Inspectierapport Peuterspeelzaal De Duikelaar (PSZ) Tuinderslaantje EX VINKEVEEN

Inspectierapport Peuterspeelzaal De Duikelaar (PSZ) Tuinderslaantje 5 3645EX VINKEVEEN

Toezichthouder: Datum inspectiebezoek: Rapportnummer : In opdracht van gemeente:

GGD Midden-Nederland 09-01-2013 ID064509 DE RONDE VENEN

Inhoudsopgave

Inleiding............................................................................................................................3 Algemene gegevens peuterspeelzaal.....................................................................................5 Algemene gegevens toezicht................................................................................................6 Beschouwing toezichthouder................................................................................................6 Advies aan gemeente..........................................................................................................8 Overzicht bevindingen toezichthouder per inspectiedomein......................................................9 Het inspectieonderzoek: Uitwerking beoordeling toezichthouder per inspectie-item....................12 Zienswijze houder peuterspeelzaal .......................................................................................17

2 van 17 Inspectierapport peuterspeelzaal nader onderzoek 09-01-2013 Peuterspeelzaal De Duikelaar te VINKEVEEN

Inleiding Waarom toezicht? De rijksoverheid stelt aan kindercentra, gastouderbureaus, gastouders en peuterspeelzalen kwaliteitseisen op onder andere het gebied van: personeel, veiligheid en gezondheid, accommodatie en inrichting, groepsgrootte, beroepskracht-kind-ratio, pedagogisch beleid en pedagogische praktijk, ouderinspraak, klachten, voorschoolse educatie en aan de zorgplicht en taken van het gastouderbureau. Jonge kinderen zijn kwetsbaar. De kwaliteit van de eerste jaren van een kind heeft grote invloed op zijn latere ontwikkeling. Het aanbieden van verantwoorde kinderopvang in een gezonde en veilige omgeving is daarom belangrijk.

Wie is waarvoor verantwoordelijk? Het kindercentrum, de peuterspeelzaal of de gastouder is verantwoordelijk voor het leveren van kwalitatief goede kinderopvang. Het gastouderbureau is verantwoordelijk voor de beleidsmatige zaken die kwalitatief goede kinderopvang mogelijk maken. De gemeente is verantwoordelijk voor het toezicht en de handhaving op die kwaliteit. In opdracht van de gemeente voert de GGD inspectieonderzoeken uit, waarbij zij beoordeelt of aan de gestelde eisen wordt voldaan. Zo nodig adviseert de GGD aan de gemeente om maatregelen te nemen.

Waarop is het toezicht gebaseerd? Om de kwaliteit te kunnen beoordelen heeft de rijksoverheid onder meer regels in de ‘Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen’, het ‘Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen’, ‘het Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie’ en de ‘Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen’ geformuleerd. Om te kunnen beoordelen of aan deze regels wordt voldaan, werken alle toezichthouders in Nederland met dezelfde instrumenten, zoals vragenlijsten, om op een gestructureerde manier informatie te verzamelen tijdens een inspectiebezoek. Het toezicht door de GGD vindt risicogestuurd plaats. Dit houdt in dat minder toezicht gehouden wordt bij de kindercentra waar dat kan, en meer waar dat nodig is. Ieder gastouderbureau wordt jaarlijks geïnspecteerd; jaarlijks vindt bij een selectie van de gastouders toezicht plaats.

Wat is het doel van het inspectierapport? De bevindingen van het inspectieonderzoek staan in dit inspectierapport. Het doel van dit rapport is:

1. Weergeven van het oordeel over het al dan niet voldoen aan de gestelde kwaliteitseisen. Het kan gaan om de eisen die gesteld worden aan kindercentra, het gastouderbureau en de peuterspeelzaal om in het landelijk register Kinderopvang en Peuterspeelzalen opgenomen te worden dan wel om eisen die aan kindercentra, gastouderbureaus en peuterspeelzalen gesteld worden die al in exploitatie zijn.


2. Aan de gemeente rapporteren in hoeverre het kindercentrum, het gastouderbureau en de peuterspeelzaal aan de kwaliteitseisen voldoet en een advies uitbrengen over eventuele vervolgstappen. 3. De ouders informeren over de mate waarin het kindercentrum, het gastouderbureau en de peuterspeelzaal aan de kwaliteitseisen van de Wet kinderopvang en de Wet klachtrecht cliënten zorgsector voldoet.

Leeswijzer Dit inspectierapport geeft een overzicht van de getoetste eisen en geeft hierbij aan wat de toezichthouder heeft geconstateerd en wat zijn beoordeling is. In het “Overzicht bevindingen” staan de bevindingen van de toezichthouder heel kort per inspectiedomein samengevat en in “Het inspectieonderzoek” staan ze per inspectie-item uitgewerkt. Een toezichthouder oordeelt of er aan de gestelde voorwaarde is voldaan (“ja”), of dit niet het geval is (“nee”), of dat hij niet tot een oordeel kon komen (“niet beoordeeld”). Om de gemeente van de benodigde informatie te voorzien om te kunnen bepalen of en in welke mate gehandhaafd dient te worden geeft de toezichthouder, indien op een domein niet aan alle voorwaarden is voldaan, een beschrijving van de context van de voorwaarde(n) waaraan niet voldaan is.

Ook bevat het inspectierapport een beschouwing door de toezichthouder en het advies van de toezichthouder aan de gemeente met betrekking tot de handhaving. Daarnaast bevat het inspectierapport een aantal basisgegevens van het kindercentrum, het gastouderbureau of de peuterspeelzaal, de gemeente en de toezichthouder en, indien van toepassing, de zienswijze van de houder van het kindercentrum, het gastouderbureau of de peuterspeelzaal.


Algemene gegevens peuterspeelzaal NAW-gegevens peuterspeelzaal Naam peuterspeelzaal (locatie)

: Peuterspeelzaal De Duikelaar

Adres

: Tuinderslaantje 5

Postcode en plaats

: 3645EX VINKEVEEN

Telefoon

:

Naam contactpersoon

: Mevr. J. Loermans

E-mail

: [email protected]

Website

:

Kwaliteitssysteem

:

Nee

Ja, namelijk:

Lid brancheorganisatie

:

Nee

Ja, namelijk:

MOgroep W&MD

Opvanggegevens Aantal groepen

: 1

Aantal beroepskrachten

: 1

Aantal kindplaatsen

: 16

Aantal beroepskrachten per groep

:

Openingsdagen/ tijden

: Dinsdag, woensdag, donderdag en vrijdag: 8.45 uur 11.30 uur.

Gesubsidieerde peuterspeelzaal

:

Nee

Ja

Gesubsidieerde voorschoolse educatie

:

Nee

Ja

1 beroepskracht (max. 8 kinderen) 1 beroepskracht en 1 vrijwilliger 2 beroepskrachten

NAW-gegevens houder Naam houder

: Stichting voor Peuterspeelzaalwerk Speel Wijs

Adres

: Baljuwsstraat 5

Postcode en plaats

: 3641BE MIJDRECHT

Telefoon

: 0297-254778

Naam contactpersoon

: Mevr. J. Loermans

E-mail

: [email protected]

Website

: www.stichting-speel-wijs.nl

Registergegevens peuterspeelzaal Datum aanvraag registeropname

:

n.v.t.

Gegevens aanvraag conform de praktijk

:

Datum opname landelijk register

: 01-01-2013

n.v.t.

Gegevens register conform de praktijk

:

n.v.t.

Nee

Nee

Ja

Ja

n.v.t.


Algemene gegevens toezicht Gegevens toezichthouder (GGD) Naam GGD

:

GGD Midden-Nederland

Adres

:

Postbus 51

Postcode en plaats

:

3700AB ZEIST

Telefoon

:

030-6086086

E-mail

:

[email protected]

Website

:

http://www.ggdmn.nl

Naam gemeente

:

DE RONDE VENEN

Adres

:

Postbus 250

Postcode en plaats

:

3640AG MIJDRECHT

Telefoon

:

E-mail

:

Website

:

Naam contactpersoon

:

Mevr. M. de Zoeten

Telefoonnummer contactpersoon

:

0297-551543

E-mail contactpersoon

:

[email protected]

:

Nader onderzoek (Onaangekondigd)

Datum vorig inspectiebezoek

:

23-05-2012

Datum inspectiebezoek

:

09-01-2013

Opstellen concept inspectierapport

:

09-01-2013

Zienswijze houder

:

25-01-2013

Opstellen definitief inspectierapport

:

28-01-2013

Verzenden inspectierapport naar houder en oudercommissie

:

29-01-2013

Verzenden inspectierapport naar gemeente

:

29-01-2013

Openbaar maken inspectierapport

:

29-01-2013

Gegevens opdrachtgever (gemeente)

[email protected]

Inspectiegegevens Type inspectie

Planning

Overzicht gebruikte bronnen


Vragenlijst locatie-verantwoordelijke

:

Niet van toepassing

Vragenlijst oudercommissie

:

Niet van toepassing

Interview houder en/of locatieverantwoordelijke

:

Niet van toepassing

Interview anderen

:

Ja. Aanwezige beroepskrachten.

Observaties

:

Ja

Andere bronnen

:

Risico-inventarisatie veiligheid, versie november 2012, opgesteld in januari 2012. Actieplan veiligheid Actieplan gezondheid Veiligheidsverslag, versie november 2012. Gezondheidsverslag, versie november 2012. Huisregels/groepsregels, werkafspraken (versie onbekend) en protocol hygiene (versie oktober 2012). Notulen teamoverleg, locatie-overleg 7 november 2012 en team-overleg 10 december 2012. Klachtenregeling, aansluitovereenkomst Stichting Klachtencommissie Kinderopvang. Risico-inventarisatie gezondheid, versie november 2012, opgesteld in januari 2012.


Beschouwing toezichthouder Peuterspeelzaal De Duikelaar is onderdeel van Stichting voor Peuterspeelzaalwerk Speel Wijs en is gevestigd in Vinkeveen. De peuterspeelzaal beschikt over een basisgroep van maximaal 16 kinderen in de leeftijd 2 - 4 jaar. Inspectiegeschiedenis: Op 23 mei 2012 heeft er een onderzoek voor registratie voor opname in het Landelijk Register Kinderopvang plaatsgevonden op peuterspeelzaal De Duikelaar. Uit het inspectierapport is gebleken dat er tekortkomingen zijn geconstateerd binnen het domein veiligheid en gezondheid (items 4.1.1 en 4.2.1) en het domein klachten (item 7.1). Voorwaarden 3 en 5 behorende bij de items 4.1.2 'uitvoering beleid veiligheid' en 4.2.2 'uitvoering beleid gezondheid' zijn tijdens het vorige inspectiebezoek als 'niet beoordeeld' weergegeven aangezien beide plannen van aanpak onvolledig waren. Huidige inspectie: Op 9 januari heeft er in opdracht van de gemeente De Ronde Venen een nader onderzoek plaatsgevonden op de eerder genoemde tekortkomingen binnen het domein veiligheid en gezondheid en domein klachten. De voorwaarden die niet beoordeeld konden worden binnen het domein veiligheid en gezondheid zijn ook meegenomen in dit nader onderzoek.

Advies aan gemeente Advies: Wel niet opnemen in landelijk register niet handhaven handhaven conform handhavingsbeleid, hierbij rekening houdend met de verzwarende en verzachtende omstandigheden. eventuele opmerkingen toezichthouder: Het advies tot handhaven geldt voor de tekortkomingen binnen het domein veiligheid en gezondheid.


Overzicht bevindingen toezichthouder per inspectiedomein 1. Peuterspeelzaalwerk in de zin van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen Onder de ‘Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen’ gelden normen voor het starten van een peuterspeelzaal waar verzorging en opvoeding wordt geboden en een bijdrage wordt geleverd aan de ontwikkeling van kinderen in de leeftijd van twee jaar tot het tijdstip waarop die kinderen kunnen deelnemen aan het basisonderwijs.

2. Ouders Onder de ‘Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen’ gelden normen voor de informatieverstrekking aan ouders. Voor niet-gesubsidieerde peuterspeelzalen gelden tevens normen voor het instellen van een oudercommissie, het reglement, de samenstelling en werkwijze van de oudercommissie, het adviesrecht van de oudercommissie.

3. Personeel Onder de ‘Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen’ gelden normen voor verklaringen omtrent het gedrag, passende beroepskwalificatie, het gebruik van de Nederlandse taal en de aanwezigheid en de inhoud van een vrijwilligersbeleid en het zorgen voor een aansprakelijkheidsverzekering voor vrijwilligers.


4. Veiligheid en gezondheid Onder de ‘Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen’ gelden normen voor de waarborging van de veiligheid en gezondheid van kinderen. De houder legt in een risicoinventarisatie schriftelijk vast welke risico’s de opvang van kinderen met zich meebrengt. Er gelden normen voor de inhoud en uitvoering van de risico-inventarisatie. Ook gelden normen voor de aanwezigheid, inhoud en uitvoering van de meldcode kindermishandeling. Beoordeling toezichthouder Van de 23 voorwaarden van dit domein: -is aan 2 voorwaarden voldaan -is aan de volgende 4 voorwaarden niet voldaan: 4.1.1 Beleid veiligheid, voorwaarde 2: Er is een plan van aanpak waarin is aangegeven welke maatregelen op welk moment worden genomen in verband met de risico’s, alsmede de samenhang tussen de risico’s en de maatregelen. 4.1.2 Uitvoering beleid veiligheid, voorwaarde 5: Beroepskrachten handelen conform het plan van aanpak. 4.2.1 Beleid gezondheid, voorwaarde 2: Er is een plan van aanpak waarin is aangegeven welke maatregelen op welk moment worden genomen in verband met de risico’s, alsmede de samenhang tussen de risico’s en de maatregelen. 4.2.2 Uitvoering beleid gezondheid, voorwaarde 5: Beroepskrachten handelen conform het plan van aanpak. De overige 17 voorwaarden zijn geen onderdeel van deze inspectie.

5. Groepsgrootte en beroepskracht/vrijwilliger-kindratio Onder de ‘Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen’ gelden normen voor de groepsgrootte, vaste groepen en vaste beroepskrachten en de verhouding tussen het aantal beroepskrachten/ vrijwilligers en aantal kinderen (de beroepskracht/vrijwilliger-kindratio).

6. Pedagogisch beleid Onder de ‘Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen’ gelden normen voor de aanwezigheid van een pedagogisch beleidsplan, de inhoud van een pedagogisch beleidsplan en de relatie van het beleidsplan met de praktijk. In de praktijk dienen voorwaarden te worden vervuld voor het waarborgen van de emotionele veiligheid van kinderen, de ontwikkeling van de persoonlijke- en de sociale competentie van kinderen en de overdracht van normen en waarden.


7. Klachten De Wet klachtrecht cliënten zorgsector stelt eisen aan de peuterspeelzaal. Het gaat hier om een klachtenregeling met waarborgen voor een onafhankelijke afhandeling en het vastleggen in een openbaar verslag. De ‘Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen’ stelt eisen aan het treffen van een klachtenregeling voor oudercommissies bij niet-gesubsidieerde peuterspeelzalen. Beoordeling toezichthouder Van de 12 voorwaarden van dit domein: -is aan 1 voorwaarden voldaan De overige 11 voorwaarden zijn geen onderdeel van deze inspectie.

8. Voorschoolse educatie Onder de ‘Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen’ gelden normen voor de kwaliteit van voorschoolse educatie, indien dit wordt gesubsidieerd door de gemeente. Deze normen betreffen de minimale omvang van de voorschoolse educatie, het aantal beroepskrachten, de groepsgrootte, de kwaliteit van beroepskrachten en het voorschoolse educatieprogramma dat gebruikt wordt.

9. Ruimte en inrichting In de ‘Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen’ worden geen eisen gesteld aan de ruimte en inrichting van peuterspeelzalen. Voor jonge kinderen is het wel belangrijk dat naast de andere kwaliteitseisen voor peuterspeelzalen ook voldoende en passend ingerichte speel- en buitenruimte aanwezig is. De VNG heeft daarom in overleg met OCW een modelverordening voor deze kwaliteitseisen gemaakt.


Het inspectieonderzoek: Uitwerking beoordeling toezichthouder per inspectie-item 4. Veiligheid en gezondheid 4.1.1 Beleid veiligheid Ja Voorwaarden

Nee

Niet beoordeeld

2 Er is een plan van aanpak waarin is aangegeven welke maatregelen op welk moment worden genomen in verband met de risico’s, alsmede de samenhang tussen de risico’s en de maatregelen. (art 2.6 lid 2 en 2.9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 17 lid 1 sub b Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

Toelichting toezichthouder Voorwaarde 2: Het plan van aanpak is opgesteld op basis van een niet goed uitgevoerde risico-inventarisatie. Er worden veiligheidsrisico's uitgesloten waarbij uit de praktijk blijkt dat deze niet uitgesloten kunnen worden. Bijvoorbeeld: - Kind struikelt over een oneffenheid (entree). - Kind valt door open raam (speelruimte). - Kind komt met hand klem te zitten tussen de radiator (speelruimte). - Kind struikelt door onvoldoende licht (speelruimte). - Kind botst tegen speeltoestel, obstakel of ander kind (buitenruimte). - Kind kruipt tussen spijlen en komt klem te zitten (buitenruimte). Er worden veiligheidsrisico's uitgesloten terwijl er wel een maatregel getroffen wordt. Aangezien er een maatregel is getroffen, kunnen deze risico's zich in de praktijk voordoen en kunnen ze niet uitgesloten worden. Bijvoorbeeld: -Kind valt door ruit (speelruimte). Maatregel: ramen zijn voorzien van folie; geen extra maatregel nodig. Er worden maatregelen beschreven die niet voldoende effectief en adequaat zijn. Bijvoorbeeld:Kind loopt brandwonden op door de waterkoker over zich heen te trekken.Maatregel: buiten bereik van kinderen plaatsen; snoer wegwerken.Praktijk: er staat een waterkoker op het aanrecht in de open keuken die binnen het bereik is van de kinderen. Er zijn risico's in de praktijk aangetroffen die niet in de risico-inventarisatie zijn opgenomen. Bijvoorbeeld:- Koffiezetapparaat op het aanrecht in de open keuken. Niet alle maatregelen zijn voldoende concreet omschreven. Bijvoorbeeld: - Alert zijn. - Regelmatig profielen nakijken. - Regelmatig checken op splinters.


4.1.2 Uitvoering beleid veiligheid Ja Voorwaarden

Nee

Niet beoordeeld

3 De houder draagt zorg voor uitvoering van het plan van aanpak. (art 2.6 lid 2 en 2.9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 17 lid 1 sub b en lid 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 15 lid 4 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

5 Beroepskrachten handelen conform het plan van aanpak. (art 2.6 lid 2 en 2.9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 17 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 15 lid 4 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

Toelichting toezichthouder Voorwaarde 5: In de risico-inventarisatie veiligheid wordt verwezen naar maatregelen waarbij uit de praktijk blijkt dat deze niet allen zijn uitgevoerd door de beroepskrachten die verantwoordelijk worden gesteld voor deze maatregelen. Bijvoorbeeld: - Kind trekt aan elektriciteitssnoer en krijgt apparaat op zich.Maatregel: apparaten buiten bereik en snoeren wegwerken.Praktijk: in de speelruimte zijn er meerdere apparaten binnen het bereik van de kinderen, zoals de waterkoker en het koffiezetapparaat in de open keuken en het snoer van de modem van het internet.


4.2.1 Beleid gezondheid Ja Voorwaarden

Nee

Niet beoordeeld

2 Er is een plan van aanpak waarin is aangegeven welke maatregelen op welk moment worden genomen in verband met de risico’s, alsmede de samenhang tussen de risico’s en de maatregelen. (art 2.6 lid 2 en 2.9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 17 lid 1 sub b Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

Toelichting toezichthouder Voorwaarde 2: Het plan van aanpak is opgesteld op basis van een niet goed uitgevoerde risico-inventarisatie. Er worden veiligheidsrisico's uitgesloten terwijl er wel een maatregel getroffen wordt. Aangezien er een maatregel is getroffen, kunnen deze risico's zich in de praktijk voordoen en kunnen ze niet uitgesloten worden. Bijvoorbeeld: - Kind krijgt door het eten van onhygiënisch bereid voedsel ziektekiemen binnen.Maatregel: Leidsters letten er op dat traktaties niet bedorven zijn.- Kind krijgt gifstoffen of ziektekiemen binnen door het eten van bedorven voedsel.Maatregel: Leidsters letten er op dat traktaties hygiënisch bereid zijn. Er zijn gezondheidsrisico's ingeschat als klein die geen maatregel bevatten. Bijvoorbeeld:- Kind komt in aanraking met allergenen via stoffering van verblijfsruimten. Bij een aantal geïnventariseerde risico's wordt er bij borging van het risico verwezen naar het protocol hygiëne. Het protocol hygiëne bevat geen werkafspraken omtrent hygiëne maar alleen een verwijzing naar de richtlijnen die zijn opgesteld door het Landelijk Centrum Hygiëne en Veiligheid. Het protocol dient werkafspraken te bevatten die zijn toegespitst op de organisatie. Het is momenteel niet inzichtelijk welke hygiëne maatregelen er worden genomen om de gezondheidsrisico's te minimaliseren.


4.2.2 Uitvoering beleid gezondheid Ja Voorwaarden

Nee

Niet beoordeeld

3 De houder draagt zorg voor uitvoering van plan van aanpak. (art 2.6 lid 2 en 2.9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 17 lid 1 sub b en lid 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 15 lid 4 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

5 Beroepskrachten handelen conform het plan van aanpak. (art 2.6 lid 2 en 2.9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 17 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 15 lid 4 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

Toelichting toezichthouder Voorwaarde 5: In de risico-inventarisatie gezondheid wordt verwezen naar maatregelen waarbij uit de praktijk blijkt dat deze niet allen zijn uitgevoerd door de beroepskrachten die verantwoordelijk worden gesteld voor deze maatregelen. Bijvoorbeeld: - Kind komt via washandje waarmee handen of monden van meerdere kinderen 'gewassen' worden in contact met ziektekiemen. Maatregel: washandjes worden niet door meerdere kinderen gebruikt.Praktijk: voordat de kinderen fruit gaan eten, worden de handen van alle kinderen om de beurt met dezelfde twee washandjes schoongemaakt. In de risico-inventarisatie gezondheid wordt er bij het risico 'kind komt door verontreinigde verschoontafel/aankleedkussen in contact met ontlasting/urine' verwezen naar het hygiëne protocol. Aangezien het hygiëne protocol geen werkafspraken maar alleen een verwijzing omvat naar het Landelijk Centrum Hygiëne en Veiligheid, is het niet te achterhalen welke werkafspraak er opgesteld is binnen de organisatie om dit risico te minimaliseren. Het Landelijk Centrum Hygiëne Veiligheid vermeldt dat het verschoonkussen na ieder kind zorgvuldig huishoudelijk schoongemaakt dient te worden (met uitzondering van vervuiling met bloed, bloederige diarree of bloederig braaksel is desinfectie nodig). Tijdens de inspectie geeft een beroepskracht aan het verschoonkussen met billendoekjes wordt schoongemaakt. Billendoekjes zorgen voor het achterblijven van een vette laag op het verschoonkussen die een broedplaats kan zijn voor micro-organismen en is dan ook geen passende maatregel. De beroepskrachten handelen niet conform het plan van aanpak.


7. Klachten 7.1 Wet klachtrecht cliënten zorgsector Ja Voorwaarden

Nee

Niet beoordeeld

1 De houder treft een regeling voor de behandeling van klachten die voldoet aan de beschreven eisen.1 (art 2 lid 1 Wet klachtrecht cliënten zorgsector)

Toelichting toezichthouder Voorwaarde 1: Alle peuterspeelzalen die tot Stichting Speel Wijs behoren zijn afzonderlijk aangesloten bij een onafhankelijke klachtencommissie.

1

Door of namens een cliënt kan bij de klachtencommissie een klacht tegen een zorgaanbieder worden

ingediend over een gedraging van hem of van voor hem werkzame personen jegens de cliënt. Klachten van cliënten worden behandeld door een klachtencommissie (min. 3 leden, voorzitter klachtencommissie niet in dienst bij de organisatie, persoon waarover geklaagd wordt, mag niet in de commissie zitten). Binnen een afgesproken termijn moeten klager, degene over wie geklaagd is en houder schriftelijk en met redenen omkleed in kennis worden gesteld van het oordeel (gegrondheid en evt. aanbevelingen). Als de termijn wordt overschreden, worden betrokkenen ingelicht (met reden). Klager en degene over wie geklaagd is worden in de gelegenheid gesteld om gehoord te worden (schriftelijk of mondeling). Klager en beklaagde mogen zich laten bijstaan.


Zienswijze houder peuterspeelzaal Uw rapportage inzake peuterspeelzaal de Duikelaar heb ik in goede orde ontvangen. Ik wil graag gebruik maken van de mogelijkheid om mijn zienswijze te geven op een aantal onderdelen die u als onvoldoende beoordeelt. Het advies aan de gemeente is te handhaven op de volgende onderdelen: Risico-inventarisatie veiligheid 4.1.1 voorwaarde 2 4.1.2, voorwaarde 5 Risico-inventarisatie gezondheid 4.2.1 voorwaarde 2 4.2.2. voorwaarde 5 Risico-inventarisatie veiligheid 4.1.1 voorwaarde 2 Wij hebben de risico-inventarisatie aangepast; het format dat we vanaf nu gebruiken is inmiddels door u goedgekeurd. Daarmee zullen wij bij de inventarisatie die in januari 2013 wordt uitgevoerd er zorg voor dragen dat: de risico's die u in uw toelichting noemt niet meer als uitgesloten worden benoemd; risico's die er wel zijn en niet zijn opgenomen in de lijst toegevoegd worden; daar waar wel een risico is en geen maatregel word genoemd een maatregel wordt toegevoegd; de term regelmatig vervangen wordt door een datum 4.1.2 voorwaarde 5. Medewerkers zijn op 11 januari middels een nieuwsbrief en op 16 januari in een plenair overleg gewezen op het feit dat zij niet alle werkafspraken nakomen. Wij hebben op 14 januari de apparaten verwijderd; in overleg met de verhuurder wordt het snoer van het modem in een kabelgoot weggewerkt. Gereed: 1 mei 2013 4.2.1 voorwaarde 2 Wij hebben de risico-inventarisatie aangepast; het format dat we vanaf nu gebruiken is inmiddels door u goedgekeurd. Bij de inventarisatie die in januari 2013 wordt uitgevoerd zullen wij de risico's die u in uw toelichting noemt niet meer als uitgesloten benoemen. Wij zullen maatregelen toevoegen als er een risico wordt genoemd. 4.2.2 voorwaarde 5 Medewerkers zijn op 11 en 16 januari aangesproken op het niet nakomen van werkafspraken; zij hebben hun werkwijze direct aangepast. Het verschoonkussen wordt schoongemaakt met wegwerp schoonmaakdoekjes; washandjes worden niet meer gebruikt: kinderen wassen hun handen bij de wastafel. Wij zullen het protocol hygiëne aanpassen en de werkafspraken die nu nog als los document op alle speelzalen aanwezig zijn, benoemen als zijnde werkafspraken van de organisatie. Gereed: 1 februari 2013. Met vriendelijke groet, José Loermans Coördinator Stichting Speel Wijs


Inspectierapport Peuterspeelzaal De Duikelaar (PSZ) Tuinderslaantje EX VINKEVEEN

Recommend Documents