Kinderen in Nederland - Bijlage hoofdstuk 2 Gezin en opvoeding In de tabellen worden de odds ratio’s (OR) gepresenteerd. De OR is te interpreteren als de kans die een groep respondenten heeft om een bepaalde mening of gedrag te hebben (bijv. ontevreden over de opvoeding) in vergelijking met een referentiegroep. De OR van de referentiegroep heeft altijd de waarde 1. Een OR van 2 voor een bepaalde groep betekent dat iemand behorende tot deze groep een ongeveer twee keer zo grote kans heeft om ontevreden te zijn over de opvoeding dan iemand uit de referentiegroep. Een OR van 0,5 betekent dat iemand een ongeveer twee keer zo kleine kans heeft. Tabel B2.1 De tevredenheid met de opvoeding naar verschillende achtergrondkenmerken (gecorrigeerde odds ratio’s; cursieve gegevens zijn significant; n = 4087)a mate van tevredenheid (gecorrigeerde OR) 95,0% C.I. achtergrondkenmerken lower upper leeftijd kind 3 jaar (t.o.v. 14 maanden) 5-12 jaar (t.o.v. 14 maanden)
1,65 1,56
1,20 1,17
2,27 2,09
1,26
1,06
1,49
2 kinderen (t.o.v. 1 kind)
1,42
1,11
1,83
3 of meer kinderen (t.o.v. 1 kind)
1,27
,97
1,67
1,40
1
1,97
1,18
,91
1,52
1,03
,84
1,26
middelbaar (t.o.v. laag)
0,93
,76
1,14
hoog (t.o.v. laag)
0,57
,44
,74
sekse jongens (t.o.v. meisjes) aantal kinderen in gezin
aantal volwassenen in gezin eenouder (t.o.v. tweeouder) etniciteit niet-westerse ouders (t.o.v. westerse ouders) verdienertypen anderhalf- en tweeverdieners (t.o.v. eenverdieners) opleiding moeder
armoede onder de armoedegrens (t.o.v. boven de 1,48 1,06 2,06 armoedegrens) a De schaal is omgecodeerd tot 2 categorieën: 1) tevreden op alle punten (alle items eens) en 2) niet tevreden op één of meerdere punten (met één of meerdere items oneens). Bron: SCP/TNO-PG (PJG 2002/2003)
1
Tabel B2.2 De ervaren belasting van de opvoeding naar verschillende achtergrondkenmerken (gecorrigeerde odds ratio’s; cursieve gegevens zijn significant; n = 4084)a ervaren belasting (gecorrigeerde OR) 95,0% C.I. achtergrondkenmerken lower upper leeftijd kind 3 jaar (t.o.v. 14 maanden)
,88
,68
1,13
5-12 jaar (t.o.v. 14 maanden)
,60
,48
,75
1,26
1,08
1,48
2 kinderen (t.o.v. 1 kind)
1,59
1,28
1,97
3 of meer kinderen (t.o.v. 1 kind)
1,38
1,09
1,75
4,73
3,50
6,40
1,91
1,53
2,38
,71
,59
,85
middelbaar (t.o.v. laag)
1,09
,90
1,32
hoog (t.o.v. laag)
1,15
,92
1,42
sekse jongens (t.o.v. meisjes) aantal kinderen in gezin
aantal volwassenen in gezin eenouder (t.o.v. tweeouder) etniciteit niet-westerse ouders (t.o.v. westerse ouders) verdienertypen anderhalf- en tweeverdieners (t.o.v. eenverdieners) opleiding moeder
armoede onder de armoedegrens (t.o.v. boven de 1,57 1,18 2,10 armoedegrens) a De schaal is omgecodeerd tot 2 categorieën: 1) geen belasting (met alle items oneens) en 2) belast op één of meerdere punten (met één of meerdere items eens). Bron: SCP/TNO-PG (PJG 2002/2003)
2
Tabel B2.3 Mate waarin ouders weten wat te doen in verschillende situaties naar verschillende achtergrondkenmerken (gecorrigeerde odds ratio’s; cursieve gegevens zijn significant; n = 4102)a weten wat te doen (gecorrigeerde OR) 95,0% C.I. achtergrondkenmerken lower upper leeftijd kind 3 jaar (t.o.v. 14 maanden)
,88
,74
1,06
5-12 jaar (t.o.v. 14 maanden)
1,01
,84
1,22
1,18
1,03
1,35
2 kinderen (t.o.v. 1 kind)
1,31
1,08
1,59
3 of meer kinderen (t.o.v. 1 kind)
1,24
1,01
1,53
,92
,68
1,24
1,58
1,29
1,94
,96
,81
1,13
middelbaar (t.o.v. laag)
,83
,70
,97
hoog (t.o.v. laag)
,55
,45
,67
sekse jongens (t.o.v. meisjes) aantal kinderen in gezin
aantal volwassenen in gezin eenouder (t.o.v. tweeouder) etniciteit niet-westerse ouders (t.o.v. westerse ouders) verdienertypen anderhalf- en tweeverdieners (t.o.v. eenverdieners) opleiding moeder
armoede onder de armoedegrens (t.o.v. boven de 1,43 1,08 1,88 armoedegrens) a De schaal is omgecodeerd tot 2 categorieën: 1) zeker op alle punten (alle items eens) en 2) niet zeker op één of meerdere punten (met één of meerdere items oneens). Bij de constructie van de schaal is het item ‘Er doen zich vaak situaties voor waarin ik niet weet hoe ik op mijn kind moet reageren’ omgepoold. Bron: SCP/TNO-PG (PJG 2002/2003)
3
Tabel B2.4 Zorgen over de opvoeding naar verschillende achtergrondkenmerken (gecorrigeerde odds ratio’s; cursieve gegevens zijn significant; n = 4058)a zorgen maken (gecorrigeerde OR) 95,0% C.I. achtergrondkenmerken lower upper leeftijd kind 3 jaar (t.o.v. 14maanden)
,83
,67
1,02
5-12 jaar (t.o.v. 14 maanden)
,57
,48
,69
1,14
1,01
1,29
2 kinderen (t.o.v. 1 kind)
,94
,80
1,12
3 of meer kinderen (t.o.v. 1 kind)
,62
,52
,75
1,26
,94
1,68
1,09
,89
1,33
1,03
,89
1,20
middelbaar (t.o.v. laag)
1,10
,95
1,29
hoog (t.o.v. laag)
1,17
,98
1,39
sekse jongens (t.o.v. meisjes) aantal kinderen in gezin
aantal volwassenen in gezin eenouder (t.o.v. tweeouder) etniciteit niet-westerse ouders (t.o.v. westerse ouders) verdienertypen anderhalf- en tweeverdieners (t.o.v. eenverdieners) opleiding moeder
armoede onder de armoedegrens (t.o.v. boven de 1,68 1,27 2,21 armoedegrens) a De schaal is omgecodeerd tot twee categorieën: 1) geen zorgen en 2) beetje/veel zorgen op één of meerdere punten. Het item ‘anders’ is uit de analyse weggelaten. De lading van dit item met de rest van de component was kleiner dan 0,35. Bron: SCP/TNO-PG (PJG 2002/2003)
4
Tabel B2.5 De beleving van de opvoeding door ouders naar verschillende achtergrondkenmerken (gecorrigeerde odds ratio’s; cursieve gegevens zijn significant; n = 4196)a beleving opvoeding (gecorrigeerde OR) 95,0% C.I. achtergrondkenmerken lower upper leeftijd kind 3 jaar (t.o.v. 14 maanden)
1,12
,88
1,43
5-12 jaar (t.o.v. 14 maanden)
,87
,70
1,08
1,27
1,10
1,47
2 kinderen (t.o.v. 1 kind)
1,47
1,21
1,80
3 of meer kinderen (t.o.v. 1 kind)
1,13
,91
1,41
1,74
1,31
2,32
1,90
1,55
2,33
,88
,74
1,04
middelbaar (t.o.v. laag)
1,01
,85
1,20
hoog (t.o.v. laag)
,74
,60
,90
armoede onder de armoedegrens (t.o.v. boven de 1,72 1,31 armoedegrens) a De schaal is omgecodeerd tot 2 categorieën: 1) positief gestemd en 2) gematigd of negatief gestemd. Bron: SCP/TNO-PG (PJG 2002/2003)
2,25
sekse jongens (t.o.v. meisjes) aantal kinderen in gezin
aantal volwassenen in gezin eenouder (t.o.v. tweeouder) etniciteit niet-westerse ouders (t.o.v. westerse ouders) verdienertypen anderhalf- en tweeverdieners (t.o.v. eenverdieners) opleiding moeder
5
Tabel B2.6 Het voorkomen van bepaalde beloningsstrategieën bij positief, gematigd en negatief gestemde ouders (gecorrigeerde odds ratio’s; cursieve gegevens zijn significant)a soort beloning (gecorrigeerde OR) 95,0% C.I. beleving opvoeding lower upper compliment geven negatief gestemd (t.o.v. positief ,49 1,15 ,75 gestemd) gematigd gestemd (t.o.v. positief ,60 1,04 ,79 gestemd) knuffelen negatief gestemd (t.o.v. positief ,64 ,44 ,93 gestemd) gematigd gestemd (t.o.v. positief ,90 ,70 1,15 gestemd) cadeautjes geven negatief gestemd (t.o.v. positief ,81 1,55 1,20 gestemd) gematigd gestemd (t.o.v. positief 1,38 1,14 1,68 gestemd) snoep geven negatief gestemd (t.o.v. positief 1,42 1,03 1,97 gestemd) gematigd gestemd (t.o.v. positief 1,24 1,01 1,51 gestemd) langer opblijven negatief gestemd (t.o.v. positief 1,67 1,17 2,38 gestemd) gematigd gestemd (t.o.v. positief 1,41 1,12 1,77 gestemd) uitstapje in het vooruitzicht stellen negatief gestemd (t.o.v. positief 1,08 ,73 1,62 gestemd) gematigd gestemd (t.o.v. positief 1,48 1,17 1,86 gestemd) tv-kijken negatief gestemd (t.o.v. positief 2,26 1,52 3,37 gestemd) gematigd gestemd (t.o.v. positief 1,65 1,25 2,18 gestemd) a De items bestaan uit 2 categorieën: 0) deze beloning geef ik gewoonlijk niet en 1) deze beloning geef ik gewoonlijk wel. In de analyses is bovendien gecorrigeerd voor de achtergrondvariabelen leeftijd, sekse, aantal volwassenen in het gezin, aantal kinderen in het gezin, mate van armoede, opleidingsniveau van de moeder, werksituatie ouders en regio (niet in tabel). Bron: SCP/TNO-PG (PJG 2002/2003)
6
Tabel B2.7 Het voorkomen van bepaalde strafstrategieën bij positief, gematigd en negatief gestemde ouders (gecorrigeerde odds ratio’s; cursieve gegevens zijn significant)a soort straf (gecorrigeerde OR) 95,0% C.I. beleving opvoeding lower upper vermanend toespreken negatief gestemd (t.o.v. positief ,68 ,50 ,93 gestemd) gematigd gestemd (t.o.v. positief ,81 ,67 ,98 gestemd) uit de kamer sturen/afzonderen negatief gestemd (t.o.v. positief 1,40 1,05 1,88 gestemd) gematigd gestemd (t.o.v. positief 1,26 1,07 1,50 gestemd) kind iets onthouden negatief gestemd (t.o.v. positief 1,38 1,05 1,81 gestemd) gematigd gestemd (t.o.v. positief 1,28 1,08 1,50 gestemd) flink beetpakken negatief gestemd (t.o.v. positief 1,70 1,25 2,32 gestemd) gematigd gestemd (t.o.v. positief 1,35 1,12 1,63 gestemd) een tik geven negatief gestemd (t.o.v. positief 1,45 1,07 1,97 gestemd) gematigd gestemd (t.o.v. positief 1,23 1,02 1,48 gestemd) in de hoek zetten negatief gestemd (t.o.v. positief 1,69 1,01 2,83 gestemd) gematigd gestemd (t.o.v. positief 1,63 1,17 2,25 gestemd) a De items bestaan uit 2 categorieën: 0) deze straf geef ik gewoonlijk niet en 1) deze straf geef ik gewoonlijk wel. In de analyses is bovendien gecorrigeerd voor de achtergrondvariabelen leeftijd, sekse, aantal volwassenen in het gezin, aantal kinderen in het gezin, mate van armoede, opleidingsniveau van de moeder, werksituatie ouders en regio (niet in tabel). Bron: SCP/TNO-PG (PJG 2002/2003)
7
Tabel B2.8 Opvoedproblemen volgens jgz-artsen naar verschillende achtergrondkenmerken (gecorrigeerde odds ratio’s; cursieve gegevens zijn significant; n = 4490)a opvoedproblemen (gecorrigeerde OR) 95,0% C.I. achtergrondkenmerken lower upper leeftijd kind 3 jaar (t.o.v. 14 maanden)
1,90
1,41
2,57
5-12 jaar (t.o.v. 14 maanden)
1,94
1,47
2,56
1,81
1,53
2,14
2 kinderen (t.o.v. 1 kind)
,86
,69
1,07
3 of meer kinderen (t.o.v. 1 kind)
,61
,48
,78
1,56
1,16
2,10
1,27
1,01
1,60
,75
,62
,92
middelbaar (t.o.v. laag)
,89
,73
1,09
hoog (t.o.v. laag)
,63
,49
,81
1,48
2,70
sekse jongens (t.o.v. meisjes) aantal kinderen in gezin
aantal volwassenen in gezin eenouder (t.o.v. tweeouder) etniciteit niet-westerse ouders (t.o.v. westerse ouders) Verdienertypen anderhalf- en tweeverdieners (t.o.v. eenverdieners) opleiding moeder
armoede onder de armoedegrens (t.o.v. boven de 2 armoedegrens) a Het item loopt van 1) geen opvoedproblemen naar 2) lichte tot en met zware opvoedproblemen. Bron: SCP/TNO-PG (PJG 2002/2003)
Tabel B2.9 Opvoedproblemen bij (on)tevreden, (on)belaste en (on)bezorgde ouders (gecorrigeerde odds ratio’s; cursieve gegevens zijn significant; n = 3836)a opvoedproblemen (gecorrigeerde OR) 95,0% C.I. beleving opvoeding lower upper tevredenheid ontevreden t.o.v. tevreden
1,98
1,58
2,48
1,68
1,37
2,05
1,47
1,20
1,79
2,37
3,56
belasting belast t.o.v. niet belast weten wat te doen niet weten wat te doen t.o.v. wel weten wat te doen zorgen
zorgen t.o.v. geen zorgen 2,91 a Het item loopt van 1) geen opvoedproblemen naar 2) lichte tot en met zware opvoedproblemen. Bron: SCP/TNO-PG (PJG 2002/2003)
8
Tabel B2.10 Opvoedproblemen bij negatief gestemde ouders naar verschillende achtergrondkenmerken (gecorrigeerde odds ratio’s; cursieve gegevens zijn significant; n = 251)a gecorrigeerde OR achtergrondkenmerken
95,0% C.I. lower
upper
leeftijd kind 3 jaar (t.o.v. 14 maanden)
1,67
,57
4,91
5-12 jaar (t.o.v. 14 maanden)
1,98
,73
5,35
1,34
,76
2,36
2 kinderen (t.o.v. 1 kind)
,56
,26
1,24
3 of meer kinderen (t.o.v. 1 kind)
,62
,26
1,46
1,27
,52
3,12
1,17
,57
2,40
,57
,29
1,12
middelbaar (t.o.v. laag)
1,05
,55
1,98
hoog (t.o.v. laag)
1,12
,47
2,67
sekse jongens (t.o.v. meisjes) aantal kinderen in gezin
aantal volwassenen in gezin eenouder (t.o.v. tweeouder) etniciteit niet-westerse ouders (t.o.v. westerse ouders) verdienertypen anderhalf- en tweeverdieners (t.o.v. eenverdieners) opleiding moeder
armoede onder de armoedegrens (t.o.v. boven de 1,31 ,58 armoedegrens) a Het item loopt van 1) geen opvoedproblemen naar 2) lichte tot en met zware opvoedproblemen. Bron: SCP/TNO-PG (PJG 2002/2003)
2,96
9
Tabel B2.11 Opvoedproblemen bij positief gestemde ouders naar verschillende achtergrondkenmerken (gecorrigeerde odds ratio’s; cursieve gegevens zijn significant; n = 3032)a gecorrigeerde OR achtergrondkenmerken
95,0% C.I. lower
upper
leeftijd kind 3 jaar (t.o.v. 14 maanden)
1,81
1,15
2,84
5-12 jaar (t.o.v. 14 maanden)
1,86
1,23
2,79
1,98
1,54
2,54
2 kinderen (t.o.v. 1 kind)
,87
,62
1,20
3 of meer kinderen (t.o.v. 1 kind)
,63
,44
,91
2,02
1,23
3,31
1,31
,91
1,89
,79
,60
1,05
middelbaar (t.o.v. laag)
,83
,62
1,10
hoog (t.o.v. laag)
,46
,32
,67
armoede onder de armoedegrens (t.o.v. boven de 1,53 ,94 armoedegrens) a De schaal is omgecodeerd tot 2 categorieën: 1) positief gestemd en 2) gematigd of negatief gestemd. Bron: SCP/TNO-PG (PJG 2002/2003)
2,49
sekse jongens (t.o.v. meisjes) aantal kinderen in gezin
aantal volwassenen in gezin eenouder (t.o.v. tweeouder) etniciteit niet-westerse ouders (t.o.v. westerse ouders) verdienertypen anderhalf- en tweeverdieners (t.o.v. eenverdieners) opleiding moeder
10
Tabel B2.12 Informatie zoeken door ouders naar verschillende achtergrondkenmerken: tijdschriften/brochures lezen, internetten, tv-kijken (gecorrigeerde odds ratio’s; cursieve gegevens zijn significant; n = 130) tijdschriften/brochures lezen, internetten, tvkijken 95,0% C.I. (gecorrigeerde OR) achtergrondkenmerken lower upper leeftijd kind 3 jaar (t.o.v. 14maanden)
,71
,49
1,03
5-12 jaar (t.o.v. 14 maanden)
,33
,24
,45
,93
,79
1,11
2 kinderen (t.o.v. 1 kind)
1,18
,93
1,50
3 of meer kinderen (t.o.v. 1 kind)
1,22
,94
1,58
,89
,63
1,25
1,02
,79
1,31
1,17
,96
1,44
middelbaar (t.o.v. laag)
1,93
1,56
2,38
hoog (t.o.v. laag)
1,50
1,19
1,90
sekse jongens (t.o.v. meisjes) aantal kinderen in gezin
aantal volwassenen in gezin eenouder (t.o.v. tweeouder) etniciteit niet-westerse ouders (t.o.v. westerse ouders) verdienertypen anderhalf- en tweeverdieners (t.o.v. eenverdieners) opleiding moeder
armoede onder de armoedegrens (t.o.v. boven de ,94 ,68 1,30 armoedegrens) a De schaal loopt van: 1 nooit informatie zoeken en 2 soms/met regelmaat via één of meerdere media (tijdschrift, brochure, internet, tv). Bron: SCP/TNO-PG (PJG 2002/2003)
11
Tabel B2.13 Informatie zoeken door ouders naar verschillende achtergrondkenmerken: volgen van opvoedcursus (gecorrigeerde odds ratio’s; cursieve gegevens zijn significant; n = 4167) opvoedcursus volgen (gecorrigeerde OR) achtergrondkenmerken
lower
95,0% C.I. upper
leeftijd kind 3 jaar (t.o.v. 14 maanden)
1,12
,82
1,53
5-12 jaar (t.o.v. 14 maanden)
1,15
,87
1,52
,96
,81
1,15
2 kinderen (t.o.v. 1 kind)
1,38
1,06
1,80
3 of meer kinderen (t.o.v. 1 kind)
2,00
1,52
2,64
,85
,58
1,23
1,64
1,28
2,11
,93
,75
1,15
middelbaar (t.o.v. laag)
1,34
1,06
1,68
hoog (t.o.v. laag)
2,04
1,60
2,59
,95
1,86
sekse jongens (t.o.v. meisjes) aantal kinderen in gezin
aantal volwassenen in gezin eenouder (t.o.v. tweeouder) etniciteit niet-westerse ouders (t.o.v. westerse ouders) verdienertypen anderhalf- en tweeverdieners (t.o.v. eenverdieners) opleiding moeder
armoede onder de armoedegrens (t.o.v. boven de 1,33 armoedegrens) a De schaal loopt van: 1 nooit cursus gevolgd en 2 soms/met regelmaat cursus gevolgd. Bron: SCP/TNO-PG (PJG 2002/2003)
12
Tabel B2.14 Niks mogen van ouders volgens 8-12-jarigen naar verschillende achtergrondkenmerken (gecorrigeerde odds ratio’s; cursieve gegevens zijn significant; n = 991) niks mogen thuis (gecorrigeerde OR) lower
95,0% C.I. upper
,63
,42
,94
2 kinderen (t.o.v. 1 kind)
1,43
,70
2,94
3 of meer kinderen (t.o.v. 1 kind)
1,40
,68
2,89
2,03
,94
4,41
,41
,24
,71
1,47
,89
2,42
middelbaar (t.o.v. laag)
1,23
,72
2,08
hoog (t.o.v. laag)
1,16
,62
2,15
,66
,34
1,28
achtergrondkenmerken sekse jongens (t.o.v. meisjes) aantal kinderen in gezin
aantal volwassenen in gezin eenouder (t.o.v. tweeouder) etniciteit niet-westerse ouders (t.o.v. westerse ouders) verdienertypen anderhalf- en tweeverdieners (t.o.v. eenverdieners) opleiding moeder
armoede onder de armoedegrens (t.o.v. boven de armoedegrens) a Het item heeft 2 categorieën: 1) mee eens en 2) mee oneens. Bron: SCP/TNO-PG (PJG 2002/2003)
13
Tabel B2.15 Het combineren van zorg en andere taken naar verschillende achtergrondkenmerken (gecorrigeerde odds ratio’s; cursieve gegevens zijn significant; n = 3966) zorg goed combineren met weinig aan andere andere zaken toekomen bezigheden (gecorrigeerde OR) (gecorrigeerde 95,0% C.I. 95,0% C.I. OR) achtergrondkenmerken lower upper lower upper leeftijd kind 3 jaar (t.o.v. 14 maanden) 5-12 jaar (t.o.v. 14 maanden)
1,00
,78
1,29
1,06
,83
1,35
,48
,38
,61
2,18
1,73
2,75
,98
,83
1,16
,85
,73
1
1,04
,84
1,30
,70
,56
,88
,98
,77
1,25
,69
,54
,88
,88
,60
1,30
,96
,67
1,39
1,50
1,18
1,92
,59
,47
,75
,59
,49
,71
1,26
1,04
1,51
sekse jongens (t.o.v. meisjes) aantal kinderen in gezin 2 kinderen (t.o.v. 1 kind) 3 of meer kinderen (t.o.v. 1 kind) aantal volwassenen in gezin eenouder (t.o.v. tweeouder) etniciteit niet-westerse ouders (t.o.v. westerse ouders) verdienertypen anderhalf- en tweeverdieners (t.o.v. eenverdieners) opleiding moeder middelbaar (t.o.v. laag)
1,12
,91
1,38
1,09
,89
1,32
hoog (t.o.v. laag)
1,54
1,23
1,93
,81
,66
1,01
1,22
2,38
,66
,48
,92
armoede onder de armoedegrens (t.o.v. 1,70 boven de armoedegrens) a De schaal loopt van: 1 mee eens en 2 mee oneens. Bron: SCP/TNO-PG (PJG 2002/2003)
14