,^, , a'a^utt)ctaunaie ^r van heil) ana aan bit en ^Chtt he
KONTAKTBLAD
Verschijnt ten minste
Verantwoordelijke uitgever
4 maal per jaar 2e JAARGANG NR.
juni 1982
6
H erman MAES Kapellestraat 104 9800
DEINZE
tel. 091/86.24.53
MEDEDELINGEN 10 Op 29 juni krijgt het Museum bezoek van Z.M. Koning Boudewijn. 2° Door de VZW "VVV-Leiestreek '' werd zopas een bronzen kunstmedaille met een diaireter van 60 mm. uitgebracht. Naast het bekende schilderspalet komen de wapenschilden van Deinze en Sint-Martens - Latem, het tracé van de Leie, de plaatsnaamaanduidingen en de tekst "Jordane van mijn hert" voor. De medaille scan nu reeds besteld worden op het secretariaat van de V.V.V. : Stadhuis, bureau 7, Markt 21, Deinze (tel. 091/86.23.23 toestel 42). UITNODIGINGEN 10 Roger Raveel. 0p voorstel van de Commissie van het Museum kocht de stad Deinze een schilderij van R. Raveel. Maar R. Raveel schonk terzelfdertijd een aantal schilderijen en tekeningen. Het gekochte werk en de geschonken werken worden samen tentoon gesteld in het Museum vanaf 3 juli. De vooropening gebeurt op 2 juli om 19 uur " Een plastisch dagboek van een verblijf te Marnac - 1981'. 2° De Stedelijke Raad voor Cultuur en Culturele Vrijetijdsbesteding van de stad Deinze richt een Guldensporenherdenking in op donderdag 8 juli om 20 uur in de bovenzaal van de Brielpoort : toespraak door de Bur g emeester, gelegenheidstoespraak door André Demedts. Het stedelijk orkest voert werken uit.
100.
104. RtiEINBACH EN DEINZE
A. De Duitse stad waarmee Deinze verbroedert heet Rheinbach, deze naam doet denken aan de Rhein = Rijn, die trouwens maar een paar kilometer verder ligt. Rheinbach ligt niet aan de Rijn . En het woord ' Rhein" in die naam heeft niets te maken met de Rijn. De Rijn dankt zijn naam aan een oeroud keltisch woord dat Leen niet kent en waarvan men de betekenis niet kent. Rhein in de naam Rheinbach is van een heel andere oorsprong nl. Ragin Regin , een oudgermaa _is woord dat we terugvinden in de persoonsnamen Regina , Reginald . Dat woord Ragin - Regin betekent Raad, in de juridische betekenis . De oudste spellingsvorm was Raginbach. Rheinbach zou moeten zijn : een plaats aan een beek , een plaats waar Raadszittingen , rechtszittingen werden gehouden. B. In Rheinbach bestaat er geen vereniging als K.O.K. Er bestaat wel een "Heimatverein ", wat wij een " heemkundige Kring` zouden noemen, dus wel verwant met onze K.O.K. Die kring is echter een plaatselijke afdeling van een veel grotere vereniging : het "Eifelverei. n", die heemkundig werkt en zich voor het natuurschoon in de hele streek van het Eifelgebergte interesseert, ook voor plantenkennis en kennis van het woudbestand inzake fauna en flora. De activiteit bestaat dar. ook veel uit natuurwandelingen, waarbij wel eens een historische uitleg komt . Geschiedenis van de eigen stad is echter niet de hoofdzaak. Het Jaarboek dat het Eifelverein uitgeeft is dus ook van een andere inhoud. Er zijn echter wel raakvlakken tussen onze K.O.K. en het Eifelund Heimatverein - afdeling Rheinbach. C. Het eerste kontakt tussen beide verenigingen werd gelegd op voorstel van het stadsbestuur , dat ons het adres van de voorzitter bezorgde. Wij nodigden hem uit op de presentatie van het Kunstboek ''Hubert Malfait ''. De voorzitter en de ondervoorzitter kwamen toen naar Deinze. Enkele maanden later vierde het Eifel - en Heimatverein zijn 90 jarig bestaan. Dat gebeurde toevallig te Rheinbach en ik werd door de voorzitter uitgenodigd daarbij aanwezig te zijn. Ik kon toen op die uitnodiging ingaan. In de gelegenheidstoespraak die de burgemeester van Rheinbach daarbij hield, gaf hij de plaatselijke afdeling de raad zich te richten naar het voorbeeld van Deinze en dus, naast die algemene heemkunde en naast die natuurwandelingen , ook de geschiedenis van de eigen stad en van de eigen mensen te beschrijven. Maar zo goed als alle onderzoek moet daar nog beginnen; ze weten zo een en ander , vooral over de vorige eeuw. Nochtans hebben ze in een voorstad een rest gevonden van een oudromeinse waterleiding, rest die ze op een openbaar plein hebben gerekonstrueerd . De rest van een oud vernield kasteel boven op een berg hebben ze ook nog. De ruines werden onlangs onder bescherming geplaatst. Een paar oude stadstorens uit de vroegere verdedigingsmuur zijn ook overgebleven. Voldoende elementen dus om een lange geschiedenis te veronderstellen. Het eigenlijke uitvoerige onderzoeks - en schrijfwerk moet nog beginnen. D. Het spreekt vanzelf dat wij de mensen van het Eifel - en Heimatverein van Rheinbach uitnodigden op de openstelling van ons museum . De voorzitter en de ondervoorzitter waren er toen ook bij. Stomverbaasd waren ze, ( al hadden ze het oude museum al gezien ) over het nieuw museum.
101.
105. VOLKSHUMOR
Kort voor het Pinksterweekend, waarin 227 Rheinbachers op bezoek zouden komen, werd in de Brielmeersen, achter Unic, een terrein met prikkeldraad afgebakend. Het was het terrein dat de stad verkocht had aan de staat voor de bouw van een administratief centrum. De staat omheinde zijn pasverworven bezit. De volksmond had er vlug een humoristische verklaring voor : men omheinde het terrein om er de Duitse gasten in onder te brengen. Volkshumor loopt als een vuurtje - en men weet niet waar het begint. Volkshumor speelt in op de actualiteit. Denk aan de grappen over Churchill, Hitler en Stalin, over Achiel Van Acker en Theo Lefevre, over de paus, over elke hoge boom die immers veel wind vangt. Soms is er een bitter smaakje bij Biafra-kinderen en de aanslag op de paus lokten ook grappen uit. Niet of niemand wordt ontzien. Er zijn Hollander- en Belgenmoppen, Vlamingen- en Walenmoppen en dan reeksen : Een Amerikaan , een Engelsman , een Fransman, een Duitser en een Vlaming zaten samen in een vliegtuig ... of spraken samen over hun eigen prestatie ..... Onze Reinaert de Vos haalt dan sedert de Middeleeuwen, dank zij zijn spot, zijn slag thuis. En Pallieterstreken worden graag vergeven. Er zijn echter mensen die niet kunnen pallieteren; voor hen is lachen een onzedige bezigheid. Stadssecretaris Werner Malfait beweerde steeds dat hij, op doktersvoorschrif ten minste 2 uur per dag moest lachen , 2 uur gespreid over de uren tijdens dewelke hij "bij het volk` was.
Heb je je jaarboek al afgehaald ?
106. TER VOORBEREIDING VAN EEN GROTE SAVERYS-TENTOONSTELLING : LLBERT SAVERYS EN ROELANT SAVERY .
In de T.V.-serie van wijlen Joos Florquin, "Ten huize van ...", werd ook de Deinzese kunstschilder Albert Saverys geïnterviewd (1). Sprekend over de bekende landschap- en dierenschilder Roelant Savery (Kortrijk ca. 1576 Utrecht 1639) noemde Saverys zijn voorganger en bijna-naamgenoot "familie van mij uit de :7e eeuw. Hij kwam uit een (Frans) Hugenotengeslacht en week uit naar Noord-Nederland. De -s die aan mijn naam werd vastgemaakt, is die van Savery - sone" (2). Het heeft ons altijd wel een beetje geintrigeerd, of deze bewering van Albert Saverys over de herkomst van zijn familie inderdaad door de feiten kon gestaafd worden. De in het vooruitzicht gestelde grote Saverys-retrospektieve in het Museum van Deinze en Leiestreek begin oktober van dit jaar en de voorbereiding van een uitvoerige. kunstmonografie over hem, die einde van ditzelfde jaar moet verschijnen bij de uitgeverij Lannoo te Tielt, waren een dubbele aanleiding tot een stuk genealogisch onderzoek naar de herkomst der Saverys'en (3).
102.
Dat de naam Savery(s) te Kortrijk van laat 16e - eeuwse, Frans-Hugenootse import zou zijn , is zeker niet de enige of alleszins niet de meest voor de hand liggende mogelijkheid : d naam komt immers reeds een paar eeuwen vroeger meermaals in het Kortrijkse voor. Dr. Frans Debrabandere , die de oorsprong van deze familienaam op een onbetwistbaar Germaanse naam terugvoert ( 4), citeert talrijke voorbeelden uit de tweede helft van de 14e eeuw (5). In de registers van de Kortrijkse Weeskamer komt dezelfde naam ook frekwent voor in de 16e en 17e eeuw (6). Dat zich, in de tweede helft van de 16e eeuw , Franse Hugenoten met de naah: Savery in het Kortrijkse zouden gevestigd hebben, is uiteraard niet uitgesloten. Tussen de Hugenoten ( d.i. de naam waarmee de calvinisten in Frankrijk aangeduid werden) en de katholieken werden tussen 1562 en 1598 diverse oorlogen gevoerd, tot de Hugenoten in dat laatste jaar geloofsvrijheid verkregen door het Edikt van Nantes, afgekondigd door Koning Hendrik IV. Het gros van de Hugenoten is echter pas na 1685 uit Frankrijk uitgeweken, nadat Lodewijk XIV het Edikt van Nantes had herroepen (7). Als Roelant Savery dus werkelijk van een Franse Hugenotenfamilie zou afstammen , zou deze zich vermoedelijk in de jaren '60 van de 16e eeuw naar Vlaanderen hebben begeven (dat echter in de macht was van de felle protestantenjager die Filips II was ! ), aangezien -naar men aanneemtRoelant Savery te Kortrijk zou geboren zijn omstreeks 1576. Erg aannemelijk is het verhaal dus niet. Bovendien staat het zelfs helemaal niet vast, van wie Roelant Savery eigenlijk afstamde . De naam van zijn vader is niet met zekerheid bekend. Omstreeks 1590 was Roelant Saverijs te Amsterdam , in het gezelschap van Jakob Savery de Oude ( sommigen beweren dat dit zijn vader was, anderen dat het zijn oudere broer was). In 1604 was hij te Praag, in dienst van Rudolf II, en in 1612-1616 te Wenen, in dienst van Rudolfs broer, Keizer Matthias II. In 1616 is hij terug te Amsterdam en vanaf 1619 te Utrecht, waar hij dan ( ongehuwd ) in 1639 overleed. De voorouders van Albert Saverys kennen we wel, tot en met het begin van de 17e eeuw : precies dezelfde tijd dus dat Roelant Savery te Praag en Wenen verbleef. In de IXe vooroudersgeneratie (vanaf Albert Saverys hogerop téllend) komen we bij een Jan Saverys terecht. Geboren omstreeks 1600-1610, huwde deze Jan Saverys in 1633 te Kortrijk met de bakkersdochter Maria Debackere fa. Hubrecht . Maar wie de vader was van deze Jan Saverys , konden we totnogtoe niet achterhalen, aangezien dit niet vermeld wordt in geen enkele van de hem betreffende docum.. .enten die we hebben kunnen terugvinden (8). Zodat we nog steeds in het duister tasten over de verdere afkomst van deze Jan Saverys (al. dan niet uit een autochtoon Kortrijkse of uit een Frai_se emigrantenfamilie) en derhalve ook over zijn eventuele verwantschap met het schildersgeslacht Savery. In een andere bijdrage bezorgen we nog een duidelijker schets van Albert Saverys' eigen ' stamboom " over negen geslachten : van Kortrijk naar Deinze, of hoe men schilder wordt ...
(1) J. Florquin, Ten huize van .. . Gesprekken met Vlaamse kunstenaars, dl. 1 (Leuven, Davidsfonds, 1962), blz. 148-157. Het interview werd uitgezonden op 6 maart 1958. (2) O.c., blz. 149. Een gelijkaardige verklaring is ook te vinden in een ander interview met Saverys, verschenen in Germinal (1961, nr. 701, blz. 22) "Je crois pouvoir compter parmi mes ancétres le Gantois (sic !) Roelant Savery, fils de Hugenots frangais êmigrês". (3) Een uitvoerige voorouderstafel (63 kwartieren) van Alb. Saverys zal ge-
103.
publiceerd worden in het tijdschrift Vlaamse Stam in september 19b2. (4) Dr. Fr. Debrabandere , Studie van de persoonsnamen in de Kasselrij Kortrijk 1350-1400 ( Handzame , Familia et Patria, 1970), blz. 338-389 : " De naam is zonder twijfel een Germaanse naam , vlg. Sabaricus, Savaricus, Savarich; Germ. -rik wordt in het Romaans gwl. -ry (vlg. Amaury, Henry). De naam Saverys (met -s) kan een genitiefvorm zijn, maar kan ook ontstaan zijn door analogie met Lat. iusnamen die bij ons gwl. tot -is worden (vgl. Autonis, Macharis); de auslaut-s die in het Frans niet meer gehoord werd, kan hier ook hyperkorrekt zijn." (5) Ibid. : te Kortrijk vindt men o.a. Beatrisen Saverijs (1365), Johannes Sabrijs (1366), Yseas Saverijs (1370), Robrecht Saveris (1393), Gillis en Jan. Saverijse (1397), Jan Saverijs (1400); te Marke bij Kortrijk wordt ook een Zegher Saverijs ( 1398) aangetroffen. (6) In de 16e eeuw o.a. Franchois Savarys (1532 - Reg. 43 f° 35), Balthasaer Savarijs (1536 - Reg. 44 f° 27), Oste Savarijs (1541 - Reg. 45 f° 18), Jacop Savarijs (1562 - Reg. 52 f° 2) en Willem Savarijs (1580 - Reg. 60 f° 271 v°; 1602 - Reg. f° 274). In de 17e eeuw o.a. Joos Savarijs (1612 - Reg. 68 f° 202), Martin en Jan Savaris (1620 - Reg. 71 f° 175 en 269), Jooris Savarijs (1640 Reg. 79 f° 146), etc. (7) Zie K.O.K.-Kontaktblad, 2e jrg. nr. 5 (mei 1982), blz. 93 in verband met de familie Lagrange. (8) Deze Jan Saverys stierf' alleszins ná juni 1654 en voer maart 1668. In de Kortrijkse parochieregisters is in die jaren slechts één enkel overlijden op die naam geboekt, en wel op 22 september 1664 een "Jan Baptiste Saverijs fs. Jooris ", maar zonder vermelding van zijn leeftijd , noch van de naam van zijn vrouw, zodat een onbetwistbare identifikatie niet mogelijk is. Verder onderzoek zal moeten uitwijzen of we hiermee op het juiste spoor zitten.
Dr. Paul Huys.
FESTIVAL VAN VLAANDEREN IN HET MUSEUM VAN DEINZE EN LEIESTREEK Op maandag 13 september om 20 . 30 uur is er in het Museum te Deinze een concert in het kader van Het Festival van Vlaanderen. Het Albion Ensemble treedt op met muziek voor blaaskwintet van Ibert , Mozart, Ligeti , Barber , Schubert en de Groot.
Prijzen der plaatsen 250 F. Toegangsbewijzen zullen te gelegener tijd in het museum te koop zijn tijdens de gewone openingsuren.
107. CAFEBAAS SINT-CAECILIA
Een correctie kregen we over de uitbating van café St-Caecilia, nota 97 blz. 97.
104.
Na Onderbeke kwam eerst nog een gewezen rijkswachter Duyck, de vader van Eugeen Duyck, in Caecilia alvorens de familie Laroy er kwam wonen. Eugeen Duyck had 3 dochters en één zoon (Mevr. Jan Moerman, Mevr. Hugo Baert, Mevr. Herman Van Acker; de zoon Fernand huwde Annie Vandenabeele, dochter van Albert, kleindochter van Medard uit het Melkhuis te Astene). Irène Menu, weduwe Eugeen Duyck, werd onlangs ten grave gedragen. In verband met deze herberg herleze men nota 62A laatste zin.
K.O.K.-uitnodigingen komen via dit Kontaktblad
108. CARTON In onze nota 91 was een woordje uitgevallen hij het zetwerk : We vernamen dat er een foto bestaat van acht familieleden Carton bij de brandweer. Wij voegen de foto bij dit blad en zien.: Walter - Wilfried - Kamiel - Ivan-(burgemeester) - Remi - Armand - Antoine i3irk CARTON (zie foto hiernaast). Acht familieleden, in verhouding broers en vader-zoon, in één korps; het zijn geen verwanten van de vierde of vijfde graad. Proficiat. Want de inzet voor de vrijwillige brandweer is heel lovenswaardig.
109. 60 JAAR GELEDEN : VLAAMSE STEENBAKKERS IN NOORD-FRANKRIJK. Na de eerste wereldoorlog trokken heel wat Vlaamse arbeiders naar NoordFrankrijk voor seizoenarbeid, o.a. ook naar de steenbakkerijen. Op de foto op blz. 105 , die dateert van 1922 of 1923, zijn enkele personen mij nog onbekend of ontbreken de nodige gegevens omtrent identiteit bv. van de 2 Tytgats ? In de Leiestreek moeten hier nog wel familieleden te vinden zijn. De foto werd genomen in 19k2 of 1923 te Liévin bij Lens (Pas-de Calais) Frankrijk. 11° rij (boven) van links naar rechts : 1. Charlet Gustavus (Petegem, 4.3.1894), nog in leven; 2. Vanhove Johannes-Maurice (Petegem, °17.2.1902), +; 3. Van Wonterghem Albert, Machelen (? ); 4. Vanhove Remigius , Petegem (Petegem , 29.1.1909), broer van 2, nog in leven; 5. Tytgat ? Gottem; 6. Boderé Maurice, Zulte (steenzetter); 7. Tytgat ? Gottem. 20 rij (boven ) : 1. Lammens Hector ( Petegem , °5.5.11191), bereider van klei; 2. Van Wonterghem, broer van Albert (nr. 3 hierboven), bereider van klei, 3. Dhaenens Jan-Baptiste (Petegem, °13.2.1872), +; 4 en 5 onbekend; 6. De Keyser Léonce (Petegem, °27.8.1880), +; 7. Van 1-loucke Henri (hachelen, "24.6.1878), +; 8. Charlet Gentiel (Petegem, °15.5.1866, +. 3° rij : 1. De Lombaerde Marie-Magdalena (Petegem, °17.2.1897), ongehuwd, +, 2. Charlet Yvonne (Petegem, 09.9.1917), echtgenote Ranson Albert, nog in leven; 3. De Lombaerde Maria (Petegem, 030.8.1888), echtgenote Charlet Georges, +; Charlet Georges (°26.1.1887), +. onderste rij : 1. Vanhove Isidoor (broer van Joh.-Maurice en Remi), +; 2. Dhondt Remi, +; 3. Dhaenens Omer (Petegem, °1.3.1901), +, alle 3 steenzetters. N.B. Volgens een familielid zou nr. 4 (2° rij) Boderé Maurice zijn. Zal nader onderzocht worden.
105
0 ¢zni^div^` s^fi_.
e vx^s
106.
Er was een werkperiode van een achttal maanden ( maart /oktober) en dit in onderneming ( entreprise ). Werkuren : 12 á 14 per dag, ook op zaterdag en zondag. Ook de vrouwen hadden hun dagelijkse taak die bestond in het bereiden van de eetmalen en onderhouden van de slaapgelegenheden (80 bedden). De chef of ploegbaas was GEORGES CHARLET, die op 12-jarige leeftijd (in 1899) reeds werkzaam was in de steenbakkerijen en dit tot in 1932. Het bedrijf stond onder algemeen toezicht van een geboren Deinzenaar nl. ARTHUR GEVAERT, die als vertegenwoordiger optrad van een maatschappij van steenbakkerijen en in die tijd te Bully-Grenay woonde. Georges Charlet had niet alleen de leiding van het bedrijf maar nam ook de taak op zich om in de streek de best geschikte kleigronden op te zoeken o.a. te Baupaume - Doulh..nge - Montdidier (département van de Somme). De stenen werden gebakken in twee soorten ovens : 1. de open oven 2. de gesloten of ook "Engelse" oven genoemd. De open oven was vierkantig of rondvormig en naarmate de bakstenen kruiselings over elkaar geplaatst werden -om de nodige ruimte te vormen voor de gloeiende kolen- werd terzelfdertijd, bij middel van klei, een omheining rond de geplaatste stenen gevormd teneinde de nodige warmte binnen te houden. Dergelijke soort van oven bereikte een hoogte van ten minste 6 m. en kon maar éénmaal gebruikt worden. Vooraf dient feitelijk vermeld dat de bewerkte klei (in een soort betonmolen), vervolgens uit een langwerpige vorm (moule) te voorschijn kwam en de stenen op maat gesneden werden bij middel van een snij-ijzer (filiëre), waarin een draad verwerkt was en waarbij elke steen op de juiste maat gesneden werd (werk o.a. verricht door REMI VANHOVE). Vervolgens kwamen de nog "verse" stenen in de "laaghuizen" (1) terecht voor het drogen. Deze plaatsen werden, zo nodig, afgeschermd tegen de regen met stromatten. Ook werd tussen de lagen stenen voldoende zand gestrooid om het aaneenkleven te beletten. Een tweede soort van oven en zeker wel een betere kwaliteit en produktievere soort, was de gesloten of "Engelse" oven. Deze was voorzien van een pannendak en van een schoorsteen en had een gevelbreedte van + 20 m met ten minste een 5 -tal openingen (aan de voorzijde ). Deze openingen bestonden in feite rondom gans het gebouw (zie verder). Langs een loopbrug werden de gloeiende kolen bij middel van wagentjes naar de galerij gevoerd en door een 12 à 14 gaten (doornede 30 cm) op ieder rij, op en tussen de lagen bakstenen gegoten. Dit werd gedaan door de "brander". Die gesloten oven bestond uit een aantal "afdelingen" met dus de noodzakelijke gemaakte openingen (hoogte + 2 m). Eens voldoende stenen geplaatst, werden die stuk voor stuk dichtgemetseld. Ook was iedere afdeling afgesloten met een soort grauw en stevig papier, dat naderhand in brand schoot met het opgieten van de kolen. De openingen aan de achterzijde (kant van de spoorlijn) werden eerst dichtgemaakt en vervolgens die aan de voorgevel, dit naarmate voldoende stenen geplaatst waren. De eerste laag papier kreeg haar beurt aan de kant van de schoorsteen (rechts van het gebouw). Eens de stenen gebakken werden alle "deuren" terug open gemaakt om voldoende tocht te krijgen voor de afkoeling. De bakstenen bleven 6 á 7 weken in de oven. Degener. die de stenen in de oven plaatsten waren de `invoerders" en degenen die ze naar de spoorwegwagens voerden waren de "uitvoerders". Daarvoor werd gebruik gemaakt van een type kruiwagen met een hoogte van zowat 1,25 m met een achttal lagen stenen.
In de jaren 1920-1930 was er o.a. ook een steenbakkerij te Deinze in de Oostmeersdreef, kant van de Leie, juist voorbij de firma Van Thuyne. Er was er eveneens een dicht bij Astene "Sas" in de richting van "Vosselare Put". Dit bleek te zijn naast de "kruipers- of krabbersput" ? (begin of einde ? van de "Oude Leie" zijnde de verzamelplaats voor de "slechte" zwemmers en voor
107.
de kinderen. Vermoedelijk moet hierover toch nog documentatie bestaan ?!)
maar vermoedelijk (1) "laaghuizen " - staat niet vermeld in " Van Dale ", werd deze naam gekozen omdat de bakstenen in "lagen" werden opgestapeld. N.B. : Al deze inlichtingen werden mij bereidwillig verstrekt door dhr. REMI'VANHOGE en mevrouw YVONNE RANSON-CHARLET ( zie foto).
e tje.
-PU
2
© C7 ca a o 0 o c o co
a 0
2u.. ^^JNa
Walter Verleyen.
110. KLOEFKENS VAN 'T COMITEIT Juf. Martha Soenen vertelde ons dat ze het lied van 't Comiteit kende; ze zong het ons voor. Ze ving echter aan met "Jeanne en Piet" en die Jeanne was dan Jeanne Van de Walle, later herbergierster op de hoek Kalkhofstraat - Guido Gezellelaan. Leden van het Comiteit waren o.a. Dolf De Ruyck, brandweerofficier en grootvader van fietsenmaker Willy De Ruyck in de Oudebrugsepoortstraat, Valre Lagrange, Marie Algoet, Gabriëlle, Helene en Bertha Soenen, Laura Seynaeve. Er moet ergens een foto bestaan van de Comiteitsledenagenomen op de koer van het stadhuis. Waar is die foto ?
10 8.
111. OUDE VOLKSLIEDJES
Volgende oude liedjes - vermoedelijk nog zeer weinig gekend - werden op 87jarige ouderdom nog gezongen door mevrouw weduwe Hilaire Knockaert - Elodie Ide, geboren te Deinze op 26.12.1894 en verblijvende in het St.-Vincentiusrusthuis te Deinze, Meulenstraat. 't Was in een gazet die 'k las een artikeltje en 't was dat een luchtbal op moest gaan en zeer veel volk zag men daar staan 'k zag er veel volk naar toe stromen om te zien die rareteit maar als ik ben bijgekomen was hij weg, 't was zijn tijd
den balon ging zachtjes naar omhoog ze smeten balast buiten 't vloog juist in mijn ruiten 'k riep met ogen vol. Nondeku ! Amuseert U ?
- Als veur een jaar of zes trouwde mijn vriend Ernest en zeer veel geluk en wijs deed ik dan aan dienen mens maar het is hem slecht bevallen vriendje lief , geloof me vrij zijn vrouwtje brengt zonder dralen alle jaren een bunsel bij. refrein : En als hij mij dan soms eens ziet zegt hij vriendje lief, ik heb verdriet met de kleintjes spelen mag u niet vervelen zeg mij vriendje lief , dat hebt ge nu Amuseert U;
- 'k passeerde laat3te maal in een straat waar een prison in Maat 'k zag een rijtuig voor de poort en wat heb ik daar gehoord 'k zag een man door ' t venster loeren 'k zie mijn vriend goed opgepast hij zegde mij, zijn dat toch toeren ze hebben mij voor zeven jaartjes vast refrein : 'k zei mijn hebben ze u logement en 'k zei mijn Amuseert u,
vriendje lief, goed opgepast voor zeven jaartjes vast eten, ge moogt dit niet vergeten vriendje lief, dat hebt ge nu amuseert u.
- Als men soms bij vrienden is op een feestje of kermis en er valt dan iets voor dat ge er moet gaan van door dat ge hun moet gaan verlaten
109.
iets wat ge niet geerne doet dan zegt ge zachtjes zonder praten en roep hen nog eens toe wel mijn vriendjes lief, het doet mij spijt dat ik moet nemen van u afscheid wilt U niet generen en u amuseren nog een handdruk, nog een salut amuseert U, amuseert U.
Een karnavalliedje, gezongen in Bachte-Maria-Leerne omstreeks 1910 Piet van over Bachtebrugge vrijt met Doka uit "Den Haan" zij ziet hem toch zoo lieflijk aan zij heeft oogjes om haar jongen beiden vieren carnavalla -om het meisje te behagen (2 maal) viert de jongen carnaval Blaka maka - nito - beuzoplato - deuro vito et de lanterne capovito vito vito carnaval. genoteerd door Walter Verleyen.
112. KENT GE DEN BURGEMEESTER ? Men signaleerde ons volgende anekdote : Burgemeester Van Risseghem was op reis, naar Tielt en terug. Hij had tijd over en wachtte op zijn trein. Om het wachten te korten ging hij een herberg binnen en praatte wat over weer en wind. - Meneire iq niet van Tielt zeker ? - Neen, ik ben van Deinze. - Oh ! gi zijd gi van Deinze. Kende gi daar den burgemeester ? - Bah ja, zo nogal. - ist waar dat dat zo ne nachtuil is ? - Bah ja, zo nogal. - en dat hij altid daar in een café zit bij een weduwe ? - Bah ja, zo nogal. Hoeveel is `t voor deze koffie ? En Van Risseghem ging buiten wachten.
113. DE POLITIE TE DEINZE Vóór de samenvoeging der gemeenten had Deinze, een klein stadje, een burgemeester en twee schepenen; er waren toen twee politieagenten. Er gaat onder de Deinzenaars die klein-Deinze nog kenden, over die twee agenten volgende anekdote : toen de ene sjampetter over de andere sjampetter sprak, sprak hij over "dat ander kalf". (zegsman : Martha Soenen) AFGESLOTEN : 10 JUNI 1982.