landbouw-service M A G A Z I N E
ONEIGENLIJK GEBRUIK van landbouwvoertuigen
M ei 2 011
DE CICHOREITEELT UITGELICHT
New Holland Crop IDTH: etiketteringssysteem van de balen
> verbondsnieuws
IN H OUD VOORWOORD
3
SOCIALE ACTUALITEITEN Sociale onderhandelingen
4
EUROPA De europese loontrieerders groeperen zich
5
vervoer Oneigenlijk gebruik van landbouwvoertuigen, weldra nieuwe nummerplaat voor landbouwtractoren?
6
Rode of witte diesel
8
Uitzonderlijk vervoer
C O L O F ON landbouw-service
“Landbouw-Service” is een periodieke nieuwsbrief voor de leden van de Nationale Centrale Landbouw-Service, de enig erkende beroepsvereniging voor aannemers van land- en tuinbouwwerken, loonsproeiers, handelaars in veevoeders en in meststoffen. Copyright: Nationale Centrale Landbouw-Service is niet aansprakelijk voor het gebruik van de informatie in deze publicatie. Citeren mag mits bronvermelding. Verantwoordelijke uitgever: Johan Van Bosch, Algemeen Secretaris Nationale Centrale Landbouw-Service, Spastraat 8, 1000 Brussel T 02 238 06 33, F 02 238 04 41, e-mail:
[email protected]
2
/ Landbouw-service
9
Controles op het vervoer door landbouwvoertuigen
10
Verkeersbelasting op landbouwvoertuigen
12
Auteursrechten voor muziek in landbouwvoertuigen?
14
Landbouw belangrijker voor vorming fijn stof dan dieselwagens
14
ALGEMEEN Hoge Raad voor Zelfstandigen en KMO erkent onze beroepsverenigingen
15
LANDBOUW Ploegloos boeren: welke machines kiezen?
16
Gebruik insecticiden en het verdwijnen van bijen
18
actueel Diefstal van landbouwvoertuigen
19
Mestproblematiek, het nieuwe map 4 komt er aan
20
Loonwerk in de landbouw en bosbouw
21
Mestvoerders betrappen via vliegtuig?
22
De cichoreiteelt uitgelicht tijdens een studievergadering van landbouw-service
24
De nieuwe lidkaarten zijn er
26
In orde met uw lidgeld van landbouw-service?
26
Wereldgraanmarkt
27
UIT DE OUDE DOOS Strijd tegen het sluikwerk
23
GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN Fytolicentie
28
Verwerken van spuitresten van gewasbeschermingsmiddelen met Sentinel de ideale oplossing voor loonsproeiers en grote landbouwers!
30
REISVERSLAG Een geslaagde reis naar SIMA 2011
32
Reisverslag Krone
34
opendeur Pclt: opendeurdag
33
DOSSIER Mechanisatie Nieuwigheden
35
Actualiteit
42
v e r b o n d s n i e u w s <
VOORWOORD De loonwerksector is in grote mate afhankelijk van de weersomstandigheden. Dat het dit voorjaar droog en warm was, hebben we kunnen merken. De voorjaarswerkzaamheden zijn sneller gevorderd dan andere jaren, de spanning was weer te snijden in de sector. Alle machines en personeel werden ingezet om de boeren, onze klanten, zo goed mogelijk te bedienen. Door die snelheid worden we dan soms gepakt. We gaan minder accuraat werken, we zien sommige dingen over het hoofd en gaan fouten maken. We moeten alert blijven, een ongeval is snel gebeurd en kan de ondernemer veel ellende bezorgen. Waar gaan we naartoe met het loonwerk? De transportsector kaart de oneerlijke concurrentie met landbouwtractoren aan. Ze doen dit via allerlei kanalen en laten niet na om de bevoegde staatssecretaris hierover te interpelleren. Ze klagen er over dat de vrachtwagens worden weggeconcurreerd door landbouwtractoren, die worden ingezet voor grondverzet, vervoer van steenpuin en dergelijke meer. Het is nogal evident dat de landbouwtractoren worden ingezet voor andere activiteiten. Landbouwtractoren die alleen worden ingezet voor landbouwwerken zijn immers niet rendabel, en zo wil de loonwerker ook de tractor efficiënt gebruiken buiten de seizoenen. Daarnaast zijn er ook heel wat grondwerkers, aannemers in de bouwsector en de transportsector, die zelf tractoren hebben aangekocht, gelet op hun efficiëntie op de werven. In Nederland is deze verbreding van het gebruik van landbouwtractoren reeds veel langer aan de gang. Onze Nederlandse zusterorganisatie CUMELA richt zich sinds jaren op de aannemers van landbouwwerken maar ook van infrastructuurwerken en grondwerken. Deze aannemers en hun personeel volgen zelfs hetzelfde paritaire comité. De probleemstelling over het zogenaamde oneigenlijk gebruik van landbouwvoertuigen is dus super actueel en zal door onze beroepsvereniging van zeer dichtbij worden opgevolgd. U vindt meer informatie in dit magazine en we houden u zeker op de hoogte van verdere ontwikkelingen. Andere hot items die zich dit voorjaar nog aandienen zijn onder meer de fytolicentie, sociale onderhandelingen in onze sector en opvolging van de dossiers voor het indienen van de vergunning voor uitzonderlijk vervoer. Als beroepsvereniging blijven ook waakzaam voor de toegang tot het beroep van loonwerker/loonsproeier/ toeleverancier aan de landbouw. Het is belangrijk dat startende ondernemers kennis hebben van de reglementeringen in de sector, de veiligheidsvoorschriften, de traceerbaarheid, IKKB. Het is niet meer van deze tijd dat een zelfstandige een landbouwmachine koopt en gaat werken voor landbouwers zonder zich iets aan te trekken van regels, wettelijke en commerciële eisen. Naast IKKB, is de fytolicentie een vorm van het reglementeren van het beroep. Iedereen die sproeiwerkzaamheden uitvoert, zelfs voor eigen rekening, zal moeten beschikken over dergelijke licentie. Door onze sector goed te organiseren, maken we een goede kans op overleven en zal de ganse sector er de vruchten van plukken.
Johan VAN BOSCH Algemeen Secretaris Landbouw-Service
Johan Van Bosch verwacht uw reacties:
[email protected]
Landbouw-service /
3
> SO C I A L E A C T U A L I T EI T EN
SOCIALE
ONDERHANDELINGEN
Binnenkort starten de sociale onderhandelingen weer binnen het paritair comité 132 (arbeiders technische land- en tuinbouwwerken). Het beloven moeilijke onderhandelingen te worden. Dit alles heeft te maken met de houding van de vakbonden met betrekking tot het onderhandelde interprofessioneel sociaal akkoord.
H
et vergde lange en moeizame onderhandelingen tussen de werknemersen werkgeversorganisaties, waaronder UNIZO, maar het ontwerp van interprofessioneel sociaal akkoord voor 2011-2012 werd intussen goedgekeurd door UNIZO. Een compromis, zoals altijd, maar wel van een eerbare soort. Spijtig genoeg hebben niet alle partijen hun akkoord gegeven, waardoor uiteindelijke de regering een aantal beslissingen moet nemen over wat uitgevoerd moet worden.
Wat heeft de regering nu reeds beslist? Wat verandert er concreet op het vlak van de lonen? • In 2011 worden de lonen hoogstens geïndexeerd. Aan de Index op zich wordt (nu) niet geraakt. • In 2012 worden ze eveneens geïndexeerd, en kan er, op basis van afspraken gemaakt in de sectoren, nog maximaal 0,3% bijkomen. • Werkgevers zijn voorstander om tegen 2012 te zoeken naar een oplossing voor de soms te fors stijgende indexering in België ten gevolge van de hoge inflatie in ons land. De regering heeft dit echter niet weerhouden. • Aan de minimumlonen en de specifieke lonen voor jongeren verandert er niets, deze blijven wat ze zijn (en worden uiteraard ook geïndexeerd) Wat verandert er concreet inzake ontslag? • In 2011 verandert er niets aan de bestaande opzeggingssystemen.
4
/ Landbouw-service
• In 2012 wordt de opzegging voor arbeiders die onder CAO75 vallen verhoogd met 15 %, de opzegging voor bedienden die onder de formule Claeys vallen wordt verlaagd met 3 % (enkel voor nieuwe contracten en met een jaarloon van meer dan 30.535 euro). De bestaande afwijkende regelingen in diverse sectoren blijven bestaan. • In 2012 vervalt de bijdrage die de werkgever diende te leveren in de bijkomende werkloosheidspremie voor arbeiders. Die premie wordt boven-
dien gemoduleerd in functie van de anciënniteit: - € 1.250 voor wie minder dan 5 jaar anciënniteit heeft; - € 2.500 voor arbeiders met 5 tot 10 jaar anciënniteit; - € 3.750 voor wie meer dan 10 jaar anciënniteit heeft. • Er is een belastingsvrijstelling op het inkomen voor de eerste twee weken van een vooropzeg van de bedienden en de arbeiders met een jaarloon lager dan 61.071 euro.
EURO P A <
Lonen De lonen binnen het Paritair Comité voor technische land- en tuinbouwwerken zijn gekoppeld aan de index. De laatste indexaanpassing dateert van 1 april 2011. U vindt hierbij de lonen. Technische land- en tuinbouwwerken (132.000)
1/04/2011
CATEGORIE 1 > Categorie
1A
€ 8,12
> Categorie
1B
€ 9,91
• Anciënniteit vanaf 5 jaar (+ € 0,05)
€ 9,96
• Anciënniteit vanaf 10 jaar (+ € 0,15)
€ 10,06
• Anciënniteit vanaf 15 jaar (+ € 0,25)
€ 10,17
CATEGORIE 2 > Categorie
2
€ 10,41
• Anciënniteit vanaf 5 jaar (+ € 0,05)
€ 10,46
• Anciënniteit vanaf 10 jaar (+ € 0,15)
€ 10,56
• Anciënniteit vanaf 15 jaar (+ € 0,25)
€ 10,66
CATEGORIE 3 > Categorie
3
€ 10,95
• Anciënniteit vanaf 5 jaar (+ € 0,05)
€ 11,00
• Anciënniteit vanaf 10 jaar (+ € 0,15)
€ 11,10
• Anciënniteit vanaf 15 jaar (+ € 0,25)
€ 11,20
CATEGORIE 4 > Categorie
4
€ 12,05
• Anciënniteit vanaf 5 jaar (+ € 0,05)
€ 12,10
• Anciënniteit vanaf 10 jaar (+ € 0,15)
€ 12,20
• Anciënniteit vanaf 15 jaar (+ € 0,25)
€ 12,30
De Europese loontrieerders groeperen zich O
p 15 december 2010 werd de EMSA opgericht, de European Mobile Seed Association, dit is een nieuwe Europese beroepsvereniging die de belangen van de loontrieerders verdedigt. De organisatie wil deelnemen aan de besluitvorming van de Europese Unie over zaaizaad en wil alle operatoren groeperen die bezig zijn met behandeling van zaaizaad. In eerste orde wordt getracht tussen te komen bij de ontwikkeling van de nieuwe Europese verordening over zaaizaad. De leden van EMSA zijn nationale beroepsverenigingen die de belangen van de loontrieerders verdedigen. EMSA is eveneens actief binnen CEETTAR: de Europese loonwerkersorganisatie. Na de oprichtingsvergadering werd Nigel Day (NAAC / UK) verkozen tot voorzitter van EMSA, Sylvain Ducroquet (EDT / FR) werd verkozen tot ondervoorzitter, Johan Van Bosch is penningmeester. Leden van Landbouw-Service die eveneens actief zijn als loontrieerder kunnen het secretariaat van Landbouw-Service contacteren om deel te nemen aan de discussies.
CATEGORIE 5 >
Categorie 5
€ 13,23
• Anciënniteit vanaf 5 jaar (+ € 0,05)
€ 13,28
• Anciënniteit vanaf 10 jaar (+ € 0,15)
€ 13,38
• Anciënniteit vanaf 15 jaar (+ € 0,25)
€ 13,48
Vergoedingen Vergoeding op verplaatsing
€ 14,77
Huisvestingsvergoeding
€ 14,77
Scheidingsvergoeding per verplichte overnachting
€ 7,99
Nachtwerk • in de winteruurregeling (tussen 22u en 6u)
+20 %
• in de zomeruurregeling (tussen 23u en 7u)
+20 %
Landbouw-service /
5
> vervoer
ONEIGENLIJK GEBRUIK van landbouwvoertuigen
weldra nieuwe nummerplaat voor landbouwtractoren?
De beroepsfederaties van de transporteurs hebben meermaals de concurrentievervalsing vanwege het zogenaamde oneigenlijk gebruik van landbouwvoertuigen aangeklaagd. De transporteurs voelen zich benadeeld omdat landbouwtrekkers worden aangewend voor het vervoer voor rekening van derden, buiten het kader van landbouwactiviteiten, en dit zonder te voldoen aan de regels die gelden voor het goederenvervoer.
Z
o stellen de transportfederaties dat landbouwers en loonwerkers steeds rijden zonder vervoersvergunning (9.000 euro), zonder onderworpen te zijn aan de reglementering inzake rij- en rusttijden, geen tachograaf hebben, niet beschikken over een rijbewijs C, geen bewijs hebben van vakbekwaamheid dat gekoppeld is aan het rijbewijs C, niet onderworpen zijn aan de bepalingen inzake ladingsveiligheid voor de voertuigen van categorie C, gebruik
maken van rode diesel en geen eurovignet betalen. Belangrijk is dat de transportfederaties toch ook wel begrip hebben voor de land- of bosbouwactiviteiten die door de loonwerkers worden uitgevoerd. Daar wil men dan ook niet aan komen en de loonwerkers die tractoren gebruiken voor landbouwwerken moeten ook in de toekomst kunnen blijven genieten van de vrijstellingen en het gunstiger regime zoals dat vandaag bestaat.
Vanuit Landbouw-Service hebben wij steeds het volgende standpunt aangenomen: • In principe is er geen oneerlijke concurrentie omdat de transportsector ook landbouwtrekkers kan aankopen en gebruiken, inclusief de voordelen die daaraan gekoppeld zijn (geen tachograaf, rode diesel,…). • Grootste probleem voor de loonwerksector is het dubbel gebruik van de
Hierbij een overzicht van de huidige reglementering
6
Landbouwwerken
Andere activiteiten (grondverzet, vervoer)
Rijbewijs
Rijbewijs G voor chauffeurs geboren na 1982 Geen rijbewijs voor chauffeurs geboren vóór 1982
Rijbewijs C + E (voor alle chauffeurs)
Tachograaf
Niet van toepassing
Niet van toepassing
Snelheid
Max. 40 km/u + 10 %
Max. 40 km/u + 10 %
Diesel
Rode diesel, met vermindering van accijnzen (cfr. landbouw)
Rode diesel, zonder vermindering van accijnzen
Vervoersvergunning
Niet van toepassing
Wel van toepassing
Vakbekwaamheid
Niet van toepassing
Niet van toepassing
Eurovignet
Niet van toepassing
Niet van toepassing
Secundair transport
Ja
Onmogelijk
Keuring landbouwtractor
Eenmalige keuring
Eenmalige keuring
Keuring aanhangwagen
Eenmalige keuring
Eenmalige keuring
Nummerplaat tractor
Gewone nummerplaat
Gewone nummerplaat
Nummerplaat aanhangwagen
Reproductieplaat voor aanhangwagen
Q-plaat voor aanhangwagen
Maximale breedte aanhangwagen
Maximum 3 m (aanpassing PVB is mogelijk)
Maximum 2,55 m (geen afwijking mogelijk)
Maximale massa aanhangwagen
44 ton
44 ton
/ Landbouw-service
>
tractoren. Landbouwtractoren worden zowel ingezet voor landbouwwerken als voor andere activiteiten, waardoor een scheiding volgens activiteiten niet haalbaar is. • De voordelen voor het gebruik van een landbouwtrekker zijn anders indien de trekker wordt ingezet voor activiteiten buiten de landbouwsector. Dan geldt het rijbewijs C+E, is er een vervoersvergunning, is de maximale breedte 2,55 m, moet de aanhangwagen een Q-plaat hebben en kan er nooit sprake zijn van secundair transport. Eveneens is er dan geen aftrek van accijnzen op de rode diesel (in voege vanaf mei 2008). • De FOD Mobiliteit wil een specifieke nummerplaat voor landbouwtractoren die worden ingezet voor landbouwwerken. Dit is ons inziens niet nodig, aangezien men met tractoren geen vervoer kan doen zonder aanhangwagen. Derhalve is het beter om de aanhangwagens van een correct kenteken te voorzien. Dit kan ons inziens via de Q-plaat. • Landbouw-Service is voorstander van zeer gerichte controles. Zo worden nieuwe zwaardere tractoren ingezet
voor grondverzet en transport. Via de verkoopscijfers kan een gerichte controle op deze nieuwe tractoren worden uitgevoerd. Men moet dan controleren op de breedte van tractor en aanhangwagen, de maximum snelheid, rijbewijs, nummerplaat van de aanhangwagen en het correct gebruik van diesel. Een aantal bestuurders merkt op dat de politiediensten geen snelheidscontroles kunnen uitvoeren wegens het gebrek aan specifiek geijkte meettoestellen. • De FOD Mobiliteit wil eveneens een verplichte bijlage maken bij de lastenboeken bij overheidswerken. Toch pleit Landbouw-Service dan ook verder voor het naleven van de Europese verordening: dus geen tachograaf tot 40 km per uur. Als beroepsvereniging moeten wij blijven verdedigen dat landbouwtractoren maximum 40 km per uur + 10 % mogen rijden. Tot die snelheid is er volgens de Europese verordening geen tachograaf nodig. • Landbouw-Service kan niet aanvaarden dat landbouwtractoren uitsluitend worden ingezet voor land- of bosbouwactiviteiten. Daarbij kan de vraag gesteld worden
of de loonwerkers zich niet beter zouden registreren als landbouwer, om zo gewoon verder van de voordelen van de landbouwsector te genieten. De overheid wil een duidelijk verschil maken tussen de landbouwtractoren die effectief ingezet worden in de landbouwsector, en de landbouwtractoren die andere niet-landbouwgebonden activiteiten uitvoeren. Om dit te bewerkstelligen wil de bevoegde staatssecretaris Etienne Schouppe de nodige aanpassingen aanbrengen aan het ministerieel besluit van 23 juli 2001 betreffende de inschrijving van voertuigen. Hij wil een onderscheid invoeren tussen landbouwvoertuigen gebruikt voor louter land- of bosbouwactiviteiten en landbouwvoertuigen gebruikt voor andere activiteiten. In eerste instantie denkt hij aan een specifieke nummerplaat voor de tractoren die ingezet worden in landbouw. We hebben al getracht om dit te weerleggen en een specifieke nummerplaat te voorzien voor tractoren die andere activiteiten uitvoeren. Veel hangt af van de juiste definitie van landbouwwerken. Op een vergadering op 19 april 2011 kwamen we tot een voorlopige consensus. Landbouw-service /
7
>
> VERVOER
>
Definitie van land- of bosbouwactiviteiten? Het betreft land- en bosbouwactiviteiten die worden uitgevoerd door voertuigen, wanneer zij op de openbare weg rijden en gebruikt worden: • voor de landbouwers: werkzaamheden met betrekking tot het voorttrekken van machines, landbouwwerktuigen, al dan niet geladen aanhang- of transportwagens, die bij hun landbouwexploitatie worden gebruikt door personen die het
beroep van land- of bosbouwer uitoefenen of door personen die in hun dienst werken, voor zover er een direct verband bestaat tussen het gebruik op de openbare weg en het beheer van deze exploitatie. Er wordt nog een oplossing gezocht voor gepensioneerde boeren en voor hobbyisten. • voor andere ondernemers, of door hun personeel: werkzaamheden die betrekking hebben op de exploitatie door derden van de land- en bosbouwbedrijven,
OPGELET: Indien u goederen vervoert of aan grondverzet doet, stel u dan in regel met de volgende zaken: • uw voertuigen mogen niet breder zijn dan 2,55 m • de chauffeur moet beschikken over een rijbewijs C+E • u mag voorlopig nog rode diesel gebruiken, maar bij de aankoop van rode diesel mag u voor de vervoersactiviteiten of grondverzetactiviteiten geen vrijstelling van accijnzen vragen. • u moet beschikken over een vervoersvergunning. • let op met uw Q-plaat voor aan-
hangwagens. Indien u landbouwwerken uitvoert voor een landbouwer, let dan eveneens op volgende zaken: • voor landbouwvoertuigen die breder zijn dan 3 m, vraag een vergunning voor uitzonderlijk vervoer. • let steeds op dat u niet sneller rijdt dan 40 km per uur (+10 % marge). In alle gevallen een afwijking 78/4 aanvragen op de trekker al was het maar voor de frontgewichten. Diegenen die zich niet houden aan deze regels mogen strenge controles en hoge boetes verwachten!
voor zover het vervoer via de openbare weg van handelsgoederen, landbouwproducten of dieren slechts gebeurt tussen de plaatsen van eenzelfde exploitatie of tussen de boerderij en de bijhorende erven en omgekeerd. Volgende activiteiten behoren zeker niet onder deze categorie: • vervoer van afval, met uitzondering van mest en slibs die terug op het land worden gebracht; vervoer van grond; vervoer van materialen en goederen in het kader van infrastructuurwerken; vervoer van bouwmaterialen. Dit zal nog verder worden uitgeklaard.
Waar gaan we naartoe? Ingeval u niet voldoet aan de definitie van land- of bosbouwwerken, en dus activiteiten doet buiten de landbouwsector, zal u wellicht in de toekomst moeten beschikken over: • een eurovignet • verkeersbelasting betalen • een vervoersvergunning • het naleven van de bijzondere regels inzake ladingveiligheid voor voertuigen van groep C (art. 45 bis van het verkeersreglement); • met witte diesel rijden.
RODE OF WITTE DIESEL De Europese Commissie bekijkt allerlei beleidsopties voor een meer milieuvriendelijke fiscaliteit. Voor onze ligt de rode diesel onder vuur. Zo zou Europa een lager energieverbruik en lagere uitstoot van CO2 willen stimuleren via taksen voor sectoren die niet onder het EU-systeem van emissiehandel vallen (zoals landbouw en loonwerk)
D
e kritiek van Europa luidt dat het fiscaal stelsel van EU-lidstaten te weinig rekening houdt met het energie- en klimaatbeleid van de Europese Unie. De conceptvoorstellen die gelanceerd worden, hebben onder meer tot gevolg dat rode diesel voor landbouwvoertuigen
8
/ Landbouw-service
duurder zou worden, dat er een hogere minimumtaks op diesel komt en dat de accijns op biobrandstoffen kan dalen. De minimumtaks op diesel zou bij implementatie van de voorstellen stijgen, wat niet wil zeggen dat in elke lidstaat de dieselprijs stijgt.
Heel wat landen heffen reeds hogere accijnzen op diesel dan de Europese minimumnorm van 330 euro per 1.000 liter. Voor de invoering van een nieuwe vorm van ‘energietaksen’ is unanimiteit bij de lidstaten vereist. We houden u verder op de hoogte.
>
UITZONDERLIJK VERVOER Op vrijdag 21 januari 2011 hadden we samen met de landbouworganisaties een vergadering op het kabinet van Staatssecretaris E. Schouppe met betrekking tot het KB 2 juli 2010, de nieuwe regelgeving voor uitzonderlijk vervoer.
I
n artikel 20 en artikel 26 wordt bepaald dat uitzonderlijke transporten breder dan 3.50 meter moeten begeleid worden met: • Één begeleidingsvoertuig in gele kleur RAL code 1003 of 1004, met witte en rode strepen, 2 oranje-gele zwaailichten, enzovoort. • De bestuurder is een verkeerscoördinator (bediende- statuut). De opleiding van die verkeerscoördinator is dezelfde als deze van bewakingsfirma’s. (onbetaalbaar en onwerkbaar) • Per machine in konvooi een begeleidingsvoertuig: 2 machine = 2 begeleidingsvoertuigen. • 24 uur vóór vertrek van het uitzonderlijk vervoer aanmelding naar Mobiliteit Op 2 september 2010 hadden we samen met de landbouworganisaties een vergadering om onze bezwaren te uiten en de onuitvoerbaarheid van de begeleiding zoals in het KB duidelijk te maken. Staatssecretaris Schouppe heeft dan de medewerkers van zijn kabinet samen met de bevoegde mensen van FOD Mobiliteit opdracht gegeven een aanvaardbaar en werkbaar voorstel uit te werken rekening houdend met de gemaakte opmerkingen en met voornamelijk rekening houdend met de door Landbouw-Service gedane voorstellen. Op de vergadering van vrijdag 21januari 2011 heeft Staatssecretaris Schouppe een voor Landbouw-Service en ook voor de landbouworganisaties aanvaardbaar voorstel gedaan. Landbouwvoertuigen breder dan 3.5m moeten vergunningen uitzonderlijk vervoer aanvragen onder categorie 2 zoals voorzien in het KB. Voor de begeleiding echter worden volgende punten tot wijzigingen in het KB voorgesteld:
• Het voertuig die het uitzonderlijk vervoer (landbouwvoertuig) begeleidt mag een gewone personenwagen of bestelwagen of een 4x4 zijn waarvan de kleur niet bepaald is, maar wel voorzien van oranje-gele zwaailichten en panelen “UITZONDERLIJK VERVOER”. Het voorstel om zoals in Frankrijk een speciaal bord “Convoi Agricol” (Landbouw Konvooi) te creëren maakt weinig kans maar er wordt over nagedacht. Het voertuig zou als WAARSCHUWINGSVOERTUIG omschreven worden in plaats van begeleidingsvoertuig om geen verwarring te scheppen in het KB met de regelgeving van het gewone uitzonderlijk vervoer. Het voorstel om, zoals in Frankrijk, met een gewone landbouwtrekker vóór het uitzonderlijk vervoer te rijden werd afgewezen. De reden: er rijden zodanig veel landbouwtractoren met zwaailichten op de openbare weg (vervoer, grondverzet en landbouw) waardoor de aandacht voor het achteropkomende uitzonderlijk vervoer verloren zou gaan. • Er zal in konvooi kunnen gereden wor-
den tot 3 machines voor 1 waarschuwingsvoertuig, wel moeten de reglementaire tussenafstanden in acht genomen worden. • De bestuurder van het WAARSCHUWINGSVOERTUIG is geen verkeerscoördinator maar een gewone bestuurder. • De bijkomende signalisatie in het waarschuwingsvoertuig zou wel moeten aanwezig zijn. • De verplichte aanmelding 24u voor het uitzonderlijk vervoer aan FOD Mobiliteit valt ook weg. Naar onze mening is dit, ten aanzien van het eigenlijke uitzonderlijk vervoer, een werkbaar en aanvaardbaar voorstel voor de loonwerkers. Opgepast echter: Bij uitzonderlijk transport in het kader van grondverzet of industrie (bij voorbeeld een dieplader, zeefinstallaties, enz.) getrokken door een landbouwtrekker is deze bovenstaande wijziging niet van toepassing. Bij het ter perse gaan van dit magazine, was het Koninklijk Besluit nog niet aangepast. Dit betekent dat in principe de “oude” regels van 2010 nog gelden. Landbouw-service /
9
> VERVOER
Controles op het vervoer
DOOR LANDBOUWVOERTUIGEN
Liesbeth Van der Auwera, volksvertegenwoordiger voor CD&V heeft een schriftelijke vraag gesteld aan de Staatssecretaris voor Mobiliteit Etienne Schouppe met betrekking tot de controles op het vervoer door landbouwvoertuigen. Vraag: In de krant Het Belang van Limburg lezen we op 16 november 2010 dat in Diepenbeek de aanhangwagen van een tractor kantelde. Naast het artikel is een foto van de feiten geplaatst. Hierop is zeer duidelijk te zien dat het landbouwvoer-
tuig werd ingezet voor het uitvoeren van grondwerken. Op 29 januari 2009 stelde ik u hierover al een vraag (Vraag nr. 33, Vragen en Antwoorden, Kamer, 2008-2009, nr. 62, blz. 411). Uit uw antwoord destijds kon ik afleiden dat er in de periode van 13
november 2008 tot eind januari 2009 (2,5 maanden) 37 voertuigen werden gecontroleerd en dat er veertien overtredingen werden vastgesteld. Sedertdien is de situatie als het ware nog schrijnender geworden. Nog even de feiten op een rij:
1 Gebruik van vrachtwagens bij wegenis- en grondwerken: • Vrachtwagens zijn onderworpen zijn aan een jaarlijkse technische keuring. • Op deze vrachtwagens moet verplicht een dodehoekspiegel worden aangebracht. • In deze voertuigen moet een tachograaf zijn aangebracht. • De chauffeurs zijn immers verplicht zich strikt te houden aan de opgelegde rij- en rusttijden.
• De voertuigen moeten worden aangedreven met zogenaamde “witte” brandstof. • Elke vrachtwagen moet voorzien zijn van een jaarlijks te hernieuwen wegenvignet. • De bestuurders van deze vrachtwagens moeten minimum 21 jaar oud zijn en houder van een rijbewijs C. • Elke chauffeur moet jaarlijks een
medische keuring ondergaan. • De personen die dit vrachtvervoer uitvoeren zijn ingedeeld in PC 140. • De voertuigen moeten conform de wettelijke bepalingen verzekerd zijn. • De vrachtwagens zijn verplicht zich te houden aan de aan hun tonnage opgelegde routes; zo zullen ze quasi nooit door een dorpskern mogen rijden.
2 Inzet van landbouwvoertuigen, in de plaats van vrachtwagens, bij wegenis- en grondwerken: • Deze personen hebben geen vervoersvergunning. • Landbouwvoertuigen zijn niet onderworpen aan een jaarlijkse technische controle. • Een dodehoekspiegel, fietsbeveiliging, onderrijbeveiliging, spatlappen, bumpers, zijreflectoren zijn voor landbouwvoertuigen niet verplicht. • Ook een tachograaf is niet nodig, zodat
bestuurders van landbouwvoertuigen ook niet gebonden zijn door de rij- en rusttijden. • Landbouwvoertuigen worden aangedreven door de zogenaamde veel goedkopere «rode» brandstof. • Voor een landbouwvoertuig is er geen wegenvignet vereist. • Vanaf 18 jaar mag de houder van een rijbewijs G al rijden met een landbouw-
voertuig. • Chauffeurs van landbouwvoertuigen moeten niet verplicht elk jaar een medische keuring ondergaan. • Landbouwvoertuigen vallen buiten de landverzekeringswet. • Aan landbouwvoertuigen zijn geen routegebonden beperkingen opgelegd; ze mogen enkel geen gebruik maken van de autowegen.
De conclusie ligt voor de hand: de inzet van landbouwvoertuigen (tractoren) is een pak goedkoper. 1. Hoeveel controles werden er inmiddels verricht? 2. Hoe waren deze controles territoriaal verdeeld? 3. Hoeveel inbreuken heeft men daarbij vastgesteld? 4. Indien een overheid opdrachten tot wegenis-/grondwerken geeft, wordt er dan controle uitgevoerd op het al dan niet gebruik van landbouwvoertuigen? 5. Welke maatregelen worden tegen deze praktijken aangewend?
10
/ Landbouw-service
1
Antwoord van Etienne Schouppe, staatssecretaris voor Mobiliteit: 1. In 2009 werden 119 voertuigen gecontroleerd. Er werd in 2009 door het koppelen van diverse databanken - DIV (inschrijving voertuigen), Transis (transportvergunningen) en KBO - een lijst samengesteld van bedrijven die potentiële uitvoerders van transport met landbouwvoertuigen kunnen zijn. Na onderzoek van de beschikbare gegevens werden er negentien bedrijven geselecteerd die een uitgesproken risicoprofiel vertoonden. Deze bedrijven werden in de loop van augustus en september 2009 door onze bedrijfscontroleurs geïnspecteerd. Bij drie van deze bedrijven werd een tweede inspectie uitgevoerd waarna één bedrijf in overtreding met de transportreglementering (geen geldige vergunning) was. 2. De controles langs de weg worden in het gehele land uitgevoerd in functie van de via het meldpunt
[email protected] of telefo-
nisch meegedeelde klachten of op basis van de observatie van de wegcontroleurs tijdens hun verplaatsingen naar de controleplaatsen waar zij het goederen- en personenvervoer over de weg controleren. Wat de controles in de bedrijven betreft, mag men een gelijke verdeling Vlaanderen-Wallonië vooropstellen. 3. Op de 119 voertuigen die in 2009 gecontroleerd werden, waren er 24 in overtreding (vergunning en lading). Op de 270 in 2010 gecontroleerde voertuigen waren er 29 in overtreding (vergunning, rijbewijs en lading). Bij de controle van bedrijven in 2009 werd er één in overtreding bevonden. 4. Het gebruik van landbouwvoertuigen voor niet-landbouwdoeleinden is niet verboden. Wanneer het gaat om vervoer voor rekening van derden, is een vervoersvergunning noodzakelijk. De voorwaarden inzake de gunning van openbare werken, behoren tot de
bevoegdheid van de opdrachtgevende overheid. 5. De problematiek van de landbouwtractoren is zeer complex door het feit dat zij allerhande vrijstellingen genieten, waardoor de controles langs de weg weinig meer kunnen opleveren dan overtredingen inzake transportvergunning, rijbewijs, afmetingen en overlading. Er wordt momenteel een globaal dossier samengesteld ten einde in de toekomst een duidelijk onderscheid te kunnen maken tussen eigenlijk en oneigenlijk landbouwgebruik, wat ook gevolgen zal hebben voor het al dan niet genieten van vrijstellingen. Mijn administratie onderzoekt momenteel hoe wij binnen de grenzen van onze bevoegdheden de misbruiken zoveel mogelijk kunnen indijken. De problematiek van de “rode diesel” zal moeten worden aangepakt door de FOD Financiën. Landbouw-service /
11
> VERVOER
VERKEERSBELASTING OP
Landbouwvoertuigen
Leen Dierick, volksvertegenwoordiger voor CD&V heeft een schriftelijke vraag gesteld aan de minister van Financiën en Institutionele Hervormingen met betrekking tot de verkeersbelasting op landbouwvoertuigen. Vraag: Het artikel 5 van het Wetboek van de met inkomstenbelastingen gelijkgestelde belastingen, voorziet onder andere in de vrijstelling inzake verkeersbelasting voor landbouwtractoren, op voorwaarde dat deze voertuigen uitsluitend gebruikt worden om landbouwarbeid te verrichten. Voertuigen van het type landbouwtractor worden echter ook zeer vaak gebruikt voor het transport van grond en puin over de openbare weg. Het gebruik van een voertuig van het type landbouwtractor voor dergelijke handelsactiviteiten, heeft echter niets gemeen met het verrichten van landbouwarbeid. Bijgevolg kan voor deze voertuigen geen sprake zijn van vrijstelling van verkeersbelasting en dienen zij derhalve onderworpen te worden aan de verkeersbelasting naar analogie met de vrachtwagens. De verschuldigde verkeersbelasting voor vrachtwagens wordt berekend, rekening houdend met diverse parameters zoals de MTM (Maximum Toegelaten Massa), het aantal assen, de euronorm en het type van vering. Hoe groter de MTM, hoe groter het aantal assen, hoe lager de euronorm (dus hoe vervuilender de motor) en hoe meer de vering het wegdek belast (mechanische vering is duurder dan pneumatische), des te hoger is het bedrag van de verschuldigde verkeersbelasting. Voertuigen type landbouwtractor zijn vervuilend, hebben een MTM (Maximaal Toegelaten Massa) van 39 à 44 ton en gemiddeld vier à vijf assen zonder vering waardoor de voertuigcombinatie bijgevolg zeer belastend is voor het wegdek. Hierdoor vallen zij onder het hogere tarief inzake verkeersbelasting. Ze rijden
12
/ Landbouw-service
aan een maximum snelheid van 50 km/ uur. Het zijn dus geen langzaam voortbewegende voertuigen en ze komen bovendien zeer frequent op de openbare weg. Nochtans wordt voor deze voertuigen geen verkeersbelasting en evenmin een eurovignet betaald. Een aantal aannemers ontduikt op die manier de belasting. Dit gedrag leidt bovendien tot concurrentievervalsing. Aannemers die vervoer van grond en/of puin via de openbare weg uitvoeren met vrachtwagens dienen immers wel verkeersbelasting te betalen en afhankelijk van de MTM (twaalf ton en meer) ook een eurovignet. 1. Waarom moeten de landbouwvoertuigen gebruikt voor andere dan landbouwdoeleinden geen verkeersbelasting betalen? 2. Overweegt u een initiatief te nemen om deze concurrentievervalsing aan banden te leggen en zo ja, op welke manier? Antwoord van de minister van financiën: 1. De vrijstelling van verkeersbelasting (VB) voor landbouwtractoren waar het geachte lid naar verwijst is bepaald in artikel 5, § 1, 6°, a, van het Wetboek van de met de inkomstenbelastingen gelijkgestelde belastingen (WGB). Deze vrijstelling wordt inderdaad slechts toegekend wanneer deze voertuigen uitsluitend worden gebruikt om landbouwarbeid te verrichten en is (sedert 1 januari 1999) beperkt tot de motorvoertuigen en de samengestelde voertuigen van minder dan twaalf ton. De vrijstelling van VB die van toepassing is op landbouwtractoren en hun aanhangwagens met een maximaal
toegelaten massa (MTM) van minstens twaalf ton is bepaald in artikel 5, § 2, 2°, WGB. Dit artikel bepaalt dat van de belasting zijn vrijgesteld: de motorvoertuigen en de samengestelde voertuigen met een maximaal toegelaten massa van minstens twaalf ton die in België zijn ingeschreven en slechts af en toe op de openbare weg in België rijden en die worden gebruikt door natuurlijke of rechtspersonen die het goederenvervoer niet als hoofdactiviteit hebben, mits het vervoer door deze voertuigen niet leidt tot concurrentievervalsing. Deze vrijstelling wegens occasioneel gebruik werd, met ingang van 1 januari 1999 ingevoerd door de wet van 25 januari 1999 houdende wijziging van het Wetboek van de met de inkomstenbelastingen gelijkgestelde belastingen (WGB) overeenkomstig de richtlijn nr. 93/89/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen (Belgisch Staatsblad 19 februari 1999). Vermits we hier te maken hebben met dezelfde vrijstelling als inzake het eurovignet, ingevoerd door de wet van 27 december 1994 houdende invoering van een eurovignet (en gebaseerd op dezelfde Europese richtlijn) wordt de vrijstelling wegens sporadisch gebruik op dezelfde wijze benaderd. Dit betekent dat er op het vlak van de VB eveneens een aantal beperkt opgesomde voertuigen zonder formaliteiten van de belasting worden vrijgesteld omdat zij wegens hun aard geacht worden slechts af en toe op de openbare weg te worden gebruikt. Het gaat ter zake om: • de kermiswagens dienend voor het
>
vervoer van dieren, kermis- of circusmateriaal evenals de woonwagens. De foorvoertuigen volledig of gedeeltelijk dienend voor het vervoer van goederen of zaken, binnen het kader van een handelsactiviteit als tussenpersoon, zijn wel belastbaar; • de rijschoolvoertuigen die eigendom zijn van de autoscholen of van het “Sociaal fonds voor het vervoer van goederen met motorvoertuigen”, en uitsluitend gebruikt om te leren rijden (in ongeladen of uitzonderlijk binnen het kader van de opleiding, in geladen toestand); • de technische voertuigen van de (openbare of vrije) radio en televisie die speciaal zijn aangepast om technisch opnamematerieel of controlematerieel te vervoeren; • de bibliobussen en de discobussen; • de medische vrachtauto’s waarvan de binneninrichting deze is van een medisch kabinet; • de aanhangwagens of opleggers - op een blijvende wijze - ingericht als bureau en/of chronometerstand en gebruikt bij sportmanifestaties; • de cateringvoertuigen van de luchthaven die principieel bestemd zijn om permanent binnen de omheining van de luchthaven te rijden. Bij onvoorzienbare omstandigheden (atmosferische omstandigheden, sta-
king van de luchtvaartcontroleurs, omleiding van het verkeer, enzovoort), mogen deze voertuigen op de openbare weg rijden met het oog op de bevoorrading van andere luchthavens; • de landbouwtractoren (en hun aanhangwagens). Deze voertuigen zijn principieel ontworpen voor het vervoer op ongebaand terrein. 2. Ik meen dat er in het door het geachte lid geciteerde geval, waarbij de ene ondernemer de belasting moet betalen omdat hij een vrachtwagen gebruikt voor het vervoer van grond of puin en de andere niet omdat hij voor het vervoer van diezelfde grond of puin een vrijgestelde landbouwtractor met aanhangwagen gebruikt, geen sprake is van concurrentievervalsing. Bij gebruik van een zelfde soort voertuig zullen beiden immers onder dezelfde fiscale regeling vallen. Tot alle nuttige doeleinden vestigen wij de aandacht van het geachte lid op het feit dat de materie thans onder de gewestelijke bevoegdheden valt. Landbouw-service /
13
> VERVOER
Auteursrechten voor muziek
in landbouwvoertuigen?
S
ABAM zou een extra toeslag willen heffen op radio’s in firmawagens. Dergelijke geruchten versterken de indruk dat SABAM het onderste uit de kan wil halen en dat komt niet ten goede aan het imago van SABAM en hun ledenauteurs. UNIZO: “Voor het heffen van SABAMvergoedingen moet er een onderscheid gemaakt worden tussen luisteren naar de radio in een privéwagen en luisteren in een firmawagen. Dat is praktisch niet te doen en veel te ver gezocht.” Volgens de wet op auteursrechten is het afspelen van muziek in de privékring en alle situaties die daaraan gelijkgesteld kunnen worden, niet onderhevig aan het betalen van auteursrechten. Een werknemer die naar muziek luistert in een vervoermiddel van de onderneming, moet in die zin gelijkgesteld worden met
luisteren in een privé-situatie. Daarom dringt UNIZO er bij SABAM op aan de onderhandelingen over de toegelaten sectorafwijkingen verder te zetten of opnieuw op te starten. Dat is trouwens mogelijk gemaakt in de algemene regeling. In november 2009 spraken UNIZO en SABAM de algemene regeling af voor muziek op de werkvloer. Daarin worden alle ondernemingen tot 9 werknemers vrijgesteld van betaling voor auteursrechten. Daarop werd bovendien een aantal specifieke bedrijfssituaties geregeld rekening houdend met ondernemingen waar slechts in een klein gedeelte van de onderneming muziek wordt beluisterd en voor onder-
nemingen waar aan SABAM al betaald wordt voor muziek in publieke ruimtes zoals winkels, horeca, vrije beroepen enz... Specifieke ondernemingen kregen een tariefvermindering. Ook voor sectoren kunnen nog altijd specifieke regelingen worden afgesproken. UNIZO dringt erop aan nu in overleg verder dergelijke specifieke regelingen uit te werken voor de sectoren die daarom vragen.
Landbouw belangrijker
voor vorming fijn stof dan dieselwagens
D
e landbouwsector heeft een grotere invloed op de vorming van fijn stof dan dieselwagens. Dat blijkt uit een studie van de Vlaamse Instelling voor Technologisch Onderzoek (VITO). Het uitgestoten dieselroet is wel een pak schade-
14
/ Landbouw-service
lijker voor de gezondheid. ‘Als België de Europese fijnstofnormen wil halen, dan wordt best iets gedaan aan de ammoniakuitstoot die voornamelijk in de landbouw geproduceerd wordt uit dierlijk mest’, zegt onderzoeker Stijn Janssen van VITO. ‘Ammoniak speelt namelijk een sleutelrol bij de vorming van fijn stof. Als je erin slaagt om die uitstoot te reduceren, dan zal dat vormingsproces ook ten dele stilvallen.’ Dieselroet draagt slechts voor een klein deel bij tot de vorming van fijn stof, maar dat betekent niet dat de impact van dieselwagens geminimaliseerd mag worden.
‘Het dieselroet is immers veel schadelijker voor de mens. De beperking ervan zal dus amper helpen bij het halen van de Europese fijnstofnormen, maar zal zeker een positief effect hebben op de volksgezondheid.’ Dat betekent dus ook dat de Europese normen weinig rekening houden met de gezondheidsimpact. Toch heeft de landbouwsector al heel wat inspanningen gedaan. In vergelijking met 1990 is de uitstoot met 56 % teruggedrongen, door de installatie van filters in de stallen of door een andere manier van bemesting toe te passen.
A L G E M EEN <
Hoge Raad voor Zelfstandigen en KMO
erkent onze beroepsverenigingen
De Minister van KMO’s, Zelfstandigen, Landbouw en Wetenschapsbeleid, heeft de aangesloten beroepsverenigingen van Landbouw-Service als beroepsfederaties erkenning verleend met het oog op de vertegenwoordiging in de Hoge Raad voor de Zelfstandigen en de KMO. voor de zittijd 2011-2016.
D
aardoor worden de vier aangesloten beroepsverenigingen binnen Landbouw-Service officieel erkend als representatieve sectororganisatie. Het betreft de Nationale Beroepsvereniging van Aannemers van Land- en Tuinbouwwerken, de Nationale Beroepsvereniging van Loonsproeiers en Sproeistoffenhandelaars, de Nationale Beroepsvereniging van Handelaars in Meststoffen en de Nationale Beroepsvereniging van Handelaars in Veevoeders. Die erkenning heeft aanzienlijke waarde en is een officiële erkenning van onze beroepsorganisaties door alle overheden. De vertegenwoordiging zal plaatsvinden in de sectorcommissie 6 -Land- en Tuinbouwgebonden activiteiten. Onze organisaties wordt er vertegenwoordigd door Bini Gérard, Delcroix Herman, Gijsels Carla, Nix Jean-Marie, Spincemaille Christel, Stultiens Jan, Vanneste Lionel en Van Bosch Johan. Deze laatste werd eveneens verkozen tot ondervoorzitter van de sectorcommissie. De Hoge Raad voor de Zelfstandigen en de KMO is een federale adviesraad. Zijn wettelijke opdracht is tweevoudig: adviseren én vertegenwoordigen. Als overlegforum groepeert de Hoge Raad meer dan 150 erkende nationale professionele en interprofessionele organisaties. De Hoge Raad treedt op als spreekbuis van zelfstandigen, vrije beroepen en KMO. De Hoge Raad richt zijn adviezen aan de betrokken Ministers alsook aan de Minister die de Middenstand tot zijn bevoegdheid heeft. De Hoge Raad kan geraadpleegd worden door een Minister, maar beschikt ook over een eigen initiatiefrecht. Zo kan hij steeds in volle
Karel Van Eetvelt, voorzitter van de Hoge Raad, Marc Hoogmartens, secretaris-generaal van de Hoge Raad voor Zelfstandigen en KMO en Sabine Laruelle, Minister van K.M.O.’s, Zelfstandigen, Landbouw en Wetenschapsbeleid,
onafhankelijkheid zijn standpunten vertolken. Als organisme van openbaar nut beschikt de Hoge Raad daartoe over een rechtspersoonlijkheid. Hij wordt geleid en beheerd door de zelfstandigen zelf. Daarnaast heeft de Hoge Raad ook een vertegenwoordigende bevoegdheid. Via diverse beheers- of raadgevende organen kunnen zelfstandigen en KMO aldus hun standpunten in diverse socio-economische instanties mee verdedigen.
Voor Landbouw-Service worden onder meer volgende actiepunten opgenomen in dit raadgevend orgaan: • Fytolicentie
• oneerlijke concurrentie met de landbouwsector • financiering van het FAVV • schijnzelfstandigheid • BTW • verkeer: vergunningen uitzonderlijk vervoer • verkeersveiligheid: modder op de weg, verlies van lading • kaderrichtlijn bodem en erosiebestrijding • reglementering van het beroep Tijdens de eerste vergadering van de Sectorcommissie van april 2011 werd alvast een advies voorbereid met betrekking tot de zogenaamde fytolicentie. Landbouw-service /
15
> L A NDBOUW
Ploegloos boeren:
welke machines kiezen?
Onze bodems staan bloot aan tal van bedreigingen. De grootste bedreigingen voor onze Vlaamse en Nederlandse bodems zijn erosie, een afname van het organische stofgehalte, verontreiniging, verdichting, afname van de bodembiodiversiteit en verstoorde waterhuishouding. Om de bodem hiertegen te beschermen kan onder andere het toepassen van niet-kerende bodembewerking, of beter gekend als het ploegloos boeren, al een deel van de oplossing bieden. Welke werktuigen en methodes kan je aanwenden om niet-kerende bodembewerking toe te passen en wat zijn hun typische kenmerken? Voor een niet-kerende bodembewerking bestaan er heel wat systemen en werktuigen. We overlopen ze kort.
B
ij niet-kerende bodembewerking hebben de machines gemeenschappelijk dat de bodem noch gekeerd, noch intensief gemengd wordt en dat de bodemstructuur doorgaans slechts beperkt gebroken wordt. In overeenstemming met de bewerkingsdoelen kan men gebruikte machines ruwweg opdelen in 4 categorieën: ontstoppelaars, diepere bewerkingsmachines, zaaibedbereidingsmachines, en direct-en mulchzaaimachines. Deze indeling mag echter niet te strak gezien worden, aangezien verschillende machines voor meerdere doeleinden gebruikt kunnen worden en men de naamgeving vaak door elkaar gebruikt.
Ontstoppelaars Ontstoppelmachines worden gebruikt voor een oppervlakkige bodembewerking (5-10 cm), houden de onkruiddruk onder controle en laten toe een goed zaaibed te bereiden. Voorbeelden zijn de traditionele schijveneg en schijvencultivator, de compactschijveneg, de ganzevoetcultivator en de ontstoppeleg.
Diepere bewerking
©Lander Loeckx
Tot de diepere bewerkingsmachines beho-
16
/ Landbouw-service
ren onder meer decompactors, (diep) woelers en ploegvervangende machines. De decompactors hebben vaak tot doel een verharde, storende laag terug los te maken en kunnen ingezet worden voor een (diepe) beluchting. We onderscheiden machines met gebogen tanden (dents Michel) en rechte tanden met brede voeten (bijvoorbeeld type Combiplow of de erosieploeg van Beken). Als er veel plantenresten aanwezig zijn, zal een decompactor met rechte tanden minder snel tot verstopping leiden. Anderzijds kan de brede voet van een decompactor met rechte tanden wel versmering en zo verdichting in de hand werken. Decompactors met gebogen tanden verstoren de bodem doorgaans minder dan andere diepwerkende machines. Ze verluchten de bodem, terwijl de bodemlagen op hun oorspronkelijke niveau blijven en het profiel dus weinig verstoord wordt. Bij extreme verdichtingen worden diepwoelers ingezet, die dieptes van 50 cm en meer bereiken. De ploegvervangende machines of cultivators zijn opgebouwd uit een reeks tanden, met voldoende tussenruimte. Tot een diepte van onge-
veer 25 cm verbrokkelen ze de bodem en verdelen ze organisch materiaal. Onder aan de tanden zijn vaak vleugelscharen bevestigd met een werkbreedte van 25 tot 50 cm. De hellingshoek van de tanden is heel belangrijk. Een werktuig met gebogen tanden of met tanden met een kleine hellingshoek vraagt minder trekkracht en reduceert dus het brandstofverbruik, maar laat een stukje grond onbewerkt op de aansluiting van de werkgangen. Een grotere hellingshoek leidt dan weer tot een zeer onregelmatig bodemprofiel. Meer tanden betekent een betere verkruimeling en een minder compacte massa grond die overblijft. Het risico op bijvoorbeeld bietenvertakking is daardoor lager, en de opbrengst ligt vaak hoger. Anderzijds betekenen meer tanden ook een intensievere verstoring en een grotere kans op verstopping indien er veel gewasresten aanwezig zijn. Bredere, horizontale (platte) beitels breken de bouwvoor open zonder veel vermenging, maar veroorzaken meer versmering. Een smalle, stekende (verticale) beitel zorgt voor een sterkere vermenging, maar doet het risico op versmering dalen. Een bijzondere tussenvorm is de zogenaamde ecoploeg (Rumptstad). Deze ploeg en zijn varianten zijn spe-
<
ciaal ontworpen om ondiep te kunnen ploegen en over nog niet geploegde grond te rijden. Op deze manier verdicht de ondergrond in de voor niet. Nadelen ten opzichte van conventioneel ploegen zijn echter dat hoge groenbedekkers moeilijker onder te werken zijn, er is meer stuurmanskunst nodig, en bij een natte toplaag van kleigronden ontstaat slip en gaat trekkracht verloren.
Zaaibedbereiding Voor de zaaibedbereiding kan men de rotoreg, de pennenfrees, de triltandcultivator, of bepaalde combinaties gebruiken. De pennenfrees kan daarbij best overweg met gewasresten, terwijl de rotoreg een vlakker zaaibed aanlegt. De triltandcultivator is de machine bij uitstek om in het voorjaar een goed zaaibed te bereiden. Een veelgebruikte combinatie bestaat uit woelpoten vooraan, gevolgd door een rotoreg, en een zaaimachine achterop.
Vooral bij de zaaimachines vraagt nietkerende grondbewerking drastische veranderingen, aangezien deze aangepast moeten worden aan het resterend plantenmateriaal op de akker.
Zaaimachines De directzaaimachines kunnen het gewas inzaaien in een onbewerkte grond, door in 1 enkele bewerking de verdichte grond los te maken ter hoogte van de zaairij, het zaad af te leggen, en het zaad aan te drukken en te bedekken. Voordelen zijn het relatief beperkte gevraagde vermogen en de hoge rijsnelheid. Bij mulchzaai vindt doorgaans een (aangedreven of nietaangedreven) bewerking plaats vóór het zaaien. Het is steeds belangrijk dat kouters en schijven niet verstopt raken door gewasresten. Zaaimachines met grote combinaties hebben het voordeel dat ze het aantal werkgangen kunnen beperken, maar te
zware combinaties leiden dan weer tot verslemping bij regenval vlak na de zaai, en vereisen veel trekkracht. Om de schade voor de bodem minimaal te houden, kan het raadzaam zijn om te kiezen voor meesturende assen van werktuigen. Plasvorming kan je voorkomen door het gebruik van sporenwissers. Hoe sneller je over de bodem rijdt, hoe minder bodemschade, maar hoe meer machineslijtage. Deze informatie werd bekomen via het Interregproject BodemBreed en werd overgenomen uit Landbouw&Techniek 05 van 11 - 24 maart 2011. Neem eens een kijkje op de website www.bodembreed.eu voor meer resultaten over dit onderzoek en de verschillende activiteiten. Noteer alvast 29 juni voor de studiedag ploegloos boeren in het PIBO te Tongeren. U kan zich ook inschrijven voor de elektronische nieuwsbrief.
Voor meer informatie:
i
www.bodembreed.eu
De voorseizoen voorwaarden, het is NU!
Trans-CAP • Trans-SPACE
w w w. j o s k i n . co m
Profiteer van de voordelen van het Win Pack concept
• Seriefabricage • Speciale voorwaarden • Korte termijn Tel: 04 377 35 45 • E-mail:
[email protected]
Landbouw-service /
17
> L A NDBOUW
GEBRUIK INSECTICIDEN
en het verdwijnen van bijen
Volksvertegenwoordiger Thérèse Snoy et d’Oppuers heeft op 27 december 2010 een schriftelijke vraag gesteld aan de minister van Klimaat en Energie P. Magnette met betrekking tot het verdwijnen van bijen.
D
e verdwijning van de bijen is een groot probleem voor de biodiversiteit en de landbouw en vormt een reële bedreiging voor de mensheid. Sinds meer dan tien jaar wordt er een ongewoon hoge bijensterfte opgetekend in België. We hebben hier al over bericht in eerdere edities van dit magazine. Aangezien bijna 75 procent van de teelten (landbouwgewassen) sterk afhankelijk is van bestuiving door bijen, komen al de landbouwactiviteiten in gevaar door die achteruitgang van de bijenkolonies. Volgens tal van onderzoekers en imkers wordt die teruggang niet alleen veroorzaakt door de klimaatverandering en door virussen, maar ook door neurotoxische pesticiden. Een nieuwe klasse van systemische insecticiden - de zogenaamde neonicotinoïden - zou een significante invloed hebben op het verdwijnen van de bijenkolonies. Deze nicotinederivaten zijn krachtige insecticiden, die het leer-, oriëntatie- en reactievermogen aantasten. Dergelijke producten worden al lang verkocht voor huishoudelijk gebruik, en sommige zijn zeer giftig. Het gebruik van dergelijke zogeheten systemische pesticiden gaat gepaard met een ander probleem: het ontbreken van een risicobeoordeling voor pesticiden voordat ze op de markt
18
/ Landbouw-service
worden gebracht. In het geval van de bijen bemoeilijkt het toenemend gebruik van de pesticiden de risicobeoordeling nog, aangezien de pesticiden aanwezig zijn in de hele plant, waarmee de bijen rechtstreeks in contact komen. Een ander probleem dat evenzeer verband houdt met de risicobeoordeling voor pesticiden, is het gebrek aan onafhankelijkheid van de industrie bij de risicobeoordeling. In de werkgroep van de ICPBR (International Commission for Plant-Bee Relationships), de instantie die belast is met de risicobeoordeling, zitten immers niet alleen wetenschappers, maar ook vertegenwoordigers van de regeringen en de industrie en consultants. Die laatsten verdedigen de belangen van de industrie, en oefenen uiteraard een grote invloed uit op de beslissingen inzake het vergunnen van pesticiden. De bevoegde Belgische minister van Klimaat en Energie P. Magnette heeft een reeks acties die betrekking hebben op de bescherming van de bijen uitgewerkt, in het zog van het internationaal jaar 2010 gewijd aan biodiversiteit. Het belang van de maatschappelijke en economische waarde van de diensten die geleverd worden door de natuur, waaronder het verspreiden van pollen, is een belangrijke
illustratie van het belang van het vrijwaren van de biodiversiteit voor de samenleving. De systeeminsecticiden die met name worden gebruik in de omhulsels van de zaden werden van bij het begin verdacht een of misschien wel de oorzakelijke factor te vormen van dit syndroom. Tot op heden werden deze vermoedens nog niet op wetenschappelijke wijze bevestigd. De bevoegde minister van Klimaat en Energie Magnette is zich ervan bewust dat in deze materie, waar onwetendheid troef is, de afwezigheid van bevestigingen geen voldoende bewijs vormt om deze fyto-farmaceutische producten vrij te stellen van elke verantwoordelijkheid. De veronderstelling die nu het meest naar voor wordt geschoven is die van de veelvuldige oorzaak van het syndroom. Hieronder moet ook een tekort vermeld worden in het beheer van de parasieten van de bijen en meerdere voedingstekorten. De fyto-farmaceutische producten zouden mede de oorzaak kunnen zijn door het verminderen van de immuniteit van de bijen. De Minister blijft hoe dan ook zeer waakzaam voor de noodzaak van specifieke bijkomende vormen van onderzoek dienaangaande en één van de maatregelen die ik voorstel beoogt juist de kennis
act u e e l >
ter zake te versterken. Hij zal overigens met zijn collega’s van Volksgezondheid en Landbouw de kwestie van de terugval van de bijen integreren in de actualisering 2011/2012 van het programma voor de vermindering van pesticiden en biociden, om met name een antwoord te bieden op de negatieve vaststelling van het Federaal Milieuverslag 2004/2008 wat dat betreft. Bovendien dient er rekening te worden gehouden met het wettelijk kader dat op Europees niveau wordt bepaald. De testen inzake ecotoxiciteit die elke pesticide dient te doorstaan teneinde op de markt te worden gebracht worden op dit ogenblik op Europees niveau herzien. Om het Europees Erkenningcomité in te lichten, heeft de administratie eind 2010 een groep van Belgische specialisten inzake bijenteelt opgestart en de besluiten die door deze groep zullen worden getrokken zullen door het Erkenningcomité worden behandeld. Het gaat met name om nieuwe richtlijnen inzake evaluatie van de toxiciteit van producten voor bijen. Zij bestuderen met de hulp van deskundigen en onafhankelijke Belgische wetenschappers, met name het Bijencentrum Onderzoek en Informatie, de herziening van deze evaluatiemethode, inzonderheid de kwestie van de chronische toxiciteit, om de besluiten voor te dragen aan het Bestendig Comité van de Voedselketen en Diergezondheid van de Europese Commissie.
DIEFSTAL
van landbouwvoertuigen Op een schriftelijke vraag van de heer volksvertegenwoordiger Peter Logghe van 30 november 2010 aan de minister van Binnenlandse Zaken over de evolutie van autodiefstallen en pogingen tot diefstal, gaf de minister op 11 februari 2011 volgend overzicht: 2006
2007
2008
2009
Evolutie
Count
%
Count
%
Count
%
Count
%
Wagen
14.794
74,47 %
14.265
74,76 %
13.974
75,31 %
12.658
73,84 %
-9,42 %
Moto
2.149
10,82 %
2.058
10,79 %
2.055
11,08 %
2.143
12,50 %
4,28 %
Vrachtvervoer
2.458
12,37 %
2.318
12,15 %
2.051
11,05 %
1.970
11,49 %
-3,95 %
Ander zwaar vervoer
144
0,72 %
169
0,89 %
146
0,79 %
89
0,52 %
-39,04 %
Bus
39
0,20 %
16
0,08 %
31
0,17 %
23
0,13 %
-25,81
Landbouwvoertuig
254
1,28 %
217
1,14 %
259
1,40 %
242
1,41 %
-6,56 %
Andere
27
0,14 %
38
0,20 %
39
0,21 %
18
0,10 %
-53,85 %
Totaal
19.865
100 %
19.081
100 %
18.555
100 %
17.143
100 %
-7,61 %
Jaarlijks worden er ongeveer 250 landbouwvoertuigen gestolen. De minister heeft ons geen exacte cijfers kunnen geven van het aantal landbouwvoertuigen dat wordt teruggevonden.
De pesticiden zijn niet de enige oorzaak van de risico’s van broosheid van de bijen en van hun habitat. De huidige wetenschappelijke consensus leidt tot volgende oorzaken: • de klimatologische veranderingen • de virussen • de toepassingen van insecticiden • de evolutie van de besmettingen van parasieten (varroa) • de rol van de paddenstoelen (Nosema ceranae) • andere factoren.
Landbouw-service /
19
> act u e e l
MESTPROBLEMATIEK
Het nieuwe map 4 komt er aan
Het voorstel van nieuw mestdecreet, het zogenaamde MAP 4, is goedgekeurd. Met dat decreet wil Vlaanderen de waterkwaliteit verhogen. Het decreet wordt eerstdaags door het parlement gestemd.
N
a moeizame onderhandelingen bereikte Vlaams minister van Leefmilieu Joke Schauvliege (CD&V) in februari 2011 een akkoord met de Europese commissie over het nieuwe Vlaamse mestactieplan (MAP4). Dat plan moet volgens Schauvliege leiden tot een betere waterkwaliteit in Vlaanderen zonder dat de leefbaarheid van de Vlaamse landbouw in het gedrang komt. Het plan legt onder meer vast dat de nitraatnorm in 2014 nog maar in 15% van de meetpunten mag worden overschreden. Dat is een halvering tegenover de laatste meting (2009-2010) toen er in 33% van de meetpunten een overschrijding werd genoteerd. Toen dit bekend raakte, zorgde dit voor heel wat protest bij de landbouworganisaties. Een onderzoek toonde aan dat dit mestactieplan de sector ruim acht miljoen euro zou kosten. Vlaanderen blijft intussen aandringen op een zogenaamde derogatie, een ‘afwijking’ van de norm van 170 kg dierlijke mest per hectare. Voor de landbouworganisaties is de toekenning van die derogatie van groot belang. Of Europa ze ook zal toestaan, wordt normaal gezien in mei 2011 beslist. Om die derogatie te krijgen, heeft Vlaanderen een goedgekeurd mestdecreet nodig.
Afzet van digestaat Biogas-E vzw, het platform voor anaërobe vergisting in Vlaanderen, waarschuwt voor het nadelige effect van MAP4 op de afzet van digestaat op land. Samen met het Vlaams Coördinatiecentrum Mestverwerking (VCM) en de mestverwerkingssector, heeft de organisatie een aantal
20
/ Landbouw-service
opmerkingen ingediend bij de Mestbank. Zo wordt gevraagd om digestaat deels te categoriseren onder ‘andere meststoffen’, om extra afzetruimte te creëren. De nieuwe bemestingsnormen voor 2011 zijn streng, ook wat betreft fosfaat. Het gebruik van fosfaatrijke mestsoorten zoals varkensmest, maar ook digestaat, een product van de mestverwerking, wordt hierdoor sterk beperkt. Veehouders die steeds meer mestafzet nodig hebben door de strengere normen, zullen de mestdruk op de beschikbare akkers verhogen. Biogas-E vzw verwacht dat ze voornamelijk zullen kiezen voor dierlijke mest in plaats van digestaat. Dierlijke mest is immers beter gekend onder veehouders en heeft zijn waarde al bewezen. De afzet van digestaat zal door MAP4 met andere woorden bemoeilijkt worden. “Nochtans zijn nutriënten in digestaat beter beschikbaar voor de gewassen”, zegt Biogas-E. “Stikstof in digestaat is bijvoorbeeld voor 50 tot 70% aanwezig in minerale vorm, waardoor het meteen opneembaar is voor de plant. Ook de beschikbaarheid van fosfor is beter en het probleem van geurontwikkeling stelt zich minder dan bij dierlijke mest.” De afzetmogelijkheid van compost als ‘andere meststof’ wordt volgens de organisatie wél verbeterd door de nieuwe bemestingsnormen. De fosfaatinhoud van gecertificeerde compost moet bijvoorbeeld slechts voor de helft in rekening worden gebracht omdat dit het organische stofgehalte in de bodem verbetert. Biogas-E pleit voor een gedeeltelijke
opname van digestaat in de categorie ‘andere meststoffen’ naast de categorie ‘dierlijke mest’. Hierdoor zou extra afzetruimte ontstaan. Ten slotte benadrukken ze nog de voordelen van digestaat als alternatief voor synthetische kunstmeststoffen. Stikstof uit kunstmest is volledig opneembaar voor de plant en spoelt dus niet uit in de winter. Maar de synthese van kunstmest vraagt zoveel energie, dat het gebruik ervan niet duurzaam is. Digestaat of dunne fractie daarentegen bevatten ook een groot deel snel opneembare stikstof (50 tot 70%), maar vormen een goedkoper en duurzamer alternatief.
Scheiding controle en begeleiding mestbank Minister-President Kris Peeters beloofde een functionele scheiding van controle en begeleiding door de Mestbank en een grotere betrokkenheid van de land- en tuinbouwers bij de uitvoering en controle van het beleid. Het nieuwe mestactieplan bedreigt de economische leefbaarheid van de landbouwsector. De landbouworganisaties hebben dan ook al eisenbundels overhandigd aan de Vlaamse regering. Maar ook de Vlaamse regering deelt de zorgen van de landbouwsector. Vlaanderen zal investeren in een aantal sterk flankerende maatregelen om de opgelegde nitraatnorm haalbaar te maken. Voor het Vlaams mestbeleid zal er een administratieve en functionele scheiding inzake beleid, controle en begeleiding worden uitgewerkt. Taken die tot nog
>
toe allemaal door de Mestbank werden opgenomen. Dit moet leiden tot een efficiënter, transparanter, doelgerichter en meer gedragen mestbeleid. De erkende praktijkcentra krijgen een grotere rol in het onderzoek naar oordeelkundige bemestingstechnieken en de begeleiding van de landbouwers. De land- en tuinbouwers moeten zelf meer betrokken worden bij de opvolging van de verschillende MAP-meetpunten. Er zullen extra middelen worden voor-
zien om waterkwaliteitsgroepen op te richten voor opvolging van de meetresultaten. Zij zullen beroep kunnen doen op het advies van deskundigen om te komen tot realistische bijsturingen in de bedrijfsvoering. Het controlesysteem zal efficiënter en meer resultaatgericht worden uitgebouwd. Bovendien gaan de controles door de Mestbank in samenspraak gebeuren met het bestaande controlesysteem in het kader van de Europese inkomens-
steun voor landbouwers en de controles worden daar ook op afgestemd. Om een administratieve vereenvoudiging te bewerkstelligen, zal maximaal gebruik gemaakt worden van het e-loket. Het Vlaams Landbouwinvesteringsfonds (VLIF) zal financiële middelen uittrekken om de verstrenging in het nieuwe MAP op het vlak van mestopslag op te vangen en de mogelijkheden voor mestscheiding economisch draaglijk te maken.
LOONWERK
in de landbouw en bosbouw
D
e Vlaamse regering heeft een steunmaatregel voor boslandbouwsystemen goedgekeurd. Daardoor wordt verwacht dat tegen 2013 op 250 hectare grond aan agroforestry wordt gedaan. In totaal wordt zo’n 500.000 euro subsidies voorzien. Agroforestry is het combineren van landbouwteelten met bosbouw. Op lange termijn zullen de beide teelten elkaar versterken en ontstaat er een economische optimalisatie. Dankzij de bomen wordt immers biomassa geproduceerd en worden ‘natuurlijke vijanden’ van plagen en ziekten aangetrokken zodat de consumptie van gewasbeschermingsmiddelen daalt. Daarnaast worden de nutriënten en het beschikbare licht op de percelen beter benut, hebben de gewassen minder last van droogte door de beschutting tegen wind en daalt het risico op wateroverlast. Ten slotte verbetert ook de bodemvruchtbaarheid, stijgt de biodiversiteit en ontstaat een mooier landschap. Door de aanplanting van de bomen financieel te ondersteunen, wil de Vlaamse regering de introductie van
het systeem stimuleren. Concreet zullen landbouwers beroep kunnen doen op een subsidie die maximaal 70 procent van de kosten voor aanplanting dekt. Doelstelling is om tegen 2013 op
250 hectare grond aan agroforestry te doen. De vraag blijft hoe de loonwerker op deze maatregel kan inspelen. We houden u op de hoogte.
Landbouw-service /
21
> act u e e l
MESTVOERDERS BETRAPPEN
via vliegtuig?
I
n Nederland gaat de overheid met een vliegtuig controleren op het illegaal uitrijden van dierlijke mest. Vanuit de lucht observeren controleurs de percelen. Zodra zij overtredingen constateren, geven zij dit door aan controleurs op de grond. Die bezoeken vervolgens de bewuste percelen. Het uitrijseizoen voor dierlijke mest is in Nederland ingegaan op 1 februari. Sindsdien controleert de overheid of het emissiearm aanwenden van dierlijke mest zorgvuldig en volgens de regels gebeurt. Van overtredingen worden foto’s gemaakt die dienen als bewijsmateriaal. Niet naleven van de regelgeving kan resulteren in een waarschuwing, een proces-verbaal en mogelijk ook een korting van de inkomenssteun van de gebruiker van de grond. In Vlaanderen worden er op vraag van
de Mestbank geen controles vanuit de lucht gedaan. Het is al wel gebeurd dat de politie - al dan niet op vraag van een gemeentebestuur - een helikopter inzet, maar dat is toch veeleer sporadisch. Con-
troles mogen hun doel niet missen. Als het gaat om het opsporen van illegale mesttransporten in Vlaanderen, dan kan de inzet van een helikopter te verantwoorden zijn.
Sneller, slimmer en meer gras hakselen met de John Deere 7050i hakselaar serie
De slimme combinatie voor de snelle beslissers : Tijdens de grasmaanden mei en juni 2011 maakt elke koper van een John Deere 7050 Hakselaar kans op een nieuwe John Deere Gator XUV 855D 4x4 : een echte alleskunner. Voor meer informatie neem contact op met Erik De Ridder: 0474 750 125 www.JohnDeere.be
22
/ Landbouw-service
Peperstraat 4A - 3071 Erps-Kwerps Tel. : 02 759 40 93 - Fax. : 02 759 99 28 E-mail :
[email protected]
UI T DE OUDE DOOS <
STRIJD tegen het sluikwerk Het vijfde nummer van Landbouw-Service van 1956 behandelde de oneerlijke concurrentie waarmee de loonwerkers destijds te maken hadden. Boeren gingen toen al werken voor derden. We geven u hierbij het artikel van 1956. Let op de verschillen met nu… Strijd tegen het sluikwerk Praktisch in alle gewesten waar wij in voorbereiding van het oogst- en dorsseizoen vergaderden, moesten wij dezelfde klacht noteren: «ware het niet van die landbouwers die ongekend met hun eigen’ pikdorser of dorsmolen ook werk voor anderen presteren .... “. Dezelfde klachten werden geuit voor hel sproeiwerk, voor het ploegen, voor het vlastrekken, voor het aardappelrooien .... Deze landbouwers rekenen kleine prijzen, geven geen fakturen, doen geen aangifte aan de fiskus, werken met niet-inqeschreven werklieden en voeren dus een oneerliike mededinging. Zij drukken de rechtmatige ondernemersprijzen op niet geoorloofde wijze en ze zijn er mede oorzaak van dat de regelmatige gevestigde ondernemer te zwaar wordt belast. Ons Verbond in ‘t verweer. Dat wij dergelijke toenemende sluikarbeid niet voort met gekruiste armen zullen aanzien spreekt voor zich zelf. Door het nationaal dagelijks bestuur werd volgend schrijven opgesteld, dat naar de ons gesignaleerde namen van landbouwers die sluikarbeid leveren wordt gestuurd als een VERWITTIGING! Het Verbond is echter vast besloten, daar waar die verwittiging in de wind wordt geslagen, met de bevoegde overheid overleg te plegen om die oneerlijke concurrentie en fiscale misbruiken te doen ophouden! . Landbouw-service /
23
> A C T UEE L
DE CICHOREITEELT UITGELICHT tijdens een studievergadering van landbouw-service
De 15de februari organiseerde de Nationale Centrale Landbouw-Service een studievergadering over de cichoreiteelt in Gembloux.
H
ieronder bieden we jullie een samenvatting van de besproken thema’s, die onder andere de problematiek van de cichoreicontracten 2011 en vergelijkende rooitesten bespreken.
Contracten cichorei 2011 Oordeel van de telers door Jacques de Montpellier, vice-voorzitter van de “Organisation des Producteurs de Chicorées d’Oreye” In het begin van zijn toespraak herinnerde M. de Montpellier vooreerst de eerste voorstellingen gedaan door Orafti en die zwaar becritiseerd werden, zowel door de telers als door de loonwerkers. Herinneren we ons dat de basisprijs flink verlaagd werd, dat een rooisysteem georganiseerd door de fabriek in plaats gezet werd en dat de telers volledig moesten instaan voor de transportkosten… Het rooisysteem voorzag een interessante prijs, maar deed alleen beroep op een paar loonwerkers, die door de fabriek gekozen werden. Bovendien zou deze ‘interessante prijs’ door alle telers gefinanceerd worden, dus ook door de telers die dit systeem niet zouden gebruikt hebben. Na meerdere vergaderingen en interventies zijn de modaliteiten voor volgend seizoen uiteindelijk half november 2010 tot stand gekomen. De basisprijs werd vastgelegd op 53 EUR per netto ton, waar een ‘logisitiek’ premie van 3 EUR aan toegevoegd wordt, op voorwaarde dat bepaalde condities ingevuld zijn voor de ligging van de hopen, de rooivoorwaarden, een goede informatie op gebied van zaaigegevens, enz… Er werd ook rekening gehouden met een bijdrage van 1,25 EUR per ton voor 2011 om mee te gaan met de conjunctuur (tarweprijzen).
24
/ Landbouw-service
De transportkosten blijven evenwel één van de grootste problemen voor de toekomstige contracten, zelfs nadat een deelmutualiteitsprincipe in werking getreden is. Deze transportkosten zullen in de toekomst zeker de rendabiliteit van deze teelt in het gedrang brengen. Tussen 61 en 90 km bedragen ze 5, 50 EUR per netto ton en kunnen oplopen tot 8,50 voor meer dan 120 km. De rooiwerkzaamheden 2011 zullen mogen uitgevoerd worden door elk loonwerker die de teler kiest, en dus zonder
verplicht gebruik van een bepaald type machine… Een interessant gesprek beeindigde de voorstelling en bood de gelegenheid om de toekomst van deze teelt, alsook deze van Orafti te bespreken.
Evaluatie van de prestaties van een integraalrooier met vorken door Olivier Miserque, CRA-w, Unité Machines et Infrastructures agricoles Tijdens de rooicampagne 2010 heeft de ‘Unité Machines et Infrastructures agricoles’ van de CRA-w testen uitgevoerd op
>
mauvais
Diamètre moyen de casse (cm)
4 fourches Tabel 1. Geoogst rendement door de geteste machinesHolmer en spreiding ten opzichte van de integraalrooier met vorken Autres machines 3,5
Holmer met vorken 3 Integraalrooier
moyen
2,5 2
bon
2-fasig systeem 1,5
1 0,5
Scharen
10/09
27/09
12/10
5/11
18/11
50,0
64,3
52,2
55,7
67,6
47,8 (-2,2)
61,0 (-3,3)
67,6 (0)
Oppel wielen
53,0 (-2,7)
Scharen
3
51,2 (-1,0)
Oppel wielen
52,3 (-3,4) 52,2 (-3,5)
Vorken
52,3 (+0,1)
0 10/09
27/09
12/10
04/11
05/11
18/11
Figuur 1. Breekdiameter van de worteluiteinden voor de verschillende tests en machines. Holmer met vorken Andere machines
gemiddeld
slecht
4 3,5 3 2,5 2 1,5
goed
Gemiddeld breekdiameter (cm)
de Holmer integraalrooiers met vorken om de eventuele geoogste opbrengstwinsten te becijferen bij het gebruik van zo’n rooier. De testen hebben toegelaten om, op éénzelfde perceel, deze machine te vergelijken met andere klassiekere machines (integraal rooier of 2-fasig systeem). De gebruikte meetprotocole had tot doel om enerzijds de oogstopbrengst van de verschillende geteste machines te meten en anderzijds de verliezen, zowel bij breuk als van hele wortelen te meten. Vermelden we ook nog dat de capaciteit, de tarra en de oogstcondities waargenomen werden. Tijdens de campagne werden zeven vergelijkende testen van de integraalrooier met vorken uitgevoerd. Een meetfout laat niet toe om de volledige test van 4 november te benutten, en alleen de proef bij de hoop laat toe om de oogstkwaliteit te analyseren. Tijdens de test van 11 oktober was het geleidingssysteem van de integraalrooier met vorken buiten dienst en er werd dus geen rekening gehouden met deze test. Het onderstreept dat zo’n systeem bijna onmisbaar is om een goed rooiresultaat te bekomen. De tabel hieronder is een samenvatting van de absolute opbrengsten, met premies voor eventueel vroeg rooien, geoogst door de Holmer met vorken, in vergelijking met de verkregen waarden voor de andere machines. De integraalrooier met vorken bereikt geoogste opbrengsten die 0 tot 3,5 t/ha hoger zijn dan de andere geteste machines. Een andere analyse van de resultaten kan uitgevoerd worden op basis van de meting van het breekdiameter van het uiteinde van de wortels bij het rooien zelf of tijdens de reinigingsfase. Men kan stellen dat de rooikwaliteit redelijk goed is met de integraalrooier met vorken, met een gemiddelde breekdiameter gaande van 1,5 tot 2 cm voor alle proeven. De andere gemeten parameters zoals het tarra of de prestaties hebben geen grote verschillen aangetoond tussen de integraalrooier met vorken in vergelijking met de andere machines. Een laatste, maar wel essentieel aspect betreft het economisch aspect van de
1 0,5 0 10/09
27/09
12/10
machine. Als men rekening houdt met de hogere aanschafprijs en het hoger brandstofverbruik van de machine met vorken, kan men stellen dat de verschillen in kostprijs tussen een integraalrooier met vorken en dezelfde integraalrooier uitgerust met scharen of een tweefasig systeem kunnen oplopen van 20 tot 60 €/ha in functie van het jaarlijks gebruik van de machine (en rekening houdend van een gerooide oppervlakte tussen de 250 en de 400 ha/jaar). Deze meerkost moet omgezet worden in een zekere hoeveelheid cichorei die aan verschillende prijzen kan gevaloriseerd worden. Deze
04/11
05/11
18/11
meerkost vertegenwoordigt een hoeveelheid cichorei gaande van 0,4 tot meer dan 2 ton per hectare. Als besluit kunnen we stellen dat de machine uitgerust met vorken interessante resultaten vertoont in termen van geoogst rendement. Anderzijds zullen bijkomende proeven nodig zijn tijdens de volgende oogstcampagne om de werkomstandigheden te verbreden. Nieuwe machines zijn ook voorgesteld en aangepast tijdens de laatste oogstwerkzaamheden. Deze bijkomende waarnemingen zullen bovendien toelaten om een nauwkeurigere economische analyse uit te voeren. Landbouw-service /
25
> act u e e l
De nieuwe lidkaarten zijn er V
anaf 2011 heeft Landbouw-Service een nieuwe lidkaart ingevoerd. Vroeger werd er jaarlijks een lidkaart opgestuurd, dit zal niet langer gebeuren. De leden krijgen nu een lidkaart die altijd geldig zal zijn. De lidkaarten zijn niet op naam, maar hebben een barcode, waardoor het secretariaat van Landbouw-Service steeds weet of u in orde bent met uw lidmaatschap. Met deze lidkaart zal u gratis toegang krijgen op de informatievergaderingen. Vanaf 2011 zal iedereen die naar de informatievergaderingen komt de lidkaart moeten tonen bij de ingang. De barcode zal dan gescand worden. Geen probleem als u met twee personen aanwezig bent op de vergadering, we scannen dan twee maal. Indien u de lidmaatschapsbijdrage voor dat jaar nog niet betaald heeft, dan zal u terecht komen op een rood scherm… Zoals
u weet vragen we dan 50 euro om te mogen deelnemen. Een aantal andere ledenvoordelen
wordt nog voorbereid. We denken bij voorbeeld aan kortingen bij beursbezoeken en dergelijke.
In orde met uw lidgeld
L
andbouw-Service is de enig erkende beroepsvereniging van alle loonwerkers, van alle aannemers van land- en tuinbouwwerken en van alle toeleveranciers van de landbouwsector. De leden zijn zowel zelfstandige ondernemers als KMO-leiders met personeel, kortom ondernemers die bewust voor Landbouw-Service gekozen hebben om hun belangen te verdedigen en die dagelijks de vruchten ervan plukken. Landbouw-Service wil ook uw partner zijn om u te helpen met uw onderne-
26
/ Landbouw-service
van landbouw-service?
ming: tips om beter zaken te doen, voedselveiligheid, IKKB, GMP, milieu, BTW, personeelszaken, transportproblematiek,… U noemt het, onze experts staan u bij. Uw lidmaatschap bij Landbouw-Service geeft u een lengte voorsprong om nog beter zaken te doen en geeft ons de slagkracht om nog beter voor u op te komen. Bovendien ontvangt u een aanzienlijke korting bij het inschrijven op de sectorgids en de IKKB-standaard (zie ook www.vegaplan.be).
De bijdrage voor 2011 bedraagt € 125. Indien u deze bijdrage nog niet betaald heeft, willen wij u vragen dit alsnog te doen en € 125 te storten op rekening nummer 426-315682131 van Landbouw-Service, Spastraat 8, 1000 Brussel. U ontvangt dan automatisch uw genummerde lidkaart en een bewijs van betaling.
<
WERELDGRAANMARKT De machtsverhoudingen op de wereldgraanmarkt zijn grondig door elkaar geschud. De Verenigde Staten en Europa zijn dit seizoen sterker geworden en Rusland speelt voorlopig geen rol van betekenis meer. In juni vorig jaar ging het Amerikaanse ministerie van Landbouw er nog van uit dat Rusland samen met Oekraïne en Kazachstan de nieuwe tarweschuur van de wereld zou worden.
S
inds 1945 is zijn de Verenigde Staten leider van de wereldtarwemarkt, maar Rusland werd steeds belangrijker. Vorig seizoen bediende Rusland 13,7% van de wereldmarkt voor tarwe. Dat is dit seizoen gekelderd naar 3,2%, veroorzaakt door de droogte in de landen rond de Zwarte Zee. Het aandeel van Oekraïne daalde van 6,9% vorig seizoen naar 4,4% dit seizoen. De Verenigde Staten staan dit seizoen in voor 28,2% van de wereldhandel in tarwe. Vorig seizoen was dat 17,7%. Het aandeel van de EU
stijgt van 16,3% naar 17,2%. Ook op de maïsmarkt blijven de Verenigde Staten de algemene leider, hoewel ruim een derde van alle Amerikaanse maïs verwerkt wordt tot bio-ethanol. Het aandeel van het land op de wereldmarkt bedraagt 54,8%. Argentinië, de tweede grootste exporteur van maïs, blijft steken op 16,1%. Ook op de sojamarkt zijn de Verenigde Staten niet te kloppen. Dit seizoen verhandelden ze 44% van de soja. Brazilië staat op nummer twee en is goed voor 33% van de markt.
KUHN, dat is mijn kracht! > maaiers en maaikneuzers > cirkelschudders > cirkelharken > opraappersen > wikkelaars
VOEDERWINNING be strong, be KUHN
PACKO AGRI WERKT UITSLUITEND MET
B-8210 Zedelgem T : 050/25 00 10
EEN PROFESSIONEEL DEALERNET.
B - 5 5 9 0 C i n e y T : 0 8 3 / 6 1 1 4 74
KENNIS EN SERVICE BIJ DE DEUR.
E :
[email protected] W : www.packo.be
Landbouw-service /
27
> G EW A SBES C H ER M IN G S M IDDE L EN
FYTOLICENTIE We hebben u in het verleden al bericht over de nieuwe fytolicenties. De wetgeving zal worden aangepast, volgens de Europese regelgeving. Momenteel bestaan er een aantal vergunningen: • vergunning erkend gebruiker • vergunning erkend verkoper / gebruiker • landbouwers moeten geen vergunning hebben om op eigen velden te sproeien. • loonwerkers en landbouwers moeten geen vergunning hebben om producten van categorie B te sproeien.
Wat zal er veranderen? • Iedereen die gewasbeschermingsmiddelen professioneel gebruikt zal een fytolicentie moeten hebben. De fytolicenties staan op naam van een natuurlijke persoon en worden toegekend voor een periode van ten hoogste zes jaren. Ze kan een onbeperkt aantal keren worden vernieuwd voor telkens zes jaren. • Het onderscheid tussen de producten van categorie A en B zal worden afgeschaft. Dit wordt vervangen door de
28
/ Landbouw-service
definitie van producten voor professioneel gebruik en producten voor amateurgebruik. • Het spuiten vanuit de lucht per vliegtuig of helikopter is verboden (tenzij u een speciale ontheffing vraagt aan de minister, en aan strenge voorwaarden voldoet). • Bepaalde eisen voor de opslag van toevoegingsmiddelen en gewasbeschermingsmiddelen. • Specifieke eisen bij de verkoop van toevoegingsmiddelen en gewasbeschermingsmiddelen.
Welke fytolicentie zal ik nodig hebben? Er worden drie categorieën onderscheiden: • fytolicentie “assistent professioneel gebruik”: deze personen gebruiken toevoegingsmiddelen en gewasbescher-
mingsmiddelen erkend voor professioneel gebruik, uitsluitend onder het gezag van een houder van een fytolicentie “professioneel gebruik” of “distributie/voorlichting”. Zij moeten 16 uren opleiding volgen om de licentie te bekomen en deelnemen aan drie vormingsactiviteiten in de periode van zes jaar. • fytolicentie “professioneel gebruik”: toevoegingsmiddelen en gewasbeschermingsmiddelen voor professioneel gebruik mogen enkel worden gebruikt door professionele gebruikers. Deze personen zijn verplicht om een opleiding te volgen van 60 uren en deel te nemen aan vier vormingsactiviteiten in de periode van zes jaar. De meeste loonsproeiers zullen deze fytolicentie nodig hebben. Dit geldt eveneens voor de meeste landbouwers. • fytolicentie “specifiek professioneel gebruik”: deze personen zullen een licentie krijgen voor een bepaald product, een bepaald gebruik, een bepaalde plaats of een bepaalde hoeveelheid. Ze zullen een opleiding moeten volgen van 20 uren en moeten deelnemen aan twee vormingsactiviteiten in de periode van zes jaar. • fytolicentie “distributie/voorlichting”: het betreft distributeurs en voorlichters voor wat betreft toevoegingsmiddelen
>
en gewasbeschermingsmiddelen erkend voor professioneel gebruik. Zij moeten 120 uren opleiding volgen om de licentie te bekomen en deelnemen aan zes vormingsactiviteiten in de periode van zes jaar. Distributeurs moeten voldoende voorlichters in dienst hebben om de klanten voldoende informatie te verschaffen over het gebruik en de risico’s van de producten. Zij mogen erkende producten voor professioneel gebruik alleen verkopen aan houders van een fytolicentie “professioneel gebruik” of “distributie/ voorlichting”. • fytolicentie “distributie/voorlichting amateurmiddelen”: het betreft distributeurs en voorlichters voor wat betreft toevoegingsmiddelen en gewasbeschermingsmiddelen erkend voor amateurgebruik. Zij moeten 16 uren opleiding volgen om de licentie te bekomen en deelnemen aan twee vormingsactiviteiten in de periode van zes jaar. Uiteraard zijn er overgangsmaatregelen. Zo
zal werkervaring u in aanmerking brengen voor een bepaalde fytolicentie: minimum vijf jaar voor de fytolicentie “distributie/ voorlichting”, minimum twee jaar voor de fytolicentie “assistent professioneel gebruik”, minimum drie jaar voor de andere licenties. Indien u nu reeds beschikt over een vergunning erkend verkoper of erkend gebruiker/verkoper en 5 jaar werkervaring heeft, dan zal u de fytolicentie “distributie/ voorlichting” kunnen aanvragen in de overgangsperiode (tussen 1 september 2013 en 31 augustus 2015). Nadien zal U gedurende de periode van de fytolicentie (6 jaar ) ook moeten deelnemen aan een aantal vormingsinitiatieven. Heeft u nagelaten om de fytolicentie aan te vragen tijdens de overgangsperiode, dan moet u de opleiding terug volgen.
Vanaf wanneer heb ik deze fytolicentie nodig? De nieuwe wetgeving treedt in voege op 25 november 2015.
Reactie van Landbouw-Service Landbouw-Service vindt het een gemiste kans dat personen die gaan sproeien voor derden geen aparte fytolicentie zullen nodig hebben. Ze hebben de fytolicentie “professioneel gebruik” nodig, net zoals de landbouwers die op eigen veld zullen sproeien. Bovendien hebben we vragen over het stockeren van toevoegingsmiddelen en gewasbeschermingsmiddelen voor derden. Ook dit moet duidelijk geregeld worden.
Vervolg… Het Koninklijk Besluit is momenteel een rondgang van adviesraden aan het doen. In principe gaat dan de Raad van State nog een advies geven, waarna het gestemd en gepubliceerd wordt. De bevoegde minister schat de publicatie voor november 2011. We houden u verder op de hoogte over de stand van zaken in dit dossier.
Landbouw-service /
29
> G EW A SBES C H ER M IN G S M IDDE L EN
Verwerken van spuitresten van gewasbeschermingsmiddelen met SENTINEL
de ideale oplossing voor loonsproeiers en grote landbouwers! Gewasbeschermingsmiddelen (sproeistoffen, fytoproducten) komen de laatste tijd meer en meer onder druk te staan. De wetgeving wordt strenger, er worden voorwaarden gekoppeld aan het gebruik (vb bufferzones), en er verdwijnen steeds meer efficiënte middelen van de markt.
E
en belangrijke oorzaak hiervan is het feit dat nog steeds teveel resten van gewasbeschermingsmiddelen teruggevonden worden in ons oppervlakte- en grondwater. Deze middelen horen daar niet thuis, en kunnen risico’s inhouden voor het milieu (vb vissen) en voor het produceren van drinkwater. Als er te hoge concentraties actieve stoffen gemeten worden, moeten de drinkwaterproducenten namelijk grote inspanningen leveren om deze middelen uit het water te verwijderen waardoor de kostprijs van ons drinkwater steil de hoogte ingaat. Op sommige dagen in het spuitseizoen moet de productie van drinkwater zelfs volledig stilgelegd worden omdat de concentratie
30
/ Landbouw-service
aan bepaalde actieve stoffen zo hoog is.
Proper water in 2015 Bovendien schrijft Europa voor dat het oppervlaktewater in 2015 “proper” moet zijn. Dit betekent dat er zo min mogelijk resten van gewasbeschermingsmiddelen mogen teruggevonden worden. Om deze doelstelling te halen, en om te vermijden dat er risico’s optreden voor het milieu en voor de drinkwaterproductie, moet er dringend actie ondernomen worden. Indien er niets gebeurt zal de overheid ingrijpen en extra gebruiksmaatregelen opleggen, of nog meer efficiënte middelen van de markt halen. Phytofar, de Belgische Vereniging van
de Gewasbeschermingsmiddelenindustrie, kocht een Sentinel aan, dit is een toestel dat restwater van bespuitingen met gewasbeschermingsmiddelen op een fysico-chemische manier zuivert. Samen met POVLT in Beitem stelt Phytofar de Sentinel ter beschikking van de loonsproeiers en grote landbouwers om hun restwater te verwerken en nadien het zuivere water te hergebruiken. De ideale oplossing om ervoor te zorgen dat restwater nooit meer in de beek terecht komt! De Sentinel kan grote hoeveelheden restwater op korte tijd verwerken (1 m3 / 4 uur) en kan grote vuilvrachten aan. Het systeem is daardoor beter geschikt voor loonsproeiers dan een biofilter of fytobak, twee bioremediatiesystemen die op microbiologische wijze het restwater gaan zuiveren. In 2010 heeft Phytofar een project opgestart met POVLT (het proefcentrum in Rumbeke-Beitem) en Volsog (de vereniging van de loonsproeiers) om het restwater van loonsproeiers in Oost- en West-Vlaanderen met de Sentinel te verwerken. Er is inmiddels 60m3 restwater verwerkt bij 13 loonsproeiers. Er werden stalen genomen en daaruit bleek dat de kwaliteit van het gezuiverde water erg goed was. Dit water kan dus zonder problemen gebruikt worden voor een eerste spoeling of voor een totaalherbicide toepassing. In 2011 loopt de samenwerking met POVLT verder en wordt het project uitgebreid naar grote landbouwers die hun restwater met Sentinel kunnen laten verwerken (vanaf 2m3). Ook in Limburg zal de Sentinel dit jaar in actie treden in het
<
Werkingsprincipe SENTINEL
Sentinel
Beperkte kostprijs
Citerne 2 Slibfilter Actieve koolfilter
Citerne 1
De kostprijs voor loonsproeiers en landbouwers per verwerkte m³ is € 50 (+ een éénmalige bijdrage van € 25 voor administratie- en transportkosten). Deze kostprijs omvat enkel het verbruik van de chemicaliën; het toestel zelf werd aangekocht door Phytofar en de personeelskosten worden gedragen door het POVLT.
Phytofar lanceert dit jaar 2 acties: Flocculatie
+ ijzersulfaat + natriumhydroxide + poly electrolieten
1. Voor loonsproeiers: vanaf 25 deelnemers aan het project wordt in 2011 2 * 2 m³ (= 2 * € 100) verloot. 2. Voor de landbouwers wordt er per groep van 5 deelnemers 1 m³ (= € 50) verloot.
Bezinking
+ zwavelzuur + actieve kool
Sentinel 5-stappenplan 1
Zo weinig mogelijk restwater overhouden
2
Restwater opslaan in een reservoir
3
Restwater wordt verwerkt door Sentinel
4
Het gezuiverde water opslaan
5
Het zuiver water hergebruiken • 1e spoeling • Totaalherbicide toepassing
kader van een Interreg-project, met dank aan PCFruit (Gorsem). Het restwater laten zuiveren met Sentinel is vrij eenvoudig. De loonsproeier of landbouwer vangt gedurende het spuitseizoen zijn restwater op in een citerne
Bij deze een warme oproep aan alle loonsproeiers en grote landbouwers om het restwater te laten verwerken via Sentinel, en nooit meer te lozen in de beek! U helpt er niet alleen het milieu mee verder, u zorgt er ook voor dat efficiënte gewasbeschermingsmiddelen op de markt kunnen blijven.
Contact
i
Sofie Vergucht (Phytofar): tel. 0495 20 56 13, e-mail:
[email protected] Inge Mestdagh (POVLT - WestVlaanderen): tel. 0499 56 59 69, e-mail: inge.mestdagh@ west-vlaanderen.be
of vaatjes. In de kalmere periodes (vb de herfst) wordt de Sentinel op het bedrijf gebracht om het restwater te verwerken. Het gezuiverde water dient opgeslagen te worden in een propere citerne en kan dan opnieuw gebruikt worden.
Voor meer informatie
i
Kijk voor meer info en voor alle acties op onze website www.phytofar.be
Landbouw-service /
31
> REISVERS L A G
Een geslaagde reis naar SIMA 2011 Tijdens het etentje in januari 2011, namen we de beslissing om het werk even te laten voor wat het is en er eens een paar dagen tussenuit te knijpen om uit te rusten…. Na het inschrijvingsformulier te hebben verstuurd en alle familiale en professionele verplichtingen netjes te hebben geregeld, zijn we klaar om gepakt en gezakt te vertrekken naar de verzamelplaats in Meux.
Z
ondag, negen uur. Een aantal wagens met bedampte ruiten staan geparkeerd bij Gérard. De ‘kinderen’ krijgen nog een laatste reeks aanbevelingen en we kunnen vertrekken. Na iedereen te hebben afgezet, keren de gehaaste chauffeurs huiswaarts. Daar is de bus al… Aan boord bevinden zich onze medereizigers uit de Oostkantons. De buschauffeur opent de laadruimte voor onze bagage en nodigt ons uit om plaats te nemen in de bus: “Ik ben Geert, nikske ‘chauffeur’ of ‘Mijnheer’.” De toon is onmiddellijk gezet. We krijgen nog wat praktische informatie en als blijkt dat iedereen aan boord is, vertrekt de bus. Goeie reis! Otto controleert nog even of iedereen
32
/ Landbouw-service
gezeten is, geeft een woordje uitleg en vertelt ons dat er drank aan boord is. Net voor Parijs houden we even halt om iets te eten. Vervolgens rijden we verder naar Villepinte. De landbouwstudenten wijzen ons de weg. Geert parkeert zijn bus en we spreken af aan de sproeistand van een fabrikant die onze ondervoorzitter goed kent. Iedereen mag de beurs en haar immens technologisch aanbod op eigen tempo verkennen. “Vanavond spreken we hier af om 18 uur stipt. Beloofd, jullie zullen er geen spijt van krijgen!” En of! We worden onthaald met champagne. Nogmaals dank aan Yves voor zijn vrijgevigheid. En dan komt het… De rijtijd van Geert zit erop en we vernemen
dat hij ons zal opwachten in Eurodisney. Van de Sima naar Eurodisney, dat doe je best met de RER… een heel gedoe, zo blijkt… We blijven netjes samen en al snel is het hele metrostel volledig bezet door Belgen… tot we merken dat er één ontbreekt… Otto, waar ben je? Gelukkig is Chérie-Chérie er… Ach vrouwen… wat zouden we doen zonder hen…? Johan ontpopt zich tot de RER-superman. En ik kan het weten ! Ik durf zelfs te beweren dat ik mijn man niet nodig heb om te reizen… met de RER in Parijs. We genieten van Eurodisney en het cowboyspektakel. Heel bijzonder en super leuk! Geert heeft ons inmiddels teruggevonden… Rond middernacht vertrekken we naar het hotel voor een welverdiende nachtrust… En wat horen we Otto zeggen ? “En morgen vroeg eruit want we vertrekken om half acht !” Hij is gek! We zullen eens zien… En of we het gezien hebben ! Terwijl wij al lang onder het dons lagen, zette Otto vrolijk de bloemetjes buiten met zijn Engelse, Duitse en Zweedse vrienden. Je moet het gezien hebben om het te geloven… En ’s anderendaags… tja, daar zullen we het niet over hebben. Snel bagage inladen. Hopelijk hebben we geen file. Het verkeer loopt vlotjes. Nog een geluk dat Geert heeft aangedrongen op het uur : half acht! Hij wist waarom! We gaan binnen via hal 4, trap op naar de vergaderzaal. In aanwezigheid van politici en vertegenwoordigers van loonwerkers uit Frankrijk,
>
Italië, Duitsland, Nederland, Engeland, Zweden, Polen en België geven we uiting aan onze bezorgdheid met betrekking tot de Europese subsidies in onze specifieke markt die tal van investeringen vereist: eerste peiler, tweede peiler die verschilt per Europees land, het onevenwicht dat daardoor ontstaat in het grensgebied, de steeds terugkerende administratieve problemen bij de inschrijving van materiaal dat nochtans ‘in Europa’ werd aangekocht… Hartelijk dank aan de tolken.. Wat zouden we doen zonder?
Het is zoals met de vrouwen… we zijn blij dat ze er zijn! Opnieuw afspraak op de sproeistand… we weten waarom! En dat geldt niet alleen voor de mannen. Ook de vrouwen weten de drank te waarderen. Vanavond wagen we ons niet meer in de RER. We gaan Parijs verkennen aan boord van de bus: naar links, naar rechts: de Tuileries, de Eifeltoren, … we hebben het allemaal gezien en er nog interessante uitleg bij gekregen ook. Proficiat aan Geert en zijn kompaan van vanavond! We eten in de buurt van
de Champs Elysées in het gezelschap van onze Europese vrienden. We hebben elkaar inmiddels al zo vaak ontmoet… in het hotel gisteravond, op de vergadering vanmorgen, tijdens het middagmaal…. dat we elkaar stilaan als vrienden beginnen te beschouwen. Otto en Johan zijn in hun opdracht geslaagd. Ze hebben banden gesmeed en aangehaald… De tijd staat niet stil. We vertrekken richting Beauvais voor een rustige nacht. “Otto, naar bed!”. Tot morgen. Anne-Marie
PCLT: OPENDEURDAG Het Praktijkcentrum voor Land- en Tuinbouw presenteert zijn opendeurdag op donderdag 2 juni 2011 (Hemelvaartsdag).
O
nder de vleugels van de landbouwschool VABI zet ook het PCLT zijn deuren wijd open. In de namiddag heeft het PCLT het volgende programma:
Doorlopend • aanwezigheid van de Schoonste Boerin van Vlaanderen Cindy Declercq • de Oude Trekker Club tekent present met niet minder dan 100 oldtimers
OPENDEURDAG DONDERDAG 2 juni 2011
PCLT Zuidstraat 25 | B-8800 Roeselare | Tel 051 24 58 84 | Fax 051 24 23 68 | Mail
[email protected] | Url www.pclt.be
Landbouw • “Mini G-rijbewijs”: Tractorrace voor kinderen met pedaaltrekkers: ter promotie van de opleidingen G-rijbewijs organiseert het PCLT een ludieke tractorrace voor kinderen. Om de situatie levensecht te houden kiezen we enkel voor pedaaltrekkers van de gekende merken. • Voor de liefhebbers van veeteelt organiseert de Westvlaamse Veeveiling om 13u00 een Elite Fokberenveiling in de Praktijkhal
Mechanisatie • PCLT ploegt doorheen de tijd: in de overdekte Praktijkhal demonstreert het PCLT de geschiedenis van het ploegen door de eeuwen heen. Van de door het paard getrokken éénschaar over de oldtimer tot de elektrohydraulisch aangestuurde wentelploeg. • Eindwerkpresentatie van een spuitmachine voor demonstratieve doeleinden
• Eindwerk presentatie van een werkende doorsnede van een New Holland versnellingsbak
Groenvoorziening • Praktijktest van professionele kettingzagen • Demo van de allernieuwste tuinmachines. • Klimdemo in de tuin of praktijkhal (bij regenweer).
Landbouw-service /
33
> REISVERS L A G
Reisverslag KRONE op 31 januari en 1 februari 2011 organiseerde het bestuur van Landbouw-Service West-Vlaanderen een studiereis naar de fabriek van Krone in Spelle (Duitsland). Een vijftigtal Westvlaamse en Oostvlaamse loonwerkers namen deel. Hierbij het verslag.
O
m 05 uur vertrok vanaf de IJzerboren in Diksmuide, een volle bus richting Duitsland. Een voor één loonwerkers uit West- en Oost-Vlaanderen, vol verwachting over wat de studiereis naar Krone ons ging brengen. Na een tussenstop vlak voor de grens met Nederland, kwamen we nog voor de middag aan bij de fabriek. Eerst konden we genieten van een rondleiding tussen de tweedehands John-Deere’s rechtover de fabriek en in beheer van Bernard Krone. Krone is, hoe raar dit ook klinkt, de grootste verdeler van John Deere tractoren in Duitsland. ’s Middags werd een typisch Duitse maaltijd voorgeschoteld in het hotel
van Krone, waarna we een uiteenzetting kregen van hun landbouwgamma. Het feit dat dit meer dan 1 uur in beslag nam, geeft een idee van hun uitgebreid gamma!!! Groot was de bewondering over het feit dat Bernard Krone himself ons kwam verwelkomen. Het mooiste moest echter nog komen: een bezoek aan de fabriek, alles voorzien van deskundige uitleg door Ad Van Hurk, verkoopsmanager van België en Nederland en een crack in zijn vak. Geen enkele vraag bleef onbeantwoord, zowel over de kleinste gedragen maaier tot de grootste hakselaar, de Big X. Zijn ervaring, zijn kennis en zijn gedrevenheid waren ideaal om dit
Wereldrecord : DE ZUINIGSTE*! Ontdek de vele innovaties van de nieuwe Fendt 700, 800 en 900 Vario SCR. Met een Fendt Vario gaat u niet alleen minder verbruiken, maar gaat u ook efficiënter en comfortabeler werken. Neem gerust contact op met uw lokale Fendt-dealer. *Officiële test van Fendt 828 SCR door de DLG, februari 2011.
Die Fendt De visie vanVision.... FenDt
PowerMix g/kWh 300
301
290 280 270
261
260 250
245
240 230
D iese l
D iese l
Fendt 828 NH T7.270AC Case 230 CVX Vario
D iese l Gemiddelde alle geteste tractoren
Alleenvertegenwoordiger voor België
Boomsesteenweg 174, 2610 WILRIJK (Antwerpen) Tel.: 03/821.08.30 • Fax: 03/821.08.86
[email protected] • http://fendt.vanderhaeghe.be ...mehr auf www.fendt.com/vision ab dem 18. April! kijk vanaF 18 april op www.FenDt.com/vision
34
/ Landbouw-service
bezoek te leiden op topniveau. Wat ons vooral opviel is dat alles gefabriceerd werd in dezelfde fabriek: van gedragen maaiers tot schudders, harken, opraapwagens, pakkenpersen, de Big M en tenslotte hun paradepaardje, de Big X, hun monsterlijke hakselaar. Zelfs ’s avonds, toen we gingen kegelen na onze ribbetjes met friet, bleef Ad onze herder. Van ons heeft hij toen vooral onthouden dat onze aanwezige moppentapper hem de tranen uit de ogen deden lopen van ’t lachen. Dag 2: na het ontbijt en voor sommigen wat slaperige oogjes, was het tijd voor nog een verrassing: een bezoek aan het cruise- scheepswerf Meyer, nummer 5 in de wereldtop!!! In een loods van 500 m lang en 75 m hoog werden 2 past-panamacruiseschepen naast elkaar gebouwd. In de andere loods nog eens 2 pre-panama boten, dus breder of smaller dan 37 meter. Herinner je nog onlangs in de krant, het Disney-cruiseschip met de outdoor roetsjbaan boven op het dek? Hun makelij!!! Intussen is er nog een tweede cruiseschip besteld! Ieder 4 maand komt er een nieuw cruiseschip op de markt, of liever: in het water. Echt iets wat we nooit meer zullen meemaken, da’s zeker! Na het late middagmaal, pannenkoeken met spek en thee, was het tijd om huiswaarts te keren om rond 22 uur toch thuis te zijn. Nogmaals is hiermee bewezen dat de afwezigen ongelijk hadden. Bij deze danken we, in naam van Landbouwservice, Laurent Stevens van Stevens Farm Equipement uit Ieper en Ad Van Hurk van Krone voor hen inzet en financiële tussenkomst om deze studiereis te doen slagen. Verslag: Eddy Patfoort
DOSSIER M E C H A NIS A T IE >
DOSSIER Mechanisatie NIEUWIGHEDEN Agrotron TTV 7260: eerste Deutz-Fahr model uitgerust met de SCR-technologie
D
eutz-Fahr presenteerde tijdens de Eima en de Sima zijn eerste Agrotron (263 pk) die voldoet aan de emissienormen TIER IVi. Deze tractor wordt uitgerust met een nieuwe turbodiesel 6 cilinder motor Deutz TCD 6.1 L06 met Common Rail inspuiting en SCR technologie op basis van ureum AdBlue. Deze technologie laat toe om de CO2 uitstoten te verlagen, terwijl het brandstofverbruik ook met zo’n 8% daalt. De Agrotron TTV 7260 beschikt over dezelfde eigenschappen als de andere TTV-modellen: traploze transmissie met vier werkbereiken, vier aftakastoerentallen, de classe-S cabine met iMonitor en de ergonomische
joystickbediening PowerCom V. Bovendien krijgt deze tractor een zonnepaneel op zijn dak. Deze uitrusting maakt het ondermeer mogelijk om de blazer van de cabine te bedienen als de motor stopt. De introductie van de TVV 7260 is een nieuwe mijlpaal voor het gebruik van een traploze transmissie bij modellen met een hoger vermogen, maar ook het begin
van het gebruik van de SCR-technologie op alle SDF-tractoren van meer dan 175 pk.
SCR-technologie voor de Fendt 939
T
ijdens de SIMA heeft Fendt zijn eerste trekker van de nieuwe reeks Vario 900 uitgerust met de SCR-technologie voorgesteld. De 939 Vario beschikt over een vermogen van 390 pk en is zo de sterkste trekker uit het Fendt-gamma. Hij wordt aangedreven door een 6 cilinder Deutz van 7,8 liter met Common Rail en SCR-technologie. Deze trekker beschikt ook over de nieuwe “Variotronic” terminal die toelaat om ISOBUS werktuigen te bedienen, automatische geleidingssystemen toe te passen, alsook video beelden van aangekoppelde werktuigen weer te geven. Tussen de andere nieuwigheden voorgesteld op deze tractor vindt men ook een bandendrukwisselsysteem en het antiblokkeersysteem ABS voor de wielen.
Landbouw-service /
35
> DOSSIER M E C H A NIS A T IE
Een SCR systeem van de 2de generatie voor de MF 8600 en Valtra Serie S tractoren
D
e tractoren MF 8600 en Valtra Serie S beschikken voor 2011
over een nieuwe motorisatie technologie met een SCR systeem van de
tweede generatie. Deze techniek beantwoordt aan de nieuwe CO2 emissienormen en laat bovendien toe om het diesel- en AdBlue verbruik te beperken, zonder zware ingrepen op de motor. Dit nieuw systeem werd gezamenlijk ontwikkeld door AGCO, Sisu Power en Bosch. Hij wordt gekenmerkt door in de uitlaat gebouwde catalysatoren, een geïntegreerd bedieningsunit en een hogere inspuitdruk. De AdBlue tank wordt voortaan geïntegreerd in de dieseltank. De modellen MF 8600 en Valtra S werden op de markt gebracht in 2008 en waren de eersten die de SCR technologie toegepast hebben.
Claas Axion 900: een nieuw gamma tractoren met hoog vermogen
V
anaf het voorjaar 2012 zal Claas zijn nieuwe gamma Axion 900 aanbieden, met vier modellen van 280 tot 400 pk. Deze tractoren komen het aanbod van Claas in het hoger segment versterken, naast de Axion 800 en de Xerion. De motor is een 6 cilinder met 8,7 liter cilinderinhoud, directe inspuiting en SCR technologie. Ze beantwoorden aan de nieuwe emissienormen Stage IIB/Tier 4i. Om het zicht niet te belemmeren werd de catalysator geïntegreerd in de motorruimte. De brandstoftank en de ureum tank van 60 liter zijn zeer toegankelijk, aan de linkerkant van de cabine. Vermelden we ook nog de traploze transmissie ZF Eccom, de drie aftakstoerentallen, en de 1000 ECO toerental.
36
/ Landbouw-service
De nieuwe ontworpen cabine rust op vier pijlers en beschikt over een afgeronde achterruit om het zicht op de werktuigen te verbeteren. De schikking van de armleuning werd volledig herbekeken en omvat een
nieuwe multifunctionele joystick “CMOTION” alsook de CEBIS bedieningsterminal.
>
Verdere ontwikkelingen op de Monosem zaaimachines
V
anaf het tweede semester 2011 zal Monosem verschillende nieuwe versies van haar maïsplanters voorstellen, die aan de eisen van grote akkerbouwbedrijven en loonwerkers voldoen. Het plooibaar model 8 rijen TFC met NG Plus 4 zaaielementen en centrale kunststofvoorziening zal in vlottende versie aangeboden worden. Een nieuw draagframe met vlottende uiteinden tijdens het werk laten toe een betere bodemvolging en een exacte zaaidiepte te bekomen. De brede buitenwielen (26 x 12) drijven de uiteinden aan terwijl de centrale wielen de vier middenelementen alsook de kunstmesteenheid aandrijven. Ondanks de grote kunstmestcapaciteit, deze zaaimachine blijft niet breder dan 3 meter voor transport op de weg. De NX WingFold is een getrokken 8-rijige zaaimachine met NX of NG Plus 4 zaaielementen. Deze zaaimachine met hoge capaciteit kunstmestbak (1.500 liter) kan aangedreven worden door
kleinere tractoren. Het uitklapsysteem geïntegreerd in het draagframe maakt het mogelijk om rijafstanden van 70, 75, 80 cm en 30” te gebruiken. Op de weg plooien de buitenste elementen naar voor zodat de machine niet breder is dan 3 m. Vermelden we nog dat Monosem haar gamma zaaimachines zal vervolledigen met een CRT model met 12 rijen. Het nieuwe telescopische uitschuifbare draagframe is uitgerust met 12 NG Plus 4 zaaielementen met rijafstand van 70 tot 80 cm. Het centraal gedeelte van de zaaimachine bestaat uit een dubbel telescopisch draagframe, terwijl de twee uiteinden de werking van een eenvou-
dig telescopisch draagframe overnemen. Op de weg blijft de breedte beperkt tot 3 meter (3,20 m met sommige uitrustingen). Zoals de andere zaaimachines van het merk kan dit nieuw model in optie uitgerust worden met zaaicontrole, manuele of automatische rijafsluitingen en het hydraulisch regelsysteem SeedDrive.
Sulky Econov: optimisatie per sectie van de werkbreedte van een meststoffenstrooier
B
ekroond met een zilveren medaille voor de Innovations Awards SIMA 2011, het “Econov” systeem laat toe de opening en sluiting van de doseerkleppen van een meststoffenstrooier te automatiseren op de kopakkers en de overlapping tussen twee werkgangen te verbeteren in deze zones. Daarvoor wordt hij gekoppeld
aan een sectiesluiting eenheid van een spuittoestel dat al aanwezig is op het bedrijf. Men bepaalt de geolocalisatie van het geheel tractor/meststoffenstrooier dankzij een GPS ontvanger verbonden aan een geleidingstoestel. Elk meststoffenstrooier Sulky van het gamma X12-44 met weeginstallatie kan uitgerust worden
met de Econov. Een aansluiting ontworpen door Sulky laat toe om alle bedieningen van de meststoffenstrooier te automatiseren: openen en sluiten van de doseeropeningen, afstelling van de werkbreedte en het aan/uitzetten in rechthoekige kopakkers. Eens uitgerust met de Econov is de meststoffenstrooier in staat om sectieafsluitingen uit te voeren op de hele strooibreedte (6 secties of meer). Bovendien bedient het systeem elke sectie afzonderlijk, door de richting van de aanvoeropeningen aan te passen. Men kan dus gerust stellen dat de werkbreedte nauwkeuriger en soepeler ingesteld kan worden dan bij de spuitboom van een spuitmachine. Dit beheer wordt natuurlijk gesynchroniseerd met het strooidebiet van de strooier. Vermelden we nog dat de Sulky X12-44 strooiers standaard uitgerust zijn met het Tribord 3D systeem op de rechter strooischijf, zodat de kanten op afstand bemest kunnen worden, zonder de spuitsporen te verlaten. Landbouw-service /
37
> DOSSIER M E C H A NIS A T IE
Nieuwe zelfrijdende spuitmachine Amazone
N
a de succesvolle introductie van de gedragen spuiten UF (met tankinhoud tot 1.800 liter en spuitbomen van 12 tot 28 m), en de getrokken spuiten UX (met tankinhoud tot 6.200 liter en spuitbomen van 18 tot 40 m) stelt de Duitse constructeur zijn eerste zelfrijdende spuit volledig gebouwd in zijn fabriek van Leeden. Deze nieuwe spuit is aangeboden met een tank van 4.000 liter en spuitbomen van 24 tot 40 meter. Hij behoudt de tandem onderstel met hydropneumatische ophanging ontworpen door Agrifac en waarvan de productierechten overgekocht zijn door Amazone. De ophanging wordt geregeld in functie van de rijsnelheid en van de vulling van de tank. Als de tank vol is wordt het gewicht verdeeld voor 50% op de vooras en voor 50% op de achteras. Deze verdeling kan maximaal 5% verschuiven in functie van de vullingsgraad van de tank en de gekozen spuitboom. De Pantera is uitgerust met een 6-cylinder common rail motorblok van Deutz die voldoet aan de Tier II A normen en een vermogen van 200 pk ontwikkelt. Deze motor beschikt over een Eco en een Powermodus. Zijn toerental past zich automatisch aan tussen 1.200 en 1.900 omw/min. De hydrostatische aandrijving berust op
hydraulische motoren met hoog toerental, met afzonderlijke regeling en mechanische vertraging voor elk wiel. De rijsnelheid wordt continu geregeld tussen 0 en 40 km/u. De Pantera biedt de gelegenheid om met twee of vierwielsturing te werken, alsook in hondengang. De automatische spoorbreedte aanpassing maakt het mogelijk om elke spoorbreedte te hanteren tussen 1,80 en 2,25 m, en wordt standaard geleverd. De bodemvrijheid bedraagt 1,10 m. De Claas Vista-Cab cabine beschikt over ultra moderne bedienings- en controleuitrustingen. Een multifunctionele joystick herbergt de belangrijkste functies. Controle en bediening vinden plaats middens de ‘Amadrive’ touchscreen. (bijvoorbeeld: automatische regeling van de snelheid, motorbeheer in Eco- of Powermodus, afstelling van de spoorbreedte…). De Amatron 3 terminal beheert alle spuitfuncties, alsook het automatisch beheer van de secties via ‘GPS-Switch’ en het geleidingssysteem ‘GPS-Track’. De spuituitrusting omvat voornamelijk:
• een tank van 3.950 liter en een schoonwatertank van 395 liter; • een spuitpomp van 280 l/min en een roerpomp van 250l/min ; • een “Pack Comfort” uitrusting voor het automatisch vullen, de roerderafstelling en de reiniging; • een continue, onder druk, doorstroming “DUS” zodat het spuiten effectief over de volle breedte begint. De spuitbomen tot 40 m zijn dezelfde als op de getrokken modellen UX. Deze zijn standaard uitgerust met een pendelende en centrale ophanging, alsook de hydraulische hellingscorrectie. Amazone biedt ook in optie de variabele geometrie en de automatische geleiding «Distance Control”.
Een nieuwe generatie zaaimachines Amazone Cirrus 02
V
oor 2011 stelt Amazone een nieuwe generatie zaaimachines voor, de Cirrus 02. Deze machines hebben een werkbreedte van 3, 4 of 6 meter en beschikken over nieuwe uitrustingen alsook een nieuw design. Deze worden uitgerust met een nieuw aflegsysteem “Roller-Drill-System RDS met “TeC+Control” scharen. De druk op deze laatste is tot 10% hoger en ze zijn standaard uitgerust met een diepterol. Deze zaaimachine werkt samen met een schijveneg met twee rijen gekartelde schijven van 460 mm diameter. De Cirrus 02 zaaimachine wordt standaard geleverd met een elektrisch en radarbediende doseerunit. De controle en de bediening van het electro-hydraulisch systeem wordt gewaarborgd door de Amatron+ terminal die op verschillende Amazone machines gebruikt kan worden.
38
/ Landbouw-service
>
Nieuw gamma harken met zijafleg bij Kuhn
V
oor het seizoen 2011 stelt Kuhn een nieuw gamma getrokken harken met zijafleg. In werkstand “1 zwad”, bieden de drie modellen werkbreedtes van 3,00 tot 5,80 m voor de GA 6632 ; 4,20 tot 7,30 m voor de GA 7932 en 5,00 tot 8,50 m voor de GA 9032. In werkstand “2 zwaden”, bedraagt de werkbreedte respectievelijk 6,50 m, 7,80 m en 8,80 m. In transportstand hebben de twee eerste modellen een breedte van slechts 3 m of 3,50 m met gemonteerde armen.
gemakkelijk over zeer grote zwaden gereden kan worden en waardoor bochten nemen op de kopakkers gemakkelijker is; • zeer brede wielstellen en tot 6 hyperballonwielen per rotor (tandemwielassen op elke rotor en 2 bijkomende wielen op de achterste rotor) waarborgen een perfecte sta-
biliteit in alle omstandigheden; • een scharnierend frame en een 3D cardanische ophanging (dwars en overlangs draaien) zorgen voor een perfecte bodemvolging, waardoor het gewas niet vervuild wordt; • toegelaten op de openbare weg met een snelheid van 40 km/u in de meeste landen.
Tussen de karakteristieken afkomstig van de vorige modellen kan men volgende punten melden: • demonteerbare armen en inklapbare beschermingen om de breedte tijdens opslag en transport zo klein mogelijk te houden; • standaard hydraulisch verstelbaar en inklapbaar zwaddoek om gemakkelijk van het ene perceel naar het andere te kunnen gaan; • een grote bodemvrijheid van de rotoren (tot 60 cm), waardoor er
New Holland Crop IDTH: etiketteringssysteem van de balen voor grootpakpersen
Z
ilveren medaille van de Innovations Awards tijdens de SIMA 2011, het Crop IDTH systeem kan elk baal traceren
door middel van een radiogestuurd etiket. Dit systeem wordt aangeboden op de hoge densiteitspersen BB 9000 en ont-
houdt voor elk baal de massa, de vochtigheidsgraad, de dosis bewaarmiddelen, de localisatie met datum, uur en code van het perceel. Dit etiket wordt ter hoogte van de binder gebonden aan één van de koorden van de baal. Alle informatie wordt opgeslagen in het beheersproces en elektronisch geladen op de etiket. Achteraf kunnen deze gegevens gelezen worden via een infrarood scanner en verzonden worden naar een computer, via een USB-poort. Het Crop IDTH systeem werkt samen met het weegsysteem en maakt deel uit van het nieuw geavanceerd precisie landbouw pakket van New Holland. De gebruikers zullen een gedetailleerd rapport kunnen downloaden dat naast de opbrengstkaarten van het perceel ook de exacte gegevens voor elke baal zal weergeven. Landbouw-service /
39
> DOSSIER M E C H A NIS A T IE
Twee belangrijke en aanvullende innovaties voor de ronde balenpersen John Deere 960 en 990
D
e ronde balen persen met variabele perskamer van John Deere zijn volledig nieuw. Ze beschikken over een nieuwe communicatie technologie tussen het werktuig en de tractor, alsook een nieuw uitwerpsysteem voor de baal. Het communicatie concept «Baler Automation Isobus” werd bekroond door een Gouden medaille tijdens de Innovations Awards van de SIMA 2011. Dit systeem waarborgt een dubbelzijdige informatie wisseling tussen het werktuig en de tractor zodat het stoppen van de tractor, het bindproces en het uitwerpen van de baal op een bepaald moment beginnen. Deze innovatie biedt nieuwe automatisatie mogelijkheden die de bestuurder ten eerste zullen helpen. Hij hoeft al een tiental jaren zelf niet meer te sturen, en vanaf nu zullen bepaalde herhaaldelijke ingrepen ook automatisch gebeuren. Bij het nieuwe uitwerpsysteem genaamd «Fast Release System” wordt de achterklep van de pers vervangen door een lichtere structuur die opent en sluit in minder dan vijf seconden. De uitwerpfase van de baal wordt op deze manier aanzienlijk verkort zodat een productiviteitsverhoging van 20% mogelijk is. Deze Fast Release System
omvat ook mobiele zijpanelen die de vaste zijpanelen van een klassieke perskamer vervangen. Deze zijpanelen gaan een paar graden open tijdens de uitwerpfase en worden onder druk gehouden tijdens het maken van de baal, zodat men een hogere persdensiteit kan bekomen, die te vergelijken is met deze van grootpakpersen. Deze particulariteit laat toe om het werkdebiet te verhogen omdat er minder balen moeten gemaakt,
vervoerd en gestockeerd worden. De twee modellen 960 et 990 beschikken over een perskamer afgebakend door twee brede riemen. De baalbreedte is identiek (1,21 m), terwijl de respectieve diameter 1,60 en 1,85 m is. Op deze nieuwe modellen, biedt de combinatie van de voorgestelde innovaties omvangrijke voordelen voor de gebruiker in termen van veelzijdigheid, productiviteit, rendabiliteit en comfort.
ISA360: ee n multifunctionele on-board computer
B
ekroond met een Zilveren medaille tijdens de SIMA 2011 verenigt de ISA 360 verschillende troeven, zoals een geleidingssysteem, het perceelsbeheer, de bediening van ISOBUS werktuigen en online weersvoorspellingen. Ontworpen door ISAGRI in samenwerking met SATplan en Terre-net Media, de Isa360 omvat een speciaal programma en internet, zodat een landbouwbedrijf volledig beheerd kan worden vanuit de cabine van de tractor. Deze on-board computer zal de verschillende toepassingen doen samenwerken met het centraal informatiesysteem van het bedrijf. Zo zullen de gegevens van de machines die door de Isa360 verzameld zijn automatisch de technische en economische analyses van het systeem
40
/ Landbouw-service
verrijken; anderzijds zullen gegevens die beschikbaar zijn in het centraal informatiesysteem (bijvoorbeeld milieueisen…) overgedragen worden naar de on-board computer om een automatische werktuigenafstelling te bekomen (tractor, strooier, spuitmachine…). De Isa360 is boordevol technologie en bestudeerd om een eenvoudig gebruik te waarborgen. De intuitieve toepassingsbedieningen zullen iedereen bekoren, zelfs diegene die informaticatoepassingen niet gewoon zijn. De bedieningskast (32x22 cm) omvat 6 basisknoppen die toelaten om de kast in werking te zetten, terug naar het hoofdmenu te gaan of over te gaan naar een andere toepassing. Deze bedieningskast
wordt aangesloten op een 12V stekker en de talrijke stekkers laten toe om gegevens te versturen of te ontvangen (3 USB-poorten, 4 CAN-poorten waarvaan één Isobus, een Bluetooth en GPRS connectie, alsook een Ethernet connectie) waardoor deze bedienings- en communicatieplatform uniek in haar stijl is.
>
Dewulf stelt een nieuwe 1-rijige getrokken klembandrooier voor
T
ijdens de SIMA 2011 stelde Dewulf haar nieuwe CBC klembandrooier voor. Deze getrokken 1-rijige rooier is de compacte uitvoering van de CBI 1-rijige rooier voorgesteld in 2000. Deze rooier kenmerkt zich met licht hellende plukriemen die standaard uitgerust zijn met dieptecontrole, terwijl schaar en plukelement volledig onafhankelijk werken. Deze laatsten zijn aangedreven door een aandrijvingskast waardoor een optimale synchronisatie steeds gewaarborgd blijft, jaar na jaar. De bunker van 3 ton wordt gemonteerd op een ingenieus parallellogramsysteem dat het hellen van de bunker beperkt tijdens het lossen.
Gilles RB 640 DL: een zelfrijdende bietenlader met zijafvoer
O
m te kunnen beantwoorden aan de verdere ontwikkeling van hopenreinigers die gemakkelijker werken op een hoopbreedte kleiner dan 10 m heeft de constructeur van Clermont de RB 640 DL ontworpen, een nieuwe zelf-
rijdende bietenlader met zijafvoer. De zijafvoerband heeft een breedte van 2,05 m en is regelbaar in hoogte tussen 2,10 en 4,20 m. Dit laat toe om hopen van de gewenste breedte te maken, maar ook om al rijdend te los-
sen in een kipper. De aandrijving wordt verzorgd door een Mercedes blok van 12,8 l dat een koppel van 2.000 Nm ontwikkeld vanaf 1.300 toeren. De hydrostatische transmissie is uitgerust met overgedimensioneerde hydraulische motoren en beschikt over een veldbereik en een transportbereik. Standaard wordt de machine uitgerust met een antislipsysteem en een automatische hellingscorrectie dat onder andere toelaat om één van de achterwielen te verwisselen zonder hulp van een cric. De cabine is afkomstig van Claas, beschikt over ergonomische bedieningen alsook een terminal dat toelaat om alle werkparameters en camerabeelden te zien. Vermelden we nog dat de verbeteringen op deze machine ook een toename van 20% van de wielomtrek van de eerste as en een toename van 17% van de breedte van de zijafvoerband omvatten. De klassieke zelfrijdende bietenladers zijn voortaan ook uitgerust met dezelfde verbeteringen dan dit model met zijafvoerband.
Landbouw-service /
41
> DOSSIER M E C H A NIS A T IE
ACTUALITEITEN Inhuldiging van de nieuwe productiesite van Ménart
O
p 31 maart jl. heeft Ménart een nieuwe productiesite in de industriezone van Dour ingehuldigd onder het voorzitterschap van MM. Philippe Suinen, algemeen directeur van de AWEX en Carlo Di Antonio, burgemeester van Dour. Deze inhuldiging was ook de aanleiding om het vijftig jarig bestaan van het bedrijf te vieren en de "Ménart Technologies Days" te organiseren. Deze dagen hadden tot doel het bedrijf en haar vakkennis te tonen, maar ook om een forum te organiseren en kennis te verwisselen op wereldvlak. Sinds de oprichting van het bedrijf in 1961 hebben vier generaties de zaak Ménart geleid. Bij het begin werd landbouwmateriaal verdeeld. Daarachter werd de invoer van verschillende merken voor bosbouw- en groenvoorzieningtoepassingen ingevoerd. Vanaf 1983 bestudeert en bouwt de firma composteringsmachines, die zowel in ons land als in het buitenland
42
/ Landbouw-service
Van links tot rechts, Carlo DI ANTONIO Burgemeester van Dour, Jean-Claude MENART Zaakvoerder, Philippe SUINEN algemeen directeur van de AWEX en Bérengère MENART Directrice (Administratie, Financien en Export).
verkocht worden. De klanten voor deze machines zijn gemeentebesturen, tuinaanleggers, landbouwers, bedrijven actief in het beheer van afval, NGO’s, … Vanaf 2000 wordt de focus gelegd op het uitvoeren van de productie. Talrijke contacten worden gelegd zowel in Amerika als Asië of Afrika. Verkoopscontracten worden dan ook afgesloten in onder meer Vietnam, Pakistan, Algerië, Canada... Enkele jaren later zullen ook grote contracten afgesloten worden om stedelijke vastafval te verwerken (Annaba, Phu Ly, Quy Nhon, Lahore, …). Sinds juli 2010 is Ménart gevestigd in Dour, op een splinternieuwe locatie dat een productieruimte van 6.500 m² omvat met laag energieverbruik (BBC) en 1500 m² passieve kantoorruimte (eerste industrieel gebouw in Henegouwen,
tweede in Wallonië). Het bedrijf stelt een veertigtal mensen te werk. Dankzij een multitroeventeam, met gespecialiseerde ingenieurs en techniekers heeft Ménart de top bereikt bij het ontwerpen van verkleiners, zeven, omzetmachines, alsook selecteermachines waarvan de kwaliteiten en prestaties ondertussen wereldwijd bekend zijn. Hedendaags is Ménart medestichter van de cluster ‘VAL+’ en dankzij haar ervaring in het globaal ontwerpen van Greentech-projecten, breidt de firma haar activiteiten uit op de vijf continenten, met beloftvolle resultaten. Onze redactie wenst het allerbeste aan het bedrijf Ménart et verheugt zich dat vakkennis en doorzettingsvermogen geleid hebben tot een succes dat de voorgangers van deze buitengewone familie niet verwacht hadden.
>
Case IH/Steyr, Sponsor van Potato Europe 2011
N
a de editie van Potato Europe 2007, is Case IH/Steyr opnieuw exclusief partner van de editie 2011. Deze Europese aardappeldagen worden jaarlijks georganiseerd in één van de lidlanden van de organisatie (DLG, Duistland - ITPT en Arvalis, Frankrijk DLG Benelux - Nederland en Fedagrim, België). Na Potato Europe 2010 in Bockerode
(Duitsland), vindt de demonstratie dit jaar plaats op 7 en 8 september in België, meer bepaald op de terreinen van M. Witdouck in Kain, naast Doornik. De boerderij bevindt zich in het midden van de Europese aardappel productiezone en is gemakkelijk toegankelijk voor de Belgische en buitenlandse bezoekers. Op een oppervlakte van 20 hectaren zullen de Europese aardap-
peldagen toelaten de evolutie van alle rooi- en laadmachines te volgen, maar ook proefpercelen en een varieteitsplatform te bezoeken. Voor Case IH/Steyr, zullen deze demonstraties de kans bieden om haar nieuwe producten en diensten voor te stellen, met onder andere de voorstelling van het RTK-geleidingssysteem, de basis van alle precisielandbouw toepassingen.
Op bezoek bij Massey-Ferguson en Isagri in Beauvais n het kader van de Europese loonwerkersdagen georganiseerd door de CEETTAR (Confédération Européenne des Entrepreneurs de Travaux Techniques Agricoles et Ruraux) en de FNEDT (Fédération Nationale Entrepreneurs des Territoires), tijdens de SIMA 2011, heeft een groep Waalse loonwerkers de gelegenheid gekregen om de trekkerfabriek van AGCO Massey-Ferguson en het bedrijf ISAGRI te bezoeken.
I
in deze, zodat de capaciteit op jaarbasis verdubbeld werd, tot 20.000 trekkers per jaar. De fabriek biedt werk aan meer dan 2.200 mensen en 85% van de productie wordt uitgevoerd in meer dan 140 landen. Deze fabriek is verantwoordelijk voor de ontwikkeling en de productie van de modellen MF 5400, MF 6400, MF 7400 en MF 8600 met een vermogen van 82 tot 370 pk.
Massey-Ferguson,de belangrijkste fabriek van de groep AGCO in Europa
ISAGRI, één van de voornaamste spelers in de ontwikkeling van informatica toepassingen voor de landbouw
De Massey-Ferguson fabriek is de belangrijkste voor de AGCO groep, maar ook de grootste trekkerbouwer van Frankrijk. Meer dan 800.000 trekkers hebben de fabriek al verlaten sinds het begin van de productie, in november 1960. De groep heeft onlangs zwaar geïnvesteerd
ISAGRI werd opgericht in 1983 door Jean-Marie Savalle, met als doel de terbeschikkingstelling van de informatica beheersmiddelen voor de landbouwers. Door de jaren heen werd de activiteit uitgebreid tot alle spelers van de landbouw- en wijnbouwwereld en daarachter
naar de boekhouders toe. Vandaag is ISAGRI de voornaamste informatica speler in Europa, met 107.000 landbouw- en wijnbouwklanten, 350 partners op het terrein en 400 klanten Grote Rekeningen. Dankzij meer dan 880 medewerkers, behaalt ISAGRI een jaarlijkse omzet van meer dan 75 miljoen euro. Naast de maatschappelijke zetel van Beauvais beschikt de onderneming over vier lokale agentschappen (Châlons, Avignon, Narbonne en Bordeaux) en acht filialen (België, Nederland, Duitsland, Zwitserland, Spanje, Italië, Portugal en Canada). Naast het uitgeven en verdelen van programma’s heeft ISAGRI zich ook gespecialiseerd in de moderne technologiën zoals de GPS toepassingen, Internet diensten, de ontwikkeling en integratie van specifieke toepassingen en de netwerken- en telecomaanbiedingen.
Krone Big X hakselaars getest met rupsen en dubbele wielen
O
m een oplossing te kunnen bieden bij verdichtingsproblemen i n n at te oog stomsta nd i g heden heeft de firma Krone één van haar nieuwe BigX hakselaars uitgerust
met rubberen rupsen. Deze machine werd afgelopen najaar met succes getest in Nederland en in België. Testen met dubbele w ielen hebben ook goede resultaten opge-
leverd. Voor grote zelfrijders bieden rupsen en dubbele banden één van de oplossingen waar K rone zich in de toekomst verder wil in verdiepen.
Landbouw-service /
43
CASE IH EFFICIENT POWER
TOONAANGEVENDE TECHNIEK
EFFICIENT POWER – KLAAR VOOR DE TOEKOMST.
DE FEITEN SPREKEN VOOR ZICH: De DLG Power-mix-test 2010 toont duidelijk aan wat U al wist; Case IH zet wederom nieuwe maatstaven in de techniek. Dankzij de SCR – technologie (Selective Catalytic Reduction) wordt een aanzienlijke brandstofbesparing bereikt terwijl het rendement toeneemt. Tegelijkertijd wordt eveneens voldaan aan de Tier 4 – richtlijnen voor emissies.
Brandstofverbruik
(g/kWh)
300 298
290
291
280
292 286 280
270
282 278
273 268
260
259
250
Case IH Puma CVX 160 EP 1
Case IH Puma 215 EP 2
261 Case IH Puma CVX 230 EP 3
258
259
Magnum 340 EP 4
www.caseih.com 1 3
Case IH Puma CVX 160 EP [DLG PowerMix-test 07/10], 2 Case IH Puma 215 EP [DLG PowerMix-test 05/10], Case IH Puma CVX 230 EP [DLG PowerMix-test 05/10], 4 Magnum 340 EP [DLG PowerMix-test 11/10]
261