911 Jaarverslagen van verschillende werkgeversen werknemers organisaties (1909-1998)
Samengesteld door dr. R.E. van der Woude
Historisch Documentatiecentrum voor het Nederlands Protestantisme (1800-heden) Vrije Universiteit Amsterdam De Boelelaan 1105 1081 HV Amsterdam Collectie nummer: 911 Augustus 2011
Inleiding
Deze jaarverslagen zijn afkomstig uit het archief van het CNV. Ze geven een beeld van de grote diversiteit van het CNV en de aangesloten vakbonden en van de Nederlandse vakbeweging in zijn algemeenheid. Bovendien vormen ze een gemakkelijke bron voor het verleden van deze organisaties. Tussen aanhalingstekens staan de oprichtingsjaren van de organisaties – voor zover bekend – met daarachter de aanwezige jaarverslagen.
2
Plaatsingslijst
1
Statuten van diverse bonden.
2-3
Christelijke Werkgevers Vereeniging (1918), 1923-1926, 19281935 Verbond van Protestants-Christelijke Werkgevers in Nederland (1937), 1937- 1953 Federatie van de Katholieke en Protestants-Christelijke Werkgeversverbonden (1967), 1956-1976 Nederlands Christelijk Werkgeversverbond (1969) 1981-1983 Nederlandse Vakcentrale (1930), 1930/32, 1939, Nederlandse Verbond van Vakverenigingen (1945), 1946, 19481974, 1978-1985 Federatie Nederlandse Vakverenigingen / Nederlandse Verbond van Vakverenigingen / Nederlands Katholiek Vakverbond (1980), 1987-1988 Federatie van Nederlandse Vakverenigingen (1987), 1990
4-9
Centraal Sociaal Werkgeversverbond (CSWV 1947) Verbond van Nederlandse Werkgevers (VNW 1961) Algemene Nederlandse Werkgevers-Vereniging (ANV 1969) Verbond van Nederlandse Ondernemingen (VNO 1968) Koninklijk Nederlands Ondernemersverbond (KNOV) CSWV 1947-1967 VNW 1949-1967 ANW 1969-1981, 1987-1988, 1990, 1992-1994, 1996-1997 VNO 1968-1975, 1977-1986, 1988-1996 KNOV 1980-1985, 1990-1992
10
Christelijke Middenstandsbond CMB, 1950-1956 Nederlands Christelijk Ondernemersverbond (NCOV), 19791983, 1987-1990 Katholieke Onderwijs Vakorganisatie (KOV), 1985-1989 Bond van Verenigingen voor Christelijk Nijverheidsonderwijs (BVCN), 1949-1953 Bond van Verenigingen voor en instellingen tot bevordering van Christelijk Nijverheid- en land- en Tuinbouwonderwijs (CNO), 1954, 1956-1964, 1966 Vereniging van Christelijke Leraren en Leraressen bij het Beroepsonderwijs (VCLBO), 1968-1973
11
Bond van Christelijke Politieambtenaren in Nederland BCPAN (1920) 1927-1935, 1946-1958, 1960-1961, 1963-1968, 1970, 1972, 1974, 1980-1984
3
12-15
Christelijke Centrale van Overheids- en Onderwijzend Personeel (CCOOP), 1953-1955, 1957-1976, 1979, 1981, 1983, 1984, 1986, 1989-1990 Algemeene Nederlandsche Christelijke Ambtenaarsbond (ANCA), 1932, 1938-1939, 1941-1945 Nederlandse Christelijke Bond van Overheidspersoneel (NBCO 1946), 1946-1985, 1987-1992 Algemene Rooms-Katholieke Ambtenarenvereniging (1917), 1971, 1981 Christelijk-Sociale Jeugdorganisatie Werkende Jeugd CNV(1955) Werkende Jeugd 1955-1981, 1983, 1988 Nederlandse Christelijke Werkmeestersbond (1926), 1946-1952 Nederlandse Christelijke Vereniging van ApotherkersAssistenten (1948), 1949, 1952, 1955, 1957-1958, 1961-1962, 1964-1966, 1968-1974
16-17
Nederlandse Vereeniging van Christelijke Kantoor- en Handelsbedienden (NVCKH 1894), 1909-1910, 1914, 1916, 1918-1920, 1926-1940, 1946-1952 Nederlandse Christelijke Beambtenbond (NCB 1953), 1953-1983 NCB-vakgroep handelsreizigers en -agenten (NCB-h&a), 19501953 NCB-beroepsgroep leidinggevend en toezichthoudend personeel (NCB-l&t), 1953-1954 NCB-bedrijfsgroep Groothandel (NCB-g), 1955-1956;
18-19
Nederlandse Cristelijke Grafische Bond (1902-1995), 1916/17, 1919-1940, 1945-1986 Bond van Nederlandse Christelijke Houtbewerkers, meubelmakers, behangers en aanverwante vakgenoten (NCHMB 1915-1948), 1915-1916, 1918-1938 Nederlandse Christelijke Bouwarbeidersbond (NCB 1908-1953), 1941-1954 Hout- en Bouwbond CNV (1955-), 1983-1992
20
Christelijke Bond van Sigarenmakers en Tabaksbewerkers in Nederland (CBST) 1899-1970)), 1936, 1940-1970 Christelijke Textielarbeidersbond ‘Unitas’ (1896-1972) Christelijk Bond van Kapperspersoneel (CBK 1958-1973), 19481950, 1952-1956, 1961, 1964, 1969-1972 CBST 1913/14, 1930/31, 1936/38, 1946-1967
21-25
Nederlandse Christelijke Landarbeiders Bond (NCLB 19141962), 1951-1961 Nederlandse Christelijke Agrarische Bedrijfsbond (NCAB 19621970), 1965-1969 Christelijke Bond van Werknemrs in de Voedings-, Agrarische, Recreatie, Genotsmiddelen en Tabaksvwerwerkende Bedrijven (CVAT 1972-1978), 1970-1973 Nederlandse Bond van Christelijke Fabrieks- en Transportarbeiders (NCBFT 1916-1950), 1915-1916, 1918, 1920-1938, 1946-1950, 1953/54, 1970/73
4
Protestantsch-Christelijke Bond van Spoor- en Tramwegpersoneel (PCB 1903-1971), 1919-1920, 1926-1930, 1932, 1934-1939, 1941/45, 1948-1969 Nederlandse Centrale Bond van Christelijke Arbeiders(sters) in de Bedrijven van Voedings- en Genotmiddelen (NCVGB 1916-1972), 1919-1938, 1945-1951, 1954/55, 166-1969 Christelijke Metaalbewerkers Bond (CMB 1901-1973), 1920, 1923-1938, 1947-1960 Christelijke Bedrijfsgroepen Centrale (CBC 1950-1972), 19501971 26
Industriebond CNV 1973-), 1973-1979, 1983-1992 Nederlandse Vereniging van Christelijke Technici (NVCT 19261952), 1947-1952 Voedingsbond CNV (1978-1983), 1979 Algemene Katholieke Werkgevers Vereeniging (AKWV), 19471952 Nederlands Katholiek Werkgevers Verbond (NKWV), 19651966 Protstants Christelijk Ouderen Verbond (PCOB ), 1984, 19861987, 1990
5