Ga met God 2: De bidkapel in! Harderwijk, 8-‐2-‐2015 l. Luk. 11:1-‐13, Jak. 1:1-‐8 (nadruk op 5-‐8) z. Ps. 18:1,9; 81:1,6,8; Gez. 39; Ps. 50:7,11; Onze Vader; Gez. 167 (PvN 16); ZG 213 intro: Het gaat vanmorgen over bidden (de bidkapel in). Mag ik eens vragen: wie vindt bidden moeilijk? Goed dus dat we daar vanmorgen bij stilstaan. Wat maakt bidden moeilijk? -‐ Je valt zo vaak in herhaling… -‐ Je vraagt vergeving en je weet dat het morgen wel weer fout zal gaan… -‐ Twijfel maakt bidden ook moeilijk (dat kan over van alles zijn; bijv of bidden zin heeft). Moet je zeker zijn over God, wat hij wil, en over jezelf, of je gelooft? Of kun je beter niet bidden als je twijfelt??? Preek: Het gaat dus over bidden… Iemand die daar veel van weet is Philip Yancey, een Amerikaanse schrijver (foto). Van o.a. Genade wat een wonder, Jezus zoals ik hem niet kende. Maar ook Bidden (foto), ruim 400 bladzijden. Een kenner dus. Toch zegt hij over zichzelf (kort geleden in Visie): ‘Ik ben ’s werelds slechtste bidder’. Is dat valse bescheidenheid? Als je zo’n dik boek schrijft over bidden, moet je wel weten waar je het over hebt?! Weet je waarom hij dit boek heeft geschreven? Hij schrijft het liefst over vragen waar hij zelf het antwoord niet op weet. Bij voorbeeld ‘Hoe moet ik bidden?’ Hij is niet de enige die zich dat afvraagt. Misschien hebt u en heb jij die vraag ook. Ik ook. Hoe vaak moet ik bidden? En vooral wat moet ik bidden? Moet ik bidden in een eetzaal waar lawaai is? (Iemand vertelde dat ze zich altijd zo schaamde als haar vader in een restaurant hardop ging bidden voor het eten). Je vraagt je soms af of bidden wel zin heeft. God weet alles toch al? Ik bid voor iemand die ernstig ziek is. Genezing zou een wonder zijn. Geloof ik daarin of denk ik dat het wel niet zal gebeuren? Bid ik zonder echte overtuiging? En is het logisch dat mijn gebed dus niet wordt verhoord? Ik vraag God vaak of hij mensen die honger lijden wil helpen. Maar moet ik ze niet helpen door geld te geven? Zulke vragen heb ik. Ben ik dan een slechte bidder? Zijn er ook goede bidders? Weten die precies wat ze moeten vragen? Hebben die geen vragen over God?
Misschien denk je bij jezelf: ik weet niet eens of ik wel geloof. Ik twijfel eigenlijk altijd. Bestaat God wel of is het allemaal verzonnen? En als er een God is, wat moet ik ermee? Ik bid wel, maar het lijkt of er helemaal niets verandert. Ik kan er net zo goed mee ophouden. God luistert vast niet naar mij. Ik merk het in elk geval niet. Ik krijg nooit antwoord. Het is goed dat het vanmorgen over bidden gaat. Wie heeft daar geen vragen over? De bidkapel in, is het thema van deze week. Een bidkapel, wat is dat eigenlijk? Hier zie je er een (foto). Iemand heeft z’n rugzak even neergezet. Hij of zij is onderweg, even gestopt om te bidden. We zijn allemaal onderweg, net als pelgrims op weg naar de tempel. We hebben allemaal onze levensweg. Onderweg stop je om te bidden. Die bidkapel kan natuurlijk ook je slaapkamer zijn. Of een rustig plekje op kantoor of op school. Ga met God heet dit gemeenteproject. Ga je levensweg niet alleen. Je hebt reisgenoten nodig (daar gaat het volgende week over). En nog belangrijker is dat je op weg bent met God. Weet je dan altijd waar je heen moet? Nee, Jakobus vraagt: ‘Komt een van u wijsheid tekort?’ Hij weet het antwoord wel: natuurlijk! Het gebeurt zo vaak dat je niet weet wat je moet doen. Jakobus bedoelt met wijsheid niet dat je overal verstand van hebt. Maar praktische wijsheid: weet je altijd wat je moet doen in een bepaalde situatie? Nee, je komt er zelf niet altijd uit. Waar doe je goed aan? Moet ik dit of dat wel/niet doen? Wat doe je dan? Vraag je om hulp? De meeste mannen niet! Wij proberen er eerst zelf uit te komen, al moeten we daardoor langer zoeken… Hulp vragen is een teken van zwakte. Jakobus zegt: Doe niet zo gek. Voel je niet te groot, zeg eerlijk dat je het niet weet. Je kunt aan een vriend vragen: wat zou jij doen in mijn situatie? Of aan je ouders: wat vindt u dat ik moet doen? Maar waarom vraag je het niet aan God? Vraag God om wijsheid, zegt Jakobus. Vraag hem om hulp, om je de weg te wijzen. Waarom niet?
Omdat hij geen antwoord geeft? Niet direct nee. Maar misschien doet hij het wel door een ander (een vriend, je moeder/vader). Of door een ingeving. Of door een preek. Ik loop wel eens over iets na te denken. Als ik naar bed ga weet ik het nog niet. Soms is het antwoord er opeens als ik opsta. Je gedachten kunnen doorgaan als je slaapt/droomt. Geeft je brein dan het antwoord of is dat een antwoord van God? Of allebei? Ik heb de tekst uit Jakobus gekozen, omdat het lijkt of hij zegt: als je twijfelt hoef je niet te bidden. Zegt hij dat: denk niet dat je iets van de Heer zult krijgen als je twijfelt…? Ik schrik daarvan, want ik heb ook mijn twijfels. Kan ik wel ophouden met bidden? Ik word ook wel eens heen en weer geslingerd, zoals Jakobus zegt, als golven op zee (foto). De wind blaast me de ene keer deze kant op, dan weer de andere kant op. Er is zoveel dat ik niet weet, niet begrijp. Daarom ben ik heel blij als ik iemand hoor zeggen: ‘ik geloof, Heer, kom mijn ongeloof te hulp’. Het is een schreeuw om hulp van een man die radeloos is. Hij zoekt hulp voor zijn zieke zoon. Geen dokter kon hem helpen. Hij gaat naar de leerlingen van Jezus, maar die kunnen ook niets doen. Ten einde raad komt hij bij Jezus. ‘Als u iets kunt doen, heb dan medelijden met ons en help ons.’ (Mark. 9:22). Worden ze geholpen? Of gelooft die man niet genoeg? Wijst Jezus hem af? Nee, hij verhoort dit oprechte gebed; deze schreeuw om hulp. Klopt dat wel met wat Jakobus zegt? Je moet goed lezen wat er staat. Over wat voor mensen gaat het? Over gelovige mensen die wel eens twijfelen, omdat er zoveel is dat wij niet weten? Nee, het gaat over mensen die aarzelend en onberekenbaar zijn. Aarzelend hoeft niet negatief te zijn, maar hier is het dat wel. Het staat naast onberekenbaar, dat is niet positief. Je weet niet wat je aan zo iemand hebt. Hij is stuurloos. Het lijkt of hij op God gericht is, want hij bidt wel. Maar in de praktijk van elke dag is hij helemaal niet op God gericht. Verderop in de brief leren we deze mensen nog beter kennen. Ze zeggen dat ze geloven, maar dat blijkt niet uit hun daden (hfdst. 2). Ze bekvechten en twisten met elkaar (hfdst. 4). Ze denken dat ze tegelijk vriend van God en vriend van de wereld kunnen zijn. Dus ze maken geen duidelijke keus voor God. Ze zijn boos want ze hebben geen makkelijk leven. Ze balen van de obstakels die ze onderweg tegenkomen. Daar was Jakobus over begonnen: wees blij met die beproevingen! Wat zeg je nou: Blij?
Ja, want daardoor kan je uithoudingsvermogen groeien. Als je altijd wind mee hebt, word je niet sterker. Jakobus pakt ze flink aan: Kies toch voor de Heer, neem zijn woord aan, dat zal u redden. Maar blijf je zo onberekenbaar, zo stuurloos, dan moet je niet verwachten dat God naar je luistert. Als jij niet naar hem wil luisteren, moet hij dan wel naar jou luisteren? Het gaat niet zozeer over goed of slecht bidden. Maar om goed of slecht leven! Jij zegt eigenlijk: laat mijn wil gedaan worden, in plaats van: laat uw wil gedaan worden. Je bent dubbelhartig (staat er letterlijk). Je woorden en daden kloppen niet met elkaar. Jakobus 4 zegt hetzelfde: U krijgt niets omdat u niet bidt. En als u bidt ontvangt u niets omdat u verkeerd bidt: u wilt alleen uw eigen hartstochten bevredigen (4:3). Je doet alleen wat je zelf wil. Als dat zo is, hoef je bij God niet aan te kloppen! Neem een andere houding aan: ‘Nader tot God, zuiver je hart, dan zal hij tot u naderen’ (4:8). Beweeg jij naar God toe, dan zal hij naar jou toe bewegen. De bidkapel in, zeg maar… Wees eens eerlijk. Merkt God dat je hem nodig hebt? Neem je ’s morgens de tijd om te bidden (al is het maar even)? Of is je bed (een paar minuten langer liggen) en de bus halen belangrijker dan tijd nemen voor God? Sluit je de dag af door hem te danken of val je als een blok in slaap? Hoe vaak betrek je God bij de dingen die je doet? Of red je je ook wel zonder hem? Doe je alsof je hem helemaal niet nodig hebt? Heb je de bijbeltekst op de nieuwsbrief gezien: bid onophoudelijk, dank God onder alle omstandigheden, (1 Th 5:16,17). Wat denk je als je dat leest: Bid onophoudelijk, dat is helemaal raar!? Alsof je niets anders te doen hebt. Paulus zal niet bedoelen dat je alleen maar aan het bidden bent. Het is zoiets als: houd niet op met bidden. Geef het niet op. Net zoals je niet moet ophouden met ademhalen… Al denk je soms: heeft bidden wel zin? Er is zoveel dat je niet begrijpt… Hou vol. Jakobus zegt twee dingen. Het eerste is dus: als je geloof niet blijkt uit je gedrag, bekeer je dan. Het tweede is niet: als je twijfelt, hoef je niet te bidden. Maar: (ook) als je twijfelt, bid! Ik gebruik expres grote letters, want ik vind dit heel belangrijk. Als je twijfelt, bid juist… wees eerlijk. Zeg maar gewoon dat je het niet weet. Je staat op een kruispunt: ga ik linksaf/rechtsaf/rechtdoor? Ga ik door met het geloof of niet? Heer, help mij. Elke dag heeft zoveel momenten waarop je kunt kiezen: wat doe je (niet), wat zeg je (niet)?
Heer, wijs mij de weg. Je kunt heel kort bidden op zulke momenten. Als ik voor een moeilijk gesprek sta bij voorbeeld: Heer, help me om te luisteren, te begrijpen. Je kunt ook letterlijk onderweg bidden, op de fiets of in de bus. Hou wel je ogen open achter het stuur… Het is ook goed regelmatig meer tijd te nemen om te bidden, op vaste momenten. Wij hebben die structuur nodig, anders blijft het er zomaar bij. Vergeet het Onze Vader niet! Een prachtig gebed. Jezus leert ons te beginnen bij God: uw naam, uw rijk, uw wil. Jakobus is best scherp. Maar vergeet niet dat hij ook zegt: vertrouw op God! Je mag op God vertrouwen. Hij geeft aan iedereen, zonder voorbehoud en zonder verwijt. Zijn liefde is onvoorwaardelijk. Hij maakt je geen verwijt omdat je geloof wankel is, omdat je twijfelt. God is absoluut te vertrouwen! Jezus’ leven en sterven is het beste bewijs van Gods liefde voor jou en mij. Jezus droeg het oordeel van God over onze zonden, want hij wilde dat jij en ik niet door dat oordeel getroffen worden. Hij wil dat wij vrijuit gaan. Jezus zegt in Luk. 11:5ev: God is een Vriend die je niet voor de deur laat staan, zelfs niet als je midden in de nacht bij hem aanklopt. Wees maar zo ‘brutaal’. God is ook een Vader die zielsveel van zijn kinderen houdt. Gewone vaders maken fouten, maar geven hun kinderen toch meestal goede dingen. Geen steen als je een brood vraagt. Nee, God geeft niet alles wat je vraagt. Dat doen vaders toch ook niet. Ja maar, soms heb je iets echt nodig, en toch krijg je het niet. Daar kun je dan weer over struikelen: waarom niet? Ik weet het vaak ook niet. Ik weet wel dat God echt te vertrouwen is. Ik weet zeker: hij is goed. Zijn wijsheid gaat die van jou en mij ver te boven. Dat is zeker. We weten van God maar een klein beetje. Is het genoeg om hem te vertrouwen? Bij Jezus zie je dat vertrouwen op God, zijn Vader. Hij had nauw contact met zijn Vader op allerlei cruciale momenten. Was er overdag weinig tijd, dan zocht hij zijn Vader op in de avond of de nacht. Er was een intimiteit tussen hen die wij niet kunnen benaderen. Maar je kunt wel voor je eigen intimiteit met God zorgen. Zorg voor je eigen ‘bidkapel’. Neem je momenten met God. Het is goed nu we met het project begonnen zijn over bidden na te denken. Wat kunnen we beginnen als we niet eerst bidden? Wat is het eerste dat je doet als je ziek bent? De dokter bellen om een afspraak te maken of bidden? Je maakt vakantieplannen…
Wat doe je als eerste: op internet kijken of bidden? Zo kun je nog honderd voorbeelden bedenken. Mooi om deze week met elkaar verder over te praten of thuis over na te denken. Gelukkig hoef je er niet uit te komen… Je hoeft niet alle antwoorden te krijgen. Juist omdat je zoveel niet weet, bid! En als je twijfelt, bid! Amen. Zr Luiting-‐ Kazemier is gevallen; ze wordt morgen opgenomen op Sonnevanck. Ze heeft veel pijn. Vorige week vrijdag is de schoonzuster van br. en zr. Goossensen op de leeftijd van 93 jaar overleden. Ds B. Wesseling was deze week 60 jaar predikant. Een moment om in stilte te bidden…. + Onze Vader
Heer, Wij danken u dat we bij u mogen komen ook met onze vragen, onze twijfels. Er is zoveel dat we niet weten, en dat we niet kunnen begrijpen. Help ons op u te vertrouwen; te geloven wat we niet zien en niet snappen. Kom ons ongeloof te hulp. Geef ons uw heilige Geest als gids, uw heilig woord als kompas. U bent betrouwbaar, u hebt echt laten zien hoeveel u van ons houdt, van ons allemaal. U bent goed. Uw wijsheid is groot. Uw trouw eindeloos. Heer, help ons keuzes te maken die nodig zijn, om echt voor een leven met u te kiezen. En niet een beetje half half. Help ons stappen te zetten op de weg met u. Dank u dat we niet alleen op weg zijn. Dat u ons reisgenoten geeft, mensen om mee op te trekken. Waar we steun aan kunnen hebben. Vaak willen we teveel alleen doen. Geef dat we onszelf niet voorbij lopen. Help ons elke dag tijd te nemen voor u, rustmomenten te zoeken, tijd om te bidden, te danken, om u bij ons dagelijks leven te betrekken. Wilt u ieder helpen die een moeilijke tijd doormaakt. Als het lang duurt en we geen oplossing zien. Als ons geduld op de proef wordt gesteld. Als we teleurgesteld zijn in mensen, en het lijkt of u ver weg bent. Houd ons vast. Geef uithoudingsvermogen. Geef nieuwe moed, nieuwe kracht. Helpt u de zieken. Zegen de medicijnen. De medische zorg in alle vormen. En als de veranderingen in de zorg problemen geven, wilt u dan ook een weg wijzen. Wilt u zr Luiting-‐ Kazemier nabij zijn nu ze gevallen is en veel pijn heeft, morgen wordt opgenomen in Sonnevanck. Zegen de zorg daar. Helpt u haar om voor de toekomst op u te vertrouwen. We bidden voor br. en zr. Goossensen nu een schoonzuster is overleden; we danken u dat ze een hoge leeftijd heeft bereikt. Wilt u allen die haar nu missen troosten. We bidden voor de kinderen en de jongeren. Zegen hen thuis en op school. Zegen de vereniging en de catechisatie. Help ze na te denken over wie u voor hen bent. Laat ze ontdekken dat leven met u niet saai is, maar je leven mooier maakt. Geef goede vrienden. En een goede relatie met hun ouders. Wilt u Tanja Runhaar zegenen in Utrecht; ook in de kerkelijke gemeente van Noord/West. We bidden voor Remco vd Brink en Janneke Groeneveld; dat ze hier een goede plek zullen hebben; leid ze samen op weg naar hun trouwdag. We danken u dat ds Wesseling mocht gedenken dat hij 60 jaar predikant mag zijn; dank u voor uw zegen in deze vele jaren; wees hem nabij nu er de moeite van de ouderdom is en van het alleen zijn. We bidden voor Oekraïene om vrede, herstel van recht. Voor de kerken daar, in het bijzonder de kerken waar we een relatie mee hebben, en de opleiding van predikanten. Zegen allen. We bidden voor de strijd tegen het kwaad dat ISIS heet en Boko Haram en nog vele namen heeft. We bidden om gerechtigheid, en de komst van uw koninkrijk. Laat het evangelie overal in goede grond vallen en vrucht dragen. Zegen allen die zich daarvoor inzetten. We bidden in stilte….. We bidden zoals Jezus ons leerde…