Vader, Zoon en Heilige Schrift/Vader, Schrift en Heilige Geest/… Kring Rotterdam Noord; 14 april 2015 ‘Scripture is there to point to Jesus, not to replace Him!’ (Phil Drysdale) ‘So many Christians say: “I have a lot of questions when I get to heaven. The first thing I’m gonna ask God, is to explain the Trinity.” And I honestly believe that if we approach Him with that question, God’s gonna say: “the Whataty?”’ (Darin Hufford) 1. Inleiding Vanavond wil ik met jullie nadenken over het dogma van de Drie-eenheid – wat wordt bedoeld met de Drie-eenheid? Is er Schriftbewijs voor de Drie-eenheid? Hoe verhouden de Drie zich tot elkaar? Wat schieten we op met dit onderscheid? – en de rol die de Bijbel – de Heilige Schrift – en de Heilige Geest in ons leven innemen. Ik waarschuw jullie vast: deze studie creëert wellicht meer verwarring dan duidelijkheid. 2. ‘Het Woord van God’ Laat ik beginnen met een vraag: 1) Wat is ‘het Woord van God’? Er zijn nogal wat broers en zussen die de Bijbel Gods Woord noemen. Maar ís de Bijbel ook Gods Woord? Laat ik eens een stukje uit het eerste hoofdstuk van het Johannes-evangelie nemen en ‘het Woord’ vervangen door ‘de Bijbel’: ‘In het begin was de Bijbel, en de Bijbel was bij God, en de Bijbel was God. De Bijbel was in het begin bij God. Alles is door de Bijbel ontstaan, en buiten de Bijbel om is er niets ontstaan. Wat ontstaan was, had leven in de Bijbel, en het leven was het licht van de mensen.’ (Joh. 1:1-4, WV; mijn aanpassingen) Zie je hoe vreemd het is de Bijbel en het Woord te vereenzelvigen? De Bijbel was er niet ‘in den beginne’, de Bijbel was niet bij God en de Bijbel ís God niet. Het Woord was er in het begin, het Woord was bij God en het Woord was God. 2) Wat bedoelt Johannes met ‘het Woord’? ‘Wie bedoelt Johannes met “het Woord”?’ is een betere vraag. Johannes schrijft dat alles door het Woord is ontstaan. Op meerdere plaatsen in de Bijbel lezen we dat alles door Jezus Christus is geschapen (bijv. Kol. 1:15-18; Heb. 1:1-2). Jezus Christus is het Woord van God. Lange tijd moest ik, als ik aan Jezus dacht, denken aan Barry Gibb van de Bee Gees. En dan meer specifiek de Barry Gibb uit de tijd van Saturday Night Fever.
1
(Barry is de middelste.)
Zo ziet Jezus eruit in de kinderbijbels en in de films die hier in het Westen over Zijn leven zijn gemaakt. Het aardige is dat Jezus in iedere cultuur anders wordt afgebeeld. In Afrika is Hij donker en heeft Hij kroeshaar, in Azië heeft Jezus een gele huid en een extra huidplooi bij Zijn oogleden. (Google maar eens op “Jesus different cultures”.) Jezus werd 2000 jaar geleden natuurlijk geboren als een Jood. Het is dus waarschijnlijk dat Hij een licht getinte huid en donker haar had. (Zeker weten we dit niet, al was het maar omdat 50% van Jezus’ genenpakket niet Joods was…) Toen Paulus leefde, waren er nog mensen die Jezus hadden zien rondlopen. Misschien was er iemand die nog met Hem had geknikkerd (vgl. bijv. Joh. 6:42). Paulus zegt: ‘(…) al hebben wij Christus naar het vlees gekend, dan kennen wij Hem nu zo niet meer.’ (2 Kor. 5:16; HSV.) 3) Wat zou Paulus hiermee bedoelen? Hoe Jezus er in Zijn tijd op aarde ook uitzag, het doet niet ter zake. Ja, Jezus was een jaar of dertig een mens zoals wij. Een echt mens. God heeft, net als mensen, emoties, maar Hij wordt nooit moe (Jes. 40:28). Jezus werd dat wel (Joh. 4:16). God is altijd dezelfde geweest; Hij verandert niet (bijv. Mal. 3:6; Jak. 1:17). Jezus veranderde wel, althans, in Zijn periode op aarde. In Lukas 2:40 en 52 lezen we dat Jezus groeide in kracht en in wijsheid en dat Hij in aanzien bij de mensen en God steeg. 4) Hoe kan dat? Nou, heel eenvoudig, Jezus moest ontdekken Wie Hij was en waarom Hij op aarde was. Dat wist Hij niet al bij Zijn geboorte. Jezus moest leren te wandelen in Gods wil. Hij kwam als een ‘gewone’ baby ter wereld en Hij was een ‘gewoon’ mens. En, zoals dat gaat met mensen, Jezus moest Zich ontwikkelen. Tijdens die ontwikkeling kwam Hij voor dezelfde uitdagingen te staan als andere mensen. (Dat is één van de redenen waarom Jezus mens is geworden: zodat Hij met ons kan meevoelen, zie m.n. Heb. 2:14-18 en 4:14 e.v.) Paulus zegt dat het er niet toe doet of je Jezus wel of niet als mens hebt meegemaakt op aarde. Jezus heeft – als eerste van alle mensen (1 Kor. 15:12-22, vgl. bijv. 1 Joh. 3:2 en Fil. 3:21) – een nieuw lichaam gekregen (bijv. Luc. 24:39; Joh.20:26-28) en met dat lichaam zit Hij in de hemel (bijv. Mar. 16:19; Hand. 7:55). 5) Kan je je daar een voorstelling van maken? Ik niet. Ik geloof niet dat God ergens op een gouden – of een witte (Op. 20:11)… – troon zit en dat naast die troon een iets kleinere troon staat waar Jezus dan op zit. Ik geloof dat dit beelden zijn die 2
God gebruikt om aan ons beperkte voorstellingsvermogen tegemoet te komen. Maar het doet niet ter zake. Feit is dat Jezus als mens in de hemel is opgenomen en dat Hij daar nu verblijft. 6) Waar was Jezus voordat Hij geboren werd? In het gedeelte dat we eerder lazen uit het Johannesevangelie valt op te maken dat Jezus er was nog vóór God de wereld schiep. Daar zijn nog meer aanwijzingen voor te vinden in de Schrift. Jezus zei over Zichzelf: ‘Voor Abraham er was, ben Ik.’ (Joh. 8:58) 7) Wat leid je af uit die uitspraak? Er valt veel over te zeggen, bijvoorbeeld dat Jezus een toespeling maakt op de Naam van God, ‘Ik Ben’ (Ex. 3:14, vgl. bijv. Jes. 44:6), zoals ook de andere ‘Ik ben’-uitspraken van Jezus in het Johannesevangelie hier een toespeling op zijn (‘Ik ben de ware wijnstok’ (Joh. 15:1), ‘Ik ben de goede herder’ (Joh 10:14-16), ‘Ik ben de deur’ (Joh. 10:7 en 9) et cetera). Dit valt niet te lezen in de grondtekst – die is namelijk Grieks – maar eigenlijk alle Bijbelleraars zijn het hierover eens. In het verlengde hiervan valt over Jezus’ duiding te zeggen dat Hij Zichzelf buiten de tijd plaatst. Natuurlijk was Jezus er voordat de wereld werd gemaakt (zie bijv. 1 Petr. 1:20; Spr. 8:22 e.v.), maar Jezus zegt niet: ‘Ik was er al voordat Abraham er was’, maar Hij zegt: ‘Ik ben.’ Ook dit is een concept dat wij, mensen, niet kunnen begrijpen. God is. Jezus is. Misschien omdat God de tijd pas heeft gemaakt toen Hij de wereld maakte. Wie weet. Paulus schrijft in zijn brief aan de gemeente van Kolosse: ‘Hij is vóór alle dingen, en alle dingen bestaan tezamen door Hem.’ (Kol. 1:17; HSV) Jezus was dus vóór alle dingen er waren én alle dingen bestaan dóór Hem. De schrijver van de Hebreeënbrief zegt dat de wereld dóór Jezus is geschapen (Heb. 1:2). Dus niet: door Jezus, maar: dóór Jezus. Via Jezus. Nu komen we weer terug bij de tekst uit het Johannesevangelie waarmee we de studie begonnen. 8) Hoe schiep God de aarde? Door te spreken, volgens Genesis. ‘God zei: ‘Er moet licht komen,’ en er was licht’, lezen we in Genesis 1:3. God sprak en het was er. En Johannes noemt Jezus het Woord. Jezus is het Woord waardoor de wereld tot bestaan is gesproken. Wonderlijk. En niet te bevatten. Dat is één van de twee punten die ik in deze studie eigenlijk wil maken: in tweeduizend jaar is een hoop moois kapotgetheologiseerd. En daarmee bedoel ik dat er zoveel schrijvers – met de beste bedoelingen – alles wat met God te maken heeft in schema’s en stappenplannen heeft geplakt. Soms kloppen de schema’s en stappenplannen als een zwerende vinger, maar dan nog mist er iets. Laat me dat illustreren met woorden van Herman Finkers. In zijn voorstelling Na de pauze – wat mij betreft een van de beste cabaretvoorstellingen die er gemaakt zijn – zegt Finkers het volgende: ‘(…) zo zat ik (…) een keer in een (…) interview, voor een of ander tv-programma, tegenover een man die nogal rationeel was ingesteld. En die man vroeg mij: “Geloof je dit nu allemaal, Herman, wat je hier zingt?” Wat moet je nou met zo’n vraag, hè? Die vraag deed me een klein beetje denken aan wat er gebeurde toen m’n ouders voor het eerst naar een ouderavond gingen. “En? Hoe gaat het met ons Herman op school?” “Nou, uw Herman heeft een sterke fantasie. Maar maakt u zich niet ongerust, dat krijgen we er nog wel uit.” Ik zat in Almelo op een Rooms-Katholieke jongensschool. En op die school werden we doodgegooid met dogma’s. Het dogma van 1+1=2. Het dogma van iets is in wezen niets anders dan…: Een boom is in wezen niets anders dan een zuurstoffabriek. Die zuurstoffabriek benauwde mij en verstikte alle poëzie. Tot op een dag de kapelaan in de klas kwam. De kapelaan vertelde ons: “Er is maar één God… en Hij bestaat uit drie personen.” Ik dacht: “Goddank, eindelijk iemand met wie je fatsoenlijk kunt praten.” Ja, want tot dan 3
toe had ik op school maar één interessant verhaal gehoord en dat was het verhaal van de drie musketiers, want die waren met z’n vieren… Dat was een verhaal met ruimte. De kapelaan barstte van de verhalen met ruimte. Zo zei hij: “God is het begin van alles, vóór God was er niets en Maria is Zijn moeder.” Ja, het was of mijn dichtgeknepen keel weer open ging en ik weer mocht ademhalen. De kapelaan had ook heel andere verhalen over een boom. Hij had het niet over een zuurstoffabriek, hij had het over de boom van het leven en de boom van kennis van goed en kwaad. De boom van de zondeval en de boom van de verlossing. Kortom, een boom was weer ineens… ja, in wezen… alles. “Ja”, zei de nogal rationeel ingestelde interviewer, “dat zijn natuurlijk fantastische sprookjes, maar ze zijn natuurlijk niet waar.” Nou ja, wat is waar? Het oog ziet niet wat op het netvlies valt, het oor hoort niet wat het trommelvlies doet trillen. Het ziet en het hoort wat in het hart ligt.’ Tot zover. Toen ik Herman Finkers dit hoorde vertellen, dacht ik: ‘ja, dit is wat ik mis in veel Bijbelstudies: ruimte.’ Finkers zegt het op een heel grappige manier, maar ik kan met zijn vrolijke kijk meer dan met bijvoorbeeld de uitgewerkte schema’s die Watchman Nee heeft opgenomen in De geestelijke mens (Dordrecht: Importantia 2002). 9) Hoe ervaren jullie dat? 3. De Waarheid maakt vrij Jezus zei dat het de Waarheid is Die ons vrijmaakt (Joh. 8:32). Ik heb nogal wat broertjes en zusjes horen zeggen dat het ‘dus’ zaak is zoveel mogelijk te studeren in de Bijbel. Ik denk dat hier de kern wordt gemist. De Waarheid is niet ‘alles wat er in de Bijbel staat’. De Waarheid is – volgens mij – Jezus Zelf. Wij moeten Hem ten diepste leren kennen en leren begrijpen wat Hij voor ons heeft gedaan. Laat er geen misverstand over bestaan: je kan Jezus beter leren kennen en je kan wat Hij heeft gedaan beter begrijpen door de Bijbel te bestuderen, maar er is meer. Laat me dat illustreren met een tekst die door veel studiebollen wordt gebruikt als wat ik met een knipoog een ‘excuus’ wil noemen om schema’s en stappenplannen te maken: Hosea 4:6. God verzucht tegen Hosea: ‘Mijn volk gaat te gronde door het gebrek aan kennis.’ (NBG) Dus? Dus is het zaak meer kennis te verwerven! Gods beloften memoriseren, iedere zin die in de Bijbel staat ontleden. Maar wat zegt de Heer daar nu eigenlijk? Laten we Hosea 4 eens vanaf het begin lezen. ‘Luister naar de woorden van de HEER, Israëlieten! De HEER voert een geding tegen de inwoners van dit land, want ze kennen geen eerlijkheid meer en geen liefde, en met God zijn ze niet meer vertrouwd. Het is een en al meineed en bedrog, niets dan moord, diefstal en overspel; het ene bloedbad volgt op het andere. Daarom is het land in rouw gedompeld en bezwijken al zijn inwoners, mét de dieren van het veld en alles wat vliegt; zelfs de vissen in zee sterven uit. Maar laat niemand een aanklacht indienen en roep elkaar niet ter verantwoording. Tegen jou, priester, richt ik mijn aanklacht! Op klaarlichte dag zul je struikelen, en ’s nachts sleep je een profeet mee in je val. En je moeder zal ik laten omkomen. Mijn volk komt om doordat het met mij niet vertrouwd is. Jij wilde het niet met mij vertrouwd maken, daarom wil ik niets meer met jou te maken hebben: je zult mij niet meer als priester dienen. Jij hebt de wet van je God verwaarloosd, daarom zal ik jouw kinderen verwaarlozen. Hoe talrijker de priesters werden, des te meer zondigden ze tegen mij. Maar ik zal hun aanzien verruilen voor schande. Ze teren op de zonden van mijn volk en hongeren naar nog meer. Ik zal volk en priesters over één kam scheren: ik zal hun wangedrag bestraffen, hun misdaden zal ik vergelden. Ze zullen eten maar niet verzadigd raken, overspel plegen maar zich niet voortplanten. Want ze hebben de HEER verlaten en vereren nu ontucht en wijn, waardoor het verstand beneveld 4
raakt. Mijn volk raadpleegt een stuk hout, uit stokjes lezen ze de toekomst af. Ze zijn bezeten van ontucht en keren zich af van hun God. Ze brengen offers op de bergtoppen en branden wierook op de heuvels en onder eik, populier en terebint, want in hun schaduw is het aangenaam. Vandaar dat jullie dochters overspel plegen en jullie schoondochters ontrouw zijn!’ (Hos. 4:1-13) 10) En zo gaat het nog even door. Wat was de boodschap van Hosea? Het is een boodschap die je in het Oude Testament herhaaldelijk tegenkomt: Israël was God zelf vergeten en was – nota bene onder leiding van aangestelde priesters – afgoden gaan aanbidden. Met ‘kennis’ wordt niet zozeer ‘kennis van regeltjes’ bedoeld, maar ‘kennis van God Zelf’. Of, zoals deze vertaling het mooi zegt: vertrouwen op God. Het gebrek aan kennis van God Zelf, van vertrouwen op Hem uitte zich in het niet houden van Zijn geboden. Ik heb het idee dat vandaag de dag niet zozeer hetzelfde probleem speelt als in Israël in de dagen van Hosea – met afgoderij en moreel verval valt het in de kerk volgens mij reuze mee –, maar eerder het tegenovergestelde: veel theologie vandaag de dag gaat voorbij aan het eerste deel van die samenstelling, Theos, God. Bob Goff schrijft hier heel raak het volgende over: ‘What’s up with equating “Bible study” with knowing God (…)? Wouldn’t it be a horrible thing if we studied the one we loved instead of bonding in deeper ways by doing things with them? I’d never want to get married to a girl no matter how much I studied her. I’d rather take her sailing or fishing or eat cotton candy with her on a Ferris wheel. I don’t think knowing what her name means in Greek is going to help me love her more. In fact, they have a name for guys who just study things about a person they like but don’t do anything about it – they’re called bachelors.’ (Bob Goff, Love Does. Discovering the secretly incredible life in an ordinary world, Nashville: Thomas Nelson: 2012, p. 199) 4. De Drie-eenheid Eén van de concepten waarover boekenkasten zijn volgeschreven is de Drie-eenheid. 11) Brengt ‘kennis’ van de Drie-eenheid je nou werkelijk dichter bij God? Ik vraag het me af. Laten we eens naar de Drie-eenheid kijken. 12) Is er iemand die (het concept van) de Drie-eenheid kan uitleggen? Ik kan dat steeds minder goed. Ja, natuurlijk heb je de Vader, de Zoon en de Heilige Geest. Natuurlijk moest Israël belijden dat haar God één is (Deut. 6:4), terwijl het woord voor God, Elohim, een meervoudsvorm is (en zo zegt God in Gen. 1:26: ‘Laten Wij mensen maken naar Ons beeld, naar Onze gelijkenis; HSV). Natuurlijk weet ik dat Jesaja over Jezus profeteerde dat Hij ‘sterke God’ en ‘Vader der eeuwigheid’ genoemd zou worden (Jes. 9:5) en dat Jezus heeft gezegd dat niemand op aarde zich vader mag laten noemen, omdat wij maar één Vader hebben (Mat. 23:9). Natuurlijk weet ik dat Jezus heeft gezegd dat God Geest is (Joh. 4:24). Ik ken al die teksten. En ik ken ook het – inmiddels toch wat afgezaagde – voorbeeld van water: water heeft drie vormen – gas (waterdamp), vloeibaar (water), vast (ijs) – en zo heeft ook God drie vormen. Maar het begrijpen? Nee. Ik weet ook niet zo goed wat we ermee opschieten om God in een schema te plakken. Wat naar mijn idee wel goed is, is dat we God als Persoon leren kennen. We lezen in de Bijbel dat Jezus Christus God, geopenbaard in het vlees, is (1 Tim. 3:16). Jezus kwam laten zien wie God was/is (bijv. Joh. 1:18, 14:9). Dus door het leven van Jezus op aarde te bestuderen, kunnen we meer leren over Gods karakter. Dat lijkt mij zinnig. Wat volgens mij ook belangrijk is, is dat we beseffen dat God nu niet meer lichamelijk op aarde aanwezig is, maar dat wij zijn Lichaam zijn en Hij door ons wil werken (bijv. 1 Kor. 12:27). Dat is informatie waar je wat mee kan. 5
5. De Heilige Schrift Geest Ik wil een stukje lezen uit Johannes 14: ‘Ik laat jullie niet als wezen achter. Op Mijn verzoek zal de Vader jullie iets zenden om jullie bij te staan, iets wat altijd bij jullie blijft: de Bijbel. De Bijbel die de Vader in Mijn Naam zal zenden, die zal jullie bijstaan; de Bijbel zal je alles leren en je alles weer in herinnering brengen wat ik je heb verteld.’ 13) Komt dat overeen met de Bijbelvertaling waar jullie uit lezen? Als het goed is niet. In Johannes 14:15 e.v. heeft Jezus het over de Heilige Geest, niet over de Bijbel. Jezus zei: ‘het is beter dat Ik ga’, maar zo ervaren veel christenen het niet. Die hadden veel liever dat Jezus was gebleven om antwoord te geven hun vragen. En – de wens is de vader van de gedachte – zo beschouwen ze de Bijbel dan ook maar: het Boek Met Alle Antwoorden. Maar de Bijbel is niet bedoeld als zo’n boek. De Bijbel is een verzameling van brieven (bijv. de brieven van Paulus), poëzie (bijv. Hooglied), profetieën (bijv. Jesaja en Jeremia), beschrijvingen van gebeurtenissen (bijv. de synoptische evangeliën en Handelingen). De teksten hebben als gemeenschappelijke deler dat ze zijn opgesteld door mensen die iets van God hebben ervaren, mensen die Zijn stem hebben gehoord en daar uitdrukking aan hebben willen geven. Wie de Bijbel benadert als een Boek Met Alle Antwoorden creëert voor zichzelf een schijnzekerheid en… hij of zij geeft de Heilige Geest niet de ruimte die Hij zou moeten krijgen. Ergens along the way heeft de Bijbel de plek ingenomen van de Heilige Geest, maar dit is nooit de bedoeling geweest. Ik geloof ook niet dat het Paulus’ bedoeling was dat zijn brieven aan Timotheüs door ons bestudeerd zouden worden. Hij schreef ze aan Timotheüs. Dat betekent níet dat wij ze maar niet moeten bestuderen. Begrijp me goed. Maar teksten als ‘Elk van God ingegeven Schriftwoord is ook nuttig om te onderrichten’ (2 Tim. 3:16vert) worden misbruikt om ons tot bestudering van om het even welke Bijbeltekst aan te zetten. ‘Het komt uit de Bijbel, dús is het nuttig om erover te spreken!’ Lees 2 Timotheüs 3:16 eens goed. Er staat: ‘elk van God ingegeven Schriftwoord’. Hoewel ik geloof dat God door de schrijvers van de Bijbel heeft gesproken, kan je daar niet zomaar van maken ‘de hele Bijbel is door God ingegeven, dús welke tekst je ook gebruikt om mensen te onderwijzen doet er niet toe’. Nee. In de eerste plaats kan Paulus met ‘Schriftwoord’ niet zijn eigen brieven hebben bedoeld, want die werden niet beschouwd als ‘Schriftwoord’. De Schrift bestond toentertijd alleen nog uit wat wij het Oude Testament noemen. In de tweede plaats gaat het Paulus hier specifiek om teksten die door de Heilige Geest worden ingegeven om het evangelie uit te leggen. Paulus gebruikt in zijn brieven meermaals een oudtestamentische tekst om dat te doen (bijv. Gal. 3:6 e.v., 4:21 e.v.). Jezus zei de farizeeën en de Schriftgeleerden: ‘De geboden van God geeft u op, maar aan tradities van mensen houdt u vast.’ En hij vervolgde: ‘Mooi is dat, hoe u Gods geboden ongeldig maakt om uw eigen tradities overeind te houden!’ (Mar. 7:8-9. Vgl. Mat. 15:6) Ik moest aan deze woorden denken bij de voorbereiding van deze studie. Mensen hebben de Bijbel de plek gegeven die de Geest toekomt. Hoe vaak hoor je predikers niet vragen hoe vaak het gehoor de Bijbel leest? Waarom praten deze predikers hun gehoor een schuldgevoel aan? Het is om moe van te worden. ‘Lees je Bijbel, bid elke dag’ is geen door de Heer gegeven voorschrift. Leesroosters maken is niet een activiteit waar de eerste apostelen mee bekend waren. Ik wil een stukje lezen uit het boek Paul’s idea of community van Robert Banks: ‘[T]he focal point of reference for Paul’s communities is neither a book nor a rite, neither a code nor a cult, but a set of relationships. God primarily communicates to them, not through the written word and tradition or mystical experience and cultic activity, but through one another. (…) [T]hrough the Spirit, God continues to speak and work authoritatively, not through coercion of people’s personalities but by convincing their minds of the truth and warming their hearts with love so that 6
they freely embrace it’ (Robert J. Banks, Paul’s idea of community. The early house churches in their cultural setting (herziene editie), Grand Rapids: Baker Academic 2012, p. 108, 186) Het is mijn gebed dat de Heilige Geest in de gemeente weer de ruimte wordt gegeven die Hem toekomt. De Geest van Christus wil ons toerusten en leiden. De Geest van Christus wil dat het evangelie onderdeel wordt van onszelf. Laten we niet vergeten dat het evangelie niet een woord of een boodschap is, maar dat het evangelie een Persoon is: Jezus (zie bijv. Rom. 10:14, vgl. bijv. Joh. 17:17). En Jezus kan door on sheen werken, als we Hem daarvoor de ruimte geven. Phyl Drysdale tweette: ‘If you thought the trinity was a confusing concept, try a theology that states you are woven into it!’ 14) Wat zou Phil met deze woorden bedoelen? In het hogepriesterlijk gebed, bad Jezus: ‘Laat hen allen één zijn, Vader. Zoals u in mij bent en ik in u, laat hen zo ook in ons zijn, opdat de wereld gelooft dat u mij hebt gezonden. Ik heb hen laten delen in de grootheid die u mij gegeven hebt, opdat zij één zijn zoals wij: ik in hen en u in mij. Dan zullen zij volkomen één zijn en zal de wereld begrijpen dat u mij hebt gezonden, en dat u hen liefhad zoals u mij liefhad.’ (Joh. 17:21-23; Jongerenbijbel) Het dogma van de Drie-eenheid zegt dat God uit drie Personen bestaat. Met Phil denk ik dat de werkelijkheid iets ingewikkelder is. De tweet bood mij de ruimte, die Herman Finkers ervoer toen hij een kapelaan hoorde zeggen ‘Er is maar één God… en Hij bestaat uit drie personen.’ Phil zegt: ‘wij zijn één met God.’ Er is dan niet een Drie-eenheid, maar een zoveel-miljard-eenheid. Ik moest denken aan deze cartoon van David Hayward:
7
Wij kunnen God beter leren kennen door de Bijbel te lezen, maar we kunnen ook hier en nu God ervaren door broers en zussen heen. God wil ook nu spreken en leiding geven. Daarom heeft Hij Zijn Geest gegeven. Laten we ons uitstrekken naar meer van Zijn Geest. Sommigen van ons vinden dat misschien wat eng, maar ik denk dat het niet alleen een spannende ontdekkingstocht is, maar dat het ook noodzakelijk is deze tocht mee te maken. Dus: úit de comfortzone, het Koninkrijk ín.
Ere wie ere toekomt: het idee om ‘het Woord’ in Johannes 1 te vervangen door ‘de Bijbel’ heb ik van Phil Drysdale en de schriftelijke uitwerking van Herman Finkers’ woorden heb ik overgenomen van Ed Andriessen. Voor de foto van de Bee Gees © AP Photo/HO, voor de cartoon © David Hayward (www.nakedpastor.com). Alle Bijbelteksten zijn, tenzij anders vermeld, overgenomen uit de Nieuwe Bijbelvertaling, © Nederlands Bijbelgenootschap 2004/2007. Voor de teksten overgenomen uit de Herziene Statenvertaling, © 2010 Stichting HSV, voor de tekst overgenomen uit de Willibrordvertaling (herziene editie), © Katholieke Bijbelstichting 1995 en voor de tekst overgenomen uit de NBG-vertaling 1951, © Nederlands Bijbelgenootschap 1951.
8