1
Regionaal jaarverslag leer- en kwalificatieplicht en RMC voor voortijdig schoolverlaten Voor u ligt het regionaal jaarverslag van de leer- en kwalificatieplicht en de Regionale Meld- en Coördinatiefunctie (RMC) regio Achterhoek. In het jaarverslag staan de gegevens over de leer- en kwalificatieplichtige jongeren en de voortijdig schoolverlaters over het schooljaar 2013/2014. De regio Achterhoek bestaat uit negen gemeenten, namelijk: Aalten, Berkelland, Bronckhorst, Oude IJsselstreek en Winterswijk.
Schooljaar 2013-2014
Jaarverslag
Doesburg, Doetinchem, Montferland, Oost Gelre,
2
Doelstelling Doelstelling Het doel van de Leerplichtwet is om alle kinderen en jongeren in de leeftijd van 5 tot 18 jaar voldoende mogelijkheden te geven onderwijs te volgen. De leerplichtambtenaren (lpa’s) en regionaal consulenten leer- en kwalificatieplicht (rclk’s ) zien er op toe dat alle jongeren zijn ingeschreven bij een school/ onderwijsinstelling en dat deze jongeren de school ook daadwerkelijk bezoeken. De lpa’s begeleiden de jongeren die verzuimen in het basis- en
voortgezet onderwijs. De rclk’s begeleiden de verzuimende jongeren in het middelbaar beroepsonderwijs. Het doel van het RMC is dat zoveel mogelijk jongeren tot 23 jaar de opleiding verlaten met een havo - of vwo diploma of een diploma op mbo-2 niveau. Ook wel startkwalificatie genoemd. De taak is opgedragen aan de trajectbegeleiders Scholing en Werk (tb’ers). Zij zijn er verantwoordelijk voor om alle jonge-
ren die als voortijdig schoolverlater bij het RMC zijn gemeld terug te begeleiden naar school, al dan niet in combinatie met werk. De rclk’s en tb’ers werken onder de naam JOUW Unit. JOUW Unit is een regionale netwerkorganisatie die nauw samenwerkt met de afdeling Werk en Inkomen van de gemeenten in de regio. Er vindt afstemming plaats of een jongere zich nog verder kan scholen en onder welke voorwaarden deze scholing gevolgd kan worden.
Wettelijke kaders Leerplicht
Kwalificatieplicht
RMC
In Nederland heeft ieder kind recht op onderwijs. Tegelijkertijd is ook ieder kind verplicht onderwijs te volgen. De leerplichtambtenaren van de verschillende gemeenten zien toe op leerplichtige kinderen in de leeftijd van 5 tot 16 jaar.
Waar de leerplicht ophoudt, begint de kwalificatieplicht. Jongeren zijn kwalificatieplichtig vanaf het einde van de leerplicht tot hun 18e verjaardag of tot het moment waarop zij een havo- of vwo diploma of een mbo-opleiding op niveau-2 hebben gehaald.
De regionale meld- en coördinatiefunctie voortijdig schoolverlaten (RMC) heeft als doel om voortijdig schoolverlaters terug te leiden naar het onderwijs, al dan niet in combinatie met werk. Het doel is het behalen van een startkwalificatie. Een voortijdig schoolverlater (vsv’er) is iemand tussen de 12 en 23 jaar die zonder startkwalificatie het onderwijs verlaat.
Soorten verzuim Soorten verzuim Wanneer een leerling meer dan zestien uur per vier weken verzuimt, meldt de school dit via het verzuimloket van de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) bij de lpa of rclk. Zij gaan met de jongere en de ouders in gesprek en maken afspraken om ervoor te zorgen dat het verzuim stopt. In de leerplichtwet wordt onderscheid gemaakt tussen absoluut en relatief verzuim.
Absoluut verzuim Er is sprake van absoluut verzuim als een leer- of kwalificatieplichtige leerling niet staat ingeschreven bij een school of onderwijsinstelling.
Relatief verzuim Relatief verzuim is onder te verdelen in preventief, ziekte, signaal en luxe verzuim. • Preventief verzuim: vaak te laat komen of gedragsmatige problemen • Ziekte verzuim: vaak afwezig door ziekte • Signaal verzuim: zestien uur ongeoorloofd afwezig in een periode van vier weken • Luxe verzuim: zonder toestemming van de directeur buiten de schoolvakanties op vakantie gaan
Aantal kinderen/jongeren per gemeente (peildatum 01-08-2013) 4 jr
5-16 jr
16-18 jr
18-23 jr
Totaal
Aalten
339
3723
675
1385
6122
Berkelland
454
6063
1171
2289
9977
Bronckhorst
333
5044
956
1996
8329
Doesburg
124
1477
311
597
2509
Doetinchem
538
7509
1381
2910
12338
Montferland
294
4531
873
1940
7638
Oost Gelre
275
4163
860
1471
6769
Oude IJsselstreek
402
5319
982
2097
8800
Winterswijk Totaal
309
3885
737
1785
6716
3068
41714
7946
16470
69198
3
Verzuimmeldingen en resultaten Basisonderwijs verzuimmeldingen absoluut verzuim
Resultaten
relatief v erzuim
totaal
preventief
ziekte
signaal
luxe
terug naar naar school van andere inschrijving school
Aalten
Aalten
-
2
2
2
9
15
Berkelland
1
-
-
3
2
6
Bronckhorst
-
5
1
3
1
10
Bronckhorst
Berkelland
hulpverleningstraject1
VSVproject 2
werken
overdracht naar TB 18+
overige3
totaal
13
2
-
-
-
-
-
15
5
-
-
-
-
-
1
6
10
-
-
-
-
-
-
10
7
6
-
-
-
-
2
15
Doesburg
1
7
2
3
2
15
Doesburg
Doetinchem
1
7
2
23
6
39
Doetinchem
27
7
1
-
-
-
4
39
Montferland
-
4
3
7
-
14
Montferland
10
3
-
-
-
-
1
14
Oost Gelre
-
4
2
-
-
6
Oost Gelre
2
4
-
-
-
-
-
6
Oude
-
3
-
5
-
8
Oude
7
1
-
-
-
-
-
8
1
1
-
-
-
-
2
4
82
24
1
0
0
0
10
117
IJsselstreek
IJsselstreek Winterswijk
-
-
2
2
-
4
Totaal
3
32
14
48
20
117
Winterswijk Totaal
Voortgezet onderwijs verzuimmeldingen absoluut verzuim
Resultaten
relatief v erzuim preventief
ziekte
totaal signaal
luxe
terug naar naar school van andere inschrijving school
hulpverleningstraject1
VSVproject 2
werken overdracht naar TB 18+
overige3
totaal
Aalten
1
10
12
17
2
42
Aalten
34
3
4
1
-
-
-
42
Berkelland
1
47
5
26
1
80
Berkelland
76
1
2
-
-
-
1
80
Bronckhorst
-
32
17
27
2
78
Bronckhorst
64
9
3
-
-
-
2
78
Doesburg
1
26
14
27
3
71
Doesburg
57
6
4
-
-
-
4
71
Doetinchem
14
13
26
111
3
167
Doetinchem
122
28
10
5
-
-
2
167
Montferland
-
12
24
47
4
87
Montferland
76
6
-
4
-
-
1
87
Oost Gelre
-
19
6
3
-
28
Oost Gelre
20
3
3
-
-
-
2
28
Oude
-
26
16
22
9
73
Oude
69
3
-
-
-
-
1
73
48
5
2
-
-
-
4
59
566
64
28
10
0
0
17
685
IJsselstreek
IJsselstreek Winterswijk Totaal
-
22
13
21
3
59
17
207
133
301
27
685
Winterswijk Totaal
Middelbaar beroepsonderwijs verzuimmeldingen absoluut verzuim
relatief v erzuim preventief
ziekte
Resultaten totaal
signaal
luxe
terug naar school van inschrijving
naar andere school
hulpverleningstraject1
VSVproject 2
werken overdracht naar TB 18+
overige3
totaal
Aalten
2
1
2
25
1
31
Aalten
22
2
1
2
-
3
1
31
Berkelland
5
7
1
36
-
49
Berkelland
34
6
3
-
1
3
2
49
Bronckhorst
2
6
2
28
-
38
Bronckhorst
27
6
2
-
-
1
2
38
Doesburg
2
6
1
18
-
27
Doesburg
17
1
3
-
-
1
5
27
Doetinchem
2
13
2
53
-
70
Doetinchem
44
3
4
4
1
2
12
70
Montferland
2
12
2
35
-
51
Montferland
34
2
-
2
2
3
8
51
Oost Gelre
-
4
5
19
-
28
Oost Gelre
13
8
1
1
-
5
28
Oude
4
7
-
49
-
60
Oude
45
2
2
3
1
3
4
60
3
13
3
32
-
51
30
7
2
2
-
4
6
51
22
69
18
295
1
405
266
37
18
13
6
20
45
405
IJsselstreek
IJsselstreek Winterswijk Totaal
Recidive (herhaling) Aalten
BAO
VO
MBO
-
4
4
Berkelland
-
10
6
Bronckhorst
1
4
1
Doesburg
-
5
4
Doetinchem
4
31
6
Montferland
-
4
5
Oost Gelre
-
3
3
Oude IJsselstreek
-
11
7
Winterswijk
1
9
9
Totaal
6
81
45
Winterswijk Totaal
1
Hulpverleningstraject: Leerling volgt GEEN onderwijs
2
VSV project: Graafschap helpt scoren, Transferiumproject Winterswijk, Stichting D’ran, Young en Kids
3
Overige: Detentie, overleden, verhuisd, emigratie, zwangerschap
4
Totaal aantal verzuimmeldingen in vergelijking met vorig schooljaar Schooljaar 2012-2013
BAO
Aalten
33
36
20
8
92
34
Bronckhorst
18
70
40
Doesburg
22
91
19
Doetinchem
28
175
75
Montferland
Berkelland
VO
MBO
16
86
43
Oost Gelre
9
31
33
Oude IJsselstreek
3
96
57
Winterswijk
4
117
48
141
794
369
Totaal
Schooljaar 2013-2014
BAO
Aalten
15
42
31
6
80
49
Bronckhorst
10
78
38
Doesburg
15
70
27
Doetinchem
39
167
70
Montferland
14
87
51
Oost Gelre
6
28
28
Oude IJsselstreek
8
73
60
Winterswijk
4
59
51
117
684
405
Berkelland
Totaal
VO
MBO
5
Vrijstellingen Soms is vrijstelling van de leerplicht mogelijk. • Artikel 5 onder a: een jongere kan niet op school worden toegelaten vanwege lichamelijke/psychische gronden • Artikel 5 onder b: de ouders hebben bedenkingen tegen de richting van het onderwijs op alle binnen redelijke afstand van de woning gelegen scholen • Artikel 5 onder c: een jongere is ingeschreven bij een school buiten Nederland en bezoekt deze regelmatig • Artikel 11 onder d: een jongere kan wegens (langdurige) ziekte de school niet bezoeken • Artikel 11 onder g: een jongere kan door gewichtige omstandigheden de school niet bezoeken • Artikel 15: een jongere geniet op andere wijze voldoende onderwijs. Denk hierbij aan interne bedrijfsopleidingen. Dit geldt alleen voor de kwalificatieplicht
Aantal vrijstellingen / verlof
Aalten
art. 5, onder a
art. 5, onder b
art. 5, onder c
art. 11, onder d
art. 11, onder g
art. 15
totaal
afgewezen aanvragen1
5
4
-
1
6
-
16
-
11
3
-
-
-
-
14
2
Bronckhorst
6
8
1
-
-
-
15
-
Doesburg
3
-
5
-
1
-
9
-
Doetinchem
14
4
5
-
-
4
27
1
Montferland
7
-
1
-
1
3
12
-
Oost Gelre
4
1
-
1
-
6
-
Oude
6
-
4
-
-
-
10
-
3
4
1
-
3
1
12
5
59
24
17
1
12
8
121
8
Berkelland
IJsselstreek Winterswijk Totaal
1
Het gaat hier om zes keer een afwijzing op grond van artikel 5 onder b. De reden is dat de leerlingen reeds ingeschreven stonden bij
een school. Twee andere aanvragen die zijn afgewezen betroffen een verlofaanvraag op grond van artikel 11 onder g. Het verzoek om verlof had te maken met een wereldreis.
Aantal gedoogsituaties
Gedogen
VO
MBO
Aalten
-
2
Berkelland
1
1
Bronckhorst
-
2
Doesburg
1
3
Doetinchem
1
6
Montferland
-
4
Oost Gelre
2
1
Oude IJsselstreek
1
4
Winterswijk
-
4
Totaal
6
27
Naast de vrijstelling kan de lpa/rclk in voorkomende situaties besluiten om te gedogen dat een jongere tijdelijk de school niet bezoekt. Dit kan bijvoorbeeld als de jongere een verkeerde studiekeuze heeft gemaakt en nog niet kan instromen bij een andere opleiding.
Zorg en handhaving De leerplichtambtenaar en de regionaal consulent leer- en kwalificatieplicht hebben naast de maatschappelijke zorgtaak ook de taak om te handhaven. Vaak gaan achter schoolverzuim de nodige (gezins-)problemen schuil. In plaats van straf, krijgen de jongeren (en hun ouders)
dan de juiste zorg. De lpa/rclk kan hierin een verwijzing doen naar bijvoorbeeld (school)maatschappelijk werk, ambulante hulp van een hulpverleningsinstantie, Bureau Jeugdzorg etc. Wordt deze hulp niet geaccepteerd, dan pas zal de lpa/rclk handhavend optreden en een
Aantal verwijzingen naar verwijsindex/zorg/halt Aalten
proces-verbaal opmaken.
Bureau Halt en proces verbaal Bureau Halt is geschikt voor jongeren waarbij sprake is van beginnend verzuim. In dat geval hoeft de jongere niet naar de kantonrechter. Met een Halt-
maatregel krijgt de jongere de kans om zijn fout weer goed te maken. Hij krijgt een leeropdracht die te maken heeft met spijbelen. Alleen als de jongere zich niet aan zijn afspraken met Halt houdt, gaat deze zaak naar Justitie.
Een proces-verbaal wordt opgemaakt wanneer een jongere blijft verzuimen en de verschillende waarschuwingen niet voor een verbetering hebben gezorgd.
Aantal processen-verbaal absoluut verzuim
luxe v erzuim
totaal proces-ver baal
2
2
5
-
-
-
0
melding in verwijsindex
verwijzing naar zorg
verwijzing naar halt
-
21
1
Aalten
1
relatief v erzuim
Berkelland
9
2
-
Berkelland
Bronckhorst
-
4
4
Bronckhorst
-
3
-
3
15
22
1
Doesburg
-
8
2
10
Doetinchem
9
58
11
Doetinchem
4
15
4
23
Montferland
-
4
-
Montferland
-
1
3
4
Oost Gelre
-
-
-
Oost Gelre
-
-
-
0
Oude IJsselstreek
-
-
4
Oude IJsselstreek
-
1
-
1
Winterswijk
-
-
-
0
Totaal
5
30
11
46
Doesburg
Winterswijk Totaal
1
4
1
34
115
22
6
Verantwoordelijkheden De ouders/verzorgers De ouders of verzorgers van een leerplichtige zijn ervoor verantwoordelijk dat hun kind op een school staat ingeschreven en alle lessen volgens het lesrooster volgt. Ziekte en gewichtige omstandigheden zijn soms een reden om afwezig te zijn. De ouders of verzorgers zijn verplicht om de school op de hoogte te stellen van de afwezigheid van hun kind en de reden ervan aan te geven. In zeer uitzonderlijke situaties kunnen ouders verlof wegens gewichtige omstandigheden aanvragen. De leerling Leerlingen van 12 jaar of ouder zijn zelf ook verantwoordelijk voor het schoolbezoek.
Vanaf die leeftijd worden de jongere en de ouders uitgenodigd bij de leerplichtambtenaar wanneer de jongere verzuimt. Zij krijgen de gelegenheid om aan te geven wat de reden is van het schoolverzuim. Samen met de leerplichtambtenaar wordt vervolgens een oplossing gezocht om het verzuim te beëindigen.
Bij verzuim van meer dan zestien uur in vier weken moet de school dit melden bij de gemeente of via het verzuimloket bij DUO. Deze DUO-melding wordt automatisch doorgezonden aan de verantwoordelijke leerplichtambtenaar (lpa) / regionaal consulent leer- en kwalificatieplicht (rclk).
De school Elke school heeft de plicht om in- en uitschrijvingen van leerlingen te melden. Ook is de school verplicht om een goede verzuimregistratie bij te houden en zich te houden aan het verzuimprotocol. Als een leerling begint met spijbelen is school de eerst verantwoordelijke in de aanpak van dit verzuim.
De leerplichtambtenaar / regionaal consulent leer- en kwalificatieplicht De lpa/rclk controleert of alle leerplichtige kinderen/jongeren bij een school zijn ingeschreven. Daarnaast behandelen zij de
verzuimmeldingen die de scholen via een kennisgeving of via het verzuimloket ontvangen. Zij proberen samen met de jongere, ouders en school de jongere terug te krijgen naar school. Afhankelijk van de reden van verzuim kunnen zij de jongere en/of ouders doorverwijzen naar een hulpverleningsinstantie. In het uiterste geval wordt een strafrechtelijk traject gestart.
RMC zijn gemeld. Zij proberen deze jongeren terug te geleiden naar scholing, al dan niet in combinatie met werk (bbl).
De trajectbegeleider Scholing en Werk De trajectbegeleider Scholing en Werk begeleidt jongeren die als voortijdig schoolverlater bij het
Casus Eind goed, al goed Einde schooljaar 2012. Een jongere krijgt het advies om over te stappen van VMBO-onderwijs naar Praktijkonderwijs. Deze overstap gaat niet makkelijk. De jongere heeft erg veel moeite om zijn draai te vinden op zijn nieuwe school. In deze periode beginnen de eerste tekenen van verzuim, vaak ziekmelden en niet naar school willen. Er volgen gesprekken tussen de jongere, zijn ouders en school. Het blijkt dat de jongere, en ook zijn ouders, niet kunnen accepteren dat het praktijkonderwijs de beste onderwijsplek is voor hem. Omdat het verzuim aanhoudt wordt de leerplichtambtenaar betrokken. Er wordt besloten dat de jongere in het ZAT (Zorg- en Advies Team) besproken wordt. Het verzuim en weerstand tegen het praktijkonderwijs heeft ook zijn weerslag in de thuissituatie. Er ontstaan ruzies thuis, de jongere krijgt een verstoord dag- en nachtritme en ouders zitten niet meer op één lijn in de aanpak om naar school te gaan. De jongere is zover dat hij weigert om naar school te gaan. In het ZAToverleg wordt de schoolkeuze heroverwogen. Ouders en jongere hebben aangegeven dat zij graag naar een andere school willen. Deze optie wordt besproken en er wordt een
positief advies afgegeven. Gezien de weerslag die de situatie heeft op het gezin en de jongere, wordt ook hulpverlening, in de vorm van Stichting MEE en GGZ, opgestart. De leerplichtambtenaar blijft de jongere volgen, is gesprekspartner en ziet er op toe dat het traject blijft lopen. Helaas gaat het de eerste dag op de nieuwe school al fout. De jongere voelt zich ook hier niet thuis en gooit alles in de strijd om niet naar school te gaan. Ouders staan achter de beslissing van hun kind en geven aan niet mee te willen werken aan terugkeer naar deze school. Er volgen tal van interventies waaronder vele gesprekken, een persoonlijkheidsonderzoek, terugkeer naar oude school en verschillende hulpverleningstrajecten om tot terugkeer naar school te komen. Telkens breekt de jongere of ouders het ingezette traject af met de mededeling: ‘dit werkt niet’ of ‘dit past niet bij mij’. Ondertussen is het hele schooljaar verloren gegaan zonder dat de jongere onderwijs heeft gevolgd. Dan breekt het moment aan om als leerplichtambtenaar iets te forceren om het tij te keren. De leerplichtambtenaar heeft een proces-verbaal tegen de jongere opgemaakt vanwege zijn vele verzuim en tegen moeder voor het niet voldoende verantwoordelijkheid nemen
in deze situatie. Dan gaan de molens draaien. De Raad voor de Kinderbescherming doet een onderzoek en brengt een (straf) advies uit aan de Officier van Justitie. Ondertussen is zijn school een verwijderingsprocedure gestart omdat de school van mening is dat zij er alles aan hebben gedaan om een goede onderwijsplek te bieden, maar dat de jongere daar geen gebruik van wil maken. In deze procedure heeft de school een verplichting om een andere school voor de jongere te zoeken. Gelukkig wordt deze gevonden en zelfs met goedkeuring van de jongere en zijn ouders kan hij begin 2014 starten op een andere school. Vervolgens vindt de zitting plaats naar aanleiding van het proces-verbaal. In dit geval legde de rechter de jongere een werkstraf van 40 uur op, waarvan 20 uur onvoorwaardelijk én gedwongen begeleiding door de Jeugdreclassering met een proeftijd van 2 jaar. Moeder krijgt een boete van € 400,voorwaardelijk opgelegd. De jongere heeft baat bij de opgelegde straf en de hulp die de jeugdreclasseerder biedt. Hij heeft een goede start gemaakt op de nieuw gevonden school en het verzuim is tot op heden (begin schooljaar 2014-2015) gestopt.
7
Door het jaar heen Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling Sinds 1 juli 2013 zijn beroepskrachten (ook lpa’s en rclk’s) verplicht een meldcode te gebruiken bij vermoedens van geweld in huiselijke kring. De meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling helpt professionals adequaat te reageren bij signalen van geweld. Voor de regio Achterhoek is een eenduidig handelingsprotocol opgesteld. In dit protocol worden de zes stappen van de meldcode beschreven. De volgorde van de stappen is hierbij niet bepalend. Waar het om gaat, is dat de lpa en/of rclk op enig moment in het proces alle stappen heeft doorlopen, voordat wordt besloten om een melding te doen.
Stap 1 Signaleren Stap 2 Collegiale consultatie Stap 3 Gesprek met de leerling en/ of ouders/verzorgers Stap 4 Zorg en veiligheid bepalen Stap 5 Afwegen melding verwijsindex Stap 6 Toeleiding naar zorg of zelf zorg verlenen
Ook de scholen zijn verplicht te werken met de meldcode. Belangrijk is dat er afstemming is en dat duidelijk is wie de verantwoordelijkheid neemt. Verneemt de lpa/rclk via de school van de leerling dat er signalen zijn van huiselijk geweld of kindermishandeling, dan wordt de school als casushouder gezien. De lpa/rclk kan in deze situatie een adviesfunctie vervullen en houdt een vinger aan de pols door afspraken te maken over de wijze waarop hij/ zij wordt geïnformeerd over het vervolg.
Het gebruik van de meldcode sluit het gebruik van de Verwijs Index Risicojongeren Achterhoek niet uit, en vice versa. Bij een vermoeden van huiselijk geweld of kindermishandeling worden de stappen zoals genoemd in de meldcode gevolgd en zal ook worden overwogen of een melding moet worden gedaan in de verwijsindex.
Graafschap helpt scoren (GHS) Doordat de subsidie vanuit het RMC is gestopt, geldt per januari 2014 een andere wijze van bekostiging voor deelname aan het project. Om een jongere nu te kunnen laten deelnemen moet de school waar de jongere staat ingeschreven een plek ingekocht hebben.
Deze school bepaalt of de jongere kan deelnemen en blijft ook verantwoordelijk voor deze jongere gedurende deelname aan het project. De lpa/rclk kan hierin wel een advies geven, maar heeft geen beslissingsbevoegdheid. Is bekostiging vanuit school niet mogelijk omdat een jongere niet staat ingeschreven dan kunnen de kosten (geheel/ gedeeltelijk) voor rekening van de woongemeente komen. De gemeente zal hierover beslissen.
Regionale samenwerking leerplicht Al jaren hebben lpa’s en rclk’s een nauwe samenwerking. Iedere zes weken vindt er een leerplicht/rmc overleg plaats waarin we onder andere lopende zaken, actuele ontwikkelingen en casussen besproken worden. Iedereen informeert elkaar en probeert met de casusbesprekingen een uniforme werkwijze te creëren. Dat is soms lastig, want iedere casus verdient een aanpak die past bij de situatie.
Ook zijn alle betrokkenen richting de scholen/onderwijsinstelling een goede weg ingeslagen. Het verzuimprotocol is inmiddels bij alle scholen / onderwijsinstellingen in de Achterhoek onder de aandacht gebracht en dient als leidraad voor zowel de scholen als voor de lpa’s/rclk’s. Het geeft duidelijkheid over wanneer een school verzuim moet melden en welke actie hierop volgt door de lpa/ rclk. Daarnaast heeft iedere gemeente een ambtsinstructie vastgesteld, waarin ook een aantal heel belangrijke zaken zijn vastgelegd, waaronder de samenwerking met externe partijen. Een goede samenwerking tussen het onderwijs en de lpa’s/rclk’s helpt mee om het aantal voortijdig schoolverlaters te verkleinen.
8
Nieuwe ontwikkelingen Schorsen en verwijderen ook voor Praktijkonderwijs en Speciaal Voortgezet Onderwijs Sinds 1 augustus 2014 zijn de regels voor het schorsen en verwijderen van leerlingen binnen het praktijkonderwijs (Pro) en voortgezet speciaal onderwijs (vso) veranderd.
Schorsen Een school mag een leerling schorsen voor maximaal één week. De school moet schriftelijk onderbouwen waarom zij de leerling schorst. Ook moet de school schorsing van meer dan één dag melden bij de Inspectie. Schorsen betekent dat de leerling tijdelijk geen toegang tot de school of bepaalde lessen heeft.
Wanneer een school mag schorsen is niet in de wet geregeld, maar scholen hebben hierover regels opgenomen in de schoolgids.
Verwijderen Een leerling van een instelling voor cluster 3 of 4 mag alleen van school worden verwijderd als de school een andere passende plek voor de leerling heeft gevonden. Dat geldt niet voor een leerling op een instelling voor cluster 1 of 2. In dat geval mag de school een leerling verwijderen nadat de school acht weken zonder succes heeft
gezocht naar een passende plek op een andere school.
• Cluster 1: kinderen met visuele beperkingen • Cluster 2: kinderen met communicatieve beperkingen (gehoor-, taal- en/of spraakproblemen) • Cluster 3: kinderen met een verstandelijke en/of lichamelijke beperking en langdurig zieken • Cluster 4: kinderen met ernstige gedragsproblemen en/of psychiatrische stoornissen
Casus Een passend traject Een leerling van 16 jaar kende zo’n anderhalf jaar geleden (2e leerjaar van het VMBO) ineens veel verzuim. Hij blijkt gokverslaafd te zijn. Tevens komt aan het licht dat hij autistisch is. Hij heeft een IQ van 67 en wordt vervolgens geplaatst op een cluster 3 school. Hij weigert naar school te gaan en sluit
zich regelmatig op in het toilet. De Lpa en de school besluiten de Onderwijsconsulent in te schakelen. Er wordt besloten om hem meer praktijkgericht onderwijs te laten volgen. Bij de start van het schooljaar 2014/2015 blijkt ook dat niet succesvol. Hij blijft angstig en sluit zich thuis wederom op in het toilet. Op dit moment wordt deze jongen begeleid door een
instelling, gespecialiseerd in autisme. Ook MEE en het Samenwerkingsverband zijn bij de casus betrokken. Het lukt echter niet om hem naar school te krijgen. Het overleg met ouders is goed. Bedoeling is om hem met een PGB op een dagbestedingsproject te plaatsen. Om die reden zal een ontheffing voor de leerplicht worden aangevraagd.
Invoering Passend Onderwijs Alle leerlingen moeten een plek krijgen op een school die past bij hun kwaliteiten en hun mogelijkheden. Dit is het uitgangspunt van Passend Onderwijs dat per 1 augustus 2014 is ingevoerd. Doel is om elk kind uit te dagen het beste uit zichzelf te halen. Met de invoering van passend onderwijs moet bereikt worden dat: • Alle kinderen een passende plek in het onderwijs krijgen • Als het kan gaat het kind naar een reguliere school. Als dat niet kan, in het speciaal onderwijs • Scholen meer mogelijkheden krijgen voor ondersteuning op maat • De mogelijkheden en de onderwijsbehoefte van kind bepalend zijn, niet de beperkingen • Kinderen niet meer langdurig
thuis komen te zitten Sinds die datum hebben scholen een zorgplicht. Dit houdt in dat de school een passende plek moet zoeken, als een kind extra ondersteuning nodig heeft. Er zijn drie mogelijkheden: • Een aanbod op de eigen school • Een aanbod op een andere reguliere school • Een aanbod op een school voor (voortgezet) speciaalonderwijs Scholen moeten in ieder geval de basisondersteuning bieden. Dit is de ondersteuning die alle scholen binnen een samenwerkingsverband bieden. De scholen in een samenwerkingsverband maken hierover onderling afspraken. Het gaat bijvoorbeeld om hulp voor leerlingen met dyslexie, aanpak (ter voorkoming van) gedragsproblemen en extra begeleiding aan leerlingen die
meer of minder dan gemiddeld intelligent zijn. De school maakt een ontwikkelingsperspectief voor alle leerlingen die begeleiding krijgen bovenop de basisondersteuning. Hierin beschrijft de school de onderwijsdoelen voor die leerling. De invoering van Passend Onderwijs is niet bedoeld als een bezuinigingsmaatregel. Het budget blijft landelijk hetzelfde, maar wordt anders verdeeld over de regionale samenwerkingsverbanden, waarin de scholen samenwerken. Per leerling ontvangen de samenwerkingsverbanden geld voor extra ondersteuning. Zij verdelen het geld over de scholen in hun regio om de ondersteuning aan leerlingen te kunnen bieden.
Veranderingen in de Jeugdzorg Vanaf 2015 wordt de zorg voor jeugd ondergebracht bij de gemeente. Zij wordt door middel van de Jeugdwet verantwoordelijk voor alle jeugdzorg. Het gaat daarbij om de jeugdbescherming, jeugdreclassering, jeugd-ggz en de zorg voor licht verstandelijk gehandicapte jongeren. Uitgangspunt hierbij is één gezin, één plan en één regisseur.
Met de nieuwe Jeugdwet moet voorkomen worden dat ouders en jeugdigen verdwalen in het systeem. Het nieuwe stelsel kent door één wettelijk kader en één financieringssysteem voor de jeugdzorg meer doelmatigheid. Door vermindering van regels en bureaucratie wordt integrale zorg bij meervoudige problematiek beter mogelijk.
Participatiewet per 1 januari 2015 Met de Participatiewet wil de overheid meer mensen met een arbeidsbeperking aan het werk krijgen. Gemeenten worden verantwoordelijk voor de re-integratie van mensen die nog kunnen werken maar daarbij wel ondersteuning nodig hebben. De Participatiewet gaat in op 1 januari 2015. Wajong De invoering van de Participatiewet heeft gevolgen voor nieuwe instroom in Wajong. Vanaf 1 januari 2015 hebben alleen jongeren die nooit meer kunnen werken nog recht op een Wajong-uitkering. Uitkeringsinstantie UWV beoordeelt dit. Voor iemand die al een Wajong-uitkering heeft op 1 januari 2015, geldt dat er een herbeoordeling plaats vindt. Wet Sociale Werkvoorziening (WSW) De Participatiewet vervangt de WSW vanaf 1 januari 2015. Er
kunnen dan geen nieuwe mensen meer instromen in de WSW. Voor iemand die nu op de wachtlijst staat voor een WSW-plek, krijgt de gemeente vanaf 1 januari 2015 de verantwoordelijkheid. De gemeente moet deze WSWklant aan het werk helpen. Dat kan gaan om werk bij een reguliere werkgever, maar ook om een beschutte baan. Gezamenlijke verantwoordelijkheid Werkgevers hebben met de overheid een gezamenlijke verantwoordelijkheid om extra banen te scheppen voor mensen met een arbeidsbeperking. Dat gaat zowel om beschutte banen als om niet-beschutte banen. Gemeenten kunnen werkgevers aanmoedigen om deze mensen een baan aan te bieden. Daarnaast kan de gemeente bijvoorbeeld een deel van het loon meebetalen in de vorm van loonkostensubsidie.
Entree-opleidingen Sinds 1 augustus 2014 zijn de niveau-1 opleidingen apart van de opleidingen op niveau-2, -3 en -4 georganiseerd en omgevormd tot entreeopleidingen. Een entreeopleiding is gericht op het behalen van een diploma dat toegang biedt tot vervolgonderwijs, maar kan ook leiden tot uitstroom naar de arbeidsmarkt. Deze uitstroom naar werk wordt niet langer als voortijdig schoolverlaten gekwalificeerd. De entreeopleidingen zijn uitsluitend toegankelijk voor studenten die niet aan de vooroplei-
dingseisen voor mbo-2, mbo-3 of mbo-4 voldoen en die niet meer tot de doelgroep van het voortgezet onderwijs behoren. Voor de entreeopleiding wordt het bindend studieadvies ingevoerd. Iedere student moet binnen 4 maanden na de start van de opleiding een studieadvies krijgen. Bij een gebrek aan studieresultaten heeft de instelling de mogelijkheid om de student te adviseren te kiezen voor een ander opleiding of een andere leerweg, of om het onderwijs te verlaten.
9
RMC Het RMC heeft primair de opdracht om voortijdig schoolverlaters uit de regio te registreren. Vervolgens wordt de voortijdig schoolverlater begeleid naar onderwijs, eventueel in combinatie met werk. Het doel daarvan is dat de jongere alsnog een startkwalificatie behaalt. Als verder onderwijs (op dat moment) niet haalbaar is, helpt het RMC bij het zoeken naar werk of
een ander passend traject. De uitvoering van deze begeleiding aan jongeren is ondergebracht bij JOUW Unit. In samenwerking met andere instanties zoals het LeerWerkLoket, het Werkgeverservicepunt, het Loopbaanplein en het UWV wordt naar een passend traject voor de jongere gezocht. Het RMC is voor het achterhalen van voortijdig schoolverlaters
RMC meldingen 2013 – 2014 Het aantal meldingen is ten opzichte van het vorig schooljaar met ruim 40% gedaald naar 500. Voor deze grote daling zijn een viertal verklaringen: • Het aantal vsv’ers neemt geleidelijk af door de maatregelen binnen de scholen • Het aantal meldingen dat niet bij onze regio hoort (in tabel overige gemeenten) is fors afgenomen door het lean organiseren van het administratieve proces • Het aantal meldingen vanuit de regio Arnhem is afgenomen door het opheffen van het VSV team in die regio, dat vooral voortijdig schoolverlaters van ROC Rijn IJssel doorgaf • De werkwijze rondom de RMC registratie is het afgelopen jaar deels veranderd. In samenwerking met de sector Techniek van het Graafschap College is een meer effectieve manier van melden ontwikkeld. Deze methode wordt in de loop van het nieuwe schooljaar (2014 – 2015) doorontwikkeld Het aantal meldingen waarover we nu rapporteren, is terug op het niveau van het schooljaar 2012 – 2013. Het meest opval-
lend in de aard van de meldingen is de grote stijging van jongeren in de categorie ‘Overige problemen’. Inmiddels behoort meer dan de helft van de jongeren waarvan melding wordt gemaakt bij het RMC, tot die groep. Vorig jaar was dit nog een kwart van de totale groep. Reden om ook de manier van categoriseren onder de loep te nemen. Op dit moment wordt de categorie overgenomen, die de school aangeeft. In het nieuwe schooljaar wordt dit heroverwogen. Over ‘overige problemen’ wordt gesproken als sprake is van motivatieproblemen en bijvoorbeeld een verhuizing uit de regio of emigratie. De volgende grote groep betreft ‘problemen op school’, waar adequate maatregelen op school kunnen leiden tot verdere afname van het aantal meldingen van voortijdig schoolverlaters. In tegenstelling tot vorig jaar is de groep jongeren die liever gaat werken aanzienlijk kleiner geworden. Slechts 5% van de jongeren geeft dit aan, tegenover 12% het jaar ervoor. Mogelijk zien jongeren meer dan voorheen in dat de kans op het vinden van een baan afgenomen is.
primair afhankelijk van meldingen door school, gemeente en instanties: een RMC melding wordt over het algemeen gedaan door een medewerker van een onderwijsinstelling zodra deze overgaat tot uitschrijving van de student bij deze instelling. Het tijdig en volledig melden door scholen helpt de trajectbegeleiders om de jongere effectief te begeleiden. Des te langer een leerling van school en daarmee uit beeld is, des te moeilijker wordt het voor de jongere om alsnog een startkwalificatie te behalen. Bij het opsporen van voortijdig schoolverlaters wordt steeds meer gebruikt gemaakt van de gegevens, die door DUO worden aangeleverd, waardoor het totaalbeeld steeds completer wordt.
RMC meldingen 2012-2013 gemeente
problemen persoonlijke op school of psychische
gaat liever werken/ werkt
overige problemen
totaal
Aalten
19
4
9
7
39
Berkelland
40
24
11
26
101
Bronckhorst
38
4
4
5
51
Doesburg
10
4
7
5
26
Doetinchem
73
37
25
28
163
Montferland
36
19
8
24
87
Oost Gelre
21
9
7
17
54
Oude
52
15
11
16
94
Winterswijk
22
14
8
36
80
Overige
65
21
7
35
128
376
151
97
199
823
IJsselstreek
gemeenten Totaal
46%
18%
12%
24%
100%
RMC meldingen 2013-2014 gemeente
Aalten
problemen op school
persoonlijke gaat liever of werken/ psychische werkt
overige problemen
totaal
5
3
-
21
29
Berkelland
15
3
3
21
42
Bronckhorst
16
4
-
27
47
3
2
2
9
16
Doetinchem
40
7
7
58
112
Montferland
18
1
-
27
46
Oost Gelre
10
3
1
28
42
Oude
37
3
5
45
90
23
7
6
25
61
4
3
1
6
15
171
36
25
267
500
Doesburg
IJsselstreek Winterswijk Overige gemeenten Totaal
34%
7%
5%
53%
100%
10
Trajectbegeleiding Resultaten trajectbegeleiding 2012-2013
terug naar school
vsvtraject1
werkt met hulpopl. comp. verlening
werken
werkzoekend of niet bemiddelbaar
overige
startkwalificatie behaald
totaal
Aalten
12
-
-
8
9
2
2
2
35
Berkelland
27
-
4
5
18
7
2
2
65
Bronckhorst
12
-
2
1
7
4
-
26
Doesburg
10
-
1
1
3
2
2
-
19
Doetinchem
46
5
5
11
32
19
4
9
131
Montferland
29
2
7
14
11
4
3
70
Oost Gelre
20
-
1
5
7
6
3
Oude
30
-
2
3
14
6
28
-
2
2
10
4
4
-
1
-
-
218
7
18
43
3,6%
8,5%
42 3
58
7
-
53
-
3
-
8
114
57
31
19
507
22,5%
11,2%
6,1%
3,7%
100%
IJsselstreek Winterswijk Overige gemeenten Totaal
43%
1,4%
Resultaten trajectbegeleiding 2013-2014
terug naar school
vsvtraject1
werkt met hulpopl. comp. verlening
werken
werkzoekend of niet bemiddelbaar
overige
startkwalificatie behaald
totaal
Aalten
13
1
-
-
8
3
1
3
29
Berkelland
27
-
-
-
6
2
4
2
41
Bronckhorst
21
-
1
-
7
1
5
2
37
8
-
1
-
5
-
4
1
19
Doetinchem
35
-
2
3
15
1
18
8
82
Montferland
20
-
1
2
13
1
5
5
47
Oost Gelre
22
-
2
1
10
3
5
-
43
Oude
37
1
4
4
12
1
13
6
78
21
1
-
1
15
7
-
2
47
5
-
-
-
1
3
6
5
20
209
3
11
11
92
22
61
34
443
47%
1%
2%
14%
8%
100%
Doesburg
IJsselstreek Winterswijk Overige gemeenten Totaal
1
2%
21%
5%
VSV project: Graafschap helpt Scoren, Stichting D`ran, Transferium project Winterswijk, Young & Kids.
Trajectbegeleiding Scholing & Werk 2013 – 2014 In deze tabellen ziet u het aantal afgeronde begeleidingstrajecten in het schooljaar 2013 – 2014. Ter vergelijking van de resultaten is ook de tabel uit schooljaar 2012 – 2013 opgenomen. Per gemeente en per uitstroommogelijkheid staat het aantal afgeronde begeleidingstrajecten genoemd. Van de 443 jongeren bij wie in het afgelopen jaar de begeleiding is afgerond, is 78% succesvol herplaatst. Een stijging van 4% ten opzichte van het jaar ervoor en wederom een bijzonder goede score! Succesvolle herplaatsing betekent dat deze groep ofwel weer naar school gaat, alsnog een startkwalificatie heeft behaald, in een Voortijdig School Verlaten (VSV) project geplaatst is, of werkt (al dan niet met een
opleidingscomponent). Ten opzichte van vorig jaar is het totaal aantal afgeronde begeleidingstrajecten gedaald met 13% van 507 naar 443 afgeronde trajecten. Dit is voor het grootste deel het gevolg van de geleidelijke terugloop van het aantal nieuwe schoolverlaters. Slechts 2% is doorverwezen naar hulpverlenende instanties. Dit percentage is beduidend lager dan in het vorig schooljaar. Dat is mogelijk te verklaren door de inzet van trajectcoaches binnen het Graafschap College sinds schooljaar 2013 – 2014. Door deze aanpak blijven de jongeren op school en krijgen daar een vorm van hulpverlening aangeboden,
waardoor ze niet uitvallen. Het percentage jongeren dat genoemd staat onder de categorie ‘werkzoekend of niet bemiddelbaar’ is in vergelijking met het schooljaar ervoor gedaald van 11% naar 5%. Uit deze groep is ongeveer de helft in begeleiding bij UWV of Werk & Inkomen van de gemeenten. De andere helft van deze categorie betreft jongeren, die geen begeleiding van RMC willen. Onder de kolom ‘Overige’ staat het aantal jongeren genoemd met als reden uitstroom: detentie, zwangerschap, verhuizing, emigratie en het bereiken van de 23 jarige leeftijd. Deze groep is bijna verdubbeld. Hier is geen duidelijke verklaring voor aan te wijzen.
11
Wat hebben we bereikt? VSV in perspectief Vsv’ers zijn jongeren van 12 tot 23 jaar die zonder startkwalificatie het onderwijs verlaten. Het kabinet Rutte – Asscher heeft als doel gesteld dat het aantal voortijdig schoolverlaters (vsv’ers) in 2016 teruggedrongen moet zijn tot maximaal 25.000.
De vsv aanpak ‘Aanval op Schooluitval 2008 – 2012’ moedigde scholen aan om schooluitval te verlagen en verbeterde de regionale samenwerking. Het aantal vsv’ers is in de afgelopen jaren fors teruggedrongen. Voordat we inzoomen op de cijfers in RMC regio Achterhoek in vergelijking tot de rest van Nederland, eerst het Europese perspectief. Nederland scoorde met 8,8% vsv’ers in 2012 met Luxemburg, Zweden en Oostenrijk als één van de beste in Europa. Spanje had binnen Europa in 2012 het hoogste percentage vsv’ers: 24,9%. In Nederland heeft elke RMC regio een contactgemeente die de aanpak van en registratie van voortijdig schoolverlaters coördineert en die zorg draagt voor mogelijkheden van doorverwijzing en herplaatsing in het onderwijs. In RMC regio Achterhoek is Doetinchem contactgemeente. De contactschool voor RMC Achterhoek is het Graafschap College. RMC Achterhoek hoort in 2012 – 2013 tot de RMC regio’s met het laagste percentage VSV: 1,7%. Vertaald gaat het dan om 434 voortijdig schoolverlaters. Ter vergelijking: koploper RMC Zuid-West Friesland had in datzelfde jaar een percentage van 1,2% vsv’ers, dat komt in die regio neer op 164 uitvallers. Terwijl de hekkensluiter RMC Rijnmond met 2747 uitvallers 2,9% vsv telt.
RMC Achterhoek
VSV een jaar later
RMC heeft onder meer als taak het afsprakenkader rondom voorkomen voortijdig schooluitval te coördineren. Om dit goed te kunnen doen, is structureel bestuurlijk overleg een voorwaarde. Sinds schooljaar 2013-2014 heeft dit overleg structureel vorm gekregen. De bestuurder van de contactschool (Graafschap College) en de wethouder van de contactgemeente (Doetinchem) zijn de belangrijkste spelers in dit overleg. Daarnaast sluit de accountmanager van het Ministerie van OCW aan. Gezamenlijk worden afspraken gemaakt om voortijdig schooluitval zoveel mogelijk te voorkomen. Op die manier is het bestuurlijk overleg de basis geworden van waaruit we samen werken aan een zo groot mogelijke groep jongeren met een starkwalificatie.
Uit recente cijfers blijkt het belang van een startkwalificatie. Van de jongeren met een startkwalificatie heeft na een jaar 72% een baan. Van de jongeren zonder startkwalificatie is dat slechts 41%. In het kader van de aanpak jeugdwerkloosheid blijft het behalen van een startkwalificatie dus ook voor de ‘oud vsv’ers’ van groot belang. Daarom heeft RMC Achterhoek meegedaan aan het opsporen van jongeren die als ‘oud vsv’er’ te boek staan. Met behulp van een bestand uit schooljaar 2012 – 2013 is onderzocht in welke situatie de ‘oud vsv’ er’ zich op 1 mei 2014 bevindt. Gaat hij weer naar school? Werkt hij? Hieruit blijkt dat 56% inmiddels weer op school zit of een startkwalificatie behaald heeft en dat 34% een baan gevonden heeft. Van de resterende 10% is het grootste deel nog in begeleiding bij gemeenten.
Financiën RMC Achterhoek had een forse financiële reserve. Uit deze reserve heeft het RMC financiële bijdrages kunnen doen aan uiteenlopende projecten gedurende de afgelopen jaren. Zoals bijvoorbeeld het Botenbouwproject en Graafschap helpt Scoren. De financiële reserve is inmiddels conform eerder gemaakte afspraken afgenomen tot een bepaald minimum niveau. Dit betekent dat RMC geen subsidies meer verstrekt. Daarnaast zijn er nog andere consequenties: bijvoorbeeld dat de kosten voor dit jaarverslag voortaan verdeeld zullen worden over de gemeenten die onderdeel uitmaken van RMC Achterhoek.
12
Relevante ontwikkelingen De verwachting voor het nieuwe schooljaar is dat het aantal meldingen van jongeren die voortijdig uitvallen licht zal dalen. Allereerst zien we dat (ook landelijk) de vsv cijfers dalen: er vallen minder jongeren voortijdig uit. Daarnaast is sinds het huidig schooljaar de werkwijze binnen het RMC veranderd. Zo is een directe koppeling tussen de gegevens van DUO en het leerlingvolgsysteem gerealiseerd. RMC wil daarmee bereiken dat er meer tijd besteed wordt aan het daadwerkelijk begeleiden van jongeren en minder tijd aan de administratieve handelingen.
In de loop van het huidig schooljaar zal duidelijk worden welke effecten deze manier van werken daadwerkelijk op het aantal meldingen heeft. In samenwerking met de contactschool (Graafschap College) hebben we bovendien in het kader van ‘slimmer werken’ een proef gedaan binnen de sector Techniek. De proef houdt in dat voordat de melding naar het RMC gestuurd werd, door school gecontroleerd is of een melding daadwerkelijk een vsv’er betreft of dat de jongere zijn schoolloopbaan bij een andere opleiding of op een andere school voortzet.
In het laatste geval is de jongere vaak nog niet definitief ingeschreven bij de nieuwe opleiding en komt daardoor als ‘melding’ binnen bij RMC. Terwijl de realiteit is dat deze jongere al snel weer bij een andere opleiding of school gaat beginnen. De resultaten van de proef zijn dusdanig positief, dat deze manier van werken nu binnen het hele Graafschap College ingevoerd gaat worden.
Verzuim 18+ ‘We missen je’ Onder deze titel heeft Ingrado (de branche organisatie voor leerplicht en RMC) een plan ontwikkeld om in 2014 de aanpak van verzuim van jongeren van 18 jaar en ouder onder de aandacht te brengen en te versterken. Dit op verzoek van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. Vaak is verzuim onder jongeren van 18 jaar en ouder een voorbode voor voortijdig schooluitval. Als we verzuim binnen deze groep tijdig kunnen duiden en aanpakken, vermindert daarmee ook de voortijdige schooluitval.
Dit wordt ook wel de ‘preventieve aanpak’ genoemd. RMC Achterhoek is voornemens om samen met het Graafschap College als contactschool de mogelijkheden te onderzoeken het verzuim bij jongeren van 18 jaar en ouder beter in beeld te krijgen. Eenmaal in beeld kan besloten worden te komen tot een gezamenlijke en sluitende aanpak om het verzuim terug te dringen.
Websites • www.zorgoogachterhoek.nl • www.meldcode.nl • www.ingrado.nl • www.vsvverkennen.nl • www.aanvalopschooluitval.nl • www.jouwunit.nl • www.voortijdigschoolverlaten.nl
Afkortingen • RMC Regionale meld- en coördinatiefunctie • LPA Leerplichtambtenaar • RCLK Regionaal consulent leer- en kwalificatieplicht • TB’er Trajectbegeleider • VSV’er Voortijdig schoolverlater • BAO Basisonderwijs • VO Voortgezet onderwijs • VMBO Voortgezet middelbaar beroepsonderwijs • VSO Voortgezet speciaal onderwijs • MBO Middelbaar beroepsonderwijs • PRO Praktijkonderwijs • DUO Dienst uitvoering onderwijs • BBL Beroepsbegeleidende leerweg • BOL Beroepsopleidende leerweg • ZAT Zorg advies team • GGZ Geestelijke gezondheidszorg • WSW Wet sociale werkvoorziening • OCW Onderwijs cultuur en wetenschap • REC Regionale expertisecentra • UWV Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen
vormgeving Frans Hesselink Ontwerpbureau bno
Slimmer organiseren van het werk (Lean)