Geboortecentrum
Keizersnede Algemene informatie en leefregels Inhoud
Inleiding Redenen voor een keizersnede Voorbereiding op een keizersnede Voor de operatie De plaatselijke verdoving (regionale anesthesie) Algehele anesthesie (narcose) De keizersnede De baby De moeder Borstvoeding Bezoek Complicaties Leefregels na een keizersnede Weer thuis Vragen
1
Inleiding Een keizersnede is een operatie onder algemene of regionale verdoving (anesthesie), waarbij de baby via een snede in de onderbuik en baarmoeder ter wereld komt.
Redenen voor een keizersnede Het kiezen voor een keizersnede, ook wel sectio caesarea genoemd, heeft te maken met de risico’s voor de moeder, het kind of beiden. Een keizersnede kan nodig zijn: als er zuurstof gebrek dreigt bij het kind; als de moederkoek (placenta) voor de baarmoedermond ligt; als er duidelijke bekkenafwijkingen zijn; bij een stuitligging, waarbij een normale geboorte niet mogelijk lijkt; bij dwarsligging; bij een uitgezakte navelstreng; of andere redenen. Er wordt gesproken over een primaire sectio caesarea als van tevoren bekend is dat een vaginale bevalling niet mogelijk is, en over secundaire sectio als pas tijdens de bevalling blijkt dat een keizersnede nodig is.
Voorbereiding op een keizersnede Bij een primaire sectio worden voor de operatie bloed en urine onderzoek gedaan. Er wordt een gesprek gepland met de poliverpleegkundige waarin zij de ingreep aan u zal uitleggen en de benodigde formulieren zal invullen. Er is dan gelegenheid voor het stellen van vragen. Ook wordt een afspraak gepland met de afdeling anesthesiologie. Hier worden ook noodzakelijke gegevens genoteerd, een klein lichamelijk onderzoek gedaan en wordt met u de wijze van verdoving (anesthesie) besproken. Voor de operatie Voor de ingreep moet u nuchter zijn. Wat dit voor u betekent kunt u lezen in de folder “Pre operatief onderzoek en anesthesie”.De concrete afspraken vindt u in de bevestigingsbrief die u voor uw opname ontvangt. U wordt opgenomen op afdeling K2 Zuid. Eén verpleegkundige begeleidt u zoveel mogelijk op de dag van de operatie. Make-up (ook nagellak op vingers en tenen), sieraden, piercings, haarspelden, gebitsprothese en contactlenzen mag u niet dragen. Neem eventueel uw reservebril mee. Een gehoortoestel mag u na overleg wel dragen. U krijgt een operatiehemd aan. Tijdens de operatie moet uw blaas leeg zijn, daarom wordt een katheter ingebracht in de blaas via de urinebuis. Een katheter is een dun slangetje waardoor de urine naar buiten wordt afgevoerd en opgevangen in een zakje. Er wordt een infuus ingebracht, vaak al op de afdeling, soms op de voorbereidingskamer bij de operatiekamer. Kort voor de operatie wordt u daar naartoe gebracht. Als u gekozen heeft voor regionale verdoving mag uw partner u begeleiden, de verpleegkundige gaat met u mee. Voor de operatie is scheren niet noodzakelijk. Wij adviseren u om op de dag van de keizersnede geen bodylotion en/of crème te gebruiken op de buik en de armen. 2
Plaatselijke verdoving (regionale anesthesie) Een keizersnede kan onder plaatselijke verdoving worden uitgevoerd. De verdoving vindt dan plaats door middel van een ruggenprik. Op deze manier kunnen een groot aantal zenuwen die in het ruggenmerg bij elkaar komen, gelijktijdig worden verdoofd. Bij spinale anesthesie spuit de anaesthesist via een dunne naald een kleine hoeveelheid verdovingsvloeistof tussen de wervels in de vloeistofruimte, die zich om de grote zenuwen heen bevindt. De spinale ruggenprik zelf doet bijna nooit pijn en duurt maar kort. Om de ruggenprik zo goed mogelijk uit te voeren is het erg belangrijk om de rug zo rond mogelijk te buigen. Vóór de ruggenprik wordt de huid plaatselijk verdoofd. Een enkele keer kunt u tijdens het prikken een pijnscheut voelen in uw benen Al heel snel is het onderlichaam tot ruim boven de navel verdoofd. In het begin voelt u een warm tintelend gevoel in uw benen. Als de prik is ingewerkt kunt u uw benen niet meer bewegen. De plaats waar de gynaecoloog de snede maakt, is volledig verdoofd. U heeft geen pijn tijdens de ingreep, maar u voelt wel dat de gynaecoloog bezig is bijvoorbeeld om de buikspieren opzij te trekken. U bent gewoon bij bewustzijn en kunt samen met uw partner de geboorte van uw kindje bewust meemaken. Afhankelijk van de omstandigheden is het mogelijk uw kind direct na de geboorte te zien. De anesthesioloog zal dit vóór de ingreep met u bespreken. Na de keizersnede blijft de gevoelloosheid nog enige tijd aanwezig. Algehele anesthesie (narcose) Bij algehele anesthesie worden de anesthesiemiddelen via het infuus ingespoten. De anesthesiemiddelen werken vrijwel direct. U wordt volledig verdoofd en valt tijdelijk in een diepe slaap; u bent onder narcose. Meteen na de ingreep wordt u weer wakker gemaakt. Daarna krijgt u via een slangetje in de neus wat extra zuurstof toegediend. Niet alle patiënten kunnen deze vorm van verdoving goed verdragen; u kunt dit bespreken met de anesthesist.
De keizersnede In de meeste gevallen kan uw partner de operatie bijwonen. Voor uzelf is een vertrouwd iemand in de buurt wel prettig. U mag een fototoestel meenemen naar de operatiekamer zodat tijdens de operatie een van de medewerkers van de operatiekamer foto’s kan maken. Video filmen is niet toegestaan. De gynaecoloog maakt meestal een horizontale snede vlak boven het schaambeen, de zogenaamde bikinisnede. Het litteken is later nauwelijks nog te zien. Het moment waarop uw baby door de gynaecoloog uit de baarmoeder wordt getild is het geboorte tijdstip. De navelstreng wordt door de arts in steriele omstandigheden doorgeknipt daarom is het niet mogelijk dat uw partner dit doet. Het hechten van de wond neemt tijd in beslag. De baarmoeder, de buikwand en de huid worden in verschillende lagen gesloten. De huid wordt meestal onderhuids gehecht met één oplosbare hechting. Na de operatie wordt u naar een speciale ruimte, de recovery room ofwel verkoeverkamer gebracht. Gespecialiseerde verpleegkundigen houden u hier voortdurend in de gaten tot u naar de afdeling gaat. Het infuus blijft tot enige tijd na de keizersnede zitten. Hierdoor kunnen indien nodig geneesmiddelen en bloedproducten worden toegediend. U mag de arm met het infuus normaal bewegen. 3
De baby Na de geboorte wordt de baby door de kinderarts onderzocht in een aparte ruimte. De kinderarts is bij een keizersnede altijd uit voorzorg aanwezig. De partner kan bij dit onderzoek aanwezig zijn. De partner kan dan eventueel nog een stuk navelstreng symbolisch doorknippen. Baby’s die met de keizersnede geboren worden hebben wel eens wat moeite met ademhalen. Soms komt dat door de anesthesie, soms is het kind in minder goede conditie. Voordat de baby de operatiekamer verlaat mag u hem /haar, indien mogelijk, nog even vasthouden. Afhankelijk van de conditie van uw baby wordt het kind in een voorverwarmde couveuse naar de kraamafdeling of couveuseafdeling gebracht. Uw partner gaat met de baby mee.
De moeder Na de operatie kunt u last hebben van pijn door de wond in de buikwand en soms door pijnlijke naweeën. De anesthesist zal hiervoor pijnstilling voorschrijven. Vanaf de operatiedag tot de dag dat u weer naar huis gaat, krijgt u dagelijks een spuitje om trombose te voorkomen. Na de keizersnede wordt regelmatig de wond, de bloeddruk, de pols, de temperatuur en de hoeveelheid bloedverlies en urine gecontroleerd. De dag na de operatie mag u uit bed, u kunt dan wat slap en duizelig zijn bij het opstaan. Ongeveer 48 uur na de operatie wordt de pleister verwijderd en mag u, als u dat lichamelijk aankunt, weer douchen. Afhankelijk van uw conditie wordt u steeds meer betrokken bij de verzorging van uw baby. Ook uw partner kan de baby mee verzorgen. De wond is meestal onderhuids gehecht. De onderhuidse oplosbare hechtingen hoeven niet verwijderd te worden. Soms is het fijn als de knoopjes aan weerszijden van de wond verwijderd worden. Af en toe worden niet oplosbare hechtingen gebruikt. Deze moeten ongeveer de zevende dag na de operatie verwijderd worden. Dit is over het algemeen niet pijnlijk. De wond is meestal na ongeveer twee weken genezen. U mag in principe de 3e (of 4e dag) na de operatie met ontslag. Thuis krijgt u nog aanvullende kraamzorg. De kraamzorg van het kraamcentrum Noord Limburg of de thuiszorg Zuid Oost Brabant wordt voor u gebeld door een verpleegkundige van de kraamafdeling. Bent u ingeschreven bij een ander kraamzorgbureau dan regelt u de kraamzorg zelf. De medische nazorg wordt gedaan door een verloskundige bij u uit de regio. Deze mag u hiervoor zelf bellen.
Borstvoeding Na een keizersnede kunt u in principe borstvoeding geven. Het is normaal dat het na een keizersnede wat langer duurt voordat de borstvoeding op gang komt. Het maakt niet uit of de keizersnede gepland was of niet, of u algehele narcose of een ruggenprik heeft gekregen. De eerste dagen moet u uw houding bij het voeden aanpassen, de verpleegkundige helpt u hierbij. Wel speelt de conditie van uw kind een rol. Als uw kind in de couveuse ligt kunt u afkolven.
Bezoek Het is nodig voor uw herstel om te rusten na een keizersnede. Daarom is bezoek alleen toegestaan tijdens bezoektijden zoals die vermeld staan op het kaartje met bezoektijden. 4
Een uitzondering wordt gemaakt voor Opa’s en Oma’s, zij mogen na de geboorte de baby komen bewonderen na overleg met de verpleegkundige. De partner is welkom van 9.00 tot 21.30 uur behalve tijdens het rustuur van 13.00 tot 14.30uur. De overige kinderen uit uw gezin mogen na overleg met de verpleging meekomen met uw partner.
Complicaties Iedere operatie brengt risico’s met zich mee, ook een keizersnede. Ernstige complicaties zijn gelukkig zeldzaam, zeker als u gezond bent. Wij noemen hieronder de meest voorkomende complicaties. Bloedarmoede Bij elke keizersnede is er bloedverlies. Bij ruim bloedverlies ontstaat er bloedarmoede. Niet zelden is na afloop een bloedtransfusie of het gebruik van ijzertabletten noodzakelijk. Bij een voorliggende moederkoek (placenta praevia) is de kans op fors bloedverlies en een bloedtransfusie groot. Blaasontsteking Een enkele keer komt na een keizersnede een blaasontsteking voor. Daarom wordt de urine in het ziekenhuis vaak gecontroleerd. Zo nodig krijgt u een antibioticum. Nabloeding in de buik Een nabloeding is een zeldzame complicatie van een keizersnede. Bij een ernstige hoge bloeddruk waarbij het bloed minder goed stolt, komt een nabloeding vaker voor. Een enkele keer is een tweede operatie noodzakelijk. Bloeduitstorting in de wond Een onderhuidse bloeduitstorting in de wond ontstaat doordat een bloedvaatje in het vet onder de huid blijft nabloeden. De kans hierop is groter als de bloedstolling bij een keizersnede afwijkend is, bijvoorbeeld bij weinig bloedplaatjes als gevolg van een ernstig verhoogde bloeddruk. Infectie Een infectie van de wond komt een enkele keer voor. De kans hierop is wat groter bij een keizersnede na een langdurige bevalling. Om een infectie te voorkomen, krijgt u vaak tijdens de operatie een antibioticum toegediend. Infectie van het baarmoederslijmvlies kan een enkele keer voorkomen. Door tijdens de lichamelijke verzorging uiterst hygiënisch te werk te gaan wordt dat voorkomen. Trombose Bij elke operatie en na elke bevalling is er een verhoogd risico op trombose. Om dit te voorkomen krijgt u bloedverdunnende middelen tot u met ontslag gaat. Een beschadiging van de blaas Een beschadiging van de blaas is een zeldzame complicatie. De kans hierop is wat groter als u al verschillende malen een keizersnede hebt ondergaan. Er kunnen dan verklevingen rond de blaas zijn. Het is goed mogelijk een blaasbeschadiging te hechten. Wel hebt u vaak langer een katheter nodig. Darmen die niet goed op gang komen (ileus) Na een keizersnede moeten de darmen weer op gang komen. In zeldzame gevallen gebeurt dit niet of te traag. Er verzamelt zich dan vocht in maag en darmen, wat leidt tot misselijkheid en braken. Een maagsonde kan dan nodig zijn om dit vocht af te 5
voeren. Pas daarna komen de darmen op gang. Ook zo snel mogelijk mobiliseren heeft een stimulerende werking op de darmfunctie. Deze complicaties komen gelukkig weinig voor.
Leefregels na een keizersnede Eenmaal thuis moet u er rekening mee houden dat er nog geruime tijd nodig is om te herstellen, u heeft immers een flinke operatie achter de rug. Na een keizersnede is er een aantal leefregels die belangrijk zijn om het genezingsproces goed te laten verlopen. Het is het belangrijk om lichamelijke activiteiten gedurende de eerste zes weken na de keizersnede te beperken. De grens van wat wel en niet kan is voor ieder verschillend. Werkzaamheden en bewegingen die (nog) pijnlijk of (erg) vermoeiend zijn, kunt u beter nog even uitstellen. Luister naar de signalen van uw lichaam.
Weer thuis Afhankelijk van de situatie thuis kan het nodig zijn extra hulp te organiseren. Verlaat u binnen 10 dagen na de geboorte van uw kindje het ziekenhuis dan heeft u nog recht op aanvullende kraamzorg thuis. De periode daarna kunt u naast uw partner ook familie of vrienden vragen te helpen. Soms is gezinshulp nodig.
Rust en activiteit
Neem elke middag rust - liefst in bed - na de middag voeding van uw baby. Zorg voor voldoende nachtrust. Fietsen en autorijden mag als dit niet pijnlijk is. Sommige ongevallenverzekeringen hebben hierover voorwaarden opgenomen. Informeer voordat u weer gaat autorijden bij uw eigen verzekeraar wat de voorwaarden zijn. Zwemmen is toegestaan als u geen vaginaal bloedverlies meer heeft en de operatiewond is genezen. Beperk het maken van extreme rek bewegingen bij huishoudelijk werk zoals bijvoorbeeld ramen zemen en was ophangen. Met buikspieroefeningen kunt u na zes weken weer rustig aan beginnen. Oefeningen voor de bekkenbodem spieren zijn meteen toegestaan. Als u naar postnatale gym / yoga gaat, vermeld dan altijd dat u een keizersnede heeft gehad. Til niet te zwaar. Draag geen volle emmers of vuilniszakken. Laat andere kinderen uit uw gezin zoveel mogelijk zelf lopen. Ga bij het tillen door de knieën, ook als u iets op moet rapen. Beperk trap lopen in het begin tot 1 à 2 keer per dag. Laat (eventueel)uw baby de eerste twee weken overdag beneden slapen. Bijvoorbeeld in een wandelwagen. Let daarbij wel op de regels voor veilig slapen. Verdeel activiteiten over de dag en zorg daarbij voor veel afwisseling. Bouw het bewegen langzaam op. Zonnen in de buitenlucht of onder de zonnebank kan geen kwaad. Let erop dat u het litteken afdekt of insmeert met een hoge beschermingsfaktor.
Lichamelijke verzorging
Er is geen speciale wondverzorging nodig, tenzij anders met u is afgesproken. U mag douchen. 6
U mag in bad zodra u geen vaginaal bloedverlies meer heeft en de operatiewond is genezen. Bij een bikinisnede zijn de zenuwen in uw buikhuid doorgesneden, waardoor u lange tijd (6-12maanden) een doof gevoel of juist een extra gevoelige huid in het gebied boven het litteken kunt houden.
Seksualiteit en zwangerschap
Zolang u vaginaal bloedverlies heeft, adviseren wij u geen geslachtsgemeenschap te hebben. Het is verstandig zes maanden te wachten met een volgende zwangerschap. Het litteken in de baarmoeder moet eerst goed genezen. Borstvoeding biedt geen bescherming tegen zwangerschap, gebruik betrouwbare anticonceptie.
Controle Ongeveer zes weken na de bevalling gaat u voor controle naar de gynaecoloog.
Meer informatie Voor meer informatie kunt u ook terecht bij: Vereniging Keizersnede Ouders Contrabas 53 4876 VG Etten-Leur (076) 503 7117
Vragen Heeft u na het lezen van deze folder nog vragen, dan kunt u ze stellen tijdens het eerstvolgende bezoek aan de verloskundige of gynaecoloog.
Spoed en dringende vragen Als de bevalling begint of u heeft een vraag over de zwangerschap die niet kan wachten (spoed), dan kunt u dag en nacht bellen met uw eigen verloskundige of met Geboortecentrum Venlo Verlosafdeling routenummer 88 laag 2 (077) 320 57 67 (24 uur per dag / 7 dagen per week) Geboortecentrum Noord-Limburg routenummer 88 Laag 2 Verlosafdeling/ Kraamsuites/ afdeling Gynaecologie Laag 3 Polikliniek Verloskunde/ Couveusesuites/ afdeling Neonatologie Polikliniek Gynaecologie Locatie Venlo Locatie Venray routenummer 53 routenummer 75 (1e verdieping) (077) 320 68 60 (077) 320 68 60 7
Geboortecentrum Professor Gelissensingel 20 5912 JX Venlo (077) 320 55 55 internet: www.geboortecentrum.nl © VieCuri Patiëntenservicebureau 24 augustus 2016 bestelnummer 9936
8