03_10 k ‘School verworden tot zorginstituut’ k Training Rots & Water k Mbo-punt versoepelt overstap >
- - - - - - - Rotterdams Onderwijs Magazine
Knapsten komen in ’Leonardo’
k ISO Jacobusschool
Haal meer uit jezelf, Be InspiR’d
Vind de bomen in zorgbos
maart _ nr. 03 _ jaargang 33
van de redactie
Zorg
agenda
c 10 maart (start) ROTTERDAM
cursus Filosoferen doe je zo (po) ‘Scholen zijn te veel verworden tot zorginstituten’, beweert Frans van der Hilst, voorzitter van de commissie Jeugd, Onderwijs en Cultuur van de gemeenteraad (zie pagina 6 en 7). Is dat een juiste constatering? Je kunt in ieder geval zeggen dat soms voor scholen de zorg voor leerlingen het onderwijs in de weg zit. Directeur Anja Jansen van de Jacobusschool in Hoogvliet vertelt: ‘Toen ik hier in november 2007 begon, was de situatie verschrikkelijk. De school leek wel een zorginstelling; er werd meer gespeeld dan geleerd.’ De school ging ‘puin ruimen’ en is er met extra begeleiding weer helemaal bovenop gekomen. Lees het verslag op pagina 30 en 31. Regelmatig komt het voor dat scholen de (leer)problemen van leerlingen niet langer zelf aankunnen. Zij zoeken hulp van partners buiten de school. Er zijn echter veel aanbieders die elkaar vaak deels overlappen op het punt van aanbod en werkterrein. Cas Smulders van schoolbestuur BOOR heeft de wirwar van de jeugdhulpverlening in kaart gebracht. Lees hierover op pagina 4 en 5.
informatiebijeenkomst 2-jarige Masteropleiding Leren en Innoveren www.booracademie.nl
18 maart ROTTERDAM
Dag van de leerplicht
Vak 10 Mijn vak > Frits Oosthoek over basisschool Van Oldenbarnevelt: ‘Op deze school kan heel veel’ 12 ‘Je draagt zelf verantwoordelijkheid’ > Mobiliteitscentrum Zadkine grootste onderwijsleerbedrijf van Nederland 14 ‘Ik stoom mijn leerlingen niet klaar voor de hoogste functies’ > Leonardo-groep op Pluspunt 15 Einstein-leerlingen doen onderzoek in Londen
www.dagvandeleerplicht.nl 22 maart (start) ZEIST
Training voor contact- en vertrouwenspersonen in het onderwijs www.ppsi.nl 22, 23 en 24 maart LUNTEREN
31 maart ROTTERDAM
symposium Veiligheid en seksuele diversiteit (vo) www.jos.rotterdam.nl
Rotterdams Onderwijs Magazine voorlichtings- en opinieblad voor onderwijs, educatie, vorming, opleiding en training in Rotterdam. Gratis voor personeel van voorscholen, primair en voortgezet onderwijs in Rotterdam. 33e jaargang -- nr.3 -- maart 2010 ISSN 1386-2863 -- Verschijnt negen keer per jaar -- Oplage 8100 Losse nummers € 5,50 Abonnement € 49,50 (opzeggingen vóór 1 november) Uitgave Stichting de Meeuw Redactie Ineke Ginjaar, Lidija Konijnendijk-Schrage, Lydia den Ouden, Hanneke van Trirum, Willem Bijl (hoofd- en eindredactie) Redactie-adres Postbus 61055 -- 3002 HB Rotterdam -- telefoon 010 4863022 -fax 010 4866455 -- e-mail
[email protected] Grafische vormgeving Trichis Vormgeving BNO -- Rotterdam Foto cover Jan van der Meijde Druk Goos -- Ouderkerk aan den IJssel © Stichting de Meeuw
4 Wirwar jeugdhulpverlening in kaart gebracht > Sociale kaart wijst scholen de weg in het grote zorgbos
10 maart ROTTERDAM
www.poraad.nl
colofon
Beleid
www.skvr.nl
studieconferentie Taal, rekenen, passend onderwijs
Eén ROM minder Er zijn omstandigheden ontstaan waardoor het meinummer helaas niet kan verschijnen. In plaats van tien verschijnen er in 2010 nu negen nummers. Het ROM van april wordt het april/mei-nummer.
inhoud
31 maart ROTTERDAM
conferentie Volledig dagarrangement
∏
Leerling
20 Kim de Snoo: ‘Ik leer voor... administratief medewerker Haven en Vervoer’ 22 De Katrol keert kansen van kinderen > Rotterdamse hbo-studenten ondersteunen basisschoolleerlingen 23 Basisschool De Boog Bospolder wint prijs voor ouderbetrokkenheid 25 Marnix Gymnasium wint prijs met serious game 26 ‘Rolmodel kan vonk doen overslaan’ > Inspirerende rotterdammers bezoeken scholen 27 Aantal voortijdig schoolverlaters daalt gestaag 28 ‘Deugden zijn minder cultureel gekleurd dan normen en waarden’ > Morele vorming van kinderen begint met deugdenonderricht
6_ ‘SCHOOL ZOU KENNISINSTITUUT MOETEN ZIJN MAAR IS VERWORDEN TOT ZORGINSTITUUT’ Voorzitter Frans van der Hilst als laatste in de reeks interviews met JOC-leden O
8_ BASISSCHOOL VIERAMBACHT Rots en Water maakt kinderen weerbaarder R
16_ MBO-PUNT VERSOEPELT OVERSTAP NAAR ROC ‘Zo winnen we tijd en kunnen we problemen voorkomen’ O
www.cedgroep.nl 27 april ROTTERDAM
conferentie Taal in de etalage (vo) www.cedgroep.nl/cursussen 19 mei ROTTERDAM
f
School
32 DocentTalent > Koert Sauer wil via muziek verbindingen leggen 33 Evangelische basisschool op Zuid
CED-dictee www.cedgroep.nl 31 mei ROTTERDAM
debat Reflexies: Studiekeuzes en aansluiting www.stichtingreflex.nl
+ plus 2_Agenda 18/19_Talent in Beeld 34_Hoe is het toch met...? 34_Geflitst 36_Veldwerk
30_ JACOBUSSCHOOL LEGT DE LAT WEER HOOG School kiest na chaotische periode voor structuur R
03 | 10 --- Rotterdams Onderwijs Magazine
|3
Beleid T CAS SMULDERS 010 2821849
tekst Marijke Nijboer
Als een school voor een leerling hulp van buitenaf nodig heeft, moet dat liefst snel worden geregeld. Helaas vormen de vele instellingen voor jeugdhulpverlening een ondoorzichtig woud. Cas Smulders is bezig deze wirwar in kaart te brengen. Zijn ’sociale kaart’ moet scholen de weg gaan wijzen.
O
nderwijs en zorg moeten liefst vloeiend in elkaar overlopen. Ze zijn ook moeilijk van elkaar te scheiden, zegt Cas Smulders, bovenschools directeur zorg bij schoolbestuur BOOR. ‘Neem een kind met taalachterstand: dat heeft moeite om zich te uiten, en moeite om conflicten op te lossen. Verbetert de taal, dan gaan de sociale vaardigheden ook vooruit.’
Zorg wordt één van de thema’s van de tweede periode van het Rotterdams Onderwijsbeleid (ROB). ‘We willen vermijden dat leraren bij de confrontatie met leerproblemen denken: dit kan ik er niet bij hebben.’ Kan de school een bepaald probleem zelf niet aan of valt dit buiten haar werkterrein, dan moet zij een beroep kunnen doen op partners van buiten. Helaas blijkt het vinden van de juiste partner soms een hele klus te zijn. Er zijn veel aanbieders die elkaar vaak deels overlappen op het punt van aanbod en werkterrein. De commissie 3O VO-ROC van het ROB heeft Smulders daarom gevraagd om hiervan een bruikbaar overzicht te maken. Het overzicht is vanaf deze maand (maart) bij de commissie op te vragen.
Competent Tijdens zijn inventarisatie merkte Smulders dat sommige van deze hulporganisaties net zijn gefuseerd of nog verwikkeld zijn in een fusie, en daardoor nog niet alles op een rijtje hebben. Veel websites zijn bovendien verouderd of incompleet. Volgens hem is de wirwar in de zorgwereld een typisch Nederlands verschijnsel. ‘Er zijn weinig landen waar zoveel organisaties het
c.smulders@ stichtingboor.nl
hun taken houden. Sommige instellingen worden bekostigd vanuit de AWBZ, andere via de Stadsregio vanuit het ministerie van VWS. En dan heb je nog gemeentelijke en deelgemeentelijke subsidies. Naast de GGD hebben we de jeugdhulpverlening, jeugdbescherming én jeugd GGZ.’
Denemarken De zorg wordt ook lang niet altijd binnen de school aangeboden. Tijdens een recente excursie naar Denemarken zagen Smulders en andere Rotterdamse onderwijsprofessionals dat het wel degelijk anders kan.
‘Er zijn weinig landen waar zoveel organisaties het maatschappelijk middenveld bevolken’ maatschappelijk middenveld bevolken. Naast de grote instellingen wemelt het van de kleine aanbieders en elke organisatie is op het eigen voortbestaan gericht.’ De betrokken instellingen kunnen zelf soms ook weinig doen aan de onoverzichtelijke situatie. Smulders: ‘Zij zijn soms aan handen en voeten gebonden. Hulpverleners moeten zich vaak aan de begrenzing van
> SOCIALE KAART WIJST SCHOLEN DE WEG
‘Leerplicht en schoolmaatschappelijk werk vormen daar één landelijke organisatie. Die werken in de school en worden door docenten als collega’s ervaren. Dat is goed; juist in de school moeten meer handen zijn. Die hele indicatiemolen van ons is niet de juiste manier. Jeugdhulpverlening moet vlakbij zijn. In de twee Rotterdamse roc’s zit Stek Jeugdhulp al op verschillende locaties midden
cccccccccccccccccccccccccccccc Wirwar jeugdhulpverlening in kaart gebracht cccccccccccccccccccccccccccccc
in de schoolorganisatie en werkt intensief samen met de docenten.’ De Centra voor Jeugd en Gezin (CJG’s) die in elke deelgemeente zullen verrijzen, scharen alle hulp achter één loket. Dat vereenvoudigt de situatie al een stuk. Maar helaas zijn de organisaties die de CJG’s gaan bemensen, het nog niet eens over de vorm van samenwerking. Het is nog onduidelijk of ze één nieuwe organisatie gaan vormen, of allemaal in stand blijven binnen een netwerkorganisatie. Ook is er nog geen overeenstemming over de vraag wie welke indicaties mag verstrekken. Elk CJG heeft weer andere partners, en het kan dus goed dat zij kiezen voor verschillende organisatiemodellen. Smulders: ‘Voor de scholen is het te hopen dat ze het daar snel over eens worden; die willen gewoon snel worden geholpen.’
Ontzorgen Met de gemeenteraadsverkiezingen en een nieuw college van B en W voor de deur is het afwachten hoe het nieuwe beleid er op dit punt gaat uitzien. Het is ook nog onzeker hoe de aankomende bezuinigingen op het Gemeentefonds zullen uitpakken voor de CJG’s. In afwachting daarvan kunnen scholen volgens Smulders het beste gewoon doorgaan met de deskundigheidsbevordering van hun personeel. ‘Goed opgeleide mensen geven goed onderwijs en kunnen hun pedagogische taken aan.’ Het ministerie wil dat taal en rekenen meer aandacht krijgen binnen de scholen. Volgens Smulders hoeft dit niet te betekenen dat de zorg naar de achtergrond verdwijnt. ‘Je moet gewoon zorgen dat je goed onderwijs geeft. Als de leraar en de school zich competent voelen, kunnen veel problemen al in de klas worden opgevangen. We mogen best een beetje ontzorgen. Je hoeft niet overal meteen een externe deskundige bij te halen.’
cartoon Ad Oskam
4|
Rotterdams Onderwijs Magazine --- 03 | 10
03 | 10 --- Rotterdams Onderwijs Magazine
|5
Beleid v Frans van der Hilst: ‘Al die lagen in schoolbesturen zorgen voor geldverslindende bureaucratie en ruis, en de leerling is er de dupe van’ foto Jan van der Meijde
ccccccccccccccccc ‘School zou kennisinstituut moeten zijn maar is verworden ccccccccccccccccc tot zorginstituut’ ccccccccccccccccc
T FRANS VAN DER HILST f.vanderhilst@ raad.rotterdam.nl 010 2673945 (fractiekamer LR)
DE GEMEENTERAAD VAN ROTTERDAM KENT EEN COMMISSIE JEUGD, ONDERWIJS EN CULTUUR (JOC). WIE ZIJN DE LEDEN VAN DEZE COMMISSIE? HOE DENKEN ZIJ OVER HET ONDERWIJS IN
heeft opvallend veel zwakke scholen en scholen onder curatele, en ik vind dat elk bestuur en ieder directielid zich daarover achter de oren zou moeten krabben, want zij zijn daarvoor verantwoordelijk. Een school zou een kennisinstituut moeten zijn, maar is verworden tot een zorginstituut. Dat zien we vooral bij de roc’s. En dat is het paard achter de wagen spannen.’
ROTTERDAM? WAARVOOR ZETTEN ZIJ ZICH IN? RAADSLID FRANS VAN DER HILST IS VEERTIENDE EN LAATSTE IN DE REEKS.
tekst Trea van Vliet
Maar een feit is dat leerlingen uitvallen. Dan moet een school toch iets doen om te zorgen dat ze weer in staat zijn om onderwijs te volgen? Jij bent de afgelopen raadsperiode voorzitter geweest van de commissie JOC. Heb je dan een andere positie dan de andere commissieleden? ‘De voorzitter heeft vooral een technische rol, die moet zorgen dat de discussie en het werken op een goede manier verloopt en praat niet inhoudelijk mee. Ik heb me er altijd voor ingespannen om elk raadslid tot zijn of haar recht te laten komen. Van de één weet je dat die een aanloop nodig heeft om tot zijn punt te komen en die geef je wat ruimte, een ander moet je juist een beetje inperken. In het begin heb ik de commissie gevraagd wat wij de stad nou na deze vier jaar zouden willen achterlaten op het gebied van onderwijs. Wij hebben toen besloten om wat minder op reis te gaan en het geld van dure tripjes in de stad te steken. Eén van de resultaten waar ik trots op ben, is ons initiatiefvoorstel Denken, Voelen en Doen, dat in 2008 is aangenomen. Daarmee heeft de onderwijscommissie geld gereserveerd voor scholen om vakken als filosofie, muziek, beeldende vorming en drama structureel in te bouwen in het onderwijs.’
Loopt dat al een beetje? ‘We zitten nu in de aanloopperiode, want zoiets vergt natuurlijk voorbereiding. Er ligt 4,8 miljoen euro op de plank, vanaf 2012 is dat geld beschikbaar. De bal ligt nu bij de scholen, die moeten het doen. Wij hebben een paar scholen waar het al loopt, gevraagd als ankerscholen. Scholen die nog helemaal moeten beginnen, koppelen we aan die ankerscholen zodat ze het wiel niet opnieuw hoeven uit te vinden. Halverwege 2011 zal de nieuwe gemeenteraad bekijken hoe ver de scholen ermee zijn en wordt er besloten of het geld daadwerkelijk gebruikt gaat worden. Want als het niet loopt, ga je er natuurlijk geen miljoenen in steken. Dan vloeit het geld naar de algemene reserves.’
6|
Rotterdams Onderwijs Magazine --- 03 | 10
JOC DOSSIER
Uit de interviews met de commissieleden van JOC bleek dat er verschillend gedacht wordt over het nut van vakken als muziek en filosofie. Hoe sta jij daarin? ‘Ik denk niet dat we daar zo verdeeld over waren. Taal en rekenen zijn van groot belang om later te kunnen meedoen in onze samenleving. Maar vakken als muziek, filosofie, beeldende vorming en drama spreken een ander deel van de hersens, van het denkvermogen aan. Ze prikkelen het abstraherend vermogen van leerlingen en daar hebben leerlingen bij taal en rekenen veel plezier van. Nu is het zo dat áls het abstraherend vermogen van leerlingen geprikkeld wordt, dat per ongeluk gebeurt. Met ons initiatiefvoorstel ligt er nu de mogelijkheid om dat structureel te gaan doen.’
Wat zijn voor jou de belangrijkste issues binnen het onderwijs? ‘Schrijf je er even bij dat ik nu reageer als raadslid voor Leefbaar Rotterdam in plaats van als commissie-voorzitter! Wat mij betreft is de rol van de schoolbesturen het belangrijkste punt. Rotterdam
NAAM Frans van der Hilst LEEFTIJD 60 jaar IN DE RAAD VOOR ‘Leefbaar Rotterdam. M’n laatste periode, helaas.’ WAAROM STOP JE ER DAN MEE? ‘Wij hebben afgesproken dat raadsleden maximaal twee termijnen mogen zitten om te voorkomen dat we indutten.’ WELKE LEERKRACHT HEEFT VROEGER INDRUK OP JE GEMAAKT? ‘Mijn lerares Nederlands, mevrouw Kotschik. Dat was een dame van stand van wie wij geen patat mochten eten want dat waren kankerstokkies. Alleen zelfgebakken friet mocht. En we moesten met vulpen schrijven, want balpennen kwamen er niet in, dat waren hufterpennen.’ WAAROM MAAKTE JUIST DAT ZO’N INDRUK? ‘Als ik nu zie hoe gemakkelijk allerlei moderne fratsen maar over de schutting van de scholen worden gekieperd en hoe klakkeloos dat vervolgens wordt aanvaard, denk ik nog wel eens aan haar terug. Elke actiegroep heeft wel een lesbrief en scholen gaan daar nog mee aan het werk ook. Schooldirecties moeten daar veel kritischer mee omgaan.’
‘Leerlingen zouden niet eens mógen uitvallen. Stop met competentiegericht onderwijs en zorg voor structuur, voor veel meer persoonlijk contact tussen docenten en leerlingen. Zelf werk ik in het onderwijs als leraar Nederlands. Vroeger gold een lesrooster voor een heel schooljaar, nu kan een rooster iedere dag veranderd worden. Iedere dag! Dat zegt genoeg. Er is gewoon geen rust meer. Rust, regelmaat en reinheid, daar ontbreekt het aan. Als een school die drie r-en zou hooghouden, zou de uitval een stuk lager zijn.’
En waarom lukt het scholen dan niet om rust, reinheid en regelmaat in te brengen? ‘De kosten voor overhead zijn veel en veel te hoog. Het geld daarvoor moet ergens vandaan komen en dan gaan directies oplossingen zoeken als de klassen vergroten. Als het vervolgens lastiger blijkt om les te geven, wat dan logisch is, en er geen geld is om meer leerkrachten aan te stellen, gaan we minder les geven. En om dan aan voldoende studielast te komen, gaan we competentiegericht onderwijs geven. Alleen een bestuur of een directie kan hier wat aan doen, want die zijn in staat om de kosten voor overhead te beperken. Al die lagen in schoolbesturen zorgen voor geldverslindende bureaucratie en ruis, en de leerling is er de dupe van, want elke euro die je aan overhead besteedt, kan niet aan de leerling besteed worden.’
Welke boodschap heb je voor bestuurders en docenten in Rotterdam? ‘Voor bestuurders: kijk elke avond in de spiegel en vraag je af wat je die dag hebt betekend voor de leerlingen en voor de leerkrachten. En voor onderwijzers: Verknoei je tijd niet met vergaderen maar geef het beste van jezelf aan je klas.’
03 | 10 --- Rotterdams Onderwijs Magazine
|7
Vak T MARIJKE TEEUWISSEN m.teeuwissen@ de-meeuw.nl
k ‘Uit evaluaties blijkt dat leerlingen zich zekerder voelen, zich beter hebben leren beheersen of beseffen dat ze wat rustiger moeten zijn.’
GINO PROMES
[email protected]
foto’s Petja Buitendijk
www.rotsenwater.nl tekst Ineke Westbroek
‘Hahaha, moet je dat nou zien lopen!’ Lulim’s medecursisten spelen hun rol van pestkop met verve. Met dierengeluiden en fladderende armen proberen zij Lulim (groep 8) de weg te versperren. Onverstoorbaar, met opgeheven hoofd negeert hij zijn ’kwelgeesten’. Niet arrogant, niet slachtofferachtig. Complimenten voor Lulim, tijdens de laatste les van de training Rots en Water, die basisschool Vierambacht in het kader van de brede school organiseert. In Rotterdam werken drie basisscholen en drie middelbare scholen met Rots en Water, om leerlingen weerbaarder en sociaal vaardiger te maken.
> BASISSCHOOL VIERAMBACHT
Rots en Water maakt kinderen weerbaarder I
n gebogen houding sjokt Rots en Water-docent Gino Promes (Stichting de Meeuw) door de gymzaal van basisschool Vierambacht. Een gesjochten schlemiel. ‘Hoe voel ik me nu, denk je?’ vraagt hij aan zijn cursistengroep. ‘Cool!’ roept Celine. ‘Dat meen je niet! Als je zo moedeloos loopt, ga je je eenzaam en slecht voelen.’ De tunnelhouding, zoals deze houding bij Rots en Water heet, is dus taboe. De strandhouding daarentegen, betekent: fier rechtop, kin omhoog, open voor de omgeving. Deze houding wordt nagestreefd in de naschoolse les, waarbij de deelnemers als afsluiting van de cursus op hun pestbestendigheid worden getest. Om de beurt lopen ze door een denkbeeldige schoolgang, waar hun medecursisten hen uitjoelen in een geënsceneerde treiterpartij, waarbij verwijzingen naar etniciteit en uiterlijke kenmerken taboe zijn. ‘Dit is een nog veilige manier’, legt Promes uit.
8|
Rotterdams Onderwijs Magazine --- 03 | 10
Sterk ‘Ga sterker staan’, waarschuwt Promes Ayse, die ongemakkelijk giechelend in elkaar duikt. Maar dan loopt ze toch moedig langs de groep pestkoppen, evenals de meeste van haar medecursisten. Deolinda heeft het moeilijker. Keer op keer rent ze terug, paniekerig, handen voor haar ogen. Maar uiteindelijk houdt zij stand en prijzen de anderen haar om haar doorzettingsvermogen. ‘Sommige kinderen vonden het eng om zich op te geven’, vertelt Edwin Stierman, brede schoolmedewerker bij De Vierambacht, ‘maar nu stáán ze er gewoon.’ De Vierambacht organiseert Rots en Water omdat er onder ouders, leerkrachten en leerlingen behoefte bleek te bestaan aan methoden om kinderen weerbaarder en sociaal redzamer te maken, vooral als voorbereiding op het voortgezet onderwijs. Dat is zeker gelukt, gelooft Stierman, die merkt dat deelnemers gaandeweg hun grenzen, én die van anderen leerden accepteren.
‘Geleerd scheldpartijen te negeren’ Winnen Ook de kinderen merken resultaat. ‘Ik heb geleerd scheldpartijen te negeren’, meldt Deolinda (groep 7). Hetzelfde geldt voor Lulim, door de meester aangemeld omdat klasgenoten hem pesten. Buket had vroeger vaak problemen in de klas: ‘Ik schreeuwde als iets me niet aanstond. Dat is ietsje minder geworden.’ Marijke Teeuwissen en Gino Promes, bij Stichting de Meeuw verant-
woordelijk voor Rots en Water, constateren soortgelijke bevindingen bij andere deelnemende scholen. ‘Uit evaluaties blijkt dat leerlingen zich zekerder voelen, zich beter hebben leren beheersen of beseffen dat ze wat rustiger moeten zijn.’ Voorwaarde is wel dat leerlingen gemotiveerd zijn, weet Teeuwissen: ‘Ze moeten niet het idee hebben gestuurd te zijn door school of ouders. Het is goed hen tot de conclusie te laten komen dat ze winnen door mee te doen, bijvoorbeeld doordat ze doorkrijgen dat hun gedrag niet meer oplevert dan ruzie.’
Weerbaar maken Het programma Rots en Water, tien jaar geleden ontworpen door pedagoog Freerk Ykema, richt zich op het vergroten van sociale vaardigheden, zelfbeheersing en zelfvertrouwen. Het onderscheidt zich door de fysieke aanpak, waarbij, in plaats van praten, ervaren en doen voorop staan. Uitgangspunt hierbij is dat het belangrijk is je thuis te voelen in je eigen lijf, daar trots op te zijn en het te kunnen onderhouden. Het programma leert kinderen en jongeren in verschillende situaties op de juiste manier voor zichzelf op te komen, zodat zij zich zeker voelen en minder snel gepest worden, of zelf tot pesten overgaan.
Fysiek Het programma houdt rekening met sekseverschillen, waarbij meisjes over het algemeen beter in staat zijn tot het verwoorden van emoties en gevoelens, maar meer moeite hebben hieraan fysieke uitdrukking te geven, en jongens zich doorgaans meer fysiek uiten en leren via ’trial and error’. In Rots en Water-trainingen wordt aandacht besteed aan lichaamshouding, lichaamstaal, aanvoelen en respecteren van grenzen van jezelf en anderen, en zonder geweld problemen oplossen. Getraind wordt in de vorm van competitiespellen, fysieke training, rollenspellen en kringgesprekken.
03 | 10 --- Rotterdams Onderwijs Magazine
|9
Mijn Vak T FRITS OOSTHOEK Basisschool Van Oldenbarnevelt
EEN JAAR OF ZEVEN/ACHT GELEDEN REALISEERDE FRITS OOSTHOEK ZICH DAT HIJ AL ERG LANG OP DEZELFDE PLEK IN HET ONDERWIJS ZAT.
‘Het gevolg van fijne collega’s, een goede directeur en een leuke schoolbevolking’. Toch misschien tijd om de boel eens te doorbreken. Oosthoek ging langs bij de Hollandse school in Singapore, daar was geen plaats. Wel liet de directeur weten vooral te reageren als er een plaatsje vrij zou komen. Toen dat zich voordeed was de directeur inmiddels zelf vertrokken. Ook in Sjanghai bekeek hij zijn kansen. Hij gaf een proefles en terug in Nederland bleek de school wel interesse te hebben. ‘Ik had moeite met Sjanghai, zo groot en hectisch, heel anders dan Singapore waar ik me thuis voelde.’ Daarmee eindigde het buitenlandse avontuur, maar niet de behoefte aan verandering. ‘Toen ben ik maar verhuisd, van Overschie naar Berkel, dat ruimt op, wat heb ik een hoop weggedaan. Het ruimt echt op, ook in je hoofd. En nu ga ik gewoon heerlijk door op deze school.’
> FRITS OOSTHOEK VAN BASISSCHOOL VAN OLDENBARNEVELT
‘Op deze school kan heel veel’ tekst Anne-Marie Plasschaert
‘Ik ben vol energie, flexibel en lang niet uitgeblust, dus ik kan nog best van plek veranderen’, zegt Frits Oosthoek naar aanleiding van het feit dat hij nu 33 jaar op dezelfde school werkt. ‘Maar op de een of andere manier is het er niet van gekomen. Dat komt natuurlijk ook door deze school.’
W
anneer Frits Oosthoek (57) in 1976 zijn diploma van de pedagogische academie op zak heeft, vindt hij na de zomervakantie werk op twee basisscholen. Hij schrikt er van het pedagogische klimaat: ‘Je hoorde er geen kind! En op die ene basisschool moest je zelfs volgens een vaste route van het klaslokaal naar het schoolplein lopen’, vertelt Oosthoek met lichte verontwaardiging in zijn stem. ‘Kinderen werden door de politie uit het lokaal gehaald omdat ze iets hadden gedaan en het gebeurde zelfs dat een ouder op de vuist ging met een leerkracht.’ Na een paar maanden reageert hij dan ook op een advertentie van de Van Oldenbarneveltschool. ‘Hier hoorde ik kinderen!’, reageert hij meteen, ‘het pedagogisch klimaat is zo ontzettend belangrijk. Als leerkracht moet je je realiseren dat een opmerking soms een enorme impact heeft.
10 |
Rotterdams Onderwijs Magazine --- 03 | 10
v Frits Oosthoek: ‘Natuurlijk is er in de loop der jaren van alles veranderd, maar leren staat hier nog steeds centraal en het niveau is behouden gebleven.’ foto Jan van der Meijde
Daarom vind ik de lessen sociale vaardigheden zo goed. De leerlingen komen om te leren, maar goed met elkaar omgaan is nog belangrijker. Als er dus iets speelt in de klas waarover op dat moment moet worden gesproken omdat het de sfeer beïnvloedt, laat ik desnoods een reken- of taalles vallen.’ Veelzeggend op een school waar goed leren en presteren centraal staan.
Bijzondere school De Van Oldenbarneveltschool bestaat al sinds 1923 – ‘zelfs ook op deze plek, dacht ik’. ‘We zijn een school voor neutraal bijzonder onderwijs. Hier drukt niet één geloof een stempel; we hebben lessen levensbeschouwing. Religie en cultuur komen natuurlijk wel in de verschillende vakken naar voren’, legt Oosthoek uit. ‘Dit is een bijzondere school’, vervolgt de leerkracht die helemaal met de school
‘Kinderen zijn zo ontwapenend en soms ook onvoorspelbaar’ vergroeid is. ‘Gelegen in een grotendeels allochtone wijk, het Nieuwe Westen, is toch maar zo’n 25 procent van de leerlingen afkomstig uit een andere cultuur.’ Al die kinderen en ouders zijn in het Nederlands aanspreekbaar, vult Oosthoek aan. ‘Ik ben blij met die kinderen, het is goed om niet alleen een witte of gekleurde bevolking te hebben.’ Ouders kiezen heel bewust voor deze school, vanwege het onderwijs. ‘Natuurlijk is er in de loop der jaren van alles veranderd, maar leren staat hier nog steeds centraal en het niveau is behouden gebleven. Een groot deel van onze kinderen gaat door naar havo en vwo.’
010 2447125
Met de komst van de huidige directeur tien jaar geleden is er vaart gemaakt om zaken te veranderen, vertelt Oosthoek. Zo zijn er nieuwe methodes binnengehaald, het ICTonderwijs is op de rails gezet en er is geïnvesteerd in cursussen voor het personeel. ‘Op deze school kan heel veel. De school is financieel gezond en er is dus geld beschikbaar om zaken aan te pakken. We hebben in alle klassen computers staan, we hebben airconditioning… maar ook opfriscursussen voor ons zijn belangrijk. Ik heb wel veel ervaring, maar door zo’n cursus ga je toch weer eens kijken hoe iets op een andere manier kan worden aangepakt.’
Pluim Dit schooljaar is ook het volledig dagarrangement ingevoerd. ‘Dat we nu eerder beginnen en langer doorgaan vinden de meeste leerkrachten helemaal niet vervelend, blijkt uit een evaluatie die we hebben gedaan. Het geeft wat lucht, je hebt nu bijvoorbeeld eens tijd om een stukje voor te lezen.’ Ook voor zichzelf zoekt Oosthoek nog steeds naar verandering en uitdaging. Was hij een groot deel van zijn carrière actief in groep zeven en acht, nu geeft hij voor het vijfde jaar les in groep 4. Hij motiveert de kinderen en bespreekt lastige onderwerpen als onwenselijk gedrag of complimenten geven. ‘Daarvoor heb ik een grote pluim die ze aan elkaar mogen uitreiken. Dan zegt er één tegen een ander: “Ik geef je de pluim, want jij bent lief!” Kinderen zijn zo ontwapenend en soms ook onvoorspelbaar. Aan jou de taak om daarop te reageren, of juist niet. Dit werk is dan ook nooit saai en dus kun je het lang volhouden. Zoals ik er nu tegenaan kijk, wil ik best door tot 67 jaar.’
03 | 10 --- Rotterdams Onderwijs Magazine
| 11
Vak T BERT WOLTHUIS
[email protected]
tekst Ronald Buitelaar
ARNOLD MÄKEL
[email protected]
Zadkine kreeg onlangs de beschikking over een aanzienlijke uitbreiding van het onderwijsleerbedrijf van het Mobiliteitscentrum. Het ROM liet zich rondleiden. x ‘Het prettige is dat je hier zelf actie kunt ondernemen en zelf verantwoordelijkheid draagt. Bij gewone stages mag je wel helpen, maar doe je nauwelijks iets zelf.’ foto Zadkine
M
et de opening van een nieuw ‘bedrijfsonderdeel’ ter grootte van 1600 m2 kreeg het Zadkine Mobiliteitscentrum op 21 januari in een de klap de beschikking over het grootste onderwijsleerbedrijf van Nederland. Het onderwijsleerbedrijf is ontwikkeld in samenwerking met Innovam, ‘het kennis en opleidingscentrum voor de mobiliteitsbranche’.
Garagepraktijk Bert Wolthuis en Arnold Mäkel zijn als teamcoördinator bij het mobiliteitscentrum betrokken. Zij zijn trots op ‘hun’ nieuwe leer/werkplek. Wolthuis: ‘Het is een plek geworden waar we de garagepraktijk zo dicht mogelijk kunnen benaderen. We hebben de beschikking over acht bruggen, er lopen twee Innovam werkplaatschefs met uitgebreide praktijkervaring rond om leerlingen aan te sturen, er is een balie en misschien wel het mooist van al: we repareren hier gebruiksauto’s in plaats van sloopauto’s.’
Concurrentievervalsing Dat laatste vraagt om nadere uitleg. Werkt het repareren van gebruiksauto’s geen concurrentievervalsing in de hand, is het veilig en weten eigenaars dat hun auto hier terecht kan komen? Mäkel: ‘Van het eerste is geen sprake. Er worden hier alleen auto’s aangeboden via Bovag garages. Verder wordt vooraf aan eigenaars gevraagd of ze er bezwaar tegen hebben dat hun auto hier ter reparatie wordt aangeboden en wordt elke auto grondig gecontroleerd voordat hij naar zijn eigenaar terug gebracht wordt.’
Werken in het grootste onderwijsleerbedrijf van Nederland Grondig nagekeken ROC Zadkine is van mening dat deze aanpak stimulerend werkt: ‘Omdat het om gebruiksauto’s gaat, mag het geen zesje zijn. Het moet een tien zijn.’ Leerlingen Ahmed (24) en Rudi (17) delen die opvatting van hun opleidingsinstituut. Beiden staan in overalls van het onderwijsleerbedrijf te sleutelen aan een blauwe Suzuki, die op een van de bruggen staat. Op de grond ligt een uitlaat. De wielen
van de auto zijn verwijderd. Ahmed en Rudi hebben de auto grondig nagekeken en constateren dat er het nodige aan moet gebeuren. Ahmed: ‘De distributieriem moet worden vervangen, de remmen moeten nagekeken worden, de uitlaatdemper is kapot en het luchtfilter moet vervangen worden.’
Verantwoordelijkheid Na overleg met hun ‘chef’ zal de klant benaderd worden en de vraag voorgelegd krijgen wat er gerepareerd moet worden. Rudi: ‘We zullen aangeven wat per se gemaakt moet worden en wat nog uitgesteld kan worden.’ Of ze het geen eng idee vinden dat ze niet aan een sloopauto werken, maar aan een gebruiksauto? Rudi: ‘Ik realiseer me dat er dadelijk weer mensen met deze auto veilig de weg op moeten kunnen, maar dat maakt dit juist zo leuk. Je weet waar je het voor doet.’ Ahmed: ‘Het prettige is dat je hier zelf actie kunt ondernemen en zelf verantwoordelijkheid draagt. Bij gewone stages mag je wel helpen, maar doe je nauwelijks iets zelf.’
Competentiegericht Mäkel en Wolthuis zijn het daar van harte mee eens: ‘Het is goed dat het zwaartepunt is verschoven van kennisgericht naar competentiegericht onderwijs. Dat was een terechte wens van werkgevers. Er waren wel problemen met de examinering. Hoe toets je bijvoorbeeld de vaardigheden van een werkplaatsmanager? Die kun je niet voor een dag een garagebedrijf laten overnemen. In het onderwijsleerbedrijf kunnen we alle functies – van assistent-monteur tot werkplaatsmanager – in de praktijk met elkaar laten oefenen en door externen laten beoordelen. Met als eindresultaat dat leerling en bedrijfsleven precies weten wat ze aan elkaar hebben.’
> MOBILITEITSCENTRUM ZADKINE
‘Je draagt zelf verantwoordelijkheid’ 12 |
Rotterdams Onderwijs Magazine --- 03 | 10
RUIM ZESHONDERD DEELNEMERS
Het Mobiliteitscentrum van Zadkine aan de Nikkelstraat in Prins Alexander heeft de beschikking over acht theorielokalen, twee praktische lokalen en drie praktijkruimtes. De studenten worden begeleid door een team van ruim dertig docenten en instructeurs. De opleiding telt meer dan zeshonderd deelnemers. Overwegend jongens maar ook enkele meisjes. Een van hen is de 17jarige Ashley, een tenger ogend meisje dat pauzeert in een ruimte waar imposante vrachtwagens het decor vormen. Ashley wilde oorspronkelijk naar de landmacht – ‘om aan die grote bakbeesten te sleutelen’ – maar kon niet direct geplaatst worden. Haar overstap naar het mobiliteitscentrum is precies wat ze ervan verwachtte: ‘Je moet mij niet op een kantoor zetten, dat is niets voor mij. Hier kan ik me uitleven en creatief bezig zijn.’ En al die knullen om haar heen? Kan ze dat bolwerken? Ashley: ‘Geen enkel punt, ze beschouwen me als hun kleine zusje en doen alles voor me.’ 03 | 10 --- Rotterdams Onderwijs Magazine
| 13
Vak T KITTY ERNST basisschool Pluspunt tekst Patrizia Antuzzi
Sinds twee jaar kent Rotterdam zogenaamd Leonardo-onderwijs; scholen die behalve regulier onderwijs ook onderwijs voor hoogbegaafde leerlingen geven. Basischool Pluspunt in Rotterdam heeft sinds vorig jaar twee Leonardo-groepen, een onderbouw- en een bovenbouwgroep. Kitty Ernst (27), leerkracht van de bovenbouwgroep, vertelt enthousiast over haar werk en haar leerlingen.
‘N
ee, ik hoefde geen iq-test af te leggen om Leonardo-leerkracht te worden, maar ik vond het wel de zwaarste sollicitatieprocedure tot nu toe, vertelt Kitty Ernst desgevraagd. Ik voldeed aan de opleidingseisen, een vooropleiding vwo, maar er werden ook nogal wat persoonlijkheidseisen gesteld. Je moet bijvoorbeeld kunnen accepteren dat leerlingen soms meer weten
over bepaalde onderwerpen dan jij. Zo heb ik een jongetje in de klas die een fantastische kennis over het oude Egypte heeft. Ik laat hem in de les over dat onderwerp dan ook allerlei aanvullende informatie geven. Een ander kenmerk van deze kinderen is dat ze niet alles aannemen wat de leerkracht verteld. Prima, dan checken we het toch via internet? Eigenlijk komt het erop neer dat je
als leerkracht de leerlingen voor uitdagingen stelt en niet de stof voorkauwt. Ze zijn tenslotte leergierig genoeg.’
Meer jongens De jonge docente vervolgt: ‘Ik heb in mijn klas 16 leerlingen – het maximum aantal. Het zijn merendeels jongens. Niet alleen, omdat hoogbegaafdheid vaker voorkomt
010 2020534 www.obs-pluspunt.nl
derwijs de anatomie. Ook geven vakleerkrachten op deze school allerlei extra vakken zoals spaans, schaken en filosofie. Zodra we een leerkracht hebben gevonden, krijgen de kinderen ook het vak ’leren ondernemen’.’
foto Jan van der Meijde
Leonardo-onderwijs betekent niet alleen aandacht voor de cognitieve ontwikkeling. Ernst hierover: ‘Afgezien van het feit dat er regelmatig – niet altijd – een verband is tussen hoogbegaafdheid en asperger, add en pdd-nos, voelden de kinderen zich op hun vorige scholen anders en buitengesloten. Ik heb een meisje dat op haar vorige school in drie maanden de lesstof van het gehele jaar af had en daarna de rest van het schooljaar achter de computer
‘Ik stoom mijn leerlingen niet klaar voor de hoogste functies’ onder jongens dan onder meisjes, maar ook omdat jongens dat duidelijker manifesteren door allerlei leer- en gedragsproblemen. Meisjes kunnen zich vaak beter aanpassen aan hun omgeving door bijvoorbeeld te gaan onderpresteren.’
Topdown-onderwijs ‘Op cognitief gebied bieden we kinderen de mogelijkheid zich te ontwikkelen op de manier die ze aanspreekt. Een mooi voorbeeld daarvan vind ik het zogenaamde topdown-onderwijs.’ Ernst legt uit: ‘Als ik het metriek stelsel moet bespreken, begin ik niet met het begrip ’meter’ en de onderverdeling ervan in centimeters. Ik begin met een verhaal over de vastlegging van het metriek stelsel in 1799 in Frankrijk en over het hoe en waarom. Die informatie is een motivatie bij het leren. Bij handarbeid maken de kinderen momenteel papier-maché poppen op stalen frames en daarbij leert de docent ze ook spelen-
14 |
Rotterdams Onderwijs Magazine --- 03 | 10
Een groep leerlingen uit Hoogvliet heeft in Londen onderzoek gedaan naar de multiculturele samenleving. Het gaat hier om vijfdejaarsleerlingen van het Einstein Lyceum, die hun studie uitvoerden op de William Morris Sixth Form. Deze bekende multiculturele school in de wijk Hammersmith werkt met vernieuwende onderwijsconcepten en staat bekend als zeer vooruitstrevend.
Huilend
> LEONARDO-GROEP OP PLUSPUNT x Kitty Ernst: ‘Ik wil ze laten ontdekken hoe ze kunnen leren en wat ze leuk vinden; wat ze gelukkig maakt.’
tekst Martin van den Bogaerdt
zat. Sommigen zijn jaren huilend naar school gegaan en huilend weer thuisgekomen. Er ligt voor mij dus ook een behoorlijke taak op sociaal-emotioneel gebied. Daar worden we op voorbereid door cursussen en trainingen.’
Geluk Ernst ziet zichzelf niet als leermeester van toekomstige genieën en miljonairs: ‘Nee, ik zie het niet als mijn taak de kinderen klaar te stomen voor de hoogste functies. Ik wil ze laten ontdekken hoe ze kunnen leren en wat ze leuk vinden; wat ze gelukkig maakt. Wat dat betreft, is mijn opdracht niet anders dan die van collega’s uit het onderwijs.’
STICHTING BOOR
wil hoogbegaafde leerlingen, net zo goed als leerlingen met een fysieke handicap of leerlingen met gedrag- en of leermoeilijkheden, mogelijkheden geven zichzelf zo goed mogelijk te ontwikkelen. Leonardo-groepen zijn onderdeel van het Minerva-project; extra aandacht voor de omgang met begaafde leerlingen in het openbaar basisonderwijs. Het aantal Leonardo-groepen zal naar behoefte worden uitgebreid en, indien nodig, worden gecontinueerd in het voortgezet onderwijs. Meer informatie is te vinden op www.leonardostichting.nl.
Einsteinleerlingen doen onderzoek in Londen Het samenwerkingsproject stond in het teken van het tweetalig onderwijs dat het Einstein Lyceum aanbiedt. Tto*-coördinator Laura Coussement vertelt dat de leerlingen twee weken keihard hebben gewerkt. Het thema multiculturaliteit werd uitgewerkt in diverse afdelingen van de school. ‘Zo ontstond er na demografisch onderzoek een prachtig kunstwerk op het Arts department, werd er wiskundig onderzoek gedaan naar de groei van diverse bevolkingsgroepen, leidend tot een prognose voor de toekomst, werd er sociologisch onderzoek gedaan naar de gevolgen van emancipatie, werd er een paneldiscussie gehouden en werd er zelfs met het Performing Arts department een nieuwe dans als uitingsvorm van de resultaten van het onderzoek gepresenteerd.’ De eindbeoordeling van de projecten vond plaats nadat de projecten in Hoogvliet voor ouders, medeleerlingen en personeelsleden van het Einstein Lyceum waren gepresenteerd. De leerlingen ontvingen een certificaat, dat door beide scholen is ondertekend. Dit certificaat is het bewijs is dat de tto’ers die aan het project hebben meegewerkt, in staat zijn op het hoogste niveau te kunnen functioneren in het Engelse onderwijssysteem. Het Einstein Lyceum is de enige tto-school in de regio Rotterdam die een dergelijk project aanbiedt. * Tweetalig onderwijs, meestal Nederlands en Engels.
03 | 10 --- Rotterdams Onderwijs Magazine
| 15
Leerling T INEKE SPEIJER
[email protected]
tekst Marijke Nijboer
Alledaagse scene op een vmbo-school: een leerling die heftig twijfelt tussen twee vervolgopleidingen. Een ander wil chirurg worden, maar heeft geen idee hoe de weg daar naartoe eruit ziet. Een derde heeft de overstap naar het mbo al gemaakt, maar komt teleurgesteld haar verhaal doen op haar oude school, de opleiding is heel anders dan ze verwacht had. De kans dat deze leerlingen op het mbo afknappen is groot.
D
aarin staan ze niet alleen. Volgens officiële cijfers bedroeg het uitvalpercentage op de roc’s in Rijnmond in 2007 12,4 procent. Vooral in het eerste jaar laten jongeren het afweten. De nieuwe mbo-punten, die op steeds meer vmbo-scholen worden gevestigd, moeten de grote overstap van vmbo naar mbo vergemakkelijken en leerlingen naar de juiste opleiding loodsen. Een loopbaanadviseur van het roc houdt een ochtend per week spreekuur op de vmbo-school. Leerlingen worden doorverwezen door de decaan of zorgcoördinator. Hun ouders worden ook uitgenodigd.
∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏ Mbo-punt versoepelt ∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏ ∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏ overstap naar roc ∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏ k Het mbo-punt op Nieuw Zuid aan de Hillevliet. foto Petja Buitendijk
SCHOLEN MET MBO-PUNT
ROTTERDAM 3 Nieuw Zuid loc. Hillevliet, Noordrand College, Zuiderpark College, Penta College Hoogvliet VLAARDINGEN 3 College Vos loc. Claudius Civilislaan, Geuzencollege SCHIEDAM 3 OSG Schiedam CAPELLE AAN DEN IJSSEL 3 Comenius College RIDDERKERK 3 Farelcollege (aan het eind van het schooljaar 2010/2011 moeten er 15 punten zijn) 16 |
Rotterdams Onderwijs Magazine --- 03 | 10
‘Een meisje twijfelde enorm tussen de dansopleiding en de opleiding tot kraamverzorgster,’ vertelt Manon Speelman, loopbaanadviseur van het Albeda College die werkt op het mbo-punt van vmbo-school Nieuw Zuid aan de Hillevliet. ‘Ik heb haar eerst eens gevraagd waar haar interesse vandaan komt. Het is belangrijk om te kijken of iemands beeld reëel is. Daarna geef je praktische informatie. Haar heb ik bijvoorbeeld verteld dat de toelating tot dansopleiding maar heel beperkt is.’ De leerling die chirurg wilde worden, besloot na een goed gesprek om af te stevenen op verpleegkunde.
Reiskosten Speelman zoekt met een leerling ook naar oplossingen voor praktische problemen. ‘Iemand is bijvoorbeeld te jong voor een OV Jaarkaart, en de opleiding moet in verband met de reiskosten dichtbij huis zijn.’ De ene week zit op het mbo-punt een medewerker van Zadkine, de andere week van het Albeda College. De loopbaanadviseurs blijven de helft van hun tijd op het roc werken, zodat hun kennis en contacten actueel
blijven. Zij krijgen ook vragen van docenten en mentoren. Ineke Speijer, manager loopbaan bij het Albeda College, zette samen met Thea Kuijper, medewerker beleid en projecten bij Zadkine, de mbo-punten op. Volgens hen is deze samenwerking tussen vmbo en mbo uniek voor Nederland. Via het mbo-punt kan een warme overdracht van leerlingen worden geregeld. Is er extra ondersteuning nodig, dan meldt de school dat vóór de overstap naar het mbo. De loopbaanadviseur neemt samen met de zorgcoördinator de gegevens door en deze gaan naar de zorgcoördinator van de betreffende mbo-opleiding. Speijer: ‘Zo wordt tijd gewonnen en kunnen problemen worden voorkomen. Veel leerlingen vallen pas op wanneer blijkt dat ze verkeerd zitten of slechte cijfers halen. Nu kan een leerling indien nodig al vanaf z’n start op het mbo de juiste begeleiding krijgen.’
Ouderavonden Voor z’n overstap vult de leerling een A-viertje in met vragen over z’n schoolloopbaan,
THEA KUIJPER
[email protected]
NOG GEEN MBO-PUNT?
Vmbo-scholen zonder een mbo-punt kunnen leerlingen (met vermelding van hun opleiding en de locaties waar zij geplaatst zijn) melden via
[email protected] of
[email protected]. De melder wordt dan in contact gebracht met de zorgcoördinator of teamleider van het roc. wat hij kan en wil en z’n beeld bij de opleiding van z’n keuze. Dit gaat mee naar het intakegesprek op het roc. Zo wordt duidelijk of de leerling goed heeft nagedacht over z’n keuze en kan het intakegesprek eerder de diepte in. De loopbaanbegeleiders kunnen ook op ouderavonden vertellen over het volgen van mbo-onderwijs. Speijer: ‘Het mbo krijgt zo een duidelijker gezicht. En doordat we bij elkaar over de vloer komen, krijgen we
‘Zo winnen we tijd en kunnen we problemen voorkomen’ een beter beeld van elkaars onderwijsvorm.’ Decaan Piet van Doorn van Nieuw Zuid: ‘Voorheen wisten we niet goed waar we terecht konden met ons verhaal over bepaalde leerlingen. Nu kunnen we goed uitleggen waar het met een leerling fout is gegaan en wat z’n capaciteiten en problemen zijn.’ Het is nog te vroeg voor harde uitspraken over de effecten van de mbo-punten. Maar volgens Speijer zijn er bij de Vlaardingse punten, die al het langst draaien, veel minder risicoleerlingen; leerlingen die in september nog geen vervolgopleiding hebben gekozen. ∏
03 | 10 --- Rotterdams Onderwijs Magazine
| 17
Het zijn gesprekken over dergelijke spanningen die begeleiders in staat stellen persoonlijke en groepsprocessen aan de orde te stellen. Wilbrink: ‘Het gaat over zaken als jezelf presenteren. Wat wil je wel laten zien en wat niet. Hoe reageert je omgeving daarop en hoe ga je om met die reacties.’
Talent in beeld
Een aardige ’bijvangst’ van het Cultdock-aanbod is het ontdekken van talent. Wilbrink: ‘Er worden bijvoorbeeld bij de theatrale kunstdisciplines altijd wel talenten ontdekt die we via de SKVR verder proberen te begeleiden. Met als neveneffect dat jongeren zich gesteund weten en daardoor minder snel geneigd zullen zijn hun studie voortijdig af te breken.’
foto’s Jan van der Meijde
T MANON WILBRINK
Cultdock is het samenwerkingsverband tussen SKVR en Zadkine dat kunst en cultuur als didactisch middel inzet om (burgerschaps) competenties en talenten van jongeren te ontdekken en te ontwikkelen. Manon Wilbrink, zakelijk leider van Cultdock: ‘SKVR adviseert ons bij de inzet van kunstdisciplines.’ Hoewel Cultdock een Zadkine-instelling is, wordt er ook samengewerkt met andere instellingen. Wilbrink: ‘We werken ondermeer samen met Hogeschool Rotterdam en een aantal vmbo-scholen.’
010 2433487
[email protected] www.cultdock.nl
Welke kunstvorm wordt ingezet hangt af van welke competentie(s) aan bod komen. Wilbrink: ‘In veel gevallen gaat het om burgerschapscompetenties. We zoeken in dat geval middelen waarbij leerlingen zelf ervaringen opdoen. Paaldansen is daar zeker een voorbeeld van. Het spreekt niet alleen tot de verbeelding, maar roept al direct stevige discussie op. Zo zijn er altijd leerlingen die er niets van moeten hebben en leerlingen die enthousiast reageren. De een benadert het puur als fitnessmiddel, de ander associeert het met erotiek en dat levert spanningen op.’
Paal dansen j De foto’s op deze pagina’s zijn gemaakt tijdens een workshop paaldansen. De workshop maakt deel uit van een breder aanbod dat Cultdock gebruikt om onderwijsonderwerpen op een ’andere’ wijze te benaderen.
18 |
Rotterdams Onderwijs Magazine --- 03 | 10
T Signaleer ook talent voor ‘Talent in beeld’. Mail naar
[email protected]
03 | 10 --- Rotterdams Onderwijs Magazine
| 19
Leerling T ROB VAN RIJN
[email protected] ANNE MARIE KREIKE
[email protected] tekst Ineke Westbroek
‘In de haven gebeurt veel. Schepen uit allerlei landen komen laden en lossen, je bent met de hele wereld bezig. Het is heel anders dan op een gewoon kantoor.’ Kim de Snoo wil later een administratieve baan, maar niet zomaar één. Aan het VMBO Scheepvaart en Transport College volgt zij daarom de opleiding Haven en Vervoer.
H
oeveel gaat er op een europallet? Kim (15) weet het precies: 1.20 x 80. Noemde de derdejaarsleerlinge eerst alle transportwagentjes ‘dinges’ en ‘dattum’, nu weet zij feilloos pompwagens, etagewagens en rolcontainers te onderscheiden en te bedienen. ‘Het is ingewikkelde stof’, vertelt Kim, terwijl zij een oefenbestelling van lege dozen verzendklaar maakt en op de rolcontainer plaatst, ‘je moet het wel leuk vinden, anders onthoud je het niet.’ De hele vervoersketen moet zij zich eigen maken, vanaf de verzending tot aan de aflevering. Met alle bijbehorende procedures, vrachtbrieven, cognossementen,
SARA D’ANJOU
[email protected]
VOORBEREIDING OP MBO-OPLEIDING HAVEN EN VERVOER
Met de vmbo-opleiding Haven- en Vervoer bereidt het Scheepvaart en Transport College leerlingen voor op een beroep in het behandelen, afhandelen en begeleiden van de goederenstroom. Daarbij besteedt de school aandacht aan zowel de operationele als de administratieve kant, met vakonderdelen als transportkunde, veiligheid, informatica, tekstverwerking, douanewetgeving en kennis en beheersing van vervoermiddelen. Doordat er op deze terreinen diverse certificaten worden behaald, biedt het diploma van de vmbo-afdeling voordelen bij de doorstroom naar het mbo. In de lessen wordt de totale transportketen gevolgd, waarbij leerlingen lid zijn van een virtueel Haven Service Team. In een rollenspel wordt de praktijksituatie nagebootst, waarna de theorie aan deze praktijk wordt getoetst. In het derde en vierde leerjaar volgen leerlingen een snuffelstage om te ervaren hoe het is om in een bedrijf te werken met de stof die zij zich op school eigen hebben gemaakt.
VMBO Haven en Vervoer Scheepvaart en Transport College www.stc-digikrant. nl/hv2006
douanepapieren, en de rollen die verschillende partijen hierin spelen, zoals cargadoors en stuwadoors. Maar het boeit haar, verzekert zij. Met evenveel plezier leert zij over de vele soorten voertuigen en verpakkingsmaterialen die in het transportproces worden gebruikt.
In voetsporen van familie Gezien haar achtergrond is het niet vreemd dat Kim voor Haven en Vervoer heeft gekozen. Veel familieleden en vrienden werken bij havengerelateerde bedrijven. Haar moeder en broer werkten bij stuwadoorsbedrijven en haar nicht is secretaresse bij een havenbedrijf. Vooral de verhalen van haar nicht spraken Kim aan: ’Ze vertelde er leuk over, het lijkt mij een interessante baan met veel afwisseling. Dat wil ik ook. ’ Na afronding van haar vmbo-opleiding wil Kim daarom verder met de mbo-opleiding medewerker Havenlogistiek aan het Scheepvaart en Transport College. Hiermee kan zij bijvoorbeeld secretaresse worden bij een bedrijf in de haven- of vervoersector.
Havenkennis belangrijker dan snel typen Ze weet zeker dat het werk haar zal liggen: ‘Ik ben heel goed op de computer en kan heel snel blindtypen. Dat vind ik ook leuk om te doen. Kennis van allerlei zaken op het gebied van haven en vervoer is het grootste pluspunt voor dit soort werk. Behalve dat ik snel kan typen, heb ik ook een antwoord op vragen over vervoer, import en export.’
> KIM DE SNOO
∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏ ‘Ik leer voor... ∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏ administratief ∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏ ∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏ medewerker ∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏ Haven en Vervoer’ ∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏ 20 |
Rotterdams Onderwijs Magazine --- 03 | 10
‘Bezig met de hele wereld’ Een baan vinden moet niet moeilijk zijn, verwacht Kim: ‘De Rotterdamse haven trekt weer aan, in massagoed zijn wij echt nog wel de grootste. Er is veel werkgelegenheid in bedrijven die met de haven te maken hebben.’
Liefst groot bedrijf v ‘Behalve dat ik snel kan typen, heb ik ook een antwoord op vragen over vervoer, import en export.’ foto Petja Buitendijk
Kim blikt tevreden terug op haar stage bij een klein bedrijf dat regelmatig aan havenbedrijven levert. ‘Ze waren hartstikke lief en ik kreeg veel te doen aan de telefoon en aan de computer’, herinnert zij zich, ‘omdat er weinig mensen werken, wordt iedereen op verschillende taken ingezet. Daarvan leer je een boel.‘ Toch gaat haar voorkeur uit naar een groter bedrijf: ‘Daar zie je steeds andere gezichten voorbijkomen. Ik zie liever twintig hoofden dan elke dag dezelfde hoofden.’ ∏
03 | 10 --- Rotterdams Onderwijs Magazine
| 21
Leerling > ROTTERDAMSE HBO-STUDENTEN ONDERSTEUNEN BASISSCHOOLLEERLINGEN
tekst Martin van den Bogaerdt
Sandra Pardoel werd tijdens haar stage in Oostende verliefd op De Katrol. Zij nam dit begeleidingsconcept voor kansarme basisschoolleerlingen mee naar Rotterdam.
A
fgelopen najaar won De Katrol de LFactor van de Onderwijsraad. Deze prijs is bedoeld voor projecten waarin leerlingen en studenten elkaar helpen. De Katrol laat studenten van Hogeschool Rotterdam en InHolland als onderdeel van hun stage kinderen uit achterstandsgezinnen helpen met hoe zij het beste kunnen leren. Het gaat onder andere om studenten maatschappelijk werk en dienstverlening, pedagogiek, sociaal-pedagogische hulpverlening en pabo-studenten. De leerlingen die zij drie
∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏ De Katrol keert ∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏ ∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏ kansen van ∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏ kinderen ∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏ maanden lang twee keer per week ondersteunen, komen uit groep 3 en 4 van de basisschool. Zij worden thuis begeleid bij lezen en rekenen. De studenten bespreken ook, als dat nodig is, met de ouders dat het belangrijk is om in de thuissituatie structuur aan te brengen. Daar kunnen dan ook eventueel andere kinderen binnen het gezin van profiteren.
het gevoel hadden niet serieus te worden genomen, dat ze steeds maar weer een stempel kregen. Het enige wat zij wilden, was dat hun kinderen het beter zouden krijgen dan zijzelf’, vertelt coördinator Sandra Pardoel, die in de Belgische stad stage liep voor haar studie maatschappelijk werk en dienstverlening. ‘Preventief jeugdbeleid is zo goed, je kunt daar zoveel mee voorkomen.
x De studenten komen de leerling thuis begeleiden bij lezen en rekenen. foto’s Katrol
Ik ben in Oostende echt verliefd geworden op dit project. In Vlaanderen is De Katrol al in veel steden actief, bijvoorbeeld in Brugge, Gent en Brussel.’ Pardoel nam het project mee naar Rotterdam, tot nu toe de enige stad in Nederland waar deze vorm van ondersteuning wordt aangeboden. Het project beperkt zich tot de deelgemeenten Feijenoord en Charlois. Ruim 50 studenten begeleiden daar evenzoveel gezinnen. Een aantal basisscholen brengt De Katrol actief onder de aandacht van de ouders. Dat gebeurt tot nu toe onder meer op de basisscholen De Klaver-Heyplaat en Charlois. Er is voor De Katrol ook mond-totmondreclame en soms meldt een ouder zich via de website.
Nog geen uitbreiding Pardoel is blij met de prijs van de Onderwijsraad, de 10.000 euro die daaraan is verbonden en alle media-aandacht die het heeft opgeleverd, maar ze denkt niet dat uitbreiding van het project er op korte termijn inzit. Dat hangt ten eerste samen met de beperkte financiering, die deels bestaat uit bijdragen van particuliere fondsen, zoals de Stichting Kinderpostzegels Nederland, VSB, Delta Lloyd en het Rotterdamse Sint Laurensfonds. Ook de gemeente Rotterdam en de betrokken deelgemeenten financieren het project, maar een echte vetpot levert dat niet op. Niet alleen de beperkte hoeveelheid geld, ook met het huidige aantal stagiairs is het niet mogelijk de hulp uit te breiden. Pardoel hoopt dat contacten met pabo Thomas Moore wat dit betreft meer lucht geeft. Wellicht dat in de toekomst ook hogescholen van buiten Rotterdam bij De Katrol kunnen aanhaken, maar voorlopig is het niet mogelijk om De Katrol stadsbreed, laat staan landelijk uit te rollen. Pardoel: ‘Misschien dat we over tien jaar in meer steden in Nederland zitten, maar zover is het dus nog lang niet.’ ∏
Het begon in Oostende De Katrol is al jaren een begrip in België. Het project ontstond in 2002 in Oostende, waar kansarme ouders aangaven dat zij het liefst voor hun kinderen hulp wilden krijgen. ‘Mensen met problemen zeiden daar dat ze
22 |
Rotterdams Onderwijs Magazine --- 03 | 10
Meer informatie staat op www.dekatrol.nl. Wie meer wil weten over De Katrol in België kan op internet naar www.dekatrol.be.
h Directeur Henk Koedood mocht een cheque van 300 euro in ontvangst nemen. foto Forum
Op het jaarlijkse congres van Forum, instituut voor Multiculturele Ontwikkeling kreeg basisschool De Boog Bospolder de eerste prijs uitgereikt voor ouderbetrokkenheid.
Prijs voor ouderbetrokkenheid Forum hield een landelijk onderzoek naar ouderbetrokkenheid in het basisonderwijs. Ouders van basisscholen uit heel Nederland werden ondervraagd. Punten van beoordeling waren de communicatie naar ouders, het inzichtelijk maken van het leerlingvolgsysteem door gesprekken met ouders en het werken met portfolio’s. Uiteraard werden ook de ouderkamer en bijhorende informatiebijeenkomsten in het onderzoek meegenomen. De ouders van De Boog bleken zo tevreden dat zij zelfs tienen aan de school hebben toegekend. Directeur Henk Koedood mocht een cheque van 300 euro in ontvangst nemen. ‘Het is een opsteker om van ouders, die natuurlijk ook onze klanten zijn, te horen dat zij ons zeer positief beoordelen. De ouderconsulenten kunnen de cheque mooi gebruiken om een leuke activiteit met de ouders te organiseren.
03 | 10 --- Rotterdams Onderwijs Magazine
| 23
Leerling De laatste maanden van 2009 transformeerden de leerlingen van het Marnix Gymnasium uit Rotterdam in keiharde zakenlui en versloegen zij 11 andere deelnemende scholen in het educatieve online aandelenspel Markt voor Vrede. Vier weken lang handelden ruim 500 scholieren in aandelen die gerelateerd zijn aan het vredesproces in Sudan en leerden door middel van slim handelen alles over de explosieve situatie in het land.
tekst Martin van den Bogaerdt
Wat hebben ze in Meppel wat we in Rotterdam niet hebben? Een Gay-Straight Alliance. Dit is een initiatief van leerlingen in het voortgezet onderwijs voor een veilig klimaat waarin homo’s en lesbo’s uit de kast kunnen komen.
∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏ Leerlingen ∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏ nemen initiatief ∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏ ∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏ voor veilig ∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏ homoklimaat ∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏
O
ud-Rotterdammer Peter de Visser was van 1995 tot 2001 directeur van het Christelijke College Riederwaard en daarna tot 2006 algemeen directeur van het NOVA College. In dat jaar maakte hij de overstap naar de regionale scholengemeenschap Stad en Esch in Meppel, waar hij sindsdien directeur-bestuurder is. De Visser vertelt enthousiast over het initiatief van twee leerlingen om met ondersteuning van homobelangenorganisatie COC een Gay-Straight Alliance (GSA) op te zetten. ’Als je anders bent, mag dat geen reden zijn om hier niet goed te kunnen functioneren. Ik hoop dat wij een veilige plaats bieden, maar in de praktijk is dat misschien niet altijd zo. Daarom is dit initiatief zo belangrijk. Het mooie ervan is dat het van de leerlingen komt. Het is krachtig om beleid vanuit de school te laten ontstaan. Ik vind dat je iedere bestuurder en schoolleider op deze verantwoordelijkheid kunt aanspreken. Bestuur en directie moeten hier hun voelhoorns voor gebruiken.’
Extra motivatie Hoewel het nog niet echt stormloopt met de aanmeldingen voor de GSA van Stad en Esch, merkt Marjon dat er al wel opener over homo- en biseksualiteit wordt gesproken, niet alleen onder leerlingen, maar ook onder het personeel. ’Kregen we vorig jaar nog behoorlijk heftige reacties, nu steunen sommigen het wel. Ik hoor ook dat het in de lerarenkamer onderwerp van gesprek is.’ Youri ziet in de negatieve reacties die hij soms van andere leerlingen krijgt een extra motivatie om ermee door te gaan. ’Ik krijg soms te horen dat homoseksualiteit smerig zou zijn. Of het woord homo wordt als scheldwoord gebruikt. Dat helpt je niet echt om uit de kast te komen. Dan denk ik: hier doen we het dus om. We willen iedereen de kans geven om er met elkaar op een veilige manier over te praten.’ ∏ Ook in verscheidene andere plaatsen in het land zijn GSA’s. Leerlingen die er een willen opzetten, kunnen een mailtje sturen naar
[email protected]. Meer informatie staat op www.gaystraightalliance.nl.
Marnix Gymnasium wint prijs met serious game In het beurssimulatiespel draait het erom dat je de meeste winst maakt door slim te handelen in aandelen. De prijs van de aandelen is gerelateerd aan de situatie in Sudan en wat de media daarover schrijven. Om goed in te kunnen schatten welke aandelen populair worden, is het dus van belang om het nieuws over Sudan bij te houden. Alleen als je het nieuws heel goed begrijpt, kun je inschatten hoe positief of negatief de mediastemming eigenlijk is en kun je Markt voor Vrede winnen!
Chatten met Sudanezen Dat er door alle deelnemers fanatiek gehandeld is, mag duidelijk zijn; de scholieren hebben per persoon gemiddeld 110 transacties uitgevoerd. Daarnaast is er ook een levendige discussie ontstaan op het forum van de website en deden de leerlingen actief mee in een wekelijkse chat met vluchtelingen, ontwikkelingswerkers en andere Sudan experts. Op deze manier leren spelers van Markt voor Vrede niet alleen hoe ze strategisch kunnen handelen in aandelen, maar ook wat er gaande is in Sudan en hoe mediaberichten invloed kunnen hebben op de publieke opinie.
Pril stadium
Juiste aandelen inkopen
De initiatiefnemers van de Meppelse GSA zijn Marjon Vosmeijer en Youri van den Hurk, die in het examenjaar van het vwo zitten. Marjon, die biseksueel is, nam vorig jaar het initiatief. Later sloot Youri zich erbij aan, nadat hij in een voorlichtingsles van het COC voor het eerst aan zijn medeleerlingen had verteld op jongens te vallen. De GSA van Stad en Esch verkeert nog in een pril stadium. Zo wil-
Tot op het laatste moment is het spannend geweest wie er ging winnen. Zowel tussen de scholen als tussen de individuele leerlingen was het een nek-aan-nek race. Vlak voor het einde van het spel het nieuws heel nauwkeurig analyseren, de stemming inschatten en dan massaal de juiste aandelen inkopen, bleek de winnende strategie. Uiteraard moest je wel al genoeg credits verzameld hebben tijdens het spel om deze actie uit te kunnen voeren.
k (vlnr) Marjon Vosmeijer, Youri van der Hurk en directeur-bestuurder Peter de Visser van rsg Stad en Esch in Meppel ‘Er wordt al opener over homo- en biseksualiteit gesproken.’ foto Martin van den Bogaerdt
24 |
len Marjon en Youri dat er op het leerlingengedeelte van de website van de school een verwijzing komt naar de site www.gaystraightalliance.nl. Op verscheidene plaatsen in de school hebben ze posters opgehangen, ook om de GSA meer bekendheid onder medeleerlingen te geven. Verder willen ze een stuk in de schoolkrant zetten om
te vertellen wat zij hebben meegemaakt en wat ze doen om de GSA echt van de grond te krijgen. Na de kerstvakantie was er mede op initiatief van het COC voor de derdeklassers een themaweek over seksuele diversiteit.
Rotterdams Onderwijs Magazine --- 03 | 10
Euro’s voor Vrede, de stichting die deze serious game heeft ontwikkeld en inzet als bewustmakend instrument, organiseerde als prijs voor de leerlingen van het Marnix Gymnasium op 20 januari een masterclass over Media en Conflict. Eind maart gaat de volgende Markt voor Vrede van start. Geïnteresseerde docenten, leerlingen of anderen kunnen contact opnemen via
[email protected]. 03 | 10 --- Rotterdams Onderwijs Magazine
| 25
Leerling T CHRISTINE BLEIJENBERG Be InspiR’d 010 4433060
[email protected] www.lokaal.org www.beinspird.nl
v Rotterdamse rolmodellen foto’s LOKAAL Rotterdam
∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏ ∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏ ‘Rolmodel kan vonk doen overslaan’ ∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏ > INSPIRERENDE ROTTERDAMMERS BEZOEKEN SCHOLEN
tekst Edith van Gameren
Niet alleen de Ghandi’s en Mandela’s van de wereld kunnen iets in mensen wakker maken; het ’gewone Marokkaanse meisje’ dat directeur werd van de Euromast of de schuchtere huisvrouw die stap voor stap een onderneming opbouwde, kunnen laten zien dat niets op voorhand onmogelijk is.
‘B
e InspiR’d’ matcht inspirerende Rotterdammers met andere Rotterdammers die op zoek zijn naar energie, enthousiasme en ideeën. Wat de Inspirators verbindt, is dat hun levensverhaal anderen kan aanzetten op zoek te gaan naar hun talenten of motiveren deze verder te ontwikkelen. De gemeente Rotterdam is initiatiefnemer, motor en financier van Be InspiR’d. LOKAAL, de Rotterdamse organisatie die Rotterdammers wil prikkelen en helpen maatschappelijk en politiek actief te worden, ontwikkelt het project en voert het uit. ‘Met Be InspiR’d wil Rotterdam laten zien dat je hier alles uit jezelf kunt halen wat er in zit’, zegt Christine Bleijenberg, directeur van LOKAAL. ‘Er zijn in de stad al verschillende maatjes- of coachingsprogramma’s, maar we willen ook dat mensen die iets bijzonders bereikt hebben, dat naar grotere groepen uitdragen.’
26 |
Rotterdams Onderwijs Magazine --- 03 | 10
Focus Inspirators kunnen heel verschillend zijn. Er is niet per se een allochtone vrouw nodig om andere allochtone vrouwen te inspireren of een jongere om andere jongeren op nieuwe ideeën te brengen. ‘Rolmodellen hoeven zeker niet in elk opzicht op hen te lijken. Wat inspirerende mensen wel allemaal kenmerkt, is dat ze hebben doorgezet, goed zijn omgegaan met tegenslag of op een onconventionele manier ergens zijn gekomen. Ze hebben op de een of andere manier focus in hun leven gekregen.’ De rolmodellen die voor Be InspiR’d op pad gaan, zijn ook heel verschillend. Er zijn relatief veel allochtonen bij, maar dat is geen bewuste keuze. Wel is het vaak zo dat allochtonen minder ’de wind hebben meegehad’ en misschien ook vaker de wat minder voor de hand liggende paden hebben bewandeld. ‘De meeste inspirators die we nu hebben, vonden we via ons eigen netwerk’, zegt Bleijenberg. ‘Het is een mooie mix, maar desondanks is het nog best lastig de
GRATIS
Een bezoek van een inpirator kost niets. Het enige dat van een school verwacht wordt is een goede en tijdige voorbereiding en zorgdragen voor een bedankje en eventuele reiskosten.
juiste inspirator aan een specifieke groep of gebeurtenis te koppelen. We hebben met alle inspirators de afspraak dat ze zich in ieder geval drie keer inzetten voor een project. Dat is voor iedereen haalbaar, ook voor drukbezette mensen. Inspirators die nog niet veel ervaring hebben met presenteren, krijgen van ons een training.”
Verruiming perspectief De inspirators komen ook op scholen voor voortgezet onderwijs; LOKAAL werft nog meer inspirators specifiek voor scholen en jongeren. Zo’n inspirator kan bijvoorbeeld tijdens een bijzondere les maatschappijleer of economie in de klas komen of bij een thema-bijeenkomst, denk aan studie- of beroepskeuze. LOKAAL kan helpen de juiste match te maken, maar een school kan ook zelf alvast op de site grasduinen. Een inspirator kan echt het verschil maken, vindt Bleijenberg. ‘Door het verhaal of de ervaring van een rolmodel kan er een vonk overslaan, iets geraakt worden. Je hoort vaak van volwassenen dat ze nog precies weten op welk moment er door iemand anders, een leraar, een familielid, bij hen iets in gang werd gezet. Als leerlingen bijvoorbeeld het verhaal horen van iemand die iets bereikt heeft waarvan hij of zij altijd dacht ‘dat doen mensen uit mijn buurt niet’, kan dat hun perspectief enorm verruimen: het kan wel.’ ∏
Aantal voortijdig schoolverlaters daalt gestaag tekst Martin van den Bogaerdt Rotterdam doet goed mee met het verminderen van het aantal voortijdig schoolverlaters, maar van de vier grote steden doen Amsterdam en Den Haag het beter. Dat blijkt uit cijfers van het ministerie van OCW.
Het kabinet wil dat het aantal jongeren dat zonder startkwalificatie van school gaat binnen de huidige regeerperiode wordt gehalveerd. Het streven is dat er in 2012 hooguit 35.000 voortijdig schoolverlaters zijn. Staatssecretaris Marja van Bijsterveldt en minister Ronald Plasterk van OCW verwachten dat dit aantal wordt gehaald. Zij baseren zich op de dalende trend die in het hele land te zien is. ‘Meer diploma’s, minder dropouts, we boeken winst. De landelijke doelstelling van 35.000 komt in zicht.’ Als wordt gekeken naar Rotterdam, blijkt uit de cijfers van het ministerie dat in het schooljaar 2008-2009 sprake was van een daling van 18 procent ten opzichte van 2005-2006. Daarmee liep Rotterdam aardig in de pas met de gemiddelde landelijke daling van 20 procent. Van de vier grote steden eindigde Rotterdam echter op de derde plaats. Vooral Amsterdam deed het in 2008-2009 een stuk beter met een daling van 37 procent, gevolgd door Den Haag waar het aantal voortijdig schoolverlaters met 26 procent afnam. Alleen Utrecht scoorde met een daling van 11 procent minder goed dan Rotterdam. De cijfers laten verder zien dat de kwalificatieplicht positieve resultaten oplevert. De regeling dat jongeren tot hun achttiende verjaardag onderwijs moeten volgen, heeft ertoe geleid dat met name onder 17-jarigen het aantal voortijdig schoolverlaters sterk is afgenomen.
03 | 10 --- Rotterdams Onderwijs Magazine
| 27
Leerling T CHARLES HAMBURGER c.hamburger@ deugdenboom.nl www.deugdenboom.nl
v Meevoetballende overblijfmoeder leert kinderen deugden. foto Jan van der Meijde
EDWIN STIERMAN e.stierman@ devierambacht.nl www.devierambacht.nl
Popov. Hamburger: ‘In haar pogingen om pestgedrag in te dammen, liet zij kinderen ervaren wat respect is en hoe je ook op een vriendelijke manier een conflict kunt oplossen. Het pesten nam zienderogen af. Een logisch verhaal. Je kunt kinderen beter tonen wat respect is en hoe je vriendelijk met elkaar kunt omgaan, dan leerlingen een antipest protocol laten ondertekenen. Kinderen luisteren trouwens beter als je ze de weg wijst hoe het wél gezellig kan worden in de klas.’
‘Fijn, dat je mij helpt. Je bent behulpzaam!’
> MORELE VORMING
tekst Ronald Buitelaar
∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏ ‘Deugden zijn minder ∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏ cultureel gekleurd dan ∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏ normen en waarden’ ∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏∏
Overblijfouders van basisschool De Vierambacht in het Nieuwe Westen krijgen onderricht in de ’deugdenleer’, een volgens initiatiefnemer Charles Hamburger waardevrije methode om bij kinderen positieve eigenschappen ’wakker’ te maken.
B
egin vorige maand organiseerde het Nijmeegs Centrum voor Ethiek een conferentie in Tilburg over morele vorming in het voortgezet onderwijs. Volgens de initiatiefnemers realiseren docenten zich te weinig welke ‘enorme invloed’ zij hebben op de morele ontwikkeling van hun leerlingen: ‘Uit allerlei kleine en grotere beslissingen leiden kinderen af wat het betekent om respectvol, eerlijk of geduldig te zijn. Lang niet alle docenten zijn zich van die voorbeeldfunctie bewust. En dat terwijl er allerlei methoden voorhanden zijn om de moreel-vormende taak beter uit te voeren.’
Betere mensen Het zijn uitspraken die Nijmegenaar Charles Hamburger als muziek in de oren klinken. Hij is al veel langer van mening dat er zeker in steden als Rotterdam meer aandacht
28 |
Rotterdams Onderwijs Magazine --- 03 | 10
zou moeten zijn voor morele vorming: ‘Dat is echt hard nodig! Rotterdam is een stad van werken en aanpakken. Scholen investeren in allerlei praktische zaken als houtbewerking, de ombouw van het schoolplein tot een superspeelplaats, streetdance, sport en noem maar op. Allemaal ‘buitenkant’ waar kinderen geen betere mensen door worden.’
Moreel gezag Hamburger zag in de dertig jaar waarin hij als arts werkzaam was de verhouding tussen ouders en kinderen veranderen: ‘Ik denk dat ouders vroeger meer moreel gezag hadden omdat kinderen eerder aanspreekbaar waren als het ging om respect, behulpzaamheid en discipline.’ Zijn zoektocht naar een methode om deze eigenschappen bij kinderen ‘op te wekken’ leidde naar het Deugdenboek van de Canadese psychologe Linda Kavelin-
school al met Leefstijl werkt, leek het Daaf een goed idee om in de tussenschoolse opvang met de deugdenleer aan de slag te gaan. De overblijf wordt bij ons op school voor 99 procent gerund door ouders die wel een basiscursus ’vrijwilliger TSO’ krijgen over ondermeer veiligheid, maar wat betreft de dagelijkse omgang met groepen kinderen best ondersteuning kunnen gebruiken.’
Rollenspelen Inmiddels hebben twee groepen overblijfouders een vier ochtenden durende cursus gevolgd waarin vooral praktisch wordt geoefend. Stierman: ‘We gaan met elkaar in gesprek over deugden en oefenen met rollenspelen hoe deugden benoemd en gestimuleerd kunnen worden.’
Weinig animo
Oceaanstomer
Zijn opvattingen brachten Hamburger in contact met Stichting de Meeuw waar hij vorig jaar twee trainingen over deugden verzorgde. Toen hij in het verlengde daarvan de interesse in het Rotterdamse onderwijs voor ’deugdenleer’ peilde, kwam hij tot de ontdekking dat er in Rotterdam wel veel aandacht is voor burgerschapsvorming en sociale competenties maar weinig animo voor onderricht in deugden. Een gemiste kans, denkt Hamburger, omdat gesprekken over deugden makkelijker te voeren zijn dan over normen en waarden: ‘Normen en waarden zijn vaak cultureel gekleurd. Opvattingen over deugden als eerlijkheid, respect, eerbied, geduld en dergelijke worden veel breder gedeeld.’
Stierman merkt dat het hanteren van de deugden in de dagelijkse praktijk nog de nodige hoofdbrekens kost: ‘Er moet constant aandacht voor zijn en het vergt veel doorzettingsvermogen. Toch merken we dat de overblijfmoeders hun best doen om de kinderen te complimenteren bij goed, gewenst gedrag en dat zij daarbij ook de bijbehorende deugd noemen. Bijvoorbeeld door te zeggen: ‘Fijn, dat je mij helpt. Je bent behulpzaam!’ Of ‘Ik vind het prettig dat je eerlijk tegen me bent!’. In het begin vonden de dames het best lastig, maar je merkte dat er thuis in de privésituatie geoefend werd en dat leverde ook leuke gesprekken op.’ Stierman vergelijkt het proces met het keren van een oceaanstomer: ‘Die zal eerst afgeremd moeten worden, voordat er een nieuwe koers kan worden uitgezet. Dat is waar we hier mee bezig zijn. Door ons vooral te richten op de onderbouw hopen we te bereiken dat kinderen geleidelijk inzien dat het prettig is om goed te doen, zodat het vanzelfsprekend is als ze ouder worden. ∏
Tussenschoolse opvang Het was directeur Daaf van de Wege van basisschool De Vierambacht in het Nieuwe Westen die Hamburger in contact bracht met Edwin Stierman, coördinator tussenschoolse opvang. Stierman: ‘Omdat de
03 | 10 --- Rotterdams Onderwijs Magazine
| 29
ISO school T ANJA JANSEN Jacobusschool > JACOBUSSCHOOL LEGT DE LAT WEER HOOG
School kiest na chaotische periode voor structuur
010 2950095
[email protected] v De sponsorloop voor Haïti. foto’s Jacobusschool
Voorspelbaarheid Voorspelbaarheid werd uitgeroepen tot speerpunt. Er kwam aandacht voor de doorgaande leerlijn; alle leerkrachten moesten zich dezelfde attitude eigen maken. De kasten werden gelabeld zodat kinderen zelf hun werk kunnen opruimen. De klassen hebben een thematafel met geëtiketteerde spulletjes, met het oog op de taalvaardigheid en algemene ontwikkeling. Knutselwerkjes worden op vaste plekken tentoongesteld.
tekst Marijke Nijboer
Een sterk veranderende leerlingenpopulatie, directeurswisselingen en een personeelstekort waren teveel voor de Jacobusschool (basisonderwijs). Na een chaotische periode kiest de school nu voor structuur en geloof in de talenten van haar leerlingen.
V
óór het interview staat directeur Anja Jansen eerst nog even de timmerman te woord. Dit weekend is bij een inbraak een deur ingetrapt. De boel was net weer netjes na de kraak van een paar dagen daarvoor. De Hoogvlietse wijk Meeuwenplaat kent zo z’n problemen. Maar er is ook goed nieuws. Vorige week constateerde de inspectie dat de Jacobusschool een voldoende scoort en in ontwikkeling is. Dat is geen gek resultaat gezien de chaos waarin de school een aantal jaren verkeerde. Jansen: ‘Toen ik hier in november 2007 begon, was de situatie verschrikkelijk. De school leek wel een zorginstelling; er werd meer gespeeld dan geleerd. Het team was onderbezet en er bleef van alles liggen. De kinderen kwamen ’s morgens met zichtbare tegenzin binnen.’ Haar analyse: de school heeft verzuimd om in te spelen op de veranderende leerlingenpopulatie. Oorspronkelijk had de Jacobusschool veel leerlingen met gemiddeld opgeleide ouders. Vanwege de vele goedkope huurwoningen komen er nu steeds meer laagopgeleiden in de wijk wonen. Veel kinderen komen uit probleemgezinnen. Jansen: ‘Sommige van onze leerlingen zijn jonge mantelzorgers, die hebben de zorg voor een ouder met een psychische aandoening. En alle klassen hebben wel een paar leerlingen die in een volstrekt ondoenlijke thuissituatie zitten.’
30 |
Rotterdams Onderwijs Magazine --- 03 | 10
Puin ruimen Het zijn dingen waar je als school iets mee moet; op de juiste manier. ‘De instelling was: arme kinderen, laten we ze maar goed opvangen en vooral niet te hoge eisen stellen. Er was bijvoorbeeld geen methode voor Engels, want dat konden de leerlingen toch niet.’ Na diverse directeurswisselingen werd Jansen door het schoolbestuur gevraagd om orde op zaken te stellen. ‘Ik heb met het team mijn observaties besproken en daarna zijn we letterlijk begonnen met puim ruimen. Meer dan 100 kuub afval haalden we uit de school.’ Er kwam nieuw meubilair en er kwamen goede methoden en nieuwe boeken. Het bestuur vroeg steun aan van de commissie ISO en Jansen werd begeleid bij het weer op poten zetten van de school. ‘De ISO-gelden hebben ons heel veel opgeleverd. We konden met het team naar de hei om ieders kwaliteiten te inventariseren en weer een team te worden. En de leerkrachten konden worden getraind en begeleid.’ Er kwamen roosters, regels, structuur en een jaarplanning,. De chaotische leerlingdossiers werden met hulp van buiten opgeschoond. ‘Aanvankelijk konden we geen analyse maken van de opbrengsten omdat de cijfers niet betrouwbaar waren.’
ISO-SCHOOL
Scholen die van de inspectie het predicaat ’risicovol’ of ’zeer zwak’ hebben gekregen en zijn aangemerkt als ISO-school, krijgen door de ISO-commissie van het Rotterdams Onderwijsbeleid (ROB) een twee- tot vierjarig traject op maat aangeboden. Hierbij wordt stap voor stap toegewerkt naar verbetering. Per school verschillen de knelpunten – elke ISO-school doorloopt dan ook een uniek proces.
‘De houding moest worden: onze kinderen kunnen wél veel’ De school is overgestapt op het directe instructiemodel, waarin het team ook wordt getraind. Wanneer de leerkracht nieuwe stof aanbiedt, wordt eerst de voorkennis opgehaald. Daarna wordt de nieuwe stof uitgelegd. Sommige kinderen gaan dan aan de slag, anderen krijgen nog extra instructie. In het verleden konden veel kinderen niet meedoen aan brede schoolactiviteiten omdat ze na schooltijd moesten zorgen voor een broertje of ouder. Nu de Jacobusschool een volledig dagarrangement heeft en alle bijzondere activiteiten zijn verweven in het rooster, doet iedereen mee. Alle kinderen blijven verplicht over. Ze krijgen dan bruine boterhammen en fruit en doen mee aan sport en spel.
Leerlingen in actie De leerkrachten die niet mee konden of wilden met de cultuurverandering, zijn weg. ‘De houding moest worden: onze kinderen kunnen wél veel. Het heeft veel tijd gekost om iedereen mee te krijgen, maar nu zijn rust, regelmaat en ruimte gewoon geworden. Waar vroeger werd gezegd dat onze ouders en kinderen nu eenmaal agressief zijn, pikken we zulk gedrag nu absoluut niet meer.’ De ouderconsulent slaagt erin om een bepaalde groep ouders binnen te halen voor voorlichting over voeding en opvoeding. Vijf leerlingen uit groep 7 vroegen Jansen laatst toestemming om een actie voor Haïti te houden. ‘Op hun initiatief kwamen er een sponsorloop, lege flessenactie en verkoop van zelfgebakken koekjes. Ik ben apetrots op ze.’ f
03 | 10 --- Rotterdams Onderwijs Magazine
| 31
School T KOERT SAUER
[email protected]
Docent Talent
v Koert Sauer: ‘We hebben gemerkt dat we met een combinatie van mainstream en alternatief verbindingen tussen mensen kunnen leggen.’ foto Jan van der Meijde
tekst Ronald Buitelaar
IN DEZE PORTRETTENREEKS AANDACHT VOOR
www.freestylepartymachine.nl
Muzikaal ondersteund
DE WIJZE WAAROP ONDERWIJSMENSEN OMGAAN
‘Mijn fascinatie voor muziek is al die jaren recht overeind gebleven en kreeg vanaf 2000 weer meer gezicht. In dat jaar richtten mijn broer en ik de Freestyle Party Machine op, een DJ team dat inmiddels al flink wat evenementen muzikaal ondersteund heeft. Veel van die evenementen hebben een link met onderwijs en worden bezocht door mensen uit verschillende culturen.’
MET HUN EIGEN TALENTONTWIKKELING. DEZE KEER: KOERT SAUER, BELEIDSMEDEWERKER ZORGTRAJECTEN, DIE VIA MUZIEK VERBINDINGEN WIL LEGGEN.
Internationale taal ‘Een mix die ook terug te vinden is in onze muziek. We hebben gemerkt dat we met een combinatie van mainstream en alternatief verbindingen tussen mensen kunnen leggen. Zo draaien we naast seventies-hits ook muziek van de DJ’s Flying Lotus en Gas Lamp Killer die ondermeer samples van Turkse muziek gebruiken, waardoor muziek ontstaat die niet alleen voor herkenning zorgt bij bezoekers met een Turkse achtergrond, maar ook anderen weet aan te spreken. Het laat zien dat muziek een internationale taal is die bruggen kan slaan.’
‘D
e reden dat ik in de onderwijswereld terecht ben gekomen heeft alles te maken met mijn liefde voor muziek. Ik was altijd al actief in bandjes, maar had moeilijkheden met het schrijven van goede Engelse songteksten. Door leraar Engels te worden dacht ik twee vliegen in een klap te kunnen slaan. Ik zou én goed Engels leren én aan mijn toekomst werken. Helaas werd ik uitgeloot, waardoor ik uitweek naar een opleiding aan de pedagogische academie.’
Alternatieve uitstraling ‘Hoewel bedoeld als tijdelijke oplossing vond ik met name de stages erg leuk en besloot ik de opleiding af te maken. Werk was begin jaren tachtig moeilijk te vinden. Dat ik me in de punkscene bewoog en een tamelijk alternatieve uitstraling had, werkte daarbij niet in mijn voordeel. Uiteindelijk heb ik zo’n twee jaar als invaller voor de klas gestaan op een streng christelijke school en daar de kneepjes van het vak geleerd.’
Onderwijsvoorrangsbeleid ‘In die tijd kwam ik ook tot de ontdekking dat werken met kinderen met ’vlekjes’ mij wel goed afging. De overstap naar het onderwijsvoorrangsbeleid was daarom geen onverwachte wending in mijn onderwijscarrière. Dat actief zijn op het snijvlak van onderwijs en welzijn kreeg écht handen en voeten in de tijd dat ik, naast mijn werk voor stichting Samen Wonen
32 |
Rotterdams Onderwijs Magazine --- 03 | 10
Samen Leven (later opgegaan in Stichting de Meeuw – red.), de Onderwijswinkel in de deelgemeente Feijenoord mocht coördineren. Het mooie daarvan was dat ik me zowel op macroniveau (gemeentelijk) als op microniveau (scholen en ouders) kon bezig houden met zaken rond (onderwijs)achterstanden.’
Opvangtrajecten ‘Na het opheffen van de Onderwijswinkel in 2003 heb ik eerst voor de dienst Stedelijk
‘Muziek als internationale taal om bruggen te slaan’ Gepassioneerd bezig zijn Onderwijs (voorloper JOS - red.) diverse onderwijs-opvangtrajecten verzorgd. Toen de gelden voor dat soort rebound en zorgprojecten naar de samenwerkingsverbanden gingen heb ik gesolliciteerd bij Koers VO. Vooral om niet in de bekende ivoren toren te belanden. Ik wilde dicht bij het onderwijs blijven.’
‘Wat voor mij de cirkel rond gemaakt heeft is de recente ontdekking dat ik nog steeds met relatief gemak een gitaar ter hand kan nemen. Het versterkt dat opwindende gevoel van gepassioneerd bezig zijn met zaken die er toe doen en stelt mij in staat om me naast onderwijs ook met andere leuke zaken bezig te houden.’ f
tekst Martin van den Bogaerdt Rotterdam krijgt een evangelische basisschool. De nieuwe school komt waarschijnlijk op een centrale en goed bereikbare locatie op Zuid.
Evangelische basisschool op Zuid Minister Ronald Plasterk heeft eind vorig jaar toestemming verleend voor de nieuwe Rotterdamse evangelische basisschool. Voorzitter Eddy Kolff van de Vereniging van Evangelische Scholen zegt in het Reformatorisch Dagblad dat er wordt gestreefd naar een locatie in de buurt van het Zuidplein. ‘We hebben met voorgangers van de kerken gesproken en dat blijkt de beste locatie: vanuit heel Rotterdam goed bereikbaar en in de buurt van het evangelisch voortgezet onderwijs.’ Hiermee doelt Kolff op de Evangelische School De Passie voor vmbo-tl, havo en vwo. De hoofdvestiging van deze school is op de Rosestraat bij station Rotterdam-Zuid. De Passie heeft ook een gebouw aan de Nassauhaven. Het evangelisch voortgezet onderwijs in Rotterdam trekt niet alleen leerlingen uit de stad, maar uit de hele regio Rijnmond en daarbuiten. De nieuwe basisschool met de naam EBS Timon zou komend schooljaar de deuren moeten openen. Waarschijnlijk zullen er eerst vier combinatieklassen zijn. Kolff gaat ervan uit dat de Rotterdamse vestiging zal uitgroeien tot een van de grotere evangelische basisscholen in Nederland. Ook in Amersfoort en Amsterdam-Noord komen evangelische basisscholen. Met de nieuwe vestiging in Amsterdam-Noord komt het aantal van deze basisscholen in Amsterdam op vier. De evangelische zuil onderscheidt zich van andere gevestigde protestantse kerkelijke stromingen door niet het accent te leggen op de belijdenis, maar op de persoonlijke relatie met God door Jezus Christus en de wedergeboorte met de Heilige Geest.
v De school streeft naar een locatie in de buurt van het Zuidplein. foto Wikipedia
03 | 10 --- Rotterdams Onderwijs Magazine
| 33
G geflitst!
hoe is het toch met... tekst Ronald Buitelaar
: Provenier en Klimop gaan groen
...Jacqueline Venneman? Ook benieuwd hoe het verder ging met mensen of ontwikkelingen waar het Rotterdams Onderwijs Magazine eerder over schreef? In deze rubriek duiken we het archief in en zoeken we uit wat er na publicatie van het verhaal gebeurde.
In 2008 schreef het ROM over remedial teacher Jacqueline Venneman van basisschool de Hoeksteen in Pendrecht. Venneman ontwierp het ASO spel waarmee kinderen spelenderwijs sociaal competent gedrag leren. Het ROM belde met Venneman – inmiddels intern begeleider – en vroeg of er nog nieuwe spelletjes op stapel staan. Nog nieuwe spelideeën? ‘Omdat het me niet lekker zat dat het ASO spel alleen geschikt was voor de hogere groepen heb ik zitten broeden op de oplossing van het leesprobleem.’ En? ‘Ik kreeg op een dag een ingeving die ik uitgewerkt en voorgelegd heb aan uitgeverij Kwintessens. Daar waren ze gelijk enthousiast over mijn oplossing met getekende kaartjes, waarna het spel Welles Nietes verder ontwikkeld is.’
: Schooltuinen op de schop Het project met educatieve schooltuinen in Rotterdam Noord en Hoogvliet stopt. De deelgemeentes moeten bezuinigen en de schooltuinen kosten te veel geld om te onderhouden. Scholieren willen dat het project blijft en voerden vrijdag aktie. De leerlingen van de Jenaplan-school De Blijberg maken al jaren gebruik van de schooltuinen aan de Gordelweg. Daar leren ze van alles over de natuur en verbouwen ze hun eigen groenten en fruit.
RTVRijnmond, 5 februari 2010
: Meer praktische vorming
Op de vakgebieden Zorg, Facilitair, Administratie en Techniek zal op het Erasmus MC een zogenoemd leerwerklandschap worden ingericht voor leerlingen van Zadkine. Zadkine en Erasmus MC bouwen hiermee een brug tussen onderwijs en praktijk waardoor leerlingen na diplomering optimaal toegerust zijn voor een baan in de kansrijke zorgsector.
persbericht Zadkine, 19 januari 2010
Hoe wordt het gespeeld? ‘Als kinderen het met elkaar spelen moet er van een bepaalde vaardigheid, bijvoorbeeld ’opkomen voor jezelf’, een stapeltje gemaakt worden van wenselijk en onwenselijk gedrag. Met de puzzel op de achterkant van de kaartjes kunnen ze, net als bij Loco, controleren of de kaartjes op de juiste manier geselecteerd zijn. Wordt het spel met een begeleider gespeeld dan kan er met de vragen en verwerkingsopdrachten op de achterkant van de kaartjes dieper op de kwesties worden ingegaan.’ Zijn ze niet snel uitgespeeld als ze het ’trucje’ doorhebben? ‘Omdat er veel aandacht is besteed aan de illustraties zullen kinderen er niet zo snel op zijn ’uitgekeken’. Ze zien telkens weer iets anders. Het interpreteren van bijvoorbeeld de blik van een kind dat sorry zegt kan tot voortdurend wisselende reacties leiden.’
Lees meer over Jacqueline Venneman en haar spellen in de ROM van mei 2008.
De Echo, 28 januari 2010
: Naar je nest!
De politie in Rotterdam gaat vanaf woensdag alle kinderen die na tien uur ‘s avonds nog buiten zijn, oppakken en naar het bureau brengen. Daar worden hun ouders gebeld voor een ‘stevig gesprek’. Volgens de politie is het vaak zo dat in de volkswijken jochies van 6 à 7 jaar nog rond middernacht buiten spelen. En dat kan niet. ‘We snappen best dat het in andere culturen normaal is laat buiten te zijn, maar deze jonge kinderen vallen ‘s ochtends op school in slaap,’ zegt buurtagent Hans Hoekman.
AD, 25 januari 2010
: De Piramide start Leesschool Op 29 januari opende onderwijswethouder Peter Lamers de Leesschool op basisschool De Piramide in Hillesluis. Vanaf vorig schooljaar is De Piramide gaan veranderen in een Leesschool. Dat betekent veel extra aandacht voor lezen. Hiermee hopen de leerkrachten het niveau van de woordenschat en het begrijpend lezen bij de kinderen te verbeteren.
weekbericht Gemeente Rotterdam, 21 januari 2010
: Nieuwbouw De Vierambacht geopend : More creative highschools ‘Een gebrek aan zelfvertrouwen kan worden doorbroken wanneer je ergens goed in bent. Of dat nu toneel of gaming is.’ (...) ‘Het is ook niet noodzakelijk om door te gaan. Door met creatieve vakken kennis te maken, leren zij zaken waar ze hun hele leven iets aan hebben Cultuur moet je leren eten.’
Minister Plasterk tijdens zijn bezoek aan de Thorbecke Creative Highschool in De Havenloods van 20 januari 2010
T Uw reactie naar
De schoolpleinen van basisscholen De Provenier en De Klimop zijn de eerste groene pleinen van Rotterdam Noord. De kale rechttoe rechtaan pleinen, die grotendeels bestonden uit tegels, zijn veranderd in speels ingerichte ruimtes met hoogteverschillen, bomen en planten, natuurlijke muurtjes en een wigwam van wilgentakken. In Rotterdam zijn er in het Groenjaar 2008 al groene pleinen aangelegd bij basisscholen De Zonnehoek en De Dialoog in de wijk Feijenoord. Dat initiatief vormde de aanleiding voor het project waarbinnen de komende twee jaar twaalf pleinen gerealiseerd gaan worden in Charlois, Delfshaven, Feijenoord en Noord.
Op 25 januari opende onderwijswethouder Peter Lamers de nieuwbouw van basisschool De Vierambacht aan de Jagerstraat 22 in Delfshaven (Nieuwe Westen). De Vierambacht is een actieve, betrokken school en heeft een schoolsportvereniging. Een succesvol ouderinitiatief heeft ervoor gezorgd dat de Vierambacht een gemengde school (van groep 1 t/m 8) is geworden.
: De wiebelbillenboogie
De Oscar Romero School had voor prinses Laurentien een paarse troon klaargezet. Laurentien las woensdag op de basisschool De wiebelbillenboogie van Guido van Genechten voor. De prinses deed dat in het kader van het Nationale Voorleesontbijt. Ontbeten hadden de merendeels allochtone leerlingen al. Vier van de twintig kinderen staken hun vinger op, toen Laurentien vroeg of ze het boek al kenden. De in 2008 verschenen uitgave is uitgeroepen tot het prentenboek van het jaar 2010. Met de leerlingen toonde ze vervolgens hoe de wiebelbillenboogie („één voor het geld, één voor de show en go go go”) in zijn werk gaat.
Reformatorisch Dagblad, 20 januari 2010
: Meer kenniseconomie integreren Het onderwijs staat misschien wel voor de uitdaging van de eeuw. Scholen moeten hun verantwoordelijkheid nemen in het maatschappelijk debat en daarnaast leerlingen voorbereiden op een leven in de kenniseconomie. Dat in een situatie waarin er steeds minder geld beschikbaar is, het lerarentekort nijpend wordt en technologische veranderingen elkaar sneller opvolgen dan ze toegepast kunnen worden. Ontwikkelingen gaan snel en de druk op de sector loopt zo hard op dat veel scholen niet meer weten hoe hiermee om te gaan. Maar of ze willen of niet, we verwachten dat scholen in staat zijn nieuwe ontwikkelingen te integreren in hun onderwijs. Digitalisatie, nieuwe media, open kennis, het is niet langer toekomstmuziek; het moet nu!
VO-project Innovatie op www.durvendelendoen.nl
: Geen Hollandse vrijblijvendheid Kwamen allochtone ouders tevoren amper op ouderavonden, nu is de opkomst bijna 99 procent. Atabay: ‘De school stuurt een brief, maar die snappen ze niet of kunnen ze niet lezen.’ Daarom bellen El Jaoui en Atabay een dag van tevoren. El Jaoui: ‘Ik zeg dan: u bent er donderdag ook, we verwachten u. Ik vraag niet: wilt u alstublieft komen. Dat is heel Hollands, om te denken: je moet mensen de keuze laten. Nee, je moet ze zeggen wat ze moeten doen.’
Schoolcontactpersonen van Melanchthon Kralingen in De Volkskrant, 4 februari 2010
weekbericht Gemeente Rotterdam, 21 januari 2010
[email protected] 34 |
Rotterdams Onderwijs Magazine --- 03 | 10
03 | 10 --- Rotterdams Onderwijs Magazine
| 35
v veldwerk : Erik Vleesenbeek Groepsleerkracht bovenbouw Mr. van Eijckschool
Wat was je zelf voor leerling? Ik was een erg rustige leerling en moest keihard knokken voor mijn punten. Loskomen deed ik pas toen ik in het voortgezet onderwijs van school gewisseld had.
tekst Ronald Buitelaar foto Jan van de Meijde Erik is als kind al gek van sport. Om van de sport zijn beroep te kunnen maken, volgt hij een opleiding bij het CIOS maar hij is te jong voor een baan in bijvoorbeeld het gevangeniswezen. Hij besluit zijn opleiding voort te zetten aan de pabo en raakt daar verder gemotiveerd voor het basisonderwijs. Na zijn afstuderen kan hij gelijk aan de slag bij de Mr. Van Eijck, een Lekker Fit! school, waar extra veel aandacht besteed wordt aan een gezonde ontwikkeling van kinderen. Voor Erik een ideale werkomgeving.
Waarom ben je in het onderwijs gaan werken? Tijdens mijn opleiding bij het CIOS kwam ik tot de ontdekking dat ik het erg leuk vind om kennis over te brengen en te werken aan het sociaal inzicht van kinderen. Je mooiste moment? Ik heb al heel veel activiteiten begeleid – ook in het buitenland – en vind het vooral mooi om te zien hoe kinderen soms boven zichzelf weten uit te stijgen door bijvoorbeeld zelfstandig ruzies op te lossen. Je absolute dieptepunt? Het overlijden van mijn oma toen ik in groep 7 zat. Het vormde een omslagpunt waar ik zeker twee jaar last van heb gehad. Zijn er zaken in het (Rotterdamse) onderwijs die je zou willen veranderen? Ik vind dat er minder nadruk op presteren moet komen te liggen. Als we er als samenleving eerst voor zorgen dat elk kind zich veilig en geaccepteerd voelt, kan daarna de rest aan de orde komen. Meer of minder aandacht voor rekenen en taal? De sociale ontwikkeling mag wat mij betreft centraler staan. Waar zou je in bijgeschoold willen worden? Ik zou nog wel een opleiding aan de Academie voor Lichamelijke Opvoeding willen volgen en op psychologisch gebied bijgeschoold willen worden. De zorgkant van het onderwijs trekt me, maar ik heb nu nog te weinig tools. Wat is je mening over de taakbelasting in het onderwijs? Die is best hoog, je moet flink aanpoten. Het zou beter zijn als wij ons meer konden richten op het werken met de kinderen en minder verantwoording hoefden af te leggen. Zijn er zaken die je aan beleidsmakers en politici kwijt zou willen? Ik zou scholen willen adviseren om van alle bestaande concepten de goede kanten over te nemen en kindgerichter te gaan werken. Voel je beroepstrots? Zeker. Ik ben heel fanatiek en wil dat leerlingen zich optimaal voelen en ontwikkelen. Onwijs mooi als ze zichzelf durven laten zien. Wat is je persoonlijke onderwijswens? Ik wil sport en onderwijs verder combineren. Omdat kinderen zich in sport bloot leren geven kun je daar als onderwijs verder op bouwen. Nog tips voor (aankomende) leerkrachten? Zorg binnen je klas voor structuur en overzicht en vermijdt teveel prikkels. En bovenal: blijf je richten op het kind!
T Tip jezelf of een ander voor Veldwerk! Mail naar
[email protected]