INTEGRAAL MEDISCH CENTRUM
Voorwoord In deze brochure vindt u informatie over uw klacht en de behandeling die u hiervoor kunt volgen. De volgende onderwerpen komen aan bod: • Wat is RSI? • Wat kunt u aan RSI doen? • Ontspanning • Ergonomie & houding • Belasting / belastbaarheid • Stress • Osteopathie en RSI • Behandeling in het IMC Deze onderwerpen zullen in de aparte hoofdstukken behandeld worden. Lees de brochure aandachtig door. Indien u vragen of opmerkingen heeft kunt u hiermee terecht bij uw behandeld therapeut.
Informatie Boekje IMC Therapie
IBIT R.K. Muts D.O. / D.M.
RSI (nek de muisarm) RSI (muisarm) 1
Het Integraal Medisch Centrum heeft een ruime ervaring bij de behandeling van RSI. Hierbij speelt uw persoonlijke ziektegeschiedenis een altijd een doorslaggevende rol. Vandaar dat wij geen ’recept’ voor de behandeling van RSI kunnen geven. De behandeling wordt altijd op de persoon met RSI-klachten afgestemd. 2 RSI (muisarm)
1. Wat is RSI ? De term RSI staat voor ‘Repetitive Strain Injury’. Het is een verzamelnaam voor diverse pijnklachten van de bovenste ledematen (hand, pols, arm en schoudergordel) en de nekregio. Klachten die gerelateerd zijn aan het werk komen vaak voort uit verschillende ziektebeelden en hebben meestal een muiticausaal (meerdere oorzaken) karakter. De klachten zijn vaak zeer divers, soms duidelijk, soms vaag. Letterlijk vertaald betekend de term ‘lichamelijke aandoeningen door herhaalde verrekking’. RSI kan grote gevolgen hebben voor u als persoon. De klachten treden aanvankelijk namelijk slechts op tijdens het werk, maar in een later stadium ook na het werk. Deze klachten kunnen zeer hinderlijk worden en kunnen van grote invloed zijn op uw dagelijkse handelingen (zoals het inschenken van koffie, het schillen van een appel, het dragen van een boodschappentas en andere eenvoudige bezigheden). Daarnaast kan door de klachten het deelnemen aan sport onmogelijk worden. De klachten kunnen ook gevolgen hebben voor de werkgever in de vorm van verzuim en op langere termijn het risico van arbeidsongeschiktheid. RSI treedt op door de combinatie van veel negatieve factoren. Deze factoren zijn elk op zich niet dramatisch, maar opgeteld leveren ze algauw een probleem op.
Reperterend bewegen Statische houding
Overbelasting
Verschillende namen / vormen van RSI: • Carpaal tunnel syndroom (CTS): Dit is een compressie van een zenuw in de onderarm. • Torsaaltunnelsyndroom (TTS): Dit is een inklemming ter hoogte van de elleboog. • De Quervain syndroom: Dit is een peesontsteking van de pezen van de duim. • Intersectiesyndroom: Een overbelasting van pezen in de pols op de plek waar deze elkaar kruisen. • ‘Trigger finger’ (tendovaginitis stenosans): Een verdikking van de pees aan de buigzijde van de vinger. • Thoracic Outlet syndroom: Uitstralende pijn in de armen door compressie van een vaatzenuwbundel in de schoudergordel. • Epicondylitis medialis of lateralis De ‘tenniselleboog’, pijn in de strekspieren van de pols ter hoogte van de elleboog.
2. De risicofactoren De belangrijkste risicofactoren om RSI te krijgen zijn de volgende: 1. Statische belasting Statische belasting betekent dat u lang achter elkaar in dezelfde houding zit, waarbij zeer weinig bewogen wordt, als er bewogen wordt zijn dit kleine bewegingen. Statische belasting van met name de schouder- en nekmusculatuur speelt een grote rol bij het ontstaan van klachten. De lokale bloedsomloop neemt al af bij 5 - 10% van de maximale statische kracht. 2. Repeterende handelingen Repeterende handelingen worden verricht met de hand, pols, onderarm vanuit een gefixeerde stand van de romp,
Kou, trillingen, werkdruk, etc.
RSI (muisarm) 3
4 RSI (muisarm)
nek en schouder. Er is sprake van repeterende handelingen wanneer relatief kortdurende bewegingen of krachten voortdurend op vrijwel dezelfde wijze worden herhaald. De lichamelijke belasting ontstaat door de combinatie van een hoge frequentie met uitoefening van kleine krachten of belastende bewegingen van een lichaamsdeel- of gewricht.
Statische Houding Repeterend bewegen
Fysieke belasting
3. Persoonlijkheidsstructuur De persoonlijkheidsstructuur kan een belangrijke rol spelen. Nauwkeurige, plichtsgetrouwe medewerkers lopen een grotere kans om RSI te ontwikkelen dan minder op de taak toegespitste werknemers. 3. Taakduur Naarmate de tijdsduur van de (herhalende) taak toeneemt, wordt de kans op het ontwikkelen van RSI groter. 4. Lichaamsstand Naarmate de stand van de lichaamsdelen meer afwijkt van de neutrale of ontspannen stand, neemt de kans op klachten toe (bijvoorbeeld hoe verder de pols naar buiten bewogen, wordt, hoe meer kans op klachten).
5. Werkhoudingen De werkhoudingen waarvan bekend is dat ze de kans op RSI vergroten, zijn: werken met opgeheven armen (geen steun), het regelmatig uitvoeren van de pincetgreep en een veelvuldige of extreme buiging, strekking of draaiing van pols of onderarm. 6. Krachtuitoefening Hoe meer kracht nodig is om een handeling uit te voeren, hoe groter de kans is op het ontwikkelen van klachten. 7. Handelingsfrequentie Als precies dezelfde bewegingen / handelingen vaker moeten worden uitgevoerd, betekent dat een groter risico voor het ontwikkelen van RSI. 8. Geen pauzes Van groot belang zijn pauzes in het werk. Tijdens pauzes kunnen de spieren zich even ontspannen en kan de bloedsomloop zich herstellen. Hierbij zijn frequente micropauzes (van enkele seconden) aanzienlijk effectiever dan weinig lange rustpauzes. Kort cyclisch werk Werktempo
Mentale belasting
9. Geen regelmogelijkheden Het ontbreken van regelmogelijkheden (het zelf kunnen bepalen van het werktempo en indeling van de werkzaamheden) en vooral het niet gebruiken daarvan is van invloed op het ontstaan van klachten. Een goede werkhouding, pauzemogelijkheden, houdingswisselingen en het voorkomen van werkstress kunnen langdurige statische belasting helpen vermijden. Vaak zullen organisaties en werknemers getraind moeten worden om deze regelmogelijkheden te creëren en ze daadwerkelijk te gebruiken.
RSI (muisarm) 5
6 RSI (muisarm)
10. Afkoeling Afkoeling kan een direct effect hebben op het spier- en zenuwweefsel door lokale vermindering van de doorbloeding. Het kan ook een effect "op afstand" veroorzaken: tocht leidt tot "koudegedrag", zoals het automatisch optrekken van de schouder. 11. Geslachtsfactoren Verschillende auteurs geven aan dat vrouwen meer risico lopen om RSI te ontwikkelen dan mannen. Het gaat dan met name om hormonaal bepaalde "risicoperioden" zoals zwangerschap, menopauze, gebruik van orale anticonceptiva, operatief verwijderde baarmoeder, etc. Vooral van de polsklachten is bekend dat ze vaker voorkomen tijdens de zwangerschap.
tijdens het werk afnemen. Hierdoor krijgen de spieren onvoldoende zuurstof en voedingsstoffen. Tegelijkertijd worden de afvalstoffen door deze verminderde doorbloeding slecht afgevoerd. Daarnaast is de inrichting van uw werkplek en uw houding tijdens het werk belangrijk. Een werkplek, die past bij uw persoonlijke lichaamsmaten, laat spanning in de spieren minder snel ontstaan. Een juiste houding maakt uw lichaam beter bestand tegen de werkbelasting. 2. Het voorkomen van stress Werkdruk in combinatie met "jezelf druk maken" veroorzaakt stress. Stress zorgt voor een verdere toename van de spanning in onze spieren. Verschillende onderzoeken laten zien dat mensen die onder stress werken een verhoogd risico lopen op het ontstaan van RSI-klachten. Er zijn tal van vaardigheden die de werkdruk beheersbaar kunnen maken. Te denken valt bijvoorbeeld aan het stellen van prioriteiten, delegeren, grenzen aangeven, communicatieve vaardigheden, conflicthantering e.d.
3. Wat kunt u aan RSI doen? Wanneer er sprake is van overbelasting en/of klachten, is het belangrijk hier snel en goed op te reageren. Omdat het niet voorspelbaar is wáár de klachten optreden, zullen vooral de verschillende oorzaken aangepakt moeten worden. De aanpak is in vier onderdelen te verdelen: 1. Doorbreken van de spanning Natuurlijk is het bewust worden van spanning en het tijdig toepassen van micropauzes het belangrijkst. Micropauzes zijn korte pauzes waarin de spieren zich maximaal kunnen herstellen (zie pag 13). In deze micropauzes spant u uw spieren kortdurend aan, ontspant ze daarna en besteedt aandacht aan uw ademhaling. Zoals u weet kan de bloedsomloop in de spieren RSI (muisarm) 7
3. Het tegengaan van eenzijdige activiteit. De eenzijdige activiteit wordt veroorzaakt door herhalingen tijdens het werk, waarvoor afwisseling een oplossing is. Daarnaast is een tegenhanger in de vorm van een bewegingsprogramma, vooral om de optredende stijfheid tegen te gaan en het eenzijdige gebruik te compenseren, een goede tweede oplossing. 4. Gerichte behandeling op de oorzaak Een juiste behandeling pakt de achterliggende factoren aan. RSI komt nooit alleen, vrijwel altijd zijn er andere (kleine) problemen die bijdragen om de drempel van het optreden van de RSI-klacht verlagen.
8 RSI (muisarm)
4. Tips Hier zijn een flink aantal tips verzameld op uiteenlopende onderwerpen. • Zet uw gezondheid op de eerste plaats en neem ook lichte RSI-klachten serieus. Uiteindelijk komt dat uzelf, uw gezin en uw organisatie ten goede. • Verander geregeld uw werkhouding, onderbreek uw werkzaamheden voor een moment en strek of rek uw spieren. Ook kunt u even opstaan en een klein stukje lopen. • Ontspan terwijl u werkt. Controleer regelmatig of u niet met opgetrokken schouders werkt. Span schouder- en nekspieren even aan en ontspan ze weer. Zo voelt u het verschil goed. • Wanneer u overwegend zittend werk doet, kunt u sommige activiteiten staand of lopend verrichten, zoals telefoneren. Daarmee doorbreekt u de zithouding en gebruikt u uw spieren op een andere manier. Op deze wijze verbetert u de doorbloeding en het herstel van de spieren en varieert u het gebruik van de spieren. • Zorg dat uw werkhoogte zodanig is ingesteld, dat met een rechte (niet gebogen) nek kan worden gewerkt (zie pagina 22). • Neem tijdens ingespannen werk geregeld een korte pauze. Rek en strek enkele spieren. U kunt bijvoorbeeld uw schouders optrekken of uw armen uitrekken. U kunt uw rug "hol maken", uw schouderbladen naar achteren trekken, uw vingers spreiden, enzovoorts. • Let tijdens het werk zo nu en dan op uw ademhaling. Tijdens ingespannen arbeid hebben we de neiging om de adem in te houden. Verder is het bekend dat men tijdens geconcentreerde arbeid oppervlakkiger ademt. Dit vermindert het zuurstofgehalte van het bloed en daarmee de voeding voor de spieren. RSI (muisarm) 9
• Wanneer u RSI-klachten hebt aan één arm, gun deze arm dan meer rust door af en toe ook met de andere arm te leren werken. Ook wanneer u geen klachten hebt, is het een goed idee om de belasting over beide armen te verdelen. Het kan het ontstaan/bestaan van RSI-klachten voorkomen/verhelpen. • Als u de spieren van uw nek, schouders of armen eens strekt of uitrekt, dan voorziet u de desbetreffende spieren van nieuw, vers bloed. Ook kan het bijzonder prettig zijn om zo nu en dan de arm met de andere hand licht te buigen en te strekken en de lichte spanning die zo ontstaat een tiental seconden aan te houden. U kunt de hand naar onder of naar boven buigen. • Wanneer u licht gedraaid werkt, is de spanning van uw spieren veel hoger, dan wanneer u recht voor u werkt. Zorg daarom dat u zo veel mogelijk recht voor u werkt. • Als u staand werkt, zorg dan dat u op beide benen evenveel druk heeft, als afwisseling kunt u één voet op een kleine verhoging plaatsen, of de voeten in een voor - achterwaartse stand plaatsen. • Als u zittend werkt, stel de stoel dan zo in dat uw bovenarmen recht naar beneden afhangen en uw onderarmen een bijna rechte hoek maken met de bovenarmen terwijl u werkt. Nu kunt u bekijken of u ontspannen met uw voeten op de grond kunt zitten. Wanneer uw stoel zo hoog staat ingesteld dat u uw voeten niet goed op de grond kunt plaatsen, dan heeft u een voetenbankje nodig. • Armleuningen kunnen een enorme steun zijn tijdens zittend werk. Ze helpen om de schouders te ontspannen. Stel de armsteunen zo in dat ze een prettige overgang naar uw tafel vormen. Belangrijk bij de aanschaf van een goede bureaustoel is dat de armleuningen verstelbaar zijn en voldoende naar achteren zijn geplaatst, zodat u de stoel goed kunt aanschuiven. Beter is nog wanneer uw arm volledig op de tafel rust. 10 RSI (muisarm)
5. Ontspanning
Wanneer een spier minder zuurstof krijgt, zal deze 'verkrampen' en dus harder worden.
Iedereen voelt zich wel eens gespannen. Meestal uit dit zich in een stijve nek of een moe gevoel in de rug. Dit is vaak het gevolg van een verhoging van de spierspanning. De voorste schouderarmspier (M. Pectoralis) is vaak te gespannen, waardoor een vaatzenuwstreng naar de arm afgekneld wordt.
Geen enkele beweging of houding kan plaatsvinden zonder spierspanning. Alleen vergt de ene beweging of houding wat meer spierspanning dan de andere. Bij het tillen van een tas zullen uw nek en schouderspieren zich moeten aanspannen. Het herkennen en voelen van spanning zal het eerste doel zijn. Daarna zult u leren deze spanning te verlagen. Door regelmatig de oefeningen te doen, zult u meer invloed kunnen uitoefenen op uw lichamelijke reacties en beter kunnen ontspannen. Ontspanning geeft een vermindering van de pijn en helpt bij slaapklachten Het is wel de bedoeling dat deze spanning weer afneemt nadat u de tas heeft neergezet. Vaak blijft de spierspanning nog voortduren, wat een stijf gevoel veroorzaakt. Vaak zal er sprake zijn van een te hoge spierspanning zonder dat u iets voelt. Laat nu bewust uw schouders hangen en u zult merken dat u ze onbewust te hoog opgetrokken had. Ook het scherp stellen van de ogen heeft invloed op de spierspanning in uw nek. U kunt dit voelen door de vingers in de nek, net naast de wervelkolom, te plaatsen en dan naar links en naar rechts te kijken zonder de nek te draaien. Door het bewegen van de ogen kunt u voelen dat uw nekspieren lichtjes aanspannen. Wanneer spieren langere tijd zijn aangespannen vermindert de doorbloeding. Wanneer de doorbloeding afneemt neemt ook de toevoer van zuurstof naar de spieren af. RSI (muisarm) 11
Niet alleen het tillen van een tas geeft een verhoogde spierspanning maar ook het handhaven van een houding. Ook concentratie en stress zorgen voor een toename van de spierspanning. Ontspanningsoefeningen hebben tot doel de spanning in uw spieren te verlagen. Verschillende acties in het dagelijks leven vereisen verschillende spanningsniveaus. Spanning is niet slecht, maar een te lang aanhoudende of te sterk verhoogde spanning kan leiden tot pijn. Pijn op zichzelf leidt vaak weer tot een toename van spanning etc. Het komt er dus eigenlijk op neer dat u zo efficiënt mogelijk probeert om te gaan met spanning en daar een balans in gaat vinden.
12 RSI (muisarm)
Spieren zijn over het algemeen een zeer goede graadmeter welke aangeven in hoeverre u gespannen bent. Door dit spiergevoel beter te ontwikkelen, zult u beter in staat zijn de mate van spanning op een bepaald moment in te schatten en wanneer nodig aan te passen. Om het meeste voordeel uit deze training te halen, zou u de oefeningen, die ongeveer 15 tot 20 minuten duren meerdere malen per week moeten doen. Probeer de oefeningen zoveel mogelijk in uw dagelijks leven in te passen, er een routine van te maken. Sommige mensen hebben al op zeer korte termijn baat bij de training. Voor de meeste duurt het echter 1 à 2 maanden voordat zij voordeel ondervinden van de ontspanningsoefeningen. Raak dus niet teleurgesteld wanneer de oefeningen niet direct het door u verwachte resultaat geven. Regelmatig oefenen
beter resultaat
Het bereiken van een diepe ontspanning is een erg prettige ervaring. Naast het verminderen van de spierspanning heeft het nog een aantal andere voordelen. Velen ervaren een groter gevoel van controle, hebben minder moeite met inslapen, een lagere bloeddruk, voelen zich minder snel geprikkeld en staan over het algemeen positiever in het leven. Ademhaling Als u met een langere periode van stress en spanning te maken heeft gehad, heeft dit vaak invloed op de manier van ademen. Bij een verhoogde spanning zal de ademhaling sneller en 'hoger' worden. Met 'hoog' ademen wordt bedoeld dat de borstkas opzet bij het inademen. Door meer gebruik te maken van de buikademhaling wordt het gemakkelijker om te ontspannen, het wordt zelfs gezien als een voorwaarde voor ontspaning. RSI (muisarm) 13
5.1. Micropauzes Micropauzes zijn korte pauzes waarin de spieren zich maximaal kunnen herstellen. In deze micropauzes spant u uw spieren kortdurend aan, ontspant ze daarna en besteedt u aandacht aan uw ademhaling. Zoals u weet kan de bloedsomloop in de spieren tijdens het maken van repeterende bewegingen sterk afnemen. Hierdoor krijgen de spieren onvoldoende zuurstof en voedingsstoffen. Tegelijkertijd worden de afvalstoffen door deze verminderde doorbloeding niet goed afgevoerd. Zo treedt er vervuiling van het bloed op in de spieren. Op het moment dat u uw spieren aanspant, wordt dit vervuilde bloed uit uw spieren geperst. Tijdens de erop volgende ontspanning kan er dan vers bloed uw spieren binnenstromen. Omdat u intussen dieper ademt vindt er meer beweging in het centrale deel van uw lichaam plaats, via tal van fysiologische stappen komt dit uw spierweefsel extra ten goede. Zo'n op de juiste wijze uitgevoerde micropauze is een effectieve methode om uw spieren te ontspannen en te herstellen. Het toepassen van micropauzes Neem tijdens ingespannen werk regelmatig een korte pauze. Rek en strek enkele spieren. U kunt bijvoorbeeld uw schouders optrekken of uw armen naar boven uitrekken, door uw handen in uw nek te leggen en de ellebogen naar achteren te bewegen. U kunt uw rug "hol maken", uw schouderbladen naar achteren trekken, uw vingers spreiden, enzovoorts. Leg de handen daarna in de schoot en ontspan uzelf én de betrokken spieren, Neem enkele diepe, langzame ademhalingen. Onderstaande oefening kunt u in principe in iedere houding uitvoeren, wij hebben gekozen voor de uitgangshouding waarbij u op uw rug ligt. In een later stadium kunt u de oefeningen ook tijdens het zitten, staan of lopen uitvoeren. 14 RSI (muisarm)
Praktijk ontspanningsoefeningen Belangrijke zaken bij ontspanningsoefeningen zijn: • zoek een rustige, warme plek waar het niet tocht • zorg ervoor dat u niet gestoord kunt worden • ga gemakkelijk liggen of zitten • trek uw schoenen uit en zorg ervoor dat uw kleding niet knelt 5.2. Basisoefening buikademhaling Uw knieën zijn gebogen en uw voeten staan plat op de vloer. Leg uw ene hand op uw buik en de andere op uw borstkas. Voel hoe u ademt. Beweegt alleen uw borstkas of uw buik? Wat is de volgorde als u inademt? Beweegt eerst uw borstkas of eerst uw buik? Probeer er voor te zorgen dat bij het inademen alleen uw buik opbolt. Adem rustig door uw neus. Wanneer u alleen uw buik kunt laten bewegen bij het ademen, zondar dat uw borstkas omhoog komt, bent u in staat de buikademhaling uit te voeren. Een volgende stap is om de ademfrequentie te vertragen. Door de pauzes tussen het in- en uitademen langer te maken, dus gewoon even wachten tussen het in- en uitademen.
RSI (muisarm) 15
5.3. Spierontspanning Lees voor dat u gaat ontspannen de aanwijzingen een aantal malen door, zodat u de ontspanningsoefening niet hoeft af te breken om de aanwijzingen opnieuw te lezen. De volgorde van de lichaamsdelen is niet van wezenlijk belang; ook hoeft u niet persé alle onderdelen gedaan te hebben, probeer er toch zoveel als mogelijk te bereiken. Tijdens de spierontspanningsoefening moet u uw spieren om de beurt spannen en ontspannen. Het spannen van de spieren hoeft u maar 5 tot 10 seconden vast te houden voor u weer ontspant. Tijdens het aanspannen is het van groot belang dat u zich concentreert op de (plaatselijk) verhoogde spanning. Probeer alleen die spieren aan te spannen waarop u zich in de betreffende oefening moet richten en probeer de rest van uw lichaam te ontspannen. Zorg bij het ontspannen dat uw arm of been slap wordt. Adem rustig door, probeer uw adem niet in te houden. Begin de oefening door u te concentreren op het contact van uw lichaam met de ondergrond. Let hierbij op de volgende zaken: • maken uw hielen contact? • uw kuiten en uw knieën? • uw billen en uw rug? • uw schouders? • uw armen? • uw handen? • uw achterhoofd? • etc. 16 RSI (muisarm)
Het gaat er daarbij niet om wat goed of wat slecht is, of wat hoort of niet hoort maar het gaat er om te ervaren waar u allemaal contact maakt met de ondergrond. Probeer tijdens de volgende oefening steeds te controleren of dit contact verandert. Probeer het contact met de grond of een matje zo groot mogelijk te maken: alsof u een gelatinepudding bent die langzaam uitdijt. Vaak helpt de gedachte dat uw lichaam slap en zwaar wordt. Adem uit wanneer u de spanning loslaat.
Rug en heupen Trek uw knieën op. Span uw bilspieren zo goed mogelijk aan zodat u spanning voelt rond uw heupen, bekken en billen. Laat daarna los. Duw uw onderrug in de grond. Voel de spanning in uw buik(spieren). Laat daarna los. Duw uw bovenrug in de grond. Voel de spanning in uw gehele rug. Laat daarna los. Armen
Spierontspanningsoefeningen
Maak een vuist met uw rechterhand, voel de spanning en laat daarna weer los. Voel de ontspanning in uw hand. Herhaal de oefening met uw linkerhand.
Benen en voeten Duw uw rechtervoet van u af (alsof u het gaspedaal indrukt), zodat u de kuit voelt aanspannen. Daarna laat u los. Voel de spanning wegzakken. Herhaal deze oefening met de linkervoet. Trek de tenen van uw rechtervoet naar u toe (alsof u het gaspedaal loslaat). Even aanhouden, voel de spanning (voorzijde onderbeen en eventueel rek in uw kuit); Laat daarna los. Herhaal deze oefening met de linkervoet. Duw uw rechterknie in de grond. Voel de spanning o.a. aan de voorkant van uw bovenbeen. Laat daarna los, herhaal de oefening met uw linkerknie. Duw uw hiel in de grond. Voel de spanning o.a. aan de achterzijde van uw bovenbeen en bil. Laat daarna los, herhaal de oefening met uw linkerhiel.
Nek en schouders Duw uw schouders naar voren. Voel de spanning, o.a. aan de voorzijde van uw borst. Leg de schouders rustig terug. Voel de ontspanning Trek uw schouders naar uw oren. Voel de spanning en leg uw schouders rustig terug. Duw uw hoofd iets naar achteren in de grond voel de spanning in uw nek en leg uw hoofd rustig terug. Voel de spanning afnemen. Til uw hoofd een heel klein stukje op. Voel de spanning in uw hals en leg uw hoofd rustig terug. Voel de spanning afnemen. Blijf zo nog even liggen en sta dan heel rustig weer op.
RSI (muisarm) 17
18 RSI (muisarm)
Wanneer u geen tijd hebt om alle spieren afzonderlijk te ontspannen, kunt u ook alle spieren tegelijkertijd aanspannen. U maakt uw lichaam zo hard mogelijk. Houd dit weer enkele seconden vast om daarna alle spieren te ontspannen. U zult merken dat u in het begin grote gebieden zult aanspannen, om goed de spanning te kunnen voelen. Later hoeven er totaal geen bewegingen op te treden om toch stukjes van uw lichaam te laten aan- en ontspannen. Hierdoor krijgt u een grotere controle over uw lichaam en zult u in staat zijn kleine spanningsverschillen te bemerken, zowel in de oefeningen als in het dagelijks leven. Probeer daarom zoveel mogelijk verschillende uitgangshoudingen. En pas dit ook gewoon toe tijdens het lopen, zitten of tijdens een gesprek, met name wanneer u merkt dat ergens (bijv. uw nek of lage rug) de spanning toeneemt.
belasting & belastbaarheid
Door ontspanningsoefeningen: • wordt u rustiger • bent u beter in staat zich te concentreren • bent u beter in staat uw (spier) spanning aan te geven • krijgt u meer controle over uw lichaam • neemt uw belastbaarheid toe RSI (muisarm) 19
5.4. Ademhaling en ontspanning Er bestaat een duidelijke samenhang tussen ontspanning en ademhaling. Het is belangrijk te beseffen dat ademhaling en ontspanning elkaar beïnvloeden. Als men ontspannen is, is dit van invloed op het ritme en het patroon van de ademhaling. De ademhaling is op haar beurt weer van invloed op het ontspanningsniveau. Met andere woorden: er kan een vicieuze cirkel ontstaan, waardoor ongezonde stress leidt tot een verstoorde ademhaling, die vervolgens weer leidt tot ongezonde stress. Een voorbeeld hiervan is hyperventilatie. Dit is een veel voorkomende klacht waarbij onder andere gevoelens van duizeligheid en misselijkheid optreden als gevolg van een tekort aan koolzuur in het bloed. Dit tekort is het resultaat van een verstoorde ademhaling. Een oppervlakkige en onregelmatige ademhaling kan worden veroorzaakt door een verkeerde houding. Een ingetrokken buik en gespannen schouders belemmeren een vrije in- en uitademing. Er zijn twee manieren van ademhalen, namelijk de borstademhaling en de buikademhaling. Bij de borstademhaling ademt men in door het bovenste gedeel- Beweging van de buikwand ten gevolge van de te van de longen vol te zuigen waarbij de schouders en beweging van het midden20 RSI (muisarm)
de ribben worden opgetrokken. Daardoor wordt de inhoud van de borstkas vergroot. Bij de uitademing zakken de ribben en schouders weer omlaag. Bij de buikademhaling ademt men in, niet alleen door het bovenste gedeelte van de longen vol te zuigen, maar ook het onderste gedeelte. Hierdoor wordt het middenrif naar beneden gedrukt en zet de buik uit. Bij uitademing vlakt de buik weer af en gaat het middenrif weer naar boven. 'Bij ongezonde stress overheerst de borstademhaling, terwijl bij ontspanning de buikademhaling overheerst. Dit betekent ook dat de buikademhaling u kan helpen te ontspannen. Daarom is het belangrijk zich de buikademhaling eigen te maken.
Een buikademhalingsoefening • Ga ontspannen zitten of liggen en concentreer u op uw ademhaling, zonder er iets aan te veranderen. Vervolgens legt u beide handen op uw buik, ongeveer ter hoogte van uw navel. Vul uw longen helemaal met lucht, zodat uw middenrif naar beneden wordt gedrukt en uw buik wat uitzet. • Maak uw buik bol en houd de lucht een ogenblik vast, om vervolgens weer uit te ademen door de neus. Laat die uitademing wat langer duren dan de inademing. Laat de buik weer afvlakken en ‘plat’ worden. Dit herhaalt u een aantal keer, totdat u voelt hoe bij iedere ademhaling de ontspanning toeneemt.
Een oefening voor de adembeheersing • Houd uw rechter neusgat dicht met de rand van uw rechterduim en adem gedurende acht tellen in door het linker neusgat. Plaats vervolgens uw wijsvinger tegen uw linker neusgat en houd de adem nog eens acht tellen lang vast. • Neem de duim van het rechter neusgat en adem acht tellen lang uit, terwijl de wijsvinger het linker neusgat dichthoudt. Adem dan weer in door het rechter neusgat, waarbij de volgorde wordt omgekeerd. Een rustgevende ademhalingsoefening • Adem in door de neus terwijl u langzaam tot vier telt. Naarmate de longcapaciteit verbetert, kunt u het aantal tellen verhogen tot zes of acht. Houd de adem gedurende vier, zes of acht tellen vast. • Zonder dat u het lichaam beweegt, ademt u uit terwijl u langzaam en regelmatig tot vier, zes of acht telt. Blaas alle lucht volledig uit. Hierna begint u opnieuw. RSI (muisarm) 21
Regelmatig bewegen is goed voor zowel de ademhaling als voor de broodnodige ontspanning 22 RSI (muisarm)
7. Ergonomie en houding
iets moet worden ingesteld en welke richtlijnen zij moeten hanteren.
Ergonomie De ergonomie beschrijft de verhoudingen van het menselijk lichaam ten opzichte van zijn omgeving. Hierbij wordt gekeken naar de vormgeving en inrichting van de woon-, werk- en vrijetijdsomgeving van een persoon. De ergonomie probeert hierbij de omgeving dusdanig in te richten dat het belastingsniveau van een individu binnen algemeen geaccepteerde normen blijft.
Het is van groot belang dat u een juiste houding aanneemt, waardoor u uw spieren en pezen minimaal belast. Er zijn tal van hulpmiddelen die u daarbij kunnen ondersteunen. Het mag duidelijk zijn dat bij zittend werk een verstelbare bureaustoel kan zorgen voor maximaal zitcomfort, mits u de moeite neemt om de stoel juist in te stellen.
"De gemiddelde mens Verreweg de meeste fabrikanten, architecten en werkgevers gaan bij het maken van voorwerpen, huizen en werkplekken uit van de "gemiddelde" mens. Veel autofabrikanten bijvoorbeeld baseren de maten van hun auto's op een gemiddelde van uw lichaamslengte van 1 meter 73. Omdat veel mensen hiervan afwijken, worden veel artikelen tegenwoordig verstelbaar aangeleverd. Dit maakt het mogelijk dat verschillende mensen met hetzelfde product kunnen werken. Het blijkt echter dat instelbare voorwerpen zelden of nooit op de juiste manier worden ingesteld. Naast gemakzucht, blijkt dat veel mensen niet weten hoe
Bij een juiste werkhouding (rechts) is er evenwicht in de spieren. RSI (muisarm) 23
Richtlijnen voor werken in een staande positie Bij een goed ingerichte staande werkplek met werkblad, wordt de belasting, zoals die bij het zitten bestaat, aanmerkelijk teruggebracht. Toch kunnen er bij langdurige statische belasting vermoeidheid en klachten optreden. Het afwisselen van werkhouding en het goed instellen van de werkomgeving zijn hiervoor de oplossingen. Indien u staand met een werkblad werkt, wordt een werkbladhoogte van 55% procent van de lichaamslengte als minst belastend beschouwd. Een andere methode om de juiste hoogte van een werkblad te bepalen is door uit te gaan van een hoogte die 5 centimeter ligt onder het ellebooggewricht. Bij de meting dienen de armen ontspannen langs het lichaam te hangen. 24 RSI (muisarm)
Richtlijnen met betrekking tot het zitten Zitten is één van de meest belastende activiteiten voor de rug. Het is dus zeker bij het zitten van belang dat de stoel goed staat ingesteld en dat u een goed zitgedrag vertoont. Belangrijk bij het zitten is dat de stoel op de juiste hoogte is ingesteld. Indien u een stoel heeft die u niet of niet voldoende in hoogte kunt verstellen is het verstandig gebruik te maken van een voetenbankje. Door dit hulpmiddel goed op hoogte in te stellen kunt u toch de juiste zithoogte verkrijgen. Bij het zitten is het van belang uit te gaan van een basis zithouding. Bij de basis zithouding gaat u achter in de stoel zitten. Uw beide voeten steunen op de grond en uw knieholten sluiten aan op de zitting. Het zitvlak en de rugleuning moeten dusdanig ingesteld zijn dat de wervelkolom haar natuurlijke krommingen behoudt en u recht vooruit kunt kijken. Dit betekent dat de hoek tussen uw lichaam en uw bovenbenen minimaal 90 graden en maximaal 135 graden mag zijn. Indien u een verstelbare rugleuning heeft is het aan te raden met name het onderste deel van de rug voldoende steun te geven. Een hulpmiddel om de natuurlijke krommingen van de rug te ondersteunen is een 'low-backsupport' dit is een soort kussenrol dat in het onderste deel van rug extra steun geeft. Het is van groot belang dat u, uitgaande van uw basis zithouding, regelRSI (muisarm) 25
matig varieert tussen verschillende zithoudingen. Probeer draaien en vooroverbuigen te voorkomen. Het is aan te raden om ieder kwartier even op te staan en opnieuw goed te gaan zitten.
Richtlijnen voor het werken aan een werkblad Voor het instellen van de hoogte van een werkblad is het belangrijk om te weten welke werkzaamheden u aan dit werkblad verricht. De instelling van de werkbladhoogte is min of meer gekoppeld aan de zithoogte. Indien u een voetenbankje gebruikt om de juiste stoelhoogte te benaderen dient u de hoogte van het voetenbankje op te tellen bij de door de fabrikant geadviseerde stoelhoogte. De minst belastende werkhouding aan een werkblad bereikt men door de stoel goed onder het bureau / tafel / lopende band te schuiven. Daarbij is het belangrijk dat er voldoende beenruimte is.
Screen uw eigen omgeving Bij het screenen van de omgeving is het ten eerste van belang in kaart te brengen hoe lang u bepaalde taken uitvoert en of u hierbij inderdaad klachten ervaart.
26 RSI (muisarm)
Zet twee bureaus tegen elkaar. De juiste afstand tot het beeldscherm is gewaarborgd, er is meer ruimte voor het toetsenbord, de muis en ander materiaal.
Deze opstelling werkt prettig en is verantwoord, voor een juiste afstand tot het beeldscherm dient de ontstane ruimte in de hoek van de opstelling (toetsenbord) opgevuld te zijn.
Verschillende typen ergonomische toetsenborden
De polssteun kan helpen de typehouding te verbeteren. Er worden zeer uiteenlopende typen cursorbesturingssystemen op de markt gebracht.
RSI (muisarm) 27
Draai de polsen niet tijdens het typen, maar houdt ze recht. Zorg er tevens voor dat de vingers niet krampachtig gekruld zijn. 28 RSI (muisarm)
7. Belasting en belastbaarheid Belasting Belasting is een verzamelnaam voor alle externe invloeden die voortvloeien uit activiteiten die u doet of uit de situatie waarin u verkeert. U kunt daarbij denken aan de moeilijkheidsgraad van de taak die u moet verrichten, het tempo waarin dat gedaan moet worden, de verantwoordelijkheid die u draagt, eventuele piekbelastingen etc. Naast de lichamelijke belasting speelt de emotionele en mentale belasting ook een belangrijke rol in het dagelijks leven. Om een activiteit succesvol te volbrengen moet u met deze vormen van belasting om kunnen gaan. Een werkplek waar je dagelijks bezig bent, zou verantwoord ingericht moeten worden. Tegenwoordig zijn er vele oplossingen te koop. Het notebook op een verhoging zetten, met een apart toetsenbord en een losse muis, draagt al veel bij tot een ergonomische werkomgeving.
Belastbaarheid Hoe goed u functioneert is enerzijds afhankelijk van de mate van belasting die u uitvoert, anderzijds van hoe goed u tegen deze belasting bent opgewassen, ofwel van uw belastbaarheid. Uw belastbaarheid is afhankelijk van uw deskundigheid, ervaring, innerlijke veerkracht en fysieke gesteldheid. U wordt in het dagelijks leven altijd blootgesteld aan een bepaalde mate van belasting. U wordt in meer of mindere mate onder druk gezet op mentaal, emotioneel en lichamelijk niveau. Hoe goed u onder de gegeven omstandigheden functioneert, is afhankelijk van hoe goed u een tegenkracht kunt ontwikkelen op elk van de genoemde niveaus. Dat wil zeggen hoe sterk u mentaal bent, hoe sterk u emotioneel bent en hoe sterk u lichamelijk bent. Onderbelasting Indien niet in voldoende mate een beroep wordt gedaan op uw belastbaarheid wordt u onderbelast. Er is dan sprake van een situatie waarin minder belasting op uw lichaam en geest inwerkt dan u aankunt. Uw conditie zal achteruitgaan. Dit geldt voor de fysieke conditie en voor de emotionele en mentale conditie.
RSI (muisarm) 29
30 RSI (muisarm)
Belasting, belastbaarheid en RSI Overbelasting Iedereen kan zich voorstellen dat door werken de mens overbelast kan worden. Velen gaan ervan uit dat dit ook de reden is van de klachten. Toch is de relatie tussen de belasting op het werk en de klachten niet eenvoudig. Het uitvoeren van eenzijdige handelingen in hoog tempo, met bijvoorbeeld de handen en de armen heeft invloed op de klachten, maar ook langdurig in eenzelfde houding werken is een grote belasting, met name voor de nek en schouderspieren. Eenzijdige belasting Klachten zoals ze bij RSI voorkomen kunnen veroorzaakt worden door eenzijdige belasting. Dit is vaak het gevolg van onvoldoende afwisseling in de krachten die op uw nek, schouders en armen werkzaam zijn. Het lichaam wordt steeds op dezelfde manier gebruikt. Zittend werk, niet sporten, het vermijden van bewegingen vanwege pijn, vergroten de kans op klachten.
Overbelasting Wanneer de belasting groter is dan u aan kunt, is er sprake van overbelasting. De belasting is groter dan de belastbaarheid van uw lichaam. Wanneer dit langere tijd voortduurt pleegt u roofbouw op lichamelijk, mentaal en emotioneel niveau. De juiste belasting De juiste belasting vormt een stevige prikkel voor u als mens en stimuleert u om op mentaal, emotioneel en fysiek niveau in conditie te blijven. De verhouding tussen de belasting en uw belastbaarheid is optimaal. Er ontstaat een balans. RSI (muisarm) 31
Hoe weet u nu hoe zwaar de taak is? Ten eerste "al doende leert men". Uit eerdere ervaringen weet u ongeveer hoe zwaar een bepaalde inspanning of opdracht zal zijn. Iedereen weet bijvoorbeeld gevoelsmatig hoe zwaar een pak melk weegt. Soms is het verstandig een omrekening te maken van de activiteit die u gaat ondernemen naar meer tastbare eenheden. Bijvoorbeeld; wanneer u weet dat u bij het dragen van een gewicht van vier kilo last van uw schouder krijgt, bent u dus ook niet in staat drie ander-halve-liter-flessen frisdrank in een tas aan één hand te dragen zonder pijn. Wanneer u thuis ingespannen een model vliegtuigje maakt en er na een uur klachten optreden, dan weet u dat een uur ingespannen achter de computer werken ook de nodige problemen zal opleveren. 32 RSI (muisarm)
Toch is het inschatten van de belasting moeilijk, want wat u de ene dag met gemak doet, kan de volgende dag meer moeite kosten en omgekeerd. Omdat de klachten per dag en soms ook over de dag sterk kunnen wisselen, is het van belang dat u per taak uw belastbaarheid inschat, maar ook rekening houdt met het tempo van herstel. Belastbaarheid Hoe kunt u uw belastbaarheid inschatten? Uw belastbaarheid wordt onder andere bepaald door ‘hoe fit u zich voelt', zowel lichamelijk als geestelijk. Als u zich als geheel moe voelt, bent u tot minder in staat. Uw belastbaarheid is lager. Maar ook een deel van uw lichaam kan 'minder fit' zijn. Wanneer u veel pijn in uw schouder of een moe gevoel in u rug heeft, wil dit zeggen dat dit lichaamsdeel minder 'fit' is. De belastbaarheid van dit lichaamsdeel is dan lager. De belasting bij RSI wordt veroorzaakt door het repeterende en / of lichtstatische karakter van het werk. Het is niet zozeer de kracht die de belasting vormt, maar het herhalende karakter van het werk. Wat kunt u doen om uw belastbaarheid te verhogen? Een simpel antwoord is: door fitter te worden. Fit betekent eigenlijk 'passend' of 'aangepast'. Zorg er dus voor dat u voldoende bent opgewassen tegen dagelijkse taken. Dit kunt u algemeen oefenen door: • uw conditie te verbeteren • uw spieren te versterken • leniger te worden • uw spierspanning te optimaliseren • uw stressbestendigheid te verhogen
RSI (muisarm) 33
8. Stress Wat is stress? Het Engelse woord "stress" betekent letterlijk druk of spanning. Hoewel stress een ingeburgerd begrip is, bestaan er toch wat misverstanden en onduidelijkheden over. Stress zou slecht en ongezond zijn. Maar stress is ook alledaags en niet te vermijden. Stress zet het lichaam aan tot presteren. Dokter Hans Seyle (1995) is één van de grondleggers van stressonderzoek. Hij is tot de conclusie gekomen dat stress niet iets is wat je kunt ontwijken. Men moet het juist niet willen vermijden. "Stress is the non-specific response of the body to any demand made upon it" (Seyle, 1973).
Op het werk en daarbuiten komen er zowel positieve als negatieve situaties voor. Belde situaties zorgen ervoor dat het lichaam op hogere toeren gaat draaien. Er is brandstof nodig die de motor van lichaam en geest aan het werk zet. Elke situatie of verandering die een aanpassing vergt, veroorzaakt stress. Er bestaan twee soorten stress. Ten eerste gezonde stress. In veel situaties is stress nuttig en nodig om (optimaal) te kunnen presteren en functioneren. Deze stress houdt ons actief en productief. Ten tweede is er de minder gezonde negatieve stress, die optreedt wanneer er te vaak of te langdurig grote druk op ons wordt uitgeoefend. Deze overbelasting kan de oorzaak zijn van een aantal vervelende lichamelijke klachten, zoals hoofdpijn, slapeloosheid, nek- en schouderklachten, rugklachten en een hoge bloeddruk. Kortom wanneer de gestelde eisen extreem hoog of laag zijn en langere tijd duren..... ja, dan ontstaat er een toestand waarbij er schade aan het lichaam optreedt. 34 RSI (muisarm)
Het "syndroom stress" kent de volgende drie stadia Stadium I is het alarmstadium In het alarmstadium raakt de weerstand van het organisme als gevolg van de confrontatie met een storende stimulus ontregeld en komt een proces van fysiologisch activatie op gang. Door de hormonen adrenaline en noradrenaline (de zgn. "stresshormonen") wordt het lichaam in een vlucht-, vecht- en vreesactie gebracht. Stadium II is het stadium van weerstand De fysiologische processen zijn nu minder algemeen en spitsten zich toe op de specifieke aard van de schadelijke prikkels. De weerstand is in deze fase optimaal en helpt het lichaam te doen wat gedaan moet worden. Stadium III is het uitputtingsstadium Indien het lichaam lange tijd geconfronteerd blijft met een ernstige stressor en niet naar een evenwichtstoestand kan terugkeren, bereikt men uiteindelijk het uitputtingsstadium. Stress op het werk: de oorzaken Er is de laatste tien jaar veel onderzoek naar de oorzaken van stress in de werksituatie gedaan. De volgende stressoren in het werk kunnen onderscheiden worden: 1. Overbelasting; 2. Onderbelasting; 3. Onduidelijke functie- en taakomschrijving; 4. Tegenstrijdige opdrachten, verwachtingen en eisen; 5. Veel verantwoordelijkheid; 6. Onvoldoende mogelijkheid tot overleg en participatie; 7. Onopgeloste conflicten, onderlinge verhoudingen; 8. Onzekerheid over de toekomst; 9. Gebrek aan regelmogelijkheden
RSI (muisarm) 35
Wanneer men niet kan voldoen aan de eisen die gesteld worden kan er een stressreacties optreden. Deze reacties kunnen lichamelijk, gedragsmatig en psychologisch zijn. Lichamelijke stressreacties: 1. Verhoging van hartslag en bloeddruk 2. Verandering van de ademhaling 3. Verandering van de spierspanning Gedragsmatige stressreacties: 1. Rusteloos gedrag 2. Slaapproblemen 3. Het vermijden van bepaalde situaties Psychologische stressreacties. 1. Angst 2. Besluiteloosheid 3. Concentratiestoornissen Stresshantering Werkdruk in combinatie met "jezelf druk maken", veroorzaakt stress. Stress verhoogt de spanning in de spieren tijdens het werk. Meerdere onderzoeken laten zien dat mensen die onder stress werken een verhoogd risico lopen op het ontstaan van RSI-klachten. Er zijn tal van vaardigheden die werkdruk beheersbaar kunnen- maken. Bijvoorbeeld: het stellen van prioriteiten, delegeren, grenzen aangeven, communicatieve vaardigheden, conflicthantering, e.d.
36 RSI (muisarm)
9. Osteopathie en RSI Wat Is Osteopathie? Osteopathie is een manuele onderzoeks- en behandelmethode van alle weefsels van het lichaam, op hun beweeglijkheid en onderlinge relaties, voor zover deze een rol spelen bij de klachten. De Osteopaat betrekt de gehele mens bij onderzoek en therapie. Manueel, omdat de osteopaat het onderzoek en de behandeling uitvoert met zijn handen. Het menselijk lichaam voert constant onbeschrijflijk veel bewegingen uit. De bewegingen die bekend zijn, zijn voornamelijk de willekeurige bewegingen. Deze voeren we bewust uit, zoals het draaien van het hoofd, het opheffen van een arm, bukken, etc. Daarnaast zijn er nog meer bewegingen die we ons niet bewust zijn. We slikken bijvoorbeeld continu. Onze oogleden knipperen voortdurend om onze oogbol van vocht te voorzien. De ademhaling behelst ongeveer 20.000 adembewegingen per dag. De hartspier pompt ca. 100.00 maalper dag. De nieren leggen per dag een traject af van 600 meter. Dit geldt voor alle inwendige organen (peristaltiek van de darmen, leverbewegingen bij ademhaling) en voor de lichaamsvloeistoffen (bloed, lymfe, hersenvocht.). Achtergrond Osteopathie Het menselijk lichaam is in feite op te vatten als een systeem met een dynamisch evenwicht. Alle cellen zijn onderhevig aan opbouw en afbraak, veroudering en vernieuwing. Deze dynamiek vereist een bewegingsvrijheid, tot in het kleinste detail. Vindt er ergens in het lichaam een bewegingsvermindering plaats, dan verandert het proces van opbouw en afbraak en ontstaat er een dysfunctie (bijvoorbeeld RSI, rugklachten, tintelingen, artrose, aanslag in de aderen, etc). RSI (muisarm) 37
Dankzij het oorspronkelijk dynamisch evenwicht en het zelfregulerende mechanisme van de mens (uitgangspunten van de osteopathie), kan de dysfunctie hersteld worden. Dit vereist een nauwkeurig onderzoek naar het hoe en waarom van de bewegingsvermindering in alle weefsels van het lichaam. Herstel van de bewegingsmogelijkheid leidt vervolgens tot herstel van de functie en het evenwicht. Osteopathische mogelijkheden Vanuit de osteopathische gedachtegang komt een RSIklacht niet uit de lucht vallen, maar ontstaat langzaam. Voorafgaand zijn reeds kleine verandering in een hele bewegingsketen ontstaan. Daarnaast houdt de arm niet op bij het schoudergewricht. Andere systemen worden in de bewegingsketen meegenomen in het onderzoek en de behandeling: • De nekwervels (invloed via zenuwen, bloedvaten, spieren en centrale systemen); • De halsspieren (verbonden aan de borstkas en het hoofd, zodat deze ook onderzocht worden); • De borstkas en de ribben (via talloze spieren zijn de ribben verbonden met de armen); • Het middenrif (zowel met betrekking tot de ademhaling, als via de organen die hiermee verbonden zijn); • De inwendige organen (zowel chemisch / spierfunctie, als via fasciën / vliezen ook aan de arm gerelateerd); • De houding van de wervelkolom (alle wervels beïnvloeden elkaar en via spierketens ook de arm) Het opnieuw verkrijgen van bewegingsvrijheid reduceert de spanning en de stress, de overbelaste structuren kunnen zich ontspannen en herstel treedt in. 38 RSI (muisarm)
10. Behandeling in het IMC Het Integraal Medisch Centrum herbergt meerdere disciplines, die in een samenwerkingsverband behandelen. Wanneer mocht blijken dat de RSI klacht meer of minder samenhangt met fysiologische afwijkingen, zoals de zuurgraad van de spieren, de toestand van de zenuwen, organische aandoeningen, dan wordt de hulp van bijvoorbeeld de Mesologie ingeroepen.
De Osteopathie betrekt het totale functioneren bij het onderzoek en de behandeling van RSI. Osteopathische behandeling Normaal gesproken zijn bij niet al te gecompliceerde gevallen van RSI drie tot zes behandelingen nodig om een blijvend resultaat te boeken. De duur van een behandeling in het Integraal Medisch Centrum varieert van een tot twee uur. De afstand tussen de verschillende behandelingen bedraagt meestal drie tot zes weken. De kosten voor een behandeling zijn in het IMC op te vragen en terug te vinden op het internet: www.integraalmedischcentrum.nl. Vele verzekeringen vergoeden de behandelingen van osteopaten, vermits zij geregistreerd zijn bij het Nederlands Register voor Osteopathie (NRO). RSI (muisarm) 39
Mesologie is een functionele geneeskunde die de stoornis van ziekte of symptomen onderzoekt door de reguliere en alternatieve geneeskunde te integreren. Kennis van homeopathie, Chinese geneeskunde, Ayur Veda, voedingsleer en psychologie, wordt gecombineerd. Verschillende diagnostische methoden versterken elkaar (transparantie) en leiden tot een passende therapie. De Mesologie zoekt bij RSI meer naar de fysiologische dysfuncties die aan de klacht ten grondslag kunnen liggen zoals bijvoorbeeld essentiële voedingsstoffen voor de spieren, de zuurgraad of de invloed van gifstoffen. Daarnaast wordt gekeken naar de stoffen die de (spier) ontsteking in stand houden. Het RSI-beeld ontwikkeld zich vaak heel sluipend / geleidelijk. Vooral in de beginperiode komen en gaan de klachten binnen het aangedane gebied, zoals zeurende pijnen, spierpijntjes, zwelling, tintelingen, doof gevoel, krachtsverlies, bewegingsvermindering, etc. Er spelen vrijwel altijd meerdere factoren een rol bij het ontstaan. RSI dient volgens ons multifunctioneel therapeutisch benaderd te worden: • Rust en ontspanning (zie de oefeningen in deze IBIT); • Stress vermijden (zie belasting en belastbaarheid); • Mechanische componenten, die bijdragen tot de overbelasting (osteopathische behandeling); 40 RSI (muisarm)
RSI (muisarm) en aanverwante aandoeningen • Doorbloedingsproblemen in spier-, zenuw– of peesweefsel, waardoor verzuring optreedt (osteopathie); • Ontstekingsfactoren, zenuwbeschadigingen en stofwisselingsstoornissen (Mesologie); • Gedragsveranderingen en aanpassing van levensgewoonten (alle disciplines en psychotherapie). In het IMC wordt breed gekeken naar de oorzaken en factoren die tot de klachten geleid hebben. Door het samenwerkingsverband in het centrum wordt de behandeling specifiek gericht op de individuele aspecten bij RSI.
De klachten over RSI, ook wel muisarm genoemd, blijven toenemen. De muisarm wordt meestal behandeld door de fysiotherapeut, maar er zijn meer en vaak ook betere behandelmethodes denkbaar. In deze IBIT leest u wat RSI is, hoe het ontstaat en wat u er vervolgens aan kunt doen. Er worden een aantal ontspanningoefeningen beschreven. De begrippen ergonomie, belasting & belastbaarheid worden uiteengezet, gevolgd door tips voor de houding. Tenslotte wordt uitgelegd wat de behandeling in het IMC voor deze klachten kan betekenen.
Inhoud 1. Wat is RSI
2
2. De risicofactoren
3
3. Wat kunt u aan RSI doen?
6
4. Tips
8
5. Ontspanning
10
5.1. micropauzes
13
5.2. Basisoefening buikademhaling
14
5.3. spierontspanning
15
5.4. ademhaling & ontspanning
19
6. Ergonomie en houding
22
6.1. Staande positie
23
6.2. Zitten
24
6.3. Werkblad
25
7. Belasting en belastbaarheid
29
8. Stress
33
9. Osteopathie en RSI
36
10. Behandeling in het IMC
39 RSI (muisarm) 41
Rob Muts studeerde na zijn opleiding voor Fysiotherapie aan de beroepsopleidingen voor Osteopathie, Chinese Geneeskunde, Homeopathie en Integrale Geneeskunde. Hij is oprichter en directeur van het Integraal Medisch Centrum te Amsterdam, een centrum voor diagnostiek en therapie gericht op de integratie van complementaire geneeswijzen. Tevens is hij directeur van de Academie voor Mesologie en het college voor Osteopathische Geneeskunde, waar hij doceert en zich richt op de beroepsmatige aspecten.
Uitgave van Patiëntenplatform IMC © R.K. Muts D.O. / D.M. Januari 2003 Integraal Medisch Centrum Hugo de Grootkade 30—38 NL-1052 LT Amsterdam Tel: +31 (20) 682 77 88 Fax: +31 (20) 682 35 25 E-mail:
[email protected] Website: www.integraalmedischcentrum.nl 42 RSI (muisarm)