Integraal Dorpsontwikkelingsplan
Dorst
Opdrachtgever: gemeente Oosterhout
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
Samen werken aan een sociaal en cultureel sterk Brabant. Daar is het beleid van de provincie op gericht. Dat vraagt ruimte en respect voor elkaar en oog voor degenen die de aansluiting dreigen te missen. Zij verdienen ondersteuning bij het zelf aanpakken van hun problemen en het beter benutten van hun capaciteiten. We willen onze samenleving bijeen houden door een leefomgeving te creëren waarin iedereen zich thuis kan voelen. Dat doen we bijvoorbeeld door zorg voor jong en oud, het leefbaar houden van kleine kernen en het op peil houden van sociale en culturele voorzieningen. Het realiseren van deze doelen is een zaak van alle Brabanders, voor alle Brabanders. Want als ieder z'n plek vindt in onze provincie, wordt het leven voor iedereen aangenamer. Brabant voor iedereen.
Colofon Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst is een uitgave van Zet. Datum: december 2010 Auteurs: Esther Felix (Zet) Kamieke van de Riet (Zet) Martijn Gerards (BRO) Ellen van den Oetelaar (BRO) Referentie: esfe-B04255-1901e10 Stichting Zet Postbus 271 5000 AG Tilburg Telefoon: 013 544 14 40 E-mail:
[email protected] Website: www.zet-brabant.nl De activiteiten van Stichting Zet worden (mede) mogelijk gemaakt door subsidie van de Provincie Noord-Brabant.
© Stichting Zet - 2010 Overname van artikelen is toegestaan, mits voorzien van bronvermelding
2
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
3
Inhoudsopgave Inleiding
5
1 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5 1.6
Huidige situatie Wonen Ruimtelijke inrichting en verkeer Werken Voorzieningen Sociale samenhang: samen leven in Dorst Natuur, landschap en recreatie
11 13 15 19 20 22 24
2 2.1 2.2 2.3 2.4 2.5
Wensbeeld Wonen Ruimtelijke inrichting en verkeer Voorzieningen Sociale samenhang: samen leven in Dorst Natuur, landschap en recreatie
27 27 28 30 32 33
3 3.1 3.2 3.3 3.4 3.5 3.6
Visie Wonen Ruimtelijke inrichting en verkeer Werken Voorzieningen Sociale samenhang Natuur, landschap en recreatie
35 35 37 38 39 41 42
4
Leefbaarheidagenda
45
Bijlage 1 Bijlage 2 Bijlage 3
53 59 69
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
4
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
Inleiding Integraal dorpsontwikkelingsplan Voor u ligt het integraal dorpsontwikkelingsplan (iDOP) van Dorst, één van de drie kerkdorpen in de gemeente Oosterhout. Het dorpsontwikkelingsplan is een praktische agenda waarin is vastgelegd welk beleid en welke projecten uitgevoerd dienen te worden om Dorst, als dorp in het groen, haar dorpse karakter te laten behouden en de leefbaarheid te versterken. In Dorst leven al langere tijd een aantal vraagstukken over de toereikendheid van de maatschappelijke voorzieningen in relatie tot de uitbreiding van Dorst met circa 500 woningen. De toekomst van de voorzieningen heeft een hoge prioriteit bij de dorpsraad en zij heeft al veel energie gestoken in onderzoeken en voorstellen met betrekking tot dit thema. Deze onderzoeken en voorstellen vormden een waardevolle basis bij het opstellen van het iDOP. De dorpsraad leverde met haar kennis van het dorp een belangrijke bijdrage aan de totstandkoming van het plan. Niet alleen de dorpsraad leverde een actieve bijdrage, ook bewoners hebben tijdens twee dorpsgesprekken van gedachten gewisseld over hun beleving van het dorp en de kansen en bedreigingen voor de toekomst. Wat zien ze op zich afkomen en hoe vinden ze dat het er over pakweg tien jaar uit zal moeten zien om de leefbaarheid te behouden? Hiermee leverden de dorpsraad en de bewoners belangrijke input voor het dorpsontwikkelingsplan en de agenda voor de toekomst: de leefbaarheidagenda. De gemeente, de dorpsraad, bewoners en andere partijen kunnen op basis van de agenda afspraken maken, die het startsein vormen voor het werken aan de leefbaarheid. Het werken aan leefbaarheid is een doorlopend proces. Communicatie tussen gemeente, dorpsraad en bewoners is een belangrijke voorwaarde om de doelen te realiseren. Daarom is het van belang dat de gemeente en de dorpsraad met een gericht communicatietraject de bewoners op de hoogte houden van de voortgang, bewoners betrekken bij de uitvoering en bewoners uitdagen om zelf initiatieven te nemen. Aanpak Bij de werkwijze is de leefbaarheid van de kern telkens als uitgangspunt gekozen. De leefbaarheid van een dorp is gebaseerd op drie pijlers: de ruimtelijke, de economische en de maatschappelijke pijler. In de discussies over de leefbaarheid in dorpen biedt dit een belangrijk hulpmiddel om integraal naar leefbaarheid te kijken. De drie pijlers zijn niet los van elkaar te zien en oplossingen worden in alle pijlers gezocht. In figuur 1 is dit leefbaarheidsmodel weergegeven.
5
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
6
M aat schappelijk
Economisch
Ruimt elijk
Leef baarheid Sociaal
Fysiek
Pijlers
M aat regelen
Figuur 1. Leefbaarheidmodel met drie pijlers
Het proces Het opstellen van een dorpsontwikkelingsplan gebeurt in drie fasen: 1. Analyse knelpunten en wensen 2. Oplossingsrichtingen 3. Opstellen visie en projectagenda In fase 1 en 2 zijn de bewoners op verschillende momenten bij het proces betrokken. Het gehele proces is begeleid en gevolgd door een projectgroep bestaande uit vertegenwoordigers van dorpsraad Dorst, de gemeente Oosterhout, Surplus Welzijn en Zet/BRO. Verantwoordelijk voor de uitvoering van het proces waren medewerkers van BRO, bureau voor ruimte om in te leven en Zet, centrum voor maatschappelijke ontwikkeling. De projectgroep vormde tijdens het proces een kritisch en constructief meedenkend team. In Dorst zijn al verschillende gemeentelijke projecten eerder gestart dan het iDOP. Deze projecten volgen hun normale procedures met eigen inspraakmomenten en zijn geen onderwerp van discussie tijdens de dorpsavonden van het iDOP geweest. Het gaat om de projecten: Woningbouw Dorst-Oost; Woningbouw Dorst-West;; Woningbouw De Vliert; Onderzoek Voorzieningenniveau Dorst (en het onderzoek naar de financiële consequenties van scenario's 1 en 2); Geluidschermen en raildempers langs het spoor en MER studie N282. Bij het opstellen van de visie en de leefbaarheidagenda zijn deze projecten voor zover mogelijk wel meegenomen.
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
Het dorpsontwikkelingsplan Dorst is interactief tot stand gekomen. De volgende procesmomenten hebben plaatsgevonden. 1. Op 28 januari 2009 vond een eerste bijeenkomst plaats, waarbij de bewonersvertegenwoordiging van de drie kerkdorpen, de gemeente en medewerkers van BRO en Zet met elkaar kennismaakten. Tijdens de bijeenkomst werd de aanpak voor het opstellen van een iDOP gepresenteerd. In drie groepen vond per kerkdorp een nadere oriëntatie plaats op de respectievelijke dorpen en de belangrijkste zaken die er aan de orde zijn. 2. Op 25 februari 2009 was de projectgroep bij elkaar voor een introductiebijeenkomst. Tijdens deze bijeenkomst zijn de medewerkers van BRO en Zet nader geinformeerd over wat er speelt in Dorst op diverse thema’s. 3. Op 2 maart 2009 organiseerde de dorpsraad met een aantal sleutelfiguren een fietstocht door het dorp en de omgeving om de medewerkers van BRO en Zet het dorp te laten zien en een toelichting te geven bij relevante punten in het dorp. 4. Op 15 juni 2009 vond in de Klip een eerste dorpsgesprek plaats waarbij ruim 60 bewoners aanwezig waren. Aan de hand van zes thema’s werd gesproken over de huidige situatie en wensen voor verbetering en verandering. 5. In overleg met de projectgroep is bepaald welke wensen en knelpunten nader uitgediept moesten worden in een tweede dorpsbijeenkomst. Deze vond plaats op 14 september 2009. De 40 aanwezige bewoners hebben in groepjes gediscussieerd over mogelijke oplossingen richting de toekomst. Van de dorpsbijeenkomsten werd een samenvatting gemaakt die teruggekoppeld is naar alle deelnemers en te lezen was op de website van de dorpraad. Iedereen kreeg de gelegenheid om hierop te reageren en correcties door te geven. Door de gemeente is geïnventariseerd in hoeverre de wensen van de bewoners passen binnen het huidige beleid. Vervolgens is door Zet/BRO een visie gemaakt met een leefbaarheidagenda, waarin projecten worden benoemd waarmee het wensbeeld van de bewoners zo dicht mogelijk kan worden benaderd. Door de gemeenteraadsverkiezingen en de vorming van een nieuw college heeft de afronding van de iDOP vertraging opgelopen. Daarna is het idop-project voortvarend opgepakt. De concept visie en leefbaarheidagenda zijn met de projectgroep doorgesproken. Daarnaast heeft een rondetafelgesprek plaatsgevonden met maatschappelijke organisaties, zoals een woningcorporatie en welzijnsorganisatie. Samen hebben we gekeken naar mogelijke betrokkenheid bij de uitvoering van de leefbaarheidagenda. De aanpassingen en aanvullingen zijn opgenomen in de visie en agenda en nogmaals intern bij de gemeente teruggekoppeld. Wensen die niet opgenomen konden worden in de agenda vanwege strijdigheid met beleid of om andere redenen niet haalbaar worden geacht, zijn in de bijlage opgenomen en voorzien van argumentatie.
7
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
Op 21 september is dit rapport besproken en vastgesteld in de reguliere raadvergadering van de gemeente. Hieruit zijn geen amendementen naar voren gekomen. Wel heeft de dorpsraad om een aantal aanpassingen in met name de agenda gevraagd. Deze zullen tijdens de uitvoering van het plan worden meegenomen en zijn niet meer als zodanig in dit rapport opgenomen. De visie op Dorst en de daaraan gerelateerde leefbaarheidagenda met de projecten om de visie te realiseren, vormt de basis voor het toekomstige overleg tussen de dorpsraad en de gemeente. Leeswijzer In hoofdstuk 1 beschrijven we de huidige situatie op basis van statistische gegevens en op basis van de informatie van de dorpsraad en de bewoners. Hierbij gaan we uit van de thema’s wonen, werken, voorzieningen, sociale samenhang, ruimtelijke inrichting en verkeer, natuur, landschap en recreatie. In hoofdstuk 2 beschrijven we het wensbeeld zoals dat naar voren is gekomen uit de gesprekken met de bewoners. Hierbij houden we ons niet meer zozeer aan de thema’s maar aan de gewenste veranderingen/verbeteringen voor de toekomst. In hoofdstuk 3 schetsen we een toekomstvisie over hoe Dorst er in 2020 mogelijk uitziet. De visie van hoofdstuk 3 vormt de basis voor de leefbaarheidagenda die u aantreft in hoofdstuk 4.
8
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
1Figuur 2.
Plangebied iDOP Dorst
9
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
10
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
1
11
Huidige situatie
In dit hoofdstuk wordt de huidige ruimtelijke, economische en sociale structuur van Dorst beschreven. De huidige situatie vormde het uitgangspunt voor de gesprekken die hebben plaatsgevonden met de inwoners van Dorst. Achtereenvolgens worden de thema’s behandeld, die ook in de dorpsgesprekken ter sprake zijn gekomen. Het kerkdorp Dorst maakt deel uit van de gemeente Oosterhout. Dorst is een dorp in het groen, grenzend aan natuurgebied Boswachterij Dorst. De Sint Marcoenkerk in Dorst stamt uit 1911 en werd ontworpen door architect J. Cuypers. Het beeld van een geitenhoeder dat sinds 1999 de Spoorstraat siert, herinnert aan de tijd dat veel inwoners van Dorst zich bezighielden met de geitenfokkerij. Het dorp grenst niet direct aan de andere kernen van de gemeente Oosterhout. De indruk bestaat dan ook, dat gezien de ligging, de inwoners van Dorst meer gericht zijn op de gemeente Breda, dan op de gemeente Oosterhout. Dorst telt bij benadering 2.480 inwoners waarvan ongeveer 1.980 in de bebouwde kom wonen. De bevolkingsopbouw naar leeftijd (tabel 1) is een redelijke afspiegeling van het gemeentelijke en landelijke beeld.
Dorst
0-19 jaar
20-64 jaar
65+ jaar
25%
59%
16%
Oosterhout
24%
60%
16%
Nederland
24%
61%
15%
Tabel 1: leeftijdsopbouw bevolking, bron: taakgroep O&S 2010 en CBS 2009
Wat de samenstelling van de huishoudens betreft ligt het aantal eenpersoons huishoudens beduidend lager dan in de gemeente en in het land, terwijl het aantal huishoudens zonder kinderen relatief hoog is. Het gemiddeld aantal personen per huishouden bedraagt 2.5 tegenover 2.3 in de gemeente.
Dorst
Aantal huishou-
Gemiddelde
Eenpersoons
Huishoudens
Huishoudens
dens
huishoudgrootte
huishoudens
zonder kinderen
met kinderen
980
2.5
22%
40%
38%
Oosterhout
22.900
2.3
29%
34%
37%
Nederland
7.2 miljoen
2.2
35%
30%
35%
Tabel 2: huishoudens, bron: taakgroep O&S 2009 en CBS 2009
Hoewel de bevolking van de gemeente Oosterhout tot 2030 licht blijft stijgen, ontkomt ook Oosterhout in de toekomst niet aan vergrijzing. Het aantal ouderen (65+) zal de komende jaren stijgen. De stijging is in de gemeente Oosterhout iets sterker dan landelijk (tabel 3). Het percentage jongeren (0-20 jaar) daalt iets sterker dan landelijk gezien.
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
12
NL
Oosterhout
NL
Oosterhout
NL
Oosterhout
0-20 jr.
0-20jr.
20-65 jr.
20-65 jr.
65+ jr.
65+ jr.
2008
24%
24%
61%
61%
15%
15%
2015
23%
22%
60%
59%
17%
19%
2020
23%
21%
58%
58%
19%
21%
2025
22%
21%
57%
57%
21%
22%
Tabel 3 : prognose leeftijdsopbouw, bron: CBS 2008 (cijfers zijn alleen beschikbaar voor totale gemeente)
De prognose voor Dorst is dat ten gevolge van de uitbreiding van het aantal woningen het aantal inwoners met ongeveer 1.200 zal toenemen. In 2020 wordt verwacht dat er 3.600 inwoners zijn. Gezien de verwachte vestiging van jonge gezinnen zal de groep van 0 tot 20 jaar het sterkst toenemen. Het gemiddeld inkomen in Dorst is redelijk in overeenstemming met het gemiddeld inkomen in de gemeente en in Nederland. Het percentage hoge inkomens (een besteedbaar jaarinkomen per inkomensontvanger gelijk aan of hoger dan 24.300 euro) is hoger dan in de gemeente en landelijk. Relatief zijn er in Dorst iets minder mensen met een laag inkomen (besteedbaar jaarinkomen per inkomensontvanger lager dan 13.900 euro). Dorst
Oosterhout
Nederland
Gemiddeld inkomen
€ 18.900
€ 18.800
€ 18.600
Lage inkomens
37%
39%
40%
Hoge inkomens
24%
21%
20%
Tabel 4: besteedbaar jaarinkomen per inkomensontvanger, bron: CBS 2007
Volgens het Sociaal Cultureel Planbureau heeft circa 10% van de zelfstandig wonende Nederlandse bevolking fysieke beperkingen (aangeboren, door ziekte of ouder1 dom), 0,064% van de bevolking in Brabant heeft een verstandelijke handicap . 18% van de Nederlandse bevolking had in het afgelopen jaar psychische of psychiatrische klachten. Dit kan gaan om allerlei angst- en gedragstoornissen, maar ook om versla2 ving aan alcohol en drugs . Van de mensen met een beperking kunnen er veel op een normale en zelfstandige manier functioneren, maar voor circa 1/3 geldt dat hun beperking zodanig is dat hun zelfstandig functioneren en hun deelname aan het maatschappelijk leven in gevaar is. Het gaat dan bijvoorbeeld om problemen bij het vinden van geschikte woonruimte, passend onderwijs of werk, en om problemen bij het onderhouden van vriendschaps-, familie- of partnerrelaties. Hoewel recentelijk door het Trimbos Instituut is ontdekt dat stemmingsstoornissen (bijvoorbeeld depressie) vaker voorkomen in dorpen dan in steden (8% versus 5%), zijn er geen redenen om aan te nemen dat de totale verdeling binnen een willekeurige gemeente (groter of kleiner dan 100.000 inwoners) wezenlijk afwijkt van deze gemiddelden. 1 2
Sociaal rapport Brabant, PON 2004 Trimbos Instituut, 2010
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
13
Voor Dorst levert dit de volgende tabel op: Landelijk per-
Fysieke beperking Verstandelijke handicap Psychische of psychiatrische klachten
Geschat aantal inwoners van Dorst
centage
beperkingen
10%
250
0.064%
2
18%
450
met
Tabel 5: schatting van aantal burgers met een functiebeperking in Dorst, schatting op basis van cijfers van CBS, PON en Trimbos-Intituut, exclusief de bewoners van Stichting Pim
Uit de Leefbaarheids- en veiligheidsmonitor 2009 van de gemeente Oosterhout, waarvoor in juni 2009 vragenlijsten onder bewoners zijn verspreid, blijkt dat de kerkdorpen, waaronder Dorst, het hoogste scoren bij het oordeel over de eigen buurt. Mensen wonen graag in Dorst. Als belangrijkste problemen worden aangegeven: verkeersoverlast/verkeersonveiligheid, ontbreken van voorzieningen, ontbreken van voorzieningen voor jeugd/jongeren, hondenoverlast/hondenpoep en parkeerproblemen. In Dorst is het aandeel inwoners dat verwacht dat hun buurt vooruit zal gaan in de komende jaren groter dan gemiddeld in Oosterhout. Het oordeel over de sociale kwaliteit van de woonomgeving (al dan geen overlast van buurtbewoners) is in de kerkdorpen beduidend hoger dan in de rest van Oosterhout. Bewoners van Dorst zijn ontevreden over winkelvoorzieningen, gezondheids- en welzijnsvoorzieningen en het openbaar vervoer. De meeste inwoners van Dorst voelen zich veilig in hun eigen woonomgeving: het aandeel bewoners dat zich wel eens onveilig voelt, is met 8% het laagst van de gemeente.
1.1 Wonen In Dorst bevinden zich 990 woningen, waarvan 17% huurwoningen. Het woningaanbod sluit volgens de bewoners niet aan bij de huidige woningbehoefte. Er is met name een tekort aan starterswoningen en seniorenwoningen. In het ‘structuurplan Dorst en omstreken’ zijn nieuwe bouwlocaties aangegeven voor de realisatie van ongeveer 350 woningen in de komende jaren. Naast de woningbouwontwikkeling zoals genoemd in het structuurplan, worden op de locaties ‘Oude Tilburgsebaan binnengebied’ en ‘De Vliert’ nog circa 150 woningen ontwikkeld. Dorst groeit de komende jaren. De gemiddelde woningwaarde is hoger dan in de gemeente als geheel (tabel 6). Wanneer wordt gekeken naar de eigendomsverhouding (tabel 6) heeft Dorst vergeleken met de gemeente Oosterhout en omliggende dorpen een laag percentage huurwoningen. Aantal woningen
Huur
Koop
Gemiddelde Woningwaarde 2007
Dorst
993
17%
83%
€ 289.000
Oosterhout
23.026
45%
55%
€ 231.000
Nederland
7 miljoen
41%
59%
€ 217.000
Tabel 6: woningvoorraad, bron taakgroep O&S 2009 en CBS 2007
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
Bewoners geven aan graag te wonen in Dorst, dat zich presenteert als ‘dynamisch dorp in het groen’. Gewaardeerd worden de rust en ruimte in het dorp, de kleinschaligheid van het dorp in relatie tot de mogelijkheid gebruik te maken van de uitgebreide faciliteiten van Breda en Oosterhout. Naast de signalen dat er vanwege de nieuwbouw verjonging optreedt, zal ook de groep senioren de komende jaren toenemen. De huidige bejaardenwoningen worden als achterhaald beschouwd en voldoen niet meer aan de woonwensen van deze tijd. Zorgwoningen ontbreken en dat heeft met name gevolgen voor de ouderen. Ouderen blijven nu zo lang als mogelijk in hun huis wonen omdat zij anders het dorp moeten verlaten. Dat kan nu omdat zowel buren als familie de helpende hand bieden. Voor de toekomst is er behoefte aan kleinschalige woonvoorziening voor ouderen waarbij zorg wordt geleverd. In 2006 is berekend dat er in 2015 105 zorgwoningen nodig zijn in Dorst (Quick scan Service- en informatiepunten Dorst, 2006, Prisma Brabant (tegenwoordig Zet)). Inmiddels werd door stichting Pim in Dorst een zorgwoning gerealiseerd voor meervoudig gehandicapten. De bewoners vinden dit een positieve ontwikkeling.
Figuur 3. Dorst en omgeving
14
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
1.2
Ruimtelijke inrichting en verkeer
Ruimtelijke inrichting Dorst is gelegen op de hogere zandgronden in het zuiden van de gemeente Oosterhout. De nederzetting is ontstaan in de middeleeuwen. In 1560 wordt er melding gemaakt van een kapel. Deze was gelegen op de in de plattegrond driehoekige Kapelerf, waar verschillende straten op uitkwamen; in het zuiden de Bavelstraat, in het westen de Baarschotsestraat en ten oosten de Oude Tilburgseweg. Langs deze zandwegen lagen verschillende boerderijen. In 1687 stond er een schuurkerk te Dorst. De oude kapel was reeds lang vervallen. Belangrijk was de komst van een reliek van Sint Marcoen in 1689, waardoor velen naar de plaats gingen pelgrimeren. De aanleg van de Rijksweg tussen Breda en Tilburg omstreeks 1810 was van grote betekenis, daar deze het dorp ging doorsnijden. Het toegenomen verkeer werkte de vestiging van herbergen en logementen langs deze weg in de hand. In 1824 werd op de fundamenten van de oude kapel een nieuwe kerk opgetrokken. In 1912 kwam het opnieuw tot een herbouw van de kerk. De beperkte ruimte op de Kapelerf leidde tot een nieuwbouw direct ten noorden van de Rijksweg. Hierdoor kon de weg ter plaatse rechtgetrokken worden. De agrarische bebouwing ten noorden van de Rijksweg werd voor een groot deel afgebroken en vervangen door een klein complex van kerk, pastorie en scholen, de laatste bediend door de zusters van Dongen. Door de bouw van een pompstation van de Bredase waterleiding aan de noordzijde van de in 1863 voltooide spoorlijn tussen Breda en Tilburg, aan de tegenwoordige Wethouder van Dijklaan, verrezen daar omstreeks 1900 enkele woonhuizen. De verdere groei van Dorst heeft ten noorden van de Rijksweg plaatsgevonden. Belangrijk in dit verband was de opening van de halte Dorst in 1908 aan de spoorlijn Breda - Tilburg. Tussen 1910 en 1930 zijn er langs de Spoorstraat (tussen de Rijksweg en de spoorlijn) door particulieren enkele tientallen vrijstaande eenlaags woonhuizen gebouwd. Na 1950 is de omvang van de plaats verveelvoudigd door grootschalige nieuwbouw van woonhuizen in de omgeving van de Dennenlaan en de Meerberg, ten westen en oosten van de Spoorstraat. Aan de Parallelweg ten noorden van de spoorlijn, waar voorheen een steenfabriek stond, kwam een klein industrieterrein tot stand: de Vliert. Er ligt een aantal gemeentelijke monumenten in Dorst, met name aan de Baarschotsestraat en de Wethouder van Dijklaan. De kerk is een rijksmonument. Naast deze kerk bevindt zich een groene brinkachtige ruimte. Het centrum van de kern concentreert zich rond het plein aan de Spoorstraat. Daar bevinden zich winkels en voorzieningen en zijn bankjes gesitueerd.
15
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
Figuur 4. Occupatiegeschiedenis Dorst (bron: Strategische gebiedsvisie Dorst en omstreken, 7 februari 2006)
De Rijksweg functioneert nu als provinciale doorgaande weg. De weg manifesteert zich als een dominante lijn, verspert de oriëntatie van Dorst op het zuidelijk open poldergebied en maakt dat het landschap beperkt toegankelijk is vanuit Dorst. Ditzelfde geldt voor de spoorlijn en het buitengebied ten noorden van de kern. Dorst is gesitueerd op de grens van zand- en kleigronden. In de ondergrond bevinden zich op grote diepte lagen zeeklei en dikke pakketten grof rivierzand en grind, aangevoerd in de Mindel- en Rissijstijd. Tijdens de ijstijden werden verder lagen leem afgezet die in de omgeving van Dorst, op een pendant van de Peelrug, een dikte van circa 5 meter kan bereiken. De aanvoer van stuifzanden heeft duinvorming tot gevolg gehad. De zuidelijke zandgronden nabij Dorst liggen op een hoogte van circa 7 meter boven N.A.P., maar de plaatselijke zandverstuivingen in de Boswachterij Dorst kunnen een hoogte van circa 14 meter bereiken. Naar het noorden en het westen loopt de hoogte van de gronden in de gemeente geleidelijk af, tot 0,1 meter in de Oranjepolder en 0,4 meter in de Brieltjenspolder. De gronden bij Dorst wateren via de Molen Leij af
16
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
op de Mark. De zandgronden ten noorden en oosten van Dorst werden in de middeleeuwen voor een deel reeds bebost. Deze bossen waren in het bezit van de heren van Nassau en dienden tot jachtgebied. Vanaf de zestiende eeuw zijn door het steken van plaggen en overbeweiding van de heide, zandverstuivingen aan de randen van dit bosgebied opgetreden. Om de omvang beperkt te houden, werden er hoge eikehoutwallen aangelegd, waarvan er één bij de Hoevestraat resteert. Rond 1850 werd bovendien een groot deel van de bossen gekapt. Na een uitgebreide herbebossing vanaf 1899, ontstond de Boswachterij (1100 ha) zoals wij die nu kennen, met uitgestrekte naaldbossen, afgewisseld door enkele kleine zandduinen. In de Boswachterij ligt een van noordwest naar zuidoost gerichte strook met leemputten, het gevolg van een omvangrijke afgraving. Bij deze leemputten is in de jaren ’20 van de vorige eeuw het recreatieoord Surea ontstaan. Enkele jaren geleden is dit natuurbad gesloten en heeft er natuurontwikkeling plaatsgevonden.
In de beleving van de bewoners is er geen echt dorpsplein of openbare ontmoetingsplek in Dorst. Aan de Spoorstraat werden eerder aanpassingen gedaan, maar deze locatie voldoet niet als dorpsplein. Het plein ligt centraal in het dorp en heeft in de bestaande situatie een verblijfsfunctie/ontmoetingsfunctie. Er staan bankjes, er is een terrasje bij de cafetaria aan de Spoorstraat en wekelijks staat op het plein een mobiele viskraam. Ook komen er fietsers (toeristen) waardoor deze functie belangrijk is, deze hoort bij een plein. Echter, de verblijfsfunctie conflicteert met de verkeersfunctie en de parkeerfunctie. Voor de middenstand welke aan het plein gesitueerd is, zijn de parkeerplaatsen op het plein van belang, vanwege de toegankelijkheid. Er zijn nu ongeveer 20 parkeerplaatsen op het plein en er zijn nooit parkeerproblemen. De parkeerplaatsen bevinden zich direct voor de winkels en de bankjes. De rest van het plein is kaal. Op een bankje tegen de auto’s aan kijken, is niet leuk. Bovendien biedt de omgeving weinig ambiance voor ontmoeting en gezelligheid. De Spoorstraat blijft een belangrijke doorgaande weg. Tweemaal per jaar wordt de straat afgezet in verband met evenementen zoals de kermis en de jaarmarkt. Op zulke momenten moet men omrijden door het dorp. De sportvelden van voetbalvereniging Neerlandia ’31 en tennisvereniging Tendo zijn naast elkaar gelegen tegen het spoor aan. Indien bij beide verenigingen een grote
17
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
activiteit gelijktijdig plaatsvindt, is er volgens de bewoners gebrek aan parkeerruimte. De Schuttervereniging is gevestigd in het buitengebied. Er zijn een aantal speelplekken, met name voor de jeugd tot tien jaar. Voor kinderen tot vijf jaar zijn er weinig speelplekken. Vanuit de gemeente is het beleid om geen speelvoorzieningen te realiseren voor kinderen tot en met vijf jaar. Bewoners onderhouden zelf de speelveldjes die er zijn. Als voorbeeld van een leuke speelplek voor jonge kinderen wordt de Larenbuurt genoemd. Deze speelplek is samen met de kinderen ingericht en sluit goed aan bij de wensen van kinderen. In Sint Jorisveld is geen enkele speelvoorziening gerealiseerd. Om aantrekkelijk te zijn voor nieuwe inwoners zijn voldoende en kwalitatief goede speelvoorzieningen belangrijk. De entree van het dorp vanuit Tilburg en Breda wordt door de bewoners lelijk gevonden. Vanuit Oosterhout en Bavel zijn de entrees wel mooi. Verkeersknelpunten In Dorst is volgens de bewoners sprake van de volgende verkeersknelpunten: De N282 is om verschillende redenen een doorn in het oog van bewoners en is thans onderwerp van onderzoek. Op het kruispunt Rijksweg-SpoorstraatGeerstraat moeten fietsers en voetgangers heel lang wachten. Dit zorgt ervoor dat mensen door rood gaan rijden en lopen. Als het dan op groen springt is dat niet lang genoeg om mensen die slecht ter been zijn over te laten steken. In de Spoorstraat wordt te hard gereden, men neemt de S-bocht bij het plein niet goed en de oversteek bij het plein is niet veilig voor kinderen. De spoorwegovergang Spoorstraat is te smal waardoor het langzame verkeer weinig ruimte heeft. Op de hoek Oude Tilburgsebaan-Spoorstraat staat een hoge heg die het uitzicht belemmert en de voorrangssituatie is hier onduidelijk. Ook wordt er te hard gereden op de Oude Tilburgse baan. De aanwezige drempel ligt volgens bewoners niet op de goede plaats en heeft te weinig remmende werking. De Bavelstraat is gevaarlijk voor fietsende schoolkinderen omdat er geen scheiding is tussen auto’s en fietsers en er 80 km. per uur wordt gereden. De Wethouder van Dijklaan richting Oosterhout loopt door het bos en is slecht verlicht. Ook hier rijden de fietsers op de rijbaan hetgeen als onveilig wordt ervaren. Bewoners maken zich zorgen over de toekomstige verkeersafwikkeling als het gebied Bavelse berg als recreatiegebied is ingericht. Ondanks dat er al jaren over gesproken wordt, ontbreekt nog steeds een saneringsscherm (geluidsscherm) langs het spoor. Met name wordt hinder ervaren van het goederenvervoer. De Spoorstraat is nu zo ingericht dat deze te smal is voor landbouwwerktuigen, deze moeten vaak via het plantsoen hun weg vinden.
18
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
Er zijn twee fietsroutes naar Oosterhout, een recreatieve route dwars door de bossen en de route via de Wethouder van Dijklaan en de Hoevenstraat. De recreatieve route wordt zowel overdag als ’s avonds/’s nachts als onveilig ervaren vanwege de omgeving en het ontbreken van controle. Deze route zal en kan wat de bewoners betreft nooit de veilige route naar Oosterhout worden. Het alternatief over de Wethouder van Dijklaan en de Hoevenstraat is op een weg waar 60 km per uur gereden mag worden. Deze weg is voorzien van kantmarkering (wordt door bewoners gezien als fietssuggestiestroken). Deze kantmarkering is bedoeld om de automobilisten af te laten remmen, maar dit gebeurt niet. Er wordt dus te hard gereden op de rechte, lange weg, waardoor fietsers zich niet veilig voelen. Dat onveilige gevoel wordt versterkt door het ontbreken van een fietsstrook, de weg is smal en de auto’s razen dicht langs de fietsers. Dorst is bereikbaar met het openbaar vervoer, lijn 131 rijdt eenmaal per uur tussen 7.00 uur en 19.00 uur. In het weekend is dit een maal per twee uur. Daarnaast rijdt er een buurtbus naar een beperkt aantal bestemmingen. De buurtbus heeft in de beleving van de bewoners een sociale functie en richt zich op een andere doelgroep dan het streekvervoer, dat belangrijk is om op tijd op school te komen of op het werk. De buurtbus, die wordt bestuurd door vrijwilligers, doet de bestemmingen Oosterhout, Rijen, Molenschot en ook de campings aan. Sinds januari 2010 rijdt de treintaxi. Zoals een bewoner zei: ‘als je in Dorst woont, heb je een auto nodig’. Ouderen zijn afhankelijk van iemand die voor hen rijdt als ze bijvoorbeeld naar het gemeentehuis moeten. Voor werkende mensen die gebruik maken van het openbaar vervoer en voor scholieren en studenten wordt het openbaar vervoer onvoldoende geacht.
1.3 Werken Kleine dorpen hebben een specifieke dorpseconomie en de daarbij horende dorpsproblematieken. Voor dorpen is werk over het algemeen cruciaal voor de leefbaarheid en de levendigheid in het dorp. Dorst beschikt over beperkte werkgelegenheid.
19
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
Een groot percentage (78%) van de beroepsbevolking (18-65 jaar) van Dorst heeft een baan (CBS, 2005). Dit is bijna 10% meer dan in de totale gemeente en landelijk. De meeste mensen in Dorst werken buiten het dorp. Dorst is een forensendorp, de nabijheid van snelwegen maakt het aantrekkelijk om in het dorp te wonen terwijl men elders werkt. Ingeschat wordt dat ongeveer de helft van de inwoners van oudsher geen binding heeft met het dorp. De bedrijvigheid in Dorst heeft naast dienstverlening voornamelijk een agrarisch karakter, hetgeen ook past binnen het landelijk karakter van het gebied. In de omgeving van Dorst zijn voldoende industrieterreinen aanwezig die bijdragen aan de aanwezigheid van bereikbare werkgelegenheid. Startende ondernemers hebben de mogelijkheid om in leeg gekomen agrarische panden te beginnen. Als ze groot worden trekken ze naar een industrieterrein. In Dorst zijn beperkte mogelijkheden voor het uitoefenen van aan huisgebonden beroepen. Jongeren vinden hun bijbaantjes niet direct in het dorp, maar dat is geen belemmering. Er is werk genoeg in de omgeving en het nabijgelegen stedelijk gebied. Kansen voor lokale werkgelegenheid worden gezien in de zorg, persoonlijke dienstverlening en als er winkels komen in een nieuw centrum.
1.4 Voorzieningen Commerciële voorzieningen Er is een drietal horecagelegenheden, een supermarkt(je), een dierenspeciaalzaak een loodgietersbedrijf, drie aannemers, drie officiële kappers, een bloemenwinkel, een hobby/handwerkwinkel, een garagebedrijf, twee autobedrijven en een klussenbedrijf in Dorst gevestigd. Een ambachtelijke slager en een groenteboer worden gemist. Gesignaleerd wordt dat de horeca last heeft van activiteiten van de kantines van de voetbalvereniging, tennisvereniging en dorpshuis De Klip. Bewoners doen hun boodschappen vooral in Breda en Oosterhout vanwege de keuzemogelijkheden die daar zijn en bovendien is het er gezellig winkelen. De huidige supermarkt wordt door een deel van de bewoners alleen bezocht voor de ‘vergeten’ boodschappen. Men onderkent dat de aanwezigheid van de supermarkt voor de ouderen die minder mobiel zijn heel belangrijk is voor de dagelijkse boodschappen en de contacten. Sommige bewoners geven aan zich er bewust van te zijn dat zij mede verantwoordelijk zijn voor het voortbestaan van de supermarkt. Hetgeen niet betekent dat ze nu de boodschappen in het dorp doen. Maatschappelijke voorzieningen Een van de lopende projecten van de gemeente Oosterhout is het voorzieningenonderzoek in Dorst. Tijdens de afronding van de iDOP is ook dit onderzoek afgerond. Gekozen is voor het opknappen/ renoveren van de Klip en het financieren van een uitbreiding van de school. Wat de omvang is van de renovatie cq. uitbreiding is op het moment van schrijven nog niet duidelijk.
20
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
Dorpshuis De Klip is een belangrijke voorziening voor het sociale leven van het dorp, met name in de avonduren puilt het gebouw uit vanwege de vele activiteiten. Het gebouw wordt functioneel en multifunctioneel genoemd. Maar het is bouwtechnisch verouderd en te klein voor alle activiteiten. Het pand is onvoldoende toegankelijk voor mensen in een rolstoel.
De aangrenzende gymzaal wordt overdag voornamelijk door de school gebruikt en ’s avonds voor recreatieve sportdoeleinden. Via het Rabo Stroomversnellingsfonds is eind 2009 een afdekvloer voor de gymzaal beschikbaar gekomen. Die biedt uitkomst aan de school, die de aula inmiddels inleverde ten bate van lesruimte. Ook verenigingen zijn blij dat er nu een grotere ruimte beschikbaar is voor hun activiteiten. Ten aanzien van de nabijgelegen school die zo’n 50 jaar oud is wordt opgemerkt dat deze uit zijn jasje groeit, zeker met de op komst zijnde uitbreiding van Dorst. De speelplaats is te klein door de noodgebouwen die er geplaatst zijn. Het krap bemeten gebouw beperkt de school in het gebruik van moderne onderwijsvormen. Grenzend aan dorpshuis De Klip is een peuterspeelzaal. Ook kinderopvang is in Dorst aanwezig. Hoewel er nog mogelijkheden zijn voor uitbreiding van de capaciteit zal deze capaciteit waarschijnlijk binnen afzienbare tijd geheel gebruikt gaan worden, onder andere als gevolg van landelijke trends in de kinderopvang en de uitbreiding met jonge gezinnen. Kaszah, een jongerenvoorziening die 30 jaar goed functioneerde, is enige jaren geleden gesloten. In januari 2010 is door het college van B&W besloten dat het jongerencentrum zal worden heropend. Een groep enthousiaste jongeren uit Dorst zal de exploitatie op zich nemen nadat door de gemeente het gebouw is opgeknapt. Het was sinds de sluiting een wens van de jongeren om een eigen plek te hebben. Een jeugdsoos of activiteitenaanbod voor jongeren tot 16 jaar werd gemist, evenals een zwembad. Kennelijk is er wel een inloop voor de jeugd tussen 12 en 16 jaar, maar dat is niet
21
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
bij alle bewoners bekend. Het jongerenwerk van Merites (nu Surplus Welzijn) kwam in het verleden langs met een bus met sport- en spelmateriaal. Het is bij de bewoners onbekend of dit nog steeds zo is. Wat basisvoorzieningen in de zorg betreft, zijn er een huisarts, een fysiotherapeut en een dependance van een apotheek in het dorp aanwezig. Voor bloedprikken kan men twee maal per week bij de huisarts terecht. Ouderen die aangewezen zijn op een verzorgings- of verpleegplaats moeten daarvoor uitwijken naar Oosterhout of Breda. Voor hulpvragen moeten bewoners contact opnemen met Surplus Welzijn (voorheen Mertites) in Oosterhout. Daar is ook het Vrijwilligers Informatie Punt (VIP) gevestigd. Voor zorgvragen kan men terecht bij het Wmo-loket. De bekendheid van deze diensten is gering in Dorst, waardoor bewoners er weinig gebruik van maken. Vanwege de matige verbindingen per openbaar vervoer zijn de zorgvoorzieningen lastig te bereiken voor diegenen die niet over eigen vervoer beschikken.
1.5 Sociale samenhang: samen leven in Dorst ‘Het dorpse gevoel‘ van Dorst wordt omschreven als het ons-kent-ons-gevoel van veiligheid, men spreekt elkaar aan en groet elkaar. Er is een bloeiend verenigingsleven met tot nu toe in veel gevallen voldoende vrijwilligers. De activiteitenagenda is goed gevuld en dorpshuis De Klip neemt daarbij een belangrijke plaats in. Vrijwilligers zijn veelal actief in een vereniging (vrijetijdsbesteding). Voor organisaties als de dorpsraad, het Oranjecomité en dorpshuis De Klip is het moeilijker aan vrijwilligers te komen. Het is vaak lastig om de juiste vrijwilligers op de juiste plek te krijgen. Voor sommige functies zijn er altijd voldoende vrijwilligers, bestuursfuncties zijn moeilijker in te vullen. Nieuwe inwoners zijn potentieel ook nieuwe vrijwilligers en leden voor verenigingen. Voor ondersteuning van vrijwilligers, het ontwikkelen van vrijwilligersbeleid en bemiddeling kun je bij het Vrijwilligers Informatie Punt (VIP) terecht in Oosterhout. In Dorst wonen veel mensen die er oorspronkelijk niet vandaan komen. De dorpsraad heeft een ‘nieuwkomersproject’, waarbij nieuwe bewoners met een informatiepakket welkom worden geheten. Om reden van de privacy is het niet mogelijk via de gemeente informatie te krijgen over de binnenkomst van nieuwe bewoners. Mede afhankelijk van de aanwezigheid van een buurtvereniging, worden nieuwe mensen welkom geheten met een bloemetje en is er ook bij ziekte een attentie. Maar soms gebeurt er niets, als voorbeeld hiervan wordt de nieuwe wijk Sint Jorisveld genoemd. De nieuwe bewoners hebben hier wel onderling contact, maar niet met de ‘oude bewoners’. Nieuwe bewoners zijn ook actief met evenementen zoals carnaval en in de verenigingen. Jonge mensen (zonder kinderen) doen niet zo vaak mee, ook niet diegenen die in Dorst geboren zijn en terugkomen na bijvoorbeeld studie. Als ze kinderen krijgen nemen de contacten met de buurt pas toe. Andere geluiden zijn dat met name forensen weinig deelnemen aan activiteiten zoals Sinterklaas en carnaval op school; die ouders worden gemist.
22
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
In Dorst worden jaarlijks verschillende grote evenementen georganiseerd, zoals de jaarmarkt, het midzomerfeest en Dorst op Stelten waarbij straatteams tegen elkaar strijden. Als er een evenement is zoals Dorst op Stelten, dan komen er niet meer dan 100 toeschouwers. Er is wat dat betreft weinig betrokkenheid bij elkaar. Dat komt ook omdat iedereen het drukker heeft dan vroeger. Er is een rijk verenigingsleven en er zijn vele activiteiten. Tussen de verenigingen is er echter weinig binding en weinig afstemming. Ze functioneren naast elkaar, terwijl de individuele bestuursleden vaak wel (familie)banden hebben. Het is jammer dat er niet meer uitwisseling en afstemming is. De jeugd trekt wel naar elkaar toe. Als ze op stap gaan in Bavel of Breda beschermen ze elkaar en fietsen ze gezamenlijk terug naar huis. Rondom de ouderenwoningen zijn er wel mensen die de boel een beetje in de gaten houden en een praatje maken; er zal bijvoorbeeld niet iemand enige dagen dood liggen. De Zonnebloem, de parochie en soms de buurtvereniging doen ziekenbezoek. Dit alles kan niet voorkomen dat mensen zelf voor een isolement kiezen en geen bezoek wensen. Bewoners voelen zich door de dorpsraad goed vertegenwoordigd. Je kunt met alles bij ze terecht en ze gaan er voor om het te regelen. Weekblad Oosterhout wordt genoemd als eerste informatiebron als het gaat om informatie en mededelingen van de gemeente. Ook internet wordt genoemd, met name door bewoners uit het buitengebied. Zij blijven vaak verstoken van het Weekblad en dat geldt ook voor bewonersbrieven en bijvoorbeeld de uitnodigingen voor bewonersbijeenkomsten. Dus zijn ze op internet aangewezen, waar je overigens soms meer informatie vindt dan in het Weekblad. Ook bij De Klip is het weekblad te verkrijgen, maar daar is het altijd snel op. De Oosterhoutse agenda wordt gewaardeerd als een prettig geheugensteuntje en is handig om af te stemmen, zodat activiteiten niet gelijktijdig plaatsvinden. De website van de dorpsraad www.dorpsraaddorst.nl geeft informatie over waar de dorpsraad mee bezig is, al dan niet in samenspraak met de gemeente. Ook is er de
23
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
website www.nieuwsuitdorst.nl met berichten uit het stadskantoor verzameld door een gemeenteraadslid. Het blijkt dat als de websites niet regelmatig worden bijgehouden de motivatie van de bezoekers om even te kijken, afneemt. Men voelt zich overwegend veilig in Dorst. Wel wordt gesignaleerd dat er sprake is van enig vandalisme en vernielingen, bijvoorbeeld bij het plein aan de Spoorstraat. Ook vinden er de laatste tijd meer inbraken plaats. De hangjeugd op verschillende plekken in het dorp vormt geen reden om binnen te blijven. Drugsoverlast is minimaal in Dorst. Het buurtpreventieproject is een nog jong initiatief en is de uitkomst van een bewonersbijeenkomst belegd door dorpsraad en de wijkagent. Thema van de avond was de veiligheid in het dorp en hoe die kan worden verbeterd. Hierop is een groep bewoners actief geworden. Op initiatief van het opgerichte team Coördinatie Buurtpreventie zijn in samenspraak met de gemeente flyers verspreid en op markante punten affiches opgehangen om de bewoners te informeren. Dat dit niet zomaar vanzelf gaat, moge blijken uit het feit dat enige bewoners tijdens het tweede dorpsgesprek nog nooit van buurtpreventie hadden gehoord. Reden te meer voor de initiatiefgroep om aan de weg te blijven timmeren. De bedoeling van het project is dat mensen actief melden bij de verschillende instanties. Deze zeggen op hun beurt toe binnen een bepaalde termijn te reageren en/of de klachten te verhelpen. Naast de gemeente en de politie neemt Surplus Welzijn (voorheen Merites) deel aan het project.
1.6 Natuur, landschap en recreatie De bosrijke omgeving waarin Dorst is gelegen, wordt beheerd en ontwikkeld door Staatsbosbeheer en dat is niet altijd tot genoegen van de bewoners. Zo leverden zij het natuurbad Surae in voor de natuurontwikkeling. Tegelijkertijd wordt erkend dat het voormalige Surae steeds mooier wordt. In het gebied waar de grazers lopen zijn bankjes weggehaald, maar elders zijn nieuwe banken zijn geplaatst. Er waren in het verleden meer parkeerplaatsen en het huidige aantal is onvoldoende. Er zijn plannen om extra parkeervoorzieningen te realiseren voor het recreatieve verkeer. De ligging van de parkeerplaatsen is goed in de oksel van de Boslaan en de Wethouder van Dijklaan. Er komen 15 extra parkeerplaatsen in de oksel Bokkenweidedreef - Wethouder van Dijklaan. Voorbij de afsluiting (het wildrooster) kun je niet komen met de auto. Dit levert problemen voor rolstoelgebruikers. In de toekomst zal het bosgebied ten noorden van Dorst beter ontsloten worden voor recreanten, met drie toegangen plus de daarbij behorende parkeervoorzieningen. Naast de wethouder van Dijklaan is inmiddels een tweede toegang gerealiseerd aan de Vijfeikenweg/Ketenbaan, nabij de Seterse hoeve. Een derde toegang aan de Hoevenstraat nabij Hannebroek pannenkoekenhuis bevindt zich in de planvormingsfase. Bij een deel van de bewoners is er is waardering voor de mountainbikeroute, men vindt dit een sterk punt van de gemeente. Andere bewoners ondervinden er overlast
24
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
van en vinden dat de regels beter gehandhaafd moeten worden. Dit geldt ook voor motorcrossers in het bos, daar treedt niemand tegen op.
25
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
26
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
2
Wensbeeld
De bewoners van Dorst zijn actief betrokken bij het opstellen van het dorpsontwikkelingsplan. Tijdens de twee dorpsbijeenkomsten zijn intensieve en levendige discussies gevoerd met de inwoners. Tijdens beide bijeenkomsten zijn uitspraken gedaan over het wensbeeld met betrekking tot de toekomst van het dorp. In dit hoofdstuk wordt het wensbeeld, zoals dat door de inwoners is geformuleerd, verwoord. Het wensbeeld wordt beschreven aan de hand van de zes thema’s die tijdens beide dorpsavonden zijn besproken. Hoewel een onderscheid is gemaakt tussen deze thema’s, moet worden benadrukt dat ze veel met elkaar te maken hebben en nauwelijks als aparte thema’s kunnen worden beschouwd.
2.1 Wonen Zowel ouderen als jongeren moeten de kans krijgen om in het dorp te blijven wonen. Dit betekent dat er behoefte is aan starters- en seniorenwoningen. Seniorenwoningen zijn omschreven als gelijkvloerse woningen met verbrede deuren en wendruimte voor een rolstoel. Deze moeten niet te ver van het centrum worden gesitueerd. Ouderen moeten gemakkelijk bij de voorzieningen kunnen komen, ook als ze minder mobiel zijn. Tevens is er behoefte aan een kleinschalige woonvoorziening voor ouderen waar gebruik kan worden gemaakt van zorg- en hulpdiensten. Daarnaast zouden bestaande woningen meer geschikt gemaakt kunnen worden voor ouderen, door het aanbrengen van voorzieningen (slaap- en badkamer op de begane grond of een lift). De gemeente kan hierin volgens de bewoners een stimulerende rol spelen.
27
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
Er is ook behoefte aan huurwoningen. Deze zouden bij de toekomstige uitbreiding in een gevarieerd patroon tussen koopwoningen gebouwd moeten worden. Met betrekking tot de toekomstig te bouwen woningen wordt de wens geuit dat deze moeten passen in het ruimtelijke karakter van het dorp. Een landelijke uitstraling ligt voor de hand; dus niet modern met rechthoekige blokken en zeker geen hoogbouw.
2.2 Ruimtelijke inrichting en verkeer Als de bewoners gevraagd wordt waaraan ze 1 miljoen euro zouden willen besteden, dan gaat deze naar een ontmoetingsplek/hart voor het dorp bij de kerk. Het dorpshart moet een rustig en groen karakter hebben met de functies verblijf, recreatie en ontmoeting. Dit is een wens voor de lange termijn, omdat dit eventueel pas kan als er een oplossing voor de N282 is gevonden. Voor de korte termijn is herinrichting van de Spoorstraat een oplossing om een dorpshart te creëren. Inrichting plein Spoorstraat De functie die het plein moet hebben is meervoudig: Verblijf/ontmoeting Recreatie Horeca/terras Evenementen Verkeer
De doorgaande weg over het plein, waarop vaak te hard wordt gereden, zou afgesloten moeten worden. Dat blijkt echter niet praktisch te zijn omdat er dan te veel moet worden omgereden. De parkeerplaatsen verplaatsen naar de nabijgelegen Dennenlaan is een mogelijke optie, maar tegelijkertijd wordt de noodzaak van de parkeerplaatsen in de nabijheid van de winkels onderkend. Door een herinrichting van het plein kan het plein aantrekkelijker worden gemaakt zonder dat de parkeerfunctie verdwijnt. Naast een andere inrichting van de parkeerplaatsen, wensen de bewoners een
28
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
goede fietsenstalling op het plein. Er is begrip voor het feit dat afsluiting van de doorgaande weg niet mogelijk is, maar mogelijk kan de verkeersfunctie wat meer ondergeschikt worden gemaakt. Een verbod op vrachtverkeer zou al veel oplossen. Door de ontmanteling van het bedrijventerrein De Vliert is het vrachtverkeer al sterk afgenomen. Het is nu vooral nog lesverkeer met vrachtwagens dat de Spoorstraat gebruikt. Dat kan met een verbod weggenomen worden. Uitbreiding van winkels aan het plein is niet mogelijk. De enige optie is de voormalige Rabobank. Hier zijn plannen voor geweest, maar dit is verder niet van de grond gekomen. Parkeren is daar op eigen terrein mogelijk. Bewoners zouden het een goede ontwikkeling vinden als er op deze locatie voorzieningen, zoals winkels, zouden komen. Wel moet hierbij rekening gehouden worden met de maatvoering van de bestaande bebouwing aan het plein (maximaal 11 meter hoog). Ook werd aangegeven dat er genoeg ruimte moet zijn om goed te kunnen ondernemen. Daarbij wordt ge2 dacht aan winkelruimte die per m kan worden gehuurd, met daarboven appartementen/seniorenwoningen om de financiering mogelijk te maken. Verbetering van het plein aan de Spoorstraat kan op korte termijn opgepakt worden. Op lange termijn (na de aanpak N282) kan er een plein gecreëerd worden bij de kerk. Deze pleinen krijgen ieder een eigen functie. Het plein aan de Spoorstraat is dan het functionele hart van Dorst, het plein bij de kerk, het historische hart. Het functionele hart behoudt de functies die het heeft: winkelvoorziening, horecagelegenheid en evenementen. Het historisch hart krijgt een groen karakter met een kiosk, als het aan de bewoners ligt. Mensen komen hier voor de rust en de groene functie. De nadruk zal hier dus liggen op verblijf, recreatie en ontmoeting. Voor de dorpsraad is het verkeersluw maken van de N282 een voorwaarde om de woningbouw Dorst-Oost en Dorst-West te kunnen starten. De ontsluiting is voor hen van cruciaal belang om de overbelasting van Spoorstraat/ Wethouder van Dijklaan te voorkomen.
29
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
Parkeervoorzieningen Er is behoefte aan uitbreiding van de parkeermogelijkheden bij de Wethouder van Dijklaan richting Surea, Pannenkoekenhuis, Spoorstraat, sportvelden en bij dorpshuis De Klip. Een wens in dit kader is het verplaatsen van het trainingsveld van Neerlandia en die locatie inrichten als parkeerterrein. Kruising oude Tilburgsebaan/Spoorstraat moet veiliger De gevaarlijke situatie op de kruising Oude Tilburgsebaan/Spoorstraat zou kunnen worden opgelost met belijning en het plaatsen van een spiegel. Een andere oplossing is het zandpad tussen de bestaande nieuwbouw in Sint Jorisveld en de Rijksweg te verharden. Op die manier ontstaat er een tweede ontsluiting van deze wijk en zou er minder gebruik gemaakt worden van het gevaarlijke kruispunt. Door het ontstaan van een nieuw kruispunt ontstaat tegelijkertijd snelheidsreductie. De wens om de rijksweg veiliger te maken levert ook suggesties op: beperk de snelheid tot 50 km in het gehele bebouwde gebied en ondersteun dit visueel met strepen en maak ook een duidelijke oversteekplaats aan de ingang van het dorp richting Tilburg, met zebrapaden. Verkeersveiligheid op overige punten Op de volgende plaatsen moet de verkeerssituatie worden verbeterd: Spoorstraat Verkeerslichten voetgangers Rijksweg - Spoorstraat - Geerstraat Bavelstraat, met name voor fietsers Wethouder van Dijklaan Inrichting wegen en spoorwegovergang voor langzaam verkeer Een geluidswal langs het spoor Fietspad Dorst - Oosterhout De route via de Wethouder van Dijklaan zou een goede fietsroute naar Oosterhout kunnen zijn wanneer er een vrijliggend fietspad zou komen. Factoren die meespelen bij de realisatie hiervan zijn de eigendomsverhoudingen en het kappen van bomen. Er zou ook meer verlichting moeten komen en drempels en/of sluizen om het autoverkeer te remmen. Openbaar vervoer De vraag of er meer gebruik gemaakt zou worden van het openbaar vervoer als er meer bussen rijden en als Dorst bereikbaar zou zijn met de treintaxi, kan niet zonder meer worden beantwoord. Dit zou nader onderzocht moeten worden onder scholieren/studenten en personen die voor hun werk aangewezen zijn op het openbaar vervoer. De bewoners willen een bushalte aan het plein bij de Spoorstraat.
2.3 Voorzieningen Meer winkels met ruimte om te ondernemen Er is behoefte aan meer winkels in Dorst, onder andere aan een ambachtelijke slager en groenteboer. Het behoud van een supermarkt vinden de bewoners belangrijk, met
30
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
name voor ouderen die minder mobiel zijn. Ze zijn zich ervan bewust dat het daarom belangrijk is dat de bewoners in eigen dorp boodschappen doen. Om winkels in Dorst een kans te geven, moet er ook ruimte zijn om te ondernemen. De huidige winkelpan2 den zijn daarvoor te klein. Er is behoefte aan winkelruimte die per m kan worden gehuurd. Bewoners zouden graag op de locatie van de Rabobank winkels zien verschijnen. Daarnaast is er behoefte aan meer gelegenheid voor het uitoefenen van aan huis gebonden beroepen. Krachten bundelen Het is de wens van bewoners dat maatschappelijke voorzieningen en maatschappelijke dienstverlening geïntegreerd worden in één multifunctionele accommodatie waarmee ruimten beter gebruikt kunnen worden. Belangrijk aandachtspunt daarbij is de toegankelijkheid voor mensen met een beperking.
Ten aanzien van het schoolplein, dat vanwege de plaatsing van noodlokalen aan ruimte heeft ingeboet, wordt de suggestie gedaan dat er op korte termijn ruimte kan worden gewonnen door de bosschages aan de zijde Dennenlaan en aan de zijde Pastoor den Rondenstraat weg te halen. Naast de bestaande huisarts en fysiotherapie wensen de bewoners meer gezondheidsvoorzieningen zoals een tandarts, een EHBO-post en een dependance van de thuiszorg met een consultatiebureau. Deze voorzieningen zouden ondergebracht kunnen worden in een gezondheidscentrum. Ook is er behoefte aan een kleinschalige zorgvoorziening voor ouderen in het dorp. Mogelijk is het een en ander aan elkaar te koppelen. Aandacht wordt gevraagd voor de behoefte van jongeren om elkaar te ontmoeten. De wens is (natuurlijke) plekken in de openbare ruimte te creëren waar dit kan en een jeugdsoos voor jongeren tot 16 jaar. Daarnaast moet de bekendheid van de inloop voor jongeren van 12-16 jaar worden vergroot. De verwachting wordt uitgesproken dat in de toekomst, zeker gelet op de uitbreiding van het dorp, behoefte zal zijn aan meer sport- en recreatieve voorzieningen, met name voor de jeugd.
31
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
2.4 Sociale samenhang: samen leven in Dorst Buurtpreventieproject De bekendheid van het buurtpreventieproject moet worden vergroot. Naar aanleiding van het verspreiden van informatie onder bewoners is de suggestie gedaan de gemeente te vragen een publicatiebord te plaatsen op een centrale plek. De verenigingen kunnen hun informatie hier ook kwijt, evenals de dorpsraad. Als locatie is het Dorpsplein genoemd, bijvoorbeeld naast de brievenbus. Dit stuit echter op bezwaren van de supermarkt omdat er dan geen zicht meer is vanuit de winkel op het plein en andersom. Verenigingen, vrijwilligers, dorpsraad Een wens voor de toekomst is dat de verenigingen meer samenwerken en activiteiten op elkaar afstemmen. Om het gebrek aan samenwerking tussen de verenigingen op te lossen ziet men in eerste instantie geen mogelijkheden. De inschatting is dat er hard aan getrokken moet worden, om samenwerking te bereiken. In tweede instantie wordt heel concreet voorgesteld om bijvoorbeeld tijdens het Midzomerfeest in de dan beschikbare tent een lunch te organiseren voor de voorzitters en secretarissen. Onderdeel van de agenda kan dan de activiteitenagenda voor het komende jaar zijn. Nadat de jaarplanning rond is, kan deze gemeld worden bij het Uitpunt in Oosterhout om eventuele overlappende data te voorkomen en om op de ‘Uit in Oosterhout’ agenda te komen. Vanuit de verenigingen leeft de wens om een vaste contactpersoon bij de gemeente te hebben, die tevens de aanvragen voor evenementen weet te vereenvoudigen, c.q. langs goede banen weet te leiden. Een meedenkende houding en inhoudelijke ondersteuning wordt op prijs gesteld. De dorpsraad heeft eenzelfde wens om een vast contactpersoon bij de gemeente te hebben. De communicatie loopt niet goed, mede vanwege de wisseling van contactpersonen. Daarbij heeft de dorpsraad vaak last van lange procedures voordat iets geregeld is. Inmiddels is er bij de gemeente een nieuwe contactpersoon aangesteld als ‘dorpscoördinator’, waarmee het contact goed verloopt. Er is aandacht nodig voor het werven van nieuwe vrijwilligers, met name voor het Oranjecomité, De Klip en de dorpsraad.
32
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
Informatie/communicatie ‘Een dorpsblad is gezelliger dan een website’. Hoewel er op de verschillende websites veel informatie te vinden is, zou het toch fijn zijn om alles te bundelen in een dorpsblad. Niet iedereen is even handig op de digitale snelweg. Het zou goed zijn om eens per maand een uitgave te hebben met nieuws van verenigingen, buurtpreventieteam, verslagen van activiteiten en een activiteitenkalender. Bij elke vereniging/organisatie zou dan iemand verantwoordelijk moeten zijn voor het aanleveren van informatie. Verschillende mogelijkheden worden besproken om weer tot een eigen dorpblaadje te komen, maar uiteindelijk acht men dit geen haalbare kaart. Misschien is het wel haalbaar een Dorst-pagina in het Weekblad Oosterhout op te nemen. Dit zou een vaste rubriek moeten zijn met een herkenbare vormgeving. Iemand uit Dorst zou informatie moeten verzamelen en aanleveren aan het weekblad, waar vervolgens voor de opmaak wordt gezorgd. Aandachtspunt daarbij is de verspreiding van het Weekblad in het buitengebied. Ook de bewoners van het buitengebied hebben behoefte aan het nieuws dat hier in staat. Bijkomend voordeel van het bundelen van informatie uit Dorst is, dat de verenigingen dan misschien eerder geneigd zijn om met elkaar samen te werken. Ze zijn in ieder geval beter van elkaar op de hoogte en kunnen gemakkelijker op elkaar inspelen. Integratie nieuwe bewoners De dorpsraad doet een beroep op medebewoners om het door te geven als er nieuwe bewoners in de straat komen wonen. De dorpsraad kan de nieuwe bewoners dan ontvangen met een welkomstpakket met daarin informatie over het dorp, de verenigingen en de activiteiten. Geopperd wordt dat het misschien mogelijk is om bij de inschrijfbalie van het gemeentehuis een kaartje uit te reiken waarop bewoners hun adres voor de dorpsraad kunnen invullen. De verenigingen zouden zich tijdens de jaarmarkt nadrukkelijker kunnen presenteren met een informatiestand of een presentatie/demonstratie. Hierbij zou ook aandacht kunnen zijn voor het werven van leden/vrijwilligers.
2.5 Natuur, landschap en recreatie Het is de uitdrukkelijke wens van de bewoners van Dorst om het landelijke gebied tussen Dorst en de omliggende plaatsen/steden te behouden. Alle nieuwe en prachtige natuur moet ook toegankelijk worden gemaakt voor mensen met een visuele of fysieke beperking. Wat sommige bewoners betreft is uitbreiding van de mountainbikeroute gewenst. Anderen geven aan dat dit alleen kan als er beter toezicht op de gang van zaken wordt gehouden. Ook wenst men de motorcrossers in het bos aan te pakken.
33
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
34
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
3
Visie
Dit hoofdstuk beschrijft de leefbaarheid van Dorst in 2020. De lezer wordt als het ware aan de hand meegenomen naar het toekomstige Dorst. Onderstaande visie beschrijft een ideale situatie en laat mogelijkheden en kansen zien voor de toekomst. De visie vormt het resultaat wanneer alle projecten zoals opgenomen in de leefbaarheidagenda in hoofdstuk 4 van dit iDOP met succes zijn uitgevoerd. Als blijkt dat de leefbaarheidsagenda niet geheel of op een andere wijze wordt uitgevoerd, heeft dit consequenties voor het behalen van de visie in 2020. Het toekomstbeeld is tot stand gekomen door samen met bewoners tijdens diverse bijeenkomsten een wensbeeld te formuleren (hoofdstuk 2). Dit wensbeeld heeft als vertrekpunt de knelpunten en wensen van bewoners met betrekking tot de huidige situatie (hoofdstuk 1). Om een haalbare visie op Dorst te krijgen is het wensbeeld getoetst aan provinciaal en gemeentelijk beleid en besluiten van het college van burgemeester en wethouders van Oosterhout. Daarnaast hebben de expertise van Zet/BRO, bureauonderzoek, kennis en ervaringen van beleidsmedewerkers en inbreng van de projectgroep een rol gespeeld bij het opstellen van de visie. Op verzoek van de gemeente heeft de dorpsraad in overleg met de bewoners van Dorst uit de wensenlijst een top-10 prioriteitenlijst samengesteld. Deze heeft als uitgangspunt gediend voor het opstellen van de visie en de leefbaarheidagenda. Om de beschrijving van de visie overzichtelijk te maken is de onderverdeling in verschillende thema’s aangehouden. Deze thema’s beïnvloeden elkaar en zijn in feite niet los van elkaar te zien: het is een integrale visie. Het toekomstbeeld is uitgewerkt in een leefbaarheidkaart. Deze leefbaarheidkaart is te vinden in de kaft van deze rapportage.
3.1 Wonen Dorst heeft in 2020 ondanks de uitbreiding van de afgelopen jaren haar landelijke uitstraling weten te behouden. Bij de uitbreiding is gebouwd voor iedere doelgroep, maar met name de starters en senioren. In de kern is sprake van een evenwichtige dorpsopbouw met verschillende woningtypologieën en huur- en koopwoningen in een gevarieerd patroon. Doelgroepen De bouw van woningen voor de specifieke doelgroepen is tot stand gekomen door samenwerking tussen de gemeente, dorpsraad en woningbouwcorporatie(s). Een deel van de woningen is in eigen beheer gebouwd door de inwoners zelf, zonder tussenkomst van een projectontwikkelaar. De gemeente heeft een goede regie gevoerd in het woningbouwbeleid, waardoor ook voor starters betaalbare woningen beschikbaar zijn. Bovendien is het woningaanbod in het segment daarboven voldoende, zodat starters kunnen doorschuiven en hun eigen woningen weer vrij komen voor nieuwe huizenzoekers. Voor senioren zijn geschikte woningen gerealiseerd in de nabijheid
35
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
van voorzieningen: gelijkvloerse woningen met brede deuren en voldoende wendruimte voor een rolstoel. Voor zorgbehoevende ouderen is een kleinschalige woonzorgvoorziening gerealiseerd. Naast nieuwe woningen voor ouderen, is er ook voor gezorgd dat ouderen in hun eigen woning kunnen blijven wonen. Door bestaande woningen aan te passen aan de hedendaagse woningbouweisen en aan de wensen van de bewoners, zijn ouderen in staat gesteld te blijven wonen in de woning waaraan ze gehecht zijn. Ouderen krijgen vroegtijdig advies over de manier waarop men zo lang mogelijk thuis kan blijven wonen. De bewoners maken dankbaar gebruik van deze informatie. Woningtypen Om de landelijke uitstraling van Dorst te behouden, zijn er woningen gebouwd passend bij het dorpse karakter. Hoogbouw past hier niet bij. Bij de nieuwbouw is zo veel mogelijk aangesloten bij ‘wonen in het groen’ zoals dat in Dorst tien jaar geleden ook het geval was. Er is een goede mix gerealiseerd van koop- en huurwoningen, waarbij de huurwoningen in een gevarieerd patroon tussen de koopwoningen zijn gebouwd. Door een woningaanbod voor verschillende doelgroepen en een mix van koop en huur, heeft Dorst een gezonde bevolkingssamenstelling. Woningbouwlocaties De crisis in de jaren 2009-2015 heeft ook haar sporen nagelaten op de woningbouwontwikkeling in Dorst. Het bestemmingsplan Dorst-Oost heeft enige tijd stil gelegen, maar heeft uiteindelijk toch doorgang kunnen vinden. Vele nieuwe inwoners van Dorst genieten nu van de landelijke woonomgeving. De wijk ligt aan de oostzijde van Dorst: ten zuiden van de spoorlijn Breda-Tilburg en ten noorden van de Oude Tilburgsebaan. Er is sprake van dorps wonen; informeel en ontspannen. Aan de westzijde van Dorst (tussen de spoorlijn en Baarschotsestraat) is het woongebied Dorst-West gerealiseerd. In de wijk zijn 105 woningen gerealiseerd, variërend in typologie, maat en schaal. Ten behoeve van de ontwikkeling van deze woningen is een aantal bedrijven met stankcirkels in de directe omgeving verdwenen. WSG heeft in de wijk veel aandacht besteed aan het woonmilieu. In het plan zijn groene, openbare plekken opgenomen die geschikt zijn om in te spelen, ontspannen en elkaar te ontmoeten. Woningen worden gebouwd volgens de richtlijnen van het levensloop bestendig bouwen en zijn zowel aantrekkelijk voor jonge gezinnen, die een extra kamer beneden willen, als voor een ouder echtpaar. Ook het voormalige bedrijventerrein De Vliert ten noorden van de spoorlijn is inmiddels benut voor woningen. Bij de planvorming is rekening gehouden met de huidige behoefte aan woningen. Om de rust in de wijk te garanderen is het plaatsen van saneringsschermen een integraal onderdeel van het plan. Deze nieuwbouwwoningen hebben de plattegrond van Dorst niet structureel gewijzigd. Dorst blijft, ondanks de realisatie van de woningen op het voormalige bedrijventerrein De Vliert, gekenmerkt als een kern die ingeklemd ligt tussen de spoorlijn en de provinciale weg N282.
36
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
3.2 Ruimtelijke inrichting en verkeer Spoorplein Het plein aan de Spoorstraat heeft een metamorfose ondergaan. Bij het vervangen van de riolering in 2010 is direct de inrichting van het plein op de schop gegaan. Het plein had een aantal functies die ook na de herinrichting van het plein behouden zijn gebleven. De wens van de bewoners was om het plein op een andere wijze in te richten waardoor niet de parkeer- en verkeersfunctie, maar de ontmoetings-, recreatie- en verblijfsfunctie de boventoon voeren. De gemeente heeft in overleg met de dorpsraad en dorpsbewoners een ontwerp gemaakt, aan de hand waarvan het plein opnieuw is ingericht. Voor de parkeerfunctie is gedeeltelijk een alternatief gezocht. Bij het ontwerp is gebruik gemaakt van het Shared Space of Gedeeld Ruimtegebruik principe. Dit betekent dat de verblijfsruimte is ingedeeld als mensenruimte en niet geïnterpreteerd wordt als verkeersruimte. Door het weghalen van aanwijzingen voor de automobilist is het straatbeeld onoverzichtelijker geworden en is de subjectieve veiligheid afgenomen. Doordat de subjectieve veiligheid is afgenomen, zijn de weggebruikers alerter en voorzichtiger rijgedrag gaan vertonen, waardoor de objectieve veiligheid juist is toegenomen. Door het Shared Space principe is één van de problemen op het plein, het hardrijden en het niet goed aanhouden van de rijbaan, verholpen. Daarnaast heeft het, in samenhang met een zebrapad, voor een veiligere oversteek voor kinderen gezorgd. Door middel van verbodsborden wordt vrachtverkeer geweerd op het plein aan de Spoorstraat. Dit verbetert de leefbaarheid van de kern, maar vooral ook van het plein als verblijfs- en ontmoetingsruimte. Door middel van andere bestrating, banken, bloembakken en het plaatsen van prullenbakken, fietssteunen en dergelijke heeft het plein een ander aanzicht gekregen. Daarnaast is er een nieuw informatiebord, waarop dorpsinformatie uitgewisseld kan worden, op het plein geplaatst. Al deze maatregelen tezamen hebben er voor gezorgd dat mensen zich meer uitgenodigd voelen tot verblijven op het plein. Het plein is de laatste jaren meer als dorpshart gaan fungeren en zo voelt het ook aan voor de bewoners. Het plein is levendiger geworden, mensen komen elkaar tegen en maken een praatje. Het is veel meer dan tien jaar geleden een ontmoetingsplek geworden. N282 In 2010 is een MER-procedure gestart voor de N282. Naar aanleiding van de uitkomsten van de MER zijn er aanpassingen verricht zodat het dorp met name leefbaarder is geworden. Indien de N282 wordt omgelegd liggen er vanuit de dorpsraad plannen klaar om een historisch dorpsplein tussen de kerk en het Kapelerf te realiseren. De uitgangspunten zijn al concreet: het plein dient een rustig en groen karakter te krijgen en er zou plaats moeten zijn voor een kiosk. Verblijf, recreatie en ontmoeting zijn de speerpunten bij het ontwerp. Actualisatie Verkeersveiligheidsplan Als vervolg op het verkeersveiligheidsplan 2003 – 2010 is in 2011 gestart met de actualisatie van het verkeersveiligheidsplan. Binnen de actualisatie wordt naar de wensen gekeken van de bewoners zoals deze zijn verwoord tijdens de iDopbijeenkomsten. Deze wensen hebben onder andere betrekking op het kruispunt
37
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
Rijksweg-Spoorstraat-Geerstraat, Tilburgsebaan en de Bavelstraat. Na de actualisatie van het verkeersveiligheidsplan wordt bekeken wanneer de maatregelen die noodzakelijk zijn genomen worden. Fietspad Dorst - Oosterhout De wens voor een veiligere fietsroute naar Oosterhout via de Wethouder van Dijklaan is sinds kort ingewilligd. Er zijn drempels en sluizen in de weg aangelegd om het autoverkeer af te remmen en er is meer verlichting aangebracht. Daarnaast is er een fietspad gerealiseerd. Door de weg te verbreden is ruimte gecreëerd voor een fietsstrook. Dit betekent dat de fietsers een eigen plek hebben op de rijbaan. Spoorlijn Breda - Tilburg In 2010/ 2011 zijn het saneringsscherm (geluidsscherm) en de raildempers tegen hinder van het (goederen) treinverkeer van de spoorlijn Breda – Tilburg geplaatst. Daarnaast heeft er enkele jaren later een verbetering plaatsgevonden aan de spoorwegovergang van de Spoorstraat. Deze is verbreed waardoor langzaam verkeer meer de ruimte heeft gekregen. De spoorlijn zal altijd een barrière in de kern blijven, maar met deze aanpassingen is de leefbaarheid van de kern wel vergroot. Openbaar vervoer In 2010 was het niet mogelijk om later op de avond met de bus en de buurtbus van en naar Dorst te reizen. Hier is inmiddels verandering in gekomen. De bustijden in Dorst zijn sinds enkele jaren verruimd, een mogelijkheid waar vooral jongeren, ouderen en forenzen dankbaar gebruik van maken. Zij zijn erg blij met de mogelijkheid om zonder in het bezit te zijn van een auto, toch zelfstandig te kunnen reizen op meerdere tijdstippen. Doordat er de laatste jaren veel mensen uit deze doelgroep zijn bijgekomen in Dorst, wordt er nu veel vaker dan tien jaar geleden gebruik gemaakt van het openbaar vervoer. Naast een verruiming van de bustijden zijn ook de route en haltering geoptimaliseerd. Zo is er een halte op het plein aan de Spoorstraat toegevoegd. Naast de verruiming van de mogelijkheden om met de bus te reizen, behoort ook de treintaxi tegenwoordig tot de mogelijkheden om vanuit Breda en Rijen naar Dorst te reizen.
3.3 Werken Een aantal goed lopende agrarische bedrijven in de omgeving van het dorp heeft zich ontwikkeld tot duurzame bedrijven. De bedrijven hebben voldoende uitbreidingsmogelijkheden om hun bedrijfsvoering voor de komende jaren voort te zetten. Minder goedlopende agrarische bedrijven hebben nevenactiviteiten ontplooid. Naast hun agrarische bedrijfsvoering is men bijvoorbeeld gestart met een minicamping en verkoopt men producten die in het buitengebied van Dorst verbouwd worden. Een aantal agrarische ondernemers heeft besloten te stoppen met hun onderneming. De voormalige agrarische percelen zijn hergebruikt. Zo hebben kleine, zelfstandige, niet-agrarische ondernemers een plek gekregen in de voormalige schuren en loodsen.
38
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
Door het hergebruik van de voormalige agrarische percelen voor kleinschalige bedrijvigheid heeft de gemeente Oosterhout bedrijvigheid voor Dorst kunnen behouden. Daarnaast is er de mogelijkheid voor het uitoefenen van aan huis gebonden beroepen. Dit heeft er voor gezorgd dat een aantal mensen in de kernen is blijven wonen, hetgeen de leefbaarheid ten goede is gekomen.
3.4 Voorzieningen Commerciële voorzieningen Doordat het aantal inwoners van Dorst de afgelopen 10 jaar sterk is gegroeid, is het gelukt om winkels en horeca in Dorst te behouden en zelfs enigszins uit te breiden. Met name voor de ouderen is het erg fijn dat er nog steeds een supermarkt in het dorp is waar ze zelfstandig boodschappen kunnen doen. Doordat de supermarkt meer ruimte ter beschikking heeft gekregen, is het assortiment verruimd. Daardoor is het aantrekkelijker voor de bewoners van Dorst om in hun eigen dorp boodschappen te doen. Zeker nu er ook een ambachtelijke slager en groetenboer zijn gevestigd die producten uit de streek verkopen. Deze winkels hebben een regionale aantrekkingskracht, omdat mensen er in de afgelopen jaren steeds meer aan zijn gaan hechten om te weten waar hun voedsel vandaan komt. Doordat er nu winkelruimte is die per vierkante meter kan worden gehuurd, is het aantrekkelijker voor startende ondernemers om een zaak te beginnen. Maatschappelijke voorzieningen 3 De Klip De Klip is nog meer dan tien jaar geleden de trots van Dorst. Het gebouw is opgeknapt en het aantal activiteiten is toegenomen. Doordat het bestuur van de Klip en de verenigingen in Dorst goed samenwerken is er veel meer te doen voor bewoners van 12-55 jaar. Surplus Welzijn heeft hen destijds ondersteund bij het opzetten van de activiteiten en nu draaien ze volledig op enthousiaste vrijwilligers. Deels zijn dat jongeren die in het kader van hun maatschappelijke stage meehelpen bij het organiseren en uitvoeren van activiteiten. Doordat dit steeds door een nieuw groepje jongeren wordt gedaan, is er een gevarieerd aanbod aan activiteiten. Een gemeenschappelijk initiatief van de dorpsraad, de school St. Marcoen, de Fanfare St. Joris en buurthuis de Klip heeft geresulteerd in het verkrijgen van subsidie van het RABO stroomversnellingsfonds voor de aanschaf van een afdekvloer in de gymzaal. Dankzij deze opdekvloer van de gymzaal die ruim tien jaar geleden in gebruik is genomen, kunnen de school en verenigingen hier ook gebruik van maken voor grote activiteiten. Bij de opknapbeurt van De Klip is er ook voor gezorgd dat het gebouw goed toegankelijk is voor mensen met een beperking. Maar niet alleen de fysieke toegankelijkheid is verbeterd. Ook is er meer aandacht voor het betrekken van mensen met een beperking als vrijwilligers, waardoor zij zich waardevol voelen voor de dorpsgemeenschap en meer contacten hebben in het dorp.
3 Het voorzieningenonderzoek en het doorrekenen van de scenario’s heeft parallel gelopen aan het iDOPtraject. Daardoor zijn de resultaten nog niet aan elkaar gekoppeld. Het kan zijn dat beide adviezen niet geheel overeen komen.
39
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
Jongerencentrum De jeugd heeft weer haar eigen plek sinds 2010. Door de inspanning van een enthousiaste groep jonge vrijwilligers zijn er weer de wekelijkse inloopavonden die goed worden bezocht door jongeren vanaf 16 jaar. Ook het podium wordt weer goed gebruikt en de optredens hebben een regionale aantrekkingskracht. In de afgelopen tien jaar heeft het nieuwe jongerencentrum een goede naam opgebouwd en is het gelukt om steeds weer nieuwe vrijwilligers te vinden om de activiteiten voort te zetten. Ook is er ruimte voor de jeugd van 12 tot 16 jaar. Die groep besteedt haar vrije tijd met name in Dorst en vindt het fijn om naast de sportverenigingen ook een andere ontmoetingsplek te hebben. Ook hier worden in het kader van maatschappelijke stage door jongeren zelf steeds nieuwe activiteiten ontwikkeld. Op die manier is er een aantrekkelijke mix en raakt de jeugd niet snel uitgekeken. Onderwijs, opvang en sport Het leerlingenaantal van basisschool Marcoen is fors gegroeid. Voor deze groei heeft een uitbreiding van het schoolgebouw plaatsgevonden. Er is tien jaar geleden extra ruimte gecreëerd voor het schoolplein, door de brede bosschages die er omheen stonden te vervangen door nieuwe aanplant die door steeds goed te snoeien smal is gehouden. Kinderopvang het Kootertje heeft voldoende ruimte om in de vraag te voorzien sinds de buitenschoolse opvang geen gebruik meer hoeft te maken van hetzelfde pand. De buitenschoolse opvang vindt nu plaats in de accommodaties van VV Neerlandia ’31 en TV Tendo. Naast het beschikbaar stellen van ruimte, die is getoetst aan landelijke regels voor het opvangen van kinderen, verzorgen deze verenigingen ook een naschools sportaanbod voor de kinderen. Een ander voordeel van deze locatie van de buitenschoolse opvang is dat ze dicht bij de bossen is gelegen. Sinds milieueducatie en natuurbeleving belangrijke onderdelen zijn geworden van het lespakket, richt de buitenschoolse opvang zich ook meer op de prachtige bossen die grenzen aan het dorp. In het speelbos dat in samenwerking met Staatsbosbeheer door vrijwilligers is aangelegd, brengen de kinderen van de buitenschoolse opvang heel wat uurtjes door als het weer het toelaat. Voetbalclub VV Neerlandia ’31 heeft een ruimteprobleem. Bij TV Tendo is er nog wel een nijpend ruimtegebrek. Na de uitbreiding van het dorp hebben zich veel nieuwe leden aangemeld. Waar tien jaar geleden de vier banen voldoende ruimte boden, kan nu niet meer aan de vraag worden voldaan. De vereniging is in gesprek met de gemeente over uitbreiding met twee velden. In de nieuwe plannen zal ook weer aandacht moeten zijn voor de parkeervoorzieningen,. Het oefenveld tussen Tendo en Neerlandia is nu ingericht als parkeerplaats. Daarnaast is er een extra veld ten westen van Neerlandia gerealiseerd. Zorgvoorzieningen In de afgelopen tien jaar is het aantal zorgbehoevende ouderen in Dorst fors toegenomen. Ze vinden het fijn dat ze nu in Dorst kunnen blijven wonen als ze meer afhankelijk worden van zorg. Waar ze voorheen moesten verhuizen naar Oosterhout of
40
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
Breda, kunnen ze nu terecht in de kleinschalige woonzorgvoorziening in het dorp. Een woningbouwvereniging en een zorgaanbieder hebben deze voorziening samen gerealiseerd als onderdeel van de nieuwbouw die de laatste jaren is gepleegd. Er zijn appartementen waar de bewoners dagelijkse 24-uurszorg krijgen. Vanuit de woonzorgvoorziening kunnen ook de senioren die in de nieuwe levensloopbestendige huizen wonen een beroep doen op hulp en zorg. Dit kan dankzij het alarmeringssysteem waarmee men hulp kan oproepen vanuit de woonzorgvoorziening. In feite komt dit nog niet eens zo vaak voor, omdat het idee dat je hulp kunt oproepen al preventief werkt. De zelfstandig wonende senioren voelen zich zekerder en hebben meer zelfvertrouwen. De woonzorgvoorziening beschikt over een gemeenschappelijke ruimte voor de bewoners, een ruimte voor de nieuwe tandarts en een multifunctionele ruimte. In deze multifunctionele ruimte houdt een huisarts spreekuur, kunnen bewoners bloed laten prikken en is op gezette tijden de thuiszorg aanwezig met het consultatiebureau. Ook kan men hier een dagdeel per week terecht voor logopedie, fysiotherapie etc.
3.5 Sociale samenhang Het feit dat het inwonersaantal de afgelopen tien jaar is toegenomen van 2.400 tot bijna 3.600, heeft z’n weerslag gehad op de sociale samenhang van het dorp. Dankzij de inspanningen van de dorpsraad is het met het ‘nieuwkomersproject’ gelukt de nieuwe bewoners te betrekken bij de dorpsgemeenschap in Dorst. Bij het informatiepakket dat nieuwe bewoners van de gemeente Oosterhout ontvangen is een antwoordkaart van dorpsraad Dorst gevoegd. Door deze in te vullen, maken de nieuwe bewoners zich bekend aan de dorpsraad. Vervolgens gaat er iemand van de dorpsraad naar toe met een welkomstpakket. Daarin zit informatie over Dorst, -de dorpsraad, de verschillende verenigingen en activiteiten, voorzieningen, een flesje wijn en een kaart van Dorst met een fietsroute om de omgeving te verkennen. Tijdens dit kennismakingsbezoek peilt de dorpsraad wat de interesses zijn van de nieuwe bewoners (sport, cultuur etc.) en of men interesse heeft om zich als vrijwilliger in te zetten voor één van de activiteiten in het dorp. Als er een groepje mensen is dat zich actief wil inzetten, wordt een informatieavond georganiseerd en worden mensen gekoppeld aan bestaande verenigingen/organisaties. Dat persoonlijke benadering werkt, blijkt uit het feit dat het op deze manier is gelukt om veel nieuwe vrijwilligers te werven. Doordat de ‘nieuwkomers’ zich actief inzetten voor het dorp leren ze snel veel mensen kennen en integreren ze snel in het dorp. Het ‘dorpse gevoel’ is er dus zeker niet minder om geworden na de uitbreiding van het dorp. Verenigingen Ook het feit dat verenigingen meer met elkaar samenwerken heeft er toe bijgedragen dat vrijwilligers eerder bereid zijn om de handen uit de mouwen te steken. Het opstellen van de activiteitenagenda voor het komende jaar is één van de actiepunten die is opgepakt. Ook bespreekt men de mogelijkheden om samen activiteiten te organiseren en wordt het vrijwilligersbestand doorgenomen. Waar nodig kunnen verenigingen elkaar helpen. Tijdens de Jaarmarkt presenteren alle verenigingen van Dorst zich en werven ze nieuwe vrijwilligers. Hiervoor maken ze samen een plan tijdens het Midzomerfeest en worden ze ondersteund door het vrijwilligersinformatiepunt in Oosterhout
41
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
(VIP). De dorpsraad heeft een coördinerende rol bij de samenwerking tussen de verenigingen. Als de dorpsraad daarbij ondersteuning nodig heeft, kan ze daarvoor bij Surplus Welzijn terecht. De activiteitenagenda wordt gemeld bij het Uitpunt in Oosterhout om eventuele overlappende data met andere evenementen in de gemeente op het spoor te komen. Als de agenda definitief is komt deze op de ‘Uit in Oosterhout’ agenda. Het is voor verenigingen de afgelopen tien jaar gemakkelijker geworden om dingen te organiseren. De vaste contactpersoon bij de gemeente helpt hen met aanvragen voor evenementen, vergunningen en subsidies. Bij alle verenigingen is bekend dat ze bij deze persoon terecht kunnen voor inhoudelijke ondersteuning en ze maken dankbaar gebruik van deze persoon die met hen meedenkt. Ook de dorpsraad maakt hier dankbaar gebruik van. Buurtpreventieproject Nadat er in 2011 structureel geld is vrijgemaakt voor het buurtpreventieproject is het project inmiddels niet meer weg te denken uit Dorst. Er worden regelmatig meldingen gemaakt door de bewoners en de gemeente, Surplus Welzijn en de politie zijn goed op elkaar ingespeeld. Omdat er snel en adequaat op meldingen wordt gereageerd, motiveert dit bewoners om nieuwe meldingen te doen als er iets niet goed gaat in het dorp. Bij de herinrichting van het plein aan de Spoorstraat is een informatiebord geplaatst waarop informatie is te vinden over het buurtpreventieproject. Informatie/communicatie Een clubje enthousiaste vrijwilligers heeft geregeld dat er maandelijks een ‘Dorstpagina’ in het Weekblad Oosterhout staat. Hierin staat nieuws van verenigingen, buurtpreventieproject, verslagen van activiteiten en een activiteitenkalender voor Dorst. Bij elke vereniging is één persoon verantwoordelijk voor het aanleveren van informatie. Deze informatie wordt verzameld door het ‘Dorst-pagina-team’ en aangeleverd bij het Weekblad Oosterhout. Deze pagina wordt gefinancierd door een bijdrage van alle verenigingen, bovenop het geld dat wordt ingezameld tijdens de Jaarmarkt. Gelukkig is de verspreiding van het Weekblad Oosterhout in het buitengebied op aandringen van de gemeente verbeterd. Ook de bewoners van het buitengebied ontvangen dit nu en kunnen zo op de hoogte blijven van gemeentenieuws en de ‘Dorstpagina‘.
3.6 Natuur, landschap en recreatie Het landelijk gebied tussen Dorst en de omliggende steden en dorpen heeft zijn open karakter weten te behouden. De natuur is beter toegankelijk gemaakt door Staatsbosbeheer, ook voor mensen met een visuele of andere fysieke beperking. Zo zijn in 2010 de bestaande parkeervoorzieningen in de nabijheid van de natuurgebieden vergroot en zijn enkele nieuwe parkeervoorzieningen aangelegd. Daarnaast zijn er maatregelen getroffen waardoor het wildrooster bij Surrea ook voor rolstoelen te passeren is. Tevens zijn enkele paden van een verharding voorzien waardoor deze beter toegan-
42
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
kelijk zijn voor rolstoelgebruikers. Het toezicht in het bos is vergroot, om te bezien of men de regels naleeft. Daarbij gaat het niet alleen om de mountainbikeroute, maar ook om motorcrossers die uit het bos geweerd worden. Deze handhaving heeft er voor gezorgd dat wandelaars en fietsers al enkele jaren met een groter plezier de bossen rond Dorst bezoeken.
43
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
44
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
4
45
Leefbaarheidagenda
In de leefbaarheidagenda zijn alle projecten opgenomen om te komen tot het toekomstbeeld Dorst 2020 zoals beschreven in de visie. Deze leefbaarheidagenda is het resultaat van dit dorpsontwikkelingsplan. Elk agendapunt is vertaald naar een concrete actie of plan. In de kolom ernaast wordt een overzicht gegeven van partijen die mogelijk betrokken kunnen worden bij de uitvoering. Een aantal van deze partijen is aanwezig geweest bij het rondetafelgesprek op 29 juli. De overige partijen worden apart benaderd voor een gesprek. De prioritering geeft vervolgens de wens van de bewoners / Dorpsraad Dorst weer. Het tijdschema in de onderstaande leefbaarheidagenda beschrijft de planning op korte, middellange en lange termijn vanuit de gemeente. De volledige wensenlijst waarop de agenda is gebaseerd is opgenomen als bijlage. Punten die niet opgenomen konden worden in de agenda, zijn in deze bijlage voorzien van argumentatie. Reeds lopende projecten hebben in de tabel onder het nummer de toevoeging LP gekregen. Deze projecten volgen hun eigen procedures. Deze agenda vormt de eerste stap naar het versterken van de leefbaarheid in Dorst. De agenda is daarom geen star gegeven; om de stap naar de uitvoering van de punten te maken, is het mogelijk dat acties bijgesteld moeten worden of dat andere partijen betrokken zullen worden dan in de kolommen vermeld staat.
Mogelijke locaties: • Dorst-Oost • Dorst-West • De Vliert
• • • •
Woningbouwontwikkeling afstemmen op markt Bewoners informeren over mogelijkheden levensloopbestendige woningen, mantelzorg-, meergeneratie- en levensloopbestendige woningen Gefaseerd bouwen naar woningbehoefte Extra aandacht voor starters- en seniorenwoningen Variatie in huur en koop Bouwen passend bij landelijke karakter dorp
• • • •
Dorpsraad Projectontwikkelaar(s) Woningbouwcorporatie(s) Gemeente(beleidsmaker)
X
X
5-10 jaar
• •
Tijdschema vanuit de gemeente 2-5 jaar
Thema Wonen Gedifferentieerd woningbouwprogramma passend bij huidige behoefte
Prioritering vanuit de dorpsraad
0-2 jaar
1 1.1 LP
Betrokken partijen en hun rol
Laag
Uitwerking in actie/plan
Midden
Agendapunt
Hoog
Nr.
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
46
• •
•
1.3
Bestaande woningen aanpassen zodat langer zelfstandig wonen mogelijk is
•
•
2
Thema Ruimtelijke inrichting en verkeer
Inventariseren wensen en behoeften op het gebied van wonen en zorg Partijen zoeken die willen ontwikkelen. Zij mogen een verzoek indienen bij de gemeente Locatie zoeken en bouwen zorgappartementen en levensloopbestendige (aanleun)woningen. Ook aanpassen bestaand gebouw (Pastorie) zou als optie meegenomen kunnen worden Reserveren ruimte voor multifunctioneel gebruik (thuiszorg, huisarts, logopedie, fysiotherapie etc. Zie punt 4.10)
• • • •
Woningcorporatie Zorgaanbieders Surplus Welzijn Gemeente (aanpassen bestemmingsplan, vergunningen)
Communicatie met bewoners over mogelijkheden om langer zelfstandig te kunnen wonen (zie www.blijvendthuis.nl), bijvoorbeeld middels een informatiepakket of via de ouderenbond Bewoners wijzen op de mogelijkheid om zelf een aanvraag in te dienen bij het Wmo-loket
• •
Woningbouwcorporatie Aannemer om aanpassingen uit te voeren Gemeente (faciliterend) Ouderenbond Bewoners
• • •
X
X
X
X
5-10 jaar
•
Tijdschema vanuit de gemeente 2-5 jaar
Woonzorgcombinatie opzetten
Prioritering vanuit de dorpsraad
0-2 jaar
1.2
Betrokken partijen en hun rol
Laag
Uitwerking in actie/plan
Midden
Agendapunt
Hoog
Nr.
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
47
• • •
• •
Overleg tussen gemeente, dorpsraad en bewoners om te komen tot een plan voor herontwikkeling van het plein aan de Spoorstraat Plaatsen verbodsborden voor vrachtverkeer Onderzoeken of Shared Space principe een bruikbaar middel is bij het ontwerp van het plein Aandacht voor de volgende functies: ontmoeting, recreatie en verblijf, maar ook verkeer en parkeren Aandacht voor aankleding van het plein Plaatsen van een informatiebord voor uitwisseling dorpsinformatie
• • • •
Gemeente (uitvoerend en eindverantwoordelijk); Provincie Dorpsraad Bewoners
X
Actualisatie Verkeersveiligheidplan
•
Actualiseren verkeersveiligheidsplan met daarin meenemend de wensen uit de iDOP, zoals het creëren van een duidelijke oversteekplaats bij de entree van Dorst vanuit Tilburg
• •
Gemeente (beleidsmaker) Provincie
2.3
Afronden procedure N282
•
Procedure afronden en resultaten terugkoppelen
Veilige fietsroute Dorst - Oosterhout
•
Verbeteren fietsroute Dorst - Oosterhout i.v.m verkeersveiligheid Fietsroute Bavelse weg hierin meenemen
Gemeente Extern adviesbureau Gemeente (uitvoerend en eindverantwoordelijk)
X
2.4
• • •
• •
Prorail Gemeente (medeverantwoordelijk)
X
• 2.5
Saneringsscherm (geluidsscherm) en raildempers
•
Voltooien aanleg ssaneringsscherm en raildempers
X
X
2.2
5-10 jaar
•
Tijdschema vanuit de gemeente 2-5 jaar
Herinrichting plein Spoorstraat
Prioritering vanuit de dorpsraad
0-2 jaar
2.1
Betrokken partijen en hun rol
Laag
Uitwerking in actie/plan
Midden
Agendapunt
Hoog
Nr.
X
X X
X
X
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
48
Onderzoek naar mogelijkheden voor verbreding van de spoorwegovergang voor betere en veiligere fiets en voetgangers oversteek Uitvoer van werkzaamheden ten behoeve van aanpassing spoorwegovergang
• •
Prorail Gemeente (initiatiefnemer)
• • •
Gemeente gaat gesprek aan met de Provincie Halte toevoegen op plein aan Spoorstraat Dorst bereikbaar houden met buurbus
• • • •
Provincie Veolia Gemeente (faciliterend) Surplus Welzijn
•
X
X
X
X
2.7
Openbaar vervoer verbeteren
3 3.1
Thema Werken Behoud van de agrarische sector en ontwikkelingen de ruimte bieden
•
Agrarische ondernemers kunnen een verzoek bij de gemeente indienen, bijvoorbeeld voor uitbreiding en wijziging activiteiten
• •
Agrarische ondernemers Gemeente (beleidsmaker en faciliterend)
X
X
3.2
Mogelijkheden bieden voor passende bedrijfsactiviteiten in de voormalige agrarische bedrijfsopstellen (VAB’s) Mogelijkheden voor uitvoeren van beroep aan huis verruimen
•
Ondernemers kunnen een verzoek bij de gemeente indienen
• •
X
X
•
De regeling die dit mogelijk maakt wordt opgenomen in de actualisatie van het bestemmingsplan Dorst
• •
Ondernemers Gemeente (beleidsmaker en faciliterend) Ondernemers Gemeente (beleidsmaker en faciliterend)
X
X
•
Ondernemers kunnen een plan indienen bij de gemeente Met name behoud supermarkt voor oudere bewoners is een aandachtspunt
• •
Ondernemers Gemeente (beleidsmaker en faciliterend)
X
X
3.3
4 4.1
Thema Voorzieningen Behoud huidige winkelaanbod en mogelijkheden bieden voor uitbreiden/vestigen
•
5-10 jaar
•
Tijdschema vanuit de gemeente 2-5 jaar
Verbreding spoorwegovergang Spoorstraat
Prioritering vanuit de dorpsraad
0-2 jaar
2.6
Betrokken partijen en hun rol
Laag
Uitwerking in actie/plan
Midden
Agendapunt
Hoog
Nr.
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
49
• • 4.2a
Opknappen De Klip
• • •
•
Met partijen rond de tafel gaan zitten om een plan te ontwikkelen voor De Klip op zowel sociaal (activiteiten/ functies) als fysiek niveau (het gebouw) Zie ook: rapport voorzieningenonderzoek 2008 Hieruit voortvloeiend punt 4.2a en 4.2b
• • • • •
De Klip Surplus Welzijn VIP Gemeente Andere samenwerkingspartners
X
X
Hiervoor in gesprek treden met de De Klip Aandacht voor mensen met een beperking Wensen uit de iDOP meenemen en koppelen aan het resultaat van het voorzieningenonderzoek dat onlangs is afgerond Gebouw en functies blijven afstemmen op woningbouwontwikkeling en toename aantal inwoners
•
Gemeente (faciliterend, eigenaar pand, verantwoordelijk voor groot onderhoud) De Klip (gebruiker pand) Aannemer (opdrachtnemer fysieke aanpassingen> alleen via gemeente) Surplus Welzijn
X
X
• •
• 4.2b
Uitbreiden activiteiten in De Klip
• • • •
In kaart brengen wensen bewoners op het gebied van activiteiten Overleg met partijen die activiteiten kunnen aanbieden (verenigingen, De Klip, Surplus Welzijn) Ondersteuning door Surplus Welzijn bij opzetten activiteiten Overleg met De Klip over praktische zaken zoals ruimte, openingstijden etc.
•
•
•
De Klip (initiatiefnemer, kartrekker, planmaker, opdrachtgever) Gemeente (faciliterend, ondersteunend in ontwikkelen beleid/plan) Surplus Welzijn (ondersteunend, opdrachtnemer)
X
X
X
5-10 jaar
•
Tijdschema vanuit de gemeente 2-5 jaar
Apart traject voor De Klip opstarten
Prioritering vanuit de dorpsraad
0-2 jaar
4.2 LP
Betrokken partijen en hun rol
Laag
Uitwerking in actie/plan
Midden
Agendapunt
Hoog
Nr.
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
Nr.
Agendapunt
50
Uitwerking in actie/plan
Betrokken partijen en hun rol
Prioritering vanuit de dorpsraad
• • • •
De Klip Surplus Welzijn VIP Bewoners
4.4
Jongerencentrum
•
•
Gebruikersgroep Kaszah (initiatiefnemer, kartrekker, planmakeropdrachtgever) Gemeente (faciliterend, ondersteunend in ontwikkelen beleid/plan) Surplus Welzijn (ondersteunend, opdrachtnemer) VIP(ondersteunend, makelaar maatschappelijke stages/vrijwilligers) Vrijwilligers (uitvoerend) Oib
•
•
•
• •
• •
X
X
X
X
5-10 jaar
•
Werven vrijwilligers / maatschappelijke stage met name voor activiteiten in De Klip, Oranjecomité en de dorpsraad Aandacht voor mensen met een beperking: deelname activiteiten en hun inzet als vrijwilliger (indien de Klip hierop voldoende aangepast kan worden) Geschikte locatie voor een jongerencentrum zoeken Opstellen activiteitenplan met aanbod voor jeugd 12-16 jaar en 16 + door vrijwilligers ondersteund door Surplus Welzijn Werven vrijwilligers / maatschappelijke stage
2-5 jaar
•
0-2 jaar
Werven vrijwilligers
Laag
4.3
Midden
Hoog
• •
VIP (ondersteunend, makelaar maatschappelijke stages/vrijwilligers) Vrijwilligers (uitvoerend) Oib
•
Tijdschema vanuit de gemeente
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
51
• • • • 4.6
Extra ruimte creëren schoolplein
•
•
4.7
Nieuwe locatie buitenschoolse opvang
• • •
N.a.v, de woningbouwontwikkelingen in Dorst kan Marcoen een aanvraag bij de gemeente indienen voor een uitbreiding van de Marcoen Bij uitbreiding rekening houden met ruimte op schoolplein Zie ook: rapport voorzieningenonderzoek 2008 Kwaliteit schoolgebouw onderzoeken Mogelijke samenhang met De Klip (4.2) bekijken
•
Basisschool Marcoen kan bekijken hoe zij hieraan invulling willen geven, bijvoorbeeld door de bosschages aan de Dennenlaan/ Pastoor Rondenstraat weg te halen en een nieuwe haag te planten Rekening houden met mogelijke uitbreiding school
•
Onderzoek behoeften buitenschoolse opvang Overleg sportverenigingen over mogelijkheden opvang op hun locatie Ontwikkelen activiteitenaanbod in overleg met (sport)verenigingen
• •
•
•
• • • •
Delta onderwijs (initiatiefnemer, kartrekker, opdrachtgever, uitvoerder) Gemeente (faciliterend)
X
X
X
Delta onderwijs/ basisschool Marcoen Gemeente (faciliterend)
X
X
Kinderopvangorganisatie Gemeente (faciliterend dmv meedenken) Verenigingen SKO Oib
De Marcoen, Kootertje, peuterspeelzaal, De Klip
X
X
5-10 jaar
•
Tijdschema vanuit de gemeente 2-5 jaar
Uitbreiding Marcoen
Prioritering vanuit de dorpsraad
0-2 jaar
4.5 LP
Betrokken partijen en hun rol
Laag
Uitwerking in actie/plan
Midden
Agendapunt
Hoog
Nr.
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
52
4.9
• • •
VV Neerlandia ‘31 Gemeente (faciliterend) Oib
In kaart brengen behoeften tennisvereniging Mogelijkheden uitbreiding tennisbanen onderzoeken Wens meenemen in accommodatiebeleid van de gemeente dat in 2013 wordt vastgesteld Zie ook: rapport voorzieningenonderzoek 2008
• • •
TV Tendo Gemeente (faciliterend) Oib
• • • • •
X
Parkeeroverlast korte termijn (in de wijk bij voetbal en tennis) aanpakken Thema Sociale samenhang
•
Indien er onveilige situaties ontstaan naar een passende oplossing zoeken
• •
Woningcorporatie Zorgaanbieder Surplus Welzijn Aanbieders zorgdiensten Gemeente (aanpassen bestemmingsplan, vergunningen) Bewoners Gemeente (faciliterend)
X
•
In aansluiting op punt 1.2: regelen zorg en faciliteiten Zoeken partijen voor invulling multifunctionele ruimte (thuiszorg, huisarts, logopedie, fysiotherapie etc.)
X
X
Betrekken nieuwe bewoners: ‘nieuwkomerproject’
• •
Draaiboek ‘nieuwkomerproject’ Dorpsraad neemt contact op voor samenwerking met gemeente (uitreiken antwoordkaart) Vrijwilligers werven en trainen voor kennismakingsbezoek
• • •
Dorpsraad Gemeente (faciliterend) Verenigingen
X
x
Extra tennisbanen
• • • •
4.10
4.11 5 5.1
X
X
Wens meenemen in accommodatiebeleid van de gemeente dat in 2013 wordt vastgesteld Aandacht voor voldoende parkeergelegenheid Zie ook: rapport voorzieningenonderzoek 2008
• •
Kleinschalige woonzorgvoorziening
•
•
5-10 jaar
•
Tijdschema vanuit de gemeente 2-5 jaar
Uitbreiding voetbalvelden
Prioritering vanuit de dorpsraad
0-2 jaar
4.8
Betrokken partijen en hun rol
Laag
Uitwerking in actie/plan
Midden
Agendapunt
Hoog
Nr.
X
X
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
Nr.
Agendapunt
53
Uitwerking in actie/plan
Betrokken partijen en hun rol
Prioritering vanuit de dorpsraad
• • •
5.3
Gezamenlijke activiteitenkalender voor Dorst
• •
5.4
Buurtpreventieproject uitbouwen
• • • • •
Gezamenlijke activiteitenagenda opstellen tijdens Midzomerfeest Melden bij Uitpunt in Oosterhout, controleren op overlap Publiceren in Uit in Oosterhout agenda Bekendheid vergroten, communiceren over doel en werkwijze buurtpreventieproject Afspraken samenwerking gemeente, politie en Surplus Welzijn Snel en adequaat reageren op meldingen Aandacht voor financiering
X
• • • • •
• • • •
Dorpsraad Gemeente (faciliterend) Politie Surplus welzijn
X
•
• •
X
X
X
X
5-10 jaar
•
Dorpsraad (initiatiefnemer, kartrekker, planmaker) Verenigingen (initiatiefnemer, kartrekker, planmaker) Gemeente (faciliterend) Surplus Welzijn/VIP (ondersteunend voor verenigingen en initiatief) Hoom Oib Dorpsraad Verenigingen Uitpunt Oosterhout
•
2-5 jaar
In gesprek gaan met verenigingen Wensen en behoeften met betrekking tot ondersteuning in kaart brengen Aanstellen vaste contactpersoon voor verenigingen Communiceren met verenigingen en laagdrempelig infopunt zijn Trainingen / cursussen vrijwilligers aanbieden Vanuit Surplus wordt een bijeenkomst georganiseerd met Hoom en Oib.
0-2 jaar
• •
Laag
Meer samenwerking verenigingen, ondersteuning vrijwilligers door vaste contactpersoon
Organiseren informatieavonden Koppelen vrijwilligers aan verenigingen
Midden
Hoog
5.2
• •
Tijdschema vanuit de gemeente
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
54
• • 6 6.1
Thema Landelijk gebied Landelijk gebied Dorst open houden
•
6.2
Toegankelijk maken van natuur
• • • • • •
Werven vrijwilligers voor opzetten Dorst-pagina Afspraken maken met verenigingen over contactpersonen en aanleveren nieuws Afspraken maken met Weekblad Oosterhout Geld inzamelen
• • • •
Dorpsraad Vrijwilligers Verenigingen Weekblad Oosterhout
X
Vastleggen open gebied in gemeentelijke structuurvisie Nieuwe ontwikkelingen steeds hieraan toetsen Aanleggen parkeervoorzieningen voltooien Maatregelen aan wildrooster voor passering met rolstoelen Paden voorzien van verharding ten behoeve van rolstoelers Toezicht op gebruik van de bossen vergroten Klankbordgroep van Staatsbosbeheer voortzetten, waarin een goede samenwerking essentieel is
• •
Gemeente (beleidsmaker) Particulieren
X
• • •
Staatsbosbeheer Dorpsraad Gemeente (faciliterend + actief participerend in klankbordgroep)
X
X
X
X
5-10 jaar
• •
Tijdschema vanuit de gemeente 2-5 jaar
Maandelijkse ‘Dorst-pagina’ in weekblad Oosterhout
Prioritering vanuit de dorpsraad
0-2 jaar
5.5
Betrokken partijen en hun rol
Laag
Uitwerking in actie/plan
Midden
Agendapunt
Hoog
Nr.
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
55
Bijlage 1 Wensenlijst
1
Wonen Bouwen van starterswoningen
Ja
2
Bouwen van seniorenwoningen dicht bij voorzieningen: gelijkvloers, brede deuren, wendruimte rolstoel
Ja
3
Bestaande woningen meer geschikt maken voor ouderen: slaap- en badkamer op begane grond of lift
Ja
4
Kleinschalige woonvoorziening voor ouderen met zorg/hulpdienst
Ja
5
Huurwoningen in een gevarieerd patroon tussen koopwoningen
Ja
6
Nieuwe woningen moeten passen in ruimtelijk karakter van het dorp: landelijke uitstraling, geen hoogbouw
Ja
7
8
9
Werken Meer gelegenheid voor het uitoefenen van huisgebonden beroepen Voorzieningen Commerciële voorzieningen: Meer winkeltjes, o.a. ambachtelijke slager en groenteboer Aanwezigheid supermarkt belangrijk, met name voor ouderen die minder mobiel zijn: voor dagelijkse boodschappen en contacten
Ja
Ja
Ja
10 (winkel)voorzieningen op de locatie van de Rabobank Ja (Spoorstraat 46/46A) 11 Voldoende ruimte om rendabel te kunnen ondernemen (huidige winkelpanden zijn te klein): winkelruim2 te die per m kan worden gehuurd met daarboven (senioren)appartementen om financiering mogelijk te maken
Ja
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
Sociaal-maatschappelijke en gezondheidsvoorzieningen: 12 Meer gezondheidsvoorzieningen zoals tandarts, EHBO/medische post, dependance thuiszorg met o.a. consultatiebureau. Wellicht concentreren in een gezondheidscentrum 13 Dorpshuis dat meer ruimte biedt, bouwtechnisch in orde is en toegankelijk is voor iedereen
56
Nee, niet haalbaar
Ja
14 Combineren dorpshuis, nieuwe school, kinderopvang, Nee, strijdig met een eerder multifunctionele sportvoorzieninge en ontmoetingsgenomen collegebesluit (juli functie in een MFA 2010). 15 Korte termijn: ruimte schoolplein vergroten door bossages zijde Dennenlaan en Pastoor den Rondenlaan weg te halen
Ja
16 Korte termijn: vloer sportzaal geschikt maken voor multifunctioneel gebruik
Ja
17 Jeugdsoos voor jongeren tot 16 jaar
Ja
18 Vergroten bekendheid inloop jeugd 12-16 jaar
Ja
19 Meer sport- en recreatieve voorzieningen (met het oog op uitbreiding)
Ja
20 Voorzieningen geschikt maken voor mensen die slecht ter been zijn
Ja
21 Vaste contactpersoon bij de gemeente voor vereniJa gingen, die o.a. de aanvragen voor evenementen kan vereenvoudigen/begeleiden 22 Vaste contactpersoon bij de gemeente voor dorpsraad en bespoedigen procedures om zaken geregeld te krijgen (inmiddels is het eerste geregeld in de persoon van Bibi Schuurs)
Ja
23 Betere verspreiding Weekblad Oosterhout in het buitengebied
Ja
24 Publicatiebord op een centrale plek in het dorp, bijv. naast de pinautomaat
Ja
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
Sociale samenhang 25 Informatiepakket van dorpsraad aan nieuwe bewoners uitreiken via gemeentebalie (informatiekaart waar het pakket is op te halen)
57
Ja
26 Nadrukkelijker presenteren van verenigingen tijdens jaarmarkt
Ja
27 Meer uitwisseling en samenwerking tussen verenigingen, gezamenlijke activiteiten
Ja
28 Coördinerende rol dorpsraad bij samenwerking verenigingen
Ja
29 Jaarlijkse bijeenkomst voor alle verenigingsbesturen, bijvoorbeeld lunch tijdens Midzomerfeest voor alle voorzitters en secretarissen
Ja
30 Samen opstellen activiteitenagenda voor komend jaar Ja
31 Jaarplanning doorgeven aan Uitpunt Oosterhout om evt. overlap op te sporen
Ja
32 Publicatie activiteiten in agenda Uit in Oosterhout
Ja
33 Werven nieuwe vrijwilligers, met name voor Oranjecomité, De Klip en de dorpsraad
Ja
34 Inhoudelijke ondersteuning door VIP, bovenop bemiddelen tussen vraag en aanbod vrijwilligers
Ja
35 Uitgave met nieuws van verenigingen, buurtpreventieteam, activiteitenkalender etc., bij voorkeur een 'Dorst-pagina' in Weekblad Oosterhout: vaste rubriek met herkenbare vormgeving
Ja
36 Vergroten bekendheid buurtpreventieproject
Ja
Ruimtelijke inrichting en verkeer 37 Lange termijn: omleiding N282
Ja
38 Korte termijn: snelheidslimiet rijksweg naar 50 km per Ja uur en duidelijke oversteekplaats met zebrapad creëren bij de entree aan de kant van Tilburg (van Tilburg naar Dorst, tussen huizen en bord ‘Dorst’)
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
58
39 Op korte termijn herinrichten plein Spoorstraat: - behouden functies ontmoeting/recreatie/horeca/ evenementen/verkeer - parkeerfunctie behouden - ontmoetingsfunctie (bankjes) aantrekkelijker maken - fietsenstalling aanbrengen - verbod vrachtverkeer
Ja
40 Op lange termijn een historisch dorpshart creëren bij de kerk: rustig en groen karakter, kiosk (verblijf, recreatie, ontmoeting)
Ja
41 Meer speelplekken voor kinderen tot 5 jaar, net als in de Larenbuurt (in Oosterhout)
Nee, strijdig met beleid.
42 Uitbreiding parkeermogelijkheden Wethouder van Dijklaan richting boswachterij Dorst, Pannenkoekenhuis, Spoorstraat, sportvelden en Dorpshuis De Klip
Ja
43 Voorziening waardoor wildrooster bij Surrae ook voor Ja rolstoelen is te passeren 44 Oude Tilburgsebaan-Spoorstraat: verduidelijken voor- Voorrangsbord (na bord 30 rangssituatie km) op Spoorstraat is verwijderd. Nu gelijkwaardige kruising. 45 Aanpakken hardrijden Oude Tilburgsebaan: drempel Nee, niet haalbaar. werkt niet 46 Spoorstraat: aanpakken hardrijden, S-bocht beter leiden en veiligere oversteek voor kinderen
Ja
47 Verbreden spoorwegovergang Spoorstraat t.b.v. langzaam verkeer
Ja
48 Geluidswal tegen hinder (goederen)treinverkeer
Ja
49 Rijksweg-Spoorstraat-Geerstraat:verkeerslicht beter afstellen zodat fietsers en voetgangers minder lang hoeven wachten. Langer op groen zodat mensen die slecht ter been zijn, kunnen oversteken
Ja
50 Fietsroute Bavelseweg veiliger maken
Ja
51 Veilige fietsroute naar Oosterhout:- via de Wethouder Ja van Dijklaan- (vrijliggend) fietspad- meer verlichtinghardrijden tegengaan
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
59
52 Betere ontsluiting wijk Sint Jorisveld. Verharden zandpad dat naar de rijksweg loopt waardoor tweede ontsluitingsweg ontstaat
Nee, op dit moment strijdig met Provinciaal beleid. Wordt meegenomen binnen MER.
53 Verplaatsen oefenterrein Neerlandia en huidige locatie inrichten als parkeerplaats
Ja
54 Ruimere tijden openbaar vervoer
Ja
55 Bereikbaarheid Dorst met treintaxi
Ja
56 Bushalte op het plein
Ja
Natuur, landschap en recreatie 57 Behouden landelijk gebied tussen Dorst en omliggende steden
Ja
58 Natuur toegankelijk maken voor mensen met een visuele of andere fysieke beperking
Ja
59 Mountainbikeroute verder uitbreiden, mits toezicht naleven regels
Ja
60 Aanpakken motorcrossers in het bos
Ja
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
60
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
Bijlage 2 Analyse algemene beleidsstukken In de gemeente zijn diverse nota’s beschikbaar, waarin het beleid op terreinen is beschreven. In de meeste nota’s wordt geen onderscheid gemaakt tussen de diverse kernen en worden beleidsdoelen ook niet per kern onderscheiden. De beleidsdoelen gelden daarom onverkort voor alle kernen inclusief Den Hout. Daar waar (een van de) kernen expliciet wordt genoemd, wordt dit in het overzicht opgenomen. Oosterhout stimuleert gezonde samenleving Nota lokaal gezondheidsbeleid 2008-2011 Gemeenten in Nederland voeren de Wet Collectieve Preventie Volksgezondheid uit. De WCP richt zich op gezondheidsbescherming, gezondheidsbevordering en ziektepreventie. De Gemeente Oosterhout wil en kan werken aan gezondheid. Naast het in beeld brengen van de gezondheidssituatie in Oosterhout en het daaruit destilleren van kernboodschappen ( afgezet tegen regionale en landelijke kernboodschappen), hanteert de gemeente de volgende sleutelbegrippen: Regisseren Een brede impuls door integrale aanpak Het breed benutten van samenwerking Het behalen van gezondheidswinst Empowerment Belang van continuïteit Met de gezondheidssituatie in beeld en de sleutelbegrippen in het vizier worden steeds voor een periode van vier jaar speerpunten vastgesteld. Tot en met 2011 betreft dit: 1. Samen mét burgers 2. Een gezonde basis leggen 3. Inzet voor gezondheidsdoelen vanuit álle gemeentelijke beleidsterreinen 4. Bestuurlijke alertheid 5. Aanvullende steun voor kwetsbare burgers 6. Doen wat moet 7. Waarborgen uitvoering speerpunten Als rode draad lopen door deze speerpunten de vijf prioritaire thema’s uit de landelijke preventienota, namelijk roken, overgewicht, overmatig alcohol gebruik, depressie en diabetes. Jeugdbeleid Programma Jong 2006-2010 Het programma JONG is door het gemeentebestuur van Oosterhout in het leven geroepen om de gemeente Oosterhout aantrekkelijker te maken voor jongeren en ouders met kinderen. Dat is nodig om tegenwicht te bieden aan de ‘autonome’ vergrijzing die Oosterhout de komende jaren doormaakt. Oosterhout wil zich ook in de toekomst verzekerd weten van een evenwichtig bevolkingssamenstelling. Een aantal projecten in de stad moet leiden tot een beter klimaat voor jonge inwoners. Jonge mensen moeten ook in Oosterhout willen wonen. Ze moeten zich volwaardig inwoner van de stad voelen; een inwoner die zich er thuis voelt en meetelt. De projecten hebben betrekking op wonen, werken, studeren en vrije tijd, van speelplek tot discotheek. JONG wil hierbij vooral positieve in de jeugd versterken en belonen. De gemeentelijke organisatie gaat beter luisteren naar wat jonge inwoners willen. De
61
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
programmamanager zorgt er voor dat zaken die door de plaatselijke jongeren op de agenda worden gezet bij de juiste mensen in Oosterhout terechtkomen. Samenwerkingen tussen verschillende partijen worden door de programmamanager georganiseerd. Ook gaat de gemeente samen met die jonge inwoners werken aan de uitvoering van een aantal concrete wensen, waarbij de gemeente vooral faciliterend zal optreden. Voor de periode 2008-2010 werd een ambitieus actieprogramma ontwikkeld. Dit programma is een uitwerking van het concept Oosterhout Familiestad. Oosterhout is van iedereen, beleidsnota Maatschappelijke ondersteuning, 2008 Deze nota is de derde fase van de invoering van de Wmo in Oosterhout. De eerste fase bestond uit het opstellen en vastleggen van de Wmo-verordening. De tweede fase was de invoering van het Servicecentrum Wmo. Deze nota geeft inzicht in de doelstellingen, het beleid, de te behalen resultaten en de uit te voeren maatregelen voor de komende vier jaar op het gebied van maatschappelijke ondersteuning. Oosterhout wil bereiken dat het voor al zijn inwoners een aangename stad is om te verblijven. Uitgangspunt daarbij is dat iedereen zo veel mogelijk op eigen kracht een plaats in de samenleving krijgt. Daar waar het niet lukt, springen gemeente, maatschappelijke organisaties en actieve mede-Oosterhouters bij. De gemeente neemt de regierol voor het totale Wmo-beleid, met een actieve initiërende houding ten opzichte van externe partijen en burgers. De eigen verantwoordelijkheid van de burger wordt voorop gesteld, terwijl de gemeente een vangnet vormt voor de burgers die deze eigen verantwoordelijkheid niet (meer) kunnen nemen. Bij het realiseren van algemene voorzieningen wordt zoveel mogelijk rekening gehouden met de positie van burgers met beperkingen. Er wordt actief beleid gevoerd, gericht op preventie, mantelzorg en vrijwilligerswerk. Bij beleidsvorming wordt er integraal en volgens het concept ’inclusief beleid’ gewerkt. De uitgangspunten voor de komende periode zijn: Gemeentelijke regie Nieuwe samenwerkingsvormen De burger en zijn verbanden centraal Versterken waar mogelijk, ondersteunen waar nodig Samenhang in beleid Maatwerk Zelf doen en zelf betalen Preventie en vroegsignalering Inclusief beleid Accent op kleinschalige projecten Per prestatieveld (9) van de Wmo wordt vervolgens aangegeven wat de uitgangspunten in Oosterhout zijn, wat de gemeente wil bereiken en wat er moet gebeuren (actiepunten). Visie gericht op de ontwikkeling van een lokaal loket (wonen, welzijn, zorg) Doordat zorg steeds vaker en langer in de eigen woonomgeving wordt verleend, wordt de zorg- of hulpvraag van de klant als uitgangspunt genomen (in tegenstelling tot ‘vroeger’, toen het zorgaanbod centraal stond). Langer zelfstandig wonen brengt met zich mee dat de combinatie van zorgverlening, welzijnsactiviteiten en aangepast wonen steeds belangrijker worden. Een loket kan mensen die in een dergelijke situatie zitten of plotseling terecht komen helpen bij het vinden van de weg in het dienstenaanbod van wonen, welzijn en zorg.
62
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
In de Wmo krijgt het loket een prominente plaats (prestatieveld 3). In de visie van de gemeente op het loket wordt het loket onderverdeeld in vier fasen: Cliënt (maakt ook deel van het proces uit: hij moet veel zelf oplossen of is coproducent). Front-office (het fysieke loket in de publiekshal van de gemeente, het telefonisch loket, het digitaal loket, het mobiele loket met vrijwilligers, o.a. ouderenadviseurs). Back-office (onderverdeeld in drie units: WWZ, WMO en AWBZ/CIZ). Realisering. Vervolgens wordt het belang van een goed informatiesysteem en een cliënt-volgsysteem beschreven. Uitwerking Wmo-servicecentrum In dit document wordt, op basis van gegevens uit ‘visie gericht op ontwikkeling van een lokaal loket’, puntsgewijs benoemd welke aandachtpunten er zijn bij de uitwerking van de verschillende loketten: receptie, telefonisch (Tic), back-office en digitaal. Beleidsplan sociale zekerheid 2009 Gemeente Oosterhout, december 2008 Meer mensen moeten meedoen. Dit betekent investeren in mensen. Het liefst in de vorm van werk, en als dat niet kan in de vorm van maatschappelijke activiteiten. Het stimuleren van een goede werkgelegenheid en een goed ondernemersklimaat zijn daarbij belangrijk. De gemeente zet zowel in op ondersteuning werklozen als op dienstverlening aan werkgevers (werkgeversservicepunt) tegelijkertijd heeft ze oog voor mensen die (nog) niet kunnen werken. Hiertoe wordt samengewerkt met het WERKbedrijf van UWV, regiogemeenten en re-integratiebedrijven. De Wet sociale werkvoorziening is het vangnet voor personen die door lichamelijke, verstandelijke en psychische beperkingen uitsluitend onder aangepaste omstandigheden tot regelmatige arbeid in staat zijn. Wachtlijstproblematiek is hier aan de orde. Ingezet wordt op activering van uitkeringsgerechtigden met een Wswindicatie als voortraject en opstap naar een Wsw-dienstverband. Een van de belemmeringen om volwaardig te participeren zowel op de arbeidsmarkt als in de maatschappij is het ontbreken van de Nederlandse taalvaardigheid en kennis over de Nederlandse samenleving. De gemeente Oosterhout geeft uitvoering aan de wet inburgering, waarbij de gemeente de nadruk legt op het actief aanbieden van een inburgeringstraject aan mensen die moeten inburgeren. De gemeente Oosterhout wil in 2009 vorm geven aan een taalcoach project en is op zoek naar een geschikte partner. Het gaat hierbij om vrijwillige taalcoaches die helpen inburgeren. Wonen, Zorg en Service in de wijk (WZSW) Tijdens de projectperiode van 18 maanden,dat in het kader van het Innovatieprogramma Werk en Bijstand werd uitgevoerd is gebleken dat WZSW meerwaarde kan opleveren voor Oosterhout. In het kader van WZSW kan perspectief geboden worden aan personen die reeds lange tijd buiten het arbeidsproces staan. Hiermee speelt WZSW een rol bij het reïntegratiebeleid van de Wet Werk en Bijstand. Ten tweede sluit WZSW aan bij het doel van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning. Via WZSW kan aan personen die beperkingen ondervinden ondersteuning worden geboden, waardoor deze personen in staat worden gesteld om langer zelfstandig te kunnen blijven wonen. In 2008 werd besloten het project voort te zetten voor een periode van 2 jaar.
63
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
Minimabeleid Actualisatie Minimabeleid, opiniërende nota. Gemeente Oosterhout, februari 2009 Met de invoering van de Wet werk en bijstand (WWB) in 2004 zijn nieuwe kaders neergezet voor het gemeentelijk minimabeleid. Op basis hiervan werd in datzelfde jaar de nota minimabeleid voor de gemeente Oosterhout vastgesteld. Met het actualiseren van het beleid uit 2004 past het Oosterhouts minimabeleid weer binnen inmiddels nieuw ontwikkelde beleidskaders. Uitgangspunt is echter nog hetzelfde. Het waarborgen van een minimum bestaansvoorziening voor alle inwoners van Oosterhout. Aan de ambities uit het regeerakkoord, een extra impuls te geven aan het bestrijden van armoede en het terugdringen van het aantal huishoudens met problematische schulden, wordt gewerkt. Samen met de GGD wordt het interventieprogramma armoede en gezondheid bij kinderen uitgevoerd. Op deze manier wordt geprobeerd om armoede op te sporen die de gezondheid van kinderen bedreigt. De schuldsanering is uitbesteed aan Stadsbank Midden Nederland. In het kader van ‘ voorkomen is beter dan genezen’ wordt in samenwerking met Cires, Merites en de Stadsbank Midden Nederland een schuldenpreventieproject uitgevoerd. Gezocht wordt naar andere mogelijkheden van preventie schuldhulpverlening bijvoorbeeld door het aanbieden van cursussen. In de komende jaren krijgt naast de bestaanszekerheid en armoedebestrijding ‘ het kunnen meedoen in de maatschappij’ meer nadruk. In oktober ondertekende de gemeente het convenant ‘Kinderen doen mee!’ Met de middelen die hiermee beschikbaar komen kunnen meer kinderen uit arme gezinnen in Oosterhout deelnemen aan sport, cultuur of andere activiteiten. In de nota worden voorstellen gedaan tot uitbreiding van de op kinderen gerichte ondersteuning. Deelname aan sociaal culturele activiteiten voor iedereen wordt gestimuleerd en mogelijk gemaakt met de invoering van de Oosterhoutpas. Hiertoe is in oktober 2008 besloten. Om het niet gebruik van voorzieningen terug te dringen is overleg gevoerd met de belastingdienst inzake gegevensuitwisseling. In 2008 is gestart met de formulierenbrigade. Deze zorgen er o.a. voor dat mensen met een laag inkomen gestimuleerd worden om gebruik te maken van landelijke en financiële regelingen. Op deze wijze moet het niet gebruik teruggedrongen worden. Masterplan Ouderen 2002-2015 Naar verwachting is in 2020 een derde van de Oosterhoutse bevolking ouder dan 55 jaar ( 34%). Toch moet de voortschrijdende vergrijzing niet uitsluitend of vooral worden gezien als een bedreiging voor de toekomst. Immers het beeld van de oudere veranderde van dat van de hulp en zorgbehoevende en van andere afhankelijke persoon naar een beeld van de vitale, zelfbewuste en zelfstandige oudere die de regie over het eigen leven zo mogelijk tot het einde in handen houdt. Het masterplan bevat het gemeentelijk ouderenbeleid voor de middellange termijn. Het gaat om integraal beleid hetgeen betekent dat vanuit verschillende beleidsvelden wordt samengewerkt en dat concrete activiteiten op elkaar worden afgestemd om (maatschappelijke) problemen te voorkomen of op te lossen. Aan de orde komen achtereenvolgens de thema’s wonen, veiligheid en mobiliteit. Het Lokaal sociaal beleid met aandacht voor maatschappelijke participatie, inkomen en minimabeleid. Het lokaal welzijnsbeleid en ouderenbeleid met onderwerpen als sport, cultuur en recreatie. Georganiseerde ouderenparticipatie en het vrijwilligersbeleid hebben hierin een plaats evenals het gezondheidsbeleid en zorg, het gemeentelijk beleid m.b.t. zorg en dienstverlening. Ingegaan wordt
64
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
op het ouderenbeleid met betrekking tot bepaalde (kwetsbare) doelgroepen.In dit kader zijn enkele opmerkingen m.b.t. de kerkdorpen van belang. Gesignaleerd wordt dat de (basis) voorzieningen in de Oostehoutse kerkdorpen steeds verder onder druk komen staan, vooral in Oosteind en Den Hout. Ook voor vestiging van traditionele zorgvoorzieningen ontbreekt het noodzakelijke draagvlak. Dorpsbewoners kunnen echter vindingrijk zijn om op een creatieve manier toch onmisbare voorzieningen beschikbaar te krijgen of te houden. De gemeente zal initiatieven vanuit de lokale dorpsgemeenschap die zijn gericht op het verbeteren van de leefbaarheid positief tegemoet treden en bezien op welk wijze deze kunnen worden ondersteund. Ook zal worden onderzocht of daarbij de dorpshuizen (multifunctioneler) kunnen worden ingeschakeld ( bijvoorbeeld door een spreekuur van een huisarts/tandarts, een medicijnafgiftepunt enz.) Onderwijsbeleid in de periode 2006-2010 Met betrekking tot het onderwijsbeleid in de periode tot 2010 zijn de volgende uitgangspunten vastgesteld. 1. De gemeente Oosterhout kiest er voor zo vroeg mogelijk te beginnen met het aanbieden van ontwikkelingskansen aan kinderen ( voorschoolse educatie). 2. Vertrouwen in de kwaliteit van Oosterhoutse basisscholen en scholen voor voortgezet onderwijs. 3. De gemeente ondersteunt het onderwijs financieel en inhoudelijk bij het aanpakken van problemen die de reguliere capaciteit van het onderwijs overstijgen. 4. De gemeente biedt het onderwijs extra (financiële) ondersteuning voor het goed opzetten en uitvoeren van een of meer schakelklassen voor kinderen met een zeer grote taalachterstand. 5. De gemeente maakt in samenspraak met het onderwijsveld actief werk van het bevorderen van integratie en het tegengaan van segregatie. 6. De gemeente maakt in samenspraak met het veld werk van het realiseren van betaalbare voor- en naschoolse opvang. 7. De gemeente kiest ervoor samen met het v.o. gerichte aandacht te besteden aan het terugdringen van schoolverzuim. 8. De gemeente Oosterhout maakt actief werk van het verkennen en realiseren van een MBO-opleiding in Oosterhout. Nota Economisch Beleid 2004-2009, inclusief bijlage 1, september 2004 De kern van deze nota is een SWOT analyse die tot stand is gekomen onder andere op basis van een discussiebijeenkomst met ondernemers, begin 2004. Hieruit zijn 23 speerpunten gedestilleerd, die bij uitvoering moeten leiden tot: Het verbeteren van de aansluiting van vraag en aanbod op de arbeidsmarkt. Het creëren van voldoende ruimte voor (bestaande en toekomstige) werkgelegenheid. Het waarborgen van de bereikbaarheid van de in Oosterhout gevestigde bedrijven. Het bepalen van de positie van Oosterhout in de regio en een heroriëntatie op de regionale samenwerkingsverbanden. Herversterken van de relatie tussen lokale overheid en bedrijfsleven.
65
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
Uitvoeringsplan Nota Economisch Beleid, december 2004 Hierin wordt een ‘voortvarende, integrale en gecoördineerde aanpak’’ beschreven om binnen een tijdvak van vijf jaar de nodige resultaten te kunnen boeken. Bestuurlijke en ambtelijke trekkers evenals zo realistisch mogelijke tijdsbalken zijn aangegeven. Op verzoek van de raad zijn prioriteiten gesteld. Jaarlijks wordt een evaluatie aan het college uitgebracht. Evaluatie van de Nota Economisch Beleid, 2007 In 2006 is er geen evaluatie geweest van de nota economisch beleid, vanwege ontbrekende capaciteit. In deze evaluatie is bij ieder actiepunt de stand van zaken per eind 2007 opgenomen en de vermelding van de status van het actiepunt: lopen, afgedaan, of continu proces. Een aantal conclusies, in willekeurige volgorde: Binnen de gemeente zal binnen afzienbare tijd een MBO-opleiding worden gerealiseerd. Digitaliseren van bestemmingsplannen ligt op schema. Het jaarlijkse uitvoeringsplan toerisme loopt tot volle tevredenheid. Het mobiliteitsplan is vastgesteld, de voorgestelde acties kunnen worden uitgevoerd. Bereikbaarheid over water: de loskade is gerealiseerde en verhoogt de waarde van de gemeentelijke bedrijventerreinen. Relatiebeheer: de veranderde overlegstructuur heeft geleid tot een betere manier van samenwerken en verslaglegging met de externe partners. Re-integratie: er zal een werkmakelaar worden ingezet om de aansluiting tussen vraag en aanbod van banen beter in te vullen en te begeleiden. Werkgevers servicepunt: er wordt een werkgeversservicepunt opgericht. Inkoop- en aanbesteding: nieuwe nota zal begin 2008, ter vaststelling, worden aangeboden. Verkoopvoorwaarden: in 2008 zullen de verkoopvoorwaarden worden geactualiseerd. Openbaar vervoer: HOV (hoogwaardig openbaarvervoerverbinding) operationeel in 2009. Regionale samenwerking: samenvoeging SES (Openbaar Lichaam voor SociaalEconomische Samenwerking) en Rewin (regionale ontwikkelingsmaatschappij voor West-Brabant) niet meer aan de orde: wel (betere) controle en beoordeling van begrotingen(en). Administratieve lastenverlichting: actualisering van bestemmingsplannen is al aangepakt. Overige maatregelen zullen in de loop van 2008 worden ingevoerd. Parkmanagement: nota inzake invoering wordt begin 2008 aangeboden; hierin vervolgstappen voor de aanpak van de werkzaamheden. Economische thermometer Oosterhout 2005 Deze jaarlijkse thermometer geeft de dynamiek weer van de landelijke en locale economie, aan de hand van veel landelijke en locale indicatoren. Parallel aan de landelijke economie lijkt ook de Oosterhoutse economie in 2005 voorzichtig op te krabbelen. Er is een stabilisatie van het aantal werkzoekenden. Er is een stijging te zien van het aantal arbeidsplaatsen in de conjunctuurgevoelige bouwnijverheid. Dat is een goed teken. Kadernota sport en Recreatie Oosterhout, 2004 In de nota wordt ingegaan op het sportbeleid tot 2014. Er wordt grote nadruk gelegd op de samenhang met verwante beleidsvelden, participatie van burgers en maatschappelijke orga-
66
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
nisaties en op de maatschappelijke betekenis van sport (‘sport als middel’ in plaats van ‘sport als doel’). Verder ziet de gemeente een actieve rol voor zichzelf weggelegd, waar het gaat om het verbeteren van de kwaliteit van sport in het algemeen en sportaanbod in het bijzonder. Het ziet sportbeoefening namelijk als een belangrijk middel ter bevordering van volwaardige maatschappelijke participatie door alle burgers. De gemeente probeert dit dan ook te stimuleren door daarvoor goede voorwaarden te scheppen en indien nodig de regiefunctie op zich te nemen om ontwikkelingen te stimuleren. Ook voert zij een doelgroepengerichte aanpak. Daarnaast zet zij in op een meer bedrijfsmatige en vraaggerichte benadering: tarieven worden meer gebaseerd op het profijtbeginsel en zullen een hogere kostendekkingsgraad hebben. Tevens krijgen subsidies een meer resultaat-, outputgericht karakter. Verder wordt een evenwichtige spreiding van sportvoorzieningen over de gemeente nagestreefd. Beleidsnota toerisme & recreatie Oosterhout De hoofddoelstelling van het komende toeristisch-recreatief beleid wordt als volgt samengevat: “Het verhogen van de aantrekkelijkheid en kwaliteit van Oosterhout voor zowel de eigen inwoners als voor bezoekers, waardoor de verblijfsduur en het aantal bezoeken aan Oosterhout zal toenemen, wat een positief effect heeft op de toeristisch-recreatieve bestedingen in Oosterhout en daarmee op de werkgelegenheid." Als uitgangspunt worden de huidige voorzieningen genomen, met als doel die te verbeteren en hun verscheidenheid te benadrukken. De nadruk in de nota wordt gelegd op de (verdere) ontwikkeling van onder meer routegebonden dagrecreatie, relatie water- en landactiviteiten, cultuurtoerisme, plattelandstoerisme, activiteiten in de ‘leisure’ sfeer, arrangementen en evenementen. Hierbij kan men denken aan de volgende invullingen:
Routegebonden dagrecreatie Uitvoeren van verbetervoorstellen uit een en het eventueel voor skeelers en wandelaars. Routes moeten niet ophouden bij grenzen.
Water- en landactiviteiten Nader onderzoek is gewenst op het gebied van kanovoorzieningen en (uitbreidings)mogelijkheden van oeverrecreatie aan en langs de Donge. Extra aandacht kan geschonken worden aan goede informatievoorziening vanuit de jachthaven. Bij de ontwikkeling van de ‘Ter Aalsterplas’ zijn natuurontwikkeling, een horecavoorziening en mogelijkheden voor wandelen en vissen al meegenomen. Het ontbreken van een imago als watersportgemeente is ook een aandachtspunt.
Plattelandstoerisme Hierbij gaat het om uitbreiden van activiteiten van agrariërs in de richting van toerisme en recreatie, uitdrukkelijk niet om de vestiging van nieuwe mogelijkheden. Plattelandstoerisme kan neveninkomsten opleveren en een positieve invloed hebben op de leefbaarheid in kleine kernen.
67
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
Activiteiten in de ‘leisure’ sfeer Er bestaat behoefte aan de ontwikkeling van toeristisch-recreatieve concentratiegebieden, waarin ruimte bestaat voor nieuwe toeristische attracties. Uiteraard in de schaal die past bij de gemeente. In overleg met de betrokken partijen dient onderzocht te worden welke gebieden hiervoor geschikt zijn en welke ontwikkelingen (on)gewenst zijn.
Arrangementen Door het aan elkaar koppelen van meerdere activiteiten is het mogelijk de verblijfsduur van toeristen en recreanten te verlengen en het aantal bezoeken (en daarmee de bestedingen) te laten toenemen. Sommige activiteiten bieden afzonderlijk onvoldoende aantrekkingskracht, maar kunnen als deel van een arrangement juist goed uit de verf komen.
Evenementen Evenementen kunnen een positieve weerslag hebben op het imago en de uitstraling van een stad. Aangeraden wordt die betekenis meer te benadrukken en te onderzoeken hoe dat en de aantrekkingskracht van de binnenstad kunnen worden vergroot en/of versterkt. De gemeente Oosterhout is bezig met het opstellen van een evenementennota waarin het beleid wordt geformuleerd. Toerisme in Oosterhout, voortgangsrapportage/uitvoeringsnotitie, 2007 In deze notitie wordt inzicht gegeven in wat er van de doelstellingen van de beleidsnota van 2002 gerealiseerd is. De resultaten van het beleid worden per speerpunt samengevat. Vervolgens wordt de visie 2007-2009 beschreven: (Regionale) samenwerking versterken. Routestructuren (fiets- wandelknooppuntensyteem) en bewegwijzering verbeteren. Initiëren recreatieve watersportfunctie Zwaaikom (kades, meer ruimte voor passanten maken). Verdergaande (kwaliteits)verbetering in de breedte. Evaluatie Samenwerking Leefbaarheid & Veiligheid Gemeente Oosterhout Rekenkamer West-Brabant, oktober 2007 In dit onderzoek is de samenwerking op het gebied van leefbaarheid en veiligheid in de gemeente Oosterhout in de afgelopen vier jaar geëvalueerd. De conclusie van het onderzoek is positief kritisch. Positief omdat er zowel bij de gemeente als haar partners een grote bereidheid tot samenwerking is aangetroffen, en dit ook daadwerkelijk tot resultaten leidt. De bevindingen zijn daarnaast ook kritisch, in die zin dat het voor een resultaatgerichte samenwerking nodig is dat een aantal verdergaande, op concretisering gerichte stappen in het proces worden gezet. Belangrijk aandachtpunt hierbij is welke invulling de gemeente geeft aan haar rol als ketenregisseur. De volgende aanbevelingen zijn benoemd: Zorg voor een dekkende opzet van de buurtoverleggen zodat alle buurten worden betrokken. Verbreed de inhoud van het overleg van buurtoverleggen naar de sociale kant van leefbaarheid. Zorg voor een verdere afstemming/integratie van fysieke, sociale en veiligheidsaspecten.
68
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
Zorg voor het SMART formuleren van doelen en gemaakte afspraken, het helder afbakenen van rollen en verantwoordelijkheden, de ontwikkeling van de informatievoorziening en het komen tot periodieke evaluatie en vereenvoudiging van de overlegstructuren.
Het college geeft in een reactie op het rapport aan dat de aanbevelingen een mooie kans bieden om op de ingeslagen weg voort te gaan in de lijn die met de gemeenteraad samen is uitgestippeld. Toekomstvisie buurtbeheer Oktober 2002 De belangrijkste aanbeveling is dat de communicatie tussen de verschillende partners in buurtbeheer verbeterd moet worden. Het contact met de burger moet hierbij centraal staan.
69
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
Laat duizend bloemen bloeien Cultuurnota 2009 – 2012 (concept), december 2008 Deze cultuurnota is een actualisering van de basisnota Cultuur in Beweging 2003-2007 Oosterhout kent een rijk cultureel leven. Een grote bijdrage aan dat culturele leven leveren de amateurs en de vrijwilligers. Ontelbare concerten, tentoonstellingen en voorstellingen worden door amateurkunstbeoefenaars en vrijwilligers gerealiseerd. Bovendien leveren de (semi)professionele instellingen in Oosterhout een enorme bijdrage aan het culturele klimaat. De vraag naar voorstellingen en activiteiten van theater De Bussel, Theek 5, H19 en het Filmtheater overstijgt het aanbod. De plaatselijke musea en kleine podia worden goed bezocht. Het gemeentebestuur wil de komende vier jaar helpen bouwen aan een nog rijker en gevarieerder aanbod van culturele activiteiten in aantrekkelijke accommodaties voor alle leeftijdsgroepen in Oosterhout. Vóór de Oosterhouters, maar vooral samen mét de inwoners van Oosterhout. Juni 2008 zijn alle vertegenwoordigers van de Oosterhoutse culturele wereld en andere belangstellenden uitgenodigd om mee te denken over het culturele leven van de nabije toekomst. Die ontmoeting heeft veel informatie opgeleverd voor deze cultuurvisie. Een van de belangrijkste speerpunten in deze nota is ‘ontmoeten en samenwerken’. De gemeente Oosterhout wil de ontmoeting tussen al die mensen die in Oosterhout met kunst en cultuur bezig zijn - professionals en amateurs – uitgebreid faciliteren. In het vervolg op die ontmoetingen wordt ook samenwerking tussen deze groepen gestimuleerd. Het geeft ons kansen om: een groter publiek te bereiken meer jongeren bij cultuur te betrekken de culturele dynamiek te vergroten en vernieuwend bezig te zijn. In de nota zijn 21 actiepunten benoemt waarbij is aangegeven wie, wat en wanneer gaat doen en met welk resultaat. Een belangrijk punt is het realiseren van een ontmoetingsruimte. Daarvoor zijn plannen ontwikkeld voor het Huis voor Cultuur in het Santrijngebied, waarin de professionele instellingen kansen krijgen om samen te gaan werken in een tot de verbeelding sprekende ruimte. Het pand van De Zandheuvelschool kan al vanaf 2009 gebruikt gaan worden voor cultuurhistorische en museale activiteiten. Het wordt een Huis voor Erfgoed met het speelgoedmuseum Op Stelten als belangrijkste bewoner. De amateurverenigingen dromen van een Huis voor Amateurs, waar zij elkaar tegen komen en waar zij hun krachten kunnen bundelen. Een plek voor repetities, ontmoeting en presentatie. Velen denken daarbij in eerste instantie aan De Schervenheuvel, dat op dit moment ruimte biedt aan een beperkt aantal culturele instellingen. Collegevoorstel bestuurlijk overleg kerkdorpen (n.a.v. quick scans service & Informatiepunten) 30 oktober 2006 In 2006 heeft Prisma Brabant in Dorst, Oosteind en Den Hout een quick scan service & informatiepunten uitgevoerd. De bevindingen en aanbevelingen zijn op 14 november 2006 met de bewoners besproken. Het college heeft kennis genomen van de aanbevelingen en geeft aan dat zij voor de gemeente met name een faciliterende rol ziet weggelegd waar het gaat om de realisatie van de aanbevelingen.
70
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
Bijlage 3 Beleidsstukken Ruimtelijke ordening Voor het dorpsontwikkelingsplan zijn een aantal bestaande beleidsstukken op provinciaal en gemeentelijk bestuursniveau nader bekeken. Hieronder volgt een kort overzicht van enkele onderdelen van deze beleidsachtergrond. Ontwerp-Structuurvisie Ruimtelijke Ordening (SVRO)/ Verordening ruimte, fase 1. Ruimte-voor-ruimteregeling. StadvisiePlus Oosterhout 2000 - 2005. Visie op het wonen in Oosterhout en de kerkdorpen 2004 - 2008. Structuurplan Dorst en omstreken. Landschapspark Oosterhout - Breda. Voorzieningen onderzoek Dorst 2008. Uitwerking scenario's Dorst 2009 Ontwerp-Structuurvisie Ruimtelijke Ordening (SVRO)/ Verordening ruimte, fase 1 In de ontwerp-Structuurvisie Ruimtelijke Ordening (SVRO), die op 2 februari 2010 door Gedeputeerde Staten is vastgesteld, zijn de hoofdlijnen van het provinciale beleid voor de komende periode aangegeven. Daarin is voor de doelen en ambities die bereikt moeten worden per onderwerp aangegeven welke instrumenten de provincie wil inzetten. In een beperkt aantal gevallen is gekozen voor het instrument 'planologische verordening'. Als uitwerking daarvan hebben Provinciale Staten de Verordening ruimte, fase 1, op 23 april 2010 vastgesteld. Deze verordening geldt vanaf 1 juni 2010. De verordening bestaat uit kaartmateriaal en regels waarmee gemeenten rekening moeten houden bij het opstellen van ruimtelijke plannen en het beoordelen van bouwaanvragen voor een intensieve veehouderij. De Verordening fase 1 bevat regels voor: Regionaal perspectief voor wonen en werken Ruimte-voor-ruimteregeling GHS-natuur/EHS Bescherming tegen wateroverlast en overstromingen Grond- en oppervlaktewatersysteem Land- en tuinbouw (integrale zonering, glas, TOV) De verordening bevat een basisregeling en geeft Gedeputeerde Staten de mogelijkheid aanvullende regels te stellen. De Beleidsregel natuurcompensatie (2005) en de Beleidsregel Ruimte-voor-ruimte 2006 (2005) zijn voorlopig aangewezen als aanvullende regels. Daarnaast kunnen Gedeputeerde Staten ook ontheffingen verlenen. Op 20 juli 2010 hebben Gedeputeerde Staten de kaarten van de landbouwontwikkelingsgebieden voor de intensieve veehouderij vastgesteld waar een ontheffing gevraagd kan worden voor een groter bouwblok dan 1,5 hectare (met een maximum van 2,5 hectare). Met het van kracht worden van de Verordening fase 1 hebben Gedeputeerde Staten de Paraplunota ruimtelijke ordening per 1 juni ingetrokken. Hierdoor geldt een complex aan beleidsdocumenten, dat aan de paraplunota was gekoppeld, niet meer als beleidskader. Dit betekent in de praktijk een aanzienlijke ‘uitdunning’ van relevante beleidsdocumenten.
71
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
Gedeputeerde Staten hebben op 1 juni 2010 het ontwerp van de Verordening ruimte fase 2, vastgesteld. Dit is een aanvulling op de Verordening ruimte, fase 1, zoals vastgesteld door Provinciale Staten op 23 april 2010. Dit ontwerp doorloopt de inspraak- en overlegprocedure, zoals deze is geregeld in de Wet ruimtelijke ordening en de Provinciewet. Provinciale Staten zullen de Verordening ruimte fase 2 naar verwachting in december 2010 vaststellen. Inhoud van de Verordening ruimte, fase 2, op hoofdlijnen Aanvulling op algemene regeling: zorgplicht voor ruimtelijke kwaliteit. Landschapsinvesteringregeling. Aanvulling op stedelijke ontwikkeling: regeling voor windturbines en regels voor bovenregionale detailhandel en leisurevoorzieningen. aanvulling op regeling EHS: regels inzake compensatie. Diverse wateronderwerpen vanuit het provinciaal Waterplan. Aanvulling op regeling intensieve veehouderij: herbestemming van bouwblokken waar de RBV-regeling is toepgepast. Aanvulling op regeling glastuinbouw: aanwijzing van vestigingsgebied op verzoek. Regeling agrarische gebieden. Regeling groenblauwe mantel. Bescherming van aardkundige en cultuurhistorische waarden en nationale landschappen.
Verordening ruimte, fase 1
De kern van Dorst en de omgeving daarvan behoren tot de stedelijke regio. De bebouwde kom van Dorst behoort daarbij tot bestaand stedelijk gebied. De gebieden ten zuiden van de kern (ten zuiden van N282) en tussen en het gebied tussen Dorst en het bedrijventerrein ten oosten van A27 (grondgebied gemeente Breda) zijn aangeduid als zoekgebied voor stedelijke ontwikkeling.
72
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
De gronden aan de zuid- en westzijde zijn in de kaartlaag ‘integrale zonering’ aangeduid als Verwevingsgebied. In deze gebieden wordt de verweving van landbouw, wonen en natuur verder uitgewerkt. Specifiek zijn voor de bossen ten noorden van Dorst aangegeven dat hier extensivering van intensieve veehouderij dient plaats te vinden. De bossen behoren tot de ecologische hoofdstructuur.
73
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
Ruimte-voor-ruimteregeling De Ruimte-voor-ruimteregeling heeft tot doel de ruimtelijke kwaliteit te verbeteren door in ruil voor de sloop van agrarische bedrijfsgebouwen, die in gebruik waren bij de intensieve veehouderij, de bouw van een woning toe te staan. In 2006 is aanvullend op dit beleid een nieuwe ‘ruimte voor ruimte regeling verbreed’ vastgesteld, waarin een gemeente voor elke ruimte voor ruimte woning in haar gemeente tevens een extra woning mag realiseren zonder 2 dat hiervoor milieurechten worden ingeleverd. De sloop van minimaal 1.000 m aan agrarische opstallen blijft wel van kracht. De grootte van de woningen mag door de gemeente zelf worden bepaald. StadvisiePlus Oosterhout 2000 - 2005 In de Stadsvisie 2000 – 2015 staat beschreven hoe Oosterhout zich tot 2015 moet ontwikkelen op het gebied van zowel de fysieke ontwikkeling als de sociaal-maatschappelijke ontwikkeling. De Stadsvisie is tot stand gekomen door middel van interactieve beleidsvorming en dient als leidraad en toetsingskader. In de Stadsvisie 2000 – 2015 zijn vier netwerken geschetst: 1. Natuur en landschap als basis 2. Economie en infrastructuur als drager 3. Woon- en Leefomgeving 4. Visie op sociaal- maatschappelijke ontwikkeling Tevens is er een visie op de kerkdorpen weergegeven. Als eigenschappen voor de toekomst van Oosterhout zijn genoemd: Identiteit Toekomstwaarde Belevingswaarde Gebruikswaarde Op basis van deze eigenschappen zijn de volgende thema’s geformuleerd, waarmee de visie op de ontwikkeling van Oosterhout in algemene termen geïllustreerd wordt. Het ‘eigen’ Oosterhout Kwalitatief hoogwaardig Oosterhout Veilig en leefbaar Oosterhout in stad en buitengebied Oosterhout Compleet Visie op het wonen in Oosterhout en de kerkdorpen 2004 - 2008 Het wonen ondergaat de laatste jaren een duidelijke verandering. Het gaat nog steeds over de kwantiteit, maar ook steeds meer over de kwaliteit. Ook de burger wil meepraten en beslissen over hoe en waar hij woont. Dit betekent dat de traditionele aanbodmarkt moet worden omgezet naar een vraagmarkt (maatwerk). Voor de komende jaren staan in het rijksbeleid drie principes centraal staan, te weten: het vergroten van de keuzevrijheid van de burger; de aandacht voor algemeen maatschappelijke waarden en een betrokken overheid met een beheerste marktwerking.
74
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
Overheid en markt werken, vanuit hun eigen verantwoordelijkheid, samen bij de totstandkoming en uitvoering van beleid. De overheid is niet alléén verantwoordelijk voor een goed woonklimaat. Het is een gezamenlijke verantwoordelijkheid. Het gemeentelijk beleid is er op gericht om daar waar nodig de werking van de lokale woningmarkt in zijn algemeenheid of voor bijzondere doelgroepen of situaties te verbeteren en/of te sturen, zonder rigide op te treden. De woonvisie heeft een drietal doelstellingen voor het wonen in de gemeente Oosterhout voor de komende jaren, te weten: een compacte, maar heldere visie op het wonen en de woonbehoefte; het verstrekken van inzicht in de taakverdeling van betrokken partijen; het vaststellen van de hoofddoelstellingen en actiepunten voor de komende vijf jaren.
Doelstellingen De woonvisie heeft een drietal doelstellingen als rode draad voor het wonen in de gemeente Oosterhout voor de komende jaren, te weten: a) Een goed woon- en leefklimaat. b) De zorg voor een ‘ongedeelde stad’: Anders gezegd: binnen de woonwijken moeten voldoende mogelijkheden aanwezig zijn voor een keuze in de wooncarrière naar verschillende woningtypes en prijsklassen voor de verschillende huishoudens en hun levensstadia. Ofwel de meeste mensen moeten qua gewenst woningtype in zoveel mogelijk wijken terechtkunnen. c) Meer toekomstgericht en vraaggericht (ver)bouwen: De te (ver)bouwen woningen moeten niet specifiek voor een bepaalde doelgroep gebouwd worden, maar meer ‘levensloopbestendig’ (o.a. flexibiliteit in indeelbaarheid en gebruiksmogelijkheden) en daarmee geschikt voor diverse doelgroepen. Meer vraaggericht (ver)bouwen betekent dat in meer of mindere mate wordt ingespeeld op de wensen van (toekomstige) bewoners. De bewoners krijgen hierdoor het gevoel dat de woning die zij gaan bewonen ook meer van henzelf is. In het beleidsdocument wordt niet op dorpsniveau ingegaan op de toekomstige vraag naar woningen en er is tevens nog geen nieuwe visie op het wonen voor Oosterhout als gemeente. Structuurplan Dorst en omstreken Aanleiding voor het opstellen van een SGV was de projectopdracht voor de gemeente Oosterhout die staat vermeld in het provinciale Uitwerkingsplan Breda-Tilburg. In dit plan is de opdracht neergelegd om een visie voor de afronding van de kern Dorst op te stellen. In de projectomschrijving staat dat voor dit “transformatiegebied “ moet worden aangegeven hoe op lange termijn dit gebied kan worden ontwikkeld en wat de mogelijkheden zijn voor woningbouw tot 2015. De visie moet tevens duidelijkheid bieden over de gewenste wegenstructuur op de lange termijn. Het plan dient duidelijkheid te verschaffen over de ‘draagkracht’ van het gebied ten aanzien van de locatie van ca. 350 nieuw te bouwen woningen. Onderdeel van de opgave is tevens het (mogelijke) tracé voor de omleiding van de oude rijksweg N282 en de invulling van de landschapsontwikkelingszone die een verbinding vormt tussen de bossen van Dorst en Ulvenhout/ Chaam.
75
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
In en rondom de kern dient ruimte voor 350 woningen gevonden te worden. Op basis van de analyse naar de ´draagkracht´ van het gebied en de bevindingen uit de modellenstudie kan geconcludeerd worden dat er een aantal locaties aan het lint in aanmerking komen voor bebouwing: Baarschotsestraat-Noord en Broekstraat- Noord en Zuid Oude Tilburgsebaan-Noord en Zuid Lint Baarschotsestraat Locaties aan het Lint van de Rijksweg (gekoppeld aan de realisatie van de nieuwe weg) Het bouwprogramma wordt zoveel mogelijk gedifferentieerd en groen ontwikkeld, waarbij de huidige eigendomsgrenzen in acht worden genomen. Op de lange termijn is het te verwachten dat, gezien de veranderingen in de landbouw, sprake zal zijn van vrijkomende erven. Ook deze komen in principe in aanmerking voor herontwikkeling. Om het voorzieningenniveau in de toekomst op peil te houden is het gebied ten westen van Dorst aangewezen als zoekgebied waar mogelijkheden zijn voor de ontwikkeling van een multifunctionele ruimte. Voor de sportvoorziening geldt dat er ter plaatse van de huidige locatie geen c.q. onvoldoende mogelijkheden zijn voor uitbreiding. Het gebied ten oosten van Dorst is aangewezen als zoekgebied voor het onderbrengen van een nieuwe locatie.
Figuur 7: plankaart structuurplan Dorst en omstreken
76
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
77
Landschappelijk wordt vooral ingezet op: de uitbreiding van het bosareaal aan de westzijde van het plangebied (tussen rijksweg en gemeentegrens) de vormgeving van de grens met Breda door ontwikkeling van de beek; het tegengaan van verrommeling aan de randen van de kern Dorst (bijvoorbeeld omgeving van de Baarschotseweg). Het is niet de bedoeling meer dan 350 woningen te realiseren. Echter het is wel wenselijk in het plan meer potentiële bouwlocaties te definiëren dan nodig. Dit, omdat een aantal locaties een zeker risico in zich herbergen. Ze liggen bijvoorbeeld voor een deel binnen stankcirkels of kunnen alleen gerealiseerd worden wanneer de nieuwe weg wordt gerealiseerd. Een overmaat aan locaties biedt bovendien flexibiliteit bij de realisatie en het versterkt de onderhandelingspositie van de gemeente
Rijksweg N282 Met name de onzekerheid over de omlegging of handhaving van de N282 vormt de reden van een gefaseerde aanpak. De huidige N282 kan worden omgelegd, waardoor ruimte beschikbaar komt die opnieuw kan worden ingericht. Een andere mogelijkheid is de optie waarbij het huidig tracé van de N282 gehandhaafd blijft. Inmiddels is gestart met het onderzoek naar de (on)mogelijkheden van de omleiding van de N282, door de provincie in samenspraak met RWS en de gemeenten Breda, Oosterhout, Gilze en Rijen en Tilburg Mogelijke visie op stankcirkels Bij het omgaan met de stankcirkels kan een volgende strategie worden aangehouden, waarbij wijzigingen in de milieubeperkingen leidend zijn voor de ontwikkelingsmogelijkheden. Bij een Anticiperende houding reageert men adequaat op initiatieven die kunnen leiden tot wijzigingen in de milieubeperkingen. Bij een actieve houding worden maatregelen getroffen om de milieubeperkingen op te heffen. Voor de eerstkomende fase is de anticiperende houding uitgangspunt in de ontwikkelingsstrategie. Landschapspark Oosterhout – Breda De doelstelling van de gebiedsvisie is om een duurzaam en realiseerbaar perspectief voor het landschapspark te schetsen door in een afgewogen samenspel de verschillende ambities in balans te brengen. Voor op staat dat de ecologische ontwikkeling (planet), economische ontwikkeling (profit) en de leefbaarheid (people) zowel op zichzelf als in onderlinge samenhang een impuls krijgen. Als handvat voor de visievorming is gewerkt met een thematische indeling van de (deel)opgaven in planet, profit en people. Het gaat hierbij niet om een keuze voor de ene ontwikkeling ten koste van een andere ontwikkeling maar om het realiseren van een optimale balans in ontwikkelingen voor het landschapspark als geheel. Figuur 8: plangrenzen landschapspark Oosterhout - Breda
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
Bijsluiter bij het streefbeeld 2025 Hoofddoel om het landschap als vitale tegenhanger van de stad een kwalitatieve impuls te geven is vertaald in een toekomstbeeld van het landschapspark. Primair is het landschapspark erop gericht een halt toe te roepen aan de voorschrijdende verstedelijking en dient het als buffer tussen de twee stedelijke centra Oosterhout en Breda. Nieuwe bebouwing op zichzelf is dan ook geen doel. Slechts wanneer door bebouwing, zij het van een beperkte omvang, een wezenlijke bijdrage aan groene doelen gerealiseerd kan worden is nieuwe bebouwing te overwegen. Het streefbeeld schetst de gewenste toekomstige ruimtelijke inrichting en de hoofdlijnen van het grondgebruik voor de lange termijn (2025). Dit streefbeeld is ontwikkeld voor de volgende thema’s:
Landschapsecologie; bos en kleinschalig landschap; Landschapsecologie; moeras en oevermilieu’s; Landschapsecologie; heide en stuifzanden; Watersysteem; Landbouw; Cultuurhistorie; Recreatie; Infrastructuur.
Voor 3 locaties is een strategische uitwerking gemaakt: herinrichting agrarisch gebied ten noorden van de Vraggelse Baan Dit gebied is een cruciale ontbrekende schakel in de landschapsecologische verbindingszone (zgn. “flessenhals”). Reeds jarenlang zijn hier pogingen ondernomen om tot planvorming en uitvoeringsacties te komen, maar om diverse redenen zijn deze gestrand. Ook de al lang lopende discussie over de herinrichting van de locatie van bandenhandel Vrakking maakte een uitwerking van deze locatie urgent. herinrichting locatie BredaBouw/VanHam/Verschuren e.o. Aan de noordkant van Teteringen ligt een bedrijventerrein waarop drie bedrijven liggen die beperkt zijn in hun uitbreidingsmogelijkheden gelet op aanleg nieuwe woningen en gemeentelijk beleid voor het buitengebied. Overheden, de bedrijven zelf en diverse belangengroeperingen willen duidelijkheid over de mogelijkheden tot herinrichting van deze plek. uitwerking Groene Poort Seters in relatie tot verzorgingsplaats A27 Al enkele jaren wordt door partijen gesproken over een integrale herinrichting van de enclave Seters. Diverse ondernemers in het gebied (golfbaan, agrariërs, recreatieve ondernemers) vragen om duidelijkheid voor de inrichting van het gebied. Op het niveau van het gebied De Wijde Biesbosch is de locatie aangeduid als Groene Poort voor de opvang van de recreatiedruk in relatie tot de natuur- en landschapswaarden in de directe omgeving. Recentelijk is daarbij een nieuw initiatief relevant: de noodzaak tot uitbreiding van de verzorgingsplaatsen voor met name vrachtverkeer langs beide zijden van de A27.
78
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
Speelvoorzieningen Een goede en duurzame speelomgeving voor kinderen is belangrijk in Oosterhout Familiestad. Kinderen moeten zich goed kunnen ontwikkelen. De huidige speelvoorzieningen in Oosterhout zijn echter gedateerd, onevenredig verdeeld over de stad en er is sprake van achterstallig onderhoud. Daarom wil het college van burgemeester en wethouders de kwaliteit van de speelvoorzieningen in Oosterhout verbeteren. De gemeente heeft de plannen samengevat in een drietal concept spreidingskaarten, waarop te zien is waar straks de speelvoorzieningen in Oosterhout Noord, Midden en Zuid te vinden zullen zijn. Met behulp van de inwoners wordt bekeken hoe deze speelvoorzieningen tot ontwikkeling worden gebracht.
Figuur 8: speelvoorzieningenkaart Dorst
79
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
Voorzieningenonderzoek Dorst 2008 – Eindrapportage Onderstaande tekst is overgenomen uit het betreffende rapport. Aanbevelingen Om de gesignaleerde behoefte in de toekomst aan te kunnen, zijn twee scenario’s ontwikkeld. De scenario’s hebben een aantal elementen gemeen. Beide scenario’s gaan ervan uit, dat de buitensportvoorzieningen op de huidige locatie worden gehandhaafd. De benodigde uitbreiding is in principe op de bestaande locatie te realiseren door efficiënter gebruik van de beschikbare ruimte. Verder is deze locatie beter bereikbaar dan de zoeklocatie en kan de centrale ligging de maatschappelijke functie van de verenigingen versterken. In beide scenario’s zullen de verenigingen hun belangrijke rol binnen de gemeenteschap verder uitbouwen. Dat kan eventueel met professionele ondersteuning vanuit het opbouwwerk of de gemeente. Hier moet dan de basis liggen van uitgebreider jeugdwerk in Dorst. Scenario 1 gaat uit van het verbeteren van de bestaande accommodaties, het onderbrengen van de buitenschoolse opvang in een bestaande accommodatie, zoals de Marcoen, De Klip of een sportkantine en het realiseren van zorgwoningen in het zoekgebied aan de oostkant van het dorp. Daarnaast kan een praktijkruimte voor een tandarts en eventueel een tweede huisarts in samenhang met deze zorgwoningen, dan wel op een centrale plek in het dorp worden gerealiseerd. Scenario 2 gaat ervan uit, dat er een multifunctioneel centrum wordt gerealiseerd op de zoeklocatie naast de sportvelden, of eventueel op de huidige locatie van Marcoen en De Klip. Hierin worden Marcoen, De Klip, een gymzaal, een praktijkruimte en zorgwoningen ondergebracht, eventueel in combinatie met een zorgloket of een dorpsloket. Deze scenario’s zijn tegen elkaar afgezet op een aantal relevante criteria. Hieruit komt scenario 2 als meest wenselijke, maar ook als duurste optie naar voren. Het is zeer wenselijk de financiële gevolgen van beide scenario’s in kaart te brengen, alvorens een besluit te nemen. Hierbij zal, naast kosten en kostendragers, ook aandacht moeten worden besteed aan de te verwachten effecten van de betere energieprestaties van de gebouwen en de hogere toekomstbestendigheid van de accommodaties. Naast de kosten zal de keuze tussen scenario 1 en 2 in belangrijke mate afhankelijk zijn van het ambitieniveau van de gemeente Oosterhout. In beide scenario’s wordt het niveau van de maatschappelijke voorzieningen in Dorst tot 2023 voldoende gewaarborgd. Dorpsraad Als de dorpsraad haar rol moet kunnen blijven uitvoeren, is een versterking van haar legitimiteit wenselijk. Die legitimering zou haar beslag kunnen krijgen in afspraken tussen de gemeente Oosterhout en de Stichting Dorpsraad Dorst.
80
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
Uitwerking scenario's Dorst 2009 Onderstaande tekst is overgenomen uit het betreffende rapport. Conclusies Deze rapportage is een aanvulling op en onderdeel van het in 2008 gepresenteerde ‘Voorzieningenonderzoek Dorst’. In dat rapport worden twee scenario’s voor de toekomst van de maatschappelijke voorzieningen in Dorst beschreven. Vervolgens maakt de gemeente kenbaar, dat zij behoefte had aan een financiële vergelijking van beide scenario’s. Deze rapportage is uitsluitend met dat doel opgesteld en kan niet los worden gezien van het eerdere rapport. De inventarisatie bij de gebruikers bevestigt de al eerder breed gearticuleerde wens van een grote gemeenschapszaal in Dorst. In de berekeningen is uitgegaan van de huidige functies en ruimten in het dorpshuis, het gymnastieklokaal en de basisschool. De eventuele toename van het aantal leerlingen van de basisschool is dus buiten beschouwing gelaten. Datzelfde geldt voor de extra functies, die mogelijk een plaats kunnen vinden in een nieuw multifunctioneel centrum. Tevens zijn de opbrengsten uit herontwikkeling van de vrijkomende grond in scenario 2 niet meegenomen. Op basis van alle beschikbare informatie is vervolgens een raming van de investeringskosten gemaakt. Renovatie (scenario 1) kost ruim € 2,1 miljoen (excl. BTW). Een grotere gemeenschapszaal verhoogt deze kosten naar € 2,3 miljoen (excl. BTW). Op basis van het PvE worden de stichtingskosten van nieuwbouw (scenario 2) op € 5,2 miljoen (excl. BTW) geraamd. Dit bedrag is inclusief de grondkosten van het bebouwde oppervlak, maar exclusief de grondkosten van de buitenruimte. In dit scenario is geen uitbreiding van het aantal vierkante meters nodig om aan de wens van een grotere gemeenschapszaal te kunnen voldoen. De exploitatiekosten van scenario 1 bedragen jaarlijks circa € 325.000,- (excl. BTW). Ingeval van een grotere gemeenschapszaal gaat het om circa € 340.000,- (excl. BTW). Voor scenario 2 bedragen de jaarlijkse exploitatiekosten circa € 455.000,- (excl. BTW). Bij de afweging van beide scenario’s spelen naast de investerings- en exploitatiekosten ook andere zaken een rol, waaronder: • kwaliteitsniveau; • termijn waarop het scenario betrekking heeft; • de wens van een grote gemeenschapsruimte; • de ruimte voor moderne onderwijsvormen in de basisschool; • het feit dat in scenario 2 geen extra vierkante meters nodig zijn om een grotere gemeenschapsruimte te creëren en zodoende aan de wens van bewoners en gebruikers te voldoen, terwijl dat in scenario 1 wel noodzakelijk is; • de centrumfunctie van een multifunctioneel centrum; • versnelde afschrijving en opbrengsten van herontwikkeling ingeval van scenario 2.
81
Integraal Dorpsontwikkelingsplan Dorst
82