Intake Logistiek Assistent NAAM: …………………………………………… VOORNAAM: …………………………………………… DATUM: …………………………………………
AFGENOMEN DOOR: …………………………...……
LUISTEREN Je bekijkt 2 keer een filmpje over het beroep van logistiek assistent. Kijk goed en los daarna de vragen op. 1. Het takenpakket van een logistiek assistent is heel gevarieerd. Wat is de hoofdtaak van Sandra in het filmpje? ________________________________________________________________ ________________________________________________________________
2. Wat vindt Sandra moeilijk in dit beroep? _________________________________________________________________ _________________________________________________________________
3. Wat zijn de werkuren van Sandra? _________________________________________________________________
4. Over welke 5 kwaliteiten moet een logistiek assistent beschikken volgens de verantwoordelijke van de dienst opnameplanning? _________________________________________________________________ _________________________________________________________________ _________________________________________________________________ _________________________________________________________________ _________________________________________________________________
1
SCHRIJVEN Je wil je inschrijven voor de opleiding Logistiek Assistent. Schrijf een motivatie. Let op de inhoud en de vorm. Inhoud: - Waarom wil je deze opleiding volgen? Waarom is deze opleiding voor jou belangrijk? - Wat verwacht je van deze opleiding? Wat zal je leren? - Wat zijn volgens jou de voor- en de nadelen van dit beroep? Vorm: - Schrijf 10 zinnen, alleen Nederlands. - Maak goede zinnen. - Gebruik ‘maar, toen en omdat’.
……………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………
2
LEZEN
Opdracht 1 Je volgt de opleiding Logistiek Assistent in CVO Meise-Jette. Tijdens de opleiding ga je op stage. Om te weten wat je rechten en plichten zijn tijdens de stage lees je het stagereglement en de uitleg i.v.m. de tussentijdse en eindevaluatie.
-
Lees de vragen. Lees het stagereglement en de uitleg i.v.m. de tussentijdse en eindevaluatie (bijlage 1). Geef het juiste antwoord op de vragen. Wees volledig.
1. Je moet op stage maar je bent ziek. Wat moet je doen? _________________________________________________________________ _________________________________________________________________ _________________________________________________________________ _________________________________________________________________ _________________________________________________________________
2. Je bent ziek geweest en je moet tijdens de krokusvakantie stage-uren inhalen. Je hebt een ongeval op de stageplaats. Wie verwittig je? Hoe doe je dat? _________________________________________________________________ _________________________________________________________________
3. Wie is er aanwezig tijdens het eindevaluatiegesprek? _________________________________________________________________ _________________________________________________________________
3
Opdracht 2 Lees het artikel ‘Helft hulpbehoevende ouderen wil naar zorgcentrum’.
-
Lees de vragen. Lees het artikel (bijlage 2). Geef het juiste antwoord op de vragen. Wees volledig.
1. Wat vinden ouderen het belangrijkst in een zorgcentrum? Noteer de elementen van het meest belangrijke naar het minst belangrijke. _________________________________________________________________ _________________________________________________________________ _________________________________________________________________ _________________________________________________________________
2. Wanneer wil de helft van de ouderen naar een zorgcentrum of een serviceflat gaan? _________________________________________________________________ _________________________________________________________________
4
Verbetersleutel opdracht LA LUISTEREN
/10
http://vdab.be/beroepen/logistiek_assistent.shtml (tot 6’50!)
De kandidaten behalen minstens een score van 7/10. 5. Het takenpakket van een logistiek assistent is heel gevarieerd. Wat is de hoofdtaak van Sandra in het filmpje? /1 Patiëntentransport = patiënten naar hun onderzoek / kamer brengen en een woordje uitleg geven. 6. Wat vindt Sandra moeilijk in dit beroep?
/2
Onvriendelijke en agressieve patiënten. Onverwachte situaties, bijvoorbeeld onwel worden, reanimatie, …. 7. Wat zijn de werkuren van Sandra?
/1
Sandra werkt van 07.00 uur tot 17.00 uur (soms tot 18.00 uur). 8. Over welke 5 kwaliteiten moet een logistiek assistent beschikken volgens de verantwoordelijke van de dienst opnameplanning? Vriendelijk zijn. Een goed voorkomen. Snel contacten kunnen leggen met anderen. Goed kunnen samenwerken in groep / team. Beroepsgeheim kunnen bewaren
5
/5
SCHRIJVEN Zet een kruisje in de juiste kolom. Het resultaat is, waar het “laagste” kruisje staat. De bonus is enkel voor twijfelcursisten en kan het resultaat met een stap verhogen. TWIJFEL
VOLDOENDE
GOED
1. boodschap
ONVOLDO ENDE > 2 fouten
VRIJSTELLIN G 0 fouten
max. 2 fouten
max. 1 fout
max. 1 fout
2. vorm
> 12 fouten
max. 12 fouten
max. 10 fouten
max. 5 fouten
max. 2 fout
3.woordenschat
> 5 fouten
max. 5 fouten
max. 3 fouten
max. 2 fouten
max. 1 fout
extra : bonus
Toelichting bij de items (schrijfvaardigheid) 1 Boodschap & register De boodschap is adequaat en beleefd, telt min. 10 zinnen en bevat info over: reden verwachtingen voor- en nadelen 2 Vorm: - subject en PV staan in de hoofdzin op de juiste plaats. - de zinsstructuur bij ‘omdat en toen’’ is correct. - ‘hebben’ en ‘zijn’ is in alle tijden correct. - OTT (presens) is correct. - vroegere gebeurtenissen staan in de verleden tijd. - VTT (perfectum): hulpwerkwoord en deelwoord zijn aanwezig & frequente werkw. zijn juist. - OVT (imperfectum) is altijd herkenbaar. - OVT (imperfectum) is bij frequente werkw. juist. - Spelling is voldoende ifv communicatie en hindert het begrip niet. - D/t-fouten zijn toegelaten 3 Woordenschat: ‘omdat’, ‘toen’ en ‘maar’ zijn qua betekenis juist gebruikt. Alleen Nederlandse woorden. Alledaagse woorden zijn juist gebruikt BONUS= extra De kandidaat schrijft veel. Hij/Zij gebruikt voor dit niveau ook meer uitgebreide woordenschat en complexe zinnen te maken. De kandidaat neemt een groter risico.
6
LEZEN
/10
De kandidaten behalen minstens een score van 7/10. Opdracht 1
/5
1. Je moet op stage maar je bent ziek. Wat moet je doen?
/2.5
Je verwittigt de stageplaats voor het aanvangsuur en de school. Je brengt een doktersbriefje binnen op de stageplaats en op school. Je haalt nadien de gemiste stage-uren in. 2. Je bent ziek geweest en je moet tijdens de krokusvakantie stage-uren inhalen. Je hebt een ongeval op de stageplaats. Wie verwittig je? Hoe doe je dat? /1 Lydia Trap Telefonisch op het nummer 02/269.55.46 3. Wie is er aanwezig tijdens het eindevaluatiegesprek?
/1.5
de cursist-stagiair de stagementor de supervisor Opdracht 2
/5
Lees het artikel ‘Helft hulpbehoevende ouderen wil naar zorgcentrum’. 1. Wat vinden ouderen het belangrijkst in een zorgcentrum? Noteer de elementen van het meest belangrijke naar het minst belangrijke.
/4
de kwaliteit van de zorg het sociaal contact de grootte van de kamer de sfeer
2. Wanneer wil de helft van de ouderen naar een zorgcentrum of een serviceflat gaan? /1 De helft van de ouderen wil naar een zorgcentrum of een serviceflat wanneer hij of zij hulpbehoevend wordt.
7