Kwalificatiedossier: Maatschappelijke Zorg 3 4 toets B Profiel(en): • • • • •
Begeleider gehandicaptenzorg 3 Begeleider specifieke doelgroepen Begeleider gehandicaptenzorg 4 Begeleider geestelijke gezondheidszorg Thuisbegeleider
Geldig vanaf 1 augustus 2013 Opleidingsdomein: Zorg en welzijn Crebonummer(s):
Penvoerder: Calibris Ontwikkeld door: Calibris
© Stichting SBB 2002-2013. Gebruik van gegevens en teksten is met bronvermelding vrijelijk toegestaan. Commercieel gebruik van deze gegevens is niet toegestaan. De disclaimer van toepassing op dit document is te lezen op www.kwalificatiesmbo.nl.
Kwalificatiedossier Maatschappelijke Zorg 3 4 toets B, geldig vanaf 1 augustus 2013
Inhoudsopgave LEESWIJZER ....................................................................................................................................................... 5 OVERZICHT VAN HET KWALIFICATIEDOSSIER ................................................................................................ 6 BASIS .................................................................................................................................................................. 8 1 2
Typering van de beroepen ............................................................................................................................ 8 Beroepsgerichte basistaken ......................................................................................................................... 10 2. 1
2. 1.1
Deeltaak: Inventariseert hulpvragen van de cliënt ......................................................................... 15
2. 1.2
Deeltaak: Ondersteunt de cliënt bij de persoonlijke verzorging ....................................................... 16
2. 1.3
Deeltaak: Ondersteunt de cliënt bij wonen en huishouden ............................................................. 16
2. 1.4
Deeltaak: Ondersteunt de cliënt bij dagbesteding .......................................................................... 18
2. 1.5
Deeltaak: Stemt de werkzaamheden af met betrokkenen ............................................................... 20
2. 1.6
Deeltaak: Evalueert de geboden ondersteuning ............................................................................ 20
2. 2
3
Taak: Bieden van ondersteunende, activerende begeleiding en zorg ...................................................... 10
Taak: Werken aan kwaliteit en deskundigheid ...................................................................................... 22
2. 2.1
Deeltaak: Werkt aan deskundigheidbevordering ............................................................................ 24
2. 2.2
Deeltaak: Werkt aan bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg .................................................... 24
Algemene basistaken .................................................................................................................................. 26
PROFIEL ............................................................................................................................................................ 27 1
Profiel: Begeleider gehandicaptenzorg 3 ..................................................................................................... 27 1.1
Taak: Bieden van ondersteuning in de gehandicaptenzorg ..................................................................... 27
1.1.1
Deeltaak: Begeleidt een groep cliënten op sociaal-maatschappelijk gebied ....................................... 29
1.1.2 Deeltaak: Ondersteunt de cliënt bij het leggen en onderhouden van contacten en betrekt het cliëntsysteem .......................................................................................................................................... 30 1.1.3 2
Profiel: Begeleider specifieke doelgroepen ................................................................................................... 32 2.1
3
Deeltaak: Voert verpleegtechnische handelingen uit ....................................................................... 30
Taak: Bieden van ondersteuning aan specifieke doelgroepen ................................................................. 32
2.1.1
Deeltaak: Begeleidt een groep cliënten op sociaal maatschappelijk gebied ....................................... 33
2.1.2
Deeltaak: Ondersteunt de cliënt bij het leggen en onderhouden van contacten ................................ 34
Profiel: Begeleider gehandicaptenzorg 4 ..................................................................................................... 35 3.1
Taak: Bieden van zorg en ondersteuning in de gehandicaptenzorg ......................................................... 36
3.1.1
Deeltaak: Schrijft het plan van aanpak .......................................................................................... 37
3.1.2
Deeltaak: Specificeert het plan van aanpak tot een activiteitenplan ................................................. 38
3.1.3
Deeltaak: Ondersteunt cliënt/cliëntsysteem bij het voeren van de regie of neemt het over ................ 38
3.1.4
Deeltaak: Begeleidt een groep cliënten op sociaal-maatschappelijk gebied ....................................... 39
3.1.5 Deeltaak: Ondersteunt de cliënt bij het leggen en onderhouden van contacten en betrekt het cliëntsysteem .......................................................................................................................................... 39
4
3.1.6
Deeltaak: Voert verpleegtechnische handelingen uit ....................................................................... 40
3.1.7
Deeltaak: Voert beheertaken uit .................................................................................................... 41
3.1.8
Deeltaak: Voert coördinerende taken uit ........................................................................................ 41
Profiel: Begeleider geestelijke gezondheidszorg ........................................................................................... 42
Pagina 3 van 53
Kwalificatiedossier Maatschappelijke Zorg 3 4 toets B, geldig vanaf 1 augustus 2013
4.1
5
Taak: Bieden van ondersteuning in de geestelijke gezondheidszorg ........................................................ 43
4.1.1
Deeltaak: Schrijft het plan van aanpak .......................................................................................... 44
4.1.2
Deeltaak: Specificeert het plan van aanpak tot een activiteitenplan ................................................. 44
4.1.3
Deeltaak: Ondersteunt en stimuleert eigen herstel van de cliënt ...................................................... 45
4.1.4
Deeltaak: Begeleidt een groep cliënten op sociaal-maatschappelijk gebied ....................................... 46
4.1.5
Deeltaak: Ondersteunt, informeert en stimuleert naastbetrokkenen ................................................. 46
4.1.6
Deeltaak: Voert coördinerende taken uit ........................................................................................ 46
Profiel: Thuisbegeleider ............................................................................................................................. 48 5.1
Taak: Bieden van specifieke ondersteuning in de thuisbegeleiding .......................................................... 48
5.1.1
Deeltaak: Schrijft het plan van aanpak .......................................................................................... 50
5.1.2
Deeltaak: Specificeert het plan van aanpak tot een activiteitenplan ................................................. 50
5.1.3
Deeltaak: Ondersteunt de cliënt bij het voeren van de regie over zijn leven ..................................... 51
5.1.4
Deeltaak: Stimuleert de cliënt het sociaal netwerk te versterken ..................................................... 51
5.1.5
Deeltaak: Ondersteunt de cliënt bij opvoeding ............................................................................... 52
5.1.6
Deeltaak: Voert coördinerende taken uit ........................................................................................ 52
KEUZE ............................................................................................................................................................... 53 1 2
Mogelijke keuzetaken ................................................................................................................................. 53 Criteria voor keuzetaken ............................................................................................................................. 53
VERANTWOORDINGSINFORMATIE ................................................................................................................. 53 AANVULLENDE INFORMATIE ........................................................................................................................... 53
Pagina 4 van 53
Kwalificatiedossier Maatschappelijke Zorg 3 4 toets B, geldig vanaf 1 augustus 2013
LEESWIJZER Dit kwalificatiedossier bevat de diploma-eisen voor één of meerdere mbo-opleidingen. Deze eisen geven samen weer wat de gediplomeerde moet kunnen als hij of zij op de arbeidsmarkt start of verder studeert. Het mbo-diploma bevat drie onderdelen: 1.
De basis, die gevormd wordt door: a) De beroepsgerichte basistaken, waarvan de diploma-eisen door de paritaire commissie(s) zijn gevalideerd. Dit zijn de gemeenschappelijke taken en deeltaken voor het gehele kwalificatiedossier. b) De algemene basistaken, waarvan de diploma-eisen door de landelijke overheid zijn geformuleerd. Dit zijn de taaltaak, rekentaak en loopbaan- & burgerschapstaak.
2.
De profielen, waarvan de diploma-eisen door de paritaire commissie(s) zijn gevalideerd. Dit zijn de taken en/of deeltaken waarop de beroepen in dit kwalificatiedossier van elkaar verschillen.
3.
De keuzes, waarvan de diploma-eisen eveneens door de paritaire commissie(s) zijn gevalideerd. Dit zijn (deel)taken binnen het diploma die de arbeidsmarktrelevantie vergroten of de doorstroom naar een vervolgstudie vergemakkelijken.
Dit kwalificatiedossier bevat een beschrijving van de kwalificatie-eisen voor de basis en de profielen. Het kwalificatiedossier bevat verder een verwijzing naar de mogelijke keuzes. Ook is beschreven aan welke criteria nieuw te ontwikkelen keuzes moeten voldoen. Dit kwalificatiedossier bevat ook een verwijzing naar verantwoordingsinformatie. Dit is geen onderdeel van het diploma. Het betreft informatie over: Onderliggende beroepscompetentieprofielen en arbeidsmarktinformatie Loopbaanperspectief en ontwikkelingen in de sector Certificeerbare eenheden Afspraken rondom examinering De betrokkenen bij het kwalificatiedossier, discussiepunten en oordeel van docenten en andere gebruikers Indien beschikbaar bevat dit kwalificatiedossier ook een verwijzing naar aanvullende informatie zoals: Publieksgerichte brochures over het kwalificatiedossier Informatie voor leerlingen over beroepenoriëntatie en studiekeuze
Pagina 5 van 53
Kwalificatiedossier Maatschappelijke Zorg 3 4 toets B, geldig vanaf 1 augustus 2013
OVERZICHT VAN HET KWALIFICATIEDOSSIER Naam profiel
Wettelijke beroepsvereisten
P1
Begeleider gehandicaptenzorg 3
Nee
P2
Begeleider specifieke doelgroepen
Nee
P3
Begeleider gehandicaptenzorg 4
Nee
P4
Begeleider geestelijke gezondheidszorg
Nee
P5
Thuisbegeleider
Nee
De verwantschap tussen de verschillende profielen in dit kwalificatiedossier bevindt zich op de volgende beroepsgerichte taken en deeltaken: Taak 1 Bieden van ondersteunende, activerende begeleiding en zorg 1.1
Inventariseert hulpvragen van de cliënt
1.2
Ondersteunt de cliënt bij de persoonlijke verzorging
1.3
Ondersteunt de cliënt bij wonen en huishouden
1.4
Ondersteunt de cliënt bij dagbesteding
1.5
Stemt de werkzaamheden af met betrokkenen
1.6
Evalueert de geboden ondersteuning
Taak 2 Werken aan kwaliteit en deskundigheid 2.1
Werkt aan deskundigheidbevordering
2.2
Werkt aan bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg
Profiel 1 Begeleider gehandicaptenzorg 3 Profieltaak
Deeltaak
Taak 1 Bieden van ondersteuning in de gehandicaptenzorg
1.1
Begeleidt een groep cliënten op sociaal-maatschappelijk gebied
1.2 Ondersteunt de cliënt bij het leggen en onderhouden van contacten en betrekt het cliëntsysteem 1.3
Voert verpleegtechnische handelingen uit
Profiel 2 Begeleider specifieke doelgroepen Profieltaak
Deeltaak
Taak 1 Bieden van ondersteuning aan specifieke doelgroepen
1.1
Begeleidt een groep cliënten op sociaal maatschappelijk gebied
1.2
Ondersteunt de cliënt bij het leggen en onderhouden van contacten
Profiel 3 Begeleider gehandicaptenzorg 4 Profieltaak
Deeltaak
Taak 1 Bieden van zorg en ondersteuning in de gehandicaptenzorg
1.1
Schrijft het plan van aanpak
1.2
Specificeert het plan van aanpak tot een activiteitenplan
1.3 Ondersteunt cliënt/cliëntsysteem bij het voeren van de regie of neemt het over 1.4
Begeleidt een groep cliënten op sociaal-maatschappelijk gebied
Pagina 6 van 53
Kwalificatiedossier Maatschappelijke Zorg 3 4 toets B, geldig vanaf 1 augustus 2013
Profiel 3 Begeleider gehandicaptenzorg 4 Profieltaak
Deeltaak 1.5 Ondersteunt de cliënt bij het leggen en onderhouden van contacten en betrekt het cliëntsysteem 1.6
Voert verpleegtechnische handelingen uit
1.7
Voert beheertaken uit
1.8
Voert coördinerende taken uit
Profiel 4 Begeleider geestelijke gezondheidszorg Profieltaak
Deeltaak
Taak 1 Bieden van ondersteuning in de geestelijke gezondheidszorg
1.1
Schrijft het plan van aanpak
1.2
Specificeert het plan van aanpak tot een activiteitenplan
1.3
Ondersteunt en stimuleert eigen herstel van de cliënt
1.4
Begeleidt een groep cliënten op sociaal-maatschappelijk gebied
1.5
Ondersteunt, informeert en stimuleert naastbetrokkenen
1.6
Voert coördinerende taken uit
Profiel 5 Thuisbegeleider Profieltaak
Deeltaak
Taak 1 Bieden van specifieke ondersteuning in de thuisbegeleiding
1.1
Schrijft het plan van aanpak
1.2
Specificeert het plan van aanpak tot een activiteitenplan
1.3
Ondersteunt de cliënt bij het voeren van de regie over zijn leven
1.4
Stimuleert de cliënt het sociaal netwerk te versterken
1.5
Ondersteunt de cliënt bij opvoeding
1.6
Voert coördinerende taken uit
Pagina 7 van 53
Kwalificatiedossier Maatschappelijke Zorg 3 4 toets B, geldig vanaf 1 augustus 2013
BASIS 1. Typering van de beroepen Dit kwalificatiedossier bevat het pakket van eisen beschreven voor het diploma Maatschappelijke Zorg 3 4 toets B met de volgende profielen: Naam profiel
Mbo-niveau
EQF niveau
Typering opleiding
Begeleider gehandicaptenzorg 3
3
3
vakopleiding
Begeleider specifieke doelgroepen
3
3
vakopleiding
Begeleider gehandicaptenzorg 4
4
4
middenkaderopleiding
Begeleider geestelijke gezondheidszorg
4
4
middenkaderopleiding
Thuisbegeleider
4
4
middenkaderopleiding
Typerende beroepshouding Werken in de sociaal-agogische sector betekent direct werken met cliënten. Hierbij speelt de beroepskracht maatschappelijke zorg als persoon een essentiële rol. Haar kwaliteiten zijn van doorslaggevend belang bij het aangaan van een professionele relatie en bij het bereiken van de gewenste resultaten. Voor een verantwoorde beroepsuitoefening moet de beroepskracht maatschappelijke zorg: • betrokken; • empathisch; • assertief; • representatief; • integer zijn. De beroepskracht werkt resultaatgericht, efficiënt, methodisch, hygiënisch, veilig, kostenbewust, milieubewust, tijdsbewust (ten aanzien van de eigen werktijd) en ergonomisch verantwoord. Context Beroepskrachten maatschappelijke zorg zijn werkzaam in instellingen voor wonen, dagbesteding en vrije tijd in onder andere de gehandicaptenzorg, geestelijke gezondheidszorg, verzorgings- en verpleeghuizen, thuiszorg en maatschappelijke opvang. Daarnaast zijn zij werkzaam in welzijnsinstellingen, justitiële inrichtingen, asielzoekerscentra, en ziekenhuizen. Verder zijn zij onder andere ook inzetbaar in overige verzorgend-agogische functies binnen het sociaal agogisch werk of de verpleging en verzorging. De doelgroep waarmee de beroepskracht maatschappelijke zorg werkt is zeer divers. De doelgroep bestaat onder andere uit: - cliënten van allerlei leeftijden met een verstandelijke, lichamelijke of zintuigelijke beperking - cliënten van alle leeftijden met een of meerdere (chronische) ziekten en/of problemen, zoals bijvoorbeeld een ouderdomsziekte, een verslaving, dak- of thuisloos zijn, een psychosociaal of gedragsprobleem. De instellingen in de maatschappelijke zorg bieden verschillende typen dienstverlening zoals bijvoorbeeld 24-uurszorg (intramuraal), semi-murale zorg en ambulante zorg. Aard van de werkzaamheden In de maatschappelijke zorg moet de beroepskracht bij individuele cliënten of groepen cliënten zorg en begeleiding kunnen uitvoeren. Afhankelijk van de cliënt en/of situatie begeleidt de beroepskracht of neemt de zorg of werkzaamheden over. Bij de uitvoering van haar werkzaamheden streeft zij naar een zo groot mogelijke zelfredzaamheid van de cliënt tijdens de dagelijkse bezigheden en in de samenleving. Om dit te bereiken bereidt ze activiteiten voor en begeleidt ze de cliënt(-en) op gebied van wonen en huishouden, scholing, werk en vrije tijd (o.a. tafel dekken, afwassen, muzische, creatieve en sportactiviteiten). Uitgangspunt bij de begeleiding is dat de cliënt in zijn eigenheid centraal staat en de begeleiding vooral recht moet doen aan die eigenheid. Tijdens haar werkzaamheden werkt de beroepskracht bij de ondersteuning van de cliënt optimaal samen met het sociale systeem. Ze gaat op een professionele manier om met het sociale systeem over de zorg en ondersteuning van de cliënt. Ze stemt haar werkzaamheden af met collega’s gericht op de eenduidigheid, kwaliteit en continuïteit van de dienstverlening. Resultaat van het beroep Het resultaat van het beroep is dat de individuele cliënt en/of groepen cliënten ondersteuning hebben ontvangen bij het functioneren in verschillende leefgebieden volgens de doelstellingen in het plan van aanpak. Daarbij is zo veel mogelijk
Pagina 8 van 53
Kwalificatiedossier Maatschappelijke Zorg 3 4 toets B, geldig vanaf 1 augustus 2013
rekening gehouden met de wensen en mogelijkheden van de cliënt en heeft de cliënt ondersteuning ontvangen om zoveel mogelijk zelf de werkzaamheden en activiteiten uit te voeren. De zelfredzaamheid en de eigen regie van de cliënt is, indien haalbaar, vergroot.
Pagina 9 van 53
Kwalificatiedossier Maatschappelijke Zorg 3 4 toets B, geldig vanaf 1 augustus 2013
2. Beroepsgerichte basistaken Taak 1 Bieden van ondersteunende, activerende begeleiding en zorg Complexiteit De diversiteit in beroepsuitoefening in de maatschappelijke zorg bij de persoonlijke verzorging, wonen en huishouden en dagbesteding is groot en daarmee is het werk complex van aard. Het vraagt van de beroepskracht maatschappelijke zorg zowel een breed repertoire aan handelingsmogelijkheden als ook een brede kennis van doelgroepen, bijvoorbeeld kennis van gezondheid, ziektebeelden, stoornissen, handicaps, medicijnen en effecten, leer-, gedrags- en opvoedingsproblemen, vormen van dienstverlening, toeleiden naar werk en scholing. Daarnaast moet zij specifieke vaardigheden beheersen zoals begeleidingsmethodieken, interventietechnieken, communicatievaardigheden en gesprekstechnieken, die zij afstemt op de cliënt. De beroepskracht maatschappelijke zorg werkt regelmatig alleen in complexe situaties en moet kunnen inspelen op wisselende en onverwachte omstandigheden. Ze krijgt te maken met (onverwachte en soms snelle) veranderingen in het gedrag van de cliënt(en) waarbij ze haar handelen snel moet kunnen aanpassen en zo nodig doelgericht interventies moet kunnen uitvoeren volgens de protocollen van de organisatie. Zij moet gesignaleerde veranderingen goed in kunnen schatten en tijdig de juiste acties ondernemen. Dit vraagt van haar dat zij haar eigen grenzen weet te bewaken.
Beheersingsvoorschrift Begeleider gehandicaptenzorg 3: Zij vervult haar taken soms in een stand-alone situatie, maar bij calamiteiten of onregelmatigheden, bijvoorbeeld bij extreme agressie van cliënt of cliëntsysteem, moet ze terug kunnen vallen op collega’s. Zij past zo nodig communicatie-instrumenten toe. Beheersingsvoorschrift Begeleider specifieke doelgroepen: Zij vervult haar taken soms in een stand-alone situatie, maar bij calamiteiten of onregelmatigheden, bijvoorbeeld bij extreme agressie van cliënt of cliëntsysteem, moet ze terug kunnen vallen op collega’s. Beheersingsvoorschrift Begeleider gehandicaptenzorg 4: Zij werkt in weinig stabiele situaties en heeft te maken met gedrag en (hulp)vragen die snel kunnen veranderen. Dit vraagt van haar dat ze flexibel en creatief is, haar handelen naar eigen inzicht afstemt op snel veranderende situaties en verantwoorde keuzes maakt bij calamiteiten of onregelmatigheden. Zij past zo nodig communicatie-instrumenten toe. Beheersingsvoorschrift Begeleider geestelijke gezondheidszorg: Zij werkt in weinig stabiele situaties en heeft te maken met gedrag en (hulp)vragen die snel kunnen veranderen. Dit vraagt van haar dat ze flexibel en creatief is, haar handelen naar eigen inzicht afstemt op snel veranderende situaties en verantwoorde keuzes maakt bij calamiteiten of onregelmatigheden. Beheersingsvoorschrift Thuisbegeleider: Zij werkt in weinig stabiele situaties en heeft te maken met gedrag en (hulp)vragen die snel kunnen veranderen. Dit vraagt van haar dat ze flexibel en creatief is, haar handelen naar eigen inzicht afstemt op snel veranderende situaties en verantwoorde keuzes maakt bij calamiteiten of onregelmatigheden.
Verantwoordelijkheid en zelfstandigheid De beroepskracht maatschappelijke zorg heeft een uitvoerende en adviserende rol (t.a.v. de cliënt) bij de zorg en ondersteuning bij de persoonlijke verzorging, wonen en huishouden en dagbesteding. Ze is verantwoordelijk voor haar eigen werkzaamheden met betrekking tot de ondersteuning van de cliënt. Ze onderkent knelpunten tijdens haar werkzaamheden. Relevante informatie geeft zij door aan haar leidinggevende, (multidisciplinair) team en collega’s.
Beheersingsvoorschrift Begeleider gehandicaptenzorg 3: Zij werkt bij de uitvoering van haar werkzaamheden onder regie en verantwoordelijkheid van het team of van een functionaris van de organisatie. Overstijgt een knelpunt haar deskundigheid dan schakelt zij leidinggevende, (multidisciplinair) team en/of collega’s in. Beheersingsvoorschrift Begeleider specifieke doelgroepen: Zij werkt bij de uitvoering van haar werkzaamheden onder regie en verantwoordelijkheid van het team of van een functionaris van de organisatie. Overstijgt een knelpunt haar deskundigheid dan schakelt
Pagina 10 van 53
Kwalificatiedossier Maatschappelijke Zorg 3 4 toets B, geldig vanaf 1 augustus 2013
Taak 1 Bieden van ondersteunende, activerende begeleiding en zorg zij leidinggevende, (multidisciplinair) team en/of collega’s in. Beheersingsvoorschrift Begeleider gehandicaptenzorg 4: Zij heeft tevens een adviserende rol t.a.v.het cliëntsysteem. Ze stemt haar handelen af, handelt zelfstandig, lost knelpunten creatief op en zonodig bespreekt ze knelpunten met het (multidisciplinair) team of haar leidinggevende. Wanneer nodig consulteert zij deskundigen. Beheersingsvoorschrift Begeleider geestelijke gezondheidszorg: Zij heeft tevens een adviserende rol t.a.v. de naastbetrokkenen. Ze stemt haar handelen af, handelt zelfstandig, lost knelpunten creatief op en zonodig bespreekt ze knelpunten met het (multidisciplinair) team of haar leidinggevende. Wanneer nodig consulteert zij deskundigen. Beheersingsvoorschrift Thuisbegeleider: Zij heeft tevens een adviserende rol t.a.v. het sociaal netwerk. Ze stemt haar handelen af, handelt zelfstandig, lost knelpunten creatief op en zonodig bespreekt ze knelpunten met het (multidisciplinair) team of haar leidinggevende. Wanneer nodig consulteert zij deskundigen. Vakkennis -
Gebruikt methoden van gegevensverzameling voor een goede werkuitvoering Gebruikt wet- en regelgeving reproductief voor een goede werkuitvoering
Beheersingsvoorschrift Begeleider gehandicaptenzorg 3: -
-
-
-
-
-
-
Past begrippen en theorieën over (chronische) ziekten, handicaps, taal- en ontwikkelingsachterstanden reproductief toe bij de omgang met de cliënt Gebruikt begrippen en theorieën over ziektebeelden, beperkingen, stoornissen en functioneringsproblemen reproductief voor een goede werkuitvoering Past begrippen en theorieën over leer-, opvoedings -, gedrags- en verslavingsproblemen reproductief toe bij de uitvoering van de werkzaamheden Gebruikt de sociale kaart voor de uitvoering van het plan van aanpak Gebruikt adequaat non-verbale en pre-verbale communicatiemogelijkheden bij de omgang met de cliënt Gebruikt kennis van de werkvelden en de doelgroepen met betrekking tot de gehandicaptenzorg reproductief voor een goede werkuitvoering Gebruikt begrippen, modellen en theorieën over (ortho-)pedagogiek, psychologie en psychiatrie in relatie tot doelgroepen van de gehandicaptenzorg reproductief voor een goede werkuitvoering Gebruikt begrippen, modellen en theorieën over geriatrie reproductief voor een goede werkuitvoering
Pagina 11 van 53
Kwalificatiedossier Maatschappelijke Zorg 3 4 toets B, geldig vanaf 1 augustus 2013
Taak 1 Bieden van ondersteunende, activerende begeleiding en zorg -
-
Gebruikt theorieën over gezondheid, ziekte en besmetting reproductief voor een goede werkuitvoering Gebruikt theorieën over GVO reproductief voor een goede werkuitvoering Gebruikt theorieën over sociale integratie reproductief voor een goede werkuitvoering Gebruikt theorieën over gezonde leefstijl reproductief bij de omgang met de cliënt Gebruikt theorieën over seksualiteit reproductief voor een goede werkuitvoering Gebruikt begrippen en theorieën over de in de gehandicaptenzorg gebruikte medicijnen en effecten reproductief voor een goede werkuitvoering
Beheersingsvoorschrift Begeleider specifieke doelgroepen: -
-
-
-
-
-
-
-
Past begrippen en theorieën over (chronische) ziekten, handicaps, taal- en ontwikkelingsachterstanden reproductief toe bij de omgang met de cliënt Gebruikt begrippen en theorieën over ziektebeelden, beperkingen, stoornissen en functioneringsproblemen reproductief voor een goede werkuitvoering Past begrippen en theorieën over leer-, opvoedings -, gedrags- en verslavingsproblemen reproductief toe bij de uitvoering van de werkzaamheden Gebruikt de sociale kaart voor de uitvoering van het plan van aanpak Gebruikt adequaat non-verbale en pre-verbale communicatiemogelijkheden bij de omgang met de cliënt Gebruikt kennis van de werkvelden en de doelgroepen met betrekking tot de specifieke doelgroepen reproductief voor een goede werkuitvoering Gebruikt begrippen, modellen en theorieën over (ortho-)pedagogiek, psychologie en psychiatrie in relatie tot doelgroepen van de specifieke doelgroepen reproductief voor een goede werkuitvoering Gebruikt begrippen, modellen en theorieën over geriatrie reproductief voor een goede werkuitvoering Gebruikt theorieën over gezondheid, ziekte en besmetting reproductief voor een goede werkuitvoering Gebruikt theorieën over GVO reproductief voor een goede werkuitvoering Gebruikt theorieën over sociale integratie reproductief voor een goede werkuitvoering Gebruikt theorieën over gezonde leefstijl reproductief bij de omgang met de cliënt Gebruikt theorieën over seksualiteit reproductief voor een goede werkuitvoering Gebruikt begrippen en theorieën over de bij de specifieke doelgroepen gebruikte medicijnen en effecten reproductief voor een goede werkuitvoering
Pagina 12 van 53
Kwalificatiedossier Maatschappelijke Zorg 3 4 toets B, geldig vanaf 1 augustus 2013
Taak 1 Bieden van ondersteunende, activerende begeleiding en zorg
Beheersingsvoorschrift Begeleider gehandicaptenzorg 4: -
-
-
-
-
-
-
Produceert op basis van bestaande theorieën over (chronische) ziekten, handicaps, taal- en ontwikkelingsachterstanden nieuwe werkwijzen Gebruikt begrippen, modellen en theorieën over ziektebeelden, beperkingen, stoornissen, functioneringsproblemen, behandelingen/therapieën en effecten voor een goede werkuitvoering Produceert op basis van bestaande theorieën over leer-, opvoedings- , gedrags- en verslavingsproblemen nieuwe werkwijzen Analyseert de sociale kaart voor de uitvoering van het plan van aanpak Produceert op basis van bestaande theorieën over non-verbale en pre-verbale communicatiemogelijkheden nieuwe werkwijzen Analyseert het werkveld en de doelgroepen met betrekking tot de gehandicaptenzorg voor nieuwe toepassingen in het werk Gebruikt begrippen, modellen en theorieën over (ortho-)pedagogiek, psychologie en psychiatrie in relatie tot doelgroepen van de gehandicaptenzorg voor een goede werkuitvoering Produceert op basis van theorieën over geriatrie aangepaste werkwijzen Produceert op basis van theorieën over gezondheid, ziekte en besmetting aangepaste werkwijzen Produceert op basis van theorieën over GVO aangepaste werkwijzen Produceert op basis van theorieën over sociale integratie aangepaste werkwijzen Produceert op basis van theorieën over gezonde leefstijl toepassen aangepaste werkwijzen Produceert op basis van theorieën over seksualiteit aangepaste werkwijzen Produceert op basis van theorieën over de in de gehandicaptenzorg gebruikte medicijnen en effecten aangepaste werkwijzen
Beheersingsvoorschrift Begeleider geestelijke gezondheidszorg: -
-
-
-
Produceert op basis van bestaande theorieën over (chronische) ziekten, handicaps, taal- en ontwikkelingsachterstanden nieuwe werkwijzen Gebruikt begrippen, modellen en theorieën over ziektebeelden, beperkingen, stoornissen, functioneringsproblemen, behandelingen/therapieën en effecten voor een goede werkuitvoering Produceert op basis van bestaande theorieën over leer-, opvoedings- , gedrags- en verslavingsproblemen nieuwe werkwijzen Analyseert de sociale kaart voor de uitvoering van het plan van aanpak
Pagina 13 van 53
Kwalificatiedossier Maatschappelijke Zorg 3 4 toets B, geldig vanaf 1 augustus 2013
Taak 1 Bieden van ondersteunende, activerende begeleiding en zorg -
-
-
-
Produceert op basis van bestaande theorieën over non-verbale en pre-verbale communicatiemogelijkheden nieuwe werkwijzen Analyseert het werkveld en de doelgroepen met betrekking tot de geestelijke gezondheidszorg voor nieuwe toepassingen in het werk Gebruikt begrippen, modellen en theorieën over (ortho-)pedagogiek, psychologie en psychiatrie in relatie tot doelgroepen van de geestelijke gezondheidszorg voor een goede werkuitvoering Produceert op basis van theorieën over geriatrie aangepaste werkwijzen Produceert op basis van theorieën over gezondheid, ziekte en besmetting aangepaste werkwijzen Produceert op basis van theorieën over GVO aangepaste werkwijzen Produceert op basis van theorieën over sociale integratie aangepaste werkwijzen Produceert op basis van theorieën over gezonde leefstijl toepassen aangepaste werkwijzen Produceert op basis van theorieën over seksualiteit aangepaste werkwijzen Produceert op basis van theorieën over de in de geestelijke gezondheidszorg gebruikte medicijnen en effecten aangepaste werkwijzen
Beheersingsvoorschrift Thuisbegeleider: -
-
-
-
-
-
Produceert op basis van bestaande theorieën over (chronische) ziekten, handicaps, taal- en ontwikkelingsachterstanden nieuwe werkwijzen Gebruikt begrippen, modellen en theorieën over ziektebeelden, beperkingen, stoornissen, functioneringsproblemen, behandelingen/therapieën en effecten voor een goede werkuitvoering Produceert op basis van bestaande theorieën over leer-, opvoedings- , gedrags- en verslavingsproblemen nieuwe werkwijzen Analyseert de sociale kaart voor de uitvoering van het plan van aanpak Produceert op basis van bestaande theorieën over non-verbale en pre-verbale communicatiemogelijkheden nieuwe werkwijzen Analyseert het werkveld en de doelgroepen met betrekking tot de thuisbegeleiding voor nieuwe toepassingen in het werk Produceert op basis van theorieën over geriatrie aangepaste werkwijzen Produceert op basis van theorieën over gezondheid, ziekte en besmetting aangepaste werkwijzen Produceert op basis van theorieën over GVO aangepaste werkwijzen Produceert op basis van theorieën over sociale integratie aangepaste werkwijzen Produceert op basis van theorieën over gezonde leefstijl toepassen aangepaste werkwijzen Produceert op basis van theorieën over seksualiteit aangepaste werkwijzen
Pagina 14 van 53
Kwalificatiedossier Maatschappelijke Zorg 3 4 toets B, geldig vanaf 1 augustus 2013
Taak 1 Bieden van ondersteunende, activerende begeleiding en zorg -
Produceert op basis van theorieën over de in de thuisbegeleiding gebruikte medicijnen en effecten aangepaste werkwijzen
Vaardigheden -
-
Past EHBO of eerste hulp bij kleine ongevallen volgens regels toe Past het ICF-model in de werkuitvoering toe Beheerst technologische toepassingen voor een goede werkuitvoering Past theorieën over ergonomie en tiltechnieken effectief toe Past effectief ICT-hulpmiddelen toe Voert werkzaamheden uit binnen het budget Past persoonlijke verzorging volgens regels toe Signaleert sociale problematiek, waaronder huiselijk geweld Werkt effectief volgens protocollen: gezondheid, hygiëne, veiligheid, ARBO, milieu, kwaliteitszorg, ergonomisch en kostenbewust werken Treedt sociaal vaardig op in contacten Vergadert functioneel met collega’s en betrokkenen Past creatieve en muzische vaardigheden effectief toe in activiteiten Past (ontwikkelingsgerichte) spel- en gebruiksmaterialen effectief toe in activiteiten Past vaardigheden op het gebied van sport en spel effectief toe in activiteiten Past gesprekstechnieken effectief toe Past begeleidingsmethodieken effectief toe Past observatietechnieken effectief toe om informatie over de cliënt te achterhalen Reflecteert functioneel op eigen handelen Gaat constructief om met het geven en ontvangen van feedback Is methodisch in het beroepsmatig handelen
Beheersingsvoorschrift Begeleider gehandicaptenzorg 3:
Beheersingsvoorschrift Begeleider specifieke doelgroepen:
Beheersingsvoorschrift Begeleider gehandicaptenzorg 4: -
Past coachingstechnieken effectief toe
Beheersingsvoorschrift Begeleider geestelijke gezondheidszorg: -
Past coachingstechnieken effectief toe
Beheersingsvoorschrift Thuisbegeleider: -
Past coachingstechnieken effectief toe
Deeltaak 1.1 Inventariseert hulpvragen van de cliënt Omschrijving De beroepskracht maatschappelijke zorg voert specifieke taken uit in opdracht van het (multidisciplinair) team om informatie te achterhalen, bijvoorbeeld door gesprekken met de cliënt en het sociale systeem te voeren, omgang met de cliënt tijdens haar werkzaamheden, het uitvoeren van observaties en het raadplegen van diverse informatiebronnen, bijvoorbeeld het plan van aanpak of verslagen over de cliënt. Ze geeft relevante informatie die ze verkrijgt door aan het (multidisciplinair) team. Resultaat De situatie, mogelijkheden, beperkingen, hulpvragen, wensen en verwachtingen van de cliënt en/of van de wensen en verwachtingen van cliëntsysteem zijn geïnventariseerd waarbij de cliënt (en het cliëntsysteem) zich begrepen voelt. Relevante informatie is bekend bij het (multidisciplinair) team. Gedrag - Toont belangstelling voor en betrokkenheid bij de cliënt (en het cliëntsysteem) - Luistert actief naar de cliënt (en het cliëntsysteem) om een beeld te krijgen van de situatie, mogelijkheden, beperkingen, hulpvragen, wensen en verwachtingen van de cliënt en/of van de wensen en verwachtingen van zijn wettelijke vertegenwoordigers - Vraagt door bij de cliënt (en het cliëntsysteem) om een beeld te krijgen van de situatie, mogelijkheden, beperkingen, hulpvragen, wensen en verwachtingen van de cliënt en/of van de wensen en verwachtingen van zijn wettelijke
Pagina 15 van 53
Kwalificatiedossier Maatschappelijke Zorg 3 4 toets B, geldig vanaf 1 augustus 2013
Deeltaak 1.1 Inventariseert hulpvragen van de cliënt vertegenwoordigers - Gebruikt verschillende bronnen om informatie te verzamelen (Aandacht en begrip tonen, Onderzoeken) Deeltaak 1.2 Ondersteunt de cliënt bij de persoonlijke verzorging Omschrijving De beroepskracht maatschappelijke zorg ondersteunt de cliënt bij de persoonlijke lichamelijke verzorging, toiletgang, mobiliteit en bij het slaap/waakritme. Ze zorgt voor een optimaal lichamelijk en geestelijk welbevinden van de cliënt door gebruik te maken van aangepaste materialen en ruimten. Ze bouwt een vertrouwensband op met de cliënt door rekening te houden met de privacy en te zorgen voor gelegenheid om persoonlijke en intieme vraagstukken van de cliënt te kunnen bespreken.
Beheersingsvoorschrift Begeleider gehandicaptenzorg 4: Beheersingsvoorschrift Begeleider geestelijke gezondheidszorg: Beheersingsvoorschrift Thuisbegeleider:
Resultaat De cliënt is gestimuleerd om zijn begeleidingsdoelen ten aanzien van zijn persoonlijke verzorging te realiseren. De cliënt heeft passende persoonlijke verzorging ontvangen. Persoonlijke intieme vraagstukken zijn, indien van toepassing, besproken.
Beheersingsvoorschrift Begeleider gehandicaptenzorg 4: Beheersingsvoorschrift Begeleider geestelijke gezondheidszorg: Beheersingsvoorschrift Thuisbegeleider:
Gedrag - Motiveert de cliënt om gestelde doelen op het gebied van persoonlijke verzorging te bereiken - Creëert adequaat mogelijkheden voor de cliënt om zich te ontwikkelen - Toont begrip voor de mening en gevoelens van de cliënt ten aanzien van zijn voorkomen en persoonlijke hygiëne - Bouwt een vertrouwensband op met de cliënt - Gaat tijdens de persoonlijke verzorging discreet om met de privacy van de cliënt - Komt gemaakte afspraken na - Voert de benodigde handelingen snel en accuraat uit - Voert de benodigde handelingen volgens ergonomische voorschriften uit (Begeleiden, Aandacht en begrip tonen, Ethisch en integer handelen, Vakdeskundigheid toepassen)
Beheersingsvoorschrift Begeleider gehandicaptenzorg 4: - Coacht, indien mogelijk, de cliënt om zelf (gedrags)alternatieven uit te proberen en met oplossingen te komen (Begeleiden) Beheersingsvoorschrift Begeleider geestelijke gezondheidszorg: - Coacht, indien mogelijk, de cliënt om zelf (gedrags)alternatieven uit te proberen en met oplossingen te komen (Begeleiden) Beheersingsvoorschrift Thuisbegeleider: - Coacht, indien mogelijk, de cliënt om zelf (gedrags)alternatieven uit te proberen en met oplossingen te komen (Begeleiden)
Deeltaak 1.3 Ondersteunt de cliënt bij wonen en huishouden Omschrijving De beroepskracht maatschappelijke zorg ondersteunt de cliënt bij wonen en huishouden. Zij ondersteunt de cliënt bij de organisatie van het huishouden. Ze voorziet in de voorwaarden om de cliënt te laten oefenen of experimenteren met ander gedrag of nieuwe, huishoudelijke vaardigheden. Zo zorgt ze er bijvoorbeeld voor dat benodigde materialen en middelen beschikbaar zijn. Ze zorgt in overleg met de cliënt voor een wenselijke leefsituatie en houdt daarbij rekening met hygiëne en veiligheid.
Beheersingsvoorschrift Begeleider gehandicaptenzorg 3: Het ondersteunen van de cliënt bij de organisatie van het huishouden omvat o.a. het uitvoeren van lichte huishoudelijke schoonmaakwerkzaamheden, het doen van inkopen en het beheren van voorraden, het bereiden van maaltijden, het opmaken van bedden, het wassen en strijken van kleding en textiel, het realiseren van een optimaal woon en leefklimaat, mobiliteitsvraagstukken en het uitvoeren van eenvoudige (financiële) administratieve werkzaamheden. Beheersingsvoorschrift Begeleider specifieke doelgroepen:
Pagina 16 van 53
Kwalificatiedossier Maatschappelijke Zorg 3 4 toets B, geldig vanaf 1 augustus 2013
Deeltaak 1.3 Ondersteunt de cliënt bij wonen en huishouden Het ondersteunen van de cliënt bij de organisatie van het huishouden omvat o.a. het uitvoeren van lichte huishoudelijke schoonmaakwerkzaamheden, het doen van inkopen en het beheren van voorraden, het bereiden van maaltijden, het opmaken van bedden, het wassen en strijken van kleding en textiel, het realiseren van een optimaal woon en leefklimaat, mobiliteitsvraagstukken en het uitvoeren van eenvoudige (financiële) administratieve werkzaamheden. Beheersingsvoorschrift Begeleider gehandicaptenzorg 4: Het ondersteunen van de cliënt bij de organisatie van het huishouden omvat o.a. het uitvoeren van lichte huishoudelijke schoonmaakwerkzaamheden, het doen van inkopen en het beheren van voorraden, het bereiden van maaltijden, het opmaken van bedden, het wassen en strijken van kleding en textiel, het realiseren van een optimaal woon- en leefklimaat, mobiliteitsvraagstukken, het doen van (financiële) administratie, budgetteren en het behartigen van financiële belangen. Beheersingsvoorschrift Begeleider geestelijke gezondheidszorg: Het ondersteunen van de cliënt bij de organisatie van het huishouden omvat o.a. het uitvoeren van lichte huishoudelijke schoonmaakwerkzaamheden, het doen van inkopen en het beheren van voorraden, het bereiden van maaltijden, het opmaken van bedden, het wassen en strijken van kleding en textiel, het realiseren van een optimaal woon- en leefklimaat, mobiliteitsvraagstukken, het doen van (financiële) administratie, budgetteren en het behartigen van financiële belangen. Beheersingsvoorschrift Thuisbegeleider: Het ondersteunen van de cliënt bij de organisatie van het huishouden omvat o.a. het samen met de cliënt maken van een plan en werkafspraken voor het organiseren en uitvoeren van het huishouden, het geven van voorlichting en advies, en het voorzien in voorwaarden om de cliënt te laten oefenen met nieuwe, huishoudelijke vaardigheden. Zo nodig worden andere disciplines ingeschakeld om praktische problemen aan te pakken. Resultaat De cliënt is gestimuleerd om de begeleidingsdoelen op het gebied van wonen en huishouden te realiseren. Taken op het gebied van wonen en huishouden zijn op een professionele en methodische wijze uitgevoerd. Er zijn geen onnodige risico’s ontstaan en uniformiteit in de ondersteuning is gewaarborgd.
Beheersingsvoorschrift Begeleider gehandicaptenzorg 3: Beheersingsvoorschrift Begeleider specifieke doelgroepen: Beheersingsvoorschrift Begeleider gehandicaptenzorg 4: Beheersingsvoorschrift Begeleider geestelijke gezondheidszorg: Beheersingsvoorschrift Thuisbegeleider:
Gedrag - Creëert adequaat (leer-)situaties waarin de cliënt kan oefenen met ander gedrag en vaardigheden
Beheersingsvoorschrift Begeleider gehandicaptenzorg 3:
Pagina 17 van 53
Kwalificatiedossier Maatschappelijke Zorg 3 4 toets B, geldig vanaf 1 augustus 2013
Deeltaak 1.3 Ondersteunt de cliënt bij wonen en huishouden - Motiveert de cliënt om uitdagingen gericht op zijn ontwikkeling aan te gaan bij wonen en huishouden (bijvoorbeeld ten aanzien van eigen normen en waarden) - Gaat zorgvuldig en netjes om met de materialen en middelen - Gebruikt hulpmiddelen waarvoor ze bedoeld zijn - Toont zich een goed voorbeeld - Gaat na wat de wensen van de cliënt zijn om te kunnen aansluiten bij zijn mogelijkheden en behoeften - Begrijpt wat belangrijk is voor de cliënt - Stelt zich flexibel op ten aanzien van veranderingen - Handelt tijdens het ondersteunen van de cliënt bij huishouden en wonen overeenkomstig de voorgeschreven (werk)procedures en veiligheidsvoorschriften - Voert berekeningen nauwkeurig uit (Begeleiden, Materialen en middelen inzetten, Op de behoeften en verwachtingen van de "klant" richten, Instructies en procedures opvolgen)
Beheersingsvoorschrift Begeleider specifieke doelgroepen: Beheersingsvoorschrift Begeleider gehandicaptenzorg 4: - Geeft de cliënt heldere adviezen afgestemd op zijn mogelijkheden - Motiveert de cliënt afgestemd op zijn mogelijkheden (Begeleiden) Beheersingsvoorschrift Begeleider geestelijke gezondheidszorg: - Geeft de cliënt heldere adviezen afgestemd op zijn mogelijkheden - Motiveert de cliënt afgestemd op zijn mogelijkheden (Begeleiden) Beheersingsvoorschrift Thuisbegeleider: - Geeft de cliënt heldere adviezen afgestemd op zijn mogelijkheden - Motiveert de cliënt afgestemd op zijn mogelijkheden (Begeleiden)
Deeltaak 1.4 Ondersteunt de cliënt bij dagbesteding Omschrijving De beroepskracht maatschappelijke zorg ondersteunt de cliënt bij het realiseren van zijn wensen en behoeften op het gebied van werk, scholing en vrije tijd overeenkomstig met het activiteitenplan ten behoeve van een aangename en/of zinvolle dagbesteding. Zij gaat samen met de cliënt na op welke wijze invulling wordt gegeven aan de activiteiten uit het activiteitenplan. Ze reikt voorbeelden, keuzemogelijkheden en alternatieven aan. Ze creëert de voorwaarden waardoor de cliënt zijn behoeften op het gebied van werk, scholing en vrije tijd kan realiseren door bijvoorbeeld samen met de cliënt naar een opleidingscentrum of het UWV WERKbedrijf te gaan. De beroepskracht maatschappelijke zorg begeleidt de cliënt bij de uitvoering van de activiteiten tijdens de dagbesteding, waarbij ze hem motiveert de gestelde doelen te bereiken. Ze creëert ontwikkelingsgerichte activiteiten of leersituaties, zodat de cliënt kan oefenen of experimenteren met ander(e) gedrag en vaardigheden.
Beheersingsvoorschrift Begeleider gehandicaptenzorg 3: Beheersingsvoorschrift Begeleider specifieke doelgroepen: Beheersingsvoorschrift Begeleider gehandicaptenzorg 4: Beheersingsvoorschrift Begeleider geestelijke gezondheidszorg: Beheersingsvoorschrift Thuisbegeleider:
Resultaat De cliënt is gestimuleerd om de begeleidingsdoelen ten aanzien van werk, scholing of vrije tijd te realiseren. De cliënt heeft op aangename wijze zijn dag doorgebracht.
Beheersingsvoorschrift Begeleider gehandicaptenzorg 3: Er is volgens aanwijzingen van het (multidisciplinair) team en activiteitenplan gewerkt. Beheersingsvoorschrift Begeleider specifieke doelgroepen: Er is volgens aanwijzingen van het (multidisciplinair) team en activiteitenplan gewerkt. Beheersingsvoorschrift Begeleider gehandicaptenzorg 4: Er is volgens het activiteitenplan gewerkt.
Pagina 18 van 53
Kwalificatiedossier Maatschappelijke Zorg 3 4 toets B, geldig vanaf 1 augustus 2013
Deeltaak 1.4 Ondersteunt de cliënt bij dagbesteding Beheersingsvoorschrift Begeleider geestelijke gezondheidszorg: Er is volgens het activiteitenplan gewerkt. Beheersingsvoorschrift Thuisbegeleider: Er is volgens het activiteitenplan gewerkt. Gedrag - Creëert adequaat activiteiten waarbij de cliënt kan oefenen met ander gedrag en vaardigheden - Motiveert de sociale ontwikkeling van de cliënt door gesprekstechnieken en begeleidingsmethodieken - Motiveert de cliënt om moeilijkheden te overwinnen - Heeft inzicht in de gevoelens van de cliënt waardoor ze hem op het gebied van werk, scholing en vrije tijd door moeilijke of lastige periodes kan helpen - Kiest de juiste materialen en middelen voor de activiteiten die zij organiseert - Gaat zorgvuldig en netjes met de materialen en middelen om - Zorgt ervoor dat de materialen en middelen onderhouden zijn (Begeleiden, Aandacht en begrip tonen, Materialen en middelen inzetten)
Beheersingsvoorschrift Begeleider gehandicaptenzorg 3: - Brengt de activiteiten die ze uit gaat voeren ruim van tevoren in kaart - Maakt een planning voor haar werkzaamheden (Plannen en organiseren) Beheersingsvoorschrift Begeleider specifieke doelgroepen: - Brengt de activiteiten die ze uit gaat voeren ruim van tevoren in kaart - Maakt een planning voor haar werkzaamheden (Plannen en organiseren) Beheersingsvoorschrift Begeleider gehandicaptenzorg 4: - Creëert activiteiten waarbij de cliënt uitdagingen aangaat gericht op zijn ontwikkeling - Stimuleert de sociale ontwikkeling van de cliënt door regelmatig constructieve feedback over zijn functioneren te geven - Leert de cliënt omgaan met anderen, met (gedrags)regels en normen en waarden - Plant de activiteiten en acties die in het kader van werk, scholing en vrije tijd door de cliënt ondernomen zullen worden - Regelt de activiteiten en acties die in het kader van werk, scholing en vrije tijd door de cliënt ondernomen zullen worden - Zorgt dat de benodigde middelen en menskracht beschikbaar zijn - Bewaakt de voortgang van de activiteiten (Begeleiden, Plannen en organiseren) Beheersingsvoorschrift Begeleider geestelijke gezondheidszorg: - Creëert activiteiten waarbij de cliënt uitdagingen aangaat gericht op zijn ontwikkeling - Stimuleert de sociale ontwikkeling van de cliënt door regelmatig constructieve feedback over zijn functioneren te geven - Leert de cliënt omgaan met anderen, met (gedrags)regels en normen en waarden - Plant de activiteiten en acties die in het kader van werk, scholing en vrije tijd door de cliënt ondernomen zullen worden - Regelt de activiteiten en acties die in het kader van werk, scholing en vrije tijd door de cliënt ondernomen zullen worden - Zorgt dat de benodigde middelen en menskracht beschikbaar zijn - Bewaakt de voortgang van de activiteiten (Begeleiden, Plannen en organiseren)
Pagina 19 van 53
Kwalificatiedossier Maatschappelijke Zorg 3 4 toets B, geldig vanaf 1 augustus 2013
Deeltaak 1.4 Ondersteunt de cliënt bij dagbesteding Beheersingsvoorschrift Thuisbegeleider: - Creëert activiteiten waarbij de cliënt uitdagingen aangaat gericht op zijn ontwikkeling - Stimuleert de sociale ontwikkeling van de cliënt door regelmatig constructieve feedback over zijn functioneren te geven - Leert de cliënt omgaan met anderen, met (gedrags)regels en normen en waarden - Plant de activiteiten en acties die in het kader van werk, scholing en vrije tijd door de cliënt ondernomen zullen worden - Regelt de activiteiten en acties die in het kader van werk, scholing en vrije tijd door de cliënt ondernomen zullen worden - Zorgt dat de benodigde middelen en menskracht beschikbaar zijn - Bewaakt de voortgang van de activiteiten (Begeleiden, Plannen en organiseren) Deeltaak 1.5 Stemt de werkzaamheden af met betrokkenen Omschrijving De beroepskracht maatschappelijke zorg stemt de werkzaamheden af met collega's, draagt werkzaamheden mondeling en/of schriftelijk over, maakt afspraken over de zorg en begeleiding en over knelpunten daarin. Zij neemt deel aan voor de afstemming van haar werkzaamheden relevante overlegvormen. Resultaat Een soepel verlopende, met collega’s afgestemde, ondersteuning waarin kwaliteit, continuïteit en eenduidigheid gewaarborgd zijn. Gedrag -
Raadpleegt anderen indien nodig Weet wat de consequenties zijn van de eigen acties Stelt zich zo op dat de samenwerking in het team soepel verloopt Geeft relevante informatie over de cliënt door aan het (multidisciplinair) team Formuleert bij (het overdragen van) haar werkzaamheden duidelijke en haalbare doelen Geeft bij de overdracht mogelijke knelpunten aan Houdt bij de overdracht rekening met tijd en kwaliteit (Samenwerken en overleggen, Plannen en organiseren)
Deeltaak 1.6 Evalueert de geboden ondersteuning Omschrijving De beroepskracht maatschappelijke zorg evalueert, periodiek en aan het eind van het traject, de geboden ondersteuning. Ze verzamelt relevante gegevens voor de evaluatie en analyseert deze. Op basis daarvan schrijft zij een evaluatieverslag of evalueert zij - indien dit gewenst is - mondeling met haar leidinggevende. Zij bespreekt de gegevens uit de evaluatie met de cliënt en het (multidisciplinair) team. Zij voert, indien daartoe aanleiding is, in overleg gewenste veranderingen in de zorg- en/of begeleidingstaken door.
Beheersingsvoorschrift Begeleider gehandicaptenzorg 3: Beheersingsvoorschrift Begeleider specifieke doelgroepen: Beheersingsvoorschrift Begeleider gehandicaptenzorg 4: Beheersingsvoorschrift Begeleider geestelijke gezondheidszorg: Beheersingsvoorschrift Thuisbegeleider:
Resultaat De beroepskracht maatschappelijke zorg heeft op grond van de informatie van alle betrokkenen en observaties de geboden zorg en ondersteuning geanalyseerd. Zij kan op
Beheersingsvoorschrift Begeleider gehandicaptenzorg 3:
Pagina 20 van 53
Kwalificatiedossier Maatschappelijke Zorg 3 4 toets B, geldig vanaf 1 augustus 2013
Deeltaak 1.6 Evalueert de geboden ondersteuning grond van conclusies uit de evaluatie in overleg met betrokkenen de zorg en/of begeleiding bijsturen.
Beheersingsvoorschrift Begeleider specifieke doelgroepen: Beheersingsvoorschrift Begeleider gehandicaptenzorg 4: Beheersingsvoorschrift Begeleider geestelijke gezondheidszorg: Beheersingsvoorschrift Thuisbegeleider:
Gedrag - Vraagt de cliënt en andere betrokkenen naar hun ervaringen, ideeën en gevoelens over de geboden zorg en begeleiding - Luistert aandachtig naar ervaringen, ideeën en gevoelens van de cliënt en andere betrokkenen over de geboden zorg en begeleiding - Verwerkt nauwkeurig alle benodigde gegevens - Scheidt de hoofd- en bijzaken - Schrijft een kernachtig evaluatieverslag (Aandacht en begrip tonen, Formuleren en rapporteren)
Beheersingsvoorschrift Begeleider gehandicaptenzorg 3: - Haalt uit alle gegevens die ze verzamelt (via gesprekken en observaties) de belangrijkste informatie - Concludeert op basis van de belangrijkste informatie of de geboden zorg en begeleiding voldoet en of er voldoende voortgang is - Stelt indien nodig de zorg en begeleiding (in overleg) bij (Analyseren) Beheersingsvoorschrift Begeleider specifieke doelgroepen: - Haalt uit alle gegevens die ze verzamelt (via gesprekken en observaties) de belangrijkste informatie - Concludeert op basis van de belangrijkste informatie of de geboden zorg en begeleiding voldoet en of er voldoende voortgang is - Stelt indien nodig de zorg en begeleiding (in overleg) bij (Analyseren) Beheersingsvoorschrift Begeleider gehandicaptenzorg 4: - Analyseert beschikbare (cijfermatige en mondelinge) gegevens grondig - Concludeert aan de hand van de analyse of de geboden zorg en begeleiding voldoen en of er voldoende voortgang is - Komt met haalbare oplossingen voor het indien nodig bijstellen van de zorg en begeleiding (Analyseren) Beheersingsvoorschrift Begeleider geestelijke gezondheidszorg: - Analyseert beschikbare (cijfermatige en mondelinge) gegevens grondig - Concludeert aan de hand van de analyse of de geboden zorg en begeleiding voldoen en of er voldoende voortgang is - Komt met haalbare oplossingen voor het indien nodig bijstellen van de zorg en begeleiding (Analyseren) Beheersingsvoorschrift Thuisbegeleider: - Analyseert beschikbare (cijfermatige en mondelinge) gegevens grondig - Concludeert aan de hand van de analyse of de geboden zorg en begeleiding voldoen en of er voldoende voortgang is - Komt met haalbare oplossingen voor het indien nodig bijstellen van de zorg en begeleiding (Analyseren)
Pagina 21 van 53
Kwalificatiedossier Maatschappelijke Zorg 3 4 toets B, geldig vanaf 1 augustus 2013
Taak 2 Werken aan kwaliteit en deskundigheid Complexiteit De diversiteit in beroepsuitoefening in de maatschappelijke zorg is groot en daarmee is het werk complex van aard. Het vraagt van de beroepskracht maatschappelijke zorg zowel een breed repertoire aan vaardigheden als ook een brede kennis het werkveld en de doelgroepen. De beroepskracht maatschappelijke zorg gebruikt brede en specialistische kennis en vaardigheden om de kwaliteit van de zorg te bewaken en bevorderen, en om te werken aan professionalisering. Ze levert een bijdrage aan verbetertrajecten en past haar werkzaamheden aan de hand van nieuwe kennis en inzichten aan.
Beheersingsvoorschrift Begeleider gehandicaptenzorg 3: Beheersingsvoorschrift Begeleider specifieke doelgroepen: Beheersingsvoorschrift Begeleider gehandicaptenzorg 4: Zij heeft een verdiepend inzicht ten aan zien van de ondersteuning van de verzorgende en agogische taken en denkt mee over de strategie, de lange termijn aanpak en de overstijgende beslissingen in een instelling. Beheersingsvoorschrift Begeleider geestelijke gezondheidszorg: Zij heeft een verdiepend inzicht ten aan zien van de ondersteuning van de cliënt in de geestelijke gezondheidszorg en denkt mee over de strategie, de lange termijn aanpak en de overstijgende beslissingen in een instelling. Beheersingsvoorschrift Thuisbegeleider: Zij heeft een verdiepend inzicht ten aan zien van de thuisbegeleiding en denkt mee over de strategie van de thuisbegeleiding.
Verantwoordelijkheid en zelfstandigheid De beroepskracht maatschappelijke zorg heeft een Beheersingsvoorschrift Begeleider uitvoerende en adviserende rol. Zij is verantwoordelijk voor gehandicaptenzorg 3: haar werk en kan daar op aangesproken worden. Beheersingsvoorschrift Begeleider specifieke doelgroepen: Beheersingsvoorschrift Begeleider gehandicaptenzorg 4: Beheersingsvoorschrift Begeleider geestelijke gezondheidszorg: Beheersingsvoorschrift Thuisbegeleider: Vakkennis -
Gebruikt wet- en regelgeving reproductief voor een goede werkuitvoering
Beheersingsvoorschrift Begeleider gehandicaptenzorg 3: -
-
Gebruikt kennis van de werkvelden en de doelgroepen met betrekking tot de gehandicaptenzorg reproductief voor een goede werkuitvoering Gebruikt theorieën over kwaliteitszorgsystemen reproductief voor een goede werkuitvoering
Beheersingsvoorschrift Begeleider specifieke doelgroepen: -
Gebruikt kennis van de werkvelden en de doelgroepen met betrekking tot de specifieke doelgroepen reproductief voor een goede werkuitvoering
Pagina 22 van 53
Kwalificatiedossier Maatschappelijke Zorg 3 4 toets B, geldig vanaf 1 augustus 2013
Taak 2 Werken aan kwaliteit en deskundigheid -
Gebruikt theorieën over kwaliteitszorgsystemen reproductief voor een goede werkuitvoering
Beheersingsvoorschrift Begeleider gehandicaptenzorg 4: -
-
Analyseert het werkveld en de doelgroepen met betrekking tot de gehandicaptenzorg voor nieuwe toepassingen in het werk Produceert op basis van theorieën over kwaliteitszorgsystemen aangepaste werkwijzen
Beheersingsvoorschrift Begeleider geestelijke gezondheidszorg: -
-
Analyseert het werkveld en de doelgroepen met betrekking tot de geestelijke gezondheidszorg voor nieuwe toepassingen in het werk Produceert op basis van theorieën over kwaliteitszorgsystemen aangepaste werkwijzen
Beheersingsvoorschrift Thuisbegeleider: -
-
Analyseert het werkveld en de doelgroepen met betrekking tot de thuisbegeleiding voor nieuwe toepassingen in het werk Produceert op basis van theorieën over kwaliteitszorgsystemen aangepaste werkwijzen
Vaardigheden -
-
Werkt effectief volgens protocollen: gezondheid, hygiëne, veiligheid, ARBO, milieu, kwaliteitszorg, ergonomisch en kostenbewust werken Reflecteert functioneel op eigen handelen Gaat constructief om met het geven en ontvangen van feedback
Beheersingsvoorschrift Begeleider gehandicaptenzorg 3:
Beheersingsvoorschrift Begeleider specifieke doelgroepen:
Beheersingsvoorschrift Begeleider gehandicaptenzorg 4:
Beheersingsvoorschrift Begeleider geestelijke gezondheidszorg:
Beheersingsvoorschrift Thuisbegeleider:
Pagina 23 van 53
Kwalificatiedossier Maatschappelijke Zorg 3 4 toets B, geldig vanaf 1 augustus 2013
Deeltaak 2.1 Werkt aan deskundigheidbevordering Omschrijving De beroepskracht maatschappelijke zorg werkt aan haar eigen deskundigheid. Zij leest daarvoor vakliteratuur en volgt bijscholingen. Ze vraagt om feedback over haar eigen functioneren en geeft feedback aan anderen. Ze stelt samen met haar leidinggevende een persoonlijk ontwikkelplan op en voert dit uit. Ze neemt deel aan inhoudelijke discussies met collega's en anderen over beroepstaken en werkzaamheden. Zo ontwikkelt zij zichzelf en levert zo ook een bijdrage aan visieontwikkeling van de beroepsuitoefening. Tevens draagt zij de beroeps- en organisatievisie uit naar anderen. Resultaat De beroepskracht maatschappelijke zorg heeft haar persoonlijk ontwikkelplan uitgevoerd waardoor zij zichzelf verder ontwikkeld heeft haar deskundigheid actief en adequaat bevorderd. Ze heeft op een actieve en adequate manier bijgedragen aan de professionalisering van het beroep en de positionering van de beroepsgroep. Gedrag - houdt vakkennis en vaardigheden bij - begrijpt complexere teksten uit de vakliteratuur - haalt strekking uit teksten (mondeling/schriftelijk) met hoge informatiedichtheid - draagt eigen kennis en expertise op begrijpelijke wijze over aan collega's en andere deskundigen - gebruikt feedback om van te leren en zichzelf verder te ontwikkelen (Vakdeskundigheid toepassen) Deeltaak 2.2 Werkt aan bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg Omschrijving De beroepskracht maatschappelijke zorg werkt mee aan het verbeteren van de kwaliteit van de beroepstaken en werkzaamheden. Dat doet zij door bijvoorbeeld te participeren in ontwikkel- of intervisiegroepen en door haar kennis van het vakgebied in te zetten bij verbetertrajecten. Zij let op de kwaliteit van haar werkzaamheden. Zij signaleert en rapporteert tijdig knelpunten. Ze werkt volgens protocollen van de organisatie.
Beheersingsvoorschrift Begeleider gehandicaptenzorg 4: Ziet toe dat anderen zich aan de voorgeschreven protocollen rond om kwaliteitsverbetering houden. Beheersingsvoorschrift Begeleider geestelijke gezondheidszorg: Ziet toe dat anderen zich aan de voorgeschreven protocollen rond om kwaliteitsverbetering houden. Beheersingsvoorschrift Thuisbegeleider: Ziet toe dat anderen zich aan de voorgeschreven protocollen rond om kwaliteitsverbetering houden.
Resultaat De beroepskracht maatschappelijke zorg heeft vanuit haar eigen deskundigheid geholpen om de kwaliteit van de werkzaamheden in de organisatie te verbeteren.
Beheersingsvoorschrift Begeleider gehandicaptenzorg 4: Beheersingsvoorschrift Begeleider geestelijke gezondheidszorg: Beheersingsvoorschrift Thuisbegeleider:
Gedrag - werkt volgens voorgeschreven protocollen, procedures en wettelijke richtlijnen - levert waar mogelijk een effectieve bijdrage aan het verbeteren van de kwaliteit van de werkzaamheden - geeft actief gesignaleerde tekortkomingen in werkwijze door aan leidinggevende of verantwoordelijke(n) (Instructies en procedures opvolgen)
Beheersingsvoorschrift Begeleider gehandicaptenzorg 4: - Motiveert en spreekt anderen aan om zich aan de voorgeschreven protocollen rondom kwaliteitsverbetering te houden (Instructies en procedures opvolgen) Beheersingsvoorschrift Begeleider geestelijke gezondheidszorg: - Motiveert en spreekt anderen aan om zich aan de voorgeschreven protocollen rondom kwaliteitsverbetering te houden (Instructies en procedures opvolgen)
Pagina 24 van 53
Kwalificatiedossier Maatschappelijke Zorg 3 4 toets B, geldig vanaf 1 augustus 2013
Deeltaak 2.2 Werkt aan bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg Beheersingsvoorschrift Thuisbegeleider: - Motiveert en spreekt anderen aan om zich aan de voorgeschreven protocollen rondom kwaliteitsverbetering te houden (Instructies en procedures opvolgen)
Pagina 25 van 53
Kwalificatiedossier Maatschappelijke Zorg 3 4 toets B, geldig vanaf 1 augustus 2013
3. Algemene basistaken De kwalificatie-eisen voor de algemene basistaken zijn vastgelegd in het Examen- en kwalificatiebesluit beroepsopleidingen. Ze zijn te vinden op www.kwalificatiesmbo.nl. Taaltaak Nederlands Het referentieniveau 2F is van toepassing op de entréekwalificatie en de niveaus 2 en 3. Het referentieniveau 3F is van toepassing op niveau 4. Rekentaak Het referentieniveau 2F is van toepassing op de entréekwalificatie en de niveaus 2 en 3. Het referentieniveau 3F is van toepassing op niveau 4. Loopbaan- en burgerschapstaak Deze is beschreven in het document Loopbaan en Burgerschap. Taaltaak Engels voor niveau 4 Deze is weergegeven in niveaus van het Europese raamwerk voor moderne vreemde talen (CEF): • deeltaak lezen en luisteren: B1 • deeltaak schrijven, spreken en gesprekken voeren: A2
Pagina 26 van 53
Kwalificatiedossier Maatschappelijke Zorg 3 4 toets B, geldig vanaf 1 augustus 2013
PROFIEL Profiel 1 Begeleider gehandicaptenzorg 3 Typering van het beroep De begeleider gehandicaptenzorg 3 werkt met mensen van alle leeftijden met verstandelijke, lichamelijke, zintuiglijke of meervoudige beperkingen en met vaak daarnaast een of meerdere problematieken. Bij de uitvoering van de zorg en ondersteuning is het van belang om aandacht te hebben voor de verschillende soorten problemen, namelijk: - problemen die het gevolg van een handicap of ziekte zijn; - problemen die door het leven zijn ontstaan maar die door de handicap of ziekte zijn vergroot; - problemen die het gevolg zijn van het zorgsysteem. De cliënten met beperking(en) hebben (tijdelijk of langdurig) ondersteuning nodig bij de dagelijkse bezigheden en het functioneren in de samenleving. Bij de zorg en ondersteuning die de begeleider gehandicaptenzorg 3 biedt, ligt het accent op het leren leven met de handicap, het bevorderen van het welbevinden (kwaliteit van leven) en zo veel mogelijk voorkomen van ongemak. Zij richt zich met haar handelen op het behoud of groei van de ontwikkeling afhankelijk van de cliënt en de situatie. Van belang is dat zij een specifieke aanpak heeft die zoveel mogelijk eenduidigheid, structuur en regelmaat bij de begeleiding biedt om stress, weerstand en gedragsproblemen bij de cliënt te voorkomen. Naast de zorg en ondersteuning bij de leefgebieden ondersteunt de begeleider gehandicaptenzorg 3 de cliënt bij het leggen en onderhouden van contacten, betrekt het cliëntsysteem en begeleidt een groep cliënten op sociaalmaatschappelijk gebied. Kritische beroepssituatie(s): De begeleider gehandicaptenzorg 3 is werkzaam in instellingen die diensten, zorg en ondersteuning bieden aan mensen van alle leeftijden met een verstandelijke, lichamelijke, zintuiglijke of meervoudige beperking en met vaak daarnaast een of meerdere problematieken. Deze cliënten hebben (tijdelijk of langdurig) ondersteuning nodig bij de dagelijkse bezigheden en het functioneren in de samenleving. Haar werkzaamheden zijn gericht op de ondersteuning en begeleiding van de ontwikkeling van cliënten. De begeleider gehandicaptenzorg 3 inventariseert de hulpvraag van de cliënt. Zij ondersteunt individuele cliënten en/of groepen cliënten volgens het ondersteuningsplan op het gebied van wonen en huishouden en dagbesteding gericht op onderwijs, werk en vrije tijdsbesteding. Zij ondersteunt de cliënt bij het leggen en onderhouden van contacten.
De begeleider gehandicaptenzorg 3 begeleidt en adviseert het cliëntsysteem zodat de relatie tussen de cliënt en het cliëntsysteem versterkt wordt. Zij geeft tips over het verloop van de ziekte en de omgang met de cliënten. Zij betrekt hen bij beslissingen en stimuleert hen om een bijdrage te leveren aan de ontwikkeling van de cliënt en aan een optimale situatie. De begeleider gehandicaptenzorg 3 begeleidt groepen cliënten op sociaal-maatschappelijk gebied. De begeleider gehandicaptenzorg 3 werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg. Zij stemt de werkzaamheden af met collega's, draagt werkzaamheden mondeling en/of schriftelijk over, maakt afspraken over de zorg en begeleiding en over knelpunten daarin. De begeleider gehandicaptenzorg 3 voert binnen haar bevoegdheden verpleegtechnische handelingen uit, bijvoorbeeld medicijnen toedienen, op een deskundige en zorgvuldige wijze. De begeleider gehandicaptenzorg 3 werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep. Wettelijke beroepsvereisten Nee Taak 1 Bieden van ondersteuning in de gehandicaptenzorg Complexiteit De begeleider gehandicaptenzorg 3 werkt met cliënten van alle leeftijden met een lichamelijke, zintuiglijke, verstandelijke of meervoudige beperking of (meervoudige) problematiek. In het laatste geval is er ook sprake van
Pagina 27 van 53
Kwalificatiedossier Maatschappelijke Zorg 3 4 toets B, geldig vanaf 1 augustus 2013
Taak 1 Bieden van ondersteuning in de gehandicaptenzorg psychiatrische en/of psychosociale en/of gedragsproblematiek. De begeleider gehandicaptenzorg 3 verzamelt informatie voor het plan van aanpak en voert vervolgens de ondersteuning uit vanuit dit plan. Hiervoor gelden standaardwerkwijzen, waarbij zij steeds opnieuw bepaalt of haar ondersteuning is afgestemd op de situatie en de cliënt. Zij schakelt indien nodig flexibel van begeleidingsmethodiek en/of communicatietechniek, waardoor zij afwisselend vraaggerichte zorg en ondersteuning, aanbodgerichte zorg en ondersteuning en soms zelfs bemoeizorg verleent. Hiervoor moet zij beschikken over specialistische kennis zoals kennis van doelgroepen op gebied van gezondheid, ziektebeelden, beperkingen, problematieken, medicijnen en effecten, vormen van dienstverlening. Daarnaast moet zij specifieke vaardigheden beheersen zoals communicatievaardigheden, gesprekstechnieken, begeleidingsmethodieken en interventietechnieken, die zij afstemt op de cliënt. Zij past zo nodig communicatieinstrumenten toe. De begeleider gehandicaptenzorg 3 werkt ook in complexe situaties met cliënten met meervoudige handicaps en cliënten met een of meerdere ziekten en/of problematieken. In deze situaties heeft ze veelvuldig te maken met veranderingen in het gedrag van de cliënt(en) en in (hulp)vragen. Zij vervult haar taken soms in een stand-alone situatie, maar bij calamiteiten of onregelmatigheden, bijvoorbeeld bij extreme agressie van cliënt of cliëntsysteem, moet ze terug kunnen vallen op collega’s. Zij moet in soms snel wisselende en onverwachte situaties haar handelen aanpassen en voert zo nodig doelgericht interventies uit volgens protocollen, regels en/of richtlijnen van de instelling. Ze moet goed kunnen inschatten welke gesignaleerde veranderingen in het gedrag van de cliënt ze door moet geven aan het (multidisciplinair) team of wanneer overleg met of bijstand van een collega of leidinggevende nodig is. De begeleider gehandicaptenzorg 3 moet over een ruime medische kennis ten aanzien van ziektebeelden, behandelingen/therapieën, medicijnen en mogelijke effecten beschikken om de verpleegtechnische handelingen deskundige wijze uit te voeren. Bij de voorbehouden handeling subcutaan injecteren is uitgebreide medische kennis van diabetes mellitus onontbeerlijk. De begeleider gehandicaptenzorg 3 moet kunnen omgaan met de volgende keuzes en dilemma’s: • het individueel belang van de cliënt versus het belang van de cliëntgroep; • het bevorderen van de zelfstandigheid van de cliënt versus het waarborgen van de veiligheid van de cliënt en de omgeving; • tijd versus kwaliteit; • respecteren van waarden, normen en opvattingen van anderen versus de eigen waarden, normen en professionele zienswijze; • betrokkenheid bij de cliënt versus professionele distantie; • de eigen professionele waarneming versus de beleving van de cliënt; • vasthouden aan afspraken uit het plan van aanpak versus flexibel inspelen op een veranderende cliëntvraag; • honoreren van de wensen van de cliënt versus de mogelijkheden van de organisatie; • waarborgen van de eigen veiligheid versus de veiligheid van de cliënt; • handelen wel of niet aanpassen ten aanzien van de ondersteuning; • handelen wel of niet aanpassen in een veranderende situatie, zoals crisis- en onvoorziene situaties; • belang van de cliënt versus belang van het sociale netwerk; • tijdens het werken met groep cliënten: het begeleiden van de individuele cliënt versus het begeleiden van een groep cliënten. Verantwoordelijkheid en zelfstandigheid De begeleider gehandicaptenzorg 3 heeft een uitvoerende en adviserende rol. Ze is verantwoordelijk voor haar eigen werkzaamheden met betrekking tot verzorging, begeleiding en ondersteuning van de cliënt. Ze maakt vaak deel uit van een (multidisciplinair) team. Het team is als geheel betrokken bij de ondersteuning van de cliënt c.q. de groep cliënten. De begeleider gehandicaptenzorg 3 werkt meestal onder regie en verantwoordelijkheid van het team of van een functionaris van de organisatie. Relevante informatie, die ze tijdens haar werkzaamheden verkrijgt, geeft ze door aan haar leidinggevende, (multidisciplinair) team en collega's. Vakkennis -
Past begrippen en theorieën over (chronische) ziekten, handicaps, taal- en ontwikkelingsachterstanden reproductief toe bij de omgang met de cliënt Past begrippen en theorieën over leer-, opvoedings -, gedrags- en verslavingsproblemen reproductief toe bij de uitvoering van de werkzaamheden Gebruikt begrippen, modellen en theorieën over (ortho-)pedagogiek, psychologie en psychiatrie in relatie tot doelgroepen van de gehandicaptenzorg reproductief voor een goede werkuitvoering
Pagina 28 van 53
Kwalificatiedossier Maatschappelijke Zorg 3 4 toets B, geldig vanaf 1 augustus 2013
Taak 1 Bieden van ondersteuning in de gehandicaptenzorg -
Gebruikt kennis van de werkvelden en de doelgroepen met betrekking tot de gehandicaptenzorg reproductief voor een goede werkuitvoering Gebruikt begrippen, modellen en theorieën over geriatrie reproductief voor een goede werkuitvoering Gebruikt theorieën over conflicthantering en omgaan met agressie reproductief voor een goede werkuitvoering Gebruikt theorieën over rouwverwerking reproductief voor een goede werkuitvoering Gebruikt theorieën over sociale integratie reproductief voor een goede werkuitvoering Gebruikt theorieën over groepsprocessen reproductief voor een goede werkuitvoering Gebruikt begrippen en theorieën over de in de gehandicaptenzorg gebruikte medicijnen en effecten reproductief voor een goede werkuitvoering Gebruikt de sociale kaart voor de uitvoering van het plan van aanpak Gebruikt wet en regelgeving, waaronder de wet BIG, reproductief voor een goede werkuitvoering Gebruikt begrippen, modellen en theorieën over ziektebeelden, beperkingen, stoornissen, functioneringsproblemen, behandelingen/therapieën en effecten reproductief voor een goede werkuitvoering
Vaardigheden -
Past effectief ICT-hulpmiddelen toe Werkt effectief volgens protocollen: gezondheid, hygiëne, veiligheid, ARBO, milieu, kwaliteitszorg, ergonomisch en kostenbewust werken Treedt sociaal vaardig op in contacten Geeft functioneel voorlichting, advies en instructie aan de cliënt en overige betrokkenen Past gesprekstechnieken effectief toe Past begeleidingsmethodieken effectief toe Past observatietechnieken effectief toe om informatie over de cliënt te achterhalen
Deeltaak 1.1 Begeleidt een groep cliënten op sociaal-maatschappelijk gebied Omschrijving De begeleider gehandicaptenzorg 3 bereidt groepsactiviteiten voor door te zorgen dat gereedschappen, materialen en apparatuur aanwezig zijn en informeert de cliënten over de activiteit. Bij aanvang van een activiteit geeft ze uitleg of instructie over de activiteit aan de cliënten en laat onder andere voorbeelden, keuzemogelijkheden en alternatieven zien. Ze demonstreert zo nodig het gebruik van gereedschappen, apparatuur en materialen. Tijdens de activiteit bewaakt ze de voortgang en motiveert de cliënten de gestelde doelen te behalen. Ze schakelt flexibel en continu tussen de individuele cliënt en de groep cliënten. Ze observeert en dealt met de groepsdynamiek en het gedrag van de cliënten. Indien nodig bespreekt ze dit in de groep. Zo leert zij bijvoorbeeld de cliënten om te gaan met anderen en zich te houden aan afgesproken (gedrags)regels. De begeleider gehandicaptenzorg 3 bevordert een goed groepsklimaat en voorkomt mogelijk ongewenst gedrag door te reageren op veranderingen in de situatie door de ondersteuning aan te passen en stuurt zo nodig de activiteit bij. Bij agressie handhaaft ze de orde en treedt regelend op door noodzakelijke interventies doelgericht uit te voeren. Ze rapporteert de veranderingen in het gedrag van de cliënten aan haar leidinggevende of aan het (multidisciplinair) team. Resultaat Een groep cliënten is gestimuleerd om de begeleidingsdoelen op sociaal-maatschappelijk gebied te realiseren. Cliënten hebben in een groep, waarin ze veilig zijn en prettig met elkaar omgaan, activiteiten op sociaal en maatschappelijk gebied uitgevoerd. Zo nodig is actie ondernomen om de kwaliteit en de continuïteit van de activiteit en begeleiding te waarborgen. Gedrag - Schept kansen en mogelijkheden voor cliënten om zich te ontwikkelen - Motiveert ze hun doelen te bereiken en hun uitdagingen aan te gaan - Geeft opbouwende feedback op het gedrag van cliënten (onderling) om hun instelling positief te beïnvloeden en hun ontwikkeling te stimuleren - Overlegt tijdens activiteiten op het gebied van werk, scholing en vrije tijd over haar aanpak - Schakelt tijdig hulp in bij knelpunten of onvoorziene voorvallen - Kiest de juiste materialen en middelen voor de activiteiten die zij organiseert - Gaat zorgvuldig en netjes met de materialen en middelen om - Zorgt er voor dat de materialen en middelen onderhouden zijn - Plant ruim van tevoren de activiteiten - Regelt ruim van tevoren de activiteiten - Schat de benodigde tijd in voor de activiteiten
Pagina 29 van 53
Kwalificatiedossier Maatschappelijke Zorg 3 4 toets B, geldig vanaf 1 augustus 2013
Deeltaak 1.1 Begeleidt een groep cliënten op sociaal-maatschappelijk gebied - Gebruikt indicatoren om de voortgang te meten - Past haar handelen snel en flexibel aan bij agressie, lastige en/of crisissituaties - Voert indien nodig interventies volgens afspraken in het plan van aan pak, de richtlijnen van de organisatie en wet en regelgeving uit (Begeleiden, Samenwerken en overleggen, Materialen en middelen inzetten, Plannen en organiseren, Omgaan met verandering en aanpassen) Deeltaak 1.2 Ondersteunt de cliënt bij het leggen en onderhouden van contacten en betrekt het cliëntsysteem Omschrijving De begeleider gehandicaptenzorg 3 inventariseert de sociale behoefte van de cliënt en bedenkt samen met de cliënt hoe aan deze behoefte voldaan kan worden. Zij bereidt de cliënt voor op gesprekken en traint hem in sociale vaardigheden. Zij motiveert en activeert de cliënt om zelf contacten te leggen en te onderhouden om zo zijn zelfredzaamheid en zijn maatschappelijke participatie te vergroten. Zij benadert nieuwe mensen en/of organisaties met als doel een rol te vervullen in het netwerk van de cliënt. Zij begeleidt en adviseert het sociale systeem en betrekt hen bij beslissingen en stimuleert hen om een bijdrage te leveren aan de ontwikkeling van de cliënt en aan een optimale situatie. Resultaat Cliënt heeft passende ondersteuning ontvangen bij het leggen en onderhouden van contacten en de sociale omgeving is betrokken bij de ontwikkeling van de cliënt. Gedrag - Motiveert de cliënt doelgericht om actief deel te nemen aan de samenleving - Geeft de cliënt opbouwende feedback op zijn gedrag en de wijze waarop hij zich opstelt ten opzichte van anderen - Ondersteunt de cliënt bij de omgang met sociale media en internet - Geeft de personen uit het sociale netwerk van de cliënt gericht advies over de uitvoering van (delen van) de ondersteuning - Biedt het sociale netwerk mogelijkheden om het advies uit te voeren - Draagt haar expertise met betrekking tot de aanpak en begeleiding van de cliënt en zijn “ziektebeeld” over aan het sociale netwerk - Past gedrag en omgangsvormen aan op betrokkenen uit het sociale systeem - Stemt haar communicatie op hen af, ook als zij verschillen qua cultuur of achtergrond (Begeleiden, Vakdeskundigheid toepassen, Omgaan met verandering en aanpassen) Deeltaak 1.3 Voert verpleegtechnische handelingen uit Omschrijving De begeleider gehandicaptenzorg 3 voert, daar waar het voorkomt, verpleegtechnische handelingen uit binnen haar bevoegdheden en met inachtneming van de noodzakelijke voorzorgsmaatregelen, procedures en voorschriften. Voordat ze de verpleegtechnische handelingen uitvoert, controleert zij de gezondheidssituatie en de psychische gesteldheid van de cliënt. Ze creëert de voorwaarden waardoor ze de verpleegtechnische handelingen optimaal kan uitvoeren. Zo neemt ze vooraf en tijdens de uitvoering van de verpleegtechnische handeling(en) bijvoorbeeld angst, onzekerheid en weerstand van de cliënt weg door uitleg over wat, waarom en hoe ze de handeling(en) uitvoert en voorziet ze in een controlesysteem. Resultaat De verpleegtechnische handelingen zijn op een professionele manier, volgens de wet- en regelgeving uitgevoerd. Bij de uitvoering van de verpleegtechnische handelingen is rekening gehouden met de situatie en de omstandigheden van de cliënt. Gedrag - voert alleen verpleegtechnische handelingen uit waarvoor zij bekwaam is (bekwaam wil zeggen dat de uitvoerder op het moment van uitvoering de noodzakelijke kennis en vaardigheden bezit. Onbekwaam betekent onbevoegd en dus strafbaar) - Voert berekeningen nauwkeurig volgens geldende richtlijnen en procedures uit - Vormt zich snel een beeld van de lichamelijke en psychische gesteldheid van de cliënt, waaronder angst of weerstand bij de cliënt
Pagina 30 van 53
Kwalificatiedossier Maatschappelijke Zorg 3 4 toets B, geldig vanaf 1 augustus 2013
Deeltaak 1.3 Voert verpleegtechnische handelingen uit - Verricht de verpleegtechnische handelingen op deskundige en zorgvuldige wijze volgens de professionele normen - Neemt binnen de gestelde kaders op tijd de nodige beslissingen - Schakelt zo nodig de arts (of leidinggevende) tijdig in - Kiest de geschikte materialen, hulpmiddelen en apparatuur voor de uit te voeren verpleegtechnische handelingen - Gebruikt materialen, hulpmiddelen en apparatuur voor de uit te voeren verpleegtechnische handelingen effectief, vindingrijk, efficiënt, zorgvuldig en veilig - Volgt veiligheidsregels, –voorschriften en protocollen - Voorziet in een optimaal controlesysteem - Werkt binnen haar bevoegdheden en de wettelijke kaders, waaronder de wet BIG (Vakdeskundigheid toepassen, Materialen en middelen inzetten, Instructies en procedures opvolgen)
Pagina 31 van 53
Kwalificatiedossier Maatschappelijke Zorg 3 4 toets B, geldig vanaf 1 augustus 2013
Profiel 2 Begeleider specifieke doelgroepen Typering van het beroep De begeleider specifieke doelgroepen werkt met mensen van alle leeftijden met (chronische)ziekten zoals bijvoorbeeld psychiatrische en psycho-geriatrische stoornissen. Dit heeft vaak andere problemen tot gevolg zoals psycho-sociale of gedragsproblemen. Bij haar werkzaamheden houdt zij rekening met de ziekten en/of problemen van de cliënt en richt zich op het stabiliseren of verminderen van de problemen, het leren leven met de ziekte of stoornis, het bevorderen van het welbevinden (kwaliteit van leven) en zo veel mogelijk voorkomen van ongemak. De cliënten hebben (tijdelijk of langdurig) ondersteuning nodig bij de dagelijkse bezigheden en het functioneren in de samenleving. Dit betekent dat de begeleider specifieke doelgroepen afhankelijk van de cliënt of situatie zich richt op herstel, behoud of ontwikkeling van de zelfredzaamheid en zelfstandig functioneren. De begeleider specifieke doelgroepen ondersteunt bij persoonlijke verzorging, wonen en huishouden en dagbesteding, maar ook bij het (weer) leggen en/of behouden van contacten. Daarnaast begeleidt ze een groep cliënten op sociaal-maatschappelijk gebied. Kritische beroepssituatie(s): De begeleider specifieke doelgroepen is werkzaam in instellingen die diensten, zorg en ondersteuning bieden aan mensen van alle leeftijden met ziekten en/of stoornissen en met vaak een of meerdere problematieken. Deze cliënten hebben (tijdelijk of langdurig) ondersteuning nodig bij de dagelijkse bezigheden en het functioneren in de samenleving. Haar werkzaamheden zijn gericht op de ondersteuning en begeleiding van de herstel, behoud en groei van de ontwikkeling van cliënten. De begeleider specifieke doelgroepen inventariseert de hulpvraag van de cliënt. Zij ondersteunt individuele cliënten en/of groepen cliënten volgens het ondersteuningsplan- en activiteitenplan op het gebied van de persoonlijke verzorging, wonen en huishouden en dagbesteding gericht op onderwijs, werk en vrije tijdsbesteding. Zij ondersteunt de cliënt bij het leggen en onderhouden van contacten. De begeleider specifieke doelgroepen begeleidt groepen cliënten op sociaal-maatschappelijk gebied. De begeleider specifieke doelgroepen werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg. Zij stemt de werkzaamheden af met collega's, draagt werkzaamheden mondeling en/of schriftelijk over, maakt afspraken over de zorg en begeleiding en over knelpunten daarin. De begeleider specifieke doelgroepen werkt aan deskundigheidsbevordering. Wettelijke beroepsvereisten Nee Taak 1 Bieden van ondersteuning aan specifieke doelgroepen Complexiteit De begeleider specifieke doelgroepen geeft zorg en ondersteuning met cliënten met (chronische) zieken en stoornissen cliënten, die daarnaast vaak een of meerdere complexe problemen hebben. Zij verzamelt informatie voor het plan van aanpak en voert vervolgens de ondersteuning uit volgens dit plan. Hiervoor gelden standaardwerkwijzen, waarbij zij steeds opnieuw bepaalt of haar ondersteuning is afgestemd op de situatie en de cliënt. Zij schakelt indien nodig flexibel van begeleidingsmethodiek en/of communicatietechniek. Hiervoor moet zij beschikken over specialistische kennis zoals kennis van doelgroepen op gebied van gezondheid, ziektebeelden, beperkingen, problematieken, medicijnen en effecten, vormen van dienstverlening. Daarnaast moet zij specifieke communicatievaardigheden beheersen zoals bijvoorbeeld gesprekstechnieken, begeleidingsmethodieken . De medewerker verzorgings-, verpleeghuizen en thuiszorg werkt ook in complexe situaties met cliënten met een of meerdere ziekten en problematieken. In deze situaties heeft ze veelvuldig te maken met veranderingen in het gedrag van de cliënt(en) en in (hulp)vragen. Zij vervult haar taken soms in een stand-alone situatie, maar bij calamiteiten of onregelmatigheden, bijvoorbeeld bij extreme agressie van cliënt of sociaal systeem, moet ze terug kunnen vallen op collega’s. Zij moet in soms snel wisselende en onverwachte situaties haar handelen aanpassen en voert zonodig doelgericht interventies uit volgens protocollen, regels en/of richtlijnen van de instelling. Ze moet goed kunnen inschatten welke gesignaleerde veranderingen in het gedrag van de cliënt ze door moet geven aan het (multidisciplinair) team of wanneer overleg met of bijstand van een collega of leidinggevende nodig is. De begeleider specifieke doelgroepen moet kunnen omgaan met de volgende keuzes en dilemma’s:
Pagina 32 van 53
Kwalificatiedossier Maatschappelijke Zorg 3 4 toets B, geldig vanaf 1 augustus 2013
Taak 1 Bieden van ondersteuning aan specifieke doelgroepen • het individueel belang van de cliënt versus het belang van de cliëntgroep; • het bevorderen van de zelfstandigheid van de cliënt versus het waarborgen van de veiligheid van de cliënt en de omgeving; • tijd versus kwaliteit; • respecteren van waarden, normen en opvattingen van anderen versus de eigen waarden, normen en professionele zienswijze; • betrokkenheid bij de cliënt versus professionele distantie; • de eigen professionele waarneming versus de beleving van de cliënt; • vasthouden aan afspraken uit het plan van aanpak versus flexibel inspelen op een veranderende cliëntvraag; • honoreren van de wensen van de cliënt versus de mogelijkheden van de organisatie; • waarborgen van de eigen veiligheid versus de veiligheid van de cliënt; • handelen wel of niet aanpassen ten aanzien van de ondersteuning; • handelen wel of niet aanpassen in een veranderende situatie, zoals crisis- en onvoorziene situaties; • belang van de cliënt versus belang van het sociale netwerk; • tijdens het werken met groep cliënten: het begeleiden van de individuele cliënt versus het begeleiden van een groep cliënten. Verantwoordelijkheid en zelfstandigheid De begeleider specifieke doelgroepen heeft een uitvoerende en adviserende rol. Ze is verantwoordelijk voor haar eigen werkzaamheden met betrekking tot verzorging, begeleiding en ondersteuning van de cliënt. Ze maakt vaak deel uit van een (multidisciplinair) team. Het team is als geheel betrokken bij de ondersteuning van de cliënt c.q. de groep cliënten. De begeleider specifieke doelgroepen werkt meestal onder regie en verantwoordelijkheid van het team of van een functionaris van de organisatie. Relevante informatie, die ze tijdens haar werkzaamheden verkrijgt, geeft ze door aan haar leidinggevende, (multidisciplinair) team en collega's. Vakkennis -
Past begrippen en theorieën over (chronische) ziekten, handicaps, taal- en ontwikkelingsachterstanden reproductief toe bij de omgang met de cliënt Past begrippen en theorieën over leer-, opvoedings -, gedrags- en verslavingsproblemen reproductief toe bij de uitvoering van de werkzaamheden Gebruikt de sociale kaart voor de uitvoering van het plan van aanpak Gebruikt kennis van de werkvelden en de doelgroepen met betrekking tot de specifieke doelgroepen reproductief voor een goede werkuitvoering Gebruikt begrippen, modellen en theorieën over (ortho-)pedagogiek, psychologie en psychiatrie in relatie tot doelgroepen van de specifieke doelgroepen reproductief voor een goede werkuitvoering Gebruikt begrippen, modellen en theorieën over geriatrie reproductief voor een goede werkuitvoering Gebruikt theorieën over conflicthantering en omgaan met agressie reproductief voor een goede werkuitvoering Gebruikt theorieën over rouwverwerking reproductief voor een goede werkuitvoering Gebruikt theorieën over sociale integratie reproductief voor een goede werkuitvoering Gebruikt theorieën over groepsprocessen reproductief voor een goede werkuitvoering Gebruikt begrippen en theorieën over de bij de specifieke doelgroepen gebruikte medicijnen en effecten reproductief voor een goede werkuitvoering
Vaardigheden -
Past effectief ICT-hulpmiddelen toe Werkt effectief volgens protocollen: gezondheid, hygiëne, veiligheid, ARBO, milieu, kwaliteitszorg, ergonomisch en kostenbewust werken Treedt sociaal vaardig op in contacten Past gesprekstechnieken effectief toe Past begeleidingsmethodieken effectief toe Past observatietechnieken effectief toe om informatie over de cliënt te achterhalen
Deeltaak 1.1 Begeleidt een groep cliënten op sociaal maatschappelijk gebied Omschrijving De begeleider specifieke doelgroepen bereidt groepsactiviteiten voor door te zorgen dat gereedschappen, materialen en apparatuur aanwezig zijn en informeert de cliënten over de activiteit. Bij aanvang van een activiteit geeft ze uitleg of instructie over de activiteit aan de cliënten en laat onder andere voorbeelden, keuzemogelijkheden en alternatieven zien. Ze demonstreert zo nodig het gebruik van gereedschappen, apparatuur en materialen. Tijdens de activiteit
Pagina 33 van 53
Kwalificatiedossier Maatschappelijke Zorg 3 4 toets B, geldig vanaf 1 augustus 2013
Deeltaak 1.1 Begeleidt een groep cliënten op sociaal maatschappelijk gebied bewaakt ze de voortgang en motiveert de cliënten de gestelde doelen te halen. Ze blijft steeds controleren of de activiteit blijft aansluiten bij de wensen en de mogelijkheden van de cliënt(en). Ze schakelt flexibel en continu tussen de individuele cliënt en de groep cliënten. Ze observeert en dealt met de groepsdynamiek en het gedrag van de cliënten. Ze ziet toe dat de cliënten prettig met elkaar omgaan tijdens de activiteit. Is dit niet het geval dan bespreekt ze dit in de groep. Zo leert zij bijvoorbeeld de cliënten om te gaan met anderen en zich te houden aan afgesproken (gedrags)regels. De begeleider specifieke doelgroepen voorkomt mogelijk ongewenst gedrag door te reageren op veranderingen in de situatie door de ondersteuning aan te passen en stuurt zo nodig de activiteit bij. Bij agressie handhaaft ze de orde en treedt regelend op door noodzakelijke interventies doelgericht uit te voeren. Ze rapporteert de veranderingen in het gedrag van de cliënten aan haar leidinggevende of aan het (multidisciplinaire) team. Resultaat Een groep cliënten is gestimuleerd om de begeleidingsdoelen op sociaal-maatschappelijk gebied te realiseren. Cliënten hebben in een groep, waarin ze veilig zijn en prettig met elkaar omgaan, activiteiten op sociaal en maatschappelijk gebied uitgevoerd. Zo nodig is actie ondernomen om de kwaliteit en de continuïteit van de activiteit en begeleiding te waarborgen. Gedrag -Schept kansen en mogelijkheden voor cliënten om zich te ontwikkelen - Motiveert ze hun doelen te bereiken en hun uitdagingen aan te gaan - Geeft opbouwende feedback op het gedrag van cliënten (onderling) om hun instelling positief te beïnvloeden en hun ontwikkeling te stimuleren - Overlegt tijdens activiteiten op gebied van werk, scholing en vrije tijd over haar aanpak - Schakelt tijdig hulp in bij knelpunten of onvoorziene voorvallen - Kiest de juiste materialen en middelen voor de activiteiten die zij organiseert - Gaat zorgvuldig en netjes met de materialen en middelen om - Zorgt er voor dat de materialen en middelen onderhouden zijn - Plant ruim van tevoren de activiteiten - Regelt ruim van tevoren de activiteiten - Schat de benodigde tijd in voor de activiteiten - Gebruikt indicatoren om de voortgang te meten - Past haar handelen snel en flexibel aan bij agressie, lastige en/of crisissituaties - Voert indien nodig interventies volgens afspraken in het plan van aan pak, de richtlijnen van de organisatie en wet en regelgeving uit (Begeleiden, Samenwerken en overleggen, Materialen en middelen inzetten, Plannen en organiseren, Omgaan met verandering en aanpassen) Deeltaak 1.2 Ondersteunt de cliënt bij het leggen en onderhouden van contacten Omschrijving De begeleider specifieke doelgroepen inventariseert de sociale behoefte van de cliënt en bedenkt samen met de cliënt hoe aan deze behoefte voldaan kan worden. Zij bereidt de cliënt voor op gesprekken en traint hem zo nodig in sociale vaardigheden. Zij motiveert en activeert de cliënt om zelf contacten te leggen en te onderhouden om zo zijn netwerk en zelfredzaamheid te vergroten. Resultaat Cliënt heeft passende ondersteuning ontvangen bij het leggen en onderhouden van contacten. Gedrag - Geeft de cliënt adviezen over het opbouwen van contacten - Stimuleert de cliënt om actief contacten te onderhouden - Geeft de cliënt feedback op zijn gedrag en de wijze waarop hij zich opstelt ten opzichte van anderen - Ondersteunt de cliënt bij de omgang met sociale media en internet - Past gedrag en omgangsvormen aan op betrokkenen - Stemt haar communicatie op de cliënt en zijn contacten, ook als zij verschillen qua cultuur of achtergrond (Begeleiden, Vakdeskundigheid toepassen)
Pagina 34 van 53
Kwalificatiedossier Maatschappelijke Zorg 3 4 toets B, geldig vanaf 1 augustus 2013
Profiel 3 Begeleider gehandicaptenzorg 4 Typering van het beroep De begeleider gehandicaptenzorg 4 werkt met mensen van alle leeftijden met verstandelijke, lichamelijke, zintuiglijke of meervoudige beperkingen en met vaak daarnaast een of meerdere complexe problematieken. Bij de uitvoering van de zorg en ondersteuning is het van belang om aandacht te hebben voor de verschillende soorten problemen, namelijk: - problemen die het gevolg van een handicap of ziekte zijn; - problemen die door het leven zijn ontstaan maar die door de handicap of ziekte zijn vergroot; - problemen die het gevolg zijn van het zorgsysteem. De cliënten met beperking(en) hebben (tijdelijk of langdurig) ondersteuning nodig bij de dagelijkse bezigheden en het functioneren in de samenleving. De begeleider gehandicaptenzorg 4 betrekt de cliënt zoveel mogelijk bij het opstellen van het ondersteuningsplan en activiteitenplan, zodat de ondersteuningsdoelen en activiteiten aansluiten bij de wensen en behoeften van de cliënt. Bij de zorg en ondersteuning die zij biedt ligt het accent op het leren leven met de handicap, het bevorderen van het welbevinden (kwaliteit van leven) en zo veel mogelijk voorkomen van ongemak. Zij richt zich met haar handelen op het behoud of de groei van de ontwikkeling afhankelijk van de cliënt en de situatie. Van belang is dat de begeleider gehandicaptenzorg 4 een specifieke aanpak heeft gericht op zoveel mogelijk eenduidigheid, structuur en regelmaat bij de begeleiding, dit om stress, weerstand en gedragsproblemen bij de cliënt te voorkomen. Naast de zorg en ondersteuning bij de leefgebieden ondersteunt de begeleider gehandicaptenzorg 4 de cliënt bij het leggen en onderhouden van contacten, betrekt het cliëntsysteem en begeleidt een groep cliënten op sociaalmaatschappelijk gebied. Ook ondersteunt zij de cliënt bij het voeren van de regie over zijn eigen leven. Typerend voor de begeleider gehandicaptenzorg 4 is dat ze initiatiefrijk en creatief is en dat ze weet van aanpakken. Dit betekent dat ze kansen ziet en deze kansen kan oppakken en dat ze creatieve oplossingen weet te bedenken voor nieuwe vraagstukken. Kritische beroepssituatie(s): De begeleider gehandicaptenzorg 4 is werkzaam in instellingen die diensten, zorg en ondersteuning bieden aan mensen van alle leeftijden met een verstandelijke, lichamelijke, zintuiglijke of meervoudige beperking, al dan niet in combinatie met gedragsproblematiek of psychiatrische problematiek. Haar werkzaamheden zijn gericht op de ondersteuning en begeleiding van de ontwikkeling van cliënten. De begeleider gehandicaptenzorg 4 inventariseert de hulpvraag van de cliënt en zorgt voor een afgestemd, passend ondersteunings- en activiteitenplan. Zij ondersteunt individuele cliënten en/of groepen cliënten volgens het ondersteuningsplan op het gebied van persoonlijke verzorging, wonen en huishouden, dagbesteding en het voeren van de regie, zodat zij zo zelfstandig mogelijk kunnen functioneren tijdens de dagelijkse bezigheden en in de samenleving. Zij ondersteunt de cliënt bij het leggen en onderhouden van contacten. De begeleider gehandicaptenzorg 4 begeleidt en adviseert het cliënt systeem zodat de relatie tussen de cliënt en het cliëntsysteem versterkt wordt. Zij geeft tips over het verloop van de ziekte en de omgang met de cliënten. Zij betrekt hen bij beslissingen en stimuleert hen om een bijdrage te leveren aan de ontwikkeling van de cliënt en aan een optimale situatie. De begeleider gehandicaptenzorg 4 biedt individuele ondersteuning en begeleidt groepen cliënten op sociaalmaatschappelijk gebied. De begeleider gehandicaptenzorg 4 ondersteunt de cliënt en zo nodig het cliëntsysteem, bij het voeren van de regie. Zij beoordeelt steeds of de cliënt zelf de regie kan voeren of dat deze gedeeltelijk of geheel overgenomen dient te worden door het cliëntsysteem. Zij analyseert de draagkracht van het cliëntsysteem en treedt op als aanspreekpunt voor de cliënt en derden. Indien nodig neemt zij de regie – al dan niet tijdelijk – over. De begeleider gehandicaptenzorg 4 voert binnen haar bevoegdheden verpleegtechnische handelingen uit, bijvoorbeeld medicijnen toedienen, op een deskundige en zorgvuldige wijze. De begeleider gehandicaptenzorg 4 voert beheertaken uit. Zij levert een praktische en organisatorische bijdrage aan het functioneren van haar organisatie, zoals het doen van bestellingen en het maken van roosters. De begeleider gehandicaptenzorg 4 werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg. Zij stemt de werkzaamheden af met collega's, draagt werkzaamheden mondeling en/of schriftelijk over, maakt afspraken over de zorg en begeleiding en over knelpunten daarin. Zij voert coördinerende taken uit en evalueert de geboden ondersteuning en de coördinerende taken.
Pagina 35 van 53
Kwalificatiedossier Maatschappelijke Zorg 3 4 toets B, geldig vanaf 1 augustus 2013
Profiel 3 Begeleider gehandicaptenzorg 4 Wettelijke beroepsvereisten Nee Taak 1 Bieden van zorg en ondersteuning in de gehandicaptenzorg Complexiteit De begeleider gehandicaptenzorg 4 werkt met cliënten met een lichamelijke, zintuiglijke, verstandelijke of meervoudige beperking of (meervoudige) problematiek. In het laatste geval is er ook sprake van psychiatrische en/of psychosociale en/of gedragsproblematiek. De cliënten zijn van alle leeftijden, hebben een diversiteit aan beperkingen en komen met hulpvragen die alle levensgebieden kunnen bestrijken. Bij deze cliënten voert ze zorg en ondersteuning uit volgens standaardwerkwijzen die zij indien nodig aanpast om ervoor te zorgen dat haar ondersteuning op de cliënt en de situatie afgestemd blijft. Daarbij heeft de begeleider gehandicaptenzorg 4 niet alleen te maken met de cliënt, maar in voorkomende gevallen ook met zijn ouders en/of zijn formele en wettelijke vertegenwoordigers en/of het sociale netwerk van de cliënt. Als begeleider moet zij ook kunnen switchen van individuele en persoonsgerichte begeleiding naar de rol van groepswerker. Bij de ondersteuning van de cliënt bij het voeren van de regie over het eigen leven voert zij ook coördinerende taken uit. Dit betekent dat ze flexibel en snel schakelt tussen situaties, rollen en het appèl dat op haar wordt gedaan. Dit alles maakt de diversiteit in beroepsuitoefening enorm groot en daarmee is het werk complex van aard. Het vraagt van de begeleider gehandicaptenzorg 4 zowel een breed repertoire aan handelingsmogelijkheden als ook een behoorlijke dosis kennis van doelgroepen bijvoorbeeld kennis van gezondheid, ziektebeelden, stoornissen, handicaps, medicijnen en effecten, leer-, gedrags- en opvoedingsproblemen, vormen van dienstverlening, toeleiden naar werk en scholing. Daarnaast moet zij specifieke vaardigheden beheersen zoals begeleidingsmethodieken, interventietechnieken, communicatievaardigheden en gesprekstechnieken, die zij afstemt op de cliënt. Zij schat in verschillende situaties in waarmee zij een optimaal resultaat verkrijgt en voert dit uit: motiveren, enthousiasmeren, coachen, ondersteunen, activeren, sturen of verzorgen. De begeleider gehandicaptenzorg 4 moet over een ruime medische kennis ten aanzien van ziektebeelden, behandelingen/therapieën, medicijnen en mogelijke effecten beschikken om de verpleegtechnische handelingen deskundige wijze uit te voeren. Bij de voorbehouden handeling subcutaan injecteren is uitgebreide medische kennis van diabetes mellitus onontbeerlijk. Voor het uitvoeren van de beheertaken zijn specialistische kennis en vaardigheden vereist, zoals kennis van budgetteren en het opstellen van begrotingen. Ze gebruikt deze kennis en vaardigheden om de beheertaken uit te voeren binnen verschillende contexten. De begeleider gehandicaptenzorg 4 heeft te maken met de volgende keuzes en dilemma’s: • het individueel belang van de cliënt versus het belang van de cliëntgroep; • het bevorderen van de zelfstandigheid van de cliënt versus het waarborgen van de veiligheid van de cliënt en de omgeving; • tijd versus kwaliteit; • respecteren van waarden, normen en opvattingen van anderen versus de eigen waarden, normen en professionele zienswijze; • betrokkenheid bij de cliënt versus professionele distantie; • de eigen professionele waarneming versus de beleving van de cliënt; • vasthouden aan afspraken uit het plan van aanpak versus flexibel inspelen op een veranderende cliëntvraag; • werkzaamheden zelf uitvoeren versus inschakelen van anderen; • honoreren van de wensen van de cliënt versus de mogelijkheden van de organisatie; • handelen wel of niet aanpassen t.a.v. de ondersteuning; • handelen wel of niet aanpassen in een veranderende situatie, zoals crisis- en onvoorziene situaties; • belang van de cliënt versus belang van het sociale netwerk. Verantwoordelijkheid en zelfstandigheid De begeleider gehandicaptenzorg 4 heeft een uitvoerende, adviserende en coördinerende rol, afhankelijk van de cliënt(groep), de context en de aard van de werkzaamheden. Ze heeft een belangrijke taak in de ondersteuning van cliënt/cliëntsysteem bij het voeren van de regie en de ondersteuning van de mantelzorg. De begeleider gehandicaptenzorg 4 handelt zelfstandig, de begeleiding of de uitvoering van activiteiten voert zij zelfstandig uit. Zij houdt rekening met de financiële middelen, de richtlijnen en de cultuur van de organisatie. Voor de uitvoering van
Pagina 36 van 53
Kwalificatiedossier Maatschappelijke Zorg 3 4 toets B, geldig vanaf 1 augustus 2013
Taak 1 Bieden van zorg en ondersteuning in de gehandicaptenzorg (bepaalde) activiteiten schakelt zij zelfstandig anderen in en zij draagt zelf zorg voor de coördinatie van de activiteiten. De begeleider gehandicaptenzorg 4 is verantwoordelijk voor haar werk en kan daar op aangesproken worden. Vakkennis -
Gebruikt begrippen, modellen en theorieën over ziektebeelden, beperkingen, stoornissen, functioneringsproblemen, behandelingen/therapieën en effecten voor een goede werkuitvoering Produceert op basis van bestaande theorieën over leer-, opvoedings- , gedrags- en verslavingsproblemen nieuwe werkwijzen Analyseert de sociale kaart voor de uitvoering van het plan van aanpak Analyseert het werkveld en de doelgroepen met betrekking tot de gehandicaptenzorg voor nieuwe toepassingen in het werk Gebruikt begrippen, modellen en theorieën over (ortho-)pedagogiek, psychologie en psychiatrie in relatie tot doelgroepen van de gehandicaptenzorg voor een goede werkuitvoering Produceert op basis van theorieën uit de andragogie nieuwe werkwijzen Produceert op basis van theorieën over geriatrie aangepaste werkwijzen Produceert op basis van theorieën over sociale integratie aangepaste werkwijzen Produceert op basis van theorieën over creatieve en kunstzinnige vorming aangepaste werkwijzen Gebruikt wet- en regelgeving reproductief voor een goede werkuitvoering Produceert op basis van bestaande theorieën over (chronische) ziekten, handicaps, taal- en ontwikkelingsachterstanden nieuwe werkwijzen Produceert op basis van theorieën over conflicthantering en omgaan met agressie aangepaste werkwijzen Produceert op basis van theorieën over groepsprocessen aangepaste werkwijzen Gebruikt wet en regelgeving, waaronder de wet BIG, reproductief voor een goede werkuitvoering Produceert op basis van theorieën over de in de gehandicaptenzorg gebruikte medicijnen en effecten aangepaste werkwijzen
Vaardigheden -
Past de in de gehandicaptenzorg voorkomende sport en spel toe Past effectief ICT-hulpmiddelen toe Stelt begrotingen op Voert werkzaamheden uit binnen het budget Werkt effectief volgens protocollen: gezondheid, hygiëne, veiligheid, ARBO, milieu, kwaliteitszorg, ergonomisch en kostenbewust werken Treedt sociaal vaardig op in contacten Vergadert functioneel met collega’s en betrokkenen Geeft functioneel voorlichting, advies en instructie aan de cliënt en overige betrokkenen Past creatieve en muzische vaardigheden effectief toe in activiteiten Past (ontwikkelingsgerichte) spel- en gebruiksmaterialen effectief toe in activiteiten Past vaardigheden op het gebied van sport en spel effectief toe in activiteiten Past gesprekstechnieken effectief toe Past begeleidingsmethodieken effectief toe Past observatietechnieken effectief toe om informatie over de cliënt te achterhalen Gaat constructief om met het geven en ontvangen van feedback Is methodisch in het beroepsmatig handelen Past coachingstechnieken effectief toe
Deeltaak 1.1 Schrijft het plan van aanpak Omschrijving De begeleider gehandicaptenzorg 4 analyseert de verzamelde informatie over de cliënt en selecteert de relevante informatie. Ze consulteert collega’s over mogelijke begeleidingsdoelen en -methodieken. Op basis van de verkregen informatie stelt ze samen met de cliënt de doelen voor de begeleiding vast en kiest ze de soort activiteiten en de vorm van begeleiding die bijdraagt aan het bereiken van de doelstellingen. Op basis hiervan schrijft ze het plan van aanpak/ondersteuningsplan. Ze legt het plan van aanpak/ondersteuningsplan voor aan de cliënt, het sociale systeem en aan het (multidisciplinair) team om instemming te verkrijgen voor dit plan. Ze licht het plan toe en motiveert gemaakte keuzes. Zo nodig stelt ze het plan bij.
Pagina 37 van 53
Kwalificatiedossier Maatschappelijke Zorg 3 4 toets B, geldig vanaf 1 augustus 2013
Deeltaak 1.1 Schrijft het plan van aanpak Resultaat Een geaccordeerd plan van aanpak/ondersteuningsplan dat voldoet aan de professionele eisen en draagvlak krijgt in het (multidisciplinair) team. Gedrag - Vraagt de mening van collega’s (in- en evt. extern, evt. één of meer andere disciplines) over de invulling van het plan van aanpak/ondersteuningsplan - Bouwt het werkplan/ondersteuningsplan op een logische gestructureerde wijze op - Formuleert vlot en bondig - Maakt duidelijk onderscheid in hoofd- en bijzaken - Analyseert de verkregen informatie over de cliënt - Legt relaties tussen de verkregen informatie over de cliënt - Combineert gegevens uit verschillende bronnen tot relevante informatie (Samenwerken en overleggen, Formuleren en rapporteren, Analyseren) Deeltaak 1.2 Specificeert het plan van aanpak tot een activiteitenplan Omschrijving De begeleider gehandicaptenzorg 4 stelt op basis van het plan van aanpak/ondersteuningsplan samen met de cliënt een activiteitenplan op. Ze gaat met de cliënt na met welke specifieke activiteiten de cliënt gaat werken aan de doelstellingen uit het plan van aanpak/ondersteuningsplan. Ze raadpleegt collega’s en eventueel deskundigen over de specifieke invulling van het activiteitenplan voor de betreffende cliënt. Op basis van de wensen van de cliënt, zijn plan van aanpak en de aandachtspunten van de collega’s werkt zij het plan van aanpak/ondersteuningsplan uit tot een activiteitenplan met evaluatiemomenten en -criteria. Resultaat Een passend, realistisch en professioneel activiteitenplan wat haalbaar is met de beschikbare (financiële) middelen. Gedrag - Bouwt het activiteitenplan op een logische gestructureerde wijze op - Formuleert vlot en bondig - Maakt duidelijk onderscheid in hoofd- en bijzaken - Maakt een keuze voor bepaalde activiteiten en begeleidingsvormen op basis van de verzamelde gegevens en haar kennis met betrekking tot de activiteitenbegeleiding - Stelt duidelijke en realistische doelen die aansluiten bij de mogelijkheden van de cliënt en de organisatie en die bijdragen aan het realiseren van de doelstellingen uit het plan van aanpak/ondersteuningsplan - Plant activiteiten in de tijd - prioriteert activiteiten in de tijd - Vertaalt, zo mogelijk samen met de cliënt, wensen en mogelijkheden van de cliënt in concrete activiteiten die aansluiten bij de leeftijd, achtergrond en ontwikkelingsfase van de cliënt (Formuleren en rapporteren, Vakdeskundigheid toepassen, Plannen en organiseren, Op de behoeften en verwachtingen van de "klant" richten) Deeltaak 1.3 Ondersteunt cliënt/cliëntsysteem bij het voeren van de regie of neemt het over Omschrijving De begeleider gehandicaptenzorg 4 ondersteunt de cliënt en zo nodig het cliëntsysteem bij het voeren van de regie. Zij houdt in overleg met de cliënt overzicht over alle activiteiten met en rondom de cliënt. Zij beoordeelt steeds of de cliënt zelf de regie kan voeren of dat deze gedeeltelijk of geheel overgenomen dient te worden door het cliëntsysteem of door haarzelf. De begeleider gehandicaptenzorg 4 analyseert de draagkracht van het cliëntsysteem en treedt op als aanspreekpunt voor de cliënt en derden. Zij maakt afspraken met de cliënt over wat hij zelf doet en waarvoor diensten van mantelzorgers en/of interne of externe deskundigen ingezet worden en coördineert de activiteiten rond de regie over het eigen leven van de cliënt. Zij schakelt deskundigen in om de gestelde doelen c.q. diensten te helpen realiseren. Zij informeert de cliënt over de geplande ondersteuning en de gemaakte afspraken en koppelt informatie over de cliënt terug aan de betrokken begeleiders. Zij bewaakt de kwaliteit en de continuïteit van de regie van de cliënt over zijn eigen leven.
Pagina 38 van 53
Kwalificatiedossier Maatschappelijke Zorg 3 4 toets B, geldig vanaf 1 augustus 2013
Deeltaak 1.3 Ondersteunt cliënt/cliëntsysteem bij het voeren van de regie of neemt het over Resultaat De cliënt heeft passende ondersteuning ontvangen bij het voeren van de regie over zijn eigen leven. Indien dit niet haalbaar is gebleken, heeft de begeleider gehandicaptenzorg 4 de regie in handen gelegd van een of meer vertegenwoordigers van het sociale systeem van de cliënt of heeft de regie, al dan niet tijdelijk, zelf overgenomen. Gedrag - Voorziet collega's, deskundigen en het sociale systeem tijdig van informatie en aanwijzingen - Maakt resultaat afspraken met collega's, deskundigen en het sociale systeem - Leidt met een deskundige en bevlogen uitstraling gesprekken in duidelijke banen - Oefent actief invloed uit op het verloop van een gesprek of discussie, waarbij ze verschillende benaderingen tot elkaar brengt en onderhandelingstechnieken toepast - Creëert draagvlak en betrokkenheid voor de manier waarop de regie gevoerd wordt over het leven van de cliënt - Heeft in overleg met de cliënt (mede) overzicht over alle activiteiten met en rondom de cliënt - Houdt in overleg met de cliënt (mede) overzicht over alle activiteiten met en rondom de cliënt - Legt verantwoording af over het ondersteuningsaanbod aan de cliënt en het cliëntsysteem - Past op het niveau van de cliënt/cliëntsysteem gesprekstechnieken en begeleidingsmethodieken toe. - Draagt relevante onderdelen van haar expertise over aan betrokkenen - Stimuleert de cliënt en andere betrokkenen in actie te komen om de cliënt zo veel mogelijk de regie over zijn eigen leven te laten voeren of indien nodig en haalbaar vertegenwoordigers uit het sociale systeem de regie te laten overnemen (Aansturen, Overtuigen en beïnvloeden, Vakdeskundigheid toepassen) Deeltaak 1.4 Begeleidt een groep cliënten op sociaal-maatschappelijk gebied Omschrijving De begeleider gehandicaptenzorg 4 wijst de cliënt de weg in het aanbod van activiteiten op gebied van werk, scholing en vrije tijd en geeft advies. Ze organiseert de activiteiten op het gebied van werk, scholing en vrije tijd, bereidt ze voor en voert ze uit. Soms delegeert ze deze taken aan een collega. Resultaat Cliënten hebben in een groep, waarin ze veilig zijn en prettig met elkaar omgaan, activiteiten op sociaal en maatschappelijk gebied uitgevoerd. Gedrag - Schept kansen en mogelijkheden voor cliënten om zich te ontwikkelen - Motiveert cliënten om hun doelen te bereiken en hun uitdagingen aan te gaan - Geeft opbouwende feedback op gedrag van cliënten (onderling) om een positieve instelling te bevorderen en hun ontwikkeling (inclusief de sociale ontwikkeling) te stimuleren - Overlegt tijdens activiteiten op gebied van werk, scholing en vrije tijd over haar aanpak - Schakelt tijdig hulp in bij knelpunten of onvoorziene voorvallen - Kiest de juiste materialen en middelen voor de activiteiten die zij organiseert - Gaat zorgvuldig en netjes om met de materialen en middelen - Zorgt er voor dat de materialen en middelen onderhouden zijn - Plant ruim van te voren de activiteiten - Regelt ruim van te voren de activiteiten - Schat de benodigde tijd in voor de activiteiten - Gebruikt indicatoren om de voortgang te meten - Past haar handelen snel en flexibel aan bij agressie, lastige en/of crisissituaties - Voert indien nodig bij agressie, lastige en/of crisissituaties interventies uit volgens afspraken in het plan van aan pak, de richtlijnen van de organisatie, wet en regelgeving (Begeleiden, Samenwerken en overleggen, Materialen en middelen inzetten, Plannen en organiseren, Omgaan met verandering en aanpassen) Deeltaak 1.5 Ondersteunt de cliënt bij het leggen en onderhouden van contacten en betrekt het cliëntsysteem Omschrijving De begeleider gehandicaptenzorg 4 inventariseert de sociale behoefte van de cliënt en bedenkt samen met de cliënt hoe aan deze behoefte voldaan kan worden. Zij bereidt de cliënt voor op gesprekken en traint hem in sociale
Pagina 39 van 53
Kwalificatiedossier Maatschappelijke Zorg 3 4 toets B, geldig vanaf 1 augustus 2013
Deeltaak 1.5 Ondersteunt de cliënt bij het leggen en onderhouden van contacten en betrekt het cliëntsysteem vaardigheden. Zij motiveert en activeert de cliënt om zelf contacten te leggen en te onderhouden om zo zijn zelfredzaamheid en zijn maatschappelijke participatie te vergroten. Zij benadert nieuwe mensen/organisaties met als doel een rol te vervullen in het netwerk van de cliënt. Zij voert gesprekken met relaties en de sociale omgeving van de cliënt, betrekt hen bij beslissingen en stimuleert hen om een bijdrage te leveren aan de ontwikkeling van de cliënt. Resultaat Cliënt heeft passende ondersteuning ontvangen bij het leggen en onderhouden van contacten en de sociale omgeving is betrokken bij de ontwikkeling van de cliënt. Gedrag - Stimuleert de cliënt doelgericht om actief deel te nemen aan de samenleving - Geeft de cliënt opbouwende feedback op zijn gedrag en de wijze waarop hij zich opstelt ten opzichte van anderen - Ondersteunt de cliënt bij de omgang met sociale media en internet - Geeft de personen uit het sociale netwerk van de cliënt gericht advies over de uitvoering van (delen van) de ondersteuning - Biedt personen uit het sociale netwerk van de cliënt mogelijkheden om delen van de ondersteuning te doen - Draagt haar expertise met betrekking tot de aanpak en begeleiding van de cliënt en zijn “ziektebeeld” op een begrijpelijke manier over aan het sociale netwerk - Past gedrag en omgangsvormen aan op betrokkenen uit het sociale systeem - Stemt haar communicatie af op betrokkenen uit het sociale systeem, ook als zij verschillen qua cultuur of achtergrond (Begeleiden, Vakdeskundigheid toepassen, Omgaan met verandering en aanpassen) Deeltaak 1.6 Voert verpleegtechnische handelingen uit Omschrijving De begeleider gehandicaptenzorg 4 voert, daar waar het voorkomt, verpleegtechnische handelingen uit binnen haar bevoegdheden en met inachtneming van de noodzakelijke voorzorgsmaatregelen, procedures en voorschriften. Voordat ze de verpleegtechnische handelingen uitvoert, controleert zij de gezondheidssituatie en de psychische gesteldheid van de cliënt. Ze creëert de voorwaarden waardoor ze de verpleegtechnische handelingen optimaal kan uitvoeren. Zo neemt ze vooraf en tijdens de uitvoering van de verpleegtechnische handeling(en) bijvoorbeeld angst en onzekerheid en weerstand van de cliënt weg door uitleg over wat, waarom en hoe ze de handeling(en) uitvoert en voorziet ze in een controlesysteem. Resultaat De verpleegtechnische handelingen zijn op een professionele manier, volgens de wet- en regelgeving uitgevoerd. Bij de uitvoering van de verpleegtechnische handelingen is rekening gehouden met de situatie en de omstandigheden van de cliënt. Gedrag - voert alleen verpleegtechnische handelingen uit waarvoor zij bekwaam is (bekwaam wil zeggen dat de uitvoerder op het moment van uitvoering de noodzakelijke kennis en vaardigheden bezit. Onbekwaam betekent onbevoegd en dus strafbaar) - Voert berekeningen nauwkeurig volgens geldende richtlijnen en procedures uit - Vormt zich snel een beeld van de lichamelijke en psychische gesteldheid van de cliënt, waaronder angst of weerstand bij de cliënt - Verricht de verpleegtechnische handelingen op deskundige en zorgvuldige wijze volgens de professionele normen - Neemt binnen de gestelde kaders op tijd de nodige beslissingen - Schakelt zonodig de arts (of leidinggevende) tijdig in - Kiest de geschikte materialen, hulpmiddelen en apparatuur voor de uit te voeren verpleegtechnische handelingen - Gebruikt materialen, hulpmiddelen en apparatuur voor de uit te voeren verpleegtechnische handelingen effectief, vindingrijk, efficiënt, zorgvuldig en veilig - Volgt veiligheidsregels en –voorschriften en protocollen - Voorziet in een optimaal controlesysteem - Werkt binnen haar bevoegdheden en de wettelijke kaders, waaronder de wet BIG (Vakdeskundigheid toepassen, Materialen en middelen inzetten, Instructies en procedures opvolgen)
Pagina 40 van 53
Kwalificatiedossier Maatschappelijke Zorg 3 4 toets B, geldig vanaf 1 augustus 2013
Deeltaak 1.7 Voert beheertaken uit Omschrijving De begeleider gehandicaptenzorg 4 voert beheertaken uit. Zij levert een praktische en organisatorische bijdrage aan het functioneren van haar organisatie. Zij draagt bij aan het zakelijk beheer, bijvoorbeeld het doen van bestellingen, bijhouden van de kantoormaterialen, toezien op onderhoud van apparatuur, materiaal, werkruimte etc. Zij bewaakt het budget voor de activiteiten en levert (financiële) rapportages. Zij voert registratie en administratieve taken uit, zoals presentielijsten invullen en roosters maken. Resultaat De begeleider gehandicaptenzorg 4 voert de gewenste en noodzakelijke taken uit met de beschikbare (financiële) middelen en vervult deze taken overeenkomstig de richtlijnen en cultuur van de organisatie. Zij draagt bij aan het goed functioneren van de organisatie. Gedrag - Voert berekeningen nauwkeurig volgens geldende richtlijnen en procedures uit - Verwerkt zorgvuldig alle benodigde (financiële) gegevens in (financiële) rapportages - Registreert zorgvuldig alle benodigde (financiële) gegevens in (financiële) rapportages - Checkt regelmatig materiaal en middelen - Levert een bijdrage aan het onderhoud - Zorgt voor een financiële registratie en verantwoording van haar projecten - Maakt regelmatig afwegingen tussen kosten en baten (Formuleren en rapporteren, Materialen en middelen inzetten, Bedrijfsmatig handelen) Deeltaak 1.8 Voert coördinerende taken uit Omschrijving De begeleider gehandicaptenzorg 4 verdeelt de werkzaamheden, geeft prioriteiten aan en houdt contact met de verschillende medewerkers. Ze stemt de werkzaamheden van de verschillende collega's en deskundigen vanuit andere disciplines op elkaar af, ze ziet toe op de uitvoering van de werkzaamheden en de continuïteit van de zorgverlening en ondersteuning. Ze deelt haar kennis en ervaring met collega's en deskundigen en maakt het functioneren van medewerkers bespreekbaar. Ze werkt aan en onderhoudt een actief netwerk van contacten binnen en buiten de organisatie. Resultaat Een soepel verlopende dienstverlening waarin kwaliteit, continuïteit en eenduidigheid gewaarborgd zijn. Gedrag -
Toont waardering voor de ideeën en bijdragen van collega's in het (multidisciplinair) team Deelt tijdig haar kennis en ervaringen met collega's en deskundigen vanuit andere disciplines Maakt zaken in het functioneren van de medewerker(s) bespreekbaar door constructieve feedback te geven Garandeert de beschikbaarheid van essentiële middelen Maakt duidelijke afspraken met de andere medewerkers en eventuele deskundigen van andere disciplines Bewaakt de voortgang Houdt zich aan de wettelijke vereisten (Samenwerken en overleggen, Plannen en organiseren)
Pagina 41 van 53
Kwalificatiedossier Maatschappelijke Zorg 3 4 toets B, geldig vanaf 1 augustus 2013
Profiel 4 Begeleider geestelijke gezondheidszorg Typering van het beroep De begeleider geestelijke gezondheidszorg ondersteunt de cliënt in zijn eigen herstelproces, ondersteunt zijn zelfredzaamheid bij de dagelijkse bezigheden en maatschappelijke participatie. Deze ondersteuning is een samenwerkingsproces met de cliënt waar ook altijd de omgeving bij betrokken wordt. Tijdens de uitvoering van agogisch en verzorgende taken peilt de begeleider geestelijke gezondheidszorg of de ondersteuning aansluit bij de cliënt en de situatie, zodat steeds de gewenste ondersteuning wordt geboden. Tijdens de ondersteuning leidt en stimuleert de zij de cliënt tot steeds meer, zo groot mogelijke, zelfredzaamheid en zelfstandig functioneren. Situaties kunnen in hoog tempo wisselen en snel escaleren. Zij houdt haar gevoelens bij weerstand, bij tegenslag, in moeilijke situaties en bij tijdsdruk onder controle. Van belang is dat ze creatief én handelend kan optreden in onverwachte, mogelijk escalerende situaties en dat zij daarbij haar mogelijkheden en grenzen duidelijk naar voren brengt. De begeleider geestelijke gezondheidszorg heeft een voorbeeldfunctie ten aanzien van maatschappelijke normen en waarden. Tijdens de uitvoering van de werkzaamheden draagt zij maatschappelijke normen en waarden uit, bijvoorbeeld ten aanzien van de sociale omgang, hygiëne in het algemeen en de persoonlijke verzorging. Typerend voor de begeleider geestelijke gezondheidszorg is dat ze initiatiefrijk en creatief is en dat ze weet van aanpakken. Dit betekent dat ze kansen ziet en deze kansen kan oppakken en dat ze creatieve oplossingen weet te bedenken voor nieuwe vraagstukken. Kritische beroepssituatie(s): De begeleider geestelijke gezondheidszorg ondersteunt mensen van alle leeftijden, met complexe psychosociale of psychiatrische aandoeningen, die vaak meerdere problemen hebben binnen verschillende levensgebieden. De cliënten hebben één of meer psychische kwetsbaarheden (geestelijke gezondheidsproblemen) die hun lichamelijk, psychisch, sociaal en maatschappelijk functioneren beïnvloeden. De begeleider geestelijke gezondheidszorg biedt individuele ondersteuning en begeleidt groepen cliënten op sociaalmaatschappelijk gebied. De begeleider geestelijke gezondheidszorg ondersteunt de cliënt in zijn eigen herstelproces, ondersteunt zijn zelfredzaamheid bij de dagelijkse bezigheden en maatschappelijke participatie. Deze ondersteuning is een samenwerkingsproces met de cliënt waar ook altijd de omgeving bij betrokken wordt. Dit zijn voor de cliënt belangrijke personen, maar ook maatschappelijke organisaties die ondersteuning bieden. Bij de ondersteuning wordt altijd de context van de specifieke leefsituatie van de cliënt meegenomen. De begeleider geestelijke gezondheidszorg helpt de cliënt om toe te werken naar rehabilitatie en (re)integratie. Zij begeleidt de cliënt in het omgaan met materiële en immateriële problemen. Zij schakelt, waar nodig, het sociale systeem van de cliënt in om de regie te voeren wanneer de cliënt daartoe niet in staat is. In uitzonderlijke situaties (gevaar voor zichzelf of omgeving, mate van ziekte) neemt zij zelf de regie, tijdelijk of permanent, gedeeltelijk of geheel over. De begeleider geestelijke gezondheidszorg ondersteunt de naastbetrokkenen bij het begrijpen van en leren omgaan met de psychosociale/psychiatrische problematiek van de cliënt. Zij ondersteunt de naastbetrokkenen bij het omgaan met de gevolgen van de vaak complexe problemen en de gevolgen daarvan in het dagelijks leven van de cliënt. Zij ondersteunt bij het vergroten van de draagkracht van naastbetrokkenen van de cliënt. De begeleider geestelijke gezondheidszorg werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg. Zij stemt de werkzaamheden af met collega's, draagt werkzaamheden mondeling en/of schriftelijk over, maakt afspraken over de zorg en begeleiding en over knelpunten daarin. Zij voert coördinerende taken uit en evalueert de geboden ondersteuning en de coördinerende taken. De begeleider geestelijke gezondheidszorg werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep. Wettelijke beroepsvereisten Nee
Pagina 42 van 53
Kwalificatiedossier Maatschappelijke Zorg 3 4 toets B, geldig vanaf 1 augustus 2013
Taak 1 Bieden van ondersteuning in de geestelijke gezondheidszorg Complexiteit De begeleider geestelijke gezondheidszorg werkt met cliënten met een veelvoud aan problemen, die in onderlinge samenhang moeten worden aangepakt. Bij de zorg en ondersteuning van de cliënten hanteert zij standaardwerkwijzen. Zij heeft veelvuldig te maken met veranderingen in het gedrag van de cliënt(en), met stemmingswisselingen van de cliënt en met hulpvragen die wijzigen. Dit betekent dat de begeleider geestelijke gezondheidszorg continu schakelt ten aanzien van begeleidingsmethodieken en gesprekstechnieken bij de ondersteuning, afgestemd op de gemoedstoestand, wensen en mogelijkheden van de cliënt. Als begeleider moet zij ook kunnen switchen van individuele en persoongerichte begeleiding naar de rol van groepswerker. Zij schat in waar zij in verschillende situaties een optimaal resultaat mee verkrijgt en voert dit uit: motiveren, enthousiasmeren, coachen, ondersteunen, activeren, sturen of verzorgen. Bij de ondersteuning van de cliënt bij het voeren van de regie over het eigen leven voert zij ook coördinerende taken uit. Dit vraagt van de begeleider geestelijke gezondheidszorg dat zij snel en flexibel schakelt tussen situaties en rollen en een breed repertoire aan handelingsmogelijkheden als ook een behoorlijke dosis kennis van doelgroepen zoals kennis van gezondheid, ziektebeelden, stoornissen, beperkingen, medicijnen en effecten, leer-, gedrags- en verslavingsproblemen, vormen van dienstverlening, toeleiden naar werk en scholing. Daarnaast moet zij specifieke vaardigheden beheersen zoals begeleidingsmethodieken, interventietechnieken, communicatievaardigheden en gesprekstechnieken, die zij afstemt op de cliënt. Aan het handelen kunnen risico’s zijn verbonden doordat de begeleider geestelijke gezondheidszorg te maken kan krijgen met escalerende situaties waarin agressie en geweld voor kunnen komen. Het maakt het werk onvoorspelbaar en complex en doet een beroep op haar zelfstandig functioneren en op haar improvisatievermogen om onverwachte en nieuwe situaties naar eigen inzicht adequaat af te handelen. Ook vraagt het van haar dat zij haar eigen grenzen weet te bewaken en verantwoordelijkheid neemt voor de keuzes die ze maakt. De begeleider geestelijke gezondheidszorg vervult haar taken soms in een stand-alone situatie waardoor zij bij calamiteiten of onregelmatigheden, bijvoorbeeld bij agressie van cliënt of cliëntsysteem, niet direct kan terugvallen op collega’s. De begeleider geestelijke gezondheidszorg heeft te maken met de volgende keuzes en dilemma’s: • het bevorderen van de zelfstandigheid van de cliënt versus het waarborgen van de veiligheid van de cliënt en de omgeving; • tijd versus kwaliteit; • respecteren van waarden, normen en opvattingen van anderen versus de eigen waarden, normen en professionele zienswijze; • betrokkenheid bij de cliënt versus professionele distantie; • de eigen professionele waarneming versus de beleving van de cliënt; • vasthouden aan afspraken uit het plan van aanpak versus flexibel inspelen op een veranderende cliëntvraag; • werkzaamheden zelf uitvoeren versus inschakelen van anderen; • wensen van de cliënt versus de mogelijkheden van de organisatie; • handelen wel of niet aanpassen t.a.v. de ondersteuning; • handelen wel of niet aanpassen in een veranderende situatie, zoals crisis- en onvoorziene situaties; • belang van de cliënt versus belang van het sociale netwerk. Verantwoordelijkheid en zelfstandigheid De begeleider geestelijke gezondheidszorg heeft een uitvoerende, adviserende, initiërende en coördinerende rol. Ze wisselt voortdurend van rol, afhankelijk van de soort begeleiding, die per context en per cliënt verschilt. Zij is verantwoordelijk voor haar eigen werkzaamheden met betrekking tot begeleiding en ondersteuning van de cliënt. Ze handelt zelfstandig, stemt haar handelen af en zo nodig bespreekt ze knelpunten met het (multidisciplinair) team of haar leidinggevende. Wanneer nodig consulteert zij deskundigen. Voor de uitvoering van (bepaalde) activiteiten schakelt zij zelfstandig anderen in en draagt ze zorg voor de coördinatie van de activiteiten. De begeleider geestelijke gezondheidszorg is verantwoordelijk voor haar werk en kan daar op aangesproken worden. Vakkennis -
Gebruikt begrippen, modellen en theorieën over ziektebeelden, beperkingen, stoornissen, functioneringsproblemen, behandelingen/therapieën en effecten voor een goede werkuitvoering Produceert op basis van bestaande theorieën over leer-, opvoedings- , gedrags- en verslavingsproblemen nieuwe werkwijzen Analyseert de sociale kaart voor de uitvoering van het plan van aanpak Analyseert het werkveld en de doelgroepen met betrekking tot de geestelijke gezondheidszorg voor nieuwe toepassingen in het werk
Pagina 43 van 53
Kwalificatiedossier Maatschappelijke Zorg 3 4 toets B, geldig vanaf 1 augustus 2013
Taak 1 Bieden van ondersteuning in de geestelijke gezondheidszorg -
Gebruikt begrippen, modellen en theorieën over (ortho-)pedagogiek, psychologie en psychiatrie in relatie tot doelgroepen van de geestelijke gezondheidszorg voor een goede werkuitvoering Produceert op basis van theorieën uit de andragogie nieuwe werkwijzen Produceert op basis van theorieën over geriatrie aangepaste werkwijzen Produceert op basis van theorieën over sociale integratie aangepaste werkwijzen Produceert op basis van theorieën over groepsprocessen aangepaste werkwijzen Produceert op basis van theorieën over creatieve en kunstzinnige vorming aangepaste werkwijzen Gebruikt wet en regelgeving, waaronder de wet BIG, reproductief voor een goede werkuitvoering
Vaardigheden -
Past de in de geestelijke gezondheidszorg voorkomende sport en spel toe Past effectief ICT-hulpmiddelen toe Stelt begrotingen op Voert werkzaamheden uit binnen het budget Werkt effectief volgens protocollen: gezondheid, hygiëne, veiligheid, ARBO, milieu, kwaliteitszorg, ergonomisch en kostenbewust werken Treedt sociaal vaardig op in contacten Vergadert functioneel met collega’s en betrokkenen Geeft functioneel voorlichting, advies en instructie aan de cliënt en overige betrokkenen Past (ontwikkelingsgerichte) spel- en gebruiksmaterialen effectief toe in activiteiten Past gesprekstechnieken effectief toe Past begeleidingsmethodieken effectief toe Past observatietechnieken effectief toe om informatie over de cliënt te achterhalen Gaat constructief om met het geven en ontvangen van feedback Is methodisch in het beroepsmatig handelen Past coachingstechnieken effectief toe
Deeltaak 1.1 Schrijft het plan van aanpak Omschrijving De begeleider geestelijke gezondheidszorg analyseert de verzamelde informatie over de cliënt en selecteert de relevante informatie. Ze consulteert collega’s over mogelijke begeleidingsdoelen en -methodieken. Op basis van de verkregen informatie stelt ze samen met de cliënt de doelen voor de begeleiding vast en kiest ze de soort activiteiten en de vorm van begeleiding die bijdraagt aan het bereiken van de doelstellingen. Op basis hiervan schrijft ze het plan van aanpak/ondersteuningsplan. Ze legt het plan van aanpak/ondersteuningsplan voor aan de cliënt, het sociale systeem en aan het (multidisciplinair) team om instemming te verkrijgen voor dit plan. Ze licht het plan toe en motiveert gemaakte keuzes. Zo nodig stelt ze het plan bij. Resultaat Een geaccordeerd plan van aanpak/ondersteuningsplan dat voldoet aan de professionele eisen en draagvlak krijgt in het (multidisciplinaire) team. Gedrag - Vraagt de mening van collega’s (in- en evt. extern, evt. één of meer andere disciplines) over de invulling van het plan van aanpak/ondersteuningsplan - Bouwt het werkplan/ondersteuningsplan op een logische gestructureerde wijze op - Formuleert vlot en bondig - Maakt duidelijk onderscheid in hoofd- en bijzaken - Analyseert de verkregen informatie over de cliënt - Legt relaties tussen de gegevens over de cliënt - Combineert gegevens uit verschillende bronnen tot relevante informatie (Samenwerken en overleggen, Formuleren en rapporteren, Analyseren) Deeltaak 1.2 Specificeert het plan van aanpak tot een activiteitenplan Omschrijving De begeleider geestelijke gezondheidszorg stelt op basis van het plan van aanpak/ondersteuningsplan samen met de cliënt een activiteitenplan op. Ze gaat met de cliënt na met welke specifieke activiteiten de cliënt gaat werken aan de
Pagina 44 van 53
Kwalificatiedossier Maatschappelijke Zorg 3 4 toets B, geldig vanaf 1 augustus 2013
Deeltaak 1.2 Specificeert het plan van aanpak tot een activiteitenplan doelstellingen uit het plan van aanpak/ondersteuningsplan. Ze raadpleegt collega’s en eventueel deskundigen over de specifieke invulling van het activiteitenplan voor de betreffende cliënt. Op basis van de wensen van de cliënt, zijn plan van aanpak en de aandachtspunten van de collega’s werkt zij het plan van aanpak/ondersteuningsplan uit tot een activiteitenplan met evaluatiemomenten en -criteria. Resultaat Een passend, realistisch en professioneel activiteitenplan wat haalbaar is met de beschikbare (financiële) middelen. Gedrag - Bouwt het activiteitenplan op een logische gestructureerde wijze op - Formuleert vlot en bondig - Maakt duidelijk onderscheid in hoofd- en bijzaken - Maakt een keuze voor bepaalde activiteiten en begeleidingsvormen op basis van de verzamelde gegevens en haar kennis met betrekking tot de activiteitenbegeleiding - Stelt duidelijke en realistische doelen die aansluiten bij de mogelijkheden van de cliënt en de organisatie en die bijdragen aan het realiseren van de doelstellingen uit het plan van aanpak/ondersteuningsplan - Plant activiteiten in de tijd - Prioriteert activiteiten in de tijd - Vertaalt, zo mogelijk samen met de cliënt, wensen en mogelijkheden van de cliënt in concrete activiteiten die aansluiten bij de leeftijd, achtergrond en ontwikkelingsfase van de cliënt (Formuleren en rapporteren, Vakdeskundigheid toepassen, Plannen en organiseren, Op de behoeften en verwachtingen van de "klant" richten) Deeltaak 1.3 Ondersteunt en stimuleert eigen herstel van de cliënt Omschrijving De begeleider geestelijke gezondheidszorg ondersteunt en stimuleert de cliënt bij verschillende aspecten van het ondersteuningsplan en bij verschillende activiteiten om zodoende zo veel mogelijk de eigen regie over zijn leven te (kunnen) voeren. Zij laat de cliënt zijn eigen keuzes maken ten aanzien van zijn ondersteuning en behandeling en ondersteunt alleen daar waar nodig. Zij helpt de cliënt om toe te werken naar rehabilitatie en (re)integratie. Zij bemiddelt tussen cliënt en potentiële werkplek, onderwijs of vereniging en treedt op bij conflicten als de cliënt daar zelf niet toe in staat is. Zij geeft de cliënt advies over manieren om zijn doelen te bereiken. Zij begeleidt de cliënt in het omgaan met organisaties die actief zijn in de hulp- en dienstverlening en geeft informatie over regelingen en voorzieningen. Zij begeleidt de cliënt in het omgaan met materiële en immateriële problemen. Zij schakelt, waar nodig, het sociale systeem van de cliënt in om de regie te voeren wanneer de cliënt daartoe niet in staat is. In uitzonderlijke situaties (gevaar voor zichzelf of omgeving, mate van ziekte) neemt zij zelf de regie, tijdelijk of permanent, gedeeltelijk of geheel over. Resultaat De cliënt heeft passende herstelondersteuning ontvangen bij het hervinden van de regie en het opnieuw inhoud en richting geven aan zijn leven. Gedrag - Laat de cliënt zijn eigen keuzes maken ten aanzien van zijn ondersteuning en behandeling - Ondersteunt alleen daar waar nodig - Schept kansen en mogelijkheden voor de cliënt om ander gedrag en andere vaardigheden te oefenen - Motiveert de cliënt om doelen te bereiken en uitdagingen aan te gaan - Past op het niveau van de cliënt gesprekstechnieken en begeleidingsmethodieken toe - Leidt met een deskundige en bevlogen uitstraling gesprekken in duidelijke banen - Oefent actief invloed uit op het verloop van een gesprek of discussie, waarbij ze verschillende benaderingen tot elkaar brengt en onderhandelingstechnieken toepast - Voorziet collega's en deskundigen tijdig van informatie en aanwijzingen - Maakt concrete resultaat afspraken met collega's, deskundigen en het sociale systeem - Draagt relevante onderdelen van haar expertise over aan betrokkenen - Stimuleert de cliënt en andere betrokkenen in actie te komen om de cliënt zo veel mogelijk de regie over zijn eigen leven te kunnen laten voeren en andere betrokkenen de gewenste ondersteuning te kunnen bieden (Aansturen, Begeleiden, Overtuigen en beïnvloeden, Vakdeskundigheid toepassen)
Pagina 45 van 53
Kwalificatiedossier Maatschappelijke Zorg 3 4 toets B, geldig vanaf 1 augustus 2013
Deeltaak 1.4 Begeleidt een groep cliënten op sociaal-maatschappelijk gebied Omschrijving De begeleider geestelijke gezondheidszorg wijst de cliënt de weg in het aanbod van activiteiten op gebied van werk, scholing en vrije tijd en geeft advies. Ze organiseert de activiteiten op het gebied van werk, scholing en vrije tijd, bereidt ze voor en voert ze uit. Soms delegeert ze deze taken aan een collega. Resultaat Cliënten hebben in een groep, waarin ze veilig zijn en prettig met elkaar omgaan, activiteiten op sociaal en maatschappelijk gebied uitgevoerd. Gedrag - Schept kansen en mogelijkheden voor cliënten om zich te ontwikkelen - Motiveert cliënten om doelen te bereiken en uitdagingen aan te gaan - Geeft opbouwende feedback op gedrag van cliënten (onderling) om een positieve instelling te bevorderen en hun ontwikkeling (inclusief de sociale ontwikkeling) te stimuleren - Overlegt tijdens activiteiten op gebied van werk, scholing en vrije tijd over haar aanpak - Schakelt tijdig hulp in bij knelpunten of onvoorziene voorvallen - Kiest de juiste materialen en middelen voor de activiteiten die zij organiseert - Gaat zorgvuldig en netjes om met de materialen en middelen om - Zorgt er voor dat de materialen en middelen onderhouden zijn - Plant ruim van te voren de activiteiten - Regelt ruim van te voren de activiteiten - Schat de benodigde tijd in voor de activiteiten - Gebruikt indicatoren om de voortgang te meten - Past haar handelen snel en flexibel aan bij agressie, lastige en/of crisissituaties - Voert indien nodig bij agressie, lastige en/of crisissituaties interventies uit volgens afspraken in het plan van aan pak, de richtlijnen van de organisatie en wet en regelgeving (Begeleiden, Samenwerken en overleggen, Materialen en middelen inzetten, Plannen en organiseren, Omgaan met verandering en aanpassen) Deeltaak 1.5 Ondersteunt, informeert en stimuleert naastbetrokkenen Omschrijving De begeleider geestelijke gezondheidszorg ondersteunt de naastbetrokkenen bij het begrijpen van en leren omgaan met de psychosociale/psychiatrische problematiek van de cliënt. Zij bouwt een samenwerkingsrelatie op en ondersteunt de naastbetrokkenen bij het omgaan met de gevolgen van de vaak complexe problemen en de gevolgen daarvan in het dagelijks leven van de cliënt. Zij betrekt de naastbetrokkenen bij de zorg, rekening houdend met de wens van de cliënt en de ondersteuning waar de betrokkenen behoefte aan hebben. Zij ondersteunt bij het vergroten van de draagkracht van naastbetrokkenen van de cliënt. Zij geeft voorlichting over bepaalde problematiek en de mogelijkheden om dit aan te pakken. Resultaat Naastbetrokkenen hebben passende ondersteuning ontvangen bij het omgaan met en het ondersteunen van de cliënt. Gedrag - Geeft naastbetrokkenen van de cliënt gericht advies over de uitvoering van (delen van) de ondersteuning - Biedt naastbetrokkenen van de cliënt mogelijkheden om (delen van) de ondersteuning uit te voeren - Draagt haar expertise met betrekking tot de aanpak en begeleiding van de cliënt op een begrijpelijke manier over aan naastbetrokkenen - Past gedrag en omgangsvormen aan op de naastbetrokkenen - - Stemt haar communicatie op de naastbetrokkenen af, ook als zij verschillen qua cultuur of achtergrond (Begeleiden, Vakdeskundigheid toepassen, Omgaan met verandering en aanpassen) Deeltaak 1.6 Voert coördinerende taken uit Omschrijving De begeleider geestelijke gezondheidszorg verdeelt de werkzaamheden, geeft prioriteiten aan en houdt contact met de verschillende medewerkers. Ze stemt de werkzaamheden van de verschillende collega's en deskundigen vanuit andere disciplines op elkaar af, ze ziet toe op de uitvoering van de werkzaamheden en de continuïteit van de zorgverlening en
Pagina 46 van 53
Kwalificatiedossier Maatschappelijke Zorg 3 4 toets B, geldig vanaf 1 augustus 2013
Deeltaak 1.6 Voert coördinerende taken uit ondersteuning. Ze deelt haar kennis en ervaring met collega's en deskundigen en maakt het functioneren van medewerkers bespreekbaar. Ze werkt aan en onderhoudt een actief netwerk van contacten binnen en buiten de organisatie. Resultaat Een soepel verlopende dienstverlening waarin kwaliteit, continuïteit en eenduidigheid gewaarborgd zijn. Gedrag -
Toont waardering voor de ideeën en bijdragen van collega's in het team Deelt tijdig haar kennis en ervaringen met collega's en deskundigen vanuit andere disciplines Maakt zaken in het functioneren van de medewerker(s) bespreekbaar door opbouwende feedback te geven Garandeert de beschikbaarheid van essentiële middelen Maakt duidelijke afspraken met de andere medewerkers en eventuele deskundigen van andere disciplines Bewaakt de voortgang Houdt zich aan de wettelijke vereisten (Samenwerken en overleggen, Plannen en organiseren)
Pagina 47 van 53
Kwalificatiedossier Maatschappelijke Zorg 3 4 toets B, geldig vanaf 1 augustus 2013
Profiel 5 Thuisbegeleider Typering van het beroep De thuisbegeleider werkt veelal solistisch in de thuissituatie van de cliënt. Zij biedt een vaak (tijds)intensieve vorm van begeleiding, waarbij het dagelijks handelen en het functioneren van cliënt(systeem) centraal staat. Daarnaast doet zij aan signalering, preventie en stabiel houden van een bestaande situatie. Ook kan zij overbruggingszorg bieden. De thuisbegeleider richt zich met name op de hulpverlening aan de individuele cliënt en zijn directe omgeving, waarbij de relatie met die cliënt cruciaal is voor haar werkzaamheden. De voornaamste terreinen waarop de thuisbegeleiding plaatsvindt, zijn de organisatie van het huishouden, psychosociale ondersteuning van de cliënt en het bieden van pedagogische ondersteuning aan gezinnen. De thuisbegeleider betrekt de cliënt zoveel mogelijk bij het hele begeleidingsproces. Haar begeleiding is gericht op empowerment van de cliënt. De thuisbegeleider heeft een betrokken, empathische, motiverende en activerende houding ten opzichte van de cliënt en begeleidt hem met respect voor zijn waarden en normen. Ze is betrouwbaar en in staat om haar eigen grenzen en die van anderen te bewaken. Ze is sociaal en communicatief vaardig, heeft doorzettingsvermogen en is flexibel. Kritische beroepssituatie(s): De thuisbegeleider werkt veelal solistisch in de thuissituatie van de cliënt. Zij biedt een vaak (tijds)intensieve vorm van begeleiding, waarbij het dagelijks handelen en het functioneren van cliënt(systeem) centraal staat. Daarnaast doet zij aan signalering, preventie en stabiel houden van een bestaande situatie. Ook kan zij overbruggingszorg bieden. Thuisbegeleiding richt zich op kwetsbare mensen en gezinnen. Tot de doelgroep behoren allochtonen en autochtonen (risico)gezinnen, multiprobleemgezinnen, mensen met een verstandelijke en/of lichamelijke beperking, psychiatrische aandoening, psychosociale problematiek, beginnende dementie, verslavingsproblematiek en mensen met cultuurgebonden aanpassingsmoeilijkheden. Er is sprake van een (tijdelijke) beperkte zelfredzaamheid en/of onvoldoende regie over het dagelijks leven. De thuisbegeleider ondersteunt de cliënt bij het voeren van de regie over zijn eigen leven. Zij maakt afspraken met de cliënt over wat hij zelf doet en waarvoor diensten van mantelzorgers, vrijwilligers en/of interne of externe deskundigen ingezet worden. Zij biedt indien nodig ondersteuning bij het organiseren of overdragen van de regie wanneer de cliënt daartoe zelf, tijdelijk of permanent, niet in staat is. De thuisbegeleider stimuleert de cliënt het sociale netwerk te versterken. Zij brengt samen met de cliënt het huidige sociale netwerk in kaart en bespreekt de wensen om het netwerk uit te breiden. Zij onderzoekt samen met de cliënt de mogelijkheden voor het leggen en versterken van contacten en maakt hierover afspraken. Zij ondersteunt de cliënt bij het leggen van contacten. De thuisbegeleider ondersteunt de cliënt bij de opvoeding van de kinderen. Zij geeft o.a. (aanvullende) voorlichting op het gebied van opvoeden en omgaan met ziekten/handicaps. Zij biedt o.a. hulp bij het stellen van grenzen, lastig gedrag, emotionele ontwikkeling, vertraging in ontwikkeling, gezondheid en lichamelijke opvoeding. De thuisbegeleider werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg. Zij stemt de werkzaamheden af met betrokkenen, draagt werkzaamheden mondeling en/of schriftelijk over, maakt afspraken over de zorg en begeleiding en over knelpunten daarin. Zij voert coördinerende taken uit en evalueert de geboden ondersteuning en de coördinerende taken. De thuisbegeleider werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep. Wettelijke beroepsvereisten Nee Taak 1 Bieden van specifieke ondersteuning in de thuisbegeleiding Complexiteit De thuisbegeleider werkt in complexe zorgsituaties en heeft te maken met multiprobleemsituaties. Ze heeft een grote diversiteit aan werkzaamheden en werkt samen met andere instanties, hulpverleners, mantelzorgers en vrijwilligers waarmee de cliënt contact heeft of neemt in overleg met de cliënt contact met hen op als dit wenselijk is. Zij is in staat om haar competenties in te zetten voor uiteenlopende werksituaties op het gebied van thuisbegeleiding. Regelmatig wordt zij geconfronteerd met complexe, onvoorspelbare factoren en omstandigheden, en meervoudige, complexe
Pagina 48 van 53
Kwalificatiedossier Maatschappelijke Zorg 3 4 toets B, geldig vanaf 1 augustus 2013
Taak 1 Bieden van specifieke ondersteuning in de thuisbegeleiding vragen. Haar beroepsdeskundigheid stelt haar in staat om in deze situaties zelfstandig of in samenwerking met anderen op een adequate wijze te handelen en problemen op te lossen of een oplossingsrichting te bedenken. Zij schat in waarmee zij in verschillende situaties een optimaal resultaat verkrijgt en voert dit uit: motiveren, enthousiasmeren, coachen, ondersteunen, activeren of sturen. Dit vraagt van de thuisbegeleider zowel een breed repertoire aan handelingsmogelijkheden als ook een brede kennis van doelgroepen. Daarnaast moet zij specifieke vaardigheden beheersen zoals begeleidingsmethodieken, interventietechnieken, communicatievaardigheden en gesprekstechnieken, die zij afstemt op de cliënt. Zij is in staat om vakspecifieke vraagstukken te concretiseren voor andere disciplines, collega’s, vrijwilligers en overige betrokkenen. De thuisbegeleider moet kunnen omgaan met o.a. de volgende dilemma’s: - Betrokkenheid versus distantie; - Bevorderen zelfstandigheid cliënt versus waarborgen veiligheid cliënt(systeem); - Belangen, wensen en verwachtingen cliënt versus mogelijkheden organisatie en eigen mogelijkheden; - Respecteren waarden, normen en opvattingen cliënt versus de eigen waarden, normen en professionele zienswijze; - Respecteren waarden, normen en opvattingen collega’s en vrijwilligers versus de eigen waarden, normen en professionele zienswijze. Verantwoordelijkheid en zelfstandigheid De thuisbegeleider verricht zelfstandig, vaak intensieve, begeleidende werkzaamheden die gericht zijn op gedragsverandering en/of het vergroten van de zelfredzaamheid van de cliënt. Zij heeft tevens een preventieve, stabiliserende, signalerende en observerende rol en bevordert therapietrouw. Ze kan ingezet worden ter voorkoming van terugval (terugvalpreventie). De nadruk van de werkzaamheden van de thuisbegeleider ligt meer op begeleidende, ondersteunende en coördinerende taken dan op verzorgende. De thuisbegeleider leert de cliënt (opnieuw) om de dagelijkse activiteiten te structureren en te organiseren en sluit hierbij zoveel mogelijk aan bij de capaciteiten en ontwikkelmogelijkheden van de cliënt zelf. De thuisbegeleider coördineert werkzaamheden en stemt werkzaamheden af met collega’s, vrijwilligers, mantelzorgers en deskundigen van andere disciplines. Ze is aanspreekbaar op de aanpak, continuïteit en het resultaat van de hulpverlening en kan gemaakte keuzes beargumenteren. Zij overlegt met collega's of leidinggevende wanneer er veranderingen in de hulpvraag, bijzonderheden of problemen zijn die haar verantwoordelijkheid en/of deskundigheid te boven gaan. Vakkennis -
Gebruikt begrippen, modellen en theorieën over ziektebeelden, beperkingen, stoornissen, functioneringsproblemen, behandelingen/therapieën en effecten voor een goede werkuitvoering Produceert op basis van bestaande theorieën over leer-, opvoedings- , gedrags- en verslavingsproblemen nieuwe werkwijzen Analyseert de sociale kaart voor de uitvoering van het plan van aanpak Analyseert het werkveld en de doelgroepen met betrekking tot de thuisbegeleiding voor nieuwe toepassingen in het werk Gebruikt begrippen, modellen en theorieën over (ortho-)pedagogiek, psychologie en psychiatrie in relatie tot doelgroepen van de thuisbegeleiding voor een goede werkuitvoering Produceert op basis van theorieën uit de andragogie nieuwe werkwijzen Produceert op basis van theorieën over geriatrie aangepaste werkwijzen Produceert op basis van theorieën over sociale integratie aangepaste werkwijzen Produceert op basis van theorieën over creatieve en kunstzinnige vorming aangepaste werkwijzen
Vaardigheden -
Past de in de thuisbegeleiding voorkomende sport en spel toe Past effectief ICT-hulpmiddelen toe Stelt begrotingen op Voert werkzaamheden uit binnen het budget Treedt sociaal vaardig op in contacten Vergadert functioneel met collega’s en betrokkenen Geeft functioneel voorlichting, advies en instructie aan de cliënt en overige betrokkenen
Pagina 49 van 53
Kwalificatiedossier Maatschappelijke Zorg 3 4 toets B, geldig vanaf 1 augustus 2013
Taak 1 Bieden van specifieke ondersteuning in de thuisbegeleiding -
Past (ontwikkelingsgerichte) spel- en gebruiksmaterialen effectief toe in activiteiten Past gesprekstechnieken effectief toe Past begeleidingsmethodieken effectief toe Gaat constructief om met het geven en ontvangen van feedback Is methodisch in het beroepsmatig handelen Past coachingstechnieken effectief toe
Deeltaak 1.1 Schrijft het plan van aanpak Omschrijving De thuisbegeleider analyseert de verzamelde informatie over de cliënt en selecteert de relevante informatie. Ze consulteert collega’s over mogelijke begeleidingsdoelen en -methodieken. Op basis van de verkregen informatie stelt ze samen met de cliënt de doelen voor de begeleiding vast en kiest ze de soort activiteiten en de vorm van begeleiding die bijdraagt aan het bereiken van de doelstellingen. Op basis hiervan schrijft ze het plan van aanpak/ondersteuningsplan. Ze legt het plan van aanpak/ondersteuningsplan voor aan de cliënt, het sociale systeem en aan het (multidisciplinair) team om instemming te verkrijgen voor dit plan. Ze licht het plan toe en motiveert gemaakte keuzes. Zo nodig stelt ze het plan bij. Resultaat Een geaccordeerd plan van aanpak/ondersteuningsplan dat voldoet aan de professionele eisen en draagvlak krijgt in het (multidisciplinair) team. Gedrag - Vraagt de mening van collega’s (in- en evt. extern, evt. één of meer andere disciplines) over de invulling van het plan van aanpak/ondersteuningsplan - Bouwt het werkplan/ondersteuningsplan op een logische gestructureerde wijze op - Formuleert vlot en bondig - Maakt duidelijk onderscheid in hoofd- en bijzaken - Analyseert de verkregen informatie over de cliënt - Legt relaties tussen gegevens - Combineert gegevens uit verschillende bronnen tot relevante informatie (Samenwerken en overleggen, Formuleren en rapporteren, Analyseren) Deeltaak 1.2 Specificeert het plan van aanpak tot een activiteitenplan Omschrijving De thuisbegeleider stelt op basis van het plan van aanpak/ondersteuningsplan samen met de cliënt een activiteitenplan op. Ze gaat met de cliënt na met welke specifieke activiteiten de cliënt gaat werken aan de doelstellingen uit het plan van aanpak/ondersteuningsplan. Ze raadpleegt collega’s en eventueel deskundigen over de specifieke invulling van het activiteitenplan voor de betreffende cliënt. Op basis van de wensen van de cliënt, zijn plan van aanpak en de aandachtspunten van de collega’s werkt zij het plan van aanpak/ondersteuningsplan uit tot een activiteitenplan met evaluatiemomenten en -criteria. Resultaat Een passend, realistisch en professioneel activiteitenplan wat haalbaar is met de beschikbare (financiële) middelen. Gedrag - Bouwt het activiteitenplan op een logische gestructureerde wijze op - Formuleert vlot en bondig - Maakt duidelijk onderscheid in hoofd- en bijzaken - Maakt een keuze voor bepaalde activiteiten en begeleidingsvormen op basis van de verzamelde gegevens en haar kennis met betrekking tot de activiteitenbegeleiding - Stelt duidelijke en realistische doelen die aansluiten bij de mogelijkheden van de cliënt en de organisatie en die bijdragen aan het realiseren van de doelstellingen uit het plan van aanpak/ondersteuningsplan - Plant activiteiten in de tijd - Prioriteert activiteiten in de tijd - Vertaalt, zo mogelijk samen met de cliënt, wensen en mogelijkheden van de cliënt in concrete activiteiten die aansluiten bij de leeftijd, achtergrond en ontwikkelingsfase van de cliënt (Formuleren en
Pagina 50 van 53
Kwalificatiedossier Maatschappelijke Zorg 3 4 toets B, geldig vanaf 1 augustus 2013
Deeltaak 1.2 Specificeert het plan van aanpak tot een activiteitenplan rapporteren, Vakdeskundigheid toepassen, Plannen en organiseren, Op de behoeften en verwachtingen van de "klant" richten) Deeltaak 1.3 Ondersteunt de cliënt bij het voeren van de regie over zijn leven Omschrijving De thuisbegeleider ondersteunt de cliënt bij het voeren van de regie over zijn eigen leven. Zij maakt afspraken met de cliënt over wat hij zelf doet en waarvoor diensten van mantelzorgers, vrijwilligers en/of interne of externe deskundigen ingezet worden. Zij verwijst de cliënt zo nodig door en/of brengt hem in contact met instanties, begeleiders en/of deskundigen om de gestelde doelen c.q. diensten te realiseren. De thuisbegeleider treedt indien nodig op als aanspreekpunt voor de cliënt en derden. Zij informeert de cliënt over de geplande ondersteuning en gemaakte afspraken en koppelt informatie over de cliënt terug aan de betrokken begeleiders. Zij biedt indien nodig ondersteuning bij het organiseren of overdragen van de regie wanneer de cliënt daartoe zelf, tijdelijk of permanent, niet in staat is. Zij schakelt dan, waar mogelijk, het sociale systeem van de cliënt in om de regie te voeren. Zij bewaakt de kwaliteit en de continuïteit van de regie van de cliënt over zijn eigen leven. Resultaat De cliënt heeft passende ondersteuning ontvangen bij het voeren van de regie over zijn eigen leven en/of bij het organiseren of overdragen van de regie wanneer hij (gedeeltelijk) niet in staat is de regie zelf te voeren. Gedrag - Laat de cliënt zijn eigen keuzes maken - Ondersteunt alleen daar waar nodig - Schept kansen en mogelijkheden voor de cliënt om ander gedrag en andere vaardigheden te oefenen - Motiveert de cliënt om doelen te bereiken en uitdagingen aan te gaan - Past op het niveau van de cliënt gesprekstechnieken en begeleidingsmethodieken toe - Leidt met een deskundige en bevlogen uitstraling gesprekken in duidelijke banen en oefent actief invloed uit op het verloop van een gesprek of discussie, waarbij ze verschillende benaderingen tot elkaar brengt en onderhandelingstechnieken toepast - Voorziet betrokkenen van informatie en aanwijzingen - Maakt resultaat afspraken met betrokkenen - Draagt relevante onderdelen van haar expertise over aan betrokkenen - Stimuleert de cliënt en andere betrokkenen in actie te komen om de cliënt zo veel mogelijk de regie over zijn eigen leven te kunnen laten voeren en andere betrokkenen de gewenste ondersteuning te kunnen bieden (Aansturen, Begeleiden, Overtuigen en beïnvloeden, Vakdeskundigheid toepassen) Deeltaak 1.4 Stimuleert de cliënt het sociaal netwerk te versterken Omschrijving De thuisbegeleider brengt samen met de cliënt het huidige sociale netwerk in kaart en bespreekt de wensen om het netwerk uit te breiden. Zij onderzoekt samen met de cliënt de mogelijkheden voor het leggen en versterken van contacten en maakt hierover afspraken. Zij geeft voorlichting, advies en instructie en zo nodig ondersteunt zij de cliënt bij het oefenen van sociale vaardigheden. Zij motiveert en activeert de cliënt om actie te ondernemen en nieuwe contacten te leggen voor het versterken of uitbreiden van het huidige netwerk. Zij ondersteunt de cliënt bij het leggen van de contacten, zo nodig gaat de thuisbegeleider mee naar afspraken of bijeenkomsten. Resultaat Cliënt heeft passende begeleiding en ondersteuning ontvangen bij het versterken van zijn sociaal netwerk. Gedrag - Schept kansen en mogelijkheden voor de cliënt om ander gedrag en (sociale) vaardigheden te oefenen - Motiveert de cliënt om doelen te bereiken en uitdagingen aan te gaan - Geeft de cliënt opbouwende feedback op zijn gedrag en de wijze waarop hij zich opstelt ten opzichte van anderen - Ondersteunt de cliënt bij de omgang met sociale media en internet - Past de ondersteuning aan als dat nodig is vanwege de culturele en/of religieuze achtergrond van de cliënt (Begeleiden, Omgaan met verandering en aanpassen)
Pagina 51 van 53
Kwalificatiedossier Maatschappelijke Zorg 3 4 toets B, geldig vanaf 1 augustus 2013
Deeltaak 1.5 Ondersteunt de cliënt bij opvoeding Omschrijving De thuisbegeleider ondersteunt de cliënt bij de opvoeding van de kinderen. Zij geeft voorlichting, advies en instructie gericht op het dagelijks handelen en functioneren. Zij geeft o.a. (aanvullende) voorlichting op het gebied van opvoeden en omgaan met ziekten/handicaps. Ook biedt zij hulp bij het stellen van grenzen, lastig gedrag, emotionele ontwikkeling, vertraging in ontwikkeling, gezondheid, lichamelijke opvoeding enz. Samen met de cliënt brengt ze de opvoedingssituatie en de ervaren problemen in kaart. De thuisbegeleider neemt deel aan de dagelijkse bezigheden, observeert en bespreekt de interactie tussen gezinsleden. Door voorbeeldgedrag en coaching draagt de thuisbegeleider de cliënt handeling- en communicatiealternatieven aan en kan het opvoedingsklimaat verbeteren. Ook signaleert de thuisbegeleider of er onderliggende problemen of misstanden zijn en bespreekt deze met de cliënt. Zo nodig verwijst ze de cliënt door. Als de cliënt, kinderen of anderen vanwege de situatie gevaar dreigen te lopen, schakelt de thuisbegeleider zonder toestemming van de cliënt derden in. Resultaat De thuisbegeleider heeft passende begeleiding en ondersteuning gegeven bij de opvoeding van de kinderen. Misstanden en signalen van misstanden zijn besproken met de cliënt en zo nodig is de cliënt gestimuleerd om contact op te nemen met andere zorginstanties. Indien nodig zijn zonder toestemming van de cliënt derden ingeschakeld. Gedrag - Motiveert de cliënt zijn best te doen, doelen te bereiken en uitdagingen aan te gaan - Stimuleert de cliënt zijn best te doen, doelen te bereiken en uitdagingen aan te gaan - Geeft heldere, opbouwende feedback op zijn gedrag en de wijze waarop hij zijn kinderen opvoedt - Stimuleert de cliënt om kritisch naar zichzelf te kijken, mogelijke oplossingen te bedenken, alternatieven uit te proberen en moeilijkheden te overwinnen - Luistert aandachtig als de cliënt iets naar voren brengt - Doet moeite om de gevoelens, meningen en gedachten van de cliënt te begrijpen - Draagt de eigen kennis, expertise en vaardigheden met betrekking tot de opvoeding van kinderen op begrijpelijke wijze over - Weet vragen van de cliënt te beantwoorden - Communiceert open en duidelijk over haar bedoelingen - Houdt zich aan gemaakte afspraken - Kan de pedagogische ondersteuning aanpassen als dit nodig is vanwege de culturele en/of religieuze achtergrond van cliënt(systeem) - Gaat discreet om met gevoelige zaken en vertrouwelijke informatie - Houdt haar gevoelens in moeilijke situaties op zo´n manier onder controle dat de getoonde emoties geen negatief effect hebben op de cliënt, kinderen en overige betrokkenen (Begeleiden, Aandacht en begrip tonen, Ethisch en integer handelen, Vakdeskundigheid toepassen, Met druk en tegenslag omgaan) Deeltaak 1.6 Voert coördinerende taken uit Omschrijving De thuisbegeleider verdeelt de werkzaamheden, geeft prioriteiten aan en houdt contact met de verschillende medewerkers. Ze stemt de werkzaamheden van de verschillende collega's en deskundigen vanuit andere disciplines op elkaar af, ze ziet toe op de uitvoering van de werkzaamheden en de continuïteit van de zorgverlening en ondersteuning. Ze deelt haar kennis en ervaring met collega's en deskundigen en maakt het functioneren van medewerkers bespreekbaar. Ze werkt aan en onderhoudt een actief netwerk van contacten binnen en buiten de organisatie. Resultaat Een soepel verlopende dienstverlening waarin kwaliteit, continuïteit en eenduidigheid gewaarborgd zijn. Gedrag -
Toont waardering voor de ideeën en bijdragen van collega's in het team Deelt tijdig haar kennis en ervaringen met collega's en deskundigen vanuit andere disciplines Maakt zaken in het functioneren van de medewerker(s) bespreekbaar door constructieve feedback te geven Garandeert de beschikbaarheid van essentiële middelen Maakt duidelijke afspraken met de andere medewerkers en eventuele deskundigen van andere disciplines Bewaakt de voortgang Houdt zich aan de wettelijke vereisten (Samenwerken en overleggen, Plannen en organiseren)
Pagina 52 van 53
Kwalificatiedossier Maatschappelijke Zorg 3 4 toets B, geldig vanaf 1 augustus 2013
KEUZE 1. Mogelijke keuzetaken De voor dit kwalificatiedossier relevante keuzetaken zijn te vinden op www.kwalificatiesmbo.nl.
2. Criteria voor keuzetaken De criteria voor nieuw te ontwikkelen keuzetaken zijn: • • • •
Relevantie voor de arbeidsmarkt en/of relevantie voor (verwante) doorstroom Passend binnen het format Bekendheid bij het betreffende kenniscentrum Gelegitimeerd door betreffende onderwijs en bedrijfsleven
VERANTWOORDINGSINFORMATIE De verantwoordingsinformatie voor dit kwalificatiedossier is te vinden op www.kwalificatiesmbo.nl. Het betreft informatie over: • • • • • • • • • •
Onderliggende beroepscompetentieprofielen en andere brondocumenten Macrodoelmatigheid Wettelijke beroepsvereisten Examenafspraken Studie- en loopbaanperspectief Trends en ontwikkelingen Onderhoudsagenda Betrokkenen Afwijkende NLQF inschaling (indien van toepassing) Afwijking nominale studieduur mbo-4 opleiding (indien van toepassing)
AANVULLENDE INFORMATIE De aanvullende informatie voor dit kwalificatiedossier is te vinden op www.kwalificatiesmbo.nl. Het kan bijvoorbeeld betreffen: • •
Publieksgerichte brochure Beroepeninformatie
Pagina 53 van 53