Jaarverslag 2014 van Stichting Bezoekerscentrum Traditionele Scheepsbouw gevestigd te Heeg
Bestuur M.J.L. Jonkhart, voorzitter W.A.J. van de Ven
Conservator museum G.C. de Bruijn - Prevosth
Overige gegevens Bezoekadres: Correspondentie adres: Website: Kamer van Koophandel: BTW nummer: Bankrekening:
It Eilân 6a, 8651 CR Heeg Snoekeblêd 11, 9001 WX Grou www.dehelling.info nr. 01088877 8088.76.168.B01 IBAN NL39 RABO 0328 8299 35
2
Verslag van het bestuur
Inleiding Stichting Bezoekerscentrum Traditionele Scheepsbouw is een zg. Algemeen Nut Beogende Instelling (ANBI). De Stichting is eigenaar van Houtbouwmuseum De Helling te Heeg. Dit geheel door vrijwilligers onderhouden en geëxploiteerde museum is gewijd aan bouw van traditionele Friese houten zeilschepen zoals boeiers, Friese jachten, Staverse jollen, tjotters en schouwen. De stichting werkt nauw samen met Stichting ‘De Palingaak’ die in Heeg een reconstructie van een traditionele houten palingaak heeft gebouwd, een inmiddels verdwenen scheepstype van eveneens Friese origine. Gedurende de bouw van de palingaak fungeerde het museum tevens als bezoekerscentrum voor deze bouw. Toen de bouw gereed was, kreeg het museum weer een meer zelfstandige functie.
Activiteiten in 2014 In 2014 kende de stichting de volgende activiteiten: -
Het onderhouden en openstellen van Houtbouwmuseum De Helling te Heeg en het aldaar ontvangen en rondleiden van bezoekers. Het verzamelen, restaureren en tentoonstellen van voorwerpen en documenten die betrekking hebben op de traditionele bouw van Friese houten zeilschepen. Het organiseren van bijeenkomsten voor de vrijwilligers die tezamen het museum in stand houden. Het organiseren van lezingen over onderwerpen die verband houden met de traditionele bouw van Friese houten zeilschepen.
In het eigen gebouw van de Stichting worden voorwerpen en documenten uit de eigen collectie en in bruikleen ten toon gesteld. Naast een aantal modellen van traditionele houten zeilschepen beschikt het museum onder meer over tal van voorwerpen die op deze schepen betrekking hebben, een collectie gereedschappen, een collectie historische foto’s en grafisch werk en een collectie onderwijs materiaal. Voorts heeft het museum enkele kleine scheepjes in bezit aan de hand waarvan het publiek uitleg kan worden gegeven over de constructie, de bouw en de bediening ervan. Een daarvan is een in 2009 door ING geschonken boeierske, dat tot dan toe steeds ten toon was gesteld in een van de bankfilialen. Dit boeierske is ooit op de werf van P.P. Piersma gebouwd. Het is thans permanent te bezichtigen op de eerste verdieping van het museum. Voorts ontving het museum in een schenking van de heer H.P. Nooteboom uit Leiden in de vorm van een originele Friese wildsjitter. Wildsjitters en boeierkes vormen de kleinste leden uit de familie van de houten Friese ronde en platbodem (zeil)schepen. De benedenverdieping van De Helling was ook het afgelopen jaar weer geheel gewijd aan een tentoonstelling over de palingaken van weleer. De bovenverdieping is gewijd aan de traditionele bouw van Friese houten zeilschepen in het algemeen.
Samenwerking De stichting kent een tweetal concrete samenwerkingsverbanden:
3
-
De Stichting Bezoekercentrum Traditionele Scheepsbouw heeft destijds het initiatief genomen tot de Stichting “De Palingaak”. Daarbij wordt in de praktijk met een en dezelfde groep vrijwilligers gewerkt. In de beginperiode van Stichting “De Palingaak” heeft Stichting Bezoekerscentrum bovendien een belangrijke rol gespeeld bij het aantrekken van gelden om de ambities van Stichting “De Palingaak” financieel mogelijk te maken.
-
Voorts werkt de Stichting nauw samen met Stichting Palingklipper ‘Voorwaarts’ uit Gaastmeer. Deze laatste genoemde stichting beheert sinds 2010 de laatst overgebleven palingklipper van Súdwest Fryslân
Naast het voorafgaande is jarenlang samengewerkt met Stichting It Fiskersskip uit PaesensModdergat, Stifting Houten Skûtsje uit Earnewâld en Stichting De Palingaak in het platform De Driewerf. Wat de stichtingen bindt, is dat zij alle bezig zijn met de reconstructie van een verdwenen type houten zeilschip dat kenmerkend was voor de Friese wateren. Al deze stichtingen hebben bovendien tot doel de cultuurhistorie van de provincie, en met name de cultuurhistorie op en rond het water, onder de aandacht van een breed publiek te brengen.
Bezoek Sinds 2010 liggen de bezoekersaantallen duidelijk lager dan in de voorafgaande jaren toen de palingaak nog in aanbouw was en velen een bezoek aan de bouw combineerden met een bezoek aan het museum. Toen was sprake van 5.000 – 6.000 bezoekers per jaar. In 2010, het jaar na de tewaterlating van de palingaak, liep dit aantal terug tot iets meer dan 1.000. In de jaren daarna verminderde het aantal verder tot enkele honderden bezoekers per jaar. Het bezoek bestaat voornamelijk uit groepen, waarbij een bezoek aan het museum veelal onderdeel vormt van een meer omvattend (dag)programma.
Financiën De inkomsten van de stichting bestaan in hoofdzaak uit donaties, lijfrentes en entreegelden. Behalve voor de exploitatie van het museum is in de periode 2005 - 2009 een groot deel van de opbrengsten gebruikt voor de financiering van de bouw van de palingaak Korneliske Ykes II. Ultimo 2009 was € 87.500 voor de bouw ter beschikking gesteld in de vorm van een achtergestelde lening. Dit bedrag bleef sedertdien onveranderd. De lening is voor een bedrag van € 67.500 gefinancierd uit voor dit doel ontvangen lijfrentes en voor € 20.000 uit jaarlijkse overschotten. Voor nadere details wordt verwezen naar het Jaarverslag 2014 en andere publicaties van Stichting ‘De Palingaak’. Over 2014 werd op lopende activiteiten een verlies geboekt van € 8.995,57, tegenover een verlies over 2013 van € 9.927,47. Dat het lopende resultaat ruim € 1.000,00 verbeterde ondanks een daling van de totale baten met ca. € 350,00, komt geheel door een strenge bewaking van de algemene en huisvestingskosten. De rentekosten bleven met € 3.252,19 vrijwel op het niveau van vorig jaar. Naast het voorgaande vond een eenmalige afboeking van het onroerend goed van de Stichting plaats ter grootte van € 9.438,86 teneinde de balanswaarde in overeenstemming te brengen met de actuele marktwaarde. Het totale verlies over 2014 kwam daarmee uit op een bedrag van € 18.434,43.
Bestuur In 2014 vonden geen bestuurswijzigingen plaats.
4
Vooruitzichten Het oorspronkelijke doel van Houtbouwmuseum de Helling was een tijdelijke opzet als bezoekerscentrum voor de opvang van bezoekers bij de bouw van de palingaak. Op verzoek van het bestuur van de toenmalige gemeente Wymbritseradiel is dit doel destijds van meet af aan uitgebreid tot permanente slechtweer voorziening voor Heeg en omgeving. Vandaar ook dat het museum zich niet slechts richt op de historische palingaken en de daarmee nauw samenhangende palinghandel op Londen, maar op het bredere terrein van de Friese houten zeilschepen in het algemeen tot onderwerp heeft. Nu de bouw van de palingaak Korneliske Ykes II in 2009 is voltooid, is de functie van bezoekersopvang tijdens de bouw komen te vervallen. Daarmee zijn de bezoekersaantallen terug gevallen tot het niveau van voor deze bouw. Uiteraard zijn daarmee ook de inkomsten voor de Stichting sterk gedaald. Daar komt bij dat de stichting in 2011 voor het laatst inkomsten heeft genoten uit het destijds met Friesland Bank afgesloten sponsorcontract. Het bestuur heeft de afgelopen jaren geprobeerd deze ontwikkelingen op te vangen door het aangaan van nieuwe samenwerkingsverbanden, waardoor de functie van het museum zou kunnen worden verbreed. In 2012 heeft het bestuur daarbij de hulp ingeroepen van de nieuwe fusiegemeente Súdwest Fryslân. Het bestuur van de nieuwe gemeente heeft echter laten weten geen behoefte meer te hebben aan de kleinschalige voorziening die het Houtbouwmuseum De Helling is. In 2014 is opnieuw een poging gedaan om de gemeente te interesseren in een doorstart van het museum. De reden was dat een belangrijke culturele partij in de regio zijn interesse had uitgesproken mits een zeer bescheiden ondersteuning van gemeentewege mogelijk zou zijn. Opnieuw liet de gemeente weten geen belangstelling te hebben en niet bereid te zijn het voorgestelde samenwerkingsverband ook maar op enige wijze financieel te ondersteunen, zelfs niet voor zeer bescheiden bedragen. Omdat inmiddels de eigen financiën van de Stichting vrijwel waren uitgeput en de banklening uiterlijk per 31 maart 2015 moest worden afgelost, heeft het bestuur met pijn in het hart moeten besluiten het opstalrecht op te zeggen en het pand te verkopen aan de eigenaar van de ondergrond, Jachtwerf P.P. Piersma. Met Jachtwerf P.P. Piersma zijn afspraken gemaakt waardoor het museum nog gedurende het zomerseizoen 2015 open zal kunnen blijven. Daarna zal het pand worden omgevormd in een eigen expositieruimte van de werf, waarvan de Stichting tegen betaling nog gedurende enkele malen per jaar voor bijeenkomsten gebruik zal kunnen blijven maken.
Tenslotte Ook in 2014 stelde weer een groot aantal vrijwilligers veel tijd ter beschikking om het museum draaiende te houden, bezoekers te ontvangen en rondleidingen te geven. Het bestuur wil hen op deze plaats graag danken voor hun enorme inzet. Het bestuur begrijpt zeer wel dat met name voor hen de hiervoor geschetste ontwikkelingen een grote teleurstelling zijn. Onder de gegeven omstandigheden is echter geen andere weg mogelijk. In elk geval kan het museum gedurende het seizoen 2015 nog open blijven en behoeven ook daarna de activiteiten niet geheel te worden beëindigd. Wellicht kan vanuit die positie toch nog een nieuwe doorstart worden gemaakt. Het bestuur kijkt er in elk geval naar uit hieraan met de vele enthousiaste vrijwilligers in de loop van 2015 verder te werken. Heeg, 27 maart 2015, Het bestuur
5
Jaarrekening over het boekjaar 2014
Balans per 31 december 2014
Resultatenrekening 2014
Toelichting Waarderingsgrondslagen Vaste Activa Gebouwen zijn opgenomen tegen historische kostprijs vermeerderd met bouwrente en onderaftrek van afschrijving sedert ingebruikname. De overige vaste activa zijn opgenomen
6
tegen historische kostrijs minus afschrijvingen. De jaarlijkse afschrijvingspercentages zijn als volgt (percentage van historische kostprijzen): Gebouwen: Inventaris: Tentoonstellingen: Schepen:
4,0% 20,0% 33,3% 0,0%
Debiteuren Debiteuren zijn opgenomen tegen nominale waarde onder aftrek van noodzakelijk geachte voorzieningen wegens wanbetaling. Schulden Schulden zijn opgenomen tegen nominale waarde. Overige activa en passiva Alle overige activa en passiva zijn opgenomen tegen nominale waarde. Toelichting op de balans Financiële vaste activa De lening u/g betreft een achtergestelde winstdelende lening aan Stichting ‘De Palingaak’ ten behoeve van de bouw van de palingaak Korneliske Ykes II. Deze lening is voor € 67.500 gefinancierd met destijds ontvangen lijfrenten en voor € 20.000 uit eigen middelen en met name uit bezoekersopbrengsten tijdens de bouw van de palingaak. Materiële vaste activa De materiële vaste activa laten zich als volgt specificeren: Gebouw Waarde per 31-12-2013 Reguliere jaarlijkse afschrijving Eenmalige afschrijving i.v.m. besluit tot verkoop Waarde per 31-12-2014
93.421,56 - 7.186,16 - 9.438,86 76.796,54
De eenmalige afschrijving i.v.m. het besluit tot verkoop is gebaseerd op een verwachte verkoopwaarde van ca. € 75.000, rekening houdend met een reguliere afschrijving over de maanden dat het pand in 2015 nog in het bezit van de Stichting zal zijn. Inventaris De resterende waarde ad € 6.000 vertegenwoordigt de waarde van de schepen die de stichting voor tentoonstellingsdoeleinden in bezit heeft. Transitoria De overlopende activa per 31-12-2014 ad € 488,50 betreffen het saldo van met Stichting ‘De Palingaak’ nog over en weer te verrekenen bedragen. Renteloze lening o/g In 2010 werd voor een periode van vijf jaar een jaarlijkse lijfrente van € 1.200 ontvangen. De overige vier termijnen werden ter beschikking gesteld in de vorm van een renteloze lening. Uit hoofde van de renteloze lening bestond derhalve per ultimo 2013 nog een schuld van € 1.200.
7
Toelichting op de resultatenrekening Overige baten De Overige baten 2012 ad € 3.640,36 zijn als volgt samengesteld: Vrijval voorziening Uitkering verzekering Voorziening debiteuren 2009/2010 Overige en afrondingsverschillen btw
3.900,00 225,00 - 487,00 2,36
De overige baten 2013 ad € 165,84 betroffen voor een bedrag groot € 164,47 de afboeking van enkele kleinere transitorische posten; het restant ad € 1,37 betrof afrondingsverschillen. Huisvestingskosten De huisvestingskosten 2013 ad € 973,56 omvatten mede een netto kostenpost van € 539,00 die betrekking heeft op het eigen risico bij een stormschade in het najaar van 2013. Resultaat Het negatieve resultaat over het boekjaar ad € 9.927,48 wordt ten laste van het eigen vermogen gebracht.
Heeg, 27 maart 2015, Het bestuur
8