Kerntakendiscussie Soest Hoofdstuk 1 Inleiding 1.1.
Aanleiding
In de komende jaren zullen ingrijpende beslissingen over de toekomst van Soest moeten worden genomen. Diverse externe landelijke omstandigheden spelen daarin een rol. Deze omstandigheden bij elkaar maken het noodzakelijk om de vraagstukken fundamenteel te beschouwen en na gedegen en samenhangende afweging tot echte keuzes te komen. Kort samengevat gaat het om het volgende: 1.
De economische en financiële crisis en het daaruit voortvloeiende rijksbeleid noodzaken om in de komende jaren de broekriem aan te halen. De geldstromen richting gemeenten worden zeker kleiner, hoewel nog niet exact valt aan te geven hoeveel.
2.
Het (nieuwe) kabinet heeft aangekondigd dat op diverse terreinen nog meer taken aan gemeenten worden overgedragen (jeugdzorg, AWBZ, enz.) maar dat via efficiency- en andere kortingen minder geld wordt meegestuurd dan feitelijk nodig is en nu elders wordt uitgegeven. Het bestuursakkoord Rijk/VNG geeft hierover meer duidelijkheid. Op lokaal niveau zullen we bijvoorbeeld compleet nieuwe afwegingen moeten maken op gebieden als re-integratie/inburgering, sociale zaken en jeugdzorg. Bij re-integratie/inburgering zullen in de komende jaren de rijksmiddelen worden verminderd of afgebouwd en zal de gemeente moeten beslissen of en zo ja hoe dit moet worden gecompenseerd. Bij sociale zaken wordt de gemeente nog meer als nu verantwoordelijk voor mensen die aan de onderkant van de arbeidsmarkt een plek moeten kunnen vinden. Bij jeugdzorg krijgt de gemeente de centrale rol om voor het gehele veld beleid te maken en wellicht ook om alle voorzieningen en spelers op elkaar af te stemmen. En ook voor deze beide beleidsterreinen moet worden beslist hoeveel middelen eraan besteed mogen en kunnen worden.
3.
Onze ambities binnen de eigen lokale beleidsruimte, zijn voor een deel nog niet van de benodigde middelen voorzien. De begroting bevat een overzicht hiervan. Van groenbeheer tot sport en de plannen in Soesterberg.
4.
Mondiaal spelen ook ontwikkelingen die invloed moeten en zullen krijgen op ons doen en laten. De ontwikkelingen op het terrein van klimaat, energie, voedsel en milieu vragen ook lokaal om passend en dus vooral terughoudend beleid.
In het raads- en collegeprogramma is het volgende opgenomen rond een te voeren kerntakendiscussie: Gelet op de financiële verwachtingen is een discussie over de gemeentelijke taken en het daarbij behorende inkomstenniveau onvermijdelijk. Bij de discussie is niets op voorhand uitgesloten. Bij de brede afweging van taken kan het zijn dat toch andere accenten worden gelegd. Rond een discussie over taken zijn de volgende zaken van belang: -
een gedeeld beeld over de hoogte van de in te vullen financiële taakstelling en de urgentie;
-
betrokkenheid van de inwoners bij het proces;
-
de zwakkeren worden zo veel mogelijk ontzien.
KTD 1-08-2011 – versie 4.0
1
De te voeren kerntakendiscussie en de nog nader te maken afspraken over het vervolg moeten een antwoord geven op de vraag wat de gemeente Soest móet en wat de gemeente Soest wíl. Waar staan we wel en niet voor, wat willen we voor inwoners, bedrijven, instellingen, organisaties en klanten betekenen en welke taken en rollen willen we daarbij op ons nemen? Welk takenpakket hoort daarbij en hoe voeren we deze taken in de toekomst het beste, maar wel het meest doelmatig uit? De financiële en/of organisatorische consequenties van de nieuwe taak- en rolopvatting moeten in kaart worden gebracht om te zorgen dat de raad tot heldere keuzes kan komen met een takenpakket dat past bij de opdracht en schaal van de gemeente Soest en met een gezonde financiële huishouding. Oftewel het beschikbaar hebben van voldoende middelen (een sluitende begroting) voor de benoemde taken.
1.2.
Proces kerntakendiscussie tot nu toe
Op 16 september 2010 is in de raad gesproken over de door het college van B&W gepresenteerde werkwijze (aanpak) van het traject omtrent de kerntakendiscussie. Op basis van de uitkomsten van deze avond is op 20 september 2010 verder gesproken over dit onderwerp. Vanwege het feit dat enkele raadsfracties een minderheidsstandpunt hebben ingenomen is er een gespreksronde geweest met de fractievoorzitters. Op basis van de uitkomsten van deze gespreksronde is door het college van B&W op 14 oktober 2010 een brief verzonden aan de raad waarin het college heeft aangegeven dat ook als er geen financiële aanleiding zou bestaan er toch een debat over de visie op Soest nuttig en nodig zou zijn. Naar de wens van diverse fractievoorzitters heeft het college vervolgens een visie opgesteld: Visie van het college van B&W op de kerntakendiscussie. In deze visie heeft het college o.a. aangegeven dat om een brede kerntakendiscussie te kunnen voeren, het gewenst is om vooraf een aantal basisgedachten te formuleren. Aan de hand van deze basisgedachten zouden standpunten bepaald kunnen worden over het zeer diverse palet van gemeentelijke producten, diensten en voorzieningen. Wij verwijzen hiervoor naar het hierna volgende hoofdstuk 3. Tevens is een thematische voorzet voor een vast te stellen visie gedaan. Dit voorstel is op 17 maart 2011 geagendeerd door de raad. Op 17 maart heeft de raad een andere aanpak vastgesteld om te komen tot een breed gedragen visie als basis voor de kerntakendiscussie. 7 werkgroepen uit de raad zijn daarna aan de slag gegaan met de thema’s die in het visiedocument van het College stonden beschreven:
-
Veilig Soest Soest werkt (samen) Groen Soest Wonen in Soest Duurzaam Soest Sociaal Soest De gemeente Soest
De bevindingen van de raadswerkgroepen zijn met een begeleidend voorstel van de fractievoorzitters voorgelegd aan de raad. De raad heeft dit laatste stuk besproken op 12 mei 2011. Hij heeft het college van B&W als uitkomst van de beraadslagingen gevraagd om na de zomervakantie 2011 een uitwerkingsplan voor de kerntakendiscussie aan de raad voor te leggen. Bij dit uitwerkingsplan worden de uitkomsten van de bespreking van 12 mei 2011 betrokken. In het uitwerkingsplan verwacht de raad per thema de samenvattende conclusies en de te verrichten activiteiten (onderzoeken, maatschappelijke consultaties, enzovoort) aan te treffen.
KTD 1-08-2011 – versie 4.0
2
Hoofdstuk 2 Kern van de vervolgaanpak Achtergrond In de afgelopen maanden is door de verschillende bestuurlijke gremia al veel gesproken over nut en noodzaak van een te voeren kerntakendiscussie. Er is een aantal behoorlijk grote verschillen in inhoud en aanpak gebleken. Het volgende beeld kan op basis hiervan worden geschetst. Er wordt verschillend gedacht over wat de aanleiding precies is en hoe urgent die is en er zijn verschillende variaties aan opvattingen in beeld gekomen. De volgende opvattingen zijn globaal te onderscheiden: -
Er is behoefte aan een periodieke herijking van het (bestaande) beleid.
-
Er bestaat de wens om tot een betere inkadering van het beleid in visiedocumenten te komen.
-
Er zijn verschillende ideeën over diepte en termijn waarop de nieuwe beleidsdoelstellingen zich moeten richten.
De oorsprong hiervan is allereerst terug te vinden in de noodzaak om te anticiperen op de dreigende tekorten. Wij moeten ons als gemeente Soest echter ook voorbereiden op de komende decentralisaties vanuit het Rijk. Daarnaast speelt de wens om een andere balans van taken en verantwoordelijkheden tussen samenleving en overheid te realiseren een rol. Samenvattend tekenen zich twee grote lijnen tegen de achtergrond van deze verschillende aanleidingen en gedachten af: -
De ene lijn geeft een actuele vertaling van de soort gemeente die Soest nu al is (mede gegeven de bestaande politieke verhoudingen) en is opgehangen aan de bestaande gegevens van het raadsprogramma of gemaakt in de breedte van het partijpolitieke landschap. De aanhangers van deze lijn dringen aan op snelheid en concreetheid.
-
Een andere lijn gaat uit van een nog te ontwikkelen gemeentebrede visie op de gemeente die Soest over 20 jaar zou moeten zijn, met daarvan afgeleid een concrete invulling van beleid, maatregelen en de weg die moet worden afgelegd om die gemeente te realiseren. Deze lijn zou dus meer tijd vergen.
Ter invulling van de raadsopdracht hebben wij dit alles voor onszelf nogmaals op een rij gezet en afgewogen. Wij zijn bij nader inzien van mening dat we zouden moeten afstappen van de gedachte dat de kerntakendiscussie een integraal en samenhangend proces moet zijn dat zich in een redelijk korte tijd met deelname van alle interne en externe betrokkenen afspeelt en tot een compleet pakket aan acties en maatregelen leidt. Zoveel mogelijk rekening houdend met de diverse opvattingen die in de raad leven stellen wij nu een tweesporenbenadering voor. In dit hoofdstuk wordt verder uiteengezet hoe de twee sporen eruit gaan zien. Voor de uitwerking in tijd en qua proces zal ook een spoorboekje worden gemaakt. De twee sporen Er komt een spoor dat gericht is op “ombuigen”. Het doel hiervan is om op korte termijn te komen met concrete voorstellen. De begroting 2012 moet daarmee sluitend worden gemaakt. Dit spoor zal zoveel mogelijk via de bestaande bestuurlijke (interne) processen lopen en dus nog zonder brede maatschappelijke bespreking. Maatschappelijke bespreking en de mate van participatie door de samenleving vindt op een later moment in het proces plaats, het participatieproces wordt in het spoorboekje verder uitgewerkt, waarbij per proces wordt maatwerk toegepast. In hoofdstuk 4 wordt het spoor “ombuigingen” verder uiteengezet. Een tweede spoor wordt gericht op “visievorming”. Het doel is om op basis van de in hoofdstuk 5 genoemde beleidsterreinen in bestaande of op te stellen notities een duidelijke visie uiteen te zetten hoe wij binnen Soest tegen het onderdeel aankijken, hoe wij er mee om willen gaan en welke keuzes er in te maken zijn. In hoofdstuk 5 wordt dit spoor verder toegelicht.
KTD 1-08-2011 – versie 4.0
3
Hoofdstuk 3 Algemene uitgangspunten De algemene uitgangspunten die voor de eerdere besprekingen zijn opgesteld kunnen worden meegenomen naar de volgende fase van de kerntakendiscussie. In de brief van de fractievoorzitters d.d. 29 april jl. ter begeleiding van de 7 rapportages van de raadswerkgroepen zijn de volgende algemeen geldende punten genoemd. 1.
Het aantal inwoners in de kern Soest blijft op het huidige peil. Het aantal inwoners in Soesterberg zal door de uitbreiding stijgen naar ca. 9.500. Beleid bij het thema Bouwen en Wonen dient erop gericht te zijn dit te kunnen realiseren.
2.
Bij de afweging en discussie over kerntaken hechten wij groot belang aan de eigen verantwoordelijkheid van de inwoners en de samenleving. Op basis van de huidige invulling van taken door de gemeente is het denkbaar dat er verschuiving plaatsvindt naar inwoners en samenleving.
3.
De gemeente Soest blijft zorg verlenen aan het niet zelfredzame deel van de samenleving. De zwakkeren zullen zoveel mogelijk worden ontzien bij de uitkomsten van de kerntakendiscussie.
4.
Inwoners of bedrijven die profijt hebben van een voorziening of dienst dienen naar redelijkheid bij te dragen in de kosten daarvan.
5.
Het samen met andere gemeenten uitvoeren van taken kan belangrijk zijn uit oogpunt van efficiency en continuïteit. Wel verwachten we van een samenwerking dat het een duidelijk toegevoegde waarde heeft voor Soest en dat onze rol van afnemer van diensten goed geborgd wordt.
In de eerder door ons opgestelde voorzet voor een visiediscussie zijn ook enkele uitgangspunten benoemd. Voor een deel komen deze overeen met de punten van de fractievoorzitters. Voor de goede orde nemen wij ons zevental hier over. 1.
Eigen verantwoordelijkheid en zelfredzaamheid van inwoners staan voorop.
2.
Gemeentelijke bemoeienis moet een aantoonbaar gemeentelijk belang dienen.
3.
Zorg voor degenen die niet of onvoldoende in staat zijn om zelfredzaam te zijn.
4.
Toepassing van het profijtbeginsel: van inwoners die specifiek profijt hebben van een gemeentelijke voorziening kan naar redelijkheid en billijkheid een bijdrage worden gevraagd.
5.
Gemeentelijke diensten en voorzieningen worden - als uitgangspunt - aangeboden op basisniveau; afwijkingen in kwaliteit dienen expliciet te worden gemotiveerd.
6.
Gemeentelijke diensten en voorzieningen moeten op een efficiënte wijze tot stand worden gebracht. De uitvoering door en/of in samenwerking met derden kan daaraan een bijdrage leveren.
7.
Gemeentelijke diensten en voorzieningen worden op duurzame wijze tot stand gebracht en dragen zo veel mogelijk bij tot een duurzame ontwikkeling.
KTD 1-08-2011 – versie 4.0
4
Hoofdstuk 4 Begrotingsvoorbereiding 2012(-2015) Inleiding In de afgelopen maanden is hard gewerkt aan het opstellen van de begroting 2012-2015. In de eerste helft van september vinden de begrotingsbespreking plaats in ons college. Vooruitlopend hierop willen u nu reeds in hoofdlijnen informeren over de gevolgde aanpak en een tussenbalans aan u presenteren. De begrotingsvoorbereiding heeft zich gericht op de volgende speerpunten: -
Herijking begrotingsramingen nieuw beleid
-
Nieuwe beleidsvoornemens 2012 / opvolging kadernota en –brief
-
Sluitend maken van de jaarschijf 2012
Herijking begrotingsramingen nieuw beleid Om te bepalen hoe we er financieel precies voorstaan en welke maatregelen nodig zijn om tot een sluitende begroting 2012 te komen en een gezonde financiële huishouding op termijn te bereiken, is het naar ons oordeel nodig op een andere wijze naar het begrotingssaldo te kijken. In dit saldo is – zoals bekend – een jaarlijkse, culminerende stelpost nieuw beleid van € 172.000 begrepen. In het laatste jaar van de vierjarige begrotingscyclus is € 688.000 beschikbaar. En omdat het nieuw beleid voor 2011 slechts voor één jaar is ingevuld, komt daar nog eens € 172.000 bovenop; in totaal is de ruimte in het laatste begrotingsjaar dus € 860.000. Aan deze werkwijze kleeft naar onze mening een aantal nadelen. Het belangrijkste bezwaar is gelegen in het risico dat het vooraf opnemen van een stelpost nieuw beleid een zuivere afweging volgens het principe ‘nieuw voor oud’ kan verstoren. Dit klemt te meer in een situatie van bezuinigen. Het is moeilijk uit te leggen dat er enerzijds pijnlijke bezuinigingen moeten worden doorgevoerd, terwijl er anderzijds geen zicht is op hoe de ruimte voor nieuw beleid zal worden benut. Uit een oogpunt van transparantie en het belang van zuiver afwegen willen we u in de begroting voorstellen om de stelposten nieuw beleid uit de begroting te schrappen. Acties voortvloeiend uit de kadernota en –brief In de kaderbrief van de fractievoorzitters wordt er sterk op aangedrongen om de nieuwe beleidsvoornemens voor 2012 zoals opgenomen in de kadernota, goed en zo nodig aanvullend te onderbouwen. Wij hebben hier goede nota van genomen en geven hieraan uiteraard gevolg in de begroting. Wel stellen we u voor om de aanvankelijk alleen voor 2011 geraamde budgetten nieuw beleid – voor zover naar ons oordeel noodzakelijk – structureel in de begroting op te nemen. Het gaat om de volgende zaken: Voortzetting incidenteel beleid 2011 Uit kadernota + kaderbrief fractievoorzitters: - programma 1: veiligheid (2011: € 70.000)
-30
- programma 4: dierenwelzijn
-5
- programma 8: sport- en cultuurfonds
-32,5
- programma 9: communicatie - en participatiebudget (2011: € 40.000)
-20
- programma 9: gebiedsgericht werken
-20 subtotaal
KTD 1-08-2011 – versie 4.0
-108
5
Zoals al in de kadernota is aangekondigd, zullen we in de begroting bovendien enkele nieuwe voorstellen overleggen. Dit resulteert in het volgende overzicht: Nieuwe voorstellen Uit kadernota + kaderbrief fractievoorzitters: a. Aanpak knelpunten wegbeheer
-500
b. Tweede deel Van Weedestraat
-690
c. Onderzoek duurzame energie: budget reeds in 2011 gevoteerd d. Nota Dierenwelzijn
p.m.
e. Uitstel taakstelling muziekschool; geen uitstel f. Tussentijdse sociaal-culturele voorzieningen Soesterberg
p.m.
aanvullend op kadernota en -brief: g. Bedrijvenmanagementorganisatie (BMO): verstrekken bijdrage
-10
h. Verbeteren dienstverlening: instellen telefonisch informatiepunt
-90 subtotaal
-1.290
Ten opzichte van de kadernota en –brief zijn er twee voornemens bij gekomen. In eerste plaats betreft dit een voorstel gericht op het verbeteren van de externe dienstverlening, dé kerntaak van onze gemeente Het voorstel behelst het inrichten van een telefonisch informatiepunt. Daarnaast zijn wij voornemens een voorstel te doen om de bedrijvenmanagementorganisatie (BM0) een jaarlijkse bijdrage te (blijven) verstrekken. Met uitzondering van de bijdragen voor de BMO en dierenwelzijn gaat het om incidentele budgetten. In de begroting stellen wij voor om deze bedragen te dekken uit de algemene reserve. Deze biedt hiervoor dankzij het rekeningsoverschot van 2010 van € 2,6 miljoen voldoende ruimte. Sluitend maken van de jaarschijf 2012 Conform de uitgangspunten zoals vastgesteld bij de behandeling van de kaderbrief zullen wij u een sluitende begroting 2012 aanbieden. We hebben hierbij voor de volgende aanpak gekozen. Alle afdelingen hebben hun beïnvloedbare budgetten zodanig ontsloten dat we als college verantwoorde keuzes hebben kunnen maken. Bij onze keuze hebben we ons laten leiden door het uitgangspunt dat keuzes in het ombuigingsspoor niet mag leiden tot ongewenst voorsorteren op het visiespoor. Op deze wijze zijn we erin geslaagd om een bedrag van circa € 300.000 structureel om te buigen. Risico’s en ontwikkelingen Hoewel we u een sluitende begroting 2012 kunnen aanbieden, merken we wel op dat enkele risico’s met financiële consequenties niet financieel zijn vertaald in de begroting. Concreet denken we aan ontwikkelingen als het bestuursakkoord Rijk - gemeenten, Gemeentefonds, sociale zekerheid (waaronder met name de kosten van schuldhulpverlening), aanbesteding zwembad, muziekschool, accommodaties Soesterberg, opbrengsten bouwleges. Om dergelijk ontwikkelingen het hoofd te bieden, achten wij het gewenst om hiervoor een buffer in de begroting te ramen.
KTD 1-08-2011 – versie 4.0
6
Hoofdstuk 5 Beleidsnota’s /visie trajecten Zoals in hoofdstuk 2 is aangegeven bestaat het spoor “visievorming” niet meer uit één samenhangend pakket dat in één keer wordt gemaakt en in één keer wordt besproken. Het onderdeel visievorming kan beter worden verdeeld over de afzonderlijke beleidsterreinen en in de diverse begrotingsprogramma’s worden ondergebracht en in de tijd worden uitgezet. De totale materie wordt daardoor beter beheersbaar en overleg en afwegingen kunnen per onderdeel beter tot hun recht komen. Het gaat er in dit tweede spoor dus om dat de politieke visies vertaald zijn in de verschillende gebieden, zodat daarmee de basis ontstaat waarop keuzes gemaakt kunnen worden binnen de diverse beleidsterreinen. In dit spoor wordt ook participatie gevraagd van actoren en partners uit het maatschappelijke veld. In het op te stellen spoorboekje wordt het participatie proces als maatwerk per onderdeel verder uitgewerkt. Verwerken visie in beleidsdocumenten en programma’s Wij hebben onderstaand overzicht gemaakt van onderdelen waarvoor visievorming nuttig en nodig is. Wij hebben daarbij onderscheid gemaakt tussen trajecten die al onderhanden zijn en trajecten die nog volledig moeten worden opgestart. Tevens zijn (recente) nota’s geïnventariseerd die (impliciet of expliciet) via visievorming zijn opgesteld. Bij deze nota’s moet nog wel worden getoetst of onder de huidige omstandigheden nog bijstellingen nodig zijn. Na instemming door uw raad zullen wij op de kortst mogelijke termijn een voorzet voor het te hanteren spoorboekje doen. Dit zal ter fiattering aan de begeleidingsgroep uit de raad worden voorgelegd en aan de leden van de raad worden toegezonden. Uiterlijk in de loop van 2012 moet dit proces afgerond zijn zodat een vertaling gemaakt kan worden in de begroting 2013. Deze vertaling heeft niet alleen betrekking op de financiën maar ook op de te bereiken doelstellingen en effecten van beleid (de zgn. eerste W-vraag). In het spoorboekje worden ook de momenten wanneer een en ander (ook tussentijds) wordt voorgelegd aan de raad opgenomen. Inmiddels al lopende visietrajecten: -
Waterbeleid (incl. riolering)
-
Wonen met welzijn en zorg.
-
Recreatie en toerisme
-
Landelijk gebied
-
Duurzaamheid
-
Accommodatieonderzoek onderwijs en welzijn (ICS).
-
LEA (waaronder IHP en OAB).
-
Communicatie en participatie (inmiddels afgerond)
-
Gebiedsgericht werken: herijking wijkgericht werken (inmiddels afgerond)
-
Sociale zekerheid (nieuwe wetgeving enz.)
-
Integraal veiligheidsbeleid
-
WMO beleidsplan
-
Sociaal culturele voorziening in Soesterberg
-
Vrijwilligersnota
-
Dierenwelzijn
KTD 1-08-2011 – versie 4.0
7
Eerder aangekondigde maar nog te starten visietrajecten: -
Openbare verlichting
-
Wegbeheer
-
Energiebeheer
-
Bomenbeleid
-
Overheveling jeugdzorg en AWBZ
Overige onderdelen/ projecten die al eerder via visievorming zijn voorbereid: -
Vliegbasis
-
Hart van de Heuvelrug
-
Masterplan Soesterberg.
Vigerende beleidsnota’s die voor herijking (ook in de vorm van visievorming) in aanmerking komen: -
Verkeer
-
Groen
-
Sport
-
Speelruimte
-
Reserves en Voorzieningen
KTD 1-08-2011 – versie 4.0
8
Hoofdstuk 6 Voorstellen Samenvattend stellen wij u voor de kerntakendiscussie als volgt voort te zetten. 1.
Als basis voor het vervolg de uitgangspunten te hanteren die in de raad van 12 mei 2011 zijn besproken.
2.
Het proces te splitsten in een spoor dat is gericht op een sluitende begroting 2012 en een spoor dat via visievorming op deelterreinen moet uitmonden in geheel geactualiseerde meerjarenbegroting 2013 en volgende jaren.
3.
Het in hoofdstuk 4 genoemde verwerken bij de reguliere begrotingsbehandeling voor het jaar 2012 en volgende in oktober a.s.
4.
De in hoofdstuk 5 vermelde beleidsterreinen/onderwerpen te gebruiken voor de te vervolgen of te starten visietrajecten en ons college op te dragen om korte termijn voor deze afzonderlijke trajecten een spoorboekje op te stellen en dat ter instemming voor te leggen aan de begeleidingscommissie voor de kerntakendiscussie uit de raad.
Soest, 30 augustus 2011 Burgemeester en wethouders.
KTD 1-08-2011 – versie 4.0
9