Landelijk rapport Kwaliteitsnetwerk FPA
PARELS DELEN CYCLUS 2, 2015
CYCLUS 2, 2015
HET HELE VELD Colofon Het Kwaliteitsnetwerk FPA is een gezamenlijk initiatief van alle Forensisch Psychiatrische Afdelingen. Het project wordt gecoördineerd door het Expertisecentrum Forensische Psychiatrie en is mede mogelijk gemaakt door een bijdrage van het programma Kwaliteit Forensische Zorg. Voor meer informatie over het Kwaliteitsnetwerk FPA of over andere Kwaliteitsnetwerken, kunt u contact opnemen met het EFP via 030-2910010 of kijken op www.kwaliteitsnetwerken.nl Dit instellingsrapport is opgesteld door: Expertisecentrum Forensische Psychiatrie Churchilllaan 11 3527 GV Utrecht www.efp.nl
Landelijk rapport Kwaliteitsnetwerk FPA • Cyclus 2, 2015
Landelijk rapport Kwaliteitsnetwerk FPA • Cyclus 2, 2015
Inhoudsopgave Voorwoord 3
1
Personeel, patiënten en familie
19
19
Over het domein
Introductie: wat is het Kwaliteitsnetwerk FPA?
5
Top
19
Reflectie op dit rapport
7
Tip
19
Lijst deelnemende instellingen
8
Parels
20
Parels en Oesters in het FPA-veld
9
In-, door- en uitstroom
21
Parels; waar zijn de FPA’s goed in?
9
21
Betrekken sociaal systeem
9
Top
21
Drugsbeleid
10
Tip
21
Bejegening van de patiënt
10
22
Betrokken personeel
10
Over het domein
Parels
Oesters; welke uitdagingen liggen er?
11
Zorgprogramma
23
11
23
Seksualiteit
11
Top
23
Aanwezigheid op de groep
11
Tip
23
Lege dagen
12
Parels
24
13
Vergelijking cyclus 1 en 2
25
Overleg en intervisie
Het thema dit jaar; Seksualiteit
Leeswijzer 15
Woorden voor cijfers
15
Over de percentages
15
Over het domein
Evaluatie en ambitie tweede cyclus Kwaliteitsnetwerk 27 Onderzoek Kwaliteitsnetwerk FPA: het waarom en de tussenstand
29
Veiligheid en risicomanagement 17
Bijlagen 33
17
Bijlage 1. Parels met contactpersonen
34
Top
17
Bijlage 2. Totaaloverzicht per standaard
43
Tip
17
Bijlage 3. Lijst standaarden 2015
44
Parels
18
Bijlage 4. Contactenlijst Kwaliteitsnetwerk FPA
46
Over het domein
Landelijk rapport Kwaliteitsnetwerk FPA • Cyclus 2, 2015
Landelijk rapport Kwaliteitsnetwerk FPA • Cyclus 2, 2015
2
Voorwoord Welkom in “de keuken” van de Forensische Psychiatrische Afdelingen (FPA) in Nederland! Voor je ligt het tweede landelijke rapport van het Kwaliteitsnetwerk van de Forensisch Psychiatrische Afdelingen (FPA’s) in Nederland. Dit tweede rapport laat zien wat een goed georganiseerd professioneel discours oplevert. De professionals van de FPA’s geven je, met betrokkenheid van hun patiënten, een inkijk in hun dialoog over goede zorg. Je krijgt een indruk van wat ze er zelf van vinden, waar ze inspiratie uit halen en welke goede voorbeelden ze bij elkaar zien. Dit rapport is bestemd voor alle professionals. Iedereen kan zo leren van elkaars sterke punten of “parels”. Het Kwaliteitsnetwerk ontwikkelt zich ieder jaar verder. Voor het eerst doen alle FPA’s mee. Op de landelijke dag op 1 oktober zal er een workshop zijn over de inhoudelijke doorontwikkeling van het Kwaliteitsnetwerk. Kunnen we de parels nog duidelijker voor het voetlicht brengen, zodat we van elkaar kunnen leren? En hoe implementeren we
3
deze parels?
3
De Forensische Psychiatrische Afdelingen mogen trots zijn op dit resultaat. Het vraagt lef om je als afdeling kwetsbaar op te stellen, om op deze manier bij je “in de keuken te laten kijken”! Pleidooi De FPA’s hebben een Kwaliteitsnetwerk opgezet omdat behandelaren tijd en ruimte nodig hebben om met elkaar te reflecteren op hun praktijk en hun opvattingen over goede zorg. Daar moeten ze voldoende discretionaire ruimte voor hebben. Dit levert een bron aan inspiratie en ontwikkeling op. Managers en financiers moeten daar ruimte voor scheppen en daar kennis van nemen, maar doen er verstandig aan zich niet met de inhoud (de standaarden), de wijze van reflecteren (de reviews) en laat staan met de
4 in staat blijken de kwaliteit zo hoog in het vaandel te houden. Dat is dankzij het hart voor de zorg voor de patiënten van de vele hardwerkende professionals die werkzaam zijn in deze sector. Namens het Directieberaad bedank ik alle deelnemers voor hun inzet, hun openheid naar elkaar en voor de inkijk die ze ons door middel van dit rapport geven! Tevens dank ik het EFP voor hun geweldige ondersteuning van het Kwaliteitsnetwerk. Het EFP is een expertisecentrum dat – evenals het Kwaliteitsnetwerk – voor en door forensische professionals werkt.
uitkomsten te bemoeien. Eddy Adolfsen De forensische zorg is hoogwaardige gespecialiseerde zorg die een bijdrage levert aan
Voorzitter Stuurgroep Kwaliteitsnetwerk FPA en
de maatschappelijke veiligheid. Het is bewonderenswaardig dat in een periode waarin
voorzitter FPA en FPK Directieberaad /
de tarieven zo onder druk staan en onder die van de reguliere zorg liggen, dat de FPA’s
Directeur Specifieke Zorg GGNet
Landelijk rapport Kwaliteitsnetwerk FPA • Cyclus 2, 2015
Landelijk rapport Kwaliteitsnetwerk FPA • Cyclus 2, 2015
Introductie: wat is het Kwaliteitsnetwerk FPA?
Het model voor het Kwaliteitsnetwerk ziet er als volgt uit:
Standaarden bepalen
Het Kwaliteitsnetwerk is van oorsprong een Engelse methode, die door de gezamenlijke FPA’s is vertaald naar de Nederlandse forensische context. Uit een pilot die in 2014 onder een deel van de FPA’s is uitgevoerd bleek de methode succesvol te zijn, in die zin dat professionals, bestuurders en patiënten er enthousiast van worden en de betrokken instellingen na de reviewdagen vol enthousiasme verbeterplannen hebben opgepakt. Naar aanleiding van de pilot hebben de FPA’s besloten het Kwaliteitsnetwerk in te zetten binnen het gehele FPA-veld. Ook vanuit de rest van het forensische veld tonen organisaties zich nu geïnteresseerd. Inmiddels zijn ook de vier SGLVG-instellingen, verenigd in De Borg, gestart met een Kwaliteitsnetwerk. De forensische verslavingszorginstellingen zijn voornemens in 2015 te starten, en vanuit andere sectoren is er interesse. Ook DForZo toont zich enthousiast.
5
Kortom: met het Kwaliteitsnetwerk FPA is een bijzondere methodiek geïntroduceerd in en voor het forensische veld, die het nodige vertrouwen geniet. We gaan ervan uit dat de resultaten uit het wetenschappelijk onderzoek dit jaar het effect ervan zullen aantonen. De eerste resultaten van dit onderzoek vindt u verderop in dit rapport.
Landelijk rapport en bijeenkomst
Zelfreview
Reflectie en actie
Reviewdag
Reviewrapport voor instellingen
Standaarden bepalen De cyclus start met het bepalen van standaarden door professionals. Belangrijk bij het bepalen van de standaarden is, dat het niet gaat om minimale eisen waaraan een instelling in elk geval zou moeten voldoen. Gezocht wordt juist naar een ambitieuze set standaarden die aanleiding is voor een gesprek rond de vraag ‘hoe pakken jullie dat nu aan?’. De standaarden die zijn uitgevraagd zijn onderverdeeld in vier domeinen: - Veiligheid en risicomanagement - Personeel, patiënten en familie - In-, door- en uitstroom - Zorgprogramma Binnen deze vier domeinen zijn er achtentwintig standaarden geformuleerd. Voor de complete lijst zie bijlage 3. Ook is er ieder jaar een specifiek thema waarop wordt doorgevraagd. Dit jaar is dat “Seksualiteit”. De informatie die hierover verkregen werd kan input vormen voor het ontwikkelen van nieuwe standaarden. De gehanteerde standaarden zijn inmiddels geëvalueerd. Een adviesraad van professionals zal op basis van deze evaluatie de set standaarden waar nodig aanscherpen of aanvullen voor de volgende cyclus.
Landelijk rapport Kwaliteitsnetwerk FPA • Cyclus 2, 2015
Landelijk rapport Kwaliteitsnetwerk FPA • Cyclus 2, 2015
6
Zelfreview en reviewbezoek
teitsnetwerk is nadrukkelijk niet gebaseerd op het principe van een audit: het is dan
Na het bepalen van de standaarden voert elke FPA een zelfreview uit als voorbereiding
ook niet de doelstelling van dit rapport om een automatische ‘verbeterplanreflex’ op
op de reviewdag. Belangrijk is daarbij niet alleen de uitkomst (voldoet, voldoet deels,
te wekken. Wij hopen dat FPA’s dit rapport -en het instellingsrapport- gebruiken om
voldoet niet), maar vooral het beschrijven: ‘hoe geven wij dit vorm?’. Ook vindt er een
gezamenlijk met de teams te reflecteren op de eigen kwaliteit en de eigen ambities
telefonisch interview plaats tussen een daartoe opgeleide patiëntreviewer en een
op dat vlak. Op welke fronten wil de afdeling zich ontwikkelen, gezien de specifieke
patiënt vanuit de FPA.
doelgroep en context? Ter ondersteuning van eventuele implementaties tref je op
Deze informatie dient vervolgens als input voor de reviewteams. Elke FPA wordt bezocht
www.efp.nl/efp-projecten/ Kwaliteitsnetwerk-fpa formats aan voor projectplanning.
door een reviewteam bestaande uit vier professionals en één patiëntreviewer vanuit andere FPA’s, ondersteund door een centrale coördinator vanuit het EFP.
Lijst deelnemende instellingen Dit landelijke rapport heeft betrekking op de tweede cyclus die in Nederland is uitgevoerd
7
Essentieel voor het kwaliteitsnetwerk is dat patiënten als partner worden betrokken
met het Kwaliteitsnetwerk FPA. De twaalf deelnemende FPA’s hebben samen de standaar-
in de review. De standaarden worden mede door hen bepaald en de patiëntreviewer
den bepaald, ieder een zelfreview gedaan, een reviewdag gehad en een instellingsrapport
is een volwaardig lid van het reviewteam. Dit borgt dat het perspectief van de patiënt
ontvangen. Met het ontvangen van dit rapport en het deelnemen aan de FPA-dag op
een duidelijke plek krijgt in de review. Vanaf cyclus 3 zitten er ook twee patiëntrevie-
1 oktober 2015 is de tweede cyclus ten einde en ligt de schone taak bij deze instellingen
wers in de Adviesraad.
om intern te bezien op welke fronten de teams de kwaliteit willen verbeteren.
Tijdens het reviewbezoek worden niet alle standaarden expliciet uitgevraagd. Het review-
De twaalf instellingen zijn:
team concentreert zich op interessante aanknopingspunten die naar voren zijn gekomen
FPA Roosenburg - onderdeel van Altrecht Aventurijn
uit de zelfreview en het patiënten interview. Het primaire doel van de reviewdag is inter-
FPA Zuidlaren - onderdeel van Forint
collegiaal het gesprek aangaan en leren van elkaar. Aan het einde van de dag wordt direct
FPA GGZ Friesland
een eerste terugkoppeling gegeven aan alle professionals van de FPA.
FPA GGZ Noord Holland Noord
8
FPA Kijvelanden
Rapporten en landelijke FPA-dag
FPA Kompas - onderdeel van Pro Persona
Na de reviewdag ontvangt de instelling een instellingsrapport, waarin de uitkomsten
FPA Palier
worden weergegeven. Omdat veel van de medewerkers en ook patiënten hebben
FPA Radix - onderdeel van Mondriaan
deelgenomen aan de cyclus, bevelen wij aan om het rapport breed intern te delen.
FPA Coornhert - onderdeel van Reinier van Arkel
De instelling wordt uitgenodigd hierop te reflecteren met de teams en waar wenselijk
FPA Vincent van Gogh
verbeteracties uit te zetten. De cyclus wordt afgesloten met dit landelijke rapport en
FPA De Boog – onderdeel van GGNet
een landelijke dag op 1 oktober, waarin de stand van zaken in de sector (over de deel-
FPA De Mare – onderdeel van GGZ Westelijk Noord Brabant
nemende instellingen) wordt gedeeld en waar parels worden uitgewisseld. Het Leger des Heils heeft besloten om niet deel te nemen in verband met de afbouw
Reflectie op dit rapport
van de capaciteit van de FPA. Volgend jaar zal de nieuwe FPA Transfore ook deel gaan
In dit rapport wordt een stand van zaken weergegeven van de kwaliteit binnen de
nemen aan het Kwaliteitsnetwerk.
deelnemende instellingen op de gekozen standaarden. Ook vind je hier een overzicht van de gevonden ‘parels’: de mooie voorbeelden die de reviewteams in de instellin-
Het Expertisecentrum Forensische Psychiatrie neemt de ondersteuning van het project
gen hebben gevonden. Een ‘oester’ is een onderwerp waarop verbetering mogelijk
voor haar rekening.
is; er ligt mogelijk een parel in verscholen, maar dat vergt nog wat werk. Het Kwali-
Landelijk rapport Kwaliteitsnetwerk FPA • Cyclus 2, 2015
Landelijk rapport Kwaliteitsnetwerk FPA • Cyclus 2, 2015
Parels en Oesters in het FPA-veld
Drugsbeleid Een van de standaarden is: “Er is beleid op gebied van alcohol en drugs. Dit is juridisch getoetst en per
Wat doen de FPA’s al heel goed en wat kan er beter? Hieronder geven we een beeld van de FPA-sector, eerst in woorden en daarna in cijfers.
individu bepaald. Het is bekend bij alle bezoekers, patiënten en personeelsleden.” Op deze standaard scoorde
Het kwaliteitsnetwerk gebruikt de beeldspraak van parels en oesters. Een parel is iets wat top gaat, dit mag gevierd worden, hier kunnen anderen van leren. Een oester maakt van een zandkorreltje een parel, met andere woorden; deze uitdaging kan nog een parel worden als we er samen aan werken. Nieuwsgierig geworden naar welke parels waar in het land te vinden zijn? In bijlage 1 vind je een volledig overzicht van de verschillende parels die de reviewteams gevonden hebben. Voor de uitkomsten op de individuele standaarden, verwijzen we je graag
geen enkele FPA ‘voldoet niet’. Tien van de twaalf voldoen hier volledig aan. De instellingen hebben een duidelijk en vaststaand beleid, maar waar nodig kan dit ook aangepast worden aan het individu.
Bejegening van de patiënt Een goede beje-
naar bijlage 2.
gening van de patiënten
9
staat
bij alle FPA’s hoog in
Parels; Waar zijn de FPA’s goed in?
het vaandel. Vertrouwen, respect, gelijkwaardigheid en naar elkaar luisteren zijn hierbij
Betrekken sociaal systeem Na de eerste cyclus werd het betrekken van de belangrijke naasten in het landelijke rapport genoemd als uitdaging; een oester. Dit jaar is het betrekken van het so-
belangrijke pilaren. Bijna alle patiënten geven aan zeer tevreden te zijn over de omgang. Het is overduidelijk dat de proffesionals naast de patiënten staan en niet erboven.
ciaal systeem bij de behandeling van de patiënt bij de helft van de FPA’s uitdrukkelijk naar voren gekomen als parel. Een mooi resultaat! De FPA’s zetten zich in om naasten te betrekken bij de behandeling van de patiënt. Door gesprekken wordt duidelijk wat er van alle partijen (FPA, patiënt en naasten) verwacht wordt. Dit zorgt ook voor een betere samenwerking.
Betrokken personeel Tijdens alle reviewdagen hebben we gemerkt hoe betrokken het personeel bij de FPA’s is. Je voelt in alle gesprekken hoe belangrijk de werknemers het vinden om goede zorg te verlenen. Er is veel ambitie om steeds beter te willen worden. Dit verklaart ook het enorme enthousiasme voor het kwaliteitsnetwerk en de grote bereidheid om kennis met elkaar te delen. Door bij elkaar in de keuken te kijken komen de reviewers en professionals erachter dat verschillende onderwerpen overal leven. Reviewers gaven aan dat deelname aan het Kwaliteitsnetwerk tijd kost, maar dat het zeker interessant en leerzaam is.
Landelijk rapport Kwaliteitsnetwerk FPA • Cyclus 2, 2015
Landelijk rapport Kwaliteitsnetwerk FPA • Cyclus 2, 2015
10
Lege dagen De vulling van het dagelijkse programma was bij veel instellingen dit jaar een uitdaging.
Oesters; welke uitdagingen liggen er?
Het gaat hierbij om verschillende onderdelen. Bij sommigen is er een gebrek aan vaktherapie, bij anderen is het vooral lastig wanneer patiënten nog geen vrijheden hebben om buiten de eigen afdeling
Overleg en intervisie Bijna alle FPA’s hadden wel een oester op het gebied van intervisie of communicatie. We hoorden “zij en wij”, “voor en achter”, “boven en beneden”. Dit wijst er op dat er bij sommige FPA’s sprake is van ‘eilandjes’ met 24-uurszorg en behandelaren in plaats van één team. Wanneer er regelmatig multidisci-
een programma te volgen. Bij een aantal FPA’s is er slechts een zeer gering behandelaanbod voor patiënten met verslavingsproblematiek, terwijl een groot percentage van de patiënten hier wel mee kampt.
plinair intervisie of overleg is voor alle werknemers met patiëntencontact, dan kunnen alle visies en problemen besproken worden en komt men nader tot elkaar. Alle neuzen staan dan dezelfde kant op.
Seksualiteit Niet voor niets het thema van dit jaar. Alle FPA’s geven aan dat ze hier meer aandacht aan willen besteden, ze weten alleen nog niet wat het meest wenselijke beleid zou zijn.
11
12
Normale en gezonde seksualiteit is voor veel mensen een belangrijk onderdeel van het leven, dus ook voor klinische patienten. Tot voor kort werd hier vrij weinig aandacht aan besteed binnen de klinische en forensische setting. Het gesprek over dit onderwerp binnen het Kwaliteitsnetwerk spitste zich vaak toe op de vraag of patiënten zonder toezicht (al dan niet op hun eigen kamer) bezoek mogen ontvangen. Hierin ligt een faciliterende rol voor de FPA’s. Seksualiteitbeleid kan ook breder worden gezien. Wellicht is er ook voorlichting of begeleiding wenselijk.
Aanwezigheid op de groep De instelling organiseert het zo dat er overdag en ’s avonds altijd een sociotherapeut/verpleegkundige in de gemeenschappelijke ruimtes aanwezig is. Helaas is er bij geen enkele FPA volledig voldaan aan deze standaard. Tien van de twaalf instellingen voldoen deels en twee voldoen er niet. Alle FPA’s geven aan hier wel naar te streven, maar door een hoge werkdruk is het niet altijd haalbaar. Sommige FPA’s gaan op zoek naar creatieve oplossingen zoals een werkplek op de groep.
Landelijk rapport Kwaliteitsnetwerk FPA • Cyclus 2, 2015
Landelijk rapport Kwaliteitsnetwerk FPA • Cyclus 2, 2015
Het thema dit jaar; Seksualiteit
er altijd toezicht. Intimiteit binnen de afdeling is dan erg lastig. Patiënten wachten dan tot zij vrijheden hebben en/of op verlof gaan. Geen enkele FPA heeft een speciale
Elke cyclus worden niet alleen 29 standaarden uitgevraagd, maar ook een thema. Hiervoor is gekozen omdat er onderwerpen zijn die een belangrijke impact hebben op kwaliteit maar die zich nog niet in een standaard laten vangen, omdat we nog niet goed weten hoe je ze ‘goed doet’. Het idee is dat elk jaar wordt gekozen voor een thema dat wordt uitgevraagd met behulp van een aantal meegeleverde vragen. We hopen dat de antwoorden op de vragen uiteindelijk input biedt om nieuwe standaarden te ontwikkelen.
ruimte voor bezoek zonder toezicht (BZT-kamer). Sommige patiënten kenden dit wel door een eerder verblijf in bijvoorbeeld een PI of Tbs-kliniek. Het thema is echter breder dan het ontvangen van bezoek op de eigen kamer. Het gaat er om hoe de instelling omgaat met het beleven van normale seksualiteit door patiënten. Bij een aantal instellingen wordt er open over seksuele behoeftes gesproken en kan bijvoorbeeld een prostituee bezoek worden opgenomen in het verlofplan. Onderlinge relaties tussen patiënten vindt men nergens wenselijk. Wanneer dit toch voorkomt gaat men het gesprek aan en wordt meestal één van de twee patiënten
Het gekozen thema dit jaar is “Seksualiteit”. Daarbij hebben we ook een aantal steun-
overgeplaatst. Ten slotte is er ook nog een verschil tussen FPA’s op het gebied van
vragen opgesteld. Dit zag er als volgt uit:
toegang tot internet en pornografisch materiaal. Bij de ene instelling mogen patiënten hun eigen smartphone gebruiken en is er gratis Wi-Fi en bij de andere instelling kan er
Is er binnen de FPA ruimte voor het beleven van seksualiteit?
alleen met toezicht gebruik worden gemaakt van internet op een gemeenschappelij-
Steunvragen:
ke computer in de woonkamer.
• Mogen patiënten privébezoek ontvangen op de kamer? Zijn er speciale kamers voor?
13
• Hoe wordt omgegaan met prostitueebezoek?
Uit de reviewbezoeken blijkt dat veel instellingen worstelen met de mate van verantwoor-
• Welke rol ziet de FPA voor zichzelf als het gaat om voorbehoedsmiddelen?
delijkheid die zij voor zichzelf zien rondom normale seksualiteit van patienten. Aan de
• Zijn seksualiteit en relaties een thema binnen de behandeling? Worden ervaringen
ene kant van het spectrum staan instellingen die een grote verantwoordelijkheid voelen
op dit vlak (die de patiënt heeft op de fpa) gespreksonderwerp in de behandeling?
als het gaat om voorkomen van zwangerschappen, SOA’s of de mogelijke risico’s voor
• Is het beleid vastgesteld?
seksuele partners. Hier wordt er veelal voor gekozen om seksualiteit alleen mogelijk te
• Is er binnen het behandelteam ruimte voor verschillende opvattingen over dit thema?
maken tijdens verlof en niet op de afdeling. Aan de andere kant van het spectrum staan instellingen waar seksualiteit als normale levensbehoefte wordt gezien waarvoor ook tij-
Aan de hand van deze vragen zijn professionals met elkaar het gesprek aangegaan. Uit
dens opname gelegenheid voor moet worden geboden (zolang er geen zedendelict aan
deze cyclus blijkt dat de instellingen hier op verschillende manieren mee omgaan. Het
de orde is). Men vindt dat eventuele risico’s buiten de scope van de behandeling vallen,
is zoeken naar de juiste balans tussen het forensische aspect (risicobeperking/beheer-
omdat deze geen onderdeel uitmaken van de reden waarvoor de patiënt is opgenomen.
sing) en normalisering. Uit de verzamelde input doemt nog geen duidelijke, te verkiezen werkwijze op. VoorMen is het er over eens dat normale, gezonde seksualiteit een belangrijk onderdeel van
zichtige pareltjes liggen in het open aangaan van het gesprek over seksuele behoef-
het leven is. De wens bestaat om een open cultuur te creëren waarin alles bespreekbaar
ten met de patiënt, en de erkenning dat deze onderdeel uitmaken van de normale
is, zowel wensen als risico’s en veiligheid. Verschillende factoren kunnen hierbij een rol
levensbehoeften. Ook is het van belang om binnen het team het gesprek te voeren
spelen zoals de behoefte van de individuele patiënt, de visie van de instelling en ook de
over risico’s en verantwoordelijkheid, maar ook over de eigen normen en waarden.
persoonlijkheid van iedere werknemer. Niet iedereen praat er even makkelijk over.
Zeker bij een thema als seksualiteit kunnen verschillen tussen normen en waarden van teamleden de discussie wat vertroebelen. Het is zinvol om daarover met het team
Tijdens de reviews focuste het gesprek zich vaak op het feit of patiënten bezoek op
(en met patienten of ervaringsdeskundigen) in gesprek te blijven. Van welke risico’s
hun eigen kamer mogen ontvangen en of de deur dan dicht mag (of moet). Bij een
is er sprake en in hoeverre is het aan de FPA om die vóór te zijn? Iedere FPA zal voor
aantal instellingen mogen patiënten het bezoek op hun kamer ontvangen met de deur
zichzelf moeten bepalen wat zij wenselijk vindt.
dicht. Dit zorgt er voor dat zij de privacy hebben om intiem te kunnen zijn met een partner. Bij andere instellingen mag bezoek alleen in een bezoekruimte komen en is
Landelijk rapport Kwaliteitsnetwerk FPA • Cyclus 2, 2015
De ontwikkelingen rondom dit thema zullen de komende jaren worden gevolgd.
Landelijk rapport Kwaliteitsnetwerk FPA • Cyclus 2, 2015
14
Leeswijzer Deze grafiek laat zien hoe het veld als geheel heeft gescoord op de vier domeinen.
Woorden voor cijfers
Grafiek 1: Percentages per domein
Het belangrijkste doel van het kwaliteitsnetwerk is niet het vergelijken van harde scores en resultaten. Het draait allemaal om het open gesprek dat collega’s met elkaar voor staat en dit daarna pas illustreren met cijfers en grafieken.
Over de percentages Zoals in grafiek 1 te zien is scoorden de instellingen het hoogst het domein “Veiligheid en risicomanagement”. Dit is niet verrassend aangezien een van de kerntaken van een FPA het beschermen van de maatschappij is. Op de domeinen “In-, door- en uitstroom”
Percentages iinstellingen
aangaan en het leren van elkaar. Dit is waarom we eerst omschrijven hoe het veld er
en “Zorgprogramma” werd gemiddeld even vaak aan de standaarden voldaan. In het
100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0%
31
38
38
49
43 46 10
0 In-, door- en uitstroom
domein “Personeel, patiënten en familie” werd aan de minste standaarden voldaan.
40
31
6
4
Personeel, patiënten en familie
Veiligheid en risico management
Zorgprogramma
Domeinen
Hierbij moet vermeld worden dat het er niet alleen om gaat wanneer er volledig aan Voldoet niet.
een standaard voldaan is. Wanneer er deels voldaan is kan dit betekenen dat de instel-
Voldoet deels.
Voldoet.
ling al goed op weg is, of dat ze er bewust voor hebben gekozen dit iets anders aan te pakken of andere onderwerpen hoger op de agenda te plaatsen.
15
Deze grafiek laat zien hoe de twaalf afzonderlijke FPA’s hebben gescoord op het totaal aan standaarden.
Percentages
Grafiek 2: Totaal uitkomsten per FPA (geanonimiseerd) 100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0%
43%
54%
43%
54%
46%
39%
43%
54%
25% 64%
4%
1
2
11% 3
7% 4
54%
61%
71% 36%
4%
54%
0% 5
43%
36%
46%
57%
43%
54%
39%
39%
7%
7%
4%
7%
11%
7%
4%
6
7
8
9
10
11
12
32%
Instellingen Voldoet niet
Landelijk rapport Kwaliteitsnetwerk FPA • Cyclus 2, 2015
Voldoet deels
Voldoet
Landelijk rapport Kwaliteitsnetwerk FPA • Cyclus 2, 2015
16
Veiligheid en Risicomanagement Parels Bij Altrecht is het gelukt om de helft van de separeerruimtes te sluiten en om
Over het domein
Aantal standaarden: 7 Gemiddelde percentage standaarden geheel voldaan: 51 % Range van standaarden waaraan voldaan is: 29% - 86% “Range van standaarden waaraan voldaan is” laat zien aan hoeveel procent van de standaarden voldaan werd bij de laagst en de hoogst scorende instelling.
drie prachtige comfortrooms te openen. Dit terugdringen van dwang en drang is echt een parel. Bij FPA de Kijvelanden heerst er een vrije cultuur om incidenten te melden. Incidenten worden nabesproken (ook met de patiënt). Het bedrijfsopvangteam (BOT) kan om ondersteuning gevraagd worden, maar zij hebben zelf ook een signalerende rol. Er is altijd een afgevaardigde bij de ochtendoverdracht aanwezig.
Top Bij tien van de twaalf instellingen is al het personeel dat risicotaxaties afneemt hierin geschoold. Ook is er bij tien van de twaalf een duidelijk vaststaand beleid omtrent alcohol en drugs. Dit beleid is juridisch getoetst en kan waar nodig aangepast worden aan het individu. Men gaat uit van een zero tolerance beleid, maar een terugval wordt vaak als een leermoment gezien.
17 Verder wordt er hoog gescoord op de relationele veiligheid (lage toepassing dwang
Bij Palier speelt de risicotaxatie inclusief de beschermende factoren een belangrijke rol tijdens de gehele opname. De behandelaren werken bij het opstellen hiervan goed samen met de PBers. De PBers leren de patiënt vaak goed kennen en zij leveren dan ook een zeer nuttige bijdrage. Er is echt sprake van teamwork. Bij Reinier van Arkel zijn ze goed in het tijdig signaleren van spanningen en risicovolle situaties, hierdoor is de inzet van dwang en drangmiddelen zeer laag. Ze spreken de patiënten op een positieve manier aan en weten zo effectief de-escalerend te werken.
en drang) en het melden van incidenten (beide 58% voldaan).
Tip Slechts drie van de twaalf afdelingen scoort “voldoet” bij het aantoonbaar koppelen
Grafiek 3: Overzicht uitkomsten op domein "Veiligheid en risicomanagement"
van de behandeldoelen aan de delictanalyse. Ook bij het koppelen van de behandeldoelen aan de risicotaxatie valt nog winst te behalen (de helft van de instellingen voldoet hier wel aan).
aan dat ze vrij weinig “eigen” separaties hebben. Het komt echter regelmatig voor dat er “gast” separaties zijn. Een andere afdeling plaatst dan een patiënt bij de FPA in de separeer. Dit telt vervolgens wel mee in de cijfers van de FPA, en het onttrekt personeel van de afdeling. Dit is geen tip, maar wel een uitdaging waar FPA’s mee kampen.
80% Percentages
Een van de standaarden gaat over het dwang- en drangbeleid. De FPA’s geven allemaal
100% 57%
43%
60%
57%
57%
57%
43%
86%
40% 20%
43%
0%
0% 1
57% 0% 2
14% 0% 3
29%
43%
57%
43%
86%
43%
43%
0% 4
0% 5
29% 14% 6
57%
57%
0% 7
0% 8
14% 14% 0% 9
29% 10
57% 57% 14% 11
0% 12
Instellingen Voldoet niet
Landelijk rapport Kwaliteitsnetwerk FPA • Cyclus 2, 2015
Voldoet deels
Voldoet
Landelijk rapport Kwaliteitsnetwerk FPA • Cyclus 2, 2015
18
Personeel, Patiënten en Familie Parels Bij GGZ WNB en Altrecht is er (wekelijks) een overleg tussen de patiënten en
Over het domein
Aantal standaarden: 7 Gemiddelde percentage standaarden geheel voldaan: 37% Range van standaarden waaraan voldaan is: 14% - 57%
Top Net zoals uit de pilot naar voren kwam, bleek ook dit jaar dat het leefklimaat op de meeste afdelingen is gericht op de persoonlijke groei van de patiënt. Alle afdelingen vragen op een meer of minder gestructureerde manier om de feedback van patiënten. Dit is heel belangrijk. Er zou echter wel nog winst behaald kunnen worden in de terugkoppeling en het gebruiken van deze feedback om de kwaliteit van zorg te verhogen. Verder is er geen enkele afdeling zonder een visie of beleid omtrent het welkom heten den die we hebben gehoord zijn: een schone en opgeruimde kamer, een welkomst-
alles wat speelt worden besproken. Het is vrij uniek dat een dergelijk overleg er is met alle disciplines en patiënten. Radix kent een extern begeleide en dus onafhankelijke intervisie voor (bijna) iedereen met patiëntcontact. Zo kunnen problematische casussen multidisciplinair behandeld worden. Het personeel ervaart dit als een goede ondersteuning in hun werk. GGNet is zeer gastvrij. Het begint al bij de entree; het bordje met 4 sterren voor gastvrijheid, een vriendelijke receptioniste en een rustige aparte wachtruimte met informatieposters en folders. Niet alleen de reviewers, maar ook de patiënten en hun bezoek voelen zich welkom en spreken over een warm onthaal. De patiënten gaven aan dat een aantal punten hier aan bijdraagt zoals: een welkomstpakketje, een nette kamer met opgemaakt bed en een uitgebreid
20
portfolio met alle benodigde informatie over hun verblijf in de FPA.
pakketje, introductie op de groep, direct kennismaken met de behandelaar en de persoonlijk begeleider en het bieden van begeleiding waar nodig (patiënt niet alleen laten).
Grafiek 4: Overzicht uitkomsten op domein "Personeel, patiënten en familie"
Tip Alhoewel de meeste instellingen overlegstructuren hebben, wordt een structureel te100%
rugkerende intervisie voor al het personeel met patiënten contact nog bij de meeste instellingen gemist. Aan patiënten wordt regelmatig feedback gevraagd, maar ook hun naasten kunnen een belangrijke bijdrage leveren aan de kwaliteit van zorg. Hen vragen om hun mening over de afdeling kan waardevolle informatie opleveren. Dit gebeurt echter slechts (structureel) bij twee van de twaalf instellingen.
14%
80% Percentages
15 19
van nieuwe patiënten. De afdelingen vullen dit op verschillende manieren in. Voorbeel-
professionals (Cliënt Staf Overleg of CSO). Tijdens deze bijeenkomsten kan
29%
29%
57%
57%
40%
86%
57%
57% 43%
20% 0%
57%
0% 1
14%
14%
2
3
14% 4
0% 5
29% 14% 6
14%
29%
14%
29%
57%
60% 14%
86%
29% 7
0% 8
71%
14% 9
57%
71%
57%
14%
14%
14%
10
11
12
Instellingen
Het bezoekbeleid is zeer verschillend per afdeling. Bij enkele instellingen is het een parel, maar bij sommige is het ook nog een oester. Risicobeheersing staat nog regel-
14%
29%
Voldoet niet
Voldoet deels
Voldoet
matig op de voorgrond en er wordt soms minder aandacht besteed aan gastvrijheid en aandacht voor kinderen.
Landelijk rapport Kwaliteitsnetwerk FPA • Cyclus 2, 2015
Landelijk rapport Kwaliteitsnetwerk FPA • Cyclus 2, 2015
In-, Door- en Uitstroom Parels Over het domein
Aantal standaarden: Gemiddelde percentage standaarden voldoen: Range van standaarden waaraan voldaan is:
7 45 % 14 % – 100%
Top Er is door geen enkele FPA “voldoet niet” gescoord op een standaard binnen dit domein. In de zorgketen hebben alle FPA’s samenwerkingsafspraken met een (forensische) poli of andere voorziening (FACT/RIBW) die forensische ambulante zorg kan leveren. Vanaf het moment van instroom is er aandacht voor het opstellen van doelen gericht op uitstroom en nazorg. Ook worden er vanaf het begin inspanningen geleverd om het sociale steunsysteem in kaart te brengen.
Forint werkt erg goed samen met andere ketenpartners (o.a. Mesdag, reguliere GGZ, PPC, PI Zwolle, NIFP, FPK Assen). Ook vond het reviewteam het prachtig dat er een mogelijkheid is om patiënten die zijn doorgestroomd naar bijvoorbeeld een RIBW (titel is afgelopen) bij crisis op te nemen bij de Kliniek Zuidlaren. Hierdoor zijn reguliere GGZ instanties wellicht eerder bereid een ex-‘forensische’ patiënt op te nemen.
Waar vorig jaar 83% aangaf er moeite mee te hebben om binnen twee weken een ontslagbrief naar de huisarts te sturen, voldoet 50% van de afdelingen dit jaar wel aan deze standaard. De andere 50% gaf aan wel een ontslagbrief te sturen, maar niet altijd deze termijn te halen.
De visie van GGZ Friesland is duidelijk herstelgericht werken. We bewonderen het dat de patiënten zo snel mogelijk een zinvolle dagbesteding krijgen. Wanneer je patiënten vertrouwen geeft, zullen zij hier ook naar gaan leven. Vanaf het eerste moment staat de blik op de horizon en worden duidelijke doelen opgesteld voor de toekomst. Super!
Tip Momenteel beschikt slechts bij een derde van de FPA’s elke patiënt over een smart geformuleerd signalerings- en terugvalpreventieplan dat niet ouder is dan 3 maanden.
Grafiek 5: Overzicht uitkomstenen op domein "In-, door- en uitstroom"
Deze plannen worden nog niet na ieder incident aangepast. Bij opname ontvangt de patiënt informatie over rechten en plichten, verlofbeleid, hoe
100%
afspraken te maken met arts etc, maar bij de meeste instellingen zou er na de eerste
80%
hectiek nog eens gevraagd kunnen worden of de patiënt duidelijk heeft wat de regels zijn. Deze check wordt maar door één op de drie instellingen uitgevoerd.
Percentages
21
Vincent van Gogh heeft goede en duidelijke afspraken met ketenpartners. Ze zijn creatief in wat ketenpartners voor elkaar kunnen betekenen. Een ander punt dat het reviewteam erg goed vond zijn de verschillende fases in behandeling die Vincent van Gogh biedt. Zo hebben ze de fases FPA, FTU, RIBW en wordt het forensische FACT opgezet. Wanneer een patiënt doorstroomt naar de volgende fase, start hij deze nieuwe fase in een ander gebouw. Het is knap dat het lukt om de patiënten de fases te laten doorlopen zonder dat een knip in de behandeling wordt ervaren. Een individuele behandeling kan soepel doorlopen omdat het FTU team al snel inschuift wanneer een patiënt nog op de FPA zit en er niet van hoofdbehandelaar wordt gewisseld.
43%
57%
43%
43%
40% 20%
overdracht plaatsvindt door de verwijzende instantie. 58% van de afdelingen geeft
0%
43%
1
0% 2
57%
29%
29% 71%
57%
57%
71%
71%
71%
29% 0% 3
0% 4
0% 5
29% 0% 6
0% 7
0% 8
0% 9
0% 10
0% 11
0% 12
Instellingen Voldoet niet
Landelijk rapport Kwaliteitsnetwerk FPA • Cyclus 2, 2015
29%
100%
86%
43% 14%
43%
71%
60%
Bij de instroom van een patiënt is het natuurlijk wenselijk dat er altijd een zorgvuldige echter aan dat hieraan op dit moment maar gedeeltelijk voldaan wordt.
14%
Voldoet deels
Voldoet
Landelijk rapport Kwaliteitsnetwerk FPA • Cyclus 2, 2015
22
Zorgprogramma Parels Over het domein
Aantal standaarden: Gemiddelde percentage standaarden voldoen: Range van standaarden waaraan voldaan is:
7 45 % 14 % – 71 %
Top Bij 83% van de instellingen krijgen alle patiënten een exemplaar van het zorg/behandelplan of hebben ze toegang daartoe. Alle instellingen proberen het sociale steunsysteem van de patiënt actief te betrekken bij de behandeling. 58% voldoet hier volledig aan en de andere 42% deels.
Bij GGZ Noord-Holland-Noord geldt een helder beleid om zoveel mogelijk aanwezigheid op de groep te garanderen. FPW-ers werken regelmatig vanaf een werkplek in de woonkamer in plaats van vanuit de teampost. Daarnaast worden er gastvrouwen ingezet als aanspreekpunt en wordt er nagedacht over het inzetten van vrijwilligers. We bewonderen de manier waarop hierover wordt nagedacht. Zij zien heel goed in hoe belangrijk de nabijheid is voor patiënten. Bij Kompas werken ze volgens de Community Reinforcement Approach (CRA) methodiek. CRA is een van oorsprong Amerikaanse aanpak voor de behandeling van verslaving. Het is een evidence based methode die zijn strepen al heeft verdiend in het ambulante veld. Positieve bekrachtiging is hierbij erg belangrijk. Beloningen kunnen liggen in sociale steun, plezierige activiteiten en materiële of symbolische beloningen. Er zijn haalbare doelen met kleine stappen. Voorop staat de succeservaring. Dit lijkt te zorgen voor motivatie van en samenwerking met de patiënt.
Alle FPA’s vinden het belangrijk om er voor te zorgen dat de relatie tussen professionals en patiënten is gebaseerd op waardigheid, vertrouwelijkheid en betrouwbaarheid. Er is geen enkele FPA die hier niet aan voldoet.
23
24
Tip
Grafiek 6: Overzicht uitkomsten op domein "Zorgprogramma"
Ondanks het streven, haalt geen enkele instelling het om er voor te zorgen dat er overdag en ’s avonds altijd een sociotherapeut/verpleegkundige in de gemeenschappelijke 100%
zo veel mogelijk voor te zorgen. Vaak werd aangegeven dat het niet haalbaar is door de
80%
hoge werkdruk (productie/rapporteren). Sommige instellingen experimenteren met het rapporteren op de groep (eventueel met een laptop). Slechts een kwart van de deelnemende instellingen voldoet geheel waar het gaat om het bieden van een samenhangend aanbod voor patiënten met verslavingsproblematiek. Bij 67% is dit deels gelukt en één instelling voldoet hier op dit moment nog niet aan. Een ruim aanbod van vaktherapie (PMT, drama, muziek, beeldend, etc.) is slechts aan-
Percentages
ruimtes aanwezig is. Bij 83% van de instellingen wordt er wel actief aan gewerkt om hier
57%
43%
60%
14%
29% 57%
71%
57%
43% 71%
43%
40% 20%
43%
0%
0% 1
57% 0% 2
3
57%
57%
71% 43%
29% 29%
29%
14% 4
29% 0% 5
43% 0% 6
29% 0% 7
14% 8
14% 9
71% 43%
43%
0% 10
0% 11
0% 12
Instellingen Voldoet niet
Voldoet deels
Voldoet
wezig bij 58% van de instellingen. 17% heeft wel vaktherapie, maar zou deze nog willen uitbreiden en bij 25% van de instellingen wordt hier niet aan voldaan. Vaktherapie kan veel toegevoegde waarde hebben, vooral voor patiënten bij wie verbale behandelmethode minder goed aansluiten.
Landelijk rapport Kwaliteitsnetwerk FPA • Cyclus 2, 2015
Landelijk rapport Kwaliteitsnetwerk FPA • Cyclus 2, 2015
Wanneer de landelijke rapporten van meerdere cycli naast elkaar gelegd worden ziet men verschillen in percentages. We zullen ieder jaar een vergelijkende grafiek in het rapport opnemen, zodat een beeld geschetst wordt van de verandering die de sector als geheel heeft doorgemaakt. In deze grafiek staan de uitkomsten van cyclus 1 (2014) en cyclus 2 (2015), maar alleen voor de standaarden die hetzelfde zijn gebleven (de helft). Omdat in cyclus 2 het aantal deelnemende FPA’s is verdubbeld ten opzichte van cyclus 1 (pilotjaar), zijn er dit jaar helaas weinig conclusies te verbinden aan de grafiek.
Vergelijking cyclus 1 en 2 Vorig jaar zijn de FPA’s als pioniers begonnen met het Kwaliteitsnetwerk FPA. In 2014 was dit nog een pilot met zes instellingen. In 2015 hebben alle twaalf de FPA’s deelgenomen aan de volledige cyclus en alle onderdelen.
Grafiek 7: Vergelijking 2014 - 2015 Percentages 0%
De pilotinstellingen hebben naast een instellingsrapport ook een addendum ontvanVeiligheid en Risicomanagement
gen waarin te lezen valt hoe de uitkomsten van dit jaar zijn in vergelijking met die van de helft van de standaarden na de pilot is aangepast. Wanneer de vraag verandert,
2014
17%
Behandeldoelen-risicotaxatie 2015
17%
verandert ook het antwoord. Dat we de standaarden iedere cyclus aan kunnen passen
2014 0%
heeft ook voordelen. Als een standaard overbodig wordt (bijvoorbeeld doordat alle
Incidenten melden 2015 0%
17%
75%
Behandeldoelen-delictanalyse 2015 0%
vorig jaar. Ook kunnen we niet alle standaarden naast elkaar leggen omdat ongeveer
muleerd worden. Standaarden kunnen ook anders geformuleerd worden zodat de
17%
67% 50%
33%
17%
83% 58%
42% 83%
2014 0% 17%
instellingen er aan voldoen) kan hij geschrapt worden of hij kan ambitieuzer gefor-
Personeel, Patiënten en Familie
nadruk ergens anders op komt te liggen. Zo was er in de eerste cyclus een standaard
2014
Kernwoorden standaarden
Leefklimaat gericht op groei 2015
58%
33%
8%
67%
33%
2014 0%
26
50%
33%
17%
0%
33%
67%
Feedback patiënten 2015 0%
op de afdeling niet alleen te laten. Daarom worden standaarden jaarlijks aangepast.
33%
67%
2014
een verschillende manier vormgeven; bijvoorbeeld door een patient de eerste uren
8%
58%
33%
Feedback familie 2015
33%
17%
50%
2014
vrijheid. Tijdens de reviewdagen bleek dat verschillende FPA’s gastvrijheid echter op
17%
58%
25%
Multidisciplinaire intervisie 2015
over een welkomstpakket dat elke patient zou moeten ontvangen, als teken van gast-
25
10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100%
In-, door- en uitstroom 42%
58%
Zorgvuldige overdracht 2015 0%
0%
100%
2014 0%
50%
50%
Doelen gericht op uitstroom en nazorg 2015 0%
83%
2014 0% 17%
75%
25%
Afspraken zorgketen 2015 0%
100%
2014 0%
42%
58%
Info rechten en plichten bij opname 2015 0%
0%
100%
2014 0% Zorgprogramma Multidisciplinaire richtlijnen 2015
67%
33%
Voldoet niet
Landelijk rapport Kwaliteitsnetwerk FPA • Cyclus 2, 2015
50%
50%
2014 0% 2014 0%
33%
67%
Aanbod versavingsproblematiek 2015 0% Aanbod vaktherapie 2015
25%
67%
8%
2014 0%
17%
67%
17%
50%
50%
Voldoet deels
Voldoet
Landelijk rapport Kwaliteitsnetwerk FPA • Cyclus 2, 2015
Evaluatie en ambitie tweede cyclus Kwaliteitsnetwerk Een terugblik en vooruitblik
tussen patiënt, naaste en professional. Op de vraag welke onderwerpen relevant voor naasten waren, noemden zij zelf de volgende: • Fijne bezoekruimte • Op de hoogte gehouden worden van voortgang • Dat er naar mijn input geluisterd/gevraagd wordt
Evaluatie cyclus 2 Ook dit jaar hebben we een evaluatie uitgevoerd van zowel de cyclus als de standaar-
We kunnen concluderen dat het toevoegen van een naaste aan het reviewteam wei-
den. Deelname aan het kwaliteitsnetwerk werd gemiddeld beoordeeld met een 8,4.
nig toevoegt omdat het merendeel van de standaarden betrekking heeft op de bele-
Op de vraag welke verbeteringen men nog graag zou zien in het kwaliteitsnetwerk,
vingswereld van de patiënt en professional. Wél zinnig is het vooraf samen met naas-
noemde men onder anderen:
ten toevoegen van 1 of 2 standaarden die zowel in de zelfreview door professionals
• “Nog meer de verbinding vinden met elkaar na de reviewdag om kennis verder uit
worden behandeld, als ook telefonisch uitgevraagd worden bij een naaste voor de
reviewdag. Voor 2016 zijn we bezig dit scenario nader uit te werken.
te wisselen. En ook daadwerkelijk wat te gaan brengen bij de ander.”
• “Een elektronisch dossier aanmaken waarin alle resultaten terug te zien zijn per FPA. Het doel waar naar gewerkt wordt om een parel te behalen eventueel te eva-
Ook nieuw: de kwaliteitsnetwerk-app
lueren.”
Op de landelijke dag in oktober zal worden gepresenteerd de KN-app: de LinkedIn voor
• “Om ter discussie te stellen: jaarlijkse of tweejaarlijkse cyclus? Bij tweejaarlijkse cy-
27
FPA-professionals. Op dit platform kun je op zoek naar antwoorden op vragen als:
clus creëer je meer tijd om met werkpunten aan de slag te gaan, en maakt een
• Wie doet er al iets met…. (seksualiteit, ergotherapie, vrij internet- en smartphone
nieuwe evaluatie meer waardevol.”
gebruik, etc)?
Deze punten zijn voorgelegd aan de adviesraad en zullen worden besproken op de
• Wie is expert op het vlak van… (CRA, herstelgericht werken, ervaringsdeskundig-
landelijke dag op 1 oktober 2015 ( in de sessie ‘denktank’).
heid, etc)?
• Heeft er iemand al een procedure op het vlak van… (verboden voorwerpen, drugs
Nieuw afgelopen jaar: pilot naasten
Het betrekken van naasten stond al even op het wensenlijstje van de adviesraad. Het
Wij zijn benieuwd naar jullie ervaringen, wensen en opmerkingen!
en alcohol, etc) die wij mogen gebruiken?
bleef echter puzzelen hoe we dit het handigst kunnen vormgeven; het reviewteam uitbreiden met een naaste? Een naaste in de adviesraad? Een telefonisch interview
Op naar cyclus 3!
vooraf?
Naast bovenstaande punten zullen we komend jaar aan de slag gaan met de periode
In de afgelopen cyclus hebben we een kleine pilot uitgevoerd waarbij voorafgaand
ná de reviewdag: hoe zorg je dat je van inspiratie komt tot daadwerkelijke kwaliteits-
aan het reviewbezoek bij GGNet een telefonisch interview heeft plaatsgevonden met
verbetering? Daarbij zullen we ons gaan richten op:
2 naasten. De input uit deze interviews zijn gebruikt door het reviewteam op de re-
• Het faciliteren van vieren en delen van parels (niet vierendelen): daarbij kijken we
viewdag. Ook is gekeken in hoeverre er een verschil was tussen de perceptie van de
onder andere naar mogelijkheden om parels nog zichtbaarder online te delen (bijv.
naaste, de perceptie van de professional en die van de patiënt.
met behulp van een filmpje) en naar samenwerking met hogescholen en universi-
Wat allereerst opviel was dat het voor naasten erg lastig was om over het overgrote
teiten in het kader van gastlessen bijvoorbeeld.
deel van de vragen/standaarden te oordelen: het betrof zaken die zich buiten het
• Het faciliteren van het zoeken naar expertise: de kwaliteitsnetwerk-app is daar een
gezichtsveld van naasten afspeelden. De voor naasten relevante set standaarden was
groot onderdeel van, maar ook het vormen van netwerkjes van professionals die
daardoor erg klein en beperkte zich tot gastvrijheid, bezoek en contact met behan-
zich met hetzelfde thema bezig houden.
delaars. De vragen leverden daardoor helaas ook weinig aanvullende input op voor
• Het trainen van implementatievaardigheden binnen de instellingen.
het reviewteam. De perceptie kwam gelukkig in het geval van GGNet veelal overeen
Landelijk rapport Kwaliteitsnetwerk FPA • Cyclus 2, 2015
Landelijk rapport Kwaliteitsnetwerk FPA • Cyclus 2, 2015
28
Onderzoek Kwaliteitsnetwerk FPA: het waarom en de tussenstand
rieën ver boven gemiddeld en boven gemiddeld staan voor een positieve beleving van het afdelingsklimaat, en ver onder gemiddeld en onder gemiddeld staan voor een negatieve beleving van het afdelingsklimaat. Resultaten EssenCES In tabel 1 is voor de vijf categorieën het percentage patiënten (P, waarbij N=216; variërend van 7 tot 34 per instelling) en medewerkers (M, waarbij N=215; variërend van 6
Het kwaliteitsnetwerk heeft tot doel het leren van elkaar binnen de sector te bevorderen. Door onszelf als fpa’s kritisch tegen het licht te houden en te leren van elkaars ‘wielen’, hopen we de kwaliteit van zorg binnen de sector verder te versterken. Welk effect deelname aan een kwaliteitsnetwerk nu precies heeft op een FPA, dat wordt onderzocht door Stefan van Bokkem. Dit onderzoek is op verzoek van de gezamenlijke FPA’s gestart in 2014.
29
tot 31 per instelling) per subschaal weergegeven.
Tabel 1: % patiënten en medewerkers per categorie per subschaal over alle FPA’s
OP
BT
VB
%P
%M
%P
%M
%P
%M
Ver onder gemiddeld
12,1
12,6
13,8
14,6
16,7
19,0
De doelstelling van het onderzoek is de effectiviteit van deelname aan het Kwaliteit-
Onder gemiddeld
27,6
24,7
24,3
19,3
21,0
13,9
snetwerk voor FPA’s te onderzoeken, onder andere in termen van processen. In het
Gemiddeld
22,0
24,2
21,0
25,0
21,4
20,4
onderzoek wordt het effect van deelname op een aantal processen binnen de FPA
Boven gemiddeld
11,7
23,7
9,5
16,0
10,5
24,5
onderzocht:
Ver boven gemiddeld
26,6
14,9
31,4
25,0
30,5
22,2
• De ‘open attitude’ die een kwaliteitsnetwerk nastreeft komt tot uitdrukking in de
30
beoordeling van het leefklimaat door patiënten en medewerkers, gemeten met de EssenCES • De mate van herstelgericht werken wordt door patiënten beoordeeld met de
Zoals af te lezen is uit de tabel, is ongeveer 40% van de patiënten en medewerkers
positief over de veiligheidsbeleving, de betrokkenheid van het team naar patiënten en
Vragenlijst Herstelprincipes
• Burn-out klachten worden bij medewerkers gemeten met de UBOS-C
de onderlinge verstandhouding tussen patiënten. Ongeveer 1/3 van de patiënten en medewerkers is negatief. De mate waarin patiënten en medewerkers positief, neutraal
Voor deze vragenlijsten zijn onderstaand de resultaten voor cyclus 1 weergegeven op
of negatief zijn verschilt niet over de drie subschalen. Ook beoordelen medewerkers
groepsniveau (alle FPA’s samen). De FPA’s ontvangen hiervan ook nog een overzicht
het afdelingsklimaat op de drie subschalen niet substantieel anders dan patiënten.
voor hun eigen instelling.
Herstelgericht werken Afdelingsklimaat
De mate van herstelgericht werken en de tevredenheid daarover is bij patiënten
Het afdelingsklimaat is bij patiënten (N=216) en medewerkers (N=215) gemeten met
(N=155) uitgevraagd met de Vragenlijst Herstelprincipes. Voor alle instellingen is ge-
de EssenCES. De schaal bestaat uit drie subschalen: Onderlinge verstandhouding tus-
keken naar het overall percentage herstel en de gemiddelde tevredenheid.
sen patiënten (OP), Veiligheidsbeleving (VB) en Betrokkenheid van het team naar patiënten (BT). Voor dit instrument bestaan geen Nederlandse normen. Gekozen is om
De mate van herstelgericht werken wordt gemeten met 5 stellingen die correspon-
naar Duits voorbeeld de scores per subschaal naar ernst in te delen in kwintielen
deren met de volgende 5 thema’s: samenwerking, ondersteuning en voorbereiding,
(groepen van 20%). De vijf categorieën staan voor het volgende: ver onder gemiddeld,
stimuleren eigen verantwoordelijkheden, laten zien van goede voorbeelden en tijds-
onder gemiddeld, gemiddeld, boven gemiddeld en ver boven gemiddeld. De catego-
besteding. Aan elk van deze stellingen kan een score van 1 (geen herstel), 2 (matig
Landelijk rapport Kwaliteitsnetwerk FPA • Cyclus 2, 2015
Landelijk rapport Kwaliteitsnetwerk FPA • Cyclus 2, 2015
herstel), of 3 (herstel) worden toegekend. De mate van herstelgericht werken wordt per thema in percentages uitgedrukt. De tevredenheid is door patiënten gescoord door per thema een cijfer tussen 0 en 10 te geven.
Resultaten Vragenlijst Herstel In tabel 2 is per thema het percentage patiënten (N=155; variërend van 6 tot 23 per instelling) weergegeven dat vindt dat er herstelgericht, matig herstelgericht en niet herstelgericht gewerkt wordt. Ook is het gemiddelde tevredenheidscijfer en bijbehorende standaarddeviatie (SD) per thema weergegeven.
Tabel 2: herstelgericht werken en gemiddelde tevredenheid over alle FPA’s
%
% matig
% niet
Gemiddelde
herstelgericht
herstelgericht
herstelgericht
tevredenheid (SD)
72,3
19,4
8,4
6,65 (2,04)
37,4
41,9
20,6
6,43 (2,07)
58,1
31,6
10,3
6,52 (2,01)
Samenwerking Ondersteuning en voorbereiding Stimuleren
31
verantwoordelijkheden
32
Resultaten UBOS-C Van de 231 medewerkers -variërend van 9 tot 37 per instelling- voldeden er 30,7% aan
Laten zien van goede voorbeelden
48,4
34,8
16,8
6,10 (2,00)
de criteria voor een burn-out. Per instelling varieerde het percentage medewerkers
Tijdsbesteding
52,9
35,5
11,6
6,49 (2,30)
met een burn-out van 6,2% t/m 61,5%. Met name het percentage medewerkers met een lage score op de subschaal ‘competentie’ (29,4%), en niet zozeer met een hoge score op de subschalen ‘depersonalisatie’ (7,8%) en ‘emotionele uitputting’ (10,4%) verklaart het gevonden percentage burn-out.
Opvallend is dat de verschillen in percentages qua herstelgericht werken niet tot uitdrukking komen in de tevredenheidscijfers. Een hoge mate van herstelgericht werken
Hoe verder?
leidt niet zondermeer tot meer tevredenheid. De gemiddelde tevredenheid varieert
De dataverzameling van Cyclus 2 is inmiddels afgerond, de resultaten zullen worden
nauwelijks tussen de thema’s, en kan gezien worden als redelijk laag.
vergeleken met die uit Cyclus 1. Ook wordt bekeken of en in hoeverre (veranderingen op) de kwaliteitsstandaarden gerelateerd zijn aan veranderingen in herstelgericht wer-
Burn-out
ken, het afdelingsklimaatklimaat en burn-out. Daarnaast worden relaties met verza-
De mate van burn-out is gemeten met de UBOS-C (N=231). De UBOS-C bestaat uit de
melde kengetallen, waaronder ziekteverzuim, formatie en staff turnover onderzocht.
subschalen ‘emotionele uitputting’, ‘depersonalisatie’ en ‘competentie’. Aan burn-out
Vervolgens staat Cyclus 3 voor de deur….
wordt voldaan als men hoog scoort op ‘emotionele uitputting’ en ‘depersonalisatie’ en/of laag scoort op ‘competentie’. Het percentage burn-out is bepaald volgens de ggz norm.
Stefan van Bokkem Directiesecretaris divisies forensische psychiatrie GGZ Noord-Holland-Noord Onderzoeker Kwaliteitsnetwerk FPA
Landelijk rapport Kwaliteitsnetwerk FPA • Cyclus 2, 2015
Landelijk rapport Kwaliteitsnetwerk FPA • Cyclus 2, 2015
Bijlage 1: Parels met contactpersonen
Bijlagen
Parel
FPA Contactgegevens
Veiligheid en risicomanagement Sluiten van twee separeers Het is gelukt om de helft van de separeerruimtes te sluiten en om drie prachtige comfortrooms te openen.
Altrecht Aventurijn
Petra de Leede Teammanager
[email protected] 06 22783205
Altrecht Aventurijn
Martha Neeter Psychiater
[email protected] 06 53143914
Forint
Albert Kamminga Teamleider
[email protected] 050 4097545/06 106544786
Drugsbeleid Een realistisch drugsbeleid, waarin wordt aangesloten bij de patiëntengroep. Unit De Trans biedt een goede mogelijkheid om in beschermde setting te oefenen met gecontroleerd gebruik.
Nazorg bij incidenten en escalaties Er wordt zorgvuldig omgegaan met personeel dat betrokken is geweest bij een incident of escalatie. Op de dag zelf wordt er kort nabesproken. Daarna kunnen de gemoederen bedaren. Na een tijdje is er nog een uitgebreidere evaluatie met alle betrokkenen. Blij heftige zaken worden er ook later follow-ups gehouden, want soms komen emoties pas na een langere tijd naar de oppervlakte.
33
26
34
Behandelplannen De behandelplannen zijn gebaseerd op de risicotaxatie en de delictanalyse. Patiënten voelen zich verbonden met hun behandelplan doordat ze zelf zaken in mogen brengen, doordat ze aanwezig zijn bij de bespreking en doordat er achteraf ook nog geëvalueerd kan worden. Familie mag daarbij aanwezig zijn.
Kijvelanden
Lila van de Sande Hoofd Behandeling en Bedrijfsvoering
[email protected] 06 15569590 / 010 5031192
Kijvelanden
Lila van de Sande Hoofd Behandeling en Bedrijfsvoering
[email protected] 06 15569590 / 010 5031192
Palier
Stephan Smout Teamleider
[email protected] 06 10855581
Palier
Taco Koenders / Jos de Keizer en Hennie Passchier vov (verpleegkundige of SPH)
[email protected],
[email protected],
[email protected] 06 53247026 / 088 3578782
Melden van incidenten Er heest een vrije cultuur om incidenten te melden. Incidenten worden nabesproken (ook met de patiënt). Het bedrijfsopvangteam (BOT) kan om ondersteuning gevraagd worden, maar zij hebben zelf ook een signalerende rol. Er is altijd een afgevaardigde bij de ochtendoverdracht aanwezig.
Risicotaxatie inclusief beschermende factoren De risicotaxatie inclusief de beschermende factoren speelt een belangrijke rol tijdens de gehele opname. De behandelaren werken hierbij ook goed samen met de PB-ers. De PB-ers leren de patiënt vaak goed kennen en zij leveren dan ook een zeer nuttige bijdrage. Er is echt sprake van teamwork.
De-escalerend werken De dwang en drang cijfers zijn teruggelopen. Bewustwording van je handelen en goede communicatie kunnen hier verklaringen voor zijn. Het signaleringsplan valt hier ook onder. Het personeel is getraind in de-escalerend werken. Men is zich er van bewust wat voor gevoel een bepaalde benadering heeft. De-escalerend werken gaat niet alleen over de fysieke benadering, maar ook over het in gesprek gaan om escalatie te voorkomen.
Landelijk rapport Kwaliteitsnetwerk FPA • Cyclus 2, 2015
Landelijk rapport Kwaliteitsnetwerk FPA • Cyclus 2, 2015
Parel
Parel
FPA Contactgegevens
Gastvrijheid
De Kelk en Zwaard methode Dit is een werkwijze waarbij je naast de patiënt blijft staan in plaats van hiërarchisch boven hem. Bij Radix is men zich er goed van bewust wat je kunt bereiken met een zachte hand. Ze proberen zo goed mogelijk aan te sluiten bij de patiënt en proberen uit te gaan van gelijkwaardigheid. Indien het echt niet anders kan is het zwaard, de harde hand, het laatste redmiddel.
FPA Contactgegevens
Radix
Anita Paffen Afdelingshoofd
[email protected] 088 5736936
Een vriendelijke receptioniste en een rustige aparte wachtruimte met informatieposters en folders. De patiënten gaven aan dat een aantal punten hier aan bijdragen zoals: een welkom-pakketje, een nette kamer met opgemaakt bed en een uitgebreid portfolio met alle benodigde informatie over hun verblijf in de FPA.
Radix
Anita Paffen Afdelingshoofd
[email protected] 088 5736936
Hardwerkend personeel
GGNet
Marja Wolters, Ingrid Petrik, Anita Wagenmakers, Wilma Rolleman Gastvrijheidsambassadeurs
[email protected];
[email protected];
[email protected];
[email protected] 088 9332930
GGNet
Tini Berends Managementassistent ZIB/FPA en IZ
[email protected] 088-933 1514
GGZ Friesland
Theodoor Visser Programmamanager
[email protected] 06 23449721
GGZ WNB
Yvette Kilian GZ psycholoog, programmahoofd en klinisch psycholoog i.o.
[email protected] 0164 289483
Kijvelanden
Lila van de Sande Behandelaar
[email protected] 06 15569590 / 010 5031212
Kompas
Gerard Bressers Maatschappelijk werker
[email protected] 026 483 3341
Groepssignaleringsplan Er wordt veel aandacht besteed aan het informeren en betrekken van het sociaal systeem. De contactpersoon (of het sociaal systeem) wordt uitgenodigd op de FPA voor een informatief gesprek. Dit gaat twee kanten op. Wat doet de FPA en wat kan er verwacht worden, maar ook: kennis vergaren over de patiënt. Hoe was hij toen alles nog goed was? Hoe kunnen we daar weer komen? De patiënt maakt/doet samen met zijn behandelaar een delictanalyse en nodigt het netwerk uit (ook Reclassering) om dit te presenteren. Waar nodig begeleidt de maatschappelijk werker of persoonlijk begeleider het verlof.
Het personeel van de Boog heeft hart voor de zaak. Er wordt hard gewerkt. Een teammanager benoemde de sfeer van “Niet lullen maar poetsen!”
Kleinschaligheid
Weinig eigen dwang en drang Bij Reinier van Arkel is men goed in het tijdig signaleren van spanningen en risicovolle situaties. Hierdoor is de inzet van dwang en drangmiddelen zeer laag. Ze spreken patiënten op een positieve manier aan en kunnen zo effectief de-escalerend werken.
Reinier van Arkel
De FPA van GGZ Friesland is kleinschalig en daardoor komt alles overzichtelijk over. Doordat er een vrij kleine staf is, zijn de lijntjes kort en kan informatie en kennis ook makkelijk overgedragen worden. Daarnaast schakelt deze FPA snel en makkelijk externe expertise in, omdat ze niet alles zelf in huis kunnen hebben.
Martine Blok GZ-psycholoog
[email protected] 06 10473377
27 Intervisie
35
28
Personeel patiënten en familie Huiselijke sfeer Comfortrooms, rehab-ruimte en de zithoekjes op verschillende units. Daarnaast ook huiselijke sfeer in het activiteiten aanbod: het tafeltennistoernooi, de outdooractiviteiten en het volleybaltoernooi.
Altrecht Aventurijn
Mariska Rosheuvel Teammanager
[email protected] 06 22202186
Overleg en communicatie Beursberichten in de ochtend zodat iedereen op de hoogte is van de bijzonderheden en een ZINloopspreekuur voor het systematisch bespreken van incidenten en vrijheidsbeperkende maatregelen. Risicomanagementplannen en –besprekingen: eens per week wordt Roosenburg-breed een patiënt besproken door behandelaren om te kijken hoe het risicomanagement bij die patiënt vorm te geven. Ook de doelgroepintervisie voor jonge meiden en voor mensen met ervaringen in de psychiatrie is een parel.
Altrecht Aventurijn
Nicky Petri Kwaliteitsmedewerker, coach en supervisor
[email protected] 06 31757366
Landelijk rapport Kwaliteitsnetwerk FPA • Cyclus 2, 2015
Jong, bruisend en ambitieus team Alle afdelingen koken 7 dagen per week en doen ook alle boodschappen zelf. Ze hebben daarvoor een speciaal ingerichte keuken waar begeleid gekookt wordt. Patiënten leren vaardigheden van elkaar en ook zie je in de maaltijden de culturele achtergrond van patiënten terug.
Maatschappelijk werker
Er samen voor gaan Na een crisissituatie hebben de professionals met zijn allen de schouders eronder gezet. Dit getuigt van echte teamspirit! Plannen en beleid zijn veranderd en daarbij werd iedereen nauw betrokken, het ging niet top-down. “Er werd om commitment van medewerkers gevraagd in plaats van dat er commitment werd verwacht.”
Eens per twee maanden is er een multidisciplinaire intervisie met een speciaal hiervoor opgeleide externe supervisor van GGZ WNB. Het is mooi dat hierbij alle disciplines aanwezig kunnen zijn, zodat men van elkaar kan leren.
Forint
Albert Kamminga Teamleider
[email protected] 050 4097545 / 06 106544786
De maatschappelijk werker binnen FPA kompas is een duizendpoot. Hij is het aanspreekpunt voor de contactpersoon, start het contact met het sociale systeem op (later verschuift deze taak in overleg soms naar de fpw-er), helpt bij het regelen van de financiën (schulden) en zorgt voor de door- en uitstroom (zelfstandige woning, ambulante begeleiding, RIBW etc.). De patiënten zeiden dat ze een “boost” krijgen van de maatschappelijk werker als ze er even helemaal doorheen zitten. Dit is een pluim voor de individuele maatschappelijk werker, maar het hebben en breed inzetten van zo’n maatschappelijk werker is ook een parel voor de FPA als geheel.
Landelijk rapport Kwaliteitsnetwerk FPA • Cyclus 2, 2015
36
Parel
Parel
FPA Contactgegevens
Samenwerking Psychiater, psycholoog en verpleegkundig specialist (en verpleegkundig specialist in opleiding) werken goed samen en combineren hun visies. Er zijn onderling korte lijntjes (geen eilandjes). Zo kunnen verschillende zienswijzen of expertises gecombineerd worden. De patiënt plukt hier de vruchten van, bijvoorbeeld doordat hij zo een goed gefundeerd behandelplan krijgt.
Lef Kompas
Arif Qaderdan Psychiater / Hoofd behandelaar
[email protected] 026 483 3429
Kompas
René Rikken Teamleider
[email protected] 026 483 3408
Vincent van Gogh heeft lef. Vorig jaar heeft er een grote omslag in de teams plaatsgevonden. Zo wordt er hard gewerkt aan het behandelaanbod, de wijze van rapporteren en het adequaat werken met de risicotaxatie delictanalyse. Hierdoor wordt het foren sisch werken op een sterke manier weggezet. De nieuwe teams zijn bevlogen, durven te leren en kritisch te zijn op elkaar en op de behandelaar.
Stabiel team FPA Kompas heeft een stabiel team, met veel kennis en hart voor de zaak. De professionals weten elkaar gemakkelijk te vinden en de lijntjes zijn kort. De deuren (zowel kantoren als teampost) staan open.
GGZ NHN
Palier
Goede samenwerking met andere ketenpartners (o.a. Mesdag, reguliere GGZ, PPC, PI Zwolle, NIFP, FPK Assen). Ook vonden wij het prachtig dat er een mogelijkheid is om cliënten die zijn doorgestroomd naar bijvoorbeeld een RIBW (titel is afgelopen) bij crisis op te nemen bij de Kliniek Zuidlaren. Hierdoor zijn reguliere GGZ instanties wellicht eerder bereid een ‘forensische’ cliënt op te nemen.
Ronald ter Steege Teamleider FPA Hooge Venne
[email protected] 06 53935364
Martijn Koerhuis en Rob Anker Manager bedrijfsvoering
[email protected] en
[email protected] 06-20131001 en 06-53213108
37 Radix kent een extern begeleide en dus onafhankelijke intervisie voor (bijna) iedereen met patiëntcontact. Zo kunnen problematische casussen multidisciplinair behandeld worden. Het personeel ervaart dit als een goede ondersteuning in hun werk.
Radix
Anita Paffen Afdelingshoofd
[email protected] 088 5736936
Radix
Mignon Tekelenburg GZ-psycholoog
[email protected] 088 5736936
Forint
Albert Kamminga Teamleider
[email protected] 050 4097545 / 06 106544786
GGZ Friesland
Tineke Algra en Sytze-Jorrit Jorritsma Verpleegkundige
[email protected] en
[email protected] 0517 398628
Focus op later De visie is duidelijk herstelgericht werken. De patiënten krijgen zo snel mogelijk een zinvolle dagbesteding. Wanneer je patiënten vertrouwen geeft, zullen zij hier ook naar gaan leven. Vanaf het eerste moment staat de blik op de horizon en worden duidelijke doelen opgesteld voor de toekomst.
27 28
Externe supervisie
Nicky Danen Teamleider
[email protected] 06 14546502
Zorgketenafspraken
Zelfinzicht Het management weet heel goed wat de ontwikkelpunten (oesters) zijn, zelfs al voordat er feedback is gegeven. Ze zetten hier ook al op in. Het management neemt de nodige stappen om alsmaar te verbeteren.
Vincent van Gogh
In-, door- en uitstroom
PB-ers Patiënten geven aan erg tevreden te zijn over hun PB-ers, ze voelen zich gezien en gehoord.
FPA Contactgegevens
38
Fasering in groei Het is voor zowel ons als patiënten erg duidelijk wat het groeiproces is voor een cliënt binnen de FPA de Mare. Bij binnenkomst start je op afdeling 3 of 4. Daar heb je weinig vrijheden en heerst er een strikte structuur. Je stroomt door naar afdeling twee, waar je al meer vrijheid hebt en de structuur iets soepeler wordt. Op afdeling 1 heb je minimaal 3 dagdelen dagbesteding (bijvoorbeeld vrijwilligerswerk), heb je je telefoon in eigen beheer en zijn er de minste verplichte contactmomenten.
GGZ WNB
Yvette Kilian GZ psycholoog, programmahoofd en klinisch psycholoog i.o.
[email protected] 0164 289483
Palier
Stefan Frensch Medewerker van het Loket Forensische zorg
[email protected] 06 51530569
Vincent van Gogh
Nicky Danen Teamleider
[email protected] 06 14546502
Veel verschillende disciplines Er zijn veel verschillende disciplines aanwezig. Zo is er veel expertise en kennis in huis. Een bijzonder voorbeeld is de ergotherapie.
Goede sfeer Zowel onder het personeel als onder de cliënten heerst een goede sfeer. Alle neuzen wijzen dezelfde kant op. Cliënten voelen dat het personeel het beste met hen voor heeft en de lijntjes tussen de werknemers zijn kort. Dit zorgt voor een fijn gevoel, men heeft hart voor de zaak!
Reinier van Arkel
Maaike Laurant Behandel coördinator en klinisch psycholoog
[email protected] 06 15572517
Toegankelijkheid disciplines De therapeuten zitten op de afdeling en lopen daar ook rond. Dit zorgt ervoor dat de drempel om ze aan te spreken erg laag is, zowel voor patiënten als sociotherapeuten/persoonlijk begeleiders. Er vindt ook goede kruisbestuiving plaats tussen de therapeuten van de verschillende units.
Landelijk rapport Kwaliteitsnetwerk FPA • Cyclus 2, 2015
Gericht op doorstroom De FPA zet in op een naadloze oversteek naar de maatschappij of de reguliere ggz. De Forensische Oefen Units (Fou’s) zijn hier een goed voorbeeld van: op deze units kunnen patiënten al onder begeleiding in een eigen woning stevig en realistisch oefenen met meer vrijheid. De FPA heeft vanaf moment één de blik al gericht op de toekomst. Patiënten worden al snel op wachtlijsten voor woonruimte geplaatst. Een woonintake en woonpad-programmering zorgen voor goede doorstroommogelijkheden. Wanneer er nog geen goede vervolgplek is gevonden, mag de patiënt bij Palier blijven, ook als de titel is afgelopen.
Proactieve ketenzorg Reinier van Arkel
Maaike Laurant Behandel coördinator en klinisch psycholoog
[email protected] 06 15572517
Vincent van Gogh is een proactieve ketenpartner en ze blijven het gesprek aangaan met andere ketenpartners. Er kan goede zorg worden geleverd en indien een expertise niet in huis is vliegen ze deze in. Ze zijn creatief in wat ketenpartners voor elkaar kunnen betekenen. Hierbij zijn ze ook ambitieus en zien ze uitdagingen in de gezamenlijke verantwoordelijkheid voor de uitstroom van patiënten.
Landelijk rapport Kwaliteitsnetwerk FPA • Cyclus 2, 2015
Parel
FPA Contactgegevens
Parel Familiebeleid
Geen knip in de behandeling Vincent van Gogh biedt verschillende fases in de behandeling . Zo hebben ze de fases FPA, FTU, RIBW en wordt forensische FACT opgezet. Wanneer een patiënt doorstroomt naar de volgende fase, start hij deze nieuwe fase in een ander gebouw. Het lukt ze om de patiënten de fases te laten doorlopen zonder dat een knip in de behandeling wordt ervaren. Een individuele behandeling kan soepel doorlopen omdat het FTU team al snel inschuift wanneer een patiënt nog op de FPA zit en er niet van hoofdbehandelaar wordt gewisseld.
FPA Contactgegevens
Vincent van Gogh
Als een patiënt in eerste instantie niet wil dat familie betrokken is, wordt er later structureel opnieuw bij stilgestaan of er behoefte is hieraan. Er vinden systeemgesprekken plaats, familie kan aanwezig zijn bij de bespreking van het behandelplan (en dit gebeurt ook echt als de patiënt hier toestemming voor heeft gegeven) en er vinden informele activiteiten plaats zoals een barbecue en een kerstviering.
Nicky Danen Teamleider
[email protected] 06 14546502
GGNet
Kelly Grootenhuis Maatschappelijk werkster
[email protected] 0575 580811
GGZ Friesland
Colette Bosklopper Psycholoog
[email protected]
GGZ Friesland
Cora van Slooten en Norbert Nijland PMT’ers
[email protected];
[email protected]
GGZ Friesland
Femmy Visser en Rosie LeemburgWester en Jaenette Delfsma Verpleegkundige/begeleider/ begeleider
[email protected];
[email protected];
[email protected] 0517 39 86 28
Betrokkenheid met en van de patiënt
Zorgprogramma
De patiënten hebben veel inbreng bij de behandeling. Hun input wordt gestimuleerd en serieus genomen. Ze hebben de regie over hun eigen behandeling en zijn daardoor over het algemeen genomen gemotiveerd. Dit is ook een goede impuls voor de samenwerking tussen de professionals en patiënten.
Methodiek- SRH Systematisch Rehabilitatiegericht Handelen (SRH) ondersteunt patiënten met psychische en sociale kwetsbaarheid bij hun herstelproces. Professionals staan naast te patiënt in plaats van er boven. “Wat is er nodig?” is één van de belangrijkste vragen die worden gesteld.
Altrecht Aventurijn
Mieke van Boxtel Verpleegkundig specialist
[email protected] 06 13686741
PMT Er zijn twee goede PMT-ers en een grote en mooie gymzaal met veel mogelijkheden (waaronder een klimwand). Patiënten krijgen door PMT meer inzicht in hun eigen grenzen. Zoals een patiënt zei: “Dit is voor het eerst dat mijn muurtje een beetje afgebroken wordt.”
Dagbesteding en vaktherapie Binnen Forint wordt er veel aandacht besteed aan dagbesteding en vaktherapie. Het gaat er om dat iedereen weer een normale en goede daginvulling krijgt. Dit is ook van grote waarde als je probeert te normaliseren. We hebben gezien en gehoord: PMT, muziektherapie, Coping vaardigheden-training, omgaan met geld, Libermann modules, delict-scenario analyse en bespreking, EMDR, gesprekken met psychologen, leefstijltraining en verschillende werk projecten.
Forint
Albert Kamminga Teamleider
[email protected] 050 4097545 / 06 106544786
Betrekken sociaal netwerk
27
39
28 Betrekken sociaal systeem Tijdens de intake wordt er al gevraagd naar een contactpersoon of sociaal systeem. In de eerste week spreekt de maatschappelijk werkster de patiënt en vraagt of er contact onderhouden mag worden met het sociaal systeem. Ze gaf aan dat dit in 99% van alle gevallen mag. Het sociale netwerk wordt ook aangemoedigd om aanwezig te zijn bij alle behandelplanbesprekingen.
Forint
Albert Kamminga Teamleider
[email protected] 050 4097545 / 06 106544786
Therapie-aanbod Er is een ruim en gevarieerd therapie-aanbod. Onder andere muziek, sport, fitness, activiteitentherapie, drama, verslavingstherapie, agressiepreventie en groepstherapieën.
Bejegening door personeel De prettige bejegening van patiënten door het personeel van De Boog komt in alle gesprekken terug. Een patiënt vertelde ons “In de PI voelde ik mij een nummer, hier gaan ze veel waardiger met je om. Ze zijn betrokken en het is ook mogelijk om af en toe een grapje te maken.” Personeel staat naast de patiënt en niet er boven.
Er wordt veel waarde gehecht aan het betrekken van het sociaal netwerk. Dit komt op verschillende manieren tot uiting. De EVV-er maakt een taxatie van het sociale steunsysteem, de behandelaar probeert familie te betrekken bij de behandeling (indien de patiënt hiermee akkoord gaat) en naasten mogen aanwezig zijn bij de behandelplanbespreking. Er kunnen ook systeemgesprekken plaatsvinden en er is een speciale ruimte met een ‘one-way mirror’, waarbij de interactie geobserveerd kan worden. Er is ook een speciale familie/kinderkamer, waarbij de kinderen niet over de afdeling hoeven en de patiënt en zijn naasten ongestoord samen kunnen zijn.
GGNet
Tini Berends Managementassistent ZIB/FPA en IZ
[email protected] 088 9331514
GGZ WNB
Yvette Kilian GZ psycholoog, programmahoofd en klinisch psycholoog i.o.
[email protected] 0164 289483
GGZ WNB
Chantal Hak Maatschappelijk werkster
[email protected] 0164 289483
GGZ WNB
Yvette Kilian GZ psycholoog, programmahoofd en klinisch psycholoog i.o.
[email protected] 0164 289483
Cliënt staf overleg (CSO) Iedere week zit de staf samen met patiënten. Tijdens deze bijeenkomsten kan alles wat speelt worden besproken.
Innovatief Tegenwoordig worden er veel eisen gesteld door justitie, maar GGNet denkt zelf ook na over hoe ze de zorg kunnen verbeteren. Daarbij zijn ze niet bang om nieuwe methoden te proberen of kritisch te kijken naar multidisciplinaire richtlijnen. Ze vragen zich steeds af: wat werkt er nou echt?
Landelijk rapport Kwaliteitsnetwerk FPA • Cyclus 2, 2015
GGNet
Tini Berends Managementassistent ZIB/FPA en IZ
[email protected] 088 9331514
Groepsaanbod Er is een uitgebreid groepsaanbod binnen de therapieën. Eén mooi voorbeeld daarvan is de delictpreventiegroep. Groepstherapie is een mooie aanvulling op de individuele therapiemomenten. Patiënten kunnen leren van elkaars ervaring. Ze kunnen zo ook zien dat anderen met dezelfde problemen kunnen worstelen.
Landelijk rapport Kwaliteitsnetwerk FPA • Cyclus 2, 2015
40
Parel
FPA Contactgegevens
Parel
Koken en boodschappen Alle afdelingen koken 7 dagen per week en doen ook alle boodschappen zelf. Ze hebben daarvoor een speciaal ingerichte keuken waar begeleid gekookt wordt. Patiënten leren vaardigheden van elkaar en ook zie je in de maaltijden de culturele achtergrond van patiënten terug.
FPA Contactgegevens
Behandelaanbod GGZ WNB
Jeanette Barendregt Verpleegkundige niveau 5 (vav)
[email protected] 0164 289483
Het enorme behandelaanbod (met in het bijzonder de prachtige muziekruimte), dit biedt voor ieder wat wils.
Radix
Mignon Tekelenburg GZ-psycholoog
[email protected] 088 5736936
Radix
Mignon Tekelenburg GZ-psycholoog
[email protected] 088 5736936
Reinier van Arkel
Maaike Laurant Behandel coördinator en klinisch psycholoog
[email protected] 06 15572517
Reinier van Arkel
Maaike Laurant Behandel coördinator en klinisch psycholoog
[email protected] 06 15572517
Genoeg ruimte voor diagnostiek Contact tussen personeel en patiënten De patiënten zijn erg blij met het personeel. Er is genoeg ruimte voor persoonlijke aandacht. Woorden die door patiënten gebruikt worden om de omgang te beschrijven zijn: vertrouwelijk, respect, gelijkwaardig en betrouwbaar.
Kijvelanden
Lila van de Sande Hoofd Behandeling en Bedrijfsvoering
[email protected] 06 15569590 / 010 5031192
Kijvelanden
Lotte Holscher Teamcoördinator
[email protected] 010 503 4210
Bij Radix zijn er voldoende tijd en middelen voor een goede en gedegen diagnostiek. Diagnostiek vormt het startpunt van de behandeling en is van onmiskenbare waarde om een juiste behandeling op maat te kunnen bieden. De onafhankelijke positie die de diagnostiekafdeling binnen Radix inneemt zorgt ervoor dat er optimaal gebruik gemaakt kan worden de kracht van diagnostiek en psychotherapie. Wanneer het behandelteam in conflict is met een patiënt, kan de afdeling op een neutrale manier interveniëren.
Familiebeleid Familiebeleid is een speerpunt waar door de Kijvelanden actief aan gewerkt wordt. Er zijn netwerkgesprekken en familie kan aanwezig zijn bij het evalueren van het behandelplan. Kijvelanden is ook aan de slag gegaan met de lesmodule: familie als bondgenoot.
Humane behandeling De cliënten voelen zich humaan behandeld. Personeel staat niet boven, maar naast de patiënt. Er wordt veel energie gestoken in de samenwerking met de cliënt. Een terugval wordt bijvoorbeeld ook gezien als een leermoment voor zowel de cliënt als de behandelstaf. Alle cliënten die we gesproken hebben gaven aan dat ze zich gehoord en gewaardeerd voelen.
Visie Kompas is de eerste FPA die de Community Reinforcement (CRA) methodiek toepast. Het is een aanpak waarbij positieve bekrachtiging erg belangrijk is. Er zijn haalbare doelen met kleine stappen. Voorop staat de succeservaring. Deze aanpak lijkt te zorgen voor motivatie van en samenwerking met de patiënt. Daaruit vloeit ook de betrokkenheid van de patiënt voor, tijdens en na het bespreken van het behandelplan.
Kompas
Frank Pieplenbosch Teamleider
[email protected] 026 483 3453
41
27
Systeemtherapeut
28
Sinds kort is er een systeemtherapeut in dienst. Deze heeft de taak om binnen 6 weken een taxatie te maken van het sociale steunsysteem. Daarnaast zijn er ter ondersteuning ook twee systeemwerkers.
Familiebeleid Er wordt veel aandacht besteed aan het informeren en betrekken van het sociaal systeem. De contactpersoon (of het sociaal systeem) wordt uitgenodigd op de FPA voor een informatief gesprek. Dit gaat twee kanten op. Wat doet de FPA en wat kan er verwacht worden, maar ook: kennis vergaren over de patiënt. Hoe was hij toen alles nog goed was? Hoe kunnen we daar weer komen? De patiënt maakt/doet samen met zijn behandelaar een delictanalyse en nodigt het netwerk uit (ook Reclassering) om dit te presenteren. Waar nodig begeleidt de maatschappelijk werker of persoonlijk begeleider het verlof.
Kompas
Manon van der Linden Maatschappelijk werker
[email protected] 026 483 3271
Zorgafstemmingsgesprek (ZAG) Bij GGZ NHN wordt de behandelplanbespreking gevolgd door een zorgafstemmingsgesprek. Doelen zijn onder andere: het efficiënt afstemmen van de behandeling voor de cliënt, duidelijkheid over de behandelvraag voor alle betrokken partijen, duidelijkheid over verantwoordelijkheden. Dit houdt de patiënt en zijn netwerk betrokken bij de behandeling.
GGZ NHN
Marieke Schaap Verpleegkundig specialist GGZ
[email protected] 06 51033846
Betrekken sociaal steunsysteem Het lukt om al in de eerste week (telefonisch) contact met de familie. Er is goed nagedacht over de opbouw in het familiebeleid en hoe deze banden te versterken. Zo zijn er familiedagen om de drempel richting betrokkenheid behandeling te verlagen, mogen familieleden als een patiënt dit wenst aanschuiven bij de behandelevaluatie en zijn de lijnen met de Persoonlijke Begeleiders kort.
Vincent van Gogh
Floor Visscher GZ agoog
[email protected] 0478 786032
Seksualiteit Seksualiteit lijkt een vanzelfsprekend deel uit te maken van de behandeling. Er wordt over gesproken door FPW-ers en er is ervaring met het bezoeken van prostituees door patiënten, binnen afspraken uit het behandelplan.
GGZ NHN
Nanda Wijnne en Eveline de Kam Beiden GZ Psycholoog
[email protected] en
[email protected] Nanda: 06 28489448, Eveline: 06 10747108
Palier is er het afgelopen jaar bewust van geworden dat seksualiteit een belangrijk onderdeel van het leven is. Er is een spiegelbijeenkomst geweest om te peilen wat de wensen van de patiënten zijn en er is een themabijeenkomst georganiseerd. Het faciliteren van het beleven van seksualiteit en intimiteit staat hoog op de agenda. Of dit plaats zal gaan vinden op de kamer van de patiënt of in een speciale kamer is nog niet besloten.
Palier
Martine Blok GZ-psycholoog
[email protected] 06-10473377
Aanwezigheid op de groep FPW-ers werken regelmatig vanaf de werkplek in de woonkamer. Daarnaast worden er gastvrouwen ingezet als aanspreekpunt en wordt er nagedacht over het inzetten van vrijwilligers. Men denkt hier goed over na. Zij zien heel goed in hoe belangrijk de nabijheid is voor patiënten.
Landelijk rapport Kwaliteitsnetwerk FPA • Cyclus 2, 2015
GGZ NHN
Ronald ter Steege Teamleider FPA Hooge Venne
[email protected] 06 53935364
Anita Fransen Systeemtherapeut
[email protected]
Landelijk rapport Kwaliteitsnetwerk FPA • Cyclus 2, 2015
42
Bijlage 2: Totaal overzicht per standaard
Bijlage 3: Lijst standaarden 2015
Deze grafiek laat zien hoe het veld als geheel dit jaar heeft gescoord per individuele standaard.
Veiligheid en risico management
Grafiek 8: Uitkomst per standaard 2015
• Bij ontslag beschikt elke patiënt over een actueel signaleringsplan waaraan over het gehele verloop
Percentages 0%
10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100%
• De behandeldoelen in de behandelplannen zijn aantoonbaar gekoppeld aan de delictanalyse.
Veiligheid en Risicomanagement Actueel signaleringsplan bij ontslag
8%
Behandeldoelen-delictanalyse
8%
50%
17%
33%
Personeel geschoold in risicotaxaties 0% 17% Relationele veiligheid 0% Alcohol- en drugsbeleid 0% Incidenten melden 0%
• De behandeldoelen in de behandelplannen zijn aantoonbaar gekoppeld aan de risicotaxatie inclusief
42% 75%
17%
Behandeldoelen-risicotaxatie
83%
• Er is beleid gericht op relationele veiligheid binnen de FPA. Dit beleid kan gedeeltelijk samenvallen
42%
58%
75% 42%
25%
58%
33%
Feedback familie Feedback patiënten 0% 8% Leefklimaat gericht op groei
Kernwoorden standaarden
43
33%
Personeel, Patiënten en Familie
58% 58%
Basis scholing 0% Welkomsbeleid 0%
25%
75%
25%
42%
31
58%
Signalerings- en terugvalpreventieplan
58%
Ontslagbrief naar huisarts 0% Afspraken zorgketen 0%
50% 25%
58%
42%
25%
• De instelling heeft een bezoekbeleid met een goede balans tussen gastvrijheid en risicobeperking,
58% 58%
42%
Zorgprogramma Betrekken sociaal systeem 0% 8% Multidisciplinaire richtlijnen
33%
Aanbod versavingsproblematiek 0% Relatie patiënt hulpverlener 0%
67%
Toegang tot zorg/behandelplan 0%8% 17% Aanwezigheid op de groep Aanbod vaktherapie
25% 33%
42%
17%
Voldoet deels
Landelijk rapport Kwaliteitsnetwerk FPA • Cyclus 2, 2015
risicotaxatie, motiverende gespreksvoering, agressiehantering (de-escalatietechnieken) en de
behandelmethodiek die gebruikt wordt op de afdeling.
• Binnen de instelling is een visie/beleid aanwezig omtrent het welkom heten/ gastvrij ontvangen van
92%
17%
Voldoet niet
58% 83%
waarin ook speciale aandacht is voor kinderen.
• Door alle leden van het behandelteam (ook verpleegkundigen) is in elk geval scholing gevolgd in
67% 67%
gebruikt om de kwaliteit van de zorg te verbeteren.
• Het leeflimaat is gericht op persoonlijke groei van patiënten.
75% 42%
gebruikt om de kwaliteit van de zorg te verbeteren.
• Er wordt jaarlijks gestructureerde feedback aan patiënten gevraagd en dit wordt aantoonbaar
67%
Taxatie sociaal steunsysteem 0% Info rechten en plichten bij opname 0%
42%
50%
8%
• Minimaal een keer per kwartaal is er intervisie voor al het personeel met patiënten contact. • Er wordt jaarlijks gestructureerd feedback aan familieleden gevraagd en dit wordt aantoonbaar
In-, door- en uitstroom Zorgvuldige overdracht 0% Doelen gericht op uitstroom en nazorg 0%
bekend bij alle bezoekers, patiënten en personeelsleden.
• De afdeling bevordert een open, niet beschuldigende cultuur om incidenten te rapporteren.
8%
67%
17%
Bezoekbeleid (aandacht voor kinderen)
17% 58%
33%
met Dwang & Drang-beleid.
• Er is beleid op gebied van alcohol en drugs. Dit is juridisch getoetst en per individu bepaald. Het is
58%
Personeel, Patiënten en Familie Multidisciplinaire intervisie
de beschermende factoren.
• Personeel dat risicotaxaties afneemt is geschoold in de betreffende instrumenten.
50%
25%
van de behandeling is gewerkt en dat na elk incident en elke behandelplanbespreking is geëvalueerd.
0%
nieuwe patiënten.
67%
Voldoet
Landelijk rapport Kwaliteitsnetwerk FPA • Cyclus 2, 2015
44
In-, door-en uitstroom
Bijlage 4. Contactenlijst Kwaliteitsnetwerk FPA
• Bij de instroom van een patiënt vindt altijd een zorgvuldige overdracht plaats van de verwijzende instantie.
Stuurgroep
• Vanaf de eerste behandelplanbespreking worden doelen gesteld gericht op uitstroom en nazorg
Naam
Instelling E-mail
• Elke patiënt van de FPA beschikt over een smart geformuleerd signalerings-en terugvalpreventieplan
Eddy Adolfsen
GGNet
Evert Jan van Maren
GGZ Noord Holland Noord
[email protected]
Floor van Dijk
Altrecht - Roosenburg
[email protected]
Gerard Koorman
Lentis - Forint
[email protected]
(dagbesteding, financiën, wonen, sociaal netwerk, relatie).
dat niet ouder is dan 3 maanden. Deze plannen worden ook na een incident aangepast.
• Er wordt altijd binnen 2 weken een ontslagbrief verstuurd naar de vervolginstelling en/of huisarts. • In de zorgketen moeten er in elk geval samenwerkingsafspraken zijn met een (forensische) poli of
andere voorziening (FACT/RIBW) die forensische ambulante zorg kan leveren.
• De fpa zorgt ervoor dat er na de eerste 6 weken van opname een taxatie aanwezig is van het sociale
Adviesraad
steunsysteem.
Eric Farzand Ali
Patiëntreviewer
[email protected]
• Bij opname ontvangt de patiënt informatie over rechten en plichten, verlofbeleid, hoe afspraken te
Frank Pieplenbosch
Propersona - Kompas
Hanneke Kooi Forint
[email protected]
Harold Schilderman
[email protected]
maken met arts etc. Na een week wordt de patiënt gevraagd of hij duidelijk heeft wat de regels zijn.
Zorgprogramma • Het sociale steunsysteem van de patiënt wordt actief betrokken bij de behandeling.
45
Vincent van Gogh
[email protected]
Lotte Holscher Kijvelanden
[email protected] Mark Blaauw
Patiëntreviewer
[email protected]
Martijn Koerhuis Palier
[email protected]
Mignon Tekelenburg
[email protected]
Mondriaan - Radix
• Er wordt behandeld volgens bestaande multidisciplinaire richtlijnen, rekening houdend met de
Petra de Leede
Altrecht - Roosenburg
[email protected]
Sesaja van de Heuvel
Reinier van Arkel
[email protected]
• Elke FPA heeft een samenhangend aanbod voor patiënten met verslavingsproblematiek.
Sophie van Meel
GGZ Westelijk Noord Brabant
[email protected]
• De FPA bevordert aantoonbaar dat de relatie tussen de patiënt en de hulpverlener is gebaseerd op
Stefan van Bokkem
GGZ Noord Holland Noord
[email protected]
Theodoor Visser
GGZ Friesland
[email protected]
Wilke Kats
GGZ Westelijk Noord Brabant
[email protected]
Wouter Radius
GGNet - De Boog
[email protected]
Petra de Leede
Altrecht - Roosenburg
[email protected]
Tini Berends
GGNet - De Boog
[email protected]
complexiteit en samenhang van stoornissen.
waardigheid, vertrouwelijkheid en betrouwbaarheid.
• Alle patiënten krijgen een exemplaar van het zorg/behandelplan of hebben toegang daartoe. • De instelling organiseert het zo dat er overdag en ’s avonds altijd een sociotherapeut/verpleegkundige
in de gemeenschappelijke ruimtes aanwezig is.
• Er is een aanbod van vaktherapie (PMT, drama, muziek, beeldend, etc.)
Coördinatoren
Cor ten Cate
GGZ Friesland
[email protected]
Theodoor Visser
GGZ Friesland
[email protected]
Tonja de Vries
GGZ Noord Holland Noord
[email protected]
Judith Edelbroek
GGZ Westelijk Noord Brabant
[email protected]
Lila van de Sande Kijvelanden
Landelijk rapport Kwaliteitsnetwerk FPA • Cyclus 2, 2015
[email protected]
Albert Kamminga
Forint
[email protected]
Ivon van Tits
Mondriaan - Radix
[email protected]
Mignon Tekelenburg
Mondriaan - Radix
[email protected]
Fieke van der Meer Palier
[email protected]
Martijn Koerhuis
Palier
[email protected] en
Robin Jager
Propersona - Kompas
[email protected]
Maaike Laurant
Reinier van Arkel
[email protected]
Harold Schilderman
Vincent van Gogh
[email protected]
Nicky Danen
Vincent van Gogh
[email protected]
Landelijk rapport Kwaliteitsnetwerk FPA • Cyclus 2, 2015
46
Bijlage 5: Programma landelijke dag FPA 2015
Donderdag 1 oktober Heiloo 09.15-09.45
Radix praten over Unit de Trans, de Community Reinforcement Approach bij
drugsverslaving en het groepssignaleringsplan.
4.
Multidisciplinair overleg en intervisie FPA de Kijvelanden, FPA GGZ WNB en
een expert (Yolande Voskes) praten over vormen van interdisciplinair overleg
en het vergroten van reflectief vermogen.
13.00-14.00
Lunch
14.00-14.45
TEDtalks
In 3 korte inspirerende talks worden 2 parels en het wetenschappelijke onderzoek
Inloop
naar de effectiviteit van het Kwaliteitsnetwerk belicht. De eerste parel wordt toegelicht door Vincent van Gogh en gaat over hoe zij de zelfreview hebben aangepakt.
09.45-10.00
Welkomstwoord
De tweede parel gaat over hoe men bij GGZ Friesland patiënten weet te motiveren door middel van psychomotorische therapie. Ervaar zelf het effect!
47
10.00-11.15
Pitches
Iedere FPA presenteert zich in 2 minuten aan de hand van de vraag:
op welk vlak willen wij onze kwaliteit verbeteren komend jaar?
48 14.45-15.15
Pauze
15.15-15.45
Verrassend en inspirerend intermezzo
Seksualiteit FPA Palier, FPA GGZ NHN en een expert (Christa Betz) praten
15.45-17.15
Sessieronde 2: Aan de slag!
over hoe zij omgaan met het beleven van normale seksualiteit binnen een
1.
Hoe implementeer je een parel? De gereedschapskist van de projectleider
klinische en forensische setting.
2.
De denktank. Hoe versterken we de methode vandaag en in de toekomst?
Betrekken van sociaal systeem en bezoekbeleid FPA de Boog, FPA Forint en
3.
Speeddate voor professionals. Leer in korte 1 op 1 gesprekjes je FPA-
FPA Reinier van Arkel praten over familiebeleid, gastvrijheid, het betrekken
van het sociaal systeem en het werk van de systeemtherapeut.
11.30-13.00
Sessieronde 1: Inspiratie halen
1.
2.
3.
Drugsbeleid en –behandelaanbod FPA Roosenburg, FPA Kompas en FPA
Landelijk rapport Kwaliteitsnetwerk FPA • Cyclus 2, 2015
17.15-18.00
collega’s en hun expertises kennen
Borrel
Landelijk rapport Kwaliteitsnetwerk FPA • Cyclus 2, 2015
Expertisecentrum Forensische Psychiatrie Churchilllaan 11 3527 GV Utrecht www.efp.nl
Landelijk rapport Kwaliteitsnetwerk FPA • Cyclus 2, 2015