“Je kan er beter van leren en het is leuk” Een onderzoek naar de toepassing van drama en muziek in het praktijkonderwijs
Door Profiel Vakken Begeleider Datum
: C. Bouwens en K. Koch Stedelijk Gymnasium Nijmegen, klas 6A : Cultuur en Maatschappij : Maatschappijwetenschappen en Drama : De heer Kok : 05 december 2012
Inhoudsopgave
Inleiding
3
1.
Beschrijving van het onderzoek 1.1 Onderzoeksopzet 1.2 De steekproef: Enquête directies praktijkonderwijs Nederland 1.3 Bestaand onderzoek naar effect op leerprestaties 1.4 Bestaand onderzoek naar zelfredzaamheid 1.5 Lessen muziek en drama in de praktijk 1.6 Interviews vakdocenten muziek en drama 1.7 Onderzoek in de praktijk met eigen lesplan 1.8 Financiële (on)mogelijkheden
4 6 7 10 13 16 20 24 27
2.
Resultaten 2.1 Conclusies enquête directies Praktijkscholen 2.2 Conclusies interviews vakdocenten 2.3 Conclusies eigen leservaring
30 30 32 33
3.
Samenvatting
34
Nawoord
36
Literatuurlijst
37
Bijlagen Bijlage 1 Bijlage 2
Opzet enquête directies Praktijkscholen Nederland Ons lesplan en toetsen lessen drama/muziek
Inleiding De onderwerpkeuze voor ons profielwerkstuk was voor ons niet moeilijk. Dit heeft alles te maken met onze maatschappelijke stage in mei 2011. Wij hebben toen samen vier dagen stage gelopen op een Praktijkschool in Nijmegen. Tijdens onze stage hebben we dramalessen gegeven en we stonden er eigenlijk versteld van hoe snel leerlingen los kwamen en meededen. Ze stonden erg open voor deze lessen en genoten ervan. Vooral het schaamtegevoel verdween. Toen wij de verandering in de leerlingen zagen tijdens de dramalessen vroegen wij ons af of het niet zinvol zou zijn om creatieve vakken als drama en muziek op te nemen in het lesprogramma van Praktijkscholen. Ook de opmerking van onze 1 stage-begeleidster Natasja Albers in haar evaluatieverslag maakte ons nieuwsgierig naar het effect van creatieve manieren van leren: ”Jullie laten het nummer horen. Sommige leerlingen zingen hem mee, leuk om te zien/horen! Dan vragen jullie een aantal leerlingen om de eerste paar regels hardop voor te lezen. Vervolgens vragen jullie of zij weten wat er gezongen wordt. Jullie behandelen het nummer woord voor woord. Ik zie leerlingen nadenken, jullie kennelijk ook, want als blijkt dat leerlingen moeite hebben met het vinden van een vertaling, besluiten jullie om ze te helpen. Dit doen jullie echt geweldig! Door middel van het woord uit te beelden, bijvoorbeeld ‘to take’, helpen jullie de leerlingen om de vertaling te vinden. Dit is echt een kwaliteit van jullie! Jullie hebben een goed beeld van het niveau van de leerlingen en weten ook hoe je ze verder kan helpen, prima! Jullie enthousiasme werkt aanstekelijk! De leerlingen zijn en blijven enthousiast.” Met name de woorden ‘blijven enthousiast’ zeggen ook iets over de concentratie. Vaak kunnen leerlingen in het praktijkonderwijs zich niet zo goed concentreren. Ze bereiken de beste resultaten in de praktijk. Maar wat is praktijkonderwijs precies? Volkskrantredacteur Mac van Dinther verwoordde het 2 zo in zijn artikel op VK.nl: ”Hier komen niet de directeuren, de chirurgen en de straaljagerpiloten vandaan. Maar wel de vakkenvullers, de autowassers en de kokshulpen. Die zijn net zo onmisbaar. Je kunt nog zoveel belangrijke raderen hebben, zonder smeerolie draait er niks.” Daarnaast wordt er ook veel aandacht besteedt aan zelfredzaamheid. Onze hypothese is dat je zelfredzaamheid en leerprestaties nog meer kunt beïnvloeden dan nu al gebeurd aan de hand van creatieve vakken zoals drama en muziek. Dat leidt tot onze onderzoeksvraag:
Heeft de invoering van de vakken drama en muziek een positief effect op de (leer)prestaties en/of de zelfredzaamheid van leerlingen in het praktijkonderwijs?
1
Evaluatieverslag Engelse les door Kirsten en Céline http://www.volkskrant.nl/vk/nl/7364/Mac-van-Dinther/article/detail/3162406/2012/02/11/Aardbeienkwarktaart-maken-is-een-fluitje-van-een-cent.dhtml 2
3
1. Beschrijving van het onderzoek 3
De Praktijkschool is een vorm van voortgezet onderwijs voor jongeren van 12 tot 18 jaar met leerproblemen. Er zijn in Nederland 168 scholen voor Praktijkonderwijs (PRO). Bij binnenkomst hebben de leerlingen allemaal een leerachterstand van 3 jaar en een IQ tussen 55 en 75 waardoor het behalen van een VMBO-diploma te hoog gegrepen is. Het is dus geen VMBO-school. Daarnaast hebben leerlingen soms sociale- en/of emotionele problemen. Anders dan in het overige voortgezet onderwijs leidt het praktijkonderwijs niet op in profielen en tot een diploma. Het praktijkonderwijs duurt 5 jaar en de leerling wordt via stages, theorieen praktijkvakken toe geleid naar werk of naar werk en aanvullende scholing. De opbouw van schooljaren is meestal als volgt: een onderbouw, leerjaren 1 en 2 (12-14 jarigen), een middenbouw, leerjaar 3 (14-15 jarigen) en een bovenbouw, leerjaren 4 en 5 (1618 jarigen). Praktijkonderwijs is er, naast het toewerken naar een baan, ook op gericht om leerlingen zich te laten ontwikkelen op gebieden die zij na de school nodig hebben zoals wonen, burgerschap en vrijetijdsbesteding. Leerlingen kunnen praktijkonderwijs blijven volgen tot hun e 18 jaar en zijn vrijgesteld van het behalen van een startkwalificatie als ze op een school hebben gezeten voor praktijkonderwijs. Om toegelaten te worden tot dit type onderwijs wordt er eerst onderzoek verricht wat zich richt op intelligentie en leerachterstanden. In Nijmegen vind je twee praktijkscholen: de Joannesschool Nijmegen en de Zonnegaard Nijmegen. Die vallen onder de Stichting Praktijkonderwijs regio Nijmegen. Daarnaast vallen binnen deze stichting nog drie locaties namelijk Joannesschool Bemmel, De Zonnegaard Wijchen en PRO Boxmeer. De praktijkscholen hebben een eigen intern zorgteam. Hierin wordt onder leiding van de zorgcoördinator besproken hoe de zorg op maat voor de individuele leerling er uit moet zien. Het zorgteam bestaat verder nog uit een orthopedagoog en een schoolmaatschappelijk werkster. Het leerlingenaantal van de totale stichting bedraagt 565. De doelstellingen van het Praktijkonderwijs zijn: • Leerlingen uitdagend onderwijs geven • Leerlingen ontwikkelen zich via stages • Leerlingen worden begeleid naar zelfstandigheid • Leerlingen krijgen veel praktijk • Leerlingen vergroten hun kansen op de arbeidsmarkt Om te kunnen beoordelen of je zelfredzaamheid en leerprestaties nog meer kunt beïnvloeden dan nu al gebeurd aan de hand van creatieve vakken zoals drama en muziek willen we ons niet alleen baseren op onze bevindingen tijdens de maatschappelijk stage in 2011. Allereerst zullen we moeten uitzoeken of er praktijkscholen in Nederland zijn waar al vakken als muziek en drama tot het lespakket behoren en wat daarvan de resultaten zijn. We gaan praktijkscholen benaderen om antwoord te krijgen op deze vraag. Naast het feit dat de leerlingen niet goed kunnen leren hebben ze soms sociale- en/of emotionele problemen. We 3
http://sites.google.com/site/stageinhetpro/Home/blog-en-memo-bord/praktijkonderwijs-w http://www.stichtingpro.nl/pro/pro-set.html
4
willen onderzoeken of vakken als drama en muziek kunnen helpen bij het verwerken van emoties maar ook de zelfredzaamheid en de concentratie verbeteren. Wat zeggen organisaties die met drama en muziek werken over dit onderwerp? We willen in literatuur en op het internet onderzoeken wat er hierover al bekend is. We hopen aan de hand van een enquête onder praktijkscholen en een persoonlijk interview meer zicht te krijgen op de leerlingen van het praktijkonderwijs. Tot slot, en in deze tijd van bezuinigingen niet onbelangrijk, zijn er financiële mogelijkheden om drama en/of muziek in te voeren als vakken waarin certificaten kunnen worden gehaald of als bijvakken?
Praktijkschool Nijmegen locatie Joannes
5
1.1 Onderzoeksopzet Uitgangspunt van het onderzoek is dus onze eigen ervaring tijdens de maatschappelijk stage. Uit gesprekken met leerlingen bleek dat er sprake was van een laag zelfbeeld. In ons 4 stageverslag maken we er melding van: “Wij hebben gedurende een uur, een heel bijzonder gesprek gehad met twee Turkse meisjes. Zij hebben ons verteld over het dagelijkse leven op de school maar ook over hun eigen leven en hun eigen toekomstplannen. We waren erg verbaasd dat de meeste kinderen op deze school zichzelf als dom en stom zien. Dat bleek ook weer uit dit gesprek, het werd zelfs letterlijk gezegd door de meisjes. Het was alsof de hoop was opgegeven en er niet echt meer iets was om voor te vechten. Dit vonden wij heel erg om te merken en wij waren naderhand best wel geschokt. Het gesprek was zo bijzonder voor ons omdat het heel erg eerlijk was. Het was bijna alsof wij een kijkje kregen in een andere wereld.” Zelf hebben we het geluk dat we goed kunnen leren en daardoor ook leerlingen van het Gymnasium zijn. Het houdt ons bezig hoe je kinderen die niet zo makkelijk leren handvatten kunt geven om de (leer)prestaties te verbeteren maar hoe je ook hun zelfbeeld en dus zelfredzaamheid kunt verhogen. Om meer inzicht te krijgen in de problematiek van de leerlingen in het Praktijkonderwijs willen wij het zorgteam graag spreken aan de hand van een interview met iemand van het zorgteam. Daarin zullen we ook vragen naar de visie van het zorgteam op vakken als drama en muziek. Bij dit onderdeel willen we ook graag een docent drama en een docent muziek vragen naar de meerwaarde van deze vakken voor de zelfredzaamheid en concentratie voor leerlingen. En wat zeggen organisaties die met deze vormen van creatieve vakken werken over dit onderwerp? Allereerst willen we landelijk praktijkscholen gaan benaderen, telefonisch of per e-mail, om te bekijken of deze creatieve vakken op dit moment gegeven worden. Natuurlijk is het ook belangrijk om de leerlingen te vragen hoe zij denken over vakken als drama en muziek aan de hand van interviews of lesevaluatie. Daarnaast zijn we benieuwd of leerlingen tijdens deze lessen nog steeds zo enthousiast zijn als vorig jaar. Daarom willen we opnieuw gastlessen geven. Het onderzoek naar financiële mogelijkheden willen we doen door een directeur van een Praktijkschool te vragen naar zijn visie. Daarnaast willen we het onderzoek aanbieden aan iemand die werkzaam is in de landelijke politiek mocht de uitkomst van het onderzoek daartoe aanleiding geven.
4
Stageverslag maatschappelijke stage Céline Bouwens en Kirsten Koch, 2011 SGN
6
1.2 De steekproef: Enquête directies praktijkonderwijs Nederland Begin juni 2012 hebben we 170 directies van Praktijkscholen in Nederland een enquête gemaild. Dit zijn de resultaten tot nu toe, op 24 augustus 2012. In totaal legden 67 scholen deze enquête volledig af.
5
De opbouw van de enquête was zodanig dat de volgende vraag afhankelijk was van het antwoord op de voorgaande vraag. Bijvoorbeeld: als iemand bij vraag 1 “ja” antwoorde dan kreeg die vraag 2 op het scherm. Was het antwoord op vraag 1 “nee” dan was de volgende vraag nummer 7 etc. Statistieken voor vraag 1 : Worden er op dit moment op uw Praktijkschool de vakken drama en/of muziek gegeven? Ja 63.08% Nee 36.92%
Statistieken voor vraag 2 : Worden beide vakken gegeven? Ja 29.27% Nee, alleen Drama 43.90% Nee, alleen Muziek 26.83%
Statistieken voor vraag 3 : Is uw ervaring dat het vak drama een positief effect heeft op de (leer)prestaties van uw leerlingen? 1) Geen 2) Weinig 3) Veel 4) Zeer veel 3.1 Concentreren
6.90%
44.83%
41.38% 6.90%
3.2 Woordenschat
0.00%
41.38%
51.72% 6.90%
3.3 Leerbaarheid
0.00%
41.38%
55.17% 3.45%
3.4 Zelfstandigheid
3.45%
31.03%
62.07% 3.45%
3.5 Prestatiemotivatie 0.00%
34.48%
62.07% 3.45%
3.6 Samenwerken
3.45%
48.28% 48.28%
0.00%
Statistieken voor vraag 4 : Is uw ervaring dat het vak drama een positief effect heeft op de zelfredzaamheid van uw leerlingen? 1) Geen 2) Weinig 3) Veel 4) Zeer veel 4.1 Zelfvertrouwen
0.00%
6.90%
79.31% 13.79%
4.2 Emotionele stabiliteit
0.00%
37.93%
62.07% 0.00%
4.3 Gevoelens uiten
0.00%
6.90%
72.41% 20.69%
4.4 Zichzelf presenteren
0.00%
0.00%
58.62% 41.38%
37.93%
51.72% 6.90%
4.5 Doorzettingsvermogen 3.45%
5
http://www.enquetemaken.be/toonenquete.php?id=112636
7
Statistieken voor vraag 5 : Is uw ervaring dat het vak muziek een positief effect heeft op de (leer)prestaties van uw leerlingen? 1) Geen 2) Weinig 3) Veel 4) Zeer veel 5.1 Concentreren
4.35%
43.48%
52.17% 0.00%
5.2 Woordenschat
17.39% 52.17%
30.43% 0.00%
5.3 Leerbaarheid
13.04% 60.87%
26.09% 0.00%
5.4 Zelfstandigheid
17.39% 60.87%
21.74% 0.00%
5.5 Prestatiemotivatie 8.70%
34.78%
52.17% 4.35%
5.6 Samenwerken
8.70%
73.91% 8.70%
8.70%
Statistieken voor vraag 6 : Is uw ervaring dat het vak muziek een positief effect heeft op de zelfredzaamheid van uw leerlingen? 1) Geen 2) Weinig 3) Veel 4) Zeer veel 6.1 Zelfvertrouwen
4.35%
26.09%
69.57% 0.00%
6.2 Emotionele stabiliteit
4.35%
65.22%
30.43% 0.00%
6.3 Gevoelens uiten
4.35%
47.83%
47.83% 0.00%
6.4 Zichzelf presenteren
4.35%
17.39%
73.91% 4.35%
6.5 Doorzettingsvermogen 4.35%
43.48%
47.83% 4.35%
Statistieken voor vraag 7 : Verwacht u dat het vak drama een positief effect kan hebben op de (leer)prestaties van uw leerlingen? 1) Geen 2) Weinig 3) Veel 4) Zeer veel 7.1 Concentreren
2.86%
34.29%
62.86% 0.00%
7.2 Woordenschat
2.86%
31.43%
60.00% 5.71%
7.3 Leerbaarheid
5.88%
32.35%
58.82% 2.94%
7.4 Zelfstandigheid
5.71%
14.29%
71.43% 8.57%
7.5 Prestatiemotivatie 2.94%
32.35%
52.94% 11.76%
7.6 Samenwerken
11.43%
54.29% 31.43%
2.86%
Statistieken voor vraag 8 : Verwacht u dat het vak drama een positief effect kan hebben op de zelfredzaamheid van uw leerlingen? 1) Geen 2) Weinig 3) Veel 4) Zeer veel 8.1 Zelfvertrouwen
0.00%
11.76%
61.76% 26.47%
8.2 Emotionele stabiliteit
0.00%
29.41%
64.71% 5.88%
8.3 Gevoelens uiten
2.94%
14.71%
64.71% 17.65%
8.4 Zichzelf presenteren
2.94%
8.82%
58.82% 29.41%
23.53%
61.76% 11.76%
8.5 Doorzettingsvermogen 2.94%
8
Statistieken voor vraag 9 : Verwacht u dat het vak muziek een positief effect kan hebben op de (leer)prestaties van uw leerlingen? 1) Geen 2) Weinig 3) Veel 4) Zeer veel 9.1 Concentreren
2.44%
21.95%
73.17% 2.44%
9.2 Woordenschat
4.88%
73.17%
21.95% 0.00%
9.3 Leerbaarheid
0.00%
53.66%
43.90% 2.44%
9.4 Zelfstandigheid
0.00%
53.66%
43.90% 2.44%
9.5 Prestatiemotivatie 0.00%
21.95%
73.17% 4.88%
9.6 Samenwerken
31.71%
56.10% 12.20%
0.00%
Statistieken voor vraag 10 : Verwacht u dat het vak muziek een positief effect kan hebben op de zelfredzaamheid van uw leerlingen? 1) Geen 2) Weinig 3) Veel 4) Zeer veel 10.1 Zelfvertrouwen
2.44%
24.39%
60.98% 12.20%
10.2 Emotionele stabiliteit
2.44%
34.15%
63.41% 0.00%
10.3 Gevoelens uiten
2.44%
29.27%
58.54% 9.76%
10.4 Zichzelf presenteren
2.50%
17.50%
65.00% 15.00%
10.5 Doorzettingsvermogen 2.50%
17.50%
72.50% 7.50%
Statistieken voor vraag 11 : Indien blijkt dat het vak drama een positief effect heeft op de (leer)prestaties en/of zelfredzaamheid van leerlingen in het Praktijkonderwijs zou u dan overwegen dit vak in te voeren binnen uw Praktijkschool? Ja 88.89% Nee 11.11% Statistieken voor vraag 12 : Indien blijkt dat het vak muziek een positief effect heeft op de (leer)prestaties en/of zelfredzaamheid van leerlingen in het Praktijkonderwijs zou u dan overwegen dit vak in te voeren binnen uw Praktijkschool? Ja 82.86% Nee 17.14%
Statistieken voor vraag 13 : Indien u drama en/of muziek in zou willen voeren binnen uw Praktijkschool heeft u daar dan de financiële middelen voor? Ja 36.84% Nee 63.16%
9
1.3 Bestaand onderzoek naar effect op leerprestaties Om te kunnen onderbouwen of muziek en/of drama invloed hebben op de leerprestaties van kinderen zijn wij ook op zoek gegaan naar reeds bestaand wetenschappelijk onderzoek. Zo 6 kwamen wij het volgende afstudeeronderzoek naar effecten van muziek op leerprestaties van kinderen tegen met de naam ‘Wie niet slim is moet muziek luisteren’ uit 2009 door Thirsa van Elk. Zij volgde de opleiding tot leraar basisonderwijs aan de Christelijke Hogeschool in Ede. Een conclusie uit haar onderzoek is dat er door het luisteren naar muziek een samenwerking van beide hersenhelften plaatsvindt met als gevolg dat de ontwikkeling van coördinatie, concentratie en emotionele stabiliteit gestimuleerd wordt. Aan de hand van een praktijkonderzoek heeft van Elk onderzocht of het passief beluisteren van rustige, instrumentale muziek invloed heeft op de leerprestaties van kinderen. De uitkomst was: ” Gemiddelden geven aan dat kinderen bij het rekenen met muziek 2,8% meer sommen maken.” 7
Ook professor Hans Gunther Bastian heeft van1992 tot 1998 onderzoek gedaan op basisscholen in Berlijn naar het effect van de muziekles op algemene schoolprestaties. Zo vroeg hij zich af of kinderen intelligenter worden door het bespelen van een instrument. Eén van de conclusies is dat muziek leerlingen slimmer maakt. Zijn onderzoek bestond o.a. uit het vergelijken van kinderen met eenzelfde IQ door de ene helft vier jaar lang uitgebreide muzieklessen te geven en de andere helft geen muzieklessen te bieden. Hieruit bleek inderdaad dat de muziekbeoefening de intelligentie verhoogt: “Op basis van onze gegevens en analyses is het duidelijk dat langdurige muziekles op school de intelligentie van kinderen significant verbetert. Dit geldt zowel voor kinderen met een lager als voor kinderen met een hoger IQ dan gemiddeld. Muziek geeft beide groepen mogelijkheden om hun cognitieve prestaties te verbeteren.” Ook had het positieve effecten op de taalontwikkeling. 8
De afstudeerscriptie ‘Spelend leren, expressievakken in het taal- en rekenonderwijs’ van Elsebeth Hoeven (2006) onderzoekt of drama een middel kan zijn in het woordenschatonderwijs, het maken van lesmateriaal binnen het rekenonderwijs en of je dramatische werkvormen kunt gebruiken bij het automatiseren van bijvoorbeeld de tafels. Zij beschrijft de theorie van de Amerikaanse psycholoog Howard Gardner over de meervoudige intelligentie die steeds meer aansluiting vindt in het onderwijs. Gardner geeft aan dat de mens acht verschillende intelligenties bezit die in een aantal culturen van de wereld gemeenschappelijk zijn. Volgens Gardner heeft ieder mens meerdere van deze intelligenties, er zijn dus veel verschillende combinaties mogelijk, en de intelligenties zijn verder te ontwikkelen. Er is ook geen sprake van een goede of een slechte intelligentie. Iedereen is op een andere manier begaafd. Het is de verwachting dat wanneer je een leerling aanspreekt op zijn of haar intelligentieprofiel je ook betere leereffecten krijgt. Dus moet je volgens Elsebeth Hoeven niet alleen verbaal uitleg geven maar ook andere vormen toepassen: ”via beelden, via een doe- activiteit met een hoog motorisch gehalte of via samenwerken”. Het is volgens haar dus van belang op verschillende manieren kennis aan te bieden waaronder op een expressieve manier. Zij geeft aan dat dramadocente Julia Tamakloev les heeft gegeven aan leerlingen met een taalachterstand waarbij ze de leerlingen aan de hand van speloefeningen nieuwe woorden leerde. Dit bleek zeer effectief. Eén methode heet ‘teaching in role’.
6
http://www.surfsharekit.nl:8080/get/smpid:2773/DS1 Bastian, H. G. Muziek maakt slim. Katwijk: Panta Rhei, 2003. 8 http://www.mevrouwhoeven.nl/spelend%20leren%20deel%201.pdf 7
10
De docent speelt, alleen of met een leerling als tegenspeler, een verhaal waarin ze de woorden gebruikt. Of leerlingen maken zelf met nieuwe woorden een toneelstuk. Ook kun je ervoor kiezen om woorden een bepaald geluid of beweging te geven. Deze technieken willen wij toepassen in onze gastlessen omdat Tamakloev aangeeft dat deze het beste werken. Ook bleek uit het onderzoek van Elsebeth dat expressievakken ook bij het rekenonderwijs behulpzaam kunnen zijn. Reactie van een leerkracht: “Omdat kinderen op een actieve en speelse manier met rekenen bezig zijn. Omdat je rekenen zo meer toegepast kunt gebruiken. Je laat kinderen op een andere manier naar rekenen kijken. Een manier die het voor sommige kinderen makkelijker maakt.” In Rotterdam heeft de raadscommissie Jeugd, Onderwijs en Cultuur in 2008 het initiatief 9 genomen voor het project Denken, Voelen, Doen. Voor de startende scholen stelt de gemeente Rotterdam een subsidie beschikbaar voor de begeleiding en het ontwikkelen van materiaal. Scholen zijn vrij in het kiezen van een begeleidende instelling. In 2012 worden onder andere de leerprestaties van kinderen en jongeren op de scholen die aan Denken, Voelen, Doen hebben meegedaan geëvalueerd. In het taalonderwijs zijn ‘Taaljournaal’ en de nieuwe versie van ‘Taal actief’ van uitgeverij 10 Malmberg taalmethodes waarbij expressievormen toegepast worden. “Daarmee gebruiken leerkrachten steeds vaker dramatische en beeldende vorming bij bijvoorbeeld het woordenschatonderwijs, stellen en begrijpend lezen.” Buiten schooltijd worden er ook initiatieven genomen bijvoorbeeld in Nijmegen. Daar ontwikkelde Het Centrum voor de Kunsten de Lindenberg het project ‘de taal speelgroep’ in samenwerking met schooladviesdienst Marant voor leerlingen met een taalachterstand. Door middel van dramatechnieken werken de kinderen onder leiding van een dramadocent aan uitbreiding van hun woordenschat en hun spreekdurf. Ook kunnen er aan alle groepen van de basisschool taal speelgroep lessen gegeven worden. In deze lessen wordt aangesloten bij de taalmethode van de school. Er wordt gebruik gemaakt van dramawerkvormen. Per les worden woorden geselecteerd uit de taalmethode. Dit is een methode die ook toepasbaar zou kunnen zijn in het praktijkonderwijs, natuurlijk aangepast aan de leeftijd van de leerlingen. Amerikaanse onderzoekers van de Northwestern Universiteit in Chicago vergeleken het hoorvermogen van mensen die in hun jeugd geen 1 tot 5 of 6 tot 10 jaar muziekles hadden gehad. De proefpersonen moesten luisteren naar ingewikkelde geluiden en maten. Tijdens het luisteren werden de elektrische signalen gemeten in de hersenstam. Met deze onderzoeksmethode kun je analyseren hoe goed de hersenen een geluid verwerken. Uitkomst was dat iedere proefpersoon die ook maar een beetje muziekles had gehad de ingewikkelde geluiden beter kon verwerken. Ook waren ze beter in het “filteren van de toonhoogtes bij spraak”. Dat betekent dat in een gehorige omgeving zoals in een klaslokaal, kinderen die muziekles hebben gehad beter kunnen luisteren. Dat helpt kinderen ook om beter te kunnen leren. “Zelfs een korte tijd een instrument bespelen helpt al om een betere 11 luisteraar te worden op latere leeftijd”, concluderen de onderzoekers. Dit onderzoek werd in augustus 2012 gepubliceerd in de Journal of Neuroscience.
9
http://www.jos.rotterdam.nl/Download/onderwijs/110201%20DVD%20begeleidende%20tekst.pdf http://www.ijsfontein.nl/projecten/onderwijs/taalactief-taaljournaal 11 http://www.nu.nl/wetenschap/2889790/muziekles-verbetert-luistervermogen.html 10
11
Wij waren eigenlijk wel verrast dat er al zoveel onderzoek is gedaan naar dit onderwerp. Je zou verwachten dat de resultaten van deze onderzoeken al aanleiding zouden zijn geweest om vakken als muziek en drama veel meer toe te passen in de praktijk. Uit de enquête bleek ook dat praktijkscholen deze vakken wel in zouden willen voeren wanneer uit onderzoek blijkt dat het effect op leerprestaties toeneemt maar vooral op financieel gebied problemen verwachten.
12
1.4 Bestaand onderzoek naar zelfredzaamheid Wat wordt verstaan onder zelfredzaamheid in het praktijkonderwijs en dus in dit onderzoek? Het praktijkonderwijs verstaat onder zelfredzaamheid onder andere dat de leerling uiteindelijk een passende arbeidsplaats kan krijgen en zo zelfstandig mogelijk kan wonen. Daarnaast is het zo zelfstandig mogelijk deelnemen aan recreatieactiviteiten ook een doel. Deze zelfredzaamheid moet je, naar onze mening, op alle mogelijke manieren bevorderen. Natuurlijk door middel van het vakkenpakket en de praktijkstages. Maar wij denken dat creatieve vakken zoals muziek en drama, daar ook een belangrijke rol bij kunnen spelen. Tijdens onze maatschappelijke stage hebben we ervaren dat veel leerlingen die wij spraken een laag zelfbeeld hebben omdat ze niet goed kunnen leren. Wanneer je dit zelfbeeld kunt verbeteren zullen leerlingen zelfverzekerder worden en dat heeft gevolgen voor hun functioneren in de maatschappij. Wij denken dus dat een laag zelfbeeld gevolgen kan hebben voor hoe je je presenteert en handhaaft in de maatschappij. 12
Recent onderzoek (April 2012) van het Kohnstamm Instituut van de Universiteit van Amsterdam ziet hierin ook een taak voor het onderwijs: ”In het onderwijs draait het erom dat er niet alleen aansluiting gevonden wordt bij leerlingen maar dat juist ook de minder ontwikkelde capaciteiten van leerlingen verder ontwikkeld worden. Het is voor alle leerlingen, meisjes én jongens, belangrijk om bijvoorbeeld goed te leren samenwerken, plannen en organiseren, en te leren reflecteren op eigen gedrag en vaardigheden, maar ook om te leren omgaan met competitie, grenzen te durven verkennen en out of the box te denken.” Ook kunnen leerlingen in hun dagelijks leven dingen meemaken of voelen waar ze niet mee uit de voeten kunnen. Leerkrachten merken vaak dat het niet goed gaat met een kind. Op school loopt het niet lekker of het kind is vaak verdrietig of boos. Misschien maakt het veel ruzie of heeft het juist weinig contact met anderen kinderen. Leerkrachten willen deze leerlingen graag ondersteunen of helpen. Op de Praktijkscholen gebeurt dit onder meer door het zorgteam. Toch is dit vaak moeilijk. Jongeren kunnen niet altijd goed onder woorden brengen wat ze denken of voelen. Soms komt het ook voor dat ze het wel goed onder woorden brengen maar dat ze het niet meer voelen. 13
In het onderzoek ‘Cultuur in de Spiegel’ van de Universiteit van Groningen worden twee belangrijke aspecten van kunst onderscheiden namelijk als een vorm van zelfbewustzijn, dat gebruik maakt van de verbeelding. Die verbeelding moet je zichtbaar maken met een “drager of medium” zoals muziek en drama. Op die manier leren leerlingen dat leven en bewustzijn verbeeld kunnen worden, en dat die verbeelding je helpt greep te krijgen op het leven. Ook is het even belangrijk dat ze leren dat je een ander soms niet begrijpt, niet kunt begrijpen en ook niet altijd hoeft te begrijpen. “Kunst draagt bij aan ons bewustzijn, en daarmee aan ons zelfbeeld en onze identiteit. Een vorm van kunstonderwijs helpt kinderen hun eigen identiteit als lid van een gemeenschap te vinden en te maken”, aldus Barend van Heusden onderzoeker aan de rijksuniversiteit Groningen. ‘Cultuur in de Spiegel’ is een vierjarig onderzoek van de afdeling Kunsten, Cultuur en Media van de Rijksuniversiteit Groningen samen met het nationaal expertisecentrum leerplanontwikkeling (SLO). Zij willen aan de hand van dit onderzoek een theoretisch- en leerplankader ontwikkelen voor 12
http://www.rijksoverheid.nl/documenten-en-publicaties/rapporten/2012/04/12/succesvolleonderwijsaanpakken-voor-jongens-in-het-onderwijs.html 13 http://www.cultuurindespiegel.nl/ (Mei 2011 Kunstzone reactie Barend)
13
cultuuronderwijs gericht op leerlingen van 4 tot 18 jaar. In het najaar van 2013 worden de onderzoeksresultaten gepresenteerd. Kunstvormen als muziek en drama kunnen dus helpen om op een niet-praat (non-verbale) manier de problemen aan te pakken. Een kind speelt van nature om de wereld om zich heen te begrijpen, te ordenen en om ervaringen te verwerken. Het vak drama kan zich hier bij aansluiten. Jongeren kunnen zich uiten tijdens rollenspellen. Daarnaast kan een creatieve uitingsvorm als muziek de leerling helpen om gevoelens te uiten door middel van het bespelen van een instrument of het maken van een tekst. 14
Een organisatie als Warchild bewijst met de creatieve programma’s dat het kinderen leert om voor zichzelf te zorgen en op te komen: “Kinderen leren psychosociale vaardigheden zoals hun emoties uiten, samenwerken, conflicten oplossen en hun mening geven. Hierdoor kunnen ze hun angsten overwinnen en uit hun schulp kruipen. Ze krijgen meer zelfvertrouwen, verbeteren relaties met ouders en leeftijdsgenootjes, de onderlinge agressie neemt af en ze kijken optimistischer naar de toekomst.” Hierdoor wordt de zelfredzaamheid bevorderd. 15
In ‘het Onderwijsblad’ van 26 juni 2010 werd in een artikel aandacht besteed aan leerlingen van de Gooise Praktijkschool onder de naam: ‘Op zoek naar de passie van praktijkschoolleerlingen’. De leerlingen hadden een negatief zelfbeeld en daarom introduceerde de school in 2006, het passieproject. Het is onderdeel van onderwijsconcept Big Picture, deels overgenomen uit de Verenigde Staten. Het gaat om een persoonlijk leerplan gebaseerd op capaciteiten, passies, behoeften en interesses. Het passieproject is een belangrijk onderdeel. Aan de passie worden vervolgens opdrachten gekoppeld. Aan het woord komt de vijftienjarige Larissa. Het is haar grote droom om zangeres te worden en ze zingt al vanaf jonge leeftijd, het is haar passieproject. Ze zit in het schoolbandje en schrijft teksten over haar leven: ”Mijn verleden is nogal heftig en die teksten geven me veel steun. Ook ben ik bezig mijn uitspraak van het Engels te verbeteren.” Ze vindt het leuk om op school met haar passie aan de slag te gaan. Sharon (14) en Lisanne (15) zijn gek op dansen, hun passieproject werd dansles geven op basisscholen. Zelf benaderden zij twee basisscholen. En het werd een succes verteld Lisanne: ”De kinderen reageerden heel positief. Als je zelf enthousiast bent, gaan de kinderen vanzelf meedoen.” Een succeservaring! Sharon wil later zelfs graag haar eigen dansschool. Sinds de Gooise praktijkschool met het passieproject werkt komen de leerlingen met meer plezier naar school. “De leerlingen voelen zich meer uitgedaagd omdat ze doen waar ze goed in zijn”, aldus docent Casper Weismuller. Ook de volgende opmerking van een praktijkschool uit onze enquête sluit goed aan bij het artikel in het onderwijsblad: ”Zorg voor onderwijs op maat van de leerling. Zodat de leerling kan kiezen uit een aanbod dat aansluit bij zijn/haar talenten. Meervoudige intelligenties aanboren bij deze doelgroep is al een ontdekking op zich.” Tenslotte gaf Janneke Broere in onze enquête aan: ” Wij gebruiken de dramalessen als sociale vaardigheden lessen. Ik heb onderzoek gedaan naar klassikale faalangsttraining. Hieruit zijn de dramalessen gekomen. In contact met GGZ Drenthe zijn er op alle praktijkscholen in Drenthe docenten opgeleid om drama te implementeren op hun school en deze lessen te verzorgen.” 14
http://www.warchild.nl/ons-werk/wat-doet-warchild/ http://www.warchild.nl/nieuws/89/psychosocialeontwikkeling.html 15 het onderwijsblad, nummer 12, 26 juni 2010
14
Ook wij merkten tijdens de lessen die we zelf hebben gegeven dat leerlingen die eerst niets durfden plezier in de lessen kregen en hun angst lieten varen. Zelfvertrouwen ligt aan de basis van zelfredzaamheid. De leerlingen leggen met vakken als drama en muziek de basis voor zelfredzaamheid omdat het hun zelfvertrouwen door bijvoorbeeld succeservaringen vergroot.
“Ik ben goed in drama”, aldus Michael “Ik heel goed ben daar in (drama), ik weet hoe je helemaal moet mee spelen”, aldus Dimitri “Je kan er beter van leren en het is leuk”, aldus Demi “Ik voelde goed omdat ik het makkelijk vond”, aldus Lisette (na onze drama- en muziek les)
15
1.5 Lessen Muziek en Drama in de praktijk 16
“Ali B. vertelt bij Pauw en Witteman op 20 september 2011 over juf Miriam die een dag bij hem lesgaf. Vanaf toen was hij de King en stond in het middelpunt en dat is niet meer over gegaan. Kijk wat kunst kan doen! Ieder kind gun je een dag met de juf Miriam van Ali B. Zodat ieder kind kan ontdekken waar zijn talent verborgen zit. Of om te ontdekken welk talent niet. Zo leert een kind wie hij is, wat zijn identiteit is, wat zijn plek is tussen vriendinnen en klasgenoten. En in de maatschappij. Welke kunstdisciplines bij hem passen. En welke ook niet.” Wanneer je besluit om drama- of muziekles te gaan geven is het belangrijk dat de lessen veilig zijn, daarmee bedoelen we dat de andere leerlingen positief reageren, niets gek vinden, niet boos, bang of verdrietig worden. Tijdens dit soort vakken stellen leerlingen zich namelijk kwetsbaar op. Dit werd ook bevestigd vanuit een school waar het vak drama al gegeven wordt: ”Veilig voelen is basisvoorwaarde.” Ook mag er geen druk op liggen in de zin van een beoordelingsmoment, de leerlingen moeten zich vrij kunnen uiten in plaats van dat ze aan een verwachting moeten voldoen. Dit wordt ook opgemerkt in de enquête: ”Bij drama/muziek maakt het natuurlijk wel een groot verschil of er al dan niet naar een presentatie wordt toegewerkt. Bij drama wordt de fantasie en de creativiteit ook sterk aangesproken en ontwikkeld.” In de enquête werd ook aangegeven dat de docent die het vak geeft een belangrijke rol speelt: ”Ooit hadden we een dramadocent maar niet iedere leerling ervoer deze manier van leren positief. Het staat en valt dus met de docent die deze doelgroep als een uitdaging ziet.” Ook wordt het belang van een vakdocent in de enquête aangegeven: ”Er zal wel door een gespecialiseerde docent les moeten worden gegeven. Dit voor een positief effect.” Wanneer de lessen gegeven kunnen worden in een ruimte die geschikt is voor drama en muziek bijvoorbeeld een kunstlokaal worden specifieke talenten van leerlingen gestimuleerd. Sinds 2009 heeft Nederland 32 erkende cultuur-profielscholen. Dit geeft het belang aan van kunst en cultuuronderwijs. In het tijdschrift ‘scholen en bouwen aan de toekomst’ wordt aangegeven dat leerlingen die bewust voor een bepaalde leerroute kiezen bijvoorbeeld op het gebied van kunst en cultuur, vaak zeer enthousiast zijn, aangeven dat leren leuker wordt en beter scoren. Dat is precies het effect waarnaar wij op zoek zijn. Immers als leerlingen enthousiast zijn kunnen ze zich langer concentreren omdat ze het leuk vinden en de leerprestaties gaan 17 omhoog. Het Da Vinci College in Leiden , overigens geen praktijkschool, is één van de cultuurprofielscholen in Nederland. Zij geven als reden voor de keuze van dit type onderwijs dat zij leerlingen onderwijs willen geven dat aansluit bij hun leerstijl, interesse, talenten en intelligentie, “het motto ‘werken aan je talent” wordt door de leerlingen in de praktijk gebracht”. Dat is wat het praktijkonderwijs ook wil bereiken, uitdagend onderwijs waarbij leerlingen zich kunnen ontwikkelen passend bij hun talenten en intelligentie. Uit onze enquête bleek dat er al Praktijkscholen zijn die muziek- of dramalessen geven zoals bijvoorbeeld de heer Sjon Kooy van de Praktijkschool West Friesland locatie Hoorn liet weten: “Ik geef hier al 4 jaar drama op school en heb alle lessen zelf uitgedacht en geschreven.” 16 17
http://www.dirkmonsma.nl/dirkmonsma/cms/cms_module/index.php?obj_id=899 scholen en bouwen aan de toekomst voortgezet en hoger onderwijs nr.1 - 2012
16
Of een leraar van een andere school: ”Ik geef zelf drama aan klas 1 en 2 van Pro en heb er bijzonder goede ervaringen mee.” Daarnaast bleek tijdens ons onderzoek dat de Praktijkschool Arentheem in Arnhem met de 18 lesmethode Kunstvlucht werkt. Kunstvlucht laat leerlingen kennis maken met de wereld van kunst en cultuur en nodigt uit om direct aan de slag te gaan met onder meer muziek en theater aan de hand van opdrachten. De auteurs van deze methode en tevens de schrijfsters van de werkboeken zijn Suzanne Drabbe (33) en Margot Ufkes (38). Beide zijn zij ook 19 docenten in het praktijkonderwijs Arnhem. Zij hebben de stichting Proarts opgericht. Volgens hen vindt Kunsteducatie voor het praktijkonderwijs aansluiting bij de vier pijlers waar het praktijkonderwijs op is gestoeld: wonen, werken, vrijetijdsbesteding en burgerschap. Wat levert kunst en cultuureducatie voor praktijkonderwijs jongeren nu op volgens hen kijkend naar onze vraagstelling ten opzichte van concentratie en leervermogen: ”Kunst kan o.a. ontroeren, verbazen, boos maken, laten lachen. Maar kunst kan ook vragen oproepen. De jongeren leren een mening te vormen over een bepaald kunstwerk of voorstelling. De jongeren krijgen meer zelfvertrouwen en leren zichzelf te presenteren. Dit zijn aspecten die de jongeren goed kunnen gebruiken om zelfstandig in de maatschappij te functioneren.” 20
In het tijdschrift Libelle (maart 2012) kwamen we een interview tegen met Drabbe en Ufkes waarin ze ook aangeven wat het belang van cultuuronderwijs is in het praktijkonderwijs: ”Kinderen die praktijkonderwijs volgen, hebben moeite met leren en zijn vaak heel onzeker. Ze zijn vooral gewend om te horen wat ze niet kunnen. Als wij ze vragen om te schilderen, toneel te spelen of te zingen, roepen ze direct: ‘Dat kan ik nooit!’ Tijdens een cultuurles leren ze creatief te zijn en krijgen ze doorzettingsvermogen. Wat ze ook doen, het is nooit fout. Ze leren wat ze wél kunnen en ontdekken hun talent. Laatst riep een leerling verbaasd: ‘Jeetje juf, ik kan zingen!’, dat is zo leuk.” In hetzelfde interview wordt gevraagd wat hun missie is: ”Dat praktijkonderwijs voor kinderen met leerproblemen amper aandacht aan cultuur besteedt, wil er bij ons niet in. Er zijn nu een paar scholen die ons lesmateriaal gebruiken. We hopen dat uiteindelijk elke praktijkschool ervoor kiest om cultuurlessen te geven. Het is echt een verrijking voor de kinderen. Ze worden er vrijer van en ze krijgen zelfvertrouwen.” Ook vanuit de enquête werden we gewezen op dit project: “Ik heb zelf een pilot gedaan met deze methode, een methode voor CKV speciaal voor het Praktijkonderwijs. Erg leuk en alle disciplines komen aan bod!” (praktijkschool Apeldoorn). Nog een school wijst ons op Proarts: ”Inhuren van Proarts voor projectweken.” J. Schaap spreekt maar dan vanuit zijn eigen ervaring op een praktijkschool: “Ik heb de enquête ingevuld met betrekking tot drama met behulp van mijn eigen lessen in het verleden. Momenteel geeft een collega van mij deze lessen. Ik ga mee met een groep naar trommelles op dit moment. Belangrijkste items bij drama: zich zelf kunnen uiten, zelfredzaamheid, eigen idee inbrengen, taalvorming, samenwerken, spel, groepsvorming en sociale vaardigheden, concentratie en presentatie. Bij muziek ( verschillende drums, trommels) zie ik dat concentratie, plezier, zien dat samenwerking noodzakelijk is om tot resultaat te komen, groepsvorming en zichzelf kunnen uiten de belangrijkste factoren zijn. Ook gaat het bij ons om korte periodes, zij ontdekken binnen deze lessen of zij hier affiniteit mee hebben of niet.” 21 Hieronder volgt een beschrijving van een muziekproject in 2006 op praktijkschool 18
www.kunstvlucht.nl www.proarts.nl 20 http://www.libelle.nl/2012/03/libelle-ster-suzanne-drabbe-en-margot-ufkes-uit-het-blad/ 21 http://docenten.cjp.nl/templates/content.asp?page=1A589721-CBD5-484D-97DD-8B272FCE6725 19
17
Arentheem in Arnhem, ontwikkelt door Drabbe en Ufkes: Januari In januari 2006 zijn we met de leerlingen begonnen aan het CD project. Jasper Merle heeft alle 15 klassen bezocht en met de leerlingen gesproken over een thema voor een nummer. De thema’s waren door mij en Suzanne aangedragen. Thema’s waren o.a.: jaloezie, geheimen, verliefdheid, liefde, het uiterlijk en zinloos geweld. Vervolgens heeft Jasper een lied geschreven. Sommige groepen hebben zelf een tekst voor hun nummer geschreven. Februari Na drie weken heeft Jasper alle groepen weer bezocht en het resultaat aan de kinderen laten horen. De kinderen hadden vervolgens de kans om te reageren op het nummer. Maart Vervolgens heeft Jasper voor alle klassen een instrumentaal nummer aangeleverd waar de groepsleerkracht met de klas mee kon oefenen. Om de docenten te ondersteunen heeft het gehele team een zangworkshop gevolgd o.l.v. zangdocente Jet Pit. April Vanaf april had Jasper op school een muziekstudio ingericht. Hier werden alle nummers opgenomen.
-
Steeds werden uit elke groep een aantal kinderen gehaald die hun nummer inzongen. Inmiddels raakten de docenten ook enthousiast en daarom is op de CD ook een nummer van de docenten te vinden. Mei Toen alles er eenmaal opstond is Jasper thuis de CD gaan afmixen. Op 18 mei was de CD helemaal klaar en dit daarna met een groot Amerikaans feest à la de Oscaruitreiking op het plein gevierd. Tijdens het feest is de videoclip ‘The making of mij en mijn matties’ vertoond op een groot scherm, verzorgden de leerlingen een LIVE optreden van het nummer ‘Het geheim’ van de CD en waren er suikerspinnen, popcorn en andere lekker hapjes en drankjes te koop.
18
Parallel aan het hele muziekinhoudelijke gedeelte van het project liep de totale organisatie van het feest van 18 mei, het maken van de DVD van: ‘The making of …………….het leven van mij en mijn matties’ en de ontwerpwedstrijd van de CD hoes. De leerlingen hebben ook hierin actief geparticipeerd. 22
De muziekdocent Jasper Merle die de lessen heeft gegeven noemt op zijn site
[email protected] de volgende leerdoelen bij zijn projecten in het praktijkonderwijs: ”Communicatie, samenwerken, luisteren, aandachtig aanwezig zijn, ritmegevoel. samenwerken, taalvaardigheid, stemgebruik, vertrouwen, expressie.” Vanuit de enquête komen ook suggesties ten aanzien van de lessen zoals: 1. Muziek zou kunnen beginnen door leerlingen met eigen instrumenten of vaardigheden na school op vrijwillige basis een of meer uur per week te laten samen komen/musiceren/werken. 2. Een en ander zou kunnen resulteren in een muziekmiddag/-avond met optredens voor medeleerlingen. Bij gebleken succes zou er wellicht ruimte en wat budget zijn om een en ander in te roosteren en/of formeler vanuit school aan te bieden. We zijn erg enthousiast geworden met betrekking tot bovenstaande lessen en de resultaten. Toch willen we zelf ook het effect op concentratie als gevolg van drama- en muziekles op leerlingen in het Praktijkonderwijs onderzoeken en ervaren. Daarom zullen we zelf ook een lesplan ontwikkelen en gastlessen geven op de Praktijkschool in Nijmegen. In de periode dat ons onderzoek liep is de nieuwbouw van de praktijkschool in Boxmeer geopend wat een groot succes was mede door de creatieve aanpak tijdens de opening. Muziek speelde daarbij een grote rol: ” 's Morgens waren er zeer leuke workshops van de groep Jambo Afrika: hiphopdans, body percussion en djembé. De leerlingen en docenten hebben zich heel goed vermaakt deze morgen. 's Middags was de officiële opening door Emile Roemer met aansluitend een fantastische flashmob door docenten en leerlingen.”
flashmob door docenten en leerlingen in Boxmeer 22
http://www.muziekbeweegt.nl/ervaring.php
19
1.6 Interviews vakdocenten In ons onderzoek hebben we het over de vakken muziek en drama in het Praktijkonderwijs. Uit de enquête blijkt dat leerkrachten in het praktijkonderwijs zelf projecten geven op dit gebied of dat er gebruik wordt of is gemaakt van vakdocenten. Wij vonden het belangrijk om ook zelf vakdocenten over dit onderwerp te spreken. We hebben gesproken met twee vakdocenten op het gebied van muziek en één op het gebied van drama. Onze conclusies met betrekking tot de interviews zijn terug te lezen in hoofdstuk 2.2 Interview zangdocent de heer Alfons Verreijt van zangstudio VocalFeedback, 07 juli 2012 Kunt u iets vertellen over het vak muziek? Waarom is het bijvoorbeeld een belangrijk vak op school? Muziek is een essentieel onderdeel van onze cultuur. Muziek is overal aanwezig en verrijkt ons bestaan. Met muziek kun je je uitdrukken. Als woorden de taal van het verstand vormen, zo is muziek de taal van het hart. Muziek is de oudste kunstvorm die de 4e dimensie, tijd, als drager heeft. Leren muziek maken, nieuwe muziek leren kennen, muziek leren waarderen kan niet ontbreken in goed onderwijs. Muziek maken scherpt de hersenen en zintuigen, stimuleert het leervermogen en verfrist de geest. De muziek die je in je jeugd hoort neem je een leven lang met je mee en maakt deel uit van je (collectieve)herinnering. Zonder muziekonderwijs wordt het dodelijk stil in school. En in de samenleving. Denkt u dat een vak als muziek kan helpen bij verwerken van emoties en of problematiek van leerlingen? Muziek kan alles zijn voor een mens. Een vlucht, een veilige haven, een uitlaatklep, troost, medicijn, een levensstijl, identiteit...Door het maken van muziek worden emoties gekanaliseerd. Samen muziek maken bevorderd teamwerk. Muziek maken vergroot het zelfvertrouwen, bouwt een positief zelfbeeld en vergroot het aantal actieve verbindingen in de hersenen; van muziek maken word je slimmer. En evenwichtiger. Dit vergroot het oplossend vermogen en helpt voorkomen dat je überhaupt in de problemen komt. Denkt u dat een vak als muziek (leer)prestaties en/of de zelfredzaamheid van leerlingen kan vergroten? Het is een bewezen feit dat actieve muziekbeoefenaars beter functioneren op cognitief en sociaal gebied. Dus ook beter presteren op school. Een recent Duits onderzoek heeft zelfs uitgewezen dat de ziektekosten van muziekbeoefenaars significant lager zijn dan van nietmuziekbeoefenaars. Muziekles in het ziekenfondspakket zou de zorgverzekeraars miljoenen besparen! Zou het wat u betreft ook een certificaat vak kunnen zijn binnen het praktijkonderwijs zodat leerlingen door kunnen stromen naar een muziekopleiding of vindt u het qua niveau meer geschikt als bijvak? Als het niveau van het muziekonderwijs op de middelbare scholen niet hoog genoeg is voor aansluiting op het muziekvakonderwijs, moet er alles aan worden gedaan dit niveau omhoog te brengen. En niet, zoals de politiek wil, afschaffen omdat er geen aansluiting is; een mooi voorbeeld van een Haagse drogreden. Ik ben van mening dat kunst, en muziek in het bijzonder, de zuurstof is van een samenleving. Zonder kunst reduceer je de mens tot een verzameling koele cijfers zonder ziel. Door kunstbeoefening maak je van mensen zelfstandig denkende individuen. Kunstonderwijs en dus ook muziekonderwijs, kan ons helpen het niveau van de kunstbeoefening te verhogen en een groter aantal mensen in contact te brengen met kunst.
20
Lijkt het u leuk om op een praktijkschool zangles te geven qua niveau en leerlingenproblematiek? Ja. Daar heb ik ook al ervaring mee opgedaan in Hoogvliet. De doelgroep spreekt me zeker aan! Interview pianodocent Frans Mathijssen van Pianopraktijk Frans Mathijssen, 21 augustus 2012 Kunt u iets vertellen over het vak muziek? Waarom is het bijvoorbeeld een belangrijk vak op school? Muziek is behalve een expressievak ook een vak waarin je kan leren over de (kunst) geschiedenis, wetmatigheden en de muzikale taal in de vorm van notenschrift. Het doet een beroep op gevoel en expressie en zeker ook op feitenkennis en verstand. Er zijn onderzoeken die uitwijzen dat het maken van muziek de leerprestaties op school sterk doen toenemen. Denkt u dat een vak als muziek kan helpen bij verwerken van emoties en of problematiek van leerlingen? Zeker wel, ligt ook aan de persoon die het vak geeft. Muziek appelleert rechtstreeks aan herinneringen en situaties die met gevoel te maken hebben (met welke muziek heb je de eerste keer gezoend). Daarnaast kan je door naar bepaalde muziek te luisteren de stemming beïnvloeden. Bij emotionele gebeurtenissen die een klas of de hele school aangaan speelt muziek een belangrijke rol bij de gezamenlijke verwerking (herdenkingsdienst bijv.). Door leerlingen te vragen muziek mee te brengen met een sterke gevoelswaarde kunnen klassikale gesprekken op gang worden gebracht over gevoelens en emoties die spelen in het leven van de leerlingen. Denkt u dat een vak als muziek (leer)prestaties en/of de zelfredzaamheid van leerlingen kan vergroten? Ook hier verwijs ik naar onderzoeken die uitwijzen dat het volgen van muziekles intelligenter maakt, zorgt dat je beter en geconcentreerder lesstof tot je kan nemen. Zou het wat u betreft ook een certificaat vak kunnen zijn binnen het praktijkonderwijs zodat leerlingen door kunnen stromen naar een theateropleiding of vindt u het qua niveau meer geschikt als bijvak? Ik merk in mijn lespraktijk dat het muziekonderwijs over het algemeen van een goed niveau is. Dus in overleg met vervolgopleidingen zou dat verder uitgebouwd kunnen worden. Vooral ook omdat de traditionele muziekscholen door de bezuinigingen steeds verder zakken in niveau. Lijkt het u leuk om op een praktijkschool les te geven qua niveau en leerlingenproblematiek? Ja hoor!
21
Interview dramadocent mevrouw Nijeboer van het Stedelijk Gymnasium Nijmegen, 28 augustus 2012 Kunt u iets vertellen over het vak drama? Waarom is het bijvoorbeeld een belangrijk vak op school? Bij ons op school (Stedelijk Gymnasium Nijmegen) spreek je eigenlijk meer van theaterlessen dan van dramalessen. Je bent echt bezig met hoe je zo goed en mooi mogelijk theater kan maken en spelen. Maar er zijn ook veel scholen waar drama echt wordt gebruikt voor andere vaardigheden. Je stemgebruik, lichaamshouding, presentatie voor publiek, emotie-uiting zijn allemaal dingen die zich ontwikkelen door middel van dramalessen. Ik vind het ook erg belangrijk dat kinderen in aanraking komen met cultuur. Hoe ervaart u de reacties van leerlingen op het vak drama? In de eerste klas is het voor iedere leerling verplicht om drama te volgen, dus daar zitten soms leerlingen tussen die niet echt iets met het vak hebben. Maar over het algemeen zijn de reacties erg positief en vinden de leerlingen het leuk. Zeker in de bovenbouw zijn de leerlingen erg gemotiveerd en erg enthousiast. Denkt u dat een vak als drama kan helpen bij verwerken van emoties en of problematiek van leerlingen? Ik denk zeker dat dit kan helpen bij het verwerken van emoties en/of problemen. Dit kun je doen door de dramalessen echt te richten op het verwerken van emoties en problemen of door juist onbewust te werk te gaan. Dit wil zeggen dat je tijdens de dramalessen niet specifieke oefeningen doet om problemen aan te pakken, maar dat door het spelen zelf er onbewust al dingen worden verwerkt. Bovendien is het ook een goede manier om je te ontspannen en je gedachten even helemaal te verzetten door een andere rol aan te nemen. Denkt u dat een vak als drama (leer)prestaties en/of de zelfredzaamheid van leerlingen kan vergroten? Ja dat denk ik wel. Al moet ik bekennen dat ik daar niet heel erg veel vanaf weet. Ik kan me voorstellen dat de vaardigheden die je leert tijdens drama ook van pas kunnen komen in andere situaties en wellicht ook tijdens andere vakken. Zou het wat u betreft ook een certificaat vak kunnen zijn binnen het praktijkonderwijs zodat leerlingen door kunnen stromen naar een theateropleiding of vindt u het qua niveau meer geschikt als bijvak? Nee, dat vind ik geen goed idee. Een grote artiest worden is maar voor een hele selecte groep mensen weggelegd. Niet ieder kind moet opgroeien met het idee dat het een artiest kan worden. Dus ik zou het eerder als bijvak gebruiken en de lessen meer richten op de emotionele en sociale ontwikkeling van de leerlingen dan het theater vak. Wat wel heel leuk zou zijn, is als jullie een certificaat geven aan het einde van het lesplan. Lijkt het u leuk om op een praktijkschool les te geven qua niveau en leerlingenproblematiek? Hele goede vraag, want die raakt de essentie van jullie onderzoek. Ik heb zelf een tijd lesgegeven aan leerlingen met een lager IQ en ik moet bekennen dat het niet mijn ding was. Het was erg intensief en niet altijd makkelijk om met deze leerlingen te werken. Het kost erg veel tijd en energie. Bovendien kun je bijvoorbeeld geen Shakespeare met deze leerlingen behandelen en dat soort dingen vind ik wel het leukst om te doen. Ik geef persoonlijk dus liever les aan leerlingen waar je ‘echt theater’ mee kunt maken. Het is wel erg mooi om de leerlingen sociaal te zien groeien, dat geeft voldoening.
22
Heeft u tips voor ons hoe wij een drama les zouden kunnen geven aan deze leerlingen? • • • • •
Laat de les aansluiten op de interesses van de leerlingen. Werk met typetjes en stereotypes. Maak een scene naar aanleiding van muziek. Aan het eind van de les(sen) een certificaat uitreiken. Speel tussendoor spelletjes als blindtikkertje.
Richt je niet specifiek op het verwerken van problemen, maar vooral ook op het leuk spelen. Onbewust worden er dan toch zaken verwerkt. Wat ook een goed idee kan zijn, is om naderhand met de leerlingen individueel hun vooruitgang en hun gedrag tijdens de lessen te bespreken.
23
1.7 Onderzoek in de praktijk met eigen lesplan (naar effect op concentratie) Voor ons lesplan ontwikkelden wij een combinatie les drama en muziek. De luistertoets is ontwikkeld om het effect op de concentratie te toetsen. We nemen hem af bij twee controle groepen. Op 26 oktober 2012 hadden we een afspraak met een docente mevrouw Simone Dahlberg van de Joannesschool, Praktijkonderwijs Nijmegen. Helaas kreeg Kirsten geen toestemming van onze eigen school om daarbij aanwezig te zijn. Céline heeft met mevrouw Dahlberg ons onderzoek, het lesplan en de toetsen besproken. Het was erg leuk om te merken dat mevrouw Dahlberg ook belangstelling heeft om drama les te gaan geven en ook al eerder wat met dramalessen heeft gedaan op school. Muziekles zou zij ook graag geven maar mevrouw Dahlberg gaf aan dat zij persoonlijk niet zo muzikaal is en er op dit moment geen muziekdocent beschikbaar is. Om ons onderzoek in de praktijk te kunnen brengen hebben we op vrijdag 02 en 09 november 2012 een combinatie les drama/muziek gegeven op de Joannesschool in e Nijmegen. De leerlingen kwamen uit de 2 klas en werden van tevoren ingelicht over deze les. Ook mochten ze zelf beslissen of ze mee wilden doen of niet. Wij hebben, om de concentratie te testen, twee toetsen ontwikkelt van hetzelfde niveau. Deze concentratietoetsjes bestonden uit 10 tot 15 vragen die de leerlingen konden beantwoorden met behulp van het kijken naar korte filmpjes. De eerste toets gaven we voor de drama/muziekles, de tweede erna. Ook hebben we een zogenoemde ‘placebo’ groep aan de toetsen onderworpen. Deze groep kreeg geen drama/muziekles maar een reguliere les. De eerste vrijdag, 02 november 2012, kregen we een testgroep van dertien leerlingen. Zes leerlingen kregen van ons les en zeven leerlingen volgden een reguliere les. Wat opviel toen wij de eerste toets bij deze kinderen afnamen was dat de concentratie te wensen overliet. De antwoorden werden letterlijk in de filmpjes gegeven en toch werden er veel vragen opengelaten of fout beantwoord. Bij het nakijken hebben wij bij beide toetsen de volgende normering toegepast: puntenaantal/aantal vragen x 10. Volgens deze norm was het gemiddelde van de hele groep voor de eerste toets precies een 5.5. Opvallend was dat de groep die de drama/muziekles zou gaan volgen de toets voor de les al beter maakte dan de placebogroep. Zij hadden namelijk een 6.3 gemiddeld tegenover een 4.8. Dit kan verschillende oorzaken hebben: 1. De leerlingen legden de test beter af alleen al door het feit dat ze wisten dat ze zo dadelijk geen reguliere les maar een drama/muziekles gingen krijgen. 2. De leerlingen zijn toevallig net de slimmere leerlingen uit de klas. Met zo’n relatief klein aantal aan testpersonen is die kans reëel. 3. De kinderen die geïnteresseerd zijn in drama/muziekles zijn slimmer dan niet geïnteresseerden. Na dit eerste toets moment zijn de zes leerlingen met ons meegegaan naar een ander lokaal. Wij hebben daar ongeveer zeventig minuten lesgegeven. Wat opviel was dat de kinderen er veel plezier in hadden en er ook echt talent bij zat. In het begin was het voor de leerlingen moeilijk zich helemaal te geven maar in de loop van de les kwam iedereen heel erg los, precies zoals we gehoopt hadden. Vervolgens is wederom met de hele groep een tweede concentratietest gemaakt. Het gemiddelde van de groep die een reguliere les hadden gehad was een 3.3 en die van de drama/muziek groep een 5.7. Deze gemiddeldes liggen dus lager dan de eerste toets. Dit kan ook verschillende oorzaken hebben:
24
1. De eerste test was makkelijker qua niveau. 2. Concentratie vermindert na een uur sowieso. We kunnen dus -helaas- niet zonder meer aannemen dat een drama/muziekles de concentratie verbetert. Echter is deze stelling ook niet verworpen. Belangrijk is dat we de volgende keer goed opletten dat de twee toetsen gelijk van niveau zijn. Even doorrekenen geeft wel interessante resultaten. Als je naar de placebogroep kijkt hebben ze de tweede toets 32% slechter gemaakt dan de eerste. Bij de andere groep is dit verschil maar 9%. Een erg groot verschil in verval. In beide gevallen van de slechtere score betekent dit dat de drama/muziek groep wel degelijk een betere concentratie heeft dan de placebogroep. In geval twee zou het betekenen dat er sowieso verval is, maar bij drama/muziekles minder dan bij een reguliere les. Wat ook blijkt uit de resultaten is dat de drama/muziekgroep de eerste test 23% beter heeft gemaakt dan de placebogroep en de tweede test 42% beter. Er is dus een gat geslagen na de les tussen de twee groepen. Ook hierdoor kunnen we aannemen dat er dus zeker wel een toename van concentratie is, in ieder geval in vergelijking met de concentratie na een reguliere les. Bezwaren: 1. Niet de drama/muziekles heeft voor het verschil gezorgd, maar de les die de placebogroep heeft gekregen. Deze les zou dan voor een vergroot verval in concentratie hebben gezorgd. 2. De leerlingen uit de drama/muziek groep zijn toevallig allemaal stabieler in het maken van concentratietoetsen en laten daardoor minder verval zien. De tweede vrijdag, 09 november 2012, kregen we een testgroep van 12 leerlingen. In deze groep waren wat bekende gezichten en ook een enkel nieuw gezicht. Dit keer gingen er zeven leerlingen met ons mee waarvan twee nieuwe gezichten en vijf die de week ervoor onze les al hadden gevolgd. De overige leerlingen kregen weer een reguliere les. Maar eerst moesten ze weer allemaal de concentratietest maken. We hebben er dit keer extra goed op gelet dat de toetsen exact dezelfde moeilijkheidsgraad hadden. Dit hebben we gedaan door een langere film te kiezen van 4 minuten en die in twee delen van 2 minuten te splitsen. Het eerste deel kwam in de eerste toets, het tweede deel in de tweede. Zo duurde de toetsen precies even lang, hebben ze precies hetzelfde niveau en zaten er precies evenveel vragen in de toetsen. De meeste leerlingen begrepen nu beter wat het idee was en de resultaten zijn dus ook wat beter dan bij de eerste keer. Het gemiddelde van de eerste toets was voor de leerlingen die drama/muziekles zouden krijgen een 7.7 en voor de leerlingen die een reguliere les zouden krijgen een 6.9. Ook deze keer zien we dus dat de drama/muziekleerlingen vooraf al wat beter scoorden. Dat is opvallend, omdat de groep deze keer uit een andere samenstelling bestond. Dat betekent dat het tweede punt “De leerlingen zijn toevallig net de slimmere leerlingen uit de klas” (met zo’n relatief klein aantal aan testpersonen is die kans reëel), hierboven genoemd bij de oorzaken voor een slechtere toets, al minder aannemelijk wordt. Na de eerste toets gingen er zeven leerlingen met ons mee. We hebben er voor gekozen om bijna exact dezelfde les te geven voor een eerlijk onderzoeksresultaat. We hebben echter wel de onderwerpen van de toneelstukjes veranderd want het zou saai zijn twee keer hetzelfde verhaaltje te moeten spelen. De leerlingen waren deze keer wat drukker, maar ook wat losser en minder bang zichzelf voor schut te zetten. Vervolgens hebben we na zeventig minuten les de gehele groep concentratietest twee laten maken. De uitslagen waren erg opvallend. De leerlingen die van ons drama/muziekles
25
hadden gekregen zijn van een 7.7 naar een 8.4 gegaan. Als de testen echt gelijk waren zou dit betekenen dat de concentratie omhoog verbeterd is na de drama/muziekles. Ook zou het kunnen betekenen dat de tweede toets makkelijker was. Maar de volgende uitkomst maakt dat niet echt aannemelijk: De leerlingen die een reguliere les hebben gehad zijn namelijk gezakt van een 6.9 naar een 6.2. Deze resultaten staan dus als een huis. De drama/muziekleerlingen hadden volgens onze toets een verbeterde concentratie en de leerlingen met een reguliere les een verslechterde concentratie. Waar het verschil eerst 0.8 punten was is dat bij de tweede test 2.2 punten. Overigens worden de bezwaren genoemd na de eerste testdag minder aannemelijk en onze eindconclusie juist aannemelijker, omdat de groep dit keer uit een nieuwe samenstelling van leerlingen bestond en omdat er na twee keer nog steeds een éénduidig resultaat uit komt. Door twee keer te toetsen is er immers minder sprake van ‘toeval’. Tot slot hebben we leerlingen een enquête in laten vullen. Wij vonden het namelijk erg belangrijk, los van de meetbare resultaten, wat zij van onze lessen vonden. De meerderheid namelijk 62,5% vond zowel drama als muziek leuk. 37,5% vond drama het leukst omdat ze merkten dat ze er goed in waren, succeservaring! Alle leerlingen hebben de lessen als leuk en gezellig ervaren. Opvallend was dat een aantal leerlingen uit zichzelf aangaven dat je er wat van kunt leren. Wij vonden zelf de opmerking: “Omdat je van boos naar blij kon gaan” erg mooi omdat het zo goed aangeeft dat je met vakken als drama en muziek emoties bespreekbaar maakt. Alle leerlingen willen de vakken graag ingevoerd zien. Natuurlijk was een hele belangrijke vraag of de leerlingen vonden dat ze zich de rest van de dag beter konden concentreren op andere vakken. Ze waren unaniem in hun antwoord: Ja! Tijdens de les merkten ze al verschil in hoe ze zich voelden: • Je kon je energie kwijt. • Ik voelde me goed na de les omdat ik dan gezellig ben. • Ik voelde me goed omdat ik gezongen heb. • Ik voelde me goed na de les omdat ik het makkelijk vond. • In de les drama mag je jezelf zijn. • Je was heel lekker bezig. Ten aanzien van de concentratie na onze lessen gaven de leerlingen het volgende aan: • Ik was rustig. • Ik was best rustig. • Was rustiger. • Was beter geconcentreerd • Dan ben je rustiger. • Dan ben je niet meer druk. • Je leert veel. Onze eindconclusie naar aanleiding van het praktijkonderzoek: drama/muziekles heeft wel zeker een positieve invloed op de concentratie van leerlingen in het praktijkonderwijs!
26
1.8 Financiële (on)mogelijkheden Wanneer zou blijken dat invoering van drama en muziek in het praktijkonderwijs positieve effecten heeft op de (leer)prestaties en zelfredzaamheid van de leerlingen speelt geld natuurlijk een belangrijke rol. Immers moeten er docenten aangetrokken worden. Uit de enquête bleek dat 63,16% van de geënquêteerden aangeeft dat het aan financiële middelen ontbreekt om de vakken drama en muziek in te voeren. Een school maakte de volgende opmerking: ”Als er geld voor is en er een juiste iemand dit kan geven.” En een andere school gaf aan: “Zal om budgettaire redenen moeilijk zijn.” Maar er worden ook mogelijkheden gezien: “We kunnen heel flexibel omgaan met het Onderwijs Leermiddelen Budget in het kernteam.” Of: “Bij gebleken succes zou er wellicht ruimte en wat budget zijn om een en ander in te roosteren en/of formeler vanuit school aan te bieden.” Een andere school gaf aan dat het misschien in projectvorm zou kunnen door middel van een eenmalige subsidie. Wij hebben de heer E. Bouwens, algemeen directeur - bestuurder van de Stichting 23 Praktijkonderwijs regio Nijmegen naar zijn mening gevraagd en onder andere naar het kostenaspect gevraagd. “Kunt u een korte beschrijving geven van uw functie? Ik geef leiding aan de stichting praktijkonderwijs, waaronder 5 scholen voor het praktijkonderwijs vallen. Ik ben daar eindverantwoordelijk voor de totale organisatie. Een aantal dagelijkse taken zijn: het aansturen van de directeuren, vaststellen van het gehele beleid, vaststellen van investeringen, de jaarlijkse begroting en de jaarrekening. Wat is een praktijkschool? Een praktijkschool is een school voor het voortgezet onderwijs bedoelt voor leerlingen van 12 tot 18 jaar die moeite hebben met leren. De leerlingen hebben vooral moeite met het leren uit boeken, zij leren namelijk beter door in de praktijk bezig te zijn. Wat voor leerlingen zitten er op uw school en wat is hun problematiek? Voordat een kind in aanmerking komt voor het praktijkonderwijs, moet het kind voldoen aan twee belangrijke criteria: 1. IQ tussen 55 - 75 2. Een leerachterstand van minimaal 3 jaar op het moment dat het kind naar de middelbare school zou toegaan. Aan deze twee criteria voldoen dus alle leerlingen. Dit betekent dat alle leerlingen moeite hebben met leren, vooral rekenen en taal zijn probleemvakken. Dit is een gevolg van het lage IQ. De leerlingen worden niet gekenmerkt door gedragsproblemen, al is er wel vaak een gebrek aan sociale vaardigheden. Wat doet de school er op dit moment aan om de leerlingen te helpen met hun problemen? Iedere leerling heeft een individueel programma. Dit houdt in dat iedere leerling op het eigen niveau en in het eigen tempo les krijgt en dat de te behalen doelstellingen per leerling verschillen.
23
http://www.stichtingpro.nl/~joannesnijmegen/opleidingenbrochure2012-2013%20%283%29.pdf
27
Worden er drama en/of muzieklessen op uw school gegeven? Nee, omdat drama en/of muzieklessen in het verleden nooit ter sprake zijn gekomen. Ook is er nooit bij stil gestaan of drama en/of muzieklessen ingevoerd zouden moeten worden aangezien het voor praktijkscholen geen wettelijke verplichting is om deze lessen aan te bieden. Zou u er open voor staan om drama/muzieklessen te introduceren in het lesplan? Dit hangt af van de toegevoegde waarde van de vakken. Als de drama/muzieklessen worden ingevoerd zullen ze iets moeten toevoegen aan het huidige lesplan. De belangrijkste vraag is: ''Wat kost het en wat levert het op?''. Ik kan me goed voorstellen dat de invoering van drama/muzieklessen iets toe zal voegen aan het huidige lesplan. Veel leerlingen komen uit gezinnen waar weinig aandacht wordt besteed aan drama, muziek en cultuur. Het zal goed zijn voor de leerlingen om hiermee in aanraking te komen. Ik denk dat vooral muziek veel toegevoegde waarde zal hebben voor de culturele en persoonlijke ontwikkeling. Het begripsvermogen van de leerlingen is beperkt dus erg veel nieuwe dingen in 1 les introduceren kan niet. Maar door middel van veel herhaling en uitvoerige uitleg zouden de vakken een succes kunnen zijn. Daarnaast zijn de sociale vaardigheden van de leerlingen niet erg goed ontwikkeld en ik kan me voorstellen dat bijvoorbeeld dramalessen daarbij kunnen helpen. Wij geven al lessen ''sociale vaardigheden'' met bijvoorbeeld rollenspellen. Maar dit kan natuurlijk ook in een dramales worden verwerkt. Het is belangrijk voor de leerlingen om te werken aan het eigen zelfvertrouwen. Dit kan door de leerlingen dingen te laten doen die ze niet gedacht hadden dat ze zouden kunnen. Om de lessen een succes te laten worden is het belangrijk om ervoor te zorgen dat de lessen aansluiten op de belevingswereld van de leerlingen. Zijn er financiële mogelijkheden voor? De beste optie is om andere lessen te vervangen door drama en/of muzieklessen. Het onderwijsprogramma is op dit moment namelijk al vol. Dit wil zeggen dat de leerlingen het totale aantal verplichte uren naar school gaan. Een ander vak met drama en/of muziek vervangen zou ook betekenen dat de personeelskosten ongeveer gelijk blijven. Muzieklessen zullen moeilijker te realiseren zijn dan dramalessen aangezien het veel geld kost om meerdere instrumenten aan te schaffen. Dit is financieel moeilijk om rond te krijgen. Hebben uw leerlingen ooit interesse getoond in drama en/of muziek? De leerlingen komen er niet uit zichzelf mee maar er zijn wel een aantal projecten en mensen die gastlessen komen geven over toneel en muziek. Dit vinden de leerlingen eigenlijk altijd leuk. Er zullen altijd leerlingen zijn die zich niet voor drama en/of muziek interesseren, maar dat is bij alle vakken zo. Als kinderen plezier beleven aan een les dan gaat het leren vanzelf, educatieve waarde en plezier sluiten elkaar niet uit. Denkt u dat het invoeren van drama en/of muzieklessen een positief effect zou hebben op de concentratie en/of zelfredzaamheid van uw leerlingen? Ik denk dat een positief effect mogelijk is. Zeker een vak als drama zal de zelfredzaamheid van de leerlingen vergroten doordat ze merken dat ze iets kunnen. Hier zullen ze meer zelfvertrouwen van krijgen, de omgang met anderen zal verbeteren, de sociale vaardigheden zullen verbeteren en geven en ontvangen van feedback zal makkelijker gaan. Ik vind het moeilijker om uitspraken te doen over de concentratie. Het ligt er heel erg aan hoe de les wordt gegeven. Maar het zou in principe een positief effect kunnen hebben op de
28
concentratie. Zowel bij muziek als bij drama worden de leerlingen gedwongen om zich te concentreren, dat betekent dat leerlingen merken dat ze geconcentreerd moeten zijn om iets goed te doen. Maar dan nog weet ik niet zeker of er een verband is tussen concentratie tijdens drama en/of muzieklessen en concentratie tijdens andere lessen. Zijn er methodieken die u kent? Ja, bijvoorbeeld Positive behaviour support; dat is een methodiek die wordt ingevoerd, en die bestaat eruit dat je positief gedrag bekrachtigd en ongewenst gedrag negeert, voor zover dat kan. Complimenteren en belonen. Dat zou je ook kunnen doen met drama en muziek. Succeservaringen zijn belangrijk. Daarnaast ken ik Proarts, daar hebben we bij ons op school wel mee gewerkt, heeft niet zozeer te maken met drama en muziek maar wel met cultuur. Ook hebben we zelf een kunstproject gedaan om een reis naar Londen te sponsoren door middel van het maken van een schilderij. De leerlingen zijn ook echt in mei naar Londen geweest mede door de opbrengst. Deze reis zou anders niet mogelijk zijn geweest omdat veel leerlingen uit gezinnen komen met een laag inkomen.” Uit de enquête en het interview is het ons duidelijk geworden dat er dus ook creatief moet worden omgegaan met de financiële mogelijkheden van de Praktijkscholen om de vakken muziek en/of drama in te kunnen voeren. Naast de middelen van de school zou de overheid ook nog een belangrijke rol kunnen spelen bij eventuele invoering van deze vakken. Bijvoorbeeld met betrekking tot financiële middelen of regels met betrekking tot vakken die worden gegeven. 24
Het advies van de Onderwijsraad in februari 2012 aan minister van onderwijs Marja van Bijsterveld helpt scholen in keuzevrijheid van onderwijs. De onderwijsraad concludeert: ”Goed onderwijs is ook gebaat bij ruimte voor diversiteit en eigenheid. Scholen verantwoorden zich naar hun maatschappelijke omgeving en de ouders over accenten die zij leggen in het onderwijs passend bij hun visie, hun leerlingenpopulatie.” Scholen zouden dus meer ruimte moeten krijgen. De onderwijsraad wil dat het helemaal duidelijk is wat centraal wordt geregeld en welke ruimte de school zelf heeft om invulling te geven aan onderwijs. Mocht geld een probleem blijven dan heeft de heer Dirk Monsma van de Raad van Cultuur in 25 het radioprogramma Sportzomer , radio 1, op 29 juni 2012 nog een tip voor scholen: “Maak gebruik van kunstzinnige instellingen in de omgeving.” Een school uit de enquête sloot zich daarbij aan: ”Samenwerking zoeken binnen de regio. Waardoor financiën geen probleem meer zijn.” Inmiddels is er in ons land een nieuwe regering gevormd en ziet het er naar uit dat het praktijkonderwijs zwaar wordt getroffen. De bedoeling is dat er veel minder geld gaat naar deze vorm van onderwijs. Dit zal het dan ook moeilijker, zo niet onmogelijk, maken voor praktijkscholen om een vakdocent voor muziek en/of drama te kunnen aannemen.
24
http://www.nu.nl/politiek/2742508/scholen-moeten-meer-ruimte-krijgen.html Radio 1: Programma Sportzomer 29 juni 2012 http://sportzomer.radio1.nl/terugluisterenfragment/61963/Meer%20cultuur%20op%20de%20basisschool?.html 25
29
2.
Resultaten
2.1 Conclusies enquête directies Praktijkscholen Met de enquête onder directies van Praktijkscholen in Nederland hebben we verschillende zaken helder proberen te krijgen zoals: • Hoe is de huidige situatie wat betreft drama en muzieklessen in het praktijkonderwijs? • Hoe zijn de ervaringen met deze vakken? • Wat zijn de verwachtingen omtrent deze vakken? • Is er een onderscheid te maken tussen de ervaringen en verwachtingen van muzieklessen en die van dramalessen? Zo ja, wat zijn deze verschillen? Als we naar de huidige situatie kijken betreffende drama en muzieklessen in het praktijkonderwijs zien we dat op twee derde van de ondervraagde scholen de vakken al worden gegeven. Uit ons onderzoek blijkt dat er een flink aantal praktijkscholen al werken met drama- en/of muzieklessen al dan niet gegeven door docenten met een vakachtergrond namelijk 63,08 %. Op 29,7% daarvan worden beide vakken gegeven, 43,9 % geeft alleen drama en op 26,83% alleen muziek. Op de scholen waar het nog niet ingevoerd is geeft bijna 90% van de ondervraagden aan het vak drama te willen invoeren indien blijkt dat het een positief effect heeft op de zelfredzaamheid en leerprestaties. 82,86% geeft dit aan voor het vak muziek. Er is dus al een meerderheid van de scholen die tenminste één van de twee vakken geeft, en de overige scholen geven massaal aan interesse te hebben. Echter zou 63,16% geen financiële middelen hebben het vak in te voeren. Als we kijken naar het vak drama zien we dat bijna niemand heeft aangeven dat de ervaring is dat het geen enkel effect heeft op de leerprestaties. Echter geeft ook bijna niemand aan dat het heel veel effect heeft, alleen bij het aspect samenwerken. De ervaring leert dus dat het vak drama een erg positief effect heeft op het aspect samenwerken. Om verschillende redenen vinden praktijkscholen drama een belangrijk vak: ”Drama vraagt om een bepaalde attitude. Leerlingen zijn het best gebaat bij een attitude die direct vanaf het eerste leerjaar wordt meegegeven. Een ongewenste houding en gedrag is er namelijk erg moeilijk weer uit te krijgen. Zeer goede ervaring in het toepassen van drama bij Sociale Vaardigheidstrainingen met deze doelgroep”, verteld Janneke Broere. Ook een andere praktijkschool gaf aan drama met name te gebruiken voor het trainen van sociale vaardigheden: “Tijdens sociale competentie doen we wel iets aan drama.” Op weer een andere praktijkschool werken ze met opdrachten op het gebied van drama om leerlingen te stimuleren: ”In het kader van SOVA geef ik gedurende het eerste jaar tijdens de mentorlessen (algemene vorming) wel regelmatig opdrachtjes in deze richting. Leerlingen vrij maken, durven, zelfvertrouwen stimuleren, creativiteit stimuleren, taalvaardig maken enz.”, aldus J. Meester. Toch was er ook een school die denkt dat drama juist moeilijk is voor leerlingen in het praktijkonderwijs: “Ieder vak met expressie is een lastige voor deze leerlingen. Dit heeft als reden dat creativiteit weinig gestimuleerd wordt gezien de thuissituatie. En de meeste leerlingen vinden het vaak lastig om dingen voor de klas te doen”, aldus Ritchie Fokken. Wat ons betreft onderbouwt deze laatste opmerking alleen maar nog meer de noodzaak van een vak als drama. Zo blijkt ook wel uit de reactie van een andere praktijkschool:” Drama kan een leerling 'over een zelf- vertrouwensdrempel dragen' dat maak dit vak bijzonder.” Van alle aspecten zou volgens de enquête uitkomst het aspect concentratie het minste effect hebben. Bij de overige aspecten (woordenschat, leerbaarheid, zelfstandigheid, prestatiemotivatie) geeft een absolute meerderheid aan dat deze veel positief effect hebben. We kunnen dus stellen dat het vak drama over het algemeen wel degelijk een aanzienlijk effect heeft op de
30
leerprestaties, vooral op het aspect samenwerking, wat minder op het aspect concentratie. Als we kijken naar de zelfredzaamheid zien we ook een aanzienlijk positief effect. Op alle aspecten wordt door een absolute meerderheid aangegeven dat het veel positief effect heeft. Vooral op het aspect zichzelf presenteren: alle ondervraagden geven aan dat het veel tot zeer veel positief effect heeft. De verwachtingen zijn ook positief. Op de scholen waar nog geen drama wordt gegeven, geeft een absolute meerderheid bij zowel het onderdeel leerprestaties als het onderdeel zelfredzaamheid op alle aspecten aan dat ze verwachten dat het veel positief effect heeft. Dan de vergelijking met het vak muziek. Hierbij zijn de ondervraagden iets gematigder enthousiast. Er wordt vaker dan bij drama aangegeven dat het weinig positief effect zou hebben op de onderdelen. Ook hier springt wel het aspect samenwerken er weer positief uit: 73% geeft aan dat muziek veel positief effect heeft op samenwerking. Ook, in tegenstelling tot het vak drama, is de ervaring dat het vak een positief effect heeft op de concentratie van de leerlingen. Als we algemeen kijken is de verwachting iets hoger dan dat de ervaring leert. Alleen op het aspect woordenschat is duidelijk te zien dat de ervaring positiever is dan de verwachting. We merken ook dat scholen met ons meedenken over de invoering van de vakken drama en muziek: ”Muziek zou kunnen beginnen door leerlingen met eigen instrumenten of vaardigheden na school op vrijwillige basis een of meer uur per week te laten samen komen/musiceren/werken. Een en ander zou kunnen resulteren in een muziekmiddag/-avond met optredens voor medeleerlingen. Bij gebleken succes zou er wellicht ruimte en wat budget zijn om een en ander in te roosteren en/of formeler vanuit school aan te bieden.” “Het is geen verplicht vak in het PRO en past momenteel niet in ons lessentabel. Het past wel binnen CKV en KWT en daar zou ik het vak muziek dan ook wel willen zien.” Ook deze reactie willen we zeker vermelden al staat die los van de vraagstelling van ons onderzoek: “Drama en muziek zijn evenals CKV en andere expressievakken van onschatbare waarde: een mens is meer dan rekenen en taal alleen!” Conclusie is dus dat Praktijkscholen zeker openstaan voor de vakken drama en muziek zo blijkt uit de enquête. Daarnaast zijn er zinvolle tips gegeven voor lesmethodes: “Goed initiatief, drama en muziek op het PRO. Kennen jullie het boek: Drama maakt mijn hoofd weer blij van Eveline Spanjers. Daar staan goede werkvormen in.” Ook mogen we contact opnemen met Janneke Broere van de rechterenschool om te bekijken hoe de dramalessen in Drenthe in samenwerking met de GGZ aldaar opgezet zijn.
31
2.2 Conclusies interviews vakdocenten De interviews met de verschillende vakdocenten hebben ons erg geholpen. Zij hebben ons inspiratie en erg goede ideeën voor ons eigen lesplan gegeven. Wij hebben de vakdocenten muziek dezelfde vragen voorgelegd. De dramadocent heeft vergelijkbare vragen beantwoord maar omdat zij al in het onderwijs werkt hadden we de gelegenheid om nog gerichter vragen te stellen. De antwoorden vertoonden een aantal overeenkomsten en verschillen. Alle vakdocenten vonden vanzelfsprekend hun eigen vak erg belangrijk en vertelden er enthousiast over. Zij dachten ook allemaal dat muziek- en/of dramalessen de zelfredzaamheid en leerprestaties van de leerlingen zouden vergroten. Vooral de muziekdocenten waren hier erg van overtuigd en verwezen daarbij naar recente onderzoeken. Wij hopen dit zelf straks ook te kunnen bevestigen tijdens ons eigen praktijkonderzoek. Daarnaast waren alle vakdocenten het er over eens dat muziek en drama kunnen helpen om emoties en problemen te verwerken. Dit vonden wij belangrijke informatie omdat wij denken dat het een ander belangrijk argument is om drama -en/of muzieklessen in te voeren in het praktijkonderwijs. Oneens waren de vakdocenten het over de vraag of de drama- en muzieklessen certificaat vakken zouden moeten zijn en daarmee kunnen aansluiten op vervolgopleidingen. De muziekdocenten waren het redelijk met elkaar eens door beiden te zeggen dat, hoewel het niveau van de muzieklessen misschien nu nog niet hoog genoeg is voor een vervolgopleiding, hier wel aan gewerkt kan worden en er ook naar gestreefd zou moeten worden. De dramadocent was het hier niet mee eens. Zij vond dat niet iedereen moet opgroeien met het idee een superster te kunnen worden aangezien dit maar is weggelegd voor een kleine groep mensen. Bovendien dacht zij ook dat de leerlingen niet het benodigde niveau zouden kunnen halen voor een echte theateropleiding. Hieruit zou je kunnen opmaken dat muzieklessen geschikter lijken te zijn als basis voor een vervolgopleiding na het praktijkonderwijs omdat hier meer toekomstperspectief in lijkt te zitten. De vraag of de vakdocenten ook werkzaam zouden willen zijn binnen het praktijkonderwijs werd verschillend beantwoord. Dit hadden wij zelf ook verwacht aangezien het een persoonlijke vraag was. De muziekdocenten waren het wederom met elkaar eens door beiden te zeggen enthousiast te zijn over het idee om les te geven op een praktijkschool. De heer Verreijt heeft in het verleden ook les gegeven op een praktijkschool in Hoogvliet. De dramadocent vertelde ons dat zij liever werkte met leerlingen op een hoger niveau. Ook zij heeft les gegeven aan leerlingen met een lager IQ maar vond dat erg arbeidsintensief. Ook vond ze het jammer dat je met deze leerlingen geen moeilijke theaterstukken kunt doen zoals Shakespeare. Wel vond ze de sociale groei die de leerlingen lieten zien erg mooi. Wij denken dat de praktijkscholen bij een eventuele keuze voor een vakdocent voor de vakken muziek- en drama goed moeten kijken of de docent zich aangetrokken voelt tot het niveau van de leerlingen van het praktijkonderwijs. De dramadocent geeft duidelijk aan dat lesgeven aan kinderen met een laag IQ niet haar ding is terwijl de heer Verreijt enthousiast aangeeft dat de doelgroep hem zeker aanspreekt. Ook de heer Mathijssen lijkt enthousiast. Alle drie de geïnterviewde vakdocenten verwachten een positief resultaat ten aanzien van het bevorderen van leerprestaties en zelfredzaamheid als gevolg van invoering van de vakken muziek en/of drama in het praktijkonderwijs.
32
2.3 Conclusies eigen leservaring
“In de les drama mag je jezelf zijn”
Tijdens onze drama/muzieklessen zagen we dat leerlingen in eerste instantie een afwachtende houding hebben. Ook riep het nieuwsgierigheid op bij andere leerlingen van de school die voor het raam kwamen kijken. Nadat we die leerlingen weggestuurd hadden kwamen onze leerlingen langzaam los. In het begin was het voor de leerlingen namelijk moeilijk zich helemaal te geven want ze voelden zich onzeker ten opzichte van elkaar. Maar door bijvoorbeeld even met elkaar te schreeuwen en gek te dansen viel de onzekerheid en schaamte helemaal weg en kwam iedereen heel erg los. Precies zoals we gehoopt hadden! Wat opviel was dat de kinderen er veel plezier in hadden en er ook echt talent onder de leerlingen was. Leerlingen die in het begin verlegen waren merkten tijdens de lessen bij zichzelf dat het leuk is om op deze manier jezelf te uiten. Je zag het zelfvertrouwen groeien. Ze vonden het zelfs zo leuk dat ze zelf vroegen of we weer terug kwamen. En na de laatste les riepen ze enthousiast: ”Tot volgende week!” Demi gaf in de leerlingenenquête aan dat het leuker op school zou worden met de invoering van deze vakken op school. Het was fijn dat we twee dagdelen lessen mochten geven op de praktijkschool in Nijmegen. We hebben na de eerste lesdag kritisch gekeken wat we nog zouden kunnen verbeteren aan ons onderzoek. Dit hebben we gedaan aan de hand van het beoordelen van het onderzoek en de resultaten. Door oorzaken en bezwaren te benoemen konden we dat de week erna opnieuw bekijken in de praktijk. Natuurlijk is het dan erg leuk dat onze onderzoeksvraag namelijk neemt de concentratie toe na het volgen van een muziek/les toe, positief beantwoord kan worden. Omdat de leerlingen in het Praktijkonderwijs toetsen over het algemeen spannend vinden hebben we er totaal geen druk opgelegd en uitgelegd dat er niets van afhing. We hebben dan ook geen spanning gemerkt bij de leerlingen tijdens de toets. Aan de hand van een enquête onder de leerlingen weten we dat de leerlingen het erg leuk en leerzaam hebben gevonden. Ook gaven ze veel aan dat ze de manier waarop wij de lessen gaven erg leuk vonden. Dit bewijst wat we al eerder in het onderzoek zagen dat het plezier in deze lessen mede afhankelijk is van wie de lessen geeft en de uitleg. Lisette gaf aan: ”Jullie moeten het vaker geven.” Volgens Dimitri was de uitleg goed. Op zich was uitleg geen vraag in de enquête maar iets waar leerlingen zelf mee kwamen. Het feit dat we zelf meededen werd ook erg gewaardeerd en vergrootte het plezier. Het was heel leerzaam maar voor ons ook erg leuk om deze lessen te mogen en kunnen geven. Wij waren erg verrast dat zo veel leerlingen in de enquête aangaven dat het leerzaam was en dat ze er rustiger van werden. Dit is natuurlijk heel leuk voor ons onderzoek maar fantastisch nieuws voor de leerlingen in het praktijkonderwijs. Wat ons betreft geeft het aan dat vakken als muziek en drama zo veel kunnen betekenen voor deze leerlingen namelijk het effect op leerprestatie en zelfredzaamheid maar ook het plezier in school!
33
3. Samenvatting
“Ik was beter geconcentreerd”
“Fantastisch initiatief! Zorg voor onderwijs op maat van de leerling. Zodat de leerling kan kiezen uit een aanbod dat aansluit bij zijn/haar talenten. Meervoudige intelligenties aanboren bij deze doelgroep is al een ontdekking op zich. Praktijkonderwijs heeft kanjers!!”, zo geeft een deelnemer aan de enquête aan. “Bedankt voor jullie onderzoek en veel succes!“ of “goed onderzoek” en “heel goed zo’n onderzoek, het zijn belangrijke vakken voor de ontwikkeling van onze leerlingen”, zeggen andere praktijkscholen. Het was erg leuk om te merken dat ons onderwerp voor het profielwerkstuk met veel enthousiasme werd ontvangen. Dat maakte het extra motiverend om er aan te werken. Allereerst denken wij dat kunst en cultuur het schoolklimaat op een positieve manier bevorderen. Vakken als drama en muziek brengen ‘leven in de brouwerij’. Het is leuk om muziek in een school te horen of toneel te kunnen spelen. Dit geldt voor iedere school maar misschien wel in het bijzonder in het praktijkonderwijs. Immers leerlingen worden aangesproken op creativiteit wat kan helpen bij zelfstandigheid en talenten worden aangesproken waardoor het plezier in leren toeneemt. Plezier in leren leidt tot langer concentreren waardoor leerprestaties toenemen. Hierbij verwijzen we weer naar de opmerking van onze stagebegeleidster vorig jaar: ”De leerlingen blijven enthousiast.” Blijvend enthousiasme zorgt voor blijvend concentreren. Wij pleiten bij nieuwbouw van praktijkscholen voor het opnemen van een kunstlokaal met daarin ruimte voor theater en muziek. Een inspirerend en uitdagend lokaal met tribunes en een podium zodat er eventueel ook voorstellingen gegeven kunnen worden. Vaak worden vakken als drama en muziek nu nog projectmatig geven zo bleek uit de opmerkingen in onze enquête. Ten tweede is het belang van cultuurvakken voor de cognitieve en sociaal- emotionele ontwikkeling van kinderen op grond van onderzoek al vaker aangetoond: ”Behalve dat beoefening van kunst en cultuur bijdraagt aan de cognitie, worden kinderen er ook zelfbewuster en zelfstandiger van. Ze kunnen beter op zichzelf reflecteren en meer begrip 26 voor hun omgeving opbrengen.” Of zoals een praktijkschool aangaf: ”Gelukkig zijn er veel kinderen die buiten de lessen veel baat hebben bij drama. Vooral om meer naar buiten toe te treden en meer zelfvertrouwen te kweken. Daarnaast ook luisteren naar elkaar en elkaar aankijken.” Ook zagen wij dat deze vormen van cultuuronderwijs al op kinderen zijn toegepast met een taalachterstand met een goed resultaat. Daarnaast hebben wij, met onze eigen lessen die we gegeven hebben, aangetoond dat de concentratie verbeterde na het volgen van drama/muziekles. Vervolgens bleek, bijvoorbeeld uit de passieprojecten, dat het zelfvertrouwen wordt vergroot waardoor leerlingen beter kunnen gaan presteren. Het feit dat ze niet kunnen doorstromen 26
http://www.jos.rotterdam.nl/Download/onderwijs/110201%20DVD%20begeleidende%20tekst.pdf
34
naar een vervolgopleiding op het gebied van drama of muziek is ondergeschikt aan de voordelen. Namelijk plezier, meer zelfvertrouwen, betere leerprestaties en zelfredzaamheid. Tenslotte hebben wij ons nog verdiept in de aansluiting van certificaatvakken op het vervolgonderwijs. In het praktijkonderwijs wordt gewerkt met opleidingen in verschillende sectoren namelijk Groen, Techniek, Economie en Zorg & Welzijn. Zoals eerder aangegeven kunnen leerlingen in het praktijkonderwijs certificaten voor een bepaald vak halen. Een zeer kleine groep leerlingen die zo’n certificaat heeft gehaald kan doorstromen naar het Regionaal 27 opleidingscentrum, het ROC. Het gaat dan om niveau 1, het laagste niveau. Maar over het algemeen zal het eindniveau van de leerlingen te laag zijn om door te kunnen stromen. De huidige tien opleidingen die worden aangeboden op het gebied van muziek en drama binnen het ROC liggen op niveau 4. Dit is voor leerlingen van het praktijkonderwijs dus niet haalbaar. Aansluiting op het vervolgonderwijs ten aanzien van deze vakken is op dit moment niet mogelijk. Dit leidt tot de conclusie dat de vakken muziek en drama niet geschikt zijn als certificaat vak maar als bijvak. Wij vinden het belangrijk dat leerlingen weten, bij invoering van vakken als drama en muziek, dat het niet mogelijk is om aansluiting te vinden bij een vervolgopleiding. Larissa geeft bijvoorbeeld aan dat ze van plan is na het praktijkonderwijs zich aan te melden bij het conservatorium. Dat ligt helaas niet binnen de mogelijkheden van Larissa. Natuurlijk kan blijken tijdens de lessen dat leerlingen talenten hebben op het gebied van drama en/of muziek, dat hebben wij ook gezien in de praktijk. Het zou mooi zijn als deze leerlingen op een andere manier doorgaan in de wereld van muziek en/of drama door een band te vormen of zich bij een amateur toneelgezelschap aan te sluiten. Voor kinderen waarvan de ouders de financiële middelen niet hebben is er het jeugdcultuurfonds. Dit fonds richt zich op kinderen en jongeren in de leeftijd van 4 tot en met 18 jaar, die om financiële redenen geen lid kunnen worden van een toneelclub of lessen kunnen volgen aan een muziekschool of andere instelling voor actieve kunstbeoefening. Onder andere een leerkracht of docent kan de aanvraag doen voor een kind. Samenvattend denken wij dat we met ons profielwerkstuk hebben aangetoond dat creatieve vakken als drama en muziek een meer dan waardevolle aanvulling zijn binnen het huidige praktijkonderwijs. Na alle onderzoeken en eigen ervaring te hebben bestudeerd vinden wij dat onze onderzoeksvraag voldoende beantwoord is:
Drama en muziek kunnen inderdaad de leerprestaties en zelfredzaamheid van leerlingen in het praktijkonderwijs vergroten!
27
http://www.roc.nl/default.php?fr=zoek
35
Nawoord
“Omdat je van boos naar blij kon gaan”
Wij willen iedereen bedanken die ons heeft gesteund bij ons profielwerkstuk. Zij hebben ervoor gezorgd dat we heel breed onderzoek hebben kunnen doen. Doordat we veel medewerking kregen om ons onderzoek uit te voeren hebben wij er met veel plezier aan kunnen werken. In het bijzonder willen we de leerlingen en de leerkracht, mevrouw Simone Dahlberg van de Joannesschool in Nijmegen bedanken dat we ons onderzoek in de praktijk mochten uitvoeren. Ook de bestuurder van het Praktijkonderwijs Nijmegen, de heer Bouwens willen we bedanken voor het interview, hij heeft ons veel verteld over de achtergronden van het Praktijkonderwijs. Daarnaast de vakdocenten die we mochten interviewen: mevrouw Nijeboer, de heer Verreijt en de heer Mathijssen. Ook alle praktijkscholen die de moeite hebben genomen om onze enquête in te vullen zijn zeer belangrijk geweest voor ons onderzoek. En tenslotte de heer Kok voor zijn begeleiding en opbouwende aanwijzingen. Wij voelen ons heel betrokken bij de leerlingen van het praktijkonderwijs. Zij hebben ons een spiegel voorgehouden. Niet iedereen kan zich op een manier ontwikkelen zoals wij dit kunnen op het Gymnasium. Het is dan ook erg belangrijk dat er door middel van onderzoek, zoals het onze, maar ook door financiële steun bijvoorbeeld vanuit de overheid alles aan wordt gedaan dat ook deze leerlingen straks een plek hebben in onze maatschappij. Door middel van werk en zelfstandigheid. Zij moeten daar misschien wel harder voor werken dan wij. De huidige bezuinigingen van het nieuwe kabinet op het praktijkonderwijs helpen daar niet bij. Emile Roemer van de Socialistische Partij en oppositieleider sprak tijdens de opening van praktijkschool Boxmeer de belofte uit zijn best te zullen doen om de bezuinigingen op het 28 praktijkonderwijs die in het nieuwe regeerakkoord staan ongedaan te maken. We hopen dat we met ons onderzoek aandacht kunnen vragen voor het praktijkonderwijs in het algemeen en de onderzoeksresultaten in het bijzonder.
Céline en Kirsten
28
http://www.stichtingpro.nl/actueel/
36
Literatuurlijst http://www.volkskrant.nl/vk/nl/7364/Mac-vanDinther/article/detail/3162406/2012/02/11/Aardbeien-kwarktaart-maken-is-een-fluitje-van-eencent.dhtml Stageverslag maatschappelijke stage Céline Bouwens en Kirsten Koch, 2011 SGN http://sites.google.com/site/stageinhetpro/Home/blog-en-memo-bord/praktijkonderwijs-w http://www.stichtingpro.nl/pro/pro-set.html Evaluatieverslag Engelse les door Kirsten en Céline http://www.warchild.nl/ons-werk/wat-doet-warchild/ http://www.warchild.nl/nieuws/89/psychosociale-ontwikkeling.html http://www.proarts.nl http://www.kunstvlucht.nl http://www.stichtingpro.nl/~joannesnijmegen/opleidingenbrochure20122013%20%283%29.pdf scholen en bouwen aan de toekomst voortgezet & hoger onderwijs nr. 1 – 2012 http://www.surfsharekit.nl:8080/get/smpid:2773/DS1 Bastian, H. G. Muziek maakt slim. Katwijk: Panta Rhei, 2003. http://www.mevrouwhoeven.nl/spelend%20leren%20deel%201.pdf http://www.jos.rotterdam.nl/Download/onderwijs/110201%20DVD%20begeleidende%20tekst. pdf http://www.jeugdcultuurfonds.nl/48/aanvragen/voor-wie-bestemd/ http://www.cultuurindespiegel.nl/ (Mei 2011 Kunstzone reactie Barend) http://www.enquetemaken.be/toonenquete.php?id=112636 http://www.nu.nl/politiek/2742508/scholen-moeten-meer-ruimte-krijgen.html http://www.rijksoverheid.nl/documenten-en-publicaties/rapporten/2012/04/12/succesvolleonderwijsaanpakken-voor-jongens-in-het-onderwijs.html http://overheidsloket.overheid.nl/index.php?p=product&product_id=901656 http://www.dirkmonsma.nl/dirkmonsma/cms/cms_module/index.php?obj_id=899 http://www.libelle.nl/2012/03/libelle-ster-suzanne-drabbe-en-margot-ufkes-uit-het-blad/
37
http://docenten.cjp.nl/templates/content.asp?page=1A589721-CBD5-484D-97DD8B272FCE6725 http://www.ijsfontein.nl/projecten/onderwijs/taalactief-taaljournaal http://www.muziekbeweegt.nl/ervaring.php Radio 1: Programma Sportzomer 29 juni 2012 http://sportzomer.radio1.nl/terugluisterenfragment/61963/Meer%20cultuur%20op%20de%20basisschool?.html http://www.nu.nl/wetenschap/2889790/muziekles-verbetert-luistervermogen.html http://www.roc.nl/default.php?fr=zoek het onderwijsblad, nummer 12, 26 juni 2010 Inlevermomenten PWS: Beoordelingen en suggesties de heer Kok (begeleider Stedelijk Gymnasium Nijmegen) foto joannij gebouw.jpg http://www.stichtingpro.nl http://images.google.com/imgres?q=wie+niet+slim+is+moet+muziek+luisteren http://www.vuurvlinder-skovv.nl/School/Schoolgids20122013/5Watlerenweopschool/Expressievevakken.aspx http://images.google.com/imgres?q=onderzoeksplan
Tips voor lesmethodes vanuit onze enquête: • • •
Lesmethode uitgedacht en geschreven door Sjon Kooij, Praktijkschool west Friesland locatie Hoorn. Boek: Drama maakt mijn hoofd weer blij van Eveline Spanjes. Daar staan goede werkvormen in. Janneke Broere van de Rechteren school in samenwerking met GGZ Drenthe
38
Bijlage 1 Opzet Enquête: Effecten van drama en muziek in het Praktijkonderwijs
Deze enquête hebben we verstuurd via een programma op internet: http://www.enquetemaken.be/toonenquete.php?id=112636 Het voordeel daarvan is dat het invullen maar een paar minuten duurt en de uitkomst op verschillende manieren uitgewerkt wordt. Onderstaande vragen waren de basis. Tijdens het maken van de enquête op internet hebben we de vragen verder uitgewerkt om ook meer statistische gegevens te krijgen. Geachte heer/mevrouw, Graag vragen wij uw aandacht voor het volgende. Vorig jaar hebben wij, Céline Bouwens en Kirsten Koch, onze maatschappelijke stage verricht op een Praktijkschool in Nijmegen. Tijdens deze stage hebben wij drama les en muziekles gegeven. De leerlingen waren erg enthousiast en geïnteresseerd tijdens deze lessen. Daarom willen wij nu onderzoeken, in het kader van ons profielwerkstuk, of de vakken Drama en Muziek een positief effect kunnen hebben op de (leer)prestaties en/of de zelfredzaamheid van uw leerlingen. Maar daar hebben wij uw hulp bij nodig. We hopen dan ook op uw medewerking bij het invullen van deze korte enquête: Vraag 1: Worden er op dit moment creatieve vakken zoals tekenen, muziek en/of drama bij u op school aangeboden? Ja/Nee Zo ja welke vakken?................................................................................................. Nee, waarom niet………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………… Vraag 2: Zou u, wanneer blijkt dat er behoefte bestaat aan vakken als muziek en drama, deze vakken in willen voeren binnen uw praktijkschool? Ja/Nee Ja, omdat…………………………………………………………………………………. Nee, waarom niet………………………………………………………………………… Vraag 3: Zou u deze vakken in willen voeren als certificaat vak of als bijvak? Als certificaat vak omdat ………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………... ……………………………………………………………………………………………... Als bijvak omdat………………………………………………………………………….. ……………………………………………………………………………………………... ……………………………………………………………………………………………… Vraag 4: Wanneer u deze vakken in zou willen voeren binnen uw praktijkschool heeft u daar dan financiële middelen voor? Ja/Nee
39
Vraag 5: Verwacht u dat vakken als drama en/of muziek een positief effect kunnen hebben op de (leer)prestaties en/of de zelfredzaamheid van uw leerlingen? Ja/Nee Ja, omdat………………………………………………………………………………….. ……………………………………………………………………………………………… Nee, omdat………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………… Heeft u nog opmerkingen of suggesties met betrekking tot dit onderwerp dan horen wij die graag:
Wij willen u vriendelijk verzoeken de ingevulde vragenlijst terug te mailen naar:
[email protected]
Hartelijk dank voor uw reactie!
Vriendelijke groet, Céline Bouwens en Kirsten Koch Stedelijk Gymnasium Nijmegen – klas 5
40
Bijlage 2 Ons lesplan en toetsen lessen drama/muziek Drama: opwarmen ±10 minuten: losschudden De leerlingen doen de bewegingen en geluiden van de leraar/lerares na. Deze bewegingen en geluiden worden steeds iets extravaganter. ±5 minuten: de spiegel De leerlingen maken tweetallen. De leerlingen gaan tegenover elkaar staan en bewegen. Het is de bedoeling dat ze elkaar proberen te spiegelen. Drama: aan de slag ±15 minuten: emoties vergroten en veranderen Er wordt een willekeurige zin uitgekozen. Voorbeeld: ‘De plantjes staan er mooi bij vandaag, he?’ Aan deze willekeurige zin wordt een emotie gekoppeld. De zin moet in deze emotie uitgesproken worden. Hij wordt om de beurten door verschillende leerlingen uitgesproken, en daarbij wordt de emotie per leerling vergroot totdat het hoogtepunt bereikt is. Daarna kan de emotie terug verkleind worden tot deze weer emotieloos is. Als tweede onderdeel kun je de leerlingen een zin steeds in een andere emotie laten zeggen. ±15 minuten: mini toneelstukjes maken Er worden kleine groepjes gemaakt (circa 3/4 leerlingen). Ze krijgen een kaartje met een klein verhaaltje erop, en dit stukje moeten ze na een paar minuten oefentijd spelen. Van drama naar muziek ±10 minuten: de veranderaar De leerlingen gaan in een kring staan en er wordt door geluiden en bewegingen een bepaald ritme aangehouden. Iedereen moet hetzelfde doen. Als een iemand het ritme verandert, moet iedereen zich dus aanpassen. Muziek ±15 minuten: ritmes maken Men maakt een vast ritme van 8 tellen. Iedere leerling, of groep leerlingen maakt op een bepaalde tel van die 8 een bepaald geluid. Voorbeeld: 1 2 3 4 5 6 7 Klappen x x x Knippen x Tafel x x Klikken x x x Etc.
8 x
±15 minuten: stemoefeningen/zingen Er worden verschillende stemoefeningen gegeven aan de leerlingen, en om af te sluiten kan er gezamenlijk een liedje gezongen worden. ±5 minuten: luisteren Er wordt een liedje gespeeld en daar moeten de leerlingen zoveel mogelijk instrumenten uit proberen te halen. ±7 minuten: afsluitend We bespreken wat iedereen voor een instrumenten gehoord heeft, praten over welke instrumenten er zijn, over muziek en de smaak van de leerlingen. We bespreken wat muziek voor de leerlingen betekent en wat ze zelf aan muziek doen.
41
Concentratietoets Groep één
4:78 – 14 vragen
Korte weerman: 01:35 5 vragen http://www.youtube.com/watch?v=VleBuFBEatU 1. 2. 3. 4. 5.
Wie bedankt de weerman aan het begin van het fragment? Noem 3 dingen die de weerman gister heeft gedaan? Waar roken de toeristen naar? Wie heeft de foto’s ingestuurd? Naar wie gaat de weerman aan het einde van het fragment toe?
Bassie en Adriaan: 01:43 5 vragen http://www.youtube.com/watch?v=fBKr2zjsh-k&feature=related 1. Waarom kan de man niet uit het karretje? 2. Waar zit de man in opgesloten? 3. Wat moet de linkerman nog doen voordat de boot vertrekt? 4. Waar gaat de vrachtwagen naartoe? 5. Waarom vindt er een ontploffing plaatst op de boot? Checkpoint: 02:00 4 vragen http://www.youtube.com/watch?v=fuuuVEpkhKo 1. Denken de jongens dat het plan gaat werken? 2. Waarom trekken de deelnemers de gele pakken aan? 3. Hoe ver komen beide jongens de eerste keer? 4. Hoe ver komen beide jongens de 2e keer met olie? Groep twee 4:90 minuten – 12 vragen Lange weerman: 02:15 5 vragen http://www.youtube.com/watch?v=_-9HMIQLQck&feature=relmfu 1. 2. 3. 4. 5.
Wat vindt de weerman persoonlijk van het weer van gisteren? Waarom moest de weerman vroeg op? Hoeveel flitsen telde de weerman toen hij uit het raam keek? Wat voor een weer wordt het morgen? Wat vindt de de weerman van de ingestuurde foto's
Movie trailer Bassie en Adriaan: 01:58 3 vragen http://www.youtube.com/watch?v=Dksp6Oi0SF4 1. Wie of wat zijn zojuist uit de gevangenis ontsnapt? 2. Wat willen de boeven gaan doen met de kroon? 3. Welke 3 dingen moet de politieagent van de baron doen? Schooltv Circus: 01:23 3 vragen http://www.youtube.com/watch?v=qkp_TfExz5s&feature=related 1. Wat voor soort voorstellingen komen er in carré? Noem er 3 2. Hoe veel jaar bestaat theater carré al? 3. Wat betekent circus in het latijn?
42
Verbeterde concentratietoets Groep 1: SchoolTV Jongeren en vuurwerk: 02:02 4 vragen http://www.youtube.com/watch?v=0oiY40Nw52c 1. Door wie wordt vuurwerk in andere landen afgestoken? 2. Gebeurt zelf de straat op gaan en zelf vuurwerk afsteken alleen in Nederland? 3. Vanaf welke leeftijd mag je in Nederland vuurwerk kopen? 4. Wie mag/mogen vuurwerk afsteken? Van tomaat tot fles 02:45 4 vragen http://www.schooltv.nl/beeldbank/clip/20091223_ketchup01 1. Welk ingrediënt is naast tomaten belangrijk? 2. Wat is het basisingrediënt van ketchup? 3. Waar wordt het basisingrediënt mee gemengd? 4. Noem 1 van de genoemde kruiden. Checkpoint: 2:23 3 vragen http://www.eo.nl/tv/checkpoint/aflevering-detail/checkpoint-65efcc8718/ beginnen bij 01:55 1. Denkt het meisje dat ze goed kan mikken? 2. Hoeveel punten krijg als je de appel kapot gooit? 3. Hoeveel punten had de jongen uiteindelijk? Groep 2: SchoolTV Jongeren en vuurwerk: 02:02 t/m eind 4 vragen http://www.youtube.com/watch?v=0oiY40Nw52c 1. In welk land zijn de vuurwerk regels minder streng? 2. Wat doet de politie om te voorkomen dat er illegaal vuurwerk in Nederland komt? 3. Waarom liggen de jongens in het ziekenhuis? 4. Welke wijze raad geeft de vrouwelijke stem aan het einde? Van tomaat tot fles: 02:45 4 vragen http://www.schooltv.nl/beeldbank/clip/20091223_ketchup01 1. Waar wordt een ''snufje'' van toegevoegd? 2. Hoe lang wordt het mengsel gekookt? 3. Wat wordt er toegevoegd terwijl het mengsel staat te koken? 4. Via wat gaat de saus naar de verpakkingen? Checkpoint: 2:37 3 vragen http://www.youtube.com/watch?v=SASoBta-d6s 1. Hoeveel flessen mogen ze in het gat proberen te gooien? 2. Hoeveel flessen gooit het meisje raak? 3. Hoeveel flessen gooit de jongen raak?
43