CDA-‐VERKIEZINGSPROGRAMMA 2014 – 2018 GEMEENTE BUNSCHOTEN
KOERSVAST VOOR BUNSCHOTEN-‐SPAKENBURG 1
Vastgesteld in de Algemene Ledenvergadering van de CDA-‐afdeling Bunschoten d.d. 13 november 2013, ten behoeve van de Gemeenteraadsverkiezingen 2014 Meer informatie? Lid worden? Kijk op www.cda.nl/bunschoten
2
Inhoudsopgave Voorwoord ...................................................................................................................................... 4 Inleiding .......................................................................................................................................... 5 Uitgangspunten ................................................................................................................................... 5 Voorgeschiedenis ................................................................................................................................ 5 Zelfstandige gemeente ........................................................................................................................ 5 Hoofdstuk 1-‐ Van vrijblijvend naar betrokken ................................................................................. 7 1.1. Samenlevingsgericht werken ........................................................................................................ 7 1.2. Leve de lokale cultuur ................................................................................................................... 8 1.3. Over grenzen van kennis heen ...................................................................................................... 9 1.4. Dienstverlenend werken ............................................................................................................. 10 1.5. Bestuurlijke schaal en betrokken burgers .................................................................................. 10 1.6. Over de grenzen ......................................................................................................................... 11 Hoofdstuk 2 -‐ Van grenzen naar ruimte ......................................................................................... 12 2.1. Ruimte geven aan lokale bedrijven ............................................................................................ 12 2.2. Ruimte geven aan professionals ................................................................................................. 12 2.3. Lokale woningmarkt in beweging krijgen .................................................................................. 13 2.4. Onderwijshuisvesting ................................................................................................................. 13 2.5. Publieke ruimte .......................................................................................................................... 14 2.6. Ruimtelijke ordening .................................................................................................................. 14 2.7. Verkeer ....................................................................................................................................... 15 Hoofdstuk 3 – Van nazorg naar voorzorg ....................................................................................... 17 3.1. Zorg efficiënt én dichtbij ............................................................................................................. 17 3.2. Een goed begin is het halve werk ............................................................................................... 18 3.3. Ondersteuning voor ouderen ..................................................................................................... 18 3.4 Onveiligheid voorkomen en bestrijden ........................................................................................ 19 Hoofdstuk 4 – Van polarisatie naar participatie ............................................................................. 22 4.1. Maatschappelijke ondersteuning ............................................................................................... 22 4.2. Welzijn van mensen .................................................................................................................... 23 4.3. Weer aan het werk ..................................................................................................................... 23 4.4. Goed onderwijs ........................................................................................................................... 23 4.5 Dienstbaar aan dezelfde mensen ................................................................................................ 24 4.6 Burgerschap en integratie ........................................................................................................... 24 Hoofdstuk 5 – Van verbruiken naar waarderen ............................................................................. 25 5.1. Gezonde lokale economie ........................................................................................................... 25 5.2. Buitengebied en de agrarische sector ........................................................................................ 28 5.3. Nieuwe groene energie .............................................................................................................. 30 5.4. Wel in geld uit te drukken .......................................................................................................... 31 Tot slot: Wat je kiest doet er toe ................................................................................................... 34 3
Voorwoord voorzitter Programmacommissie “Met veel plezier schrijf ik een voorwoord voor ons verkiezingsprogramma ten behoeve van de raadsperiode van 2014 tot en met 2018. Want het is mij gebleken dat het echt een mooie bezigheid is om met een gemotiveerde Programmacommissie te filosoferen wat het beste zou zijn voor onze gemeente in die zo nabije toekomst. Het enthousiasme was er vanaf het begin bij alle betrokkenen. Dat begin zie ik in mijn geheugen als een uitgebreide vergadering van bestuursleden, fractieleden en een aantal meelevende en meedenkende leden – en soms zelfs niet-‐leden – van ons plaatselijk CDA in het eerste kwartaal van 2013. Daar kwam meteen een aantal waardevolle ideeën op tafel, waarbij enthousiaste jongeren soms wat werden geremd door bezadigder – vaak wat oudere – aanwezigen. Na die bijzonder positief verlopen bijeenkomst deed het bestuur in zijn eerstvolgende vergadering een oproep wie wilde participeren in de commissie. Onmiddellijk boden zich een aantal kandidaten aan. Het bestuur maakte gebruik van dat enthousiasme en benoemde deze mensen onmiddellijk in de commissie. Die commissie ging met schwung aan de slag, waarbij iedereen steeds positief meedacht en meewerkte. En iedereen blééf enthousiast meewerken. Al werkende weg bood zich nóg een belangstellende aan. Het werken ging zo goed, dat we in september een concept aan het bestuur konden aanbieden. Dat heeft hier met positieve waardering kennis van genomen en het concept nagenoeg ongewijzigd voorgelegd aan de leden. Op 13 november 2013 kwam de algemene ledenvergadering bij elkaar en daarin kwam dezelfde positieve gezindheid naar voren. Een aantal amendementen zijn ingediend en – al dan niet gewijzigd – aangenomen, waarmee het programma in mijn beleving even zovele verbeteringen onderging. Daarmee kan het CDA-‐Bunschoten trots zijn op dit programma: Koersvast, vanuit de periode maart 2010 tot en met maart 2014, wil de partij doorgaan met werken aan een solide en zelfstandig Bunschoten. Het goede uit de vorige periode voortzetten en versterken, met vernieuwingen en veranderingen waar dat ten behoeve van onze gemeente nodig is. Ik hoop dat de lezer dit programma ook zo waardeert en daardoor het CDA zijn of haar stem waardig acht. Een sterk CDA voor een stevige gemeente Bunschoten.” Menno Nagel (voorzitter Programmacommissie)
Samenstelling Programmacommissie Peter van Asselt; Marjon van Baal; Ariean van de Groep; Menno Nagel (voorzitter); Henry Wieldraaijer. In een later stadium trad Tineke Koelewijn-‐Koelewijn tot de commissie toe.
4
Inleiding Uitgangspunten Leven kun je niet alleen. Je komt altijd andere mensen tegen en hebt altijd met andere mensen te maken. In de politiek, op straat, in verenigingsverband, in kerkelijk verband, noem maar op. Met elkaar vormen we de samenleving en met elkaar geven we vorm aan die samenleving. Als mens alleen kan je dat niet, als politiek alleen kan dat evenmin. We moeten samenwerken en samen bouwen aan onze samenleving. Vanuit die gedachten presenteren we als CDA-‐Bunschoten het verkiezingsprogramma voor de raadsperiode 2014-‐2018. Uiteraard niet alléén vanuit die gedachte. Uitgangspunt voor het CDA is de Bijbelse boodschap, die ons inspireert bij ons handelen en ons zoeken naar oplossingen voor de hedendaagse problemen. Daarbij komt een vast geloof in de democratische waarden. Die waarden zijn heel wat meer dat een eenvoudig rekensommetje dat ‘de helft plus één’ beslist. Goed omgaan met elkaar, met andere partijen, luisteren naar anderen, zoeken naar een brede basis, zijn enkele voorbeelden van die waarden. Natuurlijk hebben we ook nog de uitgangspunten van het CDA zijnde gerechtigheid, solidariteit, gespreide verantwoordelijkheid en rentmeesterschap: wezenlijke uitgangspunten waaruit onze samenwerkingsgedachte is gegroeid.
Voorgeschiedenis Acht jaar geleden ging het CDA-‐Bunschoten de raadsverkiezingen in met de slogan ‘Zeg nee tegen Amersfoort aan Zee.’ Daarmee hebben we als CDA toen al benadrukt hoezeer de zelfstandigheid van onze gemeente ons aan het hart gaat. Hoewel de slogan bij veel burgers weerklank vond, leken politici van andere partijen minder overtuigd van het belang van deze actie. ‘Het zou zo’n vaart niet lopen’, was de sussende gedachte die zij naar buiten brachten. Of er was geen acuut gevaar of het was zelfs geheel niet aan de orde. Maar nu, acht jaar later, moeten we constateren dat vanuit de landelijke politiek stevig ingezet wordt op het vormen van zeer grote gemeenten. Het kabinet Rutte II, bestaande uit VVD en PvdA, geeft er duidelijk blijk van dat in zijn ogen ‘groot’ gelijk is aan ‘mooi en efficiënt’. Klein is niet in tel. Minister Plasterk is daar een duidelijk vertegenwoordiger van. Er wordt gedacht en soms gesproken over gemeenten van 100.000 inwoners en meer. En als het dit niet kan door het van bovenaf op te leggen, probeert de landelijke overheid het wel op een andere manier. Zo worden er rijkstaken naar de gemeenten overgeheveld, waarbij eisen worden gesteld, die voor kleinere gemeenten – waartoe Bunschoten met haar ruim 20.000 inwoners behoort – enkel uit te voeren zijn in een groter verband. Gedachte daarachter is dat als er veel samenwerkingsverbanden zijn er vanzelf de neiging zal komen tot verdergaande samenwerking en – als vanzelf – een opgaan in een groter verband. Die bedreiging bestaat in die mate dat wij serieus overwogen hebben onze slogan ‘Zeg nee tegen Amersfoort aan Zee’ weer opnieuw actueel te maken. Maar de tijd staat niet stil, de slogan heeft zijn nut gehad. Wat blijft staan is het volgende: de blijvende zelfstandigheid van onze gemeente is een uitgangspunt waarover wat het CDA betreft niet te discussiëren is. Daarvoor maken wij ons sterk! Dat hebben wij in het verleden gedaan, dat doen we nu en dat zullen we ook de komende vier jaar blijven doen. Niet alleen plaatselijk, ook provinciaal en landelijk staat het CDA immers voor de zelfstandigheid van kleinere gemeenten die zichzelf goed kunnen redden.
Zelfstandige gemeente Dit betekent meer dan alleen zeggen dat we voor zelfstandigheid van de gemeente Bunschoten zijn. Het betekent ook dat we als CDA hebben laten zien en zullen laten zien dat wij als gemeente van 20.000 inwoners ons heel goed zelf kunnen redden en onze taken kunnen uitvoeren.
5
Financieel zelfstandig Daarvoor moeten we er in de eerste plaats voor zorgen dat onze gemeentelijke financiën goed op orde zijn. De afgelopen vier jaar heeft het CDA zijn best gedaan daarin heel helder te zijn. De tering is naar de nering gezet! En dat is niet gedaan door de lasten voor de burger te verhogen. Nee, ons is duidelijk dat – in een tijd waarin veel burgers zijn geraakt door de crisis – verbetering van de financiële situatie niet gevonden moet worden in zwaarder belasten. De financiële orde is gezocht en gevonden in beperking van de uitgaven. Daarmee hebben we de totale lasten voor de burger zo laag kunnen houden dat we de afgelopen twee jaar zijn uitgeroepen tot de goedkoopste gemeente van Nederland. En we gaan graag door op die weg. Het voorliggende programma geeft hiervoor een duidelijke aanzet. Immers, lastenverhoging is te eenvoudig. Dat laatste zien we immers op landelijk niveau. Het Kabinet VVD / PvdA draalt met de uitvoering van hervormingsplannen en het lukt dit Kabinet niet of nauwelijks om bezuinigingen te vinden. De ‘belastingschroeven’ aandraaien daarentegen blijkt het Kabinet makkelijker af te gaan. Dat gebeurt gewoon en daarmee mag op landelijk niveau de belastingbetaler opdraaien voor het falende beleid om de overheidsuitgaven in de hand te houden. Kortom, het is een Kabinet van ‘dralen en betalen’.
Taken goed uitvoeren Om goed zelfstandig te opereren als gemeente, moeten we zorgen dat we onze taken goed uitvoeren. Onze eigen taken die we vanouds hebben, zoals aanleg en beheer openbare ruimte en openbaar groen, maar ook de nieuwe taken, die de rijksoverheid ons toebedeelt. We zullen dat als gemeente niet altijd alleen kunnen doen, maar dat is op zichzelf ook niets nieuws. Al jarenlang werken we samen met andere gemeenten in de regio om te zorgen voor een stevige uitvoeringsorganisatie. Dat kan prima door het beleid in eigen hand te houden en door een goede communicatie tussen uitvoeringsorganisaties, gemeente en belanghebbenden. Daardoor blijft transparant wat er gebeurt. We behoeven dan niet bang te zijn op een dergelijke manier langzaam richting een fusie met andere gemeenten te worden gedreven. Van groot belang is natuurlijk wel dat de samenwerkende gemeenten op dezelfde lijn zitten. Al werkende weg blijkt ons dat samenwerken het beste gaat met niet teveel gemeenten, die ook niet teveel van elkaar in verschillen in grootte en intenties. Dat brengt ons heel snel bij de succesvolle samenwerking die onze gemeente nu al heeft met de gemeenten Baarn en Soest.
Bouwen aan onze gemeenschap Voor onze zelfstandigheid moeten we er ook voor zorgen dat we met elkaar één Bunschoten-‐Spakenburgse gemeenschap vormen. Samenleven kun je immers niet alleen. We leven met elkaar in onze gemeente, we moeten het dus met elkaar maken. Dat betekent samen bouwen aan ons mooie dorp. Dus omzien naar elkaar; een sociaal armoedebeleid. Afgelopen vier jaar hebben we dat al gedaan. Ondanks alle bezuinigingen, die we hebben moeten doorvoeren, is het gemeentelijk armoedebeleid ontzien. Op dat beleid is niet bezuinigd. Zo moeten we ook verder gaan. We moeten blijven omzien naar elkaar en zien waar we als gemeenschap elkaar kunnen helpen. Heel concreet in deze slechte economische situatie zullen we moeten bekijken wat we meer kunnen doen voor elkaar. Te denken valt aan werkelozen actief naar werk helpen, onze schooljeugd coachen richting een opleiding met toekomst in werk, niet richting werkloosheid, maatschappelijk werk ruimhartig blijven steunen, zodat minima hun leven weer op de rit kunnen krijgen. Samengevat komen we uit bij ‘Meer samenleving, minder overheid. Vanuit deze gedachtegang heeft het CDA zijn programma voor de raadsverkiezingen van 2014 en de periode van vier jaar daarna opgesteld.
6
Hoofdstuk 1-‐ Van vrijblijvend naar betrokken Mensen maken hun leefomgeving We leven in een gemeente waarin mensen elkaar (nog) kennen en gekend worden. Dit is een groot goed voor een vitale samenleving. Het CDA wil het saamhorigheidsgevoel in onze gemeente graag in stand houden en waar nodig versterken. In onze visie maken we het mogelijk dat mensen voor elkaar blijven zorgen en samen dingen ondernemen. Ons ideaal is een gemeente waarin zo veel mogelijk mensen zich thuis voelen en hun persoonlijke bijdrage leveren. Dat vraagt om een overheid die mensen ruimte geeft en aanspreekt op hun verantwoordelijkheid voor zichzelf en hun omgeving. Dat vraagt ook om nieuwe vormen van betrokkenheid van inwoners, een ondersteunende overheid en om zekerheid voor mensen die zich niet zelf kunnen redden. Wij geloven in de vitaliteit van de lokale samenleving. Mensen maken samen hun leefomgeving. De gemeente Bunschoten is allereerst een ondersteuner van de eigen initiatieven en prioriteiten van mensen. In een betrokken samenleving nemen mensen met elkaar initiatieven om problemen op te pakken. De gemeentelijke overheid moet daarbij dienstbaar en betrouwbaar zijn en ruimte bieden aan die initiatieven. In een steeds complexer wordende samenleving kunnen problemen alleen worden opgelost door die samenwerking. Dat betekent ook dat onze gemeentebestuurders positief staan ten opzichte van nieuwe initiatieven. En het vraagt dat we inwoners actief uitnodigen om mee te denken en mee te doen.
1.1. Samenlevingsgericht werken Er kan meer gebruik gemaakt worden van de denkkracht van inwoners en de bereidheid van velen om inspanningen te leveren voor een betere leefomgeving. Het is juist nu de politieke uitdaging de vitaliteit in de samenleving aan te boren en te benutten. Daarmee zetten we de beweging in van vrijblijvendheid (‘de gemeente weet het toch altijd beter’), naar betrokkenheid. Dat vraagt een bepaalde manier van samenlevingsgericht werken. Het CDA denkt hier aan het politie-‐ & BOA-‐ werk en de groen-‐ & speelvoorzieningen. Onderhoud openbare ruimte bepalen De gemeente daagt bewoners van een wijk uit om mee te denken in het groenonderhoud. Als dit tot besparingen leidt, kan het bespaarde geld ingezet worden voor investeringen in de wijk. Inwoners stellen prioriteit rond veiligheid De inzet van politie wordt het beste lokaal geregeld. De burgemeester gaat in gesprek met inwoners om een aantal prioriteiten vast te stellen. Zo wordt gericht gewerkt aan een groter veiligheidsgevoel en leefbaarheid. Maatschappelijke stage behouden De maatschappelijke stage in het voorgezet onderwijs brengt jonge mensen in contact met verschillende groepen in de lokale samenleving. Hoewel het Kabinet het nodig vindt de stage af te schaffen, wil het CDA de maatschappelijke stage lokaal graag behouden. De gemeente ondersteunt dit met een budget en zoekt samen met scholen en instellingen naar een zinvolle invulling van deze lokale stage. Nieuwe speelgelegenheden Er worden geen nieuwe speelgelegenheden aangelegd zonder dat kinderen en ouders in de omgeving daarover hebben meegedacht. Als een wijk het op zich neemt het onderhoud uit te voeren, krijgt die wijk voorrang boven andere wijken. Al werkende weg ontstaan zo speelgelegenheden die passen bij de wensen van kinderen en die vaak worden gebruikt.
7
Actiepunten − − −
Elke wijk wordt uitgenodigd om mee te denken in het onderhoud. Als dit leidt tot besparingen, kan het bespaarde geld weer in de wijk geïnvesteerd worden. Als een wijk een deel van het onderhoud zelf uitvoert, krijgt die voorrang in de realisatie van speelplaatsen. Het CDA wil de maatschappelijke stage in het voortgezet onderwijs handhaven.
1.2. Leve de lokale cultuur Samenleven komt vaak tot uitdrukking in wat inwoners cultureel met elkaar ondernemen. In onze gemeente is een veelzijdige basis van voorzieningen en instellingen. Maar het CDA vraagt ook aandacht voor wat zich daarbuiten afspeelt. In de muziekwereld bijvoorbeeld. Het is ook niet zo dat cultuur pas cultuur is wanneer er subsidie aan wordt gegeven. Geschiedenis, archeologie, monumenten en immaterieel erfgoed dragen ook bij aan de identiteit van de gemeenschap. Bewaren wat waardevol is, luidt de gezamenlijke opdracht.
Jong geleerd Ontmoeting met cultuur is belangrijk voor de ontwikkeling van kinderen. Cultuureducatie via scholen is een vertrekpunt van het culturele beleid. Alle instellingen dragen daaraan bij. Jonge talenten vinden zo hun weg naar grotere instellingen of culturele gezelschappen.
Samenwerken voor cultuur Bunschoten heeft een eigen cultuur die gekoesterd moet worden. De plaatselijke musea zijn daarvan uitingen. Ook nieuwe cultuuruitingen in onze gemeenschap hebben onze warme belangstelling. De gemeente kan hier initiëren, maar niet altijd subsidiëren.
Muziek De gemeente initieert samen met partners als proef een jaarlijks evenement in de vorm van een ‘Glazen Huis’ met lokale artiesten en een plaatselijk goed doel.
Zang De gemeente initieert samen met de kerken en de zang-‐, oratorium-‐ en gospelverenigingen een jaarlijks terugkerende zangavond in alle kerken van ons dorp. Dat gebeurt door in alle kerken een koor te laten optreden. Hier dient landelijke bekendheid aan gegeven te worden. Hierdoor wordt de zangcultuur in ons dorp versterkt.
Kleine restauraties De gemeente investeert in het bewaren van monumenten. Dat doet de gemeente niet uitsluitend via grote restauraties, maar ook door kleine kredieten te verstrekken aan particulieren voor het restaureren van kleinere maar even waardevolle cultuurhistorische elementen.
Oude stadskenmerken zichtbaar maken Het CDA pleit voor meer daadwerkelijk zichtbaar maken van de vroegere stadspoort aan de zuidzijde van de Dorpsstraat en zo mogelijk ook die aan de noordzijde. En aan het zichtbaar maken van de vroegere stadsgracht en verdedigingswerken in het gebied tussen Burgwal en Stadsgracht. Verder pleit het CDA voor een studie of ook aan de oostzijde de stadsgracht geheel of gedeeltelijk weer kan worden teruggebracht.
Religieus erfgoed Onze gemeente kent één Middeleeuwse kerk en een aantal andere kerken met een rijke geschiedenis. Religieus erfgoed heeft een vaste plaats in het beleid van de gemeente.
8
Botters Het CDA wil graag de historische botters en platbodems binnen de gemeente behouden. De Bruine Vloot organiseert activiteiten waarvoor ze bij de gemeente projectsubsidie kan aanvragen. Deze regeling geldt voor botters die hier hun vaste ligplaats hebben.
Lokale omroep en bibliotheek Het CDA ziet in de multimediale lokale omroep en in de bibliotheek vanzelfsprekende partners om netwerken te bouwen die mensen bij elkaar brengen. We kiezen daarbij voor meer projectsubsidies in plaats van vaste jaarlijkse subsidies.
Taal van het hart Taal heeft handen en voeten nodig. Er dient in het gemeentelijk beleid aandacht te zijn voor de samenbindende rol van het lokale dialect.
Kunst in de openbare ruimte Kunst geeft een kwaliteitsimpuls aan de openbare ruimte. Door samenwerking van kunstenaars, bedrijfsleven en gemeente kan in de komende periode ondanks beperkte financiële middelen van de gemeente toch iets moois gerealiseerd worden. Financiering van kunstwerken in de publieke ruimte moet volledig door sponsoring opgebracht worden.
Actiepunten − − − − − −
We zoeken naar een nieuwe vorm van muzieksubsidie (en cultuursubsidie) voor jongeren onder 18 jaar, waarbij de ambtelijke kosten minimaal zijn. Het Doleantie-‐erfgoed rondom Kostverloren en de Zuiderkerk moet herkenbaar worden middels een informatiebord. En er wordt een Kerkenpadroute ontwikkeld. De gemeente gaat werken aan het zichtbaar maken van de vroegere stadsontwikkeling van Bunschoten. De gemeente stimuleert het opleiden van vrijwilligers tot gidsen die kunnen vertellen over de cultuurhistorie van de gemeente. Lokale omroep en bibliotheek zijn, mits aangepast aan veranderende omstandigheden, van groot belang voor de lokale gemeenschap. Het CDA kiest voor meer projectsubsidies in plaats van vaste jaarlijkse subsidies.
1.3. Over grenzen van kennis heen Mensen met verschillende opleidingsniveaus hebben minder contact met elkaar. Ze doen aan andere sporten, de kinderen gaan vaak naar een andere school, ze bezoeken andere websites of kijken andere televisieprogramma’s. Nieuwe contacten vormen zich wel via nieuwe media. Bijvoorbeeld groepen mensen die interessegebieden met elkaar via het internet delen. Dit laat zien dat mensen elkaar nog steeds opzoeken. In het beleid heeft de gemeente oog voor deze ontwikkeling. De gemeente bepleit waar dat kan actieve deelname aan het sport-‐ en verenigingsleven.
Actiepunt − De gemeente daagt de sportverenigingen uit om jaarlijks één of meerdere open dagen te houden waar burgers in contact kunnen komen met de sport en met elkaar. De gemeente kan hiervoor projectsubsidies inzetten.
9
1.4. Dienstverlenend werken Dienstverlening en informatievoorziening richting inwoners en ondernemers moeten snel en makkelijk toegankelijk zijn. Het CDA ziet inwoners niet als klanten, maar als burgers. Wat net zo goed betekent dat de gemeente zich op basis van hun ervaringen als dienstverlener zal moeten opstellen.
Avondopenstelling De gemeente past zich aan op de flexibele werktijden van mensen. Avondopenstellingen, het werken op afspraak en het bezoeken van ouderen die zelf niet naar de publieksbalie kunnen komen, zijn voorbeelden van zo’n klantgerichte dienstverlening voor alle inwoners.
Communicatie via telefoon en balie Niet iedereen heeft internet of houdt ervan via internet te communiceren. De burger houdt de keuze hoe hij of zij contact met de gemeente wil: internet, telefoon of contact aan de balie.
Toegankelijke website Digitale informatie en dienstverlening van de gemeente moet makkelijk vindbaar zijn, ook voor mensen met een beperking. Om die reden dient de gemeentelijke website te voldoen aan het waarmerk ‘Drempelvrij’.
Gemeente-‐app op de smartphone Inwoners moeten overlast kunnen melden via mobiele telefoons. Via een gemeente-‐app kunnen inwoners ook geïnformeerd worden over zaken als het moment van ophalen van het huisvuil.
Gewetensbezwaarde ambtenaren Het CDA vindt dat er ruimte moet zijn voor gewetensbezwaren van ambtenaren. Tijdens de introductie van het homohuwelijk onder het paarse kabinet (PvdA, D66, VVD) werden door de voorstanders van het homohuwelijk garanties gegeven voor de zogenaamde weigerambtenaar (de ambtenaar die uit principiële overtuiging geen homohuwelijk wil sluiten). Uit het besluit van het huidige kabinet (PvdA/VVD) om de weigerambtenaren af te schaffen blijkt dat deze toezeggingen niets waard waren. CDA Bunschoten neemt het op voor de weigerambtenaren en is er dan ook op tegen om deze te ontslaan.
Actiepunt −
De gemeente streeft naar optimale digitalisering van de dienstverlening.
1.5. Bestuurlijke schaal en betrokken burgers Grootschaligheid en streven naar grote gemeenten zijn voor het CDA geen oplossing voor de vragen die nu op gemeenten afkomen. Het CDA staat voor een bestuur dat weet wat er leeft in de gemeenschap. We zijn d us voor korte lijnen met inwoners en vrijwilligers. Dat is ook bij samenwerking met andere gemeenten van groot belang. De gemeente krijgt steeds meer taken te vervullen. Soms kan de gemeente die niet alleen aan, omdat het ingewikkelde zaken zijn (jeugdzorg) of omdat ze gemeentegrenzen overschrijden (arbeidsmarktvragen). Soms kiest de gemeente voor samenwerking met andere gemeenten omdat het dan goedkoper kan. Samenwerking is dan ook een goede optie om als gemeente kwaliteit te kunnen leveren. Maar uitgangspunt moet steeds zijn dat de samenwerking niet leidt tot een grootschalige en afstandelijke organisatie. We streven naar een betrokken gemeente die haar inwoners kent, waar de gemeenteraad bereikbaar en een afspiegeling kan blijven van de lokale bevolking. Bij regionale samenwerking kan daarom aan de volgende uitgangspunten worden gedacht.
10
Gemeente dicht bij huis De burger merkt in de dienstverlening weinig van hoe de zaken achter de schermen zijn georganiseerd. De eigen gemeente blijft altijd herkenbaar als aanspreekpunt. In het gemeentehuis is altijd een lokaal loket.
Heldere doelen in regionale samenwerking De gemeenteraad moet duidelijk aangeven wat de gemeente wil bereiken met regionale samenwerking. Een goede opdracht vooraf en controle achteraf zijn nodig. Samenwerking mag niet ten koste gaan van de democratische regels in ons openbaar bestuur. De gemeenteraad laat toezicht of controle niet over aan burgemeester en/of wethouders.
Overzichtelijke samenwerking Gemeente en burgers hebben geen belang bij een lappendeken van samenwerkingsverbanden op diverse gebieden. Daarom wordt er bij voorkeur met dezelfde partners en op het niveau van samenhangende taken samengewerkt.
Actiepunten −
−
− − −
De gemeente blijft zich de komende vier jaar inzetten voor handhaving van de zelfstandigheid. Waar dat mogelijk is en waar dat nodig en efficiënt is, wordt samenwerking gezocht met omliggende gemeenten. Er wordt bij voorkeur samenwerking gezocht met gemeenten in de directe omgeving met een gelijke (of iets grotere) omvang. Onze voorkeur gaat daarbij uit naar samenwerking met de gemeente Baarn en de gemeente Soest. Een eerste aanspreekpunt voor diensten van de gemeente ten behoeve van de burger moet in Bunschoten gehandhaafd blijven. De gemeente onderneemt initiatieven om de burger meer bij het plaatselijk bestuur te betrekken. De gemeente verzet zich waar mogelijk tegen het streven van de huidige regering om grote gemeentes van meer dan 100.000 inwoners te vormen.
1.6. Over de grenzen De gemeente Bunschoten is natuurlijk een Nederlandse, maar ook een Europese gemeente. Onze producten worden overal in Nederland verkocht, maar ook daarbuiten, in Europa en zelfs de rest van de wereld. Hoewel de taken van de gemeente op dit gebied bescheiden zijn, moeten we onze ogen niet sluiten voor wat er ‘buuten Nolletje’ gebeurt. Landelijke samenwerking Regelgeving verandert steeds. Daarom is de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) van groot belang. De VNG is een belangrijk aanspreekpunt van het Rijk voor de gemeenten en omgekeerd de spreekbuis van de gemeenten richting Rijk. Kennis over Europa Het CDA vindt het belangrijk dat er voldoende Europese kennis aanwezig is bij gemeenten. De gemeente maakt gebruik van de mogelijkheden voor Europese steun bij regionale (natuur) subsidies, innovatiesubsidies en ondersteuning van het midden-‐ en kleinbedrijf.
Actiepunten − −
De gemeente Bunschoten blijft onverkort lid van de VNG. De gemeente zorgt voor voldoende kennis van Europese subsidiestromen.
11
Hoofdstuk 2 -‐ Van grenzen naar ruimte Minder regels en meer mogelijkheden Als we terugkijken op de afgelopen jaren zien we dat de overheid steeds meer taken op zich heeft genomen. En we zien dat de overheid daarbij steeds meer is gaan regelen en voorschrijven. Vaak met de beste bedoelingen. Als er een incident is, is de eerste publieke reactie vaak: ‘Daar moet de overheid eens wat aan doen!’ We willen deze trend keren en mensen meer verantwoordelijkheid laten nemen. Dat vraagt bestuurlijke moed, want het betekent dat mensen vaker op hun gezond verstand worden aangesproken in plaats van op regels en voorschriften. Dat betekent zeer terughoudend zijn met het maken van regels.
2.1. Ruimte geven aan lokale bedrijven In een betrokken samenleving nemen burgers, maatschappelijke organisaties én bedrijfsleven samen initiatieven om problemen op te pakken. Bedrijven maken deel uit van die samenleving. Het CDA wil bedrijven ruimte bieden. Daarom bevorderen we ook maatschappelijk betrokken ondernemen. Het CDA meent dat de gemeente de functie heeft smeerolie in de plaatselijke economie te zijn. Zo moet de gemeente er alles aan doen om bedrijven en werklozen samen te brengen, zodat de kans op een baan voor deze mensen vergroot wordt.
Actiepunten − −
De gemeente brengt bedrijven en werklozen samen. Er moet een website komen waarop bedrijven uit de gemeente zich kunnen presenteren en geïnteresseerden zich kunnen oriënteren op het lokale bedrijfsleven en ondernemersklimaat.
2.2. Ruimte geven aan professionals Verantwoorden van subsidies Subsidies worden voor meerdere jaren in plaats van eenmaal per jaar aan de instelling toegekend. De regels voor verantwoording worden vereenvoudigd. De gemeente stelt consequent de vraag: wat is het effect van het subsidiebeleid? CDA Bunschoten wil meer subsidies op projectbasis gaan verlenen. Dat betekent dat instellingen en verenigingen voor een bepaalde activiteit een aanvraag kunnen indienen.
Opstartsubsidies Om nieuwe initiatieven niet te afhankelijk te maken van overheidsgeld, worden subsidies voor een eindige periode verstrekt. Als een initiatief daarna niet zelfstandig levensvatbaar blijkt, eindigt ook de bijdrage van de gemeente.
‘Eerst uitproberen’ Liever proefdraaien met een nieuwe aanpak in samenspraak met de mensen om wie het gaat, dan eerst een dikke nota schrijven. Laat alle betrokkenen leren van de praktijk voordat de personen die van de dienstverlening gebruikmaken met nieuwe regels te maken krijgen.
Actiepunt −
Het CDA staat een nieuw subsidiebeleid op projectbasis voor.
12
2.3. Lokale woningmarkt in beweging krijgen Ook in Bunschoten heeft de woningbouw het nog steeds moeilijk. Er is een toenemende behoefte aan sociale huurwoningen. Het bevorderen van de doorstroom op de lokale woningmarkt vraagt maatwerk. Meer dan ooit is samenwerken van groot belang. Het CDA zoekt nieuwe vormen van samenwerking tussen gemeente, corporaties, ontwikkelaars en zorg-‐ en welzijnsaanbieders, om zo bovengenoemde doelgroepen te helpen aan een betaalbare of geschikte woning. Te denken valt aan woningen voor starters en meer-‐generatie-‐woningen. Steeds meer senioren willen een huurwoning. Zij willen in deze voor de woningmarkt onzekere tijd niet hun geld in stenen hebben zitten. Er zal een groeiende vraag naar huurwoningen voor deze doelgroep zijn. Het is de ambitie van het CDA dat de gemeente moet groeien naar 25.000 inwoners.
Collectief opdrachtgeverschap Het CDA is voorstander van collectief particulier opdrachtgeverschap, waarbij de toekomstige bewoners gezamenlijk hun nieuwe huis vormgeven. Bewoners moeten meer zelf kunnen bepalen, bijvoorbeeld door ‘achter de gevel bouwen’, waarbij de gemeente flexibele bestemmingsplannen hanteert.
Actiepunt −
Het CDA gaat voor de bouw van meer sociale huurwoningen.
2.4. Onderwijshuisvesting Goed onderwijs vraagt om goede onderwijshuisvesting. Actuele beheer-‐ en onderhoudsplannen, realistische leerlingenprognoses en voldoende reserveringen zijn nodig. Het CDA denkt bij huisvesting niet alleen aan de gebouwen, maar ook aan het hebben van goede speelpleinen, waar voldoende ruimte en voorzieningen aanwezig zijn. Tevens dient er aandacht te zijn voor het meervoudig gebruik van schoolgebouwen. Met name bij nieuwbouwplannen en renovatie dient rekening gehouden te worden met meervoudig gebruik, met name voor (wijk)vergaderingen, creatieve en culturele doeleinden. Ook moet er meer aandacht besteed worden aan een veilige omgeving rond de school.
Basisonderwijs Eemdijk Het is van groot belang dat basisschoolkinderen in Eemdijk naar school kunnen. De gemeente moet zich daarom inzetten voor het behoud van de school in Eemdijk.
Versterking voortgezet onderwijs Voor voortgezet onderwijs gaan veel kinderen uit het dorp naar omliggende plaatsen. Het CDA pleit voor versterking en verbreding van het voortgezet onderwijs in de gemeente Bunschoten waardoor meer faciliteiten denkbaar worden en aan kwaliteit wordt gewonnen. Er moet vanuit de scholen meer naar vraag uit het bedrijfsleven gekeken worden. Te vaak kiezen jongeren een profiel waar absoluut geen vraag meer naar is. Er moet meer gestimuleerd worden dat er pakketten gekozen worden, waarmee kans op een baan groter is. Het CDA wil lokale bedrijven stimuleren meer te participeren in de scholen. Ook kan het werven van stageplaatsen bij de lokale bedrijven/organisaties worden gestimuleerd. Het CDA vraagt aandacht voor blijvende kwaliteit en wil meer inspelen op gewenste profielen, zodat het makkelijker wordt voor schoolverlaters om werk te vinden. Het Oostwende College kan zich nog meer oriënteren op de behoefte van het bedrijfsleven. Wij denken daarbij aan meer stages en bedrijfsbezoeken. Loopbaanoriëntatie is daarbij voor de leerlingen een goede mogelijkheid.
13
Actiepunten − − −
Het CDA zet zich in voor het behoud van de school in Eemdijk. Het CDA wil stimuleren dat er vakkenpakketten gekozen worden die de kans op een baan in de toekomst vergroten. Het CDA wil lokale bedrijven stimuleren meer te participeren in de scholen.
2.5. Publieke ruimte Binnen elke wijk of buurt dient ruimte te zijn die uitnodigt tot binding en ontmoeting tussen mensen. Verloedering en vervuiling moeten worden tegengegaan. Woningcorporatie, particuliere verhuurders en particuliere woningbezitters moeten, zo nodig, worden aangesproken op hun verantwoordelijkheden. Het CDA wil af van de ‘rotte kiezen’ in ons dorp. Dit zijn verloederde panden die het aanzien van het dorp sterk omlaag halen.
Actiepunt −
Het CDA wil af van de ‘rotte kiezen’ in ons dorp.
2.6. Ruimtelijke ordening Uitgangspunt bij ruimtelijke ordening is een heldere verdeling van bestuurlijke verantwoordelijkheden. Het CDA vindt dat de gemeente als eerste aan zet is bij de ruimtelijke inrichting van de directe leef-‐ en woonomgeving van inwoners. Uiteraard moet de gemeente rekening houden met structuurvisies van de rijksoverheid en de provincie, maar het motto blijft: ‘decentraal wat kan, centraal wat moet’. Het CDA onderscheidt zich van andere partijen door uit te gaan van keuzes voor de lange termijn. Dat betekent dat we ons ervan bewust moeten zijn dat de inrichting van de openbare ruimte ook gevolgen heeft voor de komende generaties. Daarom is het van belang burgers, maatschappelijke organisaties en ondernemers zoveel mogelijk te betrekken bij deze keuzes.
Rengerswetering Vanaf 2009 is het gebied Rengerswetering in ontwikkeling. Het is de laatste grote bouwstroom voor onze gemeente. Er moeten heldere keuzes gemaakt worden die gericht zijn op de toekomstige behoefte van onze gemeente. Volgens het CDA betekent dat duurzaam maar ook levensbestendig bouwen. Er is veel variatie in de wijken gewenst tussen de soorten woningen. Wij moeten ons steeds afvragen of de wijk zodanig is opgebouwd, dat ook onze kinderen er nog met plezier willen wonen. Elementen die bij de ontwikkeling van de wijk meegenomen moeten worden zijn: veiligheid, variatie in woningen en voldoende voorzieningen zowel voor ouderen als voor kinderen.
Actiepunten − − − − −
Een flink contingent van de te bouwen woningen moet bestaan uit levensloopbestendige woningen. Starterswoningen moeten betaalbaar en ruim bemeten zijn. Nieuwe woningen moeten het milieu zo weinig mogelijk belasten. Er moet een onderzoek gedaan worden naar de mogelijkheden van en de behoefte aan zogenoemde ‘kangoeroewoningen’. Het CDA streeft een ruim aanbod betaalbare huurwoningen na.
14
Openbaar groen In de gemeente moet voldoende ruimte zijn voor groenvoorzieningen. Dit groen moet goed onderhouden, op peil en waar mogelijk uitgebreid worden. Een groene en schone publieke ruimte verhoogt de leefbaarheid en draagt bij aan een beter leefmilieu. Het CDA is tegen het kappen van bomen als die alleen maar wat overlast geven. Bomen zijn onze groene longen en wij willen graag dat ook toekomstige generaties in ons mooie dorp nog kunnen leven in een gezond klimaat. Net zoals bij de inrichting en het onderhoud van de openbare ruimte, is het van belang om burgers te betrekken bij onderhoud van groen in hun woonomgeving. Bij planning en onderhoud van de groenvoorzieningen vormt de sociale veiligheid een vast onderdeel.
Actiepunten − − − − − −
Het CDA pleit voor goed onderhoud van de openbare ruimte, waardoor ergernis wordt voorkomen. In buurten of wijken moeten ruimten gerealiseerd worden die uitnodigen tot binding en ontmoeting tussen mensen. Het CDA wil het openbaar groen behouden en waar mogelijk verder uitbreiden. Het gezamenlijk aanleggen en onderhouden van groen is goed voor de sociale samenhang tussen bewoners. In overleg met buurtbewoners wordt geprobeerd dit op de rails te zetten. Bestaande bomen moeten zoveel mogelijk worden behouden. Voor beeldbepalende bomen moet een kapvergunningenstelsel worden ingevoerd. De gemeente onderhoudt de beeldbepalende bomen waarvoor een kapvergunning geldt.
2.7. Verkeer 30 kilometer per uur in de woonwijk Het CDA stelt als ambitie: géén verkeersdoden in 30 kilometer-‐gebieden en woonerven, géén ernstig gewonden op schoolroutes, iedereen rijdt in de woonwijk maximaal 30 kilometer per uur. De infrastructuur moet het logisch maken dat in woonwijken de snelheden onder de 30 kilometer per uur liggen. Daarvoor wordt de weg in samenspraak met de bewoners snelheidsremmend ingericht. Kwetsbare verkeersdeelnemers kunnen gerust op pad in de eigen wijk. Ook hier moeten we ons bewust zijn van het feit dat we samen zijn in het verkeer. Een weg of wijk zo inrichten dat het volledig onmogelijk is harder te rijden dan 30 kilometer per uur, zal niet lukken. De weggebruiker drukt het gaspedaal in en moet zich daarbij altijd bewust zijn van de geldende maximumsnelheid en dat die ook voor hem of haar geldt! Elkaar aanspreken op het weggebruik – we vormen per slot met elkaar de samenleving – kan best wel eens de beste en snelste oplossing zijn.
Rotondes De raad heeft in 2013 een Gemeentelijk Verkeers-‐ en Vervoerplan (GVVP) vastgesteld. In een tijd van beperkte middelen zal voorzichtig omgegaan moeten worden met het uitvoeren van de daarin opgenomen investeringen. Het CDA meent dat wanneer de rotondes op de kruisingen Bikkersweg / Molenstraat /Kolkplein en op de Oostelijke Randweg / Botter zijn uitgevoerd, de meest gevaarlijke kruispunten veilig zijn gemaakt en overige investeringen in het plan zo nodig uitgesteld kunnen worden.
15
Verkeersveiligheid Duurzaam veilig moet uitgangspunt zijn en blijven bij de inrichting of herinrichting van woonwijken. Ook in het buitengebied moet bij groot onderhoud of herinrichting gezorgd worden dat de inrichting op basis van dit uitgangspunt plaatsvindt. Naast de hiervoor genoemde fysieke inrichting van de omgeving denkt het CDA ook aan educatie. Verkeerseducatie voor alle leeftijden – zie ook het hiervoor gestelde bij ‘30 kilometer per uur in de woonwijk’ – blijft van groot belang voor een verkeersveilige samenleving.
Recreatieve fietsroute
Het is van belang de recreatieve fietsroutes uit te breiden in onze gemeente. Daarom pleit het CDA voor de aanleg van een veilige fietsverbinding over de Bisschopsweg naar de Zonseweg.
Actiepunten − −
−
De gemeente moet wegen en weggedeelten inrichten op verkeersveiligheid en de maximaal toegestane snelheid. Er wordt voorrang gegeven aan de aanleg van de rotondes Bikkersweg / Molenstraat en Oostelijke Randweg / Botter. Bij beperkte middelen worden andere wensen uit het GVVP zo nodig uitgesteld. Het niveau van verkeerseducatie blijft gehandhaafd.
16
Hoofdstuk 3 – Van nazorg naar voorzorg Voorkomen is beter Als er iets misgaat in een mensenleven, is er in onze samenleving een vangnet, op het gebied van werkloosheid, ziekte, beperking en bij schulden. Te veel is de nadruk komen te liggen op het geld dat de overheid in deze regelingen wil steken. Het CDA wil deze trend keren door ook te kijken naar wat mensen zelf of met elkaar kunnen doen om onnodige zorg te voorkomen.
3.1. Zorg efficiënt én dichtbij In de zorg is voorkomen bij uitstek beter dan genezen. Dat vraagt om een zo gezond mogelijke levensstijl. En om investeren in voorzieningen die sport en bewegen stimuleren en goede voorlichting om ongezond gedrag tegen te gaan. Wij staan in de gemeente Bunschoten voor een strikte handhaving als het gaat om het rookverbod in horeca en sportkantines. Ook het verbod op schenken van alcohol aan minderjarigen vereist strenge handhaving. Het CDA staat positief tegenover het ontstaan van een gemeenschappelijk centrum voor zorg, mits hier budget voor is. Wanneer deze budgetruimte niet gevonden wordt staat het CDA hier negatief tegenover. Dit omdat de waarde van korte lijnen tussen de verschillende zorgverleners centraal staat en deze lijnen zorgen voor de gezochte meerwaarde. Korte lijnen zijn ook op andere (goedkopere) wijze te realiseren dan door de bouw van een gezamenlijk centrum. Daarnaast acht het CDA het onwenselijk zorgverleners op te zadelen met zware huurlasten die ten kostte gaan van het bedrijfsresultaat en daarmee indirect van werkgelegenheid. Daarbij is het de vraag wat de hoogte van de huren van een dergelijk gemeenschappelijk centrum moeten zijn? Het verlaten van het pand door een zorgverlener is immers een directe bedreiging zijn voor de structuur van de korte lijnen. Wat gebeurt er immers wanneer een zorgverlener het pand verlaat? Wanneer er nieuwbouw plaatsvindt moet er zorgvuldig worden nagedacht over de locatie, er mag in geen geval gebouwd worden voor leegstand.
Vereenzaming Vereenzaming is een groot risico als ouderen langer zelfstandig blijven wonen. Opvallend is het hoge percentage eenzamen in onze gemeente. Het CDA zet in op het betrekken van ouderen maar ook jongeren bij activiteiten. Vrijwilligers en mantelzorgers spelen hierbij een grote rol. Actieve voorlichting door huisbezoek aan 75-‐plussers blijft een goed middel. De gemeente stimuleert onderlinge contacten. Daarbij heeft de opzet van buurtverenigingen de steun van de gemeente. Zo kunnen generaties verbonden worden en blijven. Ook de inzet van zogenoemde ‘belgroepen’, waarbij buurtbewoners dagelijks even contact met elkaar hebben, heeft onze steun. Waar die ontbreken zet de gemeente het instrument van projectsubsidiëring in om deze manier van samenleven van de grond te krijgen.
Mantelzorgers ontlasten Ondersteuning van mantelzorgers door respijtzorg, emotionele en praktische hulp, is van groot belang. Respijtzorg is zorg aan een zorgbehoevende, met als doel om diens mantelzorger(s) vrijaf te geven. Dit kan door vrijwilligers die voor een tijdje de mantelzorg overnemen. Ook het Alzheimer-‐café verdient onze steun en heeft een positieve waarde voor ons dorp.
Begraafplaats Het CDA wil dat er in onze gemeente mogelijkheden komen om kinderen geboren onder de 24 weken te begraven op de gemeentelijke begraafplaats.
17
Actiepunten − −
De gemeente handhaaft strikt het rookverbod en het verbod van alcohol schenken aan minderjarigen. Projecten om eenzaamheid te voorkomen worden gesteund.
3.2. Een goed begin is het halve werk Jeugdbeleid preventief De gemeenten worden naast het Jongerenwerk ook verantwoordelijk voor de Jeugdzorg. Het CDA ziet lokaal jeugdbeleid als het startpunt voor het voorkomen van veel sociale problemen in de toekomst. Een goed begin is – ook in het leven – het halve werk. Een goede start van de nieuwe taken op het gebied van Jeugdzorg voor de gemeente is dat ook. Daarbij wordt samenwerking gezocht met de lokale onderwijsinstellingen. Vroeg ingrijpen in problematische gezinssituaties past bij de keuze voor voorzorg boven nazorg. De Jeugdzorg dient daarom sterk preventief te zijn en vooral laagdrempelig, zodat de burgers deze zorg goed kunnen bereiken.
Jeugdzorg en jongerenwerk betrokken en effectief Jeugdzorg wordt vanaf 2015 een taak van gemeenten. Het CDA ziet kansen om de jeugdzorg eenvoudiger en effectiever te maken. Het accent moet liggen op het voorkomen van problemen en vroegtijdige signalering als er iets misgaat. Het op peil houden van algemene jeugdvoorzieningen zoals de kinderopvang, jeugdgezondheidszorg, scholen, sportclubs en jongerenwerk voorkomt dat te veel jongeren gebruik moeten maken van Jeugdzorg. Jongeren maken graag gebruik van sociale media dus een goede digitale bereikbaarheid van het jongerenwerk is van groot belang. Maar ook out-‐reachend kan de inzet van de Jongerenbus geoptimaliseerd worden. Maar ook out-‐reachend kan de inzet van het Jongerenwerk geoptimaliseerd worden. Voor het CDA is hulp aan jongeren belangrijker dan een stenen gebouw voor het jongerenwerk.
Jeugdsport gezond en vormend Sportdeelname van jongeren is gezond en gaat overgewicht tegen. Daarnaast bevordert deelname aan sport teamgeest en leren jongeren zich inzetten voor elkaar. Het CDA stimuleert jeugdlidmaatschap van sportverenigingen en kijkt samen met clubs naar mogelijkheden om jongeren van 16 tot 18 jaar actief te houden. Het CDA pleit voor een herinvoering van de Jeugdsportsubsidie.
Actiepunten − − −
Jongerenwerk moet digitaal bereikbaar zijn. Jeugdvoorzieningen worden op peil gehouden. De Jeugdsportsubsidie moet opnieuw ingevoerd worden.
3.3. Ondersteuning voor ouderen Mensen worden gemiddeld ouder en het aantal ouderen neemt toe. Tegelijkertijd blijven ouderen langer gezond en actief en hebben zij gemiddeld meer te besteden dan vroeger. Actieve en zelfstandige ouderen zijn van belang voor de samenleving. De gemeente werkt aan langer zelfstandig wonen en zelfredzaamheid door te investeren in een levensloopbestendige infrastructuur en passende woningen. Hierbij moet ook gedacht worden aan een woonzorgzone bij appartementen.
18
Actiepunt −
De gemeente moet zelfstandig wonen zoveel mogelijk bevorderen.
3.4 Onveiligheid voorkomen en bestrijden Veiligheid is een fundamenteel recht voor elk mens. De overheid heeft als enige het recht dwangmaatregelen te nemen om de veiligheid in de samenleving te garanderen. Maar veiligheid is wel een zaak van iedereen. Veiligheidsbeleid krijgt vorm in samenwerking met burgers, politie, justitie, scholen, verenigingen, (horeca)ondernemers, et cetera. De gemeente moet die groepen samenbrengen en de regie voeren. Het verantwoordelijkheidsbesef van burgers op dit gebied moet omhoog.
Politiebureau in onze gemeente Er moet in Bunschoten een politiebureau blijven met publieksvriendelijke openingstijden. De gemeente moet zich daarvoor actief inzetten.
Effectieve en doeltreffende handhaving De gemeentelijke bijzondere opsporingsambtenaren (Boa’s) moeten flexibel en effectief ingezet worden op zaken die echt overlast geven bij inwoners. Effectief betekent ook niet altijd meteen ‘zwaaien met het bonnenboekje’. Ook het geven van waarschuwingen bij kleine overtredingen, de discussie aangaan en vooral het zichtbaar zijn in het straatbeeld dragen bij aan draagvlak voor het handhavingsbeleid. De gemeentelijke Boa’s moeten daarvoor zowel de benodigde (technische) middelen als de competenties hebben. Om Boa’s te helpen bij een effectieve invulling van hun taak, moeten ze een direct telefoonnummer hebben waarop burgers ze tijdens werkuren kunnen bereiken. Dit nummer moet goed bekend gemaakt worden. Zo kunnen ze snel ter plekke zijn als er ergens overlast is. Nu Boa’s ook buiten de gemeente kunnen optreden, kan de slagvaardigheid verder vergroot worden door over gemeentegrenzen heen samen te werken. Zo kunnen Boa’s uit de regio helpen bij grote evenementen in het dorp als de Derby en de Spakenburgse Dagen.
Drugs-‐ en drankoverlast Het CDA ziet het gebruik van drugs door jongeren als een groot probleem. Het CDA is daarom zeer tegen vestiging van een coffeeshop in onze gemeente en de verkoop van (soft-‐)drugs moet hard tegengegaan worden. Groepen die daarbij met goede initiatieven behulpzaam zijn – zoals de Moedige Moeders – verdienen het ondersteund worden door de gemeente. Ook moet de gemeente zich inspannen overmatig drankgebruik en de daaruit voortkomende overlast tegen te gaan en waar nodig te voorkomen. Dat laatste is vooral effectief waar het de jeugd onder de 18 jaar betreft. De gemeente moet samen met ouders, scholen en verkopers van alcohol een proactief beleid voeren en optreden als de regels worden overtreden. Het drankgebruik van jongeren tot 16 tot 18 jaar baart grote zorgen en het verkopen is verboden. Daar mag stevig op ingezet worden. Regelmatig moet het beleid opnieuw bekeken worden op effectiviteit. Voor maatregelen betreffende het tegengaan van overmatig drankgebruik geldt dus dat ze bewezen effectief moeten zijn. ‘Happy hours’ en stunten met de prijzen van alcohol in de horeca is verboden. De gemeente heeft daarvoor handvatten gekregen van het Rijk en moet die ook benutten. Nieuwe regelgeving heeft tot gevolg dat het verboden is om aan 16-‐ en 17-‐jarigen alcohol te verkopen. Uitvloeisel hiervan is dat 16-‐ en 17-‐jarigen geen bars meer kunnen bezoeken. Als alternatief wil het CDA het organiseren van zogenaamde fris-‐feesten stimuleren.
19
Cameratoezicht en preventief fouilleren Het CDA is voorstander van cameratoezicht in zones waarin criminaliteit vaker voorkomt, zoals uitgaansgebieden en industrieterreinen. Voor specifieke problemen kan ook cameratoezicht op toegangswegen de politie helpen criminelen te pakken, uiteraard met inachtneming van de privacywetgeving. Waar nodig kan toezicht gepaard gaan met het aanwijzen van gebieden waar burgers preventief gefouilleerd kunnen worden, om te controleren op wapens en andere verboden zaken.
Vandalisme kan écht niet meer Ieder jaar kost vandalisme tienduizenden euro’s aan gemeenschapsgeld. Dat kan écht niet meer: spullen die niet van jou zijn, daar blijf je van af! De gemeente moet ondubbelzinnig duidelijk maken dat vernieling van publieke zaken onacceptabel is en dus gewoon hard wordt aangepakt. Daders worden opgespoord en de schade wordt op hen verhaald. Ook wordt er een pittig gesprek gevoerd over het vertoonde gedrag. Ouders van minderjarige vandalen worden direct aangesproken op hun opvoedingstaak in deze. Periodiek wordt een overzicht gepubliceerd van de gemaakte herstelkosten ten gevolge vandalisme en de op de dader verhaalde schades. Dat maakt inwoners bewust van de omvang van het probleem. Rond de jaarwisseling dient er een zerotolerance beleid te worden gevoerd voor wat betreft (vuurwerk)overlast en vernielingen, in samenwerking tussen Boa’s en politie en met inzet van een Vuurwerktelefoon waar inwoners overlast direct kunnen melden.
Preventie van criminaliteit Behalve het tegengaan van criminaliteit, is ook het voorkomen ervan een belangrijke taak. De gemeente moet via voorlichting en samenwerking met ouders, scholen, organisaties, ondernemers en maatschappelijke instellingen toekomstige overlast en problemen in de kiem smoren. Het CDA wil het aantal hangjongeren in de openbare ruimte tegengaan. Het is niet acceptabel dat hangjeugd de speelplaatsen van jongere kinderen gebruikt als hangplek en daar rotzooi trapt. Er dient in het uitgaanscentrum gelegenheid te zijn voor jongeren onder de 18 jaar om uit te gaan.
Horecaconvenant handhaven Het Horecaconvenant is niet perfect. Zo zijn er zorgen over de overlast en de gevolgen van wijziging van de sluitingstijden. Het convenant werkt echter over het algemeen wel mee aan het voorkomen van problemen in het uitgaansgebied. Het CDA wil dat de uitgangspunten van het horecaconvenant gehandhaafd blijven. Dat wil zeggen: de huidige glijdende sluitingstijden, streng toezicht op het naleven van de regels, aanpakken van overlast en medetoezicht door horecaondernemers.
Brandweer en crisisbestrijding Brandpreventie moet hoog op de agenda staan. Ook adequate brand-‐ en milieuvergunningen en het toezicht daarop zijn belangrijk. De gemeente moet haar Crisisbestrijdingsplan op orde hebben. Gemeentepersoneel en hulpdiensten moeten gezamenlijk het plan minimaal eenmaal per jaar realistisch oefenen. De plaatselijke brandweer moet herkenbaar en aantrekkelijk blijven voor vrijwilligers.
Nieuwe communicatiemiddelen benutten voor veiligheid Er zijn de laatste jaren voor burgers flink wat nieuwe communicatiekanalen bijgekomen die meewerken aan de veiligheid. Denk daarbij aan Amber Alert, Burgernet, NL Alert, maar ook aan sociale media als Twitter. De gemeente moet gebruik van deze middelen, zowel door professionals als door burgers, bevorderen.
20
Actiepunten − −
− − −
Er blijft een politiebureau in onze gemeente. Er komt een lokaal mobiel telefoonnummer voor het rechtstreeks melden van overlast bij de lokale Boa. Net zoals ‘Snel Herstel’ een begrip in ons dorp is voor het snel oplossen van klachten in de openbare ruimte, zo moet de Boa bekend worden door zijn snelle optreden als burgers last hebben van reële overlast. Vandalisme wordt actief voorkomen en aangepakt. De schade wordt verhaald op de daders. Er geldt zerotolerance op overlast tijdens de jaarwisseling. Inwoners worden uitgenodigd om met de burgemeester prioriteiten voor het politiewerk en de Boa’s vast te stellen, zoals het voorkomen van vuurwerkschade.
21
Hoofdstuk 4 – Van polarisatie naar participatie Iedereen doet mee
4.1. Maatschappelijke ondersteuning Het gemeentelijk beleid wat betreft de uitvoering van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) is gebaseerd op drie uitgangspunten: iedereen doet mee, problemen worden voorkomen (door preventie en vroege signalering) en waar nodig opgelost (door individuele ondersteuning). De eigen kracht van de cliënt staat daarbij voorop.
Daar waar mensen niet in staat zijn om geheel op eigen kracht deel te nemen aan de samenleving, streeft de gemeente naar een passende compensatie. Daarbij bepalen niet uitsluitend de professionals of de gemeente wat mensen nodig hebben, maar verwoorden mensen dat zelf in een open gesprek met de Wmo-‐medewerker. De gemeente krijgt op termijn extra taken rond ondersteuning en persoonlijke verzorging. Daar wordt in de plannen van het kabinet fors op bezuinigd. Ook het jarenlang bestaande recht van ouderen op lijfgebonden zorg en verpleging wordt afgeschaft. Ondersteuning vindt zoveel mogelijk plaats door niet de instelling te financieren (i.e. het aanbod van ondersteuning), maar de vraag van de mensen. Dit kan door diverse vormen van persoonsvolgende financiering zoals een Persoonsgebonden of Persoonsvolgend budget, of een vouchersysteem waarmee zorg kan worden ingekocht wanneer de persoon daarvoor kiest.
Menselijke maat in zorg Niet waar iemand recht op heeft moet leidend zijn, maar waar iemand mee is geholpen. Met die instelling kunnen zorgkosten bespaard worden, zodat het zorgaanbod voor iedereen bereikbaar blijft.
Gezinsondersteuning Elk geval van ernstige verwaarlozing en mishandeling van kinderen is er één te veel. Daarom heeft de gemeente in de visie van het CDA een taak ouders / opvoeders te ondersteunen en stimuleren bij hun opvoedende taken. Daarom is het belangrijk dat, waar nodig, er grenzen worden gesteld en wordt opgetreden als deze grenzen overtreden worden. Het CDA steunt het functioneren van het gezin door goede scholingsmogelijkheden, goede opvang en ondersteuning, mogelijkheden voor ontspanning en ontmoeting te bieden Het CDA wil dat de gemeente stimuleert dat er een laagdrempelige ouderschapscursus wordt aangeboden voor aanstaande ouders. Een degelijke opvoeding legt de basis voor kinderen en jongeren om uit te groeien tot volwassenen die hun eigen plek in de samenleving weten te vinden. Signalen die erop (kunnen) wijzen dat het met kinderen of jongeren niet goed gaat, moeten serieus worden opgepakt. Niet wachten tot het fout gaat, maar proactief handelen vergroot de kans om beschadiging of ontsporing te voorkomen. Het door de gemeente en hulpinstellingen ‘achter de voordeur ingrijpen’ is tegenwoordig een geaccepteerd fenomeen. Gemeente, Jeugdzorg en andere hulpverlenende instanties moeten adequaat samenwerken en tijdig handelen waar nodig. Gemeentelijke regie op de gehele keten van jeugd-‐ en gezinsbeleid blijft noodzakelijk. Voor ernstige probleemgezinnen wordt intensieve (gezins)begeleiding aangeboden. Aanvaarding van deze hulp mag echter niet vrijblijvend zijn. Het belang van het kind vraagt dat ouders / opvoeders hieraan meewerken.
22
Actiepunten − −
Aanvragen om ondersteuning worden getoetst op hun daadwerkelijk toegevoegde waarde. Opvoedondersteuning wordt geoptimaliseerd.
4.2. Welzijn van mensen Leeftijd, lichamelijke, psychische of verstandelijke beperkingen mogen geen belemmerende factor zijn voor deelname aan de samenleving. We staan voor een samenleving, waarin iedereen erbij hoort. Zo’n samenleving kan niet eenzijdig door de overheid worden gecreëerd. Iedereen die deel uitmaakt van de samenleving is daarvoor nodig. Dat begint bij het gezin en de directe woonomgeving. Maar ook op school, in het bedrijfsleven, in de sport en in het uitgaansleven is ‘inclusief-‐denken’ en niemand buitensluiten belangrijk.
4.3. Weer aan het werk Werkloosheid is een groeiend probleem. De economische omstandigheden maken de oplossingen lastiger. Toch blijft werk de meest belangrijke factor om erbij te horen. Ons uitgangspunt is: óf je bent aan het werk, óf je levert een bijdrage door vrijwilligerswerk of dagbesteding. Meer mensen zullen op een effectieve manier van de bijstand naar nieuw werk begeleid moeten worden. De gemeente zal meer dan tot nu toe de goede contacten met het bedrijfsleven moeten omzetten in het creëren van nieuwe banen, met name voor 50-‐plussers en jeugdigen.
Tegenprestatie bij een uitkering Gemeenten verplichten mensen die een bijstandsuitkering ontvangen, en niet in een re-‐integratietraject zitten, tot het leveren van een tegenprestatie. Dit kan in de vorm van vrijwilligerswerk. Een combinatie met de uitvoering van de Wmo is dan mogelijk. Hierop moet de gemeente Bunschoten daadwerkelijk sturen.
Actiepunt −
Er wordt daadwerkelijk gestuurd op het leveren van een tegenprestatie wanneer sprake is van een uitkering.
4.4. Goed onderwijs Niets heeft zoveel impact op een goede sociale integratie als onderwijs. Onderwijs vergroot de kansen van kinderen, jongeren en ouderen. De bevoegdheid van gemeenten op het gebied van onderwijs is niet groot. Dat geeft veel scholen de positieve vrijheid om zelf te bepalen hoe goed onderwijs eruitziet. Wel zijn scholen partners bij het signaleren en oplossen van problemen.
School als spil in de wijk Het CDA streeft naar een brede buurtschool als spil in het dorp en de wijk als een ontmoetingsplek die ook ’s avonds en in het weekend optimaal benut wordt. Het vergroot de sociale samenhang en het gevoel van veiligheid. Multifunctioneel gebruik van de scholen staat daarbij voorop.
Leerlingenvervoer Bij leerlingenvervoer staat het belang van het kind voorop. De gemeente onderhoudt goed contact met buurgemeenten om door middel van samengestelde ritten het vervoer van leerlingen te combineren. Hierdoor kunnen de kosten beperkt worden. Ook hoort er contact met de scholen te zijn om een betere aansluiting met het leerlingenvervoer te bevorderen. Onnodige wachttijden en onnodige kosten worden hiermee voorkomen.
23
Schoolpleinen Schoolpleinen hebben een buurtfunctie die wellicht uitgebreid kan worden. De verantwoordelijkheid van buurtbewoners blijft daarbij centraal staan.
Actiepunten − −
Meervoudig gebruik van schoolgebouwen en schoolpleinen wordt bevorderd. Met buurgemeenten wordt gewerkt aan een efficiënter leerlingenvervoer.
4.5 Dienstbaar aan dezelfde mensen Het CDA is een christendemocratische partij. De gemeente is zich er terdege bewust dat kerken en religieuze gemeenschappen belangrijke partners vormen waarmee we moeten samenwerken.
Overleg met diaconieën De gemeente moet geregeld contact hebben met diaconieën om te spreken over het armoedebeleid. Met name van de ‘stille armoede’ moet de gemeente een reëel beeld hebben. Juist in deze tijden moeten mensen niet door een schaamtegevoel in een isolement geraken. Overleg met kerken helpt de gemeente het armoedebeleid aan te scherpen.
4.6 Burgerschap en integratie Burgerschap moet het centrale punt zijn in het integratiebeleid van de gemeente. Daarbij gaat het om het nemen van verantwoordelijkheid en het tonen van wederzijds respect. Verantwoordelijkheid nemen doe je door je naar vermogen in te zetten voor je opleiding, je werk, je gezin en je leefomgeving. Beheersing van de Nederlandse taal is een belangrijke voorwaarde en verplichting voor inburgering. Wederzijds respect uit zich door betrokkenheid met je sociale omgeving en aandacht voor de persoonlijke aspecten van het omgaan met elkaar. Burger zijn is nooit vrijblijvend en burgerschap kent behalve rechten, ook plichten. Wie Nederlander wil worden, moet zich daar bewust van zijn.
Burgerschapsdag De traditionele Naturalisatiedag moet worden verbreed tot Burgerschapsdag. Daarin staat niet alleen de ceremonie van het naturalisatiecertificaat voor Nieuwe Nederlanders centraal, maar de burgerrechten-‐ en plichten van iedere inwoner van de gemeente.
Nederlands altijd voertaal Het leren van Nederlands is een strikte voorwaarde voor succesvol inburgeren. Als vuistregel communiceert de gemeente dan ook uitsluitend in het Nederlands.
Actiepunten − − −
De gemeente overlegt regelmatig met diaconieën over ‘stille armoede’. De gemeente communiceert uitsluitend in het Nederlands. Er komt een jaarlijkse Burgerschapsdag over de burgerrechten en –plichten van iedere inwoner.
24
Hoofdstuk 5 – Van verbruiken naar waarderen Niet alles is in geld uit te drukken Alles in onze omgeving moet op waarde geschat worden, ook als die waarde niet meteen in geld valt uit te drukken. De leefbaarheid in onze gemeente is onbetaalbaar. Dat geldt ook voor ons landschap, voor ons winkelbestand in Spakenburg of de boerenbedrijven in het buitengebied die vaak al decennia aan de gemeente verbonden zijn. Het CDA ziet mensen als rentmeesters van wat van waarde is. Daarin zit ook economische potentie. Dat wat de natuur geeft, kan ook voor innovatie en nieuwe energie ingezet worden. Het draaiende houden van de lokale economie hoort daarbij. Er hoeft geen tegenstelling te zijn tussen duurzaamheid en economische ontwikkeling. Ook dat laatste is nodig voor groeiende werkgelegenheid.
5.1. Gezonde lokale economie Een samenleving waarin iedereen erbij hoort, heeft behoefte aan een gezonde economie en goede werkgelegenheid. Hoewel gemeenten slechts deels de economische ontwikkeling kunnen beïnvloeden, is vooral het midden-‐ en kleinbedrijf (MKB) afhankelijk van lokale keuzes. Zonder groei van de lokale economie komt er geen werkgelegenheid bij. De gemeente creëert de randvoorwaarden voor die noodzakelijke groei en ondersteunt bedrijven. Maar zij kan niet voor de individuele ondernemer keuzes maken. Wel zorgt de gemeente dat het bestaande aanspreekpunt voor ondernemers in het gemeentehuis in stand blijft en dat mede daardoor een goed vestigingsklimaat voor ondernemers bestaat en blijft bestaan.
Ondernemersfonds / uitbreiding Bedrijven Investeringszones (BIZ) Door de toepassing van het instrument van de Bedrijven Investeringszones (BIZ) kunnen aanvullende inrichtingseisen zoals beveiliging van een terrein via een opslag op de Onroerende Zaakbelasting (OZB) worden bekostigd door alle ondernemers in het gebied. ‘Gratis meeliften’ is daardoor niet mogelijk in dat gebied. Allen die profiteren, betalen ook. Met instemming van de (meerderheid van de) ondernemers kan de gemeente deze BIZ uitbreiden voor andere onderdelen dan waarin dit nu is geregeld, ter verbetering van het functioneren van deze bedrijfsterreinen of verfraaiing van de gemeenschappelijke ruimte. Zoiets kan ook voor andere bedrijfsterreinen. Ook is een dergelijke constructie denkbaar voor het Spakenburgs winkelcentrum. Het CDA wil ‘meeliftgedrag’ (niet meebetalen, maar wel meeprofiteren) van het grootwinkelbedrijf tegengaan. Alle ondernemers betalen aan het fonds mee en ze beheren het fonds zelf. Deze heffing faciliteert de gemeente via de OZB. Voorwaarde is wel voldoende draagvlak bij de betrokken ondernemers. Dat zal duidelijk moeten blijken. Als daarvan sprake is, zal het CDA graag meewerken aan zo’n BIZ.
Detailhandel stimuleren De lokale detailhandel staat onder druk, mede als gevolg van het online-‐winkelen. Kleine zelfstandigen bepalen echter wel het succes van ons winkelcentrum. Het CDA meent dat onze gemeente voldoende vierkante meters winkeloppervlakte heeft. Uitbreiding daarvan staat het CDA niet voor. De gemeente voert daarentegen een actief leegstandsbeleid door een Leegstandsverordening aan te nemen. En de gemeente gaat het gesprek aan met de verhuurders van bedrijfspanden over de hoogte van huren. Verder zoekt de gemeente actief naar mogelijkheden om de variatie in het winkelbestand uit te breiden. Een belangrijke trekpleister voor ons winkelcentrum is dat men gratis kan parkeren. Het CDA wil deze mogelijkheid voluit handhaven.
25
Wat betreft de uitbreiding van het aantal meters winkeloppervlakte zou een uitzondering kunnen worden gemaakt voor enige bewinkeling – zoals een supermarkt – in Rengerswetering, waarbij wellicht een supermarkt aan de westkant van Bunschoten/Spakenburg hiervoor zou kunnen verdwijnen.
Midden-‐ en kleinbedrijf Om startende bedrijven te ondersteunen organiseert de gemeente, samen met de Bedrijvenkring, met name de jongere ondernemers (JOBS), en met de Christelijke Middenstandsvereniging (CMV), uitwisseling tussen nieuwe en ervaren ondernemers. De gemeente stemt de opleidings-‐ en re-‐integratietrajecten voor uitkeringsgerechtigden af met de CMV en de Bedrijvenkring op de behoefte aan lokaal (winkel)personeel. De gemeente gaat bij (ver)bouwplannen van winkeliers terughoudend om met welstandseisen, maar zij laat die uiteraard niet volledig varen. Als een bedrijf ergens niet binnen de regels past, laat de gemeente het daar niet bij, maar zoekt met de ondernemer actief mee naar andere mogelijkheden.
Kansen voor ZZP-‐ers Het CDA is voor bestendiging van het beleid om bestemmingsplannen – of de opvolger daarvan: de omgevingsverordening – niet te knellend op te stellen. Voor zelfstandigen zonder personeel (ZZP-‐ers) houdt dat bijvoorbeeld in dat het in de bestemmingsplannen mogelijk is een eigen bedrijf aan huis te vestigen. In het gemeentelijk aankoop-‐ en aanbestedingsbeleid wordt ruimte gegeven aan kleine zelfstandigen en kleine bedrijven om mee te dingen naar opdrachten. Bijvoorbeeld door het opdelen van grotere opdrachten.
Koopzondag De koopzondag doet in Nederland steeds meer opgang. Het CDA handhaaft zijn standpunt dat het niet meewerkt aan verdere openstelling van winkels op zondag.
Toerisme Door haar klederdracht, haar haven en haar ligging aan het Eemmeer is Bunschoten-‐Spakenburg een aantrekkelijk dorp voor toeristen. Daarbij komt dat toerisme bij uitstek geschikt is om een bijdrage te leveren aan de plaatselijke economische ontwikkeling. Het aanbod van winkels en horecagelegenheden kan door de bestedingen van bezoekers op peil gehouden worden. Om de aantrekkelijkheid van het dorp te behouden, moet de gemeente alert blijven en nieuwe activiteiten stimuleren.
Citymarketing Citymarketing is een doordachte en samenhangende strategie die de aantrekkelijke kanten van het dorp Bunschoten-‐Spakenburg laten zien. Belangrijke wervende elementen zijn de centrale ligging van Bunschoten in Nederland, de lage lokale belastingtarieven, de ruime mogelijkheid gratis te parkeren, de historische stadsweiden, de bijzonder gezellige markt en de vele activiteiten die in de loop van het jaar worden georganiseerd. De activiteiten die ondernomen worden bij citymarketing zijn afgestemd op wensen en verwachtingen van de doelgroep(en) die men wil bereiken. Dat kunnen bedrijven zijn, toekomstige inwoners, toeristen, maar ook maatschappelijke instellingen. Dit alles heeft als doel dat zij zich in de gemeente Bunschoten gaan vestigen of onze gemeente gaan bezoeken. De gemeente kan citymarketing niet alleen vormgeven. Sterker nog: een succesvolle citymarketing vereist gelijkwaardige samenwerking tussen gemeente, inwoners, bedrijfsleven en maatschappelijke instellingen in een professionele organisatie. Het afgelopen periode in gang gezette brede initiatief voor citymarketing krijgt wat het CDA betreft een vervolg in de komende vier jaar, waarbij bezien wordt of verdere verbreding van de deelname vanuit de samenleving mogelijk is. Bunschoten moet dit vooral niet alleen willen doen. De centrale ligging is een sterk element voor alle gemeenten in Eemland. Concurrentie tussen deze gemeenten moeten we niet willen. Het is beter te kijken
26
wat iedere gemeente kan toevoegen aan het aanbod van Eemland, met bijvoorbeeld Amersfoort als centrale gemeente met veel aantrekkingskracht en de andere Eemlandgemeenten als specifieke verrijkingen. Citymarketing kan ook helpen de soms minder positieve aspecten van het imago van onze gemeente wezenlijk te veranderen. Het CDA vindt het waard met de mensen overal in Nederland die naar markten gaan, te bekijken of ook via dat kanaal een positieve communicatie over onze gemeente kan worden aangezwengeld.
Social return Werkgelegenheid voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt kan opgenomen worden in het aanbestedingsprotocol. Ondernemers wordt gevraagd bij vijf procent van de in te zetten arbeid gebruik te maken van personen in de bijstand of zij die werken bij de sociale werkvoorziening.
Ondernemingszin Onze gemeente staat bekend om de ondernemingszin van de inwoners. Het CDA meent dat dit een belangrijk gegeven is voor het handhaven van onze gemeente als sterke gemeente. Van belang is dat we die ondernemerszin handhaven en blijven stimuleren. Dat betekent enerzijds gespreide verantwoordelijkheden, waarbij de overheid niet op de stoel van de ondernemer gaat zitten. Anderzijds moet sprake zijn van partnerschap, wanneer dat nodig is. Een mooi voorbeeld van die gespreide verantwoordelijkheid is de hiervoor genoemde BIZ. Maar daarbij kunnen we het niet laten. Met kleine maatregelen kunnen mensen verleid worden om een eigen bedrijf te beginnen. Bijvoorbeeld door de bibliotheek te vragen alle kennis over ondernemen samen te brengen. Of door met scholen waar onze jeugd lokaal en regionaal ontvangt en met ondernemersverenigingen afspraken te maken over goede gastlessen. Of door de Kamer van Koophandel te vragen informatieavonden voor startende ondernemers te organiseren. Initiatieven, die de voorzieningen binnen onze gemeente uitbreiden, krijgen een warm onthaal van het CDA. Te denken valt aan een hotel in ons centrum of nog een camping in ons buitengebied.
‘Haarbrug-‐Zuid, en dan…’ De afgelopen periode is het nieuwe bedrijventerrein Haarbrug-‐Zuid bouwrijp gemaakt en hebben de eerste ondernemers zich er gevestigd. Dankzij de verkoopvoorwaarden kan hier een vorm van parkmanagement tot stand komen. Wezenlijk voor een goed bedrijventerrein zijn hier de trefwoorden ‘schoon, heel en veilig’. Goede bereikbaarheid is natuurlijk een vereiste.
Uitstraling bedrijventerreinen Om de uitstraling van onze bedrijventerreinen te verbeteren, moeten meer bomen geplant worden, zodat meer laanachtige straten ontstaan. Voor verdere verbetering van de uitstraling moet de gemeente stimuleren dat bedrijven niet alleen strakke panden bouwen. Hiervoor moet niet alleen voor de Kronkels, maar ook voor andere bedrijfsterreinen een Beeldkwaliteitplan opgesteld worden.
Regie op de vestiging van bedrijven Verdere uitbreiding van detailhandelsactiviteiten op de bedrijventerreinen moet worden tegengegaan. Detailhandelsactiviteiten moeten plaatsvinden in het centrum van Spakenburg ter versterking van de kern. De gemeente moet regie houden op de vestiging van bedrijven. Voorkomen moet worden dat door vollopen van Haarbrug-‐Zuid een gebrek aan ruimte voor het bedrijfsleven ontstaat. Daarom staat het CDA voor tijdig een begin te maken met de ontwikkeling van het vervolg op dit bedrijventerrein, te weten Kronkels-‐Zuid.
Transformatie Zuidwenk Bestaand gemeentelijk beleid is dat het bedrijventerrein Zuidwenk moet transformeren, zodat er op den duur woningbouw plaats kan vinden. Dit dient met name door natuurlijk verloop te worden gerealiseerd. Dat
27
betekent wel dat hiermee geruime tijd – lees vele jaren – gemoeid is. Op het getransformeerde bedrijventerrein Zuidwenk moet plaats zijn voor huizen met opslagruimte voor ambulante handel, ruimte voor een klein kantoor, et cetera.
Diverse arbeidsmarkt De arbeidsmarkt in Bunschoten is nog steeds erg eenzijdig gericht. Voor hoger opgeleiden zijn er binnen de gemeentegrenzen relatief weinig geschikte banen. Om het aanbod van werk in de gemeente Bunschoten in de toekomst meer divers te laten zijn, dient de gemeente er naar te streven dat het aantal banen voor hoger opgeleiden binnen de gemeente wordt vergroot. Dat zal niet eenvoudig zijn, maar de praktijk wijst uit dat hier en daar wel dergelijke ontwikkelingen ontstaan. Wel zien we dat de bestaande arbeidsmarkt ook blijft trekken. En daar is niets mis mee, want in een crisistijd is alle werkgelegenheid welkom. Een denkbare ontwikkeling voor meer gedifferentieerde werkgelegenheid is dat de gemeente in samenwerking met de regio, beleid ontwikkelt om werkgelegenheid voor hoger opgeleiden binnen de gemeente te bevorderen. Zo nodig wordt daarvoor een ambassadeur aangesteld, die bedrijven van elders – bij voorkeur hightech-‐ of kennisbedrijven werft voor onze gemeente of onze regio.
Samenwerkend bedrijfsleven in regio Eemland Economische ontwikkeling binnen de regio Eemland overstijgt de gemeentegrenzen. Samenwerking en afstemming zijn daarom belangrijke voorwaarden. Naast een goede samenwerking en afstemming met de omliggende gemeenten, is ook samenwerking en afstemming met het bedrijfsleven (vertegenwoordigd door werkgevers-‐ en werknemersvertegenwoordigers in bijvoorbeeld de plaatselijke Bedrijvenkring, Kamer van Koophandel, de CMV) van groot belang. Een dergelijke samenwerking moet niet afdoen aan de inspanningen bedrijven van buiten Bunschoten te tonen wat onze gemeente heeft en dat het waard is vestiging in onze gemeente te overwegen. Hierbij denkt het CDA in het bijzonder aan hightechbedrijven.
Goede bereikbaarheid per openbaar vervoer De goede busverbinding met Amersfoort moet minimaal op hetzelfde peil blijven. Verder moeten we streven naar inventieve oplossingen – niemand heeft iets aan het rondrijden van lege bussen – voor een verbetering van de verbindingen met de treinstations van Baarn en Nijkerk.
Actiepunten − − − − − − −
Door middel van een goede communicatie tussen bedrijfsleven en gemeentebestuur een optimaal vestigingsklimaat in stand houden. Een leegstandsverordening in het leven roepen om verkrotting te voorkomen. Leegstand in het winkelgebied actief proberen op te lossen. In samenwerking met belanghebbenden doorgaan met een actief citymarketingbeleid; Verkokering van het beleid inzake economie, werkgelegenheid, social return en integratie tegengaan. Actief bedrijven van buiten interesseren voor vestiging in Bunschoten. Werken aan inventieve oplossingen voor goede openbaar vervoerverbindingen, niet alleen met Amersfoort, maar ook met Baarn en Nijkerk.
5.2. Buitengebied en de agrarische sector De leefbaarheid op het platteland staat of valt nog steeds met een gezonde agrarische sector. Het CDA is bij uitstek de partij die zich inzet voor een vitaal buitengebied. Wij streven naar een goede balans tussen natuur, landbouw en recreatie: een buitengebied waar plaats is voor de boer, de inwoners en de toerist.
28
Agrarisch natuurbeheer Het CDA vindt dat de gemeente moet nagaan of bermonderhoud door individuele boeren kan worden uitgevoerd.
Bestaande agrarische bedrijven De gemeente Bunschoten is een eiland in het nationale landschap. Dat is een landschap waarop wij zuinig moeten zijn. Dat betekent dat het CDA geen voorstander is van nieuw vestiging van agrarische bedrijven in dat landschap. Het CDA wil bij noodzaak van groei vooral inzetten op hervestiging op bestaande of voormalige agrarische bedrijven.
Benutting Landbouwgrond Boeren moeten natuurlijk kunnen blijven boeren. De daartoe vaak noodzakelijke vergroting van boerenbedrijven kan de komst van grotere stallen betekenen. Een kwalitatieve inpassing in het landschap van deze, uiteraard diervriendelijke, stallen is een vereiste. Daarbij behoort naar de mening van het CDA dat in de zomer koeien in de wei lopen.
Functieverandering agrarische bedrijven Als een agrarisch bedrijf stopt, komt er vaak een groot pand leeg te staan. Voorkomen moet worden dat door het verlies van de agrarische functie verloedering ontstaat. Als geen hervestiging van een ander agrarisch bedrijf mogelijk is, zijn wij voorstander van een nieuwe bestemming. Door daar de ruimte te geven aan een Zorgboerderij of een andere vorm van eigentijds ondernemerschap, zoals de vestiging van een dagvoorziening voor zorg, een Landwinkel, een visvijver, recreatiemogelijkheden, et cetera. Wij zien om ons heen al een verbreding van de agrarische sector, zoals de Kastanjeboom in Zevenhuizen, de Eemlandhoeve aan de Bisschopsweg, de Rietboerderij en de Zorg-‐ en educatieboerderij in Eemdijk. Het CDA wil met deze en mogelijk andere geïnteresseerde ondernemers aan tafel om te bekijken of gezamenlijk meer kan worden bereikt voor hen en de economie van onze gemeente.
Hobbyboeren in het buitengebied Voor hobbyboeren in het buitengebied wordt flexibel omgegaan met de regels in het bestemmingsplan voor agrarisch medegebruik.
Zevenhuizen Zevenhuizen moet beschermd worden tegen de expansie van het grote Amersfoort. Het CDA vindt dat de verkeersproblemen van de nieuwe Amersfoortse wijk Vathorst niet opgelost mag worden ten koste van de rust in Zevenhuizen.
Nieuwbouw in Eemdijk Behoud van ons landelijk gebied is van groot belang. Voor een buurtschap als Eemdijk is van levensbelang dat ook enige nieuwbouw plaatsvindt, al was het alleen maar vanwege het draagvlak voor voorzieningen en het sociale functioneren van de buurtschap. Er moeten voldoende mogelijkheden zijn voor ouderen en jongeren om te kunnen blijven wonen in hun eigen omgeving. Daartoe zal de gemeente keuzes moeten maken wat de doelgroepen voor woningbouw betreft. Woningbouw voor de natuurlijke aanwas, vooral voor starters op de woningmarkt, is daarbij het uitgangspunt. Beperkte nieuwbouw, passend bij het karakter van het dorp Eemdijk, moet mogelijk blijven. Deze woningen zijn vooral bedoeld voor de opvang van de natuurlijke aanwas en daarom moet een sterke fasering worden nagestreefd.
Middeleeuws erfgoed De Bunschoter stadsweiden vormen een prachtig voorbeeld van een middeleeuwse stadsuitbreiding die in de kiem is gesmoord. De huidige ontwikkeling van de stadsweiden oogt als een vacuüm, doordat de weiden vanuit agrarisch oogpunt niet of nauwelijks nut meer hebben en andere, minder fraaie ontwikkelingen het uitzicht
29
bedreigen. Het CDA pleit voor de ontwikkeling van een visie op de toekomst van de stadsweiden, waarbij niet centraal staat dat er niets mag, want dat zal verloedering in de hand werken. Het CDA wil dat komende raadsperiode daadwerkelijk moet worden bezien hoe er meer gezicht kan worden gegeven aan de stadsweiden. De prioriteit ligt daarbij voor het CDA bij de westelijke stadsweiden als een nagenoeg ongeschonden gebied. Het CDA hecht aan herinrichting van dat gebied met historische verkaveling en burgwallen. Geprobeerd moet worden op vrijwillige basis – waarbij het CDA ook bewust denkt aan een financiële stimulans – tot een goed beheer van het gebied te komen. Dat vereist, als gezegd, niet de instelling dat niets mag, zoals het huidige beleid probeert te bewerkstelligen, maar dat met eigenaren wordt bekeken wat men wil en wat een positieve ontwikkeling van de stadsweiden ten goede zal komen. Om een voorbeeld te noemen: een paardenbak is voor het CDA alleszins aanvaardbaar, wanneer die landschappelijk redelijk wordt ingepakt en wanneer een stuk historische inrichting gestalte kan krijgen en een goed weidebeheer wordt veiliggesteld. Vanuit toeristisch oogpunt is het waard een vaarverbinding (géén motorboten) proberen te realiseren om de westelijke stadsweiden. Verder pleit het CDA voor het opnemen van een fiets-‐ en wandelpad tussen Burgwal en Stadsgracht.
Actiepunten − − − − − −
Het buitengebied moet zoveel mogelijk open worden gehouden. Bestaande agrarische bedrijven worden voorzien van voldoende uitbreidingsmogelijkheden. Gestimuleerd wordt dat er koeien in de wei staan. De verbreding van de agrarische bedrijven wordt actief gefaciliteerd. Er komen meer recreatiemogelijkheden in het buitengebied door de aanleg van wandel-‐ en fietspaden. De verloedering van de Middeleeuwse stadsweiden wordt voorkomen door positieve maatregelen.
5.3. Nieuwe groene energie Niet alleen gebruiken, maar ook bewaren is een uitgangspunt voor het CDA. Natuur, grondstoffen, energie, voedsel en zelfs afval hebben een waarde. Als we dit belangrijk vinden, moeten we het anders gaan doen. Wij streven ook lokaal naar een balans tussen mens, milieu en een gezonde economie. We stellen ambitieuze en haalbare milieudoelen. We betrekken lokale bedrijven en vooral ook de inwoners bij de overgang naar een duurzamer ingerichte gemeente. Om duurzaamheid niet slechts een project van de overheid te laten zijn, kiezen we voor spontane projecten op de schaal van de wijk.
Zelf energie opwekken Wij willen burgers die zelf energie opwekken de ruimte geven. Dat betekent dat de gemeente barrières wegneemt bij initiatieven van buurten, verenigingen, corporaties en bedrijven. Samen met de gemeente kunnen afspraken over te leveren prestaties worden vastgelegd.
Windenergie Ook het oprichten van energieparken en het mogelijk maken van, in de bebouwde kom passende, kleine windmolens juichen we toe. Grotere windmolens worden in samenhang met het belang van het landschap beoordeeld. Als CDA denken we dat het mogelijk is in lijnverband grotere windmolens toe te staan.
Zonne-‐energie Het CDA staat voor dat de gemeente een bemiddelende rol inneem bij initiatieven om het gebruik van zonnepanelen te bevorderen. De gemeente moet zelf het goede voorbeeld nemen. Ook op gemeentelijke gebouwen moeten zonnepanelen komen. Door gebruik te maken van aanbieders die de zonnepanelen "gratis" plaatsen kan de gemeente "slim bezuinigen". De financiering van de zonnepanelen wordt dan gedurende een
30
beperkt aantal jaren (meestal acht) betaald uit de energiebesparing. Na deze jaren zijn de zonnepanelen afbetaald en realiseert de gemeente jaarlijks een belangrijke besparing op de energiekosten. Door deze vorm van slim bezuinigen worden de gemeentelijke financiën niet belast, maar wordt op termijn wel een besparing gerealiseerd. Het CDA staat voor geen nieuwbouwwijken meer te realiseren zonder zonnepanelen of een zonneboiler als standaardvoorziening voor de te bouwen woningen.
Verduurzamen van verkeer Er worden gratis fietsenstallingen aangelegd om het gebruik van de fiets extra aantrekkelijk te maken.
Afval De gemeente is verantwoordelijk voor het inzamelen van afval. In de overeenkomst met de inzamelaar wordt gestreefd naar zoveel mogelijk recycling van afvalproducten. De reststroom die overblijft wordt bij voorkeur gebruikt om energie op te wekken. Het streven moet gericht zijn op het voorkomen van afval, hergebruik en recycling.
Zwerfafval terugdringen Ondergrondse afvalbakken maken een wijk of dorp schoner en netter. Ze voorkomen zwerfafval. Daarnaast kan de gemeente de inzameling van zwerfafval aanmoedigen door vrijwilligers te faciliteren, bijvoorbeeld door hen materiaal voor de inzameling gratis ter beschikking te stellen. Het huidige klantvriendelijke systeem van een gemoedelijke ontvangst op het overlaadsysteem voorkomt eveneens dat afval in de openbare ruimte terechtkomt en moet worden gehandhaafd.
Actiepunten − − −
Duurzame energieprojecten worden positief tegemoet getreden. Er worden gratis fietsenstalling(en) aangelegd in het centrum van Spakenburg. De gemeente werkt aan het voorkomen en hergebruiken van afval.
5.4. Wel in geld uit te drukken Wij hebben de overtuiging dat we duurzaam moeten omgaan met de financiële middelen die voorhanden zijn. Dit geldt nog veel nadrukkelijker in tijden van bezuinigingen. Uitgangspunten voor het financieel beleid van het CDA zijn: zorgvuldigheid, spaarzaamheid, transparantie en gematigde lokale lasten.
Gemeente met de laagste lasten in Nederland Het beleid van de afgelopen periode heeft bewerkstelligd dat we kunnen doorgaan voor de gemeente met de laagste lasten.
Solide dekking De hoogte van gemeentelijke uitgaven en investeringen is geen doel op zich. Er moet sprake zijn van een maatschappelijk belang dat in een redelijke verhouding staat tot het gebrachte financiële offer. Bij elke euro die wordt uitgegeven, maakt het CDA daarom een zorgvuldige afweging. Het CDA hecht aan het principe dat structurele uitgaven in beginsel door middel van structurele inkomsten worden bekostigd. Zo ontstaat er solide dekking voor meerjarige uitgaven die niet afhankelijk zijn van incidentele mee-‐ en tegenvallers.
Stabiele OZB Het gemeentelijk belastinggebied is klein. De belangrijkste post binnen dit belastinggebied is de Onroerende Zaakbelasting. Vanuit het beginsel dat de hoogte geen doel op zich is streeft het CDA naar stabilisatie van het tarief, waarbij wel sprake moet zijn van een trendmatige verhoging teneinde de inkomsten van de gemeente
31
niet te verminderen. Rijksbezuinigingen op bepaalde domeinen kan de gemeente niet zelf opvangen en kan zij niet afwentelen op de gemeentelijke belastingbetaler. Zij zal ze dus moeten doorbelasten bij de betrokkenen.
Verstandig investeren Bij investeringen moet niet alleen gedacht worden aan de investering, maar ook aan het onderhoud dat deze in de loop der tijd met zich mee zal brengen.
Duurzaam begrotingsevenwicht Het financiële beleid dat het CDA voor ogen staat, is gericht op een duurzaam begrotingsevenwicht en het op peil houden, en waar nodig, versterken van het weerstandsvermogen van de gemeente. Het CDA streeft er naar om slim te bezuinigen, ofwel bezuinigingen die de burger niet raken. Het CDA stelt daarom voor het nieuwe werken op die manier binnen het gemeentelijk apparaat uit te rollen dat met minder werkplekken kan worden volstaan. Hierdoor kan een uitbreiding van het gemeentehuis achterwege blijven. Het CDA streeft landelijk naar een kleinere overheid. Ook plaatselijk in Bunschoten streven wij naar een kleiner gemeentelijk apparaat. De samenleving staat voor het CDA voorop. Initiatieven die uit de lokale gemeenschap komen zal het CDA waar mogelijk steunen. Sterker nog, het CDA stimuleert de samenleving zelf verantwoordelijkheid te nemen. Daar waar nodig neemt de politiek weer haar verantwoordelijkheid. Daarbij wordt altijd een rationele afweging gemaakt bij de inzet van schaarse middelen die door de belastingbetaler worden opgebracht. Zonder meer of automatisch verhogen van de plaatselijke belastingen is geen inzet voor het CDA. Veeleer staat het CDA voor verder doorzetten van het bezuinigingsbeleid. Gemeentelijke heffingen, rechten en leges dienen kostendekkend te zijn. Hiervan kan worden afgeweken indien de gemeente bepaalde maatschappelijke initiatieven wil stimuleren of sociale gevallen wil ontzien.
Ruimhartig kwijtscheldingsbeleid Afgelopen periode is – ondanks alle bezuinigingen – het bestaande ruimhartige kwijtscheldingsbeleid voortgezet en zelfs uitgebreid voor zelfstandigen. Het CDA is voorstander van handhaving van die regeling voor kwijtschelding voor mensen met een inkomen op of rond het niveau van een bijstandsuitkering. Aan bijstandsgerechtigden zonder uitzicht op een betaalde baan en belastingplichtigen van 65 jaar en ouder die meerdere opeenvolgende jaren kwijtschelding hebben aangevraagd en gekregen, wordt geen gemeentelijke belastingaanslag meer gestuurd. Betrokkenen zijn verplicht eventuele wijzigingen in hun inkomenspositie aan de gemeente te melden.
Sparen en weerstandsvermogen We leven niet bij de waan van de dag. We zorgen dus ook voor voldoende weerstandsvermogen. Op initiatief van het CDA is afgelopen collegeperiode hiermee een begin gemaakt, waarmee een periode is afgesloten waarin meer werd gestuurd op grote uitgaven. Het is nu de tijd voort te gaan met de opbouw van het weerstandsvermogen en zelfs verder te gaan, namelijk sparen voor gewenste investeringen. Een element dat aandacht nodig heeft is dat voor 2010 veel investeringen zijn gedaan ten laste van de reserves. Aan vervanging of onderhoud is niet gerekend. Wanneer het weerstandsvermogen op voldoende niveau is, kunnen overschotten belegd worden in een reserve voor vervanging van gedane investeringen.
Grondaankopen en grote bouwprojecten De gemeente is terughoudend met de aankoop van grond en vastgoed. Het grote bouwplan Rengerswetering is al opgeknipt in deelplannen en daarmee tussentijds bijgesteld op basis van de ontwikkelingen van de markt. In de periode voor 2010 heeft de raad tegen de zin van het CDA gekozen voor het huidige plan Zuyderzee. Dat is een reeds in gang gezette keuze waarop we niet meer terug kunnen komen. De verliezen op dit plan maken een aantal positieve ontwikkelingen elders jammer genoeg financieel onhaalbaar, want ook de gemeente kan
32
haar geld maar één keer uitgeven. Aangekochte gronden die voorlopig niet kunnen worden bebouwd worden niet tegen goedkope prijzen verkocht. Het inzetten van grond voor tijdelijke bestemmingen, zoals sportvelden of als evenemententerrein, heeft dan uit maatschappelijk oogpunt de voorkeur.
Transparantie in gemeentelijke financiën Er is niks geheim aan de uitgaven van de gemeente. Om die reden ontvangen inwoners, bijvoorbeeld bij hun jaarlijkse OZB-‐aanslag, een korte weergave van de uitgaven van het vorige jaar. Declaraties van bestuurders worden op de gemeentelijke website bekendgemaakt. Op de website is ook een duidelijk overzicht te vinden van instellingen die van de gemeente subsidie ontvangen en de taken die men uitvoert.
Actiepunten − − −
De gemeente handhaaft een duurzaam begrotingsevenwicht. Wij blijven de gemeente met de laagste lasten. Wij zorgen met een verstandig financieel beleid voor voldoende weerstandsvermogen van de gemeente.
33
Tot slot: Wat je kiest doet ertoe Het CDA is een open christendemocratische volkspartij. Bij ons staat de gemeenschap centraal. De betrokkenheid van mensen bij hun dorp, hun gezin, hun kerk, hun school, hun wijk, hun bedrijf of hun (sport)vereniging. Dat is het ware draagvlak voor het leven in Bunschoten-‐Spakenburg. Wij gaan uit van een christelijke mens-‐ en maatschappijvisie. Dat betekent dat mensen tot persoonlijke groei kunnen komen door verantwoordelijkheid voor elkaar te nemen. Het CDA is een open volkspartij, geworteld in alle lagen van de samenleving. Daarom biedt het CDA-‐ Bunschoten ook in ons dorp plaats aan veel verschillende mensen. Het zijn allemaal mensen die vanuit hun eigen bijzondere overtuiging betrokken bij de politiek willen zijn. En daarnaast hun bedrijf runnen, voor de klas staan of ergens vrijwilliger zijn. We zijn een partij waar iedereen erbij hoort. Voor ons begint politiek met de erkenning van maatschappelijk initiatief. De overheid geeft alle mensen en organisaties het vertrouwen dat ze doen wat ze kunnen doen. De burger gunt de overheid de ruimte om te doen wat ze moet doen. Vertrouwen staat centraal. We willen geen harde cultuur van controleren en afrekenen. Het CDA wil in harmonie het beste bereiken voor iedere burger in Bunschoten-‐Spakenburg. Het CDA staat pal voor de rechtsstaat als onmisbare voorwaarde voor de bescherming van de menselijke waardigheid. De overheid is er om samenleven mogelijk te maken. Het is een strenge en betrouwbare overheid die heldere grenzen stelt en onrecht bestrijdt. We zetten in op betrokken burgers om de onderlinge verbondenheid te versterken. Wie geraakt is door het lot van de ander kan niet anders dan in beweging komen. In de hulp van de overheid moet de menselijke maat weer zichtbaar en voelbaar worden gemaakt. Vanuit het besef van verbondenheid tussen de generaties en het rentmeesterschap van God’s schepping voelt het CDA zich geroepen tot zorg voor natuur en cultuur. Dat vraagt dat we verder kijken dan ons eigenbelang en onze eigen tijd. We beschermen wat van waarde is. Om een betere samenleving achter te laten aan onze kinderen en kleinkinderen zijn ook ondernemerschap en innovatie nodig.
34
Colofon Koersvast voor Bunschoten-‐Spakenburg CDA-‐verkiezingsprogramma 2014-‐2018 Gemeente Bunschoten Uitgave van CDA-‐afdeling Bunschoten Afdelingssecretariaat: Tjalk 12 3751 ZP Bunschoten-‐Spakenburg tel. 033-‐2982776 Meer informatie: www.cda.nl/bunschoten
35