IVN Deventer #Digibosw8er
Lente op De Ulebelt
Wolpertinger
Buitenwijzer
Jaargang 35, nummer 1 Lente 2013
Het kan u opbeuren als u let kleuren van de natuur op dit ochtenduur dat is een veelkleurig gebeuren
Inhoudsopgave Van de redactie Bestuurlijkheden Vlinderwerkgroep Lieveling Zwamgroep Uitbuiken na de kerst Gipsafdrukken maken Expeditie Uiterwaad Meer massa houdt warm Leven op de ODB Dasinventarisatie 2012 Agenda Iedereen doet iets, samen doen we alles De IJsselboswachter op pad #Digibosw8er Het jaar van... GG 23: Robin Hood Column: Zweverige droom Wolpertinger De kat een bel aanbinden! Ganzenveer Colofon Raadselplaatje
Blz. 2 Blz. 2 Blz. 3 Blz. 4 Blz. 5 Blz. 6 Blz. 7 Blz. 7 Blz. 9 Blz. 9 Blz. 10
Hartelijke groeten, Henry Jansen
Van de redactie Nunquam aliud natura, aliud sapientia dicit Nooit spreekt de natuur iets anders dan wijsheid Juvenalis
Blz. 11 Blz. 12 Blz. 13 Blz. 14 Blz. 15 Blz. 15 Blz. 17 Blz. 17 Blz. 18 Blz. 19 Blz. 20
Na een aantal sombere weken is iedereen dolgelukkig met warme lente zonnestralen. Een optimistische man had zelfs een korte broek aangedaan, terwijl anderen nog met hun winterjas liepen. Als collega’s en medegebruikers van De Ulebelt proberen we optimistisch te blijven wat betreft de toekomst. De gemeente wil fors korten op de subsidie van De Ulebelt. Dit nadat er al eerder fors in het budget is gesneden. De kinderboerderij geeft zoveel meerwaarde aan de invulling van de duurzaamheidsdoelstelling van De Ulebelt. Het zou triest en kortzichtig zijn om de kinderboerderij weg te bezuinigen. Kinderen ontmoeten dieren en leren over voedselproductie en kringlopen. Investeren in educatie is investeren in de toekomst. We wensen de gemeente veel wijsheid bij de beslissing hierover. En…vergeet niet te genieten van de ontwakende natuur in en rond de Groenste stad van Europa. Lente op De Ulebelt
Jeanette Boogmans
Bestuurlijkheden Terwijl ik dit schrijf komt de lente op gang. De zanglijster zingt zijn lied en de stinsenplanten schieten de grond uit. We genieten er van. Er zijn ook mindere zaken. De gemeente heeft De Ulebelt stevig gekort en daar maken we ons zorgen over. We hebben namens het IVN een brief gestuurd en protest aangetekend. Ook als aandeelhouder in het milieucentrum zullen we onze stem laten gelden! Juist nu is het nodig om mensen bij de natuur te betrekken. Andere nieuwe ontwikkelingen zijn er ook. Het bestuur heeft besloten dat we aan gaan sluiten bij de website van IVN landelijk. Het was best een lastige afweging, omdat we nu een mooie en unieke site hebben. Verder zijn we bezig met het actualiseren van het beleidsplan. Ons oude beleidsplan liep namelijk af. Bij het actualiseren van het oude beleidsplan zijn we er achter gekomen dat er veel is gebeurd. We zijn trots op de mensen die samen met ons het beleid vorm hebben gegeven. Veel actiepunten zijn opgevolgd en naar tevredenheid afgerond. Als bestuur gaan we graag zo door. Omdat Tonnie ons bestuur gaat verlaten, zijn we nog op zoek naar een nieuw bestuurslid. Wie komt ons bestuur versterken? Als laatste willen we Johan feliciteren met zijn voornemen om te gaan……trouwen! En samenwonen ook nog. Geniet en doe het volop (dus niet met mate). Met vriendelijke groet, Tom Dekker 2
Vlinderwerkgroep “Lieveling” Naast enkele activiteiten in het duister, zoals een nachtvlindernacht op de Gorsselse Hei en uitleg over nachtvlinders bij de nieuwe natuurgidsencursus, is in 2012 de meeste tijd besteed aan de Vlindermonitoring op de Moespotleide. Afgelopen jaar zijn er van begin mei tot eind september, iedere week met goed weer, vlinders op de Moespotleide geteld, dit in samenwerking met Stichting IJssellandschap, die het gebied op de Kranenkamp beheert . Met z’n tienen hebben we een in vijf maanden tijd, totaal 679 vlinders (in 2011: 582 vlinders) gespot.
Icarusblauwtje
Het Icarusblauwtje was wederom de topper met 206 stuks (2011: 168), de vlinder die het minst werd gezien was het Oranjetipje met 2 exemplaren. 2012 was een slecht vlinderjaar, vooral vanwege de periodes met
slecht weer, dit is te zien aan de gaten die vallen in de grafiek. Hiernaast het totaal overzicht van de monitoring van 2012, in een grafiek uitgewerkt. Komend jaar gaan we weer monitoren op de Moespotleide . Ook zal er een nachtvlindernacht georganiseerd worden op 6 september 2013 op de Ulebelt. Het aantal leden van de Vlinderwerkgroep “Lieveling”is op dit moment laag, dus als je interesse in vlinders hebt, sluit je bij ons aan. Hans vd Berg Oranjetip
Jaar van de vuursalamander De vuursalamander staat al lang op de Rode Lijst van bedreigde Nederlandse amfibieën en nu staat deze prachtige landsalamander op het punt in Nederland uit te sterven. Daarom heeft RAVON 2013 uitgeroepen tot het Jaar van de Vuursalamander. Een soort van de vuursalamander, Salamandra salamandra terrestris, komt voor in het zuiden van Limburg en in België. Voor meer informatie en enkele mooie filmpjes zie: http://www.sosvuursalamander.nl/ Mike Hirschler
3
Verslag zwamgroep Het was weer een raar jaar, 2012. In juli waren er al massa's paddenstoelen, die je normaliter alleen maar in de herfst ziet. Nou ja, massa's. Er waren van verschillende soorten heel veel, terwijl anderen, die je dan ook zou verwachten, juist ontbraken. Vóór oktober waren de weersomstandigheden niet best en het bleef kwakkelen met de paddo’s. Zou het nog goedkomen? Begin oktober waren de omstandigheden gelukkig sterk verbeterd. Hier en daar werden in Nederland de mooiste dingen gevonden. Dat bood hoop voor onze jaarlijkse excursie. De eerste verkenningen waren begin oktober op Nieuw Rande, waar we een nieuwe methode van excursie wilden uitproberen en er waren genoeg verschillende soorten paddenstoelen. Met een kleine groep gingen we aan het werk om een veelheid aan borden te maken met paddenstoeleninformatie, het uitzetten van de meest gunstige route, het timmeren van borden en paaltjes, etc..
Het idee was nl. om de belangstellenden zelf een rondje te laten lopen, in eigen tempo, en intussen de info tot zich te nemen die ze zelf de moeite waard vonden. Met inzet van 7 groepsleden lukte het om alles op tijd klaar te krijgen. Zondagochtend 14 oktober zetten we al vroeg de route uit en daarna bleek ons werk al snel niet tevergeefs. Vanaf 11 uur liep het storm. Wat een mensen kwamen er! Het idee om op deze manier een 'excursie' te organiseren bleek aan te slaan en 320 mensen hebben onze route over Nieuw Rande gelopen. Dat gaan we dit jaar dus ook weer doen. We hebben het nodige geleerd om het efficiënter aan te pakken. Ook is de methode bruikbaar voor andere activiteiten van andere werkgroepen en zo zijn onze richtingbordjes al gebruikt bij een opdracht voor de natuurgidsencursus. Verder hebben we een uitstekend zwamjaar gehad. In heel Nederland zijn heel mooie dingen gezien, ook in onze streken. Van de zwamgroep kon helaas niet iedereen steeds aan-
wezig zijn op de verschillende locale en landelijke activiteiten, maar die halen dat dit jaar misschien weer in. De samenwerking met de groep uit Nijverdal kwam door de combinatie van activiteiten niet helemaal uit de verf, maar we gaan gewoon door. De kleuren-, vormen- en namenrijkdom van paddenstoelen blijft boeien en het wordt steeds leuker als je er meer van weet. Tot ziens onder een paddenstoel! Mike Hirschler, coördinator zwamgroep Met dank aan Jeanette, Henriette, Jaap,Gerrie, Rob en Hans vd B.!
Steun De Ulebelt Het zal de meesten van jullie niet zijn ontgaan, er liggen stevige bezuinigingsvoorstellen op de tafel van de Gemeenteraad. Een van de bezuinigingen betreft een forse bezuiniging op de kinderboerderij van De Ulebelt. Alsof dit een overbodig onderdeel is van Stichting De Ulebelt, dat naar believen aan de kant gezet kan worden. De Kinderboerderij is echter het hart van de Stichting. Verdere bezuinigingen op de Kinderboerderij leiden direct tot vertrek van dieren, dierverzorgers en terreinbeheerders. Zonder Kinderboerderij geen dieren, geen boerderijlessen, geen dagbesteding voor kinderen met een beperking, geen goed onderhouden speelplekken, geen evenementen, veel minder publiek, veel minder interessant voor de BSO, minder begeleide arbeidsintegratie en ook minder leuk voor al onze vrijwilligers. We hebben met ons allen de afgelopen jaren keihard gewerkt om het centrum op te bouwen tot wat het nu is: een van de mooiste educatieve instellingen op het gebied van natuur, milieu en duurzaamheid in Nederland. De Kinderboerderij vervult daarbij een spilfunctie in veel van onze educatieve, sociale en recreatieve taken. De Ulebelt levert, o.a. samen met IVN, een belangrijke bijdrage aan de lange termijn doelstelling van een Duurzaam Deventer. De Gemeenteraad moet uiteindelijk deze zomer beslissen over deze voorstellen. Dat betekent dat wij snel duidelijk moeten maken dat het wegbezuinigen van de Kinderboerderij een zeer slechte zaak is en zou getuigen van een uiterst korte termijnvisie. Willen jullie ook dat de Kinderboerderij open blijft, dan is dit het moment om dat te laten weten. Ga naar de website www.ulebelt.nl en laat je reactie achter. Maike Nelissen, natuurgids èn Ulebelter 4
Uitbuiken na de Kerst op Landgoed De Haere Als gids-in-opleiding dien je een keer stage te lopen bij een wandelexcursie. Het doel van deze stage is om voorbereidende en uitvoerende momenten van de werkgroep mee te maken en in ieder geval bij de publieksactiviteit aanwezig te zijn en hier vervolgens een verslag van te maken. Ik besloot van deze ervaring meteen maar een stukje te schrijven voor het IVN-krantje. Ter voorbereiding zijn Gerrie, Jaap, Annette, Minie, Tom en ondergetekende, eerst op 14 december gaan voorwandelen samen met Gerben en Rob van Stichting IJssellandschap. Gerben is verantwoordelijk voor het beheer in het gebied en Rob is verantwoordelijk voor de diverse projecten. Na afloop hebben we bij Tom thuis verdere afspraken gemaakt en de taken verdeeld.
Wat was het prima wandelweer op 27 december, windstil, droog en zo’n 9 graden! De wandeling was gepland van 14.00 – 16.00 uur. Een prima tijdspad omdat het om 16.00 uur zo’n beetje begon met regenen. Na de algemene inleiding van Tom deed Minie het woord over de geschiedenis en bewoners van het Landgoed. Door de grote opkomst (ca. 40 personen) besloten we de groep in tweeën te delen. Annette en Jaap namen een groep mee en ik sloot me aan bij Tom en Minie. We stonden even stil bij de grens in het bos tussen de 2 eigenaren St. IJssellandschap en het woonhuis van de heer Schimmelpenninck waar duidelijk het verschil waarneembaar was in bosbeheer. In het parkbos van de Stichting wordt aan actief beheer gedaan door meer variatie in het loofbos aan te brengen. Ze doen dit door bestaande bomen te kappen en er andere (b.v. Linde en Thuja) voor in de plaats te planten. Het bos van de heer Schim-
Egels Eén van de vragen uit een Cito-toets onder het kopje ‘wereldoriëntatie’: Egels worden door het snelverkeer vaak doodgereden. In de winter gebeurt dat bijna nooit. Hoe komt dat? 1. In de winter hebben auto’s vaker lichten aan, waardoor de egels gewaarschuwd zijn 2. In de winter zijn de egels niet zo actief en zie je ze minder 3. In de winter lopen de egels harder om warm te blijven en daardoor zijn ze sneller 4. In de winter wordt er zout gestrooid op de wegen en daar houden de egels niet zo van Uit de Stentor van 31/1/2013
5
melpenninck is 'voller' en meer met rust gelaten. Vervolgens kwam de plek waar een paar eeuwen terug de Kozakken hadden gezeten aan bod en vertelde Minie iets over deze historie. Na verderop een kijkje te hebben genomen bovenop de geschutskoepels (met tussendoor gemompel van 'wat als' over de IJssellinie-geschiedenis), zijn we verder gelopen over de omliggende weilanden naar de Reutekolk. Hier en daar kreeg ik het woord om iets te vertellen over diverse bomen op het landgoed. Via de inlaatsluizen, het theekoepeltje en het bruggetje over de gracht stonden we tenslotte nog even stil bij de 'Folly' (nepruïne) en dronken aldaar ter afsluiting heerlijke chocolademelk, verzorgd door Veronique. Aangezien het bijna nieuwjaar was, trakteerde Annette een oliebol daarbij. Het was een leuke ervaring op een mooie dag! Femke den Outer
Gipsafdrukken maken van Prenten Soms kom je een hele mooie prent (pootafdruk) tegen. De perfecte prent om een gipsafdruk van te maken. Het hoeft niet eens een heel bijzonder dier te zijn, de schoonheid van een duidelijke ree- of vossenprent is genoeg om deze mee naar huis te willen nemen. Natuurlijk, tegenwoordig heeft iedereen een digitale camera. Ook ik maak er gebruik van om duidelijke of bijzondere diersporen vast te leggen. Maar niks gaat er boven iets tastbaars, in zijn volle 3D! Het maken van een gipsafdruk is eigenlijk niet moeilijk. Het zit 'm in de voorbereiding en een handigheidje hier en daar. Ik hoop je met dit artikel op weg te kunnen helpen. Je hebt niks aan je voornemen een mooie gipsafdruk te maken als je de materialen ervoor niet bij je hebt. De ervaring heeft mij geleerd altijd de materialen bij me te hebben. Die perfecte prent kom je niet op elke wandeling tegen. Dat is slechts af en toe. Een setje om gipsafdrukken te maken zit dus standaard in mijn zogenaamde “sporenrugzakje”. Ik heb twee goedkope diepvriesbakjes gekocht, zo'n twaalf centimeter in doorsnee. Dat is groot genoeg voor wild zwijn, edelhert en zelfs een wolf mocht je die ooit tegenkomen (als je dan je gipssetje vergeten bent...). Van één heb ik de bodem uitgesneden. Die gebruiken we straks als mal om de prent waar we het gips ingieten. In het nog intacte bakje kunnen we het zakje gips in meenemen. Een knijper om geopende zakjes te kunnen sluiten is ook handig. Je kan meerdere afdrukken maken met één zakje gips en zo knoei je niks als je het zakje uit het bakje haalt. Het gips zelf koop ik in speelgoedwinkels. Die worden daar verkocht om beeldjes te kunnen maken die je daarna beschilderen kan. Een stokje is altijd wel te vinden om water en gips te mengen, maar je zou ook een lepeltje in het bakje kunnen meenemen. Om het gips aan te maken heb je water nodig. Dat is vaak het zwaarste wat je meeneemt op een dagtocht. Je wilt dus zeker niet teveel meenemen. Ik neem geen extra water mee voor mogelijke gipsafdrukken als er voldoende water in de natuur aanwezig is. Slootwater bijvoorbeeld voldoet
prima. Maar midden in de zomer bovenop de Sallandse Heuvelrug wordt dat toch een stuk lastiger. Dan moet je wat extra water meenemen.
Op deze foto zie je een otterprent die ik gevonden heb onder een brug. Hij was zo mooi duidelijk dat ik er graag een mooie afdruk van wou meenemen. Ik heb eerst de omgeving van de prent schoongemaakt. Dat doe ik voorzichtig met de hand door van de prent af te vegen. De grond wordt zo mooi vlak. Belangrijk is ook takjes en blaadjes te verwijderen die anders straks uit je afdruk kunnen steken. Eventueel kan je “ingestort” zand en dergelijke uit de prent verwijderen. Dat kan ook door voorzichtig met je duim de gaatjes van de prent te accentueren. Pas wel op dat je de vorm van de prent niet verandert! Het moet wel natuurlijk blijven.
Nu gaan we het gips aanmaken. Als je beeldjes en dergelijke giet, zijn daar mooie verhoudingen gips/water voor. Voor dat doel maak je het gips doorgaans wat dunner, maar daardoor duurt het uitharden wel een stuk langer! Meestal willen wij na een half uurtje toch wel weer verder kunnen lopen. En dat is al lang zat. Er zijn redenen om het gips wat dunner te maken, bijvoorbeeld als je ondergrond erg los zand is. Dat was hier het geval. Dik gips zou het zand kun6
nen doen bewegen waardoor de prent vernield wordt. In kleiige grond die wat uitgedroogd is kan je het gips tot een dikkere pasta maken die je met een stokje in de prent “trilt”. Je zal dit per keer moeten bekijken. Gooi niet meteen de hoeveelheid gips en water in het mengbakje wat je nodig denkt te hebben. Je loopt groot risico dat je bijvoorbeeld teveel water hebt gebruikt, waardoor je erg veel gips toevoegen moet, wat je later toch alleen maar weggooit. Voeg telkens beetjes water en gips toe totdat je de juiste hoeveelheid en dikte hebt. Ik maak zelf genoeg gips aan dat er een laagje van ongeveer een centimeter bovenop de prent ligt. Na het gieten begint het wachten... Maak je een lokaal rondje door je bos, kun je wellicht later terugkomen. Wacht minimaal 20 minuten. Langer als je gips wat dunner is. Til je bakje met de prent voorzichtig op. Met een kwastje of stokje verwijder je voorzichtig het overtollige zand. Maak het nog niet helemaal schoon. Het gips is nog lang niet uitgehard, en je maakt makkelijk beschadigingen. Ik heb altijd plastic zakken bij me (voor afval, of om iets in mee te kunnen nemen...). Pak de afdruk losjes in en leg hem op een veilige plek in je rugzak of tas. Heb je papier mee, kan je de afdruk daar eerst nog in wikkelen. Dat helpt het drogen. Thuis aangekomen moeten we de afdruk nog verder laten drogen. Dat kan rustig een dag duren. Wanneer het gips niet meer koud aanvoelt is het vocht weg en kan je de afdruk verder schoonmaken. Dat kan zelfs voorzichtig met een vochtig kwastje. Klaar! Je kan je prent gewoon houden zoals hij nu is. Maar je zou de prent ook nog kunnen onderscheiden van de rest door alleen de prent een kleurtje te geven. Wat ook mogelijk is, is het vettig te maken, en er met plastic een nieuwe mal omheen te maken en er een tweede afdruk van te maken. Dan heb je precies het beeld zoals je de prent aantrof in de natuur. Je verliest dan vaak wel een beetje detail wat in de originele afdruk zichtbaar was. Dat hangt af van je persoonlijke smaak. Veel succes! Jeroen Kloppenburg
Expeditie Uiterwaard gaat weer op pad Een nieuw seizoen met Expedities door de uiterwaarden breekt aan. Expeditie uiterwaard is het onderwijsprogramma voor basischoolleerlingen groep 7-8, dat De Ulebelt in samenwerking met IVN Werkgroep Jeugd ontwikkelde. In de afgelopen 2 jaar zijn we al met ruim 1.000 kinderen gaan struinen door de Ossenwaard, om hier de rivier en de uiterwaarden te beleven en meer te ontdekken over het Ruimte voor de Rivier-programma. Tot eind 2014 gaan we door met deze Expedities, in het voor- en najaar, onder begeleiding van een enthousiaste en deskundige groep IJsselgidsen, waaronder een flink aantal IVN-ers! De Expeditie is deels afgeleid van het Natuurouderproject over de uiterwaarden, met flinke uitbreidingen over het thema Ruimte voor de Rivier en meer gericht op struinen. Vooralsnog vinden de Expedities plaats in de Ossenwaard, zodra hier ook aan het werk wordt gegaan met
Meer massa houdt warm Zoogdieren die dagelijks geconfronteerd worden met ijzige kou zijn altijd groter en zwaarder dan dieren die van warmere temperaturen mogen genieten. Kijk maar naar pinguïns: de keizerpinguïn die op het ijzige Antarctica leeft wordt meer dan 1 meter lang en een bereikt een gewicht van 30 kilo. De Galapagospinguïn daarentegen is een lichtgewicht met zijn 2,5 kilo en een lengte van 50 cm. Met zo'n lichaamsmassa zou de kleine vogel op Antarctica niet overleven. Hoe helpt de massa keizerpinguïns dan beschermen tegen de kou?
het graven van een nevengeul, wordt het spannend of er voldoende struinplezier voor Expedities blijft. Voor het voortgezet onderwijs is nu ook een programma in de maak, plus een publieksvariant met de hulp van een app. De Ulebelt ontwikelt deze producten, maar is erg blij met de
inzet en deskundigheid vanuit IVN-kringen. Houd de ontwikkelingen in de gaten! Deze zomer kun je al met een spannende ‘app’ op je smartphone de uiterwaarden gaan ontdekken.
ten opzichte van z’n volume een grote oppervlakte waardoor de warmte snel afgegeven wordt. Bij de mok is de oppervlakte in verhouding tot het volume kleiner zodat de warmte langer in de mok blijft.
ling moet dan ook hard werken om het lichaam warm genoeg te houden. Het lichaam van de keizerpinguïn (de mok) bevat veel vetweefsel waar de warmte langer in opgeslagen blijft. Het vet werkt bovendien als extra isolatie. Voor keizerpinguïns is daarom ook elke kilo lichaamsmassa cruciaal om te overleven.
Vetlaag beschermt Zo werkt het ook bij de pinguïns en andere zoogdieren. De lage massa van de Galapagospinguïn (het kopje) leidt ertoe dat hij snel warmte kwijt raakt. Zijn stofwisse-
Kopjes-test Het antwoord op deze vraag zit in de verhouding tussen de oppervlakte van een lichaam en z’n volume. Vul een klein kopje en een grote mok met kokend heet water en meet de temperatuur gedurende tien minuten. Je zult zien dat het water in het kleine kopje sneller afkoelt dan in de grote mok. Dat komt doordat voorwerpen (en ook lichamen) warmte afgeven via hun oppervlakte. Het kopje heeft
7
Maike Nelissen
(Uit de digitale Nieuwsbrief van Vroege Vogels, 24 december 2012)
8
Leven op de Oude Begraafplaats Op 1 maart is de meteorologische lente al begonnen, de echte lente nog net niet. Tijdens de IVN-excursie op 3 maart op de Oude Begraafplaats in Deventer bloeien meerdere soorten sneeuwklokjes volop maar de verschillende krokussen staan echt te wachten op een zonnetje. De grote bonte specht roffelt, de koolmees en de roodborst zingen al hun voorjaarslied. Morgen wordt het zonnig en zal het warmer worden. Dan kunnen de bijen zich te goed gaan doen aan het stuifmeel van al die vroege voorjaarsbloeiers, de stinsenplanten. Op deze Oude Begraafplaats kun je vele stinsenplanten aantreffen, maar als je binnenkort een keer of vaker terugkomt zie je er nog meer. De ruim 25 personen die vandaag meewandelen zijn dat ook vast van plan. Verder is ons thema vandaag de groenblijvende bomen en heesters, zoals hulst, taxus, buxus, conifeer en klimop. Deze worden vaak op een begraafplaats geplant omdat zij gedurende de winter, de periode van de (schijnbare) dood, groen zijn. Hiermee bieden ze troost en geven ze hoop op het leven dat doorgaat. Niet vreemd dat deze symboliek veel gebruikt wordt op begraafplaatsen,
Inventarisatie Das 2012 In 2011 werd het plan neergezet om een nieuwe inventarisatie te doen om inzicht te krijgen in de populatie dassen in de gemeente Deventer. De laatste werd gepresenteerd in 2010 met de naam “De das komt eraan”. Destijds werd de verwachting uitgesproken dat binnen enkele jaren het landgoederengebied rond Diepenveen bewoning zou krijgen. Dat heeft uiteindelijk niet lang geduurd, zelfs al in 2010 vonden we de eerste woonsporen. Niet lang daarna gevolgd door nog twee burchten op de Kranenkamp en het Wecherlerveld. Helaas zijn de bewoners (een paartje) van de burcht op de Kranenkamp doodgereden in juni 2011. Toen bleek al snel dat ook in de omgeving van de oprit naar klooster Sion ook twee dassen zijn doodgereden, eerder dat jaar.
Sneeuwklokjes op oude begraafplaats Deventer
maar ook op de zerken. Op vele zerken zie je de lauriertak, klimop of de cirkel van de slang die in zijn staart bijt: een teken van doorgaand leven. Symbolen van een geknakte roos, hangende lelies en een afgebroken boom of pilaar worden gebruikt om de sterfelijkheid van de mens aan te geven. Treurvarianten van de beuk, berk, wilg, ceder en peer vertellen over het verdriet. De hemelboom geeft juist weer hoop op eeuwig leven. En de doodsbeenderenboom en de duivelswandelstok ..... Deze begraafplaats was in gebruik van 1831 tot 1918. Ze raakte in de
loop der jaren verwaarloosd waardoor het groen massaal tot leven kwam. Ze wordt sinds 1992 onderhouden door de Stichting Oude Begraafplaatsen Deventer www.sobd. org en Stichting Natuur Anders www.stichtingnatuuranders.nl. De begraafplaats is dagelijks open tussen 9-16 uur voor een vrije wandeling.
Jeanette Boogmans en Rob Boon vonden later een verlaten burcht nabij. De dassen deden dus erg hun best zich daar te vestigen, maar vonden daarbij telkens de dood op de Raalterweg. Je kan je voorstellen dat het verheugend nieuws was toen eind 2011 het nieuws kwam dat er mogelijkheden waren voor de aanleg van faunapassages. Nadat provincie en gemeente het daar over eens waren geworden bleek dat het nog niet zo'n heel eenvoudig klusje ging worden. Bij proefboringen trof men datakabels aan. Dat betekende dat de tunnels nog dieper moesten gaan liggen, wat behoorlijk aan de kosten ging bijdragen. Voor de aanleg zijn tunnelbuizen in een sleuf neergelaten en vervolgens onder de weg doorgeschoven. Dat betekende dat één of meerdere bomen moesten sneuvelen voor het graven van die sleuf.
Met verschillende landeigenaren aan weerszijden betekende dat ook extra overleg.
9
Met dank aan de andere IVN-gidsen Tom, Minie, Annette, Inez en Huub Gerrie Roetert
Jeroen Kloppenburg
Agenda Deze agenda vermeldt IVN-activiteiten in en rondom Deventer. Meer groene activiteiten? Kijk op: www.groeneagenda.ulebelt.nl vrijdag 5 april 09.30 IVN Deventer; 1e Vrijdag wandeling Thema Vogelzang Vertrek: kruising Joppelaan- Eikenboomlaan bij Joppe Info: Hans Stegeman, 0570-617434 of Gerrie Roetert, 0575-493999 zondag 7 april 10.00 IVN Deventer; Ledenexcursie Thema Weidevogels Vertrek: Museumcafé De Kribbe; Weerdseweg 6a, Wilp Info: Frens Westenbrink 0570671143 zondag 14 april 14.00 en maandag 15 april 14.00 uur IVN Zutphen/Warnsveld; Thema Bloeiende gagel Vertrek: Ingang Gorsselse Heide, Elzerdijk Eefde, t.o. kartbaan Info: 0575-543824; 492059 woensdag 24 april 19.30 IVN Zutphen/Warnsveld; Cursus Natuurfotografie Data: 24 april, 27 april en 1 mei Locatie: Kaardebol Zutphen Aanmelden uiterlijk 19 april,
[email protected] of 0575-511397 / 0575-570956 zondag 28 april; 10.00 IVN Apeldoorn, Fietsexcursie Thema: Ruimte voor de Rivier Vertrekpunt: P bakker Bril, Voorst Info: John van Heiningen Tel: 055 - 5403426
vrijdag 3 mei 2013, 09.30 IVN Deventer, 1e Vrijdagwandeling Tuylermarkerpad Vertrekpunt: kruising Lage Steenweg/ Bandijk/Meermuidenseweg, Twello Info: Hans Stegeman, 0570-617434 of Gerrie Roetert, 0575-493999 zondag 5 mei 2013, 14.00 IVN Deventer Ossenwaarden excursie Vertrekpunt: Lagesteenweg, bij spoorbrug Deventer Info: Johan Tolkamp, 0570-617877 donderdag 9 mei, 6.00 uur IVN Zutphen/Warnsveld, wandeling Gorsselse Heide Thema; Dauwtrappen op de heide, met samen ontbijten vertrekpunt: Ingang Gorsselse Heide, Elzerdijk Eefde, t.o. kartbaan informatie: 0575-543824/492059 zondag 12 mei 14.00 IVN NM Achterhoek; Wandeling rondom Vorden Thema: Natuurherstel in Linde Startplaats: parkeerplaats Geldersch Landschap Vordense Bosweg bij de zichtlaan van Kasteel Vorden. Info: Joke te Velthuis, 0575-551813 zondag 2 juni 2013, 14.00 IVN Deventer , Fietstocht 'In de sporen van onze grootouders' Vertrekpunt: Holterweg 112 Deventer Info: Gerrie Roetert, 0575 493999
https://beeldbank.rws.nl Ruimte voor de Rivier Ruben Smit
vrijdag 7 juni 2013, 09.30 IVN Deventer ,1e Vrijdagwandeling Frieswijk Vertrekpunt: kruising Raalterweg met Waterdijk, Schalkhaar Info: Hans Stegeman, 0570-617434 of Gerrie Roetert, 0575-493999 10
zondag 9 juni, 14.00 IVN Zutphen/Warnsveld; Wandeling Thema; Zin in de zomer op de heide vertrekpunt: Ingang Gorsselse Heide, Elzerdijk Eefde, t.o. kartbaan Info: 0575-543824; 492059. zondag 9 juni 2013, 14.00 IVN Deventer , Sporenwandeling Landgoed Oxe Vertrekpunt: Parkeerplaats Oxerhof, Oxerhofweg Deventer Info: Tom Dekker, 06-54623388 vrijdag 5 juli 2013, 09.30 IVN Deventer , 1e Vrijdagwandeling Duursche Waarden Vertrekpunt: parkeerplaats bij steenfabriek, Duursche Waarden Olst (Fortmonderweg, Den Nul) Info: Hans Stegeman, 0570-617434 of Gerrie Roetert, 0575-493999 zondag 7 juli 2013, 12 00 IVN Deventer Wandeling bij Moespotleide Vertrekpunt: Kruising Averlose Houtweg met Veldhuizerdijk, Deventer Info: Henriëtte Zengers 0570608336 Op www.ivn.nl/afdeling/deventer meer details over IVN Deventer! Daar staan ook links naar naburige IVN-afdelingen, of: IVN-afdeling Apeldoorn 055-5338337 (Dhr. J. v Vulpen) IVN Noord-Midden Achterhoek 06 30177156 (Mevr. E. v Dijk) IVN-afdeling Zutphen Warnsveld 0575-570956 (Dhr. M.B. Morsink)
Nieuwe website IVN Deventer heeft een nieuwe website: www.ivn.nl/afdeling/deventer
Iedereen doet iets, samen doen we alles September 2012. Daar staan wij (Ria Elders, Inez Weijer, Joyce Schreuder en Henk Sepers) met ons goede gedrag. Vier cursisten van de natuurgidsencursus, die voor de eervolle taak staan vorm aan onze eindopdracht te geven. Ieder voor zich kregen wij voor onze afzonderlijke suggesties de handen niet op elkaar. Zo ontstaat vanzelf een groep. Ria’s wandeling , Inez’ gedichten, enthousiasme van Joyce en het van alles wat van Henk.
Onder één noemer gevangen: Literaire struinwandeling Baarlerhoek. De achtertuin van een uit 1851 daterend erf met de naam ADDNOR. Dat staat voor, hoe toepasselijk, Alom Door De Natuur OmRingd. Snel na onze oprichtingsvergadering nemen wij het gebied minutieus in ons op. Een gebied dat voor Ria geen geheimen kent. Voor de anderen onontgonnen terrein. Als we het erover eens zijn dat dit de plek is om onze ideeën te combineren en we ‘iets’ aan de Baarlerhoek kunnen toevoegen lijken onze plannen ruw te worden doorkruist. Een fiets(snel)weg dwars door ONS gebied. Een protestgroep blijft niet uit. Wij laten ons niet van de wijs brengen. Schatten het risico in en zien vooral kansen. Wat wij voor ogen hebben tast het landschap en de natuurlijke rust niet aan. Integendeel: reeds gebaande paden verrijken wij met een aantal landschappelijke gedichten. Bij de vistrap kan iedereen in alle rust van natuur dichtbij genieten. Voor het zover is moeten we volop aan de bak.
Maken ons projectmatig werken eigen. Stellen vragen als: Hoe staan gemeente Deventer en Waterschap Groot Salland tegenover ons idee? Welke gedichten gaan we gebruiken? En niet in de laatste plaats: wie gaat dat betalen? Om ons idee tot een concreet plan te maken besluiten we de taken te verdelen indachtig ons motto: Iedereen doet iets, samen doen we alles. De aftrap is gegeven. Dan blijkt dat iets wat in een week geregeld moet kunnen zijn een doorlooptijd krijgt van enkele maanden. Alle betrokken partijen moeten er een plas over kunnen doen. Die tijd nemen we.
Het gaat ons niet om snelheid, maar om het eindproduct. In de vrieskou van eind januari zien we tot onze opluchting dat wat wij maanden geleden in gedachten hadden vorm gaat krijgen. Enthousiaste medewerking van gemeente en waterschap is er.
11
Hedera Welig wendend uitgeslingerd, Muren langs het breed geblaart, streeft de klimop vastgevingerd, hunkerende hemelwaart. M.C.Blöte-Obbes
Gedichten zijn uitgezocht. Overwoekerde paden, met dank aan de gemeente, zijn begaanbaar gemaakt. Bij het ter perse gaan van deze Buitenwijzer zijn we zover dat wij ons op de presentatie van de eindopdracht gaan richten. Aan persberichten voor de (regionale) media en informatiefolder leggen we de laatste hand. Medio mei wordt een vijftal gedichtenpalen die de puntjes op de i van de literaire struinwandeling zetten geplaatst. Wat rest? Hopelijk veel belangstellenden die met gebruikmaking van hun zintuigen, hart, handen en hoofd zelfstandig en in eigen tempo optimaal natuur dichtbij beleven. Ria Elders, Inez Weijer, Joyce Schreuder en Henk Sepers
Op stap met de IJsselboswachter In de kerstvakantie ben ik op stap geweest. Deze keer alleen met mezelf. Afgelopen jaar was een druk en hectisch jaar. Mijn eerste jaar als IJsselboswachter, een spiksplinternieuw Infocentrum, een opening met hoogstaand bezoek, vele rivierprojecten, een nieuw werkkantoor, samenwerking met diverse partijen, heel veel administratie en een werkgebied reikend van Deventer tot Kampen. Een geweldige boswachtersbaan, vele mooie momenten, vele uitdagingen. Maar van naar buiten gaan kwam nauwelijks iets terecht. Gelukkig had ik deze column en had ik een reden om toch af en toe de laarzen aan te trekken.
Hoog tijd dus om in de vakantie naar de IJssel te trekken en te reflecteren. De winter is daar een ideaal moment voor. De winter is de tijd van verstilling. Letterlijk: er zijn nauwelijks bladeren meer aan de bomen waar de wind doorheen kan ritselen, vogels zingen niet meer, water bevriest in ijs of vormt overstromingsgebieden in de uiterwaarden.
Bij deze natuurverschijnselen ervaar je buiten wat de mooie mantra “stil worden is loslaten” betekent. Figuurlijk: stil worden in jezelf om te luisteren naar je hart. Loslaten hoe moeilijk is dat! Zoveel ideeën, zoveel werkzaamheden. En toch, toch hoort dat ook bij het levensritme. De boom laat los, de rivier laat los. Meebewegen met de seizoenen zorgt dat je niet tegen de stroom op zwemt maar dat je je door de stroom laat dragen. Dan stroomt de ene fase heel natuurlijk over in de andere. Dan volgen groei en bloei elkaar op, dan hebben vruchten de kans te groeien en zorgt bladval voor een gezonde voedingsbodem voor de volgende groei. De natuur reikt ons met de seizoenen precies aan wat we nodig hebben. De winter zorgt ook voor helderheid. Je kunt door de bomen het bos weer zien doordat de bomen de bladeren hebben losgelaten.
Kale bomen herkennen Met deze nieuwe uitgave breng je in de winter 110 bomen, struiken, klimen slingerplanten vlot op naam. Ideaal voor elke excursie of wandeling in de ogenschijnlijk ‘saaie’ winter. De natuur in de winter lijkt te slapen, maar door de veelvormigheid aan knoppen, takken en vruchten is een wereld te ontdekken. Vorm van vruchten Bomen en struiken kan je in de winter onderscheiden door de vorm van de vruchten zoals dennenappels, door de kleur of ruwheid van de stam, door knoppen die kleverig kunnen zijn en zelfs door de geur. Sommige soorten herken je zelfs met de ogen dicht. Bijvoorbeeld ’appel’ bij de egelantier,‘kattenpis’ bij de knoppen van de zwarte bes en ‘sterk kruidig’ bij de amberboom Meer over het boek Winterflora via www.natuurmedia.nl Winkelprijs: € 14,50 Auteur: Dirk Slagter
12
De leegte geeft helderheid in je hoofd. Staatsbosbeheer organiseert elk seizoen in samenwerking met meditatiecentrum Zen in Salland een stiltewandeling. De IJsselboswachter en de zenleraar nemen u mee in de Duursche Waarden. Natuurbeleving en meditatie kunnen worden ervaren. Data: 1 februari, 26 april, 2 augustus en 8 november. Start parkeerplaats Fortmond steenfabriek, Van 9.00 tot 11.00 uur. Kosten: € 10,-. Aanmelden bij
[email protected] of spontaan meegaan. Neem een wekkertje mee. Ik trek mijn laarzen aan en ga heerlijk mee naar buiten.
Met vriendelijke groeten, Staatsbosbeheer IJsselboswachter Anja
Digi #bosw8er “Digi #bosw8er”, een kop die de toets der kritiek van een goede redactie niet kan doorstaan. En toch laat ik ‘m lekker staan. Digi staat voor digitaal en bosw8er voor boswachter. Het # is een hashtag. Geen enge teek maar een teken om een bepaald woord in een twitterbericht (tweet) onder de aandacht van het publiek te brengen. Digi #bosw8er: digitale boswachter. De ‘boswachter’ van 2013 is meer en meer actief op twitter of facebook. Acht kort zich dan snelheidshalve, of is het gemakshalve, af tot 8. Digitale boswachters, je omarmt ze of je verafschuwt ze. De gulden middenweg ligt niet vanzelfsprekend in het midden. De romantiek van de met veldgidsen gevulde rugzak maakt plaats voor smartphone, hotspot, laptop en e-gids. Waar fotografie eeuwen geleden digitaal is gegaan staat de boswachter, maar ook de natuurgids, aan de vooravond van een nieuw tijdsgewricht. Publiek heeft #natuur al lang ontdekt. Wandelexcursies met behulp van een app (spreek uit ‘ep’) vinden meer en meer hun weg via de smartphone. Het aantal digi bosw8ers dat te volgen is via twitter en facebook is gestaag groeiende. Redacties maken graag gebruik van de nieuwtjes die via QR-codes op hun bureau landen. Zo kunnen zij eenvoudig uit de vele persberichten het ultieme bericht filteren. Ook ik ben ondertussen overstag en deel mijn natuurbeleving maar wat graag via twitter en facebook. Nog nooit heb ik excursies gehouden met zoveel deelnemers (lees volgers) uit het hele land. Voor Natuurmonumenten ben ik als boswachter actief in Salland. Mijn ‘kantoor’ zit in mijn rug-
zak. Een mooie waarneming vereeuwig ik met mijn smartphone. Bewerk de foto, plaats er een passende tekst bij en binnen een mum van tijd zijn alle (virtuele) deelnemers aan mijn excursie op de hoogte. En toch prijs ik mij nog steeds gelukkig dat periodiek een exemplaar van de Buitenwijzer de (IVN), Buitenleven (SBB) en PuurNatuur (NM) op mijn deurmat valt. Want hoezeer ik de digitale snelweg ook waardeer, een magazine dat ik ieder moment op kan slaan, na kan lezen, ook als er een stroomstoring is, kan mij nog steeds bekoren. Net als het via twitter wereldkundig maken van een excursie omdat de natuur zich niet altijd weken van te voren laat plannen: 20130314 #excursie voor #jong en
#oud in #npsh op #sprengenberg 16:00 uur. Vertrek de #Pas. #Speuren naar #heikikker. Deelname #gratis. Na deze digitale aankondiging komt het allermooiste, het contact met de mensen die gewoon van de natuur willen genieten zonder de dwang van het altijd bereikbaar moeten zijn, vanzelf. In mijn ogen kan niets en niemand dat vervangen. Natuur moet je voelen, ruiken en vooral beleven. Henk Sepers (vrijwillig) Boswachter voor Natuurmonumenten op de Sprengenberg. Via twitter doet hij verslag van zijn ervaringen in het veld.
Avontuurlijk op pad Dat is de titel van de vijfde bundel met natuurweetjes en activiteiten, die Ton Lommers (IVN Zuid-Holland) maakte. Bedoeld voor natuurgidsen, scoutingleiders, onderwijs-mensen en BSO-begeleiders als hulp bij het uitzetten van "natuurpaden" voor groepen - jong en oud - in de omgeving. Net als eerder verschenen bundels kost deze € 13,50 per stuk. Een complete set kost € 60 (excl porto). Nadere informatie en bestelling per e-mail bij
[email protected]. Elke bundel is rijk geïllustreerd met goede foto’s en biedt volop inspiratie. De titels van de andere 4 bundels: Schrikdraad, Dat prikt, Takkenwerk en Tochten met een tintje. Verplichte kost op de boekenplank van natuurgidsen. De bundels werden samengesteld op initiatief van de Werkgroep DistrictsKaderVorming (DKV) van het IVN in Zuid Holland. Maike Nelissen 13
Het jaar van …. 'Het jaar van ….’ gaat maar door. Elke zichzelf respecterende natuurorganisatie (en anderen soms ook) hebben er eentje. Hieronder een kleine greep uit ‘het jaar van’. Jaar van de Hanenkam De Hanekam heet ook wel Cantharel. Het is voor het eerst dat een zwam wordt uitgeroepen tot jaarsoort. De gelige zwam met gekrulde hoed werd vooral vroeger veel verzameld en was geliefd om zijn pepersmaak en zijn abrikozengeur. Karakteristiek zijn de dikke, aderige, vertakte plooien aan de onderzijde van de hoed. In Nederland komt hij voor tussen juli en november, met name op zandgronden zoals in Drenthe, Overijssel en op de Veluwe. De Hanekam staat al jaren op de rode lijst als kwetsbaar. In de jaren ’70 werd hij het slachtoffer van zure regen. Vooral de verrijking van de bodem met stikstof was funest voor de zwam. De afgelopen jaren neemt de zwam weer wat toe in aantal, met name vanwege de verbeterde luchtkwaliteit. Wie de zwam denkt te hebben gevonden, kan de vindplaats én een foto sturen naar
[email protected].
Jaar van de steenmarter
Hanekam
merkt. Maar soms maken ze hun aanwezigheid nadrukkelijk kenbaar waardoor ze voor overlast kunnen zorgen. Het feit dat de steenmarter een beschermde soort is maar tegelijk overlast kan veroorzaken, maakt goede informatievoorziening cruciaal. Des te meer omdat de steenmarter bezig is aan een opmars en snel op meer plaatsen in Nederland zal voorkomen. In die gebieden is men niet gewend om met steenmarters samen te leven en bij een groter aantal steenmarters zal ook de overlast (en de angst daarvoor) toenemen.
De steenmarter behoort tot de groep van de marterachtigen, net als de otter, de das, de boommarter, de bunzing, de hermelijn en de wezel. Hij is ongeveer even groot als een kat, maar slanker en hij staat lager op zijn poten. De steenmarter heeft een vaalbruine vacht met een witte, gevorkte bef die uitloopt tot op de voorpoten. Daarin verschilt hij van de boommarter, die een meer afgeronde, vaak gelige bef heeft. Kenmerkend voor beide marters is de lange, ruige pluimstaart. De steenmarter heeft het moeilijk gehad en pas in de jaren tachtig van de vorige eeuw nam het aantal weer toe en niet alleen in het landelijk gebied, ook in de dorpen en steden. Blijkbaar schuwt dit dier het leven in de nabijheid van de mens niet; hij is een zogenaamde cultuurvolger geworden. Meestal wordt een steenmarter niet opge-
Een mooie folder over dit dier staat op de site van das en Boom: http://www.dasenboom.nl/pdf/ Foldersteenmarter.pdf Andere ‘jaren van ….’: Voor hen die graag nog meer ‘jaren van’ willen zoeken, dan kan je je lol nog op met o.a. die van de Fiat 500L, van de slang, van de historische boerderij, van de verlaagde benzineprijzen, van de quinoa, van de Europese burger en nog veel meer. Veel plezier! Mike Hirschler
Steenmarter
14
GG nummer 23. Robin Hood en het hert GG is een rubriek over Groene zaken met af en toe een uitglijder opzij. De Glibbers gaan bijvoorbeeld over cultuurhistorie, volksverhalen of naamsherkomst en hebben altijd een link met het Groene. De naam is geleend van een plakkerige, overwegend oranje/gele (!) paddenstoel, de Groene glibberzwam Leotia lubrica. Het edele hert is al eeuwen lang een inspiratiebron voor mensen. Men herkende de groeicyclus van het graan in het groeiritme van het gewei. Het zaaien en oogsten van het graan liep parallel aan de groei van het gewei. Wanneer het nieuwe gewei na maanden klaar was, werd het graan geoogst. De Galliërs beschouwden het hert als Heer der dieren en Heer van het woud. De geweitakken verwezen naar de bomen. De Kelten vereerden het edelhert als half-dierlijke god: Cernunnos. Deze herten- of herdersgod had een mensenlijf met een gewei erop. De hertengod was verbonden met gedaantewisselingen en symboliseerde de vruchtbaarheid. In de verhalen van Robin Hood komt het mystieke hert terug. In de jaren ‘80 liep de televisieserie Robin of Sherwood. Hierin verschijnt vanuit de mist een bosgeest met een gewei: Herne the Hunter. Herne speelt een rol als vertegenwoordiger van het raadselachtige woud en verschaft Robin macht door hem te steunen. Het boek Vogelvrij over Sherwood schildert een minder romantisch beeld. De wreedheid van zowel de machthebbers als de struikrovers
Cernunnos op een ketel
wordt bloederig beschreven. In een vruchtbaarheidsritueel wordt een verrader geofferd aan de god Cernunnos. Iedere herfst drommen mensen samen om de kracht en pracht van het edelhert te bewonderen. In de bronsttijd raken de mannetjes opgefokt door hun hormonen en vertonen ze agressief gedrag. Soms bestaat een krachtmeting enkel uit imponeren, maar regelmatig worden “de degens” gekruist. Het gaat niet alleen om het grootste gewei, maar ook om kracht, snelheid en slimheid. Op de Hoge Veluwe had een mannetje met een smal, puntig gewei iedere herfst toch een flinke kudde hinden. Een imposant uiterlijk maakt het allemaal wel een stuk makkelijker. Eveneens in het Nationale Park woonde het monster van de Kemperberg.
Dit hert sprong als jongeling over een hek op de Kemperberg. Achter dit hek was geen verdere begrazing. Het dier at zich een aantal jaren rond in Luilekkerland. Op een goede herfst sprong hij terug en verzamelde hij in geen tijd een forse kudde. Het hert was groot en breed geworden van al dat eten en had een indrukwekkend gewei. Na de paartijd sprong hij wederom over het hek en daar bleef het hert tot de volgende herfst. Het gebrek aan voedselconcurrentie zorgde voor zijn monsterlijke groei. In de voorjaarsvakantie bezocht ik met de familie de Hoge Veluwe. Het was koud en guur, zelfs de vogels wilden niet zingen. We zagen geen wild, slechts een buizerd en we hoorden een raaf roepen. Op de terugweg naar Hoenderloo stopten we met onze witte fietsen even bij het Zwarte Veld. Het was nog lang geen schemering, maar we hadden geluk. Op het veld graasden dertien stuks Herne the Hunters gebroederlijk naast elkaar. De vrijgezellenparty zal tot september duren en daarna kunnen ze elkaar niet meer luchten of zien. Jeanette Boogmans Bronnen: Keltische symbolen, Sabine Heinz. De dieren van het Nationale Park De Hoge Veluwe. Vogelvrij (Outlaw) door Angus Donald. Wikipedia. DVD serie Robin of Sherwood geschreven door Richard Carpenter.
Vrijgezellenparty, foto Linde de Leeuw
15
Column: ‘’Zweverige’’ droom? ‘’In Gondel over IJssel zweven’’ las ik pas geleden in de Stentor. De eigenaar van een eetgelegenheid in Welsum droomt van een 3 km lange kabelgondelbaan van zijn eetgelegenheid aan de Dijk, over de IJssel en het aangrenzende natuurgebied naar het informatiecentrum van Staatsbosbeheer in Den Nul. Geweldig vind ik een dergelijk initiatief, en dat terwijl ik eigenlijk een bloedhekel aan gondelkabelbanen heb en ook niet weet of ik het wel mooi en verantwoord vind. Wat spreekt mij dan zo aan? Om een dergelijk initiatief te nemen, is veel lef nodig. Dat bewonder ik. Daarnaast verwacht ik dat een kabelgondelbaan een middel is om een groep mensen te bereiken die niet zo snel in de uiterwaarden zal gaan struinen: ouderen, mensen met een lichamelijke beperking, een groep kampeerders van de campings langs de IJssel, die normaal niet verder dan hun tentje komen en een groep toeristen die over de dijk langs de IJssel rijden zonder hun auto te verlaten. Deze mensen kunnen zo misschien wel bereikt worden, want zo’n kabelbaan is toch een soort (kermis)attractie waar men in moet! Misschien toch wel een belangrijke groep mensen om te laten ervaren wat natuur kan zijn? Kabelbaanervaringen deed ik vooral op tijdens wintersportvakanties. Wat ik me ervan herinner is dat, na het overwinnen van mijn angst, het deurtje van de gondel dicht klapte en de gondel zich in beweging zette. Direct verliet je de drukte en kwam je terecht in een licht-suizende stilte
met adembenemende uitzichten op besneeuwde berghellingen. Een topnatuurervaring, waarbij je soms bijzondere waarnemingen deed. Zoals die ene keer: 3 sneeuwhoenders in de bittere koud op 2000m hoogte. De IJssel vanuit de lucht moet ook zo’n topervaring zijn. Maar een gondelkabelbaan vind ik niet echt origineel. Kabelbanen zijn er al veel in Europa. Als ontwerpster ben ik altijd op zoek naar iets anders, iets dat je nog nergens gezien hebt. Goed, in Nederland zie je ze nauwelijks, maar misschien kunnen we nog iets bedenken dat zorgt voor minder verstoring van (het beeld van) de natuur langs de IJssel en dat juist zorgt voor meer natuurbeleving. Iets waarmee, net als met een gondelkabelbaan, een nieuwe groep mensen worden uitgedaagd. Omdat de mooiste plekjes in de natuurgebieden vaak moeilijk toegankelijk zijn voor rolstoelgebruikers en ouderen, ga ik juist voor deze doelgroep. Wat te denken van een rolstoelvriendelijke ‘’Jungle-route’’ voor gehandi-
capten en ouderen? Geen saai recht pad, zoals je vaak ziet, maar een route die vooral gevarieerd is en eindigt met een bijzonder uitkijkobject, met uitzicht over de IJssel. Iets toren-, brug- of lift-achtigs of een ‘’telefooncel’’ aan een hijskraan? Onderweg rolstoelvriendelijke slingerende (vlonder)paden door afwisselend dichte en open begroeiing, langs een rolstoelvriendelijke vogelkijkhut en met spannende oversteekjes door/over het water voor de jongere gehandicapten. En dit alles vooral met minimale ingrepen, zo natuurlijk en uitdagend mogelijk en niet te kunstmatig of groots aangelegd. Op www.natuurzonderdrempels.nl zie ik dat er nog geen rolstoelvriendelijke route’s bekend zijn in de natuur in rondom Deventer. Natuur zonder drempels: een uitdaging voor ons of een “zweverige’’ droom? Anneke Rodenburg
Inleveren kopij Voor de Buitenwijzer van Lente 2013 de kopij uiterlijk op vrijdag 15 februari inleveren. Voor kopij geldt: maximaal 400 woorden, graag vergezeld van foto's in HR-kwaliteit. Per e-mail naar Jeanette Boogmans
[email protected] of Luud Wissing:
[email protected]
17
Wolpertinger De Wolpertinger is een mythisch wezen uit het Beierse Duitsland waarvan de oorsprong onduidelijk is. Volgens de legende die vooral onder jagers en lokale bewoners verteld wordt is de Wolpertinger verlegen. De beste manier om een Wolpertinger te vangen is volgens de legende als volgt: "Enkel een zeer mooie vrouw kan hem zien, dus als je hem wilt vangen, ga het bos in met een zeer mooie vrouw. Wolpertingers hebben namelijk een zwak voor vrouwelijk schoon. De vrouw (of in het gezelschap van een vrouw) moet het bos in gaan 's nachts, terwijl de maan vol is. Ergens in een afgelegen hoekje aan de rand van het bos zit een Wolpertinger die zich waarschijnlijk snel zal vertonen aan het vrouwelijk schoon. Wanneer hij zich toont dient de vrouw heel snel haar borsten te tonen. Dit zal ertoe leiden dat de Wolpertinger direct omvalt in een diepe slaap, waardoor het gemakkelijk in een zak gestopt kan worden." Beelden van wezens die lijken op Wolpertingers zijn gevonden in houtsneden en gravures uit de 17e eeuw. Echter, er is discussie over de vraag of dit beelden van Wolpertingers zijn, of van konijnen die besmet zijn door de Shope papillomavirus, een virus
Bind de kat een bel aan! Katten zijn schattig maar dodelijker dan gedacht. Het imago van katten is er de afgelopen tijd niet op vooruitgegaan. Nadat eerder in Nieuw-Zeeland al was gepleit voor beperking van de kattenpopulatie, doen Amerikaanse wetenschappers dat nu nog eens dunnetjes over. Katten zijn volgens een Amerikaanse studie namelijk nog veel grotere moordenaars dan tot nu toe werd aangenomen. De meerderheid van de sterfgevallen van vogels en zoogdieren in de Verenigde Staten is zelfs toe te schrijven aan katten. Dat blijkt uit een analyse in opdracht van de Amerikaanse overheid. Naar schatting leven er in de Verenigde Staten 120 miljoen katten. De dieren zouden samen jaarlijks tussen de 1,4 miljard en 3,7 miljard vogels en tussen de 6,9 miljard en 20,7 mil-
Foto: Wolpertinger
dat ervoor zorgt dat benige tumoren groeien op het hoofd van het konijn en het lichaam. Wel is bekend dat preparateurs in de 19e eeuw begonnen om dieren samen te stellen uit delen van ver-
schillende diersoorten om ze vervolgens te verkopen aan goedgelovige toeristen.
jard zoogdieren doden. Schattig maar schadelijk. Een kat vangt dus gemiddeld tussen de 70 en de 200 prooien per jaar. De schattingen lopen behoorlijk uiteen, omdat het onderwerp moeilijk te onderzoeken is. De kat moet een kleine camera omgebonden krijgen, willen onderzoekers ontdekken wat hij allemaal uitspookt. De Amerikaanse Vogelbescherming stelt in een reactie dat katten weliswaar 'schattig zijn', maar binnen moeten blijven omdat ze zoveel schade toebrengen. De organisatie krijgt enige bijval van de wetenschappers, die stellen dat 'beleid nodig is om de impact van katten te verminderen'. Ooit las ik dat in Nederland huiskatten geschat 90 miljoen (!) zangvogels en kleine zoogdieren te grazen nemen en in Engeland 250 miljoen. Redenen genoeg lijkt mij om de kat de bel aan te binden. En zeg niet dat jouw kat zoiets niet doet, want dat is gewoon niet zo. Tegenwoordig zijn de kattenhalsbandjes zodanig gefabriekt dat de
kat zichzelf niet meer op kan hangen, dus dat argument geldt niet. Een bandje met bel is dus (een deel van) de oplossing. Doen!
18
Tim van Alen, cursist natuurgidsencursus.
Mike Hirschler
Ganzenveer: Een late bloeier Op 12 oktober 2012 ben ik met kleuters van een Vordense school op landgoed Het Hackfort. Wij vieren er de verjaardag van Erik Eekhoorn en zoeken naar lekkere hapjes voor zijn vrienden, naar sporen van die vrienden en naar mooie natuurproducten waarmee we de feestplek kunnen versieren. En zowaar er bloeien Bosanemonen, natuurlijk prachtig om een feestje mee op te fleuren. Maar Bosanemonen horen in het voorjaar te bloeien en wat ik ervan kan zeggen is dat dit “laatbloeiers”zijn. Zelf ben ik eigenlijk ook zo’n laatbloeier. In mijn kinderjaren woonde ik in het noorden van Friesland. Ons “bos”bestond uit 40 bomen en daarom heen lag een gracht met wat planten in het water en aan de oever. En verder weet ik eigenlijk niks op te noemen van wat ik daar aan natuur zag. Wel hadden we een grote moestuin en ooit plantte mijn vader langs de erfgrens populieren die in heel korte tijd boven het huis uitkwamen en na 10 jaar echt gerooid moesten worden. Toen kon ik het geld nog niet gebruiken voor een “bruidschat”, omdat ik nog lang geen plannen had iemands bruid te worden. Op 16-jarige leeftijd begon ik aan de Kweekschool, de opleiding voor onderwijzers. We kregen meneer Wierda als biologieleraar en hij gaf de opdracht om elke week 10 planten mee te brengen naar school. Die werden in flesjes gezet met de naam erbij en na een week moesten we de kenmerken van de planten kennen. Na 4 weken een overhoring en dan kende je al 40 plantensoorten, want er mochten geen planten komen die al eens meegenomen waren. Voor mijn vriendin en mij een toer om die te vinden. En ik werd een beetje fanatiek en ging op zoek. Dat lukte prima, ik vond Blauwe druifjes en Blauwe anemonen in het “bos”, in mijn latere leven leerde ik dat dit stinsenplanten waren. Mijn belangstelling voor de natuur is toen gewekt. Toen ik later in Zwolle Herman leerde kennen, ik was toen al leerkracht aan een school, bleek dat hij eveneens iets van planten wist. Onze belangstelling groeide en af en toe namen we planten mee naar huis om in een boekje op te zoeken wat het zou kunnen zijn. Dat bleek moeilijker dan
gedacht, in Zwolle kwamen andere soorten voor dan in Friesland en ook weer andere dan in de Achterhoek, de plek waar Herman was opgegroeid. We deden verder niet veel met onze kennis. Totdat we in Zutphen kwamen wonen. Ik herinner me dat we op een mooie zondag in de herfst, ik denk in 1970, bij huize De Voorst wandelden. Voor het eerst zag ik prachtige paddenstoelen, lange stelen met een donkerbruin convex hoedje. Nu weet ik dat het Langsteelfranjehoeden zijn, maar toen vond ik ze sprookjesachtig in het mooie herfstlicht. Mijn belangstelling
was gewekt en langzaamaan ben ik me meer gaan verdiepen in de mycologie. Maar die eerste verwondering, de aanblik van zoiets moois, dat vergeet ik nooit meer. Mijn boodschap aan iedere IVNgids is: begin met je verwondering te delen, dan komt de rest later wel. En die Langsteelfranjehoeden groeien nog steeds bij huize De Voorst, waar we nu nog dichterbij wonen dan toen. Ik geef de ganzenveer door aan Anja Timmermans Klaske ten Grotenhuis
Colofon IVN Vereniging voor natuur- en milieueducatie afdeling Deventer (zie www.ivn.nl/afdeling/deventer) Bestuur Voorzitter Secretaris en ledenadministratie Lid Lid Penningmeester bij betalingen:
Tom Dekker 0570-655315
[email protected] Frens Westenbrink 0570-671143
[email protected] Johan Tolkamp 0570-617877
[email protected] Vacant Klaartje Arntzen 0570-546337
[email protected] Gironr: 3394711, tav penningmeester IVN, Deventer
Coördinatoren/vertegenwoordigers van de werkgoepen Buitenbeeld Carla Slange 0570-654953
[email protected] Educatief beheerswerk Lieme Glazema 0570-656401
[email protected] Excursies Gerrie Roetert 0575-493999
[email protected] Aangevraagde Johan Tolkamp 0570-617877 wandelingen
[email protected] Jeugd Carla Slange 0570-654953
[email protected] Kraam Vacant Plantenwerkgroep Henriëtte Zengers 0570-608336
[email protected] Zwamgroep Mike Hirschler 0570-511146
[email protected] of 06-53617871 Amfibieënwerkgroep Petra van der Molen petra–vandermolen @home.nl Vleermuiswerkgroep Tom Dekker 0570-655315 Deventer (VleDev),
[email protected] Vlinderwerkgroep Hans van den Berg 0570-545022 (Lieveling)
[email protected] Zoogdierenwerkgroep Vacant Vertegenwoordiger Ruud de Block 0570-613226 Natuur en Milieu
[email protected] Redactieadres
Luud Wissing
[email protected] 19
0570-672572
Raadselplaatje Oplossing raadselplaatje winter 2012. Wat je ziet is een grote vlakte met een heleboel begroeide bergjes erin. Het gaat in dit geval om die bergjes, soms tot een halve meter hoog. Om de paar meter ligt er eentje. Het was vorig jaar in oktober, tijdens een paddenstoelenexcursie, dat ik met dit verschijnsel kennis maakte. We waren met een groepje naar de Arrier en de Junner Koelanden gegaan om er wasplaten, een heel kleurrijke soort zeldzame paddenstoelen, te gaan zoeken. Deze 'koelanden' zijn in dit geval ooit ontstaan in oude afgesneden bochten van de Vecht, vlakbij de plaatsjes Arrier en Junner, even ten oosten van Ommen. Ik kreeg nogal wat oplossingen die naar mollen verwezen, maar niets is minder waar, daarvoor zijn de bergjes ook te hoog en te begroeid. Eén inzender wist het mij precies te vertellen, met foto’s erbij van een uitvliegende generatie: Lieme Glazema.
Gele weidemier, uitvliegende generatie
De heuveltjes zijn gemaakt door de gele weidemier. Het grappige is dat de gele weidemier een van de meest voorkomende mieren is in Nederland,
na de wegmier en de steekmier. Die laatste 2 mieren opereren veelal bovengronds en zijn donker, terwijl de gele weidemier licht van kleur is en ondergronds zijn ding doet. Hij is bovendien lichtschuw. In feite kan je de gele weidemier overal wel vinden waar weinig begrazing is, zoals onder afrasteringen, in kwelders, in beekdalen of gewoon in je eigen tuin. De gele weidemier is een soort veehouder. Ze houden er grasluizen op na die leven op de wortels van gras, ondergronds dus. De luizen scheiden honingdauw uit en daar lusten de mieren wel pap van! De mieren graven speciaal gangen voor de luizen in het wortelstelsel van de grassen. De luizen kunnen dan makkelijk bij de wortels en de mieren makkelijk bij de luizen, zodat ze de honing kunnen oplikken. Door al dat gegraaf ontstaan de bovengrondse bulten. Langs de Vecht bestaan een aantal landschappen die typisch gevormd zijn door deze mier. Bekend is ook een duingebied op Goeree, dat ge-
Gele weidemier
heel door deze mier gevormd zou zijn en op Schiermonnikoog. Een expeditie waard. Maar je zou ze dus ook heel goed in je tuin kunnen aantreffen, speciaal daar waar je tussen het gras wat zandige plekken vindt. In het voorjaar maar even in de gaten houden dus. Mike Hirschler Nieuw raadselplaatje (zie onder): Wat zie je en wat veroorzaakt dit verschijnsel? Oplossingen naar
[email protected]