Water
1
1 en 2
Introductieles water
Praatplaten - thematafel - watertafel
Doelen
Begrippen
De leerlingen: • worden enthousiast voor het thema en hun voorkennis wordt geactiveerd. • ervaren de eigenschappen van water. stromen, drijven, zinken, gieten, sproeien, pompen, overstromen, waterdicht, lek, nat, droog, het regenwater, de tranen, het zweet
Materialen
Duur
35 minuten
Inleiding
Kringgesprekje met de Texelse-Tim-pop:
(10 minuten) Hallo, ik ben Tim Sommige kinderen kennen mij al. Ik woon op Texel. Oh, jullie ook? Leuk hier hè? Even mijn muts afzetten hoor. Wat is het hier lekker warm. Hebben jullie de verwarming aan staan? Of komt het van de zon? Ik ben net in het bos geweest. Ik hou heel veel van bomen. Om naar te kijken of in te klimmen of
1. Introductieles water
• Themaplaat • Texelse-Tim-pop • Materialen om een thematafel of themahoek mee in te richten, zoals: • doek of tafelkleed • boeken over het thema • eventueel spullen die met het thema te maken hebben Gedurende het thema wordt de thematafel verder gevuld, met voorwerpen, boeken en werkstukken van de leerlingen. • Materialen voor in de watertafel: • schoepenrad of ander speelgoed dat door water beweegt • rietjes om door te blazen • zeilbootjes • fietspomp, luchtbedpomp of ventilator om wind te maken • garde • stuk regenpijp (open of gesloten) • trechter • jerrycan met kraantje • stukken doorzichtige slang • stukken elektriciteitsbuis en verbindingsstukjes om de buizen aan elkaar te maken tot een ‘echte’ waterleiding • melkpak met gaatjes om een douche van te maken • gieter • lege zeeppompjes • bakjes in verschillende vormen
www.duurzameleerleerlijn.nl 1
onder te zitten. Zoals de boom in Den Burg. Kennen jullie de boom? Voor de Intertoys? Dat is een goede vriend van mij. Daar is een terrasje waar je wat kan drinken. Nee, niet de boom. De mensen! Weten jullie hoe bomen drinken? Niet met hun mond want die hebben ze toch niet! Met hun wortels in de grond. Regenwater! Ha, ha, ha, is dat lachen. Ik krijg er watertranen van in mijn ogen. We gaan het over water hebben! Leuk!
(15 minuten)
Afronding (10 minuten)
Introduceer de themaplaat. Bespreek met de leerlingen wat erop te zien is. Maak duidelijk dat jullie het de komende tijd over water gaan hebben. Laat de leerlingen vertellen over hun eigen ervaringen met water. Thuis en op vakantie. Wanneer is water leuk, wanneer niet leuk? Geef als hint woorden zoals: tranen, zweet, regenwater, lek, drijven, waterdicht.
Laat de thematafel zien en vraag of de leerlingen thuis ook nog boekjes of spullen voor de tafel hebben. Ze kunnen de boekjes die er al liggen bekijken. Introduceer de watertafel met het nieuwe materiaal. Hoe heet het en wat kun je ermee doen? Begrippen als stromen, drijven, zinken, gieten, sproeien, pompen, overstromen, waterdicht, lek, nat, droog kunnen hierbij aan de orde komen.
1. Introductieles water
Kern
www.duurzameleerleerlijn.nl 2
Water
2
1 en 2
Water in de klas en thuis
Speuren naar water
De leerlingen: • leren en ervaren dat mensen niet zonder water kunnen leven. • zien waar water voor wordt gebruikt.
Begrippen
de druppel, stromend water
Materialen
• Texelse-Tim-pop • Droppie Water: kopieerblad 2A en 2B gekopieerd op blauw karton • Glas of beker 2b • Spraakwaterplaat 1
Tip Lamineer Droppie Water en gebruik deze over twee jaar opnieuw.
Water
1 en 2
Kopieerblad Water in de klas en thuis
Droppie water vies
• 20 blauwe druppels van papier • Computer met geluidsversterking. • Website: www.droppiewater.nl
Duur
65 minuten
Vooraf
Knip de Droppies Water uit en plak ze tegen elkaar. Hang dit onder de waterkraan in de klas en zet een glas/beker klaar.
2. Water in de klas en thuis
Doelen
www.duurzameleerleerlijn.nl
Inleiding
8
Texelse Tim maakt kennis met Droppie Water.
(10 minuten) De leerlingen zitten in de kring. Texelse Tim is er ook bij. Hij fluistert iets in het oor van de leerkracht. Hij heeft dorst. Vraag één van de leerlingen om een glas/beker water voor hem te halen. Wacht hier met de andere leerlingen op, zodat de spanning wordt opgebouwd.
Water
Kopieerblad Water in de klas en thuis
Valt er iets op aan de kraan? Ga met alle leerlingen kijken. Neem de druppel die aan de kraan hangt mee naar de kring. Laat Droppie daar tot leven komen en vertellen:
www.duurzameleerleerlijn.nl
7
Hallo kinderen. Hallo Tim. Ik ben Droppie Water. Zien jullie wat ik ben? Ik ben een waterdruppel. Zo’n grote druppel die als het regent vanuit de boom op je neus valt: plop! Of die je in de keuken hoort als de kraan niet goed dicht is: drup, drup, drup. Of die op de vloer spat als je je wast met een natte spons: pats! Wat is het hier gezellig. Mag ik hier een tijdje blijven? Volgens mij houden jullie best van Droppies Water. Texelse Tim: Hu, hoezo? Snappen jullie wat hij bedoelt? Leerlingen geven antwoorden zoals: in de limonade, in een lekker warm
2. Water in de klas en thuis
2a
Droppie water schoon
2. Water in de klas en thuis
1 en 2
www.duurzameleerleerlijn.nl 3
bad, om te zwemmen, schaatsen, varen, skiën, sneeuwpop maken etc. Texelse Tim: Ik hou niet van droppies water in een regenbui. Droppie: Nee, jij niet, maar de planten vinden dat wel lekker. En mensen moeten ook water drinken. Kunnen jullie eens vertellen waar jullie mij en de andere waterdruppels in de school voor gebruiken?
Kern
Waar gebruiken jullie in de school allemaal water? Hier gaan de leerlingen naar op zoek. Geef steeds een papieren druppel aan een leerling en vraag om de druppel op te hangen op een plek waar water wordt gebruikt. Op deze manier komen er waterdruppels te hangen bij bijvoorbeeld: • de kraan in de klas • de kraan in de wc • de wc • schoonmaakspullen • afwasspullen • gieter en plantje • brandslang • spons • waterverf • theekopje/theepot • aquarium • verwarming • etc.
(40 minuten)
Laat deze druppels gedurende het thema hangen.
Op vier plaatsen is de tekenaar vergeten Droppie erbij te zetten. Leerlingen kunnen deze vier plaatsen proberen te vinden en te benoemen: • planten water geven • centrale verwarming • vloer boenen • afwassen
Stimuleer de leerlingen om na te denken over het belang van water: • In welke situatie kun je het water echt niet missen?
2. Water in de klas en thuis
Bekijk vervolgens samen spraakwaterplaat 1. Hierop staan tien situaties waar in huis water wordt gebruikt. Bij zes situaties staat Droppie te kijken. Laat de leerlingen benoemen waarvoor in iedere situatie water wordt gebruikt. • om kleren te wassen (wasmachine) • om jezelf te wassen (bad/douche) • om je tanden te poetsen • om de wc door te spoelen • om te koken • om een babyfles mee te vullen
www.duurzameleerleerlijn.nl 4
• • •
(15 minuten)
Zing/beluister samen het liedje ‘Stromend water’ en maak er bewegingen bij. Dit liedje is te vinden op de website: www.droppiewater.nl (klik eerst op de boot en dan op de knop met één muzieknoot).
Stromend water Refrein draai de kraan maar open (met de rechterhand een draaibeweging maken naar rechts) laat het water lopen (met twee handen water naar beneden laten stromen) poets je tanden (tanden poetsen) was je handen (handen wassen) drink een kopje thee (uit een kopje drinken) doe een plas in de wc (neerwaartse beweging met de heupen maken) was je haar en je gezicht (haren wassen, gezicht wassen) en draai de kraan weer dicht (met de rechterhand een draaibeweging maken naar links) papa doet de afwas en ik help lekker mee de wasmachine doet de was en oma die zet thee Refrein m’n zus zorgt voor de plantjes m’n broertje zit in bad ik poets m’n tandjes iedereen doet wat Refrein de eitjes koken, alle zes en mama dweilt het huis m’n babybroertje drinkt zijn fles gezellig is het thuis Refrein
2. Water in de klas en thuis
Afronding
Hoe zou het zijn als je geen water zou kunnen drinken? In welke situatie vinden de leerlingen water het belangrijkst? Krijgen dieren ook water te drinken? Huisdieren, vogels, koeien, schapen en paarden?
www.duurzameleerleerlijn.nl 5
Creatief • Laat de leerlingen met wasco een tekening maken van zichzelf onder de douche. Dan druppels sterke lijm erop en als dat droog is ecoline eroverheen. • Laat de leerlingen met scherpe schaartjes kleren knippen uit stukjes stof. Deze plakken ze onder een zelfgetekende waslijn. Als de zon erboven schijnt drogen de kleren lekker snel! Spel • Geef eens echt water in de poppenhoek, voor de thee. Of een klein emmertje sop met een doekje zodat de leerlingen kunnen schoonmaken. • Leerlingen kunnen hun kennismaking met Droppie verwerken en uit bouwen door zelf met Droppie in de poppenhoek of poppenkast te spelen. Hiervoor kunt u kopieerblad 1a (Droppie schoon) enkele keren kopiëren en op karton laten plakken. • Ook op andere plekken kunnen de leerlingen met water spelen, bijvoorbeeld in de zandbak, verven met waterverf, schilderen met water op het bord of op de stoep met een natte spons, of met kwasten. In een plas op het schoolplein. Website • www.droppiewater.nl • www.jufjanneke.nl Klik op ‘projecten’, kies ‘project water’.
2. Water in de klas en thuis
Extra
www.duurzameleerleerlijn.nl 6
Water
2a
Droppie water schoon
2. Water in de klas en thuis
1 en 2
Kopieerblad Water in de klas en thuis
www.duurzameleerleerlijn.nl 7
Water
2b
Droppie water vies
2. Water in de klas en thuis
1 en 2
Kopieerblad Water in de klas en thuis
www.duurzameleerleerlijn.nl 8
Spraakwaterplaat 1
www.duurzameleerleerlijn.nl 9
2. Water in de klas en thuis
Water
3
1 en 2
Water buiten
Klassengesprek – proefje - schilderopdracht
Doelen
De leerlingen: • kunnen noemen waar buiten water te vinden is: in zee, de sloot, plassen, regen, wolken en mist. • weten dat regen uit wolken komt. • weten dat regen in het grondwater, in een put, of in sloten, plassen en zee terecht kan komen. • weten dat water zich verplaatst en dat er een waterkringloop is.
Begrippen
het grondwater, de put, de zee, de sloot, de plas, de vijver, de wolk, mist
Materialen
• Kartonnen Droppie uit les 2 • Texelse-Tim-pop • Gieter met een wolk van karton en watten erop • Plant met opvangschaal • Plantenspuiten • Grof tekenpapier • Waterverf of ecoline • Schilderspullen • Knip-, plak- en tekenspullen
Duur
50 minuten
Inleiding (5 minuten)
Texelse Tim is Droppie Water kwijt. Hij kijkt uit het raam en vraagt zich af of hij misschien buiten te vinden is. Zo wordt de overgang gemaakt van water binnen naar water buiten
Kern Houd een klassengesprek over waar water buiten te vinden is. Laat aan de orde komen: de zee, de sloot, de plas, de vijver, de regen, de wolk en de mist. Wat gebeurt er eigenlijk met regen als het op de grond valt? Het stroomt naar het grondwater, de put, of valt direct in de sloot, de plas, de vijver, of de zee. Waar komt regen eigenlijk vandaan? Regen valt uit de wolken. Wat zijn wolken? Wat is mist eigenlijk? Proefje Neem de wolkengieter. Begiet een kamerplant zo dat het water er weer onderuit loopt. Planten en bomen drinken niet al het regenwater op. De rest heet grondwater. Dat komt nu in de opvangschaal, maar buiten zakt
3. Water buiten
(15 minuten)
www.duurzameleerleerlijn.nl 10
het gewoon diep weg in de grond. Als je een gat graaft in de grond kom je bij het grondwater. Soms moet je heel diep graven en soms een klein stukje. Denk maar aan een kuil op het strand.
Afronding
De leerlingen sproeien met plantensproeiers tekenpapier nat. Dit is regen. (20 en 10 minuten) Daarna schilderen ze water met verschillende kleuren blauwe en groene verf, of ecoline. Laat ze het hele papier vol schilderen. Waar stroomt al dat regenwater naartoe? De leerlingen bedenken of ze het water van de zee, een sloot, of een plas maken. Als het droog is beplakken de leerlingen hun waterschilderij met toepasselijke uitgeknipte figuurtjes, bijvoorbeeld: bootjes, zeehonden, zwemmers, vissen, kikkers, eenden, regenlaarzen, etcetera, afhankelijk van of ze een zee, sloot, of plas getekend hebben.
Activiteiten • Geef per groepje leerlingen een klein plantje met een schoteltje eronder en laat ze ervoor zorgen. Een plant moet niet zoveel water krijgen dat het er weer onderuit loopt. • Soms kun je grondwater zien in bouwputten (misschien is er wel eentje in de buurt die de kinderen kennen). • Zet met goed weer een waterbaan in de zandbak. • Richt de zandtafel of zandbak in met stukken plastic waar de leerlingen sloten en vijvers en of zee van kunnen maken. Geef er echt water bij en bijvoorbeeld bootjes, eendjes, etc. Liedjes • Hansje Pansje Kevertje • Het regent, het regent de pannetjes worden nat • Tikke takke regen • Spetter spetter spat, ik word klets kledder nat
3. Water buiten
Extra
www.duurzameleerleerlijn.nl 11
Water
4
1 en 2
Koken en bevriezen
Klassengesprek – activiteiten
Doelen
De leerlingen: • weten dat water bevriest als het heel koud wordt. Dan wordt het ijs. • weten dat water in de lucht verdwijnt als het warm wordt. Als het heel warm wordt gaat het koken. Er ontstaat stoom/damp. • ervaren de eigenschappen van ijs. • ervaren de eigenschappen van stoom/damp.
Begrippen
bevriezen, het ijs, de sneeuw, de hagel, koken, de damp, de stoom, drogen
Materialen Tip Lamineer Blokkie Water en gebruik deze over twee jaar opnieuw.
• Texelse-Tim-pop met hagelstenen op zijn muts en kleren (gebruik bijvoorbeeld papiersnippertjes) • Blokkie Water: kopieerblad 4 gekopieerd op wit karton • Waterkoker met water • Thee en theekopjes voor de leerlingen • Limonade met ijsklontjes en bekertjes voor de leerlingen • IJsklontjes in de watertafel • Kan met warm water in de watertafel • Vormpjes en stokjes om ijsjes te maken • Sokken
Duur
55 minuten
Vooraf
Knip Blokkie Water uit.
Inleiding Texelse Tim komt in de kring. Hij heeft hagelstenen op zijn muts en zijn
Kern
(20 minuten)
kleren. Aan het begin van de vorige les was hij Droppie Water kwijt. Texelse Tim vertelt dat hij Droppie gevonden heeft. Hij was inderdaad buiten. Tim kon Droppie eerst niet vinden, maar toen hij eens goed naar een hagelsteen keek, zag hij hem toch. Droppie Water durfde niet met Tim mee te gaan naar binnen, want hij ziet er wat anders uit.
De leerlingen roepen Droppie Water. De witte Droppie komt in de kring. Hij heeft een andere kleur en een andere vorm. Welke vorm en welke kleur? De leerlingen kunnen hem nu beter Blokkie Water noemen. Bespreek waarom hij ineens wit en vierkant is. Hij is bevroren. Als het heel koud is, gaat water er anders uitzien. Het bevriest en het wordt hard. Je krijgt ijs. Regen verandert in hagel. Kunnen de leerlingen nog meer voorbeelden noemen van bevroren water? Wat zijn de ervaringen van de leerlingen? Denk aan sneeuwpret, schaatsen, ijsjes eten, ijsklontjes in de limonade, etc.
4. Koken en bevriezen
(10 minuten)
www.duurzameleerleerlijn.nl 12
Als je water verwarmt gebeurt er iets anders. Kook met de leerlingen water in een waterkoker. Wat zie je en wat hoor je? Het water kookt. Er borrelen belletjes omhoog en er komt stoom/damp vanaf. Dat zijn hele kleine druppeltjes. Als water heel warm wordt, verdwijnt het in de lucht. Na een poosje kun je het niet meer zien. Laat een leerling voorzichtig voelen. Wat voelt hij? Als iets wat nat is opdroogt, verdwijnt het water ook in de lucht. Dit gaat alleen veel langzamer dan bij koken. Hoe warmer het is, hoe sneller het gaat.
Afronding (30 minuten)
De leerlingen doen in kleine groepjes verschillende activiteiten met ijs en stoom: • Samen theedrinken en stoom voelen. • Limonade met ijsklontjes drinken. • Spelen met ijsklontjes en warm water in de watertafel. • IJsklontjes of ijsjes maken. • Natte sokken laten drogen. Één op de verwarming en één op een koudere plek. Onderzoek welke sok het snelste droog is.
Extra Liedjes • ‘Het fluitketeltje’ van Annie MG Schmidt • ‘Keteltje dik van buik’
4. Koken en bevriezen
www.duurzameleerleerlijn.nl 13
Water
4
4. Koken en bevriezen
1 en 2
Kopieerblad Koken en bevriezen
www.duurzameleerleerlijn.nl 14
Water
5
1 en 2
Visje ,visje, in de sloot
Waterdiertjes vangen en bekijken
Doelen
De leerlingen: • ontdekken dat er in de sloot behalve eenden ook andere dieren leven zoals vissen en kleinere waterdiertjes. • weten dat ook de hele kleine dieren eten nodig hebben. • ontdekken dat er ook planten zijn die onder water groeien. • kunnen verschillende planten en dieren onderscheiden. • beseffen dat schoon water belangrijk is voor planten en dieren. • leren zorgvuldig en zonder angst om te gaan met dieren en planten.
Begrippen
de waterdieren, de waterplanten, het aquarium
Materialen
• Aquaria (gebruik eventueel grote (augurken)potten) • Zand/grind • Emmers • Schepnetjes (Je kunt zelf een schepnet maken door een zeef op een stok te binden) • Platte witte bakken/diepe borden (chineesbakjes) • Vergrootglazen of loeppotjes • Visvoer • Zoekkaart waterdiertjes • Scheur- en knipmateriaal • Plakspullen • Texelse-Tim-pop met kroos en een kikker op/in zijn muts
Duur
100 minuten
Inleiding (10 minuten)
Texels Tim vertelt dat hij een beetje laat is. Hij was lekker de natuur in. Maar hij was te dicht bij de slootkant gekomen en erin gevallen. Gelukkig kon hij er weer uit komen. Maar zijn muts is nog een beetje nat. Er zit ook nog kroos op en er zit een kikker in. Er zitten dus planten en dieren in het slootwater!
(60 minuten)
Zet van tevoren een aantal aquaria klaar op de thematafel. Op de bodem hiervan doen de leerlingen wat zand of grind. Vul ze voor een gedeelte met water. Verdeel de leerlingen in groepjes van drie of vier en zorg voor extra begeleiding. Ga naar een sloot of vijver in de buurt. Zorg ervoor dat er per groepje een schepnetje, een witte platte bak en een emmer is. Doe een beetje water in de platte bakken. Laat de leerlingen daar hun
5. Visje ,visje, in de sloot
Kern
www.duurzameleerleerlijn.nl 15
vangst in doen en direct bekijken. Laat het materiaal rouleren. Doe uiteindelijk de inhoud van de bakken in de emmer. Spreek met de leerlingen af dat de vangst na een paar dagen weer in de sloot teruggezet wordt. Kikkerdril kun je laten uitkomen in de klas. Tip De dieren zijn het best te vangen door met het netje achtjes te draaien in het water, tussen waterplanten maar ook in vrij water, niet te diep door de modder.
Verdeel de vangst in de klas over de aquaria. Waterplanten kunnen worden gebruikt bij het inrichten. Sommige dieren eten van deze planten. Het zijn planten die onderwater kunnen groeien. Sommige dieren verdragen elkaar niet. Geelgerande watertorren, bootsmannetjes en waterschorpioenen eten andere waterorganismen op. Eten en gegeten worden. De vleesetende waterdieren kunt u af en toe een beetje visvoer geven. Geef niet te veel, want wat ze niet opeten gaat liggen rotten.
Tip Zet een waterplant in een vaasje met water en laat een klein stukje boven het water uitsteken. Kijk wat er gebeurt.
Bekijk met de leerlingen de vangst nog eens wat beter. Ook met vergrootglazen. Hoe zien de dieren eruit? Hebben ze poten? Hoeveel? Hebben ze een staart, een kop, een bek? Gebruik de zoekkaarten. De leerlingen zullen misschien de echte namen van de dieren willen weten, maar het is ook leuk om ze passende fantasienamen te laten bedenken.
Afronding
Bespreek waarom dit water goed is voor de waterdieren en niet voor ons om te drinken. Wat kan er gebeuren met de sloot zodat het niet meer fijn is voor de waterdieren?
(30 minuten) Ga met de leerlingen knippen, scheuren, plakken, etc. Maak bijvoorbeeld een ‘slootboek’, of een groot groepswerk: een sloot op een lang papier.
Spraakwaterplaten: • Gebruik de spraakwaterplaten 2 en 3 om het met de leerlingen over schone en vieze sloten te hebben. Thematafel: • Pas de thematafel aan, leg er enkele boeken bij, hang er een poster of wat kleine illustraties van onderwaterleven bij. Spannend is om een paar vergrootglazen bij aquariumbakken te leggen. • Hang een lachende Droppie Water aan een aquarium. Spel: • Laat de waterdieren naspelen in het speellokaal. De kikkers, vissen, eenden en de kleine waterdieren. Vang de leerlingen. “Juf is het visnet”. Gevangen leerlingen moeten op de bank zitten. Het aquarium! Of een leerling is de reiger en probeert de dieren te vangen. Liedjes: • Visje, visje in het water • Er zaten 7 kikkertjes • Acht kleine eendjes met rode teentjes • Alle eendjes zwemmen in het water • Tien kleine visjes
5. Visje ,visje, in de sloot
Extra
www.duurzameleerleerlijn.nl 16
Zoekblad
www.duurzameleerleerlijn.nl 17
5. Visje ,visje, in de sloot
Spraakwaterplaat 2
www.duurzameleerleerlijn.nl 18
5. Visje ,visje, in de sloot
Spraakwaterplaat 3
www.duurzameleerleerlijn.nl 19
5. Visje ,visje, in de sloot
Water
6
1 en 2
Waterwasmachine
Verhaal - water zuiveren
Doelen
Begrippen
Materialen
De leerlingen: • weten dat gebruikt water via een afvoerput(je) in het riool terecht komt. • weten dat rioolwater gezuiverd moet worden voordat het terug kan in de sloot. • weten dat niet alles zomaar door de gootsteen gespoeld kan worden. • ervaren hoe je zelf water kan filteren. • beseffen dat schoon water belangrijk is voor onszelf. schoon, vies, troebel, gebruikt water, spoelen, het afvoerputje, het riool, de rioolbuis, de/het filter, zuiveren
• Droppie van karton met vieze achterkant • Twee grote emmers • Vijf kleine emmertjes gevuld met water • Vervuiling voor het water: wc-papier, zand, koffie, afwasmiddel • Zeef • Theedoek • Glazen en theelepeltjes voor de leerlingen • Bekers kraanwater voor de leerlingen • Spraakwaterplaat 4 • Kopieerblad 5 Waterwasmachine • Verhaal Droppie Water: De waterwasmachine • Texelse-Tim-pop
Duur
3 uur
Vooraf
Hang voor de les spraakwaterplaat 4 op.
Inleiding
Houd een vraaggesprek met de leerlingen over schoon en vies water.
(30 minuten)
Dan vraagt hij de leerlingen: “Wisten jullie dat ik weer schoon kan worden als ik vies ben? Weten jullie ook wat er met mij gebeurt als jullie je handen hebben gewassen of je tanden gepoetst? Wat gebeurt er met ‘gebruikt water’? Wat gebeurt er met jouw badwater en het water uit de wc? Het zeepwater uit de wasmachine? Waar gaat dat naartoe? Via het afvoerputje gaat het door een buisje naar een grotere buis. Die grote buis, die uit jouw huis komt, wordt een riool genoemd.
6. Waterwasmachine
Droppie komt huppelend op en laat afwisselend zijn twee kanten zien terwijl hij zingt: “schoon, vies, schoon, vies.”
www.duurzameleerleerlijn.nl 20
Denken jullie dat het rioolwater zomaar in de sloot komt? Natuurlijk niet! Dan zouden alle vissen en planten dood gaan en zouden de eendjes geen eten meer kunnen vinden. Eerst moeten wij, waterdruppels, schoongemaakt worden. Weten jullie hoe dit gebeurt? Ergens op spraakwaterplaat 4 kun je dit zien. Waar is dat?” De leerlingen zoeken de waterwasmachine op de spraakwaterplaat. “Kijk, hier worden wij druppeltjes schoongemaakt: in een grote waterwasmachine. Daarna zijn we weer schoon. Dan mogen wij de sloot in. Maar... (Droppie laat demonstratief zijn vieze kant zien) soms is het water zo vies dat wij bijna niet meer schoongemaakt kunnen worden. Dat gebeurt als mensen dingen door de gootsteen of de wc spoelen die daar niet horen. Dan gaat de waterwasmachine kapot.” Ga nu in op wat wel en niet door de gootsteen en wc mag worden gespoeld. Als de leerlingen iets opnoemen wat wel door de gootsteen mag, laat Droppie zijn schone kant zien en zegt blij: “Ja hoor, want dan word ik gewoon weer schoongemaakt.” Bij iets dat niet mag, laat hij zijn ‘vieze kant’ zien: “Dan gaat de waterwasmachine misschien kapot en blijf ik vies”. Voorbeelden van wat niet door het riool gespoeld mag worden: Harde dingen zoals: Giftige dingen zoals: • karton • oliën • papier • vetten • kleiresten • medicijnen • pleisters • batterijen • etensresten • lijm • plastic zakken • verfresten • luiers • kwastreiniger
Kern
Lees het verhaal van Droppie Water voor, over de waterwasmachine.
(90 minuten)
1. Haal de zeef tevoorschijn en laat de leerlingen zelf bedenken en uitvoeren hoe ze met deze zeef het water moeten zuiveren (zeef boven lege emmer, water door de zeef gieten). Wat is er in de zeef blijven zitten? Hoe ziet het water eruit? 2. In het verhaal gaan Droppie en Spetter niet alleen door een zeef, maar ook door een filter. Haal de theedoek tevoorschijn en laat de leerlingen het water filteren met de theedoek. Wat is er in de theedoek blijven
6. Waterwasmachine
Ga zelf water zuiveren met de leerlingen. De leerlingen maken eerst vies water door in elk van de kleine emmertjes wc-papier, zand, koffie, of afwasmiddel te doen. Gooi alles bij elkaar in een grote emmer. Laat de leerlingen eerst zelf nadenken over de manier waarop ze dit water weer schoon kunnen maken.
www.duurzameleerleerlijn.nl 21
zitten? Wat is het verschil met wat er in de zeef zat? Hoe komt dat? 3. Giet het water in glazen. Laat de leerlingen kijken, ruiken en roeren. Hoe ziet het water er nu uit? Hoe komt dat? 4. Zou het water nu terug kunnen naar de sloot? Leg uit dat de leerlingen het water minder goed kunnen wassen dan een echte waterwasmachine. 5. Als het gefilterde water eerst naar een echte waterwasmachine zou gaan, is het daarna wel schoon genoeg voor de dieren en de planten maar nog niet zo schoon dat we het kunnen drinken. 6. Geef de leerlingen wat kraanwater te drinken.
Afronding
Maak een keuze uit de volgende activiteiten:
(30 minuten)
Extra
Creatief: • Waterwasmachine maken van een kartonnen doos, kleine doosjes en wc-rolletjes. • Laat een waterwasmachine tekenen. • Laat zelfgemaakte papieren droppies ‘’vies’’ maken met waskrijt. Hang ze aan een waslijn in de klas. Bouwen: • In de bouwhoek een riool maken van blokken en pvc-buizen of wc-rollen. Watertafel: • Spuit een beetje shampoo of afwasmiddel in de watertafel. Maak schuim. • Doe wat zand in de watertafel. Laat het water filteren met koffiefilterhouders en koffiefilters. Liedjes: • Twee emmertjes water halen. Vertel dat het water vroeger uit de pomp kwam. Buiten spelen: • Speel ‘twee emmertjes water dragen.’ Bij mooi weer met echt water. Welk groepje heeft het eerst de bak water, de waterwasmachine, met bekertjes leeg gemaakt in een bak aan de andere kant van het plein? Websites: • www.droppiewater.nl
6. Waterwasmachine
Kopieerblad: • In het verhaal ‘De waterwasmachine’ hebben de leerlingen met Droppie en Spetter de weg afgelegd naar en door de waterwasmachine. Op kopieerblad 5 kunnen de leerlingen met blauw kleurpotlood dezelfde weg nog eens afleggen.
www.duurzameleerleerlijn.nl 22
De Waterwasmachine In het verhaal komen Droppie en Spetter (het vriendinnetje van Droppie) elkaar tegen in het riool en ervaren wat er met hen gebeurt. ‘Hihi, wat zie jij er vies uit!’ lacht Spetter. ‘Hoezo?’ vraagt Droppie beledigd. ‘Je zit vol met zwarte strepen. En je stinkt! Wat heb je gedaan?’ ‘Ik heb helemaal niks gedaan, antwoordt Droppie. ‘Het is de schuld van die man met die grote zwarte handen. Hij liet de wasbak vollopen met water en daar lag ik dan met alle andere waterdruppels. Toen pakte hij een stuk zeep en een nagelborsteltje en begon te boenen. En met wie spoelde hij zijn handen af? Met ons natuurlijk. En toen was hij schoon en wij waren vies. Bah!’ ‘Zo gaat dat met waterdruppels,’ giechelt Spetter zachtjes. ‘Nou ja, niet met alle waterdruppels. Neem mij bijvoorbeeld. Ik ruik heerlijk. Naar rozenblaadjes.’ En Spetter haalt diep adem. ‘Mmmm, heerlijk, badschuim.’ Verlegen komt Droppie dichterbij en ruikt. ‘Lekker luchtje, ‘ mompelt hij. ‘Bij wie heb jij in bad gezeten?’ ‘Dat raad je nooit,’ zegt Spetter trots, ‘bij Aafje, de dochter van de burgemeester!’ ‘Zo zo.’ ‘In een prachtig wit bad,‘ gaat Spetter verder, ‘met blinkende kranen en een zeepbakje in de vorm van een schelp.’ ‘Nou nou.’ ‘En aan de muren hingen fonkelende spiegels en kristallen lampen,’ zegt Spetter dromerig. ‘Tjongejonge,’ sist Droppie, maar Spetter hoort het niet. ‘Aafje draaide de kraan open en sssjjjj daar stroomde ik met alle andere druppels in het bad. Toen pakte ze een glazen fles, draaide de dop eraf en goot een scheutje badschuim in het bad. Tsjong, wat rook dat heerlijk. Alle waterdruppels zuchtten van genot. Ik voelde me net een prinsesje.’ ‘Hou nou eens op!’ gilt Droppie. ‘Zo is het genoeg! Je mag dan wel lekker ruiken, maar eigenlijk ben je net zo vies als ik.’ Verbaasd staart Spetter Droppie aan. ‘Vies, ik? Oooooh, je bent gewoon jaloers. Dat is het!’ ‘Nee, nee en nog eens nee,’ roept Droppie en van woede maakt hij golfjes in het water. ‘Je bent echt vies. Als jij zo in de rivier komt of in de sloot, dan worden de vissen ziek en de waterplanten slap van narigheid. Vissen houden niet van zeep en shampoo en afwasmiddel en ook niet van badschuim. Vissen willen schoon water, zonder lekkere luchtjes.’ Spetter is er stil van. ‘We gaan naar de waterwasmachine, ‘ zegt Droppie. ‘Een wasmachine voor waterdruppels. Die maakt ons schoon en helder. Kom maar mee.’ Gehoorzaam stroomt Spetter achter Droppie aan. Door het donkere lange riool. Eindelijk komen ze bij de waterwasmachine. Van alle kanten stroomt
6. Waterwasmachine
Verhaal
www.duurzameleerleerlijn.nl 23
het water de machine binnen. Water van overal, water uit huizen en uit fabrieken. Water uit scholen en ziekenhuizen. Water uit politiebureaus en groentewinkels. Water uit het noorden en uit het zuiden. En al het water is vies. Soms is het water zwart, groen, grijs en zelfs rood. Soms stinkt het water en soms ruikt het lekker. Er is zelfs water dat gewoon doorzichtig is en ruikt naar niks. En toch is het vies. Spetter blijft dicht in de buurt van Droppie en kijkt verwonderd om zich heen. Zo spoelen ze verder. Ze roetsjen naar beneden langs een soort waterglijbaan en komen in een bad terecht. Daar worden ze geklutst en rondgedraaid tot ze er draaierig van worden. Ze glippen door een zeef, zakken door een filter en duikelen door een buis naar beneden in een bad. Dan worden ze weer opgezogen en uitgespuugd in een ander bad. Uren en uren wast de waterwasmachine. ‘Zijn we zo vies?’ vraagt Spetter verbaasd. ‘Viezer dan je denkt, prinsesje’, grinnikt Droppie en Spetter kijkt beschaamd de andere kant uit. Als ze eindelijk op hun rug liggen uit te puffen, is het al bijna donker.
6. Waterwasmachine
‘Laat me eens kijken,’ zegt Spetter en bekijkt Droppie van onder tot boven. ‘Niks te zien! Je bent helemaal schoon. Geen grijze en zwarte strepen meer. Je bent zo helder als glas!’ ‘Laat me eens ruiken,’ antwoordt Droppie en besnuffelt Spetter van boven tot onder. ‘Je ruikt niet meer naar rozenblaadjes,’ roept hij blij. ‘Je ruikt naar helemaal niks. Zoals het hoort.’ ‘Joepie!’ roept Spetter. ‘We zijn schoon!’ ‘Wat zullen we gaan doen?’ vraagt Droppie. ‘Waar heb je zin in?’ ‘Ik wil wel regenen of sneeuwen.’ ‘Ik wil het ijs zijn op de sloot.’ ‘Of het water bij de limonade.’ ‘Of een golfje op zee,’ juicht Droppie. ‘Zeg, Drop, we kunnen natuurlijk ook hier blijven liggen. Nemen we een dagje vrij.’ ‘Goed idee,’ glundert Droppie. ‘We hebben hard genoeg gewerkt vandaag.’
www.duurzameleerleerlijn.nl 24
Spraakwaterplaat 4
www.duurzameleerleerlijn.nl 25
6. Waterwasmachine
Water
6
6. Waterwasmachine
1 en 2
Kopieerblad 5 Waterwasmachine
www.duurzameleerleerlijn.nl 26
Water
7
1 en 2
Kraan dicht!
Wandeling door de school
De leerlingen: • weten waar hun drinkwater vandaan komt. • weten hoe ze zuinig kunnen zijn met water, in de klas en thuis.
Begrippen
zuinig zijn, de gootsteen, de stortbak, stromen.
Materialen
• Droppie water • Druppels water (kopieerblad 2) die in les 2 zijn opgehangen • Teken-of schilderspullen • Versje Annie M.G. Schmidt: Hendrik Haan • Texelse-Tim-pop
Water
1 en 2
70 minuten
Kopieerblad Water in de klas en thuis
Water
1 en 2
Droppie water schoon
2b
Kopieerblad Water in de klas en thuis
Droppie water vies
www.duurzameleerleerlijn.nl
Inleiding (10 minuten)
7
(30 minuten)
www.duurzameleerleerlijn.nl
8
Texelse Tim geeft de leerkracht een glas water. Heeft u dorst? Lekker glaasje water? Wat wilt u drinken? Slootwater? Zeewater? Waarom niet? Kraanwater dan? Eén van de leerlingen gaat met Tim een glaasje water uit de kraan halen. Vraag aan de leerlingen of dit het gewassen poep-en-plaswater uit de machine is. Nee? Dat ging terug in de sloot. Maar waar komen de Droppies Water uit de kraan dan vandaan? Vraag het aan Droppie. Droppie vertelt:”Als wij droppies water in de sloot zitten, zijn wij nog niet schoon genoeg om te drinken. Ook al zijn we door de waterwasmachine heen gegaan. We moeten nog een keer gewassen worden. En dat gebeurt aan de overkant. Het kraanwater voor Texel komt vanuit Den Helder. Niet met de boot mee! Door grote buizen onder de grond. Trouwens, wij vinden het helemaal niet zo leuk om twee keer door een machine te gaan. Dus eigenlijk is het heel jammer als schoon drinkwater, zonder het te gebruiken, door het afvoerputje gaat. Soms staat de kraan zomaar open. Dan stromen er allemaal vriendjes van me uit en daar gebeurt niets mee. Dan word ik heel verdrietig. Wij Droppies willen graag goed worden gebruikt. Anders gaan we schoon naar de waterwasmachine!”
Kern
2. Water in de klas en thuis
2. Water in de klas en thuis
Duur
2a
Droppie loopt samen met de leerlingen langs het ‘druppelpad’ uit les 2. Laat Droppie bij een paar druppels een aantal vragen stellen.
7. Kraan dicht!
Doelen
www.duurzameleerleerlijn.nl 27
1. De kraan in de klas Wat doe je met het water uit deze kraan? Hoeveel knoppen zitten er aan de kraan? Welke knop is voor warm water? En welke voor koud? Kun je zien waar het water vandaan komt? Kun je ook zien waar het water naartoe gaat? Hoe kun je zuinig zijn met het water uit deze kraan?
2. De kraan in de wc Waarvoor gebruik je het water uit deze kraan? Hoeveel knoppen zitten er aan de kraan? Kun je zien waar het water vandaan komt? Voel eens aan de buis als er koud water doorheen stroomt. En ook als er warm water doorheen stroomt. Voel je verschil? Kun je het water in de buis ook horen stromen? Hoe kun je zuinig zijn met het water uit deze kraan?
3. De stortbak van de wc Waar moet je aan trekken of op duwen om door te spoelen? Waarom doe je dat? Kun je het doorspoelen ook stopzetten? Waar komt het water vandaan? Kijk eens in de stortbak. Wat zie je? Wat gebeurt er in de stortbak als je doorspoelt? Hoe kun je zuinig zijn met het water uit de stortbak? Wat gebeurt er als je veel te veel wc-papier gebruikt?
4. De kraan in de keuken Waarvoor wordt het water uit deze kraan gebruikt? Welke knop is voor warm water? En welke voor koud? Hoe kun je dat zien? Kun je zien waar het water vandaan komt? Kun je ook zien waar het water naartoe gaat? Waarom zit er zo’n rare slinger in de buis onder de gootsteen? Hoe kun je zuinig zijn met het water uit deze kraan?
5. Brandslang Waar is deze slang voor? Staat er een tekening op hoe je hem moet gebruiken? Moet je zuinig zijn met water uit de brandslang? Kan je hem gewoon lekker openzetten bij op een hete zomerdag?
Afronding
• Neem een tubetje tandpasta en een kindertandenborstel mee en laat een leerling zijn tanden poetsen met een emmer onder de kraan. Kijk eens hoeveel water er zou weglopen als je de kraan open laat staan! • Lees het versje van Hendrik Haan. Wat gebeurt er als je de kraan open laat
(30 minuten)
7. Kraan dicht!
www.duurzameleerleerlijn.nl 28
Extra
Tip Het is leuk en leerzaam om ‘een dag zuinig met water’ gedurende het jaar enkele keren terug te laten komen. Doe het ‘druppelpad’ nog eens!
Website: • Website: www.droppiewater.nl Creatief: • De leerlingen maken een tekening van een plek thuis waar ze zuinig kunnen zijn met water. Tandenpoetsen met de kraan dicht. Op de wc met een knop voor zuinig doorspoelen, onder de douche, in het bad, helpen met afwassen. Laat ze over hun tekening vertellen. • Doen alsof. Beeld als leerkracht één van de bovenstaande handelingen uit. Weten de leerlingen welke het zijn? Laat ze dan zelf iets uitbeelden. Let op het dichtdraaien van de kraan. Liedje: • Afscheidsliedje In het liedje neemt Droppie afscheid. Ook van Texelse Tim. Hij heeft het heel leuk gevonden, maar hij gaat nu echt weg. Maar als de leerlingen goed hebben opgelet, dan weten ze dat Droppie steeds weer terug zal komen. Refrein: Dag Droppie dag, leuk dat je bent geweest. Het was een reuze feest. Ga nu maar weer vlug naar de waterdruppies terug. We komen je vast weer tegen als een druppel in de regen in de golven van de zee in het water van de thee. We stampen in jouw regenplas en doen met jou de witte was. We zien je de volgende keer als een rimpel in het meer als een druppel aan de kraan Wij huilen en jij bent de traan We springen in het pierenbad en maken met jou onze haren nat Refrein We komen altijd weer samen als de regen druipt langs de ramen als we vissen in je slootje of op je varen in een bootje We poetsen met jou onze tanden en jij wast ons de handen Refrein
7. Kraan dicht!
staan (met de overloop dicht)? Laat de leerlingen dat schilderen of tekenen. • Laat de leerlingen ter afsluiting iets presenteren voor de ouders over dit project. Een tentoonstelling van de tekeningen, het versje, de emmer, tandenpoetswater etc.
www.duurzameleerleerlijn.nl 29