ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen Opleidingen: Tolk en Vertaler Varianten: Deeltijd Visitatiedata:
6 en 7 april 2005 25 augustus 2005
© NQA (Netherlands Quality Agency) Utrecht, september 2005
2
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
Inhoud
3
Deel A:
Onderwerpen 1.1 Voorwoord 1.2 Inleiding 1.3 Werkwijze 1.4 Oordeelsvorming 1.5 Oordelen per onderwerp 1.6 Schematisch overzicht oordelen 1.7 Totaaloordeel
5 7 8 9 11 12 15 15
Deel B:
Facetten Onderwerp 1 Onderwerp 2 Onderwerp 3 Onderwerp 4 Onderwerp 5 Onderwerp 6
17 19 23 36 39 42 46
Deel C:
Doelstellingen van de opleiding Programma Inzet van personeel Voorzieningen Interne kwaliteitszorg Resultaten
Bijlagen Bijlage 1 Bijlage 2 Bijlage 3 Bijlage 4 Bijlage 5a
Onafhankelijkheidsverklaring panelleden Deskundigheden panelleden Bezoekprogramma’s Kengetallen Overzichtslijst van door ITV ter inzage gelegd materiaal tijdens het eerste bezoek Bijlage 5b Overzichtslijst van door ITV ter inzage gelegd materiaal tijdens het tweede bezoek Bijlage 6 Overzichtslijst van door de opleiding nagezonden materiaal Bijlage 7 Eindkwalificaties
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
51 53 55 59 63 65 71 73 75
3
4
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
Deel A: Onderwerpen
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
5
6
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
Onderwerpen
1.1
Voorwoord
In dit rapport doet het panel dat in opdracht van NQA de opleidingen Vertaler en Tolk van ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen (ITV) heeft gevisiteerd, verslag van zijn werkwijze, bevindingen en conclusies. Het onderzoek vond plaats in het kader van de accreditatie van hogere beroepsopleidingen. Het onderzoek is feitelijk gestart in januari 2005, het moment waarop ITV Hogeschool haar zelfevaluatierapport bij de NQA aanleverde. Een visitatiebezoek vond plaats op 7 en 8 april 2005 en werd uitgevoerd door een panel dat bestond uit de volgende personen: Mw. drs. J. E. van Popta-Kwant (voorzitter); Mw. drs. M. H. de Waard (domeinpanellid tolken en vertalen); Mw. drs. M. Castel (studentpanellid tolken en vertalen); Mw. A. Le Large-Groothuijzen (studentpanellid deeltijdopleidingen); Mw. dr. M. Woutersen (NQA-auditor). Aangezien na het eerste visitatiebezoek de opleidingen negatief waren beoordeeld op onderwerp 5 (interne kwaliteitszorg), is afgesproken dat ITV Hogeschool een verbetertraject op dit onderwerp zou inzetten. Hierbij stond het ITV vrij om ook verbeteringen in te zetten ten aanzien van kanttekeningen van het panel bij andere facetten. De geïmplementeerde verbeteringen zijn beoordeeld in een aanvullend visitatiebezoek. Dit aanvullende bezoek vond plaats op 25 augustus 2005. Het bezoek werd uitgevoerd door de voorzitter en de NQA-auditor. Het panel voldoet aan de eisen zoals gesteld in het document ‘Protocol ter beoordeling van de werkwijze van visiterende en beoordelende instanties’ van de NVAO (12 mei 2003). Het panel beschikt over domeinspecifieke deskundigheid, onderwijs- en auditdeskundigheid en deskundigheid over de internationale ontwikkelingen van de discipline (zie bijlage 2). Het rapport bestaat uit drie delen: • Deel A: een hoofdrapport, het Onderwerprapport, waarin de oordelen van het panel over de basiskwaliteit van de opleiding op onderwerpniveau worden uitgesproken en de overwegingen waarop die oordelen zijn gebaseerd. Het gaat hier om oordelen in de gradatie positief / negatief. Tevens wordt hier het eindoordeel geformuleerd. • Deel B: een Detailrapport waarin op facetniveau door het panel oordelen en argumenten ter onderbouwing van dat oordeel worden gegeven. De oordelen gaan hier uit van de vierpuntsschaal (onvoldoende, voldoende, goed en excellent) zoals die door de NVAO is voorgeschreven. Dit detailrapport vormt de basis van het Onderwerprapport. • Deel C: hierin zijn alle relevante bijlagen opgenomen.
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
7
1.2
Inleiding
Geschiedenis en opbouw opleidingen ITV Hogeschool bestaat als zelfstandig opleidingsinstituut sinds 1991. Daarvoor werden vanaf 1982 cursussen voor de beroepen tolk en vertaler aangeboden door de uitgeverij Wolters-Noordhoff in Groningen en later door het Instituut voor Sociale Wetenschappen in Leiden. Sinds 1996 is ITV Hogeschool een aangewezen instelling voor hoger beroepsonderwijs in de zin van de Wet op het Hoger onderwijs en Wetenschappelijk onderzoek (WHW). Hoewel het ITV toegestaan was een volledige hbo-opleiding te organiseren, heeft de hogeschool zich om praktische redenen beperkt tot het aanbieden van een zogenaamde kort-hbo-opleiding. Deze (driejarige) opleidingen worden momenteel afgebouwd. In het collegejaar 2004-2005 worden de laatste colleges in deze variant gegeven; afstuderen is nog mogelijk tot en met eind 2007. Met de invoering van het bachelor-masterstelsel in het hoger onderwijs, heeft ITV Hogeschool besloten een bacheloropleiding voor de beroepen vertaler en tolk te ontwikkelen. Deze opleiding is op 1 september 2002 van start gegaan. ITV heeft op dit moment een aangewezen, niet-bekostigde, bacheloropleiding met als uitstroomprofielen vertaler of tolk en verzorgt vierjarige hbo-bacheloropleidingen tot vertaler en/of tolk voor de talen Duits, Engels, Frans, Italiaans, Russisch en Spaans in deeltijd. Daarnaast zijn er voorbereidende cursussen (onder andere voor Italiaans, Russisch en Spaans) en is er een cursus Nederlands voor Vergevorderde Anderstaligen. De beoordeling van het programma is gebaseerd op het studiejaar 2004-2005. De opleiding bestond in het studiejaar 2004-2005 uit twee delen. De eerste twee jaar waren voor alle bachelorstudenten gelijk. In het derde jaar maakte de student een keuze voor het uitstroomprofiel vertaler of tolk. De specifieke tolkvakken vonden zowel in het derde als het vierde jaar plaats. Met ingang van het studiejaar 2005-2006 ligt het zwaartepunt van het uitstroomprofiel tolk in het vierde jaar. Een student die het uitstroomprofiel tolk (jaar 4) wil volgen is verplicht om in jaar 3 de minor Algemene Tolktechnieken (15 EC’s) te volgen. De specifieke tolkvakken vinden daarna in het vierde jaar plaats. De opleiding bevat taalspecifieke onderdelen (onder andere gericht op taalverwerving, vertaalvaardigheid en maatschappelijk / culturele aspecten van de verschillende taalgebieden) en taaloverstijgende onderdelen (zoals maatschappijkennis Nederland, Europa en internationale instellingen, ict, schriftelijke taalvaardigheid Nederlands, et cetera). De taaloverstijgende onderdelen worden in gemengde groepen door alle studenten gevolgd. De taalspecifieke onderdelen worden in taalspecifieke groepen binnen talensecties uitgevoerd. Voor de eerste twee jaar van de studie en voor het uitstroomprofiel vertaler is het mogelijk de opleiding met wekelijkse of maandelijkse bijeenkomsten te volgen. Ook is het mogelijk dit deel van de studie op afstand te volgen (bijvoorbeeld wanneer de student in het buitenland verblijft of wanneer de student fysiek niet in staat is om naar Utrecht te komen als gevolg van een handicap). Het uitstroomprofiel tolk kan, gezien het mondelinge karakter van deze studie, alleen met wekelijkse bijeenkomsten gevolgd worden. Dit uitstroomprofiel kan niet op afstand gevolgd worden.
8
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
Student- en docentaantallen Bij ITV Hogeschool staan op dit moment 884 studenten ingeschreven. Er zijn 71 docenten, waaronder 9 personen die dit met een studieleiderschap combineren. De docenten zijn via een freelance overeenkomst aan ITV Hogeschool verbonden. Het management van ITV wordt uitgevoerd door een fulltime directeur (38 uur), die gebruik maakt van een freelance beleidsadviseur (circa 16 uur per week). Het bestuur van de Stichting ITV Hogeschool voor Tolken & Vertalen bestaat uit vijf personen, elk met eigen expertise op de gebieden van tolken en vertalen, hoger onderwijs en management. Daarnaast is er een curatorium; bedoeld voor inhoudelijke advisering (gevraagd en ongevraagd) en toetsing van het onderwijsprogramma. Het curatorium bestaat uit vier personen, allen afkomstig uit het beroepenveld of het hoger onderwijs. Op de administratie werken vijf personen die samen 2,83 fte bezetten. Samenwerking en faciliteiten ITV Hogeschool maakt gebruik van het gebouw en de faciliteiten van de Hogeschool van Utrecht / Faculteit Educatieve Opleidingen (FEO). Hierdoor kan ITV Hogeschool praktische faciliteiten (mediatheek, tolkencabines, kantine) aanbieden die anders buiten de financiële mogelijkheden liggen. In het bestuur van ITV Hogeschool zitten vertegenwoordigers van de FEO. ITV kan zo ook gebruik maken van expertise op diverse terreinen die bij de FEO aanwezig is. Doordat ITV Hogeschool en de FEO samenwerken is het mogelijk dat studenten van de FEO gemakkelijk overstappen naar ITV. Ook kan gebruik gemaakt worden van het wederzijdse minoraanbod. 1.3
Werkwijze
De visitatie van ITV Hogeschool door het panel heeft plaatsgevonden conform de werkwijze zoals die is neergelegd in het beoordelingsprotocol van NQA en die hieronder wordt beschreven. Dit houdt tevens in dat het panel heeft vastgesteld dat het zelfevaluatierapport en de bijlagen een duidelijke basis bood voor het visitatiebezoek en dat de visitatie plaats vond op basis van het voor de opleidingen geldende domeinspecifieke referentiekader (zie facet 1.2). NQA onderscheidt drie fasen in het visiteren: de voorbereidingsfase, het eigenlijke visitatiebezoek en de rapportagefase. Aangezien het panel de opleidingen in eerste instantie had beoordeeld met een onvoldoende op het onderwerp interne kwaliteitszorg, zijn deze fasen in principe twee keer doorlopen. Hieronder volgt een korte toelichting per fase waarbij uiteengezet wordt welke activiteiten plaatsgevonden hebben ten behoeve van het eerste panelbezoek en welke ten behoeve van het tweede panelbezoek. De voorbereidingsfase Allereerst heeft een NQA-auditor het zelfevaluatierapport gecheckt op kwaliteit en compleetheid (de screening) en daarmee op bruikbaarheid voor de visitatie. Nadat het zelfevaluatierapport met de bijlagen in orde was bevonden in februari 2005, zijn de panelleden zich inhoudelijk gaan voorbereiden op het bezoek (maart 2005). Op grond van de inhoudelijke beoordeling van het zelfevaluatierapport heeft de NQA-auditor vast een verzoek om aanvullende informatie gedaan aan de opleiding (zie bijlage 5). Alle panelleden lazen het zelfevaluatierapport (en de bijlagen), formuleerden in een beoordelingsformat voorlopige
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
9
oordelen op basis van argumenten en zij formuleerden vraagpunten. Tijdens een voorbereidende vergadering is het visitatiebezoek concreet voorbereid: hier werd een overzicht van voorlopige oordelen gemaakt en inventariseerde de NQA-auditor de vraagpunten in de vorm van kernpunten en prioriteiten voor materialenonderzoek en gesprekken. De belangrijkste agendaonderwerpen voor het visitatiebezoek en een verzoek om aanvullende documentatie zijn doorgegeven aan ITV Hogeschool, zodat men zich hier op adequate wijze kon voorbereiden op het visitatiebezoek (zie bijlage 5). ITV Hogeschool heeft in haar zelfevaluatierapport kenbaar gemaakt voor welk domeinspecifiek referentiekader zij kiest. De NQA-auditor heeft met de domeindeskundige in het panel bekeken of er sprake is van adequate domeinspecifieke doelstellingen, of dat nadere aanvulling dan wel nadere specificatie nodig is. In het detailrapport is aangegeven op welke landelijke beroeps- en opleidingsprofielen het domeinspecifieke kader en het opleidingsprogramma zijn gebaseerd. Voorafgaand aan het tweede bezoek heeft het panel aanvullende documentatie ontvangen in de vorm van een kwaliteitszorgdocument en het onderwijs- en examenreglement. Het visitatiebezoek NQA heeft een bezoekprogramma ontwikkeld voor de (dag-)indeling van het visitatiebezoek dat is aangepast aan de specifieke situatie van de opleidingen (bijlage 3). Er vonden twee gesprekken plaats met de directeur, een bestuurslid en de beleidsmedewerker. Verder is per opleiding gesproken met docenten, studenten, afgestudeerden en werkveldvertegenwoordigers (waaronder twee vertegenwoordigers van de Stichting Nationale Examens Vertalers en Tolken: de SNEVT). Daarnaast heeft een telefonisch interview plaats gevonden met de studieleider stages. Aan het begin en tijdens het bezoek is ter inzage gevraagd materiaal bestudeerd. Tussen de gesprekken door heeft het panel zogenaamde ‘schakelmomenten’ ingelast om de bevindingen uit te wisselen en te komen tot gezamenlijke en meer definitieve (tussen-)oordelen. Tijdens het tweede bezoek is, na materiaalbestudering, gesproken met de directie en een bestuurslid en met een vertegenwoordiging van de studieleiders. De fase van rapporteren Aangezien het panel bij de conceptbeoordeling enkele onvoldoendes op onderwerpsniveau had toegekend en ITV Hogeschool niet tevreden was over het panelbezoek, is in een gesprek tussen ITV (directeur en twee bestuursleden) en NQA (directeur, voorzitter panel, accountmanager en auditor) door NQA een toelichting gegeven op de oordeelsvorming en de daarvoor benodigde informatie. ITV heeft daarop aanvullende informatie verstrekt aan het panel. Op basis van deze aanvullende informatie van ITV en hernieuwde oordeelsvorming door het panel is het aantal onvoldoendes op onderwerpsniveau teruggebracht tot één. Naar aanleiding van het eerste panelbezoek en het bijbehorende beoordelingsrapport heeft ITV Hogeschool een verbetertraject ingezet. De uitvoering en implementatie van dit traject is beoordeeld in het tweede panelbezoek. Naar aanleiding van de resultaten van het tweede bezoek heeft het panel de onvoldoende van het eerste bezoek veranderd in een voldoende.
10
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
Door NQA is, op basis van de bevindingen van het panel, een tweeledige rapportage opgesteld, bestaande uit een detailrapport en een onderwerprapport, waarin de kwaliteit van de opleiding is beoordeeld. Met dit rapport wordt door de opleidingen accreditatie aangevraagd bij de NVAO. In het detailrapport wordt door NQA gerapporteerd op facetniveau. De opleiding heeft in mei 2005 een concept van dit rapport voor een check op feitelijke onjuistheden ontvangen. Naar aanleiding daarvan zijn enkele wijzigingen aangebracht. In het onderwerprapport wordt door NQA een oordeel op de onderwerpen en op de opleidingen als geheel gegeven. Dit rapport is juni 2005 voor een check op feitelijke onjuistheden aan ITV Hogeschool voorgelegd. Het is vastgesteld door het panel in juni 2005. Het in juni 2005 vastgestelde rapport is eind augustus / begin september 2005 bijgesteld op basis van het tweede aanvullende visitatiebezoek. Het rapport is in september 2005 voorgelegd aan ITV Hogeschool voor een check op feitelijke onjuistheden. Het definitieve rapport is door het gehele panel vastgesteld in september 2005. Het visitatierapport is uiteindelijk in september 2005 ter beschikking gesteld aan ITV Hogeschool, die het samen met de accreditatieaanvraag kan indienen bij de NVAO. 1.4
Oordeelsvorming
In dit hoofdstuk wordt per onderwerp een oordeel uitgesproken op basis van weging van de facetten die van dat onderwerp deel uitmaken. Bij deze weging spelen de beslisregels zoals die door de NQA in het ‘Beoordelingsprotocol’ zijn geformuleerd en nader uitgewerkt in de notitie ‘Handreiking voor oordeelsvorming’ een belangrijke rol. Tevens is bij de beoordeling rekening gehouden met accenten die de opleiding legt, het domeinspecifieke kader en een vergelijking met andere relevante opleidingen op een aantal aspecten. Bij de beoordeling heeft het panel de volgende werkwijze gehanteerd: facetten die geen kanttekeningen hebben krijgen de beoordeling goed, facetten die een of meer kleinere kanttekeningen hebben worden met voldoende beoordeeld en facetten die een of meer zwaarwegende kanttekeningen hebben worden met onvoldoende beoordeeld. Het kopje kanttekeningen kan in de meeste gevallen dus gelezen worden als argumentatie waarom een facet voldoende is en niet goed. (Uitzondering hierop vormt het facet 6.2.) De beoordeling van het programma is gebaseerd op het programma van 2004-2005. Dit programma draaide op het moment van het eerste panelbezoek. In enkele gevallen is deze beoordeling aangevuld met gegevens uit het tweede panelbezoek. Deze aanvullende gegevens hebben niet geleid tot een bijstelling van de oordelen op het onderwerp programma. In de oordelen per onderwerp wordt steeds een herhaling gegeven van de oordelen op de facetten gevolgd door een weging die leidt tot het eindoordeel. De (uitgebreide) argumentatie is te vinden in het detailrapport. Daar waar een argumentatie / beoordeling voor de tolkopleiding afwijkt van de vertaleropleiding, is dit expliciet vermeld. Indien niet vermeld, gelden voor de tolkopleiding dezelfde argumentatie / oordelen als voor de vertaleropleiding.
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
11
Benchmarking Wat betreft de benchmarking wordt een vergelijking gemaakt met andere soortgelijke opleidingen in Nederland en Vlaanderen zoals verwoord in het rapport van de commissie Jurgens (januari 2005). 1.5
Oordelen per onderwerp
1.5.1 Doelstellingen opleiding − Het facet domeinspecifieke eisen is goed. De facetten niveau bachelor en oriëntatie hbobachelor zijn voldoende. Dit geldt zowel voor de vertaler- als voor de tolkopleiding. − Het oordeel over het onderwerp doelstellingen opleiding is derhalve positief. − ITV Hogeschool baseert zich in haar eindkwalificaties op het beroepsprofiel voor beginnende vertalers van MetaCom, de koepel van Nederlandse organisaties op het gebied van taal, vertalen en tolken. De eindkwalificaties zijn onderverdeeld in vijf segmenten. Deze zijn grotendeels hetzelfde voor beide opleidingen. Het derde segment ‘vertaalvaardigheden’ is bij de tolkopleiding echter vervangen door ’tolkvaardigheden’. Het segment 1 is taaloverstijgend van aard, de segmenten 2 en 3 zijn taalspecifiek van aard en de segmenten 4 en 5 zijn beroepsgericht van aard. De aldus onderverdeelde eindkwalificaties sluiten goed aan bij de Dublin Descriptoren. De niveauaanduiding van taalvaardigheid sluit aan bij een internationale standaard: het Common European Framework of Reference. Het door ITV beoogde niveau betreft het hoogste niveau van deze standaard. 1.5.2 Programma − De facetten eisen hbo, relatie doelstellingen en inhoud programma, samenhang in het opleidingsprogramma, instroom, toetsing en beoordeling en afstemming tussen vormgeving en inhoud zijn voldoende. Het facet studielast is goed en over het facet duur spreekt het panel geen oordeel uit. Dit geldt zowel voor de vertaler- als voor de tolkopleiding. − Het programma bestaat uit taalspecifieke, de taaloverstijgende en de beroepsgerichte onderdelen. De dominante aspecten van het beroep (taalspecifieke en taaloverstijgende vaardigheden) worden getoetst via de landelijke SNEVT-examens. De beroepsgerichte vaardigheden komen aan de orde via de gastcolleges beroepsoriëntatie en de stage (in ontwikkeling). De toetsing van de taalspecifieke en de taaloverstijgende onderdelen is inhoudelijk van hoog niveau en wordt ten finale adequaat geborgd via de SNEVT. − Ondanks de te korte nominale studieduur (i.e. 30 EC’s) leidt ITV Hogeschool op tot het hbo-bachelorniveau. Dit kan zij realiseren dankzij het hoge niveau van de instromende studenten. 1.5.3 Inzet van personeel − Het facet eisen hbo is goed, de facetten kwantiteit en kwaliteit personeel zijn voldoende voor zowel de vertaler- als de tolkopleiding. − Het oordeel over het onderwerp inzet van personeel is positief, omdat − ruim 60% van de docenten bij ITV Hogeschool werkzaam is als vertaler of tolk en daarmee een directe relatie met het beroepenveld heeft. Daarnaast werkt de helft van de 12
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
−
docenten bij een andere hogeschool of universiteit. De docenten werken via een freelance overeenkomst. Indien na aanstelling blijkt dat een docent aantoonbaar slecht functioneert, wordt deze overeenkomst beëindigd. De student-stafratio is 11 op 1. Hiermee is de kwaliteit en kwantiteit van de docenten goed en tevens adequaat geborgd. Er is structureel 1,4 fte beschikbaar voor de management- en beleidsfuncties. Dit is onvoldoende om beleid te formaliseren en actueel te houden (zoals de opbouw van het programma, het personeelsbeleid en de interne kwaliteitszorg). Het afgelopen jaar heeft er reeds tijdelijke uitbreiding van deze formatie plaats gevonden. Het bestuur van ITV Hogeschool heeft toegezegd dat er, indien nodig, ook in de toekomst tijdelijke en eventueel vaste uitbreiding mogelijk is. Het panel is van mening dat er met de kwalitatief goede en beroepsgerichte docenten sprake is van voldoende borging voor acceptabele opleidingen.
1.5.4 Voorzieningen − De facetten materiële voorzieningen en studiebegeleiding zijn voldoende voor zowel de vertaler- als de tolkopleiding. − Het oordeel over het onderwerp voorzieningen is derhalve positief voor zowel de vertalerals de tolkopleiding. − ITV Hogeschool huurt lokalen en kantoorruimten van de FEO. De voorzieningen zijn sober, maar voldoende. ITV heeft concrete verhuisplannen naar de nieuwbouw van de FEO. De informatievoorziening op de lange termijn wordt gerealiseerd via de nieuwsbrief en de website. De informatievoorziening op de korte termijn (lokaalwijzigingen en dergelijke) behoeft verbetering. De nieuwsbrief en de website zijn adequaat met betrekking tot de informatievoorziening op de lange termijn. De informatievoorziening ten behoeve van de studiebegeleiding vindt plaats via het studentvolgsysteem. Voor de studiebegeleiding worden de studieleider, de docenten en de studieadviseur ingezet. 1.5.5 Interne kwaliteitszorg − De facetten evaluatie resultaten, maatregelen tot verbetering en betrekken van medewerkers, studenten, alumni en beroepenveld zijn voldoende voor zowel de vertalerals de tolkopleiding. − Het oordeel over het onderwerp interne kwaliteitszorg is positief, omdat − ITV Hogeschool over een gedocumenteerde kwaliteitszorgsystematiek beschikt die gebaseerd is op de ‘plan-do-check-act’-cyclus. Hierin zijn verbetermaatregelen structureel opgenomen. Er wordt voorzien in evaluaties onder de studenten en docenten. Daarnaast is er onder andere voorzien in regelmatig formeel overleg met de beroepenveldcommissie en het bestuur en in zowel formeel als informeel overleg met en tussen de docenten en de studieleiders. Deze kwaliteitszorgsystematiek is geaccordeerd door het bestuur en is reeds partieel geïmplementeerd. 1.5.6 Resultaten − Het facet gerealiseerd niveau is voldoende en het facet onderwijsrendement is onvoldoende voor zowel de vertaler- als de tolkopleiding. − Het oordeel over het onderwerp resultaten is al met al positief, omdat
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
13
−
−
14
de dominante inhoudelijke segmenten van het beroep worden gerealiseerd via de SNEVT-examens. Aangezien de financiering gericht is op de inkomsten uit de collegegelden, heeft ITV Hogeschool (nog) geen streefdoelen per opleiding en variant vastgesteld en zijn er nog geen rendementsgegevens beschikbaar. Er is echter reeds een studievoortgangssysteem in werking genomen, waardoor in de nabije toekomst rendementsgegevens bepaald kunnen worden. Het panel is van mening dat met het behalen van de SNEVT-examens de belangrijkste doelstelling van de opleidingen gerealiseerd wordt en vindt dit facet doorslaggevend voor de positieve beoordeling van het onderwerp resultaten. Bovendien is met het in gebruik nemen van het studievoortgangssysteem een concrete voorziening getroffen voor het op termijn opleveren van rendementsgegevens.
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
1.6
Schematisch overzicht oordelen
ITV:
Totaaloverzicht van oordelen op facet- en onderwerpniveau
Onderwerp/Facet Onderwerp 1 Doelstellingen 1.1 Domeinspecifieke eisen 1.2 Niveau bachelor 1.3 Oriëntatie hbo-bachelor Totaaloordeel Onderwerp 2 Programma 2.1 Eisen hbo 2.2 Relatie doelstellingen en inhoud programma 2.3 Samenhang in het opleidingsprogramma 2.4 Studielast 2.5 Instroom 2.6 Duur 2.7 Afstemming tussen vormgeving en inhoud 2.8 Beoordeling en toetsing Totaaloordeel Onderwerp 3 Inzet van personeel 3.1 Eisen hbo 3.2 Kwantiteit personeel 3.3 Kwaliteit personeel Totaaloordeel Onderwerp 4 Voorzieningen 4.1 Materiële voorzieningen 4.2 Studiebegeleiding Totaaloordeel Onderwerp 5 Interne kwaliteitszorg 5.1 Evaluatie resultaten 5.2 Maatregelen tot verbetering 5.3 Betrekken van medewerkers, studenten, alumni en beroepenveld Totaal oordeel Onderwerp 6 Resultaten 6.1 Gerealiseerd niveau 6.2 Onderwijsrendement Totaaloordeel
1.7
Vertaler
Tolk
G V V Positief
G V V Positief
V V V G V V V Positief
V V V G V V V Positief
G V V Positief
G V V Positief
V V Positief
V V Positief
V V V
V V V
Positief
Positief
V O Positief
V O Positief
Totaaloordeel
Op grond van voorgaand schema en de inhoudelijke onderbouwing daarvan in paragraaf 1.5 waaruit blijkt dat de opleidingen op de zes onderwerpen positief scoren, is de conclusie dat het totaaloordeel over de opleidingen Vertaler en Tolk van ITV Hogeschool positief is.
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
15
16
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
Deel B: Facetten
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
17
18
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
Facetten
Onderwerp 1
Facet 1.1
DOELSTELLINGEN VAN DE OPLEIDING
Domeinspecifieke eisen
Vertaler: goed Tolk: goed
Criteria: De eindkwalificaties van de opleiding sluiten aan bij de eisen die door (buitenlandse) vakgenoten en de beroepspraktijk gesteld worden aan een opleiding in het betreffende domein (vakgebied/discipline en/of beroepspraktijk). De oordelen zijn gebaseerd op de volgende argumenten: • ITV Hogeschool baseert zich op het beroepsprofiel voor beginnend vertaler zoals opgesteld door MetaCom, de koepel van Nederlandse organisaties op het gebied van taal, vertalen en tolken. Bij deze koepel zijn aangesloten: de belangrijke Nederlandse vakorganisaties (AIIC, NGTV, SVVT, Vertalersforum, VZV) en de vakorganisaties voor vertaalbureaus (ATA, OVIN). MetaCom is in 1999 verzocht tot het opstellen van een beroepsprofiel door de SNEVT (Stichting Nationale Examens Vertalers en Tolken), een onafhankelijke stichting die bestaat uit vertegenwoordigers van opleidingen en externe deskundigen. De SNEVT sluit met haar examens aan bij het beroepsprofiel van MetaCom. (Het panel is van mening dat de SNEVT-examens van hbo-bachelorniveau zijn; zie facet 6.1). Het beroepsprofiel van MetaCom is door de ledenorganisaties aangenomen als eerste opzet die in een later stadium uitgewerkt kan worden. • Dit beroepsprofiel vormt het domeinspecifieke referentiekader. • Zoals blijkt uit het zelfevaluatierapport (p. 10) heeft ITV Hogeschool dit beroepsprofiel aangepast tot de ‘Profielschets beginnend vertaler door ITV’ waarin de eindkwalificaties van de opleiding opgenomen zijn. ITV Hogeschool heeft hiertoe het beroepsprofiel aangevuld met het segment vertaalvaardigheden, aangezien dit een aanvullende en speciale manier van denken vereist. • De totale set eindkwalificaties is getoetst en akkoord bevonden door de beroepenveldcommissie van ITV en de beleidsmedewerkers van de Hogeschool van Utrecht, Faculteit Educatieve Opleidingen (FEO). • In het zelfevaluatierapport is geen expliciete vergelijking gemaakt met buitenlandse opleidingen. Desgevraagd gaven de docenten aan dat zij van mening zijn dat ITV Hogeschool een hoger niveau heeft dan de opleidingen in Brussel, Triëst en Londen. • Een vergelijking met Vlaamse opleidingen (Lessius te Antwerpen en VLEKHO te Brussel) is wel mogelijk met behulp van het door de opleiding beschikbaar gestelde onderzoeksrapport van de ‘Commissie Jurgens’. Dit betreft een inventarisatie van de eindtermen van Nederlandse en Vlaamse opleidingen tot tolk en/of vertaler, een onderzoek in opdracht van de Commissie Kwaliteitseisen Tolken en Vertalers (Commissie Jurgens, ‘Hoe taalvaardig moet een tolk of vertaler zijn?’, januari 2005). Conclusie uit dit rapport is: ‘Uit de eindtermbeschrijvingen van de opleidingen kan weinig
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
19
anders afgeleid worden dan dat alle opleidingen een “hoog” tot “zeer hoog” niveau van taalvaardigheid nastreven. Wat “hoog” precies betekent onttrekt zich bij lezing van de documentatie evenwel vaak aan de waarneming. Dit geldt ook voor de vraag of opleidingen aantoonbaar verschillende niveaus van taalvaardigheid als eindtermen hanteren. Als enige Nederlandse opleiding maakt ITV in algemene zin zichtbaar gebruik van het CEFR 1 . De eindtermbeschrijvingen van de Vlaamse opleidingen lijken geïnspireerd door diezelfde geest als die tot het CEFR heeft geïnspireerd.’ (p. 16) De kwalificatie die de commissie Jurgens aan de eindtermen van ITV Hogeschool meegeeft is: overwegend impressionistisch, met een aanzet tot grotere transparantie en toetsbaarheid door het gebruik van het CEFR. Taalvaardigheid is zelfstandig element in curriculumbeschrijvingen (p. 17). Voor de Vlaamse opleidingen geldt: overwegend toetsbaar, met grote differentiatie in deelvaardigheden, met slechts sporadisch impressionistische beschrijvingen (p. 17). Het panel is van mening dat hiermee de eindkwalificaties van de ITV Hogeschool aansluiten bij de eindkwalificaties zoals die door Vlaamse opleidingen worden gehanteerd.
•
Opleiding tolk: • Uit de studiegids voor het uitstroomprofiel Tolken (p. 2 t/m 4) blijkt dat de opleiding voor de tolkvariant een ‘Profielschets beginnend tolk’ heeft opgesteld. Ook deze profielschets is gebaseerd op het beroepsprofiel voor een beginnend vertaler zoals opgesteld door MetaCom. ITV Hogeschool heeft dit beroepsprofiel aangevuld met het segment tolkvaardigheden en ook de onderdelen van de overige segmenten aangepast aan het tolkdomein. Segment 1 ‘Algemene ontwikkeling’ is bijvoorbeeld uitgebreid met de volgende vaardigheid: ‘de tolk kan een breed scala aan onderwerpen vertolken. Tevens beschikt hij over een abstraherend vermogen waarmee hij zich snel een voorstelling van meer specifieke situaties of onderwerpen kan maken.’ • Ook de aldus verkregen set eindkwalificaties is getoetst en akkoord bevonden door de beroepenveldcommissie van ITV en de beleidsmedewerkers van de Hogeschool van Utrecht, Faculteit Educatieve Opleidingen (FEO). Conclusie • Het panel is van mening dat de opdeling van de eindkwalificaties in algemene ontwikkeling, vaktechnische en zakelijke vaardigheden en beroepsethiek zoals afgeleid van het beroepsprofiel met de toevoeging taalvaardigheden en tolkvaardigheden aansluit bij de eisen die door vakgenoten (SNEVT) en de beroepspraktijk (MetaCom, beroepenveldcommissie) gesteld worden aan opleidingen voor vertaler en tolk. Uit de vergelijking van de eindkwalificaties met de Vlaamse opleidingen blijkt dat de eindkwalificaties van ITV Hogeschool aansluiten bij de eindkwalificaties zoals die door Vlaamse opleidingen worden gehanteerd. Hiermee beoordeelt het panel het facet ‘domeinspecifieke eisen’ als goed, zowel de vertaler- als tolkopleiding.
1
CEFR staat voor Common European Framework of Reference for Languages.
20
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
Facet 1.2
Niveau bachelor
Vertaler: voldoende Tolk: voldoende
Criteria: De eindkwalificaties van de opleiding sluiten aan bij algemene, internationaal geaccepteerde beschrijvingen van de kwalificaties van een bachelor. De oordelen zijn gebaseerd op de volgende argumenten: • Er zijn aparte eindkwalificaties voor vertaler en tolk. De hoofdindeling in vijf segmenten is grotendeels hetzelfde voor beide opleidingen. Het derde segment ‘vertaalvaardigheden’ is bij de tolkopleiding echter vervangen door ’tolkvaardigheden’. De eindkwalificaties voor vertaler en tolk zijn opgedeeld in de volgende vijf segmenten: (1) algemene ontwikkeling, (2) taalvaardigheden, (3) vertaalvaardigheden / tolkvaardigheden, (4) vaktechnische en zakelijke vaardigheden en (5) beroepsethiek (zie bijlage 7 voor integrale overzichten van de eindkwalificaties). • De eindkwalificaties zijn gelijk voor de verschillende talen. • De Dublin-descriptoren sluiten als volgt bij aan bij de eindkwalificaties: Kennis en inzicht komen aan de orde bij (2) taalvaardigheden en (3) vertaalvaardigheden / tolkvaardigheden Toepassen kennis en inzicht bij (4) vaktechnische en zakelijke vaardigheden en (5) beroepsethiek Oordeelsvorming bij (1) algemene ontwikkeling, (2) taalvaardigheden, (3) vertaalvaardigheden / tolkvaardigheden en (5) beroepsethiek Communicatie bij (2) taalvaardigheden en (4) vaktechnische en zakelijke vaardigheden Leervaardigheden bij (1) algemene ontwikkeling en (4) vaktechnische en zakelijke vaardigheden. • Het panel acht hiermee de Dublin-descriptoren goed afgedekt. • Daarnaast beoogt de opleiding op het gebied van taalvaardigheid op te leiden tot het niveau C2 van het CEFR. Dit kader is opgesteld door de Raad van Europa. Niveau C2 in een vreemde taal houdt in: Lezen / luisteren: kan alle teksten goed en snel begrijpen. Spreken: kan zonder moeite deelnemen aan elk gesprek. Kan een duidelijke beschrijving geven of redenering presenteren. Schrijven: kan goed lopende teksten in een passende stijl en met een logisch structuur schrijven over complexe onderwerpen. Het panel acht niveau C2 een zeer goed eindniveau van taalvaardigheid voor een bacheloropleiding. Kanttekeningen bij de opleidingen vertaler en tolk Op dit moment wordt er bij de sectie Duits een pilot uitgevoerd met vertaalvaardigheidsniveaus. Het panel juicht dit initiatief toe en hecht eraan dat ITV Hogeschool naast de niveaus voor taalvaardigheid ook niveaus voor vertaalvaardigheid onderscheidt via de eindkwalificaties. • Ook ten aanzien van tolkvaardigheid hecht het panel aan een niveauaanduiding. •
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
21
Conclusie • De eindkwalificaties van de opleiding sluiten goed aan bij de Dublin-descriptoren. Het beoogde taalvaardigheidsniveau is zeer hoog en sluit aan bij internationale maatstaven. Er worden echter (nog) geen niveaus van vertaalvaardigheid en tolkvaardigheid onderscheiden. Derhalve beoordeelt het panel het facet ‘niveau’ in totaal als voldoende voor zowel de vertaler- als tolkopleiding.
Facet 1.3
Oriëntatie hbo-bachelor
Vertaler: voldoende Tolk: voldoende
Criteria: De eindkwalificaties zijn mede ontleend aan de door (of in samenspraak met) het relevante beroepenveld opgestelde beroepsprofielen en/of beroepscompetenties. De eindkwalificaties weerspiegelen het niveau van beginnend beroepsbeoefenaar in een specifiek beroep of samenhangend spectrum van beroepen waarvoor een hboopleiding vereist is of dienstig is. De oordelen zijn gebaseerd op de volgende argumenten: • Uit de argumentatie in facet 1.1 blijkt dat de eindkwalificaties waartoe de opleidingen opleiden in samenwerking met het beroepenveld (MetaCom, SNEVT en beroepenveldcommissie) zijn opgesteld. • De eindkwalificaties hebben betrekking op het beroepsprofiel voor een beginnend vertaler en sluiten hiermee aan bij het hbo-bachelorniveau. Kanttekening bij de opleidingen vertaler en tolk: • Uit het gesprek met het beroepenveld is duidelijk geworden dat ITV Hogeschool meer zou kunnen anticiperen op ontwikkelingen in het werkveld. Zo wordt de vraag naar specialistische vertalers en tolken op bijvoorbeeld medisch en juridisch gebied steeds groter. Gevolg hier van is dat de meer simpele vertalingen vooral in de zogenaamde lagelonen-landen uitgevoerd zullen gaan worden. Het opleidingsmanagement heeft aangegeven dat ITV Hogeschool een aantal minoren aanbiedt, zoals juridisch vertalen en tolken, medisch tolken en ondertitelen. Deze minoren zijn bedoeld ter profilering / kennismaking en niet ter specialisatie van de opleidingen. Ten aanzien van de realisatie van meer specialistische richtingen voor vertalers en tolken voert het management reeds gesprekken met Lessius (Vlaanderen). (Men denkt erover samen te gaan werken in een masteropleiding.) Het panel is van mening dat ITV Hogeschool niet alleen via facultatieve minoren, maar ook via de eindkwalificaties van de bacheloropleidingen voor vertaler en tolk (via bijvoorbeeld afstudeerrichtingen) zou moeten inspelen op bovengenoemde internationale ontwikkelingen. Conclusie • Aangezien de eindkwalificaties aansluiten bij het beroepsprofiel en het hbo-niveau van het beroep weerspiegelen, maar nog wat meer zouden kunnen anticiperen op de
22
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
toekomst, beoordeelt het panel het facet ‘oriëntatie hbo-bachelor’ als voldoende voor zowel de vertaler- als tolkopleiding.
Onderwerp 2
Facet 2.1
PROGRAMMA
Eisen hbo
Vertaler: voldoende Tolk: voldoende
Criteria: Kennisontwikkeling door studenten vindt plaats via vakliteratuur, aan de beroepspraktijk ontleend studiemateriaal en via interactie met de beroepspraktijk en/of (toegepast) onderzoek. Het programma heeft aantoonbare verbanden met actuele ontwikkelingen in het vakgebied / de discipline. Het programma waarborgt de ontwikkeling van beroepsvaardigheden en heeft aantoonbare verbanden met de actuele beroepspraktijk. De oordelen zijn gebaseerd op de volgende argumenten: • Uit de bestudering van de moduleboeken en de ter inzage gelegde vakliteratuur blijkt dat ter ondersteuning van de ‘basiskennis’ handboeken voor vertalen en tolken gebruikt worden en dat deze ter verdieping aangevuld worden met actuele publicaties uit vaktijdschriften voor vertalen en tolken. Daarnaast wordt in het programma gebruik gemaakt van informatie in de vorm van boeken en artikelen over de cultuur en maatschappij van het land / de taal in kwestie. • Uit het zelfevaluatierapport en de gesprekken met het management en de docenten blijkt dat de boekenlijst jaarlijks wordt geactualiseerd door de verschillende talensecties en de tolksectie. • In het gesprek gaven de studenten aan dat zij het studiemateriaal actueel en relevant vinden. • Ruim 60% van de docenten die bij ITV Hogeschool les geven is afkomstig uit het beroepenveld en is werkzaam als tolk, vertaler of een combinatie daarvan. Deze docenten maken bij de (ver)taal- en tolkcolleges gebruik van voorbeelden en opdrachten uit het vakgebied en hun eigen beroepspraktijk. Door deze aanpak wordt zowel in de relatie tussen het programma en het vakgebied als tussen het programma en de beroepspraktijk voorzien. • Uit de bestudering van de moduleboeken is duidelijk geworden dat er bij de (ver)taal- en tolkcolleges zowel een relatie gelegd wordt met het vakgebied als met de beroepspraktijk. • Daarnaast volgen de studenten gedurende het hele programma de colleges ‘Beroepsoriëntatie’. In deze gastcolleges staan diverse aspecten van het beroep centraal. De gastcolleges worden verzorgd door algemene en gespecialiseerde beroepsbeoefenaren, opdrachtgevers en deskundigen op diverse aspecten. Onderwerpen (en de bijbehorende docenten) zijn ondermeer: inleiding literair vertalen (door hoogleraar
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
23
•
•
•
•
Russische taal- en letterkunde aan Universiteit van Amsterdam), opzetten eigen bedrijf (consultant kamer van koophandel), acquisitie plegen (door directeur vertaalbureau), maatschappijkennis: internationale instellingen (door psycholoog en begeleider tolken Joegoslavië-tribunaal). Een nieuw onderdeel van de bacheloropleiding, vergeleken met de kort-hbo-opleiding, is de stage. Deze zal plaats vinden in het vierde jaar van de studie. Uit de stagegids (p. 5) blijkt dat tijdens de stage van de student wordt verwacht dat hij binnen het stagebedrijf kan functioneren als een aspirant-beroepsbeoefenaar, die zelfstandig taken en opdrachten kan vervullen, ofwel als (tijdelijk) adviseur in staat is een specifieke vraagstelling uit te werken en op te lossen. De stage maakt zowel deel uit van het programma van de vertaal- als van de tolkvariant. De aansluiting tussen het programma en de beroepspraktijk wordt geborgd door de beroepenveldcommissie die, zoals blijkt uit de notulen van de vergaderingen binnen deze commissie en tussen deze commissie en de opleiding, de opleiding proactief adviseert over de invulling van het programma. Uit het zelfevaluatierapport (p. 21) is op te maken dat uit het tevredenheidsonderzoek van 2004 blijkt dat 52% van de studenten het niet eens is met de stelling dat ontwikkelingen in het werkveld in de colleges terug te vinden zijn. In het tevredenheidsonderzoek van 2005 is deze vraag niet opgenomen. In het gesprek gaven de studenten echter aan dat zij vooral via de colleges ‘Beroepsoriëntatie’ een goed beeld van het beroep krijgen. Uit het docententevredenheidsonderzoek van 2005 blijkt dat de aansluiting met de beroepspraktijk door de docenten als een sterk punt van de opleiding wordt gezien.
Kanttekeningen bij de opleidingen vertaler en tolk: • In de literatuurlijst van de vertaalvariant Russisch zijn een aantal gedateerde werken opgenomen die geworteld zijn in het oude communistische regime. Hoewel het panel niet twijfelt aan de kwaliteit van deze werken, hecht het panel eraan dat de sectie deze vervangt door recenter materiaal dat meer recht doet aan de huidige Russische samenleving. Dit is met name van belang omdat de taal onder de maatschappelijke vernieuwingen enorm aan het veranderen is. • Uit het gesprek met de afgestudeerden blijkt dat zij de beroepsgerichtheid van het programma als een zwak punt beschouwen. Deze uitspraak heeft echter betrekking op het oude kort-hbo-programma en niet op het vernieuwde bachelorprogramma waar de stage een belangrijke plaats gaat innemen. Het panel heeft de stage slechts beperkt kunnen beoordelen. De eerste indruk (op basis van de documentatie en de gesprekken met het management en de studieleiders tijdens het tweede bezoek) is dat de stage wel degelijk bijdraagt aan een verhoging van de beroepsgerichtheid van de opleiding. In de praktijk blijkt dat het soms lastig is om adequate stageplekken voor langere tijd te vinden. ITV Hogeschool lost dit probleem op door de stage op te splitsen in kleinere delen. Conclusie • De gebruikte literatuur is relevant en voor het grootste deel actueel. Het programma heeft via de beroepsgerichte aanpak binnen de (ver)taalvaardigheid- en tolkcolleges, de inhoud van de colleges ‘Beroepsoriëntatie’ aantoonbare verbanden met de actuele ontwikkelingen in het vakgebied en de beroepspraktijk. De beroepsgerichtheid wordt 24
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
versterkt door de nog in ontwikkeling zijnde stage. Hiermee beoordeelt het panel het facet ‘eisen hbo’ in totaal als voldoende.
Facet 2.2
Relatie doelstellingen en inhoud programma
Vertaler: voldoende Tolk: voldoende
Criteria: Het programma is een adequate concretisering van de eindkwalificaties, qua niveau, oriëntatie en domeinspecifieke eisen. De eindkwalificaties van de doelstellingen zijn adequaat vertaald in leerdoelen van (onderdelen van) het programma. De inhoud van het programma biedt studenten de mogelijkheid om de geformuleerde eindkwalificaties te bereiken. De oordelen zijn gebaseerd op de volgende argumenten: • In het algemene deel van de studiegidsen voor het studiejaar 2004-2005 geeft de opleiding op hoofdlijnen de volgende verdeling van de studie aan. Jaar 1 geeft een globale indruk van wat de studie inhoudt. U maakt kennis met de verschillende beroepen. Het hoofdaccent ligt op het op peil brengen van de kennis van de taal. Verder wordt gewerkt aan het perfectioneren van uw kennis van het Nederlands (schrijven van brieven, maken van samenvattingen, syntactische constructies, stijl). Voor niet-Nederlandstalige studenten is voorzien in extra ondersteuning om hun kennis van het Nederlands op voldoende niveau te brengen. Jaar 2 is toegespitst op het vertalen. U maakt vertalingen vanuit de vreemde taal naar het Nederlands en omgekeerd. Er wordt gewerkt aan uw taalvaardigheid in de vreemde taal. De culturele, economische en politieke aspecten van Nederland en het taalgebied van de vreemde taal zijn onderdeel van het vak Maatschappijkennis. Verder wordt aandacht besteed aan het Nederlands, vooral ten behoeve van de redactieopdrachten in de hogere jaren. Aan het eind van het tweede jaar kiest u voor de vertaler- of tolkvariant.; om die keuze mogelijk te maken volgt u in het eerste en het tweede jaar colleges waarin u kennis maakt met het beroep van vertaler en tolk. In jaar 3 maakt u inhoudelijk kennis met het vakjargon van de verschillende beroepsgebieden, zodat u in jaar 4 een specialisatie binnen het brede veld van vertaler* kunt kiezen. Dit krijgt bijvoorbeeld (mede) vorm krijgen door teksten in beide talen over een bepaald thema te verzamelen en te vertalen. Ook kiest u minors. Deze zijn vakgericht en vormen veelal een voorbereiding op een masteropleiding. Verder voert u beroepsgerichte activiteiten uit. Dit kunnen gerichte opdrachten zijn en stages. In jaar 4** wordt bij Vertaalvaardigheid vooral aandacht besteed aan vertaalstrategieën en voorbereiding op het SNEVT-examen. In het vierde jaar gaat u verder met minors en beroepsgerichte activiteiten. * In de studiegids voor Tolken staat hier in plaats van vertaler: tolk of vertaler. ** In de studiegids voor Tolken staat hier als eerste zin: In jaar 4 wordt bij Tolkvaardigheid vooral aandacht besteed aan specialisaties en voorbereiding op het SNEVT-examen.
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
25
• Alleen voor vertaler Frans zijn de leerdoelen uitgewerkt op jaar- en moduleniveau. Voor vertaler Duits, Engels, Italiaans, Russisch, Spaans en tolk zijn de leerdoelen alleen uitgewerkt op een gecombineerd module- / jaarniveau. Hier staat in de meeste gevallen bij een module een omschrijving als ‘aan het einde van het tweede jaar is de student in staat om …’. Voor alle varianten van de vertaalopleiding en de tolkopleiding geldt dat de relatie met het opleidingsprofiel per module beschreven is. Bij de taalvaardigheidsmodules wordt steeds het in- en uitstroomniveau aangegeven met behulp van de CEFR-niveaus. • Op grond van de bestudering van de studiegidsen, de moduleboeken en de toetsen concludeert het panel dat er binnen de (ver)taal- en tolkcolleges sprake is van een concentrisch programma waarin sprake is van een duidelijke opklimmende moeilijkheidsgraad. Dit mondt uiteindelijk uit in de realisatie van de eindkwalificaties (segmenten 2 en 3) die nodig zijn om het SNEVT-examen te kunnen halen. • Uit het gesprek met de studenten werd duidelijk dat zij via de studiegidsen op de hoogte zijn van de eindkwalificaties en de leerdoelen. • De stage mag in principe uitgevoerd worden nadat het SNEVT-examen is afgerond, maar de opleiding raadt dit de studenten ten zeerste af. Dit werd bevestigd in het gesprek met de studenten. Kanttekeningen bij de opleidingen vertaler en tolk: • Tijdens het eerste visitatiebezoek in april 2005 was er alleen voor de variant Russisch van de vertaalopleiding en voor de tolkopleiding een uitgewerkt programma voor het vierde jaar beschikbaar. Voor de overige vertaalvarianten waren alleen de eerste drie jaren van het programma uitgewerkt. Er waren, behoudens een studiepuntenverdeling, geen blauwdrukken van de totale opleidingen beschikbaar. Tijdens het tweede visitatiebezoek in augustus 2005 waren er overzichten van de opleiding beschikbaar die de beoogde programmaonderdelen en de beoogde studiepuntenverdeling aangaven. Daarnaast was het vierde jaar van alle opleidingen uitgewerkt en opgenomen in de studiegidsen voor 2005-2006. Er was sprake van een aantal kleine verschillen tussen de overzichten voor de opleidingen en de programma’s zoals opgenomen in de studiegidsen. Het opleidingsmanagement en de studieleiders verklaarden deze verschillen als noodzakelijke tijdelijke aanpassingen in het kader van de omzetting van kort-hbo naar een bacheloropleiding. Zij hebben tevens aangegeven dat de programma’s het komende jaar gelijkgeschakeld zullen worden aan de overzichten met de beoogde studiepuntenverdeling van de programmaonderdelen. • Er zijn geen niveauaanduidingen voor de taaloverstijgende modules (culturele en maatschappelijke aspecten). Aangezien de SNEVT-examens echter gehaald worden door de ITV-studenten, kan het panel niet anders dan concluderen dat de studenten het beoogde niveau ook bereiken. Daarbij gaven de studenten in het gesprek aan dat zij van mening zijn dat de taaloverstijgende colleges van voldoende niveau zijn. Uit de studentenen docententevredenheidsonderzoeken van 2005 blijkt dat de taaloverstijgende vakken een verbeterpunt voor ITV Hogeschool vormen. Men vindt dat deze te veel tijd kosten ten opzichte van de vertaal- en tolkonderdelen. Voor de taaloverstijgende vakken is een studieleider aangesteld. Het panel hecht eraan dat deze persoon de programmatische inbedding van de taaloverstijgende modules inzichtelijk maakt. 26
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
• De relatie tussen de beroepsgerichte activiteiten en de eindkwalificaties is impliciet. Het is onduidelijk hoe de beroepsgerichte modules (gastcolleges) precies bijdragen aan het verwerven van de segmenten 4 en 5 van de eindkwalificaties. Ook is onduidelijk op grond waarvan bijvoorbeeld een onderwerp en een bijbehorende gastdocent vastgesteld respectievelijk uitgenodigd worden. Daarnaast beoordeelt het panel het niveau van de toetsen van de beroepsgerichte modules als te laag voor een hbo-bacheloropleiding (zie ook facet 2.8). Ten slotte is er geen duidelijke relatie tussen de stagedoelen en de eindkwalificaties waarbij bijvoorbeeld wordt aangegeven bij welke eindkwalificatie een stagedoel ondergebracht is. Het opleidingsmanagement heeft in het gesprek aangegeven dat er het komende studiejaar een afstemming plaats gaat vinden tussen de doelen van de stage en de eindkwalificaties. Conclusie • Het panel is van mening dat de (ver)taal- en tolkvaardigheden goed in het programma verankerd zijn en dat er sprake is van een duidelijk opklimmende moeilijkheidgraad die leidt tot een realisering van de segmenten 2 en 3 in het programma. De opbouw van de taaloverstijgende vakken is onduidelijk, maar leidt wel tot de realisatie van segment 1 van de eindkwalificaties. Een punt van zorg is dat er geen duidelijke relatie is tussen de doelen van beroepsgerichte onderdelen en de eindkwalificaties. Aangezien er voor de dominante aspecten van het beroep ((ver)taal- en tolkvaardigheden en taaloverstijgende vaardigheden) een duidelijke relatie is tussen de inhoud en de doelstellingen beoordeelt het panel het facet ‘relatie doelstellingen en inhoud programma’ in totaal als voldoende.
Facet 2.3
Samenhang in het opleidingsprogramma
Vertaler: voldoende Tolk: voldoende
Criteria: Studenten volgen een inhoudelijk samenhangend opleidingsprogramma. De oordelen zijn gebaseerd op de volgende argumenten: • De opleiding geeft in de studiegidsen aan dat de studie bestaat uit vier hoofdonderdelen. In onderstaand kader staat de letterlijke tekst uit het algemene deel van de studiegidsen.
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
27
Taalspecifiek: binnen de sectie van uw studietaal werkt u onder andere aan taalverwerving/taalvaardigheid, vertaalvaardigheid en maatschappelijke/culturele/economische aspecten van geografische gebieden waar uw studietaal gesproken wordt. Taaloverstijgend: onderdelen die niet noodzakelijk aan de studietaal verbonden zijn, worden voor alle studenten van alle talen tegelijk gegeven. Voorbeelden hiervan zijn maatschappijkennis Nederland, samenvatten, ict-vaardigheden. De taaloverstijgende onderdelen worden vooral in het eerste en tweede jaar gegeven. Beroepsgerichte activiteiten: in de eerste twee jaar van uw studie maakt u kennis met diverse aspecten van de beroepen tolk en vertaler. In het derde en vierde jaar voert u gerichte praktijkopdrachten uit en volgt u stage. U regelt zelf een stageplaats. In enkele gevallen is het mogelijk stage uit te voeren op uw eigen werkplek. Ook zijn er mogelijkheden om stages (deels) thuis uit te voeren. Wel moet u er rekening mee houden dat een stage altijd een tijdinvestering tijdens werkuren op werkdagen met zich meebrengt. De stage kan bijvoorbeeld ook in de zomer na jaar 3 worden gedaan, zodat u die niet meer tijdens de collegeperiode hoeft te doen. Minors: in het derde en vierde jaar volgt u zogenaamde 'minors'. Dit zijn keuzevakken gericht op specialismen. U kunt daarbij denken aan inleidingen in juridisch vertalen of tolken, ondertitelen, literair vertalen enzovoort. Deze minors kunnen een basis vormen voor verdere vervolgstudie in een masteropleiding.
• Uit het tevredenheidsonderzoek van 2004 blijkt dat 74% van de studenten positief is over de samenhang in het programma. Bij het tevredenheidsonderzoek van 2005 scoort de samenhang 3,3 op een schaal van 5. In het gesprek hebben de studenten laten weten dat zij een duidelijke samenhang zien tussen de vakken binnen de vertaal- en tolkopleiding. Zij hebben daarbij aangegeven dat zij de inhoud van de taaloverstijgende vakken toe kunnen passen op de taalspecifieke vakken. Ook de afgestudeerden hebben aangegeven dat er een duidelijke samenhang in het programma zat. • De samenhang in het programma wordt bewaakt door de verschillende talensecties en de tolksectie en daarnaast door de raad van studieleiders (gezamenlijke vergadering van alle studieleiders). • Uit de studiegidsen blijkt dat als er te weinig (< 5) studenten zijn, taalspecifieke modules als taaloverstijgende modules worden aangeboden. Uit de gesprekken met de studenten en het management blijkt dat ITV Hogeschool hier prudent mee omgaat, dat hierover goed overleg wordt gevoerd met de studenten en dat alleen die elementen die niet echt taalspecifiek zijn in een dergelijk geval taaloverstijgend worden aangeboden. Kanttekeningen bij de opleidingen vertaler en tolk: • In het gesprek gaven de docenten aan dat bij de taaloverstijgende modules veel aandacht is voor beroepsoriëntatie en minder voor vertaaltheorie. Zij beschouwen dit als een kinderziekte die middels het overleg van de studieleiders aangepast zal gaan worden. • De beroepsgerichte activiteiten (de module ‘beroepsoriëntatie’ en de stage) zijn nieuw in het hbo-bachelorprogramma ten opzichte van het kort-hbo-programma en staan wat los van de andere taalspecifieke en taaloverstijgende onderdelen. Deze activiteiten zijn voor het totale programma noodzakelijk, omdat hier de beroepsgerichte segmenten van de eindkwalificaties (segment 4 en 5) aan de orde moeten komen. Uit de gesprekken met de studenten en alumni werd duidelijk dat zij in de module ‘beroepsoriëntatie’ een duidelijke
28
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
aanvulling zien ten opzichte van de taalspecifieke en taaloverstijgende onderdelen. De studenten konden nog niet over de samenhang met betrekking tot de stage oordelen, aangezien dit een nieuw element in het programma betreft. Conclusie • De samenhang in het curriculum wordt gevormd door de taalspecifieke, de taaloverstijgende en de beroepsgerichte onderdelen. De taalspecifieke en taaloverstijgende modules sluiten goed op elkaar aan. De relatie met de beroepsgerichte onderdelen is minder hecht, maar niet onvoldoende. Al met al beoordeelt het panel het facet ‘samenhang’ als voldoende.
Facet 2.4
Studielast
Vertaler: goed Tolk: goed
Criteria: Het programma is studeerbaar doordat factoren, die betrekking hebben op dat programma en die de studievoortgang belemmeren zoveel mogelijk worden weggenomen. De oordelen zijn gebaseerd op de volgende argumenten: • Uit de tevredenheidsonderzoeken van 2004 en 2005 blijkt dat de opleiding in het algemeen studeerbaar is. • Daarbij heeft de opleiding de volgende activiteiten ingezet om belemmeringen voor bepaalde groepen studenten weg te nemen: − het verbeteren van de voorlichting waarbij aan studenten duidelijk wordt gemaakt welke inzet er van hen verwacht wordt om een deeltijdstudie te combineren met werk en/of gezin − het invoeren van zomeropdrachten zodat ten opzichte van de kort-hbo-opleiding de studielast meer over het hele jaar gespreid wordt − het intensiveren van het telefonisch contact voor studenten die in het buitenland studeren waarbij extra opdrachten en meer telefonisch contact door de docenten worden aangeboden − het invoeren van ‘studentmaatjes’ voor studenten die in het buitenland studeren waarbij studenten vanuit de opleiding in Nederland studenten die in het buitenland studeren informatie vanuit het studentperspectief geven. • Daarnaast heeft ITV Hogeschool een studieadviseur die studenten kan helpen met praktische problemen die de studievoortgang belemmeren. Hiervan wordt echter weinig gebruik gemaakt. • Uit de gesprekken met de studenten en alumni werd duidelijk dat de opleiding in principe studeerbaar is en dat de opleiding open staat om de studeerbaarheid nog verder te
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
29
verbeteren. Bij klachten of problemen wendt / wendde men zich tot de studieleider die hier naar tevredenheid van de studenten / alumni mee omgaat / omging. Conclusie • Uit de tevredenheidsonderzoeken en de gesprekken blijkt dat de opleiding studeerbaar is. Daarnaast zet de opleiding zich aantoonbaar in om de studeerbaarheid verder te verbeteren. Derhalve beoordeelt het panel het facet ‘studeerbaarheid’ als goed voor zowel de vertaler- als de tolkopleiding.
Facet 2.5
Instroom
Vertaler: voldoende Tolk: voldoende
Criteria: Het programma sluit qua vorm en inhoud aan bij de kwalificaties van de instromende studenten: vwo, havo, middenkaderopleiding of specialistenopleiding (WEB) of daarmee vergelijkbare kwalificaties, blijkend uit toelatingsonderzoek. De oordelen zijn gebaseerd op de volgende argumenten: • De bacheloropleiding van ITV Hogeschool staat in principe open voor studenten die een havo-, vwo- of mbo-diploma hebben. Ook diploma's van opleidingen met een vergelijkbare moeilijkheidsgraad worden geaccepteerd (zowel van binnenlandse als buitenlandse opleidingen). • Alle studenten nemen deel aan een instaptoets. Deze toets wordt gebruikt om te bepalen of de student aan de gestelde toelatingseisen van een bepaald studiejaar voldoet. Op grond van de instaptoets krijgt de student een plaatsingsadvies, hetzij voor het door hem gekozen studiejaar, hetzij voor een jaar lager of hoger. • Wanneer de student niet voldoet aan de eisen voor het eerste jaar, bestaat bij de talen Italiaans, Russisch en Spaans de mogelijkheid om eerst een voorbereidende cursus te volgen. Studenten die Nederlands niet als moedertaal hebben en bij wie geconstateerd wordt dat de beheersing van het Nederlands niet voldoende is om in te stromen in de opleiding, krijgen het advies om eerst de cursus Nederlands voor Vergevorderde Anderstaligen te volgen. • Het panel heeft de instaptoets bestudeerd en heeft geconcludeerd dat deze zowel taalspecifieke als taaloverstijgende elementen toetst en hiermee aansluit bij de segmenten 1, 2 en 3 van de eindkwalificaties. • Bij de start van de hbo-bacheloropleidingen stromen bij de vertaalvarianten Engels, Frans en Duits de meeste studenten in in het tweede studiejaar. • Eventuele deficiënties worden bij voorkeur weggewerkt in de zomerperiode. Hierin vinden er geen colleges plaats. • De opleiding heeft een uitgewerkte procedure om vrijstellingen voor onderdelen van het programma te verlenen op grond van diploma's / getuigschriften en elders verworven competenties. De studenten hebben in het gesprek bevestigd dat de toekenning van evc’s duidelijk en redelijk is.
30
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
• Uit de tevredenheidsonderzoeken van 2004 en 2005 blijkt dat de opleiding aansluit op de vooropleiding en dat de instaptoets functioneert als graadmeter voor de rest van de opleiding. • Hoewel studenten met een havo-, vwo- of mbo -diploma in principe toelaatbaar zijn, is er in de praktijk geen directe doorstroom van deze typen onderwijs naar de vertaleropleiding bij ITV Hogeschool (zie hiervoor ook facet 2.6). Opleiding tolk: • Er is een speciale instaptoets voor de tolkopleiding. Dit is een combinatie van schriftelijke en mondelinge items. Ook voor de overstap van de vertaler- naar de tolkopleiding wordt een in- / overstaptoets gehanteerd. In het gesprek met de studenten is bevestigd dat deze toets goed discrimineert tussen geschikte en minder geschikte studenten voor de tolkopleiding. Kanttekening bij de opleidingen vertaler en tolk: • De instaptoetsen sluiten niet aan bij de beroepsgerichte activiteiten zoals beoogd met de segmenten 4 en 5 van de eindkwalificaties. Het panel beveelt ITV Hogeschool aan om ook beroepsgerichte elementen (zoals bijvoorbeeld commerciële vaardigheden en basiskennis van het ondernemerschap) mee te nemen bij de diverse instaptoetsen. Conclusie • De instroomvereisten van ITV Hogeschool sluiten formeel aan bij de wettelijke vereisten: havo, vwo, mbo of een vergelijkbaar diploma. Feitelijk richt ITV Hogeschool zich echter op studenten die van een hoger niveau zijn. Hierbij hanteert ITV Hogeschool instaptoetsen om de studenten in het juiste studiejaar te plaatsen. Het panel beoordeelt het facet ‘instroom’ als voldoende voor zowel de vertaler- als de tolkopleiding.
Facet 2.6
Duur
Vertaler: geen oordeel Tolk: geen oordeel
Criteria: De opleiding voldoet aan formele eisen met betrekking tot de omvang van het curriculum: hbo-bachelor: 240 studiepunten. De oordelen zijn gebaseerd op de volgende argumenten: • De opleiding werkt met studiepunten in de vorm van European Credits (EC’s). Zowel de vertaler- als de tolkopleiding zijn opgebouwd uit 240 EC’s, onderverdeeld in 60 EC’s per jaar. De toerekening van het aantal EC’s komt tot stand door: − het aantal contact- / college-uren − de (huiswerk)opdrachten − de zelfstudieopdrachten − de looptijd van een programmaonderdeel (in weken) − de tentamens of eindopdracht
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
31
ITV Hogeschool weegt het aantal EC’s aan de hand van het aantal uren studie dat een gemiddelde student met uitsluitend een havo-diploma redelijkerwijs nodig heeft voor bovenstaande onderdelen. Een EC staat hierbij voor 28 uur studie. Hiermee volgt ITV Hogeschool de formele Europese norm. Kanttekeningen bij de opleidingen vertaler en tolk: • Volgens ITV Hogeschool kunnen de meeste studenten bij ITV in de praktijk echter volstaan met 15 tot 20 uur studie per EC. Hiervoor zijn volgens ITV Hogeschool drie redenen aan te wijzen: − eerdere studie-ervaringen De meeste studenten hebben een hogere vooropleiding dan havo: i.e. veel studenten hebben een vwo-diploma en een derde van de studenten heeft een hbo- of wodiploma. − elders verworven competenties Veel studenten hebben reeds een hoog niveau in de vreemde taal en/of hebben werkervaring. − levenservaring Studenten van ITV Hogeschool zijn gemiddeld 35 jaar oud. (Uit: studielastberekening, aanvullende documentatie die tijdens de site-visit is uitgereikt aan het panel; zelfevaluatierapport; gesprekken met het management). Hierbij moet tevens worden opgemerkt dat ITV Hogeschool zich bij de werving niet richt op studenten die direct doorstromen vanaf het havo, maar juist op bovengenoemde doelgroep. • Uit de gesprekken met studenten en alumni werd duidelijk dat de meeste studenten kunnen volstaan met 15 tot 20 uur per week. Hiermee is de feitelijke studieduur lager dan ITV Hogeschool aangeeft. • Het panel schaart de drie redenen die opleiding geeft voor de beperkte feitelijke studieduur tezamen onder de term ‘elders verworven competenties’. Hoewel het panel zich kan vinden in de redenering van ITV Hogeschool dat de beoogde en feitelijke studentenpopulatie de opleiding in minder tijd kan volbrengen dan de fictieve student met een havo-achtergrond, acht zij hiermee de compensatie door elders verworven competenties voor de feitelijke studieduur onvoldoende concreet uitgewerkt. Het panel beveelt de opleiding daarom aan om inzichtelijk te maken hoe de elders verworven competenties tot vermindering van de feitelijke studieduur leiden. Een en ander zou beschreven moeten worden in het Onderwijs- en Examenreglement. Conclusie • Hoewel het programma formeel is opgedeeld in het voor accreditatie door de NVAO vereiste aantal EC’s, is de feitelijk beoogde studieduur te gering voor een hbobacheloropleiding. Het hbo-bachelorniveau wordt wel gehaald binnen de opleiding. Dit is het gevolg van het hoge instroomniveau van de studenten. In de praktijk komt het er op neer dat de opleiding gerealiseerd wordt in minder dan vier jaar. Hiermee past de opleiding niet in het accreditatiekader van de NVAO. Derhalve geeft het panel geen oordeel over het facet ‘studieduur’ voor zowel de vertaler- als de tolkopleiding.
32
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
Facet 2.7
Afstemming tussen vormgeving en inhoud
Vertaler: voldoende Tolk: voldoende
Criteria: Het didactisch concept is in lijn met de doelstellingen. De werkvormen sluiten aan bij het didactisch concept. De oordelen zijn gebaseerd op de volgende argumenten: • Het didactisch concept staat in het teken van ‘practice makes perfect’. Dit houdt in dat de hoofdactiviteit tijdens de contacturen vertalen of tolken is. Tijdens de contacturen wordt de nadruk gelegd op het bespreken van vertaalvarianten en tolkoefeningen. De contacturen worden ook gebruikt om vragen te stellen over de bestudeerde stof. Hierbij wordt gebruik gemaakt van klassikaal onderwijs en groepswerk, zoals discussie met medestudenten of feedback geven op elkaars vertalingen met behulp van een modelvertaling. In aanvulling op de contacturen krijgen de studenten veel (huiswerk)opdrachten in de vorm van een vertaling. Deze worden door de docenten van feedback voorzien en naar de studenten teruggestuurd. • Het vertalen en tolken als vaardigheid wordt ondersteund door meer theoretische vakken, zoals vertaalkunde en grammatica. Tijdens de contacturen vindt naast discussie uitleg door de docent plaats. De uitleg en de discussie zijn niet alleen gericht op het verwerven en toepassen van kennis, maar ook op het kunnen verantwoorden van keuzes met als doel om in de beroepspraktijk een volwaardige gesprekspartner voor opdrachtgevers te kunnen zijn. • Het aantal contacturen voor de ITV-opleidingen is beperkt. In de wekelijkse variant bedraagt het aantal contacturen vier uur per week voor de taalspecifieke onderdelen en vier uur per maand voor de taaloverstijgende vakken. In totaal is dat circa 20 contacturen per maand. In de maandelijkse variant zijn er vier contacturen voor de taalspecifieke onderdelen en vier voor de taaloverstijgende onderdelen. Dit heeft tot gevolg dat het onderwijs zo efficiënt mogelijk dient te geschieden. Bij de gebruikte werkvormen wordt er van uitgegaan dat de studenten een aanzienlijk deel van het werk zelfstandig thuis verrichten. Gezien de instromende populatie (zie facetten 2.5 en 2.6) mag verwacht worden dat de ITV-studenten zelfstandig kunnen studeren. De gekozen werkvormen sluiten hierop aan. Opleiding tolk: • Het panel ziet het als een positief punt dat de tolkopleiding (derde en vierde studiejaar) alleen in de weekvariant aangeboden wordt. Hierdoor hebben de studenten zo veel mogelijk mondelinge contacttijd. Kanttekeningen bij de opleidingen vertaler en tolk: • Door de nadruk op de praktische vaardigheden (vertalen en tolken) en de verantwoording hiervan sluit de vormgeving van de opleidingen aan bij de hoofdcomponent van het beoogde beroep (de segmenten 1, 2 en 3 van de eindkwalificaties). Desondanks is slechts in beperkte mate sprake van een uitgewerkt didactisch concept. © NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
33
• Uit de gesprekken met de studenten en alumni blijkt dat zij het geringe aantal contacturen een zwak punt van de opleiding vinden. Dit geldt met name voor de tolkopleiding. Zij realiseren zich echter dat dit een gevolg is van het deeltijdkarakter van de opleiding. Ook de docenten vinden de geringe contacttijd een zwak punt van de opleiding. Het dwingt hen echter om zeer gericht naar het studiemateriaal en de cursusinhoud te kijken, waardoor zij toch een verantwoord programma kunnen aanbieden. Conclusie • De opleidingen worden gekenmerkt door een beperkt aantal contacturen en veel zelfstudie. Het panel is van mening dat, door zich binnen de contacttijd en de (huiswerk)opdrachten vooral te richten op de hoofdcomponent van het beroep (vertalen en tolken), de vormgeving van de opleiding aansluit bij de basisinhoud van de opleidingen (de segmenten 1, 2 en 3 van de eindkwalificaties). Derhalve beoordeelt het panel het facet ‘afstemming tussen vormgeving en inhoud’ als voldoende voor zowel de vertaal- als de tolkopleiding.
Facet 2.8
Beoordeling en toetsing
Vertaler: voldoende Tolk: voldoende
Criteria: Door de beoordelingen, toetsingen en examens wordt adequaat getoetst of de studenten de leerdoelen van (onderdelen van) het programma hebben gerealiseerd. De oordelen zijn gebaseerd op de volgende argumenten: • De tentamens worden na afloop van het eerste en tweede semester afgenomen. • De onderdelen vertalen en tolken worden getoetst aan de hand van praktijktentamens, i.e. vertalingen en tolksimulaties. • De procedure aangaande de toetsing is in principe als volgt: per sectie wordt tijdens de docentenvergaderingen vastgelegd welke beoordelingssystematiek en welke beoordelingscriteria worden gehanteerd voor de verschillende programmaonderdelen. Voor de onderdelen die ook worden getoetst tijdens het landelijke examen van de SNEVT, wordt vanaf het derde studiejaar dezelfde beoordelingssystematiek gehanteerd als bij de SNEVT. De beoordelingscriteria worden mondeling aan de studenten kenbaar gemaakt. Tentamens worden ontworpen door de betreffende vakdocenten. Concepttentamens worden voorgelegd aan de studieleider en aan andere docenten die in datzelfde studiejaar lesgeven. Tentamenresultaten worden ter inzage aan de docenten van de betreffende groep gegeven; resultaten die afwijken van de verwachtingen worden besproken door de docenten. Indien nodig volgt bijstelling van de beoordelingsmaatstaf. Individuele gevallen kunnen met de student besproken worden. Studenten ontvangen gemaakte tentamens en werkstukken voorzien van commentaar en de naam van de corrector retour. Minors worden, net als de stage, beoordeeld aan de hand van een eindwerkstuk of –verslag. Aan de studenten is vooraf bekend aan welke eisen en het werkstuk of verslag moet voldoen. Ten aanzien van verslaglegging van stageperiodes
34
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
• •
•
•
worden richtlijnen gegeven in de stagegids. De per 1 januari 2005 nieuw aangetreden studieleider stages ontwikkelt in het voorjaar van 2005 nadere criteria. Uit de tevredenheidsonderzoeken van 2004 en 2005 blijkt dat de studenten tevreden zijn over de tentamens. Bestudering van de taalspecifieke en –overstijgende toetsen leidde het panel tot de conclusie dat deze ruimschoots voldoen aan het niveau dat van een hbobacheloropleiding binnen de verschillende studiejaren verwacht mag worden. Het landelijke SNEVT-examen bestaat uit vier tentamens, die worden opgesteld door landelijke commissies die bestaan uit docenten van de opleidingen en beroepsvertalers en –tolken. Ook de correctie is in handen van deze commissies. Ieder examen wordt door twee of drie commissieleden beoordeeld. Het panel is van mening dat de eindtoetsing van de taalspecifieke en –overstijgende onderdelen middels het SNEVT-examen voldoet aan het hbo-bachelorniveau (zie ook facet 6.1).
Kanttekeningen bij de opleidingen vertaler en tolk: • Uit het gesprek met de docenten tijdens het eerste bezoek is duidelijk geworden dat er niet bij alle secties overleg is aangaande het opstellen van de tentamens. Binnen de kleine sectie Duits bijvoorbeeld is er geen overleg dienaangaande. Uit het gesprek met de docenten bleek verder dat bij de sectie Italiaans alle tentamens twee beoordelaars hebben. Dit geldt ook voor de sectie tolken. Bij de sectie Spaans betreft dit alle vakken met uitzondering van grammatica. Bij de sectie Frans zijn er alleen in de laatste jaren twee beoordelaars, bij de sectie Engels alleen bij het absolverend tentamen. Daarnaast is hier eventueel een second opinion mogelijk. Bij Russisch en Duits is er slechts één beoordelaar. ITV Hogeschool heeft verbeterbeleid ten aanzien van de kwaliteitsborging van de toetsing vastgesteld in augustus 2005. In het kwaliteitszorgdocument is vastgesteld dat de tentamens van het laatste studiejaar door twee correctoren worden nagekeken en van lagere studiejaren door één corrector. Van de tentamens Vertalen en Samenvatten (i.e. de taalspecifieke component) worden in elk semester steekproeven genomen waarbij ten minste vijf werkstukken door een tweede corrector worden nagekeken. Het panel is van mening dat het voorgenomen beleid een realistische procedure betreft voor een kleine hogeschool als ITV. Het betreft hier door het bestuur geaccordeerd beleid dat in de loop van het semester in uitvoering genomen gaat worden. Een dergelijke procedure zou ook voor de toetsing van de taaloverstijgende en beroepsgerichte componenten ontwikkeld moeten worden. Dit geldt in bijzondere mate voor de borging met betrekking tot de toetsing van de stage (i.e. de afsluitende toets voor de beroepsgerichte component). • Bestudering van de in ontwikkeling zijnde beroepsgerichte toetsen leidde het panel tot de conclusie dat deze inhoudelijk nog niet voldoen aan het niveau dat van een hbobacheloropleiding verwacht mag worden. Er miste een duidelijk kader voor toetsing van de beroepsgerichte component. • Aangezien de stage nog niet afgerond is door de eerste cohort hbo-bachelorstudenten, heeft het panel geen stageverslagen kunnen beoordelen.
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
35
Conclusie • De eindtoetsing van de taalspecifieke en –overstijgende onderdelen middels het SNEVTexamen is geborgd en voldoet aan het hbo-bachelorniveau. De borging van de toetsing middels de reguliere tentamens is aangescherpt, maar behoeft nog aandacht. De toetsing van de beroepsspecifieke onderdelen is nog in ontwikkeling en het kader hiervoor ontbreekt nog. Vanwege de zwaarwegende rol van de SNEVT-examens en het civiele effect hiervan beoordeelt het panel het facet toetsing en beoordeling in totaal als positief voor zowel de vertaler- als de tolkopleiding.
Onderwerp 3
Facet 3.1
INZET VAN PERSONEEL
Eisen hbo
Vertaler: goed Tolk: goed
Criteria: Het onderwijs wordt voor een belangrijk deel verzorgd door personeel dat een verbinding legt tussen de opleiding en de beroepspraktijk. De oordelen zijn gebaseerd op de volgende argumenten: • Ruim 60% van de docenten bij ITV Hogeschool is werkzaam als vertaler of tolk. Deze docenten hebben een directe relatie met het beroepenveld. De helft van de docenten werkt bij een andere hogeschool of universiteit. Bij het samenstellen van het rooster houdt de studieleider er rekening mee dat de praktijkvakken (vertalen / tolken) zoveel mogelijk door praktijkdocenten worden gegeven. Hiermee wordt gestimuleerd dat er binnen de praktijkvakken een verbinding wordt gelegd met de beroepspraktijk. • Uit de gesprekken met de studenten, alumni en docenten werd duidelijk dat zij de beroepsgerichtheid van de docenten als een sterk punt van de opleiding beschouwen. • Het panel heeft de cv’s van de docenten en de overzichten van hun verschillende kwalificaties bestudeerd en heeft geconcludeerd dat het docentencorps van hoge kwaliteit is. Conclusie • De samenstelling van het docentencorps is gericht op het leggen van een verbinding met de beroepspraktijk en de docenten zijn van hoge kwaliteit. Derhalve beoordeelt het panel het facet ‘eisen hbo’ als goed voor zowel de vertaler- als de tolkopleiding.
36
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
Facet 3.2
Kwantiteit personeel
Vertaler: voldoende Tolk: voldoende
Criteria: Er wordt voldoende personeel ingezet om de opleiding met de gewenste kwaliteit te verzorgen. De oordelen zijn gebaseerd op de volgende argumenten: • Bij ITV Hogeschool wordt aan relatief kleine groepen college gegeven. De gemiddelde groepsgrootte is 10 studenten. De student-stafratio bedraagt 11 op 1 (zie bijlage 4). Per groep worden taalspecifieke onderdelen door ten minste twee docenten verzorgd. • In het zelfevaluatierapport (p. 26) is te lezen dat de studieleider verantwoordelijk is voor de aanname van nieuwe docenten. Bij de selectie wordt gelet op deskundigheid in het beroepenveld, didactische vaardigheden, de verhouding tussen Nederlandstalige en vreemdtalige docenten en op organisatorische kwaliteiten. Het aannamebeleid is erop gericht gelijke aantallen docenten te hebben die Nederlands of de vreemde taal als moedertaal hebben. Vacatures blijken in de praktijk tijdig en adequaat in te vullen. • De studieleider is ook verantwoordelijk voor de vervanging ingeval van ziekte van docenten. Kanttekeningen bij de opleidingen vertaler en tolk: • Bij enkele secties is de verhouding tussen het aantal docenten met de vreemde taal als moedertaal (‘native speakers’) en het aantal moedertaalsprekers van het Nederlands niet optimaal. (Bij Duits zijn er geen native speakers, bij Italiaans te veel native speakers.) Bij vervulling van vacatures wordt hier rekening mee gehouden. • Behalve bovenbeschreven opmerkingen over het aannamebeleid uit de gesprekken met het management en de docenten is voor het panel onvoldoende formele onderbouwing gekomen voor de inzet van docenten in het programma. ITV Hogeschool is een informele organisatie zonder duidelijk personeelsbeleid. • Op dit moment is er onvoldoende formatie (1,4 fte) beschikbaar om beleid te formaliseren (zoals de opbouw van het programma, het personeelsbeleid en de aanpassing en voortdurendende bijstelling van de interne kwaliteitszorg). Het panel is van mening dat er meer formatie ingezet moet worden om het beleid van ITV Hogeschool te formaliseren en vast te leggen. De tijdelijke extra inzet van de beleidsmedewerker die nodig was ter voorbereiding op de visitatie en voor het ontwikkelen van de kwaliteitszorgsystematiek zou gecontinueerd moeten worden. • Zoals blijkt uit de notulen van augustus 2005 is het bestuur van ITV Hogeschool van mening dat de kwantiteit van het management voldoende geborgd is. Het bestuur heeft voorts besloten en vastgelegd dat, indien nodig, extra uren op beleidsniveau ingekocht kunnen worden en dat aan het einde van het studiejaar bezien zal worden of deze uitbereiding structureel zal zijn.
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
37
Conclusie • Er worden voldoende docenten ingezet om de opleiding te verzorgen. Het panel is van mening dat er structureel te weinig personeel is om management- en beleidstaken te vervullen, het bestuur heeft echter toegezegd dat er, indien nodig, tijdelijk en in de toekomst eventueel structureel meer formatie ingezet mag worden. Het panel is van mening dat deze formatie zou moeten worden ingezet om het personeelsbeleid te formaliseren, een visiedocument te ontwikkelen en het kwaliteitszorgdocument actueel te houden. Derhalve beoordeelt het panel het facet ‘kwantiteit personeel’ als voldoende voor zowel de vertaler- als de tolkopleiding.
Facet 3.3
Kwaliteit personeel
Vertaler: voldoende Tolk: voldoende
Criteria: Het personeel is gekwalificeerd voor de inhoudelijke, onderwijskundige en organisatorische realisatie van het programma. De oordelen zijn gebaseerd op de volgende argumenten: • De docenten die voor het eerst lesgeven worden door de studieleider begeleid. Docenten zonder leservaring en docenten die behoefte hebben aan aanscherping van hun didactische vaardigheden, kunnen aan het begin van het collegejaar op kosten van ITV Hogeschool een speciaal voor ITV ontwikkelde didactische training volgen. In deze training staat het vertaalonderwijs centraal. De training wordt gegeven door een ervaren vertaler en een didacticus van de Hogeschool van Utrecht. • Het functioneren van de docenten wordt jaarlijks geëvalueerd. Hiertoe beantwoorden alle studenten anoniem een aantal vragen over het functioneren van de docenten bij wie zij college volgen. Daarbij worden ook vragen gesteld over de didactische kwaliteiten van de docenten. De uitkomst van de evaluatie wordt door de studieleider met de betrokken docenten besproken. Minder goed functionerende docenten worden in staat gesteld zich te verbeteren. De overeenkomst met een aantoonbaar slecht functionerende docent wordt in principe beëindigd, zo nodig gedurende het collegejaar. Een en ander is bevestigd in de gesprekken met het management: het beëindigen van een overeenkomst is gemakkelijk te realiseren, aangezien er gewerkt wordt met freelance contracten. • De studieleiders vervullen een belangrijke rol bij de aansturing van de docenten: zij stellen verbeterplannen aangaande onderwijs en organisatie op naar aanleiding van de enquêtes onder studenten en docenten, selecteren nieuwe docenten, stellen het docentenrooster op en zijn verantwoordelijk voor de vervangingsprocedure in het geval van ziekte of overmacht. De directeur heeft echter de doorslaggevende stem bij alle belangrijke beslissingen op dit gebied. Hierdoor ligt het onderwijskundig leiderschap uiteindelijk bij de directeur. • De docenten die een freelance contract hebben bij ITV Hogeschool willen hier graag werken en werken er met plezier. Een en ander is bevestigd in de gesprekken met de studenten, de alumni en de docenten en wordt onderschreven door de resultaten van het docententevredenheidsonderzoek van 2005.
38
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
• De directeur heeft jaarlijks een voortgangsgesprek met de studieleiders, waarin ook hun functioneren aan de orde komt. De directeur voert jaarlijks functioneringsgesprekken met het overige personeel dat geen freelance overeenkomst heeft. Het bestuur voert jaarlijks een voortgangsgesprek met de directeur. • ITV Hogeschool heeft, gezien de aard van de arbeidsverhouding met freelancers, geen beleid ten aanzien van verdere professionalisering of deskundigheidsbevordering. Ad hoc kunnen faciliteiten beschikbaar gesteld worden door bijdragen te leveren voor het bijwonen van conferenties of studiedagen. Zo neemt een docent van de sectie Frans namens ITV Hogeschool deel aan de studiedagen van NL-Term, de vereniging voor terminologie in Nederland en België. • Uit de gesprekken met de studenten en alumni is naar voren gekomen dat zij de kwaliteit van de docenten een sterk punt van ITV Hogeschool vinden, hierbij wordt het grote aantal ‘native speakers’ als sprekend voorbeeld gebruikt. Zij beoordelen de vakkennis van de docenten als actueel. • Uit het docententevredenheidsonderzoek 2005 komt naar voren dat de docenten hun eigen competenties en die van collega-docenten zeer positief beoordelen. Kanttekeningen bij de opleidingen vertaler en tolk: • Uit de studenten- en docententevredenheidsonderzoeken van 2005 komt de organisatie van de opleiding naar voren als een verbeterpunt. Hiertoe is reeds verbeterbeleid geformuleerd in de vorm van het verbeteren van de informatievoorziening aan studenten en het digitaliseren van de studentendossiers. Een en ander hangt echter meer samen met de beperkte formatie die beschikbaar was voor management- en beleidstaken en de daarbij horende verdeling van taken en aandachtspunten, dan met de kwaliteit van het management. Het panel is van mening dat met het uitbreiden van de management- en beleidsformatie het organisatorische leiderschap effectiever ingezet kan worden waardoor de kwaliteit verbeterd wordt. Conclusie • Het panel is van mening dat het personeel goed gekwalificeerd is voor de inhoudelijke en onderwijskundige realisatie van het programma. De organisatorische realisatie behoeft verbetering. In totaal beoordeelt het panel het facet ‘kwaliteit personeel’ als voldoende voor zowel de vertaler- als de tolkopleiding.
Onderwerp 4
Facet 4.1
VOORZIENINGEN
Materiële voorzieningen
Vertaler: voldoende Tolk: voldoende
Criteria: De huisvesting en materiële voorzieningen zijn toereikend om het programma te realiseren.
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
39
De oordelen zijn gebaseerd op de volgende argumenten: • ITV Hogeschool huurt lokalen en kantoorruimten van de Hogeschool van Utrecht / Faculteit Educatieve Opleidingen (FEO). Het gebouw is gesitueerd aan de Archimedeslaan in de wijk Rijnsweerd in Utrecht. Het gebouw is gunstig gelegen ten opzichte van snelwegen en openbaar vervoer. • De studenten kunnen gebruik maken van de mediatheek en computerfaciliteiten. Uit het tevredenheidsonderzoek van 2004 blijkt dat 70% van de ondervraagde studenten de collegeruimtes geschikt vindt voor de colleges. Van de studenten die gebruik maken van de mediatheek of de computerfaciliteiten geeft het merendeel aan dat deze voorziening voldoende is. • De docenten kunnen voor de colleges gebruik maken van presentatiefaciliteiten, zoals laptops met videobeamers, video- / televisiecombinaties en audioapparatuur. Elk lokaal is uitgerust met een overheadprojector. In het gesprek gaven de docenten aan dat zij de faciliteiten als voldoende ervaren. • De FEO verhuist in 2006 naar nieuwbouw iets verderop in de Archimedeslaan. ITV Hogeschool heeft overleg gevoerd met de bouwcoördinator. Naar het zich laat aanzien, kunnen de wensen van ITV Hogeschool gehonoreerd worden. Opleiding tolk: • De tolklessen vinden deels plaats in een lokaal met tolkencabines, die gebruikt worden voor de opleiding Nederlandse Gebarentaal van de FEO. In 2004 zijn deze cabines aangepast aan enkele wensen van ITV Hogeschool, zodat het mogelijk is om vanaf een centrale tafel de afzonderlijke cabines te beluisteren om zo de studenten individueel te kunnen begeleiden. Kanttekeningen bij de opleidingen vertaler en tolk: • Het aantal lokalen met een capaciteit van groter dan 50 personen is beperkt. Voor ITV Hogeschool is dat soms problematisch, vooral bij de hoorcolleges van de taaloverstijgende onderdelen. Het gebouw heeft een kantine die ook op de zaterdagen wanneer ITV Hogeschool college geeft, geopend is. Uit het tevredenheidsonderzoek van 2004 blijkt dat de kantine en cateringautomaten laag scoren. Derhalve zijn de openingstijden van de kantine op zaterdag verruimd. • Het panel heeft een rondleiding gehad door het gebouw en geconstateerd dat de voorzieningen sober zijn en het gebouw aan vervanging toe is. Conclusie • Aangezien de voorzieningen sober zijn, maar op zich wel voldoen in de ogen van studenten en docenten, en ITV Hogeschool concrete verhuisplannen heeft, beoordeelt het panel het facet ‘materiële voorzieningen’ in totaal als voldoende, zowel voor de vertaleropleiding als de tolkopleiding.
40
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
Facet 4.2
Studiebegeleiding
Vertaler: voldoende Tolk: voldoende
Criteria: De studiebegeleiding en informatievoorziening aan studenten zijn adequaat met het oog op de studievoortgang. De studiebegeleiding en informatievoorziening aan studenten sluiten aan bij de behoefte van studenten. De oordelen zijn gebaseerd op de volgende argumenten: • De resultaten van de studenten worden bijgehouden in een speciaal voor ITV Hogeschool ontwikkeld studentenvolgsysteem. De studieleider is verantwoordelijk voor aanlevering van de cijfers aan de centrale administratie. Zo heeft de studieleider overzicht over de voortgang van de studenten. • Twee keer per jaar ontvangen de studenten een schriftelijk overzicht van de tot dan toe behaalde resultaten. • Aan het eind van het studiejaar krijgt de student een studieadvies. Wanneer er geen bijzonderheden zijn, beperkt dit advies zich tot de vermelding dat de student naar het volgende studiejaar bevorderd wordt. Als er twijfels zijn over de resultaten, zoekt de studieleider contact met de student en wordt er over de voortgang overlegd. Ook tussentijds kan met een student overlegd worden; dit wordt dan in de regel geïnitieerd door één van de docenten. • In de wekelijkse variant heeft de docent beter zicht op de voortgang van individuele studenten dan in de maandelijkse variant. Onder andere om die reden worden de studenten van de maandelijkse variant tussen twee colleges door gebeld door de docent. Hiervoor wordt per student 15-30 minuten uitgetrokken. Tijdens deze gesprekken komt het huiswerk aan de orde en kunnen studenten vragen over de bestudeerde stof stellen; tevens wordt er tijd ingeruimd om de studievoortgang te bespreken. • Voor de studenten op afstand (in het buitenland) is er naast de reguliere begeleiding extra telefonisch contact met een speciaal daarvoor aangewezen docent over de studievoortgang. • Voor vragen van meer algemene aard omtrent de studievoortgang kunnen de studenten terecht bij de studieadviseur. In de praktijk blijkt echter dat de meeste vragen en problemen al via de studieleider of een docent beantwoord of opgelost worden. • Studenten worden over de studie geïnformeerd via een nieuwsbrief die ten minste vier keer per jaar verschijnt. Deze nieuwsbrief fungeert als een mededelingenblad met onderwerpen die voor alle studenten van belang zijn, zoals openingstijden van de administratie, wijzigingen in roosters en aankondigingen van examens. Naast de nieuwsbrieven heeft ITV Hogeschool op de website een servicepagina ingericht waarop actuele informatie over de studie te vinden is.
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
41
Kanttekening bij de opleidingen vertaler en tolk: • Uit de gesprekken met de studenten en alumni werd duidelijk dat de administratieve ondersteuning en daarmee de informatievoorziening van ITV Hogeschool zwak te noemen is. Lokaalwijzigingen worden vaak niet op tijd doorgegeven. Dit geldt ook voor het uitvallen van een college. De studenten en alumni ervaren dit als lastig, maar niet als onoverkomelijk. Ook uit de studenten- en docententevredenheidsonderzoeken van 2005 blijkt dat de informatievoorziening te wensen over laat. Conclusie • ITV Hogeschool richt zich middels het studentvolgsysteem, de inzet van de studieleider, de docenten en de studieadviseur adequaat op de begeleiding en informatievoorziening ten behoeve van de studievoortgang. De nieuwsbrief en de website zijn adequaat met betrekking tot de informatievoorziening op de lange termijn. De informatievoorziening op de korte termijn behoeft verbetering. Al met al beoordeelt het panel het facet ‘studiebegeleiding’ als voldoende.
Onderwerp 5
Facet 5.1
INTERNE KWALITEITSZORG
Evaluatie resultaten
Vertaler: voldoende Tolk: voldoende
Criteria: De opleiding wordt periodiek geëvalueerd, mede aan de hand van toetsbare streefdoelen. De oordelen zijn gebaseerd op de volgende argumenten: • Jaarlijks wordt aan het eind van het eerste semester een studententevredenheidsonderzoek gehouden. Dit onderzoek heeft betrekking op een aantal aspecten betreffende de kwaliteit van het onderwijs en de organisatie. Een samenvatting van de resultaten wordt gepubliceerd in de nieuwsbrief. Tevens wordt daarbij aangegeven welke verbeteringen ingevoerd worden. • Het studententevredenheidsonderzoek wordt afgesloten met de vraag aan de student om een rapportcijfer te geven over de opleiding. Het streven is om jaarlijks ten minste hetzelfde cijfer, maar bij voorkeur een hoger cijfer te krijgen. • Naast studenten worden ook docenten bevraagd over hun tevredenheid. De resultaten van beide onderzoeken worden door de studieleiders gebruikt voor het evalueren van het onderwijs van dat jaar binnen de raad van studieleiders en binnen de secties. • De afgelopen jaren zijn de tevredenheidonderzoeken steeds intern uitgevoerd. Vanaf 2005 worden de tevredenheidonderzoeken extern uitgevoerd. • Tijdens het eerste bezoek werd duidelijk dat de evaluatie van het onderwijs binnen de secties veelal op informele wijze gebeurde. Tijdens het tweede bezoek heeft het panel echter geconstateerd dat er met ingang van juni 2005 verslagen worden gemaakt van de
42
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
sectievergaderingen en dat de evaluatie van het onderwijs hier een onderdeel van is. Hiermee is een deel van de kwaliteitszorgsystematiek geïmplementeerd. Kanttekeningen bij de opleidingen vertaler en tolk: • De opleiding heeft geen streefdoelen geformuleerd, behoudens bovengenoemde norm dat het rapportcijfer binnen het studententevredenheidsonderzoek gelijk moet zijn of hoger dan het voorgaande jaar. Conclusie • Er zijn geen toetsbare streefdoelen geformuleerd. Aangezien de opleidingen van ITV Hogeschool wel periodiek worden geëvalueerd onder studenten en docenten, beoordeelt het panel het facet ‘evaluatie resultaten’ toch als voldoende.
Facet 5.2
Maatregelen tot verbetering
Vertaler: voldoende Tolk: voldoende
Criteria: De uitkomsten van deze evaluaties vormen de basis voor aantoonbare verbetermaatregelen die bijdragen aan de realisatie van de streefdoelen. De oordelen zijn gebaseerd op de volgende argumenten: • De kwaliteitszorgsystematiek van ITV Hogeschool is sinds augustus 2005 formeel gebaseerd op de ‘plan-do-check-act’-cyclus. Hiertoe heeft ITV een kwaliteitszorgdocument vervaardigd dat is geaccordeerd door het bestuur en dat reeds deels is geïmplementeerd. Het gaat hier om een werkdocument dat steeds bijgewerkt wordt naar aanleiding van actuele ontwikkelingen. Het document bevat veel (soms aangescherpte) procedures en regelingen die al langer bij ITV Hogeschool vigeren. − Het onderdeel ‘plan’ komt tot uitdrukking in acht vergadercycli: de sectievergadering waar docenten en de studieleider aanwezig zijn, de raad van studieleiders waar de studieleiders uit de verschillende vertaalsecties en de tolksectie aanwezig zijn, het bestuur en curatorium middels tweemaandelijkse bestuurvergaderingen en een halfjaarlijkse gezamenlijke vergadering van bestuur en curatorium, het werkoverleg tussen directie en administratie, de opleidingscommissie (die met ingang van studiejaar 2005-2006 weer nieuw leven wordt ingeblazen) de beroepenveldcommissie en de hernieuwd op te richten alumnivereniging. Daarnaast is het onderdeel ‘plan’ verankerd in de samenwerking met andere instituten, zoals de SNEVT, de Hogeschool Zuyd, de Universiteit van Leiden, de Universiteit van Amsterdam en Lessius Hogeschool in Vlaanderen. − Het onderdeel ‘do’ komt tot uitdrukking in de colleges, in de informatievoorziening via de studiegids, de website en de nieuwsbrief, in de registratie van resultaten en studentgegevens, in de klachtenprocedures, in de voorlichting aan toekomstige studenten en in de informatievoorziening van docenten en in het aannemen en inwerken van nieuwe docenten door de studieleider.
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
43
•
•
•
•
•
− Het onderdeel ‘check’ vindt plaats middels het studententevredenheidsonderzoek en het docententevredenheidsonderzoek, middels informele evaluaties tijdens de colleges, middels de sectievergaderingen, middels voortgangsgesprekken tussen de studieleider en de docenten, middels functioneringsgesprekken tussen de directeur en medewerkers van de administratie en middels een voortgangsgesprek tussen het bestuur en de directeur. − Het onderdeel ‘act’ komt aan de orde via een aantal verbeteracties voor zowel de korte, de middellange als de lange termijn. Voorbeelden hiervan zijn de herstart van de opleidingcommissie, de verbetering van de aansluiting tussen taaloverstijgende en sectiegebonden modules en het opstellen van het kwaliteitszorgdocument. Reeds in het eerste bezoek is aangetoond dat de uitkomsten van het jaarlijkse studententevredenheidsonderzoek in ieder geval tot incidentele verbeteracties geleid hebben. Zo is de studeerbaarheid en de toetsing van de taaloverstijgende vakken aangepast op grond van kritiek van studenten. De studenten hebben reeds tijdens het eerste bezoek in het gesprek aangegeven dat op basis van klachten en naar aanleiding van de studentevaluaties inderdaad verbeteracties worden ingezet door ITV Hogeschool. Het panel heeft tijdens het tweede bezoek geconstateerd dat de studenten over de uitkomsten van het tevredenheidsonderzoek en de voorgenomen verbeteracties worden geïnformeerd via de nieuwsbrief (mei 2005). Hiermee is een deel van de kwaliteitszorgsystematiek geïmplementeerd. Het panel had tijdens het eerste bezoek niet van alle secties verslagen van vergaderingen ter beschikking gekregen, zodat niet kon worden nagegaan of de verbeteracties gestructureerd plaats vinden. In het gesprek met de docenten is toen bevestigd dat er veel informeel overleg is tussen de docenten en dat er niet overal verslagen van worden gemaakt. Tijdens het tweede bezoek heeft het panel echter geconstateerd dat er met ingang van juni 2005 verslagen worden gemaakt van de sectievergaderingen en dat het voorgenomen verbeterbeleid hier een onderdeel van is. Hiermee is een deel van de kwaliteitszorgsystematiek geïmplementeerd. In het gesprek met de studieleiders tijdens het tweede bezoek werd duidelijk dat, na een aanvankelijke sceptische houding van de docenten tegenover de kwaliteitszorgsystematiek, deze nu geaccepteerd is en gedragen wordt door de docenten.
Kanttekeningen bij de opleidingen vertaler en tolk: • Zoals bij facet 5.1 reeds naar voren kwam zijn er (nog) geen toetsbare streefdoelen geformuleerd. Een concrete verbeteractie op dit punt is dat het bestuur de directie opgedragen heeft om de visie op de opleidingen vast te leggen in een visiedocument. Hierin kunnen ook streefdoelen aangegeven worden. • De voorgenomen verbeteracties worden niet ingekaderd in het kwaliteitszorgdocument: in dit document wordt niet duidelijk gemaakt op grond van welke problemen, klachten of negatieve evaluatieresultaten het verbeterbeleid precies ingezet wordt. Deze informatie is alleen te halen uit de verslagen van de diverse vergaderingen. Het panel ziet deze onvolkomenheid als een kinderziekte van de kwaliteitszorgsystematiek.
44
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
Conclusie • ITV Hogeschool heeft met ingang van augustus 2005 een gedragen kwaliteitszorgsystematiek waarbij verbetermaatregelen middels de ‘plan-do-check-act’cyclus een geïntegreerd onderdeel vormen van de interne kwaliteitszorg. De implementatie is onder andere reeds zichtbaar via verslagen van sectievergaderingen en de nieuwsbrief. Er zijn echter (nog) geen toetsbare streefdoelen geformuleerd. Het panel beoordeelt derhalve het facet ‘maatregelen tot verbetering’ met voldoende.
Facet 5.3
Betrekken van medewerkers, studenten, alumni en Vertaler: voldoende Tolk: voldoende beroepenveld
Criteria: Bij de interne kwaliteitszorg zijn medewerkers, studenten, alumni en het afnemend beroepenveld van de opleiding actief betrokken. De oordelen zijn gebaseerd op de volgende argumenten: • Interne kwaliteitszorg bij ITV Hogeschool bestaat (naast de eerder genoemde tevredenheidonderzoeken) uit gesprekken over het functioneren met studieleiders en docenten, functioneringsgesprekken met de medewerkers van de administratie en evaluatie van het gevoerde beleid tijdens de vergaderingen van de raad van studieleiders. • Voor de administratieve functies zijn functieomschrijvingen opgesteld. Voor de studieleiders en docenten zijn richtlijnen vastgelegd; zowel in de freelance overeenkomsten als in procedures ten aanzien van het nakijken van tentamens en werkstukken en de termijn waarbinnen dit dient te gebeuren. De procedures voor de administratieve verwerking zijn beschreven in een document. Voor de administratie wordt een jaarplanning gemaakt; deze jaarplanning is bekend bij directie, administratie en studieleiders. • De directeur van ITV Hogeschool heeft een centrale rol binnen de interne kwaliteitszorg. Zij draagt er zorg voor dat de resultaten van de tevredenheidonderzoeken worden besproken met de beroepenveldcommissie en het bestuur van ITV Hogeschool. De beroepenveldcommissie komt twee maal per jaar bijeen; het bestuur van ITV Hogeschool vergadert eens per 6-8 weken. Daarnaast is er twee maal per jaar een gezamenlijke vergadering van bestuur en curatorium. Uit de verslagen van deze vergaderingen blijkt dat het tevredenheidsonderzoek onder studenten hier inderdaad op de agenda staat. • Het functioneren van de directeur wordt door de voorzitter van het bestuur beoordeeld aan de hand van een jaarlijks te voeren functionerings- en beoordelingsgesprek. Daarnaast worden er met de directeur productieafspraken gemaakt. Kanttekeningen bij de opleidingen vertaler en tolk: • Idealiter speelt ook de opleidingscommissie een belangrijke rol in het bespreken van de resultaten van het studententevredenheidsonderzoek. De opleidingscommissie was in het studiejaar 2004-2005 niet actief. Datzelfde geldt ook voor de alumnivereniging. Het opleidingsmanagement heeft aangegeven dat er geld vrij wordt gemaakt voor het
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
45
opzetten van een alumnivereniging en het activeren van de opleidingscommissie. Een en ander is ook verwoord in het kwaliteitszorgdocument. Het panel heeft tijdens het tweede bezoek kennis genomen van een oproep aan de studenten om zitting te nemen in de opleidingscommissie. Hiermee wordt uitvoering gegeven aan de implementatie van een deel van de kwaliteitszorgsystematiek. • In 2002 heeft ITV Hogeschool een onderzoek onder alumni gehouden met als voornaamste onderwerp de vraag of zij in het vakgebied werkzaam zijn. Het is onduidelijk hoe de resultaten binnen ITV Hogeschool verwerkt zijn en of deze opgenomen zijn binnen de interne kwaliteitszorg. Conclusie • Medewerkers worden betrokken via sectievergaderingen, functioneringsgesprekken en gesprekken over het functioneren, de raad van studieleiders en het tevredenheidsonderzoek onder docenten. Studenten worden betrokken via het studententevredenheidsonderzoek en via de hernieuwde opleidingscommissie. Alumni worden niet betrokken bij de interne kwaliteitszorg, maar de alumnivereniging is in oprichting. Het beroepenveld wordt betrokken via de beroepenveldcommissie en het bestuur. Al met al beoordeelt het panel het facet ‘betrekken van medewerkers, studenten, alumni en beroepenveld’ als voldoende.
Onderwerp 6
Facet 6.1
RESULTATEN
Gerealiseerd niveau
Vertaler: voldoende Tolk: voldoende
Criteria: De gerealiseerde eindkwalificaties zijn in overeenstemming met de nagestreefde eindkwalificaties qua niveau, oriëntatie en domeinspecifieke eisen. De oordelen zijn gebaseerd op de volgende argumenten: • De opleiding bij ITV Hogeschool wordt afgesloten met deelname aan het (extern georganiseerde) SNEVT-examen. De SNEVT is een stichting van concurrerende vertaleren tolkopleidingen en vormt een onafhankelijke examencommissie. • In het gesprek hebben de SNEVT-vertegenwoordigers bevestigd dat de SNEVT onafhankelijk is en geen inzicht heeft in ITV Hogeschool. • Het SNEVT-examen heeft een civiel effect en kan gezien worden als graadmeter voor de gerealiseerde eindkwalificaties. • De opleiding geeft in het zelfevaluatierapport aan dat in vergelijking met de collegaopleidingen ITV over het algemeen beter presteert als het gaat om examenresultaten. Dit kan afgeleid worden aan de overzichten die de SNEVT na elke tentamenronde beschikbaar stelt aan de opleidingen en waarin de resultaten van de eigen opleiding worden vergeleken met het landelijke gemiddelde. Uit de bestudering van de
46
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
examenresultaten van ITV ten opzichte van het landelijke gemiddelde komt het panel tot dezelfde conclusie. • Het panel heeft de opzet van de SNEVT-examens bestudeerd en geconcludeerd dat met het behalen van het SNEVT-examen de dominante segmenten van de eindkwalificaties (1, 2 en 3) afgedekt worden. Kanttekening bij de opleidingen vertaler en tolk: • De beroepsgerichte segmenten van de eindkwalificaties (segmenten 4 en 5) komen aan de orde en worden getoetst bij de beroepsgerichte activiteiten (de module ‘beroepsoriëntatie’ en de stage). De toetsing van de beroepsgerichte activiteiten is onvoldoende bevonden (zie facet 2.8). Derhalve kan het panel het gerealiseerde niveau ten opzichte van de segmenten 4 en 5 van de eindkwalificaties niet beoordelen. Conclusie • Het panel kan het gerealiseerde niveau van de segmenten 4 en 5 van de eindkwalificaties niet beoordelen. Voor de segmenten 1, 2 en 3 (i.e. de dominante segmenten van het beroep) heeft het panel geconcludeerd dat deze daadwerkelijk gerealiseerd worden. Hiermee beoordeelt het panel het facet ‘gerealiseerd niveau’ in totaal als voldoende voor zowel de vertaler- als de tolkopleiding.
Facet 6.2
Onderwijsrendement
Vertaler: onvoldoende Tolk: onvoldoende
Criteria: Voor het onderwijsrendement zijn streefcijfers geformuleerd in vergelijking met relevante andere opleidingen. Het onderwijsrendement voldoet aan deze streefcijfers. De oordelen zijn gebaseerd op de volgende argumenten: • Met ingang van het collegejaar 2002-2003 is door ITV een computergestuurd studentenvolgsysteem in gebruik genomen. Met dit systeem is het mogelijk om de instroom- en uitstroomcijfers met elkaar te vergelijken. Het systeem biedt inzage in het aantal studenten dat de opleiding voortijdig beëindigt. Ook zijn er overzichten op te roepen over de verblijfsduur van een student bij ITV Hogeschool. Een en ander is gedemonstreerd aan het panel. • In de aanvullende informatie die ITV heeft opgestuurd na afloop van het eerste panelbezoek (zie bijlage 4) geeft ITV aan dat zij de indruk heeft dat 60-70% van de studenten die aan de studie beginnen de opleiding uiteindelijk met een diploma verlaat. Gezien de studenttevredenheid en de aantallen studenten die tussentijds de opleiding verlaten, is er geen indicatie dat het rendement lager zou liggen. Het panel onderschrijft deze indruk. • In het bijgestelde en door het bestuur in augustus 2005 geaccordeerde kwaliteitszorgdocument wordt vermeld dat ITV Hogeschool streeft naar handhaving van
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
47
het niveau van 700 ingeschreven studenten met een mogelijke groei van 5%. Daarnaast wordt er gestreefd naar maximaal 10% studiestakingen per jaar. Ten slotte streeft ITV Hogeschool naar een opleidingsrendement van 70%. Kanttekeningen bij de opleidingen vertaler en tolk: • ITV Hogeschool heeft nog geen streefdoelen vastgesteld ten aanzien van de rendementen voor in-, door- en uitstroom per opleiding en variant. De hogeschool heeft hiervoor de volgende verklaring: ITV Hogeschool is een particuliere hbo-opleiding en kent een financieringsystematiek waarbij de budgetten begrotingsgestuurd zijn en gebaseerd zijn op de inkomsten uit de collegegelden die door de studenten betaald worden. Bij ITV Hogeschool telt voor de begroting niet zozeer het aantal afgestudeerde studenten, maar het aantal ingeschreven studenten in enig jaar. Mede om deze reden had ITV Hogeschool de afgelopen jaren geen specifieke streefdoelen geformuleerd, anders dan dat gestreefd wordt naar minimaal het zelfde aantal ingeschreven studenten. • Het management van ITV Hogeschool heeft tijdens het tweede bezoek aangegeven dat het verwacht dat er aparte streefcijfers geformuleerd moeten worden voor de verschillende vertaalvarianten en de tolkopleiding. De studieleiders moeten hier de komende tijd zicht op krijgen. Een en ander zal worden gerealiseerd middels een financieringssystematiek waarbij de studieleiders de budgetten per opleiding beheren: afhankelijk van het aantal ingeschreven studenten kunnen zij docenten aanstellen om de colleges te verzorgen. Deze systematiek is reeds in werking gesteld. Tijdens het tweede bezoek is tevens duidelijk geworden dat de studieleiders voor een deel reeds met impliciete streefcijfers werken ten aanzien van de in-, door- en uitstroom van studenten en de resultaten op het landelijke SNEVT-examen. • Bij de invoering van het studentenvolgsysteem is er om praktische redenen voor gekozen om geen historische gegevens in het systeem op te nemen. De bacheloropleiding is in datzelfde collegejaar van start gegaan. De eerste vergelijking tussen instroom- en uitstroomgegevens, gezien over een vierjarige opleiding, is in 2006 te maken, wanneer de eerste bachelorstudenten van het uitstroomprofiel vertaler hun diploma in ontvangst nemen. Voor bachelorstudenten met het uitstroomprofiel tolken is dat in het najaar van 2005 mogelijk. Tot die tijd zijn er geen rendementsgegevens beschikbaar van ITV Hogeschool. Derhalve kan het panel geen oordeel geven over de rendementen. • Uit de gegevens die ITV na afloop van het eerste panelbezoek (zie bijlage 4) aan het panel beschikbaar heeft gesteld blijkt dat de meeste uitval plaats vindt in de eerste twee studiejaren. Het hoge uitvalpercentage in het tweede studiejaar wordt veroorzaakt door het feit dat bij de start van de hbo-bacheloropleiding bij Engels, Frans en Duits de studenten in het tweede studiejaar ingestroomd zijn. Om de uitval in de eerste jaren zo veel mogelijk te beperken, besteedt ITV Hogeschool bij de voorlichting extra aandacht aan de (hoge) inzet en motivatie die nodig zijn om een deeltijdopleiding te volbrengen. • Uit het gesprek met de alumni is duidelijk geworden dat het rendement bij de vertaalvariant Italiaans lager ligt dan de geprognosticeerde 60%. Het management heeft bevestigd dat Italiaans een ‘zorgenkindje’ is en dat dit vooral te maken heeft met het lager taalvaardigheidsniveau van de instromende studenten voor deze taal vergeleken met de andere talen.
48
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
Conclusie • Aangezien ITV Hogeschool (nog) geen per opleiding en variant uitgewerkte streefdoelen heeft vastgesteld en er nog geen rendementsgegevens beschikbaar zijn, beoordeelt het panel het facet ‘onderwijsrendement’ als onvoldoende voor de vertaler- en de tolkopleiding.
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
49
50
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
Deel C:
Bijlagen
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
51
52
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
Bijlage 1:
Onafhankelijkheidsverklaring panelleden
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
53
54
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
Voorzitterskwaliteiten
X
Auditorkwaliteiten
X
Kennis en/of ervaring t.a.v. relevante internationale ontwikkelingen werkveld
X
X
Panellid NQA: Woutersen
X
X
X
Relevante werkvelddeskundigheid
Onderwijskundige kennis en kennis van het hoger onderwijs
Panellid student tolken en vertalen: Le Large-Groothuijzen
Panellid, voorzitter: Popta-Kwant
Vereiste deskundigheid volgens NVAO
Panellid student tolken en vertaler: Castel
Deskundigheden panelleden
Panellid domein tolken en vertalen: De Waard
Bijlage 2:
X
X
X
X
Mevrouw Popta-Kwant: Voornamelijk ingezet vanwege haar ervaringen als voorzitter. Heeft deelgenomen aan de NQAauditortraining hoger onderwijs. Heeft vanuit een eerdere visitatie kennis van de accreditatiesystematiek. Heeft vanuit opleiding en werkervaring ruime kennis van het (hoger) onderwijs en onderwijsprocessen. Opleiding: 1986 Doctoraal Oudgermaanse taal en letteren, summa cum laude (R.U. Utrecht) 1982 Doctorale deelstudie middeleeuwse geschiedenis (R.U Leiden) 1982 Doctoraal Duitse taal en letteren (R.U. Groningen) 1980 Doctorale deelstudie onderwijskunde
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
55
Werkervaring: 2002 Lid van het college van bestuur van het Albeda College in Rotterdam Met als aandachtsgebied o.a. kwaliteitszorg en onderwijs 1997 Rector van het Aquino College, Leiden 1989 Sektorhoofd in de Consultingdivisie van Wolters Kluwer 1986 Ondernemer. Bedrijf in coaching, training, advies, marketing- en onderhandelingsstrategieën, organisatie van symposia 1980 Partner in Maatschap studiecentrum voor beroepsopleidingen en taalvaardigheden Overige werkzaamheden: 1977 – 1999 In diverse bestuurlijke gremia van organisaties op het gebied van ontwikkelingssamenwerking 2002 – heden Lid van de kenniskring HRM van Berenschot 1982 – heden Lidmaatschap van diverse wetenschappelijke verenigingen op het gebied van Oudgermanistiek en mediëvistiek
Mevrouw De Waard Voornamelijk ingezet vanwege haar ervaring als tolk-vertaler. Heeft deelgenomen aan de NQAauditortraining hoger onderwijs. Heeft vanuit een eerdere visitatie kennis van de accreditatiesystematiek. Heeft vanuit opleiding en werkervaring kennis van het (hoger) onderwijs en onderwijsprocessen. Opleiding: 1964 – 1970 1970 – 1978
Gymnasium A Studie Slavische Talen aan de Rijksuniversiteit Groningen, doctoraaldiploma behaald in 1978 mei 1979 – januari 1980 Studiebeurs voor stage aan de Moskouse Staatuniversiteit 1981 Toegelaten als lid tot het NGV (nu NGTV) augustus 1981 beëdigd als vertaler Russisch mei 1983 beëdigd als vertaler Engels augustus 1984 beëdigd als vertaler Servo-Kroatisch 1991 aangesloten bij het Tolkencentrum Nederland als tolk/vertaler Russisch en Engels Werkervaring: 1981 – heden Werkzaam als freelance vertaler en tolk, o.a. op de volgende vakgebieden: computertechniek, vleesverwerking, pijpleidingen, juridisch, zakelijk/financieel, sociale hulpverlening, psychiatrie, bedrijfsorganisatie, economie, bestuurskunde, bedrijfskunde, natuurkunde, biologie, landbouwtechnieken 1981 – 1991 Werkzaam als docent Russisch bij de Volksuniversiteit: volksuniversiteit Groningen (1981 – 1986) volksuniversiteit Hengelo (1986 – 1988) volksuniversiteit Enschede (1988 – 1991)
Mevrouw Castel: Ingezet als studentlid. Heeft deelgenomen aan de NQA-auditortraining hoger onderwijs. Heeft vanuit een eerdere visitatie kennis van de accreditatiesystematiek.
56
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
Opleiding: 2002 – 2004 2001 2000 1998 – 1999 1997 – 2000 1996 – 1997 1990 – 1996
Universiteit Utrecht: Duitse taal- en cultuur. Specialisatie: Vertalen (Engels en Duits, cum laude) University of Exeter (UK): MA in Contemporary European Culture University of Exeter (UK): BA in English and German Studiejaar doorgebracht aan de Universität Wien te Oostenrijk University of Exeter, England: “BA – English and German” Reguliere studie, instap in tweede leerjaar University of Exeter, England: Testamur in English Language Studies with German” Toekenning “Dean’s Commendation in recognition of the special quality of work” College “Het Hoge Land” te Leiden, Gymnasium diploma
Werkervaring: 2002 – 2004 Verscheidene student-assistentschappen aan de Universiteit Utrecht (o.a. geven van werkcolleges; vertalen van studiemateriaal, samenstellen van lesmateriaal) 2002 – 2004 Diverse vertaalopdrachten: Robert Vaughan, Stormruiters. Kampen: Kok, 2002 [Oorspronkelijke titel: Touch the Face of God] Austin, Lynn, Manasse: de God van mijn vader. Kampen: Voorhoeve, 2004 [Oorspronkelijke titel: My Father’s God] Austin, Lynn, Manasse: de God van mijn volk. Kampen: Voorhoeve, 2004 [Oorspronkelijke titel: Among the Gods] Hönig, ‘Vertalen tussen reflex en reflectie. Een model voor vertaalrelevante tekstanalyse’, in Denken over Vertalen. Ton Naaijkens, Cees Koster, Henri Bloemen en Caroline Meijer (red. en samenst.). Vantilt: Nijmegen, 2004 2000 Werkzaam als hostess op de EXPO-2000 in Hannover, Duitsland (o.a. verwelkomen van bezoekers in het Nederlands, Engels en Duits; geven van informatie over het Nederlandse paviljoen; begeleiden van invaliden)
Mevrouw Le Large-Groothuijzen Ingezet als studentlid. Is INK-auditor. Heeft deelgenomen aan de NQA-auditortraining hoger onderwijs. Heeft vanuit een eerdere visitatie kennis van de accreditatiesystematiek. Opleiding: 1977 Schoevers’ directiesecretaresseopleiding 1983 Managementassistent ISW 1986 PR en Voorlichting, NGPR-A, Instituut Van Hilst 1996 Facilitaire Dienstverlening, ALBEDA 1999 NIMA Public Relations A 2001 hbo-opleiding Communicatie (deeltijd) Werkervaring: 1978-1980 1980-1983 1983-1985 1985-1987 1990-2000 2000-2003
secretaresse financieel directeur bij Expeditiebedrijf AVANDERO BV marketingassistente bij Productiebedrijf QUAKER OATS BV directiesecretaresse bij Hollandia Kloos International BV directiesecretaresse bij Europe Container Terminus BV free lancer interim-opdrachten
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
57
Mevrouw Woutersen: Ingezet als NQA-auditor. Heeft ruime ervaring met visiteren: panellid/secretaris bij de Nederlands Vlaamse Accreditatie Organisatie (NVAO), de Netherlands Quality Agency (NQA) en de Dutch Validation Council (DVC) Bezit auditorkwaliteiten vanwege haar visitatie-ervaring. Opleiding: 1997 – 2005 1992 – 1997 1988 – 1992 1987 – 1988 1986 – 1987 1980 – 1986
Cursussen in het kader van adviseurschap o.a.: Competentiegericht opleiden, Total Qualitity Management, SPSS Cursussen in het kader van onderwijs voor promovendi o.a.: Middenmanagement, Schrijven over wetenschap, Converseren, presenteren en publiceren in het Engels Doctoralen Algemene Taalwetenschap en Toegepaste Taalwetenschap aan de Radboud Universiteit Nijmegen Propedeuse Nederlandse Taal- en Letterkunde aan de Radboud Universiteit Nijmegen Propedeuse Toegepaste Huishoudwetenschappen aan de Hogeschool IJsselland te Deventer Gymnasium B aan het Christelijk Lyceum te Apeldoorn
Werkervaring: 1999 – heden Adviseur bij het IOWO, Adviseurs voor onderwijs, beleid en management Karakteristieke projecten: Accreditatie, Kwaliteitszorg en onderwijsevaluatie. 1998 – 1999 Beleidsmedewerker bij de Dienst Studentenzaken van de Radboud Universiteit Nijmegen 1997 – 1998 Docent bij de vakgroep Toegepaste Taalwetenschap en Methodologie van de Radboud Universiteit Nijmegen. Aandachtsgebied: Tweetaligheid. 1992 – 1997 Promovenda op het gebied van de organisatie van het tweetalig lexicon binnen de onderzoeksschool Center for Language Studies van de Radboud Universiteit Nijmegen Onderwijservaring: Cursus Taalgedragsonderzoek aan doctoraalstudenten Letteren (1995-1996) Cursus Eerste Taalverwerving aan doctoraalstudenten Toegepaste Taalwetenschap (1993)
58
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
Bijlage 3:
Bezoekprogramma’s
Programma eerste bezoek ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen Archimedeslaan 16, 3584 BA Utrecht
Bezoekdag 1: Woensdag 6 april 2005 Tijdstip
Programmaonderdeel
Deelnemers
12.30 – 13.30 uur
Ontvangst en lunch (ontvangst receptie FEO/begane grond)
13.30 – 17.00 uur
Voorbereidend overleg door het panel. Bestudering materiaal ter inzage
17.00 – 18.00 uur
Gesprek met opleidingsmanagement
18.00 – 18.15 uur
Nabespreking door het panel
19.30 –
Diner / hotel
Mevrouw drs. Sjokean Oosterbaan (directeur) De heer Willem Jan Gasille (beleidsmedewerker) De heer drs. Dirk van der Veen (bestuurslid)
Voor eigen verantwoordelijkheid panel
Bezoekdag 2: Donderdag 7 april 2005 Tijdstip
Programmaonderdeel
Deelnemers
8.45 – 09.30 uur
Rondleiding
Mevrouw drs. Sjokean Oosterbaan De heer Willem Jan Gasille
9.30 – 10.30 uur
Gesprek met studenten
Patricia van Marle (vertaler Duits, m3) Marc Altena (vertaler Spaans, m2) Marianne van Geesink (vertaler Frans m1) Gin Lippelt (vertaler Russisch, w3) Marina Pressato (tolk Italiaans, jr 4) Wouter Vroom (vertaler Engels, w2) (w=wekelijks; m=maandelijks)
10.30 – 10.45 uur
Nabespreking door het panel
10.45 – 11.45 uur
Gesprek met docenten
11.45 – 12.00 uur
Nabespreking door het panel
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
Rolf Bos (studieleider/docent Duits) Joke Mayer (studieleider/docente Spaans) Geraldine Génier (docente Frans) Marina Snoek (docente Russisch) Luisa Prando (docente Italiaans) Sue Muhr-Walker (docente Engels) Suzanne v Gaelen (docente Engels tolk)
59
Tijdstip 12.00 – 12.45 uur
Programmaonderdeel Gesprek met afgestudeerden
12.45 – 13.45 uur
Lunchpauze Nabespreking en tussentijdse oordeelsvorming door het panel
13.45 – 14.30 uur
Gesprek met vertegenwoordigers werkveld
Deelnemers Malte Wendt (Duits) Mireille Boot (Spaans) Ilona Ozinga (Frans) Olena Miltenburg-Gots (Russisch) Hilda Schraa (Italiaans) Ysolde Bentveltsen (Engels)
Beroepenveld Ilse van der Meijdenberg (directeur vertaalbureau) Geert van der Meer (TPG Post – senior vertaler en financieel manager intern vertaalbureau) SNEVT Gerard Willems (overkoepelend voorzitter examencommissies) Karel Bakkes (voorzitter examensubcommissie Engels)
14.30 – 14.45 uur
Nabespreking door het panel
14.45 – 15.45 uur
Tweede gesprek met het opleidingsmanagement
15.45 – 17.15 uur
Voorlopige oordeelsvorming door het panel
17.15 – 17.30/ 17.45 uur
Telefonisch interview met studieleider Stages
17.30 – 18.00 uur
Nabespreking door het panel/ Voorlopige oordeelsvorming door het panel
60
Sjokean Oosterbaan Willem Jan Gasille Dirk van der Veen
Sharon Kersten (studieleider) (06-52301334)
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
Programma tweede bezoek ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
Donderdag 25 augustus 2005 Tijdstip 10.00 – 12.00 uur
Activiteit Bestudering schriftelijk materiaal door het panel (en lichte lunch)
12.00 – 13.00 uur
Vraaggesprek
13.00 – 14.00 uur
Vraaggesprek
14.00 – 15.00 uur
Aanwezig - Delegatie panel * - (Opleidingsmanagement is beschikbaar voor eventuele vragen en mobiel oproepbaar via tel 06 50653415) - Delegatie panel - Opleidingsmanagement en bestuur: mevrouw drs S.A. Oosterbaan, de heer W.J. Gasille en de heer drs. D. van der Veen - Delegatie panel - Studieleiders per taal en voor de tolken (verantwoordelijk voor het beleid van de sectie): mevrouw A. Vincenot (sectie Frans), de heer drs. T.A.H. de Wit (sectie Engels), mevrouw S. van Gaelen (sectie Tolken) - Delegatie panel
Nabespreking en voorlopige oordeelsvorming door het panel *Delegatie panel: drs J.E. van Popta-Kwant en dr. M. Woutersen
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
61
62
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
Bijlage 4:
Kengetallen
Rendementscijfers ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
2004-2005 2003-2004 2002-2003 2001-2002 2000-2001 1999-2000
Instroom, uitstroom, ingeschreven, personeel Totaal aantal ingeschreven studenten
723
715
633
552
609
Totaal aantal docenten Omvang docerend personeel in fte Student/fte ratio (= bij ITV student/docent ratio)
66
63
59
52
11
11
11
11
Instroom propedeuse Instroom hogere jaren Totaal aantal instromende studenten
601 151
641 169
1061 123
99
164
211
233
229
57
96
63
59
72
54
85
Percentage uitval na jaar 1
43%
22%
40%
Percentage uitval na jaar 2
57%3
72%3
33%
Percentage uitval na jaar 3
-
28%
24%
Percentage uitval na jaar 4
-
-
4%
550
niet van toepassing - freelance docenten
Totaal aantal geslaagden Studiestakers Aantal studiestakers
Gegevens van de laatste drie collegejaren zijn ontleend aan het Studentenvolgsysteem dat met ingang van collegejaar 2002-2003 in gebruik is genomen. Gegevens uit de jaren daarvoor komen uit de boekhouding, van presentielijsten en diplomalijsten. Door een computercrash in 2000 zijn oudere gegevens niet te achterhalen. 1
De bacheloropleiding is in collegejaar 2002-2003 van start gegaan. In dat collegejaar was het nog mogelijk te kiezen voor bachelor of kort-hbo; in dat jaar was er dus sprake van een dubbel jaar 1. 2
Nog niet alle opzeggingen zijn vermeld; de meeste studenten zeggen overigens pas aan het einde van het collegejaar op. De gegevens voor studiejaar 2004-2005 zijn derhalve nog onvolledig. 3
Met de start van de bacheloropleiding zijn voor Engels, Frans en Duits gezien de instroom in jaar 2, het tweede jaar min of meer als propedeuse aan te merken. Dit verklaart het relatief hoge uitvalpercentage in het tweede jaar.
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
63
64
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
Bijlage 5a: Overzichtslijst van door ITV ter inzage gelegd materiaal tijdens het eerste bezoek ALGEMEEN Map 1 Overzicht verbeterpunten beleidsdocumenten Alumnibeleid Archiefoverzicht ATC Nieuwsbrief bachelor Assessment, informatie Beroepenveld, reglement en verslagen Didactiek docenten ITV, cursus Dublin-descriptoren, schema Examenprocedures en –instructies Examentraining, notitie Freelance overeenkomst docenten studieleiders Informatiekanalen ITV toekomstige studenten Jaarplanner adminstratie Jaarverslag 2002/2003 rapport commissie Jurgens Kengetallen ITV (instroom/uitstroom) Leonardo-project, informatie Lustrum ITV, informatie Nieuwsbrieven OER Opleidingscommissie Overstap ITV naar Lerarenopleiding vv Prospectus 2004/2005 SNEVT-examens Studenten, diverse informatie Studenttevredenheidsonderzoek Studentenvolgsysteem (enkele schermafdrukken), presentielijsten, studieresultatenlijsten Map 2 Curriculum Vitae van Bestuursleden, docenten en overigen Map 3 Informatieformulieren van overigen, oud-studenten, studenten en alle docenten Algemeen Map 4 Informatie medewerkers ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen Deze map bevat het materiaal dat het panel tijdens de visitatie ter inzage om gevraagd is. De beoogde eindkwalificaties, de beroepsprofielen tolk en vertaler, en een overzicht van het programma inclusief studiepunten vindt u in het Algemene deel van de studiegidsen.
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
65
ITALIAANS Map 1 Plaatsingstesten Tentamens Grammatica Tentamens Maatschappijkennis Tentamens vertalen Nl-I
Tentamens vertalen I-NL
Zomeropdrachten Terminologie opdrachten Schriftelijke taalvaardigheid Boekenlijst Map 2 Grammatica Oefeningen en Theorie Vertalingen I-Nl docent: W. Ploeg Vertalingen NL-I Docent F. Prota Vertalingen I-NL Docent: P. Quite Grammatica oefeningen en theorie Vertalingen I-NL Docent: W. Ploeg Vertalingen Nl-I Docent: V. Cantalamessa Vertalingen Nl-I Docent: F. Prota Vertalingen I-NL Docent: P. Quite Vertalingen I-NL Docent: W. Ploeg Vertalingen I-NL Docent: J. Belles Vertalingen Nl-I Docent: L. Prando Vertalingen Nl-I Docent: W. Ploeg Vertalingen I-NL Docent: J. Belles Vertalingen NL-I Docent: L. Prando Diverse SNEVT-examens
66
jaar 1, 2 en 3 jaar 1 jaar 2 jaar 1, 2, 3 en 4 jaar 1 jaar 2 jaar 3 jaar 4 jaar 1 jaar 2 jaar 3 jaar 1 en 2 jaar 4
jaar 1 jaar 1 jaar 1 jaar 1 jaar 2 jaar 2 jaar 2 jaar 2 jaar 2 jaar 3 jaar 3 jaar 3 jaar 4 jaar 4 jaar 4
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
RUSSISCH Map 1 Diverse toelatingstesten Opdrachten voor Schrijfvaardigheid Russen Opdrachten voor Schrijfvaardigheid Nederlanders Vertaalteksten N-R Vertaalteksten N-R Vertaalteksten R-N Vertaalteksten N-R Vertaalteksten R-N Vertaalteksten N-R Tentamens maatschappijkennis Tentamens maatschappijkennis Tentamen Grammatica Tentamens Grammatica N-R, R-N Tentamen Taalbeheersing Tentamen Taalbeheersing Tentamen Taalbeheersing Vertalen N-R Vertalen R-N Vertalen R-N Vertalen R-N Map 2 Vakgericht Vertalen (uitwerkingen/correcties) Handleiding Literair Vertalen Vakgericht Vertalen Stageverslag Verslag sectievergadering Boekenlijst
jaar 1, 2 en 3 jaar 4 jaar 4 jaar 1 jaar 2 jaar 3 jaar 3 jaar 4 jaar 4 jaar 3 jaar 4 jaar 1 jaar 2 jaar 1 jaar 1 jaar 2 jaar 1 jaar 1 jaar 2 jaar 3
Olga Rycktova Helga Salemon 01-02-2003, 20-04-2004
DUITS Map 1 Pakket 2 Pakket 3 Pakket 2 Pakket 3 Minoren Duits Plaatsingstesten Tentamen Vertalen D-Nl, Nl-D Tentamen Grammatica Tentamen Maatschappijkennis Tentamen Vertaling Nl-D, D-Nl Tentamen Maatschappijkennis SNEVT Nl-D SNEVT Nl-D Boekenlijst NB NB
jaar 2 jaar 2 jaar 3 jaar 3 jaar 1, 2 en 3 jaar 2 jaar 2 jaar 2 jaar 3 jaar 3
studiejaar 2004/2005 geen jaar 1 BA Duits slechts enkele uitwerkingen tentamens beschikbaar (rest reeds in bezit van studenten)
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
67
SPAANS Map 1 Beoordelingen Vertalingen Plaatsingstesten Tentamen Grammatica Diverse tentamens Diverse tentamens Diverse tentamens Minoren Eindopdracht Vertaalkunde Zomeropdrachten Boekenlijst
jaar 1 en 2 basiscursus jaar 1 jaar 2 jaar 3 jaar 3 jaar 3
TAALOVERSTIJGEND Map 1 Richtlijnen voor TO-docent Rooster TO Algemene Taalwetenschappen en uitwerkingen Beroepsoriëntatie en uitwerkingen ict 2 en uitwerkingen Collegemateriaal en opdrachten Collegemateriaal en opdrachten Collegemateriaal en opdrachten Boekenlijst
jaar 1, 2 en 3 jaar 1 jaar 1 jaar 2 jaar 1 jaar 2 jaar 3
NEDERLANDS VOOR VERGEVORDERDE ANDERSTALIGEN (NVVA) Map 1 Minor Zakelijk Schrijven Nederlands Minor Nederlands: Spreken voor anderstaligen Enkele toetsen NVVA en uitwerkingen Selectie pakketten NVVA Boekenlijst
jaar 3 en 4 jaar 3 en 4
TOLKEN Map 1 Materiaal opleiding Tolken Algemene Tolktechnieken Reader Tekstbegrip La Prise de Notes en Interprétation Consécutive Syllabus Minor Rechtspraak en Terminologie Informatie docenten Tolken Tentamens Tolken januari 2005 Informatie minoren Boekenlijst
68
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
ENGELS Map 1 Selectie pakketten Selectie pakketten Selectie pakketten Plaatsingstesten Tentamens en verslagen Jaarplanners Verslag sectievergadering Begeleiding studenten in het buitenland Plaatsingstesten Vertaalcursus Engels-Nederlands Minoren Engels Boekenlijst
jaar 1 jaar 2 jaar 3 jaar 1, 2 en 3 diversen diversen
jaar 1, 2 en 3
FRANS Map 1 Docenten Vademecum docenten Nieuwsbulletins docenten 2004-05 Agenda en notulen sectievergaderingen sept 2004 en maart 2005 Workshop 26-27 nov (Tentamenopgaves + Beoordeling/Normering) Blinde studenten Map 2 Algemeen Inleiding tot de studie vertaler Studiegids bachelor Literatuurlijst bachelor Plaatsingstesten
- hoe zich voor te bereiden voor PT BV1/BV2 - PT BV1 en 2 met uitwerking (versie voor Nederlandse en nietNederlandse kandidaten) - PT BV3 met uitwerking - voorbeelden toegelaten/afgewezen kandidaten met beoordelingsformulier
Map 3 Studiemateriaal Documenten en artikelen (naslagwerk)
Sitewijzer nr.1 (algemeen) – voor alle jaren Tweetalige grammaticale terminologie – voor alle jaren Mini-Grammatica van het Nederlands – BV1 en BV2 Sleutel oefeningen Grammaire Plus – BV2 en BV3 Leren van Lezen – BV3 Gebruik van het woordenboek – BV3 Brieven schrijven… Vreselijk! – BV3 Cursus Samenvatten - BV3 Studiepakketten 1, 4 en 6 BV1m met studielast Studiepakketten 1, 4 en 6 BV2m met studielast Studiepakketten 1, 4 en 6 BV3m met studielast Regeling begeleiding Studenten in het Buitenland
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
69
Tentamenopgaven en uitwerkingen Boeken Map 4 Specifieke opdrachten MK Vertaalkunde Terminologie OVV Zomeropdrachten BO
Minors BV3 evaluatie)
Tentamen- en examentraining
Richtlijnen schriftelijke presentaties BV1-BV2-BV3 Absolverende toetsen BV3 (TO, maar aangevulde vragenlijst bij Langeveld + 2 taalspecifieke oefeningen = één als voorbeeld opnemen) (TO, maar Toelichting werkwijze BV3- Eindopdracht hbo3 als voorbeeld voor BV4 opnemen) Regeling BV3 BV1 en BV2 2003-04 + herziene regeling voor 2004-05 Richtlijnen Praktijksimulatie BV3 2005 + materiaal 2005 + beoordeling hbo3 2003-04 als voorbeeld Regeling Vervangende opdracht SIB hbo3 + 2 in 2003-04 beoordeelde opdrachten als voorbeeld voor BV4 opnemen Spreekvaardigheid (open voor BV2 // programma + Culturele Verschillen (programma + evaluatie) Rechtspraak in Franstalige landen (programma + evaluatie) Inleiding tot juridisch vertalen (programma) Zakelijk schrijven in het Frans (programma + syllabus) Regeling 2004-2005
WERK VAN STUDENTEN Beoordeling / Normering (toegespitst op Vertalingen en Samenvattingen) bachelor 1 = vertalingen NF bachelor 1 = vertalingen FN bachelor 2 = vertalingen NF bachelor 2 = vertalingen FN bachelor 2 = Stijloefeningen Nl bachelor 2 = Schriftelijke Taalvaardigheid F (beargumenteerde protestbrief) bachelor 2 = Zomeropdrachten (Lange vertaling FN, NF, boekrecensies F) bachelor 3 = Vertaalkunde bachelor 3 = vertalingen NF bachelor 3 = vertalingen FN bachelor 3 = Schriftelijke Taalvaardigheid (Samenvatting Franse tekst in het Nl) Beroepsoriëntatie = Praktijksimulatie 2003-04 / Vervangende opdracht SIB 2003-04 Stage: overeenkomst, stageverslag, beoordeling Marie Hendrikse
70
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
Bijlage 5b: Overzichtslijst van door ITV ter inzage gelegd materiaal tijdens het tweede bezoek
1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14. 15. 16. 17. 18. 19. 20. 21. 22. 23. 24. 25. 26. 27. 28. 29. 30. 31. 32. 33. 34. 35. 36. 37. 38. 39. 40. 41. 42.
Notitie Kwaliteitszorg ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen Onderwijs- en examenregeling ITV Hogeschool (OER) Uitdraai servicepagina ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen (www.itv-hogeschool.nl) Nieuwsbrief ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen, periode 2003-2005 ITV-inschrijfformulier met Algemene Voorwaarden Dossier student SNEVT – Regeling Bezwaar en Beroep Verslagen van diverse sectievergaderingen Informatie freelance docenten Richtlijnen voor de docent Taaloverstijgend Uitdraai uit algemeen gedeelte van de studiegids Informatie studenten in het buitenland Informatie voorlichtingsavond Informatie over studenttevredenheidsonderzoek Agenda en Verslagen vergaderingen van de Raad van Studieleiders Informatie Functionerings- en Beoordelingsgesprekken Informatie/toelichting bij Freelance Overeenkomst Studieleiders Informatie/toelichting bij Freelance Overeenkomst Docenten Vergaderingen Bestuur en Bestuur en Curatorium Jaarplanning administratie 2004 Reglement Opleidingscommissie Oprichting Alumnivereniging Diverse artikelen Diverse gespreksverslagen SIGV Uitdraai website erkende opleidingen van het Kwaliteitsregister Tolken en Vertalen Presentatie evaluatie Vertalingen en Vertaalonderwijs NEN-verslagen Flyer ITV Hogeschool Concept Jaarverslag 2004-2005 Informatie Bachelor Assessment Regeling Vrijstellingen Opening Collegejaar 2005/2006 Docentenvergadering Stagegids Regeling diskettes afdrukken Samenwerking Universiteit Leiden, Faculteit der Letteren, Opleiding Slavische talen en culturen & Ruslandkunde Werkboek correctiemodellen SNEVT Voorbeeld Propedeuse Certificaat Voorbeeld Bachelordiploma Voorbeeld Minor Certificaat Studieresultatenoverzicht Programma site visit 25 augustus 2005 en cv’s gespreksleden
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
71
72
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
Bijlage 6:
Overzichtslijst van door de opleiding nagezonden materiaal
Notulen Raad van Studieleiders 2003-2005 Notulen Bestuursvergaderingen 2003-2005 Notulen Vergaderingen Bestuur en Curatorium 2003-2004 Notulen Werkgroep bacheloropleiding Onderzoek onder alumni 2002 Rapporten Commissie Jurgens Rendementsgegevens Overzicht personeelsopbouw ITV-resultaten vs landelijke SNEVT-resultaten per SNEVT-onderdeel Resultaten tevredenheidsonderzoeken onder studenten en docenten uit 2005 Resultaten alumni-onderzoek Kwaliteitszorg ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen Onderwijs- en examenregeling ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
73
74
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
Bijlage 7:
Eindkwalificaties
Eindkwalificaties beginnend vertaler 1.
Algemene ontwikkeling
1.1.
De vertaler heeft een brede algemene ontwikkeling. Het niveau daarvan ligt hoger dan van een gemiddelde afgestudeerde hbo’er. De vertaler krijgt immers met veel verschillende onderwerpen te maken; ook de gebruikers van de vertalingen zijn divers van aard. Daarom is het van belang dat de vertaler zowel de inhoud als het doel van een te vertalen tekst in de juiste context weet te plaatsen. De vertaler heeft een gedegen kennis van de maatschappij van de bron- en de doeltaal, is goed op de hoogte van de cultuurverschillen tussen de taalgebieden, is zich bewust van de communicatieproblemen die deze verschillen met zich meebrengen en is in staat deze te overbruggen.
1.2.
2.
Taalvaardigheden
1.2.
De vertaler beschikt over een uitstekende kennis van bron- en doeltaal in woord en geschrift. Het taalgebruik van de vertaler voldoet aan de lexicale en grammaticale conventies van de doeltaal. De vertaler begrijpt de grammaticale structuren van de bron- en doeltaal. De vertaler kan de brontekst analyseren op inhoud, stijl en register. De vertaler beschikt over een voldoende groot arsenaal aan woorden en uitdrukkingen om de boodschap getrouw over te brengen. Hij heeft aandacht voor culturele verschillen en uitdrukkingsmogelijkheden. De vertaler begrijpt sprekers in bron- en doeltaal over niet sterk gespecialiseerde onderwerpen en is in staat zich correct uit te drukken in beide talen. De vertaler is in staat op basis van kernpunten of van één of meerdere teksten een document in de doeltaal op te stellen, rekening houdend met culturele verschillen in uitdrukkingsmogelijkheden en omgangsvormen.
2.2. 2.3. 2.4. 2.5.
2.6. 2.7.
3.
Vertaalvaardigheden
3.1. 3.2.
De vertaler brengt teksten uit de brontaal getrouw over naar de doeltaal. De vertaler geeft de betekenisinhoud uit de brontaal juist en volledig weer in de doeltaal. De vertaling is in genre, stijl en register een zo optimaal mogelijke weergave van de brontekst. De vertaler is in staat een brontekst als geheel te beschouwen, en niet als losstaande zinnen of alinea's, zodat de vertaling een consistent geheel vormt. De vertaler maakt een vertaling die zich laat lezen als een oorspronkelijk in de doeltaal geschreven tekst.
3.3. 3.4.
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
75
3.5.
3.6. 3.7. 3.8.
De vertaler houdt rekening met doel en gebruikers van de vertaling. De woordkeuze is genuanceerd en aangepast aan het onderwerp en de beoogde gebruiker(s) van de vertaling. De vertaler geeft in de brontekst gebruikte vakterminologie of jargon in adequate bewoordingen in de doeltaal weer. De vertaler is in staat creatieve oplossingen voor vertaalproblemen te bedenken. De vertaler kan verantwoording afleggen over de (lexicale, grammaticale) keuzes die hij heeft gemaakt in zijn vertaling.
4.
Vaktechnische en zakelijke vaardigheden
4.1.
De vertaler is op de hoogte van ontwikkelingen in zijn vakgebied. Dit betreft niet alleen de inhoudelijke kennis van onderwerpen, maar ook taalontwikkelingen. De vertaler beschikt over een (algemene en vakgerichte) bibliotheek, al dan niet in elektronische vorm, en weet waar hij eventueel voor de opdracht specifieke kennis vandaan kan halen. De vertaler is in staat om te gaan met moderne productie- en communicatiemiddelen en de ontwikkelingen op dat gebied bij te houden. De vertaler beheerst specifieke talige en interculturele vakinhouden en coachingsvaardigheden, zodat hij naast het beroep van vertaler ook kan functioneren als taaltrainer en taalcoach in een buitenschoolse setting. De vertaler onderhoudt professionele zakelijke contacten met opdrachtgevers, collega's en anderen. Hij weet waar hij zijn eventueel ontbrekende kennis vandaan kan halen en is bereid de opdrachtgever hiervoor te benaderen. Hij maakt duidelijke afspraken en onderhoudt een open relatie met zijn opdrachtgever, gebaseerd op gelijkwaardigheid. De vertaler is bekend met de zakelijke en rechtspositionele kanten van het beroep. Hij is in staat een goede inschatting te maken van de benodigde tijd en kosten verbonden aan een opdracht. De vertaler kan voor zichzelf bepalen welke arbeidsrelatie (eenmanszaak, arbeidsovereenkomst, freelancerovereenkomst) voor hemzelf het meest geschikt is.
4.2.
4.3. 4.4.
4.5.
4.6.
5.
Beroepsethiek
5.1.
De vertaler kan beoordelen of een vertaalopdracht binnen zijn competenties en kennisgebieden valt. Hij profileert zich alleen als specialist wanneer hij over de nodige aanvullende kennis beschikt. De vertaler kan flexibel omgaan met verschillende situaties, deadlines en onderwerpen. Hij maakt duidelijke afspraken met zijn opdrachtgevers en signaleert tijdig problemen in de uitvoering. Hij staat open voor oplossingsrichtingen. De vertaler kent en houdt zich aan de gedragscodes voor vertalers en tolken. Hij stelt zich integer op en gaat vertrouwelijk om met informatie die hem door zijn werkzaamheden bereikt.
5.2.
5.3.
76
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
Eindkwalificaties beginnend tolk 1.
Algemene ontwikkeling
1.1.
De beginnende tolk heeft een brede algemene ontwikkeling. Het niveau daarvan ligt hoger dan dat van een gemiddelde afgestudeerde hbo-student. De tolk krijgt immers met veel verschillende onderwerpen te maken; ook de afnemers van de tolkdiensten zijn divers van aard. Daarom is het van belang dat de tolk zowel de inhoud als het doel van een te vertolken tekst in de juiste context weet te plaatsen. De tolk heeft een gedegen kennis van de maatschappij van de bron- en de doeltaal, is goed op de hoogte van de cultuurverschillen tussen de taalgebieden, is zich bewust van de communicatieproblemen die deze verschillen met zich meebrengen en is in staat deze te overbruggen. De tolk kan een breed scala aan onderwerpen vertolken. Tevens beschikt hij over een abstraherend vermogen waarmee hij zich snel een voorstelling van meer specifieke situaties of onderwerpen kan maken.
1.2.
1.3.
2.
Taalvaardigheden
2.1.
2.6.
De tolk beschikt over een uitstekende kennis van bron- en doeltaal in woord en geschrift. Het taalgebruik van de tolk voldoet aan de lexicale en grammaticale conventies van de bron- en doeltaal. De tolk begrijpt de grammaticale structuren van de bron- en de doeltaal. De tolk beschikt over een voldoende groot arsenaal aan woorden en uitdrukkingen om de boodschap begrijpelijk, helder en getrouw over te brengen. De woordkeuze is genuanceerd en aangepast aan het onderwerp en de beoogde afnemer(s) van de vertolking. De tolk is in staat het gehoorde te analyseren op inhoud, stijl en register. In de vertolking wordt de betekenisinhoud juist, volledig en helder weergegeven, dat wil zeggen de vertolking is niet alleen grammaticaal en lexicaal foutloos of nagenoeg foutloos en intern consistent, maar is tevens wat stilistische keuzes betreft optimaal toegesneden op de beoogde ontvanger(s) van de vertolking. De tolk maakt zich de vereiste terminologie eigen voor hij aan de tolkopdracht begint.
3.
Tolkvaardigheden
3.1.
De tolk is in staat mondelinge informatie te verwerken, te onthouden (eventueel met behulp van notities) en vervolgens zo getrouw mogelijk en zonder vertraging weer te geven in de doeltaal. De tolk beschikt over een uitstekende luistervaardigheid en een uitstekend concentratievermogen. De tolk heeft een goed getraind korte-termijn-geheugen en een goed gevuld langetermijn-geheugen. De tolk is in staat snel beslissingen te nemen.
2.2. 2.3. 2.4.
2.5.
3.2. 3.3. 3.4.
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
77
3.5.
3.6.
3.7. 3.8.
3.9.
De tolk presenteert de vertolking zodanig dat ze voor alle toehoorders verstaanbaar en begrijpelijk is en niet leidt tot irritatie (goed van stemvolume, intonatie, articulatie, accent en tempo). De tolk neemt de juiste tolkhouding in (eerste persoon, rolvast) en is in staat creatieve oplossingen voor vertaalproblemen te bedenken (zelfredzaamheid). De tolk beschikt over uitstekende communicatieve vaardigheden en heeft overtuigingskracht. Het optreden van de tolk is professioneel en correct en wordt niet als hinderlijk of storend ervaren. De tolk is zich bewust van het feit dat hij een bemiddelende functie heeft, maar dat hij ook nadrukkelijk aanwezig dient te zijn indien dat voor een goed begrip van de vertolking noodzakelijk is. Hij richt zich in bepaalde tolksituaties op persoonlijke wijze tot de gesprekspartners en neemt, indien nodig, initiatief. De tolk is stressbestendig. De tolk is op de hoogte van notatietechnieken: hij is in staat de informatie te selecteren die genoteerd dient te worden, hij is bekend met de wijze van noteren alsook de wijze waarop de aantekeningen tijdens de fase van het herformuleren gebruikt worden. De tolk beschikt over diverse 'technische' vaardigheden om een opdracht goed uit te kunnen voeren. Hij is bekend met de verschillende typen tolktechnieken en –situaties (gesprekstolken, gerechtstolken, consecutief tolken, simultaan tolken, fluistertolken). Hij is op de hoogte van de (audiovisuele) hulpmiddelen die hem daarbij ter beschikking staan en kan deze gebruiken.
4.
Vaktechnische en zakelijke vaardigheden
4.1.
De tolk is goed ingevoerd in zijn vakgebied en is bereid zich, indien nodig, verder te bekwamen. De tolk houdt vakbladen bij, bezoekt symposia, volgt workshops en werkt binnen een sociaal stelsel (netwerk, beroepsvereniging) dat zijn vakkennis ten goede komt. De tolk beschikt over een (algemene en vakgerichte) bibliotheek, al dan niet in elektronische vorm. De tolk is in staat om te gaan met moderne productie- en communicatiemiddelen en is bereid en in staat de ontwikkelingen op dat gebied bij te houden. De tolk is in staat een goede inschatting te maken van de benodigde tijd voor en kosten verbonden aan een opdracht. De tolk beheerst specifieke talige en interculturele vakinhouden en coachingsvaardigheden, zodat hij naast het beroep van tolk ook kan functioneren als taaltrainer en taalcoach in een buitenschoolse setting. De tolk onderhoudt professionele zakelijke contacten met opdrachtgevers, collega's en anderen. Hij weet waar hij zijn eventueel ontbrekende kennis vandaan kan halen en is bereid de opdrachtgever hiervoor te benaderen. Hij maakt duidelijke afspraken en onderhoudt een open relatie met zijn opdrachtgever, gebaseerd op gelijkwaardigheid. De tolk is bekend met de zakelijke en rechtspositionele kanten van het beroep. De tolk is op de hoogte van de fiscale en bedrijfseconomische eisen die gesteld worden
4.2.
4.3. 4.4.
4.5.
4.6.
78
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
aan een eenmanszaak. Hij is in staat zijn financiële positie te beoordelen en een relatie te leggen tussen gewerkte uren en opbrengsten. 5.
Beroepsethiek
5.1.
De tolk kan beoordelen of het onderwerp van een tolkopdracht binnen zijn competenties en kennisgebieden valt. Hij profileert zich alleen als specialist wanneer hij over de nodige aanvullende kennis beschikt. De tolk heeft een kritische houding ten aanzien van zichzelf en zijn eigen werk en staat open voor opbouwende kritiek van collega's, opdrachtgevers en anderen. De tolk is objectief, onpartijdig en onafhankelijk. De tolk kent en houdt zich aan de gedragscodes voor tolken. Hij stelt zich integer op en betracht strikte geheimhouding met betrekking tot hetgeen hij tijdens zijn werkzaamheden hoort.
5.2. 5.3. 5.4.
© NQA - Visitatie ITV Hogeschool voor Tolken en Vertalen
79