Kinderboerderij Oortjespad Het alternatief voor de exploitatie van de kinderboerderij
Beleidsplan Kinderboerderij Oortjespad
Pagina 1
0. Inhoudsopgave • • • • • •
1 2 3 4 5 6
• • • • •
7 8 9 10 11
• • •
12 13 14
• • •
Bijlage 1: Kernpunten en ruggengraat van het plan Bijlage 2: In de PRS is de navolgende visie opgenomen Bijlage 3: Brochure VSKBN
Inleiding Huidige situatie Probleemstelling Planopzet Doelstelling kinderboerderij Huidige staat van de kinderboerderij o 6.1 Terrein en opstallen o 6.2 Dieren o 6.3 Speelweide en peuterbad Educatie Reacties van bezoekers Financiële vraagtekens Hoe nu verder Vrijwilligers o 11.1 Werken met vrijwilligers in het algemeen o 11.2 Vrijwilligers voor de kinderboerderij Uitwerking beleidsplan Overleg met Kameryck Slotconclusie
Beleidsplan Kinderboerderij Oortjespad
Pagina 2
1. Inleiding Vijftig jaar geleden bleven na de aanleg van de Ir. Enschedeweg een aantal zandputten achter in het buitengebied van Kamerik en Kockengen, die ingericht werden als terrein voor dagrecreanten als alternatief voor het toen bestaande bermtoerisme. Deze gebieden werden ondergebracht in een gemeenschappelijke orgaan, waarin de omliggende gemeenten participeren door middel van een bijdrage per inwoner. In Kamerik lagen drie gebieden die ingebracht werden, de Eend, de Grutto en de Reiger en aan Kockengense kant de Zwaan. Alleen de Eend en de Zwaan zijn grote zandputten van ruim 20 meter diep.
Bij de Eend lag een boerderij Oortjespad die voor de benodigde gronden om zand te winnen door de provincie met Rijkssubsidie werd aangekocht. In de plannen die rond de ontwikkeling van het terrein werden gemaakt kreeg de boerderij de rol van een kinderboerderij en educatiecentrum. In de loop der jaren is het gebied aantrekkelijker gemaakt door een peuterbadje en speeltoestellen, een uitkijktoren en tal van dieren. Het educatiecentrum is uitgegroeid tot een belangrijk onderdeel in het lesprogramma van veel scholen uit de wijde omgeving; er zijn lespakketten en leskisten ontwikkeld en gemaakt. Jaarlijks bezoeken meer dan 200 klassen uit heel West-Utrecht het Oortjespad.
Het succes van het recreatieterrein blijkt wel uit de gegevens uit het recente jaarverslag: (Bron Jaaroverzicht Oortjespad 2013 van Recreatie Midden Nederland)
2013: Recordaantal deelnemers Afgelopen jaar hebben zo’n 220 groepen uit het basisonderwijs deelgenomen aan één van onze lespakketten. Dit komt neer op ca. 6500 kinderen met 2000 begeleiders. In vergelijking met tien jaar geleden is dit een verviervoudiging! Zoveel groepen zijn er nog nooit in één jaar op Oortjespad geweest.
2013: Scholen uit de hele regio Ook dit jaar bleek weer dat Oortjespad een duidelijk regionale functie heeft. Scholen die ons bezoeken zijn namelijk lang niet alleen afkomstig uit de gemeente Woerden. Net als vorig jaar kwamen de meeste scholen uit de gemeente Utrecht (25%). Maar ook vanuit de gemeente Stichtse Vecht is veel belangstelling (22%). Met 16% staan de gemeenten Woerden en De Ronde Venen op een gedeelde derde plaats. Beleidsplan Kinderboerderij Oortjespad
Pagina 3
Dit neemt niet weg dat ook scholen van (veel) verder weg ons weten te vinden. Zo was bijvoorbeeld 7% afkomstig uit de gemeente Houten en 4% uit De Bilt.
2013: Leukste recreatieterrein van Midden-Nederland Heel bijzonder was de verkiezing tot leukste recreatieterrein van Midden-Nederland. Ruim 1500 bezoekers van de website van Recreatie Midden-Nederland kozen Oortjespad tot leukste recreatieterrein van 2013!
Leukste recreatieterrein van Midden Nederland, 9 augustus 2013
Uit onderstaande cijfers van het rapport Toekomst Oortjespad van het RSG uit 2010 blijkt de behoefte aan de faciliteit van het Oortjespad: Aantal bezoekers per jaar Kinderboerderij Oortjespad
tussen:
80000 en
100000
(Uit: Toekomst oortjes pad RSG/Maart 2010) Verdeling: Gemeente Provincie
Leeftijd
Frequentie
Spreiding
%
Aantallen
Woerden
45
Overig
tussen
36000
45000
55
44000
55000
Utrecht
90
72000
90000
Overig
10
8000
10000
<= 12
40
32000
40000
13-30
7
5600
7000
31-55
35
28000
35000
>55
18
14400
18000
1* p/j
66
52800
66000
vaker
33
26400
33000
wekelijks
5
4000
5000
voorjaar
27
21312
26640
zomer
33
26640
33300
najaar
23
18648
23310
winter
17
13320
16650
Beleidsplan Kinderboerderij Oortjespad
Pagina 4
Doel
wandeling fietstocht
Gebruik
63
50400
63000
7
5600
7000
overig
30
24000
30000
peuterbad
31
24800
31000
sport/spel
14
11200
14000
picknick
14
11200
14000
2013: Betalen voor kwaliteit De programma’s op Oortjespad worden altijd hoog gewaardeerd. Ook in 2013 gaven de deelnemende leerkrachten ons een mooi (rapport)cijfer: gemiddeld een 8.1. En voor kwaliteit wil men blijkbaar best betalen. De lespakketten op Oortjespad zijn namelijk niet gratis. Dit in tegenstelling tot de educatie die via de meeste gemeentelijke NME-centra wordt aangeboden. Scholen betaalden een bijdrage welke varieerde van €17,50 - €35,00 afhankelijk van het pakket. In 2013 bedroegen de inkomsten uit educatie bijna € 5.000,-.
Op het Oortjespad is jarenlang een mogelijkheid geboden om snacks en drankjes te kopen in een door een plaatselijke ondernemer gerunde kiosk. Sinds de komst van Kameryck is er geen verkoop meer en zijn de dagrecreanten aangewezen op eigen meegebrachte etenswaren c.q. naar Kameryck te gaan. Oorzaak is het toebedelen van alle horeca aan Kameryck, ook die op het terrein van de Kinderboerderij. Kameryck heeft kennelijk geen belang bij dit deel van de horeca gezien de getoonde inactiviteit, behalve ten aanzien van het wegsturen van venters, zoals een plaatselijke ijsmaakster. Recent zijn een koffieautomaat en een snoepautomaat in de entree van de educatieruimte geplaatst. Daardoor zijn de folders voor de fietsers en wandelaars verdwenen, dit ondanks dat het Oortjespad sinds kort een TOPlocatie is en dergelijke informatie beschikbaar hoort te zijn. De informatierekken staan nu bij de werkplaats, er is op deze manier sprake van een versnipperd aanbod. In de afgelopen decennia hebben honderdduizenden gebruik gemaakt van de Kinderboerderij en de overige faciliteiten voor dagrecreatie.
Beleidsplan Kinderboerderij Oortjespad
Pagina 5
2. Huidige situatie De komst van Kameryck heeft er voor gezorgd dat het terrein gedeeltelijk een andere bestemming heeft gekregen. De ligweiden voor de dagrecreanten zijn successievelijk aan Kameryck verpacht om een pitch- en puttbaan aan te leggen, een tentenkamp op te zetten en parkeerplaatsen te creëren. De oorspronkelijke opzet van een dagrecreatieterrein met activiteiten en ondergeschikte horeca is aan het verschuiven naar vergader- en feestlocatie. De beschikbare terreinen voor de gratis dagrecreatie zijn meer dan gehalveerd. Op grond van kostenbesparingsmaatregelen is door het bestuur besloten om door te gaan op de ingeslagen weg van verpachting van de terreinen en wordt nu ook de Kinderboerderij mogelijk overgedragen aan Kameryck. Op basis van een onderzoek van een door Kameryck en het recreatieschap ingehuurd bureau Leisure Result, zijn plannen gepresenteerd waaruit blijkt dat de bestemming van de boerderij wordt gewijzigd in een horecagelegenheid. In de geplande uitbreiding wordt een pannenkoekenrestaurant gevestigd, waardoor de expositie/educatie ruimte volledig verloren gaat. De presentatie van Leisure Result in 2012 voor de gemeenteraad van Woerden, maakte duidelijk dat er is toegewerkt naar een model met overdracht van het geheel aan Kameryck. In een openbare vergadering van het Dorpsplatform begin 2013 hebben de eigenaren van Kameryck medegedeeld dat, bij onvoldoende financiële bijdragen, de Kinderboerderij hooguit een hertenweitje zal worden.
In december 2013 heeft de bevolking van Kamerik een Dorpsagenda opgesteld en zich daarbij uitgesproken voor het behoud van de Kinderboerderij met de huidige mogelijkheden. In juni 2014 zijn bij de bespreking van de Dorpsagenda in een openbare vergadering door verschillende dorpsbewoners zorgen kenbaar gemaakt over de Kinderboerderij. De vergadering heeft besloten een werkgroep in te stellen met als opdracht een alternatief plan op te stellen voor de Kinderboerderij met de inzet van plaatselijke vrijwilligers.
Als belangrijkste maatschappelijke functie wordt door de Vereniging Samenwerkende Kinder Boerderijen Nederland (VSKBN) recreatie (88%) en educatie (76%) genoemd, gevolgd door de wijkfunctie.
Beleidsplan Kinderboerderij Oortjespad
Pagina 6
3. Probleemstelling De plan dat het recreatieschap heeft ten aanzien van de exploitatie van de Kinderboerderij is gebaseerd op een eenzijdig voorstel. Er is daarmee een keus gemaakt uit één. Met name het vermeende tekort aan financiële middelen heeft het keuzeproces sterk beïnvloed en heeft gezorgd voor een keuze van verpachting aan een commercieel bedrijf dat niet de intentie heeft aan de algemene opzet van een kinderboerderij invulling te willen (blijven) geven. Het recreatieschap heeft nagelaten andere mogelijkheden serieus te onderzoeken en lijkt te willen kiezen voor de enige aangereikte oplossing.
4. Planopzet Door de werkgroep is onderzoek gedaan naar ideeën van dorpsbewoners met betrekking tot de exploitatie van de Kinderboerderij op basis van de inzet van een groep vrijwilligers. Daarnaast zal worden getracht de educatiefunctie te behouden door samenwerking met andere instellingen. Tevens is onderzocht wat de werkelijke kosten van de Kinderboerderij zijn door analyse van de cijfers, interviews en prijsvergelijking met andere kinderboerderijen. Dit beleidsplan is op drie pijlers gebaseerd, de kinderboerderij, de educatie en de gratis dagrecreatie met peuterbad. Op basis hiervan zal een plan van aanpak moeten worden gemaakt.
5. Doelstelling kinderboerderij Doelstelling van een kinderboerderij is het respect, de verantwoordelijkheid en de zorgzaamheid van de kinderen voor (huis)dieren, voor de natuur en voor de samenleving te bevorderen. De Kinderboerderij tracht dit doel te bereiken door het op professionele wijze aanbieden en begeleiden van mogelijkheden aan kinderen (en hun ouders, verzorgers en begeleiders) om in hun woon- en leefomgeving op een kind- en diervriendelijke manier, spelenderwijs, in de directe omgang met en verzorging van dieren, hun kennis en ervaring te vergroten.
6. Huidige staat van de Kinderboerderij 6.1. Terrein en opstallen Het terrein van de Kinderboerderij is circa 4,5 ha groot en omvat een dierengedeelte van 2 ha met dierenverblijven, een uitzichttoren, een groenafvalopslag en 2 ha voor de Beleidsplan Kinderboerderij Oortjespad
Pagina 7
toegangsweg met aansluitend een parkeerterrein voor 180 auto’s, een boerderij met een ruime woning in het voorhuis en een expositie-/educatieruimte in de stal, een hooiberg met varkensstal, een werkplaats met kantoor en kantine, een aantal bijgebouwen voor wagenstalling, opslag en dergelijke. Aansluitend is een terrein van 0,7 ha met een lig- speelweide, een kinderbad, een toiletgebouw en een hooilandje. Daarnaast ligt een tweede weide voor recreatief gebruik van 0,7 ha met aan de straatzijde een aantal parkeerplaatsen die mede gebruikt mogen worden door Kameryck. Het geheel is voorzien van verharde dan wel halfverharde paden en omzoomd door bosschages van hakhout en diverse sloten. De onderhoudstoestand van het terrein en opstallen is merendeels redelijk tot goed te noemen.
6.2. Dieren Er is onderzocht wat er op dierengebied gepresenteerd wordt op de Kinderboerderij en op welke wijze de verzorging geschied. Door leden van de Kamerikse Pluimvee Vereniging (KPV), alsmede door agrariërs, is gekeken naar de wijze van presentatie van de dieren, de samenstelling van de diersoorten en de wijze waarop zij verzorgd worden. De huidige opzet van de Kinderboerderij laat een gebrek aan kennis en inzet zien, waarschijnlijk mede als gevolg van het vermeende financiële tekort. Zij concluderen dat de presentatiemogelijkheden op zich redelijk zijn. De samenstelling van de aanwezige dieren is niet conform de aanduidingen op de hokken. De soorten zijn in de loop der jaren dusdanig gekruist dat van een nieuwe ondersoort gesproken kan worden, de Oortjespad hoen of eend.
Ook de keuze voor de aanwezige dieren is weinig inspirerend te noemen en bijvoorbeeld de geiten zijn in aantal oververtegenwoordigd. Ten aanzien van de keuze van diersoorten merken zij op dat er qua zoogdieren beter gekozen zou kunnen worden voor dieren die in de streek voorkomen, omdat op die manier de herkenning en binding vergroot wordt. Ten aanzien van de dierverzorging constateren zij dat er overmatig gevoerd wordt, waardoor de dieren veel te zwaar zijn. Buiten de extra kosten die dit met zich meebrengt, stellen zij dat de kosten van de dierverzorging door de dierenarts en de ingehuurde dierverzorgers een direct gevolg zijn van overvoeding. Zoogdieren horen bijvoorbeeld zonder hulp te kunnen bevallen.
Beleidsplan Kinderboerderij Oortjespad
Pagina 8
6.3.
Speelweiden en peuterbad
De speelweiden naast de Kinderboerderij zijn in grote lijnen de afgelopen decennia hetzelfde gebleven, zij voorzien in de behoefte voor jong en oud om te spelen, te zitten of te liggen. Voorwaarde is dat er regelmatig kort gemaaid wordt en de afwatering in orde blijft.
Sinds jaar en dag worden de speelweiden in het voorjaar gebruikt om de tent of vouwwagen na de winter op te zetten om te luchten en te controleren of alles in orde is. Er is dus sprake van een multifunctioneel gebruik door de bezoekers. Het gebruik door Kameryck kan strijdig zijn met de doelstelling van de ligweiden en moet daarom niet meer dan incidenteel zijn. Voor het gebruik zou dan normaal huur moeten worden betaald, hetgeen ook geldt voor de dubbele parkeerstrook bij deze weide. De daarbij verwijderde picknicktafel ligt al jaren als oud vuil in het hakhout.
Er is onvoldoende gelegenheid gecreëerd om te picknicken, het plaatsen van een tiental picknicktafels zou in de behoefte van de bezoekers kunnen voorzien. Het aantal speeltoestellen is tot het uiterste beperkt en zou best wat beter ingevuld mogen worden. Het peuterbad voorziet in een grote behoefte bij de bezoekers, kinderen maken veelvuldig gebruik van het bad en er is door de plaatsing van een hek rondom op een goede wijze voorzien in een bescherming voor baldadigheid van buitenaf en het weglopen van kleine kinderen in een onbewaakt ogenblik. Voorwaarden voor het gebruik zijn, de dagelijkse verversing van het water gecombineerd met een goede reiniging, geregeld toezicht op onregelmatige tijdstippen en een gedegen onderhoud van het bad en de omringende bestrating inclusief het hekwerk. Het speelhuisje heeft daar weinig tot geen toegevoegde waarde en zou misschien beter op een andere plek gezet kunnen worden.
Voor de hygiëne is het van groot belang dat de wc’s tenminste iedere dag en op drukke dagen meerdere keren per dag worden gereinigd. Hierbij zou veel duidelijker en ook uitnodigender gewezen kunnen worden op de wc’s en de noodzaak om die te gebruiken; dat vereist dus schone wc’s.
7. Educatie Oortjespad heeft in het begin geen structurele educatieve projecten gehad. In de loop der tijd kwam daar een verschuiving in doordat er toch jaarlijks een subsidie werd aangevraagd
Beleidsplan Kinderboerderij Oortjespad
Pagina 9
voor een scholenproject. Dit project was vooral voor de groepen 7 en 8 en gebeurde in de maanden dat het bezoekerscentrum voor publiek gesloten was. Rond 1985 kwam er een verandering in de educatieve rol van Oortjespad, er werd door het recreatieschap besloten om de educatieve rol structureel in de begroting op te nemen. Er kwam een uitbreiding van aanbod. Niet alleen groep 7-8 kon er gebruik van maken, ook voor groep 5-6 kwam er aanbod. Wegens personele omstandigheden bleek er een terugval op te treden in de educatieactiviteiten op Oortjespad. Daarom werd er in 1997 een nieuwe educatieve medewerker door het recreatieschap aangesteld, om de educatieve kant te continueren.
In de loop der jaren zijn er
aanpassingen gedaan in het aanbod voor de scholen, ook het bezoekerscentrum onderging een metamorfose. Dit leidde tot nog grotere belangstelling van scholen om bij Oortjespad de educatieve programma’s te komen volgen. Het aanbod was inmiddels aangepast op groep 1-2 tot groep 78. Er werd zelfs rekening gehouden dat groep 1-2 om het jaar kwam. Door uitbreiding van aanbod konden de kleuters nu elk jaar een programma volgen. Dit leidde tot nog grotere belangstelling van scholen om bij Oortjespad de educatieve programma’s te komen volgen. Het aanbod was inmiddels aangepast op groep 1-2 tot groep 7-8. Er werd zelfs rekening gehouden dat groep 1-2 om het jaar kwam. Door uitbreiding van aanbod konden de kleuters nu elk jaar een programma volgen (zie onderstaande grafieken).
Beleidsplan Kinderboerderij Oortjespad
Pagina 10
Belangstelling Educatie Oortjespad (per kalenderjaar) (Noot: aantal deelnemers = aantal groepen) Totaal 250 200 150
Aantal aanmeldingen
100
Aantal deelnemers
50
14 -2 0
12 20
13
-2 0
10 20
11
-2 0
08 20
09
-2 0
06 20
07
-2 0
04 20
05
-2 0
02 20
03
-2 0
00 20
01
-2 0 99
19
19
97
-1 9
98
0
Kl Kleuters (groep 1/2)
120 100 80
Aantal aanmeldingen kleuterprogramma per jaar
60
Aantal deelnemers kleuterprogramma per jaar
40 20 0 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014
Scholenproject (groep 5/6)
90 80 70 60 50 40 30 20 10 0 19971998
Aantal aanmeldingen per jaar Aantal deelnemers per jaar
20012002
20052006
20092010
Beleidsplan Kinderboerderij Oortjespad
20132014
Pagina 11
Door de educatief medewerker werden leskisten ontwikkeld die nog altijd worden gebruikt. Zij werden bijgehouden, in tegenstelling tot de leskist die indertijd door de NME werd geleverd. Deze laatste is ook in al die jaren slechts een keer uitgeleend. Educatie is een vak, dat bewijst ook deze ervaring. Het besluit om de educatieve kant bij Oortjespad te stoppen, is betreurenswaardig. Vanuit het niets beslist men een goed opgezet educatief aanbod te stoppen. Hiermee wordt tevens de sterke profilering van een laagdrempelige kinderboerderij, niet-commercieel uitje en uithangbord voor Kamerik weggenomen.
Daarnaast hebben zowel de educatieve kant van
Oortjespad, als het niet commerciële karakter een aantrekkingskracht voor jong en oud om een bezoekje te brengen. Nergens in de wijde omgeving is er een mogelijkheid om gratis te genieten van de rust en ruimte van het Groene Hart en tevens een gelegenheid geboden wordt om jong en oud eens iets anders te laten beleven. Hoe fijn is het dat Kamerik een mogelijkheid kan bieden om een heel leuke dag te hebben, ook voor het helaas nog groeiend aantal gezinnen die het niet breed hebben. Voor scholen is het een aderlating. Het feit dat er nog steeds kinderen zijn die denken dat melk alleen uit de supermarkt komt, nog nooit van hun leven een kip een ei hebben zien leggen en niet weten wat het verschil is tussen een geit en een schaap, maakt dat kinderboerderijen ook een educatieve kant moeten hebben in deze maatschappij. Juist het feit dat kinderen kunnen ervaren hoe de praktijk is, maakt dat het leerproces vergroot wordt.
Het recreatieschap en haar bestuurders met een getrapte verantwoordelijkheid jegens hun inwoners hebben de plicht te kijken naar alternatieve mogelijkheden. Juist zij als volksvertegenwoordigers zouden moeten spreken met alle betrokken partijen en dat brengt ons bij de vraag; Wie zijn er gehoord? De scholen in ieder geval niet. De werkgroep wil gaarne verwijzen naar de eigen woorden van het recreatieschap in het rapport van maart 2010 (Toekomst Oortjespad): De aanwezige recreatieve voorzieningen voorzien in een grote behoefte. Dat geldt ook voor het educatieve deel van het Oortjespad. De kinderboerderij en het scholenproject horen als een twee-eenheid bij elkaar. Het scholenproject is een succes door de combinatie met de kinderboerderij. Ook het feit dat er een ontvangstruimte is om klassen te ontvangen, draagt hier aan bij.
Beleidsplan Kinderboerderij Oortjespad
Pagina 12
8. Reacties van bezoekers In de afgelopen tijd is er door werkgroepleden en verschillende betrokken bewoners op willekeurige momenten aan bezoekers de vraag gesteld of zij wisten wat er met de Kinderboerderij ging gebeuren. Met nadruk stellen wij hier dat het om een niet representatieve steekproef gaat, al was het maar omdat ons daar de middelen toe ontbreken. Algemeen reactie was; tja, “bezuinigen hè”, om vervolgens te constateren dat het eigenlijk belachelijk was, we betalen immers allemaal een bedrag via de gemeente. Velen gaven aan vaak naar het Oortjespad te komen om naar de dieren te kijken, als rustpunt voor een fietstochtje met de kinderen, een speurtocht te doen (educatiecentrum), of om de dag door te brengen bij het kinderbad en tussendoor de Kinderboerderij te bezoeken. Het ongeloof over de werkelijke noodzaak was vrij algemeen te herkennen en de mededeling dat er mogelijk een eind aan de gratis voorzieningen zou komen, leidde tot de reactie dat men dan minder of helemaal niet meer zou komen.
9. Financiële vraagtekens Sinds het vertrek van de laatste beheerder is de gang van zaken rond de Kinderboerderij veranderd. Was er voorheen sprak van verzorging door het beheerdersechtpaar met een sporadisch beroep op de veearts, thans blijkt een regelmatig bezoek niet alleen van de dierenarts, maar ook een dagelijkse inhuur van een professionele dierverzorger plaats te vinden. De kosten die hiermee gepaard gaan zijn aanzienlijk en zouden bij goed beheer volledig wegvallen. De verhuur van het woonhuis van de boerderij is gestaakt en de huidige bewoonster zit als kraakwacht en betaalt geen huur.
De buitenploeg voor de groenvoorziening is aangevuld met een aantal medewerkers van Reinaerde, maar heeft effectief nauwelijks profijt van deze mensen. Zij hebben de handen vol aan de begeleiding en komen daardoor minder aan het eigen werk toe. Uitgaande van het gebied dat zij onder beheer hebben, werd door een betrokkene gesteld dat het dweilen met de kraan open is. Op het Oortjespad is de werkplaats de basis voor de groenvoorziening in de omringende gebieden en van hieruit wordt het onderhoud gepleegd en de afvalstroom verzameld. De kosten van deze beheersactiviteiten drukken op het Oortjespad en vertroebelen daarmee het beeld. Het onderhoud dat aan het door Kameryck gepachte gebied wordt voorzover dat zichtbaar is nog steeds door het recreatieschap gedaan, inclusief het onderhoud aan de steigers. Waar Beleidsplan Kinderboerderij Oortjespad
Pagina 13
deze kosten op drukken is niet bekend, maar het is niet onwaarschijnlijk dat zij geheel of gedeeltelijk op het Oortjespad worden toebedeeld.
Het is niet duidelijk hoeveel de administratieve medewerkers op kantoor feitelijk voor de Kinderboerderij doen en daarmee is ook het deel aan overheadkosten dat aan het Oortjespad wordt toegerekend niet te controleren. Er bestaat er ook nog onduidelijkheid over de kosten van de educatie, zeker nu de educatief medewerker niet meer actief is op het Oortjespad, maar nog wel in dienst is bij het recreatieschap. Ook moet vermeld worden dat de huidige beheerdster heeft medegedeeld dat zij niet met vrijwilligers wil werken, een reden werd door haar niet gegeven.
Uit de jaarstukken van 2012 is niet direct een helder beeld van de Kinderboerderij te krijgen, daarom is er een overzicht gedestilleerd waaruit de opgevoerde kosten en baten wel duidelijk zijn. De Kinderboerderij blijkt bijna 4,5 ton op jaarbasis te kosten, waarvan ruim 2,6 ton personeelslasten. Alleen al dit gegeven heeft bij de werkgroep veel vragen opgeroepen, immers het recreatieschap heeft het zelf steeds over 3 ton aan kosten en er zijn slechts 2 medewerkers die op de boerderij/educatiecentrum werken. Zoals hierboven al aangegeven roepen de cijfers meer vraagtekens op dan dat zij een helder beeld geven. De werkgroep kan zich daarom niet aan de indruk onttrekken dat er bij de organisatie onvoldoende inzicht is over de werkelijke kosten van de Kinderboerderij en dat er gebruik wordt gemaakt van de vergaarbakmethode.
Beleidsplan Kinderboerderij Oortjespad
Pagina 14
10. Hoe nu verder De werkgroep is om tot een conclusie te komen inzake het voortbestaan van de Kinderboerderij ook te rade gegaan bij kinderboerderijen in de omgeving. Uit de gevoerde gesprekken met de bestuurders bleek dat het enthousiasme uit de bevolking leidt tot een voortbestaan van de kinderboerderij, omdat die gedragen wordt door diezelfde bevolking. De stichtingsbesturen en de overige vrijwilligers blijken zich overal vrij gemakkelijk ter beschikking te stellen. De ervaringen van de VSKBN, welke ondermeer ook in de in de bijlagen aangegeven brochure zijn verwoord, wijzen in de richting van een succesvolle verzelfstandiging van kinderboerderijen als deze gedragen wordt door de bevolking en de gemeente.
Op basis van ons onderzoek en de gesprekken is de werkgroep er van overtuigd dat de toekomst van de Kinderboerderij Oortjespad het beste gewaarborgd kan worden als er een stichting van wordt gemaakt. Met de diverse partijen (RSG, gemeente Woerden, ODRU, NME, IVN Dorpsplatform Kamerik en Kameryck) zal het gesprek worden aangegaan en getracht worden de beste propositie ten aanzien van de Kinderboerderij te kunnen kiezen: een gratis dagrecreatieve voorziening met een goed functionerende kinderboerderij en een onverkorte educatieve opvang.
11.
Vrijwilligers
11.1 Werken met vrijwilligers in het algemeen Vrijwilligerswerk is één van de mogelijkheden voor vrijetijdsbesteding. Hierdoor is het vinden en binden van vrijwilligers steeds moeilijker geworden. Mensen hebben minder tijd dan vroeger en zijn daardoor kritischer ten aanzien van hoe zij deze tijd gebruiken. De vrijwilliger heeft een duidelijk beeld over wat hij/zij komt halen door het doen van vrijwilligerswerk. De ene vrijwilliger is op zoek naar uitdaging en spanning, terwijl de ander juist rust en regelmaat in het vrijwilligerswerk zoekt.
Organisaties moeten zich meer bewust zijn van wat ze vragen van vrijwilligers dan van hetgeen zij te bieden hebben aan vrijwilligers. Kijkend naar wat organisaties te bieden hebben kunnen we drie factoren onderscheiden.
Beleidsplan Kinderboerderij Oortjespad
Pagina 15
•
De organisatie zelf en het doel: hoe aantrekkelijk is het soort organisatie en het ideaal wat ze vertegenwoordigt.
•
De inhoud van het werk: welke activiteiten mogen de vrijwilligers uitvoeren en op welke motieven van vrijwilligers spelen die in.
•
De werkomgeving: sociale contacten, sfeer, middelen, opleiding, enz.
Organisaties kunnen verschillende motieven hebben om met vrijwilligers te werken. Enkele veel voorkomende motieven zijn: •
Kostenbesparing: met vrijwilligers kun je meer activiteiten uitvoeren. Of, met vrijwilligers kun je dezelfde activiteiten doen voor minder geld.
•
Draagvlak en legitimatie: vrijwilligers zorgen voor draagvlak in de omgeving of samenleving en daarmee voor legitimatie van de organisatie.
•
Gelijkwaardige relatie: de relatie tussen vrijwilligers en 'klanten' is gelijkwaardiger waardoor er minder afstand ontstaat.
•
Informatie: werken met vrijwilligers zorgt voor meer verbindingen met de buitenwereld, waardoor de mogelijkheid bestaat om meer informatie uit de omgeving op te vangen.
•
Kwaliteit: met vrijwilligers is er meer tijd voor klanten, waardoor ze meer aandacht krijgen. Dat verbetert de kwaliteit van het werk.
Wanneer een organisatie alleen met vrijwilligers werkt vanuit het motief van kostenbesparing, dan levert dat een negatieve motivatie voor vrijwilligers op. Je motiveert vrijwilligers niet door hen te vertellen dat ze nodig zijn uit economische motieven.
Werken met vrijwilligers is ervoor zorgen dat de vrijwilligers willen blijven. Wanneer willen vrijwilligers blijven? Als ze werk doen, wat naar hun gevoel zinnig is en wat bij hun past, als ze sociale contacten hebben waar ze wat aan hebben, als ze bij een organisatie actief zijn, die naar hun gevoel zinnig werk doet. Kortom, als ze gemotiveerd zijn en blijven. Werken met vrijwilligers is daarom management van motivatie: het doelbewust inspelen op de motieven van de vrijwilligers, hen gemotiveerd houden en hen dankzij die motivatie laten werken aan het bereiken van de doelen van de organisatie.
11.2. Vrijwilligers voor de Kinderboerderij Uitgaande van een concept met vrijwilligers voor de Kinderboerderij is het de vraag of dit haalbaar is. Er moet sprake van continuïteit zijn en op basis van de bovenstaande Beleidsplan Kinderboerderij Oortjespad
Pagina 16
informatie, moet er ook sprake zijn van een zekere deskundigheid, wil om kennis over te dragen (ook als je iets voor de honderdste keer verteld) en een bereidheid om blijvend het werk te doen. In Kamerik is een eerste groep gevonden; door de leden van de KPV wordt aangeboden de dieren en dierverzorging over te nemen. Zij zullen zorgdragen voor raszuiver pluimvee en in samenspraak met agrariërs en hobbyisten zorgdragen voor de aanwezigheid van kindvriendelijke zoogdieren. Alle dieren zijn eigendom van de vrijwilligers en zij dragen de kosten van verzorging, dus voeding en gezondheidszorg. Daarnaast zullen zij de hokken onderhouden, zorgen voor informatieborden en medewerking verlenen bij de publieksinformatie. Omdat het hier om serieuze hobbyisten gaat in verenigingsverband is er sprake van een langlopend aanbod van vrijwilligers met voldoende deskundigheid en een drive om “hun buitenhokken” te vullen en goed te verzorgen. Zij maken reclame voor hun hobby en werven ongetwijfeld daardoor nieuwe leden en zorgen daarmee voor continuïteit.
12.
Uitwerking beleidsplan
De werkgroep wil een definitief plan opstellen aan de hand waarvan, op basis van cijfers en toezeggingen van betrokkenen, vrijwilligers, gemeente en het recreatieschap, tot de oprichting van de Stichting Kinderboerderij Oortjespad, een stichting zonder winstoogmerk, kan worden besloten. De werkgroep is ervan overtuigd dat de exploitatie van de Kinderboerderij met kinderbad en speelweiden, inclusief een beheerdersechtpaar in de boerderij en een eenvoudige horecavoorziening, zoals die er voorheen was, levensvatbaar zal zijn. Dit heeft bovendien het voordeel dat er weer 24-uurs toezicht is op het gebied, het gebrek aan toezicht leidt thans tot nachtelijk bezoek van jongeren en vernielingen zijn daarin de volgende stap. Omdat juist het deel Kinderboerderij door vrijwilligers wordt beheerd, is het resterende terrein voor dagrecreatie een typisch recreatieschap gerelateerde zaak, hetgeen de voorgestelde werkgeversverhouding met het beheerdersechtpaar rechtvaardigt.
Het behoud van de educatieve ruimte is een voorwaarde om de plannen rond educatie verder uit te kunnen werken en bovendien de dagrecreanten blijvend voorlichting te kunnen bieden. Daarnaast denkt de werkgroep dat er mogelijkheden zijn om aansluiting te zoeken bij het praktijkonderwijs door stageplekken aan te bieden op de Kinderboerderij.
Beleidsplan Kinderboerderij Oortjespad
Pagina 17
De Stichting voorziet als extra ontwikkelingen onder andere de aanleg van een heemtuin, het plaatsen van extra picknicktafels, het creëren van extra speelmogelijkheden en het inrichten van een kleine landwinkel met een sterke relatie naar zowel de streek als het educatieve programma.
De werkgroep gaat een onderhandeling over de verkleining van het terrein, tot de rechthoek B conform de plantekening, niet uit de weg, maar een verdere verkleining levert direct problemen op voor de levensvatbaarheid van de Kinderboerderij.
De uitwerking van de eisen die een TOP aan de plek stelt moeten een definitieve vorm krijgen en dit kan betekenen dat er wijzigingen moeten komen op de locatie; hiervoor zijn kennelijk voldoende fondsen beschikbaar.
Voorwaarden voor het plan zijn dat ten eerste het beheer van het gebied wordt overgedragen aan de Stichting en ten tweede dat met alle betrokken partijen de verplichtingen nakomen die de Stichting met hen aangaat. Dat betekent ook dat het recreatieschap bereid moet zijn om de werkelijke beheerkosten van de gebieden Oortjespad, Grutto, Reiger en de Hollandse Kade, zonder versleuteling van onder andere de overheadkosten kenbaar te maken. Op basis daarvan kan zij een inventarisatie maken van het belang van met name het sporadisch bezoek krijgende gebied Reiger versus de kosten van instandhouding en op basis daarvan al dan niet besluiten dit terrein af te stoten. De werkgroep is van mening dat vooral lokale belangen gediend moeten worden en vindt dat bijvoorbeeld voor het groenonderhoud aansluiting gezocht moet worden bij Ferm Werk. Voordeel daarvan is dat de begeleiding vanuit Ferm Werk gebeurt en geen beslag legt op de medewerkers van het recreatieschap.
Ten aanzien van de educatie kan gemeld worden dat de werkgroep uitgaat van een continuering van het programma, inclusief het gebruik van de ruimte in de Kinderboerderij. De NME gaat de leskisten verzorgen en kan ook de programma’s op het Oortjespad invullen. De kosten zullen in principe door de ODRU gedragen moeten worden en naar verluid zijn de onderhandelingen hierover praktisch afgerond. Daarnaast zou ook gebruik gemaakt kunnen worden van organisaties als IVN om een breder scala aan lesprogramma’s aan te bieden. De Stichting ziet het mede als haar taak om hierin de rol van intermediair op zich te nemen om op die manier de continuïteit te kunnen waarborgen.
Beleidsplan Kinderboerderij Oortjespad
Pagina 18
De reacties van velen, scholen maar ook particulieren, uit de diverse deelnemende gemeenten op het eerste bericht van de stopzetting, spreken wat de werkgroep betreft boekdelen.
13.
Overleg met Kameryck
De werkgroep is een gesprek met de eigenaren van Kameryck aangegaan om vast te kunnen stellen of er een mogelijkheid tot samenwerking bestaat. In principe blijkt er de bereidheid over en weer te bestaan om zaken samen op te pakken. Wel wil Kameryck vasthouden aan het plan van een pannenkoekenrestaurant en de dan te realiseren ruimte tevens gebruiken als educatieruimte. Het idee om de vrijwilligers in te schakelen zou in hun gedachte ook onder vlag van Kameryck kunnen geschieden. De werkgroep is van oordeel dat de animo onder vrijwilligers groter zal zijn bij de constructie met een stichting. Bovendien is voorwaarde m.b.t. een beheerdersechtpaar in dienst van een stichting moeilijk te realiseren met een commercieel bedrijf in de rol van pachter,
er worden daarmee te veel onzekerheden ingebouwd.
Bovendien ontbreekt de zo gewenste binding met de Kamerikse bevolking en de verplichtende verbinding met de gemeente en het recreatieschap.
14.
Slotconclusie
De werkgroep verwacht dat uitgaande van de hiervoor beschreven beheersmethode de Kinderboerderij met de door het recreatieschap begrootte bijdrage in stand gehouden kan worden. De werkgroep vraagt daarom medewerking te ontvangen van de zijde van het recreatieschap, het Dorpsplatform Kamerik, de gemeente Woerden, de provincie, de ODRU en Kameryck om van de Stichting Kinderboerderij Oortjespad een succes te kunnen maken.
Beleidsplan Kinderboerderij Oortjespad
Pagina 19
Bijlage 1 Samenvatting van het plan “een alternatief voor de exploitatie Kinderboerderij Oortjespad” (bevattende de kernpunten en de ruggengraat van het plan) •
•
Peilers van het plan: •
Behoud van de kinderboerderij (met meer variatie op het terrein)
•
Behoud van de educatie
•
Gratis dagrecreatie en peuterbad
Kernpunten van het plan: •
Beheer van de kinderboerderij/educatie en recreatie in een zelfstandige stichting (zonder winstoogmerk)
•
Terugbrengen van personeelslasten door:
•
•
•
Vrijwilligers
•
Onderbrengen taken bij personeel van Ferm Werk
Terugbrengen van onderhoudskosten door: •
Vrijwilligers
•
Stageplekken voor zowel onderhoud groen als de educatieve taak
•
Subsidies
•
Dieren onderbrengen van particulieren/verenigingen
Permanente bewoning van de boerderij met een win/win situatie voor de bewoners: •
Lage/geen woonlasten
•
Uitvoeren van beheerstaken, zoals: • Onderhoud gebouwen • Onderhoud en beheer peuterbad • Onderhoud terrein (zoals opruimen zwerfvuil)
•
Duidelijkheid in huidige lasten en opbrengsten (uitkristalliseren grootboek/begroting) •
Zoals onderhoud en beheer van gebouwen/terrein en taken
•
Uitwerking van de TOP locatie
Beleidsplan Kinderboerderij Oortjespad
Pagina 20
•
•
Ruggengraat van het plan m.b.t. de peilers en de kernpunten: •
Continuïteit van gemeenschapgeld bijdrage t.b.v. kinderboerderij/ educatie en recreatiefaciliteiten
•
Bewoning van de boerderij door een beheerders echtpaar (in vaste dienst bij voorkeur het RSG)
•
Een permanente locatie voor de educatie en TOP/opvang bezoekers/landwinkel
•
Meer variatie op het terrein en de boerderij: •
Andere dieren meer aansluitend bij boerenbedrijf
•
Meer speelmogelijkheden
•
Picknickfaciliteiten
•
Kleine landwinkel met verkoop van lokale producten
•
Heemtuin met sterk gerelateerde educatieve waarden
•
Natuurrecreatie met beperkte (kleine) horeca: ijsverkoop, koffie en thee
•
Stageplekken voor de educatieve taak
•
Verhuur van lokaliteit/terrein
•
Behoud van terrein en gebouwen in beheer
Alternatieven van de invulling •
Boerderij en opstallen onder beheer van de stichting: verhuur mogelijkheden van delen van terreinen aan Kameryck (bijv. t.b.v. pannenkoekboerderij en midgetgolf)
•
Delen van het terrein naar Kameryck met vaste afspraken (bijvoorbeeld behoud van gratis dagrecreatie op huidige speelterreinen)
•
Delen van gebouwen naar Kameryck met vaste afspraken (bijv. voor vaste plek voor educatie, opvang bezoekers en vrijwilligers, landwinkel alsmede werktuig- en andere opslag t.b.v. kinderboerderij)
•
Herschikken van terrein en gebouwen (bijv. gebouw voor educatie, opvang bezoekers en vrijwilligers , landwinkel, beperkte horeca, enz.)
•
Een combinatie van bovengenoemde mogelijkheden
Beleidsplan Kinderboerderij Oortjespad
Pagina 21
Bijlage 2 In de Provinciale Ruimtelijke Structuurvisie is de navolgende visie opgenomen
Recreatievisie De Venen Kern van de visie is dat De Venen zich wil ontwikkelen tot een volwaardige toeristischrecreatieve bestemming in het Groene Hart. Daartoe dient het toeristisch-recreatief product verder te worden ontwikkeld. Het gebied krijgt nieuwe functies, die bijdragen aan het in stand houden van het agrarisch cultuurlandschap. Ook krijgt het gebied een zonering van levendige tot meer stille recreatie. Er zijn twee hoofdambities: De ontwikkeling tot de schoonste en duurzaamste toeristische watersportbestemming van de Randstad, onder meer door de watersportmogelijkheden te vergroten en het routenetwerk voor varen te verbeteren. Het uitgroeien tot dé plek om de Hollandse polder en de ontginningsgeschiedenis te beleven. Hiertoe wordt gewerkt aan het vervolmaken van het fiets- en wandelroutenetwerk en het vergroten van de belevingsmogelijkheden. Op basis van de kwaliteiten van het gebied is een recreatiezonering opgesteld, die aansluit op de wensen van verschillende typen recreanten (stilte/natuurbeleving vs. actie/gezelligheid). Bezoekers die per auto komen worden ontvangen bij recreatieve poorten aan de randen van het gebied. De hoofdlijnen uit de gebiedsgerichte visie sluiten aan bij de Visie 2020: het beter beleefbaar maken van het groenblauwe landschap én het versterken van de routegebonden recreatie voor wandelen, fietsen en varen. De Visie 2020 past hier dan ook als ‘overkoepelend plan’ boven. Voor poorten en de TOP’s is er een aantal afwijkingen. Een poort is in de recreatievisie De Venen gedefinieerd als transferium waarvandaan bezoekers vanuit de trein of auto verdergaan met de fiets of te voet. Deze definitie wijkt daarmee af van die in de rest van de provincie en daarbuiten. De Winkelpolder bij de Vinkeveense Plassen is opgenomen als poort omdat het een goed entreepunt is tot de Vinkeveense Plassen en parkeer- en horecagelegenheid biedt. In 2012 wordt hier vooreerst een TOP gerealiseerd en we verwachten dat deze plek zich op termijn kan doorontwikkelen tot poort. TOP carpoolplaats Vinkeveen (A2) is in de Recreatievisie de Venen opgenomen als poort. In de Visie 2020 wordt gekozen voor een mogelijke TOP voor deze locatie, omdat Winkelpolder in de directe nabijheid is gelegen als poort en meer regionale functie vervult dan deze locatie.
Beleidsplan Kinderboerderij Oortjespad
Pagina 22
TOP Cattenbroekseplas bij Woerden is overgenomen als nieuwe TOP in de Visie 2020, omdat hiervoor draagvlak bestaat in het gebied. TOP Marickenland is niet opgenomen omdat de ontwikkeling van het project Marickenland door de bestuursrechter is stilgelegd.
Opvallend is dat hierin het Oortjespad ontbreekt, net zo als in de rest van de PRS.
Beleidsplan Kinderboerderij Oortjespad
Pagina 23
Bijlage 3 Brochure VSKBN zie op de website http://www.kinderboerderijen.nl/hoe-start-ik-een-kinderboerderij
Beleidsplan Kinderboerderij Oortjespad
Pagina 24