Jos van der Graaf Holding B.V

Jos van der Graaf Holding B.V.

CO2 Emissie inventaris Energie Audit Verslag 2013

Auteurs

: M. Wanner en J.K. Hoogendijk

Eindverantwoordelijk

: E. van der Graaf

IKZ Jos van der Graaf

CO2 Emissie inventaris 2013

Revisie 1

Datum 09-07-2014

Pagina 1 van 13

Inhoudsopgave

Inleiding 1

CO2 Emissie inventaris

1.1

Rapporterende organisatie

4

1.2

Verantwoordelijkheid

5

1.3

Rapportageperiode

5

1.4

Afbakening Organizational- en Operational Boundaries

5

1.5

GHG emissies basisjaar 2013 in tonnen CO2

7

1.5.1

Directie GHG emissies in 2013 (scope 1)

7

1.5.2

Indirecte GHG emissies in 2013 (scope 2)

7

1.5.3

Andere Indirecte GHG emissies in 2013 (scope 3)

7

1.5.4

Verbranding biomassa

7

1.5.5

GHG Verwijderingen

7

1.5.6

Uitzonderingen in de rapportage

7

1.6

GHG emissies na 2013

8

1.7

Berekeningsmethode

8

1.8

Conversiefactoren

8

1.9

Betrouwbaarheid

9

1.10

Referentie ISO 14064-1

10

2

Energie Audit Verslag

2.1

Inleiding

11

2.2

Bedrijfsonderdelen

11

2.3

Energieverbruik en energieverbruikers

11

2.4

Gebieden met significant energieverbruik

12

2.5

Gerealiseerde maatregelen en initiatieven

13



Revisie 1

Datum 09-07-2014

Pagina 2 van 13

Inleiding

Jos van der Graaf Holding B.V., hierna te noemen Jos van der Graaf, is een allround wegenbouwbedrijf met ruim 25 jaar ervaring, gespecialiseerd in grond- en straatwerk. De werkzaamheden worden uitgevoerd in opdracht van zowel gemeenten, instanties, aannemers alsook particulieren. Dagelijks werken 25 medewerkers (ultimo 2013) vanuit een modern kantoorpand, gevestigd op het Industrieterrein Dordtsekil I in de Helmholtzstraat 11 te Dordrecht. De werksfeer is kenmerkend voor de cultuur van een familiebedrijf.. Gewerkt wordt met alle contractvormen en flexibele bestekken. De lijnen in de organisatie zijn kort en krachtig. De kwaliteit van de werken ligt op een hoog niveau, mede door het werken in overeenstemming met de eisen en verwachtingen uit de wet- en regelgeving, in combinatie met normen voor kwaliteit en veiligheid zoals onder meer de ISO 9001, VCA, SEB, en CO2 Prestatieladder. In het kader van Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen, heeft Jos van der Graaf Complex besloten om zich te conformeren aan de CO2 prestatieladder en heeft de ambitie om in de komende 10 jaar de CO2 uitstoot met 10% te verminderen. Daarbij wordt 2013 als het referentiejaar aangehouden en is de CO2 uitstoot gerelateerd aan de bijbehorende omzet. Deel 1 van het rapport is de CO2 Emissie Inventaris en gaat in op de energiestromen van het bedrijf. Daarnaast wordt het uiteindelijke resultaat van de energiestromen vastgesteld conform de ISO 14064 § 7.3. Deze inventarisatie is een verantwoording voor de certificeringseis 3.A.1 van de CO2 prestatieladder en geeft een indruk geven van de totale CO2 uitstoot van de scope 1 en 2 over het kalenderjaar 2013. Een nadere analyse van het energieverbruik is weergegeven in deel 2 van het onder de naam Energie Audit Verslag. In dat onderdeel worden de plannen uiteengezet om de beoogde vermindering van de CO2 uitstoot te realiseren. Met voornoemde aandacht voor het milieu wordt bevestigd dat Jos van der Graaf “Duurzaamheid” hoog in het vaandel draagt in het streven zich daarmee maximaal te onderscheiden. Door een uitgekiend sorteersysteem wordt er voor gezorgd dat nagenoeg alle restmaterialen naar de juiste recyclebedrijven worden afgevoerd. Verder wordt voortdurend gezocht naar toepassingsmogelijkheden om de kans op lichamelijke slijtage van de medewerkers tot een minimum terug te dringen door onder meer de inzet van machinale hulpmiddelen. In samenwerking met lokale overheden streeft Jos van der Graaf naar “Social Return on Investment”. Het gaat daarbij onder meer om werkzoekenden met een achterstand kansen te geven op de arbeidsmarkt. Een en ander met het doel om de werkloosheid te verminderen en meer arbeidsdiversiteit te bieden.



Revisie 1

Datum 09-07-2014

Pagina 3 van 13

1 CO2 Emissie inventaris 1.1

Rapporterende organisatie Jos van der Graaf Holding B.V. omvat; -

Jos van der Graaf B.V. Gebr. van der Graaf B.V.

Voornoemde werkmaatschappijen functioneren conform hetzelfde Kwaliteitssysteem IKZ.

Werkzaamheden De dienstverlening van Aannemingsbedrijf Jos van der Graaf B.V. richt zich op het gebied van; Ontwerp & voorbereiding -

ontwerp en advisering nieuwbouw en herinrichtingsprojecten overleg Nutsbedrijven in het voortraject overleg met architecten opzetten projectplanning opzetten kostenbegroting

Grondwerken -

het verzorgen van bodemonderzoeken ontgraven en transporteren van grond-, zand- en funderingsmateriaal opbouw van funderingen t.b.v. de elementenverharding

Aanleg straatwerk, onderhoud en reconstructie -

uitvoeren bestratingswerkzaamheden in zowel gebakken als natuursteenmaterialen uitvoeren van sleufbestrating machinaal verwerken van diverse soorten bestrating uitvoeren van onderhoudswerkzaamheden woonrijp maken van nieuwbouwwijken aanleg van bedrijfsterreinen aanleg en/of herinrichten openbare speelplaatsen aanleg en/of herinrichten schoolpleinen

De dienstverlening van Gebr. van der Graaf B.V. richt zich op het gebied van; Proefsleuven t.b.v. Lokaliseren van kabels & leidingen Gebr. van der Graaf B.V. is al jaren actief met het graven van proefsleuven voor het lokaliseren van kabels en leidingen. De maatschappij alsook de wet- en regelgeving veranderen voortdurend, processen worden complexer en procedures grijpen steeds meer in elkaar. Volgens de WION zijn de eigenaren van kabel- en leidingsystemen verantwoordelijk voor de juiste informatie over de ligging van voornoemde systemen. Bovendien accepteert de omgeving steeds minder overlast en is zij zicht bewust van haar rechten. Daarom besluiten meer en meer opdrachtgevers de ontwerp- en detectiewerken uit te besteden aan een deskundige partij zoals Gebr. van der Graaf B.V. Grondradar De komende jaren staat de ondergrondse infrastructuur nadrukkelijk onder de aandacht. Veel kabel- en leidingnetten moeten worden vervangen. Een goed moment om de ondergrond vast te leggen en afwijkingen ten opzichte van de asbuilt tekeningen te ondervangen. Nader onderzoek is daarbij nodig om eventuele schade aan kabels en leidingen te voorkomen. De grondradartechnologie is daarvoor een passende en betrouwbare techniek, ongeacht de materiaalsoort.



Revisie 1

Datum 09-07-2014

Pagina 4 van 13


Verantwoordelijkheid Eindverantwoordelijk voor de CO2 Emissie inventaris is de algemeen Directeur E.A. van der Graaf. Voor de opzet en inhoud van het rapport is verantwoordelijk M. Wanner. Bij de uitvoering van taken op het gebied van milieuzorg wordt ondersteuning verleend door de extern Adviseur IKZ J.K. Hoogendijk.

1.3

Rapportageperiode De CO2 Emissie inventaris is bepaald voor het kalenderjaar 2013.

1.4

Organizational en operational boundaries

1.4.1

Organizational Boundaries

De heer E.A. van der Graaf heeft samen met M. van der Graaf heeft 100% zeggenschap over Jos van der Graaf Holding B.V. Daarbinnen vallen de aangegeven werkmaatschappijen, welke de basis vormen voor de CO2 uitstoot.

1.4.2

Combination Boundaries Jos van der Graaf Holding B.V. heeft in de afgelopen jaren niet geparticipeerd in andere combinaties;

In geval van een participatie is elke combinant in de combinatie zelf verantwoordelijk voor het vastleggen van de CO2 uitstoot van het eigen materieel.



Revisie 1

Datum 09-07-2014

Pagina 5 van 13

1 CO2 Emissie inventaris 1.4.3

Operational Boundaries Voor een juiste afbakening van scopes, is gebruik gemaakt van de scope-indeling van het Green House Gas (GHG Protocol) en de scope-indeling van de Stichting Klimaatvriendelijk Aanbesteden & Ondernemen (SKAO). Hieruit kunnen 3 “uitstootniveaus” worden geïdentificeerd. Waarbij onderscheid wordt gemaakt tussen directe en indirecte emissies. Scope 1: Directe CO2 uitstoot CO2 uitstoot veroorzaakt door bronnen die eigendom zijn van Jos van der Graaf. Zoals verwarming van het kantoor, het wagenpark of uitstoot veroorzaakt door en afkomstig uit chemische processen. Scope 2: Indirecte CO2 uitstoot of elektriciteit CO2 uitstoot veroorzaakt door het inkopen/verbruiken van elektriciteit. Deze vorm van uitstoot wordt veroorzaakt waar de stroom gegenereerd wordt. In de definitie van SKAO worden ook eigen auto’s gebruikt voor zakelijk vervoer en vliegverkeer tot scope 2 gerekend. Scope 3: Andere indirecte CO2 uitstoot Scope 3 is een optionele categorie waarover kan worden bericht. Hierin wordt alle andere indirecte CO2 uitstoot betrokken. Deze uitstoot is toe te rekenen aan werkzaamheden waar Jos van der Graaf geen directe invloed op heeft, maar waar de organisatie wel verantwoordelijk voor is omdat ze worden veroorzaakt door de werkzaamheden van Jos van der Graaf.



Revisie 1

Datum 09-07-2014

Pagina 6 van 13


GHG emissies basisjaar 2013 De inventarisatie is voor het eerst uitgevoerd over het kalenderjaar 2013. Dat jaar geldt daarom als het basisjaar voor toekomstige inventarisaties. Voor het bepalen van de emissies is gebruik gemaakt van een algemeen instrument met als titel Carbon Assessment Tool. De totale CO2 emissie in 2013; -

Scope 1 Scope 2

directie missies indirecte emissies

€ ….. 25

De omzet in 2013 bedraagt Het aantal FTE in 2013 bedraagt 1.5.1

199 ton CO2 11 ton CO2

Directie GHG emissies in 2013 (scope 1) Energiestroom scope 1

Verbruik

2013

Aardgas Propaan Benzine Diesel (wagenpark) Diesel LPG

3513 m3

6 0 10 130 53 0

3652 liter 41456 liter 17004 liter

199

CO2 Uitstoot totaal (ton) 1.5.2

Indirecte GHG emissies in 2013 (scope 2) Energiestroom scope 2 Grijze elektriciteit

Verbruik

2013

23.989 kWh

11 11

CO2 Uitstoot totaal (ton) 1.5.3

Andere Indirecte GHG emissies in 2013 (scope 3) Energiestroom scope 3

1.5.4

Verbruik

2013

Zakelijk gebruik prive auto

0

CO2 Uitstoot totaal (ton)

0

Verbranding biomassa Binnen Jos van der Graaf heeft in 2013 geen verbranding van biomassa plaatsgevonden.

1.5.5

GHG verwijderingen Binnen Jos van der Graaf heeft in 2013 geen binding van CO2 plaatsgevonden.

1.5.6

Uitzonderingen in de rapportage Er zijn geen uitzonderingen van toepassing



Revisie 1

Datum 09-07-2014

Pagina 7 van 13


Directe en indirecte GHG emissies na 2013 Onder artikel 1.5 zijn de GHG emissies van het basisjaar 2013 genoemd. De eerstvolgende meetwaarden worden over het kalenderjaar 2014 vastgesteld en onder artikel 1.6 weergegeven, evenals de eventueel doorgevoerde veranderingen in de werkzaamheden.

1.6.1 1.6.2 1.6.3 1.6.4

Directie GHG emissies in 2014 (scope 1) Indirecte GHG emissies in 2014 (scope 2) Andere Indirecte GHG emissies in 2014 (scope 3) Evaluatie over 2013 Vanuit de resultaten in 2013 zijn voor 2014 de volgende doelstellingen vastgesteld; - Daling van het brandstofverbruik in het personenvervoer - Het effect bepalen van de overgang van grijze naar groene stroom - Het effect bepalen van de overgang vang mengsmering naar Aspen In het beleid zijn de volgende overwegingen opgenomen; - Inzet van elektrisch aangedreven voertuigen - Oudere voertuigen vervangen door energiezuinige varianten - Het carpoolen waar mogelijk bevorderen - Personenwagens worden zodra nodig voorzien van banden uit de serie Energysaver (Michelin) - Het effect bepalen door lucht in banden te vervangen door stikstof - Waar mogelijk maatregelen treffen voor het verbeteren van de efficiency

1.7

Berekeningsmethode Voor het kwantificeren van de CO2 emissie is gebruik gemaakt van de milieubarometer van Stimular. Deze is gebaseerd op de conversiefactoren voor het omrekenen van het energieverbruik naar de CO2 uitstoot van de SKAO. Op die wijze is de CO2 Footprint tot stand gekomen en is het energieverbruik geanalyseerd.

1.7.1

Gebruik berekeningsmethode De Milieubarometer maakt de milieuprestatie CO2-Footprint en bijbehorende kosten eenvoudig en snel zichtbaar. Door de verbruiksgegevens in te voeren, toont het programma de volgende informatie; - de totale milieuscore - een kostengrafiek - een CO2 Footprint - kengetallen - besparingsmogelijkheden Het gebruik van de Milieubarometer wordt in 2014 verder doorgevoerd.

1.8

Conversiefactoren De conversiefactoren zijn overgenomen of afkomstig uit het Generiek Handboek voor toepassing van de CO2 Prestatieladder. Het toepassen van deze factoren voldoen aan het criterium dat de werkelijk te verwachten CO2-emissie kan worden bepaald. Deze conversiefactoren zijn in overeenstemming met de gezamenlijke CO2-emissielijst van SKAO, Connekt en Stimular en verwerkt in het gebruikte handvat het zogeheten Carbon Assessment Tool.



Revisie 1

Datum 09-07-2014

Pagina 8 van 13


Betrouwbaarheid

1.9.1

Scope 1 Aardgas Het verbruik van aardgas is berekend op basis van de jaaropgave van de leverancier en teruggerekend naar een periode van 365 dagen.

Benzine, Diesel Het verbruik van benzine en diesel voor het wagenpark is berekend op de facturen van de leverancier BP. Deze geeft jaarlijks een totaal overzicht van het verbruik per voertuig. Diesel Het verbruik van de overige diesel is bepaald aan de hand van de facturen van de leveranciers OK. Het totaal kan worden verdeeld naar; 1.9.2

Vrachtwagens Off road materieel Personenwagens

ltr. ltr. ltr.

Scope 2 Elektriciteit Het verbruik aan elektriciteit is bepaald aan de hand van de jaaropgave van Nuon en teruggerekend naar een periode van 365 dagen.

1.9.3

Scope 3 Vanwege de aard van de werkzaamheden en dec regio waarin deze worden uitgevoerd, is scope 3 niet van toepassing.



Revisie 1

Datum 09-07-2014

Pagina 9 van 13


Referentie ISO 14064-1

De Emissie Inventaris is opgesteld in overeenstemming met de eisen uit de ISO b14064-1: 2012 (2006), specifiek te vinden in § 7.3. In onderstaande tabel is weergegeven waar in het rapport de betreffende eisen van de norm zijn verwerkt. Het rapport is niet door een erkende CI geverifieerd.

Hoofdstuk ISO 14064-1

Eisnummer ISO 14064-1

Hoofdstuk in rapport

A

1.1

Beschrijving van de rapporterende organisatie

B

1.2

Verantwoordelijke personen

C

1.3

Rapportageperiode

4.1

D

1.4

Documentatie Organisational boundaries

4.2.2

E

1.5.1

Directe CO2 emissies in tonnen per GHG

4.2.2

F

1.5.4

Beschrijving CO2 uitstoot door verbranding biomassa

4.2.2

G

1.5.5

GHG verwijderingen

4.3.1

H

1.5.6

Verklaring voor het uitsluiten van GHG bronnen

4.2.3

I

1.5.2

Indirecte CO2 emissies uit elektra, hitte of stoom

5.3.1

J

1.5.1

GHG emissie inventaris basis-jaar

5.3.2

K

1.6

Uitleg over veranderingen in het basis-jaar

4.3.3

L

1.7

Referentie of beschrijving berekeningsmethode

4.3.3

M

1.7.1

Verklaring voor verandering berekeningsmethode

4.3.5

N

1.8

Referentie van de gebruikte berekeningsfactoren

5.4

O

1.9

Omschrijving van onnauwkeurigheden

P

1.10

Verklaring dat het rapport voldoet aan de ISO 14064-1

Q

1.10

Verklaring van verificatie van het rapport



Rapportage-eis

Revisie 1

Datum 09-07-2014

Pagina 10 van 13

2 Energie Audit Verslag 2.1

Inleiding De Energie Audit wordt beschouwd als een interne procesbeoordeling in overeenstemming met de procedure IKZ01-10/02.00 Procesbeoordeling. Met ingang van 2014 is de Energie Audit opgenomen in de Planning IKZ en wordt jaarlijks uitgevoerd als onderdeel van de Directiebeoordeling IKZ. De Energie Audit is bedoeld om de stand van zaken met betrekking tot de CO2 uitstoot te bepalen en te komen tot verdere concrete en haalbare doelen waarmee de CO2 uitstoot kan worden verminderd.

2.2

Bedrijfsonderdelen De volgende onderdelen zijn herkenbaar binnen Jos van der Graaf; Bedrijfsonderdeel

2013

Verkoop Engineering Inkoop Werkvoorbereiding Uitvoering Administratie CO2 Uitstoot totaal (ton) Op grond van de voornoemde uitstoot is Jos van der Graaf ingedeeld in de categorie Klein bedrijf. Volgens de CO2 Prestatieladder (Bijlage A begrippenlijst) zijn dat bedrijven met een maximale uitstoot van maximaal (≤) 500 ton per jaar van alle kantoren en bedrijfsruimten en een totale CO2 uitstoot op alle bouwplaatsen en productielocaties van maximaal (≤) 2.000 ton per jaar.

2.3

Energieverbruik en energieverbruikers

2.3.1

Energieverbruik en kosten Energie wordt gebruikt voor het vervaardigen van de volgende product- en werksoorten; Product- en werksoort

2013

Grond- en straatwerk Proefsleuven Grondradar Onderhoud materieel Kantoor CO2 Uitstoot totaal (ton) Het energieverbruik wordt onder meer beïnvloed door; - Omzet - Soort werkzaamheden (inzet materieel) - Inzet van uren - Uitbestede werkzaamheden - Kwaliteitsbeheersing - Kwaliteitsverbetering



Revisie 1

Datum 09-07-2014

Pagina 11 van 13

2 Energie Audit Verslag 2.3.2

Energieverbruikers De energieverbruikers zijn als volgt gedefinieerd;

2.3.3

Bedrijfshuisvesting

Bouwplaats

- Verlichting - Kantoorapparatuur - Airconditioning - ICT apparatuur - Elektrisch gereedschap - Verwarming

- Bedrijfswagens - Vrachtwagens - Verdichtingsapparatuur - Handgereedschap

Energieverbruik per werkmaatschappij De werkzaamheden worden uitgevoerd door; Werkmaatschappij

2013

Jos van der Graaf B.V. Gebr. van der Graaf B.V.

CO2 Uitstoot totaal (ton) De in de tabel genoemde uitstoot is gebaseerd op 25 FTE medewerkers (incl. tijdelijke krachten. Het aantal medewerkers zijn formeel in volgende bedrijfsfuncties werkzaam; - Directie, Administratie, Secretariaat, Kwaliteitsmanagement - Onderhoud arbeidsmiddelen en Magazijn - Transport - Uitvoering

2.4

Kantoor Werkplaats

Gebieden met significant energieverbruik De energiestromen Elektriciteit en Aardgas zijn van toepassing op het Kantoor en de Werkplaats. De overige energiestromen hebben betrekking op de projectlocaties Daarin is een aandeel van circa 75% opgenomen voor projecten met gunningsvoordeel. De in de tabel aangegeven cijfers zijn afkomstig uit de Financiële Administratie.



Revisie 1

Datum 09-07-2014

Pagina 12 van 13

2 Energie Audit Verslag 2.5

Gerealiseerde maatregelen en initiatieven In 2014 worden de taakverdeling en verantwoordelijkheden met betrekking tot de CO2 uitstoot en reductie nader vastgelegd. Daarnaast ligt het in de bedoeling om de medewerkers meer te betrekken bij de verdere ontwikkelingen en hen te wijzen op hun eigen verantwoordelijkheid om een bijdrage te leveren om de CO2 uitstoot in de komende jaren te verminderen. Alle voorstellen vanuit de dagelijkse praktijk worden daarom met belangstelling tegemoet gezien. Het is belangrijk om een beeld te hebben welke partijen belang hebben bij een zo laag mogelijke CO2 uitstoot. Dit zijn voor Milieuzorg de zogeheten Stakeholders. Deze zijn te verdelen in; - Opdrachtgevers - Collega bedrijven - Netbeheerders - Overheid, Gemeente, Provincie en Rijks - Projectontwikkelaars - Hoofdaannemers - Leveranciers/onderaannemers - Omwonenden bedrijf en projectlocatie Tijdens de interne audit in 2013 is vastgesteld dat wordt voldaan aan de eisen van de CO2 Prestatieladder voor Niveau 2. Voor 2014 bestaat het voornemen om de kwalificatie verder te verhogen naar Niveau 3. Om dat te realiseren zijn de volgende aandachtspunten van belang; - Het structurele karakter van de communicatie zichtbaar maken - Nieuwe versie van het CO2 Handboek introduceren (versie 2.2) - CO2 aandacht opnemen in de Website - Certificaten ISO 9001/VCA/SEB en CO2 op de website toegankelijk maken voor derden Risicobeheer heeft betrekking op het zo optimaal mogelijk uitvoeren van de nodige werkzaamheden. Om een beeld te verkrijgen van de in de praktijk voorkomende risico’s, wordt de procedure IKZ01-10/02.00 Risicobeheersing opgevolgd. Daarmee wordt beoogd de faalkosten van de organisatie te bepalen als een belangrijke basis voor het reduceren van de CO2 uitstoot. Daarmee wordt bovendien gestreefd naar een zo optimaal mogelijk verhouding tussen; - Kwaliteitsbeheersing - Risicobeheersing - Kwaliteitsverbetering

kosten voor een zo efficiënt mogelijk functioneren organisatie kosten om inzicht te krijgen in de corrigerende maatregelen kosten om de werkwijze waar mogelijk verder te verbeteren

Voorts beoogde maatregelen zijn onder meer; - deelname aan het sector initiatief QI 2014-1 met collega-bedrijven - effecten uit de inschrijving bij de SKAO beoordelen - beschikbare informatie uit de aansluiting bij Bouwend Nederland benutten - informatie uit lectuur en internet waart mogelijk verzamelen en gebruiken - gebruik maken van de CROW tools voor bepalen verontreinigingsklasse - De invloed van LED verlichting onderzoeken. De maatregelen worden in belangrijke mate ingegeven door de wet- en regelgeving, alsook de eisen en verwachtingen van opdrachtgevers via de bestekken en instructies. De Directie van Jos van der Graaf is echter overtuigd van het positieve effect van deze milieuzorg op de economische omstandigheden en de toekomst van de onderneming.



Revisie 1

Datum 09-07-2014

Pagina 13 van 13

Jos van der Graaf Holding B.V

Recommend Documents