Kampvisum paspoort voor een goed kamp Groep Groepsnummer Tak Kampperiode
van
Foto: Goele De Beuckeleer
Te
We vragen je om dit Kampvisum zeker een maand voor het kamp aan je groepsleiding te bezorgen. Veertien dagen vóór het kamp moet dit visum bij de districtscommissaris (DC) zijn. Op die manier is er voldoende tijd om de kampvoorbereiding degelijk te bespreken.
tot
Goede jacht en zonnig spoor Inhoudstafel Inhoudstafel 2 Goede jacht en zonnig spoor 2 Vooraf 3 Rol van groepsleid(st)er en districtcommissaris 3 De 21-jarige die gedurende het hele kamp aanwezig is 3 Je kamp in data -jaarkalender 4 Het kampprogramma 6 Hoe een origineel, fris kampprogramma bedenken? 6 Waar komen de leden in het scenario voor? M.a.w. de inspraak. 6 Hitte en aanhoudende regen 6 Nachtspelen 6 Chrimen 7 Totemisatie 7 Eco 7 Avonturen over de grens 8 Het aparte tintje 8 Papieren en formulieren 8 Tips 10 Veiligheid 10 Vuur 10 Hoogte 12 Water 13 Verkeer 14 Van ongemakjes tot erger 15 Verzekering op kamp 17 Wie is verzekerd? 17 Waar en wanneer is men verzekerd? 17 Wat is verzekerd? 17 Waarvoor is men verzekerd 17 Aanvullende verzekeringen af te sluiten via VVKSM 17 Info 17 Administratieve afhandeling van een ongeval 17 Wat te doen bij een ongeval of crisissituatie? 18 Kampplaats zoeken 19 Adressen 19 Checklist bij het zoeken 19 Het kamp financieel bekeken 20 Attesten en decreten 22 Water 22 Vuur 22 Bos 22 Interessante publicaties over kamp 24 Het kampmateriaal 25 Kampregistratie 26 Nuttige adressen en telefoonnummers 27 Contracten - Kampengagement zie middenkatern
Goede redenen voor het kampvisum Beste leidster, beste leider, Waarschijnlijk geurt de lucht nu naar herfst of kraakt de sneeuw onder je voeten. Het kamp van voorbije zomer is nog enkel een zalige herinnering van zon en vrolijke spelen. Toch glijdt op dit ogenblik het Kampvisum door je vingers. En daarmee wordt jullie komende kamp toch al een beetje tastbaar. Met dit document willen we de takploeg op weg helpen om het kamp grondig voor te bereiden. Men zegt vaak dat een kamp het hoogtepunt is van een jaartje scouting. Maar een geslaagd kamp veronderstelt een goede voorbereiding door de leiding en de leden. Dit Kampvisum biedt een leidraad voor de duizenden scouts- en gidsentakken die jaarlijks in het binnen- of buitenland kamperen. We hebben het zo opgevat dat als je dit samen met je takploeg doorneemt, je alle elementen van een kampvoorbereiding tegenkomt. Dit visum belet niet dat je ook een map kan aanleggen met daarin een volledig uitgewerkte voorbereiding. Zo'n map kan, spelenderwijs onderweg, een nuttig geheugensteuntje zijn. Je vindt daarvoor in dit Kampvisum heel wat tips. Ook bij een groepskamp vragen we dat elke tak zich met dit visum grondig voorbereidt. We vinden het belangrijk dat er aan een kamp veel overleg voorafgaat. Overleg tussen de leidsters en de leiders, met de leden en met de ouders. Maar ook je groepsleiding en je districtscommissar(is)esse (DC) willen we bij dit gebeuren betrekken. Zij hebben soms een boeiende andere kijk op de dingen. Daarom vind je in dit Kampvisum, naast een pak bruikbare informatie en interessante ideetjes, ook een wat formeler luik dat we het "kampengagement" noemen. Ondertekening van het bijgevoegde model voor "kampeerovereenkomst" beschermt minimaal je rechten als huurder van een kampplaats. We verwachten dat er voor elk kamp in VVKSM een Kampvisum wordt gebruikt. Ook voor kerst- en paaskampen lijkt ons dit een zinnig instrument. We hopen alleszins dat het Kampvisum een stevige steun kan zijn om jullie stapsgewijs te helpen bij de kampvoorbereiding. Niet elk fragment van een kamp laat zich formuleren in zo'n document. Het getik van de regen op het tentzeil bijvoorbeeld. Of de eerste sprankelende ochtendzon op je vel. Kamperen moet je vooral lekker doen. Het is aan jullie om dit kamp te kruiden met frisse ideeën en leuke activiteiten. Droom alvast vooruit, naar een nieuwe kroon op deze jaarwerking: een bijzonder fijn kamp. Dat is wat we je toewensen! De verbondsleiding, december 2002.
2
Vooraf Rol van groepsleid(st)er en districtcommissaris Met het Kampvisum spreken we in de eerste plaats de leidingsploeg aan. We vragen hen het kamp goed voor te bereiden, er een boeiende bedoening van te maken, en de inspanning tot het einde toe vol te houden. De rol en taak van groepsleiding bestaat erin de takploegen te coachen en te begeleiden, onder meer aan de hand van de veertien richtvragen die je onder aan het kampengagement vindt.
De rol van de districtscommissaris (DC) bestaat uit twee delen: 1. Een formele opdracht, namelijk nakijken of aan de formele vereisten om op kamp te gaan voldaan is. Hieronder valt: - het kampcontract - de verklaring van een 21-jarige (niet meer door de wet verplicht, maar VVKSM houdt eraan) - controle op aansluiting van de volledige groep bij VVKSM. 2. Een inhoudelijke opdracht, namelijk de groepsleiding begeleiden. Dit kan via het engagement van de groepsleid(st)er en via het gesprek over de richtvragen die de groepsleid(st)er met haar of zijn takken heeft doorgenomen. Een uitgebreid kampprogramma getuigt van een degelijke voorbereiding en biedt houvast tijdens het kamp; ook voor ervaren leiding.
De 21-jarige die gedurende het hele kamp aanwezig is Sedert de meerderjarigheid door de Belgische wetgever is teruggebracht op 18 jaar, is de verplichting om een 21-jarige kampverantwoordelijke te hebben, uiteraard geen gevolg meer van de wet. Strikt wettelijk volstaat dus een 18-jarige. Nochtans belet dit niet dat binnen een organisatie zoals de onze strengere criteria worden bepaald. Zo hebben wij ervoor geopteerd dat de eindverantwoordelijkheid voor een kamp blijft bij een 21-jarige, die het hele kamp aanwezig is. Dit lijkt ons logisch: zonder dat de kampverantwoordelijke alle taken van GRL overneemt, is haar/zijn verantwoordelijkheid aanzienlijk, en in ieder geval merkelijk groter dan op door-de-weekse vergaderingen. Daarbij is een zekere ervaring en maturiteit onontbeerlijk. We vinden dit zeer belangrijk en willen niet dat 18-jarigen de volle verantwoordelijkheid van een heel kamp dragen. Indien de GRL kampverantwoordelijke is, is er geen probleem. Conform onze spelregels is de minimumleeftijd voor de GRL 21 jaar. Indien de kampverantwoordelijke iemand anders is, moet dit iemand zijn die in het lopend werkjaar 21 jaar wordt.
3
Concreet betekent dit dat de eindverantwoordelijke van het kamp 21 jaar oud is of 21 wordt uiterlijk 31 augustus (einde van het werkjaar).
Je kamp in data - jaarkalender Op sommige formaliteiten staat een deadline, d.w.z. dat ze voor een bepaalde datum in orde moeten worden gebracht. Ziehier alle formaliteiten op een rijtje. Overloop ze geregeld tijdens het jaar en zet een kruisje wanneer iets in orde is. voor een groepskamp: gebruik per tak een apart Kampvisum. voor een trekkamp: gebruik één Kampvisum, maar voor elke kampplaats een aparte kampeerovereenkomst, je kan kopieën verkrijgen op het nationaal secretariaat. voor een buitenlands kamp: zie blz. 8
September
Wie tenten via de Uitleendienst Kampeermateriaal van de Algemene Dienst Jeugdtoerisme (ADJ) wil aanvragen, kan formulieren en reglement opvragen bij de groepsleid(st)er of bij VVKSM. Zo snel mogelijk opsturen naar VVKSM, nationaal secretariaat samen met een kopie van het kampcontract. Kampeerovereenkomst laten invullen en ondertekenen door de eigenaar van het kampterrein. Indien de eigenaar zelf een overeenkomst voorstelt, kijk dan na of dit alle elementen van onze overeenkomst bevat. Zie middenpagina. Neem contact op met de houtvesterijen i.v.m. toegankelijkheid van bossen. Zie pagina23. Ga na welke subsidies er bestaan in je provincie en gemeente. - www.west-vlaanderen.be/welzijn&zorg/jeugd/papierwinkel.htm - www.oost-vlaanderen.be/jeugd/subsidiesjeugdwerk/index.cfm - www.vl-brabant.be via dienstverlening naar jeugd - www.provant.be/jeugd via subsidies - www.limburg.be/jeugd via subsidiesindex
Vóór 1 maart
Attest drinkwater aanvragen via de kampeigenaar. Zie pagina 22. EHBO-koffers aanvragen. Zie pagina 26.
Vóór 1 juni
Indien mogelijk de kampplaats bezoeken tijdens de paasvakantie. (en boswachter + gemeentehuis opzoeken) Blanco formulieren extra verzekering aanvragen bij VVKSM. - OMOB-assistance: repatriëring van personen en/of voertuigen - omniumverzekering voor eigen voertuig - verzekering van gehuurde voertuigen (busjes) - verzekering van groepsmateriaal, materiaal van derden en - persoonlijke voorwerpen - tijdelijke verzekering voor foeriers en eventueel extra leiding bij VVKSM Voor meer info zie pagina 17.
4
5
Ten laatste 1 maand vóór het kamp
Vrijstelling van stempelcontrole in orde brengen: formulier Onbezoldigde medewerking vzw (C45b) afhalen bij vakbond of hulpkas en laten invullen op het nationaal secretariaat. Adressenlijst deelnemers maken. Neem veiligheidshalve nog eens contact op met de eigenaar. Gesprek tussen takleiding en groepsleiding: zie richtvragen onderaan kampengagement (zie middenpagina). Stel een lijst van adressen en telefoonnummers samen waarop de ouders tijdens het kamp te bereiken zijn. Laat de medische steekkaarten invullen, voorbeelden te verkrijgen op het nationaal secretariaat. Vraag van elk lid de SIS-kaart en enkele kleefvignetten op. De kaart en vignetten heb je nodig bij de apotheker, het ziekenhuis en andere medische contacten. Koop stafkaarten aan (verkrijgbaar via de Scoutsshop). Breng de EHBO-koffer in orde. Vraag aangifteformulieren voor ongevallen aan bij je groepsleid(st)er of groepssecretaris of, als die er geen heeft, bij VVKSM. Op www.vvksm.be kan je ze downloaden. Bij ongeval deze formulieren binnen de week naar OMOB versturen, adres zie pagina 17. Voor kampen in de Oostkantons kampbrochure aanvragen bij: Dienst voor Toerisme van de Oostkantons - Mühlenbachstrasse 2, B 4780 Sankt Vith Tel: 080 22 76 64 Fax: 080 22 65 39 Stel een kampbrochure samen met alle nuttige informatie voor de ouders.
Ten laatste 14 dagen vóór het kamp
Kampvisum binnenbrengen bij de DC door groepsleiding. Kampengagement van buitenlands kamp opsturen naar VVKSM. Formele vereisten nakijken. 1. contract (kampeerovereenkomst) 2. 21-jarige 3. schriftelijke bevestiging dat de groep voor al zijn leden is verzekerd bij VVKSM (aanvragen op het nationaal secretariaat). Evaluatie van de kampvoorbereiding: gesprek tussen de groepsleiding en de DC. Samen overlopen van het uitgewerkt programma. Doorgeven van de coördinaten van je kamp aan het nationaal secretariaat van VVKSM voor Registratie van Kampplaatsen (zie pagina 26). Schriftelijke melding van risicoactiviteiten (speleologie, rots- en indoor beklimming, judo en karate) aan VVKSM (zie ook folder verzekeringen) zie pagina 17. Opsturen formulieren aanvullende verzekeringen zie pagina 17.
Het kampprogramma Hoe een origineel, fris kampprogramma bedenken? het kamp te beslissen: 1 Voor Hoe wil je kamperen: onder tentzeil of in een huisje klassiek van snit, al trekkend, al werkend, op een boerderij, in de bergen of in een pand in een Parijse achterbuurt? Kies de formule: trekkamp te voet, per trein, per fiets; werkkamp; uitwisselingsproject of samenwerkingskamp (in 't binnen- of buitenland); groeps- of takkamp. de kampvoorbereidingen van vorige jaren 2 Laat voorlopig in de schuif. Zoek een aantal bronnen bijeen die je kampprogramma kunnen inspireren: een (kinder)boek, een film, krantenartikelen, gebeurtenissen, boeken met spelen, verhalen... Je kan daarvoor ook gebruik maken van eenvoudige hulpmiddeltjes. Iedereen brengt bv. een voorwerp mee van de zolder. Je zet de voorwerpen op tafel en brainstormen maar. Tip: Breng vooraf een dag of een weekendje door op je kampeerterrein. De omgeving zelf kan een belangrijke inspiratiebron zijn: een kasteel, een ruïne, een personage uit de omgeving,... de lijst opnieuw en ga na wat bruikbaar is; 3 Overloop wat een leuk idee is voor een spel, voor een tocht, wat je boeiend vindt als kampthema ... lees het verhaal dat je gekozen hebt, ga dat kasteel nog 4 Broeifase: eens goed bekijken, fantaseer voort op de gebeurtenis, lees er iets bij, verzamel documentatie rond het onderwerp ... Zo kunnen de ideeën rijpen. Vandaag kom je op niks, morgen springen er twee, drie goede ideeën door je hoofd.
5 Stel het kampprogramma samen. nu eventueel je vorig kampprogramma eens: 6 Overloop ontbreken er wezenlijke dingen? Is er iets dat je over het hoofd gezien hebt?
7 Uitwerking. Het geheim van een goed kampprogramma is met andere woorden dat je éérst goede ideeën zoekt en daarna het programma samenstelt. Maar een goed kamp zit 'em vaak ook in details. Voorzie dus tijd om alles goed uit te werken en het materiaal te verzamelen of te maken dat je nodig hebt.
Waar komen de leden in het scenario voor? M.a.w. de inspraak. Je kan kiezen om je leden in fase 1, fase 2 of pas later in de voorbereiding te laten stappen. Met gidsen-verkenners kan je eigenlijk samen vanaf fase 1 beginnen. Met welpen/kabouters kan je, als je het goed organiseert, gerust vanaf fase 2 beginnen. Je kan er ook voor kiezen om alleen maar twee of drie activiteiten samen met hen voor te bereiden. Je moet hen minstens vanaf fase 4 betrekken (d.w.z. je geeft het thema op, bijvoorbeeld 'spel met water, stoelen en teddyberen'), anders is er niks aan.
Hitte en aanhoudende regen Buiten kamperen betekent dat je zes of tien dagen leeft met regen, donker en zonsondergangen. Het kampprogramma is daar ondergeschikt aan. Het is beter een activiteit te onderbreken voor een heerlijke plenspartij of een schone lucht dan een plenspartij of een schone lucht over te slaan voor een activiteit die nog af moet. Een programma is er niet om door alle hitte en regenbuien heen gerealiseerd te worden. Van veel zon wordt een mens traag. Traag is heerlijk bij 30° Celsius. Van veel regen veranderen we in gezelligheidsdiertjes, keuvelend in pyjama doorheen de voormiddag. Je kan je er op voorzien, prettige, simpele regenspelletjes meenemen bijvoorbeeld. Of van de nood een deugd maken: na de regen een reuzegroot droogrek bouwen en je met alle natte kleren rond een vuur scharen. Hou wel je gezond verstand erbij! Uren in de snikhete zon spelen, wandelen, ... is ongezond net als lang met natte, koude kleren rondlopen.
Nachtspelen Kampavonden zijn unieke gelegenheden om kinderen en jongeren vertrouwd te maken met duisternis. Toch wordt de duisternis van een kampavond al te dikwijls gebruikt om angstaanjagende nachtspelen en activiteiten met gruwelijke misdaadscenario's op touw te zetten. Dit soort activiteiten, waarbij kinderen en jongeren bang gemaakt worden, zijn onverzoenbaar met de morele en pedagogische doelstellingen en waarden van scouting. Nooit zullen kinderen vertrouwd geraken met duisternis, als hun eerst in het donker grote angst wordt aangejaagd. De verbondsleiding keurt dat soort spelen ten zeerste af. Niet alleen omdat ze voor VVKSM en voor de betrokken leiding zware financiële en juridische gevolgen kunnen hebben maar ook omdat ze scouting een imago bezorgen van onverantwoorde en naïeve stoerdoenerij.
6
Het donker is op zichzelf spannend. Je hebt daarbij geen ontvoering of knalpistool nodig. De natuurlijke schrik die kriebelt in het duister biedt voldoende spanning om mee te spelen: snel stappen of traag wandelen in een donker bos, buskestamp bij maanlicht, dicht bijeen of ver uit elkaar stil liggen onder de sterren, ... dat is het soort spanning dat deugd kan doen. Vergeet niet: - Nachtlawaai is in België wettelijk verboden tussen 22 uur en 06 uur. - Voldoende nachtrust is voor leden en leiding een must.
Chrimen "Kom met een hart vol vrede, iedereen is een open huis. Kom met de taal van de liefde, kom en breng bloemen mee". Zo'n kampsfeer uitbouwen zal een droom zijn. Het zijn unieke dagen om op te komen voor vriendschap en solidariteit, voor meer eerbied voor de schepping en een natuurlijker leven, voor een speelse en creatieve levensstijl. Het is tot in de toppen van je tenen voelen dat leven en samenzijn heerlijk is. Kampdagen scheppen tevens heel wat kansen om ook eens anders samen te zijn. Nu niet om een spel uit te leggen of om afspraken te maken, maar om even stil te vallen. Verwonderd zijn door de natuur tijdens een ochtendwandeling en even bezig zijn met jouw binnenkant, genieten van vriendschap rond een avondvuur en zich laten raken door de ervaringen van anderen, vertellen en zingen van wonderbare dingen tijdens een kort en fris bezinningsmoment, of woorden van Jezus beluisteren en ze zelf proberen over te doen, een eucharistieviering die je zelf hebt voorbereid of samen met een naburige groep. ... mogelijkheden te over om tot fijne en echte ervaringen te komen met kinderen en jongeren. In ieder geval de moeite waard om er wat tijd voor uit te trekken.
Totemisatie Het geven van dier- en natuurnamen vindt zijn oorsprong in de traditie van Noord-Amerikaanse indianenstammen en sommige Afrikaanse stammen. Jonge krijgers werden genoemd naar het dier of natuurelement dat het beste met hun karakter overeenstemde. Daarvoor moesten zij in een zware fysieke of behendigheidsproef hun nut voor de stam bewijzen. Fysieke eigenschappen waren immers belangrijk om te overleven. Het stamleven had behoefte aan snelle, lenige en geharde stamleden. Het leven in onze moderne maatschappij maakt sociale en emotionele eigenschappen even belangrijk als fysieke. Een goedlachse of een solidaire natuur wordt in groep even hard gewaardeerd als een sterke rug of handvaardigheid. Totemiseren is in essentie een ritueel uitspreken van wat je als groep aan iemand waardeert, wat je als groep meent nodig te hebben van hem of haar. Een warme blijk van verbondenheid, van erbij-horen. Totemisaties hebben tegelijk iets warm, iets feestelijk en iets plechtig. De stille werkkracht of de aanhankelijkheid van iemand wordt heel even gevierd. En als er genoeg warmte omtrent is, kan er met de kleine kanten ook al eens gelachen worden. Vrienden onder mekaar voelen zich daar niet om gekwetst. In afgekookte studentendopen wordt het echter afstandelijk en denigrerend. Zie ook op www.vvksm.be bij de totemsnuffelaar.
Eco Naast dit Kampvisum bestaat er ook een ecovisum en een milieuwerkdoos. Hiermee willen we jou oproepen om stil te staan bij je manier van kamperen. Als scouts en gidsen dragen we "zorg voor de natuur" hoog in ons vaandel. Door ecologisch te kamperen geven we deze bezorgdheid vorm. Zowel in de doos als in het ecovisum vind je ecologische kampregels. Als tak of groep kan je zelf kiezen hoeveel van deze regels je wil realiseren. Je kan in kleine stapjes evolueren naar een ecologisch kamp of in één keer voor de grote omschakeling kiezen. Wil je je als scouts- of gidsengroep of als tak ecologisch verantwoord opstellen, bel dan naar het nationaal secretariaat: 03 231 16 20 en vraag het ecovisum aan. Het wordt je zo snel mogelijk gratis toegezonden. De milieuwerkdoos kost 9,91 euro en is verkrijgbaar in de Scoutsshop.
7
Avonturen over de grens Het aparte tintje Het aparte tintje van een kamp in het buitenland, van de onbekende oorden, de onbekende mensen en gewoonten, de andere taal of de andere kijk op scouting, heeft voldoende aantrekkingskracht om elk jaar een aantal groepen die stap te doen wagen. Een kamp in het buitenland is geen lekker luie vakantie, geen kleurstage voor zonnekloppers, geen school voor intelligente toeristen. Het is een ideale gelegenheid voor internationale uitwisselingen. Meer dan over de grens zijn Een kamp in het buitenland geeft de mogelijkheid om met mensen uit andere landen en culturen in contact te komen. Het samen koken, slapen, spelen neemt veel barrières weg. Tien dagen samen met Tsjechische of Finse scouts en gidsen optrekken, maakt een kamp extra boeiend. We onderscheiden verschillende vormen van kamperen in het buitenland: een gewoon buitenlands kamp (vaste locatie of trektocht), een internationaal kamp en een uitwisselingsproject. Buitenlands kamp. Stel je vooraf de vraag waarom je op buitenlands kamp gaat. Leg je de nadruk op kennismaking met de cultuur (taal, musea, gebruiken …) of trek je vol verwondering en met het nodige respect de natuur in? Alleszins is het een aanrader om contact te hebben met de plaatselijke bevolking en/of scouts en gidsen. Internationaal kamp. Regelmatig nodigen buitenlandse groepen of verbonden Vlaamse scouts en gidsen uit om samen met hen en tussen de honderd en tienduizend andere geestesgenoten te kamperen. Hun uitnodigingen kan je maandelijks lezen in de Scoutskrant van Over & Weer. Deze mini-jamboree's kunnen meestal gecombineerd worden met enkele dagen home-hospitality. Je kan het ook aanvullen met een eigen trekkamp. Ook de brochures Where to stay in Europe en Eurosteps geven je ideeën voor een internationale ontmoeting. Uitwisselingsproject. Via het nationaal secretariaat kan je zelf buitenlandse groepen uitnodigen! Al eens gedacht aan een uitwisseling met bijvoorbeeld vier Europese groepen waarbij je afwisselend elkaars kamp bezoekt? Indien je kamp kadert in een uitwisselingsproject zijn er subsidiemogelijkheden. Meer inlichtingen zijn te verkrijgen bij JINT, Grétrystraat 26, 1000 Brussel, 02 209 07 20, Fax: 02 209 07 49,
[email protected], www.jint.be en bij ploeg Buitenland. Vanaf Gidsen en Verkenners We gaan bij voorkeur pas op kamp in het buitenland vanaf de gidsen-verkennertak. Gidsen en verkenners spreken al een mondje Frans of Engels. Behalve het taalverschil is er bovendien een cultuurverschil: andere kleuren, sferen en sociale gewoonten. Precies dat wat een kamp in het buitenland boeiend maakt. Maar
er is een zekere maturiteit vereist om het allemaal waar te nemen en ten volle te kunnen beleven. Het surplus op een binnenlands kamp wordt pas de investering waard vanaf 15 jaar. Een buitenlands kamp kost meestal meer dan een binnenlands. De kampprijs mag echter niemand verhinderen om mee te gaan! Maak tijdig een kostenraming op en bedenk leuke geldacties. Maak van je buitenlands kamp geen prestigeproject waar een heel jaar aan verloren gaat. Voor geldacties: zie Tango voor Twee (handboek PR) verkrijgbaar in de Scoutsshop.
Papieren en formulieren Op kamp gaan in het buitenland vraagt extra papieren en formulieren. We zetten ze voor jullie op een rij. Noodzakelijk Voor een kamp in het buitenland is het NOODZAKELIJK dat elk lid de nodige documenten afhaalt bij zijn mutualiteit (voor de meeste ziekenfondsen is dit de WORLD ASSISTANCE CARD of REISBIJSTANDSVERZEKERING, VOOR SOMMIGE LANDEN IS DAARNAAST OOK EEN E111-formulier vereist). Zo blijf je in het buitenland genieten van een ziekteverzekering en kan je beroep doen op Eurocross voor medische hulpverlening en repatriëring van een slachtoffer. Let op: reisbijstand in het buitenland is een extra verzekering. Je moet je lidgeld aan het ziekenfonds dus gestort hebben om van de verzekering te kunnen genieten (is niet hetzelfde als je lidkaart hebben). Vraag alle leden ook om na te gaan wat hun reisbijstandsverzekering dekt. Slechts indien repatriëring en andere medische kosten niet (voldoende) gedekt zijn via de mutualiteit waar het lid aangesloten is, is het nuttig een (OMOB)assistance verzekering af te sluiten (kan via VVKSM). Zorg voor medische fiches, verzekeringsformulieren (persoonlijk en geneeskundig) en een toestemming van de ouders voor verblijf in het buitenland in de taal van het bestemmingsland (of een andere taal die er begrepen wordt). Medische fiches vind je in vier talen op www.vvksm.be Zorg dat je bereikbaar bent in geval van nood (e-mailadres dat je dagelijks controleert of gsm-nummer). Indien je een auto (bv. een gehuurd busje) mee op kamp neemt, sluit dan een reisbijstandsverzekering voor de wagen af (bv. Europech, Europassistance of OMOB assistance (dit kan via VVKSM)). Let op: voor bepaalde landen bv. Kroatië zijn er vaak speciale voorwaarden. Lees dus altijd de handelsvoorwaarden op de overeenkomst grondig na, ook de kleine lettertjes. Wees op de hoogte van de betalingsmogelijkheden en de verkrijgbaarheid van de plaatselijke munt. Voorzie voor in noodgevallen Travellercheques of Visa of… 8
Informeer je aan de hand van reisgidsen over de plaatselijke wetten en gebruiken omtrent het dagelijks leven. (alcohol op straat, tabak , fotograferen, wildkamperen, openingsuren van winkels, beschikbaarheid van apotheek/dokter, feestdagen …). Extra voor niet EG-landen Vraag bij de ambassade van het desbetreffende land welke reispas en welk paspoort je nodig hebt. Maak een materiaallijst, die kan door douane van niet EG-landen opgevraagd worden. Informeer je bij je huisdokter en/of het Instituut voor Tropische Geneeskunde, Nationalestraat 155, 2000 Antwerpen, 03 247 66 66, voor bepaalde inentingen, heersende ziektes, mogelijke geneesmiddelen (breid je EHBO-koffer al naar gelang uit). Tips Maak op het formaat van een creditkaart een papier dat je leden steeds bij zich hebben met hierop het adres van de Belgische ambassade/consulaat in het land, een noodnummer in België (collect-call nummer), het adres van de verblijfplaats(en) en andere belangrijke info. Als begeleider maak je best kopies van de belangrijke documenten die je leden bij zich dragen: bankkaart, identiteitskaart. Dat kan vervangingen in geval van verlies gemakkelijker doen verlopen. Als jullie met de auto (bv. een gehuurd busje) op kamp gaan: maak duidelijke afspraken wie mag rijden met de auto en waarvoor. Verzamel voldoende informatie over het land (wegen- en stafkaarten, culturele uitstapjes, mogelijke natuurexploraties …). Bereid de deelnemers voor op eventuele cultuurverschillen. Neem een vertaalwoordenboek (twee richtingen) mee. Stel een kampbrochure samen met nuttige info voor de ouders. Bespreek in welke mate en op welke wijze je het thuisfront op de hoogte houdt. NIEUW: Frankrijk heeft speciale kampregelingen in verband met hygiëne. Documenten zijn via www.vvksm.be of het nationaal secretariaat van VVKSM te verkrijgen.
9
Extra Stuur het derde exemplaar van het kampengagement op naar het nationaal secretariaat, t.a.v. Buitenland. De kampleid(st)er ontvangt dan een introductiekaart van Wereldscouting/guiding. Stuur je bevindingen, kampadressen, ervaringen, verslagen na het kamp naar VVKSM, ploeg Buitenland. Ze worden opgenomen in de gegevensbank en kunnen anderen een stuk verder helpen bij de voorbereiding van hun buitenlands kamp.
Meer info Om mee te nemen naar je leden: alles over VVKSM in het Engels, Frans …in de brochure 'A look on scouting and guiding', 'Un regard sur le scoutisme et guidisme',… te vinden in de Scoutsshop. VVKSM organiseert een buitenlanddag (aankondiging Over & Weer) waar je heel wat informatie kan verkrijgen. En je kan ook altijd ploeg Buitenland contacteren (via het Verbondscentrum of op Herfstontmoeting). www.vvksm.be/internationaal
[email protected] Zie ook pagina 17. 'Verzekering op kamp'.
Kampengagement: blauw exemplaar volledig invullen a.u.b.!
Veiligheid Onderzoek wees uit dat de belangrijkste risicofactoren in het jeugdwerk samen te vatten zijn onder de volgende noemers: vuur, water, hoogte en verkeer.
1 Vuur Algemene richtlijnen De stookplaats - Blijf met vuur steeds op een veilige afstand (!) van de bosrand, tenten en heide. - Maak nooit vuur op een plek waar wortels in de grond aanwezig zijn: vuur verplaatst zich ook ondergronds. - Kies altijd voor een zelfde vaste stookplaats en hou daarbij rekening met de windrichting (overwegend Zuidwest): let op hoog opvliegende gensters. Vuur maken - Papier en klein hout genieten de voorkeur: absoluut nooit (!) Benzine, mazout, spiritus of ander licht ontvlambaar spul rechtstreeks op vlammen of as spuiten, gieten, gooien of op welke andere manier dan ook gebruiken. - Laat een brandend vuur, uitdovend vuur of vuurrest nooit onbewaakt achter. - Laat vlammen niet te hoog oplaaien. - Slechts vanaf jonggidsen - jongverkenners mogen leden zelf vuur maken en mits leiding ervoor zorgt dat het gebeurt in goede omstandigheden. - Beperk vuren tijdens of kort na droogte. - Ga niet met fakkels onder bomen, door een graanveld, binnen een gebouw of in een tent. Werp nooit met een brandende fakkel.
Koken op houtvuur (tafelvuur) - Maak je tafelvuur niet te hoog: de leden die ermee werken moeten de inhoud van de pot kunnen zien zonder opstapje. Zet de roosters op hoogte tussen knie en bekken van het kleinste lid. - Zorg dat de roosters stevig bevestigd zijn, voorkom kantelen. - Zorg dat de sjorringen stevig zijn en buiten het bereik van het vuur liggen. - Zorg dat tentzeilen of shelters buiten het bereik van hitte en vlammen blijven. - Bepaal op voorhand wie er kookt en wie er stookt. - Draag hittebestendige handschoenen om potten van het vuur te halen. - Bak nooit frieten op houtvuur: frituurvet is zeer ontvlambaar als het heet is. - Hou pannen vetvrij aan de buitenkant om inslaand vuur te voorkomen; slaat de vlam toch in de pan, mag je dat niet blussen met water. Water doet brandend vet uiteen spatten en veroorzaakt zo een steekvlam. Blus door een natte doek over de pan te leggen. - Veel brandwonden ontstaan door stoom bij het afgieten van bv. aardappelen; gebruik handschoenen of droge doeken. - Kapoenen, kabouters en welpen horen niet zelf te koken, zeker niet op houtvuur; zelfs bij jonggidsen en jongverkenners is toezicht van leiding nodig. - Hou rondslingerend papier en handdoeken uit de buurt van het vuur. - Een zwembroek of badpak zijn voor andere activiteiten.
Blussen - Hou bij elk vuur twee emmers zand binnen handbereik. Na zand, water erover. - Het principe van blussen = sluit brandbaar materiaal af van de lucht; richt je bluswerk op de basis van het vuur, niet naar de vlammen. Brandwonden - Eerst véél water, de rest komt later Kampvuur (grondvuur) - Maak rond het vuur een greppel en/of baken de vuurplaats af met droge stenen. - Maak een schutkring waaruit je alle brandbaar materiaal verwijdert. Leg ook de houtvoorraad ver genoeg om overslaand vuur te voorkomen. - Laat nooit mensen over brandende vuren springen, zoals soms bij totemisatie werd gedaan. 10
Bijlen, hamers & zagen - Controleer het materiaal vooraf: zorg dat stelen stevig, veerkrachtig zijn en niet loszitten. Zorg dat bijlen voldoende scherp zijn; een scherpe bijl is minder gevaarlijk dan een botte omdat ze trefzekerder hakt. - Laat nooit iemand in de onmiddellijke omgeving lopen van hakof slagbewegingen: voorzie voldoende vrije ruimte rondom de werkplaats. - Zorg dat de gebruiker geconcentreerd is: hamers, bijlen en zagen dienen niet om mee te spelen! Grijp direct in als je dat wel ziet gebeuren. - Vermijd het gebruik van bijlen: in de meeste gevallen kan je een bijl vervangen door een zaag. Zagen is veiliger dan hakken. - Laat bijlen en zagen nooit rondslingeren; berg ze op in een koffer; bijlen kunnen ook in een kapblok worden geslagen; niet in de grond, niet in bomen. - Werp nooit met een bijl, zaag of hamer; overhandig ze voorzichtig. - Dezelfde omzichtigheid is geboden met messen en dolken: spel en show zijn met dit gereedschap niet wenselijk. - Laat nooit iemand anders hout vasthouden waarin je hakt; als iemand een paal vasthoudt waarop je hamert, sla dan niet met volle kracht. - Het gebruik van een "driepikkel" geniet voorkeur op het in de grond mokeren van palen met een tonhamer. Hakken - Begeleid vooraf oefeningen in het hakken; laat ongeoefende leden niet op eigen houtje hakken. - Kapoenen, kabouters en welpen zijn te jong om te hakken of te zagen. Vanaf jonggidsen en jongverkenners mag men hakken en zagen als ze op de hoogte zijn van de basisregels over veiligheid. - Hak niet blootsvoets of op sandalen. Draag liefst ook geen sportschoenen of rubber laarzen maar wel stevig schoeisel. - Hak met gespreide benen (als de bijl afschampt kan ze niet in de voeten terechtkomen). - Leg de balk waarin je hakt stevig vast, liefst op een kapblok, zó dat hij niet kantelt. - Hak bij voorkeur met één hand. - Stop met werken zodra je vermoeid begint te worden. - Als je een balk van kleine takjes wil ontdoen, hou die balk dan vast bóven het mikpunt. - Draag een bijl op de juiste manier: neem de kop in de hand met de snede naar voor gericht, de steel tussen midden- en wijsvinger en de duim over de bovenkant.
11
Gasbranders - Controleer de gasleidingen op defecten of slechte aansluitingen: gebruik hiervoor nooit een lucifer of aansteker maar wel zeepsop. - In de kooktent ligt geen grondzeil. - Kookvuren bevinden zich best vooraan in de tent. Hou de voorzijde van de tent volledig open wanneer je de vuren gebruikt. - Scherm gasbekkens af van de wind om uitwaaien te voorkomen. - Maak afspraken over wie er toegang heeft tot de kooktent. - Gasflessen zet je op een goed geventileerde plaats, uit de zon. Zeker niet ingraven. - Hou loshangende gordijnen, papier en handdoeken uit de buurt van de brander. Kachels - Let op voldoende ventilatie. - Verwarm geen slaapruimtes. Elektriciteit - Is er aarding of een verliesstroomschakelaar aanwezig? - Verwijder (herstel) open bedrading. - Wees extra voorzichtig bij de combinatie van water en elektriciteit (wasplaatsen). Brand - Grijp bij het minste vermoeden van brand onmiddellijk in: evacueren en blussen; aarzel niet om in te grijpen als een kampvuur de pan uitswingt of om te onderzoeken waar rook of verdachte geur vandaan komt. - Laat geen plastic of rubber verbranden. - Leg bij hevig onweer met bliksem tenten in open veld neer; een vlaggenmast in het midden van het terrein is aanbevolen als bliksemafleider. Denk eraan dat bliksem zich na een inslag ook door de grond kan verplaatsen: op een droog grondzeil of een luchtmatras zit je behoorlijk veilig. Blijf in ieder geval uit de buurt van hoogspanningslijnen, prikkeldraad, alleenstaande bomen en heuveltoppen.
2 Hoogte - Neem elk signaal van hoogtevrees ernstig; forceer niemand om in de hoogte of diepte te gaan wanneer hij of zij bang is; moedig je leden aan maar negeer hun angst niet; verdedig hen tegen eventuele overdreven groepsdruk. Respecteer de grenzen van je leden, andere leiding en jezelf: schrik en onzekerheid maken je soms onhandig of onverstandig. - Verken als leiding steeds vooraf het parcours. - Let erop dat iedereen (leden én leiding) altijd beveiligd zijn. Laat het beveiligen met touw en musketons over aan deskundigen. - Zorg altijd voor degelijk materiaal, vooraf nagekeken door deskundigen. - Let op de ondergrond ( andere mensen, scherpe of harde voorwerpen …). - Laat leden nooit zonder toezicht experimenteren met hoogte of diepte. - Graaf geen putten waar 's nachts mensen passeren. Maak na het kamp alle gemaakte putten dicht. Bomen beklimmen - Test als leiding vooraf uit of er voldoende stabiliteit is, sterke dragende takken en voldoende stevige grijppunten zijn om te stijgen en te dalen. - Bepaal in welke bomen je leden mogen klimmen, in welke niet en vertel hen waarom niet. Rotsen en grotten - Alpinisme en speleologie zijn streng verboden zonder gebrevetteerde begeleiding. De aanvraag van een extra verzekering vooraf met opgave van de erkende monitoren bij het nationaal secretariaat van VVKSM is vereist. Deze activiteiten zijn voorbehouden voor oudere leeftijdstakken vanaf jonggidsen - jongverkenners. - Hooggebergte is het terrein van specialisten. - Tijdens avontuurlijke tochten kan je kleine rotsige stukken of spelonken tegenkomen; hier doorheen klauteren is toegelaten voor zover het pad deel uitmaakt van een uitgestippelde wandelroute. Er gaat steeds een leid(st)er voorop en er blijft steeds een leid(st)er achteraan. Verbied speels duwen en trekken. Respecteer elke officiële signalisatie. Betreed nooit onbewaakte installaties. - Bij volgende officiële clubs kan je terecht voor betrouwbare info: Vlaamse Bergsportfederatie, D Herrynslaan 155, 2610 Wilrijk, 03 830 35 60,
[email protected], www.vbsf.be. Verbond van Vlaamse Speleologen, Broekstraat 23, 3001 Heverlee, telefoon (016) 23 78 99,
[email protected], www.speleo.be/vvs.
Zelfgemaakte torens - Zorg voor degelijk materiaal (sterk jong hout & stevig touw). - Sjor hoge constructies beneden op de grond en trek ze afgewerkt recht; zo moet er minder uitvoerig in de hoogte worden gepionierd. Voor afbraak leg je een hoge constructie beter plat. Lengte is veiliger dan hoogte. - Geef steeds leiding en instructies van op de grond; zo hou je overzicht op het geheel. - Nooit materiaal omhoog of omlaag werpen. - Vermijd uitstekende palen. - Eventuele helmen worden eerder gedragen door mensen op de grond dan door hoogtewerkers. - Laat je adviseren door de Techniekenploeg van VVKSM. Steil klimmen & dalen - Laat iedereen klimmen en dalen op eigen tempo. Hou de groep bij elkaar op regelmatige rustpunten, rust gezamenlijk uit, ook nadat de laatste is aangekomen. - Er gaat of fietst steeds een leid(st)er voorop en er blijft steeds een leid(st)er achteraan. - Bij fietstochten dienen de remmen vooraf te worden gecontroleerd. - Matig snelheid bij het afdalen van steile hellingen (niet lopen). Katrollen, kabelbanen & commandoparcours - Deze installaties veronderstellen een goed doordachte opstelling en gebruik van gekeurd materiaal. Laat het materiaalnazicht, plannen, opbouwen, uittesten en begeleiden van deze activiteit in handen van bekwame personen. - Reageer onmiddellijk als je denkt dat er onveilige situaties ontstaan; leg desnoods de activiteit stil als je meent dat ze gevaarlijk verloopt. Hou permanent en beslist toezicht. - Van zeer groot belang zijn: de ondergrond, beveiliging bij het naar boven klimmen en overstappen op de installatie, het klimharnas, de kwaliteit en opspanning (niet te strak) van de kabels, de verankering van de constructie, de helling, het (dubbel) remsysteem, warmte van schuivende touwen, opvang bij het eindpunt. Overleg al deze aspecten met diegene die als deskundige de zaak in handen heeft. - Werk best in kleine groep: het verhoogt de concentratie en verlaagt de groepsdruk tot stoerdoenerij. - Laat je adviseren door de Techniekenploeg van VVKSM.
12
3 Water Klimzalen Er bestaat geen echte reglementering voor indoorklimmen. Er is dus veel verschil in kwaliteit tussen de verschillende instellingen en deze zijn niet allemaal even veilig. - Zoek bij voorkeur een klimzaal waar de beveiliging gebeurt van op een vast punt en niet gewoon door een tweede persoon. - Kies een klimzaal waar de beveiliging gebeurt door een monitor van het centrum; maak hierover met de uitbater een duidelijke afspraak. - Ga vooraf zelf de klimmuur uitproberen. - Laat niemand op eigen initiatief wanden beklimmen.
13
Algemene richtlijnen - Informeer vooraf bij je leden wie wel (goed) en niet (goed) kan zwemmen. - Hou toezicht, zowel tussen de leden in het water als van op de oever; aan de kant hou je immers beter overzicht op de hele groep. Tel regelmatig de hoofden. - Let in het bijzonder op bij onstuimige waterspelen; kinderen kunnen door een onverwachte duw plots in ademnood of paniek geraken. - Baken best een duidelijk gebied af waarin mag worden geplonsd en gezwommen. - Oppervlaktewater is in België nergens drinkbaar. - Respecteer elke officiële signalisatie. - Stilstaand water is op geringe diepte verrassend koud. - Snelstromend water kan gevaarlijk meeslepend zijn: hang ter hoogte van het waterniveau (net ónder het wateroppervlak) een dik touw waar men niet voorbij mag en waaraan men zich kan tegenhouden. - Snelstromend water verbergt vaak gladde stenen. - Hinder op rivieren nooit scheepvaart. - Zwem nooit in stuwmeren, bij sluizen, nabij boten, sterke stroomversnellingen of watervallen. - Aan zee ga je uitsluitend op bewaakte zones te water! - Let bij vlotten op dat niemand erdoor glijdt of onderwater blijft als het kantelt. - Stap nooit in een ogenschijnlijk ongebruikte afwateringstunnel; vaak verbinden deze tunnels meren of kanalen en treden ze onverwacht in werking. - Bouw geen tentenkamp op oevers of in een droogstaande rivierbedding. - Stap niet over grote ijsvlaktes zonder uitdrukkelijke toestemming van plaatselijke opzichters. - Tijdens het koken behoedzaam met heet water en stoom.
4 Verkeer Op Tocht - Voetgangers moeten altijd op het voetpad of op de berm lopen. - Als er geen voetpad of berm is mag je op het fietspad of op de rijbaan lopen. Je bent dan verplicht de linkerkant van de baan te gebruiken. Blijf zo dicht mogelijk tegen de rand. - Autosnelwegen en autowegen zijn voor voetgangers verboden. Steek nooit een snelweg over. Geef dit nooit als opdracht. - Een treinoverweg mag je pas oversteken als de witte knipperlichten branden en/of de slagbomen opgehaald zijn. Steek spoorwegen uitsluitend over waar het toegelaten is. - Wees redelijk met afstanden. - Liften is altijd en overal verboden. - Geef bij wijze van spektakel aan je leden eventueel de indruk van verdwaald te zijn; zorg er evenwel voor dat je als leiding altijd weet waar je bent; scouting is geen survivalclub. - Een fietstocht met kapoenen, kabouters en welpen is risicovol; zelfs met leiding erbij. - Regelmatig gebruik je als leiding of foerier de auto voor transport van materiaal of vervoer van leden. Let er in dat geval op dat je voorbeeldig en hoffelijk rijdt; laat je niet opjagen door een stel enthousiaste jonggivers op de achterbank; eis dat iedereen de veiligheidsgordel draagt en hou je strikt aan de snelheidsbeperkingen en alle andere verkeersregels. - Extra voorzichtigheid is geboden bij het rijden met minibusjes: als je hiermee weinig of geen ervaring hebt eist het besturen ervan bijzondere aandacht; een minibus draait en remt immers ànders dan een gewone personenauto. - Drink als chauffeur nooit alcohol en rij niet langer dan twee uur aan één stuk door.
Hoe sterk is de eenzame padvinder? - Stuur individuele leden zodra het schemert nooit alleen op pad. - Kapoenen, kabouters en welpen mogen nooit (overdag noch 's avonds) zonder leiding op weg. - Ook jonggidsen en jongverkenners mogen in het donker niet zonder leiding op weg. - Als je groepjes leden zonder leiding op dagtocht zendt, voorzie dan regelmatig controleposten en bezorg hen een noodnummer waar je bereikbaar bent. - Oefen kaart en kompas met je leden alvorens hen op oriënteringstocht te zenden. - Verken als leiding vooraf het volledige parcours van tochten die je voorbereidt om leden zonder leiding op pad te sturen. Stafkaarten zijn dikwijls verouderd en geven vaak een misleidend beeld. - Vanaf jonggidsen en jongverkenners kunnen leden zonder leiding op tweedaagse onder gecontroleerde omstandigheden. Het zoeken van een slaapplaats en overnachten gebeurt bij jonggidsenjongverkenners in aanwezigheid van leiding; Bij gidsen-verkenners moet leiding 's nachts op elk ogenblik vlug bereikbaar zijn. Een GSM kan nuttig zijn als er voldoende dekking is in de omgeving. GSM's zijn ook te huur.
De regels van het spel: 1. Alle leden en leiding dragen steeds reflecterend materiaal - in het donker - bij mist - bij een combinatie van schemer en regen De leiding is verplicht op het gebruik hiervan toe te zien. 2. Droppings zijn verboden tijdens de weekendnachten langs de verharde openbare weg. Hierop zijn uitzonderingen mogelijk indien: - de openbare weg enkel gekruist wordt onder toezicht van begeleiders - de openbare weg enkel gebruikt wordt als een korte verbinding onder toezicht - de openbare weg enkel gebruikt wordt in een verlichte dorps- of stadskern
3. Avond- en nachtdroppingen zonder begeleiding zijn enkel toegestane activiteiten voor gidsen, verkenners en jins. De leiding moet wel toezicht houden op het naleven van de regels door de leden. 4. Leiding moet op de hoogte zijn van de reglementering en van de noodzakelijke voorzieningen. De brochure "Straatmanieren" is daarom onontbeerlijk als men met leden op stap gaat.
14
5 Van ongemakjes tot erger Hygiëne Keuken & foerage - Afval krijgt best een plek buiten de keuken. - Zorg voor een werkruimte die regelmatig gereinigd wordt. - Bewaar voeding opgeborgen en zo koel mogelijk. - Plan de aankoop van eten zo dat eetwaren geen kans krijgen tot bederf. - Was altijd af met warm water en detergent en spoel nadien met zuiver warm water. - Tafels en eet- en kookgerei dienen dagelijks grondig te worden gereinigd. Kijk na of deze taken degelijk worden uitgevoerd. - Hou detergenten buiten het bereik van kinderen. - Zet drinkbaar water op tafel. - Zorg voor afwisselende en evenwichtige maaltijden (zie bakentje Bikke bikke bik). Slaapruimte - Nooit roken in slaapruimtes. - Regelmatig verluchten van de kamers en slaapzakken. - Organiseer geregeld een opruim en schouwing. - Is er een nooduitgang? Oefen op ludieke wijze een evacuatie met je leden. Slaaptenten - Zet je tenten niet onder bomen. - Zorg ervoor dat alle materiaal steeds is ingepakt in koffers en/of rugzakken; bij een plotse storm of als je onverwacht moet vluchten (overstroming) ben je anders onmiddellijk alle spullen kwijt. - Installeer alles zo veel mogelijk van de grond (vochtigheid). - Maak ondiepe greppels rondom te tent voor het geval hevige stortregen je verrast. - Gebruik nooit vuur of petroleumlampjes in een tent. - Vermijd eten in slaaptenten. - Hang hier geen nat goed te drogen.
15
Persoonlijk materiaal - Hou toezicht op persoonlijke bagage; deze inspectie moet uiteraard op een vriendelijke & kameraadschappelijke wijze gebeuren. - Zeker bij jongere takken is het nodig om elke twee dagen de zindelijkheid van persoonlijk materiaal na te kijken: zitten er geen natte spullen tussen propere kleding, is vuil goed gescheiden van de rest, is er voldoende reservekledij, … Sanitair - Toiletten verdienen een dagelijkse reiniging. - Maak de HUDO voldoende stevig en stabiel. - Schep na elk gebruik zand in de HUDO. - Voorzie een voldoende aantal toiletten en wasplaatsen. Terrein - Hou het terrein proper, vrij van afval en rondslingerend materiaal zoals bijlen. - Vermijd uitstekende piketten door ze goed op 1 lijn te plaatsen. - Vermijd putten op het speelplein of in doorgangen. - Sluit gevaarlijke plaatsen in het kamphuis af.
Ritme Plaats en lengte van het kamp - Pas de duurtijd van het kamp aan aan de leeftijd: kapoenen mogen maximum 6 dagen op kamp, kabouters en welpen gaan bij voorkeur minder dan 10 dagen, jonggidsen en jongverkenners niet langer dan 10 dagen. Met gidsen, verkenners en jins ga je best maximum 14 dagen op kamp. Als het langer duurt, is de kans groot dat het aanbod aan kwaliteit verliest, dat orde en hygiëne worden verwaarloosd en dat jongere leden last krijgen van heimwee. - Kies voor kapoenen een bivakhuisje als kampplaats. Kabouters en welpen mogen in tenten op kamp maar het tentenkamp moet door de leiding vooraf worden opgesteld, er moeten echte WC's zijn, er moet een overdekte speelruimte zijn en je moet een gebouw in de nabijheid hebben waar je kan vluchten bij storm. Bij voorkeur is het aangewezen om een tentenkamp te reserveren voor leden vanaf jonggidsen en jongverkenners die zelfstandig tenten kunnen opbouwen en neerleggen. Voor jonge leden is "weg van thuis" al een groot avontuur op zich. Kamperen in het buitenland blijft best voorbehouden voor gidsen, verkenners en jins. Nachtrust - Zorg voor voldoende nachtrust, zowel voor de leden als voor jezelf. Vermoeidheid verzwakt en is meer dan eens aanleiding van een ongeval. De jongste takken hebben gemiddeld 9 tot 10 uur nodig, ouderen ongeveer 8 uur. Als leiding bepaal je tot bij gidsen en verkenners mee om hoe laat men gaat slapen. Gun je tak voldoende recuperatie na tochten, nachtactiviteiten of dauwtrips. Leg niet meer dan 1 uur verschil in tijd bij een "kampuur". - Bij kapoenen is het nodig dat er steeds minstens 1 leid(st)er in dezelfde slaapruimte ligt als de leden; bij welpen volstaat het dat leiding binnen gehoorsafstand ligt. - Het is toegestaan dat leden gemengd slapen; deze toelating is echter geen verplichting: het is niet omdat je een gemengde groep bent dat jongens en meisjes ook samen móeten slapen. Forceer het zeker niet en vraag de leden wat zij er zelf van denken.
Ziek - Eerbiedig elk signaal van leden die melden dat ze ziek zijn. - Voorzie een goed (leuk) ingerichte ziekenruimte, niet verafgelegen van de rest van de groep. - Raadpleeg tijdig een dokter. Wassen - Plan een dagindeling met vaste momenten om zich te wassen: 's avonds en 's ochtends; Let erop dat iedereen zich wast en tanden poetst. - Geef elkeen de gelegenheid om zich tijdens het kamp volledig te wassen of te douchen. - Maak er een gewoonte van om voor het koken en voor het eten de handen te wassen. - Denk aan een wasmiddel om eventuele kleding proper te maken. Party-party - Het leven is een feest. Fuiven een must? - Alcohol ontsiert een scouts- of gidsenkamp. Beperk in elk geval de hoeveelheid alcoholische drankjes in de foerage en het leidingskader. Natuurlijk smaakt een frisse pint, een warm wijntje of een borrel op z'n best na een vermoeiende dag. Dronkenschap is echter niet te combineren met je rol als leider of leidster. In functie van de organisatie en het toezicht is overmatig gebruik van alcohol (of gebruik van andere drugs) dan ook absoluut uitgesloten. Durf elkaar hierop aan te spreken. - Met jongere leden is alcoholgebruik uiteraard niet van toepassing; bij oudere takken kan dit in beperkte mate, net zoals roken, slechts op afgesproken momenten en plaatsen. Afstanden - Pas de lengte van tochten aan de leeftijd en conditie aan van je leden; neem de zwakste onder hen daarbij als norm. - Afmatting is onze sport niet en wees soepel in je programma bij felle zon of hevige regen.
Voeding - Zorg ervoor dat er op regelmatige tijdstippen wordt gegeten; hou daarbij rekening met kooktijden van gerechten. - Lever evenwichtige maaltijden, voldoende vers en voldoende vitamines. - Help leden tot bij jonggidsen en jongverkenners tijdens het bereiden van eten; laat jongere kinderen jou of de foeriers helpen. - Kijk erop toe dat er tijdens het eten voldoende kalmte is.
16
Verzekering op kamp Wie is verzekerd? Alle personen die hun lidgeld betaalden en voorkomen op de ledenlijst van de groep (de minimumleeftijd = 6 jaar zijn op 31 december van het lopende werkjaar.)
Strafrechterlijke aansprakelijkheid De boetes op strafrechterlijke overtredingen en de rechtstreekse gevolgen van die overtredingen bv. een verkeersovertreding of inbraak zijn niet verzekerd.
Waar en wanneer is men verzekerd?
Verzekering kamperen in het buitenland (zie pagina 8)
- Zowel in het binnen- als in het buitenland! - Tijdens alle toegelaten scouts- en gidsenactiviteiten die gebeuren in opdracht van de leiding, bv. patrouilletochten. Activiteiten met een verhoogd risico bv. speleologie, rotsklimmen, rafting … moeten op voorhand schriftelijk gemeld worden aan het nationaal secretariaat van VVKSM. Luchtsporten zijn niet verzekerd. - Voor wat lichamelijke letsels betreft: op de weg van en naar het lokaal of elke plaats van bijeenkomst, bv. groepsraden, op kamp. Het begrip "van en naar" heeft dezelfde betekenis als "de weg van en naar het werk" in de arbeidsongevallen wetgeving.
Wat is verzekerd? Groepsmateriaal is altijd verzekerd via de polis brandverzekering, ook bij transport en verplaatsing. Stormschade aan opgestelde tenten is eveneens verzekerd.
Waarvoor is men verzekerd? De personenverzekering van VVKSM is een verzekering tegen lichamelijke ongevallen en burgerlijke aansprakelijkheid. Je bent dus niet verzekerd tegen contractuele en strafrechterlijke aansprakelijkheid Contractuele aansprakelijkheid Je sluit als leider of leidster meer dan eens een contract af, bv. een huurcontract voor een kampplaats of een minibusje. Ook al sluit je deze overeenkomst in naam van je groep, blijf je zelf aansprakelijk voor de uitvoering van dit contract. Dit noemen we 'contractuele aansprakelijkheid'.
Hoe kan je dit risico beperken en jezelf beschermen tegen contractuele aansprakelijkheid? · Lees een contract vooraf grondig na en leg het tijdig voor aan een deskundige of aan VVKSM voor advies. · Kijk ook alle documenten goed na omtrent de omnium- en diefstalverzekering, zeker als het om voertuigen gaat. · Sluit eventueel een bijkomende verzekering voor materiaal, auto's of een assistance-verzekering af : zie pagina 8)
17
Aanvullende verzekeringen af te sluiten via VVKSM - een tijdelijke verzekering van personen bv. foeriers - een verzekering van groepsmateriaal, materiaal van derden en persoonlijk materiaal (bagage, fietsen...) dat gebruikt wordt tijdens een activiteit van VVKSM, maximumperiode: 30 dagen, eerste en laatste dag inbegrepen. - een bijkomende verzekering kamperen in het buitenland (assistance verzekering) zie pagina 8 - een tijdelijke autoverzekering
Info Voor praktische informatie verwijzen we naar de folder 'Verzekeringen' te verkrijgen bij VVKSM. Hierin vind je alle gegevens betreffende onze polissen, de verzekerde bedragen, premies, mogelijkheden, beschrijving van wel- en niet verzekerde bedragen.
Administratieve afhandeling van een ongeval Vraag bij een ongeval aan de politie altijd het pv-nummer. Polisnummer persoonlijke ongevallen en BA VVKSM (OMOB): 45.055.933 Polisnummer lokalen en groepsmaterieel (brand en stormschade) VVKSM (OMOB): 38.031.050 Polisnummer OMOB assistance (buitenland): 45.052.751 Stuur de aangifteformulieren binnen de week rechtstreeks naar de verzekeringmaatschappij gestuurd: OMOB Prins Bisschopssingel 73 3500 Hasselt fax: 011 28 20 20
Wat te doen bij een ongeval of crisissituatie? eerst aan de slachtoffers, 1 Denk blijf kalm en reageer rustig. Medische spoeddienst 100 Rijkswacht of politie 101 Brandweer 100 Antigifcentrum 070 24 52 45 Europees noodnummer plaatselijke hulpdiensten GSM 112 Zelfmoordpreventie 02 649 95 55
onmiddellijk iemand van de leiding 2 Plaats bij het slachtoffer en de betrokkenen en hou de rest van de groep van het gebeuren weg. Organiseer met de rest van de leiding iets dat de andere leden weer tot rust kan brengen (gesprek, wandeling, ...).
3
Verwittig in overleg met het medisch team de ouders of familie (het gebeuren neutraal bekendmaken, geen conclusies of oordeel).
VVKSM nationaal 4 Verwittig Telefoon: 03 231 16 20 Fax: 03 232 63 92 Voor dringende hulp bij ongeval of een ernstig probleem kan je terecht op de noodlijn van VVKSM: 0474 26 14 01. Iemand van de verbondsleiding belt je dan zo snel mogelijk terug. Geef volgende gegevens door: plaats en datum van gebeuren identiteit slachtoffer(s) - contactpersoon van de groep en telefoonnummer - groepsnummer - beknopt de omstandigheden weergeven.
Aidstelefoon 078 15 15 15 Druglijn 078 15 10 20 Kinder- en jongerentelefoon 078 15 14 13 Vertrouwenscentra kindermishandeling Antwerpen 03 230 41 90 Child Focus 02 475 44 11 of 110 Instituut Tropische Geneeskunde: 0900 101 10
formaliteiten 6 Administratieve krijgen nooit voorrang op menselijke aspecten.
7 Praktisch Vraag aan de politie altijd het pv-nummer. Polisnummer persoonlijke ongevallen en BA VVKSM (OMOB): 45.055.933 Polisnummer lokalen en groepsmaterieel (brand en stormschade) VVKSM (OMOB): 38.031.050 Polisnummer OMOB assistance (buitenland): 45.052.751
8 Administratie Stuur de aangifteformulieren binnen de week rechtstreeks naar de verzekeringmaatschappij gestuurd: OMOB Prins Bisschopssingel 73, 3500 Hasselt fax: 011 28 20 20
met verbondsleiding 5 Inkanoverleg alles op vlak van verzekeringen, familiesteun, slachtofferhulp, persbenadering, dringende sociale interventie enz geregeld worden.
18
Kampplaats zoeken - Een terrein kan er in de zomer heel anders bij liggen dan in de winter of de herfst; zoek je kampterrein dus in de zomer (kamperders van dat moment kunnen je meteen informeren). - Verzamel op voorhand adressen zodat je gericht kan zoeken en een telefonische afspraak kan maken om het huis of terrein te bekijken. - Kies een uitdagende omgeving, één die je intrigeert; dat kan de natuur zijn (met een curieus dorp of een mysterieuze ruïne erin), maar ook Montmartre, een grot, een afgedankte treinwagon, een kinderboerderij ... - Ga niet jaar na jaar in dezelfde regio op kamp, maar wissel af.
Adressen Enkel kamphuizen - CJT, Bergstraat 16, B-9820 Merelbeke, tel. 09 231 86 76, fax 09 210 57 80 ,
[email protected], www.cjt.be - Repertorium Kampeercentra, te koop in de Scoutsshop, www.kampeercentra.be - Lokalenboekje VVKSM, te koop in de Scoutsshop en online www.vvksm.be Enkel kampeerweides - CD-rom Kampeerwijzer Kamphuizen en -terreinen - Scoutskrant Over & Weer - Domeinen VVKSM, info en adressen bij VVKSM - Where to stay in Europe (domeinen van anders scouts- en gidsenverbonden, via www.vvksm.be of www.scout.org/europe/ + op de kampfiches van kampen in het buitenland van andere groepen staan heel wat adressen en contacten (kopies te verkrijgen bij VVKSM)
Checklist bij het zoeken Kijk volgende punten na: Kampterrein en kamphuis verhouding prijs-kwaliteit grootte van het terrein veiligheid van de omgeving (directe omgeving verkeersarm) toegankelijkheid van het omliggende bos: consulteer de boswachter overstromingsgevaar door dichtstbijzijnde rivier ondergrond (stenen, drassig …) fietsafstand tot winkels bereikbaarheid met het openbaar vervoer sjorhout verkrijgbaar in de omgeving (bij een houtvester, een boer, ...) te sprokkelen hout : consulteer de boswachter of het mag (zie pagina 23) enige privacy / intimiteit t.o.v. naburige groepen telefoon binnen bereik (o.m. in geval van ongeval of ziekte) Kamphuis veiligheid van het kamphuis: binnenbekleding (geen isomo of plastiek), trappen (stevig? niet te steil? goede leuning? ), brandblussers, noodverlichting, evacuatieuitgangen (aanwezig?), betrouwbare elektriciteit, gasflessen (nooit binnen, beschermd tegen zonnestralen) en voldoende verluchting bij gaskachels (werden ze onlangs nog gecontroleerd?) zie ook pagina 11 hygiëne keuken, sanitair: let op schimmels, vochtplekken, verluchting … indien geen bedden: voldoende plaats per kind (min. 1 op 2 meter) indien bedden: veilig (zeker bij stapelbedden), en voldoende propere matrassen voldoende speelruimte bij regenweer Vul deze checklist nog aan met specifieke groepswensen. Noteer vooraf het adres en telefoonnummer van dokter, apotheker en ziekenhuis. Een bezoekje tijdens de kampverkenning leert je vlot de weg in geval van noodsituaties ter plaatse. Noteer ter plaatse het adres en telefoonnummer van een bakker, slager, kruidenier. Je strijkt neer op vreemd grondgebied; gedraag je als een fijne gast op visite, met respect voor je tijdelijke omgeving en buren. En gun ook andere jeugdkampen een deugddoend kampleven.
19
Het kamp financieel bekeken Aan de hand van onderstaand begrotingsschema kan je vrij nauwkeurig de kampprijs berekenen.
Uitgaven 1. Voorbereiding
2. Kamp
verplaatsingen
vervoer deelnemers
(bv. kampplaatsverkenning)
vervoer materiaal
voorschot huur terrein/kamphuis
huurprijs terrein of kamphuis
aankoop kampeermateriaal
d.i. (...... euro x ........ aantal nachten x .....deelnemers) min ....... euro voorschot of de globale huurprijs min het voorschot
herstelling materiaal
huur prijs pioniershout brandhout
te huren materiaal (bv. tenten)
water aankoop spelmateriaal
elektriciteit
EHBO
gas
drukwerk
voeding
briefport
stel een vast bedrag per dag per persoon voorop (bv. 4,96 euro /persoon/dag) ........ euro x ........ dagen x ........ personen
telefoon
geld voor eventuele uitstappen
documentatie
(bv. gids)
(kampbrochures, brieven)
verzekeringspremie materiaal andere
andere uitgaven
Subtotaal uitgaven
Subtotaal uitgaven
Totaal uitgaven
Inkomsten (raming in vergelijking met vorig jaar) Subsidies:
gemeente provincie groep
Opbrengst acties NB: Regelmatig worden de subsidies berekend op basis van het aantal begeleid(st)ers met een erkend cursusbrevet. INFO via gemeentebestuur
Andere inkomsten Totaal inkomsten
Kampprijs KAMPPRIJS =
uitgaven - inkomsten vermoedelijk aantal deelnemers
=
euro
20
Tips bij het begrotingsschema Een vaste persoon is verantwoordelijk voor het geld en het kasboek (dit kan evengoed een foerier zijn). Vraag eventueel een tweede persoon om de financiën mee op te volgen. Hou het kasboek dagelijks bij en noteer alle uitgaven, hoe gering ook. Bij de spoorwegen en busmaatschappijen bestaan er allerlei kortingsformules. Maak er gebruik van. Vergeet niet ter plaatse korting te vragen aan de bakker, slager, kruidenier,... Noteer alleen de inkomsten waarvan je zeker bent (overschat bv. niet de opbrengst van eventuele acties of subsidietoelagen). Gebruik de kampsubsidies om de deelnameprijs van het kamp te drukken, niet om bv. het lokaal te herschilderen. Wanneer je met de leiding een deel van de kampprijs niet betaalt, dan heeft dit serieuze gevolgen voor de kampprijs per deelnemer. Ga na of er in jullie jeugdwerkbeleidsplan geld voorzien is voor kampen. Informeer bij de jeugddienst. Neem een voldoende grote geldreserve mee. Om te vermijden dat er steeds een grote som geld op het kampterrein is, kan je geld op een rekening storten om het dan via het plaatselijk bankfiliaal af te halen (controleer eerst of de bank een filiaal heeft in de gemeente waar jullie kamperen). In binnen- en buitenland kan je werken met Bancontact of betaalkaarten (zoals VISA). In het buitenland ook met Travellercheques.
Belangrijke regel Zorg ervoor dat de kampprijs niemand belet om mee te gaan.
21
Financiën bij kamperen in het buitenland: zie pagina 8 en 9
Attesten en decreten Water
Vuur
Water dat niet uit de kraan of aangekochte flessen komt (bronwater, regenputten …), moet worden gecontroleerd. Dit gebeurt door het Instituut voor Hygiëne en Epidemiologie (02 642 51 01). Een attest moet worden aangevraagd door de eigenaar van de kampplaats voor het begin van de zomervakantie.
In België mag je geen vuur maken op minder dan honderd meter van boomgaarden, bossen, huizen, hagen en in woonzones. In Vlaanderen mag je alleen vuur maken met plantaardige stoffen (onbehandeld droog hout zoals in het bos te vinden is). Maar men is bij het ter perse gaan van dit kamvisum bezig met een nieuwe wetgeving. Het resultaat wordt waarschijnlijk een wet die elke vorm van vuurtje stoken verbiedt. Er zou wel een uitzondering komen voor kampvuren. Maar daarvoor moet de gemeente waar je het kampvuur wil maken, een gemeentelijk reglement hebben goedgekeurd waarin kampvuren worden toegestaan. In Wallonië is er (nog) geen reglementering voor wat je mag verbranden. In heel de wereld is het verbranden van afval slecht voor milieu en gezondheid.
Bos Zowel in Vlaanderen als in Wallonië is een bosdecreet van kracht. Voor beide streken heb je formulieren nodig m.b.t. de toegankelijkheid van bossen (spelen, sprokkelen, vuur maken, sjorhout). Deze formulieren (voor Vlaanderen) kan je bekomen in elk gemeente-huis, bij sommige kampeigenaars of op het verbondscentrum van VVKSM. De formulieren voor Wallonië worden opgestuurd naar de groepsleiding.
Hiernaast volgen de provinciale adressen waar je de formulieren naar toe kan sturen. Daar kan je ook terecht voor meer informatie en voor de contactadressen van de houtvesters en boswachters van de regio waar je op kamp gaat. Deze laatste contacteer je best vooraf.
22
Provincie Antwerpen: Afdeling Bos en Groen, Antwerpen Copernicuslaan 1, 2018 Antwerpen Tel: 03 224 62 46 Afdeling Bos en Groen, Turnhout Parklaan 49/1, 2300 Turnhout Tel: 014 63 93 63 Provincie Vlaams Brabant: Afdeling Bos en Groen, Leuven Waaistraat 1, 3000 Leuven Tel: 016 21 12 27 Afdeling Bos en Groen, Groenendaal Brusselsesteenweg 700, 3090 Overijse Tel: 02 657 22 03
Direction de Mons: Bureau: 16, rue Achille Legrand 7000 Mons Tel: 065 32 82 41-40-47 - Fax: 065 32 82 44 Of: 065 32 81 43 Direction d'Arlon: Bureau: 151, Avenue de Longwy 6700 Arlon Tel: 063 22 44 89 - Fax: 063 23 49 73
Provincie Limburg: Afdeling Bos en Groen Gouverneur Roppesingel 25, 3500 Hasselt Tel: 011 26 44 81
Direction de Liege: Bureau: 77, Bld de la Souweniere 4000 Liège Tel: 04 232 55 10
Afdeling Bos en Groen, Bree Ter Rivierenwal op A, 3960 Bree Tel: 089 46 21 31
Direction de Malmedy: Bureau: 8, Avenue Mon-Bijou 4960 Malmedy Tel: 080 33 00 58 - Fax: 080 33 93 93
Afdeling Bos en Groen, Hechtel: Peerderbaan 31, 3940 Hechtel Tel: 011 73 41 50 Provincie Oost-Vlaanderen: Afdeling Bos en Groen, Gent Gebr. Van Eyckstraat 4/6, 9000 Gent Tel: 09 265 45 80 Provincie West-Vlaanderen: Afdeling Bos en Groen, Brugge Zandstraat 255, 8200 Sint-Andries-Brugge Tel: 050 45 41 56 Direction de Neufchateau: Bureau: Clos des Seigneurs 6840 Neufchâteau Tel: 061 22 81 20-21 Fax: 061 22 81 26
23
Direction de Namur: Bureau: 98, rue Nanon 5000 Namur Tel: 081 24 34 59-60 - Fax: 081 24 34 61
Direction de Marche: Bureau: 1, rue du Carmel - 2ème étage 6900 Marche-en-Famenne (Marloie) Tel: 084 22 03 47-43-56 Fax: 084 22 03 48 Voor het betreden van waters en rivieren in Wallonië: Service de la pêche: Bureau: 100, Avenue Gouverneur Bovesse - 9ème étage 5100 Jambes Tel: 081 327 483-488 Fax: 081 32 74 70 Contactadressen voor de Oostkantons zijn te vinden in de jaarlijkse kampbrochure: Dienst voor Toerisme van de Oostkantons Mühlenbachstrasse 2 4780 Sankt Vith Tel: 080 22 76 64
Interessante publicaties over kamp Aan informatie kunnen we je steeds helpen. Je kan dagelijks het nationaal secretariaat contacteren. In de Scoutsshop vind je allerlei publicaties. www.scoutsshop.be/shop/boekengeschenken.asp - De Vergeten Gids (veiligheid in scouting)
- Ik zit in 't groen (op kamp met Kabouters en Welpen)
- Organisatorisch Handboek (structuur en administratie in VVKSM)
- Neuze Neuze (handboek voor Jonggidsen en Jongverkenners)
- De handboeken van elke tak (takwerking)
- Straatmanieren (veiligheid onderweg)
- De koorddanser speciaal voor groepsleiding
- Blauw Licht (hulp bij crisiscommunicatie)
- Technische bakentjes (oriëntatie, pionieren, kamptenten, totemisatie, ...). - Hoofd in de Wolken, Voet en op de Grond (map over Chrimen)
- Repertorium Kampeercentra (inventaris van 700 kampeercentra uit Vlaanderen) - ... (Het totemboek, gepland tegen 1 maart 2003)
De CD-rom Kampwijzer Meer dan 500 kampterreinen! Tips bij organisatie, spel en activiteiten op scouts- en gidsenkampen. Alle kampadministratie.
In juli en augustus overspoelen duizenden scouts en gidsen het land, beladen met rugzak, tenten en kampmateriaal allerhande. Een weekje in de open lucht: koken op een houtvuur, slapen en leven in tenten, geen deuren op slot doen, niet doortrekken als je naar het toilet gaat... Achter de schermen gaat aan zo'n kamp een grondige voorbereiding vooraf, die vaak begint onmiddellijk na het vorige kamp. KAMPWIJZER biedt aan scouts- en gidsenleiding een waaier aan informatie aan over KAMP. Maak je kampvoorbereiding gemakkelijker en prettiger: haal de CD-rom in huis en ontdek de ontelbare tips bij het organiseren van je kamp. Wat kan je zoal op de CD vinden? - meer dan 500 kampterreinen - kampprogramma - kampmateriaal - verzekeringen - vraagbaar - papierberg
24
Het kampmateriaal Over kampmateriaal kan je een boek schrijven. We beperken ons hier tot enkele tips. Algemeen - Bezint eer ge begint: maak samen met een aantal mensen, goed op voorhand een checklist van wat je nodig denkt te hebben. Maak op tijd een inventaris van het materiaal dat jullie hebben (en de staat ervan) en wat jullie extra nodig hebben. Overweeg telkens of jullie het extra materiaal huren of aankopen. - Hou het veilig en hygiënisch: zie zeker pagina's 10 en volgende. - Materiaal kost veel geld. Bovendien begint veiligheid met goed onderhoud van het materiaal. Daar mag je best streng op zijn. - Leer leden goed omgaan met materiaal: laat hen de patrouillekoffer mee samenstellen, toon hoe het moet, geef hen verantwoordelijkheid maar blijf begeleiden. - In de Scoutsshop van VVKSM is alle kampeermateriaal verkrijgbaar.
Niet vergeten - Materiaalkoffer: verlichting voor de foeragetent - Fouragekoffer: de juiste verbindingsstukken voor gasfles en kookvuur (afdichtingsringen, spanringen, ontspanner) en een engelse sleutel. - Speelkoffer met eventueel leuke leesvoer en gezelschapsspelen. - Persoonlijk materiaal: beperk en maak afspraken over waardevolle spullen zoals uurwerken, gsm's, laptops, camera's, zakgeld. Nuttige adressen - EHBO-koffer zelf samen te stellen (bijvoorbeeld i.s.m. apotheker), ofwel aan te vragen bij een plaatselijke Vlaamse-Kruis-afdeling (adres te bekomen bij Vlaamse-Kruis-nationaal, Tervuursesteenweg 23, 3001 Heverlee. 016 23 78 88), ofwel bij het Jeugd Rode Kruis vzw, J. Stallaertstraat 1, 1050 Brussel, 02 344 19 18. - Sportkoffer: Aan te vragen bij BLOSO, Nieuw-brugstraat 68, 1830 Machelen, 02 251 70 63 of bij Sporta, Geneinde 2, 2260 Tongerlo, 014 54 80 72.
Kampregistratie Vul de registratiefiche op keerzijde volledig in en stuur ze naar het nationaal secretariaat voor je op kamp vertrekt! Deze registratie is noodzakelijk om in crisissituaties op kamp bereikbaar te zijn. www.vvksm.be/veldwerk/kampregistratie
25
Elk jaar trekken we met 70.000 scouts & gidsen op kamp. Zowat 650 groepen, met elk min of meer vijf takken, organiseren tijdens de zomer een verblijf van verschillende dagen op een plek ergens verscholen. Jaarlijks komen er op het nationaal secretariaat van VVKSM vragen toe, waarvoor het hoogdringend nodig is om onze leden of leiding ter plaatse te kunnen contacteren. Om in geval van nood onze groepen en takken op kamp te kunnen bereiken, vragen we je om onderstaand formulier vóór je vertrek ingevuld te bezorgen aan: VVKSM - Kampregistratie Lange Kievitstraat 74 2018 Antwerpen Fax: 03 232 63 92
Kampregistratie Groepsnummer
Trekkamp
Groepsnaam
Adres van het kampterrein
Plaats (gemeente) van het groepslokaal
Provincie
Tak
Land
Groepskamp Datum van het kamp
van
Telefoon op de kampplaats eventueel GSM
tot
(vóór- en nakamp inbegrepen)
Naam van de kampleid(st)er
Contactpersoon thuis bereikbaar
Aantal leden op kamp
Telefoon
Aantal leiding op kamp
26
Nuttige adressen en telefoonnummers Vul dit lijstje in vóór je op kamp vertrekt, en bewaar het op een plaats waar je het gemakkelijk terugvindt. Als je dan plots een dokter nodig hebt of je hart eens wil luchten bij de groepsleid(st)er, heb je het adres en het telefoonnummer onmiddellijk bij de hand. GROEPSLEID(ST)ER Adres
Adres
Tel
Tel
DC
BOSWACHTER Adres
Adres
Tel
Tel
VVKSM
BAKKER Lange Kievitstraat 74, 2018 Antwerpen Tel: 03 231 16 20 - Fax: 03 232 63 92 Noodlijn: 0474 26 14 01
PLAATSELIJKE DOKTER
Adres
Tel
SLAGER
Adres
Adres
Tel
Tel
ZIEKENHUIS
KRUIDENIER
Adres
Adres
Tel
Tel
APOTHEKER
GROOTWARENHUIS
Adres
Adres
Tel
Tel
POLITIEPOST
27
PLAATSELIJKE PASTOOR
BUREAU TOERISME
Adres
Adres
Tel
Tel
Verantwoordelijke uitgever: VVKSM vzw - Rudy Verhoeven Lange Kievitstraat 74 - 2018 Antwerpen Dit Kampvisum is een initiatief van het commissariaat Groepsleiding Vormgeving: pars pro toto Eindredactie: Jan Van Reusel