juni 2011 TAK NIEUWSBRIEF ALGEMEEN
WILT U UW (JUISTE) E-MAIL ADRES AUB AAN ONS DOORGEVEN !!!! Dit in verband met nieuwsbrieven, deze gaan wij maandelijks per mail versturen. Zie bijgevoegde brief. Deze brief is niet bijgevoegd voor de klanten waarvan we het e-mail adres al hebben.
Parkeren met parkeerschijf! In het centrum van Someren dient u vanaf 6 juni een parkeerschijf te gebruiken. Vergeet dit niet. Er wordt namelijk streng gecontroleerd! U kunt met uw auto bij ons op de inrit parkeren als u spullen af komt geven bij ons kantoor. Zorg voor een sluitende rittenregistratie
Om onder de inkomensbijtelling voor de auto van de zaak uit te komen, moet men meestal van goeden huize komen. Wat bleek er nu onlangs weer bij de rechter over een ondernemer die twee auto’s ter beschikking had? Twee auto’s van de zaak BV stelde aan haar directeur X in 2004 en 2005 twee dure auto’s ter beschikking. X hield voor beide auto’s een rittenregistratie bij (omdat hij op jaarbasis niet meer dan 500 km. privé reed met de auto van de zaak) en verantwoordde in zijn aangiften inkomstenbelasting geen bijtelling voor de auto’s.
De inspecteur corrigeerde de aangiften inkomstenbelasting van X omdat hij de rittenregistraties onbetrouwbaar vond. Het belastbaar inkomen werd per jaar met ca. € 73.000,-(!) verhoogt. De rechtbank was het met de inspecteur eens. Wat vond de rechter? “Rittenadministratie niet goed”? Wat werd er niet goed bijgehouden volgens de rechter? - Niet iedere rit werd nauwkeurig genoteerd. - Ook de kilometerstanden werden niet altijd na iedere rit overgenomen. - De bezoekadressen (indien beschikbaar), de gereden routes en de reden van de meest gebruikelijke afwijkende routes waren niet genoteerd. Secretaresse “verbeterde”spreadsheets X (en zijn chauffeurs) hielden wel een rittenregistratie bij, maar deze werd later aan de hand van de agenda van X door zijn secretaresse verbeterd en verwerkt in spreadsheets. De secretaresse voegde ontbrekende ritten toe, wijzigde de in de rittenregistratie genoteerde ritten en wijzigde kilometerstanden aan de hand van een routeplanner. Die gewijzigde kilometerstanden werden vervolgens ook weer doorgetrokken naar volgende dagen. Maar ondanks al die aanvullingen en wijzigingen kwamen de kilometerstanden volgens de (“verbeterde”) rittenregistraties regelmatig niet overeen met de kilometerstanden volgens de spreadsheets. X slaagde er niet in te bewijzen dat hij niet meer dan 500 km op jaarbasis had gereden met de auto’s (Rechtbank Haarlem) Zorg voor een goede onderbouwing Big brother Er zijn legio producten waarmee u uw ritten kunt bijhouden en die allemaal voldoen aan de eisen die de fiscus aan de rittenregistratie zelf stelt: van gratis boekjes of spreadsheets tot te betalen (online) producten of in de auto te monteren apparaten of black boxes. Maar steeds zal de rittenregistratie moeten worden onderbouwd met agenda’s. Het komt maar al te vaak voor dat een rittenregistratie er netjes en verzorgt uitziet, maar dat men uiteindelijk toch wordt teruggefloten. “Big brother is watching you”: er wordt o.a. uit de gegevens van het Centraal Justitieel Incassobureau geput (snelheidsbekeuringen, enz.) Boetes liegen er niet om Is bijtelling ten onrechte achterwege gebleven, dan zal een navorderingsaanslag (inclusief boete) worden opgelegd. Om onder de bijtelling voor de auto van de zaak uit te komen, speelt u op safe door een sluitende rittenadministratie bij te houden. Zorg dat deze overeenstemt met uw agenda en wees bedacht op controlemogelijkheden van de overheid.
Doe juiste aangifte Als u probeert de Belastingdienst een loer te draaien, dan kan u dat duur komen te staan. Het opzettelijk niet doen, het niet binnen de daarvoor gestelde termijn aangifte doen of het verstrekken van onjuiste informatie kan een gevangenisstraf van maximaal vier jaar opleveren.
Sponsoring mag niet alleen uw feestje zijn Kosten voor reclame en sponsoring zijn zakelijke kosten die uw onderneming mag aftrekken van de winst. Maar als deze kosten overlappen met uw persoonlijke interesses, loopt u het risico op een navorderingsaanslag. Het gerechtshof in Arnhem heeft dit recentelijk nog aangegeven: Een staalfabriek verkocht ook karts. De zoon van de directeur zat in een kartraceteam en de fabriek sponsorde dit team om zo reclame te maken voor de productielijn van karts. De sponsorkosten werden vervolgens opgevoerd als zakelijke kosten. De fabriek stopte uiteindelijk met de productie van karts in 1999, terwijl het raceteam tot 2003 werd gesponsord. Toen dit aan het licht kwam tijdens een controle van de Belastingdienst, accepteerde de fiscus niet alle sponsorkosten als zakelijke kosten. Er zou sprake zijn van uitdeling en de inspecteur legde de dga een navorderingsaanslag inkomstenbelasting op. Hierop ging de dga naar de rechter, omdat de kosten volgens hem wel puur zakelijk waren. De rechter oordeelde dat de sponsorkosten alleen maar waren gemaakt vanwege de hobby van de zoon van de dga. Deels was er wel sprake van een zakelijke insteek, omdat de onderneming naamsbekendheid kreeg via de sponsoring, maar omdat de productie van karts in 1999 al was gestopt en de sponsoring langer doorliep, waren de sponsoringkosten volgens het gerechtshof toch deels een privéaangelegenheid en mochten niet helemaal worden afgetrokken van de winst. Voldoen aan uw verificatieplicht mag niet met een rijbewijs Een rijbewijs mag u niet gebruiken om de identiteit van de medewerker te checken. Daarop staat namelijk geen nationaliteit, en dat is één van de gegevens die u moet controleren op het moment dat een medewerker bij uw organisatie in dienst komt. Deze verificatieplicht doet u op basis van geldig identiteitsbewijs. Dat kan een paspoort of identiteitskaart zijn. Een kopie van het geldige identiteitsbewijs op het moment van indiensttreding moet u in uw administratie bewaren.
INKOMSTENBELASTING Houd uw uren bij Onlangs maakte de Hoge Raad duidelijk dat het bewijs ten aanzien van de uitsluitingsregel bij de ondernemer ligt. Het is aan de belastingplichtige om te bewijzen dat de werkzaamheden meetellen voor het urencriterium. Het is dus van groot belang ook de uren en de werkzaamheden die de partner maakt goed bij te houden. Dit vergroot de kans dat de ondernemer aannemelijk kan maken dat het om uren gaat die meetellen voor toepassing van zelfstandigenaftrek. Maximaliseer uw voordeel met de investeringsaftrek De kleinschaligheidsinvesteringsaftrek is een fiscale stimuleringsmaatregel, specifiek gericht op het MKB. Door een slimme aanpak kunt u maximaal van de maatregel profiteren. Waarop moet u daarbij letten?
Speciaal voor bedrijven in het MKB bestaat er sinds jaar en dag een fiscale stimuleringsmaatregel in de vorm van de kleinschaligheidsinvesteringsaftrek (KIA). Volgens deze regeling mag u een extra percentage van het investeringsbedrag aftrekken, als u tenminste voldoet aan de voorwaarden. De KIA geldt voor de meeste bedrijfsmiddelen maar kent ook enkele uitsluitingen, zoals bepaalde personenauto’s, huizen, grond en dieren. Kijk op http://www.belastingdienst.nl voor de overige uitsluitingen. Het is wel zaak dat u slim investeert, want alleen zo kunt u maximaal voordeel behalen. Minder aftrek bij meer investeringen De KIA kent een ingewikkelde staffel. Kleinschaligheidsinvesteringsaftrek 2011
€ € €
investeringsbedrag Van 2.200,54.324,100.600,-
€
301.800,-
aftrek tot en met € 2.200,€ 54.324,€ 100.600,€ 301.800,-
-
0 28% € 15.211,€ 15.211,- minus 7,56% van het investeringsbedrag boven de € 100.600,0
U investeert in een jaar voor € 120.000,-. De KIA bedraagt dan € 15.211,- -/(7,56% x [€ 120.000,- -/- € 100.600,-]) = € 13.744,-. Investeer > € 2.200,- of voeg samen Samen > € 2.200,-. Uit bovengenoemde aftrekpercentages blijkt dat u in ieder geval moet proberen om in een jaar meer dan € 2.200,- te investeren. Investeert u normaal gesproken weinig, dan is het raadzaam investeringen zo veel mogelijk in een jaar te laten samenvallen. Investeert u bijvoorbeeld zowel in 2011 als in 2012 voor € 1.500,- in computers en heeft u verder geen investeringen, dan bedraagt uw KIA in beide jaren nul. Voegt u alles samen tot één investering van € 3.000,- aan computers in 2011, dan haalt u € 840,- aan belastingaftrek binnen. Per investering minimaal € 450,-. Het investeringsbedrag per investering moet minstens € 450,- bedragen. Een bureaustoel van € 500,- levert dus wel KIA op, een stoel van € 400,- niet. Tip. U mag zaken die tot één geheel behoren, bij elkaar tellen. Koopt u dus een los bureau van € 300,- plus twee bijbehorende ladekasten van € 150,per stuk, dan komt het totale investeringsbedrag op € 600,- en kunt u dus KIA claimen. Let op:
Investeer minder dan € 301.800,- of splits
Investeert u in forse bedragen, bekijk dan of u investeringen over meerder jaren kunt splitsen. Zo blijft u wellicht onder de bovengrens.
Stel dat u in 2011 twee nieuwe machines aanschaft van € 60.000,- per stuk. Volgens het eerder gegeven cijfervoorbeeld bedraagt uw KIA dan € 13.744,-. Is het ook mogelijk in 2011 en in 2012 iedere keer één machine aan te schaffen en heeft u geen verdere investeringen in die jaren, dan bedraagt uw KIA in 2011 én in 2012 € 15.211,-. In totaal haalt u dan € 30.422,- aan KIA binnen, oftewel: € 16.678,- meer belastingaftrek! Door de ingewikkelde staffel van de investeringsaftrek, kunt u maximaal voordeel behalen door kleine investeringen over meerdere jaren samen te voegen. Grotere investeringen kunt u beter splitsen en over het jaar heen tillen.
Voor uw onderneming gebruikt (bedrijfs)gedeelte van het pand behoort tot de “eigen woning” Werkkamer e.d. in uw woning vormt meestal onderdeel van uw “eigen woning” Een in uw woning gelegen werkruimte, atelier e.d. – die u ten behoeve van uw onderneming, uw nevenwerkzaamheden of uw dienstbetrekking gebruikt, valt vrijwel altijd onder het begrip “eigen woning”. U moet op de aangifte inkomstenbelasting bij het te vermelden eigenwoningforfait dus bepalen over uw woning inclusief de werkruimte, dus de door uw gemeente vastgestelde WOZ waarde moet hier opgegeven worden, (en u kunt voor de berekening van uw winst uit onderneming of uw resultaat uit nevenwerkzaamheden geen kosten met betrekking tot een dergelijke werkruimte in aftrek brengen ). Zelfstandigenaftrek vanaf 2010 De zelfstandigenaftrek is een aftrekpost voor de ondernemer die in een jaar minstens 1.225 uur in zijn onderneming actief is. De hoogte van de aftrek is gerelateerd aan de hoogte van de winst. Hoe hoger de winst, hoe lager de aftrek. In 2010 bedroeg de maximale aftrek € 9.427,- bij een winst tot € 13.960,-. Vanaf 2010 gewijzigd Vanaf 2010 is de zelfstandigenaftrek gewijzigd. De aftrek is maximaal het bedrag van de ondernemingswinst. Lijdt u verlies uit onderneming, dan kunt u de zelfstandigenaftrek niet meer benutten. Negen jaar doorschuiven Het niet-benutte bedrag van de zelfstandigenaftrek kunt u in één van de volgende negen jaren in aanmerking nemen, voor zover er in één van die jaren genoeg winst is om naast de zelfstandigenaftrek van dat jaar ook nog de niet-benutte zelfstandigenaftrek van vorig jaar te benutten.
Geen coulance bij verzuimboetes Minister Weekers is niet van plan om bij het opleggen van verzuimboetes voor het te laat doen van belastingaangifte coulance te betrachten. Dus betaal op tijd!
OMZETBELASTING Verreken btw-teruggave niet zelf Heeft u recht op een btw-teruggave, bijvoorbeeld vanwege de afdracht van btw over leveranties aan failliete afnemers? Bedenk dan dat u die teruggave niet eigenmachtig kunt verrekenen met de af te dragen btw. Doet u dat toch, dan kan u dat op een naheffingsaanslag met 50% boete komen te staan.
Check btw-nummer Gaat u goederen leveren aan een nieuwe buitenlandse afnemer? Controleer dan eerst zijn BTW-identificatienummer voordat u levert tegen het 0%-tarief! Een onjuist btwnummer kan u een boete opleveren.
Laag btw-tarief bouw toch nog verlengd Er zal toch een overgangsmaatregel komen voor het lage btw-tarief voor renovatie en herstel van een woning. Staatssecretaris Weekers van Financiën heeft aangegeven dat het lage btw-tarief ook mogelijk is voor verbouwingen die gestart zijn voor 1 juli 2011, maar de verbouwing moet dan wel afgerond zijn voor 1 oktober 2011.
Suppletieaangiften omzetbelasting na vaststelling meteen indienen dit bespaart u zware boeten. Bij vaststelling van de balans van uw onderneming, wordt er altijd een jaarherrekening voor de omzetbelasting gemaakt. Er kan een afrekening uit komen, dat wil zeggen dat er te weinig omzetbelasting is afgedragen. Het is dan aan te bevelen om dit bedrag via een “suppletieaangifte “in te dienen. Hierdoor bespaart u een eventuele boete. Indien de belastingdienst dit na constatering door hen, zelf gaat doen kan de boete op het te weinig afgedragen bedrag omzetbelasting oplopen van 25% tot 50% van dit bedrag. Daarom is het aan te raden om dit verzoek na vaststelling van de jaarstukken in te dienen bij de belastingdienst. Zonder BTW nummer van klant mag u geen nihiltarief toepassen Om het nihiltarief bij export binnen de Europese Unie (EU) te mogen toepassen, moet u een geldig btw-nummer van uw afnemer hebben. Hebt u dit niet, dan mag u geen gebruikmaken van het nihiltarief. Dit blijkt uit een recente rechtszaak bij de rechtbank in Arnhem. U kunt het nihiltarief toepassen als sprake is van een intracommunautaire levering. Hiervan is sprake als u goederen verkoopt aan een ondernemer in een andere lidstaat van de EU dan Nederland.
Het andere EU-land zal dan btw heffen over deze intracommunautaire verwerving. Maar u mag niet zomaar gebruikmaken van het nihiltarief. U moet aan de hand van uw administratie kunnen aantonen dat u over het buitenlandse BTW-identificatienummer beschikt van uw afnemer en dat de goederen ook daadwerkelijk in het andere EU-land zijn geleverd. Kunt u dit niet bewijzen, dan gaat de nihiltarief-vlieger niet op. Deze regel geldt sinds 1 januari 2010 niet alleen voor leveringen, maar ook voor diensten van uw onderneming binnen de EU. De rechtbank in Arnhem moest dit beoordelen voor een ondernemer die goederen leverde aan een Duitse afnemer. De fiscus controleerde deze intracommunautaire levering en constateerde dat het btw-nummer van de afnemer niet meer in gebruik was. De ondernemer mocht dit nog corrigeren door het aanleveren van een juist Btw-nummer, maar slaagde hier niet in. De Belastingdienst legde een naheffingsaanslag op, omdat de ondernemer het nihiltarief onterecht had toegepast. De ondernemer was het hier niet mee eens en ging in beroep bij de rechtbank. Volgens de rechtbank was er terecht een naheffingsaanslag opgelegd, omdat een geldig btw-nummer ontbrak. Het was ook de plicht van de ondernemer om dit te controleren en in de gaten te houden.
DEZE NIEUWSBRIEF IS MET ZORG SAMENGESTELD. VOOR EVENTUELE ONVOLKOMENHEDEN KUNNEN WIJ GEEN AANSPRAKELIJKHEID AANVAARDEN.
