Landelijk Overleg Examencommissie in oprich9ng
John Huizinga
[email protected] 06 23 50 75 26
Landelijk overleg examencommissies Opgave Landelijk Overleg Examencommissie – Examencommissies ondersteunen in hun opdracht op opleidingsniveau – Landelijk overleg als vertegenwoordiging van de examencommissies – AV via regiegroep adviseren over bepalingen OER – Adviseren over procedures totstandkoming en afname toetsen – Adviseren over cesuurbepaling toetsen
Landelijk Overleg in oprichDng • Werkgroep ingesteld vanuit 10vdl • Rol: kwarDermaker voor Landelijk Overleg examencommissies (LOe) • Samenstelling werkgroep: – John Huizinga (vz.) en Liesbeth Zijlstra, lero – Marja Bout en …[vacature] …, pabo – Philip Coté, juridische kwesDes – Arnoud van Leuven (secr.)
Consequentie van de kennistoets is groot •
Elke toets moet daarom voldoen aan de volgende eisen: –
Bruikbaarheid •
–
Betrouwbaarheid • •
–
Efficiëntie, eerlijkheid en beschikbare tijd De mate waarin de tentamenscore consistent is bij herhaalde meting. [geen versie A en B] Een tentamen moet uit voldoende vragen bestaan.
Validiteit •
De mate waarin het tentamen meet wat het beoogt te meten. – Relevantie [begripsvaliditeit] – Evenwichtigheid [inhoudsvaliditeit]
Kwaliteitseisen items • • • •
Relevantie: directe relatie met een leerdoel. Objectiviteit: score is onafhankelijk van degene die het item ontworpen heeft of degene die de scoring uitvoert. Efficiëntie: items moeten zo efficiënt mogelijk geformuleerd worden. Juiste moeilijkheidsniveau: aanvaardbaar gegeven het te verwachten niveau
Cesuur -‐ Angoff seXng • Waarom niet [(X/max.pnt)+1=cijfer]? • Wetenschappelijke methode voor cesuurbepaling • Peer-‐review, schaXng % correcte antwoorden van een “zesjes-‐student” • De Angoff-‐benadering meet dus niet of iemand beter of slechter is dan gemiddeld. • De methode test of studenten voldoende op de hoogte zijn van de stof. • hbp://10voordeleraar.nl/het-‐project/zakken-‐of-‐slagen
Vrijstellingen • Alle overige studenten, vol9jd en deel9jd nemen deel aan de kennistoets. • Studenten van de KOP-‐opleiding hoeven niet deel te nemen aan de landelijke kennistoets (LKT). • de LKT is een integrale kennistoets over de gehele (vak-‐)kennisbasis.
Cohorten • Hoe gaan we om met cohorten wanneer studenten tussenDjds switchen van opleiding of een jaar er tussenuit zijn geweest? • De student die gedurende een studiejaar van opleiding switcht stroomt in het lopende cohort in. Een aanvraag van cohortwissel vindt al9jd plaats via de examencommissie. Voorkomen moet worden dat een cohortwissel gebruikt wordt om onder de LKT uit te komen.
Toetskansen • Er worden meerdere toetsvensters per jaar aangeboden (3 of 4). • Het aantal kansen dat een student jaarlijks kan benuUen is nog niet formeel vastgesteld. • Twee reguliere kansen lijkt een goed uitgangspunt? • Het LOio wordt gevraagd hierover te adviseren. Er is in principe geen maximum aantal kansen.
Wat is de rol van de InspecDe en de NVAO? • Voor de inspec9e is geen directe rol weggelegd, voor de NVAO wel. Bij het verscherpte accredita9eregime is toetsing één van de onderwerpen die extra aandacht krijgt. De LKT is vanzelfsprekend een onderwerp dat ter sprake komt 9jdens de accredita9e.
Wat als niet iedereen mee wil doen? • De HBO-‐Raad is een vereniging. Leden kunnen niet gedwongen worden mee te doen. Indien een CvB besluit niet mee te doen, brengt ze de examencommissie van de betreffende hogeschool wel in een las9g parket. Het bewijs voor een adequate toetsing van de kennisbasis zal hoe dan ook geleverd moeten worden.
Morele druk vanuit direcDe? • Dit is aan de examencommissies zelf. De examencommissie hee_ een eigen verantwoordelijkheid maar opereert tegelijker9jd niet in een vacuüm.
regelement van het landelijk overleg wordt vastgelegd • Dit is één van de producten die het LOio in dit studiejaar oplevert. Een voorzet ervoor wordt gepresenteerd 9jdens de bijeenkomst op 25 september.
Het Landelijke Overleg en protocollen • Eén van de doelstellingen van het LOio is het opstellen van een pakket aan eisen aan de afnamecondi9es en de protocollen die gehanteerd worden. • De ontwikkeling van de protocollen in de werkgroep digitale afnameketen loopt parallel aan de inrich9ng van het LOexcie.
