ctJ Ixelles Elsene
#009/18.12.20 / 4/A/0029#
BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST GEMEENTE ELSENE JJittrekseI uit het re&isterderheraadslagineen van de Gemeenteraad
Aanwezig
Willy Decourty. Burgemeester-Voorzitter; Dominique Dufoumy,Bea Diallo, Yves de Jonghe d'Ardoye, Nathalie Gilson, Marinette De Cloedt, Delphine Bourgeois, Viviane Teitelbaum, Maite Morren, Caroline Désir, Schepenen; Pierre Lardot, Julie de Groote, Olivier de Clippele, Michel Breydel de Groeninghe, Yves Rouyet, Alain Back, Hassan Chegdani, Anne Delvaux, Audrey Lhoest, Caroline Laporte, Solange Pitroipa, Yaron Pesztat, Anne-Rosine Wilmet-Delbart, Alain Destexhe, Mathieu De Backer, Assita Kanko, Romain De Reusme, Julien Milquet, Valérie Libert, lseut Thieffiy, Bertrand Wert, Jacqueline Delapierre, Geoffrey Roucourt, Axel Marcq, Catherine Rousseau, Kéloutang Ndiaye, Aïssata Traore, Gemeenteraadsleden ; Patricia van der Lijn, Gemeentesecretaris.
VerontschuJdigd
Gautier Calomne, Ana Rodriguez Marin, Ilyas Hassani, Raquel D'Haese-Leal, Alexandra Lexy De Roose, Nathalie d'Ursel de Lobkowicz, Gemeenteraadsleden.
Zitting van 18.12.14 #Onderwerp : Het belastingreglement op de tijdelijke bezetting van de openbare weg ter gelegenheid van werken voor het oprichten, afbreken, herbouwen, transformeren of onderhouden van gebouwen.# Openbare zitting
AFDELING FINANCIËN Taksen De Raad,
Gelet op artikel 170, § 4 van de Grondwet; Gelet op de Ordonnantie van 3 april 2014 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillen inzake gemeentebelastingen ; Gelet op de beschikkingen van het Brussels Wetboek van de Ruimtelijke Ordening van 13 mei 2004 ; Gelet op artikel 117 van de Nieuwe Gemeentewet; Gelet op het algemene Politiereglement; Gelet op de algemene bouwverordening van de Gemeente Elsene; Gelet op de gewestelijke stedenbouwkundige verordening van 21. november 2006; Gelet op de motiveringen van de belasting die zich in het administratieve dossier bevinden; Gelet op de gemeentelijke financiën; Op het voorstel gedaan, in naam van het College, door Mvr. Viviane TEITELBAUM, Schepen van de Financiën,
Gemeenteraad - 18.12.2014 - Uittreksel rco1 dossier 33279
112 .
#009//8.12.20/4/A/0029#
BESLIST: Het belastingreglement op de tijdelijke bezetting van de openbare weg ter gelegenheid van werken voor het oprichten, afbreken, herbouwen, transformeren of onderhouden van gebouwen voor de dienstjaren 2015, 2016 en 2017 zoals opgenomen in de bijlage die integraal deel uitmaakt van deze beraadslaging te goedkeuren. Overeenkomstig de Ordonnantie van 14 mei 1988 en het Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 16 juli 1998, met betrekking tot het administratief toezicht op de gemeenten , zal de huidige beraadslaging overgemaakt worden aan de Toezichthoudende Overheid. Aldus beraadslaagd in openbare zitting te Elsene op 18 december 2014. VOORDE RAAD De Gemeentesecretaris, (Get.) Patricia van der Lijn
De Voorzitter, (Get.) Willy Decourty
VOOR EENSLUIDEND AFSCHRIFT Elsene, 31 december 2014
De Burgemeester, Bij opdracht,
~
Viviane Teitelbaum
Gemeenteraad - /8.12.2014 - Uittreksel van dossier 33279
2l2
:=
#009/18.12.2014/B/0029#
1. DUUR EN GRONDSLAG VAN DE BELASTING Artikel 1: Er wordt voor de dienstjaren 2015, 2016 en 2017 een belasting gevestigd op de tijdelijke bezetting van de openbare weg naar aanleiding van werken om gebouwen te bouwen, af te breken, te herbouwen, te verbouwen of te onderhouden. De openbare weg wordt in de zin van dit reglement als bezet beschouwd, zodra het normaal en gewoon gebruik, met name het verkeer van personen of voertuigen, wordt verhinderd of belemmerd, zelfs gedeeltelijk of tijdelijk. Artikel 2: Voor de toepassing van de huidige bepalingen dient te worden verstaan onder openbare weg: 2.1 De verkeerswegen met inbegrip van de bermen en de trottoirs hoofdzakelijk bestemd voor het verkeer van personen of voertuigen en toegankelijk voor iedereen.
2.2 De openbare plaatsen aangelegd als afhankelijk van de verkeerswegen en in het bijzonder bestemd voor het · parkeren van voertuigen, voor tuinen, voor wandelwegen en voor markten.
Artikel 3: 3.1 De belasting wordt gevestigd in verhouding tot de bezette oppervlakte van de openbare weg of tot de projectie op de begane grond van de bezette oppervlakte van de hangende stellingen. De oppervlakte waar rekening mee wordt gehouden voor de berekening van de belasting is de kleinste rechthoek die het geheel van de voorwerpen, van welke aard ook, die de openbare weg bezetten omvat. 3.2 Voor de berekening van de oppervlakte wordt iedere fractie van een vierkante meter voor één vierkante meter gerekend. 3.3 Voor de berekening van de belasting wordt iedere begonnen dag als een volledige dag gerekend.
ll. BELASTINGPLICHTIGEN Artikel 4: Is belastingplichtig: 4.1
De aanvrager, natuurlijke persoon of rechtspersoon, van een toestemming voor de tijdelijke bezetting van de openbare weg.
4.2
De aannemer die een werf uitvoert, indien er voor de tijdelijke bezetting van de openbare weg geen aanvraag tot toestemming waarvan sprake in het huidige reglement werd ingediend;
4.3
De eigenaar van de voorwerpen, van welke aard ook, aanwezig op de openbare weg indien de aannemer vermeld in punt 4.2 niet geïdentificeerd kan worden;
4.4
De eigenaar, de bezitter, de erfpachter, de oppervlakte-eigenaar of de vruchtgebruiker van het onroerend goed voor hetwelk een tijdelijke bezetting van de openbare weg gebeurd en dit voor zover er oeen aanvraao tot toestemmino zoals voorzien in het huidioe reolement
werd ingediend en de aannemer die de werken uitvoert noch de eigenaar van de voorwerpen die zich op de openbare weg bevinden gekend zijn door de Gemeentelijke diensten. 111. AANSLAGVOET Artikel 5: Het dagtarief van de belasting is vastgesteld op 2,00 EUR per vierkante meter. De aanslag mag niet minder dan 87,50 EUR bedragen. De minimumoppervlakte voor een container is vastgesteld op 25,00 m2 • IV. TOESTEMMING Artikel 6 De tijdelijke bezetting van de openbare weg dient het voorwerp uit te maken van een voorafgaandelijke aanvraag tot toestemming ingediend bij de Gemeente. Deze aanvraag tot toestemming dient te worden ingediend bij de Dienst Stadsvernieuwing door middel van het formulier ad hoc afgeleverd door de Gemeente. Onverminderd hetgeen voorzien is artikels 7 en 8 van het huidige reglement, mag de tijdelijke bezetting van de openbare weg niet starten voor noch eindigen na de data vermeld op de toestemming afgeleverd door de gemeentelijke administratie Artikel 7 Aanvraag tot verlenging van de tijdelijke bezetting van de openbare weg of tot wijziging van de bezette oppervlakte. De personen die zich ten laatste de 2d• werkdag die voorafgaat aan de einddatum van de bezetting toegestaan door de Gemeente aanbieden bij de Dienst Stadsvernieuwing om de aanvraag waarvan sprake in de voorgaande alinea in te dienen, zullen de volgende tarieven van toepassing zijn: De personen die zich aanbieden bij de dienst Stadsvernieuwing, kunnen ten laatste de 2de werkdag voorafgaand aan de einddatum van de bezetting, toegestaan door de gemeente, een aanvraag tot verlenging van de lijdelijke bezetting van de openbare weg of tot wijziging van de bezette oppervlakte indienen. Het geldende tarief is vermeld in artikel 5 van het reglement. De Gemeente kan de aanvraag waarvan sprake in het huidige artikel weigeren of ze aan voorwaarden onderwerpen. In geval van weigering door de Gemeente zal ervan worden uitgegaan dat de lijdelijke bezetting van de openbare weg zonder vergunning plaatsvindt. Voor de dagen die de einddatum van de bezetting toegestaan door de Gemeente overschrijden wordt een verhoging, waarvoor de procedure is vermeld in artikel 10, toegepast. Artikel 8 Aanvraag tot voortiidige stopzetting van de tijdelijke bezetting van de openbare weg De voortijdige stopzetting van de tijdelijke bezetting van de openbare weg worden aangevraagd bij de gemeentelijke administratie. De aanvraag tot voortijdige stopzetting van de tijdelijke bezetting van de openbare weg gebeurd via de terugzending van de kaart van het einde van de werf naar de dienst Stadsvernieuwing. De kaart van de beëindiging van de werf die de datum van het einde van de tijdelijke bezetting van de openbare weg vermeldt moet toekomen bij de voormelde dienst binnen de de 5 werkdagen na het einde van de bezetting, destempel van de post of de gemeente geldend als bewijs.
Artikel 9 Vermoedens verbonden aan het ontbreken van een toestemming voor de tijdelijke bezetting van de openbare weg Bij gebrek aan een toestemming voor de tijdelijke bezetting van de openbare weg en bij gebrek aan nauwkeurige strijdige informatie ter beschikking van de administratie zal er van worden uitgegaan dat: - de bezetting begon op de 1ste van de maand tijdens dewelke zij werd vastgesteld door de door het College van Burgemeester en Schepenen met dit doel beëdigde en aangestelde personeelsleden. - de bezetting eindigde op de laatste dag van de maand tijdens welke zij voor het laatst werd vastgesteld door de bovenvermelde personeelsleden,
V. AANGIFTEN. BELASTING VAN AMBTSWEGE EN CONTROLEMAATREGELEN Artikel 10 Bij de vaststelling van een niet toegestane tijdelijke bezetting van de openbare weg, licht de Gemeente de belastingplichtige in over de noodzaak om een toestemming voor de bezetting van het openbaar domein te bekomen. Het ontbreken van een aangifte, het is te zeggen het ontbreken van een aanvraag tot toestemming evenals een onjuiste, onvolledige of onnauwkeurige aangifte brengen een belasting van ambtswege met zich mee en de verhoging van deze met 30%. Bij herhaling zal deze verhoging 50% van het belastingtarief bedragen De te late aanvraag van de toestemming tot tijdelijke bezetting van de openbare weg heeft de ambtshalve inkohiering van de belasting en de verhoging van het bedrag daarvan met 30% (50% bij herhaling) tot gevolg voor alle dagen van bezetting van de openbare weg voorafgaand aan de afgifte van de toestemming. Alvorens over te gaan tot de belasting van ambtswege, betekent het College van Burgemeester en Schepenen aan de belastingplichtige, bij een aangetekende brief, de redenen voor het beroep op deze procedure, de elementen waarop de belasting is gebaseerd, evenals de wijze van bepaling van deze elementen en het bedrag van de belasting. De belastingplichtige beschikt over een termijn van 30 dagen te rekenen vanaf de verzendingsdatum van de betekening voorzien in de voorafgaande alinea om zijn schriftelijke opmerkingen te laten gelden. Artikel 11 De belastingplichtige is gehouden aan het gemeentebestuur alle inlichtingen te geven die hem worden gevraagd teneinde de juiste inning van de belasting na te gaan. Artikel 12 De door het College van Burgemeester en Schepenen aangestelde en beëdigde personeelsleden zijn bevoegd om over te gaan tot de opstelling en/of de controle van de fiscale grondslagen en het vaststellen van de inbreuken op de bepalingen van het huidige reglement. De processen-verbaal die ze opstellen zijn rechtsgeldig tot het tegendeel bewezen is. Vl. VRIJSTELLINGEN
Artikel 13 Zijn vrijgesteld van de belasting, de tijdelijke bezettingen van de openbare weg: - naar aanleiding van het bouwen of verbouwen van gebouwen verwezenlijkt onder de bescherming van de "Brusselse Gewestelijke Huisvestingsmaatschappij"; - naar aanleiding van het bouwen of verbouwen van gebouwen in het kader van een actie die verbonden is met een wijkcontract of waarvoor een premie voor renovatie werd toegekend, waarvan het bedrag volgens de bepalingen van het wijkcontract wordt berekend; - naar aanleiding van het bouwen of verbouwen van gebouwen door de besturen, instellingen en openbare diensten, voor zover deze gebouwen bestemd zijn voor een openbare dienst of voor een instelling van openbaar nut; - naar aanleiding van werken uitgevoerd door de eigenaars of de huurders, met het oog op de renovatie van het gebouw voor herstelwerken van vernieling of schade veroorzaakt door een storm. - door de beheerders van de openbare telecommunicatienetwerken in de zin van artikel 98 van de wet van 21 maart 1991; - door de intercommunales in overeenstemming met artikel 26 van de wet van 22 december 1986; - waarvan sprake in artikel 16 van de ordonnantie van 22 november 1990 betreffende de organisatie van het openbaar vervoer in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest VII. INNING EN GESCHILLEN Artikel 14: De belastingplichtige zal zonder kosten, een aanslagbiljet ontvangen dat hem zal worden toegezonden na uitvoerbaarheid van het kohier. De belasting wordt trimestrieel ingekohierd De belasting geïnd door de Gemeenteontvanger is betaalbaar binnen de twee maanden na de verzending van het aanslagbiljet. Artikel 15: De belastingplichtige kan een bezwaar indienen bij het College van Burgemeester en Schepenen, dat handelt in de hoedanigheid van administratieve overheid. Het bezwaarschrift moet, op straffe van nietigheid, schriftelijk worden ingediend en worden overgemaakt of toegestuurd aan het College van Burgemeester en Schepenen (Elsense steenweg, 168 te 1050 Brussel). Het bezwaarschrift moet gemotiveerd zijn en, op straffe van nietigheid, worden ingediend binnen een termijn van 3 maanden te rekenen vanaf de ontvangstdatum van het aanslagbiljet. Het aanslagbiljet wordt verondersteld ontvangen te zijn 3 dagen na de verzendingsdatum. Het bezwaar wordt gedateerd en ondertekend door de eiser of zijn vertegenwoordiger en vermeldt: - de naam, hoedanigheid, adres of zetel van de belastingplichtige onderworpen aan de belasting; - belastingplaats, het voorwerp van het bezwaar en een uiteenzetting van de feiten en middelen. - De wens om al dan niet gehoord te worden door het College van Burgemeester en Schepenen. Deze wens om gehoord te worden moet schriftelijke worden bevestigd ten minste 7 kalenderdaaen voor de daQ van de hoorzittinQ.
VIII. TOEPASSING Artikel 16: Het huidige reglement vervangt, vanaf 1 januari 2015, het belastingreglement op de tijdelijke inneming van de openbare weg aangenomen door de Gemeenteraad in zitting van 26 juni 2014. Huidige beraadslaging zal overgemaakt worden aan de toezichthoudende overheid uitgeoefend door de Minister de Brusselse Hoofdstedelijke Gewestregering belast met de lokale besturen (algemeen toezicht van annulering en van schorsing) in overeenstemming met de bepalingen van de ordonnantie van de Raad van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest van 14 mei 1998, die het administratief toezicht regelt over de gemeenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest evenals met de bepalingen van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Gewestregering van 16 juli 1998 betreffende de overdracht aan de regering van de handelingen van de gemeentelijke overheden met het oog op de uitvoering van het administratief toezicht. Aldus beraadslaagd in openbare zitting te Elsene, op
E