Stichting Het Utrechts Landschap
Jaarverslag 2010 Het jaar 2010 leverde onverwacht een trendbreuk op voor de natuurbescherming in Nederland. Sinds 1990 wordt gewerkt aan het realiseren van de Ecologische Hoofdstructuur (EHS). De EHS is een samenhangend netwerk van natuurgebieden in Nederland en maakt deel uit van het Europese netwerk Natura 2000. De inspanningen leveren nu al zichtbare resultaten op. De teruggang van de biodiversiteit is tot staan gebracht; de eerste tekenen van herstel zijn zichtbaar. In Utrecht zijn soorten als de boommarter en de das uit de directe gevarenzone. Voor een structureel herstel zijn echter grotere natuurgebieden en meer verbindingen noodzakelijk. Het nieuwe kabinet heeft andere plannen. Het regeerakkoord bevat een bezuiniging van 60% op natuur. De EHS wordt ‘herijkt’, wat neerkomt op een aanzienlijke verkleining ten opzichte van de oorspronkelijke doelstelling. Realisatie van de (inter)nationale natuurdoelen wordt daarmee onmogelijk. En niet alleen de afronding van de EHS staat op het spel, ook de financiering van het beheer van bestaande natuurgebieden. Veel activiteiten van Het Utrechts Landschap staan ten dienste van het realiseren van de EHS: zowel de aankoop en inrichting van nieuwe natuurgebieden, als het beheer van bestaande natuurgebieden. De geplande bezuinigingen hebben vergaande gevolgen voor ons werk. Aankoop en inrichting komen voor een belangrijk deel stil te liggen. Voor het beheer zijn minder middelen beschikbaar. Gelukkig heeft Het Utrechts Landschap ook andere financiële bronnen. Tweederde van de inkomsten is afkomstig uit donaties, fondsen en eigen inkomsten. Behoud en versterking hiervan zal steeds meer aandacht vragen. In 2010 zijn op dit vlak al enkele belangrijke nieuwe stappen gezet; meer daarover leest u verderop in dit jaarverslag. In dit rijke en welvarende, maar dichtbevolkte land willen we voldoende ruimte bieden aan de natuur. Er ligt een grote uitdaging om het brede publiek hierbij te betrekken. Maatschappelijk draagvlak is essentieel om de politiek te wijzen op haar verantwoordelijkheid voor de natuur en middelen die daarvoor nodig zijn. Gelukkig was 2010 ook een ‘gewoon’ jaar. Honderdduizenden mensen genoten van onze prachtige natuurgebieden en historisch erfgoed. Prachtige aankopen en projecten werden gerealiseerd. Dit jaarverslag geeft een overzicht van onze activiteiten. Marco Glastra directeur-rentmeester
Beheer en openstelling Voor alle terreinen van Het Utrechts Landschap verschijnen in de periode 2008-2011 nieuwe beheerplannen. Met deze beheerplannen wordt voor alle terreinen kritisch bekeken welke verbeteringen mogelijk zijn binnen de thema’s natuurbescherming, cultuurhistorie en recreatie. De plannen spelen tevens een rol in de verantwoording tegenover subsidieverleners. In 2010 zijn vijf plannen verschenen: Everdingerwaarden; Plantage Willem III; Middelwaard/Polder de Eendracht/Viaanse Bos; Beukenburg/De Leijen; Stoutenburg/Bloeidaal. De beheerplannen zijn te raadplegen op onze site.
Ongeveer de helft van onze medewerkers zorgt voor het dagelijks beheer van de natuurgebieden. Zes boswachters met ieder twee of drie terreinmedewerkers zorgen voor de bossen, heidevelden, buitenplaatsen, uiterwaarden en overige natuurgebieden. Op een aantal locaties leveren vrijwilligersgroepen een belangrijke bijdrage. Bij het beheer van graslanden en akkers wordt waar mogelijk samengewerkt met agrariërs. Een deel van het beheer wordt uitbesteed. We besteden steeds meer aandacht aan het beheer van onze buitenplaatsen: gazons, waterpartijen, paden en boomgroepen. Het bestendigen van de cultuurhistorische waarde is daarbij van groot belang. Aanvullende financiering vanuit de zogenaamde Groene Rijksmonumenten Regeling is meer dan welkom. Bij het bosbeheer zetten we in op het vergroten van de natuurwaarde van het bos door te zorgen voor meer inheemse boomsoorten en voor variatie in de bosstructuur. Het aandeel exoten wordt geleidelijk afgebouwd en bij ‘dunningen’ worden inheemse bomen bevoordeeld. Het gezaagde hout wordt verkocht of gebruikt door onze afdeling Bouwzaken.
2
In percelen waar een geleidelijke omvorming weinig perspectief biedt, worden kaalslagen gemaakt. Op landgoed Moersbergen bijvoorbeeld zijn verschillende bosvakken gedund en is 1,5 ha douglasspar geveld. Daarvoor in de plaats komen zomereik en linde. In het Maartensdijksebos zijn enkele percelen met Japanse lariks en douglas geveld. Door natuurlijke verjonging zal daar een bos van overwegend dennen en berken ontstaan. Op de kleigrond van het Viaanse bos zijn enkele vakken populier gedund om ruimte te maken voor es en els. Op landgoed Stoutenburg is in het parkbos een deel met Amerikaanse eiken geveld. Ook daar wordt eik en linde geplant. Bosranden worden open gemaakt en de bermen van bospaden verbreed. Zo creëren we een geschikt biotoop voor warmteminnende soorten en leggen we interessante ecologische ver- bindingsroutes aan. Biodiversiteit is niet alleen van belang in de bossen. Op de graanakkers besteden we aandacht aan voorzieningen voor akkervogels. Verschillende belangstellende groepen uit het land bezochten de akkerflora. Naast de vertrouwde korenbloemen en
klaprozen komen zeldzame soorten als korensla en slofhak voor op de akkers. De rol van schaapskuddes wordt steeds belangrijker. Als heideterreinen en schraal-graslanden met machines worden behandeld, levert dat veelal monotone vegetaties op. Het graasgedrag van schapen daarentegen zorgt voor structuurrijke vegetaties. Hierdoor ontstaat meer geschikt biotoop voor bijvoorbeeld zandhagedissen. Door kritisch te blijven op waterpeil en maaidata zorgen we voor meer botanische kwaliteit van de graslanden. Scholing van medewerkers en het vastleggen van doelen in beheerplannen bevorderen dat. Door incidenteel ook graslandpercelen van ruige mest te voorzien houden we de voedselvoorziening voor (weide) vogels op peil, waar ook een soort als de das van profiteert. De aanleg van ecopassages en ecoducten werpt zijn vruchten af, getuige de toename van zoogdieren als de das en de boommarter. Ook het aantal bevers in onze gebieden groeit en zelfs een tweetal
wilde zwijnen heeft vanuit de Veluwe de Utrechtse Heuvelrug bereikt. Uitvoeringsprojecten • uitbaggeren Grand Canal Renswoude • in gebruik nemen ecoduct A2 en N237 • uitbreiden stuifzand en open maken bosranden op landgoed Bornia • ‘verondiepen’ Hooge Kampse Plas • inrichten oevers Kromme Rijn • vernieuwen routemarkeringen • rondtrekken schaapskudde op de Heuvelrug (‘Herder op de Heuvelrug’) • voorbereiden project herstel Bastions en Hoornwerk aan de voet van de Grebbeberg • inrichten De Schammer (samen met gemeente Amersfoort en Leusden en Waterschap Vallei & Eem)
Openstelling Alle natuurgebieden van het Utrechts Landschap zijn opengesteld. Talloze recreanten hebben daar in 2010 weer volop van kunnen genieten. We hebben veel energie gestoken in onze (wandel)routes. Er is gekozen voor een nieuwe markering die op een aantal plekken al is ingevoerd. Er wordt intensief gewerkt aan voorzieningen voor ruiters, mountainbikers en fietsers. In de winter is er volop geschaatst in de gebieden waar dat mogelijk is. Bij toezicht en handhaving vragen honden (en vooral hun baasjes) veel aandacht. De voorwaarden voor openstelling worden genegeerd, met verstoring van dieren en ergernis bij mederecreanten tot gevolg. Een specifiek probleem vormt de hondenuitlaatservice, waarbij grote groepen honden kunnen zorgen voor overlast. Zwerfvuil blijft aandacht en energie vergen. Nabij scholen en parkeerplaatsen zijn opruimacties georganiseerd door deelnemers aan maatschappelijke stages.
Aankopen In 2010 deed Het Utrechts Landschap weer enkele belangrijke aankopen. In de Biltse Duinen werd een klein maar waardevol stukje natuur overgedragen door de Stichting Mens en zijn Natuur. Op de Laarsenberg bij Rhenen kon een historische woning worden aangekocht. Een deel van de kavel wordt toegevoegd aan een ecologische verbinding van de Grebbeberg naar de bossen ten westen van Rhenen. De woning en het naastgelegen boerderijtje worden in stand gehouden als historisch ensemble. Bij de Niënhof kon bijna 8 hectare grasland worden verworven. Het beheer zal zich richten op ontwikkeling van bloemrijk grasland. De grootste aankoop in 2010 was De Schammer, een nieuw natuurgebied aan de oostzijde van Amersfoort. Aan deze verwerving gingen vele jaren van voorbereiding vooraf. Het is een mooie bekroning van de visie ‘Venster op de Vallei’, die in het jaar 2000 werd gepresenteerd tijdens de Week van het Landschap.
Biltse Duinen – Bilthoven 0,37 hectare 0,98 hectare Laarsenberg – Rhenen
Niënhof – Bunnik 7,97 hectare De Schammer – Leusden 28,07 hectare
3
Instandhouding gebouwen Het Utrechts Landschap heeft ca. 170 gebouwen en bouwwerken in eigendom en beheer. Daarnaast beheert het de 23 molens van Stichting De Utrechtse Molens. Een deel van de gebouwen is in erfpacht uitgegeven. Daar is de erfpachter verantwoordelijk voor het onderhoud. De panden die verhuurd worden of in eigen gebruik zijn, zoals de infocentra, onderhoudt Het Utrechts Landschap zelf. Ook bruggen, tuinmuren, follies en andere historische elementen hebben aandacht nodig. Regulier onderhoud omvat onder meer schilderwerk, herstel van houtwerk en loodgieterswerkzaamheden. Onderhoudswerkzaamheden worden deels uitgevoerd door ons eigen team van vier timmermannen; een deel van het werk wordt uitbesteed. Naast het regulier onderhoud vindt ook groot onderhoud plaats, zoals herstel en vervanging van daken of bruggen en het verbouwen van (dienst)woningen en infocentra. Voor onderhoud van rijksmonumenten kan een beroep worden gedaan op de Brim-regeling van de Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed. Begin 2010 werd de timmerwerkplaats van Het Utrechts Landschap door brand verwoest. De oorzaak kon niet meer achterhaald worden. Bouwbedrijf Jurriëns, bedrijfsvriend van Het Utrechts Landschap, bood de timmermannen tijdelijk onderdak aan. Een geweldig gebaar! Projecten gebouwen • restauratie tabaksschuur Amerongen en inrichting als informatiecentrum • aanleg nieuwe trappen Grebbeberg (ontwerp en voorbereiding) • herinrichting informatiecentrum Paviljoen Beerschoten • renovatie vergaderruimtes landhuis Oostbroek (lambrisering, wandbespanning, inrichting) • herstel en uitbreiding monumentaal hekwerk Hoog Beek en Royen • aanleg nieuwe brug landgoed Heidestein • verbouwing dienstwoning Zeisterbos • herstel timmerwerkplaats na brand (opstarten van procedures) In 2010 werden ook de eerste stappen gezet op het vlak van locatiemanagement. Het Utrechts Landschap wil een aantal infocentra, die in het weekend open zijn voor het publiek, door de week aanbieden aan groepen. Deze nieuwe vorm van openstelling (‘vergaderen in het landschap’) levert een nieuwe bron van inkomsten. Gekozen is voor een samenwerking met een ondernemer. Op grond van de ervaringen zal besloten worden of en hoe deze vorm van locatieverhuur een vervolg zal krijgen.
4
Beleid en strategie Het Utrechts Landschap behartigt de belangen van natuur, landschap en cultuurhistorisch erfgoed in de provincie Utrecht. Dat kan door te participeren in diverse gebiedsprocessen die plaatsvinden onder regie van Provincie Utrecht. Maar ook door eigen initiatieven te nemen. De basis daarvoor wordt vaak gelegd tijdens de jaarlijkse ‘Week van het Landschap’, waarbij Het Utrechts Landschap een visie presenteert op een bepaald gebied in Utrecht.
Gelderse Vallei Het snoer van landgoederen tussen de Utrechtse Heuvelrug en de Veluwe wordt wel het ‘Groene Valleilint’ genoemd. Als de kwaliteit van de natuur op de landgoederen verbeterd wordt, kan het valleilint gaan functioneren als verbindingszone tussen Veluwe en Utrechtse Heuvelrug. Om de uitvoering hiervan te begeleiden was een medewerker van Het Utrechts Landschap (mede gefinancierd door Natuurmonumenten en Stichting Geldersch Landschap en Geldersche Kasteelen) gedetacheerd bij Programmabureau Gelderse Vallei. Om de eigenaren van de landgoederen meer te betrekken bij de uitvoering is het ‘Pact van de Schaffelaar’ opgesteld, samen met het Utrechts en het Gelders Particulier Grondbezit. De alternatieve vormen van financiering die in dit pact worden voorgesteld, zijn van grote waarde bij de huidige financiële krapte. Een ingrijpende aanpak van Knooppunt Hoevelaken en aangrenzende snelwegen rond Amersfoort biedt kansen om de relatie tussen de stad en het buitengebied te herstellen. Het Utrechts Landschap levert input over varianten waarbij de mobiliteit verbeterd wordt en tegelijk de barrières voor natuur en recreant verminderd worden. De aandacht voor deze stad-landrelaties vloeit voor uit de visie Venster op de Vallei, die Het Utrechts Landschap in het jaar 2000 presenteerde.
Poort van de Lustwarande Landgoed Beerschoten (De Bilt) staat al langer bekend als ‘poort van de Lustwarande’. Het Utrechts Landschap wil hier een nieuwe impuls aan geven, zodat Beerschoten – met ca. 1 miljoen bezoekers per jaar! – zich weer met recht de entree van de Lustwarande kan noemen. De oprijlaan krijgt allure door herstel van het oude toegangshek en vervanging van rasters door landgoedhekken. De boerderijplaats zal grondig onder handen genomen worden. Het informatiecentrum in het Paviljoen heeft al een facelift ondergaan en zal op termijn worden uitgebreid met lichte horeca. Bijzondere historische elementen, zoals de ‘Konijnenberg’ en de ‘Goudvissenkom’ worden hersteld zodat de cultuurhistorische aanleg van het parkbos sterker tot zijn recht komt. De centrale open ruimte zal worden beheerd als één roggeakker met wandelpad. Bruggetjes worden gerestaureerd en de wandelpaden- en meidoornhagen op Houdringe worden hersteld. 5
Vliegbasis Soesterberg Het Utrechts Landschap levert bij de herontwikkeling van Vliegbasis Soesterberg kennis en input op het gebied van ecologie (schrijven van inrichting- en beheerplan en bijdragen aan natuurtoetsing), planologie (input in structuurvisie en bestemmingsplannen) en erfgoed (hergebruik objecten in nieuwe functie). De Week van het Landschap werd in 2010 op de vliegbasis gehouden, waarbij het brede publiek kon kennismaken met dit bijzonder gebied en informatie kreeg over verleden en toekomst van de vliegbasis. Met Provincie Utrecht, eigenaar van Vliegbasis Soesterberg, is afgesproken dat Het Utrechts Landschap vanaf 1 januari 2011 de natuur op de vliegbasis gaat beheren. Overdracht van eigendom volgt als het bestemmingsplan is vastgesteld. Tot die tijd leidt het programmabureau Hart van de Heuvelrug de herinrichting van de vliegbasis.
De Schammer Bij Amersfoort werd, in het verlengde van de visie Venster op de Vallei, gestart met de inrichting van natuurgebied De Schammer: ruim 40 hectare nieuwe natuur en recreatiegebied. Hier wordt onder meer ruimte gemaakt voor overstromingen vanuit de Barneveldse beek, zodat bij extreme regenval de stad Amersfoort geen wateroverlast krijgt. Het nabij gelegen natuurgebied Bloeidaal is enkele jaren eerder ingericht. Het laat zien dat in korte tijd de typische natuur van de Gelderse Vallei weer bezit kan nemen van het gebied: een afwisseling van bloemrijke graslanden, moerasbosjes en rietlanden, waar direct grote aantallen vogels op af komen.
Heuvelrug Als grondlegger van de visie Heel de Heuvelrug (1999) heeft Het Utrechts Landschap een voortrekkersrol gespeeld bij het opstellen van de provinciale gebiedsvisie, die in 2010 gereed kwam. Overheden en eigenaren zetten zich hierbij in om de kwaliteit van de Heuvelrug te verbeteren. Tevens werd het belang van natuur en landschap vertegenwoordigd in Nationaal Park Utrechtse Heuvelrug, gebiedscommissie Heuvelrug midden en Hart van de Heuvelrug (bestuurlijk platform, stuurgroep, projectgroep en di-
Kromme Rijn Het Utrechts Landschap is vertegenwoordigd in diverse commissies en project-groepen die zich richten op het Kromme Rijngebied. Zo heeft het inbreng geleverd voor het Kromme Rijn project van het Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden. Dit project beoogt voor 2015 de aanleg van 7,5 km natuurvriendelijke oever langs de rivier. Dat kan natuurlijk prima samengaan met inrichting van een ecologische verbindingszone; kansen voor snelle realisatie zijn er op een aantal terreinen van Het Utrechts Landschap. In de landinrichtingscommissie Groenraven-oost is opdracht gegeven voor uitvoering van natuurprojecten Wulperhorst, Lage Grond en Voorveldse Polder en voor de aanleg van wandelpad Hooge Woerd. De landinrichting wordt afgerond in 2011 en dan overgedragen aan de gebiedscommissie Kromme Rijn. In opdracht van de Provincie is een inrichtingsplan gemaakt voor de ecologische zone Driebergen-Zeist-Oostbroek. Het Utrechts Landschap is hier intensief bij betrokken. Op verzoek van Antropia/Landgoed De Reehorst heeft Het Utrechts Landschap een inrichtingsschets gemaakt voor de agrarische gronden die grenzen aan dit landgoed. 6
verse clusters en projecten). In het Nationaal Park Utrechtse Heuvelrug is Het Utrechts Landschap vertegenwoordigd in het Overlegorgaan, de commissie Beheer en Inrichting, de commissie Communicatie en Educatie en in de redactie van de nieuwsbrief Kijk op de Heuvelrug. Daarnaast neemt het deel aan verschillende ad-hocgroepen, onder meer over de discussie over grote hoefdieren op de Heuvelrug.
Ruimtelijke plannen Het Utrechts Landschap is alert op ruimtelijke ontwikkelingen die natuur, landschap en erfgoed aangaan en denkt graag mee om de plannen in goede banen te leiden. In de zomer van 2010 is een medewerker ‘lokale planologie’ aangesteld namens de drie terreinbeheerders en de Natuur en Milieufederatie Utrecht (NMU). Hij signaleert en coördineert de zaken die op lokaal niveau spelen. In 2010 is een zienswijze ingebracht op het woningbouwplan voor het Hessingterrein in De Bilt. Dit terrein van de firma Hessing, dat voorheen werd gebruikt als ‘autogaragebedrijf’, grenst aan landgoed Sandwijck en Griftesteijn. Het plan voor woningbouw op het Hessingterrein is dit jaar goedgekeurd door Provincie en de gemeente heeft een bouwvergunning verleend. Het Utrechts Landschap heeft in diverse stadia inhoudelijke bezwaren naar voren gebracht: in het plan wordt te weinig rekening gehouden met de unieke locatie; grenzend aan de Stichtse Lustwarande, de waterlinie en een essentiële provinciale ecologische verbinding. Woningbouw is heel goed mogelijk, maar dan op een andere manier. De bezwarencommissie heeft de bezwaren echter ongegrond verklaard; voor ons uiteindelijk reden om geen verdere juridische stappen te ondernemen. Vanuit de samenwerking met de ‘Oostbroekorganisaties’ (zes provinciale natuurorganisaties) is dit jaar een reactie gemaakt op de Kadernota Ruimte, waarin de uitgangspunten voor de nieuwe provinciale structuurvisie zijn geformuleerd. Dit document, de ’Tien van Utrecht’, is aangeboden aan Provincie. Daarnaast is in het kader van de verkiezingen in 2011 een manifest opgesteld voor de Utrechtse politieke partijen, bedoeld als input voor de programmavorming. Belangrijke onderwerpen voor het manifest en de ‘Tien’ zijn binnenstedelijk bouwen, biodiversiteit, klimaatbestendige provincie en zorg voor het landschap. Voor de Afdeling Groen (provincie) is een excursie georganiseerd in het Eemland. Aan het eind van het jaar is door de Oostbroekorganisaties een advies gemaakt voor verbetering van de ruimtelijke kwaliteit en leefbaarheid van de Ring Utrecht. Het advies is aangeboden aan de gedeputeerde en onderwerp geweest van debat in de Tweede Kamer. Jaarlijks reiken de Oostbroekorganisaties de ‘Toorts der verwachting’ uit aan een organisatie die een belangrijke bijdrage kan leveren aan natuur, landschap of milieu. In 2010 ging de Toorts naar de Bestuursregio Utrecht (BRU). Tijdens een bijeenkomst met het dagelijks bestuur van BRU was ‘groen rond de stad’ een actueel thema, vanwege de aangekondigde bezuinigingen op Recreatie om de Stad-projecten.
Uiterwaarden Voor de Utrechtse uiterwaarden spelen twee Ruimte voor de Rivier-projecten: ‘obstakelverwijdering Elst’ en ‘Ruimte voor de Lek’ (Vianen, Nieuwegein). Bij beide is Het Utrechts Landschap betrokken als toekomstig eigenaar en beheerder van de natuurgebieden. Andere projecten vanuit Rijkswaterstaat die van belang zijn voor het Landschap zijn de Kader Richtlijn Water (KRW) en Stroomlijn. Vanuit KRW-gelden wordt de aanleg van de rivierkwelgeul in de Amerongse Bovenpolder mede gefinancierd. Met Rijkswaterstaat is onderzoek gedaan naar geschikte locaties voor aanleg van natuurvriendelijke oevers in onze uiterwaardgebieden (gepland voor 2015). Vanuit Stroomlijn, een groot project om de gewenste vegetatieontwikkeling in de uiterwaarden vast te leggen, zijn met terreinbeheerders afspraken gemaakt over het beheer van rivieroevers. Uitwerking van vegetatietypen en normering is gaande.
De noordelijke uiterwaarden van de Nederrijn behoren tot het Natura 2000-gebied Rijntakken. Het Utrechts Landschap, eigenaar van de uiterwaarden tussen Wijk bij Duurstede en Wageningen, heeft zitting in de klankbordgroep. Het Utrechts Landschap participeert verder in het project Rijn in Beeld. Dit project wil een zo concreet mogelijk beeld schetsen van de ontwikkelingen in natuurgebieden langs de Rijn in de afgelopen twee decennia, vanuit praktische ervaring en veldkennis. Het richt zich mede op kennisuitwisseling.
Monitoring Het Utrechts Landschap inventariseert de flora en fauna in zijn gebieden. Zowel professionals als vrijwilligers doen waarnemingen in het veld. Deels zijn dit toevallige waarnemingen, maar er loopt ook een monitoringprogramma dat volgt hoe soorten zich ontwikkelen. Hierbij wordt periodiek en op vaste plekken (meetvlakken) gezocht naar ‘aandachtssoorten’. Dit kunnen be- schermde plant- of diersoorten zijn, maar ook soorten die aangeven of het goed gaat met het biotoop waarin ze voorkomen.
Naast monitoring vindt ‘vlakdekkend’ onderzoek plaats, dat in kaart te brengt welke soorten in een terrein voorkomen, bijvoorbeeld na aankoop van een nieuw terrein. Al deze gegevens worden opgeslagen in de natuurdatabank en gebruikt voor het maken van analyses, zoals het vaststellen van trends of het maken van kaartbeelden. Steekproefsgewijs wordt in ongeveer 150 meetvlakken, verdeeld over alle terreinen van Het Utrechts Landschap, gecontroleerd of er een juist beheer wordt gevoerd en de flora en fauna zich in de gewenste richting ontwikkelen.
8
Van elk terrein(deel) is het te bereiken doel beschreven als een zogenaamd beheertype, zoals omschreven in de Subsidieregeling Natuur en Landschap. De volgende soortengroepen worden onderzocht: flora, zoogdieren, vogels, reptielen, amfibieën, dagvlinders, libellen, sprinkhanen, paddenstoelen (in bossen) en soms ook bijen en nacht vlinders. Doorgaans wordt om de zes jaar geïnventariseerd; in de bossen om de twaalf jaar. Het Utrechts Landschap neemt deel aan de door de Provincie georganiseerde ‘pilot monitoring’ in het kader van de
Subsidieregeling Natuur en Landschap (SNL). Deze regeling is recent ingegaan en schrijft een landelijke eenduidige methode van monitoring voor. Een van de proefterreinen voor deze pilot is Breeveen, waar als aanvulling op de uitgebreide inventarisaties in het recente verleden in 2010 een vegetatiekartering is gestart, die in 2011 wordt afgemaakt. ‘Projectmonitoring’ vindt vaak plaats na inrichtingswerkzaamheden of wanneer het beheer is gewijzigd. De methode is afhankelijk van het type ingreep en de eisen van de subsidieverlener. Zo zijn
in 2010 verschillende terreinen bezocht waar heideuitbreidingen hebben plaatsgevonden. Ook het effect van inzet van de gescheperde kudde wordt gevolgd. In het Maartensdijkse bos en op Bornia worden de effecten van bos padenplannen op flora- en fauna vastgelegd. In het onlangs ingerichte natuurgebied Bloeidaal wordt tweejaarlijks in een aantal proefvlakken de vegetatie gevolgd. Tevens is er dit jaar een begin gemaakt met een vlakdekkende florakartering. Hierbij is voor het eerst Klokjesgentiaan gevonden. In 2010 is ook onderzoek verricht in verband met baggerprojecten in Renswoude en Sandwijck. Naast de gebruikelijke soortengroepen kwamen hier ook de vissen aan bod. In 2010 is veel tijd gestoken in de voormalige Vliegbasis Soesterberg. Hierbij is gebleken dat de natuurwaarden nog groter zijn dan gedacht. Momenteel worden deze gegevens gebruikt bij het opstellen van een beheerplan. Er zal intensieve monitoring plaatsvinden om de verandering van militair terrein naar natuurgebied op de voet te volgen. Dit jaar is ook aandacht besteed aan bosmonitoring op buitenplaats Over Holland en in de komkleibossen van Bolgerijen/Autena. Dankzij de inzet van vrijwilligers is de frequentie van monitoring hoog en er wordt bovendien vaak vlakdekkend geïnventariseerd. Dit geldt vooral voor enkele
broedvogelkarteringen. In 2010 is een vlakdekkende broedvogelkartering in Bolgerijen/Autena en het Amerongse bos uitgevoerd. In de Blauwe Kamer en het Vikinghofterrein gebeurt dit jaarlijks en in de Palmerswaard tweejaarlijks. In de Amerongse Bovenpolder worden sinds de inrichting jaarlijks de hellingbossen bezocht alsmede het kwelmoeras, het oude moeras en de zomerkade. Bij de dassenburchten is weer de jaarlijkse dassentelling gehouden. In de burchten van Het Utrechts Landschap werden 13 jongen geteld. Ook zijn er wintertellingen van vleermuisverblijven op Vliegbasis Soesterberg, in de ijskelder van landgoed de Wulperhorst en in de oude steenfabriek van de Blauwe Kamer. Op de zuidoostelijke Heuvelrug en in de omgeving van de Bilt zijn boommartertellingen verricht. Op de heide en de aangrenzende bosstrook van Breeveen worden jaarlijks hazelwormen en andere reptielen geteld onder de daar uitgelegde plaatjes. Uitgebreide libellenjaartellingen zijn gedaan op Beukenburg, Houdringe, Oostbroek, Ridderoordse bos, Sandwijck en Vijverhof.
In 2010 zijn tot slot enkele bijzondere ‘losse’ waarnemingen gedaan. De zeer zeldzame Kammetjesstekelzwam is aangetroffen in het Amerongse bos en de eveneens zeer zeldzame Haagbeukschorszwam in gebied de Kurk. Daar komt ook de Iberische slakkensoort Oestophora barbula voor, die vrijwel zeker is meegekomen met de kurkplaten voor de kurkfabriek die daar vroeger stond. Hij was bij de vinder al jaren bekend, maar is in 2010 pas gemeld. Op de Wulperhorst is in het essenhakhout een paddenstoelensoort gemeld die nog nooit in Nederland is gevonden en waarvoor nog geen Nederlandse naam bestaat. Het is een franjekelkje met de wetenschappelijke naam Lasiobelonium belanense.
Ook andere instanties deden in 2010 onderzoek op onze terreinen. Zo worden een aantal plots van het landelijk meetnet flora en van het landelijk paddenstoelenmeetnet jaarlijks onderzocht. Provincie Utrecht onderzoekt de akkerflora van akkers in het beheer bij Het Utrechts Landschap. 9
Communicatie Het Utrechts Landschap probeert publiek, bedrijfsleven en beleidsmakers bewust te maken van de waarde van natuurbescherming. Dit doen we met een actief persbeleid en de inzet van digitale, geprinte en sociale media. Tijdens pubieksactiviteiten en evenementen vragen we aandacht voor ons werk. Ook helpen vele vrijwilligers om ‘ons verhaal’ te vertellen.
Beschermers ‘Branding’ De goede doelenmarkt in Nederland is groot. Het Utrechts Landschap moet zich daarbinnen profileren met een herkenbare en aansprekende boodschap. Om communicatie zo effectief mogelijk in te kunnen zetten, wordt de positionering van Het Utrechts Landschap opnieuw vastgesteld. Zo kunnen bewuste keuzes worden gemaakt. In 2010 is hiervoor een basis ontwikkeld, die in 2011 verder wordt uitgewerkt binnen de organisatie. De uitvoering zal eind 2011 gestalte krijgen.
(Gouden) Vrienden van Het Utrechts Landschap In 2009 was er, mede door de financiële crisis, nog een daling te zien in het aantal Vrienden. Dit is in 2010 grotendeels gecompenseerd. Vijf Vrienden namen afscheid, maar er konden ook weer vijf nieuwe Vrienden verwelkomd worden en maar liefst vier nieuwe Gouden Vrienden. Op 31 december 2010 had Het Utrechts Landschap daarmee 32 Vrienden en 18 Gouden Vrienden. De (Gouden) Vrienden doneerden in 2010 gezamenlijk een bedrag van € 87.000. Hiermee werd onder meer de jaarlijkse Week van het Landschap georganiseerd. In 2010 is ook begonnen met de werving van (Gouden) Molenvrienden. Deze inspanningen hebben vier nieuwe Molenvrienden opgeleverd die elk hun eigen molen ondersteunen. 10
In de loop van 2010 werd steeds duidelijker dat de landelijke overheid minder gaat investeren in natuurbeleid. Steun vanuit de samenleving was noodzakelijk, maar wordt nu nog meer van belang voor de bescherming van natuur en landschap in Utrecht. Het doet ons goed dat 2010 een bescheiden stijging liet zien in het aantal donateurs: van 22.585 naar 23.180. Afgelopen jaren heeft Het Utrechts Landschap het accent gelegd op een persoonlijke benadering. De vrijwilligers van het Promoteam hebben in 2010 ruim 350 nieuwe donateurs geworven. Door een cursus publiekswerving konden zij hun vaardigheden verder verbeteren. Ook tijdens de Week van het Landschap is het Promoteam, versterkt met andere vrijwilligers, ingezet. Dit leverde 63 nieuwe donateurs op. In het voorjaar is gericht getest met het mailen van bewoners rondom de twee nieuwe natuurgebieden Heibergen en de Biltse Duinen. De respons van deze mailacties lag rond de 2,3%.
Vrijwilligers Bijna 400 vrijwilligers zijn actief voor Het Utrechts Landschap. In 2010 zijn er twee nieuwe groepen bij gekomen: de gidsengroep Vliegbasis Soesterberg en de Commissie Bosscherwaarden bij de gelijknamige steenfabriek. Bij de Amerongse Bos-commissie is geïnvesteerd in uitbreiding van het huidige team; door openstelling van het nieuwe informatiecentrum zijn meer mensen nodig. Opdat de vrijwilligers zo goed mogelijk hun werk kunnen doen, worden cursussen en bijpraatsessies georganiseerd. Driemaal per jaar vertelt directeur-rentmeester Marco Glastra over de ontwikkelingen bij Het Utrechts Landschap. In 2010 zijn alle groepen voorzien van nieuwe vrijwilligerskleding. De vrijwilligers in het veld of in de informatiecentra zijn nu duidelijk herkenbaar.
Informatiecentra Het Utrechts Landschap beheert negen kleinschalige informatiecentra die gerund worden door vrijwilligers. Zij zijn in het weekend (en soms daarbuiten) opengesteld voor het publiek. Door achtergrondinformatie te geven draagt Het Utrechts Landschap bij aan de beleving van het gebied. Ook vormt het centrum een ontmoetingsplek waar mensen ervaringen kunnen uitwisselen. Er zijn toiletten en er is koffie en thee verkrijgbaar. Paviljoen Beerschoten is begin 2010 een paar maanden dicht geweest vanwege een renovatie. In het informatiecentrum is meer ruimte gecreëerd voor informatie over Beerschoten en de andere buitenplaatsen van de Stichtse Lustwarande. Ook is de winkel vergroot en de kinderhoek vernieuwd. De feestelijke opening was op 22 mei. Tegelijkertijd werd in het paviljoen een tijdelijke expositie geopend over de veranderingen op landgoed Beerschoten in het verleden en in de toekomst. Het nieuwe Informatiecentrum Tabaksschuur in Amerongen opende in december voor het eerst zijn deuren. Bezoekers waren enthousiast over de nieuwe inrichting. Vooral de combinatie van de moderne architectuur met de monumentale tabaksschuur viel in de smaak. De historische tabaksschuur is volledig gerestaureerd en daarbinnen is in een soort ‘doos’ een moderne bezoekersruimte gecreëerd door architectenbureau VASD uit Amsterdam. Informatiecentrum Tabaksschuur Amerongen vertelt over de historie, de natuur en het landschap van de Utrechtse Heuvelrug. Het centrum is een ideaal startpunt voor een wandel- of fietstocht op de Heuvelrug of door de uiterwaarden van de Nederrijn. Het vormt één van de groene entrees van Nationaal Park Utrechtse Heuvelrug.
Internetsite en digitale nieuwsbrief In 2010 werden er 227 nieuwsberichten gepubliceerd op de site van Het Utrechts Landschap. Berichten over actuele ontwikkelingen, bijzondere waarnemingen en activiteiten. Een deel was afkomstig van medewerkers van Het Utrechts Landschap maar het grootste deel werd geschreven door de vrijwillige internetredactie. Sinds het vertrek van twee redacteuren in 2009 stond de webmaster er alleen voor maar in 2010 brachten drie nieuwe vrijwilligers versterking. Het nieuwe team heeft de berichtgeving over Het Utrechts Landschap met enthousiasme opgepakt. Regelmatig verschenen nieuwsberichten van de site in de lokale media. In 2010 verschenen twaalf digitale nieuwsbrieven die naar ruim 2400 e-mailadressen gingen.
11
1 m2 = 1 eu ro
Nu of nooit Bescherm : De Biltse Du steun de aan inen van dit bos koop
www.utrecht
slandschap.n
l
Campagne Biltse Duinen Natuurgebied De Biltse Duinen is gelegen tussen Bilthoven, Den Dolder en Bosch en Duin. Het is belangrijk als leefgebied voor eekhoorns, uilen en vleermuizen en vormt een cruciale schakel naar omliggende natuurgebieden zoals het Panbos en landgoed Beerschoten. Voor omwonenden is het een onmisbaar wandelgebied. De afgelopen jaren was dit natuurgebied handelswaar voor speculanten. De verkopers maakten winst, de kopers maakten gebruik van fiscale voordelen. Zij plaatsten hekken en sloten wandelpaden af. Grondeigenaren hoopten op de uitbreiding van de golfbaan om daarmee hun grondpositie te verzilveren. Met vereende krachten is het gelukt om delen van de Biltse Duinen aan te kopen voor natuur. Ruim 30 hectare was al van Het Utrechts Landschap en meer dan 7,5 hectare bos in het hart van de Biltse Duinen was nog in eigendom van een verzekeringsmaatschappij. Vanaf december 2010 is de inzamelingactie van start gegaan met een oproep in ons tijdschrift Mijn Landschap. De ‘Vrienden van de Biltse Duinen’ vroegen scholen om mee te werken. Vele grote en kleine donaties brachten de opbrengst van de campagne op € 75.000. Bij iedere ingezamelde euro werd door huidig eigenaar ASR een euro bijgelegd. Het resterende bedrag is bijeengebracht door Provincie Utrecht, gemeente De Bilt en Stichting Mens en zijn Natuur. Hierdoor kon Het Utrechts Landschap eigenaar worden van het gebied en het veiligstellen voor de toekomst.
Bijdrage Nationale Postcode Loterij In 2010 mochten de Provinciale Landschappen een substantiële bijdrage ontvangen van de Nationale Postcode Loterij. Al jaren ondersteunt de Postcode Loterij de ontwikkeling van natuur rondom Amersfoort. Met de afronding van het inrichten van de natuurlijke oevers van het Valleikanaal is dit project met succes afgerond. Met de bijdrage van de Postcode Loterij worden ook diverse beheerprojecten uitgevoerd zoals herstel van bruggen en aanleg van poelen. De Blauwe Bever vaart dankzij de Loterij op Lek en Nederrijn om publiek kennis te laten maken met de rivieroevernatuur. De Postcode Loterij is enthousiast over de samenwerking met de provinciale Landschappen en heeft ook voor de komende vijf jaar steun toegezegd. 12
Publieksactiviteiten Mede dankzij de inzet van honderden vrijwilligers kan Het Utrechts Landschap het publiek jaarlijks honderden excursies aanbieden. Er zijn rondleidingen in de terreinen en gebouwen, maar ook vaarten op Nederrijn en Lek (Blauwe Bever) en Kromme Rijn (Pont van het Landschap). De replica van een Romeins schip is in bruikleen gegeven aan een lokale stichting in Woerden, en vaart op de stadswateren van Woerden en Oude Rijn. Veel van deze activiteiten zijn gericht op groepen en schoolklassen. Een aantal evenementen is het resultaat van samenwerking met andere organisaties. In toenemende mate wordt samengewerkt met culturele instellingen als Vrede van Utrecht en de Stadsschouwburg Utrecht, waarbij de terreinen van Het Utrechts Landschap als podium dienen. Met deze culturele activiteiten kunnen nieuwe doelgroepen worden bereikt.
Blauwe Bever
Heuvelrug Express De Heuvelrug Express maakte in 2010 vier publieksexcursies langs de Stichtse Lustwarande. In totaal waren er 117 deelnemers. Verder maakte de bus drie groepsritten met 76 deelnemers. Zeven vrijwilligers zetten zich in voor het organiseren en begeleiden van de excursies. De Heuvelrug Express voert langs historische buitenplaatsen tussen De Bilt en Leersum. De gids vertelt over de geschiedenis, de (oorspronkelijke) bewoners en de natuur. Met ingang van 2011 zal de Heuvelrug Express alleen nog rijden op aanvraag.
In 2010 heeft de Blauwe Bever 88 vaartochten gemaakt met in totaal 3564 mensen aan boord. Er waren 24 reguliere rivieroevervaarten op de zaterdag. De themavaarten zijn erg gewild bij het publiek; vooral de tochten naar kasteel Doorwerth deden het goed. Eén themavaart naar de Bosscherwaarden moest worden afgelast in verband met een weeralarm. De Blauwe Bever heeft 34 keer gevaren voor een groep. Het zijn vooral bedrijven, instellingen, families en ook scholen die het schip afhuren voor natuurtochten. Ongeveer 45 vrijwilligers hebben zich in 2010 ingezet om het vaarseizoen tot een succes te maken. De Blauwe Bever vaart dankzij steun van de Nationale Postcode Loterij.
Pont van Het Landschap In totaal maakten 1603 mensen in 2010 een vaartocht met de Pont van Het Landschap. Dit gebeurde tijdens 78 vaarten over de Kromme Rijn. Er werden 37 publieksvaarten gemaakt, 12 themavaarten en 6 kindervaarten. De Pont heeft 23 keer gevaren voor een besloten groep. In totaal werkten 44 vrijwilligers van de Kromme Rijn Commissie mee aan de vaarexcursies van de Pont van Het Landschap. Vanwege het 15-jarig bestaan van de Kromme Rijn Commissie organiseerden de vrijwilligers op 30 mei een jubileumfeest met speciale vaartochten, een wandeling en kinderactiviteiten. Ook werd op deze dag de nieuwe dvd over de Kromme Rijn vertoond. Dankzij een legaat kon de oude presentatie vervangen worden een nieuwe uitgave. 13
Theater op Oostbroek Samen met Stadsschouwburg Utrecht organiseerde Het Utrechts Landschap in juni een succesvolle openluchtvoorstelling. De voorstelling ‘Midzomernachts droom’ trok drie avonden achter elkaar 550 mensen naar landgoed Oostbroek. Bezoekers konden voorafgaand aan de voorstelling dineren in het landhuis. Alle voorstellingen waren uitverkocht en het was prachtig zomers weer. Vrijwilligers van het Promoteam hielpen bij de organisatie. Dankzij de samenwerking met de Stadsschouwburg werd Het Utrechts Landschap zichtbaar voor cultuurliefhebbers uit de omgeving van Utrecht. Velen maakten voor het eerst kennis met het prachtige landgoed Oostbroek, dat zo dicht bij de stad Utrecht ligt.
Week van het Landschap In de Week van het Landschap in september 2010 werd Vliegbasis Soesterberg voor het eerst opengesteld voor het grote publiek. Meer dan 8000 mensen kwamen hier op af. In het bijzondere landschap trokken de militaire objecten, zoals straaljagerbunkers en een ondergrondse legering, veel aandacht. Tijdens inhoudelijke bijeenkomsten werden de plannen voor herinrichting en beheer gedeeld met diverse samenwerkingspartners. Omwonenden, raadsleden en statenleden, vertegenwoordigers van culturele instellingen en andere betrokkenen gaven hun mening. Voor de Week van het Landschap werd dit keer samengewerkt met Provincie Utrecht, eigenaar van de Vliegbasis, en met de Vrede van Utrecht en Centrum Beeldende Kunst Utrecht, die zorgden voor locatietheater en een bijzondere expositie op de vliegbasis. Deze samenwerking resulteerde in een natuuren cultuurfestival Soesterberg in het weekend van 25 en 26 september. Theatermakers en kunstenaars zorgden voor verrassende ontmoetingen. Historische bussen maakten een rondrit over de vliegbasis. Medewerkers en vrijwilligers van Het Utrechts Landschap slaagden erin om de grote toestroom in goede banen te leiden. Een ander hoogtepunt was de skelterrace voor leerlingen van basisscholen uit gemeenten Zeist en Soest, de eerste ‘Grote prijs van Vliegbasis Soesterberg’.
Open Monumentendag Bosscherwaarden Steenfabriek Bosscherwaarden vormde in september tijdens Open Monumentendag een podium voor het tweedaagse kunstevenement Steengoed. Het evenement werd georganiseerd in samenwerking met onder andere Gemeente Wijk bij Duurstede en werd mede door het prachtige weer goed bezocht. Er was veel te doen. Zo waren er toneelvoorstellingen, muziekoptredens, een kunstproject en een informatiemarkt over de baksteenfabricage. Vrijwilligers van Het Utrechts Landschap gaven rondleidingen over het terrein van de steenfabriek en door het natuurgebied. Bezoekers konden een fietstocht maken in de omgeving en vanuit Wijk bij Duurstede naar de Bosscherwaarden varen. 14
Lentefeest Nieuwegein Het Utrechts Landschap heeft ook in 2010 weer meegedaan aan het Lentefeest Natuurkwartier in Nieuwegein. Dit festival trekt jaarlijks veel bezoekers uit Nieuwegein en omgeving, vooral gezinnen met jonge kinderen. Het Natuurkwartier ligt aan de rand van stadspark Oudegein en wordt gevormd door het Milieu Educatie Centrum, kinderboerderij IJsselstee (beide van de gemeente), Museum Warsenhoeck en molen Oudegein. Deze molen is in beheer van Het Utrechts Landschap en was tijdens het Lentefeest te bezoeken. Ook was het Promoteam aanwezig om Beschermers te werven.
Organisatie Bij Het Utrechts Landschap zijn circa vijftig medewerkers in dienst. De helft van hen is buiten actief: boswachters, terreinmedewerkers en timmermannen. De andere helft werkt op het kantoor op landgoed Oostbroek. De werkorganisatie wordt aangestuurd door de directeur-rentmeester. Het Bestuur is eindverantwoordelijk voor het reilen en zeilen van de stichting. De Raad van Toezicht ziet hierop toe.
Raad van Toezicht
Bestuur
De Raad van Toezicht ziet toe op het beleid van het Bestuur. In 2010 vergaderde de Raad van Toezicht drie keer. Alle aankopen die in 2010 gedaan werden, zijn vooraf goedgekeurd door de Raad van Toezicht. Ook de door het Bestuur opgestelde jaarrekening voor 2010 is uitgebreid door de Raad besproken. In de vergaderingen kwamen ook andere belangrijke onderwerpen ter sprake, zoals het Beheer- en inrichtingsplan van Vliegbasis Soesterberg, een eventuele samenwerking met Stichting Kasteel Loenersloot, de opvolging van de voorzitter van het Bestuur in 2011, en de vorm van de Raad van Toezicht zelf. Zie voor meer informatie de appendix op www.utrechtslandschap.nl.
Het Bestuur van Het Utrechts Landschap kwam in 2010 negen keer bijeen voor een vergadering. Ook het Bestuur verleende zijn goedkeuring aan alle aankopen en aan de jaarrekening en begroting. Naast de grote thema’s die in de Raad van Toezicht aan de orde kwamen, werden kwamen ook onderwerpen aan bod die met de dagelijkse gang van zaken te maken hadden.
Organisatie In 2010 zijn twee collega’s overleden, beiden als gevolg van een ernstige ziekte. Begin mei overleed Monique Lantinga, medewerker bij de financiële administratie, en in september Ad van Herwijnen, bibliothecaris. Voor een kleine organisatie als Het Utrechts Landschap had dit een enorme impact. Tot op het laatst werd intensief meegeleefd met beide collega’s en ook onderling was er veel steun.
nam afscheid na 1 jaar bij Het Utrechts Landschap. Ondanks de financiële crisis hield hij het aantal Bedrijfsvrienden op peil en wist hij er zelfs enkele nieuwe Bedrijfsvrienden bij te winnen. Telefoniste Enda Krill ging na bijna 12 jaar trouwe dienst met prepensioen. Inge Nederpelt nam afscheid als medewerkster communicatie. Zij was de stille kracht achter tal van evenementen.
In 2010 gingen vier collega’s uit dienst. Joke Piron verzorgde de boekingen voor excursieboot de Blauwe Bever en informatiecentrum de Blauwe Kamer. Fondsenwerver Albert Vijge
Er waren ook volop vrolijke momenten. Meer dan eens aten we beschuit met muisjes om de geboorte te vieren van een nieuwe ‘Landschapsbaby’. In januari vierde terreinbeheerder Rob Veenbrink
zijn 25-jarig jubileum bij het Utrechts Landschap. Receptioniste Ank Niekerk kreeg dankzij het vertrek van collega Enda uitbreiding van het aantal uren en een vast contract. En op de financiële administratie ging in oktober een nieuwe collega van start, Paul Jacobs. Mede met het oog op kostenbeheersing is in 2010 een ontwikkeling ingezet om het aantal beheereenheden terug te brengen van zes naar drie. Doordat drie van onze boswachters binnen afzienbare tijd met pensioen gaan, kan deze opschaling gerealiseerd worden door in te spelen op het natuurlijk verloop. 15
Verkorte jaarrekening 2010 Algemeen Het financiële resultaat over 2010 lijkt negatief maar enkele aankopen geven een vertekend beeld. Als zij buiten beschouwing worden gelaten, is er een positief resultaat van ca. € 250.000. Dit resultaat is hard nodig om de continuïteitsreserve in deze moeilijke tijden te versterken. De inkomsten uit legaten zijn – voor zover geen andere specifieke bestemming was aangegeven – besteed aan een strategische aankoop op de Laarsenberg. Belangrijke inkomstenbronnen in 2010 waren de donaties van Beschermers en (Gouden) Vrienden, provinciale subsidies, de bijdrage van de Postcode Loterij en de eigen inkomsten uit met name huur en erfpacht. Er zijn verschillende stappen gezet om te komen tot aan-
vullende vormen van financiering, zoals locatieverhuur, natuurontwikkeling in combinatie met berging van schone bagger of gerichte campagnes als voor aankoop van de Biltse Duinen. Samen met Rabobank Utrechtse Heuvelrug werd de ‘StreekRekening Utrechtse Heuvelrug’ gelanceerd: de opbrengsten komen via een StreekFonds ten goede aan de verschillende natuureigenaren op de Utrechtse Heuvelrug. Direct na de start stond er al € 20 mln. spaargeld op deze StreekRekening; na een half jaar was het spaarbedrag gegroeid naar € 90 miljoen. Rabobank doneert 5% over de uitgekeerde rente aan het StreekFonds. In 2010 stapte Het Utrechts Landschap over naar een nieuwe huisbankier (Rabobank Utrechtse Heuvelrug) en een nieuwe vermogensbeheerder (Triodos).
Staat van baten en lasten 2010 Beschikbaar voor doelstelling Begroting 2010 Realisatie 2010 Realisatie 2009 Begroting 2011 Baten € 858.555 € 1.223.776 € 788.249 € 982.555 Baten uit eigen fondsenwerving Baten uit acties van derden € 937.500 € 945.500 € 1.161.667 € 937.500 Subsidies van overheden en derden € 2.050.235 € 3.714.285 € 8.839.398 € 2.304.700 Baten uit beleggingen € 250.000 € 255.792 € 263.287 € 265.400 Overige baten € 1.932.500 € 1.659.932 € 1.813.443 € 1.707.500 Beschikbaar voor doelstelling € 6.028.790 € 7.799.285 € 12.866.043 € 6.197.655 Besteed aan doelstelling Begroting 2010 Realisatie 2010 Realisatie 2009 Begroting 2011 Besteed aan doelstellingen PM € 2.524.396 € 5.536.443 PM Werving natuurgebieden Beheer natuurgebieden € 1.907.635 € 1.915.984 € 2.014.510 € 2.091.400 Beheer opstallen € 803.555 € 678.438 € 556.448 € 1.050.015 Voorlichting € 487.485 € 593.006 € 641.770 € 496.135 Planvorming € 368.635 € 250.447 € 335.977 € 286.785 Projecten € 1.128.260 € 2.151.165 € 2.701.071 € 1.552.025 € 4.695.570 € 8.113.437 € 11.786.220 € 5.476.360 In % van de totale baten 77,9% 104,0% 91,6% 88,3% In % van de totale lasten 83,6% 89,9% 93,5% 87,3% Werving baten Lasten eigen fondsenwerving € 214.640 € 260.370 € 202.810 € 180.000 In % van de baten uit eigen fondsenwerving 19,8% 17,9% 19,8% 18,3% Kosten van beleggingen € 5.000 € 4.008 € 5.644 € 4.750 € 219.640 € 264.378 € 208.454 € 184.750 Beheer en administratie Lasten eigen organisatie € 703.800 € 648.864 € 610.117 € 681.540 Besteed aan doelstelling € 5.619.010 € 9.026.679 € 12.604.790 € 6.342.650 Resultaat € 409.780 € (1.227.394) € 261.252 € (144.995)
16
Balans per 31 december 2010 (na bestemming resultaat) Activa 2010 2009 Passiva 2010 Reserves en Fondsen Immateriële vaste activa € 137.648 € 101.568 Continuïteitsreserve € 1.113.274 Reserve terugkoopverplichting € 3.840.902 Materiële vaste activa € 324.241 € 331.756 € 4.954.176 Financiële vaste activa € 3.265.126 € 3.979.367 Bestemmingsfondsen € 1.696.126 Fonds Projecten € 1.931.410 Voorraden € 50.085 € 45.536 € 8.581.712 Vorderingen en overlopende activa € 2.570.755 € 2.908.207 Schulden op lange termijn € 117.545 Liquide middelen € 3.769.625 € 4.423.751 Schulden op korte termijn € 1.418.223 Totaal activa € 10.117.480 € 11.790.185 Totaal passiva € 10.117.480
2009 € 916.376 € 3.785.902 € 4.702.278 € 1.696.126 € 3.410.702 € 9.809.107 € 128.327 € 1.852.752 € 11.790.185
Toelichting op de cijfers
ander variabel inkomen en een auto van de zaak zijn niet verstrekt.
Deze gecomprimeerde cijfers zijn ontleend aan en consistent met de officiële jaarrekening.
Resultaat
Balans De financiële vaste activa betreffen risicomijdende investeringen in obligaties met een vastrentende waarde en hebben als doel een reserve op te bouwen ter hoogte van een volledige terugkoopverplichting voor de door de Stichting in erfpacht uitgegeven panden. De beleggingen zijn bedoeld als vastgelegd langlopend vermogen, maar kunnen courant gemaakt worden voor strategische aankopen. De continuïteitsreserve is opgenomen om de risico’s op korte termijn af te dekken. Volgens de VFI-richtlijn Reserves Goede doelen kan hiervoor een reserve worden aangehouden van maximaal 1,5 maal de jaarlijkse kosten van de werkorganisatie. De kosten van de werkorganisatie bestaan uit de kosten eigen personeel, huisvestingskosten, algemene beheerskosten en afschrijvingskosten. Ultimo 2010 bedraagt de continuïteitsreserve 38% van de kosten van de werkorganisatie (zonder rekening te houden met de directe kosten van de reguliere beheeractiviteiten).
Staat van Baten en Lasten De toerekening van de kosten van de eigen organisatie naar de doelstellingen gebeurt op basis van de daadwerkelijke salariskosten en overige personele kosten, die één op één worden toegerekend. De huisvestingskosten, algemene beheerskosten, afschrijvingskosten en overige kosten worden met een verdeelsleutel gebaseerd op de aantallen fte’s per doelstelling toegerekend, waarbij voor de huisvestingskosten alleen de fte’s van het personeel in het hoofdgebouw op landgoed Oostbroek als uitgangspunt worden genomen. De bezoldiging van de directeur bedraagt in 2010 bruto € 78.643. Dit is het brutojaarsalaris, inclusief 8% vakantietoeslag. Een 13e maand,
Co lofon Stichting Het Utrechts Landschap Postbus 121 3730 AC De Bilt T 030 220 55 55 F 030-220 55 44
[email protected] www.utrechtslandschap.nl
Het resultaat is negatief en bedraagt € 1.227.394. Omdat in 2010 landgoed De Schammer werd aangekocht voor een bedrag van € 1.824.574, waarvoor de aankoopsubsidie reeds in 2009 was ontvangen, is het resultaat negatief. Het resultaat wordt evenwel positief beïnvloed door een voorschot op de aankoopsubsidie voor een stuk gebied bij Boven Autena ad € 594.100, dat in 2010 is ontvangen. In 2011 zal dit gebied worden aangekocht met de vooruit ontvangen aankoopsubsidie. Met de in 2010 ontvangen nalatenschappen is de eigen bijdrage voor de strategische aankoop van een pand bij Laarsenberg gefinancierd.
Voorstel resultaatsbestemming 2010 Na onttrekking van de directe projectenkosten aan het vastgelegd vermogen is besloten om het resultaat te doteren aan de continuïteitreserve en de Reserve Terugkoopverplichting conform onderstaand overzicht.
Eigen vermogen:
Reserves - Mutatie continuïteitsreserve € 196.897 - Mutatie Reserve Terugkoopverplichting € 55.000 Fondsen - Fonds Projecten € (1.479.292) € (1.227.394) Totaal
toevoegen toevoegen onttrekken
De jaarrekening is vastgesteld in de vergadering van het Bestuur gehouden op 13 mei 2011. De accountant heeft een goedkeurende verklaring over de jaarrekening afgegeven. Deze accountantsverklaring is opgenomen in de uitgebreide jaarrekening. De uitgebreide jaarrekening is op aanvraag verkrijgbaar.
beeld archief UL Renk Ruiter en Fotonatura
re da c ti e Sascha van Breukelen Sandra Peters
tekst medewerkers UL
vo rmgeving vanhorenzeggen.com
d ru kwe rk Drukwerkpartners
17
18
Stichting De Utrechtse Molens
Jaarverslag 2010 Het was weer een mooi molenjaar! Dat kunnen we met recht stellen. Veel gedraaid, veel gemalen, veel bezoekers ontvangen en veel onderhoud verricht. Dat de molens in Utrecht er goed bij staan, is duidelijk te zien. Rijdt u maar eens op een doordeweekse dag van Loenersloot naar De Bilt. Net na Vinkeveen ziet u de Oukoper Molen draaien met vier volle zeilen. In Breukelen prijkt de Kortijkse Molen en bij Oud Zuilen draaien zowel de grote als de kleine molen. Een prachtig gezicht.
Een draaiende molen in het landschap lijkt heel vanzelfsprekend maar dat is het niet. Er komt heel wat bij kijken. Geldgevers, vrijwilligers en medewerkers; allen hebben zij hun steentje bijgedragen om de molens ook dit jaar weer draaiende te houden.
Belangenbehartiging Stichting De Utrechtse Molen heeft zich in 2010 aangesloten bij de Federatie Instandhouding Monumenten (FIM). De FIM behartigt de belangen van eigenaren van rijksmonumenten. Meestal gaat het om eigenaren die 20 rijksmonumenten of meer bezitten. De federatie werd opgericht in 2010 en is een belangrijke gesprekspartner geworden voor het Rijk als het gaat om beleidszaken. Met de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed is onder meer de werking van het ‘Besluit rijkssubsidiëring instandhouding monumenten’ uitgebreid besproken. Een belangrijk resultaat is een aparte subsidieregeling voor grote monumentenorganisaties. Stichting De Utrechtse Molens heeft in dat kader subsidie aangevraagd – en gekregen – voor de restauraties van de Kockengense Molen en de Nieuwe Molen.
19
Openstelling
De vrijwillige molenaars en vele andere vrijwilligers zorgden ervoor dat al onze molens weer (wekelijks) open waren voor het publiek. Bijzondere evenementen waren de landelijke Nationale molen- en gemalendag op 8 en 9 mei en de Open Monumentendag op 11 en 12 september. Op deze dagen waren de meeste molens geopend en werden er vaak bijzondere activiteiten georganiseerd voor het publiek, zoals pannenkoeken bakken en graan dorsen. Het Utrechts Landschap prijst zich gelukkig met de betrokkenheid van meer dan 30 vrijwillige molenaars, die
ervoor zorgen dat de meeste molens draaien en – indien mogelijk – malen. Het is wenselijk dat op een molen minimaal twee molenaars actief zijn, die elkaar kunnen vervangen tijdens ziekte of vakanties. Omdat veel molenaars bereid zijn om op meer dan één molen te draaien, is dat nu voor vrijwel alle molens het geval. Molenaars hebben een belangrijke nevenfunctie: als gastheer ontvangen zij vele bezoekers. Met hun uitleg en demonstraties maken zij een bezoek aan de molen tot een boeiende belevenis. Vooral het bezoek van schoolklassen
is in 2010 sterk toegenomen. Naast de molenaars zijn ook andere vrijwilligers actief in en rond de molens. Ook zij zorgen dat het publiek steeds vaker de weg naar de molen vindt. Sommige molens, voornamelijk in de korenmolens, hebben een winkeltje waar meel en aanverwante producten worden verkocht. Vanuit een aantal molens (waaronder De Valk, De Hoop en de Middelste Molen) worden zeer regelmatig activiteiten zoals wandelingen en tentoonstellingen georganiseerd.
Instandhouding Instandhouding is onze belangrijkste doelstelling. De betrokkenheid van onze vrijwilligers is daarbij een kostbaar goed. Maar er is meer nodig om de molens draaiende te houden: de molen moet in een geschikte omgeving staan (de ‘molenbiotoop’) en er is geld nodig voor onderhoud en restauraties.
Financiën Het vergaren van voldoende financiën is een voortdurende zorg. Dankzij de financiële bijdragen van Provincie Utrecht en het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, maar ook van steunstichtingen, verschillende gemeenten en sponsoren, is Het Utrechts Landschap in 2010 in staat geweest de molens goed te onderhouden. Er blijven altijd wensen over maar in het algemeen staan onze molens er prima bij. De afgelopen jaren zijn zowel het Rijk als Provincie Utrecht genereus geweest met subsidieverstrekking. Zonder hen zouden onze molens er niet zo mooi bij hebben gestaan. Provincie Utrecht maakte een groot restauratieproject mogelijk. Het werd gestart in 2005 en in 2010 kon het werk worden voltooid. De afsluiting is in mei 2010 gevierd met een bescheiden feestje bij de molens in Oud-Zuilen. De financiële afronding van het project vindt in 2011 plaats. In 2010 is verder gegaan met de werving van Molenvrienden; bedrijven die jaarlijks een financiële bijdrage leveren voor het onderhoud van een specifieke molen. De doelstelling is om voor alle molens dergelijke Vrienden te vinden. In 2010 zijn er vier Molenvrienden geworven, waarmee het totaal op vijf is gekomen. Nog een lange weg te gaan! 20
Exploitatie In 2010 zijn plannen gemaakt om een aantal oude molenaarswoningen te verbouwen tot vakantiehuisje. Vakantiegangers kunnen daar straks heerlijk genieten van de rust en de natuur op een bijzondere locatie, en met de huur dragen zij bij aan het onderhoud van de molens. In Cabauw is de voormalige machinistenwoning weer helemaal opgeknapt met het voornemen er een vakantiehuisje van te maken. De molenaarswoning die er vroeger stond, wordt herbouwd en kan dienstdoen als ontvangstruimte. Ook in Oud-Zuilen ligt er een voorstel om de afgebroken molenaars woning bij de wipwatermolen te herbouwen en te bestemmen als vakantiehuisje.
Restauratie en onderhoud In 2010 werd een aantal grote restauraties uitgevoerd. Maallust in Amerongen is na een verplaatsing en grondige restauratie maalvaardig. Voor het eerst sinds 80 jaar heeft de skyline van Amerongen weer een molen met wieken. Ook de restauraties van de Loenderveense Molen, de Westveense Molen en (op een paar kleine zaken na) van de Spengense Molen zijn in 2010 afgerond. Aan verschillende molens is onderhoud verricht.
Het Utrechts Landschap en de molens Het Utrechts Landschap en Stichting De Utrechtse Molens zijn twee aparte stichtingen, elk met een eigen begroting. De molens zijn eigendom van Stichting De Utrechtse Molens. Het beheer van de molens en belangenbehartiging worden uitbesteed aan Het Utrechts Landschap; Stichting De Utrechtse Molens heeft zelf geen medewerkers in dienst. Beide stichtingen hebben een eigen Bestuur en Raad van Toezicht; deze zijn in personele samenstelling identiek.
Biotoop Molens zijn afhankelijk van de wind. Óf het waait, daar hebben we geen invloed op. Wel kunnen we ervoor zorgen dat de wind zoveel mogelijk ongehinderd naar de molen kan stromen. Obstakels moeten dus worden beperkt. Bomen die in de weg staan, kunnen worden omgezaagd of gesnoeid. Bij gebouwen is dat minder eenvoudig. We proberen dan ook gemeenten ertoe te bewegen voorschriften omtrent de molenbiotoop op te nemen in het bestemmingsplan.
21
Verkorte jaarrekening 2010 Balans per 31 december 2010 (voor bestemming resultaat) Activa 2010 2009 Passiva 2010 Reserves en Fondsen Vorderingen en overlopende activa € 762.763 € 962.859 Continuïteitsreserve € 320.039 Reserve algemeen onderhoud € 441.307 Liquide middelen € 1.001.096 € 1.620.073 € 761.346 Fonds Projecten € 445.491 € 1.206.837 Schulden op korte termijn € 557.022 Totaal activa € 1.763.859 € 2.582.930 Totaal passiva € 1.763.859
2009
€ € €
484.429 433.807 918.237
€ 415.124 € 1.333.361 € 1.249.570 € 2.582.930
Staat van baten en lasten 2010 Beschikbaar voor doelstelling Begroting 2010 Realisatie 2010 Realisatie 2009 Begroting 2011 Baten Baten uit eigen fondsenwerving € 49.000 € 13.086 € 228.447 € 40.000 Baten uit acties van derden - - € 32.500 Subsidies van overheden en derden € 867.019 € 627.508 € 938.455 € 983.740 Baten uit beleggingen € 15.000 € 6.897 € 35.019 € 12.500 Overige baten € 40.130 € 32.856 € 31.985 € 40.130 Beschikbaar voor doelstelling € 971.149 € 680.348 € 1.266.407 € 1.076.370 Besteed aan doelstelling Begroting 2010 Realisatie 2010 Realisatie 2009 Begroting 2011 Besteed aan doelstellingen Werving molens PM - - PM Beheer molens en overige opstallen € 532.320 € 312.619 € 335.839 € 342.160 Voorlichting € 25.005 € 46.619 € 24.998 € 46.910 Belangenbehartiging € 31.275 € 31.073 € 7.835 € 18.685 Projecten € 455.751 € 361.354 € 873.163 € 876.422 € 1.044.351 € 751.665 € 1.241.835 € 1.284.627 In % van de totale baten 107,5% 110,5% 98,1% 119,3% In % van de totale lasten 96,0% 93,2% 99,2% 96,6% Werving baten Lasten eigen fondsenwerving € 1.330 € 3.173 € 219 € 1.420 In % van de baten uit eigen fondsenwerving 2,7% € 24,2% 0,7% € 3,5% Beheer en administratie Lasten eigen organisatie € 41.845 € 52.033 € 9.264 € 45.565 € 1.087.526 € 806.870 € 1.251.317 € 1.331.612 Besteed aan doelstelling Resultaat € (116.377) € (126.523) € 15.090 € (255.242)
22
Toelichting Deze gecomprimeerde cijfers zijn ontleend aan en consistent met de officiële jaarrekening. Balans De continuïteitsreserve is opgenomen om de risico’s op korte termijn af te dekken. De reserve algemeen onderhoud dient ter dekking van de eigen bijdrage in het reguliere onderhoud aan de molens en overige gebouwen. Staat van Baten en Lasten De toerekening van de kosten van de eigen organisatie naar de doelstellingen gebeurt op basis van de daadwerkelijke doorberekende personele kosten, die één op één worden toegerekend. De huisvestingskosten, algemene beheerskosten en overige kosten worden met een verdeelsleutel gebaseerd op de aantallen fte’s per doelstelling toegerekend. Resultaat Het resultaat is negatief en bedraagt € 126.523. In oudere jaren zijn bijdragen ontvangen voor de restauratie van molen Maallust. Deze zijn destijds gedoteerd aan de continuïteitsreserve en worden er nu aan onttrokken. Daarnaast is een huurcontract met een huurder afgekocht, hetgeen niet begroot was.
Co lofon Stichting De Utrechtse Molens Postbus 121 3730 AC De Bilt T 030 220 55 55 F 030-220 55 44
[email protected] www.utrechtslandschap.nl
beeld archief UL Renk Ruiter Fotonatura tekst Paul Vesters
Voorstel resultaatsbestemming 2010 Na dotatie van de directe projectenkosten- en subsidietoezeggingen aan het vastgelegd vermogen en een bijdrage voor onderhoud aan de Westveense molen over drie eerdere jaren aan de reserve algemeen onderhoud is besloten om het resultaat te onttrekken aan de continuïteitsreserve conform onderstaand overzicht. Eigen vermogen:
Reserves - Mutatie continuïteitsreserve € (164.390) Onttrekken - Mutatie Reserve algemeen onderhoud € 7.500 Toevoegen Fondsen - Fonds Projecten € 30.367 Toevoegen Totaal € (126.523)
De jaarrekening is vastgesteld in de vergadering van het Bestuur gehouden op 13 mei 2011. De accountant heeft een goedkeurende verklaring over de jaarrekening afgegeven. Deze accountantsverklaring is opgenomen in de uitgebreide jaarrekening. De uitgebreide jaarrekening is op aanvraag verkrijgbaar.
re da c ti e Sascha van Breukelen Sandra Peters vo rmgeving vanhorenzeggen.com d ru kwe rk Drukwerk partners
23