Jaarverslag 2007
Stichting Opsporing Erfelijke Tumoren
Inhoud 1. Algemeen ......................................................................................................................................... 3 1.1. Richtlijnen erfelijke darmkanker ............................................................................................................3 1.2. Bevorderen aandacht voor familieanamnese ..........................................................................................3 1.3. Samenwerking Klinisch Genetische Centra .............................................................................................3 2. Registratie........................................................................................................................................ 3 2.1. Aanmelding families voor registratie ......................................................................................................3 2.2. Uitbreiding registratie ...........................................................................................................................4 2.3. Verificatie histologische diagnose van erfelijke kanker in de landelijke database .......................................4 3. Evaluatie screening .......................................................................................................................... 4 3.1. Familiair colorectaal carcinoom (subsidie ZonMW) ..................................................................................4 3.2. Hereditair prostaatkanker (subsidie ZonMW) ..........................................................................................5 3.3. Periodiek onderzoek huid in families met Familiair atypische multipele mole melanomen (FAMMM) ...........5 3.4. Vroege opsporing pancreascarcinoom in families met FAMMM (ex-ZonMW-project) .................................5 3.5. Evalueren waarde endometriumscreening in het Lynch Syndroom (HNPCC) ............................................5 3.6. Verbeteren screeningsprotocol in Lynch Syndroom families .....................................................................6 3.7. Screening op ovarium carcinoom in families met erfelijke mamma-ovariumcarcinoom ..............................6 4. Voorlichting ...................................................................................................................................... 6 4.1. Organisatie symposia/wetenschappelijk bijeenkomsten...........................................................................6 4.2. Schrijven artikelen/voordrachten geven .................................................................................................7 5. Wetenschappelijk onderzoek ........................................................................................................... 7 5.1. Familiaire adenomateuze polyposis (FAP)...............................................................................................7 5.1.1. MUTYH onderzoek .........................................................................................................................7 5.1.2. PROFAP studie...............................................................................................................................7 5.1.3. Behandeling FAP............................................................................................................................7 5.1.4. Desmoiden ....................................................................................................................................8 5.1.5. Identificatie nieuwe genen verantwoordelijk voor familiaire adenomateuze polyposis .........................8 5.2. HNPCC/Lynch syndroom .......................................................................................................................8 5.2.1. GEO Lynch studie ..........................................................................................................................8 5.2.2. Risico op dunnedarmkanker............................................................................................................8 5.2.3. CAPP2 studie .................................................................................................................................8 5.2.4. Promotie-onderzoek Lynch syndroom..............................................................................................9 5.3. Hereditair mammacarcinoom ................................................................................................................9 5.3.1. Onderzoek naar BRCA3 in internationale serie .................................................................................9 5.3.2. Onderzoek naar BRCA3 in Nederlandse serie borstkanker families.....................................................9 5.3.3. Hebon-studies (NKI) ......................................................................................................................9 6. Organisatie ..................................................................................................................................... 10 6.1. Bestuur............................................................................................................................................. 10 6.2. Personeel.......................................................................................................................................... 10 6.3. Commissie van Toezicht..................................................................................................................... 10 7. Werkgroepen.................................................................................................................................. 10 7.1. Maag-darm-lever werkgroep Lynch Syndroom...................................................................................... 10 7.2. Maag-darm-lever werkgroep Familiaire Adenomateuze Polyposis........................................................... 11 7.3. Familiair dysplastisch nevus syndroom................................................................................................. 11 7.4. Erfelijke borst-/ovarium carcinoom (HEBON) ....................................................................................... 11 7.5. Erfelijke Gynaecologische Tumoren ..................................................................................................... 12 7.6. Erfelijke Urologische Tumoren............................................................................................................. 12 7.7. Peutz Jeghers Syndroom..................................................................................................................... 12 Publicaties en voordrachten 2007...................................................................................................... 14
Jaarverslag 2007
1. ALGEMEEN 1.1. Richtlijnen erfelijke darmkanker Begin 2008 zullen CBO richtlijnen voor diagnostiek en behandeling van erfelijke gastro-intestinale tumoren beschikbaar komen. De medisch directeur(MD) van de STOET is adviseur van de werkgroep die deze richtlijnen voorbereidt. Daarnaast heeft de MD in 2006 en 2007 workshops georganiseerd in Spanje. De doelstellingen van deze bijeenkomsten waren: (1) ontwikkelen van Europese richtlijnen voor beleid in families met Lynch syndroom (HNPCC) en familiaire adenomateuze polyposis (FAP) en (2) bevorderen van Europese studies op het gebied van deze twee erfelijke vormen van colorectaal carcinoom (CRC). Zevenentwintig experts uit tien landen hebben deelgenomen aan de laatste workshop in 2007. De richtlijnen voor wat betreft HNPCC/Lynch syndroom zijn inmiddels gepubliceerd in de Journal of Medical Genetics. Het manuscript met de richtlijnen voor wat betreft beleid in families met FAP is geaccepteerd voor publicatie in een toonaangevend tijdschrift op het gebied van maag-darm-leverziekten (GUT).
1.2. Bevorderen aandacht voor familieanamnese In 2006 is in samenwerking met het Integraal Kankercentrum West onderzoek gedaan waarbij werd nagegaan in hoeverre specialisten die betrokken zijn bij de behandeling van patiënten met dikkedarmkanker een adequate familie anamnese afnemen. Het onderzoek bestond uit statusonderzoek van circa 240 patiënten met dikkedarmkanker uit ziekenhuizen in de IKW-regio. De resultaten laten zien dat er slechts in een klein percentage van de personen een adequate familie-anamnese wordt afgenomen. De onderzoeksresultaten zijn recent gepubliceerd in Familial Cancer. Op grond van de resultaten is een vragenlijst ontwikkeld om patiënten zelf gegevens over de familie te laten invullen. Recent is op de afdeling Maag-Darm-Leverziekten van het Leids Universitair Medisch Centrum een onderzoek gestart, waarbij wordt nagegaan of deze vragenlijst inderdaad geschikt is om familiegegevens te verzamelen betreffende het voorkomen van dikkedarmkanker in de familie. Tevens wordt nagegaan of door toepassing van deze vragenlijst de informatie over de familie toeneemt in vergelijking met de tot dan toe gangbare manier (familie anamnese door arts).
1.3. Samenwerking Klinisch Genetische Centra In de zomer is tweemaal overleg geweest met de voorzitter (Dr. S.Verhoef) van de Werkgroep Klinisch Oncogenetica (WKO). Onderwerpen van gesprek waren o.a.: (1) verbeteren uitwisseling van gegevens tussen STOET en Klinisch Genetische Centra; (2) meer bekendheid geven aan het beschikbaar zijn van de STOET databases voor wetenschappelijk onderzoek; (3) informeren WKO over lopend wetenschappelijk onderzoek; (4) zo mogelijk WKO leden betrekken bij wetenschappelijke publicaties.
2. REGISTRATIE 2.1. Aanmelding families voor registratie In 2007 zijn een groot aantal families aangemeld voor registratie. In onderstaan tabel staat het aantal geregistreerde families per ziektebeeld. De meeste families worden aangemeld door klinisch genetische centra, maar ook worden in toenemende mate families door specialisten aangemeld die verantwoordelijk zijn voor de follow-up van de patiënten.
-3-
Jaarverslag 2007
Tabel 1 Aantal families geregistreerd bij de STOET per 1 januari 2008 Syndroom Erfelijke darmkanker Familiaire Adenomateuze Polyposis Erfelijk borst-ovarium carcinoom Familial Atypical Multiple Mole Melanoma Erfelijke prostaatkanker Peutz-Jeghers syndroom
Totaal geregistreerd 417 354 283 214 175
6
2.2. Uitbreiding registratie De medische directeur is in 2007 door de Nederlandse Federatie Kankerverenigingen (NFK ) uitgenodigd voor overleg over coördinatie van zorg rond families met het Von Hippel Lindau syndroom en de MEN (Multipele Endocriene Neoplasie) syndromen. Door de belangenverenigingen van de betreffende ziektebeelden wordt het van groot belang geacht dat de STOET ook de coördinatie van zorg van deze ziektebeelden voor haar rekening neemt. De concrete vraag was dan ook of de Stoet bereid was de huidige registratie uit te breiden met deze ziektebeelden. Afgesproken is om na verkrijgen van support van de multidisciplinaire werkgroepen mede namens de Belangenverenigingen, KWF en NFK een brief te schrijven gericht aan VWS met het verzoek de subsidie uit te breiden om de registratie van de betreffende families mogelijk te maken. In 2007 is van het Sacha Swarttouw fonds subsidie verkregen om een registratie op te zetten van families met het Peutz-Jeghers syndroom. Om de registratie mogelijk te maken werd in samenwerking met de afdeling Klinische Genetica van het VU Medisch Centrum een landelijke werkgroep opgezet. De werkgroep is in 2007 voor het eerst bijeen geweest.
2.3. Verificatie histologische diagnose van erfelijke kanker in de landelijke database Van alle patiënten met erfelijke kanker welke voor registratie bij de Stoet worden aangemeld wordt het pathologisch rapport opgevraagd ter verificatie van de diagnose. Hierdoor wordt de kwaliteit van de landelijke database gewaarborgd. Een alternatieve mogelijkheid om de diagnose te verifiëren (vooral bij evaluatie in het kader van epidemiologisch onderzoek) is door een koppeling te maken met landelijke systemen zoals PALGA en de Nederlandse Kanker Registratie. Voorlopig stuit dit echter op problemen gerelateerd aan bescherming van de privacy.
3. EVALUATIE SCREENING 3.1. Familiair colorectaal carcinoom (subsidie ZonMW) - Dr. A. van der Meulen-de Jong, LUMC De zogenaamde FACTS-studie (familiair colorectaal carcinoom screening studie) heeft als doel om de beste screening- strategie in families met een matig verhoogd risico op dikkedarmkanker (familiair colorectaal carcinoom) te onderzoeken. Het onderzoek loopt van 2003-2013. Begin 2007 is de inclusie van patiënten gestopt. Van alle 550 deelnemers zijn voedingsvragenlijsten verzameld. In de loop van 2007 zal de invloed van voeding en life style factoren op de ontwikkeling van poliepen worden bestudeerd. Begin 2008 worden de resultaten van de eerste screeningsronde verwacht.
-4-
Jaarverslag 2007
3.2. Hereditair prostaatkanker (subsidie ZonMW) - Prof. Dr. B. Kiemeney, UMC St. Radboud
Nijmegen & Dr. H.F.A. Vasen
Dit project is een inventarisatie van de resultaten van periodiek onderzoek in families erfelijk belast met prostaatkanker. Niet alleen worden de testkarakteristieken van de screeningstest (PSA) onderzocht maar ook wordt de kwaliteit van leven geëvalueerd rond het moment van screening. In 2006 is het onderzoek afgesloten en recent zijn de resultaten geëvalueerd. Totaal hebben 169 mannen uit 153 hereditair prostaatcarcinoom (HPC) families in het onderzoek geparticipeerd. Bij 11 personen is een prostaatcarcinoom vastgesteld. Alle tumoren hadden gunstige tumorkenmerken. De resultaten werden vergeleken met die van de Europese screening trial. Hieruit bleek tot onze verrassing dat de detectiegraad niet hoger was dan in de population-based trial. De door screening vastgestelde tumoren waren ook niet meer agressief dan de tumoren gevonden in het bevolkingsonderzoek. Gezien deze resultaten kan men zich de vraag stellen of HPC families wel een verhoogd risico hebben. In ieder geval lijkt een agressief screeningsbeleid niet gerechtvaardigd. De resultaten zullen begin 2008 worden gepubliceerd in de
International Journal of Cancer. 3.3. Periodiek onderzoek huid in families met Familiair atypische multipele mole melanomen (FAMMM) - Drs J. van der Rhee, LUMC In de afgelopen twee jaar is onderzoek gedaan naar de effectiviteit van periodiek onderzoek van de huid in families met familiair/hereditair melanoom. Gegevens werden geanalyseerd van 445 patiënten uit 79 families. De gemiddelde follow-up was 5 jaar. De door screening vastgestelde melanomen werden voor wat betreft de Breslow dikte vergeleken met melanomen die werden vastgesteld naar aanleiding van klachten. Het onderzoek toont aan dat screening leidde tot significante afname van de Breslow dikte (van gemiddeld 0.83 mm naar 0.50 mm). De belangrijkste risicofactor voor ontwikkeling van een melanoom was een melanoom in de voorgeschiedenis. De evaluatie zal in de volgende twee maanden worden afgerond. Tenslotte wordt door de promovendus een grote serie P16 melanomen voor wat betreft de histologie vergeleken met sporadische melanomen uit de database van het IKW. 3.4. Vroege opsporing pancreascarcinoom in families met FAMMM (ex-ZonMW-project) - Dr.
W. de Vos, LUMC
Leden van families met FAMMM hebben niet alleen een verhoogd risico op ontwikkeling van melanomen maar ook op pancreascarcinoom. Het lifetime risico op pancreascarcinoom wordt geschat op circa 15-20% op de leeftijd van 80 jaar. In 2005 is het ZONMW-project dat was gericht op inventarisatie van de mogelijkheid van vroege opsporing van pancreaskanker beëindigd. Omdat op grond van de resultaten van de studie tot nu toe (nog te weinig “events”) nog geen conclusies kunnen worden getrokken wordt de studie nog tot 2009 voortgezet, gecoördineerd vanuit de stichting. Totaal zijn nu 4 pancreastumoren in de FAMMM-families vastgesteld tijdens de screening. Recent zijn nog twee tumoren vastgesteld in families met een verhoogd risico op pancreascarcinoom niet gerelateerd aan FAMMM. Het is nog te vroeg om een definitieve uitspraak te doen over de effectiviteit van screening. Eind 2007 werden de eerste resultaten bekend. De studie zal worden gepresenteerd tijdens het jaarlijks symposium in 2008 en de vergadering van de AGA (American Gastroenterology Association). 3.5. Evalueren waarde endometriumscreening in het Lynch Syndroom (HNPCC) - Drs S. Melman,
UMC Maastricht & Werkgroep Erfelijke Gynaecologische Tumoren
Vrouwelijke familieleden uit HNPCC/Lynch families lopen een sterk verhoogd risico (40-60%) op de ontwikkeling van endometriumcarcinoom (EC). In verband hiermee wordt deze vrouwen geadviseerd om
-5-
Jaarverslag 2007
zich regelmatig door middel van een transvaginale echografie te laten onderzoeken. Recent zijn de resultaten van screening bij de STOET families geëvalueerd. In totaal werden 180 vrouwen, het merendeel drager van een HNPCC mutatie, periodiek onderzocht d.m.v. transvaginale echografie. Acht vrouwen hebben gedurende de studieperiode een tumor ontwikkeld. Geen van deze tumoren is ontdekt door het screeningsonderzoek. Zes zijn onderzocht na optreden van klachten van irregulair vaginaal bloedverlies, één vrouw had een verdachte uitstrijk (PAP V) en bij één vrouw werd een EC vastgesteld bij operatie wegens een ovariumcyste. Alle tumoren zijn in een vroeg stadium vastgesteld. Voorts werd bij vier vrouwen atypische hyperplasie vastgesteld. Samengevat lijkt het screeningsprogramma, bestaande uit tweejaarlijkse echo, niet effectief. De resultaten van de studie zijn gepresenteerd tijdens een vergadering van InSiGHT in Japan in maart 2007. Daarnaast is in 2007 een artikel geschreven.
3.6. Verbeteren screeningsprotocol in Lynch Syndroom families - Dr. H.F.A. Vasen & MDL-
werkgroep Lynch syndroom Onderzoek uit Finland en Nederland laat zien dat bij personen uit Lynch Syndroom families niet alleen adenomen tijdens periodiek endoscopisch screening worden vastgesteld maar ook carcinomen. Het cumulatieve risico op ontwikkeling van CRC gedurende 10 jaar follow-up bedraagt circa 10%. Vrijwel altijd gaat het in deze gevallen om vroege stadia van CRC (Dukes A en B en heel soms C). De vraag is of er risicofactoren zijn voor de ontwikkeling van CRC tijdens surveillance. Dit is onderwerp van een huidig onderzoek.
3.7. Screening op ovarium carcinoom in families met erfelijke mamma-ovariumcarcinoom -
Prof. Dr. G Evans, Manchester, UK In verband met het verhoogde risico op ontwikkeling van ovariumcarcinoom worden vrouwen uit families met BRCA1 en BRCA2 mutaties periodiek gescreend door middel van transvaginale echografie en bepaling van CA125. In 2007 is in samenwerking met vijf Europese centra de effectiviteit van dit programma geëvalueerd (Coördinator: Prof. Dr. G. Evans, Manchester). Gegevens werden verzameld betreffende 3532 vrouwen. Het screeningsprogramma leidde tot de identificatie van 64 ovariumtumoren. 65% van de tumoren waren bij ontdekking in een vergevorderd stadium (FIGO stage 3 of 4); De 5- en 10jaarsoverleving was slechts 59% en 36% respectievelijk. Op grond van de resultaten kan geconcludeerd worden dat het screeningsprogramma niet effectief is. De resultaten zullen worden gepubliceerd in de Journal of Medical Genetics.
4. VOORLICHTING Onderkenning van het familiaire voorkomen van kanker is van groot belang omdat het de mogelijkheid biedt preventieve maatregelen te treffen bij personen met een genetische predispositie. Alle ondergenoemde activiteiten hebben als doel om de kennis van erfelijke kanker te vergroten. 4.1. Organisatie symposia/wetenschappelijk bijeenkomsten Het jaarlijkse STOET symposium werd dit keer georganiseerd in samenwerking met de Werkgroep Klinische Oncogenetica (WKO) en de Britse Cancer Genetics Group in Manchester in mei 2007. Het symposium werd bezocht door meer dan 150 medici, genetic counsellors en andere werkers uit de gezondheidszorg die betrokken zijn bij behandeling van met kanker erfelijk belaste families. Voorts heeft de MD medewerking
-6-
Jaarverslag 2007
verleend aan de organisatie van een vergadering van de International Society of Inherited Gastro-intestinal Tumours (InSiGHT) in Yokohama, Japan in maart 2007. 4.2. Schrijven artikelen/voordrachten geven In 2007 zijn een groot aantal artikelen geschreven in peer-reviewed bladen (zie bijlage). Tevens werden voordrachten gehouden zowel in Nederland als in het buitenland (zie bijlage).
5. WETENSCHAPPELIJK ONDERZOEK (zie ook paragraaf over Evaluatie screening) De door de Stoet in de loop van de jaren verzamelde gegevens vormen een schat van gegevens die bij uitstek geschikt zijn voor wetenschappelijk onderzoek. Alle specialisten die gegevens verstrekken aan de Stoet worden aangemoedigd om de Stoet database te gebruiken voor wetenschappelijk onderzoek. Hier is in de afgelopen jaren volop gebruik van gemaakt (zie bijlage). Drie hoofdlijnen kunnen worden onderscheiden in het onderzoek dat door de stichting wordt uitgevoerd of waarin de stichting participeert: (1) Karakterisering van erfelijke tumorsyndromen, (2) Preventie, (3) Opsporen van genen die verantwoordelijk zijn voor erfelijke tumorsyndromen. Hier volgen een aantal voorbeelden van onderzoek. 5.1. Familiaire adenomateuze polyposis (FAP)
5.1.1. MUTYH onderzoek (Promovendus: Drs M. Nielsen, LUMC) In het merendeel van de families met FAP zijn mutaties in het APC-gen verantwoordelijk. Bij een klein percentage van de families wordt de ziekte veroorzaakt door een mutatie in het recent ontdekte MUTYHgen. Sinds 2004 loopt een onderzoek (gesubsidieerd door de MLDS) dat als doel heeft om de expressie van polyposis geassocieerd met MUTYH te bestuderen (samenwerking afd. Klinische Genetica/STOET/afdeling Pathologie). Het onderzoek heeft al veel interessante resultaten opgeleverd: Opbrengst MUTYH-analyse in relatie tot aantal poliepen, penetrantie ziekte in families met aangetoonde mutatie (J Med Genet); beschrijving eerste gevallen van duodenumcarcinoom (J Pathology); kosteneffectiviteit analyse van MUTYH-analyse (BMC Medical genetics); Genetische basis van families met AFAP (Clin Genet). Momenteel richt het onderzoek zich op de bestudering van de pathologie van CRC geassocieerd met MUTYH en survival.
5.1.2. PROFAP studie (Promovendus: Drs K. Douma, NKI) Een tweede landelijke studie op het gebied van polyposis is een onderzoek naar de psychosociale status van alle personen met polyposis bekend bij de stichting. De studie wordt gesubsidieerd door de KWFKankerbestrijding (Long-term psychosocial impact of genetic testing among FAP families). Het onderzoek wordt uitgevoerd in samenwerking met het Nederlands Kanker Instituut (Dr. E. Bleiker, Prof. Dr. N. Aaronson) en loopt van 2004-2008. De inclusie van patiënten is recent gesloten. Onderwerpen van studie zijn niet alleen psychosociale aspecten maar ook vergelijking van de toegepaste darmoperaties voor wat betreft kwaliteit van leven, functionele resultaten en fertiliteit.
5.1.3. Behandeling FAP (Arts-onderzoeker: Drs M. Nieuwenhuis, LUMC) In 2006 is onderzoek gedaan naar de bijdrage welk genetisch onderzoek kan leveren bij de keuze van type operatie bij FAP (subtotale colectomie met ileorectale anastomose of proctocolectomie met pouch reconstructie). De resultaten van het onderzoek zijn gepubliceerd in Clinical Gastroenterology Hepatology.
-7-
Jaarverslag 2007
5.1.4. Desmoiden (Arts-onderzoeker: Drs M. Nieuwenhuis, LUMC) Personen met FAP hebben een risico van circa 15% om gedurende hun leven een desmoid tumor te ontwikkelen. Momenteel vormen deze tumoren (naast duodenumcarcinomen) een van de belangrijkste doodsoorzaken bij FAP patiënten. Recent is een risicofactoren analyse gedaan voor de ontwikkeling van deze tumoren gebruikmakend van de STOET FAP database. De resultaten zullen eveneens worden gepubliceerd in Clinical Gastroenterology Hepatology.
5.1.5. Identificatie nieuwe genen verantwoordelijk voor familiaire adenomateuze polyposis (Dr. F.Hes, LUMC) Mutatie in het APC-gen of MUTYH gen kunnen in circa 70% van families met FAP worden vastgesteld. Dit betekent dat in een significant percentage van de families met FAP geen oorzakelijke mutatie kan worden vastgesteld. De afdeling Klinische Genetica en Pathologie van het Leids Universitair Medisch Centrum hebben in samenwerking met de Stoet een subsidie aangevraagd voor onderzoek dat moet leiden tot identificatie van deze nog onbekende genen. 5.2. HNPCC/Lynch syndroom
5.2.1. GEO Lynch studie (Promovendus: Drs A. Botma, Landbouwuniversiteit Wageningen) Een tweede onderzoek dat gesubsidieerd wordt door KWF-Kankerbestrijding is een studie naar de invloed van omgevingsfactoren, vooral voedingsfactoren op de ontwikkeling van coloncarcinoom in families met het Lynch syndroom. Dit onderzoek (2005-2009) wordt uitgevoerd in samenwerking met de afdeling Humane Voeding van de Landbouw Universiteit van Wageningen (Prof. Dr. E. Kampman) en de afdeling Maag-Darm-Leverziekten in Nijmegen (Dr. F. Nagengast). De inclusie van de patiënten is in volle gang.
5.2.2. Risico op dunnedarmkanker (Arts-onderzoeker Drs L. ten Kate, MDL-werkgroep Lynch syndroom) Leden uit families met het Lynch Syndroom hebben niet alleen een verhoogd risico op ontwikkeling van CRC maar ook op een reeks andere tumoren. Een van deze tumoren betreft carcinoom van de dunne darm. Eerdere studies (STOET, Finland en de US) uitgevoerd in relatief kleine aantallen families toonden aan dat het risico om een dergelijke tumor gedurende het leven te ontwikkelen ongeveer 4% was. Het doel van het huidige onderzoek was om in een grote serie families met een bekende MMR mutatie nogmaals het risico te bepalen, factoren te identificeren die dit risico beïnvloeden en de mogelijkheid van surveillance na te gaan. De resultaten laten zien dat het risico 4% bedraagt en dat er geen belangrijke risicofactoren zijn behalve de leeftijd en misschien de MMR status. De studie is recent namens de MDLwerkgroep Lynch syndroom gepubliceerd in GUT. Naar aanleiding van dit onderzoek is vanuit Groningen (Dr. Koornstra, Prof.Dr J. Kleibeuker) mede namens de STOET een KWF-aanvraag ingediend voor een prospectieve studie naar de effectiviteit van screening d.m.v. videocapsule in dragers van een MMRgenmutatie.
5.2.3. CAPP2 studie (Prof. J.Burn, New Castle, UK) Sinds meer dan 10 jaar wordt onderzoek verricht naar het effect van aspirine en/of resistent starch op de ontwikkeling van colorectale adenomen bij patiënten uit Lynch syndroom families. De trial is eind 2006 gesloten en resultaten zijn inmiddels bekend. Een artikel met de resultaten zijn voor publicatie opgestuurd naar de New England Journal of Medicine.
-8-
Jaarverslag 2007
5.2.4. Promotie-onderzoek Lynch syndroom Op 6 juni 2007 heeft Andrea van der Meulen-de Jong met succes haar proefschrift: “Identification and Prevention of the Lynch Syndrome” verdedigd. Voor een groot deel van dit onderzoek werd gebruik gemaakt van de database van Lynch syndroom families opgezet door de STOET.
5.3. Hereditair mammacarcinoom
5.3.1. Onderzoek naar BRCA3 in internationale serie De STOET heeft geparticipeerd in een wereldwijd onderzoek naar genen die verantwoordelijk zijn voor het ontstaan van families met multipele gevallen van borstkanker waarin geen BRCA1 of -2 werd vastgesteld. Genome wide linkage screening werd verricht in 149 (BRCA1 en -2 negatieve) families met ten minste drie patiënten met borstkanker jonger dan 60 jaar. De hoogste lodscore werd gevonden in een gebied op chromosoom 4. Voor families met ten minste 4 gevallen van borstkanker onder de 50 jaar werd de maximum lodscore gevonden in een gebied op chromosoom 2p. De resultaten suggereren dat deze gebieden nieuwe genen herbergen verantwoordelijk voor het ontstaan van erfelijk borstkanker. Voor het merendeel van de families lijkt echter niet één enkel gen maar meerdere genen verantwoordelijk. De resultaten zijn gepubliceerd in Cancer Epidemiology Biomarkers Prevention.
5.3.2. Onderzoek naar BRCA3 in Nederlandse serie borstkanker families (Drs B. Oldenburg, LUMC en Erasmus MC) Met behulp van genome wide linkage onderzoek werd in 55 families met erfelijk mammacarcinoom een locus geïdentificeerd op chromosoom 9; Uit dit gebied werden 5 kandidaat genen geselecteerd die bij 16 indexpatiënten op mutaties werden onderzocht. Dit leverde helaas geen pathogene mutaties op.
5.3.3. Hebon-studies (NKI) De STOET participeert in verschillende studies gecoördineerd door de landelijke HEBON groep. Onderwerpen van studie zijn: (1) evaluatie risico op ontwikkeling kanker in BRCA 1-2 carriers; (2) retrospectieve evaluatie risicofactoren onder BRCA 1-2 carriers; (3) retro- en prospectieve evaluatie genomgevings interacties; (4) Onderzoek naar rol van SNPs
-9-
Jaarverslag 2007
6. ORGANISATIE 6.1. Bestuur • Prof.dr. J.A. Roukema, voorzitter – Elisabeth Ziekenhuis, Tilburg • Drs. C. Lennards, penningmeester - directeur IKO, Nijmegen • Dr. L.A.V.M. Beex, lid - afdeling Interne Geneeskunde, Universitair Medisch Centrum St. Radboud, Nijmegen • Prof.dr. M. Breuning, lid - Klinisch Genetisch Centrum Leiden • Prof.dr. J.H. Kleibeuker, lid - Afd. Maag-, Darm- en Leverziekten, Academisch Ziekenhuis Groningen • Dr. F. Nagengast, afdeling Maag-Darm-Leverziekten, Universitair Medisch Centrum St. Radboud, Nijmegen
6.2. Personeel • • • • • • • • •
Dr. H.F.A. Vasen, internist, medisch directeur Mw. I.S.J. van Leeuwen-Cornelisse, medisch maatschappelijk werkster Mw. M.J.T. Jutte-Melman, medisch maatschappelijk werkster Mw. D. Biemans-van Bennekom, registratie medewerkster Mw. A. Donselaar-de Roode, registratie medewerkster Mw. M.E.J. Gerrits-Eijck, registratie medewerkster Mw. C.M. van der Drift-de Jong, registratie medewerkster Mw. M. Pelger-v.d. Gijp, registratie medewerkster Mw. M.E. Velthuizen, management assistent
6.3. Commissie van Toezicht • • • •
Dr. S.P. Israëls, voorzitter - Amsterdam Mw. Mr. Y.M. Drewes, lid - Universitair Medisch Centrum Vrije Universiteit, Amsterdam Ir. W. van Leeuwen, lid Mw.Ds. N.M.D. Nieuwenhuijze, lid - dominee, Universitair Medisch Centrum Vrije Universiteit, Amsterdam
7. WERKGROEPEN 7.1. Maag-darm-lever werkgroep Lynch Syndroom • • • • • • • • •
Dr. A. Cats, Afd. Maag-, Darm- en Leverziekten, Antoni van Leeuwenhoek Ziekenhuis, Nederlands Kanker Instituut, Amsterdam Dr. M. Craanen, Universitair Medisch Centrum Vrije Universiteit, Amsterdam Dr. E. Dekker, Afd. Maag-, Darm- en Leverziekten, Academisch Medisch Centrum, Amsterdam Prof.dr. J.H. Kleibeuker en Dr. J. Koornstra, Afd. Maag-, Darm- en Leverziekten, Academisch Ziekenhuis Groningen Dr. A. Langers en Dr. J. Hardwick, Afd. Maag-, Darm- en Leverziekten, Leiden Universitair Medisch Centrum Dr. M. van Leerdam en Dr. J.W. Poley, Afd. Maag-, Darm- en Leverziekten, Erasmus MC Rotterdam Dr. F.M. Nagengast, Afd. Maag-, Darm- en Leverziekten, Radboud Universitair Medisch Centrum Dr. S. Sanduleanu, Afd. Maag-, Darm- en Leverziekten, Universitair Medisch Centrum Maastricht Dr. H.F.A. Vasen en mevr. M. Jutte-Melman, STOET, Leiden
- 10 -
Jaarverslag 2007
7.2. Maag-darm-lever werkgroep Familiaire Adenomateuze Polyposis • • • • • • • • • •
Dr. A. Cats, Afd. Maag-, Darm- en Leverziekten, Antoni van Leeuwenhoek Ziekenhuis, Nederlands Kanker Instituut, Amsterdam Dr. J. Dees en Dr. J.W. Poley, Afd. Maag-, Darm- en Leverziekten, Erasmus MC Rotterdam Dr. E. Dekker en Prof.dr. E.M.H. Mathus-Vliegen, gastroenteroloog, Academisch Medisch Centrum, Amsterdam Dr. J.H.C. Kuijpers, Afdeling Heelkunde, Universitair Medisch Centrum St. Radboud, Nijmegen Dr. A. Langers en Dr. J. Hardwick, Afd. Maag-, Darm- en Leverziekten, Leiden Universitair Medisch Centrum Dr. F.M. Nagengast, Afd. Maag-, Darm- en Leverziekten, Universitair Medisch Centrum St. Radboud, Nijmegen Dr. W.R. Schouten, Afdeling Heelkunde, Erasmus MC Universitair Medisch Centrum Rotterdam Dr. J.F.M. Slors, Afdeling Heelkunde, Academisch Medisch Centrum, Amsterdam D. H.F.A. Vasen en Mw. I.S.J. van Leeuwen-Cornelisse, STOET, Leiden Dr. J. Wijnen, Sylvius Laboratorium, Universiteit Leiden
7.3. Familiair dysplastisch nevus syndroom • • • •
Dr. W. Bergman, Afdeling Dermatologie, Leids Universitair Medisch Centrum, Leiden Mw.I.S.J. van Leeuwen-Cornelisse, STOET, Leiden Dr. H.F.A. Vasen, STOET, Leiden Dr. P.C. van Voorst Vader, Afdeling Dermatologie, Academisch Ziekenhuis Groningen
7.4. Erfelijke borst-/ovarium carcinoom (HEBON) • • • • • • • • • • • • • • • • • •
Drs. C. van Asperen, Klinisch Genetisch Centrum, Leids Universitair Medisch Centrum, Leiden Dr. M. Ausems, Klinisch Genetisch Centrum, Universitair Medisch Centrum Utrecht Dr. L.V.A.M. Beex, Afd. Interne Geneeskunde, Universitair Medisch Centrum St. Radboud, Nijmegen Dr. C. Brekelmans, Afdeling Inwendige Geneeskunde, Erasmus MC Universitair Medisch Centrum Rotterdam Prof. Dr. P. Devilee, Sylvius Laboratorium, Universiteit Leiden Dr. A.N. van Geel, Afd. Heelkunde, Erasmus MC Universitair Medisch Centrum Rotterdam Dr. J.J.P. Gille, lab. Voor DNA-en eiwitdiagnostiek, Universitair Medisch Centrum Vrije Universiteit, Amsterdam Dr. E.B. Gomez Garcia, Afd. KlinischeGenetica, Academisch Ziekenhuis, Maastricht Dr. N. Hoogerbrugge, Klinisch Genetisch Centrum, Universitair Medisch Centrum St. Radboud, Nijmegen Dr. A.H. van Hout, Klinische Genetisch Centrum, Academisch Ziekenhuis Groningen Dr. P.S.G.J. Huperets, Klinisch Genetisch Centrum, Academisch Ziekenhuis, Maastricht Prof.dr. J.G.M Klijn, Afdeling Medische Oncologie, Erasmus MC Universitair Medisch Centrum Rotterdam Drs. I. Kluyt, Polikliniek Familiaire Tumoren, Antoni van Leeuwenhoek Ziekenhuis/Nederlands Kanker Instituut, Amsterdam Prof.dr. F.E. van Leeuwen, Afdeling Epidemiologie, Antoni van Leeuwenhoek Ziekenhuis/Nederlands Kanker Instituut, Amsterdam Mw. I.S.J. van Leeuwen-Cornelisse, STOET, Leiden Dr. M. Ligtenberg, Afd. Moleculaire Genetica, Universitair Medisch Centrum St. Radboud, Nijmegen Dr. R. Van der Luyt, DNA laboratorium, Universiteit Utrecht Prof.dr. S. Meijer, Universitair Medisch Centrum Vrije Universiteit, Amsterdam
- 11 -
Jaarverslag 2007
• • • • • • • • • • • •
Prof.Dr. H. Meijers-Heijboer, Afdeling Heelkunde / Oncologie, Klinisch Genetisch Centrum, Erasmus MC Universitair Medisch Centrum Rotterdam Dr. F.H. Menko, Klinisch Genetisch Centrum, Universitair Medisch Centrum Vrije Universiteit, Amsterdam Prof.dr. M. Van Meyenfeldt, Klinisch Genetisch Centrum, Academisch Ziekenhuis, Maastricht Dr. J.C. Oosterwijk, Klinisch Genetisch Centrum, Academisch Ziekenhuis Groningen Dr. A.W.M . v.d. Ouweland, Afd. Klinische Genetica, Erasmus MC Universitair Medisch Centrum Rotterdam Prof. Dr. E.J.T. Rutgers, Afdeling Heelkunde, Antoni van Leeuwenhoek Ziekenhuis/Nederlands Kanker Instituut, Amsterdam Dr. G. van Tienhoven, Academisch Medisch Centrum, Amsterdam Prof. Dr. R.A.E.M. Tollenaar, Afdeling Klinische Oncologie, Leids Universitair Medisch Centrum, Leiden Dr. H.F.A. Vasen, STOET, Leiden Dr. L.J. van ‘t Veer, DNA laboratorium, Antoni van Leeuwenhoek Ziekenhuis/Nederlands Kankerinstituut, Amsterdam Dr. J. de Vries, Afdeling Heelkunde/Oncologie, Academisch Ziekenhuis Groningen Dr. C. Warlam-Rodenhuis, Afdeling Inwendige Geneekunde, Universitair Medisch Centrum Utrecht
7.5. Erfelijke Gynaecologische Tumoren • • • • • • • •
Prof.dr. C.W. Burger, Afdeling Gynaecologie, Erasmus MC Universitair Medisch Centrum Rotterdam Mw. E.B.L. van Dorst, Afdeling Gynaecologie, Universitair Medisch Centrum Utrecht Dr. G.N. Gaarenstroom, Afdeling Gynaecologie, Universitair Medisch Centrum Leiden Dr. J.H. de Hullu, Afdeling Gynaecologie, Universitair Medisch Centrum St. Radboud, Nijmegen Dr. E.J.M. Mourits, Afdeling Gynaecologie, Universitair Medisch Centrum Groningen Dr. H.W.H.M. v.d. Putten en Dr. B.F.M. Slangen, Afdeling Gynaecologie, Academisch Ziekenhuis Maastricht Dr. H.F.A. Vasen en Mw. I.S.J. van Leeuwen, STOET, Leiden Prof.dr. R.H.M. Verheijen, Afdeling Gynaecologie, Universitair Medisch Centrum Vrije Universiteit, Amsterdam
7.6. Erfelijke Urologische Tumoren • • • • • • • •
Prof. Dr. J.W.W. Coebergh, Integraal Kankercentrum Zuid, Eindhoven Dr. A.J.M. Hendrikx, Afdeling Urologie, Catharina Ziekenhuis, Eindhoven Prof.dr. L.A.L.M. Kiemeney, Afdeling Epidemiologie, Universitair Medisch Centrum St. Radboud, Nijmegen Dr. P.J.M. Kil, Afdeling Urologie, St. Elisabeth Ziekenhuis, Tilburg Dr. A.P.M. van der Meyden, Afdeling Urologie, Bosch Medisch Centrum, 's-Hertogenbosch Prof.dr. J. Schalken, Universitair Medisch Centrum St. Radboud, Nijmegen Prof.dr. J.A. Witjes, Afdeling Urologie, Universitair Medisch Centrum St. Radboud, Nijmegen Dr. H.F.A. Vasen, STOET, Leiden
7.7. Peutz Jeghers Syndroom • • •
Prof.dr. E.M.H. Mathus-Vliegen, Afd. Maag-, Darm- en Leverziekten, Academisch Medisch Centrum, Amsterdam Dr. J. Wijnen, Sylvius Laboratorium, Universiteit Leiden Dr. F.H. Menko, Klinisch Genetisch Centrum, Universitair Medisch Centrum Vrije Universiteit, Amsterdam
- 12 -
Jaarverslag 2007
• • •
Dr. C.M.F. Kneepkens, Afd. Kinder Maag-, Darm- en Leverziekten, Universitair Medisch Centrum Vrije Universiteit, Amsterdam Dr. H.F.A. Vasen en Mw. I.S.J. van Leeuwen-Cornelisse STOET, Leiden Dr. A. Wagner en Dr. M. van Leerdam, Erasmus MC Universitair Medisch Centrum Rotterdam
- 13 -
Jaarverslag 2007
PUBLICATIES EN VOORDRACHTEN 2007 Publicaties 1. Koornstra JJ, Vasen HF. Surveillance colonoscopy practice in Lynch syndrome in the Netherlands: Anationwide survey. World J Gastroenterol. 2007 Sep 14;13(34):4658-9. 2. Couch FJ, Sinilnikova O, Vierkant RA, Pankratz VS, Fredericksen ZS, Stoppa-Lyonnet D, Coupier I, Hughes D, Hardouin A, Berthet P, Peock S, Cook M, Baynes C, Hodgson S, Morrison PJ, Porteous ME, Jakubowska A, Lubinski J, Gronwald J, Spurdle AB; kConFab, Schmutzler R, Versmold B, Engel C, Meindl A, Sutter C, Horst J, Schaefer D, Offit K, Kirchhoff T, Andrulis IL, Ilyushik E, Glendon G, Devilee P, Vreeswijk MP, Vasen HF, Borg A, Backenhorn K, Struewing JP, Greene MH, Neuhausen SL, Rebbeck TR, Nathanson K, Domchek S, Wagner T, Garber JE, Szabo C, Zikan M, Foretova L, Olson JE, Sellers TA, Lindor N, Nevanlinna H, Tommiska J, Aittomaki K, Hamann U, Rashid MU, Torres D, Simard J, Durocher F, Guenard F, Lynch HT, Isaacs C, Weitzel J, Olopade OI, Narod S, Daly MB, Godwin AK, Tomlinson G, Easton DF, Chenevix-Trench G, Antoniou AC; Consortium of Investigators of Modifiers of BRCA1/2. AURKA F31I polymorphism and breast cancer risk in BRCA1 and BRCA2 mutation carriers: a consortium of investigators of modifiers of BRCA1/2 study. Cancer Epidemiol Biomarkers Prev. 2007 Jul;16(7):1416-21. 3. Nielsen M, Hes FJ, Vasen HF, van den Hout WB. Cost-utility analysis of genetic screening in families of patients with germline MUTYH mutations. BMC Med Genet. 2007 Jul 2;8:42. 4. Nielsen M, Bik E, Hes FJ, Breuning MH, Vasen HF, Bakker E, Tops CM, Weiss MM. Genotype-phenotype correlations in 19 Dutch cases with APC gene deletions and a literature review. Eur J Hum Genet. 2007 Jun 13; [Epub ahead of print] 5. Diergaarde B, Braam H, Vasen HF, Nagengast FM, van Muijen GN, Kok FJ, Kampman E. Environmental factors and colorectal tumor risk in individuals with hereditary nonpolyposis colorectal cancer. Clin Gastroenterol Hepatol. 2007 Jun;5(6):736-742.e1. 6. Koornstra JJ, Wesseling J, de Jong AE, Vasen HF, Kleibeuker JH, Haagsma EB. Increased risk of colorectal neoplasia in asymptomatic liver-transplant recipients. Gut. 2007 Jun;56(6):892-3. 7. Nielsen M, Hes FJ, Nagengast FM, Weiss MM, Mathus-Vliegen EM, Morreau H, Breuning MH, Wijnen JT, Tops CM, Vasen HF. Germline mutations in APC and MUTYH are responsible for the majority of families with attenuated familial adenomatous polyposis. Clin Genet. 2007 May;71(5):427-33. 8. ten Kate GL, Kleibeuker JH, Nagengast FM, Craanen M, Cats A, Menko FH, Vasen HF. Is surveillance of the small bowel indicated for Lynch syndrome families? Gut. 2007 Sep;56(9):1198-201. 9. Nieuwenhuis MH, Mathus-Vliegen LM, Slors FJ, Griffioen G, Nagengast FM, Schouten WR, Kleibeuker JH, Vasen HF. Genotype-phenotype correlations as a guide in the management of familial adenomatous polyposis. Clin Gastroenterol Hepatol. 2007 Mar;5(3):374-8. 10. Vasen HF, Moslein G, Alonso A, Bernstein I, Bertario L, Blanco I, Burn J, Capella G, Engel C, Frayling I, Friedl W, Hes FJ, Hodgson S, Mecklin JP, Moller P, Nagengast F, Parc Y, Renkonen-Sinisalo L, Sampson
- 14 -
Jaarverslag 2007
JR, Stormorken A, Wijnen J. Guidelines for the clinical management of Lynch syndrome (hereditary non-polyposis cancer). J Med Genet. 2007 Jun;44(6):353-62. Epub 2007 Feb 27. Review. 11. van Dijk DA, Oostindier MJ, Kloosterman-Boele WM, Krijnen P, Vasen HF; Hereditary Tumor Study Group of the Comprehensive Cancer Centre West.Family history is neglected in the work-up of patients with colorectal cancer: a quality assessment using cancer registry data. Fam Cancer. 2007;6(1):131-4. 12. Middeldorp A, Jagmohan-Changur S, Helmer Q, van der Klift HM, Tops CM, Vasen HF, Devilee P, Morreau H, Houwing-Duistermaat JJ, Wijnen JT, van Wezel T. A procedure for the detection of linkage with high density SNP arrays in a large pedigree with colorectal cancer. BMC Cancer. 2007 Jan 12;7:6. 13. Nieuwenhuis MH, Vasen HF. Correlations between mutation site in APC and phenotype of familial adenomatous polyposis (FAP): a review of the literature. Crit Rev Oncol Hematol. 2007 Feb;61(2):15361. Epub 2006 Oct 24. Review. 14. Puijenbroek M, Nielsen M, Reinards TH, Weiss MM, Wagner A, Hendriks YM, Vasen HF, Tops CM, Wijnen J, van Wezel T, Hes FJ, Morreau H. The natural history of a combined defect in MSH6 and MUTYH in a HNPCC family. Fam Cancer. 2007;6(1):43-51. 15. Vasen HFA. Review: The Lynch syndrome (Hereditary nonpolyposis colorectal cancer). Alimentary Pharmacology & Treatment 2007;26 suppl 2:113-26 16. Vasen HFA. Vademecum Oncologie: Vraag: Wat is microsatellieten instabiliteit en wat is de indicatie voor dit onderzoek? 2007
Hoofdstuk in boek H.F.A. Vasen. Inherited forms of gastrointestinal cancer. In: Principles and Practice of Gastrointestinal Oncology, 2ed. Editors: David P. Kelsen, John M. Daly, Scott E. Kern, Bernard Levin, Joel E. Tepper. LIPPINCOTT WILLIAMS & WILKINS, Philadelphia, 2007 Voordrachten 2007 1. Meeting Family Cancer Group Denmark (21-3 2007); Management of Lynch syndrome 2. The 2nd Biennial Scientific Meeting of InSiGHT 27-30 march 2007, Yokohama Japan: • The value of surveillance for endometrial cancer in Lynch syndrome families • The use of the outcome of APC-mutation analysis in the decision making in the surgical management of FAP • The risk of developing small bowel cancer in Lynch sydnrome 3. Euroconference screening CRC, Brussels, Belgium (9-5-2007): Can the identification of high risk groups increase the effectiveness of colon cancer screening program? 4. Combined Meeting British and Dutch Cancer genetics Groups Manchester (23-5-2007): Cancer risk and screening protocols in Lynch syndrome
- 15 -
Jaarverslag 2007
5. EUROCANCER meeting, Paris, France (26-6-2007): Update Lynch syndrome 6. Workshop MMR database InSiGHT, New Castle Upon Tyne, UK (14-9-2007): Development and history of MMR gene mutation Database 7. Landelijke Contactdag Familiaire adenomateuze polyposis (november 2007): Update Familiaire adenomateuze polyposis 8. Herfstsymposium Vlaamse Vereniging Gastroenterologie 24 november 2007: Screening for familial and hereditary CRC
- 16 -
Bijlage jaarverslag 2007
Bijlage: Overzicht gebruik van de Stoet databases door derden afgelopen 10 jaar Jaar
Aanvrager
Instituut
Onderwerp
Publicatie
1998
R. Sijmons
Klinisch Genetisch Centrum, Universitair Medisch Centrum Groningen
• Urinewegtumoren
J Urology 1998
1998
K. van der Linde
Ziekenhuis Dordrecht
• Schildkliercarcinoom bij FAP
Eur J Gastro Hepatology 1998
1999
P. van Duijvendijk F. Slors
Afd. Heelkunde, Academisch Medisch Centrum Amsterdam
• Operatieve behandeling FAP (Thesis)
2000
T. Peelen P.Devilee
Afd. Humane Genetica, Leids Universitair Medisch Centrum
• CRC in familie met BRCA1
2000
D. Voskuil E. Kampman
Landbouwuniversiteit Wageningen
• K-Ras/P53 in adenomen HNPCC • voeding HNPCC
2000
W. de Leeuw H.Morreau
Afd. Pathologie, Leids Universitair Medisch Centrum
• MSI/IHC endometriumcarcinoom
2000
H.Krieken
Afd.Pathologie, Universitair Medisch Centrum St. Radboud, Nijmegen
• Endometriumcarcinoom • Verwezen naar Prof. H. Morreau
2000
R. Brohet, F. van Leeuwen M. Rookus
Afd. Epidemiologie, Nederlands Kanker Instituut
• HEBON studies
Diverse publicaties
2001
S. van Ruth
Afd. Heelkunde, Universitair Medisch Centrum Utrecht
• Duodenale adenomen in FAP
NTVG 2001
2002
D. Boks G. Kenter
Afd. Gynaecologie, Leids Universitair Medisch Centrum; Integraal Kankercentrum Zuid
• Survival endometriumcarcinoom
Int J Cancer 2002
2003
Y. Hendriks A. Vriends
Klinisch Genetisch Centrum, Leids Universitair Medisch Centrum
• IHC CRC HNPCC • cancer risk MSH6 • PMS2
Diverse artikelen, thesis
2003
H. Meyers-Heijboer M. Schutte
Klinisch Genetisch Centrum, Erasmus Medisch Centrum Rotterdam
• CHECK2 1100delC in Hereditary breast/ CRC
Am J Hum Genet 2003
2003
E. Bleiker
Afdeling psychologie, Nederlands Kanker Instituut
• Experience of discharge from scopy • Compliance surveillance
J Med genet 2003 Gastroenterology 2005
2004
R. Oldenburg
Klinisch Genetisch Centrum, Erasmus Medisch Centrum Rotterdam; Afdeling Humane Genetica Leids Universitair Medisch Centrum
• P16 tumorspectrum • BRCAx • LOH breast cancer
• Ann Surg 1999 • J Gastrointest. Surg ‘99 • Br J Surg 2000 Int J Cancer 2000 • Dig Dis Sci 2000 • Eur J cancer 2002 J Pathol 2000
• J Med Genet 2004 • Submitted • Clin Cancer Research ‘06
- 17 -
Bijlage jaarverslag 2007 Jaar
Aanvrager
Instituut
Onderwerp
Publicatie
2005
W. Kievit N. Hoogerbrugge
Klinisch Genetisch Centrum, Universitair Medisch Centrum St. Radboud, Nijmegen
• Cost effectiveness analyse HNPCC
Gut 2005
2005
I. Mesters
Health care Universiteit van Maastricht
• Informatie familie over genetic testing
Fam Cancer 2005
2005
M. Nielsen F. Hes
Klinisch Genetisch Centrum, Leids Universitair Medisch Centrum
• MUTYH
Diverse artikelen, thesis
2005
P. Friedrich F. Nagengast
Afd. Maag-Darm-Leverziekten, Universitair Medisch Centrum St. Radboud, Nijmegen
• Adenomen in pouch bij FAP
Submitted
2005
F.Quehenberger H. van Houwelingen
Afd Statistiek, Leids Universitair Medisch Centrum
• Cancer risk HNPCC
J Med Genet 2006
2005
B. Diergaarde A. Botma E. Kampman
Landbouwuniversiteit Wageningen
• Voeding HNPCC
Clin Gastoenterology and hepatology 2007
2006
J. Koornstra
Afd. Maag-Darm-Leverziekten, Universitair Medisch Centrum Groningen
• Enquête MDL over type scopen
Eur J Gastoenterology 2007
2006
F. Hes C. Tops
Klinisch Genetisch Centrum, Leids Universitair Medisch Centrum
• Mosaicism in FAP
Gut 2007
2006
K. Douma E. Bleiker
Afdeling Psychologie, Nederlands Kanker Instuut
• Profap
Review submitted
2007
F. Menko
Klinisch Genetisch Centrum, VU Medisch Centrum Amsterdam
• Hersentumoren • PJS families
Presentatie Manchester
- 18 -