Jaarverslag 2013 Toezicht op de Waarborgwet 1986 Verispect B.V. – Ministerie van Economische Zaken
Delft, 14 maart 2014
Jaarverslag 2013 Toezicht op de Waarborgwet
Voorwoord Voor u ligt het jaarverslag waarin de toezichthouder op de Waarborgwet, Verispect, verantwoording aflegt over de uitoefening van het toezicht op de naleving van de Waarborgwet 1986 (Waarborgwet) en de opsporing van overtredingen van de voorschriften van de Waarborgwet in het jaar 2013. In het jaarplan Toezicht Waarborgwet 2013 heeft Verispect zijn visie op het huidige toezichtbeleid uitgewerkt en de te bereiken doelstellingen gegeven. Verispect streeft naar een nalevingniveau van 85% op de korte termijn en op een langere termijn wordt gestreefd om dit percentage op 95% of hoger te brengen. Om dit te bereiken wordt ingezet op het uitvoeren van het toezicht op basis van risico. Hierbij wordt het principe gehanteerd dat het toezicht intensiever wordt uitgevoerd naarmate het risico op niet naleven groter is. Verispect heeft deze methodiek ontwikkeld en deze wordt inmiddels toegepast. Alle te bezoeken locaties in het kader van het toezicht zijn geclassificeerd (A, B of C locatie) waarbij een A locatie intensiever gecontroleerd wordt dan de andere twee soorten locaties. Verispect hecht grote waarde aan het goed en verantwoord invullen van zijn toezichthouderschap. Dit komt onder andere tot uiting in de Verispect Gedragscode Integriteit en de jaarlijkse beoordeling door de Raad voor Accreditatie van de ISO 17020 kwaliteitserkenning. Daarnaast neemt Verispect de zes principes van goed toezicht in acht: onafhankelijkheid, transparant, professioneel, selectief, slagvaardig en samenwerkend toezicht. Met dit jaarverslag wordt inzicht gegeven in en verantwoording gegeven over de uitgevoerde werkzaamheden en behaalde resultaten in het jaar 2013.
Delft, 14 maart 2014 Verispect B.V.
Dr. ir. C.J. van Mullem Directeur
Versie 2
Pagina 2 van 23
Jaarverslag 2013 Toezicht op de Waarborgwet
Inhoudsopgave 1
Inleiding ......................................................................................................................................... 4
2
Inrichting Toezichtwerkzaamheden .............................................................................................. 5
3
Toezichtbeleid................................................................................................................................ 8
4
3.1
Doel 8
3.2
Toezichtbeleid Beverwijkse Bazaar ..................................................................................... 8
Resultaten Toezicht ..................................................................................................................... 10 4.1
Korte terugblik ................................................................................................................... 10
4.2
Aantallen controles ........................................................................................................... 10
4.3
Toezicht directe verkoop aan het publiek ......................................................................... 11 4.3.1 Resultaten gerelateerd aan risicogroepen “ABC” ................................................... 12 4.3.2 Resultaten opgesplitst naar postcodegebieden ..................................................... 15
4.4
Veilingen en openbare verkopen ...................................................................................... 16
4.5
Groothandel ...................................................................................................................... 17
4.6
Verkoop van voorwerpen van edelmetaal via internet .................................................... 17
4.7
Benaming........................................................................................................................... 18
4.8
Juridische ondersteuning .................................................................................................. 19
4.9
Klachten ............................................................................................................................. 19
4.10 Processen-verbaal ............................................................................................................. 21 5
Overige aan toezicht gerelateerde zaken .................................................................................... 22 5.1
Kwaliteitszorg .................................................................................................................... 22
5.2
Publiciteit en voorlichting.................................................................................................. 22
5.3
Registratie en verslaglegging ............................................................................................. 22
5.4
Toekomst ........................................................................................................................... 22
Versie 2
Pagina 3 van 23
Jaarverslag 2013 Toezicht op de Waarborgwet
1
Inleiding
Op basis van het “Jaarplan 2013 Toezicht Waarborgwet” van 23 januari 2013, versie 2, zijn in opdracht van het Ministerie van Economische Zaken door Verispect in 2013 toezichtwerkzaamheden uitgevoerd met betrekking tot de naleving van de Waarborgwet. Verispect heeft een groot aantal controles uitgevoerd bij directe verkooppunten van edelmetalen voorwerpen; winkels, edelsmeden, (dag)markten, veilingen en groothandels. Daarnaast zijn er werkzaamheden uitgevoerd in het kader van verkoop van edelmetalen voorwerpen via internet. ISO 17020 kwaliteitserkenning De werkzaamheden in het kader van het toezicht op de naleving van de Waarborgwet zijn ondergebracht in onze kwaliteitserkenning ISO 17020 die door de Raad voor Accreditatie (RvA) wordt afgegeven. De jaarlijkse beoordeling door (een) externe deskundige(n) onder leiding van de RvA heeft in februari 2013 plaats gevonden voor Verispect. De jaarlijks terugkerende interne audit is uitgevoerd in november 2013. Gedragscode Integriteit Verispect fungeert als onafhankelijke toezichthouder op de naleving van de Metrologiewet, de Waarborgwet en de Wet op de kansspelen. Uitgangspunt bij dit toezicht is de waarborging van vertrouwen. Verispect heeft diverse procedures en richtlijnen ontwikkeld om aan de (kwaliteit) eisen te kunnen voldoen die worden gesteld aan – en verwacht worden van – een onafhankelijke en onpartijdige organisatie. Om de rol van onafhankelijke toezichthouder te kunnen blijven uitvoeren is en blijft de borging van integriteit binnen Verispect van essentieel belang. In dit kader heeft Verispect een aantal jaren geleden de gedragscode: ‘Integriteit, een handleiding voor professioneel werken’, ontwikkeld. Deze gedragscode is bekend bij alle medewerkers van Verispect en zij dienen bewust om te gaan met de in deze gedragscode benoemde thema’s. Daarnaast vormt deze gedragscode ook een belangrijk document om externe partijen inzicht te geven in de wijze waarop Verispect met integriteitkwesties omgaat. Het opstellen van een gedragscode Integriteit was het begin. Integriteit is echter een onderwerp dat regelmatig op de agenda dient terug te keren. Vanaf 2012 is vervolg gegeven aan het programma integriteittraining in samenwerking met het Bureau Integriteit Openbare Sector, dat onderdeel is van het CAOP, het kennis- en dienstencentrum op het terrein van de arbeidsmarkt en arbeidsverhoudingen in het publieke domein. De inzet van de training was het analyseren van en leren omgaan met integriteit-dilemma’s. Ook tijdens kantoordagen komt dit onderwerp aan de orde. Jaarrapportage Een uitvloeisel van het jaarplan is het rapporteren aan het ministerie over de inhoudelijke bevindingen als resultaat van het toezicht. Dit jaarrapport beschrijft dus de resultaten van het toezicht in 2013 waarbij ook de resultaten van het toezicht in de voorafgaande jaren worden betrokken. Voordat de resultaten aan de orde komen, zal eerst kort worden ingegaan op de inrichting van de toezichtwerkzaamheden.
Versie 2
Pagina 4 van 23
Jaarverslag 2013 Toezicht op de Waarborgwet
2
Inrichting Toezichtwerkzaamheden
De toezichtwerkzaamheden binnen de Waarborgwet zijn als volgt onder te verdelen: Controle op aanwezigheid van de wettelijk bepaalde keurmerken op voorwerpen die onder de bepalingen van de Waarborgwet vallen; Controle op het juist etaleren van gouden, zilveren en/of platina gelijkende voorwerpen; Controle op het gebruik van juiste benamingen; Controle op het zichtbaar aanwezig zijn van de keurtekenplaat; Verbaliseren van overtredingen, voortvloeiend uit de bepalingen van de Waarborgwet. Inhoudelijk zijn deze taken nader te verdelen in de volgende werkzaamheden: 1. Controle op directe verkoop aan publiek: Bij de verkoop van gouden, zilveren en/of platina voorwerpen in winkels en (dag)markten zal Verispect controleren of aan de voorschriften van de Waarborgwet wordt voldaan. De gouden, zilveren en/of platina voorwerpen, worden door Verispect bekeken op de aanwezigheid van stempelmerken en worden, waar nodig, meegenomen om het gehalte te laten controleren. Tevens wordt gelet op het juist etaleren van gouden, zilveren en/of platina gelijkende voorwerpen, het gebruik van de juiste benamingen en de zichtbare aanwezigheid van de keurtekenplaat. 2. Controle bij veilingen: Bij de verkoop van gouden, zilveren en/of platina voorwerpen tijdens veilingen en openbare verkopingen zal Verispect controleren of aan de voorschriften van de Waarborgwet wordt voldaan. De gouden, zilveren en/of platina voorwerpen, worden door Verispect bekeken op de aanwezigheid van stempelmerken en worden, waar nodig meegenomen om het gehalte te laten controleren. Tevens wordt gelet op het juist etaleren van gouden, zilveren en/of platina gelijkende voorwerpen, het gebruik van juiste benamingen en de zichtbare aanwezigheid van de keurtekenplaat. 3. Controle bij de groothandel: Bij de verkoop van gouden, zilveren en/of platina voorwerpen door de groothandel zal Verispect controleren of aan de voorschriften van de Waarborgwet wordt voldaan. De gouden, zilveren en/of platina voorwerpen, worden door Verispect bekeken op de aanwezigheid van keurstempel en worden, waar nodig, meegenomen om het gehalte te laten controleren. Tevens wordt er informatie gegeven over de wijze van levering (gekeurd/ongekeurd) van de edelmetalen aan bedrijven. 4. Controle bij internetverkoop: Bij de verkoop van gouden, zilveren en/of platina voorwerpen via webwinkels controleert Verispect of aan de voorschriften van de Waarborgwet wordt voldaan. Via de website, indien nodig via het Kamer Koophandel register, worden de contactgegevens achterhaald. 5. Benamingen: In 2013 is speciale aandacht gegeven aan het gebruik van benamingen ter voorkoming van misleiding van consumenten. Diverse media uitingen zijn gecontroleerd om een beeld te krijgen en om een handhavingsbeleid te gaan ontwikkelen. De volgende instrumenten zijn tijdens het toezicht gebruikt: Fysieke controles en onderzoeken op locaties waar gouden, zilveren en/of platina voorwerpen ter verkoop of ter vermoedelijke verkoop worden aangeboden; “Mystery shopping” bij internetverkooppunten. Het behandelen van klachten van consumenten en anderen over de verkoop van edelmetaal; Het beheer van gegevens betreffende locaties, bezoeken en onderzoeken; Het laten herstellen van onwettige situaties; Het meenemen van voorwerpen voor nader onderzoek; Het in beslag nemen van voorwerpen; Het aanzeggen, opstellen en indienen van processen-verbaal. Versie 2
Pagina 5 van 23
Jaarverslag 2013 Toezicht op de Waarborgwet
Risico gestuurd toezicht bij directe verkoop aan publiek Bij directe verkoop aan het publiek wordt op basis van risico analyse toezicht gehouden waarbij een indeling van 3 risicogroepen (A, B en C) wordt gehanteerd. Voor deze drie risicogroepen wordt een verschillende controle frequentie gehanteerd voor de periodieke controle. De indeling is als volgt gedefinieerd: A. Hoog risico (1x per jaar periodiek onderzoek) a. Edelsmid b. Bijouterie die niet behoort bij een keten c. Juwelier die verkoopt per gram en niet behoort bij een keten B. Middel risico (1 x per 3 jaar periodiek onderzoek) a. Juwelier die niet verkoopt per gram en niet tot een keten behoort C. Laag risico (1 x per 5 jaar periodiek onderzoek) a. Juwelier die bij een keten behoort b. Bijouterie die bij een keten behoort c. Alle overige bedrijven die niet bij risicogroep A of B zijn ingedeeld Opgemerkt wordt dat de indeling in een risicogroep niet wijzigt indien een bedrijf de Waarborgwet één of meerdere keren wel heeft nageleefd. Dit wordt veroorzaakt door het feit dat er bij deze indeling niet wordt gekeken naar een individueel bedrijf, maar of het bedrijf behoort tot een vooraf gedefinieerde groep. Door het niet wijzigen van de risicogroep kan in de loop van de jaren worden bekeken hoe het nalevinggedrag van de risicogroep zich ontwikkeld. Alle bekende locaties hebben een classificatie A, B of C op basis van bovenstaande classificatie. Nieuwe locaties zullen op dezelfde wijze worden ingedeeld en bezocht. In principe wordt tijdens een controle een steekproef van 80 voorwerpen van de aanwezige collectie genomen voor het onderzoek. Indien uit de historische controle gegevens blijkt dat er sprake was van een goede naleving dan kan de controleur besluiten het aantal voorwerpen in de steekproef te beperken. Dit draagt bij aan het beperken van de toezichtlast voor de ondernemer. In het data informatie systeem wordt de grootte van de steekproef wel vastgelegd. Verder gelden de volgende richtlijnen ten aanzien van datgene dat is geconstateerd: Alleen indien meer dan 10 procent van de gecontroleerde artikelen geen keurmerk draagt, wordt een opdracht tot herstel uitgeschreven en volgt een herbezoek. Indien tijdens het periodieke onderzoek meer dan 50 procent van de onderzochte artikelen niet gewaarborgd zijn dan wordt er nog één keer een herstelopdracht uitgeschreven, uitgezonderd in de hierna genoemde situatie. Indien sprake is van een recidivist (dit is een ondernemer die in het verleden twee (of meer) keer bij een periodiek onderzoek ongewaarborgde artikelen ter verkoop aanbood) zal een proces-verbaal worden aangezegd als er meer dan 50 procent van de gecontroleerde artikelen niet gewaarborgde werken zijn. Dit betekent dat er tijdens het periodieke onderzoek ongewaarborgde artikelen meegenomen worden voor nader onderzoek. Indien de controleur het i.v.m. de veiligheid noodzakelijk acht zal een tweede controleur aanwezig zijn of erbij gehaald worden. Indien bij het 1ste herbezoek wordt verwacht dat wederom meer dan 50 procent niet gewaarborgd is, zal dit onderzoek op verzoek van de controleur met 2 medewerkers worden gedaan. Ook bij andere herbezoeken, waarbij de verwachting is dat artikelen moeten worden meegenomen, worden er op verzoek van de controleur twee medewerkers ingezet.
Versie 2
Pagina 6 van 23
Jaarverslag 2013 Toezicht op de Waarborgwet
Een herbezoek onderzoek zal in de meeste gevallen na 2 maanden volgen, echter in bijzondere omstandigheden kan de controleur de termijn, alleen bij het eerste herbezoek, verlengen tot 4, maximaal 6, maanden. Een voorbeeld van een bijzondere omstandigheid is een nieuw bedrijf waarvan de eigenaar goedwillend is, maar onbekend is met de Waarborgwet en het onmogelijk is alles binnen 2 maanden te laten keuren. Er volgen maximaal 3 herbezoeken na een periodiek onderzoek. Bij het 3e herbezoek zullen dus (indien meer dan 10 procent van de gecontroleerde artikelen geen keurmerk draagt), altijd artikelen voor nader onderzoek worden meegenomen en proces-verbaal worden opgemaakt. Bij het niet zichtbaar aanwezig hebben van een keurtekenplaat zal géén vervolgonderzoek volgen. De juiste keurtekenplaat wordt wel afgegeven door de controleur. Indien er verder geen gebreken worden geconstateerd zal het onderzoek als “goed” worden geregistreerd.
Registratiesystemen VIS Voor het registreren van locatiegegevens waar edelmetalen voorwerpen worden verkocht en de bijbehorende controleresultaten wordt gebruik gemaakt van het Verispect Inspectie Systeem (VIS). Het systeem biedt de mogelijkheden om de indeling op basis van risicogroepen te hanteren in zowel het plannen als in de uitvoering. Daarnaast vinden er jaarlijks kleinere aanpassingen plaats om het systeem verder te optimaliseren. Overleg met Ministerie en de Waarborginstellingen Regelmatig is er overleg geweest tussen het Ministerie van Economische Zaken en Verispect. In dit overleg is o.a. gesproken over beleidszaken, internationale ontwikkelingen en de (tussentijdse) resultaten van het toezicht. Daarnaast zijn er verschillende contacten geweest met de waarborginstellingen.
Versie 2
Pagina 7 van 23
Jaarverslag 2013 Toezicht op de Waarborgwet
3 3.1
Toezichtbeleid Doel
Het algemene doel voor het toezicht is het bewerkstelligen van de naleving van de Waarborgwet. Een controle in het kader van de Waarborgwet is zowel voor de koper (consument) als voor de verkoper van belang. De koper wil vanzelfsprekend de zekerheid dat edelmetalen de wettelijk voorgeschreven gehalten hebben. Het gaat hier om consumentenbescherming. Maar ook de verkoper heeft er belang bij om beschermd te worden, namelijk tegen fraude en oneerlijke concurrentie. Concreet wordt het algemene doel van toezicht vertaald naar het feit dat Verispect streeft naar 95 procent in orde zijnde onderzochte directe verkooppunten, veilingen, groothandels en internet verkoopwinkels in edelmetalen tijdens onverwachte periodieke onderzoeken. Op korte termijn is het streven om tijdens deze periodieke onderzoeken het nalevinggedrag tot 85 procent te laten stijgen. Op basis van het evaluatierapport ”Op een goudschaaltje gewogen” (2008) is het toezichtbeleid aangescherpt. Dit betekent o.a. dat er sneller proces-verbaal op gemaakt wordt. Dit is m.n. het geval als er tijdens eerdere controles bleek dat er niet nageleefd werd. De communicatie naar de verkoper over het strenger optreden is ook aangepast. Een ander onderdeel van de evaluatie is om meer op basis van risico het toezicht in te richten. Vanaf 2010 is daar invulling aan gegeven. In dit jaarverslag wordt daar op meerdere plekken nader op ingegaan en worden de resultaten besproken t.a.v. de indeling in risicogroepen.
3.2
Toezichtbeleid Beverwijkse Bazaar
Verispect heeft in de afgelopen jaren meerdere malen per jaar de Beverwijkse Bazaar gecontroleerd. Op deze locatie zijn een groot aantal juweliers gevestigd. In het begin (2003) was de nalevingbereidheid zeer gering. Nu men Verispect kent is de nalevingbereidheid sterk toegenomen. Deze bedrijven zijn allen geclassificeerd als A locatie en worden nu jaarlijks onderzocht. In 2013 zijn alle 30 juweliers minimaal één keer bezocht. De jaarlijkse periodieke controle is in 2013 in twee delen uitgevoerd. Veertien bedrijven zijn gecontroleerd in augustus, veertien bedrijven zijn bezocht in september. Twee bedrijven zijn al eerder bezocht in maart en april als gevolg van in 2012 ingeplande hercontroles. Deze twee adressen bleken bij de hercontrole aan de Waarborgwet te voldoen. Bij negen (32%) van de achtentwintig periodiek gecontroleerde juweliers werd niet voldaan aan de Waarborgwet waardoor op deze adressen hercontrole werd ingepland. Op de Beverwijkse Bazaar hebben een aantal toezichthoudende instanties elkaar gevonden om, daar waar er behoefte is, gezamenlijk controles uit te voeren. Begin november 2013 werd Verispect, door de Politie Noord-Holland, Kennemerland, IJmond, verzocht deel te nemen aan een integrale actie op de Beverwijkse Bazaar. Deze integrale actie werd geïnitieerd door de Belastingdienst, afdeling Wet Witwassen en Financiering Terrorisme. Bij deze actie op 15 december werd onder andere ook gecontroleerd op andere belastingtechnische aspecten, heling van gereedschappen en cosmetica, verkoop van namaak artikelen en inkoopregisters. Verispect maakte met twee man deel uit van deze actie waarbij diverse politiefunctionarissen en een Hoofd Officier van Justitie betrokken waren. Die dag werden in samenwerkingsverband door ongeveer 50 mensen diverse controles uitgevoerd. Verispect bezocht die dag 10 juweliers samen met medewerkers van de Belastingdienst en politie. De controles van Verispect waren met name gericht op de voorraad in de kluis. Voorraden (in kluizen) mogen immers niet langer dan 4 weken ongekeurd in het bezit zijn van een ondernemer. Bij juweliers waar nog een herstelopdracht liep naar aanleiding van de eerdere periodieke ronde, en waarvan de Versie 2
Pagina 8 van 23
Jaarverslag 2013 Toezicht op de Waarborgwet
hersteltermijn nog niet was verlopen werd een kleine steekproef gehouden op de voorwerpen in de winkel. Daar waar niet gewaarborgde voorwerpen werden aangetroffen werd nog eens duidelijk gemaakt dat voorwerpen vòòr de datum aangegeven op de afgegeven herstelopdracht in orde moesten zijn gebracht. Op vrijwel alle bezochte adressen bleek de voorraad in de kluis niet zo groot. Wel werden er redelijke hoeveelheden oud goud en oud zilver aangetroffen, veelal bestaande uit oude en kapotte sieraden. Herstelopdrachten zijn die dag door Verispect niet uitgereikt.
Versie 2
Pagina 9 van 23
Jaarverslag 2013 Toezicht op de Waarborgwet
4 4.1
Resultaten Toezicht Korte terugblik
De nadruk van het toezicht heeft vanaf de start eind 2002 gelegen op het controleren van de directe verkooppunten. Gedurende de eerste controleronde lag het gemiddelde nalevinggedrag in deze categorie rond de 60 procent, waarbij een locatie naleeft (“goed” werd bevonden) als maximaal 5 procent (van een steekproef van 40 artikelen) niet van de vereiste keurmerken was voorzien. Op basis van de (tegenvallende) controleresultaten is in de jaren 2004 t/m 2008 het toezichtbeleid aangescherpt en ook is het controle interval verkleind. Hierdoor zijn de resultaten van het toezicht (beperkt) verbeterd. In 2009 is het beleid verder aangepast. Er wordt sneller opgetreden tegen overtreders, maar de grenzen voor wat als niet naleven (“fout”) wordt gezien zijn verruimd. Tevens is er een risicoanalyse uitgevoerd. Naar aanleiding van de resultaten van de controles in 2009 is er bepaald welke branches/locaties een hoog (A), middel (B) of laag (C) risico hebben. De basis voor deze indeling vormt een set vaste criteria. Deze criteria zijn o.a.: • Branche Juwelier: behoort deze niet tot een keten en wordt er per gewicht verkocht, dan is het risico hoog (A); • Branche Edelsmid: dan is het risico hoog (A); • Branche Bijouterie: behoort deze winkel niet tot een keten, dan is het risico hoog (A); • Branche Juwelier: behoort deze niet tot een keten en wordt er niet per gewicht verkocht, dan is het risico middel (B); • Branche Juwelier, Wereldwinkel of Bijouterie: behoort deze tot een keten, dan is het risico laag (C); • Alle andere branches: dit is een risico laag (C). In 2010 en 2011 zijn alle geregistreerde locaties ingedeeld op basis van de in 2009 geformuleerde bovenstaande risicogroepen A, B en C. De afgelopen jaren zijn A locaties jaarlijks bezocht, B locaties met een gemiddelde van 1x per 3 jaar en C locaties met een gemiddelde frequentie van 1 x per 5 jaar. In eerste instantie was het de bedoeling B locaties 1x per 2 jaar te bezoeken, maar vanwege budgetbeperkingen is dat vanaf 2012 op een haalbare 1x per 3 jaar gezet. Daarnaast zijn er ook nieuwe locaties op basis van bovenstaande set criteria ingedeeld in A, B of C locatie en tevens zijn ze toegevoegd en/of bezocht. De resultaten geven aan dat A locaties absoluut gezien het laagste nalevingpercentage hebben, maar in de afgelopen jaren is dit nalevingpercentage wel toegenomen. De naleving is gestegen van 65 procent in 2010 tot 82 procent in 2012. Dat is nog niet het gewenste niveau, maar het is een ontwikkeling de goede kant op. De naleving bij B locaties is deze jaren lager dan de naleving op C locaties. De naleving op B locaties is vanaf 2010 (86 procent) minimaal verbeterd en in zowel 2011 als 2012 op 89 procent uitgekomen. C locaties hadden in 2010 een naleving van 90 procent en in 2012 komt die uit op 93 procent. De C locaties zitten als enige dicht tegen de gewenste 95 procent.
4.2
Aantallen controles
Bij het toezicht zijn de controles opgesplitst in 4 categorieën, te weten controles bij directe verkoop aan publiek, controles bij veilingen, controles bij groothandels en controles op internetverkoop. Bij de locaties worden periodieke onderzoeken afgelegd. Indien tijdens een onderzoek wordt vastgesteld dat er niet wordt nageleefd, dan volgt er na een bepaalde periode een heronderzoek. In
Versie 2
Pagina 10 van 23
Jaarverslag 2013 Toezicht op de Waarborgwet
een aantal gevallen zal dit leiden tot een tweede heronderzoek of er wordt proces-verbaal opgemaakt. In 2013 bestond, net als voorgaande jaren, het merendeel van het aantal controles uit onderzoeken bij directe verkoop aan publiek. Het totale aantal controles per categorie is het aantal daadwerkelijke onderzoeken waar edelmetaal boven de wettelijke gewichtgrens ter verkoop wordt aangeboden. Tabel 1: Overzicht van het aantal begrote en werkelijke controles over de afgelopen drie jaar.
Categorie Directe verkoop aan publiek Veiling Groothandel Totaal Categorie Internet Benamingen Juridische ondersteuning
2011 begroot* werkelijk aantal aantal 1.333 1.354 12 12 30 30 1.375 1.396 uren uren 60 80 ---
2012 begroot* werkelijk aantal aantal 1.498 1.511 15 15 15 21 1.528 1.547 uren uren 90 86 ---
2013 begroot* werkelijk aantal aantal 1.406 1.496 20 20 25 23 1.451 1.539 uren Uren 60 47 77 55 48 62
* aangepaste getallen offerte in het lopende jaar
4.3
Toezicht directe verkoop aan het publiek
Binnen het toezicht op directe verkoop aan het publiek vallen zowel markten en winkels zoals juweliers, edelsmeden, antiquairs en andere bedrijven (detailhandel met veelal zilveren artikelen als bijproduct) die rechtstreeks aan het publiek verkopen. In 2013 zijn er 1.496 onderzoeken uitgevoerd. Dit is een vergelijkbaar aantal met 2012. De periodieke onderzoeken vinden plaats met de gemiddelde onderzoekfrequentie die per risicogroep varieert en vooraf is afgesproken. Klachten worden apart geregistreerd. Indien de zaken niet in orde zijn dan wordt er tijdens het onderzoek een herstelopdracht geschreven op een bevindingrapport. Na de in het opgemaakte bevindingrapport vermelde datum wordt er een hercontrole onderzoek uitgevoerd. In tabel 2 zijn deze onderzoeken weergegeven met het daarbij behorende aantal en procentueel aantal uitgeschreven herstelopdrachten. Tabel 2: Overzicht van het aantal onderzoeken bij de categorie directe verkoop aan het publiek inclusief het aantal herstelopdrachten per type onderzoek. 2011 Herstelopdrachten Type onderzoeken Periodieke Hercontrole Klachten Totaal
Aantal 1.024 325 5 1.354
Aantal 174 49 5 228
2012 Herstelopdrachten
2013 Herstelopdrachten
% 17% 15% 100%
Aantal 1.295 211 6
Aantal 176 28 2
% 14% 13% 33%
Aantal 1.358 136 2
Aantal 154 20 1
% 11% 15% 50%
17%
1.512
206
14%
1.496
175
12%
In 2013 zet zich de trend voort van een daling van het percentage van het aantal uitgeschreven herstelopdrachten bij de periodieke onderzoeken. Van 2011 naar 2012 en van 2012 naar 2013 was dit beide 3 procent. Het nalevingspercentage is gestegen naar 89 procent in 2013. Verderop in het verslag worden de resultaten van de periodieke onderzoeken verder opgesplitst in resultaten van de A, B en C locaties. De geconstateerde afwijkingen bij hercontroles stabiliseert zich in de afgelopen 3 jaar rond de 15%.
Versie 2
Pagina 11 van 23
Jaarverslag 2013 Toezicht op de Waarborgwet
De reden(en) voor het geven van een herstelopdracht zijn het ontbreken van de keurmerken, het incorrect presenteren, onjuiste benamingen of een combinatie hiervan. Dus per onderzoek kunnen er meerdere redenen (tegelijk) zijn om een herstelopdracht af te geven. Het aantal redenen zal door de hier genoemde reden groter zijn dan het aantal uitgeschreven herstelopdrachten. Het incorrect presenteren of het gebruik van onjuiste benamingen wordt relatief weinig vastgesteld. De branche doet wat dat betreft aan goede zelfregulering. De reden(en) van de uitgeschreven herstelopdrachten in de afgelopen jaren zijn weergegeven in tabel 3. Tabel 3:
Overzicht reden voor het geven van een herstelopdracht bij de categorie directe verkoop aan publiek.
2011 Aantal %*)
Type onderzoek Periodieke
2012 Aantal %*)
1.024 171 17% 5 0%
1. Keurmerken ontbreken 2. Niet juist onderscheiden presenteren 3. Benamingen onjuist
Hercontrole
325 48 2
1. Keurmerken ontbreken 2. Niet juist onderscheiden presenteren
15% 0%
1.294 171 13% 6 1% 5 0%
1.358 145 11% 11 1% 4 0%
211 26 12%
136 18 13% 1 1%
1
3. Benamingen onjuist
Klachten
5 5 1
1. Keurmerken ontbreken 2. Niet juist onderscheiden presenteren
100% 20%
2013 Aantal %*)
6 2 1
0% 2 1
33% 17%
50%
*) Het afgeronde percentage “aantal fout van een reden” t.o.v. “het aantal uitgevoerde onderzoeken van betreffende type onderzoek”.
4.3.1 Resultaten gerelateerd aan risicogroepen “ABC” De indeling van de risicogroepen A, B en C is in hoofdstuk 2 toegelicht en de rapportages in deze paragraaf zijn gebaseerd op die indeling. Het aantal locaties in Nederland is 2.925 locaties, die volgens een “vaste” risicogroep A, B of C zijn ingedeeld. Nieuwe locaties worden bij het eerste onderzoek gelijk voorzien van de juiste risicoletter. De verdeling in A, B, en C locaties medio 2013 was als volgt: 595 A locaties (20 procent), 1.373 B locaties (47 procent) en 957 C locaties (33 procent). Per postcodegebieden zijn er grote procentuele verschillen in de verdeling tussen A, B en C locaties. Er is in 2013 op 590 A locaties, 477 B locaties en 291 C locaties een periodiek onderzoek afgelegd. Dit zijn 99 procent van de A locaties, 35 procent van de B locaties en 30 procent van de C locaties. In de tabellen 4 en 5 zijn per risicogroep het aantal in 2013 uitgevoerde controles weergegeven met het bijbehorende resultaat. In de laatste kolom van deze tabel is ook het percentage fout van de onderzoeken in 2012, 2011 en 2010 weergegeven. Tabel 4:
Resultaat van alle periodieke onderzoeken per risicogroep bij directe verkoop
Risicogroep
Fout
Totaal
Percentage fout in 2013
2012
2011
2010
A
497
93
590
16%
19%
22%
35%
B
436
41
477
9%
11%
11%
14%
C
271
20
291
7%
5%
0%
10%
1.204
154
1.358
11%
14%
17%
20%
Totaal Versie 2
Goed
Pagina 12 van 23
Jaarverslag 2013 Toezicht op de Waarborgwet
Het nalevingpercentage voor locaties met risicoprofiel A is verder gestegen naar 84 procent. Het nalevingpercentage van deze groep ligt beduidend lager dan de locaties met de risicoprofielen B en C. Daarnaast blijkt dat het nalevingpercentage van de B locaties stabiliseert op 90 procent. De naleving bij de C locaties ligt nu op net onder de gewenste 95 procent. In 2011 is een analyse gemaakt ten aanzien van het nalevinggedrag van de eigenaren die zijn gevestigd zijn op de A locaties in twee opeenvolgende jaren 2010 en 2011. Deze analyse is eveneens gemaakt voor de periode 2011-2012 en 2012-2013. De resultaten zijn weergeven in onderstaande grafiek. 70% 60% 50% 40% 2010/2011
30%
2011/2012 20%
2012/2013
10% 0% GoedGoed
Grafiek 1:
Fout - Goed
Goed - Fout
Fout -Fout
Weergave van het nalevinggedrag van A locaties bij twee opeenvolgende periodieke controles binnen de periodes 2010-2011,2011-2012 en 2012-2013
Uit bovenstaande grafiek wordt geconcludeerd dat in de verschillende periodes, waarin een A locatie twee keer achter elkaar is bezocht, een duidelijk verschil zit in de naleving. In de periode 2012-2013 is een groot percentage (18%) overgegaan van wel naleven naar niet naleven. Ook blijkt er maar een klein percentage van de locaties van niet naleven naar naleven te zijn gegaan. Dit in tegenstelling tot de andere twee perioden. In 2014 zal de nadruk komen te liggen op de bedrijven die de afgelopen jaren één of meerdere keren niet hebben nageleefd. Nalevinggedrag van groep A locatie die elk jaar zijn bezocht vanaf 2010 Een andere analyse die is uitgevoerd, is het nalevinggedrag van de A locaties die in 2010 t/m 2013 jaarlijks zijn gecontroleerd. In 2010 zijn er 370 locaties gecontroleerd. Uiteindelijk zijn hiervan in 2013 nog 268 locaties gecontroleerd. De afname wordt veroorzaakt doordat locaties worden opgeheven of in een van de jaren gesloten was en daardoor niet meer in de analyse is meegenomen.
Versie 2
Pagina 13 van 23
Jaarverslag 2013 Toezicht op de Waarborgwet Tabel 5:
Overzicht van de resultaten jaarlijks gecontroleerde A locaties in 2010, 2011, 2012 en 2013. Goed 242 65%
Periode van controle Aantal 2010
370
Fout 128 35%
Periode van controle Aantal Goed Fout Goed Fout 370 206 36 90 38 2011 100% 56% 10% 24% 10% Periode van controle Aantal Goed Fout Goed Fout Goed Fout Goed Fout 311 150 17 25 6 64 14 29 6 2012 84% 48% 5% 8% 2% 21% 5% 9% 2% Periode van controle Aantal Goed Fout Goed Fout Goed Fout Goed Fout Goed Fout Goed Fout Goed Fout Goed Fout 268 121 3 15 1 20 4 2 3 55 1 7 2 23 6 4 1 2013 72% 45% 1% 6% 0% 7% 1% 1% 1% 21% 0% 3% 1% 9% 2% 1% 0%
Van de 268 A locaties is 45 procent van de eigenaren die vier jaar lang alles goed voor elkaar hebben. Het percentage dat blijft volharden in het niet naleven is gedaald en is nu minder dan een half procent. De overige eigenaren van A locaties (54 procent ) die regelmatig switchen van naleving naar niet-naleving en visa versa. De groep die gedurende vier jaar drie van de vier keer heeft nageleefd is 35 procent. In dezelfde periode vertoont 14 procent van deze groep 50 procent naleving en 6 procent vertoont 25 procent naleving. Onderstaande grafiek laat zien dat, van de groep A locaties bezocht in 2010 het nalevinggedrag toeneemt. 90% 80% 70% 60% 50% 40%
2010/2011 (370)
30%
2011/2012 (311)
20%
2012/2013 (268)
10%
0% Goed Goed
Grafiek 2:
Goed Fout
Fout Goed
Fout - Fout
Weergave van het nalevinggedrag van A locaties uit 2010 in drie opeenvolgende periodes 20102011, 2011-2012 en 2012-2013
In het toezicht in 2014 wordt hier meer rekening meegehouden en komt de nadruk te liggen op die locaties die blijven volharden in het niet-naleven. In groep met de B classificatie is het naleving bij het periodieke onderzoek in 2013 gestegen naar 91% nadat het twee jaar op 89% lag. De locaties met een C classificatie in 2013 iets gedaald naar 93%. De komende jaren zal uitwijzen of dit verder stijgt. De verwachting is dat dit rondom de 95% naleving blijft en dat voor deze categorie wel het toezicht zichtbaar moet blijven met een beperkte inspanning.
Versie 2
Pagina 14 van 23
Jaarverslag 2013 Toezicht op de Waarborgwet Tabel 6: Resultaat hercontrole per risicogroep bij directe verkoop
Risicogroep
Goed
Fout
Percentage fout in
Totaal
2013
2012
2011
2010
A
72
14
86
16%
15%
17%
20%
B
35
6
41
14%
8%
10%
23%
C
9
0
9
0%
17%
13%
15%
116
20
136
14%
13%
15%
20%
Totaal
Bij de resultaten van de hercontroles blijkt dat het nalevingpercentage van deze groep met classificatie A ook in 2013 stabiel gebleven, maar nog steeds voor verbetering vatbaar is. Bij de risicogroep B is het nalevinggedrag bij hercontroles verder afgenomen. Risicogroep C waren alle hercontrole onderzoeken goed, een 100% naleving bij een herbezoek. Vooralsnog is de naleving van de verschillende risicogroepen in overeenstemming met de uitgangspunten van de classificatie gezien de resultaten van het toezicht in de afgelopen jaren. 4.3.2 Resultaten opgesplitst naar postcodegebieden De resultaten van het toezicht bij directe verkoop zijn ook beschikbaar per postcodegebied. In tabel 9 is een overzicht van het aantal onderzoeken per risicogroep per postcodegebied en is daarbij ook het nalevingpercentage aangegeven. Tabel 7:
Overzicht aantallen en nalevingpercentage bij periodieke onderzoeken per risicogroep per postcodegebied.
Periodieke onderzoeken
Totaal aantal onderzoeken
Aantal in niet-orde
Nalevingpercentage
Risicogebied
Risicogebied
Risicogebied
Postcodegebied
A
B
C
Totaal
A
B
C
Totaal
A
B
C
1000 t/m 1999
96
83
33
212
17
8
3
2000 t/m 2999
87
82
41
210
27
7
3000 t/m 3999
76
72
50
189
16
4000 t/m 4999
40
34
26
100
5000 t/m 5999
71
7
22
6000 t/m 6999
63
67
60
7000 t/m 7999
26
47
8000 t/m 8999
27
9000 t/m 9999 Totaal
Totaal
28
82%
90%
91%
87%
5
39
69%
91%
88%
81%
14
1
31
79%
81%
98%
84%
5
4
0
9
88%
88%
100%
91%
100
10
0
1
11
86%
100%
95%
89%
190
7
4
10
21
89%
94%
83%
89%
11
84
6
3
0
9
77%
94%
100%
89%
20
14
61
4
0
0
4
85%
100%
100%
93%
11
24
14
49
1
1
0
2
91%
96%
100%
96%
497
436
271
1.204
93
41
20
154
81%
91%
93%
87%
In de onderstaande grafiek is weergegeven het percentage goed bij periodieke onderzoeken op een locatie per postcodegebied over een periode van 2011 tot en met 2013.
Versie 2
Pagina 15 van 23
Jaarverslag 2013 Toezicht op de Waarborgwet
Directe verkoop aan publiek Periodieke onderzoeken 100%
87%
81%
91%
84%
89%
96%
93%
89%
89%
87%
80% 60% 40% 20% 0%
2011 Grafiek 3:
2012
2013
Grafische weergave van het nalevingpercentage van het aantal periodieke onderzoeken binnen gegeven postcodegebied in 2011 t/m 2013
Het gemiddelde nalevingpercentage is wederom gestegen met drie procent van 86 procent naar 87 procent. Dit betekent dat de ingezette lijn van risico gestuurd toezicht positief effect heeft en het resultaat daarmee boven 85 procent is gebleven. Hiermee wordt voldaan aan de eerste doelstelling voor 2013. Bovenstaande grafiek laat echter ook zien dat in drie postcodegebieden een geringe daling is te zien: 4000 t/m 4999; 7000 t/m 7999 en 9000 t/m 9999. Ondanks dat hier een daling te zien is, blijven de postcodegebieden van 2000 t/m 2999 en 3000 t/m 3999 onder de 85 procent. Voor 2014 zal dan ook hier de aandacht naar toegaan en de overige gebieden meer een basis hoeveelheid controleren.
4.4
Veilingen en openbare verkopen
Bij veilingen en openbare verkopen wordt gecontroleerd of de wijze van aanbieden en de aangeboden gouden, zilveren en/of platina voorwerpen conform de Waarborgwet zijn. In 2013 zijn 19 onderzoeken uitgevoerd naar aanleiding van (aangemelde) veilingen, waarbij geen herstelopdracht zijn uitgeschreven, zoals te zien is in onderstaande tabel. Daarnaast is één hercontrole uitgevoerd waarbij wederom een herstelopdracht is uitgeschreven en een procesverbaal is opgemaakt voor het ontbreken van keurmerken. Tabel 8: Overzicht type onderzoeken en aantallen bij veilingen en openbare verkoop.
Type onderzoeken Periodieke
Aantal 8
2011 Herstelopdrachten Aantal % 0 0%
Aantal 14
2012 Herstelopdrachten Aantal % 2 14%
Hercontrole Klacht
4
2
50%
1
Totaal
12
2
17%
15
Versie 2
1 100% 3
20%
Aantal 19
2013 Herstelopdrachten Aantal % 0 0%
1
1
100%
0
0
0%
20
1
5%
Pagina 16 van 23
Jaarverslag 2013 Toezicht op de Waarborgwet Tabel 9: Het aantal keren dat een oorzaak is vastgesteld bij veilingen en openbare verkopen.
2011 Aantal % 2 17%
Oorzaken voor het geven van een herstelopdracht Keurmerken ontbreken
2012 Aantal % 3 20%
2013 Aantal % 1 5%
In de toekomst zal selectief toezicht blijven plaats vinden door veilingen die zich niet aanmelden op te sporen en te onderzoeken. Ook zullen veilingen die in het verleden een herstelopdracht hebben gehad de aandacht blijven houden. Overige veilingen zullen steekproefsgewijs onderzocht worden, zodat men weet dat er controle kan plaatsvinden.
4.5
Groothandel
Binnen het toezicht op groothandels vallen alle locaties die niet rechtstreeks aan consumenten verkopen. In 2013 zijn de in de onderstaande tabel aangegeven aantallen controles uitgevoerd en herstelopdrachten uitgeschreven. Ook dit jaar zijn er weer een aantal groothandelaren op de beurs in Utrecht bezocht. Hier zit een groot aantal groothandelaren bij elkaar. Tabel 10: Een overzicht van het aantal type onderzoeken bij de groothandel.
Type onderzoeken Periodieke Hercontrole Klacht Totaal
Aantal 30
30
2011 Herstelopdrachten Aantal % 3 10%
3
10%
Aantal 17 4 0 21
2012 HerstelOpdrachten Aantal % 5 29%
5
24%
Aantal 18 4 1 23
2013 HerstelOpdrachten Aantal % 2 11% 1 25% 0 0% 3 13%
Van de 18 periodieke controles zijn twee herstelopdrachten uitgeschreven met als reden het ontbreken van keurmerken. Dezelfde reden was ook eenmaal de aanleiding van een herstelopdracht bij de vier uitgevoerde hercontroles. Tabel 11: Het aantal keren dat een oorzaak is vastgesteld bij alle onderzoeken in de groothandel.
Oorzaak voor een herstelopdracht Keurmerken ontbreken Niet juist onderscheiden presenteren Benamingen onjuist
2011 Aantal % 3 10%
2012 Aantal % 5 24% 1 5%
2013 Aantal % 3 13%
Dit jaar is het percentage naleving weer naar het niveau van 2011 gegaan. Voorlopig hanteert Verispect hetzelfde toezichtbeleid. Dit betekent dat Verispect steekproefsgewijs de groothandels bezoekt en controleert, zodat men weet dat er controle is. Daarnaast worden gerichte controles uitgevoerd bij groothandels waarvan regelmatig niet gewaarborgde artikelen worden aangetroffen tijdens de controles bij directe verkoop aan publiek.
4.6
Verkoop van voorwerpen van edelmetaal via internet
In 2013 zijn er een aantal activiteiten uitgevoerd. Ten eerste is de beschikbare lijst van bekende internetverkoopadressen geactualiseerd. Dit heeft geresulteerd in een toename (9) van aanbieders van voorwerpen van edelmetaal via internet. Totaal heeft Verispect nu 339 aanbieders geregistreerd. Ten tweede is er een onderzoek uitgevoerd naar het nalevinggedrag van bedrijven die via internet rechtstreeks aan consumenten edelmetalen artikelen leveren. Hiervoor is de methode van “mystery Versie 2
Pagina 17 van 23
Jaarverslag 2013 Toezicht op de Waarborgwet
shopping” gebruikt. In ons bestand van internetadressen is een selectie gemaakt van bedrijven op basis van de hoeveelheid goud/zilver die men op de website aanbiedt. Bij deze bedrijven zijn een aantal edelmetalen voorwerpen besteld. De verkopende partij is in de veronderstelling geweest dat men aan een particulier of bedrijf leverde. In 2013 is er voor gekozen om de bestelde voorwerpen naar het huisadres van een medewerker van Verispect te laten sturen. De resultaten van dit onderzoek zijn dat bij vijftien bedrijven diverse voorwerpen besteld zijn. Bij één van deze vijftien bedrijven is besteld naar aanleiding van een klacht. Twee bedrijven konden het bestelde voorwerp niet leveren waardoor in totaal van dertien bedrijven daadwerkelijk voorwerpen zijn ontvangen. De geleverde voorwerpen van acht van de dertien bedrijven bleken ongekeurd te zijn. Ook leverden twee bedrijven zilveren voorwerpen beneden de acht gram, waardoor deze voorwerpen terecht niet gekeurd bleken te zijn. Bij het doen van de bestelling kon niet opgemaakt worden dat de voorwerpen minder dan acht gram wogen. Bij elkaar geeft dit een nalevingpercentage voor wat betreft het leveren van gekeurde voorwerpen van 56 procent tegenover een percentage van 40 procent in 2012 en 69 procent in 2011. Dit verdient dus de nog steeds nodige aandacht. Bedrijven die gewaarborgde voorwerpen geleverd hadden zijn daarover door ons middels een schrijven gecomplimenteerd. De geleverde voorwerpen zijn daarna allen retour gestuurd. Artikelen die niet voorzien waren van de juiste merken zijn onderzocht door een waarborginstelling. Bedrijven die een ongekeurd voorwerp hadden geleverd zijn hierover aangeschreven met daarin uitleg over de mogelijke gevolgen van het niet naleven van de waarborgwet. De artikelen zijn allen (ongekeurd) retour gestuurd. Van de vijftien onderzochte internetverkoopadressen bleken 4 bedrijven benamingen toe te passen die niet in overeenstemming zijn met de Waarborgwet. Deze bedrijven zijn hier tevens schriftelijk van op de hoogte gebracht. Het blijkt uit dit (beperkte) onderzoek dat dertien van de vijftien onderzochte internetverkoopadressen niet in overeenstemming met de Waarborgwet handelen. Hetzij doordat de geleverde voorwerpen van edelmetaal niet gekeurd bleken te zijn, hetzij doordat verkeerde benamingen voor de ter verkoop aangeboden producten worden gebruikt.
4.7
Benaming
In 2013 is er speciale aandacht geweest voor het gebruik van benamingen en dan specifiek door de Verispect bekende webshops. Er is een eerste inventarisatie uitgevoerd bij alle websites in 2013. Hierbij is vooral gekeken of het woordgebruik en de toegepaste benamingen niet in strijd waren met de Waarborgwet. Van de 339 websites bleek dat inmiddels 51 websites niet meer bestonden en 34 websites verkochten niet meer via internet. 254 webshops zijn dus daadwerkelijk bekeken op woordgebruik en toegepaste benamingen. De benamingen en het woordgebruik bleek op 110 pagina’s (43%), niet in overeenstemming te zijn met de Waarborgwet. De aangetroffen gebreken kunnen verdeeld worden over drie categorieën: 1. Fouten met betrekking tot de vergulding. Voorwerpen worden bijvoorbeeld aangeduid als “goudverguld” of “24 karaats verguld” daar waar alleen de term “verguld” is toegestaan. 65 webwinkels maakten deze fout. 2. Voorwerpen werden als “goud” aangeprezen terwijl zij niet van goud gemaakt waren. Uit verdere omschrijving van het voorwerp op de website bleek dan in sommige gevallen dat het voorwerp slechts verguld was. Ook werden voorwerpen beneden het wettelijk gehalte van veertien karaat als “goud” aangeprezen. Voorwerpen werden dan aangeprezen met bijvoorbeeld “8 karaat goud”. Ook werden voorwerpen als zijnde van goud aangeprezen Versie 2
Pagina 18 van 23
Jaarverslag 2013 Toezicht op de Waarborgwet
3.
die, gezien de gevraagde prijs, onmogelijk van goud gemaakt konden zijn. Zo werden bijvoorbeeld munten die als sieraad gedragen kunnen worden aangeduid als ”goud”, voor een prijs van €12,50. 34 webwinkels gingen hier mee de fout in. Een combinatie van 1 en 2. Het betrof hier 11 webshops.
Van alle bekeken websites bleken 114 webshops te horen bij een fysieke winkel waar edelmetalen voorwerpen werden verkocht aan het publiek (directe verkoop). Bij deze websites zijn geen bestellingen gedaan omdat deze bedrijven gecontroleerd worden bij de controle op directe verkoop. Wel werd op deze websites gekeken naar het woord gebruik. 55 webshops behorend bij een fysieke winkel gebruikten benamingen die niet in overeenstemming zijn met de Waarborgwet.
4.8
Juridische ondersteuning
In het kader van juridische ondersteuning worden werkzaamheden verricht die primair gericht zijn op het begeleiden van de afhandeling van processen-verbaal, contacten met het openbaar ministerie en het zorg dragen voor een juiste afhandeling van in beslag genomen goederen ter uitvoering van rechterlijke uitspraken en beslissingen van de officier van justitie. In paragraaf 4.10 wordt het resultaat m.b.t. de processen-verbaal gegeven. Ook doen zich regelmatig vragen over de interpretatie van de wet voor, zowel in het kader van de handhaving door Verispect als ook omdat particulieren en belanghebbenden hierover informatie aan Verispect vragen. Voorts worden ten behoeve van beleidsontwikkeling, uit alle afgelegde controlebezoeken gegevens verzameld en verwerkt en deze worden regelmatig geanalyseerd. In dit kader wordt ook aandacht besteed aan het volgen van de ontwikkelingen in de juweliers- en aanverwante branches, het ‘veld’ en de handhavingspraktijk. Het handhavingsbeleid wordt zonodig bijgesteld aan de hand van de bevindingen uit deze analyses en informatie.
4.9
Klachten
Naast de reguliere controles onderzoekt Verispect ook locaties naar aanleiding van klachten. Klachten kunnen bij Verispect worden gemeld en worden vervolgens in behandeling genomen. Dit leidt veelal tot een controle op de locatie waarop een klacht betrekking heeft. Het kan voorkomen dat een klacht komt van een consument wanneer deze van mening is benadeeld te zijn of van een branchegenoot waarbij (het vermoeden van) oneerlijke concurrentie veelal een belangrijke rol speelt. In 2013 zijn acht klachten bij Verispect gemeld, die allemaal in behandeling zijn genomen. Het aantal klachten is daarmee, ten opzicht van vorig jaar, iets gedaald. Van deze klachten waren er zes terecht, en twee onterecht. Drie klachten hadden betrekking op “Directe verkoop aan publiek”. Twee van deze drie klachten gingen over benamingen in een door De Bijenkorf uitgegeven folder. Omdat beide klachten dezelfde folder en advertentie betroffen, zijn deze twee klachten in één keer afgehandeld. Deze twee klachten bleken na onderzoek terecht. De derde klacht had als reden het (vermeende) ontbreken van keurmerken. Ook deze klacht bleek terecht. Deze klacht werd ingediend door een juwelier over een collega juwelier. . In één geval betrof de klacht een groothandel. Deze klacht werd ingediend door een edelsmid. De groothandel zou niet gewaarborgde kopieën van voorwerpen, ontworpen door de edelsmid, op de markt brengen. Uit onderzoek bleek dat alle voorwerpen gekeurd waren, de klacht was dus onterecht.
Versie 2
Pagina 19 van 23
Jaarverslag 2013 Toezicht op de Waarborgwet
Vier klachten gingen over internetpagina’s waar edelmetaal ter verkoop werd aangeboden. Twee klachten gingen over één en dezelfde internet pagina. Deze twee klachten zijn in één keer behandeld. De klachten betroffen de gebruikte benamingen op een internetpagina waarbij voorwerpen beneden het wettelijk gehalte als goud werden aangeprezen. Deze klachten bleken terecht. Eén klager diende een klacht in over een internetpagina waar op de klager een zilveren medaillon had besteld. De klager heeft het medaillon laten testen door een juwelier. De conclusie van de juwelier was dat het geen zilver betrof. Naar aanleiding van deze klacht heeft Verispect bij deze webshop exact het zelfde medaillon besteld en laten onderzoeken door een waarborginstantie. Uit onderzoek van de waarborginstantie bleek dat het voorwerp slechts voor een deel uit zilver vervaardigd was waardoor het voorwerp niet als zilver verkocht mag worden. Deze klacht bleek dus ook terecht. Een andere klager diende een klacht in over een website waar hij twee zilveren ringen had besteld. Deze ringen bleken niet voorzien te zijn van een keurmerk. De klager heeft daarom deze ringen laten controleren bij een juwelier. De juwelier kwam tot de conclusie dat het geen zilver betrof, maar dat de ringen verzilverd zouden zijn. Ook op deze webshop zijn door Verispect de dezelfde twee ringen besteld. Ook deze ringen bleken niet voorzien te zijn van keurmerken. Bij weging bleken beide ringen minder dan acht gram te wegen waardoor deze ringen vrijgesteld zijn van waarborging. Uit onderzoek door een waarborginstantie bleek dat de ringen weldegelijk vervaardigd waren van het eerste gehalte zilver en niet slechts van een laagje zilver te zijn voorzien. Deze klacht bleek dus onterecht. Tabel 12: Overzicht van het aantal ontvangen klachten en de verkoopcategorieën waarop de klachten betrekking hadden.
Klachten Directe verkoop aan publiek Veiling Terecht Groothandel Internetverkoop Directe verkoop aan publiek Veiling Onterecht Groothandel Internetverkoop Directe verkoop aan publiek Niet Veiling onderzocht Groothandel Internetverkoop Totaal ontvangen Bevindingen na onderzoek 1. Keurmerken ontbreken 2. Niet juist gescheiden etaleren 3. Benamingen onjuist 4. Keurtekenplaat ontbreekt
Versie 2
2009
2010
2011
2012
2013
3
2
5
3
3
1 1
2
1
2
1 1 4
3
1
3
0
3*
1
2 1 1
1
7
5
13
12
8
2009 4
2010 2
2011 8
2012 6
2013 1
2
2**
6
5
Pagina 20 van 23
Jaarverslag 2013 Toezicht op de Waarborgwet * 1 klacht over een jaarmarkt.**1 Klacht over benamingen en keurmerken
Het aantal klachten blijft gering gezien het (grote) aantal niet gewaarborgde voorwerpen dat Verispect tegenkomt tijdens de controles.
4.10 Processen-verbaal Verispect hanteert een handhavingsbeleid om d.m.v. (her)bezoeken tot het naleven van de Waarborgwet te komen. In een beperkt aantal gevallen wordt het handhavingmiddel “het procesverbaal” ingezet. Indien blijkt dat na één of meerdere hercontrole onderzoeken nog steeds niet gewaarborgde voorwerpen aanwezig zijn, dan wordt een proces-verbaal aangezegd. Het aantal herbezoeken dat wordt afgelegd voordat er proces-verbaal wordt opgemaakt hangt af van het percentage aangetroffen niet gewaarborgde artikelen en de nalevinghistorie van het betreffende bedrijf. In 2013 zijn twee processen-verbaal opgemaakt, beide wegens het ontbreken van keurmerken op edelmetalen objecten, en aan de Officier van Justitie verzonden. In één van de zaken is de verdachte veroordeeld tot betaling van een boete van 2000 euro, in de andere zaak is nog geen uitspraak gedaan door de rechter. In 2013 zijn twee processen-verbaal opgemaakt, dat is iets minder dan in 2010, 2011 en 2012, toen respectievelijk 3, 4 en 3 processen-verbaal zijn opgemaakt. Van de drie in 2012 opgemaakte processen-verbaal is er één nog in behandeling en zal naar verwachting een rechterlijk oordeel volgen. Eén zaak is geseponeerd omdat het Openbaar Ministerie van mening was dat na de eerste constatering van een strafbaar feit sneller tot verbalisering overgegaan had moeten worden. Het tweede proces-verbaal uit 2012 heeft als uitspraak dat de inbeslag genomen artikelen verbeurd zijn verklaard en is er geen boete uitgedeeld. Verder heeft de rechter in 2013 in één van de zaken uit 2011 uitspraak gedaan en de betrokkene tot een boete veroordeeld.
Versie 2
Pagina 21 van 23
Jaarverslag 2013 Toezicht op de Waarborgwet
5 5.1
Overige aan toezicht gerelateerde zaken Kwaliteitszorg
Verispect voert als toezichthouder een actief beleid om de effectiviteit, efficiency en kwaliteit van het toezicht te waarborgen. Een aspect dat dit beleid ondersteunt, is het feit dat Verispect sinds 1996 in het bezit is van een ISO 17020 erkenning (zie www.verispect.nl) voor al zijn toezichtactiviteiten. Dit betekent dat voor alle verrichting schriftelijke documentatie aanwezig is en dat ook de ondersteunende processen voor het toezicht in het kwaliteitssysteem beschreven zijn. Regelmatig worden deze procedures aangepast en beschikbaar gesteld aan de medewerkers. Ook vinden in het kader van deze kwaliteitserkenning jaarlijks interne en externe audits (door de Raad voor Accreditatie (RvA)) plaats. In februari 2013 heeft het externe beoordelingsonderzoek plaats gevonden, waar het toezicht Waarborgwet een onderdeel van uit maakt. In 2013 is er geen audit in de praktijk uitgevoerd voor het toezicht Waarborgwet, dat is in 2014 weer aan de orde. De externe audit heeft geen Non-conformities (NC’s) opgeleverd. De jaarlijks terugkerende interne audit is uitgevoerd in november. De resultaten zijn eveneens beoordeeld door de RvA en goed bevonden. De volgende jaarlijkse externe audit door de RvA staat voor maart 2014 gepland.
5.2
Publiciteit en voorlichting
Door het verstrekken van informatie over de Waarborgwet aan zowel verkopers als kopers wordt de kans op naleving vergroot. Uit de resultaten blijkt ook dat vooral beginnende verkopers onwetend zijn over de informatie die zij dienen te verstrekken met betrekking tot de keurmerken en het zichtbaar aanwezig hebben van een keurtekenplaat. Ook in 2013 zijn meerdere (nieuwe) keurtekenplaten gratis uitgereikt tijdens de controles. Daarnaast heeft Verispect op verschillende manieren het Toezicht uitgedragen door het publiceren van het openbaar jaarverslag via de eigen website, het laten publiceren van een aantal artikelen in vakbladen, zoals Edelmetaal en de Juwelier, welke door diverse doelgroepen worden gelezen, en het deelnemen aan diverse bijeenkomsten.
5.3
Registratie en verslaglegging
De gegevens van het Toezicht worden vastgelegd in een eigen data-inspectiesysteem, het Verispect Inspectie Systeem (VIS). Dit heeft de controleur beschikbaar op zijn eigen laptop. Vanaf kantoor wordt een werkvoorraad van de te onderzoeken locaties aan de controleur digitaal ter beschikking gesteld. Tijdens het uitvoeren van de controle worden alle gegevens van de locatie en de resultaten van de onderzoeken direct in het systeem ingevoerd via de laptop. Deze resultaten worden vervolgens aan het eind van de dag gesynchroniseerd met de centrale database op kantoor in Delft. Dit geeft sneller actuele informatie en maakt het aanleveren op papier van de uit te voeren controles aan de controleur overbodig. Daarnaast voert de controleur ook zelf zijn gegevens in en hoeft dit niet meer door de administratie op kantoor te worden ingevoerd. Dit is ook een stuk efficiënter en verkleint de kans op foute invoer. Er wordt continue gewerkt aan een verdere verbetering/uitbreiding van dit VIS systeem om te kunnen blijven voldoen aan de vragen van onszelf en derden.
5.4
Toekomst
In 2008 heeft Verispect het risicogericht toezicht geïntroduceerd. Daarnaast is een strenger handhavingsbeleid ingezet dat ook preventief naar de branche is gecommuniceerd. Dit laatste heeft Versie 2
Pagina 22 van 23
Jaarverslag 2013 Toezicht op de Waarborgwet
er mede toe geleid dat er geen stijging van het aantal processen-verbaal heeft plaats gevonden. Ook is het nalevingpercentage bij de verschillende typen locaties toegenomen, hoewel m.n. voor de A locaties nog een stap te maken is. Het is dus nodig om het nalevingpercentage van de A locaties sterk te verhogen en zoals genoemd in het verslag te onderzoeken of er nog wat aanpassingen in de indeling van de risicogroep A mogelijk zijn en de onderzoeken extra te richten op slechter nalevende postcodegebieden. Sneller opmaken van een proces-verbaal kan ook een mogelijkheid zijn om het nalevingpercentage te verhogen. Een nadeel van het opmaken van een proces-verbaal is echter het (veel te ) lange tijdspad vanaf het indienen tot de uitspraak. Zie ook het overzicht t.a.v. processen-verbaal in dit verslag. Het benaderen van rechtbanken om dit sneller voor elkaar te krijgen is moeilijk en voor Verispect eigenlijk een onmogelijke weg. Ook de uitspraak wel/niet verbeurd verklaren van de in beslag genomen artikelen alsmede de hoogte van de boetes is per rechtbank zeer verschillend en onvoorspelbaar. Het invoeren van de mogelijkheid dat Verispect controleurs zelf boetes (b.v. dwangsom) op kunnen leggen zou kunnen bijdragen in een effectievere manier van toezicht. Hiervoor zullen de bevoegdheden moeten worden uitgebreid. Iedere periodieke ronde starten er een aantal nieuwe bedrijven die vaak aangeven niet op de hoogte zijn van de Waarborgwet. Voorlichting op vakscholen, tijdens bijeenkomsten en in vakbladen zal ook in de komende jaren aandacht blijven krijgen om de bekendheid van de Waarborgwet te vergroten en daarmee het nalevinggedrag te stimuleren, zodat uiteindelijk wél de 95 procent kan worden gehaald.
Versie 2
Pagina 23 van 23