 2009/2010, van http://pro.vandale.nl/ Wikipedia. org/
Van Dale Van Dale
Onlinewoordenboeken . Onlinewoordenboeken:
{sd) . Opgeroepen op 2009, van http://www.wikipedia.
Yedid, A. (2005). Connaitre pour creer (Know and create ) . Techniques & Architec ture: Metamorphoses (475), pp. 86-91. (z.d. ) . Opgeroepen op 2009, van Wikiquote: http: / /en.wikiquote. org/ wiki/ Main_Page
65