Kunst & Mode – De presentatie. Kunstpresentatie geïmplementeerd in de mode. Appendix
Marlous Overdevest Student nr.:500531065 Amsterdam Fashion Instituut Fashion & Management Bachelor Scriptie 13/12/13 L.Hera & M. Mossinkoff
INHOUDSOPGAVE
Deel 1 | Onderzoek kunst presentaties Hoofdstuk 1 | Interviews 1.1.1 Interview Cyril van Sterkenburg 1.1.2 Interview Nanda van den Berg 1.1.3 Interview Saskia van der Kroeff 1.1.4 Gesprek galeriehouder Eigenaar
3 9 11 13
Hoofdstuk 2 | Museum + galerie onderzoek visueel 1.2.1 Rijksmuseum 1.2.2 Stedelijk 1.2.3 Museum minutes 1.2.4 Avant gardes 1.2.5 Galerie onderzoek visueel 1.2.6 Uitkomsten presentatie technieken toepasbaar op mode
14 16 19 23 24 25
Deel 2 | Onderzoek mode presentaties Hoofdstuk 1 | Winkel onderzoek 2.2.1 Restored 2.2.2 Margreeth Olsthoorn + gesprek 2.2.3 Sukha + gesprek 2.2.4 Kabinet 2.2.5 Jacob 2.2.6 Wendela van Dijk
27 28 29 30 31 32
Deel 3 | Interviews + Test advies Interview respondenten
33
Deel 4 | Schema uitkomsten presentatietechnieken mode & kunst 4.1.1 Schema samengevat uitkomsten
39
2
INTERVIEW – Cyril van Sterkenburg, Vandejong | Museum Minutes MHO: Vertel over het ontstaan: Ik weet dat het met ‘de tijd waarin het museumbezoek en het draagvlak voor publieke financiering afnemen’ heeft te maken. Maar wat was echt het doel van deze tentoonstelling? CvS: Het project is opgestart door Johan Idema, hij is een soort adviseur voor culturele instellingen, en hoe instellingen het publiek beter en anders kunnen bereiken. Hij heeft onderzoek gedaan naar hoe presenteer je nu kunst? En hij heeft daar heel veel voorbeelden bij gezocht en toen kwam hij erop uit dat het voor curatoren vaak heel moeilijk is om kunst te presenteren buiten het kader dat zij gewend zijn. Omdat als je bent opgeleid in de kunsthistorie dan heb je last van allerlei conventies en je hebt allerlei aannames en blijkbaar is het lastig voor musea om na te denken over mensen die geen kunstgeschiedenis hebben gestudeerd en die misschien niet weten wat de renaissance is en dan niet zoveel hebben aan zo’n bijschrift. Dus hij had bedacht, ik ga vier communicatie mensen vragen om een tentoonstelling te maken want die kunnen iig ervoor zorgen dat mensen met die kunst om kunnen gaan. En toen heeft hij vier, best uiteenlopende mensen, van andere bureau’s geselecteerd. En eerst was het de bedoeling dat we allemaal een eigen tentoonstelling zouden maken maar de ruimte is niet zo groot. Dus toen zijn we 1 tentoonstelling met zijn vieren gaan maken wat best lastig is omdat het 4 creatieven mensen met hun eigen idee en andere achtergronden hadden. Dus dat was best spannend. Maar dat ging verassend goed. Dus we hebben alles samen bedacht en daarna allevier gedaan waar we zelf goed in zijn. Dus het komt meer voort uit nieuwsgierigheid van hoe kun je kunst dichterbij brengen. Maar het komt ook voort uit een ander uitgangspunt en dat is dat Johan zei van er zijn zoveel spannende verhalen te vertellen over kunst maar in musea zie je bijna alleen maar de kunsthistorische kant terwijl het gaat bijna niet over politiek of dat gaat de hele tentoonstelling over politiek. Dus er blijven een hele boel verhalen over die niet verteld worden. Dat vond ik wel een heel inspirerend gegeven van hoe kun je nou ervoor zorgen dat je andere verhalen verteld en hoort en dat je op die manier ook anders naar kunst kijkt. MHO: Ik ben zelf ook langs verschillende tentoonstellingen geweest en ben ook mensen gaan observeren en je ziet mensen lezen alles wat er ook bij wordt geschreven en ze willen dus heel graag informatie erover en dan kijk jezelf op een bordje en dan zie je weinig informatie. CvS: Nee precies, je bent niets wijzer geworden. MHO: Ja ik zou dan graag willen weten van wat is de inspiratie geweest achter een kunstwerk en waar komt het vandaan, de intentie en dat is iets wat er mist. CvS: Ja dat wordt wel verteld aan kinderen, slechthorende maar voor normale museumbezoekers zoals jij en ik die het leuk vinden om naar een museum te gaan en die bijvoorbeeld affiniteit hebben met design of mode en niet perse met beeldende kunst dan is er een heel groot gat MHO: Ik merkte het ook heel sterk bij de tentoonstelling avant-gardes dat die echt bedoeld was voor connaisseurs want op de bordjes naast de kunstwerken stond alleen bijvoorbeeld: olieverf op doek. En verder niets en dat was na museum minutes een soort van tegenvaller. CvS: Ja dat vind ik dus ook zo raar dat juist olieverf op doek wordt verteld terwijl de meeste mensen dat zelf ook wel kunnen zien aan het kunstwerk. MHO: Ja dat is inderdaad jammer want als dat de conclusie moet zijn van het kijken naar een kunstwerk is dat teleurstellend. MHO: Waarom worden dezelfde presentatievormen altijd gebruikt? CvS: Nou dat is niet waar, want vroeger had je rariteitenkabinetten. Die hingen helemaal vol zeg maar, de muur hing helemal vol en de kastjes en laatjes waren ook vol. Dus dat is zeg maar de klassieke presentatievorm en toen op een gegeven moment in de jaren 50 of 60 ofzo zijn ze heel monumentaal gaan programmeren in een ‘white cube’ dus witte muren en weinig uitleg. Dus het moet voor zichzelf spreken (de kunst) en ja dat is wat je heel veel ziet en dat waar het overal zo is en waar mode altijd wordt getoond altijd wordt getoond op een catwalk en presentatie worden gegeven met een powerpoint dat is omdat mensen dat nou eenmaal doen en dan is het heel moeilijk om te bedenken hoe je het ook nog op een andere manier kan doen. Het commentaar op onze tentoonstelling is van: Ja, er is een heel circus om de kunstwerken heen, het is veel te donker en dan moet ik op een stoel zitten en dan moet ik luisteren. 3
Ja dat hoeft allemaal niet, het kan. En vaak als je vaak in een white cube museum bent dan is dat de enige manier waarop je het kan bekijken of consumeren. In de setting zoals bij museum minutes heb je meer keuze en mogelijkheden om kunst te zien. Maar dat is voor musea ook een strijd. Je hebt kunstkenners en HET museum bezoek en die houden van een bepaalde sfeer en bepaalde manier en op het moment dat je dat onderbreekt dan vinden zij dat oncomfortable dus en je moet hen tevreden houden op een bepaalde manier en aan de andere kant heb je de mensen die niet naar een museum komen omdat een museum is zoals dat museum is en dat heeft dan geen zin. MHO: Ik vond juist het donkere van museum minutes fijn en rustgevend. Omdat het kunstwerk werd uitgelicht daardoor en dat trekt gelijk je aandacht. CvS: Dat hebben we ook gedaan om zo een groot mogelijk contrast te maken met de ruimtes met daglicht. Zodat je echt speelt met wat je aan de veranderingen kan doen. MHO: Hebben jullie onderzoek gedaan naar hoe wordt kunst nu gepresenteerd en hoe gaan wij ons experiment opbouwen? Hebben jullie tegenovergestelde aspecten genomen van hoe het normaal wordt gepresenteerd? CvS:Dat kan ik je nog wel toesturen: Johan had al heel veel onderzoek gedaan naar tentoonstellingen veel ook al bedacht. En we hadden een bepaald kader meegekregen want het moest in die ruimte. Wij zeiden allemaal eerst mooi dat gaan we buiten op straat kunst ophangen of gaan we digitaal iets doen. Maar het moest in die ruimte en het moest low-tech. Nou dus dat was dan al een gegeven en er waren een aantal dingen waarvan wij zeiden van wat vinden wij vieren nou belangrijk? Want we hadden bijvoorbeeld een idee om alle kunstwerken uit het gemeentemuseum op anzichtkaarten te drukken en dat je een grote anzichtkaartenwinkel hebt en dan kun je zelf je anzichtkaart pakken en je eigen ‘museum’ vormen. Maar dat kan je overal en hoef je niet voor naar een museum. Dus we zeiden nee een belangrijk punt is dat je echte kunst echt kan zien. Dat klink heel obvious maar je zal verwachten met communicatie mensen dat we er een film van maken maar dan sta je naast een kunstwerk naar een film te kijken en dan kijk je nog niet naar het werk zelf. Dus dat was een belangrijk iets wat wij vonden. Een ander belangrijk gegeven was het museumbenen verhaal. Je staat zo te wiebelen op je benen om het werk te zien en dat je quality time hebt met het werk zodat je niemand in de weg zit en je gewoon 5minuten hebt om naar een werk te kijken. Het moest herhaalbaar zijn, dus iets wat je ook op een andere plek kan doen. Veel dingen zijn locatie specifiek of collectie specifiek dat heb je dat uitgeprobeerd maar kan je er heel weinig van leren want het niet herhaalbaar. En het moest een beetje discussie oproepen dus wat mij leuk lijkt. (want er wordt nog een heel onderzoek hiernaast gedaan) Is dat wij samen naar het museum gaan. Jij doet er 4 en ik doe er 4 en dan loop je door die zaal heen en dan zeg je: dit is echt te gek. Die kinderen was zo ontzettend grappig die zeiden dit en dat. Dan hoef je het niet eens allemaal te luisteren maar je kan zo’n verhaal reproduceren. En erover kletsen en dat lijkt mij leuk. Deze tentoonstelling roept ook heel veel discussie op bij museum professionals. MHO: Ja dat snap ik inderdaad want het is echt een experiment. Maar wat ik mijzelf ook afvroeg want je doet een test. Heeft de perceptie van de bezoeker invloed op om bijvoorbeeld de loopband te kiezen bij een schilderij? CvS: Nou er is bewezen dat mensen 9 seconden naar een kunstwerk kijken. Dus we dacht wat kunnen we nou doen om mensen voor een werk te parkeren en ze lang te laten kijken met het idee dat als je langer kijkt je ook meer ziet, dat moet je dan wel ondersteunen met ander onderzoek enzo, maar je dat dan creëert. (oftewel meer bezoekers, langere kijktijden hierdoor) Dus je kan mensen opsluiten in een kooi of vastbinden op een stoel of een bankstel neerzetten. Maar er zijn niet zoveel manieren om mensen prettig op een plek te laten staan en die loopband vonden we wel spannend want je staat erop en je gaat er niet zo makkelijk weer vanaf en in een sportschool kijk je gewoon 20 minuten naar een oersaaie soap waarvan het geluid niet eens aanstaat. Dus blijkbaar gebeurt er dan iets met je en als je daar een beetje research naar doet en ik weet niet of dat zo werkt maar het is wel interessant want als je loopt kom je op een soort meditieve staat waarin je meer en creatiever kan nadenken dus we vonden het ook nog wel spannend om te zien of de coach potatoe versus de meditieve kant of dat dat dat ook zo werkt in je hoofd. MHO: Wat denk je zelf: bijvoorbeeld de stoel versus het loopapparaat. Denk je dat mensen langer kijken bij de stoel of bij het loopapparaat?
4
CvS: Nou ik denk dat de uitkomst zal zijn omdat we hebben het niet wetenschappelijk hebben opgesteld dat mensen langer kijken bij de stoelen omdat de verhalen langer zijn. Dat is een beetje toeval. Dus dat zal een vertekent beeld opleveren. Hmm ik weet het niet. Het ligt aan de mensen zelf want sommige vinden de loopband vervelend. Die staan gewoon stil en de loopband kan maar 1 tempo en sommige vinden dat te snel of te langzaam dus dat moet een beetje bij je passen. En bij een stoel kan je lekker zitten en dat kan iedereen. Het museum wilde eerst alleen maar stoelen maar dan vonden wij niet spannend genoeg en de combinatie vinden wij heel leuk. MHO: Ja en je loopt ook altijd in een museum dus dat is al een gegeven die werkelijkheid is. En je kan wel op bankjes zitten maar dat is bij de grotere werken. CvS: Ja en dan staat dat bankje altijd net verkeerd en dan is die ook nog eens keihard. Waarop je niet lekker kan zitten. En dan gaat er iemand voor je neus staan. MHO: of het bankje zit vol want iedereen wil dat grote werk zien. MHO: Wat vond jij de beste presentatievorm voor jezelf? Als ervaring? In deze tentoonstelling. CvS: Het is moeilijk om zelf achteraf te zeggen want ik heb de opnames gedaan dus ook met de kids en ik zie ze dus voor me als ik ernaar luister. Dus ik kan het niet objectief zelf zeggen. Ja, die kinderen vond ik zelf heel leuk wat ze zeggen want ze waren ook echt heel leuk. Het goede daaraan vond ik dat het impact heeft omdat zo blijkt het maakt niet uit wat er over wordt gezegd het is altijd goed, de kinderen maken het verhaal op die manier. Het klopt altijd. Maar je moet er dus wel bij zitten. Ik vind de vorm waarbij Renske de groot allemaal vragen stelt ook heel spannend alleen het is wel moeilijk want je denkt na over de vraag en dan wordt de nieuwe vraag al gesteld. Misschien denk ik te langzaam. MHO: nee dat had ik ook! Die bleef mij wel bij. En de vorm waarbij je zen moest kijken en dat vond ik ook heel leuk. Maar op een gegeven moment want je kijkt naar een duivels figuur die absoluut niet zen is, dus dat contrast was heel groot. En je moet de ogen sluiten dus je kijkt ontzettend lang en je focust je dus op een stipje maar je bent eigenlijk met iets heel anders bezig met het zen worden. CvS: Ja, dat was ook heel grappig bij de opening. Er zat toen een jongetje te slapen in die stoel. MHO: Ja dat begrijp ik wel want het is heel relaxed maar het kunstwerk dreef ook langzaam weg omdat je kijkt er wel naar maar je nam het niet zo op omdat je zat te luisteren en je moest focussen op het zen worden. Dus ik had verwacht dat ik heel aandachtig zou kijken maar dat was niet zo. CvS: Wel grappig mijn vader vond de garnalenvisser het best want daar leer je wat van en ik zelf vond ik die van Vincent Bijlen ook heel mooi dat zie je ook op het internet dat mensen die aanhalen in persberichten. Gewoon omdat het beeld heel krachtig is en het verhaal versterkt het beeld nog eens extra. Dan voegt het echt nog iets meer toe. Ze hebben allemaal dus hun eigen charme en daarom vind ik het leuk dat het zo’n eclectische tentoonstelling is. Waarbij er wat te kiezen valt, kunstenaar, geluid of op inhoud. MhO: Waar ligt de keuze dan ook van bij dit kunstwerk kiezen we dit liedje of deze spreker? CvS: Ja ik bedoel uiteindelijk is dat ook wiskunde. Want je kiest werken uit met zijn alle maar vaak zijn niet alle werken beschikbaar. Ondertussen waren we die audiotours al aan het uitzetten. En dan uiteindelijk moet je gaan puzzelen welke audio bij welk kunstwerk past en sommige hebben we heel bewust gekozen bijvoorbeeld bij Vincent Bijlen bij een object gezet want hij moest het voelen en een schilderij kan je niet voelen. En David Bade hadden we nodig om zelf iets over zijn werk te vertellen. Dus dat was allemaal een beetje toeval. Maar de verschillende verhalen dat we iets met recht en financieels wilde doen en poëzie die zijn wel bewust gekozen. MhO: Bij de tentoonstelling was geen informatie of achterliggende gedachte te vinden over het kunstwerk. Dus wel loopband/audio en natuurlijk olieverf op doek verhaal. Was dat bewust? CvS: Ja we wilden eerst ook geen olieverf op doek op het bordje erbij vermelden maar dat moet van het museum. En we wilden dat mensen naar het werk keken en niet naar het bordje daar hebben we dus express voor gekozen. 5
MhO: De uitkomst van het onderzoek is zeg maar het aantal minuten? Dus hoe hoelang keek men ernaar. Maar kijken jullie verder nog naar wat mensen ervan vonden? CvS: Ja we kunnen niet zeggen van er is een beste manier want het kan aan meerdere factoren liggen. En aan het onderzoek van de universiteit wordt er wel gekeken naar andere meningen dus kwalitatief. Dus daar houden zij zich mee bezig en er komt dus nog een inhoudelijk onderzoek. 14 januari worden waarschijnlijk de onderzoeksresultaten gepresenteerd. CvS: Dat vind ik ook met mode. Als ik iets duurs koop dan weet ik verder niets van wie heeft het gemaakt en wat of de achterliggende gedachte. Of waar het vandaan komt. Je weet je wel dat het wol of katoen is en hoe je het moet wassen. MhO: dat is ook heel erg wat mij interesseert. Wat is het verband tussen kunst en mode en in hoeverre kunnen we mode als kunstvorm zien. En mode wordt nu ook meer gepresenteerd in musea en soms ook wel op een kunstachtige manier maar meestal hangt het gewoon in een rek naast elkaar maar je weet verder niets. CvS: Ja terwijl het juist wel leuk is om te weten wat de inspiratie is achter een kledingstuk en of de pofmouw refereert naar de 18e eeuw of zoiets. MhO: ja de relatie ervan is misschien wel juist heel interessant. Ik denk dat we in een tijd hebben geleefd waarbij de merknaam een hele grote rol speelde maar nu zitten we in een tijd waarbij jonge ontwerpers het heel moeilijk hebben en ik denk dat de presentatie van mode een hele belangrijke rol daarin speelt. CvS: Ja het verhaal is alles! MhO: Ja ik heb zelf bij een mode ontwerpster stage gelopen en pas toen ik achter de schermen had gekeken hoe dat nou allemaal zat en inderdaad als je het kledingstuk hebt voor je denk je leuk maar als je een rits openmaakt maakt dan denk je van wow! Je ziet wat je er allemaal mee kan en wat een creativiteit erachter zit. En dat is zonde dat de bezoeker dat niet te zien of te horen krijgt want waarom zou je dan voor dat ene kledingstuk gaan en niet voor de ander. MhO: En wat betreft mode. Denk je dat het mogelijk is om zo’n experiment net als bij museum minutes te doen? CvS: Ja tuurlijk maar dan zou ik helemaal opnieuw beginnen. De lopende band is natuurlijk wel een spannende catwalk haha! Maar daar is de vraag natuurlijk ook weer anders want mode wil je vaak bewegend zien. Kunst is vaak statisch en staat dus stil en mode/kledingstuk beweegt dus dan is het weer interresant om dat te zien. Hoe het om het lijf beweegt. Dus dat is een spannend gegeven hoe je meer kan vertellen bijvoorbeeld die stof fladdert zo en die rits zit daar. Maar uhm naja dat zou dus een ideale setting zijn om kleding te late zien en zo werkt het volgens mij ook in een winkel. Als je de verkoopster ziet lopen dan denk je, leuk! Zo had ik het niet bedacht en dan is het ook af, er zit een leuk armbandje bij en dan zit haar haar leuk en dan kun jij je voorstellen hoe dat eruit ziet. Paspoppen helpen daar natuurlijk ook bij maar ja het spannende daar is om te vertellen wat voor stoffen heb je aan, waar komt de inspiratie vandaan en hoeveel uur heb je daar dan aan besteedt. MhO: Ja absoluut, en wat je ook zei over het dragen. Ik werk zelf ook in een kledingwinkel en wat ik draag verkoop ik ook standaard. Dat is want dat is ja je ziet die persoon ook niet als persoon eigenlijk maar meer als paspop en ze kijken ook niet naar, ja soms wel als je kijkt en denkt als zij het draagt dan hoef ik het niet, maar vaak juist wel van oh dat staat haar goed en dan wil je het wel hebben en in beweging dat je het aanziet. Zeker sommige kledingstukken hebben een hand appeal van 0.0 en dat hangt dan half op de hanger. CvS: ja dat dan niet weet hoe het aan moet. MhO: Ja inderdaad dat zijn ook van die dingen dan komen de mensen met een jurk achterstevoren de paskamer uit haha. Want dat is heel moeilijk om dat dan van te voren te zien. CvS: Ja je krijgt er ook geen handleiding voor hoe je het aan moet doen. MhO: Haha nee absoluut. 6
CvS: Ja dat is heel leuk om over na te denken bijvoorbeeld ook voor modeshows. In een winkel hangt het in een rek maar bij een modeshow is altijd een spannend muziekje, een decor en dan lopen ze heen en weer maar er is een, althans dat dat weet ik niet want heb er geen research naar gedaan maar. MhO: Ja af en toe lopen ze te lachen of dan is het een soort performance. CvS: Ja maar er is geen lezing of iets vooraf die dieper erop in gaat, wat de filofosie erachter is of er een hele filmshoot. Mode is toch wel conversatief. MhO: Ja daarin is het verschil ook wel met mode en kunst. Mode moet verkopen en ik werk dan bij COS namelijk en we krijgen zoveel binnen en sommige vrouwens komen 5x in de week langs en zeggen van oh weer wat nieuws. En die blijven kopen en kopen. En dat is anders dan bij kunst. CvS: Ja maar dat vind ik ook wel weer leuk dat het toegepast is. Ik heb zelf veel schoenen van United Nude. Dat op dat moment aan hebt dat mensen zeggen oooh wow waarvan is dat? Hoe werkt dat dan en hoe zit het in elkaar en waar komt het vandaan? MhO: Ja en het is dan leuk dat je het zelf ook kan vertellen. CvS: Ja dat je er zelf een verhaal over kan vertellen. MhO: ja want ze zijn vrij exclusief en anders dan andere schoenen. CvS: Ja en anders zeg je alleen maar van ja daar en daar heb ik ze vandaan. Als je het niet weet dan kun je het ook niet vertellen. MhO: Ik denk dat het voornamelijk neerkomt op de informatie van kleding dat er mist en dat daar iets mee kan gedaan worden. CvS: Ja, kleding heeft vaak al mooie labels. Je kan mensen iets laten zien qua lezen maar je kan bijvoorbeeld ook beeldschermen neerzetten waarbij je de kleding ziet bewegen. De catwalk is altijd zo’n rare setting. Je kan veel meer real life of juist meer kunstzinnig of filmisch iets kunnen doen. MhO: Je ziet ook wel dat veel ontwerpers mee doen met exposities. Ik ben toen ook met ijn stage meegeweest naar Berlijn daar was een expositie en dat was multidisciplinaire dus ook design en beeldende kunst en ook dus mode. En vanuit daar is het een beetje gekomen, van snappen mensen dit nu eigenlij wel? Dat je de mode wel kan kopen? CvS: Ja dat is best een uitdaging want als je veel mode in musea hangt denken mensen dan nog wel dat je het kan kopen? MhO: J dat had ik dus bij sommige dingen van ja wat moet ik hier nu eigenlijk mee en ook met beeld en video’s die vooraf waren gemaakt. CvS: Ja wij hebben nu net Unseen gehad en daar hebben we heel lang discussie over gehad.we hebben toen unseen collection bedacht. Dat was een werken tot 1000 euro voor mensen, iets ouder dan jij die klaar zijn met de studie en je koopt weleens voor 300 euro een jurkje maar nooit voor 500 euro een foto en hoe zorg je dat je dat doet. Als je nadenkt over hoe foto’s op een beurs wordt verkocht, dat is heel museaal en er staat geen bedrag zijn dus je denkt snel dat zal wel heel duur zijn en hoe kan ik dat dan kopen en bij unseen collection hebben we geprobeerd dat te verbreken. En galleries vinden dat heel moeilijk om mee te werken want die zitten met die conventies en ze vinden dat ordinaire en daar houden die fotografiekopers niet van en om een nieuw publiek aan te spreken moet je toch iets anders doen om hu aan te spreken en de dingen los te laten die je gewend bent. En dat denk je oke, hoe werkt zo iemand dan op een beurs? Die wil gewoon zien van oh 400 euro dat kan ikbetalen of ooh 1000 euro dat kan ik wel betalen. MhO: Dat lijkt mijn ook moeilijk met foto’s want veel mensen denken ja dat kan ik ook terwijl niet iedereen kan schilderen of boetseren of iets en dat lijkt mij ook weer lastig. Met kleding vinden mensen vaak van ja het is kleding waarom is het zo duur dan. 7
CvS: Wat je niet direct kan vastpakken mot je toch laten zien van waar zit het hem dan in, en dat kan op veel manieren maar daar moet je wel aandacht aan besteden anders is het alleen voor de kenners. MhO: Er zijn vast ook geen kenners die er wel wat voor over hebben. MhO: Zijn er musea waarvan je zegt van die hadden een bepaalde presentatietechniek die mij is bijgebleven? CvS: Ja, ik bedoel ik denk dat alle musea weleens iets gedaan hebbenwaarvan je kan zeggen wow dat was te gek Het is niet dat er niet geexperimenteerd wordt. Maar het intressante van de kunsthal ivm de roven vond ik omdat ze een glazen wand hebben. Maar juist die wand maakt het als je een achteloze voorbijganger bent juist goed zodat je niet in een donkere kluis zit maar dus ik vind het een heel lelijk gebouw overgens maar. MhO: het maakt het toegankelijker. CvS: Groepsfoto van Vandejong is genomen voor het newmuseum in New York en de newmuseum is een museum voor hedendaagse kunst maar dat zijjn hele grote zalen maar zij laten ook veel dingen maken in het museum als je dan komt. Het is een white cubes, zoals altijd, maar je ziet dus de tentoonstelling en je ziet mensen ermee bezig die een performance zijn en dat maakt het spannender dan normaal. Het is anders dan stil langs kunstwerken schuiven en dat vind ik ook heel prettig en dat moet ook blijven maar het mag wel wat losser. MhO: Wat is de doel van de tentoonstelling? Willen jullie het laagdrempelig maken? CvS: Ja! Daarom om verschillende mensen die de audiotours doen. Mensen zoals jij en ik. Iedereen kan wat zinnigs zeggen over een kunstwerk of je nu er iets van weet of niet. MhO: Heeft het denk je invloed op de waarde van een kunstwerk in musea? CvS: Nou kunstwerken in musea zijn in principe niets waard want je kan ze niet kopen en als je ze steelt kan je ze ook niet door verkopen. Ik geloof niet zozeer door kunst laagdrempelig te maken dat het dan zijn waarde verliest. Er zijn altijd mensen die er in een bepaalde autoriteit over praten en tentoonstellingen zijn die recht doen aan de kunstwerken en in principe als je er extra mee doet om mensen er kennis mee te laten maken. Het is meer iets extra’s doen en een musea kan dat goed. Foam hebben normaal 3 tentoonstellingen, een nieuw talent, iets leuks en toegankelijks en iets heel moois en goeds vanuit een andere categorie. Dus als je heel veel foto’s ziet dan heb je 3 leuke contrasten. Als je alleen maar yoyoyo over een kunstwerk kan zeggen dan gaat het nergens over maar als je en aan iemand kan uitleggen van iemand van twee en aan een kunstenaar waarom het goed is dan doe je het goed. MhO: Ja absoluut.
8
INTERVIEW Nanda van den Berg | Huis Marseille M.O.: Fotografie wordt ,wat ik heb ondervonden in Huis van Marseille, hangend aan de muur of met de beamer geprojecteerd tentoongesteld. Naar mijn idee is dit de meest logische manier van presenteren maar kunt u mij vertellen waarom fotografie in dit geval zo wordt gepresenteerd? En is dit altijd zo geweest?| N.v.B.:De fotografie bestaat nog geen tweehonderd jaar en de eerste foto’s zijn gemaakt in allerlei (experimentele) technieken en materialen (calotypie, daguerreotypie, albuminedruk etc. in de 19e eeuw bijvoorbeeld) Ook in de twintigste eeuw heb je allerlei nieuwe ontwikkelingen op technisch gebied: barietdruk, eerste kleurenfoto’s etc. etc. En in de 21 ste eeuw (nu) zit je met de overgang van analoog naar digitaal. Al die technieken brengen met zich mee dat de foto’s op een of andere manier beschermd moeten worden tegen licht, vocht, temperatuur en andere omstandigheden. Klassieke fotografie wordt dus alleen in heel geconditioneerde ruimtes tentoongesteld, anders gaat het achteruit. (aan de wand, in een vitrinekast, op bepaalde spiegelkastjes als het om een daguerreotypie gaat, want anders zie je niets, etc.) En het bestaat al, je hebt dus een bepaald formaat, techniek etc. Daarentegen: Als je een tentoonstelling maakt met een hedendaagse fotograaf – zoals ik beschreef – dat kan je vanuit diens negatieven/opnamenmateriaal alle kanten uit. Zo heb ik met Viviane Sassen allerlei vormen bedacht om haar modefotografie tentoon te stellen, uitgaande van de AARD van de fotografie: sommige waren los met spijkers in de muur gehamerd, als ‘posters’ (om te refereren aan het modegenre), heel veel foto’s werden gebeamd, als een ode aan de vluchtigheid van het modefenomeen, zo ontstond er een soort ‘virtuele catwalk’. Dit waren allerlei gedachten die voortkwamen uit de aard van het werk, de mogelijkheid van de ruimte en de uitgangspunten van de tentoonstelling. Met hedendaags werk kun je allerlei kanten uit. In de tentoonstelling die ik nu voorbereid van Rob Hornstra bijvoorbeeld, komt er in de lichthof van 401 een grote foto te hangen die rechtstreeks is geprint op forex, in zes delen. (dus meer als een billboard, dan als een kunstfoto) M.O.: U zei in uw mail dat u samen met de kunstenaar bedenkt hoe u de foto gaat produceren.Speelt u veel met verschillende presentatietechnieken of probeert u weleens nieuwe presentatietechnieken uit? Met presentatietechniek bedoel ik de manier hoe het kunstwerk/foto wordt tentoongesteld. N.v.B.:Zie het antwoord hierboven. Je hebt in feite negatieven / of digitale bestanden, en daarmee kun je letterlijk alle kanten uit voor een tentoonstelling. Het is iets anders wanneer de fotograaf de foto’s wil verkopen, dan werkt hij/zij namelijk in samenwerking met de galerie aan zogenaamde ‘edities’ met een bepaald aantal en een bepaald formaat, en die edities kunnen uitverkocht raken. Dit is inherent aan de aard van de fotografie, waar men steeds het ‘unieke’ karakter van een verkochte druk moet waarborgen. Hiervoor kun je het beste een fotograaf of een galeriehouder zelf interviewen. Een tentoonstelling maken is dus iets anders dan foto’s verkopen. M.O.: Wanneer toont u foto’s achter glas en wanneer niet? Heeft dit bijvoorbeeld met de waarde van de foto te maken? N.v.B: Je kunt foto’s afdrukken en opplakken (op bijvoorbeeld aluminium) en dan met een ophangsysteem in de ruimte hangen als tentoonstellingsmateriaal. Dat ziet er mooi uit, maar de foto is verschrikkelijk kwetsbaar. Je kunt de foto daarna (als museum) slecht bewaren, en ook (als fotograaf) slecht doorverkopen, want het is enorm snel beschadigd. Het allerbeste is dus om de foto’s in te lijsten en achter glas te doen. Museumglas is het allerbeste. Dit is echter verschrikkelijk duur. Voor een tentoonstelling kies je dus wat je wel en niet kunt lijsten, en wat wel of niet ook nog achter glas kan. Je moet altijd budgettaire overwegingen maken en die ‘in lijn’ brengen met hoe je het werk wil tonen vanuit je tentoonstellingsconcept. Voor het tentoonstellings’beeld’ is het niet erg als ergens geen lijst omheen zit. De keuze voor wel of niet lijst/glas heeft dus vooral met het behoud van de foto te maken, en ook met een bepaalde sjieke presentatiemethode, die bij sommige foto’s heel goed past. Binnen een tentoonstelling maak je daar altijd keuzes in, ook uitgaande van het beeld en wat daar het beste bij past. Overigens zijn er ook methodes zoals diasec, waarbij een foto achter perspex wordt geplakt, die is bijvoorbeeld weer heel geschikt voor foto’s die een bepaald soort extra glans willen krijgen, dat het onderwerp versterkt.
9
M.O.: Zijn er tentoonstellingen die u kunt heugen die bijzonder/onderscheidend waren? Dit hoeft niet perse fotografie te zijn maar ook schilderkunst of sculpturen. N.v.B.: Ik kijk naar heel veel tentoonstellingen in binnen- en buitenland, van allerlei soorten kunst, en vooral naar de presentatiemethoden om ideeën op te doen. Als antwoord kan ik nu wel een boek vol schrijven, maar daar heb ik echt geen tijd voor. Toen ik kunstgeschiedenis studeerde in de jaren tachtig was er een tentoonstelling van Rudi Fuchs, die toen directeur was in het Van Abbemuseum, de tentoonstelling heette ‘De Statua’. Het ging dus over beeldhouwkunst. De catalogus had de wagenmenner van Delphi op het omslag, een beeld uit de Griekse oudheid dat ik altijd heel erg mooi had gevonden. Dat beeld was er niet te zien, maar het was een referentiepunt. Voorts waren alle zalen van het museum stuk voor stuk gewijd aan één beeld: je liep eerst naar een soort totempaal, in de volgende zaal lag Carl Andre op de vloer, de volgende zaal toonde een tafel met glassculpturen van Luciano Fabro. Etc. Die tentoonstelling heeft grote indruk gemaakt, ik vond hem prachtig, ik ben hem nooit vergeten. Een meer recente tentoonstelling die ik bijzonder vond was die van Bice Curiger in het Kunsthaus Zürich (vorig jaar) over de Barok, waarin ze moderne kunst met historische Barokschilderijen combineerde.
10
INTERVIEW Saskia van der Kroef | coordinator van curatorial programme, De appel. M.O: Hoe onstaat een tentoonstelling? SvdK: Een tentoonstelling ontstaat dus vanuit een kunstenaar zelf, concept en in de meeste gevallen valt dat samen. Naja als je zover bent moet je in veel gevallen nadenken over hoe je het financieert. Zelfs in tentoonstellingsinstituten zoals hier. Omdat de het huidige budget vaak niet voldoenze zijn dat kan ook invloed hebben op in de selectie van werken maar je hoopt van niet maar bijvoorbeeld bruikleen, het werk moet ergens vandaan omen, kost geld en dat zijn alweer praktische beweegredenen en dat moet je al snel in kaart brengen in een vroeg stadium. Hoe ga ik dit dat wat ik wil wat ik heb geconceptualiseerd hoe ga ik dat praktisch uitwerken en eigen is dat de directe volgende stap, budget en dus subsidie aanvraag die erbij komen en in diezelfde fase blijf je gewoon met de kunstenaar/s in discussie en zo gaat dat in dialoog over hoe het eruit komt te zien en nou en weer verder spelt natuurlijk ook de wereld wil laten weten wat je aant doen bent dus dan heb je het over promotie/communicatie en in geval van een instelling hier zijn er echt verantwoordelijke daarvoor en die stappen op dat moment in en geven aan wat voor uiting ze denken bijv. Een een tekstje op de website maar ook in de jaaragenda of echte drukken van flyers die verspreiden moeten gaan worden of uitnodigingen al dat soort zaken komen dan aan bod. En hier laten we het CP. Ook voor een groot deel zelf bepalen. Ze moeten ook al dat soort dingen voor promotie beheren. Het voordeel met zo’n instelling is dat er al experts zitten en dat we daarover beschikken. Die fase kan lang en kort duren het ligt aan wanneer je project gepland is. Soms weken soms maanden zoniet jaren aan werkt. M.O: Hoe zorgen jullie dat het naast het kijken naar werken ook interessant is voor bezoekers om te komen? SvdK: De opening moet een groot ding worden ook naar de subsidie gevers toe. Je moet geloofwaardig blijven. Je moet extra aandacht vestigen op de tentoonstelling dit doe je door een lezing bijvoorbeeld of panel discussie of een film. Het zou van alles kunnen zijn. Extra momenten inlassen om het publiek allert te maken op de tentoonstelling. M.O: Mijn uitkomst van het onderzoek is dat we veel informatie krijgen over de kunstwerken in een tentoonstelling maar als ik een dure jas koop van een conceptuele ontwerper dan weet ik er niets van, kan er op dat moment niets over terug lezen. M.O:Voor mijn gevoel is de white cube een algemeen format voor galerieën en musea. Klopt dit? SvdK: Het is lang zo geweest. The white cube model kwam in de jaren 60 op en dat is ook de periode dat Sandberg het hele stedelijk wit heeft geverfd. Maar het rijks is nu weer hersteld in de 19e eeuwse staat hersteld. The white cube heeft heel lang gedomineerd en dat doet eigenlijk nog steeds maar er is al een tijd een tegenbeweging gaande. Je ziet dus ook met musea zoals het Tate in Londen waar een strakke tentoonstelling is in gebouwd maar wel met de opkomst van wel bijv. Bestaande gebouwen die als tentoonstellingsruimte wordne gebruikt. Daar zie je al eigenlijk een soort tegenbeweging op het white cube model. Er zijn veel discussies geweest dat een white cube beperkingen heeft maar je moet ook kijken naar wat voor kunst wordt gemaakt en getoond wordt in die ruimte want in de jaren 60 waaruit de white cube opkomst kwam en ook conceptuele kunst waarin dit dus heel goed paste. M.O: Ja het rijks voorbeeld daat om oudere kunst en de ruimte is daarop ingespeeld. En hedendaagse kunst een white cube ook praktisch is omdat alle focus naar het kunstwerk gaat. SvdK: Ja dat is ook de intentie geweest van het ontwikkelen van een white cube. Tekstlabels: M.O: Daar is eigenlijk mijn conclusie dat we meer moeten werken met teksten bij mode om het te verduidelijken wie de ontwerper is en wat je nu eigenlijk voor je ziet. SvdK: Ja daar is ook een hele discussie nu over wat moet er nu op een tekstbordje. Jip en janneke taal of meer voor de kunstkenners. En dit is recent op nederlandse kunstblogs. En dat is heel erg actueel.
11
M.O: Zie jij mode als kunstvorm? SvdK: Jazeker! Waarom niet? Het is anders als het een label is die gewoon kleding maakt maar er zijn zeker ontwerpers die kleding maken dat kunstwerken zijn. Het ligt maar net aan hoe ze zich positioneert. Maar ik denk dat mode net zo goed in een stedelijk museum kan hangen. Het moet in een goed doordachte context. Ik zie geen reden waarom niet en je ziet het ook wel nu maar het ik denk dat het miss in de grotere instellingen nog niet is doorgedrongen maar de kleinere niet. Het is meer omdat curatoren niet alles vlakken beheersen. Dus mode en kunst etc. SvdK: Compositie tentoonstelling: beeldend kunstenaars hebben bijna tot alles te zeggen over de manier waarop hun werk eruit ziet maar over de daadwerkelijke presentatie en de samenhang met andere werken dat daar de curator leidend is. Maar dat is zeker niet altijd een makkelijke weg is daar is veel discussie bij. Alles moet in heel goed overleg gaan.
12
INTERVIEW Eigenaar Galerie Amsterdam. | Anoniem M.O.: De ruimte waarin de werken tentoon worden gesteld is wit, behalve de vloer. Is dit een bewuste keuze? A.: Ik heb de ruimte een tijdje helemaal grijs gehad maar dat ging vervelen. Wit is altijd goed en de kunstwerken komen dan ook het beste tot hun recht. M.O.:Bij de schilderijen hangt geen informatie over de kunstenaar behalve de naam. Waarom is dat zo? A.: Het is niet gebruikelijk om informatie te verstrekken via een tekstbordje. Ik licht zelf deze informatie vaak toe. Het is niet ‘not done’ maar vaak niet gebruikelijk. Op beurzen doe ik het wel. Als de kunstenaar niet bekend is dat hang ik vaak wel een bordje op.
13
HET RIJKSMUSEUM AMSTERDAM Het Rijksmuseum staat voor oude waardevolle schilderkunst waarbij werk van de grootste meesters worden tentoongesteld.Het gevoel van avant-garde voel je meteen als je entree maakt. De architectuur van het gebouw helpt hieraan mee maar ook vooral de binnenarchitectuur. Het is er niet oubollig of suf maar het rijksmuseum heeft een historische uitstraling met een moderne twist wat betreft kleur en behang. Vormen van presentatie Kunst achter glas Glas wordt gebruikt met een functie. Het moet bescherming bieden aan het kunstwerk. Het zijn vaak kunstwerken die een gebruiksfunctie hebben gehad en men zal dus minder snel de waarde hiervan inzien of erkennen. Wat opviel was dat zodra er een kunstwerk werd beschermd mensen nieuwsgierig werden en ernaar gingen kijken maar een extra afstand bewaarde tussen lichaam en het glas. Ze probeerde wel zo dicht mogelijk met het gezicht bij het glas te komen. Kunst achter een lijn die niet overschreden mag worden Bij waardevolle schilderijen en beelden was er een stalen draad gespannen die voor ruimte tussen het kunstwerk en de persoon creëerde. Omdat dit niet altijd het geval was wist je dat dit specifieke kunstwerk waardevoller of breekbaarder was dan de rest. Men probeerde hierdoor langer te kijken om te ontdekken was het dan wellicht was?
Kunst op een sokkel Er was 1 beeld te zien op een sokkel.Je kon het aanraken maar dit heb ik niet zien gebeuren. Mensen zijn toch bang om het kapot te maken of om te stoten.
Kunst in een lijst aan de muur Dit is de klassieke manier van schilderijen tentoonstellen. Het is plat en het kunstwerk op zich moet je boeien om je er naar te laten kijken. Onderzocht is dat dit 9 seconden in zijn totaliteit is. Bij deze vorm zag ik vooral dat mensen de bordjes met informatie over het schilderij lazen. Men wil leren over het schilderij, zich even een connaisseur voelen bij wat zij zien. 14
Een onderbroken reeks Er was een kamer die alleen maar schilderijen en ineens stond er een kast. Een kast uit de tijd waaruit de schilderijen hadden maar omdat het zo uit de toon sprong moest ik er even naartoe lopen en lezen wat dit nou precies voor een kast was. Het paste in de kamer met schilderijen maar doordat het niet in lijn lag qua vorm viel het op en trok het de aandacht.
Mode in een kunstmuseum Totaal niet in lijn met de rest van de kunstcollectie bevond er zich in de gang een mondriaan jurk van Yves Saint Laurent. Dit laat zien dat mode sterk in verband met kunst staat. Deze jurk is een weerlegging van kunst als inspiratiebron maar ook de waarde heeft hier veel mee maken. De inmiddels overleden Yves Saint Laurent was een groot ontwerper en dit geeft deze jurk de waarde waardoor het waarschijnlijk als kunstwerk wordt gezien.
Schilderijen in een lijst De lijsten die om de schilderijen heen zitten halen de waarde van de schilderijen op. Het is in lijn met het schilderij. Het is groots, goud of van massief hout.
Gebruik van licht Het gebruik van spotlights was iets wat mij opviel. Het was een vrij donkere omgeving wat ten goede kwam voor de sfeer uit die periode. Daarnaast waren de kunstwerken wel goed verlicht met zachtgeel licht. Dit zorgde dat de focus daar was en trok de aandacht.
15
HET STEDELIJK MUSEUM AMSTERDAM Het Stedelijk museum geeft meteen een ander gevoel dan het Rijksmuseum. De buitenarchitectuur (de badkuip) verraad eigenlijk al de sfeer binnen. Wit en modern. Het is inderdaad waar dat de architectuur de verschillende tussen het nieuwe gebouw en het oude heeft doen vervagen, je merkt als je binnen staat niet in welk deel je staat. Vormen van presentatie Grote ruimtes, weinig kunst De grote ruimtes worden niet volgestopt met kunst. Er is per muur enkel 1 of 2 werken te zien. De ruimte eromheen is wit. Je wordt niet beïnvloedt door de kamers of de sfeer. Het kunstwerk staat hierdoor op zichzelf. Kunstwerken los in een ruimte Bij dit kunstwerk moest ik twee keer kijken of het nu echt een kunstwerk was of niet. Er hing een bordje bij maar die was ver weg. Men bleef op afstand zag ik en gingen niet heel dichtbij om het te bekijken.
Gebruiksvoorwerpen aan de muur op plank Deze presentatie vorm deed me gelijk aan een winkel denken. Duidelijk en goed zichtbaar. Alsof het te koop was.
Installatie los in ruimte Iets als dit nodigt uit om het te ervaren en van dichtbij te bekijken.Het viel me op dat niet veel mensen dit deden. Wellicht kwam dit omdat het een heel herkenbaar iets is. Dus minder spannend.
Kunstwerk met functie uitgebeeld Een wereld achter het geopende raam. Belangrijk en noodzakelijk om dit te laten zien. Anders mist het zijn doel.
16
Foto’s zonder lijst De foto’s pasten ook niet in een grote opvallende lijst dus dat waseen voor de hand liggende keuze, denk ik. Het waren documentatie foto’s en men stond er denk wel 9 seconden bij de te kijken. Het maakte de foto niet heel speciaal verder omdat de presentatie geen aandacht had gekregen. Het stond op zichzelf.
Kunstwerk onder glasplaat op tafel Leuk om even in te kijken maar het werk was denk ik niet zo spannend om er lang naar te kijken.
Kunstwerk achter glas Uit bescherming
Bezoekersbank Het bankje was nooit leeg. Men wilde even de tijd en rust pakken om naar het kunstwerk te kijken.
17
Kunst achter een lijn die niet overschreden mag worden. Een duidelijk signaal maar het maakt nieuwsgierig. Men probeerde met hun neus zover mogelijk bij het beeld te komen. Met de handen op de rug.
Kunst zonder bescherming met bordje Riskant omdat niet iedereen meteen het bordje ziet. Maar ik heb niemand erop zien zitten.
18
MUSEUM MINUTES, KUNSTHAL ROTTERDAM Presentatie Museum Minutes is een initiatief van cultuuradviseur Johan Idema. Hij stelt de vraag hoe de presentatie van moderne en hedendaagse kunst anders kan in een tijd waarin het museumbezoek en het draagvlak voor publieke >inanciering afnemen. Vier creatieven uit de design-‐ en communicatiewereld -‐ Erik Kessels (KesselsKramer), Lies Willers (OPERA Amsterdam), Cyril van Sterkenburg (Vandejong) en Merien Kunst (Woedend!) -‐ zijn gevraagd een concept te bedenken om kunstwerken op een nieuwe en verrassende manier voor het voetlicht te brengen. Ze besluiten samen een alternatief te presenteren voor hedendaagse kunsttentoonstellingen die vaak gehouden worden in zalen met witte muren en vergezeld gaan van spaarzame bijschriften. Het uitgangspunt is de tijd die museumbezoekers gemiddeld naar kunstwerken kijken. De vraag is hoe deze tijd verlengd kan worden en of dit leidt tot beter begrip van kunst. Voor Museum Minutes maken zij een selectie van moderne en hedendaagse kunstwerken, a>komstig uit het Gemeentemuseum Den Haag, waarin tijd en beweging als thema centraal staan. Bezoekers worden uitgedaagd om sommige kunstwerken -‐ letterlijk -‐ actief te bekijken, of juist geheel ontspannen. Bovendien krijgt ieder werk een eigen audiotour, gemaakt in samenwerking met zestien verschillende partijen. Zo rapt een hiphop artiest over een schilderij van Frank Stella en kijken twee kinderen kritisch naar het werk van Tjebbe Beekman. www.kunsthal.nl
19
Presentatie - De Loopband
Presentatie - De stoel
20
Presentatievorm 1 - Door kinderogen Kinderen geven hun visie over een kunstwerk. Hierdoor krijg je elementen te horen die je zelf niet eens zag. Kinderen zijn schaamteloos en ik zat te lachen in mijn stoel bij het horen dat op dit schilderij New York te zien was onder gepoept door de meeuwen. Het zou niet relevant zijn voor de grenswinkels die ik onderzoek. Maar voor kunstpresentaties zeker wel!
Presentatievorm 2 - 3 korte verhalen Er waren drie korte verhalen te horen bij dit schilderij. Het waren verhalen apart en los van elkaar. Dit zou kunnen toegepast worden op kleding maar dan meer over de inspiratie van de collectie.
21
Presentatievorm 3 -‐ Muziek erbij Dit spreekt voor zich en kan een heel goed idee zijn voor de grenswinkels. Zo breng je de klant in de sfeer van de collectie in plaats van een algemene stemming van de winkel.
Presentatievorm 4 -‐ Kunstenaars over kunst Er spraken 2 kunstenaars over hetzelfde beeld. 1 was de maker ervan en de ander niet. Vanuit het oog van de kunstenaar hoorde je de inspiratie en de werkwijze. Wat het materiaal was en hoe het is onstaan. De ideale kans om de ontwerper zijn verhaal te laten doen over zijn collectie en de inspiratie erachter. Simpelweg door een koptelefoon.
22
AVANT-GARDES, KUNSTHAL De Kunsthal Rotterdam presenteert tijdens haar twintigjarig jubileum de bijzondere tentoonstelling Avantgardes, samengesteld uit de collectie van de Triton Foundation. De met grote zorg en liefde samengestelde Triton collectie treedt met deze tentoonstelling voor het eerst expliciet als collectie naar buiten. In twee decennia is de privécollectie uitgegroeid tot een verzameling van wereldformaat met representatieve werken van de belangrijkste en meest invloedrijke kunstenaars vanaf de laat negentiende eeuw tot nu. In nauwe samenwerking met de Triton Foundation zijn voor de tentoonstelling ruim honderdvijftig werken van internationale topkwaliteit geselecteerd van ruim honderd verschillende kunstenaars uit de voorhoede, de avant-garde, van de westerse kunstgeschiedenis. Er is werk te zien van grote vernieuwers als Marcel Duchamp, Piet Mondriaan en Yves Klein en andere avant-gardisten die braken met de gangbare artistieke regels van hun voorgangers en experimenteerden met nieuwe uitingsvormen. Onder hen zijn kunstenaars als George Braque, Francis Picabia, Willem de Kooning, Elsworth Kelly, Frank Stella en vele anderen. Aangevuld met werk van klassieke meesters als Vincent van Gogh biedt Avant-gardes een uitgebreid beeld van de ontwikkelingen in de moderne kunst. Visuele verbanden dwars door de tijd De tentoonstelling bevat werken uit vrijwel alle belangrijke kunststromingen, van het impressionisme tot het expressionisme van Max Beckmann en de kubistische vormentaal van Juan Gris. Ook van minder bekende kunstenaarsbewegingen zoals Les Nabis onder wie Pierre Bonnard gerekend wordt, en van het Russische constructivisme met kunstenaars als Wassily Kandinsky en El Lissitsky zijn werken te zien. Visuele verbanden en verrassende combinaties van schilderijen, tekeningen en beelden die stilistisch, in materiaal of uitstraling aan elkaar verwant zijn, vormen de leidraad van de tentoonstelling. De tentoonstelling presenteert met combinaties van werken de onuitputtelijke reikwijdte en zeggingskracht van beeldende kunst dwars door de tijd. Zo is onder meer een ingetogen selectie werken van onder andere Bonnard en Hans Bellmer, een onverwachte combinatie van Emil Nolde en Alex Katz en een mooi duet van Andy Warhol en Marc Quinn te zien. Triton Foundation De Triton Foundation stelt zich ten doel de collectie en nieuwe aanwinsten openbaar te maken voor publiek. Alle werken uit de collectie zijn, dankzij genereuze (langdurige) bruiklenen aan museale collecties en tijdelijke tentoonstellingen over de hele wereld, in het openbaar te zien. (www.kunsthal.nl) Tijdens de expositie mochten er geen foto’s worden gemaakt. Dit gaf al de indruk dat er exclusief werkt hangt en dat er natuurlijk gezien de roof streng wordt gecontroleerd. De expositie was opgesteld zoals wij het vandaag de dag kennen. Lijsten aan een witte muur. Kaal, geen sfeer. Bij de schilderen hing een bordje met de naam van de schilder en bijvoorbeeld ‘olieverf op doek’. Verder geen informatie. Het was een expositie voor de connaisseurs, mensen die zelf aan een schilderij zien uit welke kunststroom het voortkomt.
23
VISUEEL ONDERZOEK GALERIEËN Galerie Borzo, Amsterdam
Galerie Juliette Jongsma, Amsterdam
Galerie Annet Gelink, Amsterdam
24
PRESENTATIE TECHNIEKEN TOEPASBAAR OP MODE 3.1 Presentatie techniek: Kunstwerk los in de museumruimte
3.2 Presentatie techniek: Functie uitbeeldend
3.3 Presentatietechniek: Kleding achter glas
25
3.4 Presentatie techniek: Accessoires op een sokkel
3.5 Presentatie techniek: Accessoires onder glasplaat
3.6 Presentatie techniek: Informatiebordjes bij kleding
3.7 Presentatie techniek: Informatie verstrekken d.m.v. een koptelefoom.
26
RESTORED Restored collects and sells unique products, for you to browse, own, and cherish. We focus on representing talented young designers, and offering them a platform to bring their products and visions to a wider public. On display in our store you will find beautiful garments, accessories, items for your interior, magazines and more. The products are manufactured with attention to craftsmanship. They have innovative details, are hand made and produced in small quantities. Restored is all about beauty, balance and originality. We believe in an honest approach and a sincere interest in people and products. We love to participate in co-‐creating a God-‐fashioned-‐world, where all fits together. We keep faith with the rubble around and find lots of pretty glimpses of hope to share. You’re welcome. David & Marijke (&Ela) (www.restored.nl)
Ik heb bij deze winkel ervoor gekozen om er alleen rond te kijken en te observeren naar hoe mensen op de presentatie reageerde en wat het met mij deed. De etalage had veel aandacht gehad wat betreft presentatie. Er hing een stoel aan touwen in de lucht en de gevel was rood geverfd, het is een blikvanger. Bij binnenkomst zag ik een rek met kleding, een lange tafel met daarop accessoires en design spullen uitgestald. Achter in de winkel de toonbank. De winkel was vol met spullen en kleding. Een van de merken die ze verkopen is By FOA. Dit is een startend merk met een prijsklasse in het midden/hoogsegment. Alles lag open om te pakken en zelfs de kleinste ringetjes lagen niet onder glas. De drempel om producten aan te raken en te pakken was laag. Op hun website staat informatie en linkjes naar de ontwerpers van de kleding en spullen maar in de winkel is dit niet te vinden. De kleding wordt nog wel op 2 mannequins geshowd maar het blijft bij de standaard presentatie zoals je die vaak ziet in winkels. Terwijl er toch wel bijzondere merken en vooral nieuwe ontwerpers worden verkocht die naamsbekendheid nodig hebben.
27
MARGREETH OLSTHOORN
In gesprek met een anonieme bron kwam ik meer te weten over de winkel en de presentatie ervan. De winkel is opgebouwd naar het principe van een galerie dus witte muren, rauw uiterlijk en sokkels. De eigenaresse ziet zichzelf als curator van haar eigen winkel. Zij ziet ontwerpers als kunstenaars en dit is haar tentoonstelling van hen. Eens in de zoveel tijd krijgt een ontwerper zijn eigen ‘expositie’ in de etalage. Er worden kledingstukken op poppen gepresenteerd, op sokkels en achter glas (accessoires). Een goed voorbeeld van een associatie met kunst want het voelt ook alsof je in een galerie bent. Wat er miste was informatie over de collecties en ontwerpen. Die moest zijzelf persoonlijk geven.
28
SUKHA AMSTERDAM Bij mijn bezoek aan Sukha Amsterdam valt meteen het gedicht op aan het raam. Verder in de winkel hangen meer gedichten en alle producten die ze verkopen wil je aanraken omdat ze knitted zijn of zacht. Naast kleding verkopen ze veel plaids, kussens (interieur), boeken en accessoires. Het is een heel warme en vriendelijke omgeving. Sukha’s concept staat voor duurzaamheid, fair-trade en rust. De winkel heeft een huiskamer gevoel, waar je jezelf even kan terugtrekken. De kleding hangt gewoon op een rek en je kan het makkelijk pakken, 700 euro schaapswollen jassen hangen tussen tricot shirts van 40 euro.
Interview: Tijdens mijn interview met de eigenaar vertelde zij mij dat het concept voor zichzelf spreekt. Ze werkt nauw samen met een kunstenaarscollectief en een goed ‘gevoel’ bij een samenwerking is haar beweeg reden om een ontwerper te verkopen in haar winkel. Wat betreft de inrichting van de winkel en de presentatie van de kleding doet zij ook alles op ‘gevoel’. Ze hangt dure kledingstukken tussen minder dure stukken om zo de drempel lager te maken of het te pakken en dus te kopen. Dit is dus een presentatiestrategie voor haar. Ze ziet de ontwerpers niet als kunstenaars en presenteert zo de collecties ook niet. Dit vond ik tegenstrijdig omdat ze wel met een kunstenaarscollectief werkt? De reden om de assecoires achter glas te presenteren is gedaan vanwege diefstal en had niet met de presentatievorm te maken. Bij de vraag of ze niet vond dat duurdere kleding meer aandacht moest krijgen en of de ontwerpers antwoordde ze van niet. Ze wil alles gelijk maken en houden want mensen met veel geld geven het toch wel uit aan dure kleding en dat heeft dus geen extra aandacht nodig. Maar er zijn ook mensen met minder geld die wel een zetje nodig hebben en geld willen uitgeven aan een duurder kledingstuk? Deze vraag bleef onbeantwoord.
29
KABINET IN HOTEL DROOG AMSTERDAM
Na een doorstart te hebben gemaakt in combinatie met Droog Amsterdam, vond ik deze winkel achterin het pand van Droog. Kabinet is een typisch voorbeeld van een afgeleide van een museum. Een witte ruimte, clean geen teksten en geen overbodige spullen. De kleding van de ontwerpers hingen in kleine getale op de rekken. De sfeer en uitstraling van de winkel gaf een luxe gevoel en gevoel van aristocratie. Er hing geen informatie over de ontwerpers. De drempel ligt hoog want er komt publiek met veel geld.
30
JACOB
Op de nieuwe spiegelstraat in Amsterdam is tussen alle galerieën en antiekwinkels ook een schoenenwinkel te vinden namelijk Jacob van de eigenaar Jacob Lesman. Ik sprak de winkelverkoper (hij staat normaal in de winkel van Hester van Eeghen) over de locatie en het concept. Hij vertelde mij dat de schoenen van Jacob meer naar kunst hangt dan naar de reguliere mode. Het zijn unieke exemplaren en er wordt gebruik van exotische en bijzondere materialen (denk aan krokodillenleer, slangenleer en huid van een haai). Elke schoen is uniek en in 1 maat verkrijgbaar. Dit was ook de reden om de winkel te vestigen op de spiegelstraat tussen de kunstgalerijen in plaats van de negen straatjes bijvoorbeeld. Zijn doelgroep zijn artiesten en mensen die een schilderij kopen en daarbij een paar schoenen van hem. De reden dat ik naar binnenliep waren niet alleen de schoenen. De winkel ziet er echt uit als een museum. De schoenen staan op glazen sokkels en hangen op ooghoogte in een glazenkubus. Er is dus een hele duidelijke samenhang van kunst en mode en dat vertaald zich in de locatie van de winkel, de exclusiviteit van de schoenen en de kunst waardige presentatie. Voor mij het bewijs dat er degelijk over na wordt gedacht om mode te presenteren als kunst en op een doordachte manier.
31
WENDELA VAN DIJK Helaas ben ik naderhand mijn foto’s kwijt geraakt van de winkel vandaar een foto van internet. Een anonieme bron heeft mij informatie gegeven over de winkel. Deze winkel bevat een hele hoop hoogsegment mode items maar heeft niets van een galerie weg. Alles hangt door elkaar en zoals te zien is op de foto’s had het ook een minder dure winkel kunnen zijn. Ze werken niet vanuit een concept of gedachte maar ze hebben een ruimte met kledingrekken en kleding erin hangen. In mijn ogen best een beetje gek want je betaald zo 700 euro voor een paar schoenen en er hangt geen aura van luxe in de winkel. Ze hebben een vaste klanten kring die puur voor het merk kopen of omdat ze het mooi vinden.
32
DEEL 3 | ENQUETE - DE 2 PRESENTATIE TECHNIEKEN PRESENTATIE TECHNIEK 1 | MOGELIJK ADVIES
PRESENTATIE TECHNIEK 2 | HUIDIGE SITUATIE
33
Enquete uitkomsten
34
35
Vraag 4. Kunt u uw antwoord op vraag 3 uitleggen? Vraag 4
Respondent
1
Ik vind het fijn om meer informatie over de achtergronden van de collectie te krijgen, dit verhoogt mijn perceptie van waarde.
2
Met een toevoeging van info over de kledingstukken worden de stukken in mijn ogen interessanter en waardevoller, het is fijn als de info makkelijk zichtbaar gepresenteerd wordt
3
Meer achtergrondinformatie geeft het product meer oprechte waarde
4
Minimalistisch, exclusief, Lijkt één en dezelfde designer. Geen liefhebber van outfits
5
makkelijk browsen zonder dat iemand je hoeft te helpen!
6
Presentatitietechniek 1 is duidelijker omdat je het kledingstuk makkelijker kunt bekijken.
7
Exclusiever en geeft extra spannend gevoel!
8
Zeker bij duurdere stukken, is het van belang om specificaties te weten [zonder helemaal in het kledingstuk te moeten wroeten]; materiaalsoort, wasvoorschrift, waar is het gemaakt/ geproduceerd en eventueel interessante weetjes. Je betaald geen 500€ om gewoon een stukkie stof.
9
extra waarde aan een kledingstuk doordat je de achtergrond weet.
10
Interessant om achtergronden te weten
11
Ik vind het fijn dat ik meer te weten kom over het kledingstuk.
12
Wat leuk om te weten waar de inspiratie vandaan komt
13
Als je zo'n groot bedrag uitgeeft is het fijn wat extra info te hebben maar zonder ofo zou ik het als ik het wilde waarschijnlijk ook kopen. Op vraag 6 zou je misschien de optie geen van beide kunnen aangeven of het heeft geen invloed. Als ik iets echt leuk vind maakt het me niet veel uit of het als optie 1 of twee hangt en bij vraag 7 zou ik ook voor optie geen van alle kiezen. Het is een kleine moeite een papiertje uit te printen en op te hangen. Echt geen 10 euro of meer waard. Slechts een kleine service.
14
mooier
15
Als je veel geld uit geeft aan kleding mag het van mij zo speciaal mogelijk worden gemaakt voordat je iets koopt
16
Bij techniek 1 krijg ik erg het gevoel van een museumstuk. Dus iets wat heel duidelijk gepresenteerd wordt. maar niet meteen associatie oproept om aan te raken / te voelen, en daadwerkelijk te dragen.
17
Ik vind het persoonlijk interessant om te weten wat voor een 'achtergrond' een kledingstuk heeft, deze informatie kan goed helpen met het maken van je definitieve keuze van de aankoop, zeker in het hoogsegment.
18
voor het geld zou ik het fijner vinden informatie over de achtergrond verhaal van het design en de productie te krijgen!
19
Interessant om te weten hoe en wat, zeker als je er zoveel geld voor betaald!
36
Vraag 4
Respondent
20
Ik vind het fijn om meer te weten over de achtergrond van het product. Het concept van de ontwerpers, vanuit welk materiaal het is gemaakt etc.
21
ziet er wat toegankelijker uit.
22
Een wat minder "winkel"gevoel, specialer waardoor de presentatie/prijs/kwaliteit verhouding in 1 lijn ligt
23
Ik weet nooit iets over de ontwerper behalve als ik het op zoek op internet en met deze presentatietechniek hoeft dat niet meer.
24
Als ik er iets zou kopen is de 2de optie overzichtelijker en meer uitnodigend dan het eerste. Ook hangt de kleding letterlijk op ooghoogte waarbij het makkelijker is de items per stuk te bekijken.
25
Als ik veel geld uitgeef aan kleding wil ik ook weten waar ik precies mijn geld aan uitgeef. bovendien koop ik het ook omdat ik het esthetisch en filosofisch aantrekkelijk vind, dus dan wil ik ook weten wat de gedachte er achter is.
26
Ik vind het leuk om te weten (vooral bij de minder bekende ontwerpers) om te weten waar ze hun inspiratie vandaan halen
27
Bij presentatie techniek 1 kun je meer informatie lezen over de designer. Hierdoor krijg je een beter achtergrond kennis vd collectie en designers.
28
Kledingstuk wordt te erg gemusealiseerd en daarom onaantrekkelijk om te pakken.
29
Bij presentatietechniek 1 wordt de nadruk gelegd op het estetische, het ontwerp an sich als een kunststuk bijna. Als het product dat ik aanschaf zooo duur is vind ik dat een meerwaarde. Dat deze als uniek, kunst, object wordt weergegeven.
30
Een interessantere ervaring.
31
Ik hoor graag het concept achter een merk of item maar zou dit willen weten door contact met de winkelmedewerker. Het persoonlijke contact geeft een extra feeling bij een bijzondere aankoop.
32
Less is more, uitleg vrij pretentieus, zou het zelf minder snel pakken omdat het meer als object wordt behandeld dan kleding.
33
Ik vind het prettig om te lezen waar het kleding stuk vandaan komt, wie de maker is en door wat of wie de maker geinspireerd is om tot dit kledingstuk te komen. Hierdoor krijgt het kledingstuk meer leven en wordt het een specialer kledingstuk. Je krijgt een connectie met het stuk.
34
De presentatie van een kledingartikel als een kunstobject/kunstvoorwerp staat mij erg aan. Vanaf een bepaalde prijsklasse ben je ook benieuwd waar je voor betaalt. Bovendien is het ook voor de winkelier van belang, omdat interessante informatie naar de klant toe, de klant kan overhalen om toch het product te kopen en het product de juiste 'waarde' kan geven.
35
Het maakt de tamelijk dure kleding ongrijpbaarder - in letterlijke en concrete zin - waardoor de gepresenteerde kleding een gevoel van meer verlangen van dragen, kopen, laten zien e.d. opwekt.
36
Ik vind de uitleg prettig als ik een duur kledingstuk koop.
37
De informatie spreekt mij erg aan!
37
Vraag 4
Respondent
38
Als ik iets van een ontwerper koop, wil ik weten wat de gedachte achter de betreffende collectie is (concept), dat is iets dat het kledingstuk meerwaarde geeft omdat het niet langer gaat om puur het materiele maar ook over de gedachte gang van de otwerper: wat wil hij/zij zeggen. daarnaast wil ik graag meer weten over materiaal en eventuele bijzondere technieken die gepruikt zijn bij het produceren van het product.
39
Ik wil altijd meer weten over een kledingstuk dat ik koop maar vaak krijg je dat alleen via de verkoper en ik vind het fijner om het zelf te lezen.
38
Presentatietechnieken
Presentatietechnieken van Nadelen van kunst
kunst in Musea/galerieën mode in
Voordelen implementatie
implementatie in
implementatie in
hoogsegmentwinkels
hoogsegment
hoogsegment
Kunst loshangend in de
Kleding zit vaak op een
modewinkels modewinkels Kleding kan je niet los in x
tentoonstellingsruimte
paspop die los in de ruimte de ruimte leggen net als staat. En daarbij hangt het kunst want dan zou het
Functie uitbeeldend
ook los op een hanger in
stuk gaan. Op een paspop
de winkelruimte.
is dus een optie maar dit is
niet vernieuwend. Deze presentatietechniek Deze presentatietechniek x is niet geconcludeerd bij
zou met een machine
mode.
moeten waar gemaakt worden. Een dure investering en de associatie met kunst is niet
Kunst achter glas
makkelijk. Kleding achter glas wordt De winkelbezoeker kan
De associatie met kunst
niet getoond, accessoires het mode-item niet
kan worden gelegd. Maar
daarentegen wel.
dit is niet zeker.
aanraken en voelen. Dit kan averechts werken op
Kunst op een sokkel
Accessoires zoals
de verkoop van mode. De presentatie techniek
De associatie met kunst
schoenen worden wel op
moet in combinatie met
kan worden gelegd maar
sokkels getoond. Deze
andere
het is niet vernieuwend
presentatietechniek wordt presentatietechnieken ook in niet art image
worden gebruikt omdat
winkels gebruikt.
alleen accessoires hierop gepresenteerd kunnen worden en niet kledingstukken. Niet vernieuwend.
39
Presentatietechnieken
Presentatietechnieken van Nadelen van kunst
kunst in Musea/galerieën mode in
Kunst onder glasplaat
Voordelen implementatie
implementatie in
implementatie in
hoogsegmentwinkels
hoogsegment
hoogsegment
Hierbij gaat het om
modewinkels De presentatie techniek
modewinkels Het beschermd de
accessoires die getoond
moet in combinatie met
accessoires en oude
worden aan de bezoeker
andere
antiquiteiten worden wel
en uit bescherming onder presentatietechnieken
hieronder getoond maar
glas liggen.
het is niet vernieuwend.
worden gebruikt omdat alleen accessoires hierop gepresenteerd kunnen worden en niet kledingstukken. Niet
Informatiebordjes bij
vernieuwend. Deze presentatietechniek Uit onderzoek blijkt dat de Het verhaal over de
kunstobjecten
is niet geconcludeerd bij
respondenten heel
ontwerper en ontwerp
mode.
enthousiast zijn over de
geven een ervaring voor
informatiebordjes. Er zijn de bezoeker. Zij kopen ook geen nadelen
niet alleen een kledingstuk
geconcludeerd. makkelijk maar krijgen ook meer dan leesbaar voor wie wilt.
dat alleen en dat worden gewaardeerd door de
respondenten. Informatie over kunstenaar Deze presentatietechniek Mensen moeten eerst een Het verhaal over de en kunstwerk door middel is niet geconcludeerd bij mode. van een koptelefoon
koptelefoon opzetten en
ontwerper en ontwerp
staan luisteren. Die
geven een ervaring voor
drempel kan te hoog zijn. de bezoeker. Zij kopen Ze komen immers voor de niet alleen een kledingstuk kleding.
maar krijgen ook meer dan dat alleen.
40